1
Eigen Bijdrage(n) bij Wmo-voorzieningen
Zorgwekkende gevolgen
En
Aanbevelingen voor Utrecht
Door: Werkgroep van de Cliëntenraad Wmo Utrecht
Onderdeel van maatschappelijk Netwerk Utrecht.
2
Inhoudsopgave:
Aanleiding pag. 3
Huidige situatie en knelpunten pag. 4
Informatievoorziening
Onduidelijkheid rol betrokken instanties pag. 5
Tekortkomingen in het systeem pag. 7
Samenvattende conclusies pag. 7
Aanbevelingen pag. 8
Lobby en overleg pag. 8
Communicatie naar de burger pag. 8
Bijlage 1:
Link naar artikel Binnenlands Bestuur over informatieplicht gemeenten pag. 10
Bijlage 2:
Link naar artikel Nieuwsuur over zorgmijding agv eigen bijdragen pag. 10
Bijlage 3:
Link naar artikel over onderzoek naar informatieverstrekking
over de eigen bijdragen pag.10
Bijlage 4:
Aangenomen motie 2e kamer d.d. 15 maart jl. over
informatievoorziening door gemeenten over de eigen bijdragen en
verantwoordelijkheid gemeenten om mensen die afzien van zorg
te blijven volgen pag. 10
Bijlage 5:
Voorbeeld van de methode van berekenen van het CAK pag. 11
Bijlage 6:
Financieel besluit Wmo Utrecht over vergoedingen
en tarieven pag. 12
Bijlage 7:
Artikel uit Binnenlands Bestuur nummer 5 (9-3-2016):
“Kosten eigen bijdragen niet-minima rijzen pan uit.” pag. 15
Bijlage 8
Verordening Wmo 2016 Utrecht, onderdeel ‘Eigen Bijdragen’ pag. 17
3
Aanleiding
Per 1-1-2015 is er veel veranderd in de wet- en regelgeving voor mensen die zorg behoeven
vanuit de Wmo. ‘Begeleiding’ valt niet langer onder de AWBZ, maar onder de Wmo. De
hoogte van de eigen bijdragen die van gebruikers gevraagd worden, zijn per gemeente
verschillend. De gemeente kan in de Wmo verordening en beleidsregels keuzes maken.
Voor Utrechters hadden de wijzigingen per 1-1-2015 consequenties voor de berekening en
de hoogte van de Eigen Bijdrage(n) en daarmee dus voor het besteedbare inkomen. De Eigen
Bijdragen werden hoger en het besteedbare inkomen dus lager. Dit besteedbaar inkomen
werd naast de veranderingen in de Wmo ook nog eens negatief beïnvloed doordat de
WTCG-CER tegemoetkomingen waren afgeschaft.
Daarnaast worden zorgvragers niet (of niet tijdig) geïnformeerd over de hoogte van de Eigen
Bijdrage. Daardoor kan men niet inschatten of de hulp en/of voorzieningen betaalbaar zijn.
Aanvragers van zorg hebben aangegeven hierdoor geen grip te hebben op de eigen
(financiële) situatie. Bovengeschetste situatie leidt tot het mijden van zorg.
Maar liefst een kwart van alle Wmo-aanvragen werd ingetrokken, blijkt uit onderzoeken van
Iederin, Binnenlands Bestuur en de Nationale ombudsman. (Zie bijlagen. Zie bijlage 1,2 en 3)
In het debat dat naar aanleiding van deze onderzoeken in de Tweede Kamer werd gehouden
op 15 maart jongstleden werd een motie aangenomen die de gemeenten verplicht betere
informatie te verstrekken over de Eigen Bijdragen alsook mensen op de hoogte te brengen
van de financiële ondersteuning door gemeenten als de zorgbehoevende de eigen bijdrage
niet kan opbrengen. Zie bijlage 4.
Daarnaast heeft de Tweede Kamer de regering in een motie opgeroepen om voor 1 juli 2016
een onderzoek gereed te hebben over de mogelijkheid om de termijn waarbinnen Wmo-
gebruikers hun Eigen Bijdrageberekening krijgen, kan worden verkort. Dit onderzoek blijkt
eind juni 2016 nog niet gereed te zijn.
De Cliëntenraad Wmo krijgt signalen dat de Utrechtse situatie niet verschilt van de
uitkomsten van de landelijke onderzoeken. Daarom besloot de Cliëntenraad Wmo in de
vergadering van december 2015 een werkgroep in het leven te roepen ‘Eigen Bijdrage Wmo’
om signalen uit de achterban op te halen en na te gaan of en op welke wijze in Utrecht de
uitvoering van de Eigen Bijdrage in het kader van de Wmo verbeterd kan worden.
