SKAR journaal 2013.11

12
November 2013 Stichting Kunst Accommodatie Rotterdam JOURNAAL • SKAR onderzoek • Tijdelijke ruimtes • Collectieve huurovereenkomst • Rotterdam Collectief • Borgerstraat De video ‘The Gift’ van Marjan Laaper werd in september op een LED-scherm in het centrum van de Chinese stad Xiamen getoond.

description

SKAR is de Stichting KunstAccommodatie Rotterdam. SKAR beheert betaalbare en passende werkruimte voor professionele kunstenaars in Rotterdam uit alle disciplines. SKAR bemiddelt, adviseert en voert projecten uit.

Transcript of SKAR journaal 2013.11

November 2013

Stichting KunstAccommodatie Rotterdam

JOUR

NAA

L

• SKAR onderzoek• Tijdelijke ruimtes• Collectieve huurovereenkomst

• Rotterdam Collectief• Borgerstraat

De video ‘The Gift’ van MarjanLaaper werd in september op eenLED-scherm in het centrum van deChinese stad Xiamen getoond.

De positieve impuls die uitgaat van de overeen-komst tussen Stadsontwikkeling en SKAR (ziepagina 5), is maar in beperkte zin aanleiding tot halleluja in de gloria. De verantwoordelijkheiddie SKAR heeft én voelt voor de kunst, staatonder druk. Dat komt door de negatieve ont-wikkeling die zich voordoet bij de verwervingvan tijdelijke atelierpanden. Die zijn in de afge-lopen jaren van strategisch belang geworden inhet beleid van SKAR. Daardoor konden vooraljonge kunstenaars en creatieve ondernemerszoals designers, aan een werkplek worden\geholpen. Dat dit van belang is voor hun toekomst en de toekomst van de stad als bakermat van kunst en cultuur, is duidelijk.

SKAR-directeur Chris Bouma: “Ondanks de enorme

leegstand die nog steeds in omvang toeneemt, was

het ook in het verleden moeilijk om aan tijdelijke

ruimtes te komen. Nu is dat nog problematischer

geworden, ook al omdat eveneens andere organisaties

zich op dit terrein begeven. Daar is overigens niets mis

mee, vooral niet als het tot resultaten leidt. SKAR heeft

een langjarige ervaring met het beheer van tijdelijke

werkruimtes voor kunstenaars. Onze expertise, wat

inrichting, beheer en onderhoud betreft, is waardevol

en biedt eigenaren en huurders zekerheid. Een goed

voorbeeld is RAUM, het tijdelijke studiopand aan het

Stadhuisplein. Die ruimte is ons door eigenaar DELA

voor een betaalbaar bedrag verhuurd ten behoeve

van de culturele sector. Dat heeft geleid tot een

ontwikkelingsplek van creativiteit.”

Bereid tot redelijke prijs“Het is daarom doodzonde dat in de actuele situatie

zo afstandelijk wordt gereageerd. Dat geldt zowel

voor Stadsontwikkeling als de particuliere sector. Daar

bestaat veel wishful thinking. Hoop dat er plotseling

een koper opduikt. Ondertussen staan veel gebouwen

bloot aan verpaupering. Een pand dat in gebruik is,

blijft veel langer in goede staat dan een leeg complex.

Als een pand verkocht wordt, leveren wij het binnen

twee maanden leeg en bezemschoon op. Het zou

een misverstand zijn, als men denkt dat wij voor een

dubbeltje op de eerste rij willen zitten. Wij willen een

redelijke prijs betalen, maar wel met een bovengrens,

anders is het voor onze doelgroep niet op te brengen.

Daarvoor zouden met name Stadsontwikkeling en de

corporaties begrip moeten hebben. Ik dacht dat ik

een heel eind op weg was met Havensteder, maar

uiteindelijk was de vraagprijs toch een handicap. Wij

zitten overigens niet bij de pakken neer. Wij zullen

zeker proberen de stagnatie die optreedt bij het

verwerven van tijdelijke ruimte, te doorbreken. Dat

moet op enigerlei wijze lukken. Maar het zal veel

energie, overleg en overtuigingskracht vergen. In

ieder geval blijven wij in voor aktie en samenwerking.”

