Isolatiemagazine 67 okt 2015

52
Cryogene isolatie voor supergeleiding spoelen Wendelstein7-X stellarator Teun Bokhoven, Duurzame Energie Koepel: “Allianties vergroten duurzame koek” Industriële isolatie kan Energieakkoord met 31 petajoule te hulp schieten Magazine Magazine VAKBLAD VOOR DE NEDERLANDSE ISOLATIESECTOR OFFICIEEL ORGAAN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN ONDERNEMERS IN HET THERMISCH ISOLATIEBEDRIJF (VIB), DE STICHTINGEN CINI, NCTI EN OOI - JAARGANG 17 - OKTOBER 2015 ISOLATIE 67

description

Isolatie Magazine nr. 67, oktober 2015

Transcript of Isolatiemagazine 67 okt 2015

Page 1: Isolatiemagazine 67 okt 2015

Cryogene isolatie voor supergeleiding spoelen Wendelstein7-X stellarator

Teun Bokhoven, Duurzame Energie Koepel: “Allianties vergroten duurzame koek”

Industriële isolatie kan Energieakkoord met 31 petajoule te hulp schieten

MagazineMagazineVAKBLAD VOOR DE NEDERLANDSE ISOLATIESECTOR

OFFICIEEL ORGAAN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN ONDERNEMERS IN HET THERMISCH ISOLATIEBEDRIJF (VIB), DE STICHTINGEN CINI, NCTI EN OOI - JAARGANG 17 - OKTOBER 2015

ISOLATIE67

Page 2: Isolatiemagazine 67 okt 2015

w w w . g o e b e l - s c h r o e v e n . e u

Tel.: 013 - 57 20 229

Fax: 013 - 57 20 239

Tel.: 03 - 80 80 764

Fax: 03 - 80 82 753

BENELUX Verkoop - Goebel BV

A r e s s t r a a t 1 3 - 0 2 / 0 4

N L - 5 0 4 8 C D T i l b u r gi n f o @ g o e b e l - s c h r o e v e n . e u

Weet u het al?

I S O L A T I E

T O E B E H O R E N

Page 3: Isolatiemagazine 67 okt 2015

COMMENTAAR INHOUD

Toch maar de stok?

Toch maar de stok van de handhaving? Die gedachte bekruipt me bij het lezen van hetkleine onderzoek van Energiecentrum Nederland ECN naar de beleving en aanpak vanindustriële energiebesparing. Aan de Nationale Energieverkenning 2015 heeft ECN insamenwerking met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland RVO dit verdiependeonderzoek naar industrieel energiebesparingsbeleid uitgevoerd. Pogen uit te voeren, wantondanks de zorgvuldige formulering draagt het rapport in zijn algemeenheid een water-merk van teleurstelling. Omdat slechts zeven van de vierentwintig gevraagde bedrijvenhun medewerking hebben verleend. Dat is nu niet echt een enthousiaste inzet. En het valtop dat juist de energie-intensieve chemie en petrochemie helemaal verstek hebben latengaan. Bij de positieve selectie van de zeven wel-deelnemende en wel geïnteresseerdeindustrieën geeft de conclusie te denken: overheidsbeleid en zelfs klantwensen leggengeen gewicht in de schaal. Er moet minimaal – zo rapporteert ECN - een direct financieelbelang zijn. Dat schiet niet echt op dus. Met die conclusie deel ik de ervaringen vanmenig isolatiespecialist in de industrie. Het is zelfs nog de vraag hoe groot dat financiëlebelang dan wel niet moet zijn: zelfs de 175 tot 225 miljoen euro per jaar van 31 petajoulelaag- en middelhooghangend isolatiefruit blijft hangen. Met hoeveel wol, schuim, elastomeer en geld moet de isolatie-ondernemer dan aan de poort verschijnen?Minister Kamp overweegt aanvullende subsidies om industriële energiebesparing aantrek-kelijker te maken. Nóg aantrekkelijk zou ik zeggen. Technische isolatie kent terugverdien-tijden op een fractie van de vijf jaar-norm en ligt zelf royaal binnen de gebruikelijk kadersvan de industrie. De isolatiesector staat enthousiast achter de financiële aai over de bol,maar adviseert Kamp ook om alvast de stok van de handhaving te bestellen.Grote verdienste: de ECN-onderzoekers en hun RVO-relatie-managers hebben met een noodgedwongen beperkt rapport deharde werkelijkheid treffend toegevoegd aan de al alarmerendeEnergieverkenning.

Hans Koole

Voorzitter VIB

”Sluit ongebruikelijkeallianties”

”In energiebesparing kunnen allerlei

technologieën concurreren met iso-

latie. Zoek wat je bindt en adresseer

gezamenlijk het onderwerp ‘ener-

giebesparing’ in de industrie. Voer de druk op, dat vergroot de

koek voor ‘duurzame gigajoules’. Sluit ongebruikelijke allian-

ties met partijen als de milieubeweging die ook hameren op

industriële energiebesparing.” Dit adviseert een voorzichtig

optimistische Teun Bokhoven, voorzitter Duurzame Energie

Koepel en mede-architect van het Energieakkoord.

kernfusiereactor Wendelstein 7-X

De zon geeft het voorbeeld:onuitputtelijke energie zonderrisico's en schadelijke bijproduc-ten. Kernfusie-installatieWendelstein 7-X brengt hetwetenschappelijk onderzoek ietsdichter bij de atoomkernfusie.Voor de isolatie van de druk-compensatieleiding maakte hetMax-Planck-Institut für Plasmaphysik in Greifswald gebruik vanhet innovatieve cryogene systeem van Armacell.

Hertel fileert economische isolatiedikte

Economische isolatiedikte: een miskend onderwerp.

Industriële energiemiljoenen dan maar laten weglekken is voor

Hertel-specialisten geen optie. Zij steken hun nek uit, ontrafelen

de materie, introduceren een universele en innovatieve band-

breedte als fundament voor eco-

nomische isolatiedikte. Om groen

te denken, en goed voor € 12,50

per leidingmeter per jaar bespa-

ring op de total costs of owners-

hip (TCO).

7

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 3

Verder in dit nummer:

Isolatie Journaal 5

NCTI: Cryogene isolatie en het belang van zorgvuldige inspectie 10

Isolatie op locatie: MijnWater-project met Limburgs karakter 16

SIG: Trend naar prefab technische isolatie 18

Eindtermen opleidingsprogramma OOI 22

Megaproject zet Hanko in kickdown-modus 28

Foamglas-karakteristiek past als een cryogene jas 31

VIB-project ontsluit toegevoegde waarde utiliteitsisolatie 38

Cryolene in cryogene isolatie LNG-opslag 42

Temati: kwaliteit en veiligheid borgen in engineering 44

CINI: Handboek-revisie 2016 reeds beschikbaar, in modern jasje 48

Bij de voorpagina: Cryogene isolatie op het grensvlak van zonnehitte en absolute nul-punt. In Greifswald voltooit het Max-Planck-Institut für Plasmaphysikde experimentele kernfusiereactor Wendelstein 7-X. Armacells cryo-gene systeem is dankzij de blauwe kleur goed herkenbaar in dezetoptechnologische omgeving. (foto:Max-Planck-Institut für PlasmaphysikIPP te Garching/München).

ISOLATIE Magazine is het vakblad voor de isolatiesector

en tevens het officieel orgaan van de Nederlandse

Vereniging van Ondernemers in het Thermisch

Isolatiebedrijf (VIB), de Stichting Opleidings- en

Ontwikkelingsfonds voor het Isolatiebedrijf (OOI),

Nederlands Centrum voor Technische Isolatie (NCTI) en de

Stichting Commissie Isolatie Nederlandse Industrie (CINI).

ISOLATIE Magazine verschijnt vier maal per jaar. Leden en

Buitengewone Leden van de VIB ontvangen ISOLATIE

Magazine uit hoofde van hun functie. Het magazine

wordt tevens kosteloos toegezonden aan professionals in

de branchekolom, waaronder isolatie-ondernemers,

opdrachtgevers, raadgevende ingenieurs, overheden en

beleidsmakers, onderhoudsmanagers en installateurs. U

kunt het abonnement aanvragen of beëindigen via

[email protected]

Uitgave:PrintrendementTituslaan 13, 6642 AP BeuningenT (024) 677 69 30E [email protected]

Redactie:Ewald LohmannAlinea-StokvischWingerdstraat 63, 6641 BM BeuningenT (024) 675 18 93E [email protected]

Redactieraad:Jan Zanen (VIB) Paul de Koning (NCTI en CINI)Remco Hiemstra (Armacell International)Frank Geukemeijer (Rockwool Technical Insulation BV)Hans Koole (VIB)George Kruithof (OOI)Arie Bouma (Henisol)

Advertentieverkoop:Henk van der BendAdvertentietarieven op aanvraagT (024) 677 69 30E [email protected]

Uitgever: Yvonne van der Bend

Voor meer informatie over de VIB: Jan Zanen, Algemeen Secretaris VIBPostbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]

Voor meer informatie over de Stichting OOI: Postbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]

Voor meer informatie over de Stichting CINI en NCTI: Paul de Koning, Manager NCTI T (0181) 69 80 30

Fotografie:PhotolAlinea-StokvischKees de Vries

Vormgeving:PINTA grafische producties, Benschop

Druk: Printrendement

© 2015, Printrendement

12

34

Page 4: Isolatiemagazine 67 okt 2015

www.foamglas.com/industry

[email protected]+31 (6) 225 406 23

FOAMGLAS® IsolatieNieuw TEROSTAT systeem

Het enige cellulair glas - coating

systeem dat echt brandveilig is

Hertel Nederland staat voor excellente industriële

dienstverlening. We zijn actief in de markten Oil &

Gas, Power, Process, en Offshore. Daarin

leveren we een totaalpakket aan geïntegreerde

onderhoudsactiviteiten waaronder Steigerbouw,

Access Solutions, Isolatie, Plant Integrity, Tracing,

Schilderen, Conserveringswerken en

Spuittechnieken.

Bij Hertel kennen we de markt en weten we daarom

met welke uitdagingen onze klanten te maken krijgen.

Dankzij onze 117 jaar ervaring zijn we specialist op

het gebied van project- en contractmanagement

en beschikken we over een enorme expertise. Dit

resulteert in duurzame en kwalitatieve oplossingen.

Tijdens de uitvoering werken we altijd volgens een

multidisciplinaire benadering die uitgaat van een

maintenance planning. Hierdoor hebben klanten

altijd een vast aanspreekpunt en weten zij vooraf

welke oplossingen en resultaten geboekt

zullen worden.

Hertel heeft gezondheid, veiligheid en milieu (HSE)

hoog in het vaandel staan. Daarom is ons beleid

erop gericht om altijd en overal op een veilige en

verantwoorde manier te werken.

Hertel

Welplaatkade 9

Postbus 5190

3197 KR Botlek-Rotterdam

T: +31 10 298 8222

F: +31 10 295 8241

VCA is basisbagage

Page 5: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE JOURNAAL

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 5

”In 2016 bestaat de VIB 85 jaar. Dan is de omslag naar een

grensverleggend brancheorganisatie gemarkeerd”, besloot

VIB-voorzitter Hans Koole zijn inleiding tot de ledenvergade-

ring op 11 september 2015 in Nieuwegein. De grensverlegging

tekent zich af in initiatieven tot kennisborging, vraaggerichte

opleidingsaanpak, utiliteitsgerichte regiobijeenkomsten en

ontwikkeling van een norm voor isolatiewerk. Het Urgenda-

vonnis noemt Koole positief: “De CO2-reductie lukt alleen als

ook de korte termijn wordt meegenomen, met onder meer

verbeterde isolatie.”

Een positief gevoel. Daarmee vatte VIB-voorzitter Hans Koole op

de ledenvergadering van 11 september 2015 in Nieuwegein de

stemming in de branche samen. Het gevoel wordt gevoed door

feiten: de bedrijvigheid neemt toe, bedrijfsovernames zijn weer

volop aan de gang en CBS registreert meer milieusparende

investeringen. Maar “een tandje erbij, een extra impuls, kan de

isolatiebranche wel gebruiken”, aldus de voorzitter. Positief is

het Urgenda-vonnis van de Haagse rechtbank, dat de staat ver-

plicht werk te maken van de CO2-reductie conform de 2020-doel-

stellingen. “Dat lukt alleen door ook te kijken naar de winst die

op korte termijn kan worden geboekt, onder andere door beter

te isoleren.”

GrensverleggendHans Koole gaf de leden een vooruitblik op 2016, waarin de

branchevereniging 85 jaar bestaat. Het moet de omslag mar-

keren voor een grensverleggende organisatie, die met actieve

samenwerking van de leden de VIB de expliciete meerwaarde

versterkt. Leidend is de VIB-missie die onder meer het onder-

nemersklimaat bevordert, goed isolatiewerk voor de samenle-

ving zichtbaar maakt en samenwerking tussen leden onderling

en tussen isolatiebedrijven en opdrachtgevers stimuleert. Op

basis van deze missie zijn concrete initiatieven in gang gezet:

• Normontwikkeling op middellange termijn voor goed isolatie-

werk, gekoppeld aan bijvoorbeeld NEN, ISO of Bouwbesluit.

• Start van het project ‘Toegevoegde waarde van isolatie in de

utiliteit’ (zie ook pag. 38 e.v.).

• Samen met de branche-instituten CINI, NCTI en OOI krachtiger

inspelen op ontwikkelingen, onder meer door vraaggerichte

opleidingen met inzet van moderne middelen en media (zie

ook pag. 22 e.v.).

• Versterking van de netwerkfunctie voor de vereniging als

geheel en voor de verschillende segmenten. Op korte termijn

wordt een begin gemaakt met regiobijeenkomsten voor de

utiliteitsbedrijven. Ook is het initiatief geopperd om speciaal

voor de jonge ondernemers activiteiten te ontwikkelen: zij

staan uiteraard niet alleen de toekomst van hun eigen bedrijf,

maar ook voor het VIB-perspectief.

Huis van de IsolatieOOI-directeur George Kruithof gaf de VIB-leden een inspirerende

blik in de dynamiek van de opleidingsorganisatie: de verhuizing

naar het ‘Huis van de Isolatie’ in het Intechnium te Woerden

biedt de sector unieke opleidings-, presentatie- en vergaderfaci-

liteiten, intensieve contacten met de leden vertalen zich in sterk

toenemende opleidingsdeelname, er komen nieuwe kort-cursori-

sche opleidingen ‘Werkvoorbereiding’, ‘IMI-allround’, ‘Opmeter’

en ‘Voorman’, en de bestaande opleidingen voor industrie en uti-

liteit worden fijngeslepen. Verder werkt OOI aan de ontwikke-

ling van efficiënte E-learning met inzet van de Craft-modules en

aan een innovatieproject dat technische ontwikkelingen inventa-

riseert en over het voetlicht brengt.

Energieakkoord“Het glas is half vol”, stelde Teun Bokhoven, voorzitter belangen-

vereniging Duurzame Energie Koepel te Utrecht en mede-archi-

tect van het Energieakkoord. De VIB had de kritisch-optimistische

duurzaamheids-voortrekker uitgenodigd om het Energieakkoord

op zijn isolatieverdiensten te beoordelen. Bokhoven (zie ook

pag. 7 e.v.) schakelde direct door naar het verband tussen ener-

giedoelstellingen, isolatie en ondernemen: “Energiebesparing is

direct verwant aan isolatie: de meest duurzame energievorm is

immers de niet gebruikte energie”. Hij benadrukte dat het

Energieakkoord inzet op duurzame groei, dat wil zeggen dat de

beoogde 1,5 procent besparing per jaar moet leiden tot 80.000

banen, waarvan minimaal 15.000 in de vorm van additionele

werkgelegenheid. Spreker stelde vast dat de uitvoering van het

Energieakkoord nog niet op schema ligt, maar toonde zich niet-

temin hoopvol: windenergie, sluiting van kolencentrales en toe-

nemende inzet van biomassa laten zien dat er beweging in zit.

Bovendien gaat het onderhandelteam onder leiding van oud-

milieuminister Ed Nijpels de 47 partijen achter het

Energieakkoord op hun verplichtingen aanspreken. “De energie-

huishouding gaat drastisch veranderen, op weg naar de energie-

neutrale doelen 2050, met verschuivingen naar wind, zon en

geothermiek”, beloofde Teun Bokhoven – zelf oud-isolatieonder-

nemer – de sector veel isolatiewerk. In industrie en agrosector

zijn de grote bedrijven aan zet om werk te maken van energie-

besparing.”

VIB-voorzitter Hans Koole op ledenvergadering:

”Urgenda-vonnis positief nieuws”

Intensieve aandacht voor VIB-plannen en de isolatie-effectenvan het Energieakkoord.

Page 6: Isolatiemagazine 67 okt 2015

Ontdek het Isover TECH-assortiment

Het Isover TECH-assortiment bestaat uit glaswol, steenwol en ULTIMATE minerale wol. Door de specifieke voordelen van elk materiaal kunt u altijd kiezen voor de optimale isolatie-oplossing.  De vernieuwde TechCalc 2.0 calculatietool maakt deze keuze nu nóg gemakkelijker. Binnen enkele stappen berekent u de meest energie-, ruimte- of  kostenbesparende oplossing voor uw project. Overtuig uzelf van de voordelen en download een gratis testversie van 60 dagen. Met TechCalc 2.0 kunt u ook uw AC/CV- of scheepvaartprojecten berekenen.

Maak nu die efficiëntieslag!Neem contact op voor advies op maat.Saint-Gobain Isover

Telefoon: 0347 358 400, [email protected]

www.isover-technische-isolatie.nl

Maak industriële processen eff iciënter met Isover TECH isolatie-oplossingen

✔ Meer energiebesparing

✔ Lagere operationele kosten

✔ Vereenvoudigde installatie

✔ Extra ruimtebesparing

CH-assortitimentnt

TechCalc vernieuwd!

Ga voor een GRATIS 60-dagen-testversie van

TechCalc 2.0 naar isover-technische-isolatie.nl

Page 7: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE INTERVIEW

”Het Energieakkoord benoemt energiebesparing als integrale

afweging. Met een substantiële extra inzet op 100 petajoule

additioneel op eerdere afspraken. Een derde van dat geheel

moet in het domein ‘Industrie en Agro’ worden gerealiseerd. Al

wordt het begrip maar beperkt genoemd in het

Energieakkoord, het is duidelijk dat technische isolatie een

grote component energiebesparing in zich heeft”, reageert

Teun Bokhoven op de klacht uit verschillende branches – waar-

onder isolatie – dat hun specifieke technologie niet erg promi-

nent wordt genoemd. “Over duurzame energie zoals wind- en

zonne-energie zijn meer gedetailleerde afspraken gemaakt en

ook voor de woningbouw is energiebesparing redelijk inge-

vuld. De industriële energiebesparing ligt meer op het bord van

partijen als VNO/NCW die de energie-intensieve industrie ver-

tegenwoordigen. Maar”, voegt de voorzitter van de Duurzame

Energie Koepel daaraan toe: “isolatie is een concreet element

in de openbare lijsten van erkende, bewezen effectieve maatre-

gelen opgesteld: de ‘Maatregellijsten’ in te zien bij RVO.”

Kentering We spreken Teun Bokhoven op zijn kantoor in Utrecht over de

energiebesparingsagenda, de voortgang en de potentiële rol

van isolatie in de realisatie van doelen van het Energieakkoord.

”Realisme”, noemt hij zijn boventoon van optimisme en daad-

kracht, onmiskenbaar ongeduld en een vleug frustratie, waar-

mee hij zich sterk maakt voor duurzame energie. “In de jaren

negentig kon ik in Europa presentaties houden over de toon-

aangevende Nederlandse energiebesparende programma’s. De

Europese EBPD-richtlijn voor de energieprestatie van gebou-

wen is eigenlijk een kloon van de Nederlandse EPC-wetgeving.

Zeer frustrerend dat ons land vervolgens op alle lijstjes naar

beneden is gekukeld. Een aantal kabinetten sinds 2000 wenste

energiebesparing niet op de agenda. Nu komt het terug, er zijn

hoopvolle signalen. Het Energieakkoord maakt voor het eerst

sinds lange tijd langetermijn-afspraken. Niet alleen de over-

heid, maar nog 47 andere partijen. Ik zie een enorme kentering

in het overheidsdenken rond de gas-infrastructuur. In 2050 is

wellicht nog maar een kwart van onze gebouwen aangesloten

op aardgas. Zo’n beweging in de warmtevoorziening voor

”Gebruik het feit dat in energiebesparing veel mogelijk is. Er

zijn allerlei technologieën die kunnen concurreren met iso-

latie. Zoek wat je bindt en adresseer gezamenlijk het onder-

werp ‘energiebesparing’ in de industrie. Voer gezamenlijk

de druk op, dat vergroot de koek voor ‘duurzame gigajou-

les’. Sluit ongebruikelijke allianties met partijen zoals de

milieubeweging die ook hameren op het industriële ener-

giebesparingspotentieel.” Dit adviseert Teun Bokhoven,

voorzitter van de Duurzame Energie Koepel en mede-archi-

tect van het Energieakkoord.

