Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: [email protected] … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel...

43
Beste student (e), Van harte welkom bij de Tweedegraads lerarenopleiding Geschiedenis van de Academie vo & mbo van de NHL Stenden Hogeschool in Leeuwarden! De startbijeenkomst Graag nodigen wij je uit voor de startbijeenkomst op donderdag 30 augustus van 15.15 uur tot 19.30 uur in lokaal B.0.80. Het is heel belangrijk dat je daarbij aanwezig bent, want je krijgt dan belangrijke informatie over zaken die dit studiejaar voor jou relevant zijn. Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten en docenten van de opleiding Geschiedenis. StudyStart Nog net voor je vakantie willen we je graag uitnodigingen voor een hogeschoolbreed welkom StudyStart Werken & Studeren. Maandag 3 september 2018 ben je vanaf 17.00 uur van harte welkom. Laat je o.a. inspireren door Jaap Bressers en doe mee aan grensverleggend netwerken onder het genot van een hapje en een drankje. Voor een energievolle start! Aanmelden Klik op onderstaande link voor aanmelding voor de StudyStart Werken & Studeren op maandag 3 september: INFORMATIE & AANMELDEN Start collegejaar/lesrooster Het nieuwe studiejaar begint in de week van 3-7 september 2018. Vóór de start van het studiejaar word je nog geïnformeerd waar je de roostergegevens kunt vinden. Het lesrooster is beschikbaar vanaf maandag 27 augustus. Let op: het rooster kan per week verschillen. Aan eerstejaars studenten Flexibel Onderwijs Tweedegraads lerarenopleiding Geschiedenis Studiejaar 2018-2019 Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: Juli 2018 2018-2019 FO Team Ondersteuning & Relatiemanagement [email protected] Plaats: Uw kenmerk: Telefoonnummer: Bijlagen: Leeuwarden Start studiejaar 058-244 1155 1 Onderwerp: Informatie start studiejaar 2018-2019

Transcript of Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: [email protected] … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel...

Page 1: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

Beste student (e),

Van harte welkom bij de Tweedegraads lerarenopleiding Geschiedenis van de Academie vo & mbo van de NHL Stenden

Hogeschool in Leeuwarden!

De startbijeenkomst Graag nodigen wij je uit voor de startbijeenkomst op donderdag 30 augustus van 15.15 uur tot 19.30 uur in lokaal B.0.80.

Het is heel belangrijk dat je daarbij aanwezig bent, want je krijgt dan belangrijke informatie over zaken die dit studiejaar voor jou

relevant zijn.

Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten en docenten

van de opleiding Geschiedenis.

StudyStart

Nog net voor je vakantie willen we je graag uitnodigingen voor een hogeschoolbreed welkom StudyStart Werken & Studeren.

Maandag 3 september 2018 ben je vanaf 17.00 uur van harte welkom. Laat je o.a. inspireren door Jaap Bressers en doe mee aan

grensverleggend netwerken onder het genot van een hapje en een drankje. Voor een energievolle start!

Aanmelden

Klik op onderstaande link voor aanmelding voor de StudyStart Werken & Studeren op maandag 3 september:

INFORMATIE & AANMELDEN

Start collegejaar/lesrooster

Het nieuwe studiejaar begint in de week van 3-7 september 2018. Vóór de start van het studiejaar word je nog geïnformeerd

waar je de roostergegevens kunt vinden. Het lesrooster is beschikbaar vanaf maandag 27 augustus.

Let op: het rooster kan per week verschillen.

Aan eerstejaars studenten Flexibel Onderwijs

Tweedegraads lerarenopleiding Geschiedenis

Studiejaar 2018-2019

Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres:

Juli 2018 2018-2019 FO Team Ondersteuning &

Relatiemanagement

[email protected]

Plaats: Uw kenmerk: Telefoonnummer: Bijlagen:

Leeuwarden Start studiejaar 058-244 1155 1

Onderwerp:

Informatie start studiejaar 2018-2019

Page 2: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

Pagina 2 van 2

Opleidingsspecifieke informatie

In de bijlage vind je het voorlopige moduleoverzicht van je opleiding. Dit overzicht krijg je in de definitieve vorm en aangevuld

met diverse bijlagen bij de start van je studie. Achter het moduleoverzicht vind je een korte toelichting op het aanvragen van

standaardvalidering. Ook daarover en over meer vormen van validering krijg je eind augustus uitgebreide informatie.

Inschrijving voor de opleiding

Onderneem actie wanneer je inschrijving nog niet definitief is! Inschrijving is mogelijk tot en met 31 augustus 2018. Je moet je

inschrijving zelf regelen via www.studielink.nl. Op de site van de NHL Stenden Hogeschool www.nhlstenden.com kun je via

Menu onder ‘Studeren bij NHL Stenden/ Inschrijven voor een opleiding’ informatie vinden over de inschrijfprocedure.

Locaties NHL Stenden

Informatie over de bereikbaarheid van onze locaties vind je via deze link op onze website www.nhlstenden.com

Activeren NHL Stenden-account

Je krijgt van NHL Stenden Hogeschool een gebruikersnaam (het wachtwoord maak je zelf), waarmee je toegang kunt krijgen tot

de verschillende ICT-diensten van de NHL Stenden Hogeschool. Als nieuwe student is het belangrijk dat je zorgt dat je dit

account ‘activeert’. Informatie hierover vind je op https://ictservices.nhl.nl/studenten/.

Blackboard

Blackboard is de digitale leeromgeving van NHL Stenden Hogeschool. Tijdens de startbijeenkomst van je opleiding hoor je hoe je

met je NHL Stenden account kunt inloggen en de informatie en modules van je opleiding kunt vinden.

Mocht je nog vragen of opmerkingen hebben, dan kun je terecht bij het Studentloket via telefoonnummer (058) 244 1155 of via

e-mail [email protected]. Tijdens de zomervakantie zijn zij geopend van 09.00-13.00 uur.

We wensen je een prettige vakantie en graag tot ziens bij de start van het nieuwe studiejaar.

Met vriendelijke groeten,

Herman Maring

Namens Tweedegraads lerarenopleiding Geschiedenis

Team Ondersteuning & Relatiemanagement

Bijlage:

- moduleoverzicht

Page 3: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

Flexibele Deeltijdopleiding

Leraar Geschiedenis 2e graad 2018-2019

Moduleoverzicht juli 2018

(wijzigingen voorbehouden, meer bijlagen bij start studiejaar)

Page 4: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

2

Inleiding In dit document vind je een overzicht van de modules van de opleiding tot leraar geschiedenis in de flexibele deeltijdvariant. Bij de start van het studiejaar krijg je dit document met nog meer bijlagen (met vormen van validering, praktische zaken e.d.) Deze inleiding geeft in vogelvlucht een beeld van flexibel onderwijs. Maar de enige manier om te ontdekken wat het precies inhoudt, is het zelf te ervaren en er over mee te denken. We hopen dat we als opleiding, studenten en werkveld al doende van en met elkaar kunnen leren en op die manier de opleiding steeds flexibeler kunnen maken. Flexibilisering deeltijd NHL Stenden Hogeschool neemt deel aan de Pilot Flexibilisering1 van het ministerie OCW. De pilot is onderdeel van een breder experiment met flexibilisering van onderwijs waarin OCW, NVAO en Onderwijsinspectie de verschillende ontwikkelingen volgen en bewaken. De tweedegraads lerarenopleidingen van NHL Hogeschool zijn vanaf september 2017 gestart met het flexibiliseren van de opleidingen, in de zin van werken met leeruitkomsten, leerwegonafhankelijke toetsing en validering. Vanuit de lerarenopleidingen gezien is deelname aan de Pilot Flexibilisering ook interessant vanwege het opdoen van ervaring met vormen van gepersonaliseerd leren, zoals dat in het hele onderwijswerkveld ook in toenemende mate speelt. Opleidingsprogramma’s gaan in de regel bij de beschrijving van de inhoud uit van vragen als: welke kennis dragen we over, hoe toetsen we of de student die kennis voldoende beheerst en hoe plannen en organiseren we het onderwijs? Het zijn beschrijvingen van onderwijs die hoofdzakelijk verwijzen naar wat in lessen wordt overgedragen, wat in lijn daarmee wordt getoetst en hoe de organisatie van dat onderwijs vastgelegd is. Dit is wat men noemt een meer aanbodgerichte of docentgerichte benadering. Flexibilisering van de deeltijd heeft tot doel om opleidingen meer te richten op wensen en mogelijkheden van de (werkende) student en mogelijkheden van leren in de praktijk op de werkplek. Meer vraag- en studentgericht onderwijs dus: ‘Flexibilisering van het onderwijs kan ervoor zorgen dat het onderwijs toegankelijker en aantrekkelijker wordt en beter is afgestemd op de kenmerken en behoeften van studenten. Dit kan bijvoorbeeld door beter aan te sluiten op het beginniveau qua kennis en kunde van de student, diens werksituatie en de voorkeuren voor de wijze van leren en studeren’. (Handreiking pilots flexibilisering hoger onderwijs, p.5. Min. OCW, 2016.) Idealiter zou iedereen zijn of haar eigen onderwijs, passend bij zijn of haar eigen wensen en omstandigheden moeten kunnen volgen. Momenten waarop mensen onderwijs willen of kunnen volgen zullen variëren, maar ook de vorm waarin onderwijs hen het best past. Onderwijs in de avonduren of in het weekend, onderwijs in de vorm van zelfstudie, web-colleges of ‘on the job’, het aantal mogelijkheden is groot en de organisatie ervan vormt een uitdaging. Natuurlijk worden de mogelijkheden beperkt door beschikbaarheid van docenten en materialen, door geld en de ondersteunende systemen van opleiding, instituut en hogeschool.

1 Zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/hoger-onderwijs/experimenten-om-deeltijdonderwijs-flexibeler-te-maken/pilots-flexibilisering

Page 5: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

3

Leeruitkomsten Kenmerkend voor flexibel onderwijs is dat er gewerkt wordt met ‘leeruitkomsten’ en ‘leerwegonafhankelijke toetsing’. Wat wordt onder leeruitkomsten verstaan: ‘Een leeruitkomst is een meetbaar resultaat van een leerervaring die ons in staat stelt om vast te stellen in welke mate of op welk niveau of volgens welke standaard een competentie gerealiseerd is.’ (definitie afkomstig uit de Europese Tuning Guide to Formulating Degree Programme Profiles)

Het gaat bij een leeruitkomst om de meetbare resultaten van het leren en dus niet om het onderwijs dat gevolgd wordt, de leeractiviteiten die de student uitvoert binnen dat onderwijsprogramma, de specifieke literatuur die gebruikt wordt en de uren studielast. De student toont aan te beheersen (qua handelingsrepertoire, kennis, attitude) wat er in de leeruitkomst omschreven wordt, op het gevraagde niveau, ten aanzien van het betreffende domein en de context. Alleen aan eenheden van leeruitkomsten (hele modules) worden studiepunten gekoppeld. Toetsing Een belangrijk uitgangspunt om te komen tot het gewenste flexibele onderwijs is het ontkoppelen van onderwijsprogramma’s en toetsing. In het huidige systeem bestaat een opleiding uit een onderwijsprogramma en een toetsing die het sluitstuk vormt. De focus ligt hierbij op het ontwerpen, exploiteren en onderhouden van het onderwijsprogramma. Om goed en geborgd flexibel onderwijs te kunnen bieden is het van belang om de focus te verleggen naar de toetsing, die onafhankelijk wordt van het gevolgde onderwijs. Het programma staat niet langer vast en kan op verschillende manieren ingevuld worden. Het kan alsnog gestandaardiseerd ingevuld worden, maar ook als maatwerk, individueel, in groepen, in co-creatie met scholen e.d. Idealiter zal er sprake zijn van ‘blended learning’ waarbij steeds naar optimale combinaties van vormen gezocht. Door leeruitkomsten op een leerwegonafhankelijke manier te beschrijven wordt het mogelijk om een diversiteit aan flexibele leerwegen te realiseren en tegelijkertijd te waarborgen dat studenten voldoen aan dezelfde eisen qua inhoud en niveau. Toetsvormen Binnen de flexibele deeltijdopleidingen zijn vele vormen van toetsing mogelijk. Die zijn gerangschikt onder drie hoofdcategorieën: tentamen, opdracht en assessment.

Tentamen: hieronder vallen allerlei vormen van toetsing (schriftelijk, mondeling, luistertoets, casustoets, digitale toets etc.), waarin kennis op het niveau van kennen, begrijpen en soms ook toepassen en analyseren beoordeeld wordt. De inhoud van tentamens wordt door de opleiding (of landelijk) vastgesteld.

Opdracht: dit is een verzamelnaam voor allerlei soorten opdrachten zoals beroepsproducten, projecten, verslagen, presentaties etc. Ook een peerreview, individueel gesprek of groepsgesprek/interview kan hieronder vallen. Vaak betreft de toetsvorm ‘opdracht’ een dossier of map (soms ook portfolio genoemd) waarin een aantal van dergelijke producten zijn verzameld. Het gaat bij opdrachten vaak om het beoordelen van toepassingen van specifieke kennis en vaardigheden, zo mogelijk in de beroepspraktijk.

Assessment: hier gaat het om een meer holistische beoordeling van bekwaamheid door tenminste twee examinatoren. Meestal bestaat een assessment uit aangeleverd bewijsmateriaal in de vorm van een portfolio, aangevuld met een gesprek met de assessoren of een bespreking met medestudenten en assessoren (peerassessment). Onderdeel kan ook een performance zijn waarbij kennis en vaardigheden en attitude in een kritische beroepssituatie gedemonstreerd worden.

