Joule April 2011 NL Lowres

download Joule April 2011 NL Lowres

of 8

Transcript of Joule April 2011 NL Lowres

D E P E R S O N E E L S K R A N T VA N E C N - J A A R G A N G 1 - A P R I L 2 0 1 1

J JOULE3Partij met spierballen nodig

Wat vindt Sylvia

Betrek vroegtijdig ook de tegenstanders P4

2Over vijf jaar contact via Skype

6Dieren werken ontspannend

Hardlopen op het ECN-terrein:

KIJKJE IN PV-KEUKENIn het kader van het staatsbezoek van onze koningin aan Duitsland organiseerde de BOM samen met de Nederlandse ambassade in Berlijn en Duitse partners op 14 april een seminar over energie-innovatie in Dresden. ECN was daarbij aanwezig. Op het seminar presenteerde de Nederlandse PV-industrie zich aan ongeveer 140 Duitse ondernemers door middel van presentaties (waaronder van Wim Sinke) en een kleine expositie. De belangstelling vanuit het Duitse bedrijfsleven was zeer groot.

DUURZAME LEVENSKEUZES

CALCULATOR HELPTMensen die gezond willen eten en duurzaam willen leven, hebben een nieuwe manier om hun effect op het milieu te meten: de gratis calculator waarmee ieder mens via internet zijn of haar stikstof footprint kan uitrekenen. Deze is door Albert Bleeker en Jan Willem Erisman (BKM) samen met de University of Virginia ontworpen. Het doel van de calculator is bewustwording te creren bij velen, de stikstofproblematiek beter zichtbaar te maken en aan te sporen tot actie. Zie: www.n-print.org.

Is dat nog wel veilig?

P4

Op een drietal plaatsen op het ECN terrein staat een jnstofsensor die van minuut tot minuut de hoeveelheid jnstof meet. Wil je het jne van jnstof weten? Lees verder op pagina 4.

PRIJZENREGEN VOOR ECN VALUE FOR ENERGYNicolas Guillevin (ZON) ontving in China de Hebei Province Science and Technology prijs in de categorie International Scientic and Technological Cooperation. ECN kreeg deze prijs voor de succesvolle samenwerking met de Chinese organisatie Yingli en de uitstekende resultaten die bereikt zijn in het PANDA project. Henk Deuling (KVM) heeft de publieksprijs van de Nederlandse Vereniging van Veiligheidskundigen gewonnen in de categorie Hogere Veiligheidskundige Opleidingen. Volgens de jury heeft Henk creatief en vernieuwend vakwerk geleverd dat zeer bruikbaar is bij veel bedrijven. ECN heeft een nieuwe basis, een nieuwe toekomst nodig. Kortom: een nieuw strategieplan. Geen papieren tijger, maar een betekenisvolle, aantrekkelijke en solide visie op onze toekomst: Value for Energy. Veel zal er moeten veranderen. Daarom is het belangrijk dat iedereen betrokken is bij het opstellen van het strategieplan. Vanaf 14 april tot de zomervakantie. Dan is het ambitieuze plan klaar. Je vindt op intranet alle informatie over Value for Energy. Doe mee met o.a. colloquia en kerndebatten. Volg alles actief via Yammer. Geef aan wat jij en jouw team bijdragen aan het nieuwe ECN!

WORD OOK EEN JOULE!Zit je vol met energie en ideen voor de personeelskrant? Dan ben je geknipt voor de redactieraad. Lees er alles over op intranet of mail naar [email protected]

2COLUMN

Medewerkers begeleiden

IN BEELD

Ontslagprocedure UWV

LenteNa de donkere winter breekt altijd de lente weer aan; een jaargetijde vol beloftes over groei, groene frisheid, zon en wind. Meestal reageren mijn lichaam en geest erg positief op deze verandering. Ook nu. Toch is het niet helemaal zo als andere jaren, er zijn wat sombere nevels blijven hangen. De sporen van een koude winter zijn nog niet uitgewist. Daarvoor is er binnen ECN te veel gebeurd. Van een groot aantal collegas heb ik afscheid moeten nemen, met pijn in mijn hart. Mensen die geloofden in ECN, hun werk voor deze organisatie en hun bijdrage aan een duurzame energiehuishouding. Mensen die ik de afgelopen jaren goed heb leren kennen en die meegewerkt hebben aan mooie ontwikkelingen. In de laatste week van maart hebben wij met de unit E&I onze vertrekkende collegas van de programmas Energie in de Gebouwde Omgeving en Intelligente Elektriciteit Netten toegezongen. Allemaal sloegen zij hun eigen nieuwe weg in, en ik heb er het volste vertrouwen in dat zij op die weg ook gaan slagen. Maar toch blijft het wennen dat ik dat niet meer van dichtbij kan meemaken. Ook voor de blijvers is dit het einde van een tijdperk. ECN transformeert van een taakgerichte in een marktgerichte organisatie. Ongetwijfeld verloopt dat niet zonder horten of stoten en het zal ook van mij de nodige aanpassingen vergen. Hoe dan ook, die nevels moeten we wegblazen. Dan kunnen we hier sterker dan ooit uitkomen. Er is een heel sterke basis, en er zijn kansen te over. Laten wij die benutten. Ik kan me gewoon niet voorstellen dat werken aan een duurzame energiehuishouding niet door de samenleving beloond wordt. Dat gevoel wordt alleen nog maar sterker door de lentekriebels.

