Publicatie De Dukenburger nr 6 2013 Natuurbeleefpad Vennengebied

1
de Dukenburger - september 2013 14 Dukenburgers die met enige regelmaat het vennengebied bezoeken, is het intus- sen zeker opgevallen dat er op vier plekken langs de rode route spannende objecten zijn verrezen. Solide houten naaminformatie- bordjes tussen twee paaltjes vertellen kort waar het om gaat bij dit natuurbeleefpad: de boomvalkduikvluchtbaan, de dassen- speelburcht, het libellenwaterpad en het eekhoornklimparcours. De oorsprong, de achterliggende gedachten en de bedoelin- gen hierbij werden ons op een prachtige zomermiddag verteld door de ‘lichtgroene’ boswachter Corien Koreman. Balans Verantwoordelijk voor de Overasseltse en Ha- tertse Vennen is Staatsbosbeheer, dat landelijk waakt over ruim 260.000 hectare natuurge- bied. In de meer dan honderd jaar van het be- staan van de organisatie is een schat aan er- varing opgedaan, hetgeen resulteert in de vier pijlers waarop nu alle werkzaamheden zijn ge- baseerd: • de kwaliteit van wonen, werken en recreëren, • biodiversiteit, • de veerkracht van de natuur, • het behoud van de unieke identiteit Mensen verbinden met de natuur van de Nederlandse landschappen. Staatsbos- beheer stelt de terreinen zoveel mogelijk open voor alle Nederlanders en biedt hen een scala aan mogelijkheden om de natuur te beleven. Je kunt er wandelen, fietsen, paardrijden, pick- nicken, in de winter als het vriest en de water- tjes dichtzitten de schaatsen onder binden! In het geval van Dukenburg zijn de Overasseltse en Hatertse Vennen ook nog eens heel dichtbij huis. Nu zijn er natuurlijk mensen die het alleen be- gonnen is om flora en fauna en de betrekkelijke rust in de natuur te beleven. Die ervaren het als hinderlijk en schadelijk voor de natuur dat er in de vennen speelplekken zijn geschapen; zij kloppen met hun klachten aan bij het kantoor van Staatsbosbeheer. De boswachter uit vroe- ger tijden zou hun mening wellicht gedeeld hebben, maar de maatschappij is voortdurend in beweging en Staatsbosbeheer gaat daarin mee, neemt zijn verantwoordelijkheden. Zo is de functie van de ‘oude’ boswachter intussen gesplitst in de donkergroene boswachter – de man die alles weet van bomen en struikgewas, diertjes en piertjes – en de lichtgroene bos- wachter: in dit geval de vrouw die zich bezig- houdt met de voorlichting, publiciteit en recre- atie bij Staatsbosbeheer Regio Oost. Letterlijk zegt Corien: ‘Wij willen mensen met de natuur verbinden. Vooral de kinderen, de jeugd, want zij zijn de beheerders van de toekomst. Natuur is belangrijk voor kinderen, maar kinderen zijn ook belangrijk voor de natuur! Zij moeten le- ren zorgvuldig met de natuur om te gaan en er tegelijkertijd van te genieten. We streven voor- al naar een balans tussen het één en het ander. Veel kinderen, zeker kinderen uit de stad, ko- men te weinig in de natuur. Kinderen willen hollen, klimmen, kruipen, bungelen, met water spelen. Door middel van objecten in het bos worden kinderen spelenderwijs bij de natuur betrokken.’ Kijkgroen naast doegroen Er is voor het natuur-beleefpad gekozen voor de bestaande rode route. Die voert van de par- keerplaatsen bij De Diervoort naar die van Sint Walrick, of andersom. De route is de kortste in dit gebied en met een lengte van 3,5 kilometer voor kinderen als wandelafstand te behappen. De speelplekken zijn uitvoerig bekeken en on- derzocht voordat er iets van de plannen werd gerealiseerd. Zo is de ondergrond bij de kabel- baan een natuurlijke zandvlakte waar je bij een ongelukje niet keihard op neerkomt en is er bij de bouw van de libellensteiger zorgvuldig re- kening gehouden met de kwetsbare bodem van het ven. De dassenburcht is enig in zijn soort, maar er zullen geen dassen in gaan wonen. Een nieuwsgierig vosje kan er wel even naar binnen sluipen. De bouwsels, die op maat ge- maakt zijn en veelal van hout, zijn nagekeken op splinters, spijkers of andere oneffenheden en ze worden om de drie maanden gecontro- leerd. Alle spelmateriaal is uiteraard gekeurd en goed bevonden. Met de vier speelleerob- jecten zijn de Overasseltse en Hatertse Ven- nen zeker geen speeltuin geworden. Er blijft ruimschoots voldoende kijkgroen over naast het doegroen. Informatie Corien houdt een logboek bij: @CorienKore- man. Een tip van haar: ‘Ga bij een bezoekje aan de libellensteiger eens op je buik liggen om naar beneden te kijken in het water. Jaze- ker, ook als volwassene kun je dat doen! Je be- kijkt de waterwereld meteen heel anders.’ Ook de kabelbaan en het eekhoornparcours kunnen veilig door grotere kinderen en volwassenen gebruikt worden. Later dit jaar worden op de parkeerplaatsen bij De Diervoort en bij Sint Walrick nieuwe algemene informatieborden geplaatst. Tekst: Hette Morriën Foto: Geert Elemans Vader Mark Daalderop en Eva bij de kabelbaan

description

In het vennengebied is door Staatsbosbeheer een natuurbeleefpad aangelegd. Het zijn een viertal objecten die een direct contact met de natuur stimuleren: Eekhoorn, Libelle, Das en Valk.

