Isolatiemagazine 67 okt 2015
-
Upload
alinea-stokvisch -
Category
Documents
-
view
240 -
download
1
description
Transcript of Isolatiemagazine 67 okt 2015
Cryogene isolatie voor supergeleiding spoelen Wendelstein7-X stellarator
Teun Bokhoven, Duurzame Energie Koepel: “Allianties vergroten duurzame koek”
Industriële isolatie kan Energieakkoord met 31 petajoule te hulp schieten
MagazineMagazineVAKBLAD VOOR DE NEDERLANDSE ISOLATIESECTOR
OFFICIEEL ORGAAN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN ONDERNEMERS IN HET THERMISCH ISOLATIEBEDRIJF (VIB), DE STICHTINGEN CINI, NCTI EN OOI - JAARGANG 17 - OKTOBER 2015
ISOLATIE67
w w w . g o e b e l - s c h r o e v e n . e u
Tel.: 013 - 57 20 229
Fax: 013 - 57 20 239
Tel.: 03 - 80 80 764
Fax: 03 - 80 82 753
BENELUX Verkoop - Goebel BV
A r e s s t r a a t 1 3 - 0 2 / 0 4
N L - 5 0 4 8 C D T i l b u r gi n f o @ g o e b e l - s c h r o e v e n . e u
Weet u het al?
I S O L A T I E
T O E B E H O R E N
COMMENTAAR INHOUD
Toch maar de stok?
Toch maar de stok van de handhaving? Die gedachte bekruipt me bij het lezen van hetkleine onderzoek van Energiecentrum Nederland ECN naar de beleving en aanpak vanindustriële energiebesparing. Aan de Nationale Energieverkenning 2015 heeft ECN insamenwerking met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland RVO dit verdiependeonderzoek naar industrieel energiebesparingsbeleid uitgevoerd. Pogen uit te voeren, wantondanks de zorgvuldige formulering draagt het rapport in zijn algemeenheid een water-merk van teleurstelling. Omdat slechts zeven van de vierentwintig gevraagde bedrijvenhun medewerking hebben verleend. Dat is nu niet echt een enthousiaste inzet. En het valtop dat juist de energie-intensieve chemie en petrochemie helemaal verstek hebben latengaan. Bij de positieve selectie van de zeven wel-deelnemende en wel geïnteresseerdeindustrieën geeft de conclusie te denken: overheidsbeleid en zelfs klantwensen leggengeen gewicht in de schaal. Er moet minimaal – zo rapporteert ECN - een direct financieelbelang zijn. Dat schiet niet echt op dus. Met die conclusie deel ik de ervaringen vanmenig isolatiespecialist in de industrie. Het is zelfs nog de vraag hoe groot dat financiëlebelang dan wel niet moet zijn: zelfs de 175 tot 225 miljoen euro per jaar van 31 petajoulelaag- en middelhooghangend isolatiefruit blijft hangen. Met hoeveel wol, schuim, elastomeer en geld moet de isolatie-ondernemer dan aan de poort verschijnen?Minister Kamp overweegt aanvullende subsidies om industriële energiebesparing aantrek-kelijker te maken. Nóg aantrekkelijk zou ik zeggen. Technische isolatie kent terugverdien-tijden op een fractie van de vijf jaar-norm en ligt zelf royaal binnen de gebruikelijk kadersvan de industrie. De isolatiesector staat enthousiast achter de financiële aai over de bol,maar adviseert Kamp ook om alvast de stok van de handhaving te bestellen.Grote verdienste: de ECN-onderzoekers en hun RVO-relatie-managers hebben met een noodgedwongen beperkt rapport deharde werkelijkheid treffend toegevoegd aan de al alarmerendeEnergieverkenning.
Hans Koole
Voorzitter VIB
”Sluit ongebruikelijkeallianties”
”In energiebesparing kunnen allerlei
technologieën concurreren met iso-
latie. Zoek wat je bindt en adresseer
gezamenlijk het onderwerp ‘ener-
giebesparing’ in de industrie. Voer de druk op, dat vergroot de
koek voor ‘duurzame gigajoules’. Sluit ongebruikelijke allian-
ties met partijen als de milieubeweging die ook hameren op
industriële energiebesparing.” Dit adviseert een voorzichtig
optimistische Teun Bokhoven, voorzitter Duurzame Energie
Koepel en mede-architect van het Energieakkoord.
kernfusiereactor Wendelstein 7-X
De zon geeft het voorbeeld:onuitputtelijke energie zonderrisico's en schadelijke bijproduc-ten. Kernfusie-installatieWendelstein 7-X brengt hetwetenschappelijk onderzoek ietsdichter bij de atoomkernfusie.Voor de isolatie van de druk-compensatieleiding maakte hetMax-Planck-Institut für Plasmaphysik in Greifswald gebruik vanhet innovatieve cryogene systeem van Armacell.
Hertel fileert economische isolatiedikte
Economische isolatiedikte: een miskend onderwerp.
Industriële energiemiljoenen dan maar laten weglekken is voor
Hertel-specialisten geen optie. Zij steken hun nek uit, ontrafelen
de materie, introduceren een universele en innovatieve band-
breedte als fundament voor eco-
nomische isolatiedikte. Om groen
te denken, en goed voor € 12,50
per leidingmeter per jaar bespa-
ring op de total costs of owners-
hip (TCO).
7
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 3
Verder in dit nummer:
Isolatie Journaal 5
NCTI: Cryogene isolatie en het belang van zorgvuldige inspectie 10
Isolatie op locatie: MijnWater-project met Limburgs karakter 16
SIG: Trend naar prefab technische isolatie 18
Eindtermen opleidingsprogramma OOI 22
Megaproject zet Hanko in kickdown-modus 28
Foamglas-karakteristiek past als een cryogene jas 31
VIB-project ontsluit toegevoegde waarde utiliteitsisolatie 38
Cryolene in cryogene isolatie LNG-opslag 42
Temati: kwaliteit en veiligheid borgen in engineering 44
CINI: Handboek-revisie 2016 reeds beschikbaar, in modern jasje 48
Bij de voorpagina: Cryogene isolatie op het grensvlak van zonnehitte en absolute nul-punt. In Greifswald voltooit het Max-Planck-Institut für Plasmaphysikde experimentele kernfusiereactor Wendelstein 7-X. Armacells cryo-gene systeem is dankzij de blauwe kleur goed herkenbaar in dezetoptechnologische omgeving. (foto:Max-Planck-Institut für PlasmaphysikIPP te Garching/München).
ISOLATIE Magazine is het vakblad voor de isolatiesector
en tevens het officieel orgaan van de Nederlandse
Vereniging van Ondernemers in het Thermisch
Isolatiebedrijf (VIB), de Stichting Opleidings- en
Ontwikkelingsfonds voor het Isolatiebedrijf (OOI),
Nederlands Centrum voor Technische Isolatie (NCTI) en de
Stichting Commissie Isolatie Nederlandse Industrie (CINI).
ISOLATIE Magazine verschijnt vier maal per jaar. Leden en
Buitengewone Leden van de VIB ontvangen ISOLATIE
Magazine uit hoofde van hun functie. Het magazine
wordt tevens kosteloos toegezonden aan professionals in
de branchekolom, waaronder isolatie-ondernemers,
opdrachtgevers, raadgevende ingenieurs, overheden en
beleidsmakers, onderhoudsmanagers en installateurs. U
kunt het abonnement aanvragen of beëindigen via
Uitgave:PrintrendementTituslaan 13, 6642 AP BeuningenT (024) 677 69 30E [email protected]
Redactie:Ewald LohmannAlinea-StokvischWingerdstraat 63, 6641 BM BeuningenT (024) 675 18 93E [email protected]
Redactieraad:Jan Zanen (VIB) Paul de Koning (NCTI en CINI)Remco Hiemstra (Armacell International)Frank Geukemeijer (Rockwool Technical Insulation BV)Hans Koole (VIB)George Kruithof (OOI)Arie Bouma (Henisol)
Advertentieverkoop:Henk van der BendAdvertentietarieven op aanvraagT (024) 677 69 30E [email protected]
Uitgever: Yvonne van der Bend
Voor meer informatie over de VIB: Jan Zanen, Algemeen Secretaris VIBPostbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]
Voor meer informatie over de Stichting OOI: Postbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]
Voor meer informatie over de Stichting CINI en NCTI: Paul de Koning, Manager NCTI T (0181) 69 80 30
Fotografie:PhotolAlinea-StokvischKees de Vries
Vormgeving:PINTA grafische producties, Benschop
Druk: Printrendement
© 2015, Printrendement
12
34
www.foamglas.com/industry
[email protected]+31 (6) 225 406 23
FOAMGLAS® IsolatieNieuw TEROSTAT systeem
Het enige cellulair glas - coating
systeem dat echt brandveilig is
Hertel Nederland staat voor excellente industriële
dienstverlening. We zijn actief in de markten Oil &
Gas, Power, Process, en Offshore. Daarin
leveren we een totaalpakket aan geïntegreerde
onderhoudsactiviteiten waaronder Steigerbouw,
Access Solutions, Isolatie, Plant Integrity, Tracing,
Schilderen, Conserveringswerken en
Spuittechnieken.
Bij Hertel kennen we de markt en weten we daarom
met welke uitdagingen onze klanten te maken krijgen.
Dankzij onze 117 jaar ervaring zijn we specialist op
het gebied van project- en contractmanagement
en beschikken we over een enorme expertise. Dit
resulteert in duurzame en kwalitatieve oplossingen.
Tijdens de uitvoering werken we altijd volgens een
multidisciplinaire benadering die uitgaat van een
maintenance planning. Hierdoor hebben klanten
altijd een vast aanspreekpunt en weten zij vooraf
welke oplossingen en resultaten geboekt
zullen worden.
Hertel heeft gezondheid, veiligheid en milieu (HSE)
hoog in het vaandel staan. Daarom is ons beleid
erop gericht om altijd en overal op een veilige en
verantwoorde manier te werken.
Hertel
Welplaatkade 9
Postbus 5190
3197 KR Botlek-Rotterdam
T: +31 10 298 8222
F: +31 10 295 8241
VCA is basisbagage
ISOLATIE JOURNAAL
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 5
”In 2016 bestaat de VIB 85 jaar. Dan is de omslag naar een
grensverleggend brancheorganisatie gemarkeerd”, besloot
VIB-voorzitter Hans Koole zijn inleiding tot de ledenvergade-
ring op 11 september 2015 in Nieuwegein. De grensverlegging
tekent zich af in initiatieven tot kennisborging, vraaggerichte
opleidingsaanpak, utiliteitsgerichte regiobijeenkomsten en
ontwikkeling van een norm voor isolatiewerk. Het Urgenda-
vonnis noemt Koole positief: “De CO2-reductie lukt alleen als
ook de korte termijn wordt meegenomen, met onder meer
verbeterde isolatie.”
Een positief gevoel. Daarmee vatte VIB-voorzitter Hans Koole op
de ledenvergadering van 11 september 2015 in Nieuwegein de
stemming in de branche samen. Het gevoel wordt gevoed door
feiten: de bedrijvigheid neemt toe, bedrijfsovernames zijn weer
volop aan de gang en CBS registreert meer milieusparende
investeringen. Maar “een tandje erbij, een extra impuls, kan de
isolatiebranche wel gebruiken”, aldus de voorzitter. Positief is
het Urgenda-vonnis van de Haagse rechtbank, dat de staat ver-
plicht werk te maken van de CO2-reductie conform de 2020-doel-
stellingen. “Dat lukt alleen door ook te kijken naar de winst die
op korte termijn kan worden geboekt, onder andere door beter
te isoleren.”
GrensverleggendHans Koole gaf de leden een vooruitblik op 2016, waarin de
branchevereniging 85 jaar bestaat. Het moet de omslag mar-
keren voor een grensverleggende organisatie, die met actieve
samenwerking van de leden de VIB de expliciete meerwaarde
versterkt. Leidend is de VIB-missie die onder meer het onder-
nemersklimaat bevordert, goed isolatiewerk voor de samenle-
ving zichtbaar maakt en samenwerking tussen leden onderling
en tussen isolatiebedrijven en opdrachtgevers stimuleert. Op
basis van deze missie zijn concrete initiatieven in gang gezet:
• Normontwikkeling op middellange termijn voor goed isolatie-
werk, gekoppeld aan bijvoorbeeld NEN, ISO of Bouwbesluit.
• Start van het project ‘Toegevoegde waarde van isolatie in de
utiliteit’ (zie ook pag. 38 e.v.).
• Samen met de branche-instituten CINI, NCTI en OOI krachtiger
inspelen op ontwikkelingen, onder meer door vraaggerichte
opleidingen met inzet van moderne middelen en media (zie
ook pag. 22 e.v.).
• Versterking van de netwerkfunctie voor de vereniging als
geheel en voor de verschillende segmenten. Op korte termijn
wordt een begin gemaakt met regiobijeenkomsten voor de
utiliteitsbedrijven. Ook is het initiatief geopperd om speciaal
voor de jonge ondernemers activiteiten te ontwikkelen: zij
staan uiteraard niet alleen de toekomst van hun eigen bedrijf,
maar ook voor het VIB-perspectief.
Huis van de IsolatieOOI-directeur George Kruithof gaf de VIB-leden een inspirerende
blik in de dynamiek van de opleidingsorganisatie: de verhuizing
naar het ‘Huis van de Isolatie’ in het Intechnium te Woerden
biedt de sector unieke opleidings-, presentatie- en vergaderfaci-
liteiten, intensieve contacten met de leden vertalen zich in sterk
toenemende opleidingsdeelname, er komen nieuwe kort-cursori-
sche opleidingen ‘Werkvoorbereiding’, ‘IMI-allround’, ‘Opmeter’
en ‘Voorman’, en de bestaande opleidingen voor industrie en uti-
liteit worden fijngeslepen. Verder werkt OOI aan de ontwikke-
ling van efficiënte E-learning met inzet van de Craft-modules en
aan een innovatieproject dat technische ontwikkelingen inventa-
riseert en over het voetlicht brengt.
Energieakkoord“Het glas is half vol”, stelde Teun Bokhoven, voorzitter belangen-
vereniging Duurzame Energie Koepel te Utrecht en mede-archi-
tect van het Energieakkoord. De VIB had de kritisch-optimistische
duurzaamheids-voortrekker uitgenodigd om het Energieakkoord
op zijn isolatieverdiensten te beoordelen. Bokhoven (zie ook
pag. 7 e.v.) schakelde direct door naar het verband tussen ener-
giedoelstellingen, isolatie en ondernemen: “Energiebesparing is
direct verwant aan isolatie: de meest duurzame energievorm is
immers de niet gebruikte energie”. Hij benadrukte dat het
Energieakkoord inzet op duurzame groei, dat wil zeggen dat de
beoogde 1,5 procent besparing per jaar moet leiden tot 80.000
banen, waarvan minimaal 15.000 in de vorm van additionele
werkgelegenheid. Spreker stelde vast dat de uitvoering van het
Energieakkoord nog niet op schema ligt, maar toonde zich niet-
temin hoopvol: windenergie, sluiting van kolencentrales en toe-
nemende inzet van biomassa laten zien dat er beweging in zit.
Bovendien gaat het onderhandelteam onder leiding van oud-
milieuminister Ed Nijpels de 47 partijen achter het
Energieakkoord op hun verplichtingen aanspreken. “De energie-
huishouding gaat drastisch veranderen, op weg naar de energie-
neutrale doelen 2050, met verschuivingen naar wind, zon en
geothermiek”, beloofde Teun Bokhoven – zelf oud-isolatieonder-
nemer – de sector veel isolatiewerk. In industrie en agrosector
zijn de grote bedrijven aan zet om werk te maken van energie-
besparing.”
VIB-voorzitter Hans Koole op ledenvergadering:
”Urgenda-vonnis positief nieuws”
Intensieve aandacht voor VIB-plannen en de isolatie-effectenvan het Energieakkoord.
Ontdek het Isover TECH-assortiment
Het Isover TECH-assortiment bestaat uit glaswol, steenwol en ULTIMATE minerale wol. Door de specifieke voordelen van elk materiaal kunt u altijd kiezen voor de optimale isolatie-oplossing. De vernieuwde TechCalc 2.0 calculatietool maakt deze keuze nu nóg gemakkelijker. Binnen enkele stappen berekent u de meest energie-, ruimte- of kostenbesparende oplossing voor uw project. Overtuig uzelf van de voordelen en download een gratis testversie van 60 dagen. Met TechCalc 2.0 kunt u ook uw AC/CV- of scheepvaartprojecten berekenen.
Maak nu die efficiëntieslag!Neem contact op voor advies op maat.Saint-Gobain Isover
Telefoon: 0347 358 400, [email protected]
www.isover-technische-isolatie.nl
Maak industriële processen eff iciënter met Isover TECH isolatie-oplossingen
✔ Meer energiebesparing
✔ Lagere operationele kosten
✔ Vereenvoudigde installatie
✔ Extra ruimtebesparing
CH-assortitimentnt
TechCalc vernieuwd!
Ga voor een GRATIS 60-dagen-testversie van
TechCalc 2.0 naar isover-technische-isolatie.nl
ISOLATIE INTERVIEW
”Het Energieakkoord benoemt energiebesparing als integrale
afweging. Met een substantiële extra inzet op 100 petajoule
additioneel op eerdere afspraken. Een derde van dat geheel
moet in het domein ‘Industrie en Agro’ worden gerealiseerd. Al
wordt het begrip maar beperkt genoemd in het
Energieakkoord, het is duidelijk dat technische isolatie een
grote component energiebesparing in zich heeft”, reageert
Teun Bokhoven op de klacht uit verschillende branches – waar-
onder isolatie – dat hun specifieke technologie niet erg promi-
nent wordt genoemd. “Over duurzame energie zoals wind- en
zonne-energie zijn meer gedetailleerde afspraken gemaakt en
ook voor de woningbouw is energiebesparing redelijk inge-
vuld. De industriële energiebesparing ligt meer op het bord van
partijen als VNO/NCW die de energie-intensieve industrie ver-
tegenwoordigen. Maar”, voegt de voorzitter van de Duurzame
Energie Koepel daaraan toe: “isolatie is een concreet element
in de openbare lijsten van erkende, bewezen effectieve maatre-
gelen opgesteld: de ‘Maatregellijsten’ in te zien bij RVO.”
Kentering We spreken Teun Bokhoven op zijn kantoor in Utrecht over de
energiebesparingsagenda, de voortgang en de potentiële rol
van isolatie in de realisatie van doelen van het Energieakkoord.
”Realisme”, noemt hij zijn boventoon van optimisme en daad-
kracht, onmiskenbaar ongeduld en een vleug frustratie, waar-
mee hij zich sterk maakt voor duurzame energie. “In de jaren
negentig kon ik in Europa presentaties houden over de toon-
aangevende Nederlandse energiebesparende programma’s. De
Europese EBPD-richtlijn voor de energieprestatie van gebou-
wen is eigenlijk een kloon van de Nederlandse EPC-wetgeving.
Zeer frustrerend dat ons land vervolgens op alle lijstjes naar
beneden is gekukeld. Een aantal kabinetten sinds 2000 wenste
energiebesparing niet op de agenda. Nu komt het terug, er zijn
hoopvolle signalen. Het Energieakkoord maakt voor het eerst
sinds lange tijd langetermijn-afspraken. Niet alleen de over-
heid, maar nog 47 andere partijen. Ik zie een enorme kentering
in het overheidsdenken rond de gas-infrastructuur. In 2050 is
wellicht nog maar een kwart van onze gebouwen aangesloten
op aardgas. Zo’n beweging in de warmtevoorziening voor
”Gebruik het feit dat in energiebesparing veel mogelijk is. Er
zijn allerlei technologieën die kunnen concurreren met iso-
latie. Zoek wat je bindt en adresseer gezamenlijk het onder-
werp ‘energiebesparing’ in de industrie. Voer gezamenlijk
de druk op, dat vergroot de koek voor ‘duurzame gigajou-
les’. Sluit ongebruikelijke allianties met partijen zoals de
milieubeweging die ook hameren op het industriële ener-
giebesparingspotentieel.” Dit adviseert Teun Bokhoven,
voorzitter van de Duurzame Energie Koepel en mede-archi-
tect van het Energieakkoord.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 7
Teun Bokhoven, voorzitter Duurzame Energie Koepel:
”Hét momentum voor allianties die duurzame koek vergroten”
Teun Bokhoven:
“Niet bij idealisme alleen”
Teun Bokhoven (1955) studeerde Civiele Techniek (HTS
Utrecht) en Bedrijfskunde (Universiteit Seattle). Het ener-
giealarm van de Club van Rome (1972) markeerde zijn
toekomst in duurzaamheid. Vanuit de overtuiging dat dit
niet op idealisme alleen groeit maar verankerd moet zijn
in economische activiteiten, zet hij zich vanaf 1975 in voor
de – toen eerste golf - duurzame energie-initiatieven.
