Corticiaceae op de Staddijk - KNNV Vereniging voor .... Staddijk... · kristalkern van 1-2 mm. ......

32
Corticiaceae op de Staddijk Van Dodemansvinger tot Donsvoetje. 16 januari 2011 Deelnemers 25. Louis en Anny Geraets, Toon Verheijen, Rob Remmerde, Jan Nillesen, Antoinette Dunnewind, Marjo Dam, Jeanne Swart, A. Huiberts, T vd Weem, Lukke Boots, Diana Rijsdijk, Robert Vos, Guido van Bernebeek, Rob Gorissen, Anneke. Foto’s Anny Geraets. Verslag Jan Nillesen. Excursieleider Nico Dam

Transcript of Corticiaceae op de Staddijk - KNNV Vereniging voor .... Staddijk... · kristalkern van 1-2 mm. ......

1

Corticiaceae op de Staddijk

Van Dodemansvinger tot Donsvoetje.

16 januari 2011

Deelnemers 25. Louis en Anny Geraets, Toon Verheijen, Rob Remmerde, Jan Nillesen, Antoinette Dunnewind, Marjo Dam, Jeanne Swart, A. Huiberts, T vd Weem, Lukke Boots, Diana Rijsdijk, Robert Vos, Guido van Bernebeek, Rob Gorissen, Anneke. Foto’s Anny Geraets.

Verslag Jan Nillesen. Excursieleider Nico Dam

Staddijk is een dunbevolkte wijk aan de westzijde van het stadsdeel Dukenburg. De Staddijk bestaat uit een noord-zuid verlopende dijk met enkele verspreide huizen, die evenwijdig loopt met de A73 en een gelijknamige stadspark. In het park Staddijk is nog een restant aanwezig van een verwilderd riviersysteem dat oorspronkelijk in het gehele stadsdeel Dukenburg in de ondergrond te vinden was. Dit is een zeer uniek restant van een verwilderd riviersysteem uit het laat Pleistoceen. Het is ontstaan na de laatste ijstijd, toen veel water werd afgevoerd door een groot aantal ondiepe geulen die zich regelmatig verlegden. Vanuit wetenschappelijke hoek is eind jaren '60 nog verzet geweest tegen de bebouwing van Dukenburg. De plannen voor de bebouwing van Dukenburg zijn wel doorgegaan, maar op onderdelen enigszins aangepast. Zo is een deel van dit systeem behouden in het park Staddijk.

Het park is aangelegd tussen

1970 en 1980 Het ontwerp laat

zien hoe het landschap er

vroeger heeft uitgezien: de loop

van de Maas en de ligging van

de voormalige uiterwaarden is te

herkennen in de waterpartijen. In

het parkplan zijn een aantal van

de oorspronkelijke bospercelen

gehandhaafd. Het bestaat uit 30

hectare stadspark, 30 hectare

natuurpark en 17 hectare

sportvelden. Doordat er veel

grond van elders is aangevoerd,

sta je in de Staddijk steeds weer

voor verrassingen

Es

Eik

Esdoorn

Grauwe wilg

Plataan

Schietwilg

Zachte berk

Zwarte els

Hazelaar→

Kardinaalsmuts

Lijsterbes

Rode kornoelje

Sleedoorn

Spaanse aak

Tweestijlige

meidoorn

Vlier

←Els

Korstzwammen.Corticiaceae.

Korstzwammen, soms ook wel schorszwammen

genaamd, is een verzamelnaam voor paddenstoelen

met een sterk vereenvoudigd vruchtlichaam, meestal in

de vorm van een korst of overtrek, aangedrukt liggend

op het substraat, meestal dood of levend hout. Het

vruchtlichaam bestaat meestal uit een dunne steriele

laag (hyfen) waarop het kiemvlies wordt aangelegd, dat de basidiën bevat die de sporen vormen.

Het oppervlak

van een korstzwam

kan glad zijn, maar meestal

is er een zichtbare

oppervlakte structuur:

bepoederd, rimpelig,

pukkelig, met fijne gaatjes

of stekeltjes,

enzovoort.