Deze werkgroep bestond uit 6 leden van organisaties die vertegenwoordigd zijn in de
Cliëntenraad Wmo.
4
Huidige situatie en knelpunten:
Aanvragers van Wmo voorzieningen krijgen bijna altijd te maken met een Eigen Bijdrage. De
Eigen Bijdrage die ze moeten betalen is afhankelijk van de kosten van de voorziening
waarvan men gebruik wenst te maken (per uur vermenigvuldigd met het aantal uren), het
(verzamel)inkomen van 2 jaar geleden en het Eigen Vermogen.
De berekening van de Eigen Bijdrage is in handen van het Centraal Administratiekantoor
(CAK).
In het hele proces, vanaf het moment van aanvraag van de voorziening tot en met de
kennisgeving van het CAK waarin de hoogte van de Eigen Bijdrage staat, kan er veel
mislopen. Echter ook daarna, kan er nog het e.e.a. misgaan. De knelpunten hebben te
maken met:
a. tekortschietende informatievoorziening over de Eigen Bijdragen, de hoogte en de
mogelijke vergoedingen
b. gebrek aan helderheid daarbij vanuit de rollen van de gemeente, het buurtteam en het
CAK
c. tekortkomingen in het systeem.
Informatievoorziening:
a. zorgvragers zijn er zich niet van bewust dát er een Eigen Bijdrage gevraagd wordt.
Het wordt zorgvragers tijdens de onderzoekgesprekken met medewerkers van de
gemeente niet altijd duidelijk dat er een Eigen Bijdrage voor een voorziening betaald
moet worden: “Als ik dat tevoren had geweten, had ik het beter en goedkoper zelf
kunnen regelen. De gemeente gaf me geen inzicht in de kosten onder het motto :Daar
gaan we niet over, dat doet het CAK”.
b. zorgvragers weten niet (tijdig) wat de hoogte van de Eigen Bijdrage is.
De werkgroep hoort veel klachten dat mensen niet weten hoe hoog de Eigen Bijdrage is.
De gemeente vertelt ze dat dit bepaald wordt door het CAK. Soms geeft de gemeente
aan dat men zelf een proefberekening kan maken via de website van het CAK.
Echter, om de berekening via het CAK te maken, heeft men informatie van de gemeente
nodig over de tarieven van de Wmo voorzieningen en die tarieven zijn vaak niet bekend
bij de medewerkers van het Wmo loket en de buurtteammedewerkers. De tarieven
staan ook niet duidelijk op de gemeentelijke website. Mensen weten niet dat ze moeten
zoeken onder ‘Financieel Besluit’. Het gevolg is dat mensen de berekening van het CAK
afwachten, want op basis van het gebrek aan informatie kan men geen besluit nemen
om de Wmo voorziening wel of niet af te nemen.
Vaak krijgt men de eerste rekening van het CAK pas nadat men al een paar maanden zorg
heeft gehad. De schok over de hoogte van de Eigen Bijdrage is vaak groot en kan nog
5
groter zijn wanneer de berekende bijdrage niet past bij het actuele inkomen maar
gebaseerd is op het inkomen van twee jaar geleden. Dit geeft mensen het gevoel de grip
op de eigen financiële situatie te verliezen. In paniek besluit men dan maar om de Wmo
voorziening op te geven.
De berekening van het CAK van de hoogte van de Eigen Bijdrage is zeer gecompliceerd
omdat er zoveel factoren een rol spelen bij die berekening.
Voor een voorbeeld zie bijlage 5.
c. Zorgvragers weten niet welke vergoedingen er soms mogelijk zijn.
Bijvoorbeeld via de Collectieve Ziektekostenverzekering van de gemeente Utrecht. Het
blijkt dat alleen de mensen die het meeste uitgebreide pakket hebben (pakket 3) in
aanmerking komen voor vergoedingen van de Eigen Bijdragen die opgelegd worden door
het CAK. Deze mensen kunnen hun Eigen Bijdragen voor a. Persoonlijke verzorging, b.
Huishoudelijke hulp en c. Dagbegeleiding /dagbesteding (100%) vergoed krijgen tot
maximaal €375 per jaar.
Onduidelijkheid over rolverdeling betrokken instanties
De verwarring die ontstaat door bovengeschetste situatie wordt nog groter door de
onduidelijkheid voor de burger over de rolverdeling m.b.t de informatievoorziening en
hulpverlening rondom de Wmo en de Eigen Bijdrage, tussen gemeente, buurtteams en CAK.
Rol gemeente
De gemeente stelt vast voor welke voorzieningen wel en geen Eigen Bijdrage wordt
gevraagd. In 2016 heeft de gemeente Utrecht besloten dat GEEN Eigen Bijdrage meer
betaald hoeft te worden voor arbeidsmatige activering, voor thuisbegeleiding en voor
algemene voorzieningen die iedereen mag gebruiken, zoals begeleiding vanuit de
buurtteams.