Teun Bokhoven had verschillende energiegerelateerde
bedrijven, waaronder gedurende twintig jaar een bouw-
en isolatiebedrijf voor de woningbouwsector en een
onderneming in productie en verkoop van onder meer
zonneboilers, warmtepompen en photovoltaïsche zonne-
panelen. Sinds 2011 legt hij zich volledig toe op praktische
belangenbehartiging en innovatiebeleid in de duurzame
energiesector. Zo is hij voorzitter van de belangenvereni-
ging Duurzame Energie Koepel te Utrecht en voorzitter
binnen het Topsectorenprogramma van overheid en
bedrijfsleven van het Topconsortium Kennis en Innovatie
(TKI) ‘Urban energy’. Teun Bokhoven is intensief betrok-
ken bij de totstandkoming en uitvoering van het
Energieakkoord.
”Frustrerend dat ons land – ooit voortrekker - op alle lijst-
jes naar beneden is gekukeld. Een aantal kabinetten wen-
ste energiebesparing niet op de agenda. Nu komt het
terug, er zijn hoopvolle signalen.”
8 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
industrie en huishouden die gas vervangt door collectieve
warmte, warmteterugwinning en besparing is een mega-trend.
Hoe ingrijpend alle narigheid in Groningen ook is, het heeft de
discussie op scherp gezet en de staat doen beseffen dat 12 mil-
jard aardgasinkomsten per jaar minder moet zijn. Ook om te
voorkomen dat we al rond 2022 van gasexporteur tot impor-
teur zouden worden. De noodzaak om te handelen komt dus
erg dichtbij.”
Energieprestatiekeur Er zijn meerjarenafspraken en convenanten, energie-investerin-
gen met terugverdientijden tot vijf jaar moeten in principe wor-
den uitgevoerd, en het Energieakkoord formuleert de doelen
scherp. Gebeurt het ook allemaal in werkelijkheid?
“Naar mijn mening te weinig. De Nationale Energieverkenning
die Energiecentrum Nederland (ECN) en Planbureau voor de
Leefomgeving (PBL) jaarlijks opstellen, rapporteert deze maand
dat de energiebesparing niet op schema ligt. Het was en is in
zekere mate nog steeds de realiteit dat energie-investeringen
niet worden uitgevoerd. Dat gaat veranderen. Het
Energieakkoord introduceert het Energieprestatiekeur. Dit ver-
simpelt de uitvoering van de Wet Milieubeheer met rubricering
van evidente maatregelen met goede resultaten. Die net
genoemde Maatregellijsten, met isolatie als onderdeel, maken
het bedrijven gemakkelijker energiebesparing te realiseren. We
bekijken, na recente pilotprojecten, mogelijkheden om mede
aan de hand van deze lijsten een Energiekeurmerk te verlenen
waarmee een bedrijf aantoont te voldoen aan de Wet
Milieubeheer. Dat is nog geen afdwingen, maar als bedrijven
enthousiast deelnemen kan het een verplicht handhavingsin-
strument zijn. Wellicht kunnen isolatiebedrijven en installateurs
gezamenlijk dit EP-keurmerk afgeven.”
Isolatie is een concreet element in de ‘Maatregellijsten’van erkende, bewezen effectieve
energiebesparingen.
Rode vlaggenIn recente presentaties, bij de NRC-conferentie Energy Boost en
voor de VIB-ledenvergadering, uit u reserves over de investe-
ringsbereidheid van het bedrijfsleven in energiebesparing. Is het
Energie-akkoord wel in goede handen bij deze partners?
“Wij hebben met al die partijen, waaronder VNO-NCW en over-
heden afspraken gemaakt, bewaakt in de Commissie Borging.
Nu zijn we twee jaar bezig, worden ongeduldig en willen resul-
taat zien. We lopen ongeveer op schema met de afspraken uit
2013, Sommige lopen zelfs voor, maar we lopen achter met de
een-op-een-afspraken met de energie-intensieve MEE-bedrijven.
Dat betekent dat ook de effecten bij deze grote industrieën
achterlopen, terwijl zij tot 2020 ongeveer 9 petajoule additio-
neel moeten besparen. Bovendien moeten we bekijken of de
afspraken toereikend zijn, want de doelstellingen zijn leidend.
Officieel volgt in 2016 een evaluatie, maar we kunnen nu al
vaststellen dat additionele pakketten en intensivering van de
afspraken nodig zijn om die 100 petajoule te halen. Op vier
dossiers hangen rode vlaggen: energiebesparing in de gebouw-
de omgeving en in de industrie, op toepassing van duurzame
warmte en de mobiliteit. Daar lopen we achter op schema en
daar worden afgesproken maatregelen in onvoldoende tempo
uitgevoerd. Er gebeurt niet genoeg, dus dat moeten we inha-
len. We gaan nu al de discussie aan om de resultaten te verster-
ken. In de gebouwde omgeving worden afspraken wel uitge-
voerd, maar beweegt de markt te weinig. In de industrie liggen
de afspraken zelf nog achter. Het individuele overleg van het
Rijk met de MEE-bedrijven is gaande, waarbij RVO-experts de
maatregelen analyseren en beoordelen. Dit proces moet nu snel
tot resultaten leiden én we moeten dat uitermate kritisch vol-
gen. Winst is dat de bedrijven nu aan tafel zitten.”
Hoe verklaart u de terughoudende opstelling van de industrie
tegenover de onbetwiste noodzaak tot energiebesparing?
Teun Bokhoven: “Energiebesparing vergt substantiële investe-
ringen met terugverdientijden in de orde van vier tot vijf jaar,
terwijl de bedrijfshorizon op twee hooguit drie jaar ligt. Lastig
dus om dit om te buigen. We naderen echter het punt dat dit
soort dingen echt moet gebeuren en de overheid verplichtstel-
ling moet overwegen. De druk om energiedoelen te bereiken
en CO2-emissies te verminderen wordt alleen maar groter. De
reflex van bedrijven is, ondanks deze druk, niet direct om veel
te investeren. Desnoods zijn verplichte additionele maatregelen
noodzakelijk. In principe zijn terugverdientijden van vijf jaar al
economisch interessant, maar sommige voorzieningen zijn al
binnen een jaar neutraal. Het Energieakkoord adresseert dit
punt, met het doel een compleet pakket maatregelen met jaar-
lijkse voortgangsmonitoring. Vrijwilligheid heeft de voorkeur,
maar het Energieakkoord houdt verplichting open. Nee, ik sluit
niet uit dat we de ‘stok van de handhaving’ moeten hanteren.
Aan de andere kant: naast bedrijven die energiebesparing nog
niet zo boeiend vinden is er een groeiende groep die de maat-
schappelijke verantwoordelijkheid inziet, de problematiek
erkent en in beweging komt. We moeten ons wel realiseren dat
bedrijven net uit de crisis komen, met bescheiden kasposities.
Daarvoor zijn misschien nieuwe financieringsarrangement of
overheidsgaranties nodig.”
“Wat absoluut de energiebesparing niet helpt, is het Europese
probleem rond de CO2-beprijzing in het ETS-systeem voor ver-
handeling van emissierechten. De bedoeling was dat we nu op
een prijs van € 30,- tot € 50,- per ton zouden zitten en niet de
huidige € 7,- waarvan geen enkele prikkel uitgaat. Ik hoop dat
de milieuconferentie in Parijs – november 2015 – beweging
brengt, maar het is een weerbarstig spel met scherpe tegenlob-
by en een teveel aan rechten in de markt. Dat kun je niet als
individueel land oplossen. We proberen wel met omringende
landen intensievere afspraken te maken. Engeland heeft dat
dankzij zijn eilandpositie al zelfstandig kunnen doen. Een
mogelijkheid is – zolang de CO2-prikkel ontbreekt – de
Energiebelasting ook voor de industrie geleidelijk te verhogen.”
Marketing en informatieDe druk op energiebesparing neemt toe, de urgentie wordt
nadrukkelijk ervaren. Moeten de isolatieondernemingen hun
magazijnvoorraden al flink opvoeren?
“Ik adviseer isolatiebedrijven vooral in te zetten op langjarige
contracten. Binnen het huidige kader heeft de branche al heel
veel rendabele isolatieprojecten in de aanbieding. Een uiteinde-
lijk hogere CO2-prijs is een extra ‘bonus’. Technische isolatie
heeft een vraagkant nodig, maar ook een aanbodkant. Dat
moet in balans zijn. Regelgeving, beprijzing en verleiding – met
verplichting als het zwaard van Damocles – activeren de vraag.
Maar isolatiebedrijven moeten zorgen voor goede informatie
over de mogelijkheden. Ook voor bedrijven die aangeven wei-
nig belang bij isolatie te hebben geldt toch: een ton besparing
op de energierekening is toch een ton. Dus isolatieonderne-
mers: wek de vraag op met goede, gerichte marketing. Je
moet, zoals ik iemand uit de sector hoorde zeggen, het lef heb-
ben de directiekamer binnen te stormen. Maak meer werk van
marketing. Zie je interessante mogelijkheden voor een fabriek?
Zoek dan wegen om met de energiemanager en de inkoop in
contact te komen. Dat gebeurt al, maar ik kan me voorstellen
dat marketing en commercie in deze dienstbare sector van aan-
pakkers nog meer aandacht verdient. Wees zichtbaar, breng
competenties en technische oplossingen over de bühne op con-
gressen en symposia binnen de doelgroep. Dat stimuleert de
vraagzijde, want ‘hier is geld te verdienen’. Hevel isolatie ook
deels vanuit de technische hoek over naar de directiekamer.
Immers, het isolatieproject concurreert daar rond de schaarse
euro’s met onvergelijkbare projecten als marketing, debiteuren-
beheer of afdekking van valutarisico’s. Aan de directietafel
worden investeringen vergelijkbaar gemaakt vanuit de strategi-
sche visie. De zo belangrijke, individuele MEE-besprekingen
promoveren energiebesparing waaronder isolatiemogelijkhe-
den tot strategisch kernpunt. Daar moet de branche plannen,
mogelijkheden en kansen op tafel leggen. Vertaald in goede
plannen enerzijds met van bovenaf dwingende MEE-afspraken,
leidt dit tot andere beoordelingen dan tot nu toe gebruikelijk.
Dat is het spel, dat is de dialoog tussen energiemanagers,
installatiebeheer en isolatiesector. Met voldoende druk op het
energieproces en commitment van industriële bedrijven is de
directietafel niet meer de plek waar het isolatieproject sneu-
velt, maar waar het meeweegt in strategische keuzes.”
Isolatie en Greenpeace ofMilieudefensie, Natuur & Milieu,
zitten samen op dezelfde energie-agenda.
Energie-efficiëntie centraalU pleit geregeld voor samenwerking en al dan niet ongebruike-
lijke allianties. Kan de pijpschaal succesvol meedoen met de
windmolen en de warmtekrachtkoppeling?
“Allianties helpen zeker. Doe vooral wat je onderling bindt en
laat na wat je verdeelt. Warmteterugwinning, duurzame ener-
gieopwekking en andere technologieën bevorderen ook de
energie-efficiëntie in bedrijfsprocessen en kunnen dus concurre-
ren met isolatie. Maar een gemeenschappelijke lobby zet in op
het onderwerp industriële energiebesparing en maakt duidelijk
hoeveel er mogelijk is. Dit verruimt de markt, en vestig vervol-
gens de aandacht ook op het deel waarin de eigen sector uit-
blinkt. Daarom praat het Energieakkoord zowel over duurzame
energie als over energiebesparing. Dat vergroot de koek voor
duurzame gigajoules én besparings-gigajoules, zodat lokaal de
optimale keuzes kunnen volgen voor biogas, isolatie, warmte-
terugwinning en combinaties daarvan.”
“Op sectorniveau werken juist ongebruikelijke allianties heel
goed. Vanuit de industriële agenda denkt men niet automa-
tisch aan de milieubeweging. Ten onrechte, want isolatie en
Greenpeace of Milieudefensie, Natuur & Milieu, zitten samen
op dezelfde energie-agenda. Coalities die op dit onderwerp
gelijk denken overtuigen beter dan één exploitant. Het kan
mijns inziens geen kwaad om vanuit de isolatiesector interes-
sante informatie aan te leveren aan het netwerk dat de NGO´s
bij het Energieakkoord heeft of aan de kringen rond de
Duurzame Energie Koepel. Denk ‘om het hoekje’: Duurzame
groei en energie-efficiëntie passen helemaal bij de isolatiesec-
tor en leidt tot groei bij bedrijven die zinnige dingen voor de
samenleving verrichten.”
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 9
InformatieIn het kader van het Energieakkoord zijn drie van de
twaalf domeinen specifiek gericht op energiebesparing.
Deze zijn: energiebesparing industrie, gebouwde omge-
ving en warmte.
• Voor een groot deel van de bedrijfstakken gelden con-
venanten binnen de Meerjarenafspraken (MJA3) met
erkende energiebesparende maatregelen
(Maatregellijsten).
• Voor alle overige bedrijven en instellingen geldt de
algemene Wet Milieubeheer, waarin energiedoelstellin-
gen en –prestaties zijn opgenomen.
• Grote energie-intensieve industrieën formuleren in
samenspraak met de overheid individuele energiedoe-
len. Dit zijn de MEE-bedrijven (Meerjarenafspraken
Energie Efficiëntie).
In totaal hebben meer dan 1100 ondernemingen in veer-
tig sectoren zich geconformeerd aan MJA3 en MEE.
Energie-akkoord: www.energieakkoordser.nl
Duurzame Energie Koepel: www.dekoepel.org
Maatregelenlijsten Agentschap RVO (Rijksdienst voor
Ondernemend Nederland): www.rvo.nl >
subsidies-regelingen > maatregellijsten-mja3.
Isolatiebedrijven en installateurs kunnen wellicht gezamen-
lijk het Energieprestatie-keurmerk afgeven.”
NCTI- NIEUWS
Zodra de temperatuur van een installatie sterk zakt van-
wege een extreem koud product, zakt ook de tempera-
tuur en daarmee de luchtdruk in het aangebrachte isola-
tiesysteem aanzienlijk. Om te voorkomen dat door onder-
druk in de isolatie vochtige buitenlucht naar binnen
wordt gezogen, is geslotencelig isolatiemateriaal vereist,
zoals polyurethaan (PUR) en polyisocyanuraat (PIR).
Daarnaast is geschuimd glas zeer geschikt, ook wel cellu-
lair glas genoemd. Cellulair glas is een hardschuim isola-
tiemateriaal dat volledig dampdicht is. Aan de buitenkant
wordt een dergelijk isolatiesysteem afgewerkt met een
dampremmende laag, die voorkomt dat lucht en water-
damp binnendringt.
Zorgvuldige inspectie vereist
Het belang van zorgvuldige inspectie bij cryogene isolatie
is groot. Omdat de isolatie laag voor laag wordt opge-
bouwd, is het na de installatie onmogelijk te controleren
of één van de onderliggende lagen beschadigd is.
Zorgvuldige inspectie tijdens het aanbrengen van de iso-
latie is dan ook essentieel, waarbij ook wordt bekeken of
ieder onderdeel voldoet aan alle eisen. Is de isolatie
beschadigd, dan kan vocht binnendringen en bevriezen.
Hier ontstaat ijsformatie. De ijskristallen groeien als
bloemkool en drukken het isolatiesysteem kapot, met alle
gevolgen van dien. Daarnaast is bij wisselende
bedrijfstemperaturen de kans op corrosie onder isolatie
groot, met kans op lekkage. Grote angst van de industrie
is dat als gevolg van lekkage gas of een ander product
ontsnapt en tot een explosie leidt.
Idealiter lopen isolatie-inspecteurs vanaf de start van een
project mee om de kwaliteit continu in de gaten te hou-
den.
Tot op zekere hoogte dwingt wetgeving goede inspectie
af. We zien echter wel internationaal sterk verschillende
wetgeving. Het veilig aanbrengen van cryogene isolatie
gaat dan ook meer over de kwaliteit van het materiaal en
de kennis en know how van de isolatiespecialist dan over
wetgeving. Grote internationale contractors zijn zich hier-
van goed bewust en hebben ervaren inspecteurs in
dienst. We zien ook situaties waarin isolatie-inspectie een
ondergeschoven kindje is. Omdat isolatie pas tegen het
eind van grote projecten wordt aangebracht, is de tijds-
druk vaak groot. Zeker als een project uit de planning
loopt. Op dergelijke projecten werken soms wel honder-
den isolateurs en dat vraagt veel controle. Soms wordt
dan beknibbeld op isolatie-inspectie. Vanuit de gedachte
‘grote stappen snel thuis’ voeren sommige opdrachtge-
vers ogenschijnlijk eenvoudige projecten uit, zonder of
met onvoldoende gekwalificeerde isolatie-inspecteurs.
Dat is vragen om problemen, die achteraf voor veel onge-
wenste kosten kunnen zorgen. Oordje-gierig en stuiver-
tjezot! Idealiter lopen inspecteurs vanaf de start van een
project continu mee om de kwaliteit in de gaten te hou-
den.
CINI brengt deskundigheid
Naast het ontbreken van gekwalificeerd personeel, zijn
ook volledige specificaties van materialen en systemen
niet altijd aanwezig. Ingenieursbureaus hebben vanwege
bezuinigingen steeds minder ervaring met thermische iso-
latie en kiezen ervoor de expertise uit het CINI-Handboek
te halen of in te huren. Ook de groep ervaren mensen bij
aannemers wordt kleiner. CINI ziet het als haar taak de
deskundigheid terug te brengen in de industrie en biedt
cursussen, advies en inspecties. De tweedaagse CINI-cursus
besteedt ruim aandacht aan cryogene isolatie. Het ver-
schil tussen warme en koude isolatie wordt uitgebreid
behandeld en tijdens de derde cursusdag voor inspecteurs
wordt opnieuw ruim aandacht besteed aan cryogene iso-
latie. Cursisten leren aan de hand van het CINI-Handboek
onder andere de opzet van technische specificaties voor
cryogene isolatie en de kwaliteitscontrole daarop.
Naast het opleiden van isolatie-experts en -inspecteurs
werkt CINI continu aan het actualisatie van de kennis in
de industrie. Zes jaar geleden richtte CINI met vijftien
internationale experts de werkgroep ‘LNG/Cryogenic
Thermal Insulation’ op. Opdrachtgevers, ingenieursbure-
aus, aannemers en materiaalleveranciers bogen zich
destijds over de beschrijving van specifieke aspecten van
cryogene isolatie in het CINI-Handboek. Voor gebruikers
van het handboek: dit staat beschreven in hoofdstuk 10.
Twee jaar geleden is dit hoofdstuk herzien. Opnieuw
nodigde CINI experts uit de hele wereld uit om de laatste
ontwikkelingen op het gebied van cryogene isolatie te
bespreken en aanpassingen in het handboek te bepalen.
Cryogene isolatie en het belang van zorgvuldige inspectie
Let op: extreme kouInstallaties met een bedrijfstemperatuur lager dan
-100°C vereisen cryogene isolatie. Zulke extreem lage
bedrijfstemperaturen kennen we onder andere van
Liquefied Natural Gas (LNG), ofwel vloeibaar aardgas.
Dit is de fossiele brandstof, die we gebruiken om te
koken en te verwarmen. LNG wordt ook al jaren inge-
zet voor elektriciteitsopwekking en als brandstof in de
vervoersector. Naast toepassing in energieproductie en
krachtinstallaties is cryogene isolatie ook noodzakelijk
bij productie en behandeling van chemicaliën en medi-
sche producten, zoals helium en argon.
10 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
De groep startte met een online discussie en kwam tot
slot een dag in Amsterdam samen om openstaande pun-
ten te bespreken en te besluiten hoe deze in het hand-
boek op te nemen.
Nieuwe ontwikkelingen
Inmiddels zien we diverse nieuwe ontwikkelingen op het
gebied van cryogene isolatie. Nieuwe materialen zijn op
de markt en de technische applicatie wordt aangepast.
