Een echte Rekenvlinder - zwijsen.nl · Reken uit. OPDRACHT 2 Wat is d e af stand ? Reken uit....
Transcript of Een echte Rekenvlinder - zwijsen.nl · Reken uit. OPDRACHT 2 Wat is d e af stand ? Reken uit....
En? ... Ben jij een echte Rekenvlinder? We nodigen je uit!
Kijk ook op: www.rekenvlinder.nl
Ben jij een echte ?Een echte Rekenvlinder ...
• vindt het fijn om bepaalde onderwerpen wat langer en vaker te oefenen.• oefent graag stapje voor stapje.• vindt het fijn om te weten wát hij precies gaat oefenen.• controleert eerst zijn eigen oplossingen en kijkt dan pas in het antwoordenboek.• denkt na over moeilijke opdrachten en wil daar iets van leren.• durft hulp te vragen aan Rekenkikker. R E K E N E N M E T
D E C I M A L E G E T A L L E N
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16 h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro). De uitgever heeft getracht alle rechthebbenden te achterhalen. Indien iemand meent als rechthebbende in aanmerking te komen, kan hij of zij zich tot de uitgever richten.
HoofdauteurCathe Notten
AuteurMarian van den Boomen
ConceptontwikkelingAnneke Aartsen
UitgeverJan van Wonderen
ProjectleidingAnneke Aartsen
VormgevingsconceptNicolette Obers
BureauredactieChristel Lieskamp
BeeldredactieMirjam Faessen
ProductiebegeleidingTessa Sponselee
MarketingRian de Wit
Opmaak en technische tekeningenHans van Loon
IllustratiesJosje van KoppenStudio Steehouwer & Leenheer (vlinders)Coen de Kort, [vlnr] communicatievormgeving, Tilburg (technische tekeningen)
Foto’sLokin Fotografie bv, BredaShutterstockRenate Reitler (beeldbewerking omslag)
En dan nu: de antwoorden!
2e druk© Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburgwww.zwijsen.nlVoor België: Uitgeverij Zwijsen.be, AntwerpenISBN 978.90.487.1167.3D/2012/1919/218
11673_rv_ab_decimale_getallen_os.indd 1 8-2-2017 11:45:27
LEERSTAP 1 LEERSTAP 2
LEERSTAP 3 LEERSTAP 4
LEERSTAP 5 LEERSTAP 6
h et rekenen met g eld bed rag en h et optellen en af trekken van d eci male g etallen met 1 , 2 of 3 ci jf ers ach ter d e komma
h et vermenig vuld ig en en d elen met d eci male g etallen
h et optellen, af trekken, vermenig vuld ig en en d elen met d eci male g etallen
h et rekenen met d eci male g etallen en verh oud ing en
h et rekenen met breuken, proce nten en d eci male g etallen
I N D I T B O E K O E F E N J E …
L E E R S T A P
1Je oefent het rekenen met geldbedragen
OPDRACHT 1 Welke uitkomst is juist? K ruis aan en leg uit.
OPDRACHT 2 Welke uitkomst is juist? K ruis aan.
Niels telt vier geldbedragen op.Hij vergeet de komma.Welke uitkomst is juist?
€ 405,00 + € 40,50 + € 4,05 + € 0,45 = € 45000
€ 4500,0
€ 450,00
€ 45,000
Leg uit:
4 × € 3,95 =
€ 15,8
€ 15,80
€ 15.800
5 × € 9,60 =
€ 48,00
€ 48
€ 48.000
8 × € 3,95 =
€ 316,00
€ 31,6
€ 31,60
100 × € 9,60 =
€ 960,00
€ 96,00
€ 96.000
4
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
L E E R S T A P
2Je oefent het optellen en aftrekken van decimale getallen
met 1, 2 en 3 cijfers achter de komma
OPDRACHT 1 Hoeveel kilog ram g roeit A nna? Reken uit.
OPDRACHT 2 Wat is d e af stand ? Reken uit.
LEEFT IJD GEWICHT
1 maand 3,680 kg
2 maanden 4,335 kg
3 maanden 4,960 kg
4 maanden 5,245 kg
5 maanden 5,720 kg
6 maanden 6,210 kg
TUSSEN ERBIJ
1 en 2 maanden kg
2 en 3 maanden kg
3 en 4 maanden kg
4 en 5 maanden kg
5 en 6 maanden kg
TUSSEN AFSTAND
B en C km
C en D km
D en E km
E en F km
B en D km
D en F km
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
Kijk maar naar de hectometerbordjes.
A FB C D E
8
L E E R S T A P
3Je oefent het vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
OPDRACHT 1 Hoeveel liter sap samen? Reken uit.
OPDRACHT 2 Hoeveel liter sap in elk g las? Reken uit.
1 liter = 4 × 0,25 l
= 0,25 liter
In 2 blikjes: liter sap
In 4 blikjes: liter sap
In 8 blikjes: liter sap
In 24 blikjes: liter sap
2,5 liter sap
Mick vult 10 glazen.Hij schenkt in elk glas evenveel sap.Hoeveel sap zit in elk glas?
In getallen die een inhoud of gewicht weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
2,5 liter : 10 = liter sap
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 3 Wie fi etst de langste afstand? Reken uit en kruis aan.
OPDRACHT 4 Hoeveel stukken kun je knippen? Reken uit.
RON DONNA
maandag 11,400 km 15,500 km
dinsdag 15,250 km 19,900 km
woensdag 19,975 km 16 km
donderdag 15,750 km 13,100 km
vrijdag 13,125 km 11,500 km
totaal km km
Het lint is 4 meter lang.
stukken van 0,40 m
stukken van 0,20 m
stukken van 0,80 m
stukken van 0,08 m
stukken van 0,04 m
17
L E E R S T A P
5Je oefent het rekenen met decimale getallen en verhoudingen
OPDRACHT 1 Hoeveel h eb je nod ig ? Reken uit met d e tabel.