Page 6: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

4

Je doet er als student goed aan om vanaf het begin van je opleiding materialen te verzamelen binnen een (ontwikkelings)portfolio, waaruit je dan bij opdrachten of assessments geschikte ‘bewijsstukken’ kunt halen. De ordening van de modules binnen de lerarenopleidingen weerspiegelt de domeinen van de (nieuwe) bekwaamheidseisen, zodat een ordening van materiaal in ‘vakinhoudelijke bekwaamheid’, ‘pedagogische bekwaamheid’ en ‘vakdidactische bekwaamheid’ en de daaronder liggende ‘brede professionele basis’ erg voor de hand ligt. (Zie daarvoor de bijlage met de bekwaamheidsniveaus). Validering Validering van resultaten van leren buiten de opleiding, d.w.z. het erkennen van de kennis en kunde op minimaal hbo-propedeuseniveau die een student heeft opgedaan door (werk)ervaring (informeel leren) en door deelname aan cursussen en trainingen (non-formeel leren), is een toepassing van leerwegonafhankelijk beoordelen. Het maakt bij validering immers niet uit waar en wanneer het leren heeft plaatsgevonden, het gaat erom dat relevante leeruitkomsten aantoonbaar zijn gerealiseerd. De leeruitkomsten zijn zo geformuleerd dat zij ruimte bieden aan de studenten om op verschillende manieren en met verschillende vormen van bewijs aan te tonen dat zij de gevraagde leeruitkomsten hebben gerealiseerd. In de bijlage vind je een overzicht van de ‘standaardvalidering’ van 2018-2019. Dit is de vorm van valideren die gebaseerd is op tabellen met getuigschriften op minimaal hbo-propedeuseniveau op grond waarvan hele modules gevalideerd kunnen worden. Die lijst is door de examencommissie vastgesteld. De aanvraag voor standaardvalidering is eenvoudig en kan bij honorering door de Examencommissie bij de start van de studie vastgelegd worden. Getuigschriften die wel relevant zijn voor de opleiding, maar niet in de vastgestelde rijtjes voorkomen, kunnen bij individuele validering na de start van de studie ingebracht worden. Bij individuele validering wordt niet alleen gekeken naar getuigschriften en certificaten, maar ook naar werkervaring, en relevante kennis en ervaring opgedaan in informele leersituaties. Dit betreft per definitie een persoonlijke mix van kennis, vaardigheden en attitudes en vraagt daarom meer tijd, en ook meer inspanning. Bij deze vorm van valideren hoort een valideringsportfolio met bewijsmateriaal en reflectie. Je ontvangt aan het begin van het studiejaar hierover meer informatie en je studiecoach ondersteunt je bij een eventuele aanvraag voor individuele validering. Je kunt er ook voor kiezen om je relevante kennis en ervaring in te zetten binnen de toetsing van leeruitkomsten, dus zonder het van tevoren aan te vragen. Voordeel is dat je dan meer idee hebt van wat er precies gevraagd wordt aan inhoud, niveau e.d., en rustiger kunt beginnen. Je hebt dan echter bij de start mogelijk minder zicht op de duur van jouw studietraject. Opbouw van de opleiding in modules De opleiding is verdeeld in 8 modules. Het woord ‘module’ slaat bij de flexibele lerarenopleidingen niet op een programma-aanbod of semester, maar op een bundeling van samenhangende leeruitkomsten die bekwaamheid in een bepaald domein op een bepaald niveau aanduiden. De lerarenopleidingen hebben de leeruitkomsten ingedeeld op grond van het beheersingsniveau (zie de eerste bijlage), op grond van de domeinen van de nieuwe bekwaamheidseisen voor tweedegraads leraren per augustus 2017 (vakinhoudelijk domein, (vak)didactisch domein, pedagogisch domein en brede professionele basis), de landelijke kennisbases per opleiding en generiek zoals die vanaf 2018-2019 gelden en de afstudeerrichting (algemeen vormend onderwijs en beroepsonderwijs, onderverdeeld in vmbo en mbo).

Page 7: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

5

In beeld: module Onderwijsprofessional is eindmodule van opleiding

POSTPROPEDEUSE

PROPEDEUSE Begeleiding In de flexibele deeltijd krijg je begeleiding van een studiecoach. De studiecoach ondersteunt je bij je je studievoortgang: inventariseert jouw beginsituatie en persoonlijke wensen en bespreekt aan de hand van het aanbod, jouw mogelijkheden op de werkplek en andere factoren, wat jouw voorlopige leerarrangement voor het studiejaar wordt. Dat wordt vastgelegd in een onderwijsovereenkomst met een leerarrangement, dat regelmatig een ‘update’ krijgt. Met specifiek inhoudelijke vragen kun je terecht bij de betreffende docent of modulebeheerders (degenen die aanspreekpunt zijn voor een bepaalde module). Proces De ontwikkeling van flexibel onderwijs is een iteratief proces, d.w.z. dat steeds op grond van ervaringen en feedback van studenten, docenten en andere betrokkenen de opzet verder aangescherpt wordt. Voor de verdere ontwikkeling van flexibel onderwijs hebben we jouw input als deeltijdstudent nodig, om te ontdekken wat werkt en wat niet, of wat verder doorontwikkeld moet worden. Het is een nieuwe vorm en dat betekent uitproberen, met vallen en opstaan, en verbeteren door steeds met elkaar in gesprek te zijn. De teksten op de volgende bladzijden vormen de basis voor het studentenstatuut en de inrichting van de ondersteunende systemen zoals Progress (het studentinformatiesysteem) voor 2018-2019. We wensen je een fijne zomer toe en hopen dat je straks met plezier start met je opleiding tot leraar geschiedenis2e graad!

BASIS

VAKGEBIED

ORIENTATIE OP

ONDERWIJS EN

BEROEP

2 modules afstudeerrichting

avo, bo-vmbo of bo-mbo:

professionalisering in

praktijkcontext van de

afstudeerrichting

4 modules gericht op het

volledige tweedegraads

werkveld:

verwerving

beroepscompetenties voor

brede bevoegdheidsgebied

binnen gekozen vak

+ eigen keuze

verdieping/verbreding

VERDIEPING

VAKGEBIED

PEDAGOGIEK

KEUZE

(VAK)DIDACTIEK

2 modules propedeuse: oriëntatie op en basis van vak en beroep

HANDELINGS-

BEKWAAM LERAAR

AVO of BO

ONDERWIJS-

PROFESSIONAL

AVO of BO

Page 8: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

6

BASIS VAKGEBIED LERAAR GESCHIEDENIS (PROPEDEUSE) Korte beschrijving In deze module staat het verwerven van historische oriëntatie-kennis centraal, samen met het kunnen doen van eenvoudig historisch onderzoek en het toepassen van historische kennis en vaardigheden in de beroepspraktijk. Een geschiedenisleraar moet in staat zijn historische informatie te duiden en te plaatsen in een groter historisch kader. Je moet op inspirerende en betekenisvolle wijze de leerling een algemene oriëntatie bieden in geschiedenis zoals die voor een inwoner van Nederland het meest relevant is. Tijdens deze module leer je niet alleen een aantal belangrijke historische ontwikkelingen en verschijnselen, maar maak je ook een begin met het creëren van een historisch kader aan de hand waarvan je nieuwe historische kennis in een context kunt plaatsen. Dit gebeurt aan de hand van de tien tijdvakken, de gebruikelijke indeling van de geschiedenis zoals die op Nederlandse scholen wordt gehanteerd. Een belangrijk kenmerk van historische kennis is dat we nooit weten hoe betrouwbaar deze is. Historische kennis is namelijk niet gebaseerd op eigen waarneming, maar op de interpretatie van overblijfselen uit het verleden. Om toch iets zinnigs te kunnen zeggen over een verdwenen werkelijkheid aan de hand van nagelaten sporen uit het verleden moeten we historisch kunnen redeneren. De bijbehorende methodologie leer je door eenvoudig historisch onderzoek te doen. Historisch redeneren is ook een belangrijk onderdeel van het vak geschiedenis in het voortgezet onderwijs.

Leeruitkomsten Basiskennis geschiedenis

Je toont aan dat je oriëntatie-kennis bezit van de tien tijdvakken en de bijbehorende kenmerkende aspecten die het uitgangspunt zijn van het geschiedenisonderwijs in het voortgezet onderwijs. Je beheerst de basis van de historische methodologie en je verricht eenvoudig historisch onderzoek, waarbij je laat zien dat je historisch redeneert.

Indicatoren - Je legt het verschil tussen 'het verleden' en 'geschiedenis’ uit. - Je legt uit waarom 'periodiseren' een belangrijke taak van de historicus is. - Je beschrijft de kenmerkende aspecten van de tien tijdvakken van de kennisbasis aan de hand

van relevante en geschikte literatuur - Je laat zien dat je kennis hebt van en inzicht in de historische ontwikkelingen in de traditionele

tijdvakken Oudheid en Middeleeuwen alsmede van de Geschiedenis van Nederland aan de hand van relevante en geschikte literatuur.

- Je schrijft een historisch werkstuk dat beperkt is van omvang en is gebaseerd op een kleine hoeveelheid secundaire literatuur.

- Je maakt beroepsproducten op grond van je historische kennis.

Onderliggende kennisbasis op propedeuseniveau Kennisbasis leraar geschiedenis (2017, ingang vanaf 2018-2019) Bekwaamheidseisen leraren (ingang vanaf 2017): vakinhoudelijke bekwaamheid

Toetsing

Tentamen Geschiedenis van Nederland

Tentamen Oudheid

Page 9: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

7

Tentamen Middeleeuwen

Assessment (portfolio) Basis vakgebied geschiedenis

Page 10: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

8

ORIËNTATIE OP ONDERWIJS EN BEROEP LERAAR GESCHIEDENIS (PROPEDEUSE) Korte beschrijving Deze module heeft als doel je een goed, actueel beeld te geven van het brede onderwijsveld van het tweedegraads gebied en je eigen capaciteiten als student en (toekomstig) docent. Het is een oriëntatie op zaken als doelen en functies van onderwijs, schoolorganisatie, basisvaardigheden in leren en doceren. Na deze module heb je je eigen mogelijkheden, kracht en ontwikkelpunten in beeld opdat je weet of het docentschap iets voor je is. Zelf onderwijsactiviteiten verzorgen in het werkveld is daarbij noodzakelijk. Werkplaats leraarschap en de cursus onderwijskunde kunnen je daarbij ondersteunen. De module wordt afgesloten met een assessment op basis van een portfolio. Na afronding van de cursus Onderwijskunde kun je hetzelfde studiejaar ook al deelnemen aan het tentamen Generieke kennisbasis van de module Vakdidactiek.

Leeruitkomsten

Oriëntatie op je pedagogisch handelen Als pedagoog begeleid je leerlingen2 in hun ontwikkeling zowel op cognitief als emotioneel gebied. In een authentieke, begeleide praktijkcontext observeer je gedrag van leerlingen en leraren en verricht je zelf een aantal onderwijsactiviteiten3. Je demonstreert aan de hand van beelden en feedback (van zowel leerlingen als begeleiders) dat je leerlingen motiveert door je enthousiasme en betrokkenheid. Je maakt contact met leerlingen en laat zien dat je de leiding durft te nemen. Je reflecteert op je eigen handelen en op datgene wat je geobserveerd hebt met behulp van actuele, relevante en (wetenschappelijke) theorieën. Je geeft aan wat je ontwikkelpunten op pedagogisch gebied zijn en beschrijft je eerste ideeën over de pedagogische functie van de school, jezelf als leraar en de organisatie van leerlingbegeleiding.

Oriëntatie op je didactisch handelen Als didacticus stimuleer je leerlingen om te leren. Je laat in de voorbereidingen van je onderwijsactiviteiten zien dat je het leren van de leerlingen relateert aan de wijze waarop jij je les inricht. Je onderbouwt daarbij je didactische keuzes met behulp van actuele, relevante en theoretische concepten op het gebied van leren en didactiek. Je voert minimaal vijf onderwijsactiviteiten uit in een authentieke, begeleide praktijkcontext en blikt vervolgens terug op deze activiteiten. In je reflectie geef je aan wat je ontwikkelpunten op didactisch gebied zijn.

Oriëntatie op je rol van professional in het tweedegraads gebied Als professional demonstreer je dat je een breed overzicht hebt van het actuele werkveld in het tweedegraads gebied. Daartoe schets je in woord en/of beeld hoe het onderwijs in Nederland, en specifiek binnen het tweedegraadsgebied, is ingericht. Je onderzoekt minimaal twee actuele thema’s en dilemma’s die spelen in het onderwijs, bijvoorbeeld aan de hand van een mediadossier.

Persoonlijke professionele ontwikkeling Je reflecteert op je geschiktheid als leraar in het tweedegraadsgebied en de opleiding en onderbouwt dit met eigen praktijkervaring, persoonlijke kwaliteiten, motivatie en relevante theoretische kennis. Aan de hand van een verricht onderzoek(je) toon je aan dat je over een onderzoekende houding beschikt. Je geeft je eerste vervolgstappen aan voor je eigen

2 Onder ‘leerlingen’ wordt ook verstaan studenten, cursisten, deelnemers e.d. 3 Onderwijsactiviteiten: (delen van) lessen, bijlessen, trainingen, begeleiding etc.

Page 11: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

9

professionele ontwikkeling en een voorlopige voorkeur voor een afstudeerrichting. De manier waarop je dit doet kan de vorm hebben van een presentatie voor medestudenten en docent, of een gesprek naar aanleiding van een reflectieverslag.

Indicatoren Oriëntatie op je pedagogisch handelen

- Je gebruikt relevante terminologie en begrippenkaders m.b.t. adolescentiepsychologie, groepsdynamica, klassenmanagement en (interculturele) communicatie om praktijksituaties (eigen en geobserveerde) te analyseren.

- Je maakt contact met leerlingen, durft de leiding te nemen en geeft leerlingen op constructieve wijze feedback.

- Je hebt een eerste mening gevormd over de pedagogische functie van de leraar en de school, inclusief de wijze waarop leerlingbegeleiding georganiseerd is, op basis van onderzoek in de literatuur en praktijk.

- Je geeft aan wat je ontwikkelingsdoelen zijn op pedagogisch gebied op grond van ontvangen feedback, eigen inzichten en de theorie.

Oriëntatie op je didactisch handelen

- Je geeft aan hoe je leerlingen wilt stimuleren om te leren waarbij je de relatie legt met concepten van leren en diverse theorieën over leren, motiveren en hersenwerking.

- Je ontwerpt onderwijsactiviteiten op planmatige wijze, gebruik makend van leerdoelen, de beginsituatie van de verschillende leerlingen, leermiddelen, activerende werkvormen en evaluatie van de doelen.

- Je geeft leerlingen een (korte) instructie aansluitend bij de betreffende leerlingen. - Je verantwoordt de inhoud en de didactische aanpak van je onderwijsactiviteiten met behulp

van inzichten uit relevante en actuele theorie. - Je geeft aan wat je ontwikkelingsdoelen zijn op didactisch gebied op grond van ontvangen

feedback, eigen inzichten en de theorie. Oriëntatie op je rol van professional in het tweedegraads gebied

- Je karakteriseert de huidige inrichting van en de veranderingen in het Nederlands onderwijs vanuit historisch, sociologisch, maatschappelijk en internationaal perspectief.

- Je benoemt overeenkomsten en verschillen tussen beroepsvormend en algemeen vormend onderwijs en onderbouwt waar op dit moment jouw voorkeur als leraar naar uitgaat.

- Je licht aan de hand van een actueel onderwijsthema of – dilemma de relatie tussen overheidsbeleid, de keuzes van scholen en wat er in de klas gebeurt toe.

Persoonlijke professionele ontwikkeling

- Je hebt een helder beeld van je eigen ontwikkeling als leraar, dat correspondeert met feedback van leerlingen, begeleiders, docenten en medestudenten.

- Je beschrijft aan de hand van de bekwaamheidseisen in welke mate je geschikt bent voor het beroep van leraar in het tweedegraadsgebied en de opleiding en onderbouwt dit met eigen praktijkervaring, persoonlijke kwaliteiten, motivatie en relevante theoretische kennis.

- Je laat zien dat je kunt samenwerken, over communicatieve en feedbackvaardigheden beschikt, wendbaar bent en initiatieven neemt.