Een van de nieuwe materialen is veel dunner en bespaart
dus veel ruimte en materiaalgebruik. CINI is van plan de
internationale werkgroep LNG bij elkaar te brengen, om
te bepalen in hoeverre deze nieuwe ontwikkelingen hun
plek kunnen hebben in het CINI handboek. Momenteel
worden tests gedaan met een nieuw materiaal en wordt
gekeken hoe het zich houdt onder cryogene omstandig-
heden. De bevindingen worden mogelijk meegenomen in
de revisie van het handboek voor 2017.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 11
Drielaags pir-systeem voor cryogene isolatie, met tussenliggende dampremmende lagen. Bij servicetemperatu-
ren onder -50 °C worden de binnenste pir-schalen overgedimensioneerd om expansieruimte te creëren. De uit-
zettingscoëfficiënt van Pir is groter dan die van de stalen leiding. De krimp bij afkoeling tot het cryogene
bereikt is het grootst aan de binnenzijde, direct op de leiding. De expansieruimte, waarin fabrieksmatig ver-
vaardigde schalen voorzien, zorgt ervoor dat het isolatiesysteem bij inbedrijfstelling strak sluit.
ISOLATIE VAKTECHNIEK
Het is een oude droom van de mensheid om het ener-
giesysteem van de zon op aarde bruikbaar te maken.
Sterren als onze zon produceren energie door samen-
smelting van atoomkernen. Kernfusie belooft een vrij-
wel onbeperkte stroomproductie bij minimaal brand-
stofgebruik en zonder risico op catastrofale storingen.
Anders dan bij kernsplitsing ontstaan hierbij slechts
zeer lage hoeveelheden radioactiviteit. In scheikundig
opzichtig is kernfusie mogelijk. Naar de toegepast-
wetenschappelijke en technische haalbaarheid van
energiewinning door kernfusie wordt al meer dan vijf-
tig jaar onderzoek verricht.
Tokamaks en stellaratorenBij kernfusie smelten waterstofisotopen en ontstaat
helium. Bij een druk van ongeveer 2 bar wordt water-
stofgas verhit tot een temperatuur van 100 tot 150
miljoen graden celsius. Elektronen en atoomkernen
worden op die manier gescheiden en in een elektrisch
geleidend plasma gevoerd. De concepten die momen-
teel het meeste uitzicht op succes bieden, zijn reacto-
ren als tokamaks en stellaratoren, die het plasma
beheersen met sterke magnetische velden.
De grootste stellarator ter wereld ontstaat op dit
moment binnen het Max-Planck-Institut für
Plasmaphysik in Greifswald: Wendelstein 7-X maakt
het mogelijk om continu fusieplasma magnetisch op te
sluiten. De in 1997 begonnen nieuwbouw werd al in
april 2000 betrokken. Eind 2003 zijn de eerste grote
componenten geleverd: een niet-planaire supragelei-
dende spoel en de eerste sector van het plasmali-
chaam. Vanaf mei 2014 wordt het experiment stap
voor stap in bedrijf genomen.
De zon geeft het voorbeeld: vrijwel onuitputtelijke energie,
gewonnen zonder risico's en schadelijke restproducten. Met
de inbedrijfstelling van de kernfusie-installatie Wendelstein
7-X komt het wetenschappelijk onderzoek weer iets dichter
bij het doel om atoomkernen samen te smelten. Voor de iso-
latie van de drukcompensatieleiding maakte het Max-
Planck-Institut für Plasmaphysik in Greifswald gebruik van
het innovatieve cryogene systeem van Armacell.
12 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Startklaar voor de Duitse zonne-oven:
Armaflex Cryogenic Systems inkernfusiereactor Wendelstein 7-X
Grafische doorsnede van de plasmareactor met cryostaten (heliumkoeling), magneetspoelen, frame en plasmavat van
Wendelstein 7-X (foto: Max Planck Institut für Plasmaphysik IPP te Garching/München). Alle helium-drukcompensatieleidin-
gen van de helium-cryostaten zitten dik in Armacell Cryogenic Systems, met name LTD, om de supergeleiding van de spoelen
te handhaven. De temperatuur, -268 °C, ligt vrijwel op het absolute nulpunt. In het plasmavat wordt onder 2 bar druk een
temperatuur van 100 tot 150 miljoen Kelvin bereikt. Dat is tien maal zo hoog dan op de zon ‘zelf‘, waar de zeer hoge druk
al bij 10 miljoen graden de kernfusie forceert.
Extreme kou voor supergeleiding Stellaratoren creëren het magneetveld dat nodig is om
het plasma op te sluiten met behulp van elektrische
spoelen aan de buitenzijde van de plasmahouder. Bij
Wendelstein 7-X zijn deze spoelen supergeleidend. Dit
betekent dat de toegevoerde stroom zonder elektrische
weerstand willekeurig lang kan stromen en het mag-
neetveld op die manier continu in stand blijft. De spoe-
len worden hiervoor gekoeld met vloeibaar helium.
De supergeleidende spoelen en hun stalen draagcon-
structie moeten thermisch worden geïsoleerd van het
hete plasma en van de omgeving. Volgens het beginsel
van de thermoskan waarbij het koude object zich bin-
nenin bevindt, worden ze in zogenaamde cryostaten
gekoeld. De spoelen bevinden zich in een vacuümtank
die enerzijds wordt gevormd door de plasmahouder en
anderzijds door de ommanteling van de installatie.
Cryoschilden omhullen de spoelen en houden – zelf
gekoeld – de resterende warmtestraling bij ze weg. De
toegang tot deze vacuümtank en tussen de supergelei-
dende spoelen door naar het plasma – bijvoorbeeld
voor verwarming, koelleidingen of diagnose – is moge-
lijk dankzij 254 eveneens geïsoleerde, rond 1,8 m lange
openingen. Dit zijn de zogenaamde ports. Voor de voe-
ding van de stellarator dienen de helium-cryoinstallatie,
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 13
Alle lagen zijn exact op maat stap voor stap gemonteerd en
gecontroleerd. Voor bochten met verschillende radii zijn geprin-
te mallen gebruikt. De isolatiemonteurs van het Max Planck
Instituut zijn getraind in de verwerking van Armacell Cryogenic
Systems, met bijzondere aandacht voor de verlijming.
Een van de in totaal vijftig stellarator magneetspoelen voor
Wendelstein 7-X (foto: Max Planck Institut für Plasmaphysik
IPP te Garching/München).
waterkoelingssystemen, vacuümpompen en installaties
voor de levering van elektrische energie.
Tijdens de experimenten moet ondanks de thermische
isolatie 5 kW aan warmteproductie worden afgevoerd
om de magneten en hun draagconstructie - rond 425
ton massa - op de supergeleidingstemperatuur gekoeld
te houden. Deze permanente koeling wordt gereali-
seerd dankzij de geleidbaarheid van de restwarmte van
het isolerende materiaal. Bij temperaturen vlakbij het
absolute nulpunt kan koeling niet meer worden gege-
nereerd door een gewone koelmachine, maar is vloei-
baar helium nodig met een kookpunt bij 4,22 K
(−268,93 °C). Dit koelsysteem moet extreem gasdicht
zijn, zodat geen helium in het isolerende vacuüm van
de stellarator intreedt en de daar aanwezige isolatie
vermindert. Een diep vacuüm, een twintiglaags hittere-
flecterend foliesysteem – MLI, bekend uit de ruimte-
vaart - en een metalen hitteschild vormen de thermi-
sche isolatie van cryostaten en spoelen tegen warm-
testraling en –geleiding. Dit systeem, gebaseerd op
gealuminiseerd Kapton-polyimide-folie haalt honderd
procent hittereflectie. Kapton is bestand tegen tempe-
raturen van -268 °C tot +400 °C. Aan de spoelzijde is
een messing-schild voorzien, aan de plasmazijde een
koperen gaasschild ingekapseld in glasvezelversterkt
epoxy.
Isolatie drukcompensatieleidingVoor de isolatie van de helium-drukcompensatieleiding
zette de projectleiding het innovatieve diepkoelsysteem
van Armacell in. Armaflex Cryogenic Systems zijn speci-
aal voor cryogene toepassingen ontwikkelde isolatiesy-
stemen voor temperaturen van -180 tot +125 °C. De
meerlaagse systemen garanderen een uitstekende ther-
mische isolatie, verlagen het risico van corrosie onder
de isolatie (CUI) en zijn beduidend eenvoudiger te
installeren dan hardschuim. De kern van het isolatie-
systeem is Armaflex LTD, een speciaal ontwikkeld poly-
meer dat thermische spanningen voorkomt. Armaflex
Cryogenic Systems behouden hun flexibiliteit ook bij
zeer lage temperaturen. Deze flexibiliteit garandeert
absorptie van vibraties en schokken en voorkomt
scheurvorming door extreme temperatuurcycli. Een
wezenlijk voordeel van de lagetemperatuurschuimen
ligt in het feit dat de systemen geen extra uitzetvoegen
of dampremmingen nodig hebben.
Speciale isolatiestructuurOp de drukcompensatieleiding van de stellarator van
Wendelstein 7-X is een speciale isolatiestructuur
gebruikt. Om beter bestand te zijn tegen de eventuele
vibraties van de pijpen is telkens een laag Armaflex LTD
antislijtagefolie direct op de leiding én op de eerste
Armaflex LTD-isolatielaag aangebracht. Hierdoor krijgt
de isolatie een nog hogere vastheid en functioneert het
als extra dampremming. Hierna komen nog een laag
Armaflex LTD en een derde isolatielaag van
NH/Armaflex, het halogeenvrije elastomeer isolatiema-
teriaal van Armacell. Afsluitend is nog een laag
Armaflex LTD-folie als extra dampremming aange-
bracht. Bij de installatie is bijzonder veel aandacht
besteed aan een precies passende en zuivere uitvoe-
ring. Alle lagen zijn stap voor stap aangebracht en door
een projectingenieur gecontroleerd. Voor de bochten
met verschillende radii is de betreffende afwikkeling
eerst op papier gepint, uitgeknipt en vervolgens als sja-
bloon voor het plaatmateriaal gebruikt. De uitvoerende
medewerkers van het Max-Planck-Instititut werden
door Armacell voor het begin van het isoleren getraind
in de toepassing van de producten, met name in correc-
te verlijming.
Wendelstein 7-X in de startblokkenDe inbedrijfstelling van de kernfusie-installatie
Wendelstein 7-X is in volle gang. Na de montage van
alle benodigde inbouwsystemen werd de plasmahouder
eind maart 2015 gesloten. Het eerste plasma moet nog
in 2015 worden aangemaakt.
14 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2013
Hier ligt meer blauw op de pijp dan het lijkt: onder de dam-
premmende LTD-folie gaat overal een drielaagse applicatie
van Armacell Cryogenic Systems schuil.
Extreem hoge en extreem lage temperaturen. Om een kernfu-
sie naar voorbeeld van de zon na te bootsen, is een plasma-
temperatuur van 100 tot 150 miljoen K nodig. De supergelei-
dende magneetspoelen functioneren tegen het absolute nul-
punt, gewaarborgd door isolatie van de helium-drukvereve-
ningsleidingen met een meerlaagse opbouw met Armaflex
Cryogenic Systems. Na twee lagen LTD met bijbehorende
dampremmende LTD-folie voltooit een derde laag
NH/Armaflex het systeem.
VCA is basisbagage
Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest
toonaangevende producent, leverancier en distributeur
van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-
materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep
met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,
Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en
distributie van thermische, brandwerende en akoestische
isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van
SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen
worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische
installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,
de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,
scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.
Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept
NEW Plug-in Connection System PLEXO TCS
The PLEXO TCS connection system can be used for the complete range of BARTEC self-limiting heating tapes.
With only one system you can assemble heating connections, plug and socket splices and also end
terminations, easily and safely. PLEXO TCS: Convenient. Flexible. Economical.
All our electric heating systems fulfill the relevant international standards and guidelines.
Check out our on-line promotional movie at www.bartec.nl/plexo
Heating cables
Control systems
Connection technology
BARTEC Safe.t® Technology
Electric Trace Heating Systems
BARTEC NEDERLAND b.v. Boelewerf 25 NL-2987 VD RIDDERKERK Phone: +31 (180) 41 05 88 [email protected] www.bartec.nl
ISOLATIE OP LOCATIE
Eenvoudig uitgedrukt gaat het om een stadsverwar-
mingsproject met een aquifer als primaire bron. Maar
het speelt zich af in Heerlen, met net iets meer
Limburgse ruimte voor vaktrots en historie. Dan heet
het ‘MijnWaterproject’, speelt het zich af in het ‘Jaar
van de Mijnen’ M2015 en draagt de bouwput met
allure de naam ‘Oranje Nassau I’. De regio ademt de
mijngeschiedenis en is trots op de transitie in een
moderne economie, industrie en cultuur. “Terecht”,
zegt isolatieondernemer Math Crombach. “De mijn
levert weer een positieve bijdrage, nu in de vorm van
milieuvriendelijke stadsverwarming.” Ook objectief is
trots op zijn plaats: het project heeft de Europese
Geothermie Innovatieprijs 2015 in de wacht gesleept,
als eerste Nederlandse project dat meer dan 500 meter
diep gaat.
Het mijnwaterproject is in 2008 gestart met individue-
le warmtelevering. Na verzelfstandiging tot het huidi-
ge MijnWater is vanaf 2013 clusterlevering opge-
bouwd en volgt binnen afzienbare tijd een derde
generatie duurzame warmte met levering op maat.
Het systeem brengt de CO2-afdruk van de aansluitin-
gen met 65 procent terug.
Op een vroege maandagochtend genieten installateur
Spie en Crombach Isolaties van de oplevering van het
net geïsoleerde skid. Fascinerend samenspel tussen de
interne kraanoperator, de externe kraandrijver van
Wagenborg Nedlift en de chauffeur van Transpo Nuth
manoeuvreert het tonnenzware gevaarte snel en pre-
cies op de vrachtwagen. Twee maanden later zal de
operatie worden herhaald.
Compact en complex Het skid is een clusteruitwisselstation met platenwisse-
laar, dat het primaire stadsverwarmingsnet verbindt
met het secundaire distributienet waarop gebouwver-
delers zijn aangesloten. Het stadsnet is goeddeels vol-
tooid en al komende winter zal ABP-beleggingsbe-
heerder APG zijn comfort aan mijnwarmte ontlenen,
evenals het Arcus-college, het Maankwartier en de
Rabobank. Volgens de gemeente Heerlen realiseren
deze aansluitingen een kwart van de stedelijke CO2-
reductiedoelstellingen voor 2016.
Het water in de mijngangen op meer dan 500 meter
diepte waar voorheen kolen zijn gedolven, heeft een
constante temperatuur van 18 °C. Het stadsverwar-
mingssysteem zet deze thermische energie in voor
lagetemperatuur-verwarming en levert 10 °C terug.
Er is voor gekozen het station met platenwisselaar en
regelpaneel als skid op te bouwen bij Spie in Heerlen,
wegens de compacte en complexe techniek en de
beperkte ruimte op de uiteindelijke locatie.
Prefab isolatieHet team van Crombach Isolaties had slechts enkele
dagen de tijd om het project te isoleren. Het is in een
opgerekt weekeinde van vrijdag tot de vroege maan-
dag gelukt, dankzij prefab in de werkplaats in
Heerlen. In 2013 is het isolatiebedrijf verhuisd van
Ubachsberg naar de Imstenraderweg in Heerlen, met
ruime en moderne productie- en kantoorvoorzienin-
gen.
Crombach maakt geregeld gebruik van prefab in
eigen beheer. Dit versnelt de voortgang in de monta-
ge, wat zeker in projecten met langere reistijden van
belang is.
Ook voor de isolatie van het Mijnwater-skid is prefab
ingezet. Weliswaar stond het skid in de comfortabele
werkplaats van de installateur, maar ook isolatietech-
nisch vormde de complexe en compacte installatie met
vele bochten en appendages een uitdaging. Dankzij
nauwkeurig prefab-werk en systematische codering
Snel en goed. Het team van Crombach Isolaties te Heerlen
zette een septemberweekeinde in voor de isolatie van het
eerste skid voor het MijnWaterproject. Ruim 130 vierkant
meter Armaflex zit er strak op, na plaatsing en aansluiting
in de bouwkundige put te Heerlen worden de vele flenzen
en appendages afgeïsoleerd.
16 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
MijnWaterproject Heerlen:
Efficiënt isoleren per skidmet prefab isolatiematerialen
Het MijnWater-skid, vlak voor transport. Na installatie op
locatie worden ook de appendages geïsoleerd.
van alle onderdelen kon Crombach het werk voltooien
binnen de strakke planning.
De uiteindelijke afwerking van appendages op de
eindbestemming was voorzien: dit had uiteraard te
maken met aansluitwerkzaamheden en ook met de
kwetsbaarheid tijdens transport en plaatsing.
Eén isolatiesysteemHet skid is 15 meter lang, 4,5 meter breed en 2,5 meter
hoog. Goed voor ruim 130 vierkante meter Armaflex
AF. Daarbij gaat het praktisch gezien steeds om 19
mm. dikte. Liever en officiëel ‘code 5’. Dit staat in het
Armacell-systeem voor de ‘automatische toenemende
dikte’: de materiaaldikte varieert met de leidingdiame-
ter en levert zo steeds vergelijkbare isolatieprestaties.
In dit geval gaat het om leidingdiameters tot 219 mm.,
waarbij code 5 resulteert in 19 mm. Na voltooiing op
locatie van het isolatiewerk rond afsluiters en appen-
dages is het skid gereed. Er is op deze plaats geen
ommanteling nodig.
BlikvangersTijdens ons bezoek aan Heerlen was er alle aanleiding
voor een klein rondje regio. Het team van Crombach
werkt op dat moment – medio september – hard aan
verschillende opmerkelijke projecten. Zoals het culture-
le centrum C-City in Kerkrade, met een gestileerde
schachtbok als blikvanger. C-City, gebouwd in opdracht
van de Provincie Limburg, wordt dit najaar geopend
als kennis- en belevingscentrum voor techniek, weten-
schap, design en cultuur. Ook hier speelt de mijnge-
schiedenis een rol in architectuur en inrichting. Met
een speciaal accent voor Kerkrade, dat in het Jaar van
de Mijnen niet alleen herdenkt dat vijftig jaar geleden
de aangekondigde mijnsluiting een nieuwe toekomst
inluidde. Ook viert de stad dat de legendarische
Domaniale Mijn tweehonderd jaar geleden zijn schach-
ten opende. C-City overkoepelt de drie centra
Wetenschaps- en ontdekkingscentrum Continium,
designmuseum Cube en aardtheater Columbus. Op
8 oktober 2015 opende Willem-Alexander het
museumplein en bezocht daarbij de bouwplaats.
Enkele weken voor de voltooiing is het voor Crombach
Isolaties hard aanpakken, in het spoor van opdrachtge-
ver en installateur Spie. Crombach verzorgt hier de
complete isolatie van gekoeld water, cv-net, tapwater-
leidingen en de hemelwaterafvoer en vuilwaterafvoer.
Hier zijn de CV-leidingen geïsoleerd met steenwolscha-
len, de overige leidingnetten zijn in de Armaflex
gezet. Voor de afwerking is consequent aluminiumbe-
plating toegepast. Het gebouw is geheel voorzien van
betonkernactivering dat de thermische opslagcapa-
citeit van bouwdelen benut voor een efficiënte kli-
maatregeling. Uiteraard sluiten de isolatiewerkzaam-
heden hierop aan. In de technische ruimtes past
Crombach voor de warme leidingen ook pir-schalen
toe, afgewerkt met Isogenopak. Net als bij de isolatie
van het MijnWater-skid geeft Crombach er uit kwali-
teitsoverwegingen de voorkeur aan de appendages op
het laatst te isoleren.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 17
Spektakel en precisiewerk. Samenspel van twee kranen en een
oplegger plaatst het tonnenzware gevaarte binnen enkele
minuten op de vrachtwagen. Twee maanden later in de herha-
ling, voor het tweede skid.
Detail van elastomeer vakwerk.
Efficiënt plaatwerkBij efficiënte inzet van prefab-isolatie loopt uiteraard
het plaatwerk mee. In veel projecten in de utiliteit en
lichte industrie verzorgt het isolatiebedrijf het grootste
deel van de plaatwerkproductie in eigen bedrijf.
Crombach Isolaties werkt sinds kort met een Mabi
Bingo 2 Evo volautomaat, voorzien van vijf coilstations.
