KleurProef voorbeeld OGO

6
51 Wat gaat u doen? U vult het groeiboekje in. U praat met de arts op het consultaebureau. U leest een folder van het consultaebureau. U beantwoordt vragen. Op het consultaebureau Het consultaebureau | De speelzaal | De basisschool | Veiligheid | lezen en spelen | Vrije jd | Het voortgezet onderwijs | In gesprek over de toekomst | De huisarts | De tandarts Assessments Opvoeding, Gezondheids- zorg en Onderwijs T1 Taak 1. Lees de situae. U heeſt een groeiboekje gekregen van het consultaebureau. Uw kind is nu vier maanden oud. U moet vandaag weer naar het consultaebureau. U wilt iets gaan vragen over de voeding van uw kind. Bijvoorbeeld hoeveel voeding u moet geven. Of wanneer u een fruithapje mag geven.

description

Oefen het decentrale deel van het inburgeringsexamen. Oefen de assessments en bereid je voor op het portfoliogesprek.

Transcript of KleurProef voorbeeld OGO

Page 1: KleurProef voorbeeld OGO

5 1

Wat gaat u doen?

U vult het groeiboekje in.U praat met de arts op het consultatiebureau.U leest een folder van het consultatiebureau. U beantwoordt vragen.

Op het consultatiebureau

Het consultatiebureau | De speelzaal | De basisschool | Veiligheid | lezen en spelen | Vrije tijd | Het voortgezet onderwijs | In gesprek over de toekomst |

De huisarts | De tandarts

AssessmentsOpvoeding, Gezondheids-

zorg en Onderwijs

T1 Taak 1.Lees de situatie.

U heeft een groeiboekje gekregen van het consultatiebureau.Uw kind is nu vier maanden oud.U moet vandaag weer naar het consultatiebureau.U wilt iets gaan vragen over de voeding van uw kind. Bijvoorbeeld hoeveel voeding u moet geven. Of wanneer u een fruithapje mag geven.

Page 2: KleurProef voorbeeld OGO

Kl

eU

Rp

RO

ef

AS

Se

SS

Me

NT

S

5 2

T1 Taak 1.Doe de opdracht.

Bedenk een vraag en schrijf uw vraag op de goede plek in het groeiboekje.

Vierde bezoek: als de baby ongeveer 4 maanden oud is.

Datum Gewicht

lengte Hoofdomtrek

Heb je nog vragen? Schrijf ze hier op.

Het advies van de arts of verpleegkundige:

29 - 9 - 1165

702543

T2 Taak 2.Lees de situatie.

U bent op het consultatiebureau.U praat met een arts over de ontwikkeling van uw kind.De arts vraagt of alles goed is met uw kind.De arts onderzoekt uw kind ook.

Page 3: KleurProef voorbeeld OGO

5 3

T2 Taak 2.Doe de opdracht.

U praat met de arts van het consultatiebureau. Stel ook de vraag die u bij taak 1 heeft opgeschreven.Iemand anders is de arts van het consultatiebureau.

Groet en vraag hoe het met het kind gaat.

......

Groet terug en vertel over uw kind.

T3 Taak 3.Doe de opdracht.

lees de vragen.Zoek de antwoorden op in de tekst.Zet een rondje om het goede antwoord.

T3 Taak 3.Lees de situatie.

Op het consultatiebureau krijgt u een folder over de voeding van jonge kinderen. U leest de folder.

Page 4: KleurProef voorbeeld OGO

Kl

eU

Rp

RO

ef

AS

Se

SS

Me

NT

S

5 4

1 Uw kind is vier maanden. Moet u uw kind al fruit geven?

A. Ja, dat moet. | B. Nee, dat mag niet. |

c. Het moet niet, maar u mag het wel proberen.

