Amigoe NAPA 26-04-2014

19
Weekendbijlage van dagblad Amigoe zaterdag 26 april 2014 ?????? zaterdag 26 april 2014 Weekendbijlage van dagblad Amigoe Strijd om erkenning Chinezen als oorlogsslachtoffers Pagina 6 & 7

Transcript of Amigoe NAPA 26-04-2014

Page 1: Amigoe NAPA 26-04-2014

Weekendbijlagevan dagblad Amigoe

zaterdag 26 april 2014

??????

zaterdag 26 april 2014

Weekendbijlagevan dagblad Amigoe

Strijd om erkenning Chinezen als oorlogsslachtoffers

Pagina 6 & 7

Page 2: Amigoe NAPA 26-04-2014

zaterdag 26 april 20142

Voorpagina 1

Inhoud 2

Uitgelicht 3

Gezondheid 4 & 5

Literatuur 6 & 7

Eten & 8 & 9 drinken

‘Een gruwelijk einde in Batavia 10 & 11 Puzzels 12

Columns 13

Business 14 t/m 20

Inhoud Foto van de week.

Sabitah zit op de M.M. Romerschool en de school had een ‘Trash modeshow’ georganiseerd. “Onze goede vriend Amigoe is ons goed van pas geko-men!”, schrijft Claire Lanoy. Sabitah was trots op haar jurk en kreeg ook veel complimenten. Daar zijn vrienden nu eenmaal voor.

Heeft u een mooie foto? Stuur hem dan naar [email protected]

De eerste keer dat ik in Nederland naar een concert ging was naar een concert van Normaal. Een rockband uit de Achter-hoek. Nu heb ik zelf ook een aantal jaren in de Achterhoek gewoond, dus je zou zeggen dat ik wel gewend moest zijn aan de mensen en hun mentaliteit. Nou, daar heb ik mij wel in vergist. Dat concert dus. Van te voren werden we gewaarschuwd. Men zei dat we oude kleren aan moesten trekken die vies mochten worden en kapot mochten gaan. Dat op zich vond ik al best vreemd. Ik was gewend om je netjes aan te kleden als je naar een optreden van het een of ander gaat. Maar we namen het advies ter harte en hadden oude kleding aan. Ook werd, ons meisjes afgeraden om witte T-shirts aan te trekken. De locatie had ons misschien al moeten waarschuwen, maar naïef als we waren deed dat niet meteen een alarmbel rinke-len. Het concert was in een grote stal. Zaagsel en zand op de grond, met hier en daar nog wat uitwerpselen van paarden, vermoed ik. Ik was nog geen kwartier binnen of ik had het eerste glas bier al in mijn nek zitten. iedereen had minstens twee cups bier in zijn handen en bij de muziek werd flink heen en weer gedanst, gesprongen en bewogen. Dat het bier flink over de rand van de cups klokte maakte niets uit. De volgende lading werd alweer gehaald. Bij sommige nummers die de band speelde was het de gewoonte om het bier in het rond te gooien. Na een half uur waren de haren kletsnat van het bier, onze T-shirts waren nat en ik snapte toen waarom we het advies hadden gekregen om geen witte T-shirts aan te trekken. Ook begon ik te snappen waarom we oude kleren aan moesten. Uiteraard vanwege al het bier, vermengd met zaagsel, paardenstront en opspattend zweet. Een miss-wet-T-shirt zou er niets bij zijn. Maar zeker ook omdat de shirts kapot gescheurd werden. Zo liepen de meeste mannen al gauw in ontbloot bovenlijf rond en zag je zo nu en dan weer een T-shirt door de lucht heen gaan. Maar niet alleen bij de mannen zag je dit. Er waren ook meerdere vrouwen met ontbloot bovenlijf. Zij werden op de schouders genomen door de mannen, en torenden dus hoog boven iedereen uit. Zonder T-shirt en soms ook zonder ondergoed, overgoten door bier, genoten ze van het concert. Ik weet niet waar ik uiteindelijk het meeste van gechoqueerd was. De mannen die alsmaar hand-tastelijker en luidruchtiger werden. De vrouwen die steeds minder om het lijf hadden en dat ook niet erg schenen te vinden. Of de terugreis in de trein waar wij zaten, tussen de keurige families die op zondag teruggingen naar huis, in onze kleren die naar bier, zweet, paardenstront en zaag-sel roken. Met als excuus, wat volledig geaccepteerd werd, dat we naar een concert van Normaal waren geweest.

Concert Normaal

Monique Casimiri

Thuis.BLADMANAGER Linda van Eekeresemail: [email protected]: 7672000

EINDREDACTEUR Hans Vaders

VORMGEVING Wendela Ataliede Linda van Eekeres Sarah Kuiper Oscar Vanegas

Voorpaginafoto: Ken Wong

Aan deze Ñapa werkten mee:

Ingemara BakMarius BremmerMonique CasimiriHans de HaanLennart HuijsenErik van KampenBrede KristensenShakti-Aroena LakhiJudice LedeboerRoxanne Martha

Islelly PikerieMilangela PlateMarcel TruyensWilliam ten VeenBertine VermeerMay VogesMineke de VriesMiriam de WindtKen Wong

Colofon

Page 3: Amigoe NAPA 26-04-2014

3zaterdag 26 april 2014

Voor de 39e keer werd afgelopen

maandag Seú gevierd. 44 Groepen

liepen in de optocht mee tijdens het

oogstfeest. Wie het heeft gemist of er

niet genoeg van kan krijgen: op 4 mei

is de Seú-optocht op Bánda’bou te

zien.

Foto’s: Edsel Sambo

Uitgelicht.44 Groepen in Seú-optocht

Page 4: Amigoe NAPA 26-04-2014

zaterdag 26 april 20144

Tekst: Hans de Haan

Hans de Haan is arts en jarenlang actief geweest als medisch adviseur bij diverse instanties.

Medisch.

Voor patiënten met hart- en vaatziek-ten zijn statines al lang een must en dus een stan-daardvoorschrift.

In Nederland gebruiken 1 mil-joen mensen dit medicijn en uitgaande van dezelfde ver-houding ten aanzien van de bevolkingsgrootte, zullen op Curaçao mogelijk ruim 9000 personen dit middel gebrui-ken. Het is daarom belangrijk dat iedereen beschikt over goede informatie over dit me-dicijn. De meest voorgeschre-ven statines zijn atorvastatine, simvastatine en pravastatine. Dit zijn de goedkope generieke producten omdat de patenten ervan zijn verlopen. Vorig jaar zijn in de VS de richtlijnen voor statines aangepast en En-geland is hier ook mee bezig. De middelen werken echter zo goed - vandaar het wonder-middel - dat het gebruik ervan zelfs wordt aanbevolen voor (nog) gezonde mensen, als een vorm van primaire preventie. Dit advies staat ter discussie.

CholesterolDit is een vettige substantie die in de lever wordt gevormd en belangrijke taken heeft, ener-zijds voor de productie van celmembranen en anderzijds voor het maken van bepaalde hormonen (steroïden), vitami-ne D en gal (galstenen bestaan voor 80 procent uit choleste-rol). Cholesterol is niet oplos-baar in bloed en moet daarom voor het transport worden ‘verpakt’ in een omhulsel van eiwitten en vetten (lipoproteï-nen). Er zijn twee vormen: LDL die het cholesterol naar de weefsels brengt en verant-

woordelijk is voor het ontstaan van een hoog gehalte ervan in het bloed, maar ook voor het bevorderen van het ontstaan van de gevreesde arterioscle-rotische plaques in de bloed-vaten. Daar gaat het om, want die plaques kunnen loslaten en het bloedvat verstoppen waardoor - afhankelijk van de plaats - een hartinfarct of een beroerte kan ontstaan.

HDL die het overtollige cho-lesterol weer terugvoert naar de lever waardoor het gehalte ervan in het bloed daalt. Deze laatste vorm wordt daarom het goede cholesterol genoemd. Het is in dit verband goed om te weten dat men geen hoog cholesterol¬gehalte krijgt van een vet dieet of het eten van veel cholesterolhoudende voe-dingsmiddelen. Slechts twee procent van het cholesterol in ons lichaam is afkomstig van ingenomen voedsel.

De werking van statinesStatines remmen de aanmaak van cholesterol in de lever en verlagen het cholesterolge-halte in het bloed met 30-50 procent. Verder vertragen ze het proces van de aderverkal-king en zorgen ze voor min-der irritatie aan de binnen-wand van de bloedvaten. Ze worden voorgeschreven aan alle hart- en vaatpatiënten met vernauwingen in de bloedva-ten en aan iedereen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten door: angina pec-toris, vernauwingen in de bloedvaten van de benen, de hals of het hart, suikerziekte (diabetes), een doorgemaakt hartinfarct of beroerte, een on-dergane dotterbehandeling of

bypassoperatie, een (te) hoog totaal cholesterolgehalte en overige risicofactoren, waar-onder een erfelijke aanleg voor een hoog cholesterolgehalte. Voor al deze indicaties is le-venslange behandeling met statines noodzakelijk. De mid-delen zijn veilig en effectief en worden meestal goed verdra-gen. De meest voorkomende bijwerkingen zijn maag- en darmklachten, vermoeidheid, hoofdpijn, duizeligheid en milde spierklachten, maar die treden doorgaans alleen op aan het begin van de behan-deling. Ernstige spierklachten (myopathie) komen zelden voor.

RisicobepalingDe oorspronkelijke richtlijnen adviseerden ook het toedie-nen van statines aan mensen zonder bovengenoemde in-dicaties, maar die wel een 20 procent kans hadden op het binnen 10 jaar krijgen van een hart- of vaatziekte op grond van een speciaal hiervoor ontworpen berekening. Deze vorm van primaire preventie werd toen wereldwijd door deskundigen op dit gebied wel geaccepteerd, omdat 20 procent een realistisch risi-

copercentage is. Op grond van de resultaten van enkele recente, grote onderzoeken, wordt nu aanbevolen dit per-centage te verlagen, in de VS zelfs naar 7,5 tot 5 procent en in Engeland naar 10 procent. Dit betekent dat gezonde men-sen al vanaf de leeftijd van 56 jaar statines zouden moeten gaan slikken. Door de Engelse National Health Service werd een nieuwe test voor deze ri-sicobepaling ontwikkeld, de ‘Qrisk 2-2013 Web Calculator’ (http://qrisk.org). Hiermee kan iedereen in de leeftijd van 25-84 jaar die nog geen hartziekte of beroerte heeft gehad, zijn/haar risico op het krijgen van een hart- en vaatziekte bereke-nen voor de komende 10 jaar.

Herziene richtlijnenIn de VS werden eind vorig jaar door het American Col-lege of Cardiology/American Heart Association (ACC-AHA) op grond van nieuw onder-zoek de richtlijnen voor het gebruik van statines in allerlei opzichten aangepast, ook ten aanzien van de risicobepaling. Er is in de diverse Amerikaan-se medische tijdschriften veel kritiek op deze nieuwe richt-lijnen geuit. In 2012 werd in

The Lancet een uitgebreid on-derzoek gepubliceerd, geba-seerd op 27 gerandomiseerde studies, door de ‘Cholesterol Treatment Trialists (CTT)’, een samenwerkingsverband van onderzoekers. Dit onderzoek laat veel gunstiger resultaten zien van het gebruik van sta-tines dan voorheen. Vervol-gens verscheen in 2013 een overzicht van F.Taylor van de gezaghebbende Cochrane or-ganisatie die verrassend deze CTT-resultaten onderschreef, het voorstel van verlaging van het risicopercentage onder-steunde en ook de vrees voor het ontstaan van bijwerkingen bij deze nog gezonde mensen wegnam.

Kritiek J.D. Abramson publiceerde eind vorig jaar in de British Medical Journal een artikel waarin hij op grond van ei-gen onderzoek van dezelfde CTT-gegevens, aantoonde dat de voordelen van de statines worden overdreven, de nade-len ervan worden weggewuifd en ook dat deze preventie het sterftecijfer niet verlaagt. Deze laag-risicopatiënten hebben daarentegen wel 18 procent meer kans op het bloot staan aan bijwerkingen, zoals het krijgen van diabetes (vooral bij vrouwen), lever¬ontsteking en myopathie. De conclusie van deze auteur is dan ook dat het CTT-onderzoek niet goed is uitgevoerd, het Cochrane rapport - gebaseerd op dit on-derzoek - ook niet deugt en de voordelen van deze primaire preventie niet opwegen tegen de nadelen. Daar komt nog bij dat dit CTT-onderzoek werd gefinancierd door de fabrikant van één van de populaire sta-tines en dat geeft te denken. Er is al uitgerekend dat bij invoering hiervan 13 miljoen gezonde Amerikanen statines zouden moeten gaan slikken. Good for business!

Statine het wondermiddel

Statines zijn medicijnen

die het cholesterolgehalte

in het bloed verlagen. Ook

op Curaçao gebruiken

veel mensen dit middel en

hoe ouder men wordt, hoe

groter de kans dit middel

voorgeschreven te krijgen.

Gezondheid

Page 5: Amigoe NAPA 26-04-2014

5zaterdag 26 april 2014

Werk en gezondheid.

wangerschap, voor de vrouw die het doormaakt, maar ook voor de om-geving die er indirect mee te maken heeft, is geen ziekte maar zeker wel een bijzondere periode die normali-ter ruim 40 weken duurt. Wat zijn de werkgerelateerde factoren waar reke-ning mee gehouden dient te worden gedurende de zwangerschap? Welke belasting mág of kán de zwangere hebben? Wat kan de vrouw na de zwangerschap?

