Uitleg professionaliseringsthema's voor zelfscan · Scholen staan voor de belangrijke opdracht om...
Transcript of Uitleg professionaliseringsthema's voor zelfscan · Scholen staan voor de belangrijke opdracht om...
ZelfscanUitleg over de zeven
professionaliseringsthema’s
1. Persoonlijk leiderschapIn dit professionaliseringsthema staan zelfkennis en zelfreflectie centraal: wie ben ik? En hoe bewust ben ik me van de sterke of juist minder sterke kanten van mijn stijl van leidinggeven. Wat zijn doelen en idealen en wat zijn ambities? Hoe geef je doelen en idealen vorm. Het professionaliseringsthema onderscheidt drie aandachtsgebieden:
De persoon achter de schoolleider.
Wie ben ik? stijl van leidinggeven, authenticiteit, drijfveren, autonomie. Hoe goed kent de schoolleider zichzelf, is zich bewust van eigen denken, voelen en handelen.
• Wie bent u in relatie tot de school, het team
• Waar staat u voor?
• Wat zijn kernwaarden en bijhorende normen
• en sluiten ze aan bij de school?
Doelen en ambitie.
Wat wil ik? Bent u wat u wilt zijn? Wat zijn doelen en idealen
• Wat is eigen (toekomst)visie, doelen en ambitie
• Wat voor schoolleider wilt u zijn voor uw team
• Relatie eigen leiderschap en de invloed ervan op verbetering van de school
Leiderschapsvaardigheden en -strategieën.
Wat kan ik en wat doe ik? Hoe brengt u doelen en idealen in de praktijk
• Vaardigheden: effectief omgaan met stress en tijd, empathie tonen, creativiteit, samenwerken. Voor ontwikkeling reflectie en feedback inzetten
• Communicatie
• Strategieën afbakenen, prioriteiten stellen, plannen en doelen ontwikkelen
2. Regie en strategieDe schoolleider moet een school runnen: dat brengt administratieve, financiële en huishoudelijke taken met zich mee maar ook strategische vragen over de koers van de school. Zo is de schoolleider regisseur en strateeg tegelijk. Dat vraagt om integraal leiderschap: dat wil zeggen dat de schoolleider taken, activiteiten, middelen, processen en steructuren zodanig afstemt en coördineert dat ze elkaar versterken en zo bijdragen aan goed onderwijs. Het leren van leerlingen (zowel cognitief als sociaal) is in al die beslissingen uiteraard het uitgangspunt. Om de school goed aan te kunnen sturen heeft de schoolleider vier sturingsdomeinen tot zijn beschikking, in dit professionaliseringsthema uitgewerkt in vier deelthema’s:
De inrichting van het onderwijs.
De organisatorische maatregelen om het leren mogelijk te maken: lesmethode, interactie tussen leerlingen en docenten, de mate van vrijheid voor de leerling, rooster, toetsing, ICT, veiligheid
De structuur en de cultuur van de organisatie
Structuur gaat over de onderlinge samenhang: kernteams, projectgroepen, ouderpanels etc. Cultuur gaat over normen en (gedrags)regels die centraal staan in de organisatie
HR-beleid
Dit is het geheel van op arbeid gerichte maatregelen om organisatiedoelen te verwezenlijken. Zij ondersteunt de organisatie van de school en het onderwijs. Taakbeleid, competentieontwikkeling, mobiliteit, teamsamenstelling
Bedrijfsvoering
Financiën en huisvesting zijn randvoorwaarden voor leren. Onderdelen zijn financiële en administratieve ondersteuning, systeembeheer en bouwzaken
3. Kennis en kwaliteitsontwikkelingHet doel van elke school is maximale ontwikkeling en leeropbrengsten van leerlingen. De schoolleider speelt een belangrijke rol bij onderwijsvernieuwing. Die rol zit zowel in het duurzaam invoeren van onderwijsverbeteringen als in het stimuleren van een leercultuur. Het streven naar verbetering van de kwaliteit van het onderwijs is de kern van professionalisering van alle betrokkenen in en rond de school. De meeste scholen hebben een systeem voor kwaliteitszorg en steeds vaker worden data systematisch verzameld en geanalyseerd. In dit thema worden vier aspecten van kennis- en kwaliteitsontwikkeling onderscheiden in vier deelthema’s:
Strategisch kwaliteitsmanagement.
