Tijding dec14
-
Author
izb-passie-voor-missie -
Category
Documents
-
view
234 -
download
4
Embed Size (px)
description
Transcript of Tijding dec14
-
tijdingLedenblad van de IZB, jaargang 76, nr. 4
Martijn Weststrate aan de slag bij Licht op Zuid
Vertrekkende Louis Wllschleger over discipelschap
Vreemdeling is bijnaam van christen; geen eigennaam
Veranderen schijnt niet te
mogen
-
Het onaantastbare fundamentC O L U M N Mijn doop slopen ze nooit, zei de man. Al breken ze alle kerken af, mijn doop slopen ze nooit. Hij huilde. Ongeveer tachtig jaar was hij. Samen stonden we op de hoek van
de Fahrenheitstraat in Den Haag. Het was 1990, bijna 25 jaar geleden. Tegenover ons
rees de Westduinkerk op. Een grote kerk uit het begin van de twintigste eeuw, met
meer dan 1000 zitplaatsen. In de loop van de tijd hadden er coryfeen gestaan; grote
namen als dr. K. Dijk en dr. B. Wentsel. Ooit ging de kerk een half uur voor het begin
van de dienst open en dan moest je al een half uur in de rij gestaan hebben, als je een
zitplaats wilde hebben. De ontkerkelijking had ook hier toegeslagen. Eind jaren tachtig
was besloten om de kerk te sluiten, het gebouw te slopen en de grond te verkopen.
Er staat nu een filiaal van een nationale supermarktketen. Elke zondag open, je kunt er
altijd terecht voor je boodschappen, maar niets herinnert nog aan de boodschap die
ooit gratis werd aangeboden.
Samen stonden we erbij, de oude man en ik. Een zware gietijzeren bal aan de
sloperskraan begon heen en weer te zwaaien. Eerst werd het kruis van de toren
geslagen. Daarna werd de toren zelf in elkaar gebeukt. Ik vergeet het moment nooit.
De oude man huilde. Meneer, zei hij tegen me, hier ben ik gedoopt, hier ben ik later
getrouwd, mn kinderen zijn hier gedoopt, ze zijn hier ook getrouwd, mn vrouw is hier
uitgedragen Hier ligt mijn leven en het voelt of er een stuk van mijn leven
afgebroken wordt. Maar, zei hij, al breken ze alle kerken af, mijn doop slopen ze nooit.
Daarmee liet hij merken dat zijn doop voor hem bij de belangrijkste dingen van zijn
leven hoorde. En dat niet alleen. De doop is het onaantastbare fundament van alles.
Niemand is bij machte om die te runeren. Baptizatus sum, riep Luther tegen de
aanvechting in; ik ben gedoopt! Dat fundamentele besef moeten we nooit kwijtraken.
De doop is het bad van de wedergeboorte, schrijft een van de apostelen. Je gaat in
het water van de doop onder en je komt er herboren uit: nieuw leven! Dat gaat
trouwens niet alleen over de wending in jouw leven. De doop verwijst naar de
belangrijkste wending in de geschiedenis: Christus is gestorven en opgestaan.
Het kan daarna nooit meer zijn zoals daarvoor. En niemand zal kruis en opstanding
ooit ongedaan maken. Als er ergens houvast ligt voor dit leven en het toekomende,
dan is het daar.
Bij Christus zelf.
Louis Wllschleger,
directeur
Al breken ze alle kerken af, mijn doop slopen ze nooit.
Verlegenheid en verlangen
Vrijdag 14 november jl. verzorgde de IZB een presen-
tatie tijdens de vergadering van de Generale Synode,
over twee woorden, die de laatste tijd vaak terugkeren
in gesprekken met kerkenraden en gemeenteleden:
verlegenheid en verlangen. Er is verlegenheid over de
innerlijke secularisatie, over de moeite om mensen
buiten de kerk, maar ook de opgroeiende generatie
binnen de eigen gemeente te bereiken met het
evangelie. Tegelijk is er een diep verlangen naar een
werkelijke ontmoeting met God. De woorden verle-
genheid en verlangen zijn voor mij onlosmakelijk
verbonden met twee andere, zei IZB-directielid Jurjen
de Groot: afhankelijkheid en ontvankelijkheid.
Verlegenheid betekent beslist niet dat wij er niet voor
gn, hield ds. Louis Wllschleger de synodeleden
voor. Integendeel, het is onze passie: Christus present
onder de mensen. Daar gaat het ons om. Samen met
u, samen met heel de kerk. In alle diversiteit die wij in
de kerk hebben, is dit ons gemeenschappelijke
verlangen, als de grootste zegen die een mens ten
deel kan vallen.
Tijding december 201402
-
Een geduldige
Als de missionaire werker wordt benoemd, dan Martijn Weststrate had
als gemeentelid van de Rotterdamse Maranathakerk dat zinnetje al vaak
met veel verwachting horen uitspreken. Niet zo snel had hij daarbij gedacht
dat hij zelf op deze plek terecht zou komen. Vijf maanden geleden werd hij
verbonden aan het missionaire project Licht op Zuid.
herder
We kuieren onder een paraplu over de markt aan het
Afrikaanderplein. Het miezert een klein beetje, maar dat
lijkt niet nadelig voor de klandizie. Vis, groente, kleding,
sieraden, vrijwel elke kraam van de grote markt heeft
klanten. Alleen de skyline verraadt dat we in Rotterdam-
Zuid zijn; in de verte zien we de kantoortorens van de
binnenstad.
Afrikaanderwijk, Bloemhof, Hillesluis, dit is het werkter-
rein van Licht op Zuid. Ruim 30.000 inwoners, van wie
80% van allochtone komaf is: Turken, Marokkanen,
Surinamers, Antillianen. Het opleidingsniveau is laag,
velen verlaten de school zonder diploma. Een derde van
de bevolking is jonger dan 19 jaar. Zeven op de tien
wijkbewoners moeten zien rond te komen van een
minimuminkomen, ruim een kwart heeft zelfs minder.
Er is veel armoede en eenzaamheid. Veel mensen
wonen alleen.
Het project Licht op Zuid kende vier jaar geleden een
explosieve start. Een grote groep vrijwilligers uit de
Maranathakerk meldde zich na een bezinning op het
thema kerk voor de buurt nadat Theo Visser in samen-
werking met de kerkenraad tijdens opening winterwerk
een oproep deed voor het missionaire werk in de wijk.
