Ufo’s in 1947

43
Ufo’s in 1947 Enkele observaties, waaronder ufo foto’s uit 1947, Kenneth Albert Arnold en de schotelkwestie, Het gebruik van ‘vliegende schotels’ voor de Arnold waarneming, en hoaxes uit 1947 om de Roswell affaire beter te begrijpen. Door Ivo Westerlaken © 1999-2013 Ivo Westerlaken Dit is een ingekorte versie van Bijlage 07 uit de Ufo Catalogus van Nederland Door Ivo Westerlaken & Theo Paijmans Ufo foto’s uit 1947 Meteen na de eerste meldingen over waarnemingen van vliegende schotels kwamen de eerste fotografische ‘bewijzen’ voor deze vreemde voorwerpen. Soms komen we de stelling tegen dat foto’s van ufo’s pas enkele jaren na 1947 begonnen op te duiken. Maar niets is minder waar, zoals we hier laten zien. In 1947 werd er meer dan twee dozijn foto’s van vermeende vliegende schotels gemaakt en enkele van deze werden breed uitgemeten in de pers. Het merendeel bleek overigens misidentificaties en grappen te betreffen. Slechts enkele, waaronder de Rhodes foto’s, blijven volgens velen onverklaard. Overigens beschouw ik later opgedoken foto’s die aan 1947 worden toegeschreven zonder enig bewijs, als hoaxes of op zijn minst als oninteressant voor onze studie. Voorbeelden daarvan zijn een foto uit Polen, en eentje uit Schotland. Beiden zijn hier gegeven.

description

Enkele observaties, waaronder ufo foto’s uit 1947, Kenneth Albert Arnold en de schotelkwestie, Het gebruik van ‘vliegende schotels’ voor de Arnold waarneming, en hoaxes uit 1947 om de Roswell affaire beter te begrijpen.

Transcript of Ufo’s in 1947

Page 1: Ufo’s in 1947

Ufo’s in 1947

Enkele observaties, waaronder ufo foto’s uit 1947, Kenneth Albert Arnold en de schotelkwestie, Het gebruik van ‘vliegende schotels’ voor de Arnold waarneming, en hoaxes uit 1947 om de Roswell affaire beter te begrijpen.

Door Ivo Westerlaken

© 1999-2013 Ivo Westerlaken

Dit is een ingekorte versie van Bijlage 07 uit de Ufo Catalogus van NederlandDoor Ivo Westerlaken & Theo Paijmans

Ufo foto’s uit 1947

Meteen na de eerste meldingen over waarnemingen van vliegende schotels kwamen de eerste fotografische ‘bewijzen’ voor deze vreemde voorwerpen.

Soms komen we de stelling tegen dat foto’s van ufo’s pas enkele jaren na 1947 begonnen op te duiken. Maar niets is minder waar, zoals we hier laten zien. In 1947 werd er meer dan twee dozijn foto’s van vermeende vliegende schotels gemaakt en enkele van deze werden breed uitgemeten in de pers. Het merendeel bleek overigens misidentificaties en grappen te betreffen. Slechts enkele, waaronder de Rhodes foto’s, blijven volgens velen onverklaard. Overigens beschouw ik later opgedoken foto’s die aan 1947 worden toegeschreven zonder enig bewijs, als hoaxes of op zijn minst als oninteressant voor onze studie. Voorbeelden daarvan zijn een foto uit Polen, en eentje uit Schotland. Beiden zijn hier gegeven.

Foto’s van sciforums.com1

Page 2: Ufo’s in 1947

Rhodes

De twee William A. Rhodes* foto’s uit het Air Intelligence Report 100-203-79 (met uitvergrotingen ernaast):

Foto 1 Foto 2

We komen de foto’s ook tegen in het Initial Report van Project Sign. Rhodes is daarin geval № 40. Eén van de uitvergrotingen staat in de fotobijlage van Brad Steigers Project Blue

Book2, na p. 128.

Rhodes maakte de foto’s op 7 juli 1947 te Phoenix, Arizona, op het hoogtepunt van de Amerikaanse golf. Hij gebruikte een gewone Brownie boxcamera. De ufo zou 6-9 meter doorsnee geweest zijn en vloog op een hoogte van 300-600 meter met zo’n 150 km per uur.

De Amerikaanse luchtmacht dacht overigens wel dat Rhodes een grap uitgehaald had, zoals uit documenten uit 1947 blijkt.3 Rhodes’ foto’s werden door een vertegenwoordiger van de Fourth Air Force, Hamilton Field, California, en een FBI-agent in beslag genomen, wat hem noopte restitutie van zijn eigendom te eisen.4

Verdere ufo foto’s uit 1947

Ondergegeven informatie komt uit een ongeïdentificeerd vrijgegeven Luchtmachtstuk uit de V.S. uit de jaren ’40 of ’50 en is gecontroleerd tegen het SIGN Report en tegen Blue Book stukken [vertaling Ivo Westerlaken]:

Incident №5 Datum Lokatie Waarnemer Evaluatie

234 (FOLDER) Juli6 Oak Ridge, Tennessee

Presley Ontwikkelings Fout

56 6 juli Birmingham, Alabama

Livingston (FOTO) (NIET IN DOSSIER)

Vuurwerk of [niet duidelijk] Onvoldoende

* Soms als Rhoads gespeld.

Rhodes in The Arizona Republic, 9 juli 1947, met boxcamera in de hand.

Page 3: Ufo’s in 1947

Gegevens40 (C) 7 juli

(FOLDER)Phoenix, Arizona Rhodes Hoax

83 9 juli Boise-Meridian, Idaho

Johnson (FOTO) (NIET IN DOSSIER)

Ballon (Geen Afbeelding)

(INFO) 10 juli Morristown, New Jersey

Jansen

26, 27 10 juli (FOLDER)

Harmon AFB, Newfoundland

Leidy Meteoor

In deze opsomming mist nog een twintigtal foto’s, waarvan we een groot deel hier behandelen. Bijvoorbeeld de foto van de 13-jarige Billy Turrentine, een schooljongen uit Norfolk, Virginia. Op 8 juli 1947 rond het middaguur zat Billy op de veranda op de derde verdieping van het appartementencomplex waar hij woonde om te zien of hij een vliegende schotel kon waarnemen en mogelijk fotograferen. Billy had veel over vliegende schotels gelezen en zijn verwachtingen waren hoog. Het zal ons dan ook niet verbazen dat Billy beweerde een groot, donker voorwerp te hebben gezien die middag, dat met hoge snelheid van het zuidwesten naar het noordoosten vloog. Dit zwarte object werd enkele seconden later door twee kleinere gevolgd, die in dezelfde richting vlogen. Billy dacht dat de voorwerpen sneller vlogen dan enig hem bekend vliegtuig en ook dat ze enorm hoog zaten. Hoger dan de meeste vliegtuigen die over Norfolk vlogen. Ze leken net onder de wolken te zitten volgens hem (in het FBI Memo staat “boven de wolken”) en elk van de drie objecten werd door een witte mist of een soort stof gevolgd; deze kwam van de randen. Ook wiebelde het grote object in zijn vlucht en draaide het rond zijn as. Er was geen geluid te horen. Billy moest toegeven dat zijn ‘vliegende schotels’ mogelijk grote ballonnen konden zijn geweest, maar dat het naar zijn mening zeker geen speelgoedballonnetjes waren. Wel vroeg hij zich af waarom verder niemand de objecten opgemerkt had, aangezien het voorste vrij groot was.

Billy pakte zijn camera toen hij de ovale voorwerpen voor het eerst zag en wachtte zo’n twintig tot dertig seconden tot ze vrijwel direct boven zijn appartement waren en nam toen drie foto’s. Daarvan bleek er later eentje goed gelukt.7

Page 4: Ufo’s in 1947

Foto van Rense.com

De Harmon AFB (eigenlijk Harmon Field) foto’s van 10 juli 1947 betrof een object dat de wolken in tweeën sneed (in ufologische kringen een cloudcutter genoemd). Het nagelaten spoor was ongeveer anderhalve kilometer lang. De luchtmacht was danig onder de indruk van dit verschijnsel en bleef tot 1949 naar soortgelijke effecten op wolken vragen in hun ufo meldingsformulieren. Hynek deed het verschijnsel af als een meteoor in 1948.8 Afbeeldingen van de foto’s kunnen in het Air Intelligence Report uit 1949 gevonden worden en zijn hier weergegeven. Het rapport geeft de waarneming als volgt: “On 10 July 1947, Mr. Woodruff, a Pan-American Airways mechanic reported a circular object flying at high velocity, paralleling the earth’s surface and leaving a trail which appeared as a “burning up” of the cloud formation. The sighting occurred near Harmon Field, Newfoundland. Two other persons also

Page 5: Ufo’s in 1947

saw the trail which remained in the sky for about an hour and was photographed by another PAA employee. The resulting photographs support Mr. Woodruff’s observation as far as the sky cleavage is concerned. (See Figs, 5 and 6.)”