Tijdens de zwangerschapBepaalde risico’s zijn gebonden aan de termijn van de zwangerschap. Daarbij wordt een onderscheid ge-maakt tussen eerste trimester (1 - 13 weken), tweede trimester (14 - 27 weken) en derde trimester (28 weken tot de bevalling). Fysiek kan een vrouw in het laatste trimester steeds minder aan, vooral bij werkzaamheden waar er gebukt, getild, geknield of gehurkt moet worden. Werken op grote hoogte is tijdens de zwangerschap risicovoller dan anders. De groter wordende buik kan ook bij bepaalde werkzaamheden in de weg staan (bijvoorbeeld chauffeurs). Door vochtophoping kan een zwan-

gere minder lang staand werk ver-richten. Kortom, de fysieke belastbaarheid is betrekkelijk en hangt af van het werk dat de zwangere vrouw verricht.

Behalve fysieke factoren zijn er vele andere werkgebonden risicofacto-ren. Denk daarbij aan blootstelling aan prikkels, zoals straling, chemi-sche stoffen, biologische agentia, niet per se voor de zwangere risico-vol, maar wel voor de ongeboren ba-by. De gevaren zijn voor sommigen groter aan het begin van de zwanger-schap, omdat ze de vorming van de baby kunnen beïnvloeden. Denk bij-voorbeeld aan röntgenstralen, giftige stoffen zoals bestrijdingsmiddelen en bepaalde metaalsoorten. Over het algemeen krijgt de werkomgeving pas na de tweede maand over de zwangerschap te weten. De eerste periode waarin het embryo dan ge-vormd is (de eerste acht weken), is intussen dan al voorbij. Alertheid is dus geboden. Andere prikkels kunnen schadelijk

zijn gedurende de hele zwanger-schap. Denk bijvoorbeeld aan trillin-gen, lawaai en hoge temperaturen.Zware mentale belasting kan ook gevolgen hebben voor de zwanger-schap. Verschillende onderzoeken zouden hebben uitgewezen, dat mentale stressfactoren (niet per se werkgerelateerd) invloed kunnen hebben op de zwangerschap en het ongeboren kind.Bestaat er twijfel over de gevolgen of het risico van bepaalde prikkels tijdens de zwangerschap, dan is het belangrijk om daar bij uw arts infor-matie over in te winnen. De bedrijfs-arts die inzicht heeft in de belas-tende werkfactoren kan er gerichter advies over verschaffen.

Met zwangerschapsverlofTer bescherming van moeder en kind zijn recent enkele wetsartike-len, betrekking hebbende op zwan-gere werknemers, in het Burgerlijk Wetboek van de Nederlandse Antil-len gewijzigd.Zo heeft de zwangere vrouw thans recht op 14 weken verlof, in begin-sel ingedeeld in zes weken zwan-gerschapsverlof en acht weken be-vallingsverlof. Is de vermoedelijke datum (bevalling of geplande keizer-snee) bekend, dan kan de dag, waar-op het zwangerschapsverlof ingaat, worden bepaald. Vrouwen verkiezen vaak om langer door te werken, zodat zij na de be-valling wat langer met de baby thuis kunnen blijven. Dit is tot twee weken voor de vermoedelijke bevallingsda-tum mogelijk. Uiteraard hangt door-werken af van de belasting en de be-lastbaarheid. Zwangerschapsverlof heeft namelijk ook het doel dat vrou-wen zich zowel mentaal als fysiek op de bevalling en de periode ná de bevalling voorbereiden. Langer door-werken dient te geschieden in over-leg met de werkgever. De bedrijfsarts kan daarin een verantwoord advies

geven.

Werken na de bevallingNa de bevalling betekent het zich aanpassen aan een nieuw levens-ritme. De ene vrouw kan dit beter aan dan de andere. Zowel fysiek als mentaal zal de moeder kort na de bevalling misschien nog niet alles aankunnen. Gelukkig heeft zij acht weken de tijd, of als ze heeft kunnen doorwerken zelfs langer, tot ze weer begint met werken. Dat geeft haar de tijd het nodige te regelen en zich voor te bereiden op terugkeer naar het werk. Vakantie opnemen is altijd een optie om thuis te blijven genie-ten van de baby.

Werken na de zwangerschap vereist soms een aanpassing van de werk-belasting.Werken in combinatie met borstvoe-ding kan nu beter met de gewijzigde wetgeving. Daarin is opgenomen dat werkgevers aan een borstvoedende werkneemster (ten hoogste) 25 pro-cent van haar arbeidstijd de gelegen-heid dienen te bieden om haar kind te voeden, dan wel borstvoeding te kolven en daar, waar nodig, een ge-schikte ruimte voor ter beschikking stellen. Bij een voltijdbaan is dat twee uur per werkdag, tot maximaal negen maanden na de bevalling.Werken terwijl je kinderen hebt blijkt uit de praktijk heel goed moge-lijk. Flexibiliteit en regelmogelijkhe-den kunnen zeker bijdragen aan de efficiëntie en productiviteit van de werkende moeder. Tevreden moe-ders leiden tot gezonde kinderen en gezonde gezinnen tot een gezondere maatschappij!

De wijzigingen in de ‘Zwanger-schapswet’ zijn verschenen in Publi-catieblad 2012 No 24.

Earley S.W. Elshot-Sardjo is Arbo-arts, werkzaam bij Arbo Consult.

In de huidige maatschappij is de

vrouw niet van de werkvloer weg

te denken. In sommige beroepen

zijn er zelfs overwegend vrouwen

die het werk uitvoeren, bijvoor-

beeld in verzorgende beroepen,

het onderwijs en sociale beroe-

pen. De meeste vrouwen maken

gedurende hun carrière één dan

wel meerdere zwangerschappen

door.Tekst: Earley S.W. Elshot-Sardjo

Z

Werken tijdens en na de zwangerschap

Gezondheid

Page 6: Amigoe NAPA 26-04-2014

zaterdag 26 april 20146

De auteur vertelt speciaal aan de Ñapa over zijn leven en zijn drijfveren om de gebeurtenissen

rond die 20e april 1942 tot de bodem uit te zoeken. De Ami-goe mocht er in die tijd niet over publiceren. In het boek staat hierover: ‘De drukpers was gecensu-reerd. Johan Hartog, een Ne-derlands journalist, wilde in maart 1942 over de Chinese zeelieden een artikel in de Amigoe di Curaçao publice-ren, maar dat werd gecensu-reerd (Ribbens e.a.,2008:146). Uit protest liet de redactie de plek waar het artikel gepland stond blanco en plaatste rechts onder die lege plek alleen een citaat uit de Cu-raçaose Staatsregeling over de afschaffing van de sla-vernij. Gouverneur Wouters strafte de krant voor deze actie met een driedaags ver-schijningsverbod. (Howarth e.a.,2007:57). De Amigoe krijgt nu dus de kans om in hun wekelijkse bijlage, Ñapa, wel te schrijven over de gebeurtenissen voor en na 20 april 1942.De schrijver van het boek is Nizaar Makdoembaks, arts-onderzoeker. Hij is geboren en getogen in Suriname. In 1968 ging hij naar Nederland om te studeren. “Daar werd ik bewust”, zegt hij. “Ik zag dat het koloniaal systeem niet menselijk was en dat veel offers zijn gedaan voor een welvarend Nederland.” Hij deed in die roerige jaren 60 in de vorige eeuw mee aan demonstraties en kreeg toen ook contact met Curaçao. Su-riname was net onafhankelijk geworden en op grond van de informatie die hij als student kreeg vond hij dat Curaçao zelf moest bepalen wat hun

status moest zijn. Maar gaan-deweg kwam hij erachter dat het zo niet werkte. De ban-den met het Koninkrijk der Nederlanden en de status van ‘kolonie’ heeft een groot stem-pel gedrukt op de eilanden en vroeger ook op Suriname en Nederlands-Indië. Makdoembaks groeide op in Suriname in een buurt die te vergelijken is met Koraal Specht zoals dat nu bekend staat. Hij mocht van zijn ou-ders niet met ‘Afro’s’ spelen, omdat zij crimineel zouden zijn. Makdoembaks zag dat niet zo. “Je wordt niet als cri-mineel geboren. Ik kreeg een pak slaag als ik met Afro’s speelde. Omdat ik islamiet ben moest ik ook naar mos-limlessen. Ik snapte niets van de Koran en werd opstandig. Ik stopte zelfs met school.” Makdoembaks was toen rond de 15 jaar en kon ook niet meer naar huis. Hij zwierf rond, logeerde dan weer bij een tante, dan weer bij een oom en werkte als tuinman om wat geld te verdienen. Door dat werk kwam hij in contact met veel verschil-lende mensen, met andere re-ligies en andere waarden en normen. Hij was heel leergie-rig, wilde zijn blik op de we-reld verbreden en las kranten. Uiteindelijk kwam het weer goed met zijn ouders en heeft hij toch zijn mulo afgemaakt en omdat hij niet onverdien-stelijk kon schilderen, werd hij kunstschilder. Om in zijn onderhoud te kunnen voor-zien ging hij in de haven wer-ken, waar hij ook in contact kwam met veel verschillende mensen en toen hij hoorde dat het mogelijk was om met een mulo-diploma een beurs te krijgen om in Nederland te gaan studeren, greep hij dat met beide handen aan. Bin-nen een paar dagen moesten

al zijn papieren in orde zijn, maar omdat zijn plek door het zoontje van een Statenlid werd ingepikt, kon hij bijna niet naar Nederland. Op het laatste moment kwam alles nog in orde. Hij had gekozen voor een studie in Leiden voor histocytopatho-logisch analist, hoewel hij niet wist wat het inhield, maar hij vond de lange naam wel interessant klinken. His-topathologie is de meestal microscopische studie van ziekteprocessen in weefsels. Uiteindelijk is hij medicijnen gaan studeren en was hij na zeven jaar arts. Hij werd huis-arts in Amsterdam Zuidoost, in de Bijlmer. “Daar heb ik voor het eerst armoede ge-zien. De werkloosheid was er hoog. Kinderen gingen met een lege maag naar school. Ik gaf brood op recept, zodat ze iets te eten kregen. Ande-re artsen namen dit concept later ook over en het brood-op-recept was de voorloper van de voedselbanken zoals die nu bestaan”, zegt hij met enige trots. Dat Makdoembaks arts is ge-worden heeft te maken met zijn gevoel van onrecht in-zake de mensenrechten. Dit is een rode draad in zijn leven en het schrijven van het boek ‘Chinezen gekwetst in Oost en West’ waar hij schrijft over de - volgens hem was het pure moord - dood van vijftien Chi-nezen, is daar ook een gevolg van. De arts-onderzoeker is vanaf het moment dat hij in 2003 hoorde over dit voorval en de wijze waarop er door de Nederlandse regering op is ge-reageerd bezig met diepgaand onderzoek naar de feitelijke gebeurtenissen op 20 april 1942. Er is zelfs een stichting (SEOC) opgericht die zich hard maakt voor de vijftien Chinese stakers die zijn dood-

geschoten en hun nabestaan-den. In het voorwoord van het boek schrijft de auteur: ‘Behalve dat de SEOC door-lopend onderzoek doet naar de ware toedracht van deze moordpartij, is zij ook voort-durend bezig erkenning van het gebeurde (en erkenning voor de slachtoffers en hun nabestaanden) te verkrijgen van overheidszijde.’

Deksel op de potEn dit laatste is ook de kern van het boek. Op Curaçao is de stichting succesvol, want in 2011 zijn de zogeheten ‘Aprilmoorden’ door het be-stuur erkend en is 20 april zelfs uitgeroepen tot natio-nale herdenkingsdag van de slachtoffers. Het stoort Mak-doembaks mateloos dat Ne-derland ‘de deksel op de pot’ houdt, zoals de auteur dat schrijft in zijn voorwoord van het boek.De kern van zijn onderzoek en inzet voor de SEOC is dat er eerherstel plaatsvindt voor de vijftien slachtoffers, dat zij erkend worden als oorlogs-slachtoffers en niet als gewo-ne burgers begraven liggen. Doelstelling van de stichting is dat documenten die toen niet gepubliceerd konden worden nu wel gepubliceerd worden.In het boek laat de auteur zien dat er grond is voor verder on-derzoek. De arts-onderzoeker heeft namens de SEOC de Nederlandse regering in 2011 via advocaten verzocht om de doodgeschoten Chinezen als oorlogsslachtoffers te erken-nen en of de Staat anders be-reid zou zijn een onderzoek in te stellen naar de toedracht op die 20e april 1942. De Staat liet echter via zijn minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties weten dat het antwoord op deze verzoe-

ken negatief was. De minister beriep zich daar-bij op dezelfde onderzoeken die destijds door de autori-teiten werden gebruikt en hij zag geen aanleiding voor ver-der onderzoek. Makdoembaks wil echter de onderste steen boven halen. In zijn nieuwste boek toont hij aan dat de fei-ten waarop de minister zich baseert niet objectief vast staan. Als interpretatie van te weinig beschikbare feiten teveel ruimte laat voor ver-schillende versies dan zou dat juist aanleiding moeten zijn voor verder onderzoek, aldus de auteur. Het draait volgens hem allemaal om waarheids-vinding.Wat is er op 20 april 1942 ge-beurd? Het was oorlog. Chi-nese arbeiders uit Rotterdam werkten als stokers op olietan-kers van Shell. Het werk was gevaarlijk en de arbeiders kre-gen slecht betaald en werkten onder zware omstandigheden. Op 24 februari 1942 ging een groep van ruim 420 Chinese zeelieden staken en toen de staking uit de hand dreigde te lopen grepen de politie en be-wakers van de olieraffinade-rij op Curaçao in. In de twee maanden die volgden vonden er onderhandelingen plaats tussen de CSM (Curaçaose Scheepvaart Maatschappij) en de Chinese stakers, maar die verliepen moeizaam en dat weet men aan de Chinese lei-ders. Iedereen moest gewoon weer aan het werk. De leiders weigerden dit en toen werden zij gearresteerd en naar kamp Suffisant, buiten Willemstad gebracht. Men hoopte dat dit de andere stakers zou doen besluiten de staking op te hef-fen. Het verwachte resultaat bleef echter uit: de Chinezen bleven staken en ook zij wer-den naar kamp Suffisant ge-bracht.