Gesprekken outplacementbureau

Zelfstandige doorstart

Gewoon doorwerken

Invloed op privlevenJongleren, maar dan anders Een terugblik op de afgelopen maanden door Ernst-Jan Bakker (groepsleider E&I). Welke ballen heeft hij tegelijk hoog moeten houden? Er is veel op Ernst-Jan en zijn collegas afgekomen. Desondanks bleef hij positief ingesteld: Ik wilde graag snel duidelijkheid voor mijzelf en mijn collegas, zodat we onze blik op de toekomst konden richten. Op naar een nieuwe uitdaging.

Peter Alderliesten

Overname door TNO Solliciteren

EROP OF ERONDER

ECNDEPERSTwee artikelen die in de vrije pers verschenen en de reactie van twee van onze ECN-collegas. Ad Seebregts en Sander Lensink van Beleidsstudies gaan in op een artikel in respectievelijk Trouw en de Volkskrant.

Het nieuwe samenwerkenPetten, Amsterdam, Eindhoven, Peking ECN was ooit een besloten enclave bij Petten, maar verspreidt zich als een inktvlek. Over vijf jaar werken ECNers over de hele wereld intensief met elkaar samen. Moeilijk voor te stellen, of toch niet?Ynke Feenstra doet nu al niet anders dan samenwerken op afstand. Niet alleen werkt ze voor Beleidsstudies vanuit Amsterdam, haar projecten voert ze vaak uit samen met partners in bijvoorbeeld Scandinavi, Duitsland, Engeland, Spanje en zelfs Australi. Levien de Leg is bezig een ECNvestiging op te zetten in Peking. Voorlopig gaat hij twee weken in China werken om opdrachten binnen te halen en dan weer twee weken in Petten om de contacten met de thuisbasis te onderhouden.

Technisch helemaal duurzaam? Dat is lastigKolen zijn een vuile bron van energie. Het ongeval in de Japanse centrale Fukushima leert dat kernenergie niet zo veilig is. Kunnen we zonder kolen en kernenergie? Is een duurzame energiesector haalbaar in Europa? Het doel kan gehaald worden, zegt Seebregts van ECN, mits de Europeanen ink energie besparen in hun huis. De transportsector moet worden aangepast, want die draait nu voor een groot deel op olie. Bovendien moeten de Europese elektriciteitsnetten beter op elkaar worden aangesloten.

Het werkt als je de juiste balans vindt tussen persoonlijke ontmoetingen en technologie. Dus over vijf jaar zie ik ECN als een soort reizend circus voor me: stafmedewerkers zitten regelmatig een dagje op elk van de (binnenlandse) locaties. Met videoconferenties besparen we tijd en CO2-uitstoot.

Over vijf jaar houden ECNers contact via videoconferenties of Skype. Dat werkt technisch beter in elk geval met China - en je kunt elkaars gezichtsuitdrukking zien. Het tijdsverschil maakt dat we over en weer wat moeten schuiven met de werktijden.

31 maart

Trouw

Paul Korting wil van ECN een ondernemend topinstituut maken. Satellietlocaties horen bij die missie.

Sjoerd Veenstra doet onderzoek op het gebied van organische zonnecellen. Hij verhuist binnenkort met zijn groep naar de nieuwe ECNlocatie in Eindhoven.

Verplichte groene stroom kost gezin 1.000 euro extraDit geld zou paradoxaal genoeg vooral naar kolencentrales toe vloeien. Dat blijkt uit een nog vertrouwelijk conceptrapport dat is opgesteld in opdracht van Energie Nederland. In een recent rapport concludeerde ECN dat een leveranciersverplichting de goedkoopste manier is om het aandeel van 35 procent duurzame stroom in 2020 te halen.

We moeten daar zitten waar het gebeurt, of waar onze opdrachtgevers ons nodig hebben. Toch blijven we n ECN en beslissen we gezamenlijk welk onderzoek we gaan doen. Onze kracht is juist dat we verschillende technologien aan elkaar kunnen knopen.

Over vijf jaar is de frontoffice van ECN misschien verdeeld over plekken in en buiten Europa waar de klanten zijn. De onderzoekers zitten daar waar zich veel collegaonderzoekers bevinden. Want fysieke nabijheid en informele contacten scheppen een vruchtbaar onderzoeksklimaat.

Ad Seebregts ECN beschouwt kernenergie in vergelijking met andere opties voor CO2 reductie. Studies geven aan dat we alle opties nodig hebben deze reductie te realiseren. Sluit dan relatief goedkope opties niet uit. ECN moet altijd wijzen op veiligheid en radioactief afval. Andere technologien echter hebben ook gevolgen voor ons leefmilieu. Maatschappij en politiek moeten afwegen wat wel of niet kan. Feit: de NRG-collegas zijn perfect in staat te informeren over veiligheid en afval. De journaliste stuurde mij het conceptartikel gestuurd voor toetsing en correctie. Trouwens: zon artikel is een verademing vergeleken met het tienseconden-knipwerk van mijn interview in RTL Nieuws

Sander Lensink Het artikel bevatte enkele onjuistheden. Volgens ECN betalen huishoudens, bij ongewijzigd beleid, gemiddeld ongeveer 1000 euro om de gewenste groei van duurzame elektriciteit tot 2020 te halen. Als de leveranciersverplichting niet goed wordt ontworpen, dan kunnen er inderdaad windfall prots ontstaan voor de kolencentrales die biomassa meestoken. Een ingezonden brief? Met Communicatie kwamen tot een beter voorstel: een interview. Daarmee ging de journalist akkoord. Twee dagen later stond mijn reactie, met naam en toenaam, in een uitgebreid vervolgartikel. Op deze manier hebben we alles kunnen rechtzetten en ook meer nuancering bij het onderwerp kunnen aanbrengen.

