Post on 01-Apr-2021
Toestelgericht onderhoud
2008-2009
Toestelgericht onderhoud
2
Voorwoord toestelgericht onderhoud
Om het onderhoud naar een hoger en gelijk niveau te brengen is het toestelgerichte
onderhoud ontwikkeld. Er is voor elk toestel een instructie opgesteld waarin staat wat er
met onderhoud dient te gebeuren. In de instructies van fabrikanten gaat het vooral om
veiligheid en een goede verbranding. Over bekende storingsoorzaken wordt veelal niets
gezegd. Door tijdens het onderhoud ook naar de bekende zwakke punten van een C.V.-
ketel te kijken zal de kwaliteit van het onderhoud toenemen, en de kans op storingen
verminderen.
Dit is per toestel verschillend. Zo zullen er toestellen zijn die altijd hetzelfde
onderhoud krijgen, en toestellen waarbij dit verschillend is, met name ook
omdat bepaalde onderdelen preventief worden vervangen.
Let er op wanneer er een beurt niet is uitgevoerd, omdat er bijvoorbeeld niet gereageerd
is op een niet-thuiskaart, dat dan wel het onderhoud goed word uitgevoerd en ook bij
woningbouw moet hier op gelet worden. Vaak is het onderhoud daar per 2 of per 3 jaar.
Meet zoveel mogelijk het CO en Co2, met gesloten luchtkast. Indien nodig boor hiervoor
een gat in de rookgasafvoer.
In het boek komen de grote merken C.V.-ketels voor.
Er dient altijd volgens het toestelgericht onderhoud gewerkt te worden. Komt het toestel
niet voor, dan dienen de algemene onderhoudsvoorschriften achter in dit boek opgevolgd
te worden.
Daarnaast het controleren van:
het functioneren van de rookgasafvoer;
de afmetingen lucht toe- en afvoer, aan de hand van de installatievoorschriften
van de toestelfabrikant en visueel controleren van de omgeving van het toestel;
het rookgas afvoertracé inclusief verbindingen;
de gas- en rookgasafvoer;
de uitmonding rookgasafvoer en de directe omgeving van het toestel.
De waterdruk dient minimaal 1,5 bar te zijn.
Daarnaast is het natuurlijk belangrijk om bij binnenkomst aan de klant te vragen of er
nog problemen zijn.
Denk tijdens het werken ook aan je eigen veiligheid en gezondheid en spaar het milieu.
- Gebruik de voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen(PBM). Elke
monteur heeft een opleiding VCA gevolgd; werk hiernaar.
- Neem geen onnodige risico’s, beoordeel een werkplek naar redelijkheid, keur niet
meteen een situatie af, laat een klant het aanpassen en maak een
vervolgafspraak.
- Koppel onveilige situaties in (huur-)woningen terug aan je leidinggevende of
binnendienst.
- Laat geen rommel achter, deponeer afval in de container aan de zaak.
Neem na de onderhoudsbeurt even een minuut voor jezelf voor de nacontroles,
is de vulslang afgekoppeld, zit de slang van de wasmachine weer in de afvoer
etc.
Plaats tot slot een onderhoudssticker en vul de datum van onderhoud en de verbruikte
materialen in.
Mei 2017.
3
Inhoudsopgave: blad I
Toestel: pagina:
Agpo nev 324-124-522 5
Agpo nev 1424-1324 6
Agpo econpact-ultima 7-11
Agpo nev 1124 EF HR 12
Agpo econforte HMC 23-32 – HGW 20 SG 13
Agpo HR optifor 14-15
Agpo BlueSense 16-17
Atag blauwe engel 1 VR 18-19
Atag blauwe engel 1 HR 20-21
Atag blauwe engel II (S-HR) 22-23
Atag enigma standaard-perfect II 24-25
Atag A-serie / E-serie 26-27
Atag Zonnegascombi 28-29
Atag I serie 30-33
AWB 23.xx WT 34-35
AWB 2 HR 36-37
AWB 3 HR 38-39
AWB HRG & Vaillant HRV 40-41
AWB Thermo Elegance 3-4 & Advance 42-45
Brink Alure & SWB 46-47
Brink Furore 48-49
Brink B8 xx 50
Bosch-Eurostar ZWE 24-1 A/E 28AE 51
Bosch 24-28 VR(C) (= Eurostar ZWE 24/28-3MFA) 52
Bosch VRC 25 en VRC 29 53-55
Bosch 22-26 Hrs/Hrc 56
Bosch Hrs/Hrc Top 57
Bosch HRS/HRC II 58-61
Daalderop combifort 62-64
Intergas H.VRTW 65
Intergas HR eco 66
Intergas k.k (1:1) 28/24-36/30 en HRE 67
Intergas Kombi kompakt 22 & 28 68-69
Intergas 220-280 HR(W) 70-71
Itho klimax I 72-73
Itho klimax II 74-75
Itho Aquamax 76-77
Nefit 2510 79
Nefit 2520-3030 80
Nefit turbo 21-32 81
Nefit turbo 45 82
Nefit ecomline& HRC23VT 83-85
Nefit topline HRC 86-89
Nefit economy VRC 24C schoorsteen 90-91
Nefit economy VRC 24E ventilator 92-93
Nefit economy HRC 24 94-95
Nefit Smartline 96-97
Nefit Proline 98-99
Nefit Proline NxT 100-102
Nefit Trendline 103-108
Nefit baseline 109-113
Radson Multicom / NOX 26HR-28VR 114-115
Radson Maxicom + E 116-117
Radson NOX HR2510-2560 118
4
Inhoudsopgave: blad II
Toestel: pagina:
Remeha W23 (x) Reminox 119
Remeha Selecta-W21 en 28 ECO 120-121
Remeha Quinta 122-123
Remeha Avanta 124-125
Remeha Calenta 126-128
Remeha Tzerra 129-133
Vaillant TC 180-240-280 (open toestel) 134
Vaillant TC 182-242-282 (gesloten toestel) 135
Vaillant VC-VCW 254/2 (open toestel) 136-137
Vaillant VC-VCW 255/2 (gesloten toestel) 138-139
Vaillant VC-VCW 254/3 (open toestel) 140-141
Vaillant VC-VCW 255/3 (gesloten toestel) 142-143
Vaillant Solide 144-148
Vaillant HRV 40-41
Vaillant Ecotec 149-151
Onderhoud warmtepompboiler 152-153
Onderhoud WTW 154-155
Onderhoud zonneboiler 156-158
Onderhoud mechanische ventilatie 159
Onderhoud geiser 160
Onderhoud gasboiler 161
Onderhoud fornuis of comfoor 162
Onderhoud gashaard 163-164
Onderhoud overige C.V. 165
Gaslekkage leiding en toestellen 166
Richtlijnen CO en GI 167
Eigen notities 168
5
Onderhoud AGPO NEV 124 – 324 522
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer luchtdrukverschil van L.D.W.
Bij te lage waardes < 60 pascal op twee voorste nippels bovenzijde toestel dan
ook ventilator reinigen / vervangen.
Controleer afvaltijd Tk > 15 seconden Eventueel millivolt systeem doormeten.
Verwijder voorplaat branderkamer en afdekplaat.
Reinig wisselaar en brander uitblazen.
Controleer brander op scheuren, als deze te groot zijn branderbed of brander
vernieuwen.
Demonteer de deksel met luchtdrukwachter. Reinig de stift van de automatische
bypass, ABS (dit is de halve bol op stift) verwijder eventueel groene aanslag op
meetnippel ten behoeve van de L.D.W.
Monteer alles in omgekeerde volgorde.
Controleer branderdruk. Hooglast op warmwater tap.
Let op dat brander niet moduleert.
Laaglast kan eventueel gecontroleerd worden door schuifsteker los te nemen op
gelijkstroom spoel, (met de kleinste moer verstel je de maximumdruk).
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, ± 6 L/min.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
6
Onderhoud AGPO NEV 1424 – 1324 elektronische ontsteking / waakvlam
Onderhoud:
Let op, toestel met elektronische ontsteking is fase gevoelig, steker eventueel
merken.
LET OP, gasblok enz. 230 volt.
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder afdekplaat en afdekplaat boven wisselaar.
Controleer rookgas verzamelkap op doorroesten. Indien het metaal zover is
aangetast dat gaten aanwezig zijn of zullen ontstaan deze vervangen, zie foto.
Let op! deze verzamelkap is voor 1424 en 1324 verschillend.
Reinig wisselaar en brander door middel van uitborstelen. Brander eventueel
uitblazen.
Controleer de werking van de luchtklep.
Controleer de positie van de ontstekingspen en ionisatie elektrode of deze correct
zijn. (Let op: bij verbuiging breekt pen af).
Bij waakvlam uitvoering deze reinigen.
Reinig lucht meetsonde, doorborstelen en zeef bovenzijde schoonmaken,
controleer luchtdrukverschil, minimaal ± 60 pascal, eventueel ventilator reinigen.
Monteer alles in omgekeerde volgorde.
Controleer branderdruk. Hooglast op warmwater tap, 16,5 mbar.
Let op dat brander niet moduleert.
Laaglast, min 3,5 mbar, kan eventueel gecontroleerd worden door schuifsteker los
te nemen op gelijkstroom spoel (met de kleinste moer verstel je de maximum
druk).
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Meet het CO gehalte in de rookgassen.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, ± 6 L/min.
Controleer gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
7
Onderhoud AGPO ECONPACT en ULTIMA en Megadens
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Het A-onderhoud wordt omschreven en uitgevoerd volgens de bijlage.
C.V. voorraadvat ten behoeve van warmwater ontluchten, onderzijde toestel.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Met trekveer of iets dergelijks gehele condensafvoer tot in toestel doorprikken.
Uitvoering van ONDERHOUDSBEURT volgens de bijlage.
Vervang de branderpakking (de grote en V pakking). T pakking niet plaatsen.
Keramische isolatie in branderkamer vervangen als deze stuk is, zie 2.7 blz. 12.
Let op dat de inspuiter teruggeplaatst is en dat de brander
bevestigingshaken goed in de uitsparingen vallen.
8
Benodigde onderdelen:
2AG86902 3286902 Onderhoudsset econpact 27/127 megadens 5 en Ultima
2AG86903 3286903 Onderhoudsset econpact 125/225 megadens 3/4
9
Afstelling gasdruk Megadens
10
GROTE ONDERHOUDSBEURT
2-steens brander bij scheurvorming vervangen voor 4-steens brander.
11
12
Onderhoud AGPO NEV 1124 EF HR
Onderhoud:
Let op, toestel is Fase gevoelig, steker eventueel merken.
Let op, gasblok enz. 230 volt.
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder deksel condenswisselaar, eerst meetsonde LDW verwijderen.
Reinig condenswisselaar. Let hierbij vooral op de condensafvoer ± Ø 10 mm
opening.
Reinig condens afvoerslang vanuit de onderkant door middel van
ontstoppingsdraad tot in condenswisselaar.
Voorzichtig met plantengieter doorspoelen.
Vernieuw pakking. Let op dat begin en einde pakking aan bovenzijde zit.
Vernieuw pakking bovenzijde ventilator.
Reinig wisselaar, borstelen..
Controleer brander op lekkage aan zijkant of deze blauw verkleurd is. Op vollast is
dan een ploffend geluid hoorbaar, doordat vlam inslag plaatsvindt. Vervang
eventueel de defecte branderbaar.
Controleer ontsteek- en ionisatiepen, reinigen met koperborstel.
Let op, bij verbuiging breekt pen af. Bij afwijking pen vervangen.
Controleer werking van de lucht regelklep (brievenbus).
Controleer branderdruk.
Meet het CO gehalte in de rookgassen.
Hooglast op warmwater tap. Let op dat brander niet moduleert.
Laaglast door m.v. AMP klem los te nemen op gelijkstroom spoel, met de kleinste
moer verstel je de maximum druk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6 L/min.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
2AG85061 3285061 Rubber tbv Warmtewisselaar.
2AG58611 3250140 Ventilator manchet
13
Onderhoud AGPO ECONFORTE HMC 23 – 32 HGW 20 SG
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Zet C.V. aan (C op display). Nu zal het toestel 8 minuten op laaglast branden.
Brander visueel controleren. Deze moet donkerrood kleuren.
Bij afwijkingen gas-lucht verhouding controleren, zie bijlage.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Controleer bij twijfel toestel op gasdichtheid en voordruk.
Meetnippels slecht bereikbaar.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Controleer droogkook beveiliging op lekkage, bij aantasting vervangen.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6 l /min. of 8 l /min.
Controleer of retour C.V. leiding van woning niet warm wordt tijdens W.W. tap.
Eventueel terugslagklep in pomphuis vervangen.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Als toestel knippert met handel dan als volgt:
Let op, automaat kan ook defect zijn en dit is meestal de oorzaak.
Breng voor het instellen van het nominale vermogen een weerstand van circa 700
ohm aan op de testaansluiting 5-6. Open alle radiatoren en zet de kamerthermostaat
vragend. Neem het verbruik van de gasmeter op. Dit dient ongeveer 40 liter per
minuut te zijn voor de HMC23. Voor de HMC32 dient dit ongeveer 53 liter per minuut
te zijn. Is het verbruik lager dan is er sprake van een te hoge weerstand buiten of in
het toestel. Neem de mantel af en meet opnieuw het gasverbruik. Is het gasverbruik
nu wel in orde dan is de luchttoevoer verstopt. Is het gasverbruik na het afnemen
van de mantel nog te laag, meet dan de weerstand over het toestel. Breng een T-
stukje aan in de slang tussen de branderkop / mengkamer en het gasblok. Sluit
hierop de positieve drukkant van een drukmeter aan. Sluit de negatieve kant van de
drukmeter aan op de drukmeetnippel van de condensbak. Het drukverschil mag
maximaal 10 Pa (0,1 mbar) bedragen. Is het drukverschil hoger, maak dan het
toestel schoon. Is het drukverschil lager, controleer dan de weerstand in het
afvoersysteem door de + ingang van de drukmeter op de meetnippel van de
condensbak aan te sluiten. Deze druk mag niet hoger zijn dan 60 Pa (0,6 mbar).
Als wisselaar gereinigd dient te worden, dan branderpakking vernieuwen.
NB: Indien er een E21 code op het display verschijnt, trek dan de steker uit
het stopcontact, draai hem 180 om en doe hem er dan weer in.
Bijlage:
Sluit de + kant van de drukmeter met T-stuk aan, in de slang tussen branderkop /
mengkamer. Sluit de – kant van drukmeter aan, op de branderdruk meetnippel van het
gasblok. Het drukverschil dient O Pa ± 10 te bedragen.
Eventuele onderdelen:
Branderpakking Hmc 23 2AG58485
Branderpakking Hmc 32 2AG58199
Condensbakpakking 23/32 2AG58204
14
Onderhoud Agpo HR optifor
Onderhoud:
Verwijder voorfront.
Verwijder vulplaat en eventueel bypass, zie foto bijlage 14.2 - 14.3.
Verwijder de warmtewisselaar. Let op het condenswater die nog aanwezig is.
Indien de wisselaar al wat vervuild is, reinig deze dan, maar doe dit minstens elke
3 jaar.
Reinig wisselaar met water, maximaal 40 graden of dompel deze in een
warmwaterbad waarin een niet agressief wasmiddel is opgelost.
Spoel hem daarna met schoon water uit en schud het water uit de wisselaar.
Controleer de ventilators op vervuiling eventueel schoepen reinigen, zie bijlage 1.
Reinig de afvoerplug in de bodemplaat van de optifor door de dop te verwijderen.
Let op er kan nog water in de plug staan.
Controleer condensafvoer tegenstroom regelaar (terugslagklepje) of deze niet
verstopt zit.
Verwijder het vuil uit terugslagklepje door deze uit te spoelen met water.
Let op dat de zwarte afvoerslang goed afloopt eventueel vastzetten met
trekbandjes.
Plaats alle onderdelen in omgekeerde volgorde terug.
Let op dat lekbak afvoertuit boven afvoer opening zit.
15
Vernieuw de filters.
Controleer toestel op goede werking.
C.V. ketel volgens voorschrift elders in het handboek.
Benodigde Filters:
2AG58082 3211010 voor week 43 2001
2AG11020 3211020 na week 43 2001
Bijlage: 1
Pak de instroomkeel van de toe- en de afvoerventilator eruit, figuur 14.5.
Hierna kan de ventilator waaier worden gereinigd, figuur 14.6.
Ventilatorschoepen zijn voorzien van balanceergewichten!
Deze mogen niet verwijderd of verplaatst worden.
Gebruik een zachte borstel om de ventilatorschoepen schoon te maken.
Gebruik eventueel een stofzuiger om stof te verwijderen.
16
Onderhoud AGPO BlueSense
Onderhoud:
- Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
- Verwijder de luchtaanzuigbuis van de ventilator.
- Verwijder de ventilator met brander en controleer of de buizen van de wisselaar
schoon zijn, reinig eventueel met een zachte borstel.
- Reinig de sifon en plaats de vuilopvangbeker gevuld met water weer terug.
- Controleer de vlamontsteker. De afstand tussen de pennen moet 4 mm +/- 0,5
mm zijn. Elke 3 jaar moet de pen vervangen worden.
- Controleer het hitteschild, bij scheuren moet deze vervangen worden.
- Vervang de branderpakking en plaats de ventilator met brander weer terug.
- Meet de gasvoordruk, deze moet tussen 20-30 mbar zijn in rust, en minimaal 20
mbar bij vollastbedrijf.
- Meet de gasdruk instelling volgens onderstaande afbeelding.
- Indien nodig, stel de branderdruk bij. Deze moet tussen -5 en 0 Pascal zijn.
Benodigde onderdelen:
2AG96460 3296460 grafiet branderpakking.
17
- Controleer CO2 van de verbrandingsgassen bij vollastbedrijf. Zet hiervoor de
warmwaterkraan vol open.
- CO2 moet tussen 8,0 en 9,5% zijn. Eventueel bijstellen met instelschroef 5, zie
afbeelding hierboven.
- Meet de CO waarde, met gesloten voordeksel deze hoort onder de 300ppm te
liggen. Indien hoger, controleer dan het branderbed, gasdrukinstelling op laag, en
rookgasrecirkulatie.
- Controleer warmwater op goede werking.
- Controleer toestel op gasdichtheid en werking.
- Controleer waterdruk, expansievat en overstort.
- Controleer toestel op C.V. werking.
18
Onderhoud ATAG BLAUWE ENGEL 1 VR
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer cartridge op goede werking.
Demonteer onderbak.
Verwijder ventilator met kap en branderbed.
Controleer vervuiling van wisselaar en reinigen.
Ontsteekpen en ionisatiepen opborstelen met koperborstel, eventueel vervangen.
Controleer branderbed op inbranden en breuk, eventueel vervangen.
Controleer pakkingen op uitdroging, verkleuring en verharding, anders vervangen.
Ventilator en gasverdeelplaat reinigen.
Monteer de brander, brede kant opsluitlijst naar boven.
Monteer ventilator met kap.
Monteer onderbak.
Controleer luchtdrukverschil 0,63 mbar met gemonteerde glasplaat.
Controleer branderdruk. Zie bijlage 1.
Kijk bij: LET OP in de bijlage, of er 1 of 2 meetslangen nodig zijn.
Bij lange vlam veerklep naar – draaien, hoger Co².
Bij te korte vlam veerklep naar + draaien, lager Co².
Let op dat luchtdrukverschil niet onder 61 pascal komt.
Co² moet 9.2% 0.2%.
Controleer ook het CO,
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer waterhoeveelheid bij klachten, 6,5 l/min voor VR27T,
8 l/min voor VR33T en 10,5 l/min voor VR45T.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Displaycodes:
19
Bijlage 1:
20
Onderhoud ATAG BLAUWE ENGEL 1 HR
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer cartridge op goede werking.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Verwijder ventilator met kap en branderbed.
Controleer vervuiling van wisselaar en doorspoelen.
Ontsteekpen en ionisatiepen opborstelen met koperborstel, eventueel vervangen.
Controleer branderbed op inbranden en breuk, eventueel vervangen.
Controleer pakking op uitdroging, verkleuring en verharding, anders vervangen.
Ventilator en gasverdeelplaat reinigen en uitblazen.
Demonteer condensbak.
Reinig condensbak en controleer pakking op verdroging, verkleuring en
verharding, anders vervangen.
Monteer de brander, eventueel geribbelde steen aan de rechterkant.
Brede kant opsluitlijst naar boven.
Monteer ventilator met kap.
Controleer branderdruk, zie bijlage.
Meet het Co2 en CO gehalte in de rookgassen.
Na circa 5 minuten branden dient de brander rood / blauw te branden.
Bij afwijking eerst gas / lucht verhouding instellen, zie bijlage en punt 10.
Controleer waterdruk, ontlastklep en expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer waterhoeveelheid bij klachten, 6.5 l/min voor HR27T, 8 l/min voor
HR33T, 9 l/min voor HR 39T en 10.5 l/min voor HR45T.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V en W.W. werking.
Bijlage:
Afstelling:
Luchtdruk VL Luchtdruk LL Gasdruk LL
HR 27 112 Pa 28-30 Pa 4,2 - 4,5 mbar*
HR 33 109 Pa 28-30 Pa 4,2 - 4,5 mbar*
HR 39 97 Pa 20-22 Pa 3,0 - 3,3 mbar*
HR 45 92 Pa 20-22 Pa 3,0 – 3,3 mbar*
*waarde luchtdruk laaglast vermenigvuldigen met 1,5
bijvoorbeeld luchtdruk laaglast 28 Pa = gasdruk laaglast 28X1,5 = 4,2 mbar.
bijvoorbeeld luchtdruk laaglast 20 Pa = gasdruk laaglast 20X1,5 = 3,0 mbar.
Luchtdruk vollast - instelschroef ventilator, instelling branderdruk VL.
Luchtdruk laaglast - instellen op potmeter , instelling branderdruk LL.
Gasdruk laaglast - instellen op gas regelblok, zie ook punt 10 afstellen gas / lucht.
21
Bijlage 1:
22
Onderhoud ATAG BLAUWE ENGEL II (S-HR) en Q serie.
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijking en lekkages.
Controleer vervuiling, zie bijlage 2.
Reinig luchtkast.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Voer de volgende handelingen uit om de sifon op vervuiling te controleren:
- S-HR: Draai de sifonbeker los totdat hij niet meer vastgehouden wordt door de
schroefdraad.
- Enigma: Draai de schroef onder uit de onderbak en trek de sifon uit de onderbak
en het condens verzamelstuk.
Gebruik geen tang of sleutel voor het verwijderen van de sifonbeker.
Controleer cartridge op goede werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Demontage branderbed en condensbak.
