Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar...

52
TEKSTAFFICHES WOI 2014 | 8 TIJDSCHRIFT VOOR BIBLIOTHEEK & ARCHIEF De indeling van culturele archiefinstellingen op regionaal niveau Stads- en gemeentearchieven op de frontlijn Wat zijn de criteria om te wieden in mijn collectie? Bruno Vermeeren over het einde van het Vlaamse bibliotheekbeleid MET DE RUG TEGEN DE MUUR Periodiciteit: Maandelijks • november 2014 • Afgiftekantoor: Turnhout • Erkenningsnummer: P802070

Transcript of Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar...

Page 1: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

TeksTaffiches WOi

2014 | 8

tijdschrift voor bibliotheek

& archief

De indeling van culturele archiefinstellingen op regionaal niveauStads- en gemeentearchieven op de frontlijnWat zijn de criteria om te wieden in mijn collectie?Bruno Vermeeren over het einde van het Vlaamse bibliotheekbeleid

Met De rug tegen De Muur

Per

iod

icit

eit:

Maa

nd

elijk

s •

no

vem

ber

20

14 •

Afg

ifte

kan

too

r: T

urn

ho

ut

• E

rken

nin

gsn

um

mer

: P8

020

70

Page 2: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

VVBADomdat informatie belangrijk is

VLAAMSE VERENIGING VOOR BIBLIOTHEEK, ARCHIEF & DOCUMENTATIEStatiestraat 179 2600 Berchem+32 3 281 44 57 [email protected] www.vvbad.be

Page 3: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

META 2014 |8 | 1

Droog broodVERANTWOORDELUKE UITGEVER

Julie Hendrickx, Statiestraat 179,

2600 Berchem

HOOFDREDACTEUR

Julie Hendrickx • [email protected]

REDACTIE

Klaartje Brits, Beatrice De Clippeleir,

Gerd De Coster, Ann De Meulemeester,

Ingrid De Pourcq, Noël Geirnaert,

Myriam Lemmens, Kris Michielsen,

Paul Nieuwenhuysen, Veronique Rega,

Peter Rogiest, Saskia Scheltjens, Eva Simon,

Patrick Vanhoucke, Bruno Vermeeren.

REDACTIESECRETARIS

Tom Van Hoye • [email protected]

REDACTIEADRES

VVBAD • META

Statiestraat 179, 2600 Berchem

Tel. 03 281 44 57

[email protected] • http://www.vvbad.be/meta

Reageer op Twitter: #overmeta

ADVERTENTIES

Marc Engels • [email protected]

LAY-OUT

Marc Engels

DRUK

EVM

META verschijnt 9x per jaar,

niet in januari, juli en augustus.

META is een uitgave van de VVBAD en is

begrepen in het lidmaatschap, maar is ook

verkrijgbaar als abonnement. Meer informatie

op http://www.vvbad.be/lidmaatschap.

ISSN 2033-639X

Julie Hendrickx, Hoofdredacteur

Een droge boterham eet niemand graag. Nochtans wordt dit binnenkort dagelijks voer. De provinciebesturen worden immers ontdaan van hun persoonsgebonden bevoegdheden. En dus hoogstwaarschijnlijk van het Streekgericht Bibliotheekbeleid

en de Provinciale Bibliotheeksystemen. Ook de taken in het kader van het Erfgoeddecreet worden stopgezet.

Weg met de tussenlaag. Jammer, want het geheel is meer dan de som der delen. Toch? Zo zijn brood en beleg lekkerder samen dan apart en zo zouden de ver-schillende beleidsniveaus elkaar, volgens het principe van complementariteit, aanvullen.

Of het nu gaat over een dun laagje boter, een sneetje kaas of gerookte zalm met kruidenkaas, komkommer en radijsjes (bijvoorbeeld), het is de tussenlaag of het toespijs dat het brood laat afsmaken. Het prikkelt de smaakpapillen. Dat doen ook de provincies. Door regionale samenwerkingen te ondersteunen, vor-mingen te organiseren en bovenlokale projecten te subsidiëren is hun voeling met het werkveld en zijn noden niet te onderschatten. Ze zitten dicht genoeg om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven.

Maar de situatie zoals ze was, was ook niet perfect. Dit is dus geen pleidooi voor het nodeloos vasthouden aan een gekende structuur. Waar het wel om draait is de voeling met het veld, die antennefunctie, de rol als consulent. Functies die ergens opgenomen moeten worden. Maar door wie?

We hebben het hier niet over iets extravagant, maar over iets cruciaal als ons dagelijks brood. En dat van een ander. Want met het gepraat over centen, struc-turen en bevoegdheden zouden we haast vergeten dat er ook nog mensen bij betrokken zijn. Medewerkers die hun baan geschrapt zien worden alsof het niet veel voorstelt. Hoe moet werken in zo’n onzekere situatie voelen? Hoe dikwijls verslikten zij zich al niet in hun lunch? Komt er snel iemand met een doordachte oplossing?

editoriaal

Page 4: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

META 2014/8Jaargang 90 - november 2014

VASTE RUBRIEKEN

1 EditoriaalDroog brood

4 Nieuws

24 SignalementDe openbare bibliotheek vanLummen

26 EtalageDe bibliotheek van de Faculteit voor Vergelijkende GodsdienstwetenschappenEddy Van Laerhoven

27 InzetJohan Poukens

28 Over de grensCENDARIDeirdre Byrne

30 TrendDoe mij maar een strip en een telescoopPatrick Vanouplines

31 UitgepaktWat is de ideale opnameresolutie bijdigitaliseren?Henk Vanstappen

34 De VraagWat zijn de criteria om tewieden in mijn collectie?Jan Van Hee

35 ColumnRemmen losEva Simon

35 Citaat

“JE KUNT HET ENFANT TERRIBLE WEL WILLEN UITHANGEN,MAAR ALS ER EEN REM OP ZIT, DANLuKT DAT NIET.”

38 Kroniek• Studiereis Berlijn• IFLA 2014

42 Toepassing

43 Recensies

44 Personalia

45 Zo gehoordDanie De Sadeleer

47 Activiteiten

48 Uitzicht

2 | META 2014 | 8

inhoud

Page 5: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

14

Je kan niet naast de herdenking van WOI. Ook niet in dit nummer van META. Tekstaffiches zijn een belangrijke bron voor de geschiedenis over het dagelijkse leven tijdens WOI. Helaas werden ze niet altijd in de beste omstandigheden bewaard en zijn ze nauwelijks ontsloten.

Tim De Doncker vertelt u over het project ‘Tekstaffiches: spiegel van het dagelijkse leven tijdens de Eerste Wereldoorlog’ dat actie onderneemt om het tij te doen keren. Maar wat als je amper nog archief hebt? Chris Vandewalle doet het relaas over stads- en gemeentearchieven op de frontlijn en hun zoektocht.

INTERVIEW

Een gesprek met de verantwoordelijkenvan de culturele archiefinstellingen van vier Vlaamse provincies

“IK STEL TOCH VAST DAT ER TOCH VEEL MINDER CuLTuRELE ARCHIEVEN ERKEND EN INGEDEELD ZIJN DAN MuSEA.”

Tekstaffiches Eerste Wereldoorlog

Tim De Doncker

Stads- en gemeentearchievenop de frontlijn

Chris Vandewalle

Essay: Het einde van het Vlaamse bibliotheekbeleid

Bruno Vermeeren

.............. 8

............ 19

............ 32

ARTIKELS

inhoud

8

Page 6: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

De academische overheid van de universiteit Antwerpen heeft te kennen gegeven dat ze de opleiding IBW vanaf volgend academiejaar niet langer zal inrichten. Dit acade-miejaar is het laatste jaar waarin nieuwe studenten de oplei-ding kunnen aanvatten. In 2015-2016 zal enkel het tweede deel van het halftijdse modeltraject georganiseerd worden zodat alle studenten hun studie kunnen voltooien.

De voornaamste reden hiervoor is de besparingsoperatie die de universiteiten de komende jaren moeten doorvoeren. Gekoppeld met het financieel moeilijke statuut van postgra-duaten in het algemeen en het wegvallen van een substan-tiële provinciale subsidie heeft tot deze beslissing geleid.

Na 31 jaar houdt de opleiding Informatie- en Bibliotheekwetenschap dus op te bestaan. Voor de IBW-medewerkers heeft dit uiteraard grote gevolgen, maar de implicaties voor de sector zijn nog groter, nu ook de

toekomst van de graduaatsopleidingen onzeker is. Een hele sector dreigt zonder opleiding te vallen.

uit onderzoeken die IBW in 2014 uitvoerde, bleek dat zowel studenten als de sector het grote belang van een universi-taire opleiding informatie- en bibliotheekwetenschap bena-drukken. Zo gaven maar liefst 102 van de 251 responden-ten in een enquête aan een masteropleiding informatie- en bibliotheekwetenschap te willen volgen, mocht die ingericht worden. Sinds jaren bedragen de inschrijvingscijfers voor IBW 70 of meer studenten. Het draagvlak voor de opleiding is er, zowel bij de studenten als bij de sector.

IBW begint dus aan zijn laatste volledige jaar, maar niet zonder de hoop dat iemand in Vlaanderen inziet wat voor een mooie kans hier is blijven liggen, en een soortgelijke opleiding inricht.

Eva Vleugels

“VOOR DE IBW-MEDEWERKERS HEEFT DIT uITERAARD GROTE GEVOLGEN, MAAR DE IMPLICATIES VOOR DE SECTOR ZIJN NOG GROTER.”

Het einde van IBW

Het Museum voor brieven en manus-cripten in Brussel en Parijs organi-seert voor het eerst een wedstrijd voor het schrijven van de mooi-ste Nederlandstalige liefdesbrief (zie affiche bijgevoegd bij deze Meta). De originele liefdesbrie-ven van Napoleon Bonaparte, Tsaar Alexander, Jean Cocteau, Fréderic Chopin en vele andere konden in het museum op grote belangstel-ling rekenen tijdens de tentoonstel-ling begin dit jaar.

Alle Vlamingen worden uitgenodigd om hun gevoelens op papier te zet-ten aan hun huidige partner, de part-ner van hun dromen of iemand die men helaas verloren is. Misschien is

dit ook wel de gelegenheid om zelfs een origineel huwelijksaanzoek te doen.

In deze jachtige tijden van SMS’en en emails, chatten en tweets wil het museum 130 jaar na Hendrik Conscience, het volk niet leren lezen maar terug leren schrijven. De laure-aten mogen hun prijs in ontvangst nemen tijdens een feestelijk galadi-ner in het Fort Napoleon in Oostende. Daar zal ook in 2015 een grootse ten-toonstelling over Napoleon geor-ganiseerd worden in samenwer-king met de diensten Cultuur en Toerisme van de stad Oostende. Op de Boekenbeurs zal de eerste editie van ‘Ik heb je lief’ gelanceerd worden.

Wie schrijft de mooiste liefdesbrief? > www.artalis.net

4 | META 2014 | 8

nieuws

Page 7: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Ontmoetingsmiddag: samen op weg naar de bibliotheek van morgenHoe gaan we om met het veranderende bibliotheek- en boekenlandschap? Hoe kan Standaard Boekhandel zijn dienstverlening nog meer aanpassen aan uw noden? Dat en veel meer bespreken we graag tijdens een ontmoetingsmiddag.

PROGRAMMA VAN 13.30 UUR TOT 17.00 UUR

Kastklare leveringen: Ontvang uw bestelling kastklaar dankzij de samenwerking tussen NBD Biblion en Standaard Boekhandel

Webtoepassing Snelboek: Toppers even snel beschikbaar in uw bibliotheek als in de boekhandel

Webtoepassing Collectiemanagement: Een stevige steun in de rug voor de collectievormers

PRAKTISCH

Antwerpen: dinsdag 18 november 2014 San Marco Village (Schelle)

Vl.-Brabant: donderdag 20 november 2014 Faculty Club (Leuven)

West-Vl.: maandag 24 november 2014 Hotel Van der Valk (Oostkamp)

Limburg: dinsdag 2 december 2014 Hogeschool PXL (Hasselt)

Oost-Vl.: donderdag 4 december 2014 Braemhof Kasteelhoeve (Gentbrugge)

Mis deze unieke kans niet! Bevestig uw aanwezigheid zo snel mogelijk aan [email protected] met vermelding van het aantal personen.

Uitgebrande Mackintosh-bibliotheek zoekt geld voor restauratie De Glasgow School of Art, het meester-werk van Charles Rennie Mackintosh, is vrijdag 23 mei flink beschadigd door een brand. De brandweer kon 90 procent van het gebouw veiligstellen en 70 pro-cent van de inventaris is gered, maar de beroemde bibliotheek is helaas verloren gegaan.

Het gebouw uit 1909 is gebouwd in een typisch Engelse variant van de Art Nouveau. Het gebouw is tegenwoordig nog steeds in gebruik als universiteitsge-bouw. Wie wil kan nu een gift doen om de restauratie van de bibliotheek te steunen: http://tinyurl.com/donatiemackintosh.

Glasgow School of Art

Nu online: de IFLA Standards-website

In de afgelopen vijftig jaar heeft IFLA een breed scala van stan-daarden op alle gebieden van de bibliotheek en informatiediensten geproduceerd. Deze zijn nu allemaal verzameld op de website: http://www.ifla.org/standards

Naast bijna 50 huidige standaar-den (onderverdeeld in vier groepen: Conceptual models, Digital format codes, Rules for resource descrip-tion, and Guidelines), vind je er ook de IFLA Standards Procedures Manual. De handleiding beschrijft de stappen die nodig zijn om zelf een IFLA-standaard te maken. (TVH)

Oorlogskrant ‘De Stadsbode’ online

Naar aanleiding van 100 jaar Eerste Wereldoorlog zet de openbare biblio-theek van Brugge in samenwerking met Erfgoedcel Brugge de oorlogskrant De Stadsbode online. De krant geeft een beeld over de manier waarop de bevol-king moest omgaan met de schaarser wordende basismiddelen.

De krant is te zien op de website http://www.historischebronnenbrugge.be. Histo rische Bronnen Brugge is een plat-form voor het digitaal publiceren en ontsluiten van belangrijke Brugse docu-menten en handschriften. De Stadsbode past hierin als oorlogskrant en belangrijk document over het dagelijkse leven in Brugge tijdens de bezetting.

Vlaamse Erfgoedbibliotheek

META 2014 | 8 | 5

nieuws

Page 8: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

20 jaar Provinciale Archiefdienst West-Vlaanderen

Sinds september 1994 is de Provinciale Archiefdienst bezig met het beheren van de documenten en dossiers aangemaakt door de verschillende provinciale ambtenaren en beleidsorganen. Daarnaast ijvert de Provinciale Archiefdienst om de archiefzorg en het archiefbeheer bij de West-Vlaamse lokale besturen te organiseren of te ver-beteren. Dit werd zondag 28 september gevierd met een feestzitting en colloquium.

Ondanks of juist dankzij (?) het mooie nazomerweer waren er op die zondagmor-gen 72 deelnemers voor de feestzitting en het colloquium naar het Provinciaal Hof te Brugge opgekomen.

Na toespraken over het verleden en de toekomst van de Provinciale Archiefdienst door de bevoegde eerste gedeputeerde Guido Decorte en de provinciegriffier Geert Anthierens, vond onder de titel ‘Samenwerken binnen de West-Vlaamse archie-venwereld’ met inbreng van het WAP – West-Vlaams ArchievenPlatform een col-loquium plaats. Vanuit verschillende onderzoeksterreinen formuleerden zes spre-kers kort hun verwachtingen en wensen naar de archiefdiensten toe: Frank Becuwe (onderzoeker en publicist) vanuit zijn onderzoek rond industrialisatie en industri-ele archeologie; Steven Debaere (Vives Hogeschool) vanuit de lerarenopleiding; Wilfried Devoldere (Familiekunde West-Vlaanderen) vanuit de genealogie; Eric Huys (Geschied- en Heemkundige Kring Sint-Guthago) vanuit het lokaal historisch onderzoek; prof. dr. Christophe Verbruggen (uGent) vanuit de publieksgeschiedenis; Greet Verschatse (historische kring De Leiegouw) vanuit het lokaal en erfgoedon-derzoek. Allen hadden enkele concrete en vernieuwende ideeën waarop een panel van West-Vlaamse archivarissen trachtte te reageren. In het panel zaten: Dominique Aps (Stadsarchief Menen), Hendrik Callewier (Rijksarchief Kortrijk), Noël Geirnaert (Stadsarchief Brugge) en Marc Therry (Rijksarchief Brugge en WAP-voorzitter). Johan Vannieuwenhuyse (Provinciaal Archief West-Vlaanderen) trad op als gespreks-moderator. Tijdens het panelgesprek, waaraan ook vanuit de zaal nadrukkelijk werd deelgenomen, kwamen een drietal thema’s met wat uitdagende stellingen aan bod: de toch ingewikkelde archievenorganisatie, de techniciteit van de archiefinventari-sering of -ontsluiting, en het publieksbereik. Tussen de verschillende zittingsgedeel-ten door bracht het ensemble Capriola di Gioia zes fel gesmaakte barokke liederen met klavecimbelbegeleiding. De voormiddag werd afgesloten met een receptie en broodjesmaaltijd, en vooral ook nog met uitgesponnen informele nagesprekken.

Johan Vannieuwenhuyse

Library Lab-programma UGent

In september lanceerde de Faculteits-bibliotheek Letteren & Wijs begeerte (uGent) haar Library Lab-programma. Met deze volledig nieuwe bibliotheekaf-deling wil de bibliotheek inspelen op de ontwikkelingen rond digital humanities aan de faculteit. De verhoogde zicht-baarheid van deze ontwikkelingen in traditionele onderzoekskanalen en op sociale media zorgt bij onderzoekers en doctoraatsstudenten voor een veelheid aan ideeën. Degelijke ondersteuning en advies zijn essentieel voor de haalbaar-heid en het slagen van deze projecten.  Met een aanbod van tutorials, workshops, lezingen en adviesmomenten, maar ook met eigen pilots en projecten, komen onderzoekers veelvuldig in contact met de mogelijkheden binnen het veld, en kan het onderzoek binnen de digital humani-ties aan de uGent een aanzienlijke boost krijgen.  Vragen? Surf naar http://www.flw.ugent.be/bibliotheek/librarylabof neem contact op met Saskia Scheltjens of Katrien Deroo.

Katrien Deroo

De Voorleescampagne krijgt dit jaar als titel ‘Voorlezen, van 0 tot 99’. Want voorlezen is fijn voor jong en oud. Wie als kind werd voorgelezen, zal later zelf meer voorlezen. Zo wordt een mooie traditie van generatie op generatie doorgegeven.

Bij de nieuwe campagne hoort een nieuwe webstek: http://www.voorlezen.be. Je vindt er alle info om zelf deel te nemen aan de Voorleesweek, zoals boekentips voor verschillende leeftijden en een kalender met voorleesactiviteiten.

De campagnematerialen zijn ontworpen door Kris Demey. De foto’s zijn van Lieve Blancquaert. Naast de affiche en bladwijzers, is er een voorleesfilmpje dat je kan delen. De Voorleesweek loopt van 22 tot 30 november 2014 en is een project van Stichting Lezen.

Voorleesweek 2014: “Voorlezen, van 0 tot 99”

6 | META 2014 | 8

nieuws

Page 9: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

De meest uiteenlopende archieven digitaliseert GMS

gmsnl.com

DIGITALISEERT

Boeken en tijdschriften

Kranten en magazines

Foto’s en ansichten

Dossierarchieven

Grootformaten

Dia’s en glasnegatieven

Microfilms, -fiches en vensterponskaarten

Bezoek én ontdek GMS nu op www.gmsnl.com

De meest uiteenlopende archieven digitaliseert GMS

Edisonweg 50d | 2952 AD Alblasserdam | Telefoon: 078-6931300 | [email protected]

14_0930_GMS adv Meta blad 150814.indd 1 15-08-14 16:03

Kabinet Sven Gatz krijgt vorm

Vlaams minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brusselse Aangelegenheden heeft de voorbije weken enkele nieuwe specia-listen aangetrokken voor zijn kabinet. Eerder al was bekend dat Luc Jansegers de kabinetschef van de Brusselse minister uit de Vlaamse regering wordt.

Als adjunct-kabinetschef Cultuur trok Sven Gatz Stephanie D’Hose aan. Ze werkte eerder voor vice-minister-presi-dent Fientje Moerman en Gents schepen en Vlaams volksvertegenwoordiger Sas van Rouveroij. Het team Cultuur bestaat uit An Moons, Dominique Savelkoul, Marleen Platteau en Sigrid Bousset.

Marleen Platteau is gepokt en gemazeld in het lokaal cultuurbeleid en het soci-aal-cultureel werk. Als cultuurbeleidsco-ordinator in Ternat was ze verantwoor-delijk voor de brede lokale cultuur- en

vrijetijdssector. Ze is voorzitter van volks-hogeschool Vormingplus Arch’educ Halle-Vilvoorde en voorzitter van de beoorde-lingscommissie Sociaal-Artistiek Werk. Tot haar overstap naar het kabinet volgde ze het lokaal cultuurmanagement op bij LOCuS.

An Moons neemt op het kabinet film, beeldende kunst, musea en erfgoed onder haar hoede. De communicatiewe-tenschapster werkte na haar afstuderen verder als onderzoeker inzake media en cultuur aan de VuB. Ze was tot voor kort directeur van de Media, Arts & Design Faculty (MAD-faculty), de Limburgse kunsthogeschool.

Historica Dominique Savelkoul (KuL) belandde al gauw op diverse directeurs-functies in de (internationale) cultu-rele wereld: het Festival van Vlaanderen

Gent-Brussel, The London Philharmonic Orchestra, The National Gallery en de RuhrTriennale. In 2011 werd ze transitie-manager voor de fusie van het Koninklijk Ballet van Vlaanderen en de Vlaamse Opera. Meer recent oefende ze dezelfde functie uit voor de fusie van de drie kun-stensteunpunten (Vlaams Theaterinstituut, Instituut voor Beeldende, Audiovisuele en Mediakunst en Muziekcentrum Vlaanderen).

Sigrid Bousset ten slotte was tot voor kort directeur van het internationaal literatuur-huis Passa Porta. Ze was jarenlang actief als dramaturge bij o.m. Kaaitheater, Jan Fabre, theaterhuis Victoria, Jan Lauwers en Anne-Teresa De Keersmaeker. Bousset zal deeltijds als adviseur het letterenbe-leid opvolgen.

FARO

nieuws

Page 10: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Met de rug tegen de muur:

Tekstaffiches Eerste WereldoorlogTim De Doncker, Stadsarchief Gent

De herdenking van ‘100 jaar Groote Oorlog’ startte voor het grote publiek met de pres-tigieuze VRT-reeks In Vlaamse velden. Ook het communicatie-middel bij uitstek ten tijde van de oorlog werd in deze serie in de schijnwerpers geplaatst. Op het moment dat dokter Philippe Boesman de ont-goocheling van zijn afzetting als professor aan de Vlaamse Hogeschool tracht te verwer-ken, halen Duitse officiers zijn huis overhoop op zoek naar metalen voorwerpen. Wanneer Virginie, de echtgenote van de dokter, zich afvraagt van waar al dat lawaai komt, reageert de officier geprikkeld. Hij blaft haar af en brult dat de Duitsers op zoek zijn naar metaal om kanonnen te maken. Wanneer Virginie wat verdwaasd toe-kijkt, voegt hij eraan toe: “Of heb je de affiches niet gele-zen?”

De Duitse officier doelde op de tekst-affiches die in het straatbeeld verschenen en door de overheid werden gebruikt om de bevolking in te lichten over werkelijk alle aspecten van het leven, van het vor-deren van goederen over het vastleggen van minimum- en maximumprijzen tot het fusilleren van spionnen. Deze ‘muurkran-ten’ werden op vaste plaatsen uitgehan-gen aan kerken, stations, gemeente- of stadshuizen, etc. Mensen troepten rond deze affiches samen, namen kennis van de boodschap, lazen de inhoud luidop voor de analfabete burger en bediscussi-eerden de nieuwe richtlijnen. De overheid verwachtte dat dit medium elke burger zou bereiken, al kregen de pastoors voor de zekerheid de opdracht om de bood-schap tijdens de misvieringen nog eens te herhalen. 1

SAG_MA_M32bis_1914_0115.

