GIDS Studie en Werk Voltijd Jaar1
-
Upload
timkuipers -
Category
Documents
-
view
241 -
download
2
description
Transcript of GIDS Studie en Werk Voltijd Jaar1
-
Gids Studie en Werk Voltijd jaar 1 Instituut Archimedes 2012-2013
afbeelding is gemaakt via www.wordle.net
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 0 -
Colofon
Deze gids Studie en Werk is gemaakt door Bureau Ondersteuning Leerlijnen (BOL). Voor het melden
van onvolkomenheden, vragen en suggesties kun je contact opnemen met BOL:
Voor het gemak worden studenten en begeleiders in de tekst in de mannelijke vorm aangeduid,
maar uiteraard kunnen het ook vrouwen zijn.
Utrecht, augustus 2012 Versie 1.03
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 1 -
Inhoudsopgave
1 Studie en Werk Voltijd 3 1.1 Inleiding Studie en Werk. ...................................................................................... 3 1.1.1 De grote lijn ....................................................................................................... 3 1.2 Organisatie ............................................................................................................... 5 1.2.1 Roosters en aantallen ....................................................................................... 5 1.2.2 De aantallen ECs, lesdagen en lesuren per module Studie en Werk ............... 6 1.2.3 Begeleiding Studie en Werk op Instituut Archimedes. ....................................... 6 1.2.4 Je leerwerkplek ................................................................................................. 7 1.2.5 Variatie in je leerwerkplekken. ........................................................................... 8 1.2.6 Bevestiging met leerwerkovereenkomst (LWO). ............................................... 8 1.2.7 Begeleiding op je leerwerkplek .......................................................................... 9 1.2.8 Spreiding van je lessen op je school ................................................................. 9 1.2.9 Informatiebronnen, materiaal en literatuur ....................................................... 10 1.2.10 Dossier Studie en Werk op de Electronische Leeromgeving (ELO). .......... 11 1.2.11 Mogelijke problemen .................................................................................. 11 1.3 Inhoud van studie en werk ..................................................................................... 13 1.3.1 Initiatieven ontplooien...................................................................................... 13 1.3.2 Overzicht doorlopend leerproces .................................................................... 13 1.3.3 Instrumenten. .................................................................................................. 15 1.3.3.1 Logboek ...................................................................................................... 15 1.3.3.2 Roos van Leary/Vragenlijst VIL. ................................................................. 16 1.3.3.3 360-graden feedback. ................................................................................. 16 1.3.3.4 Reflecteren. ................................................................................................ 16 1.3.4 Taken student bij deelname aan Studie en Werk. ........................................... 17 1.3.5 Opdrachten uit de Bundels Vak en Beroep. .................................................... 18 1.3.6 Beroepsproducten. .......................................................................................... 18 1.3.7 Het ontwikkelingsportfolio ................................................................................ 18 1.3.8 De assessments .............................................................................................. 19 1.4 Toetsing en beoordeling......................................................................................... 20 1.4.1 Toetsing .......................................................................................................... 20 1.4.2 Lesbeoordeling tijdens Studie en Werk 2B, 3B en 4B ..................................... 20 1.4.3 Afronding en herkansing ................................................................................. 21 1.4.4 Bekendmaken resultaat en inzage .................................................................. 21 2 Studie en Werk 1A (Voltijd jaar 1) 22 2.1 Inleiding .................................................................................................................. 22 2.2 Leerdoelen ............................................................................................................. 22 2.3 Taakomschrijving Studie en WErk 1a .................................................................... 22 2.4 Begeleiding en groepsbijeenkomsten Studie en WErk 1a...................................... 23 2.5 Opdrachten en materiaal Studie en Werk 1A ......................................................... 25 2.6 Afronding van Studie en Werk 1A .......................................................................... 39 3 Studie en Werk 1B (Voltijd jaar 1) 40 3.1 Inleiding .................................................................................................................. 40 3.2 Taakomschrijving studie en WErk 1b ..................................................................... 40 3.2.1 Leeractiviteiten Studie en Werk 1B ................................................................. 41 3.3 Begeleiding en groepsbijeenkomsten STudie en Werk 1b ..................................... 43 3.4 Afronding van Studie en Werk 1B .......................................................................... 44 3.4.1 Beoordeling Studie en Werk Voltijd 1B............................................................ 44 4 Bijlagen Leerwerkplan en Leerwerkverslag 45 4.1 Leerwerkplan ......................................................................................................... 45 4.1.1 Een leerwerkplan opstellen. ............................................................................ 46 4.1.2 Leervragen. ..................................................................................................... 46 4.1.3 Activiteiten plannen om aan leervragen te werken. ......................................... 47 4.1.4 Bewijsmateriaal plannen om de opbrengst van de leervraag aan te tonen. .... 48 4.1.5 Format Leerwerkplan voor Voltijd .................................................................... 49 4.2 Leerwerkverslag ..................................................................................................... 53 4.2.1 Activiteiten ....................................................................................................... 53
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 2 -
4.2.2 Leeropbrengst ................................................................................................. 53 4.2.3 Relevante bewijsstukken ................................................................................. 53 4.2.4 Lesvoorbereidingen en evaluaties ................................................................... 53 4.2.5 Gebruik maken van feedback en intervisie ...................................................... 54 4.2.6 Gebruik maken van literatuur (aangereikt en zelf verzameld) ......................... 54 4.2.7 Reflectie .......................................................................................................... 54
Bij de modules Studie en Werk hoort de site Studie en Werk op SharePoint:
https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/fe/ia/studie_en_werk/default.aspx
Op de site Studie en Werk staan allerlei informatie, regelingen, (extra)opdrachten, formats en
formulieren die je tijdens Studie en Werk zult gebruiken. Ook de Bundels Vak en Beroep (zie 1.3.5)
zijn daar te vinden.
In deze gids Studie en Werk lees je verwijzingen naar Sharepoint. Deze verwijzingen zijn te
herkennen: (zie SP.nummer.document) of (zie SP.nummer.map). In 1.2.9 staat uitgelegd waar deze
verwijzingen op Sharepoint te vinden zijn en wat ze inhouden.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 3 -
1 STUDIE EN WERK VOLTIJD
In deze gids wordt in hoofdstuk 1 Studie en Werk Voltijd beschreven voor jaar 1 tot en met 4, de
gehele studie. Hoofdstuk 2, 3 en 4 gaan respectievelijk over Studie en Werk Voltijd jaar 2, jaar 3 en
jaar 4. Voor Studie en Werk Voltijd jaar 1 is er een aparte gids.
De module Studie en Werk VT-1A is wat anders van aard dan de andere modules Studie en Werk:
deze module bevat een orintatie op de studie en het werkplekleren. Aan bod komen bijv.:
kennismaking met de studie en het beroep van leraar, het in kaart brengen van je beginsituatie en
eventuele eerder verworven competenties alsmede de voorbereiding op het werkplekleren. Je wordt
hierbij aangestuurd vanuit opdrachten, terwijl je bij de andere modules Studie en Werk vooral werkt
vanuit je eigen leervragen.
1.1 INLEIDING STUDIE EN WERK.
De studieonderdelen die aangeduid worden met Studie en Werk bestaan uit de volgende
onderdelen:
1) begeleiding bij je studieplanning en studievoortgang. Informatie over de opleiding
2) het ontwikkelen van competenties voor het beroep van leraar in de beroepspraktijk door
middel van werkplekleren op een school voor VO (Voortgezet onderwijs) of BvE
(Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie)1
3) het aansturen en zichtbaar maken van je eigen ontwikkeling als docent
1.1.1 De grote lijn
Je activiteiten bij Studie en Werk zijn erop gericht dat je een goede docent wordt: een vakbekwame
docent met een realistische kijk op zijn eigen bekwaamheid in de beroepspraktijk, een docent die in
staat is zichzelf en het onderwijs dat hij geeft systematisch verder te ontwikkelen.
In Studie en Werk krijgt dit als volgt gestalte:
a) Je maakt op basis van informatie over de opleiding een planning van je studie. In die
planning geef je aan welke vakken je het aankomende studiejaar gaat volgen, welke
opdrachten uit de Bundel Vak en uit de Bundel Beroep je het aankomend studiejaar gaat
doen. Voor jaar 2, 3 en 4 geef je ook aan in je planning wat voor beroepsproduct je het
aankomend studiejaar gaat maken. Je wordt ondersteund bij het maken van je
studiekeuzes.
b) Er zal je op verschillende momenten gevraagd worden om je eigen bekwaamheid als
docent gedetailleerd in kaart te brengen en aan te tonen. Hiertoe krijg je verschillende
instrumenten aangereikt. De onderliggend kaders voor het beschrijven van je
competenties zijn de SBL-competenties (zie SP.II.Competenties) en de Kennisbasis (zie
http://kennisbasis.nl)
1 De startkwalificaties van de tweedegraads lerarenopleiding worden bepaald door de SBL-bekwaamheidseisen,
de Dublin Descriptoren en de Kennisbases, zie SP.III.startkwalificaties.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 4 -
c) Op basis van b) formuleer je vervolgens waarin jij beter wilt worden, welke
verbeteringen je in je onderwijspraktijk wilt bereiken en/of wat je wilt komen te weten in
de komende periode.
d) Vervolgens plan je concrete activiteiten waarmee je deze verbeteringen in het komende
half jaar wilt realiseren. De onderdelen c) en d) zijn ondergebracht in het leerwerkplan
(zie bijlage 5.1 en SP.II.Format leerwerkplan).
e) Als je aan deze verbeteringen werkt, verzamel je vervolgens materiaal om je leerproces
daarbij zichtbaar te maken. Door het wekelijks bijhouden van een logboek maak je de
voortgang van je werk inzichtelijk voor je begeleiders. Door het verzamelen van
bewijsmateriaal (zie SP.II.Bewijsmateriaal) zorg je ervoor dat de gerealiseerde
verbeteringen aannemelijk worden gemaakt.
f) Aan het eind van elk half jaar wordt de opbrengst van je werk beoordeeld en/of van
feedback voorzien. Deze beoordeling is gebaseerd op een door jou opgesteld
ontwikkelingsportfolio (zie 1.3.7).
Deze gerealiseerde verbeteringen geven weer een aangepaste beeld van je bekwaamheid in de
beroepspraktijk. Dit aangepaste beeld is dan ook weer vertrekpunt bij het opnieuw formuleren van
verdere verbeterpunten. Zo start de leercyclus opnieuw, maar wel op een steeds hoger niveau.
Je houdt de ontwikkeling van je zelfbeeld, je beroepsbeeld en je competenties gedurende je studie
bij in een ontwikkelingsportfolio.
Op twee momenten in de opleiding wordt je competentieontwikkeling integraal beoordeeld in een
assessment:
- Het assessment Hoofdfasebekwaam aan het einde van leerjaar 1. Hier laat je zien dat je bewust
gekozen hebt voor de lerarenopleiding en de opleiding beoordeelt of jij opleidbaar bent in vier
jaar.