Vervang branderpakking, eventueel nieuw branderbed plaatsten.
Bij de S-HR 51 en 60 zijn koelstrips aangebracht, bij een nieuwe brander is dit
niet meer nodig.
Wisselaar met zachte borstel reinigen, controleer deze op afwijkingen,
bijvoorbeeld krom getrokken buis.
Ontsteek unit met pakking vervangen.
Het monteren geschiedt in omgekeerde volgorde.
- Plaats de condensbak met nieuwe pakking terug. Let op de juiste positie van de
pakking.
- Plaats de knevelstangen en draai ze een kwartslag.
- Druk de rookgasafvoer weer in de condensbak en plaats de klem terug.
- Monteer de sifon en zorg ervoor dat de pakkingen op de juiste positie blijven
zitten.
- S-HR: Draai de sifonbeker handvast en vervolgens een kwartslag los. Let op,
giet geen water in de wisselaar ter controle lekkage condensafvoer. Daardoor
wordt het vuil wat nog in de wisselaar zit vast gespoeld en krijg je de wisselaar
nooit weer schoon.
Zorg ervoor dat de knevelstangen van de ventilatorunit voldoende ver naar
achteren zijn gedrukt en dat ze weer een kwartslag gedraaid zijn.
Controleer condenszijdige lekkages wisselaar, als met gesloten luchtkast een
hoger Co² wordt gemeten is de oorzaak rookgaslekkage. Let op condenszijdige
lekkages komen vaak voor net boven knevel stangen. Controleer dit met een
dauwspiegel aan voor- en achterzijde.
Controleer 0-druk op laaglast door middel van service program step 1. Volgens
fabrikant zal deze niet verlopen, dus niet onnodig verstellen, zie bijlage 3.
Controleer Co² - 9 % op hooglast door middel van service program step 1, zie
bijlage 3, controleer tevens het CO, met gesloten luchtkast.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Bijlage1: Ingeven toegangscode: - druk 5 seconden op de mode toets, de tekst code wordt kort weergegeven. Hierna
verschijnt een willekeurig getal.
- Door middel van de + of – toets kan de code 123 worden ingegeven.
- Na het indrukken van de store toets wordt de code bevestigd.
23
Bijlage2: Controle op vervuiling:
Om het toestel gedurende bedrijfsjaren te kunnen controleren op vervuiling is het
raadzaam om tijdens het in bedrijf nemen van het toestel de maximale luchtverplaatsing
over het toestel te meten. Deze waarde kan per type toestel verschillend zijn.
Om deze waarde te kunnen meten dienen de volgende handelingen te worden verricht:
- Geef, om toegang tot het Service-hoofdstuk te krijgen, de toegangscode in 123.
Kies door middel van de Step-toets, step 2 de handmatige ventilatorinstelling zonder
branderactie. Er zal OFF op het display verschijnen.
- Sluit de slang van de digitale drukmeter aan op de bovenste meetnippel van het
gasblok.
- Breng de ventilator door middel van de + toets op het maximale toerental.
- Meet het drukverschil en noteer deze waarde.
- Bij de volgende controlebeurt van het toestel mag de waarde van het luchtdrukverschil
maximaal 20% gedaald zijn ten opzichte van de waarde bij toestel inbedrijfname.
Indien deze waarde meer dan 20% is gedaald heeft het toestel A-onderhoud nodig.
Bijlage3: Controle Co²:
Zorg eerst voor warmte vraag door bijvoorbeed de kamerthermostaat hoog
zetten, en de warmte die hij produceert kwijt kan.
- Geef, om in het service-hoofdstuk te komen, de toegangscode 123 in, bijlage 1.
- Kies door middel van de Step-toets, step 1 de handmatige ventilatorinstelling met
branderactie.
- Sluit de slang van de drukmeter aan op de bovenste meetnippel van het gasblok.
- Stel door middel van de toets de minimale belasting in.
Indien nodig de druk met torx schroef (zie foto) tussen 0 en – 4 Pascal (-0.04mbar)
afstellen. De 51 en 60 van voor week 37 1998 tussen – 10 en –13 pascal
(-0,13mbar) afstellen.
- Stel door middel van de + toets de maximale belasting in.
- Het Co² percentage op vollast dient 9,0% te zijn, bij de 51 en 60 op 9,5%.
Door middel van de Co² instelschroef, (zie foto) kan deze eventueel bijgesteld worden.
- Het beëindigen van de handmatige keuze geschiedt door de toets zolang in te
drukken dat de minimale belasting wordt getoond. Na het nogmaals indrukken van deze
toets wordt de tekst getoond, waaruit blijkt dat de handbediening is uitgeschakeld.
Benodigde onderdelen:
A8136504 S4677300 onderhoudsset 15/24
A8136502 S4677400 onderhoudsset 35
A8138128 S4677500 onderhoudsset 51/60
2AT58033 S4311600 onsteekelectrode
A8139218 S4784700 onderhoudsset Q25S OSS1
2AT47848 S4784800 onderhouddset Q25C, Q35,
2AT10100 S4710100 ontsteekelectrode OSS
A8139225 S4784900 onderhoudsset Q42.Q51, Q60
24
Onderhoud ATAG enigma standaard + perfectII
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijking en lekkages.
Reinig luchtkast.
Reinig sifon, draai hiervoor de schroef uit de onderbak en trek sifon hieruit.
Plaats deze gevuld met water weer terug.
Controleer cartridge op goede werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Vervang branderpakking, eventueel nieuw branderbed plaatsen.
Demontage branderbed en condensbak.
Wisselaar met zachte borstel reinigen, controleer deze op afwijkingen,
bijvoorbeeld krom getrokken buis.
Ontsteekunit met pakking vervangen.
Het monteren geschiedt in omgekeerde volgorde.
- Plaats de condensbak met pakking terug. Let op de juiste positie van de
pakking.
- Plaats de knevelstangen en draai ze een kwartslag.
- Druk de rookgasafvoer weer in de condensbak en plaats de klem terug.
- Monteer de sifon en zorg ervoor dat de pakkingen op de juiste positie blijven
zitten.
Geen water spoelen! Dit verstopt de wisselaar.
Zorg ervoor dat de knevelstangen van de ventilatorunit voldoende ver naar
achteren zijn gedrukt en dat ze weer een kwartslag gedraaid zijn.
Controleer condenszijdige lekkages wisselaar.
Controleer 0-druk op laaglast, zie bijlage 1.
Controleer Co² - 9 % op hooglast, zie bijlage 1.
Controleer CO, met gesloten luchtkast.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
A8136504 S4677300 onderhoudsset 15/24
A8136502 S4677400 onderhoudsset 35
2AT58033 S4311600 onsteekelectrode
A8139218 S4784700 onderhoudsset Q25S OSS1
2AT47848 S4784800 onderhouddset Q25C, Q35,
2AT10100 S4710100 ontsteekelectrode OSS
25
Bijlage :
0 Druk meting:
Druk 2 seconden de – toets (min) in. Het toestel schakelt gedurende 15 min. op L,
laaglast. Het gemeten drukverschil moet tussen de 0 en – 4 pascal (0.04mbar) liggen.
Door weer 2 seconden de – toets in te drukken beëindigt de meeting.
Controle Co²:
Druk 2 seconden de + toets in. Het toestel schakelt gedurende 15 minuten op H,
hooglast. Het Co² percentage dient 9% te zijn. Door weer 2 seconden de + toets in te
drukken beëindigt de meting.
Beëindigen automatisch ontluchtingsprogramma:
Door een code 71 in te geven kan het ontluchtingsprogramma onderbroken worden.
Druk de knoppen C.V.+ww+pomp in tot er een willekeurig getal verschijnt. Dit is een
getal dat staat voor 10-tal.
Druk op de + of – toets en hou deze vast ingedrukt tot het getal 7 verschijnt en laat
deze los. Druk zoveel keer, (tippen) op de + of – toets, tot het getal 71 bereikt is
(deze getallen wisselen elkaar af in het display).
Druk opnieuw op de knoppen C.V.+ww+pomp in om de code actief te maken,
er verschijnt een A in het display.
Om het automatisch ontluchtingsprogramma te onderbreken dient kort op de Reset toets
gedrukt te worden.
26
Onderhoud ATAG A-serie / E-serie
Onderhoud:
- Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
- Alleen A244EC: draai de sifon van de economizer los, controleer op vervuiling,
maak de sifon schoon en monteer retour.
- Controleer en reinig de toestelsifon.
- Eenmaal per 4,5 jaar:
- Verwijder ventilatorunit, gasblok en condensbak.
- Reinig condensbak en plaats nieuwe pakking.
- Vervang ontstekingselektrode
- Controleer brandercassette op vervuiling. Indien gescheurd, vervang gehele
brandercassette.
- Vervang de pakking tussen brander en bovenbak en pakking tussen bovenbak en
wisselaar.
- Controleer en reinig de gasluchtverdeelplaat en venturi.
- Controleer en reinig de wisselaar. LET OP niet met water doorspoelen. Dit
verergert de luchtweerstand.
- Monteer alle onderdelen weer retour.
- Controleer het O2 percentage, zie bijlage
Controleer het CO, met gesloten luchtkast.
- Controleer waterdruk, ontlastklep en expansievat en inlaatcombinatie.
- Controleer waterhoeveelheid bij klachten:
o A203C / E223C 6 l/min
o A244CL 7,5 l/min
o A244EC 8 l/min
o E264EC 9 l/min
o E325C 9,5 l/min
- Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
- Controleer toestel op C.V. en WW werking.
A8139218 S4784700 onderhoudsset A203, A244, E222, E223
2AT47848 S4784800 onderhoudsset A244, A244EC, E264, E325, E320S, E28C,
E32C, E32S
2AT10100 S4710100 ontsteekelectrode OSS
27
28
Onderhoud ATAG Zonnegascombi
(Oud type met brander in dompelbuis in boiler, anders kan voor de ketel de instructie
voor de Q worden aangehouden. Wel het zonneboiler gedeelte op waterniveau
controleren.)
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijking en lekkages.
Reinig sifon, ook het deel naar boven tot in condens afvoerbocht, en plaats deze
gevuld met water weer terug.
Reinig ontsteekpen met koperborstel, eventueel vernieuwen.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Demonteer ventilatorunit door drie M6 moeren los te draaien en neem deze aan
de voorzijde voorzichtig uit.
Controleer branderpakking op beschadiging, eventueel vernieuwen.
Reinig de luchtdemper (aanzuigpijp), en ventilator venturi.
Controleer brander op beschadiging, eventueel vernieuwen, lasnaad bovenzijde.
Demonteer condens afvoerbocht en sifon en reinig deze, controleren op poreuze
plekken. Dit proces versneld doordat wisselaar en afvoerpijp van roestvrij staal
zijn.
Blaas wisselaar uit in tegengestelde richting. Dus blazen aan de rookgas zijde.
Monteer alles in omgekeerde volgorde.
Zet de schakelaar van zonneboiler pomp uit. Controleer waterniveau
collectorcircuit door middel van niveaukraantje. Let op dat pomp niet nat wordt.
Eventueel bijvullen, zie figuur 19.
Controleer 0-druk op laaglast, zie bijlage 1.
Controleer Co²- 9 % op hooglast, zie bijlage 1.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde materialen:
A8136570 S0011400 Pakking brander
2AT86200 S4286200 Ontsteekpen
29
Bijlage 1: 0-druk en Co² controle:
Toetscombinaties – Test-mode:
Mode en + toets, voor het activeren van brander op vollast, Co².
Mode en – toets, voor het activeren van brander op laaglast, nuldruk.
+ en – toets, voor het uitschakelen van de brander op test-mode.
30
Onderhoud ATAG I serie
Onderhoud:
Open de mantel door eerst aan de bovenkant beide schroeven te verwijderen.
Controleer toestel visueel op afwijking en lekkages.
Reinig luchtkast.
Reinig sifon.
Plaats deze gevuld met water weer terug. Zie hieronder.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Vervang branderpakking, eventueel nieuw branderbed plaatsen.
Wisselaar met zachte borstel reinigen, controleer deze op afwijkingen,
bijvoorbeeld krom getrokken buis.
Ontsteekunit met pakking vervangen.
Het monteren geschiedt in omgekeerde volgorde.
- Plaats de knevelstangen en draai ze een kwartslag.
- Monteer de sifon en zorg ervoor dat de pakkingen op de juiste positie blijven
zitten.
Geen water spoelen! Dit verstopt de wisselaar.
Zorg ervoor dat de knevelstangen van de ventilatorunit voldoende ver naar
achteren zijn gedrukt en dat ze weer een kwartslag gedraaid zijn.
Controleer condenszijdige lekkages wisselaar
Controleer O2, zie bijlage.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
31
32
33
34
Onderhoud AWB 23.xx WT
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Let hierbij vooral op lekkage van droogkook beveiliging en ontlastklep in verband
met beschadiging van print.
Controleer het luchtdrukverschil. Deze moet minimaal 1,3 mbar zijn.
Wanneer luchtdrukverschil onvoldoende is dient ventilator gereinigd te worden.
De condensator van de ventilator moet gecontroleerd worden. Deze dient
gecontroleerd te worden volgens bijlage 1. Meten tussen de rechter aansluiting
van de pompsteker en de rechtse aansluiting van de ventilatorsteker. Deze
condensator dient minimaal 1,5μF, (normaal 2 μF) te zijn. Onder de 1,5 μF print
vervangen voor ruilprint bij woningbouw, particulier in overleg met de klant.
Let op, steker uit stopcontact nemen.
Warmtewisselaar (vooral boven waakvlam), brander en rookgasbakje reinigen.
Waakvlam reinigen, plaatje onder waakvlam moet goed op brander aansluiten.
Controleer millivoltcircuit systeem, (min. 8 m.v. op spoel) of afvaltijd, (min. 15
seconden).
Let op dat de voorplaat goed gemonteerd wordt, onderin goed inhaken.
Controleer branderdruk volgens typeplaatje, hooglast met w.w.- kraan geheel
geopend, laaglast met draad los van modureg., kleinste schroef 8 voor laaglast.
Zie figuur20A.
Smeer stift driewegklep met siliconenvet, niet sprayen met siliconenspray in
verband met defect raken microschakelaar.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6 l/min.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V en W.W. werking.
35
Bijlage 1:
:
Condensator ventilator controleer je zo, minimaal 1,5μF.
Steker uit stopcontact en condensator ontladen door middel van kortsluiten.
36
Onderhoud AWB 2HR
Voordat je met onderhoud start, eerst delta P meten, deze moet minimaal 170 Pa zijn,
anders is de wisselaar te erg vervuild, en moet vervangen.
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder sifon, na het reinigen hiervan en van de tuit deze terugplaatsen,
gevuld met water.
Controleer de cartridge op goede werking.
Vervang pakking ontsteekpen voor grafietpakking. Na vervanging kruis op
montageplaat pen plaatsen zodat deze de volgende keer niet vervangen hoeft te
worden. Ontsteekpen met rechthoekig glas, geheel vernieuwen door nieuw type.
Controleer Co² met open toestel, zie bijlage 1.
Verwijder brander. Hiervoor dient de gasleiding op het gasblok losgenomen te
worden.
Na verwijderen van gasleiding ventilatorklembeugel eruit nemen door deze te
kantelen en naar voren te trekken.
Reinig het gaatje tussen voorzijde en achterzijde van de wisselaar, achter de
brander.
Brander controleren op afwijking.
Branderpakking vernieuwen.
Bij montage brander de lasnaad op de brander naar links plaatsen. Let er op dat
de beugel op de steun aan de achterzijde rust.
Controleer gasdichtheid en voordruk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer waterhoeveelheid bij klachten. 6.5 l/min voor 28.02WT,
7.5 l/min voor 32.02WT.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Functie: weergave status, (op mode drukken tot punt naast cijfer knippert).
0 geen warmtevraag.
1 voorventileren/naventileren.
2 ontsteken.
3 branden C.V..
4 branden boiler.
5 optoeren naar starttoerental.
6 ketel uit tijdens:
• C.V.-bedrijf aanvoertemperatuur 5°C hoger dan de ingestelde c.q. berekende
waarde.
• boiler-bedrijf retourtemperatuur 4°C hoger dan met tapsensor ingesteld.
• boiler-bedrijf met thermostaat: aanvoertemperatuur 5°C hoger dan ingesteld.
7 nadraaien pomp C.V. na C.V.-bedrijf.
8 nadraaien pomp na tap-bedrijf.
9 • toestel uit: aanvoertemperatuur > 95°C.
• retourtemperatuur > 95°C.
• verschil tussen aanvoer en retourtemperatuur > 35°C.
• verschil tussen aanvoer en retourtemperatuur negatief.
• stijgsnelheid aanvoertemperatuur in °C/sec te groot.
L geforceerd “laag” branden.
H geforceerd “hoog” branden.
Benodigde onderdelen:
2AW00047 A037526.20 Pakking ventilator
37
Bijlage 1:
Controle en afstellen Co²:
Men dient het toestel altijd in laagstand bij niet gemonteerde siermantel af te stellen op
een Co² - gehalte tussen 9,0 en 9,4%. Hierna moet het Co² op hooglast gecontroleerd
worden.
Een afwijking van circa 0,3% is hierbij geen probleem.
Met behulp van de instelschroef kan de gasflow gecorrigeerd worden.
LET OP: NOOIT LAGER INSTELLEN DAN Co² 9,0%, (gebruikers “L” mode).
(Toestel met ionisatie pen aan de onderzijde van wisselaar Co² – gehalte tussen
8.8-9.0 %).
Service-bedrijf, (gebruikers-mode ‘x’).
Herkenning: letter "L" of "H".
Functie: geforceerd laag of hoog branden voor servicedoeleinden.
Wordt de “mode”-toets langer dan 1 seconde ingedrukt, dan wordt de service-mode
“Laag / Hoog” actief. Dit wordt bevestigd doordat de letter “L / H” twee maal knippert.
De ketel reageert nu meteen en gaat branden op het ingestelde minimum / maximum
C.V.-toerental gedurende 15 minuten.
Indien de “mode”-toets opnieuw wordt ingedrukt, wordt de service-mode direct
beëindigd.
38
Onderhoud AWB 3HR
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder sifon door clip naar voren te trekken. Na het reinigen hiervan en van de
tuit deze gevuld terugplaatsen, O ring licht invetten.
Bij lekkage clip iets bol buigen, zodat sifon strakker tegen onderplaat aansluit.
Controleer Co² met geopend toestel, zie bijlage.
Controleer de gasflow, (zie tabel 4) in tapfunctie bij problemen met capaciteit.
Dit dient met een gesloten toestel te gebeuren.
Vervang pakking ontsteekpen voor grafietpakking, kruis op montageplaat pen
plaatsen zodat deze de volgende keer niet meer vervangen wordt.
Verwijder brander, hiervoor dient de gasleiding op de bodemplaat losgenomen te
worden. Na verwijderen van gasleiding ventilatorklembeugel eruit nemen door
deze te kantelen en naar voren te trekken.
Reinig het gaatje tussen voorzijde en achterzijde van de wisselaar, achter de
brander.
Brander controleren op afwijking.
Bij montage brander de lasnaad op de brander naar links plaatsen, let er op dat
de beugel op de steun aan de achterzijde rust.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Eenmaal per 3 jaar:
Branderpakking vernieuwen
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer waterhoeveelheid bij klachten, 6.5 l/min voor 24T – 7.5 l/min voor
28T.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking
Controleer het vermogen, dit is parameter 1, zie volgende pagina hoe je in het
instelmenu komt.
Benodigde onderdelen:
2AW00047 A037526.20 Pakking ventilator
Bijlage:
Controle en afstellen Co²
Men dient het toestel altijd eerst op hooglast bij niet gemonteerde siermantel te
controleren op een Co² gehalte zoals weergegeven in tabel 4. Instellen met de
gasregelklep als dit nodig is, figuur 15. Links omdraaien hoger Co².
Vervolgens dient het Co² op laaglast gecontroleerd te worden.
Instellen met de off-set inbusschroef, (pas op snelle verstelling).
Bij verstelling dient hoog en laaglast opnieuw gecontroleerd te worden op Co².
39
De bedrijfsinstellingen van de ketel kunnen door de installateur rechtstreeks via het
display ingesteld worden, middels een aantal parameters.
Toegang tot de parameters:
1. Druk gedurende 10 seconden op het handje om het instellingsmenu te openen.
2. Kies wanneer het menu verschijnt de toegangscode 96 met behulp van de toetsen +
of -.
3. Door te bevestigen op het handje verschijnt het eerste instellingsmenu (1) het
maximale
vermogen van het verwarmingscircuit. Stel dit in op het nodige vermogen.
4. Middels de +/- toetsen kan de parameter 8 worden gekozen. Door op de toets te
drukken wordt de parameter daadwerkelijk geselecteerd. (bevestigen met handje)
5. Vervolgens kan men middels de +/- toetsen de ingestelde waarde wijzigen. Na het
instellen
van de gewenste waarde kan men middels de toets weer terugkomen in het
parameter menu, (0 = normaal, 1 = laaglast, 2 = hooglast). (na
bevestigen).666Belangrije toegang tot de technische instellingen van de ketel
De ingestelde parameters worden pas actief wanneer de toets 10 seconden is
ingedrukt, en men terug is in de normale weergave.
Na service bedrijf dient men parameter 8 weer op 0 te zetten.
Opmerking: het display keert naar de normale weergave terug wanneer gedurende 1
minuut geen handelingen uitgevoerd worden of wanneer men een tweede keer
gedurende 10 seconden op druk
40
Onderhoud AWB HRG VAILLANT HRV
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder beide condens afvoerslangen boven sifon en neem vervolgens het sifon
los met de 2 schroeven, let op eventuele waterlekkage.
Reinig sifon en openingen aan onderzijde van wisselaar en rookgasafvoer.
Plaats sifon terug. Let op, de drijver in de sifon moet op de goede manier
geplaatst zijn, zie de stikker op de beker, en kijk of de slang goed langs de
platenwisselaar gaat.
Controleer CO² met geopend toestel, zie bijlage 1.
Controleer CO met gesloten toestel.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer waterhoeveelheid bij klachten, 6.5 l/min voor 22G, 7.5 l/min voor
30G.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Verwijder branderplaat en ventilator.
Verwijder vervuiling uit verbrandingruimte door middel van een zachte borstel.
Spoel resterend vuil door sifon, hierna sifon reinigen.
Controleer op waterdichtheid door water in de verbrandingsruimte te gieten,
inspectiegat dichthouden.
Plaats branderplaat met nieuwe pakking, (Vaillant) holle zijde in branderplaat.
