boekje hoornaar

60
Kom, ik zal u mijn kerk laten zien HERVORMDE GEMEENTE HOORNAAR

description

boekje over kerk hoornaar

Transcript of boekje hoornaar

Page 1: boekje hoornaar

Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Hervormde gemeente Hoornaar

Page 2: boekje hoornaar

2 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Hervormde gemeente Hoornaar

Page 3: boekje hoornaar

3 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Hervormde gemeente Hoornaar

april 2013

ter gelegenheid van de opening

van De Kerkbuurt te Hoornaar

Page 4: boekje hoornaar
Page 5: boekje hoornaar

Inhoudsopgave

05 Inleiding

11 Bouw

13 Verwoesting en herbouw

19 Zwarte bladzijde in de kerkelijke geschiedenis

23 Het interieur

41 Het exterieur

49 De kerk in oude ansichten

53 Nawoord

56 Colofon

Page 6: boekje hoornaar

06 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 7: boekje hoornaar

Inleiding | 07

Beste lezers en lezeressen,

Dit boekje bevat een schat aan wetenswaardigheden

over de oude dorpskerk van Hoornaar. De kerk staat

midden in het dorp en vormt een vanzelfsprekend

onderdeel van het dorpsleven. We ervaren de

onderlinge betrokkenheid met name in de zondagse

erediensten. Er worden kinderen gedoopt en mensen

trouwen in de kerk. Vanuit de kerk nemen we ook

afscheid van hen die zijn overleden. Dit gebeurt jaar

in jaar uit en dat al eeuwen lang! Kortom… het is een

centrale plek in onze dorpsgemeenschap.

Om deze plek levendig te houden, maken we een rondgang door de kerk.

Misschien spoort het u/jou aan om de kerk ook van binnen te bekijken. Dit

verhaal zal u verteld worden door een bijzondere “gids”. Hij stelt zichzelf

wel aan u voor en ik hoop dat u er veel genoegen aan beleeft. Een goede

rondgang dan wel vlucht gewenst!

De Hervormde gemeente van Hoornaar

Page 8: boekje hoornaar

08 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 9: boekje hoornaar

Inleiding | 09

Hallo, mag ik me even voorstellen?

Mijn naam is Diderick en ik behoor tot een eksterfamilie.

Wij komen graag in deze streek, want het liefst bouwen

wij ons nest in een hoge boom. En… die zijn er genoeg

in de Alblasserwaard. Maar laat ik me beperken tot

Hoornaar. Onze thuisbases zijn de hoge platanen die voor

de pastorie staan! Mijn naam is dus - zoals ik al zei - met

uw welnemen: Diderick! Dat betekent: machtig onder het

volk. Ik bedoel maar! Jullie mogen me ook Dirck noemen,

maar dan wél met een C aan het einde vóór de K!

Het is natuurlijk niet de bedoeling, dat ik wordt verward

met een ander dier, namelijk Dirk 4! Dat is de stier die

Hoornaar grote bekendheid heeft gegeven. In 1981 kwam

zelfs ZKH Prins Bernhard zijn standbeeld onthullen.

Vandaar dat zijn naam ook blijvend is. Maar… terug naar

mijn eigen nest. Zoals jullie weten, zijn wij eksters niet

bepaald verlegen. Ja, sommigen vinden ons zelfs brutaal.

Toch kunnen de mensen nog van ons leren, want mijn

ouders vormen een broedpaar voor het leven. Zij blijven

elkaar een levenlang trouw.

Voor ons als kinderen is dat fijn. Je begrijpt dat er heel

wat afgekwetterd is thuis. Ieder had zo zijn eigen verhaal.

(Elk vogeltje zingt immers zoals het gebekt is). Het

meest interessant waren mijn verhalen, want, weet je,

als de kerkdeur open stond, vloog ik er naar binnen!

Ik voelde me er prettig en ik wilde er zoveel mogelijk

van weten. Dus…

Page 10: boekje hoornaar

10 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 11: boekje hoornaar

Kom, ik laat u mijn kerk zien | 11

Page 12: boekje hoornaar

12 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Groot bord onder de toren met de ontstaansgeschiedenis.