- Het assessment Startbekwaam aan het einde van je studie. Hier laat je je
competentieontwikkeling zien die je tijdens de hoofdfase hebt doorgemaakt en presenteer je
jezelf als startbekwame docent.
Voor beide assessments stel je een presentatieportfolio samen, waarin je gebruik maakt van (een
selectie uit) het materiaal dat je tot dan toe hebt verzameld in je ontwikkelingsportfolio(s) (zie 1.3.8).
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 5 -
1.2 ORGANISATIE
1.2.1 Roosters en aantallen
Studie en Werk VT bestaat per leerjaar uit een A-module en een B-module (1A, 1B, 2A, 2B enz. tot en
met 4B). De cursusbeschrijvingen van de modules Studie en Werk Voltijd zijn te vinden in de
onderwijscatalogus in Osiris.
De modules duren steeds twee periodes en er zijn wekelijks bijeenkomsten van 90-120 minuten.
Voor deelname aan een module Studie en Werk heb je een leerwerkplek nodig op een school voor
VO of BvE.
De inroostering van de verschillende modules Studie en Werk in het reguliere programma is als volgt:
STUDIE en WERK Periode A Periode B Periode C Periode D
Jaar 1 Studie en Werk VT 1A
Studie en Werk VT 1B
Assessment Hoofdfasebekwaam
Jaar 2 Studie en Werk VT 2A
Studie en Werk VT 2B
Jaar 3 Studie en Werk VT 3A
Studie en Werk VT 3B
Jaar 4
Studie en Werk VT 4A
Studie en Werk VT 4B
Assessment Startbekwaam
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 6 -
1.2.2 De aantallen ECs, lesdagen en lesuren per module Studie en Werk
jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4
Voltijd 1A 1B 2A 2B 3A 3B 4A 4B
EC 5 5 5 5 5 10 5 10
Aantal dagen op
school/
leerwerkplek
10 20 20 20 40 40 40 40
Minimaal aantal
lessen2
5 lesonder-
delen
20 lessen
verspreid over
het jaar
80 lessen
verspreid over
het jaar
Blok: 10-12
lessen per week
Lint: 6-8 lessen
per week
1.2.3 Begeleiding Studie en Werk op Instituut Archimedes.
Op Instituut Archimedes worden de bijeenkomsten Studie en Werk wekelijks ingeroosterd. Deze
bijeenkomsten bestaan uit basisbijeenkomsten en uit intervisiebijeenkomsten. De docent die de
basisbijeenkomsten geeft, is jouw Studie en Werkbegeleider (SWB).
Tijdens de bijeenkomsten komt, naast de studieplanning, het werkplekleren aan de orde. Er wordt
ingegaan op de verschillende leeractiviteiten die je voor Studie en Werk onderneemt, er worden
themas behandeld die te maken hebben met het functioneren als docent. Ook de
procesondersteuning bij het uitvoeren van opdrachten uit de Bundel Vak en Bundel Beroep en
beroepsproducten komt aan de orde. Verder is er aandacht voor de visie op beroep en schoolvak.
Hoe verandert je visie door de ervaringen die je opdoet op school? Tot slot bereid je je in de modules
Studie en Werk jaar 1 en 4 voor op de assessments.
Bij sommige vakgroepen zijn bepaalde basisbijeenkomsten ook bestemd voor studenten die op dat
moment niet aan het werkplekleren zijn.
Naast de bijeenkomsten krijg je individuele begeleiding door je SWB in de vorm van
begeleidingsgesprekken (twee maal per jaar). Daarbij gaat het dan om ondersteuning bij het maken
van studiekeuzes en het monitoren van je competentieontwikkeling.
De begeleiding van je werk op school wordt vanuit Instituut Archimedes uitgevoerd door een
instituutsopleider (IO). Dit zal in veel gevallen een School-IO zijn. Dit is een instituutsopleider die
vast verbonden is aan een opleidingsschool. Een opleidingsschool is een school waarmee Instituut
Archimedes intensief samenwerkt. Deze opleidingsscholen bezitten het keurmerk opleidingsschool
of gaan dat binnenkort verkrijgen. De scholen weten meer van het programma Studie en Werk,
waardoor je begeleiding gewaarborgd is. Een School-IO begeleidt alle studenten die op een
opleidingsschool deelnemen aan werkplekleren.
2 Onder lessen worden ook begeleidingsuren verstaan.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 7 -
Op een groot aantal opleidingsscholen zal de School-IO de intervisiebijeenkomsten op de school
organiseren. Het is dus belangrijk te weten of jouw school een opleidingsschool is met een School-IO,
zodat je weet waar en wanneer de intervisiebijeenkomsten gehouden worden.
Of je school een School-IO heeft, kun je nakijken in de lijst met school-IO op Sharepoint (zie SP.III.Lijst
school-IOs) en www.samenopleiden.nl (zie
http://www.feo.hvu.nl/samenopleiden/Jobcentre/schoolIOlijst.asp).
Wanneer je op een Instituut Archimedes-opleidingsschool met School-IO werkt, neem dan zelf
gelijk bij het begin van het werkplekleren contact op met je instituutsopleider.
Mocht je om een of ander reden niet een leerwerkplek krijgen op een opleidingsschool met een
School-IO, dan is je instituutsopleider (IO) vaak dezelfde docent als degene die de bijeenkomsten
Studie en Werk begeleidt (je SWB).
Kortom, in Studie en Werk voltijd heb je dus meestal te maken met tw opleiders:
Op Instituut Archimedes neem je deel aan de bijeenkomsten Studie en Werk bij je SWB.
Op je opleidingsschool word je begeleid door je instituutsopleider (School-IO of IO).
Onder de begeleiding van de instituutsopleider3 valt:
Feedback op/beoordeling van je leerwerkplan
Feedback op je logboek (zie 1.3.3.1) via de ELO (zie 1.2.10)
Een lesbezoek (of videobespreking van een les) tijdens de B-modules
Beoordeling van opdrachten uit de bundel Beroep (zie 1.3.5)
Beoordelingsgesprekken op basis van je ontwikkelingsportfolio en afronding van de module
Studie en Werk.
1.2.4 Je leerwerkplek
Je moet een leerwerkplek hebben voordat je gaat deelnemen aan een module Studie en Werk. Je
bent zelf verantwoordelijk voor het regelen van een leerwerkplek.
Voor het zoeken van een leerwerkplek volg je het volgende stappenplan:
1. Overleg met je SWB over een geschikte leerwerkplek gezien je competentieontwikkeling en
je studievoortgang.
2. Ga naar de banenmarkt en de schoolvoorlichting (medio mei).
3. Plaats je curriculum vitae op de CV-bank (zie:
http://www.feo.hvu.nl/samenopleiden/cvbank/default.htm).
4. Solliciteer naar een leerwerkplek in het Jobcentre (zie:
http://www.feo.hvu.nl/samenopleiden/Jobcentre/default.asp).
3 In de rest van deze gids zal de term Instituutsopleider gebruikt worden om zowel School-IO als IO aan te
duiden.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 8 -
Als je ondanks je eigen inspanningen toch geen leerwerkplek hebt kunnen krijgen, meld je dan voor
september 2012 aan bij Bureau Ondersteuning Leerlijnen (BOL) via het e-mailadres:
[email protected]. Je wordt dan uitgenodigd voor jobcoachbijeenkomsten. Voorwaarde
om mee te mogen doen aan deze bijeenkomsten is dat je je sollicitatie-inspanningen kunt aantonen
(denk aan reacties van scholen, motivatiebrief, curriculum vitae, etc.)
1.2.5 Variatie in je leerwerkplekken.
Je mag tijdens je opleiding n maal je leerwerkplek op een school met een jaar verlengen. Weeg
goed af, of en wanneer dit past bij je ambities en je studieloopbaan, wanneer zich zo'n gelegenheid
voordoet. Je SWB kan je helpen een goede afweging te maken. Bedenk dat je niet meer in het laatste
jaar op je favoriete school kunt terugkeren, als je daar al twee jaar op gezeten hebt. Bedenk ook dat
de grootste kans op een aansluitende baan in het laatste jaar van je opleiding komt. Probeer daarom
in dat jaar op je favoriete schooltype te komen.
Tijdens je opleiding heb je ook minstens n maal een leerwerkplek op het mbo. Kijk hiervoor naar
de vacatures die de ROCs aanbieden in het jobcentre.
1.2.6 Bevestiging met leerwerkovereenkomst (LWO).
Zodra je een leerwerkplek op een school voor VO of BvE hebt gevonden, bevestig je dit door met de
school een leerwerkovereenkomst (LWO) af te sluiten. Deze LWO is nodig voor alle leerwerkplekken.
Het is een wettelijke verplichting om deze overeenkomst schriftelijk vast te leggen. In deze
overeenkomst staan afspraken over je activiteiten, rechten en plichten op de leerwerkplek. Je vindt
de LWO op Sharepoint (zie SP.III.Leerwerkovereenkomsten) of via: www.samenopleiden.nl
studenten leerwerkovereenkomstStudent-VT jaar 1, 2, 3 en 4
Als je een leerwerkplek gevonden hebt via samenopleiden.nl, kun je daar een LWO automatisch laten
aanmaken. Je vult dan alle gegevens in bij de verschillende stappen. Aan het eind verschijnt een
ingevuld LWO die je kunt printen.
Als je een leerwerkplek hebt (gevonden) die niet voorkomt uit een vacature in samenopleiden.nl, dan
kun je daar ook een lege LWO downloaden en met de hand invullen.
Het ingevulde formulier onderteken je zelf en je laat het ondertekenen door je SWB en je
schoolopleider. Een schoolopleider (SO) is de functionaris op de opleidingsschool die het
werkplekleren en het opleiden in de school regelt. Als de school geen schoolopleider heeft, kun je de
LWO ook laten ondertekenen door een directielid of stagecordinator.
Van de LWO maak je drie kopien. En exemplaar is voor de school, n exemplaar is voor jezelf, n
exemplaar geef je aan je instituutsopleider. Het origineel lever je in bij Bureau Ondersteuning
Leerlijnen (BOL), kamer 7007.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 9 -
1.2.7 Begeleiding op je leerwerkplek
Op je leerwerkplek word je begeleid door je werkbegeleider (WB). Dit is een docent van de
opleidingsschool die jou begeleidt op je leerwerkplek. Er bestaat tussen scholen een grote diversiteit
in de aanpak van de begeleiding door de werkbegeleiders.