Harmon Field eerste foto (Fig. 5) Harmon Field tweede foto (Fig. 6)

J.E. Woodruff wordt ook wel een PAA representative genoemd en de waarneming wordt wel op 16 juli geplaatst. Ook wordt Woodruff wel de fotograaf genoemd, i.p.v. Leidy. Woodruff bevond zich te Stephenville, Newfoundland.9

De Morristown foto van John H. Janssen (hierboven als Jansen gespeld) werd vanuit diens eigen vliegtuig gemaakt op 10 juli (v.s. op 9 juli). Hij was opgestegen van Morristown Airport in New Jersey en nam zes, lichtgevende ronde toestellen waar met wazige ringen eromheen. Ze vlogen hoog in de lucht boven hem. Hij greep zijn camera en nam een foto. Van de zes objecten kwamen er maar vier op de foto. Een variant van dit verhaal wil dat Janssen naar de luchthaven reed en de objecten in de lucht zag vliegen. Hij stopte, stapte uit en maakte een foto.

Janssen was redacteur van de Daily Record, een Amerikaans luchtvaarttijdschrift. Twee weken later had hij een nieuwe ontmoeting met het onbekende. Ditmaal zag hij eerst één toestel en later nog een; de motoren van zijn

vliegtuig zouden niet gewerkt hebben tijdens die ontmoeting en naar eigen zeggen hing hij zelfs stil in de lucht: “The speedometer needle stood at zero”.10 Aan de foto te zien heeft Janssen iets met een halve bolvorm gefotografeerd met wat heldere vlekken erop. Dit lijkt een grap te zijn.

Morristown ufo van John Janssen

Page 6: Ufo’s in 1947

Naast al deze ‘bekendere’ gevallen uit 1947 vinden we nog enkele waarover niet al teveel bekend is of waarvan de foto’s verdwenen zijn. Tijdens het Maury Island voorval op 21 juni 1947 van Dahl en Crisman zouden zij drie foto’s van de donutvormige objecten genomen hebben. Deze affaire wordt vrij algemeen als een hoax beschouwd, hoewel zij onopgehelderde elementen bevat. Sign Report № 18 (foto en verhaal op onbekende datum in 1947 te Toronto, Canada) bleek een hoax te zijn. De foto was genomen op en verscheen 14 september in de Toronto Globe and Mail. Hoewel de foto – een zeilboot met wat kust erachter – niet veel laat zien (enkele vage strepen in de lucht), zou het om een gele schijf met een staart gegaan zijn, die in vijftien seconden langsvloog.11 Dit is waarschijnlijk de Raymond Johnson foto van 14 september. Deze wordt omschreven als voorstellende een grote gele lichtgevende massa met een dubbele staart die over Sunnyside, tegenover de Palace Pier, Ontario vloog.12 Volgens Wilkins echter werd deze foto op 14 september 1950 gemaakt, drie jaar later. Johnson was volgens Wilkins een Britse bezoeker, die hoog in de lucht boven

Page 7: Ufo’s in 1947

Ontario een cirkel met een stip in het midden waarnam. Van de rand van de cirkel schoten stralen als de spaken van een wiel en het had een lange staart als een komeet. Het vloog in 15 seconden langs, waardoor het nog het meest op een bolide lijkt.13 Een andere foto uit Canada zou in juli gemaakt zijn. George Bateson, een voormalig werknemer van de RAF, zou op 9 juli 1947 te Beacon Hill Park in Victoria, British Columbia, Canada, een object in de vorm van een schijf (disc) hebben gezien en gefotografeerd.14 Al eerder, op 3 juli, zou te Galgary, Alberta in Canada een object gefotografeerd zijn. De foto is terug te vinden in Ronald Story’s The Encyclopedia of Extraterrestrials Encounters (lemma ‘Photographs of UFOs’) en laat een langwerpig ovaal voorwerp zien. Ons is de foto verder niet bekend.

E.H. Sprinkle uit Eugene nam eind juni (v.s. 18 juni) foto’s met een camera van $3,50. Vergrotingen toonden zeven stippen gevormd als een X of een V in de lucht. Maar volgens experts waren het stofjes op het negatief.15 Ook foto’s op 24 juni bij Mt. Rainier in Washington gemaakt (op dezelfde dag dat Arnold de ‘vliegende schoenzolen’ zag) bleken een natuurlijke oorzaak te hebben. Project Blue Book zegt in de evaluatie van dit geval “MIRAGE”, of luchtspiegeling.16

De meest vage foto moet die van Charles Shangle uit Boise in Idaho zijn. Hij keek op 13 augustus naar de lucht en zag een lichtgevend voorwerp op grote hoogte langzaam voorbijkomen. Hij rende naar binnen, pakte zijn camera en wist een onscherpe foto van zijn geparkeerde truck te maken, met hoog erboven, in de linkerhoek een uiterst vage, grijze vlek met een lichtere halo eromheen.17

Een boer maakte te Danforth, Illinois, in augustus een foto, maar de luchtmacht bevond dat het een hoax was.18

Albert Weaver maakte op 7 juli een fraaie opname van vreemde objecten. Bij zonsondergang vlogen twee ca. 30 cm doorsnee metaalachtige schijven met 110 mph op zo’n 450 meter boven de grond voor de camera langs. Albert kon gelukkig ook nog opmaken dat ze zo’n 5-15 cm dik waren.19 Wat een opmerkingsvermogen!

De objecten die Albert Weaver fotografeerde20

Op dezelfde dag maakte Al Hixenbaugh, fotograaf voor de Louisville Times in Kentucky, om kwart over tien ’s morgens een foto van twee geruisloze objecten (er waren er drie in de lucht), die dikke uitlaatsporen in de lucht achterlieten.21

Page 8: Ufo’s in 1947

Louisville, Kentucky sporen.Bijna alle waarnemers zeiden dat ze cirkelvormige objecten hadden gezien22

Links: Foto van William Presley, genomen te Oak Ridge, Tennessee. Presley bood de foto in juli van 1947 aan de luchtmacht aan, die bepaalde dat het om een ontwikkelfout ging.23 Rechts: Ook een foto

van William Presley, volgens Joel Carpenter, e.a.24

Page 9: Ufo’s in 1947

Mbt de Oak Ridge foto’s25

Page 10: Ufo’s in 1947

pp. 3-4 weggelaten

Die dag werd ook een foto van drie objecten gemaakt in de lucht boven het 5-Points district van Atlanta, Georgia. Eén zag er uit als een cirkel en de twee andere waren platter en schijfvormig.26

Op 18 augustus, tussen kwart over acht en vijf voor negen ’s avonds, zag Joseph Hofard van Sorrento, Louisiana, zo’n 78 objecten als torpedo’s, die helder licht uitstraalden, over wouden en wegen vliegen. Ze maakten geen geluid, maar gloeiden als fosfor. Onderzoeker Harold T. Wilkins had een kopie van én van de foto’s, die drie van de objecten vliegend in formatie liet zien.27

Page 11: Ufo’s in 1947

Dan nog een foto van 4 juli 1947, genomen te Lake City, bij Lake Washington, ten noorden van Seattle, Washington, om 17:30 of 17:45 uur. Zo’n 20 getuigen zagen scherp afgetekende zilverkleurige schijven. Op de foto (hieronder) zien we echter een onbeduidend en onduidelijk ovalen vlekje. De foto werd gemaakt door Frank Ryman en in andere verslagen horen we niets meer van de 20 getuigen. On the afternoon of July 4, 1947, Frank Ryman, an off-duty U.S. Coast Guard Yeoman, snaps the first photograph of an alleged “flying saucer” from the yard of his home in Lake City, north of Seattle.

The photo showed a small bright disc against a dark sky and was published by the Seattle Post-Intelligencer the following morning.

…Analysts later concluded that Ryman had photographed a weather balloon.28

Het krantenartikel29

Wat

scherper. De pijl wijst naar de vliegende schotel30

Dezelfde, maar omgekeerd31

Page 12: Ufo’s in 1947

Lijst van ufo foto’s uit 1947

Zesentwintig foto’s uit de Amerika’s (ook als er meer foto’s werden genomen tel ik die als één foto) en één 8mm film, de laatste werd ingenomen door de Luchtmacht en is nooit weergezien. Sommige vermeldingen zullen duplicaten zijn, van andere kon ik niets verder terugvinden.

