ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN (BEGRIJPEND ... - … · Streven naar een A-B resultaat op de Cito...

79
ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN (BEGRIJPEND) LEZEN. WAT WERKT? Dr. Kees Vernooy Lector hogeschool Edith Stein Enschedese Lees- en Rekenverbeterplan september 2011

Transcript of ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN (BEGRIJPEND ... - … · Streven naar een A-B resultaat op de Cito...

ONTWIKKELINGEN OP HET

GEBIED VAN (BEGRIJPEND)

LEZEN. WAT WERKT?

Dr. Kees Vernooy

Lector hogeschool Edith Stein

Enschedese Lees- en Rekenverbeterplan

september 2011

Motto

‘Begrijpen is de essentie van lezen en begrijpend lezen is fundamenteel voor school- en maatschappelijk succes!‘

Context: Knelpunten begrijpend

lezen • Een kwart tot een derde van de leerlingen is in groep 8

zwak (Van den Broek 2010);

• Resultaten begrijpend lezen lopen terug (Cito 2007);

• De methoden voor de leesstrategieën blijken weinig/niet

effectief te zijn (Cito 2007);

• Nederlandse kinderen zijn geen gemotiveerde lezers;

bijna 50% van de kinderen leest thuis nooit (PISA 2009);

• Op veel scholen nemen na groep 6 de leesresultaten af

(Hacquebord e.a. 2010):de leesvaardigheid van zwakke

lezers neemt af als ze niet meer lezen (Willms en

Murray, 2007).

Oorzaken problemen begrijpend lezen

PROCES KENNIS

Decoderen (Nauwkeurig)

Leessnelheid (Automatisch en vlot

en vloeiend)

Werkgeheugen (aandacht)

Afleidingen maken (abstract denken)

Visualiseren

Monitoren begrijpend lezen

Woordenschat (betekenis woorden)

Mondelinge taal

Syntactische kennis

Domeinkennis

Carlisle & Rice; Perfetti, Marron, & Foltz, 1996

Cito (Heesters e.a. 2007)

Cito signaleert voor het eerst in PPON-

onderzoek afnemende prestaties op het

gebied van begrijpend lezen op het einde

van de basisschool.

Maar …..Onderwijsverslag

2009-2010

Wat is volgens de wetenschap

effectief? (IES 2010) Sterk bewijs Gemiddeld bewijs Geen of minimaal

bewijs

-Instructie over hoe

strategieën gebruikt

moeten worden.

- Het gaat om de

volgende strategieën:

◘Activeren

voorkennis/voorspellen

◘Vragen stellen

◘Visualiseren

◘Monitoren/verduidelij-

ken/herstellen

◘Afleidingen maken

◘Samenvatten/

navertellen

-Leerlingen de

organisatiestructuur van

teksten leren gebruiken

en de inhoud leren

onthouden

- Betrokken en

motiverende context bij

begrijpend lezen

-Door discussies

leerlingen de inhoud van

een tekst eigen laten

maken

- Doelgericht teksten

voor het ondersteunen

van begrijpend lezen

selecteren

Waar gaat het bij begrijpend lezen

en lezen om te leren om?

• Het betekenis verlenen aan een tekst en

niet aan een serie individuele woorden en

zinnen (Rapp e.a. 2007).

• Het construeren van een samenhangend

beeld of representatie van de inhoud van

de tekst in het geheugen.

Toelichting: geheugen is een ‘restant’ van het denken.

Wat vereist

begrijpend lezen? Veel!

Begrijpend lezen vereist kennis, strategieën

en vaardigheden:

• Vlot en vloeiend kunnen technisch lezen

• Woordenschat en relevante kennis van de wereld

• Tekstkennis (genre, structuur, etc.)

• Werkgeheugen

• Strategieën en vaardigheden om actief betekenis te

verlenen

• Gemotiveerd zijn om met de tekst aan de slag te gaan Duke (2008)

Wat is er nodig om van elk kind

een goede begrijpende lezer te

maken?

WAT WERKT?