3BLIK VOORUITOp welke congressen en bijeenkomsten zijn onze collegas binnenkort te vinden?Bas van Aken, ZON, European Materials Research Society 9-11 mei, FrankrijkWWW.EMRS-STRASBOURG.COM/

Paul de Wild, BKM, Bioenergy III Conference 22-27 mei, SpanjeWWW.ENGCONFINTL.ORG/11AA.HTML

Jaap van Hal, BKM, 22nd North American Catalysis Society Meeting 5-10 juni, VSWWW.22NAM.ORG/

Bart Geerligs, ZON, International Conference on Materials for Advanced Technoloigies 26 juni-1 juli 2011, SingaporeWWW.MRS.ORG.SG/ICMAT2011/

We hebben een partij met commercile spierballen nodigECN is volop in onderhandeling met een partner om samen een nieuwe torrefactietechnologie voor de productie van biomassapellets naar de markt te brengen. Onder begeleiding van Christian Rood (van het bedrijf Road to Value). Hij benoemt hier de stappen voor een kansrijke marktintroductie.Om een technologie naar de markt te brengen, is het volgens Christian Rood belangrijk om de onderzoeksresultaten al in een vroeg stadium met vakgenoten te delen. De gewoonte van ECNers om hun onderzoeken te presenteren op congressen, helpt bijvoorbeeld jaren later mee om de technologie te verkopen. Hierdoor wordt veel gesproken over ECN-technologie en ziet de buitenwereld ECN als een belangrijke en innovatieve partij, zegt Christian. Zo zijn de stabiliteit en schaalbaarheid van het torrefactieproces en de kwaliteit van de pellets al in de markt bekend, wat het gemakkelijker maakt om een commercile partner te vinden. Patenten zijn hierbij essentieel, voegt hij toe. Vervolgens moet je bepalen in welke markt je technologie de meeste kans heeft, vertelt hij. Er op hopen dat je een volledig nieuwe markt kunt creren, is niet verstandig. Je loopt namelijk twee risicos: een technologisch risico lukt het om de technologie op te schalen van een kleine pilot plant naar een grote commercile fabriek? en een commercieel risico is er wel een markt? Door aansluiting te zoeken met een bestaande markt minimaliseer je het commercile risico. De keuze viel daarom op de markt voor houtpellets voor kolencentrales, een bestaande en groeiendeTIPS VOOR HET NAAR DE MARKT BRENGEN VAN TECHNOLOGIE

ALSO SPRACH

JA je onderzoeksresultaten vroegtijdig met vakgenoten wereldwijd

Deel

je op een bestaande markt

Richt

binnen die markt meest logische partner

Zoek

markt, die een belangrijke bijdrage moet leveren aan het verduurzamen van de elektriciteitsproductie. De volgende vraag is: met wie gaan we samenwerken? ECN had in dit geval drie mogelijkheden: energiebedrijven, handelaren in brandstoffen en fabriekenbouwers. Christian en ECN richten zich op de fabriekenbouwers, omdat die wereldwijd actief zijn. Bovendien is zon bouwer een natuurlijke partner van ECN bij de ontwikkeling van fabrieken. ECN heeft niet de nancile middelen en de expertise om zelf een fabriek op commercile schaal te bouwen. Bovendien -en dat is misschien wel het belangrijkste- heeft ECN niet de commercile en logistieke organisatie om fabrieken te verkopen. We hebben een partij met commercile spierballen nodig.

Jaap Vente van E&I gaf aan scheikundestudenten een lezing over HybSi membraantechnologie. Drie vragen aan hem over zijn lezing.Waarom ging je op de uitnodiging in? ECN moet zich proleren in verschillende gremia en zeker ook onder potentile toekomstige medewerkers. Ik heb dus geen moment getwijfeld. Hoe heb je je voorbereid? Voor deze gelegenheid heb ik mijn presentatie geheel anders ingestoken. Ik heb de aandacht getrokken door met een vergiet en een membraan op te komen en het verschil van zeven grootte orders uit te leggen. Heb je je doel bereikt? Nee, er was maar een geringe opkomst bij mijn lezing. Ja, het leidde tot een zeer interactief uurtje.

KORT

OVERNAME DOOR TNO EN HYETTNO heeft de ECN-activiteiten Energie in de Gebouwde Omgeving en Intelligente Elektriciteitsnetten overgenomen. Dit betekent dat 16 collegas van de unit E&I bij TNO aan de slag gaan. De overname omvat onder andere 19 projecten en de PowerMatcher technologie. Een deel van de onderzoeksactiviteiten van de unit H2SF is overgedragen aan Arnhemse bedrijf HyET. Twee PEMFC-medewerkers zijn inmiddels in dienst getreden van HyET. Daarnaast heeft HyET patentaanvragen en onderzoeksapparatuur overgenomen. Lees voor meer informatie de nieuwsberichten op intranet.

ECN EN SOCIAL MEDIAVroeger: krant, radio, televisie. Nu: vele omroepen, zenders en . social media. ECN moet alle media slim benutten. Om activiteiten en resultaten bij alle doelgroepen te presenteren. Om onze kennis te verspreiden. Ook via social media: Twitter, LinkedIn, Facebook, Surfnet, YouTube, Slideshare. Wat wel, wat niet? Wat zijn de beste toepassingen voor ECN? Hoe organiseren we het? Deze en andere vragen beantwoorden we in proeabs social media Voor en met collegas (early adaptors, . early innovators en early majority). Zie intranet!