We gaan ervan uit dat je werkbegeleider:
je wegwijs maakt in school en als contactpersoon voor je beschikbaar is
met jou vooraf het leerwerkplan doorneemt en dit beoordeelt
wekelijks een begeleidingsgesprek met je voert, waarin de voorbereiding, de uitvoering en
evaluatie van je activiteiten aan bod komt (een half uur begeleidingstijd per werkdag van de
student)
de lessen (gedeeltelijk) bijwoont en lesobservaties op schrift zet. In jaar 2 zal dit nog bij alle
lessen nodig zijn, in jaar 3 in afnemende mate en in onderling overleg, in jaar 4 wordt
zelfstandig lesgegeven en zijn 4 lesobservaties per half jaar gewenst
aanwezig is bij de nabespreking bij het lesbezoek door de begeleider van Instituut
Archimedes
aanwezig is bij een eventueel beoordelingsgesprek op je leerwerkplek
bij de afronding van een module Studie en Werk evalueert wat de leeropbrengst van deze
periode is geweest. Je werkbegeleider geeft schriftelijk een advies of beoordeling over je
functioneren in de praktijk volgens het format uit het beoordelingsrapport (zie
SP.I.Beoordelingsrapporten)
je tijdens het werk aan beroepsproducten helpt om een geschikte opdracht te verwerven
binnen de school en om je in contact te brengen met de personen die hierbij nodig zijn
Als je een leerwerkplek hebt op een school die geen opleidingsschool is, is de begeleiding door de
werkbegeleider geen vanzelfsprekendheid. Je zult zelf duidelijke afspraken moeten maken over de
begeleiding. Het is jouw taak om de mensen met wie je samenwerkt, goed op de hoogte te stellen
van wat je komt doen en van hoe zij jou kunnen begeleiden. Een geschikt moment waarop je de
bovenstaande begeleidingsafspraken ter sprake kunt brengen en vastleggen is bij de ondertekening
van de leerwerkovereenkomst (zie 1.2.6). Je werkbegeleider zal ook je leerwerkplan (zie bijlage 5.1
achter in deze gids, ook op Sharepoint (zie SP.II.Leerwerkplan)) accorderen en is daarmee
genformeerd over wat je komt doen. Om je werkbegeleider nader te informeren kun je gebruik
maken van informatie uit deze gids Studie en Werk VT en van nadere informatie op
www.samenopleiden.nl, zoals de Informatie voor de WB. Deze informatie kun je ook downloaden
van de Sharepointsite (zie SP.I.Gidsen Studie en Werk) en aan je begeleider op de leerwerkplek
geven.
1.2.8 Spreiding van je lessen op je school
De activiteiten op je leerwerkplek voer je uit gedurende het jaar waarin je deelneemt aan de module
Studie en Werk. Maak met de school dus goede afspraken over de gehele periode waarin je komt
werken en leren, over het aantal dagen en lesuren.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 10 -
Om het leren van ervaringen op school mogelijk te maken, is het nodig om deze lessen en/of
begeleidingsuren te spreiden over het gehele jaar. Plan de uitvoering van je leerwerkplan dus niet te
kort achter elkaar. Zo ontstaat voldoende gelegenheid om je activiteiten goed voor te bereiden, uit
te voeren en te evalueren.
Voordat je aan de uitvoering van je activiteiten Studie en Werk op school kunt beginnen, heb je een
Leerwerkovereenkomst (zie 1.2.6) en een goedgekeurd leerwerkplan nodig (zie bijlage5.1 of
Sharepoint (zie SP.II.Leerwerkplan ). Deze laatste goedkeuring krijg je van je instituutsopleider en je
werkbegeleider.
1.2.9 Informatiebronnen, materiaal en literatuur
Bij de modules Studie en Werk hoort naast de desbetreffende gids de site Studie en Werk op
SharePoint: https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/fe/ia/studie_en_werk/default.aspx
Op de site Studie en Werk staan allerlei informatie, regelingen, (extra)opdrachten, formats en
formulieren die je tijdens Studie en Werk zult gebruiken. Ook de Bundel Vak en de Bundel Beroep
(zie 1.3.5) zijn daar te vinden.
Vanuit deze gids wordt regelmatig verwezen naar documenten op de site Studie en Werk. Dat gaat
als volgt: (zie SP.nummer.document) of (zie SP.nummer.map)
Hierbij geldt:
- SP staat voor SharePoint
- nummer is het nummer van de documentenbibliotheek waarin het document (of de map) te
vinden is
- document is de naam van het document waarnaar wordt verwezen of map is de naam van de
map waarnaar wordt verwezen
Als je de gids digitaal hebt en klikt op deze verwijzingen, kom je via de opgenomen hyperlink vanzelf
op de juiste plek op Sharepoint.
Op SharePoint vind je ook de Materiaalbank (zie SP.II.Materiaalbank). Dit is een verzameling met
allerlei hulpopdrachten en handreikingen die je kunt gebruiken bij onderdelen van Studie en Werk. Je
SWB en je instituutsopleider zullen hieruit tijdens de groepbijeenkomsten materiaal gebruiken, maar
je kunt ook zelf erin op zoek gaan.
Veel materiaal is ook te vinden op de site www.samenopleiden.nl . Deze website is, in tegenstelling
tot Sharepoint, voor iedereen toegankelijk. Deze website is ontwikkeld om de communicatie tussen
de opleidingsscholen, de studenten en Instituut Archimedes te ondersteunen rond werkplekleren en
het uitvoeren van projecten. Je vindt er o.a., het Jobcentre, waar opleidingscholen hun vacatures
voor leerwerkplekken aanbieden en de CV-bank, waar studenten een CV kunt plaatsen, zodat
opleidingscholen studenten kunnen benaderen voor het vervullen van een leerwerkplek.
Bij Studie en Werk wordt de volgende literatuur gebruikt. Niet elk van deze boeken zal in iedere
module aan de orde komen, maar er wordt vanuit gegaan dat je bij deelname aan Studie en Werk
deze boeken ter beschikking hebt. Maak vooral ook zelfstandig gebruik van deze literatuur bij het
verkrijgen van theoretische verdieping van je werk.
Sloter, M. (2009), De vijf rollen van de leraar, CPS Onderwijsontwikkeling en advies
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 11 -
Ebbens, Sebo, Simon Ettekoven (2010) Effectief leren, Noordhoff Uitgevers B.V.; ISBN
9789001307523.
Lagerwerf, Bram, Fred Korthagen ( 2006) Een leraar van klasse, Boom Lemma Uitgevers; ISBN
9789024417422
Geerts W. R. van Kralingen (2011) Handboek voor leraren, Coutinho; ISBN 978-9046902509
Hajer, M. (2009) Handboek taalgericht vakonderwijs, Coutinho; ISBN 9789046901366
Marzano, Robert, Wietske Miedema (2011) Leren in vijf dimensies, Koninklijke Van Gorcum;
ISBN 9789023241294
Een uitgebreidere lijst met veelgebruikte boeken vind je op Sharepoint: SP.II.Suggesties voor
literatuur. De mediatheek van Instituut Archimedes bereik je via: http://www.mediatheek.hu.nl
1.2.10 Dossier Studie en Werk op de Electronische Leeromgeving (ELO).
In Winvision (voor eerstejaars) of op Sharepoint (voor hogerejaars) richt je een dossier Studie en
Werk in. Hierin plaats je al je werk voor Studie en Werk.
Hoe je een dossier inricht, vind je op Sharepoint: (zie SP.II.ICT-Archimedes).
1.2.11 Mogelijke problemen
Het leren op school is in het algemeen een leerzame, prettige, maar ook spannende activiteit voor
jou als aankomend docent. Ondanks een goede voorbereiding en organisatie kunnen er toch zaken
misgaan. Eenvoudige problemen los je vanzelfsprekend met de direct betrokken begeleider op. Als er
een ingewikkelder probleem is, kun je natuurlijk een van de andere begeleiders daarover
aanspreken. Elke begeleider die voor jou actie onderneemt, weet dat hij de verplichting heeft te
zorgen voor terugkoppeling naar jou.
Houd je in elk geval aan de volgende spelregels:
Het rooster van de school wijkt
af van het rooster van de
opleiding
Het werkplekleren houdt in dat je volledig als werknemer
meedraait op de school. Je moet je daarom houden aan
afspraken over je werkdagen en aan het vakantierooster van de
school. Dit betekent bijvoorbeeld dat je werkzaamheden starten
met de start van het schooljaar op de school en in periode 4
doorlopen tot de zomervakantie op de school begint. Ook kan
het voorkomen, dat herkansingen op je schoolwerkdag vallen. Je
moet daarvoor dan een oplossing zoeken in overleg met de
opleiding, want je werk op de school gaat voor.
Ziekte en afwezigheid
Op de leerwerkplek volg je de ziekte- en verzuimregels die daar
gelden. In het instituut informeer je (digitaal) je
instituutsopleider en je SWB direct bij ziekte of verzuim.
Blijf zoveel als mogelijk toch (digitaal) in contact, zeker als je
afwezigheid langer duurt. Je mist werkervaringen, competenties
en reflecties. Het zou kunnen, dat je extra werkdagen moet
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 12 -
maken, om die in te halen.
Wisselen van werkplek Je kunt tussentijds niet wisselen van werkplek.
Stoppen met de opleiding
Je hebt het besluit te stoppen met de opleiding goed
doorgenomen met je SWB en eventueel ook met de decaan. Alle
personen met wie je werkte (werkbegeleider, schoolopleider,
directie, instituutsopleider, duo-partner) breng je persoonlijk op
de hoogte.
Ontslag
Als je werkgever de leerwerkovereenkomst en evt.
arbeidsovereenkomst ontbindt, meld je dat direct bij je
instituutsopleider en SWB.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 13 -
1.3 INHOUD VAN STUDIE EN WERK
Studie en Werk vormt een doorlopende lijn in de opleiding. Je ontplooit initiatieven op je
leerwerkplek en door deze activiteiten te evalueren probeer je te leren van wat je meemaakt. Hierbij
ben je in belangrijke mate je eigen opdrachtgever. Het door jou opgestelde leerwerkplan is het
belangrijkste instrument om je activiteiten mee aan te sturen.
Het leren van je werk krijgt gestalte door je activiteiten voor te bereiden en te evalueren, door te
reflecteren op concrete gebeurtenissen, door feedback bij lesobservaties door je begeleiders en door
feedback van leerlingen te verkrijgen. Doordat je tijdens je opleiding steeds meer kennis vergaart op
onderwijskundig en didactisch terrein, zul je ook steeds beter toegerust zijn om je werk op een
preciezere wijze te evalueren.
1.3.1 Initiatieven ontplooien
Je werkt op je leerwerkplek op basis van een vooraf, zelf opgesteld, leerwerkplan.
Daarin heb je uitgewerkt aan welke leerdoelen je wilt gaan werken, welke initiatieven je daartoe gaat
ontplooien en hoe je aan het eind de opbrengst hiervan gaat zichtbaar maken.