In korte tijd kwamen er een paar Alpha-cursussen, en op
verzoek van de enthousiaste deelnemers werden zon-
dagse samenkomsten georganiseerd. Eerst maandelijks,
maar al gauw tweewekelijks, in een zaal naast de kerk.
Afgelopen zondag waren er zestig mensen; dat was een
Martijn Weststrate,
verbonden aan het missionaire project
Licht op Zuid
december 2014 Tijding 03
-
Via zijn vriendin Jorien inmiddels zijn vrouw maakte
theologiestudent Martijn kennis met het project. Zij was
betrokken bij de oprichting; ik kwam er als toeschouwer,
later als medewerker. Ik hielp af en toe bij de organisatie
en leidde een keer een bijbelstudie. In die periode hoorde
ik nogal eens mensen zeggen: Als de missionaire werker
wordt benoemd, dan. Ik had dan altijd de neiging om
de zin af te maken met dan moet je vooral doorgaan
met wat je nu doet. Er werd na al die jaren uitgekeken
naar een missionair werker.
Martijn: Na mijn studie werkte ik in de Pelgrimvaderskerk
in Rotterdam-Delfshaven. In de hectische weken vlak vr
onze trouwerij verscheen de vacature voor Licht op Zuid.
We gingen wonen in de wijk Bloemhof. Ik solliciteerde,
maar had teveel aan mn hoofd om me er goed op te
concentreren. Tijdens het gesprek kreeg ik te horen dat
ik nog te weinig ervaring had. De eerste vacatureronde
eindigde zonder benoeming. Toen de advertentie opnieuw
werd geplaatst, besloten mijn vrouw en ik samen te
solliciteren. We hebben er veel voor gebeden. In de
aanloop naar de gesprekken las ik in mijn stille tijd over
Samul die David zalft tot koning. De mens ziet aan wat
voor ogen is, maar God ziet het hart aan. Iemand in de
gemeente zei me: Niemand schatte u gering om uw
representatieve opkomst. Soms zit de zaal ook helemaal
vol, zegt Martijn. In een wijk met zoveel eenzaamheid
werkt een gastvrije gemeenschap al gauw als een
magneet. Zeker als er ook een gratis maaltijd te krijgen is.
Je zult maar de hele dag alleen thuis voor de tv zitten en
s avonds in je uppie een magnetronmaaltijd eten. Het
lijkt wel n grote familie, zei een vrouw, die met haar
zoontje spontaan langs was gekomen. Yes! denk ik
dan. Prachtig, als mensen zeggen: Kijk hoe lief ze elkaar
hebben. Dat is een antwoord op de eenzaamheid.
Betekenisvol. Maar ht antwoord is dat ze ontdekken dat
God van hen houdt. Hopelijk draagt onze gemeenschap
daaraan bij.
Vliegende start
Naast de zondagse activiteiten is de wekelijkse bijbelstu-
die een pijler in het werk van Licht op Zuid. De groep telt
intussen zon 20 mensen. Splitsing is noodzakelijk.
Daarnaast is er ook bloeiend kinderwerk - elke dinsdag
en op de zondagen dat er vieringen zijn.
De vliegende start heeft wel eens een wissel getrokken op
de mensen van het eerste uur. Veel vrijwilligers doen het
werk voor Licht op Zuid naast hun volledige baan. Als je
met wekelijkse bijbelstudies begint, inclusief maaltijden,
dan is dat best zwaar.
Tijding december 201404
-
jeugdige leeftijd, maar wees een voorbeeld voor de
gelovigen, mijn belijdenistekst, 1 Timothes 4:12.
In juni werd Martijn bevestigd als missionair werker, in
een dienst in de Maranathakerk. Ik ervoer het als een
grote zegen, dat het geen exclusief Licht-op-Zuid-feestje,
maar een zaak van de hele gemeente was. De gemeente
draagt het project.
Geen taboe
Preken, kinderwerk, kringen, bezoekwerk, Alpha-cursus-
sen het risico is groot dat je je verliest in uitvoerend
werk, realiseerde Martijn zich. Ik ben geen zeepkist-type,
meer een herder.
Op advies van een collega maakte hij in de eerste weken
na zijn aanstelling afspraken met mensen die de wijk
kennen: de huisarts, de wijkagent, de wijkverpleegkun-
dige en de stadsmarinier. De kerk heeft veel goodwill;
ze waren graag bereid om met me te praten. In deze
multiculturele setting is een gesprek over geloof geen
taboe. De keerzijde is dat je ook veel bijgeloof tegenkomt,
ook bij degenen die in God geloven. Dat vraagt tact en
geduld. Trouwens, ook bij onszelf is er vaak nog genoeg
op te ruimen.
Lange weg
Geduld is een term die vaker valt in het gesprek. In het
missionaire werk kun je soms zo gericht zijn op zichtbaar
resultaat, dat je vergeet dat het proces van tot-geloof-
komen tijd kost. Dan denk ik: hoe lang heeft het wel niet
bij mijzelf geduurd? Pas op mijn 19e deed ik belijdenis.
Negentien jaar, terwijl ik op tal van punten zon voor-
sprong had ten opzichte van de mensen hier in de wijk.
Ik groeide op in een christelijke omgeving, met ouders die
het geloof voorleefden. Ik ging naar een christelijke
school en mijn sociale netwerk bestond uit christenen.
Het duurde toch nog negentien jaar, voordat ik bewust tot
geloof kwam. En dan betrap ik mezelf erop dat ik tijdens
een bijbelstudie met buurtbewoners denk: hoe vaak heb
ik dit al niet uitgelegd en ze pakken het nog niet Ik leer
uit mijn eigen levensloop om geduld te hebben om een
lange weg met mensen te gaan. Tegelijk doet dat niets af
aan het appl, om vandaag je leven aan Jezus toe te
vertrouwen. Want alleen in Hem is het behoud.
Na een paar maanden orinteren en intensief overleg met
de medewerkers heeft Martijn een jaarwerkplan opge-
steld. Daarin wordt stevig ingezet op het bouwen aan
gemeenschap. De activiteiten zijn er op gericht dat
deelnemers van Licht op Zuid groeien naar een hechte
december 2014 Tijding 05
-
De IZB is voor haar werk in grote mate afhankelijk
van giften van particulieren. Als u zo nu en dan een
geldbedrag overmaakt voor ons missionaire werk,
dan is het volgende voor u van belang.
Als u geld schenkt aan goede doelen, heeft u bij het
invullen van uw belastingformulieren recht op een
aftrekpost. Althans, alleen als u meer schenkt dan
1% van uw inkomen (tot een max. van 10 %).
Die drempels maken dat u achter het net kunt vissen.
