Download - NUMIS Vergankelijk Verleden

Transcript
Page 1: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie

van een

vergankelijk

verleden

Page 2: NUMIS Vergankelijk Verleden
Page 3: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS:

registratie van een vergankelijk verleden

Tekst Jan Pelsdonk, Utrecht 2013

ISBN 978-90-809848-0-6

Page 4: NUMIS Vergankelijk Verleden

4 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Inhoud

Pagina

7 Inleiding

Overzicht: vondsten en registratie in NUMIS

10 NUMIS: definitie

10 Doelen

10 Actuele status van NUMIS

11 Geschiedenis

12 Schatvondstproject

12 Het nieuwe NUMIS in vogelvlucht

14 Werkwijze

14 Veranderingen

15 Eigendom en gebruik

16 Buitenlandse vondsten

NUMIS voor vondstmelders

18 Het nut van registreren

20 Reiniging van gevonden numismatische voorwerpen

20 Veiligheid en milieu

21 Reinigingsmethoden

21 Nabehandeling

22 Schoonmaakmiddelen

23 Metalen

28 Fotohandleiding

NUMIS voor onderzoekers

32 Munten als bron

32 Internationale vondstdatabases

Page 5: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 5

33 Publicaties

36 Interpretatie van vondsten

37 Dateringsvraagstukken

NUMIS voor vrijwilligers

40 Stappenplan

40 Uitleg bij het invoeren van de belangrijkste velden in NUMIS

Gedragscodes

48 Algemeen

48 Gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten

50 Gedragsregels voor NUMIS-ambassadeurs

51 Gedragsregels voor het determinatieteam

52 Ledenpas

Contactgegevens

54 Lidmaatschap, donateurschap en ANBI

55 Informatie

56 Donateurschap

56 Vondstadviseurs

56 NUMIS Ambassadeurs

58 NUMIS Determinatieteam

59 Fotoverantwoording

60 Ondersteuning

Page 6: NUMIS Vergankelijk Verleden

6 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Page 7: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 7

Inleiding

Het registreren van munten en andere numismatische voorwerpen is van oudsher

uitgevoerd door medewerkers van het Geldmuseum die daarvoor de database NUMIS

hebben ontwikkeld. Vrijwel continu zorgt het steeds groeiend aantal

determinatievragen daarbij – door een tekort aan mankracht – voor lange wachttijden,

met als gevolg dat lang niet alle vondsten worden aangemeld. Helaas kan slechts een

deel van het niet direct geregistreerde materiaal in een later stadium alsnog worden

getraceerd en ingevoerd, want door verkoop van de voorwerpen of het overlijden van

de vinder raakt de vindplaats nog al eens verloren.

Ondanks de beperkte middelen van het Geldmuseum is onderkend dat registratie

onverminderd van belang blijft. In samenwerking met het Koninklijk Nederlands

Genootschap voor Munt- en Penningkunde en de Stichting Nederlandse Penningkabi-

netten en dankzij ondersteuning van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, het

Nederlands Economisch-Historisch Archief, het Internationaal Instituut voor Sociale

Geschiedenis, de Oriëntal Numismatic Society, De Detectoramateur en de Vereniging

voor Penningkunst is het gelukt om het draagvlak voor NUMIS aanzienlijk te

verbreden. De nieuw opgezette structuur maakt het registreren en ontsluiten van

vondsten – meer dan ooit tevoren – vanzelfsprekend. Deze publicatie geeft een

overzicht van de geschiedenis en doelen van NUMIS. De actuele status laat zien wat

er is bereikt en een groeiend aantal ambassadeurs en determinatie-medewerkers (zie

pagina 55 en verder) bekroont de nieuw ingeslagen weg. De informatie in de bijlagen

is opgenomen ter ondersteuning van de vondstmeldingen.

Zonder de inzet van vele vrijwilligers en begunstigers zou het nooit mogelijk zijn

geworden; zij verdienen alle lof. Zij zijn actief op zoek naar nieuwe vondsten of

helpen mee met het beschrijven ervan. Mocht u interesse hebben in versterking van

het team, neem dan vooral contact op met de coördinator van NUMIS

(contactgegevens: zie pagina 55). Wanneer u overweegt NUMIS financieel te

ondersteunen (belastinggunstig dankzij de ANBI-status, zie pagina 54) kunt u daar

eveneens terecht.

Page 8: NUMIS Vergankelijk Verleden

8 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Het is fijn om te zien hoeveel mensen NUMIS een warm hart toedragen. Wij danken

iedereen hartelijk voor de inzet en zien de toekomst met veel vertrouwen tegemoet.

Herman Gerritsen, voorzitter Martin Bloemendal, vice-voorzitter

Stichting

Nederlandse

Penningkabinetten

Jos Bazelmans, Hoofd Sector Kennis Henk Wlas, directeur

Jan Lingen, Regional Secretary Europe Chris Vegter, voorzitter

Vereniging voor Penningkunst

Gert Lugthart, voorzitter Heleen Buijs, directeur

Page 9: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 9

Overzicht:

vondsten en registratie in NUMIS

Page 10: NUMIS Vergankelijk Verleden

10 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

NUMIS: definitie

NUMIS is een digitaal bestand waarin alle Nederlandse vondsten en vindplaatsen van

munten en andere numismatische voorwerpen systematisch worden geregistreerd en

ontsloten. NUMIS is toegankelijk via www.numis.geldmuseum.nl.

Aan de database wordt door een grote groep vrijwilligers gewerkt. Dankzij de brede

samenwerking bestaat in NUMIS geen muur tussen particulieren, wetenschap en

musea. NUMIS staat ook open voor vondsten uit het buitenland (zie pagina 16).

Doelen

Het voor nu en in de verre toekomst toegankelijk houden van de gegevens van

gevonden munten en andere numismatische voorwerpen in combinatie met de

vindplaatsen.

Het vergroten van de kennis over de geschiedenis van Nederland en Europa, met

de economisch-monetaire ontwikkeling als zwaartepunt.

Het creëren van bewustzijn bij het brede publiek voor de meerwaarde van

registratie, zodat zij onderzoek naar de vondsten ondersteunen.

Het vergroten van samenwerking en informatie-uitwisseling tussen het brede

publiek, metaaldetectiespecialisten, archeologen en het Geldmuseum.

Het bevorderen van het verantwoord vinden van objecten, met aandacht voor het

behouden van de vondstcontext.

Het aanmoedigen van vinders om de numismatische voorwerpen aan te (laten)

melden.

Het beschermen van vinders, melders en vindplaatsen terwijl tegelijkertijd met de

vondstgegevens gewerkt kan worden.

Actuele status van NUMIS

Per 17-5-2013 zijn in NUMIS 275.596 voorwerpen opgenomen. 17.087 records

bevatten een of meer foto’s. Driekwart van het materiaal komt uit schatvondsten, de

rest is los gevonden of uit een muntcomplex afkomstig. Iets meer dan de helft van de

munten is binnen de grenzen van het huidige Nederland vervaardigd. Bij 245.267

Page 11: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 11

stuks is de vervaardigingsperiode ingevuld, deze zijn opgenomen in het taartdiagram

hiernaast. Ongeveer 1/5 van het materiaal dateert uit de Prehistorie en Romeinse tijd

en iets minder dan een kwart uit de Middeleeuwen. NUMIS stond tot voor kort

vrijwel niet open voor los

gevonden munten jonger dan het

jaar 1600. Dit geldt en gold niet

voor schatvondsten en

muntcomplexen: deze worden uit

alle periodes opgenomen. Het

taartdiagram toont dat bijna de

helft van de munten in NUMIS

jonger is dan 1600.

NUMIS: voorwerpen per periode.

Geschiedenis

In 1997 is in Rijksmuseum Het Koninklijk Penningkabinet – een van de voorlopers

van het Geldmuseum – het NUMismatisch InformatieSysteem NUMIS opgezet. De

start werd gemaakt via het samenbrengen van diverse kleine bestanden, opgezet door

de conservatoren. Gaandeweg is tevens het grootste deel van het papieren

vondstarchief in NUMIS opgenomen. Dit archief is sinds de 19de

eeuw – eerst te hooi

en te gras, sinds de 20ste

eeuw meer gestructureerd – door het museum opgebouwd.

NUMIS telt bijna 276.000 voorwerpen. Het zwaartepunt ligt bij munten vóór 1600

maar ook uit andere eeuwen zijn munten opgenomen. Hieronder bevinden zich naast

losse vondsten ook de bijna 1600 bekende in Nederland gedane schatvondsten.

Sinds 2004 is NUMIS via het internet ontsloten. Het bestand is in 2012 voor de

tweede keer in vier jaar in de gevarenzone gekomen door een reorganisatie binnen het

Geldmuseum, dat in een bestaanscrisis zit en waarschijnlijk eind 2013 zijn deuren

moet sluiten. De toekomstige huisvesting van NUMIS is nog niet bekend, maar uit

deze publicatie blijkt dat NUMIS springlevend is. Mogelijk biedt ook een nauwere

samenwerking met vrijwilligers mogelijkheden om door te kunnen gaan. Er zijn

immers goede ervaringen opgedaan met het “Schatvondstproject”.

Page 12: NUMIS Vergankelijk Verleden

12 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Schatvondstproject

Het Schatvondstproject liep in de periode eind 2005 tot begin 2008. Dit project is

geïnitieerd door het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en

Penningkunde en is ondersteund door het Geldmuseum. Het project had tot doel het

digitaliseren en ontsluiten van de bij het Geldmuseum bekende en alleen op papier

ontsloten schatvondsten. Het Geldmuseum verzorgde kopieën van de vondst-

beschrijvingen die – zonder namen en vindplaatsen – per post naar de vrijwilligers

werden gestuurd. De vrijwilligers namen alle vondstbeschrijvingen over in Excel-

tabellen, die vervolgens per e-mail werden geretourneerd en na controle in NUMIS

zijn geïmporteerd. Vanwege een bezuinigingsronde bij het Geldmuseum in 2008 is

het project voortijdig gestopt, maar in zo’n drie jaar tijd zijn op deze manier toch ruim

137.000 papieren beschrijvingen van munten uit muntvondsten gedigitaliseerd en

opgenomen in NUMIS. Het meeste materiaal is in het Jaarboek voor Munt- en

Penningkunde gepubliceerd en dankzij de digitalisering beter dan ooit doorzoekbaar,

al moeten de gedigitaliseerde gegevens deels nog op elementaire punten worden

aangevuld voordat zij in de internetdatabase een plek krijgen.