Simpel antwoord (Vernooy 2010)

Zorg vooral voor:

- Goed technisch lezen

- Een goede woordenschat

Toelichting:

Zonder vlot lezen en voldoende woordenschat is

geen begrijpend lezen mogelijk.

Technisch lezen en woordenschat zijn de

belangrijkste pilaren van het begrijpend lezen!

• Des te eerder kinderen goed kunnen technisch lezen, des te beter voor het begrijpend lezen (en de woordenschat)

• Snelheid + Nauwkeurigheid = Vlot lezen

• Snel op een betekenisvolle manier kunnen lezen (intonatie) = Vloeiend lezen

1. Het belang van vlot en vloeiend

lezen

Is vlot lezen niet nauwer verbonden met

technisch lezen dan met begrijpend

lezen? Nee!

Relatie van op

woordniveau lezen

met

begrijpend lezen

Relatie van vloeiend

lezen met

begrijpend lezen

.53

.83

--Jenkins, Fuchs, Espin, van den

Broek, & Deno, 2003

2: Woordenschat doet ertoe!

• Woordenschat is significant verbonden

met begrijpend lezen, technisch lezen,

spelling en schoolprestaties in zijn

algemeenheid.

• Voorkennis is cruciaal voor begrijpend

lezen!

• Woordenschat is een belangrijke

pilaar voor begrijpend lezen!

Het belang van 95% van de

woorden kennen • Adequaat begrijpend lezen van een lezer hangt

af of de lezer 95% van de woorden in een tekst kent.

• Wie 95% van de woorden kent, begrijpt de tekst en begint de onbekende woorden te leren.

• Wie minder dan 95% van de woorden kent zal – moeite met begrijpen hebben (verwarring;

demotivatie)

– falen om adequaat de inhoud van de tekst te leren

– de kans missen om meer woorden te leren.

Het belang van

achtergrondkennis Onderzoek laat zien

dat leerlingen met

relevante

achtergrondkennis het

duidelijk beter doen

dan leerlingen zonder

die achtergrondkennis,

ongeacht hun

technische

leesvaardigheid

Source: Willingham, Why Don’t Students Like School? p. 27

0

5

10

15

20

25

30

35

Veel kennis Weinig

kennisItem

s c

orr

ect

Goede lezers Zwakke lezers

LEERLINGEN ZOUDEN ELK JAAR 3000 NIEUWE

WOORDEN MOETEN LEREN. MAAR HOE?

• 3000 woorden aanleren tijdens een schooljaar van 180

dagen zou betekenen dat ze elke dag 17 nieuwe

woorden zouden moeten leren. Reviews laten echter

zien dat leerlingen slechts 8-10 effectief onderwezen

woorden per week kunnen leren; opgeteld is dat

ongeveer 400 woorden per jaar (Stahl & Fairbanks,

1986). Expliciete woordenschat instructie is nodig voor

woorden die van cruciaal belang zijn om de tekst te

kunnen begrijpen.

• En de overigen 2600 woorden? Leren ze door

incidenteel leren, inclusief lezen over allerlei

onderwerpen (stilleesbeleid!).

Cruciaal

Het dagelijks bewustzijn van leerkrachten

en de schoolleiding over het belang van

woordenschat.

3. Aandacht voor enkele

leesstrategieën? Waarom? • Ze bevorderen het aanpakgedrag:

- informatie vinden

- aanwijzingen opvolgen

- informatie organiseren

• Het zijn middelen en technieken om

informatieve teksten beter en makkelijker

te begrijpen.

Maar ….. Als je niet vlot kan lezen en geen

goede woordenschat hebt, kan je niets

met strategieën!

Wat zijn leesstrategieën?

• Gereedschap voor het nadenken over de

inhoud van de tekst;

• Mentale activiteiten: je gaat iets met een

tekst doen of je doet iets met een tekst;

• Routines die voor, tijdens en na het lezen

van de tekst gebruikt worden;

• Ze helpen de lezer om de tekst beter te

begrijpen en te herinneren wat er gelezen

is.