Datum Lokatie Waarnemer(s)32

15 jan Puerto Rico18 juni Eugene, Oregon E.H. Sprinkle/Sprinkel21 juni Maury Island Dahl & Crisman24 juni Mt. Rainier, Washington3 juli Calgary, Alberta4 juli Lake City, Washington Frank Ryman/Rayman6 juli Birmingham, Alabama Livingston/Crossland7 juli Phoenix, Arizona William A. Rhodes/Rhoads7 juli Oak Ridge, Tennessee William Presley/P7 juli Five-Points, Georgia7 juli Pontiac, Michigan Albert Weaver7 juli Louisville, Kentucky Al Hixenbaugh8 juli Norfolk, Virginia Billy Turrentine8 juli Avalon, California Jung & Johnson9 juli Boise-Meridian, Idaho Johnson10 juli Beacon Hill Park, Victoria,

BCGeorge Bateson

10 juli Morristown, New Jersey John H. Janssen/Jansen/J.J. Jansson10 juli Harmon AFB, Newfoundland Leidy/L12 juli Tulsa, Oklahoma Enlo GilmoreAug Danforth, Illinois Een boer13 aug Boise, Idaho Charles Shangle17 aug Crow River, Ontario, Canada Meerdere getuigen18 aug Sorrento, Louisiana Joseph Hofard9 sep Boise, Idaho 8mm film14 sep Toronto, Canada Raymond Johnson20 sep Toronto, Canada 2 getuigen1947 Nova Scotia Canadese Leger

Page 13: Ufo’s in 1947

Kenneth Albert Arnold en de schotelkwestie

Illustratie van Kenneth Arnold zoals hij deze voor de Amerikaanse Luchtmacht maakte in het Exhibit “A” van het Frank Brown 4th AF CIC Memo van 16 juli 1947:

Het object boven lijkt meer op een schoenhak dan wat anders en heeft weinig weg van een schotel.33

De controverse

In het Arnold-vraagstuk heerst nog steeds de controverse over wat Arnold beweerde te hebben gezien en wat hij afbeeldde: de twee komen niet overeen. Verder is er het dilemma of Arnold saucers voorstelde in de zin van saucers skipping on water (schotels over het water ketsen): de beweging die de objecten maakten, of dat hij met saucers de vorm bedoelde (zoals we o.a. in de Chicago Tribune van 26 juni 1947 kunnen lezen). Dat een redacteur of journalist (volgens velen Bill Bequette; deze ontkent zelf dit gedaan te hebben en er is geen aanwijzing voor in de artikelen die hij schreef) de term flying saucers introduceerde staat volgens menigeen vast, maar daarnaast werd nog een half dozijn andere termen gebruikt om ufo’s mee aan te duiden. Als daar waren: flying disks (vliegende schijven), Pie Plates, Pie Tins, Pie Pans, Platter Planes, Mystery Missiles en Mystery Planes. Waarom nu juist de schotels favoriet werden staat niet duidelijk vast, mede aangezien de ufo’s uit het ‘vliegende schotel’-tijdperk niet alle schotelvomig waren.34 Desalnietemin werden de ufo’s uit de woelige zomer van 1947 in de media meestens met vliegende schijf of vliegende schotel aangeduid. Een mogelijke oorzaak is ook te vinden in de foto van een dr. Dickson die op 1 juli gepubliceerd werd. Hij hield twee taartbodems op elkaar gelegd omhoog en kan daardoor de hausse zijn eerste echte afbeelding van een vliegende schotel hebben gegeven. Opmerkelijk genoeg wordt in het krantenartikel over dr. Dickson weer over ‘discs’ gesproken en niet over saucers.

Page 14: Ufo’s in 1947

Wat dr. Dickson zag: twee taartbodems op elkaar35

Hoe het ook zij de aanstekelijke term vliegende schotels bleef hangen.De meest gebruikte term uit 1947 is - na bestudering van honderden krantenartikelen en

documenten uit die tijd - die van Flying Saucer, op enige afstand gevolgd door Flying Disc –welke vrijwel exclusief bij de overheid in gebruik was; bijvoorbeeld bij de FBI en het leger. De vreemdste term was mogelijk Zippers zoals gebruikt door de Fort Meyers (Florida) News Press (6 juli 1947) en de Afro-American, een krant van de zwarte gemeenschap in Washington, D.C., waarin een jongeman een waarneming in 1947 beschrijft en zijn ufo een zipper noemt.36 Maar Nederland doet in vreemdheid niet onder; kopte de Leeuwarder Courant immers indertijd niet met VLIEGENDE BRAADPANNEN?37

Was het Arnold of was het journalist Bill Bequette die de objecten als schotelvormig beschreef? Deze controverse duurt al jaren met voor- en tegenstanders aan beide kanten. Meestal zegt men dat Arnold hun beweging beschreef als ‘schotels die op het water ketsen’ en dat Bequette hiervan met journalistieke vrijheid vliegende schotels maakte. Maar zo makkelijk is het niet. Hieronder geven wij de originele bronnen uit 1947, waaruit een heel ander verhaal blijkt.

De objecten als beschreven in de East Oregonian van 25 juni 1947. Het stuk van Bill Bequette dat de telex opging als een AP bericht en welke als eerste artikel uit het moderne schoteltijdperk geldt. De voorwerpen worden duidelijk als schotelvormig beschreven:

…nine saucer-like aircraft…

Page 15: Ufo’s in 1947

En de Chicago Daily Tribune van 25 juni:

…shaped like a pie plate…

Hoe de objecten die Arnold zag in een artikel van Bill Bequette uit de East Oregonian van 26 juni 1947 beschreven werden, vleermuisvormig of schotelachtig, maar ook met een op- en neergaande beweging, een soort golfbeweging:

…shiny, flat objects racing over the Cascade mountains with a peculiar weaving motion “like the tail of a Chinese kite.”

… “flat like a pie pan and somewhat bat-shaped” and so shiny they reflected the sun like a mirror.

He also described the objects as “saucer-like” and their motion “like a fish flipping in the sun.”.

Het lijkt erop dat Arnold zelf de objecten als schotelvormig beschreef, hoewel er ruimte voor twijfel is, en eenieder die de werkwijze van journalisten en redacteuren kent weet dat die op allerhande wijze met teksten rommelen. Enkele jaren later, in een interview met Edward R. Murrow, een bekend nieuws commentator, zei Arnold het volgende:

“These objects more or less fluttered like they were, oh, I’d say, boats on very rough water or very rough air of some type, and when I described how they flew, I said that they flew like they take a saucer and throw it across the water. Most of the newspapers misunderstood and misquoted that too. They said that I said that they were saucer-like; I said that they flew in a saucer-like fashion.”38

In het Frank Brown, 4th AF CIC Memo over Kenneth Arnold van 16 juli 1947 vinden we in ‘Exhibit A’ Arnolds eigen verslag aan de luchtmacht van wat hij gezien had. Met geen woord rept hij over schotels met betrekking tot zijn eigen waarneming, maar als hij het over waarnemingen van anderen heeft, die hij betrouwbaar acht, dan komt de frase saucer-like disks even opduiken. Het lijkt er in het licht van de te vinden informatie niet op dat deze controverse ooit opgelost zal worden.

Het gebruik van ‘vliegende schotels’ voor de Arnold waarneming

In het verhaal ‘The Strange Case of Alan Moraine’, verschenen in The Grand Magazine (september 191239) van de Engelse schrijver Bertram Atkey (1880-1952) komt een piloot op grote hoogte schotelvormige toestellen van een andere planeet tegen. De bemanning ervan neemt hem mee naar hun planeet, Syrax geheten. “…when I first saw the discs. They were dropping edge down, exactly like a lot of huge silver plates falling – twenty of them at least – travelling as quick as light… I thought, of course, they were some sort of meteors or something - it did not occur to me for a moment that they might be flying machines, with men inside them.” Mannen met vleugels als engelen.

In de verzamelbundel Worlds Apart waarin we het verhaal terugvinden vraagt samensteller Locke zich af: “Is it possible that the 1950s flying saucer cult was started by somebody reading a copy of the Grand Magazine?”40

De term ‘vliegende schotel’ (flying saucer) was overigens in gebruik in de schietsport voordat ze in 1947 gemeengoed werd. Kleiduiven heten in het Engels wel saucers, en als ze vliegen

Page 16: Ufo’s in 1947

flying saucers.41 Onderstaande illustratie zegt zelfs dat de uitvinder van schotelvormige kleiduiven zijn idee kreeg van jongens die schelpen over het water zeilden. Vrijwel precies hetzelfde idee dat Arnold kreeg toen hij zijn voorwerpen zag vliegen.

Reno (Nevada) Evening Gazette, 22 april 1946

Het gebruik van de term flying saucer en schotelvormige ‘ruimteschepen’ vinden we dus lang voor de Arnold waarneming in 1947.

Page 17: Ufo’s in 1947

Hoaxes uit 1947

Op 24 juni 1947 nam vertegenwoordiger Kenneth Arnold een formatie van negen objecten waar in de staat Washington, waarmee hij regelrecht het vliegende schoteltijdperk binnenzeilde. Na Arnold steeg het aantal meldingen van vreemde voorwerpen in de lucht schrikbarend en in de hele Verenigde Staten, en later ook in een groot gedeelte van de rest van de wereld, werden waarnemingen gedaan.

Bijna twee weken na Arnold volgde dan het bericht dat een vliegende schotel geborgen was nabij Roswell, New Mexico. Een bericht waarvan we nu denken dat het betrekking had op een object uit een geheim ballonproject, maar wat eind vorige eeuw - nadat het dertig jaar vrijwel onopgemerkt was gebleven - tot een hausse aan crashboeken, documentaires, artikelen en films leidde waarin de wildste ideeën gesponnen werden: buitenaardsen waren in 1947 in Amerikaanse handen gevallen, geleerden werkten aan vliegende schoteltechnologieën ‘back-engineered’ uit neergekomen of neergehaalde ufo’s, er was al decennia contact met wezens uit de wereldruimt. Enzovoorts.