OPDRACHT 2 Hoeveel siroop h eb je nod ig ?
� � pt voor spagה tti(voor 4 פ rso� n)
0,5 kg spagה tti
1,5 l wa� r0,4 kg � hakt0,3 kg grœ n� n0,25 kg champignons
0,4 l toma� nsap
Hoeveel gehakt heb je nodig voor 16 personen?
kg
Voor 1 beker limonade heb je 0,05 liter siroop nodig.
VOOR 2
PERSONEN
VOOR 4
PERSONEN
VOOR 12
PERSONEN
spaghetti kg 0,5 kg kg
water l 1,5 l l
gehakt kg 0,4 kg kg
groenten kg 0,3 kg kg
champignons kg 0,25 kg kg
tomatensap l 0,4 l l
VOOR 3
BEKERS
VOOR 9
BEKERS
VOOR 90
BEKERS
VOOR 180
BEKERS
l l l l
geen
kop
ieermateriaal ©
Uit
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 3 Hoeveel bekers kun je vullen? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welke sommen passen erbij? Maak vast.
1⁄5 × 3,2 = 0,64
0,25 × 0,32 = 0,08
1⁄10 × 32 = 3,2
1⁄4 × 0,32 = 0,08
0,1 × 32 = 3,2
0,2 × 3,2 = 0,64
10% van € 32,00
20% van 3,2 km
25% van 0,32 kg
25
1
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 1 13-11-12 23:55
LEERSTAP 1
LEERSTAP 2
LEERSTAP 3
S ch rijf d e d eci male g etallen.
S ch rijf d e d eci male g etallen.
S ch rijf d e d eci male g etallen.
€ 0,50 € 0,20 € 0,10 € 0,05 € 0,02 € 1,00
Geldbedragen schrijf je altijd met twee cijfers achter de komma.
100 cm = 1 m 10 cm = 0,10 m 1 cm = 0,01 m
1000 m = 1 km 100 m = 0,1 km 10 m = 0,01 km 1 m = 0,001 km
In getallen die een lengte in
meters weergeven, blijven de nullen
na de komma staan, net zoals in
geldbedragen.
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na
de komma weglaten.
In getallen die een gewicht weergeven,
mag je de laatste nullen na de komma
weglaten.
2 cm = 0,02 m
20 cm = 0,20 m
25 cm = 0,25 m
75 cm = 0,75 m
5 m = 0,005 km
15 m = 0,015 km
150 m = 0,15 km
1500 m = 1,5 km
1 gram = 0,001 kg
10 gram = 0,01 kg
100 gram = 0,1 kg
1000 gram = 1 kg
2 gram = 0,002 kg
20 gram = 0,02 kg
200 gram = 0,2 kg
2000 gram = 2 kg
W E E T J E N O G ?Begin je met dit boekje?Maak dan vooraf de opdrachten op deze pagina.
2
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 2 13-11-12 23:56
LEERSTAP 4
LEERSTAP 5
LEERSTAP 6
V erd eel eerlijk. Hoeveel krijg t ied er? S ch rijf .
Wat is evenveel? K ruis aan.
Hoeveel h eb je nod ig ? Reken uit met d e tabel.
Voor 1 sorbet:4 aardbeien3 bollen ijs6 kersen
2 eetlepels saus
4 kinderen delen € 100,00.
Ieder kind krijgt € 25,00 .
4 kinderen delen € 10,00.
Ieder kind krijgt € 2,50 .
VOOR 2 SORBETS VOOR 4 SORBETS VOOR 8 SORBETS
aardbeien 8 16 32
ijs 6 12 24
kersen 12 24 48
saus 4 8 16
€ 1,00
€ 0,50
€ 0,50 is evenveel als:
1⁄2 deel van € 1,00
50% van € 1,00
de helft van 1 euro
1⁄5 deel van € 1,00
3
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 3 13-11-12 23:56
L E E R S T A P
1Je oefent het rekenen met geldbedragen
OPDRACHT 1 Welke uitkomst is juist? K ruis aan en leg uit.
OPDRACHT 2 Welke uitkomst is juist? K ruis aan.
Niels telt vier geldbedragen op.Hij vergeet de komma.Welke uitkomst is juist?
€ 405,00 + € 40,50 + € 4,05 + € 0,45 = € 45000
€ 4500,0
€ 450,00
€ 45,000
Leg uit:Geldbedragen schrijf je altijd met twee cijfers achter de komma.
4 × € 3,95 =
€ 15,8
€ 15,80
€ 15.800
5 × € 9,60 =
€ 48,00
€ 48
€ 48.000
8 × € 3,95 =
€ 316,00
€ 31,6
€ 31,60
100 × € 9,60 =
€ 960,00
€ 96,00
€ 96.000
4
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 4 13-11-12 23:56
L E E R S T A P 1
OPDRACHT 3 Hoeveel euro krijg je terug ? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welk bed rag is juist? K ruis aan en leg uit.
OPDRACHT 5 Hoeveel euro ong eveer? K ruis aan.
Je betaalt met een briefje van 100 euro.
€ 18,95
€ 49,90
10 euro
€ 49,90€ 18,95€ 10,00 +€ 78,85
€ 100,00 − € 78,85 = € 21,15
terug € 21,15
Leg uit:De rekenmachine laat geen nullen achter de komma zien.79 betekent in dit geval € 79,00.
Wat valt je op?
Mirte telt drie bedragen op met de rekenmachine.
€ 49,90€ 18,95€ 10,15 +
Ze ziet deze uitkomstop de rekenmachine.
