gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5...

56
FC-Coach: Natasha Jakhari NHL-begeleider: Ella ten Barge Datum versie concept: 4-4-2018 Digitaal toetsen ervaren. TOETSEN EN BEOORDELEN Gabriëlle Copini Docent en coach Zakelijke Dienstverlening Friesland College

Transcript of gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5...

Page 1: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

FC-Coach: Natasha JakhariNHL-begeleider: Ella ten BargeDatum versie concept: 4-4-2018

Digitaal toetsen ervaren.

TOETSEN EN BEOORDELEN

Gabriëlle CopiniDocent en coach Zakelijke Dienstverlening Friesland College

Page 2: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

1

Inhoudsopgave1 Voorwoord..........................................................................................................................................3

2 Inleiding...............................................................................................................................................4

3 De oriëntatiefase.................................................................................................................................6

4 Van Lesdoel naar toetsdoel.................................................................................................................8

5 Toelichting beoordelingscriteria en persoonlijke aanbevelingen......................................................14

6 Bronnenlijst.......................................................................................................................................21

Bijlage 1 Toets Criminologie 2.0...........................................................................................................23

Bijlage 1 A Beoordelingsinstrument toets criminologie.......................................................................26

Bijlage 2 Digitale toets arbeidsrecht en studentervaringen.................................................................33

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG..................................................................34

Page 3: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

2

Samenvatting

Voorheen probeerde ik zo goed als mogelijk mijn lesstof aan te laten sluiten bij de toetsstof. Inmiddels ben ik een meer ervaren mbo-docent en koppel ik mijn handelen en het ‘kunnen en weten’ van mijn studenten nog bewuster aan het Kwalificatiedossier én aan de leerdoelen. Ik heb me de afgelopen jaren onvoldoende (bewust) bezig gehouden met de ‘transparantie, validiteit, betrouwbaarheid en de bruikbaarheid’ van mijn toetsen. Ik hoefde hier ook niet aan te denken, omdat ik toetsen en tentamens van Stichting Praktijk Leren gebruik. Een ander belangrijk punt waar ik onvoldoende over heb nagedacht is, in hoeverre ons (formatief) toetsbeleid past bij onze onderwijsvisie.

Eén van de door mij gemaakte toetsen is een formatieve toets criminologie uit 2016. Deze toets heb ik onder de loep genomen. Interessant is dat ik mijn eigen methode had ontwikkeld die niet geheel strookt met de onderwijskundige methodes; voorheen startte ik altijd met de formulering van de toetsvragen. Vervolgens bekeek ik dan globaal welke lesonderwerpen er waren en hierop liet ik dan ‘toetsvragen’ aansluiten. Eerder ontwikkelde ik helemaal geen antwoordmodel/beoordelingsinstrument (2015/2016), en nu schenk ik hier meer tijd en aandacht aan. Voor mijn project Criminologie heb ik in 2017 eerst een beoordelingsinstrument criminologie opgesteld, mijn lesdoelen onder de loep genomen en mijn toetsvragen opgesteld. Een conclusie van mij was dat de toetsvragen van 2016 zeker wel aansloten bij mijn lesdoelen, en dat het beoordelingsinstrument bijdraagt aan de transparantie en betrouwbaarheid. Waar ik tijdens het proces van ‘Toetsen en beoordelen’ tegen aan liep, is dat ik zowel het maken van een toets ‘conform alle eisen’ als het nakijkwerk heb ervaren als een zeer tijdrovende zaak. Ik weet eigenlijk ook niet of de studenten wat aan mijn schriftelijke feedback hebben (gehad) na afloop van de toets. Voor een klassikale terugkoppeling reserveerde namelijk geen tijd. Dit moet anders kunnen..

De afgelopen periode hebben mijn studenten zelf een aantal toetsvragen bedacht voor mijn eerste digitale toets, en zij hebben (deels) een antwoordmodel ontwikkeld. De ervaringen waren positief; de studenten vonden de toetsvragen helder, deze sloten volgens hen ook goed aan bij de leerdoelen. Na afloop van de afname van de digitale toets, had ik direct zicht op de resultaten, welke vragen veelvuldig goed/fout waren beantwoord én ik had direct een feedbackmoment met mijn studenten. De studenten kregen meteen inzage in het aantal behaalde punten, en ontvingen automatisch feedback bij een goed/fout antwoord.

Door me te verdiepen in ‘toetsen en beoordelen’ weet ik nu wat het belang is van het opstellen van een beoordelingsinstrument ‘vooraf’, hoe ik de lesdoelen en de toetsstof beter op elkaar kan laten aansluiten, en dat een meerkeuzetoets niet per sé betrouwbaar is. Ik ben ook een stuk kritischer geworden op het toetsingsbeleid binnen onze school.

Een mooie winst voor mezelf is dat ik tijdens het maken van dit beroepsproduct werk heb gemaakt van ‘Digitale Toetsen’. Ook wil ik me de komende tijd sterk maken voor meer individuele gesprekken met studenten of groepsgesprekken (mini-assessments) waarin studenten bijvoorbeeld laten zien hoe zij de opgedane kennis hebben toegepast, en mij kunnen aangeven wat ze nu werkelijk aan mijn feedback hebben gehad.

Page 4: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

3

1 Voorwoord De onderstaande vragen hebben mij aan het denken gezet:

1. Wat toets je?2. Hoe toets je?3. Waartoe toets je?

Te beginnen bij de derde vraag:

Waartoe toets ik? Allereerst om inzicht te krijgen wat de student al beheerst (diagnosticerende functie), gericht op bijsturing (Geerts en Van Kralingen, 2016 pp. 178). Vanzelfsprekend werken we als docententeam naar een eindniveau toe zoals staat vermeld in het Kwalificatiedossier: voor het beroep, deelname aan de maatschappij en loopbaan. Studenten moeten bij ons tussendoelen behalen voor Nederlands, rekenen en burgerschap, en voor recht. De tussendoelen zijn opgesplitst in onderwijsmodules (leereenheden); om de vijf of tien weken is er in elk geval een product (praktijkopdracht) en/of een formatieve toets wat moet worden gemaakt. Ik maak formatieve toetsen, waaraan momenteel nog wel een cijfer is gekoppeld. Het cijfer wordt overigens wel vermeld op de ontwikkelingskaart van de student. De toets lijkt te worden ingezet als een kleine summatieve toets; er is namelijk sprake van een cijfer, en dit wordt vermeld op de resultatenlijst (ontwikkelingskaart) van de student. Formeel is er sprake van een formatieve toets. Voor mij was het dan ook interessant om te lezen dat formatieve toetsen hun bijsturende functie verliezen als er cijfers of punten worden gegeven die meetellen voor het eindcijfer (Geerts en Van Kralingen, 2016 pp. 179).

Hoe toets ik? Ik toets vooral nog kennis, het toepassen van de opgedane kennis, presentatievaardigheden en de competentie ‘samenwerken’. Dit doe ik door kennistoetsen af te nemen, feedback/beoordeling te geven op presentaties van studenten en self- en peer assessmentformulieren in te laten vullen door medestudenten (de studenten beoordelen elkaars inzet en ook zichzelf). Ik heb studenten niet eerder bij het opstellen van een beoordelingsformulier betrokken. Dit zit er wel aan te komen!