Voor een rolstoel, een (regio)taxipas en rolstoeltaxi en voor Wmo voorzieningen voor
kinderen tot 18 jaar gelden GEEN Eigen Bijdragen.
Voor Wmo voorzieningen waarvoor een Eigen Bijdrage is bepaald, stelt de gemeenteraad
ook de hóógte van de Eigen Bijdrage vast in de Wmo-verordening.
Het College van B&W bepaalt de kosten van de Wmo-voorzieningen.
Deze kosten staan onder de naam ‘Financieel Besluit Wmo 2016’ vermeld op de
gemeentelijke website onder de beleidsregels Wmo. Het CAK is op de hoogte van deze
tarieven, maar het moge duidelijk zijn dat Wmo vragers niet weten hoe en waar ze deze
6
tarieven moeten vinden. Sterker, in contacten met professionals blijken ook zij meestal niet
op de hoogte van de tarieven die de gemeente hanteert en weten zij die tarieven ook niet te
vinden. De gemeente zou dan ook meer inzicht moeten geven in de Wmo tarieven van de
verschillende voorzieningen aan de professionals die een Wmo aanvraag in behandeling
nemen en aan de Wmo aanvragers zelf, want mensen die zelf een berekening willen maken,
hebben het van toepassing zijnde tarief nodig.
Het Wmo-loket is onderdeel van de gemeente en behandelt doorgaans de meer eenvoudige
Wmo aanvragen zoals een traplift, hulp in de huishouding. Vaak gaat het om een aanvraag
voor een product of hulpmiddel (1 voorziening).
Rol CAK
Via de website van het CAK kun je je eigen bijdrage berekenen. Daarvoor zijn gegevens nodig
als het verzamelinkomen, het eigen vermogen (in de vorm van de ‘grondslag sparen en
beleggen’), het aantal uren Wmo-hulp per week en eventuele Wmo-hulpmiddelen. Een extra
probleem doet zich voor als via de website aan de zorgvrager vragen worden gesteld over
‘Wmo arrangementen’. Wmo aanvragers haken dan vaak af, want: ‘Heeft men een
zorgarrangement?’ Wat is een ‘arrangement’?
Op basis van de tarieven voor voorzieningen die de gemeente doorgeeft aan het CAK, en de
gegevens van de Wmo aanvrager, zal het CAK een definitieve berekening maken van de
Eigen Bijdrage.
Het CAK geeft aan wat de maximale Eigen Bijdrage is voor een periode van 4 weken en wat
de kosten zijn van de hulp/ voorziening. De Eigen Bijdrage kan nooit hoger zijn dan de
maximale bijdrage en de kosten van de voorziening, maar wel lager.
Het CAK heeft een brochure ‘Eigen Bijdrage 2016’, waarin wordt weergegeven hoe de Eigen
Bijdrage berekend moet worden. Niet iedereen ontvangt deze brochure en de brochure zal
voor veel mensen toch nog te ingewikkeld zijn.
Rol buurtteams
De meer gecompliceerde of meervoudige Wmo aanvragen behandelt het buurtteam.
Inschattingen van de mogelijkheden, zelfredzaamheid en het eigen netwerk enerzijds en de
klachten en beperkingen van de klant anderzijds, worden door de professionals van het
buurtteam beoordeeld en een indicatie wordt gesteld.
Veel klachten van Wmo-cliënten gaan desondanks over het ontbreken van een gedegen
onderzoek in de vorm van een gedegen gesprek met de aanvrager. Doordat vaak niet de tijd
is genomen voor een rustig gesprek, is de informatie over de eigen bijdrage ook niet helder
7
geworden. Bij de toekenning van de voorziening hebben mensen meestal nog geen zicht op
wat de voorziening hen gaat kosten. Dit heeft tot gevolg dat een Wmo voorziening soms in
gang wordt gezet terwijl men, achteraf bezien (als men de kosten kent) hiervoor NIET zou
hebben gekozen.
Het is wenselijk dat het buurtteam helpt bij de berekening van de Eigen Bijdrage. Wmo
aanvragers moeten dan wel bereid zijn hun persoonlijke financiële gegevens vertrouwelijk
op te geven aan het buurtteam en de buurtteammedewerkers dienen inzicht te hebben in
de zorgkosten per uur.