Het juiste bedrag is:
€ 0,79
€ 7,90
€ 79,00
100 euro
90 euro
80 euro
700 euro
800 euro
900 euro
9 euro
10 euro
11 euro
79
€ 21,30€ 36,20€ 31,40 +
700
€ 213,00€ 362,00€ 314,00 +
9
€ 2,13€ 3,62€ 3,14 +
5
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 5 13-11-12 23:57
L E E R S T A P 1
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Welke bed rag en h eef t Mees opg eteld ? K leur.
OPDRACHT 8 Hoeveel korting krijg je? Reken uit.
× € 0,35 € 3,50 € 10,50 € 5,25
2 € 0,70 € 7,00 € 21,00 € 10,50
4 € 1,40 € 14,00 € 42,00 € 21,00
8 € 2,80 € 28,00 € 84,00 € 42,00
5 € 1,75 € 17,50 € 52,50 € 26,25
10 € 3,50 € 35,00 € 105,00 € 52,50
100 € 35,00 € 350,00 € 1050,00 € 525,00
50 € 17,50 € 175,00 € 525,00 € 262,50
De uitkomst op de rekenmachine is: € 23,10 € 2,31
€ 231,00
€ 26,25
€ 36,75
€ 367,50€ 262,50
€ 1,75 per stuk5 voor € 7,95
korting € 0,80
86.1
€ 0,95 per stuk3 voor € 2,75
korting € 0,10
6
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 6 13-11-12 23:57
L E E R S T A P 1
OPDRACHT 9 K leur d e g etallen.
OPDRACHT 10 V an w elk bed rag verg eet L uca s d e 0 ? K ruis aan en co ntroleer.
WAT WEET JE NU?
283,1
410
2,8
0,41
310
0,28
0,3131
4,1
280
41
samen 1000
samen 100
samen 10
samen 1
Lucas telt met de rekenmachine drie bedragen op: € 52,70 + € 27,05 + € 20,75
Zijn uitkomst is € 100,95.Dat klopt niet, want hij vergeet de 0 van:
€ 52,70
€ 27,05
€ 20,75
Welk bed rag is juist? K ruis aan.
Hoeveel euro terug ? Reken uit.
Hoeveel euro terug ? Reken uit.
€ 52,70 + € 27,05 + € 20,75 = € 10050
€ 1005,00 € 100,50 € 1005,0
€ 2,15€ 3,60€ 3,75 +
terug € 0,50
€ 21,50€ 36,00€ 37,50 +
terug € 5,00
€ 2,15 € 3,60€ 3,25 +
€ 2,15 € 36,00€ 375,00 +
€ 0,09 € 0,90 € 9,00
4 euro 40 euro 400 euro
Welk bed rag is juist? K ruis aan.
Hoeveel euro ong eveer? K ruis aan.
Reken uit.
1
2
3
4
5
6
9.
× € 0,75 € 1,50 € 4,50
2 € 1,50 € 3,00 € 9,00
4 € 3,00 € 6,00 € 18,00
8 € 6,00 € 12,00 € 36,00
283,1
410
2,8
0,41
310
0,28
0,3131
4,1
280
41
7
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 7 13-11-12 23:57
L E E R S T A P
2Je oefent het optellen en aftrekken van decimale getallen
met 1, 2 en 3 cijfers achter de komma
OPDRACHT 1 Hoeveel kilog ram g roeit A nna? Reken uit.
OPDRACHT 2 Wat is d e af stand ? Reken uit.
LEEFT IJD GEWICHT
1 maand 3,680 kg
2 maanden 4,335 kg
3 maanden 4,960 kg
4 maanden 5,245 kg
5 maanden 5,720 kg
6 maanden 6,210 kg
TUSSEN ERBIJ
1 en 2 maanden 0,655 kg
2 en 3 maanden 0,625 kg
3 en 4 maanden 0,285 kg
4 en 5 maanden 0,475 kg
5 en 6 maanden 0,490 kg
TUSSEN AFSTAND
B en C 28,2 km
C en D 34,8 km
D en E 76,3 km
E en F 20,5 km
B en D 63 km
D en F 96,8 km
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
Kijk maar naar de hectometerbordjes.
A FB C D E
8
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 8 13-11-12 23:58
L E E R S T A P 2
OPDRACHT 3 Hoeveel moeten z e nog g roeien? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welke g etallen z ijn samen 1 , 5 , samen 0 , 1 5 en samen 0 , 0 1 5 ? K leur.
OPDRACHT 5 Reken uit en g eef g elijke uitkomsten d ez elf d e kleur.
In getallen die een lengte in meters weergeven, blijven de nullen na de komma
staan, net zoals in geldbedragen.
Tijn is 1,37 m. Hij moet nog 0,28 m groeien.
Joost is 1,42 m. Hij moet nog 0,23 m groeien.
Lieke is 1,62 m. Zij moet nog 0,03 m groeien.
Reda is 0,98 m. Hij moet nog 0,67 m groeien.
0,03 0,4
0,001
0,05
0,002
0,005
0,003
0,004 0,04
0,1
0,2
0,30,50,02
0,01
samen 1,5
samen 0,15
samen 0,015
+ 0,05 0,5 5 5,5 5,05
0,05 0,1 0,55 5,05 5,55 5,1
0,5 0,55 1 5,5 6 5,55
5 5,05 5,5 10 10,5 10,05
5,5 5,55 6 10,5 11 10,55
5,05 5,1 5,55 10,05 10,55 10,1
Wat valt je op?
+ 0,05 0,5 5 5,5 5,05
0,1
1
10
11
10,1
0,05
0,5
5
5,5
5,05
0,55
0,55
5,05
5,05
5,55
5,55
5,55
5,55
5,1
5,1
5,5
5,5
6
6
10,5
10,5
10,05
10,05
10,55
10,55
0,03 0,4
0,001
0,05
0,002
0,005
0,003
0,004 0,04
0,1
0,2
0,30,50,02
0,01
9
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 9 13-11-12 23:58
L E E R S T A P 2
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Reken uit.