Aan het project hebben Freek Groenendijk, Kees Pannekeet, Klaas Poelstra, Hans

Rueb en een zestal anonieme vrijwilligers een belangrijke inspanning geleverd. Zij

hebben daarbij getoond hoeveel er dankzij samenwerking mogelijk is. Het is mede

dankzij de inzet van deze betrokken mensen dat NUMIS in de huidige vorm bestaat.

Hulde!

Het nieuwe NUMIS in vogelvlucht

In Engeland worden – met het Portable Antiquities Scheme – goede resultaten behaald

dankzij de inzet van vrijwilligers. Voor NUMIS is op basis van het Engelse voorbeeld

een nieuwe meld- en determinatiefaciliteit opgezet die in de loop van 2013 actief is

geworden.

Bij het nieuwe NUMIS zijn drie groepen vrijwilligers actief. Dit zijn

metaaldetectiespecialisten die (meestal hobbymatig) met vondsten in aanraking

komen, NUMIS-ambassadeurs (die actief vondsten aan NUMIS toevoegen of toe

Page 13: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 13

laten voegen) en het determinatieteam (dat in NUMIS aangemelde vondsten

determineert). Zij werken volgens de in bijlage 3 opgenomen gedragsregels. Tevens

zijn er donateurs die NUMIS een warm hart toedragen. Geïnteresseerden kunnen zich

wenden tot de coördinator (zie pagina 55) voor meer informatie.

Het Geldmuseum vervult een verbindende rol. Het onderhoudt de database en de

contacten met de NUMIS-ambassadeurs en het determinatieteam. Ieder jaar wordt er

een NUMIS-dag georganiseerd. Hier kan iedereen terecht met vondsten en

determinatievragen. Op deze dag wordt tevens de jaarvergadering van de NUMIS-

ambassadeurs en het determinatieteam gehouden.

Het Geldmuseum beheert de administratie van de bij NUMIS aangesloten

vrijwilligers. De ambassadeurs ontvangen ieder jaar een registratiepas waarmee zij

zich indien nodig kunnen legitimeren.

Het Lidmaatschap van NUMIS is gratis omdat de leden een belangrijke bijdrage

leveren in de vorm van vrijwilligerswerk. Het onderhouden en verbeteren van het

NUMIS-netwerk kost echter geld. Daarom is het mogelijk donateur van NUMIS te

worden. Donateurs kunnen onder vermelding van “NUMIS” een bedrag naar keuze

overmaken op rekening 5382308 van de Stichting Nederlandse Penningkabinetten te

Utrecht (IBAN: NL35INGB0005382308 BIC: INGBNL2A). Dankzij de ANBI-status

kan belastinggunstig worden geschonken (zie ook pagina 54). Donateurs die meer dan

25 euro overmaken zullen – indien gewenst – worden vermeld in het jaarverslag van

NUMIS. Voor jeugddonateurs (<18 jaar) gebeurt dit vanaf 10 euro.

Page 14: NUMIS Vergankelijk Verleden

14 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Werkwijze

NUMIS is toegankelijk op het internet. Er wordt op 4 niveaus gewerkt: beheer,

ambassadeur + determinatieteam, melder en gebruiker. Vondstmelders kunnen hun

vondsten – al dan niet bijgestaan door ambassadeurs – direct in NUMIS invoeren. Het

niet privacy- of vindplaatsgevoelige deel van de vondstmelding wordt meteen

zichtbaar op het internet en de melding krijgt de status ‘nieuw’. Informatie over

vinders en vindplaatsen wordt opgeslagen bij het Geldmuseum, deze is niet in te zien

door vrijwilligers en bezoekers.

Het determinatieteam verzorgt de beschrijving. De persoon die de melding uitein-

delijk opwaardeert naar ‘akkoord aangevraagd’, verbindt zijn naam of pseudoniem

aan de vondst. Het Geldmuseum verzorgt hierbij een coördinerende en

kwaliteitsbewakende rol; in het museum wordt de melding op ‘akkoord’ gezet of

indien nodig gewist. Een niet-anonieme melder ontvangt nu automatisch een e-mail

met de verzamelde informatie over zijn gevonden voorwerp.

In NUMIS kunnen het hele jaar door en 24 uur per dag vondsten worden aangemeld

en gedetermineerd; de NUMIS ambassadeurs assisteren hierbij graag. Daarnaast

wordt jaarlijks een NUMIS-dag georganiseerd. Hier kan iedereen terecht met

vondsten en determinatievragen. Op deze dag wordt tevens de jaarvergadering van de

ambassadeurs en het determinatieteam gehouden.

Geregeld verschijnen publicaties over voorwerpen uit NUMIS. Per e-mail worden de

vrijwilligers en donateurs op de hoogte gehouden van de ontwikkeling van NUMIS en

nieuwe publicaties over vondsten. In voorkomende gevallen worden deze publicaties

– uitsluitend voor eigen gebruik – digitaal verspreid.

Veranderingen

Dankzij de grotere groep vrijwilligers is NUMIS als proef ook opengesteld voor

buitenlandse vondsten. Los gevonden munten geslagen na 1600 zijn voortaan

eveneens welkom in NUMIS. Dat is belangrijk omdat sommige factoren (zoals het

gebruik van buitenlands geld in Nederland in de negentiende eeuw) anders

onzichtbaar zouden blijven.

Page 15: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 15

Eigendom en gebruik

De vondstmunten zijn over het algemeen particulier bezit. (Een extract uit de

wettelijke bepalingen rond het vinden en het eigendomsrecht is opgenomen onder

‘melden’ op pagina 49.) Een deel van de in NUMIS geregistreerde vondsten is

uiteindelijk in museale collecties of in archeologische depots terecht gekomen.

Andere voorwerpen zijn deels over de wereld verspreid geraakt, vergaan door corrosie

of zelfs omgesmolten en alleen nog via de database bekend.

Zo veel mogelijk informatie in NUMIS is toegankelijk voor een breed publiek, maar

sommige gegevens zijn afgeschermd ter bescherming van vinders, eigenaars en

vindplaatsen. De volgende criteria worden voor het internet gehanteerd:

Persoonsgegevens van vinder, melder en eigenaar worden niet zonder toestemming

van de betrokken persoon aan derden verstrekt. Persoonsgegevens worden altijd met

de grootste zorgvuldigheid behandeld en mogen niet gebruikt worden voor

commerciële doeleinden. Anoniem melden is mogelijk, maar dan kan niet over

vondsten worden gecorrespondeerd. Voor buitenlandse vondstmeldingen geldt een

afwijkende regeling. (Zie de volgende pagina).

Determinatie en foto’s direct zichtbaar

Naam vinder niet opgenomen

Naam eigenaar niet opgenomen

Naam of pseudoniem vondstmelder zichtbaar in overleg met melder

Naam of pseudoniem determinator direct zichtbaar

Exacte vindplaats niet opgenomen

Globale vindplaats

direct zichtbaar, uitzonderingen in

overleg met melder, in principe

uiterlijk 5 jaar geblokkeerd

Precisie coördinaten globale vindplaats 5 km2

Doormelden aan archeologische dienst

in overleg met melder, ter

voorkoming van dubbelmeldingen

Page 16: NUMIS Vergankelijk Verleden

16 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Vindplaatsen worden – voor wetenschappelijke doeleinden – zo gedetailleerd

mogelijk bewaard bij het Geldmuseum. In beperkte gevallen wordt deze informatie

beschikbaar gesteld aan (door het Geldmuseum geautoriseerde) professionele

archeologen en historici. Bij voorkeur gebeurt dit met toestemming van de vinder.

Voorwerpen die bij het Geldmuseum ter onderzoek worden ingeleverd, worden na

bestudering zonder uitzondering geretourneerd aan de inzender.

Fotorechten: de door de melder aangeleverde foto’s worden eigendom van het

Geldmuseum en voor onderzoeksdoeleinden in NUMIS opgenomen. Het staat

onderzoekers en gebruikers van NUMIS vrij om dit fotomateriaal te gebruiken, met

als voorwaarde dat de bron (het NUMIS-nummer) daarbij wordt vermeld.

Buitenlandse vondsten

NUMIS is oorspronkelijk opgezet voor het registreren van Nederlandse vondsten. De

database leent zich daarnaast prima voor meldingen uit andere landen. NUMIS biedt

als proef een podium om ook dit vondstmateriaal makkelijker grensoverschrijdend te

kunnen onderzoeken. Daarvoor worden om te beginnen de bij het Geldmuseum

bekende vondsten gedigitaliseerd voor opname in NUMIS. Ook bij derden bekende

gegevens zijn welkom. Het zoeken met een metaaldetector is in sommige landen,

bijvoorbeeld België en Luxemburg, verboden. De vondsten in NUMIS worden puur

uit wetenschappelijk oogpunt geregistreerd. Anders dan in Nederland gaat het hier in

eerste instantie niet om het vastleggen van iedere vondst (al zou dat voor

onderzoekers plezierig zijn), want vondstregistratie is in beginsel een taak van de

afzonderlijke landen. Het Geldmuseum behoudt zich het recht voor om periodiek een

overzicht van alle nieuwe buitenlandse registraties, inclusief de exacte vindplaats en

de persoonsgegevens van de melder, aan de betreffende numismatische kabinetten te

zenden.

Het is te hopen dat de afzonderlijke landen in de nabije toekomst deze aanzet

overnemen en zelf het registreren ter hand kunnen nemen. Vrijwilligers die

geïnteresseerd zijn in het digitaliseren van reeds bij het Geldmuseum bekende

vondsten zijn ondertussen van harte welkom.

Page 17: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 17

NUMIS voor vondstmelders

Page 18: NUMIS Vergankelijk Verleden

18 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Het nut van registreren

Vondstregistratie loopt via www.numis.geldmuseum.nl. Om het melden van munten

zo laagdrempelig mogelijk te houden wordt de vondstmelder niet gevraagd om zelf

een complete determinatie te verzorgen. Bij het melden van een vondst is het van

primair belang dat de koppeling tussen voorwerp en vindplaats wordt vastgelegd. Een

melder is niet verplicht om persoonsgegevens bij NUMIS achter te laten, maar wij

stellen het wel op prijs. Wij gebruiken deze gegevens namelijk om de melding te

kunnen verifiëren en om in de toekomst over de vondst te kunnen corresponderen.

Van het voorwerp worden vindplaats, foto’s, diameter en – zo mogelijk – massa

gevraagd. Het registreren van buitenlandse vondsten is primair een taak van de

landelijke overheden. Toch nemen wij ook deze vondsten in NUMIS mee om breder

onderzoek mogelijk te maken. Mocht u een losse- of schatvondst vondst kennen die

nog niet in NUMIS is opgenomen, kunt u deze (laten) registreren.