- Je beheerst de Nederlandse taal op het niveau dat voor een hbo-opleiding tot leraar vereist is. - Je toont een onderzoekende houding: je maakt onderscheid tussen waarnemen in observeren,

je kunt een relevant wetenschappelijk artikel vinden en begrijpen, je zet gericht onderzoeksinstrumenten in om informatie (data) te verkrijgen, je maakt bronvermeldingen volgens APA-richtlijnen of vakspecifieke criteria.

Page 12: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

10

- Je zet op adequate wijze reflectiemiddelen in om je eigen professionele ontwikkeling te sturen.

- Je geeft vervolgstappen aan voor je eigen professionele ontwikkeling in de vorm van een ontwikkelplan.

Onderliggende bekwaamheidseisen en kennisbases op propedeuseniveau: Kennisbasis Generiek (2017, ingang vanaf 2018-2019) Bekwaamheidseisen Leraren (ingang vanaf 2017): pedagogische bekwaamheid, vakdidactische bekwaamheid, brede professionele basis

Toetsing

Assessment (portfolio en gesprek) Oriëntatie op onderwijs en beroep

Page 13: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

11

VERDIEPING VAKGEBIED LERAAR GESCHIEDENIS (HOOFDFASE) Korte beschrijving Deze module bouwt verder op wat in de module Basis Vakgebied Geschiedenis is begonnen. Inhoudelijke en conceptuele kennis van het (school)vak Geschiedenis staat weer centraal, samen met de bijbehorende historische onderzoeksvaardigheden. In deze module is er echter naast het verwerven van oriëntatiekennis meer uitgebreide aandacht voor wat het betekent dat we nooit weten hoe betrouwbaar onze kennis van het verleden is. Historische kennis is namelijk niet gebaseerd op eigen waarneming, maar op interpretatie van overblijfselen uit het verleden. Samen met dat elke tijd zijn eigen woorden en zijn eigen waarden kent, is het begrip 'waarheid' daarom bij de bestudering van het verleden een lastig begrip. Liever spreken we daarom over beeldvorming. Je moet in staat zijn om op creatieve wijze vorm en betekenis te geven aan (beelden van) het verleden, zowel individueel als in samenwerking met anderen. Dit moet je kunnen doen met behulp van begrippen die passen bij het concept historisch redeneren als: waarheid, betrouwbaarheid, bronnen, verandering en continuïteit, periodisering, historische verklaring, historische beelden en objectiviteit in de geschiedwetenschap. Historisch redeneren is een belangrijk onderdeel van het vak geschiedenis in het voortgezet onderwijs. Het is van groot belang dat je leerlingen hiermee op een aansprekende, betekenisvolle en creatieve manier laat kennismaken.

Leeruitkomsten

Inhoudelijke en conceptuele historische kennis Je toont aan dat je inhoudelijke en conceptuele kennis hebt van de historische tijdvakken, de specifieke historische invalshoeken (theoretische, politieke, culturele en sociaal-economische geschiedenis) en staatsinrichting.

Historische onderzoeksvaardigheden Je voert literatuur- en eenvoudig bronnenonderzoek uit, met gebruik van de bijbehorende historische methodologie en historisch redeneren.

Onderzoekende houding Je laat zien dat je over een onderzoekende houding beschikt bij het bestuderen van het verleden.. Je kunt de maatschappelijke betekenis en functie van dat verleden op waarde schatten, ook in relatie tot de actualiteit,

Maken van beroepsproducten Je maakt beroepsproducten waarin je historische inhouden op creatieve wijze en op meerdere manieren vorm en betekenis weet te geven. Je maakt deze op meerdere manieren, dus én tekstueel én auditief én visueel, of in combinatie, toegankelijk voor derden. Je doet dit zowel individueel als in samenwerking met je collega’s en/ of medewerkers van culturele instellingen.

Landelijke kennisbasis geschiedenis en staatsinrichting Je beheerst de kennisbasis geschiedenis en staatsinrichting voor de domeinen en op de cognitieve niveaus zoals die voor de LKT (landelijke kennistoets) vastgesteld zijn.

Indicatoren

Page 14: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

12

- Je laat zien dat je kennis hebt van en inzicht in de historische ontwikkelingen in de traditionele tijdvakken moderne geschiedenis en eigentijdse geschiedenis aan de hand van relevante en geschikte literatuur.

- Je legt aan de hand van handboeken en andere literatuur uit wat het verschil is tussen objectieve waarheid over het verleden en geconstrueerde beelden van het verleden.

- Je construeert zelf op historisch verantwoorde wijze beelden van het verleden. - Je analyseert historische beeldvorming van anderen kritisch. - Je licht de mogelijke functies en nut van geschiedenis toe. - Je geeft de zelf geconstrueerde beelden van het verleden op creatieve wijze twee- en

driedimensionaal in beeld, geluid, tekst vorm. - Je definieert de verschillende aspecten van historisch redeneren, kunt deze herkennen,

benoemen en toepassen. - Je laat zien dat geschiedenis een ‘beeld is van het verleden’ aan de hand van een uitgewerkt

voorbeeld. - Je maakt beroepsproducten op grond van jouw beeld van het verleden.

Onderliggende kennisbasis op postpropedeuseniveau Kennisbasis leraar geschiedenis (2017, ingang vanaf 2018-2019) Bekwaamheidseisen leraren (ingang vanaf 2017): vakinhoudelijke bekwaamheid

Toetsing

Tentamen Geschiedenis van de Moderne Wereld I

Tentamen Geschiedenis van de Moderne Wereld II

Tentamen Geschiedenis van de Moderne Wereld III

Tentamen Sociaal-Economische Geschiedenis

Tentamen KBT Geschiedenis en staatsinrichting

Assessment (portfolio) Verdieping vakgebied geschiedenis

Page 15: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

13

PEDAGOGIEK – LERAAR GESCHIEDENIS (HOOFDFASE) Korte beschrijving Pedagogische bekwaamheid wordt binnen de bekwaamheidseisen als apart domein onderscheiden, al verbind je in de praktijk de rol van leraar als pedagoog altijd met je andere rollen. Het gaat er om dat jij als leraar met een professionele, ontwikkelingsgerichte werkwijze en in samenwerking met je collega´s een veilig, ondersteunend en stimulerend leerklimaat voor je leerlingen4 realiseert. Je volgt de ontwikkeling van jouw leerlingen in hun leren en gedrag en stemt jouw eigen handelen daar op af. Je draagt bij aan de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van je leerlingen. Daarbij stem je jouw pedagogisch handelen af met je collega´s en met anderen die voor de ontwikkeling van de leerling verantwoordelijk zijn. Dat impliceert ook dat jij bijdraagt aan burgerschapsvorming en de ontwikkeling van de leerling tot een zelfstandige en verantwoordelijke volwassene, waarbij het ook gaat om de begeleiding van de leerling bij zijn oriëntatie op beroepen en het ontwikkelen van beroepsidentiteit. Ook in pedagogische zin blijft jouw onderwijs van deze tijd.

Leeruitkomsten

Pedagogisch klimaat in klas en school Je creëert binnen authentieke praktijkcontexten door waarneembaar gedrag een ordelijk en veilig leer- en leefklimaat, waarin leerlingen zich kunnen ontwikkelen tot sociale, competente en zelfstandige mensen die verantwoording kunnen en willen afleggen over hun handelen. Je houdt rekening met diversiteit onder leerlingen en stemt je pedagogisch-didactisch handelen af op de onderwijsbehoeften van leerlingen. Je verantwoordt je pedagogisch handelen op basis van kennis van ontwikkeling van adolescenten, inzichten in groepsdynamica, (interculturele) communicatie en principes van klassenmanagement.

Leerlingbegeleiding Je brengt in kaart hoe de leerlingbegeleiding op een school wordt vormgegeven en welke functies hierbij zijn betrokken. Je beschrijft welke rol jij als docent kan en wil spelen in de begeleiding van leerlingen in brede zin van het woord. Je hebt zicht op de ontwikkeling van leerlingen en gaat hierover in gesprek met leerlingen en hun ouders/verzorgers. Je signaleert leer -, gedrags- en ontwikkelingsproblemen en –stoornissen en onderzoekt welke ondersteuning de leerling nodig heeft om zich optimaal te kunnen ontwikkelen en wat dit betekent voor het pedagogisch-didactisch handelen van docenten. Ook begeleid je leerlingen bij loopbaanoriëntatie en –begeleiding (LOB).

School en maatschappij Je beschrijft op welke manier de school invulling geeft aan de opdracht om leerlingen toe te rusten voor een pluriforme en democratische maatschappij. Je hebt zicht op de leefwereld van jongeren en hun sociaal-culturele achtergrond. Je onderzoekt en benoemt welke invloed actuele maatschappelijke thema’s hebben op het onderwijs en het handelen van docenten.

Indicatoren

Pedagogisch klimaat in klas en school - Je creëert een sfeer van respect en belangstelling voor elkaar. Je staat open voor inbreng van

leerlingen en je reageert hier passend op.

4 Onder leerlingen’ wordt ook verstaan studenten, cursisten, deelnemers e.d.

Page 16: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

14

- Je laat zien hoe je groepsprocessen begeleidt en stuurt. Je maakt duidelijk wat je van leerlingen verwacht en je reageert adequaat op ongewenst gedrag

- Je stimuleert het zelfvertrouwen van leerlingen en schept ruimte om te leren, inclusief het maken van fouten.

- Als coach motiveer je leerlingen om zelf antwoorden te vinden op hun vragen. Je stimuleert hen om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerproces en om na te denken over hun leergedrag

- Je houdt rekening met verschillen tussen leerlingen, bijv. in niveau, tempo, sociaal-culturele achtergrond, leerstijl

- Je stelt je professioneel op: kan feedback ontvangen en geven. Je analyseert feedback van leerlingen en collega’s met als doel je pedagogisch-didactisch handelen te verbeteren.

- Je legt in eigen woorden uit wat de kernconcepten uit de GKB, onderdeel B2 en B3 betekenen en kunt voorbeelden noemen.

Leerlingbegeleiding - Je beschrijft de visie van de school op passend onderwijs. Je brengt in kaart hoe de

leerlingbegeleiding op een school is vormgegeven en welke functies hierbij een rol spelen. - Je beschrijft welke rol jij kan en wil spelen in de begeleiding van leerlingen. Je vergelijkt en

analyseert jouw opvattingen over je pedagogische rol en die van de pedagogische visies van anderen uit de literatuur en de praktijk

- Je onderzoekt veelvoorkomende ontwikkelings-, leer- en gedragsproblemen en –stoornissen. Je beschrijft welke specifieke onderwijsbehoeften leerlingen met deze problemen hebben. Je kunt uitleggen en laten zien wat dat van jou vraagt op het gebied van pedagogisch en didactisch handelen.

- Je past in gesprekken verbale en non-verbale communicatie toe, je luistert actief en onderscheidt inhouds- en betrekkingsniveau .

- Je laat zien hoe je leerlingen begeleidt bij hun oriëntatie op beroepen en het ontwikkelen van een beroepsidentiteit.

- Je reflecteert op je pedagogisch handelen en kan je omgang met leerlingen verantwoorden. - Je legt in eigen woorden uit wat kernconcepten uit de GKB, onderdeel B4 leerlingbegeleiding

en B5 ontwikkelingstheorieën betekenen en kunt voorbeelden noemen.

School en maatschappij - Je onderzoekt welke wettelijke opdracht scholen hebben op het gebied van burgerschap. Je

brengt in kaart op welke manier een school invulling geeft aan die opdracht. - Je beschrijft welke invloed je als docent hebt op de morele ontwikkeling van studenten - Je beschrijft hoe jij rekening houdt met diversiteit onder leerlingen. - Je analyseert overeenkomsten en verschillen tussen jouw normen en waarden en die van

anderen (leerlingen, ouders, collega’s). Je reflecteert op je eigen aannames, (voor)oordelen en de invloed hiervan op de verwachtingen t.a.v. het gedrag en leerresultaten van leerlingen.

- Je onderzoekt welke invloed diversiteit heeft op onderwijskansen van leerlingen; daarbij gaat het om verschillen in cultuur, etniciteit en sociaal-economische klasse.

- Je onderzoekt welke invloed actuele maatschappelijke thema’s hebben op de manier waarop jongeren opgroeien en zich ontwikkelen, het onderwijs en het handelen van docenten. (bijv. individualisering en technologische ontwikkelingen)

- Je legt de kernconcepten uit de GKB, onderdeel B1 school en maatschappij uit en noemt voorbeelden.

Onderliggende bekwaamheidseisen en kennisbases op niveau hoofdfase: Kennisbasis Generiek (2017, ingang vanaf 2018-2019): B1, B2, B3, B4, B5 en A3, A4 en A5 Bekwaamheidseisen leraren (ingang vanaf 2017): pedagogische bekwaamheid

Page 17: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

15

Toetsing Opdracht Pedagogisch klimaat in klas en school Opdracht Leerlingbegeleiding Opdracht School en maatschappij

Page 18: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

16

VAKDIDACTIEK LERAAR GESCHIEDENIS (HOOFDFASE) Korte beschrijving Bij (vak)didactiek Geschiedenis komen vakinhoudelijke, pedagogische en (vak)didactische kennis en kunde samen. Het gaat bij (vak)didactiek om de manier waarop je als docent de vakinhoud leerbaar maakt voor je leerlingen5, hen stimuleert in hun ontwikkeling en tot het gewenste niveau brengt. Wat motiveert hen, hoe breng je de leerstof tot leven, wat verbetert hun leervermogen? Bij (vak)didactiek gaat het om de manier waarop je leerdoelen en de vakinhoud relateert aan het niveau en de kenmerken van je leerlingen. Waarom zet je de gekozen methodieken en middelen in en hoe pakken die vervolgens uit? Daarvoor kijk je goed naar je leerlingen, volg je hun ontwikkeling en toets je of de leerdoelen gerealiseerd worden. Op basis van systematische analyse en evaluatie stel je zo nodig je (vak)didactische aanpak bij. Essentieel is dat je onderwijs bijdetijds is, zowel in digitale of technologische zin als in de wijze van aansluiten bij de leerlingen, de actualiteit en de nieuwste inzichten in leerprocessen.

Leeruitkomsten (Vak)didactische bekwaamheid

Je beschikt over een breed repertoire aan (vak)didactische kennis en kunde, inclusief digitale didactiek. Je ontwerpt op systematische wijze onderwijsactiviteiten voor het gehele tweedegraadsgebied op basis van relevante, actuele (vak)didactische kennis: gericht op zowel avo- als mbo- en vmbo-leerlingen, zowel docentgestuurde als leerlinggestuurde onderwijsactiviteiten, zowel voor mono- als multidisciplinaire settings. Je draagt bij aan het aanleren van vaardigheden die leerlingen nodig hebben om te functioneren in de (toekomstige) maatschappij. Je voert (vak)didactisch verantwoorde onderwijsactiviteiten uit binnen een authentieke (deels begeleide) praktijkcontext, waarbij je het leren van de leerlingen, met hun verschillende talenten en achtergronden, faciliteert en stimuleert. Je zet daarvoor op verantwoorde wijze (digitale) leermiddelen en activerende werkvormen in en creëert een veilig en effectief werk- en leerklimaat. Je gebruikt verschillende soorten evaluatiemiddelen om het geleerde te toetsen en gebruikt de toetsresultaten om het leren van de leerlingen te bevorderen. Je handelt vanuit een eerste, eigen visie op (vak)didactiek. Je evalueert je (vak)didactisch handelen op grond van eigen reflectie en ontvangen feedback van onder andere leerlingen en begeleiders.