Stagnatie verwerving tijdelijke werkruimtesremt creatieve sector

De werkruimte van het Rotterdam Collectief in RAUM. Een voorbeeld van de wijze waarop SKAR zich inspant om in tijdelijke panden mogelijkheden te scheppen voor de creatieve sector. (Zie pag. 6.)

2

Tijdelijke ruimtes

3

SKAR gaat een onderzoek instellen naar de wijzewaarop en de richting waarin het kunstenaar-schap zich inhoudelijk en in technisch opzicht ontwikkelt. Dat gebeurt in samenwerking met het CBK. Voor SKAR als dienstverlener aan de creatieve sector is zo’n onderzoek van belang,omdat steeds meer kunstenaars opereren buitende traditionele paden. Disciplines veranderen,nieuwe disciplines dienen zich aan. Dat kan vaninvloed zijn op de fysieke behoeften ten aanzienvan de infrastructuur van werkruimtes en dewijze waarop materiaal wordt verwerkt.

De vraag dient zich dan aan: in hoeverre kan of moet

SKAR als aanbieder van ateliers en als bemiddelaar

tussen belanghebbende partijen een rol spelen bij deze

ontwikkeling? Vandaar dit onderzoek. Al decennia

heeft de stichting - mede in opdracht van de overheid -

de verantwoordelijkheid om kunstenaars goede en

betaalbare werkruimtes te bieden. In dat opzicht is

veel bereikt, mede dank zij een flexibele opstelling ten

opzichte van de beroepsgroep en de betrokken

gemeentelijke instellingen. Het is niet onmogelijk dat

de actuele situatie, die aanleiding is tot het onderzoek,

leidt tot een aangepaste, toekomstgerichte strategie.

De ontwikkeling, waarvan hier sprake is, hangt niet

alleen samen met verschuivingen in de uiterlijke

verschijningsvorm van kunstwerken, maar ook met een

verandering van mentaliteit. In het VPRO-programma

Zomergasten deed Daan Roosegaarde een aantal

opmerkelijke uitspraken. Zo stelde hij dat (zijn) werk

niet het resultaat is van individueel, maar van gemeen-

schappelijk handelen. Zo zoekt hij naar (externe) des-

kundigheid die nodig is bij het realiseren van projecten.

Een voorbeeld, wat betreft het delen van deskundig-

heid, is het Rotterdam Collectief op de 4e verdieping

van Raum. Met zijn uitgangspunten lijkt Roosegaarde

schijnbaar afscheid te nemen van de traditionele

opvattingen over wat kunst is of hoort te zijn. Het

heeft impact omdat het de opinie is van een succesvol

ondernemer. Dat is overigens niets nieuws. Tijdens

de hele 20ste eeuw hebben kunstenaars of groepen

kunstenaars de kunst op haar kop gezet: de Russische

constructivisten, de Stijl, de pop-art (Willem de Kooning

zei bij zijn eerste ontmoeting met Andy Warhol: “You’re

killing the art”), de land art, de arte povera. Sommige

van die stromingen waren een stoomwals die het

bestaande kunstbeeld wilde verpulveren en de weg

vrij wilde maken voor een nieuwe wereld.

BadeendDat is nu niet aan de orde. De jonge generatie kunste-

naars is tolerant - ieder mag doen wat hij wil - maar

maakt wel andere keuzes dan de collega’s in het verle-

den. Aanvankelijk was sprake van incidenten - bijvoor-

beeld de onderneming van Joep van Lieshout - die een

nieuwe, vaak eigenzinnige interpretatie waren en nog

zijn van wat altijd als creativiteit is beschouwd. Maar

het reikt inmiddels veel verder. De badeend van

Florentijn Hofman (een individuele keuze op basis

SKAR brengt doelgroep opnieuw in kaart en de behoefte aan nieuwe faciliteiten

Florentijn Hofman is een van de kunstenaars die een nieuwe impuls geeft aan de traditionele beeldhouwkunst. Op de foto: productie-werkzaamheden in zijn atelier van het Aardvarken in Arnhem 2013.

onderzoek

4

van gemeenschappelijk handelen), die zwemt in

enkele Aziatische havens, is allang geen incident meer.

