Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE...

32
1 Het levensverhaal van Hidde Dirks Kat 1747 De kleine Hidde Kat Toen Hidde werd geboren, op 14 juni 1747, was zijn vader Dirk Jacobs Kat in Groenland aan het jagen op robben en walvissen. Als commandeur (kapitein) van een walvisvaarder zat hij daarvoor iedere zomer een paar maanden op zee. Pas toen de commandeur in augustus weer thuis was, kon hij zijn zoontje in de armen nemen. Het kind zat zo strak in een dekentje gerold dat vader Kat toen nog niet kon zien of zijn zoon de korte vingertjes van zijn familie had geërfd. Het enige zichtbare en hoorbare waren een rood aangelopen gezichtje en een enorm keelgeluid. Het was een flinke baby en moeder Geeske had moeite gehad om hem eruit te krijgen. Later bleek Hidde inderdaad de korte Katvingertjes te hebben waar de familie Kat het patent op schijnt te hebben. Aldus een artikel in de Leeuwarder Courant van 13 januari 1962. Ingebakerd kind, Chrispijn van de Passe, 1641, Rijksmuseum Amsterdam Hidde was het jongste kind van de commandeur Dirk Jacobs Kat en Geeske Cornelis. Ze kregen zes kinderen, Baukje, Jacob, Janke, Cornelis, Tetske en Hidde. Het gezin woonde in een eenvoudig huisje in Hollum waarover het Leeuwarder Nieuwsblad op 28 oktober 1938 schreef: Aan een smal zandpad in Hollum dat de Badweg met de Westerlaan verbindt staat nog het oude onaanzienlijke huisje waar Hidde Dirks Kat het grootste deel van zijn leven heeft gewoond. Het huis heeft bouwsteen 1606 en was commandeurshuis. Zijn vader was commandeur en voer op Straat Davis met het schip De Stad Harlingen. De grond voor het huis is opgehoogd met walvisbeenderen.

Transcript of Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE...

Page 1: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

1

Het levensverhaal van Hidde

Dirks Kat 1747 De kleine Hidde Kat

Toen Hidde werd geboren, op 14 juni 1747, was zijn vader Dirk Jacobs Kat in Groenland aan het jagen op robben en walvissen. Als commandeur (kapitein) van een walvisvaarder zat hij daarvoor iedere zomer een paar maanden op zee. Pas toen de commandeur in augustus weer thuis was, kon hij zijn zoontje in de armen nemen. Het kind zat zo strak in een dekentje gerold dat vader Kat toen nog niet kon zien of zijn zoon de korte vingertjes van zijn familie had geërfd. Het enige zichtbare en hoorbare waren een rood aangelopen gezichtje en een enorm keelgeluid. Het was een flinke baby en moeder Geeske had moeite gehad om hem eruit te krijgen. Later bleek Hidde inderdaad de korte Katvingertjes te hebben waar de familie Kat het patent op schijnt te hebben. Aldus een artikel in de Leeuwarder Courant van 13 januari 1962.

Ingebakerd kind, Chrispijn van de Passe, 1641, Rijksmuseum Amsterdam

Hidde was het jongste kind van de commandeur Dirk Jacobs Kat en Geeske Cornelis. Ze kregen zes kinderen, Baukje, Jacob, Janke, Cornelis, Tetske en Hidde. Het gezin woonde in een eenvoudig huisje in Hollum waarover het Leeuwarder Nieuwsblad op 28 oktober 1938 schreef:

Aan een smal zandpad in Hollum dat de Badweg met de Westerlaan verbindt staat nog het oude onaanzienlijke huisje waar Hidde Dirks Kat het grootste deel van zijn leven heeft gewoond. Het huis heeft bouwsteen 1606 en was commandeurshuis. Zijn vader was commandeur en voer op Straat Davis met het schip De Stad Harlingen. De grond voor het huis is opgehoogd met walvisbeenderen.

Page 2: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

2

Het dorp Hollum in 1786, prent van C.F. Bensdorp naar Jan Bulthuis, Rijksmuseum Amsterdam

Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden. Niet alleen waren er tientallen schippers en commandeurs, er woonden ook honderden zeelieden die in lagere rangen werkten. Veel Amelanders voeren voor reders in Amsterdam. Daar was makkelijk te komen over zee. Ook waren ze in dienst bij Hamburgse reders. In beide steden was een Amelander gemeenschap te vinden van zeevarenden en hun gezinnen. In Hamburg waren dat met name doopsgezinden. Veel eilanders leefden van de visserij; niet alleen de vissers maar ook de vishandelaren, visloopsters, nettenboeters en visrokers. En dan waren er nog de bergers en wagenaars die aan frequent strandende schepen verdienden. De zee speelde een grote rol op het eiland net als de kerk. Men kon kiezen uit de

hervormde/gereformeerde, de katholieke of de doopsgezinde kerk.

De kleine Hidde Kat groeide op in een redelijk veilige omgeving. Hij kon met zijn broers, neven en

vrienden spelen in de duinen en op het strand. Jutten, sleetje rijden, met de bal spelen, vliegeren en

natuurlijk rondhangen bij gestrande schepen. Want ieder jaar gebeurde het wel een paar keer dat er

schepen vast kwamen te zitten op het rif boven het eiland of op het strand zelf.

Page 3: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

3

Walvissloep als mobiel (detail), Zaans Museum en porseleinkastje, Cultuurhistorisch museum Sorgdrager, Ameland

Toen Hidde nog heel jong was verdiende zijn vader een behoorlijk inkomen in de walvisvaart. Over

moeder Geeske is weinig bekend. Hidde bezocht met zijn broers en zus de dorpsschool waar ze

leerden lezen, rekenen, schrijven en psalmen zingen. De jongens gingen vervolgens al op jonge

leeftijd varen zoals gebruikelijk in die tijd voor zonen van zeevarenden.

Interieur commandeurshuisje in Cultuurhistorisch museum Sorgdrager in Hollum op Ameland.

1750 De Kattenfamilie

De Kattenfamilie

Hiddes oom Jacob Jacobs Kat was commandeur en andere familieleden werkten als schipper

zoals Cornelis Cornelis Kat, Hidde Cornelis Kat en Jan Cornelis Kat. De Leeuwarder Courant

meldde op 23 mei 1805 dat H.D. Kat, C.C. Kat en J.C. Kat alle drie naar Archangel zeilden.

Aannemelijk is dat dit Hidde en zijn neven zijn geweest. In scheepsberichten in kranten uit

die tijd worden veel schippers Kat vermeld, niet allemaal Amelanders trouwens.

Page 4: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

4

Hidde was als kind omringd door zeelieden die fantastische verhalen vertelden over

walvissen, kapingen en piraterij. Zijn ooms en neven hadden altijd nieuwtjes als de familie

bijeen was. Zo bespraken ze bijvoorbeeld de handel in slaven die ze in Bordeaux en Lissabon

gezien hadden. Verder wist men door horen en zeggen precies welke schipper onderweg

averij had opgelopen, wie er was gekaapt en wie door dronkenschap aan lager wal was

geraakt. Het waren levendige bijeenkomsten met wijn, zuidvruchten en sinaasappels uit

Zuid-Europa. Ook wodka uit Rusland viel in de smaak.

Voor hun kinderen brachten de Katten mutsen van bont en speelgoed van walvisbeen mee.

In Amsterdam kochten ze sitsen stoffen en porselein waar het vrouwvolk zo dol op was. Als

ze in Archangel waren, kochten de mannen grote messen en laarzen. Uit Groenland nam

iemand een keer een eskimoboot mee naar huis die nog steeds in museum Sorgdrager op

Ameland hangt.

