Inleiding | Het collectieve geheugen Venster 1 ... · Venster 1 is de bekendste manier van...

2
iD Vallei | inhoudelijk verslag Inleiding | Het collectieve geheugen De stedenbouw is een autonoom vakgebied dat in haar geheugen een groot potentieel aan analyses, integrale kennis en inzichten bergt waarmee een gewogen en complex beeld van de werkelijkheid verkregen kan worden. In het vak komen technische kennis en vorm- gevende kwaliteiten samen in een zich steeds ontwik- kelende analyse- en ontwerpcultuur. In de dagelijkse praktijk echter, worden op het stede- lijke en regionale schaalniveau plannen gemaakt met hoofdzakelijk een economisch belang. Deze voorstellen zijn abstract, zonder maat of schaal, en weinig geba- seerd op wat er daadwerkelijk in stad of regio gebeurt. De ruimtelijke vertaling van ambities heeſt vooral een communicatieve functie. De geschetste droombeelden moeten partijen verenigen en processen in gang zetten. Een mooi streven dat echter de coördinatie- en articu- latiefunctie van het stedenbouwkundig ontwerp tekort doet. Dit ontwerp zou niet een uitwerking moeten zijn van een vooraf bepaalde invalshoek, maar vanuit haar analyses juist een kennisfundament moeten aandragen. De inhoud, legitimiteit en geloofwaardigheid van het vak staan op het spel. Daarom gaat ons onderzoek terug naar waar we deze voor het laatst gezien hebben. Vanuit de historische continuïteit van de ontwerpende discipline hebben we gezocht naar analysemethodes in het collectieve geheugen ervan. Het resultaat is een kleine geschiedenis van de ruimtelijke analyse, als reminder en inspiratiebron (opgenomen in de onder- zoekspublicatie, zie colofon). Vervolgens hebben we een nieuw denkraam ontwikkeld waarmee deze me- thodes beter worden ontsloten: de Vensterbenadering. De Vensterbenadering De Vensterbenadering is samengesteld uit methodes en technieken die de afgelopen honderd jaar zijn ont- wikkeld. We hebben een palet aan analyses bestudeerd waarin verschillende invalshoeken om naar gebieden te kijken zijn vertegenwoordigd. In essentie zijn er vier verschillende benaderingswijzen te onderkennen: Venster 1 is de bekendste manier van analyseren; de thematische kaart met feitelijke gegevens. Door het inventariseren van informatie per thema kan deze kennis op zich en in relatie met andere onderwerpen beschouwd worden. Venster 2 richt zich op de ontwikkeling van de vorm van stad en land in de tijd. Het stadsvormonderzoek en de beschrijvende cultuurhistorische analyses zijn hierin opgenomen. Venster 3 richt zich op de ervaring van het individu, en dan met name vanuit de verplaatsing, soms te voet maar veelal per auto, door de stad. Venster 4 is meer diffuus en omvat de meer gevoelsma- tige, abstracte en impliciete manieren van kijken naar de gebouwde omgeving. Deze benaderingswijzen zijn over het algemeen buiten de vakdiscipline uitgedacht. We hebben de Vensterbenadering ingezet voor een grondige analyse van de innovatieregio Food Valley in de ruimtelijke context van de Utrechts-Gelderse Vallei. Hiernaast zijn enkele fragmenten weergegeven. Venster 1 | feitelijke ontleding van het systeem Het onderzoeksgebied is uiteengelegd in de ondergrond die conditionerend is voor de netwerken die bepalend is voor de gebruiklaag en een vierde laag van de virtuele realiteit. Venster 1 | De ‘virtuele realiteitslaag’ van de Vallei met de provinciegrens (stippellijn), no-go areas van Defensie (grijs) en de contouren van de Bible Belt; gemeenten met een BMR- vaccinatiegraad 10 tot 20% (donkerste lijn) onder het landelijk gemiddelde en de spreiding van kerken (zwarte stippen). Venster 2 | vormonderzoek in relatie tot de tijd Voor Venster 2 is een analyse gemaakt van de per- manente en nog zichtbare historische structuren, de ruimtelijke ontwikkeling vanaf het jaar 500 voor Chr. tot nu en een vergelijking van de ruimtelijke kwaliteit van verschillende stads- en dorpscentra. Venster 2 | Een fragment van de permanente en nog zichtbare historische structuren in de Vallei; prehistorische graeuvel (cirkel), water (zwart), weg of dijk (dubbele of stippellijn) met bebouwing (vierkant), Grebbelinie met kazematten (driehoek), landgoed of buitenplaats (gearceerd gebied) met kasteel (blok). Renswoude Scherpenzeel Veenendaal Venster 3 | visuele analyse vanuit beweging Venster 3 bestaat uit een analyse van het mentale beeld, filmische beeldsequenties en tal van geschetste sfeerim- pressies, hoofdzakelijk opgetekend vanuit de auto. Venster 3 | Het mentale beeld van een fragment van de Utrechts-Gelderse Vallei op regionale schaal uitgedrukt in routes (lijnen), randen, gebieden (gearceerd), knooppunten (cirkels) en de belangrijkste markante beeld- en herkenningstekens (ster). Venster 4 | psychosociale analyse De analyses in Venster 4 omvatten een psychogeogra- fische weergave van de Vallei, literatuurfragmenten, fotografie, poëzie en beeldconnotaties. Venster 4 | Beeldconnotatie naar aanleiding van de Utrechts- Gelderse Vallei. Putten: van een sterke concentratie graeuvels uit de bronstijd tot 50.000 stuks geslacht pluimvee per dag (dat zijn er 2 per seconde). De weduwe van Putten treurt. Colofon Dit is een beknopt inhoudelijk verslag van het on- derzoek iD Vallei, een zoektocht naar de ruimtelijke basis van de regio Food Valley in de Utrechts-Gelderse Vallei. Dit onderzoek is uitgevoerd in 2015 en 2016, en kwam tot stand mede dankzij financiële ondersteuning van het Stimuleringsfonds voor Creatieve Industrie. Resultaat van het onderzoek is de publicatie De Ven- sterbenadering of de 4 analysevensters voor de regionale en stedelijke schaal. Deze publicatie is verkrijgbaar bij Buro Room in Den Haag (Buroroom.nl). © 2016 Buro Room en lucdevriesarchitect Alle rechten voorbehouden. STEDENBOUW · LANDSCHAP · ARCHITECTUUR ·

