Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type...

344
Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit, split- of monoblock- uitvoering: Vitocal 100-S/111-S, Vitocal 200-A/222-A, Vitocal 200-S/222-S Voor lucht/water-warmtepompen voor binnen-/buitenopstelling, monoblock-uit- voering: Vitocal 200-A, Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B en AWO 302.B Voor brine/water-warmtepompen, compacte toestellen: Vitocal 222-G, Vitocal 333-G VITOTRONIC 200 5837029 NL 7/2019 Bewaren a.u.b.!

Transcript of Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type...

Page 1: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

Servicehandleidingvoor de installateur

VIESMANN

Vitotronic 200type WO1CWarmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit, split- of monoblock-

uitvoering: Vitocal 100-S/111-S, Vitocal 200-A/222-A, Vitocal 200-S/222-S Voor lucht/water-warmtepompen voor binnen-/buitenopstelling, monoblock-uit-

voering: Vitocal 200-A, Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B en AWO 302.B Voor brine/water-warmtepompen, compacte toestellen: Vitocal 222-G,

Vitocal 333-G

VITOTRONIC 200

5837029 NL 7/2019 Bewaren a.u.b.!

Page 2: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

2

Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurigop ter voorkoming van lichamelijk letsel enmateriële schade.

Toelichting bij veiligheidsvoorschriften

GevaarDit teken waarschuwt voor persoonlijk letsel.

! OpgeletDit teken waarschuwt voor materiële schade enschade aan het milieu.

OpmerkingGegevens met het woord "Opmerking" bevatten aan-vullende informatie.

Doelgroep

Deze handleiding is uitsluitend bedoeld voor erkendeinstallateurs.

Werkzaamheden aan het koudemiddelcircuit mogenalleen door hiervoor bevoegde vaklui worden uitge-voerd.

Elektrische werkzaamheden mogen alleen door elek-tromonteurs worden uitgevoerd.

De eerste inbedrijfstelling moet door de fabrikant vande installatie of een door de fabrikant aangewezenvakman worden uitgevoerd.

In aanmerking te nemen voorschriften

de ARBO voorschriften, de wettelijke milieuvoorschriften, EN, NEN, VEWIN voorschriften, het bouwbesluit en

eventuele lokale voorschriften.

Veiligheidsinstructies voor werkzaamheden aan de installatie

Werkzaamheden aan de installatie

Installatie spanningsvrij schakelen, bijv. aan deafzonderlijke zekering of een hoofdschakelaar, en opaanwezige spanning controleren.OpmerkingBovenop het stroomcircuit van de regeling kunnenmeerdere laststroomcircuits aanwezig zijn.

GevaarHet aanraken van stroomvoerende componen-ten kan ernstig letsel veroorzaken. Enkelecomponenten op de printplaten staan na hetuitschakelen van de netspanning nog onderspanning.Vóór het verwijderen van afdekkingen van detoestellen minstens 4 min. wachten tot geenspanning meer aanwezig is.

Installatie tegen opnieuw inschakelen beveiligen. Bij alle werkzaamheden geschikte persoonlijke

beschermende uitrusting dragen.

GevaarHete oppervlakken en media kunnen brandwon-den of verbrandingen veroorzaken. Het toestel voor onderhouds- en servicewerk-

zaamheden uitschakelen en laten afkoelen. Hete oppervlakken aan toestel, armaturen en

buizen niet aanraken.

! OpgeletDoor elektrostatische ontlading kunnen elektro-nische modules worden beschadigd.Voor de werkzaamheden geaarde objecten, bijv.verwarmings- of waterbuizen, aanraken om destatische lading af te leiden.

Reparatiewerkzaamheden

! OpgeletDe reparatie van onderdelen met een veilig-heidstechnische functie brengt de veilige wer-king van de installatie in gevaar.Defecte onderdelen moeten door origineleonderdelen van Viessmann worden vervangen.

Veiligheidsvoorschriften

Veiligheidsinstructies

5837

029

Page 3: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

3

Extra componenten, reserveonderdelen en slijtage-gevoelige onderdelen

! OpgeletReserveonderdelen en slijtagegevoelige onder-delen die niet met de installatie zijn getest, kun-nen de werking nadelig beïnvloeden. De mon-tage van componenten die niet zijn toegestaan,evenals wijziging en ombouw zonder toestem-ming, kunnen de veilige werking nadelig beïn-vloeden en de garantie beperken.Bij vervanging uitsluitend originele onderdelenvan Viessmann of door Viessmann goedge-keurde onderdelen gebruiken.

Veiligheidsinstructies voor de werking van de installatie

Wat te doen bij wateruittrede uit het toestel

GevaarAls water uit het toestel komt, bestaat gevaarvoor elektrische schokken.Verwarmingsinstallatie aan de externe schei-dingsinrichting uitschakelen (bijv. zekeringskast,stroomverdeling).

GevaarAls water uit het toestel komt, bestaat gevaarvoor brandwonden.Heet verwarmingswater niet aanraken.

Veiligheidsvoorschriften

Veiligheidsinstructies (vervolg)

5837

029

Page 4: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

4

1. Informatie Symbolen ............................................................................................... 15

2. Inleiding Functieomvang ...................................................................................... 16 Installatievoorbeelden ......................................................................... 16Soorten toestellen .................................................................................. 16 Brine/water-warmtepompen, compacte toestellen ......................... 16 Lucht/water-warmtepompen voor binnen- en buitenopstelling, mono-

block-uitvoering .............................................................................. 17 Lucht/water-warmtepompen voor binnen- en buitenopstelling, Split-

uitvoering .................................................................................... 18 Lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit, monoblock-

uitvoering .................................................................................... 20 Koelcircuitregelaar .............................................................................. 23Instelniveaus .......................................................................................... 24 Installatiegebruiker ............................................................................. 24 Vakman ............................................................................................... 25Bedieningseenheid ................................................................................ 25

3. Functiebeschrijving Primaire bron ijsbuffer/zonne-luchtabsorber ..................................... 26 Zomerwerking ..................................................................................... 26 Werking met externe warmtegenerator (niet bij compacte toestellen) 27 Bewaking van het absorbercircuit ....................................................... 272-traps koelcircuit [6] ......................................................................... 27 Compressor inschakelen .................................................................... 28 Compressor uitschakelen ................................................................... 28Warmtepompcascade / ............................................................. 29 Warmtepompregeling in LON integreren ............................................ 31 Warmtepompen aanvragen ................................................................ 32 Warmtepompen uitschakelen ............................................................. 32Externe functies ..................................................................................... 32 Overzicht externe functies .................................................................. 33Externe bijschakeling voor verwarmings-/koelcircuits ........................... 34 Aansluiting .......................................................................................... 34 Parameterinstellingen ......................................................................... 34 Gevolgen van het signaal ................................................................... 34 Gewenste aanvoertemperatuur .......................................................... 35Blokkering energiebedrijf ....................................................................... 35Smart Grid ............................................................................................. 35 Aansluiting op uitbreiding EA1 ............................................................ 36 Aansluiting op de warmtepompregeling ............................................. 37 Functies .............................................................................................. 37Extra verwarmingen ............................................................................... 38 Externe warmteopwekker ................................................................... 39 Verwarmingswater-doorstroomtoestel ................................................ 40Tapwaterverwarming .............................................................................. 42 Tapwaterverwarming door de warmtepomp ....................................... 42 Tapwaternaverwarming met extra verwarmingen ............................... 43 Tapwateropwarming door zonne-energie ........................................... 44 Vorstbescherming ............................................................................... 45Buffer ..................................................................................................... 45 Overzicht van de buffers ..................................................................... 45 Buffer in combinatie met warmtepompcascade / ................... 46 Verwarming buffer met de warmtepomp ............................................. 46 Verwarming buffer met extra verwarmingen ....................................... 47 Uitschakeloptimalisering ..................................................................... 47 Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer / ................................ 48 Vorstbescherming ............................................................................... 48Open verdeler ........................................................................................ 49

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

5837

029

Page 5: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

5

Verwarmingscircuits/koelcircuits ............................................................ 49 Aanwijzingen inzake minimumdebiet .................................................. 49 Installatieconfiguraties ........................................................................ 50 Weersafhankelijke regeling ................................................................. 51 Kamertemperatuurafhankelijke regeling ............................................. 52 Verwarmingsgrens en koelgrens ........................................................ 52 Omschakeling tussen kamerverwarming en kamerkoeling ................ 53 Kamerverwarming inschakelen .......................................................... 53 Kamerverwarming uitschakelen ......................................................... 53 Kamerkoeling inschakelen .................................................................. 54 Kamerkoeling uitschakelen ................................................................. 54 Werkingsstatus voor kamerverwarming/kamerkoeling ....................... 55 Kamerverwarming met extra verwarmingen ....................................... 55 Kamerverwarming met ventilatietoestel (toevoerluchtverwarming) .... 56 Kamerkoeling via afzonderlijk koelcircuit ............................................ 56Koelfunctie ”natural cooling” (NC) ..................................................... 56Koelfunctie ”active cooling” (AC) / ............................................ 57 Installatie zonder buffer ...................................................................... 57 Installatie met verwarmingswaterbuffer .............................................. 57 Installatie met verwarmings-/koelwaterbuffer ..................................... 57Zwembadverwarming ............................................................................ 57 Zwembadverwarming in- en uitschakelen .......................................... 58 Aansluitingen op uitbreiding EA1 ........................................................ 58Woningventilatie .................................................................................... 59Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F .......................................... 59 Gecontroleerde woningventilatie en -ontluchting ................................ 59 Passief verwarmen ............................................................................. 61 Passief koelen .................................................................................... 62 Vitovent 200-C: Vorstbescherming ..................................................... 63 Vitovent 300-F: Vorstbescherming ...................................................... 65 Vitovent 300-F: Toevoerluchtverwarming ........................................... 65 Bescherming tegen te hoge temperaturen ......................................... 66 Vitovent 300-F: Regeling van de luchtvochtigheid en/of CO2-concen-

tratie .................................................................................................... 66Woningventilatie met Vitovent 200-W/300-C/300-W ............................. 67 Gecontroleerde woningventilatie en -ontluchting ................................ 67 Passief koelen .................................................................................... 68 Koelen via aardwarmtewisselaar ........................................................ 69 Vorstbescherming met af fabriek ingebouwd elektrisch voorver-

warmregister ....................................................................................... 69 Vorstbescherming met extra elektrisch voorverwarmregister ............. 70 Vorstbescherming met aardwarmtewisselaar ..................................... 70 Bescherming tegen te hoge temperaturen ......................................... 70 Regeling van de luchtvochtigheid en/of CO2-concentratie ................. 70Fotovoltaïsch systeem ........................................................................... 71 Gebruik eigen stroom actieveren ........................................................ 73 Vermogensaanpassing ....................................................................... 73 Tapwaterverwarming .......................................................................... 73 Verwarming buffer ............................................................................... 74 Kamerverwarming .............................................................................. 75 Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer ................................................ 75 Kamerkoeling ...................................................................................... 75

4. Storingen oplossen Overzicht ................................................................................................ 76Meldingen opvragen .............................................................................. 77Overzicht van de meldingen .................................................................. 78 02 Datafout basisinst .......................................................................... 78 03 Configuratiefout ............................................................................. 79 04 E-verwarm.geblokkeerd ................................................................. 80

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave58

3702

9

Page 6: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

6

05 Koelcircuit ...................................................................................... 80 07 Koelcircuit ...................................................................................... 81 09 Energiemeter PV ........................................................................... 81 0E Ventilatietoestel ............................................................................. 81 0F Ventilatietoestel ............................................................................. 81 10 Buitentemp.sensor ......................................................................... 81 18 Buitentemp.sensor ......................................................................... 82 20 Aanvoersens. secundair ................................................................ 82 21 Retoursens. secundair ................................................................... 82 24 Zuiggas revers. Temp. ................................................................... 82 25 Temp.sens. vloeib. gas .................................................................. 82 28 Aanvoersens. secundair ................................................................ 83 29 Retoursens. secundair ................................................................... 83 2C Zuiggas revers. Temp. .................................................................. 83 2D Temp.sens. vloeib. gas ................................................................. 84 30 Aanvoersensor primair .................................................................. 84 31 Retoursensor primair ..................................................................... 84 32 Verdampertemp.sensor ................................................................. 84 36 Verw. gastemperatuursensor 1 ...................................................... 85 37 Verw. gastemperatuursensor 2 ...................................................... 85 38 Aanvoersensor primair .................................................................. 85 39 Retoursensor primair ..................................................................... 85 3A Verdampertemp. sensor ................................................................ 85 40 Aanvoersensor VC2 ...................................................................... 86 41 Aanvoersensor VC3 ...................................................................... 86 43 Aanvoersensor instal. .................................................................... 86 44 Aanvoersensor koeling .................................................................. 86 48 Aanvoersensor VC2 ...................................................................... 86 49 Aanvoersensor VC3 ...................................................................... 87 4B Aanvoersensor instal. .................................................................... 87 4C Aanvoersensor koeling ................................................................. 87 50 Boilersensor boven ........................................................................ 87 52 Boilersensor onder ........................................................................ 87 58 Boilersensor boven ........................................................................ 88 5A Boilersensor onder ........................................................................ 88 60 Buffertemp.sensor ......................................................................... 88 63 Keteltemp. sensor ext. ................................................................... 88 65 Bufferuitvoertemp. ......................................................................... 89 66 Zwembad aanvoert. ....................................................................... 89 68 Buffertemp.sensor ......................................................................... 89 6B Keteltemp.sensor ext. ................................................................... 89 6E Aanvoersens. Cond. ...................................................................... 89 70 Kamertemp.sens. VC1 .................................................................. 90 71 Kamertemp.sens. VC2 .................................................................. 90 72 Kamertemp.sens. VC3 .................................................................. 90 73 Kamertemp.sens. SKK .................................................................. 90 78 Kamertemp.sens. VC1 .................................................................. 91 79 Kamertemp.sens. VC2 .................................................................. 91 7A Kamertemp.sens. VC3 .................................................................. 91 7B Kamertemp.sens. SKK .................................................................. 91 90 Zonnemodule sensor 7 .................................................................. 91 91 Zonnemodule sensor 10 ................................................................ 92 94 Boil.sens. zon.-energ. .................................................................... 92 98 Zonnemodule sensor 7 .................................................................. 92 99 Zonnemodule sensor 10 ................................................................ 92 9A Collectortemp.sensor .................................................................... 92 9C Boil.sens. zon.-energ. ................................................................... 93 9E Delta-T-bew. zonnes. .................................................................... 93 9F Interne fout zonnes. ....................................................................... 93 A0 Ventilatie. Filter controleren ........................................................... 93

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

5837

029

Page 7: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

7

A1 Compressor 1 ................................................................................ 93 A2 Compressor 2 ................................................................................ 94 A6 Secundaire pomp .......................................................................... 94 A8 CV-pomp VC1 ............................................................................... 95 A9 Warmtepomp ................................................................................. 95 AA Afbreking ontdooiing ..................................................................... 96 AB Verwarmingswater-doorstroomtoestel .......................................... 96 AC Compressorblokkering .................................................................. 97 AD Mengklep verwarmen/WW ........................................................... 97 AE Boilersens. boven/onder ............................................................... 97 AF Boilerlaadpomp ............................................................................. 97 B0 Toestelidentificatie ......................................................................... 98 B4 AD-omvormer ................................................................................ 98 B5 Hardware ....................................................................................... 98 BF Communicatiemodule ................................................................... 99 C2 Spanningsvoeding ........................................................................ 99 C3 Drukbewaker primair ..................................................................... 99 C5 Blok. door energiebedr. ................................................................. 99 C9 Koelcircuit (SHD) .......................................................................... 100 CA Veiligheidsinr. primair ....................................................................101 CB Aanvoertemp. primair ................................................................... 101 CC Codeerstekker .............................................................................. 101 CF Communicatiemodule ................................................................... 101 D1 Compressor, veiligh. ..................................................................... 102 D3 Lage druk ...................................................................................... 102 D4 Regelhogedruk ..............................................................................103 D5 Dauwpuntsensor ........................................................................... 103 D6 Stromingsbewaker ........................................................................ 104 D7 Stromingsbewaker ........................................................................ 104 E0 LON-deelnemer .............................................................................104 E1 Ext. warmtegenerator ....................................................................104 E6 Storing aan LON-deeln. ................................................................ 105 EE KM-bus deelnemer ....................................................................... 105 EF Modbus deelnemer ....................................................................... 105 F2 Parameter 5030/5130 ....................................................................105 FF Herstart ......................................................................................... 105Geen weergave op het display van de bedieningseenheid ................... 105

5. Diagnose Diagnose (servicecontroles) .................................................................. 106Installatieoverzicht ................................................................................. 113Installatie ................................................................................................123 Timer ...................................................................................................123 Integrale ..............................................................................................125 Logboek ..............................................................................................127Ventilatie ................................................................................................ 132 Ventilatie: Overzicht ............................................................................132 Ventilatie ............................................................................................. 134 Meldingsoverzicht Vitovent 200-C/300-F ............................................136 Meldingsoverzicht Vitovent 200-W/300-C/300-W ............................... 139Warmtepomp ......................................................................................... 141 Looptijd compressor ........................................................................... 141Koelcircuit .............................................................................................. 142 Koelcircuitregelaar [2] / [6] ............................................................. 142 Koelcircuitregelaar [4] .................................................................... 144 Koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4] ................................................... 146 Koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7] ....................................................... 147 Koelcircuitregelaar [7] / [7-1] ...................................................... 149 Compressordraaiveld ......................................................................... 151 Compressordraaipad .......................................................................... 151

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave58

3702

9

Page 8: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

8

Meldingsoverzicht [2] ..................................................................... 152 Meldingsoverzicht [4] ..................................................................... 157 Meldingsoverzicht [4-3] / [4-4] .................................................... 163 Meldingsoverzicht [4-6] / [4-7] ........................................................ 169 Meldingsoverzicht [6] ..................................................................... 177 Meldingsoverzicht [7] / [7-1] ....................................................... 180Energiebalans ........................................................................................184 Energiebalans opvragen .....................................................................184 Jaararbeidsfactor opvragen ................................................................185Fotovoltaïsch systeem ........................................................................... 185 PV-statistiek ........................................................................................185 WW-laadstatistiek ............................................................................... 186 Vermogenscurven ...............................................................................187Korte info ............................................................................................... 187Systeeminformatie ................................................................................. 189

6. Actorentest Actorentest (uitgangen controleren) ...................................................... 190

7. Sensorcompensatie ................................................................................................................191

8. Servicefuncties LON deelnemerscontrole .......................................................................192Service-Pin ............................................................................................ 192Deelnemer (modbus/KM-BUS) .............................................................. 192Vitocom invoer PIN-code ....................................................................... 193Functiecontrole ...................................................................................... 193Instellingen opslaan/laden ..................................................................... 197 Instellingen opslaan ............................................................................197 Instellingen laden ................................................................................197

9. Regelingsinstellingen Codeerniveau 1 in het servicemenu ...................................................... 198 Servicemenu activeren (parameter met markering ! instellen) ........198 Servicemenu deactiveren ................................................................... 198Parameters instellen .............................................................................. 199 Bitveld .................................................................................................199Toestand bij levering herstellen (reset) .................................................. 200

10. Parametergroep installatie-definitie

Parametergroep oproepen .....................................................................2017000 Installatieschema ! .....................................................................2017002 Interval voor langdurig ge-middelde buitentemperatuur ! ..........2027003 Temperatuurverschil voor berekening verwarmingsgrens ! .......2027004 Temperatuurverschil voor het berekenen van de koelgrens ! ....2037007 Primaire pomp bij Natural Cooling ! ...................................... 2037008 Zwembad ! .................................................................................204700A Cascadeaansturing ! / ..................................................204700C Gebruik warmtepomp in cascade! / ............................. 204700D Looptijdcompensatie cascade ! / ................................. 204700F Strategie vermogensregeling cascade ! / .....................2057010 Externe uitbreiding ! .................................................................. 2057011 Installatiecomponent bij externe omschakeling ! ....................... 2057012 Werkingsstatus bij externe omschakeling ! ............................... 2067013 Duur van de externe omschakeling ! .........................................2067014 Effect externe vraag op warmtepompen/verwarm.circ. ! ........... 2077015 Effect extern blokkeren op warmtepompen/verwarm.circ. ! ...... 2087017 Vitocom 100 ! ............................................................................ 2087018 Temperatuurbereik ingang 0..10V ! ........................................... 2087019 Prioriteit externe vraag ! ............................................................ 208701A Effect extern blokkeren op pompen/compressor ! .................... 209701B Gemeenschap. aanvoertemperatuursensor installatie ! ........... 209701C Werkingsstatus na melding A9, C9 ! .........................................210

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

5837

029

Page 9: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

9

701F Werking BA-omschakeling op ventilatie ! .................................. 2107029 Aantal volgende warmtep.! / .........................................2107030 Selectie primaire bron ! ......................................................... 2107031 Inschakelhysterese zonne-luchtabsorber ! ........................... 2117032 Hysterese zonnecollector ! ................................................... 2117033 Min.temp. voor primaire bron zonne-luchtabsorber ! ............ 2117034 Gemiddelde bodemtemp. in zomerwerking ! ........................ 2117035 Minimumlooptijd voor onderdrukking zomerwerk. ! .............. 2127036 Laatste kalenderweek voor onderdrukking zomerwerk. ! ..... 2127037 Bewaking absorbercircuit ! ...................................................2127038 Temperatuursensor voor bivalente werking ! ........................ 2127039 Kalenderweek begin zomerwerking ijsaccumulator ! ............ 213703A Kalenderweek vroegste einde zomerwerking ijsbuffer ! ....... 2137044 Type opbouwset ! .............................................................. 2137050 Werking vakantieprogramma ! .................................................. 213

11. Parametergroep compres-sor

Parametergroep oproepen .....................................................................2155000 Vrijgave compressor ! / .................................................2155010 Verdampertemperatuur voor einde ontdooien ! / ..........2155012 Vrijgave gebruik compressortrap ! .............................................2155030 Vermogen compressortrap ! ...................................................... 2165043 Vermogen primaire bron ! ..........................................................216509E Vrijgave compressorniveau bij tandemwerking ! / .................216509F Vrijgave compressor 2 voor hydraulisch circuit ! / ................. 216

12. Parametergroep externewarmteopwekker

Parametergroep oproepen .....................................................................2177B00 Vrijgave externe verwarmingstoestel ! ...................................... 2177B01 Voorrang exter. verwarmingstoestel/verw.waterdoorstromer ! .. 2177B02 Bivalentietemperatuur externe warmtegenerator ! ....................2177B03 Inschakeldrempel externe warmtegenerator ! ...........................2187B04 Inschakelvertraging externe warmtegenerator ! ........................2187B05 Min. aanvoertemp. mengklep ext. warmtegenerator OPEN ! ... 2187B06 Min. looptijd externe warmtegenerator ! ....................................2187B07 Nalooptijd externe warmtegenerator ! .......................................2197B0B Max. verhoging aanvoertemp. externe warmtegenerator ! .......2197B0C Vrijgave externe warmtegen. voor verwarming ! ...................... 2197B0D Vrijgave ext. warmtegenerator voor warmwaterbereiding ! ...... 2197B0E Bivalente gebruikswijze van de warmtepomp ! .........................2207B0F Uitschakelgrens warmtepomp bivalente werking ! ....................2207B10 Vrijgave min. temp.behoud ext. WE ! ........................................2217B11 Vrijgave keteltemperatuursensor ! .............................................221

13. Parametergroep warmwater

Parametergroep oproepen .....................................................................2226000 Gew. warmwatertemp. .................................................................. 2226005 Min. warmwatertemperatuur ! ....................................................2226006 Max. warmwatertemperatuur ! ...................................................2226007 Hysterese WW-temperatuur warmtepomp ! .............................. 2236008 Hysterese WW-temperatuur verw.-waterdoorstromer ! ............. 2236009 Inschakeloptimalisering voor warmwaterbereiding ....................... 224600A Uitschakeloptimalisering voor warmwaterbereiding ..................... 224600C 2e gewenste warmwatertemp. ..................................................... 224600D Temperatuurverhoging per uur voor warmwaterbereiding ! ...... 225600E Temperatuursensor onderaan in de warmwaterboiler ! .............2256011 Max. looptijd warmwaterbereiding bij verwarming ! ................... 2256012 Max. onderbreking warmwaterbereiding voor verwarm. ! ......... 2256014 Vrijgave extra verwarmingen voor warmwaterbereiding ! ..........2266015 Vrijgave elek. verwarmingen voor warmwaterbereiding ............... 2266016 Voorrang warmwaterbereiding bij combiboiler ! ........................ 226

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave58

3702

9

Page 10: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

10

6017 Inschakelpogingen voor WW na max. drukuitschakeling ! ........ 227601E Uitschakelhysterese verwarmingswater-doorstroomelement ! . 227601F Vrijgave boilerlaadpomp ! ..........................................................2276020 Gebruikswijze boilerlaadpomp ! ................................................ 2276040 Vrijgave extra verwarm./ext. WE uitsl. voor naladen ! ............... 2286060 Blokkeertijd tapwaterverwarming ! ............................................ 2286061 Max. onderbreking tapwaterverwarm. ! .................................... 228

14. Parametergroep zonne-energie

Parametergroep oproepen .....................................................................2297A00 Type solarregeling ! ..................................................................229C0xx parameters solarregelingsmodule, type SM1 ! ..........................229

15. Parametergroep extra elek-trische verwarming

Parametergroep oproepen .....................................................................2307900 Vrijgave verwarmingswater-doorstroomtoestel ! ....................... 2307901 Vrijgave elek. verwarmingen voor warmwaterbereiding ! .......... 2317902 Vrijgave verwarmingswater-doorstromer voor kamerverw. ...........2317905 Inschakelvertraging verwarmingswaterdoorstromer ! ................2317907 Max. vermogen verwarmingswaterdoorstromer ! ...................... 231790A Vermogen voor verw.water- doorstr. bij ext. blokkering ! .......... 232790B Bivalentietemperatuur verwarmingswater-doorstroomtoestel ! .232

16. Parametergroep internehydraulica

Parametergroep oproepen .....................................................................2337300 Warmtepomp voor bouwwarmte ! ..............................................2337303 Tijdprogramma voor estrikdroging ! ...........................................233730C Aanvoertemperatuur bij externe vraag ! ................................... 234730D Vrijgave 3-weg-omschakelklep verwarmen/WW ! .....................235730E Inschakeldrempel ! ....................................................................235730F Vermogen compressor bij min. buitentemperatuur ! ................. 2357310 Vermogen compressor bij max. buitentemperatuur ! .................2367319 Toerent. CV-circ.pompen ! .........................................................2367340 Gebruikswijze secundaire pomp ! ............................................. 2367343 Nominaal vermogen secundaire pomp (PWM) ? ....................... 237734A Nom. vermogen CV-pomp VC2 ........................................... 237735A Pomptype secundair circuit ! ............................................... 2387365 Aanlooptijd HR-circulatiepomp ! ........................................... 2387378 Estrikprogramma startdag ! ....................................................... 2387379 Estrikprogramma einddag ! ....................................................... 238

17. Parametergroep primairebron

Parametergroep oproepen .....................................................................2407400 Werkmodus primaire bron ! / ............................................2407401 Regelstrategie primaire bron ! ................................................... 240745A Pomptype primair circuit ! .................................................... 2407470 Min. intredetemperatuur primair circuit bij werking ! ............ 2417471 Activeringsvertraging sondebeveiliging ! ............................. 241

18. Parametergroep buffer Parametergroep oproepen .....................................................................2427200 Vrijgave buffer/ open/geslotenverdeler ! ....................................2427202 Temp. in werkingsstatus constante waarde voor buffer ! .......... 2427203 Hysterese temperatuur verwarming buffer ! .............................. 2427204 Max. temperatuur buffer ! .......................................................... 2437205 Uitschakeloptimalisering verwarming buffer ! ............................ 2437208 Temperatuurgrens werkingsmodus constante voor buffer ! ...... 2437209 Uitschakelhysterese verwarmingswaterbuffer ! ......................... 244720A Modus vaste waarde alleen bij warmtevraag ! ..........................244721F Modus buffer / ................................................................. 2447220 Temperatuur in modus "Vaste waarde voor koelbuffer" ! /

...........................................................................................................2447223 Uitschakelhysterese koelwaterbuffer ! / ........................245722A Min.temperatuur koelwaterbuffer ! / ............................. 245

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

5837

029

Page 11: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

11

722B Inschakelhysterese koelwaterbuffer ! / .........................245

19. Parametergroep verwar-mingscircuits/koelcircuits

Parametergroep oproepen .....................................................................2472000 Kamertemperatuur normaal ..........................................................2472001 Gereduceerde kamertemperatuur ................................................ 2472003 Afstandsbediening ! ...................................................................2472005 Kamertemperatuurregeling ! ......................................................2482006 Niveau stooklijn .............................................................................2492007 Inclinatie stooklijn ..........................................................................249200A Invloed kamertemperatuur-bijschakeling! ................................. 249200B Kamertemperatuurbijschakeling ! ............................................. 249200E Max. aanvoertemperatuur verwarmingscircuit ! ........................ 2492015 Looptijd mengklep verwarmingscircuit ! .................................... 2502022 Kamertemperatuur bij partywerking ..............................................2502030 Koeling ! / ..................................................................... 2502031 Dauwpuntbewaker ! / ................................................... 2502033 Min. aanvoertemperatuur koeling ! / .............................2512034 Invloed kamertemperatuur-bijschakeling koelcircuit ! / 2512040 Niveau koellijn / ............................................................... 2522041 Inclinatie koellijn / ............................................................ 252

20. Parametergroep koeling Parametergroep oproepen .....................................................................2537100 Koelfunctie ! ...............................................................................2537101 Koelcircuit ! ................................................................................2537102 Gewenste kamertemperatuur apart koelcircuit ............................. 2537103 Min. aanvoertemperatuur koeling! .............................................2537104 Invloed kamertemperatuur-bijschakeling koelcircuit ! ................2547105 Kamertemperatuurregeling koelcircuit ! .....................................2547106 Rangering kamertemperatuursensor apart koelcircuit ! ............ 2547107 Hysterese kamertemperatuur koelcircuit ! .................................2557109 Vrijgave aanvoertemp.-sensor koelcircuit ! / ................ 2557110 Niveau koellijn ...............................................................................2557111 Inclinatie koellijn ............................................................................ 2557116 Afstandsbediening koelcircuit ! .................................................. 2557117 Dauwpuntbewaker ! ...................................................................25571FE Vrijgave Active Cooling ................................................................ 256

21. Parametergroep ventilatie Parametergroep oproepen .....................................................................2577D00 vrijgave Vitovent ! ..................................................................... 2577D01 Vrijgave voorverwarm-register elektrisch ! ................................2577D02 Vrijgave naverwarmregister hydraulisch ! ................................. 2577D04 Vrijgave temperatuurdoelregeling ! ........................................... 2587D05 Vrijgave vochtsensor ! ...............................................................2587D06 Vrijgave CO2-sensor ! ...............................................................2587D08 Gew. temperatuur .........................................................................2597D0A Debiet gereduceerde ventilatie ! ...............................................2597D0B Bovenste grens nominaal debiet toevoerlucht ! ....................... 2597D0C Debiet intensieve ventilatie ! .................................................... 2597D0F Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass ..................................2607D18 CO2-waarde voor verhoging debiet ! ........................................2607D19 Vochtwaarde voor verhoging debiet ! ....................................... 2607D1A Blokkeertijd ventilator bij vorstbescherming ! ........................... 2607D1B Duur intensief ventileren ! .........................................................2617D1D Bron ruimtetemperatuur werkelijke waarde ! ............................2617D21 CV-circuit voor blokkering bypassklep ! .................................... 2617D27 Aanpassing regelspanning ! ..................................................... 2627D28 Ventilator voor aanpassing regelspanning ! ..............................2627D2C Strategie passieve vorstbescherming ! .................................... 2637D2E Type warmteoverbrenger ! ....................................................... 263

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave58

3702

9

Page 12: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

12

7D2F Inbouwpositie ! ..........................................................................2637D3A Functie externe 230V-ingang ventilatie ! .................................. 2637D3B Duur badkamerventilatie ! ........................................................ 2637D5E Startblokkering ventilatie periodes deel 1 ! ...............................2647D5F Startblokkering ventilatie periodes deel 2 ! ...............................2647D71 Aanpassing stuurspanning toevoerluchtventilator ! .................. 2657D72 Aanpassing regelspanning uitlaatluchtventilator ! .....................2657D75 Sensorcompensatie buitenluchttemperatuur ! .......................... 2657D76 Sensorcompens.buitenluchttemp. na voorverwarmregister ! ....2657D77 Sensorcompensatie toevoerluchttemperatuur ! ........................ 2667D79 Sensorcompensatie afvoerluchttemperatuur ! .......................... 266C101 Voorverwarmregister ! ...............................................................266C102 Naverwarmer ! .......................................................................... 266C105 Vochtsensor ! ............................................................................ 267C106 CO2-sensor ! ............................................................................ 267C108 Gew. kamertemperatuur ...............................................................267C109 Basisventilatie ! .........................................................................267C10A Gereduceerde ventilatie ! ......................................................... 268C10B Normale ventilatie ! ...................................................................268C10C Intensieve ventilatie ! ................................................................268C189 Basisventilatie tweede ventilatorkanaal ! .................................. 269C18A Gereduceerde ventilatie tweede ventilatorkanaal ! .................. 269C18B Normale ventilatie tweede ventilatorkanaal ! ............................270C18C Basisventilatie tweede ventilatorkanaal ! ................................. 270C1A0 Bypass werking ! ...................................................................... 271C1A1 Centrale verwarming en warmteterugwinning ! ........................ 271C1A2 Onevenwicht toegelaten ! .........................................................271C1A3 Vastgelegd onevenwicht ! .........................................................272C1A4 Gewenste temperatuur naverwarmregister ! ............................ 272C1A6 Gevoeligheid vochtsensor ! ...................................................... 273C1AA Minimumtemperatuur aardwarmtewisselaar ! .......................... 273C1AB Maximumtemperatuur aardwarmtewisselaar ! ......................... 273C1B0 functie ingang 1 ! ...................................................................... 273C1B1 Min. spanning ingang 1 ! .......................................................... 274C1C1 Min. spanning ingang 2 ! .......................................................... 274C1C7 Correctie debiet ! ......................................................................274

22. Parametergroep Fotovol-taïsche

Parametergroep oproepen .....................................................................2757E00 Vrijgave eigenenergieverbruik PV ! ...........................................2757E02 Aandeel ext. stroom ! ................................................................ 2757E04 Drempel elektr. vermogen ! .......................................................2767E10 Vrijgave gebruik eigen stroom voor gewenste WW-temp. 2 .........2767E11 Vrijgave gebruik eigen stroom voor warmwaterbereiding .............2767E12 Vrijgave eigen energieverbr. voor verwarmingswaterbuffer ......... 2777E11 Vrijgave gebruik eigen stroom voor verwarming ...........................2777E15 Vrijgave eigenenergieverbr. voor koelen ...................................... 2777E16 Vrijgave eigen energieverbr. voor koelwaterbuffer ....................... 2787E21 Verhoging gew. temp. warmwaterbuffer PV ................................. 2787E22 Verhoging gew. temp. verwarmingswaterbuffer PV ......................2787E23 Verhoging gewenste kamertemperatuur PV ................................ 2787E25 Verlaging gew. kamer-temperatuur PV .........................................2787E26 Verlaging gew. temperatuur koelwaterbuffer PV .......................... 278

23. Parametergroep SmartGrid

Parametergroep oproepen .....................................................................2807E80 Vrijgave Smart Grid ! .................................................................2807E82 Smart Grid vrijgave E-verwarming ! .......................................... 2807E91 Gewenste stijging Smart Grid voor warmwaterbereiding ............. 2817E92 Gewenste stijging Smart Grid voor verwarmingswaterbuffer ....... 2817E93 Gewenste stijging Smart Grid voor kamertemper. verwarmen .....2817E95 Gewenste daling Smart Grid voor kamertemper. koelen ..............281

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

5837

029

Page 13: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

13

24. Parametergroep tijd Parametergroep oproepen .....................................................................2827C00 tot 7C06 Automatische omschakeling zomertijd - wintertijd ! ... 282

25. Parametergroep communi-catie

Parametergroep oproepen .....................................................................2837707 Nummer van de warmtepomp in cascade ! ...............................2837710 Vrijgave communicatiemodule LON ! ........................................ 2837777 LON deelnemersnummer ! ........................................................ 2837779 LON foutmanager ! ....................................................................2837798 LON installatienummer ! ............................................................284779C Interval voor gegevensoverdracht via LON ! ............................ 28477FC Bron buitentemperatuur ! ..........................................................28477FD Buitentemperatuur zenden ! ..................................................... 28477FE Bron tijd ! ...................................................................................28577FF Tijd zenden ! ..............................................................................285

26. Parametergroep bediening Parametergroep oproepen .....................................................................2868800 Bediening blokkeren ! ................................................................2868801 Vrijgave niveaus tijdprogram. geluidsgereduceerde werking ! .. 2868811 Gebruikersniveau weergave energiebalans/JAZ ! ..................... 286

27. Printplaten en aansluitmo-gelijkheden

Overzicht van de printplaten .................................................................. 287 Brine/water- en lucht/water-warmtepompen / ........................... 287 Warmtepompen met aparte binnen- en buitenunit ..................... 288Aanwijzingen voor de elektrische aansluitingen .................................... 288Basis- en uitbreidingsprintplaat ..............................................................289 Basisprintplaat .................................................................................... 289 Uitbreidingsprintplaat op basisprintplaat .............................................293 Aansluitingen tapwateropwarming ......................................................296Rangeerprintplaat Vitocal 300-A ............................................................298Kroonsteentjes Vitocal 100-S/200-A/200-S ........................................... 301Kroonsteentjes Vitocal 111-S/222-A/222-S ............................................303Kroonsteentjes Vitocal 200-A ................................................................ 305Kroonsteentjes Vitocal 222-G/333-G ..................................................... 308Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 100-S/200-A/200-S/300-A ......... 309Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 111-S/222-A/222-S/222-G/333-G ..................................................................................................... 311EEK-printplaat [2] ..............................................................................313 Inverter ............................................................................................... 314EEK-printplaat [4] ..............................................................................315EEK-printplaat [4-3] / [4-4] .............................................................316EEK-printplaat [4-6] / [4-7] .................................................................317 [4-6]: Vitocal 333-G .............................................................................317 [4-7]: Vitocal 222-G .............................................................................318Regelaarprintplaat en EEK-printplaat [6] .......................................... 319 Printplaat regelaar: type AWO 301.A25 tot A60 ................................. 319 EEK-printplaat: Type AWO 301.A60 ...................................................320Hoofdprintplaat [7] / [7-1] ...............................................................321 Kenmerk van de stekkerbruggen (blauw) ...........................................322

28. Sensoren Temperatuursensoren ............................................................................323 Viessmann NTC 10 kΩ (blauwe markering) ....................................... 323 Viessmann 20 kΩ (oranje markering) ................................................. 324 Viessmann Pt500A (groene markering) ..............................................325 Aansluiting op EEK-printplaat [4-3] / [4-4] / [4-6] / [4-7]: NTC 10 kΩ

(zonder markering) ............................................................................. 326 Aansluiting op EEK-printplaat [6]: NTC 10 kΩ (zonder markering) .....327 Aansluiting op hoofdprintplaat [7] / [7-1]: NTC 15 kΩ (zonder marke-

ring) .................................................................................................... 328

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave58

3702

9

Page 14: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

14

Aansluiting op hoofdprintplaat [7] / [7-1]: NTC 20 kΩ (zonder marke-ring) .................................................................................................... 329

Aansluiting op hoofdprintplaat [7] / [7-1]: NTC 50 kΩ (zonder marke-ring) .................................................................................................... 330

Druksensoren ........................................................................................ 330 Aansluiting op EEK-printplaat [4] / [4-3] / [4-4] / [4-6] / [4-7] ............... 330 Aansluiting op EEK-printplaat [2] / [6] / [7] / [7-1] ................................331

29. Verklaringen Conformiteitsverklaringen van de warmtepompen ................................ 332

30. Index ................................................................................................................333

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave (vervolg)

5837

029

Page 15: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

15

Symbool BetekenisVerwijzing naar ander document met bijko-mende informatie

1. Stap in afbeeldingen:de nummering komt overeen met de volg-orde van de stappen.

Waarschuwing voor materiële schade enschade aan het milieu Bereik onder spanning Goed voor opletten. Onderdeel moet hoorbaar inklikken.

of Akoestisch signaal Nieuw onderdeel plaatsen.

of In combinatie met gereedschap: Opper-

vlakte reinigen.Onderdeel deskundig als afval verwijderen. Onderdeel bij geschikt verzamelpunt afge-ven. Onderdeel niet met het huisvuil mee-geven.

Soorten toestellenSymbool Betekenis

Inhoud geldt alleen voor brine/water-warm-tepompen.Inhoud geldt alleen voor lucht/water-warm-tepompen voor binnen- en buitenopstel-ling, monoblock-uitvoering.Inhoud geldt enkel voor lucht/water-warm-tepompen met afzonderlijke binnen- enbuitenunit, split- of monoblockuitvoering.

KoelcircuitregelaarSymbool Betekenis

[2]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 2, bijv.Vitocal 200-A.

[4]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 4, bijv.Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B.

[4-3]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 4-3, bijv.Vitocal 200-A.

[4-4]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 4-4, bijv.Vitocal 200-S.

[4-6]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 4-6, bijv.Vitocal 333-G.

[4-7]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 4-7, bijv.Vitocal 222-G.

[6]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 6, bijv.Vitocal 300-A, type AWO 302.B25 tot B60.

[7]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 7, bijv.Vitocal 100-S.

[7-1]Inhoud geldt alleen voor warmtepompenmet koudecircuitregelaar 7-1, bijv.Vitocal 100-S.

Informatie

Symbolen58

3702

9

Info

rmat

ie

Page 16: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

16

Deze servicehandleiding bevat de volgende informatieover de warmtepompregeling Vitotronic 200, typeWO1C voor lucht/water-warmtepompen met afzonder-lijke binnen- en buitenunit: Functiebeschrijving Regelingsparameters voor de aanpassing van de

warmtepomp aan de verschillende eisen en bedrijfs-voorwaarden

Diagnosemogelijkheden voor verwarmingsinstallatieen koelcircuit

Maatregelen voor het verhelpen van storingen Overzicht over de elektrische aansluitingen

De functies en het regelgedrag van de warmtepompre-geling worden door de codeerstekker aan de betref-fende warmtepomp aangepast. Daarom staat niet bijalle warmtepomptypes de volledige, hier beschrevenfunctieomvang ter beschikking.Bovendien beïnvloeden het gekozen installatieschemaen de extra uitrusting de functies die in de warmte-pompregeling aanwezig zijn.Type- of installatiespecifieke gegevens worden alleengemarkeerd op die plaatsen waar dat een direct effectheeft op het gedrag van de warmtepomp of de verwar-mingsinstallatie.

Installatievoorbeelden

Om de werking van de warmtepompregeling te begrij-pen, zijn er installatievoorbeelden met hydraulische enelektrische aansluitschema's en gedetailleerde functie-beschrijving beschikbaar.

Uitvoerige informatie over installatievoorbeelden:www.viessmann-schemes.com

Soorten toestellen

Brine/water-warmtepompen, compacte toestellen

Alle componenten van de warmtepomp bevinden zichin een toestel, inclusief de warmtepompregeling eneen warmwaterboiler.

Vitocal 333-G beschikt over een toerentalgeregeldecompressor. In Vitocal 222-G is een compressor metvaste snelheid ingebouwd.

Overzicht installatiecomponenten en functies voor brine/water-warmtepompen, compacttoestellenInstallatiecomponenten/functie Pagina Vitocal 222-G Vitocal 333-GPrimaire ijsbuffer/zonne-lucht-absorber

26 X X

Verwarmings-/koelcircuits 49 In combinatie met buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aangestuurd M3/VC3: Mengklepmotor via KM-BUS aangestuurd

Verwarmingswater-doorstroom-toestel

40 In de fabriek gemonteerd In de fabriek gemonteerd

Verwarmingswaterbuffer 45 X XVerwarmings-/koelwaterbuffer 45 — —

Kamerverwarming 50 X XKamerkoeling 57 Koelfunctie ”natural cooling” in combinatie met NC-Box (toebeho-

ren)Tapwaterverwarming 42 Warmwaterboiler ingebouwdZwembadverwarming 57 X XWoningventilatie 59 X XFotovoltaïsch systeem 71 X XSmart Grid 35 X X

OpmerkingDe volgende functies zijn bij de brine/water-warmte-pompen niet mogelijk: Bivalente werking met een externe warmteopwekker Warmtepompcascade

Inleiding

Functieomvang

5837

029

Info

rmat

ie

Page 17: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

17

Lucht/water-warmtepompen voor binnen- en buitenopstelling, monoblock-uitvoering

Alle componenten van het koudecircuit bevinden zichin een toestel.

Warmtepompen voor binnenopstelling

De warmtepomp wordt via een luchtkanaal met buiten-lucht voorzien. De uitgeblazen lucht verlaat hetgebouw via een ander luchtkanaal.Het koudecircuit beschikt over een toerentalgeregeldecompressor. De secundaire pomp, de 3-wegomscha-kelklep ”Verwarmen/Tapwaterverwarming” en warmte-pompregeling zijn in de warmtepomp geïntegreerd.

Warmtepompen voor buitenopstelling

De warmtepomp wordt in open lucht opgesteld. Via dehydraulische verbindingsleidingen wordt het gebouwverwarmd of gekoeld. Deze hydraulische verbindings-leidingen worden samen met de elektrische verbin-dingsleidingen vorstveilig in de bodem geplaatst.De warmtepompregeling bevindt zich in een apartebehuizing in het gebouw. De hydraulische componen-ten voor de verdeling in het secundair circuit wordeneveneens in het gebouw gemonteerd, bijv. de secun-daire pomp.

Overzicht installatiecomponenten en functies voor lucht/water-warmtepompen voor binnen- en buitenop-stelling, monoblock-uitvoeringInstallatiecom-ponenten/functie

Pagina Warmtepomp voor binnenopstelling Warmtepomp voor buitenopstellingVitocal 200-A Vitocal 300-A

Verwarmings-/koelcircuits

49 In combinatie met buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurd M3/VC3: Mengklepmotor via KM-BUS

aangestuurd

In combinatie met buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurd M3/VC3: Mengklepmotor via KM-BUS

aangestuurdVerwarmings-water-door-stroomtoestel

40 In de fabriek gemonteerd Afhankelijk van het type door installateurte voorzien of toebehoren

Externe warm-teopwekker

39 X X

Verwarmings-waterbuffer

45 X X

Verwarmings-/koelwaterbuf-fer

45 X X

Kamerverwar-ming

50 X X

Kamerkoeling 57 X Afhankelijk van het typeTapwaterver-warming

42 Aparte warmwaterboiler Aparte warmwaterboiler

Warmtepomp-cascade

29 — X

Zwembadver-warming

57 X X

Woningventila-tie

59 X X

Fotovoltaïschsysteem

71 X X

Smart Grid 35 X X

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 18: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

18

Lucht/water-warmtepompen voor binnen- en buitenopstelling, Split-uitvoering

De warmtepompen bestaan uit een buiten het gebouwgemonteerde buitenunit en een in het gebouw gemon-teerde binnenunit.

Met uitzondering van de condensor bevinden alle com-ponenten van het koelcircuit zich in de buitenunit,inclusief de koelcircuitregelaar.De binnenunit bevat naast de hydraulische componen-ten voor het secundaire circuit ook de condensor vanhet koelcircuit en de warmtepompregelingVitotronic 200, type WO1C.Binnenunit en buitenunit zijn hydraulisch via koudemid-delleidingen met elkaar verbonden. De communicatietussen binnen- en buitenunit gebeurt via modbus.

Binnenunit als wandtoestel

BC

D

E

F G

H

K

A

Afb. 1

A Aanvoer secundair circuit (kamerverwarming entapwateropwarming)

B 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-ming”

C Verwarmingswater-doorstroomtoestel (af fabriekingebouwd of toebehoren, afhankelijk van hettype)

D Secundaire pompE CondensorF CompressorG VerdamperH VentilatorK Elektronische expansieklep

Binnenunit als compacttoestel zonder inbouwkitmet mengklep

F G

H

KL

AB C E

D

Afb. 2

A Aanvoer secundair circuit (enkel kamerverwar-ming)

B 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-ming”

C Verwarmingswater-doorstroomtoestel (af fabriekingebouwd of toebehoren, afhankelijk van hettype)

D Secundaire pompE CondensorF CompressorG VerdamperH VentilatorK Elektronische expansieklepL Warmwaterboiler

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 19: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

19

Binnenunit als compacttoestel met inbouwkit metmengklep (toebehoren)

F G

H

KL

AB C E

P D

ONM

Afb. 3

A Aanvoer verwarmingscircuit zonder mengklepA1/VC1

B 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-ming”

C Verwarmingswater-doorstroomtoestel (af fabriekingebouwd of toebehoren, afhankelijk van hettype)

D Secundaire pompE CondensorF CompressorG VerdamperH VentilatorK Elektronische expansieklepL WarmwaterboilerM Aanvoer verwarmingscircuit met mengklep

M2/VC2N CV-pompO 3-wegmengklepP Bedieningsscherm

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 20: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

20

Overzicht installatiecomponenten en functies voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,split-uitvoeringInstallatiecom-ponenten/functie

Pagina Binnenunit als wandtoestel Binnenunit als compacttoestelVitocal 100-S Vitocal 200-S Vitocal 111-S Vitocal 222-S

Verwarmings-/koelcircuits

49 In combinatie met buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurd M3/VC3: Mengklepmotor via KM-BUS

aangestuurd

In combinatie met buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurd M3/VC3: Mengklepmotor via KM-BUS

aangestuurd

In combinatie met inbouwkit met meng-klep, zonder buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurdVerwarmings-water-door-stroomtoestel

40 Afhankelijk van hettype af fabriek inge-bouwd

Afhankelijk van hettype af fabriek inge-bouwd of toebeho-ren

Accessoires Afhankelijk van hettype af fabriek inge-bouwd of toebeho-ren

Externe warm-teopwekker

39 X X — —

Verwarmings-waterbuffer

45 X X XEnkel zonder in-

bouwkit met meng-klep

XEnkel zonder in-

bouwkit met meng-klep

Verwarmings-/koelwaterbuf-fer

45 X X XEnkel zonder in-

bouwkit met meng-klep

XEnkel zonder in-

bouwkit met meng-klep

Kamerverwar-ming

50 X X X X

Kamerkoeling 57 Afhankelijk van het type Afhankelijk van het typeTapwaterver-warming

42 Aparte warmwaterboiler Warmwaterboiler ingebouwd

Warmtepomp-cascade

29 X X — —

Zwembadver-warming

57 X X X X

Woningventila-tie

59 X X X X

Fotovoltaïschsysteem

71 X X X X

Smart Grid 35 X X X X

Lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit, monoblock-uitvoering

De warmtepompen bestaan uit een buiten het gebouwgemonteerde buitenunit en een in het gebouw gemon-teerde binnenunit.

Alle componenten van het koelcircuit bevinden zich inde buitenunit, inclusief de koelcircuitregelaar.

De binnenunit bevat naast de hydraulische componen-ten voor het secundaire circuit de warmtepompregelingVitotronic 200, type WO1C.Binnenunit en buitenunit zijn hydraulisch via de aan-voer en retour van het secundaire circuit met elkaarverbonden. De communicatie tussen binnen- en bui-tenunit gebeurt via modbus.

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 21: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

21

Binnenunit als wandtoestel

BC

D

E

F G

H

K

A

Afb. 4

A Aanvoer secundair circuit (kamerverwarming entapwateropwarming)

B 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-ming”

C Verwarmingswater-doorstroomtoestel (af fabriekingebouwd of toebehoren, afhankelijk van hettype)

D Secundaire pompE CondensorF CompressorG VerdamperH VentilatorK Elektronische expansieklep

Binnenunit als compacttoestel zonder inbouwkitmet mengklep

F G

H

KL

AB C

D

E

Afb. 5

A Aanvoer secundair circuit (enkel kamerverwar-ming)

B 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-ming”

C Verwarmingswater-doorstroomtoestel (af fabriekingebouwd of toebehoren, afhankelijk van hettype)

D Secundaire pompE CondensorF CompressorG VerdamperH VentilatorK Elektronische expansieklepL Warmwaterboiler

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 22: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

22

Binnenunit als compacttoestel met inbouwkit metmengklep (toebehoren)

F G

H

KL

AB C

P D

ONM

E

Afb. 6

A Aanvoer verwarmingscircuit zonder mengklepA1/VC1

B 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-ming”

C Verwarmingswater-doorstroomtoestel (af fabriekingebouwd of toebehoren, afhankelijk van hettype)

D Secundaire pompE CondensorF CompressorG VerdamperH VentilatorK Elektronische expansieklepL WarmwaterboilerM Aanvoer verwarmingscircuit met mengklep

M2/VC2N CV-pompO 3-wegmengklepP Bedieningsscherm

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 23: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

23

Overzicht installatiecomponenten en functies voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,monoblock-uitvoeringInstallatiecom-ponenten/functie

Pagina Binnenunit als wandtoestel Binnenunit als compacttoestelVitocal 200-A Vitocal 222-A

Verwarmings-/koelcircuits

49 In combinatie met buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurd M3/VC3: Mengklepmotor via KM-BUS

aangestuurd

In combinatie met buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurd M3/VC3: Mengklepmotor via KM-BUS

aangestuurd

In combinatie met inbouwkit met meng-klep, zonder buffer: A1/VC1 M2/VC2: Mengklepmotor direct aange-

stuurdVerwarmings-water-door-stroomtoestel

40 Afhankelijk van het type af fabriek inge-bouwd

In de fabriek gemonteerd

Externe warm-teopwekker

39 X —

Verwarmings-waterbuffer

45 X XEnkel zonder inbouwkit met mengklep

Verwarmings-/koelwaterbuf-fer

45 X XEnkel zonder inbouwkit met mengklep

Kamerverwar-ming

50 X X

Kamerkoeling 57 Afhankelijk van het type Afhankelijk van het typeTapwaterver-warming

42 Aparte warmwaterboiler Warmwaterboiler ingebouwd

Warmtepomp-cascade

29 X —

Zwembadver-warming

57 X X

Woningventila-tie

59 X X

Fotovoltaïschsysteem

71 X X

Smart Grid 35 X X

Koelcircuitregelaar

Afhankelijk van het type van de warmtepomp zijn ver-schillende koelcircuitregelaar ingebouwd: Koudecircui-tregelaar [2] tot [7-1].Inhoud in deze servicehandleiding, die uitsluitendbetrekking heeft op een bepaalde koelcircuitregelaar,is gemarkeerd met het bijbehorende symbool,bijvoorbeeld [7].

! OpgeletServicemaatregelen, die niet bij de ingebouwdekoelcircuitregelaar passen, kunnen het toestelbeschadigen.Voor het begin van de werkzaamheden de inge-bouwde koelcircuitregelaar bij de warmtepomp-regeling opvragen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 24: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

24

2. ”Diagnose” 3. ”Systeeminformatie”Verklaring van de weergegeven systeeminformatie:Zie hoofdstuk ”Systeeminformatie”.

KoelcircuitregelaarWarmtepomp Koelcircuitregelaar

[2] [4] [4-3] [4-4] [4-6] [4-7] [6] [7] / [7-1]Brine/water-warmtepompen Vitocal 222-G X Vitocal 333-G X Lucht/water-warmtepomp voor binnenopstelling,monoblock-uitvoering

Vitocal 200-A, type AWCI-AC 201.A X Lucht/water-warmtepompen voor buitenopstel-ling, monoblock-uitvoering

Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B X Vitocal 300-A, type AWO 302.B X Lucht/water-warmtepompen met binnen-/buiten-unit, split-uitvoering

Vitocal 100-S X Vitocal 111-S X Vitocal 200-S X Vitocal 222-S X Lucht/water-warmtepompen met binnen-/buiten-unit, monoblock-uitvoering

Vitocal 200-A, type AWO(-M)/AWO(-M)-E/AWO(-M)-E-AC 201.A

X

Vitocal 222-A X

Instelniveaus

Om foutieve bediening van de warmtepomp of andereinstallatiecomponenten te voorkomen, zijn niet op elkinstelniveau alle menu's beschikbaar. Bijv. de rege-lingsparameters kunnen alleen op het instelniveau vande vakman worden opgeroepen.

Installatiegebruiker

De bediening gebeurt in het basismenu en in het uitge-breide menu en is geschikt voor personen die door deinstallateur (vakman) over de bediening van de ver-warmingsinstallatie zijn geïnstrueerd. In het basismenu zijn de basisbedieningsfuncties en

weergaven te vinden. Bijv. het instellen van degewenste ruimtetemperatuur of de keuze van hetwerkingsprogramma.

Het uitgebreide menu biedt verdergaande functieszoals bijv. de instelling van tijdprogramma's. Druk op

voor het oproepen van het uitgebreide menu.

Functies op het instelniveau ”Installatiegebrui-ker” zie bedieningshandleiding.

Inleiding

Soorten toestellen (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 25: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

25

Vakman

Op dit instelniveau zijn bijkomende functies en deparameters van Codeerniveau 1 beschikbaar. Dezefuncties en parameters worden met het symbool !aangeduid.

Het instelniveau ”Vakman” omvat eveneens de func-ties van het instelniveau ”Installatiegebruiker”.

De instellingen op het codeerniveau 1 mogen alleendoor personen van de installateur worden uitge-voerd, die voor Viessmann warmtepompengeschoold zijn.

Codeerniveau 1 oproepen: Zie pagina 198.

Bedieningseenheid

Basismenu

40 °CAanvoertemperatuur

14 °C 21 °C

VC1

Afb. 7

Een stap terug in het menu of annuleren van debegonnen instellingCursortoetsen om in het menu te bladeren of omwaarden in te stellen

OK Keuze bevestigen of ingevoerde instelling bewa-ren.”Bedieningsinstructies” of extra informatie overhet gekozen menu oproepen.Uitgebreid menu activeren.

Inleiding

Instelniveaus (vervolg)

5837

029

Info

rmat

ie

Page 26: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

26

Alternatief voor aardsondes/aardcollectoren kunneneen ijsbuffer en een zonne-luchtabsorber als primairebron voor de warmtepomp worden gebruikt. Hiertoemoet ”Selectie primaire bron 7030” op ”1” staan. Het medium in de ijsbuffer wordt door de omringendebodem en de zonne-luchtabsorber verwarmd. Dewarmtepomp onttrekt deze primaire energie aan de ijs-buffer. Als hierbij het medium onder het vriespuntdaalt, gebruikt de warmtepomp bijkomend de kristalli-satie-energie. De ijsbuffer bevriest van binnen naarbuiten en ontdooit opnieuw van buiten naar binnen.Als alternatief voor de ijsbuffer kan de zonne-luchtab-sorber direct als primaire bron dienen. Een 3-wegom-schakelklep schakelt tussen beide primaire bronnen.

In de koelwerking (”natural cooling”) wordt de aan dekamers onttrokken warmte-energie aan de ijsbufferovergedragen.

De ijsbuffer wordt verwarmd via de zonne-luchtabsor-ber, wanneer aan alle van de volgende voorwaardenwordt voldaan (instelling van de parameters op deVitosolic): Temperatuurverschil zonne-luchtabsorber – ijsbuffer

> ”ΔTaan”. Absorbertemperatuur > ”Th6aan”. Temperatuur in de ijsbuffer < ”Tbfgew”.

Inschakelvoorwaarden voor primaire bronPrimaire bron Kamerver-

warmingKamerkoe-ling

Temperatuurverschil zonne-luchtabsorber – ijsbuffer

Absorbertemperatuur

IJsbuffer AAN AAN < 0 –

Zonne-luchtab-sorber

AAN UIT > ”Inschakelhysterese zonne-circuitpomp 7031”

Absorbertemperatuur> ”Min.temp. voor primairebron zonnecollector 7033”en

Primaire ingangstemperatuurligt binnen het geldige bereik.

Aanvullend op warmtepomp met Vitotronic 200, typeWO1C vereiste elektrische apparaten:

Vitosolic 200: Temperatuurverschilregeling voor de verwarming van

de ijsbuffer via de zonneluchtdabsorber Instelling van de gewenste verschiltemperatuur Vrijgave: ”Type solarregeling 7A00” op ”2”

Uitbreiding AM1: Omschakeling tussen zonne-luchtabsorber en ijsbuf-

fer als primaire bron via een driewegomschakelklep Vrijgave: ”Externe uitbreiding 7010” naar ”2”

of ”3”

Uitbreiding ijsbuffer: Aansturing van driewegomschakelklep en absorbe-

rcircuitpomp

Elektrische aansluiting van de vereiste toestellen enparameterinstellingen:www.viessmann-schemes.com

Zomerwerking

Met name in de zomer leiden hoge temperaturen in deijsbuffer tot hoge warmteverliezen in de aarde. Via dezonne-luchtabsorber moet vaak naverwarmd worden,waardoor de energiekosten voor de absorberpomptoenemen. Om dit te vermijden, wordt de maximaletemperatuur van de ijsbuffer in de zomerwerking gere-duceerd tot ”Gemiddelde bodemtemp. in zomerwer-king 7034”.

De zomerwerking wordt onder de volgende omstandig-heden ingeschakeld: De warmtepomp was op een dag voor kamerverwar-

ming minder dan ”Minimumlooptijd voor onder-drukking zomerwerk. 7035” actief.

”Kalenderweek begin zomerwerking ijsaccumula-tor 7039” is bereikt.

”Laatste kalenderweek voor zomerwerking 7036”is nog niet bereikt.

Functiebeschrijving

Primaire bron ijsbuffer/zonne-luchtabsorber

5837

029

Func

ties

Page 27: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

27

De zomerwerking stopt onder de volgende omstandig-heden: De warmtepomp was na ”Kalenderweek vroegste

einde zomerwerking ijsaccumulator 703A” eendag voor kamerverwarming meer dan ”Minimum-looptijd voor onderdrukking zomerwerk. 7035” inwerking.Of

”Laatste kalenderweek voor zomerwerking 7036”is bereikt.

Werking met externe warmtegenerator (niet bij compacte toestellen)

Wanneer er niet meer voldoende energie in de ijsbufferaanwezig is, kan de externe warmtegenerator als alter-natieve energiebron worden ingeschakeld. Hiertoe kande bivalentietemperatuur via de temperatuursensor inde ijsbuffer worden gemeten. Het rangeren van detemperatuursensor vindt plaats met ”Temperatuur-sensor voor bivalente werking 7038”.

Bewaking van het absorbercircuit

Wanneer een calorimeter in het absorbercircuit isgemonteerd en op de Vitosolic is aangesloten, kanmet ”Bewaking absorbercircuit 7037” de bewakingvan het absorbercircuit worden ingeschakeld. Wanneerde hoeveelheid energie bij actieve aansturing van deabsorberpomp lager wordt dan 1 kWh binnen 6 h,toont de warmtepompregeling de storingsmelding ”96Ijsbuffer absorberk.”. In dat geval moet het absorbe-rcircuit gecontroleerd worden (bijv. absorberpompdefect).

2-traps koelcircuit [6]

De warmtepomp beschikt over een koudecircuit met 2parallel geschakelde compressoren, maar slechts éénelektronische expansieklep.

Bij een beperkte verwarmings- of koelingsbehoefte isslechts één compressor in werking. Als de warmte- ofkoelbehoefte stijgt, schakelt ook de 2e compressor in.

Vereiste parameterinstellingenParameter Compressor 1 Compressor 2”Vrijgave compressor 5000” ”1””Vrijgave compressorniveau bij tandem-werking 509E”

”1” ”2””3” (beide compressoren vrijgegeven)

”Vermogen compressortrap 5030” Waarde conform nominale vermogen: Zie typeplaatje.”Vrijgave gebruik compressortrap 5012” ”0” tot ”15”

Instelling in bitveld: Zie pagi-na 199.

”Vrijgave compressor 2 voor hydraulischcircuit 509F”

— ”0” tot ”15”Instelling in bitveld: Zie pagi-na 199.

Functiebeschrijving

Primaire bron ijsbuffer/zonne-luchtabsorber (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 28: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

28

Compressor inschakelen

De koelcircuitregelaar schakelt altijd de compressor isdie voordien niet in gebruik was. Hiermee is gegaran-deerd dat de looptijden van de beide compressorenelkaar compenseren.Bij geringe warmtebehoefte is slechts één compressorin werking.

Inschakelen bij 1 direct verwarmingscircuit zonderCV-waterbuffer

Bij warmtepompen met hoog vermogen raden we aanom in elk geval een CV-waterbuffer in de aanvoersecundair circuit te gebruiken.In bepaalde gevallen kan ook een direct verwarmings-circuit zonder CV-waterbuffer verzorgd worden.

Als alle volgende voorwaarden van toepassing zijn,wordt compressor 1 ingeschakeld: Er bestaat een warmtevraag. De retourtemperatuur

secundair circuit onderschrijdt de gewenste waardemet 2 K.

Sinds het inschakelen van de laatst ingeschakeldecompressor is de blokkeertijd van 20 min verstreken.

Sinds het uitschakelen van de laatst ingeschakeldecompressor is de blokkeertijd van 5 min verstreken.

Als de warmtevraag 20 min na het inschakelen vancompressor 1 nog altijd bestaat, schakelt compressor2 bijkomend in.

Inschakelen bij CV-waterbuffer of warmwaterboiler.

De compressoren worden onder de volgende omstan-digheden ingeschakeld: Er bestaat een warmtevraag. De gewenste tempera-

tuur van de desbetreffende verbruiker is met de des-betreffende inschakelhysterese onderschreden:– Verwarmingswaterbuffer: ”Hysterese tempera-

tuur verwarming buffer 7203”– Warmwaterboiler: ”Hysterese WW-temperatuur

warmtepomp 6007” De blokkeertijden (20 min/5 min) zijn verstreken: Zie

vorig hoofdstuk.

De compressors schakelen afhankelijk van de vermo-gensintegraal IL in, conform de volgende systematiek:

Systematiek voor het aanvragen van de compres-sorenVermogensintegraal IL Compressor

1 2

IL > 0,5-voudige ”Inschakel-drempel verwar- mingswa-terdoorstromer 730E”

AAN UIT

IL > ”Inschakeldrempel ver-war- mingswaterdoorstro-mer 730E”

AAN AAN

1 Compressor 1: de eerst ingeschakelde compres-sor

2 Compressor 2: de laatst ingeschakelde compres-sor

IL Vermogensintegraal: Integraal uit duur en hoogtevan de afwijking van de gewenste retourtempera-tuur t.o.v. werkelijke waarde in het secundaire cir-cuitMeer informatie over de vermogensintegraal: Ziepagina 125.

Compressor uitschakelen

Uitschakelen bij 1 direct verwarmingscircuit zon-der CV-waterbuffer

Als de retourtemperatuur van het secundaire circuit degewenste waarde met de uitschakelhysterese over-schrijdt, schakelt eerst compressor 2 en na een kortevertraging compressor 1 uit.

Uitschakelen bij CV-waterbuffer of warmwaterboi-ler.

Als de uitschakelvoorwaarden voor de desbetreffendeverbruiker bereikt zijn, schakelen de compressorenafhankelijk van de vermogensintegraal IL uit.

Functiebeschrijving

2-traps koelcircuit [6] (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 29: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

29

Systematiek voor het uitschakelen van de com-pressorenVermogensintegraal IL Compressor

1 2

IL < ”Inschakeldrempel ver-war- mingswaterdoorstro-mer 730E”

AAN AAN

IL < 0,5-voudige ”Inschakel-drempel verwar- mingswa-terdoorstromer 730E”

UIT AAN

IL = 0 UIT UIT

1 Compressor 1: de eerst ingeschakelde compres-sor

2 Compressor 2: de laatst ingeschakelde compres-sor

IL Vermogensintegraal: Integraal uit duur en hoogtevan de afwijking van de gewenste retourtempera-tuur t.o.v. werkelijke waarde in het secundaire cir-cuitMeer informatie over de vermogensintegraal: Ziepagina 125.

Warmtepompcascade /

OpmerkingMet compacttoestellen en lucht/water-warmtepompenvoor binnenopstelling is geen warmtepompcascademogelijk.

Een warmtepompcascade bestaat uit een hoofdwarm-tepomp en maximaal 4 volgwarmtepompen. Elke volg-warmtepomp heeft 1 warmtepompregeling.De volgwarmtepomp stuurt de werking van de warmte-pompen binnen de cascade. Indien nodig worden eenof meerdere warmtepompen gelijktijdig ingeschakeld.

OpmerkingWarmtepompen met een verschillend vermogen kun-nen met elkaar gecombineerd worden (niet aanbevo-len bij ).

Vermogensgeregelde werking

Voor de vermogensgeregelde werking van de warmte-pompcascade ”Strategie vermogensregeling cas-cade 700F” op ”2” zetten.De hoofdwarmtepomp en de volgwarmtepompen wor-den zo in- en uitgeschakeld dat elke warmtepompCOP-geoptimaliseerd werkt.

OpmerkingBij Vitocal 300-A, type AWO 302.B is de prestatiegere-gelde werking niet mogelijk.

Functiebeschrijving

2-traps koelcircuit [6] (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 30: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

30

Hydraulische aansluitingvarianten

Hydraulische aansluitvarianten Lucht/water-warmtepompen

Parallel met de aanvoer secundair circuit en de warmwaterboiler:Iedere volgwarmtepomp heeft een eigen secundaire pomp en eeneigen circulatiepomp voor de boilerverwarming, die bij vraag doorde hoofdwarmtepomp door de volgwarmtepomp wordt ingescha-keld.

X —

Telkens via een eigen 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwater-verwarming” parallel met de aanvoer secundair circuit:Bovendien is in de retour van elke warmtepomp nog een 3-weg-omschakelklep nodig.

: Secundaire pomp en 3-wegomschakelklep zijn in elke bin-nenunit geïntegreerd.

: Voor elke warmtepomp is in de aanvoer secundair circuit een3-wegomschakelklep en een secundaire pomp geïntegreerd.

De omschakeling tussen kamer- en tapwaterverwarming gebeurtafhankelijk van de vraag van de hoofdwarmtepomp aan de desbe-treffende volgwarmtepomp.

X X

Gedetailleerde installatieschema's voor warmtepomp-cascades:www.viessmann-schemes.com

Elektrische verbinding en vrijgave

In een warmtepompcascade zijn de hoofd- en volg-warmtepompen in een LON geïntegreerd.Hiervoor moet zowel in de hoofdwarmtepomp alsook inde volgwarmtepomp telkens een communicatiemoduleLON (toebehoren) worden ingebouwd.

Afhankelijk van de installatie-uitvoering kunnen allewarmtepompen van een cascade afzonderlijk vanelkaar voor verschillende functies vrijgegeven worden(”Vrijgave gebruik compressortrap 5012”, ”Gebruikwarmtepomp in cascade 700C”): Kamerverwarming Kamerkoeling Tapwaterverwarming Zwembadverwarming (voorrang: ”Prioriteit externe

vraag 7019” op ”1”)

Meerdere functies kunnen geactiveerd worden.Afzonderlijke warmtepompen van de cascade kunnenvoor de kamerverwarming/-koeling in werking zijn, ter-wijl andere gelijktijdig tapwater verwarmen.

Als er geen voorrang voor het zwembad ingesteld is(”Prioriteit externe vraag 7019” op ”0”): Het zwem-bad wordt alleen verwarmd als er geen warmtevraagvan de verwarmings-/koelcircuits en/of van de buffervoorhanden is.

Aanvoertemperatuurregeling bij vermogensgere-gelde werking

De gemeenschappelijke aanvoertemperatuur bij hetverwarmingscircuit van de warmtepompcascadewordt via de bufferuittredetemperatuursensor geregi-streerd (aansluiting F23 op regelaar- en sensorprint-plaat). Hierdoor kunnen de warmtepompen van decascade met optimale COP-waarden ingeschakeldworden.

De bufferuittredetemperatuursensor wordt bij het ver-warmingscircuit achter de buffer gemonteerd, in debuurt van de aansluiting van de verwarmingswater-aanvoer.OpmerkingAls de CV-pompen via een gebouwbeheersysteemworden geregeld, moet de bufferuittredetemperatuur-sensor in de buffer gemonteerd worden, in deonmiddellijke buurt van de aansluiting van de ver-warmingswateraanvoer.

Functiebeschrijving

Warmtepompcascade / (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 31: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

31

Warmtepompregeling in LON integreren

Voorbeeld van een warmtepompcascade en Vitocom

A

LON

B

LON

LON

C

LON

D E E DAfb. 8

A Warmtepompregeling hoofdwarmtepompB Warmtepompregeling volgwarmtepompC Vitocom

D AfsluitweerstandE LON-verbindingskabel

ParameterinstellingenParameters A met vermo-

gensregelingA zonder ver-mogensregeling

B C

”Installatieschema 7000” ”0” tot ”10” ”0” tot ”10” ”11” —

”Vrijgave gebruik compressortrap5012”

”0” tot ”15” ”0” tot ”15” — —

”Cascadeaansturing 700A” ”2” ”2” ”0” —

”Gebruik warmtepomp in cascade700C”

— — ”0” tot ”15” —

”Looptijdcompensatie cascade700D”

”0” / ”1” ”0” / ”1” — —

”Strategie vermogensregeling cas-cade 700F”

”2” — — —

”Aantal volgende warmtep. 7029” ”1” tot ”4” ”1” tot ”4” — —

”Nummer van de warmtepomp incascade 7707”

— — ”1” tot ”4” —

Communicatiemodule LON aanwezig”Vrijgave communicatiemoduleLON 7710”

”1” ”1” ”1” —

”LON installatienummer 7798” ”1” tot ”5” ”1” tot ”5” ”1” tot ”5” —

”LON deelnemersnummer 7777”Hetzelfde nummer mag slechts éénkeer toegekend worden.

”1” tot ”99” ”1” tot ”99” ”1” tot ”99” 1 tot 99

”LON foutmanager 7779”Per installatie mag slechts één rege-ling als foutmanager worden inge-steld.

”0” of ”1” ”0” of ”1” ”0” of ”1” Toestel issteeds foutma-nager.

”Bron Tijd 77FE” ”0” ”0” ”1” —

”Tijd via LON 77FF” ”1” ”1” ”0” Toestel ont-vangt tijd.

”Bron buitentemperatuur 77FC” ”0” ”0” ”1” —

”Buitentemperatuur zenden 77FD” ”1” ”1” ”0” —

”Interval voor gegevens-overdrachtvia LON 779C”

”20” ”20” ”20” —

”Vrijgave buffer/open verdeler7200”

”1” ”1” — —

”Vrijgave verwarmingswater-door-stroomtoestel 7900”

”0” of ”1” ”0” of ”1” ”0” of ”1” —

”Vrijgave elek. verwarmingenvoorwarmwaterbereiding 6015”

”0” of ”1” ”0” of ”1” — —

Functiebeschrijving

Warmtepompcascade / (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 32: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

32

Parameters A met vermo-gensregeling

A zonder ver-mogensregeling

B C

”Vrijgave elek. verwarmingenvoorwarmwaterbereiding 7901”

— — ”0” of ”1” —

”Vrijgave verwarmingswater-door-stroomtoestel voor kamerverwar-ming 7902”

”0” of ”1” ”0” of ”1” ”0” of ”1” —

”Vrijgave 3-weg-omschakel-klepverwarmen/WW 730D”

”1” ”0” of ”1” ”0” of ”1” —

Warmtepompen aanvragen

Alleen de warmtepompen worden aangevraagd dievoor het benodigde gebruik, bijv. tapwateropwarmingmet ”Gebruik warmtepomp in cascade 700C” vrijge-geven zijn.

Zonder looptijdcompensatie (”Looptijdcompensa-tie cascade 700D” op ”0”)

Als de retourtemperatuur in het secundaire circuit metde inschakelhysterese onderschreden is, vraagt dewarmtepompregeling eerst de hoofdwarmtepomp aan.Het aanvragen van de volgwarmtepompen gebeurtafhankelijk van de vermogensintegraal IL (integraal uitduur en hoogte van de afwijking van de afwijking vande gewenste aanvoertemperatuur t.o.v. werkelijkewaarde in het secundaire circuit).

Met looptijdcompensatie (”Looptijdcompensatiecascade 700D” op ”1”)

De looptijdcompensatie bij cascades gebeurt tussenalle volgwarmtepompen en de hoofdwarmtepomp.

Als de retourtemperatuur in het secundaire circuit metde inschakelhysterese onderschreden is, vraagt dewarmtepompregeling de warmtepomp met de kleinstelooptijd aan. Dit is niet noodzakelijkerwijs de hoofd-warmtepomp. Als bijkomende trappen van de vermo-gensintegraal overschreden worden (n-vou-dige ”Inschakeldrempel verwarmingswaterdoor-stromer 730E”), worden na elkaar de resterendewarmtepompen met de telkens geringste looptijd aan-gevraagd.

Aanwijzing bij cascades met een 2-traps koudecir-cuitDoorslaggevend voor de looptijdcompensatie binnende cascade is telkens de looptijd van compressor 1. Bijelke warmtepomp wordt altijd de compressor eerstingeschakeld die het laatst niet in gebruik was.

Warmtepompen uitschakelen

Het uitschakelen van de volgwarmtepompen en/ofcompressoren gebeurt bij het onderschrijden van deverschillende trappen van de vermogensintegraal IL (n-voudige ”Inschakeldrempel verwar-mingswater-doorstromer 730E”) in de omgekeerde volgorde vanhet inschakelen.

Als de retourtemperatuur in het secundaire circuit degewenste waarde met de uitschakelhysterese over-schrijdt, worden onafhankelijk van de vermogensinte-graal IL zowel de hoofdwarmtepomp alsook de volg-warmtepompen onmiddellijk uitgeschakeld.

Externe functies

De volgende functies zijn mogelijk: Externe vraag/externe mengklep OPEN of regelfunc-

tie Extern omschakelen van de werkingsmodus Extern blokkeren/externe mengklep DICHT of regel-

functie

OpmerkingIn combinatie met volgende functies zijn de externefuncties niet mogelijk: Smart Grid Externe bijschakeling voor verwarmings-/koelcircuits / : Koelen met verwarmings-/koelwaterbuffer

Functiebeschrijving

Warmtepompcascade / (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 33: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

33

Overzicht externe functies

AansluitingExterne vraag Werkingsstatus omschakelen Extern blokkerenSignaal ”Externe vraag”: X3.12/X3.13 op de rangeerprintplaat: Zie pagina 298.Of X3.12/X3.13 op de kroonsteentjes: Zie vanaf pagina 301.Of Via KM-BUS door volgende toestellen:

– Uitbreiding EA1 (ingang DE3)– Vitocom

Signaal ”Extern blokkeren”: X3.2/X3.14 op de kroonsteentjes:

Zie pagina 301.Of Via KM-BUS door volgende toe-

stellen:– Uitbreiding EA1 (ingang DE2)– Vitocom

OpmerkingHet signaal ”Extern blokkeren” heeftprioriteit voor het signaal ”Externevraag”.

Gevolgen van het signaalExterne vraag Werkingsstatus omschakelen Extern blokkeren Compressor inschakelen. Mengklep van de verwarmingscir-

cuits OPEN of regelwerking Aanvoertemperatuur in het secun-

daire circuit op een opgegeven ge-wenste aanvoertemperatuur rege-len: zie onderaan.

Werkingsmodus van volgende in-stallatiecomponenten voor een be-paalde periode omschakelen: Verwarmingscircuits Buffer Warmwaterboiler Woningventilatie met aangeslo-

ten ventilatietoestel

Compressor uitschakelen. Mengklep van de verwarmingscir-

cuits DICHT of regelwerking

Gewenste aanvoertemperatuur secundair circuitExterne vraag Werkingsstatus omschakelen Extern blokkerenOpmerkingBij installaties met buffer wordt de ge-wenste buffertemperatuur vooraf in-gesteld.

Installatieschema 0 tot 10: Conform ”Gewenste aanvoertem-

peratuur externe vraag 730C”Of

Via analoog spanningssignaal opde ingang ”0 - 10 V” van de uitbrei-ding EA1: 0 tot 10 V komen over-een met 0 tot 100 °C in de toestandbij levering.Klemmen aan de ingang DE3 metbrug verbinden.

De hogere waarde wordt gebruikt.

Installatieschema 11: Max. aanvoertemperatuur in secun-

dair circuit (100 % vermogens-vraag)

Hoogste aanvoertemperatuur dieontstaat via de actueel geldendemodus van de installatiecomponen-ten.

Geen instelling gew. waarde

OpmerkingVorstbescherming is niet gewaar-borgd. Vrijgegeven extra verwarmin-gen worden niet ingeschakeld.

Functiebeschrijving

Externe functies (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 34: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

34

ParameterinstellingenExterne vraag Werkingsstatus omschakelen Extern blokkeren ”Installatieschema 7000” op ”0”

tot ”10” ”Effect externe vraag op warmte-

pompen/verwarm.circ. 7014” ”Prioriteit externe vraag 7019”

”Installatieschema 7000”op ”0” tot ”10”

”Installatiecomponenten bij ex-terne omschakeling 7011”

”Werkingsstatus bij externeomschakeling 7012”

”Werking BA-omschakeling opventilatie 701F”

”Duur van de externe omscha-keling 7013”

”Installatieschema 7000” op ”0”tot ”10”

”Werking extern blokkeren opwarmtepompen/verw.circuits7015”

”Effect extern blokkeren oppompen/compressor 701A”

Externe bijschakeling voor verwarmings-/koelcircuits

Voor elk verwarmings-/koelcircuit kan de aanvraagvoor kamerverwarming of kamerkoeling worden geacti-veerd, bijv. door een smart home system.

Aansluiting

Het signaal voor de aanvraag wordt via de digitaleingangen 230 V~ op de basisprintplaat geschakeld,stekker sYF en sYH: Zie hoofdstuk ”Basisprintplaat”.

Parameterinstellingen

Om de externe bijschakeling voor het betreffende ver-warmings-/koelcircuit vrij te geven, ”Afstandsbedie-ning 2003, 3003, 4003” op ”2” zetten.

Deze vrijgave heeft volgende effecten op de functiesvan de warmtepompregeling: De tijdprogramma's voor kamerverwarming/kamer-

koeling voor het betreffende verwarmings-/koudecir-cuit zijn buiten werking. De overige tijdprogramma'szijn actief, bijv. ”Tijdprog. warm water”.

De gewenste kamertemperaturen voor de afzonder-lijke verwarmingscircuits zijn ”Kamertemperatuurnormaal 2000, 3000, 4000”.

Externe functies zijn niet beschikbaar: Extern opvra-gen, werkingsstatus omschakelen, extern blokkeren

Smart Grid is enkel mogelijk via de uitbreiding EA1(”Vrijgave Smart Grid 7E80” op ”1”), niet via dedigitale ingangen op de basisprintplaat (”VrijgaveSmart Grid 7E80” op ”4”).

Bediening via afstandsbediening niet mogelijk Integratie in Vitocomfort 200 niet mogelijk

Gevolgen van het signaal

Kamerverwarming/kamerkoeling wordt onafhankelijkvan de verwarmingsgrenzen en de koelgrenzen per-manent ingeschakeld: Zie hoofdstuk ”Verwarmings-grens” en ”koelgrens”.

OpmerkingAls de vereisten voor kamerverwarming en kamerkoe-ling gelijktijdig aanwezig zijn, heeft de aanvraag voorkamerverwarming voorrang.

Functiebeschrijving

Externe functies (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 35: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

35

Gewenste aanvoertemperatuur

De gewenste aanvoertemperatuur voor een verwar-mingscircuit ontstaat uit de voor dit verwarmingscircuitingestelde verwarmings-/koelkarakteristiek en de inge-stelde waarde voor ”Kamertemperatuur normaal2000”. Als opvragingen voor kamerverwarming doormeerdere verwarmingscircuits gelijktijdig bestaan,wordt in de aanvoer secundair circuit de telkens hoog-ste gewenste aanvoertemperatuur gebruikt.

Blokkering energiebedrijf

Elektrische lage tarieven bevatten vaak de overeen-komst dat de elektrische toevoer voor compressor enCV-water-doorstromer door het energiebedrijf meer-maals per dag mag worden onderbroken. De warmte-pompregeling ontvangt het uitschakelsignaal van hetenergiebedrijf via de klemmen X3.6/X3.7 op de ran-geerprintplaat of de kroonsteentjes (potentiaalvrij con-tact noodzakelijk).Opdat de overige functies van de CV-installatie tijdensde blokkering door het energiebedrijf ter beschikkingstaan, mag de spanningstoevoer van de warmtepomp-regeling daarbij niet uitgeschakeld worden. De warm-tepompregeling moet daarom op een niet-blokkeer-bare netaansluiting zijn aangesloten.

Aansluitvarianten

Zonder door installateur te voorziene lastschei-ding:De compressor wordt door de warmtepompregelinguitgeschakeld. Het verwarmingswater-doorstroom-toestel (indien voorhanden) kan in werking blijven(”Vermogen voor verwarmingswater-doorstroom-toestellen bij blok. door energiebedr. 790A”).Bij warmtepompcascades wordt het signaal van deblokkering door het energiebedrijf uitsluitend op dehoofdwarmtepomp aangesloten.

Met door installateur te voorziene lastscheiding:compressor en verwarmingswater-doorstroomtoestelworden ”hard” uitgeschakeld.Bij warmtepompcascades wordt het blokkeersignaalvan het energiebedrijf op alle warmtepompen paral-lel en op dezelfde fasen via een hulprelais aange-sloten.

OpmerkingIn de volgende gevallen mag het blokkeersignaal vanhet energiebedrijf niet aangesloten zijn: In combinatie met een fotovoltaïsche installatie

(eigen stroomgebruik) In combinatie met Smart Grid

Smart Grid

Met de Smart Grid-functies kan de werking van dewarmtepomp aan de beschikbare energie in het netaangepast worden. Voor de vrijgave van de SmartGrid ”Vrijgave Smart Grid 7E80” op ”1” of ”4” zet-ten.

Als er in het net minder energie beschikbaar is, kan dewarmtepomp geblokkeerd worden. Bij een overschotaan elektrische energie kan de warmtepomp doelge-richt door het energiebedrijf opgevraagd worden.

Functiebeschrijving

Externe bijschakeling voor… (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 36: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

36

De Smart Grid-functies worden via twee potentiaal-vrije contacten van het energiebedrijf ingeschakeld.

Aansluitmogelijkheden voor beide potentiaalvrijecontacten:– op uitbreiding EA1 volgens de afbeelding. 9– op de warmtepompregeling volgens de afbeel-

ding. 37

Aansluiting op uitbreiding EA1

Voorwaarde: ”Vrijgave Smart Grid 7E80” staatop ”1”.

A[SDE []0-10 V f-]A[ADE [DDE

+ -5 63 41 21 2

E

L1NCB D

Afb. 9

A Uitbreiding EA1B Aansluiting KM-BUS op regelaar- en sensorprint-

plaatC Potentiaalvrij contact 1: Evt. afspraken met ener-

giebedrijf maken

D Potentiaalvrij contact 2: Evt. afspraken met ener-giebedrijf maken

E Netaansluiting 1/N/PE 230 V/50 Hz

Opmerking Als Smart Grid vrijgegeven is (”Vrijgave Smart Grid

7E80” op ”1”), kunnen beide ingangen DE2 en DE3niet voor de signalen ”Externe vraag” en ”Externblokkeren” gebruikt worden.

De blokkering van het energiebedrijf zit in de functie-omvang van de Smart Grid. Daarom mag in datgeval het blokkeersignaal van het energiebedrijf nietop de aansluitingen X3.6 en X3.7 aangesloten wor-den.

Functiebeschrijving

Smart Grid (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 37: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

37

Aansluiting op de warmtepompregeling

Voorwaarde: ”Vrijgave Smart Grid 7E80” staatop ”4”.

X3.1 X3.1B

C D

AAfb. 10

A BasisprintplaatB Aansluiting X3.1 (L') op de kroonsteentjesC Potentiaalvrij contact 1: Evt. afspraken met ener-

giebedrijf makenD Potentiaalvrij contact 2: Evt. afspraken met ener-

giebedrijf maken

Opmerking Als Smart Grid aan beide digitale ingangen op de

basisprintplaat aangesloten is (”Vrijgave SmartGrid 7E80” op ”4”), mag de externe bijschakelingvoor de verwarmings-/koelcircuits niet ingeschakeldworden (”Afstandsbediening 2003” op ”2”).Anders is Smart Grid niet actief.

De blokkering van het energiebedrijf zit in de functie-omvang van Smart Grid. Daarom mag in dat gevalhet blokkeersignaal van het energiebedrijf niet op deaansluitingen X3.6 en X3.7 aangesloten worden.

Functies

Potentiaalvrij contact Functie1 (C) 2 (D)

0 0 1 Warmtepomp in normale werkingX 0 2 Blokkering energiebedrijf

Compressor UIT Het verwarmingswater-doorstroomtoestel (indien voorhanden) kan ingescha-

keld worden (”Vermogen voor verwarmingswater-doorstroomtoestellenbij blok. door energiebedr. 790A”).

0 X 3 Werking van de warmtepomp met aangepaste gewenste temperaturen voorverschillende functies. De wijzigingen worden met de volgende parameters in-gesteld: Tapwaterverwarming:

”Smart Grid gewenste stijging voor warmwaterbereiding 7E91” Verwarming buffer:

”Smart Grid gewenste stijging voor verwarmingswaterbuffer 7E92” Kamerverwarming:

”Smart Grid gewenste stijging voor kamertemperatuur verwarmen7E93”

Kamerkoeling:”Smart Grid gewenste daling voor kamertemperatuur koelen 7E95”

De compressor schakelt enkel indien nodig in. Aan de geldige inschakelvoor-waarden voor de desbetreffende functie moet voldaan zijn. Voor de desbe-treffende functie moet in het tijdprogramma een periode actief zijn.

De aangepaste gewenste temperaturen hebben voor de extra verwarmingengeen invloed. De extra verwarmingen worden uitgeschakeld bij de grenzen,die zonder Smart Grid gelden.

Functiebeschrijving

Smart Grid (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 38: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

38

Potentiaalvrij contact Functie1 (C) 2 (D)

X X 4 De installatiecomponenten worden tot de ingestelde max. temperaturen ver-warmd of tot de min. temperaturen gekoeld. De compressor schakelt onmiddel-lijk in, ook als er geen periode in het tijdprogramma actief is.

Max. temperaturen voor verschillende functies: Tapwaterverwarming:

”Max. warmwatertemperatuur 6006” Verwarming buffer:

”Max. temperatuur buffer 7204” Kamerverwarming:

”Max. aanvoertemperatuur verwarmingscircuit 200E” Kamerkoeling:

”Minimale aanvoertemperatuur koeling 7103”

Om de max. temperaturen te bereiken, mag het verwarmingswater-door-stroomtoestel ingeschakeld worden. De max. trap is instelbaar (”Smart Gridvrijgave E-verwarming 7E82”).

Op de overige extra verwarmingen, bijv. externe warmtegenerator, hebben demax. gewenste temperaturen geen invloed. De extra verwarmingen wordenuitgeschakeld bij de grenzen, die zonder Smart Grid gelden.

De installatiecomponenten worden achtereenvolgens volgens de vastgelegdeprioriteiten verwarmd of gekoeld, bijv. tapwaterverwarming voor kamerverwar-ming.

De ”Uitschakelgrens warmtepomp bivalente werking 7B0F” wordt naar–30 °C verschoven, zodat de warmtepomp ook bij lage buitentemperaturen inwerking blijft.

X Contact actief0 Contact niet actief

Aanwijzingen bij de functies 3 en 4 Aangezien stroomoverschot wordt gebruikt, wordt

het elektrisch opgenomen vermogen niet meegere-kend voor de jaararbeidsfactor.

De gewenste temperaturen kunnen ook bij gebruikvan eigen stroom aangepast worden. Als gebruikvan eigen stroom en de functie 3 tegelijk actief zijn,geldt telkens de hoogste aanpassing van degewenste waarde: zie hoofdstuk ”Fotovoltaïsch sys-teem”.

Extra verwarmingen

Kamerverwarming

Als extra verwarming voor de ruimteverwarming kaneen CV-water-doorstroomtoestel en/of een externeverwarmingstoestel worden gebruikt. Beide apparatenworden aangestuurd door de warmtepomprege-ling. ”Voorrang externe verwarmingstoestel/CV-water-doorstroomtoestel 7B01 ” legt vast welkewarmtebron de warmtepompregeling bij verhoogdewarmtevraag in de CV-circuits met voorrang inscha-kelt.

OpmerkingHet gebruik van een CV-water-doorstroomtoestel en/ofeen externe verwarmingstoestel is niet mogelijk bij allewarmtepompen.

Tapwaternaverwarming

Zie hoofdstuk ”Tapwaternaverwarming met extra ver-warmingen” op pagina 43.

Functiebeschrijving

Smart Grid (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 39: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

39

Externe warmteopwekker

De warmtepompregeling maakt de bivalente werkingvan de warmtepomp met een externe verwarmingstoe-stel mogelijk, bijvoorbeeld een oliegestookte CV-ketel.De externe warmtegenerator is hydraulisch zodaniggeïntegreerd dat de warmtepomp ook voor de verho-ging van de retourtemperatuur van de verwarmingske-tel kan worden gebruikt. De systeemscheiding gebeurtofwel met een open verdeler, ofwel met een buffer.Voor een optimale werking van de warmtepomp moetde externe warmtegenerator via een mengklep in deinstallatieaanvoer achter de buffer worden geïnte-greerd. Deze mengklep regelt de warmtepompregelingrechtstreeks.De externe warmteopwekker wordt via een potentiaal-vrij contact gestuurd (klemmen 222.3/222.4 op de uit-breidingsprintplaat).

Kamerverwarming

Vereiste vrijgavenParameter Instelling”Vrijgave externe warmtegenerator7B00”

”1”

”Vrijgave externe warmtegen.voorverwarming 7B0C”

”1”

Bivalente modusAls de gedempte buitentemperatuur (”Interval voorlangdurig gemiddelde buitentemperatuur 7002”)onder de ”Bivalentietemperatuur externe warmte-generator 7B02” ligt, geeft de warmtepompregelingde werking van de externe warmteopwekker voor dekamerverwarming vrij.Boven de bivalentietemperatuur wordt de externewarmteopwekker alleen onder de volgende voor-waarden ingeschakeld:– De warmtepomp schakelt door een storing niet in.

OfEr is een bijzondere warmtevraag, bijv. vorstbe-scherming.

Bivalente werkwijzenMogelijke werkwijzen van de externe warmteopwek-ker (”Bivalente gebruikswijze van de warmte-pomp 7B0E”):– Bivalent parallel:

Externe warmteopwekker en warmtepomp wordentegelijk ingeschakeld.

– Bivalent alternatief:Compressor schakelt uit als de externe warmteop-wekker ingeschakeld wordt.

In de meeste gevallen is de bivalent parallelle werk-wijze efficiënter dan de bivalent alternatieve werking.Bij lage buitentemperaturen kan het afhankelijk vanhet type warmtepomp voordeliger zijn om alleen nogde bivalent alternatieve werking toe te laten (”Uit-schakelgrens warmtepomp bivalente gebruiks-wijze 7B0F”).

Bivalente werking met ijsbuffer Wanneer een ijsbuffer als primaire bron ter beschik-king staat, kan de externe warmteopwekker ookafhankelijk van de temperatuur in de ijsbuffer wordenvrijgegeven. Hiertoe moet de bivalentietemperatuurvia de temperatuursensor in de ijsbuffer wordengemeten (”Temperatuursensor voor bivalentewerking 7038” op ”1”).