Links: Herengracht 60 en 62, Amsterdam, woonhuis van Anthony Waterman, voor wie Hiddes oom Jacob Jacobs Kat werkte. Rechts: Noorderhaven 35, Harlingen, woonhuis van Frederik van der Hout, voor wie Hiddes vader werkte.

Hiddes oom Jacob Jacobs Kat, 1707, was van 1731 tot en met 1747 commandeur op de

Straat Davisvaart voor Anthony Waterman, koopman op de Herengracht 60 en 62 in

Amsterdam. Zoals gewoonte was bij reders in die tijd zal er op de Herengracht ook een

commandeurskamer zijn ingericht waar oom Jacob kon logeren. Daar moet hij in al die jaren

veel mensen uit de vriendenkring van Anthony Waterman hebben leren kennen. Jacob ving

ruim zestig walvissen in 16 jaar tijd en was daarmee behoorlijk succesvol. Ieder jaar ving hij

vier à vijf walvissen. Het afspekken daarvan was een hels karwei.

1751 Hiddes vader overlijdt

Hidde was een jaar of vier toen zijn vader Dirk overleed. Dirk was in die tijd een succesvol commandeur en werkte voor koopman Frederik van der Hout te Harlingen. In 1751 ging hij

Page 5: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

5

voor de vijftiende keer als commandeur op walvisjacht maar zijn schip, De Stad Harlingen, kwam beschadigd terug. Is Dirk op die reis omgekomen? Na dat jaar is er niets meer over hem te vinden dus het moet haast wel. Geeske bleef achter met de kinderen. Ze had geen man meer en ook geen inkomen. Hoe heeft ze zich gered? Hulp van familie? Werk gezocht? Geld van de armenzorg? Ook was het heel gewoon om in geval van krapte de jongste kinderen onder te brengen bij familie.

De zee bij Groenland, foto’s: Leela Kraaijeveld

1757 Voor ’t eerst naar zee

Toen Hidde vijf jaar was en al een stevig jongetje, ging zijn oudste broer Jacob voor het eerst naar zee en twee jaar later zijn broer Cornelis. Voor zonen van zeelieden was het gebruikelijk om met een jaar of tien aan hun varende leven te beginnen. Sommige schippers namen hun zoontje van zes jaar al mee aan boord, ook op walvisvaart! Het kind leerde met de zee omgaan en thuis scheelde het weer een eter. In het jaar waarin Hidde tien werd was het dan ook tijd om afscheid te nemen van zijn moeder en zusje. ’s Nachts droomde hij van ijsberen en walvissen. Hij wilde naar Rusland varen om een groot mes te kopen, Amsterdam zien en thuiskomen met heldhaftige verhalen, net zoals zijn broers. Omdat hun vader was overleden zullen de broertjes Kat als kajuitwachter zijn begonnen bij vrienden of familie.

1763 Aan boord bij Hans Barentsz

Zoals in Hiddes dagboek is te lezen maakte hij op zijn zestiende een reis met Hans Barentsz

naar Straat Davis. Hans Barentsz was doopsgezind en woonde in Hollum. Als commandeur

voer hij net als Jacob Jacobs Kat, de oom van Hidde, voor reder Jan van Vollenhoven te

Amsterdam. De families Barentsz en Kat zullen elkaar goed hebben gekend.

Page 6: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

6

De grafsteen van Hans Barentsz uit 1790 staat naast die van zijn vrouw Pietke Pieters op

het kerkhof in Hollum. Prachtig afgebeeld staat op de steen zijn schip De Jonge Jan,

genoemd naar zijn reder Jan Vollenhoven. Het is een grote driemaster met op de

voorgrond een walvis, een sloep en een zeilschuitje. Pietke heeft een huis met veel

kostbare ramen als afbeelding. De grafstenen drukken heldhaftigheid, geborgenheid en

welvaart uit. Op de grafsteen van Hans Barentsz staat:

1790 Den 17 juni is overleden de eerzame Hans Barentsz, oud zijnde 68 jaar en 9 maanden.

Hij heeft in zijn tijd gevaren en vele jaren alna een cout gewest geweest. Met 52 jaar

daarvan als commandeur ook 45 jaar en is door behulp van God behouden welgevaren.

Hij heeft ook 38 jaar seer sterk diaken geweest in de minutekerk. (mennonietenkerk)

Op walvisjacht Op een maartse dag in 1763 monsterde Hidde Dirks Kat aan bij commandeur Hans Barentsz in een herberg in Amsterdam. Er werden ongeveer veertig mannen aangenomen. Daarna duurde het nog enkele dagen voordat het schip zou afvaren. Op de dag vóór vertrek kwam traditiegetrouw reder Jan van Vollenhoven aan boord voor een laatste maaltijd en een dronk op de goede vangst. De dag erna kwam er een loods aan boord om de De Jonge Jan van Amsterdam naar Texel te zeilen. Door ondiepten en tegenwind op de Zuiderzee kon die reis wel een week duren. Eenmaal op de rede van Texel aangekomen lagen er altijd meer walvisvaarders voor anker te wachten op goede wind en een loods van de eilanden die hen buitengaats zou brengen. Op 14 maart van dat jaar zeilden er volgens een krantenbericht 19 walvisvaarders uit van Texel naar Straat Davis. Het schip De Jonge Jan van Hans Barentsz was er een van.

Page 7: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

7

Walvischvangst in de Poolzee, Abraham Storck, 1654-1708

Na een week of vijf kwam de walvisvloot aan op de vaste visplek bij het eiland Disko in Straat Davis voor de westkust van Groenland. Daar werden de sloepen uitgezet en begon het grote wachten. Het was altijd weer spannend voor de wacht in het kraaiennest bovenin de mast om de eerste Groenlandse walvis in de verte te zien aankomen. Eén schreeuw naar de collega’s op het dek onder hem was genoeg om in de sloepen te springen en de walvis achterna te zitten. Vervolgens bewerkte men het dier met harpoenen en lijnen net zo lang tot er geen leven meer inzat en naar het schip gesleept kon worden. Daar stond de speksnijder met zijn hulpen dan al klaar om de dikke speklaag te verwijderen. Het spek werd in stukken gesneden en in vaten gestopt. Ook haalde men de baarden (waarmee de walvis plankton uit het water zeeft) uit de bek.

Het flensen ofwel afspekken van een walvis, detail uit de Walvischvangst van H. Kobell, 1778, coll. Nijland

Page 8: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

8

Die zomer vingen Hans Barentsz, Hidde en de rest van de bemanning vier flinke walvissen en zeilden ze met 175 quardelen (een oude maat) spek in het ruim huiswaarts. Onderweg werd besloten om enkele dagen door te brengen in een baai bij Juliaans Hoop, een Deense kolonie op een eilandje voor de Groenlandse westkust. Om verse spullen zoals eieren en lepelblad voor de vitamine C in te slaan en om de bemanning de gelegenheid te geven bij te slapen. Door de walvisvangst was dat er nauwelijks van gekomen en het scheepsvolk was oververmoeid. In de kolonie woonden Deense kooplieden, Duitse zendelingen, de hernhutters, en bekeerde inlanders. Hidde vertelt in zijn dagboek over de Deense koopman Andries Oelzen, die met een inlandse vrouw was getrouwd en meer dan tien kinderen had gekregen van wie er vijf waren gestorven. Oelzen woonde al 36 jaar in Straat Davis en bespeelde net als zijn zoon diverse instrumenten. Ze gaven concertjes voor gasten die ze voor het eten uitnodigden. Hans Barentsz en Hidde Dirks Kat zijn toen kennelijk ook in huize Oelzen geweest want korte tijd later bezocht het gezin Oelzen het schip De Jonge Jan. Daarbij zou Oelzen de bemanning op een schoorsteenbrand hebben geattendeerd waarna het vuur snel geblust werd. Veertien jaar later zou Hidde bij dezelfde koopman aankloppen toen hij in 1777 was gestrand en moest overwinteren. Volgens een bericht in de Amsterdamse Courant van 25 augustus 1763 kwam De Jonge Jan met een noordwestelijke wind op de 22e binnen bij Texel. De krant meldde dat daar tegelijkertijd binnenkwamen ’s lands oorlogsschip uit Lissabon, een groot Oost Indisch retourschip uit Batavia, en vier koopvaardijschepen.

