Mini Conferentie - NOMB

18
1 Mini Conferentie ‘Praktijk van zelfactivering migrante ouderen en het werken aan intergenerationele verbindingen’ 24 november 2016 13.00 – 18.00 uur Locatie: De Postelse Hoeve PROGRAMMA Ontvangst en welkom door Dr. Headly Binderhagel, voorzitter NOMB De heer Binderhagel heet allen welkom, vooral ook de jongeren. Vroeger kwamen jongeren niet bij ontmoetingen met ouderen, maar nu zijn ze erbij, zodat ze mee kunnen draaien voor hun eigen voordeel en ze kunnen bepalen op welke wijze ze oud willen worden, legt hij uit. Daarom hebben wij als NOMB projecten waarmee we generaties aan elkaar verbinden. Je ziet hoe gekleurd de zaal is. Dat is Nederland op z’n best. Hij meldt ook dat de aanwezigen een geselecteerd gezelschap vormen. Hij schetst in het kort de positie van het NOMB. We voeren vooral projecten uit met een wetenschappelijke achtergrond. Na ruim twee jaar van ons bestaan, is het een goed moment om de balans op te maken. Hierna stelt hij de sprekers voor.

Transcript of Mini Conferentie - NOMB

Page 1: Mini Conferentie - NOMB

1

Mini Conferentie

‘Praktijk van

zelfactivering migrante ouderen

en het werken aan

intergenerationele verbindingen’

24 november 2016 13.00 – 18.00 uur Locatie: De Postelse Hoeve

PROGRAMMA Ontvangst en welkom door Dr. Headly Binderhagel, voorzitter NOMB

De heer Binderhagel heet allen welkom, vooral ook de jongeren. Vroeger kwamen jongeren niet bij ontmoetingen met ouderen, maar nu zijn ze erbij, zodat ze mee kunnen draaien voor hun eigen voordeel en ze kunnen bepalen op welke wijze ze oud willen worden, legt hij uit. Daarom hebben wij als NOMB projecten waarmee we

generaties aan elkaar verbinden. Je ziet hoe gekleurd de zaal is. Dat is Nederland op z’n best. Hij meldt ook dat de aanwezigen een geselecteerd gezelschap vormen. Hij schetst in het kort de positie van het NOMB. We voeren vooral projecten uit met een wetenschappelijke achtergrond. Na ruim twee jaar van ons bestaan, is het een goed moment om de balans op te maken. Hierna stelt hij de sprekers voor.

Page 2: Mini Conferentie - NOMB

2

Inleiding Prof. dr. Jo Caris (zie de powerpoint presentatie op de site) Wij-zij: noodzaak, probleem en dilemma door Prof. dr. Jo Caris (Prof. Caris heeft ruim dertig jaar een eindverantwoordelijke functie in diverse zorgorganisaties vervuld. Zijn bijzondere belangstelling als sociaal psycholoog ligt bij het transparant maken van organisaties en het zoeken van de verbinding tussen de instelling en de omgeving. Bijna als vanzelfsprekend vloeiden daar allianties en fusies tussen instellingen uit voort. Dat geldt even zeer voor de verbinding tussen generaties. De kracht van de samenleving ligt deels daarin verbonden, in het bijzonder als het gaat om allochtone gemeenschappen in Nederland in het proces van maatschappelijke integratie.)

Wij en Zij: een veelkoppig monster

Een van de dingen die hij denkt, is vervat in een thema dat vele eeuwen oud is: het gaat om het thema wij en zij. Waarom denken mensen onmiddellijk zo? In één van zijn eerste onderzoeken werd aan groepen mensen die elkaar niet kenden gevraagd om in een kring te gaan zitten. Acht mensen kregen een groene en acht een blauwe badge. Ze moesten hun naam, beroep etc. vermelden en daarna vroegen we de mensen elkaar te beoordelen. De mensen met de dezelfde

kleur badge beoordeelden de mensen met hun kleur veel positiever.

Allemaal voor - tegen!

Prof. Caris toont een wereldkaart met daarin de vele verschillen Als het onder meer gaat tussen religies, oud/ jong, blank/ kleur, solidariteit/ eigen verantwoordelijkheid, hoog /laag opgeleid. Zie alleen al het verschil bij hooligans van voetbalclubs. Als je van Feyenoord bent, ben je niet van Ajax. Beide op één tribune is niet mogelijk door het wij en zij gevoel.

Page 3: Mini Conferentie - NOMB

3

Een van onze behoeftes is ergens bij te willen horen. Wij zijn sociale wezens. Hij geeft als voorbeeld de groet in Zuid Afrika: men zegt niet goedendag, Ubuntu (I am because we are): ‘ik zie jou’ en de ander antwoordt ‘ik ben het ook’. Het wij/zij is altijd en overal aanwezig. Ook het oordeel is altijd aanwezig. Dat schijnt een basisbehoefte te zijn. Maar als je ergens bij hoort, dan hoor je automatisch ergens niet bij. Als er een kwaadwillende tussen zit heb je zo ruzie.

Netwerken veranderen!