COLOFONCordinatie en eindredactie: Astrid Zander en Marloes Krot Ontwerp: Maters & Hermsen Vormgeving en drukwerk: Ricoh Fotos: Peter van Aalst, Vincent van den Hoogen Illustraties: Benjamin Kikkert en Ricoh Tekst: Maritte Huisjes, Mark van Baal en Laura van den Brink Contact: [email protected]

4

Het jne van jnstof

Chemicus Ren Otjes werkt sinds 1979 bij ECN aan meetapparatuur voor jnstof. Hij doet daarmee een greep naar de ongrijpbare deeltjes in de lucht. Ren en zijn collegas legden de basis voor Marga en een jnstofsensor die op een drietal plaatsen op het ECN-terrein van minuut tot minuut de hoeveelheid jnstof meet.Hoe moeten we ons jnstof voorstellen? Als hele kleine, met het blote oog onzichtbare deeltjes in de lucht. Het meeste jnstof is kleiner dan 2,5 micron (2,5 duizendste millimeter). Het kunnen zowel onschadelijke zoutkristallen zijn als giftige roetdeeltjes uit dieselmotoren. De concentratie varieert van vijf a tien microgram op een Waddeneiland tot vijftig microgram per kubieke meter op een drukke weg tussen hoge gebouwen. Om hoeveel deeltjes gaat het? Een liter lucht bevat ongeveer tien miljoen deeltjes. Meer dan de helft van die deeltjes zijn zouten, bijvoorbeeld ammoniumnitraat, dat in de lucht komt

Burgerparticipatie windeBurgerparticipatie is de manier om lokaal draagvlak voor windturbines te creren. De mogelijkheden zijn nancile participatie, inspraak, een maatschappelijk fonds en goedkope windstroom. Als je windelektriciteit goedkoper aanbiedt dan fossiele elektriciteit, dan protesteert niemand meer.Bijna iedere ECNer ziet ze elke dag langs de rijksweg N9 staan: negen oude en negen nieuwe windturbines die bij Burgervlotbrug naast het Noord-Hollands Kanaal staan. De oude turbines met zenuwachtig draaiende wieken, die af en toe stil staan, lijken van een voorwereldlijk model vergeleken bij de negen rustig draaiende rotoren van de nieuwe turbines, die een tien keer zo groot vermogen hebben. Iedere turbine kan ongeveer zevenhonderd huishoudens van elektriciteit voorzien. De achttien turbines zijn voor een deel eigendom van Kennemerwind, een windenergiecoperatie. Een kudde van een twintigtal nieuwsgierige schapen volgt Cees Bakker , voorzitter van de coperatie, naar n van de nieuwe windturbines. Op de betonnen fundering, waarop de voet van de 65 meter hoge mast staat, vertelt hij hoe burgers aan de turbine boven hem verdienen. daalt het draagvlak van een project. De meeste subsidies gingen niet naar lokale ondernemers, maar naar grote energiebedrijven. De baten van een windpark komen ten goede van ontwikkelaar, milieu en klimaat, maar die baten zijn lokaal niet erg tastbaar, zegt Breukers. De negatieve impact, bijvoorbeeld visuele impact, slagschaduw en overlast tijdens de bouw, wel. Om het draagvlak te vergroten, moeten de kosten en baten beter worden verdeeld. Dit kan door omwonenden mee te laten denken over ontwerp, locatie en omvang van het project en ze mede-eigenaarschap aan te bieden, adviseert Breukers. Het belangrijkste is volgens haar het vroegtijdig betrekken van alle stakeholders, ook tegenstanders. Heel veel mensen zijn niet principieel tegen, maar stellen voorwaarden. Over voorwaarden valt te praten, maar niet als alles al is afgekaart. windenergie in verschillende landen. Ze concludeerde dat de implementatie van windturbines in de jaren negentig in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen succesvol was en in Nederland niet. Dat heeft heel erg te maken met het wel of niet betrekken van de lokale stakeholders, zegt ze. De Duitse wetgeving stimuleerde lokale ondernemers om lokale projecten op te zetten. Deze ondernemers betrokken lokale belanghebbenden bij planning en besluitvorming en boden ze soms nancile participatie aan. In Nederland daarentegen werden veel projecten opgezet door grote projectontwikkelaars, die niet geneigd waren lokale stakeholders bij het project te betrekken en negatieve impact niet erkennen. Hierdoor

NIET KLAGEN OVER UITZICHTDe turbines staan er dankzij 399 particulieren, die een paar jaar geleden n of meerdere obligaties kochten. Dertig van hen wonen in de directe omgeving en kunnen vanuit hun raam kijken of hun investering nog draait. Ze klagen niet over hun uitzicht, aangezien ze jaarlijks 80 euro per obligatie van 1.000 euro krijgen. Na zes jaar krijgen ze hun geld, dat een rendement van acht procent per jaar maakt, terug. De investering is rendabel dankzij de MEP-regeling. Subsidie wil Bakker het niet noemen. We krijgen inderdaad bijna acht cent voor iedere kilowattuur die de molens produceren, maar de overheid vangt elf cent belasting op iedere kilowattuur, dus per saldo verdient de overheid aan deze turbines. Binnen zeven jaar houdt de subsidie op en krijgt de overheid weer de volle mep. Het Rijk wordt schatrijk van ons. Maatschappelijk draagvlak creert Kennemerwind ook met nancile steun aan lokale activiteiten. Je moet mensen het gevoel geven dat ze iets hebben aan een windpark in de buurt. Er is wel tegenstand, vertelt Bakker. Een paar fanatieke tegenstanders jutten het hele dorp op.

