Bijlage XI - I - gkv.nl · 7.1.3 gereja-gereja reformasi di indonesia (ggri-ntt) 33 7.1.4 G EREJA G...

81
Acta van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005 van de Gereformeerde Kerken in Nederland Bijlage XI - I Rapport Deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken

Transcript of Bijlage XI - I - gkv.nl · 7.1.3 gereja-gereja reformasi di indonesia (ggri-ntt) 33 7.1.4 G EREJA G...

Acta

van de Generale Synode Amersfoort-Centrum 2005

van de Gereformeerde Kerken in Nederland

Bijlage XI - I

Rapport Deputaten Betrekkingen Buitenlandse

Kerken

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Het auteursrecht van deze tekst berust hetzij bij de auteur, hetzij bij de Gereformeerde Kerken in Nederland. Voor alle zaken het auteursrecht betreffend kan contact opgenomen worden met het deputaatschap Generaal-synodale publicaties via: [email protected]. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in wat voor vorm of op wat voor manier dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende, behoudens de uitzonderingen bij de wet gesteld.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 2

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

VOORWOORD

Hooggeachte broeders, Een periode van drie jaar vliegt voorbij. Het moment dat er weer verslag moet worden uitgebracht aan de synode komt eigenlijk te vroeg. Tal van zaken zijn nog in behandeling. Lang niet alle bezigheden zijn afgerond en al rijp voor rapportage. Het deputaatschap BBK is niet een studiedeputaatschap dat één bepaalde opdracht moet uitvoeren maar het houdt zich namens de kerken bezig met relatiebeoefening met buitenlandse kerken en dat proces verloopt continu. Toch is het verzoek om tijdig de rapporten in te sturen volstrekt billijk. En een deputaatschap ziet het als een erezaak om van haar werkzaamheden verantwoording af te leggen aan de opdrachtgever, de kerken via de vergadering van de synode. Hierbij presenteren wij ons rapport aan de kerken en aan de synode. Het laat zich echter aanzien dat een kort aanvullend rapport straks nog wel nodig zal zijn. Wat de opzet betreft, we hebben ons geconcentreerd op een kort, algemeen rapport dat uitloopt op concept-voorstellen aan de synode. Alle belangrijke zaken zijn te vinden in deze concept-voorstellen. Het uitvoerende werk wordt door de landensecties gedaan (zes in totaal), en de voorlichting door de sectie communicatie. Hun sectierapporten gaan als bijlagen bij dit rapport. Anders dan in vorige jaren hebben we niet voor elke afzonderlijke relatie of contact een apart voorstel geformuleerd. Relaties die gecontinueerd worden zijn samengevat in één voorstel. Alleen voor nieuwe contacten zijn afzonderlijke voorstellen geformuleerd. Met deze opzet willen we de leesbaarheid van het rapport bevorderen en ook de besluitvorming op de synode een dienst bewijzen. Met de bede dat de Here zijn kerk in de wereld zegent leggen we dit rapport aan u voor. Met hoogachting en broedergroet, J.A. Boersema

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 3

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

INHOUDSOPGAVE Voorwoord 1 Inhoudsopgave 3 1 Samenvatting 7 2 Samenstelling deputaatschap 9

2.1 Taakverdeling (moderamen en sectie-indeling 11

3 Opdrachten van de synode 13 3.1 Besluit 3 13

3.1.1 GRONDEN 3.2 Besluit 4 13

3.2.1 GRONDEN 3.3 Besluit 5 14

3.3.1 GROND

4 Globaal beleidsoverzicht 15 5 Uitvoering 16

5.1 Algemeen 16 5.1.1 ONTMOETING OP DE GENERALE SYNODE 16 5.1.2 NIEUWE OPDRACHTEN 16 5.1.3 VOORLICHTING OVER DE GKV 17 5.1.4 STUDIE OVER ‘AFZONDERLIJKE PLAATSELIJKE KERKEN’ EN ‘ZUSTERKERK’ 17

5.2 Algemene vergaderingen en secties 18 5.2.1 INHOUD VAN DE BESPREKINGEN

5.3 Bureau 18 5.4 Een kennismaking met de zusterkerken 19

5.4.1 SECTIE I. INDONESIË, AUSTRALIË EN NIEUW-ZEELAND 19 5.4.2 SECTIE II, HET VERRE OOSTEN 19 5.4.3 SECTIE III, VERENIGD KONINKRIJK EN NOORD AMERIKA 20 5.4.4 SECTIE IV, AFRIKA 21 5.4.5 SECTIE V, SPAANS-PORTUGEES-TALIGE LANDEN 21 5.4.6 SECTIE VIII, EUROPA 21

5.5 Diversen 22 5.5.1 VOLLEDIGHEID IN HET INTERNATIONALE NETWERK? 22 5.5.2 HET EIGENLIJKE WERK 23 5.5.3 ICRC 24 5.5.4 CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERKEN 25 5.5.5 VOORLICHTING EN PUBLICITEIT 25 5.5.6 DIVERSEN 25

6 Voorstellen 27 6.1 Zusterkerken 27 6.2 Andere kerkelijke contacten 27 6.3 Aangaan zusterkerkrelatie met de Presbyterian Free Church Council

(PFCC, Kalimpong, India) 28 6.3.1 MATERIAAL 6.3.2 VOORSTELLEN 6.3.3 GRONDEN

6.4 Zusterkerkrelatie met de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Papua (GGRI-Papua) 28 6.4.1 MATERIAAL 6.4.2 VOORSTELLEN 6.4.3 GRONDEN

6.5 Aangaan zusterkerkrelatie met de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Kalimantan Barat (GGRI-Kalbar) 29

6.5.1 MATERIAAL 6.5.2 VOORSTELLEN

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 4

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

6.5.3 GRONDEN 6.6 Aangaan van een zusterkerkrelatie met de United Reformed Churches in North America

(URCNA) 29 6.6.1 MATERIAAL 6.6.2 VOORSTELLEN 6.6.3 GRONDEN

6.7 Myanmar 30 6.7.1 MATERIAAL 6.7.2 VOORSTEL 6.7.3 GRONDEN

6.8 Christian Reformed Church in the Philippines (CRCP) 30 6.8.1 MATERIAAL 6.8.2 VOORSTELLEN 6.8.3 GRONDEN

6.9 Publiciteit 30 6.9.1 MATERIAAL 6.9.2 VOORSTEL

6.9.3 GROND 6.10 Bureau 31

6.10.1 MATERIAAL 6.10.2 VOORSTEL 6.10.3 GROND

6.11 Bevordering kerkelijke eenheid met zusterkerken in de regio 31 6.11.1 MATERIAAL 6.11.2 VOORSTEL 6.11.3 GRONDEN

6.12 CGK 31 6.12.1 MATERIAAL 6.12.2 VOORSTEL 6.12.3 GROND

6.13 ICRC 32 6.13.1 MATERIAAL 6.13.2 VOORSTEL 6.13.3 GROND

7 Bijlagen 33 7.1 Rapport sectie 1 (Indonesië, Australië, Nieuw-Zeeland) 33

7.1.1 ALGEMEEN 7.1.2 REIZEN 7.1.3 GEREJA-GEREJA REFORMASI DI INDONESIA (GGRI-NTT) 33 7.1.4 GEREJA GEREJA REFORMASI CALVINIS INDONESIA (GGRC)(VOORHEEN GGRM) 34 7.1.5 EEN ZUSTERKERKRELATIE MET GGRI PAPUA EN GGRI KALBAR 7.1.6 FREE REFORMED CHURCHES OF AUSTRALIA (FRCA) 35 7.1.7 PRESBYTERIAN CHURCH OF EASTERN AUSTRALIA (PCEA) 36 7.1.8 REFORMED CHURCHES OF NEW ZEALAND (RCNZ) 36

7.2 Rapport sectie 2 (Verre Oosten) 38 7.2.1 ALGEMEEN 7.2.2 REIZEN 7.2.3 DUTCH REFORMED CHURCH OF SRI LANKA (DRC) 7.2.4 LANKA REFORMED CHURCH (LRC) (SRI LANKA) 39 7.2.5 PTS DEHRA DUN, INDIA 39 7.2.6 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF INDIA (RPCI) 39 7.2.7 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF NORTH EAST INDIA (RPCNEI) 39 7.2.8 FREE CHURCH OF CENTRAL INDIA (FCCI) 40 7.2.9 PRESBYTERIAN FREE CHURCH COUNCIL (KALIMPONG) (PFCC) 40 7.2.10 SOUTH INDIAN REFORMED CHURCHES (SIRC) (ZUID INDIA) 43 7.2.11 GEREFORMEERDE EN PRESBYTERIAANSE CONTACTEN PAKISTAN (GPP) 43 7.2.12 EVANGELICAL REFORMED CHURCHES OF SINGAPORE (ERCS) 44 7.2.13 REFORMED FREE CHURCH OF THE PHILIPPINES RFCP (FILIPPIJNEN) 44 7.2.14 TAIWAN REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH (TRPC) 44 7.2.15 REFORMED CHURCH OF JAPAN (RCJ) 45 7.2.16 PRESBYTERIAN CHURCH OF KOREA (KOSIN) (PCK ) 45 7.2.17 REFORMED EN PRESBYTERIAN CHURCHES IN MYANMAR 46 7.2.18 CHRISTIAN REFORMED CHURCH IN THE PHILIPPINES (CRCP) 47

7.3 Rapport sectie 3 (Britse Eilanden en Noord-Amerika) 48 7.3.1 WERKTERREIN

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 5

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.3.2 VERGADERINGEN 7.3.3 REIZEN 7.3.4 CANADIAN REFORMED CHURCHES (CANRC) 48 7.3.5 REFORMED CHURCH IN THE UNITED STATES (RCUS) 50 7.3.6 ORTHODOX PRESBYTERIAN CHURCH (OPC) 51 7.3.7 UNITED REFORMED CHURCHES IN NORTH AMERICA (URCNA) 51 7.3.8 ÉGLISE REFORMEE DE QUEBEC (ERQ) 52 7.3.9 SURINAME 52 7.3.10 EVANGELICAL PRESBYTERIAN CHURCH (IERLAND) (EPC) 52 7.3.11 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF IRELAND (RPCI) 53 7.3.12 FREE CHURCH OF SCOTLAND EN FREE CHURCH OF SCOTLAND (CONTINUING) (FCS EN FCS-C) 53 7.3.13 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF CARDIFF-ELY (RPCC) 54 7.3.14 EVANGELICAL PRESBYTERIAN CHURCH OF ENGLAND AND WALES (EPCEW) 54 7.3.15 NORWICH REFORMED CHURCH (NRC) 54

7.4 Rapport sectie 4 (Afrika) 56 7.4.1 WERKTERREIN 7.4.2 VERGADERINGEN 7.4.3 REIZEN 7.4.4 ÉGLISE REFORMEE CONFESSANTE AU BENIN (ERCB) 57 7.4.5 ÉGLISE REFORMEE CONFESSANTE AU CONGO (ERCC) (ZUSTERKERK) 57 7.4.6 AFRICA EVANGELICAL PRESBYTERIAN CHURCH (AEPC) (KENIA, ZUSTERKERK) 57 7.4.7 REFORMED CHURCH OF EASTERN AFRICA (RCEA) (KENIA) 57 7.4.8 NONGU U KRISTU U KEN SUDAN NEN TIV (NKST) (NIGERIA) 58 7.4.9 PRESBYTERIAN CHURCH OF UGANDA (PCU) (UGANDA) 58 7.4.10 CHURCH OF CENTRAL AFRICA PRESBYTERIAN, HARARE SYNOD (CCAP), ZIMBABWE 58 7.4.11 DIE VRIJE GEREFORMEERDE KERKE IN SUID-AFRICA (VGKSA) 59 7.4.12 DIE GEREFORMEERDE KERKE IN SUID-AFRIKA (GKSA) 59

7.5 Rapport sectie 5 (Spaans/Portugeessprekende landen) 60 7.5.1 VERGADERINGEN 7.5.2 ALGEMEEN 7.5.3 IGREJAS REFORMADAS DO BRASIL (IRB) (BRAZILIË) 61 7.5.4 IGREJA PRESBITERIANA DO BRASIL (IPB) (BRAZILIË) 61 7.5.5 IGREJAS EVANGELICAS REFORMADAS DO BRASIL (IER) 62 7.5.6 IGLESIA PRESBITERIANA INDEPENDIENTE DE MÉXICO (IPIM) 62 7.5.7 IGREJA REFORMADA DE PORTUGAL (IRP) 62 7.5.8 IGREJA CRISTÃ PRESBITERIANA DE PORTUGAL (ICPDP) 63 7.5.9 IGLESIA CRISTIANA REFORMADA (ICR) (MADRID) 63 7.5.10 IGLESIAS REFORMADAS DE ESPAÑA (IRE) 63 7.5.11 IGLESIA REFORMADA EN VENEZUELA (IRV) 64

7.6 Rapport sectie 8 (Europa) 66 7.6.1 ALGEMEEN 7.6.2 REIZEN 7.6.3 DUITSLAND 66 7.6.4 FRANKRIJK 67 7.6.5 ISRAËL 67 7.6.6 EVANGELISCH-REFORMIERTE KIRCHE WESTMINSTER BEKENNTNISSES (OOSTENRIJK) 68 7.6.7 OOST-EUROPA 68 7.6.8 EVANGELICAL-REFORMED CHURCHES UNION OF RUSSIA (RUSLAND) 69 7.6.9 ZWEDEN 70

7.7 Rapport sectie 6 (Voorlichting en publicatie) 71 7.7.1 CONCEPT-COMMUNICATIEPLAN BBK 73

7.8 Rapport synodeopdracht richtlijnen ‘afzonderlijke plaatselijke kerk’ 76 7.9 Notitie zusterkerk (aangaan en omgaan) 78

7.9.1 INLEIDING 79 7.9.2 ZUSTERKERK, WAAROM EN HOE 78 7.9.3 BEGRIP ZUSTERKERK 79 7.9.4 HET AANGAAN VAN EEN ZUSTERKERKRELATIE 79 7.9.5 INHOUD VAN DE ZUSTERKERKRELATIE 79 7.9.6 UITVOERING (VOLGENS BELEIDSPLAN) 79 7.9.7 SCHRIFTGETROUWE KERKEN WERELDWIJD 80 7.9.8 INCIDENTELE STEUN TER VERSTERKING VAN HET KERKVERBAND VAN EEN (POTENTIËLE)

ZUSTERKERK 81 7.9.9 ZUSTERKERKRELATIE MET KERKEN IN EEN ZENDINGSSITUATIE 81 7.9.10 LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN 83

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 6

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

1 SAMENVATTING Deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken kregen van de synode 2002 een opdracht die sterk verschilde van de vorige. Want alle taken op het gebied van hulpverlening aan zusterkerken en op het gebied van evangelieverkondiging in de wereld waren in 2001 overgedragen aan deputaten Zending en Hulpverlening. In deze periode werkte ons deputaatschap dus voor het eerst uitsluitend aan die ene opdracht, die trouwens ook haar eerste en oorspronkelijke opdracht is, namelijk het onderhouden van de relatie met de respectievelijke zusterkerken en andere kerkelijke contacten. Speerpunt van het beleid is wederkerigheid. Het doel van een kerkelijke relatie moet zijn als zusterkerken van elkaar te leren, elkaar te bemoedigen en samen te bouwen aan Christus’ kerk in de wereld, in gehoorzaamheid aan Hem die het Hoofd is van de kerk. Twee voorbeelden hiervan. In de laatste periode moest meer dan voorheen voorlichting gegeven worden aan andere kerken over de koers van de GKV, vooral aan de emigrantenkerken in Canada en Australië. Het is voor onze kerken in Nederland ook belangrijk te luisteren naar het oordeel van deze zusterkerken, die gezien de historie zo dicht bij ons staan. Een ander voorbeeld van wederkerigheid is het jonge contact met de kerken in India die op het gebied van offerbereidheid en evangelieverkondiging een prachtig getuigenis geven aan ons. Deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken beperken zich vanouds niet tot relaties alleen in de eigen regio. Er zijn soms onverbrekelijke historische banden met kerken ver weg terwijl banden met kerken dichtbij veel losser kunnen zijn. In de mate van contactoefening brengen deputaten wel reliëf aan. Deputaten BBK kregen van de GS 2002 de opdracht mee richtlijnen te formuleren voor plaatselijke kerken, hoe zij zouden moeten omgaan met een buitenlandse plaatselijke kerk die niet in een kerkverband opgenomen is en daarom niet tot een officiële zusterkerk van ons kerkverband kan gaan behoren. Deputaten zijn van mening dat hierover geen generaal-synodale richtlijnen kunnen worden geformuleerd. Zij menen dat een plaatselijke kerk hiervoor zelf het instrumentarium in huis heeft. Deputaten hebben ook een interne gedachtewisseling gevoerd over het begrip zusterkerk. Zij kwamen tot de conclusie dat dit een vastomlijnd kerkelijk begrip is dat je niet moet uithollen. Dat zou b.v. kunnen door het ook aan andere kerken dan de door de synode erkende kerken toe te kennen. BBK is van mening dat niet automatisch een zuster van een zuster ook onze zuster is. Er zijn ook deze keer voorstellen tot een nieuwe zusterkerkrelatie. Het gaat om de Presbyterian Free Church Council (PFCC, Kalimpong, India) en de United Reformed Churches in North America (URCNA) en het aanbieden van een relatie aan de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Papua (GGRI-Papua) en de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Kalimantan Barat (GGRI-Kalbar).De laatste twee voorstellen zijn voortgekomen uit de opdracht van de synode van 2002 aan BBK om in overleg met de Indonesiëraad voorbereidingen te treffen voor de contacten met deze kerken die uit onze zending voortgekomen zijn. Als deze relaties een feit zijn zullen de GKV 27 zusterkerken hebben en nog 19 andere kerkelijke contacten. In 2005 zal weer de vierjaarlijkse ICRC worden gehouden, ditmaal in Zuid-Afrika. Deputaten BBK zullen daar de GKV vertegenwoordigen. Deputaten hebben ook periodiek overleg met deputaten ZHT en met de andere Nederlandse lidkerk van de ICRC, de Christelijke Gereformeerde Kerken.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 7

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Via een voorstel aan de ICRC streven deputaten naar regionale kerkenconferenties, waar kerken door de bespreking van relevante onderwerpen wellicht meer voor elkaar kunnen betekenen dan via het overbrengen van groeten op synodes. Informatie wordt verschaft via artikelen in De Reformatie en regionale kerkbodes en via de websites van GKV en van BBK. Deputaten BBK geven het Engelstalige blad Lux Mundi uit. Deputaten kunnen met dankbaarheid constateren dat alle reizigers werden bewaard en dat de internationale broederlijke contacten werden gezegend.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 8

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

2 SAMENSTELLING DEPUTAATSCHAP Naam Adres Pc/Woonplaats Tel.nr. E-mail Batteau, ds. J.M. Stevinstraat 74 2587 EN

Den Haag

070 - 322 8683 kimbatteau

@wanadoo.nl

Beek, ds. R. ter Ganzetrek 49 3766 XD

Soest

035 - 588 5381 beek.rter

@freeler.nl

Boersema, ds. J.A. Boswachtersveld 327 7327 JV

Apeldoorn

055 - 533 8363 jaboersema

@chello.nl

Bolt, dhr. B. Kamperweg 8 8181 CM

Heerde

0578 - 69 5479 benbolt

@hetnet.nl

Brinke, ds. H. ten Cortenhoeve2

2411 JM

Bodegraven

0172 - 65 2838 henktenbrinke

@hetnet.nl

Ensing-Maatkamp,

mevr. E.