Miljoenen jaren geleden in de jagerscultuur was iedereen gelijk, ook vrouwen. Je had elkaar nodig. Dat wisten de jagers heel goed. Het waren netwerkers. Ze hadden ruzie met een andere jagersclub, want die kwamen op hún territorium. Wetenschappers denken dat het ook kwam omdat de andere groepen soms virussen hadden waar de eerste groep niet tegen bestand was. Nu zijn we weer terug naar een samenleving van netwerken. Mensen accepteren geen hiërarchie meer. Er wordt minder naar machthebbers geluisterd, een arts heeft minder status dan vroeger om maar een voorbeeld te noemen. We komen steeds meer waar we thuishoren: een netwerk van gelijken. Zo heeft hij ook voor een onderzoek contact gehad met de luchtmacht waar een strenge hiërarchie heerst, maar in de koffiekamer zijn het netwerkers en valt de hiërarchie weg. We leven in een tijdperk van veel netwerken. Landen, religies, sportclubs, een idee dat je aanhangt. Zet je je bijvoorbeeld in voor alzheimerpatiënten of niet. We zitten vaak in zo’n negen tot tien groepen en hebben daar het ‘wij’ gevoel. Het is voortdurend schakelen. Ik zit in tien clubs en heb ruzie met een heleboel clubs daaromheen. We zijn van dezelfde groep en die anderen horen daar niet bij.

Coöperatie en Competitie

Wij-zij hoort bij Coöperatie en Competitie. Ook binnen familie bestaat competitie, maar als er andere familie bij komt dan vinden we elkaar weer. Mensen zijn altijd en Coöperatief en Competitief. Coöperatie geldt overal doelen op lange termijn. Competitie slaat op korte termijn tussendoelen. De voorkeur gaat vaak uit naar korte termijn eigenbelang in plaats van de lange termijn en gezamenlijk belang.

Page 4: Mini Conferentie - NOMB

4

Coöperatie op de lange termijn is noodzakelijk. Als je mensen op de wereld zou vragen: vind je belangrijk dat de aarde blijft voortbestaan, zou iedereen ja zeggen. Maar als je nu aan me vraagt om de auto te laten staan, dan kijk ik er anders tegenaan... Op lange termijn moeten we komen tot een vreedzame aarde, maar anderen hun zin geven vinden we moeilijk. Als ik meer verdien dan zij vind ik dat terecht want ik werk toch harder? De voorkeur gaat dus vaak uit naar korte termijn. Eigenbelang in plaats van lange termijn gezamenlijk belang. Als een moeder borstvoeding geeft aan haar kind komt het knuffelhormoon oxytocine vrij. Ook als we gezellig bij elkaar zijn. Als dan een vreemde aanbelt vinden we dat niet fijn. Het knuffelhormoon is ook een conflicthormoon. Dat is ook het geval bij een ruzie tussen hooligans. Het geeft een goed gevoel. Net als pesten op school. Een groep kinderen vindt zichzelf in het pijn doen van die ene en dat geeft een fijn gevoel. We hebben ermee te leven. Het heeft ooit een functie gehad, maar de vraag is: zijn mensen behept met dingen die geen functie meer hebben? Onze vetzucht en voorkeur voor suiker en vet was ooit heel functioneel. We zitten met een geschiedenis. De productie van dat hormoon dat moet een keer overgaan. Het is niet meer functioneel maar voorlopig zitten we ermee.

Dus is er geen strijd dan verzinnen we strijd. Daarom is het fijn dat de sport in Nederland een grote plaats in neemt. Maar waarom vinden we vervelend dat dit ten koste van anderen gaat? Er komen steeds grotere verschillen, maar we komen elkaar steeds meer tegen. Toen we als kind speelden, wisten we zeker dat we nooit in een vliegtuig zouden zitten. Men woonde in een straal van 10 km van hun ouders. Nu leven we globaal. In Afrika hebben veel mensen een mobiele telefoon. Ze kunnen zien wat we doen en lezen dat we in West Europa de helft van het eten weggooien. Stel je voor: je kinderen hebben honger. Vind je het gek dat iemand zegt: ‘Ik ga erheen en vraag naar de helft van het eten, dan lossen we twee problemen op’. Sommige mensen beseffen dat. In Afrika gaan de mensen vaak anders met elkaar om. Een onderzoeker zette een mand eten neer en zei tegen kinderen: wie het eerst is kan het meeste pakken! Maar de kinderen gaven elkaar een hand en gingen samen eten. Je moet niet pakken, je moet delen! Er zijn steeds meer verschillende groepen door o.a. de toenemende emancipatie. Ook gezondheid, opleiding, mobiliteit en welvaart nemen toe. Onze mogelijkheden worden feller en harder o.a. door wapens, er zijn processen ontstaan om te liegen, foute attitudes zijn aangeleerd: “Als ik iets fout doe, komt dat door de omstandigheden”. Binnen de groep moeten we het eens worden. Laatst had Paul Cliteur het over onze waarden: vrouwengelijkheid, iedereen van waarde, etc. Prof. Caris dacht terug aan de 60er jaren. Hierdoor maken nieuwe waarden geen kans meer.

Page 5: Mini Conferentie - NOMB

5

Fragmentatie (versimpeling) – we zien altijd stukjes en politici maken daar gebruik van. Maar als je het geheel overziet, dan is het totaal heel anders. Overstijgen van attributiefout, groepsdenken, fragmentatie: laat de andere kant zien en toon het gehele beeld. Als je alles bij elkaar optelt, dan heb je mechanismes die we gebruiken om te zeggen dat wij beter zijn dan zij. Iedereen doet dat, politieke partijen. Maar je kunt het met twee groepen nog zo goed doen. Als je niet samenwerkt dan heb je toch een probleem. Er is altijd sprake van wij-zij dus van zowel coöperatie als competitie. Wij-Zij en dus kun je competitie niet voorkomen. Je kunt het wel richten en gebruiken. Met gerichte aandacht kan coöperatie worden versterkt (Fehr & Gintis) en tijdsdruk verhoogt coöperatie. Ook bekendheid en vertrouwen verhogen coöperatie Gezamenlijke (operationele) doelformulering: We leven in deze wereld en moeten het echt samen doen. Competitie is gewenst maar alleen tussen gelijkwaardige partijen en met afgesproken spelregels.

