Kennisportfolio H1 Leandro Loenen
Management
5 Coördinatiemechanismen:1. Onderlinge aanpassing2. Direct toezicht3. Standaardisatie van werkprocessen4. Standaardisatie van output 5. Standaardisatie van vaardigheden
5 Organisatieonderdelen1. Uitvoerende kern2. Middenkader3. Strategische top4. Technostructuur5. Ondersteunende diensten
5 Centralisatievormen1. Verticale en horizontale centralisatie2. Beperkte horizontale decentralisatie3. Beperkte verticale decentralisatie4. Selectieve horizontale en verticale decentralisatie5. Verticale en horizontale decentralisatie
5 Ontwerpparameters1. Ontwerpen van individuele functies2. Groepering van eenheden 3. Grote van eenheden4. Planning en controlesystemen5. Verbindingsmiddelen
5 situationele factoren1. Leeftijd2. Omgeving3. Technisch systeem4. Macht5. Trends
5 Organisatielogo’s:
1. de eenvoudige structuur
Belangrijkste organisatie onderdeel:
Strategische topCoördinatiemechanisme: Direct toezicht(De-)centralisatie vorm: Horizontale én verticale centralisatie
Ontwerp individuele functies: Taakspecialisatie, formalisatie gedrag, training, indoctrinatie• Een losse arbeidsverdeling• Weinig geformaliseerd gedrag• Weinig met trainingen etc.
Afdelingsvorming/-grootte (effecten):• Een minimale differentiatie tussen de eenheden• Kleine hiërarchie van managers• Organische structuur• Weinig/geen technostructuur• Weinig/geen ondersteunend personeel• Weinig/geen middenkader
Planning-/Controlesystemen: controle van resultaten actieplanning• Niet/nauwelijks
Verbindingsmiddelen: Liaison, taakgroepen, vaste commissies, integratiemanager, matrixstructuur• Niet/nauwelijks
Contingentiefactoren: Leeftijd, technisch systeem, omgeving, macht, trends• Jong, klein• Niet-hoogwaardig technisch systeem• Eenvoudige, dynamische omgeving• Eventueel vijandige omgeving• Structuur niet onderhevig aan mode
Wanneer wordt de Eenvoudige Structuur gebruikt?• Organisatie in pioniersfase (kan ook bij groei best zo blijven!!)• Organisaties in extreme crisissituatie
2. de machine bureaucratie
Belangrijkste organisatie onderdeel: TechnostructuurCoördinatiemechanisme: Standaardisatie van werkprocessen(De-)centralisatie vorm: Beperkte horizontale decentralisatie (selectief)
Ontwerp individuele functies: Taakspecialisatie, formalisatie gedrag, training, indoctrinatie• Sterk gespecialiseerde routinewerkzaamheden• Verticale en horizontale taakspecialisatie
• Sterk geformaliseerd gedrag (veel regels/procedures)• Weinig training/indoctrinatie
Afdelingsvorming/-grootte (effecten):• Groepering naar functie (F-indeling)• Grote uitvoerende eenheden in de kern/op productieniveau• Uitgebreide bestuurlijke structuur met een sterk onderscheid lijn-staf
Planning-/Controlesystemen: controle van resultaten actieplanning• Actieplanning
Verbindingsmiddelen: Liaison, taakgroepen/vaste commissies, integratiemanager, matrixstructuur• Weinig
Contingentiefactoren: Leeftijd, technisch systeem, omgeving, macht, trends• Oud, groot• Niet-hoogwaardig technisch systeem, wel sterk regulerend• Eenvoudige, stabiele omgeving• Structuur niet onderhevig aan mode
Wanneer wordt de Machinebureaucratie gebruikt? • Voor een organisatie die volgroeid is • Organisaties, die groot genoeg zijn om een zodanig werkvolume te hebben dat het
werk gestandaardiseerd kan worden
3. de professionele bureaucratie
Belangrijkste organisatieonderdeelDe Uitvoerende kernCoördinatiemechanismeStandaardisatie van vaardigheden(De)centralisatievormVerticale en horizontale decentralisatie
Ontwerp individuele functies: Taakspecialisatie, formalisatie gedrag, training, indoctrinatie• Kennis en vaardigheden ‘verleend aan’ een professional: heeft hierdoor macht/gezag• Wel veel horizontale taakspecialisatie, maar verticaal juist niet (veel controle over
eigen werkzaamheden)• Weinig gedragsformalisatie• Training en indoctrinatie van de professional
Afdelingsvorming/- grootte (effecten):• Groepering naar functie en markt• Uitvoerende kern kan groot zijn• Weinig managers
Planning-/Controlesystemen: controle van resultaten actieplanning• Nauwelijks /niet
