Chronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico’s...(1,5 miljoen Nederlanders) 10% een hoog...
Transcript of Chronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico’s...(1,5 miljoen Nederlanders) 10% een hoog...
1
Chronische nierschade: hoe vaak,stadia en risico’s
Nierschade beschadigt het lichaam, vaak zonder dat het wordt opgemerkt. Mensen met chronische nierschade hebben aanvankelijk weinig klachten, maar ondertussen hebben zij een verhoogd risico op hart-en vaatziekten zoals hartfalen, een hartinfarct of een herseninfarct. Chronische nierschade is onomkeerbaar en komt veel voor: in Nederland hebben ongeveer 1,7 miljoen mensen chronische nierschade.
Nierschade vraagt om continue alert-heid en aandacht van de behandelaar
Factsheet
Nieren en nierschade
deel 3
Mensen met chronische nierschade behoren tot de
groep mensen met het hoogste risico op hart- en
vaatziekten zoals hartfalen, een hartinfarct of een
herseninfarct. Het is dus van essentieel belang hier
in de behandeling alert op te zijn en chronische
nierschade vroeg op te sporen, bijvoorbeeld met
een risicotest. In de beginfase van chronische nier-
schade hebben mensen geen tot weinig klachten
en verloopt het ziekteproces onopgemerkt. Hoe
ernstiger de schade, des te meer klachten en
medische problemen kunnen ontstaan en des te
complexer de behandeling wordt. Klachten ontstaan
meestal pas als de nieren sterk achteruit zijn
gegaan en de werking ervan nog maar 30% of minder
is. Nierfunctievervangende behandeling (dialyse of
niertransplantatie) is over het algemeen nodig als de
nierfunctie ongeveer 10% is.
Nierfunctie en eiwitverlies: voorspellers van complicaties
Lange tijd werd de prognose van mensen met
chronische nierschade beoordeeld aan de hand van
de mate van nierfunctieverlies. Maar ook de mate
van eiwitverlies in de urine is een belangrijke voor-
spellende factor. Voor nierfunctie en eiwitverlies in
de urine geldt: naarmate de nierfunctie slechter is
en/of het eiwitverlies in de urine groter, is de kans
op nierfalen en het risico op hart- en vaatziekten
groter en de levensverwachting slechter.1]
De voorspellende waarde van nierfunctie en eiwit-
verlies staan los van de aanwezigheid van andere
bekende risicofactoren voor hart- en vaatziekten
zoals roken, overgewicht, diabetes, hoge bloeddruk
en een hoog cholesterolgehalte. Dus zowel ver-
minderde nierfunctie als eiwitverlies zijn belang-
rijke factoren en vragen om tijdige signalering en
regelmatige controle, met zo nodig een adequate
behandeling. Dat geldt met name bij risicogroepen
als mensen met hart- en vaatziekten, diabetes en
hoge bloeddruk.
!
2
2x
2-4x
4-14x
Vergroting kans op overlijden aan de gevolgen vanhart- en vaatziekten per risicocategorie
© Maaike Wijnands / Nierstichting
Stadia en risico’s van chronische nierschade Hart- en vaatziekten als complicatie
De indeling van chronische nierschade in verschillende
stadia wordt gebaseerd op:
• de nierfunctie,
• aanwezigheid van eiwit in de urine.
In de nieuwe internationale classificatie gaat men uit
van zes klassen voor de nierfunctie en drie klassen voor
de aanwezigheid van eiwit.2]
Naast de indeling in zes klassen voor de nierfunctie en
drie klassen voor de aanwezigheid van eiwit (albumi-
nurie), is er ook een indeling gemaakt in vier globale
klassen. Deze zijn gedefinieerd op basis van het risico
op gezondheidsproblemen. Deze risico-indeling is
gebaseerd op een aantal meta-analyses. Dat zijn grote
onderzoeken waarin de gegevens van meerdere onder-
zoeken tezamen worden genomen. Daarbij is onder
andere gekeken naar:
• het risico op het ontstaan van nierfalen (zeer
ernstig verminderde nierfunctie waarbij nierfunctie-
vervangende behandeling noodzakelijk is),
• het risico op overlijden ten gevolge van cardio-
vasculaire oorzaken (hart- en vaatziekten).