In NUMIS bevinden zich diverse incomplete schatvondstvermeldingen. De

Geldersche Volksalmanak van 1837 nummer 3 vermeldt bijvoorbeeld op bladzijde 47

een schatvondst uit Heelsum (gemeente Renkum). Daar “ontdekte eens een landman

een schat met Romeinsche penningen, waarvan sommige het beeld der Antonijnen

vertoonden; de andere werden door een zilversmid gekocht en versmolten”. Een

tweede voorbeeld dateert uit 1745, toen P. van der Schelling in zijn “Catti aorigines

batavorum” op bladzijde 104 schreef over een pot met ongeveer 1200 munten van

Philips de Goede, in 1696 te Katwijk aan den Rijn gevonden. Alle munten bleken

echter al te zijn versmolten voordat hij ze kon zien. Vertwijfeld noteerde hij: “[het]

spijt mij so geweldig dat ik wenste sulks niet te weten”.

Met de huidige nieuwe inzichten en onderzoekstechnieken hadden deze schatvondsten

van cruciaal belang kunnen zijn voor de geschiedenis van Nederland. Slecht

beschreven vondsten lijken tot het verleden te behoren, maar niets is minder waar. In

1992 is bijvoorbeeld een aan de Oud Bussumerweg in Bikbergen gevonden schat van

7 Karolingische denarii direct verkocht. De enige naderhand beschreven munt is een

gebroken denarius van Lotharius I (840-855) uit Dorestat.

Page 19: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 19

Snel geldelijk gewin, selectief - of onoordeelkundig bergen, slecht reinigen van door

corrosie aangetaste munten, of zelfs onnozel omsmelten zijn – net als het niet

aanmelden van vondsten – een belemmering voor het vergaren van meer kennis over

het verleden. De drie aangehaalde voorbeelden zijn zo fragmentarisch overgeleverd

dat de bovenstaande beschrijving alle informatie toont die er is. De schatvondsten zijn

in NUMIS opgenomen onder de nummers 1042658, 1016086 en 1060240.

Vroeger wist een vinder misschien niet beter, maar tegenwoordig is informatieverlies

beslist onnodig. Aanmelden via de website is snel gedaan en munten die worden

afgegeven ter determinatie worden altijd geretourneerd aan de melder. Het

wetenschappelijk belang van een vondst staat altijd voorop. Zie ‘Eigendom en

gebruik’ op pagina 15 voor meer informatie.

Bij vondstregistraties gaat het niet om de kwaliteit van de voorwerpen maar om de

combinatie tussen voorwerp en vindplaats. Een zwaar gecorrodeerde veel

voorkomende munt is hierbij in principe net zo belangrijk als een zeldzaam exemplaar

in topconditie. Vele vondsten bij elkaar geven bij trouw registreren een beeld, dat tot

nieuwe inzichten kan leiden. In het hoofdstuk ‘onderzoekers’ is te zien wat met het

verzamelde materiaal gedaan kan worden. Dankzij systematisch registreren van

vondsten komen schijnbaar onzichtbare processen met één druk op de knop aan het

licht. Houdt in gedachten dat een munt zonder vindplaats verloren is en help mee met

registreren!

Page 20: NUMIS Vergankelijk Verleden

20 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Reiniging van gevonden numismatische voorwerpen

De tekst in deze bijlage is een bewerking van de brochure ‘Het reinigen van munten

en penningen’ van R.W.M. de Graaf (Stichting Nederlandse Penningkabinetten, ’s-

Gravenhage 1984).

Bij het reinigen van munten en penningen is voorzichtigheid geboden. Al te forse

ingrepen zullen meer bederven dan goedmaken. Naast beschadiging ligt uiteindelijk

zelfs vernietiging op de loer. Esthetisch gezien is te grondige reiniging ongewenst.

Munten zijn vaak overdekt met minerale lagen, patina genoemd. Wanneer dit patina

een mooi, egaal uiterlijk heeft, is het doorgaans beter om er niets aan te doen. De

kleur van dit patina is afhankelijk van de chemische samenstelling. Er zijn vele

schakeringen, variërend van zwart en bruin tot grijs, blauw, groen en goudgeel. In het

algemeen wordt patina beschouwd als een verfraaiing en derhalve wordt het ook wel

kunstmatig aangebracht. Al in Romeinse tijd werden bronzen beelden gepatineerd,

zeker vanaf de 18e eeuw ook penningen. In deze bijlage staan per metaalsoort een

aantal adviezen. Bij twijfel kunt u het beste een expert in de arm nemen. Vergeet niet

dat zelfs het Geldmuseum zijn collectie niet zelf reinigt.

Veiligheid en milieu

Wees voorzichtig met het gebruik van chemicaliën. Let er bij het maken van de

oplossingen op dat de zuren in het water gedaan worden en niet andersom, ter

voorkoming van spetters. Uit het oogpunt van veiligheid zijn de volgende spullen aan

te raden:

• een goed stofmasker (mondkapje),

• handschoenen,

• een goede veiligheidsbril of gelaatsscherm, en

• een schone werkjas.

Tijdens de reiniging is een goed geventileerde ruimte nodig, want chemische dampen

zijn erg ongezond. Bij het schoonmaken van munten en penningen zijn zuren en basen

nodig. Helaas zijn deze stuk voor stuk schadelijk voor het milieu. Alle afgewerkte

Page 21: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 21

stoffen kunnen het best – onder vermelding van de inhoud – gescheiden ingeleverd

worden bij de (chemokar van de) gemeentereiniging.

Reinigingsmethoden

Er bestaan verschillende reinigingsmethoden. Over het algemeen is het gebruik van

wrijving (poetsen) niet aan te raden, ter voorkoming van beschadiging (krasjes), breuk

of zelfs verpulvering van het voorwerp. De reinigingsmethoden worden verderop per

metaalsoort beschreven.

Nabehandeling

Na elke behandeling is goed spoelen noodzakelijk. Worden de bij het

reinigingsproces gebruikte stoffen als citroenzuur of natriumbisulfaat niet goed uit het

metaal verwijderd, dan kan dit leiden tot verregaande aantasting van het voorwerp.

Achtergebleven zuurresten zorgen – onder invloed van de luchtvochtigheid – voor een

sterk versnelde oxidevorming.

Spoelen kan het best door de voorwerpen in een bad gedestilleerd water te leggen. Zij

mogen niet op elkaar liggen en moeten regelmatig omgedraaid worden om

verkleuringen te voorkomen. Water verversen is noodzakelijk, omdat het water

verzuurt en de chemicaliën op de voorwerpen blijven inwerken. Spoelen is voldoende

bij gouden en zilveren voorwerpen: hier is na ongeveer dertig minuten de behandeling

voltooid. Voor koperen en andere onedele metalen is dit vaak onvoldoende. De

chemicaliën werken bij deze metalen tot diep in de munten door. Hier is

neutraliseren beter.

Neutralisatie heft de werking van een bepaalde stof direct op. Een gebruikt zuur wordt

geneutraliseerd door middel van een loog en een loog door middel van een zuur.

Dompel de met een zuur behandelde munt even onder in een bad met bijvoorbeeld

natronloog. Hierna altijd goed spoelen met gedestilleerd water om het loogrestant te

verwijderen, want het voorwerp kan afhankelijk van de sterkte van het loog en de

duur van de onderdompeling basisch (ontzuurd) geworden zijn.

Voor het neutraliseren van zuren (zoals citroenzuur of fosforzuur) zijn onder andere

Page 22: NUMIS Vergankelijk Verleden

22 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

natronloog en huishoudsoda te gebruiken. Deze laatste is een beduidend zwakker loog

en kan alleen gebruikt worden als de munten met een zwakzure oplossing gereinigd

zijn. Voor het neutraliseren van logen (zoals bijvoorbeeld natronloog) zijn onder

andere citroenzuur en natriumbisulfaat te gebruiken.

Na neutraliseren en spoelen volgt het drogen. Dit moet grondig gebeuren, want

zonder goede droging heeft verontreiniging uit de atmosfeer een grotere inwerking op

het oppervlak, waardoor oxidatie versnelt. Drogen kan met een haarföhn of door de

voorwerpen op een van gaatjes voorziene plaat op de radiator van de verwarming te

leggen, nadat zij eerst met een zachte doek 'handdroog' gedept zijn. Een met nylon

vliegengaas bespannen raamwerkje is ook goed te gebruiken.

Schoonmaakmiddelen

Gedestilleerd water. Gebruik bij het aanmaken van schoonmaakmiddelen en bij

het gehele reinigingsproces altijd gedestilleerd water en geen leidingwater. Dit is

noodzakelijk omdat in gedestilleerd water geen bestanddelen voorkomen die

schadelijk zijn voor de metalen. Deze treft men wel aan in regen- en leidingwater.

Gedestilleerd water kan dan ook niet door gekookt water vervangen worden.

Chemicaliën. Alle genoemde chemicaliën zijn verkrijgbaar bij drogist of

apotheker. De genoemde verhoudingen zijn een richtlijn. Het is aan te raden om

met zwakkere oplossingen te starten en deze naar metaalsoort, mate van oxidatie

en vooral ervaring sterker te maken. Behandel koperen, ijzeren of zinken munten

altijd met een base, bijvoorbeeld natronloog, al of niet samen met elektrolyse.

Zuur is voor koperlegeringen agressief en zelden volledig te verwijderen of te

neutraliseren. De gevolgen ervan zijn op langere termijn moeilijk beheersbaar.

o Ammoniak: los 1 deel ammoniak (in een concentratie van 25%) op in 2 delen

gedestilleerd water.

o Ammoniumcarbonaat: los 1 deel ammoniumcarbonaat op in 4 delen

gedestilleerd water.

o Azijnzuur: los 1 deel azijnzuur (in een concentratie van 80%) op in 15 delen

gedestilleerd water.

Page 23: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 23

o Citroenzuur: los 1 deel citroenzuurkorrels op in 10 delen gedestilleerd water.

o Fosforzuur: los 1 deel fosforzuur op in 7 delen gedestilleerd water; 7 gram

gelatine per liter zure oplossing toevoegen. Fosforzuur wordt meestal in hoge

concentratie geleverd (40%) en is zeer agressief. Gebruik dit middel bij voorkeur

niet.

o Huishoudsoda/natriumcarbonaat: los 1 deel huishoudsoda of natriumcarbonaat

op in 4 delen gedestilleerd water.

o Natronloog: los 1 deel natriumhydroxide op in 10 delen gedestilleerd water.

Metalen

Munten en penningen zijn gemaakt van diverse metalen, ieder metaal heeft baat bij

een eigen reinigingsmethode.

Goud heeft weinig onderhoud nodig, omdat het niet oxideert. Moeten de munten

toch gereinigd worden, dan kan het eerste vuil verwijderd worden door ze te

wassen met een zeepsopje (van een zachte, niet-bijtende zeep).