De plaatwerkers programmeren aan de machine zelf,
maar een netwerkaansluiting is ingebouwd. Deze
machine is voorzien van een dubbel snijsysteem, auto-
matische basisinstellingen en coderingssysteem. En
waar het om gaat: tot acht kokers per minuut, monta-
ge-gereed.
ISOLATIE LOGISTIEK
”Als we met klanten praten komt het duidelijk naar
voren: het is een hele uitdaging om op projectlocatie
de kwaliteit en efficiëntie te evenaren die je onder
ideale omstandigheden met prefab kunt halen.” Dit
zegt productiemanager John Driessen van Coolag
Hamar in Waalwijk, bij een toelichting op de nieuwste
freesmachine. “We zien een duidelijke trend naar pre-
fab in technische isolatie. Zo’n bocht kan ook in min-
der gunstige condities direct en goed worden gemon-
teerd, binnen een strakke planning. Bij pir-elementen
bijvoorbeeld reduceert dit de kans op koudebruggen.”
Logistiek en productie“Groei creëren door toegevoegde waarde. Niet voor
de isolatiesector in het algemeen, maar als plussen die
voor de individuele klant direct en herkenbaar het ver-
schil maken. Onze rol vanuit Coolag Hamar, Bracol en
Isolatec en de SIG-groep is logistiek. Productie en pre-
fab zijn daar onderdeel van. Met andere woorden: de
toegevoegde waarde van productie-investeringen is
een verbetering van het voor de klant belangrijke
logistieke proces. Net zoals IT-oplossingen en
E-Commerce”, licht SIG-manager Frank Jacobs toe.
“Wat dat laatste betreft: wij zijn er klaar voor om
samen met onze klanten ook de toegevoegde waarde
van ICT-oplossingen te ontwikkelen.”
Michel Jacobs, Business Unit Manager Technische
Isolatie: “Prefab heeft voor de SIG-bedrijven natuurlijk
productiebetekenis – in die zin niet nieuw – maar voor
het isolatiebedrijf is het een kernbegrip binnen
logistiek maatwerk. In de uitvoering van projecten is
winst te maken met direct verwerkbare isolatiesyste-
men. Zeker als deze goed zijn gedocumenteerd. Met
een projectbezoek en in overleg met de projectleider
kunnen details worden geïnventariseerd. Aan de
andere kant voldoet de SIG-productie aan de CE-eisen,
zoals gecertificeerde productie voor schaaldelen,
plaatmateriaal en segmenten. Prefab-elementen voor
een koud isolatiesysteem worden dus op tijd geleverd,
en ze passen zonder meer.”
ApplicatiesDe trend naar prefab isolatiematerialen en –systemen
kent verschillende achtergronden. Opdrachtgevers en
isolatiebedrijven hechten hoge waarde aan kwaliteit,
terwijl de beschikbare tijd en kennis schaars zijn. De
oude ‘verloren uurtjes’ voor voorbereidende werk-
zaamheden bestaan nauwelijks meer. Ook benutten
isolatiebedrijven veelvuldig al prefab plaatwerk.
Bovendien is het klassieke prijsinstrument aan het
einde van zijn levenscyclus om plaats te maken voor
inhoudelijke efficiëntie. Prefab opent hier mogelijkhe-
den, mits de logistieke keten hierop is ingericht.
Voor SIG-bedrijven zijn de eisen aan prefab-producten
Een kap, een bocht, een vormstuk. Uitdagingen voor de vak-
man, maar ook hobbels in planning en organisatie. “We zien
een duidelijke trend naar prefab in technische isolatie”, sig-
naleert groothandelsorganisatie SIG. Het blijft niet bij sig-
naleren alleen: een nieuwe CNC-draadsnijmachine voor
harde isolatieschuimen, uitbreiding van de lijmcabines en
een nieuwe drieassige frees, en een schommelzaag voor
vormstukken vergroten en verbreden de capaciteit. Prefab
en productie gaan als toegevoegde waarde naadloos op in
de logistieke kernactiviteiten van de SIG-partners Coolag
Hamar, Bracol en hun Belgische zuster Isolatec.
18 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
SIG investeert in productiefaciliteiten
”Trend naar prefab intechnische isolatie”
Productiemanager John Driessen: “Duidelijke trend naar
prefab in technische isolatie”.
zoals correcte productie, confectionering en leverings-
betrouwbaarheid niet nieuw. Coolag Hamar kan
bogen op een lange productietraditie in onder meer
verwerking van hardschuim en laminering van plaat-
materialen. Het bedrijf voorziet ook machineproducen-
ten van maatwerk, waaronder gecoate pir-vormdelen.
Voor dit precisiewerk heeft Coolag Hamar samen met
de opdrachtgever een aparte lijn opgezet, die de wen-
sen van de klant en de expertise van SIG bundelt.
Binnen de SIG-groep is Coolag Hamar actief in de
assemblage van ventilatiekleppen en dakkappen, op
de markt gebracht door zusterbedrijf Air Trade Center.
De belangrijkste productiefaciliteiten voor de isolatie-
bedrijven zijn:
• Zagen en frezen;
• Coaten;
• Verlijmen/lamineren, zoals cachering van steenwol
of pir-plaat.
Het verzagen en frezen brengt alle mogelijke schalen,
koppen, kappen en andere vormdelen voort, in ver-
schillende materialen. De adviesfunctie is nadrukkelijk
onderdeel van de productie.
Het materialenpalet is breed en varieert van melanine
met een voor de scheepvaart prettige lichte densiteit
van 11 kg/m3, terwijl voor cryogene toepassingen een
zware pir-kwaliteit van bijvoorbeeld 320 kg/m3 door de
machines loopt. Ook voor het traditionele kurk draait
men de hand niet om.
Vroeg in de ketenDe uitbreiding van de productiecapaciteit gaat
gepaard met een verbouwing van de productiehal bij
Coolag Hamar. Deze verdubbeling van de productie-
ruimte is vrijwel voltooid. In een efficiënte routing zijn
de draadsnijcapaciteiten voor harde schuimen verdub-
beld met de komst van een nieuwe cnc-gestuurde
machine. Een nieuwe drieassige frees, een schommel-
zaag ofwel bochtenmachine voor segmenten en ver-
grote lijmcabines completeren de productiefaciliteiten.
Voor de isolatiebedrijven en opdrachtgevers telt
uiteraard de output binnen de logistieke kaders.
“Korte lijnen zijn belangrijk”, zegt Michel Jacobs.
“Nodig ons maar uit op een project om samen de
mogelijkheden te bekijken. Aan de hand van schetsen,
tekeningen en aanvullende details ontstaat een onbe-
rispelijk maatproduct. Natuurlijk leveren we dat op
tijd, goed verpakt en herkenbaar af. Het gaat erom
dat we de uitvoering van isolatieprojecten versnellen
en de foutkans elimineren. Door ‘lastige’ producten
montagegereed aan te bieden, ongeacht het materi-
aal: van foam tot EPS en alles daartussen. Het biedt
ook nieuwe mogelijkheden tot samenwerking in de
keten.”
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 19
De nieuwe drie-assige frees voor vormstukken. Gecoate PIR-segmenten voor de oem-markt.
Huub Lips, bezig met de montage van registerkleppen voor
SIG-zusterbedrijf Air Handling, de nieuwe voor Air Trade
Center.
In 1962 begon Temati met de productie, verkoop en promotie van Foster® producten in de
Benelux. Met inmiddels 5 vestigingen in diverse landen, is Temati Europa’s enige producent
en distributeur van Foster®- en Childers®producten.
Daarnaast leveren wij vele andere gespecialiseerde materialen voor industriële isolatie
binnen en buiten Europa via ons internationale dealernetwerk.
Ons productenpakket blijft zich uitbreiden, zodat u zelf in de toekomst ook kunt blijven
profiteren van onze specialistische kennis en verzekerd bent van steeds de beste oplossingen.
Industriële processen kennen vele
uitdagingen, die om betrouwbare
en vernieuwende producten vragen.
Temati heeft tientallen jaren ervaring
en is uw ideale partner wanneer het
om oplos singen gaat, die echt een
verschil maken.
Unieke oplossingen voor industriële processen
Temati B.V. Tel: (+31) (0)251-229 172 Fax: (+31) (0)251-212 380 E-mail: [email protected] www.temati.com
VCA is basisbagage
GEBRAUCHTE
ERSATZTEILE
WERKZEUG
Warenkorb DE - EN
SondermaschinenVertriebs-GmbHStöckackerstrasse 7 DE-79713 Bad SäckingenTel: +49 (0) 7761 933 069 Fax: +49 (0) 7761 933 067
E-Mail: [email protected]: www.so-gmbh.de
So shoppt man heute...
www.iso-shop.de
Clever shopping...
MASCHINEN
NIETEN SCHLÖSSER
ARBEITSSCHUTZ
KOMPRESSOREN
CLIPS SCHRAUBEN
BÜROEINRICHTUNG
.COM YRY
VCA is basisbagageVCA is basisbagage
VCA is basisbagage
������������������� ��������������������������
������������ ����!�"����������������#���$����!�!�
���������)�*���+������������,��-��+���
Iso lat ie a l s tweede natuur
VAN DER LINDEN & VELDHUIS
VCA is basisbagage
Print Rendement
Henk van der Bend
Tituslaan 13
6642 AP Beuningen
The Netherlands
t. 024 6776930
m. 06 43 573 405
www.printrendement.nl
Print Rendement
Specialist in GrafiMedia
Producties
Voor al uw drukwerk,
online communicatie en
relatie magazines
UW PARTNER
IN ELEKTROWARMTE
Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden
Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel
Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851
www.huikeshoven.nl
www.elektrowarmte.nl
> Tracingsystemen en verwarmingskabels
> Verwarmingsjackets en siliconenmantels
> Doorstroomheaters en verwarmings elementen
> Vatverwarming en containerverwarming
> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming
> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering
.COM YRY
ISOLATIESPECIALISTEN IN:
Brandtechnische, thermische en
akoestische isolatie:
www.izotechservice.pl
‘KAN NIET’ BESTAAT NIET!
www.franssen.nlKerkstraat 32a
6651 KG DRUTEN
Tel. (0487) 510 716
Fax (0487) 510 745
www.franssen.nl
‘KAN NIET’
BESTAAT NIET!
AL MEER DAN 45 JAAR IN ISOLATIE!
ISOLATIESPECIALISTEN IN:
Metals
Afwerkingzit in ons DNA!
ALUMINIUM VOOR DE ISOLEERDER
Aluminium legering 1050 (Al 99,5) / 5049 (zeewaterbestendig) / 3005 / 5040
Oppervlakte glad / stucco
Dikte 0,6 - 1,2 mm
Breedte 1.000 mm / 1.250 mm / 1.500 mm
Gewicht 150 - 2.000 kg
BEVESTIGINGSMIDDELEN
Schroeven Plaat- & Boorschroeven
Klinktechniek Popnagels
Afsluittechniek Profi Verschluss-sortiment dekenhaken
ISOLEERDERS GEREEDSCHAP
Handgereedschap Tangen, Zagen, Meet- en aftekengereedschap
Elektrisch gereedschap Boormachines, Lasapparaten etc.
MEER WETEN?Bel 010-20 85 400of ga naar www.resolpro.com
De Resolpro Group bestaat uit Asbipro | Alert | Flamepro | Resolpro Metals | Hydro Rock | ANR | Technicas
Metals
Technische Isolatie
ISOLATIE VAKMANSCHAP
22 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Het isolatievak verandert, vakmanschap en het
opleidingscentrum OOI veranderen dynamisch mee.
Opdrachtgevers stellen hoge eisen aan veiligheid, kwaliteit en
snelheid, strakke planningen en nieuwe systemen vragen
actuele vaardigheden. Stichting OOI heeft het complete
aanbod onder de loep gelegd, het goede behouden en het
betere toegevoegd. Op deze en volgende pagina’s in een
notedop het nieuwe OOI-menu voor goed vakmanschap.
Onderstaand treft u een beknopte weergave van het actuele
OOI-aanbod, bestaande uit cursusnummer, aantal dagen,
doelgroep en een korte samenvatting van het doel. Het
programma bestrijkt alle segmenten van het vakgebied,
waaronder industrie, utiliteit, plaatbewerking en basiskennis.
Alle nadere informatie vindt u op www.ooi.nl. U kunt ook
telefonisch contact opnemen met Stichting OOI te Woerden.
Cursusoverzicht en eindtermen OOI
Alle OOI-opleidingen op een rij
I 010 Verwerker Elastomeren I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met
enige praktijkervaring.
Principes in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch koud isolatiewerk inelastomeerslang uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid.
I 012 Verwerker Elastomeren II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en
isolatieplaatwerkers.
Verdieping in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch koud isolatiewerk in technischeruimten met elastomeerslang en –plaat (en intwee lagen) uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid.
I 011 Verwerker Armaflex I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met
enige praktijkervaring.
Principes in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van AF/Armaflex. Vaardighedenom veilig en systematisch koud isolatiewerk metelastomeerslang uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid. Een bedrijf met gecertificeerdeverwerkers kan zich laten certificeren voordeelname aan het Armacell Garantplan.
I 013 Verwerker Armaflex II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en
isolatieplaatwerkers.
Verdieping in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van AF/Armaflex.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk in technische ruimten inelastomeerslang en –plaat (en in twee lagen) uit tevoeren met gewaarborgde dampdichtheid. Eenbedrijf met gecertificeerde verwerkers kan zichlaten certificeren voor deelname aan hetArmacell Garantplan.
I 014 Afwerkingsystemen Armaflexisolatie, 1 dagAllround isolatiemonteurs en plaatwerkers
niveau gecertificeerd Verwerker II.
Materialenkennis over verschillende afwerkingenvoor Armaflexisolatie. Vaardigheden om veilig ensystematisch Armaflexisolatie af te werken metArmaCheck D en Sdoek en met rubber.
Cursus-agenda
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 23
I 015 Verwerker NMCPolyethyleen I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met
enige praktijkervaring.
Principes in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van polyethyleen buisisolatie.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk met NMCbuisisolatie uit te voerenmet gewaarborgde dampdichtheid.
I 016 Verwerker NMCPolyethyleen II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en
isolatieplaatwerkers.
Verdieping in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van polyethyleen buisisolatie.Aanleren van vaardigheden om veilig ensystematisch het koude isolatiewerk in technischeruimten in NMC buis en plaatisolatie (en in tweelagen) uit te voeren met gewaarborgdedampdichtheid.
I 022 Verwerker Thermaflex I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met
enige praktijkervaring.
Principes in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van ThermaSmartleidingisolatie. Aanleren van vaardigheden omveilig en systematisch koud isolatiewerk metThermaSmart leidingisolatie uit te voeren, metgewaarborgde dampdichtheid.
I 023 Verwerker Thermaflex II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en
isolatieplaatwerkers.
Verdieping in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van Thermasheet.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk in technische ruimten in Thermasheetplaatisolatie (en in twee lagen) uit te voeren metgewaarborgde dampdichtheid.
I 024 Verwerker Kaiflex I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met
enige praktijkervaring.
Principes in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van Kaiflex leidingisolatie.Vaardigheden om veilig en systematisch koudisolatiewerk met Kaiflex leidingisolatie uit tevoeren, met gewaarborgde dampdichtheid.
I 025 Verwerker Kaiflex II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en
isolatieplaatwerkers.
Verdieping in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis van Kaiflex leiding enplaatisolatie. Vaardigheden om veilig ensystematisch koud isolatiewerk in technischeruimten in Kaiflex leiding en plaatisolatie (en intwee lagen) uit te voeren, met gewaarborgdedampdichtheid.
I 017 Verwerker Elastomeren Luchtkanalen I, 1 dagIsolatiemonteurs en isolatieplaatwerkers met
enige praktijkervaring.
Principes in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch standaard onderdelen van ronde enrechthoekige kanalen in elastomeerplaat uit tevoeren, met gewaarborgde dampdichtheid.
I 018 Verwerker Elastomeren Luchtkanalen II, 2 dagenAllround isolatiemonteurs en
isolatieplaatwerkers.
Verdieping in de warmte en koudeleer enmaterialenkennis. Vaardigheden om veilig ensystematisch onderdelen – waaronder 45° en 90°bochten, Tstukken en verlopen – van rondeen rechthoekige kanalen met elastomeerplaat uitte voeren, met gewaarborgde dampdichtheid.
ISOLATIE VAKMANSCHAP
24 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
I 020 Verwerker Foamglas, 1 dagAllround isolatiemonteurs.
Principes in de warmte en koudeleer, corrosie enmaterialenkennis van Foamglas. Vaardighedenom veilig en systematisch warme en koudeisolatiesystemen in Foamglas op te bouwen in éénen twee lagen en met oog voor uitvoeringsdetails.
I 100 Kennismaken met Isolatietechniek, 1 dagMedewerkers zonder vakgerichte scholing, die
uitvoerend in het isolatievak werkzaam zijn of in
ondersteunende functie te maken hebben met het
isolatievak.
Principes in de warmte en koudeleer,geluidwering en brandpreventie. Kennismakenmet courante isolatie en afwerkmaterialen. Hetzelf bewerken en verwerken van enkeleisolatiematerialen.
I 120 Basiskennis Scheepsisolatie, 1 dagSupervisors, projectmanagers en overige
technisch leidinggevenden zonder specifieke
scholing in het isolatievak.
Principes in de isolatietechniek alsmede kenniswaarom, wanneer en waarmee installaties enscheepsconstructies worden geïsoleerd.Kennismaken met de meest voorkomendeisolatie en afwerkmaterialen. Bij voldoendedeelnemers uit een bedrijf kan de cursus op maatgemaakt worden.
I 130 Isolatietechniek voor de Commercie (basis), 2 dagenIn en verkopers en adviseurs van leveranciers en
fabrikanten in de isolatiebranche alsmede
leidinggevenden in het isolatievak zonder
vakgerichte achtergrond.
Principes in de isolatietechniek en bredematerialenkennis met specifiekemateriaaltoepassingen. Het zelf ervaren vanbewerking, verwerking en montage van wol enPUschalen en elastomeerslangen.
I 190 Ductrock, brandwerende (lucht)kanalen, 1 dagIsolatiemonteurs en leidinggevenden bij isolatie
van kanalen.
Kennis over kenmerken en ontwikkelingen vanbrand, brandwering van kanalen, doorvoeringenen over toegepaste materialen. In een team vantwee aanleren van vaardigheden om kanalen endoorvoeringen volgens gecertificeerdeuitvoeringen te isoleren met Ductrockplaten.Voor leidinggevenden ligt de nadruk tijdens deuitvoering op toezicht en aansturing van deisolatiemonteurs.
I 195 U Protect, brandwerende luchtkanalen, 1 dagIsolatiemonteurs en leidinggevenden bij de
isolatie van kanalen.
Kennis over kenmerken en ontwikkelingen vanbrand, en brandwering van kanalen,doorvoeringen en over toegepaste materialen. In
een team van twee aanleren van vaardighedenom kanalen en doorvoeringen volgensgecertificeerde uitvoeringen te isoleren met UProtectplaten. Voor leidinggevenden ligt denadruk tijdens de uitvoering op toezicht enaansturing van de isolatiemonteurs.
I 200 Basistraining Isolatiemontage Utiliteit, 3 dagenAankomende isolatiemonteurs.
Vaardigheden voor de bewerking, verwerking enmontage van (gecacheerde) wolschalen,gaasdekens en PIRschalen op eenvoudige installatieonderdelen. De cursus is tebeschouwen als inwerkperiode voor eenvoudigeisolatietoepassingen in de utiliteit. Met enkelemaanden werkervaring is de cursusIsolatietechniek Utiliteit I een goed vervolg.
U 101 Isolatietechniek Utiliteit I, 7 dagenIsolatiemonteurs met ca. zes maanden
werkervaring.
Principes in de warmte en koudeleer,materialenkennis en voorschriften op dewerkplek. Vaardigheden voor veilig ensystematische bewerking, verwerking enmontage van isolatie en afwerkmaterialen. Degesimuleerde werkplek staat met meerdereaspecten centraal.
I 210 Basistraining Isolatiemontage Industrie, 4 dagenAankomende isolatiemonteurs.
Vaardigheden voor de bewerking, verwerking enmontage van wolschalen en gaasdekens opeenvoudige installatieonderdelen. Aanpassing enmontage van eenvoudig prefab plaatwerk. Decursus is te beschouwen als inwerkperiode vooreenvoudige isolatietoepassingen in de industrie.Met minimaal zes maanden werkervaring is decursus Isolatiemonteur Industrie (IMI) een goedvervolg.
