Ouderen aan Zet - api.ning.com · Achter in de brochure vindt u bijlagen met onder meer...

40
Ouderen aan Zet Handreiking met werkvormen voor focus op kwaliteit van leven en zeggenschap Kwaliteitsevaluatie, waardevolle gesprekken Dialoog- bijeenkomsten: iedereen om de tafel Workshop ‘Focus op kwaliteit van leven’

Transcript of Ouderen aan Zet - api.ning.com · Achter in de brochure vindt u bijlagen met onder meer...

Ouderen aan Zet

Handreiking met werkvormen voor focus op kwaliteit

van leven en zeggenschap

Kwaliteitsevaluatie, waardevolle gesprekken

Dialoog-bijeenkomsten:iedereen om de tafel

Workshop ‘Focus op kwaliteit van leven’

3 Inleiding

38 Over OUDEREN AAN ZET

39 Colofon

inhoudsopgave

leeswijzerIn de drie onderdelen van deze

handreiking leest u hoe u de diverse

werkvormen (kwaliteitsevaluatie,

dialoogbijeenkomst, workshop ‘Focus

op kwaliteit van leven’) in de praktijk

kunt (laten) brengen. Afgewisseld

met ervaringen en voorbeelden van

ouderen zelf en andere betrokkenen

uit het project OUDEREN AAN ZET. In

de gele kaders ziet u tips die u helpen

de werkvorm effectief toe te passen.

Achter in de brochure vindt u bijlagen

met onder meer uitgangspunten van

OUDEREN AAN ZET en draaiboeken.

22 Downloads

23 Bijlage A: Uitgangspunten evaluaties kwaliteit en zeggenschap

34 Bijlage B: Draaiboek dialoogbijeenkomst

35 Bijlage C: Model-interviewschema voor een tweedaagse kwaliteitsevaluatie

37 Bijlage D: Model-interviewschema voor een eendaagse kwaliteitsevaluatie

4

10

15

Kwaliteitsevaluatie: één of twee dagen vol waardevolle gesprekken over kwaliteit van leven

Dialoogbijeenkomsten: gespreksdeelnemers uit verschillende disciplines met elkaar om de tafel

Workshop ‘Focus op kwaliteit van leven’: overleven is pas het begin

2 Ouderen aan Zet!

Tijdens het project OUDEREN AAN ZET, zijn Perspectief (Kenniscentrum voor Inclusie en Zeggenschap) en LOC Zeggenschap in zorg (een landelijke cliëntenorganisatie) op zoek gegaan naar de vraag of en hoe het zorgleefplan bijdraagt aan hoe ouderen kwaliteit van leven en zeggenschap ervaren. Daaruit zijn de werkvormen kwaliteits-evaluatie pagina 4 en verder) en de dialoogbijeenkomst (pagina 10 en verder) ontstaan. En omdat we gemerkt hebben dat bij veel zorgorganisaties de focus nog niet vanzelfsprekend ligt op kwaliteit van leven, willen we ook hiervoor enkele handvatten meegeven in de vorm van een workshop ‘Focus op kwaliteit van leven’ (pagina 15 en verder).

Ouderen, hun familie en cliënten-raden hebben zowel bij de ontwikkeling als bij de uitvoering van de kwaliteitsevaluaties een essentiële rol gespeeld. We willen hen heel graag bedanken voor hun inbreng. In alle werkvormen staat het perspectief van de oudere zorgvrager en zijn of haar familie/netwerk dan ook voorop. Zodat u als gebruikers van deze handreiking – (kwaliteits)medewerker of manager in een zorginstelling of lid van de cliëntenraad – straks aan de slag kunt met waar het eigenlijk om draait: bewustwording van het belang van kwaliteit van leven en zeggenschap. En vervolgens hoe u samen kunt werken aan verbeteringen.

Wil Molenaar Projectleider OUDEREN AAN ZET

In deze handreiking ‘Ouderen aan Zet!’ presenteren we een drietal nieuwe werkvormen. Werkvormen die we hebben ontwikkeld tijdens onze zoektocht naar betere kwaliteit van leven én meer zeggenschap voor ouderen die een beroep doen op zorg en ondersteuning. Om te

Inleiding

Kwaliteit van leven is iets persoonlijks. Het gaat daarbij om wat voor mensen essentieel is en dat is voor de één wat

anders dan voor de ander. Dat merkten we ook tijdens dit project. De één vertelde hoe geweldig hij het vond dat de plaatselijke

carnavalsband in het verpleeghuis langskwam en hoe iedereen spontaan meeging met de muziek. Iemand anders had juist een negatieve ervaring: haar oma - gereformeerd, calvinistisch - had in haar verpleeghuis mee móéten doen

met carnaval, met rode neus en al. Iets waar ze zeker niet uit zichzelf in mee zou zijn gegaan.

komen tot zo goed mogelijk toepasbare werkvormen zijn in het project OUDEREN AAN ZET 15 evaluaties (bij 5 verschillende organisaties) gehouden. Die hebben veel informatie opgeleverd. Met als belangrijkste conclusie dat (ook in de zorgleefplannen) de aandacht vóóral ligt op kwaliteit van zorg, waardoor de aandacht voor het gewone leven al snel naar de achtergrond raakt.

Ouderen aan Zet! 3

Kwaliteits-evaluatie:één of twee dagen vol waardevolle gesprekken over kwaliteit van leven

4 Ouderen aan Zet!

De kwaliteitsevaluaties zoals we die hier beschrijven, hebben tot doel om inzicht te krijgen in de kwaliteit van leven en de

zeggenschap van de oudere zorgvrager. Maar ook om vast te stellen in hoeverre het proces van totstandkoming, uitvoering en uitkomst van zorgleefplannen daaraan bijdraagt. De ervaring leert dat evaluaties bij betrokkenen een (gemeenschappelijke) bewustwording op gang brengen. Vaak voelen mensen zich tijdens een evaluatieproces erkend en herkend en zo raken zij geïnspireerd en gemotiveerd om andere keuzes te maken. Keuzes die meer recht doen aan wat mensen zelf willen (zie ook de workshop ‘Focus op kwaliteit van leven’, pagina 15).

Een evaluatie is een momentopname. Het is een nuttig instrument wanneer u een veranderings-proces in gang wilt zetten of wanneer u een lopend veranderingsproces wilt toetsen. Dat kan bijvoorbeeld door te kijken of het proces oplevert wat de organisatie ermee beoogt en vooral ook of het voldoet aan wat de betrokkenen ervan hadden verwacht.

De voorbereidingU kunt een kwaliteitsevaluatie laten uitvoeren door een intern team of door een extern team. Zorg dat de evaluatie start met een introductie-

Zeggenschap, gezondheid, lichamelijk welbevinden en persoonlijke

ondersteuning, verbondenheid/inclusie en respect en veiligheid.

Dat zijn de uitgangspunten voor kwaliteit van leven van mensen,

en dus ook van ouderen. In essentie zijn zorgleefplannen bedoeld

om de kwaliteit van leven te verbeteren én de zeggenschap van

mensen te vergroten. Maar werkt dit in de praktijk ook zo? Een

kwaliteitsevaluatie helpt u dit uit te vinden.

Het is belangrijk dat alle teamleden opgeleid

zijn tot evaluator. De leden van dit team mogen niet

direct betrokken zijn bij het organisatieonderdeel waar het onderzoek wordt uitgevoerd.

Meer informatie over de opleiding tot

evaluator vindt u op www.ouderenaanzet.org.

Tip

Ouderen aan Zet! 5

gesprek, zeker als de evaluatie door een extern team wordt uitgevoerd. De teamleider van de evaluatie spreekt met het management en een vertegenwoordiging van de zorgvragers (bijvoor-beeld leden van de cliëntenraad) om de verdere gang van zaken af te stemmen en maakt een plan van aanpak.

Als alle afspraken helder zijn volgt er een informa-tiebijeenkomst. Zorg dat alle betrokkenen rond een organisatieonderdeel of locatie (afhankelijk van het onderzoek) hiervoor persoonlijk worden uitge- nodigd, liefst schriftelijk. Dus ook ouderen zelf en hun familieleden. U zorgt naast een uitnodiging ook

voor een geschikte ruimte, koffie en thee. Tijdens de bijeenkomst wordt de aankomende evaluatie toegelicht. Dit is belangrijk omdat enkel een schrif-telijke toelichting over de evaluatie te weinig infor-matie geeft. Leg tijdens de informatiebijeenkomst uit wat het doel van de evaluatie is en geef de betrokkenen ook de gelegenheid om vragen te stellen. Door al tijdens deze informatiebijeenkomst met elkaar in gesprek te gaan, kan het evaluatie- team meer maatwerk leveren en zullen de resultaten voor betrokkenen herkenbaarder en bruikbaarder zijn. Zo start tijdens de informatie-bijeenkomst al het denkproces en kunnen deel-nemers zich alvast de vraag stellen: wat is voor mij nu echt belangrijk en wat wil ik in ieder geval inbrengen in het onderzoek? De teamleider van de evaluatie verzorgt de inhoudelijke kant van de informatiebijeenkomst. Met de deelnemers gaat hij of zij in gesprek over de evaluatie zelf: hoe ziet deze er uit en wat zijn de verwachtingen? Kwaliteit van leven, wat is dat? Zeggenschap, wat is dat? Waardevolle zorg, wat is dat? Specifieke aandachtsgebieden: waar moet het

evaluatieteam specifiek aandacht op richten?

De evaluatieZo’n twee weken na de informatiebijeenkomst volgt de evaluatie. De evaluatoren komen ge- durende twee dagen langs. Het team bestaat uit de teamleider en nog één of twee evaluatoren van wie er tenminste één oudere en/of familielid van een oudere zorgvrager is.

In totaal spreekt het evaluatieteam gedurende het bezoek ongeveer 6 ouderen, 6 mensen uit hun familie/sociale netwerk en 6 professionals die een rol spelen in hun leven (in totaal ontmoet het team ongeveer 18 mensen). Ieder van hen wordt gevraagd om vanuit zijn eigen perspectief zijn mening te geven.

Tip De werkwijze van een extern team zal niet veel verschillen

van de werkwijze van een intern team, maar het effect

kan wel anders zijn. Een team van buiten de eigen organisatie

zal minder snel meegaan in het bestaande systeem of de organisatiecultuur en kan dus

meer ‘out of the box’ kijken en meedenken. Het is daarom

raadzaam om met enige regelmaat externe evaluaties te organiseren. Een document met de volledige werkwijze

van het evaluatieteam is te downloaden op

www.ouderenaanzet.org.

Op www.ouderenaanzet.org. onder het kopje ‘downloads’ vindt u een voorbeeldfolder

waarmee mensen uitgenodigd kunnen worden om deel te nemen aan een evaluatie.