OPDRACHT 8 K leur alle sommen met uitkomst 1 .
– 0,002 0,02 0,2 2,2
1 0,998 0,98 0,8
10 9,998 9,98 9,8 7,8
100 99,998 99,98 99,8 97,8
0,1 + 0,2 + 0,3 + 0,4 = 1
0,01 + 0,02 + 0,03 + 0,04 = 0,1
0,1 + 0,2 + 0,3 + 0,4 + 0,5 = 1,5
0,01 + 0,02 + 0,03 + 0,04 + 0,05 = 0,15
1,1 + 1,2 + 1,3 + 1,4 + 1,5 = 6,5
1,01 + 1,02 + 1,03 + 1,04 + 1,05 = 5,15
0,25 + 0,75
2,5 – 1,5
2,5 + 7,5
0,2 + 0,8
0,5 + 0,5
2 × 0,5
2 × 0,05
4 × 0,25
8 × 0,125
12,5 – 2,5
4 × 0,5
5 × 0,2
5 × 0,02
1,25 – 0,25
10
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 10 13-11-12 23:58
L E E R S T A P
A B
55,8 90,6
2
OPDRACHT 9 Hoeveel ong eveer? K ruis aan.
OPDRACHT 10 Welke kratten w eg en samen preci es 5 0 kg ? K ruis aan en co ntroleer met d e rekenmach ine.
WAT WEET JE NU?
+ 0,01 0,1 1 1,1
0,09 0,1 0,19 1,09 1,19
0,9 0,91 1 1,9 2
– 0,04 0,4 0,44 4,4
10 9,96 9,6 9,56 5,6
100 99,96 99,6 99,56 95,6
€ 25,99 + € 23,98 ≈ € 48,-
≈ € 50,-
98,5 km – 27,6 km ≈ 70 km
≈ 71 km
0,378 l + 0,36 l ≈ 0,74 l
≈ 0,73 l
13,9 kg 14,1 kg
8,7 kg
13,3 kg
13,7 kgmaximaal 50 kg
Hoeveel nog g roeien? Reken uit.
Hoeveel kilog ram g roeit Mirte?
Wat is d e af stand tussen A en B ?
Voor de waterbaan moet je 1,20 m lang zijn. Pablo is 1,09 m.
Hij moet nog 0,11 m groeien.
erbij 3,4 kg
De afstand is 34,8 km.
Welke g etallen z ijn samen 1 ? K leur.
Reken uit.
Reken uit.
1
3
2
4
5
6LEEFT IJD GEWICHT
2 jaar 13,8 kg
4 jaar 17,2 kg
0,5 1,52,5
0,01
0,25
0,050,15 0,1
11
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 11 13-11-12 23:59
L E E R S T A P
3Je oefent het vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
OPDRACHT 1 Hoeveel liter sap samen? Reken uit.
OPDRACHT 2 Hoeveel liter sap in elk g las? Reken uit.
1 liter = 4 × 0,25 l
= 0,25 liter
In 2 blikjes: 0,5 liter sap
In 4 blikjes: 1 liter sap
In 8 blikjes: 2 liter sap
In 24 blikjes: 6 liter sap
2,5 liter sap
Mick vult 10 glazen.Hij schenkt in elk glas evenveel sap.Hoeveel sap zit in elk glas?
In getallen die een inhoud of gewicht weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
2,5 liter : 10 = 0,25 liter sap
12
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 12 14-11-12 00:01
L E E R S T A P 3
OPDRACHT 3 Hoeveel liter sap samen? Reken uit.
OPDRACHT 4 Hoeveel melk in elke beker? Reken uit.
OPDRACHT 5 Reken uit.
1 liter = 10 × 0,1
= 0,2 literIn 5 pakjes: 1 liter sap
In 15 pakjes: 3 liter sap
5 × 0,2 = 1 liter 10 × 0,2 = 2 liter 15 × 0,2 = 3 liter
1,5 : 10 = 0,15 liter 1,5 : 5 = 0,3 liter
1,5 : 5 = 0,3 liter melk
Sonja vult 5 bekers.Ze schenkt in elke beker evenveel melk.Hoeveel melk zit in elke beker?
1,5 l melk
× 0,002 0,02 0,2 0,25 0,025
5 0,01 0,1 1 1,25 0,125
10 0,02 0,2 2 2,5 0,25
100 0,2 2 20 25 2,5
25 0,05 0,5 5 6,25 0,625
50 0,1 1 10 12,5 1,25
13
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 13 14-11-12 00:02
L E E R S T A P 3
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Reken uit.
OPDRACHT 8 Reken uit.
: 5 10 100 50
2,5 0,5 0,25 0,025 0,05
0,5 0,1 0,05 0,005 0,01
1,5 0,3 0,15 0,015 0,03
4,5 0,9 0,45 0,045 0,09
7,5 1,5 0,75 0,075 0,15
2,5 ×
2 = 5
4 = 10
8 = 20
0,25 ×
2 = 0,5
4 = 1
8 = 2
0,8 :
2 = 0,4
4 = 0,2
8 = 0,1
0,08 :
2 = 0,04
4 = 0,02
8 = 0,01
0,025 ×
2 = 0,05
4 = 0,1
8 = 0,2
0,008 :
2 = 0,004
4 = 0,002
8 = 0,001
14
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 14 14-11-12 00:02
L E E R S T A P 3
OPDRACHT 9 Hoeveel ong eveer? K ruis aan.
OPDRACHT 10 I s 1 0 euro g enoeg voor 2 5 pakjes sap? K ruis aan en leg uit.
