SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

56
Praktische tips & Kant-en-klare tools LESSONS LEARNED Het Landelijk Steunpunt Brede Scholen kijkt terug Er liggen elke dag weer volop kansen Ambassadeurs geven het voorbeeld “Waarom moeilijk doen als het samen kan?” 01 Verschijnt periodiek SAMEN. Voor een brede ontwikkeling in onderwijs en kinderopvang wij “Een geboeid kind leert als een tierelier.” Martijn van der Kroef

description

Verschijnt periodiek. in SAMEN worden de Lessons Learned van het het Landelijk Steunpunt Brede Scholen gepubliceerd. Bekeken door de ogen van niet alleen de adviseurs van het Steunpunt, maar vooral door alle belanghebbenden zelf. Wetenschappers, publicisten, politiek, bestuur. meer info: [email protected]

Transcript of SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Page 1: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Praktische tips & Kant-en-klare tools

LESSONS LEARNED

Het Landelijk Steunpunt Brede Scholen kijkt terug

Er liggen elke dag weer volop kansen

Ambassadeurs geven het voorbeeld

“Waarom moeilijk doen als het samen kan?”

01Verschijnt p

eriodiek

SAMEN.Voor een brede ontwikkeling in onderwijs en kinderopvang

wij

“Een geboeid kind leert als een tierelier.”Martijn van der Kroef

Page 2: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Om de ontwikkeling van brede scholen in het primair- en voortgezet onderwijs te stimuleren,

richtte het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) in 2009 het

Landelijk Steunpunt Brede Scholen op. Om te zorgen voor een structurele koppeling met de

kinderopvang werd in 2011 ook het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)

opdrachtgever van het Landelijk Steunpunt.

Naast de ministeries van OCW en SZW zijn de PO-Raad, de VO-Raad, de Branche-organisatie

Kinderopvang, de Belangenvereniging Ouders in de Kinderopvang en Peuterspeelzalen en de

gezamenlijke ouderverenigingen in het onderwijs opdrachtgever van het Landelijk Steunpunt.

Het Landelijk Steunpunt werd bemand/bemenst door

Job van Velsen, projectleider

Simon Steen, bestuurder van het Landelijk Steunpunt Brede Scholen

Yvette Vervoort, adviseur

Tonny van den Berg, adviseur

Alice Jansen, adviseur

Aimée de Wilde, gedetacheerd vanuit ministerie SZW

Edward Moolenburgh, adviseur governance zaken

Peter Warnders, projectsecretaris

Margot Roelofs, secretariaat

George Ongkiehong, cimon communicatie

Ambassadeurs

De ambassadeurs van het Steunpunt waren de praktijkexperts. Ieder van hen vertegenwoordigt

een aansprekend voorbeeld van samenwerking binnen een brede school of IKC. Net als de brede

school zelf zijn de ambassadeurs ieder uniek en vertegenwoordigen zij een diversiteit aan brede

schoolthema’s. De ambassadeurs hebben vele bezoekers ontvangen in hun brede school/IKC en

worskhops verzorgd. Voor het Steunpunt waren zij, met hun praktische kennis en ervaring,

de brug tussen praktijk en theorie.

Fotografie: Steven Scholten, George Ongkiehong, tenzij anders vermeld.

Het schilderij en de gerichten: dank aan Wouter Stips.

Concept, vormgeving, redactie: cimon communicatie, Den Haag

George Ongkiehong, Marcel Elzinga, Angelique Walison,

Annemarie Rutgers, Marjolein van Rotterdam

‘Samen’ is een publicatie van het Landelijk Steunpunt Brede Scholen naar een idee van

George Ongkiehong en Job van Velsen.

C O L O F O N

Kennis van Brede School en IKC

Brede School. IKC. Expertise. Advies.

Kennis. Netwerken. Congressen. Advies.

Centraal in brede samenwerking

Voor de toekomst, voor kinderen

Onderwijs. Kinderopvang. Samen.

Page 3: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

SAMEN

Voor u ligt een uniek magazine.

Gemaakt voor alle professionals die betrokken zijn bij een

brede school of IKC, of daarnaar op weg zijn. Wij bieden

u dit aan als laatste product van het Landelijk Steunpunt

Brede Scholen.

Het Steunpunt vervulde bijna zeven jaar lang, in opdracht

van het ministerie van OCW en SZW, een ondersteunende en

informatieve rol bij de brede schoolontwikkeling.

We kwamen als adviseurs op vele, vele scholen, brede

scholen en kinderopvanglocaties. We bezochten gemeentes,

BSO’s, naschoolse activiteiten, besteedden aandacht aan

thema’s als Kunst en Cultuur, Passend Onderwijs, Sport

en Gezonde Leefstijl én Natuur en Milieu. Spraken met

vele, vele mensen. Beantwoordden honderden vragen en

organiseerden tal van landelijke bijeenkomsten en bezoeken.

En naar aanleiding van die vragen ontwikkelden we, vaak

samen met onze directe partners, PO-Raad, ouderorganisaties

en de Brancheorganisatie Kinderopvang praktische en

oplossingsgerichte handreikingen of instrumenten. Onze

ambassadeurs, ervaren pioniers op brede schoolgebied,

vormden daarbij een onmisbare schakel. Of, zoals ik dat zie, wij

waren samen de brug tussen hoofd en handen.

Het waren zes waardevolle jaren.

Die ons, adviseurs, vele lessen hebben opgeleverd. Lessons

learned is dan ook de rode draad in dit magazine. Wat

hebben we met zijn allen de afgelopen jaren geleerd, welke

inzichten zijn verkregen die u de komende jaren, bij de verdere

ontwikkeling en inhoudelijke vormgeving van uw brede

school of IKC, van nut kunnen zijn? U vindt ze verpakt in de

vorm van interviews, publicaties, bijzondere activiteiten en

waardevolle tips. U leest over het belang van visie en het

waarom van samenwerking. Over bestuurlijke borging, want

dát maakt een brede school of IKC succesvol. Natuurlijk leest

u over het belang van de brede school voor kinderen, ouders

en maatschappij. Een planmatige en structurele aanpak van

uw brede school is zo’n andere succesfactor. En misschien

wel de allerbelangrijkste les is dat de mensen het succes

bepalen, de chemie tussen de samenwerkende professionals

en bestuurders op en rondom de werkvloer.

Wij zijn de brede school, schrijf ik elders in dit magazine.

Dat bereik je niet alleen, dat doe je samen. Samen vraagt iets

van elkaar, zoals Wouter Stips dat ooit zo mooi in bovenstaand

gedicht schreef.

Persoonlijk heb ik de afgelopen zes jaar ervaren hoe

waardevol het is om vanuit verschillende perspectieven,

achtergronden en organisaties kennis te delen.

Juist de verscheidenheid van onze adviseurs en die van onze

stakeholders, maakt dat we zo’n rijk en op de praktijkervaring

gebaseerd magazine hebben kunnen maken. Ik hoop ook,

namens al mijn collega’s, dat alle tips, handreikingen

en instrumenten in dit magazine en in de toolkit www.

bredeschool.nl u inspireren en verder helpen in de praktijk van

uw brede school. En dat alle kennis en ervaring bijdraagt aan

de verdere ontwikkeling van de brede school, om daarmee de

ontwikkeling van kinderen te verbreden en te verrijken.

Ik wens u succes en plezier!

Job van Velsen

Ga je mee, dan gaan we samen,

samen redden we het wel.

Samen hebben we het goed,

Ik wacht wel even als het moet.

3 | SAMEN

Page 4: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt
Page 5: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt
Page 6: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

“Geefkinderen de ruimte” heet het actieplan van de PO-

Raad, de Brancheorganisatie Kinderopvang en de MOgroep:

een actielijstje met tien punten om kinderen een goede

start te geven. ‘We benaderen het kind vanuit instituties,

wet- en regelgeving. We willen dat veranderen, maar lopen

tegen de grenzen van die regels aan’, zei Rinda den Besten,

voorzitter van de PO-Raad bij de presentatie. Ze pleit voor

meer experimenteerruimte. Volgens Peter van Lieshout,

hoogleraar Maatschappijwetenschappen aan de Universiteit

Utrecht en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het

Regeringsbeleid, moet er nu juist een volgende stap gezet

worden. ‘Geëxperimenteerd is en wordt er al.’

VEEL BELANGSTELLING Geëxperimenteerd wordt er bijvoorbeeld volop in de nieuwe

brede school Noorderbreedte in Diemen; sinds augustus in

bedrijf. En daar is veel belangstelling voor: van onderwijs,

kinderopvang en welzijn. Uit onderzoek van de Algemene

Vereniging van Schoolleiders (AVS) bleek dat twee derde van

de schoolleiders verwacht dat de school van de toekomst

Samen voor een brede ontwikkeling. Brede school

Noorderbreedte in Diemen geeft de doorgaande

lijn tussen peuterspeelzaal en kleuterklas steeds

beter vorm. Een portret van een IKC in wording,

over mogelijkheden en moeilijkheden.

FRANS VERSTRATEN

Ga voor een gedragen visie! Waarom willen we een IKC? En met wie willen we een IKC? ‘In

mijn ogen gaat het er bij een IKC om kinderen en hun ouders een rijke leer- en

ontwikkelomgeving te bieden, een plek waar je uitgedaagd of geholpen wordt.

Een ‘scola’ in de oorspronkelijke zin van het woord: liefhebberij, stud ie, vrije

tijdsbesteding. Dan moeten allereerst de doelen helder zijn, vanuit een visie en met

gebruik van data en feiten. Om te voorkomen dat je verzandt in oeverloze overleggen

waarvan je kunt afvragen wat de meerwaarde voor kinderen is.’ Job van Velsen.

LESSONSLEARNED

een integraal kindcentrum, een IKC zal zijn. Noorderbreedte

noemt zich officieel geen IKC, maar komt al aardig in de

buurt, zegt directeur Frans Verstraten. Job van Velsen van

het Landelijk Steunpunt Brede Scholen neemt er regelmatig

geïnteresseerden mee naartoe, omdat hij vindt dat

Noorderbreedte aantoont dat je vanuit een bestaande situatie

grote stappen kunt maken.

NASCHOOLSE ACTIVITEITENIn Noorderbreedte zitten twee basisscholen, van twee

denominaties (en twee schoolbesturen: openbaar en

oecumenisch), een peuterspeelzaal en buitenschoolse opvang.

Een andere kinderopvangorganisatie, Kinderkorf, heeft een

vestiging pal naast Noorderbreedte. Iedere middag zijn er

bovendien naschoolse activiteiten, van circus tot yoga, van

Spaans tot koken. Dat gebeurt onder verantwoordelijkheid van

directeur Verstraten.

Foto’s: Ronald Tilleman

Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl 6 | SAMEN

Page 7: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Niet alleen op cognitief gebied . Dat is wat alle organisaties

bindt.” Hij vindt het jammer dat in Nederland alles zo

overgereguleerd is. Graag zou Verstraten bso-medewerkers

of peuterspeelzaalleidsters als klassenassistenten inzetten.

“Zeker in het kader van passend onderwijs hebben we grote

behoefte aan extra ondersteuning. We hebben geen blinde

leerlingen, maar verder, denk ik, alle mogelijke arrangementen.

Maar ook ons budget is beperkt. Los van de ingewikkelde

procedures.” Het zou helpen als de overheid oplossingen

aandraagt voor de problemen op het gebied van btw, cao’s

en taakuren.

Hij is sinds twee jaar directeur van beide scholen, dus al voor

de nieuwbouw. Voorheen zaten de scholen op verschillende

locaties, nu in een gebouw. Sterker nog, de kinderen van de

verschillende scholen zitten bij elkaar in een unit. Een unit

van groep 4 en 5 bijvoorbeeld bestaat uit vier groepen van

zowel basisschool De Duif als van ‘t Palet. De lokalen zijn

gegroepeerd rond een speel-leerplein. Na een klassikaal begin

van de dag verzamelen de Duif- en Paletkinderen zich daar.

Daar ontmoeten ze elkaar en daar trekken ze samen op. Dat

doen ook de kinderen van de peuterspeelzaal, onderdeel van

Stichting Welzijn Diemen, en de kleuterklassen. De naschoolse

activiteiten, waarvan in totaal 250 kinderen gebruikmaken,

verspreiden zich door het hele gebouw, en de bso (voor en na

school met 80 kinderen) is gevestigd in een paar units.

FORSE STAPPENVerstraten wil in de toekomst graag nog een aantal forse

stappen zetten. Zoals een ontwikkelvolgmodel va n 0 tot

13 jaar. “Wij werken samen aan de brede ontwikkeling van

kinderen , zodat zij zich zoveel mogelijk en optimaal mogelijk

kunnen omplooien. En zodat alle talenten aan bod komen.

AMBASSADEURSOm tegemoet te komen aan de behoefte om

aansprekende brede scholen te bezoeken heeft het

Landelijk Steunpunt Brede Scholen een netwerk

opgezet van goede voorbeelden: ambassadeurs. De

ambassadeurs werken voor een echte ‘voorloper’

en/of zijn praktijk- of ervaringsdeskundige. Denk

aan een schooldirecteur, brede school coördinator,

locatiemanager kinderopvang of beleidsmedewerker

van de gemeente. Daarmee vervullen ze een

voortrekkersfunctie. Hun school onderscheidt zich

op organisatiestructuur, samenwerking of gebouw

en kan een voorbeeld zijn voor andere brede scholen.

Inmiddels zijn er meer dan zestig ambassadeurs.

7 | SAMEN

Page 8: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

EVENEMENTENHet Landelijk Steunpunt heeft alle ontwikkelingen op het

terrein van brede scholen en Integrale Kindcentra onder

de aandacht gebracht bij professionals in het onderwijs en

kinderopvangorganisaties, schoolleiders en management

kinderopvang, bestuurders en onderzoekers.

8 | SAMEN

Page 9: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

EVENEMENTENDaartoe hebben wij vele bijeenkomsten, zowel op landelijk- als

lokaal niveau, georganiseerd en bijgewoond. Met het geven van

dit soort presentaties/lezingen geeft het Landelijk Steunpunt

informatie en deelt haar kennis. Er wordt op deze manier gericht

onder grotere groepen relevante brede schoolinformatie verspreid.

9 | SAMEN

Page 10: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

De afgelopen drie jaar heeft in de gemeenten Nijmegen, Wijchen en Zaanstad de pilot

Gemeentebrede Dagarrangementen plaatsgevonden . Het doel van de pilot was om

binnen de huidige juridische en budgettaire mogelijkheden zoveel mogelijk sluitende

dagarrangementen van onderwijs en opvang te realiseren voor ten minste de kinderen van

werkende ouders. De praktische belemmeringen die hierbij ontstaan zijn in kaart gebracht.

En er is naar oplossingen gezocht binnen de bestaande wet- en regelgeving. Het Landelijk

Steunpunt Brede Scholen heeft de pilot begeleid.

Pilot ontwikkelarrangementen in Nijmegen, Wijchen en Zaanstad

GEMEENTEBREDE DAGARRANGEMENTEN

De drie deelnemende gemeenten hebben de ambitie om

ontwikkelarrangementen te realiseren voor alle kinderen. Dit

zijn arrangementen die in tijd én inhoud aansluiten in plaats

van alleen in tijd. Zo willen de deelnemende gemeenten, ook

in het naschoolse aanbod, bijdragen aan de ontwikkeling van

kinderen en segregatie in de wijk voorkomen.

Drie vertegenwoordigers vertellen wat er is gelukt, wat nog

niet en wat er van de pilot te leren valt.

NIJMEGENMaria Buur is projectmanager van de gemeente Nijmegen en

sinds dit voorjaar als coördinator bij de pilot betrokken.

