imec InterConnect 19 (oktober 2005)

32
1 InterConnect De wet van de vernieuwing Naar een nieuw tijdperk van loodvrij solderen Europa brengt nano- technologie naar KMO’s Link naar de toekomst n°19 | viermaandelijks | oktober 2005

description

'InterConnect' is de communicatielink tussen imec en Vlaamse bedrijven. Het viermaandelijkse (gratis) magazine laat bedrijven en imec-onderzoekers aan het woord.

Transcript of imec InterConnect 19 (oktober 2005)

1

InterConnect

De wet van devernieuwing

Naar een nieuw tijdperk

van loodvrij solderen

Europa brengt nano-

technologie naar KMO’s

Link naar de toekomst

n°19 | v iermaandel i jks | oktober 2005

David Maes

VoorwoordBeste lezer,

De nieuwe InterConnect viel vanmorgen in de brievenbus van heel wat KMO’s. Artikels in eenklare taal en verhelderende interviews met experts brengen een waaier van informatie overnieuwe technologieën en de raakvlakken met de KMO.

Bij de opzet van dit nieuwe magazine kwam meteen ook de manier van verspreiding ter sprake.Gaan we het per post sturen? Of per e-mail? Krijgt iedereen in onze databank een exemplaar?En is dat dan geen spam? Bestaat daar geen wetgeving over? Onze ervaring leert dat we niet deenigen zijn die verdwalen in de wetgeving over aankondigingen en de verspreiding van publica-ties. Veel KMO’s worstelen met dezelfde problematiek. Vooral rond e-mail en e-business blijftheel wat verwarring bestaan. Advocaat Patrick Van Eecke schept in dit nummer duidelijkheid.

Daar waar in e-business de nieuwe technologieën de wetgever vaak tot actie aanzetten, is hetin een aantal andere domeinen net omgekeerd. Een voorbeeld is de verbanning van loodhou-dende materialen uit elektronische componenten. Daar zorgt een Europese wet dat de techno-logie moet volgen. We lieten een aantal Vlaamse KMO’s getuigen over de onzekerheid die ditmet zich meebrengt.

Nog een onderwerp waar na woelige debatten nog steeds heel wat onduidelijkheid overbestaat, is de intellectuele eigendom van software. Vincent Ryckaert, octrooiverantwoordelijkeop IMEC, helpt een aantal klassieke misverstanden uit de wereld.

InterConnect heeft ook nog heel wat andere onderwerpen te bieden. Embedded software,intelligent textiel, … noem maar op. “Begrippen waar ik niks mee te maken heb”, denkt u mis-schien? Na het lezen van de artikels denkt u er waarschijnlijk anders over.

Wij zijn alvast heel trots op ons gloednieuw magazine en horen graag wat u ervan denkt.

Veel leesplezier en innovatieve ideeën,David Maes, Business Program Manager Vlaanderen - IMEC

Inhoud

ColofonAlle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave magworden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerdgegevenbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of openige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopie-en, opnamen of enig andere manier, zonder schriftelijke toe-stemming van de uitgever.

Verantwoordelijke uitgever: Prof. Gilbert Declerck,Algemeen directeur IMEC

Redactie: Els Parton, Koen Snoeckx, Mieke Van Bavel

Voor meer informatie: Katrien Marent, CorporateCommunications, 016/28 18 80, [email protected]

Scoren met score

De wet van de vernieuwing

Project “Technologische innovatie in de zorgsector”............................7

Embedded software: samenwerking verzekerd voor de toekomst.........................12

Nieuw onderzoekscentrum voor intelligente microsystemen ..........................21

Geen olie-embargo’s en een schoner milieu: de waterstofeconomie.......................20

“De software-directieve is dood... lang leve de software-octrooien.”

Aanspreekpunt loodvrij solderen

Vlaams innovatiesamenwerkingsverband ‘hernieuwbare energie’...........................11

I n t e l l i g e n t e s y t e m e n

E n e r g i e

M i c r o - e l e k t r o n i c a : e n n u ?

V r o u w j u s t i t i a

A g e n d a

Imker zkt. zonnecel.........................15

Europa brengt nanotechnologie naar KMO’s

Bijscholen over bits en chips: samenwerking tussen IMEC en Semizone

Diverse

.......................29

.........................14

.........................18

...........................8

.......................22

.......................28

.......................30

Intelligent textiel..........................16

De chaos van de draadloze standaarden.............................4

4

De chaos van de

draadloze

I n t e l l i g e n t e s y s t e m e n

De Europese Commissie geeft draadloosinternetten een duwtje in de rug door delidstaten te verplichten om voor 31 okto-ber twee brede MHz-frequenties open testellen voor draadloos internet. Over heelEuropa zal dan dezelfde frequentie van5GHz beschikbaar zijn en zo grensover-schrijdend mobiel internet toelaten.

Europa is bij de koplopers wat betreftdraadloos internet. Momenteel zijn er al26.000 ‘hotspots’ in de Europese landen.Men verwacht dat dit aantal dit jaar zal toe-nemen tot 45.000. Ter vergelijking: de V.S.telt 22.000 hotspots.

Liesbeth Van der Perre, Wetenschappelijk directeur draadloze communicatie bij IMEC,tijdens het seminarie over draadloze communicatie:

“De toekomst is niet weggelegd voor één ‘super’standaard.

Meerdere standaarden zullen naast elkaar bestaan, elk voor

een specifiek toepassingsdomein. We zullen evolueren naar

flexibele toestellen die bv. via een software-update kunnen

overstappen naar een nieuwe standaard.”

Europa maakt ruimtevoor draadloosinternet

Negroponte: “de ether is beperkt”Nicholas Negroponte is bekend als stichtervan het MIT1 media Lab en als auteur vanhet boek Being Digital (1995) waarin hijeen voorspelling maakt van onze digitalewereld. Zo benadrukt hij dat niet alle toe-passingen draadloos kunnen werken dooreen beperking in beschikbare bandbreedte.

Tijdens IMEC’s seminarie over draadlozecommunicatie werd vanuit het publiekNegroponte’s visie voorgelegd aan LiesbethVan der Perre. Zij gelooft sterk in eendraadloze wereld. “Als we mobiele toepas-singen willen ontwikkelen, kunnen we nietzonder draadloze technologieën. Om deschaarste aan bandbreedte op te vangen zul-len in de toekomst hogere frequentiesgebruikt worden of kleinere cellen.”

5

standaardenDraadloze communicatie is niet meer

weg te denken uit ons dagelijks leven.Ooit begon het met satelliettelefonie.

Toen kwam de mobiele telefonie met hetmegasucces van de gsm en intussen staat dethird generation (3G) gsm al aan te schuiven metontelbare mogelijkheden zoals het bekijken vanfilm, videoclips of games.

‘Backstage’ draait alles om de draadloze-commu-nicatiestandaarden: 802.11a/b/g/i, 802.15.1/3/4,GSM, HSDPA, DAB. Voor niet-experts is hetquasi onmogelijk om te weten welke specifica-ties elke standaard heeft en waarvoor hij kan

gebruikt worden. Bovendien maakt de snelleevolutie in de wereld van de standaarden hetmoeilijk om up to date te blijven. Vandaar hetinitiatief van Flanders Multimedia Valley2,Medianet Vlaanderen3 en IMEC om een (gratis)seminarie te organiseren rond draadlozecommunicatie. Meer dan 70 deelnemers uit debedrijfswereld luisterden geboeid naar de uit-eenzetting van IMEC-experte Liesbet Van derPerre over de verschillende standaarden, destatus en trends voor technologieën zoalsWiMAX, WiFi, blue-tooth, hun toepassings-gebieden en natuurlijk ook toekomstige uitda-gingen.

Gezien het grote succes van dit seminarie zalIMEC zich blijven inzetten om de verwarringdie er bestaat rond draadloze-communicatie-standaarden weg te nemen. Zo wordt er inseptember 2005 een cursus georganiseerdrond draadloze communicatie en zal in mei2006 een TechWatch-seminarie gewijd zijnaan dit onderwerp.

Bent u geïnteresseerd in dit soort initiatieven? Stuur dan een mailtje naar [email protected] en wij informeren u over onzerecente activiteiten.

Voor ieder wat wilsEr bestaan honderden standaarden naastelkaar, elk met eigen karakteristieken zoalsmobiliteit en datasnelheid. Op deze manieris elke standaard geschikt voor een specifie-ke toepassing. Toekomstige standaarden(4G) zullen evolueren naar hogere datasnel-heden en mobiliteit.

GSMGPRS EDGE

3G/UMTS

HSDPA

DA

B

DV

B-H

Beyond 3G4G requirements

WiMAX802.16a/e

DECT

Blue Tooth502.15.1

ZigBee

802.15.4/a

WLAN

UWB (802.15.3/a)

802.

11n

802.

11a/

g

802.

11b

Mobility

In v

ehic

leIn

mot

ion

Stat

iona

ry

Walking

High-speedtrain

Drivingin country

Drivingin city

Shiftinglocations

In buildings

Personalsphere

0.1 1 10 100

Data rate

Mbps

Voorbeelden van standaarden:¬ WPAN: UWB, ZigBee, Bluetooth¬ WLAN: 802.11b/a/g/n en DECT¬ Cellulair: GSM, EDGE, UMTS,

HSDPA, WiMAX¬ Broadcasting: DAB en DVB-H

1 Massachusetts Institute of technology

2 Flanders Multimedia Valley is de netwerkorganisatie voor deVlaamse multimedia-industrie. Meer dan 110 bedrijven zijn allid van FMV. Je kan er terecht voor up-to-date informatie ennetwerking (bv. tijdens de 2-maandelijkse Whats’nHows-ses-sies) of voor innovatie- en marketingbegeleiding. Ook wil FMVeen brug slaan tussen de bedrijven en onderzoeksinstellingenen dit alles met een doel: een sterke Vlaamse multimedia-cluster opbouwen. Meer info: www.fmv.org

3 Medianet Vlaanderen, in 1994 opgericht door een aantal pro-minente Vlaamse spelers in de media- en telecommunicatie-sector, is een overlegplatform dat bedrijven en overhedendichetr bij mekaar brengt aangaande de problematiek en uitda-gingen van een snel evoluerende en ICT-gedreven media-markt. Meer info: www;medianetvlaanderen.be

Op 30 mei 2006 organiseert IMEC eenTechWatch-seminarie over mobielebreedbandoplossingen. Meer info: www.imec.be/TechWatch

6

Vanaf dit jaar is het mogelijk om op KLM-vluchtenemail-berichten en sms-berichten te versturen metbehulp van hardware aanwezig op het vliegtuig.

De Duitse luchtvaart-maatschappij Lufthansa gaat nogeen stap verder en biedt als eerste ter wereld demogelijkheid om met je eigen gsm te bellen aan boordvan hun vliegtuigen. Vanaf 2006 zullen de vliegtuigen

worden uitgerust met eenspeciale techniek waar-door de gsm’s van de

reizigers via een basisstation in het vliegtuig en viasatellieten contact maken met de gsm-netwerken opaarde.

Ook in de Verenigde Staten wil de Federal Communi-cations Commission het gsm-verbod in vliegtuigenopheffen omdat nieuwe technologieën het mogelijkmaken om mobiel te bellen zonder dat de navigatie-systemen verstoord wordt. De FBI waarschuwt echtervoor een nieuw gevaar. Gsm-gebruik aan boord kannamelijk misbruikt worden door terroristen om deexacte coördinaten van het vliegtuig door te geven ofom explosieven tot ontsteking te brengen. Uit enquê-tes blijkt ook dat het mobiel bellen in de lucht tot veelirritatie en geluidsoverlast zal zorgen voor de niet-bel-lende medepassagiers.