6 Ouderen aan Zet!

Elke betrokkene wordt individueel geïnterviewd in ongeveer 30 minuten. Het gesprek is afgestemd op zijn of haar rol. Dit kunnen vrolijke en open ontmoetingen zijn, maar soms komen ook emotionele verhalen van mensen naar boven. Zo ontstaat bij het team een goed beeld van de meningen en ervaringen van de verschillende betrokkenen. Het team is in de gesprekken vooral op zoek naar wat mensen die ondersteuning krijgen werkelijk willen en nodig hebben.

Tijdens de gesprekken kunnen er problemen op gebied van leven en zorg aan bod komen (alarmsystemen die niet werken), maar ook kleine signalen zijn belangrijk. Alle meningen, opvattingen en ervaringen vanuit deze verschillende perspectieven worden als waardevol ervaren. Samen geven zij de benodigde informatie aan het evaluatieteam. Het evaluatieteam zet de verkregen informatie

voortdurend af tegen de visie en missie van de betreffende organisatie en tegen de uitgangspunten en indicatoren voor kwaliteit van leven. Op basis van deze uitgangspunten voert het evaluatieteam ook het onderzoek uit: Zeggenschap: ouderen hebben zeggenschap in

alle beslissingen die hen aangaan; Gezondheid, lichamelijk welbevinden en

persoonlijke ondersteuning; Verbondenheid/inclusie: ouderen zijn

verbonden met anderen, zoals hun familie, vrienden, buren;

Respect en veiligheid: ouderen leven in een veilige, vertrouwde omgeving.

Het team is in de individuele gesprekken vooral op zoek naar wat mensen die ondersteuning krijgen, werkelijk willen en nodig hebben.

Het is moeilijk om te luisteren, praten en schrijven tegelijk.

Het is daarom raadzaam voor het evaluatieteam om tijdens

de gesprekken zo min mogelijk met notuleren en zoveel mogelijk écht met

het gesprek bezig te zijn. Neem na ieder gesprek de tijd om, in een afgesloten

ruimte, onder elkaar te bespreken en op te

schrijven welke zaken erzoal genoemd zijn.

Het evaluatiebezoek duurt meestal twee dagen, maar kan ook in één dag worden afgewerkt. Zie daarvoor de interviewschema’s voor één dag (Bijlage D) of twee dagen (Bijlage C). Een draaiboek met

acties en aandachtspunten voor de teamleider is te vinden

op www.ouderenaanzet.org.

TipGEEN iNspECtiEHoewel de tijd kort is, streven de deelnemers aan

het evaluatieteam altijd naar een vertrouwensband. Of zoals één van de evaluatoren zei: “We zijn geen inspectie. Alles wat er wordt verteld blijft tussen deze muren.” Belangrijk is dat deze belofte ook

waar wordt gemaakt. Anonimiseer de antwoorden en zorg dat deze niet

naar één persoon terug te leiden zijn.

Ouderen aan Zet! 7

Ook vraagt het team tijdens de gesprekken naar het zorgleefplan: weten mensen wat er in het zorgleefplan staat en herkent de oudere zich daarin? Wie schrijft het zorgleefplan en is het toegankelijk voor degene om wie het gaat? Welke waarde hechten mensen aan het zorgleef-plan? Wat levert het volgens de geïnterviewde in de praktijk op?

Aan het eind van de evaluatie (na de interviews op de laatste dag) geeft de teamleider een eerste korte (dit kan een kwartier tot een half uur duren) mondelinge terugkoppeling voor alle geïnterviewden. Wat is er gezegd en door

anderen bevestigd over kwaliteit van leven, zeggenschap en het zorgleefplan. De teamleider weegt zorgvuldig de opmerkingen en waarnemin-gen en formuleert zo dat deze niet zijn te herlei-den naar personen. Ditzelfde geldt later overigens ook voor het rapport. De aanwezigen kunnen desgewenst al kort met elkaar in gesprek gaan over de voorlopige bevindingen.

De rapportageDe teamleider schrijft na het bezoek een rap-port met daarin de belangrijkste bevindingen en aanknopingspunten voor verbetering. Het evalu-atierapport is een schriftelijke weergave van de uitkomsten van de evaluatie. Het rapport geeft de grote lijnen (de rode draad) weer en de bevin-dingen gebaseerd op de vier uitgangspunten. Voordat het rapport het stempel definitief krijgt, vraagt de teamleider aan de manager/locatie-

Zie Bijlage A voor een uitgebreide lijst met

uitgangspunten van de evaluatie.

GEslOtEN rAMENTijdens het project is een zorginstelling bezocht

waar de ramen in sommige kamers van bewoners niet open kunnen. “Dan werkt het klimaatsysteem

namelijk niet optimaal”, blijkt bij navraag. “Maar thuis wil je toch ook af en toe luchten?”

vraagt een verbaasd lid van het evaluatieteam aan een medewerker. Tja, dat is wel zo, verzuchten de medewerkers. “Daar is

bij de verbouwing niet over nagedacht.”

Tip

8 Ouderen aan Zet!

hoofd of de feiten die er in vermeld staan, klop-pen. Het streven is tot overeenstemming te komen over de inhoud en de aanbevelingen. Vervolgens is het belangrijk dat het rapport verspreid wordt onder alle betrokkenen. Het rapport is een hulpmiddel voor ouderen, hun verwanten, medewerkers en management om samen te werken aan verbeteringen.

Om het effect van de evaluatie te vergroten, is het aan te raden om zo’n twee maanden na de evaluatie een dialoogbijeenkomst (zie pagina 10 en verder) te organiseren. Tijdens zo’n dialoog-bijeenkomst bespreken betrokkenen met elkaar de bevindingen van de evaluatie zoals vermeld in het rapport. Zorg wel dat alle betrokkenen het evaluatierapport voor de dialoogbijeenkomst in hebben kunnen zien. Met het rapport en de uitkomsten van de dialoogbijeenkomst in de hand, kunt u samen met alle betrokkenen een volgende stap zetten. Ontdek samen hoe de kwaliteit van leven en de zeggenschap van de oudere zorg-vrager verbeterd kan worden.

Het rapport is een hulpmiddel voor ouderen, hun verwanten, medewerkers en management om samen te werken aan verbeteringen.

Hou bij het schrijven van het evaluatierapport rekening met

de volgende punten: schrijf zinnen in een actieve vorm, (her)formuleer bevindingen

positief, schrijf open en uitnodigend (en zeker niet

betuttelend of moralistisch). respecteer de privacy van

mensen (geen namen) en zorg dat informatie niet te herleiden

is naar bepaalde personen. Gebruik geen afkortingen,

hanteer consequent taalgebruik (zeg bijvoorbeeld óf medewerker óf begeleider

maar gebruik niet beide), formuleer helder en simpel

(gebruik niet te veel bijzinnen). Draag geen concrete

oplossingen aan, maar geef een perspectief waar de

zorginstelling naar toe kan ontwikkelen. Vermijd vakjargon

of instellingstaal.

Een model voor het evaluatierapport is te

downloaden op www.ouderenaanzet.org.

KlAGENEen oudere geeft tijdens de evaluatie

aan veel op haar eigen kamer te zitten. Ze zegt ook niet te veel te

willen klagen. “Ik vraag maar niet om me eens extra naar de huiskamer te laten brengen voor een kopje koffie,

want ze hebben het al zo druk.”

Tip

Ouderen aan Zet! 9

10 Ouderen aan Zet!

Dialoogbijeenkomsten: gespreksdeelnemers van verschillende achtergronden met elkaar om de tafel

Zorgontvangers, familie, vrijwilligers, medewerkers,

managers. Hoe vaak komt het voor dat al deze

mensen aan één tafel zitten en écht in gesprek

gaan over hun eigen ervaringen? Tijdens de

dialoogbijeenkomsten zit wél iedereen vanuit zijn

eigen rol aan tafel. Bij voorkeur kiest de groep zelf

gezamenlijk een punt uit de kwaliteitsevaluatie

of een thema dat op dat moment leeft om over

verder te praten. “Je hoort dan ook echt de andere

kant van het verhaal. Zowel goede als minder

goede ervaringen,” aldus één van de deelnemers

aan een dialoogbijeenkomst. “Juist door naar

elkaar te luisteren komen we met elkaar tot goede

oplossingen.”

Ouderen aan Zet! 11

NiEt AAN GEDACHtOndanks toezegging om te komen zijn een

medewerkster en een bewoonster niet aanwezig als de dialoogbijeenkomst op het punt van beginnen staat. Een

medewerkster die wel aanwezig is pakt nog snel haar telefoon en vraagt haar collega of ze niet alsnog wil komen. Aan het eind van de dialoogbijeenkomst gaat het gesprek over gelijkwaardigheid

en respect. De gespreksleider brengt ter sprake dat de afwezige medewerkster wordt opgebeld, maar de ontbrekende

bewoonster niet. Daar heeft de betreffende medewerkster inderdaad niet aan gedacht zegt ze schuldbewust. Het levert een mooie

en levendige discussie op.

De ervaring leert dat het belangrijk is dat alle betrokkenen daadwerkelijk rond de tafel zitten.

De voorbereidingAls u een dialoogbijeenkomst gaat organiseren of faciliteren is het belangrijk om vooraf een aantal uitgangspunten helder voor ogen te hebben. De ervaring leert dat het belangrijk is dat alle betrok-kenen daadwerkelijk rond de tafel zitten. Zorg dat in ieder geval een afvaardiging van de volgende groepen aanwezig is: ouderen, familie, uitvoerende medewerkers van verschillende disciplines, vrijwil-ligers (indien van toepassing) en een eindverant-woordelijke/ manager.

Houdt u de dialoogbijeenkomst naar aanleiding van een kwaliteitsevaluatie? Nodig dan sowieso de mensen persoonlijk uit die tijdens de kwaliteits-evaluatie zijn geïnterviewd om bij de dialoogbijeen-komst aanwezig te zijn. Maak daarnaast een open uitnodiging voor alle belangstellenden die bij de ‘locatie’ betrokken zijn en interesse hebben in de uitkomsten van het kwaliteitsonderzoek. Voorbeelden van uitnodigingen vindt u op www.ouderenaanzet.org.

Gaat u het evaluatierapport bespreken tijdens een dialoogbijeenkomst, zorg dan dat alle deelnemers aan het gesprek ruim van te voren het evaluatie-rapport ontvangen en kunnen lezen. Vraag ze om voor zichzelf te noteren over welke uitkomsten ze in gesprek willen gaan met de andere deelnemers. Dit is van groot belang om het gesprek goed te kunnen voeren.