Zijn de munten na deze behandeling nog niet voldoende schoon, dan kunnen zij

gereinigd worden door ze te weken in citroenzuur. Na een paar uur, afhankelijk

van de hoeveelheid vuil, de munten voorzichtig afborstelen met een zacht

nagelborsteltje. Daarna volgt het eerder beschreven proces van spoelen en drogen.

Wanneer na deze behandeling nog onnatuurlijke vlekken met een

donkerblauwachtig uiterlijk achterblijven, zijn deze te verwijderen door middel

van reductie door galvanisatie. Dit is het oplossen van oxidatie door de scheiding

van zuurstof, chloor en zwavel, waaruit de oxidatie op het muntoppervlak bestaat.

Deze werkwijze berust op een galvanische stroom, ontstaand wanneer twee

verschillende metalen zich in een oplossing van (meestal) een loog met

gedestilleerd water bevinden.

Het is ook mogelijk om een base te gebruiken. Strooi op een stukje aluminiumfolie

wat huishoudsoda (een loog). Leg hier de munt op en strooi er nog wat soda

overheen. Vouw het stukje aluminiumfolie dicht en leg het zo ingepakt 10 à 20

minuten in een klein beetje warm water (circa 80 graden, niet koken). Nadat de

Page 24: NUMIS Vergankelijk Verleden

24 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

aangegeven tijd verstreken is, het aluminiumfolie verwijderen en de munt goed

schoonborstelen. Hierna nog goed spoelen en drogen

Zilver wordt na enige tijd bruin of zelfs zwart. De oorzaak is oxidevorming door

verontreiniging (waaronder zwavel) in de atmosfeer. Het is niet altijd raadzaam

deze aanslag volledig te verwijderen. Door de lichte verkleuring – patina – hebben

deze munten juist een fraaier uiterlijk.

Zijn de munten erg vuil of zijn ze overdekt met oxidekorsten, dan is reiniging

nodig. Het vuil kan, zeker als het erg vast zit, van zeer verschillende samenstelling

zijn. De reinigingsmethode is afhankelijk van het soort vuil. Het is niet altijd direct

duidelijk welke methode het doelmatigste is. Het is aan te bevelen om

verschillende methoden eerst op een proefmuntje uit te proberen. Het ergste vuil

kan, voor zover mogelijk, voorzichtig met een borsteltje worden verwijderd.

Daarna kan een van de volgende methoden worden toegepast.

Behandeling met citroenzuur: leg de munten en paar uur tot een dag, afhankelijk

van de hoeveelheid vuil en de dikte van de oxidekorsten, in een bad citroenzuur.

Hierna volgt weer de gebruikelijke handelwijze van het borstelen, spoelen en

drogen. Deze methode valt eventueel nog te verbeteren door op de bodem van het

bad wat ijzeren spijkertjes te leggen. Door middel van reductie heeft dan een

snellere reiniging plaats.

Behandeling met ammoniak: laat de munten gedurende ongeveer dertig minuten

weken in een ammoniakoplossing, hierna de munten voorzichtig afborstelen, goed

spoelen en drogen.

Behandeling met een zure vloeistof: lichte vlekken kunnen goed gereinigd worden

door ze voorzichtig in te wrijven met een rauwe aardappel of door ze onder te

dompelen in zure melk of warme azijn; hierna spoelen, drogen en voorzichtig met

een zachte doek opwrijven.

Behandeling met silver dip en dergelijke: er zijn een aantal middelen onder allerlei

verschillende namen (zoals silver dip, silver quick, silber tauchbad, cillit bang) in

de handel. Deze zijn meestal goed te gebruiken om bruin en zwart aangeslagen

munten snel en effectief te reinigen. De munten slechts enkele seconden

Page 25: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 25

onderdompelen in de vloeistof en de aanslag verdwijnt. Hierna spoelen en drogen.

Het nadeel van deze middelen is dat de aanslag volledig – te grondig – verwijderd

wordt, en dit is meestal niet gewenst. Bij Nederlandse provinciale en Romeinse

munten is het beter om ze even te behandelen met een in ammoniak gedrenkt

watje, waarna zij gespoeld en gedroogd worden.

Koper, brons en messing zijn moeilijk te reinigen. Een te agressieve behandeling

kan de munten onherstelbaar beschadigen. Ook hier geldt: laat een mooi egaal

patina onaangetast. Vuil en oxidekorsten die afbreuk doen aan het uiterlijk van de

munt, moeten wel verwijderd worden. Hiervoor zijn verschillende methoden, de

tijdsduur van de behandeling is sterk afhankelijk van de hoeveelheid vuil. Probeer

de methode eerst uit op een proefmuntje, voordat een zeldzaam exemplaar wordt

gereinigd. Het ergste vuil kan met voorzichtig een zacht nagelborsteltje verwijderd

worden.

Reiniging in een bad van soda en glycerine: leg de munten in een bad van 10 delen

natriumhydroxide/huishoudsoda, 4 delen glycerine en 100 delen gedestilleerd

water. Hierdoor verdwijnt de groene aanslag van de koperen munten en worden de

oxidekorsten grotendeels opgelost. Is het noodzakelijk de munten nog verder

schoon te maken, bedek ze dan met een pasta bestaande uit 8 delen dierlijke lijm

of gelatine, 150 delen aluminium- of zinkpoeder, 4 delen glycerine en 10 delen

heet gedestilleerd water. Als deze pasta 24 uur op het metaal heeft kunnen

inwerken, worden de munten in heet water ondergedompeld. Hierdoor zal de pasta

geheel oplossen. Herhaling van deze behandeling zal leiden tot volledige

verwijdering van alle corrosielagen, zodat het blanke metaal overblijft; vaak is het

oppervlak dan wel erg pukkelig en geschonden. Hierna goed spoelen, of beter:

neutraliseren (zie de algemene regels).

Behandeling met citroenzuur: laat de munten 30 minuten tot 1 uur, afhankelijk van

de hoeveelheid vuil, weken in een bad citroenzuur. Voor koperen munten is dit

een vrij agressieve methode: stel ze dus niet te lang bloot aan het zuur. Hierna

neutraliseren en drogen.

Behandeling met azijn of azijnzuur: dompel de voorwerpen even onder in azijn of

Page 26: NUMIS Vergankelijk Verleden

26 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

azijnzuur water, met eventueel wat keukenzout. De duur van deze behandeling is

afhankelijk van de hoeveelheid vuil. Na deze behandeling de munten neutraliseren

en drogen.

Behandeling met ammoniumcarbonaat: vlekken op koperen munten kunnen

verwijderd worden door ze enkele minuten te laten weken in een oplossing van

ammoniumcarbonaat in water. Hierna goed borstelen, spoelen en drogen. De

munten kunnen eventueel ook met de oplossing ingewreven worden. Na het

spoelen even voorzichtig opwrijven met een zachte linnen doek.

Koken in sodawater: vaak kan het doel van de reiniging eenvoudig bereikt worden

door de munten te laten koken in gedestilleerd water, waar wat huishoudsoda aan

toegevoegd is.

Behandeling met een zure vloeistof: vlekken op koperen munten kunnen

verwijderd worden door ze in te wrijven met karnemelk gemengd met keukenzout;

alternatieven daarvoor zijn citroensap of zuurkoolsap en tafelbier. Hierna met heet

water naspoelen en met een zachte doek opwrijven.

Inwrijven met zuurvrije vaseline: lichte vervuiling, bijvoorbeeld tussen de

opschriften, kan worden verwijderd door het voorwerp met zuurvrije vaseline in te

wrijven. Laat enige tijd intrekken en veeg daarna met een schoon watje de vaseline

met het vuil van de munten af Hierdoor blijft er een dun vetlaagje achter, dat het

koper of brons nagenoeg van de lucht afsluit en oxidatie verhindert. Gereinigd

koper blijft veel langer mooi als het direct na het neutraliseren en drogen met een

in petroleum gedrenkt doekje wordt ingewreven. De petroleum kan eventueel

vervangen worden door zuurvrije vaseline. Koper, brons en messing moeten niet

in aanraking komen met ijzer, daar dit in vochtige lucht tot het ontstaan van

moeilijk te verwijderen vlekken en verkleuringen kan leiden.

Nikkel en kopernikkel zijn duurzame metalen. Net als ijzer is nikkel magnetisch.

Nikkel is een erg hard metaal. Het bezit de duurzaamheid die alle edelmetalen

kenmerkt. Nikkelen munten oxideren niet en worden niet donker door

zwavelverbindingen: zij zijn dus zelden van een aanslag voorzien. Mocht er toch

aanslag aanwezig zijn, dan kan deze het beste verwijderd worden door met een in

Page 27: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 27

ammoniak gedrenkt watje. Hierna spoelen en drogen.

IJzer oxideert snel, wat zich uit in roest. Het is daardoor als muntmetaal niet

bijster geschikt. Roest op ijzeren munten vormt in tegenstelling tot zinkroest geen

beschermende laag. IJzer is vooral gebruikt voor noodmunten.

Behandeling met petroleum: leg de munten in een petroleum-bad en wrijf ze na

enkele uren met een watje of een doekje schoon. Dit is geen aangename methode

vanwege de geur van de petroleum.

Behandeling met een zuur: leg de munten in een bad citroenzuur. Nadat aanslag en

roest verwijderd zijn, de munten neutraliseren en drogen.

Zink kent een snelle oxidatie. Het oorspronkelijke, zilverachtige uiterlijk wordt

dan grauw en grijs. In tegenstelling tot de oxidatie bij ijzeren munten beschermt de

oxidatie bij zinken stukken het voorwerp voor verdere aantasting. Zink is niet

magnetisch. Zoiets als 'zinkpest' bestaat niet, er is slechts 'tinpest'. De witte aanslag

op de munten is dus geen ziekte, maar slechts oxidatie. Daardoor ontstaan

zinkroest, zinksulfide of zinkcarbonaat.

De beste en gemakkelijkste methode om de grijs-witte zinkoxidatie te verwijderen

is een behandeling met citroenzuur. Leg de munten 10 à 20 minuten in het zuur.

De munten moeten gedurende deze tijd wel enige malen omgedraaid worden.

Hierna neutraliseren, zachtjes borstelen en drogen. Het is aan te bevelen de

munten na deze behandeling in te vetten met vaseline of een andere vettige

substantie, omdat anders weer snel verkleuringen optreden.

Enige literatuur over het reinigen:

R.W.M. de Graaf, Het reinigen van munten en penningen (Stichting Nederlandse

Penningkabinetten, ’s-Gravenhage 1984).