Page 13: boekje hoornaar

Bouw | 13

Bouw

Deze kerk is al heel oud. De allereerste kerk werd

in 642 door Jan van Arkel I gebouwd en al heel snel

door de Geldersen verwoest. Daarna verwoestten de

Noormannen haar opnieuw, maar in 694 herbouwde

Jan van Arkel III het kerkje.

Het zou zijn ingewijd door Bisschop Wigbert (of Swidbert) en gewijd aan

de Heilige Dyonysius. Volgens overlevering en later opgedane kennis bij

diverse restauraties, zou dit tufstenen zaalkerkje ongeveer 7 meter breed

zijn geweest en tot de eerste kerkstichtingen hebben behoord. Aan de

noordkant kunt u daar nog een stukje van zien. Of deze jaartallen allemaal

kloppen, is de grote vraag, maar onder de toren hangt een groot bord,

waar “dit verhaal” op staat.

Page 14: boekje hoornaar

14 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

De kerk staat op een donk.

Page 15: boekje hoornaar

Verwoesting en herbouw | 15

In 1481 hebben de Leerdammers het gehele dorp in brand gestoken en

werd er heftig gevochten rond de kerk en het kerkhof. Het waren roerige

tijden en ook in 1513 werd er weer strijd gevoerd met de Geldersen en

de Utrechters. Wat er precies gebeurde, weet niemand, maar op 5 juni

1523 viel de toren op H.Sacramentsavond bovenop het interieur en … de

verwoesting was verschrikkelijk. Vermoedelijk was de toren verzwakt als

gevolg van de oorlogshandelingen. Het Onze Lieve Vrouwe-altaar en de

heiligenbeelden waren helemaal stuk. Ook de misgewaden en de sieraden

liepen ernstige schade op. In de restanten van de kerk werden toch nog

erediensten gehouden en pas ruim 30 jaar later, op 12 maart 1555, werden

deze restanten ook afgebroken en op 29 maart daaraan volgend werd met

de herbouw gestart.

Deze kerk staat op een “donk”. Dit is een hooggele-

gen plaats in het landschap, waarheen men vluchtte

in tijden van watersnood. En dat gebeurde in deze

laaggelegen streken nog al eens. Sedert 1373 heeft dit

namelijk 33 maal plaatsgevonden. De kerk was dus

echt een toevluchtsoord. Met het overgebleven vee

bivakkeerde men soms maandenlang in en om de kerk.

Verwoesting en herbouw

Page 16: boekje hoornaar

16 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Bij de kerk zou ook een hofstede met de naam Oudedijck hebben gestaan.

Vermoedelijk op de plaats van de huidige pastorie. De pastorie stamt uit 1874.

Page 17: boekje hoornaar

Verwoesting en herbouw | 17

De toenmalige pastoor Jacob Claesz en bouwmeester Cornelus Frederickxz

van der Goude hielden er goed de vaart in, want op 24 augustus 1556

(Bartelomeüsdag) was de kerk gereed en op Allerheiligen (1 november)

beierde(n) voor het eerst de klok(ken). Conclusie: de huidige kerk en toren

zijn van 1555/1556.

De eerste steen voor de bouw van kerk en toren werd gelegd door Dyonisius

Adriaansz van Muylwyck op 15 jarige leeftijd. Deze familie was in 1421

tijdens de St.Elisabethsvloed vanuit het Land van Heusden en Altena

gevlucht voor het water en had zich in deze contrijen gevestigd. Het waren

zeer invloedrijke mensen en zij hadden veel boerderijen en grondgebied in

hun bezit. Bij de kerk zou ook een hofstede met de naam Oudedijck hebben

gestaan. Vermoedelijk op de plaats van de huidige pastorie.

Grafsteen van Dionys Adryaensz van Muijlwijck in de Hervormde Kerk van Hoornaar. “Hier leyt begraven Dionys Adriaensz van Muylwyck hij stierf den 8 April AD 1604”

Page 18: boekje hoornaar

18 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Leeuwenkoppen aan weerszijde van de toreningang.