Het leek mij wel eens zinnig om dit befaamde crashverhaal eens in de context van zijn tijd te bekijken en wel in het licht van de andere neergekomen en geborgen schotels van die tijd. Zo krijgen we een andere blik op een dergelijke zaak, welke het onderwerp neergestorte schotels ook gelijk in een geheel ander daglicht plaatst. Let wel, de meeste van onderstaande schotels kwamen uiteindelijk op de schroothoop terecht en niet in één of ander geheim overheidslaboratorium om uit elkaar gehaald en bestudeerd te worden.42

De eerste berichten van gelande en ‘gevangen’ schijven uit juli van 1947 betroffen een melding in de San Antonio Evening News over een schijf die buitgemaakt was in Texas en een stukje in de San Antonio Light, waarin we lezen van Troy Pendergrass uit Hot Springs, New Mexico, die een vliegende schotel achterna zat. Toen het landde bleek het een stuk aluminiumfolie te zijn van zo’n twaalf bij twintig centimeter.43 Enkele dagen eerder al vinden we berichten dat mysterieuze “vallende objecten” gesignaleerd waren in New Mexico. De voorwerpen waren noch gelokaliseerd noch geïdentificeerd en men dacht aan een verband met de vliegende schijven die van Oregon tot Oklahama waren waargenomen. Luitenant Kolonel Harold R. Turner, bevelhebber te White Sands zei dat hij rapporten had ontvangen over een wandelaar te Eagle, die een object had zien vallen, en een legerkapitein te Tularosa, die een object uit de lucht had zien neerkomen.44 Overigens dacht men bij deze voorwerpen aan meteoren of meteorieten.

Op 2 juli rapporteerde de San Antonio Express dat een priester in Grafton, Wisconsin, de FBI belde nadat hij een snorrend geluid en een bons had gehoord en buitengekomen een metalen schijf had ontdekt in de tuin van de parochie. Diezelfde dag toonde de Light een foto van een vrouw in Ohio die stukken van een weerballon ophield. De ondertitel luidde: “IS DISC IT?”45 We komen verderop nog op deze ‘schijf’ annex weerballon terug.

De Grafton, Wisconsin, vondst van een ‘vliegende schotel’ viel op het hoogtepunt van de golf in juli voor. Een United Press verhaal meldde dat de katholieke priester Joseph Brasky een metalen schijf van 45 centimeter doorsnee in zijn tuin had gevonden. Het ding was met een lichte explosie neergekomen. In het midden van de schijf zat een gat met apparaatjes en draden er omheen. Op de schijf vond de priester letters: “...steel, high carbon 100 per cent steel,” waaruit hij terecht concludeerde dat het een conventioneel voorwerp moest zijn: een cirkelvormig zaagblad.46

Een belangrijke grap was de volgende van maandag 7 juli uit Phoenix, Arizona. Ten minste 20 mensen zagen toen zilveren ballen flitsen voor zo’n 25 tot 30 seconden. Dit ten noorden van de Salt River vallei ten noorden van Phoenix. De getuigen waren het eens over de belangrijkste punten: eerst werd één bal gezien, toen de andere. Het leken eerst ballonnen te zijn, maar ze vlogen te snel in kalme lucht. De geschatte snelheid gebaseerd op de

Page 18: Ufo’s in 1947

afgelegde afstand was boven de 1000 mph (meer dan 1600 kilometer per uur!) De hoogte werd geschat op ongeveer anderhalve kilometer. De beide objecten leken identiek te zijn en ongeveer twee keer zo groot als een vliegtuig.

Echter, de volgende dag bekenden werknemers van de Scott Engineering Company in Phoenix dat het een grap was geweest. De objecten waren twee goedkope waterstof ballonnetjes geweest bedekt met aluminiumverf en dat het geheel een wetenschappelijk experiment was geweest om aan te tonen dat 99 procent van wat mensen dachten te zien pure verbeelding was.47

Deze grap wees duidelijk uit dat getuigen zich kunnen en willen vergissen, zeker gedurende een golf van waarnemingen waarbij het bon ton is om een vliegende schotel te hebben gezien.

Op 7 juli telegrafeerde het New Orleans Field Office van de FBI aan het hoofdkwartier in Washington D.C. dat een inwoner van Shreveport een vliegende schijf op straat had gevonden en het ding had overgedragen aan A-2, Barksdale Field.

De schijf, van 40 cm doorsnee en uitgerust met twee radiobuizen, een fluorescerende lichtknop en koperen buizen, werd gevonden door F.G. Harston bij het zakendistrict van Shreveport in Louisiana. Zowel de politie als de FBI dachten dat het object een grap was; het leger ontdekte dat er ‘Made in USA’ opstond. Men meende dat een grappenmaker het ding over een reclamebord gegooid had voor de voeten van Harston.48

Deze grap kreeg nog een staartje. Een FBI memo van 10 juli 1947, geschreven door E.G. Fitch, draagt een commentaar van J. Edgar Hoover betreffende FBI-onderzoekingen naar gelande schotels. De FBI wilde zich niet bezighouden met onderzoek naar deze grappen, maar Hoover vond dat het bureau wel de beschikking (van het leger) moest krijgen over zo’n gevonden schijf. Dit, daar in de “La. Zaak” (de Shreveport-zaak in La. -Louisiana) het leger het object meenam en de FBI geen eigen onderzoek mocht verrichten.49

De samenwerking tussen het leger en de FBI op het gebied van de vliegende schijven van 1947 was een kort leven beschoren. Ze duurde slechts enkele maanden en werd niet gekenmerkt door een goede verstandshouding tussen de twee instanties. Een brief uit begin september van het Luchtdefensie Commando Hoofdkwartier te Mitchell Field, New York, gericht aan alle luchtmacht generaals kwam bij de FBI terecht - wat duidelijk niet de bedoeling was. Er werd in gezegd dat de USAAF wilde dat de FBI zich met tijdverspillende zaken als “weggeworpen wc-brillen en vuilnisbakdeksels” bezig hield, zodat de militairen zich met de meer belangrijker zaken konden bezighouden. De FBI stopte daarop op 1 oktober 1947 gekrenkt de samenwerking met het leger.50

Te East St. Louis in Illinois werd op 6 juli een grap met papier-maché schijven van 25 cm doorsnee uitgehaald51, maar uit Tempe, Arizona werd bericht dat een man een schotel van zestig centimeter doorsnee zag vliegen, die achter een rij bomen bij zijn huis verdween. Toen de man, zijn vrouw, en nog een echtpaar, de platte, dunne, aluminiumachtige schijf nader wilde bezien, schoot het met hoge snelheid richting het enkele kilometers verderop gelegen Phoenix.52

Betrof het hier een grap, of vloog er werkelijk een mini-ufo in de buurt van Phoenix rond? Een jonge vrouw die honkbal aan het spelen was te Kansas City, Missouri, meldde dat zij een donkergrijs object van zo’n 15 cm doorsnee op ongeveer een halve meter boven de grond had zien vliegen. Het vloog enkele malen om haar heen, vloog toen een stukje naar het zuiden, kwam weer terug om nogmaals twee of drie keer om haar heen te vliegen en verdween toen. De verslaggever stond sceptisch tegenover het verhaal, mede daar hij geen verdere getuigen kon vinden.53 Deze twee verslagen doen ons denken aan meldingen van miniatuur ufo’s waarvan we vaker in de ufologie vernemen; mogelijk betreft het een vorm van de bolbliksem.

Tijdens het 4th of July weekend, enkele dagen voor het bericht de wereld in werd geholpen dat er een ‘vliegende schotel’ te Roswell geborgen was, vond Sherman Campbell op zijn

Page 19: Ufo’s in 1947

ranch te Circleville in Pickway county, Ohio, een vreemd object in de vorm van een zespuntige ster. Het was 75 cm hoog en 120 cm wijd en bedekt met bladtin (aluminiumfolie). Het woog ongeveer een kilo. Bovenaan waren de resten van een ballon bevestigd en het weerstation van het Fort Columbus vliegveld verklaarde dat de omschrijving overeen kwam met een apparaat dat het leger gebruikte om windsnelheden te meten op grote hoogte met behulp van radar. Het object werd tentoongesteld in het kantoor van de Circleville Herald en foto’s van Jean Campbell-Romero, dochter van Sherman, die het vliegergedeelte van de ballon vasthoudt werden in kranten door de gehele VS afgedrukt. In de dagen erna werden er bij Circleville nog enkele van deze met zilverfolie bedekte objecten geborgen. Het eerste persbericht van de Circleville-‘schotel’ is overigens griezelig gelijk aan dat van Roswell: het betrof dan ook vrijwel gelijke objecten, aldus de berichtgeving in die tijd.54

Onderwijl had het leger zijn handen vol aan de nepschijven die her en der opdoken. We behoeven ons er dan ook niet over te verwonderen dat ze zo geheimzinnig deden over de wrakstukken van de ballon te Roswell. Immers, van het leger werd opheldering gevraagd, maar tevens moest ze eventuele militaire geheimen - zoals geheime ballonprojecten - waarborgen.