Hoe verloopt de realisatie van ontwikkelarrangementen in

Nijmegen?

“Het realiseren van ontwikkelarrangementen is een project

van de lange adem. In Nijmegen zijn we al heel lang bezig met

brede scholen met een sluitend dagprogramma voor liefst

alle kinderen. Eerst hadden we de Open Wijk Scholen, in 2010

besloten we om het breder te trekken en van de Open Wijk

Scholen, brede scholen te maken.”

Waar stond Nijmegen aan het begin van de pilot en hoe staat

het er nu voor?

“De ambitie was in de pilotperiode te komen tot 25 brede

scholen. In het begin van de pilot werkten we aan een

blauwdruk voor alle scholen. Maar elke school is anders,

lokaal maatwerk is daarom nodig. De scholen maken de

plannen nu zelf. Op dit moment zijn de twaalf Open Wijk

Scholen omgevormd tot brede school en er zijn vier nieuwe

brede scholen bijgekomen. De andere scholen werken

aan, ieder op zijn/haar manier, het realiseren van de

ontwikkelarrangementen.”

Kunt u in één zin zeggen wat in Nijmegen de conclusie is na

drie jaar pilot?

“De pilot heeft het proces van het maken van ontwikkel-

arrangementen absoluut ondersteund. We weten nu dat de

goede wil het voor elkaar te krijgen er is. Iedereen onderschrijft

het gedachtegoed van het ontwikkelarrangement. Wat ook

duidelijk is geworden is dat het niet eenvoudig is om het doel

te bereiken en dat voor iedere school maatwerk nodig is.”

Kunt u een mooi voorbeeld van een positieve ontwikkeling?

“Dan noem ik het integraal kindcentrum De Wieken. Daar

is het gelukt om het aanbod van onderwijs en opvang als

een geheel uit te voeren door één team onder één leiding,

vanuit één pedagogisch-didactische visie. Onderwijs en

kinderopvang werken er samen aan de brede ontwikkeling van

de kinderen. Het MT heeft van de bestuurders alleen kaders

gekregen waarbinnen zij de samenwerking in praktijk kunnen

ontwikkelen.”

10 | SAMEN

Page 11: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Wat kunnen andere gemeenten leren van de pilot in Nijmegen,

Wijchen en Zaanstad?

“Best veel! Er is materiaal voorhanden. Op de website

www.bredescholen-nijmegen.nl is het allemaal te lezen.”

WIJCHENMarlien Joosse is adjunct-directeur van kinderopvang De

Eerste Stap in Wijchen. Sinds het begin, nu een kleine tien jaar

geleden, is ze betrokken bij de ontwikkeling van Brede Scholen

in Wijchen. Ze is ook vanaf het begin betrokken bij de pilot.

Hoe staat het in Wijchen met de ontwikkelarrangementen?

“Scholen, kinderopvang en gemeente werken veel samen. We

zijn enthousiast - nog steeds! - maar de praktijk is weerbarstig.

Wijchen kreeg bijvoorbeeld te maken met een krimpend aantal

kinderen en met minder kinderen die naar de buitenschoolse

opvang (bso) gaan. 20% van de kinderen gaat nu naar de bso

en veel kinderen gaan maar één dag. Dat maakt het moeilijk

een echt ontwikkelarrangement aan te bieden met een

inhoudelijke samenhang tussen onderwijs en opvang.”

Waar stond Wijchen aan het begin van de pilot en hoe staat het

er nu voor?

“Het schoolbestuur had al gekozen voor het vijf gelijke dagen

model. Dit betekent dat alle kinderen om twee uur vrij zijn.

Hierdoor ontstond de wens om een in tijd én inhoud aansluitend

arrangement aan te bieden. Er is nu een beleidscommissie die

bestaat uit vertegenwoordigers van de gemeente, scholen en

kinderopvang. En er is nu ook subsidie van de gemeente om de

ontwikkelen van de samenwerking zélf te stimuleren.”

Welke knelpunten kwamen precies naar boven?

“Vooral de belemmeringen als gevolg van de verschillen in

de stelsels onderwijs en kinderopvang ervaren wij als een

complicerende en vertragende factor. En als gevolg van de

afnemende vraag naar buitenschoolse opvang kunnen wij niet

meer bij elke school een bso-locatie openhouden. Dit maakt

het realiseren van een ontwikkelarrangement moeilijk. Het is

roeien met de riemen die je hebt”

Wat is de conclusie na drie jaar pilot?

“We zijn ons er nu van bewust dat het realiseren van een

ontwikkelarrangement mooi, maar moeilijk is. Het realiseren

van draagvlak op de werkvloer voor samenwerking in de brede

school is nu de grootste uitdaging. De aandacht is daarom

vooral gericht op de basis, dat wil zeggen de pedagogisch

medewerkers en leerkrachten. Zij moeten dezelfde taal gaan

spreken met name waar het gaat om zorgleerlingen.”

11 | SAMEN

Page 12: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Heb je een tip voor iedereen die met ontwikkelarrangementen

wil beginnen?

“Betrek vanaf het begin ook de kinderopvang bij het

ontwikkelen van plannen. Ook als het lange-termijnplannen

zijn. Uit de ervaringen in Wijchen blijkt dat een brede school

beter werkt als alle partners in één gebouw zitten.”

ZAANSTADMarja Bruinsma is sinds enkele jaren beleidsadviseur onderwijs

Agora, en was o.a. directeur van een brede school. Ze is van het

begin af aan bij de pilot ontwikkelarrangementen betrokken.

Hoe staat het ervoor met het Zaanse ontwikkelarrangement?

“Uitstekend ! Hoewel er nog veel te wensen valt, werken al

onze vijfentwintig basisscholen ook de twee buiten Zaanstad,

samen met kinderopvang en hebben een naschools aanbod. Zij

zijn in die zin dus een brede school en werken allemaal met een

ontwikkelarrangement. Brede school is in Zaanstad trouwens

al een enigszins verouderd begrip. Agora heeft als ambitie: alle

scholen IKC’s, integrale kindercentra. We ervaren dat je met

één team, één beleid, één regie sneller resultaten kunt boeken.

Nu is het nog zo dat pm-ers (pedagogisch medewerkers)

en leraren elk hun eigen leidinggevende hebben. Dat kan

doeltreffender. Dit jaar starten we met de eerste twee IKC’s.”

Hoe komt het dat het in Zaanstad steeds beter gaat?

“Gemeente, onderwijs en kinderopvang zitten grotendeels

op één lijn. Iedereen wil een kwalitatief goed arrangement

dat past bij dat kind, op die school in die wijk. De gemeente

ondersteunt dit streven met subsidiekaders die aansluiten

op de doelen en door het koppelen van subsidies. Subsidies

worden zo gerichter besteed.”

Zijn er in de pilotperiode helemaal geen knelpunten naar boven

gekomen?

“Zeker wel! De wet- en regelgeving kan belemmerend werken,

dit leidt soms tot inefficiëntie en ineffectiviteit. Dit kost

geld. Een voorbeeld: als een kind binnen de BSO deelneemt

aan een naschoolse activiteit, neem sport, geldt er een

heel andere leidster-kind ratio dan wanneer hetzelfde kind

vanuit onderwijs deelneemt aan dezelfde activiteit. Bij een

naschoolse activiteit kan bij wijze van spreken één leider

sport geven aan dertig kinderen , bij de BSO is de verhouding

vanaf acht jaar 1:10. Bovendien is er sprake van een maximale

groepsgrootte van 20 kinderen. Wat wij geleerd hebben,

is dat regelgeving één ding is en dat je met lef het verschil

kunt maken. Blijven zoeken naar hoe het wél kan. Wij zijn de

discussie steeds aangegaan en het is gelukt de BSO en de

naschoolse activiteiten betaalbaar te houden. Iets anders

dat vaak ingewikkeld is: de huur en de huurcontracten. Je

gebruikt elkaars ruimtes, de hoogte van de huurafdracht van

onderwijs aan de gemeente kan voor de BSO bijvoorbeeld

te hoog uitpakken. Daardoor blijkt een inpandige bso soms

niet mogelijk, terwijl daar voor de kinderen en ouders veel

voordelen aan zitten.”

De problemen los je op als je een IKC maakt van de brede

school?

“Knelpunten die niet veroorzaakt worden door wet- en

regelgeving, wel. We zijn nu zo ver dat op papier zo’n 50%

t.b.v. de realisatie van IKC’s geregeld is. Niet alles dus, maar

we vinden het nu tijd om gewoon te gaan beginnen. We

noemen het geen pilot omdat we er zeker van zijn dat deze

ontwikkeling doorgaat; het is een proeftuin. We starten

met ‘het laaghangend fruit’. Eén van de twee scholen, De

Golfbreker, heeft alles in en om huis voor een grote kans van

slagen. De school heeft techniek, kunst en cultuur ingebed

in haar onderwijs en naschools aanbod, een dependance van

de muziekschool zit in het gebouw, en heeft aan het plein, de

peuterspeelzaal en de kinderopvang van nul tot vier jaar. De

samenwerking gaat goed en op het gebied van doorgaande

lijnen tussen onderwijs en opvang is er al veel verkend.”

Waar stond Zaanstad aan het begin van de pilot, en waar is de

gemeente nu?

“Een onderzoeksvraag binnen de pilot was: komen de ervaren

belemmeringen voort uit beleving of regelgeving. Wij hebben

gemerkt dat het merendeel er van ontstaat als gevolg van

wet- en regelgeving, maar we willen ons er niet door laten

ontmoedigen. Kort gezegd zijn er drie punten die dankzij de

pilot verbeterd zijn: we weten dat we hetzelfde willen, we zijn

nauwer gaan samenwerken, en we hebben ondersteuning van

de gemeente die de subsidies slim inzet en écht stuurt op het

ontwikkelarrangement.”

Wat kunnen andere gemeenten van Zaanstad leren?

“Dat het ongelooflijk belangrijk is om dezelfde doelen na te

streven omdat je dan veel meer bereikt. Dat hebben wij hier

voor elkaar. Iedereen wil de doorgaande ontwikkelingslijn en

bij voorkeur binnen een IKC.”

Heb je tot slot één cruciale tip voor wie wil beginnen met een

ontwikkelarrangement?

“Schrijf je ambitie uit en streef ‘m na.”

12 | SAMEN

Page 13: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

wat voor een deel van de ouders te duur is.

Met de projectgroepen is in de pilotperiode een voorstel

geformuleerd voor nieuwe kwaliteitseisen voor deze

gecombineerde groepen. In het schooljaar 2015-2016 worden

de nieuwe kwaliteitseisen op een aantal locaties in Wijchen

en Zaanstad getest. De ervaringen van dit praktijkonderzoek

worden betrokken bij het project Het Nieuwe Toezicht van het

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (herijking

van de kwaliteitseisen van de Wet kinderopvang).

Andere knelpunten die tijdens de pilotperiode aan de orde

zijn gekomen zijn de tussenschoolse opvang, financiering

en huisvesting. Voor deze knelpunten zijn er volgens de

projectgroepen mogelijkheden om hier binnen de huidige wet-

en regelgeving mee om te gaan. Dit kost echter wel veel tijd en

energie van bestuurders, managers en uitvoerders.

Als alle ervaren knelpunten in de wet- en regelgeving worden

weggenomen zal de realisatie van het ontwikkelarrangement

minder tijd en geld kosten. Dit is echter niet per se een

oplossing voor de beperkte deelname per dag en aan de

verschillende onderdelen van het ontwikkelarrangement. Er

is immers geen budget om voor alle kinderen iedere dag een

naschools aanbod te financieren. Het gat tussen de huidige

deelname en een aanbod voor alle kinderen is heel groot.

25 scholen, 25 variaties op dagarrangementen

In de projectperiode hebben we van de in totaal 40 scholen in de pilot 25 scholen bezocht.Elk bezoek hebben we gesproken met de schooldirecteur, de locatie/regiomanager van de kinderopvang en soms een vertegenwoordiger van welzijn (met name de scholen in Nijmegen). Tijdens elk bezoek hebben we een rondleiding gehad door het gebouw en vaak ook met een paar leerkrachten en pm-ers kinderopvang gesproken.

Van elk bezoek is een situatieschets gemaakt: wijk, aantal leerlingen van de school, de instroom vanuit peuterspeelzaal en kinderdagverblijven, de overblijf en de deelname aan buitenschoolse opvang en naschoolse activiteiten.In de bollenschema’s is het percentage instroom en deelname aan het arrangement per jaar weergegeven en in de kolommenschema’s de deelname van kinderen van 4-12 aan het dagarrangement per dag. Dat is een fictieve dag waarop zowel de deelname aan de bso hoog is als de deelname aan nsa en tso. In de praktijk is de deelname aan de bso op dinsdag en donderdag vaak het hoogst. Op woensdag en vrijdag is dat heel laag, een aantal bso-locaties is dan gesloten.

De percentages en aantallen zijn geen verifieerbare data. De deelname gegevens van met name nsa blijken niet bijgehouden te worden. Het zijn dus naar beste eer en geweten ‘best guesses’. Gemiddeld gaan kinderen twee keer per week naar de buitenschoolse opvang en blijven dan ook over. Daardoor is het aantal kinderen per dag kleiner dan in totaal voor het hele jaar. Hetzelfde geldt voor de naschoolse activiteiten. Vaak is dat een cursusachtig aanbod voor een groepje van 15-20 kinderen per keer, afhankelijk van het type activiteit.

Bollen = instroom en deelname aan ontwikkelarrangement gemiddeld per jaar = school = mfa (multifunctionele accommodatie) = psz (peuterspeelzaal) = tso (tussenschoolse opvang) = bso (buitenschoolse opvang; vanaf ongeveer 16.30 uur gaan er kinderen naar huis) = nsa (naschoolse opvang) = kdv (kinderdagverblijf) = geen deelname voorschoolse voorziening = gastouderopvang (niet genoemd tenzij expliciet weergegeven in het schema)

Kolommen = aantal kinderen dat gemiddeld per dag deelneemt aan de elementen van het ontwikkelarrangement

= mfa (multifunctionele accommodatie)

Tolhuis met veel groen, 33% bewoners is allochtoon. Veel zorggezinnen, veel verhuizingen.De wijk begint meer gemixt te worden. 95% van de leerlingen komt uit de wijk.

nsa

Dukendonck300 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.00

bsopo

300

po

25 40

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Dukendonck, Nijmegen, mei 2013

8.30

300

kdv

kdv

20 %

tso10 %

15.00

18.00

17.00bso?%

nsaactiviteiten-

plein40 %

psz 80 %

25 scholen, 25 variaties op dagarrangementen

In de projectperiode hebben we van de in totaal 40 scholen in de pilot 25 scholen bezocht.Elk bezoek hebben we gesproken met de schooldirecteur, de locatie/regiomanager van de kinderopvang en soms een vertegenwoordiger van welzijn (met name de scholen in Nijmegen). Tijdens elk bezoek hebben we een rondleiding gehad door het gebouw en vaak ook met een paar leerkrachten en pm-ers kinderopvang gesproken.

Van elk bezoek is een situatieschets gemaakt: wijk, aantal leerlingen van de school, de instroom vanuit peuterspeelzaal en kinderdagverblijven, de overblijf en de deelname aan buitenschoolse opvang en naschoolse activiteiten.In de bollenschema’s is het percentage instroom en deelname aan het arrangement per jaar weergegeven en in de kolommenschema’s de deelname van kinderen van 4-12 aan het dagarrangement per dag. Dat is een fictieve dag waarop zowel de deelname aan de bso hoog is als de deelname aan nsa en tso. In de praktijk is de deelname aan de bso op dinsdag en donderdag vaak het hoogst. Op woensdag en vrijdag is dat heel laag, een aantal bso-locaties is dan gesloten.