I 300 Beoordeling Uitgevoerd isolatiewerk, 1 dagMedewerkers, die als of namens opdrachtgever
uitgevoerd isolatiewerk bij oplevering afnemen.
Voor leidinggevenden van buiten de branche in
het veld kan de cursus een introductie zijn.
Principes in de warmte en koudeleer,materialenkennis en kwaliteitscriteria. Kennisvoor beoordeling van uitgevoerd isolatiewerk ende staat van bestaand isolatiewerk. Een vervolgop HBOniveau is mogelijk bij NCTI.
P 010 Tekenen/Isometrisch Tekeninglezen, 2 dagenIsolatiemonteurs (in de industrie) zonder
vakgerichte scholing.
Kennis over de isometrische klok, gebruikelijkesymbolen, codes en afkortingen ominstallatietekeningen in de isometrische enAmerikaanse projectie te lezen. Vaardigheid omeenvoudige tekeningen van de ene in de andereprojectie om te zetten.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 25
P 025 Praktisch Opmeten, 1 dagErvaren isolatiemonteurs en plaatwerkers.
Kennis over het opmeten van eenvoudigeinstallatieonderdelen en het schetsen van dezeonderdelen met bijbehorende maten, symbolenen afkortingen.
P 045 Plaatbewerken, 2 dagenIsolatiemonteurs en aankomende
isolatieplaatwerkers.
Vaardigheden voor praktische, veilige ensystematische uitvoering van alle eenvoudigeplaatbewerkingen.
P 050 Isolatieplaatwerk Kort, 14 dagenIsolatiemonteurs en plaatbewerkers met enige
ervaring in plaatwerk maken.
Basiskennis over isometrische tekeningen enuitslagen. Vaardigheden voor het uitslaan vanstandaard plaatwerkstukken met bijbehorendeplaatbewerkingen en voor eenvoudigopmeetwerk.
U 210 Tekeninglezen Utiliteit I, 2 dagenIsolatiemonteurs zonder vakgerichte scholing.
Kennis om bouwkundige en installatietekeningente lezen. Inzicht door oefeningen om vanaftekening het verloop van leidingen en kanalen inde praktijk te herkennen en te volgen.
U 310 Tekeninglezen Utiliteit II, 3 dagenMedewerkers in de utiliteit op het niveau van chef
monteur of werkvoorbereider.
Kennis en ervaring om isolatiebestekken te lezenen begrijpen. Via opdrachten inzicht verkrijgen inde samenhang tussen isolatiebestek eninstallatietekening. Kennis en ervaring in hetsystematisch uittrekken van installatietekeningenen kostprijsberekening. Voorts kennis om deuitvoering van isolatiewerk door isolatiemonteursvoor te bereiden.
U 350 Basiscursus Chefmonteur Utiliteit, 4 dagenVoorlieden, die een project leiden en
isolatiemonteurs aansturen.
Naast het vermelde onder Tekeninglezen Utiliteit IIworden vaardigheden aangeleerd in communicatieen leidinggeven.
I 350 Basiscursus Assistentuitvoerder Industrie, 4 dagenVoorlieden, die een project) leiden en
isolatiemonteurs aansturen.
Verdieping van het vermelde onderTekenen/isometrisch tekeninglezen, incl.bestekken. Vaardigheden op het gebied vancommunicatie en leidinggeven.
Isolatiemonteur Industrie IMI, 21 dagenIsolatiemonteurs met minimaal zes maanden
praktijkervaring.
Relevante isolatiekennis en het vaardigheden voorveilige, systematische bewerking, verwerking enmontage van materialen op industriële technischeinstallaties. Het te behalen persoonscertificaat vanDNVGL is een bewijs van zelfstandigvakmanschap.
B 010 Praktijkopleider, 3 dagenDegenen, die belast worden met opleiding of
begeleiding van deelnemers aan vakopleidingen.
Inzicht en vaardigheden om nieuwe en huidigemedewerkers effectief in de praktijk op te leidendoor instructie, ondersteuning en beoordeling.Opstelling van opleidingsplannen.
ProRox GRP 1000, 2 dagenIsolatiemonteurs.
Materialenkennis en vaardigheden voor veilige ensystematische afwerking van geïsoleerde warmeisolatiesystemen met ProRox GRP 1000 UVuithardende glasvezelversterkte polyestermat.
P 030 Korte Kadercursus Isolatietechniek, 2 dagenLeidinggevend middenkader in de uitvoering (bijv.
in de steigerbouw), dat dezelfde functie gaat
vervullen in de isolatietechniek.
Inzicht en kennis over en in isolatiemontage enkwaliteitsbeoordeling van uitgevoerd isolatiewerk.
Elektrische tracing, 1 dagIsolatiemonteurs en plaatwerkers met enige
ervaring.
Kennis over elektrische tracing en overtoepassingsgerichte kabelselectie. Vaardighedenvoor veilige en systematische aanleg van vorstvrijlint, zelflimiterende en seriële kabel opleidingtrajecten en appendages.
• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo
or MABI 3000E Vario on MABI Bingo 4E EVO
• Straight sheets (min. length 270mm)
• Sheet width 1000mm - 1250mm
Cutting of stainless steel (V2A) from
0.5mm till max. 0.8mm thickness
• Cutting aluminum, zinc sheet
min. 0.5mm up to 1.0mm thickness
• 2 cutting systems (MABI patent)
• Work directly from coil (small coil and large coil)
• Coil engine in combination with de-coiler
MABI 6C
• Conic punching (straight sheets)
• Punching holes (fast lifting) for all shapes
programs
• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,
Programm „stainless steel“
• Sheet optimization and job application on
the screen of the machine, incl. one licence
(machine computer).
• Inclusive printer A4
• Router for ADSL / DSL (access on the part
of the customer)
• Green technology: No CO2 emissions, no
pollutant emissions, no smoke generation.
Same features as: MABI BINGO 16-Z EVO,
but without rolling unit - without pipe
fabrication unit - without longitudinal swage
• Attractive trade-in offer from „old “ MABI Bingo
or MABI 3000E Vario on MABI 3000E EVO
Laser
• Straight sheets (length 270mm min.)
• Sheet width 1000mm - 1250mm
• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm
till max. 1.5mm thickness
• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm
up to 1.5mm thickness
• Laser
• Work directly from coil (small and large coil)
• Coil engine in combination with
de-coiler MABI 6C
• Holes are cut by laser
• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,
Programm „stainless steel“
• Sheet optimization and job application on
the screen of the machine, incl. one licence
(machine computer).
• Inclusive printer A4
• Router for ADSL / DSL (access on the part
of the customer)
• Attractive trade-in offer from „old “ MABI Bingo
on MABI 3000E Vario
• Straight sheets (length 270mm min.)
• Sheet width 1000mm - 1250mm
• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm
till max. 0.8mm thickness
• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm
up to 1.0mm thickness
• 1 cutting system (MABI patent)
• Work directly from coil (only small coil)
• Conic punching (straight sheets)
• Punching holes for all shapes programs,
including straight sheets
• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,
Programm „stainless steel“
• Sheet optimization and job application on
the screen of the machine
• Inclusive printer A4
• Router for ADSL / DSL (access on the part
of the customer)
• Green technology: No CO2 emissions, no
pollutant emissions, no smoke generation.
Work directly from coil (small coil and large coil)
Posible to combine with EVO CoilblitzWork directly from small coil Work directly from coil (small coil and large coil)
Posible to combine with EVO Coilblitz
LOW-POWER MID-POWER HIGH-POWER
MABI 3000E VARIO MABI 3000E EVO LASER MABI BINGO 4E EVO
www.mabi.ch
NEW
NEW
• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or
MABI 3000E Vario on MABI Bingo 16-Z EVO
• Punching unit (fast lifting) for standard tubes
• Straight sheets (min. length 270mm
• Rounding unit 1000mm to 1250mm.
On request: 914mm or 1220mm
• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)
• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till
max. 0.8mm thickness
• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to
1.0mm thickness
• 2 cutting systems (MABI patent)
• Work directly from coil (small coil and large coil)
• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C
•
80mm
•
swages (50mm from the edge)
• Punching holes (fast lifting) for all shapes programs, including
• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/tubes
• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,
Programm „stainless steel“
• Sheet optimization and job application on the screen of the
machine, incl. one licence (machine computer).
• Inclusive printer A4
• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)
• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,
no smoke generation.
• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or
MABI 3000E Vario on MABI Bingo 2 EVO
• Punching unit (fast lifting) for standard tubes
•
min. diameter 80mm)
• Rounding unit 1000mm to 1250mm.
On request 914mm or 1220mm
• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)
• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till
max. 0.8mm thickness
• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to 1.0mm thickness
• 2 cutting systems (MABI patent)
• Work directly from coil (small coil and large coil)
• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C
• Fully automatic sheet changing with de-coiler MABI 6C
• Tubes (up to 8 tubes per minute
•
for offset swages (50mm from the edge)
• Punched holes (fast lifting) for all shapes programs,
• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/pipes
• Automatically manufacturing of bending bend segments,
t-pieces and short straight pieces incl. longitudinal swage
• Fully automatic width adjustment
• Fully automatic clamping of sheet
• Fully automatic straightening of sheet
• Fully automatic bead adjustment
• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,
Programm „stainless steel“
• Sheet optimization and order application on the screen
of the machine and on additional notebook.
Includes two licenses (machine computer and notebook)
• Inclusive printer A4
• Automatically printing system to print information direct at sheet
• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)
• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,
no smoke generation.
• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or
MABI 3000E Vario on MABI Bingo 16-Z EVO
• Punching unit (fast lifting) for standard tubes
• Straight sheets (min. length 270mm
• Rounding unit 1000mm to 1250mm.
On request: 914mm or 1220mm
• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)
• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till
max. 0.8mm thickness
• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to
1.0mm thickness
• 2 cutting systems (MABI patent)
• Work directly from coil (small coil and large coil)
• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C
•
80mm
•
swages (50mm from the edge)
• Punching holes (fast lifting) for all shapes programs, including
• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/tubes
• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,
Programm „stainless steel“
• Sheet optimization and job application on the screen of the
machine, incl. one licence (machine computer).
• Inclusive printer A4
• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)
• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,
no smoke generation.
• Attractive trade-in offer from „old“ MABI Bingo or
MABI 3000E Vario on MABI Bingo 2 EVO
• Punching unit (fast lifting) for standard tubes
•
min. diameter 80mm)
• Rounding unit 1000mm to 1250mm.
On request 914mm or 1220mm
• Longitudinal swage: 2 different size (without changing)
• Cutting of stainless steel (V2A) from 0.5mm till
max. 0.8mm thickness
• Cutting aluminum, zinc sheet min. 0.5mm up to 1.0mm thickness
• 2 cutting systems (MABI patent)
• Work directly from coil (small coil and large coil)
• Coil engine in combination with de-coiler MABI 6C
• FuFulllly y auautotomamatitic c shsheeeet t chchanangigingng w witith h dede-c-coioileler r MAMABIBI 6 6CC
• Tubes (up to 8 tubes per minute
•
for offset swages (50mm from the edge)
• Punched holes (fast lifting) for all shapes programs,
• Rolling + swaging (both ends) for straight blanks/pipes
• Automatically manufacturing of bending bend segments,
t-pieces and short straight pieces incl. longitudinal swage
• Fully automatic width adjustment
• Fully automatic clamping of sheet
• Fully automatic straightening of sheet
• Fully automatic bead adjustment
• Air-duct insulation, Programm „color sheet“,
Programm „stainless steel“
• Sheet optimization and order application on the screen
of the machine and on additional notebook.
Includes two licenses (machine computer and notebook)
• Inclusive printer A4
• Automatically printing system to print information direct at sheet
• Router for ADSL / DSL (access on the part of the customer)
• Green technology: No CO2 emissions, no pollutant emissions,
no smoke generation.
Work directly from coil (small coil and large coil)
Posible to combine with EVO Coilblitz
Work directly from coil (small coil and large coil)
Posible to combine with EVO Coilblitz
HIGHLIGHT TOPMODEL
MABI BINGO 16-Z EVO MABI BINGO 2 EVO
Subject to technical changes.
ISOLATIE LOGISTIEK
Droom of nachtmerrie met spannende anekdotes: in
de goede maar nog jonge klant-leverancierrelatie
komt een megaproject op tafel. Met een planning
waarin de flexibiliteit van de isolatie-ondernemer al
strak is verdisconteerd. “Het grootste isolatieproject in
de Benelux”, noemt Hanko’s sales manager Hans van
Gastel het Aquarius-project Shell Moerdijk. Het ging
om de volledige isolatie van vier fabrieken, onder
ongekende tijdsdruk. “We beschikten over twintig
afzetbakken en hadden er direct honderd en iets later
zelfs tweehonderd nodig. Of kom als isolatiepartner
maar eens bij een walswerk aan voor honderd ton alu-
minium op 1 mm dikte”, schetst hij de omvang. “Dat is
toch een eyeopener voor een walswerk dat normaliter
niet warm of koud wordt van isolatie.” Inmiddels staat
de uitdaging zwart op wit: operatie geslaagd, nul pro-
cent stilstand.
”Op forecast bestellen wat nog op de tekentafel ligt, pro-
ductiecapaciteit en mallen reserveren, productontwikkeling
versnellen, netwerkpartners in stelling brengen.” Het
Hanko-team schakelde direct in kickdown-modus toen
‘Project Moerdijk’ loskwam. “Alle zeilen bijzetten, strikt
managen en wekelijkse voortgangsrapportage”, vat Hanko
de aanpak van het versterkte team samen. Resultaat: “Nul
procent stilstand”.
28 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
In Duinkerken verrijzen vier 10”-jetty’s tot ruim 5 kilo-
meter uit de kust, voor de aanlanding van LNG. Deze
jetty’s maken het mogelijk grote tankers op veilige
afstand te ontvangen. Het vloeibare gas wordt bij ca –
180 °C verpompt. Het isolatiesysteem moet er voor
zorgen dat condensafzetting en ijsvorming uitblijft.
Uiteraard moet de warmteabsorptie minimaal zijn,
want het gas moet de tanks in vloeibare fase berei-
ken, dat wil zeggen in ieder geval onder 160 °C.
DampschildIn dit project is gekozen voor een drielaags pir-sys-
teem van in totaal 800 mm. dikte. Traditioneel wordt
elke laag geseald met een dampwerende laag. Op
voorstel van Hanko wordt in dit project multilaminaat
butyleenfolie ingezet. Dit is in wezen een 0,8 mm
dikke butyleenkit. Voordeel is – afgezien van de uitste-
kende hechting – het ‘zelfherstellend’ vermogen: de
kit vult onverhoopt optredende kleinere perforaties
automatisch op. Vanzelfsprekend wordt ook in dit
systeem een anti-perforatielaag tussen mantel en iso-
latiesysteem aangebracht, maar de praktijk leert dat
desondanks kleine onvolkomenheden kunnen voorko-
men, met de bekende snelgroeiende ijsklompen als
gevolg. Dit verschijnsel beschadigt het systeem niet
alleen door de ijsvorming op zich, maar ook door de
substantiële gewichtsbelasting die het met zich mee-
brengt. Het multilaminaatfolie voorkomt dit en functi-
oneert dus als een heavy-duty dampschild.
Project zet Hanko in kickdown-modus
Logistiek opschalen op prognoses
Samenwerking in cryogene keten
Multilaminaat butyleen via prefab
”Vanaf dag één strikt projectmanagement, versterkt team,
leveranciers op forecast”, zegt Hans van Gastel. “Na afloop
zwart op wit: operatie geslaagd, nul procent stilstand”.
Het is niet overdreven om het dampschild als een van de
belangrijkste onderdelen van cryogene isolatie te beschou-
wen. In nieuwe isolatieprojecten komt het onderwerp
indringend op tafel bij engineers. Zo ook bij het GdF-project
in het Noord-Franse Duinkerken. Ketensamenwerking tus-
sen engineers van opdrachtgever GdF, ingenieursbureau
Technip, uitvoerder Prezioso, producent Kingspan en tech-
nisch-logistiek partner Hanko heeft een multilaminaat buty-
leenfolie in beeld gebracht, verwerkt in een prefab drie-
laags PIR-systeem.
Alle zeilen bijzettenIn dit project is Hanko de logistieke spil tussen isolatie-
bedrijf en isolatiematerialenproducenten, met name
Knauf Insulation. Basis voor de samenwerking is part-
nerschap en toegevoegde waarde in de keten. Dat
gaat, benadrukt Hans van Gastel, om toegevoegde
waarde met eigen ideeën, eigen engineering en dus
een eigen profiel. “Ook een concurrerende prijs van-
zelfsprekend, in combinatie met verbeterde isolatie-
waarden of verwerkbaarheid. Een wolschaal van 1,20
betekent in industriële montage toch grofweg twintig
procent productiviteitswinst.” Een tweede element in
de logistieke samenwerking is beperking van het aantal
leveranciers. In dit project was single sourcing uiteraard
een zorg minder, met levering van zowel plaatmateri-
aal, aerogel, pijpschalen en lamellendekens als tape,
spanband schroeven en bouten in één pakket.
Het project betekende door omvang en tijdpad alle zei-
len bijzetten voor iedere partner. Hans van Gastel:
“Ook voor Knauf. Pijpschalen maken ze reeds vier jaar,
ook de 10”-er is al een jaar op de markt. Maar de
lamellendeken en rvs-gaasdeken zijn snel geschikt
gemaakt voor deze toepassingen. Let wel: ijzeren regel
is dat er geen product zonder CE-keur of DOP de deur
uitgaat.”
Logistieke aanpakAlle zeilen bijzetten betekende voor Hanko in de eerste
plaats het team uitbreiden met twee mensen, tot de
huidige twintig, om in alle omstandigheden met de
projectstroom mee te gaan. “Vanaf dag één hebben we
ingezet op strikt projectmanagement met wekelijkse
voortgangsrapportage. We zijn direct begonnen met
de unieke aanpak van ‘forecasting’: bij onze leveran-
ciers capaciteit en productiemiddelen reserveren – fei-
telijk bestellen – wat bij de klant amper op de tekenta-
fel ligt. Zonder afnameverplichting, maar we kennen
ons vak, de branche en onze producten. Dat is perfect
opgepakt.” “Logistiek krijg je natuurlijk veel voor de
kiezen: opschakelen van tientallen naar honderden
afzetbakken, inhoud en locatie van bakken en voorra-
den bijhouden, en just in time rangeren van bakken
van de ene montagelocatie naar de volgende. En heb-
ben we dan helemaal niets hoeven aanpassen? Jawel,
de klant vroeg de pallets beter weerbestendig te ver-
pakken. Dat heeft Knauf per direct gerealiseerd.”
ServicecentraIn de praktische uitvoering werkt Hanko samen met
een vijftiental regionale servicecentra voor uiteenlo-
pende dienstverlening. “Wij zijn een handelsbedrijf,
onze twintig mensen zijn bezig met in- en verkoop.
Dankzij de servicecentra beschikken we – buiten onze
directe dagelijkse kanalen – vrijwel direct over duizend
afzetbakken. Zoals we even gemakkelijk kunnen
opschalen voor verpakking, omcoilen, zagen van PIR-
schalen of vormstukken tot en met het poedercoaten
op klantspecifieke kleur van aluplaat.We kiezen onze
servicepartners altijd in de regio om snel en lokaal te
kunnen handelen”, aldus Hans van Gastel.
PrefabHanko levert het dampschild langs twee kanalen aan:
het grootste gedeelte wordt door Pir-fabrikant
Kingspan verwerkt op prefab-schalen, met het oog op
efficiënte montage op locatie. Contractor Prezioso
brengt het systeem vervolgens aan op de kappen en
aansluitingen rond appendages, pompen en flenzen.
Daartoe wordt het materiaal zowel in de vorm van
tape als folie geleverd. De speciale butylrubber-samen-
stelling garandeert optimale hechting op onder meer
pir onder cryogene omstandigheden. Een versterkt
sandwichfolie (PE/Alu/PE) verleent de dampstop blij-
vende mechanische bestendigheid.
De opslagtanks zijn met een vergelijkbaar systeem geï-
soleerd, met Foamglas als bodemisolatie.
ExpansiebochtenJetty’s en overige installatiedelen voor LNG-aanlanding
zijn onder invloed van sterk wisselende bedrijfsomstan-
digheden onderhevig aan sterke krimp en uitzetting,
waarvoor zware expansiebochten noodzakelijk zijn.