Volgens de site van het CAK is sinds eind maart 2016 een App beschikbaar voor IOS en
Android smartphones en - tablets. Het CAK meldt: “Vanaf nu is de Eigen Bijdrage app Wmo
(de EB-app Wmo) beschikbaar in de appstores. Met de app kunt u snel en gemakkelijk de
maximale periodebijdrage voor klanten berekenen. De uitkomst van de berekening kunt u
direct met de klant delen. Ook heeft u de meest recente folders en periodekalender bij de
hand. Handig voor tijdens het onderzoeksgesprek of aan het gemeenteloket”.
Uit een gesprek dat wij hadden met een buurtteamondernemer bleek dat men nog niet op
de hoogte was van de app.
Tekortkomingen in het systeem
1. Inkomen van 2 jaar geleden wordt genomen. Dit leidt veelvuldig tot hogere Eigen
Bijdragen dan bedoeld zijn voor het inkomen dat men NU heeft.
2. Het duurt minimaal 8-10 weken voordat men de Eigen Bijdrage berekening van het
CAK heeft.
3. Er wordt regelmatig geen gedegen onderzoeken gedaan bij een Wmo aanvraag, zeker
niet bij een enkelvoudige aanvraag bij het Wmo loket.
Samenvattende conclusies:
1) Er wordt onvoldoende, niet tijdig en niet duidelijk gecommuniceerd over de Eigen
Bijdrage.
2) Een deel van de Wmo aanvragers is zich er niet van bewust dat een Eigen Bijdrage
gevraagd wordt.
3) De Wmo tarieven vanuit de gemeenten zijn niet helder waardoor mensen geen eigen
berekening kunnen maken.
4) De manier van het berekenen van de Eigen Bijdrage van het CAK is gecompliceerd
5) Het CAK geeft pas na een paar maanden de hoogte van de eigen bijdrage door.
6) De berekende Eigen Bijdrage past niet bij de actuele inkomenssituatie omdat de
berekening gebaseerd is op het verzamelinkomen uit het verleden.
7) Hulpmiddelen voor buurtteammedewerkers zoals de ‘EB-App’ zijn niet bekend.
8) Vergoedingsmogelijkheden van eigen bijdragen en zorgkosten zijn niet bekend.
8
Aanbevelingen
De werkgroep doet onderstaande aanbevelingen ten einde de negatieve impact van de
nieuw ontstane situatie in de Wmo te verminderen.
1) Lobby en overleg:
Lobby naar landelijke overheid
De werkgroep Wmo vraagt de gemeente een lobby richting de landelijke overheid te starten
om te bereiken dat de berekening van de Eigen Bijdrage gebaseerd wordt op het huidige
inkomen en niet op het inkomen van twee jaar geleden. Ook vragen wij te pleiten voor
verkorting van de termijn waarop de burger informatie over de hoogte van de eigen bijdrage
krijgt.
Lobby richting het CAK
De werkgroep vraagt de gemeente om in overleg te gaan met het CAK over de wijze waarop
informatie over de berekening van de Eigen Bijdrage gegeven wordt. Waar zijn er
mogelijkheden ter verbetering? Ook hier moet gepleit worden voor tijdige
informatievoorziening.
2) Communicatie naar de burger
De werkgroep vraagt de gemeente de burger adequaat te informeren over de eigen Bijdrage
in een persoonlijk gesprek, digitaal en schriftelijk.
In alle vormen van communicatie wil de werkgroep u aanbevelen óók duidelijke informatie
te geven over de mogelijkheden van compensatie als de burger de Eigen Bijdrage niet zelf
kan betalen. (Zie bijlage 4)
A. Communicatie via het Wmo-loket
Draag er zorg voor dat in zowel de mondelinge als de schriftelijke contacten met de
zorgvrager duidelijke, begrijpelijke en tijdige informatie over de Eigen Bijdrage wordt
verstrekt.
B. Communicatie tijdens het onderzoeksgesprek
Bespreek tijdens het onderzoeks- (keukentafel-)gesprek óf er een Eigen Bijdrage
wordt gevraagd en wat de maximale Eigen Bijdrage zal zijn.
Communiceer dat de Eigen Bijdrage altijd gaat over 4 weken en berekend wordt voor
het lopende kalenderjaar (dus maximaal 13 eigen bijdrage perioden per jaar).
Laat medewerkers van de gemeente gebruik maken van de app om de Eigen Bijdrage
Wmo te berekenen bij benadering, als de cliënt bereid is zijn of haar
9
verzamelinkomen te verstrekken. Maak duidelijk dat het CAK de definitieve
berekening maakt en dat deze kan afwijken.
Bespreek in het onderzoeksgesprek ook hoe de cliënt zelf de hoogte van de Eigen
Bijdrage kan berekenen (via een app, via de website van het CAK, via hulp van een
buurtteammedewerker, via onafhankelijke cliëntondersteuning). Geef daarbij ook
aan welke gegevens nodig zijn om de hoogte van de Eigen Bijdrage te kunnen
berekenen (verzamelinkomen van voorgaande jaar, eigen vermogen, tarief van de
benodigde zorg per uur, benodigde aantal uren zorg per week, maximale eigen
bijdrage).