Transcript of Publicatie De Dukenburger nr 6 2013 Natuurbeleefpad Vennengebied

Page 1: Publicatie De Dukenburger nr 6 2013 Natuurbeleefpad Vennengebied

de Dukenburger - september 201314

Dukenburgers die met enige regelmaat het vennengebied bezoeken, is het intus-sen zeker opgevallen dat er op vier plekken langs de rode route spannende objecten zijn verrezen. Solide houten naaminformatie-bordjes tussen twee paaltjes vertellen kort waar het om gaat bij dit natuurbeleefpad: de boomvalkduikvluchtbaan, de dassen-speelburcht, het libellenwaterpad en het eekhoornklimparcours. De oorsprong, de achterliggende gedachten en de bedoelin-gen hierbij werden ons op een prachtige zomermiddag verteld door de ‘lichtgroene’ boswachter Corien Koreman.

BalansVerantwoordelijk voor de Overasseltse en Ha-tertse Vennen is Staatsbosbeheer, dat landelijk waakt over ruim 260.000 hectare natuurge-bied. In de meer dan honderd jaar van het be-staan van de organisatie is een schat aan er-varing opgedaan, hetgeen resulteert in de vier pijlers waarop nu alle werkzaamheden zijn ge-baseerd: • de kwaliteit van wonen, werken en recreëren, • biodiversiteit, • de veerkracht van de natuur, • het behoud van de unieke identiteit

Mensen verbinden met de natuur

van de Nederlandse landschappen. Staatsbos-beheer stelt de terreinen zoveel mogelijk open voor alle Nederlanders en biedt hen een scala aan mogelijkheden om de natuur te beleven. Je kunt er wandelen, fietsen, paardrijden, pick-nicken, in de winter als het vriest en de water-tjes dichtzitten de schaatsen onder binden! In het geval van Dukenburg zijn de Overasseltse en Hatertse Vennen ook nog eens heel dichtbij huis. Nu zijn er natuurlijk mensen die het alleen be-gonnen is om flora en fauna en de betrekkelijke rust in de natuur te beleven. Die ervaren het als hinderlijk en schadelijk voor de natuur dat er in de vennen speelplekken zijn geschapen; zij kloppen met hun klachten aan bij het kantoor van Staatsbosbeheer. De boswachter uit vroe-ger tijden zou hun mening wellicht gedeeld hebben, maar de maatschappij is voortdurend in beweging en Staatsbosbeheer gaat daarin mee, neemt zijn verantwoordelijkheden. Zo is de functie van de ‘oude’ boswachter intussen gesplitst in de donkergroene boswachter – de man die alles weet van bomen en struikgewas, diertjes en piertjes – en de lichtgroene bos-wachter: in dit geval de vrouw die zich bezig-

houdt met de voorlichting, publiciteit en recre-atie bij Staatsbosbeheer Regio Oost. Letterlijk zegt Corien: ‘Wij willen mensen met de natuur verbinden. Vooral de kinderen, de jeugd, want zij zijn de beheerders van de toekomst. Natuur is belangrijk voor kinderen, maar kinderen zijn ook belangrijk voor de natuur! Zij moeten le-ren zorgvuldig met de natuur om te gaan en er tegelijkertijd van te genieten. We streven voor-al naar een balans tussen het één en het ander. Veel kinderen, zeker kinderen uit de stad, ko-men te weinig in de natuur. Kinderen willen hollen, klimmen, kruipen, bungelen, met water spelen. Door middel van objecten in het bos worden kinderen spelenderwijs bij de natuur betrokken.’

Kijkgroen naast doegroenEr is voor het natuur-beleefpad gekozen voor de bestaande rode route. Die voert van de par-keerplaatsen bij De Diervoort naar die van Sint Walrick, of andersom. De route is de kortste in dit gebied en met een lengte van 3,5 kilometer voor kinderen als wandelafstand te behappen. De speelplekken zijn uitvoerig bekeken en on-derzocht voordat er iets van de plannen werd gerealiseerd. Zo is de ondergrond bij de kabel-baan een natuurlijke zandvlakte waar je bij een ongelukje niet keihard op neerkomt en is er bij de bouw van de libellensteiger zorgvuldig re-kening gehouden met de kwetsbare bodem van het ven. De dassenburcht is enig in zijn soort, maar er zullen geen dassen in gaan wonen. Een nieuwsgierig vosje kan er wel even naar binnen sluipen. De bouwsels, die op maat ge-maakt zijn en veelal van hout, zijn nagekeken op splinters, spijkers of andere oneffenheden en ze worden om de drie maanden gecontro-leerd. Alle spelmateriaal is uiteraard gekeurd en goed bevonden. Met de vier speelleerob-jecten zijn de Overasseltse en Hatertse Ven-nen zeker geen speeltuin geworden. Er blijft ruimschoots voldoende kijkgroen over naast het doegroen.

InformatieCorien houdt een logboek bij: @CorienKore-man. Een tip van haar: ‘Ga bij een bezoekje aan de libellensteiger eens op je buik liggen om naar beneden te kijken in het water. Jaze-ker, ook als volwassene kun je dat doen! Je be-kijkt de waterwereld meteen heel anders.’ Ook de kabelbaan en het eekhoornparcours kunnen veilig door grotere kinderen en volwassenen gebruikt worden. Later dit jaar worden op de parkeerplaatsen bij De Diervoort en bij Sint Walrick nieuwe algemene informatieborden geplaatst.

Tekst: Hette MorriënFoto: Geert Elemans

Vader Mark Daalderop en Eva bij de kabelbaan