Veldbeemdgras 28 8043 KE

Zwolle

038 - 460 4990 e.ensing-maatkamp

@wxs.nl

Grashuis, ir. A.J. Pauwmolen 48 2645 GD

Delfgauw

015 - 257 8477 arjan_grashuis

@yahoo.com

Havinga, ds. Th.J. Schipborgerweg 45 9471 PR

Zuidlaren

050 - 409 5868 thavinga

@tref.nl

Janssen, ds. R.C. Rozenlaan 11 4542 CV

Hoek

0115 - 448 131 rcjanssen

@filternet.nl

Joosse, ds. J.L. Ant.v.d.Horstln. 164 3752 VR

Bunschoten

033 - 299 6462

ko

@joosse.com

Karelse, dhr. T.J. Merellaan 271 2903 CG

Capelle a/d IJssel

010 - 450 14 46 tkarelse

@tiscali.nl

Kruiger, ds. J.P. Laan van Zuilenveld 14 3611 AJ

Oud-Zuilen

030 - 244 8804 jpkruiger

@gkv.nl

Kuipers, dhr. W. Waelstraat 8 8052 AE

Hattem

038 - 444 7017 wkuipers

@tiscali.nl

Kwakkel, prof. dr. G. Dravik 23 8265 EW

Kampen

038 - 332 6325 gert.kwakkel

@planet.nl

Lugt, ds. A.S. v.d. Bergsingel 148 3037 GM

Rotterdam

010 - 465 3385 asvanderlugt@

filternet.nl

Meijer, ds. P.K. Beekberg 3 7772 DM

Hardenberg

0523 - 270 275 pkmeijer

@hotmail.com

Olde, dhr. H. Groesbeekseweg 448 6523 PR

Nijmegen

024 - 388 8538 h.olde

@chello.nl

Plug, ds. J. Beukelsdijk 176 3022 DN

Rotterdam

010 - 476 0194 johan.plug

@filternet.nl

Scheepstra, mevr. C. Drogerij 152 2635 GR

Den Hoorn

015 - 251 0991 tineke.scheepstra

@tiscali.nl

Urban, mevr. E.J. Pr. Julianastraat 13 8019 AS

Zwolle

038 - 422 1993 elly.janegbert

@zonnet.nl

Vos, dhr. D. de Kooiker 4 8309 CD 0527 - 650 595 DdeVosBBK

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 9

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Tollebeek @cs.com

Wezeman,

prof. drs. K.

Meerweg 114 9752 JL

Haren

050 - 535 0190 k.wezeman

@eco.rug.nl

Wijnen, ds. R. van G.v.d.Veenstraat 28 4333 AT

Middelburg

0118 - 613 436 rvanwijnen

@wish.net

Ter voorziening in de vacature Griffioen is ds. J.P.D.Groen uit Wezep werkzaam als adviseur binnen sectie I.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 10

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

21 Taakverdeling (moderamen en sectie-indeling) Sectie I – Indonesië, Australië en Nieuw Zeeland voorzitter: ds. J. Plug secretaris: mevr. E. Ensing-Maatkamp lid: ds. J.A. Boersema adviseur: ds. J.P.D. Groen Sectie II – Verre Oosten voorzitter: dhr. B. Bolt secretaris: ir. A.J. Grashuis lid: ds. J.M. Batteau lid: ds. A.S. van der Lugt Sectie III – Britse eilanden en Noord-Amerika voorzitter: ds. R. ter Beek secretaris: ds. R.C. Janssen lid: prof. drs. K. Wezeman lid: dhr. D. de Vos Sectie IV – Afrika voorzitter : ds. H. ten Brinke secretaris: mevr. C. Scheepstra lid: ds. J.P. Kruiger lid: mevr. E. Urban Sectie V – Spaans- en Portugeessprekende landen voorzitter: ds. P.K. Meijer secretaris: dhr. T.J. Karelse lid: ds. Th. J. Havinga lid: drs. J.L. Joosse Sectie VI – Voorlichting en (Engelstalig) kwartaalblad Lux Mundi voorzitter: ds. R. ter Beek secretaris: mevr.C.Scheepstra

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 11

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

lid: ds. J.M. Batteau eindredacteur: dhr. P.G.B. de Vries vertaler: mevr. S. Wierenga-Tucker Sectie VII – Hulpverlening en beleid voorzitter: dhr. B. Bolt secretaris: ds. J.A. Boersema penningmeester: dhr. H. Olde lid: ds. R. ter Beek lid: dhr. Th. Karelse lid: mevr. C. Scheepstra lid: prof. drs. K. Wezeman Sectie VIII - Europa voorzitter: ds. R. van Wijnen secretaris: dhr. W. Kuipers lid: prof. dr. G. Kwakkel lid: dhr. H. Olde Moderamen BBK: voorzitter: prof. drs. K. Wezeman (050 – 535 0190) tweede voorzitter: ds. R. ter Beek (035 – 588 5381) secretaris: ds. J.A. Boersema (055 – 533 8363) penningmeester: dhr. H. Olde (024 – 388 8538) Secretariaat BBK: ma t/m vrijdag, ’s ochtends Mevr. G.A. Enter-Hindriks of mevr. G.G. Bredenhoff postadres: bezoekadres : Postbus 499, 8000 AL Zwolle Burg. Vos de Waelstraat 2 e-mail: [email protected] 8011 AT Zwolle tel. : 038 – 427 04 70 (’t Gbouw) fax : 038 – 427 04 11

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 12

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

5 OPDRACHTEN VAN DE SYNODE

De algemene opdrachten van de synode luiden als volgt:

3.1 Besluit 3

opnieuw deputaten te benoemen met de opdracht: • het beleid en het werk ten aanzien van de buitenlandse kerken voort te zetten; • de ontvangst van buitenlandse gasten op de volgende synode tijdig voor te bereiden

door de vijfde week van die generale synode te reserveren voor een nader met het moderamen af te stemmen programma;

• zorg te dragen voor een gastvrije begeleiding van aankomst tot en met vertrek; waar nodig overleg te hebben met deputaten Zending, hulpverlening en training over het verlenen van gewenste hulp aan buitenlandse (zuster)kerken en hun beider beleid op elkaar af te stemmen;

• overleg te hebben met deputaten van de Christelijke Gereformeerde Kerken en kerken die lid zijn van de ICRC, over het aangaan en onderhouden van zusterkerkrelaties;

• richtlijnen op te stellen voor de contacten met ‘losse’ plaatselijke kerken in het buitenland, die aan een kerk uit het kerkverband zijn toevertrouwd;

• hun werk te verrichten binnen het vastgestelde budget, dat separaat zal worden toegezonden;

• van hun arbeid verslag uit te brengen aan de eerstvolgende generale synode en hun rapport uiterlijk drie maanden voor het begin van die synode aan de kerken toe te zenden.

3.1.1 GRONDEN 1 (ad opdracht c) kerkelijke contacten en hulp zijn sterk met elkaar verbonden; 2 (ad opdracht d) dit overleg is nodig om beleid op elkaar af te stemmen en verwarring bij

onze buitenlandse relaties te voorkomen.

3.2 Besluit 4

deputaten verder op te dragen: In overleg met de hulpverleningsinstanties, te weten de Overijsselse Zendingsdeputaten, de Groninger Zendingsdeputaten, de zendende kerk van Middelburg, de zendingsdeputaten Friesland, de Commissie van Overleg en de Indonesiëraad contact op te nemen met de GGRI (Papua) op Papua en de GGRI (Kalbar) op Kalimantan Barat, deze contacten te onderhouden en te onderzoeken wanneer en hoe verantwoord toegewerkt kan worden naar een zusterkerkrelatie met de GGRI (Papua) en de GGRI (Kalbar).

3.2.1 GRONDEN 1 De GGRI (Papua) zijn gereformeerde kerken ontstaan uit het voormalige en huidige

zendingswerk van de zendende kerken van Enschede-Noord, Groningen-Noord, Middelburg, Spakenburg-Zuid en Toronto (CanRC), terwijl de GGRI (Kalbar) zijn ontstaan uit het zendingswerk van de zendende kerk te Drachten-Oost;

2 zij zijn evenals de GGRI-NTT gereformeerde kerken in Indonesië; 3 met de GGRI-NTT onderhouden de Gereformeerde Kerken in Nederland een

zusterkerkrelatie, met de overige GGRI nog niet.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 13

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

3.3 Besluit 5

deputaten te machtigen voor de komende drie jaar, op dezelfde basis als in de vorige periode, via deputaten Zending, hulpverlening en training professionele krachten in te schakelen en kantoorruimte te huren voor de secretariaats- en administratieve werkzaamheden.

3.3.1 GROND in de praktijk is gebleken dat voor de vervulling van de secretariële en administratieve taken van het deputaatschap professioneel personeel en een goede werkruimte nodig is. De omvang van het secretariaatswerk zal na de afsplitsing van Zending en Hulpverlening niet afnemen. De opdrachten inzake de afzonderlijke contacten zijn vermeld in de sectierapporten (bijlagen).

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 14

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

5 GLOBAAL BELEIDSOVERZICHT

In het beleidsplan BBK, aangenomen in 2002, lezen we o.a.: Over de relaties met buitenlandse kerken zegt artikel 47 van de K.O.: “Over de relatie met kerken in het buitenland beslist de generale synode. Met kerken van gereformeerde belijdenis in het buitenland zal, zoveel mogelijk, kerkelijke gemeenschap geoefend worden. Op ondergeschikte punten van kerkorde en kerkelijke praktijk zullen buitenlandse kerken niet veroordeeld worden.” De gereformeerde kerken onderhouden met een aantal buitenlandse kerken een intensieve ‘zusterkerkrelatie’. Binnen zo’n relatie wordt de betreffende buitenlandse kerk behandeld als de ‘eigen kerk’: • men accepteert elkaars attesten; • men laat elkaars predikanten op de preekstoel toe. Voor het aangaan van die relatievorm heeft de generale synode een aantal regels geformuleerd (zie regels voor de relaties, opgenomen in Beleidsplan 2002). Buiten de zusterkerkrelatie zijn er eerste verkennende contacten en ook situaties waar men op het punt staat een zusterkerkrelatie aan te gaan. Dat dit nog niet gerealiseerd is, kan zijn, omdat het nog aan beide zijden overwogen wordt of dat een van de twee kerken al wel een aanbod heeft gedaan maar de ander dit nog overweegt. Het aangaan resp. het onderhouden van contacten met buitenlandse kerken heeft als voornaamste doel het bevorderen van de mogelijkheid om te komen tot een zusterkerkrelatie. In bepaalde gevallen kan het eerste doel van een contact zijn om de buitenlandse kerk te helpen in confessioneel-gereformeerde richting. De synode van 2002 vroeg zich af of er niet te veel contacten waren en of we ons niet meer zouden moeten concentreren op de eigen regio. Uiteindelijk koos die synode toch niet voor die lijn. Er zijn soms historische banden met kerken ver weg die je niet kunt verbreken terwijl banden met kerken dichtbij soms veel losser zijn. In de contactoefening brengen deputaten overigens wel reliëf aan. Niet elke kerk krijgt evenveel aandacht. Ook worden niet alle synodes van zusterkerken bezocht. Via een voorstel aan de ICRC streven deputaten ook naar regionale kerkenconferenties, waar kerken door de bespreking van relevante onderwerpen wellicht meer voor elkaar kunnen betekenen dan via het overbrengen van groeten op synodes. Op het punt van de hulpverlening en evangelieverkondiging verdient regionalisering zeker aanbeveling, maar dit is nu niet meer een zaak die BBK aangaat. Op het punt van de contactoefening is dit minder noodzakelijk. De communicatiemiddelen zijn tegenwoordig uitstekend. Maar de vraag moet wel steeds gesteld worden of contactbeoefening ook zinvol is. Anders kan het beleidsdoel van wederkerigheid niet worden bereikt. De werkplannen van de secties staan in de sectierapporten (bijlagen)

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 15

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

5 UITVOERING

5.1 Algemeen

5.1.1 ONTMOETING OP DE GENERALE SYNODE Een belangrijk punt in de contactoefening is de ontvangst van buitenlandse gasten op de Generale Synode. In dit rapport over de periode 2002-2005 verdient vermeld te worden dat de buitenlandse gasten van de synode Zuidhorn gedurende een week gelogeerd hebben in het conferentiecentrum Mennorode te Elspeet. De secties hebben daar met hun gasten vergaderingen gehouden en overleg gevoerd. Ook was er veel gelegenheid voor onderlinge ontmoeting. Bovendien hebben deputaten BBK zelf, bij monde van oud-deputaat Ewoud Gosker een presentatie gehouden, zoals ook IRTT en DVN deden. In deze week vielen ook de twee dagen waarop de synode het rapport van BBK behandelde en er gelegenheid was tot toespraken en antwoorden op de GS. Dit jaar zullen de gasten worden ontvangen in het conferentieoord Kontakt der Kontinenten te Soesterberg, waar ook de buitenlandse gasten van de synode van Leusden 1999 waren ondergebracht. Opnieuw zal er een week van ontmoeting en overleg zijn. Bij de evaluatie van de ontmoeting in 2002 moest geconstateerd worden dat de ontvangst in het conferentieoord wel maar de ontmoeting met de synode zelf niet geheel aan de verwachtingen voldeed. De buitenlandse gasten voelden zich buitenstaanders. Niet bij de toespraken, maar wel bij de behandeling van het BBK rapport. De bespreking verliep in het Nederlands, en voor de gasten was er toen niet veel aandacht meer. Het zou een verbetering zijn als de afgevaardigden gegroepeerd kunnen zitten rond een tolk die de betreffende taal spreekt (de meesten uiteraard Engels, mogelijk ook een aantal Frans), en niet op de publieke tribune, maar op speciaal voor de gasten gereserveerde plaatsen. Ook zou het niet meer mogen gebeuren dat er tijdens de bespreking voor het forum van de synode door buitenlandse gasten nieuwe informatie wordt aangereikt die eerder besproken had moeten worden, zoals in het geval van de bespreking van de GKSA waar afgevaardigden van de VGKSA onverwacht met bezwarende informatie kwamen. In overleg met deputaten voorbereiding synode is de week van behandeling van de BBK-zaken en de ontmoeting met de buitenlandse gasten op de synode van 2005 niet in de vijfde week van de synodewerkzaamheden gepland maar van 23-28 mei, zodat buitenlandse gasten ook al enigszins een beeld kunnen hebben van het verloop van de synode en daarop desgewenst kunnen reageren. De synode dient te bedenken dat afgevaardigden van zusterkerken in de gereformeerde praktijk adviseurs zijn van de synode (cf. GS Den Haag 1914, GS Leeuwarden 1920, zoals geciteerd in F. L. Bos, De orde der kerk.). Bij bezoek aan een synode in het buitenland krijgen uw afgevaardigden veel meer gelegenheid om mee te doen dan buitenlandse afgevaardigden op recente GKV synodes (cf. GS Zuidhorn art. 216, opmerking van ds. Haak). Uw afgevaardigden worden in het buitenland regelmatig expliciet als adviseurs van de vergadering benoemd. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat het dan vaak synodes van kortere duur betreft.

5.1.2 NIEUWE OPDRACHTEN De synode van 2002 gaf een aantal nieuwe opdrachten. Daar valt allereerst te noemen de nieuwe zusterkerkrelatie die in 2002 was aangegaan met de Africa Evangelical Presbyterian Church (AEPC) in Kenya, met Gereja Gereja Reformasi Musyafir (GGRM) (nu Gereja Gereja Reformasi Calvinis, GGRC, geheten) in Indonesie, met de Igrejas Reformadas do Brasil (IRB) en met de Reformed Churches of New Zealand (RCNZ). Ook bood de synode een zusterkerkrelatie aan de Orthodox Presyterian Church (OPC) aan.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 16

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Dergelijke opdrachten zijn ook nu in de voorstellen opgenomen, namelijk om een zusterkerkrelatie aan te gaan met de Presbyterian Free Church Council (PFCC, Kalimpong (India) en met de United Reformed Churches in North America (URCNA) en een zusterkerkrelatie aan te bieden aan de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Papua (GGRI-Papua) en de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Kalimantan Barat (GGRI-Kalbar). De laatste twee voorstellen zijn voortgekomen uit de opdracht van de synode van 2002 aan BBK om in overleg met de Indonesiëraad voorbereidingen te treffen voor de contacten met deze kerken in Kalimantan Barat en Papua, die uit onze zending voortgekomen zijn.

5.1.3 VOORLICHTING OVER DE GKV Om de opdracht van de synode uit te voeren zijn veel bezoeken gebracht en ook hebben we bezoek ontvangen, bovendien is er veel correspondentie gevoerd. Soms moesten we uitleggen wat onze synode precies bedoelde en soms moesten we verkeerde beeldvorming corrigeren. In Lux Mundi hebben sinds 2002 weer uitgebreide artikelen gestaan over de koers van onze kerken en tijdens de bezoeken aan de synodes van kerken als de Free Reformed Churches of Australia (FRCA) en Canadian Reformed Churches (CanRC) moesten de afgevaardigde deputaten veel uitleggen en soms ook rechtzetten. Indien nodig werd een deputatenrapport in het Engels vertaald en aan een zusterkerk toegezonden. Toen deputaten merkten dat door ds P. van Gurp aan de kerken overzee voorlichting gegeven werd waarvan wij niet op de hoogte waren, hebben we verzocht om voortaan mededelingen te mogen ontvangen over wat geschreven werd. Daarmee kan voorkomen worden dat deputaten bij bezoek aan het buitenland geconfronteerd worden met informatie waarvan ze niet eerder kennis hebben gehad. In Reformanda is zeer kritisch gereageerd op een toespraak van deputaat J. Plug op de synode in de FRCA. Een correctie zijnerzijds werd helaas niet in Reformanda opgenomen. Aan de achterban in Nederland werd over het werk van deputaten BBK voorlichting gegeven in een BBK-stand op de DVN-dag van 31 mei 2004 in Spakenburg.