Op basis van dit onderzoek heeft men vier
ver schillende risicocategorieën bepaald:
• normaal risico;
• matig verhoogd risico;
• hoog risico;
• sterk verhoogd risico.[2, 3, 4]Risico op chronische
nierschade
normaal
matig verhoogd
hoog
sterk verhoogd
ernstig verminderd(15%-29%)
Stadia en risico chronische nierschade
normaal of hoog(� 90%)
licht verminderd(60%-89%)
licht tot matig verminderd(45%-59%)
matig tot ernstig verminderd(30%-44%)
zeer ernstig verminderd(�15%): Nierfalen
Nierfunctie
Kidney International Supplements (2013) 3, 19-62
Meer dan 3 maanden aan-wezigheid van eiwit in urine
norm
aal -
licht
verh
oogd
mat
ig v
erho
ogd
ster
k ve
rhoo
gd
Mensen met chronische nierschade hebben meer kans
om te overlijden aan hart- en vaatziekten – zoals hart-
falen, een hartinfarct of een herseninfarct – dan mensen
die geen nierschade hebben.
Vergroting kans op overlijden aan de gevolgen
van hart- en vaatziekten
Mensen die tot de groep met een matig verhoogd risico
(gele categorie) behoren, hebben tot ruim 2 x meer kans
om te overlijden ten gevolge van hart-en vaatziekten dan
mensen die geen nierschade hebben. Mensen die tot de
Stadia en risico’s chronische nierschade2]
Risico op chronische
nierschade
normaal
matig verhoogd
hoog
sterk verhoogd
ernstig verminderd(15%-29%)
Stadia en risico chronische nierschade
normaal of hoog(� 90%)
licht verminderd(60%-89%)
licht tot matig verminderd(45%-59%)
matig tot ernstig verminderd(30%-44%)
zeer ernstig verminderd(�15%): Nierfalen
Nierfunctie
Kidney International Supplements (2013) 3, 19-62
Meer dan 3 maanden aan-wezigheid van eiwit in urine
norm
aal -
licht
verh
oogd
mat
ig v
erho
ogd
ster
k ve
rhoo
gd
3
Hoe vaak komen hart- en vaatziekten voor bij:
Levensverwachtinggroep met een hoog risico (oranje categorie) behoren,
hebben daarop 2 tot 4 x meer kans en mensen die tot
de groep met een sterk verhoogd risico (rode categorie)
behoren hebben 4 tot 14 x meer kans om te overlijden
ten gevolge van hart-en vaatziekten.
De aanwezigheid van hart- en vaatziekten bij mensen
ouder dan 65 is hieronder weergegeven.5] De figuur laat
de percentages hartfalen, hartinfarct en ‘beroerte’ (CVA/
TIA) zien bij mensen met nierschade: 61,3% van de
mensen met nierschade heeft een hart- en vaatziekte
(slechts 38,7% heeft geen hart- en vaatziekte). Hartfalen
en hartinfarcten komen meer dan 2 x zo vaak voor
vergeleken met de groep mensen zonder nier schade.
Door de ernstige gevolgen van de aandoening hebben
mensen met chronische nierschade een verminderde
levensverwachting. Zo hebben mensen van 55 jaar met
een matig verlaagde nierfunctie ( ) een verminderde
levensverwachting van ongeveer 7 jaar, vergeleken met
mensen die een normale nierfunctie hebben.
Voor mensen van 55 jaar met ernstig verlaagde nier-
functie ( ) is de levensverwachting zelfs met ruim
12 jaar verminderd.6]CVA/TIA hartfalen hartinfarct geen hart- en vaatziektengeen hart- en vaatziekten
mensen ouder dan 65 jaar met
chronische nierschade?
mensen ouder dan 65 jaar zonder
chronische nierschade?
20,3%
18,5% 6,4% 15,1%42,9%
26,7%
61,7% 38,7%
Hoe vaak komen hart- en vaatziekten voor bij:
Ook mensen met matig of sterk verhoogd eiwitverlies
in de urine hebben een verminderde levensverwachting
in vergelijking met mensen met een normale tot licht
verhoogde hoeveelheid eiwit in de urine.