Links: Hidde voer over de Zuiderzee met zandplaten en ondieptes via Pampus, Urk, Enkhuizen naar de rede van Texel. Kaart 1799, Rijksmuseum Amsterdam. Rechts: walvisvaarder op het IJ, J.C. Rietschoof, ca. 1700, NMM, London

Page 9: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

9

Vanaf de rede van Texel moest De Jonge Jan over de Zuiderzee naar Amsterdam zeilen. Halverwege werden de vaten spek en de baarden in kleinere schepen, lichters, naar de wal gebracht. Zo kon De Jonge Jan makkelijker over de drempel bij Pampus getrokken worden. Ook het grootste deel van de bemanning ging op dat moment van boord. Dit bespaarde de reder extra kosten. De bemanning kreeg trouwens ook pas loon vanaf de dag dat het schip op de uitreis bij Texel in zee stak. Alle dagen op de Zuiderzee, soms wel twee weken, verdienden ze dus niks. Hidde voer met Hans Barentsz verder naar Amsterdam en pas toen alle zaken daar waren afgehandeld konden ze op huis aan, naar Hollum op Ameland.

1770 Van kajuitwachter tot kapitein

Omdat er nauwelijks monsterrollen bestaan uit die tijd is niet bekend welke functies Hidde

Dirks Kat tussen 1757 en 1770 precies aan boord heeft gehad en met wie hij nog meer heeft

gevaren. Jongens die commandeur wilden worden begonnen als kajuitwachter (bediende

van de commandeur/kapitein en de officieren). Daarna werkten ze als matroos, koksmaat

en/of bootsmansmaat, voordat ze promoveerden naar harpoenier of stuurman. Voor dat

laatste moest een examen worden afgelegd. Hidde zal als stuurman al wel hebben gevaren

op de Oostzeevaart want in 1770 staat hij als schipper vermeld in het Sonttolregister.

Misschien wel met Claes Jans Ney van Ameland die in 1768 door de Sont voer van Hamburg

naar Memel aan de Oostzee. Hidde zou later met zijn zusje trouwen.

Verliefd paartje, D.J. Sluyter naar A.A. Dillens, 1864, Rijksmuseum Amsterdam

Verliefd op een kapiteinsdochter Jantje Jans Ney uit Nes kwam uit een familie van zeevaarders. Haar vader en broers waren allemaal commandeur en/of kapitein. Omdat Hidde in 1770 al koopvaardijkapitein was, stond niets een huwelijk tussen de twee geliefden in de weg. ‘Welkom in de familie,’ zou vader Jan Ney hebben gemompeld. De precieze trouwdatum is onbekend maar het is aannemelijk dat het feest heeft plaatsgevonden na de eerste reis van Hidde als kapitein. Daarmee had hij zich bewezen en

Page 10: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

10

hoefden Jantjes ouders geen kopzorgen meer te hebben over de toekomst van hun dochter. Jantje verhuisde van het centraal op het eiland gelegen Nes naar het verste dorp westwaarts, Hollum. Nadat ze waren getrouwd werd zoontje Dirk geboren, vernoemd naar Hiddes vader. Twee meisjes, Trijntje en Geeske, en een jongetje, Hidde, volgden maar zijn alle drie jong overleden.

Friese man en vrouw rond 1780, Rijksmuseum Amsterdam

1771 Commandeur ter walvisvaart

Nadat Hidde in 1770 als kapitein op een koopvaardijschip naar Narva was geweest, kreeg hij

van zijn reder Jacob Becker in Hamburg opdracht om het jaar daarop als commandeur op

walvisjacht te gaan met de brik de Jufvrouw Clara en 38 bemanningsleden. Vanaf de Elbe

vertrok hij in het vroege voorjaar van 1771 met 36 andere schepen uit Hamburg naar het

poolgebied. Op 10 augustus keerde hij met een leeg schip weer terug. Hij had bijna niks

verdiend en zijn reder had zwaar verlies geleden.

In 1772 mocht hij het opnieuw proberen en had toen meer geluk want hij ving zes walvissen.

Hidde moet een trots man zijn geweest want een walvisreis was pas rendabel als er drie à

vier walvissen werden gevangen. En nu had hij er maar liefst zes.

Door dat succes ging hij in 1773 weer op walvisvaart. In de Leydse Courant van 19 mei 1773

is te lezen wat Hidde meemaakte onderweg. Door storm onderweg braken masten en

boegsprieten, verdwenen sloepen en raakten schepen lek.

Page 11: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

11

Leydse Courant, 19 mei 1773, met een verslag van het noodweer onderweg.

In de jaren die volgden kwam Hidde steeds met een halve tot één walvis terug en dat was

teleurstellend voor alle partijen. Hiddes vader en zijn oom Jacob hadden een stuk of zestig

walvissen gevangen en Hans Barentsz maar liefst 144. Zijn vader was vijftien jaar

commandeur geweest, Hans Barentsz vijfenveertig jaar. Dus die negen walvissen die Hidde

had gevangen in zes jaar moeten hem in 1776 hebben dwarsgezeten. Daarbij kwam dat hij

en Jantje in de afgelopen jaren twee kinderen naar het kerkhof hadden moeten brengen wat

zeer verdrietig was geweest. Het leven zat niet mee.

Links: Walrus bij Spitsbergen, H. Gerrits, 1591-1632, Rijksmuseum Amsterdam

Page 12: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

12

1777 ‘Ik laat u weten dat ik mijn schip heb verloren’

In 1777 zou hij daarom alles op alles zetten om die reis tot een succes te maken. Op 5 maart

van dat jaar vertrok hij vol goede moed met de Jufvrouw Clara naar Spitsbergen. Na wat

robben en een walvis te hebben gevangen raakte de Jufvrouw Clara op de terugweg bij

Groenland vast in het ijs samen met nog 26 andere schepen. Het liep uit op een drama. Veel

mannen kwamen dat jaar niet thuis en niemand wist wat er met hen was gebeurd. Ook

Jantje wist niet waar Hidde was en of hij nog thuis zou komen. Pas in het daarop volgende

jaar, het was al bijna zomer, ontving ze een brief van Hidde.

Zeer geliefde vrouw Jantje Jans,

Wens dat u beneffens mijn lieve kinderen in goede welstand aan mag komen. Wat mij

betreft, beneffens eenige van mijn volk, is na droevige omstandigheden redelijk wel.

Ik wil u laten weten dat ik laatst september mijn schip tot mijn leedwezen heb verloren met

een harde storm uit het O.N.O., dik van sneeuw. We zaten dicht aan de zeekant en borgen

ons eten op een schots maar door geweldige hoge zee spoelde ons eten van de schots.

Wanhoop bij het verlaten van het verbrijzelde schip op deze prent van het verongelukte schip De Wilhelmina in Groenland op 10 oktober 1777, in hetzelfde jaar waarin Hidde Kat zijn schip kwijtraakte, A. Fokke Simons, Rijksmuseum, Amsterdam

‘We dachten dat als ons leven ten einde was’ Hidde schreef in zijn brief dat hij op een gegeven moment besloot om het door het ijs verbrijzelde schip te verlaten met drie sloepen, drie tonnen brood en een vaatje boter. Bemanningen van andere verbrijzelde schepen voegden zich bij hen en met 68 man dreven ze op een schots langs de zuidkust Groenland naar het westen. Een derde van de mannen verliet na enkele dagen de schots om op zoek te gaan naar het vasteland.