WAT WEET JE NU?
0,1 :
5 = 0,02
10 = 0,01
20 = 0,005
0,2 :
2 = 0,1
4 = 0,05
8 = 0,025
5 × € 2,49≈ € 12,50≈ € 15,00≈ € 12,00
3 × € 3,99≈ € 9,00≈ € 12,00≈ € 10,00
5 × 0,249 l≈ 1,2 l≈ 1,25 l≈ 1,5 l
3 × 0,399 kg≈ 0,9 kg≈ 1 kg≈ 1,2 kg
Lise heeft 10 euro.Ze wil 25 pakjes sap kopen.
Ja, 10 euro is genoeg. Nee, 10 euro is niet genoeg.
1 pakje sap kost € 0,39
Leg uit:€ 0,39 is ongeveer € 0,40 10 × 0,40 = € 4,00 20 × 0,40 = € 8,00 5 × 0,40 = € 2,00 25 × 0,40 = € 10,00
Hoeveel kg rijst samen?
Hoeveel liter sap in elk g las?
Hoeveel liter sap samen?
In 1 pak zit 0,4 kg rijst.
In 2 pakken: 0,8 kg rijst
In 8 pakken: 3,2 kg rijst
Deva vult 5 bekers.
1,5 : 5 = 0,3 liter
Geertje vult 10 glazen.
In elk glas 2,5 : 10 = 0,25 liter
In 1 pakje zit 0,2 liter sap.
5 × 0,2 = 1 liter
20 × 0,2 = 4 liter
Hoeveel melk in elke beker?1
2
3
4
1,5 l
2,5 l
× 0,005 0,05 0,5
10 0,05 0,5 5
20 0,1 1 10
Reken uit.
Reken uit.
5
6
15
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 15 14-11-12 00:02
L E E R S T A P
4Je oefent het optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
OPDRACHT 1 Hoeveel z akjes kun je vullen? Reken uit.
OPDRACHT 2 Hoeveel g laz en kun je vullen? Reken uit.
In de grote zak zit 5 kg meel.In een klein zakje past 0,250 kg meel.
Ik kan 20 zakjes vullen.
In de grote zak zit 2,5 kg meel.In een klein zakje past 0,125 kg meel.
Ik kan 20 zakjes vullen.
Bijvoorbeeld: 10 × 0,250 kg = 2,500 kg = 2,5 kg 20 × 0,250 kg = 5,000 kg = 5 kg
Bijvoorbeeld: 10 × 0,125 kg = 1,250 kg = 1,25 kg 20 × 0,125 kg = 2,500 kg = 2,5 kg
Als je een decimaal getal vermenigvuldigt met 10, verschuift de komma naar rechts.De nul voor de komma verdwijnt.
2 liter 2 liter
In de kan zit 2 liter sap.In een glas past 0,250 liter sap.
Ik kan 8 glazen vullen.
In de kan zit 2 liter sap.In een glas past 0,125 liter sap.
Ik kan 16 glazen vullen.
Bijvoorbeeld: 4 × 0,250 = 1 liter 8 × 0,250 = 2 liter
Bijvoorbeeld: 8 × 0,125 = 1 liter 16 × 0,125 = 2 liter
16
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 16 14-11-12 00:03
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 3 Wie fi etst de langste afstand? Reken uit en kruis aan.
OPDRACHT 4 Hoeveel stukken kun je knippen? Reken uit.
OPDRACHT 5 Reken uit.
RON DONNA
maandag 11,400 km 15,500 km
dinsdag 15,250 km 19,900 km
woensdag 19,975 km 16 km
donderdag 15,750 km 13,100 km
vrijdag 13,125 km 11,500 km
totaal 75,5 km 76 km
Het lint is 4 meter lang.
10 stukken van 0,40 m
20 stukken van 0,20 m
5 stukken van 0,80 m
50 stukken van 0,08 m
100 stukken van 0,04 m
4 :
10 = 0,4
20 = 0,2
40 = 0,1
4 :
100 = 0,04
200 = 0,02
400 = 0,01
2 :
10 = 0,2
20 = 0,1
40 = 0,05
2 :
100 = 0,02
200 = 0,01
400 = 0,005
17
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 17 14-11-12 00:04
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Hoeveel kilometer fi etst Donna gemiddeld per dag? Reken uit.
OPDRACHT 8 K leur d e som met d e kleinste uitkomst.
0,025 = 0,25
10 × 0,05 = 0,5
0,1 = 1
0,025 = 0,5
20 × 0,05 = 1
0,1 = 2
2 = 0,05
0,025 × 4 = 0,1
8 = 0,2
20 = 0,5
0,025 × 40 = 1
80 = 2
DONNA
maandag 15,500 km
dinsdag 19,900 km
woensdag 16 km
donderdag 13,100 km
vrijdag 11,500 km
Je telt alle getallen op. De uitkomst deel je door 5. 76 : 5 = 15,200 km Je mag 15,200 km ook schrijven als 15,2 km.
gemiddeld: 15,2 km per dag
5 : 0,02
5 : 0,2
10 : 0,2
0, 02 : 10
0,02 : 5
0,2 : 5
0,2 : 50
50 : 0,2
0,2 : 10
0,025 ×
0,025 ×
0,025 ×
0,025 ×
18
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 18 14-11-12 00:04
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 9 Hoeveel ong eveer? K ruis aan en co ntroleer met d e rekenmach ine.
OPDRACHT 10 Welke uitkomst is juist? K ruis aan en co ntroleer met d e rekenmach ine.
WAT WEET JE NU?