Transcript of Inleiding | Het collectieve geheugen Venster 1 ... · Venster 1 is de bekendste manier van...

Page 1: Inleiding | Het collectieve geheugen Venster 1 ... · Venster 1 is de bekendste manier van analyseren; de thematische kaart met feitelijke gegevens. Door het inventariseren van informatie

iD Vallei | inhoudelijk verslag

Inleiding | Het collectieve geheugen De stedenbouw is een autonoom vakgebied dat in haar geheugen een groot potentieel aan analyses, integrale kennis en inzichten bergt waarmee een gewogen en complex beeld van de werkelijkheid verkregen kan worden. In het vak komen technische kennis en vorm- gevende kwaliteiten samen in een zich steeds ontwik- kelende analyse- en ontwerpcultuur.

In de dagelijkse praktijk echter, worden op het stede-lijke en regionale schaalniveau plannen gemaakt met hoofdzakelijk een economisch belang. Deze voorstellen zijn abstract, zonder maat of schaal, en weinig geba-seerd op wat er daadwerkelijk in stad of regio gebeurt. De ruimtelijke vertaling van ambities heeft vooral een communicatieve functie. De geschetste droombeelden moeten partijen verenigen en processen in gang zetten. Een mooi streven dat echter de coördinatie- en articu-latiefunctie van het stedenbouwkundig ontwerp tekort doet. Dit ontwerp zou niet een uitwerking moeten zijn van een vooraf bepaalde invalshoek, maar vanuit haar analyses juist een kennisfundament moeten aandragen.

De inhoud, legitimiteit en geloofwaardigheid van het vak staan op het spel. Daarom gaat ons onderzoek terug naar waar we deze voor het laatst gezien hebben. Vanuit de historische continuïteit van de ontwerpende discipline hebben we gezocht naar analysemethodes in het collectieve geheugen ervan. Het resultaat is een kleine geschiedenis van de ruimtelijke analyse, als reminder en inspiratiebron (opgenomen in de onder-zoekspublicatie, zie colofon). Vervolgens hebben we een nieuw denkraam ontwikkeld waarmee deze me-thodes beter worden ontsloten: de Vensterbenadering.

De Vensterbenadering De Vensterbenadering is samengesteld uit methodes en technieken die de afgelopen honderd jaar zijn ont-wikkeld. We hebben een palet aan analyses bestudeerd waarin verschillende invalshoeken om naar gebieden te kijken zijn vertegenwoordigd. In essentie zijn er vier verschillende benaderingswijzen te onderkennen:

Venster 1 is de bekendste manier van analyseren; de thematische kaart met feitelijke gegevens. Door het inventariseren van informatie per thema kan deze kennis op zich en in relatie met andere onderwerpen beschouwd worden.