De zes strategieën van

DOINGWHATWORKS

(december 2010) 1. Activeren voorkennis, verbinden met

persoonlijke ervaring, of voorspellen wat in een

tekst zal gebeuren;

2. Vragen stellen tijdens het lezen;

3. Visualiseren van wat is gelezen;

4. Monitoren of checken of je het begrijpt tijdens

het lezen;

5. Afleidingen maken;

6. Samenvatten of navertellen.

Hoe invoeren?

• Strategie afzonderlijk of een combinatie

van strategieën;

• Modelend voordoen (waarom en hoe van

de strategie);

• Sterk accent op toepassen;

• Gradual release of responsibility;

• PAL

• Gebruik interessante teksten: wissel

verhalende en informatieve teksten af

Superieur: samenhangend gebruik

van strategieën (= monitoren) Verkennen tekst/voorspellen

Actualiseren achtergrondkennis

Doelen stellen

Begrijp ik het?

Monitoren begrijpen

Integreren nieuwe begrippen

Samenvatten

Evalueren; doelen

gehaald?

Toepassen

Vóór het lezen

Tijdens het lezen

Na het lezen

Tip voor elke tekst: vooraf

- Kijk met de leerlingen over wat

afbeeldingen over de inhoud zeggen;

- Skim met de leerlingen de tekst:

- lees de eerste en laatste paragraaf

- lees de eerste zin van de overige

paragrafen

- Scan de tekst door deze in een hoog

tempo door te nemen

Tip Tijdens

Laat leerlingen een web van de inhoud

maken.

Dit voorkomt dat kinderen door de vele

ideeën, feiten of gebeurtenissen in de war

raken.

Begrijpend lezen, instructie

en lestijd • Begrijpend lezen kan onderwezen worden

door expliciete instructie/modeling (20%

van de lestijd).

• Leerlingen hebben veel tijd nodig om het

geleerde te leren toepassen (80% van de

lestijd).

Regie Routman, Reading Essentials

Belang visuele weergave inhoud (Van de

Ven 2009)

• Helpt de essentie van de tekst te begrijpen

• Helpt bij het maken van een samenvatting

• Voorkomt overladen worden aan informatie.

Verder:

Een visuele cultuur neemt in het dagelijks leven

van kinderen een belangrijke plaats in.

Cruciaal

Het dagelijks bewustzijn van leerkrachten

en de schoolleiding over het belang van

begrijpend lezen.

AANBEVELINGEN

Vooraf

Zonder hoge doelen, nooit betere resultaten! Eind groep 8: Leerlingen lezen minimaal teksten van het

niveau AVI 9/AVI Plus

vlot,

vloeiend en

met begrip

kunnen lezen.

Bij AVI Plus zijn kinderen functioneel geletterd!

Streven naar een A-B resultaat op de Cito toetsen voor

begrijpend lezen

Eind groep 8: Leerlingen lezen minimaal teksten van het

niveau AVI 9/AVI Plus

vlot,

vloeiend en

met begrip

kunnen lezen.

Bij AVI Plus zijn kinderen functioneel geletterd!

Streven naar een A-B resultaat op de Cito toetsen voor

begrijpend lezen

De vraag: hoe krijg je als school

betere resultaten?

De resultaten verbeteren als de instructie -

het lesgeven en leren - in de groepen

verbetert door goede lees- en didactische

inzichten.

Maar ook:

(risico)leerlingen krijgen meer tijd.

Wat zijn belangrijke invloeden op

leerlingresultaten?

Invloed Effectgrootte Wie? Feedback 1.13 Leerkracht

Voorkennis leerling 1.04 Leerling

Kwaliteit instructie 1.00 Groot Leerkracht

Directe instructie .82 Leerkracht

Remediëren/feedback .65 Leerkracht

Aanleg leerling .61 Leerling

Prof. John Hattie (Universiteit van Auckland): Meta-analyse van meer dan 500,000 onderzoeken

Aanleren strategieën

• Geef korte instructie; er is geen bewijs dat

lange instructie werkt!

• Benadrukt met name het omgaan met

achtergrondkennis.