Page 13: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

13

Hidde: Commandeur Albert Jansen en ik bleven met 49 man op de schots en kregen zo’n hoge

zee dat wij niets anders dachten dat als ons leven ten einde was.

Op 5 oktober 1777 stapten Hidde en zijn mannen in de sloepen, 17 man in elk, en voeren het

pakijs in. Ze kregen daags een halve beschuit en weinig boter. Na een paar dagen verlieten

ze de sloepen om te zien of ze via de ijsschotsen bij de wal konden komen.

Hidde: De eerste dag verdronken daar verscheidene van ons volk. Ikzelf raakte 2 maal tussen

de schotsen en over het hoofd nat, maar ze kregen mij weer en moesten toen met natte

kleren lopen. ’s Nachts liepen we bij elkaar op de schots en enkelen vrozen dood van de

koude.

Op 11 oktober kwamen we aan wal, 5 mijlen beneden Statenhoek en hadden niet meer te

eten. We liepen toen langs de baai en vonden grote mosselen en bijen en aten daar ons lijf

van vol. Van de 11e tot de 16e oktober lagen we bij mekander, doornat van de regen en ’s

nachts konden we niet gaan slapen want dan vrozen we dood.

De bemanning droeg wollen kleding die loodzwaar werd als je in de ijskoude poolzee viel. Wollen mutsen, kniebroek en kniekousen van walvisvaarders, ca. achttiende eeuw, Rijksmuseum Amsterdam

‘Ze verkwikten ons met een soort soep van zeehonden’ In de middag van 16 oktober zagen de onderkoelde en uitgehongerde mannen drie inlanders in de baai die ze aanriepen. De inlanders kwamen naar hen toe en namen Hidde en zijn stuurman mee op samengebonden kajaks naar hun onderkomen. Daar kregen ze droge kleren, eten en een bed. Ze kregen er een soort soep van zeehonden en waren dankbaar voor de gastvrijheid welke waarlijk die van vele Christenen te boven gaat. De volgende dag werden ook de andere mannen opgehaald. Hidde schrijft in zijn dagboek met respect over het dagelijks leven en de gewoonten van de inlandse mensen die in zijn tijd nog wilde mensen werden genoemd. In onze tijd noemen we ze eskimo’s of inuit.

Page 14: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

14

Portret van een eskimovrouw, M.J.V. Duval de Mercourt, ca. 1819, Rijksmuseum Amsterdam

De inlandse mensen brachten Hidde en zijn mannen naar de hernhutters waar ze liefdevol werden opgevangen en voor zeven dagen proviand meekregen. Vervolgens kwam de groep bij de Deense koopman Andries Oelzen die Hidde nog kende uit 1763 toen hij met zijn gezin aan boord was geweest. Daar vernam Hidde dat andere Hollandse commandeurs ook langs waren geweest maar weer heengezonden waren want Oelzen had niet genoeg voedsel om tientallen walvisvaarders bij hem thuis te laten overwinteren. Er volgde een winter van diverse onderkomens met veel honger en koude. Vooral het scheepsvolk had het zwaar te verduren omdat zij buiten moest slapen en weinig te eten had. ‘Zoen mijn lieve kinders’ Pas in de zomer van het volgende jaar konden de zeelieden die het avontuur hadden overleefd terug naar Europa met handelsschepen of walvisvaarders. Hidde schrijft op 4 februari 1778 aan Jantje: We hopen in de maand juli in Kopenhagen te wezen en als het wat langer duurt wees dan

maar niet ongerust. Alle ellende en droefheid die ik heb beleefd is met geen pen te

beschrijven. Doch de Heere zij geloofd en gedankt die mij tot dusver heeft bewaard. Hope dat

hij mij verder mag bewaren opdat ik u eens mag vertellen hoe wonderbaarlijk de Heere mij

heeft gered.

Groetenisse van mij aan … en vader, moeder, zuster en verdere vrienden. Zoen mijn lieve

kinders. En wees maar niet ongerust. In al die hevige tijd kan ik niet zeggen dat mij een

vinger zeer gedaan heeft.

Groet aan alle bekenden, Hidde Dirks Kat

Page 15: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

15

Zo kan Jantje er ongeveer hebben uitgezien. Prent van een Amelandse vrouw naar een aquarel van A.C. Hauck, eind 18e eeuw. Uit Het Fries Kostuum, 1987, S.J. van der Molen, L. Jansma. Rechts: Amelander man

1778 Waar blijft Hidde? Eind mei kon Jantje in de Amsterdamse Courant lezen dat de bemanningen van de verongelukte schepen onderweg waren naar Holland maar dat Hidde nog in Groenland zat. Ze was ontzettend opgelucht dat hij nog leefde maar wat deed hij in Groenland? Waarom was hij niet meegekomen met de rest van het scheepsvolk? Dat vroeg iedereen op Ameland zich af en ze kon er geen goed antwoord op geven. Hij zal daar toch niet een vrouw….nee natuurlijk niet. Had hij niet altijd verteld hoe smerig die inlanders eruitzagen, hoe vol ongedierte ze zaten en welke primitieve gewoonten ze hadden?

Amsterdamsche Courant, 30 mei 1778 met een bericht dat H.D. Kat nog in Groenland verblijft.

Page 16: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

16

Jantje las in zijn brief dat ze niet ongerust moest wezen als het wat later zou worden. Het werd inderdaad wat later want in juli zat Hidde nog steeds in Groenland. Pas op 10

augustus vertrok Hidde met zijn volk met een schip naar Kopenhagen waar hij op 18

september aankwam. Via Lubeck reisden ze door naar Hamburg waar Hidde niet alleen zijn

reder David Hinrich Rewohl opzocht maar ook zijn zwager Claes Jans Ney. Die was in 1777

ook naar Groenland geweest maar wel tijdig teruggekomen. Claes kon vertellen dat Hiddes

vrouw Jantje nog in leven was maar dat er een dochtertje was gestorven. Alleen hun

achtjarige zoontje Dirk was nog in leven.

Op 27 september arriveerde Hidde dan eindelijk op Ameland. In zijn dagboek schrijft hij

daarover:

Ik ontmoette mijn vrouw en kind in goede gezondheid. Het is mij onmogelijk deze

zielroerende blijdschap te beschrijven. De mensen op straat hieven een vreugdegejuich aan

en riepen elkander mijn terugkomst toe.

Jantje was dolgelukkig. Anderhalf jaar had ze niets van haar man gehoord en gedacht dat hij

was omgekomen. En die scharrel met een eskimovrouw, dat waren gewoon gemene

praatjes. Ze kon nu feest gaan vieren. Natuurlijk vroeg iedereen zich nog steeds af waarom

het zolang had geduurd. Hidde schrijft in zijn dagboek dat hij in februari al klaar stond om

met zijn volk met een schip naar het vaderland te vertrekken maar ‘omdat het ijs tegen de

wal aan lag moesten ze daar blijven tot 10 augustus en waren ze pas de 19e in open zee.’

Niet alle Amelanders konden delen in de feestvreugde over de terugkeer van Hidde Kat.

Sommige Amelander families hadden in 1778 te horen gekregen dat hun vaders, zonen,

broers en echtgenoten NOOIT MEER zouden terugkomen. Soms meerdere uit één gezin. Ze

waren een ellendige dood gestorven: verdronken, bevroren, verhongerd. Er was

verslagenheid en rouw. Diverse gezinnen raakten aan de bedelstaf omdat de kostwinner

ontbrak.