Huidig interieur.

Page 19: boekje hoornaar

Verwoesting en herbouw | 19

Soms ga ik op het dak van de

tegenoverliggende boerderij zitten en dan

overzie ik het geheel. Steeds weer valt het me op,

dat dit toch het mooiste gedeelte van dit oude dorp is.

Wat een historie ligt hier… Maar, niet getreuzeld,

de deur staat nu open en we gaan naar binnen!

Die leeuwenkoppen aan weerszijde van de toreningang

zijn er geplaatst ter versiering hoor! Beslist niet om je

bang te maken! Kom maar mee!

Zoals je ziet, is er plaats voor héél véél mensen.

Die kunnen in lange banken zitten en naar voren

kijken. Elke zondag wordt er twee keer een kerkdienst

gehouden en leest men in de Bijbel. Johannes 3 vers 16

is een voorbeeld van een hele mooie tekst. Die zou je zelf

eens op kunnen zoeken.

Vooraan in de kerk is een open ruimte. Daar staan met

Kerst mooie bloemen en dan branden er kaarsen.

Page 20: boekje hoornaar

20 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

In 1588 kwam de eerste predikant.

Page 21: boekje hoornaar

Zwarte bladzijde in de kerkelijke geschiedenis | 21

Zwarte bladzijde in de kerkelijke geschiedenis

Dan komt het vreselijke jaar 1572. De kerk had toen

(zoals overal) nog de Rooms-Katholieke signatuur.

In de regio werden echter al in het verborgene

“hagepreken” gehouden. Hendrik van Brederode was

door de Spaanse koning Philips II aangesteld om hier

het verzet te breken ten opzichte van het handhaven van

het roomse geloof, maar … Hendrik weigerde dit ten

uitvoer te brengen en kreeg hierdoor de bijnaam

“de grote geus”.

Hendrik van Brederode.

Page 22: boekje hoornaar

22 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 23: boekje hoornaar

Zwarte bladzijde in de kerkelijke geschiedenis | 23

De tijden waren zeer onrustig en vanuit zijn met een trapgevel versierde

pastorie, welke toen achter de kerk stond, zag de Hoornaarse pastoor Jan

van Keulen de toekomst somber in. Uiteindelijk werd hij tezamen met

nog 18 andere geestelijken door Lumeij gevangen gezet en na vreselijke

martelingen omgebracht in Den Briel. Er moet wel bij worden verteld, dat

Willem van Oranje (de Vader des Vaderlands) dit ten strengste had verboden

in een per ijlbode afgegeven brief. Maar Lumeij trok zich daar niets van

aan en verscheurde ten aanschouwen van de aanwezigen dit schrijven.

Dit verhaal is als een zwarte bladzijde in onze kerkelijke geschiedenis

opgetekend onder de titel: De martelaren van Gorcum.

Na deze droeve tijd is onze kerk uiteindelijk ook met de Reformatie

meegegaan en zoals u op het grote bord in het torenportaal kunt lezen,

kwam ene Reinier als voorganger en organist te boek te staan.

In 1588 kwam eigenlijk de eerste predikant. En deze werd door

nog vele predikanten gevolgd.

Op de linker- en rechterzijmuur

hangt een bord met namen van

de dominees, die in de pastorie

achter en naast de kerk hebben

gewoond. Predikanten wisselen

elkaar af en verhuizen na

verloop van tijd naar een andere

plaats. Trouwens… ik geloof dat

dominees niet in een gemeente

“zitten” maar “staan”.

Page 24: boekje hoornaar

24 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 25: boekje hoornaar

Het interieur | 25

Het interieur

De preekstoel dateert uit 1736 en heeft aan weerszijde

van het ruggenschot in hout uitgesneden vleugels

voorstellende De Liefde en Het Geloof. Aan de preek-

stoel hangt ook nog het oude tinnen doopbakje.

Op de lessenaar ligt een opengeslagen Bijbel in de

Statenvertaling.