N i e u w s

Een oenoloog in de flesHet Toscaanse bedrijf Modulgraf, gespecialiseerd in het drukken van wijnlabels,brengt in November een pratend wijnlabel uit. Dit label bevat een chip die met eenspeciaal toestelletje beluisterd kan worden. Aangezien dit toestel niet echt goed-koop zal zijn, is het de bedoeling om de pratende flessen voornamelijk aan hetwoord te laten in restaurants, wijngaarden of gespecialiseerde winkels.

Het wijnlabel zal vertellen over de oorsprong van de wijn, de productie, het etenwaarbij hij best kan geserveerd worden enz.

Vliegen op zonDe Zwitserse avonturier Bertrand Piccard ont-

wikkelt samen met een team van 60 specia-listen en met technologische ondersteuningvan ESA de Solar Impulse. Met dit vliegtuig,

dat volledig wordt aangedreven door zonne-energie, zal hij in 2010 een reis rond de wereld maken. Geen stunt om

zichzelf in de belangstelling te brengen, maar om aan te tonen wat hernieuwba-re energie en geavanceerde technologieën in hun mars hebben. Ook hetBelgische bedrijf Solvay werkt mee aan dit project.

Mobiel bellen vanuit de LUCHT

©ESA

7

I n t e l l i g e n t e s y s t e m e n

Koolstofnano-buisjes genezenbreuken Aan de universiteit van Californië werdeen nieuwe techniek op punt gesteld omgebroken beenderen te herstellen. Eenoplossing van koolstofnanobuisjes wordtgeïnjecteerd op de plaats van de breuk. Dituiterst sterk, flexibel en licht materiaaldient als basis (scaffold) voor nieuwe bot-groei. De huidige scaffolds bestaan uit poly-meren of peptidevezels en hebben hetnadeel dat ze niet zo stevig zijn en gemak-kelijk afgestoten worden door het lichaam.

Reeds 20 leden voorhet multimedia-kennisplatformZes maanden na de lancering telt hetmultimediakennisplatform1 reeds 20leden. Ook werden er al twee werk-vergaderingen georganiseerd met tel-kens een 40-tal deelnemers. Dezevergaderingen vinden driemaal perjaar plaats en er worden recentetechnische trends besproken, evenalsde evolutie van standaarden, en dewerking en eventuele bijsturing vanhet platform. Ook discussies die ophet on-line platform werden opge-start, kunnen op de vergaderingenaan bod komen. Er zijn reeds een120-tal personen aangesloten op heton-line platform.

Heeft u ook interesse? Bezoek dan www.mtc-online.be,domein ‘multimedia’.

1 zie InterConnect 18, pagina 12 of www.imec.be/wwwinter/mediacenter/nl/ICarchief.shtml

PROJECT “Technologische

innovatie in de zorgsector”

Op 1 maart 2005 startten In-HAM1, BCDI2

en IMEC met steun van het IWT aan hetthematische innovatiestimuleringsproject“technologische innovatie in de zorgsec-tor”. In het kader van het project wordenwerkgroepen georganiseerd met bedrijvendie actief zijn in de sector van elektronica,domotica en immotica. Het is de bedoe-ling om deze technologieleveranciersbewust te maken van de problemen diemensen met functiebeperkingen dagelijksondervinden en hen te stimuleren hieroplossingen voor te vinden binnen hunexpertisedomein. Hiernaast worden ookwerkgroepen georganiseerd voor de

gebruikers (met functiebeperkingen) omhen te informeren over de technischemogelijkheden die er bestaan en wat hunmening hierover is. Door beide groepenop deze manier samen te brengen, zullenconcrete projecten kunnen uitgeschrevenworden rond specifieke toepassingen.

1 In-HAM staat voor innovation center in housing for adaptedmovement. Het is een expertisecentrum dat tot doel heeftspecifieke bouw- en woontechnologie te demonstreren en teontwerpen om zo een maximale zelfstandigheid na te strevenvoor personen met functiebeperkingen. www.in-ham.be

2 BCDI staat voor Belgian Centre for Domotics and Immotics.www.bcdi.be

Voor meer info contacteer Peter Deboutte vanIn-HAM, [email protected], 051/23.08.89 of Paul Sixvan IMEC, [email protected], 016/28.12.04

Innovatievetechnologischehulpmiddelenkunnen eengrote hulp zijnvoor mensenmet functie-beperkingen. ©

Euro

pean

Com

mis

ion,

200

5

8

loodvrij

Evenement. Op 8 septemberverzamelden vooraanstaandespelers in de loodvrije scèneop IMEC voor een ELFNETseminarie. Een van de sessieswerd gewijd aan Europesedienstverleningsprojecten rondRoHS voor de industrie.

Dankzij de steun van het IWT-Vlaanderen staat op IMEC voortaan een adviseur terbeschikking van bedrijven die de overgang maken naar loodvrije producten en processen.Geert Willems is vanuit de industrie aangetrokken als voltijds adviseur met een weten-

schappelijke achtergrond en ruime ervaring in de elektronicasector. Naast informatie en advieskunnen bedrijven bij hem terecht voor begeleiding bij de planning en eventuele subsidiëring vanRoHS gerelateerde innovatieprojecten. De ondersteuning kan zowel telefonisch als ‘on-site’.Het initiatief past in de technologische dienstverlening van het WTCM (www.wtcm.be) en kanrekenen op de steun van ervaren onderzoeksgroepen op IMEC.

Wenst u beroep te doen op deze dienstverlening? Neem dan contact op met GeertWillems: [email protected], tel: 016/28 89 62 of gsm: 0498/ 91 94 64.

Vlaamse bedrijven getuigen1 Juli 2006, de deadline voor de overschakeling naar loodvrij solderen, komt met rasse schre-den dichterbij. InterConnect houdt de vinger aan de pols bij de Vlaamse bedrijven:

Aanspreekpunt

Daniel Werkhoven, president en gedelegeerd bestuurder van Interflux Electronics NVen Interflux Solder NV.“Onze klanten zijn onder andere grote spelers zoals Alcatel, Ericsson, Nokia, Siemens,Barco en grote onderaannemers. Als je bij dergelijke bedrijven met een nieuw productkomt, zelfs als goedgekeurd leverancier, moet dat opnieuw alle mogelijke testen ondergaan.En aangezien je die testen zelf moet financieren, zorgt dat voor een aanzienlijke extra kost.Voorlopig komen zowel onze fluxen als onze soldeerpasta’s als best aan te bevelen uit dietesten. Dat geeft ons voldoende hoop dat de overschakeling naar loodvrij vlot zal verlopen.Maar tussen aanbeveling en werkelijke aankoop is natuurlijk nog een belangrijke stap.Ondertussen bevinden we ons in een overgangsperiode waarin we ons opnieuw moetenbewijzen om onze marktpositie te kunnen bevestigen.”Interflux electronics NV en Interflux Solder NV zijn gespecialiseerd in de fabricagevan soldeerfluxen, pasta’s en draad voor elektronische assemblage en PCB productie.

M i c r o - e l e k t r o n i c a : e n n u ?

Geert Willems

9

Luc Page, gedelegeerd bestuurder van Page electronica.“De grootste onduidelijkheid ligt voor ons bij het golfsolderen, omdat er op het gebiedvan machines nog veel opties openblijven. Voor grotere bedrijven is daarin een keuzemaken niet echt een probleem, omdat ze in grote aantallen en met eigen ontwerpen wer-ken. Voor ons is de situatie moeilijker, omdat we als onderaannemer met een grote vari-ëteit aan lay-outs te maken krijgen. Onze machines moeten dus een grotere flexibiliteithebben. Om toch voldoende kwaliteit te garanderen, worden kleine bedrijven daardoorhaast verplicht om machines te kopen die eigenlijk bedoeld zijn voor grote aantallen.Aangepaste lay-outs of een opleiding voor de ontwerpers van onze klanten kunnen eenoplossing bieden. Maar als onderaannemer hebben we dat helaas niet zelf in de hand.”Page electronica doet elektronische assemblage, voornamelijk kleinere reeksen.

solderen

Vervolg op pagina 10Meer getuigenissen op pagina 10

Nog nooit gehoord van RoHS?Richtlijn 2002/95/EG van het Europees Parlement en de Europese Raad – ook wel de RoHS1

directieve genoemd - legt de lidstaten vanaf 1 juli 2006 een beperking op van het gebruik vanbepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparaten. Meer bepaald gaat hetom de zware metalen kwik, cadmium, lood en zeswaardig chroom en de brandvertragerspolybroombifenylen (PBB’s) en polybroomdifenylethers (PBDE’s). Een aantal sectoren enverschillende specifieke toepassingen vallen buiten de richtlijn. Maar uiteindelijk zal zowatiedereen moeten overschakelen. Is het niet om in orde te zijn met de richtlijn, dan zijn binnende verschillende industrieën wel andere factoren die de omschakeling economisch verant-woord maken. Voor de meerderheid van de betrokken bedrijven is de vraag dus niet of zemoeten overschakelen, maar hoe ze het zullen doen en voor sommigen ook wanneer ze hetmoeten doen.

1 RoHS = Restriction of Hazardous Substances

Op 21 maart 2006 organiseert IMEChet TechWatch-seminarie “RoHS-implementatie: zijn we er klaar voor?”Meer info: www.imec.be/Techwatch

Tom Berx, responsible electronics department bij Smans NV.“Als machineverkoper merken we dat verschillende klanten moeite hebben om aan lood-vrije componenten te geraken. Omdat zij voor hun machinekeuze graag testen doen meteigen producten, zorgt dat voor vertraging en onzekerheid. We organiseerden zelf al eenseminarie over de praktische invulling van de RoHS richtlijn en proberen klanten ook eentotaaloplossing aan te bieden die zowel machine als soldeerflux en -legering omvat. Wijmerken dat er vooral behoefte is aan meer gecentraliseerde, onafhankelijke informatieover de wetgeving en de praktische inpassing/opvolging hier van. Ondanks alle inspannin-gen vrezen we dat een aantal bedrijven te laat aan de overschakeling zullen beginnen.Onder andere de aanzienlijk verlengde levertermijn van toestellen kan voor onaangenameverrassingen zorgen. We hebben ook de indruk dat een aantal kleinere bedrijven de lood-vrije overstap niet meer zal maken en dit gedeelte van hun activiteiten zal uitbesteden.”Smans NV is al 30 jaar gespecialiseerd in de verkoop van toestellen voor elektronica enkabel & draad verwerking.

10

Eddy Blansaer, senior packaging engineer en Daniel Vanderstraeten, manager package &subcontractor quality & reliability bij AMI Semiconductor“Aangezien de meeste van onze klanten onder de uitzonderingsregel vallen, dienen we zelfniet echt het initiatief te nemen. Toch zijn we al meer dan vijf jaar bezig met de voorberei-dingen en merken we een stijgende vraag naar loodvrije componenten. Momenteel voldoenzowat 10% van onze orders aan de RoHS richtlijn, met een verwachte stijging tot meer dan15% tegen het einde van het jaar. Gezien de markten waarin onze klanten actief zijn, liggende betrouwbaarheidseisen voor onze producten veel hoger dan voor consumentelektroni-ca. Aan deze kwalificaties voldoen was de voorbije jaren onze belangrijkste prioriteit.Ondanks het extra werk dat een dergelijke overgang met zich meebrengt, merken we weldat we in een relatief comfortabele positie zitten. Niet alleen omdat onze klanten nog eenpaar jaar de tijd hebben, maar ook omdat AMI Semiconductor als internationale speler hier-voor de nodige middelen en mensen ter beschikking stelt. Onze indruk is dat veel van degesprekken en initiatieven gehouden worden tussen de grotere spelers.”AMI Semiconductor (AMIS) is, als wereldwijde speler, toonaangevend in de ontwik-keling en productie van geïntegreerde schakelingen die hun nut bewijzen in tal van toepas-singen uit het dagelijks leven.