Strijd om erkenning ChineseDe Stichting Eerherstel Oorlogsslachtoffers Curaçao (SE-

OC) maakt zich hard om vijftien Chinese contractarbei-

ders, die op 20 april 1942 door overheidsagenten op Cu-

raçao werden doodgeschoten als oorlogsslachtoffers te er-

kennen. Voorzitter van de SEOC, Nizaar Makdoembaks,

zet zich al vanaf 2003 in om door archiefonderzoek zoveel

mogelijk documenten rond de gebeurtenissen op die dag

boven tafel te krijgen. Hij schreef het boek ‘De aprilmoor-

den’ waarin hij het hele gebeuren op die aprildag heeft

gereconstrueerd en in zijn nieuwste boek, ‘Chinezen ge-

kwetst in Oost en West’, presenteert de auteur resultaten

van nieuw onderzoek, met nieuwe documenten en getui-

genverklaringen.

Tekst: Judice Ledeboer Foto’s: Ken Wong

Literatuur

Nizaar Makdoembaks, met zijn nieuwste boek ‘Chinezen gekwetst in Oost en West’ op de begraafplaats Kolebra Bèrdè. Op de voorpagina staat Wim van Lamoen samen met de schrijver afgebeeld. Vakbondsman Van Lamoen is ook een voorvechter van erkenning van de Chinezen als oorlogsslachtoffers.

Page 7: Amigoe NAPA 26-04-2014

7zaterdag 26 april 2014

arbeiders als oorlogsslachtoffersOp 20 april 1942 werd op dracht gegeven aan de hoofd-inspecteur van politie van Curaçao om een deel van de groep naar een ander kamp te brengen. Hij kreeg daarbij hulp van acht beambten van de Vreemdelingendienst van Curaçao, dertien politiemili-tairen en een aantal bewakers van de CPIM. Deze voorgeno-men scheiding resulteerde in een gewelddadige confronta-tie waarbij twaalf Chinezen omkwamen en drie later aan hun verwondingen overle-den. De vijftien overledenen werden anoniem begraven op het Kolebra Bèrdè (‘kerkhof van de schande’) in de wijk Cas Chiquito waar volgens de katholieke regels zondaars en criminelen begraven moesten worden. Er werd op Curaçao een eenzijdig onderzoek in-gesteld waar een rapport over is verschenen, maar het in-cident werd zoveel mogelijk stil gehouden. Volgens Mak-doembaks zijn de Chinese zeelieden in koelen bloede vermoord. Makdoembaks: “Je moet we-ten hoe dat toen ging. De instructie was: de schepen móesten varen. De geallieer-den in Europa hadden de olie nodig voor hun schepen en vliegtuigen. Een staking zou uit de hand kunnen lo-pen en die moest de kop in worden gedrukt en dat is ook gebeurd door het executeren van die vijftien Chinezen. En een executie staat gelijk aan moord. Een executie doe je met voorbedachten rade. Ze zijn dus vermoord, maar dat wordt ontkend. En er waren ook officieren die het gevaar-

lijke werk op de schepen niet meer wilden doen, maar naar hen werd geluisterd en zij zijn vrijuit gegaan.”

Gevonden materiaalIn het boek schrijft Mak-doembaks over allerlei nieu-we inzichten die er verkregen zijn na zijn uitvoerige zoek-tocht naar feiten. Gevonden archiefmateriaal toont aan dat regelgeving onrechtma-tig is toegepast en slecht is nageleefd met betrekking tot de Chinese stakers. Hij laat zien dat men vanaf het begin heeft geprobeerd elk ander onderzoek naar de kwestie te dwarsbomen via diplomatiek spel, censuur en doodzwij-gen. De arts-onderzoeker heeft nog niet alles boven tafel en wil zelfs documenten als autop-sierapporten gaan zoeken in de regeringsarchieven. Vol-gens hem is het bestaan van die documenten zeer aanne-melijk. Ruim een derde van het boek zijn bijlagen in de vorm van kopieën van docu-menten uit die tijd zoals de brief van 28 april 1942 van Buitenlandse Zaken, afdeling Consulaire- en Handelszaken vanuit Londen, waarin de toenmalige minister infor-meert naar de gebeurtenissen op 20 april 1942, een kopie van het proces verbaal van hoofd-inspecteur van Politie Van der Kroef, en een verslag van de Procureur-Generaal ‘inzake de Chinezen-kwestie’ alsmede een kopie van een brief van 10 juli 2013 waarin minister Plasterk antwoord geeft aan SEOC.Om de lezer mee te nemen

in zijn gevoel voor rechtvaar-digheid en schending van de mensenrechten besteedt de auteur aandacht aan geweld tegen Chinezen in Oost en West door de geschiedenis heen. In hoofdstuk twee van het boek toont Makdoembaks aan dat het met groot geweld neerslaan van de staking van de ruim 420 Chinezen op 20 april 1942 een aanpak was die besloten lag in de be-leidscultuur van de in Neder-lands-Indië functionerende bestuurders van de overheid, het bedrijfsleven en het mili-tair apparaat. Hij schrijft hier-over: ‘Met de oorlog als motief wer-den de koloniale dreiging en strafmaatschappij die de Oost in wezen was alsnog naar het westen gehaald. Alsnog, want de CPM deed in 1924 al een

poging daartoe.’

Beslist een aanraderHet boek is niet alleen verslag van een zoektocht naar de waarheid van een gebeurtenis die in de geschiedenis heeft plaatsgevonden en weleens meer donkere bladzijden uit de geschiedenis het licht kan laten zien dan men zou wil-len, maar ook een heftig pro-test tegen het schenden van mensenrechten, het erkennen van schuld, het eerherstel van mensen die hun leven in de waagschaal stelden voor een vrije wereld. Voor mensen die belangstelling hebben voor het recht in het algemeen en voor geschiedenis van Cu-raçao is dit boek beslist een aanrader. De auteur, die zich-zelf met recht ‘onderzoeker’ noemt, gaat verder met zijn

zoektocht naar de waarheid, die misschien niet helemaal naar boven zal komen, maar met zijn zoektocht heeft hij wel de gestorven Chinezen de aandacht gegeven die ze ver-dienen als mens en zullen ze ieder jaar op 20 april op Cu-raçao herdacht worden op de begraafplaats Kolebra Bèrdè, waar ook een plaquette staat met alle namen, dankzij de inzet van SEOC.

Voor meer informatie: zie www.nationaalmonumentcu-racao.com.

Het boek is verkrijgbaar bij de boekhandel. Contact SEOC: E: [email protected] 978-90-76286-17-4 / NUR 697

Melania MazzuccoEen tweetal rauwe, realisti-sche en veel te denken ge-vende postmoderne romans, die vanwege hun actualiteit ook iets fascinerends hebben. Uit Italië en Frankrijk. Nu in het Nederlands vertaald.

De eerste is geschreven door Melania Mazzucco: Limbo (523 pp, 2013). Ze werd als schrijfster bekend en popu-lair met enkele opvallende en gedurfde romans, zoals Vita (2003) en Un giorno perfetto (2005) ook in het Nederlands vertaald: Een volmaakte dag. Haar nu in het Nederlands vertaalde roman Limbo gaat over een vrouwelijke ser-geant, Manuela Paris, die het in haar hoofd heeft gehaald zich te laten uitzenden naar Afghanistan. Bij een bom-aanslag waarbij haar solda-ten zijn omgekomen, raakt zij zwaargewond. Terug in Italië

moet ze thuis revalideren en haar PTSS zien te verwerken. Dat lukt haar niet. Ze zweeft voor haar gevoel ergens tus-sen hemel en helse aarde, in ‘limbo’ dus. De beelden van de oorlog poppen voortdu-rend op. ‘s Nachts wordt ze

schreeuwend wakker. Eigen-lijk is ze reeds gestorven. Hier heeft ze niets meer te zoeken. Maar ze ontmoet er-gens een mysterieuze gast, een schaduwfiguur, een wel-licht dood gewaande per-soon, die haar een bundeltje brieven nalaat. Er is zoiets als een feest der herkenning. Limbo: de menselijke condi-tie in het algemeen.

Yasmina RezaHet tweede boek is van Ya-smina Reza (Joods-Iraanse afkomst, woonachtig in Frankrijk). Ze was enige tijd gefascineerd door Nicolas Sarkozy. Voordat hij tot pre-sident werd gekozen schreef ze een portret van hem. Als je goed leest een ontluisterend portret. Nicolas, een gril-lig, egocentrisch, charmant machtsbelust jochie zonder visie. Het bleek behoorlijk te kloppen. Ze schreef romans

en toneel. Nu dan Heureux les heureux (2013), in het Nederlands vertaald Geluk-kig de Gelukkigen (2014). Motto is van Borges: ‘Felices los amados y los amantes y los que pueden prescindir

del amor’. Ze borduurt ver-der op Borges: de wereld heeft haar betovering verlo-ren. Dat blijkt uit alles wat er om ons heen gebeurt en vooral uit onze zogenaamde ‘duurzame relaties’. Kijk je daarvan op? Heb ik iets on-zinnigs gezegd? Zo laat ze een personage vragen. Ruzie om de gekste dingen, reeksen gewilde en ongewilde mis-verstanden, uit de hand ge-lopen plagerijen met dubbele bodem, getreiter waar je gek van wordt, beschuldigingen die je alle levenslust ontne-men, Fellini-achtige dialogen die je in het onzekere laten of je nu moet lachen of hui-len en ga zo maar door. ‘Een echtpaar valt niet te begrij-pen, zelfs niet als je er deel van uitmaakt’. Dat geldt voor alles. Dit is een bruut relaas over de menselijke ontzet-ting. Eveneens een kenmerk van de menselijke conditie.

Letra

Literatuur

Page 8: Amigoe NAPA 26-04-2014

zaterdag 26 april 20148

De Chablis-wijn komt van de hel-lingen tegenover het stadje, aan de andere kant van het riviertje Se-

rein. De enige druivensoort die volgens de wet op her-komstbenaming verbouwd mag worden is de Beaunois, de plaatselijke benaming voor de Chardonnay. De druiven groeien in een grond met een hele unieke samenstelling, namelijk een mengsel van kalk, klei en fossiele mosse-len.Elk jaar houdt Chablis zijn wijnfeesten, al 60 jaar lang. Net vòòr de eindejaarsfees-ten waar Chablis steevast geschonken wordt bij oesters en schaal- en schelpdieren. De feesten zijn nog in volle opbouw als we op het afge-sproken uur arriveren in het centrum van Chablis. “Onze wijn is een van de bekendste ter wereld”, zegt Gilles Fèvre, co-voorzitter van het syndi-caat van wijnbouwers. En dat klopt, de naam Chablis is we-reldwijd een begrip.Waarom is Chablis zo be-kend en bemind? Vaak wordt verwezen naar de unieke ondergrond van deze wijn-streek die, naast kalk en klei, veel fossielen van schaal- en schelpdieren bevat, omdat de zee in prehistorische tijden tot hier reikte. Dat zou verklaren waarom Chablis zo’n perfecte begelei-der is van deze zeevruchten; men noemt hem soms ‘oester-water’ omdat hij zo naadloos past bij deze begeerde schelp-dieren. Ondanks het feit dat deze wijn tot Bourgogne wordt gerekend en ook van Char-donnay wordt gemaakt, heeft hij onmiskenbaar een eigen identiteit, door een combina-tie van factoren: de reeds ge-noemde bodemsamenstelling, de steilere hellingen waarop de wijngaarden zijn gelegen, en het koelere klimaat door de noordelijke ligging. Dat maakt van Chablis een wijn met messcherpe zuren en doordringende mineralen,

anders dan de meeste witte bourgognes.Maar zo’n noordelijke ligging betekent ook dat de druiven moeite hebben om ieder jaar goed rijp te worden. En dat was meteen te merken in de verschillende Chablis-wijnen. Jaargangen als 2007 en 2008 hebben geleid tot wijnen met hoge minerale tonen en vele frisse tonen van groene appel.Jean-Paul Durup, co-voorzit-ter van het promotiebureau van Chablis, en zelf eigenaar van 200 hectaren, laat zich niet van de wijs brengen: “Dit zijn jaargangen voor de ech-te liefhebbers van Chablis. Moeilijker toegankelijk in hun jeugd, inderdaad, maar die hoge zuren zullen versmel-ten en zorgen voor bewaar-kracht.”

Deze proeverij bevat alleen wijnen uit de gemeentelijke appellatie Chablis, en daarin kan je van alles aantreffen: van de flauwste tot de beste exemplaren. De grote bekend-heid van Chablis heeft im-mers niet alleen buitenlandse wijnproducenten verleid om de naam onrechtmatig te ge-bruiken, ook in de streek zelf kwamen domeinen en coöpe-raties in de verleiding om de naam Chablis op steeds meer flessen te zetten die het re-sultaat waren van steeds ho-gere oogstrendementen, wat een negatief effect heeft op de kwaliteit. En net zoals in Champagne werd ook voort-durend druk uitgeoefend om het grondgebied van de appel-latie uit te breiden, desnoods met percelen die niet over de unieke Chablis-bodem be-schikken.