InschakelcriteriaDoorslaggevend voor het inschakelen van deexterne warmteopwekker is de aanvoertemperatuurvan de installatie. Om ervoor te zorgen dat het kort-stondig onderschrijden van de gewenste waarde niettot het onmiddellijk inschakelen van de externewarmteopwekker leidt, wordt als inschakelcriteriumde vermogensintegraal gebruikt (integraal uit duur enhoogte van de afwijking van gewenste aanvoertem-peratuur t.o.v. de werkelijke aanvoertempera-tuur: ”Inschakeldrempel externe warmtegenerator7B03”).In volgende gevallen wordt het inschakelen van deexterne warmteopwekker voor de duur ”Inschakel-vertraging externe warmtegenerator 7B04” ver-hinderd:– Na de overgang in het ”Tijdprogramma verwar-

men” van een werkingsstatus met lagere gewenstetemperatuur naar een werkingsstatus met hogeregewenste temperatuur, bijv. van ”Gereduc.”naar ”Normaal”

– Na het omschakelen tussen kamerverwarming entapwateropwarming

Regeling van de aanvoertemperatuur van deinstallatieDe mengklep voor de integratie van de externewarmteopwekker blijft zolang gesloten tot de ketel-watertemperatuur van de externe warmteopwek-ker ”Min. aanvoertemp. mengklep ext. warmtege-nerator OPEN 7B05” bereikt heeft. Daardoor raaktgeen koud verwarmingswater uit de externe warmte-opwekker in de verwarmingscircuits. Na het openenregelt de mengklep op de gewenste aanvoertempe-ratuur van de installatie.

Functiebeschrijving

Extra verwarmingen (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 40: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

40

Mengklep voor externe warmteopwekkerAls de ketelwatertemperatuur van de externe warm-teopwekker ”Min. aanvoertemp. mengklep ext.warmtegenerator OPEN 7B05” tijdens eenbestaande aanvraag onderschrijdt, is met ”Vrijgavemin. temp.behoud ext. WE 7B10” voor de meng-klep volgend gedrag instelbaar:– De mengklep blijft in de regelwerking tot de aan-

vraag van de externe warmteopwekker niet meerbestaat.

– Mengklep gaat dicht. De mengklep opent pas danweer als ”Min. aanvoertemp. mengklep ext.warmtegenerator OPEN 7B05” berreikt is.

Om warmteverliezen aan de mengklep te compense-ren, kan met ”Max. verhoging aanvoertemp.externe warmtegenerator 7B0B” de aanvoertem-peratuur van de externe warmteopwekker in vergelij-king met de vereiste gewenste aanvoertemperatuurvan de installatie verhoogd worden.

Wat te doen bij een storingAls 2 h na het inschakelen van de externe warmte-opwekker de ”Min. aanvoertemp. mengklep ext.warmtegenerator OPEN 7B05” nog niet bereikt is,toont de warmtepompregeling de storingsmel-ding ”E1 Ext. warmtegenerator” .

UitschakelcriteriaDe warmtepompregeling schakelt de externe warm-teopwekker uit als de beide volgende voorwaardenvervuld zijn:– ”Min. looptijd externe warmtegenerator 7B06”

is verstreken.– De aanvoertemperatuur van de installatie ligt

gedurende de ”Nalooptijd externe warmtegene-rator 7B07” boven de gewenste waarde.

Tapwaternaverwarming

Zie hoofdstuk ”Tapwaternaverwarming met extra ver-warmingen” op pagina 43.

Veiligheidsfuncties

Om de warmtepomp tegen te hoge aanvoer- en retour-temperaturen te beschermen, bevat de warmtepomp-regeling geen veiligheidsfuncties voor de externewarmtegenerator.

Daarom moeten volgende veiligheidstemperatuurbe-grenzers (schakeldrempel telkens 70 °C) wordengebruikt. Kamerverwarming:

2 veiligheidstemperatuurbegrenzers op de volgendeposities voorzien:– Aanvoer secundair circuit verwarmingswater-door-

stroomtoestel (indien aanwezig)– Retour secundair circuit (tussen warmtepomp en

buffer)Beide veiligheidstemperatuurbegrenzers moetenelektrisch zodanig zijn aangesloten dat steeds deexterne warmtegenerator en de secundaire pompworden uitgeschakeld.Opmerking– Wanneer de retourtemperatuur in het secundaire

circuit 67 °C overschrijdt, wordt de secundairepomp niet ingeschakeld.

– Als op het einde van de ”startvertraging com-pressor 5008” de retourtemperatuur in het secun-daire circuit boven de max. aanvoertemperatuursecundair circuit min 7 K ligt, wordt de compressorniet ingeschakeld.

Tapwaternaverwarming:1 veiligheidstemperatuurbegrenzer op de volgendepositie voorzien:– Retour secundair circuit (tussen warmtepomp en

warmwaterboiler)De veiligheidstemperatuurbegrenzer moet elektrischzo aangesloten zijn dat ofwel de circulatiepomp voorde boilernaverwarming uitgeschakeld of de 3-weg-omschakelklep ”Verwarmen/tapwateropwarming”op ”verwarmen” ingesteld wordt.

Vorstbescherming

Wanneer de ketelwatertemperatuur onder 5 °C daalt,schakelt de warmtepompregeling de externe warmte-generator voor de duur ”Min. looptijd externe warm-tegenerator 7B06” in.

Verwarmingswater-doorstroomtoestel

Als extra warmtebron kan in het secundaire aanvoer-circuit een elektrisch verwarmingswater-doorstroom-toestel worden ingebouwd.Afhankelijk van het type warmtepomp is het verwar-mingswater-doorstroomtoestel in de fabriek in dewarmtepomp ingebouwd of als accessoire verkrijgbaar.

Afhankelijk van de warmtebehoefte kunnen 2 vermo-gensniveaus (bijv. 3 en 6 kW) van het verwarmingswa-ter-doorstroomtoestel afzonderlijk aangestuurd wor-den. Bij een hoge warmtebehoefte kan de warmte-pompregeling beide trappen tegelijk inschakelen: bijv.3 kW + 6 kW = 9 kW (≙ vermogenstrap 3)

Functiebeschrijving

Extra verwarmingen (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 41: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

41

Het vermogensniveau kan met ”Max. vermogen ver-warmings-waterdoorstroomtoestel 7907” continubeperkt worden. Om de evt. hoge warmtebehoefte nahet inschakelen van de warmtepomp in elk geval tedekken, is deze beperking onmiddellijk na het inscha-kelen van de warmtepomp niet werkzaam.Om het volledig opgenomen elektrische vermogen tebegrenzen, schakelt de warmtepompregeling onmid-dellijk voor de start van de compressor het verwar-mingswater-doorstroomtoestel gedurende enkeleseconden uit. Daarna wordt iedere trap achtereenvol-gens met een tussenpoos van telkens 10 sec apartingeschakeld.Het verwarmingswater-doorstroomtoestel kan afzon-derlijk voor de verwarming en voor de tapwaterverwar-ming volgens eigen criteria opgevraagd worden.

OpmerkingAls bij het vereiste verwarmingswater-doorstroomtoe-stel het verschil tussen aanvoer- en retourtemperatuurin het secundaire circuit niet binnen 24 uur min. 1 Kstijgt, verschijnt de storingsmelding ”AB verw.water-doorstromer”.

Kamerverwarming

Vereiste vrijgavenParameter Instelling”Vrijgave verwarmingswater-door-stromer 7900”

”1”

”Vrijgave verwarmingswater-door-stromer voor kamerverwarming7902”

”1”

! OpgeletNadat voor ”Vrijgave verwarmingswater-doorstromer 7900” de waarde ”1” ingesteldwerd, verschijnt automatisch de aan-vraag ”Secundair circuit gevuld?”. Als dezeaanvraag met ”Nee” bevestigd wordt, is de ver-warmingswaterdoorstromer niet vrijgege-ven. ”Vrijgave verwarmingswater- doorstro-mer 7900” staat op ”2”.Secundair circuit vullen. Opvraging ”Secundaircircuit gevuld?” met ”Ja” bevestigen.

Het verwarmingswater-doorstroomtoestel kan alleenvoor de kamerverwarming ingeschakeld worden alsalle volgende voorwaarden van toepassing zijn: Het gebruik van het verwarmingswater-doorstroom-

toestel is volgens het ”Tijdprogr. e-verw.” vrijgege-ven.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Gecorrigeerde buitentemperatuur onderschrijdtde ”Bivalentietemperatuur verwarmingswater-doorstroomer 790B”.

De aanvoertemperatuur secundair circuit onder-schrijdt de gewenste waarde met 2 K.OpmerkingVitocal 300-A, type AWO 302.B:De retourtemperatuur secundair circuit onder-schrijdt de gewenste waarde met 2 K.

”Inschakeldrempel verwarmingswaterdoorstro-mer 730E” is overschreden.

”Inschakelvertraging verwarmingswaterdoorstro-mer 7905” bijv. na een wissel van de werkingsstatusis verstreken.

Afhankelijk van het overschrijden van de ”Inschakel-drempel verwarmingswaterdoorstromer 730E” wor-den de verschillende trappen van het verwarmingswa-ter-doorstroomtoestel ingeschakeld.

OpmerkingVoor de vorstbescherming van de verwarmingscircuitsof van een buffer wordt het verwarmingswater-door-stroomtoestel ook ingeschakeld als geen van degenoemde criteria vervuld is.

Verwarmingswater-doorstroomtoestel uitschakelen Bij direct verwarmingscircuit (zonder buffer):

Onder volgende omstandigheden schakelt de warm-tepompregeling de verschillende trappen van hetverwarmingswater-doorstroomtoestel na elkaar uit:De aanvoertemperatuur secundair circuit daaltonder de gewenste aanvoertemperatuur.OpmerkingVitocal 300-A, type AWO 302.B:De retourtemperatuur secundair circuit daalt onderde gewenste retourtemperatuur.

Verwarmingscircuits met mengklep (met buffer):Als de retourtemperatuur in het secundaire circuitde gewenste buffertemperatuur overschrijdt, schakeltde warmtepompregeling het verwarmingswater-door-stroomtoestel uit.

Tapwaternaverwarming

Zie hoofdstuk ”Tapwaternaverwarming met extra ver-warming” op pagina 43.

Functiebeschrijving

Extra verwarmingen (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 42: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

42

Tapwaterverwarming door de warmtepomp

De tapwaterverwarming door de warmtepomp heeft bijlevering ten opzichte van de kamerverwarming/kamer-koeling voorrang.Deze instelling kan een door Viessmann gecertifi-ceerde installateur voor warmtepompen wijzigen.Als voorrang voor tapwaterverwarming ingesteld is enwarmtevragen van de verwarmingscircuits en van dewarmwaterboiler tegelijk voorhanden zijn, wordt dewarmwaterboiler alleen voor de duur van ”Max. loop-tijd warmwaterbereiding bij verwarming 6011” ver-warmd. Als de warmtevraag van de warmwaterboilerverder bestaat, worden de verwarmingscircuits alleenvoor de duur van ”Max. onderbreking warmwaterbe-reiding voor verwarmen 6012” verzorgd.Om het doormengen van het tapwater in de warmwa-terboiler tijdens de boileropwarming te verhinderen,blijft de tapwatercirculatiepomp tijdens de tapwaterop-warming uitgeschakeld.

Tapwateropwarming in- en uitschakelen

Wanneer de temperatuur bij de inschakeltemperatuur-sensor met meer dan ”Hysterese WW-temperatuurwarmtepomp 6007” onder de actueel gewenstewarmwatertemperatuur daalt, begint de tapwaterop-warming. De tapwateropwarming eindigt, als de tem-peratuur aan de uitschakelsensor boven de gewenstewarmwatertemperatuur stijgt of zodra ”Max. warmwa-tertemperatuur 6006” is bereikt.

1 boilertemperatuursensor, inbouw in warmwaterboiler boven Werkingsmodus in het tijdprogramma warm water Eenmalige tapwa-

teropwarming”Bovenaan” ”Normaal” ”Temp. 2” Boilertemperatuursensor

bovenAAN AAN AAN AANUIT UIT UIT UIT

Gewenste boilertemperatuur ”Gewenste warmwatertemp. 6000” ”2e gewenste warmwater- tempera-tuur 600C”

AAN Tapwaterverwarming inschakelen.UIT Tapwateropwarming uitschakelen.

2 boilertemperatuursensoren, inbouw in warmwaterboiler boven en onder Werkingsmodus in het tijdprogramma warm water Eenmalige tapwa-

teropwarming”Bovenaan” ”Normaal” ”Temp. 2” Boilertemperatuursensor

bovenAAN AAN AAN AANUIT

Boilertemperatuursensoronder

— UIT UIT UIT

Gewenste boilertemperatuur ”Gewenste warmwatertemp. 6000” ”2e gewenstewarmwater- tem-peratuur 600C”

”Gewenste warm-watertemp. 6000”

AAN Tapwaterverwarming inschakelen.UIT Tapwateropwarming uitschakelen.

OpmerkingDe onderste boilertemperatuursensor moet met ”Tem-peratuursensor onderaan in de warmwaterboiler600E” worden vrijgegeven.

WerkingsstatusBedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Blokkeertijd voor de tapwaterverwarming

Met ”Blokkeertijd tapwaterverwarming 6060” kaneen blokkeertijd voor de tapwateropwarming wordenopgegeven. Nadat de warmwaterboiler volledig opge-warmd is, wordt de tapwateropwarming binnen deopgegeven blokkeertijd niet ingeschakeld, zelf wan-neer de boilertemperatuur de gewenste temperatuurmet ”Hysterese WW-temperatuur warmtepomp6007” in deze blokkeertijd onderschrijdt.

Functiebeschrijving

Tapwaterverwarming

5837

029

Func

ties

Page 43: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

43

OpmerkingAls de ingestelde blokkeertijd bij hoog tapwaterver-bruik te lang gekozen wordt, daalt de boilertempera-tuur evt. te sterk.

Max. pauzetijd voor tapwateropwarming

”Max. onderbreking tapwateropwarming 6061”geeft de langste pauzetijd tot de volgende tapwaterop-warming weer. Nadat de warmwaterboiler volledigopgewarmd is, wordt na afloop van deze pauze de tap-wateropwarming in elk geval ingeschakeld. Dit geldtook als de boilertemperatuur de gewenste temperatuurniet met ”Hysterese WW-temperatuur warmtepomp6007” onderschrijdt.

OpmerkingAls ”Max. onderbreking tapwateropwarming 6061”korter ingesteld is dan ”Blokkeertijd tapwaterverwar-ming 6060”:De ingestelde blokkeertijd is niet effectief. Zoverre deuitschakeltemperatuur voor de warmwaterboiler onder-schreden is, start de tapwateropwarming na afloopvan ”Max. onderbreking tapwateropwarming 6061”.Dit geldt ook dan als de inschakeltemperatuur voor detapwateropwarming niet onderschreden is.

Tapwaternaverwarming met extra verwarmingen

Mogelijke extra verwarmingen: Verwarmingswater-doorstroomtoestel (afhankelijk

van de leveringsomvang van het warmtepomptype,accessoire of door de installateur te leveren)

Externe warmtegeneratorOf

Elektrisch verwarmingselement (afhankelijk van deleveromvang van het warmtepomptype, accessoireof door de installateur te leveren) ingebouwd in dewarmwaterboilerOpmerkingEen elektrisch verwarmingselement en een externewarmtegenerator kunnen niet tegelijk worden vrijge-geven voor tapwaternaverwarming.

Vrijgave voor de tapwaternaverwarming

Parameter Verwarmingswater-doorstroomtoestel

Elektrisch verwar-mingselement

Externe warmteop-wekker

”Vrijgave extra verwarmingen voorwarmwaterbereiding 6014”

— ”1” —

”Vrijgave elek. verwarmingen voor warm-waterbereiding 6015”

”1” ”1” —

”Vrijgave verwarmingswater-doorstromer7900”

”1” — —

”Vrijgave externe warmtegenerator7B00”

— — ”1”

”Vrijgave ext. warmtegenerator voorwarmwaterbereiding 7B0D”

— — ”1”

Functiebeschrijving

Tapwaterverwarming (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 44: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

44

! OpgeletNadat voor ”Vrijgave verwarmingswaterdoor-stromer 7900” de waarde ”1” ingesteld werd,verschijnt automatisch de aanvraag ”Secundaircircuit gevuld?”. Als deze aanvraag met ”Nee”bevestigd wordt, is de verwarmingswaterdoor-stromer niet vrijgegeven. ”Vrijgave verwar-mingswater- doorstromer 7900” staat op ”2”.Secundair circuit vullen. Opvraging ”Secundaircircuit gevuld?” met ”Ja” bevestigen.

Tapwaternaverwarming in- en uitschakelen

De vrijgegeven extra verwarming wordt afhankelijk vande parameter ”Vrijgave E-verw./ext. WE uitsl. voornaladen 6040” in de volgende omstandigheden voorde tapwaternaverwarming in- en opnieuw uitgescha-keld:

Als er meerdere extra verwarmingen voor de tapwater-naverwarming vrijgegeven zijn, beslist het geïnte-greerde lastmanagement van de warmtepompregelingwelke van de extra verwarmingen aangevraagd wordt.De externe warmteopwekker heeft prioriteit vóór hetverwarmingswater-doorstroomtoestel.

Tapwaternaverwarming AAN”Vrijgave E-verw./ext. WE uitsl. voor naladen 6040”= ”0”

”Vrijgave E-verw./ext. WE uitsl. voor naladen 6040”= ”1”

Alle volgende criteria moeten van toepassing zijn: Boilertemperatuur onderschrijdt de actuele gewenste

waarde met ”Hysterese WW-temperatuur verw.-waterdoorstromer 6008”.

”Temperatuurverhoging per uur voor warmwater-bereiding 600D” wordt bij de tapwateropwarmingmet de warmtepomp niet bereikt.

Algemene werkingsvoorwaarden voor de desbetref-fende extra verwarming zijn vervuld.

Tijdens de tapwaternaverwarming blijft de compressoringeschakeld.

Eén van de volgende criteria moeten van toepassingzijn: Max. aanvoertemperatuur in het secundaire circuit is

bereikt. Er is een storing aan de warmtepomp. De compressor werd extern uitgeschakeld, bijv. bij

blokkering door energiebedrijf.

Tijdens de tapwaternaverwarming blijft de compressoruitgeschakeld.

Tapwaternaverwarming UIT”Vrijgave E-verw./ext. WE uitsl. voor naladen 6040”= ”0”

”Vrijgave E-verw./ext. WE uitsl. voor naladen 6040”= ”1”

Verwarmingswaterdoorstromer Gewenste boilertemperatuur is bereikt.

Of Aanvoertemperatuur secundair circuit bereikt max.

aanvoertemperatuur min ”Uitschakelhysterese ver-warmingswater-doorstroomtoestel 601E”

Externe warmteopwekker/elektrisch verwarmingsele-ment: Gewenste boilertemperatuur min. hysterese van 1 K

is bereikt, gemeten aan de bovenste boilertempera-tuursensor.

Gewenste boilertemperatuur is bereikt.

Tapwateropwarming door zonne-energie

De tapwateropwarming door zonne-energie kan via dezonneregelingsmodule, type SM1 geregeld worden.

Montage- en servicehandleiding ”zonnerege-lingsmodule, type SM1”

Functiebeschrijving

Tapwaterverwarming (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 45: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

45

Vorstbescherming

Als de temperatuur aan de boilertemperatuursensoronder 3 °C daalt, schakelt de warmtepompregeling debijverwarmingen in: Verwarmingswater-doorstroomtoestel (afhankelijk

van de leveringsomvang van het warmtepomptype,accessoire of door de installateur te leveren)

Externe warmtegenerator Elektrisch verwarmingselement (afhankelijk van het

warmtepomptype, accessoire of door de installateurte voorzien)

OpmerkingVoor de vorstbescherming van de boiler schakelt dewarmtepompregeling de elektrische verwarmingsele-menten ook in wanneer deze extra verwarmingen nietzijn vrijgegeven voor de tapwateropwarming (”Vrij-gave elektrische verwarmingen voor warmwaterbe-reiding 6015” op ”0”).

De verwarming voor vorstbescherming eindigt, als detemperatuur bij de bovenste boilertemperatuursensorboven 10 °C stijgt.

Buffer

Bij verwarmings-/koelcircuits met mengklep moet eenbuffer worden voorzien.Uitzondering: Als de inbouwkit met mengklep (acces-soires) in een compact warmtepomptoestel ingebouwdis, kan het verwarmingscircuit met mengklep M2/VC2rechtstreeks worden aangesloten (”Type opbouwset7044” op ”1”). In dit geval zijn de parameters voor debuffer niet instelbaar.

Functies

Overbrugging van de blokkeringen door het energie-bedrijf:De buffer voorziet de verwarmings-/koelcircuits ooktijdens die blokkeertijd.

Voor de hydraulische ontkoppeling van het debiet inhet secundaire circuit en de verwarmings-/koelcir-cuits: Als bijvoorbeeld het debiet in de verwarmings-/koelcircuits via thermostaatkranen wordt verlaagd,blijft het debiet in het secundaire circuit constant.

Langere looptijd van de warmtepomp

Door het grotere watervolume en eventueel een aparteafsluiting van de warmteopwekker is een extra of eengroter expansievat noodzakelijk.Warmtepomp conform EN 12828 zekeren.

OpmerkingVoor de verwarming of koeling van de buffer en dedaarop aangesloten verwarmings-/koelcircuits moethet debiet aan secundaire zijde zich binnen de bufferopdelen. Daarom moet het debiet van de secundairepomp groter zijn dan het totale debiet van alle CV-pompen.

Overzicht van de buffers

Inzake uitrusting en functie verschillen verwarmings-waterbuffers van verwarmings-/koelwaterbuffers.

Uitrusting/functie Verwarmingswaterbuffer Verwarmings-/koelwaterbuffer Hydraulische integratie in de in-stallatie

Parallel in de aanvoer secundair cir-cuit

Parallel in de aanvoer secundair circuit

Kamerverwarming X XKamerkoeling Verwarmingswaterbuffers worden bij

koeling door een hydraulische by-passschakeling overbrugd.

X

Vrijgave met ”Vrijgave buffer/open/gesloten verdeler 7200”

”1” Alleen kamerverwarming ”1” Alleen kamerverwarming”2” Kamerverwarming en kamerkoe-

ling

Functiebeschrijving

Tapwaterverwarming (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 46: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

46

Uitrusting/functie Verwarmingswaterbuffer Verwarmings-/koelwaterbuffer Aantal verwarmingscircuits Max. 3 Max. 3Aantal koelcircuits Max. 1 Max. 3Afzonderlijk koelcircuit X —

Parameters voor kamerkoeling Alleen ”71xx” ”Koelfunctie 7100”A1/VC1 ”20xx”M2/VC2 ”30xx”M3/VC3 ”40xx”

Koelfuncties ”natural cooling”, ”active cooling” ”active cooling”Omschakeling tussen verwar-mings- en koelwerking

Automatisch, aangezien verwar-mingswaterbuffers bij koeling dooreen hydraulische bypassschakelingoverbrugd worden.

Manueel met ”Modus buffer 721F”

Buffertemperatuursensor Boven ingebouwd, aansluiting aan F4op de regelaar- en sensorprintplaat

Boven ingebouwd, aansluiting aan F4op de regelaar- en sensorprintplaat

Buffer in combinatie met warmtepompcascade /

Om in het bovenste deel van de buffer een laagverde-ling tijdens de stookwerking te garanderen, de aanslui-tingen van de buffer als volgt uitvoeren: Aanvoer aan secundaire zijde van de warmtepomp-

cascade op een middelste aansluiting van de bufferaansluiten.

Aanvoer aan verwarmings-/koelcircuitzijde op debovenste aansluiting van de buffer aansluiten.

Verwarming buffer met de warmtepomp

Geldig voor: Verwarmingswaterbuffer Kamerverwarming met verwarmings-/koelwaterbuffer

Verwarming in- en uitschakelen

Komt de buffertemperatuur ”Hysterese temperatuurverwarming buffer 7203” onder de actuele gewenstebuffertemperatuur, start de verwarming van de buffer.De actuele gewenste buffertemperatuur is altijd dehoogste gewenste aanvoertemperatuur van alle aan-gesloten verwarmingscircuits.

De verwarming eindigt als de temperatuur aan de uit-schakeltemperatuursensoren boven de uitschakeltem-peratuur stijgt of zodra ”Max. temperatuur buffer7204” bereikt is.

OpmerkingBij een defect van de buffertemperatuursensor wordthet verwarmen van de buffer direct beëindigd.

Functiebeschrijving

Buffer (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 47: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

47

Werkingsstatus in het tijd-programma buffer

Verwarming bufferAAN UIT

”Bovenaan” Gewenste buffertemperatuurmin ”Hysterese tempera-tuur verwarming buffer7203” aan buffertempera-tuursensor is onderschre-den.

Gewenste buffertemperatuur plus ”Uitschakel-hysterese buffer 7209” aan buffertemperatuur-sensor is overschreden.

Als de buffertemperatuursensor niet voorhandenis, wordt de retourtemperatuursensor van hetsecundaire circuit gebruikt.

”Normaal” Gewenste buffertemperatuur aan buffertempera-tuursensor is overschreden.en

Gewenste buffertemperatuur plus ”Uitschakel-hysterese buffer 7209” aan retourtemperatuur-sensor secundair circuit is overschreden.

”Constante” ”Temp. in werkingsstatus constante waardevoor buffer 7202” aan buffertemperatuursensoris overschreden.en

”Temp. in werkingsstatus constante waardevoor buffer 7202” plus ”Uitschakelhysteresebuffer 7209” aan retourtemperatuursensor se-cundair circuit is overschreden.

OpmerkingDe werkingsstatus ”Constante” kan voor de buffergeblokkeerd worden als er geen warmtevraag dooréén van de aangesloten verwarmingscircuits voorhan-den is (”Modus vaste waarde alleen bij warmte-vraag 720A” op ”1”). In dit geval wordt de bufferalleen op de gewenste temperatuur voor de werkings-status ”Normaal” verwarmd.

WerkingsstatusBedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Verwarming buffer met extra verwarmingen

Als extra verwarming voor de buffer kan nu alleen hetverwarmingswater-doorstroomtoestel worden gebruikt,omdat het verwarmingswater-doorstroomtoestelhydraulisch in de aanvoer van het secundaire circuit isgeïntegreerd.De externe warmteopwekker is via een mengklep in deinstallatieaanvoer achter de buffer geïntegreerd. Daar-door worden de verwarmingscircuits direct verwarmd.De verwarming van de buffer door de externe warmte-opwekker vindt bij voorkeur indirect plaats via deretour van de verwarmingscircuits.

Verwarming van de buffer met verwarmingswater-doorstroomtoestel: Zie pagina 41.

Uitschakeloptimalisering

De uitschakeloptimalisering (”Uitschakeloptimalise-ring verwarming buffer 7205” op ”1”) garandeert datde gewenste temperatuur in de buffer op het einde vaneen periode met de werkingsstatus ”Normaal” bereiktis.

De verwarming van de buffer start daarom voordienmet de vereiste opwarmingstijd, ook als de inschakel-voorwaarden nog niet vervuld zijn. De opwarmingstijdwordt automatisch tussen 0,5 en 2 uur gekozen,afhankelijk van de opwarmingstijd van de afgelopendagen.

Functiebeschrijving

Buffer (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 48: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

48

Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer /

OpmerkingGeldt niet voor kamerkoeling als een verwarmingswa-terbuffer voor de kamerkoeling door een hydraulischebypass-schakeling overbrugd wordt.

Koeling in- en uitschakelen

Komt de buffertemperatuur meer dan ”Inschakelhys-terese koelwaterbuffer 722B” boven de actuelegewenste buffertemperatuur, start de koeling van debuffer. De actuele gewenste buffertemperatuur is altijdde laagste gewenste aanvoertemperatuur van alleaangesloten koelcircuits. De gewenste buffertempera-tuur is beperkt tot de ”Min.temperatuur koelwater-buffer 722A”, ook als één van de aangesloten koude-circuits een lagere waarde heeft.

De koeling van de verwarmings-/koelwaterbuffer ein-digt als de temperatuur aan de uitschakeltemperatuur-sensoren onder de uitschakeltemperatuur daalt ofzodra ”Min.temperatuur koelwaterbuffer 722A”bereikt is.

OpmerkingBij een defect van de buffertemperatuursensor wordtde koeling van de verwarmings-/koelwaterbuffer directbeëindigd.

Werkingsstatus in het tijd-programma buffer

Koeling bufferAAN UIT

”Boven” Gewenste buffertemperatuurplus ”Inschakelhysteresekoelwaterbuffer 722B” aanbuffertemperatuursensor isoverschreden.

Gewenste buffertemperatuur min ”Uitschakelhys-terese koelwaterbuffer 7223” aan buffertempe-ratuursensor is niet bereikt.

”Normaal” Gewenste buffertemperatuur aan buffertempera-tuursensor is niet bereikt.en

Gewenste buffertemperatuur min ”Uitschakel-hysterese koelwaterbuffer 7223” aan retour-temperatuursensor secundair circuit is niet be-reikt.

”Constante” ”Temperatuur in modus "Vaste waarde voorkoelbuffer" 7220” aan buffertemperatuursensoris niet bereikt.en

”Temperatuur in modus "Vaste waarde voorkoelbuffer" 7220” min ”Uitschakelhysteresebuffer 7209” aan retourtemperatuursensor se-cundair circuit is niet bereikt.

WerkingsstatusBedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Vorstbescherming

Komt de buffertemperatuur onder de vorstbescher-mingsgrens, schakelt de warmtepompregeling dewarmtepomp en het verwarmingswater-doorstroomtoe-stel onmiddellijk in.Een evt. geactiveerde blokkering van het verwarmings-water-doorstroomtoestel voor de kamerverwarming isniet geldig (”Vrijgave verwarmingswater-door-stroomer voor kamerverwarming 7902” op ”0”).

De verwarming voor vorstbescherming eindigt, als debuffertemperatuur de uitschakelgrens overstijgt.

Functiebeschrijving

Buffer (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 49: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

49

Temperatuurgrens Kamerverwarming met verwarmingswa-terbuffer of verwarmings-/koelwaterbuf-fer

Kamerkoeling met verwarmings-/koelwa-terbuffer /

Vorstbeschermings-grens

3 °C 3 °C

Uitschakelgrens 10 °C 6 °C

Open verdeler

Voor de hydraulische ontkoppeling van het debiet inhet secundaire circuit en het verwarmingscircuit.De warmtepompregeling behandelt een open verdelerals een kleine verwarmingswaterbuffer. Daarom moetde open verdeler in de warmtepompregeling als ver-warmingswaterbuffer worden geconfigureerd (”Vrij-gave buffer/ open/geslotenverdeler 7200”).De buffertemperatuursensor wordt ofwel in de openverdeler ingebouwd, ofwel achter de open verdeler inde installatieaanvoer.

OpmerkingDe retourtemperatuur van de verwarmingscircuitsmoet liefst volledig worden overgedragen op de retourvan het secundaire circuit; daarom moet het debiet vanhet verwarmingscircuit groter zijn dan het debiet aansecundaire zijde van de warmtepomp.

Verwarmingscircuits/koelcircuits

Aanwijzingen inzake minimumdebiet

Warmtepompen hebben een minimumdebiet in hetsecundaire circuit nodig, dat steeds moet wordengehandhaafd.

OpmerkingBij brine/water-warmtepompen moet ook aan primairezijde een minimumdebiet worden gehandhaafd.

MinimumdebietenMontage- en servicehandleiding van de betref-fende warmtepomp

Systemen met kleine watervolumes, bijv. verwar-mingsinstallaties met radiatoren

Om te vermijden dat de compressor te vaak in- en uit-geschakeld wordt, moet het volume van de verwar-mingsinstallatie vergroot worden.

Daartoe kunnen buffers als volgt gebruikt worden: parallel op de verwarmingscircuits aangesloten buf-

fer met een volume dat op het vermogen van dewarmtepomp is afgestemd.

In de retour van het secundaire circuit in seriegeschakelde verwarmingswaterbuffer of voorscha-kelvat met beperkt volume, bijv. 50 l.

Bij lucht/water-warmtepompen zorgt een hoger instal-latievolume ervoor dat de voor het ontdooien vereistewarmte-energie in het secundaire circuit altijd terbeschikking staat.

Minimumvolume van de verwarmingsinstal-latie”Ontwerphandleiding voor warmtepompen”

Systemen met grote watervolumes, bijv. voorvloerverwarmingen.

Bij systemen met grote watervolumes is een buffer nietnodig. Bij deze verwarmingsinstallaties moet een over-stortklep worden geïnstalleerd op de verwarmingscir-cuitverdeler van de vloerverwarming, die het verst vande warmtepomp verwijderd is. Daardoor is ook bijgesloten radiatorkleppen het minimumdebiet gegaran-deerd.

OpmerkingBij verwarmingscircuits met mengklep moet altijd eenparallel geschakelde buffer worden gebruikt.Uitzondering : Als de inbouwkit met mengklep(accessoires) in een compact warmtepomptoestelingebouwd is, kan het verwarmingscircuit met meng-klep M2/VC2 rechtstreeks worden aangesloten (”Typeopbouwset 7044” op ”1”).

Functiebeschrijving

Buffer (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 50: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

50

Installatieconfiguraties

De warmtepompregeling kan 1 verwarmingscircuitzonder mengklep (A1/VC1) en max. 2 verwarmingscir-cuits met mengkleppen (A2/VC2, A3/VC3) aansturen.In combinatie met een verwarmings-/koelwaterbufferkan via deze 3 verwarmingscircuits gelijktijdig gekoeldworden.Als een echte verwarmingswaterbuffer in de verwar-mingsinstallatie is ingebouwd, kan één van de 3 ver-warmingscircuits voor koeling (als verwarmings-/koel-circuit) worden gebruikt of één afzonderlijk koelcircuitworden aangestuurd (”Koelcircuit 7101”).

OpmerkingIs een afzonderlijk koelcircuit aangesloten, kan niet viaeen verwarmings-/koelcircuit worden gekoeld.

Overzicht van de verwarmings-/koelcircuitsVerwarmings-/koelcircuit Direct aangestuurd Via KM-BUS

aangestuurdAfzonderlijkkoelcircuit

A1/VC1 M2/VC2 M3/VC3 AKCmengklep — X X —1 Met verwarmingswaterbuffer (”Vrijgave

buffer/open/gesloten verdeler 7200”op ”1”): Max. 3 verwarmingscircuits, daarvan

max. 1 verwarmings-/koelcircuit of 1 af-zonderlijk koelcircuit

X X X X

2 Met verwarmings-/koelwaterbuffer (”Vrijga-ve buffer/open/gesloten verdeler 7200”op ”2”) / : Max. 3 verwarmings-/koelcircuits

X X X —

3 Met inbouwkit met mengklep (”Type op-bouwset 7044” op ”1”, enkel Vitocal 111-S/222-A/222-S): 2 verwarmingscircuits, daarvan max. 1

verwarmings-/koelcircuit

X X — —

Parameter 2xxx 3xxx 4xxx 71xx

OpmerkingAls de inbouwkit met mengklep ingebouwd en geacti-veerd is, moet het volgende in acht worden genomen: Verwarmingscircuit A1/VC1 moet aangeslotenj zijn,

anders kan het verwarmingscircuit M2/VC2 niet metwarmte worden gevoed.

Nominaal vermogen van de verwarmingscircuit-pomp ”Nom. vermogen CV-pomp VC2 734A”.

De werking van een buffer in de aanvoer van hetsecundair circuit is niet mogelijk.

Voor de beschikbaarstelling van de ontdooi-energiemoet een voldoende installatievolume ter beschik-king staan. Hiervoor ofwel een overstortklep op deop de verste verwijderde plaats in het verwarmings-circuit inbouwen of een verwarmingswaterbuffer metgering volume in de retour van het secundair circuitvoorzien.

Functiebeschrijving

Verwarmingscircuits/koelcircuits (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 51: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

51

Installatiecomponenten van de verwarmings-/koelcircuitsVerwarmings-/koelcircuit Direct aangestuurd Via KM-BUS

aangestuurdAfzonderlijkkoelcircuit

A1/VC1 M2/VC2 M3/VC3 AKCmengklep — X X —Uitbreidingsset mengklep (KM-BUS) — — X —

Mengklepmotor Aangesloten op warmtepompregeling, di-

recte aansturing met signaal 230 V~— X — —

Aansluiting aan uitbreidingsset mengklep — — X —

Aanvoertemperatuursensor verwarmingscir-cuit

Aangesloten op warmtepompregeling(F12)

— X — —

Aansluiting aan uitbreidingsset mengklep — — X —

Kamertemperatuursensor in Vitotrol 200-A/200-RF

0 0 0 —

Kamertemperatuursensor koeling of kamer-temperatuursensor in Vitotrol 200-A/200-RF

— — — X

CV-pomp Aangesloten op warmtepompregeling 0 (212.2) X (225.1) — — Aansluiting op uitbreidingsset mengklep — — X —

Verwarmingswaterbuffer 0 X*1 X —

Verwarmings-/koelwaterbuffer / 0 X*1 X —

Aanvoertemperatuursensor installatie (F13) 0 0 0 —

NC-mengklep, onderdeel van de NC-Box(accessoire)

X 0 0 0

Aanvoertemperatuursensor koelcircuit (F14) X*2 — — XDauwpuntsensor bij koelwerking X X X X

X Aanwezig/noodzakelijk0 Niet noodzakelijk, echter mogelijk— Niet mogelijk

OpmerkingHet regelgedrag van de verwarmingscircuitmengklepmet direct aangestuurde mengklepmotor kanmet ”Looptijd mengklep verwarmingscircuit 2015”aangepast worden.

De warmtepomp ontvangt als warmte- of koelbehoeftede maximale/minimale waarde van de vraag van alleverwarmings-/koelcircuits.Daardoor is de aanvoertemperatuur van het verwar-mingscircuit zonder mengklep bij kamerverwarmingeventueel hoger dan nodig. Bij kamerkoeling in combi-natie met een verwarmings-/koelwaterbuffer kan deaanvoertemperatuur voor dit verwarmings-/koelcircuitevt. lager zijn dan nodig.

Weersafhankelijke regeling

De warmtepompregeling bepaalt de gewenste aan-voertemperatuur uit de geldende gewenste kamertem-peratuur (”Kamertemperatuur normaal 2000”of ”Kamertemperatuur gereduceerd 2001”) en degecorrigeerde buitentemperatuur conform de inge-stelde stooklijn/koellijn.

*1 Niet mogelijk in combinatie met inbouwkit met mengklep (”Type opbouwset 7044” op ”1”)*2 Als er geen buffer voorhanden is, kan ook de aanvoertemperatuursensor van het secundaire circuit worden gebruikt (”Vrij-

gave aanvoertemp.-sensor koelcircuit 7109” op ”0”).

Functiebeschrijving

Verwarmingscircuits/koelcircuits (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 52: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

52

Het niveau en de inclinatie van deze lijnen kunnen metde volgende parameters aangepast worden:

Stooklijn Niveau InclinatieStooklijn Alle installatiecon-

figuraties”Niveaustooklijn2006, 3006,4006”

”Inclinatiestooklijn 2007,3007, 4007”

Koellijn Zonder buffer ”Niveau koel-

lijn 7110””Inclinatiekoellijn 7111” Met verwarmings-

waterbuffer Met verwarmings-/

koelwaterbuffer”Niveau koel-lijn 2040,3040, 4040”

”Inclinatiekoellijn 2041,3041, 4041”

Kamertemperatuurbijschakeling

Een kamertemperatuursensor is noodzakelijk. De in deafstandsbediening geïntegreerde kamertemperatuur-sensor wordt via parameter ”Afstandsbediening2003” geactiveerd.

De kamertemperatuurbijschakeling wordt via ”Kamer-temperatuurbijschakeling 200B” geactiveerd.

De mate van beïnvloeding van de gewenste aanvoer-temperatuur wordt met de volgende parameters inge-steld: Kamerverwarming via verwarmings-/koelcircuit:

”Invloed kamertemperatuur-bijschakeling 200A” Kamerkoeling via verwarmings-/koelcircuit, op ver-

warmings-/koelwaterbuffer aangesloten:”Invloed kamertemperatuur- bijschakeling koel-circuit 2034”

Kamerkoeling via verwarmings-/koelcircuit zonderbuffer/met verwarmingswaterbuffer of via afzonderlijkkoelcircuit:”Invloed kamertemperatuur-bijschakeling koel-circuit 7104”

Kamertemperatuurafhankelijke regeling

De warmtepompregeling bepaalt de gewenste aan-voertemperatuur uit het verschil van de gewenstekamertemperatuur (”Kamertemperatuur normaal2000” of ”Kamertemperatuur gereduceerd 2001”)en de werkelijke waarde. De kamertemperatuurgere-gelde regeling kan met ”Kamertemperatuurregeling2005” ingeschakeld worden.

1 kamertemperatuursensor is noodzakelijk. De in deafstandsbediening geïntegreerde kamertemperatuur-sensor wordt via parameter ”Afstandsbediening2003” geactiveerd.

Verwarmingsgrens en koelgrens

De warmtepomp werkt voor verwarming, ofwel voorkoeling. Kamerverwarming en kamerkoeling in ver-schillende verwarmings-/koelcircuits is gelijktijdig nietmogelijk.Kamerverwarming is enkel vrijgegeven als de gecorri-geerde buitentemperatuur (”Interval voor langduriggemiddelde buitentemperatuur 7002”) de koelgrensniet bereikt. Voor kamerkoeling met de gecorrigeerdebuitentemperatuur de koelgrens overschrijden.

Verwarmingsgrens

De verwarmingsgrens volgt uit de gewenste kamer-temperatuur min ”Temperatuurverschil voor bereke-ning verwarmingsgrens 7003”.

Koelgrens

De koelgrens volgt uit de gewenste kamertemperatuurplus ”Temperatuurverschil voor berekening koel-grens 7004”.

Functiebeschrijving

Verwarmingscircuits/koelcircuits (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 53: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

53

Omschakeling tussen kamerverwarming en kamerkoeling

Afhankelijk van de installatieconfiguratie schakelt dewarmtepompregeling ofwel manueel, ofwel automa-tisch tussen kamerverwarming en kamerkoeling.

Manueel omschakelen

Alleen bij installatie met verwarmings-/koelwaterbufferen max. 3 verwarmings-/koelcircuits (installatieconfi-guratie 2 op pagina 50)Voor de omschakeling tussen kamerverwarming enkamerkoeling moet de werking van de verwarmings-/koelwaterbuffer manueel omgeschakeld worden(”Modus buffer 721F”).

Automatisch omschakelen

Alleen bij een van de volgende installatieconfiguraties: 1 verwarmings-/koelcircuit zonder mengklep, zonder

buffer 1 afzonderlijk koudecircuit Installatie met verwarmingswaterbuffer en max. 3

verwarmingscircuits (installatieconfiguratie 1 oppagina 50)

Warmtepomp met inbouwset met mengklep eninstallatie met max. 2 verwarmingscircuits (installa-tieconfiguratie 3 op pagina 50)

De warmtepompregeling schakelt automatisch tussenkamerverwarming en kamerkoeling, afhankelijk van degecorrigeerde buitentemperatuur (”Interval voor lang-durig gemiddelde buitentemperatuur 7002”).Om ervoor te zorgen dat korte schommelingen rond detemperatuurgrenzen niet leiden tot een voortdurendeomschakeling tussen kamerverwarming en kamerkoe-ling, zijn vaste hysterese-waarden opgeslagen.

Opmerking Bij vorstbescherming is het veiliger ook met korte

schommelingen rekening te houden. Daaromgebruikt de warmtepompregeling voor het in- en uit-schakelen van de vorstbescherming het tijdelijkgemiddelde van de buitentemperatuur.

Bij een aanwezige kamertemperatuursensor is ookvoor de kamertemperatuur een kortstondig gemid-delde beschikbaar. De warmtepompregeling gebruiktdeze waarde voor het verhogen van de kamertempe-ratuur bij weersafhankelijke regeling of voor kamer-temperatuurafhankelijke regeling (”Kamertempera-tuurregeling 2005”).

Kamerverwarming inschakelen

Als alle volgende voorwaarden van toepassing zijn,wordt de kamerverwarming ingeschakeld: De gecorrigeerde buitentemperatuur is lager dan de

verwarmingsgrens: Zie pagina 52. Het werkingsprogramma ”Verwarmen en warm

water” of ”Verwarmen/koelen en WW” is ingescha-keld.

In het ”Tijdprog. verwarmen” of ”Tijdprog. verw./koel.” voor het desbetreffende verwarmings-/koelcir-cuit is een periode actief.

Installatie met verwarmingswaterbuffer: In het ”Tijd-programma buffer” is een periode actief.

/ : Installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (installatieconfiguratie 2 op pagina 50):In het ”Tijdprogramma buffer” is een periodeactief.”Modus buffer 721F” staat op ”0”.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Extra voorwaarde bij weersafhankelijke regeling: De aanvoertemperatuur ligt onder de gewenste aan-

voertemperatuur : Zie pagina 51.

Extra voorwaarde bij kamertemperatuurafhankelijkeregeling: De kamertemperatuur ligt onder de gewenste kamer-

temperatuur: Zie pagina 52.

OpmerkingAls kamerverwarming is ingeschakeld, werkt de CV-pomp continu. Bij direct op de warmtepomp aangeslo-ten verwarmings-/koelcircuits zonder mengklep is desecundaire pomp continu ingeschakeld.

Kamerverwarming uitschakelen

Bij weersafhankelijke regeling wordt de kamerverwar-ming in de volgende omstandigheden uitgeschakeld. Aan één van de voorwaarden voor het inschakelen

van de kamerverwarming is niet meer voldaan: ziehoofdstuk ”Kamerverwarming inschakelen”.Of

De gecorrigeerde buitentemperatuur is 2 K hogerdan de verwarmingsgrens.

Functiebeschrijving

Verwarmingscircuits/koelcircuits (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 54: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

54

Bij kamertemperatuurafhankelijke regeling of bijweersafhankelijke regeling met kamertemperatuurbij-schakeling wordt de kamerverwarming onder de vol-gende voorwaarden uitgeschakeld: Aan één van de voorwaarden voor het inschakelen

van de kamerverwarming is niet meer voldaan: ziehoofdstuk ”Kamerverwarming inschakelen”.Of

De kamertemperatuur overschrijdt de gewenstekamertemperatuur met 5 K.

Kamerkoeling inschakelen

Als alle volgende voorwaarden van toepassing zijn,wordt de kamerkoeling ingeschakeld: De gecorrigeerde buitentemperatuur overschrijdt de

koelgrens: Zie pagina 52. Het werkingsprogramma ”Verwarmen/koelen en

WW ”is ingeschakeld. In het ”Tijdprogr. verw./koel.” voor het desbetref-

fende verwarmings-/koudecircuit is een periode metde werkingsstatus ”Normaal” of ”Constante” actief.

/ : ”Vrijgave Active Cooling 71FE” staatop ”1”.

/ : Installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (installatieconfiguratie 2 op pagina 50):In het ”Tijdprogramma buffer” is een periodeactief.”Modus buffer 721F” staat op ”1”.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Extra voorwaarde bij weersafhankelijke regeling: De aanvoertemperatuur ligt boven de gewenste aan-

voertemperatuur: Zie pagina 51.

Extra voorwaarde bij kamertemperatuurafhankelijkeregeling: De kamertemperatuur overschrijdt de gewenste

kamertemperatuur: Zie pagina 52.

OpmerkingAls kamerkoeling is ingeschakeld, werkt de CV-pompcontinu. Bij direct op de warmtepomp aangesloten ver-warmings-/koelcircuits zonder mengklep is de secun-daire pomp continu ingeschakeld.

Kamerkoeling uitschakelen

Bij weersafhankelijke regeling wordt de kamerkoelingin de volgende omstandigheden uitgeschakeld. Aan één van de voorwaarden voor het inschakelen

van de kamerkoeling is niet meer voldaan: zie hoofd-stuk ”Kamerkoeling inschakelen”.Of

De gecorrigeerde buitentemperatuur is 1 K lager dande koelgrens.

Bij kamertemperatuurafhankelijke regeling of bijweersafhankelijke regeling met kamertemperatuurbij-schakeling wordt de kamerkoeling onder de volgendevoorwaarden uitgeschakeld: Aan één van de voorwaarden voor het inschakelen

van de kamerkoeling is niet meer voldaan: zie hoofd-stuk ”Kamerkoeling inschakelen”.Of

/ : Installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (installatieconfiguratie 2 op pagina 50): Dekamertemperatuur is de 2-voudige ”Hysteresekamertemperatuur koelcircuit 2037” lager dan degewenste kamertemperatuur.Installatie zonder buffer of met verwarmingswater-buffer (installatieconfiguratie 1 op pagina 50): Dekamertemperatuur is de 2-voudige ”Hysteresekamertemperatuur koelcircuit 7107” lager dan degewenste kamertemperatuur.

Functiebeschrijving

Verwarmingscircuits/koelcircuits (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 55: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

55

Werkingsstatus voor kamerverwarming/kamerkoeling

Werkingsstatus Beschrijving”Normaal” De gewenste kamertemperatuur voor kamerverwarming/kamerkoeling is ”Kamertempe-

ratuur normaal 2000”.”Gereduceerd” De gewenste kamertemperatuur voor kamerverwarming/kamerkoeling is ”Kamertempe-

ratuur gereduceerd 2001”.

OpmerkingKamerkoeling is bij deze werkingsstatus niet mogelijk.

”Constante” Kamerverwarming met ”Max. aanvoertemperatuur verwarmingscircuit 200E” Kamerkoeling zonder buffer of met bypass-verwarmingswaterbuffer:

Kamerkoeling met ”Min. aanvoertemperatuur koeling 7103” Kamerkoeling met verwarmings-/koelwaterbuffer:

Kamerkoeling met ”Min. gewenste aanvoertemperatuur koelen 2033””Stand-by” Deze werkingsstatus is actief als er geen andere werkingsstatus is ingesteld.

Vorstbescherming is actief: zie volgende hoofdstuk.

OpmerkingKamerkoeling is bij deze werkingsstatus niet mogelijk.

Vorstbescherming

De vorstbeschermingsfunctie voor een verwarmings-/koelcircuit is alleen actief, als de kamerverwarmingdoor het werkingsprogramma ”Alleen warm water”of ”Uitschakelwerking” is uitgeschakeld of de wer-kingsstatus ”Standby” ingesteld is. De werkingsmo-dus ”Standby” is ingesteld als in het tijdprogrammageen periode actief is.

De kamerverwarming is actief als aan één van de vol-gende voorwaarden is voldaan: Kortstondig gemiddelde van de buitentemperatuur is

lager dan de vorstbeschermingsgrens. Deze vorstbe-schermingsgrens wordt in de fabriek ingesteld.

Kamertemperatuur komt onder 5 °C (parame-ter ”Afstandsbediening 2003” op ”1”).

Aanvoertemperatuur van de installatie lager dan5 °C.

Bij vorstbescherming worden naast de warmtepompde CV-pompen en de secundaire pomp ingeschakeld.

De verwarming bij vorstbescherming eindigt als aanalle volgende criteria is voldaan: Kortstondig gemiddelde van de buitentemperatuur is

min. 2 K hoger dan de vorstbeschermingsgrens. Kamertemperatuur ligt boven 7 °C (parame-

ter ”Afstandsbediening 2003” naar ”1”). Aanvoertemperatuur van de installatie hoger dan

15 °C.

OpmerkingDe vorstbeschermingsgrens is in de fabriek op 1 °Cingesteld. Deze instelling kan alleen een doorViessmann gecertificeerde verwarmingsfirma voorwarmtepompen wijzigen.

Opdat de circulatiepompen, aangestuurd door dewarmtepompregeling, niet vast komen te zitten, wor-den deze dagelijks vanaf 13:00 uur na elkaar gedu-rende 10 s ingeschakeld (pompkick). De circulatiepom-pen voor de boilerverwarming of de 3-wegomschakel-klep ”Verwarmen tapwaterverwarming” worden dage-lijks om 0.00 uur gedurende 30 s ingeschakeld.

Kamerverwarming met extra verwarmingen

zie ook hoofdstuk ”Extra verwarmingen” op pagina 38.

Functiebeschrijving

Verwarmingscircuits/koelcircuits (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 56: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

56

Als volgende criteria tegelijk vervuld zijn, voert dewarmtepompregeling ofwel de externe warmteopwek-ker of de verwarmingswaterdoorstromer tijdens dekamerverwarming aan: Aanvoertemperatuur van de verwarmingscircuits ligt

gedurende meer dan 4 uur onder de gewenste aan-voertemperatuur.

Kamertemperatuur ligt bij geactiveerde kamertempe-ratuurbijschakeling meer dan 0,5 K onder degewenste kamertemperatuur.

Extra verwarmingen zijn vrijgegeven voor de kamer-verwarming. Aan de betreffende inschakelcriteria isvoldaan:– Externe warmteopwekker: Zie pagina 39.– Verwarmingswater-doorstroomtoestel: Zie

pagina 41.

Opmerking”Voorrang externe verwarmingstoestel/verwar-mingswater-doorstroomer 7B01” legt vast welkeextra verwarming met voorrang wordt ingeschakeldvoor de ruimteverwarming. Voor de vorstbeschermingvan de verwarmingscircuits worden beide extra ver-warmingen tegelijk ingeschakeld.

Kamerverwarming met ventilatietoestel (toevoerluchtverwarming)

Zie pagina 65.

Kamerkoeling via afzonderlijk koelcircuit

OpmerkingBij installaties met verwarmings-/koelwaterbuffer is dekamerkoeling via een afzonderlijk koelcircuit nietmogelijk.

Alleen mogelijk als geen koeling plaatsvindt via eenverwarmingscircuit (parameter ”Koelcircuit 7101”).

1 kamertemperatuursensor moet altijd voorhandenzijn:– Kamertemperatuursensor van de afstandsbedie-

ning (”Afstandsbedien. koelcircuit 7116”)Of

– Apart op de regeling aangesloten kamertempera-tuursensor (”Rangering kamertempera-tuursen-sor apart koelcircuit 7106”).

Een afzonderlijk koelcircuit wordt doorgaandgekoeld, onafhankelijk van de koelgrens.

Voor het afzonderlijke koelcircuit kan geen tijdpro-gramma worden ingesteld.

OpmerkingHet afzonderlijke koelcircuit kan op weersafhankelijkekoelwerking omgeschakeld worden. Hiervoor ”Kamer-temperatuurregeling koelcircuit 7105” op ”0” zet-ten.Met deze instelling is de permanente koeling met eengelijkblijvend temperatuurniveau niet gegarandeerd.We raden daarom aan om het afzonderlijke koelcircuitaltijd kamertemperatuurgeleid te koelen.

Koelfunctie ”natural cooling” (NC)

Voor de koelfunctie ”natural cooling” is de NC-box metmengklep (accessoire) vereist.Het temperatuurniveau van de bodem wordt directovergedragen aan het koelcircuit. Deze functie is ener-giebesparend, omdat de compressor is uitgeschakeld.

Opmerking In combinatie met een verwarmings-/koelwaterbuffer

is de koelfunctie ”natural cooling” niet mogelijk. De mengklep in de NC-box houdt vooral bij koelen

via vloerverwarmingscircuits de aanvoertemperatuurboven de dauwpunttemperatuur.

De aansturing van de koelfunctie gebeurt via de aan-sluiting 211.5 op de basisprintplaat: Zie pagina 289.

Vereiste parameterinstellingen zonder buffer ”Koelfunctie 7100” op ”2” Koelcircuit kiezen: ”Koelcircuit 7101”

Functiebeschrijving

Verwarmingscircuits/koelcircuits (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 57: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

57

Bij koeling wordt de warmtepomp reversibel gebruikt(omkering koudecircuit).

De compressor is in bedrijf. Het koelvermogen wordtdoor de modulatie van de warmtepomp aangepast.

Installatie zonder buffer

Het koelwater komt direct in het verwarmings-/koelcir-cuit of in het afzonderlijke koelcircuit.

Vereiste parameterinstellingen ”Installatieschema 7000” op ”1” of ”2” ”Vrijgave buffer/open/geslotenverdeler 7200”

op ”0”

”Koelfunctie 7100” op ”3” ”Koelcircuit 7101” op ”1”

Installatie met verwarmingswaterbuffer

Beschikt de installatie over een verwarmingswaterbuf-fer, moet deze tijdens de koeling door een hydrauli-sche bypassschakeling worden overbrugd. Hiervoorworden twee 3-wegomschakelkleppen in de retour vande installatie ingebouwd. De aansturing van deze 3-wegomschakelkleppen gebeurt via de aansluiting211.5 op de basisprintplaat: Zie pagina 290.Om het minimumvolume van de installatie bij kamer-koeling te garanderen, moet in deze bypassschakelingevt. ook een extra verwarmingswaterbuffer metbeperkt volume geïntegreerd worden, bijv.Vitocell 100-E.

OpmerkingSlechts 1 koelcircuit is mogelijk.

Vereiste parameterinstellingen ”Vrijgave buffer/open/geslotenverdeler 7200”

op ”1” ”Koelfunctie 7100” op ”3” Koelcircuit kiezen: ”Koelcircuit 7101”

Installatie met verwarmings-/koelwaterbuffer

Het koelwater wordt naar de verwarmings-/koelwater-buffer gebracht, die max. 3 verwarmings-/koelcircuitsvoorziet.

Vereiste parameterinstellingen ”Vrijgave buffer/open/geslotenverdeler 7200”

op ”2” ”Modus buffer 721F” op ”1”

”Koelfunctie 7100” op ”3” ”Koeling 2030” en/of ”Koeling 3030” en/of ”Koe-

ling 4030” op ”2”

Zwembadverwarming

De warmtepompregeling ondersteunt het verwarmenvan een zwembad. Voor de zwembadverwarming krijgt de warmtepomp

een externe vraag, door temperatuurregelaar voorzwembad-temperatuurregeling.

De aansturing van de zwembadverwarming gebeurtvia de uitbreiding EA1 met KM-BUS.

In de toestand bij levering bezit de zwembadverwar-ming in vergelijking met de kamerverwarming/-koe-ling en tapwateropwarming de laagste prioriteit.De prioriteit van de zwembadverwarming tegenoverkamerverwarming/-koeling kan met ”Prioriteitexterne vraag 7019” gewijzigd worden.

De gewenste aanvoertemperatuur voor de zwem-badverwarming wordt als volgt ingesteld:– ”Gewenste aanvoertemperatuur externe vraag

730C”Of– Analoog spanningssignaal op de ingang ”0 - 10 V”

van de uitbreiding EA1De hogere waarde wordt gebruikt.

Functiebeschrijving

Koelfunctie ”active cooling” (AC) / 58

3702

9

Func

ties

Page 58: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

58

In warmtepompcascades met vermogensgeregeldewarmtepompen ( / ) is bovendien de aanvoer-temperatuursensor zwembad vereist (aansluitingF21 op regelaar- en sensorprintplaat). Op basis vandeze aanvoertemperatuur kunnen de warmtepom-pen in een optimaal vermogensbereik wordengebruikt.

Een filtercirculatiepomp kan niet via de warmte-pompregeling worden aangestuurd.

Vereiste vrijgavenParameter Instelling”Externe uitbreiding 7010” ”1” of ”3””Zwembad 7008” ”1”

Zwembadverwarming in- en uitschakelen

Bij warmtevraag door de temperatuurregelaar voor dezwembadtemperatuurregeling wordt de warmtepompingeschakeld.Bij warmtepompcascades kunnen afhankelijk van dewarmtebehoefte de geleidings- en/of volgwarmtepom-pen ingeschakeld worden.

OpmerkingHet verwarmingswater-doorstroomtoestel en deexterne warmteopwekker kunnen niet worden gebruiktvoor zwembadverwarming.

Bij zwembadverwarming treden de compressoren ende secundaire pomp in werking. Tegelijk wordt de 3-wegomschakelklep ”zwembadverwarming” in destand ”Zwembad” geschakeld en de circulatiepompvoor de zwembadverwarming wordt ingeschakeld. Debuffer wordt niet meer verwarmd.De zwembadverwarming eindigt onmiddellijk zodra dewarmtevraag door de temperatuurregelaar voor dezwembadtemperatuurregeling stopt.Installatievoorbeelden met zwembadverwarming:www.viessmann-schemes.com

Aansluitingen op uitbreiding EA1

A[SDE []0-10V f-]A[ADE [DDE

+ -5 63 41 21 2

B

L1NH

L1 N

M1~

CD

F G

E

K

Afb. 11

A Uitbreiding EA1B Netaansluiting 1/N/PE 230 V/50 HzC Aftakdoos (door installateur te verzorgen)D Zekeringen en vermogensrelais voor de circulatie-

pomp van de zwembadverwarming (accessoire)E BrugF 3-wegomschakelklep ”zwembad” (stroomloos: Ver-

warming buffer)

G Circulatiepomp voor de zwembadverwarming(accessoire)

H Temperatuurregelaar voor zwembadtemperatuur-regeling (potentiaalvrij contact: 230 V~, 0,1 A,accessoire)

K Aansluiting op regelaar- en sensorprintplaat

Functiebeschrijving

Zwembadverwarming (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 59: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

59

Voor de woningventilatie wordt een Viessmann ventila-tietoestel via modbus aan de warmtepompregelingaangesloten. Daardoor kan de woningventilatie volle-dig via de warmtepompregeling bediend worden enkunnen de regelingsparameters ingesteld worden.Gewijzigde parameters worden aan de in het ventila-tietoestel ingebouwde ventilatieregelaar overgedragen.Ook de inbedrijfstelling (bijvoorbeeld functiecontrole)en de diagnose (bijvoorbeeld installatie-overzicht, mel-dingen opvragen) zijn aan de warmtepompregelingmogelijk.

Vrijgaven Vitovent

200-C 200-W 300-C 300-F 300-W”Vrijgave Vitovent 7D00” ”2” ”3” ”3” ”1” ”3”

Parameter Vitovent

200-C 200-W 300-C 300-F 300-W ”7Dxx” X X X X X ”C1xx” — X X — X

Functies Vitovent

200-C 200-W 300-C 300-F 300-W Gecontroleerde woningventilatie en -ontluchting met

warmterecuperatieX X X X X

Passief koelen X X X X X Passief verwarmen X — — X — Toevoerluchtverwarming in combinatie met een inge-

bouwd hydraulisch naverwarmregister (ventilatiecir-cuit)

— — — X —

Regeling van de luchtvochtigheid en CO2-concentra-tie

— X X X X

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F

Gecontroleerde woningventilatie en -ontluchting

Het ventilatietoestel regelt het ventilatietoerental zoda-nig dat voor elke ventilatietrap een constant luchtde-biet ingesteld wordt. Daardoor leidt het drukverlies vanhet leidingsysteem en van de filters niet tot een wijzi-ging van het luchtdebiet.

Functiebeschrijving

Woningventilatie58

3702

9

Func

ties

Page 60: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

60

VentilatietrappenVentilatietrap Functie/werkingspro-

grammaWerkingsstatusin ”Tijdprog. Venti-latie”

Luchtdebiet Vitovent200-C 300-F

Communicatie onderbroken 50 m3/h 85 m3/hVentilatortoestel uitgeschakeld 0 m3/h 0 m3/h

0 ”Uitschakelwerking”1 ”Spaarwerking” ― 50 m3/h 85 m3/h

”Basiswerking””Vakantieprogramma”

2 ”Ventilatie-automaat” ”Gereduceerd” ”Nominaal debiet toevoerlucht 7D0A”Fabrieksinstelling:

75 m3/h 120 m3/h3 ”Normaal” ”Bovenste grens nominaal debiet toe-

voerlucht 7D0B”Fabrieksinstelling:

115 m3/h 170 m3/h4 ”Intensief” ”Debiet intensief ventileren 7D0C”

”Intensieve werking” ― Fabrieksinstelling:155 m3/h 215 m3/h

OpmerkingTussen de periodes in het tijdprogramma 'Ventilatie' isautomatisch ”Basiswerking” actief.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

De ”Intensieve werking” is tot ”Duur intensiefventileren 7D1B” beperkt.

Vitovent 200-C: Als de ”Intensieve werking” dooreen externe schakelaar of toets (badkamerschake-laar) ingeschakeld werd, is de duur tot ”Duur badka-merventilatie 7D3B” beperkt.

Vitovent 300-F: Het luchtdebiet kan in de werkingssta-tus ”Normaal” afhankelijk van volgende factoren auto-matisch aangepast worden: Luchtvochtigheid:

Meting via CO2-/vochtsensor (accessoire) CO2-concentratie:

Meting via CO2-/vochtsensor (accessoire)

Vitovent 200-C: Intensieve werking extern inscha-kelen

Met een externe schakelaar of toets (badkamerscha-kelaar) kan ”Intensieve werking” ingeschakeld wor-den. Deze badkamerschakelaar is aan het ventilatie-toestel aangesloten. Om de werking van de badkamer-schakelaar te activeren, ”Functie externe 230V-ingang ventilatie 7D3A” op ”1” zetten.Nadat de badkamerschakelaar 2 tot 5 s ingedruktwerd, wordt de ”Intensieve werking” voor ”Duurbadkamerventilatie 7D3B” ingeschakeld.

Anders wordt de ”Intensieve werking” zo lang inge-schakeld als de badkamerschakelaar ingedrukt is,max. tot ”Duur badkamerventilatie 7D3B”.

OpmerkingDe ”Intensieve werking” kan aan de warmtepompre-geling altijd met ”Uitschakelwerking” beëindigd wor-den.

Warmte- en vochtrecuperatie

In de normale stromingswerking stromen de buiten-lucht en de afvoerlucht door de warmtewisselaar. Alleingezette warmtewisselaars werken volgens het tegen-stroomprincipe. Met dit principe kan de warmte-ener-gie van de afvoerlucht voor het grootste deel op dekoele buitenlucht overgedragen worden zonder dat debeide luchtstromen zich met elkaar kunnen vermen-gen.Als in het ventilatietoestel een enthalpiewarmtewisse-laar ingebouwd is, wordt bovenop de warmte-energieeen deel van de luchtvochtigheid aan de toevoerlucht-stroom overgedragen. Dit draagt bij tot een gezondruimteklimaat.Het soort warmtewisselaar wordt als volgt ingesteld:

Warmtewisselaar ”Type warmteover-brenger 7D2E”

Tegenstroomwarmtewisselaar ”0”Enthalpiewarmtewisselaar ”1”

Tijdens de warmte- en vochtrecuperatie is de bypassniet actief.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 61: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

61

In de volgende gevallen is de bypass actief: Passief koelen is ingeschakeld: Zie hoofdstuk ”Pas-

sief koelen”. Passief verwarmen is ingeschakeld: Zie hoofd-

stuk ”Passief verwarmen”. Vitovent 200-C: De warmtewisselaar wordt met een

functie ontdooid waarbij de koele buitenlucht via debypass voorbij de warmtewisselaar wordt geleid: Ziehoofdstuk ”Vitovent 200-C: Vorstbescherming ”.

Afstelling van het debiet van toevoer- en afvoer-lucht

Op basis van de voorwaarden in het gebouw kan zicheen ongewild debietverschil tussen de toevoerlucht- enafvoerluchtzijde (disbalance) voordoen, bijvoorbeelddoor verschillende lengtes van de leidingsystemen bui-tenlucht/toevoerlucht en afvoerlucht/uitlaatlucht.

OpmerkingVoor het bepalen van het debietverschil moeten degemeten luchtdebieten van alle toevoerluchtopeningenworden opgeteld en worden vergeleken met de somvan de luchtdebieten van alle afvoerluchtopeningen.

Montage- en servicehandleiding ventilatietoestel

Debietverschillen > 10 % moeten als volgt gecompen-seerd worden:

Vitovent 200-C: Om het debietverschil te compenseren kunnen de

stuurspanningen van de toevoer- en/of de uitlaat-luchtventilator permanent verhoogd of verlaagd wor-den (”Aanpassing stuurspanning toevoerlucht-ventilator 7D71” en ”Aanpassing stuurspanninguitlaatluchtventilator 7D72”).

Vitovent 300-F: ”Aanpassing regelspanning 7D27” verhoogt het

luchtdebiet van een ventilator in vergelijking met deandere permanent. Met ”Ventilator voor aanpas-sing regelspanning 7D28” wordt vastgelegd of hetluchtdebiet voor de toevoerlucht- of voor de uitlaat-luchtventilator wordt verhoogd.OpmerkingOm onevenwicht te vermijden, wordt tegelijkertijd deregelspanning van de niet-geselecteerde ventilatorop 10 V min ”Aanpassing regelspanning 7D27”begrensd. Daardoor verlaagt ook het maximumluchtdebiet.

Passief verwarmen

Bij het passief verwarmen gebruikt het ventilatietoestelde buitenlucht voor de kamerverwarming.Hiervoor wordt de buitenlucht niet via de warmtewis-selaar geleid, maar via de bypass direct in de kamersgebracht.

Opmerking Afhankelijk van de temperatuuromstandigheden zijn

slechts geringe verwarmingsvermogens beschik-baar.

Vitovent 300-F: Terwijl de bypass opent of sluit,wordt ventilatieniveau 1 ingesteld.

Voorwaarden voor passief verwarmen

Passief verwarmen AAN Passief verwarmen UITAlle volgende voorwaarden moeten van toepassingzijn:

Eén van de volgende voorwaarden moet van toepas-sing zijn:

Buitenluchttemperatuur (luchtinlaat warmtewisselaar)≥ afvoerluchttemperatuur plus 4 K

Afvoerluchttemperatuur ≤ ”Gew. kamertemperatuur7D08” min 1 K

Buitenluchttemperatuur (luchtinlaat warmtewisselaar)≤ afvoerluchttemperatuur plus 3 K

Afvoerluchttemperatuur ≥ ”Gew. kamertemperatuur7D08”

Als aan één van de volgende voorwaarden is voldaan,wordt passief verwarmen niet ingeschakeld (bypassniet actief): Er is een sensor- of ventilatorstoring opgetreden. Vorstbescherming is actief.

Als de kamerkoeling ingeschakeld is:De kamerkoeling gebeurt via een verwarmings-/koudecircuit dat ook de geventileerde kamers voor-ziet (”CV-circuit voor blokkering bypassklep7D21”).Hierdoor wordt verhinderd dat via het verwarmings-/koudecircuit onttrokken warmte door de bypass vanhet ventilatietoestel van buiten opnieuw toegevoerdwordt.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 62: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

62

Vitovent 200-C:Het elektrische voorverwarmregister was binnen delaatste 10 min ingeschakeld.

Vitovent 300-F:”Gew. kamertemperatuur 7D08” is minstens 4 Klager ingesteld dan ”Kamertemperatuur normaal2000”.

Passief koelen

Bij passieve koeling gebruikt het ventilatietoestel debuitenlucht voor kamerkoeling.

OpmerkingAfhankelijk van de temperatuuromstandigheden zijn bijhet passief koelen slechts geringe koelvermogensbeschikbaar.

Bij het passief koelen wordt de buitenlucht niet via dewarmtewisselaar geleid, maar via de bypass direct inde kamers gebracht. De bypass opent en sluit automa-tisch afhankelijk van de volgende omstandigheden:

Vitovent 200-C: Voorwaarden voor passieve koeling

Passief koelen AAN Passief koelen UITAlle volgende voorwaarden moeten van toepassingzijn: Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

< afvoerluchttemperatuur minus 4 K Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

> ”Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass7D0F” plus 0,5 K

Afvoerluchttemperatuur > ”Gew. kamertemperatuur7D08” plus 1 K

Eén van de volgende voorwaarden moet van toepas-sing zijn: Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

≥ afvoerluchttemperatuur minus 3 K Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

≤ ”Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass7D0F” plus 0,5 K

Afvoerluchttemperatuur ≤ ”Gew. kamertemperatuur7D08”

Als aan één van de volgende voorwaarden is voldaan,wordt passief koelen niet ingeschakeld (bypass nietactief): Er is een sensor- of ventilatorstoring opgetreden. Vorstbescherming is actief. Als kamerverwarming ingeschakeld is:

De kamerverwarming vindt plaats via een verwar-mingscircuit, dat ook de geventileerde kamers voor-ziet (”CV-circuit voor blokkering bypassklep7D21”).Daarmee wordt verhinderd dat via de verwarmings-circuits toegevoerde warmte via de bypass naar bui-ten wordt gevoerd.

Het elektrische voorverwarmregister was binnen delaatste 10 min ingeschakeld.

Vitovent 300-F: Voorwaarden voor passieve koeling

OpmerkingTerwijl de bypass opent of sluit, wordt ventilatieniveau

1 ingesteld.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 63: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

63

Passief koelen AAN Passief koelen UITAlle volgende voorwaarden moeten van toepassingzijn: Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

< afvoerluchttemperatuur minus 4 K Toevoerluchttemperatuur > ”Min. toevoerluchttem-

peratuur voor bypass 7D0F” minus 1,5 K Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

> ”Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass7D0F” plus 1,5 K

Afvoerluchttemperatuur > ”Gew. kamertemperatuur7D08” plus 1 K

Eén van de volgende voorwaarden moet van toepas-sing zijn: Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

≥ afvoerluchttemperatuur minus 3 K Toevoerluchttemperatuur ≤ ”Min. toevoerluchttem-

peratuur voor bypass 7D0F” minus 1,5 K Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewisselaar)

≤ ”Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass7D0F” plus 1,5 K

Afvoerluchttemperatuur ≤ ”Gew. kamertemperatuur7D08”

Als aan één van de volgende voorwaarden is voldaan,wordt passief koelen niet ingeschakeld (bypass nietactief): Er is een sensor- of ventilatorstoring opgetreden. Vorstbescherming is actief. Als kamerverwarming ingeschakeld is:

De kamerverwarming vindt plaats via een verwar-mingscircuit, dat ook de geventileerde kamers voor-ziet (”CV-circuit voor blokkering bypassklep7D21”).Daarmee wordt verhinderd dat via de verwarmings-circuits toegevoerde warmte via de bypass naar bui-ten wordt gevoerd.

”Gew. kamertemperatuur 7D08” is min. 4 K hogeringesteld dan ”Kamertemperatuur normaal 2000”.

Vitovent 200-C: Vorstbescherming

Ontdooifuncties

De verijzingsgraad van de warmtewisselaar wordtgecontroleerd. Vanaf een bepaalde verijzingsgraadwordt de gekozen ontdooifunctie ingeschakeld: Zie vol-gende tabel

Om de verijzingsgraad te bepalen worden de beidevolgende grootheden beoordeeld en wordt met bijko-mende voorwaarden rekening gehouden, bijv. deinbouwpositie van het ventilatietoestel (”Inbouwposi-tie 7D2F”). Toerental van de ventilatoren:

Bij toenemende ijsvorming verhoogt het drukverschilin de warmtewisselaar. Om het luchtdebiet constantte houden, wordt het toerental van de ventilatorenautomatisch verhoogd. Vanaf een bepaald toerentalwordt van de verijzing van de warmtewisselaar uitge-gaan.

Toevoerluchttemperatuur:Door ijsvorming voert de warmtewisselaar minderwarmte van de afvoerlucht naar de buitenlucht af. Detoevoerluchttemperatuur daalt. Vanaf een bepaaldetoevoerluchtdrempel wordt van de verijzing van dewarmtewisselaar uitgegaan.

De bewaking van de verijzing is onder de volgendeomstandigheden actief: De buitenluchttemperatuur is lager dan 2 °C. Gedurende de laatste 15 min was er geen ontdooi-

functie ingeschakeld. De ventilatoren zijn ingeschakeld. Geen van de temperatuursensoren in het ventilatie-

toestel is defect.

De ontdooifunctie wordt met de parameters ”Vrijgavevoorverwarmregister elektrisch 7D01” en ”Strate-gie passieve vorstbescherming 7D2C” geselec-teerd.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 64: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

64

Zonder elektrisch voorverwarmregisterOntdooifunctie Beschrijving Instelling

”7D01” ”7D2C”Uitschakelenvan de ventila-toren

Als de warmtewisselaar verijsd is, worden beide ventilatoren uitgescha-keld.

”0” ”0”

Ontdooien viabypass

Als de warmtewisselaar verijsd is, opent de bypass en de koele buiten-lucht wordt voorbij de warmtewisselaar geleid. Daarnaast warmt de af-voerlucht de warmtewisselaar op. Daardoor smelt het ijs en stroomt hetals condenswater weg.

OpmerkingIn de koeler wordende toevoerluchtleidingen kan zich condenswatervormen.

Bij permanent aanwezige verijzing schakelen beide ventilatoren uit.

”0” ”1”

Ontdooien dooronevenwicht

Als de warmtewisselaar verijsd is, wordt de toevoerluchtventilator uitge-schakeld. De afvoerlucht warmt de warmtewisselaar op. Daardoor smelthet ijs en stroomt het als condenswater weg.Bij permanent aanwezige verijzing schakelen beide ventilatoren uit.

”0” ”2”

Met elektrisch voorverwarmregisterOntdooifunctie Beschrijving Instelling

”7D01” ”7D2C”Ontdooien viabypass

Bij verijsde warmtewisselaar wordt het elektrische voorverwarmregisteringeschakeld en de bypass geactiveerd. Het ijs smelt en stroomt alscondenswater weg.Als het vermogen van het elektrische voorverwarmregister niet volstaat,wordt bijkomend het toevoerluchtdebiet stapsgewijs gereduceerd.

”1” —

Comfortfunctie vorstbescherming

Bij de comfortfunctie vorstbescherming wordt de ijsvor-ming aan de warmtewisselaar in hoge mate vermeden.Als ”Vrijgave voorverwarmregister elektrisch 7D01”op ”2” staat, is deze functie altijd actief.Het elektrische voorverwarmregister wordt ingescha-keld als het verschil tussen toevoerlucht- en afvoer-luchttemperatuur meer dan 4,5 K bedraagt. Daardooris de warmtewisselaar van het ventilatietoestel tegenverijzing beschermd.Als het vermogen van het elektrische voorverwarmre-gister bij lage buitenluchttemperaturen niet volstaat,wordt het toevoerluchtdebiet stapsgewijs verlaagd.Bij de comfortfunctie vorstbescherming is de bypassniet actief. De warmterecuperatie blijft ingeschakeld.Met de comfortfunctie vorstbescherming worden onbe-haaglijke inblaastemperaturen vermeden, toch is deenergiebehoefte bij extreme weersomstandighedeniets hoger dan bij het ontdooien via bypass.

Herinschakelen van de ventilatoren

Als de temperatuuromstandigheden bij een actieveontdooi- en vorstbeschermingsfunctie tot het uitscha-kelen van de ventilatoren leiden, kunnen de ventilato-ren ten vroegste bij het volgende inschakeltijdstipopnieuw worden ingeschakeld.Voorwaarde: De temperatuurvoorwaarden voor hetherinschakelen zijn vervuld.De inschakeltijdstippen worden met ”Startblokkeringventilatie periodes deel 1 7D5E” en ”Startblokke-ring ventilatie periodes deel 2 7D5F” ingesteld.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 65: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

65

Vitovent 300-F: Vorstbescherming

Vorstbescherming zonder voorverwarmregister

Zodra de buitenluchttemperatuur 0 °C onderschrijdt,schakelt de toevoerluchtventilator uit. De uitlaatlucht-ventilator loopt verder zodat de warme afvoerlucht dewarmtewisselaar doorstroomt en op deze manier deijsvorming aan de uitlaatluchtzijde verhindert. Voor hetuitlaatluchtdebiet wordt de ventilatietrap 1 ingesteld.Deze vorstbeschermingsfunctie blijft gedurende 2 uuringeschakeld. Als na deze 2 h de buitenluchttempera-tuur de waarde 0 °C overschrijdt, wordt eerst gedu-rende 10 min ventilatietrap 1 ingeschakeld. Als debuitenluchttemperatuur binnen deze 10 min permanentboven 0 °C blijft, schakelt de voordien actieve ventila-tiefunctie opnieuw in. Anders wordt de vorstbescher-mingsfunctie voor nog eens 2 uur ingeschakeld.

OpmerkingBij heel goed afgedichte gebouwen kan het tijdens devorstbeschermingsfunctie voorkomen dat het uitlaat-luchtdebiet via de toerentalverhoging van de uitlaat-luchtventilator constant moet worden gehouden. Alshierbij het max. toerental gedurende 3 min bereiktwordt, schakelt ook de uitlaatluchtventilator uit.

Vorstbescherming met elektrisch voorverwarmre-gister

Om de frequente reducering van het toevoerluchtde-biet of het uitschakelen van de ventilatoren door lagebuitenluchttemperaturen te verminderen, kan een elek-trisch voorverwarmregister (accessoire) in de buiten-luchtleiding worden gemonteerd. Dat voorverwarmin-gregister wordt elektrisch op de regelaarprintplaat vanhet ventilatietoestel aangesloten.Wanneer de uitlaatluchttemperatuur lager wordt dande gewenste waarde, schakelt het voorverwarmregis-ter in. Het verwarmingsvermogen wordt óf afhankelijkvan de uitlaatlucht- óf van de buitenluchttemperatuurgeregeld, afhankelijk van de vraag welke temperatuurverder lager wordt dan de bijbehorende gewenstewaarde.

Gewenste waarden: Uitlaatluchttemperatuur: 3,5 °C Buitenluchttemperatuur: 2 °C

Wanneer het voorverwarmregister 10 minuten met100% verwarmingsvermogen in bedrijf is, wordt onderde volgende omstandigheden bovendien het ventilatie-niveau verlaagd, eventueel tot aan het uitschakelenvan de ventilatoren: Uitlaatluchttemperatuur < 4,5 °C

Of Buitentemperatuur < 3 °C

OpmerkingWanneer het ventilatieniveau voor vorstbeschermingwerd verlaagd, is de regeling van de CO2-concentratieen de luchtvochtigheid niet actief: Zie pagina 66.

Wanneer het elektrisch vermogen van het voorver-warmregister 10 min lager wordt dan 85 %, wordt deventilatietrap stapsgewijs verhoogd, tot het ingesteldeniveau is bereikt:

Vereiste vrijgaveParameter Instelling”Vrijgave voorverwarm-register elektrisch 7D01”

”1”

OpmerkingHet elektrische voorverwarmregister kan niet wordengebruikt voor kamerverwarming (toevoerluchtverwar-ming).

Vitovent 300-F: Toevoerluchtverwarming

Met het monteren van het hydraulische naverwarmre-gister (accessoires kan Vitovent 300-F wordengebruikt voor toevoerluchtverwarming.Het naverwarmregister van Vitovent 300-F wordthydraulisch als verwarmingscircuit A1/VC1 aangeslo-ten (ventilatieverwarmingscircuit). Wanneer in de ver-warmingsinstallatie geen buffer aanwezig is, moet deals accessoire verkrijgbare verwarmingswaterbuffer(25 l) in Vitovent 300-F worden gemonteerd. Deze ver-warmingswaterbuffer voorziet Vitovent 300-F vanwarmte en stelt de vereiste ontdooi-energie voor dewarmtepomp ter beschikking.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 66: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

66

OpmerkingWanneer slechts het ventilatieverwarmingscircuitA1/VC1 op de warmtepomp is aangesloten(bijvoorbeeld in passiefhuizen), moet u het volgende inacht nemen: Verwarmingsvermogen van de warmtepomp moet bij

het maximale vermogen van het naverwarmregisterpassen. Anders moet u een buffer met groter volumegebruiken.

De toevoerluchtverwarming kan als exclusievewarmtebron uitsluitend in gebouwen met isolatie-standaard worden gebruikt, bijvoorbeeld in passief-huizen.

In de ”Uitschakelwerking” vindt geen toevoerlucht-opwarming plaats.

Op de volgende voorwaarden moet een buffer met eengroot volume in de verwarmingsinstallatie geïntegreerdworden. De in Vitovent 300-F ingebouwde verwar-mingswaterbuffer is in dat geval niet nodig. Naast het ventilatieverwarmingscircuit A1/VC1 zijn

andere verwarmingscircuits aanwezig. Verwarmingsvermogen van de warmtepomp is groter

dan de maximale capaciteit van het naverwarmregis-ter.

De gewenste aanvoertemperatuur van het verwar-mingscircuit in weersafhankelijke werking volgt dan uitde gewenste kamertemperatuur (”Kamertemperatuurnormaal 2000” / ”Kamertemperatuur gereduceerd2001”) en de gedempte buitentemperatuur conform deingestelde stooklijn. Zie hoofdstuk ”Verwarmingscir-cuits/koelcircuit”. Voor de warmteoverdracht moet deaanvoertemperatuur boven de toevoerluchttempera-tuur liggen en daarom wordt de uit de stooklijnbepaalde gewenste aanvoertemperatuur met 5 K ver-hoogd.

Opmerking Kamertemperatuurafhankelijke regeling (”Kamer-

temperatuurregeling 2005” op ”1”) kan bij toevoer-luchtopwarming niet worden ingesteld.

Om een stofsmeuling en de daarmee verbondengeurbelasting bij de toevoerluchtverwarming metVitovent 300-F te vermijden, mag de toevoerlucht-temperatuur niet hoger worden dan 52 °C. Hiertoede gewenste aanvoertemperatuur van alle verwar-mingscircuits tot maximaal 57 °C begrenzen (”Max.aanvoertemperatuur verwarmingscircuit 200E,300E”).

Vereiste instellingenParameters Instelling”Vrijgave naverwarmre-gister hydraulisch 7D02”

”1”

”Installatieschema7000”

”1”, ”2”, ”5”, ”6”

Parameter voor extra in-stallatiecomponenten

Zie desbetreffende hoofd-stuk.

Bescherming tegen te hoge temperaturen

Wanneer de buitenluchttemperatuur hoger wordt dan50 °C (bijv. bij een defect van het voorverwarmregis-ter), verhoogt het ventilatortoerental. Daardoor wordtde overtollige warmte afgevoerd. Vanaf 80 °C wordthet maximale ventilatortoerental ingesteld.

Vitovent 300-F: Regeling van de luchtvochtigheid en/of CO2-concentratie

Voor de regeling van de luchtvochtigheid en/of CO2-concentratie in het gebouw is CO2-/vochtsensor(accessoire) vereist. Deze sensor wordt in een kamergemonteerd.Het luchtdebiet wordt afhankelijk van de luchtvochtig-heid en/of de CO2-concentratie van deze kamer aan-gepast.

Wanneer de luchtvochtigheid in deze kamer ”Vocht-waarde voor verhoging debiet 7D19” en/of de CO2-concentratie ”CO2-waarde voor verhoging debiet7D18” overschrijdt, wordt het luchtdebiet verhoogd. Bijte lage waarde wordt het luchtdebiet verlaagd.

OpmerkingWanneer beide functies (zie volgende tabel) actief zijn,wordt altijd het hogere luchtdebiet ingesteld.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 67: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

67

De regelgrenzen zijn de luchtdebieten van de wer-kingsstatus ”Gereduc.” en ”Intensief”.

Voor deze functies moet in het tijdprogramma Venti-latie de werkingsstatus ”Normaal” actief zijn.

Vereiste vrijgavenFunctie Parameters InstellingRegeling van de luchtvochtigheid ”Vrijgave vochtsensor 7D05” ”1”Regeling van de CO2-concentratie ”Vrijgave CO2-sensor 7D06” ”1”

Woningventilatie met Vitovent 200-W/300-C/300-W

Gecontroleerde woningventilatie en -ontluchting

Regeling van het luchtdebiet Vitovent 200-W:

Het ventilatietoestel regelt in elke ventilatietrap opeen constant ventilatortoerental. Het werkelijke lucht-debiet van het woningventilatiesysteem is daaromafhankelijk van het drukverlies van het leidingsys-teem en van de filters.

Vitovent 300-C/300-W:Het ventilatietoestel regelt het ventilatietoerentalzodanig dat voor elke ventilatietrap een constantluchtdebiet ingesteld wordt. Daardoor leidt het druk-verlies van het leidingsysteem en van de filters niettot een wijziging van het luchtdebiet.

De actueel geldige ventilatietrap wordt óf via de wer-kingsstatus in het tijdprogramma, het ingestelde wer-kingsprogramma of via de gekozen functie ingesteld.

VentilatietrappenVentilatietrap Functie/werkingspro-

grammaWerkingsstatusin ”Tijdprog. Ventila-tie”

Luchtdebiet Vitovent200-W 300-C 300-W

Communicatie onderbroken Luchtdebiet van de laatst actieve ventila-tietrap

Ventilatortoestel uitgeschakeld 0 % 0 m3/h 0 m3/h0 ”Uitschakelwerking”1 ”Spaarwerking” ― ”Basisventilatie C109”

Fabrieksinstelling:15 % 30 m3/h 50 m3/h

”Basiswerking””Vakantieprogramma”

2 ”Ventilatie-automaat” ”Gereduceerd” ”Gereduceerde ventilatie C10A”Fabrieksinstelling:

25 % 75 m3/h 100 m3/h3 ”Normaal” ”Normale ventilatie C10B”

Fabrieksinstelling:50 % 100 m3/h 150/200 m3/h

4 ”Intensief” ”Intensieve ventilatie C10C””Intensieve werking” ― Fabrieksinstelling:

75 % 125 m3/h 225/300 m3/h

OpmerkingTussen de periodes in het tijdprogramma 'Ventilatie' isautomatisch ”Basiswerking” actief.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-C/300-F (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 68: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

68

De ”Intensieve werking” is tot ”Duur intensief venti-leren 7D1B” beperkt.

Het luchtdebiet kan in de werkingsstatus ”Normaal”en ”Gereduc.” afhankelijk van de volgende factorenautomatisch aangepast worden: Luchtvochtigheid:

Meting via centrale vochtsensor (accessoire) Luchtvochtigheid:

Meting via CO2-/vochtsensor (accessoire) CO2-concentratie:

Meting via CO2-/vochtsensor (accessoire)

Warmte- en vochtrecuperatie

In de normale stromingswerking stromen de buiten-lucht en de afvoerlucht door de warmtewisselaar. Alleingezette warmtewisselaars werken volgens het tegen-stroomprincipe. Met dit principe kan de warmte-ener-gie van de afvoerlucht voor het grootste deel op dekoele buitenlucht overgedragen worden zonder dat debeide luchtstromen zich met elkaar kunnen vermen-gen.Als in het ventilatietoestel een enthalpiewarmtewisse-laar ingebouwd is, wordt bovenop de warmte-energieeen deel van de luchtvochtigheid aan de toevoerlucht-stroom overgedragen. Dit draagt bij tot een gezondruimteklimaat.Tijdens de warmte- en vochtrecuperatie is de bypassniet actief.Voor het passief koelen wordt de bypass ingeschakeld:Zie hoofdstuk ”Passief koelen”.

Afstelling van het debiet van toevoer- en afvoer-lucht

Op basis van de voorwaarden in het gebouw kan zicheen ongewild debietverschil tussen de toevoerlucht- enafvoerluchtzijde (disbalance) voordoen, bijvoorbeelddoor verschillende lengtes van de leidingsystemen bui-tenlucht/toevoerlucht en afvoerlucht/uitlaatlucht.

OpmerkingVoor het bepalen van het debietverschil moeten degemeten luchtdebieten van alle toevoerluchtopeningenworden opgeteld en worden vergeleken met de somvan de luchtdebieten van alle afvoerluchtopeningen.

Montage- en servicehandleiding ventilatietoestel

Debietverschillen > 10 % moeten als volgt gecompen-seerd worden:

Vitovent 200-W: Het luchtdebiet voor de toevoerlucht en afvoerlucht

kan voor elke ventilatietrap afzonderlijk ingesteldworden, bijv. ”Normale ventilatie C10B” voor hettoevoerluchtdebiet en ”Normale ventilatie tweedeventilatorkanaal C18B” voor het afvoerluchtdebiet.

Vitovent 300-C/300-W: Om de compensatie van debietverschillen tussen

toevoerlucht- en afvoerluchtzijde vrij te geven,moet ”Onevenwicht toegelaten C1A2” op ”1”staan.Met ”Vastgelegd onevenwicht C1A3” kan de ver-hoging of verlaging van het toevoerluchtdebiettegenover het afvoerluchtdebiet ingesteld worden.

Passief koelen

Bij passieve koeling gebruikt het ventilatietoestel debuitenlucht voor kamerkoeling.

OpmerkingAfhankelijk van de temperatuuromstandigheden zijn bijhet passief koelen slechts geringe koelvermogensbeschikbaar.

Bij het passief koelen wordt de buitenlucht niet via dewarmtewisselaar geleid, maar via de bypass direct inde kamers gebracht. De bypass opent en sluit automa-tisch afhankelijk van de volgende omstandigheden:

Vereiste vrijgaveParameter Instelling”Bypass werking C1A0” ”0”

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-W/300-C/300-W (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 69: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

69

Voorwaarden voor passieve koeling

Passief koelen AAN Passief koelen UITAlle volgende voorwaarden moeten van toepassingzijn: Buitenluchttemperatuur (luchtinlaat warmtewisselaar)

> 7 °C Afvoerluchttemperatuur > ”Gew. kamertemperatuur

C108” plus 2 K Afvoerluchttemperatuur > buitenluchttemperatuur

Eén van de volgende voorwaarden moet van toepas-sing zijn: Buitenluchttemperatuur (luchtinlaat warmtewisselaar)

≤ 6,5 °C Afvoerluchttemperatuur ≤ ”Gew. kamertemperatuur

C108” plus 0,5 K Afvoerluchttemperatuur ≤ buitenluchttemperatuur min

0,5 K

Als aan één van de volgende voorwaarden is voldaan,wordt passief koelen niet ingeschakeld (bypass nietactief): Als kamerverwarming ingeschakeld is:

De kamerverwarming vindt plaats via een verwar-mingscircuit, dat ook de geventileerde kamers voor-ziet (”CV-circuit voor blokkering bypassklep7D21”).Daarmee wordt verhinderd dat via de verwarmings-circuits toegevoerde warmte via de bypass naar bui-ten wordt gevoerd.

”Gew. kamertemperatuur C108” is min. 4 K hogeringesteld dan ”Kamertemperatuur normaal 2000”.

Koelen via aardwarmtewisselaar

Onafhankelijk van de positie van de in het ventilatie-toestel ingebouwde bypassklep kan de buitenluchtdoor een aardwarmtewisselaar (door de installateur teplaatsen) geleid worden. Daardoor koelt de buitenluchtin het warme jaargetijde door de bodem af.Als de buitenlucht ”Maximumtemperatuur aard-warmtewisselaar C1AB” overschrijdt, geeft de 3-wegomschakelklep (door de installateur te plaatsen)het traject door de aardwarmtewisselaar vrij. Onderdeze temperatuur stroomt de buitenlucht ongekoelddirect in het ventilatietoestel.

Vereiste vrijgave 3-wegomschakelklep (door deinstallateur te plaatsen)Parameter Instelling”VoorverwarmregisterC101”

”65” of ”81”

Vorstbescherming met af fabriek ingebouwd elektrisch voorverwarmregister

De ventilatietoestellen beschikken af fabriek over eeningebouwd elektrisch voorverwarmregister.Als de buitentemperatuur gedurende meer dan 5 minonder –1,5 °C daalt, schakelt het af fabriek inge-bouwde elektrische voorverwarmregister in. BijVitovent 300-W wordt als extra inschakelcriterium dedruk in de uitlaatluchtleiding bewaakt.

Het vermogen van het af fabriek ingebouwde elektri-sche voorverwarmregister wordt zo geregeld dat vol-gende buitenluchttemperaturen bereikt worden: Vitovent 200-W: 0 °C Vitovent 300-C: 4 °C Vitovent 300-W: –1,5 °C

Als de betreffende buitenluchttemperatuur bij max. ver-warmingsvermogen niet bereikt wordt, vermindert terbescherming van de warmtewisselaar bijkomend hetluchtdebiet. Onevenwicht druk is toegestaan (”Vastgelegd

onevenwicht C1A3” op ”1”):Alleen het toevoerluchtdebiet wordt gereduceerd.