Plaats sticker G10 op buitenzijde toestel.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Benodigde onderdelen:
2VA58155 0020025929 3 delige pakkingplaat of:
2VA01635 801635 pakkingsset HRV
Let op!
Bij toepassen van Open-therm kamerthermostaat vervalt de werking van de knoppen
aan de voorzijde van het toestel.
Beperking van het maximale C.V.-vermogen
Voor kleine installaties kan het raadzaam zijn het maximale C.V.-vermogen te
begrenzen.
Dit vermogen kan begrensd worden door de instelling van de potentiometer welke het
dichtst bij de connector zit. Voor de toegang tot deze potentiometer, zie bijlage.
Beperking van de maximale C.V.-temperatuur
Naar de wens van de bewoner kan, bij vloerverwarming, de maximale C.V.-temperatuur
beperkt worden door dipswitch instellingen. Zie voor de toegang tot deze dipswitches
bijlage. Standaard staan de dipswitches op OFF. Middels de onderstaande tabel kan een
andere keuze worden gemaakt voor de pompinstelling en maximale C.V.
temperatuurinstelling.
Pompinstelling: Continu Met de brander Continu Met de kamerth.
Switch 1 OFF OFF ON ON
Switch 2 ON OFF ON OFF
Temp.instelling: 50°C 73°C 50°C 87°C
Switch 3 OFF OFF ON ON
Switch 4 ON OFF ON OFF
41
Bijlage:
Verbrandingscontrole Co²
Hooglast:
Netvoeding uitschakelen. Neem het bedieningspaneel los (2 lipjes aan voorzijde) en klap
het naar beneden. De servicepotentiometers zijn zichtbaar, figuur 26.
Netvoeding weer inschakelen, het toestel zal op hooglast branden.
Draai de servicepotentiometer volledig in de richting van de klok max., figuur 26.
Hierdoor zal het digitale display de ventilatorsnelheid knipperend op het
bedieningspaneel weergeven, “39” voor de 22G en “45” voor de 30G.
Controleer de Co²-waarde, die 9,0% ± 0,2% moet zijn.
Als het binnenste voorpaneel is aangebracht zal de Co²- waarde licht stijgen tot 9,2%.
Eventueel aanpassen met behulp van de regelklep, figuur25.
Draai tegen de klok in om de Co2-waarde te verhogen.
Laaglast:
Draai de servicepotentiometer volledig tegen de klok in.
Houd hem ongeveer 5 seconden in deze stand.
Zet de servicepotentiometer op de 3-uur stand min., figuur 26.
De ventilatorsnelheid zal afnemen naar 1.200 omwentelingen per minuut, wat wordt
aangeduid doordat “12” op het LCD display gaat knipperen.
Controleer de Co²-waarde 9%.
Let op: de afstelling van de Co² bij de minimumsnelheid is zeer grof.
Stel de Co² voorzichtig af met de offsetafstelling op 9,0%, zie figuur 25.
Draai de servicepotentiometer volledig in de richting van de klok en controleer nogmaals
de verbranding bij maximumsnelheid.
Draai de servicepotentiometer na het controleren van de verbranding tegen de
richting van de klok in tot 12 uur, zodat het display de watertemperatuur
aanduidt en niet meer knippert.
Figuur 1
42
Onderhoud AWB ThermoElegance 3/4 en Advance
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder sifon door clip naar voren te trekken, na het reinigen hiervan gevuld
terugplaatsen. O ring licht invetten. Bij lekkage clip iets bol buigen zodat sifon
strakker tegen onderplaat aansluit.
Controleer CO2 met geopend toestel, zie bijlage, meet het CO met gesloten
voordeksel.
Controleer ontsteekpen op beschadigingen.
Vervang pakking ontsteekpen.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer waterhoeveelheid bij klachten. Reinig eventueel filter in
koudwaterleiding.
Verwijder brander. Hiervoor dienen de luchtaanzuigbuis en de gasleiding
losgenomen te worden.
Reinig de warmtewisselaar met een zachte borstel.
Brander controleren op afwijking.
Branderpakking vernieuwen.
Bij montage brander de 4 moeten kruislings en stapsgewijs aandraaien.
Plaats de luchtaanzuigbuis terug en sluit de gasleiding aan met een nieuwe
pakking.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Indien het toestel op een clv is aangesloten, controleer de rookgasklep,
En controleer parameters 24 en 25 of deze overeenkomen met de gegevens
op het toestel.
Benodigde onderdelen:
2VA58155 0020025929 3 delige pakkingplaat of:
2VA01635 801635 pakkingsset HRV
Bijlage: Afstellen Elegance:
Controle en afstellen CO²
• Verwijder eerst het frontpaneel.
• Verwijder dop (1) en plaats de meetsonde in het testpunt (2) van het LT/RGA-adaptor
(zie figuur 7.3.1).
• De controle/afstelling kan uitgevoerd worden tijdens tapwater- of C.V.-gebruik:
o Open de heetwaterkraan helemaal.
o Wacht 2 minuten, totdat de CO²-percentage zich gestabiliseerd heeft.
o Pas de instelling stapsgewijs aan om de CO²-percentage te verkrijgen die in de
bijgaande tabel wordt vermeld door de schroef (3) voorzichtig te verdraaien (zie
figuur 7.3.1). Linksom CO² hoger en rechtsom CO² lager.
• De controle/afstelling kan uitgevoerd worden tijdens C.V.-gebruik:
o Zet de ketel op “servicemode: Hooglast”. Met behulp van menu COD. 8.
o Wacht ongeveer 2 minuten tot de CO²-percentage zicht gestabiliseerd heeft.
o Pas de instelling stapsgewijs aan om het CO²-percentage te verkrijgen dat in de
bijgaande tabel wordt vermeld door de schroef (3) voorzichtig te verdraaien.
Indien dit niet het geval is, dient er bijgesteld te worden en weer opnieuw op hoog
en laaglast gecontroleerd en eventueel bijgesteld te worden.
43
Instellen Hooglast / Laaglast:
1. Druk gedurende 10 seconden op de MODE-toets om het instellingsmenu te openen.
2. Vervolgens met de(linker) + en – toets naar 96 gaan.
3. Druk de MODE-toets kort in. Er verschijnt «COD. 1»
4. Met de + toetsen zet je deze op «COD. 8» .
5. Druk de MODE-toets weer in en er verschijnt een knipperende 0
- met de + op 1 zetten is Laaglast
- met de + op 2 zetten is Hooglast
6. LET OP! Zet de instelling met de – toets weer op 0 (NIET VERGETEN!!!!)
7. Sluit af door de MODE-toets weer 10 seconden in te drukken. Nu verschijnt de
bedrijfsstand weer.
Opmerking: Het display keert naar de normale weergave terug wanneer gedurende 15
minuten geen handelingen uitgevoerd worden of wanneer men een tweede keer
gedurende 10 seconden op de MODE-toets drukt.
44
Bijlage afstellen Advance
Stel het toestel af volgens onderstaande procedure:
Stel het toestel in op het testprogramma P.03, zie tabel hieronder.
Meet de CO2 waarde en stel eventueel bij.
45
Afstelwaardes AWB Advance:
Aardgas: Propaan
Open voorpaneel 8,8 +/- 0,2% 10,1 +/- 0,2%
Gesloten voorpaneel 9,0 +/- 0,3% 10,3 +/- 0,3%
46
Onderhoud BRINK ALURE en SWB hete lucht C.V.
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer condensafvoer op lekkage.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Controleer ontsteekpen, vervang indien nodig.
Filter vernieuwen.
Controleer branderdruk, - 0.05 mbar 0.01 mbar op laaglast, + kant van
drukmeter aansluiten op meetnippel (1). Eventueel wijzigen met drukregelaar (4).
Controleer het Co² bij hooglast 9.0 %, zie bijlage. Eventueel afstellen met schroef
(3).
Controleer rookgas op temperatuur. Deze moet kleiner zijn dan 80˚C,
bij een hogere luchttemperatuur,
1e controleer luchthoeveelheid en vervuiling van de systeem ventilator.
2e controleer tweede warmte wisselaar op vervuiling.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer goede werking kamerthermostaat.
Gasblok met afstel nummers.
artikelnr onsteekpen: 2BR58016
47
Bijlage: Serviceprogram
Bijlage: 9.1 Service Program Hoog – Laag
Toestel voor 2004 3,0 Automaat
Voor hooglast druk mode en + toets > 1 seconde in, hierna gaat het toestel 20
minuten branden. Door op de + toets te drukken kan het toestel op de max.
belasting worden gezet.
B40 5900 toeren
B25 5400 toeren
B16 4900 toeren
Voor laaglast: druk mode en – toets langer dan 1 seconde in, hierna gaat het
toestel voor alle types op 2000 toeren.
Einde programma service: druk op + en – toets of druk op reset.
Toestel na 2004 4,0 Automaat
Voor hoog en laaglast mode en + toets > 1 seconde indrukken, toestel start op
4500 toeren. Door met + toets steeds in te drukken kan maximum toerental
ingesteld worden.
B40 5900 toeren
B25 5400 toeren
B16 4900 toeren
Met – toets kan laaglast ingesteld worden 2000 toeren.
Op display verschijnt er afwisselend ‘SER’ en het toerental.
Met mode toets ingedrukt kan service afstelling beëindigd worden.
48
Onderhoud BRINK FURORE serie met schone verbranding
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en rookgaslekkages.
Demonteer brander en daarna schoonborstelen, beugels controleren of ze recht
staan.
Koelstaven schoonborstelen zonder deze te verbuigen en controleren of de staven
vrijstaan van branderdek en ontsteekpen. Als staven toch contact maken met het
branderdek of ontsteekpen, dan dienen deze vernieuwd te worden. Hiervoor dient
het borgplaatje aan het einde van branderstaaf verbogen te worden.
Controleer of de wisselaar is vervuild.
Controleer goede werking van ontsteking.
Vernieuw filtermat, maak ventilatie ruimte schoon.
Controleer ventilator met spiegel, bij ernstige vervuiling reinigen / vervangen.
Controleer minimum spanning op de aansluiting systeemventilator, zie bijlage 1.
Let op: toestel dient koud te zijn, anders onjuiste instelling.
Controleer gasbranderdruk op overbelasting. Dus niet verstellen als deze lager
staat dan de maximale gasbranderdruk. Compensatie slangetje los nemen tijdens
meting. Delta T over toestel max. 50 K.
Controleer of ventilator automatisch harder en zachter gaat lopen,
bij temperatuur verhoging en verlaging.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer werking kamerthermostaat.
49
Bijlage:
Minimale spanning systeemventilator op aansluiting 1 dient 65 volt te zijn bij een koud
toestel. Eventueel wijzigen met potmeter 6 (VR2).
j
50
Onderhoud BRINK B8 XX
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en rookgaslekkages.
Controleer afvaltijd thermokoppel > 15 sec, eventueel millivoltsysteem
doormeten.
Verwijder brander. Let hierbij op dat bedrading van gasregelblok niet verwisseld
wordt in verband met hoog / laag regeling.
Reinig branders, wisselaar en waakvlam.
Plaats brander terug. Let op dat deze achter in de pasgaten valt en horizontaal
staat.
Verwijder filters.
Controleer of ventilator op laag toeren vanzelf gaat draaien, bij geen warmte-
vraag. eventueel ventilator vernieuwen.
Nieuwe filters plaatsen.
Controleer de branderdruk op overbelasting, zie type plaatje.
Branderdruk mag alleen aangepast worden in combinatie met het meten van de in
en uitblaas temperatuur, delta T over toestel max. 40 K.
Dus niet verstellen als deze lager staat dan de maximum branderdruk.
Meet het CO gehalte in de rookgassen.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer werking kamerthermostaat.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Verwijder ventilator, reinigen. Let op onbalans, dus schoepen goed schoonmaken.
Reinig rooster op bovenzijde wisselaar.
Toestellen met branderautomaat:
Benodigde onderdelen:
51
Onderhoud Bosch-Eurostar ZWE 24-1 AE/ 28 AE
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig brander.
Reinig branderkamer.
Reinig wisselaar.
Demonteer ventilator en controleer deze op vervuiling, eventueel reinigen.
Zorg dat schoepen goed schoon zijn in verband met onbalans.
Blaas de luchtdruk - verschilmeetbuis door met een slangetje.
Controleer branderdruk op hoog / laaglast, zie bijlage.
Meet indien mogelijk het CO gehalte in de rookgassen.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Bijlage:
Controle / afstellen branderdruk.
Verwijder kap van verbrandingskamer en sluit de drukmeter aan op de
meetnippel direct onder de brander.
Afdekking van testschakelaar verwijderen, rechts onder ketelthermostaat.
Testschakelaar op maximaal zetten en branderdruk controleren / afstellen.
Schroef in het midden van gasblok.
Testschakelaar op start zetten en minimum branderdruk controleren / afstellen.
Schroef bovenzijde van gasblok.
Testschakelaar weer terug op vlam zetten en kapje terug plaatsen.
Meetnippel sluiten en branderkamer kap terug plaatsen.
branderdruk Nominale
belasting
minimumbelasting
ZWE 24-1 AE 7.3 mbar 1.5 mbar
ZWE 28 AE 11.0 mbar 1.1 mbar
52
Onderhoud BOSCH 24 – 28 VR(C)
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig brander.
Reinig branderkamer.
Reinig wisselaar.
Demonteer ventilator en controleer deze op vervuiling, eventueel reinigen.
Zorg dat schoepen goed schoon zijn in verband met onbalans.
Blaas de luchtdruk - verschilmeetbuis door met een slangetje.
Controleer branderdruk op hoog en laaglast, zie bijlage.
Meet indien mogelijk het CO gehalte in de rookgassen.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Bijlage:
Controle / afstellen branderdruk.
Verwijder kap van verbrandingskamer en sluit de drukmeter aan op de
meetnippel direct onder de brander.
Service - toets (sleutel) indrukken en houden tot in display ” - - ” wordt
weergegeven.
Na het loslaten verschijnt 5 seconden lang bijvoorbeeld ”4.6” daarna ”00” of ”01”,
toets brandt.
Draai temperatuurregelaar van C.V. tot in display de servicecode 2.0 verschijnt.
Na 5 seconden verschijnt de ingestelde bedrijfssituatie, normaal bedrijf.
Draai rechter temperatuur kiezer op ”2.0”. Toestel brandt op hooglast.
Controleer de branderdruk. Eventueel bijstellen met grote schroef op gasblok,
7.3 mbar - (24 VCR ) en 11.0 mbar - ( 28 VCR ).
Draai rechter temperatuur kiezer op ”1.0”. Toestel brandt nu in laaglast.
Controleer de branderdruk 1.4 mbar. Eventueel bijstellen met kleine schroef
gasblok.
Na het wijzigen of aflezen van de servicefunctie de temperatuurregelaar voor
W.W. weer op “0” instellen, normaal bedrijf.
Service - toets (sleutel) indrukken en ingedrukt houden tot “[ ]” verschijnt.
Normaal bedrijf is ingesteld. De toets gaat uit en de aanvoer temperatuur
verschijnt op display.
Draai temperatuurregelaars weer op de oorspronkelijke waarden.
Meetnippel sluiten en branderkamer kap terug plaatsen.
53
Onderhoud Bosch vrc 25 en vrc 29
Onderhoud:
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig brander.
Reinig branderkamer.
Reinig wisselaar.
Demonteer ventilator en controleer deze op vervuiling, eventueel reinigen.
Zorg dat schoepen goed schoon zijn in verband met onbalans.
Blaas de luchtdruk - verschilmeetbuis door met een slangetje.
Controleer branderdruk op hoog en laaglast, zie bijlage, en voor hoog/laaglast de
bijlage 10.1
Meet indien mogelijk het CO gehalte in de rookgassen, zie de volgende pagina’s.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
54
55
56
Onderhoud BOSCH 22-26 Hrs / Hrc
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Ter voorkoming van morsen van condensaat moet condenswatersifon volledig
worden losgeschroefd, nalekken opvangen met een bakje.
Verwijder het deksel van de sifon en reinig deze.
Controleer de opening naar de wisselaar op doorgang.
Vul de sifon met water en plaats deze terug.
Controleer de stuurdruk bij maximaal nominaal warmtevermogen aan de
mengkamer. Deze bevindt zich aan de onderzijde van de ventilator aanzuiging.
Wit/geel dopje verwijderen.
Controleer de stuurdruk. Als deze te laag is moet de wisselaar gereinigd worden.
Minimale druk 1.5m.bar.
Controleer branderdruk op hoog en laaglast, zie bijlage 1.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Demonteer de deksel van inspectie opening.
Reinig wisselaar, doorsteken met reinigingsplaat en vervolgens met borstel.
Monteer plaat en deksel.
Demonteer ventilator en brander en spoel de warmtewisselaar van boven door.
Monteer alles in omgekeerde volgorde,met nieuwe pakkingen. Eventueel sifon
opnieuw reinigen.
Benodigde materialen:
2RA41680 87110041680 branderpakking
2BO01830 87290001830 ventilatorpakking
Bijlage 1:
Controle Co2 afstelling.
Co2 Max. vermogen Min. vermogen Co Min. + Max.
vermogen
Bosch 22 9.3 % 9.1 % 100ppm
Bosch 26 9.3 % 9.1 % 100ppm
Service-toets (sleutel) indrukken en houden tot in display ” - - ” wordt
weergegeven.
Na het loslaten verschijnt 5 seconden lang bijvoorbeeld ”4.6”, daarna ”00” of
”01”, toets brandt.
Draai temperatuurregelaar van C.V. tot in display de servicecode 2.0 verschijnt.
Na korte tijd verschijnt de ingestelde bedrijfsstand (0.= normaal bedrijf) op de
display.
Draai rechter temperatuur kiezer op ”2.0”. Toestel brandt nu op hooglast.
Controleer Co2. Bijstellen met schroef boven gasblok in leiding.
Draai rechter W.W. temperatuur kiezer op ”1.0”. Toestel brandt nu in laaglast.
Controleer Co2. Bijstellen met schroef op gasblok.
Na het wijzigen of aflezen van de servicefunctie de temperatuurregelaar voor
W.W. weer op “0” instellen, normaal bedrijf.
Service-toets (sleutel) indrukken en ingedrukt houden tot “[ ]” verschijnt.
Normaal bedrijf is ingesteld, de toets gaat uit en de aanvoer temperatuur
verschijnt op display.
Draai temperatuurregelaars weer op de oorspronkelijke waarden.
57
Onderhoud BOSCH Hrs/Hrc Top
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Ter voorkoming van morsen van condensaat moet condenswatersifon volledig
worden losgeschroefd. Nalekken opvangen met een bakje.
Verwijder het deksel van de sifon en reinig deze.
Controleer de condensopening naar de wisselaar op doorgang.
Vul de sifon met water en plaats deze terug.
Controleer de stuurdruk bij maximaal nominaal warmtevermogen aan de
mengkamer. Deze bevindt zich aan de onderzijde van de ventilator aanzuiging.
Wit/geel dopje verwijderen.
Controleer de stuurdruk. Als deze te laag is moet de wisselaar gereinigd worden.
Minimale druk.
-2.5 mbar bij Bosch 16Hrs, -1.5 mbar bij Bosch 28 Hrs,
-4.5 mbar bij Bosch 35 Hrc, -3.5mbar bij Bosch 42.
Controleer branderdruk op hoog en laaglast, zie bijlage 1.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Demonteer de deksel van inspectie opening.
Reinig wisselaar, doorsteken met reinigingsplaat en vervolgens met borstel.
Monteer plaat en deksel.
Demonteer ventilator en brander en spoel de warmtewisselaar van boven door.
Monteer alles in omgekeerde volgorde, met nieuwe pakkingen, Eventueel sifon
opnieuw reinigen.
Benodigde materialen:
2RA41680 87110041680 branderpakking
2BO01830 87290001830 ventilatorpakking
Bijlage 1:
Controle Co2 afstelling.
Kies in de tekstdisplay ► Hoofdmenu. ► Instellingen ► Service ► Servicefuncties tonen, ► druk zolang op toets, (circa 5
seconden) tot het display Servicefuncties instellen en de eerste te wijzigen
servicefunctie 2.0 Modes weergeeft. Kies ► max. en controleer het Co2. Bijstellen met schroef boven gasblok in leiding.
Links+ Kies ► min. en controleer het Co2. Bijstellen met schroef van gasblok. Rechts +
Kies vervolgens deze weer ► normaal.
Kies vervolgens terug om menu te verlaten.
Co2 Max. vermogen Min. vermogen Co Min. + Max.
vermogen
Bosch 16 9.4 % 9.2 % 100ppm
Bosch 28 9.3 % 9.1 % 100ppm
Bosch 35 9.2 % 9.1 % 100ppm
Bosch 42 9.3 % 9.3% 200ppm
58
Onderhoud BOSCH Hrs/Hrc Top II
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Ter voorkoming van morsen van condensaat moet condenswatersifon volledig
worden losgeschroefd. Nalekken opvangen met een bakje.
Verwijder het deksel van de sifon en reinig deze.
Controleer de condensopening naar de wisselaar op doorgang.
Vul de sifon met water en plaats deze terug.
Controleer de stuurdruk bij maximaal nominaal warmtevermogen aan de
mengkamer. Deze bevindt zich aan de onderzijde van de ventilator aanzuiging.
Wit/geel dopje verwijderen.
Controleer de stuurdruk. Als deze te laag is moet de wisselaar gereinigd worden,
zie tabel.
59
Controleer branderdruk op hoog en laaglast, zie bijlage 1.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Demonteer de deksel van inspectie opening, vervang de pakking
Reinig wisselaar, doorsteken met reinigingsplaat en vervolgens met borstel.
Monteer plaat en deksel.
Demonteer ventilator en brander en spoel de warmtewisselaar van boven door.
Monteer alles in omgekeerde volgorde, met nieuwe pakkingen, Eventueel sifon
opnieuw reinigen
60
61
Benodigde onderdelen:
2BO31530 Pakking inspectieluik
2RA41680 Branderpakking
62
Onderhoud DAALDEROP COMBIFORT
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer belasting, zie bijlage.
Controleer Co2 in rookgas, zie bijlage.
Verwijder en reinig beker van sifon, bij veel vervuiling A-onderhoud.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 3 jaar:
Demonteer uitlaatgietstuk(25), de binnenbuis met daarop de rookgasverdringer
(17) en reinig deze zonodig.
Draai gaswartel van brander los, en de 3 moeren van het inlaat gietstuk en neem
branderunit uit toestel. .
Neem connectoren los.
Controleer ontsteek elektrode, 8.5mm ten opzichte van brander, 4.0 mm ten
opzichte van elkaar.
Controleer ionisatie elektrode, 8.5 mm ten opzichte van brander.
Demonteer de brander (14) uit het inlaatgietstuk (10) en reinig deze.