Liefhebbers van Chablis we-ten natuurlijk dat niet alleen de gemeentelijke appellatie bestaat. Er is ook de appel-latie Petit Chablis en er is de top van de streek: Chablis Premier Cru en Grand Cru.Ik werd meegenomen op een tocht door de wijngaarden. Mijn compagnon kent letter-

lijk elke heuvel en elk perceel, hij behoort dan ook tot de veertiende generatie van dit wijnbouwersgeslacht, veran-kerd in de streek. We wande-len door de bekende premier cru-valleien zoals Vaillons, Fourchaume, Montmains en Beauroy. Dan duiken de hel-lingen van de zeven grands

crus op, allemaal zuidelijk en zuidwestelijk gelegen. Groots torenen ze uit boven het dorp Chablis, hun wijnen kunnen al even groots zijn. Dit zijn bewaarwijnen die pas na tien jaar en meer wonderlijk com-plexe aroma’s ontwikkelen, terwijl de zuren eeuwig jong lijken te blijven. Samen gaat het hier slechts om 100 hec-taren grand cru-wijngaarden.De jaarlijkse wijnfeesten in Chablis zijn een goede gele-genheid om binnen korte tijd de wijnen van vele domeinen naast elkaar te proeven en te vergelijken. Daarnaast zijn er ongeveer 200 individuele wijndomeinen in Chablis, zo-als de wijnhuizen Moreau, Latour en Barton & Guestier. Een karakteristieke Chablis is puur en heeft veel minerali-teit. Het relatief koele klimaat in combinatie met de bodem drukt zich uit in aroma’s van kalk, krijt, jodium en zoute drop. Mineraliteit betekent ook transparantie, lichtvoe-tigheid en balans. De wijn be-vat daarnaast veel florale en fruitige tonen. In combinatie met oesters en andere schaal-dieren - zoals kokkels en mos-selen - komt de Chablis het beste tot zijn recht.

À Votre Santé

Erik van Kampen is somme-lier bij Licores Maduro.

Chablis, vriend van de zee

Tekst: Erik van Kampen

Chablis-wijn is af-

komstig uit een be-

kende Franse wijn-

streek, zo’n 180 kilo-

meter ten zuidoosten

van Parijs, 100 kilo-

meter ten noordwes-

ten van Dijon.

Eten & drinken

Page 9: Amigoe NAPA 26-04-2014

Een risotto is op zich al een apart rijstge-recht. Met de lente in dit recept (veel

jonge groente van het sei-zoen), wordt het nog span-nender en interessanter voor de kids. Hebben ze in ieder geval een verhaal om op school en aan vriendjes te vertellen. En u bent blij, want ze hebben een aar-dige portie harde groente naar binnen.

In deze nieuwe serie zullen we ook de aanbevolen hoe-veelheden voor kinderen van 7-10 jaar in een tabel vermelden. U kunt zien dat de percentages voor ver-schillende voedingsstof-fen niet veel verschillen van die voor volwassenen. Kinderen hebben naar ver-houding meer energie en voedingsstoffen nodig.

Laat kinderen helpenHoe jonger u kinderen in de keuken aan het werk kunt krijgen, des te beter. Als het ware met de paple-pel gezonde voeding inge-goten. Kinderen jonger dan 7 jaar kunt u bijvoorbeeld groente en andere ingredi-enten laten wassen, mits u het niet erg vindt dat u én de kinderen allemaal nat zullen worden. Ook kunt u jongere kinderen ingre-diënten laten aanreiken uit de koelkast, op tafel of aan-recht. Zo leren ze de na-men van de ingrediënten. Maar vanaf 7 jaar kunt u ze iets meer laten doen onder uw toeziend oog. Met een plastic mes een en ander schoonmaken en snijden, wegen en meten van de ingrediënten. Dit laatste is

ook nog handig om reke-nen te overhoren. Voor wat betreft dit recept: zelf bouillon maken zal een goed leermoment zijn voor de kids.

Eten & drinken

Ingrediënten:225 gram groene asperges4 eetlepels olijfolie1754 gram dunne sperziebonen, in stukjes175 kleine courgettes, in stukjes225 gram diepvries doperwten, ontdooid1 ui, schoongemaakt en fijn gesneden2 tenen knoflook, fijn gehakt350 gram arboriorijst1,5 liter eigen gemaakte kippenbouillon, aan de kook houden4 lente-uien, in stukjeszout en vers gemalen zwarte peper50 gram ongezouten roomboter125 gram versgeraspte Parmezaan2 eetlepels fijngehakte bieslookgescheurde basilicumblaadjes naar smaak Bereidingswijze:De harde uiteinden van de asperges afbreken.De punten eraf snijden en de stengels in stukjes snijden2 eetlepels van de olijfolie op een hoog vuur verhitten in een koekenpan.De asperges, de sperziebonen, de courgettes en de doperwten in de olie roerbakken tot ze beetgaar zijn maar nog fris van kleur.Apart houden.De resterende olie verhitten in een grote pan met dikke bodem boven een matig vuur.

De ui toevoegen en 3 minuten al roerend bakken tot de uien glazig zijn, de knoflook toevoegen en 30 seconden meebakken. De rijst toevoegen en al roerend meebakken tot de rijst transparant is.Nu de hete bouillon lepel voor lepel toevoegen onder voortdurend roeren. De volgende lepel toevoegen als de vorige helemaal is opgenomen. Het vuur zonodig hoger draaien tot het lekker pruttelt. 20 Minuten doorgaan met toevoegen van de bouillon, tot de rijst romig is en alle bouillon heeft opgenomen. Met de laatste hoeveelheid bouillon de voorgebakken groen-ten en de lente-uitjes toevoegen. Nog 2 minuten doorkoken en op smaak brengen met zout en peper. De boter de Parmezaan, de bieslook en de ba-silicum er door scheppen. De risotto van het vuur nemen en in een mooie schaal opdienen.Voor 6 à 8 personen.

Eet smakelijk,

May

9zaterdag 26 april 2014

Food for thought .Kook mee met May.

Lente-risottoRisotto koken met kinderen

Als u gaat koken met uw kinderen is het

leuk om variatie te hebben. U kunt ze en-

thousiast maken door te zorgen voor een

heel ander gerecht voor de verandering.

Voedingswaarde voor 1 persoonsportie, gebaseerd op 8 porties voor volwassenen:

Voedingsstoffen Hoeveelheid % DAHCalorieën/ kJoules 347 / 1457 17% Natrium 1118 mg 56%Eiwitten 12 g 12% Kalk 209 mg 30%Vetten 15 g 22% IJzer 2,5 mg 17%Verzadigde vetten 6 g 30% Vitamine A 155 mcg 17%Cholesterol 26 mg 9% Vitamine B1 0.11 mg 11%Koolhydraten 42 g 17% Vitamine B2 0.2 mg 15%Voedingsvezels 4 g 13% Vitamine C 16 mg 23%

De percentages zijn berekend op basis van 2000 ca-lorieën (8400 Kjoules) per dag, voor een gezonde vol-wassene.

Voedingswaarde voor 1 persoonsportie,gebaseerd op 10 porties voor kinderen:

Voedingsstoffen Hoeveelheid % DAHCalorieën/ kJoules 278/ 1168 14% Natrium 894 mg 45%Eiwitten 9 g 12% Kalk 168 mg 24%Vetten 12 g 16% IJzer 2 mg 25%Verzadigde vetten 5 g 25% Vitamine A 124 mcg 18%Cholesterol 21 g 8% Vitamine B1 0.08 mg 10%Koolhydraten 33 g 12% Vitamine B2 0.16 mg 16% Voedingsvezels 3 g 10% Vitamine C 13 mg 19%

De percentages zijn berekend op basis van 2000 calo-rieën (8400 Kjoules) per dag, voor gezonde kinderen van 7-10 jaar.

Miriam de Windt is diëtiste en natural nutritionist. T 889-1788 C 520-6932E [email protected]:facebook.com/ndcsdewindt

Tekst: Miriam de Windt

Page 10: Amigoe NAPA 26-04-2014

zaterdag 26 april 201410 zaterdag 26 april 2014 11

Pieter Erberveld: een gruwelijk einde in BataviaJazeker, het ging er in West-

Indië ten tijde van de sla-

vernij wreed aan toe. Maar

ook in Oost-Indië gebeurde

vreselijke dingen: schijn-

processen, martelingen en

executies. Onze medewer-

ker Marius Bremmer stuitte

op een begraafplaats in de

Indonesische hoofdstad Ja-

karta op een merkwaardige

‘schandmuur’. Een steen op

die muur verhaalt over de

verfoeilijke nagedachtenis

van ene Pieter Erberveld.

Wie was deze ‘halfbloed’ die

in 1722 zo vreselijk aan zijn

einde kwam?

De schandmuur rond de voormalige woning van Pieter Erberveld te Batavia rond 1885.Gouverneur-Generaal Hendrick Zwaardecroon.

ieter Erberveld wordt in 1663 geboren in Batavia, de hoofdstad van het vroegere Ne-derlands-Indië. Hij is ‘halfbloed’: zoon van een Duitse vader en een inlandse moeder. Halfbloeden staan vanwege hun getinte huidskleur in de koloniale samenleving la-ger op de maatschappelijke ladder dan de Europese Nederlanders.

Na het overlijden van zijn vader erft Pieter een groot landgoed bij Batavia. Het bestuur van de kolonie laat het oog vallen op een deel van deze grond. Men verzint een list om het eigendom in twijfel te trekken. Vol-gens gouverneur-generaal Hendrick Zwaar-decroon zijn de papieren ‘niet in orde’. Pro-blemen dus voor Erberveld!Eind 1721 ontdekken de Nederlanders een samenzwering tegen het gezag. Er doen ge-ruchten de ronde dat er plannen bestaan om samen met de Javaanse vorst Raden Kartadria alle Europeanen in Batavia te ver-moorden. De inlandse slaaf die deze samen-zwering bij justitie meldt, wijst Pieter Erber-veld aan als het brein achter de mogelijke opstand. Dat juist deze ‘halfbloed’ genoemd wordt, komt het bestuur van Batavia heel goed uit: zo kan men de problemen rond het landgoed van Erberveld ook oplossen. Zou niet juist Erberveld bij de genoemde samen-zwering betrokken zijn? Hij heeft immers een motief om wraak te nemen op het lands-bestuur vanwege diens betwiste landgoed!Erberveld wordt samen met negentien van zijn slaven opgepakt en gemarteld. Zelfs kinderen van zeven en acht jaar worden als getuigen ingezet en misbruikt. Na hevige

folteringen bekennen alle verdachten. Ook Erberveld bekent op de pijnbank en zegt dat de plannen voor het oproer in de la van een kast in zijn woning te vinden zijn. Deze la blijkt later leeg. Alle beklaagden worden ter dood veroor-deeld en komen op gruwelijke wijze aan hun eind. Zelfs voor die tijd gaat het er ex-treem aan toe: Erberveld, 59 jaar oud, wordt ‘agterwaarts op een kruys gebonden, de reg-terhand afgekapt, met gloeyende tangen op de borst, armen en beenen geknepen en het vlees daeruyt gehaelt; dan van onderen op het ligchaem geopent, het hart deartuyt ge-haalt en in ‘t gesicht geworpen, en verders het hoofd afgekapt en in stukken gehou-wen’. Het hoofd en de vier ‘quartieren’ van zijn lichaam worden buiten de stad, opge-hangen, ‘ten proye der vogelen’.

SchandmuurHet huis van Erberveld wordt met de grond gelijk gemaakt. Men bouwt een muur om de ruïne, een schandmuur. Daar bovenop plaatst men het afgehakte hoofd van Erber-veld. Aan de voorkant van de muur komt een steen met inscriptie in twee talen als waarschuwing voor iedereen die ooit nog plannen in het hoofd haalt om zich tegen het koloniale bestuur te keren. Nooit mag iemand meer op deze grond iets bouwen of planten! Dit is de tekst op de schandmuur:Uyt een verfoeyelyke gedagtenisse teegen den gestraften landverraader Pieter Erber-veld sal niemant vermoogen te deeser plaat-se te bouwen, timmeren en metselen off

planten nu ofte ten eenigen daage. Batavia den 14 april april 1722.Vanaf die dag lopen elke zondag de inwo-ners van Batavia die naar de protestantse Portugese Buitenkerk gaan langs deze plek. Vooral mensen van gemengd bloed storen zich aan deze schandmuur. Het ‘Indo-Eu-ropees Verbond’, een vereniging van inwo-ners van Nederlands-Indië van gemengde komaf, ijvert jaren voor verwijdering van dit symbool van wreedheid en partijdige rechtspraak. Uiteindelijk wordt pas na meer dan tweehonderd jaar - ten tijde van de Ja-panse overheersing van Nederlands-Indië in de Tweede Wereldoorlog - de schandmuur weggehaald. De terechtstelling van Pieter Erberveld vond plaats onder het gezag van de in de geschie-denisboeken als bekwaam en rechtvaardig bekend staande Gouverneur-Generaal Hen-drick Zwaardecroon. Eén van de getuigen van de wrede afloop van het proces tegen Erberveld is de Nederlander Petrus Vuyst. Door invloedrijke familie kwam hij in dienst van de VOC. Hij klom al snel op tot gouver-neur van Ceylon, het huidige Sri Lanka. Bij zijn aankomst op Ceylon had hij een pleister over zijn rechteroog geplakt ‘omdat hij het volk van Ceylon wilde tonen dat hij geen twee ogen nodig had om op zo’n klein ei-land het bestuur te voeren’. Hij kreeg er te maken met tegenstand en nam het proces tegen Pieter Erberveld als voorbeeld om tegenstanders uit de weg te ruimen. Vuyst trad zelf als beul op. Verschillende slachtof-fers verkozen de dood boven de martelingen of ‘bekenden’. Ze noemden lukraak namen

van anderen, die daarna werden gepakt. Zo herhaalde zich het wrede spel. Gevangenen kregen de ene dag alleen water, de andere dag gezouten vis. Negentien personen wer-den doodgemarteld, sommige op dezelfde wrede wijze als Erberveld. Ook Vuyst richtte in de hoofdstad Colombo schandmonumen-ten op.Toen deze verhalen doordrongen in Batavia, greep het koloniale gezag in. Men stuurde een schip naar Ceylon om gouverneur Vuyst in hechtenis te nemen. In Batavia werd Vuyst ter dood veroordeeld. Hij werd ont-hoofd, gevierendeeld en met vuur verbrand. Zijn as werd in zee gestrooid. Daarna liet men de nog in gevangenschap zittende slachtoffers van Vuyst vrij. De schandmo-numenten te Colombo werden afgebroken.De schandmuur die men ooit om het huis van Pieter Erberveld bouwde bestaat nog steeds. De muur, compleet met de in steen gebeitelde waarschuwingstekst en een drei-gende doodskop, is nu in Jakarta onderdeel van Museum Taman Prasa. Hier zijn veel graven, fraaie grafstenen en protserige graf-monumenten uit de koloniale tijd bijeenge-bracht. Overigens werd op de plaats van het huis van Erberveld pas in 1986 gebouwd: toen verrees er een showroom voor een Toy-otadealer.De Indonesische overheid koestert er de nagedachtenis aan de als landverrader ver-moorde halfbloed Pieter Erberveld. In Pieter Erberveld ziet men in Indonesië een dappe-re held, een halfbloed die het al heel vroeg waagde zich te verzetten tegen het blanke koloniale gezag.

