cursus meetkunde
date post
12-Mar-2016Category
Documents
view
226download
6
Embed Size (px)
description
Transcript of cursus meetkunde
42
31
5 6 7
9
108
13 11
12
1416
15
17
1819
1A
nr. BENAMING
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
H1 VLAKKE FIGUREN - LICHAMEN
lichaam
lichaam
lichaam
lichaam
lichaam
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
vl.fig.
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
veelhk
kubus
piramide
rechthoekige driehoek
regelmatige achthoek
gelijkzijdige driehoek
gelijkbenige driehoek
parallellogram
vierkant
2 snijdende rechten
cirkel / schijf
rechthoekige driehoek
1. Noteer de naam van onderstaande rechten,halfrechten en lijnstukken.
. B C . E . . F
.
A . D .L
. . .
H G K
AB = CD = EF =
GH = KL =
2. Zijn de volgende figuren convex of concaaf ?
3. Schrijf de volgende zinnetjes in wiskundig schrift : P is een punt van het vlak
De halfrechte met grenspunt R die het punt S bevat
S is een punt van de rechte door de punten A en B
P is geen punt van de halfrechte met grenspunt C en door D
R en T zijn punten op de rechte door A en C R en T zijn geen punten op het lijnstuk door B en D
2
H2 VLAKKE FIGUREN
rechte
convex
concaaf
concaaf
concaaf
concaaf
convex
convexconvex
P RS
S ABP CDR,T ACR,T BD
GRONDBEGRIPPEN H21. Schrijf de volgende zinnetjes in wiskundig schrift :
het punt K ligt op het lijnstuk begrensd door de punten A en B. het lijnstuk UV ligt op de rechte r. Het punt S ligt niet op de halfrechte begrensd in P en door het punt Q.
De rechte door de punten P en Q ligt in het vlak.
De afstand tussen de punten M en N meet 5 cm.
De punten X en Y liggen op het lijnstuk begrensd in de punten C en D.
De halfrechte begrensd in punt P en door Q ligt niet op de rechte a.
De lijnstukken RS en UV zijn even lang.
Het lijnstuk KL ligt niet op de rechte door de punten P en Q. Het lijnstuk AB is langer dan 25 cm.
2. Schrijf voluit :
3
R XY
PQ
lABl = 12 cm
X a
KL // r
s
U,V AB
lKMl = lLMl
a // b
UV r
Het punt R ligt niet op het lijnstuk begrensd door de
punten X en Y.
De rechte door de punten P en Q ligt in het vlak.
Het lijnstuk begrensd door de punten A en B
meet 12 cm.
Het punt X ligt op de rechte a.
De rechte door de punten K en L is evenwijdig aan de
rechte r.
De rechte s ligt in het vlak.
De punten U en V liggen niet op de rechte door de
punten A en B.
De lijnstukken KM en LM zijn even lang.
De rechten a en b zijn evenwijdig.
De halfrechte begrensd in punt V en door punt U
ligt op de rechte r.
RECHTEN H3
1. Vul in met // of //t
b d g f r s e d
r t f e g
a s t d a
s e t sb f
2. Sommige van deze vierhoeken hebben evenwijdige zijden of zijden die die loodrecht op elkaar staan. Duid de loodrechte stand aan metZet de evenwijdige zijden in dezelfde kleur.
4
H3
1. Sommige van deze vierhoeken hebben gelijke zijden. Duid deze aan.
2. Vul in zodat je telkens een ware uitspraakover nevenstaande figuur krijgt.
. . . . .
N O P Q R
l NP l + l PR l = l NR l l OQ l + l RQ l = l OR l l RQ l + l QO l = l RO l l PQ l + l NP l = l NQ l
3. Vul in zodat je telkens een ware uitspraak over onderstaande figuur krijgt.. . . .
A B C D
l AC l - l BC l = l AB l l BC l = l BD l - l DC l
l BD l - l BC l = l CD l l BC l = l AC l - l AB l
l DA l - l AB l = l DB l l DC l = l AB l + l BD l -l BC l
5
LIJNSTUKKEN
Wat dacht je van onderstaande lijnstukken en figuren ?
6
H3
H4
7
SOORTEN HOEKEN
HOEKEN H41. Bereken de aangegeven hoeken.
9032 33
4060 38
89 8696
11873
2. In bijgaande figuur zie je het bovenaanzicht van een haagmet een opening erin. Vanuit de punten D, E en F kan jedoor de opening kijken. Teken de kijkhoeken met als
respectieve hoekpunten D, E en F.
Welke kijkhoek is het grootst ?D . . . F
En hoeveel graden meet die ? E
3.12 1 12 2 12 3 12 4
29 3 9 3 9 3 9 3
6 6 6 6
Welke soort hoekwordt gevormd door de wijzers van : klok 1 klok 3
klok 2 klok 4
8
5840
140140
147
125
35
60
180
90
150
HOEKEN H44. Welke hoeken zijn aanliggende hoeken ?