Generieke kennisbasis tweedegraads lerarenopleidingen Je demonstreert via een voldoende resultaat op een gestandaardiseerde toets dat je de belangrijkste onderwijskundige kernconcepten van de generieke kennisbasis voor tweedegraads leraren6 kent en begrijpt.

Digitale didactiek

Je toont via je ICT-portfolio aan dat je dat je ICT als leermiddel toepast en onderbouwde keuzes maakt om ICT op een bepaald moment wel of niet in het leerproces in te zetten. Zo maak je inzichtelijk wat volgens jou de meerwaarde kan zijn van ICT-gebruik in het onderwijsleerproces binnen het vakgebied van leraar geschiedenis.

5 Onder ‘leerlingen’ wordt ook verstaan studenten, cursisten, deelnemers e.d. 6 https://www.10voordeleraar.nl/

Page 19: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

17

Indicatoren

(Vak)didactische kennis en kunde: - Je hebt kennis van de belangrijkste leertheorieën en (vak)didactische concepten en integreert

deze adequaat in onderwijsactiviteiten. - Je leert leerlingen geschiedenis en M&M historische kennis, denkwijzen, attitudes en

vaardigheden aan, na hiervoor haalbare leerdoelen te hebben geformuleerd.. - Je ontwerpt vanuit een vakinhoudelijke en vakdidactische beheersing van het schoolvak, met

behulp van een breed scala aan vakdidactische methoden en werkwijzen, op creatieve, doelgerichte, effectieve manier, geschiedenislessen en historische educatieve producten. Je voert ze uit, evalueert ze en past ze aan. Je onderbouwt daarbij je keuzes vanuit een visie op geschiedenisonderwijs.

- Je ontwerpt onderwijsactiviteiten gericht op diverse contexten, aansluitend bij de betreffende doelgroepen: avo, vmbo en mbo, en voor mono- en multidisciplinaire settings (vakoverstijgend en/of leergebied).

- Je ontwikkelt je vanuit je eigen vakgebied vakoverstijgende lesactiviteiten gericht op actief en samenwerkend leren.

- Je beschrijft hoe je jouw vakdidactische toepassingen afstemt met zowel je collega's geschiedenis als met die van andere schoolvakken.

- Je beschrijft op welke wijze jouw geschiedenisonderwijs past in het programma en van de geschiedenissectie, in het bijzonder in de voorbereiding van de leerling op het examen.

- Je maakt verantwoord gebruik van bestaand lesmateriaal of/en eigen materiaal om het leren van de leerlingen te bevorderen.

- Je activeert leerlingen om te leren door passende, activerende werkvormen in te zetten en te differentiëren naar tempo, niveau en manieren van leren.

- Je past de stappen van de toetscyclus (samenstellen, afnemen, evalueren) voor alle onderdelen van het vak geschiedenis toe, en maakt daarbij gebruik van actuele ideeën m.b.t. evalueren en toetsen.

- Je maakt verwachtingen en leerdoelen aan leerlingen duidelijk, motiveert hen deze te halen en sluit aan bij de doelgroep: in de keuze voor het lesmateriaal, de manier van uitleggen en taalgebruik.

- Je creëert een veilig en effectief werk- en leerklimaat door de wijze van vragen stellen, feedback geven en adequaat klassenmanagement.

- Je signaleert leerproblemen en zoekt, indien nodig met behulp van collega’s, naar oplossingen. - Je reflecteert systematisch, aan de hand van feedback van leerlingen, begeleider(s), collega’s,

en theoretische inzichten, op eigen (vak)didactisch handelen. Onderzoekende houding en visievorming - Je toont aan dat je op systematische wijze lessen kunt ontwerpen, uitvoeren en evalueren,

gebruikmakend van relevante, actuele, (wetenschappelijke) literatuur en waarnemingen in de praktijk.

- Je formuleert een eigen goed onderbouwde visie op geschiedenisonderwijs op grond van actuele ontwikkelingen voor geschiedenisdidactiek en didactiek in het algemeen.

- Je beschrijft op welke wijze jouw vakdidactische toepassingen passen in de onderwijskundige visie van de geschiedenissectie en de school.

Landelijke generieke kennisbasis tweedegraads lerarenopleidingen

Je hanteert de belangrijkste kernconcepten (van alle drie de domeinen: didactisch, pedagogisch en professioneel handelen) zoals omschreven in de landelijke generieke kennisbasis op het niveau van kennen en begrijpen.

Page 20: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

18

ICT & didactiekportfolio

Je levert een brede staalkaart aan zelfgemaakt e-didactisch materiaal op in de vorm van een navigeerbaar online portfolio.

Onderliggende bekwaamheidseisen en kennisbases op hoofdfaseniveau:

Kennisbasis Generiek (2017, ingang vanaf 2018-2019)

Kennisbasis leraar geschiedenis (2017, ingang vanaf 2018-2019): thema’s vakdidactiek

Bekwaamheidseisen leraren (ingang vanaf 2017): vakdidactische bekwaamheid

Toetsing

Assessment (portfolio) vakdidactiek leraar geschiedenis

Tentamen generieke kennisbasis tweedegraads lerarenopleidingen

Opdracht ICT & didactiek leraar geschiedenis

Page 21: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

19

KEUZE – LERAAR GESCHIEDENIS (HOOFDFASE) Korte beschrijving Deze module biedt je kansen om je te profileren, te verdiepen of te verbreden, zodat je als leraar meerwaarde krijgt voor jezelf, je leerlingen, de school of mogelijk daarbuiten. Je kunt je bijvoorbeeld richten op:

de aansluiting basisonderwijs – voortgezet onderwijs,

internationalisering en culturele diversiteit,

burgerschap in het mbo,

ICT en onderwijs,

een pre-master (alleen voor Duits, Engels, economie, Fries, natuurkunde, Nederlands en wiskunde)

vakoverstijgend onderwijs binnen leergebieden, of

een andere voor jou relevante invulling. Een andere mogelijkheid is een keuze te maken uit het minoraanbod binnen en buiten de Hogeschool. Via je studiecoach kan je meer informatie krijgen en je kan je bijvoorbeeld ook oriënteren via https://www.kiesopmaat.nl/. In overleg met je studiecoach formuleer je een voorstel voor invulling van de module keuze op basis van jouw wensen en ervaringen. Een bindende voorwaarde daarbij is dat jouw invulling van de module keuze inhoudelijk geen overlap mag vertonen met één van de andere zeven modules uit je opleiding. Aan de omvang en het niveau van jouw invulling wordt de eis gesteld dat deze bij benadering het equivalent van 30 EC beslaat en (minimaal) op hbo-niveau is. Jouw invulling van de module Keuze is ter beoordeling aan de examencommissie TLO en dient daar ook aangevraagd en indien akkoord goedgekeurd te worden. Van die goedkeuring ontvang je bericht. Wanneer je klaar bent met de invulling die je gekozen hebt overleg je daarvan een bewijs aan de examencommissie waarna een resultaat geregistreerd wordt in Progress. Voor een aanzienlijk aantal studenten Flexibel Onderwijs zal het zo zijn dat zij eerder afgeronde opleidingen kunnen inzetten als invulling van de module Keuze. De standaardvalideringsmatrix geeft daarover meer informatie. De aanvraag om de module Keuze op deze wijze standaard gevalideerd te krijgen gaat via de examencommissie.

Leeruitkomsten Afhankelijk van jouw invulling van de module Keuze zullen de leeruitkomsten verschillen. In algemene termen kan gezegd worden dat de leeruitkomst in ieder geval is dat je jezelf qua kennis en/of vaardigheden op (minimaal) HBO-niveau verbreedt en/of verdiept ten opzichte van de specifieke lerarenopleiding die je volgt.

Indicatoren Afhankelijk van jouw invulling van de module Keuze zullen de indicatoren verschillen.

Toetsing Afhankelijk van jouw invulling van de module Keuze zal de toetsing verschillen.

Indien voor een bepaalde invulling gekozen wordt zal aan de examencommissie bewijs overlegd moeten worden dat de overeengekomen leeruitkomsten zijn behaald. Na goedkeuring wordt dit resultaat verwerkt.

Indien standaardvalidering van toepassing is zal ‘validering’ als resultaat worden vermeld.

Page 22: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

20

AFSTUDEERRICHTING

HANDELINGSBEKWAAM LERAAR GESCHIEDENIS AVO OF BO (AFSTUDEERFASE) Korte beschrijving In de afstudeerfase functioneer je als zelfstandig leraar geschiedenis op een school in het tweedegraads werkveld. Je hebt je eigen groepen en bent verantwoordelijk voor onderwijs en begeleiding passend binnen de kaders van jouw school en afstudeerrichting. Je toont aan dat je in staat bent om eigen onderwijs te ontwerpen, uit te voeren en te evalueren. Je handelt als leraar en collega op eindniveau van de opleiding, zoals beschreven in de per 1 augustus 2017 geldende bekwaamheidseisen7.

Leeruitkomsten

Handelingsbekwaam leraar geschiedenis avo of bo Je past jouw kennis, vaardigheden en inzichten toe in de praktijk als een handelingsbekwaam leraar binnen de kaders van de bekwaamheidseisen. Dat betekent dat je doelmatig handelt t.a.v. leerlingen, collega’s en alle andere betrokkenen, in het voorbereiden, uitvoeren, evalueren en ontwikkelen van onderwijs op jouw (WPL-)school.

Indicatoren Handelingsbekwaam leraar geschiedenis - Je creëert een ordelijk en veilig werk- en leerklimaat in verschillende onderwijsleersituaties en

onderzoekt bij moeilijkheden mogelijke oplossingen. - Je differentieert tussen leerlingen, dat wil zeggen dat je effectief en gefundeerd inspeelt op

verschillen tussen leerlingen/studenten, zowel pedagogisch als didactisch. Je maakt inzichtelijk wat dat van jou als leraar vraagt, ook in de communicatie met andere betrokkenen.

- Je verzorgt effectieve en activerende leeractiviteiten die je vakinhoudelijk en (vak)didactisch verantwoordt. Deze zijn ingebed in een lange termijnplanning en dragen bij aan lange termijndoelen die gericht zijn op ontwikkeling.

- Je toont aan hoe jouw opvattingen over onderwijs en vakgebied zichtbaar worden in de eigen onderwijspraktijk. Je toont een onderzoekende houding en laat zien dat je kritisch nadenkt over je ervaringen in het onderwijs. Je analyseert en evalueert jouw onderwijs waarbij je gegevens verzamelt en verwerkt om jezelf en het onderwijs dat je aanbiedt te verbeteren.

- Je toont aan betrouwbaar en proactief te zijn als collega binnen de vakgroep/het team op de school.

Onderliggende bekwaamheidseisen en kennisbases op niveau afstudeerfase: Kennisbasis Generiek (2017, ingang vanaf 2018-2019) Kennisbasis leraar geschiedenis (2017, ingang vanaf 2018-2019) Bekwaamheidseisen leraren (ingang vanaf 2017)

Toetsing:

Assessment (portfolio + gesprek) Handelingsbekwaam leraar geschiedenis avo/bo

7 https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2017-148.html

Page 23: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

21

AFSTUDEERRICHTING

ONDERWIJSPROFESSIONAL LERAAR GESCHIEDENIS AVO OF BO (AFSTUDEERFASE) Korte beschrijving Met het afronden van deze module toon je aan dat je als onderwijsprofessional kunt functioneren in het tweedegraads werkveld voor jouw opleiding leraar xx. Als professional draag je bij aan een onderwijscultuur die gericht is op het systematisch vergroten van de kwaliteit van het onderwijs voor je leerlingen/studenten. Dit betekent dat je onderzoeksmatig te werk kunt gaan om voorkomende problemen op te lossen, toekomstgericht onderwijs te ontwerpen en bij te dragen aan innovaties binnen een school. Je maakt je kritisch reflectieve houding ten aanzien van je eigen ontwikkeling zichtbaar waarbij je je handelen kunt uitleggen en verantwoorden in lijn met je visie op onderwijs en beroep in de context van je opleiding en afstudeerrichting.

Leeruitkomsten

Afstudeeronderzoek: didactisch ontwerp Je doorloopt een ontwerpcyclus op basis van een eigen probleemanalyse, wat resulteert in het ontwerpen, uitvoeren en evalueren van een (vak)didactisch ontwerp.8

Professioneel profiel Je ontwikkelt door gebruik van verschillende methoden nieuwe inzichten op actuele (vak)didactische, pedagogische en vakoverstijgende aspecten ten behoeve van je eigen ontwikkeling en schoolontwikkeling. Je geeft zelf je professionele ontwikkeling vorm en verbindt je professioneel handelen aan je visie op onderwijs en beroep. Daarbij ben je je bewust van je sociaal-maatschappelijke verantwoordelijkheid om niet alleen bij te dragen aan de kwalificatie, maar ook aan de socialisatie en persoonsvorming van je leerlingen/studenten.

Indicatoren Didactisch ontwerp

- Je analyseert problemen of ambities uit je eigen praktijkcontext in een vooronderzoek, waarbij je gebruik maakt van inzichten uit publicaties die op onderzoek gebaseerd zijn.

- Je ontwikkelt met gebruik van de analyse uit je vooronderzoek een didactisch ontwerp. - Je evalueert het effect van het uitgevoerde ontwerp en stelt het ontwerp zo nodig bij. Professioneel profiel

- Je verdiept en/of verbreedt je kennis, vaardigheden en inzichten in het licht van vak(didactische) ontwikkelingen en de ontwikkeling van de generieke kennis in de context van je opleiding en de afstudeerrichting.

- Je toont aan dat je je als leraar en collega sociaal-maatschappelijk en ethisch verantwoordelijk opstelt en jouw leerlingen/studenten voorbereidt op de maatschappij door maatschappelijke, regionale en/of internationale ontwikkelingen aan de orde te stellen.

- Je toont aan hoe jij invulling geeft aan de rol die jij speelt in de socialisatie en persoonsvorming van de leerling.

- Je hebt een onderwijs- en vakvisie onderbouwd met actuele literatuur en je verbindt die aan voorbeelden uit de onderwijspraktijk

8 In overleg met de examinator zijn andere manieren mogelijk om de ontwerpcyclus te doorlopen.

Page 24: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

22

- Je laat zien dat je je professionele identiteit ontwikkelt door middel van een reflectieve cyclus, daarbij gebruik makend van je eigen talenten, waarden, overtuigingen en kennis, en die van anderen.

