Immuniteit
description
Transcript of Immuniteit
![Page 1: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/1.jpg)
Immuniteit
6A
![Page 2: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/2.jpg)
Introductie• Hoofdverdeling:– Aangeboren (niet-specifiek) en verworven (specifiek)
• Verdeling aangeboren immuniteit:– Eerstelijns en tweedelijns afweer
• Verdeling verworven immuniteit:– Humoraal (bloed) en cellulair (ook wel derdelijns
afweer)
• Noot: Alle witte bloedcellen samen worden leukocyten genoemd. Witte bloedcellen die tot het specifieke deel van het immuunsysteem worden gerekend worden lymfocyten genoemd.
![Page 3: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/3.jpg)
Bloed• Leukocyten (witte bloedcellen) – Lymfocyten (zoals B-cellen, plasmacellen en T-cellen)– Monocyten (macrofagen)– Granulocyten
– Neutrofielen fagocyteren – Eosinofielen scheiden toxische stoffen uit tegen
parasieten – Basofielen IgE receptoren (allergische reacties)
• Plasma kan buiten bloedvaten en haarvaten: Lymfe
• Lymfocyten kunnen ook buiten bloedvaten en haarvaten: tussen weefselcellen
![Page 4: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/4.jpg)
Eerste verdediging • Niet-specifieke afweer waarmee ziekteverwekkers in
aanraking komen bij het betreden van het lichaam
• Slijmvliezen– Indringers blijven hangen– Trilhaarcellen voeren dit af naar de maag/darm
• Vagina– Melkzuur
• Maag– Zuur + eiwitverterend enzym
• Traanvocht, speeksel en vocht uit neus– Enzym dat in staat is bacteriën op te lossen
![Page 5: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/5.jpg)
Eerste verdediging
• Huid:– Dode cellaag (moeilijk om vast te klampen)– Zweet en talg: zuur
![Page 6: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/6.jpg)
Tweede verdedigingslinie
• Niet-specifieke afweer waarmee ziekteverwekkers in aanraking komen wanneer ze de eerstelijns verdediging gepasseerd zijn:– Complement systeem– Interferonen– Fagocyten (o.a. macrofagen en neutrofielen)– Lyzosomen in cellen
![Page 7: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/7.jpg)
Complement systeem
• 20-tal Eiwitten die in wisselende combinaties bacteriën en andere indringers helpen opruimen
• Versterken ontstekingsreacties• Lossen celwand van bacteriën op• Onder normale omstandigheden: in niet-
geactiveerde staat• Activatie : eiwitten in aanraking gekomen met
bacteriën en virussen
![Page 8: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/8.jpg)
Complement systeem
• Vallen microben aan• Remmen / voorkomen reproductie• Lyse van microben• Trekken fagocyten aan
![Page 9: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/9.jpg)
Interferonen
• Eiwitten (glycoproteïnen)• Ontstaan wanneer cel is geïnfecteerd met
virus• Zorgen voor afweer tegen een volgende
infectie met zelfde virus• Reguleren immuun-processen door stimulatie
of remming van bepaalde stoffen• Activeren macrofagen (type witte bloedcel)
![Page 10: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/10.jpg)
Fagocyten
• Macrofagen• Neutrofielen– Via fagocytose ziekteverwekkers uitschakelen
![Page 11: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/11.jpg)
Infectie
• Bij het doorbreken van de buitenste grenzen van je aangeboren immuunsysteem komt de tweede lijn in actie. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij het openhalen van je huid.
• De tweede lijn van het aangeboren afweer komt nu in actie en later ook het specifieke afweersysteem, dit noemen we de ontstekingsreactie.
![Page 12: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/12.jpg)
Ontstekingsreactie
• Reactie die ervoor zorgt dat het immuunsysteem effectief kan reageren op de infectie.
• Kan zowel plaatselijk als systemisch (=lichaamsbreed) zijn.