Wat denkt Belgiëvan loodvrij?Als Belgisch vertegenwoordiger voor hetEuropees netwerk voor loodvrij solderen(ELFNET), analyseerde IMEC hoe verBelgische bedrijven staan in de race naar 1 juli2006. Een selectie van de resultaten vindt uhier. Een samenvatting van het rapport isbeschikbaar op de IMEC website. (www.imec.be/nieuws).

M i c r o - e l e k t r o n i c a : e n n u ?

Vervolg van pagina 9

Verontrustend?Op de recente IPC conferentie in Barcelona bleek dat SnAgCu, degedoodverfde opvolger van SnPb, niet in alle omstandigheden vol-doet aan de betrouwbaarheidsvereisten.

ALSHIRA (www.alshira.be) is een ‘loodvrij’ project van deVlaamse industrie dat dit jaar werd opgestart met steun van hetIWT-Vlaanderen. Het project belicht vooral de betrouwbaar-heidsaspecten van loodvrije technologie.

Bent u al in orde met de Europese WEEE richtlijn voor afgedank-te elektrische en elektronische apparatuur die van kracht is sinds13 augustus 2005?

0 %

10 %

20 %

30 %

40 %

50 %

Alles lood-vrijLood-vrije productieErvaring uit productieErvaring uit testsGeen eigen activiteit

26 %

32 %

26 %

46 %

30 %

9 %

17 %

13 %

0 % 0 %

BelgiëEuropa

Temperatuur 44%

Wetting 15%

Kwaliteit / Betrouwbaarheid 41%

Component bevoorrading 62%Andere 17%

Training 14%

Weet niet 7%

Verwachte technologische problemen

Verwachte andere problemen

Ervaring met loodvrij

Tom Boonen en GalileoTijdens de 5de rit vande Tour de Francewerd een experimentuitgevoerd om demogelijkheden vansatellietnavigatie tedemonstreren.

Verschillende renners droegen een ont-vanger waardoor hun exacte positie ensnelheid kon bepaald worden. Dit is inte-ressant voor de organisatoren en deploegleiders, maar ook voor de kijkersdie zo een perfect overzicht krijgen vande koers.

Voor dit project wordt beroep gedaanop EGNOS, een Europees netwerk vanongeveer 40 grondstations en 3 geostati-onaire satellieten, dat gebruikt wordtom de signalen van de huidige satellietna-vigatiesystemen (het Amerikaanse GPSen Russische GLONASS) te verbeteren.Zo zullen gebruikers in Europa hun posi-tie kunnen bepalen met een nauwkeurig-heid van 5m in plaats van de huidige 20m.Uiteindelijk zal dit netwerk deel uitma-ken van Galileo, het Europese satelliet-navigatiesysteemdat ten laatstein 2008 volle-dig opera-t i o n e e lzal zijn.

N i e u w s

11

© T

DW

spo

rt

E n e r g i e

Vlaams innovatie-samenwerkingsverband‘hernieuwbare energie’De sector rond hernieuwbare energie zit inde lift. Vlaamse bedrijven spelen er eenbelangrijke rol in, maar het ontbreektVlaanderen aan een pro-actieve en gestructu-reerde aanpak. Het innovatieplatform GENE-RATIES, gefinancierd door het IWT, wil hiereen antwoord op zijn en de Vlaamse industriezijn verdiende plaats geven op de internatio-nale markt voor hernieuwbare energie.

Voorlopig zijn reeds 17 bedrijven en kenni-scentra lid van het innovatieplatform. Het gaato.a. om bedrijven die actief zijn in bio, wind-of zonne-energie. Ook bedrijven die nietrechtstreeks met energie te maken hebben,maar waarvan de activiteiten innovaties kun-nen brengen in de sector zijn reeds lid. Leden

kunnen rekenen op informatie over tech-nologieën en markten, op specifieke strate-gische sectorstudies en op ondersteuningbij innovatie. Verder worden ook work-shops georganiseerd en worden actiesondernomen voor sectoriële versterkingen internationale promotie van de sector.

Geïnteresseerde bedrijven kunnen terechtbij IMEC’s spin-off 3E die het operationeelbeheer van GENERATIES voor zijn reke-ning neemt.

Meer info: [email protected] ofwww.generaties.net

Slimme zwembril

Slimme zwembrilDe Britse studente Katie Williams ontwierp de Inview zwembril die automatisch hetaantal baantjes telt dat je zwemt. Op de glazen wordt het aantal geprojecteerd,evenals de tijd. Het systeem werkt met een ingebouwd kompas dat elke veranderingin zwemrichting detecteert als een nieuw baantje.

N i e u w s

We zaten met vijf managers rond de tafel om te pratenover de ontwikkeling van embedded software. Overde uitdagingen, maar ook over mogelijke oplossingen.Hun oplossing kwam natuurlijk ook ter sprake: Embinet.

12

Embedded software:samenwerking verzekerd voor de toekomst

Wat is embedded software?

Geert Adriaens: “De schoonheid en krachtvan embedded software (eSW) zit in het feitdat het onzichtbaar is. Het zit in je elektrischetandenborstel, koffiezet, auto, tv, maar jemerkt het niet. Embedded SW is één met hetproduct. Je zou bijna kunnen zeggen dat het jeproduct een ziel, een vorm van intelligentiegeeft.”

Peter Sachem: “Er is natuurlijk ook het com-merciële aspect. Je kan hetzelfde tv-platformgebruiken als je concurrent, maar met eSWkan je het een meerwaarde geven; het is dedifferentiërende factor.”

Wat maakt de ontwikkeling van eSWzo moeilijk?

GA: “Embedded software moet aan de slagmet zeer beperkte middelen: kleine processo-ren, weinig geheugen. Typisch werken de pro-ducten op batterijen, dus moet het verbruikook klein zijn. En natuurlijk is er ook nog dekorte time-to-market. Een andere moeilijk-heid is de sterke verwevenheid met het pro-

duct. Je kan geen algemene eSW maken, maarje moet heel klantspecifiek werken en meteen grote variatie aan hardwareplatformen.”

PS: “Zo hebben onze eSW-ontwikkelaars bij-voorbeeld iets moeten maken voor eenbedrijf dat cyclotrons (deeltjesversnellers)maakt. Dat staat natuurlijk mijlenver af vanonze wereld. Maar door een nauwe samen-werking tussen de productontwikkelaar en deeSW-ontwikkelaar lukt het toch om een mooiproduct te maken.”

“Sommige klanten zijn

verbaasd als wij samen in

de auto toekomen.”

Eddy Van Hoecke: “Hier bovenop komen nogeens de uiterst hoge kwaliteitseisen waaraaneSW moet voldoen. Voor een auto is hetnatuurlijk logisch dat de eSW first-time-rightmoet zijn vanwege de veiligheid. Maar ookvoor minder kritische producten is de verge-

vensgezindheid bij het publiek nihil. Als hetinternet crasht, proberen ze later wel eensopnieuw, maar als de koffiezet het niet doet,gaat hij terug naar de winkel.”

GA: “En door de steeds toenemende com-plexiteit van eSW en van de hardwareplatfor-men is het moeilijk om aan deze hoge kwali-teitseisen te voldoen. Er is een continueverbetering van methodologieën, program-meertalen en tools maar dit kan de com-plexiteit niet bijbenen. “

Hoe pakken jullie deze problemen aan?

PS: “De korte time-to-market en de multidis-ciplinariteit die eigen is aan eSW, maakt hetvoor kleinere bedrijven niet eenvoudig omeSW te implementeren in hun product.Vandaar ons idee om een virtueel bedrijf op terichten, Embinet, dat een totaaloplossing aan-biedt aan de klant. Zowel wat betreft business-model als expertise vullen we elkaar perfectaan1.”

Philippe Herbin: “Sommige klanten zijn verbaasdals wij samen in de auto toekomen. Dat zijn toch

I n t e l l i g e n t e s y s t e m e n

concurrenten? zie je ze dan denken. Eens zeonze aanpak kennen, werkt het perfect.”

GA: “Het vertrouwen tussen ons is gigantischbelangrijk om volgens deze formule te wer-ken. Op deze manier kunnen we een tegenge-wicht vormen tegen de grote bedrijven diediensten aanbieden.”

“Ik verwacht dat het binnen 50

jaar heel evident zal zijn dat alles

tot leven gebracht zal worden

via embedded software.”

Welke trends zien jullie opduiken in de wereld van embedded software alsantwoord op de eerder genoemde uitdagingen?

GA: “Wat betreft het probleem van de toene-mende complexiteit, vraagt men zich wel eensaf of er genoeg eSW-ontwikkelaars zullen zijnom alle eSW te maken die er staat aan tekomen. Een tendens die dit ten dele kanopvangen is het gebruik van herbruikbarecomponenten. Dit is niet vanzelfsprekendomdat eSW productspecifiek is, maar voormeer algemene systeemfuncties zou dit eenoplossing kunnen zijn. Het zijn zulke stan-

daardcomponenten en meer routi-neachtige zaken die zouden kunnen ver-schuiven naar India en Vietnam. Maar deintegratieaspecten zullen steeds hiergedaan worden juist door de sterke ver-bondenheid met het product en dus deklant.”

GA: “Een andere tendens die we zien zijnde open-source communities die meer enmeer gaan domineren. Embedded Linux bij-voorbeeld staat in Azië op nummer 1 vanbesturingssystemen voor gsm’s. Ook onzeklanten vragen er vaak naar. Het heeft zijnsucces te danken aan de lage kostprijs ende degelijkheid van de SW.”

GA: “De huidige toepassing van eSW isnog maar het topje van de ijsberg. Ooit zeiBill Gates dat er in elke huiskamer een pczou staan, en men vond hem een weirdo,maar nu evolueren we naar een wereldwaarin alles wat ons omringt intelligentiekrijgt door kleine microprocessoren eneSW. Ik verwacht dat het binnen 50 jaarheel evident zal zijn dat alles tot levengebracht zal worden via eSW. Ons werk isverzekerd voor de toekomst!”

IMEC organiseert op regelmatige basis cursus-sen over het gebruik en de ontwikkeling vanembedded systemen. Deze initiatieven zijnbedoeld voor managers van kleine en grotebedrijven die eraan denken embedded syste-men te gebruiken in hun producten of proces-sen.

Bent u geïnteresseerd? Stuur dan een mail-tje naar [email protected] en wijinformeren u over onze recente aftiviteiten.

Het Global Future Forum

vroeg recent 289

futurologen, analisten en

bedrijfsleiders uit 28

landen naar hun visie

over toekomstige

bedrijfsmodellen.

87% van hen stelde dat grote bedrijventegen 2009 samengesteld zullen zijn uituitbestede diensten, partnerships en alli-anties. Niet kostenreductie, maar welklantenservice zal de onderscheidendefactor worden. Aangezien klantensteeds vaker producten en diensten opmaat vragen, zullen bedrijven moetenbeschikken over een flexibeler aanbod.Een andere conclusie uit het onderzoekis dat meer en meer concurrerendebedrijven allianties zullen vormen omsamen een betere dienst aan te bieden.

Meer informatie: Een elektronischexemplaar van het volledige onderzoekis op eenvoudig verzoek verkrijgbaar bijhet Global Future Forum door te mailennaar [email protected]

1 Philips TASS doet eSW-ontwikkeling bij de klant, Dekimowerkt eerder op projectbasis en biedt naast eSW ookHW aan, Qspin ontwikkelt eSW bij de klant en helpt hetontwikkelingsproces van eSW bij de klant te verbeterenen Layers ontwerpt printplaten.

13

ONZE GESPREKSPARTNERS:Johan Van Eemeren, LayersPhilippe Herbin, QSpinEddy Van Hoecke, DekimoGeert Adriaens en Peter Sachem, Philips TASS

14

Bijscholen over bits en chips:

samenwerking tussenIMEC en Semizone

M i c r o - e l e k t r o n i c a : e n n u ?