Onevenwicht druk is niet toegestaan (”Vastgelegdonevenwicht C1A3” op ”0”):Toevoerlucht- en afvoerluchtdebiet worden geredu-ceerd.

Voorwaarde: In de buitenluchtleiding is geen bijko-mend elektrisch voorverwarmregister voorhanden: Zievolgende hoofdstuk.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-W/300-C/300-W (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 70: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

70

Einde van de vorstbeschermingsfunctie

Bij buitenluchttemperaturen boven –1,5 °C wordt eersthet luchtdebiet stapsgewijs opnieuw tot de oorspronke-lijke waarde verhoogd. Vervolgens wordt het vermogenvan het elektrische voorverwarmregister gereduceerden het voorverwarmregister wordt evt. uitgeschakeld.

Vorstbescherming met extra elektrisch voorverwarmregister

Het extra elektrische voorverwarmregister (accessoire)wordt in de buitenluchtleiding ingebouwd.Als het vermogen van het af fabriek ingebouwde voor-verwarmregister voor het bereiken van de betreffendebuitenluchttemperatuur (–1,5 °C, 0 °C, 4 °C) niet vol-staat, wordt het extra elektrische voorverwarmregisteringeschakeld. Het luchtdebiet wordt pas gereduceerdals het verwarmingsvermogen van beide voorver-warmregisters niet volstaat.

Vereiste vrijgaveParameters Instelling”VoorverwarmregisterC101”

”17” of ”81”

Einde van de vorstbeschermingsfunctie

Zie hoofdstuk ”Vorstbescherming met af fabriek inge-bouwd elektrisch voorverwarmregister”.

Vorstbescherming met aardwarmtewisselaar

Voor de voorverwarming kan de buitenlucht door eenaardwarmtewisselaar (door de installateur te plaatsen)geleid worden.Als de buitenlucht ”Minimumtemperatuur aardwarm-tewisselaar C1AB” onderschrijdt, geeft de 3-wegom-schakelklep (door de installateur te plaatsen) het tra-ject door de aardwarmtewisselaar vrij. Boven dezetemperatuur stroomt de buitenlucht zonder voorver-warming direct in het ventilatietoestel.

Vereiste vrijgave 3-wegomschakelklep (door deinstallateur te plaatsen)Parameter Instelling”VoorverwarmregisterC101”

”65” of ”81”

Bescherming tegen te hoge temperaturen

Als de buitenluchttemperatuur 60 °C overschrijdt,schakelt de ventilatieregelaar beide ventilatoren ofalleen de toevoerluchtventilator uit (”Onevenwichttoegelaten C1A2”).

Regeling van de luchtvochtigheid en/of CO2-concentratie

Voor de regeling van de luchtvochtigheid en/of CO2-concentratie in het gebouw zijn volgende sensorenvereist: CO2-/vochtsensor: Montage in een kamer

Het luchtdebiet wordt afhankelijk van de luchtvoch-tigheid en/of de CO2-concentratie van deze kameraangepast.

Centrale vochtsensor: Montage in de centraleafvoerluchtleiding (verzamelleiding)Het luchtdebiet wordt afhankelijk van de luchtvoch-tigheid van alle kamers aangepast.

Luchtvochtigheid/CO2-regeling in de kamer

Als de luchtvochtigheid in de kamer ”Min. spanningingang 2 C1C1” en/of de CO2-concentratie ”Min.spanning ingang 1 C1B1” overschrijdt, wordt hetluchtdebiet verhoogd. Bij te lage waarde wordt hetluchtdebiet verlaagd.

Opmerking Wanneer beide functies tegelijk actief zijn, wordt

altijd het hogere luchtdebiet ingesteld. Als tegelijk de regeling van de luchtvochtigheid via

een centrale vochtsensor actief is: De regeling via decentrale vochtsensor heeft voorrang.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-W/300-C/300-W (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 71: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

71

Vereiste vrijgavenFunctie Parameters InstellingVrijgave voor de verwerking van analogesignalen aan de ingang van het ventilatie-toestel

”Functie ingang 1 C1B0” ”1”

Regeling van de CO2-concentratie ”Min. spanning ingang 1 C1B1” ”40” (≙ 4 V)

Regeling van de luchtvochtigheid ”Min. spanning ingang 2 C1C1” ”80” (≙ 8 V)

Centrale luchtvochtigheidsregeling

Als de luchtvochtigheid in de centrale afvoerluchtlei-ding (verzamelleiding) stijgt, wordt ”Intensieve wer-king” ingeschakeld. Na het verminderen van de lucht-vochtigheid wordt de oorspronkelijke ventilatietrapopnieuw ingesteld. Het aanspreekgedrag van dezeluchtvochtigheidsregeling wordt via ”Gevoeligheidvochtsensor C1A6” ingesteld.

Vereiste vrijgavenFunctie Parameters InstellingCentrale vochtsensor ”Vochtsensor C105” ”1”Gevoeligheid ”Gevoeligheid vochtsensor C1A6” ≠ ”0”

Fotovoltaïsch systeem

U kunt de door het fotovoltaïsch systeem opgewektestroom gebruiken voor de werking van de compressoren voor andere componenten van de verwarmingsin-stallatie (gebruik eigen stroom of eigen energiever-bruik).

Daartoe moeten de hoeveelheden elektrische energie,die voor het gebruik van eigen stroom ter beschikkingstaan, aan de warmtepompregeling worden doorgege-ven. Voor de koppeling van de gegevens met het foto-voltaïsche systeem zijn de volgende mogelijkhedenbeschikbaar: Energiemeter (accessoire) wordt via Modbus op de

warmtepompregeling aangesloten. Fotovoltaïsch systeem wordt via een Smart Home

System op de warmtepompregeling aangesloten,bijv. Vitocomfort 200 (accessoire).

Voor het gebruik van eigen stroom kunnen de vol-gende functies van de verwarmingsinstallatie wordenvrijgegeven: Tapwaterverwarming Verwarmen buffer Kamerverwarming Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer Kamerkoeling

Behalve de compressor worden bij het gebruik vaneigen stroom ook de aan de warmtepompregeling aan-gesloten componenten door stroom uit de fotovoltaï-sche installatie voorzien, bijv. de secundaire pomp.

Voor het gebruik van eigen stroom wordt het regelge-drag van de warmtepompregeling aangepast: De inschakelpunten van vrijgegeven functies kunnen

op basis van een behoefteprognose wordenvervroegd.De tijdstippen worden zodanig gekozen dat vol-doende stroom van het fotovoltaïsch systeem terbeschikking staat. Evt. begint de verwarming vaninstallatiecomponenten ook buiten de ingesteldeperiodes van het tijdprogramma.

De gewenste temperaturen worden aangepast.Bovendien worden de inschakelhystereses met dehelft beperkt.Zo kan meer elektrische energie van het fotovol-taïsch systeem in de vorm van thermische energieworden opgeslagen.Opmerking– Alle veiligheidsrelevante temperatuurgrenzen,

bijvoorbeeld ”Max. warmwatertemperatuur6006”, gelden ook bij gebruik van eigen stroom.

– De gewenste temperaturen kunnen ook via SmartGrid aangepast worden. Als gebruik van eigenstroom en Smart Grid tegelijk actief zijn, geldt tel-kens de hoogste aanpassing van de gewenstewaarde: zie hoofdstuk ”Smart Grid”.

Functiebeschrijving

Woningventilatie met Vitovent 200-W/300-C/300-W (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 72: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

72

Bij vermogensgeregelde warmtepompen wordt hetvermogen van de compressor automatisch aan dedoor het fotovoltaïsch systeem opgewekte hoeveel-heid energie aangepast. Zo wordt voorkomen datvoor de werking van de warmtepomp stroom uit hetnet moet worden gehaald.OpmerkingDe automatische aanpassing van het compressor-vermogen is bij warmtepompcascades niet mogelijk.

Voorbeeld:Verhoging gewenste waarde van de tapwaterverwar-ming bij gebruik van eigen stroom

t

E

ϑ DC

G

B

H

F

A

K

Afb. 12

A Temperatuurverloop warmwaterboiler zondergebruik van eigen stroom

B Temperatuurverloop warmwaterboiler met gebruikvan eigen stroom

C ”Gewenste warmwatertemp. 6000”D Aangepaste gewenste warmwatertemperatuur

warmwaterboilerE Verminderde inschakelhystereseF ”Hysterese WW-temperatuur warmtepomp

6007”G Tapwaterverwarming zonder gebruik van eigen

stroomH Tapwaterverwarming met gebruik van eigen

stroomK ”Verhoging gew. temp. warmwaterbuffer PV

7E21”

Parameter voor vrijgave en aanpassing gewenste waardeFunctie Vrijgave Aanpassing gewenste waardeTapwaterverwarming ”Vrijgave eigenenergieverbr. voor

gew. WW-temperatuur 2 7E10”―

”Vrijgave eigen energieverbr. voorwarmwaterbereiding 7E11”

”Verhoging gew. temp. warmwater-buffer PV 7E21”

Verwarming buffer ”Vrijgave eigenenergieverbr. voorwarmwaterbuffer 7E12”

Max. ”Verhoging gew. temp. verwar-mingswaterbuffer PV 7E22”

Kamerverwarming ”Vrijgave eigenenergieverbr. voorstoken 7E13”

”Verhoging gew. kamertemperatuurPV 7E23”

Koeling verwarmings-/koelwater-buffer

”Vrijgave eigenenergieverbr. voorkoelwaterbuffer 7E16”

”Verlaging gew. koelwater-buffer-temperatuur PV 7E26”

Kamerkoeling ”Vrijgave eigenenergieverbr. voorkoelen 7E15”

”Verlaging gew. kamertemperatuurPV 7E25”

Functiebeschrijving

Fotovoltaïsch systeem (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 73: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

73

Gebruik eigen stroom actieveren

De optimalisering van het gebruik van eigen stroomwordt door de warmtepompenregeling automatischgeactiveerd, indien alle volgende voorwaarden vantoepassing zijn: ”Vrijgave eigen energieverbruik PV 7E00” staat

op ”1” of ”2”. Gewenste functie is vrijgegeven: zie voorgaande

tabel.

Het aan het net geleverde elektrisch vermogen isgedurende een bepaalde periode groter dan hetelektrische vermogen van de warmtepomp.

”Uitschakelmodus” en ”Vakantieprogramma” zijnniet actief.

Vermogensaanpassing

Om te vermijden dat de compressor tijdens het gebruikvan eigen stroom uit het net stroom moet halen, wordthet compressorvermogen automatisch aangepast aanhet actueel beschikbare elektrische vermogen van hetfotovoltaïsche systeem. Hiervoor ”Aandeel ext.stroom 7E02” op een waarde tussen ”0” en ”9”instellen.

Deze vermogensaanpassing is actief als aan beidevolgende voorwaarden is voldaan: De niet aangepaste gewenste temperaturen zijn

bereikt. De warmtepomp is in werking om de aange-paste gewenste waarden te bereiken.

Het aan het net geleverde elektrische vermogen ishoger dan het minimumvermogen van de compres-sor.

Tapwaterverwarming

De gewenste temperatuur voor de tapwateropwarmingbij het gebruik van eigen stroom is ”Gewenste warm-watertemperatuur 6000” plus ”Verhoging gew.temp. warmwaterbuffer PV 7E21”.

De verwarming van de warmwaterboiler begint, alsaan alle volgende voorwaarden is voldaan: Gebruik van eigen stroom is actief (zie ”Gebruik van

eigen stroom activeren”). De temperatuur in de warmwaterboiler is een waarde

ter grootte van de verminderde inschakelhystereselager dan de aangepaste gewenste temperatuur.

Binnen de volgende 24 uur is in het ”Tijdpro-gramma Warm water” minstens 1 periode inge-steld.

Ook de statistische analyse van het gebruikersgedragkan als bijkomend inschakelcriterium dienen: Ziehoofdstuk ”Rekening houden met het gebruikersge-drag”.Bij vermogensafhankelijke compressoren blijkt hetgewenste vermogen van de compressor direct uit deter beschikking staande energie van het fotovoltaïschsysteem. Hierdoor werkt de compressor evt. ook bui-ten het efficiënte vermogensbereik.Als de verhoogde gewenste temperatuur in de warm-waterboiler is bereikt, eindigt de tapwateropwarmingmet gebruik van eigen stroom.

OpmerkingWanneer tijdens het opwarmen van de warmwaterboi-ler de voorwaarden voor het gebruik van eigen stroomniet meer zijn vervuld (zie ”Gebruik eigen stroom acti-veren”), wordt de opwarming voortgezet tot aan hetbereiken van de ”Gewenste warmwatertemperatuur6000”. Hiertoe worden de warmtepomp en eventueelvereiste bijverwarmingen met stroom uit het netgevoed. Er wordt geen rekening meer gehouden methet verhogen van de gewenste temperatuur.

Rekening houden met gebruikersgedrag

De inschakeltijdstippen voor de tapwaterverwarmingworden in het protocol opgenomen en geëvalueerd. Zoregistreert de warmtepompregeling het gebruikersge-drag.Hiermee kan bij de tapwaterverwarming bij gebruik vaneigen stroom rekening gehouden worden. Hierdoorkan de tapwaterverwarming ingeschakeld worden alsop basis van de gebruikersstatistiek gedurende de vol-gende uren tapwaterbehoefte verwacht wordt.Een door Viessmann gecertificeerde verwarmingsfirmavoor warmtepompen kan deze functie activeren.Het inschakeltijdstip voor de volgende tapwaterverwar-ming wordt vervroegd als het aan het net geleverdeelektrische vermogen ”Drempel elektr. vermogen7E04” overschrijdt.

Functiebeschrijving

Fotovoltaïsch systeem (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 74: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

74

De tapwaterverwarming kan vervroegd worden, ookals de volgende voorwaarden eigenlijk geen tapwater-verwarming toestaan: De temperatuurvoorwaarde aan de boilertempera-

tuursensor is niet vervuld: Zie pagina 42. Volgens het tijdprogramma is de tapwaterverwar-

ming uitgeschakeld.

De warmwaterboiler wordt enkel verwarmd indiendaartoe voldoende elektrisch vermogen van het foto-voltaïsch systeem te verwachten is.

Verwarming op 2e gewenste warmwatertempera-tuur

Met ”Vrijgave eigen energieverbr. voor gew. WW-temperatuur 2 7E10” op ”1” wordt de warmwaterboi-ler uiterlijk iedere 7 dagen met stroom van het fotovol-taïsch systeem volledig opgewarmd tot ”2e gewenstewarmwater- temperatuur 600C”.

De verwarming begint, als aan alle volgende voor-waarden is voldaan: Gebruik van eigen stroom is actief (zie ”Gebruik van

eigen stroom activeren”). Het op de energiemeter geregistreerde elektrische

vermogen van het fotovoltaïsch systeem over-schrijdt ”Drempel elektr. vermogen 7E04”

Het dagmaximum aan geleverd elektrisch vermogenwordt in de volgende tijd verwacht.

Wanneer het vermogen van de warmtepomp niet vol-doende is, wordt bovendien het CV-water-doorstroom-toestel met stroom uit het fotovoltaïsch systeem inge-schakeld.Als ”2e gewenste warmwatertemperatuur 600C”bereikt is, eindigt de verwarming van de warmwater-boiler met gebruik van eigen stroom.

OpmerkingWanneer tijdens het opwarmen van de warmwaterboi-ler de voorwaarden voor het gebruik van eigen stroomniet meer zijn vervuld (zie ”Gebruik eigen stroom acti-veren”), wordt de opwarming voortgezet tot aan hetbereiken van de ”2e gewenste warmwater- tempera-tuur 600C”. Hiertoe worden de warmtepomp en even-tueel vereiste bijverwarmingen met stroom uit het netgevoed.

Verwarming buffer

Als het elektrisch vermogen van het fotovoltaïsch sys-teem de ”Drempel elektr. vermogen 7E04” over-schrijdt, verhoogt de gewenste buffertemperatuurmet ”Verhoging gew. temp. CV-waterbuffer PV7E22”.

Voor de bufferverwarming met een verhoogdegewenste buffertemperatuur moet aan de volgendevoorwaarden zijn voldaan: Gebruik van eigen stroom is actief: Zie ”Gebruik van

eigen stroom activeren”. De buffertemperatuur is een waarde ter grootte van

de verminderde inschakelhysterese lager dan deverhoogde gewenste buffertemperatuur.

Binnen korte tijd wordt een warmteaanvraag van deCV-circuits verwacht. Voor deze prognose wordt hetbuitentemperatuurverloop van de vorige dag geëva-lueerd.

In het ”Tijdprogramma buffer” is gedurende de vol-gende 5 h 1 periode actief.

Als de verhoogde gewenste buffertemperatuur op deretourtemperatuursensor secundair circuit bereikt is,eindigt de verwarming van de buffer met gebruik vaneigen stroom.

OpmerkingWanneer tijdens de bufferverwarming de voorwaar-den voor het gebruik van eigen stroom niet meer zijnvervuld (zie ”Gebruik eigen stroom activeren”), is deverhoging van de gewenste buffertemperatuur nietmeer werkzaam. De verwarming wordt voortgezet totde normale gewenste buffertemperatuur is bereikt.Hiertoe worden de warmtepomp en eventueel vereistebijverwarmingen met stroom uit het net gevoed.

Functiebeschrijving

Fotovoltaïsch systeem (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 75: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

75

Kamerverwarming

”Kamertemperatuur normaal 2000” of ”Kamertem-peratuur gereduceerd 2001” worden verhoogd meteen waarde ter grootte van ”Verhoging gew. kamer-temperatuur PV 7E23”.

De kamerverwarming begint, als aan alle volgendevoorwaarden is voldaan: Gebruik van eigen stroom is actief (zie ”Gebruik van

eigen stroom activeren”). Er is warmteaanvraag van de CV-circuits. In het ”Tijdprog. verwarmen” is 1 periode actief.

Als er geen warmteaanvraag van de CV-circuits meeris, wordt de kamerverwarming met gebruik van eigenstroom uitgeschakeld.

OpmerkingWanneer tijdens de kamerverwarming de voorwaar-den voor het gebruik van eigen stroom niet meer zijnvervuld (zie ”Gebruik eigen stroom activeren”), wordtde verwarming voortgezet. De warmtepomp en even-tueel vereiste bijverwarmingen worden met stroom uithet net gevoed. Er wordt geen rekening meer gehou-den met de verhoging van de gewenste temperatuur.

Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer

Als het elektrisch vermogen van het fotovoltaïsch sys-teem de ”Drempel elektr. vermogen 7E04” over-schrijdt, vermindert de gewenste buffertemperatuurmet ”Verlaging gew. koelwater-buffertemperatuurPV 7E26”, zoverre daarbij ”Minimumtemperatuurkoelwaterbuffer 722A” niet onderschreden wordt.

Voor de koeling van de verwarmings-/koelwaterbuffermet een verminderde gewenste buffertemperatuurmoet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan: Gebruik van eigen stroom is actief: Zie ”Gebruik van

eigen stroom activeren”. De buffertemperatuur overschrijdt de verminderde

gewenste buffertemperatuur. Binnen korte tijd wordt een koelaanvraag van de ver-

warmings-/koelcircuits verwacht. Voor deze prog-nose wordt het buitentemperatuurverloop van devorige dag geëvalueerd.

In het ”Tijdprogramma buffer” is gedurende de vol-gende 5 h 1 periode actief.

Als de verminderde gewenste buffertemperatuur op deretourtemperatuursensor secundair circuit bereikt is,eindigt de koeling van de verwarmings-/koelwaterbuf-fer met gebruik van eigen stroom.

OpmerkingWanneer tijdens de koeling van de verwarmings-/koelwaterbuffer de voorwaarden voor het gebruik vaneigen stroom niet meer zijn vervuld (zie ”Gebruik eigenstroom activeren”), is de vermindering van degewenste buffertemperatuur niet meer werkzaam. Dekoeling wordt voortgezet tot de normale gewenste buf-fertemperatuur is bereikt. Hiertoe wordt de warmte-pomp met stroom uit het net gevoed.

Kamerkoeling

”Kamertemperatuur normaal normaal 2000” wordtmet ”Verlaging gew. kamer- temperatuur PV 7E25”verlaagd.

De kamerkoeling begint als aan alle volgende voor-waarden is voldaan: Gebruik van eigen stroom is actief: Zie ”Gebruik van

eigen stroom activeren”. Er is koelbehoefte. In ”Tijdprogramma verwarmen/koelen” is een

periode actief.

Als er geen koelbehoefte meer is, wordt de kamerkoe-ling met gebruik van eigen stroom uitgeschakeld.

OpmerkingWanneer tijdens de kamerkoeling de voorwaardenvoor het gebruik van eigen stroom niet meer zijn ver-vuld (zie ”Gebruik eigen stroom activeren”), wordt dekamerkoeling voortgezet. De warmtepomp krijgtstroom uit het net. Er wordt geen rekening meergehouden met de verlaging van de gewenste tempera-tuur.

Functiebeschrijving

Fotovoltaïsch systeem (vervolg)

5837

029

Func

ties

Page 76: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

76

PaginaVerhelpen van storingen Overzicht van de meldingen X X X 78”Diagnose” ”Installatieoverzicht” X X X 113 ”?” (”Systeeminformatie”) X X X 189”Diagnose” ”Installatie” ”Timer” X X X 123 ”Integrale” X X X 125 ”Logboek” X X X 127”Diagnose” ”Ventilatie” ”Ventilatie: Overzicht” X X X 132 ”Ventilatie” X X X 134 ”Meldingsoverzicht” Vitovent 200-C/300-F X X X 136 ”Meldingsoverzicht” Vitovent 200-W/300-C/300-F X X X 139”Diagnose” ”Warmtepomp” ”Looptijd compressor” X X X 141”Diagnose” ”Koelcircuit” ”Koelcircuitregelaar” [2] / [6] — X — 142

”Koelcircuitregelaar” [4] — X — 144”Koelcircuitregelaar” [4-3] / [4-4] — — X 146”Koelcircuitregelaar” [4-6] / [4-7] X — — 147”Koelcircuitregelaar” [7] / [7-1] — — X 149”Compressordraaiveld” X X X 151”Compressordraaipad” X X X 151”Meldingsoverzicht” [2] — X — 152”Meldingsoverzicht” [4] — X — 157”Meldingsoverzicht” [4-3] / [4-4] — — X 163”Meldingsoverzicht” [4-6] / [4-7] X — — 169”Meldingsoverzicht” [6] — X — 177”Meldingsoverzicht” [7] / [7-1] — — X 180

”Diagnose” ”Energiebalans” X X X 184”Diagnose” ”Fotovoltaïsche” ”PV-statistiek” X X X 185 ”WW-laadstatistiek” X X X 186 ”Vermogenscurven” X X X 187”Diagnose” ”Korte info” X X X 187”Diagnose” ”Systeeminformatie” X X X 189Karakteristieken/kenwaarden Temperatuursensoren X X X 323 Druksensoren X X X 330

Storingen oplossen

Overzicht

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 77: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

77

PaginaPrintplaten Basisprintplaat X X X 289 Uitbreidingsprintplaat op basisprintplaat X X X 293 Rangeerprintplaat — X — 298 Kroonsteentjes Vitocal 100-S/200-A/200-S — — X 301 Kroonsteentjes Vitocal 111-S/222-A/222-S — — X 303 Kroonsteentjes Vitocal 222-G/333-G X — — 303 Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 100-S/200-A/200-S/

300-A— X X 309

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 111-S/222-A/222-S/222-G/333-G

X — X 311

EEK-printplaat [2] — X — 313 EEK-printplaat [4] — X — 315 EEK-printplaat [4-3] / [4-4] — — X 316 EEK-printplaat [4-6] / [4-7] X — — 317 Regelaarprintplaat en EEK-printplaat[6] — X — 319 Hoofdprintplaat [7] / [7-1] — — X 321Functiecontrole X X X 193Toestand bij levering herstellen (reset). X X X 200

Meldingen opvragen

Bij alle meldingen knippert het bijbehorende meldings-symbool op het display.Met OK wordt de meldingstekst en meldingscodegetoond: zie ”Overzicht van de meldingen”.

Aanwijzing

Bevestigen met OK

Buitensensor 18

Blok. door energiebedr. C5

Afb. 13

Betekenis van de meldingen

Storing ” ” Daarnaast knippert de rode storingsindicator op de

warmtepompregeling. De installatie is niet meer in normale werking. De

storing moet zo snel mogelijk worden verholpen.

De aansluiting groepsalarmmelding wordt geacti-veerd.

Melding via communicatie-inrichting mogelijk, bijv.Vitocom

Waarschuwing ” ”Het apparaat werkt beperkt. De oorzaak van de waar-schuwing moet verholpen worden.Aanwijzing ” ”Het toestel werkt correct. De opmerking moet wel wor-den gerespecteerd.

Meldingen bevestigen en bevestigde meldingenopnieuw oproepen

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Opmerking Als u een signaalinrichting (bijvoorbeeld een claxon)

heeft aangesloten, wordt deze signaalinrichting doorhet accepteren van de storingsmelding uitgescha-keld.

Als de storing pas op een later tijdstip kan wordenverholpen, verschijnt de storingsmelding de vol-gende dag opnieuw. De signaalinrichting (indien aan-wezig) wordt opnieuw ingeschakeld.

Storingen oplossen

Overzicht (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 78: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

78

Meldingen in het meldingsoverzicht uitlezen

In het meldingsoverzicht kunnen meldingen nietbevestigd worden.

De meldingen worden in chronologische volgordeopgesomd. De laatste melding staat bovenaan.

Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Meldingsoverzicht”

3. Met OK meer informatie over de gewenste meldingopvragen.

Verder met

Waarschuwing opgenomen 0208.03.2012 10:28 uurDe configuratie van de installatieis niet correct.Verkeerd installatieschema,

Configuratiefout 03

A B

Afb. 14

A MeldingscodeB Extra code

Niet bij alle meldingen aanwezig Verschillende betekenissen mogelijk, afhankelijk

van de melding

OpmerkingHet servicemenu blijft actief tot het met ”Servicebeëindigen?” wordt gedeactiveerd of er gedurende30 min. geen bediening plaatsvindt.

Overzicht van de meldingen

Alle meldingen zijn met een 2-cijferige meldings-code duidelijk gemarkeerd.

02 Datafout basisinst

Oorzaak MaatregelToestand bij levering hersteld na vaststellen van data-fout.

Installatie weer configureren.

Storingen oplossen

Meldingen opvragen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 79: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

79

03 Configuratiefout

Beperkte of geen functie van de warmtepomp en/ofvan de CV-installatie

Extra code aflezen

De 2-cijferige extra code bevat meer informatie (extrameldingen). Elke plaats is een hexadecimale waarde.Uit de hexadecimale waarde kunt u het aantal extrameldingen aflezen, volgens de volgende tabel.

Nr. extramelding

Hexadecimale waarde van de extra code0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 A B C D E F

1 — X — X — X — X — X — X — X — X2 — — X X — — X X — — X X — — X X4 — — — — X X X X — — — — X X X X8 — — — — — — — — X X X X X X X X

Waarden uit volgend voorbeeld

1. 1e en 2e positie van de hexadecimale extra codeaflezen.

2. nummers van de extra meldingen uit de vorigetabel aflezen.

3. Alle extra meldingen uit de beide volgende tabellenaflezen.

Voorbeeld:Voor ”03 Configuratiefout” afgelezen extracode: ”3C”

Uit vorige tabel afgelezen nummers van de extra mel-dingen: 1e positie (”3”): 1 + 2 2e positie (”C”): 4 + 8

Uit de volgende tabellen afgelezen extra meldingen:1: Verkeerd installatieschema voor kamerverwar-

ming...2: ”Min. zuigdruk 5086” hoger ingesteld...4: Cascade via LON is ingesteld (”Cascadeaanstu-

ring 700A” op ”2”), hoewel...8: Parameter voor circulatiepompen...

Extra meldingen voor configuratiefouten

1e positie van de extra codeExtra melding Oorzaak Maatregel1e positie 1 Verkeerd installatieschema voor kamerverwarming via

ventilatorBijbehorende parameterscontroleren en aanpassen.Evt. toestand bij leveringherstellen (reset) en instal-latie weer configureren.Als de storingsoorzaak nietkan worden verholpen, eendoor Viessmann gecertifi-ceerde verwarmingsfirmavoor warmtepompen infor-meren.

2 ”Min. zuigdruk 5086” hoger ingesteld dan ”Grens-waarde lage druk 5099”

4 ”Bivalentietemperatuur externe warmtegenerator7B02” lager ingesteld dan ”Uitschakelgrens warmte-pomp bivalente werking 7B0F”

8 Parameter ijsbuffer/zonne-luchtabsorber niet correct Verkeerde zonneregeling ingesteld (”Type solarre-

geling 7A00”). Uitbreiding AM1 niet vrijgegeven (”Externe uitbrei-

ding 7010”) Koelwaterbuffer gelijktijdig vrijgegeven

Waarden voorbeeld

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 80: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

80

2e positie van de extra codeExtra melding Oorzaak Maatregel 2e positie 1 Verkeerd installatieschema (bevat niet ondersteund

verwarmingscircuit)Bijbehorende parameterscontroleren en aanpassen.Evt. toestand bij leveringherstellen (reset) en instal-latie weer configureren.Als de storingsoorzaak nietkan worden verholpen, eendoor Viessmann gecertifi-ceerde verwarmingsfirmavoor warmtepompen infor-meren.

2 Parameter koelcircuit niet correct Kamertemperatuursensor koelen voor niet aanwezi-

ge afstandsbediening ingesteld ”Max. aanvoertemperatuur verwarmingscircuit

200E” kleiner ingesteld dan ”Min. aanvoertempera-tuur koeling 7103”

Koelen voor niet aanwezig CV-/koelcircuit ingesteld Aanvoertemperatuursensor koelcircuit niet vrijgege-

ven ”Active cooling” ingesteld, hoewel niet ondersteund

door warmtepomp Voor een verwarmings-/koudecircuit is koeling inge-

steld, hoewel de via KM-BUS aangestuurde meng-klep niet voor koelwerking geschikt is.

4 Cascade via LON ”Cascadeaansturing 700A” op ”2”, hoewel ”Vrij-

gave communicatiemodule LON 7710” niet op ”1”staat.

4 volgwarmtepompen ingesteld (”Aantal volgendewarmtep. 7029” op ”4”) en externe warmteopwek-ker via LON ingesteld (”Vrijgave ketel- tempera-tuursensor 7B12” op ”1” of ”2”)

Zoals bij 1 en 2

8 Parameter voor circulatiepomp met PWM-regeling nietcorrect ingesteld.

Waarden voorbeeld

04 E-verwarm.geblokkeerd

De verwarmingswaterdoorstromer wordt niet ingescha-keld, ook niet bij vorstbescherming.

! OpgeletAls de compressor niet inschakelt, is de vorstbe-scherming van de installatie evt. niet gewaar-borgd.Vorstbescherming door de installateur te plaat-sen.

Oorzaak MaatregelDe aanvraag ”Secundair circuit gevuld?” bij de vrij-gave van de verwarmingswaterdoorstromer werdmet ”Nee” bevestigd.”Vrijgave verwarmingswater- doorstromer 7900”staat automatisch op ”2”.

Secundair circuit vullen en ontluchten. Aansluitend ver-warmingswaterdoorstromer vrijgeven: ”Vrijgave ver-warmingswater- doorstromer 7900” op ”1” zetten.Opvraging ”Secundair circuit gevuld?” met ”Ja” be-vestigen.

05 Koelcircuit

Extra code Oorzaak MaatregelLaatste melding uit meldings-overzicht koelcircuit

Foutmelding van de koelcircuitrege-laar

”Diagnose” ”Koelcircuit” ”Mel-dingsoverzicht” opvolgen.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 81: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

81

07 Koelcircuit

Extra code Oorzaak MaatregelLaatste melding uit meldings-overzicht koelcircuit

Melding van de koelcircuitregelaarwarmtepomp 1e trap

”Diagnose” ”Koelcircuit” ”Mel-dingsoverzicht” opvolgen.

09 Energiemeter PV

Gebruik van eigen stroom via fotovoltaïsch systeemniet mogelijk.

Extra code Storing aan de aangesloten energiemeter MaatregelFase 1 Fase 2 Fase 3

”01” X Energiemeter door elektricien laten controle-ren.”02” X

”03” X X ”04” X”05” X X”06” X X”07” X X X

0E Ventilatietoestel

”Basiswerking” wordt ingeschakeld of ventilatorschakelt uit, afhankelijk van de storingsoorzaak.

Extra code Oorzaak MaatregelLaatste melding uit meldings-overzicht ventilatie

Kortsluiting/onderbreking tempera-tuursensoren ventilator

Registratie CO2-signaal gestoord Communicatie met ventilator ge-

stoord

”Diagnose” ”Ventilatie” ”Mel-dingsoverzicht” opvolgen.

0F Ventilatietoestel

Extra code Oorzaak MaatregelLaatste melding uit meldings-overzicht ventilatie

Melding van de ventilatieregelaar vanhet ventilatietoestel

”Diagnose” ”Ventilatie” ”Mel-dingsoverzicht” opvolgen.

10 Buitentemp.sensor

Voor de berekening van de gewenste aanvoertempe-ratuur wordt een buitentemperatuur van –40 °Cgebruikt.

Oorzaak MaatregelKortsluiting buitentemperatuursensor Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F0 con-

troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 82: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

82

18 Buitentemp.sensor

Voor de berekening van de gewenste aanvoertempe-ratuur wordt een buitentemperatuur van –40 °Cgebruikt.

Oorzaak MaatregelOnderbreking buitentemperatuursensor Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F0 con-

troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

20 Aanvoersens. secundair

Werking met temperatuur van de retourtemperatuur-sensor secundair circuit plus 5 K.

Wanneer de aanvoertemperatuursensoren en deretourtemperatuursensor secundair circuit gelijktijdigdefect zijn, verschijnt de melding ”A9 Warmte-pomp” en de warmtepomp schakelt uit.

Oorzaak MaatregelKortsluiting aanvoertemperatuursensor secundair cir-cuit

Weerstandswaarde (Pt500A) aan stekker F8 of aanklemmen X25.9/X25.10 controleren: Zie ”Regelaar- ensensorprintplaat”.

21 Retoursens. secundair

Werking op temperatuur van de aanvoertempera-tuursensor secundair circuit min 5 K.

Als de aanvoer- en de retourtemperatuursensorsecundair circuit tegelijk defect zijn, schakelt dewarmtepomp uit. Na 24 h verschijnt de melding ”A9Warmtepomp”.

Oorzaak MaatregelKortsluiting retourtemperatuursensor secundair circuit Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.11/

X25.12 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

24 Zuiggas revers. Temp.

Verwarming:Warmtepomp blijft in werking.

Koelwerking:Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelKortsluiting zuiggastemperatuursensor reversibel Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.15/

X25.16 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

25 Temp.sens. vloeib. gas

Compressor schakelt uit.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 83: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

83

Oorzaak MaatregelKortsluiting temperatuursensor vloeibaar gas Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.17/

X25.18 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

28 Aanvoersens. secundair

Werking met aanvoertemperatuursensor secundaircircuit in toestel (indien voorhanden), bijv. bijVitocal 300-A, type AWO 301.B25 tot B60.OfWerking met temperatuur van de retourtemperatuur-sensor secundair circuit plus 5 K.

Wanneer de aanvoertemperatuursensoren en deretourtemperatuursensor secundair circuit gelijktijdigdefect zijn, verschijnt de melding ”A9 Warmte-pomp” en de warmtepomp schakelt uit.

Oorzaak MaatregelOnderbreking aanvoertemperatuursensor secundair cir-cuit

Weerstandswaarde (Pt500A) aan stekker F8 of aanklemmen X25.9/X25.10 controleren: Zie ”Regelaar- ensensorprintplaat”.

29 Retoursens. secundair

Werking op temperatuur van de aanvoertempera-tuursensor secundair circuit min 5 K.

Als de aanvoer- en de retourtemperatuursensorsecundair circuit tegelijk defect zijn, schakelt dewarmtepomp uit. Na 24 h verschijnt de melding ”A9Warmtepomp”.

Oorzaak MaatregelOnderbreking retourtemperatuursensor secundair cir-cuit

Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.11/X25.12 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

2C Zuiggas revers. Temp.

Verwarming:Warmtepomp blijft in werking.

Koelwerking:Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelOnderbreking zuiggastemperatuursensor reversibel Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.15/

X25.16 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 84: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

84

2D Temp.sens. vloeib. gas

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelOnderbreking temperatuursensor vloeibaar gas Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.17/

X25.18 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

30 Aanvoersensor primair

Werking op temperatuur van de retourtemperatuur-sensor primair circuit plus 3 K.

Wanneer de aanvoer- en retourtemperatuursensorenprimair circuit gelijktijdig defect zijn, verschijnt demelding ”A9 Warmtepomp” en de warmtepompschakelt uit.

Oorzaak MaatregelKortsluiting aanvoertemperatuursensor primair circuit(luchtinlaat of grondmedium intrede warmtepomp)

Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.1/X25.2 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

31 Retoursensor primair

Werking op temperatuur van de aanvoertempera-tuursensor primair circuit minus 2 K.

Wanneer de aanvoer- en retourtemperatuursensorenprimair circuit gelijktijdig defect zijn, verschijnt demelding ”A9 Warmtepomp” en de warmtepompschakelt uit.

Oorzaak MaatregelKortsluiting retourtemperatuursensor primair circuit(lucht- of grondmediumuitlaat warmtepomp)

Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.3/X25.4 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

32 Verdampertemp.sensor

Geen kamerverwarming en kamerkoeling, alleen ont-dooien

Om de verdamper te ontdooien, wordt de luchtuit-laattemperatuursensor gebruikt.

Oorzaak MaatregelKortsluiting luchtinlaattemperatuursensor verdamper Vitocal 200-A, type AWCI-AC 201.A:

Weerstandswaarde Pt500A aan de aansluiting van deEEK-printplaat controleren: Zie ”EEK-printplaat [2]”.

Vitocal 100-S/111-SWeerstandswaarde NTC 15 kΩ aan de aansluiting opde hoofdprintplaat buitenunit controleren: Zie ”Hoofd-printplaat [7] / [7-1]”.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 85: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

85

36 Verw. gastemperatuursensor 1

Compressor 1 in een 2-trapskoelcircuit wordt uitgeschakeld.

Oorzaak MaatregelDe uitschakelgrens voor de verwarmingsgastempera-tuur op compressor 1 is overschreden.

Oliepeil in de compressor controleren. Eventueel oliebijvullen.

Controleren of er te veel olie in de olieafscheider is.Koelcircuit evt. door een koeltechnicus laten controle-ren.

37 Verw. gastemperatuursensor 2

Compressor 2 in een 2-trapskoelcircuit wordt uitgeschakeld.

Oorzaak MaatregelDe uitschakelgrens voor de verwarmingsgastempera-tuur op compressor 2 is overschreden.

Oliepeil in de compressor controleren. Eventueel oliebijvullen.

Controleren of er te veel olie in de olieafscheider is.Koelcircuit evt. door een koeltechnicus laten controle-ren.

38 Aanvoersensor primair

Werking op temperatuur van de retourtemperatuur-sensor primair circuit plus 3 K.

Wanneer de aanvoer- en retourtemperatuursensorenprimair circuit gelijktijdig defect zijn, verschijnt demelding ”A9 Warmtepomp” en de warmtepompschakelt uit.

Oorzaak MaatregelOnderbreking aanvoertemperatuursensor primair circuit(luchtinlaat of grondmedium intrede warmtepomp)

Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.1/X25.2 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

39 Retoursensor primair

Werking op temperatuur van de aanvoertempera-tuursensor primair circuit minus 2 K.

Wanneer de aanvoer- en retourtemperatuursensorenprimair circuit gelijktijdig defect zijn, verschijnt demelding ”A9 Warmtepomp” en de warmtepompschakelt uit.

Oorzaak MaatregelOnderbreking retourtemperatuursensor primair circuit(luchtuitlaat of grondmedium uittrede warmtepomp)

Weerstandswaarde (Pt500A) aan klemmen X25.3/X25.4 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

3A Verdampertemp. sensor

Geen kamerverwarming en kamerkoeling, alleen ont-dooien

Om de verdamper te ontdooien, wordt de luchtuit-laattemperatuursensor gebruikt.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 86: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

86

Oorzaak MaatregelOnderbreking luchtinlaattemperatuursensor verdamper Weerstandswaarde Pt500A aan de aansluiting van de

EEK-printplaat controleren: Zie ”EEK-printplaat [2]”). Vitocal 100-S/111-S:

Weerstandswaarde NTC 15 kΩ aan de aansluiting opde hoofdprintplaat buitenunit controleren: Zie ”Hoofd-printplaat [7] / [7-1]”.

40 Aanvoersensor VC2

Mengklep CV-circuit M2/VC2 gaat dicht.

Oorzaak MaatregelKortsluiting aanvoertemperatuursensor CV-circuit metmengklep M2/VC2

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F12 con-troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

41 Aanvoersensor VC3

Mengklep CV-circuit M3/VC3 gaat dicht.

Oorzaak MaatregelKortsluiting aanvoertemperatuursensor CV-circuit metmengklep M3/VC3

Sensor controleren: Zie montageaanwijzing Uitbrei-dingsset mengklep.

43 Aanvoersensor instal.

Aanvoertemperatuur CV-circuit A1/VC1 wordt viaretourtemperatuursensor van de warmtepomp gere-geld; geen vorstbescherming voor dit CV-circuit.

Regeling aanvoertemperatuur externe warmteop-wekker: ter vervanging wordt de temperatuursensorvan de buffer gebruikt.

Oorzaak MaatregelKortsluiting aanvoertemperatuursensor installatie (nabuffer)

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F13 con-troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

44 Aanvoersensor koeling

Als ”Vrijgave aanvoertemp.- sensor koelcircuit7109” op ”0” staat, is koelwerking mogelijk, andersgeen koeling.

Oorzaak MaatregelKortsluiting aanvoertemperatuursensor koelcircuit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F14 con-

troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

48 Aanvoersensor VC2

Mengklep CV-circuit M2/VC2 gaat dicht.

Oorzaak MaatregelOnderbreking aanvoertemperatuursensor CV-circuitmet mengklep M2/VC2

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F12 con-troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 87: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

87

49 Aanvoersensor VC3

Mengklep CV-circuit M3/VC3 gaat dicht.

Oorzaak MaatregelOnderbreking aanvoertemperatuursensor CV-circuitmet mengklep M3/VC3

Sensor controleren: Zie montageaanwijzing Uitbrei-dingsset mengklep.

4B Aanvoersensor instal.

Aanvoertemperatuur CV-circuit A1/VC1 wordt viaretourtemperatuursensor van de warmtepomp gere-geld; geen vorstbescherming voor dit CV-circuit.

Mengklep externe verwarmingstoestel opent niet.

Oorzaak MaatregelOnderbreking aanvoertemperatuursensor installatie (nabuffer)

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F13controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

Wanneer aanvoertemperatuursensor installatie nietvereist is: controleren of deze sensor per vergissinggeactiveerd is (”Gemeenschappelijke aanvoertem-peratuursensor installatie 701B”).

4C Aanvoersensor koeling

Als ”Vrijgave aanvoertemp.- sensor koelcircuit7109” op ”0” staat, is koelwerking mogelijk, andersgeen koeling.

Oorzaak MaatregelOnderbreking aanvoertemperatuursensor koelcircuit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F14 con-

troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

50 Boilersensor boven

Wanneer uitsluitend de bovenste boilertemperatuur-sensor aanwezig is: Geen tapwateropwarming

Wanneer een extra onderste temperatuursensor isingebouwd: Tapwateropwarming mogelijk, inschake-len en uitschakelen via deze sensor

Oorzaak MaatregelKortsluiting boilertemperatuursensor boven Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F6 of op

klemmen X25.5/X25.6 controleren: Zie ”Regelaar- ensensorprintplaat”.

52 Boilersensor onder

Wanneer uitsluitend de onderste boilertemperatuur-sensor aanwezig is: Geen tapwateropwarming

Wanneer bovendien een bovenste temperatuursen-sor is ingebouwd: Tapwateropwarming mogelijk,inschakelen en uitschakelen via deze sensor

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 88: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

88

Oorzaak MaatregelKortsluiting boilertemperatuursensor onder Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F7 of op

klemmen X25.7/X25.8 controleren: Zie ”Regelaar- ensensorprintplaat”.

58 Boilersensor boven

Wanneer uitsluitend de bovenste boilertemperatuur-sensor aanwezig is: Geen tapwateropwarming

Wanneer een extra onderste temperatuursensor isingebouwd: Tapwateropwarming mogelijk, inschake-len en uitschakelen via deze sensor

Oorzaak MaatregelOnderbreking boilertemperatuursensor boven Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F6 of op

klemmen X25.5/X25.6 controleren: Zie ”Regelaar- ensensorprintplaat”.

5A Boilersensor onder

Wanneer uitsluitend de onderste boilertemperatuur-sensor aanwezig is: Geen tapwateropwarming

Wanneer bovendien een bovenste temperatuursen-sor is ingebouwd: Tapwateropwarming mogelijk,inschakelen en uitschakelen via deze sensor

Oorzaak MaatregelOnderbreking boilertemperatuursensor onder Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F7 of op

klemmen X25.7/X25.8 controleren: Zie ”Regelaar- ensensorprintplaat”.

60 Buffertemp.sensor

Bij kamerverwarming: Buffer wordt eenmaal per uur verwarmd. De verwarming wordt uitgeschakeld als de tempera-

tuur aan de retourtemperatuursensor secundair cir-cuit de gewenste waarde voor de verwarming van debuffer bereikt.

Bij kamerkoeling met verwarmings-/koelwaterbuffer: Verwarmingswater-/koelbuffer wordt eenmaal per uur

verwarmd. De koeling wordt uitgeschakeld als de temperatuur

aan de retourtemperatuursensor secundair circuit degewenste waarde voor de koeling van de verwar-mings-/koelwaterbuffer bereikt.

Oorzaak MaatregelKortsluiting buffertemperatuursensor Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F4 con-

troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

63 Keteltemp. sensor ext.

Mengklep externe warmteopwekker opent volledigonmiddellijk na het inschakelen van de externewarmteopwekker.

Vorstbescherming van de externe warmteopwekkeris niet actief.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 89: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

89

Oorzaak MaatregelKortsluiting keteltemperatuursensor externe warmteop-wekker

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F20 con-troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

65 Bufferuitvoertemp.

Werking op temperatuur van de aanvoertemperatuur-sensor secundair circuit van de volgwarmtepomp

Oorzaak MaatregelKortsluiting/onderbreking bufferuitvoertemperatuursen-sor

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F23 con-troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

66 Zwembad aanvoert.

Werking op temperatuur van de aanvoertemperatuur-sensor secundair circuit van de volgwarmtepomp

Oorzaak MaatregelKortsluiting/onderbreking aanvoertemperatuursensorzwembad

Weerstandswaarde (NTC 20 kΩ) aan stekker F21 con-troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

68 Buffertemp.sensor

Bij kamerverwarming: Buffer wordt eenmaal per uur verwarmd. De verwarming wordt uitgeschakeld als de tempera-

tuur aan de retourtemperatuursensor secundair cir-cuit de gewenste waarde voor de verwarming van debuffer bereikt.

Bij kamerkoeling met verwarmings-/koelwaterbuffer: Verwarmingswater-/koelbuffer wordt eenmaal per uur

verwarmd. De koeling wordt uitgeschakeld als de temperatuur

aan de retourtemperatuursensor secundair circuit degewenste waarde voor de koeling van de verwar-mings-/koelwaterbuffer bereikt.

Oorzaak MaatregelOnderbreking buffertemperatuursensor Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F4 con-

troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

6B Keteltemp.sensor ext.

Mengklep externe warmteopwekker opent volledigonmiddellijk na het inschakelen van de externewarmteopwekker.

Vorstbescherming van de externe warmteopwekkeris niet actief.

Oorzaak MaatregelOnderbreking keteltemperatuursensor externe warmte-opwekker

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F20 con-troleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

6E Aanvoersens. Cond.

Geen kamerkoeling, geen ontdooien Max. aanvoertemperatuur in het secundaire circuit:

Retourtemperatuur secundair circuit plus 5 K

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 90: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

90

Oorzaak MaatregelKortsluiting/onderbreking aanvoertemperatuursensorsecundair circuit vóór verwarmingswater-doorstroom-toestel

Weerstandswaarde (Pt500A) aan de aansluiting X25.3/X25.4 controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

70 Kamertemp.sens. VC1

Geen vorstbescherming via ruimtetemperatuursen-sor

Geen kamertemperatuurbijschakeling Geen kamertemperatuurafhankelijke regeling

Oorzaak MaatregelKortsluiting kamertemperatuursensor verwarmingscir-cuit zonder mengklep A1/VC1

Afstandsbediening controleren. Evt. afstandsbedieningvervangen: Zie montage- en servicehandlei-ding ”Vitotrol”.

71 Kamertemp.sens. VC2

Geen vorstbescherming via ruimtetemperatuursen-sor

Geen kamertemperatuurbijschakeling Geen kamertemperatuurafhankelijke regeling

Oorzaak MaatregelKortsluiting kamertemperatuursensor CV-circuit metmengklep M2/VC2

Afstandsbediening controleren. Evt. afstandsbedieningvervangen: Zie montage- en servicehandlei-ding ”Vitotrol”.

72 Kamertemp.sens. VC3

Geen vorstbescherming via ruimtetemperatuursen-sor

Geen kamertemperatuurbijschakeling Geen kamertemperatuurafhankelijke regeling

Oorzaak MaatregelKortsluiting kamertemperatuursensor CV-circuit metmengklep M3/VC3

Afstandsbediening controleren. Evt. afstandsbedieningvervangen: Zie montage- en servicehandlei-ding ”Vitotrol”.

73 Kamertemp.sens. SKK

Geen koeling

Oorzaak MaatregelKortsluiting kamertemperatuursensor koudecircuit Weerstand (NTC 10 kΩ) aan stekker F16 (zie ”Rege-

laar- en sensorprintplaat”) of aan de afstandsbedieningcontroleren.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 91: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

91

78 Kamertemp.sens. VC1

Geen vorstbescherming via ruimtetemperatuursen-sor

Geen kamertemperatuurbijschakeling Geen kamertemperatuurafhankelijke regeling

Oorzaak MaatregelOnderbreking kamertemperatuursensor verwarmings-circuit zonder mengklep A1/VC1

Afstandsbediening controleren. Evt. afstandsbedieningvervangen: Zie montage- en servicehandlei-ding ”Vitotrol”.

79 Kamertemp.sens. VC2

Geen vorstbescherming via ruimtetemperatuursen-sor

Geen kamertemperatuurbijschakeling Geen kamertemperatuurafhankelijke regeling

Oorzaak MaatregelOnderbreking kamertemperatuursensor CV-circuit metmengklep M2/VC2

Afstandsbediening controleren. Evt. afstandsbedieningvervangen: Zie montage- en servicehandlei-ding ”Vitotrol”.

7A Kamertemp.sens. VC3

Geen vorstbescherming via ruimtetemperatuursen-sor

Geen kamertemperatuurbijschakeling Geen kamertemperatuurafhankelijke regeling

Oorzaak MaatregelOnderbreking kamertemperatuursensor CV-circuit metmengklep M3/VC3

Afstandsbediening controleren. Evt. afstandsbedieningvervangen: Zie montage- en servicehandlei-ding ”Vitotrol”.

7B Kamertemp.sens. SKK

Geen koeling

Oorzaak MaatregelOnderbreking kamertemperatuursensor koudecircuit Weerstand (NTC 10 kΩ) aan stekker F16 (zie ”Rege-

laar- en sensorprintplaat”) of aan de afstandsbedieningcontroleren.

90 Zonnemodule sensor 7

Geen aansturing van het op stekker sS van de zonne-regelingsmodule, type SM1 aangesloten apparaat (cir-culatiepomp of 3-weg-omschakelklep)

Oorzaak MaatregelKortsluiting temperatuursensor / op de zonnerege-lingsmodule, type SM1

Sensor & aan zonneregelingsmodule, type SM1 con-troleren: Zie montage- en servicehandleiding Zonnere-gelingsmodule, type SM1.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 92: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

92

91 Zonnemodule sensor 10

Geen aansturing van het op stekker sS van de zonne-regelingsmodule, type SM1 aangesloten apparaat (cir-culatiepomp of 3-weg-omschakelklep)

Oorzaak MaatregelKortsluiting temperatuursensor aÖ op de zonnerege-lingsmodule, type SM1

Sensor aÖ aan zonneregelingsmodule, type SM1 con-troleren: Zie montage- en servicehandleiding Zonnere-gelingsmodule, type SM1.

94 Boil.sens. zon.-energ.

Geen tapwaterverwarm. door zonne-energie met zon-neregelingsmodule, type SM1

Oorzaak MaatregelKortsluiting buffertemperatuursensor op de zonnerege-lingsmodule, type SM1

Sensor % aan zonneregelingsmodule, type SM1 con-troleren: Zie montage- en servicehandleiding Zonnere-gelingsmodule, type SM1.

98 Zonnemodule sensor 7

Geen aansturing van het op stekker sS van de zonne-regelingsmodule, type SM1 aangesloten apparaat (cir-culatiepomp of 3-weg-omschakelklep)

Oorzaak MaatregelOnderbreking temperatuursensor / op de zonnerege-lingsmodule, type SM1

Sensor & aan zonneregelingsmodule, type SM1 con-troleren: Zie montage- en servicehandleiding Zonnere-gelingsmodule, type SM1.

99 Zonnemodule sensor 10

Geen aansturing van het op stekker sS van de zonne-regelingsmodule, type SM1 aangesloten apparaat (cir-culatiepomp of 3-weg-omschakelklep)

Oorzaak MaatregelOnderbreking temperatuursensor aÖ op de zonnerege-lingsmodule, type SM1

Sensor aÖ aan zonneregelingsmodule, type SM1 con-troleren: Zie montage- en servicehandleiding Zonnere-gelingsmodule, type SM1.

9A Collectortemp.sensor

Geen tapwateropwarming door zonne-energie metzonneregelingsmodule, type SM1

Oorzaak MaatregelOnderbreking collectortemperatuursensor zonnerege-lingsmodule, type SM1

Sensor & aan zonneregelingsmodule, type SM1 con-troleren: Zie montage- en servicehandleiding ”Zonnere-gelingsmodule, type SM1”.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 93: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

93

9C Boil.sens. zon.-energ.

Geen tapwateropwarming door zonne-energie metzonneregelingsmodule, type SM1

Oorzaak MaatregelOnderbreking boilertemperatuursensor op de zonnere-gelingsmodule, type SM1

Sensor % aan zonneregelingsmodule, type SM1 con-troleren: Zie montage- en servicehandleiding Zonnere-gelingsmodule, type SM1.

9E Delta-T-bew. zonnes.

Geen tapwateropwarming door zonne-energie metzonneregelingsmodule, type SM1

Oorzaak Maatregel Te weinig of geen debiet in het zonnecircuit

Of Temperatuurbewaker is actief geworden.

Zonnecircuitpomp sF aan zonneregelingsmodule,type SM1 controleren: Zie montage- en servicehandlei-ding Zonneregelingsmodule, type SM1.

9F Interne fout zonnes.

Geen tapwateropwarming door zonne-energie metzonneregelingsmodule, type SM1

Oorzaak MaatregelStoring zonneregelingsmodule, type SM1 Zonneregelingsmodule, type SM1 vervangen.

A0 Ventilatie. Filter controleren

Woningventilatie in regelwerking

Oorzaak Maatregel Buitenlucht- en luchtafvoerfilter aan het ventilatietoe-

stel verontreinigd De laatste filtervervanging was meer dan 1 jaar gele-

den.

Vitovent 200-C/300-F:Buitenlucht- en afvoerluchtfilter vervangen. Filter nietreinigen.

Vitovent 200-W/300-C/300-W:Buitenlucht- en afvoerluchtfilter reinigen. Bij sterkevervuiling beide filters vervangen, minstens 1 keerper jaar.

A1 Compressor 1

Compressor 1 in een 2-trapskoelcircuit wordt uitge-schakeld.

Oorzaak MaatregelEen van de volgende gebeurtenissen heeft zich 9 keervoorgedaan: Hoogdrukgrens overschreden Waarde lager dan hoogdrukgrens Verwarmingsgastemperatuur te hoog Waarde lager dan laagdrukgrens Stromingsbewaker is actief geworden. Zuiggasoververhitting te laag

Verdere meldingen van de warmtepomp opvra-gen: ”Meldingsoverzicht”

Rekening houden met meldingen van de koelcircui-tregelaar: ”Diagnose” ”Koelcircuit” ”meldings-overzicht”

Debieten controleren. Motorstromen/motorbescherming controleren. Veiligheidshogedrukregelaar controleren.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 94: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

94

Oorzaak Maatregel Motorbeveiliging is actief geworden Compressor werd door koelcircuitregelaar uitgescha-

keld.

OpmerkingDe gebeurtenisteller wordt gereset van zodra de com-pressor eenmaal continu voor ”Optimale looptijdcompressor 500A” in werking was.

Oliepeil in de compressor controleren. Eventueel oliebijvullen.

Controleren of er te veel olie in de olieafscheider is.Koelcircuit evt. door een koeltechnicus laten controle-ren.

OpmerkingNa het verhelpen van de storing het toestel uit- en weerinschakelen.

A2 Compressor 2

Compressor 2 in een 2-trapskoelcircuit wordt uitge-schakeld.

Oorzaak MaatregelEen van de volgende gebeurtenissen heeft zich 9 keervoorgedaan: Hoogdrukgrens overschreden Waarde lager dan hoogdrukgrens Verwarmingsgastemperatuur te hoog Waarde lager dan laagdrukgrens Stromingsbewaker is actief geworden. Zuiggasoververhitting te laag Motorbeveiliging is actief geworden Compressor werd door koelcircuitregelaar uitgescha-

keld.

OpmerkingDe gebeurtenisteller wordt gereset van zodra de com-pressor eenmaal continu voor ”Optimale looptijdcompressor 500A” in werking was.

Verdere meldingen van de warmtepomp opvra-gen: ”Meldingsoverzicht”

Rekening houden met meldingen van de koelcircui-tregelaar: ”Diagnose” ”Koelcircuit” ”meldings-overzicht”

Debieten controleren. Motorstromen/motorbescherming controleren. Veiligheidshogedrukregelaar controleren. Oliepeil in de compressor controleren. Eventueel olie

bijvullen. Controleren of er te veel olie in de olieafscheider is.

Koelcircuit evt. door een koeltechnicus laten controle-ren.

OpmerkingNa het verhelpen van de storing het toestel uit- en weerinschakelen.

A6 Secundaire pomp

Geen debiet in het secundair circuit: Secundairepomp is buiten werking.

Verandering van de aanvoertemperatuur in hetsecundaire circuit bij kamerverwarming/-koeling is tegering.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 95: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

95

Oorzaak Maatregel Mechanische storing secundaire pomp Elektrische storing secundaire pomp Droogloop secundaire pomp

Secundaire pomp mechanisch controleren.

Spanning aan volgende aansluitingen meten: Vitocal 222-G:

Aansluitingen J5 en J17 op de EEK-printplaat:Zie ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”.

Vitocal 333-G:Aansluiting J5 en J20 op de EEK-printplaat: Zie ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”.

Overige warmtepompen:Aansluiting 211.2: zie ”basisprintplaat”.

Evt. secundaire pomp vervangen.

A8 CV-pomp VC1

Temperatuurverhoging in het CV-circuit zonder meng-klep A1/VC1 te gering.

Oorzaak MaatregelGeen debiet (circulatiepomp buiten werking). Spanning op aansluiting 212.2 meten (zie ”Basisprint-

plaat”) en pomp mechanisch controleren, evt. vervan-gen.

A9 Warmtepomp

Compressor wordt uitgeschakeld. Kamerverwarming en tapwaterverwarming gebeuren

met andere, daarvoor vrijgegeven warmtebronnen,bijv. externe warmteopwekker of verwarmingswater-doorstroomtoestel.

De werking met de extra verwarmingen hangt af vande instelling ”Werkingsstatus na melding A9, C9701C”.

Oorzaak Maatregel Warmtepomp defect Veiligheidshogedrukschakelaar is actief geworden:

Zie ”C9 Koelcircuit (SHD)”. Eén van de volgende gebeurtenissen heeft zich voor-

gedaan:– Hogedrukgrens werd 3 keer binnen 60 min over-

schreden (alleen Vitocal 100-S/111-S).– Lagedrukgrens werd 2 keer binnen 40 min onder-

schreden (alleen Vitocal 100-S/111-S).– Stromingsbewaker is 9 keer actief geworden.– Compressor werd door koelcircuitregelaar 9 keer

uitgeschakeld.– Ontdooiproces werd afgebroken.OpmerkingDe gebeurtenisteller wordt gereset van zodra de com-pressor eenmaal continu voor ”Optimale looptijdcompressor 500A” in werking was.

Verdere meldingen van de warmtepomp opvra-gen: ”Meldingsoverzicht”

Rekening houden met meldingen van de koelcircui-tregelaar: ”Diagnose” ”Koelcircuit” ”Meldings-overzicht”

Debieten controleren. Veiligheidshogedrukregelaar controleren. Aanvoer- en retourtemperatuursensoren primair/

secundair circuit controleren.

OpmerkingNa het verhelpen van de storing het toestel uit- en weerinschakelen.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 96: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

96

Oorzaak Maatregel Veiligheidsketen is langer dan 24 h onderbroken. Gebeurtenis die leidt tot het uitschakelen van de com-

presor, is langer dan 24 uur actief. Aanvoer- en retourtemperatuursensoren primair/

secundair circuit zijn gedurende meer dan 24 uur te-gelijk defect.

AA Afbreking ontdooiing

: Compressor blijft uitgeschakeld tot de aanvoer-temperatuur in het secundaire circuit 15 °C heeftbereikt. Daartoe worden eventueel de extra ver-warmingen ingeschakeld (CV-water-doorstroom-toestel of externe warmteopwekker).

: Overstap naar kamerverwarming/tapwateropwar-ming

Oorzaak Maatregel Aanvoer- of retourtemperatuur in het secundaire cir-

cuit bij het ontdooien te gering Evt. volume van de leidingen te beperkt

Voor bijkomende verwarmingswaterbuffer in de retourvan het secundaire circuit zorgen.

! OpgeletBij te geringe temperatuur in het secundaire cir-cuit kan de condensor bevriezen of kan er eengrote hoeveelheid ijs aan de verdamper ont-staan.Foutmelding pas accepteren, wanneer de aan-voertemperatuur in het secundaire circuit 15 °Cheeft bereikt.

AB Verwarmingswater-doorstroomtoestel

Verwarmingswater-doorstroomtoestel wordt niet inge-schakeld.

Oorzaak Maatregel Verwarmingswater-doorstroomtoestel defect Veiligheidstemperatuurbegrenzer is geactiveerd. Geen temperatuurverhoging binnen 24 uur

GevaarHet aanraken van onder spanning staande on-derdelen kan door elektrische stroom tot ernsti-ge verwondingen leiden.Voor aanvang werkzaamheden het toestelspanningvrij schakelen.

Netaansluiting, verbindingskabel en stekker van hetverwarmingswater-doorstroomtoestel controleren.

Aanstuursignaal verwarmingswater-doorstroomtoe-stel op de aansluitingen 211.3 (trap 1, zie ”Basisprint-plaat”) en 224.4 (trap 2, zie ”Uitbreidingsprintplaat”)meten.

Veiligheidstemperatuurbegrenzer (STB) controleren,evt. ontgrendelen.

CV-water-doorstroomtoestel controleren.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 97: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

97

AC Compressorblokkering

Om schade aan het toestel te vermijden, schakelt decompressor continu uit.

Kamerverwarming en tapwateropwarming is alleenmet extra verwarmingen mogelijk.

Oorzaak Maatregel Temperatuursensoren in het koudecircuit defect Druksensor defect Veiligheidshoogdrukschakelaar is actief geworden. Elektronische expansieklep defect Compressoraandrijving defect : Ventilator defect

Verdere meldingen van de warmtepomp opvra-gen: ”Meldingsoverzicht”

Rekening houden met meldingen van de koelcircui-tregelaar: ”Diagnose” ”Koelcircuit” ”Meldings-overzicht”

Temperatuursensoren in het koudecircuit controleren. Druksensor controleren. Veiligheidshogedrukregelaar controleren. Elektronische expansieklep controleren. Compressoraandrijving controleren.

AD Mengklep verwarmen/WW

Geen omschakeling tussen verwarming en tapwater-verwarming.

Oorzaak Maatregel3-weg-omschakelklep ”verwarmen/tapwaterverwar-ming” defect.

Werking 3-weg-omschakelklep controleren (zie ”Func-tiecontrole”)Spanning op aansluiting 211.4 meten (zie ”Basisprint-plaat”), 3-weg-omschakelklep evt. vervangen.

AE Boilersens. boven/onder

Oorzaak MaatregelBovenste en onderste temperatuursensor in warmwa-terboiler verwisseld.

Geen maatregel nodig. De warmtepompregeling ver-wisselt de sensoren intern.

AF Boilerlaadpomp

Temperatuurverandering in de warmwaterboiler tegering

Oorzaak Maatregel Circulatiepomp voor de boilerverwarming is defect Debiet in het boilerlaadsysteem te gering, boilerlaad-

pomp of 2-weg-klep van het boilerlaadsysteem defect

Spanning aan volgende aansluitingen meten: Vitocal 300-A:

Aansluiting 224.6, zie ”Uitbreidingsprintplaat”. Overige warmtepompen:

Aansluiting 211.4, zie ”Basisprintplaat”.

circulatiepompen en 2-wegklep mechanisch controle-ren. Evt. circulatiepompen en/of 2-wegklep vervangen.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 98: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

98

B0 Toestelidentificatie

Warmtepompen met koelcircuitregelaar [7-1]: Warm-tepomp gaat in werking. Koelcircuit loopt met vermin-derde efficiëntie.

Overige warmtepompen: Warmtepomp treedt niet inwerking.

Oorzaak Maatregel Parameter ”5030 Vermogen compressortrap” is

verkeerd ingesteld. Fout herkenning toestelvariant, verkeerde codeer-

stekker of printplaten defect.

Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B: Kabelboom voor druksensor en vulpeilsensor koude-

middelverzamelaar defect Niveausensor koudemiddelverzamelaar defect

Instelling voor ”5030 Vermogen compressortrap”corrigeren.

Codeerstekker controleren: Zie ”Regelaar- en sensor-printplaat”. Zie codeerstekker vervangen.

Printplaten controleren. Evt. printplaten vervangen. Vitocal 100-S/111-S:

Kenmerk van de stekkerbrug (blauw) op de hoofd-printplaat van de buitenunit controleren: Zie hoofd-stuk ”Hoofdprintplaat [7] / [7-1]”.

Vitocal 200-A/200-S/222-A/222-S:Codeerschakelaar op de EEK-printplaat op de buiten-unit controleren: Zie hoofdstuk ”EEV-printplaat [4-3] /[4-4]”.

Vitocal 222-G/333-G:Codeerschakelaar op de EEK-printplaat controleren:Zie hoofdstuk ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”.

Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B:Kabelboom en/of vulpeilsensor koudemiddelverzame-laar controleren: Zie hoofdstuk ”EEK-printplaat [4]”.

OpmerkingNa verhelpen van storing toestel uit- en weer inschake-len.

B4 AD-omvormer

Warmtepomp komt niet in werking.

Oorzaak MaatregelInterne fout ADC (analoog-digitaal-omvormer, referen-tie), vlakkabel tussen sensor- en basisprintplaat defectof printplaten defect.

Printplaat controleren, evt. in de volgende volgorde ver-vangen: Regelaar- en sensorprintplaat, basisprintplaat.

OpmerkingNa het verhelpen van de storing het toestel eenmaaluit- en weer inschakelen.

B5 Hardware

Warmtepomp komt niet in werking.

Extra co-de

Oorzaak Maatregel

DF Storing Flash-geheugen basisprintplaat. Basisprintplaat vervangen (zie ”Basisprintplaat”).

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 99: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

99

BF Communicatiemodule

Geen communicatie via LON.

Oorzaak Maatregel Verkeerde communicatiemodule LON. Verkeerde bedrading in de LON

Communicatiemodule LON vervangen. Bedrading in de LON controleren en eventueel corri-

geren.

C2 Spanningsvoeding

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelStoring van de spanningsvoeding compressor of fase-bewaker defect

Aansluitingen, voedingsspanning, fasen controleren.Fasebewaker controleren.

Het schakelsignaal van de fasebewaker kan op de aan-sluiting 215.2 worden gemeten: zie ”basisprintplaat”.0 V Storing230 V~ Geen storing

C3 Drukbewaker primair

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelDruk in het primaire circuit te laag Primair circuit op druk, debiet en lekkage controleren.

Evt. warmtedragend medium bijvullen.Indien geen drukbewaking in het primaire circuit aan-wezig, brug tussen X3.8/X3.9 monteren: Zie ”kroon-steentjes”.

Het signaal van de drukbewaker kan op de klemmenX3.8/X3.9 tegen X2.N worden gemeten.0 V Drukbewaker is actief geworden.230 V~ Drukbewaker is niet geactiveerd.

C5 Blok. door energiebedr.

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelBlokkering energiebedrijf actief (geactiveerd door ener-giebedrijf)

Geen maatregel nodig.Bij permanente melding: Aansluiting eerst aan klemX3.7 (voeding) dan aan klem X3.6 (230 V~) controleren(zie ”rangeerprintplaat”/”kroonsteentjes”.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 100: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

100

C9 Koelcircuit (SHD)

Compressor wordt uitgeschakeld. Kamerverwarming en tapwaterverwarming gebeuren

met andere, daarvoor vrijgegeven warmtebronnen,bijv. externe warmteopwekker of verwarmingswater-doorstroomtoestel.

De werking met de extra verwarmingen hangt af vande instelling ”Werkingsstatus na melding A9, C9701C”.

Oorzaak MaatregelStoring koelcircuit: Veiligheidshoogdrukschakelaar is actief geworden. Ventilator defect Primaire pomp defect

Aanvoer- en retourtemperatuursensoren primaire ensecundaire circuit controleren.

Primaire en secundaire circuit op druk en doorstro-ming controleren: Zie melding ”A9 Warmtepomp”.

Warmtepomp door koeltechnicus laten controleren. Ventilator of primaire pomp controleren.

Veiligheidshogedrukregelaar controleren. Vitocal 100-S/111-S:

Het schakelsignaal van de veiligheidshogedrukscha-kelaar kan aan de aansluiting ”H_Press” op de hoofd-printplaat van de buitenunit worden gemeten:Zie ”Hoofdprintplaat [7] / [7-1]”.0 V Hogedrukschakelaar is geactiveerd.230 V~ Hogedrukschakelaar is niet geactiveerd.

Vitocal 200-A/200-S/222-A/222-S/333-G:De doorgang van de veiligheidshogedrukschakelaarkan aan de inverter worden gecontroleerd.

Vitocal 200-A, type AWCI-AC 201.A, Vitocal 222-G,Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B:Het schakelsignaal van de veiligheidshogedrukscha-kelaar kan op de aansluiting 215.4 worden gemeten:zie ”basisprintplaat”.0 V Hogedrukschakelaar is geactiveerd.230 V~ Hogedrukschakelaar is niet geactiveerd.

Vitocal 300-A, type AWO 302.B:Aansluitingen XF4.1/XF4.2: Zie apart schakelschema.

OpmerkingNa het verhelpen van de storing de warmtepomp uit- enweer inschakelen.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 101: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

101

CA Veiligheidsinr. primair

Compressor schakelt uit.

Oorzaak Maatregel : Drukbewaker of vorstbeveiligingsthermostaat pri-

mair circuit zijn geactiveerd. : Spanningsvoeding ventilator foutief : Ventilator blokkeert of defect Dauwpuntsensor is geactiveerd.

Veiligheidselementen aan klem X3.8 en X3.9 contro-leren: Zie ”rangeerprintplaat”/”Kroonsteentjes”. In in-stallaties zonder veiligheidselementen of als dedauwpuntsensor 24 V aan F11 wordt gebruikt, brugtussen X3.9/X3.8 controleren.

Als volgende dauwpuntsensoren voor koeling ge-bruikt worden, brug aan stekker F11 controleren:– Dauwpuntsensor 230 V~, aansluiting op X3.8/X3.9– Dauwpuntsensor 24 V , aansluiting op NC-Box

: Primair circuit controleren. Primaire pomp en/ofbronpomp controleren. Eventueel pomp vervangen.

: Elektrische aansluitingen aan de ventilator contro-leren. Ventilator mechanisch controleren.

Het schakelsignaal kan op de aansluiting 215.3 wordengemeten: zie ”basisprintplaat”.0 V Storing230 V~ Geen storing

CB Aanvoertemp. primair

Compressor schakelt zich uit.

Oorzaak MaatregelMin. primaire temperatuur (grondmedium-/luchtinlaat)te laag.

: Primair circuit op doorstroming controleren. : Buitentemperatuur buiten de toepassingsgrenzen,

geen maatregel nodig.

CC Codeerstekker

Warmtepomp komt niet in werking.

Oorzaak MaatregelCodeerstekker kan niet worden gelezen. Codeerstekker controleren:

Warmtepomp uitschakelen en controleren of codeer-stekker correct is aangesloten, evt. opnieuw aanslui-ten.Indien controle zonder succes, codeerstekker vervan-gen.

Regelaar- en sensorprintplaat controleren, evt. ver-vangen.

CF Communicatiemodule

Geen communicatie via LON.

Oorzaak MaatregelCommunicatiemodule LON niet ingestoken of defect. Componenten evt. in de volgende volgorde vervangen:

Communicatiemodule LON. Regelaar- en sensorprintplaat.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 102: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

102

D1 Compressor, veiligh.

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelCompressorstoring: Afzonderlijke motorbeveiliging op de compressor (in-

dien aanwezig) is geactiveerd. Motorbeveiligingsschakelaar is geactiveerd.

Elektrische aansluitingen van de compressor contro-leren. Wikkelweerstand van de compressormotor me-ten. Fasevolgorde van de compressor controleren.

Het schakelsignaal motorbeveiliging kan op de aanslui-ting 215.7 worden gemeten: zie ”basisprintplaat”.0 V Motorbeveiliging is actief geworden230 V~ Motorbeveiliging is niet geactiveerd.

OpmerkingBij oververhitting geeft de interne motorbeveiliging decompressor pas na 1 tot 3 uur weer vrij.

D3 Lage druk

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelLagedrukstoring: Warmtepomp defect Lagedrukschakelaar is geactiveerd. Lagedruksensor heeft fout gemeld. Sensor lage druk defect : Ventilator blokkeert of defect Verdamper vervuild : Primaire pomp defect

Verdamper reinigen. : Ventilator controleren. : Manometer, primaire pomp en blokkeerinrichtin-

gen controleren. Lagedrukschakelaar/sensor aan volgende aansluitin-

gen controleren:– Vitocal 100-S/111-S:

Aansluiting ”LPP” op de hoofdprintplaat: Zie ”Hoofd-printplaat [7] / [7-1]”.

– Vitocal 200-A/200-S/222-A/222-S:Aansluiting J10 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [4-3] / [4-4]”.

– Vitocal 200-A, type AWCI-AC 201.A:Aansluiting J4 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [2]”.

– Vitocal 222-G/333-G:Aansluiting J10 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

– Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B:Aansluiting J10 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [4]”.

– Vitocal 300-A, type AWO 302.B:Aansluitingen J4 en J7 op regelaarprintplaat:Zie ”Regelaarprintplaat [6]”.

Leiding en hoofdprintplaat/EEK-printplaat controleren.Evt. printplaat vervangen. Zie ”hoofdprintplaat [7] /[7-1]”, ”EEK-printplaat [4-3] / [4-4]” of ”EEK-printplaat[4-6] / [4-7]”.

Warmtepomp door koeltechnicus laten controleren.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 103: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

103

D4 Regelhogedruk

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelHogedrukstoring: Lucht in het verwarmingscircuit Secundaire pomp of CV-pomp geblokkeerd Condensor vervuild Hogedruksensor defect

Verwarmingscircuit ontluchten. Installatiedruk controleren. Secundaire pomp en CV-pompen controleren. Verwarmingscircuits spoelen. Gewenste boilertemperatuur (”Gewenste warmwa-

tertemp. 6000”, ”2e gewenste warmwatertempera-tuur 600C”) met 2 tot 3 K verlagen.

Hogedruksensor aan volgende aansluitingen van debuitenunit controleren:– Vitocal 100-S/111-S:

Aansluiting ”H_PRESS” op de hoofdprintplaat:Zie ”Hoofdprintplaat [7] / [7-1]”.

– Vitocal 200-A/200-S/222-A/222-S:Aansluiting J10 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [4-3] / [4-4]”.

– Vitocal 200-A, type AWCI-AC 201.A:Aansluiting J3 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [2]”.

– Vitocal 222-G/333-G:Aansluiting J10 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

– Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B:Aansluiting J10 op EEK-printplaat: Zie ”EEK-print-plaat [4]”.

– Vitocal 300-A, type AWO 302.B:Aansluiting J5 op regelaarprintplaat: Zie ”Regelaar-printplaat [6]”.

OpmerkingEen hogedrukstoring kan in zeldzame gevallen optre-den, bijvoorbeeld bij de tapwaterverwarming.Bij herhaaldelijk voorkomen moeten de warmtepomp ende parameterinstellingen van het koelcircuit worden ge-controleerd.

D5 Dauwpuntsensor

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelDauwpuntsensor is geactiveerd. Dauwpuntsensor 24 V– aan stekker F11 controleren:

Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.0 V Storing24 V– Geen storing

OpmerkingAls dauwpuntsensor 230 V~ aan X3.8/X3.9 voor koe-ling gebruikt wordt, brug aan stekker F11 controleren.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 104: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

104

D6 Stromingsbewaker

Compressor schakelt uit.

Oorzaak MaatregelMinimumdebiet in het secundair circuit is onderschre-den: Zie technische gegevens van de warmtepomp.

Technische gegevens van de warmtepompMontage- en servicehandleiding van de warmte-pomp

Debiet in het secundaire circuit controleren. Secundaire pomp controleren.Indien geen stromingsbewaking aanwezig is, brug tus-sen X3.3/X3.4 monteren: Zie kroonsteentjes of ”ran-geerprintplaat”.

Het signaal van de stromingsbewaking kan op aanslui-ting 216.3 (zie ”Basisprintplaat”) of op de klemmenX3.3/X3.4 tegen X2.N worden gemeten.0 V Stromingsbewaker is actief geworden.230 V~ Stromingsbewaker is niet geactiveerd.

D7 Stromingsbewaker

Warmtepomp komt niet in werking.

Oorzaak Maatregel Stromingsbewaker defect Stromingsbewaker hangt. Tussen X3.3/X3.4 is brug ingelegd.

Stromingsbewaker controleren. Brug tussen X3.3/X3.4 verwijderen. Stromingsbewa-

ker aansluiten: Zie ”rangeerprintplaat” of ”Kroonsteen-tjes”.

E0 LON-deelnemer

Geen communicatie via LON met de deelnemer

Oorzaak MaatregelVerbinding met LON-deelnemer is verstoord. Deelnemerscontrole uitvoeren (zie ”LON-deelnemers-

controle”). Installatie- en deelnemersnummer controleren (”LON

installatienummer 7798”, ”LON deelnemersnum-mer 7777”).

Aansluitingen en LON-verbindingskabels controleren.

E1 Ext. warmtegenerator

Warmtepompregeling kan externe verwarmingstoestelniet inschakelen.

Oorzaak Maatregel Storing externe warmteopwekker Kortsluiting/onderbreking keteltemperatuursensor ex-

terne warmteopwekking

Externe verwarmingstoestel controleren. Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aan stekker F20

controleren: Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 105: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

105

E6 Storing aan LON-deeln.

Geen communicatie via LON met de deelnemer, bijv.volgwarmtepomp van een warmtepompcascade

Oorzaak MaatregelStoring aan de LON-deelnemer Meldingsgeheugen van gestoorde LON-deelnemer uit-

lezen. Storing aan de LON-deelnemer verhelpen.

EE KM-bus deelnemer

Oorzaak MaatregelCommunicatie met een KM-BUS-deelnemer niet moge-lijk.

Deelnemerlijst KM-BUS controleren (”Servicefunc-ties” ”Deelnemer KM-bus”).

EF Modbus deelnemer

Oorzaak MaatregelCommunicatie met een Modbus-deelnemer niet moge-lijk.

Deelnemerlijst Modbus1 en Modbus 2 controleren(”Servicefuncties” ”Deelnemer Modbus1”/”Deel-nemer Modbus2”).

F2 Parameter 5030/5130

Energiebalans wordt niet correct berekend.

Oorzaak MaatregelVermogen van de compressor niet ingesteld. Parameter ”Vermogen compressortrap 5030/5130”

overeenkomstig instellen.

FF Herstart

Informatie-indicatie, geen functiebeperking: toont datde warmtepomp opnieuw werd gestart.

Oorzaak Maatregel Herstart van de warmtepompregeling Bij onverwacht voorkomen: korte onderbrekingen van

de spanningsvoeding, bijv. slecht contact

Na herstart: Geen maatregel nodig

Bij onverwacht voorkomen: Spanningsvoeding van de warmtepompregeling con-

troleren. Platte kabel in de warmtepompregeling controleren.

Geen weergave op het display van de bedieningseenheid

1. Netschakelaar van de installatie inschakelen.

2. Toestelzekering van de warmtepompregeling con-troleren, evt. vervangen.

3. Controleren of netspanning op de warmtepompre-geling aanwezig is, evt. netspanning inschakelen.

4. Steek- en schroefverbindingen controleren.

5. Evt. bedieningsgedeelte vervangen.

6. Evt. regelaar- en sensorprintplaat vervangen.

Montage- en servicehandleiding van de betref-fende warmtepomp.

Storingen oplossen

Overzicht van de meldingen (vervolg)

5837

029

Inst

andh

oudi

ng

Page 106: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

106

In de verschillende groepen zijn de volgende bedrijfs-gegevens beschikbaar: Temperatuurwaarden Statusinformatie, bijv. AAN/UIT Bedrijfsuren Diagnoseoverzichten

OpmerkingSoort en omvang van het menu hangen af van dewarmtepomp, de verwarmingsinstallatie en de actueleparameterinstellingen.Ú Naar rechts bladeren om gewenste informatie weer

te geven.

Diagnose oproepen

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. Gewenste groep selecteren, bijv. ”Warmtepomp”.

Diagnose

Diagnose (servicecontroles)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 107: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

107

Menu overzicht ”Diagnose””Installatieoverzicht”: Zie hoofdstuk ”Installatieoverzicht”.

”Installatie” ”Timer” Ú: Zie hoofdstuk ”Installatie”, ”Timer”. ”Integrale” Ú: Zie hoofdstuk ”Installatie”, ”Integralen”. ”Logboek” Ú: Zie hoofdstuk ”Installatie”, ”Logboek”. ”Buitentemperatuur” Ú ”Gecorrigeerd”/”Werkelijk” ”Gemeensch. aanvoertemp.” Ú ”Gewenst”/”Werkelijk” ”Werkingsstatus installatie” Ú ”Tijdprogr. Geluiddemp.” Ú ”Verwarmingsperiode” ”Koelperiode” ”Verw.waterbuffer” ”Modus buffer” Ú ”Werkingsstatus buffer” Ú ”Tijdprogr. buffer” Ú ”Werkingsstatus koelbuffer” ”Tijdprogr. koelbuffer” ”Klep verwarm./koelen” ”Koelbuffer aanvoert.” ”Active Cooling” ”Natural Cooling” ”Ext. warmtegenerator” Ú ”Temperatuur”/”Toestand”/”Bedrijfsuren” ”Mengklep ext. w. gen.” ”Alt-werking.ext. WG” ”Tijdprogr. e-verw.” ”Groepsalarm” ”Werkingsstatus zwemb.” Ú ”Opvraag zwembadverw.” ”Zwembadverwarming” ”Volgwarmtepomp 1/2/3/4” ”Codeerstekker” ”Deelnemersnummer” ”Ext. bijschak. 0..10V” ”Tijd” ”Datum” ”Radiokloksignaal” ”Estrikdroging dagen”

Diagnose

Diagnose (servicecontroles) (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 108: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

108

”Verwarm.circuit 1”, ”Verwarm.circuit 2”, ”Verwarm.circuit 3”, ”Koelcircuit SKK” ”Werkingsprogramma” Ú ”Werkingsprogramma”/”Werkingsstatus” ”Tijdprogr. verwarmen” Ú ”Tijdprog. verw./koel.” Ú ”Gew. kamertemp.” ”Kamertemperatuur” ”Ger. gew. kamertemp.” ”Gewenste partytemp.” ”Stooklijn” Ú ”Inclinatie”/”Niveau ” ”CV-pomp” (status) ”CV-pomp” (vermogen in %) ”Vakantieprogramma” Ú ”Vertrekdag”/”Terugkeerdag” ”mengklep” ”Aanvoertemperatuur” ”Gew. aanvoertemp.” ”Koellijn”Ú ”Inclinatie” / ”Niveau ” ”Active Cooling” ”Natural Cooling” ”Mengklep koeling” ”Aanvoertemp. koelen” ”Verwarmingsperiode” ”Koelperiode” ”Aanvr. verw.” ”Aanvr. koel.”

”Warm water” ”Werkingsprogramma” Ú ”Werkingsprogramma”/”Werkingsstatus” ”Tijdprog. warm water” Ú ”Tijdprog. circulatie” Ú ”Warmwatertemperatuur” Ú ”Gew. WW-temperatuur”/”Boilertemp. Bovenaan”/”Boilertemp.

Onderaan” ”Boilerlaadpomp” (status) ”Boilerlaadpomp” (vermogen in %) ”Circulatiepomp” ”1x WW-bereiding” ”Boilernaverwarming” (status) ”Boilernaverwarming” (bedrijfsuren)

Diagnose

Diagnose (servicecontroles) (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 109: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

109

”Ventilatie” ”Werkingsprogramma” Ú ”Werkingsprogramma”/”Werkingsstatus” ”Tijdprog. Ventilatie” Ú ”Gew. kamertemp.” (”Gew. kamertemperatuur 7D08”/”Gew. kamertemperatuur C108”) ”Ventilatie: Overzicht” Ú: Zie hoofdstuk ”Ventilatie”, ”Ventilatie: Overzicht”. ”Ventilatie” Ú: zie hoofdstuk ”Ventilatie”, ”Ventilatie”. ”Min. luchttoevoertemp. Byp.” (”Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass 7D0F”) ”Rendement” ”Vocht” ”El. voorverw.register” (verwarmingsvermogen in %) ”Dagen tot filterverv.” ”Meldingsoverzicht” Ú: Zie hoofdstuk ”Ventilatie”, ”Meldingsoverzicht”.

”Solar” ”Collectortemperatuur” ”Warmwatertemp. solar” ”Retourtemp. solar” ”Zonnecircuitpomp” (bedrijfsuren) ”Zonne-energie histogr.” ”Zonne-energie” ”Zonnecircuitpomp” (status) ”Zonnecircuitpomp” (vermogen in %) ”Onderdr. naverwarming” ”Zonner. Uitgang 22” ”Solarsensor 7” ”Solarsensor 10”

Diagnose

Diagnose (servicecontroles) (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 110: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

110

”Warmtepomp” ”Compressor”/”Compressor 1” ”Compressor 2” ”Primaire bron 1” (status) ”Primaire bron 1” (vermogen in %) ”Ventilator” (status) ”Ventilator” (vermogen in %) ”Alternatieve bron” ”Ontlading koelbuffer” ”Secundaire pomp” (status) ”Secundaire pomp” (vermogen in %) ”Klep verwarmen/WW” ”Bedrijfsuren compr.”/”Bedrijfsuren Compressor 1” Ú ”Aant. inschak. compr.”/”Aantal inschak. Compr. 1” Ú ”Omkering koelcircuit” ”Aanvoertemp. primair” ”Retourtemp. primair” ”Verdampertemp.” ”Aanvoertemp. sec.” ”Retourtemp. sec.” ”Doorstromer trap 1” (status) ”Doorstromer trap 1” Ú (bedrijfsuren) ”Doorstromer trap 2” (status) ”Doorstromer trap 2” Ú (bedrijfsuren) ”Looptijd compressor”Ú: zie hoofdstuk ”Warmtepomp”, ”looptijd compressor”.

”Koelcircuit” ”Koelcircuitregelaar” Ú: Zie hoofdstuk ”Koudecircuit”, ”koudecircuitregelaar [2]”, ”koudecircuitrege-

laar [4]”, ”koudecircuitregelaar [4-3] / [4-4]”, ”koudecircuitregelaar [4-6] / [4-7]”, ”Koudecircuitrege-laar [6]” of ”koudecircuitregelaar [7] / [7-1]”.

”Compressordraaiveld”/”Compressordraaiveld 1” Ú: Zie hoofdstuk ”Koelcircuit”, ”Compressor-draaiveld”.

”Compressordraaiveld 2” Ú: Zie hoofdstuk ”Koelcircuit”, ”Compressordraaiveld”. ”Compressordraaipad”/”Compressordraaipad 1” Ú: Zie hoofdstuk ”Koelcircuit”, ”Compressor-

draaipad”. ”Compressordraaipad 2” Ú: Zie hoofdstuk ”Koelcircuit”, ”Compressordraaipad”. ”Meldingsoverzicht” Ú: Zie hoofdstuk ”Koudecircuit”, ”meldingshistorie [2]”, ”Meldingshistorie

[4]”, ”Meldingshistorie [4-3] / [4-4]”, ”Meldingshistorie [4-6] / [4-7]”, ”Meldingshistorie [6]” of ”Mel-dingshistorie [7] / [7-1]”.

Diagnose

Diagnose (servicecontroles) (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 111: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

111

”Energiebalans” ”Energiebalans verwarmen” Ú ”Energiebalans WW” Ú ”Energiebalans koelen” Ú ”Energiebalans PV” ”SPF verwarmen” ”SPF warm water” ”SPF koelen” ”SPF PV” ”SPF totaal”

Zie het volgende hoofdstuk ”Energiebalans” voor meergegevens.

OpmerkingDe berekeningsfunctie van de jaararbeidsfactor ”SPF”is niet bij alle warmtepompen geïntegreerd.

”Fotovoltaïsch systeem” ”PV-statistiek” Ú: zie hoofdstuk ”Fotovoltaïsch systeem”, ”PV-statistiek”. ”WW-laadstatistiek” Ú: zie hoofdstuk ”Fotovoltaïsch systeem”, ”WW-laadstatistiek”. ”Vermogenscurven” Ú: zie hoofdstuk ”Fotovoltaïsch systeem”, ”Vermogenscurven”.

Diagnose

Diagnose (servicecontroles) (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 112: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

112

”Temperatuursensoren” ”Buitentemperatuur” ”Verdampertemp.” ”Aanvoertemp. primair” ”Retourtemp. primair” ”Aanvoertemp. sec.” ”Retourtemp. sec.” ”Verwarm.gastemp. 1” ”Aanvoertemp. instal.” ”Bufferuitlaattemp.” ”Verw.waterbuffer” ”Ext. warmtegenerator” ”Keteltemperatuur” ”Boilertemp. bovenaan” ”Boilertemp. onderaan” ”Boilertemp. midden” ”Uittredettemp. WW” ”Collectortemperatuur” ”Warmwatertemp. solar” ”Retourtemp. solar” ”Aanvoertemp. VC1” ”Aanvoertemp. VC2” ”Aanvoertemp. VC3” ”Kamertemp. VC1” ”Kamertemp. VC2” ”Kampertemp. VC3” ”Aanvoertemp. koelen” ”Kamertemp. SKK” ”Koelwaterbuffer” ”Zonnemodule sensor 7” ”Zonnemodule sensor 10” ”Gemeensch. aanvoertemp.” ”Zwembad aanvoert.”

OpmerkingBij een fout verschijnt ”- - -” op het display.

Diagnose

Diagnose (servicecontroles) (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 113: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

113

”Signaalingangen” ”Externe aanvraag” ”Extern blokkeren” ”Onderdr. naverwarming” ”Storing volg-WP” ”Blok.cont. energiebed.” ”Draaistroombewaker” ”Primaire bron” ”Veiligheidshogedruk” ”Lage druk” ”Regelhogedruk” ”Motorbesch. compr.” ”Opvraag zwembadverw.” ”Opvr. stookwerk. VC1” ”Opvr. koelwer. VC1” ”Opvr. stookwerk. VC2” ”Opvr. koelwer. VC2” ”Opvr. stookwerk. VC3” ”Opvr. koelwer. VC3”

”Korte info”: Zie hoofdstuk ”Korte opvraging”.

”Systeeminformatie”: Zie hoofdstuk ”Systeeminformatie”.

Installatieoverzicht

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Installatieoverzicht”

4. om te schakelen tussen ”Installatieoverzichtwarmteopwekker”, ”Installatieoverzicht verbruiker”en ”Installatieoverzicht cascade”

Aanwijzingen De weergave is afhankelijk van de installatie-uitvoe-

ring. Als de componenten in werking zijn (bijvoorbeeld

pompen), worden de symbolen geanimeerd weerge-geven.

De getoonde waarden zijn voorbeelden.

Diagnose

Diagnose (servicecontroles) (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 114: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

114

Installatieoverzicht warmteopwekker

42

50 45

A

B

C

D

E

F

G

H

K

L

1 2 3 4 5 6 7 8 9 qP

0

3

2 48 377

38

25

88

2

10

45

43

54

10

Afb. 15 Gewenste temperaturen hebben een witteachtergrond.

1 tot qP, A tot L:Voor de betekenis van de symbolen en waarden, ziede volgende tabellen.

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 115: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

115

Betekenis van de symbolen en waarden

Kolom 1: Primaire bronRegel Symbool/

waardeA BuitentemperatuursensorB 0 Gecorrigeerde buitentemperatuur (langdurig gemiddelde) in °CD 7 Aanvoertemperatuur pri-

mair circuit: Brine-intrede-temperatuur warmtepompin °C

Luchtintredetemperatuur in °C

E 3 Retourtemperatuur primaircircuit: Brine-intredetem-peratuur warmtepomp in°C

Luchtuitlaattemperatuur in °C

L — Primaire bron lucht Primaire bron brine — —

Primaire bron zonne-lucht-absorber

— —

Primaire bron ijsbuffer — — Primaire bron koelwater-

buffer— —

Kolom 2: WarmtepompRegel Symbool/

waardeA Warmtepomp Warmtepomp/compressor

1 bij 2-traps koudecircuitWarmtepomp

B VerwarmenC 42 Aanvoertemperatuur secundair circuitD 2 Trap verwarmingswater-doorstroomtoestelE 38 Retourtemperatuur secundair circuitF 25 Vermogen secundaire pomp in %G Kamerverwarming Kamerkoeling — OntdooienH 88 Bij vermogensgeregelde

warmtepompen:Compressorfrequentie inHz

Compressorvermogen in%

Compressorfrequentie inHz

K 2 VerdampertemperatuurL 10 Vermogen primaire pomp

in %Ventilatorvermogen in % Ventilatortoerental in tpm

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 116: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

116

Kolom 3: WarmtepompRegel Symbool/

waardeA Warmtepomp Warmtepomp/compressor

1 bij 2-traps koudecircuitWarmtepomp

B TapwaterverwarmingD Verwarmingswater-doorstroomtoestelE Geen symbool Stromingsbewaking in het secundair circuit is niet aanwezig.

Debietbewaking secundair circuit is uitgeschakeld, bijv. als de compressor uitge-schakeld is.

Debiet secundair circuit overschrijdt minimumdebiet: Zie technische gegevensvan de warmtepomp.