Onderliggende bekwaamheidseisen en kennisbases op niveau afstudeerfase Kennisbasis Generiek (2017, ingang vanaf 2018-2019) Kennisbasis leraar geschiedenis (2017, ingang vanaf 2018-2019) Bekwaamheidseisen leraren (ingang vanaf 2017)

Toetsing:

Opdracht Afstudeeronderzoek: Didactisch ontwerp

Assessment (portfolio en performance) Onderwijsprofessional leraar geschiedenis avo/bo

Page 25: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

23

Bijlage 1: Bekwaamheidsniveaus

Niveaus bekwaamheidseisen TLO NHL Stenden 2018-2019 Inleiding Sinds augustus 2017 gelden de nieuwe bekwaamheidseisen voor leraren in het voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs 9. Omdat de landelijk vastgelegde bekwaamheidseisen alleen het eindniveau van de lerarenopleiding beschrijven (‘startbekwaamheid’), is het nodig om als duiding van het beoogde niveau van leeruitkomsten binnen de NHL Stenden lerarenopleidingen een verdere indeling te maken. Dat wordt gedaan in onderstaande beschrijving van kennis, kunde en attitude in de bekwaamheidsniveaus voor de propedeuse, hoofdfase en afstudeerfase. De genoemde omschrijvingen geven de minimale eisen (niet alles wat kan, maar het minimum dat moet) aan die de student in zijn bekwaamheidsontwikkeling per fase van de studie dient te tonen, zodat de student bij het ontvangen van het diploma startbekwaam is. Onderstaand document geldt voor het studiejaar 2018-2019 en beoogt een ‘dynamisch document’ te zijn, dat in de verdere ontwikkeling van Design Based Education (DBE) en Flexibel Onderwijs (FO) op grond van ervaringen van collega’s uit het werkveld en de opleidingen aangescherpt kan worden. Bekwaamheidsniveau 1 is het minimale niveau bij afsluiting van de propedeutische fase waarmee de student aantoont ‘hoofdfasebekwaam’ te zijn. Bekwaamheidsniveau 2 is het minimale niveau bij afsluiting van de hoofdfase/ postpropedeusedeel voorafgaand aan de afstudeermodules, waarmee de student aantoont ‘afstudeerfasebekwaam’ te zijn. Bekwaamheidsniveau 3 is het eindniveau van de afstudeerfase en daarmee van de hele bacheloropleiding, waarmee de student zich kwalificeert als ‘startbekwaam’ docent. De nieuwe bekwaamheidseisen zijn gefundeerd in een brede professionele basis, die echter door de wetgever alleen in algemene termen omschreven wordt. Voor deze brede professionele basis stellen de tweedegraads lerarenopleidingen van NHL Stenden een eigen invulling voor, gebaseerd op gewenste nadere specificering en eigen kleuring. Het gaat dan om elementen uit het onderwijsconcept zoals ontwerpend leren (DBE), onderzoekende houding en persoonlijke professionele ontwikkeling. Deze kwalificatie-eisen worden samengenomen onder de noemer ‘brede professionele basis’. Ze hebben vooral betrekking op professionele houdingsaspecten en worden in onderlinge afstemming met het werkveld (opleidingsscholen) de komende jaren verder ingekleurd. De bekwaamheidsniveaus liggen ten grondslag aan de leeruitkomsten en beoordeling van het behalen daarvan. De leeruitkomsten concretiseren hoe de student aantoont dat hij tenminste het niveau zoals gewenst bij die fase of modules heeft bereikt. Bronnen voor dit document zijn, naast diverse TLO-interne documenten:

https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/werken-in-het-onderwijs/bekwaamheidseisen-leraren

https://www.beroepsbeeldvoordeleraar.nl/

https://isvw.nl/wp-content/uploads/2017/12/Notitie-bildung-en-burgerschap-LRB-2017-.pdf

9 Zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/werken-in-het-onderwijs/bekwaamheidseisen-leraren

Page 26: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

24

EEN BEKWAME LERAAR10

Uit het wetsartikel bekwaamheidseisen voor leraren: Een bekwame leraar is een leraar die heeft aangetoond dat hij met zijn vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogische kennis en kunde zijn werk als leraar en als deelnemer aan de professionele onderwijsgemeenschap die hij samen met zijn collega’s vormt, kan verrichten op een professioneel doelmatige en verantwoorde wijze. De bekwaamheid van de leraar wordt in belangrijke mate bepaald door zijn vakinhoudelijke en pedagogisch-didactische kennis en kunde. De basis daarvan wordt in de bekwaamheidseisen vastgelegd. Bij de interpretatie van de bekwaamheidseisen zijn de volgende uitgangspunten van belang:

De leraar is een professional: Hij heeft een complex professioneel beroep dat hoge eisen stelt aan het niveau van zijn beroepskennis en -kunde. De leraar werkt in een professionele ruimte waarin hij verantwoordelijkheid neemt en voortdurend afwegingen en keuzes maakt. Hij werkt met een onderzoekende, resultaat- en ontwikkelingsgerichte houding zowel in de dagelijkse uitvoering als bij het bijstellen en verbeteren van het onderwijs. Het vermogen om zich blijvend te kunnen ontwikkelen in zijn werk, samen met en van zijn collega’s te kunnen leren en bij de tijd te blijven is daarbij essentieel. Met collega’s worden hier professionals bedoeld, ook van andere beroepen en zowel binnen als buiten de school. Het meewerken aan innovatie en onderzoek wordt onder deze uitspraak begrepen. Als professional in het onderwijs kan hij op basis van een brede algemene ontwikkeling, actuele ontwikkelingen in de samenleving vertalen naar zijn onderwijspraktijk.

Het gewenste niveau van beroepskennis en -kunde: maakt het noodzakelijk dat de leraar een opleiding voltooid heeft op ten minste bachelor- of masterniveau of een opleiding die daaraan gelijkwaardig is. Deze opleidingen moeten voldoen aan algemene criteria van niveau en kwaliteit, die dus ook voor deze bekwaamheidseisen gelden. Eisen betreffende de taal- en rekenvaardigheid van de leraar maken hier deel van uit. Deze criteria vormen het referentiekader voor het vaststellen van het niveau van bekwaamheid. Voor deze criteria wordt verwezen naar de eerder in paragraaf 2.4.4 genoemde Dublin-descriptoren en naar het Europees Kwalificatie Kader (niveau 6 en 7).

Werken in het onderwijs is teamwerk: samenwerken met collega’s, ouders en anderen, het aanspreken en aanspreekbaar zijn en het professionele handelen uitleggen en verantwoorden. Dit vereist communicatieve vaardigheden en goed kunnen samenwerken. Anderen zijn in deze context degene die professioneel bij de leerling of bij het onderwijs betrokken zijn. Dat kunnen onder andere beroepsbeoefenaren zijn in de sfeer van jeugdwerk, maatschappelijk werk, justitie of gezondheidszorg. Het gaat bijvoorbeeld ook om contacten met buitenschoolse opvang of samenwerking op het gebied van sport, kunst en cultuur. In het beroepsonderwijs bijvoorbeeld ook om de samenwerking met stage-bedrijven en begeleiders op de werkplek. Om zijn beroep goed te kunnen uitoefenen moet de leraar kunnen organiseren, plannen en prioriteiten stellen.

Bekwaamheid is meer dan kennis en kunde: In de interactie tussen de leraar en de leerling spelen de persoonlijkheid en de beroepshouding van de leraar een belangrijke rol. Het is daarom essentieel dat de leraar beschikt over zelfkennis en in staat is tot kritische reflectie op zichzelf in het professionele handelen.

Deze uitgangspunten zijn bij de lerarenopleidingen van NHL Stenden vooral geëxpliciteerd in de onderliggende

‘brede professionele basis’. Omdat ze onder de andere bekwaamheidsdomeinen liggen, vervullen ze een

essentiële rol in de opleiding tot leraar. Inhoudelijk zijn ze verbonden met de andere drie domeinen, maar de

focus ligt meer op attitude dan op kennis en kunde.

10 N.B. Waar in dit document gesproken wordt van ‘leraar’, wordt ook docent in het beroepsonderwijs

bedoeld. Waar gesproken wordt van ‘leerling’, worden ook mbo-studenten, cursisten en andere benamingen

van lerenden bedoeld. Waar ‘hij’ staat of ‘zijn’, moet ook ‘zij’ en ‘haar’ gelezen worden.

Page 27: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

25

1 BREDE PROFESSIONELE BASIS VOOR BEKWAAMHEID EN KWALIFICATIE

LERAAR VO en DOCENT EDUCATIE EN BEROEPSONDERWIJS

(Bij het eindniveau 3 staat in groen wat een eigen toevoeging van de TLO NHL Stenden is.) Op basis van gevorderde kennis en kunde heeft binnen zijn vakgebied, de vakdidactiek daarvan en pedagogische theorieën en methodieken die relevant zijn voor zijn onderwijs, en ondersteund door gespecialiseerde handboeken en onderwijsmethodes kan de leraar:

zijn eigen onderwijs vormgeven, afstemmen op het niveau en de kenmerken van zijn leerlingen, uitvoeren, evalueren en bijstellen.

samenwerken met collega’s in - en waar relevant ook buiten - de eigen instelling en zijn professionele handelen waar nodig afstemmen met hen.

bijdragen leveren aan onderwijskundige ontwikkelingen door het raadplegen van bronnen, het inbrengen van informatie en kritische bijdragen aan oordeelsvorming en het oplossen van praktijkproblemen.

meewerken aan praktijkgericht onderzoek ten behoeve van onderwijsontwikkelingen en gebruik maken van nieuwe kennis en inzichten uit onderzoek die praktijkgericht zijn uitgewerkt en beproefd.

zijn professionele handelen uitleggen en verantwoorden.

zelfstandig vormgeven aan zijn professionele ontwikkeling.

1 BREDE PROFESSIONELE BASIS

Bekwaamheidsniveau 1 Bekwaamheidsniveau 2 Bekwaamheidsniveau 3 Onderwijsontwerpcyclus

De student kan in vereenvoudigde vorm de onderwijsontwerpcyclus doorlopen.

De student kan gebruik maken van kennis en inzichten uit onderzoek.

De student draagt bij aan de oplossing van (praktijk)vragen door het raadplegen van bronnen en het inbrengen van informatie.

Professionele ontwikkeling

De student maakt de rolverwisseling van student naar lerende professional.

De student kan leeractiviteiten ondernemen om zicht te krijgen op eigen geschiktheid voor het leraarschap.

De student verkent zijn persoonlijke talenten in relatie tot het beroep.

De student is zich bewust van de rol van overtuigingen en waarden die onder gedrag liggen.

Onderwijsontwerpcyclus

De student kan in diverse praktijkcontexten eigen onderwijs ontwerpen, afstemmen op het niveau en de kenmerken van zijn leerlingen, uitvoeren en evalueren op effect.

De student maakt gebruik van nieuwe kennis en inzichten uit onderzoek en praktijk.

De student draagt bij aan de oplossing van praktijkvragen door het raadplegen van bronnen en het inbrengen van informatie en bijdragen aan oordeelsvorming.

Professionele ontwikkeling

De student kan op zijn professionele handelen reflecteren en ontwikkelt een professionele attitude aan de hand van betekenisvolle leerervaringen.

De student kan leerdoelen stellen die richting geven aan zijn professionele ontwikkeling.

De student is zich bewust van zijn persoonlijke professionele talenten.

De student kan de overtuigingen en waarden die onder zijn eigen gedrag liggen benoemen en reflecteren op het effect daarvan op anderen.

Onderwijsontwerpcyclus

De leraar kan zijn eigen onderwijs vormgeven, afstemmen op het niveau en de kenmerken van zijn leerlingen, uitvoeren, evalueren op effect en het onderwijsontwerp waar nodig bijstellen.

De leraar doet praktijkgericht onderzoek ten behoeve van onderwijsontwikkelingen en maakt gebruik van nieuwe kennis en inzichten uit onderzoek die praktijkgericht zijn uitgewerkt en beproefd.

De leraar kan bijdragen leveren aan onderwijskundige ontwikkelingen door het raadplegen van bronnen, het inbrengen van informatie en kritische bijdragen aan oordeelsvorming en het oplossen van praktijkproblemen.

Professionele ontwikkeling

De leraar kan zijn professionele handelen uitleggen en verantwoorden.

De leraar kan zelfstandig vormgeven aan zijn professionele ontwikkeling.

De leraar zet zijn persoonlijke professionele talenten in voor zijn leerlingen, collega’s en de school, binnen de richting die hij gekozen heeft.

De leraar kan de overtuigingen en waarden die onder zijn eigen gedrag liggen benoemen en koppelen aan zijn visie, als reflectieve professional die voortdurend nadenkt over het eigen handelen en over effecten daarvan op leerlingen/ collega’s.

Professionele samenwerking

Page 28: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

26

Professionele samenwerking

De student kan samenwerken met medestudenten in en buiten de opleiding en met docenten en collega’s in het werkveld.

De student kan constructief samenwerken.

De student kan basale gespreksvaardigheden toepassen.

De student kan situaties vanuit verschillende perspectieven bekijken.

Beroepsbeeld en beroepsgroep

De student is zich bewust van de diversiteit binnen het onderwijs m.b.t. regionale, nationale en internationale verschillen in maatschappelijke, etnische, sociaal-economische en levensbeschouwelijke achtergronden.

De student is zich bewust van de rolmodelfunctie van een docent en van de verschillende functies van onderwijs in de kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming van leerlingen.

De student heeft een globaal beeld van leraarschap in het tweedegraads gebied en zijn eigen eerste beeld van ‘ideaal onderwijs’.

De student is zich bewust in contact met het werkveld dat hij deel uitmaakt van een beroepsgroep.

Professionele samenwerking

De student kan samenwerken met medestudenten in en buiten de opleiding en met docenten en collega’s in het werkveld, en zijn professionele handelen waar nodig afstemmen met hen.

De student is bekend met methoden voor collegiale consultatie, intervisie en andere vormen van samenwerken ten behoeve van de eigen ontwikkeling.

De student kan gesprekken voeren met en over zijn leerling.

De student herkent situaties waarin belangen / standpunten / emoties conflicteren.

Beroepsbeeld en beroepsgroep

De student houdt in zijn onderwijs rekening met de diversiteit van zijn leerlingen in relatie tot maatschappelijke, regionale tot internationale, ontwikkelingen.

De student kan zijn sociaalmaatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden als docent benoemen in relatie tot de kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming van zijn leerlingen.

De student kan enkele eigen praktijkervaringen en theorie koppelen aan een globale onderwijs- en vakvisie.

De student is bekend met enkele vormen waarin de beroepsgroep zich organiseert.

De leraar kan samenwerken met collega’s in - en waar relevant ook buiten - de eigen instelling en zijn professionele handelen waar nodig afstemmen met hen.

De leraar kan methoden voor collegiale consultatie, intervisie, supervisie en andere vormen van samenwerken inzetten ten behoeve van de eigen ontwikkeling of die van de school.

De leraar kan gesprekken voeren met derden in belang van de ontwikkeling van zijn leerling.

De leraar gaat professioneel om met situaties waarin belangen / standpunten / emoties conflicteren.

Beroepsbeeld en beroepsgroep

De leraar kan zijn onderwijs afstemmen op maatschappelijke, regionale tot internationale, ontwikkelingen en zijn leerlingen voorbereiden op de maatschappij, met verdiepende kennis van de contextspecifieke aspecten van (voorbereidend) beroepsonderwijs of algemeen vormend onderwijs (afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting).