Kunstenaars lijken overigens zelf soms ook verbaasd

over de snelheid waarmee het allemaal gaat. In een

interview in de NRC zei Florentijn dat hij eigenlijk met

zijn gezin naar een natuurcamping in Gelderland wilde,

maar door de badeend zaten ze deze zomer in Azië.

Toen in september in Arnhem zijn Aardvarken - het

grootste beeldend kunstwerk in Nederland - werd ont-

huld, vloog hij even heen en weer uit St. Petersburg,

waar hij werkt aan een project. Kunst is altijd in bewe-

ging geweest, maar sinds het einde van de vorige eeuw

is die beweging intensiever en sneller. Veel kunstenaars

zijn onderweg. Opmerkelijk is dat die weg minder dan

vroeger naar de USA leidt, maar vaak naar Azië, de

expansie van de economie achterna. Marnix de Nijs

heeft ateliers in Rotterdam en Beijing. Veel kunstenaars

uit westerse landen landen hebben zich gevestigd in

China, vooral in Sjanghai. Het is in het kader van het

onderzoek zinvol om de motieven te analyseren.

Waarom adopteren kunstenaars het statement van

Erasmus: de hele wereld is mijn vaderland? De aanzet

tot die kleine, voortdurende migratie van creativiteit

is in vorige decennia gegeven door vormgevers.

Rotterdam is een bakermat van design. Dat is ook de

oorzaak van de wisselwerking tussen autonome kunst

en toegepaste kunst, die hier veel sterker is dan elders.

Zij leidt in beide richtingen tot kwalitatieve meer-

waarde.

VerwarringWij mogen overigens niet vergeten dat vooral in

Rotterdam kunstenaars een hechte band hebben met

de lokale gemeenschap en vaak streven naar een

uplift van de omgeving waarin zij werken en wonen.

Het probleem in grote Nederlandse steden, maar hier

in het bijzonder, is de worsteling met de begrippen

cultuur en kunst. Die hebben natuurlijk met elkaar

te maken, maar in de heksenketel van sociologen en

antropologen kan een vreemd brouwsel ontstaan.

(In het Oude Noorden werd voor een muurschildering

een lokale kunstenaar gezocht, niet te oud, liefst een

vrouw, en nog liever een allochtone vrouw. Dan gaat

het niet om de kwaliteit van het kunstwerk, maar om

aspecten die in het kader van de kunst niet terzake

doen.) De grote theaterregisseur Johan Simons schetste

in Zomergasten een helder beeld van de relatie tussen

kunst en cultuur. Cultuur is een basis, daar boven - op

enige afstand - zweeft de kunst. Simons is niet de

eerste de beste. Duitse toneelcritici kozen zijn gezel-

schap, de Münchner Kammerspiele, tot het beste van

het vorige seizoen. Hij maakte ook duidelijk dat een

samenleving die zichzelf respecteert, de kunst subsidi-

eert. Het is tragisch om vast te stellen dat de overheid

vaak net doet net of zij blij is met de kunst, maar

ondertussen.

In dit verband valt het schrijnend gebrek aan respect

op voor wat in Charlois aan de orde is. Daar leveren

de kunstenaars van o.a. NAC (Nieuwe Ateliers Charlois)

en het collectief B.a.d. een intrigerende bijdrage aan

de wijk. Wie door de Gouwstraat loopt, ontdekt het

nieuwe elan. Dat is aanvankelijk op eigen initiatief,

daarna met steun van Pact op Zuid, gebeurd. Nu de

situatie daar volop in ontwikkeling is, trekt de overheid

de stekker eruit. Dat is gek. Charlois is een buurt waar

kunst en cultuur elkaar raken. Daarvoor is een rare

naam verzonnen, broedplaatsen, alsof kunstenaars

kippen zijn. Sinds het populisme ons in zijn greep

heeft, mogen die kippen geen kop meer hebben. (J.D.)