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 7

Teun Bokhoven, voorzitter Duurzame Energie Koepel:

”Hét momentum voor allianties die duurzame koek vergroten”

Teun Bokhoven:

“Niet bij idealisme alleen”

Teun Bokhoven (1955) studeerde Civiele Techniek (HTS

Utrecht) en Bedrijfskunde (Universiteit Seattle). Het ener-

giealarm van de Club van Rome (1972) markeerde zijn

toekomst in duurzaamheid. Vanuit de overtuiging dat dit

niet op idealisme alleen groeit maar verankerd moet zijn

in economische activiteiten, zet hij zich vanaf 1975 in voor

de – toen eerste golf - duurzame energie-initiatieven.

Teun Bokhoven had verschillende energiegerelateerde

bedrijven, waaronder gedurende twintig jaar een bouw-

en isolatiebedrijf voor de woningbouwsector en een

onderneming in productie en verkoop van onder meer

zonneboilers, warmtepompen en photovoltaïsche zonne-

panelen. Sinds 2011 legt hij zich volledig toe op praktische

belangenbehartiging en innovatiebeleid in de duurzame

energiesector. Zo is hij voorzitter van de belangenvereni-

ging Duurzame Energie Koepel te Utrecht en voorzitter

binnen het Topsectorenprogramma van overheid en

bedrijfsleven van het Topconsortium Kennis en Innovatie

(TKI) ‘Urban energy’. Teun Bokhoven is intensief betrok-

ken bij de totstandkoming en uitvoering van het

Energieakkoord.

”Frustrerend dat ons land – ooit voortrekker - op alle lijst-

jes naar beneden is gekukeld. Een aantal kabinetten wen-

ste energiebesparing niet op de agenda. Nu komt het

terug, er zijn hoopvolle signalen.”

Page 8: Isolatiemagazine 67 okt 2015

8 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

industrie en huishouden die gas vervangt door collectieve

warmte, warmteterugwinning en besparing is een mega-trend.

Hoe ingrijpend alle narigheid in Groningen ook is, het heeft de

discussie op scherp gezet en de staat doen beseffen dat 12 mil-

jard aardgasinkomsten per jaar minder moet zijn. Ook om te

voorkomen dat we al rond 2022 van gasexporteur tot impor-

teur zouden worden. De noodzaak om te handelen komt dus

erg dichtbij.”

Energieprestatiekeur Er zijn meerjarenafspraken en convenanten, energie-investerin-

gen met terugverdientijden tot vijf jaar moeten in principe wor-

den uitgevoerd, en het Energieakkoord formuleert de doelen

scherp. Gebeurt het ook allemaal in werkelijkheid?

“Naar mijn mening te weinig. De Nationale Energieverkenning

die Energiecentrum Nederland (ECN) en Planbureau voor de

Leefomgeving (PBL) jaarlijks opstellen, rapporteert deze maand

dat de energiebesparing niet op schema ligt. Het was en is in

zekere mate nog steeds de realiteit dat energie-investeringen

niet worden uitgevoerd. Dat gaat veranderen. Het

Energieakkoord introduceert het Energieprestatiekeur. Dit ver-

simpelt de uitvoering van de Wet Milieubeheer met rubricering

van evidente maatregelen met goede resultaten. Die net

genoemde Maatregellijsten, met isolatie als onderdeel, maken

het bedrijven gemakkelijker energiebesparing te realiseren. We

bekijken, na recente pilotprojecten, mogelijkheden om mede

aan de hand van deze lijsten een Energiekeurmerk te verlenen

waarmee een bedrijf aantoont te voldoen aan de Wet

Milieubeheer. Dat is nog geen afdwingen, maar als bedrijven

enthousiast deelnemen kan het een verplicht handhavingsin-

strument zijn. Wellicht kunnen isolatiebedrijven en installateurs

gezamenlijk dit EP-keurmerk afgeven.”

Isolatie is een concreet element in de ‘Maatregellijsten’van erkende, bewezen effectieve

energiebesparingen.

Rode vlaggenIn recente presentaties, bij de NRC-conferentie Energy Boost en

voor de VIB-ledenvergadering, uit u reserves over de investe-

ringsbereidheid van het bedrijfsleven in energiebesparing. Is het

Energie-akkoord wel in goede handen bij deze partners?

“Wij hebben met al die partijen, waaronder VNO-NCW en over-

heden afspraken gemaakt, bewaakt in de Commissie Borging.

Nu zijn we twee jaar bezig, worden ongeduldig en willen resul-

taat zien. We lopen ongeveer op schema met de afspraken uit

2013, Sommige lopen zelfs voor, maar we lopen achter met de

een-op-een-afspraken met de energie-intensieve MEE-bedrijven.

Dat betekent dat ook de effecten bij deze grote industrieën

achterlopen, terwijl zij tot 2020 ongeveer 9 petajoule additio-

neel moeten besparen. Bovendien moeten we bekijken of de

afspraken toereikend zijn, want de doelstellingen zijn leidend.

Officieel volgt in 2016 een evaluatie, maar we kunnen nu al

vaststellen dat additionele pakketten en intensivering van de

afspraken nodig zijn om die 100 petajoule te halen. Op vier

dossiers hangen rode vlaggen: energiebesparing in de gebouw-

de omgeving en in de industrie, op toepassing van duurzame

warmte en de mobiliteit. Daar lopen we achter op schema en

daar worden afgesproken maatregelen in onvoldoende tempo

uitgevoerd. Er gebeurt niet genoeg, dus dat moeten we inha-

len. We gaan nu al de discussie aan om de resultaten te verster-

ken. In de gebouwde omgeving worden afspraken wel uitge-

voerd, maar beweegt de markt te weinig. In de industrie liggen

de afspraken zelf nog achter. Het individuele overleg van het

Rijk met de MEE-bedrijven is gaande, waarbij RVO-experts de

maatregelen analyseren en beoordelen. Dit proces moet nu snel

tot resultaten leiden én we moeten dat uitermate kritisch vol-

gen. Winst is dat de bedrijven nu aan tafel zitten.”

Hoe verklaart u de terughoudende opstelling van de industrie

tegenover de onbetwiste noodzaak tot energiebesparing?

Teun Bokhoven: “Energiebesparing vergt substantiële investe-

ringen met terugverdientijden in de orde van vier tot vijf jaar,

terwijl de bedrijfshorizon op twee hooguit drie jaar ligt. Lastig

dus om dit om te buigen. We naderen echter het punt dat dit

soort dingen echt moet gebeuren en de overheid verplichtstel-

ling moet overwegen. De druk om energiedoelen te bereiken

en CO2-emissies te verminderen wordt alleen maar groter. De

reflex van bedrijven is, ondanks deze druk, niet direct om veel

te investeren. Desnoods zijn verplichte additionele maatregelen

noodzakelijk. In principe zijn terugverdientijden van vijf jaar al

economisch interessant, maar sommige voorzieningen zijn al

binnen een jaar neutraal. Het Energieakkoord adresseert dit

punt, met het doel een compleet pakket maatregelen met jaar-

lijkse voortgangsmonitoring. Vrijwilligheid heeft de voorkeur,

maar het Energieakkoord houdt verplichting open. Nee, ik sluit

niet uit dat we de ‘stok van de handhaving’ moeten hanteren.

Aan de andere kant: naast bedrijven die energiebesparing nog

niet zo boeiend vinden is er een groeiende groep die de maat-

schappelijke verantwoordelijkheid inziet, de problematiek

erkent en in beweging komt. We moeten ons wel realiseren dat

bedrijven net uit de crisis komen, met bescheiden kasposities.

Daarvoor zijn misschien nieuwe financieringsarrangement of

overheidsgaranties nodig.”

“Wat absoluut de energiebesparing niet helpt, is het Europese

probleem rond de CO2-beprijzing in het ETS-systeem voor ver-

handeling van emissierechten. De bedoeling was dat we nu op

een prijs van € 30,- tot € 50,- per ton zouden zitten en niet de

huidige € 7,- waarvan geen enkele prikkel uitgaat. Ik hoop dat

de milieuconferentie in Parijs – november 2015 – beweging

brengt, maar het is een weerbarstig spel met scherpe tegenlob-

by en een teveel aan rechten in de markt. Dat kun je niet als

individueel land oplossen. We proberen wel met omringende

landen intensievere afspraken te maken. Engeland heeft dat

dankzij zijn eilandpositie al zelfstandig kunnen doen. Een

mogelijkheid is – zolang de CO2-prikkel ontbreekt – de

Energiebelasting ook voor de industrie geleidelijk te verhogen.”

Marketing en informatieDe druk op energiebesparing neemt toe, de urgentie wordt

nadrukkelijk ervaren. Moeten de isolatieondernemingen hun

magazijnvoorraden al flink opvoeren?

“Ik adviseer isolatiebedrijven vooral in te zetten op langjarige

contracten. Binnen het huidige kader heeft de branche al heel

veel rendabele isolatieprojecten in de aanbieding. Een uiteinde-

lijk hogere CO2-prijs is een extra ‘bonus’. Technische isolatie

heeft een vraagkant nodig, maar ook een aanbodkant. Dat

Page 9: Isolatiemagazine 67 okt 2015

moet in balans zijn. Regelgeving, beprijzing en verleiding – met

verplichting als het zwaard van Damocles – activeren de vraag.

Maar isolatiebedrijven moeten zorgen voor goede informatie

over de mogelijkheden. Ook voor bedrijven die aangeven wei-

nig belang bij isolatie te hebben geldt toch: een ton besparing

op de energierekening is toch een ton. Dus isolatieonderne-

mers: wek de vraag op met goede, gerichte marketing. Je

moet, zoals ik iemand uit de sector hoorde zeggen, het lef heb-

ben de directiekamer binnen te stormen. Maak meer werk van

marketing. Zie je interessante mogelijkheden voor een fabriek?

Zoek dan wegen om met de energiemanager en de inkoop in

contact te komen. Dat gebeurt al, maar ik kan me voorstellen

dat marketing en commercie in deze dienstbare sector van aan-

pakkers nog meer aandacht verdient. Wees zichtbaar, breng

competenties en technische oplossingen over de bühne op con-

gressen en symposia binnen de doelgroep. Dat stimuleert de

vraagzijde, want ‘hier is geld te verdienen’. Hevel isolatie ook

deels vanuit de technische hoek over naar de directiekamer.

Immers, het isolatieproject concurreert daar rond de schaarse

euro’s met onvergelijkbare projecten als marketing, debiteuren-

beheer of afdekking van valutarisico’s. Aan de directietafel

worden investeringen vergelijkbaar gemaakt vanuit de strategi-

sche visie. De zo belangrijke, individuele MEE-besprekingen

promoveren energiebesparing waaronder isolatiemogelijkhe-

den tot strategisch kernpunt. Daar moet de branche plannen,

mogelijkheden en kansen op tafel leggen. Vertaald in goede

plannen enerzijds met van bovenaf dwingende MEE-afspraken,

leidt dit tot andere beoordelingen dan tot nu toe gebruikelijk.

Dat is het spel, dat is de dialoog tussen energiemanagers,

installatiebeheer en isolatiesector. Met voldoende druk op het

energieproces en commitment van industriële bedrijven is de

directietafel niet meer de plek waar het isolatieproject sneu-

velt, maar waar het meeweegt in strategische keuzes.”

Isolatie en Greenpeace ofMilieudefensie, Natuur & Milieu,

zitten samen op dezelfde energie-agenda.

Energie-efficiëntie centraalU pleit geregeld voor samenwerking en al dan niet ongebruike-

lijke allianties. Kan de pijpschaal succesvol meedoen met de

windmolen en de warmtekrachtkoppeling?

“Allianties helpen zeker. Doe vooral wat je onderling bindt en

laat na wat je verdeelt. Warmteterugwinning, duurzame ener-

gieopwekking en andere technologieën bevorderen ook de

energie-efficiëntie in bedrijfsprocessen en kunnen dus concurre-

ren met isolatie. Maar een gemeenschappelijke lobby zet in op

het onderwerp industriële energiebesparing en maakt duidelijk

hoeveel er mogelijk is. Dit verruimt de markt, en vestig vervol-

gens de aandacht ook op het deel waarin de eigen sector uit-

blinkt. Daarom praat het Energieakkoord zowel over duurzame

energie als over energiebesparing. Dat vergroot de koek voor

duurzame gigajoules én besparings-gigajoules, zodat lokaal de

optimale keuzes kunnen volgen voor biogas, isolatie, warmte-

terugwinning en combinaties daarvan.”

“Op sectorniveau werken juist ongebruikelijke allianties heel

goed. Vanuit de industriële agenda denkt men niet automa-

tisch aan de milieubeweging. Ten onrechte, want isolatie en

Greenpeace of Milieudefensie, Natuur & Milieu, zitten samen

op dezelfde energie-agenda. Coalities die op dit onderwerp

gelijk denken overtuigen beter dan één exploitant. Het kan

mijns inziens geen kwaad om vanuit de isolatiesector interes-

sante informatie aan te leveren aan het netwerk dat de NGO´s

bij het Energieakkoord heeft of aan de kringen rond de

Duurzame Energie Koepel. Denk ‘om het hoekje’: Duurzame

groei en energie-efficiëntie passen helemaal bij de isolatiesec-

tor en leidt tot groei bij bedrijven die zinnige dingen voor de

samenleving verrichten.”

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 9

InformatieIn het kader van het Energieakkoord zijn drie van de

twaalf domeinen specifiek gericht op energiebesparing.

Deze zijn: energiebesparing industrie, gebouwde omge-

ving en warmte.

• Voor een groot deel van de bedrijfstakken gelden con-

venanten binnen de Meerjarenafspraken (MJA3) met

erkende energiebesparende maatregelen

(Maatregellijsten).

• Voor alle overige bedrijven en instellingen geldt de

algemene Wet Milieubeheer, waarin energiedoelstellin-

gen en –prestaties zijn opgenomen.

• Grote energie-intensieve industrieën formuleren in

samenspraak met de overheid individuele energiedoe-

len. Dit zijn de MEE-bedrijven (Meerjarenafspraken

Energie Efficiëntie).

In totaal hebben meer dan 1100 ondernemingen in veer-

tig sectoren zich geconformeerd aan MJA3 en MEE.

Energie-akkoord: www.energieakkoordser.nl

Duurzame Energie Koepel: www.dekoepel.org

Maatregelenlijsten Agentschap RVO (Rijksdienst voor

Ondernemend Nederland): www.rvo.nl >

subsidies-regelingen > maatregellijsten-mja3.

Isolatiebedrijven en installateurs kunnen wellicht gezamen-

lijk het Energieprestatie-keurmerk afgeven.”

Page 10: Isolatiemagazine 67 okt 2015

NCTI- NIEUWS

Zodra de temperatuur van een installatie sterk zakt van-

wege een extreem koud product, zakt ook de tempera-

tuur en daarmee de luchtdruk in het aangebrachte isola-

tiesysteem aanzienlijk. Om te voorkomen dat door onder-

druk in de isolatie vochtige buitenlucht naar binnen

wordt gezogen, is geslotencelig isolatiemateriaal vereist,

zoals polyurethaan (PUR) en polyisocyanuraat (PIR).

Daarnaast is geschuimd glas zeer geschikt, ook wel cellu-

lair glas genoemd. Cellulair glas is een hardschuim isola-

tiemateriaal dat volledig dampdicht is. Aan de buitenkant

wordt een dergelijk isolatiesysteem afgewerkt met een

dampremmende laag, die voorkomt dat lucht en water-

damp binnendringt.

Zorgvuldige inspectie vereist

Het belang van zorgvuldige inspectie bij cryogene isolatie

is groot. Omdat de isolatie laag voor laag wordt opge-

bouwd, is het na de installatie onmogelijk te controleren

of één van de onderliggende lagen beschadigd is.

Zorgvuldige inspectie tijdens het aanbrengen van de iso-

latie is dan ook essentieel, waarbij ook wordt bekeken of

ieder onderdeel voldoet aan alle eisen. Is de isolatie

beschadigd, dan kan vocht binnendringen en bevriezen.

Hier ontstaat ijsformatie. De ijskristallen groeien als

bloemkool en drukken het isolatiesysteem kapot, met alle

gevolgen van dien. Daarnaast is bij wisselende

bedrijfstemperaturen de kans op corrosie onder isolatie

groot, met kans op lekkage. Grote angst van de industrie

is dat als gevolg van lekkage gas of een ander product

ontsnapt en tot een explosie leidt.

Idealiter lopen isolatie-inspecteurs vanaf de start van een

project mee om de kwaliteit continu in de gaten te hou-

den.

Tot op zekere hoogte dwingt wetgeving goede inspectie

af. We zien echter wel internationaal sterk verschillende

wetgeving. Het veilig aanbrengen van cryogene isolatie

gaat dan ook meer over de kwaliteit van het materiaal en

de kennis en know how van de isolatiespecialist dan over

wetgeving. Grote internationale contractors zijn zich hier-

van goed bewust en hebben ervaren inspecteurs in

dienst. We zien ook situaties waarin isolatie-inspectie een

ondergeschoven kindje is. Omdat isolatie pas tegen het

eind van grote projecten wordt aangebracht, is de tijds-

druk vaak groot. Zeker als een project uit de planning

loopt. Op dergelijke projecten werken soms wel honder-

den isolateurs en dat vraagt veel controle. Soms wordt

dan beknibbeld op isolatie-inspectie. Vanuit de gedachte

‘grote stappen snel thuis’ voeren sommige opdrachtge-

vers ogenschijnlijk eenvoudige projecten uit, zonder of

met onvoldoende gekwalificeerde isolatie-inspecteurs.

Dat is vragen om problemen, die achteraf voor veel onge-

wenste kosten kunnen zorgen. Oordje-gierig en stuiver-

tjezot! Idealiter lopen inspecteurs vanaf de start van een

project continu mee om de kwaliteit in de gaten te hou-

den.

CINI brengt deskundigheid

Naast het ontbreken van gekwalificeerd personeel, zijn

ook volledige specificaties van materialen en systemen

niet altijd aanwezig. Ingenieursbureaus hebben vanwege

bezuinigingen steeds minder ervaring met thermische iso-

latie en kiezen ervoor de expertise uit het CINI-Handboek

te halen of in te huren. Ook de groep ervaren mensen bij

aannemers wordt kleiner. CINI ziet het als haar taak de

deskundigheid terug te brengen in de industrie en biedt

cursussen, advies en inspecties. De tweedaagse CINI-cursus

besteedt ruim aandacht aan cryogene isolatie. Het ver-

schil tussen warme en koude isolatie wordt uitgebreid

behandeld en tijdens de derde cursusdag voor inspecteurs

wordt opnieuw ruim aandacht besteed aan cryogene iso-

latie. Cursisten leren aan de hand van het CINI-Handboek

onder andere de opzet van technische specificaties voor

cryogene isolatie en de kwaliteitscontrole daarop.

Naast het opleiden van isolatie-experts en -inspecteurs

werkt CINI continu aan het actualisatie van de kennis in

de industrie. Zes jaar geleden richtte CINI met vijftien

internationale experts de werkgroep ‘LNG/Cryogenic

Thermal Insulation’ op. Opdrachtgevers, ingenieursbure-

aus, aannemers en materiaalleveranciers bogen zich

destijds over de beschrijving van specifieke aspecten van

cryogene isolatie in het CINI-Handboek. Voor gebruikers

van het handboek: dit staat beschreven in hoofdstuk 10.

Twee jaar geleden is dit hoofdstuk herzien. Opnieuw

nodigde CINI experts uit de hele wereld uit om de laatste

ontwikkelingen op het gebied van cryogene isolatie te

bespreken en aanpassingen in het handboek te bepalen.

Cryogene isolatie en het belang van zorgvuldige inspectie

Let op: extreme kouInstallaties met een bedrijfstemperatuur lager dan

-100°C vereisen cryogene isolatie. Zulke extreem lage

bedrijfstemperaturen kennen we onder andere van

Liquefied Natural Gas (LNG), ofwel vloeibaar aardgas.

Dit is de fossiele brandstof, die we gebruiken om te

koken en te verwarmen. LNG wordt ook al jaren inge-

zet voor elektriciteitsopwekking en als brandstof in de

vervoersector. Naast toepassing in energieproductie en

krachtinstallaties is cryogene isolatie ook noodzakelijk

bij productie en behandeling van chemicaliën en medi-

sche producten, zoals helium en argon.