8 | META 2014 | 8

artikel

Page 11: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Met de rug tegen de muur:

Tekstaffiches Eerste Wereldoorlog

Deze tekstaffiches vormen een uiterst belangrijke bron voor de geschiedenis van het dagelijks leven in Vlaanderen tijdens de Eerste Wereldoorlog. 2 Veel meer dan in vredestijd werden deze affi-ches gebruikt om de bevolking in te lich-ten over het wel en wee van de oorlog en de consequenties van de strijd voor de man en vrouw in de straat. Kortom, vier jaar lang (1914-1918) regelden deze berichten en proclamaties, gepubliceerd door respectievelijk de Belgische over-heden en de Duitse bezetter, het leven van de Vlaamse bevolking. In het licht van de herdenkingsgolf rond de Eerste Wereldoorlog en de stijgende interesse voor de sociale aspecten van het con-flict, bevatten deze affiches een schat aan informatie. Voor zowel professionele als niet-professionele onderzoekers zijn het uitgelezen didactische instrumenten voor het onderwijs en kunnen ze dienst doen als een teletijdmachine waardoor geïnte-resseerden het leven in oorlogstijd beter kunnen begrijpen. 3

AlARMbElIn 2009 trok dr. Luc Vandeweyer, archi-varis bij het Algemeen Rijksarchief in Brussel, aan de alarmbel. In aanloop naar de ‘klaprozenexplosie’ stelde hij vast dat ondanks de enorme waarde van deze tekstaffiches deze nauwelijks ontsloten zijn en bovendien in allesbehalve opti-male omstandigheden worden bewaard, nog los van het gegeven dat de affiches gedrukt zijn op minderwaardig papier en dat veel van de affiches reeds bescha-digd en vuil waren vooraleer ze in het archief kwamen. Dat ze verzameld waren in oorlogsomstandigheden was hier niet vreemd aan. 4 De media gaven de oproep een klankbord, en de kwestie haalde de agenda van de Vlaamse overheid. 5 De Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek, Archief & Documentatie (VVBAD) pikte de problematiek van de tekstaffiches snel op.

Het resultaat was een eerste, welis-waar incompleet — amper een veer-tigtal instellingen beantwoordden de enquête — overzicht van de bewaarde collecties tekstaffiches in Vlaanderen. In de praktijk veranderde er echter wei-nig tot niets en dit tot groot ongenoe-gen van bijvoorbeeld historica prof. dr. Sophie de Schaepdrijver (Pennsylvania State university), auteur van het stan-daardwerk over 1914-1918. 6 In een recent interview onderstreept ze het belang van meer ruimte voor historisch onderzoek op basis van archivalia met betrekking tot de oorlogsperiode. De realiteit van de oor-log achterhaal je immers niet door een kerkhof te bezoeken of klaprozen rond te strooien, maar door archiefonderzoek. Archieven zijn niet sexy, maar wel funda-menteel. Tevens legt ze de vinger op de wonde en klaagt ze de gebrekkige steun aan archieven aan. Ze illustreert haar betoog niet toevallig met de huidige toe-stand van de uiterst belangrijke muuraf-fiches. Duizenden van dergelijke affiches

liggen in het archief. Als je die niet digita-liseert, gaan ze reddeloos verloren, want ze verpulveren en verdwijnen voorgoed. Er is al veel verdwenen. Al jaren trekt men aan de alarmbel: het moet nú. 7

OPlOSSINGNa de eerste voorzichtige pogingen om aan de problematiek van de tekstaffiches te verhelpen zat het erfgoedveld echter niet volledig stil. Enkele initiatieven kwa-men van de grond. Bijvoorbeeld in het

“DEZE TEKSTAFFICHES VORMEN EEN UITERST BELANGRIJKE BRON VOOR DE GESCHIEDENIS VAN HET DAGELIJKS LEVEN IN VLAANDEREN TIJDENS DE EERSTE WERELDOORLOG.”

Stadsmus, het Hasselts Stadsmuseum, werden aan de hand van een tentoon-stelling de Hasseltse tekstaffiches in de kijker geplaatst 8, het Stadsarchief Aalst nam zijn collectie onder handen 9 en het Provinciaal Archief West-Vlaanderen trad op als coördinator van een digita-liseringsproject in West-Vlaanderen. 10 In de aanloop van de talrijke activitei-ten in het kader van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog blies FARO, het Vlaams steunpunt voor cultureel erf-goed, recent het dossier nieuw leven in. Verschillende erfgoedbewarende instel-lingen, met name Cultuuroverleg 07, In Flanders Fields Museum, Provinciearchief West-Vlaanderen, Stadsarchief Aalst, Stadsarchief Gent, Stadsarchief Lier en universiteitsbibliotheek Gent sprongen mee op de kar. Deze partners werkten een integraal project rond de lokalisa-tie, inventarisatie, restauratie, digitalise-ring, duurzame bewaring en ontsluiting van de tekst affiches in het (toenmalige) Vlaanderen en Brussel uit en dit met

financiële steun van de Vlaamse Overheid binnen het kader van een cultureel-erf-goedproject. 11

Dit driejarig project ging van start op 1 oktober 2013 en heeft onder meer tot doel de volledige Vlaamse en Brusselse collectie tekstaffiches online toegankelijk te maken. Daarnaast streven de partners naar het opbouwen van expertise omtrent alle aspecten van online collectieregis-tratie, inventarisatie en digitalisering,

META 2014 | 8 | 9

artikel

Page 12: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

waardoor ze tot een best practice komen die het volledige Vlaamse erfgoedveld een duw in de goede richting zal geven. Eén van de grote verschillen met eer-dere initiatieven is de schaal. Dit project tracht het volledig Vlaamse gebied te overspannen en maakt het mogelijk con-clusies te trekken over de verschillende bestuurlijke regimes tijdens de Eerste Wereldoorlog. Vlaanderen was immers ingedeeld in vijf gebieden, namelijk (1) een niet bezet deel achter de Ijzer, (2) het Operationsgebiet, (3) het Marinegebiet, (4) het Etappegebiet en tot slot (5) het Okkupationsgebiet. Dit laat toe uitspra-ken te doen over het gegeven van de tekstaffiches, iets wat op dit moment niet voor de hand ligt.

lOKAlISATIE TEKSTAFFICHESIn een eerste fase van het project was het uiteraard van belang om zicht te krij-gen op het corpus van tekstaffiches in Vlaanderen en Brussel. Het reeds aan-gehaalde overzicht naar aanleiding van de inspanningen van de VVBAD om het lot van de tekstaffiches te verbeteren, volstond niet. Aangezien het niet tot de mogelijkheden behoorde om zelf alle erf-goedbewarende instellingen te bezoeken, werd er geopteerd om een online sur-vey rond te sturen. Quasi alle Vlaamse archiefinstellingen, erfgoedbibliotheken en heemkundige kringen werden aange-schreven om de enquête in te vullen. De Vlaamse erfgoedcellen spoorden daaren-boven hun achterban aan om de rond-vraag ter harte te nemen. Om de zicht-baarheid van de vragenlijst verder te vergroten, werd er via diverse andere kanalen (nieuwsbrieven van talrijke instel-lingen, Twitter, Facebook, etc.) opgeroe-pen om deel te nemen aan het onderzoek. Tot slot werden er in de laatste weken van de enquête — instellingen kregen een zes-tal weken de tijd om de antwoordenlijst in te dienen — nog reminders verzonden naar talrijke instellingen in het bijzonder. Dit gebeurde in hoofdzaak naar instellin-gen in regio’s waaruit weinig tot geen res-pons kwam. De projectpartners streven er immers naar op het einde van de rit een zowel geografisch als qua inhoud repre-sentatief beeld van de tekstaffiches aan het publiek aan te bieden.

uiteindelijk namen één privépersoon en 173 bewaarinstellingen deel aan de enquête, meer dan vier keer zoveel als in 2009. Het profiel van deze organisaties is terug te vinden in tabellen 1 en 2. Enkele conclusies vallen makkelijk te trekken. In de eerste plaats werden voorname-lijk gegevens verzameld met betrekking tot overheidsarchieven. Voor bijna één

Profiel van de instelling Aantal

Instellingen met een landelijke dimensie 18

Instellingen binnen het lokale kader: overheids-

archieven

101

Instellingen binnen het lokale kader: heemkun-

dige kringen

42

Instellingen binnen het lokale kader: overige 12

Totaal 173

Tabel 1: Profiel van de instellingen die reageerden op de rondvraag.

Tabel 2: Geografische spreiding van instellingen (per provincie/gewest).

Provincie/Gewest Aantal

West-Vlaanderen 52

Oost-Vlaanderen 30

Antwerpen 24

Limburg 23

Vlaams-Brabant 20

Brussels Hoofdstedelijk Gewest 4

Henegouwen 1

Waals-Brabant 1

Totaal 155

op drie stads- en gemeentearchieven is de situatie gekend. Dit betekende echter niet dat alle stedelijke of gemeentelijke archiefverantwoordelijken zelf de gege-vens bezorgden. In meerdere gevallen was het een lid van de plaatselijke heem-kundige kring die, naast de gegevens van de eigen organisatie, ook deze van de lokale archiefdienst invoerde. De mobi-lisatie van het erfgoedveld in de breedst mogelijke betekenis bij een bevraging lijkt dan ook cruciaal. Ten tweede valt op dat de rondvraag in hoofdzaak in de provincie West-Vlaanderen weerklank vond. Twee redenen spelen hierbij een rol. Enerzijds konden we gebruik maken van de gege-vens die de Provincie West-Vlaanderen reeds had verzameld naar aanleiding van een gelijkaardig project binnen de pro-vinciale ruimte. Anderzijds kunnen we ons onmogelijk van de indruk ontdoen dat de Groote Oorlog sterker leeft in West-Vlaanderen. Dit valt ongetwijfeld

te verklaren door de aanwezigheid van het westfront in de provincie. Tot op van-daag kan men nergens beter de sporen van de Eerste Wereldoorlog in het land-schap zien en nergens leeft de nood aan herdenkingsmomenten sterker dan in West-Vlaanderen. 12

De deelnemende instellingen werd in eer-ste instantie gevraagd of (a) de instel-ling zelf over tekstaffiches beschikte, en indien ja hoeveel, en of (b) de instelling weet had van overdracht van tekstaf-fiches naar andere instellingen. De ant-woorden op de eerste vraag zijn samen-gebracht in tabel 3 p. 12.

Ongeveer de helft van de organisaties en kringen die de tijd nam om de rond-vraag in te vullen, liet weten over geen tekstaffiches uit de Eerste Wereldoorlog te beschikken. Met uitzondering van deze van het gemeentearchief van Zwalm (aan

10 | META 2014 | 8

artikel

Page 13: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

SAG_MA_M32_891.

META 2014 | 8 | 11

artikel

Page 14: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

het Rijksarchief) en de Lokerse heem-kundige kring De Souvereinen (aan de Koninklijke Oudheidkundige Kring van het Land van Waas) werden deze aan-plakbiljetten niet overgeplaatst naar een andere bewaarinstelling. Dit bete-kent echter niet dat deze affiches er nooit zijn geweest, enkel dat deze niet werden bewaard. Het gemeentebestuur van Dessel liet bijvoorbeeld kort na het einde van de oorlog weten dat “als gevolg van zijn rondschrijven van 17.4.19, griffie, wordt medegedeeld aan den gouverneur, dat wij niet meer in bezit zijn van oor-konden van duitschen oorsprong zooals: besluiten, proklamatiën, allerhande bekendmakingen (aangeplakt of niet) die tijdens de bezetting het licht hebben gezien, daar wij korts na den wapenstil-stand al die papieren verbrant hebben.” 13 We moeten hier uiteraard op onze hoede zijn — niets sluit uit dat het hier een ant-woord betrof uit gemakzucht of om de

geïnteresseerde te choqueren — en we dienen deze passage met een korreltje zout te nemen — ondertussen zijn er in het gemeente archief van Dessel immers al affiches boven water gekomen — maar het fragment is tekenend voor hoe men kort na de oorlog met de oorlog omging. Het opstoken van documenten van de bezetter paste ongetwijfeld in

het verwerkingsproces van de bevolking. Regelmatig duiken ook tekstaffiches op waarvan de Duitse tekst is afgeknipt. Dit fenomeen valt te situeren binnen dezelfde ontwikkeling.

22 instellingen (12,71 procent) lieten daar-naast weten dat ze over tekstaffiches beschikken, maar geen enkel idee heb-ben over het concrete aantal. Dit is sym-bolisch voor hoe archieven met deze aan-plakbiljetten lang hebben omgesprongen en vaak nog omspringen (cfr. infra). Voorts bezit één op vijf instellingen louter een gering aantal affiches (≤ 50). De kans dat het hier over volledige reeksen gaat is dan ook bijzonder klein. 34 instellin-gen (19,65 procent) hebben verder meer dan 50 tekstaffiches in hun collectie, wat wijst op archieven die min of meer volledig bewaard bleven. Niet toevallig gaat het hierbij in eerste instantie om de archieven van de Vlaamse provinciale hoofdsteden (Antwerpen, Brugge, Genk, Gent en Leuven). Daarnaast beschik-ken tevens tal van andere steden over uitgebreide archieven (Dendermonde, Diest, Eeklo, Halle, Lier, Mechelen, Menen, Oudenaarde, Roeselare, Ronse, Tielt en Tienen). Dat tekstaffiches echter niet louter een stedelijk fenomeen waren, bewijzen verder de uitgebreide archie-ven van een groot aantal gemeenten (Balen, Beveren, De Haan, Heist-op-den-Berg, Kontich, Lichtervelde, Lubbeek, Maldegem, Stekene, Wetteren, Wevelgem en Wingene). Talrijke tekstaffiches bevin-den zich ten slotte ten gevolge van een doelbewust verzamelbeleid in de collec-ties van het In Flanders Fields Museum (Ieper), de Katholieke universiteit Leuven, het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis (Brussel), het Museum voor Industriële Archeologie

Aantal/Categorie 0 1-10 11-20 21-50 51-100 101-200 201-500 +500 Aanwezig

1 9 5 0 0 1 1 1 1 0

2 38 12 1 2 4 3 10 13 18

3 30 6 2 2 0 0 0 0 2

4 6 2 1 1 0 0 0 0 2

Totaal 83 25 4 5 5 4 11 14 22

Totaal (in procent) 47,98 14,45 2,31 2,89 2,89 2,31 6,36 8,09 12,71

Tabel 3: Aantal (unieke) tekstaffiches per type instelling.(Legende: 1 = Instellingen met een landelijke dimensie, 2 = Instellingen binnen het lokale kader: overheidsarchieven, 3 = Instellingen binnen het lokale kader: heemkundige kringen, 4 = Instellingen binnen het lokale kader: overige).

“ER MOET Nu ACTIE ONDERNOMEN WORDEN OF LATERE GENERATIES ZuLLEN DE TEKSTAFFICHES NIET MEER KuNNEN AANSCHOuWEN, OP WELKE MANIER DAN OOK.”

12 | META 2014 | 8

artikel

Page 15: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

en Textiel (Gent) en de Provincie West-Vlaanderen.

KNEUSJE VAN DE KlASVia de vragenlijst werd er niet alleen getracht de collecties tekstaffiches in kaart te brengen. Tevens werd er gepeild naar de bewaaromstandigheden, de orde-ning, de conservering, de digitalisering, de inventarisering en toegankelijkheid en tot slot de raadpleging van de tekstaf-fiches. uit dit alles blijkt dat, ondanks de enorme waarde van deze documen-ten, tekstaffiches ontegensprekelijk het kneusje van de klas zijn. De omstandig-heden waarin de aanplakbiljetten tot bij het publiek komen beantwoorden in wei-nig aan de verwachtingen die de dag van vandaag ten aanzien van bewaarinstellin-gen worden gesteld.

Ondanks het pleidooi van historici voor het onder de aandacht brengen van de aanplakbiljetten, blijken de tekstaffiches vrijwel ongekend te zijn. In het leeu-wendeel van de instellingen worden de stukken niet of slechts sporadisch aan-gevraagd, al zien verschillende archie-ven recent wel een stijging van het aan-tal raadplegingen en dit in functie van de ‘festiviteiten’ rond 100 jaar oorlog. Meerdere archivarissen en heemkundi-gen merkten echter op dat het publiek eigenlijk niet weet dat deze archieven aanwezig zijn. Dit hangt sterk samen met de gebrekkige inventarisering van de affiches. In minder dan de helft van de instellingen zijn de affiches op stukniveau beschreven. Deze lacune wordt daaren-boven niet altijd opgevangen door een beschrijving op collectieniveau, waardoor het publiek logischerwijs in het onge-wisse blijft over de tekstaffichecollec-tie. Waar de affiches op stukniveau zijn beschreven, blijkt bovendien dat de vel-den opgenomen in de beschrijving alles-behalve uniform zijn. Duidelijk is tevens dat men quasi overal gebruik maakt van (veel) minder dan de 25 velden die de provincie West-Vlaanderen voorschrijft voor het beschrijven van tekstaffiches.

Ook op het vlak van bewaring valt de situ-atie van de tekstaffiches niet te benijden. Van een zestigtal instellingen is de manier gekend waarop de affiches worden geconserveerd. In ruim de helft van de gevallen bewaart men de affiches opge-vouwen. Dit gegeven, samen met het feit dat de boodschappen op papier van een bedenkelijke kwaliteit werden gedrukt, leidt niet verrassend tot de vaststelling dat de meerderheid van de instellingen

1 Vandeweyer, L., “Oorlogsaffiches 1914-1918…”, in:

Bibliotheek- & archiefgids, 85/5 (2009), p. 23.

2 Voor de valkuilen in het onderzoek naar het dage-

lijkse leven, lees: Nath, G., Van Alstein, M., 14-18 van

dichtbij. Inspiratiegids voor lokale projecten over de

Grote Oorlog, Leuven/Den Haag, 2012, pp. 15-21.

3 Voor de sociale benadering van Wereldoorlog I

in tegenstelling tot de militaire invalshoek, lees

bijvoorbeeld: Nath, G., Brood willen we heb-

ben! Honger, sociale politiek en protest tijdens

de Eerste Wereldoorlog in België, Brussel, 2013;

Proctor, T.M., Civilians in a world war, 1914-1918,

New York/Londen, 2010; Vrints, A., “Sociaal pro-

test in een bezet land: voedseloproer in België

tijdens de Eerste Wereldoorlog”, in: Tijdschrift voor

Geschiedenis, 124/1 (2011), pp. 30-47.

4 Vandeweyer, “Oorlogsaffiches 1914-1918…”, pp.

23-28; Devos, C., Vanden Bosch, H., Vandeweyer, L.,

“De aanplakbiljetten uit de Eerste Wereldoorlog”, in:

Science connection. Het magazine van het federaal

wetenschapsbeleid, 26 (2009), pp. 50-51.

5 Vandeweyer, “Oorlogsaffiches 1914-1918…”, pp. 27.

6 De Schaepdrijver, S., De Groote Oorlog: het

koninkrijk België tijdens de Eerste Wereldoorlog,

Antwerpen/Amsterdam, 1997.

7 Schrauwen, G., “Sophie de Schaepdrijver over ‘de

klaprozenexplosie’: ‘WO I was geen zinloze oorlog’”,

in: Knack Weekend, 1 januari 2014, pp. 16-20 (cita-

ten op p. 20).

8 Nijsen, R., Geachte Medeburgers, België is in staat

van oorlog met Duitschland. Hasseltse affiches uit

oorlogstijd, 1914-1918.

9 Zie: http://www.madeinaalst.be/tekst-affiches-in-

de-kijker, geraadpleegd op 11 augustus 2014.

10 Zie: http://www.west-vlaanderen.be/overwvl/

Nieuws/ezines/Documents/201304_westflandrica_

woII.pdf, geraadpleegd op 11 augustus 2014.

11 Het Expertisecentrum Digitaal Erfgoed (Packed)

en het Vlaams Instituut voor Archivering (VIAA)

staan in voor de technische ondersteuning binnen

het project. Het project staat onder leiding van het

Stadsarchief Gent, dat tevens de digitalisering van

de affiches op zich neemt in een eigen scanatelier.

Instellingen die graag mee instappen in het project

kunnen steeds contact opnemen met dr. Tim De

Doncker via [email protected].

12 Honderd jaar na datum worden de inwoners nog

steeds met de oorlog geconfronteerd. Zo kwamen

recent (19 maart 2014) nog twee arbeiders om

het leven door de ontploffing van een obus uit de

Eerste Wereldoorlog op een bedrijventerrein te

Ieper, zie: http://www.nieuwsblad.be/article/detail.

aspx?articleid=DMF20140319_01032128, geraad-

pleegd op 20 maart 2014.

13 Gemeentearchief Dessel, II-1349: Briefwisseling uit

de periode 1911-1920, nr. 14824.

aangeeft dat, hoewel de materiële toe-stand sterk verschilt van affiche tot affi-che, minstens een deel van de collectie (dringend) nood heeft aan restauratie. Het meest voorkomende gebrek is niet toevallig scheuren op de vouwplooien.

Om de langetermijnbewaring van de tekstaffiches te garanderen, lijkt digita-lisering dan ook broodnodig. Maar ook op dit vlak scoren de tekstaffiches bene-den alle peil. Van 78 collecties hebben we informatie omtrent de graad van digitali-sering. Minder dan één op vijf instellingen heeft de tekstaffiches reeds gedigitali-seerd. Vaak gaat het hierbij over collec-ties van een beperkte omvang. Eén op tien instellingen gaf aan de collectie reeds deels gedigitaliseerd te hebben. De selec-tie gebeurde hoofdzakelijk op formaat, aangezien de instellingen vaak niet over het materiaal beschikken om grootforma-ten te scannen. In drie instellingen op vier (73,08 procent) werden nog geen tekstaf-fiches gedigitaliseerd. Een kleine minder-heid (15,79 procent) heeft wel plannen in die richting. Het gaat hier quasi uitslui-tend over West-Vlaamse instellingen die binnen het project gecoördineerd door de Provincie hiertoe de kans krijgen. In de overgrote meerderheid van de instel-lingen staan de tekstaffiches echter niet op de lijst voor dringende digitalisering. De redenen hiervoor zijn niet verrassend: geen budget, onvoldoende personeel, geen tijd en geen geschikt materiaal.

bESlUITTekstaffiches vormen het onderwerp van een opmerkelijke tegenstelling. De overtuiging van historici dat deze bron-nen hun gelijke niet kennen om inzicht te krijgen in het dagelijks leven tijdens de Eerste Wereldoorlog contrasteert fel met de omstandigheden waarin deze affiches worden bewaard en voor het publiek toegankelijk zijn. Binnen het pro-ject ‘Tekstaffiches: spiegel van het dage-lijks leven tijdens de Eerste Wereldoorlog’ gedragen door het Stadsarchief Gent bestaat het doel om deze antithese voor-goed naar de annalen te verwijzen. De ontoereikende inventarisatie, de slechte bewaaromstandigheden en de gebrek-kige digitalisering moeten dringend aan-gepakt worden. Net zoals de tekstaffiches met hun rug tegen de muur hingen, staan ook de bewaarinstellingen met hun rug tegen de muur. Er moet nu actie onder-nomen worden of latere generaties zullen de tekstaffiches niet meer kunnen aan-schouwen, op welke manier dan ook. Het is nu of nooit!

META 2014 | 8 | 13

artikel

Page 16: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

De indeling en subsidiëring van culturele archiefinstellingen bij het regionale niveaubart Sas, Kring van Archivarissen Provincie Antwerpen en Julie Hendrickx

V.l.n.r. Bart Sas, Nicolas Mazeure, Anne Milkers, Sophie Muyllaert en Frank Herman.Foto: Marc Engels.

In 2014 konden culturele archiefinstellingen met een kwaliteitslabel bij de meeste Vlaamse provincies een aanvraag indienen voor een indeling op regionaal niveau. Voor archiefinstellingen is dit een volledig nieuw gegeven. Wat houdt zo’n indeling precies in? Aan welke criteria moet er worden voldaan? Wat zijn de voordelen? Zijn er verschillen tussen de verschillende Vlaamse provincies? Tijd voor een gesprek met de verant-woordelijken van vier Vlaamse provincies: Frank Herman (Antwerpen), Anne Milkers (Limburg), Nicolas Mazeure (Vlaams-Brabant) en Sophie Muyllaert (West-Vlaanderen).