Reinig wisselaar. Nooit met staal of messing borstel.
Plaats 2 nieuwe pakkingen, in het uitlaatgietstuk en inlaatgietstuk
Benodigde onderdelen
2DA83231 07.95.83.018 afdichtingsringen gietstuk
A8781141 07.98.83.233 pakking rookgas/condensbak
Bijlage:
Meet belasting op hooglast met gesloten mantel
Deze dient 26 Liter(24kw), 34.9 L (32kw) en 41L (38kw) gas in 36 seconden (± 2
seconden) te zijn. Is dit niet het geval dan A-onderhoud. Let op: voordruk dient
minimaal 20 mbar te zijn.
Meting Co2: Hooglast 8.9 – 9.5% Laaglast 8.1 – 8.6%
Laat toestel branden op C.V. - vraag. Het toestel zal starten op hoogvermogen en zal
daarna 3 minuten lang op laag last branden.
Na circa 3 minuten staat toestel weer in hooglast.
63
Status melding
64
65
Onderhoud INTERGAS H. VRTW
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer drukverschil over toestel met T- aansluiting op Ldw > 0,55 mbar,
anders reiniging ventilator en wisselaar 2x.
Controleer laagtoeren ventilator. Bij een 4-draads ventilator moet minimaal 70
VAC tussen de blauwe en bruine draad staan. Anders condensator 1,5μF
vervangen.
Controleer of rode ventilatorpakking niet verdroogd of gebarsten is, anders
vervangen.
Reinig luchttoevoeropening ten behoeve van waakvlam.
Controleer afvaltijd thermokoppel > 15 seconden
Eventueel systeem doormeten op millivolt, minimaal 8 m.v. op spoel.
Demonteer brander en reinigen.
Controleer wisselaar op vervuiling, eventueel reinigen.
Controleer motor driewegklep oud model, of schroeven goed vastzitten.
Controleer cartridge driewegklep nieuw model.
Controleer ontsteking waakvlam met piëzo.
Controleer branderdruk bij twee trapsregeling op C.V. en W.W.
Contrloleer CO gehalte in de rookgassen, indien mogelijk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 4 l/min (14kw) - 6 l/min (22kw).
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eventueel benodigde onderdelen:
2IN58068 875257 pakking rookgasfvoer
luchttoevoeropening waakvlam ventilatorpakking
66
Onderhoud INTERGAS HR ECO
Onderhoud:
Dit toestel moet elke beurt gereinigd worden, de wisselaar vervuild meer dan
van de HRE.
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Demonteer de voorplaat van de warmtewisselaar en maak de wisselaar schoon.
Controleer hierbij ook de voorzijde op scheuren in de isolatie en vervang zo nodig
de isolatie:
Vervang de pakking deksel, en de pakking tussen ventilator en brander
aansluiting, als je de ventilator hebt losgehaald, kijk dan ook of de viltpakking
tussen brander en voorplaat nog heel is, anders vervangen.
Om te voorkomen dat de pen niet goed voor de brander staat is het belangrijk om
tijdens montage van de voorplaat, als eerste de 4 inbusbouten in het midden van
de voorplaat vast te draaien.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking, en instelling vermogen, zie blz 57
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer het CO en Co2 gehalte. Co2 laag 8,9, hoog 9,1
Controleer de vonk tijdens het ontsteken met gesloten gaskraan. Deze mag niet
dansen tussen de ontsteekpen en brander, maar moet een korte strakke vonk
zijn. Pen eventueel iets verbuigen.
Benodigde onderdelen:
2IN58113 877807 pakking ventilator
2IN76467 876467 pakking voorplaat HReco 24
2IN58040 877927 pakking voorplaat HReco 30
2IN58116 876597 pakkiing voorplaat HReco 36
67
Onderhoud INTERGAS KOMBI-KOMPAKT 28/24- 36/30 (1:1) en HRE
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages, en plaats ionisatieveer,
rechtsboven op schroef brander.
De tuit aan de onderzijde van de warmtewisselaar, condensafvoer dient gereinigd
te worden.
Controle gas-luchtverhouding volgens bijlage, eventueel afstellen.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking, en instelling vermogen, zie blz 57.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel. Eventueel de branderdruk op -0.05 zetten, dit geeft echter een minder
nauwkeurige instelling, alleen als meten op Co2 echt niet lukt.
Minimaal 1 x per 3 jaar, en bij veel vloerverwarming elke beurt:
Demonteer de voorplaat van de warmtewisselaar en maak de wisselaar schoon.
Hierbij dienen de stuwstrippen ook verwijderd te worden. Controleer hierbij ook
de voorzijde op scheuren in de isolatie en vervang zonodig de isolatie:
Vervang de pakking deksel, en de pakking tussen ventilator en brander
aansluiting, als je de ventilator hebt losgehaald, kijk dan ook of de viltpakking
tussen brander en voorplaat nog heel is, anders vervangen.
Om te voorkomen dat de pen niet goed voor de brander staat is het belangrijk om
tijdens montage van de voorplaat, als eerste de 4 inbusbouten in het midden van
de voorplaat vast te draaien.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer de vonk tijdens het ontsteken met gesloten gaskraan. Deze mag niet
dansen tussen de ontsteekpen en brander, maar moet een korte strakke vonk
zijn. Pen eventueel iets verbuigen.
Benodigde onderdelen:
2IN58113 877807 pakking ventilator
2IN76467 876467 pakking voorplaat HRE 24/18,
2IN58040 877927 pakking voorplaat HR 22, HRE 28/24,
2IN58116 876597 pakking voorplaat HR 28, HR 36/30, Prestige
68
Onderhoud INTERGAS KOMBI-KOMPAKT 22&28 (1:8)
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
De tuit aan de onderzijde van de warmtewisselaar, condensafvoer dient gereinigd
te worden.
Draai de 4 inbusbouten van de brander na.
Controle gas-luchtverhouding volgens figuur 8, bij afwijking volgens bijlage
afstellen.
Veer op ventilator plaatsen indien mogelijk, zie bijlage.
Veer volgens bijlage bovenin gasblok plaatsen bij blokken tussen 2000 t/m 2003.
Op de achterzijde van het gasblok staat een DATE code, de eerste twee cijfers is
het jaartal 01 = 2001. Gasblok met stift aan bovenzijde merken met kruis.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Controleer kijkglas, pakking moet wit zijn.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking, en instelling vermogen, zie bladzijde
57.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Minimaal 1 x per 3 jaar, en bij veel vloerverwarming jaarlijks:
Demonteer de voorplaat van de warmtewisselaar en maak de wisselaar schoon.
Hierbij dienen de stuwstrippen ook verwijderd te worden. Controleer hierbij ook
de voorzijde op scheuren in de isolatie en vervang zonodig de isolatie.
Vervang de pakking deksel, en de pakking tussen ventilator en brander
aansluiting, als je de ventilator hebt losgehaald, kijk dan ook of de viltpakking
tussen brander en voorplaat nog heel is, anders vervangen.
Om te voorkomen dat de pen niet goed voor de brander staat is het belangrijk om
tijdens montage van de voorplaat, als eerste de 4 inbusbouten in het midden van
de voorplaat vast te draaien.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer de vonk tijdens het ontsteken met gesloten gaskraan, deze mag niet
dansen tussen de ontsteekpen en brander maar moet een korte strakke vonk zijn.
Pen eventueel iets verbuigen.
Benodigde onderdelen:
2IN58113 877807 pakking ventilator
2IN58040 877927 pakking voorplaat HR 22
2IN58116 876597 pakking voorplaat HR 28
Bijlage 1:
Afstellen gasblok:
1. Draai stelschroef - A, naast pilot schroef circa 3 slagen naar buiten.
2. Laat het toestel op hooglast branden door gelijktijdig service en + indrukken
totdat h op display verschijnt, dit is het ingestelde C.V. vermogen. Doe dit
nogmaals zodat er een H op het display verschijnt, het toestel brandt nu op
hooglast.
3. Meet nu de druk op het meetpunt - luchtsignaal, noteer deze waarde.
4. Sluit nu de manometer aan op het meetpunt - branderdruk.
5. Laat het toestel op laaglast branden door gelijktijdig service en indrukken
totdat L op display verschijnt.
69
6. Stel nu met stelschroef - B, onder grijs afdekdopje aan voorzijde gasblok een
branderdruk van 1,7 mbar in.
7. Laat nu het toestel weer branden op hooglast en stel met stelschroef - A een
branderdruk in van 8 x de eerder gemeten waarde. Dit heeft ook weer invloed op
de instelling van laaglast, dus deze niet weer verdraaien.
8. Serviceprogramma is uit te schakelen door + en – gelijktijdig in te drukken.
AFSTELLEN C.V. VERMOGEN KOMBIKOMPAKT EN HRE
Het is in veel situaties belangrijk om het C.V.-vermogen aan te passen aan de installatie.
Als het vermogen te hoog staat geeft dit kalkafzetting in de tapspiraal in de
warmtewisselaar, met als gevolg dat tijdens tappen de temperatuur op de aanvoersensor
te hoog wordt en de warmte naar de C.V. wordt weg gepompt.
Standaard staat het C.V.-vermogen op 50 of 70 %. Voor het afstellen moet je een
inschatting maken van het benodigde vermogen. Voor een eengezinswoning is vaak
50 % van het maximum voldoende.
Ga als volgt te werk:
- Druk tegelijk op reset en service. Nu verschijnt in beide displays een 0.
- Maak met de plus toets 15, dit is de toegangscode.
- Druk 3 x op service, nu staat er in het servicedisplay en temperatuur display 50 of
70.
- Maak met de –toets hier 50 van.
- Druk op reset tot een P verschijnt (nieuw type) of alle lampjes uitgaan (oud type).
Nu is het C.V.-vermogen ingesteld.
Let op: veer plaatsen (pijl)
70
Onderhoud INTERGAS 220-280 HR(W)
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Demonteer de voorplaat van de warmtewisselaar (6 klemveren) en verwijder de
isolatieplaten en de stuwstrips.
Reinig de wisselaar van boven naar beneden en condens verzamelbak.
Demonteer de ventilator en reinig de condensopening achter de lipring A ( 8
mm), de lipring vervangen als deze hard of verkleurd is, zie figuur 1.
Reinig de condensopening B van het T-stuk en controleer de zwarte slang op
uitdroging, zie figuur 1.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Plaats sifon en ventilator terug en controleer op waterdichtheid door ingieten van
water bij warmtewisselaar.
Borstel ontsteekpen en ionisatiepen bij beschadiging of kromtrekken vernieuwen.
Brander niet borstelen.
Stuwstrips en isolatieplaten (2x) terugplaatsen.
Voorplaat met brander terugplaatsen.
Controleer gas - luchtverhouding volgens grafiek. Bij afwijking volgens bijlage
afstellen.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Bijlage:
A: lipring
B: T-stuk
Figuur 1
71
Afstellen gasblok:
1. Draai stelschroef A circa 3 slagen uit.
2. Laat het toestel op C.V. branden en meet het luchtdrukverschil op PL1 en PL2,
(bijv. 0,56 mbar).
3. Stel de gasdruk in met schroef B op het gemeten luchtdrukverschil x 8,
(dus 0,56 x 8 = 4,5 mbar) P1 en P2.
4. Laat het toestel op WW branden en meet het luchtdrukverschil op PL1 en PL2,
(bijv. 1,01 mbar).
5. Stel de gasdruk in met schroef A op het gemeten luchtdrukverschil x 8,
(dus 1,01 x 8 = 8,1 mbar) P1 en P2.
De Co² zal zich nu tussen 8,1 en 8,5% bevinden.
72
Onderhoud ITHO KLI – MAX 1
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Demonteer de branderunit, door de 6 stuks M6 moeren te verwijderen, de
ontsteekkabel los nemen en branderunit naar voren uit nemen.
Indien de brander halverwege de vuurhaard naar voren is getrokken, dient de
steker van de ventilator verwijderd te worden.
Controleer de wisselaar op vervuiling, reinigen met een nylon borstel.
Reinig de slangen tussen de wisselaar en sifon.
Wisselaar uitspoelen.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Nogmaals water spoelen door wisselaar ter controle dichtheid condens afvoer.
Controleer de afstand van de elektrode 4 tot 5 mm onderling en ten opzichte
van de brander, zie bijlage 1.
1 x per 3 jaar, vervang de ontsteekpen.
Monteer de branderunit in omgekeerde volgorde. Vervang de branderpakking.
Controleer toestel op Co² en CO in hoog en laaglast, zie bijlage 1.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Toestel Instelling
HRT20-22 6.3 l/min
HRT24-28 8.0 l/min
HRT32-36 10 l/min
HRT36-42 12l/min
HRT42-54 15l/min
Bijlage 1
Instellen maximaal belasting:
Druk ongeveer een minuut na ontsteking, de toets ”Service” en ”+” gelijktijdig in; het
dubbele display geeft in honderdtallen het toerental aan, terwijl het enkele display een
”h” geeft. Door hierna de “+” toets, of de “” toets in te drukken, zal het toerental
verhoogd of verlaagd worden. Met schroef kan het Co² gewijzigd worden. 8.8% (0.3).
Gemeten zonder mantel.
Instellen minimale belasting:
Na het instellen van de maximaal belasting, druk de “” toets in en vasthouden totdat het
minimale toerental is bereikt op het display. Met de inbusschroef kan het Co² worden
gewijzigd. 8.3% (0.3). Gemeten zonder mantel.
Opmerking: Er is maar een geringe verstelling hier voor nodig.
Druk gelijktijdig de “” en “+” knop in om terug te keren in standaard menu.
73
Controle ontsteekelektrode.
Benodigde onderdelen:
2IT52539 545-2539 O-ring voorplaat
2IT52010 545-2010 Ontsteekpen 20/22 tm 24/28
2IT58022 545-2009 ontsteekpen 30/36 tm 42/46
74
Onderhoud ITHO KLI – MAX 2
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Demonteer de branderunit door de M6 moeren te verwijderen, de ontsteekkabel
los te nemen en de branderunit naar voren uit nemen. Indien de brander
halverwege de vuurhaard naar voren is getrokken, dient de steker van de
ventilator verwijderd te worden.
Controleer de siliconenpakking van branderunit op uitdroging en het hitteschild
op scheuren.
Controleer de wisselaar op vervuiling. Reinigen met een nylon borstel.
Reinig de slangen tussen de wisselaar en de sifon.
Wisselaar uitspoelen.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Nogmaals water spoelen door wisselaar ter controle dichtheid condens afvoer.
Controleer de afstand van de elektrode 3 tot 4 mm onderling en ten opzichte
van brander 10 tot 12 mm., zie bijlage
1 x per 3 jaar, vervang de ontsteekpen
Monteer de branderunit in omgekeerde volgorde. Vervang de branderpakking.
Controleer toestel op Co² en CO in hoog en laaglast, zie bijlage 1.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
2IT52539 545-2539 O-ring voorplaat
2IT52510 545-2510 ontsteekelectrode
Toestel Instelling
Maximaal
Tap 60ºC
HR 24 cw
4
8.0
l/min
HR 30 cw
5
10 l/min
HR 36 cw
5
12 l/min
HR 42 cw
6
15 l/min
75
Bijlage 1: afstellingen voor Klimax 2
Instellen maximaal belasting:
Druk gelijktijdig de “-”en “+” (3seconden) in. Door hierna de “+”toets in te drukken, zal
het toerental verhogen. Het display geeft het toerental aan in honderdtallen (bijvoorbeeld
5.2 is 5200omw./min.) afwisselend met de “H”. Met schroef kan het Co2 gewijzigd
worden. 8.8% (0.3). Door de stelschroef linksom, tegen de richting van de klok te
verdraaien wordt het Co² verhoogd, gemeten zonder mantel.
Instellen minimale belasting.
Na het instellen van de maximaal belasting, druk de “” in , totdat het minimale toerental
is bereikt. Het display geeft het toerental aan in honderdtallen, (b.v.1.3 is
1300omw./min.) afwisselend met de “L”. Met de inbusschroef kan het Co² gewijzigd
worden. 8.3% (0.3). Door met de klok mee te draaien wordt het Co² verhoogd,
gemeten zonder mantel.
Opmerking: Er is maar een geringe verstelling hier voor nodig.
Druk gelijktijdig de “” en “+” knop in om terug te keren in standaard menu.
Controle ontsteekelektrode.
76
Onderhoud ITHO AQUAMAX
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Demonteer de branderunit, door de M6 moeren te verwijderen, de
ontsteekkabel los te nemen en de branderunit naar voren uit nemen. Indien de
brander halverwege de vuurhaard naar voren is getrokken, dient de steker van
de ventilator verwijderd te worden.
Controleer het hitteschild op scheuren.
Controleer de wisselaar op vervuiling, reinigen met een nylon borstel.
Reinig de slangen tussen de wisselaar en de sifon.
Wisselaar uitspoelen.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Nogmaals water spoelen door wisselaar ter controle dichtheid condens afvoer.
Controleer de afstand van de elektrode 3 tot 4 mm onderling en ten opzichte
van brander 10 tot 12 mm., als de afstand afwijkt, verbuig dan de aardpen, niet
de ionisatiepen.
1 x per 3 jaar, vervang de ontsteekpen
Monteer de branderunit in omgekeerde volgorde, vervang de branderpakking.
Controleer toestel op Co² en in hoog en laaglast, zie bijlage 1.
Controleer het CO met gesloten toestel.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
A8170021 545-27140 onsteekpen
2IT27109 pakking voorplaat
Bijlage 1: Afstellen CO2
Zet het toestel in handbedrijf volgens volgende procedure:
77
Controleer de waardes met onderstaande tabel:
78
Indien het toestel moet worden afgesteld, volg onderstaande procedure: handmatig
kalibreren.
79
Onderhoud NEFIT 2510 waakvlam
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer werking driewegklep op goede werking.
Controleer afvaltijd thermokoppel > 15 seconden
Eventueel systeem doormeten op millivolt, min. 8 m.v. op spoel.
Controleer of ventilator op laagtoeren draait bij geen warmte vraag.
Verwijder branderkamer voorplaat en bovenplaat.
Verwijder restrictieplaat.
Verwijder brander.
Reinig wisselaar, brander en waakvlam.
Na montage van alle onderdelen, controleer branderdruk op vollast door
warmwater te tappen. Let op dat toestel koud is en niet terug moduleert.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6.0 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Controleer branderdruk, laaglast 2,5 mbar, hooglast 17 mbar. (30-1-2015)
Eenmaal per 4,5 jaar:
Reinigen ventilator. Let op voor onbalans, dus schoepen moeten goed schoon zijn.
Eventueel montageplaat verwijderen.
Controleer afvoerpijp in ventilator compartiment of popnagels defect zijn en er
rookgaslekkage ontstaat, afkitten met siliconenkit, zie foto:
80
Onderhoud NEFIT 2520 en 3030 (elektr. ontsteking)
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer driewegklep op goede werking.
Controleer of ventilator op laagtoeren draait bij geen warmte vraag.
Verwijder voorplaat van branderkamer en bovenplaat.
Verwijder restrictieplaat.
Verwijder brander.
Reinig wisselaar, brander en ontsteekpen.
Let op, bij montage ontsteekpen, hoogte ten opzichte van brander 6.0 mm.
Na montage alle onderdelen, controleer branderdruk op vollast door warmwater te
tappen. Let op dat toestel koud is en niet terug moduleert.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6.0 l/min 2520 en 8.0 l/min 3030.
Controleer werking op C.V. en W.W.
Controleer branderdruk, laaglast 2,5 mbar, hooglast 17 mbar.( 30-1-2015)
Eenmaal per 4,5 jaar:
Reinigen ventilator. Let op voor onbalans, dus schoepen moet goed schoon zijn
eventueel montageplaat verwijderen.
Controleer afvoerpijp in ventilator compartiment of klinknagels defect zijn en er
rookgaslekkage ontstaat, afkitten met siliconenkit, zie foto:
81
Onderhoud NEFIT TURBO 21-32
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer kijkglas op breuk, en wisselaar op rookgaslekkage.
Controleer cartridge op goede werking.
Bij oude type controleer schroeven van motor op driewegklep en aansluiting gas-
blok.
Controleer de moeren van de brander, eventueel iets nadraaien.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Meet op + de ventilatordruk, deze moet meer dan 2,2 mbar zijn, indien lager
ventilator reinigen / vervangen.
Bij slechte afdichting ventilatorkap, pakking vervangen. Zeef altijd reinigen.
Meet op de – aansluiting de tegendruk van het toestel. Is deze meer dan 0,1
mbar dan dient de wisselaar gereinigd te worden, zie hieronder.
Controleer eerst de hoofdbrander druk, 11,5 mbar, daarna de aansteekbrander
druk, 14,5 mbar. Trek hiervoor 1 bruine draad van het gasblok los.
Meet indien mogelijk het CO gehalte in de rookgassen.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer waterhoeveelheid bij klachten, 6.0l/min.T22 en 8.0l/min.T32.
Controleer werking op C.V en W.W.
Controleer of op brander maximaalclixon aanwezig is, anders deze plaatsen.
Plaats preventief slangklem of 2 trekbandjes zwart 120graden, om
thermostaatbuisjes.
Eenmaal per drie jaar reinigen wisselaar:
Bij een te hoge – druk eerst condensbak verwijderen, dan nogmaals meten.
Bij een te hoge – druk zit de wisselaar verstopt. Is de hoge – druk verdwenen
dan zit achterzijde of afvoerstomp verstopt. Let op er kan wanneer de condensbak
verwijderd is, ook een onderdruk staan op deze aansluiting.
De sleuf achter de warmtewisselaar dient altijd met een borstel gereinigd te
worden, tot boven in de afvoerstomp doorborstelen.
Demonteer brander en borstel deze met koperborstel schoon.
Eventueel aanwezige blauwe papieren branderpakking vervangen.
Wisselaar reinigen. Let er op dat de 8mm gaten achter de voorste ribbenbuizen
goed open zijn (in verband met fluiten).
Monteer condensbak met nieuwe pakking, knelring en O-ring van sifon vervangen.
Via voorzijde wisselaar water ingieten en controleren op lekkage.
Eventueel wisselaar inspuiten met Nefit Protector.
Oud type ontsteekpen vervangen door nieuw type, nieuwe type heeft ribbels op
porselein, anders pen opborstelen. Brander voorzien van nieuwe pakking en deze
terugplaatsen, schroeven niet te strak aandraaien. Pakking moet iets ingedrukt
worden.
82
Onderhoud NEFIT TURBO 45
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer kijkglas op breuk en wisselaar op rookgaslekkage.
Controleer eventueel externe cartridge op goede werking.