Organiseer Competitie

We moeten regels definiëren en ons aan de regels houden zodat we niet met verschillende wapens vechten. Organiseer competitie raadt prof. Caris aan. Competitie organiseren, zorgen voor integrale doelen op lange termijn. Competitie met een externe vijand versterkt de interne cohesie, maar dan moeten we wel weten wie of wat die externe vijand is. Misdaad, Dictators, (Milieu-)rampen, Armoede? We moeten een gezamenlijk doel formuleren. Organiseer de competities en overstijg groepsdenken. Er komen allemaal gesegmenteerde partijen. We moeten cohesie versterken. De wereld is niet eenduidig we kunnen niet zeggen dit is het probleem en zo lossen we het op. We hebben elkaar nodig en we moeten beginnen met het besef dat we elkaar nodig hebben, door de generaties en culturen heen.

Verschillende leiders, maar we zijn allemaal leiders

Er is individueel materialisme en collectief idealisme. Misschien komen we nooit bij het collectief idealisme, maar we moeten zorgen dat we er komen en ons niet laten slachten. Maar wie zorgen dat het niet lukt? Je mag best meer samenlevingen hebben. Competitie wie doet het beste: kijken wie is het gelukkigste. waar leef je het beste en kijken hoe ze het voor elkaar krijgen. Je hebt verschillende leiders nodig. Maar we zijn allemaal leiders en hebben onze verantwoordelijkheid. Je kunt een stukje bijdragen. Prof. Caris is blij met het bestaan van het NOMB. Hij eindigt met te zeggen: Dat zijn schakels die je nodig hebt om dingen voor elkaar te krijgen. Hij wenst de aanwezigen een leuke competitie, maar vooral veel coöperatie toe.

Page 6: Mini Conferentie - NOMB

6

Inleiding dr. Ibrahim Yerden (zie de powerpoint presentatie op de site) Zorg en wonen voor Turkse ouderen, een intergenerationele aanpak door Dr. Ibrahim Yerden (Dr. Yerden is cultureel antropoloog en onderzoeker onder meer bij het Instituut Maatschappelijke veerkracht in Haarlem Hij heeft verschillende onderzoeken verricht naar (etnische) ouderenproblematiek op het gebied van wonen, welzijn en zorg. Hij heeft vergelijkend onderzoek gedaan in o.a. Nederland, België en Frankrijk.

Cultuur sensitieve zorg

Hij sprak in een verpleeghuis met een Turkse man die zei dat hij zich niet goed voelde, hij voelde zich vies. Hoewel de man er gezond uit zag sprak dr. Yerden de verpleegster aan. Die zei dat ze hem net had gewassen. Maar de man voelde zich al maanden niet schoon. Wat hij bedoelde was, dat bij Turkse en Marokkaanse mannen de oksels geschoren worden, anders voelen ze zich niet prettig. De verpleegster zei dat het niet haar taak was dit op te lossen. Want dat deden ze ook niet voor de Nederlandse ouderen. Dr. Yerden heeft toen ook met de directie gesproken: hoe moet je omgaan met allochtone ouderen? Na 1,5 jaar was het beleid binnen het verpleeghuis zo dat er een aparte aanpak was gekomen voor mensen met andere achtergrond. In tussentijd heeft de oudste zoon het okselhaar van zijn vader verzorgd. Voor een adequate hulpverlening is een wij/zij nodig.

Zorgopvattingen etnische ouderen uit het land van herkomst; zorg

voor ouderen is vanzelfsprekend Ouderdom is een universeel verschijnsel. Er zijn overeenkomsten en verschillen. Algemene kenmerken van een bepaalde leeftijd zijn: als je ouder bent, ben je thuis en werk je niet meer, denken sommigen. Vaak begrijpt men niet dat door deze leefstijl je gezondheidsklachten toe kunnen nemen. Dat zijn de algemene gegevens. Maar als we uitgaan van de plaats waar we vandaan komen, onze afkomst, dan differentiëren we bijvoorbeeld op basis van eten, religie en gewoonten. Etniciteit brengt deze verschillen voort. Etnische ouderen kunnen gedefinieerd worden op basis van religie, (eet)gewoontes, zorg voor ouders, als aparte groep binnen onze samenleving.

Page 7: Mini Conferentie - NOMB

7

In een internationaal aangepakt onderzoek is gekeken naar de definitie van ouderen, van hun waarden en hoe jongeren ermee om gaan.

Ouderen hebben hun cultuur meegenomen en vormgegeven in de Nederlandse samenleving. In Amsterdam is door een Turkse cultuur met eigen restaurants, winkels, etc. vormgegeven aan de infrastructuur. Het is goed georganiseerd. Toen ze jong waren hadden ze nog gedacht dat ze terug zouden keren naar hun geboorteland. De overheid dacht hetzelfde en is laat van start gegaan te zoeken naar wegen hoe de integratie

vorm gegeven moet worden. Het werd een probleem toen de eerste generatie hulpbehoevend werd. Als kinderen verzorgden zij hun kinderen. Dat was een vanzelfsprekendheid. Als je erover praat, denken ouderen dat kinderen niet meer voor hun ouders wilden zorgen. Bij Marokkanen is dat hetzelfde. Wederkerigheid was verplicht. Die cultuur is meegenomen naar Nederland.

