woensdag 21 oktober 2020 Fit Durf jezelf teEr kan pap iets overkomen waardoor opname urgent wordt en...

1
Linda Abrol Linda Abrol (56), Alkmaarse van geboorte, is Helende Reis Practitioner, coach, energetisch healer en eigenaar van Praktijk de Levensvisie. Haar vader en moeder krijgen kort na elkaar de diagnose dementie en wonen op de gesloten afdeling van een zorgcentrum in Alkmaar. Eens in de week schrijft ze in deze krant over haar ervaringen LDN 13 woensdag 21 oktober 2020 13 Fit 13 Marije stottert al vanaf het mo- ment dat ze leerde praten, vertelt ze. Als dorpsmeisje dat opgroeide in De Rijp had ze daar eigenlijk weinig last van. De basisschool, met negen kinderen in een klas, was veilig. Er werd niet gepest. Pas op de middelbare school werd spraak een probleem. „Ik kwam in aanraking met klasgenoten die veel mondiger waren. Ik wilde erbij horen, mijn plekje veroveren, dat stotteren zat me daarbij dwars. Ik ging omweg- getjes bedenken, andere woorden of letters gebruiken zodat het maar niet zou opvallen dat ik stotter. Al snel merkte ik: wow, dit kost veel energie. Je bent nooit helemaal jezelf.” Strijd Wie Marije kent, zal weten dat dit in strijd is met haar karakter. „Ik ben sociaal, heb graag het hoogste woord. Ik heb me nooit terugge- trokken, dat is niet hoe ik ben. Maar ik merkte wel dat waar mijn sociale leven me enerzijds energie gaf, het me anderzijds heel veel energie kostte.” De strijd tegen het stotteren begon. „Ik was heel erg bezig met: ik mag niet stotteren. Ik ben ont- zettend perfectionistisch en het stotteren paste niet in het plaatje. Daar was ik heel boos over. Maar ik wilde het ook niet mijn leven laten beïnvloeden.” Met een baan als adviseur bij de reclassering wist ze dat ze veel zou moeten praten. Ze hield van haar werk, maar was soms ook dagen voor een presentatie al bloedner- veus. Het vermijden van bepaalde spreeksituaties werd een tweede natuur. Niet alleen op het werk, maar ook in haar privéleven. „Woorden die beginnen met een K zijn voor mij een ramp, daar loop ik altijd op vast. Als ik in een res- taurant zat en zin had in cola, nam ik me voor om dat gewoon te be- stellen. Maar als de serveerster kwam zei ik toch altijd: doe maar een… sinas. Was het weer niet gelukt.” Na in haar jeugd logopedie te hebben gehad en later in haar leven enkele commerciële stotter- therapieën gevolgd te hebben, lag het proces voor Marije eigenlijk stil. Er kwam een leuke vent, twee kinderen, lieve vrienden en een goede baan. Tot er ineens hard aan de handrem werd getrokken. „Mijn moeder overleed afgelopen jaar heel plotseling, dat was ont- zettend heftig. Er volgde natuur- lijk een periode van rouw, maar het heeft me ook aan het denken gezet. Ik realiseerde me dat het eigenlijk al langere tijd niet zo goed met me ging. Die trein denderde maar door, maar ik heb altijd wel kanon- nenhard moeten werken om hem rijdende te houden. Ik was niet eens zozeer het stotteren, maar het gevecht gewoon zat.” Dus startte ze weer met logope- die, deze keer bij Ilanda de Dood, logopedist-stottertherapeut in Alkmaar. Een gouden zet, zo bleek. „Zij heeft me echt een spiegel voorgehouden. Mijn doel is nu niet meer om stottervrij, maar om vrij- uit te kunnen spreken. Bij eerdere niet-reguliere therapieën werd vooral de nadruk gelegd op het aanleren van een techniek waarbij je vloeiend leerde spreken. Dat ging mij goed af tijdens de groeps- sessies waarin ik met gelijkgestem- den was. Maar zodra ik weer de grote boze wereld in ging, lukte het mij niet om de