Kwaliteitszorg is een strategisch middel om het onderwijs te kunnen verbeteren op basis van onderzoek.
Professionele leergemeenschap.
De school is een leergemeenschap waarin alle teamleden (formeel en informeel) leren en kennis overdragen
Onderzoeksmatig werken.
De schoolleider neemt het voortouw bij onderzoeksmatig werken en stimuleert het team. Het gaat om leerlinggegevens (opbrengstgericht werken) maar ook om niet-meetbare observaties en extern onderzoek.
Verantwoording en transparantie
Dit is een vanzelfsprekend onderdeel van een professionele en transparante organisatie. Als schoolleider kunt u aan anderen uitleggen wat u en uw school hebben gedaan, waarom en wat het resultaat is geweest. Het dient voor externe kwaliteitscontrole maar dient eveneens als feedback om verbetering door te voeren en maakt daarmee wezenlijk onderdeel uit van de kwaliteitscyclus.
4. In relatie staan tot de omgevingVan de schoolleider wordt steeds meer ondernemerschap gevraagd: het signaleren en benutten van kansen en het anticiperen op een veranderende omgeving in samenwerking met andere partijen. De schoolleider wordt steeds meer de spin in een – mede zelf vormgegeven – web. Landelijke wetgeving legt de verantwoordelijkheid voor bijvoorbeeld kinderopvang en leerachterstanden steeds meer bij de school en verplichte doorgaande leerlijnen tussen voor- en vroegschoolse educatie en het primair onderwijs dwingt tot samenwerking. Ouders en andere stakeholders (bv de gemeente) stellen eisen als het gaat om onderwijs en opvang onder één dak (brede school). Bij dit professionaliseringsthema zijn vier deelthema’s onderscheiden:
Omgaan met ouders.
Van grote betekenis voor goed onderwijs is de structurele betrokkenheid van ouders bij het onderwijs in onderwijsinhoudelijke redenen (beter onderwijs), taakverlichting, pedagogische afstemming met thuis en maatschappelijke integratie
Omgaan met het bestuur.
Vanuit eigen kader en perspectief werken schoolleider en bestuur aan kwaliteit van het onderwijs. Het bestuur door financieel en inhoudelijk kaders te stellen. De schoolleider door de regie te nemen, aan te sturen en te verbinden. Een goede taak- en rolverdeling is hierbij belangrijk
Omgaan met andere organisaties.
De school is een maatschappelijke onderneming die in staat is om, in samenwerking met andere partners, maatschappelijke taken en bevoegdheden uit te voeren en zich laat leiden door beginselen van transparantie, integriteit en professionalisering (voorbeeld is ‘brede school’)
Omgaan met (demografische) ontwikkelingen.
Veel scholen hebben te maken met krimp, vergrijzing of vergroening. Bij het nemen van strategische beslissingen is het belangrijk om scenario’s voor de toekomst te kunnen schetsen
5. Omgaan met verschillenDoor de wet ‘passend onderwijs’ is het voor scholen steeds belangrijker geworden om aandacht te besteden aan de diversiteit tussen leerlingen. Alle kinderen moeten op een scholen een plek kunnen krijgen die past bij hun kwaliteiten en mogelijkheden ook als zij extra ondersteuning nodig hebben. Differentiëren kan op verschillende niveaus en met verschillende factoren als uitgangspunt. Belangrijk bij het monitoren van individuele leerlingen in een goed leerlingvolgsysteem en kwaliteitszorg.