Page 5: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

4

2 Inleiding Voor dit beroepsproduct heb ik een toets en een beoordelingsmodel (criminologie, 2016/2017; bijlage 1 en bijlage 1A) onder de loep genomen en onlangs een digitale toets - met bij behorende beoordelingsinstrument - geconstrueerd, en afgenomen bij studenten (bijlage 2).

In mijn verslag ga ik in op de volgende punten:

1. Verantwoording van validiteit en betrouwbaarheid 2. De afnameprocedure 3. Antwoordmodel 4. Wijze van beoordeling en cesuur 5. Wijze van nabespreking 6. Mijn persoonlijke en professionele reflectie

Ik beschrijf hoe ik het beoordelingsinstrument als onderwijsleermiddel heb ingezet, hoe dit past binnen de opleidingseisen en de afspraken die daarover zijn gemaakt. Ook beschrijf ik de manier waarop ik heb beoordeeld. Ik bespreek de beoordeling met de studenten en ik vraag hun om feedback.

De verdiepingsslag ‘toetsen en beoordelen’ heeft mij dankzij mijn PDG-trainers en Geerts en Van Kralingen (2016) het volgende gebracht:

1. De wil om als docent na te gaan in hoeverre ons toetsingsbeleid strookt met onze onderwijsvisie; in hoeverre past beoordeling van het product bij competentiegericht leren?

2. De wil om de einddoelen en tussendoelen van de opleiding te concretiseren (operationaliseren): wat moet een student nu eigenlijk weten en kunnen (in jaar 1, na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)?

3. Het belang van (concrete) leerdoelen van de lessen en de toets, de leerdoelen terug te laten keren in de toetsstof en inzicht hebben in lagere orde leerdoelen en hogere orde leerdoelen (Geerts en Van Kralingen, 2016, pp 191-194).

4. Ik wil meer inzicht in hoe ik als docent van lagere orde denken naar hogere orde denken kan gaan (meer systematisch)

5. Ik wil de peer group nog meer als beoordelaar inzetten, omdat ik nu nog meer de voordelen zie van een beoordelende blik van een medestudent: als groep gaan functioneren, elkaar aanspreken in hun eigen taal (Geerts en Van Kralingen, 2016 pp. 181). Ik heb ook nu weer een lessenreeks ontwikkeld ‘Aan de slag met arbeidsrecht’ waarin medestudenten elkaar feedback geven. Dit doe ik als sinds 2008 (peer assessments en self assessments).

Page 6: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

5

6. Ik wil meer inzicht krijgen in de impact van mijn schriftelijke feedback. Dit is voor mij vooralsnog onduidelijk. Ik hoop hier meer duidelijkheid over te verkrijgen in mijn Praktijkonderzoek.

7. De wil om direct mondeling feedbackmoment te organiseren: de terugkoppeling van gemaakte toetsen deed ik alleen op verzoek van studenten een tot twee weken na het maken van de toets. Dit heb ik altijd als onprettig ervaren, omdat de student vaak dan al niet meer in de lesstof zit. Dankzij de digitale toets kan ik direct na afloop van de toets heel gericht feedback geven. Ik ben dan ook heel tevreden met de eerste Ervaringen feedback digitale toets van studenten

Page 7: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

6

3 De oriëntatiefaseVan toetsen naar toétsen

De afgelopen drie jaren heb ik allerlei kennistoetsen geconstrueerd. Ik liet vaak na een antwoordmodel te maken. De studenten konden per vraag een aantal punten behalen en het was feitelijk ‘natte vingerwerk’ of je bijvoorbeeld 2 punten, 2,5 punt kreeg of toch de volledige 5 punten. Globaal wist ik wel waarom de een ‘iets meer’ punten verdiende dan de ander..

Tijdens mijn PDG is mijn aandacht verscherpt. Ik heb mijn toets criminologie die ik in 2016 heb afgenomen onder de loep genomen, en in 2017 heb ik mijn leerdoelen, het beoordelingsinstrument en de ‘toets criminologie 2.0’ met elkaar verbonden. Tijdens een PDG-sessie hebben we het gehad over validiteit en betrouwbaarheid van toetsen. Ik had hier nog niet eerder zo lang bij stil gestaan; waartoe toets ik, wat meet ik nu eigenlijk met mijn toets, hoe zit dit nu op vraagniveau, en hoe betrouwbaar is mijn toets? Ik kon hier nog geen eenduidig antwoord op geven. Dit is de reden waarom ik een nieuwe toets ben gaan ontwikkelen, met een beoordelingsinstrument: een digitale toets, een experiment voor mijn studenten wiens arbeidsrechtelijke kennis ik hiermee heb getest.

Betrouwbaarheid

Het beoordelingsinstrument wat ik voor criminologie in 2016 had gemaakt was niet voldoende betrouwbaar; student a kreeg bijv. 2,5 punt, en student b 3 punt voor dezelfde vraag. Een collega van mij zou niet per sé dezelfde puntenverdeling hebben. In 2017 heb ik daarom een beoordelingsmodel gemaakt met de ontleding van het antwoord en een meer geobjectiveerde verdeling van de punten. Belangrijk voor mij om te weten is dat betrouwbaarheid/overeenstemming nog geen garantie is voor de betrouwbaarheid van de (formatieve) toets; het aantal vragen/opdrachten is belangrijk voor de betrouwbaarheid. Ook weet ik nu dat een betrouwbare toets niet per definitie een valide toets is (Sanders, 2017, pp 64-74).

Validiteit

Wat beoog ik te meten met mijn toetsen? Ik wil weten in hoeverre de studenten de basale kennis van bijvoorbeeld recht of criminologie hebben onthouden, en of ze de kennis kunnen toepassen. Bij elke toets heb ik daarom steeds rekening gehouden met mijn wekelijkse lesdoelen en met de wekelijkse lesstof; ik maakte een grove selectie en wisselde vooral kennis- en toepassingsvragen met elkaar af. Ik stond voor mijn toets van criminologie in 2016 en in 2017 onvoldoende stil bij de verdeling van vragen: welke kennis/vaardigheden van de betreffende hoofdstukken wil ik terugzien in de toets, en waarom? Is de behaalde score een juiste weergave van de mate waarin de student beschikt over die kennis/vaardigheden? Mijn criminologietoets heb ik beoordeeld op validiteit; de toetsen waren redelijk representatief voor de lesstof, maar ik had geen zicht op de verdeling van de type vragen die ik stelde; ik deed in die zin maar wat. Hierdoor kon ik onvoldoende zeggen of de toets voldoende representatief was voor de lesstof. In 2018 heb ik voor mijn digitale toets

Page 8: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

7

een schema opgesteld waarin ik mijn wekelijkse leerdoelen koppelde aan de (meerkeuze)vragen en zo had ik in een oogopslag helder in hoeverre welke lesstof door mij naar voren werd gebracht.

Cesuurbepaling

Onder de cesuur versta ik de laagste score waarmee een voldoende wordt behaald (ICLON, 2012). Wat mijn toetsen betreft, was de normering altijd vooraf bekend; bijvoorbeeld door aan te geven wat het maximaal te behalen punten, en de helft van dit aantal punten leverde een 5,5 op. Zo gaf ik het ook altijd aan op het voorblad van de toets. Voor mij was dit helder, maar hoe correct was deze methode nu eigenlijk? Ik heb me verdiept in deze materie, en stuitte op de raadkans.