Deze initiatieven zullen bij het begin van je opleiding bijvoorbeeld bestaan uit leservaring opdoen bij
een ervaren docent, observaties verrichten bij verschillende docenten en in eenvoudige situaties
instructie geven. Aan het eind van je opleiding laat je zien dat je als zelfstandig docent functioneert,
complexe onderwijssituaties aan kunt en op pedagogisch en vakdidactisch gebied zorgt voor
professionele kwaliteit.
1.3.2 Overzicht doorlopend leerproces
Onderstaande tabel geeft een globaal overzicht van het doorlopende leerproces binnen Studie en
Werk.
jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4
studieplanning eigen
werkplanning
maken bij
standaard
opleidingspro-
gramma en
deficinties
wegwerken
planning aanpassen
op basis van
resultaten en
ervaringen jaar 1, het
assessment
hoofdfasebekwaam,
rekening houden
met eigen sterktes
en zwaktes
op basis van eigen
ontwikkeling
keuzes maken,
bijv. minor en
beroeps-
producten
zelfstandig plannen
van complexe
activiteiten in studie
en werk, inclusief
afstudeerwerk
leerwerkplan:
leervragen en
passend bij
eigen
beginsituatie
en indicatoren
passend bij eigen
competentie-
ontwikkeling en
indicatoren op
passend bij eigen
competentie-
ontwikkeling en
indicatoren op
passend bij eigen
competentie-
ontwikkeling en
indicatoren op
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 14 -
leeractiviteiten op niveau jaar
1 en
mogelijkheden
van de school
niveau jaar 2 en de
mogelijkheden van
de school
niveau jaar 3 en
behoefte van de
school
niveau jaar 4 en
behoefte van de
school
feedback en
collegiale
consultatie
houden aan
feedbackregels
gericht feedback
vragen aan
leerlingen (bijv. Roos
van Leary) en aan
begeleiders +
intervisie t.b.v. eigen
leren.
360 feedback
(incl.) + intervisie
t.b.v. eigen
competentie-
ontwikkeling
gebruik maken van
verschillende
vormen van
collegiale
consultatie, hiermee
ook eigen
ontwikkeling
afstemmen op
schoolontwikkeling
gebruik van
literatuur
gebruik maken
van
aangereikte
literatuur
zelf op zoek gaan
naar literatuur bij
leervragen en/of
activiteiten
gebruik maken
van verschillende
bronnen en deze
kritisch
beschouwen
eigen opvattingen
en handelen
systematisch
verantwoorden
vanuit literatuur
voorbereiding en
evaluatie
onderwijs-
activiteiten
lesonderdelen
goed
voorbereiden
en
nabespreken
met werk-
begeleider
lesvoorbereiding met
aandacht voor
lesorganisatie,
instructie,
werkvormen en
interactie; in
evaluatie gebruiken
feedback van
leerlingen en
werkbegeleider
lesvoorbereiding
zoals bij jaar 2 +
verbinding leggen
met de
voorgaande en
volgende lessen
compleet
zelfstandig plannen,
voorbereiden en
evalueren van
lessenserie(s) en/of
project(en)
reflectie volgens
eenvoudig
format
reflectiecyclus
(bijv. ABCD)
gebruik van
verschillende
reflectiemodellen
(bijv. Korthagen,
STARR)
op verschillende
niveaus
(praktijkreflectie,
methodiekenrefle
ctie en
zelfreflectie) met
koppeling naar
literatuur
(bijv. persoonlijke
en professionele
casus)
afhankelijk van de
situatie en/of het
doel van reflectie
zelf een passende
keuze maken voor
een geschikte
methodiek
visie-ontwikkeling eigen
beginsituatie in
kaart brengen
eigen visie op beroep
en schoolvak
eigen visie op
beroep en
schoolvak
eigen visie op
beroep en
schoolvak relateren
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 15 -
en
verschillende
visies op
onderwijs
onderzoeken
formuleren bijstellen op basis
van eigen
ervaring, ervaring
van anderen en
literatuur
aan visie van de
school
Leerwerkverslag:
leeropbrengst en
competentie-
ontwikkeling
beeld van de
bekwaam-
heidseisen;
ervaringen en
observaties
beschrijven:
kennis,
inzichten en
vaardigheden
koppelen aan
competenties
leeropbrengst
beschrijven bij
uitgevoerde
activiteiten:
kennis, inzichten en
vaardigheden
koppelen aan
competenties
ontwikkeling
systematisch
sturen en
beschrijven vanuit
competenties
zelfstandig
competenties
doorontwikkelen
bewijsstukken bewijsstukken
zijn concrete
voorbeelden
waarin de
competenties
herkend en
benoemd zijn
bewijsstukken
passen bij de
competenties en zijn
authentiek, actueel
en relevant
bewijsstukken
ondersteunen de
competentie-
beschrijvingen en
zijn authentiek,
actueel en
relevant en komen
uit een variatie in
contexten
bewijsstukken
voldoen aan
evidentiematrix:
(authentiek,
actueel, relevant,
kwantiteit, variatie
in contexten)
1.3.3 Instrumenten.
Gedurende dit doorlopend leerproces benut je feedback van leerlingen, docenten en medestudenten
en je reflecteert op je werkervaringen. Je maakt daarbij gebruik van onderstaande feedback- en
reflectie-instrumenten.
1.3.3.1 Logboek
In je logboek rapporteer je wekelijks, of elke 14 dagen over je activiteiten. De nadruk daarbij ligt op:
Wat heb ik de voorbije week (of weken) geleerd?. Je plaatst deze logboekverslagen op je ELO-site in
de logboekmap. Je instituutsopleider kan deze dan inzien en zicht houden op de voortgang van je
werk. Veel werkbegeleiders stellen het op prijs om je logboek te ontvangen. Regel dit zelf met je
werkbegeleider.
Je kunt in je logboek ook gebruik maken van verschillende reflectiemodellen. (zie 1.3.3.4)
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 16 -
1.3.3.2 Roos van Leary/Vragenlijst VIL.
De Vragenlijst Interpersoonlijk Leraarsgedrag (VIL) is een instrument om in kaart te brengen hoe
leerlingen jou beleven op interpersoonlijk gebied. SP.II.Roos van Leary bevat een korte vragenlijst
voor leerlingen en aanwijzingen hoe je de informatie uit de VIL kunt verwerken. Neem deze
vragenlijst af, verwerk de gegevens van deze vragenlijst en voeg de in de bijlage omschreven
evaluatie toe aan je leerwerkverslag.
1.3.3.3 360-graden feedback.
Voor het verzamelen van 360 o feedback leg je n of meer vragen voor aan verschillende personen
met wie je gewerkt hebt (leerlingen, vakcollegas, schoolleiding, medestudent, enzovoort). Je
vergelijkt hun antwoorden en trekt daaruit conclusies voor jezelf. Deze feedback kan gaan over je
werkzaamheden in de klas, over je werk in de vaksectie, over een competentie die je wilt verwerven,
enzovoort. Een formulier voor het verwerken van 360-graden feedback vind je op SharePoint (zie
SP.II.360 graden-feedback formulier)
In je leerwerkverslag beschrijf je welke feedback je hebt verkregen en wat je daarmee hebt gedaan.
1.3.3.4 Reflecteren.
Reflecteren is een methodische manier om na te denken over wat er gebeurd is, met als doel het
verbeteren van je effectiviteit in de praktijk.
Het is vaak gericht op bewustwording van jouw eigen aandeel in allerlei werksituaties. Je leert
natuurlijk al veel van het werken op school zelf, maar je kunt daar soms nog diepgaander of meer
van leren als je er op een methodische wijze over nadenkt.
Bij reflecteren gaat het om preciezer en vanuit andere perspectieven kijken naar werksituaties. De
methode ziet er als volgt uit:
1. Je neemt de tijd en staat stil bij je handelen. Hier schep je duidelijkheid tussen de feiten en
jouw waarneming van de feiten.
2. Je benoemt nauwkeurig wat je deed, waarom je dat deed en wat het effect was van je
handelen. Hier analyseer en evalueer je je handelen.
3. Stap 1 en 2 kunnen zorgen voor een andere kijk op de situatie. Bij stap 3 formuleer je
conclusies en meerdere voornemens over hoe te handelen in de toekomst.
Het uiteindelijke doel van het reflecteren binnen Studie en Werk is, dat je als zelfstandig handelend
docent werksituaties opmerkt die om nadere reflectie vragen en dat je dit reflecteren professioneel
kunt toepassen. Lees meer over reflecteren in SP.II.Reflectie.Reflecteren
In Studie en Werk gebruiken we een aantal reflectiemodellen (zie SP.II.Reflecteren):
Het ABCD-model
Dit model is geschikt voor korte reflecties op praktijksituaties met als motto: Hoe doe ik het
morgen beter?.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 17 -
STARR-reflectie
Deze vorm van reflectie is geschikt om je handelen in een specifieke situatie systematisch te
onderzoeken.
Het model van Korthagen
Dit model gaat specifieker in op interactiesituaties.
De persoonlijke casus
Dit model gaat dieper in op aspecten die voor jou persoonlijk gelden. Geschikte onderwerpen
voor een persoonlijke casus zijn bijvoorbeeld hardnekkige eigen gedrags- of denkpatronen
die jou belemmeren bij je werk op school en die langdurig van aard zijn.
De professionele casus
Het schrijven van een professionele casus is een manier om nader in te gaan op een
professionele kwestie met de bedoeling om ervan te leren. Het verschil met de persoonlijke
casus is dat het bij de professionele casus niet om jezelf, of om je eigen gedrag gaat, maar om
een vraagstuk van de school. Je legt met het schrijven van een professionele casus een
verbinding tussen jouw eigen leren en de schoolontwikkeling.
1.3.4 Taken student bij deelname aan Studie en Werk.
Om je deelname aan de modules Studie en Werk VT goed te laten verlopen wordt de volgende inzet
van je gevraagd:
Aanwezigheid en actieve deelname aan de bijeenkomsten is voorwaarde voor begeleiding
en beoordeling van je werk. Tijdens deze bijeenkomsten werk je regelmatig samen met
medestudenten, daarvoor is je aanwezigheid noodzakelijk. Als je een keer echt niet kunt
komen (bijvoorbeeld wegens ziekte), meld je je tijdig af bij de SWB, instituutsopleider en/of
je medestudenten.
Studieplanning maken. Op basis van je examenprogramma, je studievoortgang en het
onderwijsaanbod van je vakgroep stel je een studieplanning op voor het komende
studiejaar. Voor zover van toepassing maak je daarbij keuzes voor een schooltype voor je
leerwerkplek, te volgen modules op het Instituut, beroepsproducten, een minor, etc. Je
bespreekt je planning met je SWB.
Uitzoeken of je op een school met School-IO werkt.