Uit Texas komen vervolgens twee mysterieuze vondsten van kleine schijven. Ze benadrukken het idee dat er meer aan de hand was met de zogenaamde hoaxes dan we ons realiseren. Echter, wát er precies aan de hand was, daar zullen we het fijne waarschijnlijk nooit van weten, hoewel we een aardig idee krijgen van de taak waar het leger voor gesteld was om alle onzinnige metalen objecten te verklaren.

De schijven zouden gevonden zijn op een strand bij Trinity Bay, bij Houston, en bij Hillsboro. De Houston Chronicle zei dat een waas van mysterie rond het object hing dat daar in de buurt gevonden was. Het ding was ’s zondags 6 juli ontdekt door Norman Hargrave, een juwelier. Hij rapporteerde eerst dat hij de aluminium schijf drijvend bij het strand had aangetroffen toen hij en zijn vrouw aan het wandelen waren. Hij beschreef het tot in details, daarbij ook de inscriptie die het droeg vermeldend. Een dag later zei hij dat het een grap was, maar de Chronicle meende dat er mysterieuze aspecten aan Hargraves eerste verhaal zaten, die het geloofwaardig maakten.

Hargrave had gezegd dat de schijf het volgende opschrift droeg: “Militair geheim van de Verenigde Staten van Amerika. Army Air Forces M4339658. Eenieder die dit projectiel beschadigd, omschrijft of de locatie prijsgeeft kan vervolgd worden door de overheid van de VS. Bel meteen collect LD446, Army Air Forces Depot, Spokane, Wash(ington)”. Hij zei dat het ook het opschrift “niet-explosief” droeg. De Chronicle wees erop dat de eerste berichten over vliegende schotels ook uit het gebied van Spokane (in ieder geval uit de staat Washington) kwamen. De krant belde met Spokane en de commandant aldaar kon noch erkennen noch ontkennen dat de raket zo’n opschrift droeg. Later verwees hij hen naar Wright Field, Ohio, maar de commandant was daar niet aanwezig. In Houston liet kolonel R.W. Warren, de commandant van Ellington Field, onderwijl weten, dat hij instructies uit Washington gehad had om de zaak te onderzoeken. De Houston politie wilde niet zeggen of zij het object hadden.55

Aan de hand van enkele optekeningen in het Vandenburg [sic] Desk Log voor 7 juli 1947 krijgen we een beter beeld van deze grap (Generaal Hoyt Vandenberg, hier wel ‘Generaal Van’ genoemd, was de vice Stafchef van de Army Air Force):

1:50 nm Dhr. Leo aan de telefoon i.v.m. artikel over ‘Schotels’. Zei dat er een gevonden was met instructies erop in contact te treden met Kolonel Frank Hackett in Spokane. Dhr. Leo rapporteerde de zaak aan Generaal Schulgen, G-2.

Page 20: Ufo’s in 1947

1:55 nm Dhr. Leo en Generaal LeMay over schijven.

2:00 nm Kolonel Frank Hackett, Spokane, Washington aan de telefoon - Generaal Van informeerde Kolonel Hackett dat we een telefoontje van de Houston Chronicle hadden gekregen waarin gezegd werd dat een vliegende schijf geland was met zijn (Kolonel Hacketts) naam erop. Gen. Van vroeg of hij er iets van wist. Kolonel Hackett verklaarde dat hij er geheel niets vanaf wist. Gen. Van zei Kol. H. dat er hier gerapporteerd was dat zijn mensen er alles vanaf wisten en dat er een verklaring uit Washington zou komen. Kol. H. zei, “Ik heb niets gezegd”. Kol. H. had de Chronicle laten bellen en gezegd met de F.B.I. contact op te nemen - verkrijg fotografisch bewijs - en dan contact op te nemen met Gen. Twining.

2:20 nm Kolonel Bob Warren, Ellington Field, Tex aan de telefoon. -Gen. Van informeerde Kol. Warren dat de Houston Chronicle een schijf van ongeveer 20'' in diameter en 5 of 6'' dik had gevonden. Kol. Frank Hackett’s naam zou erop staan. We willen dit ding graag onderzoeken. Ik zou het op prijs stellen als je contact kon opnemen met de Chronicle, hen vragen waar het is, erop uitgaan en het ding zien en me terugbellen. Onze benadering is dat we zoiets niet hebben, we niet begrijpen wat het is, maar dat we alles op alles zetten om zeker te zijn. Kolonel Warren zei dat het enkele uren zou duren voor hij terug zou bellen.

4:20 nm Kolonel Warren belde terug i.v.m. Gen Vandenbergs opdracht dat hij het verhaal betreffende de vliegende schijven zou achterhalen. Kol. W. lokaliseerde eindelijk de verslaggever die het verhaal oppikte van een andere man. Deze man woont in Goose Creek. Hij zegt nu dat het volledig een hersenspinsel was en dat hij het verzonnen had. Kol. W. sprak met een heer Evans die dit ding behandelt bij de Chronicle - en ze namen het op met iemand bij het Air Dept te Spokane. - - - - Hij zei hen dat hij het verzonnen had. Kol. Warren zei dat de Chronicle er overtuigd van scheen te zijn dat het hele ding een onzinverhaal was.Kol. W. gaat het controleren bij de plaatselijke F.B.I. en mogelijk er heen rijden om de man te Goose Creek te zien. Als er nieuwe ontwikkelingen zijn belt hij Gen. Vandenberg.

4:30 nm Dhr. Leo aan de telefoon - Gen. Van vertelde hem het bovengegeven verhaal. Een burger, Joe Shipman, die met Kol. Hackett werkt zou de Chronicle hebben gezegd contact op te nemen met Gen. Twining.56

De tweede Texaanse schijf zou gevonden zijn door Bob Scott, een boer die enkele kilometers buiten Hillsboro woonde. Hij zei dat de schijf op vrijdag 4 juli op zijn land viel en dat het op een schotel leek. Hij zei dat het zo fel was, dat hij er niet lang naar kon kijken. Bang dat men dacht dat hij zich dingen verbeeldde besloot hij zijn familie pas enkele dagen later van de vondst te vertellen.

Met O.F. Kissick en Joe Gerick uit Hillboro, die hij inlichtte, ging Scott maandags naar het veld waar het object neergekomen was. Het grootste deel was gesmolten, zeiden de mannen. Gerick vertelde dat hij iets als aluminiumfolie oppikte, maar dat het toen meer op celluloid leek.57 Van de Roswell-wrakstukken werden later ook zulke verhalen verteld.

Page 21: Ufo’s in 1947

Vernon Baird, een piloot, haalde de zevende juli een grap uit. Hij beweerde dat op een fotomissie voor de overheid een parelgrijs, jojo-vormig toestel met een plexiglas koepel erop in zijn propellerluchtstroom terecht was gekomen en neerspiralend, openbrekend als een mosselschelp, was neergegaan in de Tobacco Root Mountains, ten westen van Bozeman, Montana - waar al meer ufo’s gesignaleerd waren. Zijn baas erkende de volgende dag dat Baird het verhaal verzonnen had. Ze hadden in de hangar gezeten en het verhaal verzonnen nadat ze naar verhalen over vliegende schotels geluisterd hadden.58

Ondertussen beweerde Lloyd Bennett uit Oelwein in de staat Iowa, dat er een vliegende schotel in zijn voortuin was neergestort. Bennett vond een stuk metaal van 3 mm dik en zo’n 15 cm doorsnee in zijn tuin, dacht dat hij op het moment van ‘neerstorten’ het geluid van vliegtuigen had gehoord en beweerde een stuk van het materiaal door een metallurg te hebben laten onderzocht, die vervolgens verklaarde dat het van een soort gegoten metaal leek te zijn dat smolt bij een hitte van 6.300 graden.

Ondanks het feit dat de autoriteiten ontkenden dat hij een vliegende schotel in handen had wilde Bennett een van de beloningen opeisen die verscheidene instanties hadden uitgeloofd voor een echte vliegende schotel.59

Nabij Chillicothe, Ohio, werd in het weekend een zilveren vlieger opgebracht die er enkele dagen gelegen had: het ding zou verantwoordelijk zijn voor de stortvloed aan vliegende schotel-meldingen.60

Op de avond van 9 juli verkreeg het Los Angeles kantoor van de FBI een rapport dat een “vliegende schijf” in Noord Hollywood was geland. Het zou om een metalen schijf van zo’n 75 cm in doorsnee gaan, met een radioantenne er bovenop. Bij de landing tussen de geraniums zou het in rook en vlammen uitgebroken zijn, en het werd door de brandweer naar een kazerne gebracht, waar chef Wallace E. Newcombe er sceptisch een blik op wierp en verklaarde dat het geval er niet naar uit zag dat het kon vliegen.