In de razendsnel evoluerende wereld van demicro-elektronica is ‘kennis’ een sleutelbe-grip. Managers, procesingenieurs en ontwer-pers moeten bovendien op de hoogte blijvenvan de nieuwste technologische ontwikkelin-gen. Veel bedrijven in die sector zijn dan ookgebaat bij e-learning, een vorm van afstandsle-ren waarbij de content via een webbrowsergeleverd wordt over het Internet, een intra-net of een extranet. IMEC heeft de laatstejaren enorm geïnvesteerd in e-learning, in deeerste plaats om zijn werknemers over denieuwste evoluties entrends te informeren. Opaanvraag stelt IMEC dezeinformatie ook ter beschik-king van externen.

Om zijn kennis en ervaringbeter te kunnen delen metde hele halfgeleiderin-dustrie (zowel Vlaams alsinternationaal) heeft IMECin juli 2005 een samenwer-kingsakkoord getekendmet het AmerikaanseSemizone. Semizone Inc.levert wereldwijd, via hetInternet, actuele leerpro-gramma’s aan de micro-elektronica-industrie. Decursussen of leermodulesworden gemaakt doorexperten uit de academi-sche of industriële werelden dragen bij tot de indivi-duele kennis of tot de glo-bale productiviteit van het

bedrijf. IMEC’s Micro-electronica Trainings-centrum (MTC) wordt één van de spelers diesamen met Semizone cursussen maakt en ver-spreidt. Vooral ontwerp- en procestechnolo-gie van geïntegreerde schakelingen, ensysteemontwerptechnologie komen aan bod.U vindt er bijvoorbeeld een cursus over hetgebruik van SystemC, of u kan er leren hoeeen moderne transistor wordt gemaakt. Decursussen zijn in de eerste plaats bedoeldvoor (jonge) procesingenieurs en ontwerpersvan ASIC’s en systemen-op-chip.

De cursussen of

leermodules worden

gemaakt door experten

uit de academische of

industriële wereld en

dragen bij tot de

individuele kennis of tot

de globale productiviteit

van het bedrijf.

Meer informatie over deze samenwer-king en een overzicht van het cursusaanbodkan u vinden op www.semizone.com/imec

15

E n e r g i e

Bijenkasten bevinden zich meestal op een afge-legen plaats. Enerzijds voor de bijen zelf omdater voldoende bloeiende planten en bomen inde buurt moeten staan en anderzijds voor demensen omdat niemand (behalve de imkersdan) graag een bijenkast dicht bij zijn huis heeftstaan. Een imker moet dus ‘ver van debewoonde wereld’ zijn werk doen, zonder bij-voorbeeld elektriciteitsvoorzieningen.

Imker Staf Kamers vertelt: “Toen we vorigjaar met de imkersbond in Tsechië waren,bezochten we een imker ergens in de bergen.Om te slingeren (nvdr. honingraten centrifu-geren om honing los te maken) gebruikte hijeen motor die was aangesloten op zijn auto-batterij. Het is daar in de bergen dat ik meafvroeg of zonnecellen het leven van eenimker niet eenvoudiger zouden kunnenmaken. “

Terug thuis stuurde Staf Kamers zijn vraag dewereld in door een oproep in het Radio 2-programma ‘De wensenkermis’. Iemand vande luisteraars verwees hem naar IMEC en zokwam hij terecht bij IMEC’s spin-off Soltech. “Soltech ontwikkelt o.a. draagbare lampen diewerken op basis van zonne-energie (de LogicLantern). Ze worden gebruikt voor caravansen mobilhomes. De lampen worden zelfs in de

woestijn gebruikt door nomaden. De kamelendragen de lamp rond hun nek en het zonnepa-neel op hun rug en zo hebben de nomaden ’savonds licht in hun tent.”

Enthousiast vertelt Staf Kamers waarvoor hijde zonnecellamp gebruikt: “Overdag wordtde batterij van de lamp opgeladen en dan kanze 4u branden. Zelfs als het buiten nog licht is,heb ik extra licht nodig om precisiewerk tedoen zoals koninginnen merken of varoamij-ten tellen. Dit laatste is een infectie die bijbijen voorkomt en elke imker moet de infec-tiegraad van al zijn kassen doorgeven aan deuniversiteit van Gent. Een ander moeilijkwerkje is overlarven. Je moet dan op zoekgaan naar larfjes van een dag oud, kleiner dan1mm, om er koninginnen uit op te kweken.Het is belangrijk dat imkers zelf een koninginkweken omdat ze door die selectie eenzachtaardig en productief volk verkrijgen. Endan is er ook nog het voederen van de bijenwaarvoor je licht nodig hebt. Je mag de bijenpas ’s avonds eten geven omdat ze dan nietmeer vliegen. Als je het overdag zou geven,kan het eten van een zwakker volk geroofdworden door een sterk volk.”

Sinds Staf kamers de Logic Lantern gebruikt,hebben reeds veel collega-imkers hem gecon-tacteerd. Allemaal zijn ze het erover eens datdit een prachtige oplossing is voor hun geïso-leerd en donker bestaan in de bijenhal.

Voor meer info: www.soltech.be

Imker zkt.zonnecel

Ergens in een uithoek van de prachtige abdij van Parkte Heverlee ontmoeten we imker Staf Kamers in zijnbijenhal. Onlangs bracht hij een revolutie teweeg in dewereld van de imkers door zijn succesvolle zoektocht

naar een autonome lichtbron. Want “Er zijn eenheleboel dingen waarvoor een imker lichtnodig heeft.”

“Veel van mijn collega-imkers zijn het erover eens dat dit een

prachtige oplossing is voor ons geïsoleerd en donker bestaan.”

Op 26 januari 2006 organiseert IMEC eenTechWatch-seminarie over zonnecellen.Meer info: www.imec.be/TechWatch

I n t e l l i g e n t e s y s t e m e n

Hoe integreer je elektronica intextiel?Er bestaan verschillende manieren omelektronica te verwerken in textiel,gaande van draagbare elektronica totelektronisch textiel.- Elektronisch toestelletje zoals mp3-

speler wordt vastgemaakt in een kledingstuk.

- Elektronica wordt zo sterk geminia-turiseerd dat het in een knoop zou passen. IMEC ontwikkelde een techniek om verschillende functies(energie-opwekking, dataverwerking,

sensorfunctie) in lagen bovenop elkaar te stapelen en

zo het systeem te miniaturiseren. - De elektronische

componenten kunnenop een flexibel substraat

aangebracht worden,zodat ze gemakkelijk

kunnen geïntegreerd worden in textiel. - De ultieme integratie is het maken van elektro-nische componenten uit

textiel. Dit kan doorgebruik van geleidende garens,

bv. een geborduurde antenne.

Elektronisch textiel is textiel (kleding,tapijt, autobekleding, zonnewering enz.)waarin een elektronische functie ver-

werkt is. Typische voorbeelden die al op demarkt zijn, zijn een jas met bluetooth en mp3-speler en een T-shirt met hartslagmonitor.

“De toepassingen die nu al op de markt te vin-den zijn, kan je niet echt elektronisch textielnoemen,” relativeert Kris vdV. “Ik zou heteerder draagbare elektronica noemen, vastge-maakt in kledingstukken. Waar men echtnaartoe wil, zijn elektronische componentenvervaardigd uit textiel, bijvoorbeeld een (was-baar!) gebreid toetsenbord of geweven beeld-scherm. “

Op de deelnemerslijst van de Avantex-beurszien we vooral onderzoeksinstellingen en uni-versiteiten. Centexbel (Belgische onderzoeks-instelling van de textielsector), de ESAT-

elektronicagroep van de KULeuven en de tex-tielgroep van de UGent vertegenwoordigdenons land.

“Het ‘echte’ elektronische textiel bevindt zichnog in een onderzoeksstadium en zal pasbinnen 10 tot 15 jaar op de markt komen. Hetis belangrijk dat we nu samen met de bedrij-ven en de gebruikers de moeilijkheden ennoden definiëren en van daaruit projectenopzetten rond concrete toepassingen. “

Kris vdV organiseerde in juni een eerstebrainstormsessie waarop textielbedrijven,gebruikers en elektronici samen rond tafelzaten om te praten over elektronisch textielvoor de medische sector.

“Het is zeker niet eenvoudig om twee werel-den (de textiel- en elektronicasector) dieelkaar totaal niet kennen, samen te brengen.

Intelligent

Kris van de Voorde, industrieel adviseur bij IMEC,bezocht voor ons de Avantex-beurs. Hij ging erop zoek naar de nieuwste ontwikkelingen op hetvlak van elektronisch textiel, en vooral ook naarde Vlaamse spelers in deze nieuwe ‘discipline’.

16

17

• De UGent en KULeuven werken aan eenbabypakje met ingebouwde sensoren voor hetmeten van hartslag, temperatuur en ademha-ling. Het kan bv. gebruikt worden ter preven-tie van wiegendood.

• Infineon ontwikkelde een wielrennersshirt metingebouwde sensor voor hartslag:. De data wor-den draadloos verstuurd naar een polshorloge.Gelijkaardige toepassingen zijn interessant voorziekenhuispatiënten, ouderlingen die thuis wonenof astronauten die een ‘uitstapje’ maken op eenplaneet.

Vlaams innovatie-project “Toepassen van intelligent textiel in kledij”Momenteel loopt er een thematische innovatiestimuleringsactiviteit (TIS) over het toe-passen van intelligent textiel in kledij. Het wordt gefinancierd door het IWT en uitgevoerddoor Centexbel in samenwerking met de textielgroep van de Universiteit Gent en IMEC.In het kader van dit TIS-project worden o.a. technische publicaties, seminaries, begelei-ding bij innovatie en partnermatch aangeboden. Meer informatie: www.centexbel.be/nl/tis-itframe.htm

Zo verbleekten de elektronici toen een van detextielbedrijven hun wasproces uit de doekenbegon te doen. ‘Mijn elektronica ga je toch nietwassen, steriliseren, strijken en onder hogedruk brengen?!’ Gelukkig kon een onderzoek-ster die meer vertrouwd is met elektronischtextiel, de kloof terug dichten door op te mer-ken dat elektronisch textiel ook gebruik zalmaken van antibacteriële coatings en zelfreini-gende principes waardoor het wasproces min-der drastisch zal zijn dan nu. “

“Het is door dergelijke gesprekken tussen detextielsector, elektronicasector en de ge-bruikers en door het informeren van bedrij-ven en gebruikers over de mogelijkheden vanelektronisch textiel, dat Vlaamse bedrijvenmee een rol zullen spelen in de wereld vanhet slim textiel en wie weet stellen ze binnenenkele jaren hun product voor op deAvantex-beurs.”

textiel

Enkele concrete voorbeelden

• Infineon ontwikkelde een tapijt met inge-bouwde halfgeleiders. Het is mogelijk om erbijvoorbeeld LED-verlichting, druksensorenen brandsensoren in te bouwen. Toepassin-gen zijn verlichte begeleidingssystemen ommensen te evacueren bij brand en lokalisatievan inbrekers. Het netwerk van chips kanzich herorganiseren wanneer eenbepaald stuk stof schade oploopt.

• Logitech en Eleksen ontwikkeldensamen een oprolbaar klavier dat tegelij-kertijd dienst doet als beschermhoesvoor een pda.

• Licht-emitterende diodes kunnen ge-integreerd worden in kleding. Mooi voor

modeontwerpersmaar vooral ook

nuttig in veilig-heidskleding.