Op http://www.feo.hvu.nl/samenopleiden/Jobcentre/schoolIOlijst.asp vind je de actuele lijst
van scholen met een School-IO. Als je op een school met School-IO werkt, maak dan z.s.m.
een afspraak met je School-IO over goedkeuring van LEERWERKPLAN. Informeer of er op je
school intervisiebijeenkomsten worden georganiseerd waaraan je kunt deelnemen.
Leerwerkovereenkomst inleveren: Laat binnen 3 weken na aanvang van de module Studie
en Werk je leerwerkovereenkomst ondertekenen en lever deze in bij BOL, kamer 7007.(zie
1.2.6).
Goedkeuring Leerwerkplan: Binnen 3 weken na aanvang van de module Studie en Werk
dient je leerwerkplan goedgekeurd te worden door werkbegeleider en instituutsopleider.
Zorg ervoor dat beide begeleiders je leerwerkplan tijdig ontvangen. Vraag hen na
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 18 -
goedkeuring van je leerwerkplan om accordering, bijvoorbeeld met een aan jouw gerichte e-
mail. Plaats het goedgekeurde leerwerkplan samen met de beide goedkeuringen in de map
Leerwerkplan op de ELO. Goedkeuring van je leerwerkplan betekent dat je aan de uitvoering
van je activiteiten op school kunt beginnen.
Afspraken op school mogelijk maken: Je inzet wordt ook gevraagd bij het
organiseren/mogelijk maken van lesbezoek in de B-modules (zie 1.4.2) en van
voortgangs/beoordelingsgesprekken met instituutsopleider en werkbegeleider
1.3.5 Opdrachten uit de Bundels Vak en Beroep.
Tijdens de module Studie en Werk maak je, naar eigen keuze, opdrachten uit de Bundel Vak en uit de
Bundel Beroep. Je krijgt over deze bundels uitleg bij de basisbijeenkomsten Studie en Werk. De
opdrachten uit de Bundel Vak worden beoordeeld door je SWB, de opdrachten uit de Bundel Beroep
door je instituutsopleider.
Voor de A-module maak je een opdracht van 28 uur uit deze bundels en voor de B-modules maak je
ook een opdracht van 28 uur uit deze bundels. Je zorgt er zelf voor dat je elk jaar zowel uit de Bundel
Vak als uit de Bundel Beroep een opdracht maakt. Soms staan in de bundels kleine opdrachten van
14 uur. In dat geval moet je twee kleine opdrachten maken.
Je vindt de Bundels Vak en Beroep op SharePoint (zie SP.I.Bundel Beroep en Bundel Vak).
1.3.6 Beroepsproducten.
De studieonderdelen Beroepsproduct 1, 2 en 3 worden tijdens bijeenkomsten op Instituut
Archimedes voorbereid en op je leerwerkplek uitgevoerd. Zij maken geen onderdeel uit van Studie
en Werk, hebben een eigen gids en worden apart afgetekend. Je vakgroep roostert in jaar 2 en 3 de
cursus Beroepsproduct 1 en 2 in. Tijdens bijeenkomsten Studie en Werk zal de voortgang van je
beroepsproducten aan de orde komen en de presentatie van je Beroepsproduct een plaats krijgen.
In je studieprogramma kun je vinden welke beroepsproducten gedaan moeten worden.
1.3.7 Het ontwikkelingsportfolio
Tijdens elke module Studie en Werk werk je aan je ontwikkelingsportfolio. Je legt hierin je
studieplanning, zelf- en beroepsbeeld, keuzes en leervragen vast en je doet verslag van je
leerervaringen en je competentieontwikkeling. Je maakt daarbij gebruik van ervaringen, literatuur,
opdrachten en producten uit alle onderdelen van je studie, inclusief je leerwerkplek.
Om je competentieontwikkeling te bewijzen en om je leerproces daarbij zichtbaar te maken maak je
gebruik van allerlei producten die je verzamelt bij Studie en Werk maar ook bij andere
onderwijseenheden. Voor Studie en Werk zijn dit bijvoorbeeld door jou gemaakte opdrachten,
lesvoorbereidingen, (les-)verslagen, situatiebeschrijvingen, beeldfragmenten, reflecties, feedback en
beoordelingen. Voor andere onderwijseenheden zijn dit bijvoorbeeld producten die je gemaakt hebt
bij vak/didactiekcursussen en bij beroepscursussen.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 19 -
Je ontwikkelingsportfolio is een groeidocument. Je SWB zal op vast momenten je
ontwikkelingsportfolio bekijken voor feedback op je competentieontwikkeling en studieplanning. Je
instituutsopleider beoordeelt je ontwikkelingsportfolio.
Bij elk van de modules Studie en Werk hoort een beoordelingsrapport (zie
SP.I.Beoordelingsrapporten) waarin de inhoud van het ontwikkelingsportfolio beschreven staat.
1.3.8 De assessments
Voor het assessment Hoofdfasebekwaam stel je een presentatieportfolio samen waarin je je keuze
voor het docentschap en de studie duidelijk maakt. Tijdens het assessment wordt aandacht besteed
aan je integrale competentieontwikkeling. De assessoren geven na het assessment een
ontwikkelingsgericht advies met betrekking tot het vervolgen van de opleiding.
Gedurende jaar 2 tot en met 4 houd je de ontwikkeling van je competenties bij in een
ontwikkelingsportfolio. Dit portfolio gebruik je aan het eind van je opleiding bij het samenstellen van
een presentatieportfolio waarin je jezelf presenteert als startbekwame docent. Bij de afsluiting van je
opleiding word je in het assessment Startbekwaam beoordeeld op je integrale competentieniveau.
Dit oordeel wordt gebaseerd op dit presentatieportfolio, de presentatie die je tijdens het assessment
geeft en het criteriumgericht interview dat daar op volgt. Met het behalen van het Assessment
Startbekwaam rond je je bacheloropleiding af. Op de Sharepointsite van bureau Assessment
(https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment) vind je de actuele informatie en
handleidingen voor het assessment.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 20 -
1.4 TOETSING EN BEOORDELING.
1.4.1 Toetsing
Ter afronding van een module Studie en Werk voer je met je instituutsopleider een
beoordelingsgesprek. Voor dit gesprek lever je een aantal verslagen aan die als basis voor je
beoordeling dienen. De formats hiervoor zijn te vinden in de beoordelingsrapporten op Sharepoint
(zie SP.I.Beoordelingsrapporten). Je vindt daarin ook per module Studie en Werk gespecificeerde
beoordelingscriteria.
Je kunt pas beoordeeld worden als je aan een aantal praktische voorwaarden hebt voldaan. Je
administratie moet op orde zijn, je moet voldoende aanwezig zijn geweest bij de bijeenkomsten, je
moet de afgesproken taken op je leerwerkplek uitgevoerd hebben, etc. Deze voorwaarden staan
beschreven in deel I van het beoordelingsrapport. Ook moet je de voorgaande modules Studie en
Werk met positief resultaat hebben afgesloten.
1.4.2 Lesbeoordeling tijdens Studie en Werk 2B, 3B en 4B
Ter afronding van de eerste module Studie en Werk van elk studiejaar (2A, 3A en 4A) word je
beoordeeld op je leerproces en krijg je feedback op je functioneren als (aankomend) docent op je
leerwerkplek. Ter afronding van de tweede module Studie en Werk (1B, 2B, 3B en 4B) word je
beoordeeld op je leerproces en op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek.
Tijdens de modules Studie en Werk 2B, 3B en 4B vindt er een lesbeoordeling door je
instituutsopleider plaats. Deze lesbeoordeling speelt een rol bij de afronding van de B-module van
Studie en Werk (zie SP.I.Beoordelingsrapporten).
Tijdens deze Bmodules regel je minstens eenmaal een lesbezoek door je instituutsopleider,
bij voorkeur in aanwezigheid van de werkbegeleider. Bij dit lesbezoek is het nodig dat je na
de bezochte les een uur vrij maakt om de les te bespreken met je instituutsopleider. De
aanwezigheid van je werkbegeleider is hierbij ook gewenst. Dit vraagt van jou enige
organisatie. Neem tijdig contact op met je instituutsbegeleider om een lesbezoek af te
spreken.
Wanneer je instituutsopleider op lesbezoek komt, zorg dan dat deze n dag van te voren
een lesvoorbereiding volgens het DA-model van je krijgt (zie SP.II.Lesvoorbereidingen en
evaluaties). Zorg er verder voor dat je instituutsopleider tijdig het adres krijgt van de locatie
waar je lesgeeft, de precieze lestijden en het lokaal waar de les gegeven wordt.
Je dient een les of lesonderdeel geheel zelfstandig te geven, dus zonder interventies van de
werkbegeleider. Tijdens de les observeert de instituutsopleider je aan de hand van een
observatie-instrument voor aanstaande leraren (zie SP.I.Beoordelingsrapporten).
Na afloop van de les is er een nabespreking met je instituutsopleider, waarin die je zal
bevragen over de voorbereiding en uitvoering van de geobserveerde les. Zo mogelijk is bij dit
gesprek ook je werkbegeleider aanwezig. Je instituutsopleider zal de lesobservatie digitaal
laten uitwerken. Zowel jij als je werkbegeleider ontvangen binnen drie weken de uitslag van
deze observatie.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 21 -
Schrijf na afloop een evaluatie van de les. Dit kan een verslag zijn van de nabespreking, maar
je kunt er ook zelf nog punten aan toevoegen. Vaak levert een lesbezoek nieuwe leerpunten
op. Het is de bedoeling dat je deze nieuwe leerpunten opneemt in een bijgestelde versie van
je leerwerkplan.
Wanneer je op een school werkt buiten de regio Utrecht, is lesbezoek vaak niet mogelijk. Je
maakt in dat geval in overleg met je instituutsopleider een video-opname van een les op
school. Je bekijkt en bespreekt deze opnames met je SWB in een individuele afspraak buiten
de bijeenkomsten Studie en Werk. De instituutsopleider zal dan het observatieformulier voor
aanstaande leraren invullen en met je de les nabespreken. Na afloop schrijf je een evaluatie
van de les.
1.4.3 Afronding en herkansing
Een student die een module Studie en Werk volgt in periodes A en B heeft eind periode B de eerste
mogelijkheid tot afsluiting. Als eind periode B niet aan alle voorwaarden voor afronding is voldaan
dan is de eerste mogelijkheid tot afronding verspeeld en valt de student onder de
herkansingsregeling van periode B. Een student die in de herkansingsweek van periode B alsnog
heeft voldaan aan alle voorwaarden voor afronding, kan dat studiejaar ook nog gewoon de volgende
module afronden. Dus in geval een student module 2A heeft afgerond in de herkansing van periode
B, kan de student module 2B nog afronden in dat studiejaar. Een student die in de herkansingsweek
van periode B niet voldaan heeft aan alle voorwaarden voor afronding, moet de gehele module
overdoen.