Deze structuur is er op gericht het oppervlak groter te maken,

zodat er meer sporen kunnen worden gevormd.

Echte korstzwammen groeien geheel aangedrukt over het substraat, maar er zijn er ook die kleine of grotere afstaande structuren vormen, die ook wel “hoedjes” worden genoemd. De overgang naar de houtzwammen (polyporen) is in dit opzicht vaak niet geheel duidelijk.

Lijst van Nico.

Wetenschappelijke naam Nederlandse naam

1 Antrodiella semisupina Wit dwergelfenbankje

2 Ascocoryne sarcoides s.l. Paarse knoopzwam s.l.

3 Auriculariopsis ampla Vals judasoor

4 Bjerkandera adusta Grijze buisjeszwam

5 Bjerkandera fumosa Rookzwam

6 Cerocorticium confluens Ziekenhuisboomkorst

7 Chaetosphaerella phaeostroma Zwart viltmatje

8 Clavulinopsis corniculata Sikkelkoraalzwam

9 Cylindrobasidion laeve Donzige korstzwam

10 Daedaleopsis confragosa Roodporiehoutzwam

11 Dendrothele acerina Esdoornpuzzelkorstje

12 Diatrype bullata Wilgeschorsschijfje

13 Diatrype stigma Korstvormig schorsschijfje 14 Diatrypella quercina Eikeschorsschijfje

15 Exidia truncata Eiketrilzwam

16 Flammulina velutipes Fluweelpootje

17 Ganoderma lipsiense Platte tonderzwam

18 Hirneola auricula-judae Judasoor

19 Hypoxylon spec. Een kogelzwam

20 Lachnella alboviolascens Dofpaars wolschijfje

21 Langermannia gigantea Reuzenbovist

22 Lenzites betulinus Fopelfenbankje

23 Lycoperdon perlatum Parelstuifzwam

24 Melanomma pulvis-pyrius

25 Meruliopsis corium Papierzwammetje

26 Mucilago crustacea

27 Mycena adscendens Suikermycena

28 Mycena clavularis Kleverige schorsmycena 29 Mycena hiemalis Stronkmycena

30 Mycena vitilis Papilmycena

31 Myxarium grilletii Grijze suikertrilzwam

32 Myxarium nucleatum Klontjestrilzwam

33 Nectria cinnabarina Meniezwam

34 Panellus stipticus Scherpe schelpzwam

35 Peniophora incarnata Oranjerode schorszwam 36 Peniophora lycii Berijpte schorszwam

37 Perichaena depressa

38 Peziza spec.

39 Phellinus tuberculosus Boomgaardvuurzwam

40 Phlebia radiata Oranje aderzwam

41 Phlebia rufa Porieaderzwam

42 Phlebiella vaga Zwavelschorszwam

43 Piptoporus betulinus Berkenzwam

44 Polydesmia pruinosa Kernzwamknopje

45 Rhodocybe gemina Vleeskleurige zalmplaat

46 Rogersella sambuci Witte vlierschorszwam

47 Sarcoscypha coccinea ss. str. Rode kelkzwam

48 Schizopora paradoxa s.l. Witte tandzwam s.l.

49 Sistotrema oblongisporum Grijze urnkorstzwam

50 Steccherinum ochraceum s.l. Roze raspzwam s.l.

51 Stereum hirsutum Gele korstzwam

52 Stereum ochraceoflavum Twijgkorstzwam

53 Stereum rugosum Gerimpelde korstzwam

54 Taphrina alni Elzenvlag

55 Trametes gibbosa Witte bultzwam

56 Trametes hirsuta Ruig elfenbankje

57 Trametes versicolor Gewoon elfenbankje

58 Trechispora farinacea Melig dwergkorstje

59 Tremella mesenterica Gele trilzwam

60 Tubaria furfuracea s.l. Gewoon donsvoetje s.l.

61 Tulasnella eichleriana Roze waaszwam

62 Tulasnella tomaculum

63 Xylaria hypoxylon Geweizwam

64 Xylaria longipes Esdoornhoutknotszwam

Zwarte kruitzwam↓

Roze waaszwam ↓

Melig dwergkorstje ↓

Roze raspzwam s.l.