Iemand van 55 jaar heeft bij matig verhoogd eiwit-
verlies ( ) een verminderde levensverwachting van
gemiddeld 6 jaar en bij sterk verhoogd eiwit in de urine
( ) een verminderde levensverwachting van gemiddeld
11 jaar .6]
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
0
10
15
5
20
25
30
35
40
45
20,7
14,0
9,4
18,8
19,9
12,4
7,2
5,6
30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80
Levensverwachting eiwitverlies
leeftijd in jaren
leve
nsve
rwac
htin
g in
jare
n
leve
nsve
rwac
htin
g in
jare
n
leeftijd in jaren
Levensverwachting nierfunctie
30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 800
5
10
15
20
25
30
35
40
45
0
10
15
5
20
25
30
35
40
45
20,7
14,0
9,4
18,8
19,9
12,4
7,2
5,6
30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80
Levensverwachting eiwitverlies
leeftijd in jaren
leve
nsve
rwac
htin
g in
jare
n
leve
nsve
rwac
htin
g in
jare
n
leeftijd in jaren
Levensverwachting nierfunctie
30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80
Nierfunctie Eiwitverlies
normaal eiwitverlies (< 30mg/dag)matig verhoogd eiwitverlies (30-300mg/dag)sterk verhoogd eiwitverlies (> 300mg/dag)
nierfunctie normaal (60%)nierfunctie mild verlaagd (45-60%)nierfunctie matig verlaagd (30-45%)nierfunctie ernstig verlaagd (15-30%)nierfunctie zeer ernstig verlaagd (<15%)
4
Hoe vaak komt chronische nierschade voor?
Chronische nierschade komt veel voor, 10,6 % van de
Nederlandse bevolking heeft chronische nierschade.
Uitgaande van ongeveer 17 miljoen inwoners gaat het
hierbij om ongeveer 1,7 miljoen mensen met chronische
nier schade. Deze schatting komt voort uit een in
Nederland uitgevoerd grootschalig bevolkingsonder-
zoek in de regio Groningen (de PREVEND-studie)
waarbij een grote groep mensen meerdere keren is
gescreend en gedurende jaren is gevolgd.
Wereldwijd liggen de percentages over het vóórkomen
van chronische nierschade bij volwassenen tussen
8-16%.7] In de Verenigde Staten (13%)8] en andere
Europese landen (Noorwegen 11,2%, Spanje 12,5%9])
zijn de percentages vergelijkbaar met Nederland.
Nierfunctie en leeftijd
Vanaf ongeveer 40 jaar neemt, in een normale situatie,
de nierfunctie geleidelijk af met ongeveer 0,4% per jaar
(zie figuur). Iemand die verder gezond is, kan door die
achteruitgang op 70-jarige leeftijd een nierfunctie hebben
tussen de 60% en 45%. Meer dan 40% van de mensen
ouder dan 70 jaar heeft chronische nierschade.11]
De verminderde nierfunctie wordt dan vaak als normaal
gezien. Maar ook op oudere leeftijd is een verminderde
nierfunctie een risico op ziekte en sterfte en moet de
dosering van sommige geneesmiddelen worden aange-
past. Een verminderde nierfunctie vraagt dan ook altijd om
serieuze aandacht en alertheid. Per individu moet, rekening
houdend met leeftijd en levensverwachting, beoordeeld
worden welke behandeling en welke behandelaar (huisarts
of specialist) het beste past.
Achteruitgang nierfunctie bij gezonde mensen met
het stijgen van de leeftijd10]Achteruitgang nierfunctie bij gezonde mensen
met het stijgen van de leeftijd
18–2
5
25–3
0
30–3
5
35–4
0
40–4
5
45–5
0
50–5
5
55–6
0
60–6
5
65–7
0
70–7
5
75–8
0
80–8
5
>85
leeftijdge
mid
deld
e ge
scha
tte
nier
func
tie(e
GFR
)
100%
50%60%70%80%90%
40%
0%10%20%30%
vrouwenmannen
87% een matig verhoogd risico (1,5 miljoen Nederlanders)10% een hoog risico (170.000 Nederlanders)3% een sterk verhoogd risico (50.000 Nederlanders) op onder andere nierfalen en op overlijden ten gevolge van hart- en vaatziekten.
Van de ruim 10,6 % van de Nederlandse bevolkingmet chronische nierschade heeft:
10,6% van de Nederlandse bevolking (1,7 miljoen mensen) heeft chronische nierschadeDoor vergrijzing en toename mensen met diabetes en hoge bloeddruk neemt dat aantal verder toe.
Aantal mensen met chronische nierschade in Nederland
5
Hoe vaak komt chronische nierschade voor bij mensen met diabetes en hoge bloeddruk?