Ook hier speelt het bovengenoemde alubutyl-damp-
schild een belangrijke rol, nu in samenspel – op de
joints – met minerale wol. Hiervoor levert Hanko 300
mm breed tape in plaats van het veel voorkomende 75
mm. Dit voorkomt dat ongeacht de amplitude en fre-
quentie van de expansiedynamiek het isolatiesysteem
‘uit de barrier’ schiet. In combinatie met de PE/Alu/PE-
toplaag en montage met overlap in plaats van spiraal-
wikkeling wordt vochtmigratie in het isolatiesysteem
uitgesloten.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 29
Hans van Gastel met
een van de cryoge-
ne-succesfactoren
op rol: alubutylfolie
als heavy-duty-
dampschild.
THERMISCHE, AKOESTISCHE en BRANDVEILIGE ISOLATIEOPLOSSINGEN
Opdrachtgevers zien Insulation Solutions steeds vaker als het
‘kenniscentrum’ op het gebied van thermische, akoestische en
brandveilige isolatie voor de utiliteitsbouw, industrie en scheeps-
bouw. Een groot compliment, waarvoor we ons dagelijks blijven
inzetten.
Door een uitgekiende logistiek en eigen productie kunnen wij snel
en meestal direct uit voorraad leveren tegen competitieve prijzen.
Oplossingsgericht denken, handelen en adviseren de basis voor onze werkwijze
Insulation Solutions B.V.
Minosstraat 40 1722
P.O. Box 5003
5004 EA Tilburg
The Netherlands
www.insulationsolutions.nl
VCA is basisbagage
.COM YRY
ISOLATIE CRYOGEEN
De industriële isolatiesector heeft momenteel de han-
den vol aan cryogene isolatie in de LNG-sector, zowel
wereldwijd als in Europa. Nu de economische crisis
wegebt, komen meer en meer projecten in uitvoering.
Deze groei is vooral vanaf 2013 zichtbaar.
Isolatiebedrijven worden ingeschakeld voor renovatie
en onderhoud van bestaande terminals, nieuwbouw
en uitbreiding. Ruim vijftig jaar geleden zijn de eerste
terminals aangelegd, die uiteraard het nodige onder-
houdswerk vragen. Hoewel cryogene isolatiesystemen
doorgaans zorgvuldig zijn geëngineerd en uitgevoerd,
komen van tijd tot tijd geregeld onvolkomenheden
aan het licht. De ijsklomp is een van de bekende zicht-
bare symptomen, maar ook kan onder invloed van
grote temperatuurverschillen en krimp/uitzetting scha-
de aan het systeem ontstaan.
Huzarenstukje Bij Terminal Le Tonkin, waar aardgastankers uit
Marokko aanlanden, zijn bij onderhoud defecten in
een twintig jaar oud isolatiesysteem ontdekt. De lei-
dingisolatie is daarom recent vervangen door een
Foamglas isolatiesysteem. Een huzarenstukje van engi-
neers en isolatiemonteurs, die hun toch al uitdagende
project hebben weten te realiseren zonder de installa-
tie uit bedrijf te nemen. Geen dagelijks werk en ook
geen project volgens de standaard-specificaties,
althans toen nog niet. Op grond van specifieke tests
en engineering is hiervoor een speciale Foamglas-spe-
cificatie opgesteld. Deze is gebaseerd op prefab-ele-
menten waarbij het isolatiemateriaal reeds is afge-
werkt met de dampdichte en mechanisch sterke
Terostat-coating. Dit bevordert de noodzakelijke snelle
voortgang.
Zorgvuldige voorbereiding en beheersing van de
omgevingscondities hebben de opdrachtgever snel en
goed voorzien van een state of the art Foamglas-sys-
Ruim vijftig jaar na de aanleg van de eerste Europese LNG-
terminals is de gasmarkt vol in ontwikkeling. Onderhoud en
uitbreiding doen her en der in Europa een beroep op isola-
tiespecialisten voor het uitdagende cryogene werk.
Foamglas is een van de belangrijkste isolatiesystemen. De
fysische karakteristieken van geschuimd glas passen de
LNG-installatie als een jas. Bovendien dragen actuele pre-
fab-systemen bij aan efficiënte montage. EDF-Suez-dochter
Elengy realiseerde op Le Tonkin bij Fos sur Mer zelfs een
innovatie in de buitencategorie met ‘prefab in bedrijf’.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 31
Meer prefab in cryogene toepassingen
Fysische karakteristiekenFoamglas passen als een jas
Isolatiewerk aan fase III van LNG-terminal Isle of Grain (Kent, UK). Dit is een ‘All Foamglas’– systeem met toepassing van een
tweelaags prefab Foamglas-systeem, af fabriek voorzien van Terostat PCFR-dampschild. Het gaat hier om 3,5 km strekkende
leidingmeters, waarvan meer dan de helft in de serieuze 16”- tot 36”-diameters. De 260 bochten hebben dankzij het prefab-
systeem automatisch 90° verspringende naden.
32 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Isoleren bij -160 °C. op Le Tonkin. Geheel rechts Foamglas One prefab-vormstukken, in het midden de veelzeggende thermo-
meter en links de uitvoeringspraktijk. Na verwijdering van het oppervlakkige ‘rijp’-laagje, ontstaan door uitsneeuwing van de
omgevende koude lucht, wordt zo snel mogelijk een nieuw isolatiecompartiment gemonteerd. Speciaal voor dit renovatie-
project is een applicatie-specificatie ontwikkeld.
teem dat belooft over dertig jaar nog net zo te preste-
ren als na de aanleg in 2014. Vanzelfsprekend wordt
het onderhanden leidingdeel steeds zorgvuldig ont-
daan van uitsneeuwende luchtvochtigheid, waarna
onmiddellijk de eerste Foamglas-laag wordt aange-
bracht. Het isolatiemateriaal is hier fabrieksmatig voor-
zien van een speciaal PC 700K mortelsysteem in combi-
natie met glasvezelversterkte wapening PC 150. De
buitennaden zijn geseald met Terostat PC-FR, terwijl de
inwendige naden in het isolatiesysteem met Pittseal
444N op butylbasis zijn gesloten.
Het behoeft geen betoog dat alle betrokkenen de iso-
latie van cryogene installaties liefst buiten bedrijf reali-
seren, maar de praktijk houdt hiermee niet altijd reke-
ning. In dit geval is de grote winst dat de praktijk een
betrouwbare systeemspecificatie heeft opgeleverd,
met de zekerheid van een duurzaam isolatiesysteem.
Foamglas-specialisten buigen zich samen met engi-
neers en opdrachtgevers geregeld over bijzondere pro-
jecteisen. Effectiviteit en betrouwbaarheid zijn leidend,
en daarvoor worden zo nodig proeven onder zware,
realistische condities uitgevoerd. Ter illustratie: bij een
dergelijke Foamglas -verlijmingstest onder extreme
belasting bleek het isolatiesysteem de sterkste schakel.
“De markt is leidend, en wij doen er alles aan – graag
zelfs – om oplossingen voor bijzondere eisen en
omstandigheden te leveren”, is het Foamglas-devies.
GroeimarktLNG ofwel GNL ofwel vloeibaar methaan speelt een
grote rol in de ontwikkeling van de energiemarkt.
Waar wereldwijd nu nog 5 miljoen ton LNG via tank-
wagen en kleinbulk wordt gedistribueerd, groeit dit
tot het twaalfvoudige – 60 miljoen ton per jaar – in
2025. Daarmee groeit de totale, globale aardgasmarkt
naar verwachting met dertien procent. Met de ontwik-
keling van aardgasmotoren voor vrachtwagen- en
scheepsmotoren komt een verhoudingsgewijs 10 tot 25
procent lagere CO2-emissie binnen bereikt, terwijl de
geluidproductie met de helft daalt. Met aardgasmoto-
ren beantwoordt de transportsector aan de nieuwe
Europese Eurodiesel-6-norm c.q. Seca voor het maritie-
me verkeer. De fijnstof- en zwaveluitstoot wordt tot
vrijwel nul teruggebracht.
Om deze markt efficiënt te bedienen worden LNG-
plants uitgebreid met speciale overslagstations voor
belading van tankwagens van kleinbulktankers die de
scheepvaart van brandstof voorzien.
Specs en prestatieLNG-plants vallen ruim binnen de algemeen gehan-
teerde afbakening van het begrip cryogene isolatie:
< -150 °C. LNG wordt gekoeld tot -160 °C. Bij deze
temperatuur en bij atmosferische druk is het vloeistof-
volume gereduceerd tot 1/600 van het gasvolume. De
geringe verdamping die onder deze opslagcondities
nog optreedt, wordt in moderne terminals via koeling
teruggevoerd. In normale bedrijfsomstandigheden is
geen affakkeling nodig.
De opslag van vloeibaar stikstof is vergelijkbaar, met
dien verstande dat stikstoftanks een bedrijfstempera-
tuur hebben van – 196 °C.
Op een aantal plants wordt zowel LNG als stikstof op-
en overgeslagen. Voor laagcalorische toepassingen
wordt het hoogcalorische LNG uit zowel energetische
als technische overwegingen vermengd met stikstof.
Isolatietechnisch gezien liggen vloeibaar aardgas/ethy-
leen en stikstof/zuurstof dicht bij elkaar, hoewel instal-
latiedetails en mediumeigenschappen leiden tot speci-
fieke ISO- en ASTM-normen en dus ook isolatiespecifi-
caties, waarin functionele en economische aspecten
meewegen. Voor de bepaling van de isolatiedikte gaat
men vaak uit van een maximale warmtestroom van
25-37 W/m2. Voor cryogene isolatie met geschuimd
glas gaat het vooral om Foamglas type One. Dit geeft
bij cryogene temperaturen geen krimp: tussen -265 en
+430 °C toepasbaar, vanzelfsprekend ook op rvs-syste-
men dankzij het verwaarloosbare gehalte aan oplosba-
re chloriden.
Typische installatievariant voor de afwerking op een eindstuk:
1. Foamglas One; 2. cryogene sealing/lijm; 3. dampwerende
laag; 4. tape; 5. dampschild; 6. montageband/-tape.
DampdichtheidUiteraard voldoet Foamglas volgens de CE-markering
aan Europese norm EN 14305 die onder meer isola-
tieprestaties, maattoleranties en productiebeheersing
behandelt. Hetzelfde geldt voor de internationaal
gangbare ASTM-normen. Op belangrijke criteria legt
het materiaal een heldere score neer: het materiaal is
blijvend vormvast, heeft een blijvend gesloten celstruc-
tuur en is niet-organisch. Het is daarom veilig toepas-
baar voor onder meer isolatie van systemen voor vloei-
bare stikstof en zuurstof. De hoge mechanische belast-
baarheid en het feit dat geen medium in het materi-
aal doordringt, spelen uiteraard mee.
Cryogene isolatie staat of valt met dampdichtheid. Dat
is een van de facetten waarin Foamglas-isolatie uit-
blinkt. De waterdampdiffusieweerstand µ is oneindig:
het materiaal is immers opgebouwd uit gesloten glas-
cellen. Hierbij speelt ook de lineaire uitzettingscoëffi-
ciënt een rol. Geschuimd glas heeft een iets kleinere
uitzettingscoëfficiënt als staal. Dat draagt in zowel
koude en warme systemen als in dual-temperatureap-
plicaties bij aan duurzame systeemintegriteit. Het zeer
kleine verschil dat er wel is komt in de koude en cryo-
gene isolatie goed uit. Foamglas- vormdelen komen
strakker tegen elkaar te zitten en naden worden
geminimaliseerd.
Prefab in bedrijfDoorgaans kan een Foamglas-isolatiesysteem volstaan
met een tweelaagse opbouw, waarbij de eerste laag
‘droog’ wordt gezet. Dit houdt het systeem eenvoudig
en het beperkt de handelingen op locatie. Segmenten
en vormdelen van geschuimd glas worden vrijwel
altijd als maatwerk geproduceerd. Voor tweelaags
vormdelen is daarmee automatisch geregeld dat de
naden netjes ten opzichte van elkaar verspringen:
Foamglas heeft dit in de productietechniek gestan-
daardiseerd.
Pittsburgh Corning, de fabrikant van Foamglas-isolatie,
signaleert een opmars in de toepassing van prefab, die
verder gaat dan het voor dit materiaal al gebruikelijke
maatwerk in segmenten en vormdelen. Bijvoorbeeld in
de vorm van een inwendige coating of externe afwer-
king met Terostat of Alubutyl. Een enkel voorbeeld uit
het uitgebreide menu zijn de kwartsegmenten voor
grote diameters, naast afsluiterkappen op maat, pre-
fab-koppen, reductoren en T-stukken. Of – voor
warme systemen - oversized schalen en bochten die
rekening houden met tracing. Onder de mogelijke
coatings noemen we de anti-schuurlagen voor hoge-
en lagetemperatuurtoepassingen, uitwendige celvuller
of het al genoemde dampdichte alubutyl-folie.
De voordelen van prefab spreken voor zich: minder
werk op het project, montagegemak en versnelde
voortgang en optimale kwaliteit. Uniek is de mogelijk-
heid vrijwel alle maten en vormen te maken: de
fabriek beschikt over ideale productiemogelijkheden
voor grote – zeg maar lastig handelbare - en afwijken-
de vormstukken. Bovendien kunnen prefab vormstuk-
ken altijd gemakkelijk worden gedemonteerd voor
inspectiedoeleinden. “Uitpakken en installeren, veel
meer dan een handzaagje is niet nodig voor de mon-
tage op locatie van prefab Foamglas-elementen”, zegt
de fabrikant. Vanzelfsprekend voldoet prefab aan
ASTM- en EN-normen.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 33
Een van de acht LNG-tanks op UK-terminal Isle of Grain. Alle tanks staan op Foamglas-tankbodemisolatie, waarvoor de hoogbe-
lastbare HLB-blokken zijn toegepast.
ISOLATIE DUURZAAM & RENDABEL
Industriële nieuwbouw en onderhoud moeten veilig,
economisch en duurzaam worden aangepakt. In selec-
tie en dimensionering van een optimaal isolatie-
systeem wegen dan ook vele factoren mee: functiona-
liteit, bedrijfsvoering, economische prestatie, duur-
zaamheid en onderhoudsefficiëntie. Optimale isolatie
reduceert de thermische verliezen en dus de CO2-emis-
sie vaak met minimaal negentig procent. Niet-optima-
le isolatie ten gevolge van verouderde diktetabellen
leidt tot omvangrijk, vermijdbaar energieverlies.
Actuele tabellen voor economische isolatiedikte op
basis van actuele gegevens, hangen vol duurzaam en
economisch laag fruit: tien miljoen euro per jaar, per
strekkende kilometer leidinglengte.
Als het gaat om de economische isolatiedikte, kortweg
EID, zwengelt Hertel daarom graag de discussie op de
millimeter aan. De industriële opdrachtgever waar-
schijnlijk ook, gezien de € 12,50 besparing per strek-
kende leidingmeter.
Wim Strookappe, technisch manager isolatie bij Hertel
ging terug naar de basis en fileerde de isolatiedikte en
de achtergronden daarvan tot op de kale pijp.
Resultaat is een nieuw fundament voor optimale
systeemkeuze en isolatiedikte. Een innovatieve defini-
tie van bandbreedte en bandhoogte leidt tot een
uiterst praktische herijking van de EID-tabellen. Net zo
hanteerbaar als conventionele en veelal verouderde
tabellen, maar actueel, duurzaam en rendabel. Het
kan een grotere plant in de chemie of petrochemie zo
maar tien miljoen per jaar in de knip schuiven en het
levert bovendien een omvangrijke en haalbare bijdra-
ge aan de duurzaamheid.
Investeren en besparenIndustriële isolatie bespaart energiekosten en kost ook
geld. Hoe dikker de isolatie, des te groter de bespa-
ring én de investering. In principe leidt de optimale
som van energieverliezen en investering – ofwel isola-
tiekosten minus energiebesparing - tot de economi-
sche isolatiedikte EID.
Strikt toegepast leidt deze berekening tot een wiskun-
dig en warmtetechnisch juiste maar praktisch lastig
hanteerbare diktetabel. Pijpschalen zijn nu eenmaal
niet per dikte-millimeter in de handel. Logistiek,
engineering en onderhoud vergen een redelijke
systeemuniformiteit en zowel opdrachtgever als isola-
tiespecialist hanteert per plant of installatietype graag
een breder toepasbare diktetabel.
Het verloop van de kostencurve hangt af van leiding-
diameter en temperatuur. Uiteraard is het kostenver-
loop in de praktijk niet lineair, maar treden sprongen
op. Bijvoorbeeld bij de overgang van één- naar meer-
laagse systemen, eventuele inzet van steigerbouw of
Een veelbesproken begrip in industriële isolatie: de econo-
mische isolatiedikte. Waarschijnlijk ook het meest miskende
onderwerp. Ondanks alle discussie blijven niet-actuele
tabellen op de engineeringstafels liggen: niet duurzaam en
evenmin economisch. Industriële energiemiljoenen dan
maar laten weglekken is voor de Hertel-specialisten geen
optie. Zij steken hun nek uit, ontrafelen de materie, intro-
duceren een universele bandbreedte als actueel fundament
voor economische isolatiedikte. Daarnaast is een meer rea-
listische benadering gehanteerd van de maximale thermi-
sche verliezen. Dat is leidend. Om groen te denken, en goed
voor € 12,50 per leidingmeter per jaar besparing op de total
costs of ownership (TCO).
34 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Rendement begint bij economische isolatiedikte
Industriële miljoenen in de knipmet actuele definitie bandbreedte
extra ommantelingskosten bij toenemende isolatiedik-
te. Ook hebben onderhoudsschema’s en afschrij-
vingstermijnen hun invloed.
Aan de uitgangspunten achter Hertels EID-analyse
doet dit niets af. Het systeem is gebaseerd op gangba-
re toegepaste systemen in de industrie, i.c. steenwol
schalen/gaasdekens met alu-beplating. Uiteraard kun-
nen plantspecifieke gegevens in de berekeningen wor-
den betrokken, zoals ook variabele energieprijzen de
uitkomst beïnvloeden zonder de systematiek aan te
tasten.
Bandbreedte en bandhoogteBerekening volgens de algemeen geaccepteerde dyna-
mische methode VDI 2055 laat zien, dat bij toenemen-
de leidingdiameter uiteraard de kostencurve steiler
verloopt. Echter met relatief geringe verschuiving van
het optimum, dus van de EID. Toenemende tempera-
tuur brengt een verhoudingsgewijs breed en vlak
gebied rondom het optimum in beeld. Dit brede en
vlakke gebied in de EID-curve bakent Hertel af als de
optimale EID-zone. Hier wordt de best haalbare inte-
grale isolatieprestatie bereikt met reële thermische en
economische weging van investering, energiebespa-
ring, beschikbare systemen en installatievariabelen.
Figuur 1 brengt deze zone in beeld: binnen een gering
verschil in dynamische isolatiekosten – bijvoorbeeld
twee procent – bestaat een verhoudingsgewijs brede
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 35
Figuur 1. Schematische weergaven van de totale kosten van installatie en energieverlies versus isolatiedikte bij hogere temperatuur.
Het gearceerde deel accentueert de bandbreedte, binnen de bandhoogte van +2% ten opzichte van de minimale totaalkosten.
Plant Integrity en inspectie
Analyse van industriële isolatiesystemen brengt een
aanzienlijk besparingspotentieel aan het licht. Er valt
volgens onafhankelijke berekeningen 31 petajoule per
jaar te besparen, in geld ca. 175 miljoen euro.
Toepassing van actuele isolatiediktetabellen en optima-
lisatie van bestaande systemen draagt bovendien bij
aan de integrale installatiekwaliteit.
Plantowners en maintenancemanagers doen geregeld
een beroep op industrieel dienstverlener Hertel. EiiF-
gecertificeerde Tipcheck-engineers zetten geavanceer-
de middelen in om installaties in bedrijf te analyseren.
Objectieve rapportage brengt kosten en baten in
beeld. Vaak zijn de terugverdientijden interessant kort,
zeker als optimale isolatie volgens actuele inzichten
wordt opgenomen in reguliere onderhoudschema’s.
Het C&I-Center van Hertel (www.hertel.com) geeft
nadere informatie en licht graag de details en reken-
grondslagen toe van de economische isolatiedikte,
waarvan dit artikel de hoofdlijnen weergeeft.
optimale zone. Met andere woorden: er is veel ruimte
voor systeemverbetering zonder noemenswaarde
invloed op de TCO. Binnen de brandbreedte en hoog-
te zijn substantiële energiebesparing en duurzaam-
heidsverbetering haalbaar. Hoe hoger de objecttempe-
ratuur, des te groter de bandbreedte en des te groter
derhalve de duurzaamheidswinst. Bij toename van
zowel temperatuur als leidingdiameter verloopt de
totale kostencurve vrijwel vlak en is de brandbreedte
relatief groot: veel ruimte dus voor een extra energie-
slag in het kader van duurzame bedrijfsvoering.