Bij oude type controleer schroeven van motor op driewegklep en aansluiting
gasblok.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Meet op + de ventilatordruk, deze moet meer dan 2,2 mbar zijn, indien lager
ventilator reinigen / vervangen. Restrictie in ventilator mag verwijderd worden.
Bij slechte afdichting ventilatorkap, pakking vervangen. Zeef altijd reinigen.
Meet op de – aansluiting de tegendruk van het toestel. Is deze meer dan 0,5
mbar dan dient de wisselaar gereinigd te worden.
Controleer op + en – aansluiting, drukverschil dient meer dan 1,8 mbar te
zijn.
Controleer eerst de hoofdbranderdruk, 11,5 mbar,dan de aansteekbranderdruk.
Meet indien mogelijk het CO gehalte in de rookgassen.
14,5 mbar, trek hiervoor 1 bruine draad van het gasblok los.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer werking op C.V en W.W.
Plaats preventief slangklem of 2 trekbandjes zwart 120graden, om
thermostaatbuisjes.
Eenmaal per 3 jaar uitgebreid met:
Bij een te hoge – druk eerst condensbak verwijderen, dan nogmaals meten. Bij
een te hoge – druk is de wisselaar of brander verstopt. Is de hoge – druk
verdwenen, dan is achterzijde of afvoerstomp verstopt. Let op er kan wanneer de
condensbak verwijderd is, ook een onderdruk staan op deze aansluiting.
De sleuf achter de warmtewisselaar dient altijd met een borstel gereinigd te
worden, tot boven in de afvoerstomp doorborstelen
Demonteer brander en blaas deze schoon, niet met borstel.
Wisselaar reinigen. Let er op dat de 8mm gaten achter de voorste ribbenbuizen
goed open zijn, (in verband met fluiten).
Monteer condensbak met nieuwe pakking. Knelring en O-ring van sifon
vervangen. Via voorzijde wisselaar water ingieten en controleren op lekkage.
Eventueel wisselaar inspuiten met Nefit Protector.
Oud type ontsteekpen vervangen voor nieuw type, nieuwe type heeft ribbels op
porselein, anders pen opborstelen.
Brander voorzien van nieuwe pakking en deze terugplaatsen, schroeven niet te
strak aandraaien. Pakking moet iets ingedrukt worden.
83
Benodigde onderdelen Nefit Turbo
2NE58306 76614 Siliconenbranderpakking T 21
2NE58303 76615 Siliconenbranderpakking T 32
2NE58150 76616 Siliconenbranderpakking T 45
2NE58335 73403 Condensbakpakking T 21
2NE58336 79002 Condensbakpakking T32
2NE58154 79003 Condensbakpakking t 45
Benodigde onderdelen nefit Ecomline/Excellent
HR 22 en 23VT
2NE58163 73475 branderpakking
2NE58120 73471 condensbakpakking
HR 30
2NE58111 73441 branderpakking
2NE58112 73472 condensbakpakking
HR 43
2NE58186 73476 branderpakking
2NE58164 73472 condensbakpakking
HR 65
2NE73252 73252 branderpakking
2NE58052 73145 condensbakpakking
84
Onderhoud NEFIT ECOMLINE & HRC 23 VT
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer kijkglas op breuk.
Controleer cartridge.
Demonteer de brander en controleer de staat van de pakking, indien nodig
vervangen.
Reinig brander indien nodig met zachte borstel.
Reinig wisselaar aan bovenzijde.
Controleer beschermkap gloeiplug, bij vervorming kap of gehele gloeiplug
vervangen. Let op: er kan 120 V op gloeiplug staan. Steker uit wandcontactdoos
verwijderen.
Controleer ionisatiepen. Groene aanslag met koperborstel verwijderen.
Demonteer ventilator, sifon en condensbak.
Demonteer remplaat.
Reinig onderzijde wisselaar en condensbak en sifon.
Monteer remplaat, condensbak, sifon (let op of Oring niet verhard is) en
ventilator. Let op dat er geen bedrading tussen de condensbak en de wisselaar
komt.
Toestel op (water)dichtheid controleren door met een gieter of iets dergelijks
water aan de bovenzijde in de wisselaar te gieten. Spuit wisselaar in met
protector. Let op: gloeiplug niet raken. (Of plastiek kapje erover zetten tijdens
inspuiten dat bij een nieuwe geleverd wordt).
Monteer de brander, let er hierbij op dat het omgebogen lipje aan de linkerzijde
van het toestel komt voor een goede ionisatie.
Controleer / vernieuw gaspakking bij aansluiting bovenkap, en O-ring tussen
bocht en branderkap.
Controleer 0-druk volgens bijlage.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Controleer de W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Vervang pakking condensbak.
Indien de spanning van het toestel geweest is, controleer dan of de kamerthermostaat
niet staat te knipperen. Even op kloktoets drukken om dit te herstellen.
Bijlage: Gas / luchtverhouding meten en instellen
Het toestel is in de fabriek aan een uitvoerige test onderworpen. De gas /
luchtverhouding is correct afgesteld voor het Nederlandse aardgas. Start- en
geluidsproblemen kunnen veroorzaakt worden door een afwijking tussen de gasdruk en
de luchtdruk.
1. Neem de netstekker uit de wandcontactdoos.
85
2. Zorg dat de drukmeter op 0 Pascal (0,00 mbar) staat alvorens slangen aan te
sluiten.
3. Houd de meter in dezelfde stand als waarbij de meter op 0 Pa is ingesteld.
4. Trek de slang van meetpunt P1+ los.
5. Plaats in deze slang een T-stuk.
6. Koppel aan het T-stuk twee slangen.
7. Koppel het uiteinde van een van de slangen aan op meetpunt P1+.
8. Koppel het uiteinde van de andere slang aan op de kant van de drukmeter.
9. Draai de schroef van het meetpunt branderdruk bij het Honeywell of het
SIT-gasregelblok los, (oud type eruit).
10. Sluit de + kant van de drukmeter aan op het meetpunt branderdruk.
11. Zet de testschakelaar in de bovenste stand, mannetje met ladder.
12. Wacht tot het toestel brandt.
13. Druk nu op de serviceknop circa 5 seconden in tot de letter ‘Y’ op het
display verschijnt.
14. Draai de tapwater temperatuurknop op stand 1. Het toestel brandt nu op
laaglast.
15. De gemeten waarde dient tussen 0 Pa en -10 Pa (-0,10 mbar) te zijn,
de optimale waarde is -5 Pa (-0,05 mbar).
16. Corrigeer indien noodzakelijk, met behulp van de instelschroef op
het gasregelblok. Verwijder indien aanwezig het afdekdopje. De instelschroef
bij een Honeywell gasregelblok is te verdraaien met een Torx-bitje T40H.
Bij een SIT-gasregelblok is de instelschroef te verstellen met een schroevendraaier.
17. Zet de testschakelaar terug en draai de tapwater temperatuurknop terug.
7
86
Onderhoud NEFIT TOPLINE Compact HRC
Kontroleer of de juiste branderkap is geplaatst, bij toestellen tot en met 2009.
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer kijkglas op breuk.
Controleer werking driewegklep.
Demonteer het bedieningspaneel door de twee schroeven los te draaien en hang
daarna het bedieningspaneel op aan de beugels.
Demonteer de branderkap met ventilator, controleer de staat van de
pakking/verdeelplaat, indien nodig vervangen, minimaal elke 6 jaar!
Verwijder brander eventueel reinigen, uitblazen met stofzuiger.
Controleer wisselaar aan bovenzijde, onder normale omstandigheden hoeft deze
niet gereinigd te worden, niet doorspoelen!!, alleen uitzuigen.
Alleen een uienkam gebruiken bij ernstige vervuiling in verband met beschadigen
van coating op wisselaar, eventueel ook dan protector.
Controleer beschermkap gloeiplug, bij vervorming kap of gehele gloeiplug
vervangen. Let op. Er kan 120 V op gloeiplug staan. Steker uit wandcontactdoos
verwijderen.
Controleer ionisatiepen, groene aanslag met koperborstel verwijderen.
Demonteer sifon en reinig deze.
Demonteer condensbak en reinig deze, zeker als sifon vuil is.
Reinig onderzijde wisselaar.
Monteer condensbak en sifon gevuld met water.
Monteer de brander. Let er hierbij op dat inkeping aan de linkerzijde zit.
Let op: toestel is fasegevoelig. Controleer dit door de ionisatiestroom te
controleren. Deze kun je in het Info menu uitlezen. Zet een streep op het
stopcontact zodat deze de volgende keer goed geplaatst wordt.
Controleer de gas / luchtverhouding volgens bijlage 1.
Controleer het CO en Co2 gehalte, met gesloten voordeksel
Controleer de W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Vervang pakking condensbak, en pakking onsteekset
Benodigde onderdelen:
2NE74578 74578 condensbakpakking HR 25 en HR 30
2NE00152 7746900152 condensbakpakking HR 45, HR 70, HR 100
2NE73918 73918 branderpakking HR 70, HR 100
2NE74577 8718600208 verdeelplaat/pakking HR 25 en HR 30
2NE00209 8718600209 verdeelplaat/pakking HR 45
2NE00318 7736700318 serviceset onsteekset
Bijlage vervanging van de branders:
87
Regulier onderhoud De afspraak met de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) is dat de oude branders voor eind 2018 vervangen zijn. Daarom is het van belang om zoveel mogelijk vervangingen in te plannen tijdens het reguliere onderhoud. Dit voorkomt extra werkzaamheden en kosten voor alle partijen. Tijdens regulier onderhoud inspecteert u altijd de brander, die hiervoor geopend moet worden. U plaatst in dit geval niet de oude, maar een nieuwe brander terug. De vervanging betekent in dit geval voor u nauwelijks extra werk.
.
Welke brander is oké? 1. De oude brander - branderkap zonder bevestigingsnokken (moet worden vervangen) 2. De aangepaste brander - branderkap met 3 platte bevestigingsnokken en aangepaste branderklemmen (deze is oké en hoeft niet vervangen te worden) 3. De nieuwe brander - branderkap met 3 gebogen bevestigingsnokken en aangepaste branderklemmen (deze is oké en hoeft niet vervangen te worden)
.
88
89
Bijlage: 1
Instellen van gas / lucht verhouding.
Sluit de druk meter aan op gasblok, met 1-slang nadat deze op o pascal is
afgesteld.
Druk de “schoorsteenveger-toets” in tot op het display. Het icoon gaat branden.
Stel het vermogen in met de “v”– toets op de minimale waarde volgens het
menu “Schoorsteenvegerbedrijf”.
Wacht nadat het toestel op laaglast brandt 1 minuut en controleer de
gas - luchtverhouding.
Het nominale drukverschil is 5 Pascal ( 5 pascal),
ofwel tussen de (0 en 0,10 mbar).
Stel indien nodig de gas-lucht verhouding opnieuw af met behulp van de
stelschroef, (4mm) achter de afdek dop.
Na het afstellen de “schoorsteen-toets” indrukken totdat het icoon uit is.
Sluit meetnippel en controleer de gasdichtheid.
Technische gegevens: Co op vollast ± 100ppm.
Co² op vollast ± 9.3%
90
Onderhoud NEFIT ECONOMY VRC 24 schoorsteen
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer cartridge.
Verwijder isolatieplaat branderafdekking – stralingsplaat – TTB trekonderbreker.
Controleer zorgvuldig vervuiling warmtewisselaar tussen de lamellen. Deze moet
geheel open zijn!
Let op. Als aluminium houders ten behoeve van ionisatiepen en gloeiplug
verkleurt en/of vervormd zijn, moet wisselaar met hoge druk gespoeld worden.
Demonteer de wisselaar om deze te reinigen, eventueel wisselaar vervangen.
Verwijderen plaat met inspuiters (verwijder 2x schroef links en rechts).
Reinig brander.
Controleer gloeiplug en kapje op vervorming.
Let op: steker uit contactdoos in verband met 120 volt op gloeiplug.
Controleer ionisatiepen. Let op dat deze niet op brander rust, min 2,0 mm ruimte.
Controleer of rand om de brander goed aansluit rond brander.
Controleer hoog en laaglast op gasdruk, zie bijlage 1.
Controleer Co en Co², < 200 ppm en 6,3 Co² op hooglast.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6l /min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer gasdichtheid en voordruk.
Controle toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op of klepje van isolatieplaat gesloten is.
LET OP!
Dit toestel is heel kritisch. Daarom is het belangrijk dat er geen M.V. aanwezig is en
dat de uitmonding op het dak klopt. Ook de luchttoevoer moet in orde zijn.
Eventueel een aan / uit thermostaat plaatsen, dit geeft iets meer thermische trek
zodat de situatie minder kritisch wordt, het is echter geen wondermiddel.
LET OP: Boven de trekonderbreker moet minimaal een halve meter verticale
rookgasafvoer!
91
Bijlage 1
Controleren van de branderdruk.
De gaswandketel mag nog niet ingeschakeld zijn!
Open minimaal van één radiator de radiatorkraan.
Draai de sluitschroef van het branderdrukmeetpunt
twee slagen los.
Schuif de meetslang van de drukmeter op het
branderdruk meetpunt.
Open de afdekkap van het 2e bedieningsniveau
(afb. 30, pos. 1).
Zet de schoorsteenvegerschakelaar (afb. 30, pos. 3)
In positie "1".
Druk op de servicetoets (afb. 30, pos. 2) en houd
deze circa 10 sec ingedrukt (display: "-/Y").
Controleren en instellen op laaglast.
Zet de regelaar voor tapwatertemperatuur (afb. 30, pos. 5) op "1".
Vergelijk de branderdruk met de waarde op type plaatje (2.4 mbar).
Bij afwijking, trek de beschermkap (afb. 31, pos. 1) van de
modulatiespoel en stel met steeksleutel SW9 (afb. 31, pos.2) de druk in.
Controleren en instellen op hooglast.
Zet de regelaar voor tapwatertemperatuur
(afb. 30, pos. 5) op "10".
Vergelijk de branderdruk met de waarde
op het type plaatje (11 mbar).
Bij afwijking, trek de beschermkap (afb. 31, pos. 1)
van de modulatiespoel en stel met de
zeskantbout SW7 (afb. 31,pos. 3) de druk in.
Zet de regelaar voor de tapwatertemperatuur (afb. 30,
pos. 5) in de oude stand.
Zet de schoorsteenvegerschakelaar (afb. 30, pos. 3) in
positie "0".
Trek de meetslangen van de drukmeter los.
Draai de sluitschroeven weer vast en sluit de afdekkap
Van het 2e bedieningsniveau.
92
Onderhoud NEFIT ECONOMY VR(C) XX ventilator
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer de cartridge.
Controleer of de popnagels van de uitlaatstomp nog heel zijn.
Verwijder afdekkap boven wisselaar.
Verwijder afdekplaat van verbrandingskamer.
Verwijder plaat met inspuiters (verwijder 2 x schroef links en rechts).
Reinig wisselaar.
Reinig brander.
Controleer gloeiplug en kap op vervorming.
Let op, steker uit wandcontactdoos in verband met 120 volt op gloeiplug.
Controleer ionisatiepen. Let op dat deze niet op brander rust, min. 2.0 mm
ruimte.
Controleer of rand om de brander goed aansluit rondom brander.
Plaats alle onderdelen in omgekeerde volgorde terug.
Controleer branderdruk op hoog- en laaglast, zie bijlage 1.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
93
Bijlage 1:
Controleren van de branderdruk.
De gaswandketel mag nog niet ingeschakeld zijn!
Open minimaal van één radiator de radiatorkraan.
Draai de sluitschroef van de meetnippel
(afb. 29, pos.1) twee slagen los.
Schuif een meetslang van de drukmeter op de meetnippel.
Draai de sluitschroef van het branderdruk meetpunt
(afb. 29, pos. 2) twee slagen los.
Schuif de tweede meetslang van de drukmeter op het
branderdruk meetpunt.
Open de afdekkap van het 2e bedieningsniveau
(afb. 30, pos. 1).
Zet de schoorsteenvegerschakelaar (afb. 30, pos. 3)
In positie "1".
Druk op de servicetoets (afb. 30, pos. 2) en houd
deze circa 10 sec ingedrukt (display: "-/Y").
Controleren en instellen op laaglast.
Zet de regelaar voor tapwatertemperatuur
(afb. 30, pos. 5) op "1" .
Vergelijk de branderdruk met de waarde op type plaatje.
Bij afwijking, trek de beschermkap (afb. 31, pos. 1)
van de modulatiespoel en stel met steeksleutel SW9
(afb. 31, pos.2) de druk in.
Controleren en instellen op hooglast.
Zet de regelaar voor tapwatertemperatuur
(afb. 30, pos. 5) op "10".
Vergelijk de branderdruk met de waarde op type -
plaatje.
Bij afwijking, trek de beschermkap (afb. 31, pos. 1)
van de modulatiespoel en stel met de
zeskantbout SW7 (afb. 31,pos. 3) de druk in.
Zet de regelaar voor de tapwatertemperatuur (afb. 30,
pos. 5) in de oude stand.
Zet de schoorsteenvegerschakelaar (afb. 30, pos. 3)
in positie "0".
Trek de meetslangen van de drukmeter los.
Draai de sluitschroeven weer vast en sluit de afdekkap
van het 2e bedieningsniveau.
Branderdruk;
VR(C) 20 LL 2.1mbar - HL 8.4mbar.
VR(C) 24 LL 2.7mbar - HL 12mbar.
VR(C) 24/CW4 LL 3.6mbar - HL 16mbar.
94
Onderhoud NEFIT ECONOMY HRC24
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages, met name de sensoren,
de O ringen gaan vaak lekken bij wat oudere toestellen, evt als ouder dan 6 jaar
deze vervangen, nr A8022770
Controleer inbusbouten op aansluitblokken aanvoer / retour of deze vastzitten.
Controleer cartridge.
Verwijder gasstraat met ventilator, (bajonet sluiting).
Verwijder kunststof deksel bovenzijde waarna brander uitgenomen kan worden.
Verwijder voordeksel van wisselaar.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Reinig onderzijde wisselaar. Hierna inspuiten met Nefit Protector.
Alleen bij zeer sterk vervuilde wisselaar deze demonteren en vernieuwen.
Controle isolatie van rookgas verdringer, bij twijfel omtrent de toestand van
isolatie deze altijd vernieuwen. Let op dat borgklip weer geplaatst wordt.
Pakking voordeksel vernieuwen.
Controleer gloeiplug en ionisatiepen op vervorming, let op steker uit
wandcontactdos nemen 120 volt. Controleer de rode afdichting op verkleuring /
verharding anders vervangen.
Brander reinigen (brander kan fluiten op laaglast bij defecte pakking, nr. 73669).
Monteer voordeksel met nieuwe pakking.
Water gieten in wisselaar ter controle dichtheid condensafvoer.
Monteer branderpakking met nok naar beneden bij vervorming vervangen.
Monteer brander en gasstraat.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer 0 druk. Zie meten en instellen drukverschil op afbeelding hieronder.
Zet de testschakelaar in de bovenste stand. Wacht tot het toestel brandt.
Druk nu op de serviceknop, tot de letter ‘Y’ op het display verschijnt.
Draai de tapwater temperatuurknop op stand 1. Het toestel brandt nu op
laaglast.
De gemeten waarde dient tussen 0 Pa en –10 Pa (-0,10mbar) te zijn,
de optimale waarde is –5 Pa (-0,05 mbar).
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Zet de testschakelaar terug en draai de tapwater temperatuurknop terug.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, (24 – 6.0 l/min.).
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
2NE58410 8717600021 pakking warmtewisselaar
2NE99689 7099689 pakking brander
A8022770 7100112 O ring sensor (indien nodig)
95
(Om de brander te verwijderen)
96
Onderhoud NEFIT SMARTLINE HR
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer inbusbouten op aansluitblokken aanvoer / retour of deze vastzitten.
Controleer cartridge.
Verwijder brander compleet en voordeksel.
Verwijder verbrandings verdringer uit wisselaar.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Reinig wisselaar. Hierna inspuiten met Nefit Protector.
Alleen bij zeer sterk vervuilde wisselaar deze geheel demonteren en vernieuwen.
Controleer gloeiplug en ionisatiepen op vervorming. Let op steker uit
wandcontactdoos nemen 120 volt. Controleer tevens de rode afdichting op
verkleuring /verharding anders vervangen.
Brander reinigen (brander kan fluiten op laaglast bij defecte pakking, nr.73669).
Monteer voordeksel met nieuwe pakking.
Water gieten in wisselaar ter controle dichtheid condensafvoer.
Monteer branderpakking met nok naar beneden. Bij vervorming vervangen.
Monteer brander met gasstraat.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer 0-druk, zie bijlage.
De gemeten waarde dient tussen 0 Pa en – 10 Pa ( – 0,10 mbar) te zijn,
de optimale waarde is – 5 Pa (– 0,05 mbar).
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6 l/min. cw3 en 7,5 l/min. cw4.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op of C.V. vermogen nog op juiste waarde staat.
Benodigde onderhoudsset
A8027473 8718600040 Onderhoudsset Smartline
Bijlage:
97
Controle 0-druk
Eerst warmtevraag creëren. Dit kan door middel van schoorsteenvegerknop in te
drukken. Daarna de knoppen schoorsteenveger en steeksleutel tegelijkertijd langer dan 2
seconden ingedrukt te houden. Het toestel zal de C.V.-instelling aangeven met
bijvoorbeeld L--. Dit betekent 100% vermogen voor C.V..
Om 0-druk te controleren moet het toestel op 25% gezet worden.
Met de reset knop kan het vermogen lager en met de schoorsteenvegerknop hoger
ingesteld worden.
Na controle / wijzigen 0-druk moet deze weer teruggezet worden naar de waarde waarop
het toestel ingesteld stond (bijvoorbeeld L--). Controleer dit door nogmaals beide
knoppen in te drukken.
Het servicebedrijf is te deactiveren door de netspanning te onderbreken of door drie maal
op de steeksleutelknop te drukken. Watertemperatuur staat weer op display.
Wanneer een Smartline voor C.V. niet op capaciteit komt moet de instelling voor C.V.
gecontroleerd worden. Tijdens onderhoud wordt deze op de minimale capaciteit gezet om
de gas-luchtverhouding te controleren. Wanneer nu vergeten wordt deze instelling terug
te zetten zal het toestel voor C.V. alleen op laaglast branden.
Geen warm water?
Controleer of toestel op ‘C1’ ingesteld staat.
Druk schoorsteenveger en sleutel-toets langer dan 2 seconden in totdat L- - verschijnt
in display.
Druk sleutel-toets zovaak in totdat ‘C1 of C0’ verschijnt.
Deze is te wijzigen in ‘C1’ met reset of schoorsteenveger-toets.