Verbindingsmiddelen: Liaison, taakgroepen/vaste commissies, integratiemanager, matrixstructuur• Weinig in Uitvoerende kern• Meerdere op Middenkader-niveau (commissies, task forces)
Contingentiefactoren: Leeftijd, technisch systeem, omgeving, macht, trends• Leeftijd, omvang niet zo van belang, varieert• Niet-hoogwaardig technisch systeem, niet sterk regulerend, niet
geautomatiseerd (soms echter wel hoogwaardige technologie)• Ingewikkelde, stabiele omgeving• Onderhevig aan mode
Wanneer wordt de Professionele Bureaucratie gebruikt?• Universiteiten• Ziekenhuizen• Onderwijsinstellngen• Accountantsbureaus• Advies-/Consultancybureaus
4.. de divisiestructuur
Belangrijkste organisatie onderdeelMiddenkader Coördinatiemechanisme Standaardisatie van Output (De-)centralisatie vorm Beperkte verticale decentralisatie (parallel)
Ontwerp individuele functies: Taakspecialisatie, formalisatie gedrag, training, indoctrinatie• Iedere divisie heeft ‘eigen’ uitvoerende functies• Nauwelijks gedragsformalisatie (door het hoofdkantoor opgelegd)• Veel gedragsformalisatie binnen de divisies• Training/indoctrinatie van de divisiemanagers
Afdelingsvorming/- grootte (effecten):• Divisies; eenheden in het middenkader gegroepeerd naar markt / product /
geografisch gebied• Geen contact tussen de divisies• Centraal hoofdkantoor:
• Kleine technostructuur • Kleine ondersteunende staf
Planning-/Controlesystemen: controle van resultaten actieplanning• Controle van resultaat• Geen actieplanning door hoofdkantoor, wel door de divisiemanager voor de
divisieVerbindingsmiddelen: Liaison, taakgroepen/vaste commissies, integratiemanager, matrixstructuur
• WeinigContingentiefactoren: Leeftijd, technisch systeem, omgeving, macht, trends
• Oud, groot
• Gediversifieerde markten• Niet te complexe, niet te dynamische omgeving• Iedere divisie heeft eigen technisch systeem• Aan mode onderhevig• Macht: intern & extern
Iedere divisie heeft een eigen structuur (kan die hebben!); meestal een machinebureaucratie
Wanneer wordt de Divisiestructuur gebruikt?• Voor een organisatie die volgroeid is• Veelal in de profit sector van de geïndustrialiseerde economie: Philips, Unilever,
Shell, DSM etc.
5. de adhocratie
Twee vormen:1. De Operationele Adhocratie2. De Bestuurlijke Adhocratie
De Operationele Adhocratie• Werk wordt direct in opdracht van de klant uitgevoerd (onder contract)• Nieuwe, creatieve oplossingen t.b.v. een klant• Bestuurlijk en uitvoerend werk vloeien in elkaar over (planning en ontwerp niet te scheiden
van uitvoering)
De Bestuurlijke Adhocratie• Werk wordt voor eigen nut uitgevoerd• Bestuurlijk en uitvoerend werk strikt van elkaar gescheiden• Uitvoerende Kern wordt losgekoppeld:
Kan als aparte organisatie worden opgezet Kan worden uitbesteed aan een ander Kan worden geautomatiseerd
Belangrijkste organisatie onderdeel • De Uitvoerende Kern (in Operationele Adhocratie)• De Ondersteunende Diensten (in Bestuurlijke Adhocratie)
Coördinatiemechanisme
Onderlinge aanpassing (De-)centralisatie vormSelectieve verticale en horizontale decentralisatie
Ontwerp individuele functies: Taakspecialisatie, formalisatie gedrag, training, indoctrinatie• Veel horizontale taakspecialisatie• Veel training• Weinig formalisatie van gedrag• Organische structuur• Veel managers! Zelf lid projectgroepen
Experts uit verschillende disciplines werken samen in adhoc-/marktgeoriënteerde projectteams(Matrixstructuur)Afdelingsvorming/- grootte (effecten):
• Kleine eenheden• Groepering van eenheden: functioneel en marktgericht• Men werkt in teams• (Raakvlakken met) Matrixstructuur
Planning-/Controlesystemen: controle van resultaten actieplanning• In feite niet• Beperkte actieplanning (vooral in Bestuurlijke Adhocratie)
Verbindingsmiddelen: Liaison, taakgroepen/vaste commissies, integratiemanager, matrixstructuur• Veel (bevorderen onderlinge aanpassing)
Contingentiefactoren: Leeftijd, technisch systeem, omgeving, macht, trends• Jong• Technisch systeem:
Geavanceerd, geautomatiseerd (Bestuurlijke Adhocratie) Niet gereguleerd of geavanceerd (Operationele Adhocratie)
• Omgeving vaak complex, dynamisch• Zeer onderhevig aan mode
Wanneer wordt de bestuurlijke Adhocratie gebruikt?• Farmaceutische firma’s• Ruimtevaartorganisatie• Etc.