De afnameprocedure

Voordat mijn studenten starten met het maken van een toets, geef ik duidelijk aan wat er van hen wordt verwachten:

- Naam vermelden op het standaard toetspapier/naam digitaal invullen- Schrijven op het toetspapier (toets criminologie)/het correcte antwoord aanvinken

(digitale toets)- Eventuele toegestane hulpmiddelen zoals het wetboek- Ik geef aan hoeveel vragen er zijn- Ik herhaal het belang van het lezen van het voorblad- Ik geef aan dat studenten met een dyslexieverklaring 30 minuten extra toetstijd

hebben- Ik zie er op toe dat de studenten de vragen zelfstandig maken, zonder raadpleging

van medestudenten en dat zij na afname alle materialen inleveren- Ik wens de studenten veel plezier en succes

Ik zie er op toe dat de studenten na afname alle materialen inleveren.

De bekendmaking beoordeling

De bekenmaking van de beoordeling volgt 5-10 werkdagen na afname toets; persoonlijk of via Classroom Chat.

De nabespreking

De nabespreking deed ik voorheen ‘op verzoek’ van de studenten. Ongeveer 1-3 studenten van de 24 studenten maakten gebruik van deze mogelijkheid.

Page 9: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

8

4 Van Lesdoel naar toetsdoel

In 2016 koppelde ik mijn toetsvragen wel aan de wekelijkse lesstof, alleen dit was voor mij niet voldoende inzichtelijk en verliep ongestructureerd. Een jaar later deed ik dit wel; zo is het voor mij helder, maar ook voor een collega en voor de student.

Hoe ik mijn toetsvragen aan de leerdoelen heb gekoppeld voor mijn criminologietoets 2017 (bijlage 1):

Week 4.1

1 mei

Inleiding criminologie – opzet lessenreeks

Leerdoel: je kunt uitleggen wat criminologie is, en waarom dit van belang is

https://prezi.com/znokx5r7ba-i/criminologie/

Toetsvraag 1

Week 4.2

8 mei

Jeugdcriminaliteit: aard, omvang en ontwikkeling

Je kunt uitleggen wat jeugdcriminaliteit is, en min. drie kenmerken uitleggen

https://prezi.com/wlimry3wmmz8/jeugdcriminaliteit-aard-omvang-ontwikkeling/

Toetsvraag 2

Week 4.3

15 mei

Ontwikkelingscriminologie

Je kunt uitleggen wat ontwikkelingscriminologie is, en wat dit betekent voor bestrijding van jeugdcriminaliteit

https://prezi.com/rwltyyuj4p7a/ontwikkelingscriminologie/

Toetsvraag 4

Week 2.4

22 mei

Crimineel gedrag van jeugdigen

https://prezi.com/eiri83isjpku/criminologie-theorie/

Welke theorieën verklaren jeugdcriminaliteit en crimineel gedrag?

Je kunt jeugdcriminaliteit en crimineel gedrag verklaren met behulp van een theorie.

Toetsvraag 3

Toetsvraag 4

Week 2.5 Type jeugdige daders: delictsoorten en daderkenmerken

Page 10: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

9

29 mei Casus: Kaapverdiaanse groepszedenpleger “Van Pooier tot Pimp”

Je kunt jouw kennis van criminologie toepassen op de casus

Toetsvraag 4

Toetsvraag 5

Week 2.6 – vrij (Pinksteren)

Welke straffen en maatregelen werken wel of niet om jeugdcriminaliteit tegen te gaan?

Je kunt uitleggen m.b.v. jouw criminologische kennis welke straf/maatregel effectief is voor bepaalde vormen van jeugdcriminaliteit

Toetsvraag 4

Toetsvraag 5

Page 11: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

10

In 2018 maakte ik de digitale toets arbeidsrecht, en paste de opgedane kennis toe van Bloom en Miller (Van de Kamp, 2012). Een belangrijke conclusie, beter: inzicht, voor mij is dat ik nog veel bezig ben met ‘lagere orde leerdoelen’: onthouden, begrijpen, toepassen.

Wekelijks Leerdoelen: Week lesstof/Bronnenboek

Vraag Cognitief niveau

(Bloom)

Vragen leerdoel-toets

Miller

1. Je kunt uitleggen wat arbeidsrecht is

Week 1

Hst. 1

Vraag 4

Vraag 20

Kennis-Begrip Knows-Knows how

Je kunt uitleggen welke 4 juridische constructies het arbeidsrecht heeft

Week 1

Hst. 1

Vraag 2

Vraag 13

Begrip-toepassen

2. Je kunt uitleggen wat de sollicitatiecode is

Week 2

Hst. 2

Vraag 6

Kennis-Begrip

Je kunt uitleggen wanneer er sprake is van onderscheid op grond van de Wet gelijke behandeling

Vraag 17

Vraag 18

Vraag 19

Begrip-toepassen

3. Je kunt uitleggen wanneer er sprake is van een arbeidsovereenkomst

Week 3

Hst. 3, 4

Vraag 1

Vraag 5

Vraag 9

Vraag 10

Kennis-Begrip

4. Je kunt een eenvoudige arbeidsovereenkomst opstellen

Week 4

Hst. 4

x Toepassing

Page 12: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

11

5. Je kunt een medestudent uitleggen welke rechten en plichten werknemers en werkgevers hebben

Week 5

Hst. 5

Vraag 3

Vraag 7

Vraag 8

Vraag 11

Vraag 12

Vraag 14

Vraag 15

Vraag 16

Begrip, kennis, en toepassen

Page 13: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

12

Betrouwbaarheid

Voor de digitale toets had ik voor zowel de correcte antwoorden als voor de niet correcte antwoorden digitale feedback: ik verwees in het antwoord naar de lesstof of naar het boek. Ik had niet zoals bij mijn toets criminologie de toetsantwoorden ontleed. Ook voor deze toets geldt: betrouwbaarheid/overeenstemming is nog geen garantie voor de betrouwbaarheid van de toets; het aantal vragen/opdrachten is belangrijk voor de betrouwbaarheid (Sanders, 2017, pp 64-74).

Validiteit

Voor de digitale toets heb ik mijn wekelijks lesdoelen en lesstof gekoppeld aan de toetsvragen. Ook nu constateerde ik weer dat ik veel kennisvragen stel, terwijl ik juist meer naar de toepassing wil. Wat ik dus eigenlijk wilde meten, heb ik vooraf niet helder vastgesteld.

De cesuurbepaling bij een meerkeuzetoets en de gokkans…

Bij de cesuurbepaling deelde ik het totaal aantal te behalen punten door twee; een student behaalde dan het cijfer 5,5. De afgelopen tijd heb ik me verdiept in cesuurbepaling bij meerkeuzetoetsen. Geerts en Van Kralingen leggen duidelijk uit dat je als docent ook rekening dient te houden met de gokkans. Hiermee had ik nooit rekening gehouden (Geerts en Van Kralingen, 2016 pp 208).