Bij de restauratie in 1965/67 zijn de dooptuin en het doophek verwijderd

en werd een hardstenen doopvont in de voormalige koorruimte geplaatst.

Ook kreeg de Avondmaalstafel met de twee grote koperen kandelaren

daar een vaste plaats.

De preekstoel heeft aan weerszijde van het

ruggenschot in hout uitgesneden vleugels

voorstellende De Liefde en Het Geloof.

Page 26: boekje hoornaar

26 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Situatie voor de restauratie in 1965/67.

Doopvont.

Page 27: boekje hoornaar

Het interieur | 27

Links vooraan is een soort balkon, waar je met een trap

naartoe kunt. Tijdens de kerkdienst gaat de dominee die

trap op en spreekt de mensen lange tijd toe. Dat noem je

“een preek”! Ik versta er niet veel van en de kleine kinderen

begrijpen óók niet alles en daarom gaan zij dan een poosje

naar “de kindernevendienst”.

Ik weet wel, dat zo`n balkon kansel heet. Alle mensen

kunnen de dominee dan goed zien. Op de lessenaar van de

kansel ligt een groot opengeslagen boek: de Bijbel. Daar

wordt uit voorgelezen. Aan het einde van de dienst worden

de mensen en de kinderen gezegend door de dominee. Hij

spreidt dan zijn handen uit en zegt: “De Here God zegene

u en behoede u en geve u vrede”! Dat vind ik heel mooi.

“Zegen” betekent immers dat God meegaat!

Verder staat er nog een grote achthoekige, stenen bak op

een pilaar. Dat is het doopvont. Soms is deze bak gevuld

met water en dan worden er kinderen gedoopt tijdens de

kerkdienst. Misschien ben jij óók wel gedoopt in deze of

een andere kerk!

Page 28: boekje hoornaar

28 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Heilig Avondmaalsstel.

Geloofsbelijdenis.

Page 29: boekje hoornaar

Het interieur | 29

Rechts voorin hangt een

prachtig, groen geborduurd

kleed. De Geloofsbelijdenis

staat er op. Soms - in een

speciale dienst - kunnen jonge

of oudere mensen hardop “ja”

zeggen op alles wat er op dat

kleed staat. Je noemt dat

Belijdenis van je geloof afleggen!

Op die open plaats - midden

voorin de kerk - viert de

gemeente 5 keer per jaar

het Heilig Avondmaal. De

mensen zitten dan aan lange

tafels. Dit versterkt de onder-

linge band. Dan wordt er brood

rond gedeeld en wijn gedronken

om de dood van Jezus Christus

te gedenken.

In 1990 heeft de kerk nog een aanvullende restauratie ondergaan en als

sluitstuk werd tegen de schuine achtergevel een prachtig borduurwerk,

voorstellende De Geloofsbelijdenis oftewel de 12 Artikelen van het Geloof,

opgehangen. Deze belijdenis wordt reeds eeuwenlang elke zondag in de

eredienst voorgelezen. Het is geborduurd door mevrouw Annigje Slob

binnen een tijdsbestek van 4 maanden toen zij reeds 80 jaren oud was.

Zij woonde toen in de boerderij tegenover de kerk.

Page 30: boekje hoornaar

30 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

De grootste en tevens middelste kroon is in 1649 door de familie van Muylwyck aan de kerk geschonken.

Roosvenster.

Page 31: boekje hoornaar

Het interieur | 31

De “aankleding” van de Avondmaalstafel werd gecompleteerd met de

oude opengeslagen Bijbel, die, na vele jaren elders te hebben verbleven,

weer terugkeerde naar zijn oorspronkelijke kerkelijke verblijfplaats:

op de tafel.

In de kerkruimte hangen prachtige, oude massief koperen kroonluchters.

De grootste en tevens middelste kroon is in 1649 door de familie van

Muylwyck aan de kerk geschonken. Hun naam staat er in gegraveerd:

Dionys Anthonissen van Muylwyck Anno 1649. In de voormalige koorruimte ligt

ook een grafzerk met als opschrift: “Hier leyt begraven Dionys Adriaensz van

Muylwyck hij stierf den 8 April AD 1604”, dus één van zijn voorvaderen!