5. Zijn volgende uitspraken "waar" of "niet waar" ?
Alle gestrekte hoeken zijn even groot. Alle scherpe hoeken zijn even groot. Alle stompe hoeken zijn even groot. Alle rechte hoeken zijn even groot. Elke gestrekte hoek is een stompe hoek.
Elke hoek van 123 is een stompe hoek.
6. Bereken :
l B1 l = 36
l B2 l = B
l B3 l =
l B4 l = 18
7. Sommige van deze vierhoeken hebben gelijke hoeken. Duid ze aan.
9
AANLIGGEND
AANLIGGENDzelfs
NEVENHOEKEN
WAAR
NIET WAAR
WAAR
WAAR
NIET WAAR
NIET WAAR
36
72
54
144
OEFENINGEN : BEWERKINGEN MET HOEKEN H4
26 35' 11" + 102 21' 09" = 26 34' 17" + 19 15' 24" =
100 19' 05" + 9 53' 14" = 37 22' 49" + 16 7' 35" =
13 45' 55" + 27 15' = 14 48' 57" + 6 39' 34" =
82 15' + 36 25" + 28 16' 35" = 115 29" + 43 11" + 6 19' 32" =
85 36' 48" - 24 12' 37" = 77 29' 17" - 25 38' 45" =
98 43' 16" - 23 27' 9" = 110 38' 42" - 68 46' 37" =
34 23' 27" - 15 14' 38" = 90 - 36 17' 42" =
57 34' 19" - 25 38' 26" = 90 15' - 36 17' 42" =
58 45' 26" - 33 25' 39" = 180 - 91 58' 34" =
( 85 14' 36" + 11 43' 39" ) - 90 25" = (175 12' - 35 8' 35" ) - 103 3' 45" =
2 . (86 17' 38" ) = ( 13 7' 16" ) . 3 =4 . ( 26 34' 17" ) = ( 5 19' 27" ) . 7 = 3 . ( 55 58' 49" ) = ( 16 34' 48" ) . 5 = 7 . ( 15 39' 16" ) = ( 10 42' 35" ) . 6 =
( 24 13' 18" ) : 2 = ( 175 38' 10" ) : 4 = ( 47 11' 21" ) : 3 = ( 13 17' 11" ) : 2 =
Vul onderstaand kader aan :
HOEK A HELFT van hoek A DUBBEL van hoek A
H 36
H 28 42'
H 56 48' 24"
H 35 17' 28"
10
128 56 20
110 12 19
41 55
146 32
45 49 11
53 30 24
21 28 31
164 20 12
61 24' 11
75 16 7
51 50 43
41 52 5
19 8 49
31 55' 53
53 42 18
53 57 18
88 1 2625 19 47
6 32 75
36 59 40
39 21 48
37 16 9
82 54
64 15 30
172 35 16
106 17 8
167 56 27
109 34 52
12 6 39
15 43 47
43 54 32,5
6 38 35,5
18 72
1421 5724
282412 1133648
173844 703456
1. Teken het beeld (in kleur) van onderstaande figuren t.o.v. de spiegelas s.Maak zoveel mogelijk gebruik van de ruitjes.
s
A A'
11
H5SPIEGELING
2. Sommige letters hebben geen as van symmetrie, andere wel. Teken de symmetrieassen van 3 onderstaande letters. Deel de letters in volgens het aantal assen.
K H XA B C D E F G H I J K L M NO P Q R S T UV W X Y Z
aantalsymmetrieassen letters
0 F G J L Q R S Z1 A B C D E K M T U V W Y
2 H I O X
3
4
meer dan 4
3. Teken de symmetrieassen van onderstaande figuren.
12
H5
SPIEGELEN in een GEIJKT VLAK
gegeven : ABC : A ( 4 , 4 ) B ( 3 , 1 ) C ( 1 , 2 )gevraagd : A1B1C1 = sx ( ABC)
A2B2C2 = sy ( ABC)
A3B3C3 = sO ( ABC)
A1 ( , ) B1 ( , ) C1 ( , )
A2 ( , ) B2 ( , ) C2( , )
A3 ( , ) B3 ( , ) C3 ( , )
13
H5
x
y
A
B
C
A1
B1
C1
A2
B2
C2
A3
B3
C3
4 4 3 1 1 2
-4 4 -3 1 -1 2
-4 -4 -3 -1 -1 -2
187
10
14A
H6INDELING van DRIEHOEKEN
INDELING van DRIEHOEKEN
1 lAl = lBl= lCl= lABl= lBCl= lACl=
2 lAl = lBl= lCl= lABl= lBCl= lACl=
3 lAl = lBl= lCl= lABl= lB