technieken, die net als het stotteren zelf ook hoor- baar waren, toe te blijven passen. Het kostte mij te veel energie. Ik wilde niet anders zijn dan anderen. Mijn schaamte was nog te groot.” Voor het psychologische aspect van het stotteren, de schaamte voor het spreken, de boosheid en de angst is nu voor het eerst de volle aandacht. „Ik heb van Ilanda ge- leerd dat wat je ziet en hoort slechts het topje van de ijsberg is. Ik wil me niet meer verstoppen. Het voelt zo bevrijdend om in de meeste situaties gewoon te durven zeggen wat ik wil, ook als dat bete- kent dat ik stotter. Het mooie is dat nu ik van mezelf ’mag’ stotteren, ik veel minder stotter. Ik denk dus ook dat nu de tijd is aangebroken om van mijn zwakte een kracht te maken.” Het thema van Wereld- stotterdag, ’Dare to be y-y-you’, sluit daar perfect op aan. Ervaring Marije wil vanuit haar persoonlijke ervaring jongeren gaan coachen, om hen te helpen in het proces waar zij ook doorheen is gegaan. „Wat ik nu bij Ilanda leer, hoop ik jongeren ook mee te kunnen ge- ven. Ik weet als geen ander hoe het is om te worstelen met je eigen identiteit. Ik ben natuurlijk geen logopedist, maar ik denk wel dat ik een rol kan vervullen als ervarings- deskundige. Op scholen waar pro- blemen zijn met een jongere die stottert, door ouders te begeleiden of door jongeren bij elkaar te bren- gen zodat ze hun verhalen kunnen delen. Juist met een beetje humor, het hoeft niet allemaal zwaar te zijn. Dat lijkt me fantastisch.” Ze volgt momenteel een oplei- ding tot jongerencoach en heeft bij het Nederlands Stotter Fonds al aangegeven zich beschikbaar te stellen voor activiteiten en voor- lichting. Een aanbod dat met beide handen werd aangegrepen, omdat juist deze doelgroep lastig te berei- ken blijkt. „Kinderen worden door hun ouders gestuurd en volwassenen gaan uit eigen overtuiging naar logopedie, maar jongeren hebben vaak wel iets anders aan hun hoofd. Misschien kan ik hen wel motiveren ermee aan de slag te gaan. In de hoop dat ze niet net zo hard tegen zichzelf gaan vechten als ik.” De slogan ’Be yourself’ is dan ook een beetje haar persoonlijke motto geworden. „Ik moest er 40 voor worden, maar ik hoop dat ik mensen kan helpen om hun stotte- ren op jongere leeftijd te accepte- ren. Wat niet betekent dat je er niets aan hoeft te doen, maar ik zou graag bereiken dat jongeren gaan denken: fuck it, ik stotter, en dat hoort gewoon bij mij! Als ik ze iets zou willen meegeven, dan is het wel: wees jezelf. ” Eva Selderbeek Vragen naar aanleiding van dit artikel, of wilt u contact opnemen? Marije is te bereiken via [email protected]. Meer informatie staat ook op www.marijecarduck.nl Marije Carduck: ,,Ik ben ontzettend perfectionistisch en het stotteren paste niet in het plaatje.’’ FOTO ELINE NIJBURG Durf jezelf te zijn, ook als je stottert Achtergrond Wereldstotterdag Stotteren is een stoornis in de vloeiendheid van de spraak en wordt vaak gekenmerkt door herhalingen (pa-pa-pa-paard), verlengingen (fffffiets) of blokkades (koffie) van lettergrepen of klanken. Ongeveer één op de honderd mensen wereldwijd stottert. Het stotteren en de mogelijke angst en schaamte hierover kunnen een grote invloed hebben om iemands leven. Wereldwijd wordt daarom jaarlijks op 22 oktober aandacht gevraagd voor stotteren. In Nederland wordt dit georganiseerd door het Stotterfonds. Dit jaar is het thema ’Dare to be y-y-you’ en richt de campagne zich specifiek op jongeren tussen de 12 en 18 jaar. Op boekenleggers en posters staan zeven tips die jongeren aanmoedigen om te durven zeggen wat ze willen. Stottertherapeuten en logopedisten zullen extra stil staan bij begeleiding op scholen van jonge stotterende mensen. Groepstherapie voor jongeren staat hierbij extra in de schijnwerpers: het delen van je verhaal met leeftijdsgenoten maakt het makkelijker om te relativeren, voor je stotteren uit te durven komen en vooral: jezelf te zijn. Voor meer informatie: www.stotteren.nl Geen dag langer in dit huis zonder ziel ’Is dit je dierbaar, pap? Zullen we deze meenemen?’ Ja, alles wat met zijn moeder te maken heeft, mag mee. Maar enthousiast klinkt het niet. hij wil geen dag langer in dit lege huis zonder ziel, zonder mam zijn. Pap mag bij haar op de gesloten afdeling van het zorg- centrum komen wonen, ook al is bij hem dementie nog niet officieel vastgesteld. Ze horen bij elkaar. Er is toevallig een plaatsje in de kamer recht tegenover die van haar. Die kans kunnen we niet laten schieten. Nienke van Geriant, de organisatie die mensen met dementie begeleidt en onderzoek doet, heeft het stel- lig aangeraden. Er kan pap iets overkomen waardoor opname urgent wordt en dan kan je het tehuis niet zelf kiezen. Een beschikbare plek kan dan ook ver van mam zijn. Op het terras staat het oude, groene gasfornuis verloren in een hoek. Het mocht niet weg. We konden het wel vervangen, omdat het veiliger was in verband met mam, die alles aan liet staan. Of juist dingen uit zette die aan hoorden te staan, zoals de telefoon, waar- door ze soms dagenlang onbereikbaar waren. Ron en Marja, mijn jongste broer en schoonzus, zijn druk doende met het inladen van wat essentiële meubels voor zijn nieuwe kamer. De bank gaat mee en zijn versleten, luie, leren stoel met schapenvacht. Een donkerbruine salontafel die hij ooit zelf heeft ge- maakt is ook uitverkoren. Pap wordt onrustig. ’Zullen we een rondje om, pap?’ vraag ik hem, om afleiding te bieden. Pap wil wel. Even weg uit het huis waar nu dingen gebeuren die hij onoverzichtelijk en pijnlijk vindt. Hij klampt zich vast aan het idee dat hij elk moment kan besluiten hier terug te keren. Het is tenslotte zijn huis. Buiten in de zon en met de frisse wind op onze wangen, kijk ik naar zijn gezicht en zeg: ’Je vindt dit moeilijk hè, pap?’ Er biggelt een eenzame traan uit zijn linkeroog. Ik haak mijn arm door de zijne en samen zijn we even stil. ’Ja,’ zegt hij met gebroken stem, ’het zijn toch je spullen.’ En onmiddellijk erachteraan, terwijl hij resoluut zijn traan weer weg wrijft: ’Eerst wilde ik niet weg uit Oudorp. Ik zou liever naar de Oldeburgh zijn gegaan. Maar ik heb hier behalve mijn broers bijna niemand meer. Iedereen van mijn leeftijd gaat dood. Je moet alles toch een keer loslaten.’ Zijn besluit staat vast en het laatste woord is hier wat hem betreft over gezegd. Hij kijkt om zich heen, ziet een meerkoet in de sloot en besluit te genieten van het moment. OVER DEMENTIE P ap en ik dwalen mistroostig door zijn huis. Ik open het laatje naast zijn bed en neem er een rozenkrans uit. Een erfenis van zijn moeder. Ik moest er 40 voor worden, maar ik hoop dat ik jonge mensen kan helpen om hun stotteren snel te accepteren M arije is 41 jaar en ze stottert. ,,Nee, ik ben geen stotteraar. Het hoort bij mij, maar het definieert me niet 22 oktober is Wereldstotterdag. Het thema van dit jaar, ’Dare to be y-y-you’, gaat Marije Carduck aan het hart. Naar aanleiding daarvan gaat ze een uitdaging aan die ze een jaar gele- den nooit voor mogelijk had ge- houden: haar verhaal doen in een interview. FIT