10 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Page 11: Isolatiemagazine 67 okt 2015

De groep startte met een online discussie en kwam tot

slot een dag in Amsterdam samen om openstaande pun-

ten te bespreken en te besluiten hoe deze in het hand-

boek op te nemen.

Nieuwe ontwikkelingen

Inmiddels zien we diverse nieuwe ontwikkelingen op het

gebied van cryogene isolatie. Nieuwe materialen zijn op

de markt en de technische applicatie wordt aangepast.

Een van de nieuwe materialen is veel dunner en bespaart

dus veel ruimte en materiaalgebruik. CINI is van plan de

internationale werkgroep LNG bij elkaar te brengen, om

te bepalen in hoeverre deze nieuwe ontwikkelingen hun

plek kunnen hebben in het CINI handboek. Momenteel

worden tests gedaan met een nieuw materiaal en wordt

gekeken hoe het zich houdt onder cryogene omstandig-

heden. De bevindingen worden mogelijk meegenomen in

de revisie van het handboek voor 2017.

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 11

Drielaags pir-systeem voor cryogene isolatie, met tussenliggende dampremmende lagen. Bij servicetemperatu-

ren onder -50 °C worden de binnenste pir-schalen overgedimensioneerd om expansieruimte te creëren. De uit-

zettingscoëfficiënt van Pir is groter dan die van de stalen leiding. De krimp bij afkoeling tot het cryogene

bereikt is het grootst aan de binnenzijde, direct op de leiding. De expansieruimte, waarin fabrieksmatig ver-

vaardigde schalen voorzien, zorgt ervoor dat het isolatiesysteem bij inbedrijfstelling strak sluit.

Page 12: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE VAKTECHNIEK

Het is een oude droom van de mensheid om het ener-

giesysteem van de zon op aarde bruikbaar te maken.

Sterren als onze zon produceren energie door samen-

smelting van atoomkernen. Kernfusie belooft een vrij-

wel onbeperkte stroomproductie bij minimaal brand-

stofgebruik en zonder risico op catastrofale storingen.

Anders dan bij kernsplitsing ontstaan hierbij slechts

zeer lage hoeveelheden radioactiviteit. In scheikundig

opzichtig is kernfusie mogelijk. Naar de toegepast-

wetenschappelijke en technische haalbaarheid van

energiewinning door kernfusie wordt al meer dan vijf-

tig jaar onderzoek verricht.

Tokamaks en stellaratorenBij kernfusie smelten waterstofisotopen en ontstaat

helium. Bij een druk van ongeveer 2 bar wordt water-

stofgas verhit tot een temperatuur van 100 tot 150

miljoen graden celsius. Elektronen en atoomkernen

worden op die manier gescheiden en in een elektrisch

geleidend plasma gevoerd. De concepten die momen-

teel het meeste uitzicht op succes bieden, zijn reacto-

ren als tokamaks en stellaratoren, die het plasma

beheersen met sterke magnetische velden.

De grootste stellarator ter wereld ontstaat op dit

moment binnen het Max-Planck-Institut für

Plasmaphysik in Greifswald: Wendelstein 7-X maakt

het mogelijk om continu fusieplasma magnetisch op te

sluiten. De in 1997 begonnen nieuwbouw werd al in

april 2000 betrokken. Eind 2003 zijn de eerste grote

componenten geleverd: een niet-planaire supragelei-

dende spoel en de eerste sector van het plasmali-

chaam. Vanaf mei 2014 wordt het experiment stap

voor stap in bedrijf genomen.

De zon geeft het voorbeeld: vrijwel onuitputtelijke energie,

gewonnen zonder risico's en schadelijke restproducten. Met

de inbedrijfstelling van de kernfusie-installatie Wendelstein

7-X komt het wetenschappelijk onderzoek weer iets dichter

bij het doel om atoomkernen samen te smelten. Voor de iso-

latie van de drukcompensatieleiding maakte het Max-

Planck-Institut für Plasmaphysik in Greifswald gebruik van

het innovatieve cryogene systeem van Armacell.

12 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Startklaar voor de Duitse zonne-oven:

Armaflex Cryogenic Systems inkernfusiereactor Wendelstein 7-X

Grafische doorsnede van de plasmareactor met cryostaten (heliumkoeling), magneetspoelen, frame en plasmavat van

Wendelstein 7-X (foto: Max Planck Institut für Plasmaphysik IPP te Garching/München). Alle helium-drukcompensatieleidin-

gen van de helium-cryostaten zitten dik in Armacell Cryogenic Systems, met name LTD, om de supergeleiding van de spoelen

te handhaven. De temperatuur, -268 °C, ligt vrijwel op het absolute nulpunt. In het plasmavat wordt onder 2 bar druk een

temperatuur van 100 tot 150 miljoen Kelvin bereikt. Dat is tien maal zo hoog dan op de zon ‘zelf‘, waar de zeer hoge druk

al bij 10 miljoen graden de kernfusie forceert.

Page 13: Isolatiemagazine 67 okt 2015

Extreme kou voor supergeleiding Stellaratoren creëren het magneetveld dat nodig is om

het plasma op te sluiten met behulp van elektrische

spoelen aan de buitenzijde van de plasmahouder. Bij

Wendelstein 7-X zijn deze spoelen supergeleidend. Dit

betekent dat de toegevoerde stroom zonder elektrische

weerstand willekeurig lang kan stromen en het mag-

neetveld op die manier continu in stand blijft. De spoe-

len worden hiervoor gekoeld met vloeibaar helium.

De supergeleidende spoelen en hun stalen draagcon-

structie moeten thermisch worden geïsoleerd van het

hete plasma en van de omgeving. Volgens het beginsel

van de thermoskan waarbij het koude object zich bin-

nenin bevindt, worden ze in zogenaamde cryostaten

gekoeld. De spoelen bevinden zich in een vacuümtank

die enerzijds wordt gevormd door de plasmahouder en

anderzijds door de ommanteling van de installatie.

Cryoschilden omhullen de spoelen en houden – zelf

gekoeld – de resterende warmtestraling bij ze weg. De

toegang tot deze vacuümtank en tussen de supergelei-

dende spoelen door naar het plasma – bijvoorbeeld

voor verwarming, koelleidingen of diagnose – is moge-

lijk dankzij 254 eveneens geïsoleerde, rond 1,8 m lange

openingen. Dit zijn de zogenaamde ports. Voor de voe-

ding van de stellarator dienen de helium-cryoinstallatie,

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 13

Alle lagen zijn exact op maat stap voor stap gemonteerd en

gecontroleerd. Voor bochten met verschillende radii zijn geprin-

te mallen gebruikt. De isolatiemonteurs van het Max Planck

Instituut zijn getraind in de verwerking van Armacell Cryogenic

Systems, met bijzondere aandacht voor de verlijming.

Een van de in totaal vijftig stellarator magneetspoelen voor

Wendelstein 7-X (foto: Max Planck Institut für Plasmaphysik

IPP te Garching/München).

Page 14: Isolatiemagazine 67 okt 2015

waterkoelingssystemen, vacuümpompen en installaties

voor de levering van elektrische energie.

Tijdens de experimenten moet ondanks de thermische

isolatie 5 kW aan warmteproductie worden afgevoerd

om de magneten en hun draagconstructie - rond 425

ton massa - op de supergeleidingstemperatuur gekoeld

te houden. Deze permanente koeling wordt gereali-

seerd dankzij de geleidbaarheid van de restwarmte van

het isolerende materiaal. Bij temperaturen vlakbij het

absolute nulpunt kan koeling niet meer worden gege-

nereerd door een gewone koelmachine, maar is vloei-

baar helium nodig met een kookpunt bij 4,22 K

(−268,93 °C). Dit koelsysteem moet extreem gasdicht

zijn, zodat geen helium in het isolerende vacuüm van

de stellarator intreedt en de daar aanwezige isolatie

vermindert. Een diep vacuüm, een twintiglaags hittere-

flecterend foliesysteem – MLI, bekend uit de ruimte-

vaart - en een metalen hitteschild vormen de thermi-

sche isolatie van cryostaten en spoelen tegen warm-

testraling en –geleiding. Dit systeem, gebaseerd op

gealuminiseerd Kapton-polyimide-folie haalt honderd

procent hittereflectie. Kapton is bestand tegen tempe-

raturen van -268 °C tot +400 °C. Aan de spoelzijde is

een messing-schild voorzien, aan de plasmazijde een

koperen gaasschild ingekapseld in glasvezelversterkt

epoxy.

Isolatie drukcompensatieleidingVoor de isolatie van de helium-drukcompensatieleiding

zette de projectleiding het innovatieve diepkoelsysteem

van Armacell in. Armaflex Cryogenic Systems zijn speci-

aal voor cryogene toepassingen ontwikkelde isolatiesy-

stemen voor temperaturen van -180 tot +125 °C. De

meerlaagse systemen garanderen een uitstekende ther-

mische isolatie, verlagen het risico van corrosie onder

de isolatie (CUI) en zijn beduidend eenvoudiger te

installeren dan hardschuim. De kern van het isolatie-

systeem is Armaflex LTD, een speciaal ontwikkeld poly-

meer dat thermische spanningen voorkomt. Armaflex

Cryogenic Systems behouden hun flexibiliteit ook bij

zeer lage temperaturen. Deze flexibiliteit garandeert

absorptie van vibraties en schokken en voorkomt

scheurvorming door extreme temperatuurcycli. Een

wezenlijk voordeel van de lagetemperatuurschuimen

ligt in het feit dat de systemen geen extra uitzetvoegen

of dampremmingen nodig hebben.

Speciale isolatiestructuurOp de drukcompensatieleiding van de stellarator van

Wendelstein 7-X is een speciale isolatiestructuur

gebruikt. Om beter bestand te zijn tegen de eventuele

vibraties van de pijpen is telkens een laag Armaflex LTD

antislijtagefolie direct op de leiding én op de eerste

Armaflex LTD-isolatielaag aangebracht. Hierdoor krijgt

de isolatie een nog hogere vastheid en functioneert het

als extra dampremming. Hierna komen nog een laag

Armaflex LTD en een derde isolatielaag van

NH/Armaflex, het halogeenvrije elastomeer isolatiema-

teriaal van Armacell. Afsluitend is nog een laag

Armaflex LTD-folie als extra dampremming aange-

bracht. Bij de installatie is bijzonder veel aandacht

besteed aan een precies passende en zuivere uitvoe-

ring. Alle lagen zijn stap voor stap aangebracht en door

een projectingenieur gecontroleerd. Voor de bochten

met verschillende radii is de betreffende afwikkeling

eerst op papier gepint, uitgeknipt en vervolgens als sja-

bloon voor het plaatmateriaal gebruikt. De uitvoerende

medewerkers van het Max-Planck-Instititut werden

door Armacell voor het begin van het isoleren getraind

in de toepassing van de producten, met name in correc-

te verlijming.

Wendelstein 7-X in de startblokkenDe inbedrijfstelling van de kernfusie-installatie

Wendelstein 7-X is in volle gang. Na de montage van

alle benodigde inbouwsystemen werd de plasmahouder

eind maart 2015 gesloten. Het eerste plasma moet nog

in 2015 worden aangemaakt.

14 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2013

Hier ligt meer blauw op de pijp dan het lijkt: onder de dam-

premmende LTD-folie gaat overal een drielaagse applicatie

van Armacell Cryogenic Systems schuil.

Extreem hoge en extreem lage temperaturen. Om een kernfu-

sie naar voorbeeld van de zon na te bootsen, is een plasma-

temperatuur van 100 tot 150 miljoen K nodig. De supergelei-

dende magneetspoelen functioneren tegen het absolute nul-

punt, gewaarborgd door isolatie van de helium-drukvereve-

ningsleidingen met een meerlaagse opbouw met Armaflex

Cryogenic Systems. Na twee lagen LTD met bijbehorende

dampremmende LTD-folie voltooit een derde laag

NH/Armaflex het systeem.

Page 15: Isolatiemagazine 67 okt 2015

VCA is basisbagage

Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest

toonaangevende producent, leverancier en distributeur

van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-

materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep

met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,

Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en

distributie van thermische, brandwerende en akoestische

isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van

SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen

worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische

installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,

de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,

scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.

Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept

NEW Plug-in Connection System PLEXO TCS

The PLEXO TCS connection system can be used for the complete range of BARTEC self-limiting heating tapes.

With only one system you can assemble heating connections, plug and socket splices and also end

terminations, easily and safely. PLEXO TCS: Convenient. Flexible. Economical.

All our electric heating systems fulfill the relevant international standards and guidelines.

Check out our on-line promotional movie at www.bartec.nl/plexo

Heating cables

Control systems

Connection technology

BARTEC Safe.t® Technology

Electric Trace Heating Systems

BARTEC NEDERLAND b.v. Boelewerf 25 NL-2987 VD RIDDERKERK Phone: +31 (180) 41 05 88 [email protected] www.bartec.nl

Page 16: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE OP LOCATIE

Eenvoudig uitgedrukt gaat het om een stadsverwar-

mingsproject met een aquifer als primaire bron. Maar

het speelt zich af in Heerlen, met net iets meer

Limburgse ruimte voor vaktrots en historie. Dan heet

het ‘MijnWaterproject’, speelt het zich af in het ‘Jaar

van de Mijnen’ M2015 en draagt de bouwput met

allure de naam ‘Oranje Nassau I’. De regio ademt de

mijngeschiedenis en is trots op de transitie in een

moderne economie, industrie en cultuur. “Terecht”,

zegt isolatieondernemer Math Crombach. “De mijn

levert weer een positieve bijdrage, nu in de vorm van

milieuvriendelijke stadsverwarming.” Ook objectief is

trots op zijn plaats: het project heeft de Europese

Geothermie Innovatieprijs 2015 in de wacht gesleept,

als eerste Nederlandse project dat meer dan 500 meter

diep gaat.

Het mijnwaterproject is in 2008 gestart met individue-

le warmtelevering. Na verzelfstandiging tot het huidi-

ge MijnWater is vanaf 2013 clusterlevering opge-

bouwd en volgt binnen afzienbare tijd een derde

generatie duurzame warmte met levering op maat.

Het systeem brengt de CO2-afdruk van de aansluitin-

gen met 65 procent terug.

Op een vroege maandagochtend genieten installateur

Spie en Crombach Isolaties van de oplevering van het

net geïsoleerde skid. Fascinerend samenspel tussen de

interne kraanoperator, de externe kraandrijver van

Wagenborg Nedlift en de chauffeur van Transpo Nuth

manoeuvreert het tonnenzware gevaarte snel en pre-

cies op de vrachtwagen. Twee maanden later zal de

operatie worden herhaald.

Compact en complex Het skid is een clusteruitwisselstation met platenwisse-

laar, dat het primaire stadsverwarmingsnet verbindt

met het secundaire distributienet waarop gebouwver-

delers zijn aangesloten. Het stadsnet is goeddeels vol-

tooid en al komende winter zal ABP-beleggingsbe-

heerder APG zijn comfort aan mijnwarmte ontlenen,

evenals het Arcus-college, het Maankwartier en de

Rabobank. Volgens de gemeente Heerlen realiseren

deze aansluitingen een kwart van de stedelijke CO2-

reductiedoelstellingen voor 2016.

Het water in de mijngangen op meer dan 500 meter

diepte waar voorheen kolen zijn gedolven, heeft een

constante temperatuur van 18 °C. Het stadsverwar-

mingssysteem zet deze thermische energie in voor

lagetemperatuur-verwarming en levert 10 °C terug.

Er is voor gekozen het station met platenwisselaar en

regelpaneel als skid op te bouwen bij Spie in Heerlen,

wegens de compacte en complexe techniek en de

beperkte ruimte op de uiteindelijke locatie.

Prefab isolatieHet team van Crombach Isolaties had slechts enkele

dagen de tijd om het project te isoleren. Het is in een

opgerekt weekeinde van vrijdag tot de vroege maan-

dag gelukt, dankzij prefab in de werkplaats in

Heerlen. In 2013 is het isolatiebedrijf verhuisd van

Ubachsberg naar de Imstenraderweg in Heerlen, met

ruime en moderne productie- en kantoorvoorzienin-

gen.

Crombach maakt geregeld gebruik van prefab in

eigen beheer. Dit versnelt de voortgang in de monta-

ge, wat zeker in projecten met langere reistijden van

belang is.

Ook voor de isolatie van het Mijnwater-skid is prefab

ingezet. Weliswaar stond het skid in de comfortabele

werkplaats van de installateur, maar ook isolatietech-

nisch vormde de complexe en compacte installatie met

vele bochten en appendages een uitdaging. Dankzij

nauwkeurig prefab-werk en systematische codering

Snel en goed. Het team van Crombach Isolaties te Heerlen

zette een septemberweekeinde in voor de isolatie van het

eerste skid voor het MijnWaterproject. Ruim 130 vierkant

meter Armaflex zit er strak op, na plaatsing en aansluiting

in de bouwkundige put te Heerlen worden de vele flenzen

en appendages afgeïsoleerd.

16 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

MijnWaterproject Heerlen:

Efficiënt isoleren per skidmet prefab isolatiematerialen

Het MijnWater-skid, vlak voor transport. Na installatie op

locatie worden ook de appendages geïsoleerd.

Page 17: Isolatiemagazine 67 okt 2015

van alle onderdelen kon Crombach het werk voltooien

binnen de strakke planning.

De uiteindelijke afwerking van appendages op de

eindbestemming was voorzien: dit had uiteraard te

maken met aansluitwerkzaamheden en ook met de

kwetsbaarheid tijdens transport en plaatsing.

Eén isolatiesysteemHet skid is 15 meter lang, 4,5 meter breed en 2,5 meter

hoog. Goed voor ruim 130 vierkante meter Armaflex

AF. Daarbij gaat het praktisch gezien steeds om 19

mm. dikte. Liever en officiëel ‘code 5’. Dit staat in het

Armacell-systeem voor de ‘automatische toenemende

dikte’: de materiaaldikte varieert met de leidingdiame-

ter en levert zo steeds vergelijkbare isolatieprestaties.

In dit geval gaat het om leidingdiameters tot 219 mm.,

waarbij code 5 resulteert in 19 mm. Na voltooiing op

locatie van het isolatiewerk rond afsluiters en appen-

dages is het skid gereed. Er is op deze plaats geen

ommanteling nodig.

BlikvangersTijdens ons bezoek aan Heerlen was er alle aanleiding

voor een klein rondje regio. Het team van Crombach

werkt op dat moment – medio september – hard aan

verschillende opmerkelijke projecten. Zoals het culture-

le centrum C-City in Kerkrade, met een gestileerde

schachtbok als blikvanger. C-City, gebouwd in opdracht

van de Provincie Limburg, wordt dit najaar geopend

als kennis- en belevingscentrum voor techniek, weten-

schap, design en cultuur. Ook hier speelt de mijnge-

schiedenis een rol in architectuur en inrichting. Met

een speciaal accent voor Kerkrade, dat in het Jaar van

de Mijnen niet alleen herdenkt dat vijftig jaar geleden

de aangekondigde mijnsluiting een nieuwe toekomst

inluidde. Ook viert de stad dat de legendarische

Domaniale Mijn tweehonderd jaar geleden zijn schach-

ten opende. C-City overkoepelt de drie centra

Wetenschaps- en ontdekkingscentrum Continium,

designmuseum Cube en aardtheater Columbus. Op

8 oktober 2015 opende Willem-Alexander het

museumplein en bezocht daarbij de bouwplaats.

Enkele weken voor de voltooiing is het voor Crombach

Isolaties hard aanpakken, in het spoor van opdrachtge-

ver en installateur Spie. Crombach verzorgt hier de

complete isolatie van gekoeld water, cv-net, tapwater-

leidingen en de hemelwaterafvoer en vuilwaterafvoer.

Hier zijn de CV-leidingen geïsoleerd met steenwolscha-

len, de overige leidingnetten zijn in de Armaflex

gezet. Voor de afwerking is consequent aluminiumbe-

plating toegepast. Het gebouw is geheel voorzien van

betonkernactivering dat de thermische opslagcapa-

citeit van bouwdelen benut voor een efficiënte kli-

maatregeling. Uiteraard sluiten de isolatiewerkzaam-

heden hierop aan. In de technische ruimtes past

Crombach voor de warme leidingen ook pir-schalen

toe, afgewerkt met Isogenopak. Net als bij de isolatie

van het MijnWater-skid geeft Crombach er uit kwali-

teitsoverwegingen de voorkeur aan de appendages op

het laatst te isoleren.

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 17

Spektakel en precisiewerk. Samenspel van twee kranen en een

oplegger plaatst het tonnenzware gevaarte binnen enkele

minuten op de vrachtwagen. Twee maanden later in de herha-

ling, voor het tweede skid.

Detail van elastomeer vakwerk.