T. Stambolov, The corrosion and conservation of metallic antiquities and works of art

(Amsterdam z.j.).

G. Welter, Die Reinigung und Erhaltung von Münzen und Medaillen (Hannover

1965).

H. Winkowsky, Münzen pflegen (München 1969).

Page 28: NUMIS Vergankelijk Verleden

28 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Fotohandleiding

Bij vondstmeldingen is het meeleveren van foto's wenselijk, omdat zonder foto geen

nadere determinatie of controle kan plaatsvinden. Bovendien kan met een foto in de

toekomst eenvoudiger nader onderzoek naar het voorwerp worden gedaan. Een munt

kan goed worden gefotografeerd aan de hand van de onderstaande aanwijzingen.

Foto's van beide zijden

Het ligt voor de hand, maar toch: maak van BEIDE ZIJDEN een afbeelding. Slechts

met een foto van beide zijden is een goede determinatie mogelijk. Soms lijken

bijvoorbeeld verschillende denominaties sterk op elkaar.

Scannen

Probeer de scanner in te stellen op 300dpi bij 200%. Scan zo weinig mogelijk wit mee

zodat het bestand niet onnodig groot wordt.

Fotograferen

Houd de camera RECHT boven het object. Een schuin

genomen foto vervormt de munt en maakt delen onscherp,

waardoor determinatie wordt bemoeilijkt. Een statief is erg

handig, ook om het risico op bewogen foto’s te verkleinen.

Het beste resultaat wordt bereikt met fel strijklicht van één

zijde. Hierdoor wordt het reliëf op de – vaak gesleten – munt

beter zichtbaar. Probeer te fotograferen in zonlicht,

bijvoorbeeld op de vensterbank, of bij kunstlicht met een felle

lamp.

Page 29: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 29

Ter voorkoming van slagschaduw is het aan te raden, munten

op een glasplaat te leggen. Door de glasplaat op – bijvoorbeeld

– een paar boeken te leggen ‘verdwijnt’ de schaduw aan de

rand van de munt.

Fotografeer bij voorkeur op een blauwe achtergrond. (De beste

kleurnummers zijn ongeveer R80 G100 B230 of #5064e6).

Deze kleur blauw komt normaliter niet in munten voor, in

tegenstelling tot bijvoorbeeld zwart, wit, grijs, rood, groen en

geel. Hierdoor worden de grenzen van de munt duidelijk

zichtbaar.

Zorg dat het lichtpunt zich bij voorkeur aan

de bovenzijde van de munt bevindt. Bij licht

van onderaf lijkt het reliëf soms optisch niet

op- maar inwaarts te liggen.

Digitale foto’s kunnen direct in NUMIS worden opgenomen. Mocht u alleen papieren

foto’s hebben: deze zijn ook meer dan welkom. Zij kunnen ter attentie van NUMIS

worden gezonden naar het centrale meldpunt (zie pagina 55). Vermeld achterop de

foto bij voorkeur het NUMIS-nummer.

Page 30: NUMIS Vergankelijk Verleden

30 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Page 31: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 31

NUMIS voor onderzoekers

Page 32: NUMIS Vergankelijk Verleden

32 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Munten als bron

Een munt zonder vindplaats mist de essentiële context en is daardoor grotendeels

verloren voor onderzoek. Jaarlijks worden vele honderden munten gevonden.

Veelal door archeologen en metaaldetectorspecialisten maar ook door het brede

publiek. De vondsten zijn – in combinatie met de vindplaats – stuk voor stuk een

unieke getuigenis van het verleden. De koppeling tussen vindplaats en munt blijkt

een uitermate kwetsbare factor te zijn omdat deze snel verloren gaat. De in

NUMIS opgenomen vondsten zijn een blijvende getuigenis van de geschiedenis

voor toekomstige generaties. De data in NUMIS staat ten dienste van onderzoek

en van iedereen die geïnteresseerd is in het verleden. Het bestand is raadpleegbaar

via het internet op www.numis.geldmuseum.nl.

Via NUMIS wordt onder meer inzicht verkregen in de geschiedenis van regio’s en

de daarbij behorende economische en monetaire processen. Zo kunnen dankzij

vondstregistraties munten nader worden gedateerd en via verspreidingsgebieden

komen handelsroutes en -contacten aan het licht. Deze processen zijn lang niet

alleen interessant voor archeologische opgravingen (die zo beter kunnen worden

gedateerd en verklaard): iedere geïnteresseerde kan immers via NUMIS een beeld

krijgen van het verleden van zijn woonplaats. NUMIS is dus een bron waar

iedereen gebruik van kan maken, waarbij de interesse kan variëren van een

werkstuk voor de basisschool tot interdisciplinair grensoverschrijdend onderzoek.

Internationale vondstdatabases

Met buitenlandse partners wordt samengewerkt aan gezamenlijke ontsluiting van

de diverse landelijke muntvondstdatabases.1 Hierdoor wordt in de toekomst beter

onderzoek mogelijk naar grensoverschrijdende processen. Naast NUMIS zijn ook

in andere landen databases opgebouwd, die deels via het internet zijn in te zien.

Voorbeelden zijn de bestanden van het Portable Antiquities Scheme in het

Verenigd Koninkrijk (278.711 munten online, http://finds.org.uk/database) en de

1 Jan Pelsdonk, “Nederlandse muntvondsten in Europees verband. De weg naar koppeling van

afzonderlijke databases” De Beeldenaar 37 (2013) 170-172.

Page 33: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 33

Swiss Inventory on Coin Finds uit Zwitserland en Liechtenstein

(http://www.coinfinds.ch/services/coins/muenzen.php) met circa 250.000 munten

waarvan er 19.847 online zijn (tellingen 23-5-2013). Ook in landen als Polen,

Oostenrijk, Duitsland en Slovenië worden databases opgebouwd. In sommige

landen ontbreekt on-line registratie vooralsnog (zie pagina 16).

De American Numismatic Society huisvest de site www.nomisma.org, waar

internationaal wordt gewerkt aan de standaardisatie van terminologie en meer-

talige ontsluiting van numismatische begrippen. Deze internationale standaard kan

vervolgens worden gebruikt door andere sites, zoals www.numismatics.org/ocre,

Online Coins of the Roman Empire, met een overzicht van spreiding en productie

van munten van het Romeinse Keizerrijk over Europa. Doel van de samenwerking

is een eenvoudige manier om alle databases op een eenduidige manier te

doorzoeken, bijvoorbeeld via een interface zoals in de onderstaande tekeningen.

Publicaties

Vele vondsten bij elkaar geven bij trouw registreren een beeld, dat tot nieuwe

inzichten kan leiden. Er zijn vele grote en kleine onderzoeken op te sommen

waarbij NUMIS is gebruikt. Zo heeft Nico Roymans voor de zesde Van Gelder-

lezing in 2007 onderzoek gedaan naar het vroegste muntgebruik en de munt-

productie in de Nederrijnse regio, waaronder Nederland.2 Andere onderzoeken zijn

bijvoorbeeld over de opkomst en ondergang van de Romeinse markteconomie,

2 Nico Roymans, Muntgebruik in een dynamisch grensgebied. Keltische munten in de Nederrijnse

regio (Utrecht 2008).

Page 34: NUMIS Vergankelijk Verleden

34 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

over het gebruik van IJzertijdmunten, munten uit de Romeinse periode en de

Vroege Middeleeuwen.3 Ook hier vervulde NUMIS een belangrijke rol.

In De Beeldenaar (2011) is op pagina 199-204 een artikel opgenomen waarin de

losse vondsten van Romeinse munten in Nederland worden afgezet tegen die van

Engeland en Wales. De grafiek uit dit artikel is hieronder afgebeeld. Deze grafiek

had niet gemaakt kunnen worden zonder de registratie van vele honderden soms

zwaar gesleten munten. In één oogopslag worden duidelijke verschillen zichtbaar,

die wijzen op de manier waarop munten zich verspreidden. Er komen bijvoorbeeld

opvallend weinig Republikeinse munten in Engeland terecht.

Grafiek: Vondsten van Romeinse munten: eerste productiejaren per periode.

3 Eltjo Buringh, Jan Luiten van Zanden en Maarten Bosker, Soldiers and booze: the rise and

decline of a Roman market economy in north-western Europe (2012, nog niet in druk

verschenen); Jos Bazelmans, “De Romeinse muntvondsten uit de drie noordelijke provincies”

(Utrecht 2003); Jan Pelsdonk, “Muntslag en muntgebruik in Nederland in de pre- en

protohistorie. Beeldvorming via geregistreerde munten van vóór onze jaartelling in de

vondstdatabase NUMIS” [te verschijnen in Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 100 (2013)];

J. Bazelmans, D. Getters en A. Pol, “Metal detection and the Frisian Kingdom” Berichten van de

Rijkdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek 45 (2002) 220-241; Michael Metcalf en

Wybrand Op den Velde, “The Monetary Economy of the Netherlands, c. 690 - c. 760 and the

trade with England: A Study of the ‘Porcupine’ Sceattas of Series E” deel I en II Jaarboek voor

Munt- en Penningkunde 96 (2009) en 97 (2010); Wybrand Op den Velde en Michael Metcalf,

“The Monetary Economy of the Netherlands, c. 690 - c. 715 and the Trade with England: A

Study of the Sceattas of Series D” Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 90 (2003)

Page 35: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 35

De kaart hieronder (brongegevens: NUMIS) toont waar in Nederland sceatta’s zijn

gevonden. De vele vondsten laten zien dat deze munten met name zijn gebruikt

langs de kust en de grote rivieren. Zo komen handelsroutes aan het licht die

verborgen blijven als vindplaatsen niet worden vastgelegd. Dankzij systematisch

registreren van vondsten komen dit soort processen met één druk op de knop aan

het licht.

Page 36: NUMIS Vergankelijk Verleden

36 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Interpretatie van vondsten

Vondstmunten zijn ongeschreven bronnen, die fragmenten uit het dagelijks leven

tonen. De munten duiden soms onverwacht verbanden aan, die nieuw zijn of

afwijken van wat tot nu toe werd aangenomen. Net als bij geschreven bronnen

blijft het hierbij belangrijk om kritisch te blijven. Bijna altijd zijn er factoren die

het verhaal kunnen verdraaien.

