thuis en in de klas beter te begrijpen
43 tips
om jouw Beelddenker
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 2
Mogelijk heb je weleens gehoord van beelddenken en wil je er graag
meer over weten. Ongeveer 5% van de mensen denkt in beelden. Dit
houdt in dat in een klas al snel 1 of 2 leerlingen beelddenkers zijn.
Beelddenken is nog niet enorm bekend en wordt vaak onderschat.
Ons onderwijs is vooral gericht op taaldenkers waardoor veel
beelddenkers een leerachterstand kunnen krijgen. Zij kunnen het
lesmateriaal niet altijd even goed begrijpen en onthouden. Bijles helpt
niet of nauwelijks, omdat er nog meer schoolwerk op een wijze wordt
aangeboden welke niet aansluit bij de beelddenker.
Mijn missie is om zoveel mogelijk mensen kennis te laten maken met
beelddenken. Hoe meer ouders, leerkrachten en professionals op de
hoogte zijn van beelddenken, hoe eerder het wordt (h)erkend. En
hierdoor zal de beelddenker veel minder snel tegen problemen
aanlopen.
Maak niet de fout zoals velen om er geen aandacht aan
te besteden en gebruik deze tips thuis, in de klas en bij
het begeleiden van kinderen.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 3
Beelddenken bestaat niet
Veel mensen hebben nog nooit van beelddenken gehoord of geloven
niet in beelddenken. Toch is het wetenschappelijk bewezen dat ieder
mens op zijn eigen manier leert en ook een voorkeur heeft voor een
bepaalde manier van leren. De een leert door te doen, de ander leert
door te luisteren, weer een ander leert door het te zien en na te doen.
Zo zie je maar, je kunt er niet vanuit gaan dat ieder kind op dezelfde
manier leert en dus ook maar met het aangeboden leermateriaal
overweg kan.
Erfelijk
Beelddenken is erfelijk. Ben jij als ouder een beelddenker of is de opa
of oma van jouw kind een beelddenker? Grote kans dat een van jouw
kinderen ook een beelddenker is.
Secundaire denkproces rond 5 à 6 jaar
De meeste kinderen gaan rond het 5e, 6e levensjaar over op het
secundaire denkproces en de kinderen die voorkeur blijven houden
voor het primair denkproces zijn beelddenkers. Het primaire
denkproces is wanneer informatie als eerst rechts binnenkomt. Dit zie
je bij een baby erg goed. Een baby ontwikkelt zich en leert namelijk via
plaatjes, geluiden, bewegingen, klanken, muziek en kleuren; de
zintuigen. Gaandeweg praten de ouders tegen het kind en leert het
kind praten. Rond het 5e, 6e levensjaar stapt het kind over naar het
talige denken. Dit heet het secundaire denkproces. En dus verplaatst
de informatieverwerking zich naar de linkerhersenhelft. Dit gebeurt
dus niet bij beelddenkers.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 4
Screening
Helaas is er nog geen diagnostisch instrument om beelddenker vast te
stellen. Wel is er de Plaatjestest voor kinderen vanaf 5 à 6 jaar om in
te schatten of je kind mogelijk een beelddenker is. Ook is er speciaal
een vragenlijst gemaakt voor kinderen van de leeftijd van 12 jaar en
ouder.
Positieve eigenschappen
Beelddenkers hebben enorm veel positieve eigenschappen zoals
creatief, fantasierijk, sterk ruimtelijk inzicht, gevoelig, goed
ritmegevoel. Beelddenkers kunnen goede leidinggevende zijn. Ook zijn
ze oplossingsgericht, echte doorzetters en vaak vol energie en
enthousiasme. En als je geen navigatiesysteem hebt...Beelddenkers
zijn hele goede kaartlezers.
Sensitief en beelddenken
(Hoog) Sensitief & beelddenken gaan hand in hand. Niet heel gek als
je bedenkt dat de beelddenker een sterk ontwikkelde
rechterhersenhelft heeft waar ook voornamelijk het gevoel wordt
verwerkt. Alle prikkels komen extra sterk binnen waardoor de
beelddenker dus enorm veel moet verwerken. Vermoeiend!
Leerproblemen door Beelddenken
Beelddenkers lopen vaak tegen leerproblemen aan. Bij spelling en
rekenen moet de goede klank aan het goede cijfer teken gekoppeld
worden. Dit is voor beelddenkers erg moeilijk, omdat er moeilijk een
beeld bij te vormen is. Daarnaast worden er bij spelling geen
woordbeelden onthouden door beelddenkers, wat het vinden van de
juiste spelling erg lastig maakt.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 5
Pas als de woorden of sommen gevisualiseerd zijn en er eventueel een
associatie of beleving bij bedacht is, kunnen ze onthouden worden.