Transcript of woensdag 21 oktober 2020 Fit Durf jezelf teEr kan pap iets overkomen waardoor opname urgent wordt en...

Page 1: woensdag 21 oktober 2020 Fit Durf jezelf teEr kan pap iets overkomen waardoor opname urgent wordt en dan kan je het tehuis niet zelf kiezen. Een beschikbare plek kan dan ook ver van

Linda AbrolLinda Abrol (56),Alkmaarse vangeboorte, is HelendeReis Practitioner,coach, energetischhealer en eigenaarvan Praktijk deLevensvisie. Haarvader en moederkrijgen kort naelkaar dediagnosedementie enwonen op degeslotenafdeling van eenzorgcentrum inAlkmaar. Eensin de weekschrijft ze indeze krantover haarervaringen

LDN 13◆woensdag 21 oktober 2020 13Fit13

Marije stottert al vanaf het mo-ment dat ze leerde praten, verteltze. Als dorpsmeisje dat opgroeidein De Rijp had ze daar eigenlijkweinig last van. De basisschool,met negen kinderen in een klas,was veilig. Er werd niet gepest. Pasop de middelbare school werdspraak een probleem.

„Ik kwam in aanraking metklasgenoten die veel mondigerwaren. Ik wilde erbij horen, mijnplekje veroveren, dat stotteren zatme daarbij dwars. Ik ging omweg-getjes bedenken, andere woordenof letters gebruiken zodat het maarniet zou opvallen dat ik stotter. Alsnel merkte ik: wow, dit kost veelenergie. Je bent nooit helemaaljezelf.”

StrijdWie Marije kent, zal weten dat ditin strijd is met haar karakter. „Ikben sociaal, heb graag het hoogstewoord. Ik heb me nooit terugge-trokken, dat is niet hoe ik ben.Maar ik merkte wel dat waar mijnsociale leven me enerzijds energiegaf, het me anderzijds heel veelenergie kostte.”

De strijd tegen het stotterenbegon. „Ik was heel erg bezig met:ik mag niet stotteren. Ik ben ont-zettend perfectionistisch en hetstotteren paste niet in het plaatje.Daar was ik heel boos over. Maar ikwilde het ook niet mijn leven latenbeïnvloeden.”

Met een baan als adviseur bij dereclassering wist ze dat ze veel zoumoeten praten. Ze hield van haarwerk, maar was soms ook dagenvoor een presentatie al bloedner-veus.

Het vermijden van bepaaldespreeksituaties werd een tweedenatuur. Niet alleen op het werk,maar ook in haar privéleven.„Woorden die beginnen met een Kzijn voor mij een ramp, daar loopik altijd op vast. Als ik in een res-taurant zat en zin had in cola, namik me voor om dat gewoon te be-stellen. Maar als de serveersterkwam zei ik toch altijd: doe maareen… sinas. Was het weer nietgelukt.”

Na in haar jeugd logopedie te

hebben gehad en later in haarleven enkele commerciële stotter-therapieën gevolgd te hebben, laghet proces voor Marije eigenlijkstil. Er kwam een leuke vent, tweekinderen, lieve vrienden en eengoede baan. Tot er ineens hard aande handrem werd getrokken.„Mijn moeder overleed afgelopenjaar heel plotseling, dat was ont-zettend heftig. Er volgde natuur-lijk een periode van rouw, maar hetheeft me ook aan het denken gezet.Ik realiseerde me dat het eigenlijkal langere tijd niet zo goed met meging. Die trein denderde maardoor, maar ik heb altijd wel kanon-nenhard moeten werken om hemrijdende te houden. Ik was nieteens zozeer het stotteren, maar hetgevecht gewoon zat.”

Dus startte ze weer met logope-die, deze keer bij Ilanda de Dood,logopedist-stottertherapeut inAlkmaar. Een gouden zet, zo bleek.„Zij heeft me echt een spiegel

voorgehouden. Mijn doel is nu nietmeer om stottervrij, maar om vrij-uit te kunnen spreken. Bij eerdereniet-reguliere therapieën werdvooral de nadruk gelegd op hetaanleren van een techniek waarbijje vloeiend leerde spreken. Datging mij goed af tijdens de groeps-sessies waarin ik met gelijkgestem-den was. Maar zodra ik weer degrote boze wereld in ging, luktehet mij niet om de technieken, dienet als het stotteren zelf ook hoor-baar waren, toe te blijven passen.Het kostte mij te veel energie. Ikwilde niet anders zijn dan anderen.Mijn schaamte was nog te groot.”