Bevestigen met sleutel toets.
98
Onderhoud NEFIT ProLine HRC
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder de branderautomaat.
Ontkoppel de elektrische aansluitingen van de branderthermostaat, ontsteekpen
en aarding van de brander.
Ontkoppel de kabels van de pomp en gasblok.
Demonteer de gaskoppeling en brandergedeelte. Laat de ventilator en gasblok
gemonteerd aan de brander.
Controleer en reinig indien nodig de wisselaar. Reinig met een zachte borstel en
spoel eventueel uit met water. Gebruik geen protector.
Vervang altijd de branderpakkingen.
Controleer de isolatiedelen van de wisselaar op beschadiging of scheuren, en
vervang indien nodig.
Controleer ontsteekpen op vervorming.
Demonteer sifon en reinig deze.
Monteer sifon gevuld met water.
Toestel op (water)dichtheid controleren door met een gieter of iets dergelijks
water aan de bovenzijde in de wisselaar te gieten.
Monteer de brander en branderautomaat.
Controleer de gas / luchtverhouding volgens bijlage 1.
Controleer het CO en Co2 gehalte, met gesloten toestel
Controleer de W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
2NE00493 7746900493 onderhoudsset
Bijlage: 1
Instellen van gas / lucht verhouding.
Draai de meetnippel voor gas/lucht-verhouding op het gasregelblok (figuur 65-2)
twee slagen open.
Zet de digitale manometer op nul. Houd tijdens de meting de digitale manometer
in dezelfde positie (horizontaal of verticaal) als waarin deze op nul werd gezet.
Sluit de plusaansluiting van de digitale manometer via een slang aan op de
meetnippel voor gas/lucht-verhouding (figuur 65-3).
Activeer het schoorsteenvegerbedrijf door de schoorsteenvegertoets 5 seconden
ingedrukt te houden, totdat het schoorsteenvegersymbool in de display verschijnt.
Stel het C.V.-vermogen (figuur 66-3) met de pijltoets omlaag in op de minimale
waarde (deellast).
Wacht gedurende 1 minuut tot het C.V.-toestel op minimaal vermogen brandt
Meet de gas/lucht-verhouding. De gas/lucht-verhouding wordt gemeten als een
drukverschil tussen de druk in het gasregelblok en de druk in de atmosfeer.
Dit drukverschil dient bij deellast tussen de -0,10 en 0,00 mbar (-10 en 0 Pa) te
liggen. Het nominale drukverschil is -0,05 mbar (figuur 67).
99
Indien nodig: Stel de gas/lucht-verhouding opnieuw af met behulp van de
stelschroef (4 mm inbus, figuur 65-4). De stelschroef bevindt zich achter de
afdekdop (figuur 65-1).
Deactiveer het schoorsteenvegerbedrijf door opnieuw de schoorsteenvegertoets in
te drukken.
Sluit meetnippel en controleer de gasdichtheid.
100
Onderhoud NEFIT ProLine NXT HRC
Onderhoud:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Ontkoppel de elektrische aansluitingen van de branderthermostaat, ontsteekpen
en aarding van de brander.
Ontkoppel de kabels van het gasblok.
Demonteer de gaskoppeling en brandergedeelte. Laat de ventilator en gasblok
gemonteerd aan de brander.
Controleer en reinig indien nodig de wisselaar. Reinig met een zachte borstel en
spoel eventueel uit met water. Gebruik geen protector. Let op dat je niet de
achterplaat beschadigd in verband met fijnstof.
Vervang altijd de branderpakkingen. Zie afbeelding hieronder.
Controleer de isolatiedelen van de wisselaar op beschadiging of scheuren, en
vervang indien nodig. Let op fijnstof!
Controleer ontsteekpen op vervorming.
Demonteer sifon en reinig deze.
Monteer sifon gevuld met water.
Monteer het brandergedeelte.
Controleer de gas / luchtverhouding volgens bijlage 1.
Controleer het CO en Co2 gehalte, met gesloten toestel
Controleer de W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
2NE00493 7746900493 onderhoudsset
101
102
103
Onderhoud Nefit Trendline
Voer een drukmeting uit volgens de afbeelding hieronder. Vergelijk deze druk met de
meting uitgevoerd bij ingebruikname.
Als deze druk niet bekend is, moet je dit bij de eerste onderhoudsbeurt uitvoeren.
Vermeld deze druk in het inbedrijfname protocol en schrijf deze met een viltstift bij het
meetpunt.
Om het toestel op schoorsteenvegerbedrijf te zetten: Druk op de schoorsteenvegertoets
totdat het symbool op het display verschijnt. Hierna kun je met de pijltoetsen het
vermogen instellen. De druk moet bij vollast worden gemeten. Zet hierna de ketel op
minimumvermogen en lees de ionisatiestroom uit. Druk hiervoor op de I toets, druk een
aantal malen op de pijl naar beneden totdat het display de ionisatie stroom weergeeft.
Indien de ionisatiestroom lager is dan 10 uA moet de ontsteekelektrode vervangen
104
worden. Druk na de meting weer op de schoorsteenvegertoets totdat het symbool
verdwijnt.
Indien de druk meer dan 1 mbar lager is dan de druk bij inbedrijfname moet de wisselaar
gereinigd worden, maar zeker elke 3 jaar.
Benodigde onderdelen:
2NE00774 8718600774
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Demonteer de venturi met luchtaanzuigbuis en interne rookgasafvoer. Zie
onderstaande afbeelding.
Controleer de ontstekingsunit op vervuiling, vervorming en slijtage.
Monteer deze unit terug en draai beide moeren handvast aan.
Spoel water via de opening van de interne rga-aansluiting op de condensbak.
Reinig hierna de sifon volgens onderstaande afbeelding.
105
Plaats de sifon gevuld met water weer retour.
Controleer de gas-luchtverhouding, op laaglast dient deze tussen de -10 en 0
Pascal te liggen, indien nodig bijstellen, zet toestel op laag in
schoorsteenvegerstand, zie hierboven.
Zet na het onderhoud de serviceteller op 0, volgens onderstaande procedure
106
Zorg er dus voor dat de onderhoudsperiode uit word gezet!!
Controleer het toestel op de werking
Controleer waterdruk, gasdichtheid en voordruk.
Controleer het CO en Co2 gehalte, met gesloten toestel.
Als de weerstand te hoog is, en minimaal elke 3 jaar:
Demonteer branderdeksel met ventilator.
Leg de brander weg met de bolle kant omhoog, deze is kwetsbaar.
107
108
Vervang de keerklep, volgens onderstaande afbeelding
Reinig de warmtewisselaar. Hierna mag de wisselaar met water worden doorgespoeld,
daarna de sifon reinigen. Plaats de brander terug met een nieuwe branderpakking.
109
Onderhoud nefit baseline
Dit toestel moet je naar aanleiding van een meting een kleine of een grote
onderhoudsbeurt geven.
Bepaal door het meten van de stuurdruk op de menginrichting of de wisselaar gereinigd
moet worden of niet.
- Kap van het meetpunt op de menginrichting afnemen.
- Meet de stuurdruk bij maximaal vermogen.
Wanneer reiniging nodig is, ga verder bij bijlage, groot onderhoud.
- Kleine beurt
Verwijder het deksel van de inspectie-opening onder aan de wisselaar, en vervang deze.
Kontroleer op vervuiling en zuig eventueel vuil weg.
Reinig de sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Kontroleer de tapwaterhoeveelheid, indien deze te laag is kontroleer het filter in de
koudwaterleiding op vervuiling, zie afbeelding
Indien het filter niet vervuild is, of reiniging geen effect heeft, kan de platenwisselaar
gereinigd worden.
Kontroleer, en stel eventueel af, de gas/lucht verhouding volgens bijlage.
Kontroleer waterdruk ,ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
110
Grote beurt
Voor een grote beurt, voer een kleine beurt uit en volg de instruktie volgens de bijlagen.
Bijlage, uitvoering grote beurt:
Demonteer de serviceopening en daarna de aanzuigbuis en menginrichting, volgens
onderstaande afbeelding.
Controleer het membraan in de menginstallatie op vervuiling en scheuren
Demonteer de ventilator en brander.
111
Controleer de elektroden op vervuiling en slijtage, eventueel vervangen. Vervang de
pakking.
Neem volgens de afbeelding de verdringingslichamen en reinig deze.
Benodigde onderdelen:
2BO43250 87110043250 Pakking bovenkop
2BO35280 8189514 pakking inspektieluik
112
Reinig met de borstel de wisselaar en zuig deze schoon.
113
Plaats het inspektieluik terug en spoel hierna de wisselaar met water door. Hierna kunnen de verdringingslichamen weer terug worden geplaatst, tevens ook de
ventilator en menginrichting.
Reinig de sifon en plaats gevuld met water weer retour.
Bijlage instellen gas-lucht-verhouding.
114
Onderhoud RADSON MULTICOM HR + VR + NOX 26 - 28
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig ontsteekpen en eventueel vernieuwen, ook als deze verbogen is.
Reinig luchtkamer.
Controleer Co² op laaglast 9,0% ± 0,3% , zie bijlage 1.
Controleer CO
Controleer de gloeiing van brander op laaglast, donkerrood.
Controle waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug, alleen HR.
Verwijder ventilator.
Verwijder brander.
Controleer brander op afwijkingen en haarscheurtjes eventueel vernieuwen.
Controleer verbrandingskamer. Eventueel reinigen met zachte borstel.
Verwijder inspectie deksel en reinig de wisselaar.
Plaats nieuwe pakkingen voor brander en inspectiedeksel.
Monteer brander met lasnaad recht
Benodigde materialen:
2RA58040 87229333450 Pakking inspectieluik
2RA58461 87229333640 Pakking brander ventilator
Bijlage 1:
figuur 7
115
116
Onderhoud RADSON MAXICOM + E
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water terug.
Meet lucht opbrengst van de ventilator. Meetpunt bevindt zich op mengpijp van de
ventilator achter gele dop. Zet hier de + kant van de drukmeter op, en zet het
toestel op vollast “H” door de schoorsteenveger knop in te drukken. De
meetwaarde hoort tussen de – 4 en – 6,5 mbar te zitten.
Bij een meetwaarde van tussen de 0 en – 3,5 zie hiervoor bijlage 1.
Reinig ontsteekpen en eventueel vernieuwen.
Controleer toestel op laaglast Co² 9% en Co. < 160 ppm. Deze kan geactiveerd
worden door schoorsteenveger in te drukken, van “H” nogmaals indrukken naar
“L”. Zie eventueel bijlage 6.2.
Controleer bij een te hoge Co > 160 ppm of branderbed niet gescheurd is.
Bij vervanging alleen smalle pakking gebruiken.
Let op: Co. meting via inspectieluik kan foutmeting veroorzaken in verband met
vocht waardoor lans nat wordt. Maak eventueel een opening hiervoor in
afvoerpijp.
Controleer pakking van kijkglas. Alleen witte pakking is toegestaan, anders
vervangen.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 7.5l/min.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
2RA58461 87229333640 Pakking brander ventilator
2RA58473 87229661500 inspectiegatpakking
Bijlage 1: Controle voor verstopping wisselaar
Controleer eerst of C.V. op 99% staat. Deze kan worden uitgelezen in het tweede
serviceniveau code 5.0.
Volg onderstaande bediening.
Druk tegelijkertijd op de toetsen schoorsteenveger en sleutel tot in display = =
wordt weergegeven.
De ingedrukte toetsen zij nu verlicht.
Draai temperatuurregelaar van C.V. tot display de servicecode 5.0 weergeeft.
De uitleeswaarde moet nu 99% aangeven. Als deze lager is, dan tijdelijk wijzigen
met knop tapwatertemperatuur van W.W.
Na het wijzigen of aflezen van de servicefunctie:
Druk tegelijkertijd op de toetsen schoorsteenveger en sleutel en houd deze vast
tot in display wordt weergegeven.
Draai temperatuurregelaars weer in oorspronkelijke waarden.
Wanneer de waarde lager was dan 99% moet de luchtdrukcontrole nogmaals
worden uitgevoerd. Blijft deze te laag?
Controleer wisselaar achter inspectiedeksel en afvoer op vervuiling..
LET OP C.V. WEER OP OUDE ..% ZETTEN.
117
118
Onderhoud RADSON NOX HR 2510 - 2560
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig ontsteekpen en eventueel vernieuwen.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug.
Controleer condensator 1.6 F ten behoeve van ventilator laaglast, achter MCBA
of op ventilator, er dient minimaal 130V AC op de ventilator te staan (N-FH).
Controleer Co² ± 9% en Co < 200 ppm. Eventueel eerst afstellen op kleur.
Vlambeeld blauwe vlam branderdek met donkerrode vlekken op laaglast is goed.
Voor laaglast kan men de zwarte draad los nemen van regelthermostaat.
Displaycode laaglast is 3 of 6.
Eventueel afstellen op branderdruk. Gemeten waarde moet zich tussen de
0 tot – 4 pascal (0.00 tot – 0.04 mbar) bevinden.
Sluit de + aan op stuurleiding eventueel met T-stuk, en op branderdruk
meetnippel.
Wanneer toestel te veel Co blijft geven moet A-beurt uitgevoerd worden.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer of op stromingskap een maximaal clixon is geplaatst (modificatie).
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar:
Demonteer brander. Let op in gas koppeling zit restrictie. Deze moet ten allen
tijde weer worden aangebracht tussen de twee pakkingen.
Controleer brander op scheuren. Eventueel vernieuwen, zie ook bijlage 1.
Controleer isolatie, eventueel vastkitten.
Controleer inspectieluik pakking en condensbak op vervuiling.
Giet water in wisselaar.
Branderpakking vernieuwen. Eerst pakking, dan brander, dan stromingskap.
Benodigde onderdelen: 2RA58370
119
Onderhoud REMEHA W23(X) REMINOX
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer afvaltijd thermokoppel > 15 seconden Eventueel systeem doormeten op
millivolt.
Reinig verbrandingskamer.
Reinig waakvlam.
Controleer waakvlam en ontsteking.
Controleer eventueel luchtdrukverschil als inschakeling wat traag verloopt > 0,8
mbar. Indien niet, reinig de wisselaar.
Controleer branderdruk hoog / laag bij C uitvoering op sanitair.
Voor laaglast draad los nemen van modulatiespoel.
Als modulatiespoel een brommend geluid maakt duidt dit op een defecte
besturingskast.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6 l /min.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar uitgebreid met:
Verwijder bovenkap met ventilator, 2 moeren M5 los nemen.
Verwijder binnenbus door deze op te tillen.
Demonteer voorplaat van brander.
Plaats iets over brander om vervuiling te voorkomen.
Reinig vanaf bovenzijde aluminium warmtewisselaar met Remeha borstel.
Reinig branders en de waakvlam.
Controleer vervuiling bij klep in ventilator, eventueel reinigen.
Controleer schoepenrad, eventueel reinigen.
Monteer alle losgenomen delen in omgekeerde volgorde.
120
Onderhoud REMEHA SELECTA + W21C en 28C ECO
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
(Bij lekkage wisselaar deze doorgeven).
Controleer cartridge.
Reinig sifon, ook het deel tot in de wisselaar.
Plaats deze gevuld met water weer terug.
Reinig ontsteekpen. Eventueel vernieuwen.
Controleer Co² in de mode L en H , zie bijlage 1.
Controleer de rookgas temperatuur. Deze mag niet meer dan 30ºC boven de
retourtemperatuur liggen, anders de wisselaar reinigen.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 6l/min.
Controleer toestel op gasdichtheid. Let op verbinding venturi en
branderaansluiting en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar uitgebreid met:
Demonteer brander, ventilator en gasblok.
Vervang branderpakking.
Reinig wisselaar met Remeha reinigingsmes.
Giet voorzichtig met plantengieter water in wisselaar ter controle condensafvoer.
Let op dat elektronica niet nat wordt.
Monteer alles in omgekeerde volgorde. Moeren vanuit het midden kruislings
aandraaien.
Benodigde onderdelen:
2RE58402 S54362 branderpakking W21, W28
2RE58115 S54339 ontsteekpen
2RE56065 S56065 Branderpakking selecta
121
Bijlage 1.
Selecta: Toerental ventilator Co² O2
Deellast
Vollast
ca 2300
ca 5450
9.0 % ( ± 0.1 )
9.5 % ( ± 0.1 )
4.8 % ( ± 0.1 )
3.9 % ( ± 0.1 )
W 21/28
Deellast
Vollast
Ca 2300
Ca 5450
9.2 % (± 0.1 )
9.2 % (± 0.1 )
4.5 % ( ± 0.1 )
4.5 % ( ± 0.1 )
.
A = Afstellen hooglast, met de klok meedraaien = gastoevoer dicht.
B = Afstellen laaglast, met de klok meedraaien = gastoevoer open.
122
Onderhoud REMEHA QUINTA
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer cartridge.
Reinig sifon, ook het deel tot in de wisselaar.
Plaats deze gevuld met water weer terug.
Reinig ontsteekpen, eventueel vernieuwen.
Controleer Co² 9% type 25 - 45 en 65. En 9,5% type 28 - 30, zie ook bijlage
1 + 2, controleer ook CO, met gesloten toestel.
Controle waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid, let ook op verbinding venturi en
branderaansluiting, deze trekt vaak krom. Controleer voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar uitgebreid met:
Demonteer brander met ventilator en gasblok.
Pakking voorplaat vervangen, let op, voor Q 45/65/85 andere pakking met veter.
Reinig wisselaar met zachte borstel en of Remeha reinigingsmes.
Monteer in omgekeerde volgorde. Moeren vanuit midden kruislings aandraaien.
Benodigde onderdelen:
2RE58402 S54362 Branderpakking Q25, 28, 30, 35
2RE57249 S57241 Branderpakking Q45, 65, 85, 90, 115
2RE58115 S54339 Onsteekpen
Bedieningstoetsen
123
Bijlage 1:
Toestel op vollast laten werken door tegelijkertijd op de en [+] –toetsen te
drukken. Meet, na het bereiken van het vollast toerental, het O2 / Co² -
percentage en vergelijk met de waarde in de tabel. Corrigeer de gas /
luchtverhouding bij een afwijking > 0,3% Co² of > 0,2% O2 met behulp van de
vollast stelschroef op de venturi (zie Afb.). Controleer de vlam via het kijkglas, de
vlam mag niet afblazen.
Toestel op laaglast laten werken door tegelijkertijd op de en [-] –toetsen te
drukken.
Meet, na het bereiken van het laaglast toerental, het O2 / Co² - percentage en
vergelijk met de waarde in de tabel, zie bijlage 2. Corrigeer, indien nodig, met
behulp van de laaglast stelschroef (eerst beschermkapje verwijderen) op het
gasblok de gas / luchtverhouding. Controleer de vlam via het kijkglas, de vlam
mag niet afblazen.
Na een eventuele inregeling in laaglast dient een controle op vollast te worden
uitgevoerd. Corrigeer de gas / luchtverhouding bij een afwijking > 0,3% Co² of
> 0,2% O2 en herhaal deze handeling zo vaak als nodig is tot het gewenste
resultaat is bereikt.
Verwijder de meetapparatuur en dicht het meetpunt af. Vervolgens kan de
frontmantel weer aangebracht worden en het toestel weer op 'gebruikersniveau'
teruggebracht worden door de [+] en de [-] -toets tegelijkertijd in te
drukken.
hooglast
Bijlage 2:
Quinta 45/65 4,8 9,0
Quinta 85/115 3,9 9,5
124
Onderhoud REMEHA AVANTA
Onderhoud:
LET OP: gebruik je pbm (persoonlijke beschermingsmiddelen). De hitteschilden
zijn van fijnvezelig materiaal!
Kontroleer of de beveiliging op de voorplaat gemonteerd is, anders deze set
plaatsen, inclusief hitteschild.
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Demonteer de voordeksel van de brander.
Vervang de pakking tussen brander en mengkamer voor een grafiet pakking en
reinig de contactpunten die tegen de brander drukken. Als deze vervuild zijn
veroorzaakt dit ionisatiestoringen.
Plaats brander retour, vervang de siliconenpakking en doe het deksel weer dicht.
Demonteer de branderplaat.
Reinig de warmtewisselaar.
Vervang de siliconenpakking van de voorplaat.
Plaats de branderplaat weer retour.
Reinig sifon en plaats deze gevuld met water weer terug, let op verharding,
anders vervangen.
Controleer de verbranding Co² ± 8,8%. Zie voor afstellen bijlage, controleer ook
CO met gesloten toestel.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Benodigde onderdelen:
2RE595956 S59596 pakking voorplaat
2RE00308 S00308 grafietpakking
A8012136 S59130 pakking branderdeksel oud, tot 2006
A8016310 S62718 pakking branderdeksel nieuw, na 2006
Let op: kabel onder pomp langs, ivm EMC (electro magnetisch comptabiliteit)!!
Kabel boven pomp, fout! Kabel onder pomp langs, goed!
125
Bijlage:
Controle- en instelwaarde O2/CO2 bij hoog- en laaglast
Keteltype instelwaarde controlewaarde
O2 (%) CO2 (%) O2 (%) CO2 (%)
avanta 24c 5,1 +- 0,1 8,8 +- 0,1 5,1 +- 0,3 8,8 +- 0,3
avanta 28c 5,1 +- 0,1 8,8 +- 0,1 5,1 +- 0,3 8,8 +- 0,3
avanta 35c 5,1 +- 0,1 8,8 +- 0,1 5,1 +- 0,3 8,8 +- 0,3
Instellen op hooglast:
Druk op de Enter toets en hou deze vast, druk hierna de + toets in tot H op het display
staat.
Instellen op laaglast:
Nadat toestel op hooglast ingesteld is kan deze op laaglast gezet worden door de Enter
toets in te drukken totdat L op het display staat.
Terugkeren naar normaal bedrijf:
Druk op de R toets
126
Onderhoud REMEHA CALENTA
Dit toestel kent drie verschillende onderhoudssets met werkzaamheden
Je kunt bepalen welke onderhoudsset nodig is door te kijken naar de leeftijd van het
toestel. Na ongeveer 1 ½ jaar moet beurt A worden uitgevoerd, na 3 jaar beurt B, na 4,5
jaar beurt A, na 6 jaar beurt C, en vanaf hier begin je opnieuw te tellen( 7,5 jaar A, enz).
Klein-onderhoud: (Servicebeurt A op toestel)
Demonteer sifon en reinig deze.
Controleer of de condensbak goed vast zit.
Monteer sifon gevuld met water.
Vervang de pakkingen uit onderhoudsset A, voor zover nodig.
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer of de wisselaar schoon is (anders groot onderhoud)
Controleer de verbranding volgens bijlage 1.