Een FBI-agent vond uit dat een opgewonden vrouw (volgens de kranten uit die tijd een opgewonden man genaamd Russell Long) om half elf ’s avonds de brandweer gebeld had met het bericht dat de schijf in haar tuin gevallen was en in brand vloog. De brandweer bluste de schijf en nam deze mee. De FBI-agent op zijn beurt sleepte het ding naar zijn kantoor, onderzocht hem, en droeg hem over aan het leger.

Het object woog zo’n tien kilo, had een vin eraan vast geschroefd zitten en een radiobuis die erin bevestigd was.

De FBI meende dat hogeschoolstudenten de hand in de grap hadden gehad.61

Page 22: Ufo’s in 1947

Maysville, Kentucky Public Ledger, 10 juli 1947

Een werknemer bij Dow Chemical te Midland in de staat Michigan beweerde dat toen hij op 9 juli met zijn vrouw in een veld wandelde zij op ongeveer dertig meter afstand een ploffend geluid hoorden en zagen hoe een witte bal ter grootte van een schepel op zo'n 30 centimeter boven de grond brandde. Het vuur doofde na ongeveer 15 seconden en de man schepte later wat gesmolten zand op en nam dit de volgende dag mee naar het laboratorium bij Dow. Een analyse bracht aan het licht dat het gewoon zand was, welke een ammoniakgeur afgaf en doorspekt was met kleine druppels zilver. Ook bevatte het wat grijsgekleurd materiaal dat licht radioactief was.

Onderzoek door de FBI bracht aan het licht dat het verhaal van de man en diens vrouw niet geheel overeenkwam en dat ze niet eens meer konden vertellen waar de locatie lag waar ze het zand opgeschept hadden. De man werd als excentriek gezien en hoewel noch hij noch zijn vrouw toegaf dat het verhaal een grap was, werd het door Dow als zodanig afgedaan.62

Op 7 juli was te West Rindge, New Hampshire, een ander vreemd iets voorgevallen, waarbij kleine vuurtjes in een grastuin gezien werden die ogenschijnlijk door metalen fragmenten ontstaan waren. De fragmenten werden aan een professor Reniges (of Rentges -moeilijk te lezen) van MIT, het Massachusetts Institute of Technology, overgedragen die verklaarde dat het spul leek op de voering van “V streep 2 (V-2) bommen, die hij gezien had te New Mexico.” Een andere geleerde dacht in de fragmenten de voering van een jet turbo vliegtuigmotor te zien. De geleerden reconstrueerden het metalen object waarvan de

Page 23: Ufo’s in 1947

fragmenten afkomstig waren en verkregen een ongeveer veertig centimeter doorsnee object dat met een machine vervaardigd leek. Het was duidelijk onderworpen geweest aan een enorme hitte.63 Het teletype-bericht van de FBI zegt dat er een spoorlijn in de buurt van de vindplaats was (en suggereert mogelijk dat er iets van een trein gevallen was?), en zegt dat de geleerden aan een militair iets dachten. De zaak werd vertrouwelijk behandeld en we horen er niets meer over.

Elders, te Ludlow in Kentucky, scheen er ook iets van een trein gevallen te zijn: werknemers van de Southern Railroad vonden een halve schotel in de nacht van maandag op dinsdag 8 juli. Het aluminium object bleek een vliegtuigvleugeltip te zijn die van een vrachttrein was gevallen of gehaald en op het terrein achtergelaten als grap. Op de vleugeltip hadden de grappenmakers gekalkt: Half a flying saucer - een halve vliegende schotel. Het geruchtencircuit deed vervolgens de schotel neerstorten.64

Ludlow FotoVerscheen op de voorpagina van de Kentucky Post van 8 juli 1947. De tekst luidt:

DISC-CONCERTING, NO?-Half of a flying saucer is what jokers first called this airplane wingtip, which was found Monday night in the Southern Railroad's Lulow coach yard. The “disc” rumor spread

so rapidly Tuesday that police and press investigated the report. Paul James, Yowel pike, Boone county, a crane operator at the Southern yards, displays the “broken saucer” above.

Page 24: Ufo’s in 1947

In Twin Falls, Idaho, werd op 11 juli een schotel overgedragen aan de FBI. Deze was iets meer dan 75 cm in doorsnee en leek op de hi-hat van een drumstel. Het voorwerp was goudkleurig aan de ene kant en zilverkleurig aan de andere. Bovenop zat een plexiglas koepel die door bouten op zijn plaats werd gehouden. Het geheel was versierd met radiobuizen en verbrand elektriciteitsdraad. Het stukje huisvlijt werd gevonden in de tuin van het huis van T.H. Thompson door mevrouw Easterbrook en bracht een beroering teweeg in het stadje die zijn weerga niet kende. De lokale politie was verbijsterd en het object zag er echt genoeg uit dat een FBI-agent meteen zijn districtskantoor in Butte, Montana, waarschuwde na er een blik op geworpen te hebben. Vier legerofficieren - twee Luitenant-Kolonels en twee Eerste Luitenanten - en een burger, kwamen terstond aangevlogen uit Fort Douglas, Utah, in een militair vliegtuig dat hen inderhaast door de Nationale Garde ter beschikking was gesteld. Ze wilden hun namen niet geven aan de verzamelde journalisten en hielden zich ver van interviewers; de Roswell-zaak van enkele dagen eerder was er niets bij.

De groep militairen nam de schotel mee uit het hoofdbureau van politie en snelde naar Salt Lake City. Kort na hun vertrek meldde de hoofdagent van politie dat de zaak een grap was: vier jongens in de leeftijd van 15 en 16 jaar hadden het ding in twee dagen vervaardigd van een oude grammofoon en andere onderdelen. Hoewel de Thomsons, mevrouw Easterbrook en enkele buren beweerden dat zij om ongeveer half drie ’s nachts een bons hadden gehoord, zeiden de kwajongens dat zij het voorwerp al om tien uur ’s avonds in de tuin hadden gegooid.65

Page 25: Ufo’s in 1947

Tien dagen eerder hadden zo’n dertig bewoners van het stadje al vliegende schotels over zien komen en ook later, in augustus, werden er waarnemingen in de omgeving gedaan.66

Op dezelfde dag als de Twin Falls-zaak vinden we het bericht dat elektricien Sig Hanson uit Black River Falls, Wisconsin, zei dat hij op 10 juli een vliegende schotel op het Jackson County kermisterrein gevonden had. Het ding was van karton, gevormd als twee soepkommen op elkaar en had een kleine propeller, een roer en een radiobuis er aan vast zitten. Binnenin was een kleine elektromotor bevestigd die de propeller aandreef. Hanson vroeg 50 dollarcent per persoon om zijn ‘vondst’ te mogen bekijken.67

Ook uit Europa komt een melding van een miniatuurschotel, waarbij al evenzeer de verklaring wordt gegeven dat het om een object gaat dat consistent is met de in Amerika in de lucht waargenomen voorwerpen. Een sergeant van de Amerikaanse Luchtmacht zou namelijk een ‘vliegende schijf’ in Erding, Duitsland gevonden hebben; het ging om een rond aluminium object waarmee wel weer een vuilnisbakdeksel bedoeld zal zijn.68

Halverwege de maand juli werden de Russen in het vliegende schotel gedoe van de oververhitte Amerikanen gesleept. Een vrouw in Seattle, Washington, meldde aan de politie dat een vlammende vliegende schijf op haar dak geland was. Het voorwerp doofde meteen en

Page 26: Ufo’s in 1947

de vrouw waarschuwde tevens het ONI (Office of Naval Intelligence), dat vlakbij gelegen was. FBI-agenten namen het ding mee naar de Marine Inlichtingendienst waar electronica experts het onderzochten. Het bleek om een cirkelvormig stuk hout te gaan van meer dan een halve meter doorsnee dat door een gespannen draad kromgetrokken was. Aan de binnenzijde zaten stukken bakeliet, twee radiobuizen en een metalen stuk oliekan die door de schijf heenstak waaruit wat stof stak gedrenkt in terpentine (dat had gebrand, zo was aan de brand- en schroeiplekken te zien). Deze vliegende ‘molotovcocktail’ was beschilderd met een hamer en sikkel en droeg de opschriften USSR en EYR, het laatste mogelijk het omgekeerde van RYE, “rogge” (waar men whiskey van stookt).69

Een briefschrijver uit Cleveland liet president Truman op 9 augustus 1952 weten niet in de buitenaardsen theorie (“theory of interterrestial [sic] bodies”) te geloven. De bron van de objecten is Eurazië en ze worden gebruikt als vijandelijke infiltratie. De schrijver zou zelf een formatie van glimmende bolvormige objecten gezien hebben in oktober van 1947, van waaruit iets naar de aarde gekatapult werd, “mogelijk een parachutist”.70

Tussen 1947 en 1952 zette de Koude Oorlog in alle hevigheid in, zodat we ons niet over deze anti-communistische houding hoeven te verbazen.