In bepaalde gevallen mag u uw gift wel volledig
aftrekken vanaf de eerste tot de laatste euro, maar
dan dient u een overeenkomst aan te gaan met de
IZB, waarin u vastlegt dat u minimaal vijf jaar op rij
hetzelfde bedrag zult overmaken (of indien eerder,
bij overlijden). In dat geval is elke euro die u geeft
aftrekbaar.
Voorheen moest zon overeenkomst worden vast-
gelegd bij de notaris, maar die eis is per 1 januari 2014
vervallen. U kunt dus rechtstreeks met de IZB een
overeenkomst sluiten. Een formulier daarvoor vindt
u op onze site, www.izb.nl (We kunnen u ook een
exemplaar toezenden, als u even contact opneemt
via 033-4611949). Het ingevulde en ondertekende
formulier kunt u naar de IZB sturen, wij ondertekenen
dan op onze beurt en daarmee is de regeling van
kracht.
Voordeel
Een rekenvoorbeeld kan snel duidelijk maken wat het
voordeel van zon overeenkomst is. Stel, u verdient
60.000 en schenkt 1.000,- aan de IZB. Daarvan is
dan 600, namelijk 1% van uw inkomen, niet aftrek-
baar. Omdat u 52% belasting betaalt, betaalt u dankzij
de gift 208 minder belasting (52% van 400). Zou u
de gift uitsmeren over vijf jaar (jaarlijks 200) en u
legt dat vast in een overeenkomst, dn krijgt u in totaal
520 belasting terug. De periodieke schenking levert
u dan dus 312 extra belastingvoordeel op, ten
opzichte van de schenking ineens.
Misschien dat u aarzelt om een verplichting voor
vijf jaar aan te gaan. Want wat nu als er onverwachte
wijzigingen optreden? Je zult maar arbeidsongeschikt
of werkloos worden Om te voorkomen dat u in de
problemen komt, kunt u een clausule opnemen,
waarin wordt overeengekomen dat in die situaties
de aangegane verplichting vervalt.
Als u weleens een gift overmaakt aan de IZB
blanke voorganger, want dan gaat er toch iets mis. Ook
bij de keuze van liederen en de bijbelvertaling wordt gelet
op de doelgroep. Zelfs de Nieuwe Bijbelvertaling is voor
velen al te ingewikkeld, laat staan de psalmberijmingen.
Niet dat de Bijbel in gewone taal een oplossing is; de
meeste bezoekers zijn tv-kijkers, ze zijn totaal niet gewend
te lezen. Liederen moeten eenvoudig zijn, met veel
herhaling. Ik herinner dat we onlangs Ja God is goed
zongen; ieder in zijn eigen taal. Dat vinden ze prachtig.
Diep in mijn hart vind ik eigenlijk dat Licht op Zuid zou
moeten integreren in de gemeente van de Maranatha-
kerk. Dat zou het ideaal zijn, maar ik weet niet of de tijd
daar nu al rijp voor is. Ik hoop in elk geval dat beide
gemeenschappen steeds meer naar elkaar toegroeien
en over en weer veel van elkaar leren. Als je gepokt en
gemazeld bent in de kerk, is het niet vanzelfsprekend dat
je bereid bent te leren van niet-gelovigen. Ik kom regel-
matig bij een buurtbewoner die zoveel problemen heeft,
dat ik, als ik in zijn schoenen zou staan, geen nacht meer
goed zou slapen. Maar elke keer als ik bij hem kom,
verbaas ik me over de gastvrijheid waarmee hij me
ontvangt. Daar leer ik van.
gemeenschap, van mensen die samen Jezus leren
volgen. Medewerkers uit de Maranathakerk krijgen
de vraag voorgelegd zich voor een langere periode te
committeren aan het werk van Licht op Zuid, als steun-
pilaren op geestelijk, organisatorisch en materieel vlak.
Ook wijkbewoners worden gestimuleerd om de
schouders onder het werk te zetten. Het is niet de
bedoeling dat Licht op Zuid een servicepunt wordt voor
de wijk, staat in de nota. We willen maximaal mensen
proberen te activeren mee te werken, te verbinden en
laten participeren.
Achtergrond
Martijn: We willen in de samenkomsten zo veel mogelijk
rekening houden met de achtergrond van de bezoekers.
Dat betekent dat we niet in elke dienst kiezen voor een
We willen maximaal mensen proberen te activeren mee te werken, te verbinden en laten participeren.
Tijding december 201406
-
Kort na de zomer meldde ds. Louis Wllschleger tot ieders verrassing dat hij met ingang
van 1 januari 2015 vertrekt. Bijna vijf jaar heeft hij dan leiding gegeven aan de organisatie.
In een terugblik op die periode concentreren we ons op de herontdekking van het thema
discipelschap. Het gaat om een levenshouding waarin Christus gestalte krijgt.
is door en door
missionair
Discipelschap
07december 2014 Tijding
-
De IZB heeft vooral op jouw initiatief discipelschap
omarmd als focus voor het meerjarenbeleid. En dat
terwijl je toch behoorlijk bent benvloed door Kohlbrugge.
Het kan verkeren.
Dat ervaar ik niet als een tegenstelling. Ik ben afkomstig
uit de rechterflank van de gereformeerde gezindte.
Het geestelijke klimaat thuis was beslist niet wettisch,
maar de bevindelijke vroomheid loopt toch altijd het
gevaar mens-middelpuntig te worden, met als gevolg
dat je teruggeworpen wordt op jezelf. Tegen die achter-
grond was de kennismaking met Kohlbrugge in mijn
studietijd een grote bevrijding. Via zijn werk ontdekte ik
dat het heil echt buiten onszelf ligt; niet alleen als het gaat
om de rechtvaardiging, maar ook wat betreft de heiliging.
Dankzij die doorbraak voel ik me tot op de dag van
vandaag diep verbonden met Kohlbrugge.
In latere jaren, toen ik predikant was in Den Haag, kwam
Calvijn terug en achter hem de Vroege Kerk. De situatie
van de gemeente in de grote stad had allerlei parallellen
met de eerste christelijke gemeenten, die hun weg
moesten zoeken in een heidense wereld en geroepen
waren om daarin gestalte te geven aan het getuigenis
van Christus.
In het werk voor de IZB kwamen voor mijn gevoel al die
lijnen bij elkaar. De Kohlbruggiaanse inslag ben ik nooit
kwijtgeraakt, al ga ik nu veel minder schematisch om met
de vragen van rechtvaardiging en heiliging. Onbevange-
ner. Het is net of je op een gegeven moment die dilem-
mas wat voorbij raakt.
