Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1...

12
Domein Meten en Meetkunde 1 Maten Tijdmaten

Transcript of Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1...

Page 1: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

Domein Meten en Meetkunde

11

Maten

Tijdmaten

Page 2: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

Tijdmaten

1 uur = 60 minuten1 minuut = 60 seconden

1 seconde = 1/60 minuut1 minuut = 1/60 uur

Een halfuur = minutenEen kwartier = minutenEen kwartier = secondenEen etmaal = uurEen week = dagenEen week = urenEen kwartaal = maandenEen kwartaal = weken

2

Uur

60 Minuut

60 Seconde

3015

900247

1683

13

Page 3: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

3

Een jaar heeft:dagenBehalve in een schrikkeljaar

366 dagen

Jaren deelbaar door 4 (eeuwjaren alleen als ze deelbaar zijn door 400)

Bijv. 1996, 2000, 2004, 2008, 2012, 2016 enz.

kwartalen

maandenweken

365

52

12

4

Page 4: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

4

De dagen van een maandJanuariFebruariMaartAprilMeiJuniJuliAugustusSeptemberOktoberNovemberDecember

3128 (schrikkeljaar 29)31303130313130313031 Knokkelmethode!!

Page 5: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

Voorbeelden2,5 uur = minuten256 minuten = uur en

minuten

88.200 sec = minuten 88.200 sec = uur26.120 sec = uur en minuten en seconden

26.120 ÷ 3.600 = 7,… urenOver 26.120 – 7 • 3.600 = 920 seconden920 ÷ 60 = 15,… minutenOver 920 – 15 • 60 = 20 seconden

5

2,5 • 60 = 150256 ÷ 60 = 4,... 256 – 4 • 60 = 16

88.200 ÷ 60 = 1.47088.200 ÷ 3.600 = 24,5 Of 1.470 ÷ 60 = 24,57 15 20

Controle berekening:

7 • 3.600 + 15 • 60 + 20

Page 6: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

VoorbeeldenJe leent op 19 mei een boek voor 28 dagen. Wanneer moet je het terugbrengen?

Mei = 31 – 19 = 12 dagenJuni = 28 -12 = 16 dagen 16 juni

Je leent op 17 juni een boek voor 19 dagen. Wanneer moet je het terugbrengen?

Juni = 30 – 17 = 13 dagenJuli = 19 -13 = 6 dagen 6 juli

Je hebt een boek 14 dagen geleend en moet het inleveren op 9 september.Wanneer heb je het gehaald?

Sept = 9 dagen, over 14 – 9 = 5 dagenAug = 31 - 5 = 26 26 aug

Je hebt een boek 40 dagen geleend en moet het inleveren op 6 november.Wanneer heb je het gehaald?

Nov en okt = 6 + 31= 37 dagen; 3 dagen over Sep = 30 - 3 = 27 27 sep

6

Page 7: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

Domein Meten en Meetkunde

7

Maten

Snelheidsmaten

7

Page 8: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

Snelheidsmaten

1 m/s = 3,6 km/h

1 km/h = 1 ÷ 3,6 = 0,278 m/s

Reken 120 km/h om naar m/s.a) Met het omrekenschema:120 km/h = m/s

b) Met een meer logische berekening:120 km/h betekent: 120 km afleggen in 1 uurAfstand in m: 120 km =Tijd in s: 1h = Snelheid in m/s =

8

m/s

3,6 km/h

120 ÷ 3,6 = 33,3

120.000 m60 • 60 = 3.600 s

Snelheid = afstand ÷ tijd

120.000 ÷ 3.600 = 33,3 m/s

Page 9: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

Snelheidsmaten

1 m/s = 3,6 km/h

1 km/h = 1 ÷ 3,6 = 0,278 m/s

Reken 10 m/s om naar km/h.a) Met het omrekenschema:10 m/s = km/h

b) Met een meer logische berekening:10 m/s betekent: 10 m afleggen in 1 secAfstand in km: 10 m =Tijd in h: 1 s = Snelheid in km/h =

9

m/s

3,6 km/h

10 • 3,6 = 36,0

Snelheid = afstand ÷ tijd

0,010 km1 ÷ 60 ÷ 60 = 0,00027778 h 0,010 ÷ 0,00027778 = 36,0 km/h

Page 10: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

VoorbeeldHet wereldrecord op de marathon (42 km en 195 m) is 2:03:38 h. Bereken de snelheid van Patrick Makau in m/s en in km/h.

In m/s: Afstand in m = 42.195 m Tijd in s = 2 • 3.600 + 3 • 60 + 38 = 7.200 + 180 + 38 = 7.418 sSnelheid in m/s = 42.195 ÷ 7.418 = 5,69 m/sIn km/h:Snelheid in km/h = 5,69 • 3,6 = 20,48 km/hOf een logische berekening:Afstand in km = 42,195 kmTijd in uren = 2 + 3 ÷ 60 + 38 ÷ 3.600 = 2,060556 hSnelheid in km/h = 42,195 ÷ 2,060556 = 20,48 km/h

10

Snelheid = afstand ÷ tijd

Page 11: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

VoorbeeldHet wereldrecord op de 100 m is 9,58 s. Bereken de snelheid van Usain Bolt in m/s en in km/h.

In m/s: Afstand in m = 100 m Tijd in s = 9,58 sSnelheid in m/s = 100 ÷ 9,58 = 10,44 m/sIn km/h:Snelheid in km/h = 10,44 • 3,6 = 37,58 km/hOf een logische berekening:Afstand in km = 0,1 kmTijd in uren = 9,58 ÷ 3.600 = 0,002661 hSnelheid in km/h = 0,1 ÷ 0,002661 = 37,58 km/h

11

Snelheid = afstand ÷ tijd

Page 12: Domein Meten en Meetkunde 11 Maten Tijdmaten Tijdmaten 1 uur =60 minuten 1 minuut =60 seconden 1 seconde =1/60 minuut 1 minuut =1/60 uur Een halfuur.

12

te maken opgaven werkschriftBestudeer:De aantekeningen (de gemaakte voorbeelden)

Maak:Opdrachten xx, xx, xx, xx, xx, xx