De leraar gedraagt zich naar zijn sociaalmaatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden als docent, in zijn bijdrage aan de kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming van zijn leerlingen.

De leraar baseert zijn handelen als docent op een onderwijs- en vakvisie en onderbouwt die visie met theorie en eigen praktijkervaring.

De leraar is bekend met de vormen waarin de beroepsgroep zich internationaal, landelijk en regionaal organiseert en actuele ontwikkelingen daarin.

Page 29: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

27

2 VAKINHOUDELIJKE BEKWAAMHEID LERAAR VO en DOCENT EDUCATIE EN

BEROEPSONDERWIJS

(Bij het eindniveau 3 staat blauw gecursiveerd wat specifiek voor de afstudeerrichting Beroepsonderwijs is.) Vakinhoudelijk bekwaam betekent dat de leraar of docent in ieder geval: a. de inhoud van zijn onderwijs beheerst; b. boven de leerstof staat; c. de leerstof zo kan samenstellen, kiezen of bewerken dat zijn leerlingen die kunnen leren; d. vanuit zijn vakinhoudelijke expertise verbanden kan leggen met het dagelijks leven, met werk en met

wetenschap; e. kan bijdragen aan de algemene vorming van zijn leerlingen; f. zijn vakkennis en -kunde actueel houdt.

2 VAKINHOUDELIJKE BEKWAAMHEID

Bekwaamheidsniveau 1 Bekwaamheidsniveau 2 Bekwaamheidsniveau 3 kennis (opleidingsspecifiek, zie ook de vakkennisbasis)

kennis (opleidingsspecifiek, zie ook de vakkennisbasis)

kennis

De leraar beheerst de leerstof qua kennis en vaardigheden waarvoor hij verantwoordelijk is en kent de theoretische en praktische achtergronden van zijn vak.

De leraar kent de relatie van de leerstof voor zijn vak met de kerndoelen, eindtermen en eindexamenprogramma’s. + voor beroepsonderwijs: heeft actuele

kennis van beroepen in de branche of

branches waarvoor hij opleidt en kan

verband leggen tussen de leerstof en de

kwalificatiedossiers van die branche of

branches.

De leraar overziet de opbouw van het curriculum van zijn vak, de plaats van zijn vak in het curriculum van de opleiding en de doorlopende leerlijnen.

De leraar of docent weet hoe zijn onderwijs voortbouwt op het voorgaande onderwijs en voorbereidt op vervolgonderwijs of de beroepspraktijk.

De leraar kent de samenhang tussen de verschillende verwante vakken, leergebieden en lesprogramma’s.

De leraar heeft zich theoretisch en praktisch verdiept in de leerstof voor dat deel van het curriculum waarin hij werkt, namelijk één of meer van de verschillende leerwegen van het vmbo, het praktijkonderwijs of de onderbouw van havo of vwo. + voor beroepsonderwijs: heeft zich

theoretisch en praktisch verdiept in de

leerstof van de verschillende typen en

niveaus van de educatie en het

beroepsonderwijs.

De leraar of docent weet dat zijn leerlingen de leerstof op verschillende manieren kunnen opvatten, interpreteren en leren.

Page 30: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

28

kunde (opleidingsspecifiek, zie ook de vakkennisbasis)

kunde (opleidingsspecifiek, zie ook de vakkennisbasis)

kunde

De leraar kan de leerstof op een begrijpelijke en aansprekende manier samenstellen, uitleggen en demonstreren hoe ermee gewerkt moet worden; + voor beroepsonderwijs: kan de leerstof

ook richten op de beroepspraktijk en de

verbinding van de theorie aan de

(beroeps)praktijk;

De leraar kan vanuit zijn inhoudelijke expertise in samenwerking met zijn collega’s en de omgeving van de school bijdragen aan de breedte, de samenhang en de actualiteit van het curriculum van zijn school; + voor beroepsonderwijs: is in staat tot het

onderhouden en benutten van contacten

met het beroepenveld waarvoor hij

opleidt;

De leraar kan zijn onderwijs afstemmen op verschillen tussen leerlingen;

De leraar kan zijn leerlingen duidelijk maken wat de relevantie is van de leerstof voor beroepspraktijk en vervolgonderwijs; De leraar kan daarbij vanuit zijn

vakinhoudelijke expertise verbanden

leggen met het dagelijks leven, met werk

en met wetenschap en zo bijdragen aan de

algemene vorming van zijn leerlingen.

Page 31: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

29

3 VAKDIDACTISCHE BEKWAAMHEID LERAAR VO en DOCENT EDUCATIE EN

BEROEPSONDERWIJS (Bij het eindniveau 3 staat blauw gecursiveerd wat specifiek voor een afstudeerrichting is. De tweedegraads lerarenopleidingen van NHL Stenden Hogeschool hebben de beschrijving van vakdidactische bekwaamheid gerangschikt onder de kopjes ‘onderwijsvoorbereiding’, ‘onderwijsuitvoering en organiseren van het leren’ en ‘onderwijsevaluatie en -ontwikkeling’ (conform de indeling van de Onderwijscoöperatie). N.B. Hoewel de eisen in de nieuwe wetstekst generiek zijn beschreven, moeten ze steeds gelezen worden als vakspecifiek gekleurd.) Vakdidactisch bekwaam betekent dat de leraar of docent:

a. de vakinhoud leerbaar maakt voor zijn leerlingen, in afstemming met zijn collega’s en passend bij het

onderwijskundige beleid van zijn school;

b. de vakinhoud weet te vertalen in leerplannen of leertrajecten;

c. de vertaling van de vakinhoud doet met een professionele, ontwikkelingsgerichte werkwijze, waarin in

ieder geval de volgende handelingselementen herkenbaar zijn:

1) hij brengt een duidelijke relatie aan tussen de leerdoelen, het niveau en de kenmerken van zijn

leerlingen, de vakinhoud en de inzet van de verschillende methodieken en middelen;

2) bij de uitvoering van zijn onderwijs volgt hij de ontwikkeling van zijn leerlingen;

3) hij toetst en analyseert regelmatig en adequaat of en hoe de leerdoelen gerealiseerd worden;

4) hij stelt op basis van zijn analyse zo nodig zijn onderwijs didactisch bij;

5) hij laat zijn onderwijs met de tijd mee gaan.

3 VAKDIDACTISCHE BEKWAAMHEID

Bekwaamheidsniveau 1 Bekwaamheidsniveau 2 Bekwaamheidsniveau 3 kennis Onderwijsvoorbereiding

De student heeft kennis van verschillende leer- en onderwijstheorieën die voor de onderwijspraktijk relevant zijn.

De student heeft kennis van een aantal digitale leermaterialen en -middelen.

De student kent verschillende didactische leer- en werkvormen zowel voor voortgezet onderwijs als voor het beroepsgerichte onderwijs.

De student heeft kennis van het Nederlandse onderwijsstelsel.

kennis Onderwijsvoorbereiding

De student heeft kennis van verschillende leer- en onderwijstheorieën die voor zijn onderwijspraktijk relevant zijn en kan die herkennen in het leren van zijn leerlingen.

De student kent verschillende methodes en criteria waarmee hij de bruikbaarheid van de methodes voor zijn leerlingen kan vaststellen. Hij kent verschillende manieren om binnen een methode te differentiëren en recht te doen aan verschillen tussen leerlingen. Hij kan de methode aanvullen en verrijken.

De leraar weet hoe een leerplan in elkaar zit en kent de criteria waaraan een goed leerplan moet voldoen (onder meer in het kader van beroepsgericht onderwijs).

De student heeft kennis van digitale leermaterialen en -middelen. Hij kent de technische en pedagogisch-didactische mogelijkheden en beperkingen daarvan.

De student kent verschillende didactische leer- en werkvormen (onder meer ten behoeve van het beroepsgerichte onderwijs) en de psychologische achtergrond daarvan. Hij kent criteria

kennis Onderwijsvoorbereiding

De leraar heeft kennis van verschillende leer- en onderwijstheorieën die voor zijn onderwijspraktijk relevant zijn en kan die herkennen in het leren van zijn leerlingen. Hierbij heeft hij zich verdiept in de contextspecifieke aspecten van (voorbereidend) beroepsonderwijs of algemeen vormend onderwijs.

De leraar kent verschillende methodes en criteria waarmee hij de bruikbaarheid van de methodes voor zijn leerlingen kan vaststellen.

Hij kent verschillende manieren om binnen een methode te differentiëren en recht te doen aan verschillen tussen leerlingen.

Hij kan de methode aanvullen en verrijken.

De leraar weet hoe een leerplan in elkaar zit en kent de criteria waaraan een goed leerplan moet voldoen (onder meer in het kader van beroepsgericht onderwijs).

De leraar heeft kennis van digitale leermaterialen en -middelen. Hij kent de technische en pedagogisch-didactische mogelijkheden en beperkingen daarvan.

Page 32: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

30

waarmee de bruikbaarheid daarvan voor zijn leerlingen kan worden vastgesteld.

De student kent verschillende doelen van evalueren en toetsen. Hij kent verschillende, bij deze doelen passende vormen van observeren, toetsen en examineren.

De student heeft zich theoretisch en praktisch verdiept in de vakdidactiek.

De leraar kent verschillende didactische leer- en werkvormen (onder meer ten behoeve van het beroepsgerichte onderwijs) en de

psychologische achtergrond daarvan.

Hij kent criteria waarmee de

bruikbaarheid daarvan voor zijn

leerlingen kan worden vastgesteld.

De leraar kent verschillende doelen van evalueren en toetsen.

Hij kent verschillende, bij deze doelen passende vormen van observeren, toetsen en examineren.

De leraar heeft zich theoretisch en praktisch verdiept in de vakdidactiek ten behoeve van het type onderwijs en het deel van het curriculum waarin hij werkzaam is. Hierbij heeft hij zich verdiept in de contextspecifieke aspecten van (voorbereidend) beroepsonderwijs of algemeen vormend onderwijs.

kunde Onderwijsvoorbereiding

De student pakt het ontwerpen van (deel)lessen planmatig aan met behulp van een didactisch analysemodel.

De student maakt gebruik van digitale leermaterialen en –middelen.

De student kan de inhoud en de didactische aanpak van zijn onderwijs toelichten.

Onderwijsuitvoering en organiseren van het leren

De student voert onderwijsactiviteiten uit in (semi)authentieke situaties met aandacht voor de praktische kant.

De student maakt aan leerlingen de verwachtingen en leerdoelen van de onderwijsactiviteit(en) duidelijk en motiveert leerlingen deze te halen.

kunde Onderwijsvoorbereiding

De student kan doelen stellen, leerstof selecteren en ordenen.

De student kan samenhangende lessen uitwerken met passende werkvormen, materialen en media, afgestemd op het niveau en de kenmerken van zijn leerlingen.

De student kan passende en betrouwbare toetsen kiezen, maken of samenstellen.

Onderwijsuitvoering en organiseren van het leren

De student kan een vakdidactisch adequaat klassenmanagement realiseren en vakdidactisch leiding en begeleiding geven aan groepen leerlingen.

De student kan aan leerlingen de verwachtingen en leerdoelen duidelijk maken en leerlingen motiveren om deze te halen. Hij kan samenwerking, zelfwerkzaamheid en zelfstandigheid stimuleren.

De student kan leerstof aan zijn leerlingen begrijpelijk en aansprekend uitleggen, voordoen hoe ermee gewerkt moet worden.

De student kan de leerlingen met gerichte activiteiten, met doelmatig gebruik maken van beschikbare digitale leermaterialen en –middelen, de leerstof laten verwerken, daarbij variatie aanbrengen en bij instructie en verwerking differentiëren naar niveau en kenmerken van zijn leerlingen. De student kan de leerling begeleiden bij die verwerking, stimulerende vragen stellen en opbouwende gerichte feedback geven op taak en aanpak.

kunde Onderwijsvoorbereiding

De leraar kan doelen stellen, leerstof selecteren en ordenen.

De leraar kan samenhangende lessen uitwerken met passende werkvormen, materialen en media, afgestemd op het niveau en de kenmerken van zijn leerlingen. Hierbij heeft hij zich verdiept in de contextspecifieke aspecten van (voorbereidend) beroepsonderwijs of algemeen vormend onderwijs.

De leraar kan passende en betrouwbare toetsen kiezen, maken of samenstellen.

Onderwijsuitvoering en organiseren van het leren

De leraar kan een vakdidactisch adequaat klassenmanagement realiseren en leiding en begeleiding geven aan groepen leerlingen, ook buiten de context van klas of les.

De leraar kan aan leerlingen de verwachtingen en leerdoelen duidelijk maken en leerlingen motiveren om deze te halen.

De leraar kan leerstof aan zijn leerlingen begrijpelijk en aansprekend uitleggen, voordoen hoe ermee gewerkt moet worden en daarbij inspelen op de taalbeheersing en taalontwikkeling van zijn leerlingen.

De leraar kan doelmatig gebruik maken van beschikbare digitale leermaterialen en –middelen.

De leraar kan de leerlingen met gerichte activiteiten de leerstof laten verwerken, daarbij variatie aanbrengen en bij instructie en verwerking differentiëren naar niveau en kenmerken van zijn leerlingen.

De leraar kan de leerling begeleiden bij die verwerking, stimulerende vragen stellen en opbouwende gerichte feedback geven op taak en aanpak.

Page 33: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

31

Onderwijsevaluatie en -ontwikkeling

De student kan toetsen ontwikkelen, toetsresultaten beoordelen, analyseren en interpreteren en de kwaliteit van toetsen beoordelen. Hij kan de voortgang volgen, de resultaten toetsen, analyseren en beoordelen.

De student kan leerproblemen signaleren.

De student kan advies vragen aan collega’s of andere deskundigen; hij weet wanneer en hoe hij advies kan geven.

De student kan kritisch reflecteren op zijn eigen pedagogisch-didactisch handelen, de inhoud en de didactische aanpak van zijn onderwijs uitleggen en verantwoorden en zijn didactische aanpak en handelen evalueren, analyseren, bijstellen en ontwikkelen.

Hij kan de leerlingen een gerichte inzet van loopbaan oriëntatie en begeleiding bieden.

De leraar kan samenwerking, zelfwerkzaamheid en zelfstandigheid stimuleren.

Onderwijsevaluatie en -ontwikkeling

De leraar kan toetsen ontwikkelen, toetsresultaten beoordelen, analyseren en interpreteren en de kwaliteit van toetsen en examens beoordelen.

De leraar kan de voortgang volgen, de resultaten toetsen, analyseren en beoordelen.

Hij kan bruikbare en betrouwbare voortgangsinformatie verzamelen en analyseren en op grond daarvan zijn onderwijs waar nodig bijstellen.

Hij kan feedback vragen van leerlingen en deze feedback tezamen met zijn eigen analyse van de voortgang gebruiken voor een gericht vervolg van het onderwijsleerproces.

De leraar kan leerproblemen signaleren en indien nodig met hulp van collega’s oplossingen zoeken of doorverwijzen.