Ook in Mexico zou een ‘vliegende schotel’ neergekomen zijn in 1947. Het Amerikaanse Ministerie van Defensie ontving de volgende boodschap uit Texas:

71

Het laatste crashverhaal uit 1947 (waarbij we de latere hersenspinsels van crashes aan dat jaar toegeschreven door Roswell-enthousiastelingen niet meerekenen) komt uit Illinois. Op 26 juli zou een vrouw te Saybrook in die staat in haar voortuin een vliegende schotel gevonden

Page 27: Ufo’s in 1947

hebben. De FBI-agent die de zaak onderzocht bevond de vrouw emotioneel instabiel en de schijf een grap, vermoedelijk van jongelingen uit de buurt. Het ding was een oud houten bord, met een zilverkleurige plaat erop, een tijdklok en wat koperen buizen.72

Om deze opsomming van grappen en misidentificaties te besluiten gaan we nog één maal naar het begin van juli 1947, waar we op 5 juli enkele berichten vinden waarin oplossingen worden aangeboden voor het verschijnsel van de ‘vliegende schotels’.

Waren dit ook hoaxes of sterke verhalen, of moeten we ze als misidentificaties zien, mogelijk zelfs experimenten van een geheime dienst om te zien hoe mensen op dit fenomeen reageerden? Feit is dat we uit dezelfde tijd berichten uit Kansas hebben waarin wordt gemeld dat men ongewoon uitziende insecten uit vliegende schotels heeft zien vallen. De onderzoeker Jan Aldrich ziet in deze sterke verhalen een afgeleide van de ‘ufo’s zijn een biologisch wapen’-theorie.73

N.a.v. het bovenstaande moge het duidelijk zijn dat er meer reden is om de Roswell-crash als mythe te zien, dan als geschiedschrijving. Het was gewoon een van de vele ‘neergestorte’ schotels in juli van 1947, en werd net als de andere eerst verkeerd geïdentificeerd, waarna het rechtgetrokken werd door het leger toen ze er een goede blik op geworpen hadden. Terugkijkend kunnen we stellen dat Amerika in de ban van de schotels was nadat Kenneth Arnolds waarneming van 24 juni de ‘vliegende schotels’ in de nationale pers had gebracht. Ieder vreemd - en niet zo vreemd - lichtje in de lucht werd tot een ufo, en ieder object dat op de grond gevonden werd, en maar iets afweek van de normale gang van zaken, werd tot een neergestorte vliegende schotel. Het enige verschil met de andere ‘crashes’ uit dezelfde maand is dat het Roswell verhaal - waarschijnlijk doordat de atoomgroep van de basis Roswell erbij betrokken was - dertig jaar later door Stanton Friedman opgepikt werd en door hem, en een menigte andere ‘onderzoekers’, grappenmakers en fantasten buiten alle proporties werd opgeblazen.

Page 28: Ufo’s in 1947

1 http://www.sciforums.com/showthread.php?t=37402&page=22 Brad Steiger, Project Blue Book, 1979 Manteau, Brussel/Amsterdam.3 Zie bijvoorbeeld NARA Microfilm: Project Blue Book, № 11019, File 46.4 FBI Memo van SAC, Phoenix aan Director FBI, 4 september 1947. Zie bijv. Weverbergh, De ufo-carrousel, pp. 85-86.5 Deze nummers corresponderen met het Project SIGN Report en Blue Book.6 Hynek (Het Hynek UFO Rapport, hs. 6, p. 129) zegt “juni 1947”.7 George Hebert, ‘Flying Disc ‘Bigger Than Automobile’ Photographed By Youth Who Is Amazed Because No One Else Saw It’, Norfolk Ledger-Dispatch, 9 juli 1947; FBI Memo van SAC, Norfolk aan Director FBI, 8 augustus 1947.8 Overigens een interessante meteoor (als het dat was) en zeker waard om bestudeerd te worden. Zo kunnen we ons bijvoorbeeld afvragen hoeveel energie er nodig is om de wolken te ‘splijten’.9 Air Intelligence Report, 100-203-79, ‘Analysis of Flying Object Incidents in the U.S.’, 2.g en foto’s 5 en 6; Email van Jan Aldrich aan Project 1947 lijst, 25 juni 1998; Lt. Col. Garrett Memorandum, 17 juli 1947.10 Stevens & Roberts, UFO Photographs: Around the World, Vol. 1, App. 1, p. 223; Arnold & Palmer, The Coming of the Saucers, p. 174. Zie voor het stoppen van de motoren verhaal ook: Jimmy Guieu, Flying Saucers Come From Another World, Hs. XI, p. 240; Harold T. Wilkins, FS on the Attack, Hs. 5, p. 75; The Truth Database website, http://www.spacepub.com/users/data/index.html; of http://www.chez.com/lesovnis/htm/morristown47.htm11 Arnold & Palmer, The Coming of the Saucers, p. 170.12 Stevens & Roberts, UFO Photographs: Around the World, Vol. 1, App. 1, p. 224; Toronto Globe and Mail, 14 september 1947. In Persinger, Space-Time Transients, Ch. 5, p. 53, № 10, vinden we een vermelding van schotels die boven een meer cirkelen op 17 augustus 1947 te Crow River, Ontario, en gefotografeerd werden.13 Harold T. Wilkins, FS on the Attack, hs. 5, p. 78. Een pagina eerder geeft Wilkins een kort relaas van foto’s, door twee getuigen te Ontario genomen op 20 september 1947, waarbij een object als een gele bal met een staart gezien werd. De foto’s lieten een ovalen witte vlek met twee melkwitte lichten erachter zien. Mogelijk is dit hetzelfde relaas als dat van de Johnson foto. Wilkins is overigens een onbetrouwbare bron als het op data aankomt. Echter, niemand lijkt te weten wanneer de Raymond Johnson foto precies gemaakt werd, en het krantenartikel zou ook nog niet ingezien zijn.14 ‘Only One Disc Reported Seen’, Victoria Daily Colonist, 10 juli 1947.15 ‘Flying Saucer Story Grows’,The Oregonian, 28 juni 1947; Stevens & Roberts, UFO Photographs: Around the World, Vol. 1, App. 1, p. 222. Harold T. Wilkins, FS on the Attack, hs. 4, p. 67.16 NARA Microfilm: Project Blue Book, № 11018, File 10.17 Arnold & Palmer, The Coming of the Saucers, pp. 170-171; Stevens & Roberts, UFO Photographs: Around the World, Vol. 1, App. 1, p. 224.18 NARA Microfilm: Project Blue Book, № 11020, File 7219 Arnold & Palmer, The Coming of the Saucers, p. 176.20 Foto van Pictures from Project Blue Book Files website, http://ufologie.net/htm/bluepics47.htm21 Arnold & Palmer, The Coming of the Saucers, p. 174.22 Foto van Pictures from Project Blue Book Files website, http://ufologie.net/htm/bluepics47.htm23 NARA Microfilm: Project Blue Book, № 11019, File 26. Foto uit: True Report On Flying Saucers, 1967.24 Joel Carpenter, ‘A Ghost Rocket Chronology’, Pt. 3, http://www.project1947.com/gr/grchron3.htm25 Illustratie van Joel Carpenter, ‘A Ghost Rocker Chronology’, Pt. 4, http://www.project1947.com/gr/grchron4.htm26 Stevens & Roberts, UFO Photographs: Around the World, Vol. 1, App. 1, p. 222. Bron was