• Het Fraunhoferonderzoekscentrumontwikkelde deze jas

samen met een modestu-dent en een koerierbedrijf

dat per fiets pakjes bezorgt.Hij bevat o.a. een GPS-module

zodat het call centre opdrachtenkan doorsturen naar dedichtstbijzijnde koerier, eendisplay met toetsenbord waar-mee de koerier een opdracht

kan accepteren en waar het adres opverschijnt, een module die de koerier viaspraak begeleidt naar de bestemming en ver-warmingselementen op de rug. Alle hardwareis via koperdraden verbonden. Energie wordtgeleverd door de dynamo van de fiets en defiets gaat automatisch op slot en terug opendankzij een ingebouwde zender die de koerierherkent.

©Su

zann

e Le

e

©Fraunhofer IZM

18

Lea is Europees marktleider in filters voorbreedband internetverbindingen (xDSL)en maakt ook technologie voor power-

line communications, het versturen van infor-matie via het elektriciteitsnet. Het bijna vijftig-koppige bedrijf richt zich voor die eersteactiviteit op zowel particulieren als bedrijven.Omdat ADSL en telefonie over dezelfde kabellopen, moeten aan beide kanten van de ketenfilters (splitters) alles in goede banen leiden.Voor particulieren gaat het dan over de split-ters die je tussen de telefoonstekker en demodem plaatst. Voor telefoon- en internet-centrales betekent dat een telecombord dathet digitale ADSL signaal combineert met hetanaloge telefoonsignaal zodat ze samen kun-nen verstuurd worden. Beide filters wordenbij Lea ontworpen, gemaakt en ook getest inhet eigen testlab.

Nu wil het wel eens gebeuren dat tussen dezender en de ontvanger van de signalen ietsmisloopt. Een kabel die ongemerkt bescha-digd raakt bij wegenwerken bijvoorbeeld. Hetis dan ook van cruciaal belang dat de informa-tieverstrekker testsignalen kan sturen zodathij kan detecteren waarom een deel van zijnklanten bijvoorbeeld zonder internetsignaalzit. Omdat het over twee verschillende tech-nologieën gaat (analoog voor telefonie en digi-taal voor ADSL) is het belangrijk dat bij het

M i c r o - e l e k t r o n i c a : e n n u ?

Scoren met SCORE

Foto

: Lea

19

Een Franse KMO met filiaal in België ziet de mogelijkheid omkosten te besparen door een deel van zijn technologie teintegreren op een chip (application-specific integrated circuit;ASIC). Dankzij de ondersteuning van IMEC verkoopt het FranseLea de ‘SCORE’-chip momenteel wereldwijd in telecombordenvoor het splitsen van ADSL en telefoonsignalen.

versturen van die testsignalen bepaalde filterstijdelijk kunnen omzeild worden. Bovendienzijn er sinds de vrijmaking van de communica-tiemarkt verschillende spelers actief die liefstzo weinig mogelijk hinder ondervinden vanandermans signalen. Op elk bord is dan ookeen reeks relais voorzien om filters selectiefuit te schakelen of te omzeilen. Stefaan Vanhoogenbemt, ASIC project leader bij Lea, lichttoe: “Tot voor kort werden deze relais aange-stuurd via een relatief eenvoudige program-meerbare EPLD-chip (electrically programmablelogic device) met een aantal externe compo-nenten. Het leek ons interessant om de chipen externe componenten te vervangen dooreen enkele ASIC. Dit zou een aanzienlijke ver-eenvoudiging betekenen in de productie endus ook een daling van de kosten. Omdat wezelf niet de mensen hebben en de volledigeexpertise om dergelijk project – van chipde-sign tot productie – te coördineren, zijn webij IMEC terechtgekomen. Het resultaat vanhet project is een chip die we ‘SCORE’gedoopt hebben. Een mooi voorbeeld vanIMEC’s bijdrage vind je terug in het gedeeltevan de ASIC dat de oorspronkelijke externecomponenten vervangt.” Dit moest de relaiskunnen aansturen bij de relatief hoge spanningvan 5V. Het probleem met een relais is dateen interne spoel bij het ontladen een span-ningspiek veroorzaakt waartegen de elektro-

nica moest bestand zijn. Uit de samenwerkingtussen Lea en IMEC volgde een inventief ideeom deze spanningspiek te detecteren en teverminderen. Een idee dat de ‘SCORE’-chipnog steeds uniek maakt.

Om dit alles te verwezenlijken, verhuisde Vanhoogenbemt gedurende vier maanden van zijnLea-kantoor in Antwerpen naar de designaf-deling van IMEC. Daar maakte hij tijdens een‘on-the-job’ training gebruik van de Synopsysontwerpsoftware onder first-use Europracticecondities. Het VHDL ontwerp van Lea werdvia logische synthese en lay-out in een chipvertaald. Via de Europractice IC service, kon-den de prototypes van de chip goedkoopgebakken worden en ontstonden ook de con-tacten voor de productie achteraf. Van hoog-enbemt: “Een bewijs van het degelijke werkwas dat de chip van de eerste keer zo goed alsperfect werkte. Het enige wat we moestenbijsturen waren de specificaties van debescherming tegen elektrostatische ontlading(electrostatic discharge; ESD).”

Momenteel vormt de chip een onderdeel intelecomborden wereldwijd. De moduleer-baarheid – de chip kan geprogrammeerd wor-den in zeven verschillende modes – laat Leabovendien toe hem in te bouwen in meer danalleen borden met ADSL/telefoon filters.

EUROPRACTICE IC-service verlengd toteind 2008IMEC biedt al sinds 1995 de EURO-PRACTICE IC-service aan. Via eennieuw contract met de EuropeseCommissie (2006-2008, FP6-IST pro-gramma) kunnen Europese universitei-ten, hogescholen en onderzoeksinstitu-ten tegen goedkope voorwaardenASIC-ontwerpsoftware aankopen enASIC-prototypes laten fabriceren. Ookbedrijven kunnen ASIC-prototypes enkleine volumes laten fabriceren viaIMEC's Europractice IC-service. Nieuwin dit contract met de EuropeseCommissie is dat de service zal uitge-breid worden met prototypefabricatievan microsystemen.

Meer informatie: [email protected] 016/28.12.48

N i e u w s

In het voorjaar van 2005 stelde een Brits bedrijfde eerste motorfiets voor die op waterstof rijdt.De motorfiets heeft een topsnelheid van 80km/u, een goede versnelling en rijdt nagenoeggeruisloos. Of dit laatste een voordeel is, latenwe in het midden – zijn schone brandstoftank isdat zeker wel. In dezelfde periode maakte eenCalifornisch bedrijf met succes een testvlucht ineen vliegtuigje aangedreven door vloeibaarwaterstof. Eerder werden al auto’s, bussen enmobiele telefoons ontworpen die door water-stof van energie worden voorzien. De industrieheeft het al lang begrepen: waterstof zou weleens dé brandstof van de toekomst kunnen wor-den. Het principe is alvast eenvoudig: in eenbrandstofcel reageren waterstof en zuurstof totwater, waarbij onder gecontroleerde omstandig-heden elektriciteit wordt gegenereerd. Hiermeekan dan een elektromotor worden aangedreven.Als enige nevenproducten komen er water enhitte vrij.

Dat is meteen één van de grote voordelen vaneen waterstofeconomie, waarin, naast de extrac-tie van energie uit waterstof, waterstof ook effici-ent en proper wordt geproduceerd en opgesla-gen. In tegenstelling tot bijvoorbeeld aardgas ofkolen is waterstof een secundaire vorm vanenergie die andere energiebronnen nodig heeftvoor zijn productie. Het wordt pas interessantals men hiervoor zonne-energie of windenergiekan gebruiken. Dan wordt waterstof een her-nieuwbare (‘renewable’) energiedrager.

Een waterstofeconomie is om meerdere rede-nen een antwoord op de energieproblematiek:(1) er is geen vervuiling; (2) de conversie vanzonne-energie naar elektriciteit is erg efficiënt; (3)de meeste productiemiddelen zijn in verscheide-ne landen aanwezig (een antwoord op de olie-embargo’s) en (4) de waterstofeconomie is eenlange-termijnoplossing (er zijn voldoende wateren zonneschijn op onze planeet).

20

E n e r g i e

De bruikbaarheid van waterstof als energiebron mag dan al bewezen zijn, het (kosten)efficiënten duurzaam produceren van waterstof blijft een zorgenkind. Een investering in hernieuwbaretechnologieën is absoluut noodzakelijk: zij leveren duurzame oplossingen, maar zijn tegelijk ookde meest uitdagende. Een veelgebruikte methode is elektrolyse, waarbij water en elektriciteitworden omgezet in waterstof en zuurstof – precies het omgekeerde van wat gebeurt bij deextractie van energie uit waterstof. Wanneer de elektriciteit, nodig voor electrolyse, wordtopgewekt door zonlicht spreekt men van foto-elektrolyse. Een zonnecel converteert zonlichtin elektrische energie waarmee een spanning wordt gezet op twee elektroden die onderge-dompeld zijn in water. Aan de ene elektrode ontstaat waterstof, aan de andere zuurstof. Dit isde zogenaamde indirecte foto-elektrolyse. Meer efficiënt is directe foto-elektrolyse, waarbijeen halfgeleiderelektrode en een metaalelektrode worden omgeven door een waterige oplos-sing. Licht valt nu rechtstreeks in op de halfgeleiderelektrode en exciteert elektronen die ver-volgens van de elektrode naar het water bewegen. Elektronen met de juiste energie zullenwaterstofgas produceren aan het oppervlak van de elektrode. Het opgebouwde potentiaalver-schil stuurt vervolgens de elektronen door een draad die verbonden is met de metaalelektro-de. Door deze beweging worden elektronen uit de metaalelektrode getrokken en uit hetwater gehaald. Hierdoor ontstaat zuurstofgas.

De belangrijkste en meest kritische component van dit ‘direct’ systeem is de halfgeleidendeelektrode. Het materiaal moet voldoende stabiel zijn in water, moet zoveel mogelijk zonlichtkunnen absorberen en moet elektronen kunnen produceren met de juiste energie om water tesplitsen. En juist dat materiaal vinden blijkt niet zo eenvoudig. Titaandioxide is het meestonderzochte materiaal. Maar omwille van zijn lage efficiëntie is men momenteel volop nieuwehalfgeleiders aan het bestuderen.

IMEC onderzoekt nu de mogelijkheid om waterstof te produceren met indiumgalliumnitride(InxGa1-xN). InGaN is een veelbelovend materiaal in de wereld van zonnecellen, dat, met dejuiste concentratie aan In, een perfecte foto-elektrode voor waterstofproductie kan worden.Onderzoekers staan momenteel voor de grote uitdaging om zo’n direct foto-elektrolytischsysteem te realiseren. We kijken uit naar de toekomst!

De productie van waterstof: IMEC

probeert het met indiumgalliumnitride

Geen olie-embargo’s eneen schoner milieu: dewaterstofeconomie

© In

telli

gent

Ene

rgy

21

Nieuw onderzoekscentrumvoor intelligente microsystemen

I n t e l l i g e n t e s y s t e m e n

Op 22 september werd het Holst Centreofficieel opgericht. Dit gloednieuw onder-zoekscentrum is een initiatief van IMEC en hetNederlandse onderzoeksinstituut TNO enwordt gesteund door de Vlaamse enNederlandse overheid. Het Holst Centre isgelegen op de High Tech Campus inEindhoven en dient zich te ontwikkelen toteen internationaal open innovatiecentrumrond draadloze autonome microsystemen ensystemen-op-folie. IMEC is verantwoordelijkvoor de programmalijn rond draadloze auto-

nome microsystemen met energiebesparendetoepassingen zoals sensoren, actuatoren endraadloze netwerken. Hiervoor richt IMEC deStichting IMEC Nederland op. TNO leidt deprogrammalijn rond systemen-op-folie mettoepassingen zoals tags, plooibare displays enflexibele batterijen. Deze toepassingen zullensamen worden gebracht en gebruikt wordenvoor gezondheidszorg, landbouw, industrieelproces, logistiek, bouw, transport en mobilegaming. Philips is de eerste industriële partner

van het Holst Centre en momenteel wordener nog andere potentiële partners gezocht.Via het Holst Centre kan de industrie nieuweproducten sneller en efficiënter op de marktbrengen ter verbetering van welzijn en wel-vaart via open innovatie. Hiertoe vormt hetHolst Centre een brug tussen kennisinstellin-gen en industrie.