Ze worden gerelativeerd, door de vragen van deze tijd?
Ik weet niet of ik de term gerelativeerd zou gebruiken.
Misschien meer gentegreerd. Ik geloof dat ook in onze
tijd het accent op de pure genade enorm bevrijdend is.
Ook voor mensen die nog niet zoveel zicht op het evange-
lie hebben, is het van grote betekenis om te zien wat het
inhoudt, dat je heil buiten jezelf ligt, dat je waarde als
mens niet afhankelijk is van je prestaties.
Hoe is het thema discipelschap op je pad gekomen?
Tijdens mijn predikantschap in Den Haag was ik er
eigenlijk al mee bezig, al benoemden we het toen niet zo.
Indertijd ben ik intensief bezig geweest met de eerste
Petrusbrief en ik herinner me dat het een openbaring
voor me was dat de apostel daarin zozeer de nadruk legt
op de levenswandel, de dagelijkse navolging, als kern van
een missionaire levenshouding. De levenswandel van
christenen wordt volgens Petrus gekenmerkt door
weldoen, goed doen en daarin krijgt Christus zelf
gestalte. Op die manier verkondigden de lezers van
de Petrusbrief dat ze een God dienden die deugt.
Bij de hernieuwde kennismaking met het missionaire
werk in ons eigen land, raakte ik er opnieuw van door-
drongen hoe fundamenteel het is dat wij niet alleen
woorden spreken, maar dat onze hele levenshouding is
gestempeld door Christus zelf. Bevindelijke vroomheid,
gekoppeld aan betrokkenheid op de werkelijkheid van
alledag, ook op de samenleving, daar draait het om.
Je merkt nogal eens dat die twee uit elkaar worden
gehaald, maar het gaat juist om de integratie van beide.
Dat vind je terug in het begrip discipelschap. Ik heb deze
jaren trouwens ook heel veel geleerd van mensen die
werken in de internationale zending. Het is heel leerzaam
om met de ogen van christenen van elders in de wereld
te kijken naar onze situatie.
De keuze voor discipelschap is niet door iedereen met
gejuich begroet. Waarom heeft de IZB hier opeens
behoefte aan? vroegen sommigen achterdochtig.
De term is eeuwenlang niet gebezigd en nu loopt men
er massaal achteraan.
Iedere tijd krijgt zijn eigen woorden. Ik sta er wat dat
betreft tamelijk onbevangen in. Persoonlijk ervaar ik dit
woord als een geschenk. Het is door en door bijbels en
het helpt ons om vandaag te zeggen waar het op aan-
komt. Ik vergelijk het vaak met andere momenten uit de
kerkgeschiedenis, de opkomst van de Moderne Devotie
of de Reformatie en de Nadere Reformatie. Je kunt een
aantal factoren noemen die verklaren waarom de tijd er
destijds rijp voor was. Per saldo was het toch een
geschenk aan de kerk. Zoiets ervaar ik ook vandaag rond
discipelschap. Het is meer iets wat je ontdekt, dan iets
dat je verzint. Eerder iets wat je ontvangt, dan iets wat
je verovert.
Andere critici vroegen zich af waarom uitgerekend een
missionaire organisatie discipelschap hoog op de agenda
zou moeten zetten. Loop je niet het risico dat je met de
nadruk op de toerusting van gemeenteleden als discipe-
len op de weg van de navolging, de blik naar binnen
richt?
Discipelschap is naar mijn diepste overtuiging een door
en door missionair woord, dus ik snap die kritiek niet. Het
woord is ontleend aan Mattes 28, waar Jezus zegt:
Maakt de volken tot mijn discipelen. Er is in de grond-
Bevindelijke vroomheid, gekoppeld aan betrokkenheid op de werkelijkheid van alledag, ook op de samenleving, daar draait het om.
Leven met de verwachting van de wederkomst van Christus is geen vlucht uit het heden, integendeel.
Tijding december 201408
-
tekst verwantschap tussen het discipelen maken en het
werkwoord leren. In allerlei beschouwingen over
discipelschap wordt vaak verwezen naar de tekst uit
Mattes 11: Leert van Mij dat ik zachtmoedig ben en
nederig van hart. Ga eens na: staan christenen erom
bekend dat ze zachtmoedig zijn en nederig van hart?
Het gangbare imago van kerkmensen is helaas eerder het
tegendeel, namelijk dat we het altijd beter weten, dat we
iemand al veroordeeld hebben, nog voordat er een woord
is gezegd. De eerste les voor discipelschap is: nederig-
heid, zachtmoedigheid.
Die tekst uit Mattes 11 staat niet op zichzelf. Toen ik
vanuit Mattes 28 (het zendingsbevel) op zoek ging,
merkte ik dat er in het Mattes-evangelie drie teksten zijn
waarin het werkwoord leren voorkomt. Naast Mattes 11
komt het ook in de hoofdstukken 9 en 24 voor. In hoofd-
stuk 9 staat een formulering die bijna letterlijk gelijk is
aan het zendingsbevel. Na de roeping van Levi zegt Jezus
tegen de morrende Schriftgeleerden: Maar ga heen en
leer wat het zeggen wil: Ik wil barmhartigheid en geen
offer. Als ik het heel vrij vertaal, zegt Hij eigenlijk: Jullie
zijn nu wel heel binnenkerkelijk bezig met je cultus en
Verrassend veel gemeenten doen een beroep op de IZB, omdat ze juist vanwege de missionaire roeping van de gemeente bij de vragen van het hart terecht willen komen.
Afscheid in dankbaarheid
Louis Wllschleger is oud-bestuurslid, oud-voorzitter en
binnenkort ook oud-directeur van de IZB. Hij begon zijn
ambtelijke loopbaan in 1977, in de Hervormde gemeente
te Tholen. Van 1982 tot 1992 was hij predikant te s-Graven-
hage, daarna diende hij de Hervormde gemeente te
Middelburg.
Vanaf 2001 was hij secretaris van de provinciale synode in
Zeeland, totdat deze functie, bij de totstandkoming van de
Protestantse Kerk in Nederland in 2004 werd omgevormd
tot regionaal adviseur van de classicale vergaderingen in
dezelfde provincie. Daarnaast was hij parttime werkzaam in
de Protestantse gemeente te Middelburg (wijkgemeente
De Ontmoeting). Sinds 1 februari 2010 was hij directeur
van de IZB. Afgelopen zomer nam hij het besluit om per
1 januari 2015 terug te treden. In het gesprek ter gelegen-
heid van zijn afscheid concentreren we ons op het thema
dat mede dankzij Louis hoog op de agenda van de IZB
staat, discipelschap. De verleiding is anders groot om
allerlei momenten uit zijn IZB-periode langs te lopen:
De benoeming van bijzonder hoogleraar Herman Paul
(en zijn Davidische moed om de Goliath van de secularisa-
tie te lijf te gaan), de sluiting van de IZB-Ark-boekhandel
(zonder twijfel ht dieptepunt van de afgelopen jaren.