Voorbereidingswerkzaamheden aan het Aardvarken in het atelier van Florentijn Hofman.

Overeenkomst met Stadsontwikkeling biedt perspectief

5

OVEREENKOMST

Toen dit voorjaar de directeur van Stads -ontwikkeling Vastgoed Mr. Petra Verspui enSKAR-directeur Chris Bouma hun handtekeningzetten onder een huurovereenkomst voor een periode van tien jaar voor de panden die SKARvoor Stadsontwikkeling in beheer heeft, kwameen einde aan twee jaar gesteggel en dreigendeonzekerheid. Met Stadsontwikkeling werd eentotaalcontract gesloten voor al de betreffendeateliergebouwen (40% van het SKAR-areaal meteen operationeel vloeroppervlak van ruim 5000vierkante meter; de andere panden zijn eigendomvan de stichting). De overeenkomst betreft inrich-ting, beheer en onderhoud. Aanvankelijk wildeS.O. contracten per gebouw. Tevens had zij hetvoornemen het onderhoud voor haar rekening te nemen, wat ook in de gemeentelijke politiektot weerstand leidde. De uiteindelijke overeen-komst werd gesloten op basis van de diensten en werkzaamheden zoals SKAR die altijd heeftverricht.

“Met de prijs die wij hebben afgesproken, kan ik vrede

hebben,” aldus Chris Bouma. “Het is in zo’n situatie

altijd een kwestie van geven en nemen. Positief voor

onze organisatie en vooral voor onze huurders is dat wij

de huurprijs op een betaalbaar niveau kunnen houden.

SKAR berekent één vierkantemeterprijs voor al haar

ateliers. Als de financiële eisen van S.O. uit de pan

waren gerezen, waar het lang naar uitzag, had dat

negatieve consequenties gehad voor al onze huurders.

Dat was een ernstige inbreuk geweest op de verant-

woordelijkheid die wij in dit opzicht hebben, mede in

opdracht van het gemeentebestuur. Destijds was dat

de belangrijkste reden waarom de Stichting Kunst

Accommodatie Rotterdam is opgericht. Het is de

verdienste van Petra Verspui dat zij daar begrip

voor heeft. Daar heb ik respect voor.”

“Door deze ontwikkeling is de verstandhouding met

Stadsontwikkeling gelukkig weer aanzienlijk verbeterd.

Die is in het verleden altijd goed geweest. Samen

hebben wij in de afgelopen decennia veel tot stand

gebracht. Ook als er verschil van mening was, hadden

wij toch het gevoel dat wij aan dezelfde kant van het

touw trokken. In het belang van kunst en kunstenaars.”

Recente ontwikkelingenDit voorjaar heeft het al langer aangekondigde vetrek

uit het pand aan de ’s Gravendijkwal zijn beslag gekre-

gen. Vrijwel alle beeldende kunstenaars hebben hun

ateliers ontruimd. De meesten zijn verhuisd naar een

groot gebouw aan de Borgerstraat, dat SKAR na enkele

maanden inrichtingswerkzaamheden in april in gebruik

heeft genomen. Aan de Borgerstraat heeft ook een deel

van de kunstenaars uit het voormalige Duende-pand

zijn intrek genomen. De dansgezelschappen kunnen

voorlopig - niet meer als huurders van SKAR, maar

onder de vleugels van Stadsontwikkeling - aan de

’s Gravendijkwal blijven, tot een nieuw onderkomen

is gevonden. Op langere termijn blijft de toekomst

van de ateliergebouwen aan de Osseweistraat en de

Schonebergerweg onzeker. SKAR wil ze graag houden,

maar S.O. wil er - indien het experiment aan de

Duysstraat succesvol verloopt - kluspanden van maken.