Efficiënt plaatwerkBij efficiënte inzet van prefab-isolatie loopt uiteraard

het plaatwerk mee. In veel projecten in de utiliteit en

lichte industrie verzorgt het isolatiebedrijf het grootste

deel van de plaatwerkproductie in eigen bedrijf.

Crombach Isolaties werkt sinds kort met een Mabi

Bingo 2 Evo volautomaat, voorzien van vijf coilstations.

De plaatwerkers programmeren aan de machine zelf,

maar een netwerkaansluiting is ingebouwd. Deze

machine is voorzien van een dubbel snijsysteem, auto-

matische basisinstellingen en coderingssysteem. En

waar het om gaat: tot acht kokers per minuut, monta-

ge-gereed.

Page 18: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE LOGISTIEK

”Als we met klanten praten komt het duidelijk naar

voren: het is een hele uitdaging om op projectlocatie

de kwaliteit en efficiëntie te evenaren die je onder

ideale omstandigheden met prefab kunt halen.” Dit

zegt productiemanager John Driessen van Coolag

Hamar in Waalwijk, bij een toelichting op de nieuwste

freesmachine. “We zien een duidelijke trend naar pre-

fab in technische isolatie. Zo’n bocht kan ook in min-

der gunstige condities direct en goed worden gemon-

teerd, binnen een strakke planning. Bij pir-elementen

bijvoorbeeld reduceert dit de kans op koudebruggen.”

Logistiek en productie“Groei creëren door toegevoegde waarde. Niet voor

de isolatiesector in het algemeen, maar als plussen die

voor de individuele klant direct en herkenbaar het ver-

schil maken. Onze rol vanuit Coolag Hamar, Bracol en

Isolatec en de SIG-groep is logistiek. Productie en pre-

fab zijn daar onderdeel van. Met andere woorden: de

toegevoegde waarde van productie-investeringen is

een verbetering van het voor de klant belangrijke

logistieke proces. Net zoals IT-oplossingen en

E-Commerce”, licht SIG-manager Frank Jacobs toe.

“Wat dat laatste betreft: wij zijn er klaar voor om

samen met onze klanten ook de toegevoegde waarde

van ICT-oplossingen te ontwikkelen.”

Michel Jacobs, Business Unit Manager Technische

Isolatie: “Prefab heeft voor de SIG-bedrijven natuurlijk

productiebetekenis – in die zin niet nieuw – maar voor

het isolatiebedrijf is het een kernbegrip binnen

logistiek maatwerk. In de uitvoering van projecten is

winst te maken met direct verwerkbare isolatiesyste-

men. Zeker als deze goed zijn gedocumenteerd. Met

een projectbezoek en in overleg met de projectleider

kunnen details worden geïnventariseerd. Aan de

andere kant voldoet de SIG-productie aan de CE-eisen,

zoals gecertificeerde productie voor schaaldelen,

plaatmateriaal en segmenten. Prefab-elementen voor

een koud isolatiesysteem worden dus op tijd geleverd,

en ze passen zonder meer.”

ApplicatiesDe trend naar prefab isolatiematerialen en –systemen

kent verschillende achtergronden. Opdrachtgevers en

isolatiebedrijven hechten hoge waarde aan kwaliteit,

terwijl de beschikbare tijd en kennis schaars zijn. De

oude ‘verloren uurtjes’ voor voorbereidende werk-

zaamheden bestaan nauwelijks meer. Ook benutten

isolatiebedrijven veelvuldig al prefab plaatwerk.

Bovendien is het klassieke prijsinstrument aan het

einde van zijn levenscyclus om plaats te maken voor

inhoudelijke efficiëntie. Prefab opent hier mogelijkhe-

den, mits de logistieke keten hierop is ingericht.

Voor SIG-bedrijven zijn de eisen aan prefab-producten

Een kap, een bocht, een vormstuk. Uitdagingen voor de vak-

man, maar ook hobbels in planning en organisatie. “We zien

een duidelijke trend naar prefab in technische isolatie”, sig-

naleert groothandelsorganisatie SIG. Het blijft niet bij sig-

naleren alleen: een nieuwe CNC-draadsnijmachine voor

harde isolatieschuimen, uitbreiding van de lijmcabines en

een nieuwe drieassige frees, en een schommelzaag voor

vormstukken vergroten en verbreden de capaciteit. Prefab

en productie gaan als toegevoegde waarde naadloos op in

de logistieke kernactiviteiten van de SIG-partners Coolag

Hamar, Bracol en hun Belgische zuster Isolatec.

18 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

SIG investeert in productiefaciliteiten

”Trend naar prefab intechnische isolatie”

Productiemanager John Driessen: “Duidelijke trend naar

prefab in technische isolatie”.

Page 19: Isolatiemagazine 67 okt 2015

zoals correcte productie, confectionering en leverings-

betrouwbaarheid niet nieuw. Coolag Hamar kan

bogen op een lange productietraditie in onder meer

verwerking van hardschuim en laminering van plaat-

materialen. Het bedrijf voorziet ook machineproducen-

ten van maatwerk, waaronder gecoate pir-vormdelen.

Voor dit precisiewerk heeft Coolag Hamar samen met

de opdrachtgever een aparte lijn opgezet, die de wen-

sen van de klant en de expertise van SIG bundelt.

Binnen de SIG-groep is Coolag Hamar actief in de

assemblage van ventilatiekleppen en dakkappen, op

de markt gebracht door zusterbedrijf Air Trade Center.

De belangrijkste productiefaciliteiten voor de isolatie-

bedrijven zijn:

• Zagen en frezen;

• Coaten;

• Verlijmen/lamineren, zoals cachering van steenwol

of pir-plaat.

Het verzagen en frezen brengt alle mogelijke schalen,

koppen, kappen en andere vormdelen voort, in ver-

schillende materialen. De adviesfunctie is nadrukkelijk

onderdeel van de productie.

Het materialenpalet is breed en varieert van melanine

met een voor de scheepvaart prettige lichte densiteit

van 11 kg/m3, terwijl voor cryogene toepassingen een

zware pir-kwaliteit van bijvoorbeeld 320 kg/m3 door de

machines loopt. Ook voor het traditionele kurk draait

men de hand niet om.

Vroeg in de ketenDe uitbreiding van de productiecapaciteit gaat

gepaard met een verbouwing van de productiehal bij

Coolag Hamar. Deze verdubbeling van de productie-

ruimte is vrijwel voltooid. In een efficiënte routing zijn

de draadsnijcapaciteiten voor harde schuimen verdub-

beld met de komst van een nieuwe cnc-gestuurde

machine. Een nieuwe drieassige frees, een schommel-

zaag ofwel bochtenmachine voor segmenten en ver-

grote lijmcabines completeren de productiefaciliteiten.

Voor de isolatiebedrijven en opdrachtgevers telt

uiteraard de output binnen de logistieke kaders.

“Korte lijnen zijn belangrijk”, zegt Michel Jacobs.

“Nodig ons maar uit op een project om samen de

mogelijkheden te bekijken. Aan de hand van schetsen,

tekeningen en aanvullende details ontstaat een onbe-

rispelijk maatproduct. Natuurlijk leveren we dat op

tijd, goed verpakt en herkenbaar af. Het gaat erom

dat we de uitvoering van isolatieprojecten versnellen

en de foutkans elimineren. Door ‘lastige’ producten

montagegereed aan te bieden, ongeacht het materi-

aal: van foam tot EPS en alles daartussen. Het biedt

ook nieuwe mogelijkheden tot samenwerking in de

keten.”

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 19

De nieuwe drie-assige frees voor vormstukken. Gecoate PIR-segmenten voor de oem-markt.

Huub Lips, bezig met de montage van registerkleppen voor

SIG-zusterbedrijf Air Handling, de nieuwe voor Air Trade

Center.

Page 20: Isolatiemagazine 67 okt 2015

In 1962 begon Temati met de productie, verkoop en promotie van Foster® producten in de

Benelux. Met inmiddels 5 vestigingen in diverse landen, is Temati Europa’s enige producent

en distributeur van Foster®- en Childers®producten.

Daarnaast leveren wij vele andere gespecialiseerde materialen voor industriële isolatie

binnen en buiten Europa via ons internationale dealernetwerk.

Ons productenpakket blijft zich uitbreiden, zodat u zelf in de toekomst ook kunt blijven

profiteren van onze specialistische kennis en verzekerd bent van steeds de beste oplossingen.

Industriële processen kennen vele

uitdagingen, die om betrouwbare

en vernieuwende producten vragen.

Temati heeft tientallen jaren ervaring

en is uw ideale partner wanneer het

om oplos singen gaat, die echt een

verschil maken.

Unieke oplossingen voor industriële processen

Temati B.V. Tel: (+31) (0)251-229 172 Fax: (+31) (0)251-212 380 E-mail: [email protected] www.temati.com

VCA is basisbagage

GEBRAUCHTE

ERSATZTEILE

WERKZEUG

Warenkorb DE - EN

SondermaschinenVertriebs-GmbHStöckackerstrasse 7 DE-79713 Bad SäckingenTel: +49 (0) 7761 933 069 Fax: +49 (0) 7761 933 067

E-Mail: [email protected]: www.so-gmbh.de

So shoppt man heute...

www.iso-shop.de

Clever shopping...

MASCHINEN

NIETEN SCHLÖSSER

ARBEITSSCHUTZ

KOMPRESSOREN

CLIPS SCHRAUBEN

BÜROEINRICHTUNG

.COM YRY

VCA is basisbagageVCA is basisbagage

VCA is basisbagage

������������������� ��������������������������

������������ ����!�"����������������#���$����!�!�

���������)�*���+������������,��-��+���

Iso lat ie a l s tweede natuur

VAN DER LINDEN & VELDHUIS

VCA is basisbagage

Print Rendement

Henk van der Bend

Tituslaan 13

6642 AP Beuningen

The Netherlands

t. 024 6776930

m. 06 43 573 405

[email protected]

www.printrendement.nl

Print Rendement

Specialist in GrafiMedia

Producties

Voor al uw drukwerk,

online communicatie en

relatie magazines

UW PARTNER

IN ELEKTROWARMTE

Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden

Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel

Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851

[email protected]

www.huikeshoven.nl

www.elektrowarmte.nl

> Tracingsystemen en verwarmingskabels

> Verwarmingsjackets en siliconenmantels

> Doorstroomheaters en verwarmings elementen

> Vatverwarming en containerverwarming

> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming

> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering

.COM YRY

ISOLATIESPECIALISTEN IN:

Brandtechnische, thermische en

akoestische isolatie:

www.izotechservice.pl

‘KAN NIET’ BESTAAT NIET!

www.franssen.nlKerkstraat 32a

6651 KG DRUTEN

Tel. (0487) 510 716

Fax (0487) 510 745

[email protected]

www.franssen.nl

‘KAN NIET’

BESTAAT NIET!

AL MEER DAN 45 JAAR IN ISOLATIE!

ISOLATIESPECIALISTEN IN:

Page 21: Isolatiemagazine 67 okt 2015

Metals

Afwerkingzit in ons DNA!

ALUMINIUM VOOR DE ISOLEERDER

Aluminium legering 1050 (Al 99,5) / 5049 (zeewaterbestendig) / 3005 / 5040

Oppervlakte glad / stucco

Dikte 0,6 - 1,2 mm

Breedte 1.000 mm / 1.250 mm / 1.500 mm

Gewicht 150 - 2.000 kg

BEVESTIGINGSMIDDELEN

Schroeven Plaat- & Boorschroeven

Klinktechniek Popnagels

Afsluittechniek Profi Verschluss-sortiment dekenhaken

ISOLEERDERS GEREEDSCHAP

Handgereedschap Tangen, Zagen, Meet- en aftekengereedschap

Elektrisch gereedschap Boormachines, Lasapparaten etc.

MEER WETEN?Bel 010-20 85 400of ga naar www.resolpro.com

De Resolpro Group bestaat uit Asbipro | Alert | Flamepro | Resolpro Metals | Hydro Rock | ANR | Technicas

Metals

Technische Isolatie

Page 22: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE VAKMANSCHAP

22 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Het isolatievak verandert, vakmanschap en het

opleidingscentrum OOI veranderen dynamisch mee.

Opdrachtgevers stellen hoge eisen aan veiligheid, kwaliteit en

snelheid, strakke planningen en nieuwe systemen vragen

actuele vaardigheden. Stichting OOI heeft het complete

aanbod onder de loep gelegd, het goede behouden en het

betere toegevoegd. Op deze en volgende pagina’s in een

notedop het nieuwe OOI-menu voor goed vakmanschap.

Onderstaand treft u een beknopte weergave van het actuele

OOI-aanbod, bestaande uit cursusnummer, aantal dagen,

doelgroep en een korte samenvatting van het doel. Het

programma bestrijkt alle segmenten van het vakgebied,

waaronder industrie, utiliteit, plaatbewerking en basiskennis.

Alle nadere informatie vindt u op www.ooi.nl. U kunt ook

telefonisch contact opnemen met Stichting OOI te Woerden.

Cursusoverzicht en eindtermen OOI

Alle OOI-opleidingen op een rij

I 010 Verwerker Elastomeren I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met

enige praktijkervaring.

Principes in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch koud isolatiewerk inelastomeerslang uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid.

I 012 Verwerker Elastomeren II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en

isolatieplaatwerkers.

Verdieping in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch koud isolatiewerk in technischeruimten met elastomeerslang en –plaat (en intwee lagen) uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid.

I 011 Verwerker Armaflex I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met

enige praktijkervaring.

Principes in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van AF/Armaflex. Vaardighedenom veilig en systematisch koud isolatiewerk metelastomeerslang uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid. Een bedrijf met gecertificeerdeverwerkers kan zich laten certificeren voordeelname aan het Armacell Garantplan.

I 013 Verwerker Armaflex II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en

isolatieplaatwerkers.

Verdieping in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van AF/Armaflex.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk in technische ruimten inelastomeerslang en –plaat (en in twee lagen) uit tevoeren met gewaarborgde dampdichtheid. Eenbedrijf met gecertificeerde verwerkers kan zichlaten certificeren voor deelname aan hetArmacell Garantplan.

I 014 Afwerkingsystemen Armaflex­isolatie, 1 dagAllround isolatiemonteurs en ­plaatwerkers

niveau gecertificeerd Verwerker II.

Materialenkennis over verschillende afwerkingenvoor Armaflex­isolatie. Vaardigheden om veilig ensystematisch Armaflex­isolatie af te werken metArma­Check D­ en S­doek en met rubber.

Cursus-agenda

Page 23: Isolatiemagazine 67 okt 2015

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 23

I 015 Verwerker NMC­Polyethyleen I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met

enige praktijkervaring.

Principes in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van polyethyleen buisisolatie.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk met NMC­buisisolatie uit te voerenmet gewaarborgde dampdichtheid.

I 016 Verwerker NMC­Polyethyleen II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en

isolatieplaatwerkers.

Verdieping in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van polyethyleen buisisolatie.Aanleren van vaardigheden om veilig ensystematisch het koude isolatiewerk in technischeruimten in NMC buis­ en plaatisolatie (en in tweelagen) uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid.

I 022 Verwerker Thermaflex I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met

enige praktijkervaring.

Principes in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van ThermaSmartleidingisolatie. Aanleren van vaardigheden omveilig en systematisch koud isolatiewerk metThermaSmart leidingisolatie uit te voeren, metgewaarborgde dampdichtheid.

I 023 Verwerker Thermaflex II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en

isolatieplaatwerkers.

Verdieping in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van Thermasheet.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk in technische ruimten in Thermasheetplaatisolatie (en in twee lagen) uit te voeren metgewaarborgde dampdichtheid.

I 024 Verwerker Kaiflex I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met

enige praktijkervaring.

Principes in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van Kaiflex leidingisolatie.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk met Kaiflex leidingisolatie uit tevoeren, met gewaarborgde dampdichtheid.

I 025 Verwerker Kaiflex II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en

isolatieplaatwerkers.

Verdieping in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis van Kaiflex leiding­ enplaatisolatie. Vaardigheden om veilig ensystematisch koud isolatiewerk in technischeruimten in Kaiflex leiding­ en plaatisolatie (en intwee lagen) uit te voeren, met gewaarborgdedampdichtheid.

I 017 Verwerker Elastomeren Luchtkanalen I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met

enige praktijkervaring.

Principes in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch standaard onderdelen van ronde enrechthoekige kanalen in elastomeerplaat uit tevoeren, met gewaarborgde dampdichtheid.

I 018 Verwerker Elastomeren Luchtkanalen II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en

isolatieplaatwerkers.

Verdieping in de warmte­ en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch onderdelen – waaronder 45°­ en 90°­bochten, T­stukken en verlopen – van rondeen rechthoekige kanalen met elastomeerplaat uitte voeren, met gewaarborgde dampdichtheid.

Page 24: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE VAKMANSCHAP

24 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

I 020 Verwerker Foamglas, 1 dagAllround isolatiemonteurs.

Principes in de warmte­ en koudeleer, corrosie enmaterialenkennis van Foamglas. Vaardighedenom veilig en systematisch warme en koudeisolatiesystemen in Foamglas op te bouwen in éénen twee lagen en met oog voor uitvoeringsdetails.

I 100 Kennismaken met Isolatietechniek, 1 dagMedewerkers zonder vakgerichte scholing, die

uitvoerend in het isolatievak werkzaam zijn of in

ondersteunende functie te maken hebben met het

isolatievak.

Principes in de warmte­ en koudeleer,geluidwering en brandpreventie. Kennismakenmet courante isolatie­ en afwerkmaterialen. Hetzelf bewerken en verwerken van enkeleisolatiematerialen.

I 120 Basiskennis Scheepsisolatie, 1 dagSupervisors, projectmanagers en overige

technisch leidinggevenden zonder specifieke

scholing in het isolatievak.

Principes in de isolatietechniek alsmede kenniswaarom, wanneer en waarmee installaties enscheepsconstructies worden geïsoleerd.Kennismaken met de meest voorkomendeisolatie­ en afwerkmaterialen. Bij voldoendedeelnemers uit een bedrijf kan de cursus op maatgemaakt worden.

I 130 Isolatietechniek voor de Commercie (basis), 2 dagenIn­ en verkopers en adviseurs van leveranciers en

fabrikanten in de isolatiebranche alsmede

leidinggevenden in het isolatievak zonder

vakgerichte achtergrond.

Principes in de isolatietechniek en bredematerialenkennis met specifiekemateriaaltoepassingen. Het zelf ervaren vanbewerking, verwerking en montage van wol­ enPU­schalen en elastomeerslangen.

I 190 Ductrock, brandwerende (lucht)kanalen, 1 dagIsolatiemonteurs en leidinggevenden bij isolatie

van kanalen.

Kennis over kenmerken en ontwikkelingen vanbrand, brandwering van kanalen, doorvoeringenen over toegepaste materialen. In een team vantwee aanleren van vaardigheden om kanalen endoorvoeringen volgens gecertificeerdeuitvoeringen te isoleren met Ductrock­platen.Voor leidinggevenden ligt de nadruk tijdens deuitvoering op toezicht en aansturing van deisolatiemonteurs.

I 195 U Protect, brandwerende luchtkanalen, 1 dagIsolatiemonteurs en leidinggevenden bij de

isolatie van kanalen.

Kennis over kenmerken en ontwikkelingen vanbrand, en brandwering van kanalen,doorvoeringen en over toegepaste materialen. In

een team van twee aanleren van vaardighedenom kanalen en doorvoeringen volgensgecertificeerde uitvoeringen te isoleren met UProtect­platen. Voor leidinggevenden ligt denadruk tijdens de uitvoering op toezicht enaansturing van de isolatiemonteurs.

I 200 Basistraining Isolatiemontage Utiliteit, 3 dagenAankomende isolatiemonteurs.

Vaardigheden voor de bewerking, verwerking enmontage van (gecacheerde) wolschalen,gaasdekens en PIR­schalen op eenvoudige installatie­onderdelen. De cursus is tebeschouwen als inwerkperiode voor eenvoudigeisolatietoepassingen in de utiliteit. Met enkelemaanden werkervaring is de cursusIsolatietechniek Utiliteit I een goed vervolg.

U 101 Isolatietechniek Utiliteit I, 7 dagenIsolatiemonteurs met ca. zes maanden

werkervaring.

Principes in de warmte­ en koudeleer,materialenkennis en voorschriften op dewerkplek. Vaardigheden voor veilig ensystematische bewerking, verwerking enmontage van isolatie­ en afwerkmaterialen. Degesimuleerde werkplek staat met meerdereaspecten centraal.

I 210 Basistraining Isolatiemontage Industrie, 4 dagenAankomende isolatiemonteurs.