Zorgpraktijken kinderen

De kinderen zijn hier geboren en getogen en zijn deelgenoot aan de Nederlandse samenleving. Het werd een probleem wie voor de ouderen zouden zorgen. De ouderen vonden het een verplichting, maar de kinderen hadden hier hun studie en namen de waarden en normen van de Nederlandse cultuur over. De zorg in het moederland was patriarchaal georganiseerd. Mannen waren verplicht te zorgen, maar de vrouwen moesten de taken uitvoeren. In Nederland zijn de vrouwen mondiger geworden. Ze hebben geen tijd. Ze wilden afstand nemen. Het werd een verborgen conflict tussen generaties. Ze durfden daar niet over te praten. De hulpverleners waren niet geïnteresseerd want die dachten ook dat de kinderen voor de ouders zouden zorgen.

Gevarieerde zorgpatronen

In 2002 zat dr. Yerden in een adviescommissie van de toenmalige minister Borst. Het ging over AOW’ers, hoe moesten ze daarmee omgaan. Men wilde beleid ontwikkelen, maar men wist niet hoe men met etnische ouderen moest omgaan. De 2e generatie had het idee van de verzorgingsstaat. Maar wat gebeurde er: het afbreken van de verzorgingsstaat bracht het zo lang mogelijk thuis wonen steeds meer in zicht. Het zijn tegengestelde ontwikkelingen. Voor dit soort ontwikkelingen heb je het NOMB voor een bewustwordingsproces: bewustwording binnen de overheid en de hulpverlening in Nederland nodig. Etnische kinderen proberen zich zoveel mogelijk aan te passen aan de Nederlandse situatie. Het bewustwordingsproces moet op gang worden gebracht. We zullen in de toekomst grote problemen hebben in Nederland en Europa. Ouderen worden aan hun lot overgelaten. Instellingen moeten worden benaderd om de kloof tussen de verwachtingen van ouderen en instellingen te dichten. De ouderen zullen verplicht opgenomen worden in een verpleeghuis als het thuis niet meer gaat. Maar de hulpverlening had geen ervaring met etnische ouderen en jongeren geen ervaring met instellingen voor ouderen. In 2005 zijn ontwikkelingen op gang gekomen: instellingen proberen aan te sluiten bij behoeften van ouderen.

Page 8: Mini Conferentie - NOMB

8

Zorg verplicht tot wederkerigheid. Jongeren hebben een emotionele binding met de ouderen. Het gaat om cultuur sensitieve zorg.

Cultuur sensitieve zorg

Dr. Yerden noemt enkele voorbeelden van woongroepen waar medewerkers proberen tegemoet te komen aan verwachtingen van de (etnische) ouderen.

Zorgcentrum de Beukelaar van de Laurens groep in Rotterdam

Verpleeghuis Şefkat: Boxtel van de Zorggroep Elde

Woongroepen voor Turkse ouderen te Haarlem, Amsterdam, Tilburg, enz. De gevarieerde zorg ging door in Nederland.

Pendelende ouderen Een paar jaar geleden kwam een groep uit Den Haag naar dr. Yerden toe. De ouders pendelden tussen Turkije en Nederland, maar ze wilden zo lang mogelijk daar in Turkije wonen. Wie moest dan daar voor ze zorgen? De jongeren wilden een woon/zorg project realiseren daar waar hun ouders vandaan kwamen. Toen is er een initiatiefgroep samengesteld. Het oog viel op Bahadin in Turkije. Dit is een puur Europees dorp waar veel ouderen wonen uit o.a. Den Haag, Deventer en Rotterdam.

Vanuit Bahadin was wel 90% van de bevolking geëmigreerd. De Inwoners leefden voor 80% van de landbouw. Ouderen hadden veel geïnvesteerd in huizen. In de zomer werden verschillende talen door elkaar gesproken.

Pendelen en toenemende zorgafhankelijkheid van ouderen

Hoe gaan kinderen in Nederland om met pendelende ouderen die zorg nodig hebben? Met een andere wetenschapper (Hans Bekkers) is hij aan de slag gegaan en ze zijn in de zomer van 2013 gestart toen alle pendelende ouderen in het dorp waren. Men heeft gekeken naar overeenkomsten in de diverse landen. Al bij de eerste bijeenkomst was de zaal vol. Men wilde hier in Nederland en daar in Turkije wonen, maar de kinderen konden daarbij niet helpen. Er was draagvlak om conferenties te organiseren om te inventariseren. wat willen mannen, vrouwen en jongeren. De potentiële doelgroep werd gedefinieerd. Bewustwording was belangrijk. Wie zou voor ze gaan zorgen? Er ontstond discussie over zorgafhankelijkheid en er werden in diverse landen bijeenkomsten gehouden. Bij elke bijeenkomst waren meer dan 200 mensen aanwezig, waarvan de meerderheid vrouwen waren die erg geïnteresseerd waren. Voor ouders waren jongens belangrijk voor de zorg, maar de vrouwen zeggen de ouders hechten meer waarde aan zoons, maar wij moeten het werk doen.