Een munt is op een zeker moment vervaardigd, waarna het over een bepaalde

periode is gebruikt. Na verloop van tijd is het voorwerp bewust (verborgen,

geofferd, weggegooid) of onbewust (verloren, rampen, oorlog) in de bodem

terecht gekomen. Bij muntvondsten wordt onderscheid gemaakt tussen schat-

vondsten, losse vondsten en muntcomplexen. Schatvondsten bestaan uit twee of

meer direct bij elkaar gevonden munten. Losse vondsten bestaan uit één enkele

munt, eventueel gevonden in combinatie met andere (niet numismatische)

voorwerpen. Munten uit een muntcomplex zijn over een langere periode in de

bodem terecht gekomen. Bijvoorbeeld op een terrein waar eeuwenlang een markt

is gehouden. De munten uit een schatvondst ‘vertellen’ iets over elkaar. Zij zijn

samen uit de muntcirculatie gehaald of bij elkaar gespaard. (In het eerste geval

zitten er vaak munten van slechtere kwaliteit en lagere waarde in een vondst, in

het tweede geval zijn meestal de beste munten uitgekozen.) Losse vondsten en

muntcomplexen tonen het gebied waar munten zijn gebruikt.

Onderzoekers dienen zich te bedenken dat de vondsten geen compleet overzicht

geven. Dagelijks komen er nieuwe munten bij die het beeld verduidelijken. Het is

bijvoorbeeld niet direct duidelijk of een gevonden munt ‘alleen op doorreis’ was

of lokaal werd gebruikt. De vondsten tonen gebieden waar mensen woonden,

reisden en werkten. Een kaart met stippen toont niets anders dan een

verspreidingspatroon. Dit patroon is bovendien beïnvloed door omgevingsfac-

toren. Allereerst is er de rol van de eigenaar. Als hij een gouden munt laat vallen,

zoekt hij er langer naar dan naar de kleinste pasmunt. In de bodem liggen dus

relatief veel laagwaardige munten, zij vormen geen complete afspiegeling van de

geldcirculatie. Sommige vondsten zijn verdwenen vanwege natuurlijke

Page 37: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 37

omstandigheden (zoals de veranderende kustlijn, het door de meanderende rivier

overspoelde Romeinse castellum bij Wijk bij Duurstede of de Sint Elisabeths-

vloed). In sommige gebieden wordt meer met een metaaldetector gezocht omdat er

meer vondsten worden verwacht (een zichzelf vervullende voorspelling) waardoor

andere gebieden onbedoeld ‘leeg’ lijken. Bovendien mag niet overal worden

gezocht. Niet in de laatste plaats spelen de lokale omstandigheden een rol. Zo laat

een harde bodem munten minder snel uit het zicht verdwijnen.

Dateringsvraagstukken

Een andere belangrijke kanttekening moet worden gemaakt bij de datering van

munten. Vanaf ongeveer het derde kwart van de 15de

eeuw komen in toenemende

mate jaartallen op munten voor. Dit leidt soms een verkeerde verwachting.

Munten met het jaartal 1499, geslagen on der Philips de Schone (1499-1506) zijn

bijvoorbeeld geslagen tot in 1506 en komen in vondsten voor tot in 1596

(schatvondst Macharen 1999, NUMIS 1019264) en zelfs nog in 1623 (in de

schatvondst Haaksbergen 1921, NUMIS 1013115). Dat dit van alle tijden is,

bewijzen de guldens van koningin Juliana met het jaartal 1980. Deze zijn – zonder

gewijzigd jaartal – ook in 1981 geslagen, waarbij de productie ondanks het

muntteken van Utrecht deels is in Engeland plaats vond.4 Bij de komst van de euro

werden de guldenmunten ingetrokken. Tot 1-1-2007 konden zij worden

ingewisseld, sinds dat moment zijn ze niet langer wettig betaalmiddel. Toch zal

het mij niet verbazen als u er nog eentje in de keukenlade heeft liggen. Bij het

dateren van vondsten en munten zijn er dus diverse factoren die het beeld kunnen

beïnvloeden.

4 H.O.C.R. Ruding en H.E. Koning, Memorie van Antwoord 11-7-1984 op de wijziging van de

begroting van het Staatsmuntbedrijf voor het jaar 1982. Archief van de Tweede Kamer der

Staten-Generaal, vergaderjaar 1983-1984 dossier 18314 nr 5.

Page 38: NUMIS Vergankelijk Verleden

38 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Datering van schatvondsten is een ander punt van aandacht. In het bovenstaande

voorbeeld zijn vier munten (a, b, c en d) en een kruik aangetroffen. Ieder voorwerp

heeft een eigen datering. Het vroegst mogelijke tijdstip van verberging (terminus

post quem, tpq) wordt bepaald door het eerste productiejaar van het jongste

voorwerp. In dit geval is de tpq niet het jaar 1500 (toen bestonden de munten a, b

en d nog niet) en ook niet 1570 (toen bestond het jongste voorwerp, munt d, al 40

jaar). Deze schat is dus op zijn vroegst in 1530 in de bodem verzeild geraakt.

Lastiger is het bepalen van het tijdstip waarvóór de schat is verborgen, de terminus

ante quem (taq). Deze wordt bepaald door allerlei factoren, waaronder de eerder

beschreven periode van circulatie.

munt a

munt b

munt c

munt d

kruik

1490

1500

1510

1520

1530

1540

1550

156

0

1570

Page 39: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 39

NUMIS voor vrijwilligers

Page 40: NUMIS Vergankelijk Verleden

40 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Stappenplan

De vrijwilligers kezen zelf de momenten uit waarop zij voor NUMIS actief zijn en

hoeveel energie zij in het werk steken. Door allerlei factoren zal de een actiever

kunnen zijn dan de ander.

De eerste prioriteit is het wegwerken van de determinatieachterstand. Vrijwel

tegelijkertijd wordt actief gewerkt aan het verwerven van nieuwe vondstmeldingen. In

een latere fase worden de al bestaande records in NUMIS doorgelicht en aangevuld

zodat de doorzoekbaarheid wordt vergroot. Allereerst komen daarbij de elementaire,

maar leeg gebleven velden – zoals datering – aan bod. Deze velden zijn rood

gemarkeerd in bijlage 4. Dankzij de digitale fotografie wordt het logistiek mogelijk

om een oproep onder oud-melders te verspreiden om fotomateriaal aan te leveren ter

completering van vondstmeldingen van lang geleden. Het is echter evident dat veel

records nooit een foto zullen dragen.

Uitleg bij het invoeren van de belangrijkste velden in NUMIS

In museale collecties wordt het beste van het beste bewaard. Dat geldt niet voor

NUMIS. Veel vondsten zijn van matige kwaliteit. In combinatie met de vindplaatsen

geven deze munten echter een schat aan gegevens prijs. Het is een uitdaging om

iedere keer weer zo veel mogelijk informatie uit de munten te halen en op te nemen in

NUMIS, ten dienste van toekomstig onderzoek.

Het determinatieteam heeft in het begin doorgaans alleen foto’s, diameters en massa’s

tot zijn beschikking. Bovendien zijn veel van de munten in NUMIS niet in Nederland

vervaardigd. Dat betekent dat de kennis van de determinator iedere keer weer op de

proef wordt gesteld. De velden op pagina 41 worden het meest gebruikt. De rood

gekleurde velden zijn daarbij van primair belang. Zonder invulling kan het record niet

worden opgewaardeerd naar ‘gedetermineerd’. De blauwe velden zijn aan te bevelen

maar optioneel en de groene velden bevatten extra’s. Zwart zijn de al gegeven

velden, waaronder vindplaats en NUMIS nummer. Het NUMIS nummer is

onveranderlijk. Het kan worden gebruikt in publicaties en via de URI (bijvoorbeeld:

www.numis.geldmuseum.nl/nl/1103983), zijn koppelingen naar sites mogelijk.

Page 41: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 41

Veldnaam Toelichting

NUMIS nummer uniek registratienummer van het specifieke voorwerp

Massa gewicht in gram

Formaat diameter (of grootste formaat) in millimeters

Stempelstand verdraaiing van voor- en keerzijdestempel, van 0,5 tot 12 uur

Voorwerp munt, penning, muntgewicht etcetera

Politieke eenheid naam van de staat ten tijde van de fabricage

Huidig land huidige politieke eenheid

Autoriteit muntheer, muntheren (kan bijvoorbeeld ook een stedelijke

overheid zijn)

Muntsoort naam van het object (niet-munten tussen haakjes)

Datering periode waarin het object is gemaakt

Van Eerste jaar van de periode

Tot Laatste jaar van de periode

Materiaal goud, zilver, koper, lood, papier etcetera

Klop later aangebrachte instempeling

Catalogi standaardbeschrijving in de literatuur

Muntplaats plaats van vervaardiging, eventueel met alternatieve spelling

tussen haakjes, zoals Antwerpen (Anvers) en bij de Romeinen

Lyon (Lugdunum)

Maakwijze geslagen, gegoten, gegraveerd etcetera

Status of functie specifieke (afwijkende) functie van het object

Latere bewerking doorboring, gravering etcetera

Conditie goed, matig of slecht, eventueel met toevoeging (gesleten),

(gecorrodeerd) etc.

Voorzijdebeeld beschrijving van afbeelding

Voorzijdetekst op- en/of omschrift

Keerzijdebeeld beschrijving van afbeelding

Keerzijdetekst op- en/of omschrift

Muntteken teken van het munthuis

Maker naam van de medailleur(s) of stempelsnijder(s)

Muntmeester naam van de betrokken muntmeester(s)

Muntmeesterteken teken van de muntmeester

Publicaties publicatie over dit specifieke voorwerp

Opmerkingen aanvullende gegevens (bijvoorbeeld over de rand)

Page 42: NUMIS Vergankelijk Verleden

42 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Beschrijf het voorwerp aan de hand van een catalogus en neem deze op in het veld

“catalogi”. Afwijkingen worden vermeld in het opmerkingen-veld, voeg in dat geval

“variant” aan de literatuurverwijzing toe. Hiermee wordt aangeduid dat de munt lijkt

op het in de catalogus beschreven exemplaar, maar toch afwijkt.

Bij het maken van een beschrijving is het niet de bedoeling om klakkeloos een

catalogus over te schrijven. De gevonden munt kan namelijk afwijken van de

standaard en het is juist de uitdaging om te speuren naar onbekende munten. Gebruik

bij twijfel meerdere catalogi, want een niet in de literatuur gevonden munt zegt

vaker iets over de determinator dan over de zeldzaamheid van het object. Bij

problemen kan ook NUMIS worden geraadpleegd om te kijken welke catalogi zijn

gebruikt bij soortgelijke munten.

Algemeen geldt, dat niet op het voorwerp vermelde (of niet zichtbare) afbeeldingen

en teksten tussen haakjes worden geplaatst. Bijvoorbeeld: (15)78. De vermelding

(geen) toont dat er geen sprake is van een klop, latere bewerking, muntteken etcetera.