Vaardigheden voor de bewerking, verwerking enmontage van wolschalen en gaasdekens opeenvoudige installatieonderdelen. Aanpassing enmontage van eenvoudig prefab plaatwerk. Decursus is te beschouwen als inwerkperiode vooreenvoudige isolatietoepassingen in de industrie.Met minimaal zes maanden werkervaring is decursus Isolatiemonteur Industrie (IMI) een goedvervolg.

I 300 Beoordeling Uitgevoerd isolatiewerk, 1 dagMedewerkers, die als of namens opdrachtgever

uitgevoerd isolatiewerk bij oplevering afnemen.

Voor leidinggevenden van buiten de branche in

het veld kan de cursus een introductie zijn.

Principes in de warmte­ en koudeleer,materialenkennis en kwaliteitscriteria. Kennisvoor beoordeling van uitgevoerd isolatiewerk ende staat van bestaand isolatiewerk. Een vervolgop HBO­niveau is mogelijk bij NCTI.

P 010 Tekenen/Isometrisch Tekeninglezen, 2 dagenIsolatiemonteurs (in de industrie) zonder

vakgerichte scholing.

Kennis over de isometrische klok, gebruikelijkesymbolen, codes en afkortingen ominstallatietekeningen in de isometrische enAmerikaanse projectie te lezen. Vaardigheid omeenvoudige tekeningen van de ene in de andereprojectie om te zetten.

Page 25: Isolatiemagazine 67 okt 2015

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 25

P 025 Praktisch Opmeten, 1 dagErvaren isolatiemonteurs en plaatwerkers.

Kennis over het opmeten van eenvoudigeinstallatieonderdelen en het schetsen van dezeonderdelen met bijbehorende maten, symbolenen afkortingen.

P 045 Plaatbewerken, 2 dagenIsolatiemonteurs en aankomende

isolatieplaatwerkers.

Vaardigheden voor praktische, veilige ensystematische uitvoering van alle eenvoudigeplaatbewerkingen.

P 050 Isolatieplaatwerk Kort, 14 dagenIsolatiemonteurs en plaatbewerkers met enige

ervaring in plaatwerk maken.

Basiskennis over isometrische tekeningen enuitslagen. Vaardigheden voor het uitslaan vanstandaard plaatwerkstukken met bijbehorendeplaatbewerkingen en voor eenvoudigopmeetwerk.

U 210 Tekeninglezen Utiliteit I, 2 dagenIsolatiemonteurs zonder vakgerichte scholing.

Kennis om bouwkundige en installatietekeningente lezen. Inzicht door oefeningen om vanaftekening het verloop van leidingen en kanalen inde praktijk te herkennen en te volgen.

U 310 Tekeninglezen Utiliteit II, 3 dagenMedewerkers in de utiliteit op het niveau van chef

monteur of werkvoorbereider.

Kennis en ervaring om isolatiebestekken te lezenen begrijpen. Via opdrachten inzicht verkrijgen inde samenhang tussen isolatiebestek eninstallatietekening. Kennis en ervaring in hetsystematisch uittrekken van installatietekeningenen kostprijsberekening. Voorts kennis om deuitvoering van isolatiewerk door isolatiemonteursvoor te bereiden.

U 350 Basiscursus Chefmonteur Utiliteit, 4 dagenVoorlieden, die een project leiden en

isolatiemonteurs aansturen.

Naast het vermelde onder Tekeninglezen Utiliteit IIworden vaardigheden aangeleerd in communicatieen leidinggeven.

I 350 Basiscursus Assistent­uitvoerder Industrie, 4 dagenVoorlieden, die een project) leiden en

isolatiemonteurs aansturen.

Verdieping van het vermelde onderTekenen/isometrisch tekeninglezen, incl.bestekken. Vaardigheden op het gebied vancommunicatie en leidinggeven.

Isolatiemonteur Industrie IMI, 21 dagenIsolatiemonteurs met minimaal zes maanden

praktijkervaring.

Relevante isolatiekennis en het vaardigheden voorveilige, systematische bewerking, verwerking enmontage van materialen op industriële technischeinstallaties. Het te behalen persoonscertificaat vanDNV­GL is een bewijs van zelfstandigvakmanschap.

B 010 Praktijkopleider, 3 dagenDegenen, die belast worden met opleiding of

begeleiding van deelnemers aan vakopleidingen.

Inzicht en vaardigheden om nieuwe en huidigemedewerkers effectief in de praktijk op te leidendoor instructie, ondersteuning en beoordeling.Opstelling van opleidingsplannen.

ProRox GRP 1000, 2 dagenIsolatiemonteurs.

Materialenkennis en vaardigheden voor veilige ensystematische afwerking van geïsoleerde warmeisolatiesystemen met ProRox GRP 1000 UV­uithardende glasvezelversterkte polyestermat.

P 030 Korte Kadercursus Isolatietechniek, 2 dagenLeidinggevend middenkader in de uitvoering (bijv.

in de steigerbouw), dat dezelfde functie gaat

vervullen in de isolatietechniek.

Inzicht en kennis over en in isolatiemontage enkwaliteitsbeoordeling van uitgevoerd isolatiewerk.

Elektrische tracing, 1 dagIsolatiemonteurs en plaatwerkers met enige

ervaring.

Kennis over elektrische tracing en overtoepassingsgerichte kabelselectie. Vaardighedenvoor veilige en systematische aanleg van vorstvrijlint, zelflimiterende en seriële kabel opleidingtrajecten en appendages.

Page 26: Isolatiemagazine 67 okt 2015

• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo

or MABI 3000E Vario on MABI Bingo 4E EVO

• Straight sheets (min. length 270mm)

• Sheet width 1000mm - 1250mm

Cutting of stainless steel (V2A) from

0.5mm till max. 0.8mm thickness

• Cutting aluminum, zinc sheet

min. 0.5mm up to 1.0mm thickness

• 2 cutting systems (MABI patent)

• Work directly from coil (small coil and large coil)

• Coil engine in combination with de-coiler

MABI 6C

• Conic punching (straight sheets)

• Punching holes (fast lifting) for all shapes

programs

• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,

Programm „stainless steel“

• Sheet optimization and job application on

the screen of the machine, incl. one licence

(machine computer).

• Inclusive printer A4

• Router for ADSL / DSL (access on the part

of the customer)

• Green technology: No CO2 emissions, no

pollutant emissions, no smoke generation.

Same features as: MABI BINGO 16-Z EVO,

but without rolling unit - without pipe

fabrication unit - without longitudinal swage

• Attractive trade-in offer from „old “ MABI Bingo

or MABI 3000E Vario on MABI 3000E EVO

Laser

• Straight sheets (length 270mm min.)

• Sheet width 1000mm - 1250mm

• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm

till max. 1.5mm thickness

• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm

up to 1.5mm thickness

• Laser

• Work directly from coil (small and large coil)

• Coil engine in combination with

de-coiler MABI 6C

• Holes are cut by laser

• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,

Programm „stainless steel“

• Sheet optimization and job application on

the screen of the machine, incl. one licence

(machine computer).

• Inclusive printer A4

• Router for ADSL / DSL (access on the part

of the customer)

• Attractive trade-in offer from „old “ MABI Bingo

on MABI 3000E Vario

• Straight sheets (length 270mm min.)

• Sheet width 1000mm - 1250mm

• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm

till max. 0.8mm thickness

• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm

up to 1.0mm thickness

• 1 cutting system (MABI patent)

• Work directly from coil (only small coil)

• Conic punching (straight sheets)

• Punching holes for all shapes programs,

including straight sheets

• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,

Programm „stainless steel“

• Sheet optimization and job application on

the screen of the machine

• Inclusive printer A4

• Router for ADSL / DSL (access on the part

of the customer)

• Green technology: No CO2 emissions, no

pollutant emissions, no smoke generation.

Work directly from coil (small coil and large coil)

Posible to combine with EVO CoilblitzWork directly from small coil Work directly from coil (small coil and large coil)

Posible to combine with EVO Coilblitz

LOW-POWER MID-POWER HIGH-POWER

MABI 3000E VARIO MABI 3000E EVO LASER MABI BINGO 4E EVO

www.mabi.ch

NEW

NEW

Page 27: Isolatiemagazine 67 okt 2015

• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or

MABI 3000E Vario on MABI Bingo 16-Z EVO

• Punching unit (fast lifting) for standard tubes

• Straight sheets (min. length 270mm

• Rounding unit 1000mm to 1250mm.

On request: 914mm or 1220mm

• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)

• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till

max. 0.8mm thickness

• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to

1.0mm thickness

• 2 cutting systems (MABI patent)

• Work directly from coil (small coil and large coil)

• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C

80mm

swages (50mm from the edge)

• Punching holes (fast lifting) for all shapes programs, including

• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/tubes

• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,

Programm „stainless steel“

• Sheet optimization and job application on the screen of the

machine, incl. one licence (machine computer).

• Inclusive printer A4

• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)

• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,

no smoke generation.

• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or

MABI 3000E Vario on MABI Bingo 2 EVO

• Punching unit (fast lifting) for standard tubes

min. diameter 80mm)

• Rounding unit 1000mm to 1250mm.

On request 914mm or 1220mm

• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)

• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till

max. 0.8mm thickness

• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to 1.0mm thickness

• 2 cutting systems (MABI patent)

• Work directly from coil (small coil and large coil)

• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C

• Fully automatic sheet changing with de-coiler MABI 6C

• Tubes (up to 8 tubes per minute

for offset swages (50mm from the edge)

• Punched holes (fast lifting) for all shapes programs,

• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/pipes

• Automatically manufacturing of bending bend segments,

t-pieces and short straight pieces incl. longitudinal swage

• Fully automatic width adjustment

• Fully automatic clamping of sheet

• Fully automatic straightening of sheet

• Fully automatic bead adjustment

• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,

Programm „stainless steel“

• Sheet optimization and order application on the screen

of the machine and on additional notebook.

Includes two licenses (machine computer and notebook)

• Inclusive printer A4

• Automatically printing system to print information direct at sheet

• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)

• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,

no smoke generation.

• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or

MABI 3000E Vario on MABI Bingo 16-Z EVO

• Punching unit (fast lifting) for standard tubes

• Straight sheets (min. length 270mm

• Rounding unit 1000mm to 1250mm.

On request: 914mm or 1220mm

• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)

• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till

max. 0.8mm thickness

• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to

1.0mm thickness

• 2 cutting systems (MABI patent)

• Work directly from coil (small coil and large coil)

• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C

80mm

swages (50mm from the edge)

• Punching holes (fast lifting) for all shapes programs, including

• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/tubes

• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,

Programm „stainless steel“

• Sheet optimization and job application on the screen of the

machine, incl. one licence (machine computer).

• Inclusive printer A4

• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)

• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,

no smoke generation.

• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or

MABI 3000E Vario on MABI Bingo 2 EVO

• Punching unit (fast lifting) for standard tubes

min. diameter 80mm)

• Rounding unit 1000mm to 1250mm.

On request 914mm or 1220mm

• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)

• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till

max. 0.8mm thickness

• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to 1.0mm thickness

• 2 cutting systems (MABI patent)

• Work directly from coil (small coil and large coil)

• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C

• FuFulllly y auautotomamatitic c shsheeeet t chchanangigingng w witith h dede-c-coioileler r MAMABIBI 6 6CC

• Tubes (up to 8 tubes per minute

for offset swages (50mm from the edge)

• Punched holes (fast lifting) for all shapes programs,

• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/pipes

• Automatically manufacturing of bending bend segments,

t-pieces and short straight pieces incl. longitudinal swage

• Fully automatic width adjustment

• Fully automatic clamping of sheet

• Fully automatic straightening of sheet

• Fully automatic bead adjustment

• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,

Programm „stainless steel“

• Sheet optimization and order application on the screen

of the machine and on additional notebook.

Includes two licenses (machine computer and notebook)

• Inclusive printer A4

• Automatically printing system to print information direct at sheet

• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)

• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,

no smoke generation.

Work directly from coil (small coil and large coil)

Posible to combine with EVO Coilblitz

Work directly from coil (small coil and large coil)

Posible to combine with EVO Coilblitz

HIGHLIGHT TOPMODEL

MABI BINGO 16-Z EVO MABI BINGO 2 EVO

Subject to technical changes.

Page 28: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE LOGISTIEK

Droom of nachtmerrie met spannende anekdotes: in

de goede maar nog jonge klant-leverancierrelatie

komt een megaproject op tafel. Met een planning

waarin de flexibiliteit van de isolatie-ondernemer al

strak is verdisconteerd. “Het grootste isolatieproject in

de Benelux”, noemt Hanko’s sales manager Hans van

Gastel het Aquarius-project Shell Moerdijk. Het ging

om de volledige isolatie van vier fabrieken, onder

ongekende tijdsdruk. “We beschikten over twintig

afzetbakken en hadden er direct honderd en iets later

zelfs tweehonderd nodig. Of kom als isolatiepartner

maar eens bij een walswerk aan voor honderd ton alu-

minium op 1 mm dikte”, schetst hij de omvang. “Dat is

toch een eyeopener voor een walswerk dat normaliter

niet warm of koud wordt van isolatie.” Inmiddels staat

de uitdaging zwart op wit: operatie geslaagd, nul pro-

cent stilstand.

”Op forecast bestellen wat nog op de tekentafel ligt, pro-

ductiecapaciteit en mallen reserveren, productontwikkeling

versnellen, netwerkpartners in stelling brengen.” Het

Hanko-team schakelde direct in kickdown-modus toen

‘Project Moerdijk’ loskwam. “Alle zeilen bijzetten, strikt

managen en wekelijkse voortgangsrapportage”, vat Hanko

de aanpak van het versterkte team samen. Resultaat: “Nul

procent stilstand”.

28 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

In Duinkerken verrijzen vier 10”-jetty’s tot ruim 5 kilo-

meter uit de kust, voor de aanlanding van LNG. Deze

jetty’s maken het mogelijk grote tankers op veilige

afstand te ontvangen. Het vloeibare gas wordt bij ca –

180 °C verpompt. Het isolatiesysteem moet er voor

zorgen dat condensafzetting en ijsvorming uitblijft.

Uiteraard moet de warmteabsorptie minimaal zijn,

want het gas moet de tanks in vloeibare fase berei-

ken, dat wil zeggen in ieder geval onder 160 °C.

DampschildIn dit project is gekozen voor een drielaags pir-sys-

teem van in totaal 800 mm. dikte. Traditioneel wordt

elke laag geseald met een dampwerende laag. Op

voorstel van Hanko wordt in dit project multilaminaat

butyleenfolie ingezet. Dit is in wezen een 0,8 mm

dikke butyleenkit. Voordeel is – afgezien van de uitste-

kende hechting – het ‘zelfherstellend’ vermogen: de

kit vult onverhoopt optredende kleinere perforaties

automatisch op. Vanzelfsprekend wordt ook in dit

systeem een anti-perforatielaag tussen mantel en iso-

latiesysteem aangebracht, maar de praktijk leert dat

desondanks kleine onvolkomenheden kunnen voorko-

men, met de bekende snelgroeiende ijsklompen als

gevolg. Dit verschijnsel beschadigt het systeem niet

alleen door de ijsvorming op zich, maar ook door de

substantiële gewichtsbelasting die het met zich mee-

brengt. Het multilaminaatfolie voorkomt dit en functi-

oneert dus als een heavy-duty dampschild.

Project zet Hanko in kickdown-modus

Logistiek opschalen op prognoses

Samenwerking in cryogene keten

Multilaminaat butyleen via prefab

”Vanaf dag één strikt projectmanagement, versterkt team,

leveranciers op forecast”, zegt Hans van Gastel. “Na afloop

zwart op wit: operatie geslaagd, nul procent stilstand”.

Het is niet overdreven om het dampschild als een van de

belangrijkste onderdelen van cryogene isolatie te beschou-

wen. In nieuwe isolatieprojecten komt het onderwerp

indringend op tafel bij engineers. Zo ook bij het GdF-project

in het Noord-Franse Duinkerken. Ketensamenwerking tus-

sen engineers van opdrachtgever GdF, ingenieursbureau

Technip, uitvoerder Prezioso, producent Kingspan en tech-

nisch-logistiek partner Hanko heeft een multilaminaat buty-

leenfolie in beeld gebracht, verwerkt in een prefab drie-

laags PIR-systeem.

Page 29: Isolatiemagazine 67 okt 2015

Alle zeilen bijzettenIn dit project is Hanko de logistieke spil tussen isolatie-

bedrijf en isolatiematerialenproducenten, met name

Knauf Insulation. Basis voor de samenwerking is part-

nerschap en toegevoegde waarde in de keten. Dat

gaat, benadrukt Hans van Gastel, om toegevoegde

waarde met eigen ideeën, eigen engineering en dus

een eigen profiel. “Ook een concurrerende prijs van-

zelfsprekend, in combinatie met verbeterde isolatie-

waarden of verwerkbaarheid. Een wolschaal van 1,20

betekent in industriële montage toch grofweg twintig

procent productiviteitswinst.” Een tweede element in

de logistieke samenwerking is beperking van het aantal

leveranciers. In dit project was single sourcing uiteraard

een zorg minder, met levering van zowel plaatmateri-

aal, aerogel, pijpschalen en lamellendekens als tape,

spanband schroeven en bouten in één pakket.

Het project betekende door omvang en tijdpad alle zei-

len bijzetten voor iedere partner. Hans van Gastel:

“Ook voor Knauf. Pijpschalen maken ze reeds vier jaar,

ook de 10”-er is al een jaar op de markt. Maar de

lamellendeken en rvs-gaasdeken zijn snel geschikt

gemaakt voor deze toepassingen. Let wel: ijzeren regel

is dat er geen product zonder CE-keur of DOP de deur

uitgaat.”

Logistieke aanpakAlle zeilen bijzetten betekende voor Hanko in de eerste

plaats het team uitbreiden met twee mensen, tot de

huidige twintig, om in alle omstandigheden met de

projectstroom mee te gaan. “Vanaf dag één hebben we

ingezet op strikt projectmanagement met wekelijkse

voortgangsrapportage. We zijn direct begonnen met

de unieke aanpak van ‘forecasting’: bij onze leveran-

ciers capaciteit en productiemiddelen reserveren – fei-

telijk bestellen – wat bij de klant amper op de tekenta-

fel ligt. Zonder afnameverplichting, maar we kennen

ons vak, de branche en onze producten. Dat is perfect

opgepakt.” “Logistiek krijg je natuurlijk veel voor de

kiezen: opschakelen van tientallen naar honderden

afzetbakken, inhoud en locatie van bakken en voorra-

den bijhouden, en just in time rangeren van bakken

van de ene montagelocatie naar de volgende. En heb-

ben we dan helemaal niets hoeven aanpassen? Jawel,

de klant vroeg de pallets beter weerbestendig te ver-

pakken. Dat heeft Knauf per direct gerealiseerd.”

ServicecentraIn de praktische uitvoering werkt Hanko samen met

een vijftiental regionale servicecentra voor uiteenlo-

pende dienstverlening. “Wij zijn een handelsbedrijf,

onze twintig mensen zijn bezig met in- en verkoop.

Dankzij de servicecentra beschikken we – buiten onze

directe dagelijkse kanalen – vrijwel direct over duizend

afzetbakken. Zoals we even gemakkelijk kunnen

opschalen voor verpakking, omcoilen, zagen van PIR-

schalen of vormstukken tot en met het poedercoaten

op klantspecifieke kleur van aluplaat.We kiezen onze

servicepartners altijd in de regio om snel en lokaal te

kunnen handelen”, aldus Hans van Gastel.

PrefabHanko levert het dampschild langs twee kanalen aan:

het grootste gedeelte wordt door Pir-fabrikant

Kingspan verwerkt op prefab-schalen, met het oog op

efficiënte montage op locatie. Contractor Prezioso

brengt het systeem vervolgens aan op de kappen en

aansluitingen rond appendages, pompen en flenzen.

Daartoe wordt het materiaal zowel in de vorm van

tape als folie geleverd. De speciale butylrubber-samen-

stelling garandeert optimale hechting op onder meer

pir onder cryogene omstandigheden. Een versterkt

sandwichfolie (PE/Alu/PE) verleent de dampstop blij-

vende mechanische bestendigheid.

De opslagtanks zijn met een vergelijkbaar systeem geï-

soleerd, met Foamglas als bodemisolatie.

ExpansiebochtenJetty’s en overige installatiedelen voor LNG-aanlanding

zijn onder invloed van sterk wisselende bedrijfsomstan-

digheden onderhevig aan sterke krimp en uitzetting,

waarvoor zware expansiebochten noodzakelijk zijn.

Ook hier speelt het bovengenoemde alubutyl-damp-

schild een belangrijke rol, nu in samenspel – op de

joints – met minerale wol. Hiervoor levert Hanko 300

mm breed tape in plaats van het veel voorkomende 75

mm. Dit voorkomt dat ongeacht de amplitude en fre-

quentie van de expansiedynamiek het isolatiesysteem

‘uit de barrier’ schiet. In combinatie met de PE/Alu/PE-

toplaag en montage met overlap in plaats van spiraal-

wikkeling wordt vochtmigratie in het isolatiesysteem

uitgesloten.