5.1.4 STUDIE OVER ‘AFZONDERLIJKE PLAATSELIJKE KERKEN’ EN ‘ZUSTERKERK’ Deputaten BBK kregen van de GS 2002 een opdracht mee om richtlijnen te geven voor plaatselijke kerken hoe zij zouden moeten omgaan met een buitenlandse plaatselijke kerk die niet in een kerkverband opgenomen is en daarom niet tot een officiële zusterkerk van ons kerkverband kan gaan behoren. Deputaten zijn van mening dat hierover geen generaal-synodale richtlijnen kunnen worden geformuleerd. Zij menen dat een plaatselijke kerk hiervoor zelf het instrumentarium in huis heeft. Tot de viering van het H.A. kunnen leden van zo’n kerk worden toegelaten na gesprek met de kerkenraad. En mocht de plaatselijke kerk redenen hebben om een predikant van een buitenlandse kerk te laten voorgaan in de dienst, dan dient ze hiervoor zelf de verantwoordelijkheid te nemen onder verantwoording aan de classis. Het spreekt vanzelf dat dit betreft voorgangers uit een buitenlandse kerk die als gereformeerd/presbyteriaans bekend staat maar die om bepaalde redenen niet een zusterkerk is geworden (een notitie over deze synodeopdracht is toegevoegd). Binnen BBK is ook discussie gevoerd over het begrip zusterkerk. We kwamen tot de conclusie dat dit een vastomlijnd kerkelijk begrip is dat je niet moet uithollen door het ook aan andere kerken dan de door de synode erkende kerken toe te kennen. Zo wil BBK ook niet streven naar de uitspraak dat een zuster van een zuster per definitie ook onze zuster zou zijn. Dergelijke besluiten zouden de afgesproken regels voor zusterkerkrelatie ondermijnen. Van grondig onderzoek zou dan niets terecht komen. Bij de toelating van een gast tot het H.A. zal het voor de kerkenraad uiteraard wel meewegen indien deze lid is van een kerk die een zusterkerk is van onze zusterkerk (een notitie over zusterkerk: aangaan en omgaan, is toegevoegd).

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 17

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

5.2 Algemene vergaderingen en secties

De vergaderdruk van BBK werd minder. Het aantal algemene vergaderingen tussen beide synoden zal ook deze keer ongeveer 15 bedragen. Maar de vergaderingen duurden minder lang en waren overzichtelijker. Er zijn minder zaken die om besluitvorming vragen, dan in de tijd toen de hulpverlening nog tot het pakket behoorde. Het aantal aandachtsvelden is echter wel toegenomen. Sinds de vorige synode werken we niet meer met 20 maar met 24 deputaten, verdeeld over 6 landensecties. De secties vergaderen gemiddeld eenmaal in de periode tussen twee algemene vergaderingen. Uit de landensecties (secties I-V, VIII) zijn deputaten benoemd in sectie VI, belast met voorlichting en publicatie, en hetzelfde is het geval met sectie VII, voor beleid en ICRC (per sectie een afgevaardigde). Het moderamen vergadert niet afzonderlijk. De vergaderingen van sectie VII fungeren als zodanig. Elke sectie heeft een werkplan gemaakt dat door de AV is goedgekeurd. Bij de rapportage van de secties (zie bijlagen) fungeert hun werkplan als uitgangspunt. Deputaten zijn bezig hun werkwijze te evalueren.

5.2.1 INHOUD VAN DE BESPREKINGEN Zaken van leer en kerkregering werden op de AV’s niet vaak besproken. Genoemd zouden kunnen worden het Amyraldisme, naar aanleiding van de correspondentie met de kerk te Norwich (Engeland), vijf gesprekspunten met de IPB (Brazilië): over de erkenning van de rooms-katholieke doopsbediening, gereformeerde visie op liturgie, de pinksterbeweging, het belang van theologisch onderwijs en het verschil tussen gereformeerd en presbyteriaans kerkrecht. Verder kwamen in de gesprekken over de GKSA zaken van hermeneutiek aan de orde evenals het onderwerp ‘de vrouw in het ambt’. Met de Canadese kerken werd zowel voor als na de synode van Zuidhorn gesproken over het huwelijksformulier.

5.3 Bureau

Gecontinueerd is volgens de opdracht van de synode de secretariële ondersteuning door het bureau, en ook op de wijze als voorheen, namelijk via detachering door DVN. Mevr. G.A. Enter-Hindriks verzorgde de omvangrijke correspondentie, archivering, notulering, de adviesdienst aan de kerken, als ook de afgifte van attesten aan predikanten die naar een zusterkerk reizen. Daarin bijgestaan door aanvankelijk mevr. G.J. Verbree-de Groot en daarna door haar opvolgster mevr. G. Bredenhoff. Ook bereidden zij de ontvangst van de buitenlandse gasten voor. De brochure Wereldwijd is niet herzien. Dat was voorheen de taak van het bureau. De recente informatie staat op de GKV-website, bij “internationale contacten”. Ook werd gewerkt aan een eigen site van BBK waar meer specifieke informatie op te vinden is. Ook hierin is een taak voor het bureau weggelegd. Aan leden van onze kerken die naar het buitenland reizen wordt desgevraagd informatie gegeven over de kerkelijke kaart van het land door het bureau BBK. Ook als het gaat om een kerk die geen officiële zusterkerk is, zal BBK vaak advies kunnen geven. En zou iemand naar zo’n kerkverband verhuizen dan kan ook zonder dat er van een zusterkerkrelatie sprake is, overdracht van ambtelijke zorg geregeld worden. De normale vorm via een attest wordt dan niet gebruikt, maar wel een brief met een verklaring en aanbeveling, door de plaatselijke kerk aan de betrokkene ter hand gesteld, met de opwekking deze in te leveren, wanneer men zich ervan bewust is met een gereformeerde/presbyteriaanse, schriftgetrouwe kerk te maken te hebben.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 18

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

5.4 Een kennismaking met de zusterkerken

U ontvangt in deze paragraaf geen uitvoerige opsomming van de BBK-werkzaamheden. Die staat te lezen in de sectierapporten, die als bijlagen bij dit rapport gaan. Maar een eerste kennismaking vindt u hier wel. Niet alle 23 zusterkerken worden hier genoemd, en ook niet alle (destijds 23) overige contacten. Maar wel de meest belangrijke en meest leerzame ontmoetingen. Vaak komen ook aspecten van het hulpverleningswerk van ZHT aan de orde. De bedoeling is om u een beeld te geven van wat er in de gereformeerde oecumene leeft.

5.4.1 SECTIE I, INDONESIË, AUSTRALIË EN NIEUW-ZEELAND Met de oude zusterkerk in Indonesië, de GGRI-NTT op Sumba en omstreken, gaat het goed. Maar de nieuwe zusterkerk, de GGRC, leeft onder grote spanning en verdeeldheid. De aanleiding is de afvaardiging naar de synode van 2002 van de vice-voorzitter van hun deputaten. Deputaten BBK hadden ook verwacht dat juist hij zou komen, want hij was iemand van de jongere generatie, en ook degene met wie de correspondentie toentertijd gevoerd werd. Dat verliep niet meer via de voorzitter van deputaten betrekkingen, die vaak op Java of in Amerika was. Maar BBK besefte wel dat uiteindelijk de afvaardiging een zaak is van de kerk zelf. Toen de vice-voorzitter kwam overlegde hij een credentiebrief, ondertekend door praktisch alle deputaatschappen maar niet door de voorzitter en secretaris van deputaten betrekkingen. Wel door hemzelf als vice-voorzitter. Hij vertelde dat hij bij zijn vertrek uit Timor niet had meegedeeld dat hij naar Nederland ging maar een andere reden had opgegeven. Deze misleiding is hem erg kwalijk genomen. Hoewel de zaak wel is uitgelegd en bijgepraat keert het telkens weer terug en leidt het tot een tweespalt binnen de GGRC. Een ander pijnpunt is dat samenwerking tussen de GGRC en de GGRI in een stichting voor hoger theologisch onderwijs in Oost-Indonesië mislukt is. Terwijl de twee kerken als sinds 1995 zusterkerken van elkaar zijn. Voor ZHT was dit mislukken de reden de toezegging van subsidie voorlopig ongedaan te maken. De zusterkerken in Australië en Nieuw Zeeland zijn bezocht. Met de FRCA was veel overleg nodig, vanwege hun zorgen over onze kerken in Nederland. Het bezoek aan de RCNZ stond in het teken van kennismaking na het aangaan van de zusterkerkrelatie in 2002

5.4.2 SECTIE II, HET VERRE OOSTEN Er zijn in de laatste jaren veel contacten in India gekomen, met name met de kerken die verbonden zijn in het Presbyterian Theological Seminary van Dehra Dun. Met de laatste nog ontbrekende kerk uit deze rij van vier wordt nu een relatie voorgesteld: de PFCC (Kalimpong). De GKV hebben een zendeling-docent uitgezonden naar dit seminarie, om mede hierdoor de Indiase docenten van deze school de gelegenheid te bieden de gemeenten te bezoeken en actief te zijn in de gemeenteopbouw. Aan de zusterkerken in Manipur (RPCNEI) is door BBK een gift gegeven bij het 25 jarig jubileum van deze kerken. Ook is er steun van BBK voor een Fellowship van Presbyteriaanse kerken in India. Dergelijke incidentele ondersteuning, gericht op het stimuleren van lokale kerkverbandelijke relaties, valt nog binnen het budget van BBK. Op de Filippijnen zijn er nog steeds contacten met een kleine kerkgemeenschap (RFCP) die voorheen deel uitmaakte van onze zusterkerk de FRCP. Deputaten hebben deze kerken, vanwege hun grote geïsoleerdheid, het advies gegeven om zich te oriënteren op de Christian Reformed Church of the Philippines (CRCP), of op het bijbelschool in Iloilo, van de PCK (Korea). De Lanka Reformed Church op Sri Lanka, die destijds tegen de Dutch Reformed Church gekozen heeft, is heel klein geworden. Ze hebben wel een school, gesteund door de PCEA (Australië). DVN heeft een Bible Correspondence Course gesubsidieerd. Zuid-Korea. We ontvingen de opsomming van de synodebesluiten van de PCK. Deze grote kerk is sterk missionair gedreven. De PCK heeft plannen voor oprichting van een extra

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 19

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

seminarie in Thailand en een bijbelschool in de Filippijnen en zij zoeken daarvoor mensen. BBK stimuleert dat de PCK deze vragen bij de IRTT neerlegt. De CGK is ook door hen benaderd. Over het grote aantal schriftgetrouwe kerken in het tot voor kort zo gesloten Myanmar (Birma) wordt steeds meer bekend. In 2005 zal er waarschijnlijk een reis naar hen gemaakt worden. Zusterkerken, zoals de RCNZ, dringen er op aan dat de GKV zich hier gaat oriënteren.

5.4.3 SECTIE III, VERENIGD KONINKRIJK EN NOORD AMERIKA Hoewel de sectie geografisch gezien een beperkter werkterrein had dan vroeger was er veel werk te verzetten. Op de Britse Eilanden ligt het probleem van de Free Church of Scotland (FCS) en Free Church Scotland (continuing) (FCS-c). Het is erg moeilijk om te ontdekken waar nu precies de knelpunten liggen. Binnen de sectie krijgt de Free Church (continuing) steeds meer waardering. Verder was het voor de zelfstandige kerken in Cardiff en Norwich niet duidelijk wat het ‘niet-continueren van de zusterkerkrelatie met Cardiff’ en het ‘niet aangaan van een zusterkerkrelatie met Norwich’ zoals besloten door GS Zuidhorn precies inhield. De indruk was gewekt dat wij alle contacten zouden hebben verbroken. De strekking van het besluit, nl.dat het contact niet meer onderhouden zou worden op kerkverbandelijk niveau (via deputaten BBK) maar op kerk-tot-kerk niveau (Amersfoort-Oost voor Cardiff en Assen-Noord voor Norwich) is hen uitgelegd. Aansluiting van deze twee kerken bij de Evangelical Presbyterian Church of England and Wales (EPCEW) ligt niet voor de hand. De kerk in Cardiff heeft moeite met twee andere kerken binnen de EPCEW (ooit vormden deze drie kerken een eigen kerkverband). De kerk te Norwich wordt door de EPCEW verdacht van Amyraldisme. Wat betreft de andere relaties op de Britse eilanden, nl. met de Evangelical Presbyterian Church in England and Wales (EPCEW), de Reformed Presbyterian Church of Ireland (RPCI) en de Evangelical Presbyterian Church in Ireland (EPC): de relatie is hartelijk gebleven en gewaardeerd van beide kanten. In Noord-Amerika zijn er twee zusterkerken, de Canadian Reformed Church (CanRC) en de Reformed Church in the United States (RCUS). Met één kerk, de Orthodox Presbyterian Church (OPC), besloot de GS Zuidhorn een zusterkerkrelatie aan te gaan en van één kerkverband, de United Reformed Churches in North America (URCNA), wilde de GS Zuidhorn onderzocht hebben of een zusterkerkrelatie zinvol zou zijn De OPC heeft ons aanbod tot een zusterkerkrelatie nog niet geaccepteerd. In oktober 2004 werd hierover in Nederland een meerdaagse conferentie gehouden met een afvaardiging van de OPC. De communicatie met de Canadese zusterkerken is onder druk komen te staan door een artikel van de hand van de CanRC-afgevaardigde naar de GS Zuidhorn. Hierin werd gesteld dat ‘het gereformeerde gehalte in de Nederlandse kerken bijna onherkenbaar is’. Op de General Synod van Chatham 2004 is gebleken dat die constatering niet werd gedeeld door de afgevaardigden. De synode heeft voor de daardoor veroorzaakte pijn haar excuses aan de kerken in Nederland aangeboden. Het contact met de URCNA is zeer hartelijk geworden, vooral na het bezoek aan hun synode in 2004. Uw deputaten zijn ervan overtuigd dat een zusterkerkrelatie met deze kerken, voorzover dat nog in werking kan treden voordat de CanRC en URNCA samengaan, zeker zinvol is. De RCUS heeft in 2004 een leerbesluit genomen aangaande de rechtvaardiging waarvan deputaten nog onvoldoende kennis hebben kunnen nemen.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 20

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

5.4.4 SECTIE IV, AFRIKA De contactkerk in Benin zal waarschijnlijk als zusterkerk erkend worden als daar een tweede gemeente is geïnstitueerd. Op de vorige synode werd niet besloten tot het aangaan van een zusterkerkrelatie met de GKSA in Zuid-Afrika, hoewel deputaten BBK dat toen wel hadden voorgesteld. De bezwaren van de zusterkerk VGKSA hebben op de synode de doorslag gegeven. Hoewel dubbele correspondentie met verschillende kerken in één land op zichzelf genomen mogelijk is (zie ook de notitie daarover, aangenomen op de synode 2002), besloot de synode van 2002 hier in het geval van de GKSA niet toe over te gaan. De sectie wil graag rechtstreeks een beeld van de GKSA krijgen. De GKSA heeft de CGK gevraagd hun verzoek om lidmaatschap bij de ICRC te ondersteunen. De GS Zuidhorn heeft uitgesproken dat een aanbeveling voor de GKSA bij de ICRC ook door de GKV zou kunnen worden gegeven. CGK deputaten en sectie IV wisselen studies uit over de vrouw in het ambt, n.a.v het synodebesluit van de GKSA inzake ‘de vrouwelijke diaken’.

5.4.5 SECTIE V, SPAANS-PORTUGEES-TALIGE LANDEN De Iglesias Reformadas de Espaňa (IRE) in Spanje vragen het lidmaatschap ICRC aan, ondersteund door GKV en EPCEW. In Brazilie zou het contact Igreja Evangelica Reformadas do Brasil (IER, een zusterkerk van de CGK) wel willen dat de Igrejas Reformadas do Brasil (IRB, sinds Zuidhorn een zusterkerk van ons) aan hun opleiding meedoet Dat moet de IRB echter zelf beslissen. Met de Igrejas Presbiteriana do Brasil (IPB) zijn documenten over leerstellige onderwerpen uitgewisseld. Verder is daar het grote evangelisatieproject in Rio Grande do Sul. Vijftien zendelingen zijn getraind en uitgezonden. De Drentse Zendings Deputaten subsidiëren dit voor 50%. Met de Iglesia Reformada en Venezuela (IRV) verlopen de contacten naar wens. Ds Keesenberg is aan de theologische opleiding daarvan verbonden. Verblijdend is dat de contacten tussen de zendingsgemeente op Curacao en de IRV toenemen.