De percentages en aantallen zijn geen verifieerbare data. De deelname gegevens van met name nsa blijken niet bijgehouden te worden. Het zijn dus naar beste eer en geweten ‘best guesses’. Gemiddeld gaan kinderen twee keer per week naar de buitenschoolse opvang en blijven dan ook over. Daardoor is het aantal kinderen per dag kleiner dan in totaal voor het hele jaar. Hetzelfde geldt voor de naschoolse activiteiten. Vaak is dat een cursusachtig aanbod voor een groepje van 15-20 kinderen per keer, afhankelijk van het type activiteit.

Bollen = instroom en deelname aan ontwikkelarrangement gemiddeld per jaar = school = mfa (multifunctionele accommodatie) = psz (peuterspeelzaal) = tso (tussenschoolse opvang) = bso (buitenschoolse opvang; vanaf ongeveer 16.30 uur gaan er kinderen naar huis) = nsa (naschoolse activiteiten) = kdv (kinderdagverblijf) = geen deelname voorschoolse voorziening = gastouderopvang (niet genoemd tenzij expliciet weergegeven in het schema)

Kolommen = aantal kinderen dat gemiddeld per dag deelneemt aan de elementen van het ontwikkelarrangement

= mfa (multifunctionele accommodatie)

Tolhuis met veel groen, 33% bewoners is allochtoon. Veel zorggezinnen, veel verhuizingen.De wijk begint meer gemixt te worden. 95% van de leerlingen komt uit de wijk.

nsa

Dukendonck300 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.00

bsopo

300

po

25 40

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Dukendonck, Nijmegen, mei 2013

8.30

300

kdv

kdv

20 %

tso10 %

15.00

18.00

17.00bso?%

nsaactiviteiten-

plein40 %

psz 80 %

25 scholen, 25 variaties op dagarrangementen

In de projectperiode hebben we van de in totaal 40 scholen in de pilot 25 scholen bezocht.Elk bezoek hebben we gesproken met de schooldirecteur, de locatie/regiomanager van de kinderopvang en soms een vertegenwoordiger van welzijn (met name de scholen in Nijmegen). Tijdens elk bezoek hebben we een rondleiding gehad door het gebouw en vaak ook met een paar leerkrachten en pm-ers kinderopvang gesproken.

Van elk bezoek is een situatieschets gemaakt: wijk, aantal leerlingen van de school, de instroom vanuit peuterspeelzaal en kinderdagverblijven, de overblijf en de deelname aan buitenschoolse opvang en naschoolse activiteiten.In de bollenschema’s is het percentage instroom en deelname aan het arrangement per jaar weergegeven en in de kolommenschema’s de deelname van kinderen van 4-12 aan het dagarrangement per dag. Dat is een fictieve dag waarop zowel de deelname aan de bso hoog is als de deelname aan nsa en tso. In de praktijk is de deelname aan de bso op dinsdag en donderdag vaak het hoogst. Op woensdag en vrijdag is dat heel laag, een aantal bso-locaties is dan gesloten.

De percentages en aantallen zijn geen verifieerbare data. De deelname gegevens van met name nsa blijken niet bijgehouden te worden. Het zijn dus naar beste eer en geweten ‘best guesses’. Gemiddeld gaan kinderen twee keer per week naar de buitenschoolse opvang en blijven dan ook over. Daardoor is het aantal kinderen per dag kleiner dan in totaal voor het hele jaar. Hetzelfde geldt voor de naschoolse activiteiten. Vaak is dat een cursusachtig aanbod voor een groepje van 15-20 kinderen per keer, afhankelijk van het type activiteit.

Bollen = instroom en deelname aan ontwikkelarrangement gemiddeld per jaar = school = mfa (multifunctionele accommodatie) = psz (peuterspeelzaal) = tso (tussenschoolse opvang) = bso (buitenschoolse opvang; vanaf ongeveer 16.30 uur gaan er kinderen naar huis) = nsa (naschoolse opvang) = kdv (kinderdagverblijf) = geen deelname voorschoolse voorziening = gastouderopvang (niet genoemd tenzij expliciet weergegeven in het schema)

Kolommen = aantal kinderen dat gemiddeld per dag deelneemt aan de elementen van het ontwikkelarrangement

= mfa (multifunctionele accommodatie)

Tolhuis met veel groen, 33% bewoners is allochtoon. Veel zorggezinnen, veel verhuizingen.De wijk begint meer gemixt te worden. 95% van de leerlingen komt uit de wijk.

nsa

Dukendonck300 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.00

bsopo

300

po

25 40

tso

aant

al kin

deren

>

tijd in uren per dag >Dukendonck, Nijmegen, mei 2013

8.30

300

kdv

kdv

20 %

tso10 %

15.00

18.00

17.00bso?%

nsaactiviteiten-

plein40 %

psz 80 %

Bijlage 3: 23 scholen: 23 varianten in ontwikkelarrangementen

42 43

23 scholen, 23 variaties op dagarrangementen

In de projectperiode hebben we van de in totaal 40 scholen in de pilot 25 scholen bezocht. Elk bezoek hebben we gesproken met de schooldirecteur, de locatie/regiomanager van de kinderopvang en soms een vertegenwoordiger van welzijn (met name de scholen in Nijmegen). Tijdens elk bezoek hebben we een rondleiding gehad door het gebouw en vaak ook met een paar leerkrachten en pm-ers kinderopvang gesproken.

Van elk bezoek is een situatieschets gemaakt: wijk, aantal leerlingen van de school, de instroom vanuit peuterspeelzaal en kinderdagverblijven, de overblijf en de deelname aan buitenschoolse opvang en naschoolse activiteiten.In de bollenschema’s is het percentage instroom en deelname aan het arrangement per jaar weergegeven en in de kolommenschema’s de deelname van kinderen van 4-12 aan het dagarrangement per dag. Dat is een fictieve dag waarop zowel de deelname aan de bso hoog is als de deelname aan nsa en tso. In de praktijk is de deelname aan de bso op dinsdag en donderdag vaak het hoogst. Op woensdag en vrijdag is dat heel laag, een aantal bso-locaties is dan gesloten.

De percentages en aantallen zijn geen verifieerbare data. De deelname gegevens van met name nsa blijken niet bijgehouden te worden. Het zijn dus naar beste eer en geweten ‘best guesses’. Gemiddeld gaan kinderen twee keer per week naar de buitenschoolse opvang en blijven dan ook over. Daardoor is het aantal kinderen per dag kleiner dan in totaal voor het hele jaar. Hetzelfde geldt voor de naschoolse activiteiten. Vaak is dat een cursusachtig aanbod voor een groepje van 15-20 kinderen per keer, afhankelijk van het type activiteit.

Geldt dit ook voor de ‘oude’ regeling, Impuls brede scholen, sport en cultuur?

Ja, de kinderopvang kan partner en cofinancier zijn. De Impuls brede scholen,

sport en cultuur draagt vanaf 2012 de naam Brede impuls combinatiefuncties.

De inzet van de middelen binnen de Brede impuls combinatiefuncties kan vanaf

1 januari 2012 naast de bestaande mogelijkheden (sport, onderwijs en cultuur)

tevens worden ingezet voor nieuwe sectoren zoals welzijn, gezondheid en bso/

kinderopvang.

Is de combinatie kinderopvang en onderwijs mogelijk?

Ja. Uitgangspunt is dat de buurtsportcoach een sport- en beweegaanbod

aanbiedt/organiseert in ten minste twee sectoren. In het rapport ‘Aan de

slag met de buurtsportcoach’ en de handreiking bij dit rapport worden

voorbeeldfuncties beschreven (respectievelijk hoofdstuk 7 en hoofdstuk 9).

Mag een commerciële sportaanbieder ook co-financier zijn?

Ja, dat kan.

Hoe regel ik de cofinanciering concreet?

Overleg met de gemeente en het betreffende schoolbestuur/andere partner

over de aanstelling van een combifunctionaris.

Maak concrete afspraken over wie de werkgever wordt en hoeveel uur waar

gewerkt wordt. De functionaris moet gekwalificeerd zijn volgens de CAO

kinderopvang.

bv 36 uur contract, de kinderopvang is werkgever

financiering: 40% regeling via de gemeente, 30% onderwijsbestuur + 30%

kinderopvang

De functionaris werkt feitelijk 18 uur als vakdocent gym in het onderwijs en 18

uur als pedagogisch medewerker die sport en spel activiteiten verzorgt in de

kinderopvang.

De gemeente betaalt 40% van de totale kosten aan de kinderopvang. De

kinderopvang factureert 30% van de totale kosten aan het schoolbestuur.

Om btw als gevolg van detachering te voorkomen, zie de mogelijkheden zoals

beschreven in de factsheet van de VNG

Hoe moet ik de uren verdelen, vakantiedagen en ziekte regelen voor een manager Brede School/IKC die twee arbeidsovereenkomsten heeft (Cao PO en KO)?

De manager kan in overleg met beide werkgevers afspraken maken omtrent de

werktijden en vakantieopname. Er zijn geen voorschriften in de regelgeving,

zowel in de Cao Primair Onderwijs als in de Cao Kinderopvang, die een

bepaalde verdeling voorschrijven.

25 scholen, 25 variaties op dagarrangementen

In de projectperiode hebben we van de in totaal 40 scholen in de pilot 25 scholen bezocht.Elk bezoek hebben we gesproken met de schooldirecteur, de locatie/regiomanager van de kinderopvang en soms een vertegenwoordiger van welzijn (met name de scholen in Nijmegen). Tijdens elk bezoek hebben we een rondleiding gehad door het gebouw en vaak ook met een paar leerkrachten en pm-ers kinderopvang gesproken.

Van elk bezoek is een situatieschets gemaakt: wijk, aantal leerlingen van de school, de instroom vanuit peuterspeelzaal en kinderdagverblijven, de overblijf en de deelname aan buitenschoolse opvang en naschoolse activiteiten.In de bollenschema’s is het percentage instroom en deelname aan het arrangement per jaar weergegeven en in de kolommenschema’s de deelname van kinderen van 4-12 aan het dagarrangement per dag. Dat is een fictieve dag waarop zowel de deelname aan de bso hoog is als de deelname aan nsa en tso. In de praktijk is de deelname aan de bso op dinsdag en donderdag vaak het hoogst. Op woensdag en vrijdag is dat heel laag, een aantal bso-locaties is dan gesloten.

De percentages en aantallen zijn geen verifieerbare data. De deelname gegevens van met name nsa blijken niet bijgehouden te worden. Het zijn dus naar beste eer en geweten ‘best guesses’. Gemiddeld gaan kinderen twee keer per week naar de buitenschoolse opvang en blijven dan ook over. Daardoor is het aantal kinderen per dag kleiner dan in totaal voor het hele jaar. Hetzelfde geldt voor de naschoolse activiteiten. Vaak is dat een cursusachtig aanbod voor een groepje van 15-20 kinderen per keer, afhankelijk van het type activiteit.

Bollen = instroom en deelname aan ontwikkelarrangement gemiddeld per jaar = school = mfa (multifunctionele accommodatie) = psz (peuterspeelzaal) = tso (tussenschoolse opvang) = bso (buitenschoolse opvang; vanaf ongeveer 16.30 uur gaan er kinderen naar huis) = nsa (naschoolse opvang) = kdv (kinderdagverblijf) = geen deelname voorschoolse voorziening = gastouderopvang (niet genoemd tenzij expliciet weergegeven in het schema)

Kolommen = aantal kinderen dat gemiddeld per dag deelneemt aan de elementen van het ontwikkelarrangement

= mfa (multifunctionele accommodatie)

Tolhuis met veel groen, 33% bewoners is allochtoon. Veel zorggezinnen, veel verhuizingen.De wijk begint meer gemixt te worden. 95% van de leerlingen komt uit de wijk.

nsa

Dukendonck300 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.00

bsopo

300

po

25 40

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Dukendonck, Nijmegen, mei 2013

8.30

300

kdv

kdv

20 %

tso10 %

15.00

18.00

17.00bso?%

nsaactiviteiten-

plein40 %

psz 80 %

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

50 51

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tsoaa

ntal

kin

dere

n >

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tsoaa

ntal

kin

dere

n >

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Enkele conclusies uit het rapport van de pilot:

Beperkte deelname, nauwelijks inhoudelijk doorgaande lijn.

Uit de pilot blijkt dat er voor kinderen van werkende ouders

op alle pilotscholen een aanbod van buitenschoolse opvang

(bso) is. Hiermee is er in tijd een sluitend dagarrangement.

Van een inhoudelijke doorlopende lijn van de school naar de

bso is echter geen sprake. Voor kinderen die geen gebruik

maken van de bso zijn er op bijna alle deelnemende scholen

naschoolse activiteiten (nsa). Vaak een cursusachtig aanbod

van bijvoorbeeld 6 weken achter elkaar van 1 tot 1,5 uur op een

vaste dag in de week. De nsa sluit niet altijd direct aan op de

onderwijstijden en er is geen inhoudelijke doorlopende lijn.

Verder blijkt uit de pilot dat het aantal kinderen dat deelneemt

aan de verschillende onderdelen van het arrangement beperkt

is. Zowel de deelname aan de verschillende onderdelen als het

aantal uren per week dat kinderen deelnemen is zeer beperkt.

Het bereik van het totale ontwikkelarrangement is dan ook

zeer beperkt.

Wet- en regelgeving sluiten niet aan bij wens

ontwikkelarrangement

Eén van de grootste belemmeringen bij het vormgeven van

het ontwikkelarrangement is dat in het naschoolse aanbod,

de kinderen die naar de bso gaan en de kinderen die niet naar

de bso gaan, niet zonder meer gezamenlijk aan een activiteit

mogen deelnemen. Dit komt door de Wet kinderopvang.

Ouders hebben alleen recht op kinderopvangtoeslag als

tijdens een activiteit waar een gecombineerde groep, die

bestaat uit zowel bso-kinderen als niet-bso-kinderen, aan

de kwaliteitseisen van deze wet is voldaan. Hierdoor worden

de kosten voor het aanbieden van naschoolse activiteiten

vergelijkbaar met de kosten voor de buitenschoolse opvang,

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

012.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

012.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

50 51

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 20138.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

50 51

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

Gemeleerde arbeiderswijk (Verkade), Poolse immigranten en hoog opgeleide ouders.

5

180

Westerkim180 ll

bso10 % nsa

50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.15

14.15

12.45

12.00

8.30

7.30

18.00

bso

20

bso

10

nsapo

180

po

180

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Westerkim, Zaanstad, maart 2013 en december 2014

10 %

psz 40 %

kdv50 %

pszpsz

pszpsz

psz

kdv

kdv

kdv

kdv

kdv

tso continu-rooster100 %

De meeste kinderen komen uit de wijk. Gemiddelde wijk, klein aantal Poolse immigranten. Toename aantal allochtone kinderen.

5

290

Rietvink290 ll

andereschool

andereschool

nsa30 %

tso continu-rooster100 %

kdv

kdv

kdv

psz

psz

pszpsz

psz

kdv kdv

kdv350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.30

14.30

12.45

12.00

8.30

7.15

bso

20

bso

20

nsapo

290

po

290

tso 18.30

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Rietvink, Zaandam, december 2014

psz Waterlelie

70 %

bsobso

bso5 %

talen-tencir-

cuit

Poelenburg, krachtwijk met veel sociale problematiek.

nsa

Tamarinde280 ll

350

300

250

200

150

100

50

400

0

12.00

13.15

10

bsopo

280

po

70

tso

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >Tamarinde, Zaanstad, november 2013

8.30

280

kdv2 %

tso50 %

15.30

18.00

16.30

muziek

taalklas15 kndgrp 5

nsa40 %

nsa*nsa*

bso5 %

bso

VVEpsz

60 %

psz 38 %

30

* (in een andere school)

Vergrijzende wijk met krimpend leerling aantal en veel twee-verdieners. De bevolking is gemiddeld mbo-opgeleid.