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 29

Hans van Gastel met

een van de cryoge-

ne-succesfactoren

op rol: alubutylfolie

als heavy-duty-

dampschild.

Page 30: Isolatiemagazine 67 okt 2015

THERMISCHE, AKOESTISCHE en BRANDVEILIGE ISOLATIEOPLOSSINGEN

Opdrachtgevers zien Insulation Solutions steeds vaker als het

‘kenniscentrum’ op het gebied van thermische, akoestische en

brandveilige isolatie voor de utiliteitsbouw, industrie en scheeps-

bouw. Een groot compliment, waarvoor we ons dagelijks blijven

inzetten.

Door een uitgekiende logistiek en eigen productie kunnen wij snel

en meestal direct uit voorraad leveren tegen competitieve prijzen.

Oplossingsgericht denken, handelen en adviseren de basis voor onze werkwijze

Insulation Solutions B.V.

Minosstraat 40 1722

P.O. Box 5003

5004 EA Tilburg

The Netherlands

www.insulationsolutions.nl

VCA is basisbagage

.COM YRY

Page 31: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE CRYOGEEN

De industriële isolatiesector heeft momenteel de han-

den vol aan cryogene isolatie in de LNG-sector, zowel

wereldwijd als in Europa. Nu de economische crisis

wegebt, komen meer en meer projecten in uitvoering.

Deze groei is vooral vanaf 2013 zichtbaar.

Isolatiebedrijven worden ingeschakeld voor renovatie

en onderhoud van bestaande terminals, nieuwbouw

en uitbreiding. Ruim vijftig jaar geleden zijn de eerste

terminals aangelegd, die uiteraard het nodige onder-

houdswerk vragen. Hoewel cryogene isolatiesystemen

doorgaans zorgvuldig zijn geëngineerd en uitgevoerd,

komen van tijd tot tijd geregeld onvolkomenheden

aan het licht. De ijsklomp is een van de bekende zicht-

bare symptomen, maar ook kan onder invloed van

grote temperatuurverschillen en krimp/uitzetting scha-

de aan het systeem ontstaan.

Huzarenstukje Bij Terminal Le Tonkin, waar aardgastankers uit

Marokko aanlanden, zijn bij onderhoud defecten in

een twintig jaar oud isolatiesysteem ontdekt. De lei-

dingisolatie is daarom recent vervangen door een

Foamglas isolatiesysteem. Een huzarenstukje van engi-

neers en isolatiemonteurs, die hun toch al uitdagende

project hebben weten te realiseren zonder de installa-

tie uit bedrijf te nemen. Geen dagelijks werk en ook

geen project volgens de standaard-specificaties,

althans toen nog niet. Op grond van specifieke tests

en engineering is hiervoor een speciale Foamglas-spe-

cificatie opgesteld. Deze is gebaseerd op prefab-ele-

menten waarbij het isolatiemateriaal reeds is afge-

werkt met de dampdichte en mechanisch sterke

Terostat-coating. Dit bevordert de noodzakelijke snelle

voortgang.

Zorgvuldige voorbereiding en beheersing van de

omgevingscondities hebben de opdrachtgever snel en

goed voorzien van een state of the art Foamglas-sys-

Ruim vijftig jaar na de aanleg van de eerste Europese LNG-

terminals is de gasmarkt vol in ontwikkeling. Onderhoud en

uitbreiding doen her en der in Europa een beroep op isola-

tiespecialisten voor het uitdagende cryogene werk.

Foamglas is een van de belangrijkste isolatiesystemen. De

fysische karakteristieken van geschuimd glas passen de

LNG-installatie als een jas. Bovendien dragen actuele pre-

fab-systemen bij aan efficiënte montage. EDF-Suez-dochter

Elengy realiseerde op Le Tonkin bij Fos sur Mer zelfs een

innovatie in de buitencategorie met ‘prefab in bedrijf’.

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 31

Meer prefab in cryogene toepassingen

Fysische karakteristiekenFoamglas passen als een jas

Isolatiewerk aan fase III van LNG-terminal Isle of Grain (Kent, UK). Dit is een ‘All Foamglas’– systeem met toepassing van een

tweelaags prefab Foamglas-systeem, af fabriek voorzien van Terostat PCFR-dampschild. Het gaat hier om 3,5 km strekkende

leidingmeters, waarvan meer dan de helft in de serieuze 16”- tot 36”-diameters. De 260 bochten hebben dankzij het prefab-

systeem automatisch 90° verspringende naden.

Page 32: Isolatiemagazine 67 okt 2015

32 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Isoleren bij -160 °C. op Le Tonkin. Geheel rechts Foamglas One prefab-vormstukken, in het midden de veelzeggende thermo-

meter en links de uitvoeringspraktijk. Na verwijdering van het oppervlakkige ‘rijp’-laagje, ontstaan door uitsneeuwing van de

omgevende koude lucht, wordt zo snel mogelijk een nieuw isolatiecompartiment gemonteerd. Speciaal voor dit renovatie-

project is een applicatie-specificatie ontwikkeld.

teem dat belooft over dertig jaar nog net zo te preste-

ren als na de aanleg in 2014. Vanzelfsprekend wordt

het onderhanden leidingdeel steeds zorgvuldig ont-

daan van uitsneeuwende luchtvochtigheid, waarna

onmiddellijk de eerste Foamglas-laag wordt aange-

bracht. Het isolatiemateriaal is hier fabrieksmatig voor-

zien van een speciaal PC 700K mortelsysteem in combi-

natie met glasvezelversterkte wapening PC 150. De

buitennaden zijn geseald met Terostat PC-FR, terwijl de

inwendige naden in het isolatiesysteem met Pittseal

444N op butylbasis zijn gesloten.

Het behoeft geen betoog dat alle betrokkenen de iso-

latie van cryogene installaties liefst buiten bedrijf reali-

seren, maar de praktijk houdt hiermee niet altijd reke-

ning. In dit geval is de grote winst dat de praktijk een

betrouwbare systeemspecificatie heeft opgeleverd,

met de zekerheid van een duurzaam isolatiesysteem.

Foamglas-specialisten buigen zich samen met engi-

neers en opdrachtgevers geregeld over bijzondere pro-

jecteisen. Effectiviteit en betrouwbaarheid zijn leidend,

en daarvoor worden zo nodig proeven onder zware,

realistische condities uitgevoerd. Ter illustratie: bij een

dergelijke Foamglas -verlijmingstest onder extreme

belasting bleek het isolatiesysteem de sterkste schakel.

“De markt is leidend, en wij doen er alles aan – graag

zelfs – om oplossingen voor bijzondere eisen en

omstandigheden te leveren”, is het Foamglas-devies.

GroeimarktLNG ofwel GNL ofwel vloeibaar methaan speelt een

grote rol in de ontwikkeling van de energiemarkt.

Waar wereldwijd nu nog 5 miljoen ton LNG via tank-

wagen en kleinbulk wordt gedistribueerd, groeit dit

tot het twaalfvoudige – 60 miljoen ton per jaar – in

2025. Daarmee groeit de totale, globale aardgasmarkt

naar verwachting met dertien procent. Met de ontwik-

keling van aardgasmotoren voor vrachtwagen- en

scheepsmotoren komt een verhoudingsgewijs 10 tot 25

procent lagere CO2-emissie binnen bereikt, terwijl de

geluidproductie met de helft daalt. Met aardgasmoto-

ren beantwoordt de transportsector aan de nieuwe

Europese Eurodiesel-6-norm c.q. Seca voor het maritie-

me verkeer. De fijnstof- en zwaveluitstoot wordt tot

vrijwel nul teruggebracht.

Om deze markt efficiënt te bedienen worden LNG-

plants uitgebreid met speciale overslagstations voor

belading van tankwagens van kleinbulktankers die de

scheepvaart van brandstof voorzien.

Specs en prestatieLNG-plants vallen ruim binnen de algemeen gehan-

teerde afbakening van het begrip cryogene isolatie:

< -150 °C. LNG wordt gekoeld tot -160 °C. Bij deze

temperatuur en bij atmosferische druk is het vloeistof-

volume gereduceerd tot 1/600 van het gasvolume. De

geringe verdamping die onder deze opslagcondities

nog optreedt, wordt in moderne terminals via koeling

teruggevoerd. In normale bedrijfsomstandigheden is

geen affakkeling nodig.

De opslag van vloeibaar stikstof is vergelijkbaar, met

dien verstande dat stikstoftanks een bedrijfstempera-

tuur hebben van – 196 °C.

Op een aantal plants wordt zowel LNG als stikstof op-

en overgeslagen. Voor laagcalorische toepassingen

wordt het hoogcalorische LNG uit zowel energetische

als technische overwegingen vermengd met stikstof.

Isolatietechnisch gezien liggen vloeibaar aardgas/ethy-

leen en stikstof/zuurstof dicht bij elkaar, hoewel instal-

latiedetails en mediumeigenschappen leiden tot speci-

fieke ISO- en ASTM-normen en dus ook isolatiespecifi-

caties, waarin functionele en economische aspecten

meewegen. Voor de bepaling van de isolatiedikte gaat

men vaak uit van een maximale warmtestroom van

25-37 W/m2. Voor cryogene isolatie met geschuimd

glas gaat het vooral om Foamglas type One. Dit geeft

bij cryogene temperaturen geen krimp: tussen -265 en

+430 °C toepasbaar, vanzelfsprekend ook op rvs-syste-

men dankzij het verwaarloosbare gehalte aan oplosba-

re chloriden.

Typische installatievariant voor de afwerking op een eindstuk:

1. Foamglas One; 2. cryogene sealing/lijm; 3. dampwerende

laag; 4. tape; 5. dampschild; 6. montageband/-tape.

Page 33: Isolatiemagazine 67 okt 2015

DampdichtheidUiteraard voldoet Foamglas volgens de CE-markering

aan Europese norm EN 14305 die onder meer isola-

tieprestaties, maattoleranties en productiebeheersing

behandelt. Hetzelfde geldt voor de internationaal

gangbare ASTM-normen. Op belangrijke criteria legt

het materiaal een heldere score neer: het materiaal is

blijvend vormvast, heeft een blijvend gesloten celstruc-

tuur en is niet-organisch. Het is daarom veilig toepas-

baar voor onder meer isolatie van systemen voor vloei-

bare stikstof en zuurstof. De hoge mechanische belast-

baarheid en het feit dat geen medium in het materi-

aal doordringt, spelen uiteraard mee.

Cryogene isolatie staat of valt met dampdichtheid. Dat

is een van de facetten waarin Foamglas-isolatie uit-

blinkt. De waterdampdiffusieweerstand µ is oneindig:

het materiaal is immers opgebouwd uit gesloten glas-

cellen. Hierbij speelt ook de lineaire uitzettingscoëffi-

ciënt een rol. Geschuimd glas heeft een iets kleinere

uitzettingscoëfficiënt als staal. Dat draagt in zowel

koude en warme systemen als in dual-temperatureap-

plicaties bij aan duurzame systeemintegriteit. Het zeer

kleine verschil dat er wel is komt in de koude en cryo-

gene isolatie goed uit. Foamglas- vormdelen komen

strakker tegen elkaar te zitten en naden worden

geminimaliseerd.

Prefab in bedrijfDoorgaans kan een Foamglas-isolatiesysteem volstaan

met een tweelaagse opbouw, waarbij de eerste laag

‘droog’ wordt gezet. Dit houdt het systeem eenvoudig

en het beperkt de handelingen op locatie. Segmenten

en vormdelen van geschuimd glas worden vrijwel

altijd als maatwerk geproduceerd. Voor tweelaags

vormdelen is daarmee automatisch geregeld dat de

naden netjes ten opzichte van elkaar verspringen:

Foamglas heeft dit in de productietechniek gestan-

daardiseerd.

Pittsburgh Corning, de fabrikant van Foamglas-isolatie,

signaleert een opmars in de toepassing van prefab, die

verder gaat dan het voor dit materiaal al gebruikelijke

maatwerk in segmenten en vormdelen. Bijvoorbeeld in

de vorm van een inwendige coating of externe afwer-

king met Terostat of Alubutyl. Een enkel voorbeeld uit

het uitgebreide menu zijn de kwartsegmenten voor

grote diameters, naast afsluiterkappen op maat, pre-

fab-koppen, reductoren en T-stukken. Of – voor

warme systemen - oversized schalen en bochten die

rekening houden met tracing. Onder de mogelijke

coatings noemen we de anti-schuurlagen voor hoge-

en lagetemperatuurtoepassingen, uitwendige celvuller

of het al genoemde dampdichte alubutyl-folie.

De voordelen van prefab spreken voor zich: minder

werk op het project, montagegemak en versnelde

voortgang en optimale kwaliteit. Uniek is de mogelijk-

heid vrijwel alle maten en vormen te maken: de

fabriek beschikt over ideale productiemogelijkheden

voor grote – zeg maar lastig handelbare - en afwijken-

de vormstukken. Bovendien kunnen prefab vormstuk-

ken altijd gemakkelijk worden gedemonteerd voor

inspectiedoeleinden. “Uitpakken en installeren, veel

meer dan een handzaagje is niet nodig voor de mon-

tage op locatie van prefab Foamglas-elementen”, zegt

de fabrikant. Vanzelfsprekend voldoet prefab aan

ASTM- en EN-normen.

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 33

Een van de acht LNG-tanks op UK-terminal Isle of Grain. Alle tanks staan op Foamglas-tankbodemisolatie, waarvoor de hoogbe-

lastbare HLB-blokken zijn toegepast.

Page 34: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE DUURZAAM & RENDABEL

Industriële nieuwbouw en onderhoud moeten veilig,

economisch en duurzaam worden aangepakt. In selec-

tie en dimensionering van een optimaal isolatie-

systeem wegen dan ook vele factoren mee: functiona-

liteit, bedrijfsvoering, economische prestatie, duur-

zaamheid en onderhoudsefficiëntie. Optimale isolatie

reduceert de thermische verliezen en dus de CO2-emis-

sie vaak met minimaal negentig procent. Niet-optima-

le isolatie ten gevolge van verouderde diktetabellen

leidt tot omvangrijk, vermijdbaar energieverlies.

Actuele tabellen voor economische isolatiedikte op

basis van actuele gegevens, hangen vol duurzaam en

economisch laag fruit: tien miljoen euro per jaar, per

strekkende kilometer leidinglengte.

Als het gaat om de economische isolatiedikte, kortweg

EID, zwengelt Hertel daarom graag de discussie op de

millimeter aan. De industriële opdrachtgever waar-

schijnlijk ook, gezien de € 12,50 besparing per strek-

kende leidingmeter.

Wim Strookappe, technisch manager isolatie bij Hertel

ging terug naar de basis en fileerde de isolatiedikte en

de achtergronden daarvan tot op de kale pijp.

Resultaat is een nieuw fundament voor optimale

systeemkeuze en isolatiedikte. Een innovatieve defini-

tie van bandbreedte en bandhoogte leidt tot een

uiterst praktische herijking van de EID-tabellen. Net zo

hanteerbaar als conventionele en veelal verouderde

tabellen, maar actueel, duurzaam en rendabel. Het

kan een grotere plant in de chemie of petrochemie zo

maar tien miljoen per jaar in de knip schuiven en het

levert bovendien een omvangrijke en haalbare bijdra-

ge aan de duurzaamheid.

Investeren en besparenIndustriële isolatie bespaart energiekosten en kost ook

geld. Hoe dikker de isolatie, des te groter de bespa-

ring én de investering. In principe leidt de optimale

som van energieverliezen en investering – ofwel isola-

tiekosten minus energiebesparing - tot de economi-

sche isolatiedikte EID.

Strikt toegepast leidt deze berekening tot een wiskun-

dig en warmtetechnisch juiste maar praktisch lastig

hanteerbare diktetabel. Pijpschalen zijn nu eenmaal

niet per dikte-millimeter in de handel. Logistiek,

engineering en onderhoud vergen een redelijke

systeemuniformiteit en zowel opdrachtgever als isola-

tiespecialist hanteert per plant of installatietype graag

een breder toepasbare diktetabel.

Het verloop van de kostencurve hangt af van leiding-

diameter en temperatuur. Uiteraard is het kostenver-

loop in de praktijk niet lineair, maar treden sprongen

op. Bijvoorbeeld bij de overgang van één- naar meer-

laagse systemen, eventuele inzet van steigerbouw of

Een veelbesproken begrip in industriële isolatie: de econo-

mische isolatiedikte. Waarschijnlijk ook het meest miskende

onderwerp. Ondanks alle discussie blijven niet-actuele

tabellen op de engineeringstafels liggen: niet duurzaam en

evenmin economisch. Industriële energiemiljoenen dan

maar laten weglekken is voor de Hertel-specialisten geen

optie. Zij steken hun nek uit, ontrafelen de materie, intro-

duceren een universele bandbreedte als actueel fundament

voor economische isolatiedikte. Daarnaast is een meer rea-

listische benadering gehanteerd van de maximale thermi-

sche verliezen. Dat is leidend. Om groen te denken, en goed

voor € 12,50 per leidingmeter per jaar besparing op de total

costs of ownership (TCO).

34 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Rendement begint bij economische isolatiedikte

Industriële miljoenen in de knipmet actuele definitie bandbreedte

Page 35: Isolatiemagazine 67 okt 2015

extra ommantelingskosten bij toenemende isolatiedik-

te. Ook hebben onderhoudsschema’s en afschrij-

vingstermijnen hun invloed.

Aan de uitgangspunten achter Hertels EID-analyse

doet dit niets af. Het systeem is gebaseerd op gangba-

re toegepaste systemen in de industrie, i.c. steenwol

schalen/gaasdekens met alu-beplating. Uiteraard kun-

nen plantspecifieke gegevens in de berekeningen wor-

den betrokken, zoals ook variabele energieprijzen de

uitkomst beïnvloeden zonder de systematiek aan te

tasten.

Bandbreedte en bandhoogteBerekening volgens de algemeen geaccepteerde dyna-

mische methode VDI 2055 laat zien, dat bij toenemen-

de leidingdiameter uiteraard de kostencurve steiler

verloopt. Echter met relatief geringe verschuiving van

het optimum, dus van de EID. Toenemende tempera-

tuur brengt een verhoudingsgewijs breed en vlak

gebied rondom het optimum in beeld. Dit brede en

vlakke gebied in de EID-curve bakent Hertel af als de

optimale EID-zone. Hier wordt de best haalbare inte-

grale isolatieprestatie bereikt met reële thermische en

economische weging van investering, energiebespa-

ring, beschikbare systemen en installatievariabelen.

Figuur 1 brengt deze zone in beeld: binnen een gering

verschil in dynamische isolatiekosten – bijvoorbeeld

twee procent – bestaat een verhoudingsgewijs brede

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 35

Figuur 1. Schematische weergaven van de totale kosten van installatie en energieverlies versus isolatiedikte bij hogere temperatuur.

Het gearceerde deel accentueert de bandbreedte, binnen de bandhoogte van +2% ten opzichte van de minimale totaalkosten.

Plant Integrity en inspectie

Analyse van industriële isolatiesystemen brengt een

aanzienlijk besparingspotentieel aan het licht. Er valt

volgens onafhankelijke berekeningen 31 petajoule per

jaar te besparen, in geld ca. 175 miljoen euro.

Toepassing van actuele isolatiediktetabellen en optima-

lisatie van bestaande systemen draagt bovendien bij

aan de integrale installatiekwaliteit.

Plantowners en maintenancemanagers doen geregeld

een beroep op industrieel dienstverlener Hertel. EiiF-

gecertificeerde Tipcheck-engineers zetten geavanceer-

de middelen in om installaties in bedrijf te analyseren.

Objectieve rapportage brengt kosten en baten in

beeld. Vaak zijn de terugverdientijden interessant kort,

zeker als optimale isolatie volgens actuele inzichten

wordt opgenomen in reguliere onderhoudschema’s.

Het C&I-Center van Hertel (www.hertel.com) geeft

nadere informatie en licht graag de details en reken-

grondslagen toe van de economische isolatiedikte,

waarvan dit artikel de hoofdlijnen weergeeft.

Page 36: Isolatiemagazine 67 okt 2015

optimale zone. Met andere woorden: er is veel ruimte

voor systeemverbetering zonder noemenswaarde

invloed op de TCO. Binnen de brandbreedte en hoog-

te zijn substantiële energiebesparing en duurzaam-

heidsverbetering haalbaar. Hoe hoger de objecttempe-

ratuur, des te groter de bandbreedte en des te groter

derhalve de duurzaamheidswinst. Bij toename van

zowel temperatuur als leidingdiameter verloopt de

totale kostencurve vrijwel vlak en is de brandbreedte

relatief groot: veel ruimte dus voor een extra energie-

slag in het kader van duurzame bedrijfsvoering.