Tekst: Marius Bremmer PEen bezoeker leest aandachtig de tekst op de schandmuur.

De ingang van het museum waar oude graven van koloniale Nederlanders en de schandmuur bewaard worden.

Page 11: Amigoe NAPA 26-04-2014

zaterdag 26 april 201412

Uit de inzendingen van de Amigoe-puzzel van vorige week is als winnaar van deweekprijs van 25 gulden getrokken:

De winnaar kan zijn/haar prijs na identificatie ophalen op het kantoor van de Ami-goe. Curacao: Kaya Fraterna di Skèrpènè z/n tot drie uur n.m. Aruba: Patiastraat 13,tijdens kantooruren. Bonaire: Shon Ma Carolina, Kaya Nikiboko Noord 18.

Oplossingen moeten zowel op Curaçao als Aruba zijn ingediend op woensdag voor12:00 uur. Gelieve duidelijk op de enveloppe te vermelden: Amigoe-puzzel. Vanuit Bonaire kan de oplossing gefaxt worden naar Curaçao: (00599-9) 767-4744.

Horizontaal:2. Rechtskundige term; 6. eskimovaartuig; 12. soort bij; 15. bouwmateriaal; 17.leerling (Fr.); 18. Japanse munt; 20. afnemen; 21. boom; 22. cultusgebruik; 25.aansporing; 26. tap; 29. geloofsbelijdenis; 30. landbewerking; 33. vluchtigomhulsel; 35. tandglazuur; 37. klank; 39. Zwitsers kanton; 40. in vuur en vlamstaan; 42. nachtkleding; 43. rivier in de Ardennen; 45. Noach; 46. Griekse letter; 48.een weinig; 50. rivier in Groot-Brittannië; 51. stelsel; 52. luchtbelletje.

Verticaal:1. Cijfer; 2. god van de oorlog; 3. zwevend voertuig; 4. Spanje en Portugal; 5. in-sect; 7. symbool actinium; 8. gevoel na een intercontinentale vlucht; 9. Japanseparelduikster; 10. Engels graafschap; 11. berg in Italië; 13. persoonlijk vnw. (Fr.);14. geur; 16. broedplaats; 18. marionet; 19. waternimf; 23. elk; 24. gouden tiendol-larstuk; 26. deel van de visvangst voor de bemanning; 27. keurig; 28. apostel; 29.gevaarlijke periode; 31. omtrent; 32. verovering; 34. stonde; 36. buffelsoort; 38.gezichtsorgaan; 40. onnozel; 41. nieuwe ster; 44. filmdecor; 47. reuzenvogel; 49.symbool selenium; 50. reeds.

PRIJSPUZZEL ZWEEDSE PUZZEL

2 73 5 9

9 8 37 9 4 6 8 2

8 15 4 7

8 2 6 12 4 5 11 3 4

4 5 72 9

3 4 2 11 66 5 9

7 3 4 18

8 6 2

Schrijf alle cijfers 1 t/m 9 in alle verticale kolommen, alle horizontale rijen én in alle vierkant-jes van 3 x 3 vakjes.

SUDOKU

LIGHT HEAVY

Cryptogram: Horizontaal: 1. Aria; 4. bingo; 7. service;8. bit; 9. eer; 10. enteren; 12. kanalen.Verticaal: 2. Rooi; 3. afweer; 4. botbreuk;5. nest; 6. oproer; 9. enen; 11. ton.Woordzoeker:Steunfraude

OPLOSSINGEN VORIGE KEER

P - L O G E N - O P E R A - KO R A K E L - L - M O E T E NP I L A V - M E S - S U O M IE G A - O R I G A M I - L I K- A - D E O D O R A N T - R -B - T A L U D - D R E U N - KU W E R - G E Z I N - I E M EI E L - B E L O N E N - P E TD E L T A - S A E - A D E P TE - E R A F - L - K A I N - EL E R A R E S - O P M E T E R

Lig

ht

Heavy

Zweedse puzzel Prijspuzzel

- A - G - S - E - S - BK R E E - T I E N T A L- I M M E R - A I R C OT A A I P O P - M O A -- D - S O N O O R - C CN N W - D K - K O P I E- E L B E - P E D A A L

WOORDZOEKER

R G N I G I D L O Z E B E

R U G M D A I V L A S N I

U L U I A I N E T S E M L

U D E T R N L T P K S E B

G O S M C O N S N A I C O

I O I H A E L A D T L M L

F R N E C N L A P N I E O

P N O O K K E E B S O A T

I E D E R A R M S O Q B I

R G A E D N L I M U M A A

T R V O E N N L A E P R A

S O E Z E A O V E O R A R

T M U I I O I E L T R T D

A E A P P T A L I E S C S

R A V E R Z O R G E N E I

M N G K N A B L E V E N N

Adonis Apollo Aquavit Balorig Bezoldiging Bondslid Docent Doema Draaitol Eilat Enamel Lectuur Maaien Manna Mesten Morgenrood Nectar Nestellakei

Nevelbank Oblie Omloop Palet Pianissimo Reuzenreptiel Salvia Stremmen Stripfiguur Toverklanken Verzorgen

In deze mengelmoes van letters zijn alde onderstaande woorden verstopt.Streep alle woorden door. De reste-rende letters vormen dan regel voorregel van links naar rechts gelezen deoplossing van deze puzzel.

CRYPTOGRAM1 2 3

4 5 6

7

8

9

10 11

12

Horizontaal:1. Arena voor biljarters (4); 4. Ter versiering van eenhaas die erin zit (5); 7. Geen gezelschapsreis (7); 8. Zetde Engelsman in de diepte! (3); 9. Voornaam bekendvan de grotten (3); 10. Door elkaar komen er dertienbinnen (7); 12. Voor dit boek is een hoeveelheid lefnodig (7).

Verticaal:2. Vreemd, hoe men het ook bekijkt (4); 3. Even aanra-ken deze uitsteeksels! (6); 4. Stop niet met tennissen alsje bijna gaat winnen (8); 5. Het eten wordt er zwart van(4); 6. Die bloem gaat met zijn tijd mee (6); 9. De hoofd-persoon is niet bang uitgevallen (4); 11. Licht voor devogels (3).

ver‐anderen

struis-vogel

plaats inFrankrijkrivier in

Rusland

grappen-maker

tengunste

van

grootvertrek

venijnig

kunst(Lat.)

oorlogs‐vloot

wimper

speel‐penning

roei‐vaartuig

Belg

jonge koe

geografi‐sche mijl

berg‐weide

stimule‐rende stof

bezinksel

schaak‐term

schaal‐dier

symbooltitanium

uitroep

achter

heer afloop

Grieksegodin taak

© Puzzelland/140426

8 5 3 2 1 6 7 9 41 7 6 9 3 4 2 5 82 9 4 5 8 7 1 3 63 8 5 4 7 9 6 1 26 4 7 3 2 1 5 8 99 2 1 6 5 8 4 7 35 3 9 1 4 2 8 6 77 6 2 8 9 5 3 4 14 1 8 7 6 3 9 2 5

4 9 8 2 6 7 1 5 31 3 6 8 5 4 7 9 25 7 2 3 1 9 6 4 88 6 1 7 3 5 9 2 47 2 4 1 9 8 3 6 53 5 9 4 2 6 8 1 76 4 3 5 8 1 2 7 92 1 7 9 4 3 5 8 69 8 5 6 7 2 4 3 1

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11

12 13 14 15 16

17 18 19 20

21 22 23 24 25

26 27

28 29 30 31 32

33 34 35 36 37 38

39 40 41 42

43 44 45 46 47

48 49 50

51 52

Puzzels.

Bilderdijkstraat 16-2

E.H. Martinus Timonstraat 4

Aruba

Franklin AlbergKaya Seri Kalki 19

Curaçao

Page 12: Amigoe NAPA 26-04-2014

Waar het vroeger

normaal was dat

partners rond hun

twintigste trouwden

en hun leven lang

bij elkaar bleven,

is dit tegenwoordig

bijna uitzonderlijk

te noemen.

D it hoeft niet te bete-kenen dat relaties vroeger beter waren,

of dat ze nu minder serieus worden genomen. Ik denk dat de meeste stellen nog steeds hun best doen om een relatie te laten werken, maar het is wel veel meer dan vroeger geaccepteerd om de keuze te maken om apart verder te gaan. Je kunt dit een goede ont-wikkeling noemen op het gebied van keuzevrijheid en -acceptatie, maar wan-neer er kinderen bij betrok-ken zijn kan een scheiding van ouders wel heel zwaar en schadelijk voor hen zijn.

De weg van verwerking, aanpassing en acceptatie brengt bij kinderen onder meer de volgende uitda-gingen met zich mee.

Leren omgaan met verdriet en teleurstelling. Hier wordt de basis gelegd voor het verdere leven in het omgaan met verdriet en te-leurstelling.

Het onder ogen zien, het erkennen van de realiteit. Kinderen blijven vaak lang hoop houden dat de situa-tie teruggedraaid wordt. Ze denken nog vaak magisch, dat ze gebeurtenissen kun-nen beïnvloeden. Ze kun-nen zich daardoor ook ver-antwoordelijk en schuldig gaan voelen.

Omgaan met emoties en gevoelens. Vooral kinde-ren in de leeftijd van zes tot tien jaar denken nogal eens: “Als papa van mij

houdt, dan was hij niet weggegaan, of dan zou hij me vaker willen zien.” Die gedachte kan een kind een enorm gevoel van afwijzing geven en kan het zelfbeeld van het kind heel veel schade toebrengen.

Kinderen moeten deze uitdagingen zelf aangaan, maar ouders kunnen hen hierbij wel helpen. Belang-rijk is dat ouders er voor waken dat kinderen bij ruzies worden betrokken. Dit is vaak moeilijk, omdat kinderen uit zichzelf al de neiging hebben om partij te kiezen voor degene die naar hun idee het meest ge-kwetst is. Ze kunnen zich dan als bondgenoot aanbie-den en dat kan heel aanlok-kelijk zijn, met name wan-neer een gekwetste ouder behoefte heeft aan steun en begrip. Om te voorko-men dat het kind in een spagaat terecht komt en het gevoel krijgt dat het moet kiezen (wat weer gepaard gaat met schuldgevoelens), is het beter om het kind op een zo objectief mogelijke manier over de situatie te informeren en het de mo-gelijkheid te geven om ook de andere kant van het ver-haal te horen te krijgen. Verder is het vooral belang-rijk om het kind gedurende de hele fase van verwer-

king en veranderingen - die soms wel jaren kan duren - duidelijk uit te blijven leggen wat er aan de hand is, wat er gaat gebeuren en welke veranderingen dit met zich mee brengt. Dit biedt de nodige zekerheid en veiligheid die nodig zijn om met verdriet en veran-deringen om te kunnen gaan.

Tuma mi ManTuma mi Man is een kin-derdagverblijf, dat behalve reguliere opvang ook soci-ale opvang biedt aan min-derbedeelde kinderen uit de achterstandswijken in de omgeving Parera. Voor meer informatie over Tuma mi Man: [email protected] / +5999 4659200, of facebook.com/Fundas-honTumaMiMan

Het begon allemaal met een interview dat ik had met Kenneth Hooten van

Fundashon Instituto Splikami. Ooit vertelde Hooten mij dat hij een helofytenfilter in zijn tuin had liggen dat hij zelf gebouwd had. Een helofytenfilter is een natuurlijk afvalzuiverings-systeem dat met behulp van planten afvalwater zuivert tot een kwaliteit die onschadelijk is voor het milieu. Het water van onder meer zijn keuken en badkamer liet hij opvangen en werd door dit filter gezuiverd. Dit gereinigde water gebruikte Hooten voor het bevloeien van

zijn fruitbomen in eigen tuin. Ik was onder de indruk. Dit was een oplossing voor water-besparing binnen de Curaçaose context. Voor iedere burger die zoiets in zijn tuin laat maken was dit een goede manier om geld te besparen. Wie wil dat nou niet. Dit kon niet beperkt blijven tot de tuin van Hooten. Nee, iedere Curaçaose tuin moest er een hebben. Met die gedachte in mijn ach-terhoofd kwam ik in gesprek met de Royal Bank of Canada (RBC) die vanuit hun Blue Wa-ter Project waterprojecten aan het opzetten zijn op de eilan-

den en in Suriname. Het op-zetten van een helofytenfilter sprak hen aan. Ondertussen zat RBC ook in gesprek met Aqua-lectra als partner op het gebied van water en dit idee paste ook goed binnen Aqualectra’s be-leidskader. Voor ik het wist zaten vier par-tijen aan tafel: Stichting Huntu Kòrsou, Fundashon Instituto Splikami, RBC en Aqualectra. Ondanks hun verschillende achtergronden gingen zij voor één ding: met ons werk willen wij bijdragen aan ons ‘dushi Kòrsou’. Dit was de verbin-dende rode draad. De samen-

werking was een feit. Kortom, RBC deed mee omdat zij met haar Blue Waterproject wil bij-dragen aan toegang tot schoon water. Aqualectra tracht op haar manier de samenleving bewust te maken van water-besparing. Splikami droeg bij door haar technische kennis en praktijkervaring te delen en tot slot Huntu Kòrsou die als pro-cesbegeleider en projectmana-ger zich inzet voor een ‘better quality of life’.Uit deze symbiotische match kwamen twee projecten voort. Ten eerste World Water Day 2013, een minisymposium over water met als hoofdpresentatie

‘de werking van het helofyten-filter’. ‘Groenhofje Hamiëd’ was het tweede project waarin de bouw van een helofytenfilter een feit was. Daarnaast kregen leerlingen van de basisschool les over waterbesparing en leg-den zij gezamenlijk een groen-tetuin aan die bevloeid werd met het gezuiverde water af-komstig van het helofytenfilter. Dit is hoe een samenwerking eruit zou moeten zien. Met als belangrijkste ingrediënten: elkaar vertrouwen en zien als constructieve partners en gaan voor een gezamenlijk doel: duurzame ontwikkeling van Curaçao.