Er zullen in het begin 75 medewerkers wor-den gerecruteerd en dit zou moeten verdrie-voudigen in de komende 5 jaar. De Neder-landse minister van economische zakenLaurens Jan Brinkhorst kent voorlopig eenbudget van 12.5 miljoen euro toe om de eer-ste fase van het samenwerkingsakkoord tevoltooien.

Het Holst Centre: de

toepassingen zijn eindeloos.

> Betere leefomgeving: bespaarenergie en voel je veiligRegistreer en controleer continuhet energieverbruik van je omge-ving en laat de toestellen zichzelfuitschakelen wanneer ze nietgebruikt worden. Laat je omgevingzichzelf scannen, interpreteren enindien nodig reageren op afwijken-de signalen.

> De auto van de toekomst: veiligheid,comfort, stabiliteit en controleHaal meer uit je wagen en laatelektronica de wagenconditiesmeten, beheren en aanpassen aanje wensen.

> Logistiek: blijf op de hoogteWeet op elk moment waar jegetransporteerde goederen zijn,hoe het met hun kwaliteit gesteldis en welke handelingen ze onder-gaan. Zo kan je een optimale ser-vice bieden aan je klanten.

> Gezondheid en welzijn: controleerje gezondheid en verminder medi-sche kostenWees op de hoogte van jelichaamsparameters tijdens hetsporten, in het geval van een chro-nische ziekte, of gewoon om jewelzijn te verbeteren.

22

De wet van devernieuwing

V r o u w J u s t i t i a

23

Zowat elke ondernemer maakt onder-tussen gebruik van informatica, zowelintern als om handel te drijven. Tot een

vijftal jaar geleden zorgde de haperende tech-niek bij dat laatste vaak voor wantrouwen.Net voor het bevestigen van een onlinebestelling viel de verbinding met de leveran-cier uit of je bestelling bleek niet of dubbelgeregistreerd. Daarna volgde een periodewaarbij de dienstverlening wel eens te wensenover liet. De online registratie gebeurde wel,maar de logistieke opvolging was niet altijdeven stipt. Ondertussen is de periode vanvolle bloei aangebroken waarin online handeldrijven haast vanzelfsprekend is.

”Sinds enkele jaren is ook de wetgever, metEuropa vaak als initiatiefnemer, actief op hetterrein van de nieuwe technologie,” verteltVan Eecke, gespecialiseerd in juridische aspec-ten van e-commerce en e-government. De wetop de bescherming van de persoonlijkelevenssfeer, ook bekend als de privacywet,was in België in het begin van de jaren ’90 deeerste wet die zich richtte op nieuwe techno-logie. Die moest het ontstaan van grote cen-trale databanken met persoonsgegevens ingoede banen leiden. Maar de grote verande-ring kwam er pas na de eeuwwisseling met hetontstaan van een volledig aangepast rechtska-

der. Voor 2000 paste de wetgever de bestaan-de regels ook toe op nieuwe technologie. Inde praktijk was het - wat Van Eecke somsnoemt - ‘een far-west waarin alles kan en allesmag’. Een volledig overzicht geven van denieuwe wetgeving is onmogelijk. De belang-rijkste trends op een rijtje zetten, kan wel.

Camera’s op de werkvloer

Van Eecke: “Je merkt dat de discussie rondprivacy een rode draad is in de opkomst vannieuwe informatietechnologieën. Door hetveelvuldige gebruik van e-mail en internet opde werkplek, vindt de werkgever het vaaknodig om een zekere controle op de inhouduit te oefenen. Dergelijke controles zijn inprincipe een inbreuk op het recht op privé-leven. Een collectieve arbeidsovereenkomst(CAO81) tracht daarom een gezond even-wicht te vinden tussen het recht op privacyvan de werknemer en het recht op controlevan de werkgever door controles onder strik-te voorwaarden toe te laten.”

Tot die voorwaarden behoren onder anderehet op voorhand informeren van de werkne-mer dat hij gecontroleerd wordt, wanneer, hoeen waarom. Gelijkaardige afspraken bestaanvoor het gebruik van camera’s op de werkvloer

of tracering van werknemers en voertuigenmet gps. Het blijft natuurlijk zo dat geen enkelewet zwart-wit is en Van Eecke is op dat gebiedeen vat vol anekdotes (zie cases).

Ook als het gaat over mailings en adreslijsten,komt privacy vaak aan bod. Een recente wetzegt dat je geen reclame per e-mail mag stu-ren zonder de uitdrukkelijke voorafgaandetoestemming van de ontvanger. Dit ‘opt-in’principe staat haaks tegenover het ‘opt-out’regime voor gedrukte reclamefolders. Daargeldt dat je ze naar iedereen mag sturen diehet niet expliciet geweigerd heeft. Van Eecke:“Het is een probleem dat momenteel bij veelbedrijven aan de oppervlakte komt. Meestal ishet onduidelijk op welke manier de bestaandegegevens in de databank verkregen zijn. Debeste manier om dit wettelijk in orde temaken is een brief sturen met de post om tevragen of mensen nog elektronische berichtenwillen ontvangen. Enkel als ze positief reage-ren, mag je ze in je databank laten staan. Hetspreekt voor zich dat de respons op derge-lijke brieven minimaal is. Je kan ook bellen,maar dat is volgens mij nog opdringeriger enje kan het achteraf ook moeilijk bewijzen.

Vervolg op pagina 24

Websites, e-business, draadloze netwerken, e-mail en noem maar op: wieeconomisch vooruit wil gaan, moet zich onderwerpen aan de wet van de nieuwetechnologieën. In de brede zin van het woord begrijpt iedereen dat een bedrijfzonder website kansen laat liggen. In de nauwe betekenis van het woord is het nietaltijd duidelijk welke regels er verbonden zijn aan het gebruik van nieuwetechnologie. Dr. Patrick Van Eecke, advocaat bij advocatenkantoor DLA PiperRudnick Gray Cary, bevestigt: “Voor bijna elke stap in een businessproces bestaat erwetgeving over het gebruik van nieuwe technologieën, maar daar is niet iedereenzich van bewust.”

Ik zie dat veel bedrijven hun databank probe-ren op te kuisen, maar ze doen het niet alle-maal even goed. Sommige stellen de vraag ineen mail, wat in principe al strafbaar is.Andere keren de vraag om en gaan er vanuitdat je geïnteresseerd bent als je niet reageert.Dat is helemaal niet koosjer.”

Er zijn wel enkele uitzonderingen op de wet.Berichten sturen naar algemene adressen zoals‘[email protected]’ en naar bestaande klanten kannog wel, weliswaar ook onder strikte voor-waarden. Ook Patrick Van Eecke nuanceert: “Inde praktijk zijn de klagers meestal een percen-tage moeilijke mensen die niets beter te doenhebben. Wat ook vaak gebeurt, is dat mensendeze wet gebruiken als kapstok om hun onge-noegen over iets anders te ventileren, bijvoor-beeld door een firma aan te klagen waar ze eer-der ontslagen werden.”

De digitale papierberg

Als het gaat over e-mails en elektronischedocumenten, komt nog een ander aspect naarvoor. Het is historisch gegroeid dat informatiemet juridische relevantie op papier staat. Deevolutie naar elektronische informatieverwer-king heeft echter belangrijke consequenties.Van Eecke somt op: ”Op wetgevend vlak zijn er

twee belangrijke tendensen zichtbaar. Enerzijdsis de wetgeving aangepast om elektronischedocumenten dezelfde juridische draagkracht tegeven als hun papieren tegenhangers. Zo is hetpas recent voor iedereen toegestaan omelektronisch te factureren. Voordien warenenkel papieren facturen rechtsgeldig, of moestje een speciale licentie aanvragen bij de BTW-administratie. Anderzijds bestaat er een helewetgeving over digitale handtekeningen onderelektronische documenten. Met de opkomstvan de digitale identiteitskaart zullen we ons erbinnen een tiental jaar geen vragen meer bijstellen, maar momenteel zitten we in een over-gangsperiode.”

Elektronische handtekeningen bestaan in demeest uiteenlopende varianten. Maar VanEecke waarschuwt: “De wetgeving is momen-teel zo dat de rechter een handtekening dieaangemaakt is met de digitale identiteitskaartautomatisch moet aanvaarden, omdat detechnologie daar technisch voldoendebetrouwbaar voor blijkt. Voor alternatievemanieren is het nog steeds een kwestie van derechter te overtuigen.”

Wil dat zeggen dat een bedrijf best enkel e-mailverkeer toelaat dat digitaal ondertekendis? Zeker niet. Maar aangezien pc-fabrikanten

24

Een werkgever vermoedt dat een van zijn werknemers geld uit de kassasteelt. De werkgever plaatst een geheime camera. De camera registreert

dat de verdachte werknemer geld ontvreemdt, waarop de vrouw ontslagen wordt. Dewerkneemster stapt naar de rechter om het ontslag nietig te laten verklaren op basis vanonrechtmatig verkregen bewijsmateriaal.

De zaak is tot het Hof van Cassatie gegaan, het hoogste hof in België. Het Hof heeft beslistdat inderdaad de privacyregels niet gerespecteerd zijn, maar dat de feiten die aan degrondslag lagen, namelijk diefstal door een werknemer, bezwarend genoeg zijn om debeelden toch als bewijsmateriaal te aanvaarden. Enkele maanden geleden heeft het Hofvan Cassatie de privacyrechten van de werknemer dus op een iets lager niveau gezet dande letter van de wet eigenlijk bedoelt.

CASE 1

V r o u w J u s t i t i a

Vervolg van pagina 23

Patrick Van Eecke

25

standaard kaartlezers beginnen inbouwen ende digitale handtekening een handige basis kanzijn om ongewenste e-mail te filteren, zullenwe volgens Van Eecke binnen een tiental jaarsowieso nog weinig ‘gewone’ mails versturen.Ondertussen heeft hij volgend advies: ”Voorcontracten tussen bedrijven is - net zoals in deklassieke contractleer - elk bewijsmiddel gel-dig, zelfs de getuigenis van een derde persoon.Hetzelfde geldt voor contracten waarbij parti-culieren betrokken zijn, als het gaat om eenbedrag van maximaal 375 euro. Voor groterebedragen aanvaardt de wet enkel een ‘onder-handse akte’, dat is een document dat voor-zien is van een - al dan niet elektronische -handtekening. Bij grote online bestellingen kaneen bedrijf dus misschien best wat voorzich-tigheid aan de dag leggen. Al zie ik dat er in depraktijk zelden discussie is over de geldigheidvan een gewone e-mail.”

“Waar wel vaak discussie over bestaat is of deverzender van de e-mail een contract mochtaangaan voor het bedrijf. Zo liep inAntwerpen onlangs een rechtszaak over eenorderbevestiging door een secretaresse. Dedirecteur van de firma wilde onder de monde-ling gesloten afspraak uit door de mail van desecretaresse ongeldig te laten verklaren. Jekomt dan in de leer van de schijnvertegen-

woordiging: wie mag een bedrijf binden en wieniet. Die regels bestaan ook in het klassiekerechtsverkeer. Maar door het gebruik vannieuwe – snellere – communicatiemiddelenkomen reeds bestaande problemen aan deoppervlakte.

“Nood aan heropwaardering

IT-manager.”