De schoolleider is de procesbewaker die toeziet op het verzamelen, ordenen en analyseren van data, daar teamoverleg rond organiseert, uitkomsten vertaalt in doelen en onderwijsaanpak en toeziet op het nakomen van gemaakte afspraken. In overleg met de ouders wordt een ontwikkelperspectief opgesteld. In het samenwerkingsverband wordt een ondersteuningsprofiel gemaakt voor het beleid van de school (bv speciale klassen voor autistische kinderen).
In dit professionaliseringsthema worden vier deelthema’s onderscheiden:
Omgaan met verschillen in de klas.
Welke ondersteuning is per leerling nodig en wenselijk en hoe kan daaraan tegemoet gekomen worden? Is er een leerlingvolgsysteem en systeem van kwaliteitszorg die het mogelijk maakt leerprestaties te monitoren? Hoe kunnen ouders en school gezamenlijk optrekken? Wat wordt er op school gedaan aan burgerschapskunde?
Omgaan met verschillen als team.
De schoolleider heeft een bevorderende en ondersteunde rol van grote betekenis bij leren en samenwerken in het team bij het ‘omgaan met verschillen’
Omgaan met verschillen vertaald naar de schoolorganisatie
De schoolleider geeft leiding aan het proces van visieontwikkeling rond diversiteit op school en initieert daaruit voortvloeiend beleid, een geïntegreerde werkwijze en professionalisering van de medewerkers
Omgaan met verschillen en samenwerking
Om gedifferentieerd onderwijs te kunnen bieden draagt de schoolleider zorg voor effectieve samenwerking met andere partijen die zich bezig houden met opvoeden, leren of de ontwikkeling van leerlingen.
6. Leidinggeven aan veranderingBij dit thema ligt de nadruk op het proces van veranderen. De uitdaging voor de schoolleider ligt in het herkennen van aspecten in het veranderproces, daar op de juiste wijze en het juiste moment op inspelen en vervolgens het proces in goede banen leiden. In het veranderproces worden vier onderdelen (fasen in het proces) onderscheiden die kunnen wisselen, afhankelijk van de aanleiding voor de verandering.
Visieontwikkeling
In de fase van visieontwikkeling zijn betrokkenheid (draagvlak) en de kunst van het meervoudig kijken (situaties vanuit meerdere perspectieven en belangen bezien) en dataverzameling belangrijk
Draagvlak en eigenaarschap
Betrokkenheid, eigenaarschap en weerstand, zijn belangrijke begrippen als het gaat om het verwerven van draagvlak en eigenaarschap in processen van verandering
Procesvaardigheden
Het veranderproces invullen en het veranderproces begeleiden verwijst naar de procesvaardigheden van de schoolleider als verandermanager
Projectmanagement
Blijvende verandering verwijst naar de projectvaardigheden van de schoolleider, het monitoren en borgen van het proces.
7. Toekomstgericht onderwijsDe samenleving verandert sterk en het onderwijs zal daar op in moeten kunnen spelen. Maatschappelijke en technologische ontwikkelingen spelen een belangrijke rol. Verschillende culturen ontmoeten elkaar in economische, culturele en sociale zin.
De maatschappelijke en technologische ontwikkelingen bieden leerlingen kansen om:
• Kennis op een andere manier uit te wisselen en tot zich te nemen
• Sneller te communiceren
Scholen staan voor de belangrijke opdracht om na te denken over manieren van leren met het oog op de toekomst en de ontwikkelingen in de 21ste eeuw.
In dit professionaliseringsthema worden geen deelthema’s onderscheiden maar vier onderdelen:
Visie op leren
Op basis van uw visie op leren kunt u inspelen op ontwikkelingen in de 21ste eeuw
Ontwikkelingen in de in- en externe omgeving
Ontwikkelingen in de 21ste eeuw in relatie tot de school: relatie school en de leerling op bv het gebied van ICT
Omgaan met ontwikkelingen
Omgaan met ontwikkelingen in de 21ste eeuw: wat vragen deze ontwikkelingen en bijhorende veranderingen praktisch gezien van de betrokkenen op school?
Uitgangspunten
Uitgangpunten voor ontwikkeling: onder welke condities kunt u op school werken aan innovatie van binnenuit?