Technische gegevens van de warmtepompMontage- en servicehandleiding van de warmtepomp

Debiet secundair circuit onderschrijdt minimumdebiet: Melding ”Stromingsbewa-king D6” verschijnt.

Stromingsbewaking in het secundair circuit defect of brug op X3.3/X3.4 geplaatstF Secundaire pompH Compressor Compressor/compressor 1

bij 2-traps koudecircuitCompressor

L — Ventilator Primaire pomp —

Kolom 5: Warmtepomp met 2-traps koudecircuit: Compressor 2Regel Symbool/

waardeA — Compressor 2 —

H — Compressor 2 —

Kolom 6: Zonne-installatie of zonne-luchtabsorberRegel Symbool/

waardeA Zonne-installatie of zonne-

luchtabsorberZonne-installatie

IJsbuffer — —

B 50 Collectortemperatuur ofabsorbertemperatuur in °C

Collectortemperatuur in °C

C Collectorcircuitpomp ofabsorberpomp

Collectorcircuitpomp

D 48 Boilertemperatuur (warm-waterboiler) of ijsbuffer-temperatuur in °C

Boilertemperatuur (warmwaterboiler) in °C

E Zomerwerking ijsbuffer — —

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 117: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

117

Kolom 7: Externe warmteopwekkerRegel Symbool/

waardeA — Externe warmteopwekkerB 45 — Ketelwatertemperatuur in °CC — Vraag externe warmteopwekker

D 37 — Aanvoertemperatuur installatie in °CE — Mngklep externe warmteopwekkerF — Elektrisch verwarmingselement in de warmwaterboiler — Circulatiepomp voor de boilernaverwarming

Kolom qP: Kort overzicht verbruikerRegel Symbool/

waardeA Verder naar het installatieoverzicht verbruikerB Vraag zwembadverwarming (signaal van de temperatuurbewaker voor zwembad-

temperatuurregeling)C 45 Gewenste buffertemperatuur in °CD 43 Gewenste installatie-aanvoertemperatuur in °CE 54 Gewenste boilertemperatuur in °CF Koelwerking via CV-/koelcircuit of afzonderlijk koelcircuitG 10 Gewenste koelbuffertemperatuur in °C

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 118: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

118

Installatieoverzicht verbruiker

A

B

C

D

E

F

G

H

K

L

qQ qW qE qR qT qZ qU qI qO wP

65

50 43 20 20 20 21 13

47 170

85

42 40 40 16 14 23

3

1

2

21

170

3

54 45 21 21 21 19 14

43 38 38 38 15 13 30

30

30

96

50

100

40

H

C

Afb. 16 Gewenste temperaturen hebben een witteachtergrond.

qQ tot wP, A tot L:Voor de betekenis van de symbolen en waarden, ziede volgende tabellen.

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 119: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

119

Betekenis van de symbolen en waarden

Kolom qQ: Kort overzicht warmteopwekkerRegel Symbool/

waardeA Terug naar het installatieoverzicht warmteopwekkerB Verwarmen met warmtepomp: Secundaire pomp ingeschakeld, 3-wegomschakel-

klep ”Verwarmen/tapwaterverwarming” op verwarmen Tapwaterverwarming met warmtepomp/warmtepomp 1e trap: secundaire pomp in-

geschakeld en 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwarming” op tapwa-terverwarming of circulatiepomp voor boilerverwarming AAN

C Compressor Compressor/compressor 1bij 2-traps koudecircuit

Compressor

E — Compressor 2 bij 2-trapskoudecircuit

F 1 Verwarmingswater-doorstroomtoestel, trap 1

2 Verwarmingswater-doorstroomtoestel, trap 2

3 Verwarmingswater-doorstroomtoestel, trap 3

G SolarpompH — Vraag externe warmteopwekker

K — Elektrisch verwarmingselement in de warmwaterboiler — Circulatiepomp voor de boilernaverwarming

Kolom qW: TapwaterverwarmingRegel Symbool/

waardeA TapwaterverwarmingB 54 Gewenste boilertemperatuur in °CC 50 Boilertemperatuur boven in °CD 47 — Boilertemperatuur onder in °C F 85 — Vermogen boilerlaadpomp in %G — BoilerlaadpompH Circulatiepomp

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 120: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

120

Kolom qE: Buffer/zwembadRegel Symbool/

waardeA Verwarmingswaterbuffer

OfVerwarmings-/koelwaterbuffer

B 45 Gewenste buffertemperatuur in °CC 43 Buffertemperatuur in °CD 43 Gewenste installatie-aanvoertemperatuur in °CE 42 Installatieaanvoertemperatuur in °CF 30 — Bufferuittredetemperatuur (bij warmtepompcascade) in

°CG ZwembadverwarmingH 30 Aanvoertemperatuur zwembad (bij warmtepompcascade) in °CK Vraag zwembadverwarming (signaal van de temperatuurbewaker voor zwembad-

temperatuurregeling)L Circulatiepomp voor zwembadopwarming

Kolom qR: Verwarmingscircuit zonder mengklep A1/VC1Regel Symbool/

waardeA Verwarmingscircuit zonder mengklep A1/VC1B 21 Gewenste kamertemperatuur in °CC 20 Kamertemperatuur in °CD 38 Gewenste aanvoertemperatuur in °CE 40 Aanvoertemperatuur verwarmingscircuit in °CF CV-pompH Koeling via verwarming/koelcircuit

— Koelfunctie ”active cooling” niet vrijgegeven

Kolom qT: Verwarmingscircuit met mengklep M2/VC2Regel Symbool/

waardeA Verwarmingscircuit met mengklep M2/VC2B 21 Gewenste kamertemperatuur in °CC 20 Kamertemperatuur in °CD 38 Gewenste aanvoertemperatuur in °CE 40 Aanvoertemperatuur verwarmingscircuit in °CF CV-pompG Mengklep verwarmingscircuitH Koeling via verwarming/koelcircuit

— Koelfunctie ”active cooling” niet vrijgegeven

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 121: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

121

Kolom qZ: Verwarmingscircuit met mengklep M3/VC3Regel Symbool/

waardeA Verwarmingscircuit met mengklep M3/VC3B 21 Gewenste kamertemperatuur in °CC 20 Kamertemperatuur in °CD 38 Gewenste aanvoertemperatuur in °CE 40 Aanvoertemperatuur verwarmingscircuit in °CF CV-pompG Mengklep verwarmingscircuitH Koeling via verwarming/koelcircuit

— Koelfunctie ”active cooling” niet vrijgegeven

Kolom qU: Afzonderlijk koelcircuitRegel Symbool/

waardeA Afzonderlijk koelcircuitB 19 Gewenste kamertemperatuur in °CC 21 Kamertemperatuur in °CD 15 Gewenste aanvoertemperatuur in °CE 16 Aanvoertemperatuur afzonderlijk koelcircuit in °CF Koelcircuitpomp 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/koelen”G Mengklep koelcircuitH Koeling via apart koelcircuit

— Koelfunctie ”active cooling” niet vrijgegeven

Kolom qI: koelingRegel Symbool/

waardeA koelingB 14 Gewenste koelbuffertemperatuur in °CC 13 Koelbuffertemperatuur in °CD 13 Gewenste aanvoertemperatuur koeling in °CE 14 Aanvoertemperatuur koeling in °CF Koeling met koelwaterbufferG ”natural cooling” — — Bypass verwarmingswaterbuffer H — Kamerverwarming met verwarmings-/koelwaterbuffer C — Kamerkoeling met verwarmings-/koelwaterbufferH — ”active cooling” met omkering koelcircuit of ontdooien

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 122: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

122

Kolom qO: WoningventilatieRegel Symbool/

waardeA Woningventilatie met aangesloten ventilatietoestelB 65 Vermogen voorverwarmregister in %C Passief verwarmen Passief koelenD 170 Gewenst toevoerluchtdebiet in m3/hE 23 Toevoerluchttemperatuur in °CF 21 Afvoerluchttemperatuur in °CG 170 Gewenst uitlaatluchtdebiet in m3/hH 3 Uitlaatluchttemperatuur in °CK 96 Rendement in %

Kolom wP: Externe functiesRegel Symbool/

waardeA 2 Externe vraag, extern blokkeren, werkingsstatus extern omschakelenD 30 Gewenste aanvoertemperatuur secundair circuit van alle externe verwarmingscir-

cuitregelingen in °CG Extern opvragen actief

Extern blokkeren actiefWerkingsstatus extern omschakelen

H 50 Gewenste aanvoertemperatuur secundair circuit bij externe vraag in °C: zie hoofd-stuk ”Externe functies”.

K 100 Vereist warmtevermogen in %

Installatieoverzicht cascade /

41 42 37 39 34 45 40

57 57

2

3412 2410 2311 2619 2146

57 55 58 57

3

46 48 43

A

B

C

D

E

F

G

L

K

H

56 59

1 1 3

43

0

Afb. 17 Gewenste temperaturen hebben een witteachtergrond.

A tot L:Voor de betekenis van de symbolen en waarden, ziede volgende tabel.

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 123: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

123

Betekenis van de symbolen en waarden

De weergegeven informatie is voor alle kolommen identiek.Regel Symbool/

waardeA ”Manuele bediening” is ingesteld (zie gebruiksaanwijzing ”Vitotronic 200”). De

warmtepomp is voor de werking in de warmtepompcascade niet beschikbaar. Hoofdwarmtepomp tot Volgwarmtepomp 1 tot volgwarmtepomp 4 volgens ”Nummer van de warmte-

pomp in cascade 7707”:Als er geen looptijdcompensatie is ingesteld, worden de volgwarmtepompen ach-tereenvolgens volgens oplopend nummer ingeschakeld.

tot De volgwarmtepomp is voorhanden, maar kan bij behoefte niet ingeschakeld wor-den, bijv. bij storing.

De warmtepomp meldt geen storingen. Opvraging van de meldingen bij de desbe-treffende warmtepompregeling: zie hoofdstuk ”Meldingen”.

B Kamerverwarming TapwaterverwarmingC 46 (linker

waarde)Aanvoertemperatuur secundair circuit in °C

41 (rechterwaarde)

Retourtemperatuur secundair circuit in °C

D 1 tot 3 Trap verwarmingswater-doorstroomtoestel Verwarmingswater-doorstroomtoestel (aangesloten op de warmtepompregeling)E 56 Gewenst compressorvermogen in % Gewenste compressorfrequentie in Hz Kamerverwarming Kamerkoeling OntdooienF 57 Compressorvermogen in % Compressorfrequentie in Hz CompressorG 3412 Looptijd van de compressor in h

Installatie

Timer

De weergave ”Timer” toont de processen, die na deweergegeven tijd stoppen. De totale duur van de pro-cessen wordt met parameters aangegeven.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Installatie”

4. ”Timer”

Diagnose

Installatieoverzicht (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 124: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

124

Timer

Kiezen met (

A B

Ü

Min. looptijd WPOpt. Looptijd WPPompnaloop WPBlokkeertijd WPOntdooiing WP (ten vroegste)Wachttijd moduswissel WPWachttijd WW / verwarmenBlokkeertijd IWB warmtepomp

1066118

14426131

87960431

30Aanlooptijd WP

C

88

35125

20

Afb. 18

A Actieve processenB Resterende tijd in s

Actieve processen Betekenis Tijdinstelling af fa-briek

”Aanlooptijd WP” Aanvoertijd voor ventilator en secundaire pomp 60 of 120 s”Min. looptijd WP” Minimale looptijd voor een betere efficiëntie van de

warmtepomp30, 180 of 360 s

”Opt. looptijd WP” : 20 min na het einde van de laatste ontdooiing / Periode waarin de warmtepomp storingvrij

moet lopen zodat de regelingsinterne tellervoor storingen teruggezet wordt.

10 of 20 min

”Min. inschakeltijd WP” Bij 2-trapskoelcircuit: Min. duur tot een compressorweer mag inschakelen.

20 min

”Pompnaloop WP” Nalooptijd van de secundaire pomp, nadat de kamer-of tapwaterverwarming met de warmtepomp afgelopenis.

120 s

”Blokkeertijd WP” Pauze om slijtage aan de compressor te beperken 180 of 600 s”Ontdooiing WP (ten vroeg-ste)”

Voor ontdooien door omkering koudecircuit Tijdens het ontdooiproces: Resterende ontdooitijd

Of Na het einde van het ontdooiproces: Blokkeertijd

voor opnieuw ontdooien

Vitocal 100-S/111-S:Geen opgave

Vitocal 200-A/200-S/222-A/222-S:30 min

Vitocal 300-A, typeAWO 302.B:60 tot 75 min

”Ontd. WP (ten laatste)” Voor ontdooien door omkering koudecircuitAls de verdampingstemperatuur de vermelde verwis-seldrempel onderschrijdt, begint het volgend ontdooi-proces ten laatste na afloop van de opgegeven duur.

60 of 240 min

”Natuurl. ontdooiiing” Resterende duur voor ontdooien met omgevingslucht:Hierbij leidt de ventilator warme omgevingslucht via deverdamper. Aan het secundair circuit wordt er geenwarmte onttrokken. De compressor loopt niet.

60 min

”Wachttijd moduswissel WP” Looptijdverlenging van de compressor na het omscha-kelen van tapwaterverwarming op kamerverwarming

120 s

”Koelcircuitfuncties” Max. duur voor drukregeling van het zuiggas 10 min

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 125: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

125

Actieve processen Betekenis Tijdinstelling af fa-briek

”Beveiligingsfuncties WP” Max. duur waarin het minimumtemperatuurverschiltussen verdamper en condensor niet bereikt moetworden.

Bij omkering koelcircuit:Max. duur waarin de verdampingstemperatuur onder0 °C mag dalen.

10 min

”Wachttijd WW / verwarmen” Max. duur van de tapwaterverwarming als er warm-tevraag van de verwarmingscircuits is.Of

Max. duur van de kamerverwarming als er warmte-vraag van de warmwaterboiler is.

”Max. looptijdwarmwater- berei-ding bij verwarming6011”

”Blokkeertijd IWB warmte-pomp”

In deze periode worden geen integralen voor inscha-keldrempels aangemaakt.

0,5 x ”Inschakelver-traging verwar-mingswaterdoor-stromer 7905”

”Blokkeertijd IWB el. verw.” ”Inschakelvertra-ging verwarmings-waterdoorstromer7905”

”Blokkeertijd IWB ext. WE” ”Inschakelvertra-ging externe warm-tegenerator 7B04”

”Ext. warmtegenerator” Min. looptijd externe warmteopwekker 20 minLooptijd externe warmteopwekker zonder warmtevraag 10 min

”Gebeurtenissen” Bij 2-trapskoelcircuit:Tijd tot de andere compressor mag bijgeschakeld wor-den.

20 min

Opmerking De tijdinstellingen zijn deels afhankelijk van het type

warmtepomp. Sommige tijdsinstellingen kunnen alleen door een

door Viessmann gecertificeerde verwarmingsfirmavoor warmtepompen gewijzigd worden.

Integrale

Bepaalde installatiecomponenten worden enkel inge-schakeld als de waarden boven/onder de desbetref-fende temperatuurgrens liggen en indien ook deinschakelintegraal de bijbehorende inschakeldrempelheeft overschreden, bijv. ”Inschakeldrempel verwar-mingswaterdoorstromer 730E”. De inschakelinte-graal wordt berekend op basis van de hoogte en deduur waarin de waarden boven/onder de grenswaardeliggen.Voorwaarde: Warmte-/koelbehoefte is gering.De warmtepompregeling berekent verschillende inte-gralen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Installatie”

4. ”Integrale”

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 126: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

126

IntegraleÜ

WP voor VCElektr. verw. voor HK

WP voor koelenWP voor CV-bufferOntdooien

72147

129584

Terug met ä

WP voor zwembad 68

A B C

Afb. 19

A IntegraalB Toestand van de integraal

Integraal verhoogt.Integraal vermindert.

Geen symbool: Integraal blijft ongewijzigd.C Actuele waarde van de integraal in %, met betrek-

king tot de bijbehorende inschakeldrempel/vermo-gensinvoer

Integraal Betekenis Inschakeldrempel/vermogens-invoer af fabriek

”WP voor WW” Inschakelen van de warmtepomp voor tap-waterverwarming

Vermogensgeregelde warmte-pompen: Vermogensinvoer uit karakte-

ristiek

Warmtepompen zonder vermo-gensregeling: 0 of 100 %

”Elektr. verw. voor WW” Inschakelen van het verwarmingswater-doorstroomtoestel en/of het elektrisch ver-warmingselement voor de tapwaternaver-warming

”Ext. WG. voor WW” Inschakelen van de externe warmteopwek-ker voor tapwaternaverwarming

”WP voor HK” Inschakelen van de warmtepomp voor ka-merverwarming

”Inschakeldrempel verwar-mingswaterdoorstromer 730E”

”Elektr. verw. voor HK” Inschakelen van het verwarmingswater-doorstroomtoestel voor kamerverwarming

”Externe WG voor VC” Inschakelen van de externe warmteopwek-ker voor kamerverwarming

”Inschakeldrempel externewarmtegenerator 7B03”

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 127: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

127

Integraal Betekenis Inschakeldrempel/vermogens-invoer af fabriek

”WP voor zwembad” Inschakelen van de warmtepomp voorzwembadverwarming

”Inschakeldrempel verwar-mingswaterdoorstromer 730E”

”WP voor koelen” Inschakelen van de warmtepomp bij weers-afhankelijke kamerkoeling met koelfun-ctie ”active cooling”

”WP voor CV-buffer” Inschakelen van de warmtepomp voor buf-ferverwarming

”Ontdooien” Ontdooi-integraal Bij min. retourtemperatuur se-cundair circuit:10 of 35 K·min

Bij max. retourtemperatuur se-cundair circuit:40 of 70 K·min

”Koelbuffertemp.” Inschakelen van de warmtepomp voor dekoeling van de verwarmings-/koelwaterbuf-fer

”Inschakeldrempel verwar-mingswaterdoorstromer 730E”

Opmerking De waarden voor de inschakeldrempel/vermogensin-

voer zijn deels afhankelijk van het type warmtepomp. Sommige waarden kunnen alleen door een door

Viessmann gecertificeerde installateur voor warmte-pompen worden aangepast.

Logboek

Het logboek bevat de laatste 30 statuswijzigingen vancomponenten van de verwarmingsinstallatie en van dewarmtepompen. Voor de analyse van het regelgedragvan de warmtepompregeling kunnen bij elke invoermeer inlichtingen worden opgevraagd, bijv. het tijdstipen reden van de statuswijziging.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Installatie”

4. ”Logboek”

5. Ingang selecteren. Met OK bijkomende informatieweergeven.

Logboek

Kiezen met (

Secundaire pomp 1

Elektrische verwarming

Elektrische verwarming

25%

Uit

St1

Vrijgave ketel- temperatuursensor Aan

Ü

A B

Afb. 20

A Componenten waarvan de status gewijzigd is.B Ingeschakelde status

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 128: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

128

Vrijgave ketel- temperatuursensor

Terug met ä

Inschakelhysterese bereikt

SC:HK

12.02.2018 19:58:24

Aan

ZA:PM2 5K

A B

G F CDEAfb. 21

A Componenten waarvan de status gewijzigd is.B Ingeschakelde statusC Ingestelde voorwaarde of grenswaarde voor de

statuswijziging met eenheidD Datum en tijd van de statuswijzigingE Gebeurtenis (reden van de statuswijziging)F Toestandsautomaat ”TA”: Regelcircuit dat de sta-

tuswijziging heeft geactiveerd.G ”SC”: Hydraulisch circuit waarop de statuswijzi-

ging betrekking heeft.

Component A en ingeschakelde status B

Component A Betekenis Ingeschakelde status BMet vermogens-regeling

Zonder vermo-gensregeling

”Compressor 1” Compressor of compressor 1 bij 2-trapskoudecircuit

”0 %” tot ”100%”

”Compressor 2” Compressor 2 bij 2-traps koudecircuit”Primaire bron 1” : Primaire pomp

/ : Ventilator of inverterfrequentie”Secundaire pomp 1” Secundaire pomp”Elektrische verwar-ming”

Verwarmingswater-doorstroomtoestel ”Uit”, ”Tr1”, ”Tr2”, ”Tr3” voor deweergave van deingeschakeldetrap

”FL-gas-magneetklep 1” Uitschakelklep in het koelcircuit — ”Aan” of ”Uit””Boilernaverwarming” Circulatiepomp voor de boilernaverwarming

of elektrisch verwarmingselement”Aansturing ext. WG.” Inschakelen externe warmteopwekker”Active Cooling” Koelfunctie ”active cooling””CV-pomp VC1” CV-pomp verwarmingscircuit A1/VC1 — ”Aan” of ”Uit””CV-pomp VC2” CV-pomp verwarmingscircuit M2/VC2”CV-pomp VC3” CV-pomp verwarmingscircuit M3/VC3

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 129: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

129

Component A Betekenis Ingeschakelde status BMet vermogens-regeling

Zonder vermo-gensregeling

”Schakeluitg. circ.pomp” Circulatiepomp — ”Aan” of ”Uit””Groepsalarmmeld.” Groepsalarmmeld.”Natural Cooling” Koelfunctie ”natural cooling””Klep verwarmen/WW1” 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwa-

terverwarming”— ”Aan” of ”Uit”

”Boilerlaadpomp” Boilerlaadpomp”Zwembadklep” 3-wegomschakelklep ”Zwembadverwar-

ming””Volg-warmtepomp 1” Volgwarmtepomp 1 — ”Aan” of ”Uit””Volg-warmtepomp 2” Volgwarmtepomp 2”Volgwarmtepomp 3” Volgwarmtepomp 3”Volgwarmtepomp 4” Volgwarmtepomp 4”koelcircuit-omkering” Ontdooiing door omkering koelcircuit”Methoden” Meerdere installatiecomponenten tegelijk

Opmerking Voor elke statuswijziging wordt slechts een gebeur-

tenis weergegeven. Als een statuswijziging van meerdere met elkaar ver-

band houdende gebeurtenissen afhangt, wordt altijdde laatste gebeurtenis weergegeven.

Gebeurtenissen E

Gebeurtenis E Oorzaken”Inschakelhysterese bereikt” Gewenste temperatuur is hoger/lager met waarde van hysterese.”Uitschakelhysterese bereikt” Gewenste temperatuur is hoger/lager met waarde van hysterese.”Moduswisseling na tijdpro-gramma”

Wijziging van de werkingsstatus volgens het ingestelde tijdprogramma

”Moduswisseling ext. bijscha-keling”

Wijziging van de werkingsstatus via externe toestellen, digitale ingang, ge-bouwbeheersysteem, hoofdwarmtepomp, enz.

”Sprong gew. waarde” Wijziging van de gewenste aanvoertemperatuur secundair circuit, bijv. doorvolgende voorwaarden: Werkingsstatus is volgens het ingestelde tijdprogramma gewijzigd. Omschakelen tussen kamerverwarming, tapwaterverwarming, kamerkoeling

of zwembadverwarming Functie ”Extern opvragen” of ”Extern blokkeren” zijn actief.

”Gew. waarde bereikt” Boilertemperatuur of buffertemperatuur heeft gewenste temperatuur of max.temperatuur bereikt.

”Wissel hydraulisch circuit” Omschakelen tussen kamerverwarming, tapwaterverwarming, kamerkoeling ofzwembadverwarming

”In-/uitschakeloptimaliseringactief”

Functie ”Inschakeloptimalisering voor warmwaterbereiding 6009” of ”Uit-schakeloptimalisering voor warmwaterbereiding 600A” actief

”Blokkering energieb. actief” Blokkering energiebedrijf is actief.”Compressorstop” Compressor is uitgeschakeld. De vraag is niet meer voorhanden.

Of Er is een storing opgetreden.

”Integraalwaarde bereikt” De integraal voor het inschakelen van een component, een functie of een be-drijfsniveau heeft de inschakeldrempel overschreden.

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 130: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

130

Gebeurtenis E Oorzaken”Waarde lager dan inte-graalw.”

De integraal voor het inschakelen van een component, een functie of een be-drijfsniveau heeft de inschakeldrempel overschreden.

”Vervangend stoken” Als de compressor niet kan starten, wordt bijv. een externe warmteopwekker,verwarmingswater-doorstroomtoestel of elektrisch verwarmingselement inge-schakeld.

”Naloop pomp” Nalooptijd van een circulatiepomp actief, bijv. secundaire pomp na het uitscha-kelen van de compressor

”Hoger gebruik” Behoefte ”Hoog” of ”Maximaal” voor regelcircuit is actief.”Extern opvragen” Functie ”Extern opvragen” is actief.”Extern blokkeren” Functie ”Extern blokkeren” is actief.”Natuurl. ontdooiiing” Ontdooien met omgevingslucht: Koelcircuit is niet in werking.”Vermogen op nul” Geen vraag meer naar warmtebron.”EEV uitschakeling” Werkingspunt buiten de toepassingsgrenzen of storing koelcircuitregelaar

(”Diagnose” ”Koelcircuit” ”Meldingsoverzicht” opvolgen)”Koelcircuitstoring” Temperatuur aan de condensor herhaaldelijk te laag, melding ”AC Conden-

soruitschakel.” in aanmerking nemen.”Vorstbescherming” Temperatuur aan de condensor te laag

Temperatuur in de warmwaterboiler te laag”Veiligheidscircuit” Veiligheidscircuit onderbroken”Primaire temp. buiten toepas-singsgrenzen”

Aanvoertemperatuur primair circuit of luchtinlaattemperatuur buiten de rege-lingsinterne grenzen, melding ”CB Aanvoertemp. primair” in aanmerking ne-men.

”Timer afgelopen” Actieve timer is afgelopen, bijv. ”Aanlooptijd WP”: zie hoofdstuk ”Timer”.”Maximumwaarde overschre-den”

Max. persgastemperatuur of max. hoogdruk condensor is overschreden.

”Vermogensopvraag” Warmtebron werd door productiemanager aangesproken, bijv. warmtepomp,externe warmteopwekker, enz.

”Max. temp. secundair circuitoverschreden”

Max. aanvoertemperatuur secundair circuit overschreden

”Stromingsbewaker” Stromingsbewaker is geactiveerd.Of

Brug is niet voorhanden.”Ontdooien” / : Ontdooiing door omkering koudecircuit”Hoofdonderbreker” Verwarmingswater-doorstroomtoestel wordt onmiddellijk voor het inschakelen

van de compressor uitgeschakeld.”Grensdruk” Min. druk van het zuiggas niet bereikt.”Temperatuurverhoging” Max. temperatuurverschil tussen verdamper en condensor is overschreden of

min. temperatuurverschil tussen verdamper en condensor niet bereikt.”Dauwpuntsensor” Dauwpuntsensor is geactiveerd.”Min. temp. secundair circuitniet bereikt”

Min. aanvoertemperatuur secundair circuit niet bereikt

Toestandsautomaten ”TA” F

Toestandsautomaten geven de toestanden van deregelcircuits in de warmtepompregeling weer. Zo kun-nen de functies van afzonderlijke componenten van dewarmtepomp en de verwarmingsinstallatie bekekenworden.

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 131: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

131

VerbruikerIndicatie Regelcircuit”VC1” Verwarmingscircuit A1/VC1 (”Verwarm.circuit 1”)”VC2” Verwarmingscircuit M2/VC2 (”Verwarm.circuit 2”)”VC3” Verwarmingscircuit M3/VC3 (”Verwarm.circuit 3”)”KK” Afzonderlijk koelcircuit (”Koelcircuit”)”PS” ”CV-waterbuffer””WW” Tapwaterverwarming (”Warmwaterbuffer”)”HCFDM” ”CV-circuitlastmanager”

Lokale opvraagmanagerIndicatie Regelcircuit”LFDM1” Tapwaterverwarming (”Lok. opvraagmanager WW”)”LFDM2” Verwarmingscircuits (”Lok. opvraagmanager VC”)”LFDM3” Koeling ”Lok. opvraagmanager koelen””LFDM4” Zwembadverwarming (”Lok. opvraagmanager pool”)

Centrale opvraagmanagerIndicatie Regelcircuit”CFDM1” Tapwaterverwarming (”Centr. Opvraagmanager WW”)”CFDM2” Verwarmingscircuits (”Centr. Opvraagmanager VC”)”CFDM3” Koeling ”Centr. Opvraagmanager koelen””CFDM4” Zwembadverwarming (”Centr. Opvraagmanager POOL”)

ProductiemanagerIndicatie Regelcircuit”PM1” Tapwaterverwarming (”Productiemanager WW”)”PM2” Verwarmingscircuits (”Productiemanager VC”)”PM3” Koelen (”Productiemanager koelen”)”PM4” Zwembadverwarming (”Productiemanager pool”)

WarmtebronnenIndicatie Regelcircuit”WP1” Warmtepomp, compressor 1 bij 2-traps koudecircuit (”warmtepomp 1”)”WP2” Compressor 2 bij 2-traps koudecircuit (”warmtepomp 2”)”Elek. verw.” Elektrisch verw.element (”Extra elek. verwarm.”)”EHEIZ” Verwarmingswater-doorstroomtoestel (”Extra elek. verwarm.”)”EXWE” Externe warmteopwekker (”Ext. warmtegenerator”)”VolgWP1” Volgwarmtepomp 1 (”Volgwarmtepomp 1”)”VolgWP2” Volgwarmtepomp 2 (”Volgwarmtepomp 2”)”VolgWP3” Volgwarmtepomp 3 (”Volgwarmtepomp 3”)”VolgWP4” Volgwarmtepomp 4 (”Volgwarmtepomp 4”)”Brijnc.” Primair circuit (”Aardsonde”)

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 132: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

132

Hydraulisch circuit ”SC” G

Indicatie Hydraulisch circuit”WW” Tapwaterverwarming”VC” CV-circuit A1/VC1, CV-circuit M2/VC2, CV-circuit M3/VC3”COOL” Afzonderlijk koelcircuit”POOL” Zwembad

Ventilatie

Ventilatie: Overzicht

Functieschema bij woningventilatie met aangeslotenventilatietoestel

De volgende informatie kan worden opgevraagd: Temperaturen en gewenste luchtdebieten Bedrijfstoestanden en -gegevens van de ventilatoren

en andere componenten Meetwaarden aangesloten sensoren

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Ventilatie”

4. ”Ventilatie: Overzicht”

Aanwijzingen Bij enkele ventilatietoestellen worden niet alle

getoonde symbolen en waarden weergegeven. Enkel aanwezige componenten van het ventilatiesys-

teem worden weergegeven, bijv. elektrisch voorver-warmregister.

Als de ventilatoren of andere componenten van hetventilatietoestel in werking zijn, worden de symbolengeanimeerd weergegeven.

De getoonde waarden zijn voorbeelden.

Status34%

24,0°C

A

D

H

ABL20,0 /18,0°C

UitlaatluchtUitlaatlucht vol.

/34,5°C

170m³/h

3

CO2Vocht

/657ppm800/72%65

Toevoerlucht vol.TOEV /24,3°C16,5

170m³/h

C

30%B

3,0 /2,5°CBuiL

2550rpm

2430rpm

E F G

KL

Terug met

Ventilatie: Overzicht

Afb. 22

A WarmtewisselaarB Vitovent 200-C/200-W/300-C/300-W:

Openingsbreedte van de bypassklep in %C Vitovent 200-W/300-C/300-F/300-W:

Buitenluchttemperatuur, meting conform elektrischvoorverwarmregister (accessoire)

D Elektrisch voorverwarmregister (accessoire)

E Actueel verwarmingsvermogen van het elektrischevoorverwarmregister in %

F Toerental uitlaatluchtventilatorG UitlaatluchtventilatorH ToevoerluchtventilatorK Toerental toevoerluchtventilator

Diagnose

Installatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 133: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

133

L Vitovent 300-F:Hydraulisch naverwarmregisterVitovent 200-C:Symbool knippert: Ontdooien van de warmtewis-selaar actief

Betekenis van de waarden en symbolenWeergave Betekenis Vitovent

200-C 300-F 200-W300-C300-W

Bypass niet actief: Buitenlucht wordt viawarmtewisselaar geleid.

X X X

Bypass actief (passief verwarmen/koelen):Afvoerlucht wordt niet via de warmtewis-selaar geleid.

— X X

Bypass actief (passief verwarmen/koelen ofontdooi-/vorstbeschermingsfunctie): Buiten-lucht wordt niet of slechts gedeeltelijk viade warmtewisselaar geleid.

X — —

”BuiL” 3,0 Gewenste temperatuur in °C voor regelingvan het elektrische voorverwarmregister bijcomfortfunctie vorstbescherming

X — —

2,5 Buitenluchttemperatuur in °C, meting conformelektrisch voorverwarmregister (accessoire)Buitenluchttemperatuur voor Vitovent 300-F:Zie pos C in afb. 22.

X — X

”Status” Vorstbeschermingsfunctie actief, met of zon-der elektrisch voorverwarmregister

X X X

Verijzing van de warmtewisselaar door te la-ge toevoerluchttemperatuur herkend

X — 200-W

Verijzing van de warmtewisselaar door tehoog ventilatortoerental herkend

X — 300-C300-W

3 Gewenste ventilatietrap X X X3 Momenteel actieve ventilatietrap X X X

”Uittreel.” 4,5 Uitlaatluchttemperatuur in °C — X —

”Uittr.l. v.” 170 Luchtdebiet uitlaatlucht in m3/h X X X”CO2”Witte achtergrond: CO2-concen-tratie is doorslaggevend voor deaanpassing van het luchtdebiet.(CO2-/vochtsensor vereist, ac-cessoire)

800 ”CO2-waarde voor verhoging debiet 7D18”CO2-concentratie in ppm (”parts per million”),vanaf wanneer het luchtdebiet aangepastwordt.

— X —

657 Werkelijke waarde CO2-concentratie in ppm — X —

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 134: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

134

Weergave Betekenis Vitovent200-C 300-F 200-W

300-C300-W

”Vocht”Witte achtergrond: Luchtvochtig-heid is doorslaggevend voor deaanpassing van het luchtdebiet.(CO2-/vochtsensor vereist, ac-cessoire)

65 ”Vochtwaarde voor verhoging debiet7D19”Relatieve luchtvochtigheid in %, vanaf wan-neer het luchtdebiet aangepast wordt.

— X —

72 Werk. waarde relatieve luchtvochtigheid in % Meting met CO2-/vochtsensor — X — Meting met centrale vochtsensor — — X

”Tvl.”Witte achtergrond: Afwijking vande toevoerluchttemperatuur vande gewenste waarde is doorslag-gevend voor aanpassing vanluchtdebiet.

16,5 Gewenste toevoerluchttemperatuur in °C Vitovent 200-C:

Weergave alleen bij vorstbescherming metelektrisch voorverwarmregister: Gewenstetemperatuur voor de vermogensregelingvan het elektrische voorverwarmregister bijhet ontdooien via bypass

Vitovent 300-F:Bij ventilatie-CV-circuit: gewenste aanvoer-temperatuur CV-circuit A1/VC1 + 5 K

X X —

24,3 Werk. waarde toevoerluchttemperatuur in °C,meting conform voorverwarmregister (acces-soires)

X X —

”Tvl. vol.” 170 Luchtdebiet toevoerlucht in m3/h X X X”ABL” 20,0 ”Gew. kamertemperatuur 7D08” X X —

”Gew. kamertemperatuur C108” — — X18,0 Werkelijke waarde afvoerluchttemperatuur in

°CX X X

Ventilatie

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Ventilatie”

4. ”Ventilatie”Vers.drukpressost. ABL:

Spanning FOL:Spanning ZUL:

Geactiveerd

6,14V6,09V

Bypass-functie: Koelen

Ventilatie

Terug met

Ventil.-blokk.tijd Vorstbescherming:Status VHZ-STB:Tijd tot aanpassing:Vers.drukpressost. AUL:

00:02:27/00:00:56VHZ geblokkeerd00:07:20Geactiveerd

Afb. 23

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 135: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

135

Weergave Betekenis Vitovent200-C 300-F 200-W

300-C300-W

”Vent-blokk.tijd Vor-stbescherm.:”

Als één of beide ventilatoren voor de vorstbescherming uitge-schakeld werden:Resterende duur tot het herinschakelen van de ventilatoren

X X —

Als de vorstbeschermingsfunctie van het ventilatietoestel ac-tief is en de ventilatoren ingeschakeld zijn:min. duur waarna de ventilatoren voor de vorstbeschermingten vroegste uitgeschakeld kunnen worden.

Als 2 tijden weergegeven worden: Tijd links:

Vorstbeschermingsfunctie werd door te geringe buitenlucht-temperatuur ingeschakeld.

Tijd rechts:Vorstbeschermingsfunctie werd door te geringe toevoerlucht-temperatuur ingeschakeld.

OpmerkingAls beide tijden weergegeven worden, zijn zowel de buitenlucht-temperatuur alsook de toevoerluchttemperatuur te gering. Deventilatoren worden pas uitgeschakeld of opnieuw ingeschakeldals beide tijden verstreken zijn.

— X —

”Status VHZ-STB:” ”VHZ geblok-keerd”

Veiligheidstemperatuurbegrenzer van het elek-trische voorverwarmregister (accessoires) isgeactiveerd. Elektrisch voorverwarmregisterkan pas weer ingeschakeld worden nadat deveiligheidstemperatuurbegrenzer met de ”re-settoets” op het voorverwarmregister werd ont-grendeld.

OpmerkingVoor het ontgrendelen van de veiligheidstem-peratuurbewaker de oorzaak van de storingverhelpen: Zie montage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-C” of ”Vitovent 300-F”.

X X —

”Tijd tot aanpas-sing:”

Vorstbescherming zonder elektrisch voorverwarmregister:Resterende duur tot het ventilatietoestel in de ”Basiswer-king” opnieuw ingeschakeld wordt.

Vorstbescherming met elektrisch voorverwarmregister:Resterende duur tot het aanpassen van de ventilatietrap

Zie hoofdstuk ”Vorstbescherming Vitovent 300-F”.

— X —

Als ”Intensieve werking” extern ingeschakeld werd:Resterende duur tot de ”Intensieve werking” automatischeindigt (”Duur badkamerventilatie 7D3B”).

Als het elektrische voorverwarmregister ingeschakeld is:Resterende nalooptijd van de ventilatoren om de oververhit-ting van het elektrische voorverwarmregister te vermijden.

X — —

”Blokkeertijd voorontdooien:”

Resterende duur tot de volgende ontdooibewerking van dewarmtewisselaar mag beginnen.

X — —

”Ontdooitijd:” Resterende duur van de actueel actieve ontdooifunctie X — —

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 136: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

136

Weergave Betekenis Vitovent200-C 300-F 200-W

300-C300-W

”Herken.vor-stbesch.max.toe-rent:”

Verijzing van de warmtewisselaar werd door te hoog ventilator-toerental herkend: Resterende tijd tot de ontdooifunctie actiefwordt.

X — —

”Herken. vor-stbesch.min.temp:”

Verijzing van de warmtewisselaar werd door te lage toevoer-luchttemperatuur herkend: Resterende tijd tot de ontdooifunctieactief wordt.

X — —

”Vers.drukpressost.AUL:”

Status van de verschildrukbewaker voor buitenluchtfilter en/ofafvoerluchtfilter

— X —

”Geactiveerd” Verschildruk heeft de activeringswaarde vande verschildrukbewaker overschreden. In hetbasismenu verschijnt de weergave ”Ventila-tie”:” Filter controleren”.

”Vers.drukbewakerABL:”

Zoals ”Vers.drukpressost. AUL:” — X —

”Bypass-functie:” ”Ventileren” Bypass niet actief X X X”Koelen” Bypass actief, passief koelen actief X X X”Verw.” Bypass actief, passief verwarmen actief X X —”passief ont-dooi.”

Ontdooifunctie voor de warmtewisselaar is ac-tief. Elektrisch voorverwarmregister is uitge-schakeld.

X — —

”OntdooienVVR”

Ontdooifunctie voor de warmtewisselaar is ac-tief. Elektrisch voorverwarmregister is inge-schakeld.

X — —

”Spanning FOL:” Stuurspanning uitlaatluchtventilator X X X”Spanning ZUL:” Stuurspanning toevoerluchtventilator X X X

Meldingsoverzicht Vitovent 200-C/300-F

Meldingsoverzicht van het aangesloten ventilatietoe-stel: In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Ventilatie”

4. ”Meldingsoverzicht”

Overzicht van de meldingen

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 24

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing”, ”Waarschu-

wing”, ”Storing”E Frequentie van optreden

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 137: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

137

Als een melding van het ventilatietoestel voorkomt,wordt ook op de warmtepompregeling een meldingvoor het ventilatietoestel weergegeven. Welke meldingop de warmtepompregeling wordt weergegeven, hangtaf van het soort melding op het ventilatietoestel:zie ”Overzicht van de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

Soort melding aanhet ventilatietoestel

Melding aan de warmtepomp-regeling

H ”Aanwijzing” ”0F Ventilatietoestel”W ”Waarschu-

wing””A0 Ventilatie: Filter controle-ren”

S ”Storing” ”0E Ventilatietoestel”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van het ventilatie-toestel

Maatregel

01 W Enkel Vitovent 300-F:Verschildruk heeft active-ringswaarde van één ofvan beide verschildrukbe-wakers overschreden.

Ventilatietoestel blijft inwerking, verhoogd elek-trisch opgenomen vermo-gen.

Buitenlucht- en afvoerluchtfilter ver-vangen. Onderhoudsindicatie terug-zetten.

02 W

03 W Tijdinterval voor filterver-vanging is afgelopen.

05 S Kortsluiting/onderbrekingbuitenluchttemperatuur-sensor

Vitovent 200-C: Ventila-tortoestel wordt uitge-schakeld.

Vitovent 300-F: ”Basis-werking” wordt inge-schakeld. De waarde vande uitlaatluchttempera-tuursensor minus 5 Kwordt gebruikt.

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) vande sensor van het ventilatietoestelcontroleren: Zie montage- en service-handleiding van het ventilatietoestel.

06 S Kortsluiting/onderbrekingtoevoerluchttemperatuur-sensor

Vitovent 200-C: Ventila-tortoestel wordt uitge-schakeld.

Vitovent 300-F: ”Basis-werking” wordt inge-schakeld.

07 S Kortsluiting/onderbrekingafvoerluchttemperatuur-sensor

08 S Enkel Vitovent 300-F:Kortsluiting/onderbrekinguitlaatluchttemperatuur-sensor

”Basiswerking” wordt in-geschakeld. De waardevan de buitenluchttempera-tuursensor wordt gebruikt.

09 S Enkel Vitovent 300-F:Registratie CO2-signaalgestoord

Ventilatietoestel blijft inwerking, geen regeling vande CO2-concentratie.

CO2-/vochtsensor controleren.

0A S Enkel Vitovent 300-F:Registratie vochtsignaalgestoord

Ventilatietoestel blijft inwerking, geen regeling vande luchtvochtigheid.

0C ― Enkel Vitovent 300-F:Luchtvochtigheid heeftgrens voor verhoging vanhet luchtdebiet overschre-den.

Luchtdebiet wordt ver-hoogd.

Geen maatregel nodig

0D ― Enkel Vitovent 300-F:CO2-concentratie heeftgrens voor verhoging vanhet luchtdebiet overschre-den.

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 138: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

138

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van het ventilatie-toestel

Maatregel

0E H ”Basiswerking” werd opbasis van een andere sto-ring, bijv. sensorstoring,ingeschakeld. Meldingkomt niet alleen voor.

”Basiswerking” wordtingeschakeld.

Bypass is geblokkeerd.

Maatregelen volgens de overige mel-dingen

0F S Vitovent 200-C:Kortsluiting/onderbrekingbuitenluchttemperatuur-sensor, toevoerluchttem-peratuursensor en/of af-voerluchtemperatuursen-sor

Vitovent 300-F: Kortsluiting/onderbre-

king buitenluchttempera-tuursensor en Uitlaat-luchttemperatuursensor

Kortsluiting/onderbre-king toevoerluchttempe-ratuursensor, indien toe-voerluchtverwarming viaventilatieverwarmings-circuit plaatsvindt

Ventilatoren worden uitge-schakeld.

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) vande sensor van het ventilatietoestelcontroleren: Zie montage- en service-handleiding van het ventilatietoestel.

10 S Veiligheidstemperatuurbe-grenzer aan het elektri-sche voorverwarmregisteris geactiveerd.

Vitovent 200-C: Ontdooi-functie zonder elektrischvoorverwarmregisterwordt gebruikt.

Vitovent 300-F: Ventilato-ren worden uitgescha-keld.

Elektrisch voorverwarmregister contro-leren. Evt. voorverwarmregister ver-vangen. Vitovent 200-C: Thermische zekerin-

gen vervangen. Vitovent 300-F: Om opnieuw in te

schakelen, veiligheidstemperatuur-begrenzer ontgrendelen. Ventilatie-toestel aan de netschakelaar uit- enopnieuw inschakelen.

11 H Enkel Vitovent 300-F:Vorstbescherming voorhydraulisch naverwarmre-gister actief

De ventilatoren worden uit-geschakeld en na een be-paalde periode weer inge-schakeld.

Geen maatregel nodig:Als de storing meermaals optreedt, by-passklep mechanisch controleren.

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 139: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

139

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van het ventilatie-toestel

Maatregel

14 S Blokkade, storing of sig-naalonderbreking toevoer-luchtventilator

Beide ventilatoren wordenuitgeschakeld.

Ventilator op blokkade of verontreini-ging controleren. Evt. blokkade ver-helpen. Ventilator reinigen.

Elektrische aansluitingen en aan-sluitleiding ventilator controleren.

Ventilator mechanisch en elektrischcontroleren.

Evt. ventilator vervangen. Vitovent 300-F: Ventilatietoestel aan

de netschakelaar uit- en opnieuw in-schakelen.

Vitovent 200-C: Netaansluitstekkeruittrekken en weer insteken.

15 S Blokkade, storing of sig-naalonderbreking uitlaat-luchtventilator

FF S Geen communicatie metventilatietoestel bij het in-schakelen van de warmte-pompregeling, bijv. alsventilatietoestel niet inge-schakeld is of verkeerd ty-pe bij ”Vrijgave Vitovent7D00” ingesteld is.

Ventilatietoestel werktmet de laatst ingesteldegegevens verder.Of

”Basiswerking” wordtingeschakeld.

Indien nodig ventilatietoestel inscha-kelen.

Ventilatietoestel en Modbus-kabelnaar de warmtepomp controleren.Evt. regelaarprintplaat van het venti-latietoestel vervangen.

Parameterinstelling ”VrijgaveVitovent 7D00” controleren. Evt. in-stelling corrigeren.

Indien aanwezig, op de melding ”EFModbus-deelnemer” aan de warm-tepompregeling letten.

Meldingsoverzicht Vitovent 200-W/300-C/300-W

Meldingsoverzicht van het aangesloten ventilatietoe-stel: In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Ventilatie”

4. ”Meldingsoverzicht”

Overzicht van de meldingen

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 25

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing”, ”Waarschu-

wing”, ”Storing”E Frequentie van optreden

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 140: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

140

Als een melding van het ventilatietoestel voorkomt,wordt ook op de warmtepompregeling een meldingvoor het ventilatietoestel weergegeven. Welke meldingop de warmtepompregeling wordt weergegeven, hangtaf van het soort melding op het ventilatietoestel:zie ”Overzicht van de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

Soort melding aanhet ventilatietoestel

Melding aan de warmtepomp-regeling

H ”Aanwijzing” ”0F Ventilatietoestel”W ”Waarschu-

wing””A0 Ventilatie: Filter controle-ren”

S ”Storing” ”0E Ventilatietoestel”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van het ventilatie-toestel

Maatregel

03 W Tijdinterval voor filterver-vanging is afgelopen.

Ventilatietoestel blijft inwerking, verhoogd elek-trisch opgenomen vermo-gen.

Buitenlucht- en afvoerluchtfilter reini-gen. Bij sterke vervuiling beide filtersvervangen, minstens 1 keer per jaar.Onderhoudsindicatie terugzetten.

04 S Kortsluiting/onderbrekingexterne temperatuursen-sor (aardwarmtewisselaar)

3-wegomschakelklep vooraardwarmtewisselaar (doorde installateur te plaatsen)wordt niet geschakeld.

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting X15.7/X15.8 op regel-aarprintplaat van het ventilatietoestelcontroleren: Zie montage- en service-handleiding van het ventilatietoestel.

05 S Kortsluiting/onderbrekingbuitenluchttemperatuur-sensor

Beide ventilatoren wor-den uitgeschakeld.

Het voorverwarmregisterwordt uitgeschakeld.

Bypass is geblokkeerd.

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting X7.1/X7.2 op regelaar-printplaat van het ventilatietoestel con-troleren: Zie montage- en service-handleiding van het ventilatietoestel.

07 S Kortsluiting/onderbrekingafvoerluchttemperatuur-sensor

Bypass is geblokkeerd. Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting X17.1/X17.2 op regel-aarprintplaat van het ventilatietoestelcontroleren: Zie montage- en service-handleiding van het ventilatietoestel.

0A S Registratie signaal van decentrale vochtsensor ge-stoord

Ventilatietoestel blijft inwerking, geen regeling vande luchtvochtigheid.

Centrale vochtsensor controleren.Ventilatietoestel spanningsvrij schake-len. Evt. vochtsensor vervangen.

14 S Blokkade, storing of sig-naalonderbreking toevoer-luchtventilator

Beide ventilatoren wor-den uitgeschakeld.

Elektrische voorverwarm-registers worden uitge-schakeld.

Ventilator op blokkade of verontreini-ging controleren. Evt. blokkade ver-helpen. Ventilator reinigen.

Elektrische aansluitingen en aan-sluitleiding ventilator controleren.

Ventilator mechanisch en elektrischcontroleren.

Evt. ventilator vervangen.

15 S Blokkade, storing of sig-naalonderbreking uitlaat-luchtventilator

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 141: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

141

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van het ventilatie-toestel

Maatregel

1B S Druksensor toevoerlucht-ventilator defect of druk-slangen (rood) verstopt ofgeknikt

Ventilatie met constantventilatortoerental

Als de buitenluchttempe-ratuur < 0 °C is, schakelthet door de installateuringebouwde elektrischevoorverwarmregister in.

De drukslangen (rood) op vervuiling,knikken en beschadiging controle-ren: Zie montage- en servicehandlei-ding van het ventilatietoestel.

Druksensor toevoerluchtventilatorcontroleren. Evt. ventilator vervan-gen.

1C S Druksensor uitlaatlucht-ventilator defect of druk-slangen (blauw) verstoptof geknikt

De drukslangen (blauw) op vervui-ling, knikken en beschadiging con-troleren: Zie montage- en service-handleiding van het ventilatietoestel.

Druksensor uitlaatluchtventilatorcontroleren. Evt. ventilator vervan-gen.

FF S Geen communicatie metventilatietoestel bij het in-schakelen van de warmte-pompregeling, bijv. alsventilatietoestel niet inge-schakeld is of verkeerd ty-pe bij ”Vrijgave Vitovent7D00” ingesteld is.

Ventilatietoestel werkt metde laatst ingestelde gege-vens verder.

Indien nodig ventilatietoestel inscha-kelen.

Ventilatietoestel en Modbus-kabelnaar de warmtepomp controleren.Evt. regelaarprintplaat van het venti-latietoestel vervangen.

Parameterinstelling ”VrijgaveVitovent 7D00” controleren. Evt. in-stelling corrigeren.

Indien aanwezig, op de melding ”EFModbus-deelnemer” aan de warm-tepompregeling letten.

Warmtepomp

Looptijd compressor

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Warmtepomp”

4. ”Looptijd compressor” bij 1-traps warmtepomp

5. Bedrijfsuren van de compressor (”Looptijd”) met voor elke ”Belastingklasse” opvragen.

Kiezen met230h

Looptijd compressorÜ

1Belastingklasse

3 4 5

h

(

Looptijd

?

Afb. 26

Toekenning van de belastingklassen:Belastingklasse Bedrijfsuren bij ΔTV/K

1 ΔTV/K < 25 K

2 25 K < ΔTV/K < 32 K

3 32 K < ΔTV/K < 41 K

4 41 K < ΔTV/K < 50 K

5 ΔTV/K > 50 K

Diagnose

Ventilatie (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 142: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

142

ΔTV/K Verschil tussen verdampings- en condensatie-temperatuur

Koelcircuit

Opmerking Toewijzing van de koelcircuitregelaar aan het warm-

tepomptype: Zie pagina 24. Meer informatie over de koelcircuitregelaars: Zie

pagina 189.

Koelcircuitregelaar [2] / [6]

Voor warmtepompen met elektronische expansieklepen koelcircuitregelaar [2] of [6].

De volgende informatie kan worden opgevraagd: Temperaturen en drukken van het koelcircuit Bedrijfstoestanden van het koelcircuit

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Koelcircuitregelaar”

Aanwijzingen Bij enkele warmtepompen worden niet alle getoonde

symbolen en waarden weergegeven. Als de componenten in werking zijn (bijvoorbeeld

pompen), worden de symbolen geanimeerd weerge-geven.

De getoonde waarden zijn voorbeelden.

Koelcircuit

Terug met

C DA G

J

B

H

R410A

21,0°100%51,0°26,1°

33,0°

100%

35,5°116,5°

117/s 6,0°

65%

tO:

LNST

U

W

33,6bara-11,5°4,6bara

E F

tO:-4,0°

10,0°

-4,0°

K

5.5K5.0K

M

I100%V

Afb. 27 2-trapskoelcircuit in verwarmingswerking,warmteopwekker aan de condensor: bij 1-trapskoelcircuit wordt slechts 1 compressorweergegeven.

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

A Aanvoertemperatuur secundair circuit in °CB Persgastemp. in °C Zuiggastemperatuur in °C

Diagnose

Warmtepomp (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 143: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

143

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

C Persgasdruk in bar(a)Waarde onderstreept:Persgasregeling actief [2]

Zuiggasdruk in bar(a)Waarde onderstreept:Drukregeling van het zuiggas actief, max. wer-kingsdruk van de verdamper (MOP) over-schreden ([2]) of min. werkingsdruk van deverdamper onderschreden (LOP, [2])

D Toerental compressor in U/s of in %Compressor Geanimeerd symbool: Compressor loopt. Bij omkering koelcircuit wordt het symbool 180° gedraaid weergegeven. Bij 1-trapskoelcircuit wordt slechts 1 symbool weergegeven. Bij 2-trapskoelcircuit is er een compressor 1 boven en compressor 2 beneden.

E Zuiggastemperatuur in °C Persgastemp. in °CF Zuiggasdruk in bar(a)

Waarde onderstreept:Drukregeling van het zuiggas actief, max.werkingsdruk van de verdamper (MOP) over-schreden ([2]) of min. werkingsdruk van deverdamper onderschreden (LOP, [2])

Condensatiedruk in bar(a)Waarde onderstreept:Persgasregeling actief [2]

G KoudemiddelH Luchtinlaattemperatuur verdamper in °C

Primaire pompGeanimeerd symbool: Primaire pomp loopt.VentilatorGeanimeerd symbool: Ventilator draait.

I Toerental ventilator of primaire pomp in %J Verdampingstemperatuur in °C

Waarde met witte achtergrond: Gewensteverdampingstemperatuur in °C

Condensatietemperatuur in °C

K Luchtuitlaattemperatuur in °C— Symbool knippert: Ontdooien actief

L — Temperatuur vloeibaar gasM Zuiggasoververhitting in K

Waarde met witte achtergrond: Gewenstewaarde zuiggasoververhitting in KWaarde onderstreept: Oververhittingsregelingvan het zuiggas actief

Elektronische expansieklep:

Koelcircuit in verwarmingswerking, warmte-opwekker aan de condensor

(knippert)Omkering koelcircuit actief (koelwerking/ontdooien)

N Openingsbreedte van de elektronische expansieventiel in %S Temperatuur vloeibaar gas in °C —

T Retourtemperatuur secundair circuit in °CU Condensatietemperatuur in °C Verdampingstemperatuur in °CV Toerental circulatiepomp voor de boilerverwarming of boilerlaadpomp in %W Toerental secundaire pomp in %

Secundaire pomp, circulatiepomp voor de boilerverwarming of boilerlaadpompGeanimeerd symbool: Pomp draait.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 144: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

144

Koelcircuitregelaar [4]

Enkel voor warmtepompen met elektronische expan-sieklep en koelcircuitregelaar [4].

De volgende informatie kan worden opgevraagd: Temperaturen en drukken van het koelcircuit Bedrijfstoestanden van het koelcircuit

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Koelcircuitregelaar”

Aanwijzingen Als de componenten in werking zijn (bijvoorbeeld

pompen), worden de symbolen geanimeerd weerge-geven.

De getoonde waarden zijn voorbeelden.

Koelcircuit

Terug met

C EA H

K

B

I

R410A

100%21,0°26,1°

33,0°

100%

35,5°116,5°

70% 6,0°

65%

tO:

MQU

33,6bara-11,5°4,6bara

F G

tO:-4,0°

10,0°

-4,0°

L

5.5K5.0K

4.1K4.0K

NR

J100%

100%

100%

S

51,0°

T

P

O

4.1K4.0K

D

V

XW

Afb. 28 Koelcircuit in verwarmingswerking, warmte-generator aan de condensor

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

A Aanvoertemperatuur secundair circuit in °CB Persgastemp. in °C Zuiggastemperatuur in °CC Persgasdruk in bar(a)

Waarde onderstreept:Persgasregeling actief

Zuiggasdruk in bar(a)Waarde onderstreept:Drukregeling van het zuiggas actief, max. wer-kingsdruk van de verdamper (MOP) overschredenof min. werkingsdruk van de verdamper niet bereikt(LOP)

D — Zuiggasoververhitting in KWaarde met witte achtergrond: Gewenste waardezuiggasoververhitting in KWaarde onderstreept: Oververhittingsregeling vanhet zuiggas actief

E Compressorvermogen in %CompressorGeanimeerd symbool: Compressor loopt.Bij omkering koelcircuit wordt het symbool 180° gedraaid weergegeven.

F Zuiggastemperatuur in °C Persgastemp. in °C

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 145: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

145

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

G Zuiggasdruk in bar(a)Waarde onderstreept:Drukregeling van het zuiggas actief, max. wer-kingsdruk van de verdamper (MOP) overschredenof min. werkingsdruk van de verdamper niet be-reikt (LOP)

Condensatiedruk in bar(a)Waarde onderstreept:Persgasregeling actief

H KoudemiddelI Luchtinlaattemperatuur verdamper in °C

VentilatorGeanimeerd symbool: Ventilator draait.

J Ventilatortoerental in %K Verdampingstemperatuur in °C

Waarde met witte achtergrond: Gewenste ver-dampingstemperatuur in °C

Condensatietemperatuur in °C

L Luchtuitlaattemperatuur in °C— Symbool knippert: Ontdooien actiefElektronische expansieklep voor zuiggasoverver-hitting (AHX):

Koelcircuit in verwarmingswerking, warmtegenera-tor aan de condensor

(knippert)Omkering koelcircuit actief (koelwerking/ontdooien)

M Openingsbreedte van de elektronische expansieklep voor zuiggasoververhitting in %N Zuiggasoververhitting in K

Waarde met witte achtergrond: Gewenste waardezuiggasoververhitting in KWaarde onderstreept: Oververhittingsregeling vanhet zuiggas actief

O Niveau koudemiddelverzamelaarWaarde onderstreept: Niveauregeling actief

P Magneetklep tusseninspuitingQ Temperatuur koudemiddelverzamelaarR Onderkoeling van het vloeibaar gas in K

Waarde met witte achtergrond: Gewenste onder-koeling van het vloeibaar gas in KWaarde onderstreept: Onderkoelingsregeling vanhet vloeibaar gas actief

Elektronische expansieklep voor niveauregelingkoudemiddelverzamelaar (PHX):

Koelcircuit in verwarmingswerking, warmtegenera-tor aan de condensor

(knippert)Omkering koelcircuit actief (koelwerking/ontdooien)

S Openingsbreedte van de elektronische expansieklep voor niveauregeling koudemiddelverzamelaar in%

T Temperatuur vloeibaar gas in °CU Retourtemperatuur secundair circuit in °CV Condensatietemperatuur in °C Verdampingstemperatuur in °C

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 146: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

146

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

W Toerental boilerlaadpomp in %X Toerental secundaire pomp of toerental circulatiepomp voor boilerverwarming in %

Secundaire pomp of circulatiepomp voor boilerverwarmingGeanimeerd symbool: Pomp draait.

Koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4]

De volgende informatie kan worden opgevraagd: Temperaturen en drukken van het koelcircuit Bedrijfstoestanden van het koelcircuit

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Koelcircuitregelaar”

Aanwijzingen Als de componenten in werking zijn (bijvoorbeeld

pompen), worden de symbolen geanimeerd weerge-geven.

De getoonde waarden zijn voorbeelden.

Koelcircuit

Terug met

DB K

O

C

R410A

25%5,125,1°

47,9°100%100%

25,8°83,2°

56% 19,7°

tO:1,1°X

Y

Z

G

QSUW

86%

29,2bara10,2°8,3bara

9,1K

F H

M

R

82,9°/

A

14,9°

81%

E L

N7,6K

P

5,0K

/8,7°

4,9K7,3K

TVAfb. 29 Koelcircuit in verwarmingswerking, warmte-

opwekker aan de condensor

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

A Aanvoertemperatuur secundair circuit voor verwarmingswater-doorstroomtoestel in °CB Heetgastemperatuur (vóór condensor) in °C Zuiggastemperatuur in °CC Heetgastemperatuur (na compressor) in °C Zuiggastemperatuur (vóór compressor) in °CD Condensatiedruk in bar(a) Zuiggasdruk in bar(a)

Waarde onderstreept: Drukregeling van het zuig-gas is actief, gewenste zuiggasdrukwaarde inbar(a)

E Compressorvermogen in %F Temperatuur koelcircuitregelaar

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 147: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

147

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

Compressor Geanimeerd symbool: Compressor loopt. Bij omkering koelcircuit wordt het symbool 180° gedraaid weergegeven.

G Zuiggastemperatuur (vóór compressor) in °C Heetgastemperatuur (na compressor) in °CH Zuiggasdruk in bar(a)

Waarde onderstreept: Drukregeling van het zuig-gas is actief, gewenste zuiggasdrukwaarde inbar(a)

Condensatiedruk in bar(a)

K Zuiggastemperatuur (na verdamper) in °C Persgastemp. in °CL Luchtinlaattemperatuur in °CR410A Koudemiddel

VentilatorGeanimeerd symbool: Ventilator draait.

M Toerental ventilator 1 (bovenaan) in %N Toerental ventilator 2 (onderaan) in %O ”t0:” Verdampingstemperatuur in °C ”tc:” Condensatietemperatuur in °C

— Symbool knippert: Ontdooien actiefP Zuiggasoververhitting K (na verdamper)

Positie aan de verdamper (zoals op afb. 29 weer-gegeven)

Q Gewenste waarde zuiggasoververhitting in K (naverdamper)Positie aan de verdamper (zoals op afb. 29 weer-gegeven)

Elektronische expansieklep:

Koelcircuit in verwarmingswerking, warmteopwek-ker aan de condensor

(knippert)Omkering koelcircuit actief (koelwerking/ontdooien)

R Zuiggasoververhitting in K (vóór verdamper)S Openingsbreedte van de elektronische expansieventiel in %T — Gewenste waarde zuiggasoververhitting in KU Temperatuur vloeibaar gas in °C Verdampingstemperatuur in °CV — Zuiggasoververhitting in KW Retourtemperatuur secundair circuit in °CX ”tc:” Condensatietemperatuur in °C ”t0:” Verdampingstemperatuur in °Cy Toerental boilerlaadpomp in %Z Toerental secundaire pomp in %

Secundaire pomp, boilerlaadpompGeanimeerd symbool: Pomp draait.

Koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7]

De volgende informatie kan worden opgevraagd: Temperaturen en drukken van het koelcircuit Bedrijfstoestanden van het koelcircuit

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Koelcircuitregelaar”

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 148: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

148

Aanwijzingen Als de componenten in werking zijn (bijvoorbeeld

pompen), worden de symbolen geanimeerd weerge-geven.

De getoonde waarden zijn voorbeelden.

Koelcircuit

Terug met

C

K

B

R410A

25%21,9°25,1°

47,9°

100%

25,8°83,2°

56% 8,2°

tO:20,5°Q

R

E

NOP

86%

29,2bara10,2°8,3bara

F

H

M

A D G

5,0K9,1K

1,6°

LAfb. 30

Pos. BetekenisA Aanvoertemperatuur secundair circuit in °CB Persgastemp. in °CC Condensatiedruk in bar(a)D Alleen Vitocal 333-G:

Compressorvermogen in %CompressorGeanimeerd symbool: Compressor loopt.

E Zuiggastemperatuur in °CF Zuiggasdruk in bar(a)

Waarde onderstreept: Drukregeling van het zuiggas is actief.R410A KoudemiddelG Aanvoertemperatuur primair circuit in °C

Primaire pompGeanimeerd symbool: Primaire pomp loopt.

H Toerental primaire pomp in %K ”t0:” Verdampingstemperatuur in °CL Retourtemperatuur primair circuit in °CM Zuiggasoververhitting in K

Waarde met witte achtergrond: Gewenste waarde zuiggasoververhitting in KWaarde onderstreept: Oververhittingsregeling van het zuiggas actiefElektronische expansieklep:

Koelcircuit in verwarmingswerking, warmteopwekker aan de condensorN Openingsbreedte van de elektronische expansieventiel in %

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 149: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

149

Pos. BetekenisO Temperatuur vloeibaar gas in °CP Retourtemperatuur secundair circuit in °CQ ”tc:” Condensatietemperatuur in °CR Toerental secundaire pomp in %

Secundaire pomp, boilerlaadpompGeanimeerd symbool: Pomp draait.

Koelcircuitregelaar [7] / [7-1]

De volgende informatie kan worden opgevraagd: Temperaturen en drukken van het koelcircuit Bedrijfstoestanden van het koelcircuit

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Koelcircuitregelaar”

Aanwijzingen Als de componenten in werking zijn (bijvoorbeeld

pompen), worden de symbolen geanimeerd weerge-geven.

De getoonde waarden zijn voorbeelden.

Koelcircuit

Terug met

DB

L

C

H

R410A

21,0°100%51,026,1°

33,0°100%100%

35,5°116,5°

117/s 6,0°

tO:-4,0°S

T

U

F

MOPR

65%

33,6bara-11,5°4,6bara

1/36

E G

K

N

115,7°

A

Afb. 31 Koelcircuit in verwarmingswerking, warmte-opwekker aan de condensor

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

A Aanvoertemperatuur secundair circuit voor verwarmingswater-doorstroomtoestel in °CB Heetgastemperatuur (vóór condensor) in °C Zuiggastemperatuur in °CC Heetgastemperatuur (na compressor) in °C Zuiggastemperatuur (vóór compressor) in °CD Persgasdruk in bar(a) —

E Compressortoerental in %Compressor Geanimeerd symbool: Compressor loopt. Bij omkering koelcircuit wordt het symbool 180° gedraaid weergegeven.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 150: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

150

Pos. koelcircuit in verwarmingswerking Omkering koelcircuit

F Zuiggastemperatuur in °C Persgastemp. in °CG — Condensatiedruk in bar(a)R410A KoudemiddelH Luchtinlaattemperatuur in °C

VentilatorGeanimeerd symbool: Ventilator draait.

K Toerental ventilator in %L Verdampingstemperatuur in °C

Waarde met witte achtergrond: Gewenste ver-dampingstemperatuur in °C

Condensatietemperatuur in °C

— Symbool knippert: Ontdooien actiefM — Temperatuur vloeibaar gas

Elektronische expansieklep:

Koelcircuit in verwarmingswerking, warmteopwek-ker aan de condensor

(knippert)Omkering koelcircuit actief (koelwerking/ontdooien)

N Beschermingsfuncties voor het koelcircuit0/0 Geen bescherming actief1/4 Bescherming tegen hoge druk1/8 Bescherming tegen te hoge heetgastempe-

ratuur1/16 Constant ventilatortoerental bij te hoge ver-

dampingstemperatuur1/32 Gereduceerd ventilatortoerental bij te hoge

verdampingstemperatuur1/64 Gebruiksgrenzen van de buitenunit zijn

over- of onderschreden.1/128 Gereduceerd compressortoerental als ho-

gedrukgrens bereikt is.1/256 Gereduceerd compressortoerental als la-

gedrukgrens bereikt is.

Beschermingsfuncties voor het koudecircuit0/0 Geen bescherming actief1/1 Vorstbescherming aanvoer secundair circuit1/2 Vorstbescherming koelcircuit1/4 Bescherming tegen hoge druk1/8 Bescherming tegen te hoge heetgastempe-

ratuur1/64 Gebruiksgrenzen van de buitenunit zijn

over- of onderschreden.1/128 Gereduceerd compressortoerental als hoge-

drukgrens bereikt is.1/256 Gereduceerd compressortoerental als lage-

drukgrens bereikt is.1/512 Verhoogd ventilatortoerental bij te hoge con-

densatietemperatuur Opmerking

Meerdere beschermingsfuncties kunnen tegelijk actief zijn.

Voorbeeld 1/36:1/4 Bescherming tegen hoge druk1/32 Gereduceerd ventilatortoerental bij te hoge verdampingstemperatuur

O Openingsbreedte van de elektronische expansieventiel in %P Temperatuur vloeibaar gas in °C —

R Retourtemperatuur secundair circuit in °CS Condensatietemperatuur in °C Verdampingstemperatuur in °CT Toerental boilerlaadpomp in %U Toerental secundaire pomp in %

Secundaire pomp, boilerlaadpompGeanimeerd symbool: Pomp draait.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 151: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

151

Compressordraaiveld

In het diagram uit verdampings- en condensatietempe-ratuur zijn de looptijden van de compressor weergege-ven.Het diagramoppervlak is in een rechthoekig rasteringedeeld. Terwijl de compressor draait, beweegt hetwerkingspunt van het koelcircuit zich door dit raster.De regeling telt permanent de verblijfstijden ”trun” vanhet werkingspunt in de afzonderlijke rasters op.

Afhankelijk van deze verblijfstijd wordt het raster inverschillende grijstinten weergegeven: trun = 0 min: Zwart 0 < trun ≤ 240 min: 6 verschillende grijstinten trun > 240 min: Wit

Aan de hand van de weergegeven compressor-toe-passingsgrenzen is zichtbaar, of en hoe vaak degrenswaarden van de koelcircuitparameters in werkingwerden overschreden.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Compressordraaiveld” bij eentrapswarmtepompof”Compressordraaiveld 1” voor compressor 1 bij2-traps koudecircuit of”Compressordraaiveld 2” voor compressor 2 bij2-traps koudecircuit

Kiezen met

-30 30to

0-10-20 10 20

10

tc70

50

30

1to: 8 tc: 50 trun: 240 min.

B

A

Afb. 32

A Geldigheid van het diagram:1 Warmtepomp of compressor 1 bij 2-traps kou-

decircuit2 Compressor 2 bij 2-traps koudecircuit

B Compressor-toepassingsgrenzent0 Verdampingstemperatuurtc Condensatietemperatuurtrun Looptijd van de compressor voor het actueel

geselecteerde rasterveld

Looptijden bepalen

1. Met / cursor (dradenkruis) op de gewenstepositie in het diagram positioneren.

2. Waarden in de bovenste regel aflezen.

Compressordraaipad

In het diagram uit verdampings- en condensatietempe-ratuur wordt de beweging van het werkingspunt vanhet koelcircuit (compressordraaipad) voor het laatstewerkingsuur weergegeven.Aan de hand van de weergegeven compressor-toe-passingsgrenzen is zichtbaar, of en hoe vaak degrenswaarden van de koelcircuitparameters in het laat-ste werkingsuur werden overschreden.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Compressordraaipad” bij eentraps warmtepompof”Compressordraaipad 1” voor compressor 1 bij2-traps koelcircuit of”Compressordraaipad 2” voor compressor 2 bij2-traps koelcircuit

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 152: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

152

Terug met

-30 30to

0-10-20 10 20

10

tc70

50

30

1

2

1

ä

C

BA

Afb. 33

A Compressor-toepassingsgrenzenB Geldigheid van het diagram

1 Warmtepomp compressor 1 bij 2-traps koelcir-cuit

2 Compressor 2 bij 2-traps koelcircuitC Uitschakelpunten van de compressor (1 tot N)t0 Verdampingstemperatuurtc Condensatietemperatuur

Meldingsoverzicht [2]

Voor koelcircuitregelaar [2]: Verschillen van de koelcir-cuitregelaars, zie hoofdstuk ”Systeeminformatie”.

Meldingsoverzicht van de koelcircuitregelaar (status-en storingsinformatie): In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Meldingsoverzicht”

Overzicht van de meldingen

OpmerkingSommige storingen kunnen alleen door een doorViessmann gecertificeerde verwarmingsfirma voorwarmtepompen worden verholpen (”experts”).

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 34

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing” of ”Storing”E Frequentie van optreden

Meldingen van de koelcircuitregelaar kunnen een mel-ding op de warmtepompregeling veroorzaken(zie ”Overzicht van de meldingen”). Welke melding opde warmtepompregeling wordt weergegeven, hangt afvan het soort melding op de koelcircuitregelaar.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 153: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

153

Soort melding aande koelcircuitrege-laar

Melding van de warmtepomp-regeling

H ”Aanwijzing” ”07 koelcircuit”S ”Storing” ”05 Koelcircuit”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

00 ― Geen melding ― ―

01 S Kortsluiting/onderbrekingluchtinlaattemperatuur-sensor

Werking op temperatuurvan de retourtemperatuur-sensor primair circuit plus3 K

Weerstand (Pt500A) aan de senso-raansluiting van de EEK-printplaatcontroleren: Zie ”EEK-printplaat [2]”.

02 S Kortsluiting/onderbrekingluchtuittredetemperatuur-sensor

Werking op temperatuurvan de aanvoertempera-tuursensor primair circuitminus 2 K

03 S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor

Compressor uit

04 S Kortsluiting/onderbrekingpersgastemperatuursen-sor

Compressor blijft in wer-king.

Energiebalans wordt nietcorrect berekend: Ziehoofdstuk ”Diagnoseenergiebalans”.

Weerstand (Pt500A) aan de senso-raansluiting van de EEK-printplaatcontroleren: Zie ”EEK-printplaat [2]”.

05 S Kortsluiting/onderbrekinghogedruksensor

Spanning op aansluiting van de hoge-druksensor meten: Zie ”EEK-printplaat[2]”. 0,5 V: 0 bar 4,5 V: Maximale druk zie sensorop-

druk.06 S Kortsluiting/onderbreking

temperatuursensor vloei-baar gas 1 (voor EEK)

Compressor blijft in wer-king.

Energiebalans wordt nietcorrect berekend: Ziehoofdstuk ”Diagnoseenergiebalans”.

Weerstand (Pt500A) aan de senso-raansluiting van de EEK-printplaatcontroleren: Zie ”EEK-printplaat [2]”.

07 S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor vloei-baar gas 2 (na EEK)

08 S Kortsluiting/onderbrekingretourtemperatuursensorsecundair circuit

Werking op temperatuurvan de aanvoertempera-tuursensor secundair circuitminus 5 K

09 S Kortsluiting/onderbrekingverdampertemperatuur-sensor

Compressor kan uitschake-len vanwege veranderdekoelcircuitomstandigheden.

0A S Kortsluiting/onderbrekinglagedruksensor

Compressor uit Spanning op aansluiting van de lage-druksensor meten: Zie ”EEK-printplaat[2]”. 0,5 V: 0 bar 4,5 V: Maximale druk zie sensorop-

druk.10/11 H Compressor is uitgeschakeld. Geen maatregel nodig12 ― Storing inverter (algemene

melding)Afhankelijk van verderemeldingen

Verdere informatie over inverter nale-ven (meldingscode ”80” tot ”93”).

15 S Inverter en compressorniet compatibel

Compressor uit Controleren of de codeerstekker voorde warmtepomp past. Opvragingzie ”Systeeminformatie”.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 154: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

154

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

1A S Veiligheidscircuit onder-broken, compressor ge-blokkeerd

Compressor uit Veiligheidscircuit controleren: Zieaansluit- en bedradingsschema.

Stekker voor aansturing compressorop EEK-printplaat controleren:Zie ”EEK-printplaat [2]”.

20 H Condensatiedruk te hoog(regelhogedruk)

Compressor uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

21 H Verdampingsdruk te laag(lagedrukstoring)

Compressor uit Zoals ”D3 Lage druk”: zie ”Overzichtvan de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

26 H Maximale duur voor ont-dooien overschreden

Ontdooien wordt voortijdigbeëindigd.

Instelling ”Verdampertemperatuurvoor einde ontdooien 5010” con-troleren. Evt. toestand bij levering totstand brengen.

Functie van de 4-wegomschakelklepcontroleren: Zie ”Actorentest”.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

27 H Compressorverhouding tehoog

Compressor uit Hogedruk- en lagedruksensor con-troleren: Zie meldingscodes ”05”en ”0A”.

Wanneer druksensoren in orde zijn enstoring aanwezig blijft: Positie van het werkingspunt contro-

leren: Zie ”Compressordraaiveld”en/of ”Compressordraaipad”.

Evt. gewenste boilertemperatuur la-ger instellen.

28 H Maximale hogedruk Compressor uit Parameter compressor (”5xxx”)door ”expert” laten controleren.

Evt. gewenste boilertemperatuur la-ger instellen.

2A H Stroomverbruik inverter tehoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

2B H Maximale zuiggasdrukoverschreden

Compressor uit Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

2C H Minimaal drukverschil tus-sen hoge- en lagedrukzij-de werd niet bereikt.

Compressor uit Hogedruk- en lagedruksensor con-troleren: Zie meldingscodes ”05”en ”0A”.

Wanneer druksensoren in orde zijn enstoring aanwezig blijft: Elektrische aansluitingen aan de in-

verter controleren. Controleren of de compressor na het

inschakelen met constant toerentaldraait: Zie ”Koudecircuitregelaar [2]”.Eventueel compressor vervangen.

2D H Compressorverhouding telaag

Compressor uit

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 155: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

155

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

2E H Waarde lager dan mini-maal vereiste hogedruk

Compressor uit Hogedruksensor controleren: Ziemeldingscode ”05”.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

2F H Waarde lager dan mini-maal vereiste verdam-pingsdruk

Compressor uit Lagedruksensor controleren: Ziemeldingscode ”0A”.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

30 H Werkingspunt meer danmaximale duur buiten detoepassingsgrenzen vande compressor

Compressor uit Positie van het werkingspunt contro-leren: Zie ”Compressordraaiveld”en/of ”Compressordraaipad”.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

36 H Minimaal drukverschil tus-sen hoge- en lagedrukzij-de vóór de start van decompressor overschre-den.

Compressor treedt niet inwerking.

Hogedruk- en lagedruksensor con-troleren: Zie meldingscodes ”05”en ”0A”.

Debiet in secundaire circuit controle-ren. Secundaire pomp controleren.

Drukcompensatie tussen hoge- enlagedrukzijde genereren. Hiervoor 4-wegsomschakelklep met ”Actoren-test” schakelen.

48 ― Oververhitting van hetzuiggas te laag

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld. Opvraging zie ”Sys-teeminformatie”.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

49 ― Maximale werkingsdrukverdamper (MOP) werdbereikt. Omschakelen vanoververhittings- naar druk-regeling van het zuiggas.

Compressor blijft in wer-king.

Geen maatregel nodig

4A ― Verdampingstemperatuurte laag

Compressor blijft in wer-king.

Ventilator controleren. Verdamper op ijsvorming controle-

ren. Verdampertemperatuursensor con-

troleren: Zie meldingscode ”09”.80 H Maximale compressor-

stroom overschredenCompressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-

sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

81 H Maximaal compressorver-mogen overschreden

Compressor uit

82 H Netspanning te hoog Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte hoog (+10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

83 H Netspanning te laag Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte laag (–10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

84 H Temperatuur aan de inver-ter te hoog

Compressor uit Ventilator aan het koellichaam van deinverter controleren. Eventueel inver-ter vervangen.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 156: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

156

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

85 H Temperatuur aan de inver-ter te laag door te lagebuitentemperatuur

Compressor uit Geen maatregel nodig

86 H Stroomverbruik inverter tehoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

87 H Temperatuur aan de motorvan de compressor tehoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn.

Eventueel compressor vervangen.88 S Storing compressoraan-

drijvingCompressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-

pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

89 S Interne storing inverter Compressor uit Inverter vervangen.8A S Interne storing inverter Compressor wordt uitge-

schakeld of loopt verder.Bij herhaaldelijk optreden inverter ver-vangen.

8B H Interne storing inverter Compressor uit Spoel aan de inverter controleren.Evt. spoel vervangen: Zie ”EEK-printplaat [2]”.

Eventueel inverter vervangen.8C H Communicatiefout Compressor uit Inverter spanningsvrij schakelen.

Vervolgens de spanningsvoedingherstellen.

Wanneer de storing aanwezig blijft,inverter vervangen.

8D S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor inver-ter

Compressor uit Inverter vervangen.

8E H Functie ”Autotuning” ge-deactiveerd

Compressor blijft in wer-king.

Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

8F S Compressoraandrijvinggedeactiveerd

Compressor uit Bruggen aan inverter controleren,klemmen 4 tot 10. Aansluit- en be-dradingsschema van de warmte-pomp in acht nemen: Zie ”EEK-print-plaat [2]”.

Eventueel inverter vervangen.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 157: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

157

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

90 H Storing aansturing com-pressor

Compressor uit Verbindingskabel inverter ― com-pressor controleren: Zie ”EEK-print-plaat [2]”.

! OpgeletEen verkeerd draaiveld ver-nielt de compressor.Bij het vervangen van de ver-bindingskabel op fasecorrecteaansluiting letten.

91 S Storing koeler aan hetkoellichaam van de inver-ter

Compressor uit Ventilator aan het koellichaam van deinverter controleren. Evt. ventilerenreinigen: Zie ”EEK-printplaat [2]”.

92 H Compressor bereikt ge-wenst toerental niet.

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

93 S Storing compressoraan-drijving

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

94 S Storing communicatie in-verter

Compressor uit Inverter spanningsvrij schakelen.Vervolgens de spanningsvoedingherstellen.

Wanneer de storing aanwezig blijft,inverter vervangen.

98 H Stroomverschil van deverschillende fases tehoog (> 5 A)

Compressor uit Inverter vervangen.

Meldingsoverzicht [4]

Voor koelcircuitregelaar [4]: Verschillen van de koelcir-cuitregelaars, zie hoofdstuk ”Systeeminformatie”.

Meldingsoverzicht van de koelcircuitregelaar (status-en storingsinformatie): In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”koelcircuit”

4. ”Meldingsoverzicht”

Overzicht van de meldingen

OpmerkingSommige storingen kunnen alleen door een doorViessmann gecertificeerde verwarmingsfirma voorwarmtepompen worden verholpen (”experts”).

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 158: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

158

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 35

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing” of ”Storing”E Frequentie van optreden

Meldingen van de koelcircuitregelaar kunnen een mel-ding op de warmtepompregeling veroorzaken(zie ”Overzicht van de meldingen”). Welke melding opde warmtepompregeling wordt weergegeven, hangt afvan het soort melding op de koelcircuitregelaar.

Soort melding aande koelcircuitrege-laar

Melding van de warmtepomp-regeling

H ”Aanwijzing” ”07 koelcircuit”S ”Storing” ”05 Koelcircuit”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

03 S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J21 (T7) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEK-print-plaat [4]”.

05 S Kortsluiting/onderbrekinghogedruksensor

Compressor uit Stroom aan de aansluiting J10 (P2)van de EEK-printplaat controleren:Zie ”EEK-printplaat [4]”. Rekeninghouden met koudemiddel R410A.

06 S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor vloei-baar gas (achter koude-middelverzamelaar)

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T5) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEK-print-plaat [4]”.

0A S Kortsluiting/onderbrekinglagedruksensor (druksen-sor zuiggas)

Compressor uit Stroom aan de aansluiting J10 (P1)van de EEK-printplaat controleren:Zie ”EEK-printplaat [4]”. Rekeninghouden met koudemiddel R410A.

0D S Kortsluiting/onderbrekingcodeerweerstand

Weerstand aansluiting J10 (P3) vande EEK-printplaat controleren.

Evt. contact opnemen met de techni-sche dienst van Viessmann.

0E S Kortsluiting/onderbrekingpersgastemperatuursen-sor

3-polige stekker aan de compressorcontroleren (witte, rode, zwarte aders).Evt. heetgastemperatuursensor ver-vangen.

0F S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor vloei-baar gas (achter conden-sor)

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T5) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEK-print-plaat [4]”.

10 H Compressor is uitgeschakeld. Geen maatregel nodig13 S Communicatiefout Compressor uit Elektrische verbinding tussen koelcir-

cuitregelaar en inverter controleren.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 159: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

159

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

18 S Storing compressor (alge-mene melding)

Afhankelijk van verderemeldingen

Verdere meldingen inzake compressoren inverter in aanmerking nemen (van-af meldingscode ”80”).

1E S EEK-printplaat defect Compressor uit EEK-printplaat vervangen.20 H Condensatiedruk te hoog

(regelhogedruk)Compressor uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:

zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

21 H Verdampingsdruk te laag(lagedrukstoring)

Compressor uit Zoals ”D3 Lage druk”: zie ”Overzichtvan de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

22 H Verwarmingsgastempera-tuur te hoog

Compressor uit Parameter compressor (”5xxx”)door ”expert” laten controleren.

Controleren of de codeerstekkervoor de warmtepomp past. Opvra-ging zie ”Systeeminformatie”.

26 H Maximale duur voor ont-dooien overschreden

Ontdooien wordt voortijdigbeëindigd.

”Verdampertemperatuur voor ein-de ontdooien 5010” controleren.Evt. toestand bij levering tot standbrengen.

Functie van de 4-wegomschakelklepcontroleren: Zie ”Actorentest”.

27 H Compressorverhouding tehoog

Compressor uit Hogedruk- en lagedruksensor con-troleren: Zie meldingscodes ”05”en ”0A”.

Wanneer druksensoren in orde zijn enstoring aanwezig blijft: Positie van het werkingspunt contro-

leren: Zie ”Compressordraaiveld”en/of ”Compressordraaipad”.

Evt. gewenste boilertemperatuur la-ger instellen.

29 H Condensatietemperatuurte hoog

Compressor uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

2B H Maximale zuiggasdrukoverschreden

Compressor uit Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

2C H Minimaal drukverschil tus-sen hoge- en lagedrukzij-de werd niet bereikt.

Compressor uit Hogedruk- en lagedruksensor con-troleren: Zie meldingscodes ”05”en ”0A”.

Wanneer druksensoren in orde zijn enstoring aanwezig blijft: Elektrische aansluitingen aan de in-

verter controleren. Controleren of de compressor na het

inschakelen met constant toerentaldraait: Zie ”Koudecircuitregelaar [4]”.Eventueel compressor vervangen.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 160: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

160

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

2E H Waarde lager dan mini-maal vereiste hogedruk

Compressor uit Hogedruksensor controleren: Ziemeldingscode ”05”.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

35 H Min. zuiggasdruk niet be-reikt

Compressor uit Hoeveelheid koudemiddel controleren.Evt. koudemiddel bijvullen.Overige maatregelen zoals ”D3 Lagedruk”: zie ”Overzicht van de meldin-gen” voor de warmtepompregeling.

3A S Veiligheidshoogdrukscha-kelaar is actief geworden.

Compressor uit Zoals ”C9 koelcircuit (SHD)”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

48 ― Oververhitting van hetzuiggas te laag

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld. Opvraging zie ”Sys-teeminformatie”.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

49 ― Maximale werkingsdrukverdamper (MOP) werdbereikt. Omschakelen vanoververhittings- naar druk-regeling van het zuiggas.

Compressor blijft in wer-king.

Geen maatregel nodig

4C ― Oververhitting van hetzuiggas te hoog

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld. Opvraging zie ”Sys-teeminformatie”.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

55 H Koudemiddelhoeveel-heid te gering

Elektronische expansie-klep voor zuiggasover-verhitting volledig ge-opend

Compressor uit Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

Stekker aan de aansluiting J11 con-troleren: Zie ”EEK-printplaat [4]”.

Stappenmotor van de elektronischeexpansieklep controleren.

56 H Vorstgevaar condensor Compressor uit Omkering koelcircuit uit

Hydraulica in het secundair circuitcontroleren, bijvoorbeeld of alle af-sluitkranen volledig geopend zijn.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Aanvoer- en retourtemperatuur inhet secundaire circuit controleren.

Aanvoer- en retourtemperatuursen-sor secundaire circuit controleren.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

Temperatuursensoren in het koelcir-cuit controleren.

57 H Elektronische expansie-klep voor niveauregelingkoudemiddelverzamelaarvolledig geopend

Compressor uit Stekker aan de aansluiting J7 con-troleren: Zie ”EEK-printplaat [4]”.

Stappenmotor van de elektronischeexpansieklep controleren.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 161: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

161

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

58 ― Onderkoeling vloeibaargas te hoog

Compressor blijft in wer-king.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren. Evt. debiet verhogen.

Inbouwpositie van de temperatuur-sensor voor vloeibaar gas controle-ren: Zie ”Interne componenten”.

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ)aan de aansluiting J13 (T5) van deEEK-printplaat controleren:Zie ”EEK-printplaat [4]”.

59 S Elektronische expansie-klep voor zuiggasoverver-hitting defect

Compressor uit Stekker aan de aansluiting J11 con-troleren: Zie ”EEK-printplaat [4]”.

Stappenmotor van de elektronischeexpansieklep controleren.

5A S Elektronische expansie-klep voor niveauregelingkoudemiddelverzamelaardefect

Compressor uit Stekker aan de aansluiting J7 con-troleren: Zie ”EEK-printplaat [4]”.

Stappenmotor van de elektronischeexpansieklep controleren.

5B ― Niveau in de koudemid-delverzamelaar te laag

Compressor blijft in wer-king.

Gewenste aanvoertemperatuur voorsecundair circuit reduceren, bijv. viaaanpassing van de stooklijnen.

5D H Oververhitting van hetpersgas te gering

Compressor uit Heetgastemperatuursensor controle-ren: Zie meldingscode ”0E”.

65 S Niveausensor koudemid-delverzamelaar defect

Compressor blijft in wer-king.

Stekker aan de aansluiting J25/J26controleren: Zie ”EEK-printplaat [4]”.Evt. sensor vervangen.

81 H Draaimoment van de com-pressoraandrijving te hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

82 H Netspanning te hoog(> 420 V~) of spanningtussencircuit te hoog

Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte hoog (+10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

83 H Netspanning te laag(> 380 V~) of spanningtussencircuit te laag

Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte laag (–10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

84 H Temperatuur aan de inver-ter (IGBT) te hoog

Compressor uit Ventilator aan het koellichaam van deinverter controleren. Eventueel inver-ter vervangen.

85 H Temperatuur aan de inver-ter (IGBT) te laag

Compressor uit Inverter vervangen.

86 H Stroomverbruik inverter(IGBT) permanent te hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

87 H Temperatuur aan de wik-kelingen van de compres-soraandrijving te hoog(> 90 °C)

Compressor uit Geen maatregel nodig Bij herhaaldelijk voorkomen: ”Ex-

perts” informeren.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 162: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

162

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

88 S Compressoraandrijvinggedurende meer dan 5 sgeblokkeerd.

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

89 S Storing AD-convertor Meetconvertor defect

Compressor uit Inverter vervangen.

8C H Communicatiefout Mod-bus

Compressor uit Modbus-verbindingskabel inverter —EEK-printplaat controleren.

8F S Inverter uitgeschakeld Compressor uit92 H Compressor bereikt ge-

wenst toerental niet.Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-

ker is ingesteld: zie ”Systeeminfor-matie”.

Fasevolgorde van de compressorcontroleren.

95 H Ontlaadstroom aan deIGBT te hoog

Compressor uit Inverter vervangen.

96 H Voorlaadrelais open Compressor uit97 H Spanningsverschil van de

verschillende fases tehoog (> 50 %)

Compressor uit

98 H Stroomverschil van deverschillende fases tehoog (> 5 A)

Compressor uit

99 H Stroomverschil van decorrectiefilter voor de ver-mogensfactor te hoog(> 10 A)

Compressor uit

9A H Voedingsspanning van deinverterregeling buiten hetspanningsbereik

Compressor uit

9B H Temperatuur correctiefiltervoor de vermogensfactorte hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel inverter vervangen.9C H Buitentemperatuur te laag Compressor uit Geen maatregel nodig9D H Temperatuurverschil van

de faseaansturingen tehoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel inverter vervangen.9F H Meer dan 10 meldingen

opgetredenCompressor uit Inverter wordt automatisch gereset.

Als de melding blijft, inverter inde ”Actorentest” resetten.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 163: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

163

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

B0 S Storing communicatieventilator

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

Stekker aan de aansluiting J19 con-troleren: Zie ”EEK-printplaat [4]”.

Evt. kroonsteentjes in de elektrischeaansluitzone van de warmtepompcontroleren.

B1 S Motor van de ventilatoroververhit

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

Als de motor mechanisch stroefloopt, motor vervangen

Als de motor gemakkelijk te draaienis, ”experts” informeren

B2 S Toerentalbewaking van deventilator defect

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

Elektrische aansluiting van de venti-lator in de elektrische aansluitzonevan de warmtepomp controleren.

Evt. motor van de ventilator vervan-gen.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

B3 S Motor van de ventilatorblokkeert

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

Als de motor mechanisch stroefloopt, blokkering verhelpen. Evt. mo-tor vervangen.

Als de motor gemakkelijk te draaienis, ”experts” informeren

B4 S Voedingsspanning van deventilator te laag

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

Elektrische aansluiting van de venti-lator in de elektrische aansluitzonevan de warmtepomp controleren.

Evt. motor van de ventilator vervan-gen.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

Meldingsoverzicht [4-3] / [4-4]

Voor koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4]: Verschillen vande koelcircuitregelaars, zie hoofdstuk ”Systeeminfor-matie”.

Meldingsoverzicht van de koelcircuitregelaar (status-en storingsinformatie): In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Meldingsoverzicht”

Overzicht van de meldingen

OpmerkingSommige storingen kunnen alleen door een doorViessmann gecertificeerde verwarmingsfirma voorwarmtepompen worden verholpen (”experts”).

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 164: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

164

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 36

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing” of ”Storing”E Frequentie van optreden

Meldingen van de koelcircuitregelaar kunnen een mel-ding op de warmtepompregeling veroorzaken(zie ”Overzicht van de meldingen”). Welke melding opde warmtepompregeling wordt weergegeven, hangt afvan het soort melding op de koelcircuitregelaar.

Soort melding aande koelcircuitrege-laar

Melding van de warmtepomp-regeling

H ”Aanwijzing” ”07 koelcircuit”S ”Storing” ”05 Koelcircuit”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

01 S Kortsluiting/onderbrekingaanvoertemperatuursen-sor primair circuit (luchtin-voer warmtepomp)

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T5) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-3] / [4-4]”.

03 S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T4) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-3] / [4-4]”.

04 S Kortsluiting/onderbrekingpersgastemperatuursen-sor

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T6) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-3] / [4-4]”.

05 S Kortsluiting/onderbrekinghogedruksensor (druksen-sor vloeibaar gas)

Compressor uit Stroom aan de aansluiting J10 (P2)van de EEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-3] / [4-4]”. Re-kening houden met koudemiddelR410A.

0A S Kortsluiting/onderbrekinglagedruksensor (druksen-sor zuiggas)

Compressor uit Stroom aan de aansluiting J10 (P1)van de EEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-3] / [4-4]”. Re-kening houden met koudemiddelR410A.

0E S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor (achter verdamper)

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T7) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-3] / [4-4]”.