• Willingham (2007): decoderen, vlot en

vloeiend lezen en achtergrondkennis zijn

met name voor begrijpend lezen belangrijk

De meest effectieve manier

om leerlingen te leren

strategieën te gebruiken is

hardop denken.

Strickland, Ganske, and Monroe,

Supporting Struggling Readers and Writers

DE LEERKRACHT ALS HARDOP DENKEND MODEL

Ik doe het voor.

Wij doen het samen.

Jullie doen het (in duo’s).

Jij doet het zelf.

Verantwoordelijkheid leerkracht

Verantwoordelijkheid leerling

Introductie/uitleg/modeling

Begeleide

inoefening

“Ik doe het”

“Wij doen het”

“Jullie doen

het samen” Samenwerken

Risicolezers:

Verlengde instructie

De rest: werkt zelfstandig

“Je doet het

alleen”

Een succesvol instructiemodel voor alle leerlingen

Fisher, D., & Frey, N. (2008). Better learning through structured teaching: A framework for the gradual

release of responsibility. Alexandria, VA: Association for Supervision and Curriculum Development.

Een variant:Verantwoordelijkheid

leerkracht

Verantwoordelijkheid leerling

Introductie/uitleg/modeling

Begeleide

inoefening

“Ik doe het”

“Wij doen het”

“Jullie doen

het samen” Samenwerken

Risicolezers: PAL

De rest: werkt zelfstandig

“Je doet het

samen”

Een succesvol instructiemodel voor alle leerlingen

Fisher, D., & Frey, N. (2008). Better learning through structured teaching: A framework for the gradual

release of responsibility. Alexandria, VA: Association for Supervision and Curriculum Development.

Toelichting

• Het model van de Gradually Release of

Responsibility Instruction is

gedocumenteerd als een effectieve

methode voor het verbeteren van het

begrijpend lezen (zie Lloyd 2004).

• Cruciaal bij dit instructiemodel is dat het

instructie beoogt die van alle leerlingen

capabele denkers en leerders wil maken

(Buehl, 2005), waardoor er veel aandacht

is voor metacognitief handelen.

Componenten Gradually Release of

Responsibility Instruction

1- Gericht zijn op de les

De leerkracht laat de leerlingen haar eigen

metacognitieve processen als actieve begrijpend lezer

zien. Door leesstrategieën hardop denkend voor te doen

krijgen de leerlingen een beeld van hoe de leerkracht als

goede begrijpende lezer met een tekst omgaat. De

leerkracht zegt: Ik doe het hardop denkend voor;

2- Gestuurde instructie

Door gestuurde en begeleide instructie gaan de

leerlingen met de leerkracht aan de slag om bijvoorbeeld

een leesstrategie toe te passen. De leerkracht zegt: We

gaan het eerst samen doen;

vervolg

3- De leerlingen gaan het samen doen.

De leerlingen gaan in groepjes of duo’s met een

tekst aan de slag om het geleerde toe te passen.

De leerkracht zegt: nu gaan jullie samen de tekst

proberen te begrijpen.

4- De vierde component is het zelfstandig leren.

De leerlingen gaan individudeel aan de slag om

het geleerde toe te passen. De leerkracht zegt:

en nu doen jullie het alleen.

PAL-aanpak

Drie gestructureerde samenwerkingsactiviteiten plaats, n.l.:

1. Het lezen van delen van de tekst met een partner die modelt en

coacht.

De betere lezer leest hardop de tekst voor. Vervolgens leest de

zwakke lezer deze tekst hardop.

2. Het komen tot begrip over wat gelezen is door het met de partner

stellen en beantwoorden van vragen over elke paragraaf.

Dit gebeurt door de leerlingen twee vragen te laten stellen en laten

beantwoorden om de belangrijkste ideeën uit de paragraaf te halen

en de paragrafen samen te vatten:

- over wie of wat gaat de paragraaf vooral?

- wat zijn de belangrijkste zaken m.b.t. het wie of wat?

Vervolg PAL

3. Het met de partner voorspellen en vervolgens de voorspellingen

bevestigen of verwerpen aan de hand van het tekstdeel dat gelezen

gaat worden.