• Kenmerken: roodheid, opzwelling, warmte, pijn
![Page 13: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/13.jpg)
![Page 14: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/14.jpg)
Ontstekingsreactie• Kapotte cellen scheiden chemokinen en
histaminen af• Chemokinen lokken neutrofielen en macrofagen
naar de ontsteking toe• Histaminen zorgen ervoor dat de bloedvaatjes
rond de ontsteking verwijden. Hierdoor ontstaat er ophoping van vocht in het weefsel (zwelling), waardoor de plek warm en rood wordt. Ook de permeabiliteit van de wand van de bloedvatenvergoot: witte bloedcellen kunnen zich gemakkelijk verplaatsen
• Prostaglandines zorgen voor de pijnsensatie
![Page 15: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/15.jpg)
Ontstekingsreactie
• Door de chemokinen worden neutrofielen en macrofagen naar de plek des onheil gelokt. Deze arriveren binnen korte tijd (uren)
• Indien deze fagocyten niet genoeg zijn om de infectie te beëindigen komt het specifieke deel van het afweersysteem ook in actie. Dit duurt dagen
![Page 16: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/16.jpg)
Koorts
• Opgewekt door toxines die ziekteverwekkers uitscheiden
• Leukocyten scheiden pyrogenen uit: thermostaat wordt hoger ingesteld– Remming groei micro-organismen– Stimuleert fagocytose– Stimuleert reparatie weefsels
![Page 17: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/17.jpg)
Septische shock
• Lichaamsbrede ontsteking• Kenmerken:– Extreem hoge en lange koorts– Lage bloeddruk
![Page 18: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/18.jpg)
Verschil immuniteitAangeboren Verworven
Reactietijd Uren dagen
Specificiteit Niet of nauwelijks Zeer specifiek en wordt nog beter in het verloop van een infectie
Reactie op herhalende infecties van dezelfde ziekteverwekker
Altijd hetzelfde als op eerdere infecties
Veel sterker en sneller dan op de eerste infectie
Bron: Kuby. 2007. Immunology. Freeman press.
![Page 19: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/19.jpg)
Een aantal termen
• Antistof: eiwit dat aan bacterie bindt en zorgt voor de afweer van het lichaam
• Antigen: eiwit receptor (zit op alle cellen: zowel lichaamsvreemd als lichaamseigen)
• Antilichaam: ziekteverwekker
![Page 20: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/20.jpg)
Specifieke afweer
• Witte bloedcellen (Lymfocyten!) die hiertoe behoren zijn:– T-lymfocyten (T-helpercellen en T-cytotoxische
cellen)– B-Lymfocyten (B-helpercellen en B-plasmacellen)
![Page 21: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/21.jpg)
Specifieke afweer
• Reageert specifiek op afzonderlijke ziekteverwekkers en heeft geheugen
• Twee hoofdlijnen:– Humoraal (humor = bloed) en cellulair
• De een werkt tegen ziekteverwekkers in het bloed, de ander tegen ziekteverwekkers in cellen
![Page 22: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/22.jpg)
Typen bloedcellen
• De plaats van ontwikkeling van de bloedcellen bepaalt het type:
• T-cellen (ontwikkelen zich in de thymus)– T-helpercellen• Zijn in staat te binden aan witte bloedcellen die
geïnfecteerd zijn met ziekteverwekker. Activeert hiermee de B-cellen• Zijn in staat te binden aan lichaamscellen die
geïnfecteerd zijn met ziekteverwekker. Activeert hiermee de Cytotoxische T-cellen
![Page 23: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/23.jpg)
Type bloedcellen
– T-geheugencellen• Zijn in staat bij een volgende besmetting met dezelfde
soort ziekteverwekker het immuunsysteem sneller op gang te brengen
– Cytotoxische T-cellen• Zijn cellen die geactiveerd worden door de T-
helpercellen dmv cytokinen, binden zich vervolgens aan de geïnfecteerde lichaamscel en schakelen deze cel uit
![Page 24: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/24.jpg)
Type bloedcellen
• B-cellen (ontwikkelen zich in het beenmerg)– B-plasmacel: Kunnen binden aan ziekteverwekker
in het bloed. Worden vervolgens geactiveerd en maken anti-stoffen.