Het is dan ook goed om na de kwaliteitsevalu-atie een dialoogbijeenkomst te houden. Tijdens de evaluaties worden er veel gesprekken gevoerd, maar deze zijn allemaal individueel: één zorgont-vanger of zorgverlener spreekt met enkele ver-tegenwoordigers van het evaluatieteam. Sowieso wordt er zelden – zowel in grote als in kleine organisaties – in ‘gemengde groepen’ gesproken over de effecten van ondersteuning. Terwijl deze gesprekken absoluut van meerwaarde kunnen zijn. De dialoogbijeenkomst heeft tot doel al deze mensen samen aan tafel te krijgen voor een open gesprek. Uitgangspunt van het gesprek is dat iedere deelnemer gelijkwaardig is. De dialoog als werkvorm is gericht op het elkaar verstaan, op verdiepend onderzoek naar meningen en beleving. Om er zo samen verrijkt uit te komen. Bijvoorbeeld door concrete verbetersuggesties te formuleren. En door aan te geven wat daarbij de rol is van de verschillende gespreksdeelnemers. De groep kiest aan de hand van eigen ingebrachte concrete er-varingen of opvallende punten uit het eindrapport een thema. Een dialoogbijeenkomst kan echter ook gehouden worden zonder dat daar een kwaliteits-evaluatie aan vooraf gaat. In dat geval kiezen de deelnemers een onderwerp dat op dat moment leeft in de zorginstelling. In wezen gaat het bij een dialoog vooral om de ontmoeting zelf.

12 Ouderen aan Zet!

Als mensen zich vooraf moeten aanmelden is de

kans groter dat alle groepen vertegenwoordigd zijn.

Ook de receptionist, een gastvrouw, buurman of

iemand van de huishoudelijke dienst kan een waardevolle inbreng hebben door zijn of haar rol. Wilt u deze mensen ook aan tafel hebben, nodig

ze dan persoonlijk uit.

VErsCHillENDE ErVAriNGENEen medewerkster probeert in haar werk de

bewoners op hun gemak te stellen door vragen te stellen: “Dat is een mooi aanknopingspunt om een gesprekje te beginnen,” zo vindt ze. Een dochter

die ook bij de dialoogbijeenkomst zit, ziet dat heel anders. “Mijn moeder moet soms dagelijks vertel-

len wat ze wel en niet prettig vindt. Daarover klaagt ze dan bij mij. Want, zo zegt ze, dat heb

ik toch allemaal al eens verteld? Het staat in het zorgleefplan!”

Regel een prettige, afsluitbare ruimte met een re-delijke akoestiek. Een ronde, ovale of vierkante tafel waar alle mensen omheen kunnen zitten is verder in principe voldoende. Is de groep te groot? Zet dan alleen voldoende stoelen in een cirkel. Spreek van tevoren af wie notuleert en wat er precies wordt genotuleerd. Dat kunnen bijvoorbeeld vragen zijn die mensen hebben over een evaluatierapport. Zo is er direct een overzicht van de vragen die leven en die mogelijk later nog beantwoord moeten wor-den. Houdt u een dialoogbijeenkomst met een open thema, dan noteert u bijvoorbeeld welke thema’s de individuele gespreksdeelnemers graag in de groep willen bespreken. Is er een thema gekozen? Noteer dan de belangrijkste aandachtspunten en eventuele afspraken die daarmee te maken heb-ben. Schrijf daarbij ook op wie het initiatief neemt en op welke termijn. Soms kan een afspraak direct uitgevoerd worden. In andere gevallen neemt één van de aanwezigen het op zich om het onderwerp verder te brengen (bijvoorbeeld door een gesprek aan te gaan met het management). In Bijlage B vindt u een model draaiboek dat u kunt gebruiken bij het organiseren van een dialoogbijeenkomst.

De gespreksleidingEen dialoogbijeenkomst goed leiden gaat niet vanzelf. Het vraagt de nodige vaardigheden van de gespreksleider, zowel wat betreft inhoud, als het goed beheersen van de werkwijze en het laten zien van de juiste houding. De basis van het ge-sprek na afloop van een evaluatie is altijd: ‘kwaliteit van leven’. De gespreksleider heeft hier oog voor. Om gespreksdeelnemers de benodigde vrijheid en ruimte te geven, is het gewenst dat de gespreks-leider zich vrij en onafhankelijk opstelt. Een externe gespreksleider kan dan ook van meerwaarde zijn.

Gewenste vaardigheden voor een gespreksleider van een dialoogbijeenkomst: Luisteren zonder (voor)oordelen en met

belangstelling; Respectvol om kunnen gaan met verschillen,

obstakels en weerstanden; Het kunnen creëren van ‘vrije ruimte’; De inhoud van het gesprek kunnen laten bij de

deelnemers; de begeleider faciliteert het proces en het gesprek;

Het gesprek kunnen verdiepen en deelnemers kunnen activeren in het zelf denken;

In het oog houden dat de bijeenkomst geen plek wordt om klachten te dumpen, maar juist een opstap vormt tot verbeteringen en er mogelijk zelf mee aan de slag gaan.

Tip

Ouderen aan Zet! 13

tilly de Kruyf heeft voor het project OUDErEN AAN ZEt een workshop ontwikkeld

voor dialoogbijeenkomsten. Hierin maken deelnemers

kennis met de basisvaardig-heden die nodig zijn om een

dialoogbijeenkomst te kunnen leiden. Voor meer informatie, zie www.ouderenaanzet.org.

Wilt u een onafhankelijke gespreksleider voor de

dialoogbijeenkomsten in uw organisatie, dan kunt u het

projectteam van OUDErEN AAN ZEt hiervoor benaderen. Zie voor meer informatie www.ouderenaanzet.org.

NiEt KliKKENEen al wat oudere dame zit tijdens de dialoogbijeenkomst wat stilletjes aan tafel.

Als ze uiteindelijk het woord krijgt, zegt ze: “Ik wil niet klikken maar ik wil wel graag wat kwijt. In onze gezamenlijke huiskamer zit vaak een hond, wat op zich leuk is.

Maar die hond likt na het eten ook de borden af. En daar moet ik morgen weer van eten.” Terwijl ze dit vertelt durft ze niet op te kijken, bang als ze is voor de reacties. Ze ziet dan ook niet dat bijna iedereen aan tafel instemmend zit te knikken. Anderen

herkennen dit verhaal en vinden met haar dat dit eigenlijk niet zo hygiënisch is. Alleen is er tot nu toe niemand geweest die er iets van heeft durven zeggen.

TipVoor de deelnemers kan de dialoogbijeenkomst van grote meerwaarde zijn. De onderwerpen kunnen heel uiteenlopend van aard zijn. Praktische proble-men blijken – dankzij de verschillende invalshoeken – ineens gemakkelijk opgelost te kunnen worden. Maar belangrijk is ook dat er behalve oog voor oplossingen, nadrukkelijk ruimte wordt gecreëerd om elkaar uit te laten praten en gedachten en meningen te kunnen uiten. Dat zorgt niet alleen voor meer begrip, maar vooral ook voor een groter draagvlak.

Meerdere mogelijkhedenDe dialoogbijeenkomst hoeft zoals eerder opge-merkt niet alleen plaats te vinden na een kwaliteits- evaluatie. Het instrument is ook geschikt voor het onderzoeken van grotere vraagstukken die leven binnen de zorginstelling, zoals eenzaamheid of het gebrek aan tijd en oog voor kwaliteit van leven. Of gewoon om één of twee keer per jaar gedachten uit te wisselen vanuit verschillende invalshoeken. In dat laatste geval kiezen de deelnemers geza-menlijk één gespreksthema voor de bijeenkomst: het onderwerp dat bij de meeste mensen op dat moment als belangrijk wordt ervaren. Het is ook mogelijk om dit type gesprek te gebruiken in plaats van of als voorbereiding op een zorgleefplanbe-spreking. Groot voordeel is dat iedere deelnemer gelijkwaardig is en iedereen vooraf dezelfde infor-matie ontvangt. Kijk op www.ouderenaanzet.org voor meer uitleg over de mogelijkheden.

14 Ouderen aan Zet!

Workshop ‘Focus op kwaliteit van leven’: overleven is pas het begin

Ouderen aan Zet! 15

Kwaliteit van zorg richt zich nadrukkelijk op de beperking of ziekte die iemand heeft. En die beper-kingen staan dan ook centraal in de manier waarop

diensten en zorg worden aangeboden. De overheersende focus op kwaliteit van zorg ligt voor de hand. Kwaliteit van zorg geeft in eerste instantie ook meer houvast. Het gaat om meetbare zaken: hoeveel minuten, hoeveel vier-kante meter, het naleven van protocollen. Het is te vatten in staafgrafieken en cijfers en daarmee te vergelijken met andere resultaten. Voor diverse organisaties is dit van (groot) belang. Voor de persoon die ondersteuning krijgt is het directe belang echter veel minder groot.

Op diverse locaties in de ouderenzorg ligt de focus bij de professionals veelal op kwaliteit van zorg boven kwaliteit van leven. Maar ook belangenbehartigers, familieleden en andere betrokkenen kijken vaak primair naar kwaliteit van zorg. Kwaliteit van zorg is een belangrijke peiler om een goed leven te kunnen leiden en soms zelfs van levensbelang. De waarde ervan staat niet ter discussie. Tegelijkertijd is overleven pas het begin. Elk mens wil graag dat leven kunnen leiden dat past bij zijn persoonlijke uitgangspunten en wensen. Vanuit dat perspectief is te stellen dat kwaliteit van zorg en kwaliteit van leven hand in hand zouden moeten gaan. De workshop ‘Focus op kwaliteit van leven’ kunt u geven aan een (gemengde) groep van betrokkenen bij de zorg. Of u zet één van de vier onderdelen apart in om die focus weer meer op het leven te richten.

Dat de focus niet alleen maar op de kwaliteit van zorg hoeft te

liggen, bewijst een verpleeghuis in Rotterdam. Daar is het geen enkel probleem om de kamer

desgewenst pimpelpaars te verven. Of om een huisdier mee te nemen. En als de poes op de gang poept? “Dan hebben de mensen de hele middag wat om over te praten met elkaar”,

grapt een medewerkster. Natuurlijk is ook alles in dit huis niet ideaal, maar de intentie om

mensen zelf keuzes te laten maken is er in ieder geval wel. 16 Ouderen aan Zet!

rEDEN OM WAKKEr tE WOrDENHoe ervaren mensen kwaliteit van leven? Dat hangt voor een groot deel samen met of iemand het

leven kan leiden wat hij of zij wil leiden. En of iemand zijn dromen

kan najagen. Tijdens de evaluaties vertelde een man dat hij graag

nog eens een concert zou willen bijwonen. “Maar dat is natuurlijk

niet meer mogelijk.” Maar waarom eigenlijk niet? Of zoals een me-vrouw zo treffend zei toen haar werd gevraagd of we naar de

toekomst mogen vragen als je op (hoge) leeftijd bent: “Natuurlijk! Juist wel. Op mijn leeftijd is het belangrijk om te weten wat je de volgende dag gaat doen. Of

je een reden hebt om wakker te worden.”