Page 17: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Enkele weken vóór dit rondetafelgesprek werd het regeerakkoord van de Vlaamse regering bekend gemaakt. De nieuwe regering beperkt de

rol van de provincies tot grondgebonden bevoegdheden. Zo zullen de provincies geen taken meer uitvoeren in het kader van het erfgoed-

decreet. Op het moment van schrijven is het nog niet duidelijk welk bestuur verantwoordelijk wordt voor de regionale indeling van archieven.

Tot het duidelijk wordt welk bestuur verantwoordelijk wordt voor de regionale indeling van de archieven, blijft de huidige situatie gelden.

Wat houdt een regionale indeling precies in? Waarom zou een archiefinstelling zich kandidaat stellen? nicolas Mazeure: De criteria zijn terug te vinden in elk van de provinciale reglementen. De provincie Vlaams-Brabant her-taalde de criteria van het protocol (van akkoord tussen de Vlaamse regering, de Vereniging van Vlaamse Provincies en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten over de uitbouw van een complementair cultureel-erfgoedbeleid, nvdr.) naar de specificiteit van culturele archiefinstellingen, rekening houdend met de aard van hun erfgoed en werking. Een indeling op regi-onaal niveau is een erkenning van de waarde van de archiefbe-standen. Hierbij wordt de historische en culturele waarde van archiefbestanden afgeleid uit hun uniciteit, coherentie en con-text op inhoudelijk, geografisch, chronologisch en materieel vlak. Naast de erkenning van het archief zelf is een regionale inde-ling ook een erkenning van de kwaliteit van de erfgoedwer-king: het beheer van de archiefbestanden, het onderzoek, de ontsluiting en de publiekswerking. En evengoed een erkenning van de expertise van de medewerkers die betrokken zijn bij de archiefinstelling. De instelling in kwestie zou de archiefbestan-den ook in de toekomst duurzaam moeten kunnen beheren. Er moet beleidsmatig, financieel en personeelsmatig sprake zijn van een langetermijnproject. Een erkende archiefinstelling moet een netwerk uitbouwen ten aanzien van gelijkaardige instellin-gen. Maar binnen het regionale en lokale gebied ook oog heb-ben voor andere erfgoedactoren en andere beleidsdomeinen, zoals onderwijs, toerisme, …

anne Milkers: Die regionale rol ligt inderdaad onder meer ook in de vraag hoe ze verenigingen met een archief kunnen advi-seren of ondersteunen. Ze moeten zich regionaal profileren, niet alleen met hun eigen archiefwerking maar ook naar anderen. Hierin kunnen ze een voorbeeldfunctie opnemen, zowel voor aspecten van de eigen werking als ondersteunend voor ver-wante organisaties.

Frank herman: Het kwaliteitslabel, uitgereikt door de Vlaamse overheid, is natuurlijk wel de basis voor een regionale indeling. Daar zou die regionale dimensie eigenlijk al ingebakken moet zitten.

sophie Muyllaert: Bij ons is het gelijkaardig. Het delen van ken-nis is uiteraard heel belangrijk. Dat regionale denken moet ver-ankerd zitten in alles wat ze doen.

Wat is een regio? Wordt er binnen de provincies gemikt op bepaalde regio’s of wordt dat vrijgelaten?sophie Muyllaert: Dat wordt vrijgelaten. Bij voorkeur wordt de regionale samenwerking wel georganiseerd binnen reeds bestaande verbanden, zoals bijv. die van een erfgoedcel.

Frank herman: Het komt erop neer om je netwerken op een zinvolle manier uit te bouwen. Ik had vorige week nog een discussie over het verschil tussen een centrumfunctie en een

regionale functie. In een centrumfunctie bedien je de regio van-uit de stad. Een regionale werking vertrekt vanuit een samen-werking met alle spelers in de omgeving. Dat is toch een heel andere insteek.

Of het dan gaat om erfgoedwerking rond overheidsarchief of privé-archief maakt niet zoveel uit?Frank herman: Er is om te beginnen al vaak verwarring tussen een cultureel archief en een ‘gewoon’ archief. Je hebt bijvoor-beeld gemeentelijke archieven die ook een culturele functie opnemen, maar je hebt ook puur culturele archieven, o.a. per-soonsgebonden, die hoofdzakelijk uit cultuurrelevante archief-stukken bestaan.

sophie Muyllaert: Wij merken ook dat meerdere spelers zich nu afvragen of ze allemaal een regionale indeling kunnen krij-gen. Maar wat de definitie is van een cultureel archief hebben we wel nergens opgenomen in het reglement.

anne Milkers: Nee, en dat is toch wel verwarrend. Mensen vra-gen ons wat een cultureel archief is. En ook waarvoor een stads-archief met een specifiek lokale opdracht in aanmerking kan komen? Een regionale indeling? En gaat het dan over een cul-tureel archief?

nicolas Mazeure: Dat een stadsarchief een werking heeft naar lokale verenigingsarchieven, kan een voordeel zijn om naar een regionale indeling te gaan. Het is immers niet zo dat elke archief-instelling die statisch archief bijhoudt of beheert, een culturele archiefinstelling is. Maar net omdat ze zoveel verantwoordelijk-heid opnemen — proactief handelen, verenigingen in de regio bijstaan in hun bewaarbeleid, dergelijk archief al dan niet opne-men, … — bouwen ze een vorm van culturele erfgoedwerking uit. Ze delen expertise, vervullen een depotfunctie en hebben een collectiebeleid dat tot voorbeeld strekt.

sophie Muyllaert: We kijken ook in welke mate ze zich als cul-turele speler profileren en zich in allerlei zaken engageren en samenwerken met de erfgoedcel. Dat zijn allemaal dingen die meespelen. Maar inderdaad wanneer ze voor subsidies in aan-merking komen als ze cultureel archief zijn, daar hebben we geen definitie voor. Het zou interessant zijn om de criteria te hertalen en ze specifieker te maken.

Frank herman: Ik denk dat enkel Vlaams-Brabant dat gedaan heeft.

nicolas Mazeure: Ja, in overleg met de andere provincies.

Frank herman: De provincie Antwerpen besliste om het niet te hertalen om dat het nu eenmaal een officieel protocol is. En daar zijn we op verder gegaan en hebben we gezegd wat de criteria zijn. Natuurlijk in de toepassing van de criteria kunnen we dit wel gaan expliciteren.

META 2014 | 8 | 15

interview

Page 18: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

sophie Muyllaert: Wij gebruiken de criteria als leidraad bij het gesprek maar wel telkens hertaald naar specifieke noden van de archiefsector.

Frank herman: Iedere provincie maakt uiteraard andere keu-zes en legt andere accenten. Wij hebben bijvoorbeeld geen archiefconsulent of een cultureel archiefconsulent en dat is een gemis, want ook in de archiefsector blijven de noden groot. (Ondertussen is de provincie Antwerpen versterkt met een ‘advi-seur erfgoed digitaal’ die tevens archiefexpert is, nvdr.)

Werd er voor het opstellen van het reglement een beroep gedaan op de archiefsector? nicolas Mazeure: Dat heeft een lange voorgeschiedenis. In 2010 was er een overleg met het Rijksarchief van Leuven, FARO en de Provinciale archiefdienst West-Vlaanderen. Daar is een eerste

aanzet geweest om de criteria uit het protocol te hertalen naar de archiefsector. Dat voornemen werd in 2013 opnieuw opge-nomen in het licht van de effectieve inwerkingtreding van het reglement én de eerste aanvraag die zich aandiende. Vervolgens was er een overleg met de provinciale archivarissen. Op die manier is de sector wel betrokken geweest bij de opstelling van de hertaalde criteria.

Toch geven jullie aan dat er hier en daar nog wat knowhow ontbreekt. sophie Muyllaert: Bij ons is de knowhow er wel. Wij hebben de regionale indeling ingebouwd in ons reglement en daar ook de archieven bij vermeld. Maar we hebben niet onmiddellijk zwaar ingezet op die doelgroep. Omdat de mogelijkheid op Vlaams niveau wordt voorzien hebben we de mogelijkheid opgenomen. Dus wij spreken overal over musea en culturele archiefinstellin-gen. Maar we deden nog geen inspanningen om die criteria nu breed naar de sector te hertalen. Ook omdat het aantal archie-ven dat hiervoor in aanmerking komt eerder beperkt is.

nicolas Mazeure: Toen het reglement er was, hebben wij con-tact opgenomen met die archiefinstellingen waarvan we ver-moeden dat ze op termijn wel eens regionaal ingedeeld kun-nen worden. Er is ook een ontmoetingsmoment geweest met een viertal spelers om het reglement toe te lichten en te kij-ken welke vormen van begeleiding en ondersteuning nodig zijn. Maar ook bij ons is het een bestuurssecretaris die verant-woordelijk is voor dit reglement. Hij neemt een soort ad hoc consulentschap op.

Als je de reglementen doorleest dan bemerk je toch een aantal opvallende verschillen. De provincie limburg kiest voor een subsidiëringsperiode van drie jaar, de andere provincies voor zes jaar. In Antwerpen werkt men dan weer met een nulmeting. In hoeverre is er sprake van een gezamenlijk beleid?Frank herman: Alles werd onderling overlegd en vergeleken. Maar uiteindelijk beslist ieder bestuur voor zichzelf wat het wordt. Dus als het ene bestuur verkiest om op een bepaald

punt zwaarder in te zetten, bijvoorbeeld omdat er in de eigen provincie een gemis of tekort gedetecteerd werd … Het is inderdaad tot op een zeker niveau anders in de manier van benaderen.

Er is een vast subsidiebedrag en een variabel bedrag. Het vari-abele bedrag wordt vooral gekoppeld aan het inschrijven in die provinciale beleidsaccenten? nicolas Mazeure: Dat laatste is bij ons niet het geval.

Frank herman: Zowel het vaste als het variabele bedrag zijn beide 25.000 euro. In Antwerpen moet je aantonen hoe je de depotwerking verder gaat uitbouwen. Dat is het accent dat wij verwachten van onze instellingen. uiteindelijk is dat ook één van de basistaken maar het is vooral een signaal dat we willen geven en ontvangen.

sophie Muyllaert: We hebben in het reglement ingeschreven dat 25.000 euro de basissubsidie is. Voor de musea is het 75.000 euro. Zowel voor musea als voor archieven is een variabel deel ook mogelijk.

anne Milkers: Bij ons is er geen variabel bedrag voorzien, gewoon 50.000 euro. We hebben in Limburg nog geen archief met een kwaliteitslabel. We hopen wel dat dat snel verandert. Daarom jagen we die regionale indeling niet in het wilde weg na omdat het kwaliteitslabel de belangrijkste en eerste vereiste is.

sophie Muyllaert: Bij ons zijn er ook nog geen plannen om een grote communicatieactie op poten te zetten naar de archief-instellingen. Zoals gezegd komen er maar weinig archieven in aanmerking, omwille van het kwaliteitslabel. Maar we willen ook dat de regionale indeling een keurmerk blijft. Hetzelfde met de musea; stel dat we die allemaal honoreren, dan verwatert het gegeven van regionaal ingedeeld te zijn.

De criteria zijn toch streng genoeg voor een culturele archief-instelling?sophie Muyllaert: Maar ze zijn altijd een interpretatie natuurlijk. Criteria moet je altijd interpreteren.

Frank herman: Ik stel toch vast dat er toch veel minder culturele archieven erkend en ingedeeld zijn dan musea.

Het label voor musea loopt ook al wel een paar jaar langer dan het label voor archieven en erfgoedbibliotheken.sophie Muyllaert: Het zit allemaal nog in de startfase. We heb-ben het wel ingebouwd in het reglement maar echt beleidsmatig dachten we er nog niet over na.

Frank herman: in 2000 was er, met de oprichting van de erf-goedconvenants, al het idee om de archieven en musea meer tot samenwerking te stimuleren. We zijn nu veertien jaar later en het gebeurt beleidsmatig nog altijd te weinig. En toch is er een hele weg afgelegd. Die twee werelden staan toch niet meer

“HET BEHEREN VAN DIE COLLECTIE IS WEL ECHT DE KERN VAN EEN ARCHIEF, OF HET Nu CuLTuREEL ARCHIEF IS OF NIET. WIJ GEVEN EEN SuRPLuS OM DIT KENBAAR TE MAKEN AAN HET PuBLIEK EN OM DAAR IETS MEE TE DOEN.”

16 | META 2014 | 8

interview

Page 19: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Veelzijdig Overzichtelijk Aanpasbaar aan alle soorten publicaties Internetmodules: SDI attenderen, Online reserveren en Full text zoeken Eenvoudig titelbeschrijvingen ontlenen Makkelijk rapporteren Geïntegreerde aanvullende modules: Bestelmodule, Uitleenmodule en Tijdschriftenmodule Meertalig Internationale standaarden SRU, ISBD/AACR2, Z39.50 MARCXML, OAI-PMH en meer Integreerbaar met Adlib Museum en Adlib Archief tot één ‘crossdomain’ systeem API-koppelingen Keuze databases MS SQL Server, Oracle, Adlib Internet ready.

Adlib Bibliotheek catalogiseert meer dan boeken alleen. Adlib Bibliotheek vormt de kern van een compleet informatie- en kenniscentrum. Desgewenst kunt u deze kern uitbouwen met de uitleen-, bestel- en tijdschriftenmodules, of met vragenregistratie, SDI, full-text search en verschillende online services. Iedere vorm van informatie wordt zo op maat gemaakt voor uw gebruikers. Niet voor niets is Adlib Bibliotheek in gebruik bij vele mediatheken, bedrijven, (hoge)scholen, en juridische en overheidsinstellingen.

Adlib Information Systems +31 (0)346 586800

[email protected] www.adlibsoft.com

De juiste informatie bij de juiste persoon

Adlib Bibliotheek

zo ver van elkaar als toen. Ze hebben geleerd om op elkaar in te spelen. Het stadsarchief van Mechelen speelt bijvoorbeeld redelijk snel in op de activiteiten van de musea.

anne Milkers: Je bedoelt dat de erfgoedconvenants de archie-ven versterkt hebben? Dat is een beweging die is ingezet en die kan leiden tot de regionale indeling van culturele archieven. Maar die weg is nog niet afgelegd, het is nog vroeg.

sophie Muyllaert: De erfgoedconvenants hebben in West-Vlaanderen, bijvoorbeeld in de regio Ieper, een grote rol gespeeld in de ondersteuning van het stadsarchief, bij de indiening van hun dossier en bij het uitbouwen van hun regionale relevantie.

Frank herman: In een kleine stad als Ieper kan zo’n regionale convenant echt een verschil maken dankzij die enkele extra medewerkers. Vergelijk het maar met de Stad Antwerpen en het grootse FelixArchief: die paar extra mensen zouden veel min-der impact hebben. Ze hebben voldoende slagkracht, inhoud en mensen om hun culturele werking meer dan degelijk te kun-nen verzekeren. Er zijn echt wel grote verschillen binnen de archiefsector. Ook daar moet je rekening mee houden voor een regionale indeling.

nicolas Mazeure: En de context waar een museum en een archief één instelling vormen? Komt dat elders ook voor, zoals META (Museum, erfgoed, toerisme en archief) in Halle? Zij staan nu voor de keuze, archief of museum, want je kan er maar één

regionale indeling bekomen. Dien je als museum een aanvraag in, dan kan de bijdrage van de archivalische bestanden aan de museale werking die aanvraag wel versterken. En vice versa natuurlijk. Een samenwerking helpt ook om tegemoet te komen aan criteria in verband met personeel en financiën.

Ook erfgoedbibliotheken kunnen erkend worden door de Vlaamse overheid en dus een kwaliteitslabel krijgen maar zijn toch niet opgenomen in de reglementen?Frank herman: Even nuanceren: het cultureel erfgoeddecreet voorziet dankzij het kwaliteitslabel een erkenning van een erf-goedbibliotheek, maar trekt dit niet door voor een mogelijke indeling op landelijk niveau. Dit decreet ondersteunt wel het landelijk samenwerkingsverband van de Vlaamse erfgoedbi-bliotheek vzw, waar verschillende archiefinstellingen gestimu-leerd worden tot samenwerken. Maar die landelijke indeling van erfgoedbibliotheken is in het decreet niet voorzien. Vanuit het complementair erfgoedbeleid is het dan ook moeilijk om als pro-vincie op je eentje voor te stellen om regionaal in te delen, niet-tegenstaande dat wij het als erfgoedconsulenten heel logisch zouden vinden dat de regionale indeling doorgetrokken wordt naar erfgoedbibliotheken in overeenstemming met musea en culturele archieven.

anne Milkers: Die criteria kunnen wel — in samenspraak met de sector — opgesteld worden maar ook daar is het kwaliteitsla-bel een eerste stap die nog door velen genomen moet worden vooraleer we zover zijn.

META 2014 | 8 | 17

interview

Page 20: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Frank herman: Bij erfgoedbibliotheken is het zo dat ze vaak samen met een archief in een instelling ondergebracht zijn. Men moet ook hier dan de keuze maken. Als erfgoedbibliotheek moet je dan toch ook over wat personeel beschikken. Buiten de uni-versiteiten en de grote stedelijke erfgoedbibliotheken heb je er niet zoveel. Dan zit je al heel snel in gespecialiseerde instellin-gen of collecties met vrijwilligers.

nicolas Mazeure: Of grote heemkundige spelers.

Frank herman: Maar dat is vrijwilligerswerk en het kwaliteits-label vereist aangeworven gekwalificeerd personeel. Er zijn heel weinig louter erfgoedbibliotheken. Musea en archieven hebben dikwijls wel een erfgoedbibliotheek.

Een gevoeliger thema is het verschil in de grootte van de toe-lage aan musea en archieven. Voor archieven is er een basis-toelage van maximum 25.000 euro per jaar. Voor de musea is dat het dubbele of driedubbele. Wat is daar de achterliggende gedachte?anne Milkers: Dat heeft vooral te maken met de publieksfunc-ties. Een museum heeft een brede publiekswerking en infra-structuur nodig. Zij spreken ook grotere bezoekersaantallen aan. Terwijl een archief eerder voor een onderzoeksfunctie moet open staan. Archieven organiseren ook wel publieks initiatieven, zoals tentoonstellingen, maar in mindere mate waardoor de publieksfunctie iets minder omvattend is.

Frank herman: Het is een andere vorm, laten we het zo zeg-gen. Minder kostelijk.

Een archiefinstelling richt zich vooral op digitalisering als belangrijke poot van hun publiekswerking. Archieven voelen meer en meer de noodzaak om ook online aanwezig zijn. Dat is een kostelijke zaak.Frank herman: Musea digitaliseren evengoed natuurlijk. Maar ik volg je, het is een andere manier van publiekswerking. Maar dat is één aspect, behoud en beheer is ook heel belangrijk. Het beheren van die collectie is wel echt de kern van een archief, of het nu cultureel archief is of niet. Wij geven een surplus om dit kenbaar te maken aan het publiek en om daar iets mee te doen. De kostprijzen voor tentoonstellingen liggen hoger, ik volg Anne daarin. Ik vergelijk soms met het Prentenkabinet (Museum Plantin-Moretus), die hebben heel veel prenten die ook gebruikt worden voor tentoonstellingen. Daar zijn veel zor-gen aan, maar omdat ze compacter zijn is het vervoer en dus de bijhorende kost al veel minder. En met archieven zal dat ook zo zijn. Digitalisering is ook een basisfunctie.

Ja, maar geen goedkope. nicolas Mazeure: Het is noodzakelijk naar archieven te kijken als instellingen die informatie (moeten) verschaffen. De toe-gankelijkheid voor huidige en toekomstige generaties, en het verfijnen van de toegangen naar de inhoud van een archief zijn zeer belangrijk. Dat zijn kosten die eerder minimaal berekend zijn, gezien de hoogte van de subsidie die nu gegeven wordt. Ik denk dat er andere redenen zijn die een hogere toelage kunnen verantwoorden, zoals de specificiteit van archiefinventarisatie en -ontsluiting. En het feit dat die publiekswerking veel min-der uitgebouwd is dan bij musea, kan ook een teken zijn dat er misschien nog veel meer uitgewerkt moet worden of dat er op dat vlak meer samengewerkt moet worden. Musea kunnen mis-schien meer terugvallen op bestaande netwerken en concepten.

Dus je zou er ook voor kunnen pleiten dat culturele archiefin-stellingen wel iets meer mogen krijgen.

sophie Muyllaert: Wij trekken dezelfde conclusie. Diegene die heeft ingediend, pleit natuurlijk sterk om het variabele deel te bekomen om het verschil met de musea toch een beetje te com-penseren. En zij hanteren de logica dat ze voor publiekswerking veel meer of andere soorten kosten hebben dan musea. Omdat ze zoveel niet in huis hebben, moeten ze veel meer investeren, bijvoorbeeld in communicatie. Zij bepleiten eenzelfde bedrag. Maar we zullen zien wat het financiële plaatje geeft.

Frank herman: Corrigeer me als ik fout zit, maar een stads-archief of liever een cultureel archief heeft als verantwoor-delijkheid dat het behoud en beheer van het archief goed zit. Hetzelfde voor de toegankelijkheid (tot o.a. onderzoek). Dat moet eigenlijk de basis zijn, de twee fundamenten waarop je verder werkt. En dan heb je de publieksontsluiting met culturele activiteiten enzovoort, dat is een surplus. Bepaalde archieven hebben daar een traditie in, dat zijn meestal de grotere instel-lingen. Dat moet in de breedte nog meer gestimuleerd worden. En het feit is er dat de publiekswerking een criterium in de regi-onale indeling is. Maakt niet uit of je het alleen doet of samen met andere spelers. Je kan opperen dat ze het in dat geval niet zèlf op poten zetten … maar je kan het ook positief bekijken: de krachten in de regio worden gebundeld.

De meerderheid van de archiefinstellingen komen, gezien de criteria, niet direct in aanmerking voor een regionale indeling. Maar op welk vlak kunnen die lokale archieven momenteel terecht bij de provincie? Frank herman: Wij geven nog altijd projectsubsidies, zowel bovenlokale als specifieke. Ze kunnen die aanvragen en kun-nen zo begeleiding krijgen. In onze provincie zijn we minder gespecialiseerd in zuiver archivalisch werk. De provincie West-Vlaanderen is op vlak van culturele archiefwerking en -ondersteu-ning een voorbeeld. Voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie in Brussel is de culturele archiefwerking een speerpunt. Het hangt natuurlijk af van de structuur, van wat de provincie zelf wilt, van de spelers in het veld. Wij hebben in de provin-cie Antwerpen met KAPA een sterke organisatie, die toch een voortrekkersrol speelt. KAPA wordt ook als koepel ondersteund door de provincie.

anne Milkers: Wij hebben ook projectsubsidies voor erfgoed en voor depotwerking. Archieven kunnen dus zowel voor publieks-activiteiten als voor hun depotwerking (inrichting en materiaal) projectsubsidie aanvragen.

> lees verder p. 36

18 | META 2014 | 8

interview

Page 21: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Chris Vandewalle, stadsarchief Diksmuide

De stads- en gemeentearchieven van de Westhoek ondervin-den tot op heden nog de gevolgen van de Eerste Wereldoorlog. De Eerste Wereldoorlog onderbrak bruusk het normale leven. Na het inunderen van de IJzervlakte eind oktober 1914 strandde het Duits offensief ter hoogte van Stad Diksmuide, op een frontlijn die tot 1917 nauwelijks nog veranderde. De steden en gemeenten langs de frontlijn werden herleid tot ware puin-hopen. Puinhopen waar niets of niemand nog terug te vinden was, laat staan sporen van een administratie en de zorg voor historische documenten.

In 1883 maakte de toenmalige burge-meester Pieter De Breyne (1801-1886) de volgende notitie: “Daar ik uit hoofde mij-ner bediening het hoge toezicht op de archieven der stad, heb ik meermalen lust gevonden in het rangschikken, onderzoe-ken en voorzorgmiddelen te beramen tot dezer bewaring.” In 1904 werd Ernest Hosten (1892-1932) door de gemeente-raad benoemd tot archivaris van de Stad Diksmuide. Hij omschreef de Diksmuidse archieven als volgt: “In het lieflijk gebouw-tje langs de rechterkant van het stadhuis werden de archieven der stad Diksmuide bewaard. Deze archieven waren van de belangrijkste die in ons land bestonden, althans voor het gene de kleine steden betreft. De oudste documenten dagteken-den van de 12e eeuw. De stadsrekeningen waren bewaard van 1380 tot den dag van heden met een kleine leemte van 1382 tot

“ Terwijl mijn geniegroepje bezig is ondersteuningsmuren aan te brengen in de observatietoren van de pastorij van Pervijze, snuister ik in de ruïnes van het gemeentehuis. In een stuk van de eerste verdieping waarvan niemand weet hoe het overeind blijft, vind ik onder de ingedeukte plankenvloer interessante documenten o.a. een militielijst uit de tijd van Napoleon.“

Soldaat René Deckers, Pervijze 1916

1914-1918 Stads- en gemeentearchieven op de frontlijn

Diksmuide.Diksmuide.