Hetzelfde geldt op identieke wijze wanneer een student een module volgt in periodes C en D. Dan is
er eind periode D de eerste mogelijkheid tot afsluiting. Als eind periode D niet aan alle voorwaarden
voor afronding is voldaan dan is de eerste mogelijkheid tot afronding verspeeld en valt de student
onder de herkansingsregeling van periode D. Een student die eind augustus nog steeds niet heeft
voldaan aan alle voorwaarden voor afronding van de module, heeft zijn mogelijkheid tot herkansing
verspeeld en zal het volgende studiejaar opnieuw moeten beginnen met die module. Dus, heeft een
student in de herkansing de B-module niet gehaald, dan zal een student in het volgende studiejaar
met deze B-module opnieuw moeten beginnen.
In (SP.III.Herkansingsregeling) staat de volledige regeling voor herkansing beschreven.
1.4.4 Bekendmaken resultaat en inzage
Uiterlijk 3 weken na de uiterste inleverdatum van het ontwikkelingsportfolio wordt de uitslag door
de instituutsopleider bekendgemaakt in OSIRIS. De beoordeling van het ontwikkelingsportfolio wordt
besproken tijdens een individueel gesprek dat de student met zijn instituutsopleider voert. Voor dit
gesprek wordt met elke student een afspraak gemaakt.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 22 -
2 STUDIE EN WERK 1A (VOLTIJD JAAR 1)
2.1 INLEIDING
Bij Studie en Werk 1A werk je aan drie dingen:
1. een kennismaking met de procedures en studievaardigheden die je nodig hebt tijdens de studie.
2. het vinden van een leerwerkplek en een eerste orintatie op de werkomgeving van de docent.
3. de eerste stappen richting het assessment Hoofdfasebekwaam dat je ter afsluiting van het
eerste studiejaar aflegt.
Bij Studie en Werk 1A werk je nog niet vanuit eigen gekozen leervragen en activiteiten, maar vanuit
voorgeschreven opdrachten. Je kunt die opdrachten wel een persoonlijke invulling geven. Vanaf
Studie en Werk 1B werk je wel werken vanuit persoonlijke leervragen, zoals in hoofdstuk 1 is
beschreven.
2.2 LEERDOELEN
In deze module staan onderstaande leerdoelen centraal:
Je kent de opbouw van de studie en hebt een globaal overzicht over de inhoud.
Je kent de (administratieve) procedures m.b.t. de studie en kunt werken met bijbehorende
(ICT)faciliteiten: SharePoint, Winvision, Osiris, inschrijfprocedures voor onderwijsmodules,
toetsen en assessments.
Je bezit voldoende vak-, studie- en taalvaardigheden om een HBO-studie met succes te kunnen
doorlopen f je hebt een plan hoe je deficinties kunt wegwerken.
Je hebt een kennis gemaakt met de praktijk van het docentschap en het onderwijs.
Je kent de bekwaamheidseisen die worden gesteld aan een docent.
Je hebt zicht op je eigen kwaliteiten, valkuilen, motivatie en relevante ervaringen m.b.t. je
persoonlijkheid, je studie en je (toekomstig) leraarschap.
Je kunt de kennis, inzichten en vaardigheden die je voorafgaand aan deze opleiding hebt
opgedaan, relateren aan de competenties die nodig zijn voor het docentschap.
2.3 TAAKOMSCHRIJVING STUDIE EN WERK 1A
Studie en Werk 1A volg je in de periodes A en B. Je hebt in deze periodes wekelijks een begeleide
bijeenkomst op de HU met je SWB-groep. Tijdens deze bijeenkomst krijg je instructie over praktische
zaken en over de opdrachten voor Studie en Werk. Verder doe je tijdens deze bijeenkomsten
oefeningen om je studievaardigheden en kennis van het onderwijs te vergroten. Bovendien wissel je
met de andere studenten ervaringen uit en geef je elkaar feedback en tips.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 23 -
Aanwezigheid en een actieve houding tijdens deze bijeenkomsten is noodzakelijk om de module
goed te kunnen afsluiten en om het leerresultaat van iedereen in de groep zo groot mogelijk te laten
zijn.
In periode A regel je zelf een leerwerkplek voor de rest van het studiejaar. In periode B ben je 10
dagen op je leerwerkplek (1 dag in de week gedurende 10 weken). Op de leerwerkplek observeer je
leerlingen, docenten en andere medewerkers van de school. Verder onderneem je activiteiten
waarmee je ervaring opdoet in het werken met leerlingen en waarmee je de medewerkers van de
school ondersteunt.
In periode B leer je systematisch van je ervaringen op de leerwerkplek door een logboek bij te
houden en gebruik te maken van observatie-instrumenten en het ABCD reflectiemodel. Je houdt je
begeleiders goed op de hoogte van je activiteiten op de leerwerkplek door hen toegang te verlenen
tot je logboek via Winvision en dit wekelijks bij te werken. In de bijeenkomsten Studie en Werk deel
je jouw ervaringen met de andere studenten.
Gedurende periode A en B werk je verder aan een aantal opdrachten waarmee je jouw
studievaardigheden en geschiktheid voor het docentschap in kaart brengt. Aan het einde van periode
B breng je deze inzichten samen in de Nulmeting. Alle opdrachten die je thuis, op de HU en op je
leerwerkplek uitvoert, vormen samen het dossier Studie en Werk 1A, waarmee je eind periode B de
module afsluit.
2.4 BEGELEIDING EN GROEPSBIJEENKOMSTEN STUDIE EN WERK 1A
Hieronder tref je een voorbeeld van de invulling van de bijeenkomsten van Studie en Werk 1A.
De SWB zal de definitieve inhoud vaststellen.
Periode A
les
week
type Inhoud bijeenkomst activiteiten studenten
1 basis Introductie, kennismaking, basis ICT
2 basis Basis ICT, orintatie op de studie, etc. opdracht 1 maken
3 basis Orintatie op het beroep van leraar en de
competenties
4 basis Orintatie op het verwerven van een leerwerkplek +
solliciteren
opdracht 2 en opdracht 3
maken
5 basis taaltoets
6 basis Voorbereiding op het werkplekleren
7 basis Voortgangsgesprekken opdracht 4 maken
T basis Voortgangsgesprekken
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 24 -
Periode B
les
week
type Inhoud bijeenkomst activiteiten studenten
1 basis Introductie en oefeningen m.b.t. observeren opdracht 5 maken,
opdracht 9 voorbereiden
intervisie Uitwisselen eerste ervaringen op de school, praktische
zaken regelen, werken met logboek
beginnen met opdracht 6
voorbereiden opdracht 8
2 basis Introductie en oefeningen m.b.t. reflectie opdracht 7 maken
3 basis Taalworkshop 1
intervisie Uitwisselen van observaties en eerste reflecties
4 basis Voorbereiding Nulmeting opdracht 10 maken
5 basis Taalworkshop 2
intervisie Uitwisselen / presentatie schoolbeschrijving
6 basis Nulmeting opdracht 11 maken
7 basis Introductie en oefeningen m.b.t. leervragen
formuleren
intervisie Beoordelingsgesprekken
T intervisie Beoordelingsgesprekken
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 25 -
2.5 OPDRACHTEN EN MATERIAAL STUDIE EN WERK 1A4
Opdracht 1: De Kies Actief toolkit
In de Kies Actief toolkit op www.kiesactief.nl vind je een basismodule waarmee je inzicht krijgt in hoe
goed jij kunt communiceren, samenwerken, zelfstandig leren, problemen oplossen etc. Kortom, hoe
het zit met de algemene HBO-competenties die je nodig hebt voor deze opleiding. De basismodule is
geen toets, er zijn dus ook geen goede of foute antwoorden. Het is een middel voor jou en voor de
mensen die jou begeleiden, om meer inzicht te krijgen in hoe jij ervoor staat.
In de Kies Actief toolkit vind je ook een keuzemodule leerstrategien. Die is handig om meer zicht te
krijgen of je eigen leerstijl goed aansluit bij een HBO-opleiding.
1. Log in op de Kies actief website met behulp van je HU e-mailaccount.
2. Selecteer onder toolkit de basismodule en de keuzemodule leerstrategien.
3. Neem de tijd om de vragen rustig te beantwoorden.
4. Bekijk het rapport dat wordt opgesteld over jouw competenties en leerstrategie.
5. Sla het rapport (pdf bestand) op in Winvision, zodat je het later met je SWB kunt bespreken
en je er gebruik van kunt maken bij de Nulmeting.
4 Deze opdrachten zijn ook te vinden (in word) op SP.II.SenW1A dossieropdrachten
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 26 -
Opdracht 2: Een opzet voor je curriculum citae
In een curriculum vitae zet je op een rijtje wat je allemaal gedaan hebt: je persoonlijke geschiedenis
of levensbeschrijving. De bedoeling is om op een overzichtelijke manier je ontwikkeling in beeld te
brengen. Het is gebruikelijk en zinvol om in een curriculum vitae duidelijk te vermelden waarin je goed
bent en wat je zoal gepresteerd hebt.
Benoem al je opleidingen en werkervaring die relevant zijn voor het docentschap. Begin steeds met
je laatste opleiding en je laatste werkwerkervaring.
Persoonlijke gegevens
Naam
Adres
Telefoon
e-mailadres
Geboortedatum
Geboorteplaats
Werkervaring
Begin bij je meest recente ervaringen: van nu naar vroeger. Graag beschrijven per ervaring
Welke beroepen/
functies/
activiteiten
Naam en
omschrijving
school/
bedrijf/
organisatie/
werkplek
Welke taken
werden
uitgevoerd
Wat heb je
geleerd
Aantal uren
per week
Aantal jaren
/ wanneer
van
tot
1
2
3
4
5
6
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 27 -
Scholing
Schrijf in het schema welk regulier onderwijs je hebt gevolgd.
Begin bij je meest recente scholing: van nu naar vroeger.
Naam school / opleiding: Richting vakken: Van tot .:
Diploma /
bewijs:
(kopie
bijvoegen)
1
2
3
4
5
6
Cursussen en trainingen
Je kunt alle soorten cursussen en trainingen invullen; ook cursussen voor hobby en vrije tijd. Begin bij je meest recente
ervaringen: van nu naar vroeger.
Naam cursus / training: Door welke
organisatie
uitgevoerd,
georganiseerd:
Onderwerp, inhoud en
doel van de
cursus / training :
Aantal
uren:
Certificaat /
bewijs van
deelname;
kopie bijvoegen
1
2
3
4
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 28 -
Opdracht 3: Het vinden van een leerwerkplek
Voor een eerste kennismaking met het beroep van docent (en het kunnen afronden van de modules
Studie en Werk jaar 1) dien je vanaf begin periode B n dag in de week een leerwerkplek te hebben
op een school. Op Instituut Archimedes ben je zelf verantwoordelijk voor het verwerven van een
leerwerkplek.