De leraar kan advies vragen aan collega’s of andere deskundigen.

Hij weet wanneer en hoe hij advies kan geven.

Hij kan hierbij gebruik maken van methodieken voor professionele consultatie en leren, zoals supervisie en intervisie.

De leraar kan zijn didactische aanpak en handelen evalueren, analyseren, bijstellen en ontwikkelen.

De leraar kan de inhoud en de didactische aanpak van zijn onderwijs uitleggen en verantwoorden.

Hij is in staat is tot kritische reflectie op zijn eigen pedagogisch-didactisch handelen.

De leraar kan bijdragen aan pedagogisch-didactische evaluaties in zijn school en deze in afstemming met zijn collega’s gebruiken bij de onderwijsontwikkeling in zijn school.

Page 34: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

32

4 PEDAGOGISCHE BEKWAAMHEID LERAAR VO en DOCENT EDUCATIE EN

BEROEPSONDERWIJS (Bij het eindniveau 3 staat blauw gecursiveerd wat specifiek voor de afstudeerrichting is. De tweedegraads lerarenopleidingen van NHL Stenden Hogeschool hebben de beschrijving van pedagogische bekwaamheid gerangschikt onder een aantal eigen kopjes gerangschikt.) Pedagogische bekwaamheid betekent dat de leraar of docent: a. met een professionele, ontwikkelingsgerichte werkwijze en in samenwerking met zijn collega’s een veilig,

ondersteunend en stimulerend leerklimaat voor zijn leerlingen kan realiseren; b. de ontwikkeling van zijn leerlingen volgt in hun leren en gedrag en daarop zijn handelen afstemt; c. bijdraagt aan de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van zijn leerlingen; d. zijn pedagogisch handelen kan afstemmen met zijn collega’s en met anderen die voor de ontwikkeling van

de leerling verantwoordelijk zijn; e. bijdraagt aan de burgerschapsvorming en de ontwikkeling van de leerling tot een zelfstandige en

verantwoordelijke volwassene; waarbij het ook gaat om de begeleiding van de leerling bij zijn oriëntatie op beroepen en het ontwikkelen van beroepsidentiteit;

f. zijn aanpak in het onderwijs in pedagogische zin blijft aanpassen aan de tijd.

4 PEDAGOGISCHE BEKWAAMHEID

Bekwaamheidsniveau 1 Bekwaamheidsniveau 2 Bekwaamheidsniveau 3 kennis Contact met en aansluiting bij leerlingen**

De student heeft zicht op de ontwikkeling van adolescenten, hun leefwereld en diverse opvoedingsstijlen.

De student herkent diversiteit tussen leerlingen en manieren waarop het onderwijs daarmee omgaat.

Ordelijk en veilig werk- en leefklimaat

De student heeft kennis van groepsdynamische processen.

De student heeft kennis van elementen van effectief klassenmanagement en een krachtige leeromgeving.

Leerlingbegeleiding

De student heeft kennis van de organisatie van leerlingbegeleiding in een school.

kennis Contact met en aansluiting bij leerlingen

De student heeft kennis van ontwikkelingstheorieën en de gedragswetenschappelijke theorie die voor zijn onderwijspraktijk relevant zijn (bijvoorbeeld uit sociale psychologie en communicatietheorie) en kan die betrekken op zijn pedagogisch handelen.

De student weet hoe hij zicht kan krijgen op de leefwereld van zijn leerlingen en hun sociaal-culturele achtergrond. Hij weet hoe hij daarmee rekening kan houden in zijn onderwijs.

Ordelijk en veilig werk- en leefklimaat

De student heeft kennis van agogische en pedagogische theorieën en methodieken, die voor zijn onderwijspraktijk relevant zijn en kan die betrekken op zijn pedagogisch handelen.

De student weet welke interventies kunnen worden ingezet om een ordelijk en veilig werk- en leerklimaat te creëren.

Leerlingbegeleiding

De student heeft kennis van de lijn en de verschillende rollen in de begeleiding van leerling.

kennis Contact met en aansluiting bij leerlingen

De leraar heeft kennis van ontwikkelingstheorieën en de gedragswetenschappelijke theorie die voor zijn onderwijspraktijk relevant zijn en kan die betrekken op zijn pedagogisch handelen. Hierbij heeft hij zich verdiept in de contextspecifieke aspecten van (voorbereidend) beroepsonderwijs of algemeen vormend onderwijs. Voor beroepsonderwijs betekent dit dat hij zich heeft verdiept in de theoretische en praktische aspecten van het leren functioneren in een beroep en de ontwikkeling van beroepsidentiteit.

De leraar weet hoe hij zicht kan krijgen op de leefwereld van zijn leerlingen en hun sociaal-culturele achtergrond. Hij weet hoe hij daarmee rekening kan houden in zijn onderwijs.

Ordelijk en veilig werk- en leefklimaat

De leraar heeft kennis van agogische en pedagogische theorieën en methodieken, die voor zijn onderwijspraktijk relevant zijn en kan die betrekken op zijn pedagogisch handelen.

Leerlingbegeleiding

De leraar heeft kennis van veelvoorkomende ontwikkelings- en gedragsproblemen en -stoornissen.

Page 35: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

33

** Met leerlingen worden ook studenten en cursisten bedoeld.

De student heeft kennis van opvattingen met betrekking tot de pedagogische taak van het onderwijs en de rol van de docent daarin.

De student heeft kennis van veelvoorkomende ontwikkelings- en gedragsproblemen en -stoornissen.

De leraar heeft zich theoretisch en praktisch verdiept in de pedagogiek van het type onderwijs en het deel van het curriculum waarin hij werkzaam is.

kunde Contact met en aansluiting bij leerlingen

De student toont betrokkenheid bij leerlingen en maakt (non) verbaal contact met leerlingen.

De student toont in interactie met leerlingen het vermogen om actief te luisteren en opbouwende feedback te geven.

De student ontwerpt lesmateriaal waarin hij/zij aansluit bij de belevingswereld van de leerling.

Ordelijk en veilig werk- en leefklimaat

De student durft de leiding te nemen in opleidings- en praktijksituaties.

Eigen pedagogisch-didactisch handelen expliciteren, evalueren en ontwikkelen De student kan kritisch reflecteren op zijn eigen pedagogisch-didactisch handelen.

kunde Contact met en aansluiting bij leerlingen

De student kan het zelfvertrouwen van leerlingen stimuleren, hen motiveren en stimuleren om zelf antwoorden te vinden op hun vragen

De student heeft oog voor de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van zijn leerlingen en doet daar recht aan.

Ordelijk en veilig werk- en leefklimaat

De student kan groepsprocessen sturen en begeleiden.

De student geeft leiding aan de groep door afspraken te maken en voorwaarden te creëren ten behoeve van het leren.

De student kan vertrouwen wekken bij zijn leerlingen en een veilig pedagogisch klimaat scheppen. Hij kan ruimte scheppen voor leren, inclusief het maken van vergissingen en fouten. Hij kan verwachtingen duidelijk maken en eisen stellen aan leerlingen.

Leerlingbegeleiding

De student kan benoemen welke rol hij/zij kan en wil spelen in de begeleiding van leerlingen in de brede zin van het woord.

De student kan benoemen wat zijn/haar visie is op de pedagogische taak van de school en welke rol hij/zij daarin voor zichzelf ziet weggelegd.

De student kan ontwikkelings-, gedragsproblemen en -stoornissen signaleren.

Eigen pedagogisch-didactisch handelen expliciteren, evalueren en ontwikkelen

De student kan zijn onderwijs en zijn pedagogische omgang met zijn leerlingen uitleggen en verantwoorden. Hij is in staat tot kritische reflectie op zichzelf in de pedagogische relatie.

kunde Contact met en aansluiting bij leerlingen

De leraar kan het zelfvertrouwen van leerlingen stimuleren, hen aanmoedigen en motiveren De leraar heeft oog voor de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van zijn leerlingen en doet daar recht aan. Hierbij heeft hij zich verdiept in de contextspecifieke aspecten van (voorbereidend) beroepsonderwijs of algemeen vormend onderwijs (onder meer in het kader van loopbaanoriëntatie en –begeleiding).

Ordelijk en veilig werk- en leefklimaat

De leraar kan groepsprocessen sturen en begeleiden.

De leraar kan leiding geven aan de groep ten behoeve van het leren.

De leraar kan vertrouwen wekken bij zijn leerlingen en een veilig pedagogisch klimaat scheppen.

Hij kan ruimte scheppen voor leren, inclusief het maken van vergissingen en fouten.

Hij kan verwachtingen duidelijk maken en eisen stellen aan leerlingen.

Leerlingbegeleiding

De leraar kan ontwikkelings-, gedragsproblemen en -stoornissen signaleren en indien nodig met hulp van collega’s oplossingen zoeken of doorverwijzen.

De leraar kan zijn pedagogisch handelen afstemmen met anderen die vanuit hun professionele verantwoordelijkheid bij de leerling betrokken zijn, zoals begeleiders van het leren op de werkplek en ouders.

Eigen pedagogisch-didactisch handelen expliciteren, evalueren en ontwikkelen.

De leraar kan zijn onderwijs en zijn pedagogische omgang met zijn leerlingen uitleggen en verantwoorden.

Hij is in staat tot kritische reflectie op zichzelf in de pedagogische relatie.

De leraar kan zijn eigen grenzen bewaken.

Page 36: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

34

Bijlage 2: Aanvraag standaardvalidering

Inleiding De deeltijd lerarenopleidingen van NHL Stenden nemen vanaf september 2017 deel aan het

Experiment Flexibilisering Deeltijd11, zoals dat vanuit het ministerie OCW ingezet is om een betere

aansluiting te vinden tussen opleidingen en werkende volwassenen. Binnen de Tweedegraads

Leraren Opleidingen (de TLO) van NHL Stenden is het vorm geven aan meer gepersonaliseerd leren

extra interessant, omdat dit onderwijsconcept ook in vele scholen voor vo en mbo begint op te

komen. De invulling is dus een gezamenlijk leerproces, waarbij kwaliteit van de opleiding en waarde

van het diploma geborgd blijven.

Wie in deeltijd gaat studeren, wil graag van tevoren een indicatie van de verwachte studieduur. Die

kan vooraf alleen globaal aangegeven worden, omdat allerlei persoonlijke factoren van invloed zijn.

Je kunt desgewenst zelf al een inschatting maken van wat je nog te leren hebt op inhoudelijk gebied

of wat betreft de praktijkcontext van een tweedegraads docent door als aankomend student heel

precies te kijken naar de leeruitkomsten van de opleiding en de onderliggende bekwaamheidseisen

en kennisbases (denk hierbij aan de wettelijk vastgestelde bekwaamheidseisen voor leraren 2e

graad12, de landelijke kennisbasis van het specifieke vak en de generieke kennisbasis13. Je kunt een

eigen voorlopige inschatting maken hoeveel er op de bekwaamheidsgebieden van de modules nog

aan nieuws te leren valt voor jou. Dat wordt niet alleen bepaald door je persoonlijke kwaliteiten en

omstandigheden, maar ook door de relevantie van je werkervaring voor het tweedegraads gebied.

Hulpmiddel om je eigen inschatting zichtbaar te maken:

11 Zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/hoger-onderwijs/experimenten-om-deeltijdonderwijs-flexibeler-te-maken/pilots-flexibilisering. 12 Zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/werken-in-het-onderwijs/bekwaamheidseisen-leraren. 13 Zie https://www.10voordeleraar.nl/.

Page 37: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

35

Vormen van validering Binnen het deeltijdonderwijs in de vorm van Flexibel Onderwijs is het programma verdeeld in 8

modules per opleiding. De leeruitkomsten per module kunnen op drie verschillende manieren

aangetoond worden:

via standaardvalidering van gehele modules op basis van door de examencommissie

vastgestelde erkende getuigschriften, en/of;

via individuele validering van specifieke leeruitkomsten door de modulebeheerder(s) en

examinatoren van de betreffende module op basis van bewijs van eerder/elders verworven

kennis en/of competenties; en/of;

via het aantonen van de leeruitkomsten door het voldoende afronden van de

leerwegonafhankelijke toetsen die in de module vermeld zijn.

De flexibele deeltijdopleidingen werken met validering van de kennis, kunde en ervaring die voor de

opleiding relevant is en aantoonbaar op bachelorniveau. Elke deeltijdstudent stelt een

leerarrangement op waarin niet alleen eerder afgeronde (of gevolgde) opleidingen en getuigschriften

een rol spelen, maar ook studievermogen, informeel leren, persoonlijke omstandigheden (zoals

baanomvang en gezinssituatie) en persoonlijke wensen meegenomen worden.

D.m.v. validering vindt er meer maatwerk plaats en dat biedt mogelijkheden tot versnelling. Maar dat

gaat niet door het wegstrepen van een deel van het programma-aanbod: in de flexibele deeltijd

worden studiepunten toegekend op grond van aangetoonde leeruitkomsten, niet op grond van

gevolgde vakken. Deeltijdstudenten die al onderwijservaring of bepaalde vakkennis hebben, kunnen

zo’n leeruitkomst veel sneller bereiken dan degenen voor wie het allemaal nieuw is.

Standaardvalidering Standaardvalidering is een manier van valideren die bij aanvang van de studie meteen in kaart

gebracht en geregistreerd kan worden, omdat het formele bewijzen betreft. De Examencommissie

heeft van een aantal diploma’s al bij voorbaat aangegeven dat ze de leeruitkomsten van een module

afdoende aantonen.

Standaardvalidering geldt alleen voor hele modules. Dit betekent nadrukkelijk niet dat reeds

aanwezige kennis en ervaring t.a.v. afzonderlijke leeruitkomsten niet gehonoreerd zal worden. Het

betekent wel dat validering van afzonderlijke leeruitkomsten per definitie onder ‘individuele

validering’ gaat vallen. Individuele validering kan net als standaardvalidering leiden tot

studieduurverkorting. Ook het valideren op grond van getuigschriften die niet in de

standaardvalideringstabel genoemd worden, valt per definitie onder de individuele validering.

De standaardvalideringstabel voor het studiejaar 2018-2019 is gebaseerd op de volgende

uitgangspunten:

1. Een standaardvalidering is gebaseerd op een getuigschrift en is vergelijkbaar met een vrijstelling.

Het verlenen van vrijstellingen valt onder de taken en bevoegdheden van de

Examencommissie14.

14 Artikel 7.12b Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

Page 38: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

36

2. Standaardvalidering vindt alleen plaats voor gehele modules en op basis van officiële

getuigschriften uitgegeven door erkende15 instellingen voor hoger onderwijs, zowel binnenlandse

als buitenlandse.

3. De ouderdom van getuigschriften op basis waarvan vrijstelling wordt verleend doet in het

algemeen niet ter zake. Dit is in lijn met artikel 7.10, lid 4 van de Wet op het Hoger Onderwijs en

Wetenschappelijk Onderzoek.