Voor de toets arbeidsrecht had ik een meerkeuzetoets gemaakt met in totaal 20 vragen, en vier opties per vraag. Ik weet nu dat ik rekening moet houden met de 25% kans om het antwoord goed te gokken. In totaal zullen er dan 5 van de 20 vragen goed worden beantwoord. Bij een kennispercentage van 60% zullen er naast die 5 goede antwoorden, 60% van 15 vragen (9 vragen) goed moeten worden beantwoord: de cesuur komt dan op 5+9=14 vragen. Ook wordt de grens van 55% ‘goede vragen’ gehanteerd (8 vragen); de cesuur komt dan uit op 5+7,5=13 vragen. Voor de toets arbeidsrecht had ik de cesuur op 10 vragen gezet. Wat zouden de gevolgen zijn geweest van een censuuraanpassing naar 14 vragen voor mijn studenten:

Eerder scoorden 13 studenten van de 16 studenten een voldoende (cesuur 10 vragen), bij cesuuraanpassing naar 14 vragen goed zouden slechts 6 studenten van de 16 studenten op de toets een voldoende hebben gescoord. Het komt er op neer dat ik in elk geval bij een cesuur van 10 vragen meer dan 200% geslaagden t.o.v. de cesuur van 14 vragen. Mijn conclusie: ik heb de cesuur niet conform de regels vastgesteld.

Ik weet nu wel dat het van belang is dat ik eerst nadenk over de cesuur (aantal te behalen punten om te ‘slagen’), dat ik rekening houd met de gokkans, de complexiteit van de vragen en dat ik daarna pas de normering duidelijk maak (welk cijfer koppel ik aan het aantal behaalde punten).

Ik heb bij mijn criminologie toets uit 2016/2017 wel rekening gehouden met de moeilijkheidsgraad van de verschillende (open) vragen. Dit heb ik echter weer nagelaten bij

Page 14: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

13

mijn digitale toets arbeidsrecht met meerkeuzevragen. Ik heb nu ook geen rekening gehouden met de score van bijv. de 5 beste studenten; indien zij gemiddeld 17 punten behalen dan zou ik het kennispercentage van 60% moeten berekenen van 17 punten en dan niet van de totaal te behalen punten. De gokkans dien ik dan ook nog in mindering te brengen (ICLON, 2012).

Over het algemeen paste ik wel enigszins een ‘soort van’ compromismethode toe om de cesuur/normering verder vast te stellen als er sprake was van een te moeilijke toets met veel studenten die de toets niet haalden (minder dan 1/3 van de studenten met een voldoende). Ik pluste dan het cijfer op, zodat in elk geval 2/3 van de studenten de toets had behaald.

Ik vind dit een interessant onderwerp, maar eerlijkheidshalve zeg ik: ik heb niet de ambitie om zelf betrouwbare en valide toetsen te ontwikkelen. Ik weet nu dat ik niet zomaar ‘even’ een toets kan maken die betrouwbaar en valide is, en dat een goede cesuurbepaling ook niet zomaar is vastgesteld. Ik wil wel de kwaliteit van toetsing monitoren en mijn steentje bijdragen aan de kwaliteitsontwikkeling van toetsen en beoordelen m.b.v. experts of bijvoorbeeld Stichting Praktijkleren.

Page 15: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

14

5 Toelichting beoordelingscriteria en persoonlijke aanbevelingen Competentie 1 Interpersoonlijk

Tijdens de voorbereiding en tijdens het maken van het beoordelingsinstrument (toets criminologie 2017 en de digitale toets 2018) heb ik een kader en begeleiding geboden aan het leerproces door voor de student en voor mij inzichtelijk te maken hoe de lesdoelen overeenstemden met de toetsvragen. Tevens heeft de ‘automatische reply’ (mijn feedback bij de digitale toets) de student ook enige begeleiding geboden in het leerproces. Wat ik eerder niet had ervaren: hoe mooi het voor de docent en de student is als je direct na het maken van de toets feedback krijgt.

Beoordelingscriteria competentie 1 – mbo docent:1.v.2. Kader en begeleiding leerproces bieden

Page 16: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

15

Competentie 2 Pedagogisch

Ik heb de toets niet eerder ingezet als middel voor loopbaanbegeleiding. Nu weet ik dat meer inzicht in de verschillende niveaus van ‘begrijpen’ er voor kunnen zorgen dat je meer op maat loopbaanbegeleiding kunt bieden. Voor het project Aan de slag met arbeidsrecht heb ik complexere en meer betekenisvolle opdrachten geselecteerd. De rol van de peers heb ik ingebed: studenten beoordelen elkaars inzet en inbreng. Ook daag ik de student uit om te kijken naar zichzelf middels het selfassessment. Ik maak hier geen gebruik van toetsen, wel van een beoordelingsformulier ‘presenteren’ en direct feedback. Ik beschouw dit als een meerwaarde voor ons onderwijs, omdat ik hiermee een start maak met ‘hogere orde leerdoelen’ en studenten meer inzicht verkrijgen in hun kwaliteiten, motivatie en in hun interesse.

Beoordelingscriteria competentie 2 – mbo docent:

2.v.2. Loopbaanbegeleiding bieden

Page 17: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

16

Competentie 3 Vakinhoudelijk en didactisch

Waar ik voor mijn PDG onvoldoende aandacht aan had besteed, heb ik nu wel gedaan: met behulp van literatuur en overige bronnen heb ik me meer verdiept in het uitvoeren én evalueren van leeractiviteiten. Dit geldt ook voor het construeren van toetsen en de daarbij behorende eisen ‘transparantie, validiteit, betrouwbaarheid’. Ik weet nu ook dat ‘even’ een meerkeuzetoets maken er voor mij niet meer in zit; ik vind het te complexe materie om het er als docent maar even bij te doen. Op basis van Bloom ben ik tot de conclusie gekomen dat ik bij mijn open vragen toets (criminologie) wel analytisch denken stimuleer, en dat dit niet/niet voldoende uit de verf komt bij mijn meerkeuzetoets arbeidsrecht.

Wat ons onderwijs betreft; we werken met leereenheden en we zetten formatieve toetsen in. De formatieve toetsen sluiten weliswaar aan bij de door ons ontwikkelde opleidingsplannen. Alleen waar ik nu mijn twijfels over heb, is de wijze van inzet van onze formatieve toetsen, en het is mij niet helder wat onze visie is qua toetsen.

Ik heb in mijn team bespreekbaar gemaakt dat we hier meer aandacht aan moeten besteden; we zullen hier als opleidingsteam een ‘teamdag’ aan besteden en nagaan wat past bij onze onderwijsvisie. We nemen hierbij onze onderwijsvisie onder de loep, en het gehele curriculum. Door het bestuderen van de literatuur, het zelf nogmaals construeren van een toets en dit proces evalueren weet ik dat we ook echt experts nodig hebben. Mijn teamgenoten zijn hier nog niet van overtuigd.

Beoordelingscriteria competentie 3 – mbo docent:

3.k.3. Samenhang curriculum en leerlijnen

3.k.5. Literatuur en methodieken m.b.t. beoordelen

3.v.2. Uitvoeren en evalueren van leeractiviteiten

3.v.4. Toetsen construeren en evalueren

Page 18: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

17

Competentie 4 Organisatorisch

In de voorbereiding ‘totstandkoming beoordelingsmodel en toets’ heb ik zoveel mogelijk de nodige procedures/afspraken gehanteerd en/of op basis van deze punten mijn eigen toetsen beoordeeld. Ik blijf herhalen dat ik het construeren van een betrouwbare en valide toets het werk vind van een echte expert. Ik heb niet de ambitie om deze expert te zijn, maar wel de wil om me sterk te maken voor een deugdelijk en voor de student transpart toets- en beoordelingsbeleid. Vandaar dat ik met mijn teamgenoten van juridisch een teamdag organiseer over toetsen en beoordelen binnen ons onderwijs.