13zaterdag 26 april 2014

Tekst: Bertine Vermeer

Ir. Bertine Vermeer is office-mana-ger en innovatie-deskundige bij Tuma mi Man.

Huntu Kòrsou.

Ir. Shakti-Aroena Lakhi is voorzitter en medeop-richtster van Huntu Kòrsou. Een stichting die zich inzet voor een ‘better quality of life’ op Curaçao. Meer lezen over dit initiatief: www.huntu-korsou.org en www.facebook.com/HuntuKorsou .

Kind en scheiding

‘Samen leren, samen doen’Vorige week schreef ik er nog over: samenwerken is de manier om tot

een ‘better quality of life’ te komen. Samen onze omgeving mooier

maken, waarbij een ieder zijn eigen manier heeft van het geven van

kleur. Ik geloof hierin en elke keer als ik projecten zie waarbij ver-

schillende partijen met geheel andere belangen samen voor het gro-

tere doel gaan, dan maakt mijn hart een sprongetje van blijdschap.

Want blijkbaar kan hét en halverwege vorig jaar mocht ik dit dan ook

van dichtbij ervaren.Tekst: Shakti-Aroena Lakhi

Page 13: Amigoe NAPA 26-04-2014

et ingang van 1 juli 2013 heeft EY een nieuwe Global Chairman en CEO, Mark A. Weinberger, die het opportuun vindt om zich als een bedrijf te presenteren, dat meewerkt aan een beter wer-kende wereld. EY heeft thans 728 kantoren in 150 landen, ge-organiseerd in 29 regio’s en vier gebieden. De adviseurs werken allemaal in een van de service lines - Assurance, Advisory, Tax en Transaction Advisory Servi-

ces. De organisatie ziet dat er een grote rol voor hen is in het bouwen aan een beter werkende wereld, voor mensen, gemeen-schappen en voor hun klanten. Hun motto is: Onze waarden be-palen wie we zijn.

Dit jaar viert EY Curaçao zijn 65-jarig bestaan. Op Curaçao bestaat de directie uit de part-ners Erick Statius van Eps (42), Patrick Aberson (43), Vernon

Huerta (42), Bryan Irausquin (38) en Fatima de Windt-Ferreira (44). In de loop der jaren waren er zowel financiële als sociaal-maatschappelijke veranderin-gen in Curaçao en ook in alle andere landen en eilanden in het Caribische gebied die grote gevolgen hebben gehad voor EY. Het bedrijf ging meer regionaal werken. Er vond ook een verjon-gingsslag plaats door het vertrek van oudere partners in verband met het bereiken van de pensi-oengerechtigde leeftijd en het bedrijf breidde uit. Al deze fac-toren droegen ertoe bij om lokaal en internationaal een vernieu-wingsslag in te zetten. EY Dutch Caribbean fuseerde met andere EY-vestigingen in het Caribische gebied, zoals Jamaica, Barbados, Trinidad & Tobago en St. Lucia. Ook is EY nieuwe diensten gaan aanbieden en kwamen er drie directeuren bij: Zahayra de Lain Juan Navarro en Maria Ponte da Costa.

Mentale omslagBehalve de verjongingsslag die plaatsvond was een markante bijkomstigheid dat er ook een mentale omslag plaatsvond bij het bedrijf. Vroeger was het be-drijf onderdeel van de Neder-landse maatschap, maar in 2004

vond echter een loskoppeling plaats en werd het bedrijf samen met andere EY-vestigingen in het Caribische gebied onderdeel van EY Americas. De vraag kwam toen op hoe het bedrijf zich het beste kon positioneren. Er werd dus besloten om zich meer re-gionaal te focussen en om geo-grafische grenzen waar mogelijk op te heffen. Volgens de huidige partners kwam de ontwikkeling en daarbij behorende voordelen redelijk snel. EY Caribbean heeft zich thans goed gepositioneerd om de regionale klanten te be-dienen. In de kantoren in Aruba en Curaçao werken momenteel ongeveer 125 mensen en op de andere eilanden nog eens 425 mensen.

Met de toetreding van Mark A. Weinberger, als nieuwe Global Chairman en CEO lanceert EY ook zijn nieuwe ‘visie 2020’. Door workshops en brainstorm-sessies te organiseren werden alle medewerkers van EY aan het denken gezet, omdat het gaat om het effect van ieder in-dividu en op ieder individu. Een belangrijke boodschap in deze visie is om het bedrijf in het jaar 2020 op een verantwoorde wijze te hebben verdubbeld naar een wereldwijde omzet van 50 mil-jard US dollar. Bij het realiseren van deze groei moet er te allen tijde rekening gehouden wor-den met de kwaliteit van dien-sten en welke diensten wel en welke niet aangeboden moeten worden. De filosofie die achter deze visie schuilt is duidelijk. De twee kernpunten van de fi-losofie zijn: investeer in mensen en investeer in kwaliteit.

Voor de locaties Curaçao en Aru-ba betekende dat: hoe ga je dat doen en met welke diensten? De organisatie heeft zich daar uit-voerig over gebogen en de twee kernpunten zijn thans bewerkt met strategische keuzes. EY wil zich duidelijk onderscheiden van de andere zogenaamde ‘big four’ accountantskantoren. Zij willen zich onderscheiden door hun mensen. Daar wordt dan ook flink in geïnvesteerd. Op internationaal niveau staat EY niet voor niets na Google op de tweede plaats als ‘beste werk-gever’. EY heeft de lat hoog lig-gen en wil in het bedrijf vooral hoog opgeleide medewerkers, die expertise in huis hebben. De uitdaging is om de expertise die zowel lokaal als internationaal aanwezig is in zo’n grote orga-nisatie van financiële experts te vertalen naar de lokale markt met als achterliggende gedachte: hoe kunnen we onze klanten en gemeenschappen het beste die-nen.

Business Advertorial zaterdag 26 april 201414

EY Curaçao viertNieuwe naam en slogan:

Hun wortels gaan terug tot de 19e eeuw en onder de gewaag-

de leiding van hun stichters Arthur Young en Alwin C. Ernst

en door talloze bijdragen van mensen over de hele wereld is

Ernst & Young thans een toonaangevende wereldwijde orga-

nisatie op het gebied van professionele dienstverlening. Het

bedrijf groeide uit tot een organisatie waar thans mondiaal

175.000 mensen werkzaam zijn. In de loop der jaren ver-

anderde de naam ook een aantal keren door fusies en over-

names van andere bedrijven, nu met de nieuwe koers, die

de organisatie wereldwijd heeft ingezet is er ook een nieuwe

naam: EY (in plaats van Ernst & Young).

Met de nieuwe naam, EY, kort en krachtig, biedt ook het logo de mogelijkheid om de nieuwe identiteit zichtbaar te maken, helder, consistent, met vertrouwen... en de nieuwe slogan: ‘Building a better working world’.

M

Page 14: Amigoe NAPA 26-04-2014

Volledige toewijdingEY vraagt volledige toewij-ding van zijn medewerkers om met z’n allen te bouwen aan een beter werkende we-reld, waarbij de kwaliteit van dienstverlening op het allerhoogste niveau is en waarbij het bedrijf en zijn mensen het vertrouwen ge-nieten van de samenleving. Zij ontwikkelen eminente leiders die samenwerken om de beloften aan stake-holders en klanten na te ko-men. Met wat ze doen wordt er vertrouwen gecreëerd. Opleiden van medewerkers blijft daarbij heel belangrijk. Door mensen goed op te lei-den wordt duidelijk hoe een bedrijf omgaat met zijn men-sen. Mede hierdoor draagt EY ook zijn steentje bij in de ontwikkeling van de ge-meenschap. Iedereen die bij EY werkt draagt dit ook uit. Allemaal in het kader van verantwoord ondernemen.

Curaçao CaresHet partnership dat EY is aangegaan met ‘Curaçao Cares’ is onderdeel van dit maatschappelijk verant-woord ondernemen. Cura-çao Cares heeft de missie om individuen te inspireren en te mobiliseren om actief burgerschap te tonen door middel van flexibele inzet in zinvolle projecten, duur-zame vrijwilligersprojecten te creëren in samenwerking met particulieren, bedrijven en non-profit en maatschap-pelijke organisaties in een poging om een positieve so-ciale verandering te realise-ren. EY wil structureel zijn mensen betrekken bij de missie van ‘Curaçao Cares’. Dit doet de organisatie door zijn medewerkers te moti-veren om mee te doen aan vrijwilligersprojecten. De reden dat EY voor deze vorm van maatschappelijk onder-nemen heeft gekozen is dat

ze de mensen liever in actie zien dan dat er alleen geld gegeven wordt. Als de me-dewerkers een deel van de tijd krijgen van hun werk-gever om als vrijwilliger bij te dragen aan de gemeen-schap gebeurt er volgens EY meer met de mensen en de samenleving dan als er al-leen geld wordt gegeven. In 2013 zijn er al diverse pro-jecten geweest waar perso-neel van EY vrijwillig aan heeft meegewerkt zoals: het schilderen van een muur bij Huize St. Jozef, een schaak-bord maken bij bejaarden-huis ‘Mi Amparo’, spullen opknappen bij zorgboerderij de Savaan, lezen met kleine kinderen en inzamelacties voor minderbedeelden. Het personeel juicht deze vorm van maatschappelijk onder-nemen toe.Samen met de visie 2020 is er ook een nieuw logo geko-men. Met de nieuwe naam,

EY, kort en krachtig, biedt ook het logo de mogelijk-heid om de nieuwe identi-teit zichtbaar te maken, hel-der, consistent, met vertrou-wen... en de nieuwe slogan: ‘Building a better working world’.De vernieuwing heeft een goede invloed op het ge-hele concern en sluit goed aan bij de veranderingen in de samenlevingen over de hele wereld. EY Dutch Ca-ribbean heeft een enthousi-ast jong team en biedt vele mogelijkheden voor mensen die belangstelling hebben om in de wereld van ac-countancy, belastingadvies en advisory te werken. Een eerste eis is een goede op-leiding en zich verbonden voelen met de basiswaarden van de organisatie: integri-teit, vertrouwen en teamspi-rit. EY-medewerkers bruisen van energie en enthousias-me en hebben de moed om te leiden. Het gaat om het

maken van de goede keuzes om goede relaties met elkaar op te bouwen, zowel met collega’s onderling als met klanten.Het nieuwe logo van EY is nu zichtbaar op het gebouw van Zeelandia Office Park. De nieuwe koers die EY mondiaal inzet past bij de tijd waarin we thans leven. De vier zichtbare veranderingen bij de orga-nisatie, een nieuwe naam, een nieuw logo, een nieuwe slogan en een nieuwe basis-gedachte zullen herkenbaar zijn voor waar EY voor staat: betrouwbaarheid en samen-werken met als doel een be-ter werkende wereld te creë-ren voor iedereen.

Business Advertorial 15zaterdag 26 april 2014

65-jarig bestaan‘Building a better working world’

EY CuraçaoZeelandia Office Park/ P.O.Box 3626Curaçao

Vlnr. Chris Smorenburg, Maria Ponte da Costa, Erick Statius van Eps, Fatima de Windt-Ferreira, Marsha Gijsbertha en Patrick Aberson.