Op nog een andere kroonluchter staat de volgende inscriptie:

“Antonie Rokvzn de Vries vertoont zijn liefdewerk vererend deze kroon o cieraat

Hoornaars kerk. Anno 1711 Pax Fronsevntievs”.

Page 32: boekje hoornaar

32 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 33: boekje hoornaar

Kom, ik laat u mijn kerk zien | 33

Lucas 7:22 En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Gaat heen,

en boodschapt Johannes weder de dingen, die gij gezien en gehoord

hebt, namelijk dat de blinden ziende worden, de kreupelen wandelen,

de melaatsen gereinigd worden, de doven horen, de doden opgewekt

worden, den armen het Evangelie verkondigd wordt.

Page 34: boekje hoornaar

34 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 35: boekje hoornaar

Het interieur | 35

Er hangt ook nog een langwerpig rek vóór in de kerk.

Steeds staan er verschillende cijfers en letters op. Zij tonen

de mensen de nummers van de Psalmen en Gezangen die

tijdens de dienst gezongen worden.

De koster verwisselt ze voor elke dienst. Eens wilde ik

helpen, maar de koster schrok zó, dat ik maar weggevlogen

ben! Een koster is iemand die zorg draagt voor een

kerkgebouw en alles wat daar bij hoort. Ik hoorde dat

het woord uit het Latijn komt: custos = bewaker. Er is

geen speciale opleiding nodig om koster te worden, maar

niet iedereen is er geschikt voor. Hier in Hoornaar zijn er

meerdere… óók een mevrouw en die noem je dan kosteres.

Page 36: boekje hoornaar

36 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Dekker-orgel (1926)

De heer Wilh.Sommer, organist te Gorinchem viel de eer te beurt bij de inwijding en men zong bij de aanvang:

Psalm 33:2 Roemt nu met nieuwe lofgezangenDe nieuwe blijken van Zijn gunst.Het speeltuig moet dien toon vervangen.Heft vrolijk aan, wijdt Hem uw kunst.

In 1967 werd het vervangen door een nieuw orgel.

Page 37: boekje hoornaar

Het interieur | 37

Net als in bijna alle kerken wordt de gemeentezang bege-

leid door orgelspel. Hier in Hoornaar is die ondersteuning

bijna overbodig, want veel kerkgangers zijn lid van het

Kerkkoor. Nou en die weten wat zingen is, hoor!

Het orgel wordt door diverse organisten bespeeld.

Een goede organist weet onderscheid te maken in ritme

en volume bij zijn spel, zodat kinderen en volwassenen

horen of het om een klaagzang of lofpsalm gaat.

Nu wil ik je wel verklappen, dat als de organist gebruik

maakt van de Trompet en Subbas, het kerkgebouw haast

staat te trillen. Als ik dan bovenop het dak zit, vlieg ik van

schrik op...

Er is reeds sprake van de aanwezigheid

van een orgel in dit kerkgebouw in 1496.

Door de verwoesting in 1523 was dit ook

erg beschadigd.

Het huidige orgelfront is strak

uitgevoerd en verdeeld in een

hoofdwerk en een rugwerk.

Page 38: boekje hoornaar

38 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 39: boekje hoornaar

Het interieur | 39

In 1967 is dit door de firma K.B.Blank & Zoon te Herwijnen gebouwde

orgel als sluitstuk van de restauratie geplaatst. Dit nieuwe, mechanische

sleepladenorgel verving een 1-klaviers pneumatisch orgel uit 1926.

In 2001 kwamen wat slijtageverschijnselen aan het licht. Het is toen door

de orgelbouwer Pels & Van Leeuwen onder advies van de Gorinchemse

organist Jan Bonefaas – die toen als dirigent aan ons kerkkoor was

verbonden - grondig gerestaureerd en er zijn tevens wijzigingen

doorgevoerd in de dispositie en ook de intonatie is grondig herzien.