10 H Compressor is uitgeschakeld. Geen maatregel nodig13 S Communicatiefout Compressor uit Elektrische verbinding tussen koelcir-

cuitregelaar en inverter controleren.15 S Inverter en compressor

niet compatibelCompressor uit Controleren of de codeerstekker voor

de warmtepomp past. Opvragingzie ”Systeeminformatie”.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 165: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

165

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

18 S Storing compressor (alge-mene melding)

Afhankelijk van verderemeldingen

Verdere meldingen inzake compressoren inverter in aanmerking nemen (van-af meldingscode ”80”).

1E S EEK-printplaat defect Compressor uit EEK-printplaat vervangen.1F — Parameter ”Vermogen

compressortrap 5030”niet correct ingesteld.

Compressor uit ”Vermogen compressortrap 5030”volgens typeplaatje instellen. Vervol-gens warmtepompregeling uitschake-len. 1 min wachten. Daarna warmte-pompregeling opnieuw inschakelen.

20 H Condensatiedruk te hoog(regelhogedruk)

Compressor uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

21 H Verdampingsdruk te laag(lagedrukstoring)

Compressor uit Zoals ”D3 Lage druk”: zie ”Overzichtvan de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

22 H Verwarmingsgastempera-tuur te hoog

Compressor uit Parameter compressor (”5xxx”)door ”expert” laten controleren.

Controleren of de codeerstekkervoor de warmtepomp past. Opvra-ging zie ”Systeeminformatie”.

24 S Compressor kon niet star-ten:Melding ”88” is 3 keer naelkaar opgetreden.

Compressor uit Compressoraandrijving controleren. Inverter controleren.

26 H Maximale duur voor ont-dooien overschreden

Ontdooien wordt voortijdigbeëindigd.

Instelling ”Verdampertemperatuurvoor einde ontdooien 5010” con-troleren. Evt. toestand bij levering totstand brengen.

Functie van de 4-wegomschakelklepcontroleren: Zie ”Actorentest”.

33 H Kamerverwarming/tapwa-teropwarming:Aanvoertemperatuur se-cundair circuit te laag

Compressor blijft in wer-king, maar start niet op-nieuw.

Hydraulica in het secundair circuitcontroleren, bijvoorbeeld of alle af-sluitkranen volledig geopend zijn.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Aanvoer- en retourtemperatuur inhet secundaire circuit controleren.

Aanvoer- en retourtemperatuursen-sor secundaire circuit controleren.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Hoeveelheid koudemiddel evt.aanpassen.

Temperatuursensoren in het koelcir-cuit controleren.

3A S Veiligheidshoogdrukscha-kelaar is actief geworden.

Compressor uit Zoals ”C9 koelcircuit (SHD)”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

43 S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor koel-circuitregelaar

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J21 (T2) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-3] / [4-4]”.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 166: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

166

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

44 S Kortsluiting/onderbrekingaanvoertemperatuursen-sor secundair circuit (vóórverwarmingswater-door-stroomtoestel)

Compressor uit Vitocal 200-A/222-A:Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ)aan de aansluiting J21 (T1) van deEEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-3] / [4-4]”.

Vitocal 200-S/222-S:Weerstandswaarde (Pt500A) aan deaansluiting X25.3/X25.4 van de re-gelaar- en sensorprintplaat controle-ren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

46 S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor vloei-baar gas

Compressor uit Vitocal 200-A/222-A:Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ)aan de aansluiting J21 (T3) van deEEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-3] / [4-4]”.

Vitocal 200-S/222-S:Weerstandswaarde (Pt500A) aan deaansluiting F25 (X25.17/X25.18) vande regelaar- en sensorprintplaatcontroleren: Zie ”Regelaar- en sen-sorprintplaat”.

47 S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor reversibel

Compressor uit Weerstandswaarde (Pt500A) aan deaansluiting X25.15/X25.16 van de re-gelaar- en sensorprintplaat controle-ren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

48 ― Oververhitting van hetzuiggas te laag

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld. Opvraging zie ”Sys-teeminformatie”.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

49 ― Maximale werkingsdrukverdamper (MOP) werdbereikt. Omschakelen vanoververhittings- naar druk-regeling van het zuiggas.

Compressor blijft in wer-king.

Geen maatregel nodig

4C ― Oververhitting van hetzuiggas te hoog

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld. Opvraging zie ”Sys-teeminformatie”.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

55 H Koudemiddelhoeveelheidte gering

Compressor uit Hoeveelheid koudemiddel controleren.Hoeveelheid koudemiddel evt. aan-passen.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 167: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

167

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

56 H Vorstgevaar condensor Compressor uit Omkering koelcircuit uit

Hydraulica in het secundair circuitcontroleren, bijvoorbeeld of alle af-sluitkranen volledig geopend zijn.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Aanvoer- en retourtemperatuursen-sor secundair circuit controleren.Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Hoeveelheid koudemiddel evt.aanpassen.

Temperatuursensoren in het koelcir-cuit controleren: Zie ”EEV-printplaat[4-3] / [4-4]”.

59 S Elektronische expansie-klep defect

Compressor uit Stekker aan de aansluiting J7 con-troleren: Zie ”EEV-printplaat [4-3] /[4-4]”.

Stappenmotor van de elektronischeexpansieklep controleren.

5D H Oververhitting van hetpersgas te gering

Compressor uit Heetgastemperatuursensor controle-ren: Zie meldingscode ”04”.

5F S Communicatiefout voorvolgende temperatuursen-soren: Zuiggastemperatuursen-

sor reversibel Aanvoertemperatuur-

sensor secundair circuit(vóór verwarmingswa-ter-doorstroomtoestel)

Propaantemperatuur-sensor

Compressor uit Zoals ”EF Modbus deelnemer”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

69 S Berekeningsfout koelcir-cuit

Compressor uit Geen maatregel nodig: Compressortreedt opnieuw in werking.

6A H Luchtintredetemperatuurte laag

Compressor start niet. Geen maatregel nodig

6B H Luchtintredetemperatuurte hoog

Compressor start niet.

6C H Aanvoertemperatuur se-cundair circuit te hoog

Compressor start niet. Evt. gewenste temperatuurwaardenvan alle warmtebronnen van de ver-warmingsinstallatie controleren. Ge-wenste waarden evt. aanpassen.

6D H Kamerkoeling:Aanvoertemperatuur se-cundair circuit te laag

Compressor start niet. Parameterinstellingen koelen (”71xx”)controleren, bijv. ”Min. aanvoertem-peratuur koeling 7103”.

6E H Ontdooien:Aanvoertemperatuur se-cundair circuit te laag

Compressor start niet. Zoals ”AA Afbreking ontdooiing”:zie ”Overzicht van de meldingen”voor de warmtepompregeling.

Meer warmte uit secundair circuittoevoeren, bijv. via bijkomende ver-warmingswaterbuffer in de retour.

6F H Compressortoerental ge-durende 90 s onder min.toerental

Compressor uit Softwareversie koelcircuitregelaarcontroleren: Zie hoofdstuk ”Systeemin-formatie”.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 168: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

168

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

80 H Maximale compressor-stroom overschreden

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

81 H Draaimoment van de com-pressoraandrijving te hoog

Compressor uit

82 H Netspanning te hoog ofspanning tussencircuit tehoog

Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte hoog (+10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

83 H Netspanning te laag ofspanning tussencircuit telaag

Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte laag (–10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

84 H Temperatuur aan de inver-ter (IGBT-module) te hoog

Compressor uit Koellichaam van de inverter op vervui-ling controleren. Eventueel invertervervangen.

86 H Stroomverbruik inverter(IGBT-module) permanentte hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

88 S Compressoraandrijvinggedurende meer dan 5 sgeblokkeerd.

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

89 S Processor of geheugenvan de inverter defect

Storing AD-convertor Meetconvertor defect

Compressor uit Inverter vervangen.

8C H Communicatiefout Mod-bus

Compressor uit Als storing blijft duren: Parametercompressor (”5xxx”) door ”expert” la-ten controleren.

8F S Inverter geblokkeerd Compressor uit Netspanning buitenunit uitschakelen.Min. 2 min wachten. Netspanningweer inschakelen.Wanneer de storing aanwezig blijft, in-verter vervangen.

99 H Stroomverschil van deverschillende fasen aande compressor te hoog

Compressor uit Elektrische verbindingskabel inverter— compressor controleren: Zie ”Aan-sluit- en bedradingsschema”.

! Opgelet400-V-toestellen: Een verkeerddraaiveld vernielt de compres-sor.Bij het vervangen van de verbin-dingskabel op fasecorrecte aan-sluiting letten.

9E S 1 fase van de voedings-

spanning inverter ont-breekt.

Compressor uit Spanningsvoeding inverter controle-ren.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 169: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

169

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

A0 S Stroomsensor fase L1 vande voedingsspanningcompressor defect

Compressor uit Inverter vervangen.

A1 S Stroomsensor fase L2 vande voedingsspanningcompressor defect

Compressor uit

A2 S Stroomsensor fase L3 vande voedingsspanningcompressor defect

Compressor uit

A3 S Stroomsensor vermogens-factorcorrectiefilter defect

Compressor uit

A4 S Temperatuursensor inver-ter (IGBT-module) defect

Compressor uit

A5 S Temperatuursensor ver-mogensfactorcorrectiefilterdefect

Compressor uit

A8 H Compressoraandrijvingoververhit

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

A9 H Stroom fase L1 van decompressor te hoog

Compressor uit

AA H Stroom fase L2 van decompressor te hoog

Compressor uit

AB H Stroom fase L3 van decompressor te hoog

Compressor uit

AC H Stroom vermogensfactor-correctiefilter te hoog (viasensor bepaald)

Compressor uit Inverter vervangen.

AD H Stroom vermogensfactor-correctiefilter te hoog (viasoftware bepaald)

Compressor uit

AE H Spanning vermogensfac-torcorrectiefilter te hoog

Compressor uit

B3 S Motor van de ventilator 1(bovenaan) geblokkeerd

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

Als de motor mechanisch stroefloopt, blokkering verhelpen. Evt. mo-tor vervangen.

Als de motor gemakkelijk te draaienis, ”experts” informeren

B5 S Motor van de ventilator 2(onderaan) geblokkeerd

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

C4 H Mof van de compresso-raandrijving te hoog

Compressor uit Geen maatregel nodig

Meldingsoverzicht [4-6] / [4-7]

Voor koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7]: Verschillen vande koelcircuitregelaars, zie hoofdstuk ”Systeeminfor-matie”.

Meldingsoverzicht van de koelcircuitregelaar (status-en storingsinformatie): In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Meldingsoverzicht”

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 170: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

170

Overzicht van de meldingen

OpmerkingSommige storingen kunnen alleen door een doorViessmann gecertificeerde verwarmingsfirma voorwarmtepompen worden verholpen (”experts”).

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 37

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing” of ”Storing”E Frequentie van optreden

Meldingen van de koelcircuitregelaar kunnen een mel-ding op de warmtepompregeling veroorzaken(zie ”Overzicht van de meldingen”). Welke melding opde warmtepompregeling wordt weergegeven, hangt afvan het soort melding op de koelcircuitregelaar.

Soort melding aande koelcircuitrege-laar

Melding van de warmtepomp-regeling

H ”Aanwijzing” ”07 koelcircuit”S ”Storing” ”05 Koelcircuit”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

01 S Kortsluiting/onderbrekingaanvoertemperatuursen-sor primair circuit (brine-intrede warmtepomp)

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T5) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

03 S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T4) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

04 S Kortsluiting/onderbrekingpersgastemperatuursen-sor

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T6) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

05 S Kortsluiting/onderbrekinghogedruksensor (druksen-sor vloeibaar gas)

Compressor uit Stroom aan de aansluiting J10 (P2)van de EEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”. Re-kening houden met koudemiddelR410A.

06 S Kortsluiting/onderbrekingvloeibaargastemperatuur-sensor

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T7) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

0A S Kortsluiting/onderbrekinglagedruksensor (druksen-sor zuiggas)

Compressor uit Stroom aan de aansluiting J10 (P1)van de EEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”. Re-kening houden met koudemiddelR410A.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 171: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

171

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

0E S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor vloei-baar gas

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J13 (T7) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

10 H Compressor uitgeschakeld Geen maatregel nodig13 S Vitocal 333-G:

Communicatiefout Compressor uit Modbus-verbindingskabel inverter —EEK-printplaat controleren.

15 S Vitocal 333-G:Inverter en compressorniet compatibel

Compressor uit Controleren of codeerschakelaar opde EEK-printplaat correct ingesteldzijn. Voor correcte instelling etiket inacht nemen.

18 S Vitocal 333-G:Storing compressor (alge-mene melding)

Afhankelijk van verderemeldingen

Verdere meldingen inzake compressoren inverter in aanmerking nemen (van-af meldingscode ”80”).

1A S Veiligheidscircuit onder-broken, compressor ge-blokkeerd

Compressor uit Veiligheidscircuit controleren: ZieAansluit- en bedradingsschema.

Stekker voor aansturing compressorop EEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”.

1E S EEK-printplaat defect Compressor uit EEK-printplaat vervangen.1F — Parameter ”Vermogen

compressortrap 5030”niet correct ingesteld.

Compressor uit ”Vermogen compressortrap 5030”volgens typeplaatje instellen. Vervol-gens warmtepompregeling uitschake-len. 1 min wachten. Daarna warmte-pompregeling opnieuw inschakelen.

20 H Condensatiedruk te hoog(regelhogedruk)

Compressor uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

21 H Verdampingsdruk te laag(lagedrukstoring)

Compressor uit Zoals ”D3 Lage druk”: zie ”Overzichtvan de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

22 H Verwarmingsgastempera-tuur te hoog

Compressor uit Parameter compressor (”5xxx”)door ”expert” laten controleren.

Controleren of de codeerstekkervoor de warmtepomp past. Opvra-ging zie ”Systeeminformatie”.

24 S Compressor kon niet star-ten:Melding ”88” is 3 keer naelkaar opgetreden.

Compressor uit Compressoraandrijving controleren. Vitocal 333-G:

Inverter controleren.

29 H Condensatietemperatuurte hoog

Compressor uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

2B H Maximale zuiggasdrukoverschreden

Compressor uit Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 172: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

172

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

2E H Waarde lager dan mini-maal vereiste hogedruk

Compressor uit Hogedruksensor controleren: Ziemeldingscode ”05”.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

33 H Kamerverwarming/tapwa-teropwarming:Aanvoertemperatuur se-cundair circuit te laag

Compressor blijft in wer-king, maar start niet op-nieuw.

Hydraulica in het secundair circuitcontroleren, bijvoorbeeld of alle af-sluitkranen volledig geopend zijn.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Aanvoer- en retourtemperatuur inhet secundaire circuit controleren.

Aanvoer- en retourtemperatuursen-sor secundaire circuit controleren.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Hoeveelheid koudemiddel evt.aanpassen.

Temperatuursensoren in het koelcir-cuit controleren.

3A S Veiligheidshoogdrukscha-kelaar is actief geworden.

Compressor uit Zoals ”C9 koelcircuit (SHD)”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

43 S Kortsluiting/onderbrekingaanvoertemperatuursen-sor secundair circuit (naverwarmingswater-door-stromer)

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J21 (T2) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

44 S Kortsluiting/onderbrekingaanvoertemperatuursen-sor secundair circuit (vóórverwarmingswater-door-stromer)

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J21 (T1) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

48 ― Oververhitting van hetzuiggas te laag

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld. Opvraging zie ”Sys-teeminformatie”.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

49 ― Maximale werkingsdrukverdamper (MOP) werdbereikt. Omschakelen vanoververhittings- naar druk-regeling van het zuiggas.

Compressor blijft in wer-king.

Geen maatregel nodig

4A ― Verdampingstemperatuurte laag

Compressor blijft in wer-king.

Primaire pomp controleren.

4C ― Oververhitting van hetzuiggas te hoog

Compressor uit Controleren of correcte codeerstek-ker is ingesteld. Opvraging zie ”Sys-teeminformatie”.

Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten contro-leren.

54 H Min. aanvoertemperatuurprimair circuit (brine-intre-de) is te laag.

Compressor uit Debiet in het primaire circuit controle-ren.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 173: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

173

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

55 H Koudemiddelhoeveelheidte gering

Compressor uit Hoeveelheid koudemiddel controleren.Hoeveelheid koudemiddel evt. aan-passen.

56 H Vorstgevaar condensor Compressor uit Hydraulica in het secundair circuitcontroleren, bijvoorbeeld of alle af-sluitkranen volledig geopend zijn.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Aanvoer- en retourtemperatuursen-sor secundair circuit controleren.Zie ”Regelaar- en sensorprintplaat”.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Hoeveelheid koudemiddel evt.aanpassen.

Temperatuursensoren in het koelcir-cuit controleren: Zie ”EEV-printplaat[4-6] / [4-7]”.

59 S Elektronische expansie-klep defect

Compressor uit Stekker aan de aansluiting J7 con-troleren: Zie ”EEV-printplaat [4-6] /[4-7]”.

Stappenmotor van de elektronischeexpansieklep controleren.

5D H Oververhitting van hetpersgas te gering

Compressor uit Heetgastemperatuursensor controle-ren: Zie meldingscode ”04”.

69 S Berekeningsfout koelcir-cuit

Compressor uit Geen maatregel nodig: Compressortreedt opnieuw in werking.

6A H Primaire intredetempera-tuur (brine-intrede) te laag

Compressor start niet. Zoals ”CB aanvoertemp. primair”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

6B H Primaire intredetempera-tuur (brine-intrede) tehoog

Compressor start niet. Primair circuit controleren.

6C H Aanvoertemperatuur se-cundair circuit te hoog

Compressor start niet. Evt. gewenste temperatuurwaardenvan alle warmtebronnen van de ver-warmingsinstallatie controleren. Ge-wenste waarden evt. aanpassen.

6D H Kamerkoeling:Aanvoertemperatuur se-cundair circuit te laag

Compressor start niet. Parameterinstellingen koelen (”71xx”)controleren, bijv. ”Min. aanvoertem-peratuur koeling 7103”.

6F H Vitocal 333-G:Compressortoerental ge-durende 90 s onder min.toerental

Compressor uit Softwareversie koelcircuitregelaarcontroleren: Zie hoofdstuk ”Systeemin-formatie”.

70 S Kortsluiting/onderbrekingaanvoertemperatuursen-sor secundair circuit naverwarmingswater-door-stroomtoestel

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J21 (T2) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

71 S Kortsluiting/onderbrekingretourtemperatuursensorsecundair circuit

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande aansluiting J21 (T3) van de EEK-printplaat controleren: Zie ”EEV-print-plaat [4-6] / [4-7]”.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 174: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

174

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

80 H Vitocal 333-G:Maximale compressor-stroom overschreden

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

81 H Vitocal 333-G:Draaimoment van de com-pressoraandrijving te hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

82 H Vitocal 333-G:Netspanning te hoog ofspanning tussencircuit tehoog

Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte hoog (+10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

83 H Vitocal 333-G:Netspanning te laag ofspanning tussencircuit telaag

Compressor uit Netspanning aan de netaansluitklem-men meten: Wanneer de netspanningte laag (–10 %) is, oorzaak in overlegmet het energiebedrijf ophelderen.

84 H Vitocal 333-G:Temperatuur aan de inver-ter (IGBT-module) te hoog

Compressor uit Koellichaam van de inverter op vervui-ling controleren. Eventueel invertervervangen.

86 H Vitocal 333-G:Stroomverbruik inverter(IGBT-module) permanentte hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de compres-sor meten. Weerstand moet op allewikkelingen gelijk zijn (±10 %). VoormΩ geschikt meettoestel gebruiken.

88 S Vitocal 333-G:Compressoraandrijvinggedurende meer dan 5 sgeblokkeerd.

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

89 S Vitocal 333-G: Processor of geheugen

van de inverter defect Storing AD-convertor Meetconvertor defect

Compressor uit Inverter vervangen.

8F S Vitocal 333-G:Inverter uitgeschakeld Compressor uit Elektrische verbindingskabel inverter

— compressor controleren. Evt. ver-bindingskabel vervangen: Zie ”aan-sluit- en bedradingsschema”.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 175: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

175

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

99 H Vitocal 333-G:Stroomverschil van deverschillende fasen aande compressor te hoog

Compressor uit Elektrische verbindingskabel inverter— compressor controleren. Evt. ver-bindingskabel vervangen: Zie ”aan-sluit- en bedradingsschema”.

! Opgelet400-V-toestellen: Een verkeerddraaiveld vernielt de compres-sor.Bij het vervangen van de verbin-dingskabel op fasecorrecte aan-sluiting letten.

9B H Vitocal 333-G:

Temperatuur correctiefiltervoor de vermogensfactorte hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel inverter vervangen.9E S Vitocal 333-G:

1 fase van de voedings-spanning inverter ont-breekt.

Compressor uit Spanningsvoeding inverter controle-ren.

A0 S Vitocal 333-G: Inverter vervangen.Stroomsensor fase L1 vande voedingsspanningcompressor defect

Compressor uit

A1 S Vitocal 333-G:Stroomsensor fase L2 vande voedingsspanningcompressor defect

Compressor uit

A2 S Vitocal 333-G:Stroomsensor fase L3 vande voedingsspanningcompressor defect

Compressor uit

A3 S Vitocal 333-G:Stroomsensor vermogens-factorcorrectiefilter defect

Compressor uit

A4 S Vitocal 333-G:Temperatuursensor inver-ter (IGBT-module) defect

Compressor uit

A5 S Vitocal 333-G:Temperatuursensor ver-mogensfactorcorrectiefilterdefect

Compressor uit

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 176: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

176

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

A8 H Vitocal 333-G: Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel de compressor en/of in-verter vervangen.

Compressoraandrijvingoververhit

Compressor uit

A9 H Vitocal 333-G:Stroom fase L1 van decompressor te hoog

Compressor uit

AA H Vitocal 333-G:Stroom fase L2 van decompressor te hoog

Compressor uit

AB H Vitocal 333-G:Stroom fase L3 van decompressor te hoog

Compressor uit

AC H Vitocal 333-G: Inverter vervangen.Stroom vermogensfactor-correctiefilter te hoog (viasensor bepaald)

Compressor uit

AD H Vitocal 333-G:Stroom vermogensfactor-correctiefilter te hoog (viasoftware bepaald)

Compressor uit

AE H Vitocal 333-G:Spanning vermogensfac-torcorrectiefilter te hoog

Compressor uit

B9 S Secundaire pomp geblok-keerd

Compressor uit Secundaire pomp controleren. Evt. se-cundaire pomp vervangen.

BA S Elektrische storing secun-daire pomp

Compressor uit Secundaire pomp elektrisch controle-ren.Vitocal 222-G: Spanning op de aansluiting J5 en

J17 op de EEK-printplaat controle-ren.

Vitocal 333-G: Spanning op de aansluiting J20 op

de EEK-printplaat controleren.Zie ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”.Evt. secundaire pomp vervangen.

BB S Storing PWM-signaal vande secundaire pomp (wer-kelijke toerentalwaarde)

Compressor blijft in wer-king.Secundaire pomp draaitmet vooraf ingesteld toe-rental verder, zonder bewa-king.

PWM-signaal op de secundaire pompcontroleren. Signaal op de aansluitingJ26 op de EEK-printplaat controleren:Zie ”EEV-printplaat [4-6] / [4-7]”.Evt. secundaire pomp vervangen.

BC S Droogloop secundairepomp

Compressor uit Secundair circuit vullen. Secundair cir-cuit ontluchten.

C4 H Vitocal 333-G:Mof van de compresso-raandrijving te hoog

Compressor uit Geen maatregel nodig

8C H Vitocal 333-G: Communicatiefout Mod-bus

Compressor uit Modbus-verbindingskabel inverter —EEK-printplaat controleren.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 177: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

177

Meldingsoverzicht [6]

Voor koelcircuitregelaar [6]: Verschillen van de koelcir-cuitregelaars, zie hoofdstuk ”Systeeminformatie”.

Meldingsoverzicht van de koelcircuitregelaar (status-en storingsinformatie): In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Meldingsoverzicht”

Overzicht van de meldingen

OpmerkingSommige storingen kunnen alleen door een doorViessmann gecertificeerde verwarmingsfirma voorwarmtepompen worden verholpen (”experts”).

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 38

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing” of ”Storing”E Frequentie van optreden

Meldingen van de koelcircuitregelaar kunnen een mel-ding op de warmtepompregeling veroorzaken(zie ”Overzicht van de meldingen”). Welke melding opde warmtepompregeling wordt weergegeven, hangt afvan het soort melding op de koelcircuitregelaar.

Soort melding aande koelcircuitrege-laar

Melding van de warmtepomp-regeling

H ”Aanwijzing” ”07 koelcircuit”S ”Storing” ”05 Koelcircuit”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

00 ― Geen melding ― ―

04 S Kortsluiting/onderbrekingpersgastemperatuursen-sor

Beide compressoren uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande sensoraansluiting van de EEK-printplaat controleren: zie ”Regelaar-printplaat en EEK-printplaat [6]”.

05 S Kortsluiting/onderbrekinghogedruksensor

Beide compressoren uit Spanning op aansluiting van de hoge-druksensor meten: zie ”Regelaarprint-plaat en EEK-printplaat [6]”. 0,5 V: 0 bar 4,5 V: Maximale druk, zie sensorop-

druk.08 S Kortsluiting/onderbreking

retourtemperatuursensorsecundair circuit

Werking op temperatuurvan de aanvoertempera-tuursensor secundair circuitminus 5 K

Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande sensoraansluiting van de regelaar-printplaat controleren: zie ”Regelaar-printplaat en EEK-printplaat [6]”.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 178: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

178

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

0A S Kortsluiting/onderbrekinglagedruksensor

Beide compressoren uit Spanning aan de aansluiting van delagedruksensor op de EEK-printplaatmeten: zie ”Regelaarprintplaat enEEK-printplaat [6]”. 0,5 V: 0 bar 4,5 V: Maximale druk, zie sensorop-

druk.0B S Kortsluiting/onderbreking

aanvoertemperatuursen-sor secundair circuit in hettoestel

Beide compressoren uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande sensoraansluiting van de regelaar-printplaat controleren: zie ”Regelaar-printplaat en EEK-printplaat [6]”.

0E S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor

Beide compressoren uit Weerstandswaarde (NTC 10 kΩ) aande sensoraansluiting van de EEK-printplaat controleren: zie ”Regelaar-printplaat en EEK-printplaat [6]”.

16 H Parameter ”Vermogencompressortrap 5030”niet correct ingesteld.

Beide compressoren uit ”Vermogen compressortrap 5030”volgens typeplaatje instellen. Vervol-gens warmtepompregeling uitschake-len. 1 min wachten. Daarna warmte-pompregeling opnieuw inschakelen.

1E S Regelaarprintplaat defect Beide compressoren uit Regelaarprintplaat vervangen.1F ― Parameter ”Vermogen

compressortrap 5030”niet correct ingesteld.

Beide compressoren uit ”Vermogen compressortrap 5030”volgens typeplaatje instellen. Vervol-gens warmtepompregeling uitschake-len. 1 min wachten. Daarna warmte-pompregeling opnieuw inschakelen.

20 H Condensatiedruk te hoog(regelhogedruk)

Beide compressoren uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

21 H Verdampingsdruk te laag(lagedrukstoring)

Beide compressoren uit Zoals ”D3 Lage druk”: zie ”Overzichtvan de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

25 H Werkingspunt van hetkoelcircuit ligt buiten detoepassingsgrenzen.

Beide compressoren uit Positie van het werkingspunt controle-ren: Zie ”Compressordraaiveld” en/of ”Compressordraaipad”.

28 H Maximale hogedruk Beide compressoren uit Parameter compressor (”5xxx”)door ”expert” laten controleren.

Evt. gewenste boilertemperatuur la-ger instellen.

2F H Waarde lager dan mini-maal vereiste verdam-pingsdruk

Beide compressoren uit Lagedruksensor controleren: Ziemeldingscode ”0A”.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

30 H Retourtemperatuur secun-dair circuit is voor het ont-dooien 4x na elkaar lagerdan 18 °C.

Ontdooiprocedure wordtniet gestart.

Warmtevraag in secundair circuitverminderen, bijv. gewenste kamer-temperatuur verlagen.

Warmteafname in het secundair cir-cuit verminderen.

39 H Verschil tussen aanvoer-temperatuur in het toestelen retourtemperatuur isvoor het ontdooien groterdan 12 K.

Ontdooiprocedure wordtniet gestart.

Warmtevraag in secundair circuitverminderen, bijv. gewenste kamer-temperatuur verlagen.

Warmteafname in het secundair cir-cuit verminderen.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 179: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

179

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

3A S Veiligheidshoogdrukscha-kelaar is actief geworden.

Beide compressoren uit Zoals ”C9 Koelcircuit (SHD)”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

4A ― Verdampingstemperatuurte laag

Compressors blijven inwerking.

Ventilator controleren. Verdamper op ijsvorming controle-

ren. Verdampertemperatuursensor con-

troleren: Zie meldingscode ”09”.4B S Aansluitkabel EEK de-

fect Stappenmotor van de

EEK defect

Beide compressoren uit Aansluitkabel EEK controleren. Evt.aansluitkabel vervangen.

EEK vervangen.

56 H Vorstgevaar condensor Beide compressoren uit Omkering koelcircuit uit

Hydraulica in het secundair circuitcontroleren, bijvoorbeeld of alle af-sluitkranen volledig geopend zijn.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Aanvoer- en retourtemperatuur inhet secundaire circuit controleren.

Aanvoertemperatuursensor secun-dair circuit in het toestel controleren.

Hoeveelheid koudemiddel controle-ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.

Temperatuursensoren in het koelcir-cuit controleren.

60 S Storing tapwaterverwar-ming via extra warmtewis-selaar

Tapwaterverwarming wordtgestopt.

Debiet van de extra warmtewis-selaar controleren.

Circulatiepomp voor de boilerverwar-ming controleren.

Boilerlaadpomp controleren.61 S Storing ventilator Compressor werkt max. 5

min verder. Controleren of ventilator geblok-

keerd is. Ventilator mechanisch controleren. Aansturing ventilator of PWM-sig-

naal aan de regelaarprintplaat con-troleren: zie ”Regelaarprintplaat enEEK-printplaat [6]”.

62 S Stromingsbewaker detec-teert geen debiet.

Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Secundaire pomp controleren.

Spanning op de aansluiting van de re-gelaarprintplaat meten: zie ”Regelaar-printplaat en EEK-printplaat [6]”. 0 V: Stromingsbewaker is actief ge-

worden. 230 V: Stromingsbewaker is niet ge-

activeerd.63 H Onderste buitentempera-

tuurgrens niet bereiktBeide compressoren uit Geen maatregel nodig

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 180: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

180

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

66 S Motorbeveiliging of veilig-heidselement bij softstar-ter is geactiveerd.

Compressor uit. De anderecompressor mag in werkingblijven.

Softstarter controleren. Statusingangaan de regelaarprintplaat controle-ren: zie ”Regelaarprintplaat en EEK-printplaat [6]”.

Motorstromen/motorbeveiliging con-troleren.

67 S Stromingsbewaker is ac-tief geworden.

Beide compressoren uit Debiet in het secundaire circuit con-troleren.

Secundaire pomp controleren.

Spanning op de aansluiting van de re-gelaarprintplaat meten: zie ”Regelaar-printplaat en EEK-printplaat [6]”. 0 V: Stromingsbewaker is actief ge-

worden. 230 V: Stromingsbewaker is niet ge-

activeerd.68 S Communicatie tussen re-

gelaarprintplaat en EEK-printplaat gestoord

Beide compressoren uit Verbindingskabel tussen regelaar-printplaat en EEK-printplaat contro-leren. Evt. verbindingskabel vervan-gen.

EEK-printplaat vervangen. Regelaarprintplaat vervangen.

86 H Motorbeveiliging of veilig-heidselement bij softstar-ter is geactiveerd.

Compressor voor 4 min ge-blokkeerd

Geen maatregel nodig

Meldingsoverzicht [7] / [7-1]

Meldingsoverzicht van de koelcircuitregelaar (status-en storingsinformatie): In het meldingsoverzicht kunnen meldingen niet

bevestigd worden. De meldingen worden in chronologische volgorde

opgesomd. De laatste melding staat bovenaan. Er worden maximaal 30 gegevens opgeslagen.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Koelcircuit”

4. ”Meldingsoverzicht”

Overzicht van de meldingen

OpmerkingSommige storingen kunnen alleen door een doorViessmann gecertificeerde verwarmingsfirma voorwarmtepompen worden verholpen (”experts”).

Meldingsoverzicht

Terug met

123

0 09.09.2009 17:16:0009.09.2009 17:16:0109.09.2009 17:16:02 1109.09.2009 17:16:03 10

06 Storing0A03 Aanwijzinging

73Storing

Storing 1

A B C D E

Afb. 39

A Nummer van de meldingB Datum en tijd van het laatste optredenC Meldingscode met 2 tekensD Soort melding: ”Aanwijzing” of ”Storing”E Frequentie van optreden

Meldingen van de koelcircuitregelaar kunnen een mel-ding op de warmtepompregeling veroorzaken(zie ”Overzicht van de meldingen”). Welke melding opde warmtepompregeling wordt weergegeven, hangt afvan het soort melding op de koelcircuitregelaar.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 181: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

181

Soort melding aan dekoelcircuitregelaar

Melding van de warmte-pompregeling

H ”Aanwijzing” ”07 koelcircuit”S ”Storing” ”05 Koelcircuit”

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

00 ― Geen melding ― ―

01 S Kortsluiting/onderbrekingluchtinlaattemperatuur-sensor verdamper (out-door)

Compressor uit Weerstandswaarde (NTC 15 kΩ) aande aansluiting T-SENSOR2 van dehoofdprintplaat controleren:Zie ”Hoofdprintplaat [7] / [7-1]”.

03 S Kortsluiting/onderbrekingzuiggastemperatuursen-sor (Suction)

Compressor uit Energiebalans wordt niet

correct berekend: Ziehoofdstuk ”Diagnoseenergiebalans”.

Weerstandswaarde (NTC 20 kΩ) aande aansluiting T-SENSOR3 van dehoofdprintplaat controleren:Zie ”Hoofdprintplaat [7] / [7-1]”.

04 S Kortsluiting/onderbrekingheetgastemperatuursen-sor compressor (Dischar-ged)

Koelwerking:Compressor blijft in wer-king.

Verwarming:Compressor uit

Weerstandswaarde (NTC 50 kΩ) aande aansluiting T-SENSOR2 van dehoofdprintplaat controleren:Zie ”Hoofdprintplaat [7] / [7-1]”.

05 S Kortsluiting/onderbrekinghogedruksensor

Compressor uit Energiebalans wordt niet

correct berekend: Ziehoofdstuk ”Diagnoseenergiebalans”.

Stroom aan de aansluitingH_PRESS van de hoofdprintplaatcontroleren: Zie ”Hoofdprintplaat[7] / [7-1]”. Rekening houden metkoudemiddel.

Leiding en hoofdprintplaat controle-ren.

09 S Kortsluiting/onderbrekingontdooitemperatuursensor(Defrosting)

Koelwerking:Compressor blijft in wer-king.

Verwarming:Compressor uit

Weerstandswaarde (NTC 20 kΩ) aande aansluiting T-SENSOR2 van dehoofdprintplaat controleren:Zie ”Hoofdprintplaat [7] / [7-1]”.

10 H ”Normaal” uitschakelenvan de compressor

Compressor uit Geen maatregel nodig

15 S Adapter brug verkeerdaangesloten

Compressor uit Controleren of de adapter brug cor-rect is aangesloten.

Buitenunit uit- en weer inschakelen.17 S Compressor geblokkeerd Compressor uit Geen maatregel vereist, automatische

reset van de compressor20 H Condensatiedruk te hoog

(regelhogedruk)Compressor uit Zoals ”D4 Regelhogedruk”:

zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

21 H Verdampingsdruk te laag(lagedrukstoring)

Compressor uit Zoals ”D3 Lage druk”: zie ”Overzichtvan de meldingen” voor de warmte-pompregeling.

22 H Grens persgastempera-tuur overschreden

Compressor uit Controleren of de codeerstekker voorde warmtepomp past. Opvragingzie ”Systeeminformatie”.

24 H Compressor kon niet star-ten.

Compressor uit Geen maatregel vereist, automatischereset van de compressor

28 H Zoals meldingscode ”20”

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 182: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

182

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

2F H Waarde lager dan mini-maal vereiste verdam-pingsdruk

Compressor uit Lagedruksensor controleren. Hoeveelheid koudemiddel controle-

ren. Evt. hoeveelheid aanpassen.30 H Werkingspunt meer dan

maximale duur buiten detoepassingsgrenzen vande compressor

Compressor uit Positie van het werkingspunt contro-leren: Zie ”Compressordraaiveld”en/of ”Compressordraaipad”.

Wanneer de storing aanwezigblijft, ”experts” informeren.

34 H Verdampingstemperatuurte laag

Koelwerking:Compressor uit

Verwarming:Compressor blijft in wer-king.

Zuiggastemperatuursensor reversibelcontroleren:Weerstandswaarde (Pt500A) aan deaansluiting X25.15/X25.16 van de re-gelaar- en sensorprintplaat controle-ren: Zie ”Regelaar- en sensorprint-plaat”.

39 H Grens persgastempera-tuur overschreden

Compressor uit Controleren of de codeerstekker voorde warmtepomp past. Opvragingzie ”Systeeminformatie”.

3A S Veiligheidshoogdrukscha-kelaar is actief geworden.

Compressor uit Zoals ”C9 koelcircuit (SHD)”:zie ”Overzicht van de meldingen” voorde warmtepompregeling.

55 H Koudemiddelverlies Compressor start niet. Vulhoeveelheid koudemiddel contro-leren.

Koelcircuit op dichtheid controleren.56 H Vorstbescherming secun-

dair circuitAlleen in de koelwerking:Compressor uit

Geen maatregel nodig

61 H Ventilator defect Compressor uit: Mel-ding ”A9 Warmtepomp”verschijnt.

Zoals ”A9 Warmtepomp”: zie ”Over-zicht van de meldingen” voor dewarmtepompregeling.

80 H Maximale compressor-stroom overschreden

Compressor uit Geen maatregel nodig: Compressorwordt automatisch gereset.

82 H Spanning aan de inverterte hoog

Compressor uit

83 H Spanning aan de inverterte laag

Compressor uit

86 H Stroomverbruik inverter tehoog

Compressor uit

88 S Storing inverter Compressor uit8C H Communicatiefout Compressor uit Inverter spanningsvrij schakelen.

Vervolgens de spanningsvoedingherstellen.

Wanneer de storing aanwezig blijft,inverter vervangen.

8D S Kortsluiting/onderbrekingtemperatuursensor inver-ter

Compressor uit Inverter vervangen.

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 183: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

183

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

90 H Storing aansturing com-pressor

Compressor uit Verbindingskabel inverter — com-pressor controleren. Evt. verbin-dingskabel vervangen: Zie ”aansluit-en bedradingsschema”.

! Opgelet400-V-toestellen: Een ver-keerd draaiveld vernielt decompressor.Bij het vervangen van de ver-bindingskabel op fasecorrecteaansluiting letten.

Relais controleren. Eventueel inver-ter vervangen.

91 S Storing koeler aan hetkoellichaam van de inver-ter

Compressor uit Ventilator aan het koellichaam van deinverter controleren (zie ”Aansluit- enbedradingsschema”), evt. reinigen.

92 H Compressor bereikt ge-wenst toerental niet.

Compressor uit Bij herhaaldelijk voorkomen: Koelcir-cuit door koeltechnicus laten controle-ren.

97 H Spanningsverschil van deverschillende fases tehoog (> 50 %)

Compressor uit Aansluitkabel compressor controle-ren. Evt. aansluitkabel vervangen.

! Opgelet400-V-toestellen: Een ver-keerd draaiveld vernielt decompressor.Bij het vervangen van de aan-sluitkabel op aansluiting metcorrecte fase letten.

Eventueel inverter vervangen.99 H Stroomverschil van de

correctiefilter voor de ver-mogensfactor te hoog(> 10 A)

Compressor uit Inverter vervangen.

9B H Temperatuur correctiefiltervoor de vermogensfactorte hoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel inverter vervangen.9D H Temperatuurverschil van

de faseaansturingen tehoog

Compressor uit Wikkelingsweerstand aan de com-pressor meten. Weerstand moet opalle wikkelingen gelijk zijn (±10 %).Voor mΩ geschikt meettoestel ge-bruiken.

Eventueel inverter vervangen.9E S Spanning aan de inverter

te laagCompressor uit Geen maatregel vereist, automatische

reset van de compressor9F H Meer dan 3 meldingen

binnen 1 h opgetredenCompressor uit: Mel-ding ”A9 Warmtepomp”verschijnt.

Zoals ”A9 Warmtepomp”: zie ”Over-zicht van de meldingen” voor dewarmtepompregeling.

B3 S Motor van de ventilatorblokkeert

Ventilator uit, compressorblijft in werking.

Als de motor mechanisch stroefloopt, blokkering verhelpen. Evt. mo-tor vervangen.

Als de motor gemakkelijk te draaienis, ”experts” informeren

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 184: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

184

Meldingsco-de

Betekenis Gedrag van de warmte-pomp

Maatregel

C0 S Inverter reset Compressor uit Geen maatregel nodig: Compressorwordt automatisch gereset.

C1 S Stroomdetectiefout inver-ter

Compressor uit Inverter vervangen.

C2 S Fasefout inverter Compressor uit Inverter met correcte fasen aansluiten.C3 S Fout laadcircuit inverter Compressor uit Inverter vervangen.

Energiebalans

Opmerking De ”Energiebalans” wordt enkel weergegeven als

het ”Gebruikersniveau weergave energiebalans8811” op ”1” of ”2” is ingesteld.

Voorwaarde voor een realistische gegevensregi-stratie:Parameter ”Vermogen compressortrap 5030” iscorrect ingesteld.

Energiebalans opvragen

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Energiebalans”

4. Gewenste energiebalans selecteren: Zie volgendetabel.

Volgende energiebalansen kunnen worden weerge-geven:

”Energiebalans verwarmen” (”Energiebalans verw.1”, ”Energiebalans verw. 2” bij tweetrapswarmte-pomp)

Elektrische energie, die voor de werking van dewarmtepomp werd gebruikt.In de verwarmingsinstallatie afgegeven verwar-mingsenergie

”Energiebalans WW” (”Energiebalans WW1”, ”Energiebalans WW 2” bij tweetrapswarmte-pomp)

Elektrische energie, die voor de werking van dewarmtepomp werd gebruikt.Voor tapwaterverwarming afgegeven verwar-mingsenergie

”Energiebalans koelen” (”Energiebalans koelen1”, ”Energiebalans koelen 2” bij 2-traps warmte-pomp)

Elektrische energie, die voor de werking van dewarmtepomp werd gebruikt.Aan de verwarmingsinstallatie voor koeling ont-trokken warmte-energie

”Energiebalans PV”Via het fotovoltaïsche systeem opgewekte elektri-sche energie, die voor de werking van de warm-tepomp werd gebruikt (gebruik van eigenstroom).Totaal van via het fotovoltaïsche systeem opge-wekte elektrische energie

Kiezen met

Energiebalans PVÜ

Wo. 43/13 q 29,6 kWh 88,2 kWh

q

43

Afb. 40

Diagnose

Koelcircuit (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 185: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

185

De energiewaarden , , , kunnen met voorelke kalenderweek ”Wo.” van het afgelopen jaar wor-den opgevraagd.

Jaararbeidsfactor opvragen

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Energiebalans”

4. Gewenste jaararbeidsfactor selecteren: ”SPF verwarmen”:

Jaararbeidsfactor voor kamerverwarming ”SPF warm water”:

Jaararbeidsfactor voor tapwateropwarming ”SPF koelen”:

Jaararbeidsfactor voor kamerkoeling ”SPF PV”:

Jaararbeidsfactor voor gebruik eigen stroom ”SPF totaal”:

Jaararbeidsfactor totaal

Fotovoltaïsch systeem

PV-statistiek

Overzicht voor het gebruik van eigen stroom: De vol-gende informatie wordt weergegeven: Geleverd of afgenomen elektrisch vermogen Voor het gebruik van eigen stroom vrijgegeven en/of

actieve functies van de verwarmingsinstallatie

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Fotovoltaïsch systeem”

4. ”PV-statistiek”

Terug met

PV-statistiekL1: 4,32 kWGemiddelde:2e gew. WW-temp.WW-boilerVerw.waterbufferStijg. kamertemp.

2e gew. WW-temp. gebeurt

L2: 4,29 kW4,35 kWn.v.t.n.v.t.ActiefActief

Ja Rest. dagen:3

L3: 4,31 kWDrempel:ZwembadKoel. kamertemp.Koelw.bufferWeersgegevens

3,0 kW---n.v.t.------

Afb. 41

Betekenis van de waarden en symbolenWeergave Betekenis

Overtollige elektrische energie van het fotovoltaïsch systeem wordt aan het net ge-leverd.Het door de verwarmingsinstallatie opgenomen elektrische vermogen wordt in aan-merking genomen (gebruik van eigen stroom), behalve bij volgwarmtepompen vaneen warmtepompcascade.In het gebouw wordt stroom uit het net verbruikt.

De verbruikers in het gebouw en de verwarmingsinstallatie nemen geen elektri-sche energie op.Of

De energiemeter is defect.

Diagnose

Energiebalans (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 186: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

186

Weergave Betekenis”L1”, ”L2”, ”L3” Door de energiemeter gemeten elektrisch vermogen in kW, voor elke fase:

Waarde positief: Elektrisch vermogen wordt aan het net geleverd.Waarde negatief: Elektrisch vermogen wordt van het net gehaald.

OpmerkingDe polariteit kan een door Viessmann gecertificeerde installateur voor warmtepom-pen omschakelen.

”Gemiddelde” Gemiddelde van het elektrische vermogen van de 3 fases in de voorbije 10 min”Drempel” Instelwaarde van de parameter ”Drempel elektr. vermogen 7E04”

Of Als ”Drempel elektr. vermogen 7E04” op ”0”: 25 % van ”Vermogen compres-

sor 5030”Functies van de verwarmingsinstallatie voor het gebruik van eigen stroom:”n.v.t.” Functie niet vrijgegeven”–––” Functie vrijgegeven, maar niet actief”Actief” Functie vrijgegeven en actief”2e gew. WW-temp.” De warmwaterboiler wordt eenmaal per week met stroom uit het fotovoltaïsch sys-

teem volledig tot de ”2e gewenste warmwatertemperatuur 600C” verwarmd(”Vrijgave eigenenergieverbr. voor 2e gew. WW-temperatuur 7E10”).

”Zwembad” Functie niet beschikbaar”WW-boiler” Tapwaterverwarming met gebruik van eigen stroom (”Vrijgave eigenenergieverbr.

voor warmwaterbereiding 7E11”)”Koel. kamertemp.” Kamerkoeling met gebruik van eigen stroom (”Vrijgave eigenenergieverbr. voor

koelen 7E11”)”Verw.waterbuffer” Verwarming buffer met gebruik van eigen stroom (”Vrijgave eigenenergieverbr.

voor warmwaterbuffer 7E12”)”Koelw.buffer” Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer met gebruik van eigen stroom (”Vrijgave ei-

genenergieverbr. voor koelwaterbuffer 7E16”)”Stijg. kamertemp.” Kamerverwarming met gebruik van eigen stroom (”Vrijgave eigenenergieverbr.

voor verwarmen 7E11”)”Weersgegevens” Functie niet beschikbaar”WW-lading gebeurt” ”Ja” Warmwaterboiler werd op de actuele dag minstens één keer met of zonder

gebruik van eigen stroom volledig opgewarmd.Gewenste boilertemperaturen: Zonder gebruik eigen stroom: ”Gewenste warmwatertemperatuur 6000”

Met gebruik eigen stroom: ”Gewenste warmwatertemp. 6000”plus ”Verhoging gew. temp. warmwaterbuffer PV 7E21”

”Nee” Warmwaterboiler werd op de huidige dag tot nu toe niet opgewarmd.”2e gew. WW-temp. ge-beurt”

”Ja” Warmwaterboiler werd de voorbije week volledig tot ”2e gewenste warm-watertemperatuur 600C” verwarmd.

”Nee” Warmwaterboiler werd de voorbije week niet volledig tot ”2e gewenstewarmwatertemperatuur 600C” verwarmd.

”Rest. dagen:” Aantal dagen tot de verwarming van de warmwaterboiler tot ”2e gewenste warm-watertemperatuur 600C” weer vereist is.

WW-laadstatistiek

Overzicht van de tapwaterverwarmingen op de dagenvan de voorbije week

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Fotovoltaïsch systeem”

4. ”WW-laadstatistiek”

Diagnose

Fotovoltaïsch systeem (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 187: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

187

Terug met

WW-laadstatistiek

MaandagDinsdagWoensdagDonderdagVrijdagZaterdagZondag

Actueel

6:17 / 18:5806:34 / 17:1305:54 / 18:4507:04 / 19:2706:23 / 17:1109:12 / 21:4808:45 / 19:21

09:09 / 14:13

A B

Afb. 42

A Tijdstip van de eerste tapwaterverwarming op diedag

B Tijdstip van de laatste tapwaterverwarming op diedag

”Actueel” toont de informatie over de actuele dag.

Voorbeeld:De actuele dag is dinsdag.De informatie over de actuele dag staat bij ”Actueel”.Bij ”Dinsdag” staat de informatie over de dinsdag vande voorbije week.

Vermogenscurven

Dagcurve van het elektrische vermogen, dat voor hetgebruik van eigen stroom door de verwarmingsinstalla-tie werd gebruikt. Deze dagcurve kan voor elke dagvan de voorbije week opgevraagd worden.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Fotovoltaïsch systeem”

4. ”Vermogenscurven”

5. Met Ø de gewenste weekdag selecteren.

Kiezen met

Vermogenscurve weekdag

Ma Di Woe Do Za Zo We DaVr

0,1 kW

Afb. 43 Voor elk uur van een dag wordt 1 balk weer-gegeven. De hoogte van de balk geeft hetgemiddelde elektrische vermogen van 1 uur.

”Ma” tot ”Zo” Dagcurve maandag tot zondag”We” Gemiddelde dagcurve van alle dagen

van de voorbije week”Da” Dagcurve van de actuele dag tot het

actuele tijdstip

Voorbeeld:De actuele dag is vrijdag.De actuele dagcurve staat bij ”Da”. Bij ”Vr” wordt decurve van vrijdag van de vorige week getoond.

Korte info

De volgende informatie kan worden opgevraagd: Softwareversies Aangesloten componenten

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

Diagnose

Fotovoltaïsch systeem (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 188: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

188

3. ”Korte info” Korte info

Kiezen met

02:

01:

03:

04: 0

0

2

0 2

4

0

1 0

0

0

0 4

1

1

C 0

0

4

0 D

B

0

0

Ü

Afb. 44

Betekenis van de waarden in de afzonderlijke regels en veldenRegel Veld 1 2 3 4 5 601: Installatieschema 01 tot 11 Softwareversie

WarmtepompregelingSoftwareversieBedieningseenheid

02: Codeerstekker: Kengetal Low Codeerstekker: Versie Toestelidentificatie (ZE-ID)03: 0 Aantal KM-BUS-deelnemers Softwareversie Vitosolic of zon-

neregelingsmodule, type SM104: Hardware-index koelcircuitrege-

laarSoftware-index koelcircuitrege-laar

Softwareversieuitbreidingssetmengklep voorverwarmings-/koelcircuitM3/VC3

Softwareversieuitbreidingssetmengklep voorafzonderlijkkoelcircuit

05: 0 0 SoftwareversieuitbreidingAM1

Softwareversieuitbreiding EA1

06: 0: Geen exter-ne aanvraag1: Externevraag

0: Geen externafsluiten1: Extern blok-keren

Softwareversieexterne uitbrei-ding H1

0 Software-index buitenunit

07: LONSubnetadres/installatienummer

LONNode-adres/deelnemersnr.

0

08: LON:SNVT-configu-ratie

LON:Softwareversiecommunicatie-coprocessor

LON:Softwareversie neuron-chip

Aantal LON-deelnemers

09: Verwarmings-/koelcircuit zon-der mengklep A1/VC1

Verwarmings-/koelcircuit metmengklep M2/VC2

CV-/koelcircuit met mengklepM3/VC3

Afstandsbedie-ning0: Niet aanwe-zig1: Voorhand.

Softwareversieafstandsbedie-ning

Afstandsbedie-ning0: Niet aanwe-zig1: Voorhand.

Softwareversieafstandsbedie-ning

Afstandsbedie-ning0: Niet aanwe-zig1: Voorhand.

Softwareversieafstandsbedie-ning

10: Softwareversie ”high” warmte-pompregeling

Softwareversie ”low” warmte-pompregeling

Softwareversie bedieningseen-heid

Diagnose

Korte info (vervolg)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 189: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

189

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Diagnose”

3. ”Systeeminformatie”

Koelcircuitregelaar 1Codeerstekker

Systeeminformatie

Beëindigen met

Bediening

Ventilatie

4131-F0/4D[4-4] / 01 / 0C

OK

B920W247 / 9B920W247/ BEF5

F0 / 0F

Do 22.06.2017 12:02 uur

Warmtepomp 4.70/20

Radiocomponenten 2.1 / 1 /-- / 1

VC 200-S7745148240125546

Afb. 45

Getoonde informatieInformatie Waarde Betekenis”VC 100-S”, ”VC 111-S”, ”VC 200-A”, ”VC 222-A” of ”VC 200-S”, ”VC 222-S”, ”VC 222-G”, ”VC 333-G”

Productnaam van de warmtepomp: ”VC” staat voor ”Vitocal”.

”7745148240125546” Fabricagenummer van de binnenunit: Bij serviceaanvragenaangeven.

”Bediening” Vermelden bij vragen aan service.”Warmtepomp” ”Codeerstekker” ”Koelcircuitregelaar 1” ”[4-4]” ”[2]” Koelcircuitregelaar [2] (EEK-printplaat [2])

”[4]” Koelcircuitregelaar [4] (EEK-printplaat [4])”[4-3]” Koelcircuitregelaar [4-3] (EEK-printplaat [4-3] / [4-4])”[4-4]” Koelcircuitregelaar [4-4] (EEK-printplaat [4-3] / [4-4])”[4-6]” Koelcircuitregelaar [4-6] (EEK-printplaat [4-6] / [4-7])”[4-7]” Koelcircuitregelaar [4-7] (EEK-printplaat [4-6] / [4-7])”[6]” Koelcircuitregelaar [6] (regelaarprintplaat en EEK-

printplaat [6])”[7]” Koudecircuitregelaar [7] (hoofdprintplaat [7] / [7-1])”[7-1]” Koudecircuitregelaar [7-1] (hoofdprintplaat [7] /

[7-1])

Opmerking In sommige gevallen worden de hoekvormige haakjes voor

het nummer van het koudecircuit uitgebreid met het ken-merk van het koudecircuit, bijv. [6-1033].

Alle printplaten van de koudecircuitregelaar zijn via Modbusop de warmtepompregeling aangesloten.

”01” Hardware-index koelcircuitregelaar: zie hoofdstuk ”Korte in-

fo”.”0C” Software-index koelcircuitregelaar: Zie hoofdstuk ”Korte info”.

”Ventilatie” Vermelden bij vragen aan service.”Radiocomponenten” ”2.1” Software-index van het basisstation

”1” Software-index van de afstandsbediening voor verwarmings-circuit A1/VC1

”--” Software-index van de afstandsbediening voor verwarmings-circuit M2/VC2: Geen afstandsbediening aangesloten

”1” Software-index van de afstandsbediening voor verwarmings-circuit M3/VC3

Diagnose

Systeeminformatie58

3702

9

Dia

gnos

e

Page 190: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

190

Er worden alleen actoren getoond die volgens deinstallatie-uitvoering aanwezig zijn en aangestuurdkunnen worden.

Met de activering van de actorentests worden alleactoren stroomloos geschakeld.

In dit menu kunnen afzonderlijke actoren na elkaarworden ingeschakeld.

Alle actoren kunnen gelijktijdig worden uitgescha-keld.

De actorentest wordt automatisch na ca. 30 min. ofmet beëindigd.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Actorentest”.

3. Gewenste actor selecteren.

4. Gewenste toestand instellen: Zie volgende tabel.

5. Met kunnen het ”Installatieoverzicht” en dediagnosepagina ”Koelcircuitregelaar” opgeroe-pen worden, zonder de actortest te beëindigen.Terug naar de weergave van de actorentest metOK.

Component Mogelijke toestanden3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwarming” ”Verw.”/”WW” 3-wegomschakelklep voor bypass verwarmingswaterbuffer in koelwer-

king 4-wegomschakelklep (niet bij alle warmtepompen beschikbaar)

”Verwarmen”/”Koelen”

mengklep ”Open”/”Dicht”/”Stop” Niet vermogensgeregelde actoren, bijv. circulatiepompen, niet vermo-

gensgeregelde compressoren, externe warmteopwekker, elektrischeextra verwarming enz.

Inverter terugzetten (”Reset inverter”)

”Aan”/”Uit”

Vermogensgeregelde actoren, bijv. circulatiepompen met PWM-aanstu-ring, vermogensgeregelde compressoren, ventilator met PWM-aanstu-ring, enz.

”Uit”/”MIN”/”MAX”

Elektronische expansieventielen ”AUTO”/”MIN”/”MAX””Alle actoren uit”Alle actoren worden gelijktijdig uitgeschakeld.

”Ja”/”Nee”

Actorentest

Actorentest (uitgangen controleren)

5837

029

Dia

gnos

e

Page 191: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

191

Voor het compenseren van systematische meetfoutenkan voor volgende temperatuursensoren een correctie-waarde (offset) worden ingesteld: Op regelaar- en sensorprintplaat aangesloten tempe-

ratuursensoren. Kamertemperatuursensoren, die in afstandsbedie-

ning geïntegreerd of daarop aangesloten zijn.

De correctiewaarde kan positief of negatief zijn. Decorrectiewaarde wordt bij de actuele gemeten tempe-ratuur opgeteld.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Sensorcompensatie”

3. Sensor selecteren.

4. Correctiewaarde instellen en overnemen.

Sensorcompensatie

Wijzigen met

+0,1KGemeten: 10,0°C

Buitentemperatuur

Gecorrig.: 10,1°C

Afb. 46

”Gemeten”:Temperatuurmeetwaarde”Gecorrig.”:Gecorrigeerde temperatuurwaarde

Sensorcompensatie

Sensorcompensatie58

3702

9

Dia

gnos

e

Page 192: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

192

Voor de controle van de communicatie tussen dewarmtepompregeling en de aangesloten LON-deelne-mers.

Voorwaarden: Warmtepompregeling is foutmanager (”LON fout-

manager 7779”). Voor iedere aangesloten deelnemer is een verschil-

lend deelnemersnummer (”LON deelnemersnum-mer 7777”) ingesteld.

LON-deelnemerslijst in de foutmanager is actueel.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Servicefuncties”

3. ”Deelnemerscontrole”

4. LON-deelnemer kiezen.

5. Met OK deelnemerscontrole starten.

Mogelijke indicaties: Geen weergave (status onbekend):

LON-deelnemer heeft zich nog niet gemeld, is echternog niet herkend als uitgevallen.

”Uitgeval.” (uitgevallen):LON-deelnemer heeft zich langer dan 20 min. nietgemeld (”Interval voor gegevensoverdracht viaLON 779C”).

”Check”:Wordt gedurende de deelnemerscontrole weergege-ven. Op het display van de gekozen LON-deelnemerknippert ca. 30 s ”WINK”.

”Check OK”:Communicatie tussen de warmtepompregeling en deLON-deelnemer succesvol

”OK”/”fout”:LON-deelnemer heeft zich gemeld. Alles is OK of eris een fout bij de LON-deelnemer.

”Check ERR”:Geen communicatie van de warmtepompregelingmet de LON-deelnemer.LON-verbinding en LON-parameters controleren.

Service-Pin

Voor de identificatie van de ingebouwde communica-tiemodule LON zendt de warmtepompregeling eenmelding aan alle andere LON-deelnemers.

OpmerkingUitsluitend vereist bij ”toolbinding”, d.w.z. wanneer dewarmtepompregeling in een LON met apparaten vanandere fabrikanten is opgenomen, bijv. GLT-systeem.

Viessmann LON-handleiding

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Servicefuncties”

3. ”Service pincode”Het bericht werd verzonden. Gedurende ca. 4 s isgeen bediening mogelijk.

Deelnemer (modbus/KM-BUS)

Lijst van alle deelnemers, die via Modbus of KM-BUSop de regeling zijn aangesloten. Bij iedere deelnemerkunnen verbindingsparameters worden weergegeven.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Servicefuncties”

3. ”Deelnemer Modbus1”: Deelnemerslijst met ver-bindingsstatus voor toestellen, die aan X18 op deregelaar- en sensorprintplaat zijn aangesloten.”Deelnemer Modbus2”: Deelnemerslijst met ver-bindingsstatus voor toestellen, die aan sVA op deregelaar- en sensorprintplaat zijn aangesloten.”Deelnemer KM-BUS”: Deelnemerslijst met ver-bindingsstatus voor toestellen, die via KM-BUS zijnaangesloten.

4. Deelnemer selecteren en met OK verbindingspara-meter weergeven.

Voorbeeld van ”Deelnemer Modbus1”

Terug met

Koelcircuitregelaar

FoutcodeStatus

Deelnemeradres 30Baudr./pariteit 19200/Even

0K0x00

Timeout meter 12

Afb. 47

Servicefuncties

LON deelnemerscontrole

5837

029

Para

met

er

Page 193: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

193

Verbindingsparameter Modbus KM-BUS”Deelnemeradres” Modbus 1:

Voor elke deelnemer vast ingesteldModbus 2:Wordt bij inbedrijfstelling van de deel-nemer toegekend.

Vast ingesteld nummer van de KM-BUS-deelnemer

”Baudr./pariteit” Snelheid van de gegevensoverdracht(symbolen/deconde) / pariteit(Even/Odd/None)

”Toestelgroep” ― Soort KM-bus-deelnemer, bijv. af-standsbediening, mengklep, enz.

”Status” Verbindingsstatus (”OK”, ”Fout”)”Foutcode” Meldingscodes voor verbindingsstoringen

00: Verbindingsstatus ”OK” is ingesteld.> 00: Verbindingsstoringen: Bij herhaald optreden wordt de verbindingssta-

tus ”Fout” ingesteld.”Timeout meter” Aantal foute verbindingspogingen met de deelnemer: Wanneer de interne

grens is overschreden, verschijnt de storingsmelding ”EE KM-BUS deelne-mer” of ”EF Modbus deelnemer” (zie hoofdstuk ”Meldingen”).

Vitocom invoer PIN-code

Enkel voor Vitocom, die via KM-BUS op de warmte-pompregeling aangesloten is, bijv. Vitocom 100, typeGSM2.

Montagehandleiding ”Vitocom 100”

1. Servicemenu:OK en gelijktijdig circa 4 s lang indrukken.

2. ”Servicefuncties”

3. ”Invoer Vitocom PIN-code”

4. De cijfers van de pincode in volgorde invoeren.

Functiecontrole

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Servicefuncties”

3. ”Functiecontrole”

4. Gewenste functie starten, bijv. ”Warm water”. Erworden alleen functies getoond die volgens deinstallatie-uitvoering aanwezig zijn.Tijdens de functiecontrole wordt het installatieover-zicht weergegeven: Zie ”Installatieoverzicht”.

5. Functie met beëindigen.

Servicefuncties

Deelnemer (modbus/KM-BUS) (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 194: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

194

Functie Gedrag van de installatie”Verw.cir. 1” Secundaire pomp en CV-pomp verwarmings-/koudecircuit A1/VC1 wor-

den ingeschakeld.”Verw.cir. 2””Verw.cir. 3”

CV-pomp verwarmings-/koudecircuit M2/VC2 of M3/VC3 wordt inge-schakeld.

Mengklep verwarmings-/koelcircuit M2/VC2 of M3/VC3 opent/sluit in 5-minuten-puls.

”Koelcircuit SKK” : Primaire pomp en circulatiepomp afzonderlijk koelcircuit worden inge-

schakeld. Mengklep voor NC-functie opent/sluit in 5-minuten-puls. NC-signaal

wordt geactiveerd.

/ : 4-weg-omschakelklep wordt geschakeld. Circulatiepomp afzonderlijk koelcircuit wordt ingeschakeld.

”Warm water” (warmwaterboiler) Volgende componenten worden in- of omgeschakeld: Secundaire pomp 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwarming” Boilerlaadpomp (tapwaterzijde)

”Zwembad” Secundaire pomp wordt ingeschakeld. Circulatiepomp voor zwembadverwarming en de 3-weg-omschakelklep

worden 1-minuten-puls in- en uitgeschakeld.”Extra elek. verwarm.” (verwar-mingswater-doorstroomtoestel)

Secundaire pomp wordt ingeschakeld. Nadat het minimumdebiet bereikt is, wordt de 1e trap van de verwar-

mingswaterdoorstromer ingeschakeld. In afstanden van 30 s worden de 2e trap en de 3e trap van de verwar-

mingswaterdoorstromer ingeschakeld. Verwarmingswaterdoorstromer regelt op een aanvoertemperatuur van

30 °C.”VTB extra elek. verw.” Trap 3 van het verwarmingswater-doorstroomtoestel wordt ingescha-

keld. De secundaire pomp wordt niet ingeschakeld.

Zodra de temperatuur aan de voeler van de capillaire buizen 85–8 °C be-reikt, moet de veiligheidstemperatuurbegrenzer geactiveerd worden. Veiligheidstemperatuurbegrenzer werd geactiveerd:

De verwarmingswaterdoorstromer schakelt bij werking ”Extra elek.verwarm.” niet in. De aanvoertemperatuur van het secundaire circuitstijgt niet.

Veiligheidstemperatuurbegrenzer werd niet geactiveerd:De verwarmingswaterdoorstromer schakelt bij de werking ”Extra elek.verwarm.” in. De aanvoertemperatuur van het secundaire circuit stijgt.

”Warmtepomp” Secundaire pomp en primaire pomp/ventilator buitenunit worden inge-schakeld.

Compressor regelt op gewenste waarde. Compressorvermogen wordtingesteld.

Secundair circuit wordt op 30 °C retourtemperatuur geregeld.”Ontdooien” / Ontdooifunctie wordt gestart.

Proces wordt beëindigd, als verdampertemperatuur uitschakelwaardebereikt.

”Externe warmtepomp” Alle volgende warmtepompen worden voor de verwarming ingeschakelden telkens op een retourtemperatuur in het secundaire circuit van 30 °Cgeregeld.

Servicefuncties

Functiecontrole (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 195: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

195

Functie Gedrag van de installatie”Ext. warmtegenerator” De externe warmteopwekker wordt op 35 °C aanvoertemperatuur ge-

regeld. Mengklep externe warmteopwekker opent. CV-pompen worden ingeschakeld.

Met zonneregelingsmodule, type SM1:”Solar”

Zonnecircuitpomp wordt ingeschakeld.

”Primaire bron”

OpmerkingDeze functie duurt circa 10 minuten.

Niet bij primaire bron ijsbuffer: Primaire pomp wordt ingeschakeld. Voor de aanvoertemperatuur primair circuit wordt elke minuut een ge-

middelde berekend.

OpmerkingDe temperatuur van de onberoerde aardbodem wordt bepaald.Als de functie voortijdig wordt geannuleerd, wordt de op het tijdstip vande annulering berekende gemiddelde waarde opgeslagen.

”Ventilator” / Ventilator wordt ingeschakeld.

De volgende stappen worden cyclisch herhaald:1. Binnen 60 s wordt het max. toerental van de ventilator ingesteld.2. Binnen 60 s wordt het min. toerental van de ventilator ingesteld.

”Koelen” / Secundaire pomp en ventilator worden ingeschakeld. Compressor regelt op gewenste waarde. Compressorvermogen wordt

ingesteld. Secundair circuit wordt op 10 °C aanvoertemperatuur geregeld.

”IJsbuffer” Absorberpomp wordt ingeschakeld. 3-weg-omschakelklep wordt geschakeld zodat de zonne-luchtabsorber

primaire bron is. Primaire pomp wordt ingeschakeld.

”Vitovent ventilatie” Vitovent 200-C:

De volgende stappen worden cyclisch herhaald:1. Voor 120 s worden de ventilatoren met 10 V aangestuurd.2. Voor 120 s worden de ventilatoren met 1,7 V aangestuurd.3. Voor 10 s worden de ventilatoren met 0 V aangestuurd.Vitovent 300-F:Gedurende 60 s wordt ventilatietrap 0 ingesteld. Een actieve bypasswordt gedeactiveerd.

Vervolgens worden volgende stappen cyclisch herhaald:1. Binnen 120 s wordt het luchtdebiet verhoogd tot maximale waarde en

constant gehouden.2. Binnen 120 s wordt het luchtdebiet verlaagd tot minimale waarde en

constant gehouden.3. De ventilatoren blijven voor 30 s uitgeschakeld.

OpmerkingNa het einde van de functiecontrole wordt de ventilatietrap 0 geduren-de 60 s ingesteld. Pas dan treedt het ventilatietoestel overeenkomstighet ingestelde werkings- en tijdprogramma opnieuw in werking.

Servicefuncties

Functiecontrole (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 196: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

196

Functie Gedrag van de installatie”Vitovent stoken” Vitovent 300-F:

Ventilatietrap 4 wordt ingesteld. De secundaire pomp en CV-circuitpomp A1/VC1 (indien aanwezig)

worden ingeschakeld. De aanvoertemperatuur in het ventilatieverwarmingscircuit wordt op

40 °C ingesteld.”Vitovent elektr. Voorverw.” Vitovent 200-C:

De ventilatoren worden met 1,7 V aangestuurd. Het elektrisch voorverwarmregister wordt ingeschakeld en op de actu-

ele buitenluchttemperatuur plus 10 K geregeld.Vitovent 300-F: Ventilatietrap 4 wordt ingesteld. Het elektrisch voorverwarmregister wordt ingeschakeld en op de actu-

ele uitlaatlucht-temperatuur plus 5 K geregeld.”Vitovent bypass” Vitovent 200-C:

De ventilatoren worden met 1,7 V aangestuurd. Een geopende bypasswordt gesloten.

Vervolgens worden volgende stappen cyclisch herhaald:1. De bypass wordt geopend.2. De bypass blijft 60 s geopend.3. De bypass wordt gesloten.4. De bypass blijft 60 s gesloten.Vitovent 300-F:Gedurende 60 s wordt ventilatietrap 0 ingesteld. Een geopende by-pass wordt gesloten.

Vervolgens worden volgende stappen cyclisch herhaald:1. Binnen 60 s wordt de bypass volledig geopend.2. De bypass blijft 60 s geopend.3. Binnen 60 s wordt de bypass volledig gesloten.4. De bypass blijft 60 s gesloten.

OpmerkingNa het einde van de functiecontrole wordt de ventilatietrap 0 geduren-de 60 s ingesteld. Pas dan treedt het ventilatietoestel overeenkomstighet ingestelde werkings- en tijdprogramma opnieuw in werking.

”Vitovent ventilatorstop” Vitovent 300-F:

Volgende componenten/functies van het ventilatietoestel worden uitge-schakeld: Elektrisch voorverwarmregister (accessoires) Toevoer- en uitlaatluchtventilator: Wanneer het elektrische voorver-

warmregister was ingeschakeld, draaien de ventilatoren 60 s na. De bypass wordt gesloten. Toevoerluchtverwarming via hydraulisch naverwarmregister (ventilatie-

verwarmingscircuit A1/VC1, indien voorhanden)”Koelwaterbuffer” 3-wegomschakelkleppen voor bypass-verwarmingsbuffer worden ge-

schakeld. Alle CV-pompen worden ingeschakeld. Mengklep verwarmings-/koelcircuit M2/VC2 opent/sluit in 5-minuten-

puls.

Servicefuncties

Functiecontrole (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 197: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

197

OpmerkingOm te hoge temperaturen in het toestel te vermijden,moet ontstaande warmte naar het secundaire circuitgebracht worden. Als bij een functie warmte wordtopgewekt, loopt de secundaire pomp na het beëindi-gen van deze functie nog 120 s na.Bij het verlaten van het menu ”Functiecontrole”wordt de secundaire pomp ook binnen de nalooptijduitgeschakeld.

Instellingen opslaan/laden

Veranderde parameterinstellingen slaat de warmte-pompregeling automatisch na enkele minuten op decodeerstekker op.Met ”Instellingen opslaan” kan het opslaan altijdhandmatig worden verricht, bijv. wanneer de codeer-stekker er aansluitend uitgenomen wordt.

Met ”Instellingen laden” kunt u parameterinstellingenvan de codeerstekker naar de regeling laden. Op dezemanier kunnen bijv. meerdere toestellen na elkaar viaeen codeerstekker identiek worden ingesteld.

Instellingen opslaan

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Servicefuncties”

3. ”Instellingen opslaan”.

4. ”Ja”.

Instellingen laden

! OpgeletBij het laden vanaf de codeerstekker wordenalle in de regeling aanwezige parameterinstellin-gen overschreven.Vóór het laden moet u waarborgen dat de CV-installatie met de op de codeerstekker opgesla-gen parameterinstellingen probleemloos werkt.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Servicefuncties”

3. ”Instellingen laden”.

4. Met ”Ja” de laadprocedure starten.De regeling start opnieuw (voortgangsbalk is zicht-baar).

Servicefuncties

Functiecontrole (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 198: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

198

! OpgeletEen verkeerde bediening op ”codeerniveau 1”kan tot schade aan het toestel en de verwar-mingsinstallatie leiden.Aanwijzingen in de service- en montagehandlei-ding van de betreffende warmtepomp opvolgen.anders vervalt de garantie.

Servicemenu activeren (parameter met markering ! instellen)

Alle parameters worden in volle tekst aangegeven.Aan elke parameter is bovendien een parametercodetoegekend.

1. Service-menu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. Parametergroep selecteren, bijv. ”Installatiedefi-nitie”.

4. Parameter selecteren, bijv. ”Installatieschema7000”.

5. Waarde instellen, bijv. ”3”.

Als het servicemenu al is geactiveerd:

1. Uitgebreid menu:å

2. ”Service”

3. ”Codeerniveau 1”

4. Parametergroep selecteren, bijv. ”Installatiedefi-nitie”.

OpmerkingWelke parametergroepen worden weergegeven,hangt af van de installatie-uitvoering.

5. Parameter selecteren, bijv. ”Installatieschema7000”.

OpmerkingWelke parameters worden weergegeven, hangt afvan de installatie-uitvoering.

6. Installatieschema instellen, bijv. ”3”.

! OpgeletAls de warmtepompregeling op de netschake-laar of via een aparte zekering/hoofdschakelaaruitgeschakeld wordt, worden evt. parameterin-stellingen van de laatste minuut niet overgeno-men.Na het instellen van parameters minstens 1 minwachten, alvorens de warmtepompregeling uit-geschakeld wordt.

Servicemenu deactiveren

”Service beëindigen?” met ”Ja” bevestigen. Of Automatisch als 30 min geen bediening volgt.

Regelingsinstellingen

Codeerniveau 1 in het servicemenu

5837

029

Para

met

er

Page 199: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

199

A

Warm water

Wijzigen met

MIN100

Cod.1

MAX600

B

D

C

EG

WarmwatertemperatuurGewenste waarde

6000 :ALZ 500

530

FAfb. 48

A ParametergroepB Betekenis van de parameterC ParametercodeD Momenteel ingestelde waardeE Bovenste grens van het instelbereikF Markering van de toestand bij leveringG Onderste grens van het instelbereik

OpmerkingDe grenzen van het instelbereik E, G en de toestandbij levering F hangen in veel gevallen af van het typewarmtepomp. Deze waarden worden voor bijna alleparameters in de warmtepompregeling weergegeven.Daarom zijn de waarden E, F en G in de volgendeparameterbeschrijvingen niet vermeld.

Toestanden bij levering en instelbereikenMontage- en servicehandleiding van de betref-fende warmtepomp

Bitveld

Om de combinatie van verschillende functies of instal-latiecomponenten met 1 parameter weer te geven,worden bitvelden gebruikt. Voor elke combinatie is erexact 1 instelwaarde.

De instelwaarde van de parameter kan aan de handvan volgende tabel bepaald worden:

InstelvoorbeeldBit Instellingen voor parameter ”In-

stallatiecomponent bij externeomschakeling 7011”

Bitwaarde Instelcombinatie0: Niet geselecteerd1: Geselecteerd

Som

Bit 1 Verwarmingscircuit zonder meng-klep A1/VC1

1 1 1

Bit 2 Verwarmingscircuit met mengklepM2/VC2

2 0 0

Bit 3 Verwarmingscircuit met mengklepM3/VC3

4 0 0

Bit 4 Niet instellen! 8 0 0Bit 5 Tapwaterverwarming 16 1 16Bit 6 Verwarming buffer 32 1 32... ... ... 0 0Bit N ... 2N–1 0 0Instelwaarde voor parameter ”49”

Instelhulp

Met de instelhulp kunnen Bit 0 tot Bit N in een lijstgeselecteerd worden (meervoudige selectie mogelijk).De instelwaarde van de parameter blijkt automatischuit de geselecteerde combinatie.

OpmerkingToewijzing van de bits aan de installatiecomponentenof functies: zie beschrijving van de desbetreffendeparameter.

Regelingsinstellingen

Parameters instellen58

3702

9

Para

met

er

Page 200: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

200

1. Servicemenu en codeerniveau zijn actief. Degewenste parametergroep is geselecteerd:Parameter met bitveld selecteren: Bijv. ”Installa-tiecomponenten bij externe omschakeling7011”

2. OK

3.

4. Gewenste bits met OK selecteren.

5. ”Overnemen met OK”

Installatiedefinitie

Wijzigen met (

Bit 1

Bit 3

Overnemen met OK

Cod.1

Bit 2

Afb. 49

Toestand bij levering herstellen (reset)

Alle parameters van het instelniveau ”Installatiegebrui-ker” en ”Vakman” (markering !) worden teruggezet.

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Basisinstelling”

4. ”Alle groepen”OfGewenste parametergroep selecteren,bijv. ”Installatiedefinitie”.

OpmerkingHierna zijn alle parameters van de instelniveaus ”Vak-man” en ”Installatiegebruiker” beschreven.Parameters die zijn toegewezen aan het instelni-veau ”Installatiegebruiker” kunnen door de installatie-gebruiker via menu's worden ingesteld.Voor een beter onderscheid worden parameters diezijn toegewezen aan het instelniveau ”Vakman” gemar-keerd met !.

Regelingsinstellingen

Parameters instellen (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 201: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

201

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Installatiedefinitie”

4. Parameter kiezen.

7000 Installatieschema !

Installatieschema volgens de installatie-uitvoering bijinbedrijfstelling instellen. Er is keuze uit 12 verschil-lende installatieschema's.De componenten die bij het betreffende installatie-schema horen, worden automatisch geactiveerd enbewaakt.

Vitocal 111-S/222-A/222-S: Aanwijzingen in combi-natie met inbouwset met mengklep (”Typeopbouwset 7044” op ”1”)Volgende installatiecomponenten worden niet gecon-troleerd, ook als het installatieschema dit bevat: Buffer in de aanvoer van het secundair circuit Verwarmingscircuit M3/VC3 (kamerverwarming en

kamerkoeling) Afzonderlijk koelcircuit

Installatieschema'sComponent Installatieschema

0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11Verwarmingscircuit A1/VC1 — X X — — X X — — X X —M2/VC2 — — — X X X X X X X X —M3/VC3 — — — — — — — X X X X —

Warmwaterboiler X — X — X — X — X — X —

Elektrisch verwarmingsele-ment

0 — 0 — 0 — 0 — 0 — 0 —

Verwarmingswaterbuffer — 0 0 X X X X X X X X —

Verwarmings-/koelwaterbuf-fer

— 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 —

Externe warmtegenerator 0 0*3 0*3 0 0 0 0 0 0 0 0 —

Verwarmingswater-door-stroomtoestel

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Zwembad — 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 —

Zonne-installatie 0 — 0 — 0 — 0 — 0 — 0 —

Koeling A1/VC1 — 0 0 — — 0 0 — — 0 0 —M2/VC2 — — — 0 0 0 0 0 0 0 0 —M3/VC3 — — — — — — — 0 0 0 0 —Afzonderlijk koelcircuit AKC 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 —

IJsbuffer en zonne-luchtab-sorber

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Energiemeter 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 —

Ventilatietoestel 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 —

X Component geselecteerd0 Component kan via de bijbehorende parameters

toegevoegd worden.Uitvoerige informatie over installatievoorbeelden:www.viessmann-schemes.com

OpmerkingBij de volgwarmtepompen in een warmtepompcascadeInstallatieschema 11 instellen.

*3 Alleen in combinatie met een verwarmingswaterbuffer.

Parametergroep installatiedefinitie

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 202: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

202

Middelinginterval voor berekening van de gedemptebuitentemperatuur (langdurig gemiddeld).

Deze buitentemperatuur wordt bijv. gebruikt voor: Berekening gewenste waarde aanvoertemperatuur

uit verwarmings- of koellijn Omschakeling tussen verwarmings- en koelwerking

De doorlopende middeling van gemeten temperatuur-waarden reduceert de invloed van kortstondige tempe-ratuurschommelingen. De gebruikte wiskundigemethode werkt als een demping. Met deze dempingbereikt de gedempte buitentemperatuur na een grotetemperatuurverandering volgende waarden: 63 % van de wijziging na het verlopen van het 1-vou-

dige middelingsinterval 95 % van de wijziging na het verlopen van het 3-vou-

dige middelingsinterval

t

ϑ

AB AB

100%

63%

37%

Afb. 50

A Tijdstip van de grote temperatuurveranderingB Verloop van het 1-voudige middelingsinterval

Deze procedure leidt in de praktijk naast een dempingook tot een vertraging bij de registratie van de buiten-temperatuur.

t

ϑ

B

A

Afb. 51

A Buitentemperatuur (niet gedempt)B Gedempte buitentemperatuur

OpmerkingVoor andere functies berekent de regeling een kort-stondig gemiddelde van de buitentemperatuur (midde-lingsinterval 2 min).

Instelwaarde in min

7003 Temperatuurverschil voor berekening verwarmingsgrens !

Verwarmingsgrens:Gewenste ruimtetemperatuur minus ”Temperatuur-verschil voor berekening van de verwarmings-grens 7003”Wanneer de gedempte buitentemperatuur (langeter-mijngemiddelde met middelinginterval in de uitlever-toestand drie uur) lager is dan de verwarmingsgrens,wordt de kamerverwarming automatisch ingeschakeld.Het werkingsprogramma ”Verwarmen en warmwater ”moet actief zijn.

Voorbeeld:Ingestelde gewenste kamertemperatuur = 20 °C”Temperatuurverschil voor berekening van de ver-warmingsgrens 7003” = 4 KHieruit resulteert een verwarmingsgrens van 16 °C(20 °C – 4 K). Gedempte buitentemperatuur < 16 °C (verwarmings-

grens):kamerverwarming wordt ingeschakeld.

Gedempte buitentemperatuur > 18 °C (op basis vande ingestelde hysterese van 2 K):Kamerverwarming wordt uitgeschakeld.

Parametergroep installatiedefinitie

7002 Interval voor langdurig ge-middelde buitentemperatuur !

5837

029

Para

met

er

Page 203: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

203

B

D E D

A

C2K

18°C

16°C

20°C

tAfb. 52

A Gewenste kamertemperatuurB Gedempte buitentemperatuur (langetermijngemid-

delde)C Ingestelde waarde ”Temperatuurverschil voor

berekening van de verwarmingsgrens”D Verwarming UITE Verwarming AAN

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7004 Temperatuurverschil voor het berekenen van de koelgrens !

Koelgrens:Gewenste kamertemperatuur plus ”Temperatuurver-schil voor berekening van de koelgrens 7004”.Wanneer de gedempte buitentemperatuur (langeter-mijngemiddelde, middelinginterval in de uitlevertoe-stand drie uur) hoger is dan de koelgrens, wordt dekamerkoeling automatisch ingeschakeld. Het wer-kingsprogramma ”Verwarmen / koelen en WW ”moetactief zijn.

Voorbeeld:Gewenste kamertemperatuur = 20 °C”Temperatuurverschil voor berekening van dekoelgrens 7004”= 4 KHieruit resulteert een koelgrens van 24 °C(20 °C + 4 K). Gedempte buitentemperatuur > 24 °C (koelgrens):

Kamerkoeling wordt ingeschakeld. Gedempte buitentemperatuur > 23 °C (op basis van

de ingestelde hysterese van 1 K):Kamerkoeling wordt uitgeschakeld.

OpmerkingDe koelgrens heeft geen effect op een afzonderlijkkoelcircuit.Deze parameter is alleen beschikbaar als de koelingdoor de parameter ”Koelfunctie 7100” is geactiveerd.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7007 Primaire pomp bij Natural Cooling !

Schakeltoestand van de primaire pomp als koelfun-ctie ”natural cooling” ingeschakeld is.De instelling hangt van de gebruikte installatiecompo-nenten af.

Waar-de

Betekenis

”0” Primaire pomp wordt niet ingeschakeld als dewarmte via een andere installatiecomponent,bijv. verwarmingsregister afgevoerd wordt.Evt. vereiste pompen kunnen via het NC-sig-naal aangestuurd worden (contact 211.5 opde basisprintplaat).

”1” Primaire pomp wordt ingeschakeld, bijv. alswarmte via het primaire circuit afgevoerdwordt.

Parametergroep installatiedefinitie

7003 Temperatuurverschil voor berekening… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 204: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

204

Regeling van de zwembadverwarming via tempera-tuurregelaar voor zwembad-temperatuurregeling(accessoire).

Waar-de

Betekenis

”0” Geen zwembadverwarming.”1” Zwembadverwarming.

OpmerkingDe temperatuurregelaar voor zwembad-temperatuurre-geling wordt via de uitbreiding EA1 op de warmte-pompregeling aangesloten (”Externe uitbreiding7010”).

700A Cascadeaansturing ! /

Waar-de

Betekenis

”0” Geen cascadeaansturing”1” Niet instellen.”2” Cascadeaansturing via LON

OpmerkingVoor compacte warmtepompen niet instellen.

”3” Niet instellen.

Aanwijzingen Voor hoofdwarmtepomp ”2” instellen. Voor volgwarmtepompen deze waarde op ”0”

en ”Installatieschema 7000” op ”11” instellen.

700C Gebruik warmtepomp in cascade! /

Voor cascadeaansturing via LON: Instelling bij elkevolgwarmtepomp van de cascade. Zo kunnen deafzonderlijke warmtepompen voor verschillende toe-passingen worden vrijgegeven.

Voorbeeld:Bij cascadeaansturing via LON kan een warmtepompalleen voor kamerverwarming en een andere alleenvoor tapwaterverwarming worden gebruikt.Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Tapwaterverwarming”Bit 2” Kamerverwarming”Bit 3” Kamerkoeling”Bit 4” Zwembadverwarming

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

700D Looptijdcompensatie cascade ! /

De looptijdcompensatie zorgt ervoor dat de compres-sorlooptijden van de warmtepompen binnen een cas-cade zo gelijk mogelijk zijn.

Waar-de

Betekenis

”0” Geen looptijdcompensatie”1” Looptijdcompensatie tussen hoofdwarmte-

pomp en alle volgwarmtepompen: De looptij-den worden uit de in de warmtepompregelingopgeslagen bedrijfsuren bepaald: ”Diagno-se” Ú ”Warmtepomp” Ú ”Bedrijfsurencompr. Ú”

Parametergroep installatiedefinitie

7008 Zwembad !

5837

029

Para

met

er

Page 205: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

205

Alleen voor vermogensgeregelde warmtepompen:Voor de vermogensregeling van de warmtepompcas-cade wordt de aanvoertemperatuur in het secundairecircuit geregistreerd.

Waar-de

Betekenis

”0” Geen vermogensregeling”1” Niet instellen!”2” Vermogensregeling via de bufferuitlooptem-

peratuursensor

7010 Externe uitbreiding !

Toepassingsbereiken van de uitbreiding EA1: Zwembadverwarming Externe omschakeling van de werkingsstatus Externe vraag/externe mengklep OPEN of regelfunc-

tie Extern blokkeren/externe mengklep DICHT of regel-

functie Instelling gewenste aanvoertemperatuur bij externe

vraag door analoog spanningssignaal 0 tot 10 V Min. verwarmingswatertemperatuur (aanvoertempe-

ratuur secundair circuit) Smart Grid

OpmerkingBij zwembadverwarming kunnen de volgende functiesniet worden gerealiseerd: Externe omschakeling van de werkingsstatus Externe vraag van warmtepomp/externe mengklep

OPEN

OpmerkingBij Smart Grid kunnen de volgende functies niet wor-den gerealiseerd: Externe omschakeling van de werkingsstatus Externe vraag Extern blokkeren

Toepassingsbereiken van de uitbreiding AM1: Alg. storingsmelding Omschakeling van de primaire bron in combinatie

met ijsbuffer

Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking Opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Uitbreiding EA1”Bit 2” Uitbreiding AM1”Bit 3” Niet instellen!

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

7011 Installatiecomponent bij externe omschakeling !

Keuze van de installatiecomponenten waarvoor dewerkingsstatus een bepaalde periode moet wordenomgeschakeld. Bij ventilatietoestellen wordt de ventila-tietrap omgeschakeld. Verwarmingscircuits, tapwaterverwarming, buffer:

De in te stellen werkingsstatus wordt met de para-meter ”Werkingsstatus bij externe omschakeling7012” ingesteld.

Ventilatie:De in te stellen ventilatietrap wordt met de parame-ter ”Werking BA-omschakeling op ventilatie701F” opgegeven.

”Duur van de externe omschakeling 7013” geeftde duur van de omschakeling aan.

OpmerkingDe functie ”Werking externe vraag op warmtepomp/verwarmingscircuits 7014” heeft een hogere priori-teit dan de functie ”Installatiecomponent bij externeomschakeling 7011”.

Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Verwarmingscircuit zonder mengklep A1/VC1”Bit 2” Verwarmingscircuit met mengklep M2/VC2”Bit 3” Verwarmingscircuit met mengklep M3/VC3

Parametergroep installatiedefinitie

700F Strategie vermogensregeling cascade ! / 58

3702

9

Para

met

er

Page 206: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

206

Bit Betekenis”Bit 4” Niet instellen!”Bit 5” Tapwaterverwarming”Bit 6” Buffer”Bit 7” Aangesloten ventilatietoestel

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

7012 Werkingsstatus bij externe omschakeling !

Keuze van werkingsstatus, waar extern naar moetworden omgeschakeld.

Waarde Werkingsstatus (zie bedieningshandleiding)Verwarming/koeling Warm water Buffer

”0” Geen verwarming, alleen vorstbescherming voor de gekozen installatiecomponenten”1” ”Gereduceerd” ”Bovenaan” ”Boven””2” ”Normaal” ”Normaal” ”Normaal””3” ”Constante”: Gewenste aan-

voertemperatuur is ”Max.aanvoertemperatuur ver-warmingscircuit 200E”.

”Temp. 2”: Verwarmingmet ”2e gewenste warmwa-tertemperatuur 600C”

”Constante”: Verwarmingmet ”Temperatuur in wer-kingsstatus constante waar-de voor buffer 7202”

OpmerkingAls bij ”Installatiecomponent bij externe omschake-ling 7011” ”Bit 7” ingesteld is: De ventilatietrap dievan extern ingeschakeld moet worden, wordtmet ”Werking BA-omschakeling op ventilatie 701F”opgegeven.

7013 Duur van de externe omschakeling !

Min. duur van de externe omschakeling van de wer-kingsstatus. De werkingsstatus wordt omgeschakeldvan zodra het schakelcontact gesloten is (signaal voor-handen).

Parametergroep installatiedefinitie

7011 Installatiecomponent bij externe… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 207: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

207

Voorbeeld: Waarde voor de duur van de omschakelingB 8 uur (toestand bij levering)

8 h

8 h

A

B

A

B

Afb. 53

Duur van het signaal A < Waarde voor de duur vande omschakeling B:Duur van de omschakeling 8 uur

Duur van het signaal A > Waarde voor de duur vande omschakeling B:Duur van de omschakeling = duur van het signaal

Waarde duur”0” Omschakeling gebeurt slechts zolang het

schakelcontact gesloten is”1”tot”12”

Min. duur van de omschakeling: De duurbegint van zodra het signaal voorhanden is.

Instelwaarde in uur

7014 Effect externe vraag op warmtepompen/verwarm.circ. !

Instelling waarbij de functie ”Extern aanvragen/externemengklep OPEN” moet werken.

Opmerking Bij ”Extern aanvragen” wordt een vaste gewenste

aanvoertemperatuur ingesteld voor het secundairecircuit (”Aanvoertemperatuur bij externe vraag730C”).

Het signaal ”Extern blokkeren” heeft een hogere pri-oriteit dan het signaal ”Externe aanvraag”.

Waarde Verwarmingscircuit metmengklep M2/VC2

Verwarmingscircuit metmengklep M3/VC3

Warmtevraag voor warmte-pomp

”0” Regelmodus Regelmodus Nee”1” Mengklep ”OPEN” Regelmodus Nee”2” Regelmodus Mengklep ”OPEN” Nee”3” Mengklep ”OPEN” Mengklep ”OPEN” Nee”4” Regelmodus Regelmodus Ja”5” Mengklep ”OPEN” Regelmodus Ja”6” Regelmodus Mengklep ”OPEN” Ja”7” Mengklep ”OPEN” Mengklep ”OPEN” Ja

OpmerkingVoor de zwembadverwarming moet de warmtevraagvan de warmtepomp worden vrijgegeven (instel-ling ”4”, ”5”, ”6” of ”7”).

Parametergroep installatiedefinitie

7013 Duur van de externe omschakeling ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 208: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

208

Werking van de functie ”Extern blokkeren/Externmengklep DICHT” op de installatiecomponenten

! OpgeletAls ”Extern blokkeren” actief is, is de vorstbe-scherming van de installatie evt. niet gewaar-borgd.Vorstbescherming door de installateur te plaat-sen.

OpmerkingHet signaal ”Extern blokkeren” heeft een hogere priori-teit dan het signaal ”Externe aanvraag”.

Waarde Verwarmingscircuit metmengklep M2/VC2

Verwarmingscircuit metmengklep M3/VC3

Warmtepomp blokkeren

”0” Regelwerking Regelwerking Nee”1” Mengklep ”DICHT” Regelwerking Nee”2” Regelwerking Mengklep ”DICHT” Nee”3” Mengklep ”DICHT” Mengklep ”DICHT” Nee”4” Regelwerking Regelwerking Ja”5” Mengklep ”DICHT” Regelwerking Ja”6” Regelwerking Mengklep ”DICHT” Ja”7” Mengklep ”DICHT” Mengklep ”DICHT” Ja

7017 Vitocom 100 !

Gebruik van de communicatiepoort Vitocom 100, typeGSM.

Waar-de

Betekenis

”0” Vitocom 100, type GSM wordt niet gebruikt.”1” Vitocom 100, type GSM is aanwezig en ac-

tief.

7018 Temperatuurbereik ingang 0..10V !

Temperatuurbereik voor gelijkspanningssignaal 0 tot10 V. Het temperatuurbereik begint bij 0 °C en verlooptlineair tot aan de ingestelde waarde.Met dit signaal kan bijv. de gewenste aanvoertempera-tuur van het secundaire circuit voor kamerverwar-ming bij externe vraag opgegeven worden. Hiervoorhet spanningssignaal aan de ingang ”0–10 V” van deuitbreiding EA1 aansluiten.

Voorbeeld:Een waarde van 800 resulteert in een temperatuurbe-reik van 0 tot 80 °C, d. w.z. 5 V komt overeen met40 °C en 7,5 V 60 °C.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7019 Prioriteit externe vraag !