Voor de kleine gemeenten was dit catas-trofaal. Er werden weinig of geen red-dingsacties uitgevoerd. Veel archiefstuk-ken bleven achter. Hier en daar werd door een toenmalige gemeentesecretaris een bevolkingsboek richting Frankrijk of Engeland meegenomen. Maar daar bleef het dan ook bij. De frontstad Diksmuide verloor gedeeltelijk zijn archief. Voor de

steden Nieuwpoort en Ieper werden red-dingsacties uitgevoerd.

STAD DIKSMUIDEDeze woelige periode maakte definitief een einde aan 600 jaar archiefzorg in de stad Diksmuide. Vanaf 1826 was er heel wat archivalische bedrijvigheid in het maken van afschriften en inventarissen.

META 2014 | 8 | 19

artikel

Page 22: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

1403, en nu en dan een jaar dat ontbrak. Napoleon Feys, gewezen schepen der stad, had met groot geduld deze reke-ningen of ten minste een groot gedeelte ervan afgeschreven. Deze afschriften behoorden heden aan Henri Desaegher, professor aan de Hogeschool van Gent, die ze welwillend ten onze dienste stelde. De rekeningen der St.-Niklaaskerk beston-den van 1400 tot heden. Den vermaarden Engelsen oudheidskundige James Waele, heeft de bijzonderste uittreksels ervan uitgegeven in zijn Histoire du Doyenné de Dixmude. Verders berustten in de Archieven der rekeningen der Gestichten van Weldadigheid van uit de oudste tij-den, de boeken van den burgerstand vanaf 1600, de registers van de Vierschare met hunne eigenaardige toverprocessen, meer dan tweeduizend bezegelde stuk-ken van het grootste belang — tal van registers waaronder de keurboeken van Diksmuide. Van al deze archieven bestond er een inventaris opgemaakt door Charles Louvrier.”

uit voorzichtigheid evacueerde archivaris Ernest Hosten (1892-1932) begin oktober 1914 het volledige historische archief van Stad Diksmuide. Hij schrijft: “Zij werden gedurende het bombardement [oktober 1914] van de stad in de overwelfde kel-ders van het stadhuis overgebracht, en na den oorlog vond men er niets meer van terug. Dat al deze stukken, het merendeel op perkament of sterk papier geschreven, zouden gerot en door de wakte opgevre-ten zijn, dat kan ik mij onmogelijk opne-men en het zou mij dan niet verwonderen moesten de archieven van Diksmuide nog ievers in Duitschland berusten.” We kun-nen stadsarchivaris Ernest Hosten in zijn redenering volgen. Gedurende de oor-log werd het stadhuis geleidelijk tot puin herleid. Tijdens de Slag om Diksmuide (oktober-november 1914) fungeerde het gebouw tijdelijk als Belgisch hoofdkwar-tier. Op 10 november 1914 werd Diksmuide volledig door de Duitse bezetter inge-nomen. Het is dan ook maar vanaf het voorjaar van 1916 dat het stadhuis — door Franse artillerie — de grootste schade opliep, en dat de voorgevel werd wegge-slagen. Men zou kunnen aannemen dat de Duitse bezetter in de periode november

1914 en februari 1916 de historische docu-menten heeft weg-genomen. Wat is er gebeurd met de documenten uit de 19e eeuw? Hierover bestaat er grote onduidelijkheid. Wer -den deze vernield of ook meegenomen? Kortom we hebben veel vragen.

Archivaris Ernest Hosten verliet de Westhoek en trok richting Frankrijk. Hij vond er werk in de Archivaris National in Parijs. Vanaf 1915 tot 1917 inventariseerde hij de Vlaamse fondsen uit de 14e eeuw. Natuurlijk dacht hij ook aan Diksmuide. Hij hoopte dat de Duitse bezetter de archieven hadden meegenomen en dat ze op één of andere terug dag het dag-licht zouden zien. “Al de mogelijke opzoe-kingen werden gedaan tot hiertoe bleven deze opzoekingen vruchteloos. In 1920 nochtans, kreeg ik een der rekeningen van Diksmuide (deze van 1521) terug van een professor aan de Hogeschool te Leiden, Holland. Deze rekening was ongeschon-den en den professor schreef mij dat hij ze tijdens den oorlog gekregen had van een Duitschen soldaat. Laatst kreeg ik de mare uit Frankrijk dat men een groot deel der Archieven van Cambrai kwam terug te vinden. Mochten wij voor Diksmuide even-veel kans hebben.”

STAD NIEUWPOORTOm te vermijden dat de gemeente-lijke archieven van de Stad Nieuwpoort vernield, verbrand, beschadigd of ver-loren zouden gera-ken, bracht de toenmalige stads-secretaris Theophiel Dobbelaere (1872-1940), geholpen door vijf burgers (Lodewijk Deschieter, dienstdoende stads-

20 | META 2014 | 8

artikel

Page 23: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

ontvanger, Cyriel Pecceu, onderwijzer in de gemeenteschool, Jérôme Deschieter, bakker, César Beun, timmerman en Robert Vanhooren uit Middelkerke) alles in vei-ligheid. De redding van het archief was een hachelijke onderneming omdat ze gebeurde onder het vijandelijk vuur. Het was onmogelijk om ongestoord en onon-derbroken voort te werken en de ganse operatie duurde dan ook drie dagen. Het uiteindelijke resultaat is dat Nieuwpoort de enige frontstad is die haar volledig oud archief bezit. Voor het daarna in veilig-heid brengen van enkele recente stukken staken militairen onder het bevel van lui-

tenant de Kerkhove de Denterghem een handje toe. Het leger stond overigens ook in voor het vervoer van alle docu-menten naar Veurne. Alles werd op de zolder van het Spaans Huis gelegd, doch de vloer van deze zolder dreigde in te storten. De nieuwe verblijfplaats werd de verblijfplaats van stadssecretaris Dobbelaere, de villa Rita in Sint-Idesbald. Omdat het in oktober 1917 aan de kust te gevaarlijk werd, verhuisde de stadsse-cretaris met zijn persoonlijke bezittingen en een gedeelte van het archief naar de Belgische kolonie in het Franse Cayeux. Ondertussen had de Belgische regering de meest waardevolle stukken opgeëist en ze in Le Havre in veiligheid gebracht. Na de wapenstilstand bracht men de stuk-ken waarvoor de stadssecretaris gezorgd had, naar zijn tijdelijke woning, de villa Les mouettes in De Panne. Het volledig archief kwam pas in februari 1920 weer in

“DE FRONTSTAD DIKSMuIDE VERLOOR GEDEELTELIJK ZIJN ARCHIEF. VOOR DE STEDEN NIEuWPOORT EN IEPER WERDEN REDDINGSACTIES uITGEVOERD.”

Nieuwpoort. Het historische archief van de Stad Nieuwpoort werd tussen 1933 en 1937 door rijksarchivaris Van Wrevele vol-ledige geïnventariseerd. In 1989, 75 jaar na de feiten, werden de zes burgers offici-eel door de Werkgroep Geschiedenis van de stad herdacht met een gedenkplaat in het vredegerecht.

STAD IEPERDe organisatie van het Ieperse Stadsarchief gaat terug tot 1819. Het archief beschikte over een buitengewone prachtige collectie. Op 17 december 1819 benoemt de gemeenteraad de plaatse-

lijke historicus Jean Jacques Lambin als stadsarchivaris. Hij en zijn opvol-gers Félix Missiaen (1842-1847), Isidore Diegerick (1847-1 8 8 5 ) , J u l e s Cordonnier (1888-1 8 9 2 ) , A r t h u r Mergherlynck (1892-1896) en Emile De Sagher (hulparchi-varis (1885-1896) en archivaris (1896-1917) bouwen door-heen de 19e eeuw het Stadsarchief

verder uit. De relatie tussen de toenma-lige stadsarchivaris De Sagher en de Stad Ieper verliep moeilijk. Zo was De Sagher bij het uitbreken van de oorlog in augus-tus 1914 naar Calais vertrokken en niet tij-dig naar Ieper teruggekeerd. Op 26 sep-tember 1914 werd hij voor twee maanden geschorst. Fataal. Noch het stadsbestuur noch de archivaris ondernamen iets om het archief aan het begin van de Eerste Wereldoorlog in veiligheid te brengen. In die periode kwam Ieper pal op de frontli-nie te liggen en de stad werd al gauw door de Duitse artillerie onder vuur genomen. Op 22 november 1914 ging het archief van de stad, bewaard in de belforttoren, door Duitse artillerie in de vlammen op. Het oude Ieperse archief werd op die dag of zeker in de daarop volgende maanden volledig vernield. Van het oude archief bezat het huidige Stadsarchief slechts vijf 18e-eeuwse rekeningen, waarschijnlijk

META 2014 | 8 | 21

artikel

Page 24: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

stukken die zich in 1914 niet in de bel-forttoren bevonden. Tijdens de oorlog vindt De Sagher (+ 1917) een onderko-men in Cayeux-sur-Mer. In opdracht van de stad stelde hij een rapport op over de geldelijke waarde van het ver-loren archief. Het is op basis van dit rapport dat de stad Ieper op 20 maart 1930 door de recht-bank van oorlogs-

schade een schadevergoeding van maar liefst 448.356 frank kreeg toegewezen. Het vonnis wordt op 13 mei 1931 door het Hof van Beroep in Gent bevestigd. De stad Ieper gebruikte het geld echter niet voor de uitbouw van een nieuw archief. Tot 1989 toonden enkel de stadsbiblio-thecarissen Julien Anthony (1914-1946) en Octaaf Mus (1946-1990) interesse voor historische documenten. Verscheidene archivalia vonden dan ook in de biblio-theek een onderkomen.

DOCUMENTEN TERUG NA DE EERSTE WERElDOORlOGNa de Eerste Wereldoorlog kwamen de historische stukken van Diksmuide bij mondjesmaat terug. Vanonder de puin-resten kwamen ook archiefstukken boven water. Vanaf de jaren dertig werden een honderdtal oorkonden en andere archief-bescheiden naar Diksmuide terugge-bracht. Waaronder het oudste stuk van onze huidige reeks uit 1115. Stelselmatig werden deze archiefbescheiden onder-gebracht in een aparte verzameling. Een bijhorende catalogus van de archiefstuk-ken werd vanaf 1927 door de ‘vrienden van het (heemkundig) museum’ op een chronologische wijze opgesteld.

In juli 1932 besliste de gemeenteraad van Diksmuide dat alle terug geschonken archiefstukken zouden worden overge-maakt aan het bestuur van het Stedelijk Museum. Dit laatste gebeurde dan ook in het bijzijn van het voltallig schepencollege.

Teruggekeerde oorkonden.

“HELP ONS HET HISTORISCH ARCHIEF VAN STAD DIKSMuIDE OP TE SPOREN EN TE RECONSTRuEREN!”

Het bestuur van het Stedelijk Museum richtte in 1933 opnieuw een brief aan het stadsbestuur, met het initiatief om een “brandkoffertje in het museum in te metsen voor het bergen van stukken welke niet speciaal voor tentoonstelling bestemd blijken.” Daarnaast ging men

“een bevoegde archivaris uit Brugge uit-nodigen om de waarde der verschillende stukken te bepalen.” De Gemeenteraad is in zijn besluiten positief, maar vermeld wederom de gestelde voorwaarde die we ook in het besluit van 1932 aantreffen: “Al de archieven waarvan hierboven spraak zullen den eigendom blijven van de stad. De heren gemeenteraadsleden zullen worden uitgenodigd tot het bijwonen der opening en nazicht van gemelde archie-ven.” Hier weerspiegelt zich opnieuw de aandacht van een stadsbestuur voor hun — terug gevonden — archiefstukken. Volgens dezelfde catalogus werd tijdens de Tweede Wereldoorlog, de ganse ver-zameling ondergebracht in een kluis in de voormalige Kredietbank. De Duitse bezet-ter had de opening van de brandkoffer geëist, en na de oorlog was alles doorge-woeld en enkele stukken waren wederom richting Duitsland verdwenen.

In 1954, verkreeg Diksmuide, samen met Brugge, Veurne en Ieper een schenking uit het familiearchief de Man (Varsenare). Dit uit enige sympathie voor de gele-den schade tijdens Wereldoorlog 1914-1918. Op 15 april 1954 lezen we in de ver-slagen van de Amis de l’Hôtel-Musée Merghelynck (Ieper) betreffende de schenking het volgende: “Grâce à la générosité de Melle [Jeanne] de Man, il nous fus possible de remettre (sic) un ensemble impressionate de documents aux archives de l’Etat à Bruges, et à cel-les des villes de Bruges, Dixmude, Furnes et Ypres. Ces dons sont très précieux pour les villes matyres de 14-18, dont tous les documents anciens ont été anéantis.”

In het najaar van 1954 kwamen de Amis uit Ieper opnieuw bijeen, waaronder ook de conservator van het Museum van Diksmuide. Daar ontvangt hij “ une liasse de documents à Diksmuide, qui complète le don précédent (…).” Voor Diksmuide was dit een aanwinst, maar

22 | META 2014 | 8

artikel

Page 25: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

door deze verspreiding van het familie-archief de Man over diverse archiefinstel-lingen ging de volledige structuur van dit familiearchief verloren. De schenking van juffrouw de Man omvat dan ook zowat een derde van heel het huidig archief-bezit en werd — zoals de hierboven ver-melde verzameling — ook ondergebracht in een aparte reeks met nummering van 1 tot 105. Volgens de catalogus werden de stukken verkregen door bemiddeling van het Museum Merghelynck te Ieper en zijn ze afkomstig van de familie de Man in Varsenare. Het volledige fonds droeg de naam ‘Fonds Merghelynck’ ipv ‘de Man’ wat dusdanig verwarrend overkomt.

Andere aanwinsten dateren uit 1994, 1996 en 1999. In 1994 verkreeg het Rijksarchief Brugge uit Straatsburg een belangrijke aanwinst namelijk vier middeleeuwse stadsrekeningen uit de periode 1413-1428. uit 1996 dateert een schenking van Prof. Dr. D. Falcke uit Mainz (Duitland) hierbij verkreeg het Stadsarchief drie bronnen uit de 16e eeuw. Het gaat hier om het Registere van de Camere (1573-1577), 2 pagina’s uit een missaal (16e eeuw) en een oorkonde met retroakten uit 1522. Falke schrijft in z’n begeleidende brief over deze archiefstukken het volgde: “Pergament stammt aux Dixmuiden (Flandren) aus den mittelalter. Grossvater Falck brachte welche Tasche 1915 aus den Weltkrieg mit. Soldaten stillten solche in Schütsgrhaben hen”. In januari 1999 kreeg het stads-bestuur een schenking van 132 authen-tieke ‘geredde’ archiefstukken. Deze archiefstukken van Diksmuide waren in de omgeving van Brussel bewaard gebleven. De inhoud van deze schenking bestond vooral uit documenten i.vm. de stadsad-ministratie (1675-1708), de heerlijkheid Diksmuide (17e-18e eeuw), de heerlijkheid Nieuwkapelle (1607), de Zwart Zusters (1539-1553), de St.-Niklaaskerk (1764-1767), het Godshuis der Magdalenen (1708), het St.-Janshospitaal (1672-1709) en het Godshuis van de Armen en de Groten H. Geest (1682-1717). uit Burscheid (Duitsland) ontvingen wij in 2013 zes oorkonden die door soldaat Fritz Elbert, meegenomen waren richting Duitsland. Dit pakket omvatte de Constituien van het Begynhof binnen der Stede van Dixmuyde

(1697) en vijf oorkonden afkomstig uit het Begijnhof van Diksmuide (1329-1353). In 2013 stuurde men vanuit Frankfurt-am-Main (Duitsland) een oorkonde uit 17e eeuw

De Stad Diksmuide ontving op 9 juni 2014 23 historische stukken uit de peri-ode 1466-1739. Ditmaal vanwege het Geheimes Staatsarchiv Preußischer Kulturbesitz in Berlijn (Duitsland). De pre-sident van het Preußischer Kulturbesitz kwam deze in eigen persoon aan de stad overhandigen. Het Staatsarchiv stelt dit symbolisch gebaar naar aanleiding van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog. De overdracht omvatte 17 dozen met 23 oorkonden: waarvan 1 stuk uit 1446, 13 stukken uit de periode 1519-1582, 6 stuk-ken uit de periode 1608-1647 en 3 stukken uit de periode 1727-1739. De inhoud van deze documenten zijn rechtshandelingen tussen de burgers en de burgemeesters en schepenen van de stad, de heerlijkheid van Diksmuide en het kapittel van de St.-Niklaaskerk.

Ook het verhaal voor de Stad Ieper gaat deze lijn verder. In september 2014 ontdekte men in een kluis in het universiteitsarchief van Regensburg een oorkonde uit het archief van de abdij van Mesen. Eind 1914 bezetten Duitse troepen Mesen. Ze nestelen zich onder meer in de verwoeste gebouwen van de abdij. Tussen het puin vinden ze ook het voormalige abdijarchief. Duitse soldaten (vooral uit Württemberg en Beieren) nemen tijdens de oorlog talrijke archiefstukken mee naar Duitsland. Het is een document uit 1290 waarin de stadsschepenen van Ieper akkoord gaan om een geschil tussen Ieper en de abdis voor te leggen aan de graaf van Vlaanderen. Het betreft een geschil in hoeverre de abdij Ieperse poorters in Noordschote en Zuidschote mocht laten arresteren en wie de scheepvaartrechten in geciteerde dorpen bezat.

HElP ONS ZOEKEN!Het beeld van onze stadsgeschiedenis uit het ancien regime is zeer fragmenta-risch. Over de werking van onze stede-lijke instellingen tijdens het ancien regime krijgen we langzamerhand een beeld. Het

lukt ons om per instelling enkele histo-rische documenten samen te brengen. Over het verloop van de 19e eeuw zijn er geen documenten voorhanden. Zoals reeds gezegd kwamen na de Eerste Wereldoorlog de historische documen-ten uit het ancien regime met mondjes-maat terug naar de Stad Diksmuide. Het is duidelijk dat het historische archief van Diksmuide niet werd geëvacueerd of overgebracht naar een veilige locatie. Hierdoor veronderstellen we dat heel wat archiefstukken als oorlogssouvenir door de aanwezige soldaten werden meegeno-men. Hierdoor vonden ze hun weg rich-ting Duitsland of werden ze gedeponeerd in een archiefinstelling in België of in het buitenland. Waar deze zijn is voor ons onduidelijk.

Daarom wil de stad Diksmuide een inter-nationale oproep lanceren naar hun ver-loren gewaande historische archiefstuk-ken. Wij willen ons historisch archief in de mate van het mogelijke reconstrueren. Naar aanleiding van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog doen wij een oproep naar de families, archieven, bibliotheken en andere bewaarinstellingen in het bin-nen- en buitenland. In het bijzonder rich-ting Duitsland. Help ons het historisch archief van Stad Diksmuide op te sporen en te reconstrueren!

META 2014 | 8 | 23

artikel

Page 26: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

De openbare bibliotheek van LummenDe gemeentelijke openbare bibliotheek van Lummen opende op 5 oktober 2012. Het is een open, toegankelijke en hedendaagse bibliotheek waar architectuur en inrichting hand in hand gaan, waar uitlenen en verblijven evenwaardig zijn. uitgerust met een licht en strak rekkensysteem, aangevuld met uitnodigend zitmeubilair en uitgekiend maatwerk maakt het de inrichting tijdloos.

Foto’s: MJ Smets.

24 | META 2014 | 8

signaleMent

Page 27: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

META 2014 | 8 | 25

signaleMent

Page 28: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

De bibliotheek van de Faculteit voor Vergelijkende GodsdienstwetenschappenEddy Van laerhoven

De Faculteit voor Vergelijkende Godsdienstwetenschappen (FVG) bestudeert en onderwijst in een pluralistische context de veelheid van religies en wereld- en levensbeschouwingen. Omwille van het belang van rechtstreeks contact — beste waarborg voor gelijkwaardigheid en pluralisme — wordt ernaar gestreefd om onderwijs te geven door docenten die behoren tot die verschillende levensbeschouwingen zelf.

Hoe vullen jullie de taak als bibliotheek in?Dit ‘van binnen uit’ informatie kunnen ver-strekken is voor de FVG cruciaal en maakt hèt onderscheid uit met gelijknamige opleidingson-derdelen. Vanuit eigen religie en cultuur doce-rend brengt men naast kennisname van de the-oretische lering ook inzicht bij in de praktische beleving. Naast onderzoeks- en onderwijsin-stelling wil de FVG ook een plek van daadwer-kelijke ontmoeting zijn, een levensbeschouwe-lijke markt in de klassieke betekenis (agora), waar mensen uit verschillende culturen samen-komen. Indirect werken ze daardoor ook aan hun bekwaamheid tot het voeren van een effi-ciënte interculturele en interreligieuze dialoog.De bibliotheek van de FVG heeft als eerste taak die pedagogisch-didactische en weten-schappelijke doelstellingen van deze interna-tionale vzw te ondersteunen. Naast het faci-literen van toegang tot informatie is daarbij vooral het ondersteunen van reële contacten tussen docenten en studenten en tussen het eigen academisch corps en de internationale gemeenschap van wezenlijk belang. Religieuze gemeenschappen die zich willen uiten, sprekers over hun levensbeschouwing, tentoonstellingen over cultuur, … het kan allemaal in het FVG-gebouw en ook hier speelt de bib een onder-steunende rol.

Hebben jullie een uitgebreide collectie?Met wereldwijd meer dan 4200 religies blijft het streven naar evenwicht een onmogelijke opgave. Onze fysieke collectie omvat momen-teel meer dan 20.000 volumes, verdere uitbouw wordt wat beperkt door de relatief kleine behui-zing, weliswaar in een mooie groene omgeving (kasteel Ieperman in Wilrijk). Rekening hou-dend met de voortschrijdende digitalisering

en met het ons omringende bibliotheeklandschap kun-nen we voor enkele collectie-onderdelen, waaronder zeker christiana en catholica, terug-vallen op enkele uitstekende Vlaamse bibliotheken. Op wandelafstand hebben we een dankbare samenwerking met het Theologisch en Pastoraal Centrum. Tevens niet te verge-ten de bibliotheek van de Vrije universiteit Brussel (VuB) waarmee de FVG een part-nership signeerde. Maar het bovenstaande neemt niet weg dat we in som-mige deelgebieden van de orientalia de collec-ties van de meeste Vlaamse universiteitsbiblio-theken overtreffen.

Verder hebben onze talrijke internationale samenwerkingsakkoorden een grote impact op de bib-werking: een akkoord tot samenwerking houdt, naast intensievere contacten tussen les-gevers, meestal ook een uitwisseling van bron-nenmateriaal in. Zo sloot de FVG op 4 april jl. een akkoord af met het Sanskrit Studies Centre (Silpakorn university – Bangkok). Overigens is het omwille van de verschillende talen en schriftbeelden van de primaire bronnen geen sinecure te komen tot volledige en correcte catalografische beschrijvingen.

Wat brengt de toekomst?Ondanks een zeer beperkt werkingsbudget en een klein personeelskader van uitsluitend vrijwilligers blijft de FVG-bib groeien. Met een recent opgestart project willen we de FVG-bib ook in een virtuele omgeving meer profileren, onder meer door ons bibliotheekbeheerssys-teem te actualiseren. Momenteel onderzoe-ken we de mogelijkheden om aan te sluiten bij Anet (Brocade). Dit zal de zichtbaarheid van onze collectie nog doen toenemen en geeft ons intern meer mogelijkheden de collectie op te volgen.

> Meer info: http://www.antwerpfvg.org

“DE FVG-BIBLIOTHEEK STAAT VOOR HET BELéVEN VAN RELIGIE IN EEN WETENSCHAPPELIJK KADER.”