5.4.6 SECTIE VIII, EUROPA In het gebied van sectie VIII (het grootste deel van Europa) is er alleen een zusterkerk in Rusland, de Evangelical Reformed Churches Union of Russia, ERCUR. De overige contacten zijn van andere aard. De sectie overlegt met Fundament over de contacten met de Hongaarse Gereformeerde Kerk. Ook oriënteert ze zich op een jonge groep gemeenten, los van deze hoofdstroom, Reformed Presbyterian Church of Central and Eastern Europe (RPCCEE). Een Oost-Europadesk is in oprichting. De CGK zijn hierin ook geïnteresseerd en zullen resultaten van hun Oost-Europa- enquete en Oekraïne-enquete aan de desk geven. De CGK heeft in Frankrijk contact met de Eglises Reformées Evangeliques Independantes (EREI). Leden van de GKV onderhouden relaties met plaatselijke EREI-gemeenten in Parijs en Gardanne en met de theologische faculteit in Aix-en-Provence. In Duitsland is er contact met de broeders van de opleiding in Marburg en met enkele ‘bekennende Gemeinden’. In Oostenrijk wordt contact onderhouden met twee gemeenten die de Westminster confessie als grondslag hebben. In de afgelopen periode is meer aandacht aan het continent van Europa gegeven. Sectie VIII is pas sinds 2002 van sectie IV afgesplitst, als zesde landensectie. Gewenst wordt dat in Duitsland en Frankrijk en Oost-Europese landen iets gebeuren zal dat al eerder in Engeland plaats vond. Door jarenlange steun vanuit Nederland kon het daar komen tot de vorming van een klein presbyteriaans-gereformeerd kerkverband.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 21

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

5.5 Diversen

5.5.1 VOLLEDIGHEID IN HET INTERNATIONALE NETWERK? De vraag naar meer of minder contacten moet voortdurend worden gesteld. Het is al gebeurd in onze eigen kerken op de synode van Leeuwarden (1990), en vanuit zusterkerken zoals de Free Reformed Churches of Australia (FRCA) horen we het ook. Deze kerken kiezen zelf er voor een beperkt aantal contacten te hebben. Op de vorige synode in Zuidhorn werden deze kerken en ook de CGK als voorbeeld voor ons gesteld. Toch betekent uitbreiding van het aantal relaties niet dat BBK streeft naar volledigheid in het internationale netwerk. Een relatie moet zinvol zijn. In gesprek met deputaten ZHT is deze materie aan de orde geweest, en ook in het overleg met de CGK. De beleidsnotitie BBK van 2002 heeft als uitgangspunt dat de kerk een geloofsstuk is. Zo wordt de kerk omschreven in het apostolicum: ik geloof een heilige, algemene, christelijke kerk. En de catechismus zet die toon voort in HC 21. Ik geloof dat de Zoon van God uit het hele menselijke geslacht en door de eeuwen heen zich een gemeente vergadert die tot het eeuwige leven is uitverkoren. De grootte van de kerk zal zolang we in deze wereld leven nooit te overzien zijn. Er is in deze wereld niet een bepaald netwerk aanwijsbaar dat samenvalt met ‘de kerk’. Toch komen in HC 21 wel concrete netwerken in beeld, en wel omdat daar beleden wordt dat de vergadering van de kerk gerealiseerd wordt in de eenheid van het ware geloof, en als geloofsovertuiging uitgesproken wordt dat we van die kerk een levend lid zijn en eeuwig mogen blijven. Levend lidmaatschap vraagt om beoefening van de gemeenschap der heiligen. En daaruit volgt dat we lid zullen zijn van een gemeente die aantoonbaar geregeerd wordt door Christus’ Woord en Geest (HC 21). Gemeenten vormen kerkverbanden en kerkverbanden gaan zusterkerkrelaties aan. Ook ontmoeten ze elkaar in internationale conferenties. Het geloofsstuk van de kerk dringt dus tot kerkelijke organisatie. Aan kerkelijke organisaties zoals gemeenten en kerkverbanden wordt vaak de naam ‘kerk’ gegeven. Maar iedereen zal beseffen dat daarmee over de kerk niet alles is gezegd. Christus vergadert zijn gemeente en werkt daarbij door zijn Geest in ware gelovigen, ook als ze in ‘valse kerken’ zitten en daarmee handelen tegen het gebod van God (NGB28) Het woord ‘kerk’ kan dus zowel gebruikt worden voor het werk van Christus dat zo groots is dat wij het nooit kunnen overzien, als voor zichtbare organisaties zoals plaatselijke gemeenten of kerkverbanden. Het woord ‘zusterkerkrelatie’ is niet voor deze tweeërlei benadering vatbaar. Dit is een kerkrechtelijke aanduiding voor een relatie tussen kerkverbanden die overeenstemming hebben bereikt over het aanvaarden van elkaars leden en het laten voorgaan van elkaars predikanten, omdat ze op grond van Schrift en belijdenis elkaar hebben erkend als kerk van Christus. Bij de organisatie van de kerk komt het volgens de gereformeerde belijdenis aan op de juiste hantering van de Woordbediening, van de sacramenten en van de tucht. Bij het aangaan van zusterkerkrelaties en toelating tot de ICRC spelen dezelfde kenmerken een rol. Iedere gemeente, maar ook ieder kerkverband en een organisatie als de ICRC, heeft een verantwoordelijkheid inzake tafel en kansel. Hoe dichter men bij elkaar leeft, hoe gemakkelijker de regels toepasbaar zijn. Als gelovigen over grotere afstand heen elkaar ontmoeten, wordt vaak gevoeld dat ‘de kerk’ niet te vangen is onder de organisatie alleen. Een plaatselijke gemeente oefent tucht en weet precies wie van haar leden gerechtigd is het avondmaal te vieren. In de regel wordt het binnen het eigen land niet geaccepteerd dat een lid uit een ander kerkverband aan het avondmaal deelneemt. Hij kan immers in zijn eigen gemeente gaan. Ten aanzien van het buitenland is het wel anders. Al is het zo dat ook met het oog op buitenlandse broeders en zusters duidelijke regels gesteld kunnen worden (en zo is het gebeurd in de regels voor zusterkerkrelatie), daarmee kan niet worden volstaan. Niet ten aanzien van elke kerk in het buitenland is een besluit genomen inzake het wel of niet aangaan van een zusterkerkrelatie. Gasten uit niet-zusterkerken kunnen echter wel worden toegelaten na een gesprek met de kerkenraad. Een

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 22

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

voorbeeld: het is onnodig om ten aanzien van elke kerk die uit de zending van b.v. de FCS (Schotland) of PCK(Korea) is voortgekomen een besluit inzake zusterkerkrelatie te nemen. Toch zouden soms leden van zulke kerken ook bij onze Avondmaalsvieringen aanwezig kunnen zijn. Dan is de uitnodiging om het Heilig Avondmaal mee te vieren na een gesprek met de kerkenraad, een betere vorm. Een vorm die ook verstandiger is dan de algemene regel dat een ‘zuster’ (of ‘dochter’) van een ‘zuster’ ook ‘onze zuster’ is. Zo’n regel zou een breuk betekenen met de zorg-vuldige besluitvorming ten aanzien van zusterkerkrelaties die onder ons gangbaar is. Buitenlandse predikanten uit zusterkerken kunnen volgens de bestaande regels zonder meer voorgaan. Predikanten uit niet-zusterkerken volgens dezelfde regel niet. Maar het is goed een uitzondering te maken als een plaatselijke kerk een speciale relatie heeft met een buitenlandse gemeente, en daarom de predikant ervan uit wil nodigen om voor te gaan. Deze kerk moet dan wel verantwoordelijkheid hierover afleggen tegenover het kerkverband op classisniveau. (zie de notitie ‘afzonderlijke plaatselijke kerk’)

5.5.2 HET EIGENLIJKE WERK BBK kan zich nu dus concentreren op de hoofdtaak, het onderhouden van relaties als gereformeerde kerken in de wereld. Het is daarbij volgens deputaten BBK van belang dat er een inhoudelijke gedachtewisseling plaats vindt met zusterkerken over belangrijke agendapunten van de synodes. Dat is een openheid die wij voorstaan. De vraag is vervolgens wel hoe dat moet. Deels uiteraard per briefwisseling, maar als de synode vergadert, kan dan de buitenlandse gast ook in de synodecommissie of ter vergadering als adviseur meespreken? Dat zal de beoefening van de oecumene bevorderen. Dit gaat dieper dan het elkaar op de hoogte houden van eventuele veranderingen in belijdenis of kerkorde, zoals is vastgelegd in de regels voor zusterkerkrelatie. Als het gaat om de gezonde leer worden belangrijke grenzen gevormd door het al dan niet belijden van de Drie-eenheid van God en het Schriftgezag. Maar binnen het grote scala aan schriftgetrouwe kerken in de wereld is er fijnafstemming nodig: hoe hanteert men de doop, hoe kijkt men aan tegen de zogenoemde geestesgaven? Met ontkenning van de kinderdoop plaatst men zich buiten de gereformeerde oecumene. Samengevat: staat men achter de gereformeerde/presbyteriaanse geloofsbelijdenis, zoals vastgelegd in de Drie Formulieren van eenheid en de Westminster Confessie? Gaat het om kerkregering dan liggen de grenzen bij afwijzing van hiërarchie enerzijds en independentisme anderzijds. Een pauselijk geregeerde kerk valt buiten de bijbelse lijnen voor kerk, een kerk zonder een solide binding aan de belijdenis en zonder billijke tucht ook. In het gesprek met de Christelijke Gereformeerde deputaten is ingegaan op de vraag welke rol de aanwezigheid van vrouwelijke ambtsdragers moet hebben op het aangaan van kerkelijke contacten (zie verder 5.5.4).

5.5.3 ICRC Het algemene doel van de ICRC is om Christus’ naam hoog te houden in de wereld. Dat gebeurt via: • de ontmoeting, bezinning, studie en uitspraken tijdens de conferenties; • zendingssamenwerking (via de ‘zendingscommissie’ en regionale

zendingsconferenties); • samenwerking in theologische opleiding; • diaconale samenwerking, m.n. gericht op vrijwilligerswerk; • informatieuitwisseling over vrijwilligerswerk. In de perioden tussen de conferenties neemt het interim-comité de zaken waar, ook wat betreft de coaching van de genoemde commissies.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 23

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Vanuit de GKV loopt de relatie met de ICRC via BBK. De taak van deze deputaten is primair het onderhouden van bilaterale contacten, maar deze relaties kunnen versterkt worden door de betrokkenheid binnen de ICRC. Het Missions Committee (MC) van de ICRC heeft de IRTT gevraagd om haar te ondersteunen in de opgedragen taken. Deze werkzaamheden van de IRTT behoren niet tot de verantwoordelijkheid van BBK. Het MC is verantwoording schuldig aan de ICRC zelf. Wel is BBK indirect verantwoordelijk omdat zij bij de ICRC de vertegenwoordiger is van de lidkerk GKV. BBK en ZHT, als generaal-synodale deputaatschappen van de GKV, hanteren voor de samenwerking in zendingszaken dezelfde beleidslijnen. In het aangaan van relaties gaat BBK voorop en is ZHT volgend, bij de uitvoering van hulpverlening gaat ZHT voorop en is BBK volgend. De principes waar BBK en ZHT voor staan zijn de volgende: • zendingswerk in een gebied waar een locale kerk is behoord tot de verantwoordelijkheid

van deze kerk en niet meer van de partner/donor overzee; • het zendingswerk en hulpverleningswerk dat de buitenlandse partner biedt behoort

geregeld te worden via samenwerkingscontracten tussen de locale kerk en de partner. • Indien er meerdere partners zijn die steun willen bieden zullen zij, samen met de locale

kerk, tot onderlinge afstemming komen. Het MC van de ICRC kan hierin een coördinerende rol vervullen.

• wanneer het een nieuwe steunaanvraag betreft van een locale kerk zal ZHT, in overleg met BBK, via het netwerk van de ICRC (m.n. MC), nagaan welke kerk gezien regio en beschikbaarheid het beste deze hulp kan verlenen.

• regionale zendingsconferenties van de ICRC zijn ontmoetingsplaatsen waar locale kerken in de regio samen met de daar steunbiedende kerken samenkomen tot bemoediging en voor coördinering van de taken. BBK en ZHT streven hetzelfde na ter verbetering van de werkwijze van de ICRC en bereiden daarom de volgende voorstellen aan de komende conferentie voor:

• instituering van de twee genoemde subcommissies en het overkoepelende interim-comité (incl. secretariaat);

• verbetering van de regionale zendingsconferenties. Hiertoe behoort ook dat de reiskosten voor deze conferenties indien nodig gesponsord zullen worden door de ICRC en niet door afzonderlijke kerken. Een verzoek hiertoe is door BBK reeds bij de penningmeester van de ICRC ingediend;

• verbetering van de inspraak van alle lidkerken bij de voorbereiding van de conferentie (via een enquête die het interim-comité voorafgaande aan de eerstkomende conferentie houdt), ter voorkoming van dominantie van sommige lidkerken.

5.5.4 CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERKEN De synode besloot tot geregeld overleg met de deputaten betrekkingen van de Christelijke Gereformeerde Kerken en daarmee maakte ze een lijn officieel die al eerder was ingezet. In 2002 en 2004 heeft dat overleg plaatsgevonden. Het gaat vooral om informatie-uitwisseling en afstemming. Deputaten Correspondentie Buitenlandse Kerken van de CGK waren ook uitgenodigd voor de zitting van de synode van 2002 waarop de buitenlandse contacten besproken werden. Dit hebben zij zeer op prijs gesteld. Deputaten BBK waren uitgenodigd voor de GS van de CGK in 2004. Inzake Schotland en Zuid-Afrika is het overleg het meest intensief en er wordt samengewerkt bij voorbereiding van voorstellen voor de ICRC. Inzake de voorbereiding van de ICRC hebben deputaten BBK ook vooroverleg met deputaten ZHT. Meermalen is gebleken de grote mate van overeenstemming. Zo leefden er in de kring van BBK plannen om heen te werken naar regionale conferenties en om de ICRC daarbij om een aanbeveling te vragen. De CGK afgevaardigden gaven toen de informatie dat ze dit al eens aan het interim-comité van de ICRC hadden gevraagd en waren afgewezen. Maar ze vertelden ook dat een van hun deputaten nu een kaderstellend voorstel zal maken om aan te

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 24

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

geven hoe het toch zal kunnen. Conferenties die niet los van de ICRC staan, maar ook niet onder hun verantwoordelijkheid. De twee plannen blijken goed te sporen. En evenals de GKV is ook de CGK van mening dat de ICRC zeker niet een internationale synode moet worden. Afgesproken is om de plannen inzake de regionale conferenties samen verder te ontwikkelen, en ook om alle notities inzake de voorbereiding van de ICRC met elkaar te delen. Van GKV zijde is er het plan om tot meer vaste commissies te komen (zie boven) en de CGK wil graag bij de ICRC de vraag neerleggen wat concreet zou kunnen worden gedaan als er bij zusterkerken of andere contacten vervolgingen of andere rampen uitbreken. Kun je dan als ICRC ook samen iets doen: b.v. een actie tot bemoediging. De CGK wil de ICRC ook vragen om zich te bezinnen op de relatie tot de World Reformed Fellowship (WRF). De CGK vroeg ook om afstemming inzake het beleid t.a.v. kerken met vrouwelijke ambtsdragers. De CBK (Deputaten Correspondentie Buitenlandse Kerken) heeft een gedragslijn vastgesteld en aan de synode van 2004 voorgelegd. De vorige synode had hen namelijk gevraagd om helderheid op dit punt te verschaffen aan de contacten.

5.5.5 VOORLICHTING EN PUBLICITEIT Een telkens terugkerend agendapunt op de AV is de vraag wat er gedaan is en wordt aan voorlichting en publiciteit. Over dat onderwerp zijn in de afgelopen periode de volgende afspraken gemaakt. Algemeen kerkelijke gegevens komen op de website GKV, bij “internationale contacten”. Het bureau BBK levert de informatie aan (zie boven, onder bureau). Besloten is dat ook Lux Mundi via de website geraadpleegd kan worden. Het laatste nummer zal daar worden gepubliceerd en van de artikelen wordt een digitaal archief aangelegd. Sectie 6 (voorlichting) heeft een uitgebreid communicatieplan gemaakt en trekt ook vrijwilligers buiten BBK aan om het belangrijke werk te kunnen doen. Als redactrice Engelse taal is zr. Sue Wierenga-Tucker uit Amersfoort en als eindredacteur is br. Piet G.B. de Vries uit Horst aan Lux Mundi verbonden.

5.5.6 DIVERSEN BBK heeft aangegeven geen behoefte te hebben te participeren in een algemeen steunpunt voor alle deputaten want het bureau van BBK regelt de zaken goed. BBK zou graag zien dat de TUK Kampen gaat participeren in een op te richten commissie Theological Education van de ICRC. BBK heeft bij de ICRC bepleit dat met ingang van volgende ICRC reiskosten voor arme zusterkerken naar regionale zendingsconferenties betaald zullen worden uit de algemene middelen van de ICRC, het fonds voor de zending (zie boven, ICRC). Zelf heeft BBK subsidie verleend aan de reis van twee afgevaardigden uit de Indonesische zusterkerken GGRI en GGRC naar de Aziatische zendingsconferentie, georganiseerd door de PCK, in Thailand. Deze conferenties zijn bedoeld voor zendingsmensen en zendingsonderwerpen. De regionale conferenties die nu worden voorgestaan moeten van de kerken uitgaan en niet van zendelingen. De noodzaak hiertoe bleek in Zuid-Amerika, waar de afgevaardigde van de IRV de meer algemene conferentie van de CLIR bezocht, waar hij meer aan had dan de zendingsconferentie van de ICRC. Halverwege de periode moest deputaat Hempenius zich terugtrekken. Hij liet zich vervangen door zijn secundus A.S. v.d. Lugt. Deputaat H. Huberts is opgevolgd door secundus zr. E. Wolting-Urban. Deputaat Th. Havinga kon lange tijd wegens ziekte niet meedoen. Deputaat zr. C. Scheepstra ontving een koninklijke onderscheiding. De secretaresse op het bureau, mevr. G.A. Enter-Hindriks, kon wegens een chronische ziekte lange tijd haar werk slechts gedeeltelijk doen. Uit een overschot heeft BBK steun verleend aan een Presbyterian and Reformed Fellowship in India. Vanwege het belang van incidentele ondersteuning van zaken i.v.m. onderhouding

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 25

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

van kerkverband begroot BBK voortaan jaarlijks 10.000 euro om aan behoeften te kunnen voldoen. Criteria hiervoor zijn vastgesteld. Tijdens de ontmoeting met de Australische deputaten bleek dat zij van mening waren dat BBK eigenmachtig regels van zusterkerkrelatie veranderd had. Hun kritiek gaat echter terug op een verkeerde vertaling van de regels van Ommen. Een verbeterde vertaling is door deputaten vastgesteld.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 26

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

6 VOORSTELLEN

6.1 Zusterkerken

Materiaal: rapport BBK, in het bijzonder de bijlagen van de zes landensecties Voorstel: Deputaten BBK op te dragen de relatie met onze 23 zusterkerken te onderhouden, teneinde van elkaar te leren, elkaar te ondersteunen en samen Christus´ naam te prijzen. Grond: Uit het materiaal blijkt dat de genoemde relaties voldoen aan de doelen die daarvoor gesteld zijn • Reformed Church of Japan (RCJ) • Taiwan Reformed Presbyterian Church (TRPC), voorheen RPCT • Presbyterian Church of Korea (Kosin) (PCK) • Reformed Churches of New Zealand (RCNZ) • Presbyterian Church of Eastern Australia (PCEA) • Free Reformed Churches of Australia (FRCA) • Gereja Gereja Reformasi Indonesia (GGRI-NTT) • Gereja Gereja Reformasi Calvinis NTT (GGRC), voorheen GGRM • Reformed Presbyterian Church of North East India (RPCNEI) • Reformed Presbyterian Church of Northern India (RPCI) • Free Church of Central India (FCCI) • Africa Evangelical Presbyterian Church , Kenya (AEPC) • Die Vrije Gereformeerde Kerke in Suid-Africa (VGKSA) • Eglise Réformée Confessante au Congo (ERCC) • Evangelical Reformed Churches Union of Russia (ERCUR) • Evangelical Presbyterian Church in England and Wales (EPCEW) • Free Church of Scotland (FCS) • Evangelical Presbyterian Church in Ireland (EPC) • Reformed Presbyterian Church of Ireland (RPCI) • Canadian Reformed Churches (CanRC) • Reformed Church in the United States (RCUS) • Iglesia Reformada en Venezuela (IRV) • Igrejas Reformadas do Brasil (IRB)