Page 9: Mini Conferentie - NOMB

9

Er is met bijna 4000 mensen gesproken en een plan van aanpak is in kaart gebracht. Hoe moeten de jongeren zorg organiseren in Nederland en in het land van herkomst? Wie gaat dat financieren? Het was een interessante ontwikkeling maar er was geen financiering. Toen gingen de kinderen zelf de financiering op touw zetten en brachten circa 1,5 ton bijeen. Toen gingen de ontwikkelingen snel. Dr. Yerden heeft de ontwikkeling in schema gezet: elke fase heeft zijn eigen problemen en zijn eigen oplossingen nodig. Dr. Yerden laat de organisatiestructuur zien van de stichting “Oud worden in Bahadin” in Nederland. Hoe ga je om met de Nederlandse zorgstructuur. Er waren lange discussies over het gebouw en hoe het Nederlandse zorgmodel kon worden geprojecteerd. Er kwam een internetverbinding zodat de kinderen 24 uur met de ouders kunnen praten. Alle ouderen hebben daar een eigen huis om zo lang mogelijk thuis te kunnen blijven wonen. Als de ouderen naar Nederland komen, wordt er voor hun huis daar gezorgd. Op dit moment zijn er 12 wooneenheden en het kunnen er 24 worden. Voor de zorgorganisatie is er een coördinator, twee verpleegkundigen, een kok, een chauffeur, schoonmakers en vrijwilligers uit Bahadin De officiële opening is gepland in mei 2017. Iedereen is uitgenodigd!

Samenvatting

Ouderen kwamen met waarden en normen naar Nederland

Kinderen zijn druk bezig net aanpassen aan de Nederlandse situatie

Kinderen willen graag voor hun ouders zorgen en hebben een andere vorm ontwikkeld

Ouderen kunnen ook kiezen.

Page 10: Mini Conferentie - NOMB

10

Inleiding van dr. Bas Steunenberg (zie de powerpoint presentatie op de site) Wie zorgt er voor de oudere migrant? door Dr. Bas Steunenberg (Dr. Steunenberg is docent aan de Hogeschool Utrecht bij de opleiding Management in de Zorg. Tevens is hij onderzoeker bij het Lectoraat Innovatie van Zorgprocessen in de Farmacie. Hij is lid geweest van het projectteam ’De stem van de oudere Migrant’ uitgevoerd bij het Netwerk Utrecht Zorg voor Ouderen (NUZO-UMC Utrecht) in het kader van het Nationaal Programma Ouderenzorg (ZonMW). De resultaten uit dit onderzoek hebben de problematiek blootgelegd waarin oudere kwetsbare migranten in het Nederlandse zorglandschap verkeren. In zijn bijdrage zal dr. Steunenberg ook nader ingaan op de resultaten van een project met oudere migranten als klant in de openbare apotheek.)

Dr. Steunenberg heeft zelden zoveel ouderen gezien en vooral zo’n verscheidenheid aan ouderen. Mooi dat in Brabant alles samenwerkt. “Blijf dat vooral doen” raadt hij aan.

Hij wijst voor zijn presentatie naar de site Pharos.nl. Daar kunt u het eindproduct van vier jaar werken uitgebreid lezen

Vergrijzing met een kleurtje!

Prof. Steunenberg is bijna 15 jaar werkzaam in onderzoek voor ouderen. De verwachting was dat In 2030 de verzorgingstehuizen vol zouden zijn en dat in 2050 het hoogtepunt van de vergrijzing zou zijn bereikt. Hij toont een grafiek die een hele harde stijging laat zien in niet westerse allochtonen. Daar hoorden we 15 jaar geleden niets van. Men dacht dat de mensen wel terug zouden gaan.

In 2010 toen de eerste ouderen kwamen, ontstonden de problemen. Daar komt nog bij dat de verzorging wordt afgebouwd. Dr. Steunenberg toont in een Grafiek de stijging bij allochtone en autochtone groepen tussen 2020 en 2050.

Page 11: Mini Conferentie - NOMB

11

Demografische kenmerken:

• De meeste Turkse, Marokkaanse en Surinaamse ouderen wonen in de vier

grootste steden • 90 % van de mannen is gehuwd • 60 % van de vrouwen is gehuwd • Laag tot geen opleidingsniveau • 60 % heeft moeite om een gesprek in het Nederlands te voeren • Kennis over gezondheid, ziekte en het eigen lichaam ontbreekt • 60-70 % heeft een financieel achtergestelde positie

De meeste Turkse, Marokkaanse en Surinaamse ouderen wonen in de vier grote steden. De aandacht gaat daarom vaak naar grote steden, maar het gaat ook over de kleinere steden en dorpen. Er is een groot verschil in de percentages gehuwden. Meestal was de man ouder bij het huwelijk en de vrouw blijft vaak achter als weduwe. Een belangrijk aandachtspunt is de opleiding. Om de Nederlandse gezondheidszorg te begrijpen. Daar heb je achtergrond voor nodig. Gisteren had prof. Steunenberg nog een gesprek met een studente waarvan oma geen Nederlands spreekt. Zij moet vaak tolken. Afhankelijkheid van mantelzorgers. Wat doe je eraan als iemand 70/75 is? Moet die nog op taalcursus? Vaak willen ze wel, maar de overheid wil dat niet financieren. De allochtone ouderen leven in een andere situatie dan Nederlandse ouderen. Hij geeft in een casus het persoonlijke verhaal van meneer Aimuni weer, die geboren is in Izmir Turkije. Meer wonderen doen met weinig geld.