Wel is toegezegd dat in dat geval voor vervangende

ruimte wordt gezorgd. Een besluit hierover is te

verwachten in 2014/2015.

Petra Verspui en Chris Bouma met de collectieve

huurovereenkomst.

Het Rotterdam Collectief is een con-

cept zoals dat eerder niet bestond,

omdat het zich niet beperkt tot het

traditionele culturele domein. Dat

manifesteert zich in het palet van

disciplines van de leden: van archi-

tectuur, grafisch ontwerp en pro-

ductdesign tot evenementenorgani-

satie, procesbegeleiding en advise-

ring over financiële communicatie.

De ruim twintig leden zijn allen zelf-

standige ondernemers die het open

klimaat van het collectief als een

mogelijkheid tot kwalitatieve

opwaardering van hun activiteiten

ervaren. Innovatie, duurzaamheid en

aandacht voor en verbetering van

de Rotterdamse leefomgeving zijn

uitgangspunten.

Het Rotterdam Collectief (Ro-Co)

werd in 2009 als een vof opgericht

door Tom Bosschaert en Richard

Boeser. Op 1 oktober 2012 werd de

ondernemingsvorm omgezet in een

vereniging met een bestuur. “Dat

kwam voort uit de ambitie bij de

leden om er werkelijk een eenheid

van te maken,” zegt voorzitter Kuno

Bakker. “Tom en Richard die zich in

de afgelopen jaren enorm hadden

ingezet, wilden het stokje doorge-

ven. Toen is er een bestuur gekozen

met Jasper van de Kerkhof als secre-

taris, Marten Witkamp als penning-

meester, Dada Wang als algemeen

bestuurslid en mij als voorzitter”.

Ro-Co dinner & show“Ik had van het begin af een match

met wat hier gebeurt,” zegt archi-

tect Dada Wang die met haar bedrijf

Damotion regelmatig bijdragen

levert aan evenementen van ver-

schillende aard, zoals in april de

catwalk voor de Rotterdam Salone

della Moda. Ook onderhoudt zij

relatief intensieve contacten met

haar geboorteland China – zij stu-

deerde in Sjanghai bouwkunde aan

de universiteit. “Ik heb daar al enke-

le bouwprojecten gerealiseerd. Dat

gebeurt in opdracht van een project-

ontwikkelaar. De ontwerpen maak

ik hier, waarna ik ze zo nodig daar

presenteer en toelicht.” Op de vraag

of het voor haar nuttig is om, als

zelfstandig kunstenaar, onder de

koepel van het Rotterdam Collectief

te werken, reageert het bestuurslid

enthousiast: “Yeah!, I work for

Ro-Co and Ro-Co helps me”. Dat

werk voor Ro-Co hield op woensdag

2 oktober in dat zij - samen met

Marten Witkamp - kookte voor

het Ro-Co dinner & show. Door die

maandelijkse bijeenkomst willen de

leden de saamhorigheid versterken.

Telkens twee leden krijgen dan de6

Op de vierde verdieping van het studiopand RAUM aan hetStadhuisplein in Rotterdam is iets bijzonders aan de hand. Op heteerste gezicht oogt de ruimte als een kantoortuin, wel relaxter enspeelser dan overheidsgebouwen en ingenieursbureaus. Dat onge-dwongen karakter is mede een gevolg van de aankleding; in 2009 is de etage opgeknapt met recycled materiaal uit het pand dat tienjaar leeg had gestaan. Maar dat is niet meer dan een aardig detail.Het bijzondere is dat hier gezocht wordt naar nieuwe, ontspannenvormen van creatieve samenwerking.

Rotterdam Collectief: een nieuw

ROTTERDAM COLLECTIEF

Voorzitter Kuno Bakker, bestuurslid Dada Wang en penningmeester Marten Witkampvan het Rotterdam Collectief zien de toekomst van hun vereniging rooskleurig in.

ruimte om eigen werk te presente-

ren. Het dinner is een goede gele-

genheid om uitdagingen en ideeën

voor te leggen en samen met andere

leden te kijken naar eventuele

kansen.