6.2 Andere kerkelijke contacten

Materiaal: rapport BBK, in het bijzonder de bijlagen van de zes landensecties Voorstel: Deputaten BBK op te dragen contact te onderhouden met 19 overige relaties. Grond: Uit het materiaal volgt dat het zinvol is met de genoemde kerken contact te onderhouden. 1 Free Reformed Churches of the Philippines (FRCP) 2 Reformed Free Church of the Philippines (RFCP) 3 Christian Reformed Churches in the Philippines (CRCP) 4 Evangelical Reformed Churches of Singapore (ERCS) 5 Dutch Reformed Church of Sri Lanka (DRC) 6 Lanka Reformed Church, Sri Lanka (LRC) 7 kerken in Myanmar

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 27

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

8 Die Gereformeerde Kerke in Suid-Afrika (GKSA) 9 Reformed Church of Eastern Africa, Kenya (RCEA) 10 Presbyterian Church of Uganda (PCU) 11 Church of Central Africa Presbyterian, Harare Synod (CCAP), Zimbabwe 12 Eglise Réformée Confessante au Benin (ERCB) 13 Nongu u Kristu u Ken Sudan nen Tiv, Nigeria (NKST) 14 Iglesias Reformadas de Espagna, Spain (IRE) 15 Igreja Crista Presbiteriana de Portugal (ICPdP) 16 Free Church of Scotland / continuing (FCS-c) 17 Orthodox Presbyterian Church, USA (OPC) 18 Igrejas Presbiteriana do Brasil (IPB) 19 Igrejas Evangelicas Reformadas do Brasil (IER) Aan de lijst van contactkerken, zoals vastgesteld door de GS Zuidhorn 2002, werden nu toegevoegd de Christian Reformed Churches in the Philippines (CRCP) (zie 6.8), kerken in Myanmar (zie 6.7), de Presbyterian Church of Uganda (PCU) (zie 7.4.9) en de Church of Central Africa Presbyterian, Harare Synod (CCAP) in Zimbabwe (zie 7.4.10); op deze lijst komen nu niet meer voor de Presbyterian Free Church Council of Kalimpong, India (PFCC) en de United Reformed Churches in North America (URCNA) vanwege de nieuw voorgestelde zusterkerkrelaties. Ook de Iglesia Christiana Reformada (Spain) (ICR), de Igreja Reformada em Portugal (IRP), de Eglises Réformées Evangéliques Indépendantes, (EREI) Frankrijk, de Norwich Reformed Church, Engeland (NRC); l’ Eglise Reformée de Québec (l’ERQ) en de Iglesia Presbiteriana Independiente de Mexico (IPIM) komen vanwege uiteenlopende redenen niet meer voor op de lijst.

6.3 Aangaan zusterkerkrelatie met de Presbyterian Free Church Council (PFCC, Kalimpong, India)

6.3.1 MATERIAAL rapport BBK, in het bijzonder bijlage landensectie II

6.3.2 VOORSTELLEN 1 met de PFCC een zusterkerkrelatie aan te gaan; 2 deputaten BBK op te dragen deze relatie tot stand te brengen.

6.3.3 GRONDEN 1 De PFCC vertoont de kenmerken van een kerk van de Here Jezus Christus en voldoet

aan de criteria voor een zusterkerkrelatie. 2 Wij hebben met vergelijkbare kerkverbanden in India al zusterkerkrelaties.

6.4 Zusterkerkrelatie met de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Papua (GGRI-Papua)

6.4.1 MATERIAAL rapport BBK, in het bijzonder de opdracht van de synode 2002 inzake deze kerk

6.4.2 VOORSTELLEN 1 de GGRI-Papua een zusterkerkrelatie aan te bieden; 2 deputaten BBK op te dragen deze relatie tot stand te brengen.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 28

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

6.4.3 GRONDEN 1 De GGRI-Papua vertonen de kenmerken van een kerk van de Here Jezus Christus en

voldoen aan de criteria voor een zusterkerkrelatie. 2 Wij hebben met vergelijkbare kerkverbanden in Indonesië al zusterkerkrelaties. 3 De GGRI-Papua is een kerkverband, voortgekomen uit zendingswerk van onze kerken. 4 Sinds 2002 zijn de hulptaken van deputaten BBK overgedragen aan ZHT en dat vormt

een waarborg dat een zusterkerkrelatie zoals die door deputaten BBK onderhouden wordt geen inbreuk betekent op een eventuele hulprelatie die er via ZHT en/of een zendende kerk met de betreffende kerk bestaat.

6.5 Aangaan zusterkerkrelatie met de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Kalimantan Barat (GGRI-Kalbar)

6.5.1 MATERIAAL rapport BBK, in het bijzonder de opdracht van de synode 2002 inzake deze kerk

6.5.2 VOORSTELLEN 1 de GGRI-Kalbar een zusterkerkrelatie aan te bieden; 2 deputaten BBK op te dragen deze relatie tot stand te brengen.

6.5.3 GRONDEN 1 De GGRI-Kalbar vertonen de kenmerken van een kerk van de Here Jezus Christus en

voldoen aan de criteria voor een zusterkerkrelatie. 2 Wij hebben met vergelijkbare kerkverbanden in Indonesia al zusterkerkrelaties. 3 De GGRI-Kalbar is een kerkverband, voortgekomen uit zendingswerk van onze kerken. 4 Sinds 2002 zijn de hulptaken van deputaten BBK overgedragen aan ZHT en dat vormt

een waarborg dat een zusterkerkrelatie zoals die door deputaten BBK onderhouden wordt geen inbreuk betekent op een eventuele hulprelatie die er via ZHT en/of een zendende kerk met de betreffende kerk bestaat.

6.6 Aangaan van een zusterkerkrelatie met de United Reformed Churches in North America (URCNA)

6.6.1 MATERIAAL rapport BBK, in het bijzonder rapport sectie III

6.6.2 VOORSTELLEN 1 een zusterkerkrelatie aan te gaan met de URCNA; 2 deputaten op te dragen de zusterkerkrelatie tot stand te brengen en hierover contact op

te nemen met de huidige zusterkerken in Noord-Amerika.

6.6.3 GRONDEN 1 De URCNA vertonen de kenmerken van een kerk van de Here Jezus Christus en

voldoen aan de criteria voor een zusterkerkrelatie. 2 Plaatselijke URCNA’s in de nabijheid van gemeenten van onze zusterkerk CanRC

hebben kanselruil met deze gemeenten en ook ontvangen ze elkaars leden aan de avondmaalstafel.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 29

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

6.7 Myanmar

6.7.1 MATERIAAL rapport BBK, in het bijzonder rapport sectie II

6.7.2 VOORSTEL Deputaten op te dragen in overleg met de RCNZ en ZHT door middel van correspondentie en bezoeken te onderzoeken met welke kerken in Myanmar en op welke wijze een relatie gewenst is.

6.7.3 GRONDEN 1 Myanmar is een dictatoriaal geleid, boeddhistisch land waar christelijke kerken en

christenen in moeilijke omstandigheden verkeren. Men vraagt concreet om gereformeerde / calvinistische inbreng bij de verkondiging van het Evangelie.

2 Vanuit onze zusterkerken die reeds contacten hebben in Myanmar wordt deze hulp aanbevolen.

6.8 Christian Reformed Church in the Philippines (CRCP)

6.8.1 MATERIAAL rapport BBK, in het bijzonder rapport sectie II

6.8.2 VOORSTELLEN 1 Deputaten op te dragen contacten te onderhouden met de CRCP voor nadere

kennismaking met dit kerkverband; 2 samen met de RFCP bekijken of nauwer contact en samenwerking tussen deze twee

kerkverbanden mogelijk zijn.

6.8.3 GRONDEN De huidige waarnemingen wijzen erop dat de CRCP bijbelgetrouwe kerken zijn die stevig zijn verankerd in de Filippijnse samenleving. Het is gelet op de geïsoleerde positie van RFCP van groot belang om een verankering te krijgen in een stevig Gereformeerd kerkverband.

6.9 Publiciteit

6.9.1 MATERIAAL rapport BBK

6.9.2 VOORSTEL Deputaten op te dragen goede voorlichting te geven over buitenlandse kerken aan de GKV en goede voorlichting over de GKV aan buitenlandse kerken

6.9.3 GROND Goede voorlichting is nodig voor de beoefening van de relatie.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 30

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

6.10 Bureau

6.10.1 MATERIAAL rapport BBK

6.10.2 VOORSTEL Deputaten op te dragen om haar werk te doen met gebruikmaking van het BBK-bureau te Zwolle, en voor deze werkzaamheden gebruik te maken van de faciliteiten van DVN.

6.10.3 GROND Secretariële ondersteuning via het bureau is nodig om de taken zoals beschreven in het rapport uit te kunnen voeren.

6.11 Bevordering kerkelijke eenheid met zusterkerken in de regio

6.11.1 MATERIAAL rapport BBK

6.11.2 VOORSTEL Deputaten op te dragen de zusterkerken aan te moedigen tot bevordering van kerkelijke eenheid met zusterkerken in de regio.

6.11.3 GRONDEN 1 In het verleden is deze opdracht aan deputaten BBK meegegeven – in verschillende

bewoordingen – bij de afzonderlijke opdrachten inzake de zusterkerken. Omdat de opdracht tot kerkelijke eenheid altijd en overal geldt, ligt het voor de hand om aan deputaten BBK hiervoor een algemene opdracht te geven.

2 Deputaten BBK kunnen, lettend op de situatie ter plaatse, bepalen hoe deze opdracht in praktijk gebracht moet worden.

6.12 CGK

6.12.1 MATERIAAL rapport BBK

6.12.2 VOORSTEL Deputaten op te dragen overleg te voeren met en samen te werken met deputaten CBK van de CGK.

6.12.3 GROND Samenwerking met de deputaten CBK van de CGK versterkt de beoefening van de gereformeerde oecumene, zoals uit het rapport blijkt.

6.13 ICRC

6.13.1 MATERIAAL rapport BBK

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 31

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

6.13.2 VOORSTEL Deputaten op te dragen de GKV te vertegenwoordigen in de ICRC en bij te dragen aan de versterking van deze organisatie.

6.13.3 GROND De ICRC is een belangrijk instrument om gezamenlijk de naam van Christus in de wereld hoog te houden. De organisatie moet versterkt worden, zoals uit het rapport blijkt.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 32

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7 BIJLAGEN

7.1 Rapport sectie 1 (Indonesië, Australië, Nieuw-Zeeland)

Samenstelling sectie: ds . J. Plug, voorzitter mevr. E. Ensing-Maatkamp, secretaresse ds. J.A. Boersema ds. J.P.D. Groen, adviseur

7.1.1 ALGEMEEN Sectie 1 heeft gemiddeld per jaar 5 keer vergaderd; een aantal keren samen met ds. T Oosterhuis, regiocoördinator van ZHT. In 2004 is ds. J.A. Boersema door ZHT benoemd als opbouwwerker voor de kerken op Sumba. Hij blijft zoveel mogelijk tot het eind van de benoemingstermijn zijn werk voor BBK uitvoeren. Hij zal afwisselend in Nederland en Sumba zijn. Ds. Griffioen heeft in verband met zijn benoeming in augustus 2004 tot docent aan de STT Setia in Jakarta voortijdig zijn deputaatswerk voortijdig moeten beëindigen. In zijn plaats is ds. J.P.D. Groen als adviseur aangetrokken.

7.1.2 REIZEN In mei 2003 werd de synode van de PCEA (Maclean) bezocht en ook, in het kader van kennismaking met de nieuwe zusterkerk, de predikantenconferentie van de RCNZ (Wellington). In juli 2003 ging een afvaardiging naar de synode van de FRCA in Rockingham. Eén van die afgevaardigden vertegenwoordigde daar ook de GGRI-NTT. Er was ook een ontmoeting met een kerkenraadscommissie van de CanRC van Smithville. Onderwerp was het feit dat voornoemde kerkenraad de door BBK-OZD gesponsorde student Edver Dethan na zijn studie in Canada beroepen heeft voor zendingswerk op Oost -Timor. Ds. Boersema maakte in mei en in juli 2003 werkreizen naar Sumba in opdracht van ZHT. Op het gebied van het Theologisch Onderwijs (GGRI-GGRC) waren er raakvlakken met het werk van BBK.

7.1.3 GEREJA-GEREJA REFORMASI DI INDONESIA (GGRI-NTT) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 zich schriftelijk op de hoogte te houden van de kerkelijke ontwikkelingen binnen

deGGRI-NTT op Sumba, Timor en Sabu. Volgens planning moet de tweejaarlijkse synode van de GGRI door onze deputaten bezocht worden. Deputaten GGRI worden uitgenodigd voor een bezoek aan de synode van de Gereformeerde Kerken;

2 namens de Gereformeerde Kerken de zusterkerkrelatie met de GGRI te onderhouden. Een aandachtspunt is er bij de kerken op aan te dringen de kerkelijke tucht op de juiste wijze toe te passen en ernst te maken met de opbouw van de gemeenten;

3 de GGRI-NTT aan te sporen een actief beleid te voeren van eenwording met de Gereja-Gereja Reformasi Musyafir;

4 door middel van berichtgeving in kranten en het zendingsblad bekendheid te geven aan het kerkelijk leven van de GGRI-NTT.

Uitvoering

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 33

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

ad 1 en 2 Deze relatie is onderhouden d.m.v. bezoeken en correspondentie. In mei 2003 is een seminar gehouden in Waimarangu en in dat kader konden genoemde onderwerpen besproken worden. In verband met recente eerdere bezoeken is de synode van de GGRI niet bezocht. Ad 3 Tijdens bezoeken aan de GGRI is de aansporing om een actief beleid te voeren van eenwording met GGRM/nu GGRC verschillende malen gedaan. Geconstateerd moest worden dat de stichting voor theologisch onderwijs: YPTR, was uiteengevallen in een GGRI- en een Gereja Gereja Reformasi Calvinis Indonesia (GGRC)-deel. Een bemiddelingspoging tussen de GGRC een GGRI-NTT afgevaardigden is niet gelukt. Voor het starten van een gezamenlijke theologische opleiding ontbrak inmiddels het wederzijds vertrouwen. Ad 4 Bekendheid geven aan GGRI via media (GGRC vraagt hetzelfde) Voor “Tot aan de Einden der Aarde” zijn In-Memoriamstukken aangeleverd in verband met het overlijden van di. Radjah en Nggandi (GGRI-NTT).

7.1.4 GEREJA GEREJA REFORMASI CALVINIS INDONESIA (GGRC)(VOORHEEN GGRM) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 het aanbod van de GGRM tot een zusterkerkrelatie te aanvaarden en een

zusterkerkrelatie aan te gaan; 2 deputaten op te dragen de GGRM te stimuleren om een actief beleid te voeren gericht

op kerkelijke eenheid met de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia. Uitvoering De zusterkerkrelatie is deze termijn gestart. Afvaardiging naar de synode van Bolok was niet mogelijk. Wel zijn er tijdens bezoeken gesprekken met de GGRC geweest, konden we voorgaan in de eredienst en is de toekomstige opleiding in Kupang met hen besproken. Dit heeft niet geleid tot een door ZHT gewenste gezamenlijke opzet door GGRI-NTT en GGRC.

7.1.5 EEN ZUSTERKERKRELATIE MET GGRI PAPUA EN GGRI KALBAR Besluit GS Zuidhorn 2002 in overleg met de hulpverleningsinstanties, te weten de Overijsselse Zendingsdeputaten, de Groninger Zendingsdeputaten, de zendende kerk van Middelburg, de zendingsdeputaten Friesland, de Commissie van Overleg en de Indonesiëraad, contact op te nemen met de GGRI (Papua) op Papua en de GGRI (Kalbar) op Kalimantan Barat, deze contacten te onderhouden en te onderzoeken wanneer en hoe verantwoord toegewerkt kan worden naar een zusterkerkrelatie met de GGRI (Papua) en de GGRI (Kalbar). Uitvoering Via de IR is er overleg gepleegd. Er bleken bij de zendende kerken die werkzaam zijn in resp. Kalbar en Papua nog geen concrete plannen te bestaan om de zusterkerkrelatie te bespreken met de partnerkerken. De sectie overwoog of de nauwe contacten tussen GGRI-Papua met de zendende kerken van Middelburg en Enschede-N (ZAC en OZD), op het materiele en personele vlak, en eveneens de nauwe contacten tussen GGRI-Kalbar met de zendende kerk van Drachten ZO, niet een verhindering zouden kunnen vormen voor contact vanuit BBK met deze zelfstandige kerken. Zou er niet een een soort driehoeksverhouding tussen zendende kerken, GGRI-Papua en BBK ontstaan? Verdere afweging van argumenten leverde echter op dat sinds de afsplitsing van hulptaken van BBK naar ZHT dit risico verdwenen is. Ook bracht de sectie in rekening dat er al lang

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 34

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

een zusterkerkrelatie bestaat met andere kerken die eveneens tegelijkertijd hulp ontvangen, zoals de kerk te Congo en de kerken van de GGRI-NTT.

7.1.6 FREE REFORMED CHURCHES OF AUSTRALIA (FRCA) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te onderhouden volgens de regels en in ieder geval de

eerstkomende synode te bezoeken; 2 te bevorderen dat de FRCA zich weer aansluiten bij de International Conference of

Reformed Churches en bevorderen dat de FRCA weer in contact treden met de kerken in Ierland en Schotland in aansluiting bij hun besluit van 2000;

3 te bevorderen dat de FRCA gesprekken, gericht op zusterkerkrelatie, voeren met de Presbyterian Church of Eastern Australia en de Reformed Churches of New Zealand, aansluitend op het besluit van de FRCA in 2000 om het gesprek met deze kerken voort te zetten.