Ik ben nu 58 jaar, gescheiden. Mijn kinderen zijn al lang de deur uit. In 1983 ben ik hier komen wonen. Ik heb altijd schoonmaakwerk gedaan om ervoor te kunnen zorgen dat mijn kinderen een opleiding konden volgen. Mijn gezondheid is de laatste jaren heel erg slecht geworden. Ik heb reuma. Nu leef ik al weer een paar jaar van een bijstandsuitkering. Iemand had mij verteld dat ik bij de gemeente kon vragen om bijzondere bijstand. Daar kun je voor in aanmerking komen als je hoge zorgkosten hebt. Maar toen ik uitlegde waarvoor ik kwam had ik het idee dat ze dachten dat ik het allemaal verzon. Ik voelde me haast een crimineel. Ik ben maar weer weggegaan…

Dit is een persoonlijk verhaal, maar het komt veel vaker voor.

Page 12: Mini Conferentie - NOMB

12

Ervaren van gezondheid

De eerste generatie allochtonen ervaren hun gezondheid als slechter dan autochtone Nederlanders. Het percentage hart en vaatziekte is hoog bij Turkse mannen: roken is heel normaal. Ook het aantal gewrichtsproblemen is bij Turkse ouderen hoger. Sporten en bewegen is voor ons allemaal van belang. Er is ook veel stress door het migreren van het moederland naar Nederland en het wennen aan een nieuw land.

Ziektebeleving

Het uitspreken van ziekte gebeurt minder waardoor je ze minder bij de artsen ziet.

Leefstijl

Eten aan de Middellandse zee is gezonder dan wat Nederlandse mensen gewend waren. Olijfolie is beter dan stamppot. Maar de Turkse thee met veel suiker en de Turkse tabak vormen weer een risicofactor. Zorgprofessionals gaan er steeds meer op inspelen. Diabetes 2 – zoete maanden: in een film wordt in eigen talen uitgelegd waarom het tijdens de Ramadan belangrijk is om medicijnen te blijven innemen en niet te veel suiker te gebruiken. Deze film geeft kennis en informatie. Het NOOM (Netwerk van Organisaties van Oudere Migranten) heeft ook interventie ontwikkeld: bewegen en cognitieve stimulatie – door doorgeven van een bal train je ook je geheugen. In Utrecht komen Chinese ouderen bij elkaar. Zij zijn nog erg beweeglijk.

Gebruik thuiszorg

Het gebruik van thuiszorg is vele malen minder dan dat van Nederlandse ouderen. De data zijn inmiddels veranderd, maar de heer Steunenberg denkt dat er niet veel veranderd is. De moeilijkheid zit er in dat de ouderen hun behoeften niet uiten, niet laten zien. Daarom wordt er ook niet gezocht naar zorg en welzijn. Een keurige informatie die telefonisch of per brief wordt gegeven wordt niet begrepen, zo de brief al wordt gelezen, men is ook bang voor kosten achteraf. Men weet niet wat de gevolgen zijn en wat er kan gebeuren. De eerste generatie allochtonen ervaren hun gezondheid als slechter dan autochtone Nederlanders.

Gebruik formele zorg door ouderen

Page 13: Mini Conferentie - NOMB

13

67% van Nederlandse ouderen maakt gebruik van de formele zorg. Alleen de Surinaamse oudere (80%) maakt hier meer gebruik van, terwijl de gezondheidssituatie van Turkse en Marokkaanse ouderen zo is dat ze vaker formele zorg nodig hebben.

Palliatieve cultuur in Nederland

In Nederland is men erop gericht goed dood te gaan en het sterven te bespreken. Een cultuur van geen ‘zinloze’ behandelingen als euthanasie/sedatie is bespreekbaar en de pijnbestrijding is maximaal.

Palliatieve cultuur in niet-westerse gemeenschappen

Door religie wil men zo lang mogelijk behandelen en de voeding niet staken. Veel alternatieve behandelingen door o.a. kruiden en smeersels. Geen euthanasie/palliatieve sedatie. Angst voor bijwerkingen van pijnmedicatie, men wil helder blijven en niet versuft worden. Je moet openstaan voor Allah en goed weten wanneer het jouw moment is. Paracetamol betekent niet serieus genomen worden. De zorg moet daarop inspelen.

Zorggebruik door niet-westerse migranten

Men hecht veel belang aan zorg door de naaste familie. Bovendien zijn er vaak communicatieproblemen en er is onbekendheid met het ziektebeloop en de zorgmogelijkheden.

• Patiënt en zorgverlener begrijpen elkaar niet • Klachten worden op een andere manier onder woorden gebracht • Werken met een tolk (uit de familie: vertrouwd maar ook schaamte, patiënt in

bescherming nemen) Kennistekort

• Laagopgeleide patiënt - beperkte kennis van eigen lichaam • Onwetendheid over mogelijke zorg en behandelingen • Wat mag wel en niet in cultuur of geloof (bijvoorbeeld pijnbestrijding)

De taalbarrière en aandachtsproblemen hebben geleid tot het oprichten van het NUZO: De stem van de oudere migrant

• Dit project streeft naar toegankelijke zorg voor de oudere migrant. Kern is de inzet van sleutelfiguren uit de eigen gemeenschap van migranten. Zij vormen een schakel tussen oudere migranten en het bestaande lokale netwerk van instellingen voor zorg, welzijn, wonen en inkomen.