Page 15: Amigoe NAPA 26-04-2014

Business zaterdag 26 april 201416

Mens & Werk

Tekst: Judice Ledeboer

Werkgevers gebruiken soms een cv-verifi-catie om erachter te komen of een cur-riculum vitae klopt. Dit is verplicht voor

functies waarbij de integriteit van belang is. Dit wordt ook wel pre-em-ployment screening genoemd. Een cv wordt door werkgevers gebruikt om de gegevens in het cv dat zij van sol-licitanten hebben ontvangen te con-troleren. Op basis van de getoetste en correcte informatie kan besloten worden een nieuwe medewerker in dienst te nemen. Het verifiëren van cv’s kan door de werkgever zelf ge-daan worden of het kan ook worden uitbesteed aan een gespecialiseerd bureau. Op Curaçao zijn er diverse bureaus die dat doen. De onderdelen waarop de controle plaatsvindt zijn bijvoor-beeld: identiteit, opleiding, werker-varing, (professionele) lidmaatschap-pen, bestuurlijke functies en persoon-

lijke referenties. Er wordt ook vaak een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) gevraagd. Een VOG is een ver-klaring waaruit blijkt dat het gedrag van een persoon in het verleden geen bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke taak of functie in de samenleving. Een VOG kan wor-den afgegeven aan een natuurlijk per-soon (mensen) en aan rechtspersonen (bedrijven/organisatie). Om een baan te kunnen krijgen is het in veel ge-vallen nodig om een VOG te kunnen overleggen. Voor sommige branches is dit zelfs (wettelijk) verplicht. Een toekomstig werkgever kan dus aan de hand van een cv veel informa-tie krijgen van een sollicitant. Het is dan ook verstandig om alle informa-tie naar waarheid op het cv te vermel-den. Toch komt het voor dat er zaken op het cv niet kloppen. Door de social media en alle mogelijkheden die er zijn om te achterhalen wat iemand in het verleden gestudeerd heeft, waar hij gewerkt heeft en welke andere er-

varingen hij heeft neemt het ‘liegen’, het puur vermel-den van onwaar-heden, af. Wel komt het voor dat mensen hun cv behoorlijk oppim-pen door gegevens een beetje te over-drijven of door de informatie handig weer te geven. Een voorbeeld. Een persoon heeft op zijn cv aan-gegeven dat hij in 2010 en 2011 bij een bepaald bedrijf gewerkt heeft. Bij navraag bleek dat hij in december 2010

bij het bedrijf in dienst kwam en dat hij halverwege januari 2011 alweer weg was. Door de wijze waarop die persoon de jaren had vermeld op de cv leek het alsof hij er twee jaar had gewerkt, maar bij navraag had hij er maar zes weken gewerkt! Mensen ge-ven hun gegevens ook mooier weer dan dat de werkelijkheid is. Nog een voorbeeld. In een cv gaf een persoon aan dat hij bij een bedrijf waar hij werkte bepaalde verantwoor-delijkheden had, maar bij navraag bleek dat niet zo te zijn. Ook over diploma’s wordt niet altijd de waar-heid vermeld. Mensen vermelden dat ze een bepaalde opleiding hebben ge-daan, maar ze zetten er niet bij dat ze er nooit een diploma hebben behaald. Dit wil natuurlijk niet direct zeggen dat de persoon niet goed in zijn werk is, maar het geeft een vreemde indruk als bij verificatie naar voren komt dat de persoon de studie heeft afgebroken of gezakt is voor het examen. Beter is het natuurlijk om te vermelden dat de opleiding 1,2,3 of vier jaar gevolgd is, maar dat de opleiding nooit is afge-maakt en er dus geen diploma is. Bij het screenen is het belangrijk dat dat wat er op het cv staat ook klopt. Het gaat er ook om of iemand eer-lijk is geweest met de informatie in zijn cv. Kloppen alle gegevens die hij geeft? De integriteit staat altijd voor-op en als blijkt dat iemand gegevens verzwegen heeft en men komt daar achter dan kan dat tegenwerken en zal de persoon een en ander moeten uitleggen.

Dat is ook het geval bij een zoge-noemd gat in het cv. Soms is er nood-gedwongen een gat ontstaan omdat iemand een paar jaar niet wilde wer-ken om voor de kinderen te zorgen of iemand is ontslagen en heeft een tijd niet gewerkt of iemand heeft ge-woon een jaartje lekker niets gedaan.

Een gat in het cv roept echter bij elke werkgever vragen op. Het beste is om altijd eerlijk te vermelden wat de re-den is van het gat in het cv.

Te hoog opgeleidEen goede uitgebreide cv kan tegen-woordig soms ook tegen iemand wer-ken. Er zijn mensen die een goede op-leiding hebben gevolgd, veel werker-varing hebben, maar die niet worden aangenomen omdat ze te hoog zijn opgeleid. Werkgevers nemen liever geen mensen in dienst die onder hun niveau moeten werken, omdat die zich gaan vervelen en uiteindelijk toch weer weg gaan. Het komt ook voor dat mensen met een heel goede cv moeilijk werk vinden omdat ze meer studie hebben gedaan en meer ervaring hebben dan de mensen on-der wie zij komen te werken. Een te goede werknemer kan als bedreigend gezien worden. Liegen op de cv door studies en ervaring te bagatelliseren is natuurlijk vreemd, maar iedere keer ‘nee’ horen omdat je te goed bent is ook vervelend.

BluffenHet liegen op cv’s heeft plaatsgemaakt voor bluffen. Een goede HR prikt daar doorheen en een professionele scree-ning brengt meestal de waarheid over iemand boven water, waardoor de werkgever weet waar hij aan toe is met een sollicitant. Door krapte op de arbeidsmarkt in het verleden werden cv’s niet altijd gecontroleerd, maar tegenwoordig worden vooral mensen die inzake hogere functies sollicite-ren gescreend. Er zijn echter bedrij-ven die alle werknemers van hoog tot laag laten screenen om er zeker van te zijn dat zij betrouwbare mensen in dienst nemen. Voor de zekerheid, want om leugenaars op de werkvloer te hebben leidt alleen maar tot pro-blemen.

Liegen over werkervaring, diploma’s ver-zinnen of een gat in het cv proberen op te vullen. Het komt allemaal voor. Een curri-culum vitae of kortweg cv is een document waarin iemand een samenvatting van zijn leven geeft, met name wat betreft behaal-de diploma’s en werkervaring. Een cv wordt bijvoorbeeld gebruikt bij sollicitaties.

Liegen in het cv

Page 16: Amigoe NAPA 26-04-2014

Grofweg valt de sponsormarkt uiteen in drie delen: feesten en partijen – denk aan carna-val, goede doelen – denk aan

de Roses en sport en cultuur, denk bijvoorbeeld aan alles wat op ‘lon’ of concert eindigt. Geen, ik herhaal, geen van deze evenementen zou kunnen be-staan zonder sponsoren. En dus zien we de telecombedrijven, de financieel dienstverleners, de drankenboeren, de advocaten, de supermarkten, vrij-wel iedereen met meer dan 25 man in dienst er lustig op los sponsoren. Het gevolg is een kakofonie aan kleuren, logo’s, vlaggen, banners, tenten, flyers en andere merchandise die zo het de-cor vormt voor het gemiddelde event.Sponsoren gaat in onze economie maar al te vaak over gunnen. De sponsor vindt een bepaald doel wel aansprekend, ziet een hoop exposure, heeft misschien wel iemand in zijn omgeving die van het goede doel af-hankelijk is, houdt misschien gewoon van wielrennen of tennissen of voelt zich verplicht te sponsoren door druk uit zijn zakelijke en/of sociale omge-ving. Maar dan. Wat krijgt u er voor terug?Dat een biermerk het carnaval spon-sort, is geheel logisch. Het is relevant, door de overweldigende aanwezigheid van het merk zal de consumptie om-hoog schieten, levert een ongelofelijk grote exposure binnen de doelgroep, positieve associaties met het merk, de mogelijkheid om aan hospitality te doen voor VIP’s en grote klanten, merkactivering... kortom the perfect fit. Daar kan je niet tegen adverteren.Goede doelen-sponsoring ligt behoor-lijk lastiger: goede doelen gaan vaak over schrijnende situaties waaraan – met enige urgentie – iets gedaan moet worden. De sponsor toont op deze wijze zijn betrokkenheid bij een maatschappelijk probleem en geeft – al dan niet genereus – aan het goede doel. Het goede doel blij en de afne-mers krijgen een positief beeld bij de sponsor. Hoewel... in veel gevallen is dit een gevalletje in de broek van je donkerblauwe pak plassen: ‘het geeft een warm gevoel maar niemand ziet het’. De sponsor ‘vergeet’ veelal zijn sponsorship op een relevante manier bekend te maken en uit te nutten ter-

wijl de organisator vaak te veel bezig is met geld binnenharken en te wei-nig nadenkt over sponsorproposities die iets verder gaan dan een simpele naamsvermelding op de een of andere flyer – die steevast op straat belandt.Nu is het lastig om uw merk te verbin-den aan iets dat negatieve associaties oproept en de relevantie is vaak ver te zoeken: levensverzekeringen kop-pelen aan pak hem beet kwijlende, wegkwijnende tandenloze oudjes is – in communicatief opzicht – een las-tig verhaal. Tenzij een organisatie bij-voorbeeld een sponsor zoekt voor het jaarlijkse uitje, dan zien we opeens een bus blije bejaarden en een levens-verzekeraar die zich zelfs hún lot aan-trekt. Zo zou een tourbussenbedrijf in het laagseizoen dezelfde bejaarden kunnen rondrijden en in het hoogsei-zoen nog kunnen collecteren bij de toeristen voor dezelfde mensen ook. Dan krijgt een sponsorship betekenis en relevantie waarbij u – als ambas-sadeur van het goede doel – wellicht uw klanten nog zo ver krijgt dat ze een langdurig financieel commitment met u aangaan. Lukt het werkelijk niet om uw sponsorship op een relevante wijze uit te nutten, dan kunt u blijven steken op het niveau van een donatie: dan geeft u uit uw geheime potje een envelopje met geld.

Sport en cultuur zitten een beetje tus-sen deze twee vuren in: bij een popu-laire sport koopt u de wereld aan ex-posure en merkactiveringskansen, bij minder populaire sporten levert u vrij-wel anoniem een beetje bijdrage aan de prestatie van een aantal bevlogen sporters en hun familie en vrienden.Zowel organisaties als potentiële sponsoren moeten beter nadenken over sponsoring als marketinginstru-ment. De organisaties over de kwali-teit van hun evenement, de potentiële relevante exposure en mogelijkhe-den voor merkactivering en, last but not least, hun strategie. De sponsoren op hun beurt moeten gaan nadenken over de vraag hoe ze een sponsorship werkelijk kunnen benutten voor hun business. Daarbij spelen vragen als exclusiviteit, kwaliteit, relevantie, activering en houdbaarheid. Daarbij helpt het als u consequent kiest voor

een bepaalde activiteit. Een beetje hier en een beetje daar – versnippering – werkt niet als u uw sponsorship zicht-baar wilt maken. Kiest u voor muziek, kies dan een groot evenement dat u claimt. Maak uw afnemers duidelijk waarom en wat de organisator met uw sponsor-ship doet. Verbindt er een prijs aan die uw naam draagt en maak die groot. Vermeldt uw sponsorship op uw website, op uw documentatie, op uw winkelruit. Nodig uw beste klan-ten en prospect uit en activeer uw merk. Ik hoor u knarsetanden: dat kost geld. Tijd. Energie. Een destijds middelgrote bank sponsorde het nati-onale volleybalteam en verdubbelde het bedrag aan sponsorship aan het bekend maken en uitnutten daarvan. Toen het volleybalteam de Europese finale moest spelen, had de bank goud in handen: de meest begerenswaardi-ge klanten en prospect bedelden let-terlijk om een finalekaartje. De bank had het voor het uitzoeken, alleen de meest profijtelijke klanten en prospect werden toegang tot de VIP-ruimte ge-gund.

Om redenen van vertrouwelijkheid kunnen namen, producten, markten en feitelijke omstandigheden anders zijn benoemd dan in de realiteit het geval was.

Business 17zaterdag 26 april 2014

Tekst: Marcel Truyens

Marcel Truyens is senior consultant bij Stradius te Curaçao. E | [email protected] W | www.stradius.com

Marketing

We zijn het gewend op Curaçao. Er kan geen evene-ment, feest, optreden, of goed doel bestaan zonder sponsoren. Grote en kleine bedrijven worden dagelijks bestookt met jammerbrieven en bedelpoëzie. Of u net als voorgaande jaren weer mee wilt doen. Voor het liefst een wat hoger bedrag want het groeit de organi-sator ook niet op de rug, en alles is duurder geworden, en we verwachten nog meer mensen, en u heeft toch ook uw maatschappelijke verantwoordelijkheid, en uw prachtige organisatie wil zich toch graag aan dit unieke gebeuren verbinden, en het past bij uw merk, en...

Deze toestand is mede mogelijk gemaakt door...

Page 17: Amigoe NAPA 26-04-2014

De overheid heeft een die-nende rol. Zij is er voor de burgers en niet an-dersom. De overheid moet een betrouwbare partner zijn, transparant en over-

zichtelijk. De overheid als hulp, niet als belemmering. In zo’n samenleving hebben burgers en overheid een ge-deelde verantwoordelijkheid om, met duidelijke afbakening van taken, de (grote) problemen van deze tijd aan te pakken. Een waardevolle democratie, een verbindend bestuur en een die-nende overheid zijn voorwaarden voor een duurzame ontwikkeling van onze samenleving.