Onderdeel #1: Twee vragenKwaliteit van leven is niet sa-men te vatten in een cijfer en kan niet worden weergeven in een staafgrafiek. Het is iets heel persoonlijks. Deze opdracht kan uitgevoerd worden in groepen van tien personen of meer. Dit kunnen mensen zijn met diverse achtergronden (ouderen, fami-lie, medewerkers, enzovoorts) maar het kan ook prima gedaan worden in een team van mede-werkers. Een manier om toch tot de kern te komen van kwaliteit van leven, is het stellen van de vragen: Wat zou u niet willen missen in uw leven? En wat zou u nog willen doen in uw leven?

Elke deelnemer ontvangt twee kaartjes. Een format voor de kaartjes vindt u op www.ouderenaanzet.org onder het kopje ‘downloads’. Op een geel kaartje staat de vraag ‘Wat zou u niet willen missen in uw leven?’, op een groen kaartje staat ‘Wat zou u nog willen doen in uw leven?’. Aan deelnemers wordt gevraagd om in enkele minuten op beide vragen een antwoord op te schrijven, zonder daar al te lang over na te denken.

Geef daarbij de volgende aan-wijzingen: Schrijf het eerste op dat u te

binnen schiet; Laat uw functie (bijvoorbeeld

verzorgende of zorgvrager) daar buiten: er wordt u ge-vraagd om als privépersoon antwoord te geven;

Wanneer u meerdere zaken te binnen schieten, kiest u degene die u op dat moment het belangrijkste vindt.

Als iedereen op beide kaartjes een antwoord heeft geschreven, nodigt u allen uit om op te staan en bij elkaar te gaan staan. Geef deelnemers de opdracht binnen vijf minuten de twee kaartjes die ze in handen hebben, om te ruilen. Voorwaarde is dat de persoon 100% achter de teksten staat van de kaartjes die hij na het ruilen in handen heeft. Ieder mag met zoveel mensen, zo vaak als hij wil ruilen. Zolang iedereen aan het eind van de vijf minuten maar twee nieuwe kaartjes in handen heeft. Om dat te bereiken gaan de deelnemers met elkaar in gesprek en lezen ze van elkaar wat ze hebben opgeschreven. Geef tussendoor aan hoeveel tijd er nog is om te ruilen. Als er na de vijf minuten nog mensen zijn die geen of maar één kaart hebben geruild, gaat u als spelleider zonder te kijken net zolang kaarten ruilen, totdat iedereen alsnog twee nieuwe kaartjes in handen heeft. Het zal

daarbij blijken dat mensen die op die manier kaarten ontvangen, in de meeste gevallen niet blij zijn met de nieuwe kaartjes. Ze hebben immers niet zelf kunnen kiezen.

Ouderen aan Zet! 17

Vraag vervolgens aan deel-nemers hoe zij het vonden om hun eigen kaartjes in te moeten ruilen voor andere kaartjes. De reacties zullen wisselend zijn. Veel mensen zullen vertellen dat ze zelf het beste weten wat het antwoord op die persoon-lijke vraag is en dus eigenlijk helemaal niet wilden ruilen. Een andere reactie is dat mensen het waardevol vinden om andere antwoorden te lezen. Dit geeft namelijk een bredere kijk op wat belangrijk kan zijn in het leven. Sommige mensen zullen opge-lucht zijn. Ze wilden eigenlijk niet ruilen maar vonden gelukkig een kaartje waarop dezelfde tekst stond. Bijvoorbeeld ‘Ik wil mijn gezin niet missen’. In dat geval is de tekst weliswaar hetzelfde, maar de persoonlijke invulling heel anders. U zou immers niet uw eigen gezinsleden willen rui-len voor die van iemand anders.

Na de inventarisatie van de reacties sluit u het spel af. Benoem daarbij een aantal zaken: zoals dat mensen zelf het beste weten wat ze niet zouden willen missen en wat ze nog zouden willen doen. Dat zijn waarden die u niet zomaar wilt ruilen met andere mensen. Als het spel vaak gespeeld wordt, blijkt dat in grote lijnen steeds dezelfde waardevolle zaken benoemd worden.

Wat mensen niet willen missen: Mijn man, vrouw, kind: kortom

liefdevolle relaties; Zelf bepalen wat goed voor me is, de regie in eigen

handen hebben; Me gerespecteerd voelen,

me waardevol voelen, ook voor anderen;

Mijn werk, mezelf nuttig maken;

Mezelf blijven ontwikkelen/ ‘bij’ blijven; Mijn eigen plek, een eigen thuis.

Wat mensen nog zouden willen doen: Een (wereld)reis maken/

er op uit gaan; Een relatie vinden, vriend-

schappen ontwikkelen; (Klein)kinderen krijgen en

daarvan genieten; Die ene studie doen/iets

nieuws gaan doen; Een bedrijf beginnen of iets

nuttigs voor de samenleving doen;

Een hobby uitleven. De uitkomsten zullen niet heel verrassend en nieuw zijn. Ga met de betrokken hierover in gesprek. Als mens delen we namelijk een aantal basiswaar-den, maar tegelijkertijd vullen we die heel persoonlijk in. Dat maakt kwaliteit van leven ook zo’n subjectieve beleving. Uit ervaring blijkt dat elk mens, ongeacht zijn eventuele beperking, dezelfde behoeften heeft. En ook als mensen ouder zijn, blijven deze behoeften in wezen gelijk. Het is dan vooral de persoonlijke invulling die anders is.

18 Ouderen aan Zet!

Mensen die niet afhankelijk zijn van ondersteuning of zorg zijn veelal goed in staat om de regie te nemen als het gaat om het vormgeven van die waarden. De deelnemers aan het spel zullen dit over het algemeen beamen. Natuurlijk is niet altijd op elk moment haalbaar wat mensen voor ogen hebben, maar in grote lijnen vult eenieder zijn of haar leven zo in dat het passend is bij wat voor hen kwaliteit is. Vraag de aanwezigen hoeveel kans mensen die afhankelijk zijn van zorg hebben om hun kwa-liteit van leven te waarborgen. Die is veel kleiner. Ze zijn daarbij afhankelijk van de mensen die hen ondersteunen. Professionals willen wel graag meewerken aan het ervaren van kwaliteit van leven maar er zijn allerlei omstandigheden die maken dat dat in de verdrukking komt: te weinig tijd om echt met iemand in gesprek te gaan, activiteiten gericht op groepen in plaats van persoonlijke behoeften, protocollen die dwingend zijn. In de hectische praktijk van alledag gebeurt het vaak dat mensen in moeten leveren op de kwaliteit van hun leven en zich bijvoorbeeld aan moeten passen aan wat (voor de doelgroep) gebruikelijk is of wordt geacht. Net zoals de mensen die tijdens het spel door de spelleider opge-zadeld worden met de waarden van iemand anders.

Onderdeel #2: Welke sociale rollen vervullen we?Voor het creëren van een goed leven, is het hebben van soci-ale rollen van groot belang. We zijn ons vaak niet bewust van de rollen die we innemen. Van de vroege ochtend tot de late avond, gedurende de hele week vervullen we talloze sociale rollen. We stappen zonder dat we er erg in hebben van de ene rol in de andere. Neem een willekeurige dag in de week, dan vervult u wellicht de rollen van: echtgenoot, partner, vader/moeder, buurman/vrouw, reiziger, autobezitter, consument, collega, werknemer, vriend(in), lid van een vereniging enzovoorts.

Tijdens dit onderdeel staan deze sociale rollen centraal. Laat elke deelnemer aan het gesprek zich-zelf voorstellen aan de persoon die naast hem/haar zit. Maar zorg dat die dat doet vanuit de rollen die hij of zij vervult. Het kan helpen om voorbeelden te noemen van rollen die mensen dagelijks/wekelijks vervullen en de verschillende levensdomeinen, zoals (familie) relaties, oplei-ding/onderwijs, wonen, werk/carrière, vrije tijd, gezondheid, burgerschap of spiritualiteit. Zorg daarna dat de deelnemers hun buurman/buurvrouw voorstellen aan de anderen. Schrijf onder-tussen alle rollen die genoemd worden op een flap-over.

rONDlEiDiNGENEr zijn genoeg mogelijkheden voor ouderen om betekenis te kunnen geven aan hun leven.

Zo vertelt een deelnemer aan de werkvorm over een voormalig cruiseschip waar

nu rondleidingen worden gehouden. Daarvoor zijn

gepensioneerde oud-werknemers gevraagd. Deze oud-werknemers

vinden het prachtig dat ze dit mogen doen en staan

in de rij om gids te worden. Rondleidingen duren met

enige regelmaat een half uur langer vanwege het enthousiasme van de gidsen.

Ouderen aan Zet! 19

Zo komt er een groot en heel divers overzicht van mogelijke rollen. Naar aanleiding hiervan kan het bijna niet anders dan dat er geconcludeerd kan worden dat er sprake is van een kleurrijk gezelschap. Voer daarna een gesprek over de bevindingen. Sommige rollen die mensen tijdens hun leven vervullen, komen vanzelf en blij-ven het hele leven. Zo is iedereen kind van en vaak hebben mensen ook andere familierollen. Andere rollen komen en gaan, ook afhan-kelijk van de fase van het leven waarin iemand zich bevindt. Oudere mensen vervullen in de loop van hun leven een aantal rollen, en verliezen sommige daarvan ook weer. Mensen gaan met pensioen, anderen hebben minder energie of mogelijkheden om een aantal rollen te vervul-len. Dat is een natuurlijk proces. Als we kijken naar ouderen die afhankelijk zijn van zorg, zijn zij verhoudingsgewijs heel veel rollen kwijtgeraakt. Bijvoorbeeld omdat zij moesten verhuizen en zich hebben moeten aan-passen aan de mogelijkheden die hun nieuwe woonplek hen biedt. Het wandelingetje naar de brievenbus, waarbij u regelmatig anderen tegenkomt, is veranderd in een bezoek aan de receptie binnenshuis. Het loopje naar de buurtwinkel, het café of het wijkcentrum vervalt. Binnen het gebouw wordt van alles aange-

boden. Veel van de activiteiten die een oudere onderneemt spe-len zich zo af binnen het gebouw waar hij woont of recreërt.