Venster 2 richt zich op de ontwikkeling van de vorm van stad en land in de tijd. Het stadsvormonderzoek en de beschrijvende cultuurhistorische analyses zijn hierin opgenomen.

Venster 3 richt zich op de ervaring van het individu, en dan met name vanuit de verplaatsing, soms te voet maar veelal per auto, door de stad.

Venster 4 is meer diffuus en omvat de meer gevoelsma-tige, abstracte en impliciete manieren van kijken naar de gebouwde omgeving. Deze benaderingswijzen zijn over het algemeen buiten de vakdiscipline uitgedacht.

We hebben de Vensterbenadering ingezet voor een grondige analyse van de innovatieregio Food Valley in de ruimtelijke context van de Utrechts-Gelderse Vallei. Hiernaast zijn enkele fragmenten weergegeven.

Venster 1 | feitelijke ontleding van het systeemHet onderzoeksgebied is uiteengelegd in de ondergrond die conditionerend is voor de netwerken die bepalend is voor de gebruiklaag en een vierde laag van de virtuele realiteit.

Venster 1 | De ‘virtuele realiteitslaag’ van de Vallei met de provinciegrens (stippellijn), no-go areas van Defensie (grijs) en de contouren van de Bible Belt; gemeenten met een BMR-vaccinatiegraad 10 tot 20% (donkerste lijn) onder het landelijk gemiddelde en de spreiding van kerken (zwarte stippen).

Venster 2 | vormonderzoek in relatie tot de tijdVoor Venster 2 is een analyse gemaakt van de per-manente en nog zichtbare historische structuren, de ruimtelijke ontwikkeling vanaf het jaar 500 voor Chr. tot nu en een vergelijking van de ruimtelijke kwaliteit van verschillende stads- en dorpscentra.

Venster 2 | Een fragment van de permanente en nog zichtbare historische structuren in de Vallei; prehistorische grafheuvel (cirkel), water (zwart), weg of dijk (dubbele of stippellijn) met bebouwing (vierkant), Grebbelinie met kazematten (driehoek), landgoed of buitenplaats (gearceerd gebied) met kasteel (blok).

Renswoude

Scherpenzeel

Veenendaal

Venster 3 | visuele analyse vanuit bewegingVenster 3 bestaat uit een analyse van het mentale beeld, filmische beeldsequenties en tal van geschetste sfeerim-pressies, hoofdzakelijk opgetekend vanuit de auto.

Venster 3 | Het mentale beeld van een fragment van de Utrechts-Gelderse Vallei op regionale schaal uitgedrukt in routes (lijnen), randen, gebieden (gearceerd), knooppunten (cirkels) en de belangrijkste markante beeld- en herkenningstekens (ster).

Venster 4 | psychosociale analyseDe analyses in Venster 4 omvatten een psychogeogra-fische weergave van de Vallei, literatuurfragmenten, fotografie, poëzie en beeldconnotaties.

Venster 4 | Beeldconnotatie naar aanleiding van de Utrechts-Gelderse Vallei. Putten: van een sterke concentratie grafheuvels uit de bronstijd tot 50.000 stuks geslacht pluimvee per dag (dat zijn er 2 per seconde). De weduwe van Putten treurt.

ColofonDit is een beknopt inhoudelijk verslag van het on-derzoek iD Vallei, een zoektocht naar de ruimtelijke basis van de regio Food Valley in de Utrechts-Gelderse Vallei. Dit onderzoek is uitgevoerd in 2015 en 2016, en kwam tot stand mede dankzij financiële ondersteuning van het Stimuleringsfonds voor Creatieve Industrie.

Resultaat van het onderzoek is de publicatie De Ven-sterbenadering of de 4 analysevensters voor de regionale en stedelijke schaal. Deze publicatie is verkrijgbaar bij Buro Room in Den Haag (Buroroom.nl).

© 2016 Buro Room en lucdevriesarchitectAlle rechten voorbehouden.

STEDENBOUW · LANDSCHAP · ARCHITECTUUR·

Page 2: Inleiding | Het collectieve geheugen Venster 1 ... · Venster 1 is de bekendste manier van analyseren; de thematische kaart met feitelijke gegevens. Door het inventariseren van informatie

Synthese | iD ValleiDe Vensterbenadering bouwt voort op het werk van onder andere geograaf en stedenbouwkundige Sir Patrick Geddes en de ecologies van architectuurcriti-cus Peter Reyner Banham (1971). De synthese van de analyses uit de 4 Vensters zien we als een sectie, een dwarsdoorsnede die enerzijds verwijst naar de valley section (1915, Geddes) en anderzijds naar de doorsne-de als tekenmethode om de verschillen en specifieke relaties binnen een object te kunnen doorgronden. Net als bij Geddes en Banham is in een sectie cultuur het centrale begrip.