Het ontslag van personeelsleden ging me aan het hart),
de promotie van Wim Dekker en het verschijnen van diens
boek Marginaal en missionair (Hij betekent veel voor
de IZB).
Vrijwillig vertrekken bij een organisatie waar je verknocht
aan bent - het besluit heeft vragen opgeroepen. Louis: Dat
snap ik. Toch vertrek ik in dankbaarheid en zonder nega-
tieve overwegingen. Dankbaar ben ik voor al die mensen
die zich inzetten voor de missionaire roeping van de
gemeente en die dat doen met de passie van Christus zelf.
Voor de ontwikkelingen in de missionaire oefenplaatsen:
de inzet van de missionaire werkers, de betrokkenheid van
gemeenten, partnerschap, de vele sponsors van de
projecten. Dankbaar ben ik ook voor de missionaire
trajecten die we met kerkenraden in veel gemeenten
ontwikkelen.
Ik vond mijn besluit om terug te treden in eerste instantie
ook een vervreemdende ervaring, want ik ben erg ver-
groeid met de organisatie en het werk. Maar de overtui-
ging groeide dat mijn taak bij de IZB erop zit.
december 2014 Tijding 09
-
ons toch op het geheel van de gemeente te richten.
Daarbij moeten we ook kritisch naar onszelf durven
kijken. Zijn wij er niet mede debet aan dat niet de hele
gemeente in het vizier kwam? Als we te gast waren voor
een cursus of een gemeenteavond, zagen we vaak
dezelfde groep mensen, een fractie van de totale
gemeente, en we hebben ons er lang bij neergelegd dat
we niet verder kwamen. Dat stelt indringende vragen aan
onszelf. We zijn lang in de activiteitenmodus blijven
hangen. Misschien is dat er mede oorzaak van dat we
vaak maar een klein deel van de gemeente bereikten.
Mensen zijn moe van al die activiteiten. Er is nu een
beweging op gang gekomen waarin je dat in snel tempo
ziet veranderen. Verrassend veel gemeenten doen een
beroep op de IZB, omdat ze juist vanwege de missionaire
roeping van de gemeente bij de vragen van het hart
terecht willen komen. Ik ben daar ontzettend dankbaar
voor. Dat opent meteen ook weer de weg voor het
onloochenbare feit dat de missionaire roeping een zaak is
van de gehele gemeente, of misschien beter: de
gemeente als geheel.
Ben je optimistisch over de kerk?
Over de kerk denk ik niet in termen van pessimisme en
optimisme. Wim Dekker raadt ons in zijn publicaties aan
om scherp te letten op ontwikkelingen die de kerk in de
westerse wereld doormaakt. Daarbij stelt hij de indrin-
gende vraag welke les God ons daarin aan het leren is.
Ook als we het antwoord daarop niet meteen kunnen
formuleren, is het zinnig om ons met die vraag bezig te
houden. Het besef dat ons iets wordt gelrd en dat we
daar open voor hebben te zijn, is al heel fundamenteel.
Er is weinig reden om te veronderstellen dat we binnen-
kort een trendbreuk zullen zien in de kerkelijke statistie-
ken. Ik hoop het wel, maar ik zie er niets van. Ik zie wl
dat er nieuwe plekken van hoop ontstaan, onder andere
in de missionaire oefenplaatsen. Daar moeten we zuinig
op zijn, omdat daar zichtbaar wordt waar het om draait.
Als het gaat over de toekomst van de kerk, heb ik veel
gehad aan het restmodel. In de tijd na de ballingschap is
er een rest van het volk die terugkeert. Dat woord rest
betekent niet wat wij er al snel in horen - een laatste
restje -, maar het is een belofte van een nieuw begin.
God gaat verder met een geheiligde rest. Daar kun je
hoop en moed aan ontlenen om er voluit voor te gaan.
God kan het vuur in die rest weer aanblazen. Het
gekrookte riet zal Hij niet verbreken en de rokende
vlaswiek zal Hij niet uitblussen. Dat is de belofte waar ik
uit leef. Dat zit niet in de sfeer van optimisme en pessi-
misme, maar van vertrouwen en verwachting.
alles wat erop en eraan zit, maar intussen verwaarlozen
jullie de barmhartigheid, want Levi zie je niet staan.
Ga heen en leert, zegt Jezus. Wees hierin een discipel
dat de barmhartigheid van God in je levenshouding
zichtbaar wordt. Ik kan geen situatie bedenken die meer
missionair is dan deze. Dat missionair-zijn zit er van
meet aan in.
Het derde bijbelgedeelte waar het werkwoord leren in
het Mattesevangelie voorkomt, is in de rede over de
laatste dingen, Mattes 24. Daar zegt Jezus: Leer van de
vijgenboom deze gelijkenis (vers 32). Dan gaat het over
de verwachting van de wederkomst. Dit is misschien wel
de meest wezenlijke les die wij vandaag als kerk hebben
te leren. Wij zijn onze gerichtheid op het eschaton kwijt-
geraakt. Een discipel is iemand die het koninkrijk ver-
wacht en wiens levenswandel door die verwachting wordt
gestempeld. John Stott heeft in de laatste decennia van
zijn leven benadrukt dat hier het grote manco van de
christenheid ligt: de verwaarlozing van de verwachting
van de wederkomst van Christus. Leven met die verwach-
ting is geen vlucht uit het heden, integendeel. Het
betekent juist dat de toekomst gestalte krijgt in het heden,
door de manier waarop we omgaan met ons bezit,
onderlinge verhoudingen, met het milieu, etc.
Alleen al de drie kernteksten over leren uit het
Mattes evangelie maken dat ik discipelschap eenvoudig
niet los kan zien van het missionaire. Het is in geen geval
zo dat we de blik naar binnen richten. Nog afgezien van
het feit dat binnen en buiten verhullende begrippen
zijn. Wij staan allemaal dagelijks volop buiten.
En omgekeerd is de buitenwereld volop binnen-
gedrongen in onze binnenwereld.
Discipelschap staat nu in het beleidsplan. Is het ber-
haupt denkbaar dat er een dag komt dat het er wel weer
uit geschrapt kan worden?
Vast niet. Misschien wel als term, maar zeker niet qua
inhoud. Het is de bedoeling dat het gentegreerd raakt.
We hopen zo in ieder geval een steentje te mogen
bijdragen aan de opbouw van de gemeente en aan haar
missionaire roeping.
Daarmee zijn we bij een ander kritiekpunt: We richten ons
op de hele gemeente. Is dat concept niet achterhaald?
Een paar decennia geleden spraken we over de
gezonde(n) gemeente. Daarmee ligt de lat wel erg hoog.
In de praktijk blijkt het missionaire werk altijd iets van
voortrekkers.
Dat is zo. Maar dat ontslaat ons niet van de opdracht om
Over de kerk denk ik niet in termen van pessimisme en optimisme.
Tijding december 20141010
-
Vreemdeling
Net als discipelschap is vreemdelingschap een woord dat in onze tijd
een snaar raakt in de spiritualiteit van de gemeente, en vooral van het
meelevende deel. Dat verbaast ons niet, want de twee begrippen
horen ook bij elkaar.
is een bijnaam
Discipelschap staat voor een bewust geloofsleven als
leerling van Jezus. De doop in Christus geeft toegang tot
de gemeente, en discipelschap is de gestalte van het
christelijke leven. Een christen leeft als een leerling aan
de voeten van Jezus. Blijf in Mij en Ik in u. Als u mijn
geboden in acht neemt, zult u in Mijn liefde blijven.
De consequentie van deze woorden is vreemdeling-
schap. Psalm 119 zegt het al met zoveel woorden: wie
leeft in de weg van Gods geboden en beloften wordt deel
van een nieuwe gemeenschap. Hij is een metgezel van
allen die God vrezen. Maar hij is aan de andere kant niet
meer deel van de gemeenschap van deze wereld: spot-
ters, zondaars, degenen die kwaad beramen. Hij is gast
en vreemdeling op de aarde. Dat beeld keert in het
december 2014 Tijding 11
-
Nieuwe Testament terug, met name in de eerste Petrus-
brief en in Hebreen 11. Vreemdelingschap is enerzijds de
consequentie van het bij Christus horen. De discipelen
zijn ontheemden, bijwoners, soms letterlijk vreemdelin-
gen, vluchtelingen, outcasts. Anderzijds typeert vreemde-
lingschap de identiteit van de pelgrim, die onderweg is
naar zijn bestemming, het Vaderland, de verwachte Stad
Gods, waar hij eigenlijk thuishoort. De pelgrim is altijd
onderweg, en zet de tentpinnen daarom niet al te diep in
de grond van de wereld van werk en gezin, huis en haard.
Worsteling
Beide aspecten van vreemdelingschap hebben vanaf de
vroegste tijd een rol gespeeld in de geschiedenis van de
kerk. En dat laat dr. Wassenaar zien, met kennis van zaken
en bewonderenswaardige belezenheid. Wat de titel van
zijn onlangs verschenen boek belooft, maakt hij waar: wie
het boek leest, raakt thuis in de worsteling van de kerk
om in deze wereld gemeente van Christus te zijn. Wasse-
naar laat zien dat christenen altijd in een spanningsveld
leven: tussen verwereldlijking en wereldmijding, tussen
het theocratisch ideaal of het afzien van alle politieke
aspiraties, tussen de levenssfeer van beroep, familie,
bezit en bestuur of het leven in afzondering en
onthouding.
Aan de hand van het kernwoord Vreemdelingschap
komt alles in het boek van Wassenaar langs, zowel de
exegese van bijbelteksten als de verwerking ervan in het
leven van christenen in de geschiedenis varirend van
de Vroege kerk met zijn machteloze gestalte in de wereld
tot de glorietijd van de kerk in het gekerstende Europa.
Uitvoerig schrijft hij uiteraard ook over de Reformatie en
de spanningen met de doperse radicalen. Wie veel wil
leren, kan met Wassenaar inzicht krijgen in de weg van
de kerk en haar spiritualiteit en haar
theologische doordenking van
vreemdelingschap.
Wassenaar is goed op de hoogte, ook van het debat dat
tot op vandaag doorgaat.
Bijnaam
We bevelen het boek dus aan bij wie theologisch en
historisch genteresseerd is. Ik miste bij de lezing wel een
duidelijke focus. Het zou het boek wat spannender
hebben gemaakt om te lezen, wanneer van meet aan
duidelijk was wat er nu op het spel staat voor Wassenaar,
vooral de gemeente van vandaag. Welke kant moet het
vandaag op? Het boek heeft iets opsommends: we gaan
van theoloog naar theoloog, naar volgende fase van de
kerk. Ik zou tegen de irenische collega Wassenaar willen
zeggen: maak ons maar onrustiger, over onze verhouding
tot de wereld en de huidige cultuur. Natuurlijk voel ik het
engagement van de auteur bij zijn thema. Maar ik voel
niet dat de auteur mij ergens hebben wil, of dat de kerk
gewaarschuwd wordt dat zij te weinig vreemdeling is, of
iets dergelijks.
Misschien is dat ook wel lastig bij dit kernwoord vreem-
deling. Het is namelijk geen eigen-naam van de gelovi-
gen, maar een bijnaam, een verwoording van een
consequentie van je eigen-naam: christen, discipel.
Onderscheid
Dat is mijn hoofdvraag aan Wassenaar: Heb je voldoende
onderscheid gemaakt tussen vreemdelingschap als een
consequentie van christen-zijn en vreemdelingschap als
een andere benaming van christen-zijn. Het eerste heeft
iets incidenteels: Goddank zijn christenen niet altijd op de
vlucht of een verdrukte minderheid. Het tweede is de
gelovige altijd: pelgrim, nooit ergens thuis, maar onder-
weg naar het doel, de bestemming. Dan is het een
positief begrip, waaraan het christen-zijn en gemeente-
zijn getoetst kan worden. Leven wij de voorlopigheid van
de Stad Gods in deze wereld wel voldoende? Wassenaar
levert in zijn boek een schat aan stof om met die vraag
aan de slag te gaan.
Bert de Leede
N.a.v. Vreemdelingschap; historische en hedendaagse stemmen
uit kerk en theologie, door dr. Jan Dirk Wassenaar,
Boekencentrum, 2014
Tijding december 201412
-
C O L U M N
Niels de Jong is missionair predikant te Rotterdam-Centrum
www.uitonverwachtehoek.nl
www.noorderlichtrotterdam.nl
Het schijnt niet te mogen
Veranderen schijnt niet te mogen. Nee, dit is niet een uitspraak van een jongere ten aanzien van zijn gemeente die graag alles bij hetzelfde wil houden. En het is ook niet de verzuchting van een ouderling die weer een idee ziet afgeschoten worden in de kerkenraad.
Het zit anders. Deze uitspraak komt uit een gesprek tussen een aantal mensen die nog
maar korte tijd tot de kerk behoren. Ze hebben het hier over hun seculiere omgeving.
Tijdens de doop&belijdeniscursus in onze gemeente Noorderlicht, met hoofdzakelijk
mensen zonder christelijke achtergrond, vertelde iemand over de moeite die haar
omgeving had met haar omkeer naar het christelijk geloof. Wat ze daarover vertelde werd
breed herkend in de groep.
Ik kon het ook in mijn eigen leven herkennen zij het dan omgekeerd. Als ik ergens nieuw
ben en het komt ter sprake dat ik christen ben (de meeste van mijn gesprekspartners
vermoeden zoiets nadat ik mijn beroep heb genoemd), is een van de eerste vragen die ik
krijg: Ben je er ook mee opgevoed? Als ik die vraag bevestigend beantwoord, merk ik dat
dit voor mensen een geruststellend idee is. Want dan is het eenvoudig te verklaren: als je
vanaf je jeugd met het christelijk geloof bent gendoctrineerd, tja, dan is het ook niet
anders.
Zij die zich bekeren tot het christelijk geloof, kunnen niet zon geruststellend antwoord
geven. En dat kan mensen irriteren. Of zoals iemand in bovengenoemd gesprek opmerkte:
Mijn zus was helemaal ontdaan. Boos zelfs. Anderen in de groep stemden er mee in dat
het hierdoor ook lastig was om in je familie of op je werkkring te vertellen dat je christen
bent geworden. Je hebt geen trek in onbegrip en vervelende vragen dus heb je de
neiging om er mee te wachten tot je er mee op de proppen komt.
Ook als je helemaal uit vrije wil christen bent geworden en je daar nog blij mee zegt te zijn
dan krijg je zulke reacties. Gek toch?
Of misschien toch niet. Want als iemand verandert, dan doet dat een appl op de
omgeving. Zou jij ook niet moeten veranderen? En dan blijken mensen ook
heel seculiere, progressieve Nederlanders - het toch maar al te graag bij het
oude te houden.
Hoe zit het met christenen? Mag verandering bij hen wel? Tja, ze hebben
niet de naam zo veranderingsgezind te zijn. En dat is wel gek eigenlijk.
Want verandering (in klassieke termen: bekering, reformatie, vernieuwing
van het denken, etc.) is heel diep verankerd in het christelijk geloof.
Als het goed is zouden christenen verandering juist moeten toejuichen.
Sterker nog, we moedigen elkaar in de kerk aan om onszelf te verande-
ren, om meer en meer gevormd te worden naar het beeld van Jezus
Christus. En als het goed is, bidden we ook om verandering bij onszelf.
En bidden we nog harder om steeds meer veranderde mensen.
december 2014 Tijding 13
-
Op diverse campings in Nederland is tijdens de zomer-
vakantie een pastor aanwezig. Deze campingpastor (m/v)
bivakkeert met zijn gezin twee weken op de camping en
maakt zo deel uit van het dagelijks leven van de camping-
gasten. Campingpastors zijn actieve betrokken gemeen-
teleden. Sommigen zijn werkzaam in het onderwijs of in
het bedrijfsleven. Weer anderen hebben theologie
gestudeerd. Van belang is dat ze zich geroepen weten
hun geloof in Jezus Christus voor te leven.
De pastor is beschikbaar voor mede-campinggasten.
Hij/zij heeft een open houding, is bereid te luisteren naar
hun verhalen, hun problemen, en wil met hen meeden-
ken in geloofs- en levensvragen. Evenals het Dabarteam
werkt de pastor onder verantwoordelijkheid van een
plaatselijke commissie, met vertegenwoordigers van
lokale kerken.
Arjan Noorland heeft al een paar jaar als campingpastor
gewerkt. Het is een vakantie-met-een-plus, zegt hij.
Door het campingleven te combineren met pastoraat
kun je n genieten n voor anderen van betekenis
zijn. Als mensen op vakantie gaan, nemen ze ook
hun ballast mee. Niet alleen hun kampeer-
uitrusting, maar ook hun problemen en
zorgen. Een luisterend oor en een bemoe-
diging kunnen al veel betekenen.
Vakantie met een
plusStel: je hebt ervaring in pastoraat en hart voor
missionair werk en je wilt je dienstbaar maken tijdens
de zomervakantie. Dan schakelt Dabar je graag in als
campingpastor. Voor een vakantie met een plus.
En doordat we weten dat we hier geen blijvende stad
hebben kunnen we de mensen uitdagen om na te
denken over de zin van het leven, over het leven na de
dood. Arjan omschrijft het werk als iets uitdelen van wat
je zelf uit genade ontvangen hebt. Het is mooi om te zien
hoe bezoekers aandachtig luisteren tijdens een camping-
dienst. Of tijdens een Alpha-cursus de tijd vergeten.
Het campingpastoraat is een gouden kans om het
evangelie van Jezus Christus bekend te maken aan
mensen die vaak behoorlijk in de knoei zitten.
Ben je 25 jaar of ouder en deel je deze passie? Neem dan
contact op, via [email protected] Na je aanmelding volgt een
gesprek met een sollicitatiecommissie.
Dabar zoekt campingpastors
Tijding december 201414
-
Colofon76e jaargang nr. 4 december 2014 Tijding is een gratis kwartaal-uitgave van de IZB vereniging voor zending in Nederland en wordt toegezonden aan de leden. IZB-lidmaatschap: aanmelden bij de IZB. De contributie is e 10,- per jaar. Opzegging lidmaatschap voor 1 november. De IZB is een missionaire organisatie binnen de Protestantse Kerk in Nederland en stimuleert, adviseert en ondersteunt gemeenten en gemeenteleden in het evangelisatiewerk door middel van toerusting, materialen en missionaire werkers. Bestuurds. M.J. Tekelenburg, voorzitterds. R.F. de Wit, secretarisA.P. van der Kooy, penningmeesterdr. J. van den Bornds. M. van Dammw. drs. Z.A. Jansen-Smitdr. H. de Leededs. A. van Lingenmw. J.E. van Velzen-Vermaasds. J. van Walsum Directieds. L. Wllschleger IZBJohan van Oldenbarneveltlaan 103818 HB Amersfoorttel.: 033-4611949e-mail: [email protected]: www.izb.nlIBAN: NL26 RABO 0302 2061 91BIC: RABONL2U Uw steunSteun de zending in Nederland door uw gebed, door uw IZB-lidmaatschap of door een gift.U kunt de IZB ook op laten nemen in uw testament. Graag willen we u helpen om dat te regelen. U kunt hiervoor vrijblijvend een afspraak maken via tel. 033-4611949 of [email protected] RedactieSjaak van den Berg Koos van Noppen
FotosPag. 7 en 15: Sjaak Boot; Pag 9: Jaco Klamer; Pag 13/14: Shutterstock. Overname artikelenOvername van artikelen is toegestaan met bronvermelding.