Maak duidelijk dat de cliënt ook op een andere manier aan hulp of voorzieningen kan
komen als de Eigen Bijdrage als te hoog wordt beschouwd (bijvoorbeeld
tweedehands een scootmobiel kopen of zelf een hulp in het huishouden regelen).
Geef ook tips over hoe en waar dit eventueel te regelen is.
Laat de flyer over de berekening van de Eigen Bijdrage bij de cliënt achter, en
bespreek alle elementen die op de flyer staan.
C. Communicatie via de website en flyers van de gemeente
Zet de tarieven voor de verschillende Wmo voorzieningen helder op de website van
de gemeente en niet alleen onder ‘Financieel Besluit 2016’.
Maak flyers voor de berekening van de Eigen Bijdrage voor een specifieke Wmo
voorziening (bijvoorbeeld huishoudelijke hulp) of het WMO-arrangement, zodat de
cliënt het ook nog op papier heeft staan en geef dit af tijdens het onderzoeksgesprek.
Inhoud flyer:
Maximale Eigen Bijdrage gaat over alle (opgetelde) Wmo-zorgkosten.
Communiceer dat deze hoogte van de Eigen Bijdragen voor de gemeente Utrecht
geldt – elders kan het anders zijn.
Heeft men een collectieve ziektekostenverzekering afgesloten bij de gemeente
Utrecht en heeft men het uitgebreide Pakket 3, dan kan men een deel van de Eigen
Bijdrage declareren bij de ziektekostenverzekeraar.
Maak duidelijk dat geen rechten ontleend kunnen worden aan de concept
berekening van het Wmo loket of het Buurtteam.
10
Bijlagen:
Bijlage 1http://www.binnenlandsbestuur.nl/sociaal/nieuws/informatieplicht-gemeenten-
over-eigen-bijdrage.9524679.lynkx
Bijlage 2 http://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2086013-kwart-mensen-mijdt-zorg-door-hoge-
eigen-bijdrage.html?title=kwart-mensen-mijdt-zorg-door-hoge-eigen-bijdrage
Bijlage 3 https://www.nationaleombudsman.nl/onderzoeken/2016-025-onderzoek-naar-
informatieverstrekking-over-eigen-bijdrage-wmo
Bijlage 4: Motie ingediend en aangenomen op 15 maart 2e kamer
Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 2015–2016
29 538Zorg en maatschappelijke ondersteuning
Nr. 208 MOTIE VAN DE LEDEN BERGKAMP EN OTWIN VAN DIJK
Voorgesteld 10 maart 2016
De Kamer, gehoord de beraadslaging, van mening dat het van groot belang is dat mensen bekend zijn met de
hoogte van de eigen bijdrage en met de mogelijkheid tot ondersteuning van de gemeente wanneer zij de eigen
bijdrage niet kunnen opbrengen; verzoekt de regering, te bevorderen dat de informatievoorziening over de eigen
bijdrage in iedere gemeente goed op orde is, dat mensen op de hoogte worden gebracht van de financiële
ondersteuning die gemeenten kunnen bieden wanneer de eigen bijdrage niet opgebracht kan worden; verzoekt
de regering tevens, de gemeenten te wijzen op hun (morele) verantwoordelijkheid om mensen die afzien van zorg
goed te blijven volgen, en de Kamer hierover voor de zomer van 2016 te informeren, en gaat over tot de orde van
de dag. Bergkamp Otwin van Dijk
kst-29538-208 2
ISSN 0921 - 7371 ’s-Gravenhage 2016 Tweede Kamer, vergaderjaar 2015–2016, 29 538, nr. 208
11
Bijlage 5: Voorbeeld van de methode van berekenen van het CAK:
De berekening van de eigen bijdrage via de website van het CAK kent 7 stappen en men
moet over gegevens beschikken die niet altijd voorhanden zijn.
Voorbeeld van berekening via de CAK-website Verzamelinkomen €. 30.000,= Eigen vermogen €. 7.000,= (8% van de grondslag sparen en beleggen) Kosten van de zorg 3 uur HbH-1 per 4 weken: €.252,= (Deze informatie is vaak niet te vinden!) Maximale periode bijdrage: €.208,40. Veel mensen die de maximale bijdrage betalen, begrijpen niet dat de eigen bijdrage pas minder wordt, wanneer de totale zorgkosten MINDER worden dan €.208,40!
