Profeet in eigen stad (B14 zondag door het jaar)

45

Transcript of Profeet in eigen stad (B14 zondag door het jaar)

Een nieuwe wereld vol beloften,een goed wijd land ons

voorgezegd,gespeld door psalmen en

profeten,maar steeds in woorden

uitgelegd.

228

Een nieuwe wereld vol beloften,een goed wijd land ons

voorgezegd,gespeld door psalmen en

profeten,maar steeds in woorden

uitgelegd.

228

( T.: onbekend / M.: Oosterhuis Tjeerd)

Dan nog, dan nog klamp ik mijklamp ik mij vast aan jou,of je wil of niet,op ongenade of genade,Ik zal red mij, red mij roepenof zoiets als heb mij lief.

(Oosterhuis Huub / Huijbers Bernard )

Diep in ons hart weerklinkt er een stem die zingt: 'Eer aan God de Vader. Gloria!'Zoon van de mensen, door Uw groot lijden zijn wij dichter bij U. Gloria!Geest van hoop en liefde, Geest van licht en leven, Geest van echte vrede. Gloria!

De dromers gaan de mensheid voor.

Het morgenlicht breekt bij hen door

en wat zij zien zal toekomst zijn:de smaak van brood, de geur van

wijn.

De zangers zullen een nieuw liedinzetten tegen het verdriet,want zij bezingen wat zal zijn:de smaak van honing, geur van wijn.

De dichters leven van het woordwat eens de schepping heeft

gehoord,dat nu al is wat straks zal zijn:

de smaak van brood, de geur van wijn.

Zo raakt uw Geest ons mensen aan

en wekt ons op, op weg te gaan,naar wat uw toekomst eens zal

zijn:de smaak van honing, brood en

wijn.

(Bro

nsw

ijk A

lfred

C.

/ B

iesb

rouc

k P.

)

[Voorganger]

Ik geloof dat God bij ons iszoals een vader

die opkomt voor zijn kinderen,zoals een moeder die liefdevol zorgt

en wil dat niemand te kort komt.

Geloofsbelevenis

[Allen]

Ik geloof dat God iedere mens nabij is

vooral de zwakke en kwetsbare mens,

de mens die lijdt en achtergesteld wordt.

[Vg]

Ik geloof dat God is als een herder

die om ons geeft,die ons blijft zoeken,die bekommerd is

om het heil van elke mens.

[Al]

Ik geloof dat God ons hoop geeft,dat Hij toekomst is

en dat zijn liefde sterker is dan onrecht en dood.

[Vg]

Ik geloof

dankzij Jezus Christus,Zoon van God,

die mens met de mensen geworden is.

[Al] Hij kwam om leven te gevenaan ieder die dood leek.

Zo is Hij zelf ook opgestaan,en heeft zijn Geest gegevenin wie hij ons nabij wil zijn.

Zijn vurige woordenzijn de onze geworden:

de belofte van Gods liefdetot over de dood heen.

(Tai

zé)

1

D i t i s h e t b r o o d v o o r o n d e r w e g

d a t h o n g e r s t i l t d o o r b r e k e n .

W i e g a a t d e l a n g e l e v e n s w e g

d i e z a l g e e n w i j n o n t b r e k e n .

H e t i s d e H e e r d i e v o o r o n s g i n g ,

e e n m a a l t i j d v a n h e r i n n e r i n g .

H i j a t e n d r o n k m e t v r i e n d e n .

2

H e t z e l f d e b r o o d i n o n z e h a n d ,

h e t b r o o d d a t b r e e k t d o o r d e l e n .

D e z e l f d e w i j n a l s o n d e r p a n d

d i e l e s t d e d o r s t v a n v e l e n .

D e z e l f d e H e e r d i e i n o n s l e e f t

d e z e l f d e G e e s t d i e a d e m g e e f t :

e r i s w e e r h o o p v o o r m e n s e n .