Bij het voorspellen zijn vier stappen aan de orde:

- voorspellen wat in de komende halve pagina geleerd gaat worden;

- de helft van de pagina hardop lezen;

- bevestigen of verwerpen van de voorspelling;

- samenvatten van de belangrijkste inhoud van de halve pagina.

Deze drie activiteiten richten zich op de ontwikkeling van de

mondelinge taalvaardigheid, het stellen van vragen en de

vaardigheid om voorspellingen te bevestigen of te verwerpen en

leerlingen te helpen de belangrijkste ideeën op te sporen en samen

te vatten.

Aanbevelingen specifiek

Het belang van een integrale aanpak

begrijpend lezen (Vernooy 2011) Groepen Woordenschat Technisch lezen Leesstrategieën

Groep 1 - 2 continu Mondelinge taal

Fonemisch

bewustzijn

Letterkennis

Begrijpend luisteren

Groep 3 continu Leren lezen Begrijpend luisteren

Omgaan met

voorkennis

Groep 4 -6 continu

Stilleesbeleid

Vlot en vloeiend

lezen

Omgaan met

voorkennis

Leren monitoren

Enkele strategieën

(na groep 4)

Groep 7 - 8 continu

Stilleesbeleid

Uitbouw en

onderhoud vlot en

vloeiend lezen

Omgaan met

voorkennis

Leren monitoren

Enkele strategieën

Aanbeveling 1: Groep 1 en 2

• Met het ontwikkelen van begripsvaardigheden kun je niet vroeg genoeg beginnen, blijkt uit onderzoek van Van den Broek en zijn team (2009).

• Kinderen die op vierjarige leeftijd hoog scoren op begripsvaardigheden, zijn op latere leeftijd beter in begrijpend lezen.

Kortom: met name in groep 1 en 2 veel aandacht voor woordenschat/begripsvaardigheden/begrijpend luisteren.

Het belang van begrijpend luisteren

in groep 1 en 2

Begrijpend luisteren heeft te maken met:

het begrijpen van verhalen en andere teksten die hardop worden voorgelezen

het leggen van een fundament voor het latere begrijpend lezen, zoals:

- begrijpen wat je leest

- herinneren wat je leest

- het met anderen communiceren over wat je hebt gelezen

Concreet tijdens het voorlezen

Leerlingen aanmoedigen:

- voorspellingen te doen

- vragen te beantwoorden, maar ook vragen

te laten stellen

- met elkaar over de inhoud te praten

- verhaal na laten vertellen

- verbindingen laten leggen met andere

boeken

Herhaald voorlezen

• Kinderen gaan meer van het verhaal begrijpen

• Kinderen gaan op andere aspecten letten

• Kinderen gaan hierdoor andere vragen stellen

• Kinderen ervaren opnieuw de verrassing van

een verhaal

• Herhaald voorlezen leidt tot uitbreiden van de

woordenschat

Aanbeveling 2: Belang mondelinge

taalvaardigheid • Kinderen die in groep 1 en 2 een zwakke

mondelinge taalvaardigheid hebben, lopen een vijf keer zo’n groot risico problemen met het leren lezen te krijgen, maar …

• Deze kinderen hebben dikwijls vanaf groep 5 ook problemen met begrijpend lezen!

Kortom: vroegtijdige aandacht gewenst! Gebruik de SNEL-toets!

Aanbeveling 3: Zorg dat de kinderen snel

vlot en vloeiend leren en blijven lezen

Kinderen die vlot kunnen lezen, kunnen al hun aandacht op de inhoud van de tekst richten: vlot lezen is de hoeksteen van efficiënt lezen.

Snel goed technisch lezen leidt tot beter begrijpend lezen.

Zwakke, spellende lezers hebben bijna altijd moeite met het begrijpen van teksten.

Stimuleer vloeiend lezen, met name in groep 7 en 8.

Zorg voor onderhoud technisch lezen in groep 6-8; voorkom afname vlot lezen.

Theorie van de automatisering

Spellende lezers

hebben al hun energie

nodig voor technisch

lezen.

Vlotte lezers kunnen al

hun energie inzetten op

begrijpend lezen.