“De mentaliteit die ik hier aantrof,

was jong en open,” zegt Marten

Witkamp. “Ik was vooral onder de

indruk van de professionaliteit waar-

mee gewerkt wordt. Die tref ik op

weinig andere plekken aan.” Marten

is een voorbeeld van de ‘nieuwe’

creativiteit die bij het Rotterdam

Collectief vrij baan heeft. Hij is

procesbegeleider. Samen met bouw-

bedrijven en woningcorporaties is

hij bezig vorm te geven aan de

bouwmarkt van morgen. “Met die

partners proberen wij nu de energie-

rekening van 11.000 huishoudens in

een nieuwe vorm te gieten, waar-

door zij aanzienlijk wordt verlaagd.

Om dat te realiseren hebben wij de

vereniging ‘De Stroomversnelling’

opgericht.” Het is duidelijk dat het

hier om initiatieven gaat die de

samenleving als geheel interesseren.

Bijvoorbeeld waarom eerste levens-

behoeften als gas en licht onder het

hoge btw-tarief vallen. Ook Jasper

van de Kerkhof beweegt zich op een

buitenterrein. Hij levert financiële

redactie aan pensioenfondsen en

banken, verstaanbaar maken van

lastige onderwerpen die in de nor-

male communicatie soms hinderlijk

slecht naar buiten worden gebracht.

Nieuwe impulsen

Het Rotterdam Collectief is een situ-

atie in ontwikkeling. Naast mensen

van het eerste uur, zoals oprichters

Tom Bosschaert, Richard Boeser en

Dada Wang, voegen zich regelmatig

nieuwe leden bij de vereniging.

Dat voorkomt stilstand en leidt tot

impulsen. Een recent lid is de

Argentijnse Martina Beilinson, die

als artist in residence enige tijd in

Rotterdam vertoeft. Het Collectief

mag dan sterk locaal georiënteerd

zijn, er is ook sprake van een inter-

nationaal netwerk. Soussi Chiadmi

Bachir werkt beurtelings een week

in Parijs en aan het Stadhuisplein.

Voor Kuno Bakker, die ruim twee

jaar geleden naar Raum kwam, was

de nieuwe werkomgeving een ver-

ademing. “Ik zat tevoren op kantoor

aan de Bergselaan, soms met drie

medewerkers, soms alleen. De con-

tacten die je hier hebt, zijn boeiend

en inspirerend. Dat ervaart vrijwel

iedereen.” Kuno is evenementen-

organisator. Met zijn stichting Doenk

richt hij zich op educatieve projec-

ten, waarbij hij samenwerkt met

universiteiten en kunstenaars.

Educatie is op de vierde verdieping

van RAUM geen uitzonderlijk

fenomeen. Audion Music

Productions van Jay van Bruggen,

o.a. componist van filmmuziek,

geeft workshops op scholen. Er zit

duidelijk muziek in het Rotterdam

Collectief.

spoor naar creativiteit

7

Het Ro-Co dinner & show op 2 oktober2013. Extern lid Tanja Koning geefteen presentatie.

8

MARJAN LAAPER

Marjan Laaper: stills uit de video ‘The Gift’, 2013, Xiamen.

Dagopname van de vertoning van ‘The Gift’ van Marjan Laaper in het centrum van Xiamen.

The Gift

Nieuw atelierpand onder de rook van het Kasteel

9SKAR kreeg de beschikking over het pand als

vervanging voor het monumentale gebouw aan de

’s-Gravendijkwal, waarvoor Stadsontwikkeling een

nieuwe bestemming heeft. Over die bestemming tast

men overigens in het duister. “Staat leeg, blijft leeg,”