TIP voor thuis en in de klas: maak bij het woord fiets een plaatje van
een fiets met de f in de stuurstang...of een vogel met een v als vleugels
(Sessie 1: beelddenk training).
Leren door te doen en te ervaren
Beelddenkers leren juist door te doen, te ervaren met de zintuigen.
Neem ze mee naar educatieve films, musea, NEMO in Amsterdam, de
kinderboerderij. Spelenderwijs leren werkt het best. Wanneer je dit
ook toepast in jouw wijze van onderwijzen sluit de methode bij alle
kinderen aan, ook de beelddenkers. Leer de kinderen blokjes van groot
naar klein leggen aan de hand van een foto van je eigen leerlingen die
van groot naar klein staan. Maak het speels, tastbaar, levendig en stap
ook uit je eigen comfortzone.
Moeite met lezen
Ook kunnen beelddenkers moeite hebben met lezen. Om goed te
kunnen lezen moeten je linker- en rechterhersenhelft goed
samenwerken. De linkerhelft helpt jou om te begrijpen wat er staat
(woorden, volgorde, informatie opbouwen) en de rechterkant helpt
jou om de letters te zien, herkennen en benoemen (vorm, ruimtelijk
inzicht).
Je snapt wel dat als je vooral met je rechterhersenhelft denkt en links
niet zo meewerkt, dat lezen erg lastig wordt.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 6
In 3D denken
Stel je voor dat jij in 3D kon denken en dus alles wat je zag kon draaien
en spiegelen. Leuk? Soms wel, maar vaak is het ook enorm lastig!
WAAROM LASTIG? Stel je voor dat je dus alles in je hoofd kan laten
draaien en spiegelen dan zie je dus een b d q p als eenzelfde letter.
Laat het hele alfabet als 1 plaatje opslaan. Dan krijgen de letters een
vaste plek en een vaste vorm met een daaraan gekoppelde klank. Dit
is Top-Down leren, wat de beelddenker dus enorm helpt.
Plannen en Organiseren
Beelddenkers hebben moeite met plannen en organiseren. Je kunt
hen helpen door overzicht te creëren door middel van een planbord of
door een schema te maken met blokken waardoor ze zien hoe de tijd
is ingedeeld op een dag. Slapen, school, spelen, huiswerk, sport enz.
Weinig tijdsbesef
De beelddenker heeft weinig tot geen tijdsbesef wat voor stress en
onzekerheid kan zorgen. Ze hebben geen idee of ze de sommen wel af
kunnen krijgen in de gestelde tijd.
TIP: Zorg daarom als leerkracht voor succeservaringen. Stel een timer
in (time-timer) en spreek af welke rijtjes het kind af moet hebben, zet
er een streep onder. Geef het kind wat meer tijd, zodat het zichzelf
verbaast dat het zelfs tijd over heeft! En dit kun je natuurlijk ook thuis
doen. Zorg dat het kind succeservaringen opdoet en niet altijd de
laatste van de klas is of te laat klaar is.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 7
Dagindeling, maanden en seizoenen
Niet alleen hebben beelddenkers moeite met klokkijken, ook de
dagindeling, maanden, seizoenen enz. zijn lastig voor hen. Een TIP voor
de leerkracht is dan ook om elke dag in de kring/klas te vragen welke
dag het is vandaag, welke dag het gister was en welke dag het morgen
is. Op deze manier krijgen de kinderen meer grip op de dagen van de
week.
Daarnaast is het ook erg fijn én leuk voor beelddenkers (en andere
kinderen) om de dagen van de week in de klas op te hangen aan de
hand van plaatjes die bij het woord van die dag passen. Zo kun je
ervoor kiezen om de maandag af te beelden met een maan enz. Dit
kun je thuis ook doen, maar dan met zelfgemaakte tekeningen. Deze
werken vaak het best!
Ongeïnteresseerde leerling
Ga eens na of het een beelddenker is. Ja? Desinteresse zie je vaak bij
de beelddenker doordat er vooral auditief lesstof wordt aangeboden.
✅ Probeer eens meer visueel te ondersteunen.
✅ Zelf laten ontdekken door bijvoorbeeld naar buiten te gaan voor de
biologieles, het laten beleven.