PARTICIPATIEVORMEN IN WIERINGERMEERBij Windplan Wieringermeer is burgerparticipatie van de 12.500 inwoners van de polder intrinsiek aanwezig. Het plan behelst het vervangen van grofweg tachtig windturbines door grotere windturbines in strakke lijnopstellingen. Dit is een wens van de bevolking, zegt Jaap van der Beek , een akkerbouwer met een windturbine op zijn erf. Hij vertegenwoordigt de 35 boeren met een solitaire turbine in de Wieringermeer. Door minimaal net zo veel windturbines van een groter type neer te zetten, kan het genstalleerd vermogen verdrievoudigen. Het Windplan Wieringermeer is een initiatief van Vereniging Windturbine-eigenaren Noord-Holland (VWNH), Gemeente Wieringermeer, Provincie Noord-Holland,

BETREKKEN VAN LOKALE STAKEHOLDERSSylvia Breukers , onderzoeker bij Beleidsstudies, weet veel van weerstand tegen windturbines. Ze promoveerde in 2007 op een studie naar de implementatie van

5door kunstmest en verkeer. De andere helft bestaat uit opwaaiend stof, roetdeeltjes uit dieselmotoren en organische verbindingen, bijvoorbeeld koolstofdeeltjes die een afzuigkap van een fornuis opzuigt en naar buiten blaast. Is alle jnstof schadelijk? Nee, niemand denkt dat zeezout gevaarlijk is, maar van roetdeeltjes wordt algemeen aangenomen dat ze schadelijk zijn. Cadmium en chroom zijn ronduit giftig. Zelfs vijftig microgram (miljoenste gram) per kuub lucht, die meer dan een kilogram weegt, lijkt een verwaarloosbaar gewicht. Waarom zijn die microgrammen jnstof gevaarlijk? Bevolkingsonderzoeken tonen aan dat veel mensen vroegtijdig sterven aan verhoogde jnstofconcentraties. Mensen die lange tijd veel jnstof hebben ingeademd, overlijden eerder aan hart- en vaatziekten of longziekten, bijvoorbeeld bronchitis. Je wordt bovendien verzwakt door jnstof, waardoor dingen die je onder de leden hebt, sneller tot ziekte leiden. Hoe kunnen zulke kleine deeltjes, die bijna niets wegen, schadelijk zijn? Grove deeltjes die je inademt worden door het slijmvlies gelterd en naar buiten gewerkt, maar kleine deeltjes penetreren de longblaasjes en blijven achter in het lichaam. Er is al veel jnstofmeetapparatuur. Wat voegt Marga toe? De meeste apparaten meten de concentratie van jnstof zonder onderscheid te maken tussen deeltjes. Onschuldige zoutkristallen uit de branding die over de duinen de werkplaats binnenwaaien, komen op dezelfde manier in de meting terecht als giftige chroomdeeltjes die van een draaibank spatten. Wij hebben een aantal van dergelijke apparaten op ons terrein staan. Marga werkt anders, geeft ieder uur de samenstelling van het jnstof. Wanneer je de pieken van specieke stoffen weet, kun je de bronnen opsporen. Overheden zijn hierin genteresseerd, omdat ze dan beter beleid kunnen formuleren om jnstof terug te brengen. Remt jnstof de opwarming van de aarde? In het algemeen weerkaatsen deeltjes in de atmosfeer zonnestralen, waardoor ze een afkoelend effect hebben. Alleen zwarte roetdeeltjes absorberen licht en zetten het om in warmte, waardoor ze het broeikaseffect versterken. Klimaatonderzoekers spreken meestal over aerosolen, terwijl milieuonderzoekers het over jnstof hebben, maar ze bedoelen hetzelfde. Bij hardlopen komt jnstof diep in je longen. Waar zou jij niet snel gaan hardlopen? Ik zou niet komen in de buurt van drukke wegen omgeven door hoge gebouwen, daar lopen de jnstofconcentraties tijdens de spits op. De metingen op de perrons van het treinstation onder Schiphol steken echter overal boven uit. Daar zou ik nog geen sprintje trekken. Kort na de jaarwisseling, wanneer de lucht vol met vuurwerkdampen hangt, zou ik nergens in Nederland gaan hardlopen. Zou jij hardlopen op het ECN-terrein? Ja hoor. Hier aan de kust is de lucht behoorlijk schoon. Veel schoner dan in de Randstad. Bij Applikon in Schiedam, waar we ook meten, is de lucht bijvoorbeeld heel vervuild.ECN-ers die het zeker willen weten, kunnen kijken op www.ecn.nl/fss/graph.aspx.

MARGAMarga (Monitoring instrument for AeRosols and GAses) is een apparaat dat de samenstelling van jnstof in de lucht vrijwel continu meet. Conventionele meetapparatuur meten ofwel het gewicht ieder uur, ofwel de samenstelling n keer per dag of week. Door pieken van specieke schadelijke stoffen te meten, zijn bronnen van jnstof beter te achterhalen en te verkleinen. ECN werkt sinds 2004 samen met het Schiedamse bedrijf Applikon om het apparaat op de markt te brengen. Vandaag staan er wereldwijd zon twintig Margas in onder andere Seoel, Beijing, Shanghai, Mexico City en een aantal steden in de Verenigde Staten.