1778 Met robbenbloed en kraaienschacht geschreven In de zomer van 1778 was ook commandeur Marten Jansen uit Nes op Ameland teruggekeerd. Hij was net als Hidde ingesloten geweest in het ijs bij Groenland maar was al op 31 mei terug in Amsterdam. Van de gebeurtenissen in Groenland had hij een dagboek bijgehouden dat hij eerst met rode aarde had geschreven en later met robbenbloed en de schacht van een kraai. Het is min of meer hetzelfde relaas als dat van Hidde Kat. Marten Jansen kon op 7 april met 57 van zijn mannen met een collega-schipper meevaren naar Bergen in Noorwegen waar hij een schipper vond die naar Dordrecht ging. Van Dordrecht reisden ze naar Amsterdam en vandaar naar Ameland. In Amsterdam liet Marten Jansen zijn dagverhaal voor eigen rekening uitgeven bij boekhandelaar Nicolaas Bijl op de Nieuwedijk. Het boekje was te koop voor acht stuivers. In augustus werd er al een tweede druk uitgegeven, ditmaal door L. Hunsingh en Groenewolt uit Groningen. In dit boekje werd ook de brief van Hidde Dirks Kat, die hij aan zijn huisvrouw Jantje schreef opgenomen. Aldus de Groninger Courant van 21 augustus 1778. Hidde zelf was toen nog niet eens in Nederland.

Page 17: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

17

1779 Koopvaardijkapitein in Hamburg

Hidde moet flink zijn bekomst hebben gehad van de walvisvaart want voortaan zou hij alleen

nog maar koopvaardijreizen maken. Geen sneeuw en ijs meer, geen onzekerheid of hij wel

weer bij Jantje thuis zou komen. Als koopvaardijkapitein kreeg Hidde bovendien vaste

verdiensten in plaats van afhankelijk te zijn van het aantal gevangen robben en walvissen.

Onder Hamburgse vlag varen had als voordeel dat het schip minder vaak gekaapt werd dan

de Nederlandse schepen. Met name op de Noordzee en de routes naar het zuiden wemelde

het van de kapers. Ook Nederland had in die tijd kaperschepen die met een vergunning van

de overheid vijandelijke schepen buitmaakten.

Toen Hidde op de koopvaardij ging varen moest het gezin Kat daarvoor naar Hamburg verhuizen. Voor Jantje zal dat nogal een avontuur zijn geweest, gewend als ze was aan de beschutting van het dorpsleven op Ameland. Maar in Altona woonden al veel eilanders zoals haar broer Claes. Jantje hoopte dat ze in Hamburg haar man vaker zou zien dan op Ameland het geval was geweest. Het drama van 1777 had ook de commandeursvrouw niet onberoerd gelaten. Waar het gezin Kat precies woonde is niet bekend maar het zal vermoedelijk in een wijk van zeelieden in het toen nog kleine stadsdeel/dorp Altona zijn geweest. Hidde en Jantje waren aangesloten bij de mennonitengemeente van Altona, een kerk die in 1675 was gebouwd door doopsgezinde walvisvaarders uit Nederland.

Amelanders in Hamburg Veel Hamburgse reders waren doopsgezind en van oorsprong Hollands. Vanwege vervolgingen in Nederland waren de mennoniten in de zestiende eeuw onder meer in Hamburg terechtgekomen. Daar stichtten ze handelshuizen. De kooplieden reedden koopvaardij- en walvisvaarschepen uit en namen Nederlandse zeelieden in dienst. Aan boord sprak men Nederlands en Duits. Enkele ‘Amelander’ Hamburgse commandeurs waren, naast Marten Jansen uit Nes: Obbe Edskes uit Nes, wiens schip in 1783 op de terugweg van Straat Davis in zeer zwaar weer terechtkwam en met man en muis is vergaan. Uit Nes kwam ook commandeur Claes Jans Ney, de zwager van Hidde. Hij kwam in het rampjaar 1777 heelhuids terug uit Straat Davis. Het was dus niet uitzonderlijk dat Hidde voor een Hamburgse reder voer. Eerst was dat voor Jacob Becker en later voor de koopmansfamilie Rowohl. In totaal was hij zo’n 36 jaar bij de Hamburgers in dienst als commandeur/kapitein en wellicht daarvoor een aantal jaren in een lagere rang.

1779-1806 Bestemming en lading

In historische kranten en in de Sonttolregisters is Hidde vanaf 1779 alleen nog maar te

vinden als schipper van een koopvaardijschip. De Sonttol was een tolgeld voor schepen die

door de Sont, de zeestraat tussen Denemarken en Zweden, voeren. De Deense koning

profiteerde flink van de opbrengsten. Het register is nauwkeurig bijgehouden en bewaard

Page 18: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

18

gebleven. Middels dit register en historische kranten is het spoor van Hidde verder te

volgen.

Hidde voer regelmatig tussen Portugal en de Oostzee. Uit Portugal haalde hij zout en bracht

dat naar de Oostzeehavens. Uit dat gebied kwam tarwe, rogge en gerst dat naar Hamburg,

Nederland of Lissabon ging. Hidde voer ook wel vanuit de Oostzee door naar Archangel om

daar graan te halen.

Op 28 juli 1779 voer hij bijvoorbeeld in ballast door de Sont naar Koningsbergen

(Kaliningrad) en op 16 september met tarwe van Koningsbergen naar Lissabon. In de

volgende vijf jaren moet hij het grootste deel van het jaar onderweg zijn geweest. En ook de

twintig jaren die daarna kwamen.

Vijf jaar Hidde Dirks Kat in historische kranten en in het Sonttolregister 1780 t/m 1785:

1780: 27 mei: Hamburg-Lissabon. Bron: Nederlandse Historische Courant 15 juli: te Hamburg, van Lissabon. Bron: Leydse Courant 26 juli: Hamburg-Koningsbergen. Bron: Sonttolregister 11 aug: Koningsbergen-Lissabon met 117 last tarwe. Bron: Sonttolregister 22 aug: in Pilau (Baltiysk, Kaliningrad)) aangekomen. Bron: Holl. Historische Courant 12 dec: van Lissabon naar Memel. (Klaipeda, Litouwen) Bron: Opreghte Haerlemsche Courant

Inschrijving Hidde Dircks Katt, Hamburg in het Sonttolregister op 13 maart 1781 met bijna 107 last zout. Eén last is ongeveer 2000 kg.

1781: 13 maart: van Lissabon naar Memel met bijna 107 last zout. Bron: Sonttolregister 13 oktober: te Lissabon. Holl. Historische Courant 26 november: te Hamburg aangekomen vanuit Lissabon. Bron: Leydse Courant 1782: 10 aug: te Archangel aangekomen uit Hamburg. Bron: Opreghte Haerlemsche Courant 1783: 20 mei: te Hamburg van Bordeaux. Bron: Opreghte Haerlemsche Courant 1784: 19 januari: te Lissabon aangekomen van Hamburg. Bron: Leydse Courant 4 mei: Sonttolpassage van St. Ubes (Setubal) naar Ostersoen (de Oostzee) met 1913 last zout. 29 mei: te Riga gearriveerd van St. Ubes. Bron: Amsterdamse Courant 23 juli: Sonttolpassage van Riga naar Schiedam met rogge, gerst, touwen en potas.

Page 19: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

19

Sonttolpassage nr. 166, van Riga naar Schiedam met Rug (rogge), Byg (gerst), Blaar (touwen) en Pottaske (potas) op 23 juli 1784.