V.l.n.r. Fr. Stappaerts (Humanisme), M. Strubbe (Boeddhisme), R. Dogan (Islam), Chr. De Lauwer (Jainisme), L. Bonte (Afro-American Religions), R. Van den Bergh (Thesisbegeleiding) en achteraan Chr. Vonck (bibliotheekverantwoordelijke).

26 | META 2014 | 8

etalage

Page 29: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Johan Poukens is infor-

matie-adviseur bi j de

Erasmushogeschool Brussel

(dienst Bibliotheek- en

Archiefbeheer). Hij is onder

meer bestuurslid van de sec-

tie Hogeschoolbibliotheken

en vertegenwoordigt de

Vlaamse Hogescholenraad

in Elektron vzw, SA&S en de

Adviescommissie reprogra-

fie (FOD Economie). In zijn

vrije tijd houdt Johan van

fietsen, wandelen en met

zijn dochter naar de dieren-

tuin gaan.

Johan Poukens:

“Informele contacten zijn voor een ‘ongeschoold’ bibliothecaris minstens even waardevol”Hoe ben je in de bibliotheeksector beland? Tijdens mijn studie Geschiedenis aan de Ku Leuven was ik een intensief gebruiker van bibliotheken en archieven. Ik bracht vele uren door in leeszalen, met mijn neus in boeken, inventarissen en historische documenten. De eruditie en bevlogenheid van de archivarissen die ik daar ontmoette werkte niet alleen inspire-rend voor het historisch onderzoek dat ik deed, maar zette me er ook toe aan om na het afstu-deren nog een master-na-master Archivistiek aan de Vrije universiteit Brussel te volgen. De ambitie om archivaris te worden ging daarna echter voor vier jaar in de koelkast, want op de dag van de proclamatie kreeg ik ook het nieuws dat ik als onderzoeker aan de slag mocht gaan bij de subfaculteit Geschiedenis (Ku Leuven).

In hoeverre hebben je studies je voorbereid op je huidige job? Bij de start van de opleiding Archivistiek had ik een nogal eenzijdig en romantisch beeld van het werk van de archivaris: historische docu-menten lezen, inventarissen schrijven, onder-zoekers helpen bij hun heuristiek, dat soort dingen. Het ordenen en beschrijven was inder-daad een belangrijke pijler in de opleiding, maar ik had niet vermoed dat een archivaris in een andere context ook een informatie-manager kan zijn. Maar kijk, sinds december 2011 mag ik mezelf informatie-adviseur bij de Erasmushogeschool noemen en ben ik precies dat soort archivaris én bibliotheekcoördinator.

Hoe lang ben je al actief binnen de VVbAD? En wat was je motivatie om lid te worden?Dat is als vanzelf gegaan. Mijn voorgangster ver-tegenwoordigde de hogeschool in het bestuur van de toenmalige sectie Schoolbibliotheken, nu Hogeschoolbibliotheken. Zij heeft me geïn-troduceerd en ik ben haar opgevolgd, in januari 2012 als gecoöpteerd lid en vanaf januari 2013 als effectief bestuurslid.

Wat haal je er voor jezelf uit, zowel persoonlijk als professioneel?De vereniging en de sectie zijn voor mij vooral een plaats voor uitwisseling van kennis en

expertise. Je leert natuurlijk altijd bij van de lezingen op studiedagen of de artikels in META, maar je vangt ook heel wat op over het beroep tijdens vergaderingen en koffiepauzes van stu-diedagen. Die informele contacten zijn voor een ‘ongeschoold’ bibliothecaris als mezelf minstens even waardevol geweest.

Hoe zie je de sector in de toekomst evolueren?Vanuit de onderwijszijde is de invoer van het nieuwe accreditatiestelsel met de instellings-review zeker een belangrijke bepalende fac-tor in de komende jaren. We zullen er ook als bibliotheek werk van moeten maken om kwa-liteitszorg in alle aspecten van onze werking te integreren. Ik zie dit vooral als een kans om bij-voorbeeld werk te maken van een beleid rond collectievorming. Daarnaast denk ik dat er op het vlak van informatievaardigheden ook een belangrijke taak voor de bibliotheken is weg-gelegd. En dan bedoel ik niet alleen studenten (en soms ook docenten) leren hoe ze boeken en artikels kunnen opzoeken in de eigen cata-logus en databanken, maar hen ook de weg wij-zen naar het groeiende open informatieaanbod op internet en hen op een kritische manier leren omgaan met informatie. Als archivaris probeer ik uiteraard op de hoogte te blijven van de uit-rol van het selectiebeleid in het kader van het Archiefdecreet.

En hoe zou de VVbAD kunnen inspelen op die veranderingen?De integratie van de projectwerking van VOWB in VVBAD opent perspectieven op dit vlak. Het Okapi2-project zal, eenmaal op kruissnelheid, zeker waardevol zijn als bron voor benchmar-king in het kader van kwaliteitszorg. En verder is het aan de leden van de toekomstige com-missie Overleg Wetenschappelijke Bibliotheken om samen nieuwe projecten en diensten te ont-wikkelen.

META 2014 | 8 | 27

inzet

Page 30: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

28 | META 2014 | 8

over de grens

CENDARIDeirdre byrne, met dank aan Tom Cobbaert

CENDARI, kort voor Collaborative European Digital Archive Infrastructure, is een onderzoeksproject dat een digitale onderzoeks-infrastructuur voor historici wil ontwikkelen. Deze infrastructuur zal digitale bronnen bevatten rond twee pilootthema’s: de middeleeuwen en de Eerste Wereldoorlog.

CENDARI is een vierjarig onderzoeksproject dat wordt gecoördineerd door het Trinity College in Dublin en subsidies ontvangt van de Europese Commissie. Het project loopt van 2012 tot 2016 en is een samenwerking van 14 onderzoeksinstituten uit 8 Europese lan-den (onder meer de Freie universität Berlin, King’s College London en het Consortium of European Research Libraries).

CENDARI brengt informatie- en computer-wetenschappers samen met toonaangevende historici en bestaande historisch onderzoeks-infrastructuren zoals archieven, bibliotheken en andere digitale projecten. De ontwikkeling van een digitale onderzoeksinfrastructuur moet die netwerken van Europese archieven en biblio-theken overhalen om reeds bestaande digi-tale bronnen te integreren. Het project wil een onderzoeksinfrastructuur ontwikkelen die mak-kelijk toegankelijk en bruikbaar is voor historici en nuttig is voor hun onderzoek.

Het overkoepelende doel van het project is de ontwikkeling van een efficiënt digitaal Virtual Research Environment (VRE) voor historische onderzoekers die werken met digitale bron-nen. Deze VRE zal, in eerste instantie, verschei-dene bronnen in verschillende formaten voor hedendaagse en middeleeuwse geschiedenis integreren. Daarnaast wil CENDARI archief- en bibliotheekcollecties koppelen met bestaande metadata-frameworks. De ontwikkeling van de VRE loopt momenteel (zomer 2014) nog met het oog op het faciliteren van transnationale en comparatieve invalshoeken voor onderzoek in digitale bronnen van archieven en bibliotheken.

ARCHIVE DIRECTORy bOUWENCENDARI focust op een verbetering van de visi-biliteit en toegankelijkheid van unieke archief-bronnen en collecties uit heel Europa door de creatie van een digitale Archive Directory van bronnen. Het CENDARI-team zoekt in de ont-wikkeling van de Directory samenwerking met een breed netwerk van archieven, bibliotheken, onderzoeksinstituten en andere bewaarplaat-sen in Europa en daarbuiten.

De Archive Directory is opgevat als een shared repository die wordt gevuld door alle leden van CENDARI en legt de basis voor virtueel onder-zoek in de twee pilootthema’s: middeleeuwse Europese cultuur en de Eerste Wereldoorlog. De Directory zal op transnationaal niveau toe-gankelijk zijn voor onderzoekers en de minder bekende en ‘verborgen’ archieven in Europa meer toegankelijk en zichtbaar maken.

De brede gemeenschap van historici die onder-zoek voeren in één van de twee voornoemde thema’s vormt niet alleen de belangrijkste doel-groep voor het gebruik van CENDARI, maar zij zijn ook de referentie voor de selectie van relevante informatie die moet opgenomen wor-den in de Archive Directory. Het CENDARI-team neemt de verschillende gewoonten en methodes van mediëvisten en oorlogshistorici in rekening en ontwikkelde daarop een spe-cifieke aanpak om aan hun eisen op het vlak van bronnenselectie tegemoet te komen. Er is bijvoorbeeld een significant verschil tussen de hoeveelheid bestaand bronnenmateriaal voor middeleeuwse geschiedschrijving en deze voor hedendaagse geschiedschrijving. De groeiende geletterdheid en bureaucratie en de verfijning van politiek en administratie zorgden voor een grotere productie aan onderzoeksbronnen over de Eerste Wereldoorlog, terwijl de hoeveelheid middeleeuwse manuscripten meer beheersbaar is. Dit vereist, enerzijds, een meer fijnmazige benadering van middeleeuwse bronnen — eer-der stuksgewijs (bijv. manuscripten) dan collec-ties — en, anderzijds, een grotere uitwisseling van gegevens, commentaren en bronnen tus-sen mediëvisten. Die uitwisseling wordt daar-enboven geholpen door de relatief heldere en minder complexe juridische status van de meeste middeleeuwse bronnen.

De catalogi en inventarissen van culturele erf-goedinstellingen bevatten vitale informatie over de inhoud van bestanddelen en series, essenti-ele uitleg bij het gebruik van de inventaris en de interpretatie van de inhoud. Dit heeft overi-gens hoofdzakelijk betrekking op de methodiek van archiefinstellingen, minder op de werking

Page 31: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

META 2014 | 8 | 29

over de grens

van bibliotheken en musea. In specifieke geval-len, zoals het middeleeuwse onderzoeksgebied, wordt de context — noodzakelijk om het stuk volledig te beschrijven en te begrijpen — voor-zien door gegevens die eveneens afkomstig zijn van onderzoeksinstellingen.

De eerste twee jaren van het project concen-treerden zich hoofdzakelijk op de creatie van een robuust selectieproces en het verrijken en het delen van bronnen met culturele erf-goedinstelling. Daaruit heeft het project naad-loze methodes ontwikkeld voor de ingest en vergelijking van gegevens voor de verdere aan-vulling van de CENDARI Archive Directory.

ARCHIVAl RESEARCH GUIDESCENDARI is ook betrokken bij de ontwikkeling van Archival Research Guides (ARGs). Deze archiefgidsen fungeren als een eerste toegang tot de CENDARI Archive Directory en speci-fieke bronnen voor middeleeuwse en moderne geschiedenis met de bedoeling de virtuele en analoge gebruiksvriendelijkeheid te verbeteren.

De archiefgidsen zijn in de eerste plaats bedoeld om de CENDARI gebruiker te bege-leiden in het zoeken naar relevante historische bronnen rond een specifiek onderwerp. Ze zijn ontworpen als thematische benaderingen van exemplarische onderzoeksgebieden in elk van de pilootdomeinen, telkens gebaseerd op de

actuele toonaangevende onderzoeksvragen, en zul-len een onderzoeksmetho-diek in de VRE mogelijk maken.

De archiefgidsen zullen bin-nen de CENDARI Archive Directory het opvragen van collecties faciliteren en collectiebeschrijvingen aanvullen door het aanbie-den van historiografische context en methodologi-sche ondersteuning aan onderzoekers. Ze zullen ook een virtuele samen-stelling en toegang tot col-

lecties over nationale en institutionele gren-zen toelaten, door informatie over verspreide archieven die tot eenzelfde historische con-text behoren samen te brengen. De gidsen zijn bedoeld om grote thematische gebieden

van historisch onderzoek te overspannen en zullen ook dienen als showcases voor de user-generated content die wordt aangemaakt bin-nen de archiefgidsen.

GEbRUIKER CENTRAAl Bij CENDARI zullen histo-rici via een dynamische gebruiksinterface toegang hebben tot gegevens voor hun eigen onderzoeksprojecten. Historici zullen gegevens kunnen analyseren aan de hand van geavanceerde data mining en visualisatietools; ze zullen hun eigen onderzoek kunnen uploa-den naar een persoonlijke werkomgeving en gegevens beheren en uitwisselen met andere onderzoekers door middel van annotaties, tags, semantische links en andere tools.

Het ontwerp van de CENDARI-infrastructuur is gericht op een interoperabel gegevensplat-form dat gesloten databanken overstijgt en het potentieel gebruikt van reeds bestaande platformen en hun data —zoals Europeana en Archives Portal Europe (APEx). Daarenboven wil CENDARI met een meer fijnmazig niveau van gegevens de basis leggen voor echt weten-schappelijk onderzoek en het ontdekken, orga-niseren en delen van kennis.

CENDARI bouwt verder op het bestaand werk van informatie-instellingen om digitale inventa-rissen te valoriseren, en focust daarbij ook op de ‘verborgen’ collecties, die vaak minder goed vertegenwoordigd zijn in het digitale landschap. Anders dan een typische digitale bibliotheek zijn er geen strikte vereisten voor de ingest van gegevens. Het projectteam is ervan overtuigd dat catalogi in de vorm van collectiebeschrij-vingen en inventarissen essentiële instrumen-ten zijn voor historisch onderzoek en wil deze informatie dan ook graag delen met de eind-gebruikers van CENDARI.

Het CENDARI-team werkt momenteel aan de eerste release van de VRE die voor test en gebruik beschikbaar zal worden gesteld aan historici met het oog op feedback voor het ont-wikkelingsteam. De geplande release voor deze eerste versie van de VRE is oktober 2014. Meer informatie vind je op: http://www.cendari.eu.

> het Cendari project wordt gesub-

sidieerd door het 7th Framework

Programme van de europese unie

onder nummer 284432.

Groepswerk op de Cendari Summer school.

Page 32: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

“HET IS WELLICHT ZO DAT DE EERSTE OPENBARE BIBLIOTHEEK IN VLAANDEREN MET EEN UITLEEN VAN TELESCOPEN DE PERS HAALT.”

Doe mij maar een strip en een telescoopPatrick Vanouplines

In de Verenigde Staten bestaat de vrees dat steeds minder jongeren sterrenkunde als hobby kiezen. Dat heeft gevolgen voor de opleidingen fysica en exacte wetenschappen. In Vlaanderen blijft het succes van volkssterrenwachten groot en is het probleem wat minder acuut.

In de Verenigde Staten kwam Marc Stowbridge van de New Hampshire Astronomical Society (NHAS) op het idee om de openbare biblio-theek in te schakelen. Niet door meer boeken over sterrenkunde aan te schaffen maar door jongeren de mogelijkheid te geven een sterren-kijker van de bib mee naar huis te nemen. Omdat het hier om een interessante kruisbestuiving kan gaan (volkssterrenwacht verwijst door naar bib en omgekeerd) besteden we aan dit onderwerp even wat meer aandacht op basis van een arti-kel 1 dat recent verscheen in Sky and Telescope, het Amerikaanse tijdschrift voor amateurastro-nomen (en semi-professionals).

Telescopen moeten voor deze toepassing gemakkelijk te gebruiken, compact en van hoge kwaliteit zijn. De prijs per telescoop kan vrij laag liggen. Overigens was de telescoop die Aldi enkele jaren geleden aanbood voor een kleine 200 euro van goede kwaliteit (en bovendien compact). Volkssterrenwachten in Vlaanderen werden in die tijd echter overstelpt met vragen over het gebruik van het toestel. Zo eenvoudig in gebruik was de telescoop dus niet. Voor het Amerikaanse project werden knop-pen die voor iets geavanceerder gebruik dienen verwijderd of verstopt. Het oculair (dat meestal door de gebruiker tijdens het waarnemen kan verwisseld worden om andere vergrotingen te verkrijgen) werd vervangen door een vast zoomoculair. Daarmee heeft de gebruiker toch de mogelijkheid om zowel uitgebreide objecten (bijvoorbeeld de maan, opvallende groeperin-gen van sterren) als compactere objecten (bij-voorbeeld planeten) te bekijken. Losse onder-delen (zoals de stofkap) werden met stevige touwen aan de telescoop vastgemaakt.

bEWOlKTHet experiment in New Hampshire is succesvol te noemen. De gemiddelde lener is 30 tot 40 jaar oud. De uitleningen gebeuren vaak voor de kinderen van de lener. Soms zijn de wacht-rijen heel lang. Met klachten blijkt het mee te vallen; de meest gehoorde klacht betreft vaak het weer tijdens de leenperiode. De telesco-pen worden opgevolgd, ook terwijl die bij de lener zijn; de opvolging gebeurt vaak door een begeleider van de lokale volkssterrenwacht. De New Hampshire Astronomical Society heeft op haar website een complete beschrijving 2 van het gebruikte materiaal (inclusief onderdelen-lijsten, beschrijvingen van ombouwingen en zelfs labels om op de telescopen te kleven).

Het uitlenen van telescopen is niet nieuw: volkssterrenwachten (ook in Vlaanderen) doen dat soms, maar het aanbod blijft momenteel beperkt. Nochtans hebben volkssterrenwach-ten meestal hun eigen bibliotheek. Het uitle-nen van materialen is hen dus niet vreemd. Misschien dat er een gebrek aan kritische massa is en dat een aanbod vanuit openbare bibliotheken tot een mooie samenwerking kan leiden. Misschien dat de mogelijkheden en haalbaarheid nog niet voldoende onderzocht zijn. Misschien dat niet voldoende gerealiseerd wordt dat er mogelijkheden zijn in samenwer-king met een volkssterrenwacht en met de steun van schenkingen (ook in de vorm van crowdfunding). Het is wellicht zo dat de eerste openbare bibliotheek in Vlaanderen met een uitleen van telescopen de geschreven pers en zelfs de visuele media haalt.

1 Goss J.J. (2014). Check out this tele-

scope – Library Telescope Program.

In: Sky and Telescope, October 2014,

p 66-69.

2 Zie http://nhastro.com/ltp.php

30 | META 2014 | 8

trend

Page 33: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Wat is de ideale opnameresolutie bij digitaliseren?Henk Vanstappen, PACKED vzw

Alle digitaliseringsrichtlijnen spreken over minimale resolutie, meestal uitgedrukt in dpi. Maar wat betekent dat precies en welke resoluties zijn eigenlijk nodig? Vaak wordt de norm 300 dpi gehanteerd, maar waar komt deze norm vandaan en is die altijd van toepassing?

WAT IS OPNAMERESOlUTIE?Wanneer je een document of foto onder de scanner legt, wordt het analoog beeld omge-zet in beeldpunten of pixels. Elke pixel verte-genwoordigt de gemiddelde kleurwaarde voor een stukje van het origineel. Hoe meer pixels je hebt, hoe meer detail er dus van het analoge origineel bewaard blijft. Deze resolutie wordt uitgedrukt in aantal beeldpunten per lengte-eenheid. Meestal wordt als eenheid de inch genomen, waardoor we spreken van pixels per inch of ppi 1

WElKE RESOlUTIE IS GESCHIKT?De aanbevolen resolutie is afhankelijk van twee factoren: de mate van detail van het origineel, en het doel waarvoor je de digitale reproduc-tie wil gebruiken.

Hoe kleiner de details op het origineel, hoe groter de opnameresolutie moet zijn om dit detail voldoende te capteren. Een vuistregel bij tekstdocumenten is dat de opnamereso-lutie voldoende moet zijn om het puntje van de i te onderscheiden. Bij digitalisering van gerasterde afbeeldingen (zoals foto’s in een tijdschrift) zijn bijvoorbeeld de afzonderlijke puntjes van de rasterafbeeldingen het kleinste detail. Het menselijk oog kan detail waarne-men tot iets minder dan 300 ppi — vandaar dat 300 ppi meestal als maximumgrens wordt genomen. Bij grote originelen (groter dan A2) kan daarvan afgeweken worden. De overwe-ging is dan dat grote originelen zoals affiches weinig gedetailleerd zijn. Bovendien zou een scan met een te grote opnameresolutie een te groot bestand opleveren. Als je de resolutie verdubbelt, levert dat immers een vier maal zo groot bestand op. Voor originelen groter dan A2 wordt is een resolutie van 150 ppi daarom aanvaardbaar geacht. Omgekeerd wordt voor originelen met veel detail een hogere resolu-tie gehanteerd. De vuistregel is hier dat je bij tekstdocumenten waar de ‘e’ kleiner is dan 1 mm, 600 ppi wordt gebruikt.

Een tweede factor is het gebruik dat men van het digitale bestand wil maken. Als het

digitale beeld het origineel moet ver-vangen, is de maxi-mumgrens van 300 ppi of 600 ppi de norm. Wanneer je echter digitali-seert met het oog op het creëren van raadplegings-bestanden kan je de vereiste reso-lutie berekenen aan de hand van volgende formule: (breedte gewenste afdruk x resolutie van de gewenste afdruk) / breedte origineel. Wil je een kwaliteitsaf-druk (300 dpi) op A4-formaat maken van een 70 cm brede affiche, dan moet je dus scannen met een opnameresolutie van 90 ppi. Anticipeer daarbij wel op mogelijk toekomstig gebruik voor andere doeleinden — vermijd dus dat je een tweede keer moet digitaliseren om aan hogere kwaliteitseisen te voldoen.

Een bijzonder geval ten slotte doet zich voor bij het digitaliseren van reproducties, zoals micro-film of dia’s. In dat geval moet de gewenste opnameresolutie vermenigvuldigd worden met de reductiefactor: als het origineel met micro-film werd opgenomen met een reductiefactor van 15, moet de opnameresolutie met dat getal worden vermenigvuldigd. Hierbij geldt dan weer een maximumgrens die bepaald wordt door de drager, zoals de korrel van microfilm.

CONClUSIEIn de meeste gevallen hanteer je een opna-meresolutie van 300 ppi. Lagere resoluties zijn mogelijk bij grotere originelen of wanneer lagere kwaliteit volstaat. Wanneer er een grote mate van detail moet bewaard worden, kunnen hogere resoluties vereist zijn.

> dit artikel werd bezorgd door

PaCked vzw dat als expertisecen-

trum digitaal erfgoed kennis, erva-

ring en deskundigheid omtrent

digitaal erfgoed centraliseert en

verspreidt. vragen voor PaCked vzw

zijn welkom via [email protected]

De eerste digitale scanner uit 1957. ©: NIST.

.

1 Soms aangeduid als spi (samples

per inch) of dpi (dots per inch).

META 2014 | 8 | 31

uitgePakt

Page 34: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

De erfenis van Rika De backer verkwanseld?

Het einde van het Vlaamse bibliotheekbeleidbruno Vermeeren

De bibliotheeksector in Vlaanderen is een kind van de eerste staatshervorming. Nadat de gemeenschappen bevoegdheid over cultuur hadden gekregen, maakte uitgerekend minister Rika De Backer met het Bibliotheekdecreet een einde aan de zuilgebonden bibliotheken. Sindsdien heeft de sector zich ont-wikkeld tot een netwerk van meer dan driehonderd goed uit-geruste bibliotheken, met een dienstverlening die gewaardeerd wordt door jong en oud. Samen beschikken ze over een uitge-breide collectie, ontsloten door provinciale catalogi. De sector investeert voortdurend in online dienstverlening en infrastruc-tuur en de bibliotheken zetten steeds meer in op lokale samen-werking, met partners uit onder meer onderwijs en welzijn.

Met de septemberverklaring van de Vlaamse regering lijkt aan dat gouden tijdperk een einde te komen. De besparingsplannen van de nieuwe bewindsploeg voor onze sector zijn niet mis. Er wordt 5 procent bespaard op het Vlaamse budget voor open-bare bibliotheken, voor Luisterpunt en voor Zorgbib. LOCuS en Bibnet moeten respectievelijk 6 procent en 10 procent inle-veren. De VVBAD, als kampioen, verliest een vijfde van haar subsidies. Toch zijn die besparingen niet het ergste dat ons te wachten staat. Met de overdracht van de sectorale middelen naar het Gemeentefonds en met de inperking van de provinci-ale bevoegdheden, staat ons een ingrijpende hervorming van de sector te wachten. We proberen de gevolgen op een rijtje te zetten.

“DE VVBAD VERLIEST EEN VIJFDE VAN HAAR SuBSIDIES. TOCH ZIJN DIE BESPARINGEN NIET HET ERGSTE DAT ONS TE WACHTEN STAAT.”