denergieMinisterie van Infrastructuur en Milieu, Nuon, AgentschapNL en ECN. Het uitbreiden van het windturbine testpark van ECN tussen Middenmeer en het IJsselmeer is onderdeel van het plan. De bewoners kunnen via inspraakprocedures invloed uitoefenen op de grootte, hoogte en opstelling van de turbines. Aan sommige bezwaren van omwonenden is eenvoudig tegemoet te komen, als je maar naar ze luistert, weet Van der Beek uit eigen ervaring. Zijn buurman, 300 meter verderop, vertelde dat hij last had van de slagschaduw van Van der Beeks turbine. Dat was eenvoudig op te lossen met een lichtsensor en wat software. Naast inspraak wil het Windplan de burgers op andere manieren laten participeren. De eerste mogelijkheid is het opzetten van een poldermolenfonds. Hierin wordt het exploitatieoverschot van een windturbine gestort en kunnen lokale sociale activiteiten worden bekostigd. Daarnaast compenseert Windplan Wieringermeer de overlast voor omwonenden. Het Windplan biedt bewoners de mogelijkheid om mee te proteren van de opgewekte windenergie in hun gemeente, vermeldt de website. Mensen die binnen een straal van een kilometer van een turbine wonen, zouden bijvoorbeeld korting op hun elektriciteitsrekening kunnen krijgen. Een derde mogelijkheid is het bieden van goedkope polderstroom voor alle ruim 5.000 huishoudens in de polder. Ten slotte denkt Windkracht Wieringermeer eraan om bewoners nancile deelname te bieden.

DIRECTE-LEVERING-MODELDe ultieme manier om draagvlak te creren gaat via de elektriciteitsrekening van de omwonenden. Door de duurzaam opgewekte elektriciteit rechtstreeks aan omwonenden te leveren, kan windstroom goedkoper zijn dan fossiele stroom. Uiteraard niet direct, maar via het bestaande net. Waarom mogen we elektriciteit die we zelf opwekken, niet zelf gebruiken zonder belasting te betalen, zegt Bakker. Wan-

neer we een krop sla uit eigen tuin opeten, is er niemand die erover peinst om daar belasting over te heffen. Reken maar uit. De kostprijs van een kilowattuur windelektriciteit is ongeveer dertien cent, terwijl de consumentenprijs meer dan twintig cent is. Dan wordt het voor iedereen aantrekkelijk en wil iedereen meedoen. De Nederlandse overheid is echter nog niet zo ver. De overheid is bang voor oneigen-

lijk gebruik en het mislopen van belastinginkomsten, zegt Bakker. Breukers heeft geen onderzoek gedaan naar het directelevering-model, maar het zou een mogelijkheid kunnen zijn om het maatschappelijke draagvlak te vergroten, zegt ze. Het zou een manier kunnen zijn om tot een evenwichtigere kosten-batenverdeling te komen. Bovendien kun je hiermee het beeld dat duurzaam duur is, omdraaien.

Aantal windparken op zee: 2 (60 turbines voor de kust van IJmuiden en 36 voor Egmond aan Zee)Percentage duurzaam opgewekte elektriciteit in Duitsland: 16% (2009)

Aantal hoogspanningsmasten in Nederland:

Opgewekt vermogen: 5,3 miljard kilowattuur; 4,8 % van de Nederlandse elektriciteitsconsumptie

Kosten Duitse subsidieregeling duurzame energie:

19.000

(tien keer zo veel)Aantal windturbines in Nederland: 1.964 (4-2-2011), 1.868 op land, 96 op zee)opgesteld windvermogen: 1. VS: 35.000 MW 2. China: 26.000 MW 3. Duitsland: 26.000 MW 4. Spanje: 19.000 MW 5. India 11.000 MW (2009)

3,40 euro

per maand voor een gemiddeld huishouden

%Percentage duurzaam opgewekte elektriciteit in Nederland: 9 % (2009)

TOP 5

Opgesteld vermogen wereldwijd:

200.000 MW (2010), 2%

van de elektriciteitsproductie, iedere minuten gaat er een nieuwe turbine draaien

25

Opgesteld windvermogen Duitsland: 26.000 MW

Opgesteld vermogen Nederland: 2.245 megawatt (MW), gemiddeld 1,1 MW per turbine

6MIJN

Giraffe

DE WEEK VANAtmosferisch onderzoeker Bart Verheggen merkt dat zijn belangstelling verschuift van pure wetenschap naar wat de maatschappij met die wetenschap doet.

Ik heb de giraffe gekregen van een collega. Op het werk en thuis zijn er giraffes. Het zijn geweldige machines. Ze hebben inwendige kleppen en steunkousen. Aan een half uur slaap per nacht hebben ze genoeg! De NASA bestudeert giraffes bij onderzoek naar de effecten op de bloedsomloop tijdens ruimtereizen. Onwaarschijnlijke beesten, elegant en grappig. Ian Bennett (Zon)

Ik ga liever naar buitenVroeger thuis droeg ik samen met mijn broers en zus wel eens een zelfgemaakt journaal voor. Het hoogtepunt was dan het weerbericht: het sneeuwde en hagelde, en er was een orkaan en een tornado en een overstroming en daarna was het dan 30 graden met zonneschijn. Dat was het begin van mijn carrire als klimaatwetenschapper. Ik oefen dit vak vooral uit vanuit idealisme, omdat ik de wereld voor mijn dochter en haar generatie liefst iets mooier wil achterlaten dan ik haar aangetroffen heb.