Controleer de W.W. hoeveelheid bij klachten. Reinig eventueel de platenwisselaar.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer het O2 en CO, met gesloten toestel.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op! Plaats de pakkingen uit onderhoudsset A.
Zet de teller met bedrijfsuren op nul! (zie volgende pagina).
Artikel nr: 2RE01030
2RE01456, voor 40kW
Groot-onderhoud: (Servicebeurt B op toestel)
Klein-onderhoud uitgebreid met:
Til de brander inclusief pakking uit de wisselaar. Controleer de brander visueel op
scheurtjes.
Zuig het bovenste deel van de wisselaar grondig schoon. Monteer het geheel in
omgekeerde volgorde.
Vervang de ionisatie-/ontstekingselektrode.
Test cartridge (eventueel vervangen).
Let op! Plaats de onderdelen en pakkingen uit onderhoudsset B.
Zet de teller met bedrijfsuren op nul! (zie volgende pagina).
Artilkel nr: 2RE01031
A8010057, voor 40 kW
Uitgebreid-onderhoud: (Servicebeurt C op toestel)
B-onderhoud uitgebreid met:
Reinig de platenwisselaar (ww-zijdig) en de tapwatercartridge.
Vervang de terugslagklep.
Vervang cartridge.
Let op! Plaats de onderdelen en pakkingen uit onderhoudsset C.
Zet de teller met bedrijfsuren op nul! (zie volgende pagina).
127
Artikel nr: 2RE01032
A8010059, voor 40 kW
Als het toestel een servicemelding geeft, moet deze op de volgende wijze gereset
worden:
1. Druk bij de servicemelding op het display 1 maal op de toets RESET. [Code]
verschijnt in het display.
2. Stel met de toets [-] of [+] de installateurscode [0012] in en bevestig met
(De servicemelding is ge-reset);
3. Het display keert terug naar de actuele bedrijfstoestand.
Na elke onderhoudsbeurt moet de teller met bedrijfsuren op nul gezet
worden. Dit om tussentijdse servicemeldingen te voorkomen:
1. Druk tegelijk op de twee toetsen en daarna op de toets [+] totdat het
symbool in de menubalk knippert.
2. Druk op de toets ; Afwisselend verschijnt [Hr] en het aantal
bedrijfsuren van de ketel.
3. Druk meermaals op de toets [+], totdat SERVICE in de menubalk
knippert.
4. Druk op de toets ; [Code] verschijnt in het display.
5. Stel met de toets [-] of [+] de installateurscode [0012] in en bevestig met
.
6. Druk meermaals op de toets [+], [SC:a] verschijnt met knipperende [a]
[b] of [c].
7. Druk meermaals op de toets [+], totdat [CL] in de menubalk knippert.
8. Druk op de toets , [CL:0] verschijnt met knipperende [0].
9. Druk op de toets [+] om de instelling op [1] te zetten.
10. Bevestig met de toets ; Het volgende service interval is opgestart.
11. Druk 3 maal op de toets om dit menu te verlaten en terug te keren
naar de bedrijfsweergave.
Bijlage 1
128
Controle en instelwaarden CO2 voor aardgas.
Type Laaglast +/- 0,2% Vollast +/- 0,2%
25S 8,4% 8,8%
28C 8,4% 8,8%
35S 8,7% 9,1%
40C 8,7% 9,1%
Het toestel moet opnieuw worden afgesteld als de waarde op laaglast buiten de
genoemde waardes valt. Op hooglast kan niet worden afgesteld. Als dit veel afwijkt kan
de inspuiter niet goed zijn of de voordruk te laag zijn.
129
Onderhoud Remeha Tzerra
Dit toestel kent drie verschillende onderhoudssets met werkzaamheden
Je kunt bepalen welke onderhoudsset nodig is door te kijken naar de leeftijd van het
toestel. Na ongeveer 1 ½ jaar moet beurt A worden uitgevoerd, na 3 jaar beurt B, na 4,5
jaar beurt A, na 6 jaar beurt C, en vanaf hier begin je opnieuw te tellen( 7,5 jaar A, enz).
Klein-onderhoud: (Servicebeurt A op toestel) art.nr. 2RE02993, tot 28 kW
2RE03019, voor 40 kW
Demonteer sifon en reinig deze.
Monteer sifon gevuld met water. Let op, goed terugplaatsen in de borging.
Vervang de pakkingen uit onderhoudsset A, voor zover nodig.
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer of de wisselaar schoon is (anders groot onderhoud)
Controleer de verbranding volgens bijlage 1.
Controleer de W.W. hoeveelheid bij klachten. Reinig eventueel de platenwisselaar.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer het O2 en CO, met gesloten toestel.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op! Plaats de pakkingen uit onderhoudsset A.
Zet de teller met bedrijfsuren op nul! (zie volgende pagina).
Groot-onderhoud: (Servicebeurt B op toestel) art.nr. 2RE02994, tot 28 kW
2RE03020, voor 40 kW
Klein-onderhoud uitgebreid met:
Til de brander inclusief pakking uit de wisselaar. Controleer de brander visueel op
scheurtjes.
Zuig het bovenste deel van de wissellaar grondig schoon. Monteer het geheel in
omgekeerde volgorde.
Vervang de ionisatie-/ontstekingselektrode.
Test cartridge (eventueel vervangen).
Let op! Plaats de onderdelen en pakkingen uit onderhoudsset B.
Zet de teller met bedrijfsuren op nul! (zie volgende pagina).
Uitgebreid-onderhoud: (Servicebeurt C op toestel) art. nr. 2RE02995, tot 28 kW
2RE03021, voor 40 kW
B-onderhoud uitgebreid met:
Vervang de tapwatercartridge.
Vervang de terugslagklep.
Vervang cartridge.
Let op! Plaats de onderdelen en pakkingen uit onderhoudsset C.
Zet de teller met bedrijfsuren op nul! (zie volgende pagina).
130
131
132
133
Let op: je moet dus de reset toets vast blijven houden totdat het lampje niet meer rood
brandt, ( eerst knippert het lampje oranje, dan rood en dan kontinue rood,blijven
wachten!) dit duurt soms best lang!
134
Onderhoud VAILLANT T.C 180 – 240 – 280 (open toestel)
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig toestel en plaat materiaal.
Controleer opdrukstift waterhuis op lekkage. Deze kan gecontroleerd worden door
stift ten behoeve van omschakelventiel te demonteren en zien of deze nat of
aangetast is.
Controleer veertje omschakelventiel op weerstand.
Reinig wisselaar. Bovenzijde trekonderbreker verwijderen.
Reinig branders. Bij montage weer goed vastzetten ten behoeve van ionisatie.
Reinig ontsteek en ionisatiepen.
Controleer ontstekingsdraad op barsten en verdroging.
Controleer branderdruk hoog / laag.
Controleer toestel op C.O. maximaal 200 ppm.
Smeer van voorkeurklep de stift en mechaniek ten behoeve van microschakelaars.
Controleer voorkeurklep of deze goed omloopt van W.W. naar C.V.
Controleer micro 3 op weerstand < 10 (waterhuis).
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
TC180 - 5.2 l/min., TC240 - 7 l/min. en TC280 - 8 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
135
Onderhoud VAILLANT T.C 182 242 – 282 (gesloten) en CWK
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Reinig toestel en plaat materiaal.
Controleer opdrukstift waterhuis op lekkage.
Deze kan gecontroleerd worden door stift ten behoeve van omschakelventiel
te demonteren en zien of deze nat of aangetast is.
Controleer veertje omschakelventiel op weerstand.
Controleer en reinig brander kamer.
Reinig branders. Bij montage weer goed vastzetten ten behoeve van ionisatie.
Reinig wisselaar.
Reinig ontsteekpen en ionisatiepen.
Controleer ontstekingsdraad op barsten en verdroging.
Controleer luchtdrukverschil als toestel vertraagd inkomt.
Minimaal 0.6 mbar, eventueel ventilator reinigen.
Controleer branderdruk hoog / laag.
Smeer van voorkeurklep de stift en mechaniek ten behoeve van
microschakelaars.
Controleer voorkeurklep of deze goed omloopt van W.W. naar C.V.
Controleer micro 3 op weerstand < 10 (waterhuis).
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
TC182 - 5.2 l/min., TC242 - 7 l/min. en TC282 - 8 l/min, CWK – 7 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
136
Onderhoud VAILLANT T.C VC(W) 254/2 open toestel
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder de beplating en reinig deze.
Verwijder deksel verbrandingskamer, let op TTB.
Controleer isolatie, bij afwijkingen eventueel vernieuwen.
Verwijder branderrail met inspuiters en stralingsschild.
Reinig wisselaar en brander.
Controleer ontsteek en ionisatiepen eventueel reinigen / vernieuwen.
Reinig branderrail. Let hierbij op of inspuiters goed open zijn (kalkafzetting).
Reinig toestel.
Monteer alles in omgekeerde volgorde.
Controleer waterhuis op lekkage.
Controleer start druk 1,3 mbar.
Controleer vollast druk 7,0 mbar.
Bij afwijking zie bijlage voor proefprogramma en gaszijdige instellingen.
Controleer Co, maximaal 200ppm.
Controleer W.W waterhoeveelheid bij klachten, 7 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op dat de ontsteekkabels zo ver mogelijk van de tap
stromingssensor verwijderd is. Dit geeft onduidelijke storingen.
137
Bijlage 1:
Branderdruk vollast
Instelling als volgt uitvoeren, ook wanneer het gasgedeelte en/of de elektronische
regelaar is vervangen:
• Sluit de drukmeter aan op het branderdrukmeetpunt.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1" en
hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P1" verschijnt. Dit kan bij een vervangen elektronische regelaar circa 10 seconden
duren.
De aanwijzing telt door: na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Open de schakelkast en verwijder de beschermkap van het gasgedeelte door de
borgschroef los te draaien.
• Trek de zwarte kartelschijf iets naar voren en draai net zolang tot de drukmeter 7.0
mbar aangeeft.
• Schakel de hoofdschakelaar in stand "0".
Ontsteekgashoeveelheid
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1" en
hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P2" verschijnt. De aanwijzing telt door: na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten, het toestel gaat in bedrijf.
• Stel met de instelschroef op de modulatiemagneet de ontsteekgashoeveelheid in op
1.3mbar.
• Schakel de hoofdschakelaar weer in de stand "0".
• Verwijder de drukmeter en sluit de branderdrukmeetnippel. Breng de beschermkap
aan op het gasgedeelte, klap de schakelkast weer omhoog en zet deze vast met de
bevestigingsschroef.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
138
Onderhoud VAILLANT T.C VC(W) 255/2 gesloten toestel
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder de beplating en reinig deze.
Controleer brander en wisselaar op vervuiling.
Verwijder deksel verbrandingskamer.
Controleer isolatie bij afwijkingen eventueel vernieuwen.
Verwijder branderrail met inspuiters.
Reinig wisselaar en brander.
Controleer ontsteek en ionisatiepen eventueel reinigen bij beschadigingen
vernieuwen.
Reinig branderrail let hierbij op of inspuiters goed open zijn, niet verdicht door
kalkafzetting.
Reinig pitotbuis ten behoeve van luchtdrukverschil (uitblazen).
Reinig verbrandingskamer.
Controleer waterhuis op lekkage.
Controleer start druk 2,3 mbar.
Controleer vollast druk 8,8 mbar.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten
het toestel
Bij afwijking, zie bijlage voor proefprogramma en gaszijdige instellingen.
Controleer W.W waterhoeveelheid bij klachten, 7 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op dat de ontsteekkabels zo ver mogelijk van de tap stromingssensor
verwijderd is. Dit geeft onduidelijke storingen.
139
Bijlage 1:
Branderdruk vollast
Instelling als volgt uitvoeren, ook wanneer het gasgedeelte en/of de elektronische
regelaar is vervangen:
• Sluit de + van de drukmeter aan op het branderdrukmeetpunt en de op
doorzichtige slang met dopje.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1"
en hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de
aanwijzing "P1" verschijnt. Dit kan bij een vervangen elektronische regelaar circa 10
seconden duren.
De aanwijzing telt door, na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Open de schakelkast en verwijder de beschermkap van het gasgedeelte door de
borgschroef los te draaien.
• Trek de zwarte kartelschijf iets naar voren en draai net zolang tot de drukmeter 8.8
mbar.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
Ontsteekgashoeveelheid
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1"
en hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P2" verschijnt. De aanwijzing telt door, na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten, het toestel gaat in bedrijf.
• Stel met de instelschroef op de modulatiemagneet de ontsteekgashoeveelheid in op 2.3
mbar
• Schakel de hoofdschakelaar weer in de stand "0".
Werkpunt
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1" en
hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P15"verschijnt. De aanwijzing telt door: na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Druk op de "+" toets totdat de waarde op de drukmeter de waarde van 4.6 mbar
bereikt heeft. Opmerking: als de druk te hoog is opgelopen, schakel dan hoofdschakelaar
weer in de stand "0" en herhaal het voorgaande.
• Druk op de "i" toets totdat de waarde L25 in het displayvenster niet meer knippert.
De waarde wordt opgeslagen in een geheugen.
• Verwijder de drukmeter en sluit de branderdrukmeetnippel. Plaats het dopje terug.
Breng de beschermkap aan op het gasgedeelte, klap de schakelkast weer omhoog en
zet deze vast met de bevestigingsschroef.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
140
Onderhoud VAILLANT T.C VC(W) 254/3 open toestel
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder beplating en reinig deze.
Verwijder deksel van verbrandingskamer, let op TTB.
Controleer isolatie bij afwijkingen eventueel vernieuwen.
Verwijder branderrail met inspuiters en stralingsschild.
Reinig wisselaar en brander.
Controleer ontsteek en ionisatiepen eventueel reinigen / vernieuwen.
Reinig branderrail. Let hierbij op of inspuiters goed open zijn (kalkafzetting).
Monteer alles in omgekeerde volgorde.
Reinig toestel.
Controleer waterhuis op lekkage.
Controleer start druk 1,3 mbar.
Controleer vollast druk 7,4 mbar.
Bij afwijking, zie bijlage voor proefprogramma en gaszijdige instellingen.
Controleer toestel op Co, maximaal 200 ppm.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten 7 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer gasdichtheid.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op dat de ontsteekkabels zo ver mogelijk van de tap stromingssensor
verwijderd is. Dit geeft onduidelijke storingen.
Bijlage 1:
Branderdruk vollast
Instelling als volgt uitvoeren, ook wanneer het gasgedeelte en/of de elektronische
regelaar is vervangen:
• Sluit de drukmeter aan op het branderdrukmeetpunt.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1"
en hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P1" verschijnt. Dit kan bij een vervangen elektronische regelaar circa 10 seconden
duren. De aanwijzing telt door. Na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Klap de schakelkast naar voren en verwijder de kunststof kap van het gasgedeelte.
• Draai met steeksleutel 10 aan zeskant tot de drukmeter 7.4 mbar aangeeft,
(kunststof binnenkant tegenhouden met kruiskopschroevendraaier).
• Schakel de hoofdschakelaar in stand "0".
141
Ontsteekgashoeveelheid
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1" en
hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P2" verschijnt. De aanwijzing telt door. Na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Verdraai met de kruiskopschroevendraaier de instelschroef op de modulatiemagneet tot
de ontsteekgashoeveelheid 1.2 mbar aangeeft (zeskantige moer tegen houden).
• Schakel de hoofdschakelaar weer in de stand "0".
Werkpunt
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1"
en hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P15" verschijnt. De aanwijzing telt door. Na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Druk op de "+" toets totdat de waarde op de drukmeter de waarde van 3.3 mbar
bereikt heeft. Opmerking: als de druk te hoog is opgelopen, schakel dan de
hoofdschakelaar weer in de stand "0" en herhaal het voorgaande.
• Druk op de "i" toets totdat de waarde in het displayvenster niet meer knippert. De
waarde wordt opgeslagen in een geheugen.
• Verwijder de drukmeter en sluit de branderdrukmeetnippel. Breng de beschermkap
aan op het gasgedeelte, klap de schakelkast weer omhoog en zet deze vast met de
bevestigingsschroef.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
142
Onderhoud VAILLANT T.C VC(W) 255/3 gesloten toestel
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Verwijder beplating en reinig deze.
Controleer brander en wisselaar op vervuiling, eventueel A-beurt.
Verwijder deksel verbrandingskamer.
Controleer isolatie bij afwijkingen eventueel vernieuwen.
Verwijder branderrail met inspuiters.
Reinig wisselaar en brander.
Controleer ontsteek en ionisatiepen. Eventueel reinigen en bij beschadigingen
vernieuwen.
Reinig branderrail. Let hierbij op of inspuiters goed open zijn (niet verdicht
door kalkafzetting).
Reinig pitotbuis ten behoeve van luchtdrukverschil (uitblazen).
Reinig verbrandingskamer.
Controleer waterhuis op lekkage.
Controleer start druk 2,4 mbar.
Controleer vollast druk 10,0 mbar.
Bij afwijking zie bijlage voor proefprogramma en gaszijdige instellingen.
Controleer Co met gesloten toestel, en Co².
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten, 7 l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Let op dat de ontsteekkabels zo ver mogelijk van de tap stromingssensor
verwijderd is. Dit geeft onduidelijke storingen.
Bijlage 1:
Branderdruk vollast
Instelling als volgt uitvoeren, ook wanneer het gasgedeelte en/of de elektronische
regelaar is vervangen:
• Sluit de + van de drukmeter aan op het branderdrukmeetpunt en de op
doorzichtige slang met dopje.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1"
en hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de
aanwijzing "P1" verschijnt. Dit kan bij een vervangen elektronische regelaar circa 10
seconden duren. De aanwijzing telt door. N "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Klap de schakelkast naar voren en verwijder de kunststof kap van het gasgedeelte.
• Draai met steeksleutel 10 aan zeskant tot de drukmeter 10.0 mbar aangeeft,
(kunststof binnenkant tegenhouden met kruiskopschroevendraaier).
• Schakel de hoofdschakelaar in stand "0".
143
Ontsteekgashoeveelheid
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1" en
hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de aanwijzing
"P2" verschijnt. De aanwijzing telt door. Na "P16" begint "P1" weer opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Verdraai met de kruiskopschroevendraaier de instelschroef op de modulatiemagneet tot
de ontsteekgashoeveelheid 2.4 mbar aangeeft, (zeskantige moer tegenhouden).
• Schakel de hoofdschakelaar weer in de stand "0".
Werkpunt
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Druk de "+" toets in en schakel gelijktijdig de hoofdschakelaar in de stand "1"
en hou de "+" toets circa 5 seconden ingedrukt tot in het displayvenster de
aanwijzing "P15" verschijnt. De aanwijzing telt door: na "P16" begint "P1" weer
opnieuw.
• Druk op de "i" toets om het instelprogramma te starten. Het toestel gaat in bedrijf.
• Druk op de "+" toets totdat de waarde op de drukmeter de waarde van
5,2 mbar bereikt heeft. Opmerking: als de druk te hoog is opgelopen, schakel dan
hoofdschakelaar weer in de stand "0" en herhaal het voorgaande.
• Druk op de "i" toets totdat de waarde in het displayvenster niet meer knippert. De
waarde wordt opgeslagen in een geheugen.
• Schakel de hoofdschakelaar in de stand "0".
• Verwijder de drukmeter en sluit de branderdrukmeetnippel, plaats het dopje terug.
Breng de beschermkap aan op het gasgedeelte, klap de schakelkast weer omhoog en
zet deze vast met de bevestigingsschroef.
144
Onderhoud VAILLANT SOLIDE - EXCLUSIEF – HR PRO
Let op: G10 pakking moet binnen 5 jaar worden vervangen.
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer cartridge op goede werking.
Reinigen sifon en slangen en aansluitmonden op wisselaar.
Let op, display print afdekken in verband met waterschade aan print.
Reinigen binnenzijde luchtkamer.
Controleer met spiegel de pakking aan de achterzijde van de warmtewisselaar.
(alleen oude solide, met aluminium rookgasverzamelbak). Bij lekkage pakking
vervangen.
Controleer ontsteking en vlambeeld door kijkglas.
Controleer het CO en Co2 gehalte, eventueel een gat in de rga boren, buiten het
toestel.
Controleer de gashoeveelheid in tapwater functie bij problemen met capaciteit.
o Kraan geheel open, voor de 18-22 moet dit circa 25L per 36 sec zijn. Voor
de 24-28 ciirca 30L per 36 seconden. Dit duidt op een verstopping van
rookgasafvoer of wisselaar.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
o VHR18 - 6.3 l/min., VHR28 - 8 l/min., VHR30 - 8.1 l/min., VHR35 - 9.8
l/min.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Contrloleer het cv vermogen, D 11, word in % vermeld, zet dit niet te hoog ivm
verkalken/vervuilen wisselaar, vaak is 50% voldoende.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Eenmaal per 4,5 jaar uitgebreid met:
Branderdeksel met brander en ventilator en gasgedeelte demonteren.
Primaire wisselaar intern reinigen.
Controleer de toestand van isolatieplaat aan de binnenzijde wisselaar en van
branderdeksel: defect of beschadigd, dan vervangen.
Na bevestiging complete sifon, wisselaar met water voorzichtig uitspoelen en
controleren op lekkage.
Branderdeksel compleet monteren met nieuwe pakkingen en borgmoeren.
Let op dat holle zijde van de pakking in de branderplaat valt. Draai borgmoeren zodanig
kruislings aan dat er geen speling meer is tussen de 4 of 5 bevestigingsnokken van de
branderplaat en wisselaar. Draai hierna alle moeren nog maximaal ¼ slag aan.
Plaats sticker met de G10 aanduiding aan de buitenzijde van het toestel op een
duidelijk zichtbare plaats. Ook de gewone sticker dient geplaatst te worden.
Controleer toestel op gasdichtheid en voordruk.
Benodigde onderdelen:
2VA58155 0020025929 3 delige branderpakking. OF:
2VA01635 801635 pakkingsset
145
Diagnose systeem activeren:
Druk gelijktijdig op toets + en – .
Met toets + of – juiste diagnose kiezen, bevestigen met mode.
Met + of – waarde wijzigen, bevestigen door indrukken mode totdat display 2x
knippert.
Door + en – weer gelijktijdig in te drukken wordt teruggekeerd naar normale mode.
Let op: om verder als d10 te komen moet op d10 de waarde 16 ingegeven
worden.
Voor de nieuwe uitvoering geld dezelfde diagnose lijst als vermeld bij de HR
PRO.