17 sep: vertrokken uit Hellevoet a d Maas naar Bordeaux. Bron: Nederlandse Courant

22 nov: te Hamburg aangekomen uit Bordeaux. Bron: Nederlandse Courant 1785: 02 aug: te Archangel aangekomen uit Hamburg. Bron: Amsterdamse Courant 13 sep: in ‘t Vlie binnengekomen van Archangel. Bron: Amsterdamse Courant

Inwoners uit Archangel op een paskaart van Jan Luyken, 1681-1799, Rijksmuseum Amsterdam

Page 20: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

20

De route Archangel-Amsterdam Deze haven in het noorden van Rusland was tussen december en mei onbereikbaar omdat de zee dan dichtvroor. Al in de zestiende eeuw zat er een Hollandse kolonie van kooplieden die in de winter goederen inkochten en deze in de zomer verscheepten. Een of twee keer per jaar ging er een vloot van tientallen schepen van Amsterdam naar Archangel om de goederen op te halen. Dat waren voornamelijk teer, rogge, talk (rundvet), lijnzaad en ook wel ijzer en bont. De familie Kat voer regelmatig op Archangel en sommige Katten leerden de taal een beetje spreken. Zoals Cornelis Cornelis Kat die in 1813 van Ameland naar Leeuwarden reisde toen daar een Russische tolk nodig was, aldus het Memoriboek van Cornelis Sorgdrager. Het grootste risico op dit traject was slecht weer. Wie later dan half oktober vertrok uit Archangel kon rekenen op zwaar weer onderweg en averij. 1779 Noodweer onderweg De Amelander kapitein Jelle Hans Schut was onderweg van Archangel naar Texel. Zijn schip, de Vrouwe Catharina, vertrok op 10 oktober uit Archangel met aan boord 2869 tonnen teer en 1100 blikken teer met een waarde van 40.300 gulden. Onderweg kwam de Vrouwe Catharina in een zware storm terecht met hoge zeeën en zeestortingen op en over het schip waardoor het schip zwaar werkte, stampte en slingerde. Toen op 22 november de Hollandse kust in zicht kwam, werd besloten om ter behoud van schip en lading naar ’t Vlie te zeilen, om daarna een haven binnen te lopen ter reparatie van het zwaar gehavende schip. Er kwam een loods aan boord en de Vrouwe Catharina ging op de rede van ’t Vlie voor anker. Omdat er met het schip niet meer kon worden opgezeild werd de lading gelost met een lichter. Daarna kon de koopvaarder naar de haven van Medemblik worden gezeild. Bron: Averijgrosse-archief Stadsarchief Amsterdam.

Wijnhandel in de haven van Bordeaux in de achttiende eeuw

Page 21: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

21

Bordeaux Hidde Kat voer dikwijls naar Bordeaux, in die tijd de meest welvarende havenstad van Frankrijk. In het ruim van de Jufvrouw Clara had hij typisch Hollandse exportproducten zoals papier, linnen, wol, boter, blauwsel, stijfsel, baleinen en verfproducten. In Bordeaux zal Hidde wijn of suiker hebben ingeladen voor Amsterdam, Hamburg en de Oostzeehavens. Hij moet de slavenhandel hebben gezien die in Bordeaux plaatsvond. De stad is zelfs rijk geworden door het verhandelen van Afrikaanse slaven die vanuit Bordeaux naar de Antillen werden verscheept.

Hidde Dirks Kat kwam ook regelmatig met zijn schip in Londen dat er in zijn tijd uitzag als op dit plaatje.

De route Lissabon en St. Ubes-Amsterdam Uit St. Ubes, tegenwoordig, Setubal, werd zout gehaald. In de zeventiende en achttiende eeuw was veel zout nodig voor onder meer het conserveren van voedsel. Lissabon was toen een drukke havenstad. De Opreghte Haerlemsche Courant van 3 februari

1788 melde dat er wel 1100 schepen in de haven lagen, waarvan 194 Nederlandse

koopvaarders en 15 oorlogsschepen.

Haven Lissabon, 18e eeuws tegeltableau uit het Museo Nacional do Azulejo, Lissabon en houten vaten.

Uit Lissabon kwamen allerlei producten zoals sinaasappels, gedroogd fruit, wijn, matten, tabak, confiture, indigo en suiker. Dit waren producten uit Zuid-Europa en uit de Portugese

Page 22: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

22

kolonie Brazilië. De goederen werden naar Nederland gebracht maar soms werd er ook doorgevaren naar een van de Oostzeehavens. Het grootste risico op dit traject was een kaping. De route Portugal-Amsterdam was berucht vanwege de kapers: Spaanse, Barbarijse, Franse en Engelse. Dit is Hidde Kat nooit overkomen maar zijn zwager Gerrit Jans Ney wel. 1779 Kaping door de Spanjaarden Gerrit Jans Ney was op 9 augustus 1779 vertrokken uit Amsterdam naar Nice en Genua. Voor de Spaanse kust werd zijn schip, De Vier Gezusters, door een Spaans kaperschip genomen. Uit een verklaring in het Averij Grosse-archief in Amsterdam staat hoe dat in zijn werk ging. Eerst kwamen er Spaanse kapers aan boord die de papieren meenamen. Een dag later kwamen er opnieuw Spaanse kapers aan boord die vier van Gerrits mannen meenamen en de schipper bevolen om naar Cadix (Cadiz) te zeilen. Daar werd De Vier Gezusters aan de ketting gelegd en de lading in beslag genomen. Op 2 februari 1780 werden er met geweld kaas en een partij erwten uit het schip gehaald. Na enkele maanden, op 6 april, werd De Vier Gezusters vrijgegeven en kon Gerrit Jans Ney zijn reis vervolgen. De reder/boekhouder van het schip, Jacob Jochems Schut, vroeg een schadevergoeding, de zogenaamde Averij Grosse. Want aan boord was een kostbare lading ter waarde van ruim 201.000 gulden bestaande uit diverse goederen: papier, olifantstanden, damast, linnen, wollen manufacturen, tabak, vermiljoen, menie, vlas, kaas, cacao, koffiebonen, baleinen, specerijen, piment, blauwsel, stijfsel, lood en drogerijen. Riga, Memel, Koningsbergen-Hamburg Uit de havens aan de Oostzee kwam van oudsher veel hout, ijzer, hennep en glas. Er zaten eeuwenlang Nederlandse handelskolonies. Op de Oostzee kon het flink spoken, vooral in het najaar. De Wijk aan Zeese kapitein Gerrit G. Bol beschreef dit in een reisverslag toen hij uit Kronstadt, bij Sint Petersburg, onderweg was naar Napels met een lading masten, planken en ijzer. Door omstandigheden kon hij pas op 1 november uit Kronstadt vertrekken en liep zijn fluitschip door het noodweer averij op.

Schip in volle zee in vliegende storm, Willem van de Velde II, ca. 1680, Rijksmuseum Amsterdam

Page 23: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

23

1794 Verborgen klippen Gerrit Bol: De reis geschiedde in een jaargetijde dat zeer ongeschikt is voor het soort schip als het mijne. Het vaarwater was hoogst gevaarlijk door vele verborgen klippen en droge zandplaten. Wij ondervonden zulks in de lange nachten waarin wij meestal met diepe donkerheid en zware stormen worstelden. Bij Bornholm gingen we vanwege het noodweer voor anker, hoewel dat geen veilige ankerplaats was. Het sneeuwde en er woei een zware storm waardoor het ankertouw aan stukken sloeg. Op de Noordzee kwam er opnieuw storm waardoor we gevaar liepen om schip en leven te verliezen en op de Jutse kust te verongelukken. Door sterk te zeilen moesten wij ons schip, schoon dat in beste staat was, meer geweld aandoen dan het kon verdragen. Ook voor de Hollandse kust moest er sterk worden gezeild om niet op de Hollandse kust te stranden. Door het noodweer had het schip zoveel averij opgelopen dat we bij Vlissingen naar binnen gingen om het schip te laten repareren. We hadden zeilen en ankers verloren en er waren balken en knies (kniestukken) aan stukken geslagen. Bron: Reisverslag Gerrit Bol, archief gemeente Zaanstad.