Een secretaresse gaat nooit op eigen houtjeeen briefhoofd nemen van de ondernemer, debrief schrijven, ondertekenen en sturen. Nuheeft ze dagelijks ingang tot zijn mailbox enhandelt veel zaken zelf af. Door e-mail is hethele communicatieverkeer ook veel informe-ler geworden. De rechtsprincipes van vroegerkomen nu dus ook naar boven, alleen veelvaker.”

De IT manager is god

Voor de nabije toekomst ziet Van Eecke degrootste uitdaging op het gebied van elektro-nische archivering. Geschreven documentenkunnen, eventueel wat vergeeld, tot in hetoneindige bewaard worden. Maar voor

elektronische informatie is het complexer.Wie kan immers garanderen dat de updatevan een softwarepakket binnen tien jaar jeoorspronkelijke document nog kan lezen?Documenten overzetten kan een oplossingzijn, maar wijzigt ook sowieso de digitalehandtekening. Van Eecke: “De wetgevingvoorziet voor dit probleem al een eerste aan-zet op het vlak van elektronisch factureren.Dat kan sinds kort, maar de ondernemermoet de authenticiteit van de facturen voortien jaar kunnen garanderen.” Een mogelijkeoplossing is een opslagsysteem voorzienwaarop de software gedurende tien jaar nietwijzigt. Maar Van Eecke ziet meer heil in eenander alternatief: “Waar we volgens mij naar-toe gaan, is een soort ‘digitale notaris’, eenderde partij die waakt over de authenticiteitvan gearchiveerde documenten en gemachtigdis om nieuwe versies te maken.” Momenteelziet Van Eecke dat de markt nog niet echt rijpis voor dergelijke diensten, maar in de nabijetoekomst liggen volgens hem voldoendemogelijkheden open. De advocaat ziet nogeen ander probleem: “Nu informatietechnolo-gie (IT) een onlosmakelijk element gewordenis in een bedrijf, is er ook een belangrijke rol

Vervolg op pagina 26

Een Zweedse onderwijzeres maakt als opdracht voor haar avondcursus eenwebsite. Inhoudelijk beslist ze om de site in te vullen met foto’s van haar colle-

ga-leerkrachten catechese. Blijkbaar zijn deze collega’s niet haar beste vrienden, want na hetonline verschijnen van de website stappen ze naar de rechtbank. De vrouw in kwestie wordtveroordeeld voor schending van de persoonlijke levenssfeer en het vrijgeven van ‘gevoelige’informatie. Gevoelig, omdat de site een verband legt tussen personen en hun religieuze strek-king en omdat op een van de foto’s een collega stond met een gebroken been, medischeinformatie dus.

In Zweden wisten de rechters zich geen raad met deze zaak. De uitspraak is een beroemdarrest van het Europees Hof van Justitie in Luxemburg, dat door Zweden ter hulp werdgeroepen.

CASE 2

26

weggelegd voor de persoon die dat systeemmoet onderhouden. En dat wordt niet altijdnaar waarde geschat. Als in een bedrijf het net-werk twee uur uitvalt, betekent dat een enor-me kost. Ik pleit dan ook voor een herop-waardering van de taak en positie van deIT-manager. Maar wil er ook onmiddellijk eenkanttekening bij maken. Wat veel bedrijfsleidersook niet ten volle beseffen is de macht van dezefunctie. De IT-manager is als het ware de nieu-we god. Maar ook hijzelf moet zich daar bewustvan zijn. Zonder te veralgemenen, choqueerthet me hoeveel IT-mensen vertrouwelijkeinformatie inzien en kopiëren. En het is nietzozeer omdat ze het doen, maar eerder omdatze er meestal geen graten in zien.”

“Kuis je databank op,

maar koosjer.”

In België bestaat sinds kort een officiëlegedragscode voor IT-mensen, als het ware detien geboden. Het staat bedrijven vrij deze teimplementeren. Soms maakt het deel uit vande arbeidsovereenkomst, maar evengoed kanhet als richtlijn opgehangen worden in hetlokaal van de helpdesk.

Voor bedrijven die actief zijn op de internatio-nale markt, duikt er nog een probleem op. Zijdreigen geconfronteerd te worden met wets-regels die elkaar tegenspreken. Van Eecke:“Zo is het in Amerika bijvoorbeeld verplichtom je werknemers pro-actief te beschermentegen ongewenste intimiteiten. Een veelvoor-komende praktijk is dus het scannen van e-mails op trefwoorden. In België is dit zoalsgezegd mogelijk mits voorafgaande waarschu-wing, maar in andere Europese landen is hetvolledig uit den boze. Een Europees bedrijf ris-keert dus zware boetes als het dergelijkesystemen niet voorziet in Amerikaanse filialenen dreigt met rechter op het thuisfront in aan-raking te komen als het wel controlesoftwarevoorziet.”

Het internet maakt groot

Op vrij korte tijd is dus het hele bedrijfspro-ces, op elektronisch archiveren na, gedektdoor een nieuwe set aan regels. Zo is er dewetgeving over domeinnamen, over elektro-nisch betalen en elektronisch geld, over deaansprakelijkheid van internet toegangslever-anciers (providers) en over elektronische han-del. Het doet Van Eecke plezier om dat tezien, maar het stemt hem ook bezorgd: “Mijnindruk is dat we in een convergerende samen-

leving komen, waarbij het er niet toe doet ofwe iets online of in een winkel kopen. Maareen handelaar die zowel off- als online acti-viteiten ontwikkelt moet rekening houdenmet twee verschillende wetgevingen. En dat iseen beetje zonde.”

Moet een bedrijf daarom angst hebben vannieuwe technologie? Integendeel. Het internetopent bijvoorbeeld voor kleine bedrijvenmogelijkheden die vroeger ondenkbaarwaren. Van Eecke is een believer: “Ik koopmijn lenzen bij een zeer kleine firma die dank-zij de lage logistieke kosten van online ver-koop er toch in slaagt om een aanzienlijkeomzet te halen.” Online zijn met je bedrijf isdus een must, al was het maar met een paginawaarop enkel je contactgegevens staan. VanEecke: ”Wel zeker ook je BTW- of onderne-mingsnummer vermelden, want dat is alweereen wet waaraan je moet voldoen.”

Dr. Patrick Van Eecke was een van desprekers op het visionair seminarie “Hoe vei-lig is veilig?” dat op 31 mei 2005 plaatsvond opIMEC. Meer info hierover op www.imec.be/ovinter/static_news/events _nl_sem.shtml

V r o u w J u s t i t i a

Een werknemer van een autobouwer in België blijft na zijn ontslag hetbedrijfsmagazine ontvangen. Niet helemaal onlogisch, want hij had zich

immers als goede werknemer een wagen van het merk aangeschaft. De man is echter ver-bolgen na zijn ontslag en stuurt een fax om zijn gegevens uit het adresbestand te verwij-deren. Jammer genoeg komt de fax niet bij de juiste persoon terecht en blijft het magazi-ne in de bus vallen.

Daarop stapt de ontslagen werknemer naar een plaatselijke rechter. Die veroordeelt deautobouwer voor schending van de wet ‘bescherming van de persoonlijke levenssfeer’,waardoor de man een aanzienlijke schadevergoeding krijgt

CASE 3

Vervolg van pagina 25

Onlineverkeersdruktevolgen dankzijgsm

In de Nederlandse provincieNoord-Brabant worden Voda-fone-abonnees gevolgd –anoniem weliswaar – omzo de verkeersdrukte tebepalen. Het is de eerstemaal dat er zo’n grootschaligeproef wordt uitgevoerd met dit systeem:zowel rijkswegen, provinciale als gemeente-lijke wegen worden in de gaten gehouden.Ook is het uniek omdat de informatie diedoor het systeem wordt verzameld onlinebeschikbaar is voor het publiek.

N i e u w s

Scholen zonder boeken & krijt

In Arizona wordt een volledig draadloze en boeklozeschool geopend. De leerlingen zullen alhet lesmateriaal kunnen raadplegen ophun laptops.

Dichter bij huis, in Torhout, gaat de Sint-Rembertschool ook de digitaletour op, zij het wel op een min-der drastische manier. De leer-krachten hebben het groeneschoolbord geruild voor eendigitaal ‘smartboard’. Je kan ermet je vinger op schrijven, klik-ken, dubbelklikken, het kan alsvideo- of computerscherm ge-bruikt worden en je kan hetbord opslaan, afdrukken en naarde leerlingen emaillen.

27

Geen plofkoffer,maar plofschijfEen Brits bedrijf heeft een effectieve, maardrastische manier gevonden om te voorko-men dat vertrouwelijke computerbestandenuitlekken. De “dead on demand” (dood opcommando) harde schijf van Ensconce datatechnology vernietigt zichzelf ‘beyond foren-sic recovery’ als iemand op een niet toegela-ten manier toegang probeert te krijgen tot deinformatie die erop bewaard is. Om het ver-nietigingsmechanisme te activeren, biedt hetbedrijf verschillende opties, gaande van vin-gerafdrukherkenning tot veranderingen intemperatuur en bewegingsdetectie met gps.De prijs van het hebbeding zou variëren tus-sen twee- en negenduizend euro.

www.ensconcedata.com

Straf voor een slecht rapport:een uurtje voor de computer

Een studie van de Johns Hopkins School of Public Health en de univer-siteit van Stanford toonde aan dat kinderen die een tv hebben ophun slaapkamer slechter scoren voor taal- en wiskundetesten dantv-loze leeftijdgenoten. De aanwezigheid van een computer inhuis had het tegenovergestelde effect. Geen tv op de kamer enwel een computer in huis bleek de ideale combinatie bij de400 geteste leerlingen.

Een tip van de redactie: neem ze gewoon mee naarde universiteit. Succes verzekerd!

©SM

AR

T t

echn

olog

ies

©Eu

rope

an C

omm

issio

n, 2

005

28

A g e n d a

MTC-trainingsprogramma:

Cursussen over micro-elektronica

Siliciumprocestechnologievoor het maken van ultra-large-scale-integration (ULSI)-circuits¬ DOELGROEP: ingenieurs of managers die

te maken hebben met procesontwikkelingof procesintegratie.

¬ DATUM: 14-17 november 2005¬ De cursus behandelt zowat alle aspecten

van siliciumprocestechnologie voor deep-sub-micron transistors. In de cursus wordtaandacht besteed aan fundamenten entoepassingen, maar ook aan de nieuwstetechnologieën en opkomende trends.

Cleanroomtechnologie ¬ DOELGROEP: managers, ingenieurs en

technici van bedrijven actief in de toelever-ing of installatie van technische systemendie gebruikt worden in een cleanroom.

¬ DATUM: 1 december 2005¬ De cursus start met algemene begrippen

over cleanrooms voor micro-elektronica.Vervolgens worden de verschillende tech-nische systemen in en rond de cleanroomnader bekeken: de onderdelen waaruit zebestaan, de materialen waaruit ze zijnopgebouwd en de specificaties en normenwaaraan ze moeten voldoen. De nadrukligt op systemen in kunststof. Het theore-tisch gedeelte zal geïllustreerd wordenmet een uitgebreide rondleiding in en omde cleanrooms van IMEC.

28

TechWatch seminarieover depositie-technologie

8 november 2005

IMEC’s TechWatch seminaries brengenbedrijven uit verschillende sectoren samenrond een bepaalde technologie die zeerdicht staat bij markttoepassingen. Op 8november 2005 wordt het thema ‘deposi-tietechnologie’ belicht.

Depositietechnieken worden in heel watverschillende sectoren en toepassingengebruikt. Zo is een chip opgebouwd uitvele laagjes die met diverse depositietech-nieken worden aangebracht. Modernewerktuigen en gereedschap kunnen nietzonder slijtvaste deklagen. Optische com-ponenten zoals lenzen in cd-spelers heb-ben antireflectieve coatings nodig. Ommaar enkele voorbeelden te noemen.