WarmteverliezenIn het kader van het onderzoek zijn de warmteverlie-
zen per leidingeenheid berekend voor de verschillende
leidingdiameters en temperatuurbereiken. Hieruit
blijkt dat het niet mogelijk is de isolatiedikte te bepa-
len aan de hand van één richtgetal, zoals de veel
gehanteerde 120 W/m2 en 150 W/m2 geïsoleerd opper-
vlak. Voor leidingen verdient het aanbeveling alleen
de warmteverliezen per strekkende meter te beschou-
wen. Indien men op basis van duurzaamheid beslist, is
het logisch en eenvoudig om een bijbehorend maxi-
maal warmteverlies als ‘norm’ te stellen, ongeacht het
isolatiesysteem, en mede hierop de EID ‘nieuwe stijl’ te
berekenen.
Juist een adequate vertaling van warmteverliezen in
economische isolatiedikte is cruciaal, stellen de Hertel-
onderzoekers: het is de kern van het Energieakkoord,
dat duurzaamheid verbindt aan economische groei:
bespaar geld, dus denk groen en neemt de warmte-
verliezen als leidende factor. En daarna, stelt Hertel,
mag het best praktisch worden opgepakt in termen
van ‘wol’, ‘plaat’, ‘besparing’ en andere dagelijkse
trefwoorden.
Oplopende winstBij TCO-analyse van meerdere, in de huidige praktijk
gehanteerde diktetabellen, worden vrijwel alle isola-
tiediktes te laag voorgeschreven. Dit geldt zowel ten
aanzien van energiehuishouding als energiekosten De
totale kosten liggen volgens de bandbreedte-afbake-
ning duidelijk buiten het optimum, en wel aan de
dure zijde. Naarmate – zoals verwacht – de energie-
prijzen zich herstellen en hun historische groei herne-
men – loopt de schade van deze achterhaalde tabellen
verder op. Doorrekening laat nu al € 5,- per meter per
jaar TCO-verlies zien. Opwaardering tot een reëele EID
levert verdere, kwantificeerbare en oplopende kosten-
besparing op, tot een totaal van € 12,50 per meter per
jaar.
Vereenvoudigde tabelHertel heeft op basis van de bandbreedte- en band-
hoogtedefinitie en met meeweging van gemaximeer-
de warmteverliezen per leidingmeter en model ont-
wikkeld voor een nieuwe tabel voor de economische
isolatiedikte. Deze is vervolgens vereenvoudigd aan de
hand van praktische factoren zoals handelsconforme
isolatiesystemen. Tabel 1 geeft een realistische impres-
sie van actuele isolatiedikte en warmteverliezen.
Duidelijk is dat in de meeste gevallen opwaardering
met veertig tot zeventig procent van de conventionele
diktes zowel wenselijk als rendabel is. De daarmee
gemoeide hogere investeringskosten kunnen oplopen
tot zo’n dertig procent, snel - veelal binnen zes tot
twaalf maanden - terugverdiend door energiekosten-
reductie.
36 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Berekeningen gebaseerd op o.m. - Ecofys/EiiF-factsheet 2015 ‘Energy and CO2-savings potential of industrial insulation
in the Netherlands’(www.ecofys.com; www.EiiF.org); Ecofys-studie 2012 ‘Climate protection with rapid payback’
(www.ecofys.com; www.EiiF.org); - Tipcheck-informatie (www.EiiF.org).
Tabel 1. Vereenvoudigde tabel voor economische isolatiedikte. De oranje velden markeren aangepaste isolatiediktes ten
opzichte van de berekende economische isolatiedikte. Hoe hoger de temperatuur en hoe groter de leidingdiameter, des te
ruimer de optimalisatie. De vereenvoudigde tabel reduceert het aantal diktes van dertien tot tien, vereenvoudigt de opbouw
van meerlaagse systemen en sluit aan bij courante diktes. De groene kolommen geven het overeenkomstige warmteverlies
weer, uitgedrukt in W/m.
Het eerste rookarme flexibele isolatiemateriaal met Euroklasse
BL-s1,d0. Armaflex® Ultima verbetert, in het geval van brand,
meetbaar het zicht in de vluchtwegen.
Europese brandklassering conform Bouwbesluit 2012.
Kiest u nu voor de nieuwe standaard - voor meer zekerheid!
Install it. Trust it.
rookontw ikke l
i ng
minimale
INSTALLEER
VEILIGHEIDZEER LAGE ROOKCONCENTRATIE BIJ BRAND
Tel.: +49 251 7603 122
[email protected] www.armacell.com
ISOLATIE UTILITEIT
Kort voor de officiële ingebruikname van het
Isolatiehuis in het Intechnium te Woerden spreken we
daar met voorzitter Hans Koole en projectleider Ies
den Daas over het VIB-utiliteitsproject. ”Het voelt als
thuiskomen”, zegt laatstgenoemde, met zicht op
vetrouwde gebouwinstallaties, over zijn rentree in de
isolatiebranche. Dat treft, want hij staat voor de VIB-
taak van zijn specialisme – utiliteitsisolatie - een open
huis te maken. Het U-project ‘Toegevoegde waarde
utiliteitsisolatie’ maakt de betekenis van zorgvuldige
utiliteitsisolatie helder zichtbaar voor alle betrokken
schakels in de gebouwketen. De schat aan bestaande,
veelvormige informatie binnen en buiten de branche
wordt verzameld, geïnventariseerd en geïnterpre-
teerd. Vervolgens worden functies en prestaties van
utiliteitsisolatie toegankelijk gemaakt, op maat voor
de verschillende belanghebbenden: zo weegt voor de
gebouwgebruiker de kwaliteit van het binnenklimaat
zwaar, bekijkt de overheid scherp de energieprestaties
en wil de verhuurder een aantrekkelijk gelabeld
gebouw in de markt zetten.
Zichtbaar zijn“De buitengewone leden van de VIB waren bezig met
een project om utiliteitsisolatie op een hoger plan te
brengen. De gedachten gingen uit naar een norm met
Utiliteitsisolatie doet veel goeds, maar in stilte. Het nieuwe
VIB-project ‘Toegevoegde waarde utiliteitsisolatie’ veran-
dert dit voorgoed. Goed nieuws voor adviseurs, gebouwbe-
heerders en -gebruikers, overheden en andere belangrijke
belanghebbenden: zij krijgen kristalhelder zicht op de speci-
fiek voor hun relevante prestaties van utiliteitsisolatie. Het
‘U-project’ bundelt, interpreteert en ontsluit per medio 2016
een schat aan informatie. Isolatie Magazine sprak met VIB-
voorzitter Hans Koole en projectleider Ies den Daas over
doel en achtergronden.
38 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
VIB-project ‘Toegevoegde waarde utiliteitsisolatie’:
’Prestaties isolatie voor
branche en markt ontsluiten’
Hans Koole, voorzitter VIB over het Utiliteitsproject: “ Betrokkenen moeten de waarde van ‘goede isolatie’ onderkennen en
weten hoe dit praktisch wordt gerealiseerd. Isolatiebedrijven kunnen die munitie in stelling brengen met het legitieme doel
hiermee op enige moment meer en betere opdrachten te verkrijgen.”
een pr-aanpak om de betekenis van utiliteitsisolatie
wereldkundig te maken”, zegt Hans Koole over de
aanzet tot het nieuwe ‘U-project’. “Een overheidser-
kende norm brengt installatiebedrijven ertoe volgens
die uitgangspunten te werken, met het legitieme uit-
zicht op omzetgroei voor utiliteitsisoleerders. Ik kan
me voorstellen dat de utiliteit – al met al een kleine
1500 mensen - zich krachtig wil manifesteren. Dit deel
van de branche is immers qua impact en werknemers-
aantallen in balans met de industrie, waar de CINI-
norm de markt al een mooi ankerpunt biedt. Het U-
project is een oude wens, die nu met kracht wordt
doorgezet. Noodzakelijk ook. De utiliteit doet heel
veel goed werk, maar dat zeggen we vooral als bran-
chegenoten tegen elkaar. Bij mijn oriënterende
gesprekken met overheden, politici en brancheorgani-
saties bespeurde ik bij het begrip ‘isolatiebedrijven’
geen associatie met technische isolatie. In het politieke
krachtenveld is de positie van isolatiewerk op zijn
zachtst mager. Als de utiliteit zich niet zichtbaar
maakt, worden we niet gezien en volgen beslissers
hun eigen associaties. Dit project beantwoordt de
wens van de VIB-utiliteitsisoleerders en brengt tegelij-
kertijd isolatiewerk in de utiliteit bij opdrachtgevers in
beeld. We dragen uit waarom isolatiewerk goed moet
zijn, waarom een bepaalde uitvoering nodig is en
welke functies het vervult. Dat kan alleen de sector
zelf doen, want de markt heeft onvoldoende kennis. Ik
stel vast dat de sector heel veel kennis en informatie
heeft, maar versnipperd. Dit harken we bij elkaar om
zelfverzekerd naar buiten te brengen wat goed isola-
tiewerk inhoudt. In een volgende fase bekijken we of
hieruit een norm voortvloeit. Het eerste perspectief is
dat de isolatieonderneming goed beslagen ten ijs komt
bij adviseurs en opdrachtgevers. En als we als tweede
perspectief als sector voor goed isolatiewerk staan,
dan hoeven we niet te schuchter voor een norm te
zijn.”
DoelgroepenProjectleider Ies den Daas plaatst utiliteitsisolatie in
het blikveld van de doelgroepen: “Isolatie is – hoe
belangrijk ook – een klein deel van het aandachtsge-
bied. We spreken doelgroepen aan op hun eigen
gebied. Voor de overheid tellen waarschijnlijk andere
aspecten dan voor de gebouweigenaar. Zo is energie-
beheer voor een gebouwgebruiker wellicht maar een
van de honderd aspecten, naast zware factoren als
loonkosten. Hij zal isolatie belangrijker vinden voor de
klimaatbeheersing dan voor de energierekening. Zo
sluit het U-project per doelgroep aan bij het primaire
belang.”
Hans Koole en Ies den Daas geven een globale schets
van doelgroepen en hun primaire isolatieperspectie-
ven, zonder de pretentie dat iedere doelgroep en elk
perspectief al ‘in de bus’ zit.
• Gebouweigenaar: verhuurbaarheid/comfortniveau,
energielabel;
• Gebouwgebruiker: binnenklimaat, hygiëne, kosten-
beheersing;
• Adviesbureau: getoetste, actuele aanbestedings- en
offerte-informatie met een gedragen kwaliteitsnorm
als fundament;
• Overheid/beleidmaker: energiebeheer, milieubeheer,
realisatie klimaatdoelen;
• Installateur: korte doorlooptijd op het project, flexi-
bel afgestemd op de ketenplanning, en geborgde
montagekwaliteit;
• Algemeen: functioneel en comfortabel geheel,tegen
verantwoorde lees lage exploitatiekosten; energie-
efficiëntie;
• Isolatiebedrijf: marktverruiming, bewezen kennisdra-
ger, kwaliteitsborging;
• Toeleverancier: kwalitatieve marketing, marktverrui-
ming.
Ies den Daas: “Per doelgroep gaan we de diepte in,
aan de hand van de praktijk. Zo is de productiviteit
afhankelijk van een goed regelbaar binnenklimaat en
dus van goede isolatiesystemen. Hetzelfde geldt voor
legionella-preventie.”
Hans Koole: “De informatie – uit artikelen, rapporten,
onderzoeken - wordt dusdanig toegankelijk gemaakt
dat alle doelgroepen er concreet mee kunnen werken.
Ook het isolatiebedrijf, dat een nieuw project kan
ondersteunen met bewezen informatie.”
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 39
U-project in het kortHet VIB-project ‘Toegevoegde waarde van utiliteitsiso-
latie’ wordt uitgevoerd door een werkgroep onder lei-
ding van utiliteit-ondernemer Ies den Daas. De werk-
groep bestaat verder uit de vertegenwoordigers van
buitengewone VIB-leden Remco Hiemstra, Frank
Geukemeijer en Johan Sentjens.
Het U-project gaat van start met deel I, verzamelen en
ontsluiten van informatie en analyse van de toege-
voegde waarde van utiliteitsisolatie middels een stake-
holdersanalyse. Het project houdt de mogelijkheden
open voor een tweede deel, gericht op ontwikkeling
van utiliteitsnormen en regelgeving.
Algemene doelstelling is kwantitatieve en kwalitatieve
marktbevordering door ‘isolatie als kostenpost’ op
grond van feiten, functies en prestaties om te buigen
in ‘Isolatie als concrete kwaliteitsbijdrage aan een
duurzame maatschappij’.
De eerste projectfase is gericht op verzameling, inven-
tarisatie en analyse van informatie en doelgroepen. De
tweede fase behelst ordening en ontsluiting, onder
meer in de vorm van bijvoorbeeld website en informa-
tiebladen.
De afrondende fase stelt de informatie beschikbaar
aan VIB-leden en externe doelgroepen, waarvoor spe-
ciale bijeenkomsten worden belegd.
Medio 2016 is het U-project afgerond en staat utili-
teitsisolatie kristalhelder op de kaart.
De beste besparingHans Koole licht de overheid er uit als isolatie-belang-
hebbende: “De overheid staat voor het algemeen
belang. De isolatieondernemingen en ons vakgebied
leveren een wezenlijke bijdrage aan een duurzame
wereld. Dat moet de overheid boeien en dat kan de
invoering van een norm ondersteunen. Ons land heeft
verschillende klimaatdoelstellingen gemist en er gaat
nog steeds heel wat energie verloren, via utiliteitsge-
bouwen, industrie en woningen. Als op al die fronten
het isolatiewerk goed op orde is, hoeven we die ener-
gie alvast niet meer te besparen. Niet gebruikte ener-
gie is immers de beste besparing.”
Ies den Daas: “Daarom is het belangrijk dat isolatie
meer dan een vinkje op een checklist is. Het mooie van
het vak is ons bedrijfsmodel, gebaseerd op een flinke
rol in energiebesparing en CO2-reductie. Normen,
zoals toegepast in bijvoorbeeld België of Frankrijk,
kennen al wel concreet punten toe aan correcte isola-
tie. Maar dat is een zaak van langere adem. Binnen
het utiliteitsproject buigt een werkgroep zich in ieder
geval over een eigen VIB-norm volgens de kaders van
het Bouwbesluit en die als referentie voor ‘hoog-
waardig isoleren’ in de markt wordt gezet.”
Pragmatische aanpakHet doel van de eerste projectfase staat vast: medio
2016 beschikt de utiliteitsketen over verzamelde en
toegankelijk gemaakt informatie, toegespitst op de
belangrijke doelgroepen. De aanpak is pragmatisch.
Hans Koole: “We starten met verzamelen en ordenen.
Natuurlijk zijn er gedachten over de beste manier,
maar de oogst aan informatie is bepalend. En we
beperken ons in ieder geval in deze fase tot de kern
van het isolatiewerk, met het oog op kennisborging
op de fronten waarop de utiliteitsisolatiebedrijven
actief zijn. We gaan dus eerst slim ordenen wat nu
nog versnipperd is. Wellicht komen er naast bijeen-
komsten, factsheets en website nog slimmere metho-
den. Des te beter. Zodra dit afgebakende project
bewustwording over de toegevoegde waarde van iso-
latie realiseert, komen vervolgstappen aan de orde.
Zoals lobby richting politiek en andere beslissers die
zich net buiten de isolatiebranche bewegen om hun
de goede werken van ons vakgebied te tonen.
Betrokkenen moeten de waarde van ‘goede isolatie’
onderkennen en weten hoe dit praktisch wordt gerea-
liseerd. Isolatiebedrijven kunnen die munitie in stelling
brengen met het legitieme doel hiermee op enige
moment meer en betere opdrachten te verkrijgen. Het
interne draagvlak binnen de VIB is er, en we steken er
veel energie in om er ‘gefundenes Fressen’ voor alle
leden van te maken.”
“Het U-project gaat ons vak verrijken”, besluit Ies den
Daas.
40 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Ies den daas, projectleider VIB-utiliteit: “Isolatie moet meer zijn dan een vinkje op de checklist. Het mooie van het vak is ons
bedrijfsmodel, gebaseerd op een flinke rol in energiebesparing en CO2-reductie.”
ISOLATIE CRYOGEEN
De gecacheerde glaswoldeken Cryolene van Saint-
Gobain Isover is een synthese van isolatietechnische
karakteristieken en praktische toepasbaarheid. Het
product is ontwikkeld voor isolatie van opslagtanks en
drukvaten voor onder meer LNG en vloeibare zuurstof
en stikstof. De opslag stelt zware eisen aan de tank-
constructie en natuurlijk ook aan het isolatiesysteem.
Met een referentie-lambdawaarde van 0,038 W/m.K
10°C volgens EN 12667 haalt Cryolene bij gebruikelijke
servicetemperaturen voor LNG-opslag een isolatie-
waarde van ongeveer 0,020 W/m.K.
VeerkrachtigBij systemen voor tankisolatie gelden eisen aan het
dynamische gedrag. Dat is bij koude-installaties niet
anders. De tankinhoud neemt toe en af in functie van
vloeistofniveau- en temperatuur: het uitbuiken.
Cryolene is daarom blijvend uiterst flexibel en veer-
krachtig over het gehele toepassingstraject van -170 °C
tot +120 °C.: het volgt soepel de dynamiek van de tan-
kwand of andere installatiedelen. Het behoudt – onaf-
hankelijk van temperatuurschommelingen of zelfs ther-
moschokken zowel de isolatietechnische als mechani-
sche waarden. Cryolene is beschikbaar in drie varianten.
Voor zwevende dekken wordt kwaliteit 681 toegepast,
voor wanden is type 682 ontworpen, terwijl voor de kri-
tische pijpverbindingen het type 684 de beste keuze is.
Cachering met glasvezelversterkt aluminiumfolie of glas-
vlies verleent Cryolene een hoge treksterkte.
Extra langVanuit de toepassing gezien vertegenwoordig
Cryolene de koude kant van de TECH Crimped Roll-
Voor cryogene isolatie van met name opslagtanks en druk-
vaten levert Saint-Gobain Isover de speciale glaswoldekens
Cryolene. Rond 1980 werden al de eerste LNG-tanks geïol-
seerd met dit systeem. In de naam zijn de begrippen
‘Cryogeen’ en ‘Laine’ samengesmeed, in de praktijk is de
glaswoldeken ook nog verrijkt met een cachering van glas-
vlies of vezelversterkt aluminiumfolie. Servicetemperatuur:
-170 tot +120 °C.
42 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Blijvend elastisch tot -170 °C
Cryogene tankisolatiemet Cryolene
Aanlanding van LNG in Montoir. Bretagne. De opslagtanks op de terminal zijn geïsoleerd met Cryolene.
(Foto: Engie, Yann Werdefroy)
familie, met gemakkelijke verwerkbaarheid – 1200 mm
breed – als prettige eigenschap. Isover heeft gebruik
gemaakt van het gegeven dat tankisolatie per definitie
op projectbasis wordt gedimensioneerd en geëngi-
neerd. Dit is vertaald in ‘rollengte op aanvraag’:
Cryolene glaswoldekens kunnen op aanvraag op grote
tot zelfs zeer grote lengte worden geleverd. Dit levert
montagegemak en het voorkomt koudebruggen.
MontageOp tankwanden wordt Cryolene straksluitend aange-
bracht, met per laag verspringende naden. Bij de dek-
isolatie wordt de laatste sectie uiteraard pas aange-
bracht na voltooiing van de perliet-isolatie tussen
binnen- en buitenwand. De toplaag is voorzien van
glasvezelversterkt gelamineerd aluminiumfolie. Deze
bekleding van de minerale wol dient als damp- en
thermisch reflectiescherm. Steunconstructies binnen
het isolatiemateriaal moeten worden afgetaped.
ToepassingenCryolene wordt sinds begin jaren ’80 toegepast. Een
van de eerst terminals was de Bretonse LNG-terminal
in Montoir, een plant van Engie-dochter Elengy.