Onderdeel #3: Wat leveren sociale rollen op?Al met al verliezen mensen tij-dens hun leven veel rollen (buur-man/vrouw, wijkbewoner, kennis, vriend(in), verenigingslid). Of rollen verliezen hun kracht. Dit laatste geldt bij ouderen vooral voor de familierollen. De drempel om naar een familielid in een zorgcentrum te gaan blijkt vaak aanzienlijk. Voor een deel van de ouderen betekent het zelfs dat ze eigenlijk nog maar één rol hebben: die van cliënt. Maar wat betekent het verlies van rollen voor mensen eigenlijk?

HOUsEWArMiNGHet kan goed zijn om voorbeelden te delen

als het om sociale rollen gaat. Anderen hebben wellicht weer een nieuwe kijk op zaken. Zo ook als

het voorbeeld van een van een herseninfarct herstellende mevrouw aan bod komt. Ze is net in haar appartement in een zorgcentrum komen wonen. Haar man woont nog thuis, op korte afstand. Familie, vrienden en kennissen hebben er moeite mee om haar in haar nieuwe appartement te bezoeken. Ze komen liever bij haar op bezoek als ze een weekend bij haar

man is. Haar man ervaart dit echter als belastend: de weekenden zijn overvol en de vrouw vereenzaamt omdat er doordeweeks bijna

niemand langskomt. “Zou het misschien een idee zijn om een housewarming te organiseren in het zorgcentrum?”, oppert iemand tijdens de workshop. “Dan kan ze bijvoorbeeld zelf ook een rondleiding geven en

is de drempel om terug te komen voor de omgeving

ook wat lager.”

Het hebbenvan gewaardeerde sociale rollen is een belangrijke voorwaarde voor het hebben van een rijk en volwaardig leven.

20 Ouderen aan Zet!

Inventariseer met elkaar wat rol-len een mens kunnen opleveren. Noteer de antwoorden op een flap-over. Mogelijke antwoorden zijn: status, het beeld dat ande-ren van u hebben, acceptatie/ergens bij horen, relaties/vriend-schappen, autonomie en vrijheid, persoonlijke groei en ontwikke-ling, ervaring en kennis, uit- daging, kansen, creativiteit, bezittingen/levensstandaard, een eigen voorkeur en leefstijl, voldoening, waardering, liefde, zingeving, uzelf beter leren kennen, anderen beter leren kennen, verantwoordelijkheden, dagritme. Maar ook: kopzorgen, frustratie, emoties, tijdgebrek of stress.

Het hebben van gewaardeerde sociale rollen is een belangrijke voorwaarde voor het hebben van een rijk en volwaardig leven. De rollen zorgen ervoor dat u midden in het leven staat, brengen u in tal van situaties, vanuit rollen ontstaan activi-teiten, ontstaan interesses. Vanuit activiteiten en interes-ses ontmoet u mensen. Rollen brengen kansen om te leren en te groeien. De ene rol brengt u naar de andere en brengt u ook op verschillende plekken. Plek-ken waar u weer nieuwe con-tacten op kunt doen. Een ander belangrijk effect van het hebben van sociale rollen is dat rollen u helpen te laten zien wie u bent.Lastig is dat als iemand afhanke-

lijk van zorg is, we die persoon ook vooral zien in de rol van patiënt en/of cliënt. Dat beeld is heel dominant. Terwijl een oudere veel rollen kan hebben. Denk aan: opa of oma (of andere familierollen), gastheer (thuis, in een wooncomplex, op een andere plek/ andere organisatie), buurvrouw, vriend(in), kok, voor-leesoma, tuinman, koorlid, lid van een (buurt)vereniging, bezitter van een huisdier, mantelzorger, kunstenaar en zo kunt u nog wel even doorgaan.

Onderdeel #4: Een netwerk behouden of vergrotenHet vergroten, activeren of behouden van het netwerk van mensen kan een belangrijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van leven. Binnen een netwerk kunnen mensen veel rollen (gaan) vervullen. Laat mensen voorbeelden vertellen hoe volgens hen het netwerk van de oudere zorgvrager behouden of vergroot kan worden. Zorg dat de aanwezigen over deze voor-beelden in gesprek gaan.

KErstKAArtENEen mevrouw woont sinds kort in

een kleinschalige woonvoorziening. Ze heeft geen nabije familieleden

meer en haar geheugen laat haar in de steek. Er is wel een mevrouw die

haar belangen behartigt en regel-matig langskomt. Op een dag besluit

ze het adresboekje van mevrouw te pakken en uit haar naam kerst-kaarten te versturen en mensen

uit te nodigen contact op te nemen. Verschillende oude bekenden nemen

daarop weer contact op.

stel ook vragen bij de voorbeelden die mensen geven: wordt er gedacht

vanuit de oudere zelf of staat de organisatie

centraal? Bij wie ligt het initiatief: bij de oudere of bij de verzorging? Welke mogelijke rollen kunnen

hier uit voortkomen?

Tip

Ouderen aan Zet! 21

Alle downloads waar naar verwezen wordt in deze handreiking zijn ook te vinden op www.ouderenaanzet.org onder het kopje ‘downloads’. De volgende bestanden treft u daar sowieso aan:

Downloads>> Acties en aandachtspunten voor de teamleider van de kwaliteitsevalatie

>> Interviewschema’s

>> Model rapport

>> Voorbeeldflyers en -uitnodigingen voor de kwaliteitsevaluatie, de informatiebijeenkomst en de dialoogbijeenkomst

>> De kaartjes uit het workshop-onderdeel #1: Twee vragen

>> Ook het projectplan en de eindrapportage van OUDEREN AAN ZET is te downloaden op www.ouderenaanzet.org.

22 Ouderen aan Zet!

Bijlage A:

Uitgangspunten evaluaties kwaliteit en zeggenschap

Specifiek aan de kwaliteitsevaluaties in het project OUDEREN AAN ZET, is dat deze nadrukkelijk vanuit de beleving van ouderen (en hun partner/familie) zijn opgezet. Zowel bij de ontwikkeling van de uitgangspunten als bij de uitvoering van evaluaties hebben ouderen zelf en hun familie en cliëntenraden een belangrijke rol gespeeld. Met behulp van evaluaties kunt u onderzoeken in hoeverre de ondersteuning aansluit op de persoonlijke behoeftes en wensen en in hoeverre een organisatie hierop is ingesteld. Aandachtspunt bij evaluaties OUDEREN AAN ZET is het inzicht krijgen in de effecten van het proces van totstandkoming, uitvoering en uitkomst van zorgleefplannen als het gaat om kwaliteit van leven en zeggenschap. Dit overzicht begint dan ook met uitgangspunten voor een zorgleefplan dat recht doet aan het oorspronkelijke doel, namelijk het vastleggen van het perspectief van de oudere op de kwaliteit van zijn leven in doelen en afspraken en het vergroten/behouden van de eigen regie. Daarna volgen de inhoudelijke uitgangspunten die de basis zijn voor een goede kwaliteit van leven: Zeggenschap: ouderen hebben zeggenschap

in alle beslissingen die hen aangaan; Gezondheid, lichamelijk welbevinden en

persoonlijke ondersteuning; Verbondenheid/inclusie: ouderen zijn

verbonden met anderen, zoals hun familie, vrienden, buren;

Respect en veiligheid: ouderen leven in veilige, vertrouwde omgevingen.

Deze uitgangspunten zijn uitgewerkt naar indicatoren voor de verschillende perspectieven van ouderen, partner/familie/naasten, het zorgteam en management/ professionals zorgorganisatie.

Uitgangspunten van persoonlijke zorgleefplannen

Het zorgleefplan heeft tot doel het gewone, vertrouwde leven van een oudere zo lang mogelijk vast te houden. Zodanig dat de oudere zijn leven in deze laatste levensfase zo lang mogelijk als zinvol en betekenisvol ervaart. Zorg en ondersteuning zijn zo min mogelijk dominant aanwezig in het leven van de oudere.

In het zorgleefplan worden afspraken vastgelegd die erop zijn gericht te zorgen dat mensen zo lang mogelijk een vertrouwd en betekenisvol leven kunnen leiden.

Het spreekt vanzelf dat het zorgleefplan wordt ontwikkeld samen met de oudere zelf en dat ervoor gezorgd wordt dat alle beslissingen gezamenlijk genomen worden. De mensen die bij het maken van het zorgleefplan betrokken zijn, zijn hiervoor door de oudere aangewezen. Binnen de zorgorganisatie zijn er één of twee vaste aanspreekpersonen voor de oudere.

Het zorgleefplan gaat uit van zo weinig mogelijk ‘gegevenheden’ (zoals bijvoorbeeld beschikbare woonplekken). Dit schept de mogelijkheid voor de oudere en diens partner, familie en andere naasten om zo vrij mogelijk te kunnen aangeven wat er gewenst is. Het geeft zorgprofessionals de gelegenheid om zorg zo dicht mogelijk bij de wensen en behoeften van een persoon te kunnen bieden of zoeken. Een aantal veel voorkomende voorbeelden van ‘gegevenheden’ en manieren om daar in het zorgleefplan mee om te gaan zijn: Misschien lijkt er een bepaalde oplossing of mogelijkheid voor de hand te liggen (er komt ergens een woonplek vrij, een bepaald programma wordt opgestart of er moet nu actie worden ondernomen vanwege bijvoorbeeld lichamelijke nood). Als deze

Ouderen aan Zet! 23

oplossing echter niet ideaal is, blijven de wensen van de persoon voor andere oplossingen overeind staan en wordt in het zorgleefplan doorgezocht naar betere mogelijkheden. Uitgangspunt bij het opstellen van een zorgleefplan is dat er in eerste instantie geen al-bestaande (dag)programma’s of (woon)vormen zijn, die precies passend zijn wat de oudere nodig heeft. Op basis van wat de oudere wil, kan en nodig heeft, wordt een persoonlijk plan op maat gemaakt. De vraag waar de persoon woont/slaapt hoeft niet de centrale en meest belangrijke kwestie te zijn voor het zorgleefplan. Mogelijk zijn er andere, voor de persoon urgentere of belangrijkere, issues. Het zorgleefplan maakt niet direct financiële afwegingen, maar wacht hiermee totdat duidelijk is geworden wat de meest fundamentele behoeftes zijn voor de oudere om een betekenisvol en goed leven te kunnen blijven leiden. Financiën zijn niet leidend bij het opstellen van een zorgleefplan.

In een zorgleefplan wordt gepoogd oplossingen te bieden, maar tegelijkertijd is duidelijk dat het geen oplossingen zijn die vaststaan. Een zorgleefplan bestaat uit punten en oplossingen die op dit moment relevant en actueel zijn. In het leven van de oudere zullen zich nieuwe situaties voordoen, zaken zullen veranderen en behoeftes en wensen van personen zullen veranderen. Oplossingen doen zich vaak pas voor op het moment dat er iets aan de hand is. Niet alles kan en hoeft te worden voorzien. Het is dus een plan dat steeds opnieuw ter hand moet worden genomen en moet worden aangepast.

