Werkboekje

In mijn straat

Naam: ……………………………………………………………...

Veilig de straat op met Bassie en Adriaan.

Kijk naar het filmpje van Bassie en Adriaan.

https://www.youtube.com/watch?v=s64wJ284_bM

Hier kan je met jouw kleuter een gesprek over hebben. Kan jij al veilig overste-

ken? Misschien kunnen jullie samen eens op straat gaan. Mama of papa stuurt

het kind in de juiste richting (ga naar links, nu rechtendoor, nu naar rechts). Zo

kunnen jullie een klein blokje wandelen. Als je

moet oversteken, probeer het op de goede ma-

nier te doen. Kijk naar links, nu naar rechts en te-

rug naar links. Komt er niemand af, dan kan je vei-

lig oversteken.

Tekendictee

Neem een groot blad en luister goed naar mama of papa. Zij lezen de volgende

opdracht voor. Probeer te tekenen wat ze vragen.

• Teken van links naar rechts een straat in het midden van het blad

• In het midden van de straat staat een huis aan de bovenkant

• Het huis heeft aan de linkerkant een deur, rechts daarvan is een rond raam

• Het huis heeft een dak met een schouw aan de rechter kant

• Rechts naast het huis staat een auto geparkeerd

• Links van het huis is er een huis dat kleiner is dan het getekende huis

• Geef dit kleine huis een dak, een deur en 2 ramen

• Aan de overkant van de straat teken je een grote weide

• Hierin staat links onderaan in de hoek een stal

• Rechts onderaan in de weide staan er 2 bomen

• In de weide staan 2 paarden en 1 schaap

Links/rechts

Als je aan het wandelen bent, heb je waarschijnlijk al eens

wegwijzers gezien op straat. Deze tonen je de weg naar vb.

een dorp, voetbalclub, stad,…

Deze wijzers geven een bepaalde richting aan. De punt van de

pijl wijst jou de goede richting. Hieronder zie je allemaal pij-

len door elkaar. Kleur de pijlen die naar links wijzen groen, de pijlen die naar

rechts wijzen kleur je rood.

Letterhuisjes

Verbind dezelfde letters telkens in één kleur.

Gebruik een andere kleur voor elke letterreeks. Zie je de huizen?

Vergelijk de 2 afbeeldingen. Bij de onderste afbeelding zijn er 5 dingen anders.

Zoek de 5 verschillen en trek er een cirkel rond. Telkens je een verschil gevon-

den hebt, kan je een cirkel inkleuren. Zo weet je hoeveel verschillen je nog

moet zoeken.

Huizen in de straat

Volg de code om twee huizen te tekenen.

Teken zelf eerst de muren

Verhaal: de sleutel

Juf Karolien vertelt het verhaal. Kijken jullie mee?

https://youtu.be/cQcPFAo6_oE

Huisnummers

Ga eens rond in jouw straat of een straat dichtbij en kijk naar de huisnummers.

Als je nummer 1 gevonden hebt, komt daarna nummer 2? Neen! Het volgende huis

krijgt het cijfer van het vorige huis +2. Dus na 1 komt 3 en dan?

Vul de huisnummers van de huizen in.

1 5

2

Tip: probeer een straat te zoeken zonder huisnummers met A, B,...

Bekijk het filmpje rond de splitshuizen.

https://www.youtube.com/watch?v=ATp3VzveVIM&feature=youtu.be

Kan jij achteraf de volgende splitshuizen correct invullen? Op deze pagina kan je de splits-

huizen invullen met bollen. Op de volgende pagina kan je deze invullen met het correcte

cijfer. Bij deze oefeningen kan je concreet materiaal gebruiken. Neem altijd evenveel bolle-

tjes/blokken/… zoals aangegeven in het dak.

/

/

/

/

/

1

2

3

4

/

1

2

3

4

5

/

1

2

3

4

5

6

/

1

2

3

4

5

6

7

Wie komt daar door de straat? De postbode!

Wijs de weg die de postbode moet volgen om de huizen in de juiste volg-

orde te bezoeken. Zorg dat hij elke weg maar één keer neemt.

Auditieve oefeningen

Auditieve synthese (hakken en plakken)

Hak (in stukken zeggen) een woord voor jouw kleuter, jouw kleuter raadt het woord.

Achteraf kan je ook een woord zeggen en probeert het kind zelf het woord te hakken.

W-E-G H-E-K H-UI-S B-UU-R Z-E-S

D-A-K B-AA-N V-IE-R B-U-S D-EU-R

W-EI B-E-L P-IJ-L B-OO-M R-AA-M

H-AA-G M-UU-R H-E-K V-IJ-F B-U-S

Dubbelwoord

We gaan terug aan de slag met woorden. Kan jij achterhalen welke woorden er samen

een nieuw woord vormen? Hiervoor moet je een woord van groep 1 nemen en samen-

voegen met een woord uit groep 2. Hiervoor kan je je kleuter helpen met de afbeeldin-

gen op de volgende pagina.