In de analyse van de Utrechts-Gelderse Vallei wordt de sectie opgebouwd door het stapelen van de uitkomsten van de 4 Venster-analyses. Hierin onderscheiden we zes secties: The Void, Happy Hills, The Village, Bacon & Eggs, Generic Plains en Campus.

Ter illustratie is voor The Void in Venster 1 geconsta-teerd dat hier in de vallei, op de hoger gelegen beboste zandgronden, uitgestrekte Defensieterreinen zijn. In Venster 2 is de typologie, open plekken in het bos met ritmisch geplaatste rechthoekige één of tweelaagse gebouwen, opgetekend evenals het bijzonder veelvul-dig voorkomen van bewaard gebleven prehistorische grafheuvels. In Venster 3 is de ervaring vanaf de buitenzijde vastgelegd: kilometerslange hekwerken met bordjes ‘verboden toegang’ en in Venster 4 tenslotte zijn de oorlogshandelingen, de ervaringen van de ooit ter plaatse gelegerde dienstplichtigen en het zwaar klapwieken van helikopters in het natuurgebied opgemerkt. De informatie uit de Vensters tezamen karakteriseert dit gebied.

De ‘secties’ van de Utrechts-Gelderse Vallei opgebouwd uit de analyseresultaten van de Vensterbenadering.

Architect Aldo Rossi wees ons al op het feit dat de wereld om ons heen cultureel is bepaald. De stad (als metafoor voor onze leefomgeving) is een kunstwerk; het resultaat van jarenlange ontwikkelingen door groe-pen en individuen en daarmee een cultureel artefact. De sectie benoemt, door inzichten uit de Vensters te combineren, een specifieke cultuur die wortelt in de ondergrond en lokale omstandigheden, die zich in de loop der tijd op zekere wijze heeft ontwikkeld, bepaalde kenmerkende uiterlijke karakteristieken heeft of objecten kent en die zijn weerslag vindt in verhalen en geschiedenissen. Deze cultuur wordt door de sectie ruimtelijk bepaald.

Onderzoeksproces | veldwerkBij de toepassing van de Vensterbenadering in de analyse van de Utrechts-Gelderse Vallei is veel veld-werk gedaan. Dit bestond voor een aanzienlijk deel uit 2-3 meerdaagse verkenningstochten per auto om het onderzoeksgebied in al haar facetten op het regionale schaalniveau ruimtelijk te kunnen duiden. Daarbij zijn Vallei-bewoners en ondernemers geinterviewd.

Onderzoeksproces | praktijksessiesDe Vensterbenadering is ontwikkeld op basis van vele gesprekken met vakgenoten die in de praktijk, zowel in Food Valley als daarbuiten, werkzaam zijn. Van belang waren met name drie series van werkbijeenkomsten die gedurende het hele tweejarige project verspreid in Nederland hebben plaatsgevonden. Hiernaast is een beeldverslag weergegeven.

In deze series hebben wij als eerste gezocht naar het bereiken en betrekken van de innovatieregio Food Valley bij het onderzoek met het oog op het verdiepen van de gebiedsanalyse met behulp van lokale deskun-digen. Voor de tweede serie bijeenkomsten hebben wij ons ten doel gesteld te verbreden om ons te verzekeren van een brede toepasbaarheid van de analysemethoden en de Vensterbenadering. Zodoende hebben wij ons vizier tijdelijk op een innovatieregio elders in het land gericht, namelijk Greenport (Westland-) Oostland. De derde serie betreft onderwijsbijeenkomsten waarin we onze belangrijkste doelgroep, (toekomstige) vakge-noten, al in de collegebanken van het bacheloronder-wijs Stedenbouw aan de TU Delft hebben aangespro-ken op het exploreren, doorgronden en benutten van theorie en het collectieve geheugen van het vak.

Sessies 1 en 6 | Pilot vaktheorie in het onderwijsInhoudelijk waren de eerste onderwijsbijeenkomsten in november 2015 een eerste test in het toepassen van het palet aan analyses om na te gaan hoe deze in prak-tische zin en in samenhang verder uitgebouwd konden worden. De analyses zijn toegepast op Vlaardingen. In november 2016 is deze toets herhaald door toepassing van de definitieve Vensterbenadering in het onderwijs met als locatie Rotterdam. Daarbij hebben we voor ba-chelorstudenten een lezing gehouden over de theorie.