Page 29: Ufo’s in 1947

Atlanta Constitution, 5 september 1973.27 Harold T. Wilkins, FS on the Attack, hs. 5, p. 78; ook in Stevens & Roberts, UFO Photographs: Around the World, Vol. 1, App. 1, p. 224.28 Walt Crowley, ‘Lake City resident takes first published photograph of a so-called flying saucer on July 4, 1947’, 8 february 1999, HistoryLink Database, The Online Encyclopedia of Washington State History, http://www.historylink.org/_output.CFM?file_ID=871 Gebruikte als bronnen: Kenneth Arnold and Ray Palmer, The Coming of the Saucers, (Boise, ID, and Amherst, WI: Private, 1952); Walt Crowley, “They Came From Way Out Here,” Seattle Weekly, June 25, 1997; Seattle Post-Intelligencer, July 5, 1947, p. 1. Voor de foto zie ook Arnold & Palmer, The Coming of the Saucers, pp. 17, 181.29 Foto van HistoryLink Database.30 Foto uit Weverbergh, De ufo-carrousel, p. 146.31 Foto van Pictures from Project Blue Book Files website, http://ufologie.net/htm/bluepics47.htm Doch enkele pagina’s verder zien we dezelfde foto met het bijschrift ‘Johnson Island, oktober 1961’, http://ufologie.net/htm/bluepicsftd.htm32 Met erachter varianten op de namen of de initiaal waaronder deze foto wel bekend staat.33 Illustratie uit: Martin Kottmeyer, ‘Resolving Arnold - Part 2: Guess Again’, The REALL News, Vol. 5, № 7, http://www.reall.org/newsletter/v05/n07/resolving-arnold-part-2.html (Kottmeyer haalde de illustratie uit Steiger, Project Blue Book [hs. 1], ze komt in de Nederlandse editie niet voor en mijn Amerikaanse Ballantine 1987-editie was te gelig voor een goede reproductie; ook mijn versie van het Frank Brown 4th AF CIC Memo bleek niet reproduceerbaar - Ivo). Zie ook de Kenneth Arnold pagina’s op de Project 1947 website, http://www.project1947.com/fig/kabrown.htm en http://www.project1947.com/fig/ka.htm voor het Frank Brown, 4th AF CIC Memo.34 Zie bijv. Kottmeyer (‘The Saucer Error’, The REALL News, Vol. 1, № 4, mei 1993, http://www.reall.org/newsletter/v01/n04/index.html), die het volgende stelt om de populariteit van de schotelvorm te verklaren: “The reason excited imaginations didn’t come up with hundreds of radically different variations is that they were constrained by Bequette’s description of the objects.”35 Dallas, Daily Times Herald, 1 juli 1947.36 Email Jan Aldrich aan Project 1947 discussielijst, 5 mei 1997. In sommige krantenberichten uit 1947 vinden we dat schotels langs ‘zippen’. Zo bijvoorbeeld in de El Paso Herald-Express van 8 juli.37 ‘Blijvende opwinding over de vliegende braadpannen’, Leeuwarder Courant, 8 juli 1947.38 CUFOS Associate Newsletter, februari-maart 1984, p. 3. Oorspronkelijk 17 april 1950 uitgezonden. Te vinden op Project 1947 website, http://www.project1947.com/fig/kamurrow.htm39 Ook verschenen in People’s Favorite Magazine, Vol 30, № 1, 25 maart 1919.40 Locke, Worlds Apart, ‘Introduction’.41 Zie Chris Aubeck, ‘The Sport of Flying Saucers’, http://caubeck.tripod.com/the_sport_of_flying_saucers/index.html 42 Voor dit stuk werd, naast de in de respectievelijke noten genoemde bronnen, krantenberichten en officiële documenten, onder meer gebruik gemaakt van de volgende bronnen: Scott Allen Munro, ‘The Roswell Incident in its Historical Context’, http://www.parascope.com/articles/0797/rainufo.htm; Kevin Randle, A History of UFO Crashes; Randle, The UFO Casebook; Randle & Schmitt, UFO Crash at Roswell; Randle & Schmitt, The Truth about the UFO Crash at Roswell; Berlitz & Moore, The Roswell Incident; Friedman & Berliner, Crash at Corona; Jenny Randles, UFO Retrievals; Scully, De Jacht op de Vliegende Schotels; de Project 1947 website, http://www.project1947.com; Kenny Young, ‘1947 UFO crashes’, TASK website, http://home.fuse.net/ufo/47index.html; David Rudiak, ‘New Mexico Area UFO Reports, June/July 1947’, 2002, http://roswellproof.homestead.com/NM_UFO_Reports.html; David Rudiak, ‘Texas Area UFO Reports, June/July 1947 (Includes Oklahoma and Arkansas)’, 2003, http://roswellproof.homestead.com/Texas_UFO_Reports.html43 San Antonio Evening News, en Light, 1 juli 1947; ook in Dallas Daily Times Herald, 1 juli 1947.

Page 30: Ufo’s in 1947

44 El Paso Times, 28 & 29 juni 1947; El Paso Herald-Post, 28 juni 1947; Hobbs N.M. Daily News-Sun, 28 juni 1947; Albuquerque Journal, 29 juni 1947; Las Cruces Sun-News, 29 juni 1947.45 San Antonio Express, en Light, 2 juli 1947.46 United Press Wire Story, 6 juli 1947; Idem, 7 juli 1947.47 Phoenix Arizona Republic, 8 juli 1947; Phoenix Gazette, 8 & 9 juli 1947.48 Memo van Lt. Kolonel Garrett, 22 juli 1947; Las Vegas Review-Journal, 9 juli 1947; Memorandum to the Press, no. M-26-49, 27 april 1949, Office of Public Information, Washington, D.C.49 Fawcett & Greenwood, The UFO Cover-up, hs. 10. Door handig en misleidend gemanipuleer van Berlitz en Moore in hun The Roswell Incident doen zij het voorkomen of Hoover instemde met onderzoek naar gelande schotels, dit door het deel van de memo waarin assistent directeur David M. Ladd, die aanbeveelt ze niet te onderzoeken - waarmee Hoover instemt - weg te laten. Van “La-zaak” maken zij vervolgens Sw, voor Southwest, en doen het voorkomen of het memo op Roswell - in het zuidwesten van de VS gelegen - betrekking had.50 Fawcett & Greenwood, The UFO Cover-up, hs. 10.51 United Press Wire Story, 7 juli 1947. Ruppelt verhaalt in een artikel van iets soortgelijks; het illustreert goed de vliegende schotel-gekte van die dagen: “Within a few days after Arnold’s sighting, youngsters were tossing paper plates over our lodge at Yellowstone and yelling, “Saucer, saucer!” Some of the tourists started seeing things and would come in and tell about them, as if their vacation was complete.” (Edward Ruppelt, ‘Why Don’t The Damn Things Swim - so we can turn them over to the Navy!’, The True Report On Flying Saucers, 1967).52 United Press Wire Story, 7 juli 1947; Phoenix Arizona Republic, 7 juli 1947; Phoenix Gazette, 7 juli 1947; Flagstaff Arizona Daily Sun, 7 juli 1947.53 Kansas City Star, 7 juli 1947.54 Circleville Herald, 5, 7, 8, 9 juli 1947; Los Angeles Examiner, 5 juli 1947; Portland, Oregonian, 6 juli 1947.55 Roswell Morning Dispatch, 8 juli 1947.56 Vrije vertaling van Vandenburg [sic] ‘Desk Log’, 7 juli 1947. Met dank aan Project-1947.57 Austin American, 8 juli 1947; Wichita Falls Record-News, 8 juli 1947; San Antonio Express, 8 juli 1947; Roswell Morning Dispatch, 8 juli 1947.58 Cedar Rapids Gazette, 7 juli 1947; zie ook Randle, The UFO Casebook, pp. 217-224. Een curieuze variant op dit verhaal is in Renate Vesco, Intercept UFO te vinden (hs. 1, pp. 13 e.v.); daarin heet de piloot Vernon Blair, zag hij in de cabine van de ufo een man liggen, en zou de lokatie waar het object neerkwam door de legerstaf te Bozeman met helikopters zijn afgezocht. Vesco geeft geen enkele bron voor zijn fantasieverhaal.59 The Ceylon Observer, 9 juli 1947; Las Vegas Review-Journal, 9 juli 1947.60 The Cincinnati Enquirer, 8 juli 1947.61 Office Memorandum, United States Government, van SAC, Los Angeles, aan de directeur van de FBI, 17 juli 1947. Verder kranten van 10 juli 1947.62 FBI Detroit teletype aan directeur FBI, 5 augustus 1947. Zie ook Joel Carpenter, ‘The Midland Fireball: Dow Chemical’s Early Involvement with UFOs’, op http://www.project1947.com/dow.htm63 FBI Teletype, 18 juli 1947.64 The Cincinnati Times-Star, 8 juli 1947; The Cincinnati Post, 8 juli 1947; The Kentucky Post, 7 juli 1947.65 Office Memorandum, United States Government, van SAC, Milwaukee, aan de directeur van de FBI, 12 augustus 1947; Chicago Daily News, 11 juli 1947; Lewiston, Idaho, Daily Tribune, 12 juli 1947.66 Voor verdere waarnemingen in de omgeving van Twin Falls in 1947, zie bijvoorbeeld Steiger, Project Blue Book, hs. 7, p. 132 (geval IX); Vallee, Passport to Magonia, № 62; Hynek, The Hynek UFO Book; Twin Falls, Idaho, Times News, 15 augustus 1947; Project Sign Report, №s 64, 75 en 76; en zie ook Mark Cashmans site http://www.geocities.com/~mcashman/ufo/index.htm voor een

Page 31: Ufo’s in 1947

visie op het object dat A. C. Urie op 13 augustus 1947 zag.67 Chicago Daily News, 11 juli 1947; FBI Memorandum, via SAC, Milwaukee, aan de directeur van de FBI, 12 augustus 1947; Memorandum to the Press, no. M-26-49, 27 april 1949, Office of Public Information, Washington, D.C.68 UP Persbericht, 11 juli 1947, in Het Laatste Nieuws, Brussel, 12 juli 1947.69 FBI Teletype, 16 juli 1947; Memorandum to the Press, no. M-26-49, 27 april 1949, Office of Public Information, Washington, D.C.70 Larry W. Bryant, ‘Harry S. Truman’s UFO Americana’, http://www.presidentialufo.com/truman_ufo.htm71 ‘Brad Sparks rebuttal to Barry Greenwood’s UFO Historical Revue № 11’, CUFON website, http://www.cufon.org/contributors/Sparks/Sparks_Rebut_Ramey_Message.pdf72 Office Memorandum, United States Government, van SAC, Springfield, aan de directeur van de FBI, 20 augustus 1947.73 E-mail van Jan Aldrich aan Project-1947 lijst, 16 mei 1999.