KENNISKLOOFHet stoort me dat het grote publiek, maar ook politici en beleidsmakers vaak een slecht gefundeerde mening hebben over het klimaat. Ik wil er graag aan bijdragen hun kennis te vergroten. Daarom houd ik een klimaatblog bij: My view on climate change. Het is begonnen als een serie e-mailtjes waarin ik zaken uitleg aan mijn familie; inmiddels bestaat het blog al bijna drie jaar en vinden er levendige discussies op plaats. Ook geef ik graag lezingen. Dat we bij ECN steeds vaker als ad-

ECNIK

DIEREN WERKEN VOOR MIJ ONTSPANNEND

Veel van mijn vrije tijd gaat op aan mijn passie voor dieren. Ik vind het heerlijk om na mijn werk mijn 10 katten, 5 konijnen en cavia te verzorgen of te helpen in het vogelasiel. Dieren werken voor mij ontspannend. Het helpt mij mijn werk van die dag een plekje te geven, zodat ik de volgende dag weer vol energie begin. Judith Bredewold (HR)

viseur moeten optreden, vind ik wel jn. Ik denk dat je daarmee uiteindelijk meer bereikt. En ik merk dat ik er meer energie van krijg als ik een goede presentatie in elkaar zet en merk dat mijn boodschap overkomt, dan als ik in mijn kamer cijfertjes invoer in een computer. Ik ga liever naar buiten.

AIKIDOAfstand nemen van het werk? Dat is meer een kwestie van moeten dan van willen. Als mijn vrouw zegt: haal die laptop nu eens van je schoot. Ik kook graag, vaak orintaalse gerechten, of ik werk in de tuin, of doe dingen samen met mijn dochter. Maar het snelst kom ik los van alles als ik op de mat sta. Ik heb een zwarte band in Aikido: een martial art waarbij het erom gaat een aanval te neutraliseren zonder die met agressie te beantwoorden. Dat probeer ik ook in het dagelijks leven toe te passen: op een vreedzame manier met conicten omgaan. Het valt niet altijd mee; ik kan soms fel uit de hoek komen.

SNAPSHOT

Kees blikt terug

Maandag1975: Mijn eerste contact met de pers. KEMA was niet zo blij met mijn te enthousiaste uitspraak. 1987: Trots op start MCFC-programma van ECN, samen met Hoogovens en Institute of Gas Technology. Workshop over duurzaamheidscriteria voor biomassa; centraal staat de invloed van het kweken en gebruiken van biomassa op de broeikasgasbalans.

Donderdag Voortgangsgesprek met groepsleider Gerard de Groot, die benadrukt dat het steeds belangrijker wordt om aan te sluiten bij de marktvraag.

Dinsdag Tussen het reguliere werk door maak ik tijd voor een rondje netwerken: ik haal de banden aan met oud-collegas en leg wat ideen voor aan experts die ik ken via mijn weblog. Je weet nooit waar het toe leidt

Vrijdag Mijn vrije dag. s morgens toch nog wat losse eindjes afgemaakt. s Middags met dochter naar De Goudvis. Springen op een springkussen vind ik zelf ook leuk!

Zaterdag en zondag Woensdag2005: Aan het 50-jarig jubileum van ECN heb ik warme herinneringen, maar ook aan de samenwerking met Ton. Dit is mijn vakantiebeeld. Met tent en boek! Maar eerst naar Maleisi. Collegas, bedankt en tot ziens! Werken aan een manier om te onderscheiden of roetdeeltjes in de lucht afkomstig zijn van houtverbranding of fossiele brandstoffen; dit kan soms verrassend uitpakken. Veel aikido dit weekend. Er is een gastleraar over uit Japan. Een verjaardagsfeestje van vrienden. Zondagavond geef ik zelf aikidoles bij Dun Hong in Den Helder.

7VERWANT

Marktontwikkeling is cruciaalZonne-energie is een van de speerpunten van ECN. De units Zonne-energie en Beleidsstudies stimuleren de innovatie en implementatie ervan. Maar wat is de meest effectieve benadering?STEFAN LUXEMBOURG (BS)Zonne-energie heeft wereldwijd een enorm potentieel en is voor de BV Nederland een interessante optie. Wel valt er iets voor te zeggen om de uitrol terughoudend ter hand te nemen. Met andere vormen van hernieuwbare energie kunnen de doelstellingen kosteneffectiever bereikt worden. Duitsland heeft enorm veel genvesteerd in zonne-energie en zich ontwikkeld tot koploper. Maar de Duitsers voelen dit nu wel in hun portemonnee, door de hogere energierekeningen. We moeten inzetten op innovatie in die delen van de keten waar ons land zich tot een sterke speler kan ontwikkelen. Bijvoorbeeld: de integratie van PV-systemen in de gebouwde omgeving biedt de mogelijkheid voor de ontwikkeling van een onderscheidend product, waarmee, als we straks eenmaal grootschalig gaan uitrollen, het positieve imago van zonne-energie behouden blijft...

WIM SINKE (ZON)In Nederland zullen we al binnen een paar jaar grid parity bereiken, dat is het moment dat de opwekkosten van zonnestroom gelijk zijn aan de consumentenprijzen van grijze stroom, de stroom uit fossiele brandstoffen. Ik zie geen reden om terughoudend te zijn. Het begrip grid parity staat of valt echter wel met de zogeheten saldering: je ontvangt als eigenaar voor teruggeleverde zonnestroom dan evenveel als je voor ingekochte grijze stroom betaalt. We moeten dus die saldering veilig stellen en de markt zonder subsidie ontwikkelen. Daarnaast moeten nog andere, niet-nancile maatregelen worden genomen. Marktontwikkeling op korte termijn is in mijn optiek cruciaal om de ervaringsbasis te leggen voor het echte grote werk op langere termijn. Bovendien is de aanwezigheid van een markt essentieel om de innovaties te krijgen die je nodig hebt voor toepassingen in de gebouwde omgeving en de infrastructuur. Droogzwemmen werkt gewoon niet.