De huidige dispositie is als volgt:

Hoofdwerk Rugwerk Pedaal

Prestant 8’ Holpijp 8’ Subbas 16’ 1)

Roerfluit 8’ Prestant 4’

Octaaf 4’ Fluit 4’

Octaaf 2’ Nasard 2 2/3 2) Koppels RW-HW

Mixtuur 4 st Gemshoorn 2’ HW-Pedaal

Trompet 8’ 3) Tremulant RW-Pedaal

• oorspronkelijkBourdon 16’

• oorspronkelijkNasard1 1/3’

• oorspronkelijkSchalmey8’

Page 40: boekje hoornaar

40 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Consistorie.

Dienaren Des Woords.

Page 41: boekje hoornaar

Het interieur | 41

De consistorie, een kamer waar de dominee en de kerke-

raad bij elkaar komen, is in de hal. Daar hangen diverse

foto’s op een rij. Hierop zijn de Dienaren des Woords

van de laatste 100 jaar afgebeeld.

Ik moet zeggen, de ene predikheer kijkt iets vriendelijker

dan de ander. Maar ... ze hebben allen naar beste weten

en kunnen de Hoornaarse gemeente gediend!

In deze zelfde hal vindt u ook de kapstokken, mocht u

zich willen ontdoen van de diverse kledingstukken. Er is

zelfs een spiegel opgehangen zodat u zich er van kunt

vergewissen dat uw kapsel in de juiste vorm zit. Het waait

namelijk altijd rondom de kerk en zijn toren. Zelfs aan een

toilet is gedacht voor de hoognodige bezoekjes!

In de hal vindt u de kapstokken, het toilet

en de kast van waaruit alle verlichting kan

worden geregeld. Ook de smalle en stijle

trapopgang naar de bovenverdieping vindt

u hier. Eenmaal boven ziet u nog een ruime

kamer, welke gesitueerd is achter het

orgelbalkon. Deze ruimte kan ook gebruikt

worden als catechisatielokaal.

Page 42: boekje hoornaar

42 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 43: boekje hoornaar

Het exterieur | 43

Het exterieur

De ingang onder de toren geeft tevens toegang tot ons

kerkgebouw. De toren is beslist markant te noemen.

De Renaissance had bij de bouw reeds zijn intrede

gedaan.

Het basisprincipe – de rechte torenromp – is gehandhaafd.

De hoekpilasters zijn met kapitelen verfraaid. Het zandstenen

torenportaal met de leeuwenmaskers in de zwikken zou 50 jaar

ná de bouw (dus rond 1600) zijn aangebracht ter verfraaiing.

Page 44: boekje hoornaar

44 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Achterzijde van de kerk in de huidige stiuatie

Page 45: boekje hoornaar

Het exterieur | 45

In 1842 geraakte het kerkgebouw in verval en heeft men het oude

koorgedeelte met de sacristie en de transeptarmen gesloopt. De kerk werd

dus zogezegd “ingekort” en verloor zijn specifieke kruisvorm.

Boven in de toren hangt de grote klok. Iedere dag strooit hij zijn donkere

galmen over het dorp. Op het preciese middaguur, ná de 12 slagen van het

uurwerk, beiert hij er 5 minuten lang lustig op los. Een oud gebruik dat,

toen de boeren nog de gehele dag op hun landerijen aan het werk waren en

géén horloges hadden, zij op de torenklok waren aangewezen. De klok gaf

toen aan dat het etenstijd was. Men repte zich dan naar huis.

De kerk op een oude ets (1751) vanaf de Dorpsweg gezien.

Page 46: boekje hoornaar

46 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 47: boekje hoornaar

Het exterieur | 47

De huidige grote klok is in 1949 geplaatst.

De vorige was namelijk in de oorlogsjaren door

de bezetter omgesmolten tot schiettuig. Haar

belangrijkste functie is nog steeds het aankondigen

van de erediensten.

In vroeger tijden was de torenklok ook de

berichtgever van onheil. Bij brand “klepte” de klok

namelijk. Ook is het nog steeds gebruikelijk dat,

wanneer een dorpsbewoner overleden is, hij of zij

wordt “overluid”. Minimaal een half uur lang laat

hij dan zijn gebeier horen.