✅ Laat het leven. De som 2+3 is lastiger voor een beelddenker dan 2
pennen + 3 pennen. Leg de pennen ook voor zijn neus om het
makkelijker te maken.
✅ Lijkt je beelddenker te dromen? Dan is hij waarschijnlijk jouw
verhaal aan het vertalen naar het zijne.
✅ De plek in de klas is enorm belangrijk. Overleg met je beelddenker
waar het wil zitten, vaak is dit aan de zijkant van de klas, op die manier
heeft hij overzicht over het gehele plaatje. Maar doe het in overleg.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 8
✅ De waarom vraag van de beelddenker. Hij vraagt dit omdat hij eerst
het groter geheel wilt weten, enthousiast erover raakt en dan pas kan
beginnen.
✅ Sommige beelddenkers vinden een koptelefoon fijn, maar doe dit
ook in overleg.
Wiebelen
Kinderen kunnen gaan wiebelen, omdat zij de hersenen even wakker
willen maken. De linkerhersenhelft valt bij kinderen soms stil. Bij
beelddenkers sneller dan bij taaldenkers. Dit heet onderprikkeling.
Daarom zie je dat kinderen vaak gaan wiebelen om de aandacht erbij
te kunnen houden.
Snel afgeleid
Beelddenkers krijgen enorm veel prikkels binnen en daardoor zijn ze
sneller afgeleid.
Niet opletten
Lijkt de beelddenker niet op te letten of staart het naar het plafond?
Dan zal het kind mogelijk zijn overtollige energie kwijt moeten. Net
zoals dat je zelf vast weleens tijdens een bespreking of
telefoongesprek poppetjes te tekenen. Dit is een manier om die
energie kwijt te kunnen waardoor we ons beter kunnen concentreren.
De kinderen hebben het nog niet zo onder controle, maar het is geen
afwijkend gedrag.
Uitstelgedrag
Vaak begint de beelddenker pas met iets wanneer hij eerst (bijna)
zeker weet dat het hem gaat lukken. Zo kan het kind laat leren fietsen,
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 9
doordat het nog niet zonder zijwieltjes wil fietsen. Hoge eisen stellen,
zoals het in één keer alles kunnen.
Top-Down leren
Merk je dat je leerling afdwaalt tijdens je uitleg, dat het niet snapt wat
je net hebt uitgelegd? Denk dan eens aan beelddenken. Leg jij alleen
maar iets taligs uit, vanuit de delen werken naar het geheel, dan haakt
de beelddenker af. Probeer het meer visueel te maken, meer laten
leven en enthousiast maken. Ga bijvoorbeeld met een hoofdstuk over
insecten naar buiten om ze te zoeken. Soms is een opgezocht plaatje
op internet al voldoende. Leren door te doen en ervaren!
Helpen met structureren
Belangrijk is dat ouders en leerkrachten goed luisteren naar de
beelddenker. Help hen structureren en rust in het brein te krijgen. Bij
stress lopen beelddenkers namelijk helemaal vast.
Kaderen
Waar wil je naartoe? De beelddenker vindt het moeilijk om te werken
met delen en dit vervolgens tot één geheel te brengen. Zorg dat er een
duidelijk kader is om van delen toch naar het geheel te kunnen
werken. Geef bijvoorbeeld aan dat het thema over de dierentuin gaat,
voordat alle dieren uit de dierentuin apart worden benoemd. Het is
dan al duidelijk voor de beelddenker dat je het uiteindelijk over de
dierentuin gaat hebben.
Vertel wat er gaat gebeuren
Sommige beelddenkers vinden het enorm moeilijk als er
veranderingen plaatsvinden. Houdt hier dan ook rekening mee als
ouders en leerkracht. Kondig bijvoorbeeld aan dat het thema morgen
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 10
gaat veranderen in de klas. De beelddenker komt dan niet verschrikt
in de klas de volgende dag, want het was al aangegeven. Structuur is
fijn voor de beelddenker, anders ervaart het school als onvoorspelbaar
en dus niet veilig. Als ouders kun je er ook voor kiezen, wanneer jullie
bijvoorbeeld naar de speeltuin gaan, eerst op een bankje en op een
afstand te kijken wat voor speeltoestellen er zijn, wat voor kinderen er
spelen enz. Op deze manier kan je kind rustig wennen en wanneer het
zich veilig voelt, zal het zeker lekker gaan spelen.
Even een rustmoment
Voor de beelddenker kan het prettig zijn om even een rustmoment te
nemen, zoals tv kijken of een (leuk) boek te lezen.