Stefan Luxembourg

Wim Sinke

ROEPT U MAARALS JE DENKT DAT JE HET KAN, DAN KAN JE HET OOKDe lijfspreuk van Robert Kleiburg die per 1 juni a.s. aantreedt als adjunct-directeur programmazaken a.i.

Wist je dat? De joule is vernoemd naar James Prescott Joule (1818 -1889). Een Britse natuurkundige die zijn carrire startte in een bierbrouwerij om vervolgens de kenmerken van warmte te bestuderen en de relatie met energie te ontdekken. Waarom heet het personeelsblad Joule? Kijk op intranet. Weetje Een vliegretourtje Amsterdam - New York kost evenveel energie (per passagier) als zes maanden verwarming van een gemiddelde Nederlandse woning (bron : natuurlijkduurzaam.nl)

TOEN OP 18 APRIL1973 Op de Einsteinweg in Am sterdam hangt een nieuw verkeersbord . Het maakt de automobilisten erop att ent dat een hoge snelheid geluidsoverlast veroorzaakt.

Het meeuw ens gaat weer b eizoen eginnen.

gok Doe eens een en choolkinder oeveel basiss Aan h errein de afop het ECN-t heeft Joop van e beginselen en zes jaar d gelop d? ergie uitgeleg uur zame en d Ongeveer 72 00 kinderen

S.v.p. niet v oeren!

8HET LAATSTE WOORD

DE ENERGIE-AGENDA VAN NOORD-BRABANTOp het gebied van duurzame energie zet Noord-Brabant in op drie domeinen, die goed aansluiten bij de kennis die er al is: Zonne-energie Elektrisch vervoer en decentrale slimme netwerken Biobased economy De provincie investeert een belangrijk deel van de opbrengst van de verkoop van energiebedrijf Essent - 71 miljoen euro - in duurzame energie. Deze versterking van de kennisinfrastructuur moet in 2020 leiden tot 15.000 tot 20.000 extra banen in de regio.

BRABANT IN DE RACE OM GOEDKOPE DUNNEFILMZONNECELLEN

ECN stond open voor consortiumDe provincie Noord-Brabant legt heel wat geld op tafel om onderzoekers op het gebied van duurzame energie aan te trekken, onder andere van ECN. Wat beweegt de verantwoordelijke gedeputeerde?Het was bepaald niet alleen uit idealisme, dat gedeputeerde Lily Jacobs van de provincie Noord-Brabant op 2 maart haar handtekening zette onder de Solliance-overeenkomst. Hiermee investeerde zij een kleine vijftig miljoen in een onderzoekscluster waarin ECN, TNO de Technische Universiteit Eindhoven en het Holst Center gaan samenwerken met bedrijven op het gebied van dunnelmzonnecellen. Iedereen is blij met het goed geoutilleerde laboratorium dat binnen anderhalf jaar in Eindhoven moet verrijzen. 250 onderzoekers verlaten er hun thuisbasis voor. Ook zullen er Brabanders te vinden zijn, want Jacobs handelde namens de provincie uit welbegrepen Brabants eigenbelang. Duurzame energie is een groeimarkt en Zuidoost-Nederland heeft een ideale positie om daarvan te proteren, licht Jacobs toe.

HIGHTECH KENNISEr is al veel hightech kennis en industrie. Door onderzoekers die iets verder van commercile toepassingen afstaan naar Brabant te halen wil de provincie verschillende doelen tegelijk bereiken: de innovatiekracht van de industrie vergroten, nieuw ondernemerschap stimuleren, het onderwijs aan de TU versterken en op termijn onderzoekssubsidies binnenhalen van het Rijk en

de Europese Unie . Lily Jacobs prijst de actieve rol van ECN. ECN benaderde ons aanvankelijk als zelfstandig instituut, maar stond open voor onze wens dat er een consortium zou worden gevormd. Daarin heeft ECN een voortrekkersrol gespeeld. En er sloeg blijkbaar een vonk over. Ik kreeg hier tenminste al snel enthousiaste instituutsdirecteuren over de vloer. So far so good, dus. En nu maar rennen in de internationale ratrace om wie als eerste goedkope dunnelmzonnecellen kan produceren. Solliance maakt in elk geval een goede kans.

MEER SAMENWERKING IN EUROPA?In het voorgaande personeelsblad vroegen wij je mening te geven over de stelling: Met het oprukken van supermacht China moet strategisch samenwerken met zusterinstituten in Europe een hoge(re) plaats krijgen op de ECN-takenlijst.

JA 65% NEE 35%

Waarom ben je het hiermee eens of oneens? Harm Jeeninga (Corporate Development) licht zijn keuze toe: Strategische samenwerking met Europese zusterinstituten is sowieso, ook zonder de opkomst van China, van toenemend belang. Belangrijkste drijfveer is voor mij toch het verwezenlijken van de gezamenlijke opgaaf

die wij in Europa hebben. De samenwerking kan zeker helpen om de zichtbaarheid in China te versterken. Wel gaat het uiteindelijk om het creren van business, ook al begin je gezamenlijk met collega-instituten in de precompetitieve fase. Goede afspraken (o.a. IP) zijn dan essentieel om goede collegas te blijven.

KIKKERTS ENERGIE

OLD SKOOL

Nico van der Borg en Martin Spth werkten in 1990 aan waterpompende windmolens voor ontwikkelingslanden. Hoeveel wind staat er, hoe diep zit het water: dat moet je je afvragen voor je ergens een windmolen neerzet.