39 × € 14,99≈ 500≈ 600
79 × 149,9≈ 12.000≈ 11.000
59 × 1,499≈ 80≈ 90
15 × 0,002 =0,0030,03
15 : 0,03 =0,45500
15 × 0,03 =0,450,05
150 : 1,5 =10010
1,5 × 1,5 =0,2252,25
1,5 : 0,3 =50,5
Hoeveel z akjes kun je vullen?
Hoeveel g laz en kun je vullen?
Hoeveel kilometer g ef ietst?
na 3 dagen: 44,500 km
In een klein zakje past 0,125 kg meel.
Ik kan 40 zakjes vullen. 20 stukken van 0,15 m
2 stukken van 1,50 m
In een glas past 0,3 liter sap.
Ik kan 15 glazen vullen.
Hoeveel stukken kun je knippen?1
2
3
4
Het lint is 3 meter lang.
MAANDAG DINSDAG WOENSDAG
11,400 km 13,125 km 19,975 km
3 :
20 = 0,15
10 = 0,3
5 = 0,6
20 ×
0,025 = 0,5
0,25 = 5
2,5 = 50
Reken uit.
Reken uit.
5
6
19
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 19 14-11-12 00:04
L E E R S T A P
5Je oefent het rekenen met decimale getallen en verhoudingen
OPDRACHT 1 Hoeveel h eb je nod ig ? Reken uit met d e tabel.
OPDRACHT 2 Hoeveel siroop h eb je nod ig ?
� � pt voor spagה tti(voor 4 פ rso� n)
0,5 kg spagה tti
1,5 l wa� r0,4 kg � hakt0,3 kg grœ n� n0,25 kg champignons
0,4 l toma� nsap
Hoeveel gehakt heb je nodig voor 16 personen?
1,6 kg
Voor 1 beker limonade heb je 0,05 liter siroop nodig.
VOOR 2
PERSONEN
VOOR 4
PERSONEN
VOOR 12
PERSONEN
spaghetti 0,25 kg 0,5 kg 1,5 kg
water 0,75 l 1,5 l 4,5 l
gehakt 0,2 kg 0,4 kg 1,2 kg
groenten 0,15 kg 0,3 kg 0,9 kg
champignons 0,125 kg 0,25 kg 0,75 kg
tomatensap 0,2 l 0,4 l 1,2 l
VOOR 3
BEKERS
VOOR 9
BEKERS
VOOR 90
BEKERS
VOOR 180
BEKERS
0,15 l 0,45 l 4,5 l 9 l
voor 6 bekers: 0,3 l siroop
voor 60 bekers: 3 l siroop
20
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 20 14-11-12 00:05
L E E R S T A P 5
OPDRACHT 3 Hoeveel kost h et?
OPDRACHT 4 Welk artikel is h et g oed koopste? K ruis aan en leg uit.
OPDRACHT 5 V erd ubbel en h alveer.
5 enveloppen € 5,50 25 enveloppen € 27,50
5 schriften € 1,90 40 schriften € 15,20
5 balpennen € 2,95 50 balpennen € 29,50
5 gummen € 1,15 100 gummen € 23,00
5 markers € 9,25 20 markers € 37,00
stuiterballen15 stuks € 9,75
balpennen5 stuks € 2,95
dobbelstenen30 stuks € 14,70
Leg uit:1 balpen kost € 0,59 1 stuiterbal kost € 0,65 1 dobbelsteen kost € 0,49 De dobbelsteen is dus het goedkoopste artikel.
HALVEER VERDUBBEL
5 × 0,752 = 3,76 10 × 0,752 = 7,52 20 × 0,752 = 15,04
2,5 × 1,052 = 2,63 5 × 1,052 = 5,26 10 × 1,052 = 10,52
25 × 1,052 = 26,3 50 × 1,052 = 52,6 100 × 1,052 = 105,2
15 × 0,295 = 4,425 30 × 0,295 = 8,85 60 × 0,295 = 17,7
45 × 0,295 = 13,275 90 × 0,295 = 26,55 180 × 0,295 = 53,1
21
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 21 14-11-12 00:05
L E E R S T A P 5
OPDRACHT 7 Reken uit.
OPDRACHT 8 Welke sommen passen bij d e uitkomst? Maak vast.
OPDRACHT 6 Reken uit.
× 7,5 0,75 0,075 0,15
3 22,5 2,25 0,225 0,45
15 112,5 11,25 1,125 2,25
45 337,5 33,75 3,375 6,75
90 675 67,5 6,75 13,5
0,9 6,75 0,675 0,135
1,5 :
5 = 0,3
10 = 0,15
20 = 0,075
1,5 :
2 = 0,75
6 = 0,25
3 = 0,5
10 :
0,1 = 100
0,2 = 50
0,4 = 25
1 :
0,1 = 10
0,2 = 5
0,4 = 2,5
25 × 0,04
25 × 0,4
100 × 0,1
50 × 0,02
50 × 0,2
500 × 0,002
100 × 0,0140 × 0,25
10 × 0,1
250 × 0,041000 × 0,001
20 × 0,05
250 × 0,004
40 × 0,025 2501
22
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 22 14-11-12 00:05
L E E R S T A P 5
OPDRACHT 9 Welke aanbied ing is voord elig er? K ruis aan en leg uit.
OPDRACHT 10 Wie d oet een voord elig ere aankoop? K ruis aan en leg uit.
WAT WEET JE NU?
Nu: 8 halen 7 betalen!
€ 1,15 per stuk
Nu: 4 halen 3 betalen!
€ 1,15 per stuk
Leg uit:Van 4 halen 3 betalen kun je maken: 8 halen 6 betalen.8 halen 6 betalen is voordeliger dan 8 halen 7 betalen.