Wanneer wordt de operationele Adhocratie gebruikt?• Advies- /Consultancybureaus (Creatief, innovatief)• Filmmaatschappijen• Etc.
Marketingcommunicatie
Marketingcommunicatieplan
Types op een markt:- Marktleider – organisatie met grootste marktaandeel- Marktvolger – profiteert van het succes van de marktleider- Marktnicher – richt zich op een klein deel van de markt, waar weinig concurrentie is en genoeg
geld te besteden.
Er zijn vier soorten markten:- Consumentenmarkt – personen of gezinnen die producten en diensten kopen voor eigen gebruik- Industriële markt – organisaties die producten en diensten afnemen die nodig zijn voor hun
bedrijfsvoering, worden vaak weer verwerkt in een ander product.- Intermediaire markt – organisaties die producten kopen en ze meteen weer doorverkopen- Institutionele markt – overheidsinstellingen, grootverbruikers en andere non-profitorganisaties
Marktsegmentatie
Productlevenscyclus
Koopbeslissingproces consumenten
Onderdelen retailmix* Extern1. Publiek2. Prijs3. Product 4. Plaats5. Promotie* Intern6. Presentatie7. Fysieke distributie8. Personeel
Marketingcommunicatiedoelstellingen
Groeistrategieën (Ansoff)
4 positioneringsstrategieën:1. Informationele positionering2. Transformationele positionering3. Tweezijdige positionering4. Uitvoeringspositionering
4 concepten:1. Effectconcept2. Associatieconcept3. Explicatieconcept4. Vergelijkingsconcept
Middelen voor marketingcommunicatie
Middel/Medium Geschikt voor… Centraal staat…Televisie Reclame ProductRadio Reclame ProductTijdschriften Reclame, direct marketing ProductDagbladen Reclame, direct marketing,
promoties, public relationsOrganisatie of product
Mailings Promoties, direct marketing ProductBuitenmedia Sponsoring, reclame Organisatie of productVerpakking/display Winkelcommunicatie ProductInternet/interactieve media Direct marketing, public
relationsDoelgroep of organisatie
Telefoon Direct marketing, persoonlijke verkoop
Product of doelgroep
Verkopers, hostesses, demonstraties
Beurzen, tentoonstellingen, persoonlijke verkoop
Product of doelgroep
Huis-aan-huisbladen Direct marketing, reclame ProductPersberichten Public relations, marketing PR Organisatie
Engels
Schema grammatica tijden
Engelse tijd Engelse zin Engelse tijd Nederlandse tijd
Nederlandse zin
Nederlandse tijd
I walk Simple presentOnvoltooid tegen-woordige tijd
Ik loop OTT
I walked Simple past Onvoltooid verleden tijd Ik liep OVT
I have walked Present perfect
Voltooid verleden tijd Ik heb gelopen VVT
I had walked Past perfect
Voltooid verleden tijd Ik had gelopen VVT
I will walk Present futur
Onvoltooid tegenwoor-dige toekomende tijd.