Prioriteit van de externe vraag tegenover de vereistenvoor verwarmings- of koelwerking

Parametergroep installatiedefinitie

7015 Effect extern blokkeren op warmtepompen/verwarm.circ. !

5837

029

Para

met

er

Page 209: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

209

Waar-de

Betekenis

”0” Lagere prioriteit:Kamerverwarming/-koeling heeft voorrangvoor externe vraag.

”1” Hoge prioriteit:Externe vraag heeft voorrang voor kamerver-warming/-koeling.

”2” Niet instellen!”3” Niet instellen!

OpmerkingVoorrang voor de tapwaterverwarming moet afzonder-lijk ingesteld worden.

701A Effect extern blokkeren op pompen/compressor !

Keuze van de werkingscomponenten, bijv. secundairepomp/compressor

! OpgeletAls ”Extern blokkeren” actief is, is de vorstbe-scherming van de installatie evt. niet gewaar-borgd.Vorstbescherming door de installateur te plaat-sen.

Opmerking Instelling voor parameter ”Werking extern blokke-

ren op warmtepomp/verwarmingscircuits 7015”respecteren.

Het signaal ”Extern blokkeren” heeft hogere prioriteitdan het signaal ”Externe aanvraag”.

Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” CV-pomp A1/CV1 geblokkeerd”Bit 2” CV-pomp M2/CV2 geblokkeerd”Bit 3” CV-pomp M3/CV3 geblokkeerd”Bit 4” Circulatiepomp voor de boileropwarming ge-

blokkeerd”Bit 5” Secundaire pomp/compressor geblokkeerd

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

701B Gemeenschap. aanvoertemperatuursensor installatie !

Bij installaties met buffer kan in de verwarmingswater-aanvoer na de buffer een gemeenschappelijke aan-voertemperatuursensor worden ingebouwd.

OpmerkingWanneer aanvoertemperatuursensor installatie nietaanwezig is, let dan op het volgende: Geen vorstbewaking voor verwarmingscircuit

A1/VC1 Mengklep externe verwarmingstoestel (indien aan-

wezig) opent niet.

Waar-de

Betekenis

”0” Aanvoertemperatuursensor installatie wordtniet gebruikt. De aanvoertemperatuursensorsecundair circuit wordt gebruikt.

”1” Aanvoertemperatuursensor installatie is aan-wezig en geactiveerd.

OpmerkingAls een externe warmtegenerator ingesteld is(”Vrijgave externe warmtegenerator 7B00”op ”1”), wordt deze waarde automatisch in-gesteld.

Parametergroep installatiedefinitie

7019 Prioriteit externe vraag ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 210: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

210

Als de storingsmeldingen A9 of C9 optreden, danwordt de warmtepomp gedurende de werking geblok-keerd. De kamerverwarming en de tapwaterverwar-ming gebeuren dat met de ter beschikking staandeextra verwarmingen, bijv. verwarmingswater-door-stroomtoestel. De compressor wordt pas opnieuwingeschakeld als de storing verholpen is en de warm-tepomp één keer uit- en opnieuw ingeschakeld werd.Met deze parameter kunnen de voorwaarden voor dewerking met de extra verwarmingen opgegeven wor-den.

Waar-de

Betekenis

”0” Kamerverwarming met ”Kamertempera-tuur normaal 2000” min 5 K

Gewenste warmwatertemperatuur 30 °C Aanbevolen instellen als het verwarmings-

water-doorstroomtoestel gebruikt wordt.”1” Kamerverwarming en tapwaterverwarming

overeenkomstig de ingestelde tijdprogram-ma's

Aanbevolen instelling als de externe warm-tegenerator bijv. HR-olieketels gebruiktwordt.

701F Werking BA-omschakeling op ventilatie !

Ventilatietrap die bij de externe omschakeling ingesteldwordt.Voorwaarde: Ventilatietoestel is voor de externeomschakeling geselecteerd. Hiervoor bij ”Installatie-component bij externe omschakeling 7011” ”Bit 7”selecteren.

Opmerking Opent de instelhulp.

Bit Ventilatietrap”Bit 0” 0 UIT”Bit 1” 1 Basisventilatie”Bit 2” 2 Gereduceerde ventilatie

Bit Ventilatietrap”Bit 3” 3 Nominale ventilatie”Bit 4” 4 Intensieve ventilatie

OpmerkingAls bij ”Installatiecomponent bij externe omschake-ling 7011” naast ”Bit 7” een andere bit geselecteerdis: De werkingsstatus waarin vanuit extern ingescha-keld moet worden, wordt met ”Werkingsstatus bijexterne omschakeling 7012” opgegeven.

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

7029 Aantal volgende warmtep.! /

Aantal volgwarmtepompen bij cascadeaansturing viaLON

Waar-de

Betekenis

”0” Geen volgende warmtepomp”1”tot ”4”

Aantal volgende warmtepompen

7030 Selectie primaire bron !

Waar-de

Betekenis

”0” IJsbuffer en zonne-luchtabsorber

OpmerkingVoor ijsbuffer is de zonneregelingVitosolic 200 vereist. Daarom ook ”Type zon-neregeling 7A00” in acht nemen.

”1” Aardcollectoren/aardsondes

Parametergroep installatiedefinitie

701C Werkingsstatus na melding A9, C9 !

5837

029

Para

met

er

Page 211: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

211

De solar-luchtabsorber wordt uitsluitend als primairebron gebruikt, als het verschil tussen absorber- en ijs-buffertemperatuur groter is dan de aangegevenwaarde.

Verdere voorwaarden: Absorbertemperatuur > ”Minimumtemp. voor pri-

maire bron zonne-absorber 7033” Primaire ingangstemperatuur ligt binnen het geldige

bereik.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7032 Hysterese zonnecollector !

Hysterese voor het in- en uitschakelen van de zonne-luchtabsorber als primaire bron, m.b.t. de ingesteldegrenzen voor de primaire inlaattemperatuur. Hierdoorwordt de primaire bron van de ijsbuffer ingeschakeldvooraleer de grenzen voor de primaire inlaattempera-tuur bereik zijn en de compressor uitschakelt.

Voorwaarden voor het gebruik van de zonne-luchtab-sorber als primaire bron: Temperatuurverschil zonne-luchtabsorber — ijsbuffer

> ”Inschakelhysterese zonne-circuitpomp 7031” Absorbertemperatuur > ”Min.temp. voor primaire

bron zonnecollector 7033”

Absorbertemperatuur > ”Min. intredetemperatuurprimair circuit 5016” plus ”Hysterese zonnecol-lector 7032”

Absorbertemperatuur < ”Max. intredetemperatuurprimair circuit 5015” min ”Hysterese zonnecollec-tor 7032”

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7033 Min.temp. voor primaire bron zonne-luchtabsorber !

De zonne-luchtabsorber wordt uitsluitend als primairebron gebruikt, als de absorbertemperatuur groter isdan de ingestelde waarde.

Voorwaarden voor het gebruik van de zonne-luchtab-sorber als primaire bron: Temperatuurverschil zonne-luchtabsorber – ijsbuffer

> ”Inschakelhysterese zonne-luchtabsorber7031”

Absorbertemperatuur > ”Minimumtemp. voor pri-maire bron zonne-absorber 7033”

Primaire ingangstemperatuur ligt binnen het geldigebereik.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7034 Gemiddelde bodemtemp. in zomerwerking !

Max. temperatuur van de ijsbuffer in de zomerwerking:Zie ”Minimumlooptijd voor onderdrukking zomer-werk. 7035”.Deze waarde lager instellen dan max. primaire inlaat-temperatuur min ”Hysterese zonnecollector 7032”.

OpmerkingDe max. primaire inlaattemperatuur kan alleen dooreen door Viessmann gecertificeerde verwarmingsfirmavoor warmtepompen ingesteld worden.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep installatiedefinitie

7031 Inschakelhysterese zonne-luchtabsorber ! 58

3702

9

Para

met

er

Page 212: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

212

Met name in de zomer leiden hoge temperaturen in deijsbuffer tot hoge warmteverliezen in de aarde en daar-mee tot veelvuldig naverwarmen via de zonne-luchtab-sorber. Om dit te vermijden, wordt de maximale tempe-ratuur van de ijsbuffer in de zomerwerking geredu-ceerd.

De zomerwerking wordt onder de volgende omstandig-heden ingeschakeld: De warmtepomp was op een dag voor kamerverwar-

ming minder dan ”Minimumlooptijd voor onder-drukking zomerwerk. 7035” actief.

”Kalenderweek begin zomerwerking ijsaccumula-tor 7039” is bereikt.

”Laatste kalenderweek voor zomerwerking 7036”is nog niet bereikt.

Instelwaarde in min

7036 Laatste kalenderweek voor onderdrukking zomerwerk. !

Na de aangegeven kalenderweek wordt de zomerwer-king niet meer ingeschakeld. De ijsbuffer wordt via dezonne-luchtabsorber tot op de maximale temperatuurverwarmd.

Instelwaarde in kalenderweken

7037 Bewaking absorbercircuit !

Waarde Betekenis”0” Bewaking uit”1” Wanneer de hoeveelheid energie bij actie-

ve aansturing van de absorberpomp bin-nen 6 uur lager wordt dan 1 kWh, wordt destoringsmelding ”96 IJsbuffer absor-berc. ”weergegeven.Voorwaarde: Calorimeter is in het absorbe-rcircuit ingebouwd.

7038 Temperatuursensor voor bivalente werking !

Waar-de

Betekenis

”0” Buitentemperatuursensor wordt gebruikt:Bivalente werking, wanneer langetermijnge-middelde van de buitentemperatuur lager isdan ”Bivalentietemperatuur externe warm-tegenerator 7B02”.

”1” Temperatuursensor ijsbuffer wordt gebruikt:Bivalent alternatieve werking, wanneer tem-peratuur in de ijsbuffer lager is dan ”Bivalen-tietemperatuur externe warmtegenerator7B02”.

Parametergroep installatiedefinitie

7035 Minimumlooptijd voor onderdrukking zomerwerk. !

5837

029

Para

met

er

Page 213: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

213

Vóór de ingestelde kalenderweek wordt de zomerwer-king niet ingeschakeld. De ijsbuffer wordt via dezonne-luchtabsorber tot op de maximale temperatuurverwarmd.

Instelwaarde in kalenderweken

703A Kalenderweek vroegste einde zomerwerking ijsbuffer !

Als de warmtepomp na de ingestelde kalenderweek opeen dag voor kamerverwarming meer dan ”Minimum-looptijd voor onderdrukking zomerwerk. 7035” inwerking was, eindigt de zomerwerking. De ijsbufferwordt via de zonne-luchtabsorber tot de maximaletemperatuur verwarmd.De zomerwerking wordt vervolgens weer ingeschakeldals de warmtepomp op een dag voor de kamerverwar-ming minder dan ”Minimumlooptijd voor onder-drukking zomerwerk. 7035” in gebruik was.

De zomerwerking eindigt voor het actuele jaarna ”Laatste kalenderweek voor zomerwerking7036” definitief.

Instelwaarde in kalenderweken

7044 Type opbouwset !

Vitocal 111-S/222-A/222-S:Als een inbouwset met mengklep ingebouwd is, is hetverwarmingscircuit M2/VC2 rechtstreeks op de warm-tepomp aangesloten. De verwarmingscircuitpomp ende verwarmingscircuitmengklep zijn onderdeel van deinbouwset. Een buffer in de aanvoer secundair circuitis niet aangesloten.

Aanwijzingen in combinatie met inbouwkit metmengklep (”Type opbouwset 7044” op ”1”) Verwarmingscircuit A1/VC1 moet aangeslotenj zijn,

anders kan het verwarmingscircuit M2/VC2 niet metwarmte worden gevoed.

Nominaal vermogen van de verwarmingscircuit-pomp ”Nom. vermogen verwarm.pomp VC2734A”.

De werking van een buffer in de aanvoer van hetsecundair circuit is niet mogelijk.

In combinatie met de inbouwset met mengklep moetvoor de beschikbaarstelling van de ontdooienergieeen voldoende installatievolume ter beschikkingstaan. Hiervoor ofwel een overstortklep op de op deverste verwijderde plaats in het verwarmingscircuitinbouwen of een verwarmingswaterbuffer met geringvolume in de retour van het secundair circuit voor-zien.

Waar-de

Betekenis

”0” Inbouwset met mengklep is niet beschikbaar.”1” Inbouwset met mengklep is ingebouwd.

Volgende installatiecomponenten worden nietgecontroleerd, ook als het installatieschemadit bevat: Buffer in de aanvoer van het secundair cir-

cuit: ”Vrijgave buffer/open/gesloten ver-deler 7200” zonder effect

Verwarmingscircuit M3/VC3 (kamerverwar-ming en kamerkoeling)

Afzonderlijk koelcircuit

7050 Werking vakantieprogramma !

Functies waarop het vakantieprogramma niet werkt.Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Tapwaterverwarming”Bit 2” Tapwaterverwarming met ”2e gewenste

warmwatertemperatuur””Bit 3” Verwarming buffer

Parametergroep installatiedefinitie

7039 Kalenderweek begin zomerwerking ijsaccumulator ! 58

3702

9

Para

met

er

Page 214: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

214

Bit Betekenis”Bit 4” Ventilatie”Bit 5” Kamerverwarming/kamerkoeling via verwar-

mingscircuit A1/VC1”Bit 6” Kamerverwarming/kamerkoeling via verwar-

mingscircuit M2/VC2”Bit 7” Kamerverwarming/kamerkoeling via verwar-

mingscircuit M3/VC3”Bit 8” Kamerkoeling via afzonderlijk koelcircuit SKK”Bit 9” Tapwatercirculatiepomp

OpmerkingAls er geen bit gekozen is, werkt het vakantiepro-gramma op alle functies.

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

Parametergroep installatiedefinitie

7050 Werking vakantieprogramma ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 215: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

215

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Compressor”

4. Parameter kiezen.

5000 Vrijgave compressor ! /

Vrijgave van de compressor voor het gebruik van dewarmtepomp of de warmtepomp 1e trap.

OpmerkingBij warmtepompen met een 2-trapskoelcircuit moetende compressoren ”bovendien” met de parame-ter ”Vrijgave compressorniveau bij tandemwerking509E ”vrijgegeven worden.

Waar-de

Betekenis

”0” Compressor treedt niet in werking.”1” Compressor is vrijgegeven.

Aanwijzing voor !Om de compressor uit te schakelen, parameter ”Vrij-gave gebruik compressortrap 5012” op ”0” stellen.

OpmerkingVoor het blokkeren van de warmtepomp voor bouw-warmte parameter ”Warmtepomp voor bouwwarmte7300” gebruiken.

5010 Verdampertemperatuur voor einde ontdooien ! /

Als de verdampertemperatuur de aangegeven waardeoverschrijdt, eindigt het ontdooien.

Opmerking Deze parameter heeft bij Vitocal 100-S/111-S geen

effect. Ter bescherming van de condensor vóór het bevrie-

zen zijn in de warmtepompregeling meer functiesopgenomen, die de ontdooiprocedure van de ver-damper voortijdig kunnen beëindigen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

5012 Vrijgave gebruik compressortrap !

Vrijgave voor het gebruik van de compressor: Bij 1-trapswarmtepomp: Bij warmtepomp met 2-trapskoelcircuit voor com-

pressor 1OpmerkingHet gebruik van compressor 2 wordt via ”Vrijgavecompressor 2 voor hydraulisch circuit 509F” vrij-gegeven.

Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Tapwaterverwarming”Bit 2” Kamerverwarming”Bit 3” Kamerkoeling”Bit 4” Zwembadverwarming

OpmerkingAls geen bit geselecteerd is, wordt de compressor nietingeschakeld.

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

Parametergroep compressor

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 216: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

216

Typeafhankelijk warmtevermogen van de warmtepompof de compressor 1 in een 2-traps koudecircuit:Deze waarde is nodig, bijv. voor de berekening van deenergiebalans en de jaararbeidsfactor.

Voorbeeld:Vitocal 200-S, type AWB-M-E-AC 201.D08: Nominaalvermogen 8 kW

Opmerking: Het vermogen conform de aangesloten buitenunit

instellen. Wanneer het vermogen niet is aangegeven,gaat de warmtepomp niet in werking. In het meldings-overzicht aan de warmtepompregeling wordt de storingmet de storingscode ”B0” weergegeven.

Instelwaarde in kW

5043 Vermogen primaire bron !

Vermogen van de actoren van het primaire circuit, bijv.primaire pomp.Deze waarde is nodig voor de berekening van de ener-giebalans en de jaararbeidsfactor.

OpmerkingBij instelwaarde ”0 ”wordt intern een vermogens-waarde van 7,5% van het compressorvermogengebruikt.

Type BetekenisSom van de nominale vermogens van alle ge-bruikte primaire pompen en bronpompen: zietypeplaatjes van de gebruikte circulatiepom-pen.

/ Nominaal vermogen van de ventilator, in defabriek ingesteld: geldt niet voor warmtepom-pen met koelcircuitregelaar [6].Niet anders instellen!

Instelwaarde in W

509E Vrijgave compressorniveau bij tandemwerking ! /

Vrijgave van de compressor in een 2-trapskoelcircuit.Voorwaarde: ”Vrijgave compressor 5000” staatop ”1”.

Waar-de

Betekenis

”0” Beide compressoren zijn geblokkeerd.”1” Compressor 1 is vrijgegeven.”2” Compressor 2 is vrijgegeven.”3” Compressor 1 en compressor 2 zijn vrijgege-

ven.

509F Vrijgave compressor 2 voor hydraulisch circuit ! /

Vrijgave voor het gebruik van compressor 2 van eenwarmtepomp met 2-trapskoelcircuit.

OpmerkingHet gebruik van compressor 1 met parameter ”Vrij-gave gebruik compressortrap 5012” vrijgeven.

Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Tapwaterverwarming”Bit 2” Kamerverwarming”Bit 3” Kamerkoeling”Bit 4” Zwembadverwarming

OpmerkingAls geen bit geselecteerd is, wordt de compressor nietingeschakeld.

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

Parametergroep compressor

5030 Vermogen compressortrap !

5837

029

Para

met

er

Page 217: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

217

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Ext. Warmtegenerator”

4. Parameter kiezen.

7B00 Vrijgave externe verwarmingstoestel !

De externe verwarmingstoestel kan bij warmtebe-hoefte door de warmtepompregeling worden ingescha-keld.

OpmerkingAlle overige parameters van de externe verwarmings-toestel worden pas zichtbaar als deze parameterop ”Ja” is ingesteld.

Waar-de

Betekenis

”0” Externe verwarmingstoestel wordt niet ge-bruikt.

”1” Externe verwarmingstoestel, bijvoorbeeld HR-olieketel is geactiveerd.

OpmerkingMet deze instelwaarde wordt tegelijk de aan-voertemperatuursensor installatie geacti-veerd. Parameter ”Gemeenschappelijkeaanvoertemperatuursensor installatie701B” wordt op ”1” gezet.

7B01 Voorrang exter. verwarmingstoestel/verw.waterdoorstromer !

Geldt alleen voor ruimteverwarming. Waar-de

Betekenis

”0” Verwarmingswater-doorstroomtoestel heeftvoorrang.

”1” Externe verwarmingstoestel heeft voorrang.

7B02 Bivalentietemperatuur externe warmtegenerator !

Als de gedempte buitentemperatuur (langdurig gemid-delde) de hier ingestelde waarde gedurende een lan-gere periode onderschrijdt, wordt de externe warmte-generator indien nodig ingeschakeld. Afhankelijk vande primaire bron is hiervoor óf de gedempte buiten-temperatuur (langetermijngemiddelde) óf de tempera-tuur in de ijsbuffer maatgevend (”Temperatuursensorvoor bivalente werking 7038”).

Voorwaarden: de warmtepomp en/of andere warmtebronnen kun-

nen niet alleen aan de warmtevraag voldoen. Bivalent parallelle werking is ingesteld: ”Bivalente

gebruikswijze van de warmtepomp 7B0E” staatop ”1”.

Boven de bivalentietemperatuur schakelt de warmte-pompregeling de externe warmtegenerator alleenonder de volgende voorwaarden in: Tapwateropwarming met externe warmtegenerator is

vereist (”Vrijgave externe warmtegenerator voortapwateropwarming 7B0D”).

Warmtepomp is defect. Warmtepomp is geblokkeerd, bijv. door het energie-

bedrijf.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep externe warmteopwekker

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 218: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

218

Om het direct inschakelen van de externe warmtege-nerator bij kortstondig onderschrijden van de gewensteaanvoertemperatuur in het secundaire circuit te vermij-den, gebruikt de regeling als inschakelcriterium de ver-mogensintegraal. Deze vermogensintegraal is de inte-graal uit duur en hoogte van de afwijking vangewenste aanvoertemperatuur t.o.v. de werkelijkewaarde. In afb. 54 is de vermogensintegraal het grijzevlak tussen het tijdsverloop van de werkelijke waardeen de hysterese aanvoertemperatuur secundair circuit.

A

D

C

B

tAfb. 54

A Gewenste aanvoertemperatuur secundair circuitB Werkelijke aanvoertemperatuur secundair circuitC Hysterese aanvoertemperatuur secundair circuitD Vermogensintegraal

Instelwaarde in K.min

7B04 Inschakelvertraging externe warmtegenerator !

In de ingestelde periode schakelt de externe warmte-generator na een wijziging van de gewenste aanvoer-temperatuur in het secundaire circuit niet in. Ditgebeurt bijv. bij het wisselen van de werkingsstatus inde periode (”Normaal”, ”Gereduc.”, ”Constante”) ofna het omschakelen tussen kamerverwarming en tap-waterverwarming.

Instelwaarde in min

7B05 Min. aanvoertemp. mengklep ext. warmtegenerator OPEN !

De volgende componenten voor de hydraulische inte-gratie van de externe warmtegenerator worden pasaangestuurd als de ketelwatertemperatuur de inge-stelde waarde bereikt heeft. Hierdoor wordt vermedendat koud verwarmingswater in de installatieaanvoer ofin de warmwaterboiler terechtkomt. Kamerverwarming: Mengklem externe warmtegene-

rator wordt geopend. Tapwaterverwarming: Circulatiepomp voor de boiler-

naverwarming wordt ingeschakeld.

Als de ketelwatertemperatuur de ingestelde waardeonderschrijdt, wordt de mengklep gesloten en de circu-latiepomp voor de boilernaverwarming wordt uitge-schakeld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7B06 Min. looptijd externe warmtegenerator !

Na het aanvragen schakelt de regeling de externewarmtegenerator binnen deze tijd niet uit (aanvraag-signaal aan de aansluiting 222.3/222.4 actief).

Instelwaarde in min

Parametergroep externe warmteopwekker

7B03 Inschakeldrempel externe warmtegenerator !

5837

029

Para

met

er

Page 219: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

219

Als de aanvraag van de externe warmtegenerator nietmeer bestaat, blijft de externe warmtegenerator eerstverder ingeschakeld. Pas als de installatieaanvoertem-peratuur de gewenste waarde voor de hier ingesteldeduur bereikt heeft, wordt de externe warmtegeneratoruitgeschakeld.

Instelwaarde in min

7B0B Max. verhoging aanvoertemp. externe warmtegenerator !

Verhoging aanvoertemperatuur externe warmtegene-rator in vergelijking met de vereiste gewenste aanvoer-temperatuur van de installatie.Een gering hogere aanvoertemperatuur van deexterne warmtegenerator compenseert mogelijke klei-nere lekkages van de mengklep.

OpmerkingEen negatieve waarde verlaagt de waarde voor ”Min.aanvoertemp. mengklep ext. warmtegeneratorOPEN 7B05”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7B0C Vrijgave externe warmtegen. voor verwarming !

Als de warmtebehoefte van de verwarmingscircuitsdoor de warmtepomp niet gedekt kan worden, wordtde externe warmtegenerator ingeschakeld. Als deketelwatertemperatuur hoog genoeg is, wordt hetketelwater via de mengklep van de externe warmtege-nerator naar de verwarmingscircuits gebracht (achterde buffer). Deze mengklep regelt tot de gewenste aan-voertemperatuur van de installatie.

Overige voorwaarden voor de kamerverwarming metexterne warmtegenerator: De bivalentietemperatuur wordt niet bereikt.

Of Er is een bijzondere warmtevraag, bijv. vorstbescher-

ming van een installatiecomponent.

Waar-de

Betekenis

”0” Externe warmtegenerator is voor de kamer-verwarming geblokkeerd.

”1” Externe warmtegenerator is voor de kamer-verwarming vrijgegeven.

7B0D Vrijgave ext. warmtegenerator voor warmwaterbereiding !

Als de warmtepomp de warmtebehoefte van de warm-waterboiler niet kan afdekken, worden de circulatie-pomp voor de tapwaternaverwarming en de externewarmtegenerator aangestuurd.

OpmerkingWanneer een elektrisch verwarmingselement in dewarmwaterboiler is ingebouwd en wordt aangestuurdvia de warmtepompregeling, kan de externe verwar-mingstoestel niet worden gebruikt voor tapwaternaver-warming.

Waar-de

Betekenis

”0” Externe verwarmingstoestel is voor de tapwa-teropwarming geblokkeerd.

”1” Externe verwarmingstoestel is voor de tapwa-teropwarming vrijgegeven.

Parametergroep externe warmteopwekker

7B07 Nalooptijd externe warmtegenerator !58

3702

9

Para

met

er

Page 220: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

220

Geldt alleen voor ruimteverwarming.

Waar-de

Betekenis

”0” Bivalent alternatieve werkingswijze voor ver-warmingsinstallaties met buffer:Als de gedempte buitentemperatuur (langdu-rig gemiddelde) boven de ”Bivalentietempe-ratuur externe warmtegenerator 7B02” ligt,gebeurt de kamerverwarming alleen door dewarmtepomp, onder alleen door de externewarmtegenerator.

”1” Bivalent parallelle werkingswijze voor verwar-mingsinstallaties met buffer:Als de gedempte buitentemperatuur (langdu-rig gemiddeld) onder de ”Bivalentietempera-tuur externe warmtegenerator 7B02” ligt,kan de externe warmtegenerator bovenop dewarmtepomp ingeschakeld worden. Bij bui-tentemperaturen onder ”Uitschakelgrenswarmtepomp bivalente werking 7B0F”schakelt de warmtepomp uit.

”2” Bivalent alternatieve werking voor verwar-mingsinstallaties zonder buffer en metslechts 1 verwarmingscircuit zonder meng-klep:Als de gedempte buitentemperatuur (langdu-rig gemiddelde) boven de ”Bivalentietempe-ratuur externe warmtegenerator 7B02” ligt,gebeurt de kamerverwarming alleen door dewarmtepomp, onder alleen door de externewarmtegenerator.

Aanwijzing bij instelwaarde ”0” en ”1”Om de buffer niet via de retour van de externe warmte-generator te verwarmen, de retour van het verwar-mingscircuit via een 3-wegomschakelklep direct in deexterne warmtegenerator leiden. 3-wegomschakelklepaan 214.4 op de basisprintplaat aansluiten.

OpmerkingVoor de tapwateropwarming wordt de externe warmte-generator ook boven de bivalentietemperatuur parallelaan de warmtepomp aangevraagd: Zie ”Bivalentie-temperatuur externe warmtegenerator 7B02”.

7B0F Uitschakelgrens warmtepomp bivalente werking !

Wanneer de gedempte buitentemperatuur (langeter-mijngemiddelde) lager is dan deze temperatuurgrens,vinden kamerverwarming en tapwateropwarming ookbij bivalent parallelle werking uitsluitend plaats door deexterne verwarmingstoestel (voor tapwateropwar-ming ”Vrijgave ext. verwarmingstoestel voor warm-waterbereiding 7B0D” op ”1” zetten).

Opmerking Stel deze waarde altijd lager in dan ”Bivalentietem-

peratuur externe verwarmingstoestel 7B02”. Met de instelwaarde –50 °C is deze functie uitge-

schakeld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep externe warmteopwekker

7B0E Bivalente gebruikswijze van de warmtepomp !

5837

029

Para

met

er

Page 221: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

221

De volgende componenten voor de hydraulische inte-gratie van de externe warmtegenerator worden pasaangestuurd als de ketelwatertemperatuur van deingestelde warmtegenerator ”Min. aanvoertemp.mengklep externe warmtegenerator OPEN 7B05”bereikt heeft. Hierdoor wordt vermeden dat koud ver-warmingswater in de installatieaanvoer of in de warm-waterboiler terechtkomt. Kamerverwarming:

Mengklem externe warmtegenerator wordt geopend. Tapwaterverwarming:

Circulatiepomp voor de boilernaverwarming wordtingeschakeld.

Met de volgende instelwaarden kan het gedrag vandeze componenten vastgelegd worden als de ketelwa-tertemperatuur tijdens de bestaande vraag van deexterne warmtegenerator ”Min. aanvoertemp. meng-klep ext. warmtegenerator OPEN 7B05” onder-schrijdt.

Waar-de

Betekenis

”0” Mengklep blijft geopend en circulatiepompvoor de boilernaverwarming blijft ingescha-keld.

”1” Mengklep gaat dicht. De circulatiepomp voorde boilernaverwarming wordt uitgeschakeld.Als de ketelwatertemperatuur ”Min. aanvoer-temp. mengklep ext. warmtegeneratorOPEN 7B05” opnieuw overschrijdt, wordende componenten opnieuw aangestuurd.

7B11 Vrijgave keteltemperatuursensor !

Waar-de

Betekenis

”0” Keteltemperatuursensor van de externewarmtegenerator wordt door de warmtepomp-regeling niet gebruikt.

”1” Keteltemperatuursensor van de externewarmtegenerator is op de warmtepomprege-ling aangesloten en kan gebruikt worden.

Parametergroep externe warmteopwekker

7B10 Vrijgave min. temp.behoud ext. WE !58

3702

9

Para

met

er

Page 222: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

222

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Warm water”

4. Parameter kiezen.

6000 Gew. warmwatertemp.

Gewenste boilertemperatuur voor de werkingssta-tus ”Bovenaan” en ”Normaal” in het tijdprogrammawarm water: Als deze temperatuur in de warmwater-boiler bereikt is, eindigt de tapwaterverwarming.

WerkingsstatusBedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Als de gewenste boilertemperatuur met de warmte-pomp niet kan worden bereikt, kunnen voor de tapwa-ternaverwarming volgende extra verwarmingenbovenop de warmtepomp ingeschakeld worden: Verwarmingswater-doorstroomtoestel (”Vrijgave

elektroverwarmingen voor tapwateropwarming6015”)

Elektrisch verwarmingselement (”Vrijgave extraverwarmingen voor warmwaterbereiding6014”, ”Vrijgave elek. verwarmingen voor warm-waterbereiding 6015”)Of

Externe warmtegenerator (”Vrijgave ext. warmtege-nerator voor warmwaterbereiding 7B0D”)

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

6005 Min. warmwatertemperatuur !

Voor de vorstbescherming wordt de warmwaterboilerbij daling onder de ingestelde minimumtemperatuur totdeze waarde plus hysterese verwarmd. Dit is onafhan-kelijk van het ingestelde werkingsprogramma.De temperatuurmeting gebeurt via de boven in dewarmwaterboiler ingebouwde temperatuursensor.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

6006 Max. warmwatertemperatuur !

Wanneer de temperatuur in de warmwaterboiler deingestelde waarde heeft bereikt, stopt de tapwaterop-warming. De warmwaterboiler wordt pas weer ver-warmd als de temperatuur min. 5 K is gedaald.

GevaarBij tapwatertemperaturen boven 60 °C bestaatgevaar voor verbranding.Temperatuur in de tapwateraanvoer met meng-inrichting op 60 °C begrenzen, bijv. met thermo-statische mengautomaat (accessoire bij warm-waterboiler).

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep warm water

Parametergroep oproepen

5837

029

Para

met

er

Page 223: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

223

De ingestelde waarde legt vast bij welke afwijking vande actuele gewenste temperatuur (”Gewenste warm-watertemp. 6000” of ”2e gewenste warmwatertem-peratuur 2 600C”) de tapwaterverwarming met dewarmtepomp begint.

D

B

A C

EF

E

t

Afb. 55

A Gewenste temperatuur warmwaterboilerB Hysterese warmtepomp (”Hysterese WW-tempe-

ratuur warmtepomp 6007”)C Werkelijke tapwatertemperatuur bij de bovenste

boilertemperatuursensorD Vraag voor tapwateropwarming met warmtepompE UITF AAN

OpmerkingVoor ”Hysterese WW-temperatuur warmtepomp6007” kleinere waarde instellen dan voor ”HystereseWW-temperatuur extra verwarming 6008”. Andersverhoogt het aandeel van de tapwateropwarming doorde elektrische verwarming.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

6008 Hysterese WW-temperatuur verw.-waterdoorstromer !

De ingestelde waarde legt vast bij welke afwijking vande actuele gewenste temperatuur (”Gewenste warm-watertemp. 6000” of ”2e gewenste warmwatertem-peratuur 2 600C”) de tapwaterverwarming met deexterne verwarmingen begint.

t

Afb. 56

A Gewenste temperatuur warmwaterboilerB Hysterese warmtepomp (”Hysterese WW-tempe-

ratuur warmtepomp 6007”)C Hysterese extra verwarming (”Hysterese WW-

temperatuur extra verwarming 6008”)D Werkelijke tapwatertemperatuur bij de bovenste

boilertemperatuursensorE Vraag voor tapwateropwarming met warmtepompF Vraag voor tapwaternaverwarming met extra ver-

warmingG UITH AAN

Parametergroep warm water

6007 Hysterese WW-temperatuur warmtepomp !58

3702

9

Para

met

er

Page 224: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

224

OpmerkingTapwaternaverwarming met elektrische verwarmingenis alleen mogelijk, als ”Vrijgave elektrische verwar-mingen voor warmwaterbereiding 6015” op ”1”staat.Voor ”Hysterese WW-temperatuur extra verwar-ming 6008” grotere waarde instellen dan voor ”Hyste-rese WW-temperatuur warmtepomp 6007”. Andersverhoogt het aandeel van de tapwateropwarming doorde extra verwarmingen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

6009 Inschakeloptimalisering voor warmwaterbereiding

Comfortfunctie voor de verwarming van de warmwater-boiler.De gewenste boilertemperatuur is al aan het begin vaneen periode in een tijdprogramma voor tapwaterver-warming bereikt.

OpmerkingHet inschakeltijdstip voor de tapwaterverwarmingresulteert uit ”Temperatuurverhoging per uur voorwarmwaterbereiding 600D”.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Waar-de

Betekenis

”0” Inschakeloptimalisering uitgeschakeld”1” Inschakeloptimalisering ingeschakeld

600A Uitschakeloptimalisering voor warmwaterbereiding

Comfortfunctie voor de verwarming van de warmwater-boiler.De gewenste boilertemperatuur wordt op het einde vaneen periode in het tijdprogramma voor de tapwaterop-warming altijd bereikt.

OpmerkingHet inschakeltijdstip voor de tapwaterverwarmingresulteert uit ”Temperatuurverhoging per uur voorwarmwaterbereiding 600D”.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Waar-de

Betekenis

”0” Uitschakeloptimalisatie uitgeschakeld”1” Uitschakeloptimalisatie ingeschakeld

600C 2e gewenste warmwatertemp.

Gewenste boilertemperatuur voor volgende functies: Tapwaterverwarming overeenkomstig tijdprogramma

met werkingsstatus ”Temp. 2” Tapwaterverwarming buiten het tijdprogramma: ”1x

WW-bereiding” of ”Manuele bediening”

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep warm water

6008 Hysterese WW-temperatuur… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 225: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

225

Temperatuurverhoging voor het inschakelen vanextra verwarmingen

Als bij de tapwaterverwarming met de warmtepomp detemperatuurstijging onder de ingestelde waarde ligt,schakelt de regeling het elektrische verwarmingsele-ment, het verwarmingswater-doorstroomtoestel of deexterne warmtegenerator in.

Temperatuurstijging voor de inschakel- en uitscha-keloptimalisering.

Deze parameter geeft de temperatuurstijging voor deberekening van de opwarmingsduur aan. Uit de opwar-mingsduur wordt het desbetreffende inschakeltijdstipvoor de tapwaterverwarming berekend.

Richtwaarde voor de instelling

Als richtwaarde voor de instelling kan er worden vanuitgegaan dat 1 kW warmtepompvermogen bij 100 lwater een temperatuurverhoging van ca. 10 K/hteweegbrengt.

Voorbeeld:Een warmtepomp met een vermogen van 6 kW bereiktdus bij een boilervolume van 200 l een temperatuurstij-ging van ca. 30 K/h.

Instelwaarde in K/h

600E Temperatuursensor onderaan in de warmwaterboiler !

Als een 2e temperatuursensor onderaan in de warm-waterboiler is ingebouwd, wordt de verwarming van dewarmwaterboiler in de werkingsstatus ”Normal”en ”Temp. 2” via deze temperatuursensor uitgescha-keld. Daardoor wordt de warmwaterboiler optimaal ver-warmd.

Waar-de

Betekenis

”0” Onderste boilertemperatuursensor is nietvoorhanden.

”1” Onderste boilertemperatuursensor is aanwe-zig en geactiveerd.

6011 Max. looptijd warmwaterbereiding bij verwarming !

Als bij de tapwaterverwarming tegelijk een warmte-vraag van de verwarmingscircuits voorhanden is:Voor de ingestelde duur wordt het tapwater opge-warmd. Aansluitend gebeurt de kamerverwarming ookals de gewenste boilertemperatuur nog niet bereikt is.Na het verstrijken van ”Max. onderbreking warmwa-terbereiding voor verwarm. 6012” wordt opnieuw detapwaterverwarming ingeschakeld.Voorwaarde: Voorrang voor tapwaterverwarming isingesteld (instelling af fabriek).

OpmerkingAls er geen warmtevraag van de verwarmingscircuitsvoorhanden is, wordt de warmwaterboiler onafhanke-lijk van de ingestelde duur tot het bereiken van degewenste waarde verwarmd (”Gewenste warmwater-temp. 6000” + ”Hysterese WW-temperatuur warm-tepomp 6007”).

Instelwaarde in min

6012 Max. onderbreking warmwaterbereiding voor verwarm. !

Als bij de tapwaterverwarming tegelijk een warmte-vraag van de verwarmingscircuits voorhanden is:Voor de duur ”Max. looptijd warmwaterbereiding bijverwarming 6011” wordt het tapwater opgewarmd.Aansluitend gebeurt de kamerverwarming ook als degewenste boilertemperatuur nog niet bereikt is. Na hetverstrijken van de ingestelde duur wordt opnieuw detapwaterverwarming ingeschakeld.

Voorwaarde: Voorrang voor tapwaterverwarming isingesteld (instelling af fabriek).

Instelwaarde in min

Parametergroep warm water

600D Temperatuurverhoging per uur voor warmwaterbereiding !58

3702

9

Para

met

er

Page 226: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

226

Een in de warmwaterboiler ingebouwd elektrisch ver-warmingselement kan voor de tapwaternaverwarmingvrijgegeven worden. Als de gewenste boilertempera-tuur met de warmtepomp niet bereikt wordt, schakeltde warmtepompregeling het elektrische verwarmings-element in.

OpmerkingInstelling voor ”Hysterese WW-temperatuur extraverwarming 6008” in acht nemen.

Waar-de

Betekenis

”0” Elektrisch verwarmingselement is niet voor detapwaternaverwarming vrijgegeven.

”1” Elektrisch verwarmingselement is voor detapwaternaverwarming vrijgegeven.

OpmerkingAls tegelijk een verwarmingswater-door-stroomtoestel in de aanvoer van het secun-daire circuit is ingebouwd, wordt dit verwar-mingswater-doorstroomtoestel uitsluitend in-geschakeld voor vorstbescherming van dewarmwaterboiler.

6015 Vrijgave elek. verwarmingen voor warmwaterbereiding

Kan de gewenste warmwatertemperatuur niet bereiktworden met de warmtepomp, kunnen de volgendeextra verwarmingen worden ingeschakeld: Verwarmingswater-doorstroomtoestel (”Vrijgave

verwarmingswater-doorstroomtoestel 7900”)en/of

Elektrisch verwarmingselement (”Vrijgave extraverwarmingen voor warmwaterbereiding 6014”)

OpmerkingInstelling voor ”Hysterese WW-temperatuur extraverwarming 6008” in acht nemen.

Waar-de

Betekenis

”0” CV-water-doorstroomtoestel en elektrisch ver-warmingselement zijn niet voor de tapwater-naverwarming vrijgegeven. Wanneer dezeextra verwarmingen aanwezig zijn, worden zeuitsluitend voor vorstbescherming van dewarmwaterboiler ingeschakeld.

”1” CV-water-doorstroomtoestel en/of elektrischverwarmingselement wordt voor de tapwater-naverwarming vrijgegeven.

6016 Voorrang warmwaterbereiding bij combiboiler !

Alleen bij gebruik van verwarmingswaterbuffers metgeïntegreerde tapwateropwarming.Om de opwarmtijd te verkorten kan de verwarming vande verwarmingscircuits tijdens de tapwateropwarmingonderbroken worden. Daarvoor worden de CV-pompenvan alle verwarmingscircuits uitgeschakeld.

Waar-de

Betekenis

”0” Gelijktijdige ruimteverwarming en tapwaterop-warming is mogelijk.

”1” Geen ruimteverwarming tijdens de tapwater-opwarming, alle CV-pompen worden gedu-rende die tijd uitgeschakeld.

OpmerkingWanneer de buitenluchttemperatuur lager isdan de vorstbeschermingsgrens, worden uit-sluitend de CV-circuitmengkleppen dichtge-draaid. De CV-circuitpompen blijven in wer-king.

Parametergroep warm water

6014 Vrijgave extra verwarmingen voor warmwaterbereiding !

5837

029

Para

met

er

Page 227: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

227

Een hoge gewenste warmwatertemperatuur kan toteen uitschakeling van de compressor door de hoge-drukregeling leiden. Bij bestaande warmteaanvraagprobeert de warmtepompregeling de tapwateropwar-ming weer in te schakelen. Met deze parameter wordthet aantal inschakelpogingen ingesteld.Indien alle pogingen tot een hogedrukstoring leiden,wordt de tapwaterverwarming beëindigd en de kamer-verwarming wordt ingeschakeld.

Vrijgave van de tapwateropwarming na hogedruksto-ring: Voor het aflopen van een blokkeertijd.

Of Binnen de blokkeertijd als de werkingsstatus voor de

tapwaterverwarming van een laag naar een hogertemperatuurniveau, bijv. van ”Bovenaan”naar ”Normaal” wisselt.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

601E Uitschakelhysterese verwarmingswater-doorstroomelement !

Met deze hysterese wordt de max. aanvoertempera-tuur van het verwarmingswater-doorstroomtoestel voorde tapwaterverwarming vastgelegd, m.b.t. de max.aanvoertemperatuur voor de warmtepompwerking.Omdat de hysterese van de max. aanvoertemperatuurvoor de warmtepompwerking afgetrokken wordt, scha-kelt het verwarmingswater-doorstroomtoestel bij detapwaterverwarming vroeger uit dan de warmtepomp.

OpmerkingBij instelwaarde ”0” schakelt de warmtepompregelinghet verwarmingswater-doorstroomtoestel bij een aan-voertemperatuur van 65 °C uit. De warmtepomp scha-kelt al bij 60 °C uit.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

601F Vrijgave boilerlaadpomp !

Vrijgave voor circulatiepomp aan tapwaterzijde bij tap-wateropwarming in het boilerlaadsysteem (boilerlaad-pomp), aansluiting op contact 224.6 op de uitbreidings-printplaat

OpmerkingAls de boilerlaadpomp op contact 211.4 aangeslotenis, is er geen vrijgave via deze parameter vereist.

Waar-de

Betekenis

”0” Boilerlaadpomp is niet voorhanden.”1” Boilerlaadpomp is geactiveerd.

6020 Gebruikswijze boilerlaadpomp !

Aansturing van de boilerlaadpomp en soort toerental-regeling.

OpmerkingAls er geen boilerlaadpomp voorhanden is, kan metdeze parameter de gebruikswijze van de secundairepomp voor de tapwaterverwarming worden ingesteld.Voorwaarde: ”Gebruikswijze secundaire pomp7340” staat op ”4”.

Waar-de

Betekenis

”0” Geen aansturing via PWM-signaal, bijv. bijstandaard circulatiepomp (getrapt)

”1” Standaardwerking: AAN/UIT, aansturing viaPWM-signaal

”2” Werking met vast ingesteld toerental: Aanstu-ring via PWM-signaal

Waar-de

Betekenis

”3” Toerentalgeregelde werking: Aansturing viaPWM-signaal.Toerental wordt via vermogensregeling (PID-regelaar) aangepast zodat de gewenste boi-lertemperatuur snel bereikt is.

”4” Niet instellen!

Parametergroep warm water

6017 Inschakelpogingen voor WW na max. drukuitschakeling !58

3702

9

Para

met

er

Page 228: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

228

Geldt voor verwarmingswater-doorstroomtoestel, elek-trisch verwarmingselement en externe warmtegenera-tor.

Waar-de

Betekenis

”0” Voor de tapwaternaverwarming kunnen daar-voor vrijgegeven extra verwarmingen parallelaan de warmtepomp ingeschakeld worden.

”1” Als de warmtepompregeling één van de vrij-gegeven extra verwarmingen voor de tapwa-ternaverwarming aanvraagt, schakelt de com-pressor uit.

6060 Blokkeertijd tapwaterverwarming !

Nadat het tapwater op de huidige geldige gewenstetemperatuur opgewarmd is, wordt de warmwaterboilervoor de opgegeven duur niet verwarmd. Dit geldt ookdan als binnen deze periode de boilertemperatuuronder de inschakelwaarde daalt.

Opmerking Als de ingestelde blokkeertijd bij hoog tapwaterver-

bruik te lang gekozen wordt, daalt de boilertempera-tuur evt. te sterk.

Als ”Max. onderbreking tapwateropwarming6061” korter ingesteld is dan ”Blokkeertijd tapwa-terverwarming 6060”: De ingestelde blokkeertijd isniet effectief. Zoverre de uitschakeltemperatuur voorde warmwaterboiler onderschreden is, start de tap-wateropwarming na afloop van ”Max. onderbrekingtapwateropwarming 6061”. Dit geldt ook dan als deinschakeltemperatuur voor de tapwateropwarmingniet onderschreden is.

Instelwaarde in min

6061 Max. onderbreking tapwaterverwarm. !

Nadat het tapwater op de huidige geldige gewenstetemperatuur opgewarmd is, wordt de warmwaterboilerna de opgegeven duur in elk geval verwarmd. Dit geldtook dan als binnen deze periode de boilertemperatuurniet onder de inschakelwaarde daalt.

Instelwaarde in min

Parametergroep warm water

6040 Vrijgave extra verwarm./ext. WE uitsl. voor naladen !

5837

029

Para

met

er

Page 229: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

229

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Zonnes.”

4. Parameter kiezen.

7A00 Type solarregeling !

Waarde Betekenis”0” Geen zonneregeling voorhanden”1” Niet instellen!”2” Niet instellen!”3” Zonneregelingsmodule, type SM1

Parameter ”C0xx” instellen.”4” Niet instellen!

C0xx parameters solarregelingsmodule, type SM1 !

Deze parameters zijn alleen zichtbaar als de solarre-gelingsmodule, type SM1 aan de warmtepomp aange-sloten en vrijgegeven is (”Type solarregeling 7A00”op ”3”).

Montage- en servicehandleiding ”zonnerege-lingsmodule, type SM1”

Parametergroep zonne-energie

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 230: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

230

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Elektrische verwarming”

4. Parameter kiezen.

7900 Vrijgave verwarmingswater-doorstroomtoestel !

Als een verwarmingswater-doorstroomtoestel in deaanvoer van het secundaire circuit is ingebouwd, moetdat verwarmingswater-doorstroomtoestel worden vrij-gegeven.

Waar-de

Betekenis

”0” Verwarmingswater-doorstroomtoestel is nogniet vrijgegeven.

! OpgeletDe verwarmingswaterdoorstromerwordt niet ingeschakeld, ook niet bijvorstbescherming van de installatie.Opdat de verwarmingswaterdoorstro-mer voor de vorstbescherming van deinstallatie kan worden ingeschakeld, in-stelwaarde ”1” kiezen.

”1” Verwarmingswater-doorstroomtoestel is vrij-

gegeven.

! OpgeletOnvoldoende watervulling van het se-cundaire circuit leidt tot oververhittingvan het verwarmingswater-doorstroom-toestel. Daardoor worden het verwar-mingswater-doorstroomtoestel en deveiligheidstemperatuurbegrenzer be-schadigd.Installatie voor de vrijgave van de ver-warmingswaterdoorstromer volledigvullen en ontluchten.

OpmerkingNadat de instelwaarde ”1” met OK geselec-teerd wordt, verschijnt bij sommige warmte-pompen de aanvraag ”Secundair circuit ge-vuld?”.De verwarmingswaterdoorstromer wordt en-kel dan vrijgegeven als deze aanvraagmet ”Ja” bevestigd wordt. Anders wordt deinstelwaarde op ”2” gezet en de verwar-mingswaterdoorstromer is niet vrijgegeven.

Waar-de

Betekenis

”2” Niet instellen! Verwarmingswater-doorstroom-toestel is nog niet vrijgegeven. Wordt auto-matisch ingesteld, als aanvraag ”Secundaircircuit gevuld?” met ”Nee” werd bevestigd.

”3” Niet instellen! Verwarmingswater-doorstroom-toestel is vrijgegeven. Wordt automatisch in-gesteld, als aanvraag ”Secundair circuit ge-vuld?” met ”Ja” werd bevestigd.

”4” Niet instellen!

Het verwarmingswater-doorstroomtoestel kan voor detapwateropwarming en/of voor de kamerverwarmingworden gebruikt. Hiervoor zijn bovendien de volgendevrijgaven vereist: Tapwaterverwarming: ”Vrijgave elek. verwarmin-

gen voor warmwaterbereiding 6015” Kamerverwarming: ”Vrijgave verwarmingswater-

doorstroomtoestel voor kamerverwarming 7902”

Parametergroep extra elektrische verwarming

Parametergroep oproepen

5837

029

Para

met

er

Page 231: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

231

Geldt enkel voor volgwarmtepompen van een warmte-pompcascade.Als de gewenste boilertemperatuur met de warmte-pompen van de warmtepompcascade niet kan wordenbereikt, kan het verwarmingswater-doorstroomtoestelvan de volgwarmtepomp bijgeschakeld worden.Voorwaarde: ”Vrijgave verwarmingswater-door-stroomtoestel 7900” op de volgwarmtepomp staatop ”1”.

Waar-de

Betekenis

”0” Verwarmingswater-doorstroomtoestel van devolgwarmtepomp is niet voor de tapwaterna-verwarming vrijgegeven. Het verwarmingswa-ter-doorstroomtoestel wordt alleen voor vorst-bescherming van de warmwaterboiler inge-schakeld.

”1” Het verwarmingswater-doorstroomtoestel isvoor tapwaternaverwarming vrijgegeven.

7902 Vrijgave verwarmingswater-doorstromer voor kamerverw.

Als de gewenste aanvoertemperatuur met de warmte-pomp alleen niet wordt bereikt, kan automatisch eenverwarmingswater-doorstroomelement dat in de aan-voer van het secundaire circuit is geplaatst voor deruimteverwarming worden bijgeschakeld.

OpmerkingHet verwarmingswater-doorstroomtoestel moet met deparameter ”Vrijgave verwarmingswater-door-stroomtoestel 7900” afzonderlijk worden vrijgegeven.

Waar-de

Betekenis

”0” CV-water-doorstroomtoestel is voor kamer-verwarming vrijgegeven

”1” Verwarmingswater-doorstroomelement is vrij-gegeven voor de ruimteverwarming.

7905 Inschakelvertraging verwarmingswaterdoorstromer !

Geldt alleen voor ruimteverwarming.

In de ingestelde periode schakelt het verwarmingswa-ter-doorstroomtoestel onder de volgende omstandig-heden niet in: Na een verandering van de werkingsstatus Na het omschakelen van de tapwaterverwarming

naar kamerverwarming

De warmtepompregeling berekent in deze periode nietde voor een inschakeling doorslaggevende vermo-gensintegraal (integraal uit duur en hoogte van deafwijking van de gewenste temperatuur van de werke-lijke waarde).

OpmerkingAlleen bij heel hoge warmtebehoefte schakelt de rege-ling het verwarmingswater-doorstroomtoestel ook bin-nen de ingestelde inschakelvertraging in, bijv. voor devorstbescherming.

Instelwaarde in min

7907 Max. vermogen verwarmingswaterdoorstromer !

Waar-de

Betekenis

”1” Vermogenstrap 1, bijvoorbeeld circa 3 kW”2” Vermogenstrap 2, bijvoorbeeld circa 6 kW”3” Trap 1 en 2 gelijktijdig, bijvoorbeeld circa

9 kW

Parametergroep extra elektrische verwarming

7901 Vrijgave elek. verwarmingen voor warmwaterbereiding !58

3702

9

Para

met

er

Page 232: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

232

Waar-de

Betekenis

”0” Het CV-water-doorstroomtoestel blijft tijdensde blokkering door het energiebedrijf uitge-schakeld, behalve bij vorstbescherming.

”1” Vermogenstrap 1, bijvoorbeeld circa 3 kW”2” Vermogenstrap 2, bijvoorbeeld circa 6 kW”3” Trap 1 en 2 gelijktijdig, bijvoorbeeld circa

9 kW

790B Bivalentietemperatuur verwarmingswater-doorstroomtoestel !

Temperatuurgrens voor de kamerverwarming met ver-warmingswater-doorstroomtoestel.Als de gedempte buitentemperatuur (langetermijnge-middelde) onder de bivalentietemperatuur daalt, geeftde warmtepompregeling de werking met het verwar-mingswater-doorstroomtoestel vrij.Voorwaarde: De warmtepomp en/of andere warmte-bronnen kunnen niet alleen aan de warmtevraag vol-doen.

Boven de bivalentietemperatuur schakelt de warmte-pompregeling het verwarmingswater-doorstroomtoe-stel alleen onder de volgende voorwaarden in: Tapwaternaverwarming met verwarmingswater-door-

stroomtoestel is vereist (”Vrijgave elek. verwarmin-gen voor warmwaterbereiding 6015”).

Warmtepomp is defect.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep extra elektrische verwarming

790A Vermogen voor verw.water- doorstr. bij ext. blokkering !

5837

029

Para

met

er

Page 233: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

233

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Interne hydraulica”

4. Parameter kiezen.

7300 Warmtepomp voor bouwwarmte !

Vrijgave van de warmtepomp voor de estrikdroging.Op basis van het hoge energieverbruik bij de estrik-droogfunctie wordt de warmtepomp vaak samen meteen verwarmingswater-doorstroomtoestel ingezet. Ditleidt tot een hoog stroomverbruik.Daarom de estrikdroging zoveel mogelijk met dewarmtepomp afdekken. Extra verwarmingen, bijv. ver-warmingswater-doorstroomtoestel, evt. nog niet vrijge-ven.

: Als de warmtepomp niet gebruiksklaar is (bijv. pri-

mair circuit is nog niet gereed), moet deze functieop ”0” (toestand bij levering) zijn gezet.

Als de warmtepomp voor de estrikdroging wordtgebruikt, rekening houden met de belasting van desondes.

OpmerkingAls een ventilatietoestel aan de warmtepompregelingaangesloten is, wordt automatisch ”Intensieve wer-king” ingeschakeld.

Waar-de

Betekenis

”0” Warmtepomp wordt niet voor de estrikdroginggebruikt.

”1” Warmtepomp wordt voor de estrikdroging ge-bruikt.

7303 Tijdprogramma voor estrikdroging !

Temperatuur-tijd-profiel voor estrikdroging (CH: dro-ging ondervloer).

! OpgeletHoge aanvoertemperaturen in het vloerverwar-mingcircuit leiden tot een oververhitting van deestrik en tot schade aan het gebouw.In de aanvoer van het vloerverwarmingcircuiteen temperatuurbewaker voor het begrenzenvan de maximumtemperatuur inbouwen.

Het ”Tijdprogramma voor estrikdroging 7303”werkt parallel bij alle verwarmingscircuits.

Opdat de warmtepomp voor de estrikdroging inge-schakeld wordt, moet ”Warmtepomp voor bouw-warmte 7300” op ”1” staan.

Nadat een temperatuur-tijd-profiel gekozen is, begintde estrikdroging onmiddellijk met de gewenste aan-voertemperatuur van de 1e dag. In het basismenuwordt ”Estrikdroging” weergegeven. De volgendedag wordt nogmaals de gewenste aanvoertempera-tuur van de 1e dag ingesteld.

Met de parameter ”Estrikprogramma startdag7378” kan ingesteld worden op welke positie van hettemperatuur-tijd-profiel de startdag moet liggen.

Met de parameter ”Estrikprogramma einddag7379” kan ingesteld worden op welke positie van hettemperatuur-tijd-profiel de laatste dag moet liggen.

Het estrikprogramma duurt max. 31 dagen plus deresterende uren van de startdag.Het resterend aantal dagen voor de estrikdrogingkan eveneens worden opgevraagd (”Estrikdrogingdagen”). Voor de estrikdroging worden max.32 dagen getoond.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Na een stroomonderbreking of nadat de warmte-pompregeling uit- en weer ingeschakeld werd, wordthet gekozen temperatuur-tijd-profiel weer voortgezet.

Als het temperatuur-tijd-profiel volledig is afgelopenof via het profiel ”0” is afgebroken, zal de warmte-pomp het eerder ingestelde werkingsprogrammavoortzetten.

De temperatuur-tijd-profielen 7 tot en met 12 regelenop de maximale aanvoertemperatuur.

De gewenste aanvoertemperatuur van het CV-circuitis op ”Max. aanvoertemperatuur verwarmingscir-cuit 200E” begrensd, ook wanneer het temperatuur-tijd-profiel voor een hogere waarde zorgt.

Als het verwarmingswater-doorstroomtoestel voorestrikdroging wordt ingeschakeld, stijgt het stroom-verbruik.

Parametergroep interne hydraulica

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 234: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

234

OpmerkingDe voorwaarden van EN 1264-4 respecteren. Het pro-tocol dat door het installatiebedrijf wordt opgesteld,moet de volgende informatie over het verwarmenbevatten: Verwarmingsgegevens met de desbetreffende aan-

voertemperaturen Bereikte maximale aanvoertemperatuur Bedrijfstoestand en buitentemperatuur bij overdracht

Waar-de

Temperatuur-tijd-profielϑ/°C Gewenste aanvoertemperatuur in °Ct/d Tijd in dagen

”0” Geen temperatuur-tijd-profielHet actuele temperatuur-tijd-profiel wordt ge-annuleerd. De verwarmings- of koelwerkingwordt voortgezet.

”1” Temperatuur-tijd-profiel 1 (volgensEN 1264-4)

t/d

ϑ/°C

1 5 10 15 20 25 301020304050

”2” Temperatuur-tijd-profiel 2 (volgens ZV parketen vloertechniek)

t/d

ϑ/°C

1 5 10 15 20 25 301020304050

”3” Temperatuur-tijd-profiel 3 (volgens ÖNORM)

ϑ/°C

t/d1 5 10 15 20 25 301020304050

Waar-de

Temperatuur-tijd-profielϑ/°C Gewenste aanvoertemperatuur in °Ct/d Tijd in dagen

”4” Temperatuur-tijd-profiel 4

t/d

ϑ/°C

1 5 10 15 20 25 301020304050

”5” Temperatuur-tijd-profiel 5

1 5 10 15 20 25 301020304050

t/d

ϑ/°C

”6” Temperatuur-tijd-profiel 6

1 5 10 15 20 25 30

1020304050

ϑ/°C

t/d

”7” Constante-temperatuurprogrammaPeriode: 5 dagen

”8” Constante-temperatuurprogrammaPeriode: 10 dagen

”9” Constante-temperatuurprogrammaPeriode: 15 dagen

”10” Constante-temperatuurprogrammaPeriode: 20 dagen

”11” Constante-temperatuurprogrammaPeriode: 25 dagen

”12” Constante-temperatuurprogrammaPeriode: 30 dagen

730C Aanvoertemperatuur bij externe vraag !

Gewenste aanvoertemperatuur voor het secundair cir-cuit bij externe aanvraag van de warmtepomp, onaf-hankelijk van de werkelijke waarde van ruimtetempera-tuur of buitentemperatuur.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep interne hydraulica

7303 Tijdprogramma voor estrikdroging ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 235: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

235

Als in het secundaire circuit één pomp en één 3-weg-omschakelklep worden geplaatst voor de omschake-ling tussen tapwateropwarming en kamerverwarming,moet de parameter ”Vrijgave 3-weg-omschakelklepverwarmen/WW 730D” op ”1” staan.Bij het gebruik van 2 pompen (secundaire pomp en cir-culatiepomp voor boilerverwarming) deze parameterop ”0” zetten.

Waar-de

Betekenis

”0” 3-weg-omschakelklep is niet voorhanden. Tapwateropwarming vindt hydraulisch ge-

scheiden plaats van de kamerverwarmingvia de circulatiepomp voor de boilerverwar-ming (aan verwarmingswaterzijde).

Secundaire pomp is bij tapwateropwarminguitgeschakeld.

”1” 3-weg-omschakelklep is voorhanden Secundaire pomp is bij tapwateropwarming

ingeschakeld.

730E Inschakeldrempel !

Inschakeldrempel voor verwarmingswater-door-stroomtoestel en volgwarmtepomp

Om het direct inschakelen van de extra warmtebron bijkortstondig onderschrijden van de gewenste tempera-tuur te vermijden, gebruikt de warmtepompregeling alsinschakelcriterium de vermogensintegraal. Deze inte-graal wordt uit de duur en hoogte van de afwijking vande werkelijke aanvoertemperatuur t.o.v. de gewensteaanvoertemperatuur gevormd. De vermogensintegraalis het grijze vlak tussen het verloop van de werkelijkeaanvoertemperatuur en de lijn van de gewenste aan-voertemperatuur. Daarom is de eenheid van de vermo-gensintegraal K·min.

AC

B

tAfb. 57

A Gewenste aanvoertemperatuurB Werkelijke aanvoertemperatuurC Vermogensintegraal

OpmerkingHet regelingsinterne lastmanagement beslist volgenseconomische en ecologische inzichten of het verwar-mingswater-doorstroomtoestel of een volgwarmte-pomp ingeschakeld wordt.

Sterkte van de vermogensaanpassing van module-rende warmtepompen

Modulerende warmtepompen worden bij grote afwijkin-gen van de gewenste aanvoertemperatuur in hetsecundaire circuit op een compressorvermogen van100 % geregeld, bijv. Vitocal 300-A. Pas als deze afwij-king geringer is, wordt het compressorvermogen ver-minderd.De ingestelde waarde geeft de sterkte van de vermin-dering aan. Een grote waarde zorgt voor een sterkevermindering.

Inschakeldrempel voor ”active cooling” in deweersafhankelijke koelwerking

Voor ”active cooling” moet in de weersafhankelijkekoelwerking de gewenste aanvoertemperatuur over-schreden zijn. Tegelijk moet het integraal uit werkelijkeaanvoertemperatuur t.o.v. gewenste waarde de inge-stelde waarde overschrijden. Uit deze integraal wordtook het hiervoor vereiste compressorvermogen bere-kend.

Instelwaarde in K·min

730F Vermogen compressor bij min. buitentemperatuur !

Bij warmtepompen met prestatiegeregelde compresso-ren: Opgavewaarde voor het compressorvermogen.

Om ervoor te zorgen dat het regelgedrag van de ver-mogensregeling verbetert, wordt de compressor in destartfase op een constante vermogenswaarde gere-geld.

Parametergroep interne hydraulica

730D Vrijgave 3-weg-omschakelklep verwarmen/WW !58

3702

9

Para

met

er

Page 236: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

236

Voor min. en max. buitentemperatuur kan deze vermo-genswaarde gescheiden opgegeven worden. Vermo-genswaarden voor temperaturen daartussen ontstaandoor lineaire interpolatie.

Opmerking”Vermogen compressor bij min. buitentemperatuur730F” hoger instellen dan ”Vermogen compressorbij max. buitentemperatuur 7310”.

Instelwaarde in %

7310 Vermogen compressor bij max. buitentemperatuur !

Bij warmtepompen met prestatiegeregelde compresso-ren: Opgavewaarde voor het compressorvermogen.Om ervoor te zorgen dat het regelgedrag van de ver-mogensregeling verbetert, wordt de compressor in destartfase op een constante vermogenswaarde gere-geld.Voor min. en max. buitentemperatuur kan deze vermo-genswaarde gescheiden opgegeven worden. Vermo-genswaarden voor temperaturen daartussen ontstaandoor lineaire interpolatie.

Opmerking”Vermogen compressor bij min. buitentemperatuur730F” hoger instellen dan ”Vermogen compressorbij max. buitentemperatuur 7310”.

Instelwaarde in %

7319 Toerent. CV-circ.pompen !

In de gefaseerde werking worden volgende circulatie-pompen cyclisch in- en uitgeschakeld. Hierdoor redu-ceert in vergelijking met de permanente werking hetenergieverbruik. Alle CV-pompen bij verwarmingsinstallaties met buf-

fer Secundaire pomp bij verwarmingsinstallaties zonder

buffer

De fasering is alleen actief als de buitentemperatuur–10 °C overschreden heeft.

tC

D

BA A

Afb. 58

A Circulatiepomp AANB Circulatiepomp UITC Inschakelduur voor 1 cyclusD Cyclustijd

Met de ingestelde waarde wordt het aantal cycli in24 uur bij 10 °C weergegeven. Bij dalende buitentem-peratuur verhoogt de warmtepompregeling het puls-aantal afhankelijk van de buitentemperatuur lineair.Onder –10 °C loopt de circulatiepomp permanent.

OpmerkingBij instelwaarde ”0” is de gefaseerde werking uitge-schakeld.

Instelwaarde in %

7340 Gebruikswijze secundaire pomp !

Aansturing van de secundaire pomp en soort toeren-talregeling

Parametergroep interne hydraulica

730F Vermogen compressor bij min.… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 237: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

237

Waarde BetekenisKamerverwarming Tapwaterverwarming

”0” Geen aansturing via PWM-signaal, bijv. bij standaard circulatiepomp (getrapt)”1” Aansturing via PWM-signaal:

Standaardwerking: 100 %/0 %Aansturing via PWM-signaal:Opgegeven toerental 100 %

”2” Aansturing via PWM-signaal:Werking met vast ingesteld toerental

Aansturing via PWM-signaal:Opgegeven toerental 100 %

”3” Aansturing via PWM-signaal:Toerental wordt via een vermogensregeling(PID-regelaar) aangepast, zodat zich in hetsecundaire circuit een constante temperatuur-spreiding instelt.

Aansturing via PWM-signaal:Opgegeven toerental 100 %

”4” Aansturing via PWM-signaal:Toerentalregeling zoals bij ”3”

Aansturing via PWM-signaal: Zonder boilerlaadsysteem: Gebruikswijze

wordt via ”Gebruikswijze boilerlaadpomp6020” ingesteld.

Met boilerlaadsysteem: Opgegeven toerental100 %

”5” : Regeling op constant debiet in het secundair circuit”6” : Regeling op constant debiet in het secundair circuit: Het momentele gewenste debiet is af-

hankelijk van het compressortoerental.

7343 Nominaal vermogen secundaire pomp (PWM) ?

Betekenis is afhankelijk van de instelling ”Werkmodussecundaire pomp 7340”.

Instel-ling ”7340”

Betekenis ”7343”

”2” Toerentalrichtlijn voor de werking metvast toerental

”3” Startwaarde voor toerentalregeling”4”

OpmerkingNa het inschakelen van de compressor wordt desecundaire pomp met de ingestelde waarde aange-stuurd.

Instelwaarde in %

734A Nom. vermogen CV-pomp VC2

Enkel in combinatie met inbouwset met mengklep(”Type opbouwset 7044” op ”1”):Het nominaal vermogen van de in de inbouwset metmengklep inbegrepen circulatiepomp voor het verwar-mingscircuit M2/VC2 kan worden vermeld. Hiervoorhet vereiste debiet bepalen. Vervolgens het nominaalvermogen conform de pompkarakteristiek instellen.

Opmerking Met de instelwaarde ”0” is de vermogensregeling

uitgeschakeld. De circulatiepomp wordt niet inge-schakeld.

Om debietverschillen te vermijden, wordt het min.toerental van de secundaire pomp automatisch opde hier ingestelde waarde voor de verwarmingscir-cuitpomp M2/VC2 aangepast.

Instelwaarde in %

Parametergroep interne hydraulica

7340 Gebruikswijze secundaire pomp ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 238: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

238

Fabrikant van de secundaire pomp: Vereist om wer-kingsgegevens van de circulatiepomp in de warmte-pompregeling te verwerken.

Waar-de

Betekenis

”0” Wilo”1” Grundfos

7365 Aanlooptijd HR-circulatiepomp !

Als voor de tapwaterverwarming en voor de kamerver-warming telkens 1 HR-circulatiepomp ingezet wordt:Om hoge startstromen te vermijden, laten HR-circula-tiepompen het vermogen na het inschakelen stapsge-wijs stijgen. Daardoor is het debiet in de startfase erglaag.Als tijdens het ontdooiproces tussen kamerverwarmingen tapwateropwarming omgeschakeld wordt, kan detemperatuur in de condensor door de grote warmteont-trekking bij een gering debiet sterk dalen. Opdat decondensor daarbij niet zou bevriezen, kan het debiet inhet secundair circuit door het nalopen van de voor hetomschakelen actieve circulatiepomp gegarandeerdworden.

Met de ingestelde waarde wordt deze naloopduuringesteld.

Instelwaarde in s

7378 Estrikprogramma startdag !

Nadat het temperatuur-tijd-profiel met ”Tijdpro-gramma voor estrikdroging 7303” gekozen werd,begint de estrikdroging onmiddellijk.Met de parameter ”Estrikprogramma startdag 7378”kan ingesteld worden op welke positie van het tempe-ratuur-tijd-profiel de startdag moet liggen.

OpmerkingOpdat de warmtepomp voor de estrikdroging inge-schakeld wordt, moet ”Warmtepomp voor bouw-warmte 7300” op ”1” staan.

Voorbeeld:Bij instelwaarde ”4” begint de estrikdroging onmiddel-lijk met de gewenste aanvoertemperatuur van de4e dag: Zie temperatuur-tijd-profiel in afb. 59.Als ”Estrikprogramma einddag 7379” op ”0” staat,duurt de estrikdroging slechts 27 i.p.v. 31 dagen.

A

B1 5 10 15 20 25 30

1020304050

C

Afb. 59

A Gewenste aanvoertemperatuurB DagenC Startdag: ”Estrikprogramma startdag 7378”

= ”4”

Instelwaarde is de startdag.

7379 Estrikprogramma einddag !

Nadat het temperatuur-tijd-profiel met ”Tijdpro-gramma voor estrikdroging 7303” gekozen werd,begint de estrikdroging onmiddellijk.

Parametergroep interne hydraulica

735A Pomptype secundair circuit !

5837

029

Para

met

er

Page 239: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

239

Met de parameter ”Estrikprogramma einddag 7379”kan ingesteld worden op welke positie van het tempe-ratuur-tijd-profiel de laatste dag van het estrikpro-gramma moet liggen.

OpmerkingOpdat de warmtepomp voor de estrikdroging inge-schakeld wordt, moet ”Warmtepomp voor bouw-warmte 7300” op ”1” staan.

Voorbeeld:Bij instelwaarde ”25” eindigt de estrikdroging op de25e dag van het temperatuur-tijd-profiel: zie afb. 60.Als ”Estrikprogramma startdag 7378” op ”0” staat,duurt de estrikdroging slechts 26 i.p.v. 31 dagen.

A

B1 5 10 15 20 25 30

1020304050

C

Afb. 60

A Gewenste aanvoertemperatuurB DagenC Laatste dag van het estrikprogramma: ”Estrikpro-

gramma einddag 7379” = ”25”

Instelwaarde is de laatste dag van het estrikprogram-ma.

Parametergroep interne hydraulica

7379 Estrikprogramma einddag ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 240: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

240

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Primaire bron”

4. Parameter kiezen.

7400 Werkmodus primaire bron ! /

Aansturing van de toerentalregeling voor de primairepomp of ventilator

Waar-de

Betekenis

”0” Geen toerentalregeling, bijv. bij standaard cir-culatiepomp (getrapt)

”1” PWM-signaal van regelaar- en sensorprint-plaat (stekker aa:DA)

”2” Aansturing via PWM-signaal van regelaar- ensensorprintplaat (stekker aa:DA)

”3” Aansturing via analoog spanningssignaal vande koelcircuitregelaar (0 tot 10 V)

7401 Regelstrategie primaire bron !

Regelstrategie voor de ventilatoren of de primairepomp.Voorwaarde: Ventilator of primaire pomp is toerental-geregeld (”Werkmodus primaire bron 7400” op ”1”).

Waar-de

Betekenis

”0” Regeling op constant toerental”1” Toerentalregeling afhankelijk van de vermo-

genslijn van de compressor”2” Toerentalregeling afhankelijk van de karakte-

ristiek buitentemperatuur—compressorvermo-gen

”3” / : Toerentalregeling afhankelijk van hetverschil tussen primaire intrede- en pri-maire uittredetemperatuur (PID-rege-ling).

: Niet instellen!”4” : Regeling op constant debiet in het primair

circuit”5” : Regeling op constant debiet in het primair

circuit: Het momentele gewenste debiet isafhankelijk van het compressortoerentalen de aanvoertemperatuur van het pri-mair circuit.

745A Pomptype primair circuit !

Fabrikant van de primaire pomp: Vereist om werkings-gegevens van de circulatiepomp in de warmtepompre-geling te verwerken.

Waar-de

Betekenis

”0” Wilo”1” Grundfos

Parametergroep primaire bron

Parametergroep oproepen

5837

029

Para

met

er

Page 241: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

241

Als de aanvoertemperatuur primair circuit (brine-ingang in de warmtepomp) tijdens de werking van dewarmtepomp de ingestelde waarde niet bereikt, wordthet compressortoerental afhankelijk van deze onder-schrijding naar beneden afgesteld. Als hierbij het min.compressortoerental bereikt is, schakelen de compres-sor en de primaire pomp na de ”Activeringsvertra-ging sondebeveiliging 7471” uit.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7471 Activeringsvertraging sondebeveiliging !

Als de aanvoertemperatuur primair circuit (brine-ingang in de warmtepomp) tijdens de werking van dewarmtepomp de ”Min. intredetemperatuur primaircircuit bij werking 7470” niet bereikt, wordt het com-pressortoerental afhankelijk van deze onderschrijdingnaar beneden afgesteld. Als hierbij het min. compres-sortoerental bereikt is, schakelen de compressor en deprimaire pomp na de ingestelde duur uit.

Instelwaarde in s

Parametergroep primaire bron

7470 Min. intredetemperatuur primair circuit bij werking ! 58

3702

9

Para

met

er

Page 242: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

242

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Buffer”

4. Parameter kiezen.

7200 Vrijgave buffer/ open/geslotenverdeler !

OpmerkingIn combinatie met een inbouwset met mengklep kangeen buffer worden gecontroleerd (”Type opbouwset7044” op ”1”). In dit geval heeft deze parameter geeneffect.

Waar-de

Betekenis

”0” Buffer of open verdeler is niet aanwezig.”1” Buffer of open verdeler is aanwezig:

gelijktijdige voorziening van max. 3 aange-sloten verwarmingscircuits bij kamerver-warming

koelen via max. 1 verwarmings-/koelcircuitof 1 afzonderlijk koelcircuit

Bij koeling wordt de verwarmingswaterbuf-fer door een hydraulische bypassschakelingoverbrugd.

OpmerkingAlleen in combinatie met Installatieschema 1en 2 instellen. Bij de installatieschema's 3 tot10 is een buffer vereist en vooraf ingesteld.Niet instellen bij installatieschema 11.

Waar-de

Betekenis

”2” Verwarmings-/koelwaterbuffer is aanwezig: gelijktijdige voorziening van max. 3 aange-

sloten verwarmings-/koelcircuits bij kamer-verwarmingOf

gelijktijdige voorziening van max. 3 aange-sloten verwarmings-/koelcircuits bij kamer-koeling

Geen koeling via afzonderlijk koelcircuit Manueel omschakelen tussen verwarming

en koeling van de verwarmings-/koelwater-buffer met ”Modus buffer 721F”

OpmerkingAlleen in combinatie met Installatieschema 1 tot 10.Niet instellen bij installatieschema 11.

”3” Niet instellen!”4” Niet instellen!”5” Niet instellen!

7202 Temp. in werkingsstatus constante waarde voor buffer !

Geldt enkel voor kamerverwarming in combinatie metverwarmingswaterbuffer of verwarmings-/koelwaterbuf-fer.De temperatuur kan niet hoger worden ingestelddan ”Max. temperatuur buffer 7204”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7203 Hysterese temperatuur verwarming buffer !

De ingestelde waarde bepaalt bij welke afwijking vande gewenste buffertemperatuur (afhankelijk van dewerkingsstatus) de buffer wordt verwarmd.

OpmerkingVoor installatieschema 1 en 2 is deze functie uitslui-tend beschikbaar, wanneer ”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200” op ”1” of ”2” is ingesteld.

Parametergroep buffer

Parametergroep oproepen

5837

029

Para

met

er

Page 243: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

243

tAfb. 61

A Gewenste buffertemperatuurB ”Hysterese temperatuur verwarming buffer

7203”C Verwarming buffer UITD Verwarming buffer AAN

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7204 Max. temperatuur buffer !

Als de buffertemperatuur de ingestelde waarde bereikt,eindigt de verwarming van de buffer.

Opmerking Voor installatieschema 1 en 2 is deze functie uit-

sluitend beschikbaar, wanneer ”Vrijgave buffer/open/gesloten verdeler 7200” op ”1” of ”2” isingesteld.

Als de hier aangegeven waarde onder de ”Max.aanvoertemperatuur verwarmingscircuit200E ”ligt, kan een aangesloten CV-circuit bij grotewarmtevraag misschien niet worden voorzien van deberekende aanvoertemperatuur.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7205 Uitschakeloptimalisering verwarming buffer !

De uitschakeloptimalisering zorgt ervoor dat de tempe-ratuur in de buffer aan het einde van elke periode metde werkingsstatus ”Normaal” de momenteel geldigegewenste waarde bereikt heeft.

Waar-de

Betekenis

”0” Uitschakeloptimalisering niet actief”1” Uitschakeloptimalisering actief

OpmerkingBij de installatieschema's 1 en 2 is de uitschakelopti-malisering alleen beschikbaar als ”Vrijgave buffer/open/gesloten verdeler 7200” op ”1” of ”2” inge-steld is.

7208 Temperatuurgrens werkingsmodus constante voor buffer !

Als de gedempte buitentemperatuur (langdurigegemiddelde) boven deze temperatuurgrens stijgt, blok-keert de warmtepompregeling de werkingssta-tus ”Constante ”(bijv. in de zomer). De buffer wordtalleen nog tot de gewenste temperatuur voor de wer-kingsmodus ”Normaal” verwarmd.

Wanneer deze temperatuurgrens weer met 0,5 K (hys-terese) is onderschreden, wordt automatisch de wer-king van de buffer in de werkingsmodus ”Constante”voortgezet.

Parametergroep buffer

7203 Hysterese temperatuur verwarming buffer ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 244: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

244

OpmerkingVoor installatieschema 1 en 2 is deze functie uitslui-tend beschikbaar, wanneer ”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200” op ”1” of ”2” is ingesteld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7209 Uitschakelhysterese verwarmingswaterbuffer !

Als de gewenste buffertemperatuur met de ingesteldehysterese overschreden wordt, wordt de verwarmingvan de buffer beëindigd.Welke temperatuursensor voor het uitschakelengebruikt wordt, hangt van de actieve werkingsstatus inhet ”Tijdprogramma verwarmingswaterbuffer” af.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

720A Modus vaste waarde alleen bij warmtevraag !

De werkingsstatus ”Constante” kan voor de buffergeblokkeerd worden als er geen warmtevraag dooréén van de aangesloten verwarmingscircuits voorhan-den is. In dit geval wordt de buffer alleen op degewenste temperatuur voor de werkingsstatus ”Nor-maal” verwarmd.

De warmtevraag van een CV-circuit is in de volgendegevallen aanwezig: In het ”Tijdprog. verwarmen” of ”Tijdprog. ””ver-

warmen/koelen” is een periode actief. Kamerverwarming voor de vorstbescherming is inge-

schakeld (werkingsstatus ”Standby”).

Waar-de

Betekenis

”0” Werkingsstatus ”Constante” wordt conformhet ”Tijdprogramma buffer” ingeschakeld,onafhankelijk van het feit of een warmtevraagvan de CV-circuits actief is.

”1” Werkingsstatus ”Constante” wordt alleen in-geschakeld als voor één van de aangeslotenCV-circuits een warmtevraag actief is.

OpmerkingVoor installatieschema 1 en 2 is deze functie uitslui-tend beschikbaar, wanneer ”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200” op ”1” of ”2” is ingesteld.

721F Modus buffer /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):

Waar-de

Betekenis

”0” Kamerverwarming is vrijgegeven.”1” Kamerkoeling is vrijgegeven.

7220 Temperatuur in modus "Vaste waarde voor koelbuffer" ! /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):

OpmerkingDe temperatuur kan niet lager worden ingestelddan ”Min. temperatuur koelwaterbuffer 722A”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep buffer

7208 Temperatuurgrens werkingsmodus constante… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 245: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

245

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):De ingestelde waarde bepaalt bij welke afwijking vande gewenste buffertemperatuur (afhankelijk van dewerkingsstatus) de koeling van de verwarmings-/koel-waterbuffer wordt uitgeschakeld.

C

D

t

AB

Afb. 62

A ”Inschakelhysterese koelwaterbuffer 722B”B Gewenste buffertemperatuurC ”Uitschakelhysterese koelwaterbuffer 7223”D Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer AANE Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer UIT

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

722A Min.temperatuur koelwaterbuffer ! /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):Deze parameter heeft gelijktijdig 2 functies:

Uitschakeltemperatuur voor de koeling van de ver-warmings-/koelwaterbuffer

Als de buffertemperatuur 1 K onder de ingesteldewaarde ligt, wordt de verwarmings-/koelwaterbufferniet meer gekoeld. De vorstbeschermingsfunctie isactief.

Onderste grens voor gewenste buffertemperatuur

De gewenste buffertemperatuur bij kamerkoeling is delaagste gewenste aanvoertemperatuur van alle aange-sloten verwarmings-/koelcircuits of is door ”Tempera-tuur in modus Constante voor koelbuffer 7220”ingesteld.

De ingestelde waarde is de onderste begrenzing voorde gewenste buffertemperatuur.

OpmerkingAls de hier ingestelde waarde boven de ”Min. aan-voertemperatuur koeling 2033” ligt, kan een aange-sloten verwarmings-/koudecircuit bij grote koelvraagmisschien niet worden voorzien van de berekendeaanvoertemperatuur.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

722B Inschakelhysterese koelwaterbuffer ! /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):De ingestelde waarde bepaalt bij welke afwijking vande gewenste buffertemperatuur (afhankelijk van dewerkingsstatus) de koeling van de verwarmings-/koel-waterbuffer wordt ingeschakeld.

Parametergroep buffer

7223 Uitschakelhysterese koelwaterbuffer ! / 58

3702

9

Para

met

er

Page 246: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

246

C

D

t

AB

Afb. 63

A ”Inschakelhysterese koelwaterbuffer 722B”B Gewenste buffertemperatuurC ”Uitschakelhysterese koelwaterbuffer 7223”D Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer AANE Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer UIT

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

Parametergroep buffer

722B Inschakelhysterese koelwaterbuffer ! / (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 247: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

247

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Verwarm.circuit 1”of”Verwarm.circuit 2”of”Verwarm.circuit 3”of”Afzonderlijk koelcircuit”

4. Parameter kiezen.

OpmerkingDe parameters in de parametergroepen ”Verwarm.cir-cuit 1”, ”Verwarm.circuit 2”, ”Verwarm.circuit 3”zijn identiek.

De toekenning aan het CV-circuit vindt plaats door het1e cijfer van de parametercode:2xxx Voor verwarmingscircuit 1 (zonder mengklep A1/

VC1)3xxx Voor verwarmingscircuit 2 (met mengklep M2/

VC2)4xxx Voor verwarmingscircuit 3 (met mengklep M3/

VC3)

Als slechts één verwarmingscircuit onderdeel van hetinstallatieschema is, zijn de bijbehorende parametersinstelbaar.

2000 Kamertemperatuur normaal

Gewenste ruimtetemperatuur voor weersafhankelijkeof ruimtetemperatuurafhankelijke verwarming of koe-ling (Normale ruimtetemperatuur).

Bedieningshandleiding

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

2001 Gereduceerde kamertemperatuur

Gewenste kamertemperatuur voor gereduceerde ver-warming of koeling (gereduceerde kamertemperatuur).

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

OpmerkingDe max. waarde voor ”kamertemperatuur geredu-ceerd 2001” ligt 1 K onder de actuele waardevoor ”kamertemperatuur normaal 2000”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

2003 Afstandsbediening !

Voor ieder verwarmings-/koelcircuit kan een afstands-bediening Vitotrol 200-A (met kamertemperatuursen-sor) gebruikt worden.

Montage- en servicehandleiding afstandsbedie-ning

OpmerkingAls de kamertemperatuursensor van de afstandsbedie-ning voor de bijschakeling van de kamertemperatuurvoor een verwarmings-/koelcircuit gebruikt dient teworden, mag voor ”Kamertemperatuurbijschakeling200B” niet ”0” ingesteld zijn.

Parametergroep verwarmingscircuits/koelcircuits

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 248: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

248

Waar-de

Betekenis

”0” Afstandsbediening is niet geactiveerd.”1” Afstandsbediening voor het gekozen CV-/

koelcircuit is aanwezig en geactiveerd. De ka-mertemperatuursensor is geactiveerd.

”2” Externe bijschakeling voor het gekozen ver-warmings-/koelcircuit is actief.

De kamerverwarming/kamerkoeling wordtvia de digitale ingangen 230 V~ opge-vraagd: zie ”basisprintplaat”.

Bediening via afstandsbediening is niet mo-gelijk.

Meer informatie voor de externe bijschake-ling: Zie hoofdstuk ”Externe bijschakelingvoor verwarming-/koelcircuits” in de ”functie-beschrijving”.

OpmerkingBij de instelling ”Manuele bediening” van de warmte-pomp hebben de afstandsbedieningen geen functie:Zie bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”.

2005 Kamertemperatuurregeling !

Kamertemperatuurafhankelijke regeling van het ver-warming-/koelcircuit

Waar-de

Betekenis

”0” Weersafhankelijke regeling voor kamerver-warming is actief:De warmtepompregeling berekent de ge-wenste aanvoertemperatuur van het verwar-mingscircuit uit de gewenste kamertempera-tuur, de buitentemperatuur en de ingesteldestooklijn.

”1” Kamertemperatuurafhankelijke regeling voorkamerverwarming actief: ”Niveau stooklijn 2006” en ”Inclinatie

stooklijn 2007” kunnen niet worden inge-steld.

Kamertemperatuursensor is aangesloten engeactiveerd (”Afstandsbediening 2003”op ”1”), anders blijft automatisch ”0” inge-steld.

De warmtepompregeling berekent de ge-wenste aanvoertemperatuur uit de actueleafwijking tussen gewenste kamertempera-tuur en werkelijke kamertemperatuur.

Installatie zonder buffer of met verwar-mingswaterbuffer:De kamertemperatuurafhankelijke koelingvoor het verwarmings-/koelcircuit wordtmet ”Kamertemperatuurregeling koelcir-cuit 7105” ingesteld.

Installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer :Weersafhankelijke regeling voor kamerkoe-ling is actief.

Waar-de

Betekenis

”2” Kamertemperatuurafhankelijke regeling voorkamerkoeling, weersafhankelijke regelingvoor kamerverwarming : Alleen voor installatie met verwarmings-/

koelwaterbuffer ”Niveau koellijn 2040” en ”Inclinatie

koellijn 2041” kunnen niet worden inge-steld.

Kamertemperatuursensor is aangesloten engeactiveerd (”Afstandsbediening 2003”op ”1”), anders blijft automatisch ”0” inge-steld.

De warmtepompregeling berekent de ge-wenste aanvoertemperatuur uit de actueleafwijking tussen gewenste kamertempera-tuur en werkelijke kamertemperatuur.

”3” Kamertemperatuurafhankelijke regeling voorkamerverwarming en voor kamerkoeling

OpmerkingAls het verwarmingscircuit voor de toevoerluchtopwar-ming gebruikt wordt (ventilatieverwarmingscircuit), kande kamertemperatuurafhankelijke regeling niet inge-steld worden (”Vrijgave naverwarmregister hydrau-lisch 7D02”).

Parametergroep verwarmingscircuits/koelcircuits

2003 Afstandsbediening ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 249: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

249

Bedieningshandleiding

De uit de stooklijnen berekende waarde voor de aan-voertemperatuur worden voor cv-circuits rechtstreeksals gewenste waarden overgenomen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

2007 Inclinatie stooklijn

Bedieningshandleiding De uit de stooklijnen berekende waarde voor de aan-voertemperatuur worden voor cv-circuits rechtstreeksals gewenste waarden overgenomen.

200A Invloed kamertemperatuur-bijschakeling!

Invloed van de kamertemperatuur op de gewensteaanvoertemperatuur van het CV-circuit bij weersafhan-kelijke regeling. Per Kelvin afwijking tussen werkelijkekamertemperatuur en gewenste kamertemperatuurwordt de gewenste aanvoertemperatuur met de aan-gegeven waarde aangepast.

Voorwaarden: Kamertemperatuursensor aanwezig (”Afstandsbe-

diening 2003”). Kamertemperatuur-bijschakeling actief (”Kamertem-

peratuurbijschakeling 200B”).

Voorbeeld: Gewenste kamertemperatuur = 20 °C Werkelijke kamertemperatuur = 18,5 °C Afwijking tussen gewenste kamertemperatuur en

werkelijke kamertemperatuur = 1,5 K ”Invloed kamertemperatuur-bijschakeling 200A”

= 2 Aanpassing gewenste aanvoertemperatuur

1,5 K · 2 = 3 K

OpmerkingMet de instelwaarde ”0” is de kamerttemperatuur-bij-schakeling uitgeschakeld.

Instelwaarde zonder eenheid

200B Kamertemperatuurbijschakeling !

In combinatie met kamertemperatuursensor(”Afstandsbediening 2003”).

Waar-de

Betekenis

”0” Weersafhankelijke regeling zonder kamerin-vloed: Gewenste aanvoertemperatuur wordtniet gecorrigeerd.

”1” Weersafhankelijke regeling met kamertempe-ratuur-bijschakeling alleen voor de werkings-modus ”Gereduc.”.

Waar-de

Betekenis

”2” Weersafhankelijke regeling met kamertempe-ratuur-bijschakeling voor de werkingsmo-dus ”Normal”.

”3” Weersafhankelijke regeling met kamertempe-ratuur-bijschakeling voor de werkingsmo-dus ”Gereduc.” en ”Normaal”.

200E Max. aanvoertemperatuur verwarmingscircuit !

De gewenste aanvoertemperatuur, die uit de buiten-temperatuur, de stooklijn en de gewenste ruimtetem-peratuur voor het gekozen verwarmingscircuit resul-teert, wordt door deze parameter op de max. waardebegrensd.

Parametergroep verwarmingscircuits/koelcircuits

2006 Niveau stooklijn58

3702

9

Para

met

er

Page 250: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

250

Opmerking Omdat de warmtepompregeling met deze parameter

alleen de gewenste waarde begrenst, moet in deaanvoer van een vloerverwarmingscircuit een tem-peratuurbewaker voor de begrenzing van de max.temperatuur worden ingebouwd.

Bij kamerverwarming via een ventilatie-CV-circuitdeze waarde voor alle CV-circuits niet hoger dan57 °C instellen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

2015 Looptijd mengklep verwarmingscircuit !

Periode voor het volledig omschakelen van de meng-klep tussen 2 werkingstoestanden (hoekbereik 90°).Deze waarde is een eigenschap van de mengklepmo-tor: Zie technische gegevens mengklepmotor.Als de ingestelde tijd voor de gebruikte mengklep tekort is, dan kan dit tot het ”trillen” van de mengklep lei-den.

OpmerkingDeze parameter werkt alleen op mengkleppen diedirect door de warmtepompregeling aangestuurd wor-den (niet bij aansturing via KM-BUS). Bij verwarmings-circuits zonder mengklep bezit deze parameter geenwerking.

Instelwaarde in s

2022 Kamertemperatuur bij partywerking

Gewenste ruimtetemperatuur voor partywerking.

Bedieningshandleiding

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

2030 Koeling ! /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):Koeling via het verwarmings-/koelcircuit vrijgeven.

Waar-de

Betekenis

”0” Geen koeling”1” Niet instellen!”2” Koelen met koelfunctie ”active cooling”

2031 Dauwpuntbewaker ! /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):Dauwpuntsensor is aan de aansluiting F11 op de rege-laar- en sensorprintplaat aangesloten.

OpmerkingVoor elk verwarmings-/koelcircuit is een afzonderlijkedauwpuntsensor vereist. Alle dauwpuntsensoren op deaansluiting F11 in serie schakelen.

Parametergroep verwarmingscircuits/koelcircuits

200E Max. aanvoertemperatuur… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 251: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

251

Waar-de

Betekenis

”0” Dauwpuntsensor niet aangesloten”1” Dauwpuntsensor is op aansluiting F11 aange-

sloten.

Als een dauwpuntsensor geactiveerd wordt,vertoont de installatie het volgende gedrag: De koeling eindigt voor alle op de verwar-

mings-/koelwaterbuffer aangesloten verwar-mings-/koelcircuits, waarvoor deze waardeingesteld is.

De melding ”D5 Dauwpuntsensor” ver-schijnt op het display.

”2” Dauwpuntsensor is op aansluiting F11 aange-sloten.

Als een dauwpuntsensor geactiveerd wordt,vertoont de installatie het volgende gedrag: De koeling eindigt enkel voor het verwar-

mings-/koelcircuit, dat de dauwpuntsensorcontroleert.

Op het display verschijnt geen melding.

2033 Min. aanvoertemperatuur koeling ! /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”): Onderste grens voor de gewenste aanvoer-temperatuur bij kamerkoeling

De gewenste aanvoertemperatuur voor de koelwerkingwordt als volgt bepaald: Weersafhankelijke koeling:

Volgens de ingestelde koellijn en de ingesteldegewenste kamertemperatuur

Koelen afhankelijk van de kamertemperatuur:Uit het verschil tussen de gewenste kamertempera-tuur en de werkelijke kamertemperatuur

Als de berekening een lagere gewenste aanvoertem-peratuur geeft dan hier ingesteld, wordt de gewensteaanvoertemperatuur tot deze waarde beperkt.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

2034 Invloed kamertemperatuur-bijschakeling koelcircuit ! /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):Hoe hoger de waarde, des te groter is de invloed vande kamertemperatuur op de gewenste aanvoertempe-ratuur van het koelcircuit bij weersafhankelijke rege-ling.Voorwaarde:Kamertemperatuursensor is aangesloten, bijv. viaafstandsbediening.

Voorbeeld:Zie ”Invloed kamertemperatuur-bijschakeling200A”.

OpmerkingMet de instelwaarde ”0” is de kamertemperatuur-bij-schakeling uitgeschakeld.