• Deze sleutelfiguren hebben een vertrouwensband met de oudere migranten • Zij zijn in staat om bruggen te slaan naar vertegenwoordigers van betrokken

instellingen. • De sleutelfiguur inventariseert de wensen en behoeften via individuele

huisbezoeken en algemene voorlichtingsbijeenkomsten. • Uit deze inventarisatie worden verbeterprojecten vastgesteld.

Verbeterprojecten zijn initiatieven die moeten leiden tot een beter toegankelijke zorg, wonen en welzijn voor oudere migranten.

Je moet aantonen dat iets werkt dan krijg je er meestal subsidie voor. Door huisbezoeken heeft men de problemen geïnventariseerd en er zijn voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd in eigen taal en cultuur.

Page 14: Mini Conferentie - NOMB

14

Dat heeft geleid tot een verbeterproject om samen de problemen aan te pakken:

Multicultural Health Broker

Dit idee is in Canada en Amerika ontstaan. Het verbindt families en gemeenschappen met voorzieningen voor gezondheid en welzijn:

• biedt gratis diensten aan in de eerste taal van de familie; • is een tweetalig en bi cultureel lid van een gemeenschap; • helpt families met toegang tot voorzieningen in zorg en welzijn; • vertolkt en geeft culturele uitleg; • bevordert het cross culturele begrip binnen zorg en welzijn; • bevordert de zelfredzaamheid van migranten.

Project in vogelvlucht

Er zijn nu drie locaties in Utrecht, Tiel en Harderwijk voor Marokkaanse, Molukse en Turkse ouderen. Het belangrijkste om aan de start is iedereen mee te krijgen. Alle zorgpartijen, woningdienst etc. Als je wetenschappelijk onderzoek wil verrichten en metingen wil doen, zie maar dat je daar binnen komt. Zelfs met hulp van de gemeente kom je nog niet binnen. Maar op de manier met sleutelfiguren kom je overal binnen. Erg belangrijk voor het project waren de goede contacten met de moskee en met NOOM om dat voor elkaar te krijgen. Er vond een effect meeting plaats en er was een groep om te vergelijken via het AMC ziekenhuis. Bij het ziekenhuis was geen sleutelfiguur zodat we konden kijken wat het verschil was. Er vonden spiegelgesprekken plaats met huisartsen om te kijken wat er gebeurt als men contact zoekt met de huisarts. Voorbeeld van een verbeterproject: spiegelgesprek met huisartsen

• Ingrediënten: • Groep oudere Turken • Huisartsen • Tolken/Sleutelfiguur • Afspreken waarover gesproken wordt • Vervolgafspraken • Verder lezen: Steunenberg (2014 en 2015 in Bijblijven)

Een Turkse meneer begreep niet dat hij een afspraak moest maken via de praktijkondersteuner. Hij wilde direct naar de huisarts. In Turkije ga je gewoon er naar toe en blijft wachten in de wachtkamer tot je aan de beurt bent. Zijn klacht was ook dat hij na vijf minuten weer weg moest. In overleg werden de afspraken met de huisarts makkelijker gemaakt en ze kregen een kwartier de tijd. Ze worden ook geadviseerd om lijstjes met vragen op te stellen. Na half jaar was iedereen blij. Maar nu zijn er weer klachten over verschillende medicijnen.

Belangrijkste conclusies uit het Stem van de Oudere Migranten

Project:

Onze resultaten bevestigen het beeld dat oudere migranten een slechtere fysieke en geestelijke gezondheid en sociaal economische positie hebben dan autochtone ouderen ervaren. Dat geldt vooral voor Turkse en Marokkaanse ouderen. Molukse ouderen benaderen de gezondheidskarakteristieken van de autochtone ouderen.

Page 15: Mini Conferentie - NOMB

15

Migranten ouderen maken in gelijke mate gebruik van de huisartsenzorg, maar minder van de thuiszorg, verpleeghuiszorg, welzijn en paramedische zorg, zoals fysiotherapie.

Het project en daarmee dus de sleutelfiguurinzet is succesvol in het verbeteren van de kennis over gezondheid en ziekte bij de doelgroep.

Binnen de looptijd van dit project zien wij geen toename in zorggebruik (huisarts, curatieve gezondheidzorg, verpleeg- en verzorgingshuis) bij de doelgroep. Dit kan verklaard worden door de toegenomen kennis over gezondheid en ziekte en het zorgsysteem, waardoor zij een grotere zelfredzaamheid tonen en beter de weg weten te vinden in het Nederlandse zorgsysteem.

De lokale welzijnsinitiatieven zijn enthousiast ontvangen door de doelgroep en worden goed bezocht. In de groep ouderen die actief heeft geparticipeerd in deze welzijnsactiviteiten vonden wij een significante daling van de gevoelens van eenzaamheid.