Voor het psychologische aspectvan het stotteren, de schaamte voorhet spreken, de boosheid en deangst is nu voor het eerst de volleaandacht. „Ik heb van Ilanda ge-leerd dat wat je ziet en hoortslechts het topje van de ijsberg is.Ik wil me niet meer verstoppen.

Het voelt zo bevrijdend om in demeeste situaties gewoon te durvenzeggen wat ik wil, ook als dat bete-kent dat ik stotter. Het mooie is datnu ik van mezelf ’mag’ stotteren,ik veel minder stotter. Ik denk dusook dat nu de tijd is aangebrokenom van mijn zwakte een kracht temaken.” Het thema van Wereld-stotterdag, ’Dare to be y-y-you’,sluit daar perfect op aan.

ErvaringMarije wil vanuit haar persoonlijkeervaring jongeren gaan coachen,om hen te helpen in het proceswaar zij ook doorheen is gegaan.„Wat ik nu bij Ilanda leer, hoop ikjongeren ook mee te kunnen ge-ven. Ik weet als geen ander hoe hetis om te worstelen met je eigenidentiteit. Ik ben natuurlijk geenlogopedist, maar ik denk wel dat ikeen rol kan vervullen als ervarings-deskundige. Op scholen waar pro-blemen zijn met een jongere diestottert, door ouders te begeleidenof door jongeren bij elkaar te bren-gen zodat ze hun verhalen kunnendelen. Juist met een beetje humor,het hoeft niet allemaal zwaar tezijn. Dat lijkt me fantastisch.”

Ze volgt momenteel een oplei-ding tot jongerencoach en heeft bijhet Nederlands Stotter Fonds alaangegeven zich beschikbaar testellen voor activiteiten en voor-lichting. Een aanbod dat met beidehanden werd aangegrepen, omdatjuist deze doelgroep lastig te berei-ken blijkt.

„Kinderen worden door hunouders gestuurd en volwassenengaan uit eigen overtuiging naarlogopedie, maar jongeren hebbenvaak wel iets anders aan hunhoofd. Misschien kan ik hen welmotiveren ermee aan de slag tegaan. In de hoop dat ze niet net zohard tegen zichzelf gaan vechtenals ik.”

De slogan ’Be yourself’ is danook een beetje haar persoonlijkemotto geworden. „Ik moest er 40voor worden, maar ik hoop dat ikmensen kan helpen om hun stotte-ren op jongere leeftijd te accepte-ren. Wat niet betekent dat je erniets aan hoeft te doen, maar ikzou graag bereiken dat jongerengaan denken: fuck it, ik stotter, endat hoort gewoon bij mij! Als ik zeiets zou willen meegeven, dan ishet wel: wees jezelf. ”

Eva Selderbeek

Vragen naar aanleiding van dit artikel,of wilt u contact opnemen? Marije iste bereiken via [email protected] informatie staat ook opwww.marijecarduck.nl Marije Carduck: ,,Ik ben ontzettend perfectionistisch en het stotteren paste niet in het plaatje.’’ FOTO ELINE NIJBURG

Durf jezelf tezijn, ook als

je stottert◆

AchtergrondWereldstotterdag

Stotteren is een stoornis in devloeiendheid van de spraak enwordt vaak gekenmerkt doorherhalingen (pa-pa-pa-paard),verlengingen (fffffiets) ofblokkades (k…offie) vanlettergrepen of klanken. Ongeveer één op de honderdmensen wereldwijd stottert.Het stotteren en de mogelijkeangst en schaamte hieroverkunnen een grote invloedhebben om iemands leven.Wereldwijd wordt daaromjaarlijks op 22 oktober aandachtgevraagd voor stotteren. InNederland wordt ditgeorganiseerd door hetStotterfonds. Dit jaar is hetthema ’Dare to be y-y-you’ enricht de campagne zichspecifiek op jongeren tussen de12 en 18 jaar. Op boekenleggersen posters staan zeven tips diejongeren aanmoedigen om tedurven zeggen wat ze willen.Stottertherapeuten enlogopedisten zullen extra stilstaan bij begeleiding opscholen van jonge stotterendemensen. Groepstherapie voorjongeren staat hierbij extra inde schijnwerpers: het delen vanje verhaal met leeftijdsgenotenmaakt het makkelijker om terelativeren, voor je stotteren uitte durven komen en vooral:jezelf te zijn.Voor meer informatie:www.stotteren.nl