Er wordt momenteel door veel promi-nenten wel het debat gevoerd of het beginsel van de dienende overheid nog in de rechtspraktijk leeft. Of heeft de dienende overheid inmiddels plaats-gemaakt voor een ‘moderne’ dienstver-lenende overheid? De politieke partij CDA hield daar in Nederland onlangs een congres over. Volgens historicus Jan Dirk Snel is ‘wel of geen overheid’

een vals dilemma en moet het CDA in plaats daarvan staan voor een dienende en betrouwbare overheid. Er is echter een probleem. Althans als we afgaan op de inleiding bij de ‘zeven principes’ die het CDA bij monde van Sybrand Buma op 1 juni 2013 in Den Bosch lanceerde. Nederland zit in een diepe crisis. De economie en de poli-tiek zijn vastgelopen en mensen zijn het vertrouwen kwijt. Dat is heldere taal. Het probleem heeft twee zijden: een overheid en een economie die niet goed functioneren, wekken geen ver-trouwen. Als de analyse klopt, is het dan ook duidelijk wat er moet gebeu-ren. Om het vertrouwen te herstellen zullen politici moeten proberen de po-litiek en de economie weer op gang te krijgen. Een politiek probleem vraagt om een politieke oplossing en van po-litici verwachten we dan ook dat ze uit-eenzetten wat het beleid van de over-heid in hun ogen dient te zijn. Maar dan komt het eerste principe en dat zegt precies het tegendeel: ‘De sa-menleving, niet de overheid’. Dat is dus geen antwoord op de vraag. Het

is bovendien een negatief antwoord. Natuurlijk, ik weet ook wel dat de leus niet zo bedoeld is, maar dan zou het CDA moeten formuleren wat het wél nastreeft. De toelichting weerspreekt het eerste principe gelukkig al snel: ‘Wij zien een overheid die naast u staat in plaats van tegenover u’. Dat is dus iets heel anders. Het gaat kennelijk om de overheid én de samenleving en de juiste verhouding tussen die twee.De overheid moet zich niet met alles bemoeien, maar het is wel een politie-ke vraag of de overheid met verkeerde wetgeving bepaald wangedrag niet zelf in de hand heeft gewerkt. En dan is het nu de vraag of ze dat weet te cor-rigeren. Het dilemma is dan niet wel of geen overheid en ook niet meer of minder overheid maar wel hoe de over-heid door middel van juiste regels de samenleving effectief kan dienen. De laatste decennia wordt met enige regelmaat gesproken over de crisis van de staat en met name van de rechts-staat. Bij de legitimiteit van het over-heidshandelen worden regelmatig vraagtekens gezet. Gehoorzaamheid van burgers aan de regels van de staat is niet langer vanzelfsprekend. Hoe kan de staat steun verwerven van haar on-derdanen in een wereld van mondige burgers? De democratische rechtsstaat is op-gebouwd uit tegengestelde rechts-staatsmodellen: zowel elementen uit de klassieke rechtsstaat als de sociale rechtsstaat. Dit heeft tot gevolg dat er een inherente spanning bestaat tussen de beide tegengestelde (formele en ma-teriële) invullingen van de rechtsstaats-beginselen. Naarmate de verzorgings-staat zich verder ontwikkelde leverde dit toenemende problemen op. Deze problemen kunnen worden samenge-

vat onder de noemer juridisering van de staat: een toenemende juridische vormgeving van de maatschappelijke betrekkingen. De legitimiteit van het overheidsgezag staat daardoor in sterke mate onder druk. Er is daarom behoef-te aan een nieuw rechtsstaatsconcept waarin een nieuwe oplossing wordt gevonden voor de spanning tussen de formele en de materiële rechtsstaat. De hoofdvraag is of deze oplossing moet worden gezocht in een inhoudelijke of een procedurele richting.Beantwoording van deze hoofdvraag bestaat uit twee delen. In het eerste deel wordt er eerst ingegaan op de spanningen die er binnen de demo-cratische rechtsstaat zijn tussen het formele rechtsstaatsbegrip (kenmer-kend voor de klassieke rechtsstaat) en het materiële rechtsstaatsbegrip (ken-merkend voor de sociale rechtsstaat). Daarna worden er drie alternatieven behandeld die worden aangedragen vanuit het pragmatisme.Het eerste alternatief is de inhoudelijke oplossing van Selznick. Het tweede al-ternatief is de procedurele oplossing van Habermas. Het derde alternatief is van De Jong en Dorbeck-Jung: een mix van een procedurele en inhoudelijke oplossing.

In het tweede deel zal de hoofdvraag beantwoord worden door de toepassing op een concreet onderwerp: constituti-onele toetsing. Daartoe zal een drietal wetenschappelijke perspectieven op de rechtsstaat worden behandeld: de sy-stematische, kritische en thematische benadering. Deze benaderingen zul-len worden toegelicht aan de hand van het rechtsstaatsconcept van Scheltema (1989). Voordat we hieraan toekomen is het nodig een aantal centrale begrip-pen uit de juridische staatsleer af te bakenen.Bij een analyse van de democratische rechtsstaat gaat het uiteindelijk om de vraag naar de legitimiteit van besluit-vorming door overheidsambten. Of an-ders geformuleerd de legitimiteit van de uitoefening van het overheidsgezag. Om deze vraag te kunnen beantwoor-den moet een duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen de begrippen gezag (autoriteit) en legitimiteit. Ge-zag (autoriteit) houdt in dat burgers beslissingen van overheidsambten aanvaarden los van de inhoud van die beslissing. Bij legitimiteit gaat het om de morele aanvaardbaarheid of morele rechtvaardiging van de uitoefening van dat gezag (het nemen van beslissingen). Pas als gezag als moreel aanvaardbaar kan worden beschouwd kunnen we spreken van legitiem gezag.

Business zaterdag 26 april 201418

De dienende overheid (1) Islelly Pikerie verricht een promotieonderzoek naar het

effect van drie specifieke beleidsinterventies op het ge-

bied van Good Governance en naar de vraag of Good

Governance wel in te passen is in de Curaçaose cultuur.

In een serie van enkele artikelen belicht ze verschillende

aspecten van Good Governance. Vandaag de dienende

overheid (deel 1).

Tekst: Islelly Pikerie

Icons set with reflectiion: support

Page 18: Amigoe NAPA 26-04-2014

Een buitenlander die gebruik wil ma-ken van de pens-h o n a d o r e g e l i n g moet voorafgaand aan zijn emigratie

naar Curaçao gedurende ten minste 60 maanden buiten Curaçao hebben gewoond. De penshonado moet ouder zijn dan 50 jaar. Eenmaal op Curaçao aangekomen moet de penshonado zich binnen twee maanden na inschrij-ving in het bevolkingsregis-ter melden bij de Inspecteur der Belastingen en binnen 18 maanden na inschrijving in het bevolkingsregister een huis voor eigen gebruik ko-pen met een waarde van ten minste 450.000 gulden.

BelastingtariefHet belastingtarief van 10 procent voor de penshonado

is uitsluitend van toepassing op inkomsten uit buitenland-se bron, zoals inkomsten van bestaande of vroegere dienst-betrekking of van andere werkzaamheden die buiten Curaçao worden verricht, in-komsten uit buiten Curaçao gelegen onroerende goederen of opbrengst van aandelen van in het buitenland geves-tigde NV, BV of soortgelijke buitenlandse rechtspersoon. Inkomsten uit zogeheten off-shore-vennootschappen val-len ook onder het penshona-dotarief. Inkomsten die niet onder het penshonadotarief vallen, worden belast tegen het reguliere inkomstenbelas-tingtarief van 12-49 procent.

PremiesAls ingezetenen van Cura-çao zijn penshonado’s, naast de 10 procent inkomstenbe-

lasting, ook premies sociale verzekeringen verschuldigd, te weten de Algemene ou-derdomsverzekering (AOV), de Algemene weduwen- en wezenverzekering (AWW) en de Algemene verzeke-ring bijzondere ziektekosten (AVBZ). Daarnaast heeft Cu-raçao sinds 2013 nog een Ba-sisverzekering ziektekosten (BVZ). Zolang de penshona-do nog geen 65 jaar is, betaalt deze derhalve 16 aan premies AOV/AWW tot een inkomen van 100.000 gulden en daar-boven 1 procent, verder 12 procent aan premies BVZ tot een inkomen van 100.000 gulden en 2 procent premies AVBZ tot een inkomen van 444.204 gulden. De pensho-nado die de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt, betaalt 10 procent aan premies BVZ tot een inkomen van 100.000 gulden en 2 procent premies AVBZ tot een inkomen van 444.204 gulden. Indien de penshonado kan bewijzen dat hij op 31 januari 2013 een lo-pende verzekering tegen ziek-tekosten bij een buitenlandse verzekeraar had, is hij op ba-sis van de aanschrijving van de Minister van Financiën van 28 oktober 2013, geen premies BVZ verschuldigd over 2013.

De BRK werkt als een belas-

tingverdrag tussen Neder-land en Curaçao. In de BRK zijn regelingen opgenomen ter voorkoming van dubbele belastingheffing. Op grond van de huidige BRK mag Ne-derland altijd belasting hef-fen over bepaalde inkomsten uit Nederlandse bron. Dat is bijvoorbeeld het geval bij inkomsten uit in Nederland gelegen onroerende zaken en inkomsten uit Nederlands overheidspensioen (ABP-pensioen). Curaçao en Neder-land zijn in onderhandeling over een nieuwe BRK. Deze nieuwe regeling zal naar ver-wachting per 1 januari 2015 in werking kunnen treden. Op basis daarvan zal Neder-land ten aanzien van wie

na die datum naar Curaçao emigreert, ook na emigratie nog 15 procent mogen heffen over particulier pensioen en zal Nederland nog successie/schenkingsrecht mogen hef-fen tot vijf jaar na emigratie.De penshonado zal in Cura-çao aanzienlijk minder belas-ting en sociale premies moe-ten betalen dan in zijn eigen land. Anders is het voor hem niet aantrekkelijk om zich hier te vestigen. Penshona-do’s investeren veelal in het eiland en leveren een bijdra-ge aan de lokale economie. Wil Curaçao nog aantrekke-lijk blijven voor de buiten-landse penshonado dan dient de huidige regeling te worden verbeterd.

Business 19zaterdag 26 april 2014

Fiscale feiten

Tekst: Lennart Huijsen en Ingemara Bak

Mr Lennart Huijsen en mr Ingemara Bak zijn werkzaam bij Pricewaterhou-seCoopers Curaçao als belastingadviseurs. In deze rubriek wordt over diverse fiscale onderwerpen geschreven.

Penshonadoregeling steeds minder aantrekkelijk

De penshonadoregeling is ruim 20 jaar geleden ingevoerd om buitenlandse rente-niers, met name uit Nederland, naar ons ei-land te trekken. Gedurende de jaren is het penshonadotarief gestegen van 5 naar 10 procent en zijn de premies sociale verzeke-ringen gestegen. Verder zal de voorgestelde wijziging van de Belastingregeling voor het Koninkrijk (BRK) de positie van de pensho-nado nadelig kunnen beïnvloeden.

Page 19: Amigoe NAPA 26-04-2014

Business zaterdag 26 april 201420

Beroep onder de loep.

Tekst: Roxanne Martha Foto’s: Ken Wong

In de rubriek ‘Beroep onder de loep’ vertellen mensen

over hun ervaringen in hun beroep. Deze week: Stella

van der Roest (59). Zij is schoonheidsspecialiste en eige-

naar van ‘Schoonheidssalon Martien’.

‘Elke klant is speciaal’

Wat houdt je beroep in?“Ik houd me bezig met de schoonheids-verzorging van mijn klanten. In de mees-te gevallen gaat het om een gezichts-/huidbehandeling. Hieronder vallen on-der meer: oppervlakte-reiniging, diepte-reiniging, manicure, pedicure, massage en ontharing. Ook doen we wat speci-fiekere behandelingen zoals de ‘golden mask’-behandeling, neoderma-peeling, fruitzuur-peeling en algen-peeling. Ie-dere klant heeft een ander huidtype, dus elke behandeling is anders. Het is afhankelijk van wat de huid nodig heeft. Verder verkoop ik ook verschillende schoonheidsproducten. Naast mijn werk bij Schoonheidssalon Martien ben ik twee dagen in de week docent uiter-lijke verzorging bij het Marie Stella vsbo. Ik geef ook les bij de Stichting FYF. FYF staat voor ‘Foundation for Youth’s Futu-re’. Het is een ontwikkelingsorganisatie, in de branche van Uiterlijke Verzorging die onder meer beroepsscholing, stage-mogelijkheden en kwaliteitszorg onder jongeren bevordert. Een andere oplei-ding waar ik les geef, is New Horizons ook bekend als ‘Instituto pa Enseñansa pa Adulto’.”

Hoe lang doe je dit werk al?“Ik zit al 33 jaar in het vak. Dat ik deze schoonheidssalon heb, is toevallig. Maar het is echt mijn baby geworden. Jaren geleden zou ik even een mevrouw wier naam Martien was vervangen. Ze moest met spoed naar Nederland. Ik zou haar gedurende een week en op z’n langst een maand vervangen. Maar ze is niet meer teruggekomen en er kwam de mogelijk-heid om de salon over te kopen en dat heb ik toen gedaan. We hebben onlangs ons 25-jarige jubileum gevierd. Van een naamsverandering is het nooit gekomen. Ik vond het niet nodig. Iedereen kende de salon onder die naam. Ik heb een keer een prijsvraag uitgeschreven onder klan-ten om een nieuwe naam te bedenken, maar er was niets bij dat me aansprak dus heb ik gewoon ‘Schoonheidssalon Martien’ aangehouden.”

Wat zijn de minder leuke kanten van je werk?

“Wat mijn werk in de salon betreft, kan ik niet zo snel iets noemen dat niet leuk is. Ik heb aardige flexibele klanten die al heel lang meegaan. Ik krijg er ook steeds nieuwe klanten bij. Maar nu ik er zo over nadenk, besef ik dat er toch iets is wat ik niet zo leuk vind: Het pa-pierwerk dat gedaan moet worden. En dat voor iemand die vroeger administra-tief werk deed! Maar ja, ik ben niet voor niets schoonheidsspecialist geworden. Ik vond en vind administratie niet leuk. Daarom komt het goed uit dat mijn man een boekhoudkantoor heeft. Hij mag dus mooi mijn administratie voor me doen, hoewel hij eigenlijk liever heeft, dat ik het zelf doe. En nog iets: Ik geef les aan jongeren van 15 tot 17 jaar. Ik heb heel veel waardevolle kennis die ik dolgraag aan ze wil overdragen maar kinderen van die leeftijd zien het belang er niet zo van in. Maar ik heb zo mijn methodes om ze toch een en ander bij te brengen.”

Waarom is werken als schoonheidsspeci-alist het leukste werk dat er is?“Ik heb een heel prettig contact met mijn klanten. Elke klant is voor mij heel spe-ciaal waardoor ze allemaal na elke af-spraak tevreden weggaan. Vooral klan-ten met een huidprobleem zijn erg blij wanneer ze zien dat er verbetering is.”

Wat was je graag geweest als je geen schoonheidsspecialiste was?“Ik ben naar Nederland gegaan om lo-gopedie te studeren. Maar eenmaal in Nederland is alles anders gelopen. Om rond te kunnen komen, ben ik via het uitzendbureau administratief werk gaan doen. In die tijd had ik last van acne. Ik heb veel informatie gezocht over de oorzaken van acne en hoe dit verholpen kon worden. Tijdens mijn behandelingen bij de schoonheids-specialist en de huiddokter praatte ik honderduit mee over de behandeling. De schoonheidsspecialiste vond dat ik er veel vanaf wist en suggereerde mij om de studie schoonheidsspecialist te gaan doen. Ik heb toen binnen twee jaar Stivas A en B gedaan en ben nu 33 jaar later, nog steeds heel blij dat ik het ge-daan heb.”