Technisch

lezen

Begrijpend

lezen

Aanbeveling 4: Zorg voor een

woordenschatbeleid

Sterk accent woordenschat in groep 1 en 2:

Groep 4 – 8:

• Schrijf altijd een moeilijk woord op het bord

• Leg twee belangrijke woorden in het kort uit

• Of: Stel twee woorden via denken-delen-uitwisselen aan de orde

• Zorg voor een stilleesbeleid (15 minuten per dag):

- 2 dagen: verhalend boek

- 2 dagen: informatief boek

- 1 dag een stripboek

Lezen over allerlei onderwerpen is goed voor de woordenschat!

De drie meest belangrijke woorden voor

de zwakke begrijpende lezer:

• WOORDENSCHAT

• WOORDENSCHAT

• WOORDENSCHAT

Zie Hattie en het belang van

voorkennis

Altijd: Pre-reading activiteit

Activeren achtergrond kennis/ voorkennis

Een lezer steunt op de kennis die hij over een onderwerp heeft bij

het verlenen van betekenis. Alle woorden kennen en onvoldoende

kennis over het onderwerp hebben, leidt ook niet tot een goed

begrijpen van de tekst. (Mikulecky, What is Reading?)

Laat kinderen veel lezen

“Recent vonden we, dat de omvang van

het lezen van leerlingen in de school één van de belangrijkste verschillen in ervaringen was in meer of minder effectieve klassen.” (Allington, 2003)

Stilleesbeleid: een must! Maar:

bij het stillezen horen ook informa-

tieve boeken

Cruciaal

Het dagelijks bewustzijn van leerkrachten

en de schoolleiding over het belang van

woordenschat.

Aanbeveling 5: Aandacht voor de

structuur van informatieve teksten

Waarom?

- Zijn lastiger te begrijpen dan verhalen

teksten vanwege:

- Woordenschat

- Vraagstelling

- Doelgerichtheid

- Kunnen omgaan met informatieve teksten

is belangrijk voor de schoolloopbaan

Stappen begrijpend lezen

1. Kijk naar de illustraties. Welke ideeën worden gepresenteerd?

2. Kijk naar de kopjes en lees de kopjes.

3. Kijk naar kaarten, grafieken, vetgedrukte woorden. Welke informatie bieden ze?

4. Kijk naar de titels en kopjes. Wat is het centrale thema?

6. Stel vragen. Sta stil bij het ‘waarom’ van het lezen van de tekst.

5. Lees de eerste en laatste zin van elke paragraaf voor meer informatie.

Moeilijkheidsniveau van de

vragen bij informatieve teksten

(Simmons, Rupley, Vaughn, & Edmonds, 2006; UTCRLA, 2003; Blachowicz & Ogle, 2001; Bos & Vaughn, 2002;

NIFL, 2001; NRP, 2000; Raphael, 1986)

Niveau 1: Juiste antwoord

Gemakkelijke vragen, een of twee woord antwoorden

Niveau 2: Samenvoegen Stukjes informatie uit de tekst bij elkaar voegen om tot

het antwoord te komen

Niveau 3: Verbanden leggen

Kunnen niet alleen beantwoord worden door

naar de tekst te kijken.

Aanbeveling 6: Gebruik ook actuele teksten

Volgens Guthrie (2002) is de interactie met de echte wereld (actualiteit), zoals in Nieuwsbegrip plaatsvindt, voor de leerlingen cruciaal. Bij die interactie met de echte wereld zijn ze automatisch bezig met het uiterst belangrijke proces van activering en het opbouwen van voorkennis. Ze denken na over wat ze al weten. Daarnaast beïnvloedt interactie met de echte wereld ook hun motivatie om te lezen, omdat deze teksten meer aansluiten bij hun belevingswereld.