Ik zal lopen OTTT
I would walk Past futur
Onvoltooid verleden toekomende tijd
Ik zou lopen OVTT
I will have walked
Present futur Perfect
Voltooid tegenwoor-
Ik zal gelopen hebben
VTTT
Bij routine zaken
Periode in verleden
Signaal-woorden
Bij twee situaties
WILL =
Voorspel-lingen en besluiten
dige toekomende tijd
I would have walked Past futur
perfect
Voltooid verleden toekomende tijd
Ik zou gelopen hebben VVTT
Marketing
Black box model
Kenmerken consumentengedrag
Besluitvormingsproces consument
Behoeftespyramide (Maslow)
5 stappen adoptieproces1. Bekendheid
2. Interesse3. Evaluatie4. Probeeraankoop5. Adoptie
Adoptiesnelheid
Koopgedrag organisaties:
3 soorten inkoopsituaties1. Straight rebuy2. Modified rebuy3. New task rebuy
Segmentatiecriteria consumentenmarkt- Geografisch- Demografisch- Psychografisch- Gedrag
Voorwaarden effectieve segmentatie- Meetbaarheid- Bereikbaarheid- Omvang- Onderscheid- Bewerkbaarheid
4 soorten marketing voor doelgroepen1. Ongedifferentieerde marketing
2. Gedifferentieerde marketing3. Niche marketing4. Micro marketing
3 niveaus van formulemanagement1. Strategisch2. Tactisch3. Operationeel
Elasticiteit
Prijsstrategieën voor nieuwe producten:- Afroomprijsstrategie- Penetratiestrategie
Prijsaanpassingstrategieën:- Kortingen- Prijsdiscriminatie- Psychologische prijszetting- Promotieprijszetting- Geografische prijszetting
Bedrijfseconomie
A.C. MethodeOpbrengst: afzet x verkoopprijs = Kostprijs verkopen: afzet x Comm.kp = Verkoopres./transactieres./ruilwinst+ Bezettingsresultaat:Productie (W-N)xCp/N (w=verwachte productie)Afzet (W-N)xCa/N (w=verwachte afzet) Perioderesultaat=bedrijfsresultaat=winst/verlies
D.C. MethodeOpbrengst: afzet x verkoopprijs …….Variabele kosten:afzet x var.kn p.p. ……. -/-Dekkingsbijdrage= Contributiemarge …….Vaste kosten ……. -/-Perioderesultaat …….
Analyse winstverschillen
- Winstverschil: verschil uitkomst werkelijke DC – begrote DC.- Verkoopverschil: werkelijke CM – begrote CM- Kostenverschil: werkelijke kosten – begrote kosten- Verkoopomvangverschil: (werk. Hvlheid – begr. Hvlheid) x begr. ContributieMarge - Verkoopprijsverschil: (werk. Vkprijs – begr. vkprijs) x werk. Afzet- Assortimentsverschil: (werk. Hvlheid – verhouding nieuw) x CM- Verkoophoeveelheidsverschil: (verhouding nieuw – begr. Hvlheid) x CM
Recht
2 soorten reclame:Misleiding (art. 6:194 BW) Vergelijking (art. 6:194a BW)Goederen/diensten Elke vorm van reclameHem/degene t.b.v. wie hij handelt in uitoefening van beroep/bedrijf
Waarbij concurrent/dan wel door concurrent
Worden aangeboden Goederen/dienstenMededeling Uitdrukkelijk/implicietOpenbaar maken Duidelijk/onbezinnigWegens een anderIn 1 of meer opzichten
* Koopovereenkomst: Art. 7.1 BWSprake van afgesproken prijs en overgedragen zaak* Consumentenkoop: art. 7:5 BWKoopovereenkomst waarbij verkoper handelt in naam van beroep of bedrijf, koper handelt niet in beroep of bedrijf
Andere koopovereenkomsten:- Kopen van onroerende zaak (art. 7:2 + 7:3 BW)- Koop met eigendomsvoorbehoud (art. 7:9 lid 3 BW)De verkoper blijft eigenaar van de afgeleverde zaak totdat de totale koopsom door de koper is voldaan.- Koop op proef (art. 7:45 e.v. BW)- Koop op afstand (art. 7:46A e.v. BW)Wordt gesloten door een consument die zich thuis bevindt en een leverancier die zich elders bevindt.- Onderhandse en openbare verkoopBij onderhandse verkoop bepalen partijen zelf de voorwaarden waaronder zij de koopovereenkomst willen aangaan.Bij openbare verkoop worden zaken bij opbod verkocht op een veiling- Colportage Er is sprake van een bepaald persoon die roerende zaken of diensten te koop aanbiedt door persoonlijk bezoek aan particulieren of daartoe samengebrachte groepen personen. 3 soorten:o Afbetalingscolporteur o Contantcolporteuro Kredietcolporteur
Rechten van de koper: - Eigendomsoverdracht- Aflevering- Conformiteit
3 fases bij ICT en recht webshops1. Precontractuele fase: webwinkelier moet info kunnen verkrijgen2. Sluiten van de overeenkomst: verkoper moet algemene voorwaarden stellen en laten aanvaarden3. Nakoming overeenkomst: koper mag binnen 14 dagen zonder rede ontbinden
Wet bescherming persoonsgegevens stappenplan* Hoofdvraag 1: Is de Wbp van toepassing?Is er sprake van persoonsgegevens?Worden deze persoonsgegevens verwerkt?
Is er sprake van een uitzondering?Ben ik verantwoordelijke?* Hoofdvraag 2: Wordt voldaan aan de voorwaarden?Zijn de doeleinden vooraf bekend?Mogen de persoonsgegevens verwerkt worden?Worden de gegevens op de juiste wijze verwerkt?
Top Related