Uitvoering Inzake het aandacht vragen voor en stimuleren van internationale contacten: De opstelling van een gespreksnotitie bleek niet haalbaar vóór het bezoek aan de synode Rockingham van de FRCA (2003). In hun toespraak tot de synode hebben deputaten gewezen op het belang van de ICRC en uitgesproken dat de GKV de absentie van de FRCA daar betreuren. In het overleg met deputaten FRCA tijdens de synode is doorgesproken over isolationisme bij de FRCA. Men blijkt wel degelijk zicht te hebben op en waardering voor internationale contacten. Een herschikking van prioriteiten heeft wel geleid tot grotere aandacht voor de eigen regio. Mogelijke herdeelname aan de ICRC blijft een gespreksonderwerp binnen de FRCA, al wil men daar de interne eenheid niet voor op het spel zetten. Stimuleren eenheid met PCEA en RCNZ Bezoek aan de synode Maclean van de PCEA (2003) en de synode Rockingham FRCA heeft positieve vruchten afgeworpen. Deputaten wisten de PCEA ervan te overtuigen dat de FRCA oprecht geen belemmering wilden opwerpen door kritische vragen te stellen over de praktijk van de PCEA rond toelating tot de kansel en het Heilig Avondmaal. Bovendien dat de standpunten van de FRCA over deze zaken gedeeld worden door de GKV, al volgen de Nederlandse kerken een andere erkenningsroute. De PCEA heeft opnieuw de FRCA aangeschreven. De Synode Rockingham FRCA heeft daarop positief gereageerd met een bevestiging aan de PCEA hen te zien als ware kerken van de Heer en een hernieuwde opdracht aan deputaten om de samensprekingen vlot te trekken. Omdat het bezoek van een deputaat aan de RCNZ een informeel, kennismakend karakter had, was er minder gelegenheid om ‘diplomatie’ uit te voeren. Maar tijdens het bezoek aan de Synode Rockingham FRCA mochten deputaten bijdragen aan een vruchtbare bespreking van de relatie FRCA/RCNZ. De Synode Rockingham besloot de RCNZ te erkennen en vervolgens ‘binnenshuis’ te werken aan meer eensgezindheid, ten einde de weg vrij te maken voor het aangaan van een zusterkerkrelatie. Samenwerking en afstemming hulp GGRI/GGRC Hartelijke, nuttige besprekingen tijdens de synode Rockingham hebben een goede overdracht aan ZHT bespoedigd. Deputaten worden door ZHT voldoende op de hoogte gehouden en houden in de gaten dat beleidswijzigingen t.o.v. het verleden duidelijk gecommuniceerd worden.

7.1.7 PRESBYTERIAN CHURCH OF EASTERN AUSTRALIA (PCEA) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie verder inhoud te geven;

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 35

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

2 te bevorderen dat er gesprekken gevoerd worden tussen de PCEA en de Free Reformed Churches of Australia en de Reformed Churches of New Zealand.

Uitvoering Inzake het aandacht vragen voor belang eenheid met FRCA en RCNZ: zie rapportage FRCA. De RCNZ blijkt die aandacht al volop te krijgen: de synode Sydney van de PCEA (2004) besloot als volgt: 1.1 that the Synod send warm fraternal greetings to the RCNZ, 1.2 that the ICR Committee be charged to discuss with the RCNZ ways in which our unity of faith may be expressed in tangible ways. In particular, the Committee be requested to discuss with them how we may move towards mutual eligibility of members, elders, licentiates and ministers. (Opmerking: synode Sydney 2004 nam een gelijkluidend besluit m.b.t. tot de GKV). Informeren naar zendingsgebieden, visie en strategie De PCEA onderhoudt twee zendelingen. Op Fiji, ds. S. Tamata, een oudere predikant die oorspronkelijk ook uit Fiji afkomstig is. Het werk is zwaar en de resultaten weinig hoopgevend, deels door agressieve charismatische kerkgroei. In Australië zelf heeft de PCEA een predikant, T. Leggott, gedetacheerd aan A.I.M. (Australian Indigenous Ministries). Leggott werkt vanuit Sydney, en is hervormend bezig in het ontwikkelen van programma’s en kadervorming. Er is geen gebrek aan zendingsmogelijkheden, maar een schrijnend gebrek aan geschikt personeel. Op dit gebied zou hulp vanuit Nederland meer dan welkom zijn. Naast deze twee zendingsprojecten ondersteunt de PCEA (uit legaten) op kleinere schaal projecten in India, Zuid Afrika, Peru en Colombia, alsook een particulier zendingsproject onder Joden in Sydney.

7.1.8 REFORMED CHURCHES OF NEW ZEALAND (RCNZ) Opdracht GS Zuidhorn 2002 met de Reformed Churches of New Zealand een zusterkerkrelatie aan te gaan; deputaten op te dragen: 1 de zusterkerkrelatie met de RCNZ te onderhouden; 2 de Free Reformed Churches of Australia te ondersteunen in hun kerkelijk gesprek met

de RCNZ over de moeite van de driehoeksrelatie van de RCNZ met de Free Reformed en Christian Reformed Churches of Australia.

Uitvoering Aandacht vragen voor belang eenheid met FRCA en PCEA. Zie rapportage FRCA en PCEA. Informeren naar zendingsactiviteiten (home and foreign mission). De RCNZ hebben mw. J. Read gedetacheerd aan Radio Training Services. Mw. Read werkt in Cambodja aan ontwikkeling van christelijke programmering. Via de ICRC zijn andere zendingsmogelijkheden in beeld gekomen. In ondersteuning van het zendingswerk van de OPC in Oostelijk Afrika zenden de RCNZ periodiek ds. B. James uit naar Uganda voor theologisch onderwijs aan predikanten en ouderlingen. Men onderzoekt de mogelijkheden om in Myanmar op een soortgelijke wijze te werken aan opleiding en kadervorming; men hoopt hierin op vruchtbare contacten met de GKV. Verder werkt het echtpaar Hagoort naast ds. S ’t Hart (namens de CanRC) om het zendingswerk in PapuaNG te versterken. In NZ is er een ‘home mission’ project: ds. J Lion-Cachet (beroepen uit de GKSA) werkt onder Afrikaanse immigranten in het zuidelijke deel van het Noordelijk-eiland.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 36

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.2 Rapport sectie 2 (Verre Oosten)

Samenstelling sectie: dhr. B.Bolt, voorzitter ir. A.J.Grashuis,secretaris ds. J.M.Batteau ds. A.S. van der Lugt In de loop van deze zittingsperiode werd ds. E.J.Hempenius vervangen door ds. A.S.van der Lugt.

7.2.1 ALGEMEEN De sectie vergaderde gedurende de periode 2002 – 2005 ca 7 keer per jaar; in de meeste gevallen samen met de regio coördinator van DVN. Er werd in de sectie veel aandacht besteed aan het begrip “Invulling van het onderhouden van de zusterkerkrelatie”. De daaruit ontstane discussienota. werd eerst binnen sectie VII en daarna op de AV besproken. Aanvulling in het bestaande beleidsplan werd niet nodig geacht; de nota (een gedachtewisseling) kan in de praktijk als handleiding dienen. Van de kerkelijke kaart van Myanmar werd studie gemaakt. Er werd daarbij vooral aandacht geschonken aan presbyteriaanse en gereformeerde kerken die de laatste decennia met name uit de baptistenkerken zijn ontstaan. Veel aandacht kregen de kerken in India, waarmee in de loop der jaren intensieve contacten zijn ontstaan. De kerken in India lijden vanwege een militante Hindoese overheid, maar na de overwinning van de Congrespartij in de nationale verkiezingen is er hoop dat de situatie zal verbeteren. De zusterkerken waren betrokken bij de oprichting, in oktober 2003, van de Fellowship of Presbyterian and Reformed Churches in India. Een hoopvolle ontwikkeling voor de kerkverbanden. Financiële assistentie werd verleend om het oprichtingscongres hiervan mogelijk te maken. Voor de Presbyterian Free Church Council (Kalimpong) (PFCC) wordt een zusterkerkrelatie voorgesteld. Verder wordt voorgesteld om de Christian Reformed Church of the Philippines (CRCP) op te nemen in de lijst met contacten.

7.2.2 REIZEN Er zijn reizen gemaakt naar de Reformed Presbyterian Church of Northern India (RPCI), Free Church of Central India (FCCI), RPCNEI, Presbyterian Free Church Council (PFCC) in Kalimpong en SIRC in India; naar de PCK in Korea; de RCJ in Japan; RFCP en CRCP in Filippijnen. Rapporten van genoemde reizen zijn beschikbaar op het bureau van BBK. De bezoeken waren erg stimulerend. Het versterkte de broederband en de wederkerigheid. Het zelfde was het geval bij het bezoek van een groep jongeren uit India aan Nederland in februari 2004.

7.2.3 DUTCH REFORMED CHURCH OF SRI LANKA (DRC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 het kerkelijk leven volgen Uitvoering Er zijn geen persoonlijke contacten geweest. In het najaar van 2004 is een brief verzonden naar de DRC om te peilen of hernieuwde contacten zinvol worden geacht.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 37

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.2.4 LANKA REFORMED CHURCH (LRC) (SRI LANKA) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 door correspondentie en bezoek te trachten de LRC te helpen op een realistische,

confessioneel en kerkrechtelijk verantwoorde wijze gestalte te geven aan haar kerkelijk leven en daarbij goede aandacht te houden voor de ontwikkeling tot een Sri Lankaanse kerk.

2 alert te blijven op mogelijkheden om kerkelijke eenheid op Sri Lanka te bevorderen en te voorkomen dat onze steun aan de LRC onnodige beschadiging van de naam van de DRC inhoudt.

Uitvoering Er zijn van de zijde van BBK geen directe contacten geweest. Wel werd de sectie op de hoogte gehouden van de (zeer beperkte) hulprelatie die er was tussen ZHT en LRC. Uit deze berichten blijkt dat er (nog steeds) geen sprake is van een kerkverband, noch van enige groei.

7.2.5 PTS DEHRA DUN, INDIA (ZHT-zaak) Opdracht GS Zuidhorn 2002 deputaten BBK geen nieuwe opdracht te geven voor hulp aan PTS. Uitvoering In overleg met ZHT is een bezoek gebracht in augustus 2003 en een overleg heeft plaatsgevonden met de faculteit. Een vijftiental studenten van de Indiase kerken waarmee we contacten onderhouden worden gesponsord. De president, dr. Chacko, zei: “Hulp vanuit Nederland voor de theologische opleiding is de beste manier om de Indiase kerken te versterken”.

7.2.6 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF INDIA (RPCI) Opdracht GS Zuidhorn 2002 de zusterkerkrelatie te continueren en deze uit te diepen door correspondentie en bezoek Uitvoering Een bezoek is gebracht in augustus 2003 aan dit kleine kerkverband in Noord-India. Overleg vond plaats met hun Mission Committee (MC), officiële vertegenwoordigers van de kerken. De kerken groeien, vooral door 10 evangelisatieposten (gecoördineerd door het MC), die hopelijk zelfstandige kerken kunnen worden. Er is behoefte aan meer goede ouderlingen; trainingen/cursussen worden gepland. Er is op verschillende manieren uitwisseling geweest met Nederland. De band met elkaar is daardoor zeker gegroeid. Het overlijden van Rev. John Dorsey, in september 2002, was een ingrijpend gebeuren. Schriftelijk werd een blijk van meeleven gestuurd aan de RPCI en de familie. De RPCI is nog geen lid van de ICRC; naar de laatste vergadering waren waarnemers afgevaardigd.

7.2.7 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF NORTH EAST INDIA (RPCNEI) Opdracht GS Zuidhorn 2002 de zusterkerkrelatie te continueren en deze uit te diepen door correspondentie en bezoek Uitvoering

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 38

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Er is correspondentie gevoerd en er zijn persoonlijke contacten geweest met vertegenwoordigers van de RPCNEI, zowel in India als in Nederland. De gemeenten in Assam en Manipur hebben erg geleden onder de etnische onlusten en natuurrampen. Met steun vanuit Nederland (door DVN) kon veel worden gedaan aan wederopbouw en hulp aan mensen in de omgeving. Dat gaf een positieve uitstraling van de kerk naar de omgeving. In februari 2004 is in verband met de synode en het 25 jarig jubileum een bezoek gebracht. Ter gelegenheid van het jubileum is door BBK een gift gegeven en mede namens DVN een plaquette aangeboden. Op de synode waren vertegenwoordigers van de Reformed Presbyterian Church in Noord-Myanmar (RPC) die hulp vroegen aan de RPCNEI voor hun zendingswerk. Een verzoek van de RPC uit Tripura, een 10 gemeenten tellend kerkverband, tot toetreding tot het kerkverband van de RPCNEI werd door de synode gehonoreerd. Het aantal lidkerken kwam zo op 41 met ruim 8000 leden. Aansluitend werd op verzoek van het moderamen een vijfdaags bezoek gebracht aan een aantal kerken in de staat Tripura. De broederband en onderlinge relatie tussen RPCNEI en onze kerken werd opnieuw versterkt. De RPCNEI is lid van de ICRC.

7.2.8 FREE CHURCH OF CENTRAL INDIA (FCCI) Opdracht GS Zuidhorn 2002 de zusterkerkrelatie te continueren en deze uit te diepen door correspondentie en bezoek Uitvoering In augustus 2003 is een bezoek gebracht aan de vier kerken van dit kleine en arme kerkverband. Intensieve gesprekken werden gehouden waarin de geestelijke band met elkaar werd versterkt. Rev. David John is de leidinggevende figuur, maar hij zal over een paar jaar met emeritaat gaan. De kerken worstelen met armoede en hebben ideeën voor een oplossing voorgelegd aan de Free Church of Scotland en DVN. De FCCI zou graag een IRTT cursus willen hebben in de regio. De FCCI is lid van de ICRC.

7.2.9 PRESBYTERIAN FREE CHURCH COUNCIL (KALIMPONG) (PFCC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 de contacten te onderhouden en in de weg van voortgezette kennismaking heen werken naar een zusterkerkrelatie Uitvoering Middels correspondentie en bezoek is verder gewerkt aan het onderhouden van de relatie en het voorbereiden van de zusterkerkrelatie. Zie hiervoor het onderstaand verslag. Inleiding De eerste contacten zijn via het bestuur van de PTS in Dehra Dun ontstaan. Vanaf het eerste contact met ds. E.T. Lucksom, destijds general secretary van de PFCC, in 1998, is door hem steeds aangedrongen op nadere verkenning met het oog op het werken aan een onderlinge relatie. Dat werd mogelijk in maart 2001 en het bezoek stond dan ook in dat teken. Er is van onze kant informatie verzameld over en kennis gemaakt met de PFCC. Ook is er zoveel mogelijk informatie gegeven over onze kerken, onze kerkelijke relaties en de criteria die gelden voor een zusterkerkrelatie. De overtuiging ontstond dat de PFCC oprecht verlangt naar kerkelijke relaties met kerken van dezelfde belijdenis. Op de Synode van Zuidhorn 2002-2003 werd besloten “de contacten te onderhouden en indien de PFCC onze kerken verzoeken om een zusterkerkrelatie, in de weg van voortgezette kennismaking te werken aan de voorbereiding van een zusterkerkrelatie”. In april-mei 2004 bezochten leden van sectie 2 opnieuw deze kerken. De kennismaking werd verdiept en de hartelijke begeerte bij de PFCC geproefd om met de GKV een zusterkerkrelatie aan te gaan. Hieronder vindt u het voorstel daartoe, ingeleid met informatie en overwegingen.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 39

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Geschiedenis De presbyteriaanse kerken in het uiterste noorden van India zijn de vrucht van het zendingswerk van de Church of Scotland, sinds 1870. Nadat de zending zich in 1948 uit India heeft moeten terug trekken, heeft zich in India een brede oecumenische ontwikkeling voorgedaan. Als gevolg daarvan hebben verschillende christelijke kerken in Noord-India zich in 1970 verenigd in de Church of North India (CNI). In deze verenigde kerk werd een episcopale vorm van kerkregering aanvaard. Hiertegen groeide op allerlei plaatsen oppositie die successievelijk in verschillende gebieden van India geresulteerd heeft in afscheidingen en vorming van nieuwe kerkverbanden. Een van de eerste daarvan deed zich voor in Kalimpong. In 1973 heeft de Presbyterian Church Council in Kalimpong zich losgemaakt uit de Church of North India en is als onafhankelijke kerk blijven voortbestaan onder de naam Presbyterian Free Church of Kalimpong. Door uitbreiding van het aantal leden zijn in de plaats Kalimpong naast de central church nog vier zelfstandige kerken geïnstitueerd. Met elkaar hebben die een presbytery gevormd die PFC-council (PFCC) wordt genoemd. Later zijn als vrucht van het werk van het Himalayan Evangelical Fellowship (HEF), in het districten Kalimpong, Doars Tea Gardens en Darjeeling, maar ook buiten Noord-West Bengalen, in de Indiase deelstaat Sikkim en nog later ook buiten India in Bhutan en in Nepal kerken ontstaan die behoren bij deze council. In 2001 waren er 12 plaatselijke kerken en 30 fellowships, in 2004 resp. 22 en 30. Relaties Er zijn geen banden meer vanuit de central church van Kalimpong met de oorspronkelijke moederkerk in Schotland. De CNI onderhoudt die contacten. De PFCC heeft middels een coördinerend comité ‘Relaties met Kerken in India’. Er is een goede samenwerking met de Evangelical Presbyterian Church of Sikkim, een kerk die in 1992 eveneens als gevolg van een afscheiding van de CNI is ontstaan. De PFCC werkt samen in het PTS en mede hierdoor is het contact met de Fellowship of Reformed and Presbyterian Churches in India ontstaan. De PFCC stelt veel belang in goede kerkelijke relaties en werken er aan de banden aan te trekken met onze zusterkerken in India. De relatie met Presbyterianen uit Mizoram is afgeweerd, o.a. vanwege hun betrokkenheid bij de WCC. Kerkelijk leven Belijdenis De PFCC heeft de Westminster Confession en de Larger en de Shorter Catechism als kerkelijke belijdenis. Deze functioneren als formulieren van eenheid. Bij hun bevestiging moeten ambtsdragers ten overstaan van de gemeente hun instemming ermee betuigen. Ook de leden zijn gebonden aan de belijdenis. Aan de openbare geloofsbelijdenis gaat catechetisch onderwijs vooraf. Kerkregering De PFCC heeft een presbyteriale vorm van kerkregering. Daarin zijn alle geïnstitueerde kerken van het verband vertegenwoordigd. Twee maal per jaar wordt een council meeting gehouden. Gezien de afscheiding van het episcopalisme wordt nadruk gelegd op de zelfstandigheid van de plaatselijke kerk. Toch is die beperkter dan in de gereformeerde kerken. Elke plaatselijke kerk wordt geregeerd door een kerkenraad, de session. Ambten De PFCC kent pastors (negen in 2004). Zij zijn al dan niet fulltime aan een gemeente verbonden en alleen pastors zijn toegelaten tot de dienst van de sacramenten. Verder worden de gemeentes geleid door ouderlingen. Die zijn naast de pastors geroepen tot prediking, onderwijs en pastorale zorg. Maar ze mogen de sacramenten niet bedienen. De PFCC kent geen diakenen en evenmin vrouwelijke ambtsdragers. Wel is er het zogenaamde