Voldoende dekking

Nieuwsbegrip • Gebruik vooral de basisversie

• Pas de strategieën toe op de beste teksten uit je

oude methode voor begrijpend lezen

• Heel veel zaken uit de taalmethode dekken ook

de kerndoelen voor begrijpend lezen

• Pas de strategieën toe bij teksten van de

kennisgebieden

• Gebruik voor zeer zwakke lezers het Cito

Hulpboek Begrijpend lezen

Aanbeveling 7: Leer kinderen met

de belangrijkste strategieën en

vaardigheden om te gaan

• Het omgaan met voorkennis, omdat deze strategie met woordenschat en begripsmatige kennis te maken heeft;

• Het monitoren van het begrijpend leesproces, waarbij het gaat om: het stellen van een leesdoel en het lezen aan de hand daarvan sturen vanuit: begrijp ik nog wat ik lees en wat moet ik doen als ik het niet begrijp?

Welke strategieën altijd?

Altijd (schoolbreed):

• Wat is je leesdoel? (basis voor

monitoren)

• Omgaan met voorkennis:

- Waar gaat het over?

- Wat weet je er al van?

Pas de strategieën en vaardigheden

toe bij alle vakken waar teksten aan

de orde zijn toe

De meeste methoden besteden weinig of

geen aandacht aan transfer van de geleerde

strategieën naar andere vak- en

vormingsgebieden waar teksten aan de orde

zijn.

Maak daarover in het team afspraken.

Aanbeveling 8: Veel aandacht

voor leesmotivatie • Veel lezen leidt tot beter begrijpend lezen

• Leidt tot meer ervaring met teksten

Maar ook: motivatie activeert leesgedrag!

Leesmotivatie van leerlingen

1. Inhoud is motiverend

2. Controle en keuze: keuze is

motiverend

3. Lezen is sociaal (coöperatief

leren)

4. Zelfvertrouwen (competent

voelen)

5. Interesse in lezen

Aanbeveling 9

Gebruik voor de kinderen die voortdurend

D en E scoren op begrijpend leestoetsen

het Cito Hulpboek Begrijpend lezen.

Maar: de overige kinderen moeten

ervaring opdoen met …

Groep 4:

- hussel- en

invulverhaaltjes

- ordenen in een tabel

- het belangrijkste

woord zoeken

- de beste titel zoeken

- waar gaat deze tekst

over

Groep 8:

- cloze-taak

- husselteksten

- hoofd- en bijzaken

- compleet maken

Aanbeveling 10: Monitoor de

doelen/resultaten

Cito toets begrijpend

lezen

Woordenschattoets DMT AVI

Aanbeveling 11: Spreek regelmatig met

leerlingen over wat ze van het begrijpend

lezen vinden

Vraag de leerlingen:

- Waarmee willen jullie dat ik help om de teksten beter te begrijpen?

- Wat heb jullie geleerd om de tekst beter te begrijpen?

- Wat zou je de volgende keer willen leren om de teksten beter te begrijpen?

We maken een plan voor de komende maand.

Tot slot

Wat vinden (oudere) leerlingen

belangrijk (Dr. Mijs, juni 2010)

• Voordoen hoe je een tekst moet begrijpen

• Vooraf altijd twee moeilijke woorden

bespreken

• Naar titel en plaatjes leren kijken om te

weten waar de tekst overgaat

Resultaten Enschedese Leesverbeterplan

Begrijpend lezen (juni 2010)

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

4 5 6 7 8

Enschede

land pilots

Begrijpend lezen (Enschede,

januari 2011)

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

gr 4 gr 5 gr 6 gr 7 gr 8

jan.2010

jan.2011

Samenvatting: wat zeker doen?

1. Doe het begrijpen van de tekst hardop denkend voor

2. Leerlingen leren omgaan met voorkennis:

- Waar gaat het over?

- Wat weet je ervan?

3. Behandel twee belangrijke onbekende woorden.

4. Ondersteun het monitoren van het begrijpen:

- Leesdoel stellen/vragen kunnen beantwoorden

- Controleren voor, tijdens en na

- Visualiseren om overbelasting korte termijngeheugen te voorkomen en om een samenvatting te kunnen maken

5. Leerlingen leren omgaan met de kenmerken van informatieve teksten.

Werkopdracht

Wat gaat u morgen met de verkregen

informatie doen?

Een goede

dag

toegewenst!