– B-geheugencel: Herkennen bij een volgende besmetting de ziekteverwekker waardoor het immuunsysteem sneller kan reageren
![Page 25: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/25.jpg)
Humoraal
• Betrekking op T-helpercellen en B-cellen
• http://www.bioplek.org/animaties/afweer/macrofagen.html
• http://www.bioplek.org/animaties/afweer/Blymfocyten.html
![Page 26: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/26.jpg)
Cellulair
• Betrekking op T-helpercellen en Cytotoxische T-cellen
• http://www.bioplek.org/animaties/afweer/Tlymfocyten.html
![Page 27: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/27.jpg)
Lichaamsvreemd/-eigen
• MHC 1-eiwitten zitten op alle lichaamscellen met een celkern
• MHC 2-eiwitten zitten op B-cellen, geactiveerde T-cellen en cellen die in de thymus zitten
• Is specifiek voor elk individu• Dit door grote variëteit aan allelen in de
populatie mensen
![Page 28: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/28.jpg)
Connectie
• Cytotoxische T-cellen binden aan antigen dat gepresenteerd is op een geïnfecteerde cel die MHC 1-eiwitten bevat (lichaamscel)
• T-helpercellen binden aan antigen dat gepresenteerd is op een geïnfecteerde cel die MHC 2 –eiwitten bevat (macrofaag)
![Page 29: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/29.jpg)
Connectie
• CD4 – is een type membraan eiwit– Is aanwezig op de meeste T-helpercellen– Zorgt voor stevige connectie met MHC2-eiwitten
• CD8– Is een type membraan eiwit– Is aanwezig op Tc-cel– Zorgt voor een stevige connectie met MHC1-
eiwitten
![Page 30: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/30.jpg)
Immunoglobulines
• Antistof• 2 antigeen bindingsites• Bestaat uit 4 polypeptide ketens die gebonden
zijn door disulfidebruggen• Binding is specifiek!• IgM, IgG, IgA, IgD, IgE• Zie binas!!
![Page 31: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/31.jpg)
Functie antistoffen
• Blokkeren van functie ziekteverwekker (neutralisatie)
• Signaal voor fagocystose (opsonisatie)• Klontering (neutralisatie + opsonisatie)• Activatie complementsysteem
![Page 32: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/32.jpg)
![Page 33: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/33.jpg)
Immuunreacties
• Actief vs passief• ABO-bloedgroepen• Rhesusfactor• Afstoting van organen• Allergie
![Page 34: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/34.jpg)
Allergie
• Hypergevoelige reactie op allergenen (stoffen van buitenaf)
• Na eerste ontvangst van allergeen worden IgE aangemaakt. Na tweede ontvangst: plasmacellen geprikkeld door allergeen: histamines vrij
• Antihistamine• Vb: bijensteek, pollen, penicilline, pinda, enz.
![Page 35: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/35.jpg)
Auto-immuun
• Lupus: lichaam produceert antistoffen tegen heel veel typen lichaamseigen moleculen. Vb DNA, histonen.– Jeuk, koorts, artritis, nier disfunctioneren
• Reuma: Ontstekingsreacties op kraakbeen rondom de gewrichten
![Page 36: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/36.jpg)
Auto immuun
• MS: T-cellen reageren op de cellen van de myelineschede.
• Overerving van specifieke MHC-allelen is geassocieerd met gevoeligheid voor specifieke immuunziekten. Bijv. Diabetes type 1.
![Page 37: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/37.jpg)
Virus
![Page 38: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/38.jpg)
Aids• Geëvolueerd van HIV-virus in chimpansees in
centraal Afrika. Verscheen in de mens rond 1915-1940
• CD4-cellen worden geïnfecteerd (T-helpercellen) door het virus + de coreceptor moet aanwezig zijn (voor cytokinen)
• Overige cellen die geïnfecteerd raken:– Macrofagen– B-lymfocyten– Hersencellen
![Page 39: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/39.jpg)
Aids
• Na besmetting met HIV volgt een daling van het virus in het bloed door de 1e immuunreactie
• Resistentie tegen HIV: receptor voor cytokinen is defect. HIV deeltjes kunnen niet hechten
![Page 40: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/40.jpg)
Organen mbt afweer
• Zwezerik (Thymus)– Ontwikkeling van lymfocyten tot T-lymfocyten
(bepaalde witte bloedcellen)– Afbreken van T-lymfocyten– Productie van hormonen die groei en het afweersysteem stimuleren
![Page 41: Immuniteit](https://reader036.fdocuments.net/reader036/viewer/2022081516/56814886550346895db597f7/html5/thumbnails/41.jpg)
Milt• Vormt plasmacellen uit B-lymfocyten• Breekt rode bloedcellen af en slaat
vrijkomende ijzer op• Bevat een reservoir aan bloed• Verwijdert afvalstoffen uit het bloed• Kan operatief verwijderd worden– Wel is zonder milt de afweer tegen gekapselde bacteriën zoals de meningokok slechter. Hiertegen wordt dan gevaccineerd