Voor het zoeken van een leerwerkplek volg je het volgende stappenplan:
1. Plaats je Curriculum Vitae op de CV-bank (zie:
http://www.feo.hvu.nl/samenopleiden/cvbank/default.htm).
2. Zoek in het Jobcentre (zie: http://www.feo.hvu.nl/samenopleiden/Jobcentre/default.asp)
circa vier interessante en geschikte leerwerkplekken.
3. a) Schrijf een sollicitatiebrief aan elk van deze scholen.
b) Vraag twee andere studenten uit je SWB-groep om feedback te geven op je brieven.
c) Stel je brieven bij op basis van het commentaar van je medestudenten.
4. Verstuur je sollicitatiebrieven en CV via e-mail of post naar deze vier scholen.
5. Ga naar de banenmarkt en de schoolvoorlichting (oktober). Ga met de schoolopleiders van
de aanwezige scholen in gesprek. Met een open en genteresseerde houding heb je meer
kans om een leerwerkplek te vinden die goed bij je past.
Tijdens de SWB -groepsbijeenkomsten wordt aandacht besteed aan het schrijven van een goede
sollicitatiebrief, de beste manier om scholen te benaderen en praktische tips voor het voeren van
een gesprek met de schoolopleider van een potentile leerwerkplek.
Als je er ondanks je eigen inspanningen toch niet in slaagt om voor aanvang van periode B een
leerwerkplek te regelen, meld je dan voor lesweek 2 van periode B aan bij Bureau Ondersteuning
Leerlijnen (BOL) via het e-mailadres: [email protected]. Je wordt dan uitgenodigd voor
jobcoachbijeenkomsten. Voorwaarde om te mogen meedoen aan deze bijeenkomsten is dat je je
sollicitatie-inspanningen kunt aantonen (denk aan reacties van scholen, sollicitatiebrieven,
curriculum vitae, etc.)
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 29 -
Opdracht 4: Reflectie op het vinden van een leerwerkplek
Als je na het eerste jaar doorgaat met de opleiding, zul je voor elk komend jaar opnieuw een
leerwerkplek moeten regelen. In jaar 2, 3 en 4 start het werkplekleren niet in periode B, maar direct
aan het begin van het studiejaar. Om op tijd een leerwerkplek te regelen moet je daarom rond mei
weer beginnen met solliciteren. (De banenmarkt voor jaar 2, 3 en 4 vindt ook in mei plaats.) Het
vinden van een geschikte leerwerkplek is echter niet altijd even makkelijk. Daarom is het erg
belangrijk dat goed reflecteert op de manier waarop je het nu hebt aangepakt.
Schrijf een verslag over hoe het vinden van een leerwerkplek voor jou is verlopen. Daarbij komen in
ieder geval de volgende aspecten aan de orde:
1) Geef een chronologische beschrijving van alle acties die je ondernomen hebt om een
leerwerkplek te verkrijgen.
2) Naar wat voor soort leerwerkplek ging je voorkeur uit? Geef aan of je die ook hebt kunnen
vinden en wat volgens jou de belangrijkste reden is dat dit wel of niet gelukt is.
3) Beschrijf welke reacties je hebt gekregen op je sollicitatiebrief en CV. Geef aan welke
verbeterpunten mogelijk zijn voor een volgende keer.
4) Beschrijf je ervaringen van de banenmarkt:
Hoe heb je jezelf erop voorbereid?
Hoe verliepen de gesprekken?
Wat is voor jou het nut van de banenmarkt geweest?
5) Geef een korte beschrijving van het sollicitatiegesprek:
Hoe heb je voorbereid op het gesprek?
Wat was de rol van je brief?
Welke vragen kreeg je te beantwoorden?
Welke vragen wilde je stellen en is dat gelukt?
Als je terugkijkt op het gesprek wat zou je dan een volgende keer anders doen?
6) Wat zijn de belangrijkste conclusies voor jezelf?
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 30 -
Opdracht 5: Een overzicht van je activiteiten op je leerwerkplek
Als je eenmaal een leerwerkplek hebt gevonden, is het belangrijk om duidelijke afspraken te maken
met de school. Voor beide partijen is het goed om concreet vast te stellen wat je van elkaar kunt
verwachten.
Zorg er allereerst voor dat de Leerwerkovereenkomst (LWO) volledig wordt ingevuld en
ondertekend. In 1.2.6 kun je lezen welk stappen je moet doorlopen om je leerwerkplek met
behulp van de Leerwerkovereenkomst officieel te registreren.
De afspraken die in de Leerwerkovereenkomst worden vastgelegd zijn belangrijk, maar nog erg
globaal. Je kunt er nog niet uit afleiden wat je nou concreet gaat doen op de dagen dat je op de
leerwerkplek bent. Daarom is het noodzakelijk dat je samen met je schoolopleider (SO) en/of je
werkbegeleider (WB) een overzicht maakt van de activiteiten die je zult gaan uitvoeren.
Deze activiteiten hebben enerzijds tot doel dat jij een beter beeld krijgt van het docentschap, het
onderwijs en de school als werkomgeving. Anderzijds kun je met deze activiteiten ook de docenten
van de school ondersteunen. Op de volgende pagina staat een lijst met suggesties voor geschikte
activiteiten.
Voor het uitwerken van een helder overzicht van jouw activiteiten op de leerwerkplek kun je het
onderstaande voorbeeldschema gebruiken. Je kunt zelf ook een andere indeling kiezen. Wellicht wil
je liever een overzicht maken van week tot week of wil je per activiteit nog gedetailleerder afspraken
opschrijven.
Overzicht activiteiten
Naam student:
School:
Periode:
activiteit wanneer contactpersoon/begeleider
1.
2.
3.
4.
Jij en je begeleiders bepalen zelf of jullie meteen voor het hele schooljaar afspraken maken over
activiteiten, of dat jullie in eerste instantie alleen de eerste periode van 10 weken inplannen. In ieder
geval moet je uiterlijk 2 weken na aanvang van leerwerkplekdagen een uitgewerkt overzicht van je
activiteiten tijdens de eerste 10 weken laten zien aan je SWB. Dit overzicht is ook een verplicht
onderdeel van het dossier waarmee je Studie en Werk 1A afsluit.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 31 -
MOGELIJKE ACTIVITEITEN OP DE LEERWERKPLEK
Met leerlingen Binnen de vakgroep Binnen de school
- zelfstandig werken begeleiden - een klas een dag volgen bij pestgedrag - een leerkracht een dag volgen om inventarisatie te maken van hand- en spandiensten - individuele leerlingen observeren om achter een leerprobleem te komen - groepjes observeren i.v.m. planning leerstof, samenwerkingsopdrachten - leerlingen observeren bij zelfstandig werken - klaslokaal inrichten / opruimen - studieles assisteren - meedraaien in mentoraat - uitvoerende opdrachten begeleiden - toezien op een veilige uitvoering van opdrachten - in dienst van mentoraat leerlingen observeren - sociogram maken - groepje begeleiden b.v. na ziekte - bemiddelen bij conflict - kopiren - huilende en zieke leerlingen opvangen - spullen opruimen/repareren - zorgleerlingen begeleiden
- in ICT-lessen assisteren - practicum assisteren - toetsen maken - toetsen nakijken n.a.v. model - inhaaltoetsen afnemen - foutenanalyse maken - vastleggen toetsresultaten - mondeling overhoren - bij andere niveaus binnen vak meekijken - vergaderingen bijwonen - studiewijzers maken - materialen voorbereiden/ klaarleggen/inkopen - website voor sectie bouwen - uitschrijven van instructies - dossiers samenstellen voor een vak - literatuuronderzoek doen - speelse werkvormen bedenken - methodes screenen - projecten voorbereiden over maatschappelijke zaken - met externe hulpverleners kennis maken - overleg notuleren - actielijst bewaken - toetsenbank maken - maatregelen nemen om onveilige situaties te voorkomen
- vergaderingen notuleren - studiedag bijwonen - schoolfeest surveilleren - excursie voorbereiden - meegaan op excursie, brieven maken, financin regelen - bijwonen werkgroepen/ commissies - assisteren bij een ouderavond - stageplaatsen werven - helpen in de mediatheek - documentatie bijhouden - werkweek assisteren - open dag assisteren - sportdag assisteren - helpen bij huiswerkbegeleiding - musical opzetten en begeleiden - absenten opnemen in klassen - helpen in kantine - surveilleren in pauzes - strafklanten begeleiden - EHBO verlenen - corveeploeg begeleiden - schoolkrant ondersteunen
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 32 -
Opdracht 6: Het bijhouden van een logboek
Bij Studie en Werk leer je op een systematische manier van de ervaringen op je leerwerkplek.
Daarvoor is het belangrijk dat je goed stil staat bij de leermomenten die zich tijdens je activiteiten op
de school voordoen. Dit doe je door middel van het bijhouden van een logboek. Met behulp van een
goed logboek kun je steeds nieuwe leervragen en actiepunten voor je zelf formuleren zodat je jouw
inzicht en vaardigheden als docent verder kunt ontwikkelen. Daarnaast is het logboek een middel
voor je begeleiders om zicht te krijgen op hoe jij reflecteert op je ervaringen in de praktijk en de
feedback die je ontvangt.
Ten slotte is het logboek een belangrijk hulpmiddel voor het schrijven van het verslag waarin jij aan
het einde van elke module Studie en Werk jouw ontwikkeling moet beschrijven.
Vanaf het moment dat je met werkplekleren begint, houd je wekelijks een logboek bij. Het is
verstandig om aan het einde van je leerwerkplekdag direct je logboek bij te werken.
In je logboek noteer je na elke leerwerkplekdag het volgende:
Een bondige beschrijving van de activiteiten die je deze dag uitgevoerd hebt en/of de lessen
die je deze dag hebt geobserveerd.
Een meer gedetailleerde beschrijving van de meeste leerzame momenten van die dag.
Beschrijf voor elk moment wat er precies gebeurde, waarom dat moment voor jou leerzaam
was en welke conclusie jij aan dit moment verbindt.
Indien van toepassing: de belangrijkste punten van feedback die je deze dag hebt ontvangen.
Wat je de komende leerwerkplekdagen concreet met je conclusies en ontvangen feedback
gaat doen.
Je logboek is een persoonlijk document, voel jezelf dus vrij om het op je eigen manier vorm te geven.
Daarbij is het wel verstandig om je leermomenten en actiepunten puntsgewijs te noteren, zodat je
deze punten niet uit het oog verliest.