Leg uit:12 blikken = 4 × € 9,09 = € 36,36 11 blikken = (3 × € 9,09) + (2 × € 4,69) = € 27,27 + € 9,38 = € 36,65
per blik € 4,69per 3 blikken € 9,09
Freek koopt 12 blikken verf. Wilbert koopt 11 blikken verf.
VOOR 2
PERSONEN
VOOR 4
PERSONEN
VOOR 6
PERSONEN
groente 0,25 kg 0,5 kg 0,75 kg
VOOR 3
GLAZEN
VOOR 30
GLAZEN
VOOR 60
GLAZEN
0,15 l 1,5 l 3 l
Hoeveel h eb je nod ig ? Reken uit.
Hoeveel h eb je nod ig ? Reken uit.
Hoeveel kost h et?
5 schriften € 1,90
40 schriften € 15,20
Welk artikel is g oed koper? K ruis aan.
Halveer en reken uit.
5 × 1,052 kg = 5,26 kg
2,5 × 1,052 kg = 2,63 kg
1
2
3
4
5
balpennen15 stuks € 8,85
stuiterballen 10 stuks € 6,50
× 2,5 0,25 0,75 0,075
5 12,5 1,25 3,75 0,375
10 25 2,5 7,5 0,75
20 50 5 15 1,5
Reken uit.6
23
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 23 14-11-12 00:06
L E E R S T A P
6Je oefent het rekenen met breuken, procenten en decimale getallen
OPDRACHT 1 Welke sommen passen erbij? K ruis aan en reken uit.
OPDRACHT 2 V erd eel h et w ater eerlijk. S ch rijf d e breuk of h et d eci male g etal.
5 kinderen delen € 7,50.Ze krijgen ieder evenveel.
€ 7,50
€ 7,50 : 5 = € 1,50
1⁄5 × € 7,50 = € 1,50
0,2 × € 7,50 = € 1,50
0,5 × € 7,50 = €
1 liter water
In 5 glazen : 1 literIn 1 glas : 1⁄5 liter
= 0,2 liter
In 4 glazen : 1 literIn 1 glas : 0,25 liter
= 1⁄4 liter
In 2 glazen : 1 literIn 1 glas : 1⁄2 liter
= 0,5 liter
In 10 glazen : 1 literIn 1 glas : 0,1 liter
= 1⁄10 liter
In 8 glazen : 1 literIn 1 glas : 1⁄8 liter
= 0,125 liter
1liter
0
24
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 24 14-11-12 00:07
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 3 Hoeveel bekers kun je vullen? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welke sommen passen erbij? Maak vast.
OPDRACHT 5 Reken uit.
1⁄4 × 1,2 = 0,3
1⁄8 × 1,2 = 0,15
1⁄10 × 1,2 = 0,12
1⁄5 × 1,2 = 0,24
1,2 : 1⁄10 = 12
1,2 : 1⁄5 = 6
0,25 × 1,2 = 0,3
0,125 × 1,2 = 0,15
0,1 × 1,2 = 0,12
0,2 × 1,2 = 0,24
1,2 : 0,1 = 12
1,2 : 0,2 = 6
In de kan zit 1,5 liter water.
In 1 beker past 1⁄4 liter.
Ik kan 6 bekers vullen.
In 1 beker past 1⁄10 liter.
Ik kan 15 bekers vullen.
In 1 beker past 1⁄8 liter.
Ik kan 12 bekers vullen.
In 1 beker past 1⁄5 liter.
Ik kan 7,5 bekers vullen.
1⁄5 × 3,2 = 0,64
0,25 × 0,32 = 0,08
1⁄10 × 32 = 3,2
1⁄4 × 0,32 = 0,08
0,1 × 32 = 3,2
0,2 × 3,2 = 0,64
10% van € 32,00
20% van 3,2 km
25% van 0,32 kg
25
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 25 14-11-12 00:08
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Wat is meer? K ruis aan en co ntroleer met d e rekenmach ine.
OPDRACHT 8 Welke sommen z ijn samen 1 0 0 0 ? K leur.
× 2,4 0,24 0,48 4,8
1⁄2 1,2 0,12 0,24 2,4
1⁄4 0,6 0,06 0,12 1,2
3⁄4 1,8 0,18 0,36 3,6
1⁄10 0,24 0,024 0,048 0,48
1⁄5 0,48 0,048 0,096 0,96
2⁄5 0,96 0,096 0,192 1,92
4⁄5 × € 1,50
0,9 × € 1,50
3⁄10 × € 2,50
25% van € 2,50
0,7 × € 12,50
60% van € 12,50
3⁄8 × 1,6 liter
25% van 1,6 liter
0,25 × 1,2 kg
3⁄10 × 1,2 kg
1⁄2 × 1,24 kg
0,2 × 1,24 kg
1⁄10 × 1000
1⁄8 × 1000
0,25 × 1000
1⁄5 × 1000
0,3 × 1000 0,375 × 1000
1⁄4 × 1000
0,1 × 1000
26
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 26 14-11-12 00:08
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 9 Met w elke h oeveelh eid kan L ara preci es 1 5 bekers vullen? K ruis aan.
OPDRACHT 10 Reken uit en co ntroleer met d e rekenmach ine.
WAT WEET JE NU?
In 1 beker past 3⁄10 liter limonade.
3⁄10 = 0,3 liter10 × 0,3 = 3 liter5 × 0,3 = 1,5 liter15 × 0,3 = 3 liter + 1,5 liter = 4,5 liter
4,5 : 1⁄10 = 45
4,5 : 3⁄10 = 15
4,5 : 6⁄10 = 7,5
4,5 : 1⁄5 = 22,5
4,5 : 2⁄5 = 11,25
4,5 : 0,1 = 45
4,5 : 0,3 = 15
4,5 : 0,6 = 7,5
4,5 : 0,2 = 22,5
4,5 : 0,4 = 11,25
Welke som past erbij? K ruis aan en reken uit.