Geen dag langer indit huis zonder ziel

’Is dit je dierbaar, pap? Zullen we deze meenemen?’ Ja,alles wat met zijn moeder te maken heeft, mag mee.Maar enthousiast klinkt het niet. hij wil geen daglanger in dit lege huis zonder ziel, zonder mam zijn.Pap mag bij haar op de gesloten afdeling van het zorg-centrum komen wonen, ook al is bij hem dementienog niet officieel vastgesteld. Ze horen bij elkaar. Er istoevallig een plaatsje in de kamer recht tegenover dievan haar. Die kans kunnen we niet laten schieten.Nienke van Geriant, de organisatie die mensen metdementie begeleidt en onderzoek doet, heeft het stel-lig aangeraden. Er kan pap iets overkomen waardooropname urgent wordt en dan kan je het tehuis nietzelf kiezen. Een beschikbare plek kan dan ook ver vanmam zijn.

Op het terras staat het oude, groene gasfornuisverloren in een hoek. Het mocht niet weg. We kondenhet wel vervangen, omdat het veiliger was in verbandmet mam, die alles aan liet staan. Of juist dingen uitzette die aan hoorden te staan, zoals de telefoon, waar-door ze soms dagenlang onbereikbaar waren. Ron enMarja, mijn jongste broer en schoonzus, zijn drukdoende met het inladen van wat essentiële meubelsvoor zijn nieuwe kamer. De bank gaat mee en zijnversleten, luie, leren stoel met schapenvacht. Eendonkerbruine salontafel die hij ooit zelf heeft ge-maakt is ook uitverkoren.

Pap wordt onrustig. ’Zullen we een rondje om, pap?’vraag ik hem, om afleiding te bieden. Pap wil wel.Even weg uit het huis waar nu dingen gebeuren diehij onoverzichtelijk en pijnlijk vindt. Hij klampt zichvast aan het idee dat hij elk moment kan besluitenhier terug te keren. Het is tenslotte zijn huis. Buitenin de zon en met de frisse wind op onze wangen, kijkik naar zijn gezicht en zeg: ’Je vindt dit moeilijk hè,pap?’ Er biggelt een eenzame traan uit zijn linkeroog.Ik haak mijn arm door de zijne en samen zijn we evenstil. ’Ja,’ zegt hij met gebroken stem, ’het zijn toch jespullen.’ En onmiddellijk erachteraan, terwijl hijresoluut zijn traan weer weg wrijft: ’Eerst wilde ikniet weg uit Oudorp. Ik zou liever naar de Oldeburghzijn gegaan. Maar ik heb hier behalve mijn broersbijna niemand meer. Iedereen van mijn leeftijd gaatdood. Je moet alles toch een keer loslaten.’ Zijn besluitstaat vast en het laatste woord is hier wat hem betreftover gezegd. Hij kijkt om zich heen, ziet een meerkoetin de sloot en besluit te genieten van het moment.

OVER DEMENTIE

Pap en ik dwalen mistroostig door zijn huis. Ikopen het laatje naast zijn bed en neem er eenrozenkrans uit. Een erfenis van zijn moeder.

❜ Ik moest er40 voor worden,

maar ik hoopdat ik jonge

mensen kanhelpen om hun

stotteren snel teaccepteren ❜

Marije is 41 jaar en zestottert. ,,Nee, ik bengeen stotteraar. Hethoort bij mij, maar

het definieert me niet 22 oktober isWereldstotterdag. Het thema vandit jaar, ’Dare to be y-y-you’, gaatMarije Carduck aan het hart. Naaraanleiding daarvan gaat ze eenuitdaging aan die ze een jaar gele-den nooit voor mogelijk had ge-houden: haar verhaal doen in eeninterview.

FIT