Instelwaarde zonder eenheid

Parametergroep verwarmingscircuits/koelcircuits

2031 Dauwpuntbewaker ! / (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 252: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

252

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):De uit de koellijn bepaalde waarde voor de aanvoer-temperatuur wordt bij weersafhankelijke kamerkoelingvia het verwarmings-/koelcircuit direct overgenomenals gewenste waarde.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

2041 Inclinatie koellijn /

Alleen voor installatie met verwarmings-/koelwaterbuf-fer (”Vrijgave buffer/ open/gesloten verdeler 7200”op ”2”):De uit de koellijn bepaalde waarde voor de aanvoer-temperatuur wordt bij weersafhankelijke kamerkoelingvia het verwarmings-/koelcircuit direct overgenomenals gewenste waarde.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Instelwaarde 1 ≙ 0,1

Parametergroep verwarmingscircuits/koelcircuits

2040 Niveau koellijn /

5837

029

Para

met

er

Page 253: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

253

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Koeling”

4. Parameter kiezen.

7100 Koelfunctie !

Waar-de

Betekenis

”0” Geen koeling”1” ”natural cooling” met NC-Box zonder meng-

klep (accessoire).”2” ”natural cooling” met NC-Box met mengklep

(accessoire).”3” ”active cooling”

OpmerkingOmdat bij ”active cooling” de compressor loopt, moetdeze extra functie door de installatiegebruiker wordenvrijgegeven: zie bedieningshandlei-ding ”Vitotronic 200”.

7101 Koelcircuit !

Met deze parameter wordt vastgelegd of koeling viaeen verwarmingscircuit of via het afzonderlijk koelcir-cuit plaatsvindt.

Waar-de

Betekenis

”1” Koelen via CV-circuit A1/VC1”2” Koelen via CV-circuit M2/VC2”3” Koelen via CV-circuit M3/VC3”4” Koelen via apart koelcircuit SKK

7102 Gewenste kamertemperatuur apart koelcircuit

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Voorwaarden: Kamertemperatuursensor (bijvoorbeeld op F16 bij

regelaar- en sensorprintplaat) is aangesloten. ”Koelcircuit 7101” staat op ”4”.

OpmerkingBij koeling via een CV-/koelcircuit is de gewenstekamertemperatuur ingesteld met ”Kamertemperatuurnormaal 2000”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7103 Min. aanvoertemperatuur koeling!

De gewenste aanvoertemperatuur koeling voor dekoelwerking wordt als volgt bepaald: Weersafhankelijke koelwerking:

Volgens de ingestelde koellijn en de ingesteldegewenste kamertemperatuur

Koelen afhankelijk van de kamertemperatuur:Uit het verschil tussen de gewenste kamertempera-tuur en de werkelijke kamertemperatuur

Als de berekening een lagere gewenste aanvoertem-peratuur geeft dan hier ingesteld, wordt de gewensteaanvoertemperatuur tot deze waarde beperkt.

OpmerkingDe hier ingestelde begrenzing van de gewenste aan-voertemperatuur geldt voor een CV-/koelcircuit en vooreen afzonderlijk koelcircuit.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

Parametergroep koeling

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 254: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

254

Hoe hoger de waarde, des te groter is de invloed vande kamertemperatuur op de gewenste aanvoertempe-ratuur van het koelcircuit bij weersafhankelijke rege-ling.Voorwaarde:Kamertemperatuursensor is aangesloten (bijv. viaVitotrol).

Voorbeeld:Zie ”Invloed kamertemperatuur-bijschakeling200A”.

OpmerkingMet de instelwaarde ”0” is de kamerttemperatuur-bij-schakeling uitgeschakeld.

Instelwaarde zonder eenheid

7105 Kamertemperatuurregeling koelcircuit !

Voor kamerkoeling via verwarmings-/koelcircuit of hetafzonderlijke koelcircuit.

Waar-de

Betekenis

”0” Weersafhankelijke regeling voor kamerkoe-ling actief:De regeling berekent de gewenste aanvoer-temperatuur van het afzonderlijke koelcircuituit de gewenste kamertemperatuur, de bui-tentemperatuur en de ingestelde koellijn.

”1” Kamertemperatuurafhankelijke regeling voorkamerkoeling actief:De regeling berekent de gewenste aanvoer-temperatuur uit de actuele afwijking tussengewenste kamertemperatuur en werkelijkekamertemperatuur. Inclinatie en niveau vande koellijn voor het afzonderlijke koelcircuitzijn niet instelbaar.

Voorwaarden: Kamerkoeling via afzonderlijk koelcircuit: Kamertem-

peratuursensor op F16 bij regelaar- en sensorprint-plaat is aangesloten.OpmerkingAlternatief kan ook de kamertemperatuursensor (inVitotrol ingebouwd) van een ander verwarmings-/koelcircuit gebruikt worden (”Rangering kamertem-pera- tuursensor apart koelcircuit 7106” > ”0”).

Kamerkoeling via verwarmings-/koelcircuit: Afstands-bediening is aangesloten.OpmerkingVoor een verwarmings-/koelcircuit kunnen tegelijkkamertemperatuurafhankelijke koeling (”Kamertem-peratuurregeling koelcircuit 7105” op ”1”) enweersafhankelijke kamerverwarming (”Kamertem-peratuurregeling 2005” op ”0”) ingesteld zijn.

7106 Rangering kamertemperatuursensor apart koelcircuit !

Deze parameter bepaalt welke kamertemperatuursen-sor wordt gebruikt voor de kamertemperatuurafhanke-lijke regeling van het aparte koelcircuit.De kamertemperatuursensoren van de verwarmings-/koelcircuits A1/VC1, M2/VC2 en M3/VC3 zijn in deafstandsbediening ingebouwd.

Waar-de

Betekenis

”0” Rechtstreeks op de warmtepompregelingaangesloten kamertemperatuursensor (aan-sluiting F16 op regelaar- en sensorprintplaat)

”1” Kamertemperatuursensor A1/VC1 wordt ge-bruikt: ”Afstandsbediening 2003” op ”1”zetten.

Waar-de

Betekenis

”2” Kamertemperatuursensor M2/VC2 wordt ge-bruikt: ”Afstandsbediening 3003” op ”1”zetten.

”3” Kamertemperatuursensor M3/VC3 wordt ge-bruikt: ”Afstandsbediening 4003” op ”1”zetten.

”4” Niet instellen!

Parametergroep koeling

7104 Invloed kamertemperatuur-bijschakeling koelcircuit !

5837

029

Para

met

er

Page 255: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

255

Hysterese kamertemperatuur voor kamertemperatuur-afhankelijke koelwerking via verwarmingscircuit ofapart koelcircuit. Kamertemperatuur overschrijdt gewenste kamer-

temperatuur met de ingestelde waarde:Koeling wordt ingeschakeld.

Kamertemperatuur onderschrijdt gewenste kamer-temperatuur met het 2-voudige ”Hysterese kamer-temperatuur koelcircuit 7107”:Koeling wordt uitgeschakeld.

Voorwaarde: Kamertemperatuursensor is aangeslotenen geactiveerd. Verwarmings-/koelcircuit:

Kamertemperatuursensor van de afstandsbediening(”Afstandsbediening 2003”)

Afzonderlijk koelcircuit:Kamertemperatuursensor (aansluiting aan F16 op deregelaar- en sensorprintplaat): Zie ”Rangeringkamertemperatuursensor apart koelcircuit 7106”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7109 Vrijgave aanvoertemp.-sensor koelcircuit ! /

Aanvoertemperatuursensor koelen bij koeling via ver-warmingscircuit zonder mengklep A1/VC1 of via hetaparte koelcircuit: Aansluiting aan F14 op regelaar- ensensorprintplaat

OpmerkingBij koeling via een verwarmingscircuit met mengklepwordt de voor de kamertemperatuur vereiste aanvoer-temperatuursensor ook voor het koelen gebruikt.

Waar-de

Betekenis

”0” Aanvoertemperatuursensor koelen is nietvoorhanden. Aanvoertemperatuursensor se-cundair circuit wordt gebruikt.

”1” Aanvoertemperatuursensor koelen is aange-sloten en wordt gebruikt.

7110 Niveau koellijn

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

De uit de koellijn bepaalde waarde voor de aanvoer-temperatuur wordt voor het koelcircuit direct overgeno-men als gewenste waarde.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7111 Inclinatie koellijn

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

De uit de koellijn bepaalde waarde voor de aanvoer-temperatuur wordt voor het koelcircuit direct overgeno-men als gewenste waarde.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1

7116 Afstandsbediening koelcircuit !

Niet verstellen!

7117 Dauwpuntbewaker !

Gedrag van de warmtepomp als de op F11 op de rege-laar- en sensorprintplaat aangesloten vochtaanbouw-schakelaar activeert.

Parametergroep koeling

7107 Hysterese kamertemperatuur koelcircuit !58

3702

9

Para

met

er

Page 256: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

256

Waar-de

Betekenis

”0” Compressor schakelt niet uit, geen meldingop de warmtepompregeling.

”1” Compressor schakelt uit. Op de warmte-pompregeling verschijnt de melding ”D5vochtaanbouwschakelaar”.

”2” Compressor schakelt uit, geen melding op dewarmtepompregeling.

71FE Vrijgave Active Cooling

Opdat de warmtepomp de actieve koeling inschakelt,moet de koelwerking eenmalig worden vrijgegeven.

Bedieningshandleiding ”Vitotronic 200”

Parametergroep koeling

7117 Dauwpuntbewaker ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 257: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

257

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Ventilatie”

4. Parameter kiezen.

7D00 vrijgave Vitovent !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X X X X X

Vrijgave van een ventilatietoestel voor de werking metde warmtepomp.Voorwaarde:Het ventilatietoestel is via Modbus op de warmtepomp-regeling aangesloten.

Waarde Betekenis”0” Geen ventilatietoestel vrijgegeven”1” Vitovent 300-F is vrijgegeven. De bij dit ven-

tilatietoestel behorende ventilatieparameters(”7Dxx”) kunnen ingesteld worden.

”2” Vitovent 200-C is vrijgegeven. De bij dit ven-tilatietoestel behorende ventilatieparameters(”7Dxx”) kunnen ingesteld worden.

”3” Vitovent 200-W, Vitovent 300-C ofVitovent 300-W is vrijgegeven. De bij hetventilatietoestel behorende parameters(”7Dxx”, ”C1xx”) kunnen ingesteld worden.

7D01 Vrijgave voorverwarm-register elektrisch !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Vrijgave/functie elektrisch voorverwarmregister (acces-soire) voor de vorstbescherming van het ventilatietoe-stel.

Voorwaarde:Elektrisch voorverwarmregister is op de regelaarprint-plaat van het ventilatietoestel aangesloten.

Waarde Vitovent 200-C Vitovent 300-F”0” Voorverwarmregister is niet vrijgegeven.

Met ”Strategie passieve vorstbescherming7D2C” kan een ontdooifunctie zonder elektrischvoorverwarmregister ingesteld worden.

Voorverwarmregister is niet vrijgegeven. Vorstbe-schermingsfunctie zonder voorverwarmregister isactief.

”1” Ontdooien via bypass:Als de warmtewisselaar verijsd is, wordt de by-pass actief. De door het voorverwarmregister op-gewarmde buitenlucht stroomt via de bypassvoorbij de warmtewisselaar.

Voorverwarmregister is vrijgegeven. Vorstbe-scherming is actief.

”2” Comfortfunctie Vorstbescherming:Als het verschil tussen toevoerlucht- en afvoer-luchttemperatuur 4,5 K overschrijdt, dan wordthet elektrische voorverwarmregister ingescha-keld.

Niet instellen!

7D02 Vrijgave naverwarmregister hydraulisch !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Vrijgave hydraulisch naverwarmregister (accessoires)voor toevoerluchtverwarming.

Parametergroep ventilatie

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 258: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

258

Voorwaarde:Hydraulisch naverwarmregister is in het ventilatietoe-stel ingebouwd en als verwarmingscircuit A1/VC1 opde warmtepomp aangesloten (ventilatieverwarmings-circuit).

Waarde Betekenis”0” Hydraulisch naverwarmregister is niet vrijge-

geven.”1” Hydraulisch naverwarmregister is vrijgege-

ven.

7D04 Vrijgave temperatuurdoelregeling !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Toevoerluchtopwarming met volgende gewenste toe-voerluchttemperatuur: Gewenste aanvoertemperatuurvan het verwarmingscircuit min 5 K.De gewenste aanvoertemperatuur volgt uit degewenste kamertemperatuur (”Kamertemperatuurnormaal 2000” of ”Kamertemperatuur gereduceerd2001”) en de gedempte buitentemperatuur (langduriggemiddelde) overeenkomstig de ingestelde stooklijn/koellijn.

Waar-de

Betekenis

”0” Regeling op constant luchtdebiet overeen-komstig de ingestelde ventilatiefunctie, hetwerkingsprogramma en het tijdprogramma

”1” Opgegeven luchtdebiet wordt afhankelijk vande gewenste toevoerluchttemperatuur gere-geld.

7D05 Vrijgave vochtsensor !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Vrijgave voor de regeling van de kamerluchtvochtig-heid bij werking met ventilatietoestel.Voorwaarde:CO2-/vochtsensor (accessoire) is op de regelaarprint-plaat van het ventilatietoestel aangesloten.

Wanneer de werkingsstatus ”Normaal” in het tijdpro-gramma ventilatie actief is, wordt het luchtdebiet aan-gepast afhankelijk van de luchtvochtigheid. De regel-grenzen zijn ”Nominaal debiet toevoerlucht 7D0A”en ”Debiet intensief ventileren 7D0C”.

Waarde Betekenis”0” Regeling luchtvochtigheid is niet vrijgegeven.”1” Regeling luchtvochtigheid is vrijgegeven.

7D06 Vrijgave CO2-sensor !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Vrijgave voor de regeling van de CO2-concentratie inde kamer bij werking met ventilatietoestel.Voorwaarde:CO2-/vochtsensor (accessoire) is op de regelaarprint-plaat van het ventilatietoestel aangesloten.Wanneer de werkingsstatus ”Normaal” in het tijdpro-gramma actief is, wordt het luchtdebiet aangepastafhankelijk van de CO2-concentratie. De regelgrenzenzijn ”Debiet gereduceerd ventileren 7D0A”en ”Debiet intensief ventileren 7D0C”.

Waar-de

Betekenis

”0” Regeling van de CO2-concentratie is niet vrij-gegeven.

”1” Regeling van de CO2-concentratie is vrijgege-ven.

Parametergroep ventilatie

7D02 Vrijgave naverwarmregister hydraulisch ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 259: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

259

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Gewenste afvoerluchttemperatuur voor de ventilatie-werking. Bij afvoerluchttemperaturen < ”Gew. kamertempe-

ratuur 7D08” min 1 K kan de bypass voor passiefverwarmen worden geactiveerd. De buitenlucht/afvoerlucht wordt niet via de warmtewisselaargeleid.

Bij afvoerluchttemperaturen > ”Gew. kamertempe-ratuur 7D08” plus 1 K kan de bypass voor passiefkoelen worden geactiveerd. De buitenlucht/afvoer-lucht wordt niet via de warmtewisselaar geleid.

OpmerkingOm ervoor te zorgen dat passief verwarmen en passiefkoelen ingeschakeld worden, moeten bijkomendevoorwaarden vervuld zijn: Zie ”Min. toevoerluchttem-peratuur voor bypass 7D0F” en hoofdstuk ”Passiefverwarmen”, ”Passief koelen” in de ”functiebeschrij-ving”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7D0A Debiet gereduceerde ventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Gewenst debiet voor de werkingsstatus ”Gereduc.” inhet tijdprogramma Ventilatie (ventilatietrap 2 ).De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Richtwaarden voor de instelling: Vitovent 300-F: Gemiddelde van 85 m3/uur

en ”Nominaal debiet ventilatie 7D0B”.Vitovent 200-C: Gemiddelde van 70 m3/uuren ”Nominaal debiet ventilatie 7D0B”.Of

Circa 30 % minder dan ”Nominaal debiet ventilatie7D0B”

Instelwaarde in m3/uur

7D0B Bovenste grens nominaal debiet toevoerlucht !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Gewenst debiet voor de werkingsstatus ”Normaal” inhet tijdprogramma ventilatie (ventilatietrap 3 ).

Hier het ontwerpdebiet uit het ontwerp instellen.

Instelwaarde in m3/uur

7D0C Debiet intensieve ventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Gewenst debiet voor de werkingsstatus ”Intensief” inhet tijdprogramma Ventilatie (ventilatietrap 4 ).De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Richtwaarden voor de instelling: Vitovent 300-F: Gemiddelde tussen ”Bovenste

grens nominaal debiet toevoerlucht 7D0B” en280 m3/uurVitovent 200-C: Gemiddelde tussen ”Bovenstegrens nominaal debiet toevoerlucht 7D0B” en200 m3/uurOf

Circa 30 % hoger dan ”Bovenste grens nominaaldebiet toevoerlucht 7D0B”

Instelwaarde in m3/uur

Parametergroep ventilatie

7D08 Gew. temperatuur58

3702

9

Para

met

er

Page 260: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

260

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Om ongewilde condenswatervorming op de toevoer-luchtleidingen te vermijden, wordt de bypass voor hetpassief koelen alleen onder de volgende omstandighe-den vrijgegeven:

Vitovent 200-C: Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewis-

selaar) > ”Min. toevoerluchttemperatuur voorbypass 7D0F” plus 0,5 K

Vitovent 300-F: Toevoerluchttemperatuur > ”Min. toevoerluchttem-

peratuur voor bypass 7D0F” minus 1,5 Ken

Buitenluchttemperatuur (luchtinvoer warmtewis-selaar) > ”Min. toevoerluchttemperatuur voorbypass 7D0F” plus 1,5 K

OpmerkingOm ervoor te zorgen dat passief koelen ingeschakeldwordt, moeten bijkomende voorwaarden vervuld zijn:Zie ”Gew. kamertemperatuur 7D08” en hoofd-stuk ”Passief koelen” in de ”functiebeschrijving”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

7D18 CO2-waarde voor verhoging debiet !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Wanneer de CO2-concentratie in de kamer de aange-geven grens overschrijdt, wordt het debiet verhoogd.Als deze grens niet bereikt wordt, vermindert hetdebiet.De regelgrenzen zijn ”Debiet gereduceerd ventileren7D0A” en ”Debiet intensief ventileren 7D0C”.

Voorwaarden: CO2-/vochtsensor (accessoire) is op de regelaar-

printplaat van het ventilatietoestel aangesloten(”Vrijgave CO2-sensor 7D06” op ”1”).

Werkingsstatus ”Normaal” is in het tijdprogrammaVentilatie actief.

Instelwaarde in ppm (parts per million)

7D19 Vochtwaarde voor verhoging debiet !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Wanneer de luchtvochtigheid in de kamer de aangege-ven grens overschrijdt, wordt het debiet verhoogd. Alsdeze grens niet bereikt wordt, vermindert het debiet.De regelgrenzen zijn ”Nominaal debiet toevoerlucht7D0A” en ”Debiet intensief ventileren 7D0C”.

Voorwaarden: CO2-/vochtsensor (accessoire) is op de regelaar-

printplaat van het ventilatietoestel aangesloten(”Vrijgave CO2-sensor 7D05” op ”1”).

Werkingsstatus ”Normaal” is in het tijdprogrammaVentilatie actief.

Instelwaarde in %

7D1A Blokkeertijd ventilator bij vorstbescherming !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Parametergroep ventilatie

7D0F Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass

5837

029

Para

met

er

Page 261: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

261

Alleen in combinatie met elektrisch voorverwarmregis-ter (”Vrijgave voorverwarm- register elektrisch7D01” op ”1”):Als de toevoerluchttemperatuur 5 °C onderschrijdt,worden beide ventilatoren gedurende de ingesteldeduur uitgeschakeld. Voor het herinschakelen moet detoevoerluchttemperatuur 5 °C overschrijden.

Instelwaarde in min

7D1B Duur intensief ventileren !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Wanneer op de warmtepompregeling ”Intensievewerking” wordt ingesteld,schakelt de regeling na hetverstrijken van de aangegeven duur automatisch delaatst gekozen functie of het laatst gekozen werkings-programma weer in, z. B. ”Ventilatie-automaat”.

OpmerkingWanneer ervoor ”Spaarwerking” actief was, schakeltde regeling ”Ventilatie-automaat” in.

Instelwaarde in min

7D1D Bron ruimtetemperatuur werkelijke waarde !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Kamertemperatuursensor voor toevoerluchtverwar-ming via ventilatieverwarmingscircuit A1/VC1 (”Vrij-gave naverwarmregister hydraulisch 7D02 ”op ”1”).

De kamertemperatuurbegrenzer is onder de volgendeomstandigheden nodig: Weersafhankelijke regeling met kamertemperatuur-

bijschakeling (”Kamertemperatuurbijschakeling200B” op ”1”, ”2” of ”3”)

Kamertemperatuurafhankelijke regeling

Waar-de

Betekenis

”0” Afvoerluchttemperatuursensor van het venti-latietoestel wordt gebruikt.

”1” Kamertemperatuursensor van de Vitotrolwordt gebruikt.

7D21 CV-circuit voor blokkering bypassklep !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X X X X X

Parametergroep ventilatie

7D1A Blokkeertijd ventilator bij… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 262: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

262

Bij kamerverwarming via het ingestelde verwar-mingscircuit wordt de bypass voor passief koelenniet geactiveerd.Daarmee wordt verhinderd dat via het verwarmings-circuit toegevoerde warmte via de bypass van hetventilatietoestel naar buiten wordt gevoerd.

Enkel Vitovent 200-C en Vitovent 300-F:Bij kamerkoeling via het ingestelde verwarmings-/koudecircuit wordt de bypass voor passief verwar-men niet geactiveerd.Hierdoor wordt verhinderd dat via het verwarmings-/koudecircuit onttrokken warmte via de bypass vanhet ventilatietoestel van buiten opnieuw toegevoerdwordt.OpmerkingBij de overige ventilatietoestellen staat passief ver-warmen niet ter beschikking.

Verdere voorwaarden waarbij passief verwarmen ofkoelen niet ingeschakeld wordt: Zie hoofdstuk ”Passiefverwarmen” en ”Passief koelen” in de ”functiebeschrij-ving”.

Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Verwarmingscircuit A1/VC1”Bit 2” Verwarmingscircuit M2/VC2”Bit 3” Verwarmingscircuit M3/VC3

OpmerkingAls een bit geselecteerd is, mag de bypass geacti-veerd worden.

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

7D27 Aanpassing regelspanning !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Voor het compenseren van drukverschillen tussen detoevoerlucht- en afvoerluchtzijde kan het toerental vaneen ventilator in vergelijking met de andere wordenverhoogd. Hiertoe wordt bij de regelspanning van deventilator permanent de hier aangegeven waardeopgeteld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,01 V

7D28 Ventilator voor aanpassing regelspanning !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — — X —

Ventilator, waarvan het toerental voor het compense-ren van drukverschillen met ”Aanpassing regelspan-ning 7D27” wordt verhoogd.

OpmerkingOm onevenwicht te vermijden, wordt tegelijkertijd deregelspanning van de niet-geselecteerde ventilator op10 V min ”Aanpassing regelspanning 7D27”begrensd. Daarmee verlaagt ook het maximum lucht-debiet.

Waar-de

Betekenis

”0” Ventilator toevoerlucht”1” Uitlaatluchtventilator

Parametergroep ventilatie

7D21 CV-circuit voor blokkering bypassklep ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 263: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

263

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Met deze parameter wordt vastgelegd welke ontdooi-functie bij verijzing van de warmtewisselaar ingescha-keld wordt.Voorwaarde:”Vrijgave voorverwarm-register elektrisch 7D01”staat op ”0”.

Waarde Betekenis”0” Uitschakelen van de ventilatoren:

Als de warmtewisselaar verijsd is, wordenbeide ventilatoren uitgeschakeld.

”1” Ontdooien via bypass:Als de warmtewisselaar verijsd is, opent debypass en de koele buitenlucht wordt voorbijde warmtewisselaar geleid.

”2” Ontdooien door onevenwicht:Als de warmtewisselaar verijsd is, wordt detoevoerluchtventilator uitgeschakeld.

7D2E Type warmteoverbrenger !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — X —

Type warmtewisselaar in het ventilatietoestel

Waarde Betekenis”0” Tegenstroomwarmtewisselaar:

Via de tegenstroomwarmtewisselaar wordteen groot deel van de energie uit de afvoer-lucht naar de buitenlucht overgedragen.

”1” Enthalpiewarmtewisselaar:Naast de warmterecuperatie volgens het te-genstroomprincipe wordt bijkomend ook eendeel van de luchtvochtigheid van de afvoer-lucht aan de toevoerlucht overgedragen.

7D2F Inbouwpositie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Inbouwpositie van het ventilatietoestel

Waarde Betekenis”0” Plafondmontage”1” Wandmontage of montage in de dakhelling

7D3A Functie externe 230V-ingang ventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Opdat de ”Intensieve werking” via een externe scha-kelaar of toets (badkamerschakelaar) ingeschakeldkan worden, moet de badkamerschakelaar geactiveerdworden.

Waarde Betekenis”0” Badkamerschakelaar kan niet gebruikt wor-

den.”1” Badkamerschakelaar kan gebruikt worden.”2” Niet instellen!

7D3B Duur badkamerventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Max. duur voor ”Intensieve werking” als deze functievia een externe schakelaar of toets (badkamerschake-laar) ingeschakeld werd.

Parametergroep ventilatie

7D2C Strategie passieve vorstbescherming !58

3702

9

Para

met

er

Page 264: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

264

Instelwaarde in min

7D5E Startblokkering ventilatie periodes deel 1 !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor de vorstbescherming van de warmtewisselaarworden de ventilatoren evt. uitgeschakeld, afhankelijkvan de temperatuuromstandigheden en de gekozenontdooi- en vorstbeschermingsfunctie.Als de temperatuurvoorwaarden niet meer vervuld zijn,worden de ventilatoren op de gekozen tijdstippenopnieuw ingeschakeld (0:00 tot 15:00 uur).Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” 0:00 uur”Bit 2” 1:00 uur”Bit 3” 2:00 uur... ...”Bit 16” 15:00

Voorbeeld:”Bit 3”, ”Bit 7”, ”Bit 9” en ”Bit 11” zijn geselecteerd:De ventilatoren worden om 2:00 uur, 6:00 uur, 8:00 uuren om 10:00 uur opnieuw ingeschakeld.

OpmerkingMet ”Startblokkering ventilatie periodes deel 27D5F” worden de tijden 16:00 tot 23:00 uur gekozen.

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

7D5F Startblokkering ventilatie periodes deel 2 !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor de vorstbescherming van de warmtewisselaarworden de ventilatoren evt. uitgeschakeld, afhankelijkvan de temperatuuromstandigheden en de gekozenontdooi- en vorstbeschermingsfunctie.Als de temperatuurvoorwaarden niet meer vervuld zijn,worden de ventilatoren op de gekozen tijdstippenopnieuw ingeschakeld (16:00 tot 23:00 uur).Instelling in bitveld (zie hoofdstuk ”Parameters instel-len”): Meerdere bits kunnen geselecteerd worden.

Opmerking opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” 16:00 uur”Bit 2” 17:00 uur”Bit 3” 18:00 uur... ...”Bit 8” 23:00

Voorbeeld:”Bit 1”, ”Bit 4”, ”Bit 6” en ”Bit 8” zijn geselecteerd:De ventilatoren worden om 16:00 uur, 19:00 uur,21:00 uur en om 23:00 uur opnieuw ingeschakeld.

OpmerkingMet ”Startblokkering ventilatie periodes deel 17D5E” worden de tijden 00:00 tot 15:00 uur gekozen.

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

Parametergroep ventilatie

7D3B Duur badkamerventilatie ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 265: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

265

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor het compenseren van drukverschillen tussen detoevoerlucht- en afvoerluchtzijde kan het toerental vande toevoerluchtventilator in vergelijking met de uit-laatluchtventilator worden verhoogd of verlaagd. Hier-toe wordt bij de regelspanning van de toevoerluchtven-tilator permanent de hier aangegeven waarde opge-teld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,01 V

7D72 Aanpassing regelspanning uitlaatluchtventilator !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor het compenseren van drukverschillen tussen detoevoerlucht- en afvoerluchtzijde kan het toerental vande uitlaatluchtventilator in vergelijking met de toe-voerluchtventilator worden verhoogd of verlaagd. Hier-toe wordt bij de regelspanning van de uitlaatluchtventi-lator permanent de hier aangegeven waarde opgeteld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,01 V

7D75 Sensorcompensatie buitenluchttemperatuur !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor het compenseren van systematische meetfoutenkan voor de buitenluchttemperatuursensor een posi-tieve of negatieve correctiewaarde (offset) ingesteldworden.

Advies:”Uitschakelwerking” voor het ventilatietoestel instel-len. Na enige tijd de temperatuurwaarden van alle tem-peratuursensoren onder elkaar en/of met een referen-tietemperatuur vergelijken. Voor afwijkende tempera-tuursensoren een correctiewaarde instellen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7D76 Sensorcompens.buitenluchttemp. na voorverwarmregister !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor het compenseren van systematische meetfoutenkan voor de buitenluchttemperatuursensor een posi-tieve of negatieve correctiewaarde (offset) ingesteldworden.

Advies:”Uitschakelwerking” voor het ventilatietoestel instel-len. Na enige tijd de temperatuurwaarden van alle tem-peratuursensoren onder elkaar en/of met een referen-tietemperatuur vergelijken. Voor afwijkende tempera-tuursensoren een correctiewaarde instellen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

Parametergroep ventilatie

7D71 Aanpassing stuurspanning toevoerluchtventilator !58

3702

9

Para

met

er

Page 266: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

266

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor het compenseren van systematische meetfoutenkan voor de toevoerluchttemperatuursensor een posi-tieve of negatieve correctiewaarde (offset) ingesteldworden.

Advies:”Uitschakelwerking” voor het ventilatietoestel instel-len. Na enige tijd de temperatuurwaarden van alle tem-peratuursensoren onder elkaar en/of met een referen-tietemperatuur vergelijken. Voor afwijkende tempera-tuursensoren een correctiewaarde instellen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7D79 Sensorcompensatie afvoerluchttemperatuur !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

X — — — —

Voor het compenseren van systematische meetfoutenkan voor de afvoerluchttemperatuursensor een posi-tieve of negatieve correctiewaarde (offset) ingesteldworden.

Advies:”Uitschakelwerking” voor het ventilatietoestel instel-len. Na enige tijd de temperatuurwaarden van alle tem-peratuursensoren onder elkaar en/of met een referen-tietemperatuur vergelijken. Voor afwijkende tempera-tuursensoren een correctiewaarde instellen.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

C101 Voorverwarmregister !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Vrijgave voorhanden elektrisch voorverwarmregisteren/of aardwarmtewisselaar

Opmerking Opent de instelhulp.

Bit Betekenis”Bit 1” Af fabriek ingebouwd elektrisch voorver-

warmregister: Is steeds ingesteld.”Bit 2” Niet instellen!”Bit 3” Niet instellen!”Bit 4” Niet instellen!

Bit Betekenis”Bit 5” Extra elektrisch voorverwarmregister (ac-

cessoire)”Bit 6” Niet instellen!”Bit 7” Aardwarmtewisselaar in combinatie met

een 3-wegomschakelklep (door de installa-teur te plaatsen)

”Bit 8”tot”Bit 15”

Niet instellen!

Instelwaarde blijkt uit de combinatie van geselecteerdebits.

C102 Naverwarmer !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Niet verstellen!

Parametergroep ventilatie

7D77 Sensorcompensatie toevoerluchttemperatuur !

5837

029

Para

met

er

Page 267: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

267

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Als in de centrale afvoerleiding (verzamelleiding) eenvochtsensor gemonteerd is, verhoogt of verlaagt hetluchtdebiet afhankelijk van de luchtvochtigheid.

Waar-de

Betekenis

”0” Centrale vochtsensor is niet voorhanden.”1” Centrale vochtsensor is in de centrale afvoer-

leiding gemonteerd en aan de aansluiting X4op de regelaarprintplaat van het ventilatietoe-stel aangesloten. De regeling van de lucht-vochtigheid is vrijgegeven.Functiecontrole:In ”Diagnose” ”Ventilatie: Overzicht”wordt voor ”Vocht” een waarde groter dan0 % weergegeven.

OpmerkingAls tegelijk de regeling van de luchtvochtigheid via deCO2-/vochtsensor actief is (”Min. spanning ingang 1C1B1”, ”Min. spanning ingang 2 C1C1”): De rege-ling via de centrale vochtsensor heeft voorrang.

C106 CO2-sensor !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Niet verstellen!

C108 Gew. kamertemperatuur

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Gewenste bypasstemperatuur voor de ventilatiewer-king:Bij afvoerluchttemperaturen > ”Gew. kamertempera-tuur C108” kan de bypass voor het passief koelengeactiveerd worden. De buitenlucht/afvoerlucht wordtniet via de warmtewisselaar geleid.

Voorwaarde: De bypass is voor passief koelen vrijge-geven (”Bypass werking C1A0” op ”0”).

OpmerkingOm ervoor te zorgen dat passief koelen ingeschakeldwordt, moeten bijkomende voorwaarden vervuld zijn:Zie hoofdstuk ”Passief koelen” in de ”functiebeschrij-ving”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

C109 Basisventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Gewenst luchtdebiet voor ”Spaarwerking”, ”Basis-werking” en ”Vakantieprogramma” (ventilatietrap

1 ).De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Richtwaarde voor de instelling: In het midden tussen 0 m3/h en ”Gereduceerde

ventilatie C10A”Of

Ca. 30 % minder dan ”Gereduceerde ventilatieC10A”

Parametergroep ventilatie

C105 Vochtsensor !58

3702

9

Para

met

er

Page 268: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

268

Aanwijzing voor Vitovent 200-WDeze instelling geldt alleen voor het toevoerluchtde-biet.Het gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Basisven-tilatie tweede ventilatorkanaal C189” ingesteld. Metverschillende instellingen voor toevoerlucht- en afvoer-luchtdebiet kunnen drukonevenwichten in het leiding-systeem gecompenseerd worden.

Vitovent 200-W: Instelwaarde in % overeenkomstigventilatorkarakteristieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

Vitovent 300-C/300-W: Instelwaarde in m3/uur

C10A Gereduceerde ventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Gewenst debiet voor de werkingsstatus ”Gereduc.” inhet tijdprogramma Ventilatie (ventilatietrap 2 ).De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Richtwaarden voor de instelling: In het midden tussen ”Basisventilatie C109”

en ”Normale ventilatie C10B”Of

Ca. 30 % minder dan ”Normale ventilatie C10B”

Aanwijzing voor Vitovent 200-WDeze instelling geldt alleen voor het toevoerluchtde-biet.Het gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Basisven-tilatie tweede ventilatorkanaal C18A” ingesteld. Metverschillende instellingen voor toevoerlucht- en afvoer-luchtdebiet kunnen drukonevenwichten in het leiding-systeem gecompenseerd worden.

Vitovent 200-W: Instelwaarde in % overeenkomstigventilatorkarakteristieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

Vitovent 300-C/300-W: Instelwaarde in m3/uur

C10B Normale ventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Gewenst debiet voor de werkingsstatus ”Normaal” inhet tijdprogramma ventilatie (ventilatietrap 3 ).Hier het ontwerpdebiet uit het ontwerp instellen.

Aanwijzing voor Vitovent 200-WDeze instelling geldt alleen voor het toevoerluchtde-biet.Het gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Normaleventilatie tweede ventilatorkanaal C18B” ingesteld.Met verschillende instellingen voor toevoerlucht- enafvoerluchtdebiet kunnen drukonevenwichten in hetleidingsysteem gecompenseerd worden.

Vitovent 200-W: Instelwaarde in % overeenkomstigventilatorkarakteristieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

Vitovent 300-C/300-W: Instelwaarde in m3/uur

C10C Intensieve ventilatie !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Gewenst debiet voor de werkingsstatus ”Intensief” inhet tijdprogramma Ventilatie (ventilatietrap 4 ).De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Parametergroep ventilatie

C109 Basisventilatie ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 269: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

269

Richtwaarden voor de instelling: In het midden tussen ”Normale ventilatie C10B” en

het max. luchtdebietMax. luchtdebietMontage- en servicehandleiding van het aan-gesloten ventilatietoestel

Of Ca. 30 % hoger dan ”Normale ventilatie C10B”

Aanwijzing voor Vitovent 200-WDeze instelling geldt alleen voor het toevoerluchtde-biet.Het gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Intensieveventilatie tweede ventilatorkanaal C18C” ingesteld.Met verschillende instellingen voor toevoerlucht- enafvoerluchtdebiet kunnen drukonevenwichten in hetleidingsysteem gecompenseerd worden.

Vitovent 200-W: Instelwaarde in % overeenkomstigventilatorkarakteristieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

Vitovent 300-C/300-W: Instelwaarde in m3/uur

C189 Basisventilatie tweede ventilatorkanaal !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X — — —

Gewenst afvoerluchtdebiet voor ”Spaarwer-king”, ”Basiswerking” en ”Vakantieprogramma”(ventilatietrap 1 ). De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Richtwaarde voor de instelling: In het midden tussen 0 m3/h en ”Gereduceerde

ventilatie tweede ventilatorkanaal C18A”Of

Ca. 30 % minder dan ”Gereduceerde ventilatietweede ventilatorkanaal C18A”

OpmerkingHet gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Basisven-tilatie C109” ingesteld. Met verschillende instellingenvoor toevoerlucht- en afvoerluchtdebiet kunnen druk-onevenwichten in het leidingsysteem gecompenseerdworden.

Instelwaarde in % overeenkomstig ventilatorkarakteris-tieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

C18A Gereduceerde ventilatie tweede ventilatorkanaal !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X — — —

Gewenst afvoerluchtdebiet voor de werkingssta-tus ”Gereduc.” in het tijdprogramma Ventilatie (venti-latietrap 2 ).De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Richtwaarden voor de instelling: In het midden tussen ”Basisventilatie tweede ven-

tilatorkanaal C189” en ”Normale ventilatie tweedeventilatorkanaal C18B”Of

Ca. 30 % minder dan ”Gereduceerde ventilatietweede ventilatorkanaal C18B”

OpmerkingHet gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Geredu-ceerde ventilatie C10A” ingesteld. Met verschillendeinstellingen voor toevoerlucht- en afvoerluchtdebietkunnen drukonevenwichten in het leidingsysteemgecompenseerd worden.

Parametergroep ventilatie

C10C Intensieve ventilatie ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 270: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

270

Instelwaarde in % overeenkomstig ventilatorkarakteris-tieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

C18B Normale ventilatie tweede ventilatorkanaal !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X — — —

Gewenst afvoerluchtdebiet voor de werkingssta-tus ”Normaal” in het tijdprogramma ventilatie (ventila-tietrap 3 ).Hier het ontwerpdebiet uit het ontwerp instellen.

OpmerkingHet gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Normaleventilatie C10B” ingesteld. Met verschillende instellin-gen voor toevoerlucht- en afvoerluchtdebiet kunnendrukonevenwichten in het leidingsysteem gecompen-seerd worden.

Instelwaarde in % overeenkomstig ventilatorkarakteris-tieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

C18C Basisventilatie tweede ventilatorkanaal !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X — — —

Gewenst afvoerluchtdebiet voor de werkingssta-tus ”Intensief” in het tijdprogramma Ventilatie (ventila-tietrap 4 ).De instelwaarde is afhankelijk van het gebouw en vanhet ontwerp.

Richtwaarden voor de instelling: In het midden tussen ”Normale ventilatie tweede

ventilatorkanaal C18B” en het max. luchtdebietMax. luchtdebietMontage- en servicehandleiding van het aan-gesloten ventilatietoestel

Of Ca. 30 % hoger dan ”Gereduceerde ventilatie

tweede ventilatorkanaal C18B”

OpmerkingHet gewenste afvoerluchtdebiet wordt met ”Intensieveventilatie C10C” ingesteld. Met verschillende instellin-gen voor toevoerlucht- en afvoerluchtdebiet kunnendrukonevenwichten in het leidingsysteem gecompen-seerd worden.

Instelwaarde in % overeenkomstig ventilatorkarakteris-tieken

VentilatorkarakteristiekenMontage- en servicehandlei-ding ”Vitovent 200-W”

Parametergroep ventilatie

C18A Gereduceerde ventilatie tweede… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 271: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

271

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Werking van de bypass.

Waar-de

Betekenis

”0” Bypass kan voor het passief koelen automa-tisch geactiveerd worden.

OpmerkingOm ervoor te zorgen dat passief koelen inge-schakeld wordt, moeten bijkomende voor-waarden vervuld zijn: Zie hoofdstuk ”Passiefkoelen” in de ”functiebeschrijving”.

”1” Bypass is permanent geblokkeerd. Dewarmterecuperatie aan de warmtewisselaar isingeschakeld.

”2” Bypass is permanent actief. De warmterecu-peratie aan de warmtewisselaar is uitgescha-keld.

C1A1 Centrale verwarming en warmteterugwinning !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — X — X

Niet verstellen!

C1A2 Onevenwicht toegelaten !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Compensatie van debietverschillen

Op basis van de voorwaarden in het gebouw kan zicheen ongewild verschil tussen het toevoerlucht- en hetafvoerluchtdebiet voordoen (onevenwicht), bijv. doorverschillende lengtes van de leidingsystemen buiten-lucht/toevoerlucht en afvoerlucht/uitlaatlucht.Om een debietverschil te compenseren, kan het toe-voerluchtdebiet in vergelijking met het afvoerluchtde-biet aan het ventilatietoestel met ”Vastgelegdonevenwicht C1A3” verhoogd of verlaagd wor-den: ”Onevenwicht toegelaten C1A2” op ”1”

Aanwijzing voor Vitovent 200-WDeze instelling geldt niet voor Vitovent 200-W: Bij ditventilatietoestel kan het luchtdebiet voor de toevoer-lucht- en de afvoerluchtzijde voor elke ventilatietrapafzonderlijk ingesteld worden, bijv. met ”Basisventila-tie C109” en ”Basisventilatie tweede ventilatorka-naal C189”.

Luchtdebiet bij vorstbescherming

Als de vermogens van het af fabriek ingebouwde envan het bijkomende elektrische voorverwarmregister(accessoire, inbouw in buitenluchtleiding) niet vol-staan, wordt het luchtdebiet ter bescherming van dewarmtewisselaar gereduceerd. Afhankelijk van deinstelling worden beide luchtdebieten of alleen het toe-voerluchtdebiet gereduceerd.

Bescherming tegen te hoge temperaturen

Als de buitenluchttemperatuur 60 °C overschrijdt,schakelt de ventilatieregelaar beide ventilatoren ofalleen de toevoerluchtventilator uit.

Parametergroep ventilatie

C1A0 Bypass werking !58

3702

9

Para

met

er

Page 272: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

272

Waar-de

Betekenis

”0” Voor de vorstbescherming worden toevoer-lucht- en afvoerluchtdebiet gereduceerd.

Ter bescherming tegen te hoge temperatu-ren worden beide ventilatoren uitgescha-keld.

Alleen Vitovent 300-C/300-W:Geen verhoging of verlaging van het toe-voerluchtdebiet in vergelijking met het af-voerluchtdebiet: Toevoerlucht- en afvoer-luchtdebiet aan het ventilatietoestel zijn al-tijd gelijk.

”1” Voor de vorstbescherming wordt alleen hettoevoerluchtdebiet gereduceerd.

Ter bescherming tegen te hoge temperatu-ren wordt alleen de toevoerluchtventilatoruitgeschakeld.

Alleen Vitovent 300-C/300-W:Toevoerluchtdebiet kan in vergelijking methet afvoerluchtdebiet met ”Vastgelegd on-evenwicht C1A3” verhoogd of verlaagdworden.

C1A3 Vastgelegd onevenwicht !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — X — X

Op basis van de voorwaarden in het gebouw kan zicheen ongewild debietverschil tussen de toevoerlucht- enafvoerluchtzijde (disbalance) voordoen, bijvoorbeelddoor verschillende lengtes van de leidingsystemen bui-tenlucht/toevoerlucht en afvoerlucht/uitlaatlucht.Om een onevenwicht te compenseren, kan met ”Vast-gelegd onevenwicht C1A3” het toevoerluchtdebiettegenover het afvoerluchtdebiet aan het ventilatietoe-stel verhoogd of verlaagd worden.Voorwaarde: ”Onevenwicht toegelaten C1A2”op ”1”

Waar-de

Betekenis

”–100”tot”–1”

Bij overdruk in het gebouw: Toevoerluchtde-biet wordt met de ingestelde waarde ver-laagd.

”0” Toevoerluchtdebiet en afvoerluchtdebiet zijngelijk.

”1”tot ”100”

Bij onderdruk in het gebouw: Toevoerluchtde-biet wordt met de ingestelde waarde ver-hoogd.

Instelwaarde in m3/uur

C1A4 Gewenste temperatuur naverwarmregister !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Niet verstellen!

Parametergroep ventilatie

C1A2 Onevenwicht toegelaten ! (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 273: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

273

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Gevoeligheid van de centrale vochtsensor (acces-soire): Als in de centrale afvoerluchtleiding (verzamel-leiding) een vochtsensor gemonteerd is (”Vochtsen-sor C105” op ”1”), kan de gevoeligheid van dezevochtregeling (aanspreekgedrag) aangepast worden.

Hiervoor staat een instelbereik ”–2” (minder gevoelig)tot ”+2” (gevoeliger) ter beschikking.

C1AA Minimumtemperatuur aardwarmtewisselaar !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Bij lage buitentemperaturen kan de buitenlucht dooreen aardwarmtewisselaar (door de installateur teplaatsen) voorverwarmd worden, bijv. voor de vorstbe-scherming van de warmtewisselaar. Onder de inge-stelde temperatuur geeft de 3-wegomschakelklep deweg voor de aardwarmtewisselaar vrij. Boven de inge-stelde temperatuur komt de buitenlucht direct in hetventilatietoestel terecht.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

C1AB Maximumtemperatuur aardwarmtewisselaar !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Bij hoge buitentemperaturen kan de buitenlucht dooreen aardwarmtewisselaar (door de installateur teplaatsen) geleid worden, bijv. voor de kamerkoeling.Boven de ingestelde temperatuur geeft de 3-wegom-schakelklep de weg voor de aardwarmtewisselaar vrij.Onder de ingestelde temperatuur komt de buitenluchtongekoeld direct in het ventilatietoestel terecht.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 °C

C1B0 functie ingang 1 !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— — X — X

Configureren van de ingang X15.1/X15.2 op de regel-aarprintplaat van het ventilatietoestel

Waar-de

Betekenis

”0” Niet instellen!”1” Analoge signaalingang 0 – 10 V voor de aan-

sluiting van het CO2-signaal in combinatiemet een CO2/vochtsensor (accessoire)

”2”tot ”5”

Niet instellen!

Parametergroep ventilatie

C1A6 Gevoeligheid vochtsensor !58

3702

9

Para

met

er

Page 274: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

274

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Schakelspanning voor het CO2-signaal bij aangeslotenCO2/vochtsensor (accessoire).

Als de spanning aan de ingang X15.1/X15.2 op deregelaarprintplaat van het ventilatietoestel de inge-stelde waarde overschrijdt, vermindert het luchtdebiet.Onder deze grens wordt het laatst geldige luchtdebietopnieuw ingesteld.Aanbevolen instelling: ”40” (≙ 4 V)

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 V

C1C1 Min. spanning ingang 2 !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Schakelspanning voor het vochtsignaal bij aangeslotenCO2/vochtsensor (accessoire).Als de spanning aan de ingang X15.3/X15.4 op deregelaarprintplaat van het ventilatietoestel de inge-stelde waarde overschrijdt, vermindert het luchtdebiet.Onder deze grens wordt het laatst geldige luchtdebietopnieuw ingesteld.

Aanbevolen instelling: ”80” (≙ 8 V)

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 V

OpmerkingAls tegelijk de regeling van de luchtvochtigheid via eencentrale vochtsensor actief is (”Vochtsensor C105”):De regeling via de centrale vochtsensor heeft voor-rang.

C1C7 Correctie debiet !

Vitovent200-C 200-W 300-C 300-F 300-W

— X X — X

Procentuele correctiefactor voor het luchtdebiet die opeen effect heeft op de ingestelde gewenste luchtde-bietwaarden van alle ventilatietrappen, bijv. voor decompensatie van systematische drukverliezen in hetleidingsysteem.

Instelwaarde in %

Parametergroep ventilatie

C1B1 Min. spanning ingang 1 !

5837

029

Para

met

er

Page 275: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

275

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Fotovoltaïsche”

4. Parameter kiezen.

7E00 Vrijgave eigenenergieverbruik PV !

Vrijgave van het eigenenergieverbruik met stroom uithet fotovoltaïsch systeem.

Het eigenenergieverbruik is actief, als aan alle vol-gende voorwaarden is voldaan: ”Vrijgave eigenenergieverbruik PV 7E00” staat

op ”1” of ”2”. Minstens een functie (bijv. tapwaterverwarming) is

vrijgegeven voor eigen energieverbruik (”Vrijgaveeigenenergieverbr. voor warmwaterbereiding7E11 ”op ”1”).

Het aan het net geleverde elektrisch vermogen isgedurende een bepaalde periode groter dan hetelektrische vermogen van de warmtepomp.

”Uitschakelmodus” en ”Vakantieprogramma” zijnniet actief.

Waarde Betekenis”0” Gebruik van eigen stroom is niet vrijgege-

ven.”1” Gebruik van eigen stroom is vrijgegeven De

energiemeter is via Modbus op de warmte-pompregeling aangesloten. De verbruiksge-gevens voor het gebruik van eigen stroomworden rechtstreeks door de energiemeteraan de warmtepomp doorgegeven.

”2” Gebruik van eigen stroom is vrijgegeven Deverbruiksgegevens voor het gebruik van ei-gen stroom worden via een Smart HomeSystem aan de warmtepomp doorgegeven,bijv. Vitocomfort 200.

7E02 Aandeel ext. stroom !

Vrijgave voor het verkrijgen van stroom uit het net tij-dens het gebruik van eigen stroom: Geldt enkel voorvermogensgeregelde compressors.

Waarde Betekenis”0”tot ”9”

De compressor mag bij het gebruik van ei-gen stroom niet met stroom uit het net ge-bruikt worden.Als het vermogen van de fotovoltaïsche in-stallatie voor het bereiken van de aangepas-te gewenste temperaturen niet volstaat,wordt het compressorvermogen overeen-komstig verminderd.

OpmerkingOm het minimumtoerental niet te onder-schrijden, wordt de compressor evt. metstroom uit het net gebruikt.

”10”tot ”100”

Als het vermogen van de fotovoltaïsche in-stallatie voor het bereiken van de aangepas-te gewenste temperaturen niet volstaat, haaltde compressor voor een deel stroom uit hetnet.

Instelwaarde in %

Parametergroep Fotovoltaïsche

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 276: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

276

Bij gebruik van eigen stroom worden de volgendefuncties enkel gestart als het op de energiemeter(accessoire) gemeten elektrische vermogen van hetfotovoltaïsche systeem de ingestelde drempel over-schrijdt: Voorinstelling van de tapwateropwarming Verwarmen van de warmwaterboiler tot ”Gewenste

warmwatertemperatuur 2 600C” eenmaal per week Verhoging van de temperatuur in de buffer op basis

van de voorspelde warmtebehoefte Verlaging gew. temperatuur verwarmings-/koelwater-

buffer met ”Verlaging gew. koelwater-buffertem-peratuur PV 7E26”.

Kamerverwarming:Verhoging van de gewenste kamertemperatuurmet ”Verhoging gew. kamertemperatuur 7E23”.Kamerkoeling:Verlaging van de gewenste kamertemperatuurmet ”Verhoging gew. kamertemperatuur PV7E23”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 kW

7E10 Vrijgave gebruik eigen stroom voor gewenste WW-temp. 2

Eenmaal per week wordt de warmwaterboiler metstroom uit het fotovoltaïsch systeem geheel verwarmdtot ”gewenste warmwatertemperatuur 2 600C”.Hiertoe kan ook het verwarmingswater-doorstroomtoe-stel (indien voorhanden) worden ingeschakeld.

Opmerking Deze verwarming van de warmwaterboiler begint uit-

sluitend dan, wanneer het dagmaximum aan gele-verd elektrisch vermogen in de volgende tijd wordtverwacht.

Wanneer het elektrisch vermogen van het fotovol-taïsch systeem tijdens de bufferverwarming niet vol-doende is, wordt dit proces met stroom uit het netvoortgezet.

Waar-de

Betekenis

”0” Wekelijkse verwarming van de warmwaterboi-ler niet actief

”1” Wekelijkse verwarming van de warmwaterboi-ler actief

7E11 Vrijgave gebruik eigen stroom voor warmwaterbereiding

Als de tapwateropwarming met gebruik van eigenstroom is vrijgegeven, verhoogt de gewenste boiler-temperatuur in vergelijking met de werking met stroomvan het net. De verhoging wordt via ”Verhoging gew.temp. warmwaterbuffer PV 7e21” ingesteld.

Opmerking Wanneer voldoende stroom uit het fotovoltaïsch sys-

teem ter beschikking staat, kan het verwarmen ookbuiten de ingestelde periodes van het tijdprogrammabeginnen.

Wanneer het elektrisch vermogen van het fotovol-taïsch systeem tijdens de boilerverwarming nietmeer voldoende is, werkt ”Verhoging gew. temp.warmwaterbuffer PV 7E21” niet meer. Als een peri-ode voor de tapwateropwarming actief is, wordt deboilerverwarming met stroom uit het net voortgezet.Anders stopt de tapwateropwarming.

Parametergroep Fotovoltaïsche

7E04 Drempel elektr. vermogen !

5837

029

Para

met

er

Page 277: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

277

Waarde Betekenis”0” Tapwateropwarming met gebruik van eigen

stroom is niet vrijgegeven.”1” Tapwateropwarming met gebruik van eigen

stroom is vrijgegeven.

7E12 Vrijgave eigen energieverbr. voor verwarmingswaterbuffer

Als de verwarming van de buffer met gebruik vaneigen stroom is vrijgegeven, verhoogt de gewenstebuffertemperatuur in vergelijking met de werking metstroom van het net met ”Verhoging gew. temp. CV-waterbuffer PV PV 7E22”.

OpmerkingWanneer het elektrisch vermogen van het fotovol-taïsch systeem tijdens de verwarming van de bufferniet meer voldoende is, werkt de verhoging van degewenste buffertemperatuur niet meer. De verwarmingwordt met stroom uit het net voortgezet, tot de buffer-temperatuur de momenteel geldende gewenstewaarde bereikt.

Waar-de

Betekenis

”0” Verwarming buffer met gebruik van eigenstroom is niet vrijgegeven.

”1” Verwarming buffer met gebruik van eigenstroom is vrijgegeven.

7E11 Vrijgave gebruik eigen stroom voor verwarming

Als de kamerverwarming met gebruik van eigenstroom is vrijgegeven, verhoogt ”Kamertemperatuurnormaal 2000” of ”Kamertemperatuur gereduceerd2001” in vergelijking met de werking met stroom uithet net met ”Verhoging gew. kamertemperatuur PV7E23”.

OpmerkingWanneer het elektrisch vermogen van het fotovol-taïsch systeem tijdens de kamerverwarming niet meervoldoende is, werkt ”Verhoging gew. kamertempera-tuur PV 7E23” niet meer.

Waar-de

Betekenis

”0” Kamerverwarming met gebruik van eigenstroom is niet vrijgegeven.

”1” Kamerverwarming met gebruik van eigenstroom is vrijgegeven.

7E15 Vrijgave eigenenergieverbr. voor koelen

De gewenste kamertemperatuur (”Kamertemperatuurnormaal 2000” of ”Kamertemperatuur gereduceerd2001”) vermindert in vergelijking met werking metstroom uit het net, ter waarde van ”Verlaging gew.kamer-temperatuur PV 7E25”.

OpmerkingGeldt voor koeling via een verwarmings-/koelcircuit envia het afzonderlijke koelcircuit.

Waar-de

Betekenis

”0” Kamerkoeling is niet vrijgegeven voor eigen-energieverbruik van stroom uit de fotovoltaï-sche installatie.

”1” Kamerkoeling is vrijgegeven voor eigenener-gieverbruik van stroom uit de fotovoltaïscheinstallatie.

Parametergroep Fotovoltaïsche

7E11 Vrijgave gebruik eigen stroom voor… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 278: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

278

Als de verwarming van de verwarmings-/koelwaterbuf-fer met gebruik van eigen stroom is vrijgegeven, ver-hoogt de gewenste buffertemperatuur in vergelijkingmet de werking met stroom van het net met ”Verla-ging gew. koelwater-buffertemperatuur PV”.” PV7E26”.

OpmerkingWanneer het elektrisch vermogen van het fotovol-taïsch systeem tijdens de koeling van de verwar-mings-/koelwaterbuffer niet meer voldoende is,werkt ”Verlaging gew. koelwater-buffertemperatuurPV PV 7E26” niet meer. De koeling wordt met stroomuit het net voortgezet, tot de temperatuur in de verwar-mings-/koelwaterbuffer de momenteel geldendegewenste waarde bereikt.

Waar-de

Betekenis

”0” Verwarming verwarmings-/koelwaterbuffermet gebruik van eigen stroom is niet vrijgege-ven.

”1” Verwarming verwarmings-/koelwaterbuffermet gebruik van eigen stroom is niet vrijgege-ven.

7E21 Verhoging gew. temp. warmwaterbuffer PV

Verhoging van de gewenste boilertemperatuur voor detapwateropwarming bij gebruik van eigen stroom.Voorwaarde: ”Vrijgave gebruik van eigen stroomvoor warmwaterbereiding 7E11” staat op ”1”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7E22 Verhoging gew. temp. verwarmingswaterbuffer PV

Verhoging van de gewenste buffertemperatuur voor dekamerverwarming bij gebruik van eigen stroom.Voorwaarde: ”Vrijgave eigenenergieverbr. voorwarmwaterbuffer 7E12” staat op ”1”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7E23 Verhoging gewenste kamertemperatuur PV

Verhoging van de gewenste kamertemperatuur voorde kamerverwarming bij gebruik van eigen stroom.Voorwaarde: ”Vrijgave eigenenergieverbr. voor ver-warmen 7E13 ”staat op ”1”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7E25 Verlaging gew. kamer-temperatuur PV

Verlaging van de gewenste kamertemperatuur voor dekamerkoeling bij gebruik van eigen stroom.Voorwaarde: ”Vrijgave eigenenergieverbr. voor koe-len 7E15” staat op ”1”.

OpmerkingGeldt voor koeling via een verwarmings-/koelcircuit envia het afzonderlijke koelcircuit.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7E26 Verlaging gew. temperatuur koelwaterbuffer PV

Verlaging van de gewenste kamertemperatuur voor dekoeling van de verwarmings-/koelwaterbuffer bijgebruik van eigen stroom.

Voorwaarde: ”Vrijgave eigen energieverbr. voorkoelwaterbuffer 7E16” staat op ”1”.

Parametergroep Fotovoltaïsche

7E16 Vrijgave eigen energieverbr. voor koelwaterbuffer

5837

029

Para

met

er

Page 279: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

279

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

Parametergroep Fotovoltaïsche

7E26 Verlaging gew. temperatuur koelwaterbuffer… (vervolg)

5837

029

Para

met

er

Page 280: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

280

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Smart Grid”

4. Parameter kiezen.

7E80 Vrijgave Smart Grid !

Via Smart Grid kan de compressor door het energiebe-drijf geblokkeerd of doelgericht opgevraagd worden.Hiervoor moeten 2 potentiaalvrije contacten van hetenergiebedrijf aangesloten worden, ofwel op de digi-tale ingangen van de warmtepomp, of op de uitbrei-ding EA1.

Afhankelijk van de schakelstatus van de potentiaalvrijecontacten kunnen de volgende functies door het ener-giebedrijf ingeschakeld worden: Normale werking van de compressor compressor wordt uitgeschakeld (blokkering door

energiebedrijf). Gewenste temperaturen voor tapwaterverwarming,

kamerverwarming en verwarming van de buffer wor-den verhoogd en voor kamerkoeling verlaagd. Dewijzigingen worden met de volgende parametersingesteld:– ”Smart Grid gewenste stijging voor warmwater-

bereiding 7E91”– ”Smart Grid gewenste stijging voor verwar-

mingswaterbuffer 7E92”– ”Smart Grid gewenste stijging voor kamertem-

peratuur verwarmen 7E93”– ”Smart Grid gewenste daling voor kamertempe-

ratuur koelen 7E95” Compressor wordt ingeschakeld. De installatiecom-

ponenten worden tot de max. gewenste temperatu-ren verwarmd of tot de min. gewenste temperaturengekoeld.

Waar-de

Betekenis

”0” Smart Grid is uitgeschakeld.”1” Smart Grid is actief.

Aansluiting van de potentiaalvrije contactenop de digitale ingangen van de uitbreiding EA1

”2” Niet instellen!”3” Niet instellen!”4” Smart Grid is actief.

Aansluiting van de potentiaalvrije contactenop de digitale ingangen 216.1 en 216.4 op debasisprintplaat

OpmerkingAls de externe bijschakeling voor de verwar-mings-/koelcircuits ingesteld is (”Afstands-bediening 2003” op ”2”), is Smart Grid viade digitale ingangen van de basisprintplaatniet mogelijk. In dit geval heeft deze instel-waarde geen effect.

7E82 Smart Grid vrijgave E-verwarming !

Als via Smart Grid de installatiecomponenten tot demax. gewenste temperatuur worden verwarmd, kanhet verwarmingswater-doorstroomtoestel indien nodigmet de ingestelde trap ingeschakeld worden.

Parametergroep Smart Grid

Parametergroep oproepen

5837

029

Page 281: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

281

Waar-de

Betekenis

”0” Verwarmingswater-doorstroomtoestel wordtniet ingeschakeld.

”1” Trap 1 van het verwarmingswater-door-stroomtoestel mag ingeschakeld worden.

”2” Trap 2 van het verwarmingswater-door-stroomtoestel mag ingeschakeld worden.

”3” Trap 1 en trap 2 van het verwarmingswater-doorstroomtoestel mogen ingeschakeld wor-den.De verwarmingswater-doorstroomtoestellenvan alle volgwarmtepompen zijn voor de wer-king met Smart Grid vrijgegeven. De vrijgege-ven trap wordt telkens met deze parameter bijde bijbehorende volgwarmtepomp ingesteld.

7E91 Gewenste stijging Smart Grid voor warmwaterbereiding

Als via Smart Grid de functie voor de verhoging van degewenste temperatuur actief is, wordt ”Gewenstewarmwatertemp. 6000” met deze waarde verhoogd.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7E92 Gewenste stijging Smart Grid voor verwarmingswaterbuffer

Als via Smart Grid de functie voor de verhoging van degewenste temperatuur actief is, wordt de huidigegewenste temperatuur van de buffer met deze waardeverhoogd. De huidige gewenste temperatuur hangt afvan de actieve werkingsstatus van de buffer inhet ”Tijdprog. buffer”.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7E93 Gewenste stijging Smart Grid voor kamertemper. verwarmen

Als via Smart Grid de functie voor de verhoging van degewenste temperatuur actief is, wordt de huidigegewenste kamertemperatuur met deze waarde ver-hoogd. De huidige gewenste kamertemperatuur hangtvan de actieve werkingsstatus in het ”Tijdprogrammaverwarmen” of ”Tijdprogramma Verwarmen/koelen” af.

Voorwaarde: kamerverwarming is ingeschakeld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

7E95 Gewenste daling Smart Grid voor kamertemper. koelen

Als via Smart Grid de functie voor de verhoging van degewenste temperatuur actief is, wordt de huidigegewenste kamertemperatuur met deze waarde vermin-derd. De huidige gewenste kamertemperatuur hangtvan de actieve werkingsstatus in het ”TijdprogrammaVerwarmen/koelen” af.

Voorwaarde: Kamerkoeling is ingeschakeld.

Instelwaarde 1 ≙ 0,1 K

Parametergroep Smart Grid

7E82 Smart Grid vrijgave E-verwarming ! (vervolg)

5837

029

Page 282: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

282

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Tijd”

4. Parameter kiezen.

7C00 tot 7C06 Automatische omschakeling zomertijd - wintertijd !

De beide tijdstippen voor omschakeling zijn bij leveringtelkens de nacht van zaterdag op zondag in het laatsteweekeinde van maart en oktober. Deze instelling kanmet de parameters ”Zomertijd - Maand”, ”Zomertijd- Week”, ”Zomertijd - Dag”, ”Wintertijd -Maand”, ”Wintertijd - Week”, ”Wintertijd - Dag”worden veranderd.

Parameter Toestandbij levering

Instelbereik

”Automatische omschakeling zomertijd -wintertijd 7C00”

”1” ”1” Automatische omschakeling ac-tief.

”0” Automatische omschakeling nietactief.

”Begin zomertijd - maand 7C01” ”3” ”1” t/m ”12” Januari t/m december”Begin zomertijd - week 7C02” ”5” ”1” t/m ”5” Eerste t/m laatste week van de

maand”Begin zomertijd - dag 7C03” ”7” ”1” t/m ”7” Maandag t/m zondag”Begin wintertijd - maand 7C04” ”10” ”1” t/m ”12” Januari t/m december”Begin wintertijd - week 7C05” ”5” ”1” t/m ”5” Eerste t/m laatste week van de

maand”Begin wintertijd - dag 7C06” ”7” ”1” t/m ”7” Maandag t/m zondag

Parametergroep tijd

Parametergroep oproepen

5837

029

Para

met

er

Page 283: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

283

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Communicatie”

4. Parameter kiezen.

7707 Nummer van de warmtepomp in cascade !

Nummer van de volgwarmtepomp in een warmte-pompcascade via LON.Nummers binnen een LON moeten ondubbelzinnigzijn.Wanneer geen looptijdcompensatie is ingesteld, kanmet dit nummer de inschakelvolgorde van de volg-warmtepompen worden vastgelegd.

Met looptijdcompensatie heeft het hier ingestelde num-mer geen invloed op de inschakelvolgorde. In dit gevalwordt altijd de volgwarmtepomp met de laagste looptijdals eerste ingeschakeld.

Instelwaarde is nummer van de volgwarmtepomp.

7710 Vrijgave communicatiemodule LON !

Waar-de

Betekenis

”0” Communicatiemodule LON is niet geacti-veerd.

”1” Communicatiemodule LON is geactiveerd.

7777 LON deelnemersnummer !

Nummerbereiken van de LON-adressering voor dewarmtepompregeling.De adressering van LON-deelnemers bestaat zoals ineen telefoonnet (landnummer, netnummer, abonnee-nummer) uit drie verschillende delen. Het eerste deelis voor alle toestellen van Viessmann vast op dezelfdewaarde ingesteld. De overige delen bestaan uit hetLON-installatienummer en het LON-deelnemersnum-mer.

OpmerkingOm communicatieconflicten te vermijden, het volgendein acht nemen: Elk LON-deelnemersnummer mag binnen een instal-

latie slechts één keer toegekend worden. LON-deelnemersnummer 99 niet voor de warmte-

pompregeling instellen. Dit is het LON-deelnemers-nummer van de communicatie-interface Vitocom.

Instelwaarde is nummer van de LON-deelnemer.

7779 LON foutmanager !

De warmtepompenregeling, die foutmanager is, toontalle storingsmeldingen van de installatie. Bovendienbewaakt de regeling alle deelnemers op uitval engenereert groepsalarmmeldingen.

OpmerkingBinnen een installatie mag slechts een regeling alsfoutmanager worden geconfigureerd. Uitzondering: decommunicatiepoort Vitocom mag ook foutmanagerzijn.

Waar-de

Betekenis

”0” Warmtepompregeling is geen foutmanager.”1” Warmtepompregeling is foutmanager.

Parametergroep communicatie

Parametergroep oproepen58

3702

9

Para

met

er

Page 284: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

284

Nummerbereik van de LON-adressering.De adressering van LON-deelnemers bestaat zoals ineen telefoonnet (landnummer, netnummer, abonnee-nummer) uit drie verschillende delen.Het eerste deel is voor alle toestellen van Viessmannvast op dezelfde waarde ingesteld. De overige delenbestaan uit het LON-installatienummer en het LON-deelnemersnummer.

Instelwaarde is installatienummer.

779C Interval voor gegevensoverdracht via LON !

Ontvangstinterval voor de via LON verzonden waardenen meldingen.Als voor een grootte of melding binnen deze cyclustijdgeen signaal wordt ontvangen, zet de regeling dezewaarde of status zolang op een voorlopige instelling tothet signaal weer wordt ontvangen.

Instelwaarde in min

77FC Bron buitentemperatuur !

De warmtepompregeling kan de buitentemperatuur uitverschillende bronnen halen.

Waar-de

Betekenis

”0” Warmtepompregeling registreert de buiten-temperatuur via de op de regelaar- en sen-sorprintplaat aangesloten buitentemperatuur-sensor.

”1” De warmtepompregeling ontvangt de buiten-temperatuur van een andere LON-deelnemermet hetzelfde installatienummer (”LON in-stallatienummer 7798”).

OpmerkingBinnen een installatie in LON mag slechtséén deelnemer de buitentemperatuur zenden.

Waar-de

Betekenis

”2” Warmtepompregeling ontvangt buitentempe-ratuur van een extern toestel via KM-bus,bijvoorbeeld basisstation.

”3” Niet instellen.

77FD Buitentemperatuur zenden !

Opdat alle deelnemers in de LON dezelfde tijd gebrui-ken, kan de warmtepompregeling deze waarde aanandere LON-deelnemers toezenden.

OpmerkingBinnen een installatie in LON mag slechts één deelne-mer de buitentemperatuur zenden.

Waar-de

Betekenis

”0” Buitentemperatuur wordt niet gezonden.”1” Warmtepompregeling zendt buitentempera-

tuur in het LON. Alle LON-deelnemers methetzelfde installatienummer kunnen dezewaarde ontvangen (”LON installatienummer7798”).

Parametergroep communicatie

7798 LON installatienummer !

5837

029

Para

met

er

Page 285: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

285

De warmtepompregeling kan de tijd uit verschillendebronnen halen.

Waar-de

Betekenis

”0” Warmtepompregeling zendt tijd van de inter-ne klok van de regeling.

”1” De warmtepompregeling ontvangt de tijd vaneen andere LON-deelnemer met hetzelfde in-stallatienummer (”LON installatienummer7798”).

OpmerkingBinnen een installatie in LON mag slechtséén deelnemer de tijd zenden.

Waar-de

Betekenis

”2” Warmtepompregeling ontvangt tijd van eenextern toestel via KM-bus, bijvoorbeeld basis-station.

”3” Warmtepompregeling ontvangt tijd via draad-loze tijdmodule (accessoires, aansluiting opregelaar- en sensorprintplaat).

77FF Tijd zenden !

Opdat alle deelnemers in LON dezelfde tijd gebruiken,kan de warmtepompregeling deze waarde aan andereLON-deelnemers toezenden.

OpmerkingBinnen een installatie in LON mag slechts één deelne-mer de tijd zenden.

Waar-de

Betekenis

”0” Tijd wordt niet gezonden.”1” Warmtepompregeling zendt tijd in LON. Alle

LON-deelnemers met hetzelfde installatie-nummer kunnen deze waarde ontvangen(”LON installatienummer 7798”).

Parametergroep communicatie

77FE Bron tijd !58

3702

9

Para

met

er

Page 286: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

286

1. Servicemenu:OK + å gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.

2. ”Codeerniveau 1”

3. ”Bediening”

4. Parameter kiezen.

8800 Bediening blokkeren !

Waar-de

Basismenu Uitgebreid menu

”0” ”1” ”2”

Bediening vrijgegeven Bediening geblokkeerd

Opmerking Afstandsbediening en afstandsonderhoud in combi-

natie met Vitocom is onafhankelijk van deze instellin-gen mogelijk.

Het vrijgeven van de bediening via het codeerniveau1 is ook in geblokkeerde toestand (instelwaarden ”1”en ”2”) mogelijk.

8801 Vrijgave niveaus tijdprogram. geluidsgereduceerde werking !

Met deze parameter wordt vastgelegd in welk instelni-veau het tijdprogramma voor de geluidsgereduceerdewerking instelbaar is (”Tijdprg. geluidsarm”).

Waar-de

Betekenis

”0” Instelniveau ”gebruiker installatie””1” Instelniveau ”vakman””2” Niet instellen! ”Tijdprogr. geluidsarm” is

niet meer instelbaar.”3” Niet instellen! ”Tijdprogr. geluidsarm” is

niet meer instelbaar.

8811 Gebruikersniveau weergave energiebalans/JAZ !

Met deze parameter wordt bepaald in welk menude ”Energiebalans” weergegeven kan worden.

Waar-de

Betekenis

”0” ”Energiebalans” wordt niet weergegeven.”1” Weergave bij ”Diagnose” ”Energieba-

lans” (instelniveau ”vakman”)”2” Weergave bij

”Diagnose” ”Energiebalans” (instelni-veau ”vakman”)en

Uitgebreid menu ”Informatie” ”Energiebalans” (instelniveau ”installa-

tiebeheerder”)

OpmerkingDe beschikbare energiebalansen zijn afhankelijk vanhet toesteltype en van de installatie-uitvoering.

Parametergroep bediening

Parametergroep oproepen

5837

029

Para

met

er

Page 287: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

287

Positie van de printplaten in de warmtepompMontage- en servicehandleiding van de warmte-pomp

Brine/water- en lucht/water-warmtepompen /

Printplaat Vitocal200-A 300-A 300-A 222-G 333-GTypeAWCI-AC201.A

AWO-AC301.B

AWO302.B

Alle Alle

Basisprintplaat (bedrijfscomponenten230 V~): Zie pagina 289.

\ 0 0 \ \

Uitbreidingsprintplaat (bedrijfscomponenten230 V~): Zie pagina 293.

\ 0 0 \ \

Rangeerprintplaat (Meld- en veiligheidsaan-sluitingen): Zie pagina 298.

— 0 0 — —

Kroonsteentjes Vitocal 200-A (meldings- enveiligheidsaansluitingen): Zie pagina 305.

\ — — — —

Kroonsteentjes Vitocal 222-G/333-G (mel-dings- en veiligheidsaansluitingen): Zie pa-gina 308.

— — — \ \

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 100-S/200-A/200-S/300-A: Zie pagina 309.

\ 0 0 — —

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 111-S/222-A/222-S/222-G/333-G: Zie pagina 311.

— — — \ \

EEK-printplaat [2]: Zie pagina 313. \ — — — —

EEK-printplaat [4]: Zie pagina 313. — \ — — —

EEK-printplaat [4-6] / [4-7]: Zie pagina 317. — — — \ \

Regelaarprintplaat en EEK-printplaat[6]: Ziepagina 319.

— — \ — —

\ In de warmtepomp ingebouwd0 In een afzonderlijke regelingsbehuizing ingebouwd— Niet beschikbaar

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Overzicht van de printplaten58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 288: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

288

Warmtepompen met aparte binnen- en buitenunit

Printplaten in binnenunitPrintplaat Vitocal

100-S 111-S 200-A 222-A 200-S 222-SBasisprintplaat (bedrijfscomponenten230 V~): Zie pagina 289.

X X X X X X

Uitbreidingsprintplaat (bedrijfscomponenten230 V~): Zie pagina 293.

X X X X X X

Kroonsteentjes Vitocal 100-S/200-A/200-S(meldings- en veiligheidsaansluitingen): Ziepagina 301.

X — X — X —

Kroonsteentjes Vitocal 111-S/222-A/222-S(meldings- en veiligheidsaansluitingen): Ziepagina 303.

— X — X — X

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 100-S/200-A/200-S: Zie pagina 309.

X — X — X —

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 111-S/222-A/222-S/222-G/333-G: Zie pagina 311.

— X — X — X

X Voorhand.— Niet beschikbaar

Printplaten in buitenunitPrintplaat Vitocal

100-S 111-S 200-A 222-A 200-S 222-SEEK-printplaat [4-3] / [4-4]: Zie pagina 316. — — X X X XHoofdprintplaat [7] / [7-1]: Zie pagina 321. X X — — — —

X Voorhand.— Niet beschikbaar

Aanwijzingen voor de elektrische aansluitingen

Montage- en servicehandleiding van de betref-fende warmtepomp

De som van de vermogens van alle direct op dewarmtepompregeling aangesloten componenten(bijvoorbeeld pompen, kleppen, meldinrichtingen,relais) mag 1000 W niet overschrijden.Als het totale vermogen ≤ 1000 W is, kan het afzon-derlijke vermogen van een component (bijvoorbeeldpomp, klep, meldinrichting, relais) groter dan opge-geven worden gekozen. Daarbij mag het schakelver-mogen van het overeenkomstige relais niet wordenoverschreden: zie volgende hoofdstuk.

Aansluitklemmen kunnen (afhankelijk van de toestel-uitvoering) in de toestand bij levering bezet zijn.Als twee componenten op een gemeenschappelijkeklem worden aangesloten, moeten beide aderssamen in één adereindhuls worden geperst.

De aders van de KM-BUS kunnen verwisseld wor-den.

De aders van de Modbus zijn niet verwisselbaar. Nulleider en aardleiding van alle componenten wor-

den afhankelijk van het type warmtepomp als volgtaangesloten:– Klemmen X2.N en X1.? van de rangeerprintplaat– Klemmen X2.N en X1.? van de kroonsteentjes

OpmerkingIn de volgende afbeeldingen van de printplaten wordenalleen de uit te voeren aansluitingen getoond. In detabellen worden ook in de fabriek aangebrachte aan-sluitingen toegelicht.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Overzicht van de printplaten (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 289: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

289

Basisprintplaat

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

Bedrijfscomponenten 230 V~

1 2 1 2 3 4 5

sYH sYG sYF

sYÖ sYA sYS sYD fÖ F3

T 6,3 A

1 2 3 4 1 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5

N? N

r1.

M

N?

Mr

N? N?

M1~

M

N

AC

N?

A1

N?

1 2 3 4

M

N?

X3.1 X3.1 X3.1M2 M3

X3.1A1

sYH1 2 3 4

Afb. 64

F3 Zekering T 6,3 AfÖ Interne netaansluiting regeling (fabrieksma-

tige aansluiting)sYA/sYS Werkingscomponenten 230 V~ (aansluiting

door installateur)

sYD, sYG Fabrieksmatige aansluitingensYF Externe bijschakeling verwarmings-/koelcir-

cuitssYH Externe bijschakeling verwarmings-/koelcir-

cuits of Smart Grid

Aanwijzingen bij de aansluitwaarden Het aangegeven vermogen is het geadviseerde aan-

sluitvermogen. De aangegeven stroomwaarde geeft de maximale

schakelstroom van het schakelcontact aan. Totaal-stroom van alle aangesloten componenten van 5 Ain acht nemen.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 290: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

290

Stekker fÖKlemmen Functie Verklaring Interne netvoeding van de printplaten —

Stekker sYAKlemmen Functie Verklaring211.2 / :

Secundaire pomp

Opmerking:

De secundaire pomp is direct op deEEK-printplaat aangesloten: Ziehoofdstuk ”EEV-printplaat [4-6] /[4-7]”.

Bij installatie zonder buffer is geen bijkomende CV-pomp nodig: zie klem 212.2.

Thermostaat als maximumtemperatuurbegrenzingvoor vloerverwarmingscircuit (indien aanwezig) in se-rie aansluiten.

Aansluitwaarden Vermogen: 140 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

211.3

r1.

Aansturing verwarmingswater-door-stroomtoestel trap 1

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

211.4 Mr 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/

tapwaterverwarming”Aansluitwaarden Vermogen: 130 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

OpmerkingAfhankelijk van de warmtepomp en de installatie-uit-voering zijn niet alle componenten aanwezig: Zie ”Aan-sluitingen tapwateropwarming”.

: Circulatiepomp voor de boilerver-

warming:

Boilerlaadpomp

M

: 2-wegafsluitklep

211.5 NC Aansturing koeling

:Koelfunctie ”natural cooling”

:NC-box (accessoire) of door installateur geleverdecomponenten voor NC-koeling

AC / :3-wegomschakelkleppen voor bypassverwarmingswaterbuffer bij koelfun-ctie ”active cooling”

/ :3-wegomschakelkleppen parallel aansluiten.

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 291: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

291

Stekker sYSKlemmen Functie Verklaring212.1

ACAansturing koeling

:Koelfunctie ”active cooling”

AC-box of door installateur geleverde componentenvoor AC-koeling

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

212.2

A1

CV-pomp verwarmingscircuit zondermengklep A1/VC1

Als een buffer aanwezig is, wordt deze pomp aanvul-lend op de secundaire pomp aangesloten.

Thermostaat als maximumtemperatuurbegrenzingvoor vloerverwarmingscircuit (indien aanwezig) in se-rie aansluiten.

Aansluitwaarden Vermogen: 100 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

212.3 Tapwatercirculatiepomp Aansluitwaarden Vermogen: 50 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

212.4 3-wegomschakelklep voor bypassverwarmingswaterbuffer of warmte-pomp bij bivalente alternatieve wer-king

Aansluitwaarden Vermogen: 130 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

Stekker sYFKlemmen Functie Verklaring214.1

M2

Vraag kamerverwarming verwar-mingscircuit M2/VC2

Digitale ingang 230 V~: 230 V: Vraag kamerverwarming voor verwarmingscir-

cuit M2/VC2 actief 0 V: Geen vraag Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

214.2

M2

Aanvraag ruimtekoeling verwarmings-circuit M2/VC2

Digitale ingang 230 V~: 230 V: Vraag kamerkoeling voor verwarmingscircuit

M2/VC2 actief 0 V: Geen vraag Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

214.3

M3

Vraag kamerverwarming verwar-mingscircuit M3/VC3

Digitale ingang 230 V~: 230 V: Vraag kamerverwarming voor verwarmingscir-

cuit M3/VC3 actief 0 V: Geen vraag Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

214.4

M3

Vraag kamerkoeling verwarmingscir-cuit M3/VC3

Digitale ingang 230 V~: 230 V: Vraag kamerkoeling voor verwarmingscircuit

M3/VC3 actief 0 V: Geen vraag Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 292: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

292

Stekker sYHKlemmen Functie Verklaring216.1

A1Vraag kamerverwarming verwar-mingscircuit A1/VC1Of

Digitale ingang 230 V~: 230 V: Vraag kamerverwarming voor verwarmingscir-

cuit A1/VC1 actief 0 V: Geen vraag Schakelvermogen 230 V, 2 mA

Smart Grid, potentiaalvrij contact 1 Digitale ingang 230 V~: 230 V: Contact actief 0 V: Contact niet actief Schakelvermogen 230 V, 2 mA

Functie afhankelijk van klem 216.4: zie hoofd-stuk ”Smart Grid” in de ”functiebeschrijving”.

216.2

A1

Vraag kamerkoeling verwarmingscir-cuit A1/VC1

Digitale ingang 230 V~: 230 V: Aanvraag kamerkoeling voor verwarmingscir-

cuit A1/VC1 actief 0 V: Geen vraag Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

216.4 Smart Grid, potentiaalvrij contact 2 Digitale ingang 230 V~: 230 V: Contact actief 0 V: Contact niet actief Schakelvermogen 230 V, 2 mA

Functie afhankelijk van klem 216.1: zie hoofd-stuk ”Smart Grid” in de ”functiebeschrijving”.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 293: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

293

Uitbreidingsprintplaat op basisprintplaat

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

Bedrijfscomponenten 230 V~

sXÖ

sXA sXS sXD sXF sXG

1 2 3 4 5 6 7 1 2 31 2

N?

M2r

N?

M

M2

L1N

U

1 2 3 4

1 2

?N N

yyy

N?

M

L1 N

r2.

N

Afb. 65

sXÖ Zonder functiesXS bis sXG Bedrijfscomponenten 230 V~

Aanwijzingen bij de aansluitwaarden Het aangegeven vermogen is het geadviseerde aan-

sluitvermogen. De aangegeven stroomwaarde geeft de maximale

schakelstroom van het schakelcontact aan. Totaal-stroom van alle aangesloten componenten van 5 Ain acht nemen.

De relaiscontacten van de externe warmteopwekkeren groepsalarmmelding zijn niet geschikt voor veilig-heidslaagspanning.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 294: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

294

Stekker sXSKlemmen Functie Verklaring222.1 / :

Aansturing mengklepmotor voor ex-terne warmteopwekkerSignaal mengklep DICHT

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A

222.2 / :Aansturing mengklepmotor voor ex-terne warmteopwekkerSignaal mengklep OPEN

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A

222.3222.4

/ :Aansturing externe warmteopwekkeren telkens 1 veiligheidstemperatuur-begrenzer (door installateur te plaat-sen, max. 70 °C) voor het uit- of om-schakelen van de volgende compo-nenten:

Kamerverwarming: Secundaire pomp warmtepomp Externe warmteopwekker

Tapwaternaverwarming: 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/

tapwaterverwarming”

Potentiaalvrij contact

Aansluitwaarden (contactbelasting) Spanning: 230 V~

(niet geschikt voor veiligheidslaagspanning) Max. schakelstroom: 4(2) A

Aansluitingen voor veiligheidstemperatuurbegrenzer

Kamerverwarming: In serie naar secundaire pomp (klem 211.2 op basis-

printplaat) In serie voor de aansturing van externe warmteop-

wekker (klem 222.3)

Tapwaternaverwarming: In serie naar 3-weg-omschakelklep ”Verwarmen/

tapwateropwarming” (klem 211.4 op basisprintplaat)

Stekker sXDKlemmen Functie Verklaring223.1223.2

U

Groepsalarmmeld. Potentiaalvrij contact: Gesloten: Fout Geopend: Geen fout Niet geschikt voor veiligheidslaagspanningAansluitwaarden (contactbelasting) Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

Stekker sXFKlemmen Functie Verklaring224.4

r2.

Aansturing verwarmingswater-door-stroomtoestel trap 2.

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

224.6 :

Boilerlaadpomp (tapwaterzijde)Boilerlaadpomp en 2-weg-afsluitklep parallel aanslui-ten.

Aansluitwaarden Vermogen: 130 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

M

:2-wegafsluitklep

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 295: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

295

Klemmen Functie Verklaring224.7

/ :Circulatiepomp voor tapwaternaver-warmingOf

Aansluitwaarden Vermogen: 100 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

/ :Aansturing elektrisch verwarmings-element (in warmwaterboiler)

Stekker sXGKlemmen Functie Verklaring225.1

M2r

CV-pomp van het verwarmingscircuitmet mengklep M2/VC2

Thermostaat als maximumtemperatuurbegrenzing voorvloerverwarmingscircuit (indien aanwezig) in serie aan-sluiten.

Aansluitwaarden Vermogen: 100 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

225.2

M2

Aansturing van de mengklepmotorverwarmingscircuit M2/VC2Signaal mengklep DICHT

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A

225.3

M2

Aansturing van de mengklepmotorverwarmingscircuit M2/VC2Signaal mengklep OPEN

Aansluitwaarden Vermogen: 10 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 296: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

296

Aansluitingen tapwateropwarming

Vitocal 100-S/200-A/200-S211.4 (basisprintplaat) Schema 3-wegomschakelklep B (ingebouwd) Boilerlaadpomp C Tweewegafsluitklep D

M

MC B

A

D

211.4

B

A

M

211.4

A Secundaire pomp (ingebouwd)

Vitocal 111-S/222-A/222-S/222-G/333-G211.4 (basisprintplaat) Schema3-wegomschakelklep B (ingebouwd)

B

A

M

211.4

A Secundaire pomp (ingebouwd)

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 297: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

297

Vitocal 300-A, type AWO-AC 301.B, Vitocal 300-A, type AWO 302.B211.4 (basisprintplaat) 224.6 (uitbreidingsprintplaat) SchemaCirculatiepomp voor de boiler-verwarming E

Boilerlaadpomp C Tweewegafsluitklep D

M

C

AD

224.6

211.4

E

Of

A211.4

E

A Secundaire pomp

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Basis- en uitbreidingsprintplaat (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 298: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

298

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

Meld- en veiligheidsaansluitingen

N

X3 9

F1

N

X2

X1

?

?

F1

L1 L'

N N'

18

L1

1 / N / PE230 V / 50 Hz

G

P

321 N N N N N N N N N N N N N N N

1 ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ?

T6,3 A

P

17 16 15 14 13 12 11 10 8 7 6 5 4 3 2 1

5 4 3 2 1X8

X4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21

123456789101112

X5

X7

X6

A

Afb. 66

A Stekkerverbinding netschakelaar (niet op ran-geerprintplaat)

F1 Zekering T 6,3 AX1 Klemmen X1.? voor aardleider van alle bijbe-

horende installatiecomponentenX2 Klemmen X2.N voor nulleider van alle bijbeho-

rende installatiecomponentenX3 Aansluitklemmen voor netaansluiting rege-

ling ”L1” en extra componenten Geschakelde fase L1: X3.1, X3.2, X3.3, X3.7,

X3.11, X3.13, X3.16 Klemmen voor meld- en veiligheidsaansluitin-

gen

X5/X7 Aansluitingen voor verbindingskabel (stuurka-bel 230 V~) naar warmtepomp

X6/X8 Intern bezette aansluitingen

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Rangeerprintplaat Vitocal 300-A

5837

029

Aan

hang

sel

Page 299: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

299

Klemmen Functie VerklaringX3.1, X3.2,X3.3, X3.7,X3.11, X3.13,X3.16

Fase geschakeld OpmerkingTotale belasting van 1000 W van alle aangesloten com-ponenten respecteren.

X3.2X3.14

Signaal ”Extern blokkeren”: Externblokkeren van compressor en pom-pen, mengkleppen in regelwerking ofDICHT

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: blokkering actief Geopend: geen blokkering Schakelvermogen 230 V~, 2 mA

Opmerking Deze en andere externe functies (bijv. externe ge-

wenste waarden) kunnen alternatief via de externeuitbreiding EA1 worden aangesloten (niet in combina-tie met Smart Grid).

Montagehandleiding ”uitbreiding EA1”

X3.3X3.4

Stromingsbewaker secundair circuit Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: warmtepomp in werking Geopend: warmtepomp buiten werking Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Brug is bij een aantal toestellen geplaatst. Bij aangesloten stromingsbewaker mag er geen brug

aanwezig zijn.X3.6X3.7

G

Blokkering door energiebedrijf Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: geen blokkering (veiligheidscircuit vrij) Geopend: blokkering actief Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Opmerking Geen parametrering nodig Bij aangesloten blokkeercontact energiebedrijf mag er

geen brug aanwezig zijn. De compressor wordt ”hard” uitgeschakeld zodra het

contact opengaat. Door het blokkeersignaal van het energiebedrijf wordt

de voedingsspanning van de desbetreffende compo-nenten uitgeschakeld (afhankelijk van het energiebe-drijf).

Voor het verwarmingswater-doorstroomtoestel kun-nen de uit te schakelende trappen worden gekozen(parameter ”Vermogen voor verwarmingswater-doorstroomtoestel bij blokkering door energiebe-drijf 790A”).

De netaansluiting van de warmtepompregeling(3 x 1,5 mm2) en de kabel voor het blokkeringssignaalvan het energiebedrijf kunnen in een 5-aderige kabelworden samengebracht.

In combinatie met Smart Grid:Het blokkeersignaal van het energiebedrijf mag nietaangesloten zijn.Brug moet aanwezig zijn.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Rangeerprintplaat Vitocal 300-A (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 300: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

300

Klemmen Functie VerklaringX3.8X3.9

Vorstbeschermingsthermostaaten/of

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: veiligheidscircuit vrij Geopend: veiligheidscircuit onderbroken, warmte-

pomp buiten werking Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Serieschakeling bij aanwezigheid meerdere veilig-heidscomponenten

Brug plaatsen bij afwezigheid veiligheidscompo-nenten.

Dauwpuntsensor

ofBrug

X3.10X3.11

Storingsmelding volgwarmtepompvan een cascadeofBrug

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: Geen storing Geopend: Storing Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Bij aangesloten meldcontact mag er geen brug aanwe-zig zijn.

X3.12X3.13

Signaal ”Externe vraag”: Extern in-schakelen van compressor en pom-pen, mengkleppen in regelwerking ofOPEN, omschakelen van de wer-kingsmodus van meerdere installatie-componenten

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: Vraag Geopend: Geen vraag Schakelvermogen 230 V, 2 mA

Opmerking Deze en andere externe functies (bijv. externe ge-

wenste waarden) kunnen alternatief via de externeuitbreiding EA1 worden aangesloten (niet in combina-tie met Smart Grid).

Montagehandleiding ”uitbreiding EA1”

X3.17X3.18

Zekering F1 T 6,3 A

X3.18 Netaansluiting warmtepompregeling:Fase L1X1.1 Aansluiting aardleidingX2.1 Aansluiting nulleider

Netvoeding 230 V~

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Rangeerprintplaat Vitocal 300-A (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 301: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

301

Meld-, veiligheidsaansluitingen en bedrijfscomponen-ten 230 V~

1/N/PE230 V/50 Hz

Vitotronic 200WO1C

´

6

X3

7 1 8 9 3 4 1 1 1 1 1

L´ L´ L´ L´ L´G

N

X2

NNNNNNNNNNN

?

X1

?

?

?

?

?

?

?

?

?

?

?

X40

F1 T

6,3

A H N?L1

Afb. 67

F1 Zekering T 6,3 AX1 Klemmen X1.? voor aardleider van alle bijbeho-

rende installatiecomponentenX2 Klemmen X2.N voor nulleider van alle bijbeho-

rende installatiecomponentenX3 Geschakelde fase L1: X3.1

Klemmen voor meld-, veiligheidsaansluitingenen bedrijfscomponenten 230 V~

X40 Aansluitklemmen voor netaansluiting regeling

Klemmen Functie VerklaringX3.1 Fase geschakeld Opmerking

Totale belasting 1000 W van alle aangesloten compo-nenten in acht nemen.

X3.3X3.4

Stromingsbewaker Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: warmtepomp in werking Geopend: warmtepomp buiten werking Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Bij aangesloten stromingsbewaker mag er geen brugaanwezig zijn.

X3.6X3.7

G

Blokkering door energiebedrijf Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: warmtepomp in werking Geopend: warmtepomp buiten werking Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 100-S/200-A/200-S58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 302: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

302

Klemmen Functie Verklaring Opmerking

Geen parametrering nodig Bij aangesloten blokkeercontact energiebedrijf mag er

geen brug aanwezig zijn. De compressor wordt ”hard” uitgeschakeld zodra het

contact opengaat. Door het blokkeersignaal van het energiebedrijf wordt

de voedingsspanning van de desbetreffende compo-nenten uitgeschakeld (afhankelijk van het energiebe-drijf).

Voor het verwarmingswater-doorstroomtoestel kun-nen de uit te schakelende trappen worden gekozen(parameter ”Vermogen voor verw.water-doorstr.bij ext. blokkering 790A”).

De netaansluiting van de warmtepompregeling(3 x 1,5 mm2) en de leiding voor het blokkeersignaalenergiebedrijf kunnen in een 5-aderige leiding wordensamengebracht.

In combinatie met Smart Grid:Het blokkeersignaal van het energiebedrijf mag nietaangesloten zijn.Brug moet aanwezig zijn.

X3.8X3.9

Vorstbescherming koelingOfBrug

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: veiligheidscircuit vrij Geopend: veiligheidscircuit onderbroken, warmte-

pomp buiten werking Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Serieschakeling bij aanwezigheid beide veiligheids-componenten

Brug plaatsen bij afwezigheid veiligheidscompo-nenten.