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 40

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Womens Guild, dat veel diaconale en maatschappelijke hulp biedt in de gemeente: onder leiding van 4 Bible Women. Prediking Met het oog op de opleiding van haar predikanten stuurt de PFCC jonge broeders naar verschillende opleidingen: naar de PTS in Dehra Dun, naar een theologische opleiding in Poonah, maar ook naar trainingen van Campus Crusade (dat laatste vooral voor evangelisten). Een aanstaande predikant werkt vooraf minstens een paar jaar als hulpprediker in een gemeente (pro-pastors, twee in 2004). Daarna kan hij, op voordracht van de betreffende gemeente bevestigd worden als predikant van die gemeente, na nog een uitgebreid mondeling en schriftelijk kerkelijk examen vooraf. Herhaaldelijk is ons om hulp gevraagd met het oog op de toerusting van de predikanten en alle kerkelijke werkers. Daarbij werd met name gedacht aan kortdurende cursussen gericht op een goed inzicht in de gereformeerde leer, welke cursussen in de eigen omgeving worden gegeven. Het verzoek is neergelegd bij de IRTT. Het opbouwen van goed leiderschap noemde men één van de zorgen in het kerkelijk leven bij ons laatste bezoek. Sacramenten De PFCC kent de kinderdoop door besprenkeling. De kinderen doen omstreeks hun 21e jaar belijdenis van hun geloof, nadat ze kerkelijk onderwijs hebben gevolgd. Pas daarna zijn ze gerechtigd aan het avondmaal deel te nemen. Het avondmaal wordt regelmatig en tenminste vier keer per jaar gevierd. Alleen de belijdende leden hebben toegang tot het avondmaal. Erediensten In de kerken wordt op zondag 1 dienst gehouden. Deze heeft een voor ons herkenbaar patroon van zang, gebed, Schriftlezing, prediking, inzameling van gaven etc. Mannen en vrouwen zitten veelal gescheiden en veel vrouwen hebben het hoofd gedekt . De zang wordt op verschillende manieren begeleid: orgel, keyboard, gitaar, drum. Anders dan bij ons is het gebed na de collecte: de gaven worden dan in gebed opgedragen aan de Here. Ook de zgn . mass-prayer was nieuw voor ons: na het inzamelen en voorlezen van gebedspunten bidt de hele gemeente halfluid totdat het spreken zachter wordt en de dominee afsluit. De prediking wordt intensief beluisterd. Behalve de zondagse erediensten zijn er doordeweekse gebedsbijeenkomsten. Tucht Binnen de PFCC is veel aandacht voor de levensheiliging in de gemeente. Onder de tuchtwaardige zaken vallen samenwonen, dronkenschap en het plegen van burgerlijk strafbare feiten. Aan de tuchtoefening gaan waarschuwingen vooraf. De tuchtoefening wordt ook in een schriftelijke communicatie vastgelegd en verantwoord naar de betrokkene toe. Zending Op allerlei manieren beijveren de kerken van de PFCC zich voor de verbreiding van het evangelie in hun omgeving. Ook hier is het stichten van scholen een beproefd middel. Men sticht ook internaten waar kinderen die ver van huis, in een grote stad, onderwijs volgen onderdak wordt geboden. In gevangenissen krijgt men gelegenheid om het evangelie te brengen. Het werk wordt bijzonder gezegend; er is veel groei in aantal en in geloof. Gerelateerd aan het kerkelijk leven zijn er nu (2004) tien scholen, één internaat en twee gezondheidsposten In 1976 is door een aantal leden van eigen en andere gemeenten een organisatie in het leven geroepen voor de verbreiding van het evangelie vanuit Kalimpong in de omringende landen. Het werk kreeg de naam van Himalayan Evangelical Fellowship (HEF). De werkmethode is sterk gericht op uitbreiding van de kerk en het opzetten van nieuwe gemeenten door pasbekeerden die een evangelistenopleiding hebben genoten (PTS, andere seminaries of cursussen van Campus Crusade for Christ). Regelmatig worden de

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 41

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

evangelisten bezocht door de voortrekker en begeleider van dit zendingswerk ds. M.H.Subba en de inmiddels naast hem aangestelde regiocoördinatoren. De HEF in India wordt in Nederland ondersteund door het steunfonds HEF-Nederland, waarvan het secretariaat door een staflid van DVN wordt gevoerd. Voorstel GS Amersfoort 2005 1 met de PFCC een zusterkerkrelatie aan te gaan. 2 deputaten BBK op te dragen deze relatie tot stand te brengen Grond: De PFCC vertoont de kenmerken van een kerk van de Here Jezus Christus en voldoet aan de criteria voor een zusterkerkrelatie. Wij hebben met vergelijkbare kerkverbanden in India al zusterkerkrelaties.

7.2.10 SOUTH INDIAN REFORMED CHURCHES (SIRC) (ZUID INDIA) Voorheen: Gereformeerde contacten in Tamil Nadu Opdracht GS Zuidhorn 2002 in goed overleg met het comité Abraham te Ede/Wageningen de contacten met de kerkengroepen rond ds. Abraham voort te zetten Uitvoering Er is regelmatig contact geweest, in overleg met het comité van Ede/Wageningen, dat verantwoordelijk is voor de contacten met de kerken in Zuid-India. Rev. Abraham blijft daar de leidende figuur. De drie kerken (Bagalur, Bangalore, Salem) ontwikkelen zich positief. Nieuwe predikanten zijn nodig. Tijdens een bezoek in augustus 2003 werd een seminar gegeven door ds. Batteau aan 16 kerkelijke leiders van het kerkverband, een “inleiding in de Gereformeerde leer.” De reacties waren zeer positief. Meer van zulke seminars zullen worden gegeven. Deze jonge, groeiende kerken verdienen positieve aandacht bij zowel het versterken van de onderlinge samenwerking als het leiderschap Er zijn goede contacten tussen rev. Abraham en rev. Arnold van een presbyteriaanse kerk in Bangalore. De SIRC zijn geen lid van de ICRC. Ze willen graag een zusterkerkrelatie met de GKV hebben.

7.2.11 GEREFORMEERDE EN PRESBYTERIAANSE CONTACTEN PAKISTAN (GPP) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de ontwikkeling te blijven volgen en alert te zijn op openingen naar christenen op

gereformeerde of presbyteriaanse basis en de contacten niet alleen richten op de PCP; 2 afhankelijk van de verkregen informatie zo mogelijk een oriënterend bezoek te brengen. Uitvoering Er zijn geen contacten geweest. We houden ons van de verschillende huisgemeenten op de hoogte via ‘Rotterdam’. De persoonlijke contacten hebben nog niet geleid tot een initiatief voor een bezoek in Nederland of Pakistan.

7.2.12 EVANGELICAL REFORMED CHURCHES OF SINGAPORE (ERCS) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de bestaande relatie met deze kerken uit te bouwen door correspondentie en door hen

te bezoeken. Een bezoek van zo mogelijk meer dan 1 dag en waarbij een zondag is inbegrepen; tijdens het bezoek duidelijk aandacht te hebben voor elkaars kerkelijk leven en elkaar te bemoedigen;

2 elkaar over en weer te informeren over ieders buitenlandwerk in het Verre Oosten. Uitvoering

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 42

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Sinds de GS Zuidhorn 2002 is er zeer beperkt contact geweest met de ERCS. Alleen over de kerkelijke situatie in Myanmar, waar de ERCS ook zendingswerk verricht, is informatie-uitwisseling geweest. Reden voor deze beperkte contactoefening is een heroriëntatie op onze onderlinge relatie. Op initiatief, altijd onzerzijds, volgde steeds een vriendelijke waarderende ontvangst, zonder een vervolg van hun kant. Het is ons beleid om hen dan te bezoeken wanneer dit goed valt te koppelen met een reis naar andere contacten. De lijnen naar de ERCS zijn overigens wel open en goed begaanbaar via e-mail om toekomstige informatieuitwisseling te laten plaatsvinden. Belangrijkste doel in de toekomstige contacten zal zijn de informatieuitwisseling over elkaars kerkelijk leven en over elkaars buitenlandwerk in de regio.

7.2.13 REFORMED FREE CHURCH OF THE PHILIPPINES RFCP (FILIPPIJNEN) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de contacten met de vier gemeenten (RFCP en Las Pinas) voort te zetten d.m.v.

correspondentie en bezoek; 2 hierbij aandacht houden voor mogelijkheden van kerkelijke toenadering en

samenwerking van deze gemeenten met eventuele andere gereformeerde kerkverbanden in de Filippijnen (CRCP en PCP), maar daartoe geen eigen initiatieven ontplooien; en te blijven werken aan een goede oecumenische instelling naar elkaar en naar andere gereformeerde kerkverbanden toe.

Uitvoering In 2002 is een bezoek aan de Filippijnen gebracht. Met de kerk van Las Pinas is in het geheel geen contact meer mogelijk gebleken. Met de 3 kerken van de RFCP (in Bata, op Guimaras en in Inayauan) is wel contact geweest. We waren teleurgesteld in het functioneren van het kleine kerkverband. Inmiddels is Bata uit het verband van de RFCP gestapt omdat dit naar hun mening niet goed functioneert of zelfs negatief werkt. Wij hebben onze teleurstelling hierover geuit en hen opgeroepen de broederlijke contacten te blijven onderhouden. Ons toekomstig beleid blijft erop gericht hen te stimuleren aansluiting te zoeken bij andere gereformeerde kerkverbanden, bijv. de Christian Reformed Church in the Philippines (CRCP). Het initiatief daarvoor moet echter grotendeels bij hen zelf liggen.

7.2.14 TAIWAN REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH (TRPC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te continueren; 2 deze relatie door correspondentie en bezoek verder inhoud te geven; 3 met de RPCT contact te houden over mogelijkheden om het werk in China te

ondersteunen en dit met ZHT kort te sluiten. Uitvoering Met de TRPC (voorheen Reformed Presbyterian Church of Taiwan, RPCT) is enige correspondentie geweest omtrent hulp voor een kerkgebouw van 1 van de lidkerken en omtrent een te plannen bezoek. Helaas heeft een verdere invulling van de zusterkerkrelatie nog niet plaatsgevonden. Vanuit de TRPC zijn overigens ook geen berichten ontvangen voor nader contact of ondersteuning, bijv. voor hun werk in China. Zo mogelijk wordt in combinatie met een bezoek aan een ander contact in de regio een bezoek gebracht in begin 2005. Door DVN wordt steun verleend aan bibliotheekvorming.

7.2.15 REFORMED CHURCH OF JAPAN (RCJ) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie voort te zetten

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 43

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

2 de RCJ te bezoeken, zo mogelijk tijdens een General Assembly; tijdens het bezoek aandacht te hebben voor elkaars kerkelijk leven en elkaar te bemoedigen;

3 bij de RCJ en andere betrouwbare bronnen te informeren naar belangrijke kerkelijke en theologische ontwikkelingen in Japan;

4 aandacht te hebben voor de contacten van de RCJ met de CGK en de NGK in Nederland.

Uitvoering In 2002 is de General Assembly van de RCJ bezocht en zijn de broedergroeten overgebracht. Er zijn toen gesprekken geweest met commissieleden en er was een vergadering met de BBK van de RCJ. Daarin werden we op de hoogte gesteld van de relatie van de RCJ met de Christian Reformed Church in Myanmar (CRCM). In verband met onze oriëntatie op kerken in Myanmar is er daarna enige correspondentie geweest. Er zijn binnen de RCJ discussies gevoerd over de vrouw in het ambt. Op de laatst gehouden GA is het standpunt ingenomen de ambten niet open te stellen voor vrouwen. Met de deputaten van CGK is overlegd over het contact met de RCJ. De RCJ heeft een zusterkerkrelatie met de Christian Reformed Church in the Philippines (CRCP). Vertegenwoordigers van deze kerken waren op de GA en bij die gelegenheid zijn ook gesprekken met hen gevoerd. Het bleek dat er tussen de RCJ en de Japanse predikant in Nederland nauwelijks contacten bestaan.

7.2.16 PRESBYTERIAN CHURCH OF KOREA (KOSIN) (PCK ) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te continueren en waar mogelijk te intensiveren; 2 de PCK te bezoeken, bij voorkeur ter gelegenheid van een General Assembly van de

PCK en daarbij aandacht te hebben voor elkaars kerkelijk leven en voor onderlinge bemoediging;

3 bij de PCK te informeren naar belangrijke kerkelijke en theologische ontwikkelingen en contacten met andere kerken in Korea;

4 elkaar goed te blijven informeren over elkaars buitenlandwerk 5 mee te werken aan versterking van de contacten in de regio, bijvoorbeeld via de Asia

Reformed Church Association. Uitvoering Er is een bezoek gebracht aan de General Assembly van de PCK ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum in 2002 Er is sprake van een rijk geestelijk leven binnen de PCK. Er werd een verzoek gedaan aan Nederland om een gekwalificeerde missiologisch docent beschikbaar te stellen voor hun missiologische opleiding aan de KTS. Aan dit verzoek kon tot nu toe niet worden voldaan. We kregen een samenvatting van de besluiten van hun General Assembly 2003 in het Engels. Wij zijn onder de indruk van de vitaliteit van deze vrij grote kerk (230.000 gedoopte leden). Men is zeer actief in evangelisatie en zending over de hele wereld, heeft een eigen universiteit en een eigen seminary van een hoog academisch niveau. Verder zijn er vergelijkbare zorgen als bij ons met betrekking tot het materialisme binnen de kerken. Er studeren op dit ogenblik verschillende Koreaanse studenten van de Kosinkerk in Kampen en Apeldoorn.

7.2.17 REFORMED EN PRESBYTERIAN CHURCHES IN MYANMAR Christelijke kerken in Myanmar (Birma) Door handelscontacten met rooms-katholieke Portugezen kwam het christendom al in de 16e eeuw in Myanmar.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 44

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

De eerste Amerikaanse zendeling, Adoniram Judson, kwam in juli 1813 De laatste zendeling, rev. Tangen, verliet Birma in 1966. Alle zendelingen, zowel rooms-katholieke als protestantse, moesten toen het land verlaten. Ondanks het dominerende boeddhisme wist het christendom zich te handhaven. Het protestantse christendom is in Myanmar gevestigd sinds 1813 Momenteel zijn de meeste christenen baptist. Sinds de jaren ‘80 is in enkele kerken de verdediging van de gereformeerde leer een belangrijk onderwerp. Christenen (incl. RK) maken 6% deel uit van de bevolking. Naar verluid zijn de baptisten nogal gekant tegen de presbyterianen. Vertegenwoordigers van verschillende kerken vermelden dat de presbyteriaanse kerken worden beïnvloed door liberalisme, modernisme, oecumenische en charismatische bewegingen. Hiermee wordt ook vaak hun bestaansrecht aangegeven. De meeste christelijke kerken zijn lid van de Myanmar Council of Churches. Contacten Sinds 1999 ontvangen we brieven van verschillende kerken in Myanmar (Birma). De meeste verzoeken zijn gericht op relatie en gebed. Omdat we wisten dat de kerken in Singapore contacten onderhouden met kerken in Myanmar hebben we eerst enkele jaren de informatie uitwisseling via die kerken gevoerd. In 2002 kwamen we in een gesprek met de “BBK” van de RCJ in Japan erachter dat de Japanse kerken een (hulp)relatie hebben met Christian Reformed Church of Myanmar (CRCM). In de correspondentie wordt hulp bij het onderwijzen in de gereformeerde theologie als belangrijk instrument bij de evangelieverkondiging geacht. In januari 2003 ontvingen we van rev. John Goris, voorzitter van het Mission Committee van de ICRC, een verslag van zijn bezoek aan de United Reformed Churches in Myanmar (URCM). Dat verschafte informatie over enkele kerken in Myanmar, met name over de URCM, de Christian Reformed Church van Myanmar (CRCM) en de Evangelical Presbyterian Churches of Myanmar (EPCM). Op de door ons bezochte Asia Pacific Conference van de ICRC in Thailand waren 4 kerken uit Myanmar aanwezig. Tijdens gesprekken bleek dat er wederzijds belangstelling was voor een ontmoeting; de broeders uit Myanmar hadden zich hierop voorbereid. Tenslotte kan worden vermeld dat ook de CanRC contacten hebben met de URCM. Zowel rev. Goris als rev. DenHollander hebben ons aangemoedigd de kerken in Myanmar de helpende hand te bieden. In een bijlage doen we verslag van het resultaat van de bevindingen van sectie II De Algemene Vergadering van BBK concludeerde dat enkele kerken in Myanmar onze steun verdienen. Vooraf is het zaak om inzicht te hebben of een hulpvraag door ons (ZHT) rechtstreeks wordt beantwoord of dat dit gebeurt via reeds bestaande relaties. Hiervoor is in overleg met de RPCNZ (Nieuw Zeeland) een gezamenlijk bezoek gepland. Gedacht kan worden aan een intensivering van het theologisch onderwijs dat reeds wordt gegeven door de RPCNZ, met financiële of personele assistentie vanuit Nederland. Voorstel GS Amersfoort 2005 Deputaten opdracht te geven: In overleg met de RCNZ en ZHT door middel van correspondentie en bezoeken te onderzoeken, met welke kerken in Myanmar en op welke wijze een relatie gewenst is. Gronden: 1 Myanmar is een dictatoriaal geleid, boeddhistisch land waar christelijke kerken en

christenen in moeilijke omstandigheden verkeren. Men vraagt concreet om gereformeerde / calvinistische inbreng bij de verkondiging van het Evangelie.