Grijze urnkorstzwam↓

Gerimpelde korstzwam↓

Kernzwamknopje↓

Zwavelschorszwam ↓

Berijpte schorszwam ↓

Scherpe schelpzwam ↓

Papilmycena↓

Porieaderzwam↓

Stronkmycena↓

Berkenzwam↓

Roze raspzwam ss.lat↓

Platte tonderzwam↓

Reuzenbovist ↓

Dodemansvinger=Houtknotszwam↓

Dodemansvinger↓

Winter donsvoetje↓

Rode kelkzwam↓

Kogelzwam ↓

Stroma hard, bruinzwart tot zwart

Roodporiehoutzwam↓

Donzige korstzwam ↓

Deze saprofyr (Cylindrobasidium laeve) begint als een witte vlek met een donzige rand. Deze rand is dan ook de aangroeizone zoals ook hier te zien. Als hij oud wordt kleurt hij beige met nog een witte rand. Hij verschijnt als eerste (een pionier) op zaagvlakken van stammen en stronken maar ook op takken. In elk geval een "donzige verschijning" met aparte kleuren.

Eikentrilzwam↓

Eikenschorsschijfje↓

2/4 mm. Breekt door de schors

Rookzwam↓

(Bjerkandera fumosa) Lijkt in jonge toestand op Grijze buisjeszwam, maar is gezoneerd bij doorbreken. Dat wil zeggen: er zit een karton kleurig flinterdun laagje kraakbeen tussen de viltige bovenkant en de vlezige onderkant.

heen. Bovenzijde wrattig. Met

papillen

Elzenvlagzwam ↓

Esdoornhoutknotszwam ↓

Gewoon fluweelpootje↓

Ruig elfenbankje↓

Sikkel koraalzwam↓

Wilgeschorssschijfje↓

Fopelfenbankje ↓

Het Fopelfenbankje heeft plaatjes en parasiteert op het mycelium van het Elfenbankje

Gewoon elfenbankje↓

Kleverige schorsmycena ↓

Twijgkorstzwam↓

Vals judasoor↓

Gele korstzwam↓

Gele trilzwam↓

De gele trilzwam parasiteert op het mycelium van een

schorszwam

Geweizwam↓

Op een populier groeide:

Vals judasoor. Je ziet op de foto van Anny de onderzijde. Die is

glad, licht oker tot kaneelkleurig. De bovenzijde is viltig behaard.↓

Witte vlierschorszwam ↓

Gewoon fluweelpootje↓

Grijze gaatjeszwam↓

Hulstdekselbekertje [niet na

gedetermineerd, daarom niet zeker.]↓

Klontjestrilzwam ↓

Waaiertje↓

Sneeuwwit franjekelkje ?

De Klontjestrilzwam is doorschijnend met witte kristalkern van 1-2 mm.

Vaak verslijmend

Gewoon Meniezwammetje↓

Perfecte en imperfecte vorm

.

Er zijn twee duidelijke stadia bij

Wit dwergelfenbankje↓

Witte bultzwam↓

Witte tandzwam ↓

deze ascomyceet. Eerst

manifesteert het zich in de vorm van lichtroze vlekjes op hout. Er

worden talloze ongeslachtelijke

sporen gevormd. Deze heten conidia. Het tweede stadium

bestaat uit donker rode wratjes, die de sporenzakjes dragen.

Oranjerode schorszwam↓

Paarse knoopzwam [imperfect]↓

Papierzwam↓

Op de onderkant van een tak loofhout. Leerachtig,

langgerekt. Ze vormen schijnhoedjes aan de randen.

De zwam wordt enkele centimeters breed en

decimeters lang. Kleur is wit tot okergeel.