denken de kunstenaars aan de Borgerstraat die geen

cursus optimisme hebben gevolgd. Wie de deprimeren-

de leegstand in de stad in ogenschouw neemt, kan wel

begrip opbrengen voor dat statement. In Spangen heeft

SKAR ruimte geschapen voor 25 ateliers. Doordat

enkele kunstenaars van de ’s Gravendijkwal zich hebben

gevestigd in andere SKAR-panden, ontstond de moge-

lijkheid ook kunstenaars van Duende een werkplek

aan te bieden. Duende, een van de oudste Rotterdamse

collectieven met een internationale reputatie, moet

haar locatie in Crooswijk verlaten. Dat was een dreun

die nog steeds moeilijk te verteren is. Hoewel de onder-

linge samenhang de laatste jaren wat verflauwd was,

is bij de kunstenaars sprake van heimwee en soms

verbittering. “Wat geweest is, komt nooit terug,”

dichtte Jan Eijkelboom; de tekst staat op een kademuur

in Dordrecht. Wij bezochten enkele Duende-kunstenaars

die vanuit de gedwongen diaspora aan de Borgerstraat

terecht zijn gekomen.

The Gift“Als ik hier ben, heb ik het gevoel van een nieuw

begin,” zegt Marjan Laaper die sinds haar eindexamen

aan de Willem de Kooning academie (beeldhouwen) in

1994, met een onderbreking van twee jaar Rijksacademie,

in Crooswijk heeft gewerkt. “Maar als ik bij Duende aan

het inpakken ben, heb ik een begrafenisgevoel.” Zij is

in september nog met dat inpakken en verhuizen bezig,

omdat zij negen weken in China verbleef, in de stad

Xiamen. Daar heeft zij ook haar meest recente werk

gemaakt, het intrigerende videoproject ‘The Gift’ (het

geschenk). “Ik heb twee handen gefilmd, geopende

handen zoals van monniken die iets vragen aan voorbij-

gangers. Daar vliegt een vogeltje in, dat er op een

gegeven moment weer uitvliegt.”

Heb je die video daar ook laten zien?

“In het centrum van Xiamen zijn in de publieke ruimte

grote LED-schermen aangebracht. Omdat ik video-

installaties en projecties maak, vond ik dat een prachtig

medium voor mijn werk. Het is mij gelukt om The Gift

als een ‘loop’ (reeks achter elkaar geplaatste herhalin-

gen van een filmbeeld) op een van die schermen te

tonen. Was een heel bijzondere ervaring.”

Marjan Laaper is tevreden over haar nieuwe atelier.

“Op zich is SKAR fantastisch, maar je betaalt er wel een

prijs voor. Ik had bij Duende meer ruimte voor minder

geld. Maar het heeft geen zin om terug te kijken. Het

is daar een prachtige tijd geweest. Weet je wat ik heel

prettig vind? Ik woon op het Noordereiland. Als ik op

de fiets naar Spangen ga, kom ik door het centrum.

Naar Crooswijk reed ik daar omheen. Ik heb nu soms

het gevoel dat ik, al fietsend, in het buitenland ben.”

“Als de supporters opgewonden raken, hoor ik hier de zangkoren,” zegt Niels Smits van Burgst. Die opmerkelijke ervaring hebben de kunstenaars in de voormalige huishoudschool aan deBorgerstraat in Spangen op wedstrijddagen van Sparta. SKAR heeft het U-vormige gebouw (begane grond plus 1 verdieping) sinds april in beheer als atelierpand. Het ligt op een steen-worp afstand van het Kasteel, het stadion van Rotterdams oudste voetbalclub, die tot verdriet van liefhebbers, met name Jules Deelder, enige jaren geleden degradeerde naar de Jupiler Leagueen de sprong terug maar niet kan maken.

Marjan Laaper in haar atelier aan de Borgerstraat.

Ook aantal Duende-kunstenaars vindt werkplek aan de Borgerstraat

BORGERSTRAAT

Olie op linnenNet als Marjan Laaper is Niels Smits van Burgst tevreden

over zijn nieuwe atelier. “Wel heb ik heimwee naar de

hoge plafonds bij Duende, waar ik sinds 2007 heb

gewerkt,” zegt hij. “Het project waar ik op dit moment

nog steeds mee bezig ben, is verhuizen.” In zijn grote

ruimte (80 vierkante meter) lijkt hij overigens alles al

op orde te hebben. Zo op het oog kan daar niet zo veel

meer bij. Veel materialen, twee emmers met tientallen

kwasten en penselen, doeken in een curieuze stellage.