1786 Een koopvaardijreis van schipper Hidde Dirks Kat In het archief van de waterschout in het Stadsarchief van Amsterdam liggen drie

monsterrollen van Hidde Kat. Dit zijn arbeidscontracten waarin de verplichtingen en de

rechten van de bemanningsleden staan met hun functie en gage per maand. De eerste

bekende monsterrol van Hidde is uit 1786. Kapitein Kat vertrok toen op 9 mei uit Amsterdam

met bestemming Archangel. Aan boord waren dertien bemanningsleden, zowel

Nederlanders als Duitsers. Hidde had ze zelf gemonsterd.

Page 24: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

24

Monsterrol van 9 mei 1786 van Hidde Dirks Kat in het archief van de Waterschout van Amsterdam, Stadsarchief

Amsterdam

Stuurman Adriaan Pieters, van Hamburg fl. 34 Timmerman Hendrik Mijnderts, van Hamburg fl. 34 Bootsman Geert Harnes, van Hamburg fl. 24 Kok Hendrik Oolsfer, van Weeser fl. 24 Matroos Hendrik Buring, van Weeser fl. 15 Matroos Jan Dirk Feerders, van Weeser fl. 15 Matroos Hendrik Heeseman, van Herledijk fl. 15 Matroos Gerrit Jansen, van Ameland fl. 15 Matroos Hendrik Tietjens, van Weeser fl. 15 Matroos Dirk Gabes, van Ameland fl. 14 Koksmaat Pieter Laasfen, van Egesand fl. 10 Kajuitwachter Adriaan Nannings, van Fohr fl. 08

Page 25: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

25

Links: Scheepskisten in Cultuurhistorisch museum Sorgdrager, Ameland Rechts: Beschilderde zeemanskist van H.D. Kat met zijn naam, naam van de reder en Amelander wapen. Foto uit een eerdere heruitgave van het dagboek van H.D. Kat.

Gezicht over het IJ naar Pampus, M. de Sallieth, naar C.F. Bendorp, naar A. Storck, 1785-1791, Rijksmuseum Amsterdam

Op de monsterrol staat ook wat het scheepsvolk te eten kreeg: ‘Een ieder zal zich te vreede moeten houden met het rantzoen, hier nevens bepaald, te weten: 2 pond vlees, 1 pond boter,

Page 26: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

26

½ pond spek, 1 pond stokvisch, 3 ½ pond brood per week. En bij gebrek aan boter, 1 ½ musje zoete olie.’ De kapitein had het absolute en onbetwiste gezag aan boord; het volk had hem te gehoorzamen. ‘De equipage was verplicht een iegelijk officier in zijn kwaliteit behoorlijk respect en ontzag te bewijzen en zonder zich aan dronkenschap, brutaliteiten of ongehoorzaamheid schuldig te maken op boete van een maand gage voor de zeevarende armen’

Zuiderzee De reis van Hidde uit 1786 kan gereconstrueerd worden aan de hand van de monsterrol en de scheepsberichten in de kranten. De Nepthunis zeilde in twaalf dagen van Amsterdam naar de rede van Texel. Aan boord was een Amsterdamse loods geweest en bij Texel kwam er een andere loods om het schip buitengaats te brengen. De reis over de Zuiderzee duurde vaak lang vanwege de vele ondieptes en smalle vaargeulen die druk bevaren werden door andere zeilschepen. En de wind moest goed staan. Bij Pampus werd de lading van boord gehaald zodat het schip over de ondiepte getrokken kon worden en bij Marken werd de lading dan weer aan boord gebracht. Hidde zette volgens de Amsterdamse Courant op 21 mei van de rede van Texel koers naar Archangel waar hij acht weken later, op 18 juli, aankwam. Thuisreis In Archangel zal Hidde na aankomst contact hebben gezocht met de bevrachter ter plaatse. De Nepthunis bleef ongeveer vier weken in de Russische havenstad. Daar was veel te zien maar de bemanning mocht alleen van boord na toestemming van de kapitein. En voor iedere zeeman gold: geen eigen handeltjes beginnen of goederen smokkelen. In vier weken werd het ruim volgeladen met vaten pek en teer of zakken rogge. Ook werd vers voedsel en water ingeslagen voor de thuisreis. Op 15 augustus waren ze op de terugreis want de Amsterdamse Courant meldde dat Hidde Kat toen zo’n 50 mijlen van Archangel het schip de Prosperiteit had gepraaid (aangeroepen). De terugreis verliep vlot want al op 13 september komen ze in t Vlie binnen. Bron: Amsterdamse Courant.

1787 Dirk Op een monsterrol uit 1787 van Hidde van Amsterdam naar Bordeaux staat ook zijn zoon Dirk vermeld. Hij is dan ongeveer zestien jaar oud en staat als kajuitwachter op de loonlijst. Dirk sliep in die functie bij zijn vader in de kajuit en zag hoe zijn vader leiding gaf aan de bemanning, de koers uitzette met de stuurman, geschillen oploste, zaken deed met buitenlandse bevrachters en papieren regelde op het havenkantoor. Een kapitein moest gezag uitstralen en het hoofd koel houden als het schip in noodweer terechtkwam. Hij moest zich kunnen bewegen in hogere kringen en ook de taal van de matrozen spreken. Dertien jaar later zou Dirk zijn opgeklommen tot kapitein. Hij voer toen met zijn schip de Vergulde Roos naar Bordeaux. Onder Hamburgse vlag.

Page 27: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

27

Zo zou een jonge stuurman in de tijd van Dirk er ongeveer hebben uitgezien. Man slijpt zijn pen, Jan Ekels, 1784,

Rijksmuseum Amsterdam

Volgens de rubriek Zee-tydingen in de Vriesche Courant van 12 augustus 1806 vaart Hidde dat jaar van Hamburg naar Archangel

1807 Rentenieren Hidde Dirks Kat maakte zijn laatste reis in 1806 naar Archangel. Daarna stopte hij met varen.

Hij was bijna zestig jaar oud en had genoeg geld verdiend om te kunnen rentenieren. Hidde

was zwaarlijvig geworden, woog rond de 150 kilo, en had wellicht daardoor

gezondheidsproblemen die het hem moeilijk maakten de smalle en steile trappetjes op het

schip op en af te klimmen. Misschien had hij jicht, een veelvoorkomende kwaal in die tijd.

Page 28: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

28

Portret van Hidde Dirks Kat

Heeft hij in die tijd zijn portret laten maken? Met zijn lakense jas, zijden halsdoek, pruik en

hoed ziet hij eruit als een geslaagd man. Weldoorvoed. Trotse blik. Ja, hij kon terugkijken op

een mooi leven waarin God hem steeds had bewaard, zoals hijzelf schreef. Gevaren waren er

onderweg genoeg geweest en bijna was hij in Groenland doodgevroren.

Hij had veel van de wereld gezien en was in aanraking gekomen met andere culturen. Hij

sprak Duits, enkele woorden van de Groenlandse taal en wellicht wat Engels, Frans en

Russisch.

Verdrietige tijden heeft Hidde ook gekend. Al jong moest hij zijn eigen vader missen en een

paar van zijn kinderen overleden op jonge leeftijd. Van zijn zoon Dirk, koopvaardijkapitein,

ontbreekt na 1801 elk spoor in de archieven en de scheepsberichten. Het kan zijn dat hij in

1801/1802 tijdens een reis is overleden. Dirk was getrouwd met E. Koter. Er zijn twee

kinderen bekend, Janneken, 1797, en Hendrik, 1800.

Rond dezelfde tijd overleed Hiddes vrouw Jantje. Ze werd in Hamburg-Altona begraven.

Hidde bleef in Hamburg-Altona wonen en kwam regelmatig naar Ameland. Hij staat in 1804

als lidmaat vermeld van de doopsgezinde gemeente van Hollum en zijn vrouw Jantje Jans

niet.