Ziekenhuisboomkorst ↓

Ziekenhuisboomkorst ↓ (Cerocorticium confluens)

Dit wasachtige, blauwgrijze korstje ruikt naar lysol of soortgelijke ontsmettingsmiddelen bij wrijven over het oppervlak. Het korstje komt veel voor op dode takken van Gladde iep en Spaanse aak. Het korstje is zelden op een vaste plaats te vinden en dat doet vermoeden dat dit korstje meer afhankelijk is van de afbraakfase van het hout en de relatieve vochtigheid van de vindplaats gedurende het hele jaar.

Parelstuifzwam↓

De Oranjerode schorszwam, kleurt van bleek of helder oranje tot zalmkleurig roze. Deze foto van Anny

toont de korstzwam op het hout van Zwarte Els ↓

Zwarte trilzwam↓

Boomgaardvuurzwam ↓

Vleeskleurige zalmplaat↓

Esdoornpuzzelkorstje ↓

De Boomgaardvuurzwam is meerjarig. Het dikke kussen heeft meerdere buisjeslagen

Korstvormig schorsschijfje↓

Stronkmycena ↓

Suikermycena↓

Dofpaars wolschijfje↓

Zwart viltmatje

Houtknotszwam =Dodemansvinger

Op de rijpe vrucht zijn aan het oppervlak de putjes van de perithecia te zien. De asci en de sporen worden gevormd in de kleine bolvormige zwarte perithecia, die vlak onder het oppervlak liggen en een uitmonding naar buiten hebben.

Een overmaatse gerimpelde gombal.

De Gele trilzwammen op de eiken springen meteen in het oog. Als kleurige snoepjes hangen ze, precies op ooghoogte, op en onder eikentakken geplakt. We kunnen ze dus goed bewonderen. Het vruchtlichaam bestaat uit een propje van gelatineuse, slappe lobben. Ze zien er vochtig en glad uit maar als je er zachtjes in knijpt zijn ze verrassend veerkrachtig. En ondanks de kou zijn ze niet bevroren, alsof er een natuurlijk antivries in zit. Soms zijn ze knaloranje. De kleur is afhankelijk van leeftijd en vochtgehalte. Straks als hij wat ouder is trekt hij langzaam bleek weg. Als hij verdroogt verschrompelt hij tot een taai donkeroranje velletje. Na een regenbuitje kan hij weer opzwellen tot zijn oorspronkelijke vorm en krijgt hij weer meer kleur. Een taaie rakker dus, deze paddenstoel. Achter zijn misleidende uiterlijk van overmaatse, gerimpelde gombal schuilen nog meer geheimen. De Gele trilzwam is namelijk een parasiet. Hij haalt zijn voedingsstoffen niet uit het dode hout maar uit een ander levend organisme. Het is hier de zwamvlok van een Schorszwammetje dat op eikenhout leeft. Vandaar dat je de Gele Trilzwam ook vaak op eikenhout vindt. De gele trilzwam komt het hele jaar voor en overleeft klaarblijkelijk zelfs vele weken van sneeuw en strenge vorst. Hij kan tot 10cm breed worden. Tremella mesenterica is een soort die zowat in de hele wereld voorkomt. Volgens mijn Russische oom verschijnt deze zwam in je voortuintje als je vervloekt bent door een heks. De beste manier om de vervloeking ongedaan te maken is het zwammetje lek te prikken met spelden.

Toon bestudeert Groot kalkschuim

Myxomyceten

Variabel kristalkopje

Gezellig draadwatje

Tuinslijmzwam

Groot kalkschuim

Plat goudkussentje

Over de hele wereld bestaan ongeveer vijfhonderd soorten slijmzwammen. Het zijn rare wezens, want ze hebben veel weg van sporenplanten zoals paddenstoelen, maar ook van eencellige dieren

zoals amoeben. Lange tijd hebben biologen niet goed geweten of ze de slijmzwammen moesten indelen onder de planten of in het dierenrijk. Inmiddels is de algemene opvatting dat de levende natuur niet strikt kan worden verdeeld in een planten- en een dierenrijk. De slijmzwammen vormen een rijk apart. Met paddenstoelen hebben ze niets te maken.