2 Als uw baby smakkende geluidjes maakt, dan wil hij leren eten.

A. waar | B. niet waar

3 Hoe geeft u uw kind het eerste hapje?

A. met een plastic lepeltje | B. met een metalen lepeltje | c. met de hand

4 Wat is het eerste dat uw kind mag eten?

A. brood | B. rijst | c. groenten en fruit

Wanneer geef je het eerste hapje?Tot 6 maanden: alleen melkTotdat je kind een half jaar oud is, heeft hij alleen melk nodig. Uit de borst of uit de fles. Alles wat hij nodig heeft, zit daarin. Sommige kinderen willen al met 4 of 5 maanden een hapje fruit eten.

Hij is aan een hapje toeHoe zie je dat je baby aan zijn eerste hapje toe is?• Als jij eet of drinkt, kijkt hij vol interesse naar je.• Hij maakt smakkende geluidjes.• Hij wil alles in zijn mond stoppen.Wil je hem een paar theelepeltjes fruit of groente geven? Overleg dan eerst even met het consultatiebureau.

eten van een lepeltje: even oefeneneten van een lepeltje is nieuw voor je kind. Hij moet nu happen en slikken, in plaats van zuigen. Dat moet hij leren. Hoe help je hem daarbij?• Gebruik een glad, plastic lepeltje. liever geen metaal: dat is te hard.• Duw het lepeltje niet te ver zijn mond in. Anders gaat hij kokhalzen.• Ga recht voor je kind zitten, niet naast hem. Dat is gemakkelijker.• Zorg dat jullie hoofden ongeveer op dezelfde hoogte zijn. Zet je baby dus op een veilige manier in zijn wipstoeltje op de grond. Ga er zelf voor zitten.• Geef hem geen vol lepeltje; een klein beetje op het puntje van de lepel is genoeg.

Kies zachte en zoete smakenKies voor groenten en fruit met een zachte, zoete smaak. Door te prakken of te pureren maak je het zacht en gemakkelijk om te eten.

Page 5: KleurProef voorbeeld OGO

1 0 9

Beoordeel de spreekopdrachten met behulp van het Beoordelingsmodel Spreken op bladzijde 120.

Kijk de schrijfopdrachten na met behulp van het Beoordelingsmodel Schrijven op bladzijde 122.

Op het consultatiebureauTaak 1Dit zijn voorbeelden.• Wanneer mag mijn kind fruit gaan eten?• Wanneer mag mijn kind brood gaan eten?

Taak 2Dit is een voorbeeld

U De arts van het consultatiebureau

Goedemiddag. Hoe gaat het met [naam van het kind]?

Goedemiddag. Het gaat goed. Hij groeit veel.

Is het kind ziek geweest?Nee. / Ja, maar niet zo erg.

Heeft u nog vragen?Ja. Wanneer mag mijn kind fruit gaan eten?

U mag nu al proberen fruit te geven: zacht, zoet fruit. Maar u kunt ook nog even wachten. pas als het kind zes maanden is heeft het meer nodig dan melk. We hebben ook een folder over voeding.

Dank u wel! Ik neem de folder mee.Onderzoek het kind. Alles is in orde. Tot de volgende keer!

Tot ziens.

OGO

Page 6: KleurProef voorbeeld OGO

Kl

eU

Rp

RO

ef

AN

TW

OO

RD

eN

1 1 0

Taak 21. c 2. A

3. A4. c

De speelzaalTaak 11. c 2. B

3. B 4. c

Taak 3Dit is een voorbeeld.

U De leidster van de peuterspeelzaal

Goedemiddag.Goedemiddag. Wat doen de kinderen op de peuterspeelzaal?

We zingen liedjes en we knutselen. Ook laten we de kinderen spelen: buiten of binnen. Gaat [naam van het kind] al op de Wc of op het potje?

Soms wel, maar hij draagt nog wel een luier.

Bedankt voor het gesprek. We zien u graag terug!

Tot ziens!

Naar de basisschoolTaak 11. A2. c

3. B 4. B

Taak 2Dit is een voorbeeld.

U De directeur

Goedemiddag. Ik ben [uw naam]. Goedemiddag. Ik ben [uw naam]. Aangenaam.

Ik wil u iets vragen over basisschool Grote Beer. Wat doet de school met slimme kinderen?