Sessies 2 en 3 | Pilot toepassing andere regioMedio 2016 hebben wij de methode getest in een met Food Valley vergelijkbare innovatieregio met ook een concentratie van de agribusiness: Greenport Oostland in de regio Midden-Holland. In het Huis van de Stad in Gouda werkten wij met de provincie Zuid-Holland en regiogemeenten aan gebiedsanalyses die zich per groep op een verschillend Venster richtten. In een tweede sessie zijn de uitkomsten gedeeld en vertaald naar gebiedskwaliteiten die doorontwikkeld zullen worden.

Sessies 4 en 5 | Pilot verdieping in Food ValleyVakgenoten uit de regio Food Valley hebben ons gedurende het project inhoudelijk ondersteund. In de gemeente Ede hebben wij geprobeerd de Vensterbena-dering te verdiepen door haar op de regio Bennekom toe te spitsen en de Vensters met ambtenaren, bewo-ners, ondernemers en bestuurders te verkennen en te vertalen naar een ontwerp: een concept Structuurvisie (medio 2017 vastgesteld). Hiertoe hebben wij i.s.m. de gemeente een aantal bijeenkomsten georganiseerd.

Conclusies en besluitDe Venstermethode wil niets meer zijn dan een me-thode om de ruimtelijke omgeving, opgevat als een in de tijd gevormd kunstwerk, op alle voor de ontwerper relevante aspecten te doorgronden. De methode biedt een beschrijvende analyse, leidt tot een biografie van de locatie en is cultureel van aard daar ze zich richt op de ingrepen die door de mens zijn verricht. De analyses zijn derhalve niet instrumenteel; ze zijn -bewust- niet bedoeld als een rechtstreeks middel of voorschrift om tot het ontwerp te komen.

Uiteindelijk is het ontwerp autonoom. Het is een zelf-standig product, maar wel geschraagd door technische kennis, zich tot geschiedenis en vorm van de stad verhoudend, bewust van het effect op de ervaring en met als mogelijke drijfveer de gestemdheid van de ge-vonden cultuur.

De analyses uit Venster 1 zijn voor het ontwerp een belangrijk kennisfundament en ze bieden de praktische randvoorwaarden. In het benoemen van problemen en potenties zijn ze zeer waardevol en onmisbaar.

In principe liggen de belangrijkste middelen van de ontwerper in het domein van Venster 2; de analyses bieden de ontwerper hierbij het inzicht om zich tot het ‘ruimtelijk kunstwerk’ te verhouden. Het biedt de ontwerper de kennis waarmee hij typologische oplossingen op lucide wijze in kan zetten en op basis van de analyse kan het al of niet behouden van histori-sche structuren worden gewogen.

Wat ons betreft is het geen goed idee om de Venster 3 analyses direct in ontwerp te vertalen: ze leveren, bij wijze van spreken, niet eenvoudig de positie voor nieu-we landmarks op. Ze beschrijven de ervaring die in-grepen in de ruimte meebrengen en zijn in die zin een hulpmiddel als een effect-analyse dat gevolgen inzich-telijk maakt en daarmee ontwerp keuzes ondersteunt.

De inzichten van Venster 4 zijn het meest waardevol wanneer zij ‘boven’ het ontwerp blijven hangen als een zachte, abstracte drijfveer. De ongrijpbaarheid moet in stand gehouden worden omdat een letterlijke vertaling in het ontwerp alleen maar leidt tot een ‘plat’ beeld. Als directe en enkelvoudige ontwerp toepassing hebben de analyses daarnaast te weinig collectieve legitimiteit en grond in de realiteit.

Juist de autonome ontwerpcultuur en het autonome ontwerp, gesteund door een gedegen analyse door alle vensters heen, kan weerstand bieden aan de krach-ten in het veld die het ruimtelijk ontwerp voor eigen belang claimen of haar verengen tot functionalistisch middel. Als vak is stedenbouw, misschien wel meer dan ooit een belangrijke discipline, immers: “More than ever, the city is all we have.1”

Mathilde PeenLuc de Vries

1 Citaat architect Rem Koolhaas, onderzoekspublicatie p.48

Veldwerk | Dorpsraad helpt bij Vensters 3 en 4, Ede

Sessie 2 | Mental mapping (Venster 3) met gemeenten, Gouda

Sessie 3 | Resultaten tafels Vensters 2, 3 en 4, Gouda

Sessie 4 | Discussie analyses met stakeholders, Ede

Sessie 5 | Inzet analysemethode voor ontwerp visie, Ede

Sessie 6 | Lezing Vensterbenadering, TU Delft

�e Void Happy Hills �e Village Bacon & Eggs Generic Plains Campus