WarmteverliezenIn het kader van het onderzoek zijn de warmteverlie-

zen per leidingeenheid berekend voor de verschillende

leidingdiameters en temperatuurbereiken. Hieruit

blijkt dat het niet mogelijk is de isolatiedikte te bepa-

len aan de hand van één richtgetal, zoals de veel

gehanteerde 120 W/m2 en 150 W/m2 geïsoleerd opper-

vlak. Voor leidingen verdient het aanbeveling alleen

de warmteverliezen per strekkende meter te beschou-

wen. Indien men op basis van duurzaamheid beslist, is

het logisch en eenvoudig om een bijbehorend maxi-

maal warmteverlies als ‘norm’ te stellen, ongeacht het

isolatiesysteem, en mede hierop de EID ‘nieuwe stijl’ te

berekenen.

Juist een adequate vertaling van warmteverliezen in

economische isolatiedikte is cruciaal, stellen de Hertel-

onderzoekers: het is de kern van het Energieakkoord,

dat duurzaamheid verbindt aan economische groei:

bespaar geld, dus denk groen en neemt de warmte-

verliezen als leidende factor. En daarna, stelt Hertel,

mag het best praktisch worden opgepakt in termen

van ‘wol’, ‘plaat’, ‘besparing’ en andere dagelijkse

trefwoorden.

Oplopende winstBij TCO-analyse van meerdere, in de huidige praktijk

gehanteerde diktetabellen, worden vrijwel alle isola-

tiediktes te laag voorgeschreven. Dit geldt zowel ten

aanzien van energiehuishouding als energiekosten De

totale kosten liggen volgens de bandbreedte-afbake-

ning duidelijk buiten het optimum, en wel aan de

dure zijde. Naarmate – zoals verwacht – de energie-

prijzen zich herstellen en hun historische groei herne-

men – loopt de schade van deze achterhaalde tabellen

verder op. Doorrekening laat nu al € 5,- per meter per

jaar TCO-verlies zien. Opwaardering tot een reëele EID

levert verdere, kwantificeerbare en oplopende kosten-

besparing op, tot een totaal van € 12,50 per meter per

jaar.

Vereenvoudigde tabelHertel heeft op basis van de bandbreedte- en band-

hoogtedefinitie en met meeweging van gemaximeer-

de warmteverliezen per leidingmeter en model ont-

wikkeld voor een nieuwe tabel voor de economische

isolatiedikte. Deze is vervolgens vereenvoudigd aan de

hand van praktische factoren zoals handelsconforme

isolatiesystemen. Tabel 1 geeft een realistische impres-

sie van actuele isolatiedikte en warmteverliezen.

Duidelijk is dat in de meeste gevallen opwaardering

met veertig tot zeventig procent van de conventionele

diktes zowel wenselijk als rendabel is. De daarmee

gemoeide hogere investeringskosten kunnen oplopen

tot zo’n dertig procent, snel - veelal binnen zes tot

twaalf maanden - terugverdiend door energiekosten-

reductie.

36 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Berekeningen gebaseerd op o.m. - Ecofys/EiiF-factsheet 2015 ‘Energy and CO2-savings potential of industrial insulation

in the Netherlands’(www.ecofys.com; www.EiiF.org); Ecofys-studie 2012 ‘Climate protection with rapid payback’

(www.ecofys.com; www.EiiF.org); - Tipcheck-informatie (www.EiiF.org).

Tabel 1. Vereenvoudigde tabel voor economische isolatiedikte. De oranje velden markeren aangepaste isolatiediktes ten

opzichte van de berekende economische isolatiedikte. Hoe hoger de temperatuur en hoe groter de leidingdiameter, des te

ruimer de optimalisatie. De vereenvoudigde tabel reduceert het aantal diktes van dertien tot tien, vereenvoudigt de opbouw

van meerlaagse systemen en sluit aan bij courante diktes. De groene kolommen geven het overeenkomstige warmteverlies

weer, uitgedrukt in W/m.

Page 37: Isolatiemagazine 67 okt 2015

Het eerste rookarme flexibele isolatiemateriaal met Euroklasse

BL-s1,d0. Armaflex® Ultima verbetert, in het geval van brand,

meetbaar het zicht in de vluchtwegen.

Europese brandklassering conform Bouwbesluit 2012.

Kiest u nu voor de nieuwe standaard - voor meer zekerheid!

Install it. Trust it.

rookontw ikke l

i ng

minimale

INSTALLEER

VEILIGHEIDZEER LAGE ROOKCONCENTRATIE BIJ BRAND

Tel.: +49 251 7603 122

[email protected] www.armacell.com

Page 38: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE UTILITEIT

Kort voor de officiële ingebruikname van het

Isolatiehuis in het Intechnium te Woerden spreken we

daar met voorzitter Hans Koole en projectleider Ies

den Daas over het VIB-utiliteitsproject. ”Het voelt als

thuiskomen”, zegt laatstgenoemde, met zicht op

vetrouwde gebouwinstallaties, over zijn rentree in de

isolatiebranche. Dat treft, want hij staat voor de VIB-

taak van zijn specialisme – utiliteitsisolatie - een open

huis te maken. Het U-project ‘Toegevoegde waarde

utiliteitsisolatie’ maakt de betekenis van zorgvuldige

utiliteitsisolatie helder zichtbaar voor alle betrokken

schakels in de gebouwketen. De schat aan bestaande,

veelvormige informatie binnen en buiten de branche

wordt verzameld, geïnventariseerd en geïnterpre-

teerd. Vervolgens worden functies en prestaties van

utiliteitsisolatie toegankelijk gemaakt, op maat voor

de verschillende belanghebbenden: zo weegt voor de

gebouwgebruiker de kwaliteit van het binnenklimaat

zwaar, bekijkt de overheid scherp de energieprestaties

en wil de verhuurder een aantrekkelijk gelabeld

gebouw in de markt zetten.

Zichtbaar zijn“De buitengewone leden van de VIB waren bezig met

een project om utiliteitsisolatie op een hoger plan te

brengen. De gedachten gingen uit naar een norm met

Utiliteitsisolatie doet veel goeds, maar in stilte. Het nieuwe

VIB-project ‘Toegevoegde waarde utiliteitsisolatie’ veran-

dert dit voorgoed. Goed nieuws voor adviseurs, gebouwbe-

heerders en -gebruikers, overheden en andere belangrijke

belanghebbenden: zij krijgen kristalhelder zicht op de speci-

fiek voor hun relevante prestaties van utiliteitsisolatie. Het

‘U-project’ bundelt, interpreteert en ontsluit per medio 2016

een schat aan informatie. Isolatie Magazine sprak met VIB-

voorzitter Hans Koole en projectleider Ies den Daas over

doel en achtergronden.

38 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

VIB-project ‘Toegevoegde waarde utiliteitsisolatie’:

’Prestaties isolatie voor

branche en markt ontsluiten’

Hans Koole, voorzitter VIB over het Utiliteitsproject: “ Betrokkenen moeten de waarde van ‘goede isolatie’ onderkennen en

weten hoe dit praktisch wordt gerealiseerd. Isolatiebedrijven kunnen die munitie in stelling brengen met het legitieme doel

hiermee op enige moment meer en betere opdrachten te verkrijgen.”

Page 39: Isolatiemagazine 67 okt 2015

een pr-aanpak om de betekenis van utiliteitsisolatie

wereldkundig te maken”, zegt Hans Koole over de

aanzet tot het nieuwe ‘U-project’. “Een overheidser-

kende norm brengt installatiebedrijven ertoe volgens

die uitgangspunten te werken, met het legitieme uit-

zicht op omzetgroei voor utiliteitsisoleerders. Ik kan

me voorstellen dat de utiliteit – al met al een kleine

1500 mensen - zich krachtig wil manifesteren. Dit deel

van de branche is immers qua impact en werknemers-

aantallen in balans met de industrie, waar de CINI-

norm de markt al een mooi ankerpunt biedt. Het U-

project is een oude wens, die nu met kracht wordt

doorgezet. Noodzakelijk ook. De utiliteit doet heel

veel goed werk, maar dat zeggen we vooral als bran-

chegenoten tegen elkaar. Bij mijn oriënterende

gesprekken met overheden, politici en brancheorgani-

saties bespeurde ik bij het begrip ‘isolatiebedrijven’

geen associatie met technische isolatie. In het politieke

krachtenveld is de positie van isolatiewerk op zijn

zachtst mager. Als de utiliteit zich niet zichtbaar

maakt, worden we niet gezien en volgen beslissers

hun eigen associaties. Dit project beantwoordt de

wens van de VIB-utiliteitsisoleerders en brengt tegelij-

kertijd isolatiewerk in de utiliteit bij opdrachtgevers in

beeld. We dragen uit waarom isolatiewerk goed moet

zijn, waarom een bepaalde uitvoering nodig is en

welke functies het vervult. Dat kan alleen de sector

zelf doen, want de markt heeft onvoldoende kennis. Ik

stel vast dat de sector heel veel kennis en informatie

heeft, maar versnipperd. Dit harken we bij elkaar om

zelfverzekerd naar buiten te brengen wat goed isola-

tiewerk inhoudt. In een volgende fase bekijken we of

hieruit een norm voortvloeit. Het eerste perspectief is

dat de isolatieonderneming goed beslagen ten ijs komt

bij adviseurs en opdrachtgevers. En als we als tweede

perspectief als sector voor goed isolatiewerk staan,

dan hoeven we niet te schuchter voor een norm te

zijn.”

DoelgroepenProjectleider Ies den Daas plaatst utiliteitsisolatie in

het blikveld van de doelgroepen: “Isolatie is – hoe

belangrijk ook – een klein deel van het aandachtsge-

bied. We spreken doelgroepen aan op hun eigen

gebied. Voor de overheid tellen waarschijnlijk andere

aspecten dan voor de gebouweigenaar. Zo is energie-

beheer voor een gebouwgebruiker wellicht maar een

van de honderd aspecten, naast zware factoren als

loonkosten. Hij zal isolatie belangrijker vinden voor de

klimaatbeheersing dan voor de energierekening. Zo

sluit het U-project per doelgroep aan bij het primaire

belang.”

Hans Koole en Ies den Daas geven een globale schets

van doelgroepen en hun primaire isolatieperspectie-

ven, zonder de pretentie dat iedere doelgroep en elk

perspectief al ‘in de bus’ zit.

• Gebouweigenaar: verhuurbaarheid/comfortniveau,

energielabel;

• Gebouwgebruiker: binnenklimaat, hygiëne, kosten-

beheersing;

• Adviesbureau: getoetste, actuele aanbestedings- en

offerte-informatie met een gedragen kwaliteitsnorm

als fundament;

• Overheid/beleidmaker: energiebeheer, milieubeheer,

realisatie klimaatdoelen;

• Installateur: korte doorlooptijd op het project, flexi-

bel afgestemd op de ketenplanning, en geborgde

montagekwaliteit;

• Algemeen: functioneel en comfortabel geheel,tegen

verantwoorde lees lage exploitatiekosten; energie-

efficiëntie;

• Isolatiebedrijf: marktverruiming, bewezen kennisdra-

ger, kwaliteitsborging;

• Toeleverancier: kwalitatieve marketing, marktverrui-

ming.

Ies den Daas: “Per doelgroep gaan we de diepte in,

aan de hand van de praktijk. Zo is de productiviteit

afhankelijk van een goed regelbaar binnenklimaat en

dus van goede isolatiesystemen. Hetzelfde geldt voor

legionella-preventie.”

Hans Koole: “De informatie – uit artikelen, rapporten,

onderzoeken - wordt dusdanig toegankelijk gemaakt

dat alle doelgroepen er concreet mee kunnen werken.

Ook het isolatiebedrijf, dat een nieuw project kan

ondersteunen met bewezen informatie.”

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 39

U-project in het kortHet VIB-project ‘Toegevoegde waarde van utiliteitsiso-

latie’ wordt uitgevoerd door een werkgroep onder lei-

ding van utiliteit-ondernemer Ies den Daas. De werk-

groep bestaat verder uit de vertegenwoordigers van

buitengewone VIB-leden Remco Hiemstra, Frank

Geukemeijer en Johan Sentjens.

Het U-project gaat van start met deel I, verzamelen en

ontsluiten van informatie en analyse van de toege-

voegde waarde van utiliteitsisolatie middels een stake-

holdersanalyse. Het project houdt de mogelijkheden

open voor een tweede deel, gericht op ontwikkeling

van utiliteitsnormen en regelgeving.

Algemene doelstelling is kwantitatieve en kwalitatieve

marktbevordering door ‘isolatie als kostenpost’ op

grond van feiten, functies en prestaties om te buigen

in ‘Isolatie als concrete kwaliteitsbijdrage aan een

duurzame maatschappij’.

De eerste projectfase is gericht op verzameling, inven-

tarisatie en analyse van informatie en doelgroepen. De

tweede fase behelst ordening en ontsluiting, onder

meer in de vorm van bijvoorbeeld website en informa-

tiebladen.

De afrondende fase stelt de informatie beschikbaar

aan VIB-leden en externe doelgroepen, waarvoor spe-

ciale bijeenkomsten worden belegd.

Medio 2016 is het U-project afgerond en staat utili-

teitsisolatie kristalhelder op de kaart.

Page 40: Isolatiemagazine 67 okt 2015

De beste besparingHans Koole licht de overheid er uit als isolatie-belang-

hebbende: “De overheid staat voor het algemeen

belang. De isolatieondernemingen en ons vakgebied

leveren een wezenlijke bijdrage aan een duurzame

wereld. Dat moet de overheid boeien en dat kan de

invoering van een norm ondersteunen. Ons land heeft

verschillende klimaatdoelstellingen gemist en er gaat

nog steeds heel wat energie verloren, via utiliteitsge-

bouwen, industrie en woningen. Als op al die fronten

het isolatiewerk goed op orde is, hoeven we die ener-

gie alvast niet meer te besparen. Niet gebruikte ener-

gie is immers de beste besparing.”

Ies den Daas: “Daarom is het belangrijk dat isolatie

meer dan een vinkje op een checklist is. Het mooie van

het vak is ons bedrijfsmodel, gebaseerd op een flinke

rol in energiebesparing en CO2-reductie. Normen,

zoals toegepast in bijvoorbeeld België of Frankrijk,

kennen al wel concreet punten toe aan correcte isola-

tie. Maar dat is een zaak van langere adem. Binnen

het utiliteitsproject buigt een werkgroep zich in ieder

geval over een eigen VIB-norm volgens de kaders van

het Bouwbesluit en die als referentie voor ‘hoog-

waardig isoleren’ in de markt wordt gezet.”

Pragmatische aanpakHet doel van de eerste projectfase staat vast: medio

2016 beschikt de utiliteitsketen over verzamelde en

toegankelijk gemaakt informatie, toegespitst op de

belangrijke doelgroepen. De aanpak is pragmatisch.

Hans Koole: “We starten met verzamelen en ordenen.

Natuurlijk zijn er gedachten over de beste manier,

maar de oogst aan informatie is bepalend. En we

beperken ons in ieder geval in deze fase tot de kern

van het isolatiewerk, met het oog op kennisborging

op de fronten waarop de utiliteitsisolatiebedrijven

actief zijn. We gaan dus eerst slim ordenen wat nu

nog versnipperd is. Wellicht komen er naast bijeen-

komsten, factsheets en website nog slimmere metho-

den. Des te beter. Zodra dit afgebakende project

bewustwording over de toegevoegde waarde van iso-

latie realiseert, komen vervolgstappen aan de orde.

Zoals lobby richting politiek en andere beslissers die

zich net buiten de isolatiebranche bewegen om hun

de goede werken van ons vakgebied te tonen.

Betrokkenen moeten de waarde van ‘goede isolatie’

onderkennen en weten hoe dit praktisch wordt gerea-

liseerd. Isolatiebedrijven kunnen die munitie in stelling

brengen met het legitieme doel hiermee op enige

moment meer en betere opdrachten te verkrijgen. Het

interne draagvlak binnen de VIB is er, en we steken er

veel energie in om er ‘gefundenes Fressen’ voor alle

leden van te maken.”

“Het U-project gaat ons vak verrijken”, besluit Ies den

Daas.

40 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Ies den daas, projectleider VIB-utiliteit: “Isolatie moet meer zijn dan een vinkje op de checklist. Het mooie van het vak is ons

bedrijfsmodel, gebaseerd op een flinke rol in energiebesparing en CO2-reductie.”

Page 41: Isolatiemagazine 67 okt 2015
Page 42: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE CRYOGEEN

De gecacheerde glaswoldeken Cryolene van Saint-

Gobain Isover is een synthese van isolatietechnische

karakteristieken en praktische toepasbaarheid. Het

product is ontwikkeld voor isolatie van opslagtanks en

drukvaten voor onder meer LNG en vloeibare zuurstof

en stikstof. De opslag stelt zware eisen aan de tank-

constructie en natuurlijk ook aan het isolatiesysteem.

Met een referentie-lambdawaarde van 0,038 W/m.K

10°C volgens EN 12667 haalt Cryolene bij gebruikelijke

servicetemperaturen voor LNG-opslag een isolatie-

waarde van ongeveer 0,020 W/m.K.

VeerkrachtigBij systemen voor tankisolatie gelden eisen aan het

dynamische gedrag. Dat is bij koude-installaties niet

anders. De tankinhoud neemt toe en af in functie van

vloeistofniveau- en temperatuur: het uitbuiken.

Cryolene is daarom blijvend uiterst flexibel en veer-

krachtig over het gehele toepassingstraject van -170 °C

tot +120 °C.: het volgt soepel de dynamiek van de tan-

kwand of andere installatiedelen. Het behoudt – onaf-

hankelijk van temperatuurschommelingen of zelfs ther-

moschokken zowel de isolatietechnische als mechani-

sche waarden. Cryolene is beschikbaar in drie varianten.

Voor zwevende dekken wordt kwaliteit 681 toegepast,

voor wanden is type 682 ontworpen, terwijl voor de kri-

tische pijpverbindingen het type 684 de beste keuze is.

Cachering met glasvezelversterkt aluminiumfolie of glas-

vlies verleent Cryolene een hoge treksterkte.

Extra langVanuit de toepassing gezien vertegenwoordig

Cryolene de koude kant van de TECH Crimped Roll-

Voor cryogene isolatie van met name opslagtanks en druk-

vaten levert Saint-Gobain Isover de speciale glaswoldekens

Cryolene. Rond 1980 werden al de eerste LNG-tanks geïol-

seerd met dit systeem. In de naam zijn de begrippen

‘Cryogeen’ en ‘Laine’ samengesmeed, in de praktijk is de

glaswoldeken ook nog verrijkt met een cachering van glas-

vlies of vezelversterkt aluminiumfolie. Servicetemperatuur:

-170 tot +120 °C.

42 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Blijvend elastisch tot -170 °C

Cryogene tankisolatiemet Cryolene

Aanlanding van LNG in Montoir. Bretagne. De opslagtanks op de terminal zijn geïsoleerd met Cryolene.

(Foto: Engie, Yann Werdefroy)

Page 43: Isolatiemagazine 67 okt 2015

familie, met gemakkelijke verwerkbaarheid – 1200 mm

breed – als prettige eigenschap. Isover heeft gebruik

gemaakt van het gegeven dat tankisolatie per definitie

op projectbasis wordt gedimensioneerd en geëngi-

neerd. Dit is vertaald in ‘rollengte op aanvraag’:

Cryolene glaswoldekens kunnen op aanvraag op grote

tot zelfs zeer grote lengte worden geleverd. Dit levert

montagegemak en het voorkomt koudebruggen.

MontageOp tankwanden wordt Cryolene straksluitend aange-

bracht, met per laag verspringende naden. Bij de dek-

isolatie wordt de laatste sectie uiteraard pas aange-

bracht na voltooiing van de perliet-isolatie tussen

binnen- en buitenwand. De toplaag is voorzien van

glasvezelversterkt gelamineerd aluminiumfolie. Deze

bekleding van de minerale wol dient als damp- en

thermisch reflectiescherm. Steunconstructies binnen

het isolatiemateriaal moeten worden afgetaped.

ToepassingenCryolene wordt sinds begin jaren ’80 toegepast. Een

van de eerst terminals was de Bretonse LNG-terminal

in Montoir, een plant van Engie-dochter Elengy.

Daarna zijn in alle werelddelen vergelijkbare installa-

ties gevolgd, zoals de Rotterdamse Gate-terminal (2009

en 2010, met Cryolene 681), Xinjian Guanghui in China

(2009, met Cryolene 682) voorafgegaan door –dichter

bij huis – Zeebrugge (2007, 681).