Beoordelingscriteria competentie 4 – mbo docent:

4.v.1. Consequent gehanteerde procedures en afspraken

Page 19: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

18

Competentie 5 Samenwerking met collega’s

Tijdens het gehele proces heb ik steeds onze onderwijsvisie in mijn achterhoofd gehad, onze teamafspraken en de wettelijke kaders. Mijn conclusie is dat ons toetsbeleid slechts een teamafspraak is en dat dit zeer waarschijnlijk niet past bij onze onderwijsvisie. Met mijn teamgenoten van de opleiding juridisch organiseren we een moment om het te hebben over de kwaliteitszorg (juni 2018). Verder heb ik in de werkgroep ‘de juiste persoon op de juiste plek’ mijn steentje bijgedragen door ook meer aandacht te vragen een functie ‘kwaliteitszorg’. Veel van mijn collega’s hebben al aangegeven dit een meerwaarde te vinden.

Beoordelingscriteria competentie 5 – mbo docent:

5.k.1. Instellingsbeleid, teamafspraken, wettelijke kaders

5.k.3. Kwaliteitszorg en schoolontwikkeling

5.v.3. Constructief bijdragen aan verschillende vormen van samenwerking

Page 20: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

19

Competentie 6 Samenwerken met de omgeving

Voorheen was ik vooral bezig met de lesstof, de stof uit de boeken als ik les gaf in de klas. Ik gaf een toets op basis van de lesstof. Ik maak nu dankzij mijn inzichten meer gebruik van de opdrachten van Stichting Praktijk Leren. Dit zijn meer betekenisvolle, complexere opdrachten waar de student veel meer kan leren: meer hogere orde leerdoelen, en het sluit beter aan bij bijvoorbeeld stagewerkzaamheden. Ik wil mijn eventuele ‘toetsen’ meer laten aansluiten bij de hogere orde leerdoelen, en de hedendaagse werkzaamheden in de praktijk! Dit zal ik realiseren door samen met bijvoorbeeld juridisch medewerker van een BPV-organisatie na te gaan in hoeverre bepaalde kennis ‘uit de boeken’ ook echt nodig is om te weten voor de functie van juridisch medewerker.

Beoordelingscriteria competentie 6 – mbo docent:

6.k.2. Afstemming binnen- en buitenschools leren

6.k.3. Actuele kennis van branche en kwalificatiedossiers

6.v.2. Zorgen voor afstemming en duidelijkheid

Page 21: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

20

Competentie 7 Reflectie en persoonlijke ontwikkeling

Ik heb een vernieuwing geïnitieerd: digitale toets arbeidsrecht, met direct feedback. Dit heb ik ook doorgevoerd voor mijn andere project ‘Aan de slag met arbeidsrecht’. Door met juridisch medewerkers van onze BPV-bedrijven te sparren, wil ik onze studenten nog meer verrijken. Hun kennis en vaardigheden zullen namelijk nog beter aansluiten bij de praktijk waar wij hen voor opleiden.

Ik zie nu dat ‘toetsen en beoordelen’ niet op zichzelf staat, maar een essentieel onderdeel is van onze onderwijsactiviteiten en het leerproces van onze studenten. Dit verdient tijd, aandacht en de nodige expertise. Ik wil niet de toetsexpert zijn, daar ben ik nu over uit. Ik wil wel zorgdragen samen met mijn team dat we meer inzicht hebben in ons toetsbeleid, en dat ons toetsen en beoordelen een kwaliteitsimpuls krijgen. Nog belangrijker vind ik dat we studenten duidelijk maken waar zij op worden beoordeeld, hoe dit gebeurt, en waarom. Eerder stond ik niet stil bij deze bovenstaande punten; ik dacht dat ik gewoon een toets afnam.

Beoordelingscriteria competentie 7 – mbo docent:

7.k.1. Actuele ontwikkelingen onderwijs en werkveld

7.v.4. Netwerk in het beroepenveld onderhouden

7.v.5. Vernieuwingen initiëren

Page 22: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

21

6 Bronnenlijst

Geerts, W., & Kralingen, van R. (2016). Handboek voor leraren. Bussum: Coutinho.

Kamp, van de M.T.A. (2012), Herziene taxonomie van de leerdoelen van Bloom. Geraadpleegd op 26 maart 2018 van http://www.expertisecentrum-kunsttheorie.nl/cms_data/bloom.pdf

Sanders, P. (2013). De betrouwbaarheid van toetsscores. Arnhem: Cito.

ICLON (2012), Cijferberekening van tentamens. Geraadpleegd op 26 maart 2018 van http://media.leidenuniv.nl/legacy/cijferberekeningtentamens-versie-050312.pdf

Page 23: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

22

Leerdoelen Competenties IndicatorenDe basis op orde

Interpersoonlijk 1.v.2. Kader en begeleiding leerproces bieden

Pedagogisch 2.v.2. Loopbaanbegeleiding bieden

Vakinhoudelijk en didactisch

3.k.3. Samenhang curriculum en leerlijnen, 3.k.5. Literatuur en methodieken m.b.t. beoordelen, 3.v.2. Uitvoeren en evalueren van leeractiviteiten, 3.v.4. Toetsen construeren en evalueren

Organisatorisch 4.v.1. Consequent gehanteerde procedures en afspraken

Samenwerking met collega's

5.k.1. Instellingsbeleid, teamafspraken, wettelijke kaders, 5.k.3. Kwaliteitszorg en schoolontwikkeling, 5.v.3. Constructief bijdragen aan verschillende vormen van samenwerking

Samenwerking met omgeving

6.k.2. Afstemming binnen- en buitenschools leren, 6.k.3. Actuele kennis van branche en kwalificatiedossiers, 6.v.2. Zorgen voor afstemming en duidelijkheid

Reflectie en persoonlijke ontwikkeling

7.k.1. Actuele ontwikkelingen onderwijs en werkveld, 7.v.4. Netwerk in het beroepenveld onderhouden, 7.v.5. Vernieuwingen initiëren

Page 24: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

23

Bijlage 1 Toets Criminologie 2.0

Je hebt 60 min. de tijd.

Lees de vragen goed door.

De antwoorden geschreven op het toetspapier worden beoordeeld. Schrijf dus niet op dit papier. Vermeld op elk toetspapier je naam.

Heb je een dyslexieverklaring en recht op extra lestijd (30 minuten), laat dit ook altijd nog even weten aan de docent die de toets afneemt; hij/zij kan dit in het schoolsysteem (Eduarte) nog even bekijken. Succes!

Opgaven inleveren : Ja

Toegestane hulpmiddelen : Geen

Soort papier : Standaard toetspapier

Bijzonderheden : 5 toetsvragen

Je kunt max. 40 punten behalen.

20 behaalde punten: cijfer 5,5.

Schrijf correct en helder Nederlands.

Onleesbare antwoorden worden fout gerekend.

Zakelijke DienstverleningToets Criminologie – Juridisch 2 – Studiejaar 2016-2017

Page 25: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

24

“Wat wel en wat niet als jeugdcriminaliteit wordt beschouwd is tijd- en plaatsgebonden.”

1. (max. 5 punten)

a. Wat wordt bedoeld met ‘jeugdcriminaliteit’? (2 punten)

b. Leg uit wat ‘criminalisering’ is en geef hiervan twee voorbeelden (3 punten)

Het WODC en het CBS publiceren jaarlijks slachtofferenquêtes. Het op basis van deze enquêtes geschatte aantal delicten per jaar per hoofd van de bevolking is veel hoger dan het aantal dat volgens de politiecijfers op basis van het totaal aantal opgemaakte processen verbaal is gepleegd.