146
Diagnose beschrijving instelbaar waarde fabrieksinstelling
D10 Servicecode voor
instellingen vanaf d11
16 16
bevestigen
D11 deellastinstelling 35 - 75 65%
D12 branderinschakelvertragingstijd 1 - 15 Minuten 15
D13 Pompfunctie 00
01
Pomp
continu
Pompen bij
warmtevraag
01
D14 Pompnalooptijd 5 – 99 Minuten 5
D15 Testprogramma OFF
LO
HI
Normal
bedrijf
Min. vent.
Toerental
Max. vent.
Toerental
OFF
D16 Toestellen voor 2000
Toestelfunctie C.V.
Toestellen na 08-2000
Pompnaloop na boiler
verwarmen
00
01
0 – 120
C.V. uit
C.V.
continu aan
Tijd dat de
pomp
naloopt(in s)
00
80
D17 Alleen voor VHR S, vermogen
voor boiler
35 – 100 % van het
vermogen
100%
D18 Vertragingstijd na opwarmen
boiler(VHR S)
1 – 5 Minuten 1
D19 Toestellen na 08 – 2000
buitenvoeler vaiilant 693
00
01
Actief
Buitenvoeler
vreemd
merk
00
D20 Toestellen na 08 – 2000 open
therm
-01
00
Niet actief
actief
-01
D21 Kamerthermostaat 0
1
Geen C.V. vraag of
warmwater vraag
Warmtevraag via
kamerthermostaat
D22 Ventilator 0
1
Geen tachosignaal
Wel tachosignaal
D23 Pomp 0
1
Pomp niet aangestuurd
Pomp wel aangestuurd
D24 Driewegklep 0
1
Driewegklep in
warmwaterstand
Driewegklep in C.V. stand
D25 Ionisatiesignaal 0
1
Ionisatiesignaal afwezig
Ionisatiesignaal aanwezig
D26 Aanvoertemperatuur Aangegeven in °C
D27 retourtemperatuur Aangegeven in °C
D28 Platenwisselaar/boilertemperatuur Aangegeven in °C
D29 buitenvoelertemperatuur Aangegeven in °C
D30 Gevraagde aanvoertemp. Open
therm regeling
Aangegeven in °C
147
D31 Gewenst ventilatortoerental X 10 omw / min
D32 Actueel ventilatortoerental X 10 omw / min
D33 Toestellen na 08-2000 resterende
branderinschakelvertragingstijd
minuten
Diagnose systeem Pro en Solide nieuwe uitvoering:
Diagnose systeem activeren:
Druk gelijktijdig op toets i en +. Op het display verschijnt “d.0”.
Met toets + of – juiste diagnose kiezen, bevestigen met i.
Met + of – waarde wijzigen (weergave knippert).
Bevestigen door de toets i circa 5 seconden ingedrukt te houden totdat display niet meer
knippert.
Door i en + weer gelijktijdig in te drukken wordt teruggekeerd naar normale mode
(Als 4 minuten geen toets wordt ingedrukt wordt de diagnosemodus automatisch beëindigd).
Let op: om in het tweede diagnoseniveau te komen moet op d.97 waarde 17
ingegeven worden.
Diagnosecodes eerste diagnoseniveau
148
Diagnosecodes tweede diagnoseniveau
Diagnosecodes tweede diagnoseniveau (vervolg)
149
ONDERHOUD VAILLANT ECOTEC
Onderhoud:
- Controleer toestelvisueel op afwijkingen en lekkages.
- Reinig sifon en slangen, let op lekken van water.
- Demonteer brander met ventilator.
- Reinig de wisselaar. LET OP: de isolatie delen voorzichtig behandelen. Dit is
fijnvezelig materiaal. Indien nodig gebruik je persoonlijke beschermingsmiddelen.
- Controleer de isolatieplaat aan de binnenzijde warmtewisselaar en branderdeksel.
Indien de plaat achterin de wisselaar stuk is moet de gehele wisselaar vervangen
worden. Voor de branderdeksel is een vervangende plaat te bestellen.
- Monteer de brander met nieuwe pakking.
- Controleer toestel op gasvoordruk en dichtheid.
- Controleer warmwaterhoeveelheid.
- Meet CO2 en CO, met gesloten toestel.
- Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
- Controleer expansievat, overstort en waterdruk.
- Indien klant de klacht heeft dat het lang duurt bij het opwarmen kunnen
parameters worden aangepast, belangrijk zijn:
- D000 vermogen. Zet op een vaste waarde passend bij de woning
- D002 Brander wachttijd. Zet op 5 minuten.
- D014 pompvermogen, naar 80 of 100%.
- D071 maximale aanvoertemperatuur. Zet naar 80, daarna ook in
gebruikersinstellingen verhogen.
Benodigde onderdelen:
2VA58155 0020025929 3 delige branderpakking. OF:
2VA01635 801635 pakkingsset
150
151
152
Onderhoud warmtepompboiler
Onderhoud:
Tijdens onderhoud aan een warmtepompboiler is het erg belangrijk dat de
ventilator en de verdamper (ziet er uit als een convector) echt GOED
schoongemaakt worden.
Verdamper indien nodig reinigen met warm water en een afwasmiddel.
Wanneer de ventilator of verdamper niet goed schoon zijn zal de vloeistof in de
verdamper niet geheel verdampen, waardoor er vloeistof in de compressor komt.
De compressor zal dan door vloeistofslag defect raken.
Door het afkoelen van de ventilatielucht zal er condens ontstaan.
Tijdens onderhoud is het dan ook belangrijk dat de condensafvoer goed
gecontroleerd wordt op vervuiling en dus gereinigd wordt.
Ook een eventueel aanwezige anode zal gecontroleerd moeten worden.
Bijlage: algemene omschrijving werking warmtepomp.
Er zijn veel verschillende soorten warmtepompen, maar de werking komt eigenlijk altijd
op hetzelfde neer. In een zogenaamde compressiewarmtepomp vinden drie stappen
plaats:
Een vloeistof met een kookpunt lager dan de temperatuur van de omgeving dient
als transportmiddel van de warmte. Onder invloed van de warmte uit de
omgeving verdampt de vloeistof. Zo wordt door de verdampende vloeistof warmte
aan de omgeving onttrokken. (Dit verschijnsel is ook waar te nemen bij een
spuitbus, die koud wordt als hij gebruikt wordt.)
De verdampte vloeistof wordt vervolgens samengedrukt door een compressor.
Hierdoor stijgt de temperatuur van de damp. (Dit verschijnsel is ook
waarneembaar bij het oppompen van een fietsband, waar de onderkant van de
pomp behoorlijk warm kan worden.)
Als laatste wordt de damp gecondenseerd tot een vloeistof, waarbij warmte
vrijkomt. De vrijkomende warmte is bruikbaar gemaakt, omdat de temperatuur
hoger is dan bij de eerste stap. De vloeistof stroomt weer naar de verdamper,
waar het proces weer van voren af aan begint en een warmtetransformator.
Principewerking elektrische warmtepompboiler
Een warmtepompsysteem, vergelijk een koelkast, is een gesloten systeem van een
vloeistof. In de verdamper (lijkt op een convector, 1) ontrekt het koudemiddel (2)
warmte aan de lucht (3) om te kunnen verdampen en komt daarbij van vloeibare in
gasvormige toestand. De compressor (4) zuigt de koudemiddeldamp aan en perst deze
samen. Het koudemiddel bereikt daardoor een hogere temperatuur. In de condenser
(warmtewisselaar) (5) geeft het koudemiddel zijn warmte af aan het water (6) en gaat
hierdoor van gasvorming in vloeibare toestand over (condensatie). Via het
expansieventiel (7) komt het vloeibare koudemiddel dan weer in de verdamper (1) en de cyclus begint opnieuw.
153
In principe is de warmte energie voor de warmtepomp overal aan te onttrekken
bijvoorbeeld uit water, grondwarmte en iedere andere massa, daar overal warmte
energie is opgeslagen. Zelfs heipalen worden hiervoor gebruikt zoals bij de noviteiten site te lezen is.
Kenmerken
De kenmerken van een warmtepomp:
Zet de normaal onbenutte omgevings- en afvalenergie om in bruikbare energie.
Is zeer milieuvriendelijk.
Kan de financiële nota halveren in vergelijking met een HR-Ketel.
Valt onder subsidie- en fiscale regelingen.
Betekent duurzame energie met een hoog rendement.
Heeft een hoge betrouwbaarheid, weinig onderhoud en een lange levensduur.
154
Onderhoud WTW
Onderhoud:
Verwijder het voorpaneel.
Verwijder de warmtewisselaar, zie foto.
Let op condenswater dat nog aanwezig is.
Reinig de afvoer en sifon en spoel deze door.
Reinig het toestel van binnen.
Controleer de wisselaar op vervuiling, indien hier al wat aanslag zit, spoel deze
uit, doe dit zeker elke 3 jaar.
Reinig wisselaar met warm water, maximaal 40 graden of dompel deze in een
warmwaterbad waarin een niet agressief wasmiddel is opgelost.
Spoel hem daarna met schoon water uit en schud het water uit de wisselaar.
Controleer de ventilators op vervuiling; eventueel schoepen reinigen, zie foto 7.
Reinig de kunststof behuizing.
Zet, voor het terugplaatsen van de warmtewisselaar, eerst de ventilatoren aan in
de laagstand. Dit in verband met het nat kunnen worden van elektronica
Monteer alles in omgekeerde volgorde.
Vernieuw beide filters. Laat eventueel in overleg met de bewoner een extra set
achter.
Controleer de goede werking.
Let op! uitstroomopening moet aan afvoerzijde (Stork)
155
156
Onderhoud zonneboiler
Zonneboilers werken grofweg volgens twee principes, namelijk het systeem met
terugloopvat en het systeem wat op druk staat. Voor het onderhoud is het belangrijk te
weten welk basisprincipe wordt gebruikt.
Bij een terugloopsysteem moet er voldoende water aanwezig zijn om er voor te zorgen
dat er circulatie plaats kan vinden. Als er teveel water in het systeem zit kan de collector
(buiten) niet meer leeglopen, waardoor die kan bevriezen.
Bij het systeem dat onder druk staat moet het collectorcircuit gevuld zijn met een
vloeistof, vaak water/glycol, wat niet kan bevriezen. Dit systeem is makkelijk te
herkennen, want er is dan een expansievat aanwezig. Deze installaties kun je dus
niet bijvullen met water!
Veel voorkomende installaties met terugloopvat:
Agpo, ZEN
Agpo aquasol
Luigjes, ook met elektrische naverwarmer
Zonnegascombi ATAG/Luigjes
Remeha Zenta
Dutch Solar Systems
Installaties die op druk werken:
Nefit systemen
HR Solar
Nieuwe zonnegascombi Q Atag.
Als een systeem in een hoogbouwcomplex is geïnstalleerd, kan het zijn dat er een
gezamenlijke collector is. In dat geval kan alleen worden bijgevuld als alle boilers zijn
uitgeschakeld (van die collector).
Onderhoud:
Controleer de installatie visueel op lekkage.
Stel vast of het een terugloopsysteem of een druksysteem is.
Bij een druksysteem: controleer de systeemdruk. Maak indien nodig een afspraak
om bij te vullen met het juiste vulmiddel.
Bij een terugloopsysteem: stel de installatie buiten bedrijf.
Wacht tot het water is teruggelopen en controleer het niveau op het daarvoor
bestemde punt. Vaak is dit een aftapkraantje boven het terugloopvat
(luigjes/atag). Of een aftapkraantje in de collectorleiding (Agpo ZEN). De Aquasol
3 heeft geen aftapkraantje, maar een gecombineerde vul en niveau kraan, zie
bijlage.
Vul bij met leidingwater, totdat er water uit het aftapkraantje komt.
Stel de installatie weer in bedrijf.
Controleer, door middel van het open zetten van de warmwaterkraan of het
mengventiel niet te koud mengt.
157
158
Bovenstaand een afbeelding van de ATAG zonnegascombi (terugloop).
Het vullen gaat als volgt:
Stel het toestel buiten bedrijf.
Open het niveaukraantje ( a ) boven het terugloopvat.
Sluit een slang aan tussen de vulkraan ( b ) van het collectorcircuit en de
koudwateraansluiting ( d ) of bijvoorbeeld de wasmachinekraan.
Open de vulkraan ( b ).
Vul het circuit langzaam bij totdat er water uit het niveaukraantje komt.
Sluit de watertoevoer en koppel de slang af.
Wacht met het sluiten van niveaukraantje totdat er geen water meer uitstroomt.
159
Onderhoud Mechanische Ventilatie
Onderhoud:
Controle bedrading, verbindingen en aansluitingen.
Controle/reiniging van de waaier, omkasting en isolatie.
Controle driestanden schakelaar op werking.
Vervangen van de batterij, bij draadloze bediening.
Kanalen onderhoud
Dit onderhoud wordt door een externe partij uitgevoerd. Hierbij worden de kanalen ook
gereinigd.
160
Onderhoud geiser
Voordat het toestel gedemonteerd wordt eerst de volgende punten controleren.
Algehele werking – lekkages – suppletiekraan – terugslagklep – modulering – daarna
toestel demonteren.
Waterhuis
Schoonmaken en indien mogelijk opdrukstift vetvrij maken, nippel demonteren en het
vet direct op O-ring aanbrengen. Bij het vastzetten van nippel wordt het vet tussen O-
ring en opdrukstift geperst. Vaillant toestellen pakkingbus los nemen, stift insmeren,
weer vastzetten en licht invetten op pakkingbus. Anders stift met siliconenspray
inspuiten.
Gashuis en brander
Schoonmaken en eventuele opdrukstift smeren. TE O-ring via spindel smeren. Waakvlam
en brander afborstelen met koperborstel. Let bij LA brander op verstopte gaatjes
eventueel doorprikken of uitwisselen. Voorgemengde branders uitborstelen en uitblazen.
Binnenwerk
Onder kraan uitspoelen en uitborstelen. Let op dat deze echt goed schoon is.
Vooral bij types met temperatuurbeveiliging op rok is dit belangrijk. Bij badgeiser alleen
vervuilde binnenwerken uitspoelen. Smeltprop bij verkalking vernieuwen.
Kap
Met heet water schoonspoelen en eventueel iets zeepsop gebruiken.
Montage
Alleen originele onderdelen en pakkingen gebruiken (geen tape).
Controleer op gas en waterlekkages.
Controleer bij open toestel het Co en GI, zie eventueel bladzijde 148.
Controleer op uitstroom temperatuur.
Controleer op goede en veilige werking.
161
Onderhoud gasboiler
Onderhoud:
Controleer toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Demonteer waakvlam en brander en reinig deze.
Controleer de branderdruk.
Controleer Co en GI , zie eventueel bladzijde 148.
Indien bij de vorige beurt de anode minder als 50% was, moet deze
vervangen worden.
Controleer afvaltijd thermokoppel > 15 seconden
Eventueel systeem doormeten op millivolt.(minimaal 8 m.v. op spoel).
Controleer de inlaatcombinatie.
Meet de warmwatertemperatuur, deze dient minimaal 65°C te zijn, melkstal 80 C.
Controleer de gasvoordruk en de gasdichtheid.
Controleer het toestel op goede werking.
Eens per 3 jaar uitgebreid met:
Demonteer de anode. Indien de anode minder als 30% is, deze vervangen.
Noteer de aantasting op de sticker met de onderhoudsbeurt.
Omdat er in ons werkgebied niet overmatig veel kalk in het water zit gaan wij tijdens
onderhoud niet spuien. In de praktijk geeft dit namelijk toch problemen. De kraan sluit
na het spuien mogelijk niet voor 100% af, de gehele boiler moet dan afgetapt worden om
de kraan te vervangen. Ook bestaat hierdoor de kans op waterschade.
162
Onderhoud fornuis of comfoor
Branders
Controleren op goede werking zowel hoog als laagstand.
Hulpgas en mengpijp en inspuiters schoonborstelen.
Inspuiter eventueel alleen doorprikken maar niet opruimen.
Kranen
Controleren op goede werking en lekkage .
Bij slechte werking en lekkage deze schoonmaken en licht invetten, ook de
kraanspindel en geleider. Let ook op of schroeven van kraanhuis goed vastzitten.
Piëzo ontsteking
Controleren op goede werking eventueel bougies vernieuwen.
Ovenbrander en grill
Demonteren en uitborstelen.
Bij ovenbrander opletten voor vervuiling van lucifers op C.A. punt.
Controleer thermostaat of deze bij koude toestand nog hoog brandt op stand 1.
Bij twijfel over de werking deze moet na ± 4 à 5 minuten laag gaan branden (120
ºC - 140ºC).
Aansluiting
Controleer slang op uitdroging anders vernieuwen.
163
Onderhoud Gashaard
Toestellen met asbest volgens protocol, Dring bij de klant aan op vervanging.
Brander
Mengpijp uitborstelen, brander uitblazen.
Regelblok
Controleren op goede werking.
Honeywell gasblokken kunnen gas lekken langs aansteekknop, deze dan afkeuren.
Let op of thermostaatknop vast zit.
Trekonderbreker
Trekonderbreker controleren op vervuiling en eventueel reinigen.
Let hierbij vooral op of er een vernauwing aanwezig is, deze moet goed schoon zijn.
(bij het toestel hierboven is deze al grotendeels dicht gaan zitten).
Thermisch terugslag beveiliging
Toestel met thermische terugslag beveiliging moet een dop op de roetzak hebben.
Waakvlam en ontsteker
Schoonmaken en uitblazen. Bougiekabel bij verharding vernieuwen.
Binnenwerk en kap
Stofvrij maken met borstel en stofzuiger.
164
Afvoerpijp
Uitborstelen.
Controleren op Co en GI., zie tabel
Afvoerloos (geiser) Open afvoergebonden toestel
met trekonderbreker
Afvoergebonden toestel met
ventilator
Nieuw:
Co max 50 ppm
GI max 0,05
Nieuw:
Co max 200 ppm
GI max 0,2
Nieuw:
Co max 200 ppm
GI max 0,2
Bestaand:
Co max 100 ppm*
Bestaand:
Co max 200 ppm *
GI max 0,4
Bestaand:
Co max 500 ppm *
GI max 0,5
Gevelkachels
Brander eventueel op vervuiling controleren via inspectie luik. Mengpijp altijd
schoonmaken.
Afvoer
Controleren op vervuiling van b.v spinnenwebben. Deze verwijderen door
buitenrooster te demonteren. Als dit niet mogelijk is dan bij ernstige vervuiling
toestel demonteren en schoonmaken.
165
Onderhoud C.V. en C.V.-combi
Indien onderhoud niet beschreven is in toestelgericht onderhoud, dienen de voorschriften
van de fabrikant opgevolgd te worden. Verder dienen onderstaande punten gecontroleerd
te worden:
Controleer het toestel visueel op afwijkingen en lekkages.
Controleer, indien aanwezig, afvaltijd thermokoppel > 15 seconden, eventueel
doormeten.
Controleer waterdruk, ontlastklep, expansievat en inlaatcombinatie.
Controleer W.W. hoeveelheid bij klachten.
Controleer gasdichtheid en voordruk.
Controleer toestel op C.V. en W.W. werking.
Controleer verbranding
Eindcontrole
Controleer de goede werking van thermokoppel, gasdichtheid (ook meetnippels) en
gasverbruik. Het aan- en uitgaan van brander door middel van kamerthermostaat en
ketelthermostaat. Controle warmwater. Afstellen volgens fabriekvoorschriften.
166
Controle gaslekkage binnenleiding en gastoestellen
Bepaling van de gasdichtheid nadat de gasmeter is geplaatst.
De gasinstallatie wordt als gasdicht beschouwd indien 3 minuten na het sluiten van de
hoofdkraan de druk in de gasinstallatie niet meer dan 1 mbar is gedaald. Dit geldt alleen
voor woonhuizen en niet voor installaties met > 50 liter gasinhoud.
Tijdens de meting de werkdruk 5 mbar laten zakken dit in verband met het lekken van
de hoofdafsluiter.
Alle aansluitkranen moeten zijn geopend. Hiervoor kan men de manometer op een
voordruk meetnippel van het toestel aansluiten.
Bij te grote lekkages
Sluit alle kranen voor het gastoestel en herhaal de meting. Als er dan geen lekkage is de
kranen voor de toestellen stuk voor stuk open zetten totdat duidelijk is welke er lekt.
Controle gasdichtheid van gastoestellen
Is de lekkage kleiner dan 3 mbar per minuut, dan wordt het toestel als gasdicht
beschouwd.
167
Richtlijnen Co² en Co percentages
Vaak geeft de toestelfabrikant in het installatievoorschrift aan wat de maximale
concentratie voor Co en Co² in de afvoer van de verbrandingsgassen mag zijn. Wanneer
dit niet is aangegeven, kan onderstaande tabel als leidraad worden gebruikt. In deze
tabel wordt onderscheid gemaakt tussen open en gesloten toestellen
Deze categorieën open toestellen zijn:
Afvoerloze toestellen.
Afvoergebonden toestellen.
Bij een open toestel dient altijd de Co en GI te worden bepaald.
In de tabel wordt ook nog onderscheid gemaakt tussen nieuw geplaatste toestellen en
bestaande toestellen waaraan onderhoud wordt gepleegd.
Tabel: Richtlijnen voor Co en GI voor verschillende toestellen.
Afvoerloos (geiser) Open afvoergebonden toestel
met trekonderbreker
Afvoergebonden toestel met
ventilator
Nieuw:
Co max 50 ppm
GI max 0,05
Nieuw:
Co max 200 ppm
GI max 0,2
Nieuw:
Co max 200 ppm
GI max 0,2
Bestaand:
Co max 100 ppm*
Bestaand:
Co max 200 ppm *
GI max 0,4
Bestaand:
Co max 500 ppm *
GI max 0,5
* Dit is lager dan de maximale toegestane waarde, komen de gemeten waarden
hierboven dan is hier wel een oorzaak voor. Indien de gemeten waardes te hoog blijven
(ook na reparatie) neem dan contact op met één van de technische leiders. Het toestel
mag niet zondermeer afgekeurd worden!
Let op: zowel aan de Co concentratie als aan de GI moet worden voldaan!!
Is er bijvoorbeeld sprake van een afvoergebonden toestel met ventilator met 400 ppm
Co in de verbrandingsgassen, maar een GI > 0,5 dan moeten maatregelen genomen
worden.
Indien bij een meting een waarde wordt gevonden groter dan de hier genoemde,
adviseren we maatregelen te nemen. Deze kunnen zijn: het opnieuw inregelen van het
toestel, schoonmaken en dergelijke. Controleer hierbij ook op recirculatie, dit geeft ook
een verhoogde Co concentratie.
Let op: gesloten toestellen met GASKEUR schone verbranding mogen maximaal
160 ppm Co hebben!!
168
Eigen notities: