Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

23
kwartaalblad van de vereniging van oud-parlementariërs 23e jaargang juni 2015 nummer 82 NESTOR P V P Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE Redactie Mw. M.M. van der Burg, eindredacteur [email protected] 030-2520750 06-22987711 Mw. J.W. Kersten [email protected] 06- 22522475 G.J.W. van Oven [email protected] 071-8890451 06-19213628 Mw. J.M. de Vries [email protected] 070-3520749 Redigeerwerk: R.H. van der Heide [email protected] 070-3185681 Commissie rechtspositie G.J.P. van Otterloo, voorzitter [email protected] 070-3232640 O. Scheltema-de Nie [email protected] 070-3551569 P.J. Biesheuvel [email protected] 070-3455975 G.B. Nijhuis [email protected] 0523-677366 Bestuur J.D. Blaauw, voorzitter [email protected] 0252-348717 06-57540575 A. de Jong, penningmeester [email protected] 071-5212318 06-47381662 Mw. M.D.T.M. de Jong, internationaal secretaris [email protected] 015-2121346 Mw. S. de Jong, vicevoorzitter [email protected] 0594-512178 M. Smits, secretaris [email protected] 070-3648256 06-51327769 Mw. M. Sterk [email protected] 020-6761139 06-29544548 W.A.F. Wilbers [email protected] 071-5615938 Ambtelijke ondersteuning R.H. van der Heide [email protected] 070-3185681 M. Mieras [email protected] 070-3183240 Druk: Reprografische afdeling Tweede Kamer Vormgeving: Dienst Communicatie, Henk van der Velden Verenigingsadres/ledenadministratie Vereniging van Oud-Parlementariërs, t.a.v. Reinder van der Heide Postbus 20018, 2500 EA ‘s-GRAVENHAGE Website(s): www.vopnestor.nl en leden.vopnestor.nl Het lidmaatschap van de Vereniging van Oud-Parlementariers (VOP) staat open voor oud-leden van de Tweede Kamer en/of Eerste Kamer der Staten-Generaal of het Europees Parlement. De contributie bedraagt € 35 per jaar en moet worden voldaan op betaalrekening NL34INGB0000253063 van de Vereniging van Oud-Parlementariers, Den Haag. Beveiligingsdienst [email protected] 070-3182146 of 3182153

Transcript of Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

Page 1: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

kwartaalblad van de vereniging van oud-parlementariërs

23e jaargang

juni 2015

nummer 82

NESTOR

PV P

Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

Redactie

Mw. M.M. van der Burg, eindredacteur [email protected] 030-2520750 06-22987711

Mw. J.W. Kersten [email protected] 06- 22522475

G.J.W. van Oven [email protected] 071-8890451 06-19213628

Mw. J.M. de Vries [email protected] 070-3520749

Redigeerwerk: R.H. van der Heide [email protected] 070-3185681

Commissie rechtspositie

G.J.P. van Otterloo, voorzitter [email protected] 070-3232640

O. Scheltema-de Nie [email protected] 070-3551569

P.J. Biesheuvel [email protected] 070-3455975

G.B. Nijhuis [email protected] 0523-677366

Bestuur

J.D. Blaauw, voorzitter [email protected] 0252-348717 06-57540575

A. de Jong, penningmeester [email protected] 071-5212318 06-47381662

Mw. M.D.T.M. de Jong,

internationaal secretaris [email protected] 015-2121346

Mw. S. de Jong, vicevoorzitter [email protected] 0594-512178

M. Smits, secretaris [email protected] 070-3648256 06-51327769

Mw. M. Sterk [email protected] 020-6761139 06-29544548

W.A.F. Wilbers [email protected] 071-5615938

Ambtelijke ondersteuning

R.H. van der Heide [email protected] 070-3185681

M. Mieras [email protected] 070-3183240

Druk:ReprografischeafdelingTweedeKamer

Vormgeving: Dienst Communicatie, Henk van der Velden

Verenigingsadres/ledenadministratie

Vereniging van Oud-Parlementariërs, t.a.v. Reinder van der Heide

Postbus 20018, 2500 EA ‘s-GRAVENHAGE

Website(s): www.vopnestor.nl en leden.vopnestor.nl

Het lidmaatschap van de Vereniging van Oud-Parlementariers (VOP) staat open voor oud-leden van de

TweedeKameren/ofEersteKamerderStaten-GeneraalofhetEuropeesParlement.Decontributiebedraagt

€ 35 per jaar en moet worden voldaan op betaalrekening NL34INGB0000253063 van de Vereniging van

Oud-Parlementariers, Den Haag.

Beveiligingsdienst

[email protected] 070-3182146

of3182153

Page 2: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

43

Johan W. van Hulst. Pedagoog, politicus, verzetsmanRedactie: Wouter van Haaften, Gerlof VerwegUitgever: Verloren, Hilversum, 2015ISBN 9789087045142Prijs: € 25,00

De erven Kerdijk. Cohen, Pechtold, Buma & Rutte over NederlandUitgever: Boom Juridische uitgevers, Den haag 2015ISBN 978 90 6290 024 0NUR 820Prijs: € 19,95

Op zoek naar ONS. De politiek door andere ogenAuteur: Ronald van RaakUitgever: Van Gennep, Amsterdam 2015ISBN 9789461643612NUR 740Prijs: € 14,95

INHOUDSOPGAVE

3 Van de redactie

4 Tegen verkiezingen - door Gerritjan van Oven

8 Diploma’s - column door Jan Terlouw

9 Loten in plaats van kiezen, Interview met Job Cohen - door Joke Kersten

12 Leven na het parlement Aan het woord: Chantal Gill’ard en Willem Aantjes - door Mieke van der Burg

18 Feuilletonafleveringnr.XVI:GerardBolland - door Reinder van der Heide

25 Boekbespreking Het “probleem” Eerste Kamer. Visies op de toekomstige rol van de Senaat Redactie: Bert van den Braak. Deel 5 van de Montesquieu-reeks. - door Gerritjan van Oven

27 Van trilling tot rilling, De magie van muziek Auteur: Roger van Boxtel

- Mieke van der Burg

29 Victory-lunch in Rotterdam voor Winston Churchill - door Will.J. Verkerk

31 Van het bestuur Verslag Voorjaarsbijeenkomst VOP op 22 april 2015: Rotterdam - door Monique de Vries

37 Enige berichten en oproepen - door Gerrit Jan van Otterloo en Ries Smits

41 Overleden 42 Recent verschenen boeken - door Mieke van der Burg

Deadline voor een bijdrage voor de volgende Nestor: 1 augustus 2015

Omslagfoto:‘Demo r t e’

Page 3: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

3

VAN DE REDACTIE

Loopt de representatieve democratie op z’n laatste benen? Je zou het haast denken als je de vele boeken die hierover zijn verschenen, leest. Reden voor de redactie om zich met dit thema bezig te houden in dit nummer van Nestor.Allereerst besteedt Gerritjan van Oven aandacht aan het lezenswaardige boek van de Belgische historicus David Van Reybrouck ‘Tegen verkiezin-gen’. De uitspraak dat de representatieve democratie nooit is bedacht als democratisch instrument, zet aan het denken. Het doel was integendeel om een nieuwe, niet-erfelijke aristocratie aan de macht te brengen. Voorkomen moest worden dat jan en alleman in het parlement een zetel zou kunnen verwerven. De vraag of het alternatief van Van Reybrouck: loting, een goed idee is, heeft Joke Kersten voorgelegd aan Job Cohen, die sinds kort als bijzonder hoogleraar de Thorbecke-leerstoel aan de juridische faculteit te Leiden bekleedt. De leerstoel is speciaal gericht op onderzoek naar burger-initiatieven om de afstand tussen burger en politiek te verkleinen.

Jan Terlouw realiseert zich dat op twee gebieden geen diploma’s worden gevraagd: politiek en schrijverschap. Op beide terreinen heeft hij brede ervaring en hij constateert dat representatieve democratie wel specifieke vaardigheden vraagt van politici: een uitstraling waaruit verantwoordelijk-heidsbesef blijkt en gezag. Dat sluit aan bij twee interviews van Mieke van der Burg met een van de oudste leden van de VOP (Willem Aantjes) en met een van de jongste (Chantal Gill’ard).Reinder van der Heide wijdt deze keer zijn feuilletonaflevering aan een in zijn eigen tijd al – en nu nog steeds – omstreden denker, de roemruchte hoogleraar filosofie Gerard Bolland. Tot slot informeert Monique de Vries de lezer over de interessante Voor-jaarsbijeenkomst van de VOP te Rotterdam. Dit bezoek heeft Will. Verkerk geïnspireerd tot het schrijven van een artikel over Churchill. Ook heeft het geleid tot de gedachte om een volgende keer aandacht te besteden aan de Betuwelijn, nu en toen. Jaap Jelle Feenstra heeft al toegezegd hierover te schrijven.Verder treft u van de voorzitter van de Commissie Rechtspositie, Gerrit Jan van Otterloo, en van onze secretaris Ries Smits enige berichten en oproepen.

Page 4: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

4 5

GastredacteurenGoed voorbeeld doet vast goed volgen! De afgeslankte redactie heeft be-sloten om meer met gastredacteuren te werken. Sommigen hebben zich al aangemeld. Iedereen die over een bepaald onderwerp wil schrijven is van harte uitgenodigd om zich te melden bij Mieke van der Burg!

TEGEN VERKIEZINGEN

“Democratisch Vermoeidheidssyndroom”In het eerste hoofdstuk van zijn boek schildert hij het afnemend vertrou-wen in parlementen, regeringen en politieke partijen (in lijn met bijv. René Cuperus in Problems of Representative Democracy in Europe –zie Nestor 81, maart 2015), maar in veel zwartere termen: “Vandaag wantrouwt tweederde tot driekwart van de mensen de belangrijkste instellingen van hun politieke ecosysteem”. Westerse democratieën zou-den kampen met een legitimiteitscrisis én een efficiëntiecrisis. De legitimiteitscrisis leidt Van Reybrouck af uit 1) de afnemende participatie bij verkiezingen, 2) de afgenomen loyaliteit van de kiezer aan een politieke partij en 3) het afgenomen aantal leden van de politieke partijen.

De afgenomen efficiëntie leidt hij af uit 1) de steeds langer durende formatieberaden (België, Italië en Grieken-

land, hoewel het in dit laatste land na de laatste verkiezingen lijkt te zijn gelogenstraft)

2) het door regeringspartijen bij nieuwe verkiezingen te verwachten vrij wel automatisch verlies en

3) de traagheid van besluitvorming. Alles is nog verergerd door de commercialisering van de media. Hij kwalificeert dit alles met de term “Democratisch Vermoeidheidssyndroom”.

OorzakenDe gebruikelijke analyses van de oorzaken van genoemd syndroom verwerpt hij, zoals - de diagnose van het populisme (“het ligt aan de politici”), - de diagnose van de technocratie: (“het ligt aan de democratie”), - de diagnose van de directe democratie (“het ligt aan de representatieve

democratie”), - de kritiek zoals verwoord door de Occupy-beweging, gestart in Wall

Street maar ook gezien in Caïro en Madrid. Van Reybrouck verwijt de beweging haar anti-parlementarisme: “Het verlangen naar een con-tra-ideologie staat er centraal, veel meer dan een daadwerkelijke contra-ideologie (vgl. Willem Schinkel). Ook protestpartijen die wel aan verkiezingen deelnamen (De Piratenpartij in Zweden, G500 in Nederland en de beweging van Beppo Grillo in Italië) werden na een bliksemstart geen succes.

Nieuwe diagnoseHet ligt volgens Van Reybrouck aan de electoraal-representatieve demo-

Een boeiende stelling. Zeker in deze tijd waar men-sen steeds minder gaan stemmen, het aantal zwe-vende kiezers toeneemt, het aantal kleine partijen in de Tweede Kamer (en ook in gemeenten) groeit waardoor bestuurbaarheid onder druk staat.

Gerritjan van Oven

Is representatieve democratie via verkiezingen nog wel de juiste vorm van democratie? Of moeten we op zoek gaan naar andere vormen om het wezenlijke van de democratie te behouden?

David Van ReybrouckIn zijn lezenswaardig boek ‘Tegen verkiezingen’ heeft David Van Reybrouck zijn visie op democratie gegeven.

David Van Reybrouck

Page 5: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

6 7

cratie. De woorden ‘verkiezingen’ en ‘democratie’ zijn langzamerhand voor bijna iedereen synoniemen geworden. De stembusgang is de enige manier om representatie te verkrijgen. We zijn allemaal electorale fundamenta-listen geworden. Wij minachten de gekozenen maar aanbidden de verkie-zingen. En die focus is merkwaardig: al drieduizend jaar experimenteren mensen met democratie, maar pas de laatste tweehonderd jaar gebeurt dat door middel van uitsluitend verkiezingen.

2000 jaar ervaring met democratieHij gaat terug naar de geboorte van de democratie: het stelsel in Athene waar sprake was van participatie van alle burgers (nu ja, met uitzondering van vrouwen, slaven en vreemdelingen) in de volksvergadering en alle functies door loting werden toegewezen (voor één jaar en zonder herkies-baarheid). Hij noemt dit een aleatorisch(= op basis van loting ontwikkel-de)-representatieve democratie. Dit – of een dergelijk – systeem vond daarna ook toepassing in een aantal Italiaanse stadsstaten zoals Venetië en Florence zij het daar vaak in combinatie met verkiezingen (louter loten leidde tot onkunde, louter stemmen tot onmacht).

Verkiezingen zijn geen democratisch instrumentPas aan het eind van de 18e eeuw kwam er een nieuw keerpunt: de Franse en Amerikaanse revoluties aan het eind van de 18e eeuw leverden geen lotingssysteem op (met uitzondering dan van de Juryrechtspraak) en dat was geen toeval. Loting was niet wenselijk: de republiek moest eerder aris-tocratisch zijn dan democratisch. Verkiezingen leverde een aristocratische vertegenwoordiging op, gebaseerd op talent en deugd.Een tendens die trouwens ook in de Nederlandse “revolutionaire” periode rond 1848 bestond toen het kiesrecht voor de hoogstaangeslagenen werd gereserveerd. Ook vooruitstrevende liberalen als Thorbecke wilden dat. Dat betekende de breuk tussen liberalen en arbeiders. Het algemeen kiesrecht zou in de Europese landen pas in de periode 1870-1930 vorm krijgen.

Verkiezingen, aldus Van Reybouck, waren nooit bedacht als democratisch instrument, maar als een procedure om een nieuwe, niet-erfelijke aristo-cratie aan de macht te brengen.

Internationale zoektocht naar experimentenVervolgens wordt aandacht besteed aan een aantal recente experimen-ten met deliberatieve democratie: een democratie waarbij burgers met elkaar en met experts spreken. Groepen burgers worden dan (al of niet deels) door loting aangewezen, meestal om over een bepaald onderwerp

te spreken. Onder de voorbeelden die hij noemt valt ook het Nederlandse “Burgerforum Kiesstelsel” (2006) met als opdracht een nieuw kiesstelsel waarvan de voorstellen door de regering terzijde werden gelegd. Ver-geleken met het referendum heeft een dergelijk burgerforum het grote voordeel dat het geen momentopname is maar het resultaat van – soms vrij uitgebreid – overleg. Ook in Canada werden de resultaten van twee burgerforumgroepen niet aangenomen. Van Reybrouck wijt het verwerpen van de voorstellen aan zittende politici en ook aan de media, omdat de overleggroepen nauwelijks amusement zouden bieden. In IJsland werd het grondwetsvoorstel dat op die manier tot stand is gekomen, in een referendum wel aangenomen. Verder zijn er – binnen de VS, het VK, Frankrijk en de EU – voorstellen gedaan om één Kamer te vervangen door een door loting samengestelde Kamer of een Derde Kamer toe te voegen.

Democratie gebaseerd op lotingUiteindelijk formuleert Van Reybrouck een blauwdruk voor een deels door loting samengesteld parlementair systeem waarin de centrale rol is weggelegd voor een “policy Jury” (400 burgers geloot uit alle volwassenen met opkomstplicht) die één tot enkele dagen bijeen zou komen en dan alleen maar zou stemmen over wetsvoorstellen. Op weg daarheen zou geëxperimenteerd kunnen worden met een bi-representatief stelsel (één Kamer verkozen, één door loting samengesteld).

Een ander soort Loterij op het Binnenhof(De Ridderzaal werd ooit gebruikt als loterijlokaal)

Geen tijd te verliezen!Voor de invoering daarvan is niet veel tijd meer. Wereldwijd worden politieke partijen beschouwd als de meest corrupte instellingen op aarde. In nagenoeg alle westerse democratieën prijken ze op nummer 1. Nu lijkt het nog rustig, maar het is de stilte voor de storm. “Het is de stilte van 1850, toen het arbeiders-vraagstuk al smeulde, maar nog niet ontploft was”, aldus de schrijver.

Door deze slotwoorden en ook door zijn toonzetting klinkt Van Reybrouck wel enigszins als een onheilspro-feet. Voor een veel positiever beeld van de representatieve democratie

Page 6: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

8 9

verwijs ik naar het boek van Thomassen, Van Ham en Andeweg: “De wan-kele democratie“ (besproken in Nestor 80, december 2014). Anderzijds is Van Reybrouck realist genoeg om de representatieve democratie nu niet zomaar bij het grof vuil te willen zetten. Het is jammer dat de recente experimenten tot nu toe zo weinig weerklank hebben gevonden, ook in Nederland. Toch zal over die methode meer nagedacht – en daarmee meer gedaan – moeten worden om de democratie wezenlijk te behouden.

DIPLOMA’S

Na mijn studie wis- en natuurkunde en het vervullen van mijn dienstplicht, kreeg ik een researchbaan op het gebied van kernfusie. Ik deed onderzoek in het Massachusetts Institute of Technology (MIT), in het Koninklijk Technologisch Instituut (Kungliga Tekniska Högskolan) in Stockholm (KTH) en bij het FOM (Stich-ting voor Fundamenteel Onderzoek der Materie) voor Plasmafysica in Jutphaas.

Toen ik de veertig naderde, vroeg ik me af of ik dit werk, dat ik zeker hoogst interessant vond, de rest van mijn werkzame leven wilde blijven doen. De volgende vraag is dan wat je eigenlijk kunt, behalve dit zeer specialistische onderzoek. Weinig. Maar ik realiseerde me dat er in ieder geval twee gebieden zijn waar geen diploma’s worden gevraagd. In de eerste plaats schrij-verschap. Een uitgever vraagt niet naar een diploma als je een manuscript stuurt. In de tweede plaats po-litiek. Wie zich aanmeldt bij een politieke partij wordt niet gevraagd om bewijzen van bekwaamheid. Ik ben beide mogelijkheden gaan exploreren. Nadien heb ik vele politieke functies bekleed en nooit is me gevraagd naar een diploma. De vooropleiding voor schrijven en voor politiek is blijkbaar gelegen in het leven zoals je dat hebt geleefd, de opvattingen die je hebt ver-worven, de bekwaamheid die je hebt ontwikkeld om je mening te toetsen aan die van anderen en ook om hem uit te dragen.Nederland wordt politiek bestuurd op grond van een vertrouwensdemocratie. Raads-, staten- en

parlements leden is de eer te beurt gevallen om door de bevolking te zijn gekozen om een aantal jaren een rol te spelen in het openbaar bestuur. Representatieve democratie. Daar is geen diploma voor nodig, maar verantwoordelijkheidsbesef, waardigheid, integriteit en het vermogen om

Jan Terlouw

de opvattingen op grond waarvan je bent gekozen te vertalen in beleid. Er worden vraagtekens gezet bij de houdbaarheid van de representatie-ve democratie. In mijn ogen is het beste middel om de twijfel aan het huidige systeem weg te nemen een uitstraling van volksvertegenwoordi-gers waaruit verantwoordelijkheids-besef blijkt en gezag dat is ontleend aan de eer van het gekozen zijn.

LOTEN IN PLAATS VAN KIEZEN?

Joke Kersten

Interview met Job Cohen Eind 2014 is Job Cohen benoemd tot bijzonder hoog leraar van de Thorbecke-leerstoel aan de juridi -sche faculteit van de Universiteit Leiden. Met zijn benoeming wordt beoogd een brug te slaan tussen wetenschap en de gemeente als bestuurlijk systeem. Hij onderzoektburgerinitiatieven.

Er zijn vele ideeën en initiatieven om de participatie van burgers bij de politiek en het bestuur te vergro-ten. De gedachte aan vergroting van participatie is de laatste jaren in opkomst. Dat is niet zo gek: de suc-cessen van onze huidige vormen van democratie laten te wensen over. Steeds minder mensen doen mee aan verkiezingen, het vertrouwen in onze vertegenwoordi-gende lichamen neemt af. Met Job Cohen praat ik over de mogelijkheid van loten als bijdrage aan het over-bruggen van de kloof tussen kiezer en gekozene.

Page 7: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

10 11

Loten: een interessant idee“Die gedachte is uit de tijd van de eerste democratie uit onze geschie-denis, Athene, opgediept door David Van Reybrouck in zijn boek ‘Tegen Verkiezingen’. In het verlengde van diens ervaringen in België, waar een zogenaamde G1000 werd georganiseerd, vond iets dergelijks plaats in Amersfoort. Het idee is om at random 1000 burgers bij elkaar te halen en hen te laten praten over hetgeen zij voor hun gemeente van belang vinden. Duizend burgers uit alle hoeken en gaten van de gemeente. In Amersfoort bleek dat een geweldige dag op te leveren, met in het vervolg daarop werkgroepen die in samenwerking met de gekozen volksverte-genwoordigers verder werken om hun ideeën te realiseren. Overigens, in Amersfoort reageerden niet alle uitgelote burgers, er kwamen er 600 opdagen. Het interessante aan de idee van loten is dat allerlei burgers, ook zij die dat meteen bedacht hadden, kunnen meepraten. En zij komen overal vandaan. Samen moeten zij komen tot het formuleren van ideeën die zij met elkaar van belang vinden. Anders dan ‘in de politiek’ gaat het hier dus meer om het zoeken van overeenstemming in plaats van het benadrukken van het verschil.

Wij zijn er toch om visie te ontwikkelen?Een tweede verschil is: burgers doen een tijdje mee, daarna niet meer. Politici proberen lang mee te doen: zij willen verkozen worden. Dat geeft een heel andere inzet. Van belang is wel, dat er vervolgens ook een goede relatie wordt gelegd met de gekozen volksvertegenwoordigers. Dat is niet vanzelfsprekend. Volksvertegenwoordigers kunnen zich gemakkelijk afvragen waarom dat nou moet? Zíj zijn er toch om visie te ontwikkelen en voorstellen te doen? In Amersfoort bleek dat in eerste instantie ook wel, maar toen zij het en-thousiasme van de deelnemers zagen, gingen ze om – wat niet onmiddel-lijk betekende dat de ontwikkelde ideeën ook worden uitgevoerd. En wil-len dit soort vormen van burgerparticipatie succes hebben, dan is het wel een voorwaarde dat de gegenereerde ideeën ook werkelijkheid worden.

Stimuleer experimenten, op verschillende terreinenNatuurlijk is het van belang te onderzoeken waarom die 400 niet hebben gereageerd. Ook de samenstelling van de groep zowel degenen die gere-ageerd hebben als degenen die dat niet hebben gedaan, is de moeite van verder onderzoek waard. Stimuleren van dit soort experimenten is zeker de moeite waard.

Met het idee van loten in plaats van kiezen kan ook op andere terreinen geëxperimenteerd worden. In IJsland en Ierland is ermee gewerkt bij het maken van een nieuwe Grondwet. Voorwaarde is dan wel dat de burgers die hieraan meewerken, de tijd daarvoor krijgen (en ook gefinancierd wor-den) en dat zij van goede medewerking worden voorzien. In IJsland heeft het goed gewerkt, in Ierland minder. In Nederland is ten tijde van Kok II met een Burgerforum gewerkt, om na te denken over andere vormen van kiezen. Er is met enthousiasme aan gewerkt, maar het resultaat is door Balkenende I onmiddellijk in een diepe lade gestopt.

Horizontalisering van de politiekOok Jacques Wallage is, als voorzitter van de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) in de weer met het zoeken naar nieuwe vormen van demo-cratie. Hij pleit voor horizontalisering van de politiek: de verticale lijnen, de hiërarchisch juridische wereld van de overheid botst met de dynamische, horizontale netwerksamenleving van burgers.Burgerparticipatie speelt in heel veel gemeenten. Er zijn tal van initiatieven die het verder uitdiepen en bestuderen zeker de moeite waard maken. Dat biedt voor de toekomst ook kansen. De conclusie van Job Cohen: loten in gemeenteland is de moeite van het experimenteren waard; daarom moet je er met een open vizier naar kijken.

Loten voor de Eerste Kamer?Maar is loten voor de Eerste Kamer ook denkbaar? Waarom zou je ook hier geen ruimte bieden aan experimenten, aan nieuwe mogelijkheden? Job Cohen weet niet of hij daar nu onmiddellijk een voorstander van is. Maar ook hier geldt: de moeite van het erover nadenken waard!

Page 8: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

12 13

TOEKOMST NA HET PARLEMENT

Twee VOP-leden aan het woord. Deze keer een van de jongste en een van de oudste leden: Chantal Gill’ard en Willem Aantjes

Aan het woord: Chantal Gill’ardVan 2006 tot 2010 was zij lid van de Tweede Kamer voor de PvdA.

Mieke van der Burg

Passie en politieke achtergrondNa de Tweede Kamer heb ik een tijd voor een internationaal consul-tancybureau gewerkt. Een goede vriend – en oud-minister in Noor-wegen – heeft mij voorgedragen bij dat bureau. Vervolgens heb ik een opdracht van hen gekregen. Ik kreeg deze baan vanwege mijn passie en politieke achtergrond met mijn werk, met moeders en kinderen en ook vanwege mijn werkzaamheden vóór de politiek in de biotechnologie. Ook mijn internationa-le netwerk speelde daarbij een belangrijke rol. Ik vond dat erg fi jn, om direct na mijn lidmaatschap weer in een nieuwe omgeving aan de slag te kunnen. En dan ook nog op een gebied waar ik grote affi niteit mee had, internationale samenwerking en Maatschappelijk Ver-antwoord Ondernemen (MVO). Voor dit bureau heb ik ook tijdelijk in Indonesië gewerkt als interim-directeur.

Coaching van moedersDaarna ben ik als zelfstandige aan de slag gegaan op het gebied van geboortezorg, voeding en zorg. Hoofd-zakelijk coaching van moeders/ouders en kinderen tij-dens de zwangerschap en bevalling. Vrouwen emotio-neel en spiritueel bijstaan zodat ze meer in hun kracht komen en zonder angst bevallen. Die hogere kwaliteit van zwangerschap en bevalling vormt een stevige basis voor het nieuwe gezin. De stap van die consultancy-klus naar het vormgeven van mijn bedrijf ging moeizamer. Ik kom niet uit een

Chantal Gill’ard

ondernemersgezin en ik kan niet zoals een echte ondernemer met van alles geld verdienen. Het is toch iets van de lange adem, het ontwikkelen van visie en bijbehorende doelen en projecten. Met een duurzaam fi nan-cieringsmodel. Daarnaast werk ik op dit moment ook voor Plan Nederland. Mijn werk is gericht op meisjes, om hen te stimuleren tot het volgen van een opleiding en het creëren van werkgelegenheid.

Mix van betaalde en onbetaalde functiesNa mijn Kamerlidmaatschap heb ik ook een aantal nieuwe nevenfunc-ties aangenomen zoals bij de Wisdom Council van de Center for Human Emergence (CHE), Raad van Toezicht van de Vereniging Samenwerkende Ouder- en Patiëntenorganisaties (VSOP), en Raad van Toezicht Centrum voor Jeugd en Gezin Rijnmond (CJG). Verder ben ik voorzitter van de Stuurgroep Toekomstverkenning Zorgtechnologie van de Stichting Toe-komstbeeld der Techniek (STT). Een mix van betaald en onbetaald.

Pim Fortuyn en Wouter BosHet idee dat de politiek van iedereen is en dat ik daar dus ook deel van uit kan maken ontstond bij mij rond de opkomst en moord van Pim Fortuyn. Hij was een man van het volk die vond dat iedereen betrokken moest zijn bij de collectieve sectoren zoals het onderwijs en de zorg, niet als cliën-ten maar als co-creators, daarin herkende ik mij. Door zijn overwinning liet hij zien dat iedereen in staat was om deel te nemen aan de politiek. Dat inspireerde mij om politiek betrokken te zijn. In mijn stad Rotterdam had hij natuurlijk extra invloed. Het klimaat in de stad veranderde na zijn overwinning en het bestuur dat hij achterliet ook, repressie nam toe, de toon en bejegening werd harder. Het waren de ideeën van Wouter Bos waar ik me inhoudelijk thuis voelde: hij zorgde er voor om mij de stap naar een politieke partij, de PvdA te laten zetten. Zijn charisma en verbin-dende geluid spraken mij aan. De hoop op een inclusieve politiek. Ook het meer liberale standpunt sprak mij aan. Ik werd lid van het PvdA-bestuur in Rotterdam en van het Multi-Etnisch Vrouwennetwerk binnen de PvdA en daarna de Tweede Kamer.

Verbinding tussen mensen, geen hokjes denkenIn de politiek wilde ik mij inzetten voor die verdergaande verbinding tus-sen mensen, met name tussen mensen van verschillende afkomst. Helaas werd ik niet de woordvoerder voor integratie, maar binnen de partij en de fractie heb ik natuurlijk mijn visie kenbaar gemaakt. Mijn visie werd niet

Page 9: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

14 15

breed gedragen. Ik ben van mening dat zowel de gedachten van assimila-tie, als die van de multiculturele samenleving uitgaan van hokjesdenken. Of iedereen moet zijn/haar culturele gewoonten ‘afschudden’ omdat ze schadelijk zouden zijn. Of je verheerlijkt andere culturele uitingen, de mu-ziek, het eten. Beide gaan uit van een vaste defi nitie van cultuur en hoe mensen zich (moeten) gedragen. Voor mij was dat te beperkend, te veel zwart–wit denken, te veel in hokjes denken. Daarom heb ik meegeschreven aan een boekje over visies op de multi-culturaliteit in Nederland (Zo zijn onze manieren… visies op multicultura-liteit in Nederland. Rozenberg, Amsterdam 2007.). Hierin delen diverse schrijvers hun ervaringen van hun leven in Nederland. Geen multicultureel drama of naïef multiculturalisme, maar met een realistisch-optimistische kijk op hoe mensen met verschillende achtergronden met elkaar leven in Nederland. Met dat boekje zijn we in gesprek gegaan met mensen op vele plekken in het land. Speciaal voor jongeren heb ik ook het Rotterdamse portrettenboek “Your Identity” gemaakt met een lespakket voor MBO-leer-lingen hoe zij met elkaar over identiteit kunnen praten.

Passie voor geboortezorgIn de Tweede Kamer heb ik me wel kunnen inzetten voor mijn passie geboortezorg binnen ontwikkelingssamenwerking, alsook de medisch-ethische agenda. Mijn politieke agenda op het gebied voor veilig moeder-schap was destijds nogal medisch gericht. Hoe zorg je ervoor dat zo min mogelijk vrouwen en baby’s sterven. In die tijd stierf er iedere minuut een vrouw, terwijl de politieke prioriteit om daaraan iets te doen, ont-brak. Met de kennis die ik nu over geboortezorg heb, zou ik hele andere accenten hebben gelegd. Meer accent op het creëren van mogelijkheden zodat vrouwen zelf kunnen beslissen hoe zij willen bevallen en waar. In hun vertrouwde omgeving of elders. Voor mij is dit voortschrijdend inzicht geweest. Inmiddels zijn de sterftecijfers van moeders enorm verbeterd en ook de politieke wil is er. Nu zou die agenda goed kunnen worden uitge-breid met de kwaliteit van bevalling.

Geen negatief beeldEerlijk gezegd krijg ik geen eenduidig beeld over oud-parlementariërs via de media en zeker geen negatief beeld. Ik heb het idee dat dat een beetje voorbij is. Dat belangrijker zaken de aandacht vragen. Voor mij is de Tweede Kamer alweer vijf jaar geleden, dat is toch ver weg. Ik voel me bovendien geen politica meer. Het leven gaat door en ik heb ander werk. Ik word er ook amper nog op aangesproken. Wel komt de ervaring en het netwerk uit mijn Kamertijd mij nog goed van pas!

Vrouwen gaan voor kwaliteit van levenJe zou denken dat meer vrouwen gemotiveerd zijn om de stap richting de politiek te zetten. Ik denk dat vrouwen pas massaal de politiek in gaan wanneer de politieke cultuur verandert. Het gaat er vrij hard aan toe in de Kamer. Soms lijkt het dat de ‘vijanden’ niet zitten bij de andere partijen, maar vooral binnen de eigen partij/fractie. Je moet steeds op je hoede zijn. Het is geen veilige omgeving. Maar wellicht geldt dit ook voor andere partijen.Ik denk dat de vrouw van 2015 een hogere kwaliteit van leven wil dan het leven in de politieke arena. Die onvrede zit niet enkel in de inhoudelijke politieke keuzes, maar ook in de wijze waarop de politiek functioneert. Nog steeds gedragen partijen zich alsof zij DE oplossing hebben en de an-der het niet snapt en verkeerd zit. Dat wij-zij gedrag – zo eigen aan een partijenstelsel – daar bedanken vrouwen voor. Voor veel vrouwen is de re-latie en de plezierige omgang met anderen van belang. Op die manier kan je veel beperkende visies en tegenstellingen overbruggen, waardoor je tot een hoger coherentieniveau kan komen en aan verschillende behoeften in de samenleving kan voldoen. Je zou ook kunnen zeggen dat de politiek juist de vrouwelijke kracht nodig heeft. Maar de paradox is dat juist die krachtige vrouwen er voor bedanken om zich in de huidig politieke arena te begeven. Het biedt te weinig kwaliteit van leven!

-------------------------------------------------------------

Aan het woord: Willem Aantjes Van 1959-1978 lid van de Tweede Kamer voor de ARP en het CDA Op de dag van het interview sloeg ik de krant (Trouw) open, op de opiniepagina. Mijn oog viel direct op het ingezonden stuk ‘Goslinga’s gelijk prompt bewezen’ van Willem Aantjes, voormalig fractievoorzitter CDA.

Voortman, de wijsteIk had niet meer verwacht dat het artikel geplaatst zou worden. Het stuk had ik al een week geleden geschre-ven. Overigens wel met een andere kop: ‘Voortman was de wijste’.

Willem Aantjes

Page 10: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

16 17

Van huis uitJa, politiek heeft nog steeds mijn warme belangstelling. Politiek heb ik van huis uit meegekregen. Mijn vader was schoenmaker, maar daarvoor niet in de wieg gelegd. Hij was een echte autodidact, zeer geïnteresseerd in de politiek, heeft voor de AR in de gemeenteraad van Bleskensgraaf (Zuid-Holland) gezeten, is daar wethouder geweest. Vervolgens lid van Provinciale Staten en daarna nog burgemeester van Hendrik-Ido-Ambacht. Ik ging al vroeg mee naar de vergaderingen van de AR (ARP/Antirevolu-tionaire Partij). Ik herinner mij de verkiezingsbijeenkomst met Colijn in 1937 – ik was toen 14 jaar – en was daar zeer van onder de indruk. Zo is dat gegroeid. Mijn grote voorbeelden waren Idenburg (vooraanstaand, ethische ARP-politicus in de eerste helft van de twintigste eeuw) en Talma (sociaal voelende Friese predikant, Kamerlid voor de ARP en als minister één van de grondleggers van de sociale wetgeving in Nederland). Sterk sociaal gevoel én ambitieMijn motivatie om de politiek in te gaan, was – en is – opkomen voor de-genen die zich zelf niet kunnen redden. Dat sterke sociale gevoel is eigen aan de ‘Alblasserwaarders’, getekend door het water en zijn rampen. Je moet altijd voor elkaar klaar staan! Daarnaast had ik een flinke dosis am-bitie. Ik wilde graag representant van hen zijn. Prof. Severijn (oud-lid van de Tweede Kamer en voorzitter van de Gereformeerde Bond) heeft mij genoemd toen iemand uit die hoek werd gezocht: ”Neem die jongen van Aantjes maar. Die komt uit een goed nest”.Die band met en het opkomen voor de bevolkingsgroep die het niet op ei-gen kracht redt, is altijd mijn motivatie gebleven. Die mensen moeten het van de politiek hebben! De keuze voor de AR lag voor de hand. Wanneer ik precies lid ben geworden, weet ik niet meer. Waarschijnlijk meteen na de oorlog.Van 1959-1978 was ik vanuit de AR lid van de Tweede Kamer, sinds 1971 (toen Biesheuvel premier werd) fractievoorzitter. OorlogDe oorlog heeft een grote impact op mij gehad. In 1943 werd ik door de PTT – waar ik werkte in plaats van te studeren omdat ik de loyaliteitsver-klaring niet wilde tekenen – aan de Duitse Post “uitgeleend” als postbode (in Nederlands postuniform en door PTT betaald). Voor mij heeft daarbij zwaar gewogen, dat ik vrijgezel was en anders een collega met vrouw en kinderen zou worden aangewezen. Om weer in Nederland terug te kunnen komen, meldde ik mij in 1944 aan bij de Germaanse SS (niet voor de militaire Waffen SS), maar weigerde, toen men mij bij die laatste wilde

inlijven. Daarom werd ik naar het strafkamp Port Natal in Assen (voordien en ook nadien weer een psychiatrische inrichting, waarvan ik later nog bestuurslid ben geweest!) gestuurd, waar ik in de strafcolonne moest wer-ken. Nooit ben ik SS-lid geweest zoals Lou de Jong (Directeur RIOD) be-

Dr. Loe de Jong

weerde. De commissie-Enschedé (een zware, door de Tweede Kamer ingestelde, bijzondere commissie om de feitelijke gedragingen van Aantjes gedurende de Twee-de Wereldoorlog te onderzoeken) concludeerde dat het RIOD tijdens het onderzoek onzorgvuldig te werk was gegaan en dat mijn verhaal juist was. De Jong heeft nooit zijn ongelijk willen erkennen. Hij heeft ook altijd een gesprek met mij geweigerd. Dat vind ik jammer, maar zulke dingen gebeuren. Je kunt de geschiedenis toch niet terugdraaien. Ach, het is al zo lang geleden en er zijn andere, privézaken die veel belangrijker zijn en veel dieper ingrijpen.Complot? Ik zeg altijd: “Al zijn er nog zoveel aanwij-zingen, wat niet bewezen is, heeft niet bestaan”. Dat is een van de fundamenten van de rechtsstaat.Het was wel het einde van mijn politieke loopbaan. Ook al heeft de Commissie-Enschedé het verhaal van De Jong ontkracht en mijn verhaal bevestigd, de beeld-vorming blijft. Dat valt niet te herstellen.

Met al mijn vezels met het CDA verbondenNooit heb ik overwogen om mijn lidmaatschap van het CDA te beëindigen. Aan die partij heb ik mijn politieke carrière te danken. Ook de mooiste politieke functie: het fractievoorzitterschap. Met die partij ben ik in al mijn vezels verbonden. Ook de komst van het CDA heb ik als AR-fractievoorzitter actief meegemaakt. In mijn politieke ‘Bergrede’ – die overigens ten onrechte zo wordt genoemd – op het eerste CDA-congres in 1975 heb ik onder woorden willen brengen hoe het evange-lie een richtsnoer kan zijn voor de moderne christen-democratische politiek. Geïnspireerd door Mattheüs 25 en een toespraak van August van Istendael, een Belgi-sche vakbondsleider en christendemocratisch politicus.Slechts een keer heb ik niet op het CDA gestemd, in 2010, vóór het gedoogkabinet met de PVV. Dat het CDA zich niet uitsprak tegen samenwerking met de

Page 11: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

18 19

Reinder van der Heide

PVV was naar mijn mening strijdig met de CDA-statuten waarin staat dat geen regering wordt gevormd met een niet-democratische partij. Arie Slob heeft toen mijn stem gekregen. Andere zuilenOver democratie gesproken: na de verzuiling is de betrokkenheid en het vertrouwen in de politiek, de politici langzamerhand verminderd. De ‘ont-zuiling’ was een vrucht van een geslaagde emancipatie en op zich positief. Maar we hebben verzuimd er nieuwe zuilen voor in de plaats te creë-ren, waarop de representatieve democratie moet steunen, zoals Herman Tjeenk Willink eens heeft gezegd. Regionalisering moet niet doorslaan bij het opstellen van een kandidatenlijst. Het gaat om kwaliteit. Hoeveel (staatsrecht)juristen zijn er nog in de Tweede Kamer? Dat kan toch niet! Hoe dan ook, ik weet geen beter alternatief voor het huidige systeem met politieke partijen. Er moet een zekere ordening zijn waarop de politiek kan functioneren. Er moet een kritische achterban zijn om de top te kunnen volgen, bekritiseren en te corrigeren. Anders krijg je alleen schreeuwle-lijkerds en demagogen in het parlement. Essentieel voor een democratie is en blijft de mate waarin de meerderheid ook rekening houdt met de minderheid, om ook deze tot haar recht te laten komen. Tenslotte blijft het van belang om mensen bewust te maken. Dat is en blijft de taak van politieke partijen. Vrouwelijke minister-presidentVrouwen zijn nog steeds in de minderheid in de politiek. In deze tijd is dat merkwaardig. Een vrouw als minister-president zou ik toejuichen, maar het hoeft niet per se. Maar destijds hadden bijvoorbeeld Marga Klompé en Ien Dales en Neelie Kroes toch prima minister-president kunnen worden?

GERARD BOLLAND

[Feuilleton Statenpassage, afl evering XVI]

Deze afl evering van het feuilleton gaat niet toevallig over Gerard Bolland. Een borstbeeld van deze voor de oorlog (WOII natuurlijk) beroemde fi losoof sierde tot halverwege 2003 de Statenpassage. Dat beeld is allang verdwenen. Daarvoor heeft SP-Kamerlid Ro-nald van Raak gezorgd. Van Raak werd in 2003 Eerste Kamerlid maar kwam al graag aan ‘de overkant’, waar

hij als historicus natuurlijk met meer dan gemiddelde belangstelling de bustes in de Statenpassage bezag. ‘Wie zijn vijand én zichzelf kent, hoeft geen honderd veldslagen te vrezen’, aldus de antieke maar altijd actuele Chinese veldheer Sun Tzu (Huimin, *ca. 544 v.Chr.-†ca. 496 v.Chr.). Als deskundige op gebied van het conservatisme én als fi losoof moest Van Raak tot zijn ontzetting vaststellen dat toeval en willekeur, die twee fundamentele krachten in het universum, uitgerekend fi losoof Bolland in marmeren uitvoering op een sokkel in de Kamer hadden doen belanden.

Borstbeeld Gerard Bolland

Van Raak liet de volgens hem antidemocratische en bovendien ook nog antisemitische Gerardus Bolland stante pede uit het Huis der Democratie verbannen. Bolland immers, in 1896 benoemd tot hoogleraar wijsbegeerte in Leiden, had volgens Van Raak ‘een hartgrondige hekel aan het algemeen kiesrecht, dat arbeiders en vrouwen aan de macht had gebracht en de poli-tiek gevoelig maakte voor manipulaties door het internationale jodendom’. In het persbericht daarover stond: ‘Op de lege sokkel die achterblijft, ziet Van Raak graag Erasmus of zijn lievelingsfi losoof Spinoza. Hun ideeën over verdraagzaamheid passen veel beter in het Nederlandse parlement.’

Wat Spinoza betreft had Van Raak het bij het rechte eind maar Erasmus had hij er beter niet bij kunnen halen als alternatief voor Bolland. In de 16e eeuw was antisemitisme heel gewoon. De verstandigste en geleerdste

Ronald van Raak

Standbeeld Spinoza in Den Haag

Page 12: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

20 21

mannen waren ermee behept. Weinigen willen het weten, maar ook Eras-mus was als kind van zijn tijd niet in staat zich aan die sfeer te onttrek-ken, hij was zelfs een fel antisemiet blijkens zijn uitspraken over joden en ‘judaïsme’. Die exclamaties doen ons nu onaangenaam aan. Frankrijk was voor hem het bloeiendste deel van de christenheid omdat dat land niet met ‘Joden en half joodse maranos is geïnfecteerd’. Erasmus zag het Jodendom als de ‘verderfelijkste plaag en bitterste vijand van de leer van Jezus Christus’. Hij heeft zelfs voorgesteld om het gehele Oude Testament uit de Bijbel te verwijderen om daarmee de invloed van het judaïsme in te dammen. Zijn vriend en geleerde tijdgenoot Johannes Reuchlin die een studie van het Hebreeuws maakte en in dat kader met gewone Joden en met verscheidene rabbi’s in contact trad en ook met hen vriendschappe-lijk verkeerde, bepleitte gelijke burgerrechten voor de Joden. In reactie op Reuchlins studie van de kabbalistiek schreef Erasmus toen Reuchlin door de Inquisitie vervolgd werd: ‘Ik ben geen Reuchlinist, zoals ik van niemand een partijganger ben, nooit heb ik hem gesteund, en hij zou het niet eens gewild hebben’ (…). Vermeld dient wel te worden dat hij Reuch-lins pleidooi voor de joden in een brief aan de inquisiteur Van Hoogstraten verdedigde. Hij koesterde grote bewondering en vriendschap voor Reuch-lin, zoals blijkt uit zijn Colloquium ‘Apotheosis Capnionis’ (Capnio is de ‘potjes’-oud-Griekse versie van de naam Reuchlin). Jaren geleden maakte ik mijn oudste zoon die toen het Erasmiaans Gym-nasium bezocht, opmerkzaam op deze kant van het Erasmiaanse geestes-goed. Ik suggereerde hem om maar eens in een of ander schoolwerkstuk voor te stellen de naam van zijn school te veranderen in ‘Johannes Reuch-lin Gymnasium’. Helaas – maar wellicht ook wijselijk – heeft hij die mis-schien wat al te politiek-correcte suggestie niet ten uitvoering gebracht. Waarheid dient immers af en toe te wijken voor wijsheid … Bovendien, wie weet wat Reuchlin zelf voor in moderne ogen merkwaardige en eventueel verwerpelijke denkbeelden koesterde, zo goed heb ik hem nu ook weer niet bestudeerd.

Johannes Reuchlin in Pforzheim Desiderius Erasmus in Rotterdam

Het is geen staatsgeheim dat antisemitisme ook in Nederland (nog) voor de Tweede Wereldoorlog ‘heel gewoon’ was. Wat dat betreft was er van veel verbetering sinds de 16e eeuw geen sprake. Die fundamentele verandering trad pas op na de oorlog, althans na het bekend worden van de door de nazi’s industrieel georganiseerde en uitgevoerde massamoord op de Joden, tegenwoordig alom bekend onder de Amerikaanse TV-serie-naam ‘Holocaust’, een term die ik daarom liever niet gebruik. Een ‘naïef’ vooroorlogs antisemitisme kan niet meer bestaan. Wie zich nu antisemi-tisch uitlaat, deugt niet, zo simpel is het, zo simpel moet het blijven. Het-zelfde geldt trouwens voor mensen die pejoratief generaliserende uitspra-ken doen over welke andere op grond van onwillekeurige kenmerken te identifi ceren groep mensen. Een en ander is dan ook wettelijk geregeld.

Wat autodidact en aartsindividualist Bolland betreft, moet je constateren dat hij so wie so weinig groepen mensen zag zitten. Zijn antikatholicisme bijvoorbeeld was legendarisch. Van de vele polemieken die hij met diverse priesters, jezuïeten en pastoors voerde over om het even welk ‘katholiek’ onderwerp dan ook, sprongen de vonken er tot in de uithoeken van ons landje af. Hij was erop uit hen tot in het diepst van hun kerkelijke ziel te raken. Beledigen was hem een tweede natuur. Erg serieus namen de aangevallenen hem niet. Verbaal vermorzelen was zijn doelstelling. Het werkte averechts. Het katholieke volksdeel, eeuwen gemarginaliseerd, emancipeerde zich voorspoedig, ondanks, misschien wel ‘antithetisch’ dank zij Bolland, gelijk nu onder invloed van politicus Wilders het grootste deel van de medelandse moslims zich evenzo antithetisch steeds meer emanciperen tot Nederlanders die de niet-autochtone facetten van hun Nederlanderschap extra aanslijpen (…) en als wezenlijk deel van hun iden-titeit ter bewaring etaleren.

Bolland

G.J.P.J. BollandHoe zat het eigenlijk met dat voor-oorlogse antisemitisme van Bolland? Was dat ‘heel gewoon’? Was het naïef of onschuldig? Lezend in de teksten van Bolland zelf ben ik met Van Raak geneigd te zeggen dat zijn antisemitisme allesbehalve onschul-dig was. Net als Erasmus doet hij vele zeer krasse uitspraken. Enkele verzachtende zinsnedes over Joden in zijn “Teekenen des Tijds” verzin-

Page 13: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

22 23

ken in het niet bij de rest van dat antisemitische vertoog. Dat feit brengt mij tot de volgende gedachte: er zat altijd al iets heel gevaarlijks in het opschrijven van wat je denkt of voelt, de allergrootste denkers wisten dat. Ze schreven niets op, immers al hun ‘waarheid’ was, beseften ze, context-gebonden. Uit dat unieke verband gerukt tot ‘waarheid’ gemetastaseerd, levert ellende op: ‘hoed u voor discipelen…’. Schrijven is en blijft met vuur spelen. Iedereen denkt en voelt van alles, maar het een beetje gebalanceerd articuleren, dat is andere koek. Geluk-kig maar dat het gesproken woord vervliegt. Wie echter naar de pen of tekstverwerker grijpt, dient zich tot meer dan gemiddeld nadenken te dwingen. Zowel bij Erasmus (soms) als bij Bolland (vaak) bekruipt je het gevoel dat ze weliswaar denken, maar er nog eens over nadenken alvorens die gedachten op te schrijven? Dat is er vooral bij Bolland niet bij. Schrijven schept nogal een verantwoordelijkheid voor de schrijver. Ande-ren kunnen, nee moeten er wel andere dingen in lezen dan wat hij er mee bedoeld heeft. ‘Woorden zijn als lege aardappelzakken’, aldus Nietzsche, ’een ieder kan erin stoppen wat hem goeddunkt’. Zo kan de schrijver te allen tijde ter verantwoording worden geroepen voor iets dat hij in eigen ogen niet geschreven heeft. Lastig! In deze tijden waarin alles wat gezegd wordt te pas en te onpas wordt geregistreerd (YouTube, Facebook, Twitter etc.) – als het ware ‘opgeschre-ven’ – zie je voortdurend mensen in moeilijkheden verzeilen. Hoge bomen vangen tegenwoordig zoveel meer wind dan vroeger dat ze wel moeten omvallen. Alleen al een relatief onschuldig grapje, een losse opmerking – losgezongen van de context – kan hen de kop kosten.

Hoe antidemocratisch was Bolland eigenlijk, is de volgende vraag die Van Raaks actie van destijds oproept. In zijn ‘Het Boek der Spreuken’ schreef Bolland: „Demokraten zijn ezeldrijvers, die om den ezel te mogen rege-ren, den ezel vereeren”. Jan Blokker parafraseerde op 15 september 2006 de Bollandiaanse wanhoop over het nakende gevaar in een als gebruikelijk bijzonder geestige column in NRC Handelsblad als volgt:‘Hoe moest het met ons aflopen als straks elke Nederlandse ezel zijn eigen politieke kandidaat kon kiezen? Niet voor niets had er altijd een veiligheidsklep gezeten op de toegang tot het Binnenhof: armoedzaaiers kwamen er niet in. Maar wat zouden we krijgen als we bogen voor de dic-tatuur van het proletariaat? Het risico dat op een dag een arbeider zonder stropdas het spreekgestoelte in de Tweede Kamer zou beklimmen, was nog tot daar aan toe. Maar de geestverwanten van Bolland lagen wakker van nog veel vreselijker nachtmerries. Dat bijvoorbeeld de vakbonden de

regering tot sinterklazerij zouden kunnen dwingen. Dat allerlei lagerge-plaatsten – onderwijzers, leraren, artsen, notarissen, of zelfs brandweer-mannen, politieagenten en vuilophalers – steeds meer praatjes zouden krijgen. Dat er wetten zouden komen die toestonden wat God sinds jaar en dag had verboden. Dat aan de positie van het Koninklijk Huis zou wor-den getornd. En dat het kiesrecht misschien – de raarste dingen kon je nu verwachten – op den duur ook aan vrouwen zou worden gegund. (…)

Dit themanummer over democratie leek mij gediend met een antithe-tisch geluid van een groot Hegeliaan, want dat was Bolland. Voordat in Duitsland zelf de grondig vergeten Hegel weer in de belangstelling steeg, had Bolland hem allang herondekt. Niet in de laatste plaats dankzij zijn internationaal georiënteerde activiteiten won overal in Europa Hegel aan populariteit in academisch wijsgerige kringen. Wat te denken van zijn ezelmetafoor? Als een hedendaags Nederlands politicus gevraagd wordt naar zijn gevoelens over de uitslag van verkie-zingen luidt bij verliezers het vaste antwoord: ‘de kiezer heeft altijd gelijk’, en je hoort ze erachteraan denken: ‘maar niet heus, die ezels!’. Maakt die gedachte hen tot antidemocraat? Ik vind van niet. Democratie is een pro-blematische aangelegenheid, een beetje democraat erkent dat. Wel dient hij eraan toe te voegen dat alle andere systemen die door mensen zijn geprobeerd problematischer zijn, vrij naar Churchills beroemde dictum. Diezelfde Churchill heeft ook gezegd: ‘The best argument against demo-cracy is a five-minute conversation with the average voter.’ Maakt hem dat tot antidemocraat? Welnee, natuurlijk niet. Het maakt hem tot een realist met humor, die zich laconiek neerlegt bij verkiezingsuitslagen, zeer demo-cratisch dus. Bolland had vrees ik weinig of geen humor. Zijn levensloop en schrijfsels verraden een structureel gebrek aan relativeringsvermo-gen. Hij verkondigde zijn hele leven ‘de waarheid’, ook al wisselde hij na verloop van tijd zijn ‘waarheid’ gedurende dat leven steeds weer in voor de volgende ‘waarheid’ waarop hij stuitte. En als evangelist en profeet van ‘de Rede’ doet hij dat waarheidsverkondigen met grote hartstocht. Er zijn vele voorbeelden van onverdachte persoonlijkheden die zwaar onder de indruk raakten van Bolland tijdens het bijwonen van een van diens vervoerende redevoeringen.Maar, zoals wijlen Martin van Amerongen het in een zeer geestige column uit 1991 in Trouw verwoordde: ‘Mijn favoriete filosoof is sinds jaar en dag G.J.P.J. Bolland (1854-1922), een denker met de onsterflijke verdienste zijn leven lang geen enkele interessante gedachte te hebben ontvouwd’. Wat zegt dat over Bollands grote schare fans destijds, onder wie bijvoor-beeld iemand als Menno ter Braak?

Page 14: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

24 25

Overigens was het wel een beetje onrechtvaardig van Van Amerongen. Bolland was wel degelijk een uiterst origineel denker. Zo had hij bijvoor-beeld een bijzonder eigen kijk op de fi ets: ‘(…) reeds de gewone fi ets, in de samenleving onzer dagen eene onontbeerlijkheid, (heeft) meteen hare bedenkelijkheid en zelfs verderfelijkheid (…) als trillend en schokkend verderver vooral van den vrouwelijken onderbuik, om niet te spreken van de fi ets als middel tot heimelijk verkeer en factor van gezag vernietigende of democratische verijdeling eener zedelijke opvoeding. ’

Nog even terug naar Erasmus. Zijn doopnaam was, als bekend, Geert Geertgen. Met wat goede wil kan je zeggen dat die naam tweevoudig resoneert met het werkwoord ‘be-geren’. Via een wat potjeslatijnse en –antiekgriekse aanpak ‘vertaalde’ (desiderare, eraoo) Geert G. zijn naam dan ook in Desiderius Erasmus, ik vertel u niets nieuws. In reïncarnatie geloof ik niet. Maar…, blijf nog even bij me. Bege-ren en willen liggen dicht bij elkaar.

Bolland als dolle stier (‘De dolle stier in den porseleinwinkel’, spotprent in De Amster-dammer van 8 oktober 1921)

Ongeveer vanuit dezelfde sentimenten die Erasmus bij het eerste deel van de Bijbel bekropen, stelde Geert Wilders destijds voor om de Kor’an van tot geweld oproepende teksten te ontdoen. Daarna zou volgens hem van dat boek nog slechts de omvang van een Donald Duck resteren. Zou Neêr lands roemruchte anti-moslimist ooit beseft hebben dat zíjn eigen naam even eenvoudig kan worden ‘vertaald’ in Desiderius Erasmus, de naam dus van de man die iets soortgelijks met de Bijbel voorhad?

Bronnen:G.J.P.J. Bolland. Kritiek der Rede. Een boek voor vrienden der wijsheid. 1912G.J.P.J. Bolland. De teekenen des tijds. 1921De moeder van G.J.P.J. Bolland. Martin van Amerongen, Trouw – 21-06-1991Otterspeer, Willem. Bolland. Een biografi e. Amsterdam. Uitgeverij Bert Bakker, 1995Wikipedia [Reuchlin, Erasmus]Weblog over Spinoza etc.: http://spinoza.blogse.nl/log/spinoza-favoriete-fi losoof-van-parlementarier-ronald-van-raak.htmlParlement.com [Ronald van Raak]Een antidemocraat en een antisemiet. Jan Kuijk, Trouw – 05-09-2003De vreselijke gevolgen van de democratie. Jan Blokker, NRC-Handelsblad – 15-09-2006

BOEKBESPREKINGEN

Het “probleem” Eerste Kamer: Visies op de toekomstige rol van de Senaat. Bert van den Braak (red.). Deel 5 van de Montesquieu-reeks.

Het Montesquieu-instituut (een multifunctioneel onder-zoeks- en onderwijsinstituut voor vergelijkende parle-mentaire geschiedenis en constitutionele ontwikkeling in Europa) levert met deze publicatie een waardevolle bijdrage aan het debat over (de toekomst van) de Eer-ste Kamer. Verschillende schrijvers geven hun visies.

Gerritjan van Oven

Simon Otjes, wetenschappelijk medewerker Documentatie-centrum Nederlandse Politieke Partijen, RUGSimon Otjes schets vier scenario’s uitgaande van ofwel de wetskwali-teitbewakingsfunctie ofwel de poli-tieke functie (vetomacht voor een minderheidsgroepering). De scena-rio’s kunnen vanuit beide functies leiden tot afschaffi ng óf versterking van de Eerste Kamer. Uitgaande van de wetskwaliteits-functie zou men de Eerste Kamer (hierna: EK) kunnen afschaffen en de rol van waker over de wetskwali-teit bij de rechter leggen. Maar men zou die rol ook kunnen versterken

door de vetomacht af te schaffen, maar de EK het recht te geven onvol-doende kwalitatieve wetgeving voor te leggen aan een Verenigde Verga-dering. Otjes wijst erop dat de Nederlandse EK in Europa alleen met de Italiaanse senaat het absoluut veto over wetgeving deelt.Uitgaande van de politieke functie zou men de EK kunnen vervangen door een bindend, correctief referendum ofwel de EK versterken door directe verkiezing.Voor alle scenario’s’ – waartussen Otjes overigens niet kiest – zou Grond-wetswijziging nodig zijn.

Page 15: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

26 27

Carla van Baalen, directeur Centrum voor Parlementaire Geschie-denis en bijzonder hoogleraar parlementaire geschiedenis, Rad-boud Universiteit Nijmegen, en Alexander van Kessel, onderzoeker Centrum voor Parlementaire GeschiedenisCarla van Baalen en Alexander van Kessel bespreken de rol van de EK bij de kabinetsformatie vóór en ná 2012 (de eerste formatie waarbij de Twee-de Kamer en niet meer de Koning de (in)formateur benoemt). Vóór 2012 was de Voorzitter van de EK altijd de eerste adviseur van de Koning bij de formatie. Maar zeker na 1945 waren de beslissingen van de Koning(in) zo goed als altijd terug te voeren op de adviezen van de fractieleiders uit de Tweede Kamer. Met andere woorden: in de praktijk was al veel langer sprake van afzijdigheid van de EK bij de formatie. Wel kregen de (in)for-mateurs voor hun arbeid meestal onderdak bij de Eerste Kamer. Schrijvers stellen de vraag of – gezien de ontwikkelingen onder Rutte II – de beteke-nis van de EK bij het formatieproces niet juist zal moeten toenemen, met name vanwege de ‘minderheidssteun’ in de EK en de daaruit volgende gedoogconstructies.

Aalt Willem Heringa, directeur van het Montesquieu Instituut en hoogleraar (vergelijkend) constitutioneel en administratief recht, Universiteit Maastricht Aart Willem Heringa bespreekt in zijn bijdrage de bestaanswenselijkheid van de EK aan de hand van lijsten met voor- en nadelen. Hij gaat daarbij ook in op de wijze van verkiezing (rechtstreeks, eventueel met een ander kiesstelsel zoals een districtenstelsel). Als kwaliteitstoetser noemt hij de EK niet het meest geschikte instituut. Liever zou hij dan het rechterlijk toetsingsrecht invoeren. Voor wat betreft het democratisch toezicht noemt ook hij het correctief wetgevingsreferendum met gelijktijdige afschaffing van de EK.

Nog een keer: Simon OtjesIn zijn tweede bijdrage bespreekt Otjes zeer kritisch het artikel van Han Noten (tot 7 juni 2011 fractievoorzitter PvdA in de EK) in NRC Handelsblad van 26 september 2012, waarin Noten betoogt dat EK-leden wetsvoor-stellen op dezelfde politiek-inhoudelijke gronden beoordelen als Tweede Kamerleden. Volgens Noten stemmen EK-leden “bijna altijd” hetzelfde als hun TK-fractie. Om dat te beoordelen deed Otjes onderzoek naar congru-entie van het stemgedrag van fracties in de EK en de TK tussen 1998 en 2014. Hij relativeert Notens standpunt door te wijzen op het grote aantal wetsvoorstellen (77 %) dat zonder enige tegenstem de beide Kamers heeft gepasseerd. Als men dit buiten beschouwing laat, wordt het aantal

wetten waarbij een EK-fractie afwijkt van “zijn” fractie in de TK, veel gro-ter. Probleem blijft, zo noteert hij, dat je de argumenten van de tegen-stemmers niet kunt beoordelen.

Tot slot: Bert van den Braak, eindredacteurTenslotte geeft eindredacteur Bert van den Braak nog een boeiend over-zicht van wetten die vanaf 1860 door de EK geblokkeerd zijn. Een groot aantal daarvan kwam overigens in gewijzigde vorm terug en werd dan wel aanvaard. Op die grond zou je kunnen constateren dat de invloed van de EK beperkt was.Daar staat echter weer tegenover dat de regering ook nogal eens een wetsontwerp introk wanneer men een blokkade door de EK verwachtte.

Alles bijeen een interessante bijdrage aan het debat door middel van dit mooi gekafte boekje waarbij ik wel betreur dat de eindredactie vrij slordig is. De verantwoording van bronnen is vaak niet compleet, er wordt een enkele spellingsfout gemaakt en ook het notenapparaat is niet foutloos. De inhoud vergoedt echter veel!

VAN TRILLING NAAR RILLING. DE MAGIE VAN MUZIEK.

Mieke van der Burg Rogier van Boxtel

“Muziek loopt als een rode draad door mijn leven”, zo begint Roger van Boxtel zijn boek over muziek. Muziek is weliswaar in wezen niet meer dan trillingen in de lucht, maar kan erg veel teweegbrengen. Muziek kan mensen hard en diep raken, zelfs bij ongeboren baby’s. Muziek kan plezier teweegbrengen, maar ook leiden tot hevige tranen. Muziek is een universele ‘taal’ en kan mensen binden, evenals taal. Muziek kan mensen helpen om hun emoties te uiten. Kortom, muziek doet iets met je. Maar waarom? Wat is de magie van muziek?Het boek bevat na een inleiding van Roger zelf, elf openharige inter-views met personen die op de een

Page 16: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

28 29

of andere wijze nauw en ook professioneel verbonden zijn met muziek. Zo wordt vanuit verschillende invalshoeken de werking en waarde van muziek beschreven. Maar ook klinkt in het boek het plezier door dat muziek te-weeg kan brengen.

Elf interviewsZo schijft Jaap van Zweden heel persoonlijk over wat muziek voor hemzelf doet en voor zijn autisti-sche zoon. Erik Scherder (hoogle-raar Klinische Neuropsychologie aan de VU) en Dick Swaab (arts, neuro-bioloog, hersenonderzoeker, hoogle-raar) lichten toe wat onze hersenen doen met muziek. Waarom krijgen we kippenvel, hoge bloeddruk of tranen van muziek? Hoe kan muziek pijn verzachten en waarom geven koeien meer melk door Mozart? Verschillen hersenen van mensen? Wat is erfelijk bepaald? Albert Berman (muziektherapeut bij het psychiatrisch centrum Zon en Schild) laat weten dat beleving van muziek heel persoonlijk is.

religie, liefde en muziek in één laadje zitten, omdat deze alle drie zeer snel ingrijpen in je gevoelsleven; ook intensiveert muziek het gevoelsleven. De combinatie van tekst en muziek is voor hem heel belangrijk. Dit in tegen-stelling tot Paul Witteman. Woorden bij muziek zijn voor hem totaal niet van belang. Paul schrijft over muziek vooral om mensen aan te moedigen zich te laten meeslepen door de muziek. Voor hemzelf gaat er geen dag voorbij zonder Bach. Net zo dwingend als hardlopen voor anderen! Vanuit de sociale kant geeft Tom ter Bogt (hoogleraar Popmuziek en Jeugdcul-tuur) antwoord op de vraag: Waarom luisteren mensen eigenlijk naar muziek? Waarom hebben mensen een bepaalde muzieksmaak? Muziek laat zien wie je bent en waar je bij hoort. Muziek zorgt voor binding en identi-teit. Of het nu klassieke muziek is of Gordon.Tenslotte wijst Simon Reinink (Directeur Concertgebouw) het rendements-denken (verdien je de investering in muziek wel terug?) bij muziek en mu-ziekonderwijs af. Je moet niet alleen naar de kosten kijken, maar vooral naar de waarde.

Bezuiniging op muziekonderwijs?Zo komt in ieder interview de vraag over bezuiniging op muziekonder-wijs aan de orde. Allen wijzen deze bezuinigingen af. Het boek is dan ook terecht een groot pleidooi om iedereen – vooral jongeren – in aanraking te laten komen met muziek vanwege de positieve werking die het heeft. Was dat misschien het achterliggende doel van het boek?Hoe dit ook zij, het is een boeiend en goed geschreven boek waarin alle facetten van muziek worden belicht. Ik raad iedereen aan dit boek te le-zen, want wie wordt niet geraakt door muziek?

DE VICTORY-LUNCH VOOR WINSTON CHURCHILL

Via muziek kan je dichter bij mensen komen. Maar ook kunnen mensen zich via het maken van muziek uitdrukken, waardoor je mensen uit hun isolement kan halen. Mensen met psychiatrische problemen kunnen hier baat bij hebben, zonder medicijnen en dus ook zonder bijwerkingen. In Nederland staat deze aanpak nog in de kinderschoenen, terwijl in Amerika muziektherapie al is opgenomen in het zorgsysteem.Henkjan Honing (hoogleraar muziekcognitie) onderzoekt de wisselwerking tussen muziek en luisteraar. Hiervan is nog maar weinig bekend. Hoe mu-ziek functioneert bij mensen is in ieder geval sterk cultuurgebonden. En hoe werkt muziek bij dieren? Willeke Alberti vertelt over haar ervaring bij haar vele optredens in zie-kenhuizen, verzorgings- en verpleegtehuizen. Zij benadrukt dat wat zij voelt, mensen ook voelen. Voor Dinand Woesthoff (zanger) is muziek maken het – in positieve zin – “meedogenloos moeten”. Hij heeft altijd muziek in zich en dan moet je een weg vinden om het eruit te laten ko-men. Leo Blokhuis (verteller van verhalen over muziek) is van mening dat

“Zullen onze kinderen wederom verbloeden en reu-telen in verwoest land?”, vroeg een jonge Winston S. Churchill zich aan het eind van zijn memoires over ‘den Grooten Oorlog’, met huiveringwekkend vooruitziende blik af. Hij was tijdens deze oorlog minister van Munitie en diende als minister van Financiën Groot-Brittannië toen hij schreef aan ‘Drie Jaar Wereldbrand 1916-1918’. Hij had al voor 1900 enige faam gekregen als oorlogscorrespondent in onder meer de Boerenoor-log in Zuid-Afrika, op Cuba en in Soedan. En hij had als militair gediend. Aan ‘den Grooten Oorlog’ gingen

Will. J. Verkerk

Page 17: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

30 31

heel wat brandhaarden vooraf. Met deze ervaringen beschreef hij de later pas zo genoemde ‘Eerste Wereldoorlog’. Anno 1927 kon de Nederlandse krantenlezer voor 65 cent een overdruk kopen van zijn in De Telegraaf en De Courant Het Nieuws van den Dag verschenen artikelen. Memoires als ‘een dreunende waarschuwing aan dit en volgende geslachten’, voeg-de de krantenredactie er in haar voorwoord aan toe. Het begin van de Eerste Wereldoorlog is na honderd jaar uitvoerig gememo reerd. En begin mei jl. heeft Nederland voor de zeventigste keer de doden uit de Tweede Wereldoorlog herdacht, met in Wageningen de parade waarin naast onze veteranen van later tijd, de laatste nog levende geallieerde veteranen, sommigen ver in de negentig en in hun ouderdoms-rolstoel naar ons land gekomen. Natuurlijk heeft het bevrijdingsvuur ook weer gebrand.

De VOP-leden hebben tijdens de ontvangst door het Rotterdams gemeente-bestuur in het stadhuis aan de Coolsingel een borstbeeld bewonderd van Winston Spencer Churchill, oorlogspremier van het Britse koninkrijk, dat behoorde tot de geallieerde bevrijders. Op 13 mei 1946 werd the right honourable Winston Churchill in Rotterdam geëerd voor zijn werk en daar-toe geïnstalleerd als erelid van de Rotterdamse gemeenteraad, een uit-zonderlijke benoeming. Churchill was toen vast al bezig aan zijn befaamde memoires van The Second World War, die in 1949 verschenen. In het nog

Sir Winston Churchill verwelkomd in Rotterdam

volledig in opbouw zijnde Rotterdam werd hem een jaar na de Bevrijding een lunch aangeboden in een stadhuis, dat wel was beschadigd maar trots overeind was gebleven en functioneerde. Het menu van de lunch geeft een idee van de toen nog beleefde gevoelens van vrijheid en vaderlands-liefde. Het bestond uit: Crème d’asperges de Bergen op Zoom

Suprême de turbot de la Mer du Nord –

Sauce hollandaise

Filet de Boeuf rôti aux primeurs westlandaises

Gâteau ‘Victory’.

VAN HET BESTUUR

Verslag Voorjaarsbijeenkomst 2015: Rotterdam

Op een lichtbewolkte en wat winderige woensdag in april troffen we elkaar op de omloop van het prachtige Rotterdamse stadhuis. Zeker zestig leden waren vroeg van huis gegaan om tijdig aanwezig te zijn. Na de koffie kregen we in de Burgerzaal een presentatie over de ontwikkelingen van de stad Rotterdam door Astrid Sanson, directeur Binnenstad en Stedelijke Kwaliteit. Zij zal zich concentreren op de ontwikkelingen van de stad in de laatste tien jaar.

StadsvisieIn de periode 2000-2005 staat de stad er niet goed voor en dat leidt tot de opstelling van een Stadsvisie in 2007 waarin zowel een sterkere economie als een aantrekkelijker woonstad leidend zijn. In het verleden was het of het een of het ander hetgeen uitmondde

Monique de Vries

Page 18: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

32 33

Parking Day Nieuwe Binnenweg

in een verbrokkelde ontwikkeling. Randvoorwaarden voor die stadsvisie 2007 zijn de thema’s openbare ruimte en water, bereikbaarheid/mobili-teit, milieu en duurzaamheid en cultuurhistorie en architectuur. Vooral dat laatste was niet onbelangrijk: er is in Rotterdam weinig gevoel om terug te kijken maar het is belangrijk om juist de verhalen van de stad een plaats te geven. Op economisch vlak is de keuze gemaakt te concentreren op clean technology, medical en food, daarnaast vrije tijd en bedrijvigheid en ruimte voor ondernemers met name de kleinere ondernemingen waar de innovaties vandaan komen. Rotterdam moest ook een aantrekkelijke woonstad worden. Gekozen werd om waar mogelijk uit te breiden in de stad en niet buiten de stad door bijv. nog meer huizen toe te voegen in de Zuidplaspolder. De reden is dat de bewoners van die uitbreidingswijken steeds minder alleen op de stad Rotterdam gericht zijn maar ook elders boodschappen gaan doen en recreëren. Dus meer bouwen voor midden- en hogere inkomens en gezinnen in de stad. Niet overal wat bouwen, niet alleen projecten maar werken vanuit een visie op een groter gebied. Dan komt er eenheid en samenhang.

City LoungeVervolgens is een visie ontwikkeld voor de binnenstad onder de titel City Lounge. Rotterdam was een stad van projecten en iconen gewor-den maar de samenhang ontbrak. De visie voor het gebied Binnenstad is ontwikkeld samen met alle stake-holders. Goede samenwerking met architecten en rekening houdend met de korte en de lange termijn. Pijlers zijn wonen, bedrijvigheid, levendigheid buitenruimte, gast-vrijheid. Astrid Sanson wijst op de nieuwe maatschappelijke ontwikke-lingen. Gebouwen hebben niet meer één soort gebruik maar hebben di-verse functies: woningen, kantoren en op de begane grond winkels en restaurantjes (multi-tenant gebou-wen). Mooie voorbeelden daarvan zijn de onlangs geopende Markthal – met woningen, winkels, markt en Astrid Sanson

horeca – en natuurlijk het gebouw “De Rotterdam”. Maar het gaat natuur-lijk niet alleen om zulke grote projecten maar ook om kleinere: optop-pen (een extra verdieping op een huis), inbreien, klushuizen waar vooral jongere mensen op af komen en die een positieve ontwikkeling geven aan een verpauperde buurt, transformatie van bedrijfspanden, drijvende huizen. Belangrijk is wel daarbij mee te nemen dat het verdichten van de stad niet kan zonder ook de openbare ruimte in kwaliteit te verbeteren: schoner, groener, meer mogelijkheden voor fi etsers, voetgangersgebie-den. Ze geeft toe dat dat soms veel overredingskracht vraagt maar toont een aantal prachtige foto’s van bereikte resultaten. Zelfs de foto van een park op een zijgevel met op de stoep een bankje en hekje geeft een heel ander aanzien!De binnenstad ligt nu aan twee kanten van de rivier na de ontwikkeling van de Kop van Zuid en die ontwikkeling gaat verder. De binnenstad is on-derverdeeld in ”kwartieren” met elk hun eigen sfeer, samenwerkingsver-banden van ondernemers, horeca, winkeliers die werken aan de verster-king van hun gebied. Vanzelfsprekend zijn de bewoners evenzeer partij.

Anno 2015Waar staat Rotterdam anno 2015? De stad en de tijd staan niet stil. Rot-terdam is een jonge stad, multicultureel met veel jonge architectuur. “Urban” noem je dat tegenwoor-dig. De nieuwe maatschappelijke trend is “sha-

ring” en waar dat voor mensen betekent dat bijv. auto’s, gereedschap en kranten worden gedeeld, betekent dat voor de stad dat er meer behoefte is aan gemengde functies. Kijk naar de “shop in shop” bij de Bijenkorf en het gemengde gebruik van het gebouw van Nationale Nederlanden. Er is weer ruimte voor nieuwe initiatieven zoals “Parking Day” overgewaaid uit San Francisco: een hele dag op een (aantrekkelijk gelegen) parkeerplaats met je krantje en je ligstoel en geen parkeerkosten betalen en zelfs een

Page 19: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

34 35

wijntje kunnen meenemen zonder dat je een bekeuring krijgt voor alcohol drinken op straat. Niet als eerste naar de vergunning kijken maar een experiment toestaan en dan bekijken hoe het ook in de regelgeving kan worden ingepast. Overigens waren er 90 deelnemers op de eerste “Par-king Day”.

ImagoTot slot komt het imago van Rotterdam aan de orde. Tien jaar geleden stond Rotterdam op alle “slechte lijstjes”. Dankzij de Stadsvisie (met als ondertitel “niet alleen stoer maar ook zacht”) en alle de daaruit volgende inspanningen van iedereen in de stad, komen de mensen terug naar de stad. Het inwonersaantal stijgt. Rotterdam wordt nu ook internationaal erkend als wereldstad. Het toerisme neemt toe zoals we kunnen zien aan het aantal overnachtingen. “We zijn opgehouden te vertellen dat het leuk wórdt, het is NU al leuk” besluit Astrid Sanson haar boeiende verhaal.

Rotterdamse architectuur

Haven en BetuwelijnNa beantwoording van een aantal vragen heet burgemeester Abouta-leb ons alsnog welkom in zijn gemeente met 174 nationaliteiten en alle talen van de wereld, zoals hij dat bondig samenvat. Hij voelt zich soms de kleine “Ban Ki-moon”. Hij vertelt hoe niet visie maar het visio-naire hem boeit en verwijst naar de bestuurders die destijds ver vooruit durfden te kijken en de Nieuwe Wa-terweg hebben aangelegd. Daaraan dankt Rotterdam zijn bestaan. Het mag dan nu niet meer de grootste haven van de wereld zijn, maar wel de beste haven qua uitstraling, techniek en organisatie, een van de beste logistieke hubs. Hij benadrukt het belang van metropoolvorming: het gaat om economische eenheid en daarbij moeten bestuurlijke grenzen niet beperkend werken.

Aan boord!Na de door Rotterdam aangeboden lunch en de mogelijkheid nog een kleine rondleiding door de belang-rijkste ruimten van het stadhuis te genieten (de bodes die dat deden waren werkelijk talenten!) gingen we per eigen vervoer of metro naar de Wilhelminakade om ons in te schepen voor een tocht door de havens om nu vanaf het water de ontwikkeling van Rotterdam te be-kijken. Onze gastheer was oud-col-lega Jaap Jelle Feenstra , belast met public affaires bij het Rotterdams Havenbedrijf. Eenmaal onderweg wordt ons een goed overzicht

Burgemeester Aboutaleb

Jaap Jelle Feenstra

Page 20: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

36 37

gegeven van de ontwikkelingen in de Rotterdamse haven in aansluiting op de veranderingen in de stad. Het gaat goed met de haven: een groei van 5,8% containeroverslag, een goede samenwerking met de haven van Amsterdam en meer dan 500 treinen per week over de Betuwelijn. Velen herinneren zich nog dat politiek ingewikkelde dossier en zien nu de goede uitkomst. De tweede Maasvlakte, waar we helaas door tijdgebrek niet naartoe kunnen, is een groot succes en betekent een uitbreiding van het havengebied met 20%. Daar liggen ook innovatieve groeikansen zoals bio-baised activiteiten en hergebruik van restwarmte voor bijv. het kassengebied in het Westland. Geprezen wordt de prettige doe-mentali-teit van Rotterdam. Ondertussen varen we langs grote reparatiewerven (we hebben dan wel geen scheepsbouw meer maar we zijn heel goed in onderhoud en reparatie) en nieuwe ontwikkelingen langs de oevers. Na deze uitgebreide vaartocht rest ons niets anders dan Jaap Jelle te be-danken en vol van indrukken de reis naar huis aan te vangen. Niet alleen hebben we Rotterdam beter leren kennen, we hebben ook de onderlinge banden weer aangehaald.

Enige berichten van de voorzitter van de Commissie Rechtspositie

De Marco Polo vertrekt weer

Vopvarenden

Invloed gepensioneerden op inrichting pensioenAl eerder heb ik op deze plaats aangegeven dat er een vreemde spanning is ontstaan bij de laatste wijzigin-gen op het gebied van de pensioenen. Het beleid is om het APPA-pensioen zoveel mogelijk in lijn te brengen met de regelingen die het ABP hanteert voor zijn pensioengerechtigden.Tegelijkertijd is er (eindelijk) meer invloed toegekend aan de deelnemers in de pensioenen. Zij kunnen het ABP-bestuur kiezen.

Voor Appa-gerechtigden geldt dit echter niet, omdat zij geen deelnemers zijn. Zo kunnen deelnemers niet aan de verkiezingen in het ABP-bestuur meedoen want wij zijn als APPA-gerechtigden geen deelnemer.Hierdoor is er een vreemde situatie ontstaan.

Het bestuur van de VOP en de Commissie Rechtspositie hebben zich vervolgens gewend tot zowel het Presidi-um van de Tweede Kamer, als tot de minister met de vraag hoe uit deze impasse te komen.

Na contacten met de Tweede Kamer en medewerkers van het departement van Binnenlandse Zaken en Ko-ninkrijksrelaties (BZK) (inclusief de politiek assistent van de minister van BZK), is er de volgende oplossing gekomen: bij wetsvoorstellen die de APPA betreffen zal de minister in de memorie van toelichting de reactie van (de Commissie Rechtspositie van) de VOP vermel-den.

Met deze toezegging worden nu zowel de VOP als de beide Kamers goed bediend. Hierdoor is tevens zeker gesteld dat wij niet ineens kunnen worden overvallen met wetsvoorstellen die wij niet hadden opgemerkt (zoals bijvoorbeeld is gebeurd met het opheffen van het recht op het nabestaanden-pensioen voor een aantal mensen)

Gerrit Jan van Otterloo

Page 21: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

38 39

Voor de Kamers is dit tevens een manier om snel te weten hoe wij erover denken en wat de reactie van de minister is.

Wij zijn benieuwd hoe dit in de praktijk gaat functioneren._._._._

Nieuwe wetsvoorstellen APPA Op dit moment zijn er twee wetsvoorstellen aan de orde:1. Er ligt thans een wetsvoorstel ter behandeling bij de Tweede Kamer om

voor nieuwe gevallen een verdere verkorting van de duur van de zg. voortgezette uitkering in te voeren.

Bij de aanpassing van de wet die pensioenverlaging mogelijk maakte, was er al een verkorting van 15 jaar naar 10 jaar ingevoerd. Die 10 jaar werd teruggerekend vanaf de pensioengerechtigde leeftijd, welke leef-tijd echter in de loop van de tijd steeds hoger wordt.

(In het verleden kon men bij voldoende aantal opgebouwde en niet wezenlijk onderbroken jaren vanaf het bereiken van de vijftigste ver-jaardag na het verlopen van de gewone wachtgeldperiode een verlengde uitkering ontvangen. Die konden dan samen theoretisch optellen tot

15 jaar). Deze vermindering van rechten zal echter niet van toepassing zijn op mensen die er nu al gebruik van maken, noch op thans zittende Kamerleden. Dit wordt weer een zoveelste overgangsregeling.

Hierdoor wordt het steeds ingewikkelder. Het al dan niet hebben van rechten is steeds meer afhankelijk van de precieze periode van het lid-maatschap en het moment van vertrek.

2. Ook is er een wetsvoorstel in voorbereiding om de APPA verder aan te passen aan het pensioenakkoord ABP.

Wat ons betreft is het de vraag welke zaken zich daarvoor wel goed le-nen en welke zaken toch anders zijn voor APPA-gerechtigden. Uiteraard kunnen wij dit in relatie tot de nieuwe afspraken over wetgeving direct beoordelen.

_._._._

WebsiteZeker nu alles veel ingewikkelder is geworden door elkaar snel opvolgen-de veranderingen en overgangsregelingen en dit wel zo zal blijven, is er door het ministerie van BZK een website ingericht met alle ontwikkelingen met betrekking tot APPA: www.politiekeambtsdragers.nl_._._._

Achterstand APPA-pensioenen is geringIn 2010 maakte de Commissie Rechtpositie - in de persoon van ons toen-malige lid Pol de Beer - voor het eerst melding van het achterblijven van de Appa-pensioenen ten opzichte van de ABP-pensioenen. Afspraak was dat deze pensioenen gelijke tred zouden houden.

Daarna hebben wij een oproep geplaatst tot het inleveren van persoon-lijk gegevens bij het departement om de zaken te laten narekenen. Deze exercitie heeft plaatsgevonden en inmiddels zijn ook de laatste herzienin-gen van 2010 verwerkt.

Mondeling heb ik indertijd al op een VOP-bijeenkomst aangegeven dat de verschillen zeer gering waren en niet in de buurt van de eerdere constate-ring van mogelijk 0,9% achterstand.

Eindelijk zijn nu ons de cijfers over de gehele periode van december 2003 tot december 2010 gepresenteerd. Zoals ik al eerder had gemeld, lopen de cijfers per persoon uiteen. Daar is overigens geen lijn in te ontdekken. Het is niet zo dat lage pensioenen per definitie andere uitkomsten in per-centages geven dan hoge.

Duik in pensioengelden

Page 22: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

40 41

Wat wel duidelijk is dat er in alle gevallen – op één na – slechts een kleine achterstand is ontstaan. Op grond van berekeningen is het grootste ver-schil in euro’s niet veel meer dan anderhalve euro per jaar.Met zo’n klein verschil hebben wij besloten hier verder geen energie meer in te steken. Mijn voorgangeer Steef Weijers vond altijd al: “dat je geen ruzie ging maken over een bedrag waarvoor je maar een paar pilsjes zou kunnen kopen._._._._ OPROEP !! door Gerrit Jan van OtterlooErvaringen met wijziging herkeuring arbeidsongeschiktheid? Als Commissie Rechtspositie zijn wij geïnformeerd door een lid die bij de herkeuring ineens anders beoordeeld werd dan voorheen. Voor zover ons bekend, was de laatste wijziging die voor werknemers is ingevoerd de Wet poortwachter (2003).Buiten deze wijziging zijn er geen veranderingen in de wet gekomen. Wel worden in de uitvoeringspraktijk sinds kort de UWV-normen toegepast. Voorheen werd een andere systematiek gebruikt. Dat geeft onduidelijkhe-den in de uitvoering. Voeg daarbij nog de persoonlijke opvattingen van een (wellicht andere) keuringsarts. Het zal duidelijk zijn dat sommigen zich hierdoor onjuist behandeld kunnen voelen. Dit hebben we ook al in ons zeer recent overleg met het departement aan de orde gesteld.Graag zouden wij willen weten of er anderen zijn die soortgelijke negatie-ve ervaringen met de herkeuring hebben ondervonden. Dan kunnen wij dit weer inbrengen bij het overleg met het departement. (Desgewenst) wordt in de communicatie uiteraard de privacy geëerbie-digd. _._._._

OPROEP !! door Ries SmitsInternationaal secretarisVan het bestuur van de Vereniging van Oud-Parlementariërs (VOP) maakt een internationaal secretaris deel uit. Op dit moment is mevrouw M.D.T.M. de Jong de internationaal secretaris. Haar statutaire zittingstermijn expi-reert ultimo 2015 en zij kan overeenkomstig de statutaire bepalingen niet

herkozen worden. Dat houdt in dat in de Najaarsvergadering van dins-dag 6 oktober 2015 een nieuwe internationaal secretaris gekozen moet worden. De internationaal secretaris maakt onder meer deel uit van de Nederlands delegatie naar de FP-AP, onze Europese koepel voor verenigin-gen van oud-parlementariërs. Leden van de VOP die belangstelling hebben voor deze vacature wordt gevraagd zich te melden bij de secretaris van de VOP.

OVERLEDEN

In de afgelopen periode is een oud-parlementariër overleden:

G.M.P. (Dien) Cornelissen. Overleden te Boxmeer op 25 mei 2015. Zij is 91 jaar oud geworden.

Dien Cornelissen was jarenlang actief voor het CDA en was lid van de Eerste Kamer én van de Tweede Kamer.Cornelissen begon haar carrière in 1948 bij de Stichting Maatschappelijk Werk. Daar bleef ze werken tot 1956. In 1958 startte haar politieke loop-baan in de gemeenteraad van Boxmeer, als eerste vrouwelijke raadslid aldaar. Vier jaar later werd ze lid van Provinciale Staten en bleef dat tot 1978.Ook was Cornelissen nog twee jaar lid van de Eerste Kamer. In 1971 werd ze lid van de Tweede Kamer (tot 1986). Voor haar grote maatschappelijke verdiensten werd ze benoemd tot ereburger van Brabant. Van de provincie kreeg ze de erepenning en door de Koningin werd ze benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en tot Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau.

Page 23: Thema van dit nummer: REPRESENTATIEVE DEMOCRATIE

42

VERSCHENEN BOEKEN

Achter de dijken. Kleine geschiedenis van het moderne NederlandNederland kent een circuit van Nieuwe Vrijgestelden, die met één been in en één been buiten de politiek staan. De lobbycratie van (ex-)politici. Auteur: Syp WiniaUitgever: Elsevier, 2015Te bestellen via www.elsevierexclusief.nl ISBN13: 9789035252028Prijs: € 14,95

Piet de Jong. De oorlogsheld die premier werdAuteur: Paul van der SteenUitgever: Elsevier/Reed Business Information. 2015ISBN 97890352 51519NUR 681Prijs: € 8,95

Het ‘probleem’ Eerste Kamer. Visies op de toekomstige rol van de SenaatRedactie: Bert van den BraakMet bijdragen van Carla van Baalen, Bert van den Braak, Aalt Willem Heringa, Alexander van Kessel en Simon OtjesDeel 5 Montesquieu-reeks, 2015ISBN/EAN 978-94-91616-03-7NUR 823Te downloaden via http://www.montesquieu-instituut.nl/id/vhxzde-5a00vx/montesquieu_papers Minderheid in eigen land. Hoe progressieve strijd ontaardt in genocide en ANC-apartheidAuteur: Martin BosmaUitgever: Bibliotheca Africana Formicae, Amsterdam 2015ISBN 978 90 8591 202 6NUR 686, 694Prijs: € 19,95