2. (max. 6 punten)

a. Met welk begrip wordt het verschil tussen ‘politiecijfers’ en ‘slachtofferenquêtes’ aangeduid? Leg dit begrip uit. (2 punten)

b. Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan van dit verschil, en leg dit uit (4 punten)

3. (max. 5 punten)

a. Noem én beschrijf de theorie waarin ‘de vrije wil’ van daders het uitgangspunt is. (3 punten)

b. Geef aan waarom deze theorie bepaalde gedragingen van criminelen onvoldoende verklaart. (2 punten)

Page 26: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

25

4) (max. 15 punten)

The Crips Den Haag; in de les hebben we de documentaire deels bekeken. De criminele jongeren (en volwassenen) komen uit het Schipperskwartier.

a. Binnen de criminologie wordt heel veel onderzoek gedaan naar ‘risicofactoren’. Wat zijn risicofactoren? Leg dit begrip uit. (1 punt)

b. Met welke risicofactoren hebben jongeren van The Crips te ‘dealen’ (gehad)? Noem drie risicofactoren en leg die uit aan de hand van de docu. (3 punten)

c. Welke motieven hebben de leden van The Crips om crimineel gedrag te vertonen? Noem drie motieven die in de docu naar voren kwamen (3 punten).

d. Je kruipt nu even in de huid van ontwikkelingscriminoloog Moffitt. Wat houdt de theorie van Moffitt in? (3 punten)

e. Moeten wij ons volgens Moffitt zorgen maken om de 25-plussers van de bende-leden, van de The Crips? Leg dit uit. (2 punten)

f. Welke maatregel in de strijd tegen criminaliteit van de 25-minners is effectief volgens de sociale leertheorie? Leg dit uit. (3 punten)

5 (max. 9 punten)

De 14-jarige jongen die is opgepakt op verdenking van het misbruiken en doden van Romy uit Hoevelaken heeft over beide feiten een bekennende verklaring afgelegd. Dat meldt het Openbaar Ministerie. (Bron AD, geraadpleegd 8 juni 2017)

a. Geef een ‘daderprofiel’ van een jeugdige zedenpleger; wees zo volledig mogelijk. (5 punten)

b. Je kruipt nu in de huid van de adviseur veiligheid, van de minister van Veiligheid en Justitie. Welke preventieve maatregel adviseer je om de gelegenheid voor geweldplegers te beperken? Leg dit uit. (2 punten)

c. ‘Dé jeugdige zedenpleger bestaat niet’; leg uit wat hiermee wordt bedoeld. (2 punten).

--Laatste vraag ---

Page 27: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

26

Bijlage 1 A Beoordelingsinstrument toets criminologieIn 2016 had ik nog geen beoordelingsinstrument voor deze toets. In 2017 heb ik een beoordelingsinstrument voor mijn toets ontwikkeld en de type toetsvragen in kaart gebracht.

Vraag Toets criminologie Score

1 a

1b

Kennisvraag Tweeledig antwoord:

- Gedrag door wetgever strafbaar gesteld

- Jongeren in de leeftijd van 12-18 jaar

Drieledig antwoord:

1. Alle gedragingen die strafbaar worden gesteld

2. Voorbeeld 1: oplichting via internet (vroeger geen cybercrime)

3. Voorbeeld 2: roken in café, appen achter het stuur

1 onderdeel=1 punt

2 onderdelen=2 punten.

1 onderdeel=1 punten

2 onderdelen=2 punten

3 onderdelen=3 punten

.2 punten totaal

3 punten totaal

Max. 5 punten

2 a

2 b

Kennisvraag

Analysevraag

Dark number

Voorbeeld 1=1 punt

Uitleg 1=1 punt

Voorbeeld 2=1 punt

Uitleg 2=1 punt

2 punten

Aangiftebereidheid: niet iedereen doet aangifte bij de politie > lagere politiecijfers

Registratiebereidheid politie: de politie registreert niet alles > lagere politiecijfers

Veel slachtoffers melden

2 punten totaal

4 punten totaal

Max. 6 punten

Page 28: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

27

wel bij onderzoekers dat ze slachtoffer zijn geweest, en niet bij de politie > hogere cijfers slachtofferonderzoeken

Hierdoor komt niet alle criminaliteit naar voren in de politiecijfers, en bijvoorbeeld wel in de slachtofferenquêtes

Page 29: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

28

3 a.

3 b.

Kennisvraag

Inzichtsvraag

1 punt voor de theorie - - Rationele keuzetheorie

2 punten voor de beschrijving:

- 1 punt voor: uitgangspunt ‘het plegen van criminaliteit’ is een keuze

- 1 punt voor: een afweging maken tussen de kosten en de baten (wat levert de diefstal me op en wat kost het me?)

2 punten voor 1 verklaring:

- Biologische factoren of

- Psychologische factoren of

- Omgevingsfactoren

Worden niet meegenomen in de rationele keuzebenadering

Geen verklaring, geen punt

3 punten totaal

2 punten totaal

Max. 5

Page 30: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

29

4 a

b

4 c

Kennisvraag

Analyse/ Toepassingsvraag

Analyse/toepassingsvraag

Kennisvraag

1 punt voor definitie: alle factoren die afwijkend/crimineel gedrag kunnen bevorderen

1 punt voor risicofactor tezamen met uitleg

Omgeving: criminaliteit in de buurt, criminele ouders en vrienden. Hierdoor leer je crimineel gedrag, m.n. door rolmodellen

1 punt voor risicofactor tezamen met uitleg

Weinig toezicht door ouders (alleenstaande ouders): gelegenheid maakt de dief

1 punt voor risicofactor tezamen met uitleg

Geringe/geen begeleiding: jongeren zonder werk, met stoornis, na de gevangenis > kans op terugval is dan groot

Per motief 1 punt: status, geld, tijdverdrijf, vriendschap

Theorie/verklaring waarin de ontwikkeling van jongeren centraal staat en waarin er onderscheid wordt gemaakt tussen ‘experimenteerders’ (van 25 jaar) en jongeren die ook ná hun 25ste crimineel gedrag vertonen (harde kern). Deze harde kern jongeren vertonen op jonge leeftijd al afwijkend gedrag thuis, op school bijv.

Geen definitie/foute uitwerking=geen punt

Ontbreekt risicofactor of de uitleg=geen punt (ook vice versa)

1 punt=ontwikkeling als

1 punt totaal

3 punten totaal

3 punten

Max. 15

Page 31: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

30

4 d

4 e

4 f

Toepassingsvraag

Analyse/synthesevraag

Zij behoren tot de harde kern en behoren daarmee tot de 5% criminele jongeren die doorgaat met het plegen van delicten; dus ja.

Binnen de sociale leertheorie staat centraal:

-goed gedrag kan je leren, dus onderwijsprogramma’s, bepaalde gedragstherapie

‘rolmodel’-buddy; een ex-gedetineerde koppelen aan goede rolmodellen

centraal punt

1 punt=groep experimenteerders en uitleg

1 punt=groep harde kern en uitleg

2 punten voor antwoord en uitleg.