Toren

Page 48: boekje hoornaar

48 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Vlag waar 1990 (laatste restauratie) in is uitgesneden en staat op de nok van het achterdak”.

Weerhaan

Page 49: boekje hoornaar

Het exterieur | 49

Verder wil ik je nog wijzen op een andere vogel,

die bovenop de torenspits staat: een haan. Hij glanst in

de zon, want weet je, hij is met echt bladgoud bekleed.

Wat een hoogmoed.

Eigenlijk had een duif of iemand van onze familie daar

veel beter gepast. Onze kleuren zijn immers zwart en

wit, passend bij de traditie. Het pronkerige dier, dat er nu

staat, waait ook nog met alle winden mee. Vandaar zijn

naam: ”weerhaan”.

Page 50: boekje hoornaar

50 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 51: boekje hoornaar

De kerk in oude ansichten | 51

De kerk in oude ansichten

Page 52: boekje hoornaar

52 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 53: boekje hoornaar

De kerk in oude ansichten | 53

Page 54: boekje hoornaar

54 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Ontmoetingsgebouw De Kerkbuurt.

Page 55: boekje hoornaar

Nawoord | 55

In dit boekje heeft u/jij veel kunnen lezen over de kerk.

De kerk (gemeente) is echter altijd “in aanbouw”

totdat Christus wederkomt. Wanneer we kijken naar

de eerste Christengemeente in Handelingen 2,

dan zien we dat mensen elkaar nodig hebben om

de gemeente vorm te geven.

Geloven in je eentje is bijna onmogelijk. De kerk en de kerkgang zijn er om

geestelijk gevoed te worden. De zondag is echter geen “eiland” naast de rest

van de week. Wil de gemeente groeien in geloof, hoop en liefde, dan zal ook

de rest van de week het Woord van God moeten worden uitgedragen aan

jong en oud. Zó blijft de kerkelijke gemeente in al haar facetten levendig.

Dit boekje is gemaakt ter gelegenheid van de opening van het nieuwe

ontmoetingsgebouw De Kerkbuurt tegenover de kerk. Wat is het een

voorrecht om over zo’n gebouw te mogen beschikken.

Nawoord

Page 56: boekje hoornaar

56 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Page 57: boekje hoornaar

Nawoord | 57

Zo, ik geloof dat ik nu alles heb laten zien! De rondgang

(vlucht) door en langs ons kerkgebouw is nu ten einde.

Ik ben er wel een beetje moe van geworden. Ik ga nu

terug naar mijn nest.

Als de grote deur open staat op zondag, dan is er

een dienst aan de gang. ’s Morgens om 9.30 uur en

’s avonds om 18.30 uur.

Onthoudt het goed: u/jij bent van harte welkom in onze

kerk. Je kunt gerust een keer zonder mij de kerk in

gaan hoor!

Ik hoop hier nog lang te blijven en mijn rondjes te

draaien rond dit gebouw! Het waait hier dan ook altijd.

Groeten van Dirck (met ck)

Page 58: boekje hoornaar

Colofon

Tekst

Anneke van Driel, Deli de Jong

Foto’s

Jan Roodhorst

De historische afbeeldingen zijn zonder toestemming geplaatst.

Bij de keuze is wel zoveel mogelijk getracht de daarop rustende

auteursrechten te ontzien of te honoreren.

Illustraties

Els Boer - Koorevaar

Supervisie

Dr. H. Klink

Predikant van de Hervormde gemeente in Hoornaar

Vormgeving

www.woukeboog.nl

Druk

Drukkerij de Groot, Goudriaan

Page 59: boekje hoornaar
Page 60: boekje hoornaar

60 | Kom, ik zal u mijn kerk laten zien

Dit boekje is tot stand gekomen op initiatief van enkele

gemeenteleden en is aangeboden aan de kerkenraad bij de

ingebruikname van de nieuwe Kerkbuurt, uit dankbaarheid

voor het werk van de vele vrijwilligers.

April 2013