De term (onbekend) wordt gebruikt als de informatie niet in de gebruikte literatuur is

te vinden. Bijvoorbeeld: muntplaats (onbekend). Ook (ondetermineerbaar) komt

geregeld voor, bijvoorbeeld als het muntteken door slijtage of corrosie is verdwenen.

Gebruik geen afkortingen (met uitzondering van z.j.) omdat dit voor verwarring

zorgt bij gebruikers. Alle velden in NUMIS zijn in het Nederlands ingevuld. Het

gebruiken van meerdere talen maakt objecten lastiger vindbaar.

Achter een autoriteit worden tussen haakjes zijn regeringsjaren opgenomen.

Bijvoorbeeld: Jan I (1268-1294). Meerdere autoriteiten worden van elkaar gescheiden

door “; ”.

Muntnamen worden voluit (géén getallen) en zonder hoofdletter geschreven.

Datering: bij munten jonger dan 1475 wordt – indien geen jaartal is vermeld – “z.j.”

toegevoegd voor een jaar of periode. Bijvoorbeeld: z.j. (1506-1521). Om onduide-

lijkheid te voorkomen worden negatieve getallen gescheiden door een slash. De

Page 43: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 43

velden “van” en “tot” zijn bedoeld voor één jaartal van vier cijfers, eventueel

voorafgegaan door een min (-). Twee voorbeelden:

datering (-7 / 14) van -0007 tot 0014

datering 1289 AH (1871-1872 AD) van 1871 tot 1872

Teksten worden in principe in kapitalen geschreven. Iedere tekstonderbreking wordt

aangegeven met een liggend streepje (-) en iedere nieuwe regel (of andere locatie van

een tekst) met een slash (/). Bijvoorbeeld: DIVVS - AVGV - STVS / S - C . Het

omschrift divus Augustus wordt twee keer onderbroken door de afbeelding. Op een

andere locatie (in het veld in dit geval) staat SC, eveneens door de afbeelding

gescheiden. De u in divus wordt – net zoals op de munt – als v genoteerd. Tussen

afzonderlijke woorden staat één spatie.

Leestekens, interpunctie en initiaalteken: gebruik bij voorkeur geen speciale

tekensets (Arabisch, Grieks, Windings enzovoorts) ter voorkoming van problemen

met het exporteren van gegevens uit NUMIS. Met name de volgende leestekens

worden toegepast: + . , : ; ‘ ’ - / * o x

Ze worden (met uitzondering van een komma of apostrof) tussen spaties geplaatst,

dus niet aan een woord vast. Leestekens mogen alleen worden vermeld als ze

zichtbaar zijn. Weggesleten tekens of tekstonderdelen kunnen tussen haakjes worden

toegevoegd: PH(S’ DE)I betekent dat alleen PHI leesbaar is en dat er naar alle

waarschijnlijkheid S’ DE tussen heeft gestaan.

Een zwevende punt wordt als een lage punt weergegeven, een rozet als asterisk *.

Afwijkende tekens tussen haakjes aangeven bijvoorbeeld “(kroon)” of met een

verklaring zoals “(lees : als twee o-tjes boven elkaar)”. Een kruis wordt ongeacht de

versiering als + weergeven.

Op pagina 44 en 45 volgen twee invulvoorbeelden.

Page 44: NUMIS Vergankelijk Verleden

44 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

NUMIS nummer 1049626

Massa 3,524 gram

Formaat 22 mm

Stempelstand h

Voorwerp munt

Politieke eenheid Batenburg

Huidig land Nederland

Autoriteit Herman Diederik van Bronckhorst (1573-1602)

Muntsoort dukaat

Datering (15)78

Van 1578

Tot 1578

Materiaal goud

Klop (geen)

Catalogi Purmer (2009) Ba09

Muntplaats Batenburg

Maakwijze geslagen

Status of functie

Latere bewerking (geen)

Conditie

Voorzijdebeeld staande, geharnaste man (Herman Diederik van Bronckhorst) met

geheven zwaard in rechterhand, linkerhand op gevest van tweede

zwaard

Voorzijdetekst THE . D . BRO . L . - BA - R . I . B . Z . STEI - .

Keerzijdebeeld wapenschild van Bronckhorst-Stein (of Blankenheim-Stein) met

als hartschild Batenburg, tussen afgekort jaartal

Keerzijdetekst *. MONE . NO . AVREA . DNI . HERM . / 7 - 8

Muntteken (geen)

Maker (onbekend)

Muntmeester Hendrik Velthuysen (1576-1578)

Muntmeesterteken (geen)

Publicaties

Opmerkingen imitatie van de dukaten van Richard van de Palts-Simmeren

Page 45: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 45

NUMIS nummer 1087719

Massa 3,265 gram

Formaat 16x16 mm

Stempelstand 6 h

Voorwerp muntgewicht

Politieke eenheid Amsterdam

Huidig land Nederland

Autoriteit (particuliere productie)

Muntsoort (muntgewicht; excelente, spaanse dukaat)

Datering z.j. (1576-1654)

Van 1576

Tot 1654

Materiaal messing

Klop (geen)

Catalogi Pol (1989) p. 95, 119 en 133

Muntplaats Amsterdam

Maakwijze geslagen

Status of functie

Latere bewerking (geen)

Conditie

Voorzijdebeeld ster boven twee naar elkaar gewende hoofden

Voorzijdetekst (geen)

Keerzijdebeeld letters om opgestoken zwaard (of ponjaard)

Keerzijdetekst G D N

Muntteken (geen)

Maker Guilliam de Neve (1576-1654)

Muntmeester

Muntmeesterteken

Publicaties

Opmerkingen

Page 46: NUMIS Vergankelijk Verleden

46 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Page 47: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 47

Gedragscodes

Page 48: NUMIS Vergankelijk Verleden

48 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Algemeen

De betrokkenen bij NUMIS houden zich verre van illegale praktijken. Er worden via

NUMIS geen voorwerpen verhandeld of waardebepalingen aan voorwerpen gegeven.

Het doel van NUMIS is puur wetenschappelijk, gericht op het vastleggen en

ontsluiten van gegevens over voorwerpen in combinatie met vindplaatsen.

Gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten

Vinders, meestal metaaldetectiespecialisten, opereren zelfstandig in het veld. Zij

doen dit doorgaans hobbymatig. In speciale gevallen kunnen zij zich bij NUMIS laten

registreren als NUMIS-ambassadeur voor een bepaalde regio. De bij NUMIS

meldende metaaldetectiespecialisten houden zich aan de volgende gedragsregels:

Ongeschreven wet

o Een prettig contact tussen de metaaldetectiespecialist, landeigenaar, beheerder

en autoriteiten werkt ten voordele van iedereen.

Terreinen

o Per land of regio kunnen de regels voor het gebruik van een metaaldetector

verschillen. Leef deze na.

o Vraag aan de landeigenaar of beheerder van de grond altijd toestemming om te

mogen zoeken.

o Zoek alleen op archeologische terreinen met toestemming van de bevoegde

instanties, om mee te helpen bij een archeologische opgraving.

o Voorkom schade, maak geen gaten (bijvoorbeeld in een grasmat).

o Zoek niet na zonsondergang, zeker zonder toestemming van de landeigenaar.

Iemand die ’s nachts zoekt is verdacht bezig.

Speciale vondsten

o Laat munitie liggen. Markeer indien nodig de locatie en waarschuw de politie.

o Neem zoveel mogelijk gevonden metalen afval – zoals lood en koper – mee en

lever dit bij uw gemeente in ten voordele het milieu.

Page 49: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 49

Melden

o Als de eigenaar niet is te achterhalen, zijn de vinder en de grondeigenaar beide

voor 50% eigenaar van de vondst.

o Vondsten die zijn gedaan bij een opgraving worden eigendom van de provincie

waarin de vondst is gedaan.

o Een extract uit de wettelijke Nederlandse bepalingen: vondsten waarvan

redelijkerwijs kan worden aangenomen of het vermoeden bestaat dat deze van

wetenschappelijke cultuurhistorische waarde zijn, dienen te worden gemeld bij

de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.5 De Rijksdienst voor het

Cultureel Erfgoed (RCE) voert deze taak uit namens de minister.

Het Geldmuseum heeft met de RCE de afspraak gemaakt dat een melding (van

munten) bij NUMIS beschouwd kan worden als een melding aan de RCE,

waarmee dus de vinder aan zijn wettelijke verplichting heeft voldaan.

In de praktijk is het verstandig om de melding eveneens te doen bij de

gemeente- of provinciaal archeoloog en het meldpunt bodemvondsten. Het

Geldmuseum helpt u bij twijfel wie te benaderen graag verder.

De vondsten dienen tijdelijk ter beschikking te worden gesteld ter bestudering.6

o Numismatische vondsten: na aanmelding bij NUMIS

(www.numis.geldmuseum.nl) wordt de vondst (contactgegevens + vindplaats +

beschrijving) door de coördinator doorgemeld aan de hierboven genoemde

archeoloog. Dit gebeurt in overleg met de melder om een dubbele

vondstmelding te voorkomen. Het voordeel van deze route is dat de archeoloog

niet met determinaties wordt belast en de vondst blijvend via NUMIS

toegankelijk is. Ter onderzoek ingenomen vondsten worden altijd geretour-

neerd aan de inbrenger.

5 Monumentenwet 1988, Artikel 53, eerste lid.

6 Monumentenwet 1988, Artikel 53, tweede lid.

Page 50: NUMIS Vergankelijk Verleden

50 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Gedragsregels voor NUMIS-ambassadeurs

NUMIS-ambassadeurs vormen een beperkte groep van door de coördinator

aangewezen personen die het vinden en registreren van muntvondsten begeleidt.

Het werk van de NUMIS-ambassadeur omvat in hoofdlijnen de volgende taken:

Helpen van vinders en eigenaars bij het registreren van hun voorwerpen in

NUMIS.

Beantwoorden van vragen over het NUMIS-samenwerkingsverband.

Opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten bij particulieren, in musea en in

publicaties, ter registratie in NUMIS.

Zelf toevoegen van gevonden voorwerpen in NUMIS.

Adviseren van verbetermogelijkheden en melden van problemen rondom het

gebruik van NUMIS.

Sporadisch: beschrijven van vondsten, al dan niet in overleg met het

determinatieteam en de vondstadviseurs.

Een NUMIS ambassadeur zal nooit:

Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de

vinder.

Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide

locaties.

Zelf met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor

metaaldetectiespecialisten na te leven.

Page 51: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 51

Gedragsregels voor het determinatieteam

Het NUMIS determinatieteam wordt gevormd door een groep van door de

coördinator aangewezen specialisten die nieuw geregistreerde vondsten beschrijft.

Het werk van de determinatiespecialist omvat in hoofdlijnen de volgende taken:

Beantwoorden van vragen over het NUMIS-samenwerkingsverband.