2

306

De Vuurvogel306 ll

nsa30 %

tso50 %

350

300

250

200

150

100

50

400

0

16.00

15.30

13.00

12.00

8.30

7.30

bso

15

bso

6

nsapo

306

po

105

tso 18.00

17.00

aant

al k

inde

ren

>

tijd in uren per dag >De Vuurvogel, Zaanstad

bso*8 %

psz14 %

kdvkdv

kdv84 %

go(diverse)

1 %

1 %

* (in een andere school)

13 | SAMEN

Page 14: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

CONGRES GEZONDE BREDE SCHOOLCONGRES

GEZONDE BREDE SCHOOL

Op 1 oktober 2014 organiseerde het Landelijk Steunpunt het

Congres Gezonde Brede School: een uniek evenement geheel

gericht op sport, bewegen en een gezonde leefstijl voor

kinderen. Dagvoorzitter van dit congres was oud-topsporter

Ben van der Burg!

14 | SAMEN

Page 15: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Ben begon zijn sportcarrière toen

hij twaalf jaar oud was en ging

voortvarend van start. “Ik wilde vanaf

mijn twaalfde jaar de schaatstechniek

onder de knie krijgen. Dat wilde ik

zo graag, dat het aardig lukte en

als gevolg daarvan ging ik ook hard

schaatsen. Ik had echter weinig talent.

Door mijn sterke wil werd ik ooit nog

tweede van de wereld en haalde ik een

paar Nederlandse titels, maar ik was

niet voor topsport in de wieg gelegd.

Het mooiste moment was een 1500

meter op een wereldkampioenschap

waarbij ik boven mezelf uitsteeg. Zo’n

ervaring is bijna mythisch.”

15 | SAMEN

Page 16: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

BLIJER EN GELUKKIGER DOOR SPORTBen legt uit waarom hij het zo

belangrijk vindt dat kinderen jong

beginnen met sporten. “Sporten is

heel belangrijk. Je leert verliezen. Je

leert ergens voor gaan. Je leert af te

zien. Je leert inzicht krijgen. Je leert

samenwerken.” Hij voegt daaraan

toe dat we het fysieke aspect van ons

leven te veel vergeten. “We schenken

daar echt te weinig aandacht aan. Als

je fysiek in vorm bent denk je beter,

ben je blijer en gelukkiger.”

CONGRES GEZONDE BREDE SCHOOLDat gezond eten en sporten

belangrijk zijn, is voor velen niets

nieuws. Topsporters moeten hier nog

meer op letten om zo goed mogelijk

in vorm te blijven. Ben vertelt over

zijn ervaring met voeding tijdens zijn

sportcarrière: “Ik heb van veel dingen

spijt in mijn leven. Eén daarvan is

dat ik tijdens mijn sportcarrière niet

meer op mijn voeding heb gelet. Ik

zou bij iedere inname van voedsel wel

willen weten wat het met me doet.

We zouden kinderen veel bewuster

van voeding moeten maken. We

onderschatten het belang. Ik zie

kinderen wel eens een zak chips naar

binnen stouwen. Mijn maag draait

dan om.”

Practice what you preach: Op een congres over gezondheid moet natuurlijk ook gezond gegeten en bewogen worden!

“Het begint met de kinderopvang. Als we het ergens

laten liggen, dan is dat in de periode voor vier jaar. Voor

brede scholen ligt er een extra kans dit op te pakken.”

- Rinda den Besten, voorzitt er PO-raad

16 | SAMEN

Page 17: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Chris Visscher, hoogleraar Jeugdsport aan de Rijksuniversiteit Groningen:

Er MOET meer bewegingsonderwijs komen! Een kind maakt een versnelde

ontwikkeling door als het tussen de vijf en tien jaar oud is, zowel motorisch als

cognitief. Voor motorische activiteiten gebruikt een mens dezelfde hersenhelft als

voor rekenen en taal. Bewegen draagt daardoor daadwerkelijk bij aan fysieke en mentale

gezondheid, en ook aan betere schoolprestaties!

Het accent in het bewegingsonderwijs moet liggen op het leren bewegen, en niet zozeer op fitheid. De essentie

van het vak is om kinderen beweging te leren.

LESSONSLEARNED

17 | SAMEN

Page 18: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Streef naar een goede overgang tussen de school en de bso. Realiseer je dat het niet

het probleem van de school of de bso is. Het is ons probleem. Van ons samen. En

betrek ook het kind erbij. Vraag aan het kind wat het wil. Geef ze de ruimte!

LESSONSLEARNED

“Als je de cijfers bekijkt is er maar één conclusie: er komen

steeds meer kinderen die ‘iets’ hebben. Tot een aantal jaar

geleden had één op de tien kinderen een indicatie voor iets

speciaals. Afgelopen jaar was bij één op de zes kinderen ‘iets

mis’.” Hermans noemt een aantal harde cijfers: “Het aantal

rugzakkinderen is de afgelopen jaren toegenomen van 11.000

naar 39.000. Het aantal kinderen dat bij Jeugdzorg loopt is

meer dan verdubbeld van 40.000 naar 90.000 en ook bij GGZ

zien we praktisch een verdubbeling.”

De stijging van het aantal kinderen waar ‘iets mis mee

is’, is volgens Hermanns een vreemde ontwikkeling. “Het

aantal kinderen dat hulp nodig heeft is in werkelijkheid

namelijk helemaal niet zo hoog.” Hermans haalt een

aantal cijfers van het Sociaal Cultureel Planbureau aan:

“De problemen van en met de jeugd nemen af in plaats van

toe. De jeugdcriminaliteit neemt bijvoorbeeld al jaren af.

Jeugdgevangenissen staan voor de helft leeg.

Bovendien worden kinderen steeds intelligenter. Eigenlijk

kun je stellen dat het historisch gezien nog nooit zo goed is

gegaan met de opvoeding van onze kinderen.” Het aantal

kinderen dat een probleem heeft zou volgens Hermanns

rond de vijf procent moeten liggen, en niet rond de zestien

procent.

Wat volgens Hermanns ook belangrijk is, is dat er een omslag

in het denkpatroon wordt gemaakt. “Geïndiceerde kinderen

zien we vaak als probleemkinderen. Maar die kinderen

hebben helemaal geen probleem. Het zijn de ouders, de

leraren en de pedagogisch medewerkers die een probleem

hebben. Zij vinden het opvoeden lastig. Zij kloppen aan bij

zorginstanties, in de hoop dat deze instanties het kind ‘beter’

maken. Maar het zijn eerder de ouders, de leraren en de

pedagogisch medewerkers die hulp nodig hebben.”

Daarnaast moet de achterliggende gedachte veranderen.

“We moeten niet denken: ‘We gaan jou normaal maken’. Het

moet zijn: ‘We gaan er uithalen wat erin zit’. Brede scholen

kunnen hierin een belangrijke rol spelen.” Op brede scholen

staat het kind namelijk vaak centraal. En dat werkt heel

goed volgens Hermanns. “Community-based care werkt

altijd beter dan institutionele hulp. En dat geldt ook voor de

moeilijke doelgroepen.”

Het Landelijk Steunpunt Brede Scholen

organiseerde voor de ambassadeurs een

masterclass over Passend Onderwijs.

Professor Jo Hermanns sprak tijdens deze

bijeenkomst.

JO HERMANNSINTERVIEW

“Het wordt tijd dat we eens naar de kinderen

gaan luisteren.”

Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl 18 | SAMEN

Page 19: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

CHANTAL ACHTERBERG Chantal is afgestudeerd aan de TU Delft (Life Science & Technology) én aan de VU (Bewegingswetenschappen),

waar zij soms ook gastcolleges geeft. En, momenteel óok volop in training voor hopelijk nieuw eremetaal.

Zij is spreker op het symposium Lessons Learned.

Chantal Achterberg Mijn weg naar Olympisch Brons

Chantal Achterberg: succesvol roeister. Ze vertegenwoordigde Nederland bij

verschillende Europese- en wereldkampioenschappen. Op de Olympische Spelen van

London won zij een prachtige bronzen medaille met de acht met stuurvrouw.

Maar hóe krijg je acht mensen opgelijnd om samen naar dat uliteme doel toe te

werken, dat ene moment waarop alles samenvalt.

Mijn belangrijkste ‘lesson learned’ in de

aanloop naar de Olympische Spelen van

Londen? Niet iedereen doet alles op mijn

manier!

Ik houd ervan om alles precies volgens

het trainingsschema te doen. Staat er

20 km op het programma, dan wil ik

precies die 20 km volmaken en niet

aanleggen na 19 km. Staat er een

ergometertraining op het programma,

dan doe ik die op de ergometer, niet op

de fiets. En moeten we boten opladen,

dan wil ik dat heel het team klaar staat

om daarbij te helpen. Het gaf me op een

gegeven moment zelfs de bijnaam ‘de

kleine communist’.

Na een sessie met een sportpsycholoog,

waarbij elk teamlid (inclusief stuurvrouw

en coach) voor iedereen twee positieve

punten en één verbeterpunt mocht

geven, kwam ik tot het inzicht dat mijn

communistische kant soms wel als

vervelend kon worden ervaren. Dingen

kunnen ook op andere manieren worden

uitgevoerd en vaak is daar zelfs een

goede reden voor.

Het keywoord dat bij deze les hoort?

Vertrouwen!

Uiteindelijk lagen we aan de

startblokken van de finalerace en wisten

we van elkaar dat we elke haal zo

hard mogelijk onze benen zouden plat

drukken. Voor onszelf, maar vooral voor

elkaar, voor onze gezamenlijke droom;

een medaille op de Olympische Spelen.

We voeren onze beste race van het

seizoen en eindigden dichter bij Amerika

en Canada dan we ooit hadden gedaan.

Door het vertrouwen dat we in elkaar

hadden konden we hier als team

optimaal presteren en de bronzen

medaille mee naar huis nemen.

19 | SAMEN

Page 20: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Stilte, storm en verandering - Inspiratie. Dat zochten en vonden de ruim zevenhonderd

bezoekers op de tiende Dag van de Cultuureducatie. Met vier plenaire presentaties en twee

maal elf parallelsessies was er voor elk wat wils. Grote trossen paarse en witte ballonnen

met het cijfer 10 verwelkomden de bezoekers in TivoliVredenburg. Tien, vanwege de tiende

Dag van de Cultuureducatie en vanwege tien jaar ICC.

Stilte in de storm

DAG VAN DE CULTUUREDUCATIE

Minister Bussemaker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW):

Het is van groot belang dat provincies, gemeenten, culturele instellingen en

scholen nauw samenwerken om cultuuronderwijs op basisscholen naar een

hoger plan te tillen. “Cultuuronderwijs is geen leuke franje voor erbij. Creativiteit

en verbeeldingsvermogen zijn vaardigheden die steeds crucialer worden.”

LESSONSLEARNED

Foto: Rob Nijpels

20 | SAMEN

Page 21: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

DAG VAN DE CULTUUREDUCATIE

“We mogen weer praten over de

intrinsieke waarde van cultuur. En ook

het woord Bildung, brede vorming, valt

weer. We hebben steeds minder last

van legitimatiestress.

Bovendien geeft het bestuurlijk kader

stevigheid aan cultuuronderwijs,

evenals het nieuwe leerplankader

van SLO en de inspectie die scholen

straks ook gaat beoordelen op

cultuuronderwijs. Er komt meer muziek

in de klas, letterlijk en figuurlijk.” Aldus

LKCA-directeur Van Munster.

“De intrinsieke waarde van cultuur is

mooi, maar cultuur moet niet met de

rug naar de samenleving gaan staan.

Cultureel kapitaal wordt juist steeds

belangrijker om je positie in de wereld

te kunnen bepalen.”

Tijdens elf ochtendsessies konden

bezoekers zich laten bijpraten

over integrale kindercentra en

conceptkaarten. Ze konden de kracht

van samen muziek maken ervaren

en de theatervoorstelling Perhaps all

the dragons bijwonen. Of zich laten

inspireren door games om lessen

uitdagender te maken dan wel de fijne

kneepjes van verandermanagement

opdoen. Die laatste sessie, verzorgd

door Martijn Mark van ING, viel in elk

geval in de smaak. ‘Leuk om het eens te

horen van iemand uit een heel andere

sector’, viel tijdens de lunch meermalen

op te tekenen.

Na de middagsessies ging het regenen

in de grote zaal. Eerst zachtjes

(handen wrijven), toen al wat harder

(knippende vingers) om daarna echt

te plenzen (klappen op benen). Het

was een opwarmertje voor het mini-

concert van deelnemers aan De

MuziekRoute. Binnen dit Utrechtse

muziekeducatieproject krijgen kinderen

vanaf groep 3 zangles en vanaf groep 5

instrumentele les.

Als besluit vatte een ‘changeologist’

met zijn jonglerende assistenten

Maaike en Michiel alle inzichten van

de dag nog eens samen. Veranderen is

belangrijk natuurlijk. Maar: ‘U hoeft het

niet allemaal alleen te doen’, ‘Drink bij

problemen eens samen oploskoffie’ en

‘Beoefen de kunst van het loslaten’.

Bron: Het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst www.lkca.nl 21 | SAMEN

Page 22: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Op 29 mei 1913 braken tijdens de première van

Le Sacre Du Printemps van Igor Stravinski heftige rellen uit.

Voor- en tegenstanders van de muziek en de bijbehorende,

even revolutionaire choreografie van Vaslav Nijinski, gingen

met elkaar op de vuist. “Ce n’est pas le sacre du printemps,

mais le massacre du tympan.” (Het is niet het lenteoffer,

maar de slachting van het trommelvlies), was er de dag

na de opvoering in de kranten te lezen. Al lange tijd geldt

Le Sacre als een van de absolute meesterwerken uit de

muziekgeschiedenis.

In april 1970 werd Bitches Brew van Miles Davis op de wereld

losgelaten. Een wereld die er nog niet helemaal klaar voor was.

Een criticus schreef: Davis drew a line in the sand that some jazz

RIK SPANNControversieel en innovatief- onlosmakelijk verbonden.

RIK SPANNis muzikoloog en docent op Universiteit Neyenrode. Een veelgevraagd spreker zeer origineel fenomeen op de (inter)nationale podia. Via

meer dan 1500 podium- en coachingsessies in meer dan tien landen inspireerde hij al duizenden professionals. Hij publiceert op het gebied

van creatieve en emotionele kwaliteit voor organisaties. “De volwassenen van de toekomst zullen mensen zijn die flexibel om weten te

gaan met veranderingen, alle ruimte krijgen voor zelfontplooiing en creativiteit.”

COLUMN

fans have never crossed, or even forgiven Davis for drawing. Een

ander: I cynically saw it as part and parcel of the commercial

crap that was beginning to choke and bastardize the catalogs of

such dependable companies as Blue Note and Prestige. Nu de

wereld tijd heeft gehad om te wennen aan het idee dat

Le Sacre Du Printemps en Bitches Brew er altijd al waren,

maar dat het publiek nog niet die zintuigen had ontwikkeld

om ze waar te nemen, luidt het oordeel over een van Davis’

meesterwerken anders: A controversial classic of musical

innovation.

Controversieel en innovatief zijn onlosmakelijk met elkaar

verbonden. Duke Ellington noemde Miles Davis the Picasso Of

Jazz. Begrepen of niet begrepen worden is hier niet de issue.