Ook in een laatste levensfase kunnen er nog allerlei persoonlijke veranderingen optreden. De oudere heeft een vol leven achter de

rug, waarin hij allerlei rollen heeft vervuld

en bepaalde karaktertrekken, interesses en mogelijkheden heeft getoond. Bij het ontwerpen van het zorgleefplan is het van belang te blijven zien dat deze persoon wellicht nog andere (niet eerder getoonde) eigenschappen, wensen of vaardigheden in huis heeft, veranderingen wil bewerkstelligen of onvervulde verlangens heeft.

Bij het ontwerpen van het zorgleefplan hebben ook wensen en dromen van de oudere een plaats, ook als deze (nog) niet (direct) kunnen worden gerealiseerd. Deze geven een richting aan waarin kan worden gezocht naar oplossingen of mogelijkheden. Het is niet nodig dat er voor alle ideeën direct een praktische invulling is, maar de intentie moet zijn dat er een passende oplossing komt.

Het is niet zo dat mensen altijd even duidelijk en uitgesproken zijn in het benoemen van bovenstaande punt, het zijn immers steeds momentopnames. Er moet naar geïnformeerd worden en men moet er voortdurend op gespitst zijn in gesprekken en contacten met de ouderen en hun familie. Het is een thema dat geregeld terug moet keren in gesprekken over of naar aanleiding van het zorgleefplan.

Het is mogelijk dat er bij het zorgleefplan weinig professionele hulpverleners en veel mantelzorgers/familie/bekenden zijn betrokken. Net zo goed is het mogelijk dat persoonlijke in plaats van professionele oplossingen worden gevonden en dat deze het beste passen bij de wensen van de oudere.

Niet iedere persoon zal de zin van een ‘formeel’ zorgleefplan inzien. Niet iedere oudere zal een geplande zorg wensen. Het is belangrijk dat de oudere weet dat het samen ontwikkelen en opstellen van een zorgleefplan mogelijk is in verschillende reikwijdtes: wellicht vindt hij het niet nodig dat alle levensterreinen besproken worden. Deze keuzes kunnen op regelmatige basis opnieuw bekeken worden. Goed voor elkaar zorgen op een manier waarbij een goed leven voor de oudere behouden blijft, kan op verschillende manieren.

24 Ouderen aan Zet!

1. Zeggenschap: ouderen hebben zeggenschap in alle beslissingen die hen aangaan

De oudere heeft zeggenschap in alle beslissingen die hem aangaan. De oudere blijft het leven leiden naar eigen voorkeuren en levensovertuiging (religieus, cultureel, spiritueel, politiek). De oudere kan zich op alle levensterreinen bewegen (en eventueel ontplooien) zoals hij zelf gewend is (persoonlijk, sociaal) en activiteiten/contacten zoveel behouden als hij wil. De oudere wordt betrokken in alle zaken die hem aangaan, voelt zich geïnformeerd en serieus genomen. De oudere bepaalt zelf welke anderen (partner, familie, andere naasten) hij wil betrekken bij zaken die hem persoonlijk aangaan. De oudere heeft ruimte voor zijn eigenheid en draagt naar gelang zijn mogelijkheden in beginsel de daarbij behorende verantwoordelijkheden. De oudere kan zich verstaanbaar maken en beschikken over passende communicatiemiddelen. De oudere woont hoe (waar en met wie) hij wil. De oudere kan zich blijvend oriënteren op hoe hij wil (blijven) wonen en/of wordt betrokken bij overleg over de wenselijkheid van het al dan niet voortzetten van de woonsituatie. De oudere heeft zeggenschap over de (dagelijkse) gang van zaken in (zijn) huis. De oudere voert naar eigen mogelijkheden zijn eigen huishouding en beschikt over zijn eigen financiën. De oudere kan zijn (huishoudelijke) vaardigheden blijven uitoefenen zoals hij wenst of gewend was, en waar hij dat wil, verder ontplooien. De oudere bepaalt welke bezigheden hij wil doen, in aansluiting op zijn interesses en vertrouwde gewoontes. De oudere kan in deze levensfase zijn interesses en vaardigheden naar eigen behoefte en wensen behouden, uitoefenen of eventueel nieuwe ontwikkelen. De oudere kan een veelheid van ervaringen (blijven) opdoen en zelf keuzes maken over hoe hij de tijd doorbrengt (hobby’s, clubs, vrienden, verenigingen). De oudere kiest van welke dienstverlenende organisaties, welzijns- en gezondheidszorg- voorzieningen hij gebruik maakt/blijft maken. De oudere bepaalt zelf van welk soort behandeling/therapie hij gebruik maakt (op basis van onafhankelijk vastgestelde behoeftes) en heeft keuzes van wie hij deze betrekt. De oudere heeft de beschikking over de geldmiddelen voor zijn benodigde ondersteuning. Iedere oudere heeft een persoonlijk zorgleefplan waarin staat wat hij wil en nodig heeft en hoe daarvoor gezorgd wordt. Er is oog voor en er wordt ingespeeld op kwetsbare kanten van de oudere en hoe daarmee om te gaan.

Indicatoren OuderenPartner/familie/naastenHet zorgteamManagement/professionals zorgorganisatie

Ouderen aan Zet! 25

De oudere bepaalt zelf (is nauw betrokken bij) zijn eigen zorgleefplan, bij wat hij belangrijk vindt en wil behouden of zeker stellen.

Partner, familieleden en andere naasten zijn nauw betrokken bij belangrijke beslissingen in het leven van hun partner/ouder/ familielid.

Het zorgteam biedt ouderen voor zover mogelijk en gewenst de mogelijkheid het vertrouwde, volle, onafhankelijke leven te blijven leven. De behoeften en wensen van elke oudere afzonderlijk zijn uitgangspunt voor de ondersteuning. De ondersteuning is gericht op het vasthouden van de mooie dingen van het leven en op het toestaan van door de oudere gewenste veranderingen. De leden van het zorgteam betrekken actief elke oudere bij alle beslissingen die hem aangaan. Zij hebben een respectvolle, open en positieve houding en stralen vertrouwen uit naar de oudere. Zij zijn in staat te reflecteren op hun eigen handelen en oordelen en stellen die zo nodig bij. Het zorgteam luistert naar en staat open voor de mening van iedere oudere en zijn partner, familie en andere naasten en is er op gericht om samen met elkaar te komen tot beslissingen. Het zorgteam is actief in het betrekken van partner, familie en andere naasten bij het leven en de beslissingen van de oudere, mits deze daarmee zelf instemt. Het zorgteam voelt zich goed ondersteund binnen de (zorg)organisatie. Het team reageert adequaat en respectvol op (signalen van) de oudere. Het zorgteam zet zich in voor een stabiele leefomgeving. Het zorgteam moedigt aan en ondersteunt de oudere om, aansluitend bij interesses uit het verleden, op meerdere terreinen ervaringen te blijven opdoen, zijn interesses te beleven en anderen te ontmoeten, vriendschappen te behouden en een veelheid van ervaringen op te blijven doen. Het zorgteam ondersteunt de oudere bij het uitvoeren van de door gezondheidsinstellingen, artsen, therapeuten voorgeschreven oefeningen of leefwijzen. Het zorgteam maakt samen met de oudere en, zo deze dit wenst met zijn partner, familie en/of andere naasten, een persoonlijk zorgleefplan. Bij het opstellen van het zorgleefplan staat de oudere met zijn achtergrond, leeftijd, mogelijkheden, (eigen)aardigheden en zijn leven tot dan toe centraal. Hij geeft de richting aan. Afspraken komen zoveel mogelijk in nauwe samenspraak met partner, familie, andere (aangewezen) personen (als zorgprofessional) en andere vertrouwde en belangrijke personen in het leven van de oudere tot stand. Het is duidelijk voor de oudere zelf, partner, familieleden, andere naasten en betrokken professionals, wie welke rol en taak heeft rondom de oudere. Het persoonlijk zorgleefplan wordt regelmatig met de oudere zelf en mensen die nauw bij hem betrokken zijn bijgesteld.

26 Ouderen aan Zet!

Visie gaat uit van zeggenschap en het vorm blijven geven aan het eigen leven. Beleid en ondersteuning richten zich op het aansluiten bij de behoeften en wensen van iedere oudere. Iedere oudere krijgt de kans om deze specifieke levensfase op alle levensterreinen betekenisvol en vertrouwd te leiden. Beleid en ondersteuning richten zich op het aansluiten bij en behouden en waar mogelijk versterken van de kracht en spirit van de oudere, zodat hij zich gewaardeerd, ondersteund en positief gestimuleerd voelt. Het zorgteam kan een beroep doen op ondersteuning van de zorgorganisatie bij dit proces. Er wordt gestreefd naar de optimale woonsituatie voor iedere oudere. Ieders persoonlijk zorgleefplan is gericht op het behouden van een zo gewoon, vertrouwd en zinvol mogelijk leven, waarin zorg en ondersteuning door professionals geen dominante rol spelen.

Ouderen aan Zet! 27

2. Gezondheid, lichamelijk welbevinden en persoonlijke ondersteuning

De oudere krijgt zodanige ondersteuning dat hij zo lang mogelijk een betekenisvol leven met alledaagse mogelijkheden kan leiden. De oudere heeft contracten met organisaties of mensen die hem diensten verlenen. De oudere maakt daarbij afspraken over de ondersteuning met doelen, activiteiten, verantwoordelijke personen. Alle afspraken komen voort uit de eigen levensplanning van de oudere en de zaken die voor hem in deze levensfase belangrijk zijn. De oudere kan zo lang hij dit wenst en mogelijk is zelf zijn maaltijden (helpen) samenstellen en verzorgen en zijn eigen vertrouwde rituelen daarom heen vormgeven. De oudere maakt afspraken rondom toegankelijkheid en veiligheid, waaronder (het voorkomen van) fixatietechnieken. De oudere maakt afspraken rondom hulp bij toiletgang en (het voorkomen van) incontinentie-interventies. De oudere kan een beroep doen op externe deskundigheid. De oudere ontvangt goede preventieve zorg, om gezondheidsproblemen te voorkomen of in een vroeg stadium te kunnen behandelen. De oudere verkeert in een stabiele en bestendige situatie waarin hijzelf, maar ook betrokken partner, familieleden of naasten niet overbelast zijn.

Partner, familie en andere naasten zijn nauw betrokken bij belangrijke ontwikkelingen in het leven van hun familielid.