De maximale periode bijdrage blijft onveranderd, ook als de ondersteuning meer wordt (bv.
van 3 naar 6 uur) of daarbij nog een andere Wmo voorziening nodig is.
12
Bijlage 6
Financieel besluit Wmo 2016 (beleidsregel B&W gemeente Utrecht ingegaan op 1-1-2016)
met de volgende vergoedingen en tarieven:
Deze informatie hebben burgers nodig om zelf hun eigen bijdrage te kunnen berekenen via
het CAK
Huishoudelijke Hulp Toelage Ten behoeve van de algemene voorziening die in het kader van de Huishoudelijke Hulp Toelage (HHT) kan het college een bijdrage variërend van €7,50 tot €17,50 verstrekken. Deze bijdrage wordt verstrekt aan de aanbieder van huishoudelijke hulp die vervolgens zijn diensten tegen een met dit bedrag gereduceerd uurtarief aan de klant aanbiedt.
EUR 17,50 per uur voor personen met recht op HbH1 via de gemeente. EUR 12,50 per uur voor overige personen die gebruik kunnen maken van deze regeling
Vervoer Per maand Per Jaar
Regiotaxi Utrecht: Het Wmo tarief is vergelijkbaar met de kosten van regulier openbaar vervoer (OV) en wordt jaarlijks in regionaal verband aangepast aan de kostenontwikkeling OV.
Vergoeding gebruik bruikleenauto of canta EUR 12,50 EUR 150,00
Individuele taxikostenvergoeding t/m 15 jaar EUR 55,00 EUR 660,00
Individuele taxikostenvergoeding 16 jaar en ouder (norm) EUR 110,00 EUR 1.320,00
Individuele taxikostenvergoeding echtpaar (per persoon) EUR 84,00 EUR 1.008,00
Rolstoeltaxikostenvergoeding t/m 15 jaar EUR 83,00 EUR 996,00
Rolstoeltaxikostenvergoeding 16 jaar en ouder (norm) EUR 165,00 EUR 1.980,00
Rolstoeltaxikostenvergoeding echtpaar (per persoon) EUR 124,00 EUR 1.488,00
13
Begeleidingskosten Per maand Per Jaar
Reiskostenvergoeding begeleider EUR 24,50 EUR 294,00
Sportvoorziening
PGB Sportvoorziening (aanschaf incl. instandhouding) EUR 3.000,00
Pgb-tarieven
Uw PGB wordt bepaald op basis van de door u en uw ondersteuner opgestelde begroting. Onderstaande tarieven zijn daarbij de maximale tarieven waarop een PGB wordt berekend en die u binnen uw PGB mag declareren bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). U mag ondersteuning inkopen die duurder is dan de onderstaande tarieven, maar dan dient u het verschil tussen het ingekochte tarief en het maximumtarief bij te betalen aan de SVB.
Onderstaande tarieven zijn bruto voor de eigen bijdrage, dat betekent dat u hierover een eigen bijdrage verschuldigd bent. De eigen bijdrage is nooit meer dan het toegekende PGB.
Omschrijving Eenheid Instellings-tarief
ZZP –tarief
Informeel tarief
Hulp bij het huishouden Uur EUR 21,00 EUR 17,50
EUR 15,00
Ambulante begeleiding Uur EUR 46,00 EUR 38,00
EUR 20,00
Specialistische ambulante begeleiding Uur EUR 64,00 EUR 52,50
n.v.t.
Persoonlijke Verzorging Uur EUR 43,00 EUR 35,00
EUR 20,00
14
Dagbegeleiding Dagdeel EUR 42,00 EUR 34,50
n.v.t.
Arbeidsmatige Activering Module 1 Maand EUR 209,00 EUR 150,00
n.v.t.
Arbeidsmatige Activering Module 2 Maand EUR 314,00 EUR 226,00
n.v.t.
Arbeidsmatige Activering Module 3a Maand EUR 418,00 EUR 301,00
n.v.t.
Arbeidsmatige activering Module 3b Maand EUR 733,00 EUR 528,00
n.v.t.
Vervoer naar dagbesteding Etmaal EUR 8,00 n.v.t. n.v.t.
Ondersteuning in een 24-uurssetting
Omschrijving Eenheid Instellings-tarief
ZZP –tarief
Informeel tarief
Gespecialiseerde begeleiding in 24-uursvoorziening excl. dagbesteding
Etmaal EUR 80,50 EUR 66,00
EUR 66,00
Gespecialiseerde begeleiding in 24-uursvoorziening incl. dagbesteding
Etmaal EUR 103,00 EUR 84,50
EUR 84,50
Intensieve gespecialiseerde begeleiding in 24-uursvoorziening excl. dagbesteding
Etmaal EUR 111,50 EUR 91,50
EUR 91,50
Intensieve gespecialiseerde begeleiding in 24-uursvoorziening incl. dagbesteding
Etmaal EUR 136,00 EUR 111,50
EUR 111,50
Kortdurend verblijf GHZ/GGZ Etmaal EUR 200,00 n.v.t. EUR 30,00
Kortdurend verblijf 67+ Etmaal EUR 95,00 n.v.t. EUR 30,00
15
bijlage 7: Deel artikel Binnenlands Bestuur nr. 5: “kosten eigen bijdrage voor niet-minima
rijzen pan uit”.