3

B i j o n s i s o o i t e e n o p g e s t a a n

u i t d i e p e m o e d e l o o s h e i d ;

b i j o n s h e e f t e e n o o i t g o e d g e d a a n :

H i j o v e r w o n d e b o o s h e i d .

H i j s c h o n k d e w i j n e n g a f z i j n b l o e d ;

H i j b r a k h e t b r o o d t o t o v e r v l o e d ;

d e b e s t e w i j n v o o r ' t l a a t s t e .

(naar Wiersinga Herman / van de Velde Jan-Willem)

[Voorganger]

God, om ons te raken en te beroeren,

om Jouw woord in ons midden te laten klinken,

hoorbaar als een fluisterwoordben Jij als een mens verschenen

in Jezus van Nazareth,kind van mensen,

kind aan huis bij Jou.

Rond de tafel

[Allen]

Om ons te raken en te beroerenheeft Hij ons leven gedeeld,de grootheid en de onmacht,

de heerlijkheid en de gebrokenheid.

[Vg]

Hij heeft de wereld bekekenmet de ogen van een kind,

Hij heeft vragen gesteldaan maatschappij en geloofals een profeet kan doen.

[Al]

Hij heeft gekozen om zijn weg te gaanzoals mensen doen.

Om ons te raken en te beroerenheeft Hij de wereld

een nieuw aanschijn gegeven,werden beloften waar

die Jij van oudsher in mensen had gelegd.

[Vg]

Waar Hij het leven raakteen Gods glimlach

over de schepping brachtkwamen mensen weer tot leven.

Hij haalde de herders van hun verloren velden,

de koningen uit hun bevroren paleizen,

en blinden uit hun donker bestaan.

[Al]

Hij gaf lammen kracht in de voeten,melaatsen de zuiverheid van hun huiden zondaars de hoop op een heldere

toekomst.Hij maakte de belofte van zijn geboorte

meer dan waar,

(rechtstaa

n)

[Vg]

ook toen Hij de avond voor zijn lijden en dood…

[consecratie]

God, wij willen Hem gedenkenen in ons hart bewaren:

niet alleen de belofte van zijn geboorte,maar ook zijn leven en lijden,

en dat Hij voortleeft tot vandaagbij Jou en in ons

als een hoop op een toekomst voor eeuwig.

[Al]

En wij bidden om zijn geest:dat Zij ons heiligen mag,

zoals herders en koningen,blinden, melaatsen en lammen

geheiligd werden tot mensen van geloof;

dat Zij ons vaardig mag vindenom zijn woorden van beloften

verder te spreken,en zijn daden van liefde door te

geven.

[Vg]

Dat wij dit doenin gemeenschap met elkaar,

met allen die de kring vormenwaarin zijn belofte verder leeft,uw kerk , hier op deze plaats,

en van zoveel mensen die ons dierbaar zijn.

[Al]

Dat wij gemeenschap vormen met elkaar

en Jou zo dank en hulde brengenmet Jezus

en in de kracht van zijn geest.

Vader die in de hemel zijt, verhaast in ons uw koninkrijk,

dat recht en vrede komen.Maak ons vandaag nog bondgenoot

tot vriend van hen die zijn in nood,wie alles is ontnomen.

Verlos ons heden van het kwaad,van waanzin die voor brood doorgaat,

dat wij ons voor U schamen,en nieuwe wegen leren gaan

die leiden tot een nieuw bestaanvan recht en vrede. Amen.

(van Opbergen Jan / Peter Biesbrouck)

Zeg nooit: "onze wereld is gebroken

en de mens tot weinig goeds in staat."

Zeg nooit: "Niemand kan op vrede hopen,

alles gaat nu eenmaal als het gaat."

Zeg nooit dat het godvergeten lijden

toch het noodlot is van ons bestaan.

Zeg nooit: "Stil maar, wacht op beet're tijden."

Zeg nooit: "Niemand kan de dood weerstaan.".

(van

der

Vel

den

Mar

/ J

oods

-Poo

lse

mel

odie