Het zorgteam biedt de oudere de ondersteuning waarin het leiden van een gewoon leven centraal staat en waarin de zin van zijn leven zolang mogelijk wordt vastgehouden. De nodige ondersteuning wordt op een door de oudere als prettig ervaren manier geïntegreerd in zijn leven. Het zorgteam begeleidt de oudere waar nodig in deze levensfase. De afspraken over zorg en ondersteuning zijn precies en persoonlijk. Het zorgteam betrekt partner, familie en andere naasten. Het zorgteam is gericht op het vinden en organiseren van oplossingen om tegemoet te komen aan de wensen en behoeften van de oudere. Er is ruimte, aandacht en waar gewenst gerichte ondersteuning om op een natuurlijke manier sociale vaardigheden en het samen leven met anderen (in buurt of huis) te behouden en te versterken. Het zorgteam zoekt in overleg met de oudere, de partner, familieleden en andere naasten bij alle vragen rondom gezondheid en lichamelijk welbevinden naar individuele oplossingen die aansluiten bij de wensen van de oudere en betrokkenen rond hem en bij de menselijke waardigheid. Het zorgteam besteedt aandacht aan preventie van gezondheidsproblemen.

28 Ouderen aan Zet!

Het zorgteam heeft oog voor de belasting van mantelzorgers en kwetsbare situaties die er zo kunnen ontstaan. Het team signaleert en trekt aan de bel wanneer het dit nodig acht. Het team overlegt hierover met de oudere, partner, familieleden, naasten en met collega-professionals.

Beleid is gebaseerd op het zolang mogelijk vasthouden van een gewoon leven voor ouderen. Voor ouderen die niet meer thuis kunnen wonen, wordt gestreefd naar het ontwikkelen en verbeteren van woonvormen, waar ouderen alle kansen krijgen om zolang mogelijk een betekenisvol leven te leiden. Bij ontwikkeling, evaluatie en bijstelling van beleid zijn de ervaringen van ouderen, hun partner, familie en andere naasten en het zorgteam betrokken. Zij zijn daartoe actief uitgenodigd. Er zijn adequate medische en psychogeriatrische deskundigheid en middelen aanwezig en beschikbaar. Over aanwezigheid, beschikbaarheid en toepassing wordt goed gecommuniceerd.

Ouderen aan Zet! 29

3. Verbondenheid/inclusie: ouderen zijn verbonden met anderen, zoals hun familie, vrienden, buren

De oudere is een gewaardeerde burger. De oudere is en voelt zich verbonden met anderen, zoals partner, familie en andere naasten, de buurt en de samenleving. De oudere woont op een plek waar hij zich thuis voelt. De oudere kan gebruik maken van reguliere (gezondheidszorg-, welzijns- en andere) voorzieningen in de plaatselijke gemeenschap en elders. De oudere heeft een persoonlijk netwerk. De oudere voelt zich verbonden met partner, familie en andere naasten. De oudere kan intieme relaties aangaan en/of onderhouden. De oudere heeft mensen om zich heen die voor hem waardevol zijn. De oudere kan zijn rol als partner, familielid, vriend ten volle naar wens vervullen. De oudere maakt deel uit van sociale netwerken. De oudere kan in aansluiting op afkomst, cultuur, belangstelling en levensfase, betekenisvolle relaties behouden en onderhouden en nieuwe contacten aangaan (in de woonomgeving, de buurt). De oudere maakt naar wens deel uit van het sociale maatschappelijke leven in de buurt (clubs, verenigingen, kerk). De oudere kan naar wens deelnemen aan het sociale, recreatieve, religieuze en culturele leven in de (plaatselijke) gemeenschap. De oudere leeft middenin de samenleving. De oudere heeft gewaardeerde bezigheden in de samenleving die aansluiten op de eigen ervaring, interesses en mogelijkheden. De oudere kan als hij dit wil vaardigheden, opgedane ervaringen uit voormalig werk of andere bezigheden blijven uitoefenen of inzetten. De oudere kan als hij dat wil nieuwe ervaringen, kennis en vaardigheden ontwikkelen en trainen.

Partner, familie en andere naasten maken deel uit van het persoonlijk netwerk van de oudere en zijn onlosmakelijk met hun familielid/vriend verbonden.

Het zorgteam biedt de oudere de ondersteuning waarin het leiden van een gewoon leven centraal staat en waarin de zin van het leven voelbaar blijft. Het hebben, behouden en eventueel versterken van een eigen persoonlijk en sociaal netwerk krijgt volop aandacht van het zorgteam. Het team is gericht op het behouden van contacten met mensen en gemeenschappen waarbij de oudere zich goed en vertrouwd voelt, bij wie hij een waardevolle rol heeft en op wie hij zo nodig kan en wil terugvallen. Het zorgteam maakt mogelijk en creëert voorwaarden in afstemming met partner, familie, naasten, zodat de oudere zijn contacten kan onderhouden en eventueel nieuwe contacten kan opdoen. Zowel thuis als op andere plekken, bijvoorbeeld verenigingen, clubs, in de eigen wijk en elders.

30 Ouderen aan Zet!

Het zorgteam onderschrijft het belang van het hebben van het eigen persoonlijk netwerk. Dat zijn in de eerste plaats de partner, familie en andere naasten. Het zorgteam stimuleert, met respect voor ieders wensen daarbij, de contacten tussen de oudere met hun partner, familie en andere naasten. Het zorgteam stimuleert en maakt mogelijk dat (oude) vriendschappen en waardevolle bestaande contacten in stand blijven en zo mogelijk worden uitgebreid. Het zorgteam ondersteunt de oudere naar wens om in diverse sociale rollen en omgevingen actief te blijven. Het zorgteam betrekt actief de wijk/buurt bij het vinden van wederzijds waardevolle bezigheden en contacten voor de oudere en is inventief in het creëren van een sociaal veilige omgeving waardoor de actieradius van de oudere groot blijft of wordt. Het zorgteam stimuleert de oudere zijn levenservaring in te zetten, eventueel nieuwe dingen te onderzoeken en/of daaraan deel te nemen.

Visie en beleid gaan uit van belang van het behouden, respectievelijk versterken van persoonlijke en sociale netwerken, zodat er zoveel mogelijk vertrouwde gezichten blijven. Het behouden en onderhouden en versterken van persoonlijke en sociale netwerken en activiteiten is onderdeel van beleid en praktijk.

Ouderen aan Zet! 31

4. Respect en veiligheid: ouderen leven in veilige, vertrouwde omgevingen

De oudere leeft in een veilige, vertrouwde omgeving. De oudere wordt gewaardeerd voor wie hij is en ’vroeger was’, en wordt niet in zijn vrijheid beperkt, niet gediscrimineerd, op enigerlei wijze lastig gevallen of misbruikt. De oudere voelt zich en is veilig, vertrouwd en welkom in zijn huis, buurt en elders. De oudere verblijft in omgevingen die in overeenstemming zijn met/ respect toont voor zijn verleden, afkomst (cultuur, waarden, rituelen) binnen de algemeen maatschappelijke normen. De oudere kan met al zijn vragen terecht bij zorgverleners en voelt zich gesteund. Hij vindt dat er goed naar hem geluisterd wordt, voelt zich serieus genomen en gerespecteerd in zijn persoonlijke gewoonten, rituelen. De oudere kan erop vertrouwen dat hij vertrouwelijke gesprekken kan voeren over zaken die hem bezighouden. De oudere weet hoe anderen (zoals familie) betrokken zijn bij beslissingen rond zaken die hem aangaan en heeft daar een stem in gehad (zie ook bij zeggenschap). De oudere voelt zich prettig en veilig in zijn huis, bij eventuele huisgenoten, in de buurt en elders en ervaart voldoende privacy. De oudere kan een fysiek gezond leven blijven leiden (verantwoorde voeding, goede hygiëne, voldoende lichaamsbeweging en buitenlucht) en wordt ondersteund om dit te blijven doen, met respect voor ieders eigen vertrouwde normen en gewoontes. De oudere weet wat te doen in noodsituaties. De oudere weet bij wie hij terecht kan en wat te doen in geval van (angst voor/ signalen van) negatieve ervaringen, conflicten, mishandeling, misbruik. De oudere gaat zorgvuldig om met zijn medicijnen. De oudere weet wat het doel en de uitwerking is van de medicijnen die hij gebruikt en van de behandelingen (medisch, paramedisch) die hij krijgt. De oudere leeft in een omgeving die tegemoet komt aan zijn speciale behoeftes (toegankelijkheid, bruikbaarheid, oriëntatie) en beschikt zonodig over geschikte hulpmiddelen.

Partner, familie en andere naasten zijn belangrijke personen in het leven van de ouderen en voelen zich erkend en gerespecteerd in hun relatie/familieband. Zij zijn welkom en voelen zich vrij om aan te geven wat voor hen zelf belangrijk is. Zij voelen zich vrij en uitgenodigd om bij het leven van hun familielid nauw betrokken te blijven. Zij zijn bij belangrijke vraagstukken en beslissingen rond hun partner/ouder/familielid betrokken. Er is wederzijds respect en waardering voor elkaar.

Het zorgteam biedt ouderen de ondersteuning waarin het leiden van een gewoon leven centraal staat en waarin de zin van hun leven zolang mogelijk wordt vastgehouden. Het zorgteam draagt zorg voor veilige, vertrouwde omgevingen waar de oudere gerespecteerd wordt, en het gevoel van eigenheid (psychisch, sociaal, fysiek) geborgd is. Er is wederzijds respect en waardering voor elkaar en voor ieders eigendommen en omgeving. Het zorgteam schept een goede, veilige sfeer waarin iedere oudere zich erkend voelt als een waardevol persoon met een waardevol leven én een waardevol leven achter de rug. Het zorgteam schept een klimaat waarin het respect toont voor en aansluiting zoekt bij voor de oudere vertrouwde gewoontes en gebruiken. Het zorgteam respecteert elk oudere zoals hij is, ook in de rollen in het leven die hij tot dan toe

heeft gehad en helpt (biedt adequate ondersteuning) bij ieders invulling van persoonlijke wensen, behoeften en interesses. Het zorgteam heeft oog voor en biedt ouderen steun bij en gaat adequaat in op vraagstukken die voortkomen uit de (levens)ervaringen van de oudere en zijn naderende levenseinde. Het team kan zo nodig een beroep doen op specifieke deskundigheid. Het zorgteam en andere bij de oudere betrokkenen waarborgen geheimhouding van hun toevertrouwde vertrouwelijke informatie. Het zorgteam schoolt zich (volgt trainingen, coachingsbijeenkomsten) om goed in te kunnen spelen op de persoonlijke vragen van ouderen die het tegenkomt. Het zorgteam kan flexibel inspelen op allerlei situaties. Het biedt continuïteit en brengt een gevoel van rust/veiligheid over waarin iedereen tot zijn recht kan komen. Het zorgvuldig omgaan met ieders privacy en persoonlijke bezittingen wordt gewaarborgd (eigen plek, eigen spullen, gelegenheid/rustige plek om partner, familie en anderen die belangrijk zijn in het leven van de oudere te ontvangen). Het zorgteam beschikt over kwaliteiten om het (met elkaar) wonen op een goede manier te ondersteunen. Het zorgteam stimuleert en ondersteunt de oudere bij het behouden van een veilige en gezonde leefstijl en een zorgvuldig gebruik van medicijnen. Het zorgteam waarborgt een fysiek en anderszins veilige omgeving (brandveiligheid, medicijnbeheer) en ondersteunt de oudere in noodsituaties. Het zorgteam weet hoe te handelen in geval van noodsituaties en/of calamiteiten en heeft voorzorgsmaatregelen genomen. Het zorgteam benadert elk oudere op een wijze die recht doet aan wie hij is en ‘vroeger was’. Het team is er alert op dat iedereen in alle situaties en opzichten respectvol met elkaar omgaat.