1 punt voor centraal stellen: goed gedrag leren/

2 punten voor een passende maatregel

3 punten

Page 32: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

31

5 a

5 b

Kennisvraag

Toepassingsvraag

Ingaan op:

- Geslacht: m- Leeftijd: 14- Thuissituatie:

gewelddadig, verwaarlozing

- Persoonskenmerken:

- Achtergrond: NL

Uitgangspunt van de gelegenheidstheorie, ingrijpen:

- Doelwit (voorlichting aan bewoners i.v.m. bijv inbraak) of juist beveiligen van panden

- Toezicht: meer politie op straat, cameratoezicht

- Dader: pakkans vergroten

Er zijn veel verschillende jeugdige zedenplegers, met verschillende kenmerken, achtergronden > ze zijn niet in 1 hokje te stoppen

Per kenmerk max 1 punt.

1 maatregel=1 punt

2 punten voor deze uitleg. Andere uitleg: geen punten

5 punten totaal

1 punt totaal

2 punten totaal

Max. 9 punten

Page 33: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

32

5 c Inzichtsvraag

40 punten=cijfer 10

20 punten=cijfer 5

Aantal behaalde punten/40 x9 +1=eindcijfer

Page 34: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

33

Bijlage 2 Digitale toets arbeidsrecht en studentervaringen

Digitale toets arbeidsrecht 2018

Ervaringen feedback digitale toets van studenten

Samenvatting van de ervaringen van mijn studenten:

*Ruim 70% van de studenten vond de lesstof goed aansluiten bij de toets

*Ruim 80% van de studenten wil graag de volgende keer weer een digitale toets

*Ruim 85% van de studenten vond de vragen voldoende duidelijk geformuleerd

*De voordelen digitale toets: je hoeft niet te schrijven, het gaat sneller, het is handig dat je ook wetsartikelen op kan zoeken, geen gedoe moet handschriften, scheelt papier en je hoeft niets door te strepen, sneller resultaat

*De nadelen digitale toets: van niets tot ‘je bent afhankelijk van de kwaliteit van wifi’

*De tip voor de docent: van ‘vaker doen’ tot ‘een ander programma voor de digitale toets gebruiken’

Page 35: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

34

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Naam deelnemer:

Gabriëlle Copini

ROC/AOC:

Friesland College

Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/excursie aan de slag/workshop X toetsen en beoordelen naar keuze diepte in/praktijkonderzoek in digitale vorm /ict-didactiekportfolio

Beoordelaar: Paraaf beoordelaar: Datum:

Beoordeling van het eindproduct:

VOLDAAN NOG NIET VOLDAAN

Als er een criterium met ‘nog niet voldaan’ beoordeeld wordt, volgt er overleg tussen student en begeleider hoe dit criterium alsnog wordt aangetoond. Deelnemer maakt een verslag van deze afspraken en laat deze ondertekenen door begeleider.

Voorwaarde-lijke eisen

Het eindproduct ja nee Toelichting als er ‘nee’ aangekruist is

(bij het niet voldoen aan deze voorwaarden kan het eindproduct niet beoordeeld worden)

is authentiek

is tijdens het PDG-traject uitgevoerd of tijdens PDG-traject verder ontwikkeld

heeft een eigen passende vorm, voorzien van naam, datum, werkplek, PDG-begeleider

heeft een rapportage in schriftelijke, audiovisuele en/of digitale vorm volgens de richtlijnen

voldoet voor 90% aan de APA-norm wat betreft bronnenlijst en literatuurverwijzingen. Criterium: bronnen zijn herleidbaar

Page 36: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

35

Competentie 1: Interpersoonlijk competent

Geselec-teerd voor beoordeling INDICATOREN COMPETENTIE 1 BEOORDELING

nee ja Hij/zij: voldaan nog niet voldaan

1.k.1. Toont kennis van communicatievormen binnen de leefwereld van zijn studenten en binnen hun toekomstige beroepspraktijk.

1.k.2. Toont kennis van communicatietheorie, groepsdynamica en interculturele communicatie en de implicaties daarvan voor zijn eigen gedrag.

x 1.v.1. Maakt contact met studenten en zorgt dat zij contact maken met hem.

1.v.2. Laat zien dat hij een kader biedt waarbinnen de studenten hun eigen leerproces kunnen vormgeven en helpt hen daarbij.

1.v.3. Schept een goed klimaat voor samenwerking met de studenten en tussen hen onderling.

1.v.4. Laat zien dat hij kan omgaan met heterogene groepen, rekening houdend met verschillen in niveau, zelfbeeld, cultuur, belangstelling, leerstijl en voorkennis.

1.a.1. Initiatief nemen

1.a.2. Positieve houding naar workshopdeelnemers (studenten) toe (enthousiast en open)

1.a.3. Duidelijke verbale en non-verbale communicatie

Toelichting op de gegeven boordeling(en):

Feedback op houding:

Eventueel advies:

Page 37: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

36

Competentie 2: Pedagogisch competent

Geselec-teerd voor beoordeling INDICATOREN COMPETENTIE 2 BEOORDELING

nee ja Hij/zij: voldaan nog niet voldaan

2.k.1.Toont kennis van ontwikkelings- en opvoedingstheorieën en (culturele bepaaldheid van) verschillende opvoedingspraktijken en de implicaties daarvan voor het onderwijs en voor zijn eigen doen en laten als mbo-docent.

2.k.2.Toont kennis van de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van zijn studenten, kan mogelijke problemen in die ontwikkeling in de praktijk signaleren en daarmee omgaan.

2.k.3. Toont kennis van (de culturele bepaaldheid van) processen van identiteitsvorming, zingeving en waardenontwikkeling bij zijn studenten en de implicaties daarvan voor zijn eigen handelen.

2.v.1. Laat zien dat hij in zijn onderwijs planmatig werkt aan de begeleiding van studenten naar een veilig en harmonisch leef- en werkklimaat en de bevordering van hun sociaal-emotionele en morele ontwikkeling in de richting van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid.

X 2.v.2. Begeleidt de loopbaan van studenten op methodische wijze, aansluitend bij de visie van zijn instelling.

2 a.1. Initiatief nemen

2 a.2. Positieve houding naar workshopdeelnemers en teamleden toe (enthousiast en open)

2.a.3. Duidelijke verbale en non-verbale communicatie

Toelichting op de gegeven boordeling(en):

Feedback op houding:

Eventueel advies:

Page 38: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

37

Competentie 3: Vakinhoudelijk en didactisch competent

Geselec-teerd voor beoordeling INDICATOREN COMPETENTIE 3 BEOORDELING

nee ja Hij/zij: voldaan nog niet voldaan

x 3.k.1.Toont kennis van de toepassingsmogelijkheden van verschillende onderwijs- en leertheorieën binnen onderwijsarrangementen voor het bve, waaronder actuele vormen van beroepsgerichte didactiek.

3.k.2. Laat zien dat hij de gevraagde leerstof (kennis en vaardigheden) beheerst, inclusief de theoretische en praktische achtergronden daarvan, en de relevantie daarvan voor de beroepspraktijk op zijn studenten kan overbrengen.

x 3.k.3. Toont globale kennis van de leerinhoud van andere vakken of beroepen waarmee hij binnen zijn school of opleiding samenwerkt (taal en rekenen, doorlopende leerlijnen).

3.k.4. Toont kennis van, (ook) onderzoeksmatig, ontwerpen van onderwijs, didactiek en didactische leermiddelen, waaronder informatie- en communicatietechnologie.

x 3.k.5. Toont kennis van de relevante literatuur m.b.t. examineren en beoordelen en de toepassing van methodieken in zijn instelling.