5 kinderen delen € 6,25.
0,5 × € 6,25 =
1⁄5 × € 6,25 = 1,25
S ch rijf d e breuk.
Hoeveel bekers kun je vullen?
In 4 glazen : 1 liter
In 1 glas = 1⁄4 liter
In 1 beker past 1⁄4 liter.
Ik kan 6 bekers vullen.
Welke som past erbij? Maak vast.
Reken uit.
1⁄10 × 1,2 = 0,12
1⁄5 × 1,2 = 0,24
0,1 × 1,2 = 0,12
0,2 × 1,2 = 0,24
1
2
3
4
5
25% van 1,5 liter
1⁄4 × 1,5
1,5 : 25
× 1,2 0,12 0,24
1⁄4 0,3 0,03 0,06
Reken uit.6
27
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 27 14-11-12 00:08
MAAK SAMEN 1 HELE
Je hebt nodig:• pion• 18 gele en 18 blauwe fiches (of twee andere kleuren)
Spelregels:1. Speel dit spel met twee spelers of twee teams van twee spelers.2. Spreek af wie er begint.3. De eerste speler kiest een breuk uit de hokjes hieronder en zet de pion op
dat hokje.4. Zoek op het grote speelbord een breuk of decimaal getal waarmee je samen
1 kunt maken. Het mogen ook meer breuken of decimale getallen zijn. Leg een fiche op de hokjes die je kiest.
5. Nu is de andere speler aan de beurt.6. Hij mag de pion laten staan en andere breuken of decimale getallen zoeken
waarmee je samen 1 kunt maken. Hij mag de pion ook verzetten, maar alleen naar een hokje dat boven, onder, links of rechts van de pion ligt. Dus niet diagonaal.
7. Dan is de eerste speler weer aan de beurt.8. Probeer de breuken en decimale getallen zo te kiezen, dat er vier van jouw
fiches op een rij komen te liggen. Dat mag van links naar rechts, van boven naar beneden, of schuin.
9. De speler die als eerste een rij van vier fiches heeft, is de winnaar.
Tip: Bedenk vooraf welk hokje je wilt. Misschien lukt het zelfs om je tegenstander dwars te zitten.
1⁄2 1⁄3 1⁄4 1⁄5
1⁄6 1⁄8 1⁄9 1⁄10
28
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
S P E L
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 28 14-11-12 00:08
1⁄2 2⁄3 2⁄5 3⁄4 0,75
4⁄6 2⁄6 1⁄8 4⁄9
0,25 5⁄10 0,25 0,5 7⁄10 4⁄5
2⁄6 4⁄9 1⁄3 0,75 7⁄8 0,5
9⁄10 4⁄10 2⁄5 3⁄9 5⁄9 5⁄6
6⁄8 0,5 2⁄10 1⁄3 0,5 8⁄9
1⁄5
3⁄5 1⁄6
29
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 29 14-11-12 00:08
Ben je helemaal klaar met het boekje?Kijk dan maar eens wat je nu allemaal kunt.Was de leerstap makkelijk? KleurWas de leerstap moeilijk? KleurLeg uit wat je makkelijk of juist moeilijk vond.
D I T K A N I K N U !
of
of
of
leg uit:
leg uit:
leg uit:
Kijk dan maar eens wat je nu allemaal kunt.
teken jezelfteken jezelf
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
LEERSTAP 1
Imre telt drie geldbedragen op.Zij vergeet de komma.Welke uitkomst is juist?
€ 305,45 + € 503,50 + € 340,05 = € 1149
€ 114,90
€ 1149,00
€ 11,49
LEERSTAP 2
LEERSTAP 3
h et rekenen met g eld bed rag en
h et vermenig vuld ig en en d elen met d eci male g etallen
h et optellen en af trekken van d ec imale g etallen met 1 , 2 of 3 c ijf ers ac h ter d e komma
In geldbedragen blijven de nullen achter de komma staan.
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
In getallen die een inhoud of gewicht weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
De afstand tussen C en E is 111,1 km.
De afstand tussen D en E is 76,3 km.
Marieke vult 6 bekers.Ze schenkt in elke beker evenveel melk.Hoeveel melk zit in elke beker?
1,5 : 6 = 0,25 liter melk
1,5 l melk
A FB C D E
30
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 30 14-11-12 00:10
Leg uit wat je makkelijk of juist moeilijk vond.
of
of
leg uit:
leg uit:
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
LEERSTAP 4
LEERSTAP 5
LEERSTAP 6
h et optellen, af trekken, vermenig vuld ig en en d elen met d eci male g etallen
h et rekenen met breuken, proce nten en d eci male g etallen
h et rekenen met d eci male g etallen en verh oud ing en
In de grote zak zit 5 kg meel. In een klein zakje past 0,125 kg meel. Hoeveel zakjes kan Babette vullen?Babette kan 40 zakjes vullen.
Voor 1 beker limonade heb je 0,05 liter siroop nodig.
Welke sommen passen bij: 1⁄4 × 0,32
0,32 – 25
0,25 × 0,32
0,32 : 4
1⁄25 × 0,32
Hoeveel siroop heb je nodig voor 4 bekers?En voor 40 bekers?En voor 80 bekers?
Als je een decimaal getal vermenigvuldigt met 10,
verschuift de komma naar rechts.
De nul voor de komma verdwijnt.
25% van 0,32 kg
10 × 0,125 = 1,25 kg20 × 0,125 = 2,5 kg40 × 0,125 = 5 kg
VOOR 4
BEKERS
VOOR 40
BEKERS
VOOR 80
BEKERS
0,2 l 2 l 4 l
leg uit:
of
31
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11673_rv_awb_decimale_getallen_bw.indd 31 14-11-12 00:10