HET EINDE VAN EEN bASISVOORZIENINGVoor de commissie Cultuur van het Vlaams Parlement zei minis-ter Gatz op 2 oktober uitdrukkelijk dat de extra middelen voor het Gemeentefonds niet geoormerkt zullen zijn. De 50 miljoen die Vlaanderen vanaf 2015 nog voorziet voor de ondersteuning van de lokale openbare bibliotheek, verdwijnt in een grote pot die verdeeld wordt onder de gemeenten op basis van parame-ters zoals het inwoneraantal. Er is geen enkele garantie dat het geld ook in de toekomst voor bibliotheekwerking zal gebruikt worden.

Daarmee verliest de Vlaamse overheid ook haar belangrijkste instrument om een bibliotheekbeleid te voeren. Werken met beleidsprioriteiten heeft geen zin meer: of ze nu meedoen of niet, de steden en gemeenten krijgen hun geld toch. Er zal geen verplichting meer zijn om een bibliotheekwerking uit te bouwen. De inzameling van cijfergegevens — de BIOS-gegevens — komt

op de helling te staan. De Vlaamse regering zal dus zelfs niet meer in staat zijn om de impact van haar eigen beslissingen te meten. Ook het definiëren van de openbare bibliotheek, zoals nu nog gebeurt in het decreet Lokaal Cultuurbeleid, is zinloos. De lokale besturen zullen zelf beslissen of ze een bibliotheek-werking nodig hebben en hoe die eruit zal zien.

Dat wil niet zeggen dat Vlaanderen helemaal geen bibliotheek-beleid meer kan voeren. Er zijn nog altijd de bovenlokale orga-nisaties. Gezien de percentages die zij moeten inleveren, zijn die duidelijk geen prioriteit. De lopende fusie van LOCuS en Bibnet maakt het ook heel onduidelijk welke inhoudelijke wer-king er nog over zal blijven op Vlaams niveau. De ontwikkeling van de digitale bibliotheek blijft hoogstwaarschijnlijk een speer-punt voor het nieuwe steunpunt. Zal er daarnaast nog ruimte zijn voor initiatieven zoals de Bibliotheekweek of inhoudelijke ondersteuning van lokale bibliotheken? En hoe zullen de andere luiken van het lokaal cultuurbeleid, zoals de cultuur- en gemeen-schapscentra, een plek vinden in de nieuwe organisatie?

Voorts zou Vlaanderen natuurlijk middelen kunnen achterhou-den van de 50 miljoen die ze voorziet voor de bibliotheken. Dat zou erop neerkomen dat ze de openbare bibliotheken langzaam doodknijpt om een bovenlokaal bibliotheekbeleid uit te bouwen. In een recent advies pleit de Strategische Adviesraad Cultuur, Jeugd, Sport en Media (SARC) hiervoor. Zo zou Vlaanderen financiële ruimte krijgen om een impulsbeleid te voeren. De bibliotheeksector moet momenteel op lokaal niveau al zwaar inleveren en zou zo bovenop de geplande 5 procent nog eens een extra besparing moeten slikken. Eerst ontneemt Vlaanderen zichzelf dus alle instrumenten om een bibliotheekbeleid te

het einde van beroePsoPleidingen

Ook op vlak van opleiding en bijscholing nemen de provincies

een rol op zich, onder meer via de provinciale vormingsinstitu-

ten. Ze konden zowel algemeen zijn (management, assertivi-

teit …) als vakspecifiek (informatiebemiddeling, collectiebeleid

…). De introductiecursussen archiefbeheer voor ambtenaren die

provinciale vormingsinstellingen organiseerden, zullen nu allicht

ook wegvallen. Zelfs het verdwijnen van de opleiding Informatie-

en Bibliotheekwetenschap aan de universiteit Antwerpen is

mede een gevolg van de geplande hervormingen. De provincie

Antwerpen heeft immers beslist de opleiding niet langer finan-

cieel te ondersteunen. Gaan Supersteunpunten de opleiding van

bibliotheek- en erfgoedwerkers op zich nemen? Of laten we het

levenslang en levensbreed leren vanaf nu over aan de werking

van de vrije markt?

32 | META 2014 | 8

essay

Page 35: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

kunnen voeren en vervolgens zou het bij de lokale bibliothe-ken middelen gaan halen om toch iets te kunnen doen. Van een perverse logica gesproken.

Tot slot blijft er natuurlijk de optie om via algemene beleidspri-oriteiten doelstellingen te formuleren voor de lokale besturen. Het regeerakkoord bevat aanzetten daartoe, met vermeldingen van een taal- en leesbevorderingsbeleid, aandacht voor media-wijsheid en cultuureducatie. Die bieden echter geen garantie op het voortbestaan van ‘een basisvoorziening waar elke burger terecht kan met zijn vragen over kennis, cultuur, informatie en ontspanning.’

HET EINDE VAN EEN COMPlEMENTAIR bElEIDDat de provincies hun ‘persoonsgebonden bevoegdheden’ zul-len moeten opgeven, is ondertussen ook wel duidelijk. Inmiddels lijkt iedereen ervan uit te gaan dat dit ook voor de provinciale bibliotheeksystemen (PBS) en het streekgericht bibliotheek-beleid (SBB) geldt. Volgens minister Homans worden die per-soonsgebonden bevoegdheden overgedragen aan de lokale besturen. Minister Gatz was daar in de commissie Cultuur minder duidelijk over. Ook een overdracht naar het Vlaamse niveau behoort nog tot de mogelijkheden. Het lijkt logisch dat Vlaanderen de PBS-en overneemt. Dat wordt dan allicht een bijkomende opdracht voor Bibnet. Vlaanderen krijgt daarmee mogelijk wel een nieuwe hefboom in handen om een biblio-theekbeleid te voeren. Het is immers niet onzinnig om enkele voorwaarden op te leggen aan bibliotheken die willen aanslui-ten op het Vlaamse systeem. Veel meer dan wat er nu in het decreet Lokaal Cultuurbeleid staat — kwaliteitseisen kunnen we dat moeilijk noemen — zal dat allicht niet zijn. Maar laat ons hopen dat de BIOS-gegevens en de monitoring daarmee gered zijn — toch voor die gemeenten die aansluiten.

Zoals bekend is de invulling die de provincies geven aan het streekgericht bibliotheekbeleid meer divers. Financiële en inhou-delijke ondersteuning voor samenwerkingsverbanden en voor projecten, de organisatie van opleidingen en uitbreiding van de collecties zijn de belangrijkste domeinen waarop de provincies actief zijn. Als het over de bevoegdheden gaat, lijkt het logisch dat Vlaanderen deze overneemt. Het risico is niet denkbeel-dig dat het louter een strijd om de middelen wordt. De lokale besturen willen dan de pot van het Gemeentefonds vergroten, Vlaanderen wil meer middelen voor de digitale bibliotheek en de provincies willen zoveel mogelijk voor zichzelf houden.

Dat wegvallen van het provinciale niveau heeft allicht enkele positieve gevolgen. Profileringsdrang won het geregeld van samenwerking en efficiëntie. Zo gaf elke provincie een eigen invulling aan het streekgericht bibliotheekbeleid en dat provin-ciale beleid eindigde per definitie aan de provinciale grenzen. Bij de enquête die de VVBAD in 2012 uitvoerde rond de provin-ciale bibliotheeksystemen kwamen al vragen naar boven voor een Vlaams bibliotheeksysteem.

Toch is het maar de vraag of Vlaanderen de rol van de provincies op vlak van bibliotheekbeleid volledig kan overnemen. Nog niet zo lang geleden waren subsidiariteit en complementariteit de toverwoorden van de politiek. Subsidiariteit houdt in dat een hogere overheid niet doet wat door een lagere gedaan kan wor-den; complementariteit betekent dat de beleidsniveaus elkaar aanvullen en niet met elkaar in concurrentie gaan. In die logica hebben provincies de voorbije jaren een beleid ontwikkeld dat zich juist situeert tussen het Vlaamse en het lokale niveau. Ze ondersteunen regionale samenwerking, organiseren vormingen en subsidiëren bovenlokale projecten.

Gaat Vlaanderen dat nu allemaal op zich nemen? Krijgen we dan supersteunpunten met een legertje consulenten — de voorma-lige provinciale SBB-medewerkers misschien? — die zich zullen bezig houden met het stimuleren van samenwerking? Of moe-ten lokale organisaties en lokale besturen hun plan maar trekken en zelf initiatief nemen om meer te gaan samenwerken? Dat ter-wijl de vorige Vlaamse regering vaststelde dat de lokale bestu-ren ‘bestuurskracht’ missen en dat Vlaanderen onderhevig is aan ‘verrommeling’ door een wildgroei aan samenwerkingsver-banden. Of komt er een nieuw tussenniveau: dat van de regio’s?

HET EINDE VAN DE WERElD ZOAlS WE DIE KENNENMet de geplande hervormingen zal Minister-president Geert Bourgeois oogsten wat minister van Bestuurszaken Geert Bourgeois tijdens de vorige legislatuur zaaide: een Vlaanderen waar per beleidsdomein maar twee bestuursniveaus verant-woordelijk zijn. Voor de culturele sector worden dat het Vlaamse en het lokale. Wat zich daartussen bevindt aan regionale initia-tieven, aan ondersteuning en opleiding voor het lokale niveau, zal gewied worden als was het onkruid. Als Vlaanderen nu de keuze maakt om volop in te zetten op de digitale sprong voor-waarts, dan zal een volgende Vlaamse regering zich mogen buigen over de vraag hoe ze al die Vlaamse digitale initiatieven weer kan doen aansluiten bij wat er lokaal leeft. Geoormerkte middelen in het Gemeentefonds zijn de beste garantie om dat doemscenario te voorkomen. Alleen zo behoudt de Vlaamse regering de mogelijkheid om haar eigen beleid optimaal te laten aansluiten op het lokale beleid.

het einde van een CoMPleMentair Cultureel-erFgoedbeleid

Sinds de eeuwwisseling investeerde de Vlaamse overheid in de

uitbouw van een cultureel-erfgoedbeleid, met onder meer opeen-

volgende erfgoeddecreten en met regelgeving voor privaatrech-

telijke en publiekrechtelijke archieven. Maar ook de erfgoedsector

blijft niet gespaard. Zo moeten de Vlaamse Erfgoedbibliotheek en

de privaatrechtelijke archieven 4 procent inleveren en FARO, het

Vlaams steunpunt voor cultureel erfgoed 7,5 procent.

Ook de provincies spelen een rol binnen dat ‘complementaire’ erf-

goedbeleid, onder meer door musea en culturele archiefinstellin-

gen te ondersteunen die ingedeeld zijn op het provinciale niveau.

Elke provincie geeft een eigen invulling aan het depotbeleid dat

ze ontwikkelden in het kader van het cultureel-erfgoeddecreet.

Ze ondersteunen regionale samenwerking en ontwikkelen regi-

onale databanken zoals Erfgoedplus en Erfgoedinzicht. Hier en

daar waren er aanpassingen aan de provinciale bibliotheeksys-

temen om tegemoet te komen aan vragen uit de erfgoedsector.

Ook in de cultureel-erfgoedsector komt een eind aan de rol van

de provincies zonder duidelijkheid over de visie van de Vlaamse

overheid.

META 2014 | 8 | 33

essay

Page 36: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Wat zijn de criteria om te wieden in mijn collectie?Jan Van Hee, Arteveldehogeschool

Het deselecteren van materialen uit de biblio-theken gebeurt meestal op een ad-hoc-manier en omwille van ad-hoc-redenen. Wanneer de rekken uitpuilen, is het tijd om snel het over-tollige materiaal van het schap te halen. In het algemeen worden bibliotheken ook steeds min-der een plek voor boeken en meer een plek voor mensen. Daarvoor is een 0-groei onvol-doende en moeten er meer materialen afge-voerd worden dan er binnen komen.

De redenen om de collectie gestructureerd te saneren (en niet ‘tussen de soep en de patat-ten’) vat ik graag samen in 5 E’s:

• Effectiviteit: de collectie moet blijven beant-woorden aan de doelstellingen van de orga-nisatie.

• Efficiëntie: een uitpuilende bibliotheek zorgt voor tijdverlies. Hoeveel tijd gaat bijv. verlo-ren in het constant doorschuiven van over-volle schappen bij het terugplaatsen?

• Economie: grote collecties zorgen voor een grotere beheerskost dan kleinere collecties. Hoeveel kost bijv. de klimatisering van het weinig gebruikte magazijn?

• Esthetiek: de (cliché-matige) uitdrukking na een sanering door een gebruiker: “jullie heb-ben veel nieuwe boeken”

• Enthousiasme: een bibliotheek met een zui-nige collectie is aangenamer vertoeven voor gebruikers en medewerkers

Het basiscriterium bij het wieden is het-zelfde als bij het verwerven: alles gaat immers terug naar de doelstelling van de organisatie. Wanneer materialen niet langer beantwoorden aan die doelstelling, moeten ze uit de collectie verdwijnen (inhoudelijke criteria). Elementen die dit bepalen zijn:

• De inhoud is niet meer relevant of is achter-haald.

• De geboden informatie bleek feitelijk onjuist te zijn.

• Het toonaangevend karakter van de bron of content is verdwenen.

• Reputatie van de auteur of bron is aanzienlijk gedaald.

Naast dit basiscriterium zijn er ook nog andere dwingende criteria. Materialen kunnen uit de collectie verdwijnen wanneer ze versleten, beschadigd, niet meer consulteerbaar of ver-dwenen zijn (formele criteria), deze mate-rialen zullen meestal, al dan niet in dezelfde vorm, terug opgenomen worden. Materialen

kunnen ook afgevoerd wor-den omdat ze te weinig gebruikt worden (gebruiks-criteria). Een fysieke biblio-theek is ook beperkt in zijn opslagcapaciteit en soms moet er een keuze gemaakt worden tussen aanbod en andere functionaliteiten van de bibliotheek (ruimtelijke criteria). Ten slotte kunnen materi-alen ook afgevoerd worden omdat de content performanter via andere dragers wordt aange-boden of wanneer een drager niet meer consul-teerbaar is (technologische criteria). Daarnaast zijn er nog optionele criteria die kunnen helpen bij het wieden van collectieonderdelen. Zoals de beschikbaarheid in andere organisaties of wanneer content bij de gebruikers persoonlijk wordt bijgehouden.

lIJSTJESEen gedegen bibliotheek zal werken met col-lectieprofielen, die voor elk collectieonderdeel beschrijven wat het bijbrengt tot de doelstellin-gen van de organisatie, wat dat betekent voor het selecteren en het de-selecteren. Daardoor heb je automatisch de richtlijn voor het saneren van de hele collectie.

Ondanks dat een adequaat collectiebeleid moet vertrekken vanuit een visie en strategi-sche doelen, kunnen checklijstjes wat onder-steuning bieden. In de Franstalige landen spreekt men over de IOuPI-methodiek om te wieden: I: Incorrect, fausse informationO: Ordinaire, superficiel, médiocreu: usé, détérioré, laidP: PériméI: Inadéquat, inadapté au fonds ou au public

De kopzorg om te snijden in onze fysieke collec-ties zal gelukkig steeds meer afnemen, omdat de digitale content steeds minder beperkingen kent, zeker wat betreft aanbod. Ruimte creëren om nieuwe materialen aan te bieden zal in de komende jaren achterhaald blijken. De gebrui-ker zal zelf bepalen of een item beantwoordt aan zijn persoonlijke behoeften. De uitdaging om de juiste informatie toe te leiden naar de juiste gebruiker op het gewenste moment zal alleen maar toenemen. Helaas zal het financi-ele plaatje steeds meer het criterium zijn bij het saneren van de digitale collectie (“kunnen we de licenties blijven betalen?”).

34 | META 2014 | 8

de vraag

Page 37: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

free“The best things in life are really free

love, honor, a noble mind …

and my local library.”

Beverly Tona, Buffalo News, 20 september 2000

Eva Simon

Remmen los

Na vier jaar hou ik ermee op. Tijd om de fakkel door te geven aan een welgebekte collega. Niet dat ik het niet meer plezierig vind, maar vier jaar volstaan. Voor twaalf columns op zoek gaan naar pointes, een uitdaging. Niet dat er onvoldoende gebeurt in onze sector. Stof genoeg, maar met sommige topics lach je beter niet of ga je liever discreet om. De Processie van Echternach, genaamd ‘E-boeken in de Bib’? No go. Het hele circus rond de beroepskwalificatiedossiers en opleidin-gen? No go.

Je kunt het enfant terrible wel willen uit-hangen, maar als er een rem op zit, dan lukt dat niet. Bovendien zijn er al andere enfants terribles. Zoek op de blog sfcdt naar Bibnet, LOCuS of VVBAD. Het gaat er giftiger aan toe dan in Bhopal. Iedereen wordt aartslelijk met de grond gelijk gemaakt. Mij vergelijkt hij naar aanlei-ding van een column — dat is iets anders dan een opiniestuk, meneer sfcdt — met Erdogan, Morsi en de nazi’s. Enough said.

Dan liever Occy. Destijds ook niet bepaald mals in zijn memories van een biblio-theekassistent. Of de columns van Maike Somers. Die verschijnen in een ander

bibliotheekblad, maar zijn desondanks warm aanbevolen. Bij haar wel meer opinie dan column, meneer sfcdt. Wanneer zal u haar eens met uw gifpijlen beschieten?

Eigenlijk wil ik vooral graag de sympa-thieke zijn, zoals Jan Van Herreweghe

— ook een petit enfant terrible — ooit in een lezersreactie opmerkte. Moet je alle remmen losgooien als je columns schrijft? Moet je eerlijk zijn? Spontaan? Innerlijke conflicten niet uit de weg gaan? Eenmaal schrok ik me een hoedje. Toen mede-columniste Margot Collet me — te goe-der trouw — op een stukje over prijzen en nominaties aansprak. Had ik te wild om me heen geslagen?

Wist u dat ik deze columns gebundeld heb voor een eindwerk ‘Literaire creatie’? Het jurylid vond ze zweven tussen verve-ling en interesse. Daarmee heeft hij op mijn lange tenen getrapt, maar het is niet de reden dat ik ermee kap, natuurlijk. Op de academie vroeg men om te overdrij-ven en om rekening te houden met de verwachtingen van de lezer. Maar wat ver-wacht u precies van de columns in META? Catharsis? Vuilbekkerij? Optimisme? Soberte?

Ik hou ermee op. Kan ik mij niet inhouden, dan is er nog Facebook om een bomme-tje op te gooien. Ik reserveerde alvast een Snapchat-account tegen dat ik iets wil schrijven dat maar tien seconden zicht-baar mag zijn. En dan: alle remmen los.

META 2014 | 8 | 35

ColuMn

Citaat

Eva werkt als docente aan de Bibliotheekschool Gent en vermaakt zich onder het motto ‘informatie organiseren is een kunst’ met sociale media en metadata. In 2010 stond ze aan de wieg van de Vlaamse Bib Web Awards. Eva is al jarenlang actief in de VVBAD. Ze is redactielid van META en de Wegwijzer voor bibliotheken & documentatiecentra.

Page 38: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Het is al eens ter sprake gekomen, het idee van een archiefcon-sulent naast een museumconsulent. Is dat iets wat kan over-genomen worden? anne Milkers: Op die manier haal je de expertise wel in huis.

sophie Muyllaert: Bij ons zit dat in een aparte archiefdienst maar we zijn daar wel de uitzondering op. We hebben ook pro-jectsubsidies waar bijvoorbeeld het stadsarchief van Waregem al een beroep op heeft gedaan en daardoor al heel mooie publieksprojecten heeft gedaan. Zij zijn vorig jaar bij onze jaar-lijkse erfgoedprijs ook als winnaars uit de bus gekomen. Op die manier geven we hen ook extra zichtbaarheid.

Frank herman: Misschien beseffen culturele archieven nog te weinig dat er subsidies zijn om zulke projecten op te zetten. Musea en ook heemkringen kennen de weg wel! Maar misschien vinden archieven dit minder evident?

nicolas Mazeure: Of andersom, misschien vindt de provincie het evident dat ze projecten kunnen indienen? Maar je moet als archief al beschikken over voldoende middelen en persoonsle-den die het project opzetten, trekken, samenwerking zoeken, … Je moet daar tijd voor kunnen vrijmaken.

sophie Muyllaert: Dat allemaal naast de gewone werking.

Frank herman: Dat staat los van een regionale indeling. Je kan als cultureel archief ook gewoon subsidies aanvragen.

We hebben het al gehad over het nieuwe protocol in 2015 en de veranderingen die op til zijn. Zijn er zaken die je anders zou aanpakken moest er een nieuw protocol komen? Frank herman: Dit gesprek werkt inspirerend. Misschien biedt de denkpiste van regionale samenwerkingsverbanden tussen culturele archieven meer mogelijkheden? Zou dit efficiënter zijn dan een regionale indeling per instelling?

nicolas Mazeure: Dat is bijvoorbeeld ook een vraag die soms naar boven komt: “Wanneer ben je regionaal in geval van samen-werking tussen kleinere gemeentearchieven?”. Stel dat er 15 gemeentearchieven samenwerken, zijn die dan elk of samen regionaal?

Frank herman: Het Cultureel erfgoeddecreet, honoreert dit niet. Maar het concept van de Vlaamse Erfgoedbibliotheek kan een inspiratiebron zijn voor een ‘regionale indeling’ van een samen-werkingsverband. Kunnen we eerder in die richting denken? Dan is het cultureel erfgoeddecreet wel inspirerend….

sophie Muyllaert: Dat klopt, als je ze als samenwerkingsverband subsidieert dan is het per definitie regionaal. Wij merken ook wel dat de invulling van de regionale relevantie, bij de acht dossiers die we nu voor ons hebben liggen, sterk verschilt. Je merkt dat het soms echt zoeken is voor hen. Met een samenwerkingsver-band wordt dat aspect op voorhand uitgeklaard want dan moet iedereen de wil hebben om mee te zijn. Het uiteindelijke doel moet die regionale werking zijn, je merkt dat bij sommige de centen de doelstelling zijn (voor een lokale werking met kleine regionale toets).

Frank herman: Maar wat denkt de interviewer?

binnen de archiefsector is er een grote versnippering. Enkel de grotere gemeenten kunnen een eigen archiefdienst inrichten. In kleinere gemeenten gebeurt dit vaak door een heemkundige kring. Ik denk dan ook dat je het reglement moet aanpassen aan de realiteit. Gemeentearchieven doen in principe hetzelfde werk, musea daarentegen hebben heel specifieke collecties. Er is dus veel ruimte voor samenwerking. Een provincie moet zo’n samenwerkingen stimuleren. Werd er eigenlijk al gesproken over het nieuwe protocol? Frank herman: Alleen met de criteria zijn we nu bezig.

nicolas Mazeure: Ja, er was vanuit Kunsten en Erfgoed bij een overleg de vraag om een traject op te zetten voor het samen-stellen van een nieuw protocol voor 2015.

Frank herman: Dat was eind juni, dus voor de regeringsvorming.

Het lijkt me vreemd om het regionale niveau zomaar te schrap-pen. Zal er niet altijd een intermediaire rol (nodig) zijn? Frank herman: De consequentie is dat in de toekomst je alleen nog een Vlaams en een gemeentelijk niveau zult heb-ben om verantwoording af te leggen. Maar je zit met de vele

> vervolg van p. 18

“MISSCHIEN BIEDT DE DENKPISTE VAN REGIONALE SAMENWERKINGSVERBANDEN TuSSEN CuLTuRELE ARCHIEVEN MEER MOGELIJKHEDEN?”

36 | META 2014 | 8

interview

Page 39: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Om in aanmerking te komen voor een regi-

onale indeling moet een archiefinstelling in

de eerste plaats beschikken over het kwali-

teitslabel “culturele archiefinstelling”. Andere

voorwaarden zijn: beschikken over een col-

lectie van regionaal belang, een werking uit-

bouwen met een regionale reikwijdte en een

publiek bereiken met regionale reikwijdte.

De beoordeling gebeurt in alle provin-

cies door een externe adviescommissie.

Regionaal ingedeelde archiefinstellingen

ontvangen een jaarlijkse werkingssubsidie.

Afgezien van Limburg bestaat deze subsi-

die uit een vast gedeelte van 25.000 euro

en een variabel gedeelte.

De provinciale reglementen kwamen

tot stand op basis van het Cultureel

Erfgoeddecreet (2012) en het Protocol van

akkoord tussen de Vlaamse regering, de VVP

en de VVSG over een complementair cultu-

reel erfgoedbeleid (2011). De bijlagen bij het

protocol bevatten de criteria voor een inde-

ling bij het regionale niveau. In 2015 zal het

protocol worden vernieuwd.