De rijkdom van de schilder manifesteert zich in zijn

materiaal. Niels is een traditionele schilder, een man

van olie op linnen. De verf brengt hij uit de losse pols

op het doek. Er spreekt plezier uit zijn verfgebruik.

Zijn onderwerpen komen uit het dagelijks leven, twee

mensen op een bank, een man aan een tafel. “Het

zijn situaties die je tegen komt. Ik werk naar foto’s.

Er gebeurt eigenlijk niet zo veel in mijn schilderijen,”

filosofeert hij.

Niels Smits van Burgst met de rijkdom van de echte schilder, zijnkwasten en penselen.

Ralph van de Meijgaard bevestigt een recent schilderij (z.t., 2013,50 x 40 cm, olie op linnen) op de muur van zijn atelier.

BORGERSTRAAT

10

Om het hoofd boven water te houden oefent Niels

een nevenberoep uit. Hij is twee dagen per week kok

bij restaurant Westerkaatje aan de Benthuizerstraat;

vroeger was in die ruimte galerie Cieremans gevestigd.

“Ik houd van koken, maar ik ben er eigenlijk door een

toeval ingerold. Zij betrokken hun brood altijd van een

traiteur. Daar waren ze mee gestopt. Toen kwam de

vraag aan mij: wil jij ons brood bakken? Dat moest

’s avonds na sluitingstijd gebeuren. Daarna kwam van

het een het ander. En ik doe het met plezier.”

Tekens aan de wandRalph van de Meijgaard was bij Duende een van de

kunstenaars van het eerste uur. Met het vertrek naar

de Borgerstraat heeft hij een periode van twintig jaar

afgesloten. Hoewel toch niet helemaal. “Ik probeer

Thomas Meijer zu Schlochteren zo ver te krijgen dat

hij een boek over Duende gaat maken,” zegt hij. Hij

kent Thomas goed, omdat bij Duende veel artists in

residence hebben verbleven, en Thomas het toenmalige

departement Buitenland van het CBK onder zijn hoede

had. Het curieuze Suriname-project was mede een

initiatief van Ralph. “Ik was een paar maanden in

Suriname geweest met mijn vrouw die Surinaamse

roots heeft. Toen ik terug kwam, heb ik Thomas

voorgesteld om een uitwisselingsprogramma te

starten. Dat is gelukt.”

Niet alleen als kunstenaar is Ralph een collega van

Niels, ook als kok. Hij kookt en geeft kookles op de

OBS (Openbare Basisschool) Bloemhof van de gedreven

onderwijzer Wim Pak. “Het is onderdeel van een

project van Henk Oosterling. Voor de lunch kook ik

voor 340 kinderen. Gezonde voeding. Dat staat voorop.

Verder geef ik kookles aan moeders en klassen. Het is

heel dankbaar. Ik doe het om de week. De ene week

kook ik bij Bloemhof en de volgende week trek ik mij

terug in de rust van mijn atelier.” Daar schildert hij

(meestal kleine) werken die een signaalfunctie hebben.

Boeiend, het beeld laat je niet los, blijft op het netvlies

hangen. Kleine schilderijen die een teken aan de

wand zijn.

11

ColofonUitgave van Stichting KunstAccommodatie Rotterdam SKAR.

Redactie: Jan DoniaVormgeving: Grafisch Bureau DUS, Linda ZoonFotografie: Rick Messemaker, Marjan Laaper, Dada WangDruk: E&J

SKARPostbus 19953000 BZ RotterdamTel: 010 - 412 78 28Fax: 010 - 414 15 11Website: www.skar-ateliers.nl

Het atelierpand aan de Borgerstraat is gebouwd in een U-vorm.

BORGERSTRAAT