3.v.1. Laat zien dat hij aansluitend bij niveau en aanpak van zijn studenten gevarieerde leeractiviteiten ontwerpt (ook met inzet van ict) die uitvoerbaar zijn, keuzes bieden en aanzetten tot zelfwerkzaamheid.

x 3.v.2. Voert die leeractiviteiten samen met zijn studenten uit, evalueert ze, signaleert eventuele leerproblemen en -belemmeringen en stelt, zo nodig samen met collega’s, een passend plan van aanpak op.

3.v.3. Stemt leermiddelen af op het beoogde taal- en rekenniveau.

x 3.v.4. Construeert en evalueert ontwikkelingsgerichte toetsen.

3.a.1. Initiatief nemen

3.a.2. Positieve houding naar workshopdeelnemers en teamleden toe (enthousiast en open)

3.a.3. Duidelijke verbale en non-verbale communicatie

Toelichting op de gegeven boordeling(en):

Feedback op houding:

Eventueel advies:

Page 39: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

38

Competentie 4: Organisatorisch competent

Geselec-teerd voor beoordeling INDICATOREN COMPETENTIE 4 BEOORDELING

nee ja Hij/zij: voldaan nog niet voldaan

4.k.1. Toont kennis van relevante aspecten van groeps- of klassenmanagement.

4.k.2. Toont kennis van de organisatorische aspecten van verschillende soorten leeromgevingen in de school en in het leerbedrijf.

x 4.v.1. Hanteert op een consequente manier concrete, functionele en door de studenten gedragen procedures en afspraken.

4.v.2. Biedt organisatievormen, leermiddelen en leermaterialen aan (ook met inzet van ict) die leerdoelen en leeractiviteiten ondersteunen.

4.v.3. Houdt voor zijn onderwijs een planning aan die bij de studenten bekend is en waar zij hun eigen planning op kunnen afstemmen, en hij gaat adequaat om met tijd.

4.a.1. Initiatief nemen

4.a.2. Positieve houding naar workshopdeelnemers en teamleden toe (enthousiast en open)

4.a.3. Duidelijke verbale en non-verbale communicatie

Toelichting op de gegeven boordeling(en):

Feedback op houding:

Eventueel advies:

Page 40: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

39

Competentie 5: Competent in samenwerking met collega’s

Geselec-teerd voor beoordeling INDICATOREN COMPETENTIE 5 BEOORDELING

nee ja Hij/zij: voldaan nog niet voldaan

x 5.k.1. Toont bekendheid met het beleid van zijn instelling, de teamafspraken en de wettelijke kaders waarbinnen moet worden gewerkt.

5.k.2. Administreert inzichtelijk (met gebruik van digitale middelen).

x 5.k.3. Toont kennis van modellen voor kwaliteitszorg en methodieken voor onderwijsverbetering en schoolontwikkeling (waaronder praktijkonderzoek).

5.k.4. Past methodieken voor samenwerking en intervisie toe, zowel binnen als buiten de eigen instelling.

5.v.1. Wisselt voor de voortgang van het werk relevante informatie uit met collega’s (zo nodig met gebruik van digitale middelen)

5.v.2. Draagt bij aan taal- en rekenontwikkeling en aan de verwerving van taal- en rekenvaardigheid in beroepsgerichte situaties

x 5.v.3. Levert een constructieve bijdrage aan verschillende vormen van overleg en samenwerken op school.

5.v.4. Geeft en ontvangt collegiale consultatie en intervisie.

5.v.5. Werkt met collega’s, (zo mogelijk) onderzoeksmatig, samen aan de ontwikkeling en verbetering van zijn school.

5.a.1. Initiatief nemen

5.a.2. Positieve houding naar workshopdeelnemers en teamleden toe (enthousiast en open)

5.a.3. Duidelijke verbale en non-verbale communicatie

Toelichting op de gegeven boordeling(en):

Feedback op houding:

Eventueel advies:

Page 41: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

40

Competentie 6: Competent in samenwerking met de omgeving

Geselec-teerd voor beoordeling INDICATOREN COMPETENTIE 6 BEOORDELING

nee ja Hij/zij: voldaan nog niet voldaan

6.k.1. Toont kennis van de leefwereld van ouders of verzorgers en de culturele achtergronden van de studenten en de implicaties daarvan voor zijn handelen als mbo-docent.

x 6.k.2. Toont zorg voor afstemming tussen het binnen- en buitenschoolse leren en de interne en externe begeleiding van zijn studenten.

x 6.k.3. Toont kennis van de cultuur en de actuele gang van zaken in het bedrijfsleven waarin zijn studenten participeren en de implicaties daarvan voor zijn handelen als mbo-docent.

6.v.1. Verantwoordt zijn professionele opvattingen en werkwijze m.b.t. een student aan ouders en andere belanghebbenden en past in overleg zo nodig zijn werk met die student aan.

6.v.2. Zorgt in overleg met de student en andere betrokkenen voor afstemming tussen het leren in en buiten de school en voor duidelijkheid over ieders verantwoordelijkheid en bijdrage hierin.

x 6.v.3. Neemt op een constructieve manier deel aan verschillende vormen van overleg met mensen en instellingen buiten de school.

6.a.1. Initiatief nemen

6.a.2. Positieve houding naar workshopdeelnemers en teamleden toe (enthousiast en open)

6.a.3. Duidelijke verbale en non-verbale communicatie

Toelichting op de gegeven boordeling(en):

Feedback op houding:

Eventueel advies:

Page 42: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

41

Competentie 7: Competent in reflectie en persoonlijke ontwikkeling

Geselec-teerd voor beoordeling INDICATOREN COMPETENTIE 7 BEOORDELING

nee ja Hij/zij: voldaan nog niet voldaan

x 7.k.1. Houdt de ontwikkelingen in het onderwijs en in het werkveld van de studenten bij en zijn eigen vak- c.q. beroepsinhoudelijke ontwikkeling.

7.k.2. Toont gedragspsychologische kennis in het begrip en de analyse van zijn eigen gedrag en dat van anderen.

7.v.1. Werkt planmatig (ook onderzoeksmatig) aan de ontwikkeling van zijn bekwaamheid, op basis van een goede analyse van zijn competenties.

7.v.2. Stemt de ontwikkeling van zijn bekwaamheid af op het beleid van de school en de ontwikkeling en afspraken binnen het team.

7.v.3. Gebruikt bij zijn ontwikkeling feedback/informatie van studenten en collega’s, in school en bedrijf, en ook collegiale hulp in de vorm van bijvoorbeeld intervisie en supervisie.

x 7.v.4. Toont aan dat hij een relevant netwerk in het beroepenveld kan opbouwen en onderhouden.

x 7.v.5. Laat zien dat hij vernieuwingen in zijn onderwijs initieert.

7.a.1. Initiatief nemen

7.a.2. Positieve houding naar workshopdeelnemers en teamleden toe (enthousiast en open)

7.a.3. Duidelijke verbale en non-verbale communicatie

Toelichting op de gegeven boordeling(en):

Feedback op houding:

Eventueel advies:

Algemene opmerkingen:

Page 43: gabriellecopini.files.wordpress.com  · Web viewHoe toets je? Waartoe toets je? Te ... na 1,5 jaar, na 2 jaren etc.)? Het ... Noem een tweetal mogelijke oorzaken voor het ontstaan

42