De (koop)zondagse kerkgang
Sinds de laatste gemeenteraadsverkiezingen is D66 de grootste partij
van Groningen. Het CDA heeft geen wethouder meer in het nieuwe
college. Een van de grote wensen van D66 wordt werkelijkheid: elke
zondag koopzondag. Dit plan wordt komend jaar van kracht. Winkeliers
mogen er dan voor kiezen om alle zondagen open te zijn. Een
bijkomend verschijnsel is dat gratis parkeren op zondag zal worden
afgeschaft.
Er zijn allerlei problemen rondom het plan. Principile en praktische.
Kleine winkeliers hebben nooit meer rust en verliezen de concurrentie-
slag met de grootwinkelbedrijven. Voor onze wijkgemeente Martinikerk
is het ook best lastig. Gemeenteleden wonen verspreid over de stad
en komen voor een groot gedeelte met de auto. Ze moeten betaald
parkeren, terwijl de maximale parkeertijd in het centrum korter is
dan de duur van een gemiddelde dienst. Hoe gaan we dat oplossen?
Mijn eerste reflex was: we moeten protesteren tegen dit beleid! Het is
slecht voor mensen, want het is in strijd met het heilzame gebod om te
rusten. Ook moeten we het stadsbestuur ervan proberen te overtuigen
dat wij als kerk een uitzonderingsregel moeten krijgen. En als dat
allemaal niet lukt, en het blijkt echt lastig voor de kerkgangers,
moeten we maar een andere plek gaan opzoeken.
Maar is protesteren en het behartigen van onze eigen belangen het
eerste wat er op de agenda moet staan? Levert zon krampachtig
achterhoedegevecht eigenlijk iets op? Is de enige oplossing om je dan
terug te trekken wanneer het niet lukt om iets gedaan te krijgen?
Een betere eerste vraag is: wie zijn wij voor onze shoppende
stadgenoten? Wat kunnen we betekenen voor de winkelier die nooit
meer rust krijgt? Dat is nu onze roeping op de plaats die ons is gegeven.
Er komen mogelijkheden die er eerst niet waren. Niet eerder waren er
op zondag zoveel mensen zo dicht bij het kerkgebouw in het centrum
als nu. Wie weet welke behoefte er achter hun shoppen op zondag zit.
Laten we maar eens de kerk openzetten op zondagmiddag en in
gesprek gaan.
C O L U M N
Ds. Sjaak van den Berg,
missionair predikant
wijkgemeente
Martinikerk in Groningen
www.javandenberg.nl
Wat kunnen we betekenen voor de winkelier die nooit meer rust krijgt?
december 2014 Tijding 15
-
AfscheidAfscheid nemen is meestal niet zo leuk. Je kunt er soms
zelfs een beetje verdrietig van worden! Misschien heb
je dat ook wel eens gehad. Een meisje bij je in de klas,
dat gaat verhuizen of een goede vriend die naar een
andere school vertrekt. Of misschien heb je zelf wel-
eens afscheid van je vrienden genomen, omdat je
vader ander werk kreeg, waardoor jullie ergens
anders gingen wonen.
Bij de IZB nemen we ook af en toe afscheid van
collegas. Binnenkort doen we dat weer. Weet jij
van wie? Als je de puzzel goed maakt, krijg je in de
oplossing te lezen wie er bij ons vertrekt. Je ziet hier
allemaal woorden (die uit een stukje in deze Tijding
komen), waaraan n letter ontbreekt. Vul het woord
aan met de juiste letter en zet die letter vervolgens bij
het juiste cijfer in de oplossingsbalk. Het goede
antwoord heb je z gevonden!
Stuur dat vervolgens naar de IZB, Johan van Oldenbarneveltlaan 10,
3818 HB Amersfoort of mail het naar [email protected]
Succes!
De oplossing:
Tessa Bikker, SliedrechtMarij Naberman, GoedereedeWillard van Brussel, RijssenJurrian ten Bolscher, RijssenHanneke de Visser, TollebeekSuzanne Hiltjesdam, Rijssen
Van harte gefeliciteerd!
We kregen veel brieven en mailtjes
met oplossing van de vorige puzzel.
Dit was de zin die we zochten:
Het evangelie op de camping
En dit zijn
de winnaars..
.
O I
M
RO T
M
R
J
T
E
V 29
1
E
R
P
B
I
R
T
N
R
I
K
A
E
J
A
G
14
12
N
E
E
T
G
I
S
E
I E
V
I
E
S
MO
A
M
L
A
EP
25
15
I
T
N
O
A
O
A
I
M
K
P
R
E
N
D
S
D
L
B
B
H
K T
A
O
A
19
10
27
O
R
N I
G
U
A
J A
O 11
24 R
M E
E
R
O N
I L
R
G
U
D B
T W
D
V
21
22 E
E
B
T
E D T
L
I
E
L E E
O
J G E
B 2
30 E L
T
I
E D
P
U
O
T
E
D
D
I3
16
I
E
J
E
E
C
I
N
G
R
R
H
G
G
O
W
T
T
I
23
9
A
U
I
N
R K
I T
T
R E
V R
E U
E 13
8 C R
O
S
O
I
R
N
L
D
EN
T
E
K
S
G
I N
B
T
U
P
K
L
N
E
R
W
U
7
20
28
G
A H
H T
F E
R E
S I
I N
C 26
4 S
E E
N
I
R
N
E
R S
E
E
I
I
I
K C
D
D
G
S
D
K G 5
17
E
H
D
G
I S P
D
I P C
O
S E H
6
18 L A
1
14
28
22
5
18 25
3
16
30
10
23
7
20
13
26
2
15
29
96
19
124
17
11
24
8
21 27