• Provincie Oost-Vlaanderen en de VGC

beschikken momenteel niet over een der-

gelijk reglement.

• Provincie Antwerpen

http://www.provincieantwerpen.be/

content/dam/provant/dcul/subsidies-/

regionaal-ingedeelde-collectiebehe-

rende-instellingen/a_REGIONALE%20

INDELING_SuBSIDIE_TG.pdf

• Provincie Limburg

http://www.limburg.be/indeling_lim-

burgse_musea

• Provincie Vlaams-Brabant

http://www.vlaamsbrabant.be/binaries/

subsidiereglement-werking-culturele-

archiefinstellingen-2013_tcm5-91030.pdf

• Provincie West-Vlaanderen

http://www.west-vlaanderen.be/genieten/

cultuur/subsidies/cultuurreglementen/

Documents/2013 Erfgoedreglement.pdf

samenwerkingsverbanden. Wil men die uiteindelijk formaliseren of institutionaliseren? Dat is dan vanuit gemeentelijk perspectief een bovenlokaal niveau. Vanuit Vlaams perspectief blijft het een lokaal niveau. Leiden die gemeentelijke samenwerkingen naar regio’s ter vervanging van de provincies of zal er nood blijven bestaan aan een provinciale schaal (zonder dat die zo benoemd wordt)? Het gaat over verantwoording afleggen en over hoe je het organiseert.

nicolas Mazeure: Als je gaat naar zesentwintig regio’s of een dertig-kilometerregel voor samenwerking, dan heeft een regi-onale indeling geen zin meer.

Frank herman: Dan ben je intergemeentelijk bezig.

sophie Muyllaert: Maar die zesentwintig regio’s staan nu niet in het regeerakkoord, daar wordt ook heel hard over gediscus-sieerd onder mekaar. En stel dat ze het toch doen, hoe lang zal het dan niet duren vooraleer die regio’s afgebakend zijn? Je bent vertrokken voor jaren!

nicolas Mazeure: De wens om de criteria voor musea en archie-ven op te splitsen is er alleszins.

Zoals in Vlaams-brabant? Maar de criteria zijn bij jullie ook grotendeels hetzelfde. nicolas Mazeure: Ze zijn inderdaad grotendeels hetzelfde. Maar je kan, gezien dit gesprek, toch opperen om andere accenten te leggen en ze nog meer te gaan differentiëren. Bijvoorbeeld door meer nadruk te leggen op de toegankelijkheid van infor-matie. Of het historisch onderzoek veel meer en beter te plaat-sen bij archiefinstellingen. Dat kan alleen maar hun specificiteit benadrukken. En de vraag naar consulentschap wordt misschien dringender als de criteria specifieker zijn. Naar het beleid toe is dat ook wel interessant, denk ik.

Frank herman: Ik pleit enorm voor het consulentschap voor archieven.

anne Milkers: Ik moet zeggen dat in de provincie Limburg Het Rijksarchief daar nu al een grote rol in speelt, omdat het actief met spelers in het veld samenwerkt en in ondersteuning voor-ziet.

Frank herman: Wij zitten in de provincie Antwerpen met een rijksarchief in Beveren (Oost-Vlaanderen). Dat creëert sowieso al een moeilijke situatie. Het is wel een tijdelijke verhuis, wan-neer het Rijksarchief terug in Antwerpen zal zijn, weet ik niet.

Voorlopig nog niet, denk ik. Ze hebben wel een goede voet-balploeg (lacht).

META 2014 | 8 | 37

interview

Page 40: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Studiereis Berlijn18-21 juni 2014

De muur mag dan al ver-dwenen zijn - in het centrum herinnert alleen een rij klin-kers nog aan zijn bestaan – Berlijn blijft een verdeelde stad. De Karl Marx Allee is de Kurfürstendamm niet en wie wat met de Berlijners aan de praat geraakt, merkt al snel dat Ossies geen Wessies zijn en omgekeerd. Ook het Berlijnse bibliotheekwezen is ver-deeld en wel in meer dan één opzicht, zoals de deelnemers aan de VVBAD-studiereis naar de Duitse hoofdstad mochten ondervinden.

Zowel de Zentral- und Landesbibliothek Berlin (ZLB) als de Staatsbibliothek zu Berlin zijn tweeledige instel-lingen, geboren uit een fusie tussen oost en west. Ze heb-ben telkens twee vestigingen en proberen van die situatie het beste te maken. De ZLB bestaat uit de voormalige Berliner Stadtbibliothek in Oost-Berlijn en de Amerika Gedenkbibliothek, opgericht in de jaren 1950 in het Westen en toen een model voor de openbare bibliotheken in Europa. Inmiddels zijn de col-lecties samengevoegd en weer verdeeld: de meer algemene onderwerpen in het westen en de meer wetenschappe-lijke onderwerpen in het oos-ten. Voor de gebruikers niet meteen een ideale situatie.

Maar beide bibliotheken bren-gen tegelijk ook een andere vorm van verdeeldheid in beeld: de complexe staats-structuur die misschien niet moet onderdoen voor de onze. Berlijn is een stad, maar ook een deelstaat en de ZLB heeft dan ook een rol te spe-len als centrale bibliotheek voor de openbare biblio-theken in Berlijn. Die lokale

bibliotheken worden dan weer aangestuurd door de distric-ten. De Staatsbibliotheek beheert erfgoed uit het oude Pruisen en wordt beheerd door een stichting, waar de federale overheid en de deel-staten in participeren. Het is de grootste wetenschappe-lijke bibliotheek in Duitsland met een oude vestiging aan unter den Linden en een mooi gebouw uit de jaren zestig nabij de Potsdammer Platz, een gebouw dat zijn doel nog altijd uitstekend dient.

De ZLB wordt ook geplaagd door de kloof tussen droom en werkelijkheid, of moeten we zeggen tussen hiërarchie en anarchie? In Berlijn woedt een discussie over de bestemming van de voormalige luchthaven Tempelhof, die pal in het cen-trum ligt. De stedelijke over-heid had plannen klaar voor de ontwikkeling van het terrein: een combinatie van wonen, werken en recreatie. Plannen voor een prestigieuze nieuwe vestiging van de ZLB maakten daar deel van uit. 25 jaar na de val van de muur zouden de collecties eindelijk een geza-menlijk onderdak vinden. In een referendum besliste de Berlijnse bevolking anders. Op Tempelhof mag niet gebouwd worden. Tijdens ons bezoek was de staf van de ZLB nog aan het bekomen van de klap.

In Berlijn gaapt er ook een gigantische kloof tussen de openbare en de academische bibliotheken. De deelstaat kent geen bibliotheekwet en de organisatie van de openbare bibliotheek is een opdracht voor de districten, die daarvoor maar beperkte middelen ter beschikking stellen. Zelfs een rijk stads-deel zoals Steglitz-Zehlendorf

beschikt maar over een rela-tief beperkte hoofdbiblio-theek met twee filialen en twee bibliobussen voor een werkingsgebied van bijna 300.000 inwoners. De hoofd-bibliotheek, op de derde verdieping van een winkel-centrum, is up-to-date. De inrichting is ruim en licht, er is een leescafé, een terras en een hoekje voor adolescen-ten en recent werd er RFID geïnstalleerd. Opmerkelijk is de uitgebreide verzameling bladmuziek die we ook in andere Berlijnse bibliotheken zullen terugvinden. De collec-tie is echter beperkt en ver-ouderd. De aankoopbudget-ten zijn duidelijk ontoereikend. De inbedding in het winkel-centrum is een gemiste kans. De bibliotheek beschikt over een eigen verdieping, maar er is nergens een link met de

winkels bene-d e n . I n N e u k ö l l n s t a a t e e n vergelijkbare bibl iotheek, alleen bereik-baar via de parking van het winkel-centrum. Het is nog geen

‘couloir de la mort’, maar gezel l ig is toch anders. Het bibl io-theekperso-neel maakt er geen spel van. De beperkte m i d d e l e n vragen om creat iv i te i t . De ZLB biedt o n d e r s t e u -ning, onder meer met een collectie

kunst die via de lokale biblio-theken kan uitgeleend wor-den. RFID wordt uitgerold in alle Berlijnse bibliotheken dankzij een project met steun van de Eu. De Pablo Neruda Bibliothek, in Oost-Berlijn uiteraard en trots dat ze erin geslaagd is de naam van een communistische dichter te behouden, doet geregeld beroep op projectgelden. Boeken mogen daar niet van gekocht worden, maar ze laten wel toe om promotiemateriaal en ondersteuning te voorzien.

Tegenover die soberheid staat de exuberantie van de academische bibliotheken. Architectonische pareltjes die wedijveren om aandacht en als ze hier of daar al eens een paar miljoen te kort komen om het gebouw af te werken, is er altijd wel een automerk

Zentral- und Landesbibliothek Berlin. Foto: Bruno Vermeeren.

38 | META 2014 | 8

kroniek

Page 41: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

dat het gat wil dichtrijden in ruil voor wat naamsbekend-heid. Er was niet meteen plaatsgebrek in de vijf verdie-pingen rond een vide van de Volkswagen Bibliothek. Het Jakob und Wilhelm Grimm Zentrum, in wezen een gigan-tische leeszaal met boeken-rekken er rond, is zo populair dat er met parkeerschijven gewerkt wordt voor wie zijn of haar werkplaats even wil verlaten. Het ontwerp is dan ook eerder impressionant dan efficiënt. De leeszaal is veel leegte, stoelen en tafels zijn er te kort. Absoluut hoog-tepunt is ongetwijfeld het ‘brein’ dat Norman Foster neerplante als Philologische bibliothek. Een koepelcon-structie met gefilterd licht. In al dat gepronk moet functi-onaliteit wel eens het onder-spit delven. Akoestiek is in de meeste bibliotheken een pro-bleem. Het Grimm Zentrum heeft te weinig zitplaatsen in de buurt van de boekenrekken, maar het beschikt dan weer wel over werkplekken voor moeders (en vaders?) met kleine kinderen. De bijhorende

zak met speelgoed is aan te vragen bij de security, die in zowat alle academische biblio-theken over de ingang waakt.

Het is duidelijk. Berlijn inves-teert in kennis en onderwijs op hoog niveau. Dat bleek ook uit het bezoek aan het Institut für Bibliotheks- und Informationswissenschaft (IBI). Niet verrassend allicht, maar een tiental jaar geleden woedde in Berlijn de discus-sie of een bibliotheekopleiding nog wel nodig was in deze tijd. Het antwoord was een vol-mondig ‘ja’. De ambitie was meteen om van IBI de meest toonaangevende bibliotheek-opleiding in Europa te maken. De opleiding werd het eerste Europese lid van de prestigi-euze iSchools.

Het geld dat er is, wordt ingezet voor een niet afla-tende bouw- en renovatie-woede. unter den Linden krijgt een opknapbeurt, het oude koninklijk paleis wordt heropgebouwd, wetenschap-pelijke instellingen richten nieuwe kennistempels op. De

openbare bibliotheken krijgen kruimels om te werken aan taalachterstand, digitale gelet-terdheid, integratie en gewoon leesplezier. Ze doen dat vooral met enthousiasme. In een stad als Berlijn mocht het wel iets meer zijn.

bruno Vermeeren

> de vvbad reisde van 18 t/m 21 juni

naar berlijn en bezocht daar een

twaalftal bibliotheken. voor deze

kroniek maakte ik dankbaar gebruik

van de verslagen van de deelnemers

op www.vvbad.be/berlijn.

Staatsbibliothek zu Berlin. Foto: Jan Corthouts.

Philologische Bibliothek der Freien Universität Berlin. Foto: Klaartje Brits.

META 2014 | 8 | 39

kroniek

Page 42: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

IFLA 201416-22 augustus - lyon

Enkele duizenden vakgenoten uit alle windstreken en biblio-theekdisciplines een kleine week samen op een comfor-tabele locatie en op ‘veilige’ afstand van de dagelijkse werkplek, meer dan 200 ses-sies, evenveel posterpresenta-ties en een uitgebreide beurs, dat zijn de componenten van het jaarlijkse IFLA-congres. Op papier alvast een uitgele-zen kans om je blikveld te ver-ruimen, inspiratie op te doen, nieuwe inzichten te verwerven, te netwerken en te reflecteren over de impact en de rol van bibliotheken in een snel veran-derende omgeving.

Het congres opende met een boeiende intro over het baanbrekende werk van de gebroeders Lumière. Na de officiële verwelkomingen,

waarbij vooral de minister van Cultuur en haar collega van Onderwijs opvielen door hun ambitieuze projecten in toch ook voor Frankrijk finan-cieel en politiek moeilijke tij-den, mocht Bernard Stiegler als eerste keynote speaker de officiële opening afsluiten. Als toonaangevend Frans filo-soof gaf hij zijn persoonlijke visie op de toekomst van het lezen en bibliotheken. Maar door de veelvuldige verwij-zingen naar andere filosofen en het gebruik van zeer speci-fieke termen was zijn gedach-tegang voor leken moeilijk te volgen. Voor zover ik het begrepen heb, ligt de toe-komst voor Stiegler in ‘hybrid reading’ en het delen van door lezen verworven inzichten. Deze persoonlijke interpreta-ties verwerken in annotaties en ze toevoegen aan het web om op die manier een nieuw kennisweb te creëren ziet hij

als de nieuwe rol voor biblio-theken.

Het contrast tussen dit intro-verte betoog en de aanpak van de twee andere keynote speakers die ik bijwoonde, kon nauwelijks groter zijn. Op maandagochtend ging een geëngageerde Prinses Laurentien der Nederlanden meteen in interactie met de zaal. Haar stelling: biblio-theken leveren prachtig en belangrijk werk, maar zijn daarover veel te bescheiden. Ze riep de congresgangers dan ook op om ambitieus te zijn, elke gelegenheid te gebruiken om het werk en het belang van bibliotheken in de verf te zetten en elke kans om samen te werken met andere organisaties te grijpen.

Op donderdag mocht Pierre Dillenbourg de dag openen. Deze in Waterloo geboren landgenoot startte zijn loop-baan als onderwijzer maar is inmiddels wetenschappelijk directeur van het EPFL Center for Digital Education en hoofd van het CHILI Lab voor Computer-Human Interaction for Learning & Instruction. Met zijn lezing ‘Ten surprises in our MOOC experience’ onderhield hij ons op onnavolgbare wijze over zijn ervaring met deze nieuwe vorm van afstandson-derwijs.

Een MOOC of voluit Massive Open Online Course is een mult imediale onderwi js-vorm die maximaal inzet op de mogelijkheden van inter-net. Cursussen worden vooraf opgenomen en aangeboden via het web. Ook de inter-actie tussen studenten en docenten verloopt via digi-tale platformen. Dillenbourg omschrijft de aandacht voor

MOOC’s als een drôle his-toire omdat er volgens hem in feite weinig nieuws aan is. Voor deze online cursussen gelden geen diplomavereis-ten, deelnemen kan vaak gra-tis. Daarom vrezen sommigen dat MOOC’s het businessmo-del van universiteiten en hoge-scholen onderuit zullen halen. Dillenbourg is daar niet bang voor. In de praktijk zijn het vooralsnog vooral studenten die zich inschrijven. Het aan-tal deelnemers zonder oplei-ding is klein en het aantal dat afhaakt groot. Slechts 10 pro-cent haalt uiteindelijk de eind-streep. Ook voor een grotere afstandelijkheid tussen docent en student door het gebruik van video-opnames ziet hij geen aanwijzingen. Een peda-gogische revolutie zullen MOOC’s volgens Dillenbourg evenmin veroorzaken maar

“they will tickle the academic landscape”. Omdat de lessen worden opgenomen en dus wereldwijd bekeken kunnen worden, winnen bijvoorbeeld didactische competenties aan belang voor de uitbouw van een academische carrière. Maar het belangrijkste effect is voor Dillenbourg dat de regu-liere studenten via MOOC’s eerst de theorie verwerven en daardoor beter voorbereid naar de les komen en er ook actief aan deelnemen. Alleen dit al maakt de energie en de middelen die nodig zijn voor het opzetten van MOOC’s meer dan de moeite waard.

“Do a few and learn from it” was zijn advies en meteen ook de afsluiter van zijn boeiende keynote.

200 SESSIESKiezen uit meer dan 200 ses-sies over de meest uiteenlo-pende thema’s op basis van een titel en een onderwerp

40 | META 2014 | 8

kroniek

Page 43: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

blijft altijd een beetje gokken. Want een mooie titel of een interessant onderwerp staan niet altijd garant voor een inspirerende lezing. Wat volgt is selectieve weergave van enkele van de bijgewoonde lezingen en presentaties met hier en daar een persoonlijke beschouwing. Voor de vol-ledige inhoud van deze en andere sessies verwijs ik graag door naar het programma-overzicht en de IFLA Library waar de papers van veel pre-sentaties terug te vinden zijn.

‘Library standards: confluence with the world trends’ ging over standaarden en normen.Tijdens deze sessie werd ondermeer stilgestaan bij de relatie tussen het opstellen van standaarden en trends. Een trend is per definitie een nieuw fenomeen en de impact ervan onvoorspelbaar. Bovendien zetten niet alle trends zich door. Toch was het advies om ze bij het opstellen of actualiseren van standaar-den niet te negeren.

Het belang van standaarden stond niet ter discussie tijdens deze sessie. Internationaal gelden ze nog altijd als een garantie voor kwaliteit en duurzaamheid. Toch wel een opmerkelijke tegenstelling met de actuele visie van de Vlaamse overheid over stan-daarden en normen.

Het belang van meten was het centrale thema van ‘Telling the library story: creating metrics for management, advocacy and community building’. Bibliotheken zijn nog te veel bezig met het meten van de

‘drukte’ (busyness) terwijl de sociale effecten in het debat over de (schaarse) middelen steeds belangrijker worden.

Effectmeting maakt bibliothe-ken sterker. Anderzijds werd er meteen aan toegevoegd dat dergelijke effectmeting een complex gegeven is en dat dit bijzondere expertise ver-eist. Een concreet voorbeeld van hoe je effecten kan meten kwam er niet. Wel werd geop-perd dat het in kaart brengen van SROI mogelijk de lands-grenzen overstijgt. Het onder-zoeksproject dat in Nederland door het SIOB werd opgestart, is daarom zeker ook voor ons van belang.

Tijdens de sessie ‘Internet surveillance and privacy: how does it affect you and your library’ gingen vijf experten waaronder een vertegenwoor-diger van Google met elkaar en de zaal in debat over span-ningsveld tussen het recht op privacy en controle op inter-netverkeer. Eensgezindheid was er over het feit dat con-trole altijd zal bestaan en tot op zekere hoogte ook nodig is. Het wordt ontoelaatbaar als dat ongemerkt en buiten pro-portie gebeurt. Over het recht om ‘vergeten te worden’ op internet liepen de meningen wel uiteen. Het Amerikaanse panellid omschreef dit als het herschrijven en wissen van de geschiedenis en in strijd met de Amerikaanse grondwet.

De verantwoordelijkheid voor het bewaken van de fragiele grens tussen geoorloofde en ongeoorloofde controle werd omschreven als een gedeelde verantwoordelijkheid van gebruiker en host. Volgens zijn vertegenwoordiger neemt Google dit aspect alvast zeer ter harte. Maar ook biblio-theken moeten een bijdrage leveren aan de bescherming van de privacy door de data van hun klanten maximaal te

beveiligen en niet meer gege-vens te bewaren dan strikt noodzakelijk is. Verder moeten ze gebruikers bewust maken van de risico’s, informatie geven over hoe ze zich kun-nen beschermen tegen recu-peratie van persoonlijke data door derden en inzetten op het bevorderen van de media-wijsheid. En ten slotte moeten bibliotheken het recht op vrije meningsuiting en privacy ook op het politieke niveau blijven verdedigen en bepleiten.

In ‘Less=less: managing for greater impact’ stond actieve belangenbehartiging centraal. Beleidsmakers ervan overtui-gen dat investeren in biblio-theken rendeert, is belang-rijker dan ooit. Het aanbod en de dienstverlening en op sommige plaatsen zelfs het voortbestaan van bibliothe-ken staan onder druk door de besparingen die het gevolg zijn van de aanslepende eco-nomische crisis. Ook hier luidde het dat het traditionele cijfermateriaal van uitleningen en gebruikers niet voldoende overtuigingskracht meer heeft. We moeten de maatschappe-lijke effecten in kaart brengen en die als argument gebrui-ken in ons pleidooi voor meer aandacht en meer midde-len van de bibliotheeksector. Tijdens deze sessie werd aan de hand van een aantal projec-ten geïllustreerd hoe de biblio-theek actief kan bijdragen tot ondermeer levenslang leren en mediawijsheid. Maar de vraag hoe we de zo belangrijke ‘out-come’ kunnen meten, bleef helaas eens te meer onbeant-woord.

In ‘Libraries as modern towers of Babel: fostering develop-ment from an Individual to a social being: the role of

multiculturalism for mutual understanding’ werd onder meer stilgestaan bij het feno-meen ‘library anxiety’. Dat is de stress/drempelvrees die nieuwkomers die niet of nau-welijks vertrouwd zijn met het gegeven bibliotheek erva-ren als ze een bibliotheek binnenstappen. Hoe kunnen wij deze drempel wegne-men? Daarvoor refereerde de spreekster naar onderzoek uit de ziekenhuissector. Dat heeft aangetoond dat een ‘veilige’ omgeving deze stress redu-ceert en zo bijdraagt tot het welvoelen en het genezings-proces. De inrichting vooral van het onthaal inkom kan bijdragen tot het verminde-ren van ‘library anxiety’. Maar nieuwkomers moeten toch vooral de kans krijgen om de bibliotheek ongedwongen en op hun eigen tempo te ont-dekken. Een respectvolle en open houding van de biblio-theekmedewerkers tegenover dit multiculturele publiek dat vaak slechts een beperkte kennis heeft van de taal, de gewoontes en de regels is cru-ciaal. Dat betekent: erkennen dat het individu belangrijker is dan zijn etnisch-culturele achtergrond, dat we over de culturen heen veel waarden delen en dat we onze klanten niet moeten converteren naar onze cultuur. Dit lijkt allemaal vanzelfsprekend. Toch zitten vooroordelen of veronderstel-lingen nog vaak in de weg. Met z’n allen blijven leren hoe om te gaan met culturele diversi-teit blijft dus essentieel willen we de bibliotheek van en voor iedereen zijn en blijven.

Tijdens ‘1001 libraries to see before you die’ werd het gelijknamige initiatief van de secties Bibliotheken en Bibliotheekbouw gelanceerd.

META 2014 | 8 | 41

kroniek

Page 44: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Het is de ambitie om wereld-wijd alle interessante en opmerkelijke realisaties op het vlak van bibliotheekbouw te verzamelen in wat de ultieme digitale reisgids voor biblio-thecarissen moet worden. Bij de lancering stond de teller reeds op 100, maar voorals-nog geen spoor van Vlaamse of Brusselse must-see biblio-theken. Wie hier iets aan wil doen, kan zijn of haar biblio-theek nomineren via het aan-meldingsformulier dat terug te vinden is op de gelijknamige website.

VERWACHTINGEN INGElOST? Volgens de organisatoren is het jaarlijkse IFLA-congres hét event voor de biblio-theek- en informatiesector. Door de schaalgrootte en het internationale karakter is het

inderdaad ook een bijzonder gebeuren. Maar tegelijkertijd zit de kwantiteit de kwaliteit ook in de weg. De toegeme-ten tijd biedt de sprekers niet de kans om hun onderwerp of project grondig toe te lichten en te kaderen. En daardoor miste ik toch diepgang en kri-tische reflectie. Dat neemt niet weg dat ik alweer blij was erbij te mogen zijn. Je vijf dagen lang kunnen concentreren op je vakgebied en het belang en de toekomst van het biblio-theekwerk zorgt hoe dan ook voor extra inspiratie, nieuwe energie en geeft een boost aan je motivatie om de belan-gen van de bibliotheeksector en zijn gebruikers actief te blij-ven behartigen.