22 | SAMEN

Page 23: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Start shipping! Wat eerst ondenkbaar is, is ooit niet

meer weg te denken. De kracht van de vernieuwer is

het kunnen denken van het ondenkbare. De impact van

de vernieuwer ontstaat pas bij de inslag. Idee wordt

vorm wordt komeet.

De inslag doet de wereld schudden. Een wereld, die

daarna weer wakker, vitaal en up to date is.

Geloof je me niet..? Woorden zijn ook niet nodig. We

hebben de muziek. Luister naar Bitches Brew. Neem

waar hoe je innerlijke critici met elkaar op de vuist

gaan. Is dit une autre massacre du tympan,

of een in klank vertaalde aansporing om

de Picasso van je vak te zijn ? De keuze is

aan jou!LESSONSLEARNED

Het werk moest er gewoon komen. Bedenk het! Voer het

op! Zet het op de planken! Voor Miles zelf was het werk niet

innovatief. Hij zelf was misschien al weer een stijl verder. Met

cool jazz en modal jazz had hij al een aantal revolutionaire

vernieuwingen doorgevoerd. Het was blijkbaar dagelijks

werk voor hem om de bestaande verhoudingen niet al te

serieus te nemen en zijn creatieve pijlen te richten op een

uiteindelijk meegevende toekomst, die aanvankelijk altijd

een beetje zenuwachtig begon te bibberen bij een release van

alweer een slachter van het trommelvlies. Bitches Brew had

de toekomst aan boord: enkele op de plaat geniaal spelende

en improviserende musici maakten daarna naam met eigen

projecten die al decennia lang gelden als het absolute

summum van de jazzrock die Bitches Brew op de kaart zette.

Wayne Shorter en Joe Zawinul met Weather Report,

Chick Corea met Return To Forever, John McLaughlin met zijn

Mahavishnu Orchestra. To name a few. Wat eerst ondenkbaar

was, was nu niet meer weg te denken. Wees een Picasso van je

vak ! Alles wat jij bedenkt is denkbaar. Voer het op! Zet het op

de planken!

Wilt u méér Samen?

Geef uw interesse aan voor

de volgende editi es van dit magazine.

Ga naar www.bredeschool.nl/samen de volgende editi es van dit magazine.

Praktische tips & Kant-en-klare tools LESSONS LEARNEDHet Landelijk steunpunt Brede Scholen kijkt terug

Er liggen elke dag weer volop kansenAmbassadeurs geven het voorbeeld

“Waarom moeilijk doen als het samen kan?”

01

Verschijnt periodiek

SAMEN.Voor een brede ontwikkeling in onderwijs en kinderopvang.

wij

“Een geboeid kind leert als een tierelier.”Martijn van der Kroef

Rik Spann is spreker op het symposium Lessons Learned. 23 | SAMEN

Page 24: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

“Ik realiseer me dat het nooit klaar is, het moet keer op keer

worden aangejaagd.”

TOEN“Café Hammingh aan het Reitdiep in Garnwerd, ruim twintig

jaar geleden al weer. Met een aantal mensen bij elkaar keken

we naar de ‘school van de toekomst’. Met politiemensen,

wijkverpleegkundigen, onderwijskundigen en onderwijzers.

Hoe zou die er uit zien, als je helemaal opnieuw zou mogen

beginnen en als je de zaken die nu niet goed gaan, kon

aanpakken. Die dag in dat café zijn de Vensterscholen bedacht.

Met als absolute gezamenlijke wens; het creëren van kansen

aan kinderen, het aanpakken van achterstanden.”

Een carrière in het teken van het aanpakken van

onderwijsachterstanden. Op posities die er toe doen:

als onderwijzer, politicus en directeur. Een unieke

blik van verschillende kanten op het onderwijs, dat

levert ons gesprek met Henk Pijlman op.

HENK PIJLMANINTERVIEW

24 | SAMEN

Page 25: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

“Destijds maakte ik mee dat de conciërge kinderen uit bed

haalde en naar school bracht, hopend dat er schone kleren

zouden liggen. Hoe kan je verwachten dat kinderen in deze

situatie lekker meedoen op school… We begrepen met

z’n allen dat er flink moest worden ingezet op zowel het

binnen- als buitenschoolse. ‘You need a village to raise a

child’. Huiswerkbegeleiding, tussen- en naschoolse opvang,

muziek, sport, cultuur aanbieden om die negatieve spiraal te

doorbreken. Een netwerk om de school heen van instellingen

die vaak langs elkaar heen werkten. Met maar één doel:

kinderen kansen bieden.”

“Door de brede steun in zowel politiek als bestuur die we in

die tijd hebben gerealiseerd, volgden we een tienjarenplan.

De partners zeiden letterlijk: ‘als jij na een paar jaar weer

doorgaat, blijven wij zonder mandaat achter, dat verdommen

we’. Dat was een mooi moment, want daardoor realiseerden

we ons dat het een proces van lange adem zou worden

waar iedereen ook in moest geven en nemen. Zodat we er

gezamenlijk voor konden gaan. Ik ben erg blij dat we die

beweging in gang hebben gezet. Waarbij ik me realiseer dat

het nooit klaar is, het moet keer op keer worden aangejaagd.”

NU“Wat me verbaasde is dat de drempels soms uit onvermoede

hoek kwamen. Zo heb ik bijeenkomsten gedaan waar

iedereen enthousiast was… behalve de ouders. Een typisch

probleem van deze wijken zo bleek, want niemand wil worden

aangesproken op zijn achterstand. In iedere wijk moest je een

oplossing op maat verzinnen. Soms subsidieer je dan sport

en bied je dat gratis aan, terwijl dat in andere wijken weer

helemaal niet nodig is.”

“De school als centrum van de wijk. Ieder mens brengt vaak

twee keer lange tijd door op dezelfde school, eerst als kind en

later als ouder. Maak er zo veel mogelijk een plek van waar

alles op gang wordt gebracht. De eerste jaren in Groningen

hebben we ontzettend veel bereikt, er was een enorm elan. Ik

kijk daar met plezier op terug.”

“Nu ik niet meer zo direct betrokken ben bij de scholen,

probeer ik de lijn door te zetten in mijn eigen praktijk als

collegevoorzitter van de Hanzehogeschool. Bijvoorbeeld met

het lectoraat Integraal Jeugdbeleid van Jeannette Doornenbal

- en het ingebedde lectoraat Leren en Gedrag - willen we

bijdragen aan het ‘gezond’ opgroeien van kinderen in de

noordelijke regio.”

TOEKOMST“Er moet een doorlopende leerlijn zijn, wat mij betreft is

dat de toekomst. Het doorgeven van buitenschoolse en

binnenschoolse aandacht voor kinderen. Op een aantal

scholen gaat dat al heel goed, terwijl het soms alleen maar een

samenwerking is die te veel afhankelijk is van de goede wil van

mensen. Zeker in onze tijd, met name in de grotere steden, tref

je precies dezelfde problemen aan qua achterstanden als wij al

die jaren geleden. Daar is nog veel te winnen.”

“Ik weet niet of het in regelgeving zit, er is namelijk weinig

discussie over de noodzaak. Tegenwoordig richten we ons veel

op excellerende studenten en honours-programma’s. Dat is

uitstekend, het zou denk ik goed zijn om grote prestaties in

moeilijke scholen veel meer te belonen. Eigenlijk zouden de

allerbeste mensen moeten werken in de moeilijkste wijken.

Het idealisme dat je soms aantreft bij onderwijzend personeel

is hartverwarmend.”

Ik heb vele lessen geleerd en ik pas ze nog dagelijks toe. Als ik terugdenk aan de Vensterscholen; de

eerste jaren in Groningen hebben we ontzettend veel bereikt, er was een enorm elan. Ik kijk daar

met plezier op terug.

De les: zie de school als centrum van de wijk. Ieder mens brengt vaak twee keer lange tijd door op

dezelfde school, eerst als kind en later als ouder. Maak er zo veel mogelijk een plek van waar alles op

gang wordt gebracht!

‘It takes village to raise a child’. Huiswerkbegeleiding, tussen- en naschoolse opvang, muziek, sport, cultuur

aanbieden om die negatieve spiraal te doorbrelen. Een netwerk om de school heen van instellingen die vaak

langs elkaar heen werkten. Met maar één doel: kinderen kansen bieden!”

LESSONSLEARNED

Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl 25 | SAMEN

Page 26: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Bijna zeven jaar Landelijk Steunpunt Brede Scholen ligt achter ons. Wat begon als

een driejarig project, waarvoor ik aangetrokken werd als projectleider, mocht nog

ruim drie jaar langer doorgaan. Maar per 1 oktober 2015 is het klaar. De subsidie

van beide ministeries stopt, is vlak voor de zomervakantie definitief besloten. Onze

opdracht, de brede schoolontwikkeling praktisch en oplossingsgericht ondersteunen,

aanjagen en inspireren heeft mogelijk ook bijgedragen aan uw brede school of IKC.

Een nieuwe fase, van inhoudelijke inspiratie en uitwerking, is aangebroken.

WIJ, SAMEN JOB VAN VELSEN

Foto: Joost van Velsen

26 | SAMEN

Page 27: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

WIJ, SAMEN JOB VAN VELSEN

De groei is nog steeds flink: van 1100 brede scholen in 2009

naar 2500 brede scholen nu.

En die groei zal alleen maar doorgaan, verwachten wij. Maar

boeiender dan deze aantallen , althans dat vind ik, is het

waarom. Waarom is die brede school toch zo populair?

Op veel brede scholen vind je het antwoord, je ziet het

in praktijk gebracht. Samenwerking tussen de school,

kinderopvang en andere organisaties, specialisten, instellingen

brengt ieder verder, niet in de laatste plaats de kinderen. De

wereld rondom de school ondersteunt, verrijkt, verbreedt

en verdiept de ontwikkeling van kinderen en dat is wat in

toenemende mate op brede scholen en IKC ‘s gebeurd.

Ik ben er trots op!

Dat wij, mijn collega’s van het Steunpunt samen met de

PO-raad, brancheorganisatie kinderopvang, VO-raad, Boink,

platform ouders onderwijs, kortom, onze partners uit het

opdrachtgeversberaad, gefinancierd door twee ministeries,

aan die ontwikkeling mochten bijdragen.

Samen ook met mensen die met hun voeten in de

praktijk staan. Onze ambassadeurs met hun inspirerende

praktijkervaring. En heel veel andere organisaties. En met

alle professionals op de brede scholen. Dankzij hun vragen en

input, konden wij aan de slag om daar (als pittbulls soms maar

altijd met veel plezier!) oplossingen voor te vinden, modellen

en brochures te schrijven. Direct bruikbaar in de praktijk.

Voor veel knelpunten zijn oplossingen gevonden de afgelopen

jaren. De aansprekende voorbeelden zijn beschikbaar, het wiel

is zo’n beetje uitgevonden. De wereld lacht de brede school

toe! Zelfs voor de kinderopvang breekt, getuige het nieuws dat

op Prinsjesdag openbaar werd, de lente gelukkig weer aan.

Ook dat zal zeker bijdragen aan de verdere groei, kwalitatief

en kwantitatief, van brede scholen, in welke verschijningsvorm

dan ook.

Verbinding zoeken, benutten en versterken

Dat is wat we de afgelopen jaren hebben gedaan, en wat

ieder van ons, adviseurs, ook na 1 oktober zal blijven doen.

U heeft mij de afgelopen zeven jaar een beetje leren kennen,

dus u weet dat na 1 oktober de brede school niet uit mijn hart

verdwenen is, integendeel, we staan aan de vooravond van

verdere onderwijsinnovatie die feitelijk de brede school in

essentie zou moeten zijn, dus wat mij betreft, we halen de

wereld binnen en treden de wereld tegemoet.

Voor ons ligt de toekomst en, in de breedste betekenis van

het woord, ruimte. Voor doorontwikkeling, aanscherping,

inkleuren en voor nieuwe initiatieven op het gebied van brede

scholen en IKC. Daarbij is dan niet de vraag of je daarbij moet

samenwerken, maar hoe je verder samen gaat werken. En die

samenwerking, met wie dan ook, stopt niet. Ik zal ik in ieder

geval de zo noodzakelijke én inspirerende verbinding blijven

zoeken. Hopelijk met vele anderen.

Wij dragen het stokje over!

Aan onze stakeholders. Aan onszelf. En ook aan u.

Want samen zijn wij de brede school.

Job van Velsen

27 | SAMEN

Page 28: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

TOOLKIT BREDE SCHOOL

Om succesvol te kunnen werken aan een

brede school of IKC is een gestructureerde

aanpak nodig. Het Landelijk Steunpunt Brede

Scholen ontwikkelde een aantal instrumenten

om u daarbij te helpen.

Achtergrond

Uit recente onderzoeken van Oberon en

van Heers (promotieonderzoek, Universiteit

van Maastricht) blijkt dat de brede school

nog niet de gewenste resultaten oplevert.

De onderzoeken tonen vergelijkbare

conclusies: kijk goed naar de doelgroep,

stel heldere doelen, focus en werk volgens

de plan-do-check-act (pdca) cyclus.

De stappen binnen deze cyclus zorgen

gezamenlijk voor structurele aandacht voor

kwaliteitsverbetering in een organisatie.

In deze toolkit vindt u instrumenten die u

helpen bij het planmatig werken en treft u

verhalen van ambassadeurs van het Landelijk

Steunpunt Brede Scholen die het planmatig

werken succesvol in de praktijk brachten.

Meer informatie: http://toolkit.bredeschool.nl 1

Handreiking praktische oplossingen

Doorgaande lijn in beeldInstrument voor onderwijs en opvang

Kennis van Brede School en IKC

Brede School. IKC. Expertise. Advies.

Kennis. Netwerken. Congressen. Advies.

Centraal in brede samenwerking

Voor de toekomst, voor kinderen

Onderwijs. Kinderopvang. Samen.

RapportLeidinggeven en teamvorming in de brede school

1

Handreiking IKC-raad

Verhalen van de ambassadeurs

Wat zijn je drijfveren

Wat is je ambitieKansen

Bedreigingen.. en hun oplossingen!

Waar ligt je kracht?

Hoever reikt je kunnen

Verschijningsvormen Brede School

en IKC

Planmatige aanpak

28 | SAMEN

Page 29: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

1

Handreiking IKC-raad

Wat zijn je drijfveren

Wat is je ambitieKansen

Bedreigingen.. en hun oplossingen!

Waar ligt je kracht?

Hoever reikt je kunnen

Verschijningsvormen Brede School

en IKC

Planmatige aanpak

1

Op weg naar een

IKC

School School MFAMFA

Peuterspeelzaal

Kinderdag

verblijf

BSO

School & kinderopvang

IKC

29 | SAMEN

Page 30: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

DOORGAANDE LIJN IN BEELDEen handig instrument voor uw praktijk

Wij ontwikkelden een handig

instrument waarmee u de doorgaande

lijn van uw organisaties in beeld

kan brengen. Het helpt u om inzicht

te krijgen in alle aspecten die van

belang zijn bij de doorgaande lijn. Het

instrument is opgezet aan de hand van

de planmatige aanpak.

Een gezamenlijk visie is de basis voor

het vormgeven van de doorgaande lijn.

Een goede analyse (intern en extern)

helpt u bij de keuzes waar u voor

staat. Op basis daarvan formuleert u

doelstellingen die u wilt bereiken om

de doorgaande lijn goed vorm te geven.

Vervolgens staan alle praktijkaspecten

benoemd. Deze aspecten beslaan

de inhoudelijke en organisatorische

praktijk. De cirkel is rond als u aan de

hand van de evaluatie uw doorgaande

lijn in beeld heeft.

Interesse?

Download het instrument!