Samen in gesprek
Een kind is ook een volwaardig mens net als jij en ik. Ga daarom ook
niet boven ze staan. Kinderen zijn niet minder dan volwassenen. Kijk
daarom met ze mee, zoek samen naar oplossingen. Kinderen hebben
vaak oplossingen waar je zelf niet eens bij stil hebt gestaan. Ga met ze
in gesprek en vraag wat ze denken, voelen en ervaren.
Kijk verder dan gedrag
Achter het gedrag zit namelijk vaak een behoefte waar niet aan wordt
voldaan. Ieder kind heeft eigen behoeften waaraan moet worden
voldaan. Namelijk erkenning, autonomie en competentie. Ieder kind
wil erkenning, mag zijn wie het is, maar wil ook zelf beslissingen mogen
nemen. Hoe trots is jouw kind niet als hij/zij zelf hun kleren uit mogen
zoeken, zelf een oplossing vinden voor een probleem. En natuurlijk
competentie, jouw kind moet kunnen zien dat hij/zij competent is,
goed is in bepaalde dingen.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 11
Geduld hebben
Bij beelddenkers komt er enorm veel informatie tegelijk binnen en dus
moet je wel enorm snel kunnen denken. Maar wanneer er zoveel
informatie tegelijk binnenkomt is het moeilijk dit te ordenen. Het is
dan ook moeilijk om tot de juiste informatie te beschikken wanneer zij
bijvoorbeeld iets willen uitleggen. De uitleg wordt enorm lang en de
luisteraar begrijpt er niets meer van.
Veilige omgeving
Iets aanleren gaat het best in een veilige omgeving. Doordat de
beelddenker vaak erg gevoelig is, is de sfeer ontzettend belangrijk.
Help het kind af en toe op weg door goed te luisteren en waar nodig
een stimulerende vraag te stellen.
Stel een vraag en volg je blik
Vraag de ander wat hij of zij heeft gegeten gisteren gegeten. Waar ging
zijn/haar blik naartoe toen diegene aan het nadenken was? Bij een
beelddenker gaat de blik tijdens het nadenken vaak omhoog.
Omhoog: beelden maken of zoeken in het geheugen
Zijkant: geluiden bedenken of zoeken in het geheugen
Beneden: voelen of praten met jezelf
Recht vooruit: kennis die je weet
Testje om beelddenken te snappen
Wil jij jouw beelddenker beter begrijpen? Doe dan eens de volgende
testjes:
1. Pak een willekeurige foto en schrijf allebei op wat je ziet (zonder bij
elkaar te kijken natuurlijk). Kijk daarna wat het verschil is van
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 12
waarnemen.
2. Zoek een boek (op niveau) wat je kind nog niet kent. Leg het boek
op de kop voor hem, zodat hij van onder naar boven moet lezen. Kijk
maar eens hoe snel - na even schakelen - hij dat kan! Probeer het zelf
ook even, helemaal als je geen beelddenker bent.
Hoe herken je een beelddenker?
o Denkt, leert, werkt (eigenlijk leeft) visueel
o Denkt in beelden en/of filmpjes
o Leert/werkt vanuit het geheel (topdown)
o Kan details over het hoofd zien
o Heeft het (totaal)overzicht nodig om het te begrijpen
o Heeft vaak herhaling nodig bij mondelinge instructie
o Is gemakkelijk afgeleid
o Krijgt vaak te horen dat hij droomt
o Heeft groot risico op faalangst
o Heeft een groot risico op onderpresteren
o Vergeet niet meer wat eenmaal in zijn hoofd zit
o Haakt bij herhaling vaak af
o Heeft vaak wisselende resultaten
o Kan datgeen wat hij bedenkt moeilijk(er) onder woorden brengen
o Bezit meer kennis dan tot uiting lijkt te komen
o Bekijkt zaken vanuit verschillende perspectieven door het te
visualiseren
o Heeft minder voeling met taal
o Heeft een minder mooi/leesbaar handschrift
o Heeft moeite met onthouden als iets niet/onvoldoende visueel
wordt aangeboden
o Leert en werkt door ervaring en doen
o Heeft afwisseling nodig binnen school, sport, werk etc
o Zal vaker eerst doen en dan denken
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 13
o Weet dingen zonder in staat te zijn uit te leggen waarom of hoe
o Herinnert zich wat hij gezien heeft en vergeet wat hij hoorde
o Heeft een grote fantasie (wereld)
o Organiseert op geheel eigen wijze
o Heeft weinig voeling met tijd
o Is van nature een gevoelig persoon
o Is muzikaal, artistiek, creatief en/of mechanisch sterk
o Gebruikt bij het praten vooral beelden en metaforen in plaats van
feiten en cijfers
o Lijkt steeds 'zijwegen' te nemen tijdens het vertellen van een
verhaal
o Heeft vaak moeite om foutloos te schrijven
o Kan de ander het idee geven dat hij chaotisch en onoverzichtelijk
werkt
o Heeft moeite met de juiste woorden te vinden bij zijn/haar uitleg
o Ziet overal mogelijkheden en/of nieuwe ideeën
o Kan moeite hebben om projecten of werk(jes) volledig af te maken
o Kan (extreme) druk/stress ervaren bij vastgelegde processen,
procedures en (sterke) hiërarchische structuren
o Ziet vaak al snel waar iets fout zal lopen maar heeft moeite om kort
en bondig uit te leggen waarom
o Vergeet de tijd wanneer hij/zij totaal op gaat in activiteiten die
hem/haar interesseren
o Vraagt zich continu af waarom iets op een bepaalde manier
gebeurt en ziet daarbij steeds nieuwe/andere mogelijkheden.