In dit verband herhaal ik ook graag de oproep van IFLA om de Declaration of Lyon

waarvan de lancering plaats-vond tijdens het 81e IFLA-congres te ondertekenen en andere organisaties uit te nodigen om dit ook te doen. Met deze verklaring roept IFLA alle lidstaten van de Verenigde Naties op om de vrije toegang tot informatie, het ontwikke-len van informatievaardighe-den en de vrije uitwisseling van kennis te erkennen als kritische succesfactoren voor een duurzame democratische samenleving en ze in te schrij-ven in de post 2015 agenda voor duurzame ontwikkeling. 130 organisaties hebben de tekst inmiddels ondertekend waaronder ook de VVBAD.

Dit jaar was het IFLA-congres te gast in Lyon. En het mag en moet gezegd dat deze 3e grootste stad van Frankrijk zijn rol als gaststad met glans

heeft vervuld. De affiches in de straten waarop de deelne-mers welkom werden geheten, zijn hier maar een klein voor-beeld van. Lyon is een aan-gename, groene en boeiende stad die haar rijke cultureel en historisch verleden zorgvul-dig conserveert. Bovendien is het ook een stad die zich met allerlei stadsontwikkelingspro-jecten profileert als een onder-nemende en innovatieve stad. En last but not least is het een stad die maar liefst 20 procent van haar budget besteedt aan cultuur. Toch is deze ‘poort naar het zuiden’ voor de meeste toeristen nog steeds een lastige flessenhals waar ze zo vlug mogelijk omheen of doorheen willen. Ten onrechte: Lyon vaut le détour!

Rita Van de Wiele

42 | META 2014 | 8

kroniek

toePassing

Journalistiek van een hoog niveau

Ilse Depré, De bib leuven

Lezen op een tablet kan soms een uitdaging zijn. Je wordt verleid door tientallen andere apps om te switchen, nieuwsartikels op websites staan vol met nuttige en onnuttige links, met filmpjes en reclame. Kortom, doorlezen aan één artikel of boek is niet gemakkelijk.

Longform.org wil je helpen om goede artikels zonder afleiding te lezen. De website verzamelt artikels van over de hele wereld, maar ze moeten wel minstens 2000 woorden lang zijn. Daarmee speelt de website in op de gelijknamige vorm van journalistiek waar langere en kwaliteitsvolle artikels centraal staan. Longform-artikels houden het midden tussen creatieve non-fictie en nar-ratieve journalistiek. Initiatieven zoals Buzzfeed zijn hier een voorbeeld van.

Longform.org bestaat al sinds 2010, maar werd sindsdien uitgebreid met een fictiegedeelte, een app en een podcast. Via de app kan je uitge-vers en schrijvers volgen, aanbevolen artikels van vrienden terugvinden en artikels van de website offline lezen. De redactie van Longform zet ook elke dag interessante artikels in de kijker, via de website, app en op Facebook/Twitter. Content curatie dus, iets waar bibliotheken ook dagelijks mee bezig zijn!

> Meer info en nuttige app: http://bibidee.blogspot.com

Page 45: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Verhandelingen manama Archivistiek 2014

Het forum van Afgestudeerden Archivistiek en hedendaags Documentbeheer (FAAD) presenteert de lijst van verhande-lingen van afgestudeerden in de master Archivistiek voor 2014. Voor meer informatie: http://faad.be/2014/10/update-lijst-van-verhandelingen-2/.

Ampe Jarne Spreekwoordelijke eilandvorming: De oorzaken en implicaties van verkokering op de infor-matie-uitwisseling bij de Vlaamse Overheid

Brinkhof Michaël H Invoering van Sharepoint 2013 bij de Belgische Federale Politie

Brion Joseph Inventaris van het archief van het Onze-Lieve-Vrouwecollege te Antwerpen, gevormd door de jezuïetengemeenschap van het college, met inbegrip van archieven van leden van de gemeenschap (1835-1998)

Claes Karolien Scanning-on-demand voor ambtelijke gebruik in het depot Vilvoorde?

De Dycker Tina Er zit muziek in archiefvorming. Een aanzet tot ordening en ondersteuning van het archief van het Koninklijk Conservatorium van Brussel (1967-1995)

Delbroek Bart Een kwestie van boerenverstand? Waardering en selectie van particuliere archieven in Vlaanderen en Nederland

Demey Ruben Het museumstuk voorbij. Een studie naar de verwervings- en ontzamelingspolitiek van archieven in het Design museum Gent

Dewit Silke Archivering bij creatieve processen. Het archief van ir. architect Alfons Hoppenbrouwers in het Architecture Archive – Sint-Lukasarchief in Schaarbeek

Everaert Janna Verzamelaarsmusea en de valorisatie van hun archief in comparatief perspectief. Casus: inventarisatie en valorisatie van de stukken betreffende de collectievorming van het Museum Mayer van den Bergh

Lannoye Anne Classement et inventaire d’archives d’édition. Le cas de la revue Plus Moins Zéro. Revue d’art contemporain (1973-1993)

Macquoy Sarah Meester over de documentstroom: ontwikkeling van een dynamisch documentbeheer in een hedendaagse schooladministratie

Nijssen Antoinet Vergelijking van Nederlandse en Vlaamse Selectielijsten voor gemeenten & inventaristaie van het archief van de gemeente Meldert (1797-1976)

Proost Dorien Inventaris van het archief van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen

Schandevyl Eva Archivalisering in een intellectueel milieu: casus het archief van Max Lamberty

Simons Lindsay ‘Wie chaos beschrijft, stelt zaken op orde”. Het uitbouwen van een stedelijk archief te Antwerpen (1769-1894)

Soenens Anneleen Mooie liedjes duren wel lang. Een ontsluitingsstrategie voor het erfgoed van hafabraver-eningen

Staelens Caroline Bezoekers zullen zich als schrijfgerief slechts van potlood bedienen. Een comparatieve studie van archiefregelement in Belgische steden (1830-1914)

Truyts Sara Inventaris van het archief van het interieurarchitectenkantoor ‘Claire Bataille en Paul Ibens Design NV’ (ca. 1965-2012)

Van Bouwel Jana Meten om te weten. Het opzetten van een monitoringbeleid voor zorgdragers in Vlaanderen

Van Damme Tom Studenten in beweging. Een geïntegreerd archiefschema van het archief van LOKO

Van Houtryve Julie Opmaak van een informatiebeheerplan voor de dienst Milieu-, Natuur- en Waterbeleid bij de provincie West-Vlaanderen

Wirt Daniel Theoretische en praktische overwegingen bij het records management van het World Savings and Retail Banks Institute – European Savings and Retail Banks Group (WSBI-ESBG)

META 2014 | 8 | 43

reCensies

Page 46: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Op 1 augustus werd bart beuten de nieuwe directeur van LOCuS. Daardoor vinden LOCuS en Bibnet veel nauwer aansluiting bij elkaar. Bart behoudt overigens bij Bibnet zijn functie van strate-gisch directeur. Het aantreden van Bart is voor beide organisaties een belangrijke opportuniteit om hun werking voor bibliotheken, cultuur- en gemeenschapscentra en het lokaal cultuurbeleid in het algemeen te herdenken en te optimaliseren. De komende maanden worden beide teams sterker op elkaar afgestemd om, naargelang van het beleid van de toekomstige minister van cul-tuur, te groeien naar een nieuwe, innovatieve organisatie voor het lokaal cultuurbeleid.

Sinds 1 september is an verstraeten coördinerend bibliothecaris van de katholieke hoge-school VIVES in West-Vlaanderen. Ze is verantwoordelijk voor het opmaken en realiseren van een visie en beleid met betrekking tot alle VIVES-bibliotheken. Daarnaast verzorgt ze de link met de dienst Onderwijs. An deed eerder ervaring op aan de universiteit Gent als projectmedewerker voor Google Books en als hoofdmedewerker in de faculteitsbi-bliotheek Letteren en Wijsbegeerte, waar zij o.m. verantwoordelijk was voor de publieks-werking en informatievaardigheden.

Jürgen vanhoutte volgt sinds oktober Leon Smets op als staf-medewerker behoud & beheer bij FARO In 2003-2004 was hij als projectmedewerker verbonden aan het Rijksarchief Leuven. Van 2004 tot 2011 was hij werkzaam bij het Centrum voor Religieuze Kunst en Cultuur (CRKC vzw), achtereenvolgens als afdelingshoofd van het Forum Kerkelijke Archieven Vlaanderen (2004-2009) en als afdelingshoofd eerstelijnszorg, advies en trajectbegeleiding (2009-2011). Van 2011 tot 2014 was Jürgen depotconsulent behoud & beheer bij de Provincie Vlaams-Brabant.

Op het einde van het academiejaar 2013-2014 nam staf (gustave) Janssens, geboren op 23 november 1948, afscheid als deeltijds hoogleraar archivistiek aan de Ku Leuven. Een half jaar voordien, eind november 2013, bij zijn 65e verjaardag, kwam er ook een einde aan zijn loopbaan in het Belgische Rijksarchief. Staf begon zijn loopbaan in het Rijksarchief in 1982, in het ondertussen opge-doekte depot van Ronse. Vanaf 1984 werkte hij in het Algemeen Rijksarchief, op het Departement 1 dat belast was met de toepas-sing van de Archiefwet. In 1988 werd hij vanuit het Rijksarchief als afdelingshoofd verantwoordelijk voor de archieven die in het

Koninklijk Paleis worden bewaard. Voor hij zijn loopbaan in het Rijksarchief begon was Staf in verschillende statuten verbonden aan de Ku Leuven, waar hij in 1981 tot Doctor in de Geschiedenis promoveerde.

Staf is, als één van de weinige archivarissen van het Rijksarchief, gedurende heel zijn loopbaan nauw verbonden geweest met de VVBAD. Vanaf 1984 was hij bestuurslid van de sectie Archief, in 1994 werd hij voorzitter, wat hij bleef tot in 1997. Ondertussen werkte hij volop mee aan Bibliotheek- & archiefgids, de voorloper van META. Voor ons vakblad schreef hij verschillende vernieuwende bijdragen, hij redigeerde de rubriek ‘In archieftijd-schriften gelezen’ en hij zocht actief naar auteurs bij de pas afgestudeerde studenten en de jonge archivarissen. De verdiensten van Staf Janssens binnen het Rijksarchief werden vorig jaar al door deze instelling gememoreerd. Voor de sectie Archief en Hedendaags Documentenbeheer binnen de VVBAD gold Staf gedurende verscheidene decennia als één van de meest standvastige medewerkers. Het is dan ook passend dat de VVBAD Staf op haar manier huldigt en in de bloemetjes zet.Noël Geirnaert

44 | META 2014 | 8

Personalia

Page 47: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Heb je een favoriete zanger?Leonard Cohen weet bij mij altijd een gevoelige snaar te raken. Hij is net 80 geworden maar deze leeftijd weerhoudt hem er niet van opnieuw een plaat uit te brengen, Popular Problems. Sterke songs, mooie teksten en de indringende voor-dracht compenseren veel van wat hij op die leeftijd vocaal moet inleveren.

Naar welk genre gaat je voorkeur uit?Ik heb nogal een brede voorkeur. Ik heb deze zomer ook kunnen genieten van de aparte performance van Melanie De Biassio.

Wat is je favoriete album aller tijden?

Dat is een moeilijke! Als ik dan toch moet kiezen, Transformer van Lou Reed mis-schien? Dat betekent voor mij nog altijd het krijgen van een kick bij het horen van

danie de sadeleer

Danie De Sadeleer is bibliothecaris in De Bib Leuven. Ze noemt zich in de eerste plaats levensgenieter met een brede belangstelling. Danie houdt van goeie muziek en dat kan voor haar zowel de Greatest Hits van David Bowie betekenen, als ontroerd worden door de stem van Maria Callas, als luisteren naar Steve Reich en Max Richter.

de perfecte popsong, jawel: Perfect Day, maar ik blijf ook niet ongevoelig bij Walk on the Wild Side.

Heb je een ‘guilty pleasure’? Geef mij dan maar Yellow Moon van de Neville Brothers en I don’t want to talk about it van Rod Stewart.

Wat was het eerste plaatje dat je ooit kocht?Jawel, Leonard Cohen. Het is in de eerste plaats een groot poëet. Hij schrijft bloed-mooie beklijvende teksten sedert Songs of Leonard Cohen, zijn debuutalbum. Nick Cave, Bono, ... nog zulke kleppers, vertol-ken nummers van hem in de film I’m Your Man. Ook zeer de moeite.

Welke artiest zou je willen aanraden aan de META-lezers?Ik vind de muziek van Max Richter een openbaring. Het is één van de meest invloedrijke componisten van deze tijd, die de ‘klassieke muziek’ herdefinieert en verbreedt door in zijn composities ook punk en elektronische muziek te incorporeren. Dit vind ik zeer interessant, want ik heb ooit een scriptie over heden-daagse klassieke muziek geschreven. Richter is klassiek geschoold, heeft gestu-deerd bij Luciano Bério, heeft samenge-werkt met Arvo Pärt, Philip Glass, Steve Reich, ... Hij is zeer veelzijdig, schrijft voor opera, ballet, ... en werkt ook samen met

mediakunstenaars. Memoryhouse, The Blue Notebooks en de soundtrack voor de film Elle s’appelait Sarah van Gilles Paquet-Brenner (Tatiana de Rosnay) zijn mijn absolute favorieten.

Hoe kom je aan je muziek? Cd’s kopen, downloaden of uit de bib?Juist: alle drie!

Wat is je meest gespeelde nummer in iTunes?The Man who sold the World van David Bowie, maar in de unplugged versie door Kurt Cobain van Nirvana.

Hoe en waar luister je naar muziek?In bed, in bad, lekker lui liggend op de sofa, bij het strijken, bij het opruimen …

Danie De Sadeleer:

“Leonard Cohen weet bij mij altijd een gevoelige snaar te raken”

Max Richter.

Lou Reed.

META 2014 | 8 | 45

zogehoord

Page 48: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

75 Jaar vvbad

In 1996 vierde de vereniging haar 75e verjaardag. Als uitdrukking van dit feestgevoelen en als

introductie tot de later dat jaar geplande feestelijkheden, werd in vijf nummers gepeild naar de

evolutie binnen de verschillende secties. Per nummer kwam er een sectie aan bod. Een prominente

figuur kon terugblikken op het verleden en

een blik werpen op de toekomst. Deze per-

soonlijke bedenkingen konden getoetst wor-

den aan de volledige ‘Geschiedenis van de

Vereniging’ die ter gelegenheid van de vie-

ring op 21, 22 en 23 november 1996 in Gent in

boekvorm werd voorgesteld. Dit uniek docu-

ment zou er zonder de stuwkracht van Frans

Heymans, oud-voorzitter van de vereniging,

nooit geweest kunnen zijn.

De jaren negentig: de jaren van professionaliseringTom Van Hoye

Om Bibliotheek- & archiefgids professioneler en sneller te laten verschijnen, werd in de jaren negentig de eerste redactiesecretaris in deeltijdse loondienst aangenomen. In 1992 nam Marijke Hoflack deze taak op haar. De vroegere redactiesecretaris, Myriam van Moeseke, bleef verant-woordelijk voor de redactie, maar met de titel redactievoorzitter.

De redactie en de Raad van Beheer hadden grondige veranderingen voor ogen, die ze goed voorbereidden. Buitenlandse tijdschriften wer-den bestudeerd, een enquête werd uitgevoerd bij de sectie-bestuursleden en een gron-dige financiële analyse werd uitgevoerd.

Vanaf 1992 verscheen het tijdschrift in een grondig her-werkte opmaak, die heel wat moderner oogde. Het formaat werd vergroot tot een kwarto en zowel de kaft, die elk jaar een andere kleur zou krijgen,

als de interne lay-out werden grondig herwerkt. Bovendien werd er heel wat meer werk op het secretariaat zelf uitge-voerd. Dat behelsde naast de administratie en de coördina-tie ook de integrale lay-out van het tijdschrift. Met deze werkwijze werd de verwer-kingstijd bij het drukken aan-zienlijk verkort, en kon het tijd-schrift dan ook met een grote periodiciteit worden uitge-bracht, van drie naar vijf num-mers per jaar.

Eind 1992 liep het mandaat van redactievoorzitter Myriam van

Moeseke ten einde. Peter Van den Broeck, docent aan ver-schillende bibliotheek scholen, werd de nieuwe redactie-voorzitter. Meteen werd een nieuwe poging gedaan om tot een redelijk evenwicht te komen tussen het aantal bij-dragen vanuit de verscheidene secties.

Ondanks het feit dat, zeker als men het verleden bekijkt, het tijdschrift zowel inhoude-lijk als vormelijk op een hoog pijl staat, bleef de redactie verbeteringen zoeken. In het laatste nummer van 1993 werd

een nieuwe rubriek gestart, ‘Personalia’, met berichten over leden, zoals nieuwe benoemingen, doctoraten, overlijdens, enz. Met het eer-ste nummer van 1994 deed de rubriek ‘Instap’ zijn intrede, waarin voor een breed publiek, een introductie werd gegeven over een nieuwe technologie of werkwijze in de informa-tiewereld. En met de rubriek ‘Standpunt’ hoopte de redactie een discussie binnen de sec-tor op gang te brengen door het publiceren van concrete meningen van lezers.

Tijdens de Algemene Leden-vergadering op 21 november 1995 werden voor de eerste keer de redactieleden ver-kozen voor een periode van vier jaar. Elke sectie koos een aantal redactieleden, zodat de verscheidene deelgroe-pen in de redactie evenwich-tig vertegenwoordigd waren. Bovendien werd beslist om vanaf 1996 de periodiciteit te verhogen tot zes maal per jaar. Het jarenlang nagenoeg klok-vast verschijnen van het tijd-schrift had weer een nieuwe uitdaging aangebracht, van-uit de betrachting nog beter in te spelen op de actualiteit.

> nu van hooger hand…” vijfen-

zeventig jaar vlaamse vereniging

voor bibliotheek- archief- en

documentat iewezen/ F rans

heymans (red). – antwerpen:

vvbad - 1996. -332 p. – isbn:

90-72679-19-9Frans Heymans (links) en toenmalig voorzitter Erwin Pairon tijdens de viering 75 jaar VVBAD.

> zie ook p. 48

46 | META 2014 | 8

terugblik

Page 49: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

aCtiviteitenkalender06.11 Netwerkdag cultuureducatie

LOCUS07.11 Brabantse archivarissendag

2014: Het Nieuwe Werken als

opportuniteit voor de

archivaris/informatiebeheerder

Provincie Antwerpen14.11 Jeugd XL

LOCUS17.11 Selectie van archief: bewaren,

vernietigen en procedures

Innovant19.11 Overlegplatform voor erfgoed-

bibliotheken in Vlaanderen

VEB, VVBAD24.11 Selectie van archief: bewaren,

vernietigen en procedures

Innovant02.12 Aan de slag met cijfers.

Studiedag over gebruikers-

onderzoek bibliotheken en cul-

tuur- en gemeenschapscentra

LOCUS, Universiteit Antwerpen, VVBAD, VVC

Uw activiteit in deze kalender? Meld ze aan via onze website http://www.vvbad.be/activiteiten

Overlegplatform erfgoedbibliotheken

De Vlaamse Erfgoedbibliotheek en de VVBAD nodigen u op woensdag 19 november 2014 uit voor het vijfde Overlegplatform voor erfgoedbibliotheken in Vlaanderen en Brussel. Dit forum voor dialoog, informatie-uitwisseling en samenwerking vindt plaats in de Provinciale Bibliotheek Limburg (PBL) in Hasselt.

Het hoofdprogramma zal steunen op drie inhoudelijke pijlers:• Behoud en Beheer• Internationale samenwerking• Publiekswerking

u maakt kennis met Jürgen Vanhoutte, de voormalige provinci-ale depotconsulent die nu bij het steunpunt FARO aan de slag is als stafmedewerker behoud & beheer. Daarnaast wordt er expertise gedeeld over het verhuizen van erfgoedbibliotheek-collecties. De collectieverhuis van de Gentse Boekentoren naar een nieuw ondergronds depot is hierbij een dankbare casus.Bij ‘Internationale samenwerking’ wordt CERL onder de loep genomen. Dit internationaal samenwerkingsplatform biedt ook mogelijkheden voor Vlaamse erfgoedbibliotheken.

Bij ‘Publiekserking’ blikken we ondermeer terug op het crowd-funding platform ‘Boekensteun’ en maken we een staat op van geleerde lessen.

We ronden de dag af met de voorstelling van de Schadeatlas bibliotheken. De nieuwste publicatie van de Vlaamse Erfgoedbibliotheek in de reeks ‘Armarium’ is een hulpmiddel bij het uitvoeren van schade-inventarisatie.

PRAKTISCHDatum 19 november 2014Plaats Provinciale Bibliotheek Limburg Martelarenlaan 17, 3500 HasseltInschrijven Deelname aan het overlegplatform, het randpro-

gramma en de lunch is gratis, maar vooraf inschrij-ven is verplicht. http://www.vvbad.be/activiteiten

Studiedag gebruikersonderzoek bibliotheken en cultuur- en gemeenschapscentra

Openbare bibliotheken en cultuur- en gemeenschapscentra bie-den in Vlaanderen al jarenlang een breed cultureel aanbod aan. De universiteit Antwerpen onderzocht samen met het onder-zoeksbureau Lokaal Marktonderzoek hoe gebruikers en niet-gebruikers zich tot deze cultuurhuizen verhouden. Hun gedrag, meningen en verwachtingen werden in kaart gebracht. Voor vele organisaties gebeurde dat voor het eerst in tien jaar.

De universiteit Antwerpen organiseert nu in samenwerking met LOCuS, VVBAD en VVC een studiedag over dit onderzoek. Op de studiedag zal de uAntwerpen het onderzoek toelichten. Cases uit bibliotheek en cultuurcentrum zullen inspireren om zelf met de resultaten aan de slag te gaan. In de namiddag vol-gen workshops rond inhoudelijke thema’s. De dag sluit af met een panelgesprek.

PRAKTISCHDatum 2 december 2014, van 9.30 u. tot 17.30 u.Plaats universiteit Antwerpen

Studienamiddag metadata-uitwisseling

Open access, portals, open data, metadataverrijking, uitwis-selingsstandaarden, API’s… begrippen waar de archivaris van vandaag steeds meer mee wordt geconfronteerd. Met de groei-ende tendens om informatie vrij van rechten aan de burger ter beschikking te stellen, groeit ook bij archiefinstellingen de nood om aan deze vraag te voldoen. En hoe langer hoe meer draait het niet enkel om informatie-uitwisseling tussen instellingen, maar tussen databanken en applicaties.

Wat betekenen deze ontwikkelingen voor de archiefinstelling? Hoe kan/moet je als archiefinstelling inspelen op deze tenden-sen en de voortdurend evoluerende eisen van de archiefge-bruiker? Wat zijn de valkuilen? En hoe kan metadata-uitwisse-ling een voordeel betekenen voor het metadatabeheer van de archiefinstelling zelf?

De studienamiddag gaat van start met een algemene inleiding over de basisprincipes van metadata-uitwisseling en de hui-dige stand van zaken, waarna in drie cases zal worden geïllus-treerd hoe archieven en musea hiermee in de praktijk kunnen omgaan. Deze studienamiddag is een organisatie van de werk-groep Automatisering van de VVBAD.

PRAKTISCHDatum 11 december 2014, onthaal vanaf 13.00 u. Einde voorzien rond 16.30 u.Plaats Congres- en Erfgoedcentrum Lamot Van Beethovenstraat 8, 2800 MechelenInschrijven http://www.vvbad.be/activiteiten (maximum: 50 personen)

META 2014 | 8 | 47

aCtiviteiten

Page 50: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Menukaart voor de viering van tien jaar Vlaamsche Vereniging van Bibliothecarissen en Bibliotheekbeambten, op 26 december 1931 in ‘Terminus’, Antwerpen. (AMVC)

> zie ook p. 46

uitziCht

48 | META 2014 | 8

Page 51: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet
Page 52: Met De rug tegen De Muur - Amazon S3...om dingen in beweging te zetten, om informatie van boven naar beneden (en omgekeerd) door te geven. Maar de situatie zoals ze was, was ook niet

Eindelijk inzicht in collectiebeleid en -planning.

V-eyeQ is een applicatie voor collectiebeheer en -planning.

Met V-eyeQ kunnen bibliothekenaanzienlijke besparingen realiseren door middel van een efficiënter collectiebeleid. Ze kunnen het gebruik van de collecties intensiverenen op elk moment instant-inzicht krijgenin hoe de collectie presteert.

Contact:[email protected]