Yolanda de Koster 09 mrt 2016 Cliënten op bijstandsniveau krijgen hun gestegen zorgkosten doorgaans vergoed. Mensen met een modaal inkomen zien de rekening voor de eigen bijdrage van Wmo-voorzieningen soms vertienvoudigd en zien af van zorg. De Kamer debatteert morgen met verantwoordelijk staatssecretaris Van Rijn (Wmo, PvdA) over de gevolgen van de hoge eigen bijdragen.
‘Mijn eigen bijdrage was 0 euro in 2014, € 3200,- naar verwachting in 2015 en in 2016 moeten we onze maximale eigen bijdrage van rond de € 12.000,- gaan betalen!!’, meldt de 44-jarige Sandra op de site vanBinnenlands Bestuur. ‘Vandaag veel gesprekken met terecht boze mensen die nu de facturen CAK 2015 binnen krijgen. Bedragen van €700 tot €7.000 voor 12 maanden!’, twitterde Professionals in NAH op 19 februari. Dit is slechts een greep uit de vele reacties op de onderzoeksresultaten van Binnenlands Bestuuren Ieder(in) naar de gevolgen van eigen bijdragen voor mensen met een Wmo-voorziening (BB nr. 3). Daaruit kwam naar voren dat een kwart van hen afziet van zorg door de (hoge) eigen bijdrage. Forse tariefstijging Na vorig jaar stijgen ook dit jaar in veel gemeenten de tarieven voor Wmo-voorzieningen zoals begeleiding en dagbesteding. Een deel van de cliënten van Jan Voortman, directeur van Professionals in NAH, ziet daardoor af van begeleiding of neemt minder uren af. Met ruim 180 gemeenten en zo’n 1.500 cliënten is zijn organisatie de grootste aanbieder van begeleiding aan mensen met een niet aangeboren hersenletsel. Hoewel vorig jaar de grootste klap viel, worden ook dit jaar cliënten geconfronteerd met zulke hoge rekeningen, dat ze afzien van zorg of er helemaal niet aan beginnen. De uurtarieven voor gespecialiseerde begeleiding zijn in sommige gemeenten gestegen van 14,20 euro naar zo’n 80 euro per uur, zo blijkt uit de tarievenlijst van gemeenten waarmee Voortman een contract heeft. Volle mep Inwoners op of rond het bijstandsniveau zitten al snel aan hun persoonlijk plafond en/of worden door gemeenten op diverse manieren gecompenseerd. Inwoners die daar boven zitten, zijn het haasje. ‘Een groot deel van onze cliënten verdienen, of verdienden, meer dan het bijstandsniveau’, weet Voortman. Zij hadden een (goede) baan, voordat zij bijvoorbeeld een tumor, een ongeluk, een beroerte, herseninfarct of hersenbloeding kregen en daarna hulp nodig hadden, in de vorm van gespecialiseerde begeleiding. Met een inkomen (ver) boven bijstandsniveau en eigen vermogen in de vorm van bijvoorbeeld een huis, betalen ze kortom de volle mep aan eigen bijdrage. Gestopt Vorig jaar zijn om die reden 43 cliënten gestopt met begeleiding, in de eerste twee maanden van dit jaar 24 cliënten en overwegen er 8 dit te doen. Daarnaast hebben vorig jaar 32 potentieel nieuwe cliënten afgezien van begeleiding; in de eerste twee maanden deden 10 mensen dat. De zorgen om de zorgmijders zijn bij de betreffende gemeente gemeld. Of het zin heeft dat zijn medewerkers, of cliënten, bij gemeenten aan de bel trekken is echter nog maar de vraag. ‘Wij horen van verschillende cliënten dat gemeenten hen adviseren dan maar
16
zelf zorg in te kopen.’ ‘Take it or leave it’, is een ander antwoord dat cliënten van medewerkers van de gemeente te horen krijgen. Absurd, stelt Voortman. Gemeenten zijn verplicht via een keukentafelgesprek met de cliënt naar een passende oplossing te zoeken. Krom Spierziekten Nederland heeft geen harde cijfers over het aantal zorgmijders, ‘maar we zien regelmatig dat mensen echt klem komen te zitten’, stelt hoofd communicatie Erik van Uden. Mensen met spierziekten hebben verschillende soorten zorg en ondersteuning nodig. Door de hoge eigen bijdrage wordt de inkomensgroep tussen bijstandsniveau en anderhalf tot tweemaal modaal het hardst getroffen. ‘Mensen zien af van zorg en hulpmiddelen of schrappen bijvoorbeeld een paar uur begeleiding en komen daardoor de deur niet meer uit. Van participeren is dan al helemaal geen sprake.’ Krom, vindt Van Uden. ‘Het kabinet wil dat iedereen zo lang mogelijk thuis blijft wonen, maar bezuinigt op allerlei maatregelen die dat mogelijk maken.’