Beschrijven van vondsten, al dan niet in overleg met andere specialisten en de

vondstadviseurs.

Adviseren van verbetermogelijkheden en melden van problemen rondom het

gebruik van NUMIS.

Sporadisch: opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten bij particulieren, in

musea en in publicaties, ter registratie in NUMIS.

Sporadisch: zelf toevoegen van gevonden voorwerpen in NUMIS.

Een determinatiespecialist zal nooit:

Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de

vinder.

Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide

locaties.

Zelf met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor

metaaldetectiespecialisten na te leven.

Page 52: NUMIS Vergankelijk Verleden

52 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

NUMIS Ambassadeur

Ondersteuning van vondstregistraties

H. Ulpkracht

Sint Juttemisdreef 18

1234AB Vindersdorp

012-3456789

[email protected]

lid sinds 2013

Deze persoon is voor werkzaamheden aan NUMIS geregistreerd en werkt

volgens afspraak volgens de op de keerzijde vermelde gedragsregels

NUMIS is het landelijke registratiebestand voor munten en andere numismatische voorwerpen in Nederland. In de database (www.numis.geldmuseum.nl) worden gevonden munten samen met de vindplaats

geregistreerd en ontsloten door een grote groep vinders en vrijwilligers.

De NUMIS ambassadeur doet op vrijwillige basis de volgende werkzaamheden:

Het opspeuren van nog niet geregistreerde vondsten

Het helpen van vinders en eigenaars bij het registreren Het beantwoorden van vragen over NUMIS

Het aan NUMIS toevoegen en eventueel beschrijven van gevonden voorwerpen

De NUMIS ambassadeur zal nooit:

Vertrouwelijke informatie buiten NUMIS verspreiden zonder toestemming van de vinder

Zonder overleg met de vinder zelf gaan zoeken op in vertrouwen aangeduide locaties Met een metaaldetector aan de slag gaan zonder de gedragsregels voor metaaldetectiespecialisten na te leven.

NUMIS ambassadeurs vormen een beperkte groep aangewezen personen die het vinden en registreren van muntvondsten begeleiden. Meer informatie over NUMIS, de complete gedragscode en het melden

van vondsten is op te vragen bij de coördinator.

www.numis.geldmuseum.nl, 030-2143341 (op donderdagen en vrijdagen), [email protected]

NUMIS wordt financieel ondersteund door:

Stichting Nederlandse Koninklijk Nederlands Genootschap

Penningkabinetten voor Munt- en Penningkunde

Ledenpas

Met de ledenpas kan de NUMIS-ambassadeur in voorkomende gevallen zijn intenties

kenbaar maken of onderbouwen. De pas wordt jaarlijks uitgegeven. Van de persoon

die de gedragsregels niet naleeft en die niet van zins is om hierin verandering aan te

brengen, wordt de registratiepas ingenomen danwel niet verlengd.

20 2013

Page 53: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 53

Contactgegevens

Page 54: NUMIS Vergankelijk Verleden

54 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Lidmaatschap, donateurschap en ANBI

Het Lidmaatschap van NUMIS is gratis omdat de leden een belangrijke bijdrage

leveren in de vorm van vrijwilligerswerk. Het onderhouden en verbeteren van het

NUMIS-netwerk kost echter geld. Daarom is het mogelijk donateur van NUMIS te

worden.

U wordt donateur door een bedrag naar keuze over te maken op rekeningnummer

5382308 van de Stichting Nederlandse Penningkabinetten (SNP) onder vermelding

van ‘NUMIS’ en uw naam- en adresgegevens. IBAN: NL35INGB0005382308, BIC

INGBNL2A.

De SNP is een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). Sinds 1 januari 2012 is de

geefwet van kracht, waarmee giften tot €5000 tegen de gangbare voorwaarden

tijdelijk voor 125% van het belastbaar inkomen kunnen worden afgetrokken. In de

hoogste belastingschijf levert een schenking van €100 een maximale

belastingteruggave van €65 op, waardoor de gift de schenker uiteindelijk slechts €35

kost. Zie www.belastingdienst.nl voor uitgebreide informatie over giften en de

geefwet. Voor een nadere toelichting over de mogelijkheden kunt u contact opnemen

met de SNP (contactgegevens op pagina 56).

Page 55: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 55

Contactgegevens

Database

NUMIS

www.numis.geldmuseum.nl

Informatie

Centraal meldpunt

Geldmuseum

Postbus 2407

3500GK Utrecht

030-2143341 (do-vrij)

[email protected]

Coördinatie en beheer

Jan Pelsdonk

030-2143341 (do-vrij)

[email protected]

ICT ondersteuning

Jasper Letschert

030-2143351

[email protected]

In verband met financiële problemen bij

het Geldmuseum wijzigen de contactgegevens

waarschijnlijk eind 2013.

In de volgende versie van dit document vindt u de

nieuwe contactgegevens.

Page 56: NUMIS Vergankelijk Verleden

56 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

Donateurschap (via de Stichting Nederlandse Penningkabinetten)

Toon Opdam (penningmeester)

0316-340521

[email protected]

Martin Bloemendal (vice-voorzitter)

078-6145453

[email protected]

Vondstadviseurs

Prehistorie en Romeinse Tijd

Paul Beliën

030-2143368

[email protected]

Middeleeuwen en Moderne Tijd

Jan Pelsdonk

030-2143341

[email protected]

NUMIS Ambassadeurs

Steunpunten voor vondstregistratie

Het is de bedoeling dat in de volgende versie van deze publicatie een lijst met namen

en contactgegevens wordt opgenomen van personen die voor NUMIS een

contactpersoon in een provincie of specifieke regio zijn.

Bij het on-line gaan van NUMIS wordt deze lijst nog vormgegeven. Hebt u interesse?

Neem contact op met het Centraal Meldpunt.

Page 57: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 57

Page 58: NUMIS Vergankelijk Verleden

58 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

NUMIS Determinatieteam

De teamleden werken naar keuze onder eigen naam

of pseudoniem. Zij zijn actief op de NUMIS website

www.numis.geldmuseum.nl.

Leden van het determinatieteam zorgen

voor een beschrijving van de vondsten.

Mocht u interesse hebben in versterking

van dit team of meer informatie

over de werkwijze wensen, dan kunt

u zich richten tot het centraal meld-

punt of een NUMIS Ambassadeur.

Page 59: NUMIS Vergankelijk Verleden

NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden 59

Fotoverantwoording Omslag voor: overzichtsfoto van de schatvondst Molenaarsgraaf 2006 (NUMIS 1061665).

Pagina 2: overzichtsfoto van de schatvondst Tzummarum 1991 (NUMIS 1029555).

Pagina 6: antoninianus van Postumus (259-268), gevonden rond 1860 in Utrecht (NUMIS

1053599).

Pagina 8: styca van Eadberth (737-758), in 2007 gevonden in Wijk bij Duurstede (NUMIS

1085401).

Pagina 9: groot van Arnhem (1482-1496) uit de schatvondst Zelhem 1894 (NUMIS 1085033).

Pagina 17: groot van Jan van Kleef, graaf van Marck (1448-1481) uit de schatvondst Loerbeek 1887

(NUMIS 1049647).

Pagina 29: kwart groot uit Vlaanderen van Philips de Goede (1419-1467) in 2012 gevonden in de

gemeente Borsele (NUMIS 1103933).

Pagina 30: overzichtsfoto van de schatvondst Vechten 2006 (NUMIS 1112915).

Pagina 31: gouden florijn uit Florence (1303-1310) in 2011 gevonden op Texel (NUMIS 1101929).

Pagina 33: overgenomen uit Ina Lehmann en Roji Varughese, Interface Meta portal for searching

across different coin finds information sources (Diplomarbeit, Frankfurt am Main 2008).

Pagina 34: overgenomen uit artikel ‘Verloren Verleden’ (Pelsdonk, De Beeldenaar 2011 p 199-204).

Pagina 35: kaart: Nationale Onderzoeksagenda Archeologie (www.noaa.nl), gegevens: NUMIS

(www.numis.geldmuseum.nl).

Pagina 38: denarius van Lodewijk de Vrome (814-840) in 2007 gevonden in Wijk bij Duurstede

(NUMIS 1085412).

Pagina 39: groot uit Holland van Albrecht van Beieren (1389-1404), in 2005 te Woerden gevonden

(NUMIS 1051807).

Pagina 44: gouden dukaat van Batenburg, in 1889 gevonden te Heeswijk (NUMIS 1049626).

Pagina 45: muntgewicht van Guilliam de Neve (1576-1654) voor een excelente of spaanse dukaat, in

2007 in Nijefurd gevonden (NUMIS 1087719).

Pagina 46: Weckfles met 200 bankbiljetten uit het Interbellum, gevonden te Uden in 2009 (NUMIS

1114807).

Pagina 47: penning van Karel V (1506-1555), rond 1520 gemaakt door Conrad Meit (1480-

1550/51), in 2003 in Zwijndrecht gevonden in stortgrond uit het centrum van Rotterdam

(NUMIS 1035300).

Pagina 51: halve albus van de stad Zutphen, uit de schatvondst Zelhem 1894 (NUMIS 1085030).

Pagina 53: dubbele soeverein van Albert & Isabella (1598-1621) uit Brussel, uit de schatvondst

Schijndel 2003-I (NUMIS 1039007).

Pagina 54: Friese sceatta van het Wodan/monster-type, in 2007 gevonden in Menaldumadeel

(NUMIS 1088128).

Pagina 55: kwart groot van Utrecht op naam van Frederik van Blankenheim (1393-1423) uit de

schatvondst Elst 1946-1948 (NUMIS 1095070).

Pagina 57: zilveren rijder van Holland uit het wrak van het Vliegend Hert † 1735 (NUMIS

1090559).

Pagina 58: goudgulden uit Luxemburg uit de schatvondst Grave 2004 (NUMIS 1089058).

Omslag achter: overzichtsfoto van de schatvondst Hansummerweerd 2002 (NUMIS 1088370).

Page 60: NUMIS Vergankelijk Verleden

60 NUMIS: registratie van een vergankelijk verleden

De volgende verenigingen en instellingen ondersteunen NUMIS:

www.geldmuseum.nl

Koninklijk Nederlands Genootschap voor Munt- en Penningkunde www.koninklijkgenootschap.nl

Stichting

Nederlandse

Penningkabinetten www.koninklijkgenootschap.nl

www.cultureelerfgoed.nl

www.neha.nl

www.socialhistory.org

Oriëntal Numismatic Society www.onsnumis.org

Vereniging voor Penningkunst www.penningkunst.nl

www.detectoramateur.nl

Versie 1, 19 juli 2013