o Voelt zich steeds persoonlijk betrokken wanneer er iets in zijn/haar
omgeving gebeurt ook al is hij/zij geen betrokken partij
Natuurlijk is deze lijst 'maar' een indicatie, toch ga je zien dat iemand
met een visuele voorkeur, een beelddenker, het overgrote deel van
deze vragen positief kan beantwoorden.
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 14
Voelt zich niet begrepen
Wanneer de beelddenker zich niet begrepen voelt zal hij/zij zich sneller
terugtrekken en minder snel inbreng durven te geven in de groep. Dit
heeft tot gevolg dat hij/zij steeds meer gaat piekeren.
Perfectionisme
Doordat beelddenkers vaak zulke doorzetters zijn vinden zij ook van
zichzelf dat zij direct alles moeten kunnen. Het zijn vaak echte
perfectionisten. Zo ziet het kind in zijn hoofd de uitkomst al, terwijl hij
nog bij het begin moet beginnen. Hij kan dan niet uitleggen aan de
meester hoe hij aan zijn antwoord is gekomen. En dit voelt als falen.
Beelddenker loopt psychisch vast
Op een gegeven moment kan de beelddenker vastlopen in het
gepieker. Dit kan zowel op emotioneel als lichamelijk gebied zijn.
Faalangst, onzekerheid, niets meer durven in te brengen, boosheid,
maar ook buikpijn, hoofdpijn en misselijkheid is vaak te zien bij deze
jonge beelddenkers.
Faalangst ligt op de loer
Een tip om faalangst te voorkomen is dat je bijvoorbeeld vertelt over
hoe je kind, vroeger toen het nog heel klein was, nog niet kon lopen
en dit toch heeft geleerd. Laat hierbij bijvoorbeeld foto’s zien dat je
kind kruipt of nog in de box ligt. Of vertel over je eigen schoolperiode
of de baan die je nu hebt. Ben je daar in één keer gekomen of ook in
stappen?
Mirjam de Nijs 2017 © www.youmepsychologie.nl 15
Faalangsttraining
Merk je dat jouw kind faalangstig is? You&Me Psychologie biedt
faalangsttraining om het zelfvertrouwen weer te versterken.
Beelddenktraining
You&Me Psychologie biedt de training ‘Rechts inhalen!’ aan speciaal
voor de beelddenker.
In de beelddenktraining bekijken we samen op welke gebieden jouw
kind ondersteuning kan gebruiken. Het hoofd opruimen doen we
altijd, want dit helpt iedere beelddenker meer ruimte te krijgen in het
hoofd.
Daarnaast zijn er de volgende sessies mogelijk gericht op: spelling,
lezen, rekenen, redactiesommen, mindmappen, topo en tijdlijnen,
plannen en organiseren, klokkijken, cito toetsen, moderne vreemde
talen (VO/MBO), rekenkundige vakken (VO/MBO), huiswerk plannen
(VO/MBO) en visualiseren.
Heb je vragen of denk je dat ik zeker wat voor jouw kind kan
betekenen? Ik help je graag.
Mail mij: [email protected]
Bel mij: 06 – 55 06 23 36.
Praktijk Hoogerheide:
Ossendrechtseweg 54
Praktijk Bergen op Zoom:
De Melkfabriek Unit 123
Bruinevisstraat 32
Top Related