De ontwikkeling van het kind is uitgangspunt bij de doorgaande lijn. Wat heeft een kind nodig om zich goed te ontwikkelen? Hoe zorgen we voor een natuurlijke brug tussen de verschillende leefwerelden waarin kinderen opgroeien?

Doorgaande lijn in beeldInstrument voor onderwijs en opvang

30 | SAMEN

Page 31: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

“Onderwijs betekent niet meer en niet minder dan ‘mensen helpen te leren’,”

aldus Professor Robert-Jan Simons tijdens de landelijke IKC-dag. “Leren moet echter niet beperkt

blijven tot iets wat kinderen op school doen, maar juist ook buiten school. We moeten stimuleren om

binnenschools en buitenschools leren beter te combineren. Dat kan uitstekend binnen een IKC. Voor

IKC’s is het belangrijk om ouders hierbij als co-docenten en co-opvoeders te betrekken.”

INTERVIEW

Een duidelijke visie geeft richting aan de

ontwikkeling van het kind. Daarnaast

zorgt een brede visie voor coherentie

in alle delen van de organisatie. “Het

voordeel van een visie is dat begeleiders

ook zicht hebben op kinderen, en dat

kinderen ook buiten school verder

kunnen leren.” Scholen met een

gedragen visie presteren beter. Maar

Simons stelt wel eisen aan deze visie:

De visie moet helder zijn, omvattend en

precies en moet gedragen worden door

alle factoren. Voor alle betrokkenen

moet de visie dezelfde betekenis

hebben. Een goede visie geeft sturing,

is geworteld in leertheorieën en biedt

ruimte voor eigen invulling. “IKC’s

hebben behoefte aan een visie op leren.

Het is van belang om verbreding van de

doelstelling na te streven.”

Het onderwijs is vooral gericht op

cognitieve vakken. Simons pleit voor

een bredere, holistische visie op leren.

Evidence based werken vindt hij daarbij

belangrijk. “Wat we tot nu toe zien in

de wereld is dat we een school hebben,

waarin je leert. Af en toe wordt de

buitenwereld gesimuleerd in de school.

Maar, er is ook nog zoiets als leren

buiten de school.” We kunnen meer

gebruik maken van de verbinding tussen

het leren binnen en buiten de school.

Simons onderscheidt zeven

verschillende vormen van leren

• Kunst afkijken: leren door te

imiteren

• Participeren: leren in de

samenleving met anderen

• Kennis verwerven: objectieve

kennis

• Oefenen: in een veilig omgeving

vaardigheden verder ontwikkelen.

• Ontdekken

• Verbeelden: visualiseren

• Doorzien: het intuïtieve denken,

met gevoel

Ieder mens heeft leervoorkeuren

waarbij hij vaak twee van bovenstaande

manieren combineert. Als we weten

wat ieders leervoorkeuren zijn, kan het

onderwijs daarop inspelen.

ROBERT-JAN SIMONS

“In IKC’s staat leren in het teken van de brede ontwikkeling van kinderen, op alle

ontwikkelingsgebieden.”Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl

31 | SAMEN

Page 32: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Voor alle scholen – dus ook voor brede scholen – is het relevant

te weten waar nieuwe leerlingen vandaan komen. Ongeveer

tien jaar geleden maakten nog bijna 90% van de peuters in

Nederland gebruik van de peuterspeelzaal of de dagopvang.

Tot vier jaar geleden groeide het bereik van de

kinderdagverblijven en werd de rol van peuterspeelzalen kleiner.

De afgelopen jaren hebben we gezien dat door bezuinigingen

het gebruik van voorschoolse voorzieningen is afgenomen. Eind

2014 constateren we dat minder dan 70% van de peuters die

instroomt op de basisschool een voorschoolse voorziening heeft

bezocht en bijna één op de drie peuters zonder ‘vooropleiding’ in

groep 1 start.

Met name lage- en middeninkomens gezinnen hebben de voorschoolse voorziening - en dan met name de dagopvang -

verlaten. De lobby om deze ontwikkeling een halt toe te roepen heeft succes gehad. Kinderopvang wordt vanaf 2016 weer

een stuk toegankelijker door substantiële investeringen - € 290 mln. - in de kinderopvangtoeslag en een aanvullende

€ 60 mln. voor gemeenten om het door hen gesubsidieerde voorschoolse aanbod toegankelijk te houden.

De investeringen in de toeslagtabel zorgen de komende jaren voor een veel lagere ouderbijdrage dan in 2015. Die korting

kan oplopen tot meer dan 40%: En omdat met name lage en middeninkomens het meest profiteren van deze extra

investering is te verwachten dat die groep weer zal terugkeren. Dat moet helpen om het non-bereik van de voorschoolse

voorzieningen terug te dringen.

Als het gaat om de dienstverlening van de buitenschoolse opvang (BSO) aan de brede school moeten we vaststellen dat

op landelijk niveau slechts één op de vijf basisschoolleerlingen (20%) gebruik maakt van BSO. Dat aandeel groeit nog licht

maar degenen die denken dat ooit het merendeel van de leerlingen de BSO bezoekt rekent buiten de parttime cultuur in

Nederland.

ED BUITENHEK ANALYSE

Bron: SZW, CBS Maatwerk 2015, bewerking BM&C

Het merendeel (63%) van de peuterspeelzalen in Nederland zit bij, of in een school. De minderheid (35%) van dagopvang; en de helft (49%) van de buitenschoolse opvang in Nederland zit bij, of in een school.

“Vertel in maximaal 25 minuten iets over twintig jaar brede school en gebruik daarbij zoveel mogelijk feiten en cijfers”. Dat was de opdracht die ik meekreeg voor mijn bijdrage aan het symposium ‘Lessons learned’ van het Landelijks Steunpunt Brede Scholen.

De opdracht bleek lastiger dan verwacht. Twintig jaar geleden (in 1995 werden er nog nauwelijks data verzameld rond brede scholen en de aanpalende dienstverlening van peuterspeelzalen, dagopvang en BSO.

32 | SAMEN

Page 33: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Van de moeders op het schoolplein

werkt inmiddels 80% en dat is

aanzienlijk meer dan 15 jaar geleden.

Omdat echter slechts 25% van hen per

week meer uren werkt dan de school in

‘opvang’ voorziet zal de buitenschoolse

opvang in de huidige vorm nooit een veel

hoger bereik dan nu krijgen.

Uit de meest recente inventarisatie van

het Landelijk Steunpunt Brede Scholen

blijkt de meest kansrijke voedingsbodem

in de provincies Noord-Brabant en

Zeeland te liggen: Groningen en

Friesland scoren het laagst qua aandeel

brede scholen op het totaal. Daarmee

lijkt er in het zuiden van het land een

kansrijker voedingsbodem dan in

Noord-Nederland maar dat kan ook

toeval zijn.

16 september 2015

3

In mijn bijdrage zal ik nader inzoomen op een kansrijke voedingsbodem voor de brede school. Uit de meest recente inventarisatie van het Landelijk Steunpunt Brede Scholen blijkt de meest kansrijke voedingsbodem in de provincies Noord-Brabant en Zeeland te liggen:

Bron LSBS 2015

Groningen en Friesland scoren het laagst qua aandeel brede scholen op het totaal. Daarmee lijkt er in het zuiden van het land een kansrijker voedingsbodem dan in Noord-Nederland maar dat kan ook toeval zijn. Geen toeval is dat het vormen van een brede school gemakkelijker wordt naarmate een school groter is, meer kinderen gebruik maken van voorschoolse en naschoolse voorzieningen in de wijk. Het opnieuw investeren in de toegankelijkheid van voorschoolse en naschoolse voorzieningen is daarmee een nieuwe impuls in het toekomstperspectief van de brede school.

Er bestaat een kansrijke voedingsbodem voor de brede school!

De lobby om deze ontwikkeling een halt toe te roepen heeft succes gehad.

Kinderopvang wordt vanaf 2016 weer een stuk toegankelijker. De investeringen in de

toeslagtabel zorgen de komende jaren voor een veel lagere ouderbijdrage. En omdat

met name lage en middeninkomens het meest profiteren van deze extra investering is te

verwachten dat die groep weer zal terugkeren.

Geen toeval is dat het vormen van een brede school gemakkelijker wordt naarmate

een school groter is, meer kinderen gebruik maken van voor- en naschoolse

voorzieningen in de wijk.

Het opnieuw investeren in de toegankelijkheid van voor- en naschoolse

voorzieningen is daarmee een nieuwe impuls in het toekomstperspectief van de

brede school. De auteur is spreker op het symposium Lessons Learned.

LESSONSLEARNED

Bron: CBSBron: CBS 20152015

33 | SAMEN

Page 34: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Het Landelijk Steunpunt bezocht jaarlijks met vele tientallen geïnteresseerden, verschillende scholen. Het doel: leer van elkaar!Een voorbeeld uit 2014. Een bus vol belangstellenden nam een kijkje op basisschool Polsstok, ook wel bekend als DE Brede School.

Beter goed afgekeken dan er zelf pas na jaren achterkomen

GLUREN BIJ DE BUREN

34 | SAMEN

Page 35: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

DE BREDE SCHOOLAMSTERDAM-ZUIDOOST

“900 kinderen komen vanuit de hele wijk naar DE Brede

School,” vertelt BartJan Commissaris, directeur van basisschool

Polsstok. DE Brede School bestaat uit drie basisscholen (de

levensbeschouwelijke Polsstok, de openbare Bijlmerhorst en de

Islamitische As Soeff ah), een voorschool, peuterschool en een

TSO/NSO.

SAMENWERKINGDE Brede School lag ooit in de schaduw van de fl ats van de

Bijlmer. “In 2001 startten wij met de samenwerking tussen de

drie scholen in de wijk om samen één brede school te vormen,”

legt Commissaris uit. Sinds 2011 heeft DE Brede School één

voorschool, waar alle leerlingen terecht kunnen.

LEERORKEST EN SPORTWij proberen zoveel mogelijk kinderen binnen te houden. Maar

als het voor het kind beter is naar het speciaal onderwijs te gaan,

verwijzen wij door.

In 2005 startte DE Brede School met het Leerorkest. Vanaf

groep 5 leren alle leerlingen een klassiek instrument bespelen. Zij

spelen wekelijks onder schooltijd een zelf gekozen instrument.

Er worden specifi eke orkestpartijen ingestudeerd en de kinderen

maken vanaf het eerste jaar direct deel uit van een orkest. Net

als alle scholen in Amsterdam krijgt DE Brede School een clinic

van Ajax, waarbij de voetballers de kinderen vaardigheden als

samenwerken leren.

PASSEND ONDERWIJSOp DE Brede School is het verwijzingspercentage naar het

speciaal onderwijs al jarenlang vrijwel geheel nul. “Wij proberen

35 | SAMEN

Page 36: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

zoveel mogelijk kinderen binnen te houden. Daarvoor hebben

we ons team versterkt met onder andere een dyslexiekliniek en

Logopedist. “Maar,” voegt Commissaris toe, “als het voor het

kind beter is naar het speciaal onderwijs te gaan, verwijzen wij

door. Leerkrachten adviseren sommige kinderen om bijvoorbeeld

meer aan sport of muziek te doen. Ook dit valt binnen het

Passend Onderwijs.”

Gluren Bij de Buren, het is vanaf de eerste dag een doorslaand succes gebleken. Leren van

elkaar, in optima forma. Kijken en luisteren naar de manier hoe een ander vorm geeft aan al haar

activiteiten.. dat is echt van onschatbare waarde! Hoe heeft deze school de samenwerking tussen

onderwijs, opvang en de gemeente gerealiseerd? Hoe werkt het met Integrale dagarrangementen en

functiedifferentiatie? Afkijken hoe ontwikkeling van kinderen én de wijk centraal, een wijkbrede aanpak

dus, nou in de praktijk is geregeld? Een doorgaande lijn, in beeld en met uitleg…? Ge-wel-dig om dat zo

concreet te mogen zien!

“We zagen dat de meerwaarde van afstemmen niet alleen geldt voor de kinderen, ook onze organisaties

varen er wel bij”.

“Hoe komt deze samenwerking tot stand, wat is de meerwaarde van deze taakdifferentiatie? Hoe zorg je voor

een goede inhoudelijke samenhang? Dat waren prangende vragen die bij mij leefden. We mogen meekijken in

de gezamenlijke aanpak en vragen over de kansen en dilemma’s en DAT was leerzaam!!”.

“Gluren bij de buren is een ideale manier om te zien hoe anderen te werk gaan, en om daar inspiratie uit te

halen. We ontmoetten collega’s die met dezelfde ontwikkelingen als ik bezig waren. Een kijkje in andermans

keuken, mét uitleg, onderbouwing en het begrip van lessen uit de praktijk!”.

LESSONSLEARNED

VERBINDING MET DE WIJK“Wij zijn het kloppend hart van de wijk. Met alle

sportverenigingen in de buurt hebben wij een verband. Bij ons

zijn drie combinatiefunctionarissen actief die deels voor een

school, deels voor een sportvereniging werken. Als een sport

36 | SAMEN

Page 37: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

CIJFERS (vervolg van pagina 33)

Bereik voorschoolse voorzieningen onder

peuters in gemeente X in 2011 en 2014

gedaald door lager bereik dagopvang

Gemeente X in 2011 (voor harmonisatie)

Gemeente X in 2014 (na harmonisatie)

Bereik voorschoolse voorzieningen onder peuters in gemeente X in 2011 en 2014 gedaald door lager bereik dagopvang

niet wordt aangeboden in de wijk, benaderen wij bestaande

verenigingen of ze een dependance willen. Dat hebben wij al

gedaan met de sporten BMX en hockey. De plaatselijke nieuwe

hockeyvereniging heeft nu al 140 leden.”

Bereik voorschoolse voorzieningen onder peuters in gemeente X in 2011 en 2014 gedaald door lager bereik dagopvang

Wij hebben rond de 120 nationaliteiten op school. Wat kinderen meebrengen, is ons

uitgangspunt.

De foto’s zijn van verschillende edities van ‘Gluren bij de Buren’.

37 | SAMEN

Page 38: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Klassieke brede school

Achterstandsbestrijding. Verrijken. Versterken

van systeem om leerlingen heen: ouders en wijk.

Doorgaande ontwikkelingslijnen.

Achterstandsbestrijding. Ouderbetrokkenheid.

Sociale (wijk)cohesie. Benutten gebouwen. Zorg

in- en om de school.

Eén gebouw. Multifunctionele ruimtes.

Gebruik van elkaars ruimtes. Gezamenlijke

buitenruimtes. Beheerder.

MFABundelen van voorzieningen voor dorp, wijk of buurt. Efficiënt

gebruik van voorzieningen en personeel.

Benutten gebouwen. Doorgaande lijn in voorzieningen.

Ontmoetingsfunctie gebouw (sociale cohesie).

Eén gebouw. Multifunctionele ruimtes. Gebruik van elkaars

ruimtes.

Netwerk in de buurt

Achterstandsbestrijding. Verrijken. Versterken

van systeem om leerlingen heen: ouders en wijk.

Samenwerken tussen instellingen. Aansluiting

bij de buurt. Sterke dienstverlening in de wijk.

Doorgaande ontwikkelingslijnen.

Achterstandsbestrijding. Ouderbetrokkenheid.

Sociale (wijk)cohesie. Zorg in- en om de school.

De instellingen hebben ieder een eigen gebouw

en maken gebruik van elkaars faciliteiten.

School School MFAMFA

Peuterspeelzaal

Kinderdag

verblijf

BSO

School & kinderopvang

IKC

Verschijningsvormen brede scholen

38 | SAMEN

Page 39: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

School School MFAMFA

Peuterspeelzaal

Kinderdag

verblijf

BSO

School & kinderopvang

IKC

Compact model

Dagarrangement voor onderwijs en opvang. Profilering van de

school.