Uitgangspunt is respect voor iedere persoon en zijn persoonlijke integriteit. Visie, beleid en ondersteuning zijn gericht op het bevorderen van veilige, vertrouwde omgevingen van waaruit ouderen een waardige laatste levensfase kunnen beleven. Er is wederzijds respect en waardering voor elkaar. Het organisatiebeleid en de professionele ondersteuning bevorderen een veilige, stimulerende omgeving waarin ouderen deze specifieke levensfase optimaal kunnen beleven. Er zijn professionals beschikbaar met wie het zorgteam zo nodig kan afstemmen c.q. een beroep kan doen op specifieke deskundigheid. Er is specifieke deskundigheid beschikbaar dan wel mensen kunnen in contact gebracht worden met specifiek gewenste deskundigheid. Beleid is gericht op ondersteunen van het zorgteam bij een op alle fronten ‘gezonde wijze van runnen’ van de zorg aan ouderen. Alle betrokkenen worden als deskundige partners erkend en hun ervaringen gewaardeerd. Er worden coachingstrajecten, trainingen of andere vormen van deskundigheidsbevordering aangereikt aan het zorgteam. Management zorgt voor basisvoorzieningen op het gebied van veiligheid en zorgt voor de benodigde aanpassingen. Visie en beleid van de dienstverlenende organisatie gaan uit van respect voor ieder mens, waarborgen ieders integriteit, en dragen er zorg voor dat niemand in zijn vrijheid en mogelijkheden wordt beperkt, noch wordt gediscrimineerd. Er zijn effectieve en voor alle betrokkenen toegankelijke procedures op het gebied van klachten, misbruik (seksueel, lichamelijk, emotioneel).

Bijlage B: Draaiboek voor het organiserenvan een dialoogbijeenkomst Geef in het draaiboek

hier onder aan, wie welke taak op zich neemt.

AcTIES PROJEcTTEAM DOOR BIJZONDERHEDEN

Planning

In overleg met betrokkenen een datum plannen en het programma afstemmen

Bekendmaken aan de direct betrokkenen (persoonlijk), cliëntenraad en overige geïnteres-seerden (ruim van te voren). Gebruik hiervoor desgewenst de meegestuurde voorbeeld-uitnodiging en/ of voorbeeldflyer

Zorg dat ook alle andere betrokkenen het rapport hebben kunnen inzien vóór de dialoogbijeenkomst

Spreek af wie notuleert

Locatie

Geschikte ruimte vinden

Nodige hulpmiddelen regelen (flap-over, stoelen, tafels)

Koffie en thee regelen

Inhoud

Zorg dat iedereen op de hoogte is van de inhoud van het evaluatierapport

Het accent ligt op de inbreng van bewoners, familie en uitvoerend medewerkers

Ter plekke afspreken wat op korte termijn door de aanwezigen opgepakt kan worden

Zaken noteren die op organisatieniveau opgepakt kunnen worden. Waar mogelijk afspraken maken

34 Ouderen aan Zet!

BIjlAgE C: Model-interviewschema voorTWEEDAAGSE kwaliteitsevalatie (18 gesprekken)

Locatie: .....................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................

Gegevens contactpersoon locatie: ....................................................................................................................................................................................................................................................

Dag 1, datum: .........................................................................................................................................................................................................................................................

Tijd Naam Hoedanigheid Gesprekslocatie

09.30-10.00 Intern overleg evaluatieteam OaZ/Rondleiding

10.15-10.45 Gesprek Locatieleider

11.00-11.30 Gesprek Bewoner

11.45-12.15 Gesprek Medewerker

12.15-13.15 Lunch / intern overleg evaluatieteam

13.15-13.45 Gesprek Familie

14.00-14.45 GesprekBewoner (doornemen Zorgleefplan)

15.00-15.30 Gesprek Familie of bijvoorbeeld vrijwilliger

15.45-16.15 Gesprek Medewerker

16.30-17.00 Gesprek Familie

17.15-18.30 Maaltijd / intern overleg evaluatieteam

18.30-19.00 Gesprek Bewoner

19.15-19.45 Gesprek Familie

Ouderen aan Zet! 35

Dag 2, datum: ........................................................................................................................................................................................................................................................

Tijd Naam Hoedanigheid Gesprekslocatie

09.30-10.00 Gesprek Bewoner

10.15-10.45 Gesprek Medewerker

11.00-11.30 Gesprek Familie of vrijwilliger

11.45-12.30 Gesprek Bewoner

12.30-13.15 Lunch / intern overleg evaluatieteam

13.15-13.45 Gesprek Medewerker

14.00-14.30 Gesprek Familie

14.45-15.30 Gesprek Bewoner (doornemen Zorgleefplan)

15.45-16.15 Gesprek Medewerker

16.30-17.00Reserve-moment

Eventueel om zaken te checken bij locatie-leider of stukken in te zien

17.00-18.45 Intern overleg evaluatieteam (bundeling informatie) + voorbereiden terugkoppeling

19.00-20.00 Eerste terugkoppeling voor geïnteresseerden

Alle interviews worden in principe met ieder afzonderlijk gevoerd. Slechts bij hoge uitzondering kan in overleg een groepsgesprek plaatsvinden. Voor 2 gesprekken met bewoners is een kwartier extra ingepland zodat het zorgleefplan doorgenomen kan worden.

36 Ouderen aan Zet!

BIjlAgE D: Model-interviewschema voorEENDAAGSE kwaliteitsevalatie (9 gesprekken)

Locatie: .....................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................

Gegevens contactpersoon locatie: ....................................................................................................................................................................................................................................................

Datum: .............................................................................................................................................................................................................................................................................

Tijd Naam Hoedanigheid Gesprekslocatie

09.00-09.45 Intern overleg evaluatieteam OaZ/Rondleiding

10.00-10.15 Gesprek Locatieleider

10.30-11.00 Gesprek Bewoner

11.15-11.45 Gesprek Medewerker

12.00-12.30 Gesprek Familie

12.45-13.45 Lunch / tevens ontmoetingsmoment met verschillende mensen

13.45-14.15 Gesprek Familie

14.30-15.00 Gesprek Bewoner

15.15-15.45 GesprekFamilie of bijvoorbeeld vrijwilliger

16.00-16.30 Gesprek Medewerker

16.45-17.15 Gesprek Bewoner

17.15-18.00 Onderling overleg evaluatieteam

18.00-19.00 Maaltijd / tevens ontmoetingsmoment met verschillende mensen

19.00-20.00 Eerste terugkoppeling voor geïnteresseerden

Ouderen aan Zet! 37

Ouderen aan Zet

Over

De doelstelling Met het project OUDEREN AAN ZET, beoogde Perspectief samen met LOC Zeggenschap in zorg, vanuit het perspectief van de oudere zorgvrager (zowel thuis-wonend, als in een verpleeg- of verzorgingshuis) zelf en zijn haar familie/netwerk, zichtbaar te maken wat het effect is van het zorgleefplan en het zorgleefplangesprek op de kwaliteit van bestaan van oudere zorgvragers en doorgaans ook hun partners en/of familieleden. Behoud van zeggenschap en optimale maatschappelijke participatie zijn daarbij belangrijke pijlers.

De werkwijzeIn de uitvoerings- en trainingsfase vonden eerst de zorgleefplantoetsingen (de kwaliteitsevaluaties) plaats binnen 15 locaties van 5 zorgorganisaties met in totaal bijna 300 mensen. Bij elke evaluatie sprak het team gemiddeld 6 ouderen, 6 mensen uit hun sociale netwerk en 6 professionals die een rol spelen in hun leven. Alle evaluaties hebben geleid tot een evaluatierapport en zijn vervolgens opgevolgd door dialoogbijeenkomsten. Op basis van de uitkomsten uit de rapporten zijn workshops ontwikkeld en gegeven: ‘Focus op leven’ en ‘Kennismaking dialoogbijeenkomsten’.

De opbrengstUiteindelijk is hiermee bereikt dat de aandacht voor kwaliteit van leven van oudere zorggebruikers en hun naasten is vergroot. Aan zorgorganisaties in de ouderenzorg hebben we concrete en toegankelijke handvatten gegeven middels deze handreiking. Het hele project is uitgevoerd samen met oudere zorggebruikers en hun verwanten. Het draagvlak dat gaandeweg ontstaat door de brede samenwerking is een belangrijke voorwaarde voor toepassing en implementatie op andere plekken.

Wilt u meer weten over het project OUDEREN AAN ZET?

Download dan de eindrapportage op www.ouderenaanzet.org.

38 Ouderen aan Zet!

Deze handreiking is tot stand gekomen vanuit het project OUDErEN AAN

ZEt. En is financieel mogelijk gemaakt door Fonds pGO van het Ministerie

van Volksgezondheid, Welzijn en sport. OUDErEN AAN ZEt is een project

van perspectief (kenniscentrum voor inclusie en zeggenschap) en lOC

Zeggenschap in zorg, een landelijke cliëntenorganisatie. Beide organisaties

hebben kwaliteit van leven en zeggenschap hoog in het vaandel. Meer

over deze organisaties leest u op www.loc.nl en www.perspectief.org.

Meer weten over dit project? Kijk dan op www.ouderenaanzet.org.

U kunt deze uitgave,

‘Ouderen aan Zet!

Handreiking met

werkvormen voor focus

op kwaliteit van leven en

zeggenschap’, kosteloos

downloaden op

www.ouderenaanzet.org.

Bestellen kan ook.

Via Perspectief:

030-2363000 en

LOC: 030-2843200 of

www.loc.nl/publicaties.

tekst en redactie >> Projectteam OUDEREN AAN ZET

foto’s >> Omslag, p10, p18 | Laura Zwaneveld

p8, p15, p16 | Eric Brinkhorst

p4, p22 | Frank Muller

vormgeving en productie >> Zorgt Communicatie

www.zorgtcommunicatie.nl