Drie stadia

Slijmzwammen kennen drie levensstadia. Uit sporen ontstaan microscopisch kleine eencellige organismen, die zich kruipend of zwemmend voortbewegen. Die voegen zich samen tot een rondkruipende kolonie. Dit plasmodium verandert in een onbeweeglijk vlies, waarop kussen- of knotsvormige sporenlichamen zitten. Daarin worden de sporen gevormd, waarmee de slijmzwammen zich verspreiden.

We vonden de slijmzwammen op dood hout en vermolmd blad. Ze leven daar echter niet van.

Gezellig draadwatje↑

Variabel kristalkopje↑

Nico wees ons op dit plasmodium ↑ Meestal is het geaderd en breidt het zich waaiervormig uit. Als je zo'n plasmodium door een loep bekijkt, zie je duidelijke stromingen in de massa.

Het verhaal gaat dat een padden stoelenkenner eens heksenboter vond en omdat deze zwam hem onbekend was, deze in een blikken sigarendoosje mee naar huis nam. Die sigarendoosjes hadden een perforatie in de zijkant. Hij had het doosje neergelegd in de keuken en het vervolgens vergeten. Verbaasd zag hij de volgende morgen dat het plasmodium op de buitenkant van het doosje zat: het was door de minuscule gaatjes naar buiten gekropen.

Sporenlichaam

Als het plasmodium genoeg voedsel heeft opgenomen, trekt het zich samen en krijgt het een velletje. Meestal krijgt dit sporenlichaam een andere kleur dan het plasmodium. De gele heksenboter wordt een bruinzwarte bol, de knalrode bloedweizwam vormt de roze, lichtbruine of grijze billetjes.

Als de sporen rijp zijn, barst het omhullende vlies en kunnen de

sporen door de wind of door regenwater worden verspreid. Op een geschikte plek terechtgekomen begint uit de sporen de kringloop opnieuw

.

Geaderd plasmodium dat zich

waaiervormig uitspreidt ↓

Bosklauwtjesmos↓

Fijn laddermos↓

Gerimpeld boogsterrenmos↓

Gewone haarmuts↓

Groot rimpelmos↓

Grijze haarmuts ↓

Bij de grijze haarmuts heeft het

blad een getande glashaar

Klein snavelmos ↓

Gewoon dikkopmos↓

Gewoon kantmos ↓

Gewoon kantmos↑

Op de vochtige beschaduwde kalkhoudende leem

Kleivedermos↓

Gewoon kleimos ↓

← Gewoon kantmos groeide

er in een los bleekgroen matje.

Het is eenhuizig. Perianthen worden soms aan de

stengeltoppen gevormd.

Een vruchtgal en een bloemgal.

Elzenvlag

Op de vruchten van de Zwarte els groeide de Elzenvlag. Het is een parasitaire schimmel. [Taphrina alni] De sporen ontwikkelen zich in zakjes

Bloemkoolgal

Een bloemgal zat op de Es. Deze gal wordt ook wel bloemkooolgal genoemd. De naam Esbloemklompjes kwam ik ook tegen.

Ze worden veroorzaakt door de Essenbloesemmijt.

Aceria fraxinivora

Kapjesvingermos Groot dooiermos

Literatuur verwijzing van Nico

Het best is de serie "Corticiaceae of North Europe" door John Eriksson et al.. Acht deeltjes, engelstalig, met sleutels, beschrijvingen en prachtige tekeningen van de microscopie, maar helaas nauwelijks meer te krijgen. Er zijn wel kopieën in omloop. Recenter is deel 12 van de reeks Fungi Europaei, Corticiaceae, van A. Bernicchia (ital/engels). Dat is meer op Zuid-Europa gericht, maar de sleutels zijn goed bijgewerkt; en er staan kleurenfoto's in.

De Staddijk bezocht.