Doorgaande ontwikkelingslijnen. Achterstandsbestrijding.

Ouderbetrokkenheid. Sociale (wijk)cohesie. Benutten gebouwen.

Zorg in- en om de school. Dagarrangementen.

Eén gebouw. Multifunctionele ruimtes. Gebruik van elkaars

ruimtes. Gezamenlijke buitenruimtes.

Verschijningsvormen brede scholen

Om inzicht te geven in de verschillende verschijningsvormen van brede scholen die er in het land zijn, maakte het

Landelijk Steunpunt een infographic. Hierin beschrijven we steeds van elke verschijningsvorm een aantal facetten:

drijfveer, visie, doelgroep, programma, partners, financiering, huisvesting en regie. Vervolgens is bij ieder model

beschreven wat de kansen en risico’s zijn. Onderstaande weergave is hier een korte samenvatting van.

Bekijk het volledige model op verschijningsvormen.bredeschool.nl

Integraal model

Dagprogramma waarbij kind centraal staat, instellingsbelang op de achtergrond.

Sterke visie op ontwikkeling van het kind, in zijn of haar context.

Voor kinderen: doorgaande ontwikkelingslijnen in opvang, zorg, onderwijs en vrije tijd.

Visie op het kind is leidend. Efficiënte organisatie, mede afgestemd op behoefte ouders.

Eén gebouw. Multifunctionele ruimtes.

39 | SAMEN

Page 40: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

De SKH heeft in totaal veertien locaties in Heerhugowaard. Daar

biedt de stichting bovenstaande vormen van kinderopvang aan. Een

aantal locaties is gevestigd in een basisschool en vormt samen met

de onderwijsinstelling een brede school. Het gaat om de locaties

De Cocon, De Kajuit, De Horst en Campus Columbus. De Cocon

is gevestigd in de school Atalanta. De Kajuit werkt samen met

basisschool De Vaart en locatie De Horst is zit in de brede school De

Horst. Tot slot is Campus Columbus gevestigd in de gelijknamige

basisschool.

Op die laatste school, de Campus Columbus, hanteert men

het Dalton-concept. Niet alleen de school, maar ook de

kinderopvangorganisatie werkt volgens dit principe. In het

Daltononderwijs ligt de nadruk op keuzevrijheid voor het kind,

samenwerken met andere kinderen en de ontwikkeling van de

zelfstandigheid van het kind.

Campus Columbus is een kindcentrum waarin onderwijs, opvang

en opvoeding verbonden zijn in één gebouw. De schooldirecteur

van Campus Columbus en de locatiemanager van SKH werken

nauw samen in een tot nu toe informeel managementteam. Er

is één teamkamer voor het hele team, dat op veel verschillende

gebieden samenwerkt. Zo doet de conciërge van de school hand- en

spandiensten voor de kinderopvang. Daarnaast mogen de leerlingen

van de school gebruik maken van de keuken van de bso. Verder is er

een warme overdracht tussen peuterspeelzalen en kinderdagverblijf

naar de school.

En tot slot is de externe communicatie gebaseerd op één organisatie.

Die communicatie verloopt via de website

www.campuscolumbus.nl

Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl

Monique Bankras van de Stichting Kinderopvang Heerhugowaard (SKH) is sinds begin 2015 ambassadeur van het Landelijk Steunpunt Brede Scholen. De Stichting Kinderopvang Heerhugowaard heeft kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en locaties voor buitenschoolse en tussenschoolse opvang. Daarnaast heeft de SKH een gastouderbureau, dat bemiddelt tussen ouders en gastouders.

STICHTING KINDEROPVANG HEERHUGOWAARD

40 | SAMEN

Page 41: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

De wijk waarin een brede school staat,

de behoeften van ouders en kinderen,

beleidsmaatregelen van gemeenten

en ministeries én de persoonlijke

ambities en competenties geven vorm

en kleur aan een brede school. Het

Landelijk Steunpunt Brede Scholen

heeft in het hele land 60 voorbeelden

van al deze verschillende vormen

van brede scholen. In de brochure

Verschijningsvormen brede scholen

staan deze verschillende vormen

beschreven.

Wij hielden een peiling onder onze

ambassadeurs gehouden: hoe wordt er

binnen jullie brede school of IKC leiding

gegeven. Wat voor soort brede school

zijn, jullie hoe geef je daar leiding aan?

29 ambassadeurs hebben meegedaan

aan deze peiling.

Wat allereerst opvalt is dat de aandacht

verschuift van de klassieke brede

school of netwerk in de buurt naar het

IKC. Dat was voor ons niet helemaal

verrassend. Zo kregen wij de afgelopen

jaren steeds meer vragen uit het land

over IKC ontwikkeling. In 2010 hadden

we daar een enkele vraag over, in dit

huidige kalender jaar hebben we daar

(teldatum 1 juli) al 44 vragen over

gekregen.

Het tweede punt dat opvalt is

dat vrijwel alle brede scholen de

hiërarchische leiding bij het onderwijs

(de school) hebben belegd. Dat komt

veel voor bij IKC’s, maar ook bij brede

scholen als netwerk in de wijk of

multifunctionele accommodaties.

Met de kernpartners wordt veelvuldig

afgestemd, met de overige partners

(zoals sport, kunst en cultuur) gebeurt

dat incidenteel.

IKC ontwikkeling is in volle gang,

zoveel is wel duidelijk. Maar wat

uit de peiling ook blijkt, is dat het

nog lang niet uitontwikkeld is. De

mate waarin de schooldirecteur

integraal verantwoordelijk is bij de

ambassadeurs van klassieke brede

scholen, is nagenoeg hetzelfde als bij

directeuren van IKC’s.

Veel directeuren van een IKC zijn deze

weg van integraal leidinggeven nog aan

het ontwikkelen. Het lijkt erop dat de

wens van veel brede scholen om door

te ontwikkelen tot IKC een wens is om

meer te focussen.

Brede scholen willen een kleinschalige

organisatie (small), met prettige

sociale relaties (social), ten gunste

van een kwalitatief goede uitvoering

(smart) (Doornenbal, 2011). De beste

manier om hieraan vorm te geven

wordt niet bepaald door het model

(IKC), maar door de behoeften van de

professionals, ouders en kinderen.

BREDE SCHOLEN IN ONTWIKKELING

“There is not one best way to organise”Dat wordt bij de brede scholen wel heel duidelijk. Er zijn veel verschillende manieren om de samenwerking rondom kinderen vorm te geven.

- M. Weggemans

41 | SAMEN

Page 42: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

MARTIJN VAN DER KROEF

Soms verandert er in 20 jaar niet zo heel veel voor een bestuurder. Snel je draai vinden en trouw vasthouden

aan je eigen principes, het lijkt een simpel recept voor een succesvolle carrière, volledig gericht op het

welzijn en de talentontwikkeling van kinderen. Martijn van der Kroef, directeur van Kinderrijk, vertelt wat

haar destijds bewoog én nog steeds beweegt.

INTERVIEW

“Een geboeid kind leert als een ti erelier.”

Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl 42 | SAMEN

Page 43: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

“Mijn grootste les is dat er op scholen weer veel meer

geëxperimenteerd moet worden.

Waar men durft te kijken naar waar je zelf in gelooft en niet

naar belemmeringen. Een van mijn stokpaardjes is om

iedereen die te maken heeft met kinderen in de leeftijd 0 tot 12,

dezelfde opleiding te geven. In elk geval toch in de basis, waarbij je dan altijd

aanvullende modules kunt volgen die je nodig hebt voor je specifieke omgeving. Ik hoop

daar echt op, het zal de kwaliteit verbeteren en het onderlinge begrip flink versterken.”

LESSONSLEARNED

TOEN“Ik weet nog goed wat mij aanzette om te kiezen voor het werk

in de kinderopvang… de ontwikkeling van mijn eigen kinderen!

Heel dicht bij huis dus en ook ingegeven door onze eigen

gezinssituatie, met twee hoogopgeleide ouders. Ik zag hoeveel

éxtra ze kregen, hoe hun ontwikkeling op sociaal gebied liep,

prachtig gewoon. Niet alleen door de aandacht van de mensen

om hen heen, maar ook door de variatie die zij in hun dagelijks

leventje meemaakten. De vele verschillende gewoontes die je

van anderen oppikt, zoals smaak en humor. En het vele buiten

kunnen zijn, niet te vergeten. Het inspireerde mij bijzonder. En

eigenlijk heb ik dat mijn hele zakelijke leven wel dicht bij me

gehouden.”

“In Almere zag ik als een van de eersten het goede voorbeeld

van ‘alles in één’. En dat het werkte. Ook de studiereizen

die ik destijds heb gedaan, gaven me zoveel nieuwe ideeën.

Denemarken, Zweden en Berlijn, ze staan me nog helder voor

de geest. Studiereizen zijn geen snoepreisjes! Ik kan iedereen

echt vol overtuiging aanraden om dat te doen, waar haal je

anders je inspiratie vandaan?”

NUAl twintig jaar inmiddels, werkt Martijn (eigenlijk: Martijntje)

in een bestuurlijke functie. Destijds was kinderopvang nog

gelieerd aan de gemeente maar een van de eerste grote

veranderingen die zij op haar naam heeft, was juist dat

loskoppelen en meer op eigen benen staan. Inmiddels heeft

Kinderrijk een indrukwekkende staat van dienst, met ruim

3.000 kinderen, en meer dan 430 werknemers.

“Wij bieden in en rond Amstelveen kinderopvang, waarbij we

altijd eigen ruimtes hebben in de scholen. Soms in een IKC,

vaak in een brede school. De vorm die wij daarin nastreven,

lijkt eigenlijk wel wat op Montessori onderwijs, veel focus op

het kind zelf en de eigen unieke mogelijkheden zoeken. Het

kind weten te boeien, dat is de crux. Een geboeid kind leert als

een tierelier.”

“Daarbij zoeken we echt zo veel mogelijk de samenwerking

met het onderwijs. Het valt me telkens weer op. Als je écht

samenwerkt, zie je dat je maar zo weinig verschilt. We zijn

allemaal hetzelfde en hebben dezelfde doelen. Heel veel van

onze leidsters hebben ook onderwijsbevoegdheid. Een groot

voordeel, want ze zijn toch al in de school en kunnen dan ook

af en toe invallen. Heerlijk flexibel, maar natuurlijk ook heel

erg goed voor de herkenbaarheid voor zowel de kinderen als

het personeel.”

43 | SAMEN

Page 44: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Afgelopen maand hielden wij een peiling

onder 2400 brede scholen over de stand van

zaken én uw plannen voor de komende twee

jaar. Deze peiling leverde in 6 dagen 353

ingevulde vragenlijsten op. De vragenlijst is

vooral ingevuld door directeuren (48%) en

coördinatoren (15%) van de school.

BREDE SCHOLEN EN IKC’S de huidige stand van zaken

De belangrijkste resultaten: we treffen

een beeld aan van grote ambities,

waarbij de omvorming naar een

integraal model veel genoemd wordt.

Momenteel bestaat de helft van de

brede scholen uit een klassiek model

ofwel een netwerk in de buurt. Als de

ambities worden gehaald, is over twee

jaar een derde van de scholen een IKC.

Vooral het klassieke model zal steeds

minder vaak voorkomen, terwijl de

andere vormen minder worden verlaten.

Als belangrijkste drijfveer wordt genoemd, het optimaliseren van

ontwikkelingskansen van kinderen d.m.v. het creëren van doorlopende

ontwikkelingslijnen en een breed aanbod. Ook het bundelen van

voorzieningen voor ouders en kinderen, en het optimaliseren van

mogelijkheden tot talentontwikkeling bij kinderen zijn veelgenoemde

drijfveren.

Kijk voor alle resultaten op www.bredeschool.nl

Mijn brede school lijkt het meest op: Onze ambitie is om over twee jaar om te vormen tot:

44 | SAMEN

Page 45: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Pieterjan van Delden Sterke netwerken groeien langzaam

COLUMN

Voor het inrichten van brede scholen en de doorontwikkeling

naar integrale kindcentra is samenwerking tussen organisaties

nodig. Maar de praktijk van die samenwerking is vaak

lastig. Er wordt soms langs elkaar heen gewerkt en dan

valt het resultaat tegen. Maar soms zijn er ook successen!

Wat bepaalt het resultaat van samenwerking? Op grond

van mijn promotieonderzoek kom ik tot de conclusie dat

het succes vooral afhankelijk is van de inzet en energie van

professionals op de werkvloer. Tenminste als ze durven te

pionieren. Gezamenlijke uitvoering en groepsbinding zijn

meer bepalend voor het resultaat dan bestuursbesluiten en

onderhandelingen. Alleen via praktisch samenspel kan de

onderlinge acceptatie tussen de (vaak eerst behoedzame)

professionals groeien. De doorgaans gevolgde aanpak van

samenwerking heeft te weinig oog voor deze uitvoeringskant

met als gevolg dat de resultaten uitblijven. Een versnelling

is mogelijk met een exploratieve strategie die de partijen

bij elkaar brengt, de professionals prikkelt en de belangen

blootlegt. Samenwerken betekent ook confronteren.

In mijn onderzoek heb ik veel samenwerkingsgeploeter gezien,

maar ook praktijksituaties waarin samenwerkingsverbanden

maatschappelijk effectief waren. Deze situaties werden

gekenmerkt door veel tijd en aandacht voor de gezamenlijke

besluitvorming tussen de partners en voor de eisen van

de uitvoering. Professionals durfden hier grenzen te

verleggen. Leidinggevenden en bestuurders stelden het

samenwerkingsdoel hoger dan hun organisatiebelang.

Overheden creëerden voorwaarden en prikkelden de

partners om hun verantwoordelijkheid te nemen. Succesvolle

samenwerking is afhankelijk van de samenloop van deze

procescondities. Bestuurders en beleidsmakers hebben tot

dusverre nog weinig oog gehad voor het belang van deze

condities voor de resultaten van samenwerking. Hier ligt wel

een potentie. Bij een ‘procesgevoelige’ ontwikkelingsstrategie

kunnen samenwerkingsverbanden uitgroeien tot krachtige

instrumenten om complexe maatschappelijke vraagstukken

aan te pakken. Uiteindelijk zullen ze dan onmisbaar blijken.

Pieterjan van Delden is organisatieadviseur bij Andersson

Elffers Felix in Utrecht en onderzoeker bij TIAS, de business

school van de Universiteit Tilburg.

Sterke netwerken, ketensamenwerking in de publieke

dienstverlening, Uitgeverij Van Gennep, Amsterdam, 2009,

ISBN 978-90-5515-4470

PIETERJAN VAN DELDEN Pieterjan van Delden is senior management consultant at Andersson Elffers Felix te Utrecht. Hij promoveerde

op Publieke Samenwerking. Op grond van onderzoek komt hij tot de conclusie dat succes vooral afhankelijk is

van de inzet en energie van professionals op de werkvloer. Tenminste - als ze durven te pionieren!

De auteur is spreker op het symposium Lessons Learned.

Onze ambitie is om over twee jaar om te vormen tot:

45 | SAMEN

Page 46: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Als lid van de WRR schreef Peter van Lieshout mee aan het

rapport ‘Naar een lerende economie’ (2013). Het rapport

benadrukt onder meer dat een duidelijk debat over 21st

century skills belangrijk is voor de economie van Nederland.

In dit interview vertelt Peter waarom en hoe brede scholen en

IKC’s daar een rol in kunnen spelen.

PETER VAN LIESHOUT

Wat moeten we onze kinderen meegeven om ervoor te zorgen

dat zij in de toekomst goed functioneren op de arbeidsmarkt?