De gezondheid van oudere migranten is slechter dan van Nederlandse ouderen. Men maakt ook weinig gebruik van fysiotherapie. Er moet meer aandacht komen voor de verschillen. Door de voorlichting is de kennis toegenomen. Belangrijk is dat in hun taal en tempo te doen. Het aantal bezoeken aan de huisarts is gestegen ende ziekenhuisopname is licht afgenomen. Er was een welzijnsinitiatief voor een buurthuis bij de moskee. De ouderen vonden de huiskamer heel mooi. Toen de subsidie op was heeft de gemeente besloten om geen subsidie te geven, maar na lang praten heeft men besloten om een uitzondering te maken. Hopelijk heeft dit initiatief vervolg. Wij zijn nu bezig met een vervolgproject in apotheekzorg, vertelt prof. Steunenberg. Op dit moment loopt een project inzake therapietrouw laaggeletterden, maar dat is een andere groep dan de allochtone oudere. Waarom zou de apotheek geen bijsluiter in de andere talen leveren? We wijzen op het belang van culturele sensitiviteit voor toekomstige professionals. Met ouderen wordt gesproken in dit project. Men zegt: de kennis maakt me niet zo veel uit maar wel de communicatie. Dat geldt voor alle ouderen en dat wordt de studenten aangeleerd. Ook basiskennis over pijn, fysieke verzorging en dementie komen aan bod.

Page 16: Mini Conferentie - NOMB

16

Terugblik NOMB 2014-2016 en afsluiting door mevr. Canan Yenice, projectleider (zie de powerpoint presentatie op de site)

Mevr. Yenice zegt dat er veel verteld is over theorie en praktijk. Als projectleider van het NOMB kent ze vrijwel iedereen in de zaal. Het NOMB heeft inmiddels een stevig netwerk in Brabant opgebouwd. Er zijn veel vrijwilligers die ondersteuning bieden. De eigen identiteit en de overeenkomsten binden mensen en het is goed kennis uit te wisselen

Ze vertelt over de ontstaansgeschiedenis van het NOMB. Via een verkennend onderzoek via het VBOB met financiële steun van de Provincie Noord-Brabant werd de noodzaak aangetoond van samenwerking tussen de allochtone ouderenbonden en de autochtone ouderen initiatieven, verenigingen en bonden in Brabant. Er moest o.a. een kundig bestuur komen en een ervaren projectleider. Er moest een geschikte werk- en ontmoetingsruimte komen en een pool van vrijwilligers, mantelzorgers, jonge mensen. Twee jaren geleden zijn de NOMB vrienden voortgekomen uit een conferentie die ook in Tilburg werd gehouden, het middelpunt van Brabant. Ook wordt een netwerk opgebouwd met relevante instellingen

Wat is bereikt?

Er zijn inmiddels zo’n 300 NOMB vrienden en netwerken o.a. in: Tilburg, Waalwijk, Drunen, Breda, Bergen Op Zoom, Helmond, Eindhoven, ‘s-Hertogenbosch en St. Michielsgestel.

In samenwerking met de Avans Hogeschool Breda is een methodiek zelfactivering ontwikkeld (tool ontwikkeling)

Dialoog gesprekken in Eindhoven en Tilburg hebben plaatsgevonden op het gebied van Intergenerationele verbinding tussen senioren en jongeren. Deze ontwikkeling moet doorgezet worden.

In VBOB verband zijn vijf vrijwilligers tot cliëntondersteuners opgeleid

Er is een cursus cliëntondersteuning ontwikkeld, speciaal gericht op de cultuur specifieke achtergrond van jongere en oudere migranten (breed aanbod WMO)

In samenwerking met NOOM en Ieder-In zijn vrijwilligers getraind om voorlichting te verzorgen in eigen taal m.b.t. transitie AWBZ. Er zijn 32 voorlichtingen in Brabant verzorgd in één jaar tijd.

Page 17: Mini Conferentie - NOMB

17

De lijst van dingen die bereikt zijn, is nog lang niet af:

In samenwerking met ‘Dementie Onze Zorg’ zijn Brabant breed voorlichtingsbijeenkomsten in eigen taal verzorgd voor migranten organisaties.

In samenwerking met Alzheimer Nederland zijn vrijwilligers opgeleid tot voorlichter “Vaardig in Zelfzorg Dementie”

Er is ook een programma gemaakt in samenwerking met de stichting Schakelring inzake verbinding zorgaanbod-doelgroep.

In samenwerking met Alzheimer Nederland, afdeling Midden Brabant, werd een plan gemaakt binnen het initiatief proeftuinen dementie (COP) pilot dementie vriendelijke gemeenten.

NOMB voert initiatieven uit op het gebied van woongroepen voor migranten ouderen.

Brabant breed zijn voorlichtingsbijeenkomsten gegeven over eenzaamheid bij ouderen (aandacht voor de achtergronden van eenzaamheid verankerd in het brein).

De hierbij opgedane ervaringen hebben geleid tot het volgende project:

Health Care Atelier

Health Care Atelier (HCA): een zorginnovatie project onder 65+ alleenstaande Allochtone ouderen in Brabant Kern is: Leren omgaan met het brein. De methode van werken kan worden omschreven als

awareness method, een aanpak, waarbij de deelnemer de SPIL is waar alles omheen draait. SPIL staat voor Senioren Plaatsen zelf hùn Informatie in Leerprocessen.

Kortom: de doelgroep zet zichzelf in eigen kracht

Page 18: Mini Conferentie - NOMB

18

Hoe verder met het NOMB? We moeten op eigen kracht verder gaan op basis van verworven expertise, zegt mevrouw Yenice. En ook verbindingen aangaan met lokale zorgaanbieders en organisaties. Het NOMB zal samen met hen werken aan veerkracht voor ouderen. Dhr. Binderhagel sluit de conferentie en bedankt sprekers en aanwezigen.