17
Bijlage 8: Verordening Wmo 2016 Utrecht, onderdeel ‘Eigen Bijdragen’
Verordening maatschappelijke ondersteuning Utrecht 2016
Paragraaf 4.1 Eigen bijdrage voor voorzieningen
Artikel 4.1.1 Bijdrage algemene voorzieningen
Voor een algemene voorziening kan een inkomensonafhankelijke eigen bijdrage worden gevraagd. Het college kan hiertoe beleidsregels opstellen.
Artikel 4.1.2 Inkomensafhankelijke eigen bijdrage maatwerkvoorziening
1. Een cliënt is een bijdrage in de kosten verschuldigd voor een maatwerkvoorziening (geleverd in natura of via een pgb), zolang hij van de maatwerkvoorziening gebruik maakt of gedurende de periode waarvoor het pgb wordt verstrekt..
2. Indien de maatwerkvoorziening is verstrekt ten behoeve van een woningaanpassing van een minderjarig kind, is de eigen bijdrage verschuldigd door de in artikel 2.1.5, eerste lid, van de wet, bedoelde persoon of personen.
3. In afwijking van het eerste lid is geen eigen bijdrage verschuldigd voor het gebruik van collectief (openbaar) vervoer voor zover deze als maatwerkvoorziening wordt verstrekt.
4. Op grond van artikel 3.8, lid 2.a van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 wordt het percentage zoals genoemd in artikel 3.8 lid 1 Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 vastgesteld op 8 procent.
5. Het opleggen en innen van de eigen bijdrage voor ondersteuning in de vorm van opvang vindt plaats door de instelling, die de opvang verzorgt. Tenzij het college in de afspraken met de instelling of anderszins hiervan nadrukkelijk afwijkt.
Artikel 4.1.3 Berekening eigen bijdrage maatwerkvoorziening
1. De bijdrage voor een maatwerkvoorziening is nooit meer dan de maximale eigen bijdrage die mogelijk is op grond van het Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2015.
2. Het college stelt beleidsregels vast ten aanzien van de wijze van berekening en inning van de eigen bijdrage voor opvang.
Artikel 4.1.4 Vaststelling kostprijs pgb ten behoeve van berekening hoogte eigen bijdrage
1. De kostprijs van een eenmalig pgb is gelijk aan de hoogte van het pgb dat is verstrekt. 2. De kostprijs van een periodiek verstrekt pgb is per periode gelijk aan de hoogte van
het pgb dat over deze periode is verstrekt.
Artikel 4.1.5 Vaststelling kostprijs maatwerkvoorziening in natura ten behoeve van eigen bijdrage
18
1. De kostprijs van een eenmalig verstrekte maatwerkvoorziening in natura, anders dan voor dienstverlening, opvang of beschermd wonen, wordt als volgt vastgesteld:
o a.
als er sprake is van een maatwerkvoorziening in natura die door de gemeente wordt gehuurd, wordt de kostprijs per periode vastgesteld en is gelijk aan de huur die de gemeente voor de voorziening over die periode verschuldigd is aan de verhuurder van de voorziening;
o b.
als er sprake is van een maatwerkvoorziening in natura die door de gemeente wordt ingekocht, wordt de kostprijs vastgesteld op de vergoeding die de gemeente hiervoor verschuldigd is aan de door de gemeente gecontracteerde leverancier van de voorziening.
2. De kostprijs van dienstverlening, opvang of beschermd wonen in natura wordt per periode vastgesteld en is gelijk aan de vergoeding die de gemeente voor de dienstverlening, opvang of beschermd wonen over die periode verschuldigd is.
Artikel 4.1.6 Afwijkende vaststelling kostprijs maatwerkvoorziening ten behoeve van eigen bijdrage
In afwijking van hetgeen gesteld is in artikel 4.1.4 en artikel 4.1.5 wordt de kostprijs van de voorziening die onder de titel Arbeidsmatige activering of Thuisbegeleiding wordt aangeboden, vastgesteld op nihil.
Top Related