Daarna zijn in alle werelddelen vergelijkbare installa-
ties gevolgd, zoals de Rotterdamse Gate-terminal (2009
en 2010, met Cryolene 681), Xinjian Guanghui in China
(2009, met Cryolene 682) voorafgegaan door –dichter
bij huis – Zeebrugge (2007, 681).
A D V E R T E N T I E
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 43
Schematische opbouw van cryogene tankisolatie met Cryolene
glaswoldekens.
ISOLATIE CRYOGEEN
Na de opstart van een koudesysteem is het werk van
de isolatiespecialist afgerond. Letterlijk, want vanaf
dat moment zijn correcties zo goed als onmogelijk en
op zijn minst duur en ingrijpend. Een niet goed afge-
kitte naad manifesteert zich onmiddellijk in gevaar-
lijke ijsvorming. “Zorgvuldige uitvoering en inzet van
de juiste, beproefde producten is geboden. Dat vraagt
meer dan levering alleen, en we ondersteunen onze
partners dan ook in advies, engineering en on-site ver-
werking van producten en systemen”, zegt Temati. Op
het hoofdkantoor in Beverwijk praten we dan ook
met drie ‘schakels’ achter deze dienstverlening: isola-
tie- en cui-engineer Johan Sentjens, bedrijfsleider
Arjan Jongkind en technisch productmanager Harold
Snoeren.
EU-GHSIn cryogene isolatiesystemen zijn coatings, lijmen, kit-
ten en dampdichte folies functioneel essentieel voor
duurzaam dampdichte en gecompartimenteerde mon-
tage en afwerking van het object. Voor deze produc-
ten is na een overgangstermijn van zes jaar per 1 juni
2015 in de gehele Europese Unie wetgeving EU-GHS
van kracht. Dit is de Europese versie van het Globally
Harmonised System of Classification and Labelling of
Chemicals van de Verenigde Naties. GHS geeft nieuwe
regels voor etikettering en indeling van chemische
stoffen en mengsels daarvan. GHS richt zich op werk-
zaamheden met deze stoffen, de ADR-regelgeving
omvat onder meer de eisen aan vervoer en opslag. De
nieuwe etikettering volgens de klassen GHS01 t/m 09
is direct herkenbaar aan de ruitvorm met rode rand,
aansluitend bij algemeen bekende gevaarsignalen. Het
Kwaliteitsborging in cryogene isolatiesystemen. Dit staat
centraal in Temati’s dienstverlening in de complexe projec-
ten. Ketenpartners rekenen van de pre-engineering tot en
met on-site realisatie en inspectie op de expertise. Dankzij
de internationale aanwezigheid schakelt Temati soepel in
complexe projectorganisaties. Doel is primair een foutloze,
veilige en veilig gemonteerde installatie, direct gevolgd
door leveringszekerheid.
44 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Temati schakelt soepel in complexe cryogeenprojecten
”Concessieloze kwaliteit en veiligheid borgen in productspecificaties en engineering”
Arjan Jongkind, Harold Snoeren en Johan Sentjens bespreken een installatiedetail. Op tafel de Protectem Flangebelt, aange-
past voor cryogene isolatiesystemen.
zwarte gevaarsymbool op witte achtergrond beoogt
duidelijker te zijn ten opzichte van de oude WMS-
gevaaretiketten. GHS-labelling is sinds 1 juni 2015 vol-
ledig verplicht, de WMS-labelling is per 1 juni 2017 niet
meer toegestaan.
Arjan Jongkind: “GHS stelt nieuwe eisen aan veilige
verwerking van grondstoffen. Met de implementatie is
het VN-initiatief uit de jaren negentig omgezet in
wereldwijd geldende veiligheidsvoorschriften. Iedereen
die chemische stoffen produceert, levert, vervoert, ver-
werkt of opslaat is aansprakelijk voor de veiligheidsas-
pecten. Temati heeft dit als producent, leverancier en
importeur vroegtijdig opgepakt. Dat betekent, deels
vergelijkbaar met de eerder ingevoerde Europese
Reach-voorschriften – dat wij als importeur de correcte
informatie van bijvoorbeeld het Foster-programma
documenteren, administreren en in de keten doorge-
ven. Wij kennen de receptuur, kunnen gebruikers
instrueren en waarborgen dat het toegelaten produc-
ten en systemen betreft, waarmee het isolatiebedrijf
veilig werkt en voldoet aan alle voorschriften. Het
betekent tegelijkertijd dat een contractor of adviseur
geen willekeurige producten kan inzetten. Het isolatie-
bedrijf moet zich vergewissen van de juiste producten
en hun verwerking en heeft ook de plicht zijn
opdrachtgever actief voor te lichten.”
Actieve informatieTemati is organisatorisch en administratief al geruime
tijd ingericht op de letter en de geest van het actuele
EU-GHS en de internationale versie VN-GHS. Dat geldt
ook in praktische zin: in de analyse en verwerking van
specificaties integreert engineer Johan Sentjens de
consequenties én de praktische betekenis van de voor-
schriften, terwijl bedrijfsleider Arjan Jongkind en pro-
ductmanager Harold Snoeren isolatiebedrijven en hun
veiligheidsorganisaties informeren.
Harold Snoeren: “Veilig werken en een verantwoorde
omgang met materialen speelt overal in onze interna-
tionale organisatie een rol. We zien dat ook bij onze
klanten, die deze informatie vragen en zich actief ver-
gewissen van de juiste informatie. Een schakel verder
signaleren we dit opnieuw: installatie-eigenaren en
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 45
Bekende verschijning in het cryogene isolatielandschap.
FlangebeltTemati’s Protectem Flangebelt is een vaak gekozen
oplossing als effectieve verkorter van de doorlooptijd.
In een klassieke situatie blijven flensaansluitingen
ongeïsoleerd totdat alle flensverbindingen van de
installatie op dichtheid zijn getest. De Protectem
Flangebelt is speciaal aangepast, zodat in cryogene
installaties het volledige isolatiesysteem kan worden
voltooid. Dankzij de aanwezige ‘sniffer tube’ is een
eventueel flensdefect na isolatie nog steeds te detecte-
ren. Na de lekdichtheidstest kan men de sniffer tube
eenvoudig wegnemen en de geringe opening effectief
afsluiten. Met High Density Handi Foam om precies te
zijn.
beheerders kijken met verscherpte aandacht naar vei-
ligheid en veiligheidsvoorschriften. We kennen geval-
len waarin de opdrachtgever om deze redenen de
planning – hoe zwaarwegend ook – laat afhangen van
correcte naleving van alle voorschriften.”
“Dat geldt ook in het inkooptraject”, ervaart Johan
Sentjens. “Cryogene projecten zijn meestal omvangrijk
en complex, terwijl de installatie en dus ook enginee-
ring en aanleg veel veiligheidsissues kennen.
Toonaangevende opdrachtgevers sluiten toekomstige
problemen uit en willen geen willekeurige producten
en systemen inzetten. Ook niet als elders in de wereld
ogenschijnlijk economisch aantrekkelijke alternatieven
opduiken. Als het gaat om bijvoorbeeld het dampdich-
te schild, dampdichte lijmen, kitten en seals, geeft het
Foster-programma de engineer en de verwerker zeker-
heid: functionele kwaliteit, handelen conform ‘best
practices’, met bewezen systemen. Nieuwe alternatie-
ven en innovaties worden afgerekend op kwaliteits-
borging in cryogene installaties, waaraan men in de
praktijk niet wenst te tornen. Daarom zien we bijvoor-
beeld de Foster 90-66 cryogene dampbarrière en 82-77
cryogene lijm steeds terug. Net als Tembutil-IF alu-
butyl folie, als alternatief voor de primaire vapor bar-
rier, waar vaak Foster 60-90/91 staat gespecificeerd. Je
kunt dat zien als praktische uitvoeringen van de richt-
lijnen die het Cini-Handboek – het bekende hoofdstuk
10 - op dit vlak generiek formuleert.”
Van Feed- tot detailengineeringVeiligheid gaat ook in cryogene isolatie boven alles,
maar dat neemt niet weg dat doorlooptijd in de hele
keten een veelbesproken item is. Omdat Temati eigen
vestigingen heeft, zowel in Europese landen als in het
Verre- en Midden-Oosten, kan het bedrijf snel schake-
len met de internationale partners in breed samenge-
stelde teams. Om alle specifieke kennis in het project
te ‘injecteren’ zitten Temati-experts vaak in het FEED-
stadium (front end engineering design) aan tafel. In
deze globale pre-project planning brengt het bedrijf
zaken als dampdichte compartimentering en afwer-
king aan de orde. “In de latere detailengineering via
het EPC-contract komt het er op aan vanuit ons brede
productenscala de optimale product/applicatie-selectie
te bepalen”, licht Johan Sentjens toe. “De vapor stops
met Foster 90-66 bijvoorbeeld, voor de compartimen-
tering. We stellen vast waar men deze toepast, welke
verlijming past bij de mediumtemperaturen en we
inventariseren welke combinaties van isolatiemateria-
len in het systeem worden gebruikt. Ieder materiaal
stelt weer andere eisen aan lijmen en sealants. In een
cryogeen systeem, altijd meerlaags geïsoleerd, heb je
al gauw met een tiental isolatieproducten en –compo-
nenten te maken en hun onderlinge verlijming. In
deze engineeringfase elimineren we samen met part-
ners de fouten uit soms verouderde bestekteksten. Zo
kregen we recentelijk nog een aanvraag met een stan-
daardfolie in de specificaties, die totaal niet geschikt
was als dampdichte afwerking. Temati heeft sinds de
start in 1962 ingezet op kennis en kennisoverbrenging.
Die functie is alleen maar belangrijker geworden,
omdat specifieke expertise niet overal vanzelfsprekend
meer kan zijn. In de keten waardeert men daarom dat
we kennis op het gebied van productselectie, correcte
applicatie en achtergronden op elk platform kunnen
overbrengen, als verbindende schakel tussen engi-
neer/adviseur, isolatiespecialist en opdrachtgever of
installatiebeheerder.”
46 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
Doorsnee van een cryogeen isolatiesysteem met twee lagen hardschuim. De segmenten zijn geseald en gefixeerd met filamentta-
pe en dampdicht afgewerkt met bijvoorbeeld twee lagen Foster 60-90/91 mastiek, versterkt met tralieweefsel.
Opbouw van een meerlaags cryogeen systeem met pir. In een
dergelijke isolatieopbouw kunnen gemakkelijk een tiental
verschillende componenten samenkomen, waarop lijmen en
sealants afgestemd moeten zijn.
������������������� ��������������������������
������������ ����!�"����������������#���$����!�!�
���������)�*���+������������,��-��+���
Iso lat ie a l s tweede natuur
VAN DER LINDEN & VELDHUIS
VCA is basisbagage
Print Rendement
Henk van der Bend
Tituslaan 13
6642 AP Beuningen
The Netherlands
t. 024 6776930
m. 06 43 573 405
www.printrendement.nl
Print Rendement
Specialist in GrafiMedia
Producties
Voor al uw drukwerk,
online communicatie en
relatie magazines
UW PARTNER
IN ELEKTROWARMTE
Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden
Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel
Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851
www.huikeshoven.nl
www.elektrowarmte.nl
> Tracingsystemen en verwarmingskabels
> Verwarmingsjackets en siliconenmantels
> Doorstroomheaters en verwarmings elementen
> Vatverwarming en containerverwarming
> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming
> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering
.COM YRY
Isolatie Magazine
in de bus
Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-
kolom voor technische isolatie en is het offi cieel
orgaan van de Nederlandse Vereniging voor
Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.
Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,
projectreportages, feiten en visies. De branche-
instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische
normen en standaarden) en NCTI (branchetech-
nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine
de branche over de nieuwste ontwikkelingen.
U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via
www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’
en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.
Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-
kolom voor technische isolatie en is het offi cieel
orgaan van de Nederlandse Vereniging voor
Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.
Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,
projectreportages, feiten en visies. De branche-
instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische
normen en standaarden) en NCTI (branchetech-
nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine
de branche over de nieuwste ontwikkelingen.
U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via
www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’
en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.
�����������������������������
������������������������� �������������
��� �������� ��
de natuur
● INDUSTRIËLE ISOLATIE
● CONSTRUCTIEWERK
● ASBESTVERWIJDERING
ELDHUIS
������������������������������������ � �����������������������������������
������������������������������������������������������������������ �������������
�������������������������������������������� ��� �������� ��
VAN DER LINDEN & VELDHUIS
� INDUSTRIËLE ISOLATIE
� CONSTRUCTIEWERK
� ASBESTVERWIJDERING
Isolatie als tweede natuur
Handboek-revisie 2016 reeds beschikbaar
CINI-secretaris Paul de Koning noemt de actuele versie
onmisbaar: “Revisie 2016 is een ‘must-have’ voor ieder-
een die, in welke functie dan ook, betrokken is bij
thermische isolatie in de industrie en bij bestrijding van
corrosie onder isolatie (CUI). Het nieuwste zakboek
2016 – de vierde herziene editie - is nu al verkrijgbaar.”
Momenteel werkt CINI-werkgroep ‘Warme Isolatie’ aan
revisie van de tekeningen in Tab 4 (warme isolatie).
Deze vernieuwing staat centraal in revisie 2017.
Verfsystemen en corrosie
In het CINI-Handboek is Tab 7 van CINI 7.1.00 tot en
met CINI 7.8.01 herzien. Dit beschrijft het toe te passen
verfsysteem en de noodzakelijke voorbehandeling van
leidingen en systemen, uitgaande van het tempera-
tuurbereik. Dit betreft zowel nieuwbouw als onder-
houd. Daarnaast besteedt CINI-Handboek revisie 2016
aandacht aan voorkoming van corrosie onder isolatie
en de relatie met wisselende procestemperaturen. De
nadruk ligt op voorbehandeling, conservering van lei-
dingen en systemen en het juiste isolatiesysteem.
CINI 1.2.04 is herzien en aangevuld met schetsen die de
meest waarschijnlijke corrosieplaatsen aangeven.
Afbeelding 1 maakt enkele kwetsbare plekken zicht-
baar.
De revisiecommissie bestaat uit Frans Popma (technisch
coördinator CINI), Hans Naborn (voorzitter), Hans
Huissoon en Koos Turk (beiden Shell Global Solutions
International), Wim Strookappe (Hertel Services) en
Ben Becker (AkzoNobel).
Op 10 juli 2015 kwam de revisiecommissie van het CINI
Handboek bijeen. Zodra de CINI-werkgroepen hun werk
hebben afgerond, bespreekt de revisiecommissie de verbe-
tervoorstellen. Dit is de laatste halte voor publicatie. Na
instemming met de nieuwe inhoud, volgt de elektronische
verwerking. Het CINI-Handboek is op een elektronisch
platform beschikbaar, zodat abonnees de informatie ook
digitaal kunnen raadplegen via internet of DVD. In revisie
2016 zijn de vernieuwde bladen herkenbaar aan de notatie
2016 01 01 in de rechterbovenhoek.
48 ............... ISOLATIE Magazine OKTOBER 2015
nieuws en informatie
Nieuwe look CINI-Handboek
Gebruikt u het CINI-Handboek in een vierrings
ordner en is de omslag aan vervanging toe? Fris
uw ordner dan nu op met de nieuwe omslag.
Deze kwam onlangs van de drukpers. Alle
Nederlandse abonnees met een ordnerhandboek
ontvangen de nieuwe omslag automatisch bij
revisie 2017. Wilt u hier niet op wachten? U bent
van harte welkom op
de nieuwe kantoorlo-
catie van CINI op
Hofweg 1 in
Spijkenisse. Marga van
der Aart (secretariaat
CINI) en Paul de
Koning (secretaris CINI)
maken graag kennis
met u en u kunt direct
een nieuwe omslag
meenemen.
Cursusdata
Op de website van NCTI zijn altijd de nieuwste
cursusdata te vinden. De cursussen zijn zowel in
het Nederlands als in het Engels beschikbaar.
NCTI biedt de cursus - desgewenst op maat - ook
bij u in het bedrijf aan.
Meer weten?
Stuur een informatieverzoek of bel met NCTI op
(+31) (0)181 69 80 30.
De volgende cursus vindt plaats op op
24 en 25 november 2015 in Spijkenisse.
Dit betreft de tweedaagse Nederlandstalig
CINI-cursus.
OKTOBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 49
OnafhankelijkerekentoolCinicalc
Cinicalc is een onafhankelijk rekenprogramma, zonder
voorkeur voor isolatiemateriaal van bepaalde merken
of fabrikanten. De gebruiker kan isolatiematerialen
selecteren uit de CINI-specificaties (2015) of specifica-
ties van het eigen bedrijf; de warmtegeleiding van
deze materialen dient te zijn getest volgens EN 12667.
Het programma beschikt over een database met de
meest gangbare isolatiematerialen. Andere materialen
met bijbehorende eigenschappen kunnen worden toe-
gevoegd. Naar keuze kan de ISO- of VDI-benadering
worden gevolgd.
Stabiel en betrouwbaar
Het Cinicalc rekenprogramma is sinds 2008 op de markt
en getest door toonaangevende industriële bedrijven,
zoals Total Refinery France en grote aannemers zoals
Prezioso en Elit. Ingenieursbureaus en distributeurs
maken al lange tijd met succes gebruik van dit reken-
gereedschap. Ieder jaar wordt de rekentool verbeterd
en uitgebreid. De wensen van gebruikers zijn doorslag-
gevend voor de jaarlijkse aanpassingen. Dat resulteert
in de sterke punten van Cinicalc: de software is stabiel
en up-to-date en berekeningen zijn betrouwbaar. Het
programma leidt u door de invoerregels met verklaren-
de teksten; een digitaal help-bestand wordt meegele-
verd.
Vragen kunnen via e-mail gesteld worden en abonnees
krijgen binnen een dag antwoord.
Meer weten? www.cini.eu.
Kenniscentrum NCTI heeft zeven CINI-isolatie-inspec-
teurs opgeleid. Vrijdag 9 oktober 2015 heeft NCTI zijn
tweede internationale CINI-inspecteurscursus gehou-
den.
Zeven deelnemers hebben aangetoond over de kennis
en vaardigheden van een gecertificeerd CINI isolatie-
inspecteur te beschikken.
De geslaagden zijn, v.l.n.r. Neil Tilford (Kaefer
Integrated Services), Scott Harvey (AGC Ausgroup),
Johan Morsink (Bilfinger Industrial Services), Jos Nijhof
(Zeton B.V.), Appie Weijs (A.W.I. Isolatiebedrijf),
Angelos Stratis (Stratofit General Construction) en
Simon Rix (AGC Ausgroup).
Cinicalc is het onafhankelijke rekenprogramma dat econo-
mische isolatiedikte, energieverlies van niet geïsoleerde
systemen, energieverlies van geïsoleerde systemen en tem-
peratuurverloop in systemen met stromend of stilstaand
medium berekent. Bij berekening van het energieverlies
calculeert het programma ook de CO2-emissie. De bereke-
ning van de economische isolatiedikte houdt rekening met
de kosten voor isolatiematerialen en montage, onderhoud
en energieverlies door het isolatiesysteem. Deze projectaf-
hankelijke kosten voert de gebruiker zelf in, rekening hou-
dend met de lokale omstandigheden.
CINI-secretaris Paul de Koning bij de introductie van het
nieuwe Cinicalc. Dit rekenprogramma voor industriële
isolatie is gebaseerd op het Franse CaloXpert. CINI is bui-
ten Frankrijk internationaal licentiehouder.
Cincicalc is in september op het CINI-kantoor in
Spijkenisse gepresenteerd aan een gezelschap isolaties-
pecialisten.
Cini-inspecteurs geslaagd
VCA is basisbagage
Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest
toonaangevende producent, leverancier en distributeur
van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-
materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep
met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,
Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en
distributie van thermische, brandwerende en akoestische
isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van
SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen
worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische
installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,
de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,
scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.
Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept
VCA is basisbagage
www.rockwool-rti.com
Kritieke situaties vragen om super bescherming
ProRox GRP 1000De waterdichte isolatiebescherming
Een sterke partner nodig om uw isolatie te beschermen? Vertrouw op de
ROCKWOOL Technical Insulation experts! Het innovatieve ProRox GRP 1000
isolatiesysteem beschermt technische installaties optimaal in de meest kritieke
situaties. Het systeem is supersterk en waterdicht. Het is chemisch resistent,
makkelijk te reinigen en zéér duurzaam. Ontdek deze krachtige oplossing op
rockwool-rti.nl of bel 0475 35 36 18 en we komen meteen in actie!
EXPERT
SOLUTION