Hidde bleef steeds langere periodes op Ameland. In ieder geval vanaf 1819 toen hij op 23

december in Hollum bij de notaris een zaakwaarnemer aanstelde die voor de tijd mijner

afwezigheid in Hamburg alle mijne aldaar aangelegenheden of eigendommen zonder

onderscheid getrouwelijk waar te nemen, actes te passeren, obligaties en belegde gelden zo

zulks nodig is op te geven of op te zeggen in de omschrijving der belegde gelden aller wegen

…. alsof ik zelve present zijnde. Bron: Wanda Oesnau: Hamburgs Gronlandfahrt auf Walfischfang und

Robbe, 1955.

Page 29: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

29

1818 Het Dagboek

Uiteindelijk trok Hidde min of meer permanent in bij zijn nichtje Mincke Cornelis en haar man. Mincke was in 1802 getrouwd met zeeman Jan IJnsen de Jong. Het echtpaar woonde met hun zoontje IJnse (1802) in een vrijstaand huisje in wat tegenwoordig de Hidde Dirks Katstraat heet in Hollum. Hidde was in die dagen een ‘hoogbejaarde grijsaard van zeventig jaar.’ Door zijn omvang moet het lopen moeizaam zijn gegaan en kwam hij bijna de deur niet uit. Op zomerdagen zat de oude commandeur meestal buiten op het bankje voor het huis om te vertellen over zijn avonturen op Groenland toen hij zijn schip was kwijtgeraakt in het ijs en bij de inlandse mensen was geweest. Hij had destijds een dagboek bijgehouden maar er verder niets meegedaan. De Hollumers konden zijn verhaal wel dromen. Maar op een dag kwam er iemand langs die het verhaal nog niet kende. Het was de schoolopzichter van het derde district in Friesland, Marten Martens. Hij was doopsgezind predikant te Holwerd en ook dichter en vertaler. Martens vond Hiddes verhaal zo belangrijk dat hij het dagboek wilde laten uitgeven. Allereerst vanwege de interessante inhoud van het verhaal met alle merkwaardige ontmoetingen die daarin voorkwamen. Maar ook hoopte de schoolopzichter dat Hidde een voorbeeld zou zijn voor de jeugd. Want, zo omschreef hij Martens in zijn voorwoord: waar vond men nog zo’n ‘ouderwetse geest van mannelijke kloekmoedigheid, onvermurwde standvastigheid, ongeverniste Godsvrucht en met een geheel en oprecht en eenvoudig vertrouwen op God?

Marten Martens

Martens vroeg in 1817 aan Hidde om het dagboek te bewerken tot een boekje. Hoewel het inmiddels veertig jaar na dato was, wist Hidde nog precies hoe die nachtmerrie van 1777 eruit had gezien. Met een brilletje op zijn neus, een ganzenveer in zijn korte vingers, inkt en papier op tafel, schreef hij nogmaals zijn belevenissen op. En blijkbaar deed hij dat zo goed dat er volgens de schoolopzichter slechts een weinigje aan de stijl is gevijld.

Page 30: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

30

Het brilletje met etui van Hidde Kat op de gedrukte

uitgave van het dagboek van Hidde Dirks Kat uit een artikel in het Nieuwsblad van Friesland van 28 september

1938

Een jaar later was het zover. Dagboek eener reize ter walvisch- en robbenvangst, gedaan in

de jaren 1777 en 1778 door den Kommandeur Hidde Dirks Kat was uitgegeven door de

weduwe A. Loosjes te Haarlem. In de kranten werd het boek te koop aangeboden. Hidde

moet een trots man zijn geweest. Nu zou iedereen zijn verhaal kunnen lezen. Ook in de

volgende eeuwen.

Advertentie in de Middelburgse Courant van 12 september 1818.

1824 Dood

In de jaren na de uitgave ging het met de gezondheid van Hidde steeds slechter. Hij maakte

de kerst van1823 nog mee maar overleefde de winter niet. Op 14 januari overleed

commandeur Hidde Dirks Kat. Hij werd begraven op het kerkhof van Hollum. Zijn nichtje

Mincke liet een advertentie in de krant zetten:

Page 31: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

31

Standbeeld Hidde Dirks Kat in Hollum, 1994, Frans Ram

De beroemdheid van Hidde Dirks Kat Was de dood van Hidde een grote gebeurtenis op Ameland? Cornelis Sorgdrager zegt er niets over in zijn memorieboek van belangrijke voorvallen. En in het register van de doopsgezinde predikant te Hollum staat alleen zijn sterfdatum vermeld. Wel wordt in het Rekenboek van Jan Jacobs Gemeente uit 1825 een legaat genoemd: ‘Exstra Ingekomen’ ‘Een legaat van H.D. Kat te Holm f 192 8 12’ Hidde Dirks Kat is vanaf de twintigste eeuw de beroemdste commandeur van Ameland maar was dat niet in zijn eigen tijd. Er waren toen op Ameland een heleboel commandeurs die heel wat meer jaren op walvisjacht waren geweest dan Hidde. En die óók de ramp van 1777 hadden overleefd en daar een boekje over hadden geschreven zoals Marten Jansen uit Nes. Maar liefst 36 jaar was Hidde koopvaardijschipper geweest en dat beroep vond men blijkbaar minder heldhaftig dan dat van een commandeur. En Hidde was dat slechts zes jaren geweest. Bovendien was Hidde al rond 1779 verhuisd naar Hamburg en al tientallen jaren geen echte inwoner meer van Hollum. Dat alles verklaart wellicht de bescheiden grafsteen van Hidde Dirks Kat. Niet bepaald een steen van een volksheld als je zijn steen vergelijkt met de weelderige zerk van commandeur Hans Barentsz, compleet met zeilschip, sloepen en walvissen. De gloriejaren van Hidde zouden pas later aanbreken. Zijn boek wordt nog steeds gelezen. Hij heeft een standbeeld in Hollum, waar ook een straat naar hem is vernoemd. Wat zou het

Page 32: Het levensverhaal van Hidde Dirks Katfiles.amelanderhistorie.nl/200012065-aaab8aba26/2e HERZIENE EN... · Ameland was in de tijd van Hidde Dirks Kat een eiland van boeren en zeevarenden.

32

de oude commandeur deugd hebben gedaan dat er op Ameland in 2018 een speciaal jaar voor hem zou worden georganiseerd … Hallum 2017, Marjan Procee

Bronnen:

www.allefriezen.nl

www.amelanderhistorie.nl

www.amsterdam.nl/stadsarchief

www.delpher.nl (historische kranten)

www.soundtollregister.nl

Cultuurhistorisch museum Sorgdrager, Hollum, Ameland

Conradi, P., De Walvischvangst met veele byzonderheden daartoe betrekkelyk, Amsterdam, 1784

Dekker, P., De laatste bloeiperiode van de arctische walvischvangst, Zaltbommel, 1971

Jansen, M., Kort docht echt-verhaal van kommandeur Marten Jansen, Amsterdam 1778

Kat, H., Dagboek eener reize ter walvisch- en robbenvangst, gedaan in de jaren 1777 en 1778 door den

Kommandeur Hidde Dirks Kat, Haarlem, 1818

Oesnau, W., Hamburgs Gronlandfahrt auf Walfischfang und Robbe, 1955.

Procee, M., De walvisvaarders van Wijk aan Zee, Wormer, 2015

Sante, G. van, Alphabetische naamlijst van alle de Groenlandsche en Straat-Davische commandeurs die zedert

het jaar 1700 voor Holland en andere provinciën hebben gevaren, Haarlem, 1770

Sorgdrager, C.P., Memori Boeck, ‘Van onderscheidene Zaken Zo hier op Ameland als Elders voorgevallen,

beginnende met 1779 en volgende Jaren’.