Tijdens dit TechWatch seminarie zullen deevoluties op het vlak van depositietechno-logie besproken worden, met speciale aan-dacht voor nieuwe technieken en materia-len die de deur openen naar nieuwefunctionaliteiten. IMEC zal zijn expertisetoelichten vanuit de micro-elektronica.Gastsprekers uit verscheidene sectorenzullen hun eigen inzichten en toepassingenvoorstellen.

Voor meer info surf naarwww.imec.be/TechWatch.

A g e n d a

18 oktober, Gent

De Regionale Innovatie Samenwerkings-verbanden (RIS) en de Vlaamse Overkoe-pelende Organisatie van Technologie-verstrekkers (VLOOT) organiseren insamenwerking met het IWT-Vlaanderenhet innovatieforum “Effectief en efficiëntinnoveren in KMO’s!”.

Tijdens dit forum kunt u op één namiddag(13u – 18u30) kennis maken met:

¬ een aantal ‘beste praktijken’ die u moeten hel-pen om een doelbewuste en efficiënte innova-tiecultuur in de onderneming in te voeren;

¬ de subsidieproducten van het IWT, die speci-aal op maat van KMO’s werden ontwikkeld;

¬ eerstelijns adviseurs en technologieverstrek-kers die u helpen en begeleiden bij de ontwik-keling van uw innovatieprojecten van idee totsucces op de markt.

Meer info op www.innovatieforum.be

INNOVATIEFORUM:Effectief en efficiënt innoveren in KMO’s

A g e n d a

Voor meer informatie over het volledige trainingsprogram-ma van IMEC’s Micro-elektronica Trainingscentrum en overIMEC’s vrijdagseminaries (11 u. en 14 u.): www.imec.be/mtc.

29

M i c r o - e l e k t r o n i c a : e n n u ?

Europa brengt

nanotechnologie naar KMO’s

Vanaf 1 januari 2005 heeft het Vlaamse MINT1 eenEuropees broertje: MINATUSE. Met dit 6-jarig project,dat door de verschillende nationale overhedengefinancierd wordt, wil de Europese Gemeenschapde transfer van micro- en nanotechnologieën naarEuropese KMO’s verbeteren.

Om dit doel te bereiken, wordt een netwerk samengesteld van onderzoeksinstellingen enorganisaties die betrokken zijn bij technologietransfer. Tot op vandaag zijn er al 19 partnerstoegetreden tot dit netwerk. Vier ervan zijn Belgisch: IMEC, VITO1 en het Waalse CRIF2 enCeRDT3.

Tot het takenpakket van het netwerk behoort het informeren van KMO’s over de vooruit-gang die gemaakt wordt in het micro- en nanotechnologisch onderzoek. Ook zal er eenmapping gemaakt worden van wat in Europa beschikbaar is op het vlak van micro- en nano-technologie. Daarnaast zal er ook begeleiding gegeven worden aan Europese KMO’s die wil-len deelnemen aan Europese R&D-projecten. Met andere woorden, KMO’s zullen dankzijMINATUSE sneller toegang krijgen tot innovatieve technologieën en sneller deze technolo-gieën kunnen implementeren in hun eigen processen en producten.

Voor meer informatie over MINATUSE (en over MINT) kan u terecht bij Erik Watzeels,MINT Network Coordinator: [email protected] of 016/28.82.14

1 VITO: Vlaams instituut voor technologischonderzoek in de domeinen energie, leefmilieu enmaterialen.

2 CRIF: het Waalse kenniscentrum van de techno-logische industrie, op het gebied van geavanceer-de materialen en kunststoffen.

3 CeRDT: centre de promotion de la R&D et de lavalorisation des technologies en Hainaut.

29

A g e n d a

The IMEC

research-business

forum

18-20 oktober, Leuven

IMEC’s jaarlijkse ARRM (AnnualResearch Review Meeting) is hétforum waar industrie en onderzoeks-instellingen van over de hele wereldsamenkomen om technologischedoorbraken en evoluties te bespre-ken. Dit jaar heeft IMEC ook zijn VlaamseBedrijvendag geïntegreerd in ARRM. ViaARRM krijgen Vlaamse bedrijven de kansom de nieuwste trends en evoluties in deindustrie en in technologieën te volgen ente netwerken met collega's uit Europa,Amerika en Azië.

De tweede dag van ARRM heeft dan ookals thema ‘Open Innovation in Flanders’ en is

gericht op tech-nologische evo-luties en resul-taten vanuitindustriële toe-passingen. Deochtendsessie

bestaat uit workshops en seminaries, gaan-de van chipverpakkingen en materiaal-onderzoek tot hernieuwbare energie englasvezelcommunicatie. Na de lunch wordtingezoomd op de commerciële mogelijkhe-den van deze technologieën. Sprekers uitkleine en middelgrote bedrijven vertellenhun eigen verhaal.

U kan zich inschrijven voor ARRM2005 opwww.arrm.be. We nodigen u ook graag uitop de intro-avond op 18 oktober met alsthema ‘Industriële opportuniteiten voornanotechnologie’.

20 oktober 2005 –Open Innovationin Flanders

MINT: Microsystems and nanotechnology net-work, opgestart door IMEC, Agoria enWTCM met steun van het IWT. Dit Vlaamsenetwerk werd opgestart op 1 oktober 2004met als doel technologieontwikkelaars entechnologiegebruikers van nanotechnologieen microsystemen samen te brengen. Vandaagtelt het netwerk , naast de 3 initiatiefnemers,reeds 9 bedrijven en onderzoeksinstellingen,namelijk Cochlear, FMTC, LMS International,Melexis, Polyvision, Protonic, TYCO,Umicore en VITO.

Nu ook voorVlaamse

bedrijven!

30

Meer info: Belgische Dienst voor de Intellectuele Eigendom

IP-cursussen voor KMO’s: contacteer [email protected]

Vincent Ryckaert is Europees octrooige-machtigde op IMEC en gespecialiseerd inbeschermbaarheid van telecom, multimediaen geautomatiseerd ontwerp. Hij doceertonder andere IP-cursussen voor KMO’s opIMEC.

V r o u w J u s t i t i a

“De software-directieve is dood... lang leve de

De voorbije jaren waren op zijn zachtst gezegd woeligin de wereld van de softwareoctrooien. Een Europeserichtlijn deed heel wat stof opwaaien bij zowel kleineals grote bedrijven en bij voor- en tegenstanders vanintellectuele eigendom (intellectual property; IP) voorsoftware. Doordat de discussie op vele fronten werdgevoerd en niet altijd met de juiste argumenten, blijvenveel betrokkenen na de strijd achter met meer vragendan antwoorden. Vincent Ryckaert, octrooiverant-woordelijke op IMEC, helpt een aantal klassieke mis-verstanden uit de wereld.

31

“Voor wie er niet dagelijks mee bezig is,bestaan nogal wat onduidelijkheden over debescherming van intellectuele eigendom. In deeerste plaats is het al belangrijk om te wetenwat je kan beschermen en wat niet. DeEuropean Patent Office (EPO) is het orgaandat de octrooien verleent voor de meesteEuropese landen (de EG-lidstaten en nog eenachttal andere landen). Volgens het Europeesoctrooiverdrag, opgesteld door de EPO-lidt-staten, kan software ‘as such’ niet geoctrooi-eerd worden. Dat betekent in de praktijk datje geen octrooi kan nemen op softwarecode,maar wel op het idee erachter (zie kaderstuk).Zeker bij kleine bedrijven die niet vertrouwdzijn met IP zorgt dit voor verwarring. Een vijf-tal jaar geleden stelde de EG dan ook een

richtlijn op voor het verduidelijken van debeschermbaarheid van ‘computer implemen-ted inventions’. Het doel was om een situatiedie al jarenlang bestond te bevestigen in eenwettelijk kader. Maar al van bij het begin is erheel wat discussie over geweest. De ‘open-source’ lobby, die ijvert voor het volledig engratis beschikbaar stellen van alle software,maakte van de gelegenheid gebruik om opallerlei fronten haar stem te laten horen. Aan

de andere kant stonden de voorstanders vanintellectuele eigendom op software die ookprobeerden hun agenda door te drukken. Hetresultaat van al dit lobbywerk was de toevoe-ging van een tweehonderdtal amendementen.Die legden zoveel uitzonderingen op dat denieuwe versie net het omgekeerde zei van deoorspronkelijke. Dat maakte de situatie zomogelijk nog ingewikkelder: voorstanderswerden tegenstanders en omgekeerd. Omeen lang verhaal kort te maken: Europa hieldhet voor bekeken en van een eventuele richt-lijn is geen sprake meer. Gevolg: beide partij-en claimen nu een overwinning en de KMO’szijn de dupe, want voor hen is de situatie nogsteeds onduidelijk.

Volgens mij is het belangrijk dat ook KMO’shun grootste doorbraken en ideeën bescher-men. Het argument dat octrooien te duur zijn,is maar gedeeltelijk waar. Een wereldwijdoctrooi voor twintig jaar kost natuurlijk ietsvan een 125 000 euro. Maar dit is zelden waar

KMO’s nood aan hebben. Met een spreidingvan de kosten in de tijd en een selectie vanlanden waar je het octrooi indient, kom je alheel ver. Een gemiddelde opzoeking om tezien of een octrooi mogelijk is, kost maar eenpaar honderd euro. En bescherming volstaatvoor de markten waarop je actief bent. In heeldeze heksenketel is het een kwestie van jegoed te informeren. Probeer niet alles zelf tedoen, maar neem een goed kantoor onder dearm. Hun ervaring kan je uiteindelijk veel tijden geld besparen.

Het paradoxale is dat ondanks alle inspannin-gen om octrooien voor KMO’s aantrekkelij-ker te maken, de vertaalkosten het zwaarstedoorwegen. Een aanvraag kost gemiddeld dui-zend euro, maar voor een vertaling betaal je alsnel vijf keer zo veel. Hopelijk kunnen centra-liserende initiatieven zoals het Europeesgemeenschapsoctrooi daar verandering inbrengen.”

Octrooien op software: het kan“IMEC heeft recent een octrooi genomen op een alternatieve verwerking van beelden ineen videocodering. Klassiek gebeurt dit door frame per frame beelden op te halen uit hetgeheugen en naar het beeldscherm te sturen. Voor draagbare toepassingen bleek het omdiverse redenen efficiënter om een frame op te delen in blokken en vervolgens blok perblok in te laden. De code om dit idee uit te werken in een bepaalde programmeertaalkunnen we niet octrooieren, want die valt onder de wetgeving op het copyright. Maar ditis niet de meest solide bescherming, zeker niet wanneer je verschillende programmeerta-len met elkaar moet vergelijken. Vandaar dat de mogelijkheid bestaat om het idee vanblokgebaseerde beeldverwerking te octrooieren; wat we dan ook gedaan hebben.”

Onduidelijkheid blijft na

jarenlang lobbywerk over

Europese richtlijn voor

octrooien op software.

software-octrooien.”

32

Bent u een KMO met een idee?

Loopt u als KMO al een tijdje op een idee te broeden? Heeft u een innovatieplan waar-van u denkt dat het een grote impact zal hebben? Vraagt u zich af of uw innovatie uit-voerbaar is? Wil u uw dromen graag omzetten in daden?

De KMO-Innovatiecel van IMEC werd speciaal opgericht om KMO’s verder te helpenmet hun innovatieplannen. Onze medewerkers beantwoorden uw vragen, buigen zichover uw idee en gaan samen met u op zoek naar de juiste aanpak.

Voor meer informatie hierover kan u terecht bij: [email protected]

IMEC vzw Kapeldreef 75 B-3001 Leuven www.imec.be