A D V E R T E N T I E

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 43

Schematische opbouw van cryogene tankisolatie met Cryolene

glaswoldekens.

Page 44: Isolatiemagazine 67 okt 2015

ISOLATIE CRYOGEEN

Na de opstart van een koudesysteem is het werk van

de isolatiespecialist afgerond. Letterlijk, want vanaf

dat moment zijn correcties zo goed als onmogelijk en

op zijn minst duur en ingrijpend. Een niet goed afge-

kitte naad manifesteert zich onmiddellijk in gevaar-

lijke ijsvorming. “Zorgvuldige uitvoering en inzet van

de juiste, beproefde producten is geboden. Dat vraagt

meer dan levering alleen, en we ondersteunen onze

partners dan ook in advies, engineering en on-site ver-

werking van producten en systemen”, zegt Temati. Op

het hoofdkantoor in Beverwijk praten we dan ook

met drie ‘schakels’ achter deze dienstverlening: isola-

tie- en cui-engineer Johan Sentjens, bedrijfsleider

Arjan Jongkind en technisch productmanager Harold

Snoeren.

EU-GHSIn cryogene isolatiesystemen zijn coatings, lijmen, kit-

ten en dampdichte folies functioneel essentieel voor

duurzaam dampdichte en gecompartimenteerde mon-

tage en afwerking van het object. Voor deze produc-

ten is na een overgangstermijn van zes jaar per 1 juni

2015 in de gehele Europese Unie wetgeving EU-GHS

van kracht. Dit is de Europese versie van het Globally

Harmonised System of Classification and Labelling of

Chemicals van de Verenigde Naties. GHS geeft nieuwe

regels voor etikettering en indeling van chemische

stoffen en mengsels daarvan. GHS richt zich op werk-

zaamheden met deze stoffen, de ADR-regelgeving

omvat onder meer de eisen aan vervoer en opslag. De

nieuwe etikettering volgens de klassen GHS01 t/m 09

is direct herkenbaar aan de ruitvorm met rode rand,

aansluitend bij algemeen bekende gevaarsignalen. Het

Kwaliteitsborging in cryogene isolatiesystemen. Dit staat

centraal in Temati’s dienstverlening in de complexe projec-

ten. Ketenpartners rekenen van de pre-engineering tot en

met on-site realisatie en inspectie op de expertise. Dankzij

de internationale aanwezigheid schakelt Temati soepel in

complexe projectorganisaties. Doel is primair een foutloze,

veilige en veilig gemonteerde installatie, direct gevolgd

door leveringszekerheid.

44 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Temati schakelt soepel in complexe cryogeenprojecten

”Concessieloze kwaliteit en veiligheid borgen in productspecificaties en engineering”

Arjan Jongkind, Harold Snoeren en Johan Sentjens bespreken een installatiedetail. Op tafel de Protectem Flangebelt, aange-

past voor cryogene isolatiesystemen.

Page 45: Isolatiemagazine 67 okt 2015

zwarte gevaarsymbool op witte achtergrond beoogt

duidelijker te zijn ten opzichte van de oude WMS-

gevaaretiketten. GHS-labelling is sinds 1 juni 2015 vol-

ledig verplicht, de WMS-labelling is per 1 juni 2017 niet

meer toegestaan.

Arjan Jongkind: “GHS stelt nieuwe eisen aan veilige

verwerking van grondstoffen. Met de implementatie is

het VN-initiatief uit de jaren negentig omgezet in

wereldwijd geldende veiligheidsvoorschriften. Iedereen

die chemische stoffen produceert, levert, vervoert, ver-

werkt of opslaat is aansprakelijk voor de veiligheidsas-

pecten. Temati heeft dit als producent, leverancier en

importeur vroegtijdig opgepakt. Dat betekent, deels

vergelijkbaar met de eerder ingevoerde Europese

Reach-voorschriften – dat wij als importeur de correcte

informatie van bijvoorbeeld het Foster-programma

documenteren, administreren en in de keten doorge-

ven. Wij kennen de receptuur, kunnen gebruikers

instrueren en waarborgen dat het toegelaten produc-

ten en systemen betreft, waarmee het isolatiebedrijf

veilig werkt en voldoet aan alle voorschriften. Het

betekent tegelijkertijd dat een contractor of adviseur

geen willekeurige producten kan inzetten. Het isolatie-

bedrijf moet zich vergewissen van de juiste producten

en hun verwerking en heeft ook de plicht zijn

opdrachtgever actief voor te lichten.”

Actieve informatieTemati is organisatorisch en administratief al geruime

tijd ingericht op de letter en de geest van het actuele

EU-GHS en de internationale versie VN-GHS. Dat geldt

ook in praktische zin: in de analyse en verwerking van

specificaties integreert engineer Johan Sentjens de

consequenties én de praktische betekenis van de voor-

schriften, terwijl bedrijfsleider Arjan Jongkind en pro-

ductmanager Harold Snoeren isolatiebedrijven en hun

veiligheidsorganisaties informeren.

Harold Snoeren: “Veilig werken en een verantwoorde

omgang met materialen speelt overal in onze interna-

tionale organisatie een rol. We zien dat ook bij onze

klanten, die deze informatie vragen en zich actief ver-

gewissen van de juiste informatie. Een schakel verder

signaleren we dit opnieuw: installatie-eigenaren en

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 45

Bekende verschijning in het cryogene isolatielandschap.

FlangebeltTemati’s Protectem Flangebelt is een vaak gekozen

oplossing als effectieve verkorter van de doorlooptijd.

In een klassieke situatie blijven flensaansluitingen

ongeïsoleerd totdat alle flensverbindingen van de

installatie op dichtheid zijn getest. De Protectem

Flangebelt is speciaal aangepast, zodat in cryogene

installaties het volledige isolatiesysteem kan worden

voltooid. Dankzij de aanwezige ‘sniffer tube’ is een

eventueel flensdefect na isolatie nog steeds te detecte-

ren. Na de lekdichtheidstest kan men de sniffer tube

eenvoudig wegnemen en de geringe opening effectief

afsluiten. Met High Density Handi Foam om precies te

zijn.

Page 46: Isolatiemagazine 67 okt 2015

beheerders kijken met verscherpte aandacht naar vei-

ligheid en veiligheidsvoorschriften. We kennen geval-

len waarin de opdrachtgever om deze redenen de

planning – hoe zwaarwegend ook – laat afhangen van

correcte naleving van alle voorschriften.”

“Dat geldt ook in het inkooptraject”, ervaart Johan

Sentjens. “Cryogene projecten zijn meestal omvangrijk

en complex, terwijl de installatie en dus ook enginee-

ring en aanleg veel veiligheidsissues kennen.

Toonaangevende opdrachtgevers sluiten toekomstige

problemen uit en willen geen willekeurige producten

en systemen inzetten. Ook niet als elders in de wereld

ogenschijnlijk economisch aantrekkelijke alternatieven

opduiken. Als het gaat om bijvoorbeeld het dampdich-

te schild, dampdichte lijmen, kitten en seals, geeft het

Foster-programma de engineer en de verwerker zeker-

heid: functionele kwaliteit, handelen conform ‘best

practices’, met bewezen systemen. Nieuwe alternatie-

ven en innovaties worden afgerekend op kwaliteits-

borging in cryogene installaties, waaraan men in de

praktijk niet wenst te tornen. Daarom zien we bijvoor-

beeld de Foster 90-66 cryogene dampbarrière en 82-77

cryogene lijm steeds terug. Net als Tembutil-IF alu-

butyl folie, als alternatief voor de primaire vapor bar-

rier, waar vaak Foster 60-90/91 staat gespecificeerd. Je

kunt dat zien als praktische uitvoeringen van de richt-

lijnen die het Cini-Handboek – het bekende hoofdstuk

10 - op dit vlak generiek formuleert.”

Van Feed- tot detailengineeringVeiligheid gaat ook in cryogene isolatie boven alles,

maar dat neemt niet weg dat doorlooptijd in de hele

keten een veelbesproken item is. Omdat Temati eigen

vestigingen heeft, zowel in Europese landen als in het

Verre- en Midden-Oosten, kan het bedrijf snel schake-

len met de internationale partners in breed samenge-

stelde teams. Om alle specifieke kennis in het project

te ‘injecteren’ zitten Temati-experts vaak in het FEED-

stadium (front end engineering design) aan tafel. In

deze globale pre-project planning brengt het bedrijf

zaken als dampdichte compartimentering en afwer-

king aan de orde. “In de latere detailengineering via

het EPC-contract komt het er op aan vanuit ons brede

productenscala de optimale product/applicatie-selectie

te bepalen”, licht Johan Sentjens toe. “De vapor stops

met Foster 90-66 bijvoorbeeld, voor de compartimen-

tering. We stellen vast waar men deze toepast, welke

verlijming past bij de mediumtemperaturen en we

inventariseren welke combinaties van isolatiemateria-

len in het systeem worden gebruikt. Ieder materiaal

stelt weer andere eisen aan lijmen en sealants. In een

cryogeen systeem, altijd meerlaags geïsoleerd, heb je

al gauw met een tiental isolatieproducten en –compo-

nenten te maken en hun onderlinge verlijming. In

deze engineeringfase elimineren we samen met part-

ners de fouten uit soms verouderde bestekteksten. Zo

kregen we recentelijk nog een aanvraag met een stan-

daardfolie in de specificaties, die totaal niet geschikt

was als dampdichte afwerking. Temati heeft sinds de

start in 1962 ingezet op kennis en kennisoverbrenging.

Die functie is alleen maar belangrijker geworden,

omdat specifieke expertise niet overal vanzelfsprekend

meer kan zijn. In de keten waardeert men daarom dat

we kennis op het gebied van productselectie, correcte

applicatie en achtergronden op elk platform kunnen

overbrengen, als verbindende schakel tussen engi-

neer/adviseur, isolatiespecialist en opdrachtgever of

installatiebeheerder.”

46 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

Doorsnee van een cryogeen isolatiesysteem met twee lagen hardschuim. De segmenten zijn geseald en gefixeerd met filamentta-

pe en dampdicht afgewerkt met bijvoorbeeld twee lagen Foster 60-90/91 mastiek, versterkt met tralieweefsel.

Opbouw van een meerlaags cryogeen systeem met pir. In een

dergelijke isolatieopbouw kunnen gemakkelijk een tiental

verschillende componenten samenkomen, waarop lijmen en

sealants afgestemd moeten zijn.

Page 47: Isolatiemagazine 67 okt 2015

������������������� ��������������������������

������������ ����!�"����������������#���$����!�!�

���������)�*���+������������,��-��+���

Iso lat ie a l s tweede natuur

VAN DER LINDEN & VELDHUIS

VCA is basisbagage

Print Rendement

Henk van der Bend

Tituslaan 13

6642 AP Beuningen

The Netherlands

t. 024 6776930

m. 06 43 573 405

[email protected]

www.printrendement.nl

Print Rendement

Specialist in GrafiMedia

Producties

Voor al uw drukwerk,

online communicatie en

relatie magazines

UW PARTNER

IN ELEKTROWARMTE

Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden

Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel

Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851

[email protected]

www.huikeshoven.nl

www.elektrowarmte.nl

> Tracingsystemen en verwarmingskabels

> Verwarmingsjackets en siliconenmantels

> Doorstroomheaters en verwarmings elementen

> Vatverwarming en containerverwarming

> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming

> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering

.COM YRY

Isolatie Magazine

in de bus

Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-

kolom voor technische isolatie en is het offi cieel

orgaan van de Nederlandse Vereniging voor

Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.

Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,

projectreportages, feiten en visies. De branche-

instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische

normen en standaarden) en NCTI (branchetech-

nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine

de branche over de nieuwste ontwikkelingen.

U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via

www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’

en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.

Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-

kolom voor technische isolatie en is het offi cieel

orgaan van de Nederlandse Vereniging voor

Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.

Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,

projectreportages, feiten en visies. De branche-

instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische

normen en standaarden) en NCTI (branchetech-

nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine

de branche over de nieuwste ontwikkelingen.

U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via

www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’

en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.

�����������������������������

������������������������� ������������­�

��� �������� ��

de natuur

● INDUSTRIËLE ISOLATIE

● CONSTRUCTIEWERK

● ASBESTVERWIJDERING

ELDHUIS

������������������������������������ � �����������������������������������

������������������������������������������������������������������ ������������­�

�������������������������������������������� ��� �������� ��

VAN DER LINDEN & VELDHUIS

� INDUSTRIËLE ISOLATIE

� CONSTRUCTIEWERK

� ASBESTVERWIJDERING

Isolatie als tweede natuur

Page 48: Isolatiemagazine 67 okt 2015

Handboek-revisie 2016 reeds beschikbaar

CINI-secretaris Paul de Koning noemt de actuele versie

onmisbaar: “Revisie 2016 is een ‘must-have’ voor ieder-

een die, in welke functie dan ook, betrokken is bij

thermische isolatie in de industrie en bij bestrijding van

corrosie onder isolatie (CUI). Het nieuwste zakboek

2016 – de vierde herziene editie - is nu al verkrijgbaar.”

Momenteel werkt CINI-werkgroep ‘Warme Isolatie’ aan

revisie van de tekeningen in Tab 4 (warme isolatie).

Deze vernieuwing staat centraal in revisie 2017.

Verfsystemen en corrosie

In het CINI-Handboek is Tab 7 van CINI 7.1.00 tot en

met CINI 7.8.01 herzien. Dit beschrijft het toe te passen

verfsysteem en de noodzakelijke voorbehandeling van

leidingen en systemen, uitgaande van het tempera-

tuurbereik. Dit betreft zowel nieuwbouw als onder-

houd. Daarnaast besteedt CINI-Handboek revisie 2016

aandacht aan voorkoming van corrosie onder isolatie

en de relatie met wisselende procestemperaturen. De

nadruk ligt op voorbehandeling, conservering van lei-

dingen en systemen en het juiste isolatiesysteem.

CINI 1.2.04 is herzien en aangevuld met schetsen die de

meest waarschijnlijke corrosieplaatsen aangeven.

Afbeelding 1 maakt enkele kwetsbare plekken zicht-

baar.

De revisiecommissie bestaat uit Frans Popma (technisch

coördinator CINI), Hans Naborn (voorzitter), Hans

Huissoon en Koos Turk (beiden Shell Global Solutions

International), Wim Strookappe (Hertel Services) en

Ben Becker (AkzoNobel).

Op 10 juli 2015 kwam de revisiecommissie van het CINI

Handboek bijeen. Zodra de CINI-werkgroepen hun werk

hebben afgerond, bespreekt de revisiecommissie de verbe-

tervoorstellen. Dit is de laatste halte voor publicatie. Na

instemming met de nieuwe inhoud, volgt de elektronische

verwerking. Het CINI-Handboek is op een elektronisch

platform beschikbaar, zodat abonnees de informatie ook

digitaal kunnen raadplegen via internet of DVD. In revisie

2016 zijn de vernieuwde bladen herkenbaar aan de notatie

2016 01 01 in de rechterbovenhoek.

48 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015

nieuws en informatie

Nieuwe look CINI-Handboek

Gebruikt u het CINI-Handboek in een vierrings

ordner en is de omslag aan vervanging toe? Fris

uw ordner dan nu op met de nieuwe omslag.

Deze kwam onlangs van de drukpers. Alle

Nederlandse abonnees met een ordnerhandboek

ontvangen de nieuwe omslag automatisch bij

revisie 2017. Wilt u hier niet op wachten? U bent

van harte welkom op

de nieuwe kantoorlo-

catie van CINI op

Hofweg 1 in

Spijkenisse. Marga van

der Aart (secretariaat

CINI) en Paul de

Koning (secretaris CINI)

maken graag kennis

met u en u kunt direct

een nieuwe omslag

meenemen.

Cursusdata

Op de website van NCTI zijn altijd de nieuwste

cursusdata te vinden. De cursussen zijn zowel in

het Nederlands als in het Engels beschikbaar.

NCTI biedt de cursus - desgewenst op maat - ook

bij u in het bedrijf aan.

Meer weten?

Stuur een informatieverzoek of bel met NCTI op

(+31) (0)181 69 80 30.

De volgende cursus vindt plaats op op

24 en 25 november 2015 in Spijkenisse.

Dit betreft de tweedaagse Nederlandstalig

CINI-cursus.

Page 49: Isolatiemagazine 67 okt 2015

OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 49

OnafhankelijkerekentoolCinicalc

Cinicalc is een onafhankelijk rekenprogramma, zonder

voorkeur voor isolatiemateriaal van bepaalde merken

of fabrikanten. De gebruiker kan isolatiematerialen

selecteren uit de CINI-specificaties (2015) of specifica-

ties van het eigen bedrijf; de warmtegeleiding van

deze materialen dient te zijn getest volgens EN 12667.

Het programma beschikt over een database met de

meest gangbare isolatiematerialen. Andere materialen

met bijbehorende eigenschappen kunnen worden toe-

gevoegd. Naar keuze kan de ISO- of VDI-benadering

worden gevolgd.

Stabiel en betrouwbaar

Het Cinicalc rekenprogramma is sinds 2008 op de markt

en getest door toonaangevende industriële bedrijven,

zoals Total Refinery France en grote aannemers zoals

Prezioso en Elit. Ingenieursbureaus en distributeurs

maken al lange tijd met succes gebruik van dit reken-

gereedschap. Ieder jaar wordt de rekentool verbeterd

en uitgebreid. De wensen van gebruikers zijn doorslag-

gevend voor de jaarlijkse aanpassingen. Dat resulteert

in de sterke punten van Cinicalc: de software is stabiel

en up-to-date en berekeningen zijn betrouwbaar. Het

programma leidt u door de invoerregels met verklaren-

de teksten; een digitaal help-bestand wordt meegele-

verd.

Vragen kunnen via e-mail gesteld worden en abonnees

krijgen binnen een dag antwoord.

Meer weten? www.cini.eu.

Kenniscentrum NCTI heeft zeven CINI-isolatie-inspec-

teurs opgeleid. Vrijdag 9 oktober 2015 heeft NCTI zijn

tweede internationale CINI-inspecteurscursus gehou-

den.

Zeven deelnemers hebben aangetoond over de kennis

en vaardigheden van een gecertificeerd CINI isolatie-

inspecteur te beschikken.

De geslaagden zijn, v.l.n.r. Neil Tilford (Kaefer

Integrated Services), Scott Harvey (AGC Ausgroup),

Johan Morsink (Bilfinger Industrial Services), Jos Nijhof

(Zeton B.V.), Appie Weijs (A.W.I. Isolatiebedrijf),

Angelos Stratis (Stratofit General Construction) en

Simon Rix (AGC Ausgroup).

Cinicalc is het onafhankelijke rekenprogramma dat econo-

mische isolatiedikte, energieverlies van niet geïsoleerde

systemen, energieverlies van geïsoleerde systemen en tem-

peratuurverloop in systemen met stromend of stilstaand

medium berekent. Bij berekening van het energieverlies

calculeert het programma ook de CO2-emissie. De bereke-

ning van de economische isolatiedikte houdt rekening met

de kosten voor isolatiematerialen en montage, onderhoud

en energieverlies door het isolatiesysteem. Deze projectaf-

hankelijke kosten voert de gebruiker zelf in, rekening hou-

dend met de lokale omstandigheden.

CINI-secretaris Paul de Koning bij de introductie van het

nieuwe Cinicalc. Dit rekenprogramma voor industriële

isolatie is gebaseerd op het Franse CaloXpert. CINI is bui-

ten Frankrijk internationaal licentiehouder.

Cincicalc is in september op het CINI-kantoor in

Spijkenisse gepresenteerd aan een gezelschap isolaties-

pecialisten.

Cini-inspecteurs geslaagd

Page 50: Isolatiemagazine 67 okt 2015

VCA is basisbagage

Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest

toonaangevende producent, leverancier en distributeur

van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-

materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep

met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,

Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en

distributie van thermische, brandwerende en akoestische

isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van

SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen

worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische

installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,

de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,

scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.

Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept

VCA is basisbagage

Page 51: Isolatiemagazine 67 okt 2015
Page 52: Isolatiemagazine 67 okt 2015

www.rockwool-rti.com

Kritieke situaties vragen om super bescherming

ProRox GRP 1000De waterdichte isolatiebescherming

Een sterke partner nodig om uw isolatie te beschermen? Vertrouw op de

ROCKWOOL Technical Insulation experts! Het innovatieve ProRox GRP 1000

isolatiesysteem beschermt technische installaties optimaal in de meest kritieke

situaties. Het systeem is supersterk en waterdicht. Het is chemisch resistent,

makkelijk te reinigen en zéér duurzaam. Ontdek deze krachtige oplossing op

rockwool-rti.nl of bel 0475 35 36 18 en we komen meteen in actie!

EXPERT

SOLUTION