Diabetes en hoge bloeddruk (hypertensie) zijn twee
belangrijke oorzaken voor het ontstaan van chronische
nierschade.
Diabetes Mellitus
Nierschade ten gevolge van diabetes treedt op bij
25-40% van de patiënten met type 1 of type 2 dia betes
binnen 20-25 jaar na diagnosestelling.[12, 13]
Uit Nederlands onderzoek blijkt dat meer dan een
kwart (28%) van de mensen met diabetes chronische
nierschade heeft.14]
Het huidige aantal mensen met diabetes wordt in
2014 geschat op ruim 900.000 mensen (5% op de
Nederlandse bevolking van ongeveer 17 miljoen).
In het trendscenario van de Volksgezondheid Toekomst
Verkenning 2014 wordt aangegeven dat het aantal
mensen met diabetes van ruim 830.000 in 2011 stijgt
naar 1,2 miljoen in 2030. Deze stijging is enerzijds
gebaseerd op de verwachte groei en vergrijzing van
de bevolking en anderzijds op de verwachte toename
als gevolg van overgewicht.15] De verwachting is dat
ook het aantal mensen met chronische nierschade
als gevolg van diabetes in de komende jaren zal toe-
nemen.14]
Hypertensie (hoge bloeddruk)
Één op de drie (31,4%) Nederlanders tussen de 30 en
70 jaar heeft een hoge bloeddruk. Dat wil zeggen een
bovendruk van ≥ 140 mmHg en/of een onderdruk van
≥ 90 mmHg. Meegerekend zijn de mensen die bloeddruk-
verlagende medicatie gebruiken vanwege een hoge bloed-
druk.16] Van de mensen met hoge bloeddruk heeft ongeveer
1 op de 5 (21%) patiënten chronische nierschade.13]
28% van de mensen met diabetes
heeft chronische nierschade
21% van de mensen met hoge bloedruk
heeft chronische nierschade
28% 21%
28% van de mensen metdiabetes heeft
chronische nierschade.
21% van de mensen methoge bloeddruk heeftchronische nierschade.
28% 21%
28% van de mensen metdiabetes heeft
chronische nierschade.
21% van de mensen methoge bloeddruk heeftchronische nierschade.
6
Tekst
• Prof. dr. Ron Gansevoort, nefroloog, Universitair
Medisch Centrum Groningen
• Beatrijs van der Poel, Verpleegkundig Beleid en Advies
Vormgeving en infographics
• Maaike Wijnands, oeHoe infographics en illustraties
Met dank voor hun inhoudelijke inbreng en deskundig
commentaar:
• Drs. Jacintha van Balen, huisarts en wetenschappe-
lijk medewerker Nederlands Huisartsen Genootschap
(NHG).
• Dr. Marjolijn van Buren, internist-nefroloog, Haga
Ziekenhuis Den Haag en Leids Universitair Medisch
Centrum.
• Dr. Nynke Scherpbier-de Haan, huisarts en onderzoeker
afdeling Eerstelijnsgeneeskunde Radboudumc,
Nijmegen.
• Prof. dr. Pieter ter Wee, internist-nefroloog, Vrije
Universiteit Medisch Centrum Amsterdam.
© Nierstichting, juli 2018
Colofon
Deze factsheet is een uitgave van de Nierstichting. De inhoud is gebaseerd op de huidige stand van de wetenschap en
met grote zorg en in samenwerking met deskundigen samengesteld. De Nierstichting kan echter geen aansprakelijkheid
aanvaarden voor eventuele onjuistheden of onvolkomenheden.
Deze factsheet is deel 3 van de serie van tien factsheets over nieren en nierschade. De serie bestaat uit de volgende
factsheets:
1 Nieren en chronische nierschade
2 Oorzaken van chronische nierschade
3 Chronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico’s
4 Klachten en behandeling chronische nierschade
5 Vroeg opsporen, preventie en behandeling chronische nierschade
6 Nierfalen en nierfunctievervangende behandeling
7 Niertransplantatie, donatie en wachtlijst
8 Dialyse: vormen, aantal patiënten en gevolgen
9 Nieren en zout
10 Nieren en medicatie
Coördinatie en eindreactie
• Dr. Katja van Geffen, manager Zorg & Innovatie,
Nierstichting.
Bronnen
De lijst met literatuurreferenties is te vinden op
www.nierstichting.nl/bronnen-factsheets
of kan opgevraagd worden door een e-mail te sturen naar