N.B. 1: Op dit uitgangspunt geldt een uitzondering voor hen die willen valideren op basis van

een PDG-getuigschrift. Alleen getuigschriften voortkomend uit trajecten gebaseerd op

het ‘Landelijk Raamwerk Pedagogisch Didactisch Getuigschrift (PDG)’ dat in september

2014 is ingegaan, komen voor standaardvalidering in aanmerking. Een ouder PDG of PDD

kan, gecombineerd met werkervaring, wel voor individuele validering ingezet worden.

N.B. 2: Een tweede uitzondering wordt gevormd voor de standaardvalidering die door een

specifieke opleiding is aangewezen voor Basis vakgebied en Verdieping vakgebied: hier

kan soms de ouderdom van het getuigschrift wel meespelen.

N.B. 3: Voor een module als Pedagogiek geldt dat juist op dit gebied veel actuele ontwikkelingen

zijn geweest of nog gaande zijn. Daarom geldt dat studenten die deze module in hun

geheel via standaardvalidering laten aftekenen, nog wel met hun studiecoach gaan kijken

hoe zij in hun leerarrangement de actuele praktijk t.a.v. het pedagogisch domein kunnen

opnemen.

4. De modules Vakdidactiek, Handelingsbekwaam leraar en Onderwijsprofessional komen nooit

voor standaardvalidering in aanmerking, omdat daarmee in feite gezegd zou worden dat de

betreffende student al voor of tijdens zijn studie voldoet aan de bekwaamheidseisen van de

bevoegdheid waarvoor gestudeerd wordt.

N.B. 1: Voor deze modules kan wel individuele validering worden aangevraagd van specifieke

leeruitkomsten, en zal het aantonen van de gevraagde leeruitkomsten op grond van

reeds aanwezige relevante kennis en ervaring eenvoudiger zijn en tot studieversnelling

leiden. Op grond van een getuigschrift van een Eerstegraads of Tweedegraads

Lerarenopleiding kan bijvoorbeeld individuele validering voor de GKB-toets, onderdeel

van de module vakdidactiek, worden aangevraagd.

5. Validering van de module Keuze is in veel gevallen mogelijk, maar daarbij wordt wel het

voorbehoud gemaakt dat het getuigschrift op basis waarvan validering plaatsvindt minimaal op

hbo-propedeuseniveau is en geen overlap heeft met de overige modules van de opleiding, maar

gezien kan worden als verbreding en/of verdieping daarop.

6. De opleidingen geven aan welke getuigschriften in aanmerking komen voor standaardvalidering

van hun modules Basis vakgebied leraar XX en Verdieping vakgebied leraar XX, inclusief

eventuele eisen aan de ouderdom van het getuigschrift. Zie de bijlage.

7. Onder de module vakverdieping valt voor alle lerarenopleidingen de leerwegonafhankelijke toets

‘landelijke kennisbasistoets’. Deze kan niet gevalideerd worden. Hetzelfde geldt voor de

landelijke taaltoetsen voor de lerarenopleidingen Duits, Engels en Frans.

15 Erkenning door CROHO registratie of op lijst van erkende buitenlandse instellingen (bureau inschrijving en/of NUFFIC).

Page 39: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

37

Standaardvalideringstabel algemeen 2018-2019 Standaardvalidering vindt uitsluitend plaats op basis van getuigschriften en dan voor de situaties die

gemarkeerd zijn met een V en van toepassing zijn op de betreffende aanvrager.

Opleiding tot leraar voortgezet onderwijs van de tweede graad in XX.. (vak)

Module:

oriën

tatie op

on

derw

ijs en b

eroep

basis vakgeb

ied

leraar xx

verdiep

ing vakgeb

ied

leraar xx

ped

agogiek

keuze

vakdid

actiek

han

delin

gsbekw

aam

avo o

f bo

on

derw

ijspro

fessio

n

al avo o

f bo

Getuigschrift: Propedeuse Tweedegraads Lerarenopleiding

V V**

Bachelor Tweedegraads Lerarenopleiding

V V V

Master Eerstegraads Lerarenopleiding

V V V

Propedeuse Lerarenopleiding Basisonderwijs

V V

Bachelor / Master Lerarenopleiding Basisonderwijs

V V V

Bachelor / Master Onderwijskunde

V V V

Bachelor / Master Pedagogische wetenschappen /Pedagogiek

V V V

Master Special Educational Needs (SEN)

V V V

Getuigschrift PDG* (aangevangen na sept. 2014)

V V

Bachelor / Master aangewezen vakinhoudelijk relevante opleidingen

V V

Bachelor / Master aangewezen vakinhoudelijk overeenkomende opleidingen

V V* V

Propedeuse / Bachelor / Master van een niet hierboven genoemde HBO/WO-opleiding

V

Geaccordeerd door de examencommissie TLO d.d. 03/04/2018 drs. M.P. Almekinders, voorzitter

N.B. 1: Getuigschriften die niet genoemd worden, kunnen niet standaard gevalideerd worden, maar wel

meegenomen worden in de route voor individuele validering, net als werkervaring en andere

vormen van reeds aanwezige kennis en ervaring.

N.B. 2: PDG* = oudere getuigschriften PDG /PDD of getuigschriften PDA kunnen wel ingezet worden voor

individuele validering.

N.B. 3: V* =uitgezonderd de landelijk verplichte toets van de vakkennisbasis van de betreffende opleiding

en de landelijk afgesproken taaltoetsen voor de opleidingen Duits, Engels en Frans.

N.B. 4: V** = uitgezonderd propedeuse 1e of 2e graads lerarenopleiding in hetzelfde vak

N.B. 5: Bij het samenstellen van het persoonlijke leerarrangement kijken studiecoach en student wel nog

naar de leeruitkomsten van de standaard gevalideerde modules, om ervoor te zorgen eventueel

benodigde actualisering van kennis en praktijkervaring ondervangen wordt in leeractiviteiten voor

andere modules.

Page 40: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

38

Standaardvalideringen opleidingsspecifiek Basis en Verdieping vakgebied

Onder de module vakverdieping valt voor alle lerarenopleidingen de leerwegonafhankelijke toets ‘landelijke kennisbasistoets’ (LKT). Deze kan niet gevalideerd worden. Hetzelfde geldt voor de bij de LKT horende internationale taaltoetsen waar de opleidingen Duits, Engels en Frans in het kader van de landelijke afspraak aan deelnemen. Getuigschriften van andere opleidingen dan hieronder genoemd zijn kunnen gebruikt worden bij de individuele valideringstrajecten. Neem hiervoor contact op met je studiecoach en overleg met de modulebeheerders van de betreffende module. B: Module Basis vakgebied V: Module verdieping vakgebied V1: Validering met uitzondering van de landelijke kennisbasistoets en i.v.t. landelijke taaltoetsen. B2: De lerarenopleidingen Natuurkunde en Scheikunde hebben een gemeenschappelijke module Basis

vakgebied, waardoor met de genoemde getuigschriften de module Basis vakgebied voor beide opleidingen standaard gevalideerd kan worden.

Lerarenopleiding standaardvalidering op grond van het getuigschrift:

Aardrijkskunde B WO Sociale geografie en planologie (croho 56838)

WO Aardwetenschappen (croho 56986)

WO Aarde en economie (croho 50668)

WO Technische Planologie (croho 56194)

WO Culturele Geografie (croho 60656)

WO Economische Geografie (croho 60657)

V1 WO Sociale geografie en planologie (croho 56838)

WO Aardwetenschappen (croho 56986)

WO Aarde en economie (croho 50668)

WO Technische Planologie (croho 56194)

WO Culturele Geografie (croho 60656)

WO Economische Geografie (croho 60657)

Algemene Economie

B geen

V1 geen

Bedrijfseconomie B geen

V1 geen

Biologie B HBO Toegepaste Biologie (croho 30009)

WO Biologie (croho 56860)

V1 HBO Toegepaste Biologie (croho 30009)

WO Biologie (croho 56860)

Duits B WO Duitse taal en cultuur (croho 56805/06805)

V1 WO Duitse taal en cultuur (croho 56805/06805)

Engels B WO Engelse taal en cultuur (croho 56806/06806)

V1 WO Engelse taal en cultuur (croho 56806/06806)

Frans B WO Franse taal en cultuur (croho 56808/06808)

WO Afstudeerrichting Frans vd opl. Romaanse talen en culturen (croho 56074)

V1 WO Franse taal en cultuur (croho 56808/06808)

WO Afstudeerrichting Frans vd opl. Romaanse talen en culturen (croho 56074)

Fries B WO Friese taal en cultuur (croho 56012)

V1 WO Friese taal en cultuur (croho 56012)

Geschiedenis B WO Geschiedenis (croho 56034)

V1 WO Geschiedenis (croho 56034)

Gezondheidszorg en Welzijn

B geen

V1 geen

Page 41: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

39

Maatschappijleer B WO Politicologie (croho 56606)

WO Sociologie (croho 56601)

WO Algemene sociale wetenschappen (croho 56631)

WO Bestuurskunde (croho 56627)

V1 WO Politicologie (croho 56606)

WO Sociologie (croho 56601)

WO Algemene sociale wetenschappen (croho 56631)

WO Bestuurskunde (croho 56627)

Natuurkunde B2 HBO Technische natuurkunde (croho34268)

WO Natuurkunde (croho 50206)

WO Natuur- en sterrenkunde (croho 56984)

WO Technische natuurkunde (croho 56962)

WO Medische natuurwetenschappen (croho 50800)

HBO Chemie (croho 34396/04186)

HBO Applied science met scheikunde (croho 30008)

HBO Chemische technologie (croho 34275)

WO Scheikunde (croho 56857/06857)

WO Life science and technology (croho 56286)

WO Scheikundige technologie (croho 56960)

WO Molecular science technology (croho 59308)

WO Biomedische technologie (croho 56226)

WO Farmaceutische wetenschappen (croho 56989)

WO Moleculaire levenswetenschappen (croho 59304)

WO Biomedische wetenschappen (alleen met uitstroomprofiel Moleculaire levenswetenschappen) (croho 56990

V1 HBO Technische natuurkunde (croho34268)

WO Natuurkunde (croho 50206)

WO Natuur- en sterrenkunde (croho 56984)

WO Technische natuurkunde (croho 56962)

WO Medische natuurwetenschappen (croho 50800)

Nederlands B WO Nederlandse taal en cultuur (croho 56804/06804)

V1 WO Nederlandse taal en cultuur (croho 56804/06804)

Omgangskunde B HBO Sociaal pedagogische hulpverlening (croho 34617)

HBO Social Work (croho 34116)

WO Pedagogische wetenschappen (croho 56607)

V1 geen

Scheikunde B2 HBO Chemie (croho 34396/04186)

HBO Applied science met scheikunde (croho 30008)

HBO Chemische technologie (croho 34275)

WO Scheikunde (croho 56857/06857)

WO Life science and technology (croho 56286)

WO Scheikundige technologie (croho 56960)

WO Molecular science technology (croho 59308)

WO Biomedische technologie (croho 56226)

WO Farmaceutische wetenschappen (croho 56989)

WO Moleculaire levenswetenschappen (croho 59304)

WO Biomedische wetenschappen (alleen met uitstroomprofiel Moleculaire levenswetenschappen) (croho 56990

HBO Technische natuurkunde (croho34268)

WO Natuurkunde (croho 50206)

WO Natuur- en sterrenkunde (croho 56984)

WO Technische natuurkunde (croho 56962)

WO Medische natuurwetenschappen (croho 50800)

V1 HBO Chemie (croho 34396/04186)

HBO Applied science met scheikunde (croho 30008)

HBO Chemische technologie (croho 34275)

WO Scheikunde (croho 56857/06857)

WO Life science and technology (croho 56286)

WO Scheikundige technologie (croho 56960)

WO Molecular science technology (croho 59308)

Page 42: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

40

WO Biomedische technologie (croho 56226)

WO Farmaceutische wetenschappen (croho 56989)

WO Moleculaire levenswetenschappen (croho 59304)

WO Biomedische wetenschappen (alleen met uitstroomprofiel Moleculaire levenswetenschappen) (croho 56990

Wiskunde B HBO Bedrijfswiskunde (Toegepaste wiskunde) (croho 35168)

WO Wiskunde (croho 56980)

V1 geen

Geaccordeerd door de examencommissie TLO d.d. 08/05/2018 drs. M.P. Almekinders, vz

Aanvraag standaardvalidering

Degene die standaardvalidering wil aanvragen, kan daarvoor de bijlage gebruiken. De vraag is om

één digitaal bestand te maken van de ingevulde tabel, gescande getuigschriften en een curriculum

vitae. Dit bestand dient per e-mail gestuurd te worden naar [email protected] met als

onderwerp ‘aanvraag standaardvalidering 18-19’.

De Examencommissie beoordeelt op gezette tijden de binnengekomen aanvragen. Zij sturen de

afzender en de betreffende opleiding bericht of de aanvraag geheel of deels gehonoreerd kan

worden, of niet.

Het daadwerkelijk toekennen en registreren van de standaardvalideringen gebeurt pas na formele

inschrijving voor de betreffende opleiding en niet eerder dan na de officiële aanvang van het

betreffende studiejaar (meestal is dit 1 september). 16

Om als standaardvalidering geregistreerd te worden dient de student gewaarmerkte kopieën te

sturen, of na 1 september op vertoon van de originelen van de getuigschriften een kopie te laten

waarmerken bij het loket van het Studieadviescentrum van NHL Stenden Hogeschool en naar de

Examencommissie te sturen.

Graag bij de aanvraag het voorblad en de indeling gebruiken zoals op de volgende bladzijde

aangegeven staat.

16 Aanvragen van personen die zich op de peildatum van 1 oktober niet hebben ingeschreven worden uiterlijk 15 oktober

vernietigd.

Page 43: Datum: Ons kenmerk: Contactpersoon: E-mailadres: tlo@nhl.nl … · 2018-07-24 · Het gaat om zowel algemene kennismaking met lerarenopleidingen als om een kennismaking met je medestudenten

41

AANVRAAG STANDAARDVALIDERING TLO 2018-2019

A. Voorblad aanvraag standaardvalidering via de Examencommissie TLO

AANVRAAG STANDAARDVALIDERING TLO 2018-2019

Gegevens student:

Voor- en achternaam

Opleiding

Indien van toepassing: Werkgever/school

Gegevens aanvraag standaardvalidering:

Module:

Op grond van het getuigschrift:

Propedeuse/bachelor /master:

Datum behalen getuigschrift:

☐ Oriëntatie op onderwijs en beroep

☐ Basis vakgebied leraar xx

☐ Verdieping vakgebied leraar xx

☐ Pedagogiek

☐ Keuze

Hierbij vraag ik standaardvalidering aan voor de aangekruiste modules. De bijbehorende getuigschriften heb ik als gewaarmerkte kopieën toegevoegd. Bij goedkeuring kan deze aanvraag na aanvang van de studie officieel geaccordeerd en geregistreerd worden.

Handtekening aanvrager:

Datum:

B. Digitale kopie(ën) van betreffende (gewaarmerkte of na 1 september te waarmerken)

getuigschrift(en)

1. …

2. …

3. …

Etc.

C. Curriculum vitae

Kort C.V.