Een vraag die op dit moment steeds meer gesteld wordt

en die volgens Peter van Lieshout ook steeds meer gesteld

moet worden. Volgens Peter ontbreekt het in Nederland op

dit moment namelijk aan een gestructureerd debat over een

goede onderwijsinhoud. “Als een nieuwe minister aantreedt,

wordt er wel wat gesleuteld aan het curriculum, maar

het is gebonden aan persoonlijke opinies. Er zijn ook wat

actiegroepen, maar het blijft bij een enkele roepende in de

woestijn.”

PRATEN OVER ONDERWIJSPeter pleit voor een debat over de inhoud van ons onderwijs.

Dat kunnen we eenvoudig tot stand laten komen, door met

elkaar in gesprek te gaan. In landen als Australië en Schotland

gebeurt dat al. “Daar gaat men in gesprek, bijvoorbeeld met

werkgevers die pas afgestudeerden in dienst hebben genomen.

Vinden zij dat de afstudeerders de juiste vaardigheden bezitten

voor de baan die zij uitoefenen?” In Nederland zouden we

die gesprekken ook moeten voeren. “Er is nu geen koppeling

tussen het slotonderwijs en wat de wereld daarna inhoudt,

terwijl onderwijs

een belangrijk instrument is

om de samenleving in te richten.”

COGNITIEF VERSUS SOCIAAL? “In het Nederlandse onderwijsbestek hebben de cognitieve

vakken een hogere status dan de sociale vakken. Een

achterhaald concept. We maken onderscheid in praktijkgericht

en theoriegericht onderwijs. Wie goed kan leren gaat naar de

havo, wie beter is in praktijkonderwijs gaat naar het vmbo. In

Vlaanderen vinden ze die tweedeling niet verstandig en doen

ze het anders. Werkgevers vragen daar ook om. Zij zien dat de

succesvolle mensen op de arbeidsvloer niet per se de mensen

zijn met de hoogste cijfers op de middelbare school. Bazen

van bedrijven zijn niet altijd degenen die vroeger de hoogste

cijfers voor wiskunde haalden. Het is belangrijk dat we ook

in ons land sociale vaardigheden en cognitieve elementen

gelijkwaardiger ontwikkelen.” Een ander goed voorbeeld

komt volgens Peter uit Scandinavië. “In Zweden is er geen

tweedeling tussen HBO en Universiteit: geen splitsing tussen

century skills belangrijk is voor de economie van Nederland.

In dit interview vertelt Peter waarom en hoe brede scholen en

terwijl onderwijs

een belangrijk instrument is

Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl 46 | SAMEN

Page 47: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

praktijk- en onderzoekgericht hoger onderwijs. Het ene is ook

niet per se beter dan het andere. Zweden kent geen impliciete

hiërarchie op dat gebied.”

MEER DAN KNAPPE KOPPENOm de koppeling te maken naar 21st century skills:

moderne, professionele werelden vragen een gelijkwaardige

ontwikkeling van sociale en cognitieve vaardigheden. “In

tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, hebben we

voor innovatie meer nodig dan alleen knappe koppen. We

moeten af van het beeld dat alleen hoger opgeleiden binnen

developmentafdelingen uitvindingen doen. Economieën

groeien niet door eenmalig research en development,

maar door doorgaande ontwikkelingen. Iedereen in een

bedrijf kan aan innovatie meewerken. Op allerlei plekken

en deskundigheidsniveaus kan innovatie en groei ontstaan.

Daarom hebben werkgevers tegenwoordig liever breder

opgeleide medewerkers.”

DE ROL VAN DE BREDE SCHOOLDe brede school is ten opzichte van andere scholen beter

gepositioneerd om aandacht te besteden aan sociale

vaardigheden, omdat ook andere domeinen zijn aangehaakt.

Doorzettingsvermogen en samenwerken worden bijvoorbeeld

in sportlessen gestimuleerd. Juist brede scholen moeten het

onderwijsdebat stimuleren. Zij zijn immers al een stapje verder

dan de rest, erkent Peter. Daarmee doelt hij onder meer op de

ontwikkeling die er de afgelopen jaren op brede schoolgebied

plaatsvond. “In de brede school-, IKC- en kinderopvanghoek

spreekt men vaak met een klagende ondertoon over die

ontwikkeling. Dat zegt eigenlijk meer over de standvastigheid

van de betrokkenen dan over de ontwikkeling zelf. Je kunt

wel zeggen dat zich de afgelopen vijftien jaar een revolutie

voltrok.” Peter onderbouwt dat met enkele voorbeelden. “Er

vond een vertienvoudiging plaats van kinderen die naar de

opvang gaan, daarmee werd de opvang van een enigszins

elitevoorziening een breed beschikbare voorziening. Dat is

toch wel een wezenlijke transformatie. Brede scholen waren

15 jaar geleden pioniers. Nu is in bijna iedere wijk wel iets

‘brede school achtigs’ te vinden. Ik verwacht dat het met het

IKC de komende jaren ook zo zal gaan. Betrokkenen in de

brede school vinden het vaak alleen nog niet genoeg. Hun

ambitieniveau ligt hoger. Daardoor lijkt het alsof er nog niks is

gebeurd, maar niets is minder waar.”

“Onderwijs is een belangrijk instrument om de samenleving in

te richten.”

47 | SAMEN

Page 48: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

WENSEN VOOR DE TOEKOMSTPeter hoopt dat er in de komende vijftien jaar bereidheid is

voor verdere afspraken over een samenhangend aanbod,

waarin zowel sociale als cognitieve vaardigheden een plaats

hebben. “De doorgaande lijn in brede scholen is daar belangrijk

in, maar ik denk dat ook gemeenten steeds meer betrokken

raken bij het formuleren van dit aanbod. Gemeenten zijn voor

steeds meer domeinen verantwoordelijk. De jeugdzorg is een

verantwoordelijkheid van de gemeente, evenals het primair

onderwijs. Een verdere doorontwikkeling van het institutionele

ligt voor de hand. Daar zien ook partijen de meerwaarde van in

en ze zijn er optimistisch over.”

Ik zeg tegen het werkveld: “Werkveld,

ga zo door!”

Dat klinkt makkelijk, maar als je

ziet hoeveel er de afgelopen jaren tot

stand is gebracht, dan is dat het niet. Het

politieke klimaat is nu bovendien ook zo dat er

een doorontwikkeling verwacht wordt en dat het

nut daarvan ook gezien wordt. Grosso modo is

er de afgelopen jaren een heel succesvol traject

geweest. Het is nog niet af, maar er zijn nog wel

mogelijkheden voor vervolgstappen. Ik

pleit voor een debat over de inhoud

van ons onderwijs. Dat kunnen we

eenvoudig tot stand laten komen,

door met elkaar in gesprek te gaan! “

LESSONSLEARNED

Wilt u méér Samen?

Geef uw interesse aan voor

de volgende editi es van dit magazine.

Ga naar www.bredeschool.nl/samen de volgende editi es van dit magazine.

Praktische tips & Kant-en-klare tools LESSONS LEARNEDHet Landelijk steunpunt Brede Scholen kijkt terug

Er liggen elke dag weer volop kansenAmbassadeurs geven het voorbeeld

“Waarom moeilijk doen als het samen kan?”

01

Verschijnt periodiek

SAMEN.Voor een brede ontwikkeling in onderwijs en kinderopvang.

wij

“Een geboeid kind leert als een tierelier.”Martijn van der Kroef

48 | SAMEN

Page 49: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

“Het lijkt alsof er nog niks is gebeurd, maar niets is

minder waar.”49 | SAMEN

Page 50: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Annette benadrukt meteen dat ze liever niet denkt in vaste

vormen, in termen als brede school en IKC. Ze beantwoordt

liever vragen als ‘Hoe ontstaat leren?’ en ‘Welke factoren

beïnvloeden leren?’. Van daar uit gaat ze aan de slag en

probeert ze barrières te slechten en bruggen te bouwen. Zo

heeft ze ook het Natuurlijk leren en de doorgaande lijn in

Laterna Magica opgezet samen met het team en experts.

“Een brede ontwikkeling voor kinderen”, dat is wat ze wil

bereiken. “Ik vind het belangrijk dat kinderen verstand krijgen

van zichzelf en vooral van zichzelf in relatie tot hun omgeving.

Op die manier leren kinderen zichzelf sturen en worden zij

gevormd.” In het huidige onderwijs ligt teveel nadruk op een

behavioristische en cognivistische visie op leren, op kennis

en vaardigheden, terwijl Annette graag meer aandacht wil

voor een constructivistische visie op leren, voor socialisatie en

personificatie.

METACOGNITIEVE VAARDIGHEDEN21st century skills, met name metacognitieve vaardigheden zijn

onderdeel van de manier van leren op Laterna Magica. Annette

onderschrijft het belang van digitaal informatievaardig

worden. “We willen kinderen leren nadenken over bronnen.

Wat is van waarde? Hoe kun je betrouwbare informatie vinden,

ordenen en opnieuw samensmelten tot iets nieuws? We leren

hen multimedia benutten om dingen te ‘creëren’, maar we

vinden het ook belangrijk om onze kinderen te laten zien hoe

je een goed digitaal burger wordt. Hoe je informatie kunt

benutten voor je persoonlijke ontwikkeling op een manier die

goed is voor jezelf en voor anderen.” Annette denkt al jaren na

over hoe zij met Laterna Magica richting constructivisme kan

komen en wat belangrijk is voor de leeromgeving van kinderen.

Daarbij probeert ze voorschrijvende methodieken te vermijden

en stimuleert ze ook haar medewerkers om vooral zelf na

te denken en waar nodig gebruik te maken van bronnen en

experts.

ONDERWIJS ONTWERPENTijdens haar opleiding werkte Annette het liefst met jonge

kinderen omdat daar de meeste ruimte was zelf onderwijs

te ontwerpen. Ze verdiepte zich tijdens haar studie in

ervaringsgericht onderwijs en nam dat vervolgens mee haar

klaslokaal in. “Ik haalde eerst al het kleutermateriaal eruit en

Laterna Magica is een Integraal Kindcentrum gevestigd op IJburg. De school is een van de voorlopers

onder de IKC’s met innovaties als Natuurlijk leren en een doorgaande lijn van 0 tot 12 jaar. Reden genoeg

om directeur Annette van Valkengoed uit te nodigen als spreker op het 10e Jaarcongres Brede School en om

haar te interviewen over dit juweeltje van een IKC.

ANNETTE VAN VALKENGOED

INTERVIEW

Dit interview is eerder gepubliceerd op www.BredeSchool.nl 50 | SAMEN

Page 51: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

“Hopen is een soort passief willen. Kom zelf in beweging.”

51 | SAMEN

Page 52: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

bracht echt materiaal de klas in. Ik heb altijd vanuit de inhoud

gedacht.” Toen Annette merkte dat haar ervaringsgericht leren

ophield bij de deuren van haar klaslokaal, besloot ze over te

stappen naar groep 3, om haar werk daar voort te kunnen

zetten.

TEGEN DE STROOM INBelemmeringen ziet Annette gelukkig niet zo snel. “Ik maak

mezelf gewoon verantwoordelijk. Ik denk: dit wil ik voor elkaar

krijgen en dan benut ik alle kansen die er zijn.” Zo roeide ze

met Laterna Magica ook een tijd tegen de stroom in. “We

zijn met twee innovaties gestart waar de tijd toen helemaal

nog niet rijp voor was. Een tijd terug lag de nadruk vooral

op het verwerven van kennis. Het is een hele tour geweest

om dit allemaal vorm te geven.” Dat haar werk loont, ziet ze

nu, nu anderen bij Laterna Magica komen kijken, om ervan

te leren. De snelheid waarmee haar schoolconcept ineens

maatschappelijk wordt omarmd verrast Annette zelfs een

beetje. Dat was wel anders toen zij jaren geleden begon.

LATER SELECTERENAnnette heeft nog meer plannen voor de toekomst met

Laterna Magica. “In Nederland beginnen we te laat en

selecteren we te vroeg. Ik wil proberen schotten weg te

nemen en minder vroeg leerlingen voor te sorteren op

vervolgonderwijs. Mijn wens is dat we onze constructivistische

visie op leren van Laterna Magica door kunnen bouwen naar

het voortgezet onderwijs. Dat gaan we ook doen. Ik wil dat

kinderen later een keuze maken voor hun vervolgopleiding

en dat ze op hun eigen tempo en op hun eigen niveau kunnen

werken aan vakoverstijgende prestaties en onderzoeken.” Op

die manier zou het dus zomaar kunnen dat een leerling Engels

volgt op VMBO-niveau en Wiskunde op VWO-niveau.

VOOR IEDER KIND“Bij Laterna Magica zijn kinderen met alle niveaus welkom.

Kinderen hebben er een persoonlijk ontwikkelplan dat elke drie

maanden wordt bijgesteld.

Dat moet ook mogelijk zijn voor het voortgezet onderwijs.

Laten we niet meer denken in bestaande vormen, maar in

de term van een doorgaande lijn van 0 tot 18.” Annette heeft

een pedagogische leeromgeving voor ogen die fungeert als

een basisvoorziening die voor ieder kind toegankelijk is. Waar

jonge kinderen terechtkomen, moet niet meer afhangen van

de financiering van ouders. Laterna Magica is daarom erg blij

met de beweging www.kindcentra2020.nl. “We bieden hier

een inclusieve leeromgeving, waarin ieder kind welkom is. We

verwijzen daarom ook niet door naar het speciaal onderwijs.”

KANSEN BIJ DE OPLEIDINGDe aanpak van Annette is inspirerend, maar vraagt ook een

andere inzet van haar personeel, zo weet ze. “We vragen van

onze medewerkers om niet meer de methode stap voor stap

door te nemen. Ik wil dat ze een brede ontwikkeling hebben

en zelf in staat zijn om leersettingen te ontwerpen. Ze zijn

niet alleen uitvoerder, maar ook medeontwerper van hun

eigen praktijk.” Op dit moment liggen daarvoor nog kansen

op de opleidingsinstituten, meent Annette. “Als je opgeleid

wordt om methodes uit te voeren, wordt je potentie niet altijd

opgepikt. Nu is het voor ons zaak om goed te selecteren en hen

perspectieven te bieden. Medewerkers van Laterna Magica

zijn allemaal HBO- of WO-geschoold en we bieden vervolgens

professionaliseringsmogelijkheden met een interne opleiding.

Denk daarbij aan coaching, peer-feedback, co-teaching,

workshops . Het is niet dé oplossing om alleen masters in het

onderwijs te krijgen, maar de opleiding voor leerkrachten en

pedagogen moet wel veel diepgaander en integraler.”

“Zet in op desamenwerking van hoogwaardige medewerkers.

Zorg dat mensen elkaar aan het werk zien en samen

verantwoordelijk zijn, zodat er co-teaching ontstaat. Het werk

is te complex om alleen te doen. Pas de organisatiestructuur

aan, bijvoorbeeld door werken in units. Organiseer

ondersteuning voor medewerkers, snel en onder handbereik.”

Maar vooral: “Hopen is een soort passief willen.”

52 | SAMEN

Page 53: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

53 | SAMEN

Page 54: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

Een beurs deelname, of hem

organiseren… heeft altijd maar één

doel… inspireren! Dat deden we door zo

veel mogelijk advies, goede voorbeelden

en informatie te geven. En de les? Die taak is

nooit klaar... en we krijgen er dan ook nooit genoeg van!

LESSONSLEARNED

BEURZEN ● CONGRESSEN

54 | SAMEN

Page 55: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

BEURZEN ● CONGRESSEN

55 | SAMEN

Page 56: SAMEN - het magazine van het Landelijk Steunpunt

De wereld van de toekomst is wat kinderen ervan maken...