Groep 1 Groep 2

Buur wijzer

Weg licht

Brieven nummer

Straat pad

Verkeers man

Huis bus

Zebra lantaarn

Geheugen

Mama of papa leest een cijferreeks. Jij luistert goed en probeert deze correct na te zeg-

gen.

15 341 8253 2846 3631

64 163 2951 3861 1635

84 385 4726 1946 3752

94 825 3526 3962 9674

Prenten dubbelwoord

Overloop de prenten eerst met uw kleuter. Hierna moet hij/zij een woord van groep

1 samenvoegen met een woord vanuit groep 2. Deze kunnen ze verbinden.

Groep 1 Groep 2

BUUR

Buurman—wegwijzer—brievenbus– straatlantaarn– verkeerslicht—huisnummer—zebrapad

Auditief taalbegrip

Maak de zin langer

Ik woon in een ……………………………..

In mijn kamer staat een ……………………………

Ik loop door de ……………………………….

De bouwvakker bouwt een …………………………….

De schilder verft een ……………………………………

De metselaar maakt een ………………………………

De monteur maakt een ………………………………….

De dakdekker maakt het …………………………………..

In de badkamer staat …………………………………

Ik bouw een …………………………………

Op zolder staan ………………………………….

In de garage staat ………………………………..

In mijn tuin zet ik ……………………………….

Als ik door de voordeur ga, zie ik een …………………………………..

Ik kijk door het …………………………………..

Ik loop over het pad naar ………………………………

Op tafel zet ik een ………………………………………

In de vaas doe ik …………………………..

Tegenstellingen

Vul de zin verder aan.

Het huis is niet groot maar ……………………

De plank is niet breed maar ……………………

De schilder werkt niet snel maar …………………….

De bouwvakker is niet schoon maar ………………..

Er liggen niet veel maar ……………………………. tegels

Het huis is niet ver weg maar ………………………..

De steen is niet licht maar …………………………….

Het touw is niet kort maar ……………………………….

De doos is niet open maar ………………………………..

De paal is niet kort maar ………………………………

Boven is het donker, beneden is het ……………………………..

In de douche is het niet droog maar …………………………………….

Er zijn niet weinig maar ………………………… stenen nodig voor een huis

Luisteropdracht

Ga op een veilige plek staan in een straat (vooraan op je oprit, de graskant, een gras-

plein,…).

Sluit je ogen en luister goed. Welke geluiden hoor je allemaal?

Duid onderaan aan wat je allemaal gehoord hebt. Was er nog een geluid dat je hoor-

de dat er niet bij staat? Laat mama of papa het maar opschrijven.

Tangram

Knip de vormen uit op het knipblad. Probeer volgende huizen na de bou-

wen. Als je alle huizen hebt kunnen nabouwen, mag je 1 kiezen. Dit huis

kan je nog eens nabouwen en op een papier kleven. Versier je huis met ra-

men, deur, teken er een tuin rond,...

KNIPBLAD

Tangram

Knip alle vormen uit.

Maak een mooie tekening voor de buurman of de buurvrouw. Schrijf er jouw naam

op en stop deze in hun bus.

Versier het huisje ‘blijf in uw kot’ op de volgende pagina.

Hang deze affiche aan je raam aan de straatkant omhoog.

Ik b

lijf

nog e

ven in m

ijn k

ot.

..

Wandelbingo

Verdeel jullie gezin in 2 groepen. Knip de spelkaarten uit. Iedere ploeg

krijgt 1 spelkaart. Je ziet allemaal prenten van zaken die jullie moeten zoe-

ken tijdens de wandeling doorheen de straten.

Probeer om ter eerst een volle lijn (horizontaal, verticaal of diagonaal) te

hebben.

RODE AUTO GROENE BRIEVENBUS IEMAND DIE DAG ZEGT HUIS MET EEN OVAAL RAAM

LOPER GARAGEPOORT FIETSER RODE BLOEMEN

BOOM ZWART HEKKEN HUISNUMMER WAARIN DE 8

ZIT

POES

IEMAND DIE IN ZIJN TUIN

WERKT

BRUINE TEDDYBEER KOE VLINDER

EEN WITTE VOORDEUR HUISNUMMER WAARIN DE 5

ZIT

FIETSER GELE BLOEMEN

HUIS MET EEN ROND RAAM IEMAND DIE ZWAAIT IEMAND DIE IN ZIJN TUIN

WERKT

WITTE TEDDYBEER

BLAUWE AUTO WANDELAAR VLINDER HOND

HOUTEN AFSLUITING RODE BRIEVENBUS IEMAND MET EEN STEP BOOM

HALLO!

KNIPBLAD