Je moet minimaal eens in de 14 dagen een bijgewerkte versie van je logboek uploaden in je dossier
Studie en Werk in Winvision. Voor de afronding van Studie en Werk 1A dient er een compleet
logboek in je dossier te zitten.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 33 -
Opdracht 7: Reflecteren met behulp van het ABCD-model
Soms is het leerzaam om wat uitgebreider bij een bepaalde ervaring stil te staan dan er alleen een
korte aantekening van te maken in je logboek. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de interactie tussen
jou en n of meerdere leerlingen, over de manier waarop een bepaalde werkvorm verliep, of over
een situatie op school waarvan je getuige was. Het kan overigens ook gaan om een ervaring op de
hogeschool.
Tijdens de opleiding zul je kennismaken met verschillende modellen die je voor het analyseren van
zulke situaties kunt gebruiken. Een daarvan is het ABCD-model dat je hieronder kunt vinden.
A. Wat is er gebeurd? Aanleiding?
B. Wat was daaraan Belangrijk voor mij?
C. Tot welk voornemen leidt dit? Conclusie
D. Wat ga je met dit voornemen Doen?
Tijdens periode B moet je minimaal n keer reflecteren op een zelf gekozen situatie met behulp van
dit model. In principe kun je zelf het beste bepalen wanneer jou dit het meest leerzaam lijkt. Het kan
echter ook zijn dat je SWB tijdens een groepsbijeenkomst gezamenlijk met het model wil oefenen en
dat je voor die bijeenkomst het model moet uitwerken.
Uiteraard is het verstandig om meerdere keren met het model te oefenen. Dit model kan een
standaard onderdeel zijn van je wekelijkse logboek.
Voor het afsluiten van Studie en Werk 1A moet je minimaal n uitgewerkt ABCD in je dossier
hebben opgenomen.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 34 -
Opdracht 8: Schoolbeschrijving
Deze opdracht helpt je om een goed beeld te krijgen van de school waar je je leerwerkplek hebt. Dit
kan je helpen bij het bedenken en uitvoeren van leerzame activiteiten op je nieuwe leerwerkplek.
Voor toekomstige begeleiders en assessoren is het ook nuttig om een goed beeld te hebben van de
school waar jij je eerste ervaringen in het docentschap hebt opgedaan.
Maak een beschrijving van de school (en locatie/afdeling) waar je een leerwerkplek hebt. Daarbij
komen de volgende punten aan bod:
naam school
de afdeling waar je een leerwerkplek hebt
opleidingstype
identiteit van de school
leerlingenpopulatie
niveau
onderwijskundige, didactische en pedagogische uitgangspunten
het team en de docenten met wie je samenwerkt
zorgstructuur zoals leerlingbegeleiding, mentoraat, remedial teaching
de begeleiding van de studenten/LIOs
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 35 -
Opdracht 9: Observatieoefeningen
Een belangrijk leerdoel van Studie en Werk in jaar 1 is om een goed beeld te krijgen van de praktijk
van het onderwijs. In een klas of op een leerplein gebeurt van alles. De leerlingen zijn met iets bezig,
de leerkracht doet iets en het gaat ook nog ergens over: de leerstof. In een les loopt dit door elkaar
heen. Om zicht te krijgen op deze processen is goed observeren een belangrijk middel. Je moet leren
hoe je dit middel kunt toepassen om er zelf iets van te leren voor je eigen ontwikkeling.
Observeren is meer dan kijken. Je kijkt met een bedoeling aan de hand van een of meerdere vragen.
Om die vragen goed te kunnen beantwoorden maak je tijdens het observeren gerichte
aantekeningen met behulp van een observatie instrument.
Deze oefeningen bereid je gezamenlijk in de SWB-groep voor, je voert ze vervolgens individueel uit
op je leerwerkplek en ten slotte bespreek je jouw bevindingen weer gezamenlijk in de groep.
Je gaat als volgt te werk:
1) Kies gezamenlijk een observatieonderwerp (bijvoorbeeld: de leerling, de leerkracht, de
lesopening, de instructie, etc.)
2) Formuleer gezamenlijk wat jullie over dit onderwerp te weten willen komen. Doe dit zo
nauwkeurig mogelijk, zodat iedereen ook echt op hetzelfde gaat letten.
3) Kies gezamenlijk een observatie instrument. In de keuzeopdrachten voor op de leerwerkplek
jaar 1 en 2 (zie SP.II.Materiaalbank) staan diverse voorbeelden van uitgewerkte
observatieinstrumenten. In Geerligs en van der Veen: Lesgeven en zelfstandig leren staan
diverse lijstjes voor observatieoefeningen. In Sebo Ebbens Effectief leren in de les vind je iets
speciaal gericht op de leerling.
4) Spreek af wanneer deze observatieoefening gedaan moet zijn.
5) Voer de observatieoefening uit op de leerwerkplek.
6) Bekijk je observatieaantekeningen en schrijf op welke conclusies jij hier aan verbindt. (Oftewel:
Wat is na het observeren jouw antwoord op de vragen die jullie hebben opgesteld?)
7) Bespreek jullie observaties en conclusies gezamenlijk tijdens een groepsbijeenkomst.
8) Vul je eigen verslag aan met de conclusies van de gezamenlijke bespreking. Sla het
observatieverslag vervolgens op in Winvision.
Je doet tijdens periode B meerdere observatieoefeningen. Het exacte aantal wordt bepaald door je
SWB.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 36 -
Opdracht 10: Zelfanalyse SBL-competenties
In de opleiding werk je aan de ontwikkeling van de competenties als leraar (zie SP.II.Competenties).
Tijdens de groepsbijeenkomsten van Studie en Werk 1A worden deze competenties verkend, zodat je
jezelf een beeld kunt vormen over wat er precies onder wordt verstaan. Ook is het belangrijk dat je
voldoende zicht hebt op het beheersingsniveau dat aan het einde van elk jaar van de opleiding van je
wordt verwacht. Daartoe zijn per jaar aparte indicatoren geformuleerd die gebruikt kunnen worden
om te kijken of je de verschillende competenties al voldoende ontwikkeld hebt.
In deze opdracht ga je een zelfanalyse maken van je eigen beheersingsniveau op dit moment ten
aanzien van de SBL-competenties. Hieruit kun je leerdoelen formuleren voor de rest van het eerste
studiejaar en daarna. Je gebruikt hierbij het formulier Zelfanalyse SBL competenties niveau jaar 1 (zie
SP.II.Competenties). Vul het formulier in en sla dit op in Winvision, zodat je het later kunt gebruiken
voor de nulmeting en het opstellen van een leerwerkplan voor Studie en Werk 1B.
Als je merkt dat je onvoldoende een beeld van de competenties hebt om de vragen goed te kunnen
beantwoorden, vraag dan aan je SWB om hier nog een keer extra aandacht aan te besteden.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 37 -
Opdracht 11: Nulmeting
Onderdeel 1: Vooropleiding
Kijk naar je vooropleiding en schrijf met behulp van onderstaand schema een verslag. De kopjes dien
je in je verslag op te nemen. De genoemde vragen zijn voorbeeldvragen.
Wat zegt je vooropleiding over:
je persoonlijke ontwikkeling je voorkennis voor de inhoud
van de studie
ervaringen die belangrijk zijn
voor het beroep leraar
Heb je in je vooropleiding moeten
knokken of heb je de opleiding
zonder al te veel moeite gehaald?
Afhankelijk van je opleiding heb je
persoonlijke kenmerken ontwikkeld
en zijn bepaalde kwaliteiten niet
aangesproken. Welke kenmerken
en kwaliteiten zijn dat in jouw
optiek?
Waar zul je binnen de opleiding
verdieping moeten aanbrengen?
Waar denk je recht op vrijstellingen
te hebben?
Welke kwaliteiten neem je mee uit
die vooropleiding? Denk
bijvoorbeeld aan activiteiten die je
als leerling of in het kader van een
vervolgopleiding binnen de school
hebt verricht, bijv. leerlingen
begeleiden, MR, schoolkrant,
specifieke onderwijsvormen, etc.
de veronderstelde beheersing
van studievaardigheden
Gebruik hier ook de resultaten uit je
zelfanalyse studievaardigheden.
Onderdeel 2: (Werk)ervaring
Kijk naar (werk)ervaringen die je hebt opgedaan voor je aan deze opleiding begon en vul op basis
daarvan onderstaand schema in.
Wat zeggen je (werk)ervaringen over:
je persoonlijke ontwikkeling je voorkennis voor de inhoud
van de studie
jou als (toekomstige) leraar
Afhankelijk van (werk)ervaring heb
je persoonlijke kenmerken
ontwikkeld en zijn bepaalde
kwaliteiten niet aangesproken.
Welke kenmerken en kwaliteiten
zijn dat in jouw optiek?
Waar zul je binnen de opleiding
verdieping moeten aanbrengen?
Waar denk je recht op vrijstellingen
te hebben?
Welke (werk)ervaringen zijn
relevant? Denk bijvoorbeeld aan
activiteiten binnen of buiten het
onderwijs waarbij je individuen of
groepen hebt lesgegeven of
begeleid, presentaties hebt
gegeven, coach bent geweest, etc.
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 38 -
Onderdeel 3: Persoonlijke omstandigheden
Kijk naar de omstandigheden waarbinnen je opgegroeid bent en de omstandigheden waarbinnen je
nu leeft. Beschrijf hieronder welke invloed die hebben gehad / (nog) kunnen hebben.
Wat zeggen je persoonlijke omstandigheden over:
je persoonlijke ontwikkeling de manier waarop je kunt
studeren
jou als (toekomstige) leraar
Afhankelijk van persoonlijke
omstandigheden heb je
persoonlijke kenmerken ontwikkeld
en zijn bepaalde kwaliteiten niet
aangesproken. Welke kenmerken
en kwaliteiten zijn dat in jouw
optiek?
Hoeveel tijd heb je voor je studie?
Wanneer en hoe kun je studeren?
Waar verwacht je successen of
belemmeringen?
Welke persoonlijke
omstandigheden zijn relevant?
Onderdeel 4: Motivatie
Kijk naar de redenen waarom je voor deze opleiding hebt gekozen. Wat zegt je motivatie over je kans
van slagen / falen?
Wat zegt je motivatie over:
je persoonlijke ontwikkeling de manier waarop je kunt
studeren
jou als (toekomstige) leraar
Om welke redenen heb je voor deze
opleiding gekozen? Wat wil je
graag leren?
Wat lijkt je leuk? Waar zie je tegen
op? Welke belemmeringen en
valkuilen verwacht je?
Waar denk je goed in te zijn?
Welke kansen en uitdagingen zie
je?
-
Gids Studie en Werk VT jaar 1 - 39 -
2.6 AFRONDING VAN STUDIE EN WERK 1A
Vrijwel alle opdrachten die je tijdens Studie en Werk 1A moet doen resulteren in n of meerdere
producten. Al deze producten verzamel je in het dossier Studie en Werk 1A op je eigen site in
Winvision. Eind periode B (in de toetsweek) moet dit dossier compleet zijn.
Voordat je Studie en Werk 1A kunt afsluiten dien je eerst aan een aantal vo