X40.L1 Netaansluiting warmtepompregeling:Fase L1X40.? Aansluiting aardleidingX40.N Aansluiting nulleider

Netvoeding 230 V~

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 100-S/200-A/200-S (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 303: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

303

Meld-, veiligheidsaansluitingen en bedrijfscomponen-ten 230 V~

´

6 7 1 8 9 3 4 1 1 1

GN

L1F1 T

6,3

A H

1/N/PE230 V/50 Hz

X40

X3

X2NNNNNNNNNNNN

X1

L´L´L´

Afb. 68

F1 Zekering T 6,3 A HX1 Klemmen X1.? voor aardleider van alle bijbeho-

rende installatiecomponentenX2 Klemmen X2.N voor nulleider van alle bijbeho-

rende installatiecomponentenX3 Geschakelde fase L': X3.1

Klemmen voor meld-, veiligheidsaansluitingenen bedrijfscomponenten 230 V~

X40 Aansluitklemmen voor netaansluiting warmte-pompregeling

Klemmen Functie VerklaringX3.1 Fase geschakeld Opmerking

Totale belasting van 1000 W van alle aangesloten com-ponenten respecteren.

X3.3X3.4

Stromingsbewaker Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: warmtepomp in werking Geopend: warmtepomp buiten werking Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Bij aangesloten stromingsbewaker mag er geen brugaanwezig zijn.

X3.6X3.7

G

Blokkering door energiebedrijf Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: warmtepomp in werking Geopend: warmtepomp buiten werking Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 111-S/222-A/222-S58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 304: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

304

Klemmen Functie Verklaring Opmerking

Geen parametrering nodig Bij aangesloten blokkeercontact energiebedrijf mag er

geen brug aanwezig zijn. De compressor wordt ”hard” uitgeschakeld zodra het

contact opengaat. Door het blokkeersignaal van het energiebedrijf wordt

de voedingsspanning van de desbetreffende compo-nenten uitgeschakeld (afhankelijk van het energiebe-drijf).

Voor het verwarmingswater-doorstroomtoestel kun-nen de uit te schakelende trappen worden gekozen(parameter ”Vermogen voor verwarmingswater-doorstroomtoestel bij blokkering door energiebe-drijf 790A”).

De netaansluiting van de warmtepompregeling(3 x 1,5 mm2) en de kabel oor het blokkeringssignaalvan het energiebedrijf kunnen in een 5-aderige kabelworden samengebracht.

In combinatie met Smart Grid:Het blokkeersignaal van het energiebedrijf mag nietaangesloten zijn.Brug moet aanwezig zijn.

X3.8X3.9

Vorstbescherming koelingofBrug

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: veiligheidscircuit vrij Geopend: veiligheidscircuit onderbroken, warmte-

pomp buiten werking Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Serieschakeling bij aanwezigheid beide veiligheids-componenten

Brug plaatsen bij afwezigheid veiligheidscompo-nenten.

X40.L1 Netaansluiting warmtepompregeling:Fase L1X40.? Aansluiting aardleidingX40.N Aansluiting nulleider

Netvoeding 230 V~

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 111-S/222-A/222-S (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 305: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

305

Meld- en veiligheidsaansluitingen

X2 X1

X3

NNNNNNNNNNNN

984311SLP 1

Afb. 69

X1 Klemmen X1.? voor aardleider van alle bijbeho-rende installatiecomponenten

X2 Klemmen X2.N voor nulleider van alle bijbeho-rende installatiecomponenten

X3 Geschakelde fase L1: X3.1, X3.2 Klemmen voor meld- en veiligheidsaansluitingen

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 200-A58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 306: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

306

A

67

N L1

1/N/PE230 V/50 Hz

F1 T 6,3 A H

G

B

Afb. 70

F1 Zekering T 6,3 AX3 Aansluiting ventilator 230 V~ A (in fabriek aan-

gesloten) Thermisch contact ventilator B (in fabriek aan-

gesloten) Aansluitklemmen voor netaansluiting rege-

ling ”L1” en extra componenten Klemmen voor meld- en veiligheidsaansluitingen

Klemmen Functie VerklaringX3.SLP Boilerlaadpomp Aansluitwaarden:

Vermogen: 130 W Spanning: 230 V~ Max. schakelstroom: 4(2) A

X3.1X3.2

Fase geschakeld OpmerkingTotale belasting 1000 W van alle aangesloten compo-nenten in acht nemen.

X3.3X3.4

Stromingsbewaker Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: warmtepomp in werking Geopend: warmtepomp buiten werking Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Bij aangesloten stromingsbewaker mag er geen brugaanwezig zijn.

X3.6X3.7

G

Blokkering door energiebedrijf Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: geen blokkering (veiligheidscircuit vrij) Geopend: blokkering actief Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 200-A (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 307: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

307

Klemmen Functie Verklaring Opmerking

Geen parametrering nodig Bij aangesloten blokkeercontact energiebedrijf mag er

geen brug aanwezig zijn. De compressor wordt ”hard” uitgeschakeld zodra het

contact opengaat. Door het blokkeersignaal van het energiebedrijf wordt

de voedingsspanning van de desbetreffende compo-nenten uitgeschakeld (afhankelijk van het energiebe-drijf).

Voor het verwarmingswater-doorstroomtoestel kun-nen de uit te schakelende trappen worden gekozen(parameter ”Vermogen voor verwarmingswater-doorstroomelement bij blokkering door energie-bedrijf 790A ”).

De netaansluiting van de warmtepompregeling(3 x 1,5 mm2) en de leiding voor het blokkeersignaalenergiebedrijf kunnen in een 5-aderige leiding wordensamengebracht.

In combinatie met Smart Grid:Het blokkeersignaal van het energiebedrijf mag nietaangesloten zijn.Brug moet aanwezig zijn.

X3.8X3.9

Vorstbeveiligingsthermostaat en/ofdauwpuntsensorofBrug

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: veiligheidscircuit vrij Geopend: veiligheidscircuit onderbroken, warmte-

pomp buiten werking Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Serieschakeling bij aanwezigheid beide veiligheids-componenten

Brug plaatsen bij afwezigheid veiligheidscompo-nenten.

X3.18 Netaansluiting warmtepompregeling:Fase L1X1.1 Aansluiting aardleidingX2.1 Aansluiting nulleider

Netvoeding 230 V~

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 200-A (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 308: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

308

Meld-, veiligheidsaansluitingen en bedrijfscomponenten 230 V~

1/N/PE230 V/50 Hz

X40

X2 X1

1 14L N .1 .1 6 7 .2 N N N N N N12 ... . .

G

13

F1 T

6,3

A H

. 1. 8. 9.

X3

P

Afb. 71

F1 Zekering T 6,3 A HX1 Klemmen X1.? voor aardleider van alle bijbeho-

rende installatiecomponentenX2 Klemmen X2.N voor nulleider van alle bijbeho-

rende installatiecomponenten

X3 Geschakelde fase L': X3.1 Klemmen voor meld-, veiligheidsaansluitingen

en bedrijfscomponenten 230 V~X40 Aansluitklemmen voor netaansluiting warmte-

pompregeling

Klemmen Functie VerklaringX3.1 Fase geschakeld Opmerking

Totale belasting van 1000 W van alle aangesloten com-ponenten respecteren.

X3.6X3.7

G

Blokkering door energiebedrijf Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: warmtepomp in werking Geopend: warmtepomp buiten werking Schakelvermogen 230 V, 0,15 A

Opmerking Geen parametrering nodig Bij aangesloten blokkeercontact energiebedrijf mag er

geen brug aanwezig zijn. De compressor wordt ”hard” uitgeschakeld zodra het

contact opengaat. Door het blokkeersignaal van het energiebedrijf wordt

de voedingsspanning van de desbetreffende compo-nenten uitgeschakeld (afhankelijk van het energiebe-drijf).

Voor het verwarmingswater-doorstroomtoestel kun-nen de uit te schakelende trappen worden gekozen(parameter ”Vermogen voor verwarmingswater-doorstroomtoestel bij blokkering door energiebe-drijf 790A”).

De netaansluiting van de warmtepompregeling(3 x 1,5 mm2) en de kabel voor het blokkeringssignaalvan het energiebedrijf kunnen in een 5-aderige kabelworden samengebracht.

In combinatie met Smart Grid:Het blokkeersignaal van het energiebedrijf mag nietaangesloten zijn.Brug moet aanwezig zijn.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 222-G/333-G

5837

029

Aan

hang

sel

Page 309: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

309

Klemmen Functie VerklaringX3.8X3.9

PDrukbewaker primair circuiten/of

Potentiaalvrij contact nodig: Gesloten: veiligheidscircuit vrij Geopend: veiligheidscircuit onderbroken, warmte-

pomp buiten werking Schakelvermogen 230 V~, 0,15 A

Serieschakeling bij aanwezigheid beide veiligheids-componenten

Brug plaatsen bij afwezigheid veiligheidscompo-nenten.

Vorstbeschermingsthermostaat

ofBrug

X40.L1 Netaansluiting warmtepompregeling:Fase L1X40.? Aansluiting aardleidingX40.N Aansluiting nulleider

Netvoeding 230 V~

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 100-S/200-A/200-S/300-A

193C

aVG

F23

F0sVA

X31

X25X15X24

X18

F26

F20

F21

F14

F16

F12

F13

F7 F8

F6

F4

F27

F11

193A193B

20

1

J3J4

X2 X3 X20

Afb. 72

F.. Aansluitingen voor temperatuursensoren: Zievolgende tabel.

J3 Brug voor afsluitweerstand Modbus 2Afsluitweerstand actiefAfsluitweerstand niet actief

J4 Brug voor instelling master/slave Modbus 2Warmtepompregeling is slave.Warmtepompregeling is master.

X2 Aansluiting voedingsspanning van basisprint-plaat

X3 Aansluiting verbindingskabel naar basisprint-plaat

X15 Interne aansluiting KM-busX18 Aansluiting Modbus 1: Viessmann toestellen,

bijv. buitenunitAls andere Viessmann apparaten moeten aan-gesloten worden, Modbus-verdeler (acces-soire) gebruiken..

X20 Aansluiting bedieningsgedeelteX24 Steekplaats voor communicatiemodule LONX25 Aansluitingen sensoren en componenten

Aansluitingen verbindingskabel (laag-spanning) naar schakelkast of aansluit-plaats van de warmtepomp

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Kroonsteentjes Vitocal 222-G/333-G (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 310: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

310

X31 Steekplaats voor codeerstekkeraVG KM-BUSa:DA Aansluiting PWM-signaal

a:DB Aansluiting PWM-signaal secundaire pompsVA Aansluiting Modbus 2, bijv. energiemeter

Sensor F0 tot F25: Zie opschrift op de sensorSensor Aansluiting

op stekkerX25

Sensor/component Type

F0.1/F0.2 — Buitentemperatuursensor NTC 10 kΩ

F0.2/F0.3 — Draadloze tijdmodule (toebehoren) DCFF3 X25.3/X25.4 Enkel Vitocal 100-S/200-S:

Aanvoertemperatuursensor secundair circuit vóór verwarmings-water-doorstroomtoestel

Pt500A(PTC)

F4 — Buffertemperatuursensor NTC 10 kΩ

F6 X25.5/X25.6 Boilertemperatuursensor boven NTC 10 kΩ

F7 X25.7/X25.8 Boilertemperatuursensor onder NTC 10 kΩ

F8 X25.9/X25.10 Aanvoertemperatuursensor secundair circuit Pt500A(PTC)

F9 X25.11/X25.12 Retourtemperatuursensor secundair circuit Pt500A(PTC)

F11 — Dauwpuntsensor 24 V–

OpmerkingWanneer een dauwpuntsensor 230 V~ (aansluiting op X3.8/X3.9)bij koeling wordt gebruikt, brug plaatsen, anders treedt de warm-tepomp niet in werking (melding ”CA Veiligheidsinr. primair”).

OpmerkingInstallatie met verwarmings-/koelwaterbuffer: Als meerdere verwarmings-/koelcircuits gekoeld worden, voor

elk verwarmings-/koelcircuit een dauwpuntsensor voorzien. Meerdere dauwpuntsensoren in serie schakelen.

F12 — Aanvoertemperatuursensor verwarmingscircuit met mengklepM2/VC2

NTC 10 kΩ

F13 — Aanvoertemperatuursensor installatie, met dompelhuls, achterverwarmingswaterbuffer

NTC 10 kΩ

F14 — Aanvoertemperatuursensor koelcircuit (zonder buffer, verwar-mingscircuit zonder mengklep A1/VC1 of afzonderlijk koelcircuitAKC)

NTC 10 kΩ

F16 — Kamertemperatuursensor voor afzonderlijk koelcircuit NTC 10 kΩ

F20 — Keteltemperatuursensor externe warmteopwekker NTC 10 kΩ

F21 — Warmtepompcascade:Aanvoertemperatuursensor zwembad

NTC 20 kΩ

F23 — Warmtepompcascade:Bufferuitgangtemperatuursensor

NTC 10 kΩ

F24 X25.15/X25.16 Enkel Vitocal 100-S/200-S:Zuiggastemperatuursensor reversibel

Pt500A(PTC)

F25 X25.17/X25.18 Enkel Vitocal 100-S/200-S:Propaangastemperatuursensor

Pt500A(PTC)

Fabrieksmatig aangeslotenKenwaarden van de temperatuursensoren: Ziepagina 323.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal… (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 311: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

311

aVG

F23 F0

X24

F26

F20

F21

F14

F16

F12

F13

F7 F8

F6

F4

F27

F11

CAN

-+

X2 X3 X20

X25X33

193D

193A

193B

193C

X15

X31

J3

sVA

X18

J1

Afb. 73

F.. Temperatuursensoren: Zie volgende tabel.J1 Brug voor afsluitweerstand Modbus

Afsluitweerstand actiefAfsluitweerstand niet actief

X2 Voedingsspanning van basisprintplaatX3 Verbindingskabel naar basisprintplaatX15 KM-BUS (interne aansluiting)X18 Modbus, bijv. buitenunit:

Als meer apparaten moeten aangesloten wor-den, Modbus-verdeler (accessoire) gebruiken..

X20 BedieningsdeelX24 Steekplaats voor communicatiemodule LONX25 Sensoren en componenten

X31 Steekplaats voor codeerstekkeraVG KM-BUSa:DA Enkel Vitocal 111-S/222-A/222-S:

PWM-signaal verwarmingscircuitpomp M2/VC2(onderdeel inbouwset met mengklep, acces-soire)

a:DB Enkel Vitocal 111-S/222-A/222-S:PWM-signaal secundaire pomp

a:DC PWM-signaal boilerlaadpompa:DD PWM-signaal zonnecircuitpompsVA Modbus, bijv. energiemeter:

Als meer apparaten moeten aangesloten wor-den, Modbus-verdeler (accessoire) gebruiken..

Sensor F0 tot F25: Zie opschrift op de sensorSensor Aansluiting

op stekkerX25

Sensor/component Type

F0 — Buitentemperatuursensor NTC 10 kΩ

F3 X25.3/X25.4 Enkel Vitocal 111-S/222-S:Aanvoertemperatuursensor secundair circuit vóór verwarmings-water-doorstroomtoestel

Pt500A(PTC)

F4 — Buffertemperatuursensor NTC 10 kΩ

F6 X25.5/X25.6 Boilertemperatuursensor NTC 10 kΩ

F8 X25.9/X25.10 Enkel Vitocal 111-S/222-A/222-S:Aanvoertemperatuursensor secundair circuit

Pt500A(PTC)

F9 X25.11/X25.12 Enkel Vitocal 111-S/222-A/222-S:Retourtemperatuursensor secundair circuit

Pt500A(PTC)

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 111-S/222-A/222-S/222-G/333-G 58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 312: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

312

Sensor Aansluitingop stekkerX25

Sensor/component Type

F11 — Dauwpuntsensor 24 V–

OpmerkingWanneer volgende dauwpuntsensoren bij koeling worden ge-bruikt, brug plaatsen, anders treedt de warmtepomp niet in wer-king (melding ”CA veiligheidsinrichting. primair”).

: Dauwpuntsensor 230 V~: aansluiting op X3.8/X3.9: Dauwpuntsensor 24 V–: Aansluiting op NC-box

OpmerkingInstallatie met verwarmings-/koelwaterbuffer: Als meerdere verwarmings-/koelcircuits gekoeld worden, voor

elk verwarmings-/koelcircuit een dauwpuntsensor voorzien. Meerdere dauwpuntsensoren in serie schakelen.

F12 — Aanvoertemperatuursensor verwarmingscircuit met mengklepM2/VC2

NTC 10 kΩ

F13 — Aanvoertemperatuursensor installatie, achter buffer NTC 10 kΩ

F14 — Aanvoertemperatuursensor koelcircuit (zonder buffer, verwar-mingscircuit zonder mengklep A1/VC1 of afzonderlijk koelcircuitAKC)

NTC 10 kΩ

F16 — Kamertemperatuursensor voor afzonderlijk koelcircuit NTC 10 kΩ

F24 X25.15/X25.16 Enkel Vitocal 111-S/222-S:Zuiggastemperatuursensor reversibel

Pt500A(PTC)

F25 X25.17/X25.18 Enkel Vitocal 111-S/222-S:Propaangastemperatuursensor

Pt500A(PTC)

Fabrieksmatig aangeslotenKenwaarden van de temperatuursensoren: Ziepagina 323.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Regelaar- en sensorprintplaat Vitocal 111-S/222-A/222-S/222-G/333-G (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 313: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

313

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

180

3039

LN

LN

LN

LN

12

34

56

78

LN

34

40

43

2 14

321

65

432

16

5 43 2

165

43

21A

NL

156

21

12

3

S6

5

B

C

E

G

H

L

M

K

N

LN

12

3456

M~

R

12

3

Q

P

12

3

F

12

3

D

56

12

57

12

3

Afb. 74

A Luchtintredetemperatuursensor (Pt500A)B Luchtuittredetemperatuursensor (Pt500A)C Persgastemperatuursensor (Pt500A)D HogedruksensorE Zuiggastemperatuursensor (Pt500A)F Lagedruksensor G Temperatuursensor vloeibaar gas 1 (voor EEK),

(Pt500A)H Temperatuursensor vloeibaar gas 2 (na EEK),

(Pt500A)K Retourtemperatuursensor secundair circuit,

(Pt500A)L Aansturing ventilator 0-10 VM Steekplaats voor brug Master/Slave

Brug niet ingestoken: Koudecircuit in warmte-pomp 1e trap (Master)Brug erop gestoken: Koudecircuit in warmtepomp2e trap (Slave)

N Aansturing compressorP Niets aansluiten.Q Modbus: Verbindingskabel naar regelaar- en sen-

sorprintplaat, aansluiting X18R Stappenmotor EEK (4- of 6-polig)S Aansluiting verbindingskabel naar inverterdÖ MagneetklepdK Niet bezetdL Aansturing 4-wegomschakelklepfÖ Interne netaansluitinggJ Vraagsignaal omkering koelcircuitaBH Interne voedinga;Ö Aansturing magneetklep stoominjectie (EVI)

Printplaten en aansluitmogelijkheden

EEK-printplaat [2]58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 314: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

314

Inverter

DE

A

B C

G

F

Afb. 75

A Aansluiting spoelB Aansluitklemmen spanningsvoorzieningC Aansluitklemmen verbindingskabel naar conden-

sorD Aansluitklemmen

1 tot 3 Verbindingskabel naar EEK-printplaat [2]4 tot 10 Bruggen, af fabriek ingestoken, niet ver-

anderen.

E VentilatorF KoellichaamG Led-statusindicaties:

”POWER” Voedingsspanning inverter voorhan-den.

”FAULT” Storing inverter, compressor uit”DATA” Knippert, wanneer gegevens van EEV-

printplaat worden ontvangen.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

EEK-printplaat [2] (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 315: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

315

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

M1~

M1~-+-+-+ 5V ∼

N

L1230 V ∼50 Hz

F

G

H

K

L

M

N

S

R

P

O

J15 J19 J22 J11 J7

J10

J13

J21

J25

J26

J17

J14

J12

J5

P

P

ϑϑ

ϑ

ϑ

A B C

D E

GN

D

GN

D

GN

D

Afb. 76

A Modbus: Aansturing inverterB Modbus: Aansturing ventilatorC Modbus: Verbindingskabel naar regelaar- en sen-

sorprintplaat, aansluiting X18D Elektronische expansieklep voor zuiggasoverver-

hitting (AHX)E Elektronische expansieklep voor niveauregeling

koudemiddelverzamelaar (PHX)F Lagedruksensor G HogedruksensorH Zuiggastemperatuursensor (voor compressor)

(NTC 10 kΩ)

K Temperatuursensor vloeibaar gas (achter com-pressor) (NTC 10 kΩ)

L Temperatuursensor vloeibaar gas (achter koude-middelverzamelaar) (NTC 10 kΩ)

M Zuiggastemperatuursensor (achter verdamper)(NTC 10 kΩ)

N Niveausensor koudemiddelverzamelaarO Interne netaansluiting (in fabriek aangesloten)P Digitale ingang 230 V~R 4-wegomschakelklepS Magneetklep tusseninspuiting

Printplaten en aansluitmogelijkheden

EEK-printplaat [4]58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 316: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

316

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

F

G

H

R

L1

N230 V/50 Hz

T

-+-+ +5 V

A B

GN

D

GN

D

PWM

+10

V ∼

GN

D

E

PWM

M1~

C

PWM

+10

V ∼

GN

D

D

PWM

K

L

M

N

O

P

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

P

P

? J5

J14

J17

J15 J19 J7 J27 J26

J10

J13

J21

S

Afb. 77

A Modbus: Aansturing inverterB Modbus: Verbindingskabel naar regelaar- en sen-

sorprintplaat van de binnenunit, aansluiting X18C Elektronische expansieklepD Aansturing ventilator 1E Aansturing ventilator 2 (indien voorhanden)F LagedruksensorG HogedruksensorH Zuiggastemperatuursensor (voor compressor)

(NTC 10 kΩ)K Luchtinlaattemperatuursensor (NTC 10 kΩ)L Heetgastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)

M Zuiggastemperatuursensor (achter verdamper)(NTC 10 kΩ)

N Alleen Vitocal 200-A/222-A:Aanvoertemperatuursensor secundair circuit(NTC 10 kΩ)

O Temperatuursensor koelcircuitregelaar(NTC 10 kΩ)

P Alleen Vitocal 200-A/222-A:Temperatuursensor vloeibaar gas (NTC 10 kΩ)

R Interne netaansluiting (in fabriek aangesloten)S VierwegomschakelklepT Elektrische extra verwarming condenswaterbak

Printplaten en aansluitmogelijkheden

EEK-printplaat [4-3] / [4-4]

5837

029

Aan

hang

sel

Page 317: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

317

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

[4-6]: Vitocal 333-G

2

F

G

H

R

L1N

230 V/50 Hz

-+-+ +5 V

A B

GN

D

GN

D

GND

1

M1~

C

PWM

K

L

M

N

O

P

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

P

P

?

J5

J14

J17

J15 J19 J7 J27 J26

J10

J13

J21

J20

DPWM

M1~

2

1

M1~

2

1

M1~

GNDPWMPWM

E

U

T

V

Afb. 78

A Modbus: Aansturing inverterB Modbus: Verbindingskabel naar regelaar- en sen-

sorprintplaat, aansluiting X18C Elektronische expansieklepD PWM-signaal primaire pompE PWM-signaal secundaire pompF Lagedruksensor G HogedruksensorH Zuiggastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)K Aanvoertemperatuursensor primair circuit

(NTC 10 kΩ)L Heetgastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)

M Vloeibaargastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)N Aanvoertemperatuursensor secundair circuit

(NTC 10 kΩ)O Aanvoertemperatuursensor secundair circuit na

verwarmingswater-doorstroomtoestel (NTC 10 kΩ)P Retourtemperatuursensor secundair circuit

NTC 10 kΩ)R Interne netaansluiting (in fabriek aangesloten)T 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-

ming”U Primaire pompV Secundaire pomp

Printplaten en aansluitmogelijkheden

EEK-printplaat [4-6] / [4-7]58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 318: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

318

[4-7]: Vitocal 222-G

2

F

G

H

R

L1N

230 V/50 Hz

-+

A

B

GN

D

GND

2

M1~

C

PWM

K

L

M

N

O

P

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

P

P

?

J5

J14

J17

J15 J19 J7 J27 J26

J10

J13

J21

J20

DPWM

M1~1

1

M1~

2

1

M1~

GNDPWMPWM

E

U

T

V

W

X

J9S

Afb. 79

A Niets aansluiten!B Modbus: Verbindingskabel naar regelaar- en sen-

sorprintplaat, aansluiting X18C Elektronische expansieklepD PWM-signaal primaire pompE PWM-signaal secundaire pompF Lagedruksensor G HogedruksensorH Zuiggastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)K Aanvoertemperatuursensor primair circuit

(NTC 10 kΩ)L Heetgastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)M Vloeibaargastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)N Aanvoertemperatuursensor secundair circuit

(NTC 10 kΩ)

O Aanvoertemperatuursensor secundair circuit naverwarmingswater-doorstroomtoestel (NTC 10 kΩ)

P Retourtemperatuursensor secundair circuitNTC 10 kΩ)

R Interne netaansluiting (in fabriek aangesloten)S VeiligheidshogedrukschakelaarT 3-wegomschakelklep ”Verwarmen/tapwaterverwar-

ming”U Primaire pompV Secundaire pompW Compressorrelais (230 V~)x Vrijgave compressoraansturing

Printplaten en aansluitmogelijkheden

EEK-printplaat [4-6] / [4-7] (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 319: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

319

Printplaat regelaar: type AWO 301.A25 tot A60

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

A

B

C

D

F

E

G

HKLM

N

P

Q

R

S

T

U

VG0U1

U2U3

GNDU4

U4U5

+Vdc+5VRGND

U6U7

+Vdc+5VR

GND

U8U9U10+Vdc+5VRGND

GNDY1Y2Y3

DI1DI2DI3DI4

GND

J1

J2

J3

J4

J5

J6

J7

VoutRx-/Tx-

Rx+/Tx+GND

Rx-/Tx-

Rx+/Tx+GND

Rx-/Tx-

Rx+/Tx+GND

J9

J11

J14

J15

J16

J17

J18

J19

J20

J21

J22

J23

J24

NO1NC1C1

Out2C2

Out3C2

Out4C2

Out5C2

C2V-IN

Out6C6

Out7C7

Out8C8

Afb. 80

A Spanningsvoorziening 230 V/50 HzB Retourtemperatuursensor secundair circuit

NTC 10 kΩ)C Aanvoertemperatuursensor secundair circuit in de

warmtepomp (NTC 10 kΩ)D Type AWO 301.A25 en A40: Lagedruksensor E Type AWO 301.A60: StromingsbewakerF HogedruksensorG PWM-signaal ventilatorH Statusingang ventilatorK Statusingang softstarterL Statusingang veiligheidsrelais

M LagedrukschakelaarN Spanning 230 V~P Type AWO 301.A25 en A40: Elektrische extra ver-

warming (carterverwarming)Q 4-wegomschakelklepR Aansturing ventilatorS Aansturing compressor 2T Aansturing compressor 1U Modbus-verbindingskabel naar regelaar- en sen-

sorprintplaat, aansluiting X18V Type AWO 301.A60: Modbus-verbindingskabel

naar EEK-printplaat [6], aansluiting D in afb. 81

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Regelaarprintplaat en EEK-printplaat [6]58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 320: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

320

EEK-printplaat: Type AWO 301.A60

A

B

C

D

E

Afb. 81

A Spanningsvoeding 24 V–B Lagedruksensor C Zuiggastemperatuursensor (NTC 10 kΩ)D Modbus-verbindingskabel naar regelaarprintplaat,

aansluiting V in afb. 80E Stappenmotor elektronische expansieklep

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Regelaarprintplaat en EEK-printplaat [6] (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 321: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

321

Toewijzing aan het type warmtepomp: zie ”overzichtvan de printplaten”.

L1

N230 V/50 Hz

M1~

ϑ

ϑ

ϑ

ϑ

P

A

B

C

D

E

FG

HKLM

N

O

P

R

S

T

GN

D - +20 k

20 k

15 k

50 k

P

XX

JUM

P3

U

Afb. 82

A Interne netaansluiting (in fabriek aangesloten)B VierwegomschakelklepC Extra verwarming condenswaterbakD CarterverwarmingE Elektronische expansieklepF HogedruksensorG Modbus: Verbindingskabel naar regelaar- en sen-

sorprintplaat van de binnenunit, aansluiting X18H Aansturing inverterK Lagedrukschakelaar

L HogedrukschakelaarM Zuiggastemperatuursensor (NTC 20 kΩ)N Heetgastemperatuursensor (NTC 50 kΩ)P Luchtinlaattemperatuursensor (NTC 15 kΩ)Q Ontdooitemperatuursensor (NTC 20 kΩ)R Spanningsvoeding inverterS Aansturing ventilator 2 (indien voorhanden)T Aansturing ventilator 1U Stekkerbruggen (blauw) met opgedrukt kenmerk

(XX): Zie volgend hoofdstuk.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Hoofdprintplaat [7] / [7-1]58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 322: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

322

Kenmerk van de stekkerbruggen (blauw)

Types Koelcircuitrege-laar

Opgedruktkenmerk (XX)

101/111.A04 [7] 05[7-1] 01

101/111.A06 [7] 06[7-1] 02

101/111.A08 [7] 09[7-1] 03

101/111.A12 [7] 08[7-1] 04

101/111.A14 [7] 07[7-1] 10

101/111.A16 [7] 11[7-1] 12

Nummer de koelcircuitregelaar opvragen: Zie hoofd-stuk ”Systeeminformatie” op pagina 189.

Printplaten en aansluitmogelijkheden

Hoofdprintplaat [7] / [7-1] (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 323: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

323

Viessmann NTC 10 kΩ (blauwe markering)

ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ–40 336,500 –8 49,647 24 10,449 56 2,878 88 0,976 120 0,389–39 314,870 –7 47,055 25 10,000 57 2,774 89 0,946 121 0,379–38 294,780 –6 44,614 26 9,572 58 2,675 90 0,918 122 0,369–37 276,100 –5 42,315 27 9,165 59 2,579 91 0,890 123 0,360–36 258,740 –4 40,149 28 8,777 60 2,488 92 0,863 124 0,351–35 242,590 –3 38,107 29 8,408 61 2,400 93 0,838 125 0,342–34 227,550 –2 36,181 30 8,057 62 2,316 94 0,813 126 0,333–33 213,550 –1 34,364 31 7,722 63 2,235 95 0,789 127 0,325–32 200,510 0 32,650 32 7,402 64 2,158 96 0,765 128 0,317–31 188,340 1 31,027 33 7,098 65 2,083 97 0,743 129 0,309–30 177,000 2 29,495 34 6,808 66 2,011 98 0,721 130 0,301–29 166,350 3 28,048 35 6,531 67 1,943 99 0,700 131 0,293–28 156,410 4 26,680 36 6,267 68 1,877 100 0,680 132 0,286–27 147,140 5 25,388 37 6,016 69 1,813 101 0,661 133 0,279–26 138,470 6 24,165 38 5,775 70 1,752 102 0,642 134 0,272–25 130,370 7 23,009 39 5,546 71 1,694 103 0,623 135 0,265–24 122,800 8 21,916 40 5,327 72 1,637 104 0,606 136 0,259–23 115,720 9 20,880 41 5,117 73 1,583 105 0,589 137 0,253–22 109,090 10 19,900 42 4,917 74 1,531 106 0,572 138 0,247–21 102,880 11 18,969 43 4,726 75 1,481 107 0,556 139 0,241–20 97,070 12 18,087 44 4,543 76 1,433 108 0,541 140 0,235–19 91,600 13 17,251 45 4,369 77 1,387 109 0,526 141 0,229–18 86,474 14 16,459 46 4,202 78 1,342 110 0,511 142 0,224–17 81,668 15 15,708 47 4,042 79 1,299 111 0,497 143 0,219–16 77,160 16 14,995 48 3,889 80 1,258 112 0,484 144 0,213–15 72,929 17 14,319 49 3,743 81 1,218 113 0,471 145 0,208–14 68,958 18 13,678 50 3,603 82 1,180 114 0,458 146 0,204–13 65,227 19 13,069 51 3,469 83 1,143 115 0,445 147 0,199–12 61,722 20 12,490 52 3,340 84 1,107 116 0,434 148 0,194–11 58,428 21 11,940 53 3,217 85 1,072 117 0,422 149 0,190–10 55,330 22 11,418 54 3,099 86 1,039 118 0,411 150 0,185–9 52,402 23 10,921 55 2,986 87 1,007 119 0,400

Sensoren

Temperatuursensoren58

3702

9

Aan

hang

sel

Page 324: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

324

Viessmann 20 kΩ (oranje markering)

ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ–40 702,156 10 40,034 60 4,943 110 1,009 165 0,259 215 0,097–35 503,154 15 31,537 65 4,136 115 0,879 170 0,233 220 0,089–30 364,902 20 25,027 70 3,478 120 0,768 175 0,209 225 0,081–25 257,655 25 20,000 75 2,937 125 0,673 180 0,189 230 0,075–20 198,442 30 16,090 80 2,492 130 0,592 185 0,171 235 0,069–15 148,362 35 13,028 85 2,123 135 0,522 190 0,154 240 0,063–10 112,403 40 10,613 90 1,816 140 0,461 195 0,140 245 0,058–5 85,788 45 8,696 95 1,559 145 0,409 200 0,127 250 0,0540 66,048 50 7,166 100 1,34 150 0,364 205 0,116 255 0,0505 51,214 55 5,936 105 1,16 160 0,289 210 0,106 260 0,046

Sensoren

Temperatuursensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 325: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

325

Viessmann Pt500A (groene markering)

ϑ / °C R / Ω ϑ / °C R / Ω ϑ / °C R / Ω ϑ / °C R / Ω ϑ / °C R / Ω ϑ / °C R / Ω–30 441,1 1 502,0 32 562,3 63 623,9 94 681,2 125 739,8–29 443,1 2 503,9 33 564,2 64 622,0 95 683,1 126 741,7–28 445,1 3 505,9 34 566,1 65 625,8 96 685,0 127 743,5–27 447,0 4 507,8 35 568,1 66 627,7 97 686,9 128 745,4–26 449,0 5 509,8 36 570,0 67 629,7 98 688,8 129 747,3–25 451,0 6 511,7 37 571,9 68 631,6 99 690,7 130 749,2–24 453,0 7 513,7 38 573,9 69 633,5 100 692,6 131 751,1–23 454,9 8 515,6 39 575,8 70 635,4 101 694,4 132 752,9–22 456,9 9 517,6 40 577,7 71 637,3 102 696,3 133 754,8–21 458,9 10 519,5 41 579,7 72 639,2 103 698,2 134 756,7–20 460,8 11 521,5 42 581,6 73 641,1 104 700,1 135 758,6–19 462,8 12 523,4 43 583,5 74 643,1 105 702,0 136 760,4–18 464,8 13 525,4 44 585,4 75 645,0 106 703,9 137 762,3–17 466,7 14 527,3 45 587,4 76 646,9 107 705,8 138 764,2–16 468,7 15 529,3 46 589,3 77 648,8 108 707,7 139 766,1–15 470,6 16 531,2 47 591,2 78 650,7 109 709,6 140 767,9–14 472,6 17 533,2 48 593,2 79 652,6 110 711,5 141 769,8–13 474,6 18 535,1 49 595,1 80 654,5 111 713,4 142 771,7–12 476,5 19 537,0 50 597,0 81 656,4 112 715,3 143 773,6–11 478,5 20 539,0 51 598,9 82 658,3 113 717,2 144 775,4–10 480,5 21 540,9 52 600,9 83 660,2 114 719,0 145 777,3–9 482,4 22 542,9 53 602,8 84 662,1 115 720,9 146 779,2–8 484,4 23 544,8 54 604,7 85 664,0 116 722,8 147 781,0–7 486,3 24 546,8 55 606,6 86 665,9 117 724,7 148 782,9–6 488,3 25 548,7 56 608,6 87 667,9 118 726,6 149 784,8–5 490,2 26 550,6 57 610,5 88 669,8 119 728,5 150 786,7–4 492,2 27 552,6 58 612,4 89 671,7 120 730,4 151 788,5–3 494,2 28 554,5 59 614,0 90 673,6 121 732,2 152 790,4–2 496,1 29 556,5 60 616,2 91 675,5 122 734,1 153 792,3–1 498,1 30 558,4 61 618,2 92 677,4 123 736,0 154 794,10 500,0 31 560,3 62 620,1 93 679,3 124 737,9 155 796,0

Sensoren

Temperatuursensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 326: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

326

Aansluiting op EEK-printplaat [4-3] / [4-4] / [4-6] / [4-7]: NTC 10 kΩ (zonder markering)

ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ–40 325,700 –8 49,530 24 10,450 56 2,874 88 0,975 120 0,391–39 305,400 –7 46,960 25 10,000 57 2,770 89 0,946 121 0,381–38 286,500 –6 44,540 26 9,572 58 2,671 90 0,917 122 0,371–37 268,800 –5 42,250 27 9,164 59 2,576 91 0,889 123 0,362–36 252,300 –4 40,100 28 8,776 60 2,484 92 0,863 124 0,352–35 236,900 –3 38,070 29 8,406 61 2,397 93 0,837 125 0,343–34 222,600 –2 36,150 30 8,054 62 2,313 94 0,812 126 0,335–33 209,100 –1 34,340 31 7,719 63 2,232 95 0,788 127 0,326–32 196,600 0 32,630 32 7,399 64 2,155 96 0,765 128 0,318–31 184,900 1 31,020 33 7,095 65 2,080 97 0,743 129 0,310–30 173,900 2 29,490 34 6,804 66 2,009 98 0,721 130 0,302–29 163,700 3 28,050 35 6,527 67 1,940 99 0,700 131 0,295–28 154,100 4 26,680 36 6,263 68 1,874 100 0,680 132 0,288–27 145,100 5 25,390 37 6,011 69 1,811 101 0,661 133 0,281–26 136,700 6 24,170 38 5,770 70 1,750 102 0,642 134 0,274–25 128,800 7 23,020 39 5,541 71 1,692 103 0,624 135 0,267–24 121,400 8 21,920 40 5,321 72 1,636 104 0,606 136 0,261–23 114,500 9 20,890 41 5,112 73 1,581 105 0,589 137 0,254–22 108,000 10 19,910 42 4,912 74 1,529 106 0,573 138 0,248–21 102,000 11 18,980 43 4,720 75 1,479 107 0,557 139 0,242–20 96,260 12 18,100 44 4,538 76 1,431 108 0,541 140 0,237–19 90,910 13 17,260 45 4,363 77 1,385 109 0,527 141 0,231–18 85,880 14 16,470 46 4,196 78 1,340 110 0,512 142 0,226–17 81,160 15 15,720 47 4,036 79 1,297 111 0,498 143 0,220–16 76,720 16 15,000 48 3,884 80 1,256 112 0,485 144 0,215–15 72,560 17 14,330 49 3,737 81 1,216 113 0,472 145 0,210–14 68,640 18 13,690 50 3,597 82 1,178 114 0,459 146 0,206–13 64,950 19 13,080 51 3,463 83 1,141 115 0,447 147 0,201–12 61,480 20 12,500 52 3,335 84 1,105 116 0,435 148 0,196–11 58,220 21 11,940 53 3,212 85 1,071 117 0,423 149 0,192–10 55,150 22 11,420 54 3,095 86 1,038 118 0,412 150 0,187–9 52,250 23 10,920 55 2,982 87 1,006 119 0,401

Sensoren

Temperatuursensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 327: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

327

Aansluiting op EEK-printplaat [6]: NTC 10 kΩ (zonder markering)

ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ–40 188,50 –14 50,98 12 16,56 38 6,25 64 2,67 90 1,27–39 178,50 –13 48,68 13 15,90 39 6,03 65 2,59 91 1,23–38 169,00 –12 46,50 14 15,28 40 5,83 66 2,51 92 1,20–37 160,20 –11 44,43 15 14,69 41 5,63 67 2,44 93 1,17–36 151,90 –10 42,47 16 14,12 42 5,44 68 2,36 94 1,14–35 144,10 –9 40,57 17 13,58 43 5,26 69 2,30 95 1,11–34 136,70 –8 38,77 18 13,06 44 5,08 70 2,23 96 1,08–33 139,80 –7 37,06 19 12,56 45 4,91 71 2,16 97 1,05–32 123,30 –6 35,44 20 12,09 46 4,75 72 2,10 98 1,02–31 117,10 –5 33,90 21 11,63 47 4,59 73 2,04 99 1,00–30 111,30 –4 32,44 22 11,20 48 4,44 74 1,98 100 0,97–29 105,70 –3 31,05 23 10,78 49 4,30 75 1,92 101 0,95–28 100,50 –2 29,73 24 10,38 50 4,16 78 1,87 102 0,92–27 95,52 –1 28,48 25 10,00 51 4,03 77 1,82 103 0,90–26 90,84 0 27,28 26 9,63 52 3,90 76 1,77 104 0,88–25 86,43 1 26,13 27 9,28 53 3,77 79 1,72 105 0,86–24 82,26 2 25,03 28 8,94 54 3,65 80 1,67 106 0,84–23 78,33 3 23,99 29 8,62 55 3,54 81 1,62 107 0,82–22 74,61 4 23,00 30 8,31 56 3,43 82 1,58 108 0,80–21 71,10 5 22,05 31 8,01 57 3,32 83 1,53 109 0,78–20 67,77 6 21,15 32 7,73 58 3,22 84 1,49 110 0,76–19 64,57 7 20,30 33 7,45 59 3,12 85 1,49 –18 61,54 8 19,48 34 7,19 60 3,02 86 1,45 –17 58,68 9 18,70 35 6,94 61 2,93 87 1,37 –16 55,97 10 17,96 36 6,70 62 2,84 88 1,34 –15 53,41 11 17,24 37 6,47 63 2,75 89 1,30

Sensoren

Temperatuursensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 328: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

328

Aansluiting op hoofdprintplaat [7] / [7-1]: NTC 15 kΩ (zonder markering)

ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ–20 144,000 5 38,150 30 12,070 56 4,294 81 1,811 106 0,848–19 138,100 6 36,320 31 11,570 57 4,139 82 1,754 107 0,825–18 128,600 7 34,580 32 11,090 58 3,990 83 1,699 108 0,802–17 121,600 8 32,940 33 10,630 59 3,848 84 1,645 109 0,779–16 115,000 9 31,380 34 10,200 60 3,711 85 1,594 110 0,758–15 108,700 10 29,900 35 9,779 61 3,579 86 1,544 111 0,737–14 102,900 11 28,510 36 9,382 62 3,454 87 1,497 112 0,717–13 97,400 12 27,180 37 9,003 63 3,333 88 1,451 113 0,697–12 92,220 13 25,920 38 8,642 64 3,217 89 1,408 114 0,678–11 87,350 14 24,730 39 8,297 65 3,105 90 1,363 115 0,660–10 82,750 15 23,600 41 7,653 66 2,998 91 1,322 116 0,642–9 78,430 16 22,530 42 7,352 67 2,898 92 1,282 117 0,625–8 74,350 17 21,510 43 7,065 68 2,797 93 1,244 118 0,608–7 70,500 18 20,540 44 6,791 69 2,702 94 1,207 119 0,592–6 66,880 19 19,630 45 6,529 70 2,611 95 1,171 120 0,577–5 63,460 20 18,750 46 6,278 71 2,523 96 1,136 121 0,561–4 60,230 21 17,930 47 6,038 72 2,439 97 1,103 122 0,547–3 57,180 22 17,140 48 5,809 73 2,358 98 1,071 123 0,532–2 54,310 23 16,390 49 5,589 74 2,280 99 1,039 124 0,519–1 51,590 24 15,680 50 5,379 75 2,205 100 1,009 125 0,5050 49,020 25 15,000 51 5,179 76 2,133 101 0,980 126 0,4921 46,800 26 14,360 52 4,986 77 2,064 102 0,952 127 0,4802 44,310 27 13,740 53 4,802 78 1,997 103 0,925 128 0,4673 42,140 28 13,160 54 4,625 79 1,933 104 0,898 129 0,4564 40,090 29 12,600 55 4,456 80 1,871 105 0,873 130 0,444

Sensoren

Temperatuursensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 329: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

329

Aansluiting op hoofdprintplaat [7] / [7-1]: NTC 20 kΩ (zonder markering)

ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ–25 265,500 1 62,130 27 18,320 53 6,403 79 2,577 105 1,164–24 249,900 2 59,080 28 17,550 54 6,167 80 2,495 106 1,131–23 235,300 3 56,190 29 16,800 55 5,942 81 2,415 107 1,099–22 221,600 4 53,460 30 16,100 56 5,726 82 2,339 108 1,069–21 208,900 5 50,870 31 15,430 57 5,519 83 2,265 109 1,039–20 196,900 6 48,420 32 14,790 58 5,320 84 2,194 110 1,010–19 181,400 7 46,110 33 14,180 59 5,130 85 2,125 111 0,983–18 171,400 8 43,920 34 13,590 60 4,948 86 2,059 112 0,956–17 162,100 9 41,840 35 13,040 61 4,773 87 1,996 113 0,930–16 153,300 10 39,870 36 12,510 62 4,605 88 1,934 114 0,904–15 145,000 11 38,010 37 12,000 63 4,443 89 1,875 115 0,880–14 137,200 12 36,240 38 11,520 64 4,289 90 1,818 116 0,856–13 129,900 13 34,570 39 11,060 65 4,140 91 1,763 117 0,833–12 123,000 14 32,980 40 10,620 66 3,998 92 1,710 118 0,811–11 116,500 15 31,470 41 10,200 67 3,861 93 1,658 119 0,790–10 110,300 16 30,040 42 9,803 68 3,729 94 1,609 120 0,769–9 104,600 17 28,680 43 9,420 69 3,603 95 1,561 121 0,749–8 99,130 18 27,390 44 9,054 70 3,481 96 1,515 122 0,729–7 94,000 19 26,170 45 8,705 71 3,364 97 1,470 123 0,710–6 89,170 20 25,010 46 8,370 72 3,252 98 1,427 124 0,692–5 84,610 21 23,900 47 8,051 73 3,144 99 1,386 125 0,674–4 80,310 22 22,850 48 7,745 74 3,040 100 1,346 126 0,656–3 76,240 23 21,850 49 7,453 75 2,940 101 1,307 127 0,640–2 72,410 24 20,900 50 7,173 76 2,844 102 1,269 128 0,623–1 68,790 25 20,000 51 6,905 77 2,752 103 1,233 129 0,6070 65,370 26 19,140 52 6,648 78 2,663 104 1,198 130 0,592

Sensoren

Temperatuursensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 330: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

330

Aansluiting op hoofdprintplaat [7] / [7-1]: NTC 50 kΩ (zonder markering)

ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ ϑ / °C R / kΩ–25 660,930 1 153,000 27 45,074 53 15,753 79 6,332 105 2,872–24 620,940 2 145,420 28 43,163 54 15,173 80 6,129 106 2,792–23 583,720 3 138,260 29 41,313 55 14,618 81 5,934 107 2,715–22 549,040 4 131,500 30 39,610 56 14,085 82 5,746 108 2,640–21 516,710 5 126,170 31 37,958 57 13,575 83 5,565 109 2,568–20 486,550 6 119,080 32 36,384 58 13,086 84 5,390 110 2,498–19 458,400 7 113,370 33 34,453 59 12,617 85 5,222 111 2,431–18 432,100 8 107,960 34 33,453 60 12,368 86 5,061 112 2,365–17 407,510 9 102,850 35 32,088 61 11,736 87 4,904 113 2,302–16 384,510 10 98,006 36 30,787 62 11,322 88 4,754 114 2,241–15 362,990 11 93,420 37 29,544 63 10,925 89 4,609 115 2,182–14 342,830 12 89,075 38 28,359 64 10,544 90 4,469 116 2,124–13 323,940 13 84,956 39 27,227 65 10,178 91 4,335 117 2,069–12 306,230 14 81,052 40 26,147 66 9,827 92 4,204 118 2,015–11 289,610 15 77,349 41 25,114 67 9,490 93 4,079 119 1,963–10 274,020 16 73,896 42 24,128 68 9,166 94 3,958 120 1,912–9 259,370 17 70,503 43 23,186 69 8,954 95 3,841 121 1,865–8 245,610 18 67,338 44 22,286 70 8,555 96 3,728 122 1,816–7 232,670 19 64,330 45 21,425 71 8,268 97 3,619 123 1,770–6 220,500 20 61,478 46 20,601 72 7,991 98 3,514 124 1,725–5 209,050 21 58,766 47 19,814 73 7,726 99 3,413 125 1,682–4 198,270 22 56,189 48 19,061 74 7,470 100 3,315 126 1,640–3 188,120 23 53,738 49 18,340 75 7,225 101 3,220 127 1,600–2 178,650 24 51,408 50 17,651 76 6,988 102 3,129 128 1,560–1 169,680 25 49,191 51 16,990 77 6,761 103 3,040 129 1,5220 161,020 26 47,082 52 16,358 78 6,542 104 2,955 130 1,485

Druksensoren

Aansluiting op EEK-printplaat [4] / [4-3] / [4-4] / [4-6] / [4-7]

Druksensoren om te solderen of met schroefaanslui-ting worden gebruikt.

Sensor KoudemiddelR407C/R134a R410A

Lagedruksensor Tot 7 bar (0,7 MPa) Tot 18 bar (1,8 MPa)Hogedruksensor Tot 30 bar (3 MPa) Tot 50 bar (5 MPa)

Sensoren

Temperatuursensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 331: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

331

Karakteristieken

MPa

barDruk

0

4

8

12

16

20

-0,5 0 0,5 1 1,5 2 2,5 3 3,5 4 4,5 5Uitg

angs

stro

omin

mA

V W X Y

-5 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50

Afb. 83

V Tot 7 bar (0,7 MPa)W Tot 18 bar (1,8 MPa)

X Tot 30 bar (3 MPa)Y Tot 50 bar (5 MPa)

Aansluiting op EEK-printplaat [2] / [6] / [7] / [7-1]

0 1 2 3 40

1

2

3

4

5

MPa

Span

ning

in V

0 10 20 30 40barDruk

Afb. 84

Sensoren

Druksensoren (vervolg)

5837

029

Aan

hang

sel

Page 332: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

332

Montage- en servicehandleiding van de betref-fende warmtepomp

Verklaringen

Conformiteitsverklaringen van de warmtepompen

5837

029

Aan

hang

sel

Page 333: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

333

22-trapskoelcircuit...................................................... 1422-traps koelcircuit....................................................... 27– Compressor aanvragen...........................................28– Vereiste parameterinstellingen................................272-traps koudecircuit– Compressor inschakelen.........................................28– Compressor uitschakelen........................................28

33-wegomschakelklep....................................69, 70, 266

44-wegomschakelklep........313, 316, 317, 318, 319, 321

AAandeel ext. stroom................................................. 275Aanpassing regelspanning...............................262, 265Aansluitingen tapwateropwarming........................... 296Aansluitkabel EEK....................................................179Aansluitklemmen inverter.........................................314Aanvoertemperatuur– Afzonderlijk koelcircuit...........................................121– Installatie............................................................... 117– Koeling.................................................................. 121– Primair circuit.................................................115, 148– Secundair circuit..........................................................

115, 123, 142, 144, 146, 148, 149, 166, 172Aanvoertemperatuursensor– Installatie.................................................51, 209, 312– Koelcircuit........................................51, 255, 310, 312– Primair circuit................................................ 317, 318– Secundair circuit....172, 310, 311, 316, 317, 318, 319– Verwarmingscircuit..................................................51– Verwarmingscircuit met mengklep................ 310, 312– Zwembad........................................................ 58, 310Aanvoertemperatuursensor toestel– Installatie...............................................................310Aanvoertijd– Primaire pomp.......................................................124– Ventilator............................................................... 124Aanwijzing.................................................................. 77Aardcollector.............................................................. 26Aardleiding............................................................... 288Aardsonde..................................................................26Aardwarmtewisselaar...................................69, 70, 266– Min. temperatuur...................................................273Absorbercircuit................................................... 27, 212Absorberpomp..........................................................116Absorbertemperatuur............................................... 116active cooling– Inschakeldrempel..................................................235Active cooling........................................................... 253– Vrijgave................................................................. 256Actorentest............................................................... 190Afstandsbediening....................................................247afvoerluchttemperatuur.............................................. 61Afvoerluchttemperatuur....61, 62, 63, 69, 122, 259, 267– Sensorcompensatie.............................................. 266Afvoerluchttemperatuursensor................. 137, 138, 140

Afzonderlijk koelcircuit..................................50, 56, 253Analoge signaalingang ventilatietoestel........... 273, 274Apart koelcircuit– Gewenste kamertemperatuur................................253– Rangering kamertemperatuursensor.................... 254Automatische tijdomschakeling................................282

BBadkamerschakelaar......................................... 60, 263Basisinstelling.......................................................... 200Basisprintplaat..........................................................289Basisventilatie.......................................... 267, 269, 270Basiswerking........................................................ 60, 67Bediening (parametergroep).................................... 286Bediening blokkeren.................................................286Bedieningseenheid.............................................25, 105Bedieningsinstructies................................................. 25Bedrijfsgegevens opvragen......................................106Bedrijfsuren.............................................................. 106Behoefte...................................................................130Belastingklassen...................................................... 141Bevestigen van meldingen......................................... 77Bewaking absorbercircuit......................................... 212Bitveld...................................................................... 199Bivalente gebruikswijze............................................220Bivalente werking....................................................... 39Bivalentietemperatuur ijsbuffer.................................212Blokkeersignaal energiebedrijf............................. 36, 37Blokkeertijd ontdooien..............................................124Blokkeertijd tapwateropwarming.............................. 228Blokkeertijd ventilator............................................... 260Blokkeren bediening.................................................286Blokkering bypassklep............................................. 261Blokkering door energiebedrijf................................. 280Blokkering energiebedrijf..............................35, 37, 129– Aansluitvarianten.....................................................35Boilerlaadpomp........................................................ 227Boilertemperatuur– Boven.................................................................... 119– Onder.................................................................... 119Boilertemperatuursensor– Boven............................................................ 310, 311– Onder.................................................................... 310Bouwwarmte............................................................ 233Bron werkelijke kamertemperatuur.......................... 261

Index

Index58

3702

9

Page 334: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

334

Buffer..........................................................................45– Aansluitingen bij warmtepompcascade...................46– Bij gebruik van eigen stroom...................................72– Gewenste temperatuur..........................................242– Max. temperatuur..................................................243– Modus constante...................................................244– Overzicht.................................................................45– Temperatuurgrens constante................................ 243– Uitschakelhysterese..............................................244– Uitschakeloptimalisering....................................... 243– Verwarming inschakelen......................................... 46– Verwarming met extra verwarmingen......................47– Verwarming met warmtepomp.......................... 46, 48– Verwarming uitschakelen........................................ 46– Vorstbescherming................................................... 48– Werkingsmodus Constante................................... 242– Werkingsstatus..................................................47, 48Buffer (parametergroep)...........................................242Buffertemperatuur.................................................... 120Buffertemperatuursensor......................46, 48, 310, 311Bufferuitgangtemperatuursensor..............................310Bufferuitvoertemperatuursensor.................................30Buitenluchttemperatuur.................... 61, 62, 63, 69, 132Buitenluchttemperatuursensor................. 137, 138, 140– Sensorcompensatie.............................................. 265Buitentemperatuur– Bron.......................................................................284– Langdurig gemiddelde...........................................202– Zenden..................................................................284Buitentemperatuursensor................................. 310, 311Bypass........................................... 61, 62, 68, 136, 261– Werking................................................................. 271

CCarterverwarming.....................................................321Cascade............................................. 29, 204, 205, 283– Aantal volgwarmtepompen....................................210Cascadeaansturing.................................................. 204Centrale vochtsensor....................................... 267, 273Circulatiepomp voor de zwembadverwarming........... 58CO2-/vochtsensor............................................ 273, 274CO2-sensor..............................................................258Codeerniveau 1..................................................25, 198Codeerstekker....................................................16, 189– Steekplaats....................................................310, 311Collectorcircuitpomp.................................................116Collectortemperatuur................................................116Combiboiler.............................................................. 226Communicatie (parametergroep)............................. 283Communicatiemodule LON................................ 30, 192– Steekplaats....................................................309, 311– Vrijgave................................................................. 283Communicatiepoort.................................................. 208Communicatie via LON– Deelnemersnummer..............................................283– Foutmanager.........................................................283– Installatienummer..................................................284– Ontvangstinterval voor gegevens..........................284

Compressor– Parametergroep.................................................... 215– Vermogen..............................................................216– Vrijgave......................................................... 215, 216Compressoraansturing.............................................318Compressordraaipad................................................151Compressordraaiveld............................................... 151Compressorlooptijd.................................................. 151Compressortoerental................................143, 146, 149Compressorvermogen..............................................144– Bij max. buitentemperatuur................................... 236– In startfase............................................................ 235Concentratie koolstofdioxide................................ 66, 70Condensatiedruk............................................................

147, 148, 154, 159, 165, 171, 178, 181Condensatietemperatuur................................................

130, 143, 145, 147, 149, 150, 151, 152Condenswaterbak.................................................... 316Configuratiefout..........................................................79Conformiteitsverklaringen........................................ 332Correctiefactor luchtdebiet....................................... 274Cursortoets.................................................................25CV-circuit– Stooklijn.................................................................249CV-circuit/koelcircuit.................................................253CV-pomp.................................................................... 51CV-waterbuffer– Inschakelhysterese............................................... 242CV-water-doorstroomtoestel– Maximale vermogenstrap......................................231– Maximale vermogenstrap bij ext. blokkering......... 232– Vrijgave................................................................. 231

DDauwpuntsensor................................ 51, 250, 310, 312Debiet– Afstelling van drukverschillen............................61, 68– Afvoerlucht............................................................ 122– Basisventilatie......................................................... 67– Basiswerking.....................................................60, 67– Correctiefactor.......................................................274– Gereduceerde ventilatie....................................60, 67– Intensieve ventilatie...........................................60, 67– Nominale ventilatie............................................60, 67– Spaarwerking.................................................... 60, 67– Toevoerlucht..................................................122, 134– Uitlaatlucht.................................................... 122, 133– Uitschakelwerking............................................. 60, 67– Vakantieprogramma.......................................... 60, 67Debietaanpassing.................................................... 260Debietverschil...........................................................271Deelnemerscontrole................................................. 192Deelnemersnummer.................................................283

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 335: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

335

Diagnose.................................................................. 106– Compressordraaipad.............................................151– Compressordraaiveld............................................151– Energiebalans....................................................... 184– Fotovoltaïsch systeem.......................................... 185– Installatie...............................................................123– Installatieoverzicht.................................................113– Koelcircuit..............................................................142– Koelcircuitregelaar......................................................

142, 144, 146, 147, 149, 151, 152, 157, 163, 169, 177, 180

– Korte info...............................................................187– Looptijd compressor..............................................141– Softwareversie...................................................... 188– Ventilatie........................................132, 134, 136, 139– Warmtepomp.........................................................141Draadloze tijdmodule............................................... 310Drempel elektr. vermogen........................................ 276Drempel vermogensaanpassing.............................. 235Drukbewaker.............................................................. 99Drukonevenwicht..............................................271, 272Druksensor...............................................................330– zuiggas..................................................................158– Zuiggas................................................................. 158Drukverschil debiet toe-/afvoerlucht.....................61, 68Duur externe omschakeling..................................... 206Duur intensieve werking...............................60, 68, 261

EEEK-printplaat [2]............................................. 313, 314EEK-printplaat [4]..................................................... 315EEK-printplaat [4-3] / [4-4]........................................316EEK-printplaat [4-6] / [4-7]........................................317EEK-printplaat [6]..................................................... 319Effect extern blokkeren.................................... 208, 209Einde ontdooien....................................................... 215Elektrische aansluitingen, aanwijzingen...................288Elektrische extra verwarming................................... 316Elektrische verwarming (parametergroep)............... 230Elektrisch verwarmingselement................................. 43– Vrijgave................................................................. 226– Werkingswijze....................................................... 228Elektrisch voorverwarmregister........64, 65, 69, 70, 266Elektronische expansieklep......................................320Energiebalans.......................................... 153, 181, 184– Gebruik eigen stroom............................................184– Verwarmen............................................................184– Warm water...........................................................184Energiebedrijf............................................................. 35Energiemeter......................................................71, 275Enthalpiewarmtewisselaar................................. 60, 263Estrikdrogen............................................................. 233Estrikprogramma......................................................233– Einddag.................................................................238– Startdag.................................................................238Extern blokkeren.................. 33, 34, 122, 129, 208, 209Externe aanvraag.....................................................207Externe bijschakeling voor verwarmings-/koelcircuits34

Externe verwarmingstoestel– Voorrang................................................................217– Vrijgave................................................................. 217Externe vraag...............................33, 34, 129, 208, 210– Gewenste aanvoertemperatuur.............................234– Verwarmingscircuits................................................ 32– Warmtepomp...........................................................32Externe warmtegenerator...........................................43– Bivalentietemperatuur........................................... 217– Inschakeldrempel..................................................218– Inschakelvertraging...............................................218– Kamerverwarming.................................................219– Min. looptijd...........................................................218– Min. temperatuur...................................................221– Nalooptijd.............................................................. 219– Tapwaterverwarming.............................................219– Temperatuur mengklep OPEN.............................. 218– Verhoging aanvoertemperatuur.............................219– Werkingswijze....................................................... 228Externe warmteopwekker.....................................39, 55– Parametergroep.................................................... 217– Tapwaternaverwarming...........................................40Extern opvragen.......................................................122Extra code.................................................................. 79Extra verwarming condenswaterbak........................ 321Extra verwarmingen................................................... 38– Voor de kamerverwarming...................................... 55Extra verwarming ventilator......................................319

FFiltercirculatiepomp.................................................... 58Filter controleren...................................................... 136Fotovoltaïsch systeem............................... 71, 185, 275– Gebruik eigen stroom activeren.............................. 73– Vermogensaanpassing bij gebruik van eigen

stroom..................................................................... 73Foutenhistorie............................................................ 78Foutenlijst...................................................................78– Koelcircuitregelaar [2]........................................... 152– Koelcircuitregelaar [4]........................................... 157– Koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4]..............................163– Koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7]..............................170– Koelcircuitregelaar [6]........................................... 177– Koelcircuitregelaar [7] / [7-1]................................. 180– Ventilatie........................................................136, 139Foutmanager............................................................283Functiebeschrijving.................................................... 26Functiecontrole.........................................................193Functieomvang...........................................................16

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 336: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

336

GGebruik eigen stroom– Activeren................................................................. 73– Buffer.......................................................................71– Kamerkoeling.................................................... 71, 75– Kamerverwarming.............................................71, 75– Tapwaterverwarming...............................................71– Verwarming buffer............................................. 74, 75– Verwarming op 2e gewenste warmwatertempera-

tuur..........................................................................74Gebruikersgedrag bij tapwaterverwarming................ 73Gebruik van eigen energie– Kamerkoeling................................................ 277, 278Gebruik van eigen stroom.......................................... 71– Aandeel ext. stroom.............................................. 275– Buffer.....................................................................277– Drempel elektr. vermogen.....................................276– Gewenste warmwatertemperatuur 2..................... 276– Kamerverwarming.........................................277, 278– Statistiek................................................................185– Statistiek tapwaterverwarming.............................. 186– Tapwateropwarming......................................276, 278– Vermogensaanpassing compressor........................73– Vermogenscurven................................................. 187– Verwarmings-/koelwaterbuffer...............................278– Verwarmingswaterbuffer....................................... 278– Vrijgave................................................................. 275Gebruik warmtepomp in cascade.............................204Geluidsgereduceerde werking................................. 286Gemeenschappelijke aanvoertemperatuursensor... 209Gemiddelde bodemtemperatuur...............................211Gereduceerde kamertemperatuur............................247Gereduceerde ventilatie................................... 259, 268Gew. temperatuur warm water................................. 224Gewenst debiet– Basisventilatie....................................... 267, 269, 270– Gereduceerde ventilatie................................259, 268– Intensieve ventilatie.......................................259, 268– Nominale ventilatie................................259, 268, 270Gewenste aanvoertemperatuur........................120, 121– Externe vraag........................................................234– Koeling.................................................................. 121– Secundair circuit............................................122, 129Gewenste boilertemperatuur............................ 117, 119Gewenste buffertemperatuur............................117, 120Gewenste bypasstemperatuur................................. 267Gewenste installatie-aanvoertemperatuur........117, 120Gewenste kamertemperatuur.........................................

120, 121, 134, 247, 250, 253, 259Gewenste koelbuffertemperatuur.............................121Gewenste temperatuur afvoerlucht.......................... 259Gewenste temperatuur bypass................................ 267Gewenste toevoerluchttemperatuur................. 134, 258Gewenst luchtdebiet– Basisventilatie....................................... 267, 269, 270– Correctiefactor.......................................................274– Gereduceerde ventilatie................................259, 268– Intensieve ventilatie.......................................259, 268– Nominale ventilatie................................259, 268, 270Grenswaarde voor statuswijziging........................... 128

HHardware-index koelcircuitregelaar..........................189Heetgasdruk.....................................................146, 148Heetgastemperatuur................................ 146, 147, 149Heetgastemperatuursensor............................................

164, 181, 316, 317, 318, 321Helptekst.................................................................... 25Hogedrukschakelaar................................................ 321Hogedruksensor.............................................................153, 164, 170, 177, 181, 313, 316, 317, 318, 319, 321

Hoofdprintplaat [7] / [7-1]..........................................321Hoofdwarmtepomp.....................................................30HR-circulatiepomp....................................................238Hysterese– Zonne-luchtabsorber............................................. 211Hysterese kamertemperatuur koelcircuit..................255

IIJsaccumulator......................................................... 212– Zomerwerking....................................................... 212IJsbuffer............................................................. 26, 210– Elektrische apparaten............................................. 26– Zomerwerking......................................... 26, 212, 213IJsvorming............................................................63, 64Inbouwpositie ventilatietoestel................................. 263Inbouwset met mengklep......................................... 213Informatie voor service.............................................189Ingang 0..10 V..........................................................208Inschakeldrempel............................. 125, 126, 129, 235– Externe warmtegenerator......................................218Inschakelhysterese zonne-luchtabsorber.................211Inschakeloptimalisering............................................224Inschakeltijdstip ventilatoren...................................... 64Inschakelvertraging.................................................. 218– Verwarmingswater-doorstroomtoestel...................231Installatiecomponent bij externe omschakeling........205Installatiecomponenten.............................................. 51Installatieconfiguraties................................................50Installatiedefinitie (parametergroep).........................201Installatienummer.....................................................284Installatieoverzicht– Verbruiker.............................................................. 118– Warmteopwekker...................................................114– Warmtepompcascade........................................... 122Installatieschema..................................................... 201Installatievoorbeelden................................................ 16Instelbereik...............................................................199Instelhulp..................................................................199Instellingen laden..................................................... 197Instellingen opslaan................................................. 197Instelniveau– Installatiegebruiker..................................................24– Vakman................................................................... 25Instelniveaus.............................................................. 24Integralen................................................................. 125Intensieve ventilatie..................................................268Intensieve werking........................................... 259, 261– Max. duur.............................................................. 263Interne hydraulica (parametergroep)........................233

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 337: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

337

Interval voor langdurig gemiddelde buitentempera-tuur........................................................................... 202Inverter..................................................................... 314Invloed kamertemperatuur– Koelen...................................................................254

JJaararbeidsfactor..................................................... 185– Verwarmen............................................................185– Warm water...........................................................185

KKamerkoeling– Bij gebruik van eigen stroom.............................72, 75– Inschakelen.............................................................54– Uitschakelen............................................................54Kamertemperatuur................................... 120, 121, 261– Bij partywerking.....................................................250– Gereduceerd......................................................... 247– Normale.................................................................247Kamertemperatuurbijschakeling...............................249Kamertemperatuur-bijschakeling............................. 249Kamertemperatuur- bijschakeling– Koelen...................................................................251Kamertemperatuurregeling...................................... 248Kamertemperatuursensor.................................. 51, 247– Afzonderlijk koelcircuit...................................310, 312– Apart koelcircuit.....................................................254– Koeling.................................................................... 51Kamerverwarming– Bij gebruik van eigen stroom.............................72, 75– Inschakelen.............................................................53– Max. Duur..............................................................125– Met externe warmtegenerator...............................219– Met externe warmteopwekker...........................38, 39– Met verwarmingswater-doorstroomtoestel........ 38, 41– Uitschakelen............................................................53– Via ventilatietoestel................................................. 56Kenwaarden– Temperatuursensor type NTC 10 kΩ.....323, 326, 327– Temperatuursensor type NTC 15 kΩ.....................328– Temperatuursensor type NTC 20 kΩ.............324, 329– Temperatuursensor type NTC 50 kΩ.....................330– Temperatuursensor type Pt500A...........................325Keteltemperatuursensor...........................................310KM-BUS............................................................310, 311KM-BUS-deelnemer................................................. 192Koelbuffertemperatuur............................................. 121Koelcircuit...........................................................50, 142– 2-traps...................................................................216– Kamertemperatuurregeling................................... 254– Koellijn...........................................................252, 255– Selecteren.............................................................253– Vrijgave aanvoertemperatuursensor..................... 255Koelcircuitregelaar....... 15, 23, 142, 144, 146, 147, 149– Hardware-index.....................................................189– Identificeren...........................................................189– Overzicht.................................................................24– Software-index...................................................... 189– Type vinden...........................................................189

Koelfuncties..................................................56, 57, 253Koelgrens........................................................... 52, 203Koeling– Hysterese kamertemperatuur................................255– Koelcircuit selecteren............................................253– Parametergroep.................................................... 253– Via aardwarmtewisselaar........................................ 69Koellichaam inverter.................................................314Koolstofdioxideconcentratie......... 66, 70, 133, 137, 260Korte info..................................................................187Koudecircuitaanduiding............................................189Koudemiddel............................ 143, 145, 147, 148, 150Koudemiddelverzamelaar........................................ 145Kroonsteentjes................................................. 301, 303– Vitocal 200-A.........................................................305– Vitocal 222-G/333-G............................................. 308

LLaag tarief.................................................................. 35Lagedrukschakelaar.........................................319, 321Lagedruksensor.............................................................153, 164, 170, 178, 313, 315, 316, 317, 318, 319, 320

Langdurig gemiddelde van de buitentemperatuur....115Logboek................................................................... 127LON– Adressering...................................................283, 284– Buitentemperatuur ................................................284– Buitentemperatuur zenden....................................284– Deelnemerscontrole..............................................192– Deelnemersnummer..............................................283– Installatienummer..................................................284– Ontvangstinterval voor gegevens..........................284– Tijd ontvangen.......................................................285– Tijd zenden............................................................285LON-cascade..................................................... 29, 283LON-deelnemer........................................................192LON-handleiding...................................................... 192LON-module.......................................................30, 283Looptijd.....................................................................151– Compressor...........................................................123– Mengklep verwarmingscircuit................................250Looptijdcompensatie.......................................... 32, 204Looptijd compressor.................................................141Looptijdverlenging van de compressor.................... 124Lucht/water-warmtepompen– Binnenopstelling......................................................17– Buitenopstelling.......................................................17– Monoblock-uitvoering........................................17, 20– Split-uitvoering........................................................ 18

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 338: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

338

Luchtdebiet– Afvoerlucht............................................................ 122– Basisventilatie......................................................... 67– Basiswerking.....................................................60, 67– Gereduceerde ventilatie....................................60, 67– Intensieve ventilatie...........................................60, 67– Nominale ventilatie............................................60, 67– Spaarwerking.................................................... 60, 67– Toevoerlucht..................................................122, 134– Uitlaatlucht.................................................... 122, 133– Uitschakelwerking............................................. 60, 67– Vakantieprogramma.......................................... 60, 67Luchtinlaattemperatuur – verdamper.............................................................145Luchtinlaattemperatuursensor..........................316, 321Luchtinlaattemperatuur verdamper.......... 143, 147, 150Luchtintredetemperatuursensor............................... 313Luchtuitlaattemperatuur................................... 143, 145Luchtuittredetemperatuursensor.............................. 313Luchtvochtigheid.......................... 66, 70, 137, 140, 260

MMagneetklep tusseninspuiting..........................145, 315Max. aanvoertemperatuur verwarmingscircuit......... 249Max. Duur kamerverwarming................................... 125Max. duur tapwaterverwarming................................125Max. werkingsdruk verdamper......... 155, 160, 166, 172Meldaansluiting................................................ 301, 303Meldaansluitingen.................................... 298, 305, 308Melding A9, C9.........................................................210Meldingen– Bevestigen.............................................................. 77– Koelcircuitregelaar [2]........................................... 152– Koelcircuitregelaar [4]........................................... 157– Koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4]..............................163– Koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7]..............................170– Koelcircuitregelaar [6]........................................... 177– Koelcircuitregelaar [7] / [7-1]................................. 180– Meldingsoverzicht oproepen................................... 78– Opmerking...............................................................77– Opnieuw oproepen..................................................77– Opvragen................................................................ 77– Overzicht.................................................................78– Storing.....................................................................77– Ventilatie........................................................136, 139– Waarschuwing.........................................................77Meldingenlijst............................................................. 78Meldingsoverzicht...................................................... 78– Koelcircuitregelaar [2]........................................... 152– Koelcircuitregelaar [4]........................................... 157– Koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4]..............................163– Koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7]..............................169– Koelcircuitregelaar [6]........................................... 177– Koelcircuitregelaar [7] / [7-1]................................. 180– Ventilatie........................................................136, 139Mengklem verwarmingscircuit..................................250Mengklep externe warmtegenerator........................ 218Mengklepmotor.......................................................... 51Middelinginterval...................................................... 202Min. gewenste aanvoertemperatuur koeling............ 253

Min. Looptijd compressor......................................... 124Min. temperatuur aardwarmtewisselaar................... 273Min. temperatuur zonne-luchtabsorber.................... 211Min. toevoerluchttemperatuur voor bypass.............. 260Minimumdebiet...........................................................49Modbus...............................59, 189, 309, 310, 311, 313Modbus-deelnemer.................................................. 192Modbus-verbindingskabel................................ 319, 320Modbus-verdeler.............................................. 309, 311Monoblock-uitvoering........................................... 17, 20

NNalooptijd– Circulatiepomp...................................................... 130– Secundaire pomp..................................................124Natural cooling......................................................... 253Naverwarmregister.............................................65, 133– Vrijgave........................................................... 66, 257NC-box..................................................................... 312NC-mengklep............................................................. 51Niveausensor koudemiddelverzamelaar.................. 315Nominaal vermogen secundaire pomp.................... 237Nominale ventilatie...................................259, 268, 270Normale kamertemperatuur..................................... 247Nulleider................................................................... 288

OOffset........................................................................191Omkering koelcircuit.........................143, 145, 147, 150Omschakeling werkingsstatus..................................206Omschakelklep – verwarmen/tapwaterverwarming........................... 235Onderkoeling vloeibaar gas..................................... 145Onevenwicht.............................................. 61, 271, 272Ontdooien– Blokkeertijd............................................................124– Resterende periode...............................................124Ontdooifunctie.................................................. 135, 136Ontdooifuncties.......................................................... 63Ontdooi-integraal......................................................127Ontdooitemperatuursensor.............................. 181, 321Ontvangstinterval voor gegevens.............................284Openingsbreedte elektronische expansieklep......... 145Openingsbreedte elektronische expansieventiel............

143, 147, 148, 150Open verdeler............................................................ 49– Functiebeschrijving................................................. 45– Vrijgave................................................................. 242Opvragen van meldingen........................................... 77Overzicht– Koelcircuitregelaar.................................................. 24– Meldingen................................................................78– Ventilatie................................................................132

PParameter– Instellen.................................................................198– Resetten................................................................200Parametercode.................................................198, 199

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 339: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

339

Parametergroep....................................................... 199– Bediening.............................................................. 286– Buffer.....................................................................242– Communicatie....................................................... 283– Compressor...........................................................215– Elektrische verwarming.........................................230– Externe warmtegenerator......................................217– Fotovoltaïsch systeem.......................................... 275– Installatiedefinitie...................................................201– Interne hydraulica..................................................233– Koeling.................................................................. 253– Primaire bron.........................................................240– Smart Grid.............................................................280– Solar......................................................................229– Tijd.........................................................................282– Ventilatie................................................................257– Verwarmingscircuit/koelcircuit............................... 247– Warm water...........................................................222Parameters...............................................................201Parameters instellen................................................ 199Partywerking............................................................ 250Passiefhuis.................................................................66Passief koelen......................................62, 68, 136, 260Passief verwarmen.............................................61, 136Pauze compressor................................................... 124Pauzentijd tapwaterverwarming............................... 228Persgasdruk............................................. 143, 144, 149Persgastemp.................... 142, 143, 144, 147, 148, 150Persgastemperatuur.................................................130Persgastemperatuursensor............................................

153, 158, 164, 170, 177, 178, 313PIN-code.................................................................. 193Pompkick....................................................................55Primair circuit– Activeringsvertraging.............................................241– Min. intredetemperatuur........................................241Primaire bron......................................................26, 240– Aardcollector......................................................... 210– Aardsonde.............................................................210– IJsbuffer................................................................ 210– PWM-signaal.........................................................240– Vermogen..............................................................216– Zonne-luchtabsorber.............................................210Primaire bron (Parametergroep).............................. 240Primaire pomp..................................................317, 318– Informatie van de fabrikant....................................240Primaire pomp, schakeltoestand bij koeling.............203Printplaat.................................................................. 287– Basisprintplaat.......................................................289– EEK-printplaat [2]..................................................313– EEK-printplaat [4]..................................................315– EEK-printplaat [4-3] / [4-4].....................................316– EEK-printplaat [4-6] / [4-7].....................................317– EEK-printplaat [6]..................................................319– Hoofdprintplaat [7] / [7-1].......................................321– Kroonsteentjes.............................. 301, 303, 305, 308– Rangeerprintplaat..................................................298– Regelaar- en sensorprintplaat....................... 309, 311– Regelaarprintplaat [6]............................................319– Uitbreidingsprintplaat............................................ 293

Prioriteit externe vraag............................................. 208Productiemanager............................................130, 131Propaangastemperatuursensor........................310, 312PV-statistiek............................................................. 186PWM-aansturing– Boilerlaadpomp..................................................... 227– Primaire bron.........................................................240– Secundaire pomp..................................................236PWM-signaal............................................ 310, 311, 319

RRangeerprintplaat.....................................................298Regelaar- en sensorprintplaat.......................... 309, 311Regelaarprintplaat [6]...............................................319Regelcircuit– Opvraagmanager.................................................. 131– Productiemanager.................................................131– Verbruiker..............................................................131– Warmtebronnen.....................................................131Regelhogedruk.........154, 159, 165, 171, 178, 181, 227Regelingsinstellingen....................................... 198, 201Regelspanning– Aanpassen.................................................... 262, 265Regelstrategie primaire bron....................................240Relatieve luchtvochtigheid....................................... 134Rendement...............................................................122Reset........................................................................200Resterende ontdooitijd............................................. 124Retourtemperatuur– Primair circuit.................................................115, 148– Secundair circuit....................................115, 143, 145Retourtemperatuur secundair circuit 123, 147, 149, 150Retourtemperatuursensor secundair circuit...................

153, 177, 310, 311, 313, 317, 318, 319Retourtemperatuurverhoging..................................... 39

SSchakeltoestand primaire pomp...............................203Secundair circuit, minimumdebiet.............................. 49Secundaire pomp............................................. 317, 318– Aansturing.............................................................236– Informatie van de fabrikant....................................238– Nominaal vermogen..............................................237Sensorcompensatie................................................. 191– Afvoerluchttemperatuur.........................................266– Buitenluchttemperatuursensor.............................. 265– Toevoerluchttemperatuursensor............................266Sensoren..................................................................323Service beëindigen...................................................198Servicecontroles.......................................................106Servicemenu............................................................ 198Serviceniveau...........................................................198Service-Pin...............................................................192

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 340: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

340

Smart Grid..................................................................35– Aansluiting op uibreiding EA1................................. 36– Aansluiting op warmtepompregeling.......................37– Functies...................................................................37– Gewenste kamertemperatuur................................281– Gewenste temperatuur buffer............................... 281– Gewenste temperatuur warmwaterbereiding........ 281– Vrijgave................................................................. 280– Vrijgave verwarmingswater-doorstroomtoestel..... 280Smart Grid (parametergroep)...................................280Smart Home System.................................................. 71Softstarter.................................................................319Software-index– Afstandsbediening.................................................189– Koelcircuitregelaar................................................ 189Softwareversie opvragen......................................... 188Solar (parametergroep)............................................229Solarregelingsmodule– type SM1...............................................................229Soorten toestellen................................................ 15, 16Spaarwerking....................................................... 60, 67Split-uitvoering........................................................... 18Stappenmotor EEK.................................................. 320Startfase van de compressor................................... 235Starttijd HR-circulatiepomp...................................... 238Statistiek gebruik van eigen stroom................. 185, 186Statusindicaties inverter........................................... 314Statusinformatie....................................................... 106Statuswijziging......................................................... 127Storing........................................................................77Storingscode.............................................................. 78– Koelcircuitregelaar [2]........................................... 152– Koelcircuitregelaar [4]........................................... 157– Koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4]..............................163– Koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7]..............................170– Koelcircuitregelaar [6]........................................... 177– Koelcircuitregelaar [7] / [7-1]................................. 180– Ventilatie........................................................136, 139Storingsgeheugen...................................................... 78Storingsindicaties opvragen....................................... 77Storingsmeldingen..................................................... 78– Koelcircuitregelaar [2]........................................... 152– Koelcircuitregelaar [4]........................................... 157– Koelcircuitregelaar [4-3] / [4-4]..............................163– Koelcircuitregelaar [4-6] / [4-7]..............................170– Koelcircuitregelaar [6]........................................... 177– Koelcircuitregelaar [7] / [7-1]................................. 180– Ventilatie........................................................136, 139Storingsmelding oproepen......................................... 78Strategie vermogensregeling................................... 205Stromingsbewaker........................................... 130, 319Stuurspanning– Toevoerluchtventilator........................................... 136– Uitlaatluchtventilator..............................................136Symbolen................................................................... 15Systeeminformatie............................................. 23, 189

TTapwaternaverwarming– Elektrisch verwarmingselement............................ 226– Extra verwarmingen................................................ 43– Inschakelen.............................................................44– Met externe warmteopwekker.................................40– Uitschakelen............................................................44– Vrijgaven................................................................. 43Tapwateropwarming– 2e Gew. temperatuur.............................................224– Blokkeertijd............................................................228– Boilerlaadpomp..................................................... 227– In- en uitschakelen..................................................42– inschakeloptimalisering.........................................224– Max. Pauzetijd.........................................................43– Uitschakeloptimalisering....................................... 224Tapwateropwarming door zonne-energie...................44Tapwaterverwarming.................................................. 42– 2e Temperatuursensor.......................................... 225– Bij gebruik van eigen stroom.............................72, 73– Bij regelhogedruk.................................................. 227– Blokkeertijd..............................................................42– Boilertemperatuursensor onder.............................225– Externe warmtegenerator......................................226– Max. Duur..............................................................125– Max. looptijd..........................................................225– Max. onderbreking................................................ 225– Max. Pauzentijd.....................................................228– Met combiboiler.....................................................226– Met externe warmtegenerator...............................219– Temperatuurverhoging per uur..............................225– Uitschakelhysterese verwarmingswater-doorstroom-

element................................................................. 227– Voorrang................................................................226Tegenstroomwarmtewisselaar............................60, 263Temperaturen opvragen........................................... 106Temperatuurbereik ingang 0..10V............................ 208Temperatuurdoelregeling......................................... 258Temperatuurregelaar voor zwembadtemperatuurrege-ling................................................................57, 58, 204Temperatuursensor.................................................. 323– Aandrijving inverter....................................... 156, 182– Kenwaarden type NTC 10 kΩ............... 323, 326, 327– Kenwaarden type NTC 15 kΩ............................... 328– Kenwaarden type NTC 20 kΩ....................... 324, 329– Kenwaarden type NTC 50 kΩ............................... 330– Kenwaarden type Pt500A..................................... 325– Koelcircuitregelaar........................................ 165, 316Temperatuursensoren...................................... 310, 311Temperatuursensor vloeibaar gas..................................

153, 158, 166, 171, 313, 315Temperatuur vloeibaar gas.......................143, 145, 150Tijd– Herinschakelen ventilatie...................................... 264– Parametergroep.................................................... 282– Wintertijd............................................................... 282– Zomertijd............................................................... 282Tijdinterval filtervervanging...............................137, 140Tijdomschakeling– Zomertijd/wintertijd................................................282

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 341: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

341

Tijd ontvangen..........................................................285Tijdprogramma– Estrikdroging......................................................... 233– Geluidsgereduceerde werking.............................. 286Tijd via LON zenden.................................................285Timer................................................................ 123, 130Toepassingsgrenzen compressor............................ 151Toerental CV-pomp.................................................. 236Toerentalregeling primaire bron............................... 240Toestand bij levering herstellen................................200Toestandsautomaat..................................................128Toestandsautomaten................................................130Toetsen.......................................................................25Toevoerluchttemperatuur......................................... 122– Voor bypass.......................................................... 260Toevoerluchttemperatuursensor.......................137, 138– Sensorcompensatie.............................................. 266Toevoerluchtventilator.............................................. 132Toevoerluchtverwarming...................................... 56, 65Toolbinding............................................................... 192

UUitbreiding AM1..................................................26, 205Uitbreiding EA1............................................ 57, 58, 205Uitbreiding ijsbuffer.................................................... 26Uitbreidingsprintplaat............................................... 293Uitbreidingsset mengklep...........................................51Uitgebreid menu.........................................................25Uitlaatluchttemperatuur.............................. 65, 122, 133Uitlaatluchttemperatuursensor......................... 137, 138Uitlaatluchtventilator.................................................132Uitschakelgrens warmtepomp..................................220Uitschakeloptimalisering.................................... 47, 224Uitschakelpunt compressor......................................152

VVakantieprogramma ventilatie..............................60, 67Veiligheidsaansluitingen...........298, 301, 303, 305, 308Veiligheidscircuit.......................................................130Veiligheidsfuncties van de externe warmtegenerator.40Veiligheidshogedrukschakelaar................................318Veiligheidstemperatuurbegrenzer voorverwarmregis-ter............................................................................. 138Ventilatie...............................................59, 67, 257, 258– Debietaanpassing................................................. 260– Diagnose.......................................................132, 134– Functieschema......................................................132– Meldingsoverzicht......................................... 136, 139– Parametergroep.................................................... 257Ventilatie-automaat.............................................. 60, 67Ventilatietoestel.......................................... 59, 257, 258Ventilatietrappen.................................................. 60, 67Ventilatieverwarmingscircuit.......................................65Ventilator inverter..................................................... 314Ventilatortoerental.................... 143, 145, 147, 148, 150Verdampertemperatuur............................................ 115Verdampertemperatuursensor......................... 153, 316Verdampertemperatuur voor einde ontdooien..........215Verdampingsdruk............................................. 147, 148

Verdampingstemperatuur...............................................143, 145, 147, 148, 150, 151, 152

Verhoging gewenste temperatuur– Kamerverwarming.................................................278– Tapwateropwarming..............................................278– Verwarmingswaterbuffer....................................... 278Verijzing........................................................63, 64, 136Verijzingsgraad...........................................................63Verlaging gew. temperatuur– Kamerkoeling........................................................ 278Verlaging gewenste temperatuur– Verwarmings-/koelwaterbuffer...............................278Vermogen– Boilerlaadpomp..................................................... 119– Primaire bron.........................................................216– Primaire pomp....................................................... 115– Secundaire pomp.................................................. 115– Voorverwarmregister.............................................122– Warmtepomp.........................................................216VermogensaanpassingBij gebruik van eigen stroom. 73Vermogenscurven.................................................... 187Vermogensinvoer..................................................... 126Vermogenstrap verwarmingswater-doorstromer........ 40Verschildrukbewaker................................................ 136Verschil luchtdebiet.................................................... 61Verwarming buffer bij gebruik van eigen stroom.. 74, 75Verwarming condenswaterbak................................. 316Verwarmings-/koelwaterbuffer............45, 50, 51, 57, 71– Bij gebruik van eigen stroom...................................72– Gewenste temperatuur..........................................244– Koeling inschakelen................................................ 48– Koeling uitschakelen............................................... 48– Min. Temperatuur.................................................. 245– Uitschakelhysterese..............................................245– Werkingsstatus Constante.................................... 244Verwarmingscircuit..................................................... 50– Max. aanvoertemperatuur.....................................249Verwarmingscircuit/koelcircuit.................................... 50– Afstandsbediening.................................................247– Functiebeschrijving................................................. 49– Kamertemperatuurafhankelijke regeling................. 52– Kamertemperatuurinvloed.......................................52– Koelgrens................................................................52– Minimumdebiet........................................................49– Normale kamertemperatuur.................................. 247– Verwarmingsgrens.................................................. 52– Weersafhankelijke regeling..................................... 51– Werkingsstatus........................................................55Verwarmingscircuit/koelcircuit (parametergroep)..... 247Verwarmingscircuit voor blokkering bypassklep.......261Verwarmingsgrens............................................. 52, 202Verwarmingswaterbuffer........................ 50, 51, 57, 242– Vrijgave................................................................. 242

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 342: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

342

Verwarmingswater-doorstroomtoestel..................43, 55– Bivalentietemperatuur........................................... 232– Functiebeschrijving................................................. 40– Inschakeldrempel..................................................235– Inschakelvertraging...............................................231– Tapwaterverwarming...............................................41– Vrijgave................................................................. 230– Werkingswijze....................................................... 228Vitocom 100............................................................. 208Vitocomfort 200.................................................. 71, 275Vitosolic 200...............................................................26Vitotrol 200-A........................................................... 247Vitovent 200-C................................................... 59, 257Vitovent 200-W...........................................................67Vitovent 300-C........................................................... 67Vitovent 300-F............................................59, 257, 261Vitovent 300-W...........................................................67Vloeibaargastemperatuursensor...................... 317, 318Vochtigheid...........................................66, 70, 137, 140Vochtrecuperatie.................................................. 60, 68Vochtsensor............................................. 258, 267, 273Volgwarmtepomp......................................... 29, 30, 283Voorverwarmregister.............................. 65, 69, 70, 132– Vrijgave................................................................. 257Vorstbescherming........................ 40, 80, 208, 209, 271– Buffer.......................................................................48– Comfortfunctie.........................................................64– Herinschakelen van de ventilatoren......................264– Met aardwarmtewisselaar....................................... 70– Met voorverwarmregister.................................. 65, 69– Ventilatietoestel.....................................................263– Ventilator............................................................... 260– Vitovent 200-C........................................................ 63– Vitovent 200-W/300-C/300-W........................... 69, 70– Vitovent 300-F.........................................................65– Warmwaterboiler..................................................... 45– Zonder voorverwarmregister............................. 65, 70Vorstgevaar condensor.................... 160, 167, 173, 179Vraag– Externe warmteopwekker.............................. 117, 119– Zwembadverwarming.................................... 117, 120Vraag aan service.................................................... 189

Vrijgave– Actieve koeling......................................................256– Buffer voor eigen energieverbruik......................... 277– CO2-sensor...........................................................258– Communicatiemodule LON...................................283– Compressortrap voor kamerkoeling...................... 215– Compressortrap voor kamerverwarming...............215– Compressortrap voor tapwateropwarming............ 215– CV-water-doorstroomtoestel................................. 226– Elektrische verwarming.........................................231– Elektrisch verwarmingselement............................ 226– Elektrisch voorverwarmregister.............................257– Gebruik van eigen stroom.....................................275– Gewenste warmwatertemperatuur 2..................... 276– Hydraulisch naverwarmregister.............................257– Kamerkoeling voor gebruik van eigen stroom.......277– Kamerverwarming voor gebruik van eigen stroom277– Naverwarmregister..................................................66– Smart Grid.............................................................280– Stookwater-doorstroomtoestel.............................. 231– Tapwateropwarming voor gebruik van eigen stroom...

276– Verwarmings-/koelwaterbuffer voor eigen energiever-

bruik...................................................................... 278– verwarmingswater-doorstroomtoestel................... 230– Verwarmingswater-doorstroomtoestel ..................231– Vochtsensor.......................................................... 258Vrijgave compressor– Voor kamerkoeling................................................ 216– Voor kamerverwarming......................................... 216– Voor tapwaterverwarming..................................... 216– Voor zwembadverwarming....................................216

WWaarschuwing............................................................77Warmtebronnen........................................................131Warmtepomp– Aanvragen...............................................................32– Uitschakelen............................................................32– Vermogen..............................................................216Warmtepompcascade.................. 29, 31, 204, 205, 283– Aansluitingen buffer................................................ 46– Aanvoertemperatuurregeling...................................30– Hydraulische aansluitvarianten............................... 30Warmtepompregeling in LON integreren....................31Warmterecuperatie.......................................60, 68, 263Warmtewisselaar..........................60, 68, 132, 259, 263Warm water– 2e gewenste temperatuur..................................... 224– 2e Temperatuursensor.......................................... 225– Boilertemperatuursensor onder.............................225– Gewenste waarde................................................. 222– Hysterese..............................................................223– inschakeloptimalisering.........................................224– Max. temperatuur..................................................222– Min. temperatuur...................................................222– Parametergroep.................................................... 222– Uitschakeloptimalisering....................................... 224

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 343: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

343

Warmwaterboiler– Max. temperatuur..................................................222– Min. temperatuur...................................................222– Vorstbescherming................................................... 45Weersafhankelijke regeling........................................ 51Werk. waarde toevoerluchttemperatuur................... 134Werkelijke waarde afvoerluchttemperatuur..............134Werking bypass........................................................271Werkingspunt........................................................... 130Werkingsstatus.........................................................129– Bij externe omschakeling...................................... 206– Buffer.................................................................47, 48– Omschakelen............................................ 33, 34, 205Werkingsstatus omschakelen.................................. 122Werkingsstatus ventilatie..................................... 60, 67– Gereduceerd..................................................... 60, 67– Intensief.............................................................60, 67– Normaal.............................................................60, 67Werkingswijze– Elektrisch verwarmingselement............................ 228– Externe warmtegenerator......................................228– Verwarmingswater-doorstroomtoestel...................228Werking vakantieprogramma................................... 213Wijziging werkingsstatus.......................................... 129Wintertijd.................................................................. 282Woningventilatie.................................................59, 257– Diagnose.......................................................132, 134– Vitovent 200-C........................................................ 59– Vitovent 200-W........................................................67– Vitovent 300-C........................................................ 67– Vitovent 300-F.........................................................59– Vitovent 300-W........................................................67

ZZomertijd.................................................................. 282Zomerwerking ijsaccumulator.................................. 212Zomerwerking ijsbuffer....................... 26, 211, 212, 213Zonne-absorber..........................................................26Zonne-luchtabsorber................................................ 211– Hysterese.............................................................. 211Zonneregeling.......................................................... 229Zonneregelingsfunctie................................................44Zonneregelingsmodule...............................................44– Type SM1..............................................................229Zuiggasdruk............................. 130, 143, 144, 145, 150Zuiggasoververhitting.....................................................

143, 144, 145, 147, 155, 160, 166, 172Zuiggastemperatuur.......................................................

142, 143, 144, 146, 147, 148, 149, 150Zuiggastemperatuursensor............................................153, 158, 164, 170, 181, 313, 315, 316, 317, 318,

319, 320, 321Zuiggastemperatuursensor reversibel......166, 310, 312Zwembadverwarming.........................................57, 204

Index

Index (vervolg)

5837

029

Page 344: Servicehandleiding VIESMANN...Servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Vitotronic 200 type WO1C Warmtepompregeling Voor lucht/water-warmtepompen met binnen- en buitenunit,

344

Viessmann Nederland B.V.Postbus 3222900 AH Capelle a/d IJsselTel. : 010-458 44 44Fax : 010-458 70 72e-mail : [email protected] 58

3702

9Te

chni

sche

wijz

igin

gen

voor

beho

uden

.