Engels op Niveau A2 Workshops – Woordkennis 1


1 ©Instruct b.v.

A2 Woordkennis 1

Bestuderen

Hoe leer je 2000 woorden?

Als je een nieuwe taal wilt spreken en schrijven, heb je vooral veel nieuwe woorden nodig. Je moet daarom woordenlijsten leren. De één vindt dat makkelijker dan de ander.

Voor het niveau A2 gaat het om de 2000 meest gebruikte Engelse woorden. Hiervan moet je de Nederlandse vertaling weten.

We geven je enkele tips voor als je het leren van woorden erg lastig vindt:

Tips

Bijlage 1: 2000 woorden

Tip 1: Schrijven of begrijpen?

Vraag je eerst af of je het woord moet kunnen schrijven of begrijpen. Maak het niet moeilijker dan het al is!

De 2000 woorden in de lijst die je hiernaast kunt downloaden, moet je in elk geval begrijpen. Je moet de Nederlandse vertaling ervan kennen.

Tip 2: Regelmaat

Oefen vaak en niet te lang achter elkaar.

Tip 3: Post-it

Maak een briefje waarop je groot en duidelijk de woorden schrijft die voor jou lastig zijn. Hang ze op de koelkast, bedenk er een plaatje bij of een ezelsbruggetje.

In het woordje ‘hear’ zit het woordje ‘ear’. Als je dat onthoudt, schrijf je niet meer ‘here’ als je horen bedoelt. Teken er een oor bij en het kan niet meer fout gaan.


2 ©Instruct b.v.

Oefenen

Practice

Exercise

You are going to do an exercise for practice.

Deze oefening staat op www.instruct-online.nl (Als je halverwege een oefening stopt omdat het te gemakkelijk wordt, noteer dan het nummer van de laatste vraag)

Put the results in your portfolio.

1 Plan of approach


You have to know a lot of words. How are you going to learn them? We are going to help you make a plan.

Number of persons: 1 Estimated time: -

1. Take annex 1, the list of 2000 most common words. 2. Practice these words. 3. You can use WinToets (exercise 1 - 5) to practice these words. 4. At the end of your course you will be given a test. You will have to

match 200 English words with their translation. 5. Make a planning. 6. Put this plan in your portfolio. 7. Answer these questions after taking the test:

a. Did you pass? b. Did your plan work? c. Did you use the right method for learning the words? d. What would you do different the next time?

8. Put the answers in your portfolio.

2 Test a classmate

You are going to help a classmate. Hoe many words does he/she know? How well can he/she spell? Help him/her find out.

Number of persons: 2 Estimated time: 30-45 minutes

1. Download the list of 2000 most common words. 2. Select 50. 3. Test a classmate:

a. Read out each word, loud and clear. b. Your partner has to write down the words. c. He/She can also write down what each word means.

4. Switch (wissel) roles when you have finished. 5. Afterwards, check each other's work. 6. Write down:

a. How many spelling mistakes did you make? b. Did you know the meaning of all the words? How many? c. Put the list, the corrections and the answers to the questions

in your portfolio.


3 ©Instruct b.v.

3 Puzzle

Bijlage 2: Grid

This is a fun and playful way of practising words and meanings.

Number of persons: 4 Estimated time: 30-45 minutes

1. Form a group of 4. 2. Take annex 1, the list of 2000 most common words in English. 3. Make a grid (or use annex 2) of 25 by 25 squares. 4. Choose words from the list of words and put them in the grid. 5. Fill in as many words as you can. 6. Add the numbers: a number for each new word. Numbers 1- … for

horizontal words and numbers 1-… for vertical words. 7. Write down the clues for each word. You may use Dutch

translations. 8. Ask another group to do your puzzle. 9. Put the ‘empty’ puzzle and the puzzle the other group made, in your

portfolio.


©Instruct b.v.

Engels op Niveau A2 Workshops – Woordkennis 1 · Deze oefening staat op (Als je halverwege een...

Documents

Transcript of Engels op Niveau A2 Workshops – Woordkennis 1 · Deze oefening staat op (Als je halverwege een...