2 Vanuit onze zusterkerken die reeds contacten hebben in Myanmar wordt deze hulp aanbevolen.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 45

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.2.18 CHRISTIAN REFORMED CHURCH IN THE PHILIPPINES (CRCP) Met vertegenwoordigers van de CRCP is meerdere malen contact geweest. Deze contacten dateren al vanaf het moment dat vertegenwoordigers van onze kerken trainingen gaven aan de kleine kerkverbanden van de FRCP en RFCP. Er zijn intensieve gesprekken gevoerd tijdens het in 2002 aan de Filippijnen gebrachte bezoek. De CRCP blijkt een zusterkerk te zijn van onze Japanse zuster, de RCJ. Tijdens de General Assembly in 2002 van de RCJ kon reeds kennis worden gemaakt met de CRCP. Twee vertegenwoordigers van de CRCP hebben deelgenomen aan een IRTT-cursus in Nederland in 2003 Verder is via correspondentie enig aanvullend contact geweest. Door gesprekken met vertegenwoordigers van de CRCP en contacten met de RCJ is de indruk ontstaan dat we te maken hebben met bijbelgetrouwe kerken, die ernst maken met de verbreiding van het evangelie in de Filippijnen. De kerken zijn stevig verankerd in de Filippijnse samenleving. Het beleid blijft erop gericht het contact met de CRCP te blijven onderhouden. In de eerste plaats om nader onderzoek te kunnen doen naar dit kerkverband en verder omdat dit kerkverband mogelijk als kandidaat kan dienen voor aansluiting van de RFCP. Voorstel GS Amersfoort 2005 Deputaten op te dragen contacten te onderhouden met de CRCP voor nadere kennismaking met dit kerkverband. Samen met de RFCP bekijken of nauwer contact en samenwerking tussen deze twee kerkverbanden mogelijk zijn. Gronden: 1 De huidige waarnemingen wijzen er op dat de CRCP bijbelgetrouwe kerken zijn die

stevig zijn verankerd in de Filippijnse samenleving. 2 Het is gelet op de geïsoleerde positie van RFCP van groot belang om een verankering

te krijgen in een stevig Gereformeerd kerkverband.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 46

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.3 Rapport sectie 3 (Britse Eilanden en Noord-Amerika)

Samenstelling sectie: ds. R. ter Beek, voorzitter ds. R. C. Janssen, secretaris prof. drs. K. Wezeman dhr. D. de Vos.

7.3.1 WERKTERREIN De sectie draagt verantwoordelijkheid voor contacten in de Britse Eilanden (Engeland, Wales, Schotland, Noord Ierland en Ierland) en de noordelijke helft van Noord Amerika (Verenigde Staten en Canada). Omdat het werk in Suriname vanuit de Orthodox Presbyterian Church (OPC) behartigd wordt, onderhoudt sectie 3 ook het contact met Suriname.

7.3.2 VERGADERINGEN De sectie vergaderde in de regel tussen alle Algemene Vergaderingen van het deputaatschap in, gewoonlijk drie weken voor de AV. Tot nu toe heeft de sectie 13 keer vergaderd. Een aantal zaken kon via e-mailcontact worden afbehandeld. Er is één telefonische vergadering geweest. De notulen van de sectie worden tweevoudig bewaard, zowel in het bureauarchief als in het sectiearchief. De sectie heeft zich laten vertegenwoordigen op een vergadering van het Klein Platform, belegd door deputaten ZHT (DVN). Het Klein Platform is een groep gereformeerde kerken die contact onderhouden met een zusterkerk in het Verenigd Koninkrijk en steun verlenen. Ook is er nauw overleg geweest met de GKV te Amersfoort-Oost en Assen-Noord i.v.m. de status van de contacten met de Ely-kerk te Cardiff, Wales en de Reformed Church te Norwich, Engeland.

7.3.3 REIZEN In maart 2003 en 2004 werd de Presbytery van de EPCEW bezocht door resp. R. ter Beek en D. de Vos. In april 2003 bezocht D. de Vos de EPC in Ierland. In mei 2003 bezocht K. Wezeman de General Assembly van de RCUS en bracht Ter Beek een bezoek aan de FCS en FCS-c in Schotland. Laatstgenoemde was juni 2003 ook drie dagen de gast van de RPCI R.C. Janssen en K. Wezeman bezochten in de laatste week van juni 2003 de OPC, die opnieuw bezocht werd door Wezeman in juni 2004. In februari 2004 bezochten R.C. Janssen en K. Wezeman de synode van de CanRC. De URCNA werd door R.C. Janssen en R. ter Beek bezocht in juni 2004. Van alle reizen werden rapporten bij de sectienotulen gevoegd.

7.3.4 CANADIAN REFORMED CHURCHES (CANRC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te onderhouden met een accent op brede uitwisseling van

informatie over elkaars kerkelijk leven; 2 de synode van de CanRC in 2004, te houden in Chatham (Ont.) te bezoeken en de

CanRC uit te nodigen een afvaardiging naar de generale synode van 2005 te sturen; 3 met de CanRC in contact te blijven over de kerkelijke situatie in Noord-Amerika en hun

relatie met andere kerken in dat gebied;

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 47

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

4 te overleggen inzake relaties met kerken in die regio’s waar ook gemeenten van de CanRC zijn of waar de CanRC zendingswerk hebben.

Uitvoering 1 correspondentie n.a.v. aangaan van een zusterkerkrelatie met de OPC en onderzoeken

van de URCNA; 2 correspondentie n.a.v. artikel in Clarion, december 2002; 3 correspondentie n.a.v. omgaan met discussiepaper over het huwelijksformulier; 4 artikel geplaatst in Clarion, juni 2003, als reactie op het artikel in de Clarion; 5 bezoek aan Synod Chatham 2004; 6 vertalingen zijn gemaakt van de volgende sleuteldocumenten: een aantal besluiten van

GS Leusden en Zuidhorn, een nieuwe vertaling van het nieuwe Huwelijksformulier (de oude vertaling was niet accuraat), een vertaling van de populaire versie van het deputaten rapport huwelijk en echtscheiding, en een vertaling van de serie artikelen geschreven door P. Voorberg namens deputaten Vierde Gebod en zondag.

De communicatie met de Canadese deputaten verliep nogal stroef tussen GS Zuidhorn 2002 en Synod Chatham 2004. Dit heeft twee oorzaken. Ten eerste door miscommunicatie is een discussiepaper van de Canadese deputaten als ingekomen stuk van de CanRC beland op de tafel van Zuidhorn. Daardoor is een kortsluiting ontstaan in het bespreken van het huwelijksformulier. Ten tweede heeft één van de Canadese afgevaardigden naar Zuidhorn in een kerkelijk blad geschreven dat het gereformeerde gehalte van de GKV bijna onherkenbaar is. Deze bewering is terug te vinden in het deputatenrapport aan de synode van Chatham. Wat het eerste punt betreft hebben deputaten BBK hun verontschuldiging aangeboden. Deze is door de Canadese deputaten aangenomen in een brief d.d. 08-03-2004. Wat het tweede punt betreft heeft Synod Chatham het volgende besloten (Acts, art. 44, Consideration 4.8) en ons verzocht dit aan u mee te delen: “It is regrettable that the report on Synod Zuidhorn 2002 contains several unproven statements concerning the GKN. Carman West is correct that such statements may come across as a generalization that does not do full justice to our sister churches as a whole. Synod regrets the pain this may have caused (cf. the address by the Dutch delegates).”1 De communicatie verloopt nu weer hartelijk en goed. De CanRC betuigen zich gereformeerd in hart en nieren. Het kerkverband heeft een behoorlijk slag ervaren in het wegvallen van Dr. J. de Jong wegens ziekte. Dr. J. de Jong was niet alleen hoogleraar ecclesiologie en diaconiologie maar ook een sleutelpersoon in de contacten met de URCNA. Door zijn wegvallen heeft de toenadering tussen URCNA en CanRC vertraging opgelopen. Momenteel bestaan er drie gezamenlijke commissies van de CanRC en URCNA: één voor het schrijven van een nieuwe kerkorde, één voor een gezamenlijke liturgische praktijk (met name een kerkboek) en één betreffende de theo-logische opleiding (de URCNA hebben in tegenstelling tot de CanRC geen eigen kerkelijke opleiding). De CanRC hebben deputaten BBK gevraagd om informatie over een aantal zaken, nl. over: de “nieuwe vrijmaking”, de zinsnede “indien de Heer daarvoor de mogelijkheden geeft” in het nieuwe huwelijksformulier, waarom het nieuwe huwelijksformulier de taak van de vrouw in gezin en huishouding niet behandelt, onze taxatie van de breuk in Schotland en over het protocol voor communicatie. M.b.t. een aantal zaken hebben de Canadese deputaten ons gevraagd iets aan u voor te leggen.Wij doen dat graag, een enkele keer voorzien van ons advies in dezen. Nieuwe Vrijmaking De CanRC verzekeren de GKV van hun gebedsteun in de moeite die wij ervaren.

1 “Het is betreurenswaardig dat het raport over GS Zuidhorn 2002 enkele onbewezen beweringen bevat aangaande de GKN. [De kerk te] Carman West heeft gelijk dat zulke beweringen over kunnen komen als een generalisatie die onvolledig recht doet aan onze zusterkerken als een geheel. De synode betuigt haar spijt over de pijn die dit veroorzaakt kan hebben (zie de toespraak van de Nederlandse afgevaardigde).”

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 48

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Wij adviseren de synode: onze dank uit te spreken voor hun medeleven. Psalmen en Gezangen De CanRC hebben te Synod Chatham het volgende besloten (Acts, art. 44, Consideration 4.3): Synod notes with thankfulness that Synod Zuidhorn 2002 stressed the importance of the Psalms in the worship services. At the same time, the decision to leave the amount of hymns open-ended could lead to hymns overshadowing the Psalms. In light of these changes the CRCA [= Canadese BBK] is correct that a ‘proper proportion between the number of hymns in itself reflects the importance – and even the priority – of the Psalms.’ Thus, in light of our rules of Ecclesiastical Fellowship, we should convey this to the GKN.2 Hoewel de Canadese deputaten er zelf niet op wijzen, is het ook goed om te weten dat Synod Chatham besloten heeft het aantal gezangen in hun eigen kerkboek te beperken tot maximaal 100 (momenteel zijn dat er 66). Als deputaten BBK zijn wij van mening dat de zorg van de CanRC niet terecht is en dat hun eigen besluit minder sterk is dan dat van de GKV. Zo zegt Chatham dat het besluit van Zuidhorn “could lead to hymns overshadowing the Psalms”, het kan maar het hoeft niet. De lijn van Zuidhorn is anders omdat in Zuidhorn ook besloten is dat de psalmen prioriteit dienen te hebben binnen de eredienst. Deze afspraak komt het bezwaar volkomen tegemoet. Met inachtneming van deze afspraak is het mogelijk om het aantal gezangen open te laten. Wij adviseren de synode: de CanRC er op te wijzen dat een uitspraak over de prioriteit van de psalmen zoals gedaan door GS Zuidhorn voldoende waarborg levert voor de waardering van de psalmen in de eredienst. Huwelijksformulier De CanRC zijn er van overtuigd dat het nieuwe huwelijksformulier de bijbelse basis voor het huwelijk niet afzwakt.

7.3.5 REFORMED CHURCH IN THE UNITED STATES (RCUS) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te onderhouden; 2 de synode van de RCUS 2003 te bezoeken en de RCUS uit te nodigen een afvaardiging

naar de synode van 2005 te sturen; 3 informatie uit te wisselen over het werk in Congo en over relaties en contacten met

kerken in Noord-Amerika en Mexico; 4 met de RCUS in gesprek te blijven over relevante thema’s, de nodige informatie te

geven over vraagpunten en desgevraagd te participeren in de discussie over de position papers.

Uitvoering 1 correspondentie n.a.v. het aangaan van een zusterkerkrelatie met de OPC en

onderzoek doen naar de URCNA 2 bezoek aan RCUS-Synod te Eureka 2003 3 overleg met di. Syms en Mayfield die namens de RCUS waren afgevaardigd naar Synod

Chatham van de CanRC.

2 De Synode neemt met dankbaarheid kennis van het feit dat Synode Zuidhorn 2002 benadrukt heeft dat de psalmen in de erediensten belangrijk zijn. Tegelijkertijd, het besluit om het aantal gezangen open te laten zou tot een overschaduwen van de psalmen door gezangen kunnen leiden. In het licht van deze veranderingen heeft de CRCA gelijk als die stelt dat “een juiste verhouding tussen het aantal gezangen laat zelf al zien hoe belangrijk – en zelfs welke prioriteit – de psalmen hebben.” Gezien onze regels voor een zusterkerkrelatie, moet dit aan de GKN overgebracht worden.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 49

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

In 2004 heeft de RCUS een leerbesluit genomen aangaande de rechtvaardiging. Nadere studie van de betekenis daarvan moet nog plaats vinden. Dit position paper is half september 2004 door ons ontvangen. De status van position papers (in hoeverre zijn ze leerbindend?) is ons (en ook andere kerken) niet duidelijk.

7.3.6 ORTHODOX PRESBYTERIAN CHURCH (OPC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de officiële zusterkerkrelatie voor te bereiden en concrete afspraken te maken over de

invulling daarvan; 2 hierover contact op te nemen met de Canadian Reformed Churches en de Reformed

Church in the United States; 3 de General Assembly van de OPC in 2003 te bezoeken om de zusterkerkrelatie te

bezegelen en de OPC uit te nodigen een afvaardiging naar de generale synode van 2005 te sturen;

4 contact te houden met de OPC over het werk in Suriname, zending en hulpverlening aan de kerken in Kenia en andere landen in Afrika, de kerkelijke situatie in Noord-Amerika, en eventuele andere onderwerpen van wederzijds belang.

Uitvoering 1 correspondentie gevoerd om een zusterkerkrelatie aan te gaan; 2 de missionsboard van de OPC in contact gebracht met DVN (IRTT); 3 bezoeken aan de General Assemblies van 2003 2004; 4 er is officieel overleg gepleegd met deputaten OPC in Nederland in oktober 2004; De OPC heeft officieel nog niet gereageerd op ons aanbod van een zusterkerkrelatie. Zie ook: Suriname

7.3.7 UNITED REFORMED CHURCHES IN NORTH AMERICA (URCNA) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 een zusterkerkrelatie met de URCNA voor te bereiden; 2 hierover contact op te nemen met de Canadian Reformed Churches, de Reformed

Church in the United States en de Orthodox Presbyterian Church; 3 de eerstvolgende generale synode van de URCNA in 2004 te bezoeken en de URCNA

uit te nodigen voor de generale synode van 2005. Uitvoering 1 correspondentie gevoerd n.a.v. het besluit van Zuidhorn; 2 bezoek aan Synod Calgary 2004. Duidelijk is dat de URCNA gereformeerd willen zijn. Plaatselijke URCNA’s in de nabijheid van CanRC’s praktiseren kanselruil en ontvangen elkaars leden aan de Avondmaalstafel. De URCNA zijn uitgenodigd voor de GS 2005. Deputaten stellen voor hen een zusterkerkrelatie aan te bieden. Deputaten nemen zich voor de de Synod van de URCNA in 2007 te bezoeken. Voorts is van belang te overleggen inzake gemeenschappelijke projecten (zending, theologische opleiding). Voorstellen 1 een zusterkerkrelatie aan te gaan met de United Reformed Churches in North America

(URCNA). 2 deputaten op te dragen de zusterkerkrelatie tot stand te brengen en hierover contact op

te nemen met de huidige zusterkerken in Noord-Amerika. Gronden:

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 50

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

1 De URCNA vertonen de kenmerken van een kerk van de Here Jezus Christus en voldoen aan de criteria voor een zusterkerkrelatie.

2 Plaatselijke URCNA’s in de nabijheid van gemeenten van onze zusterkerk CanRC hebben kanselruil met deze gemeenten en ook ontvangen ze elkaars leden aan de avondmaalstafel.

7.3.8 ÉGLISE REFORMEE DE QUEBEC (ERQ) Opdracht GS Zuidhorn 2002 de ontwikkeling van de relatie tussen de ERQ en de Canadian Reformed Churches te volgen en de wenselijkheid van nader contact met de ERQ te onderzoeken Uitvoering 1 Er waren geen activiteiten. 2 De CanRC en ERQ zijn nog in gesprek met elkaar. Vanuit de ERQ is geen contact

gezocht met de GKV.

7.3.9 SURINAME Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 over uitzending van docenten vanuit Nederland attent te blijven op communicatie met

deputaten Zending, Hulpverlening en Training en met de bestaande contacten in Suriname;

2 attent te blijven op goede communicatie tussen de Orthodox Presbyterian Church en onze kerken inzake het verdere verloop van het zendingswerk in Suriname en daarbij de kerken van het particulier ressort Zeeland-Noord-Brabant-Limburg te informeren en zo nodig te betrekken.

Uitvoering 1 Er is een gesprek geweest met dhr. M. Bube, secretaris van Missions Board van de

OPC, ds. D. Clawson, 2e secretaris, en ds. G. Meynders, zendeling voor de OPC in Suriname. Zij zijn in contact gebracht met ZHT. ZHT onderhoudt dit contact verder namens de GKV.

2 DVN zendt jaarlijks docenten uit naar de CCBI (Caribbean College Bible International).

7.3.10 EVANGELICAL PRESBYTERIAN CHURCH (IERLAND) (EPC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie met de EPC te onderhouden door middel van correspondentie en

synodebezoek om de drie jaar, te beginnen in 2003; 2 de EPC uit te nodigen voor de synode van 2005; 3 contact te houden over haar relatie tot de Evangelical Presbyterian Church of England

and Wales; 4 aandacht te geven aan en aandacht te vragen voor de relatie tussen de EPC en de

Reformed Presbyterian Church of Ireland. Uitvoering bezoek aan een Presbytery in 2003 (zie 7.311, uitvoering punt 4)

7.3.11 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF IRELAND (RPCI) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te onderhouden en in dat kader de synode van de RPCI in 2003 te

bezoeken en de RPCI uit te nodigen voor de synode van 2005;

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 51

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

2 met de RPCI na te denken over de mogelijkheid van gezamenlijke projecten; 3 de contacten tussen de opleidingsinstituten te Belfast en Kampen te stimuleren; 4 aandacht te blijven vragen voor de relatie met de Evangelical Presbyterian Church en in

dat verband in gesprek te blijven over de liturgische verschillen; 5 zich te laten informeren over het evangelisatieproject in Nantes en daarover sectie IV te

informeren Uitvoering 1 In 2003 is de Synode in Drimbolg bezocht. De twee gemeenten van de Reformed

Presbyterian Church in Schotland hebben zich aangesloten bij de RPCI. Het doet goed te merken dat de RPCI met verve bezig zijn hun beleid in hartelijke verbondenheid met het gereformeerde erfgoed af te stemmen op de omstandigheden van vandaag.

2 Inspanningen om theologische output uit Kampen (en Apeldoorn) onder te brengen in het Reformed Theological Journal van de Reformed Theological College in Belfast

3 Pogingen om de vanuit de kerk opgerichte gereformeerde studentenvereniging uit Belfast in contact te brengen met een Nederlandse partnervereniging.

4 Er is goed doorgesproken met vertegenwoordigers van de EPC en de RPCI over ons aandacht vragen voor de relatie tussen deze beide kerken in Noord-Ierland. Onze broeders benadrukten dat beide kerkverbanden op vele punten hartelijk samen optrekken (bijv. voor de modernisering van de psalmberijming, de evangelisatie en het jongerenwerk) en voortdurend attent zijn op samenwerking.

7.3.12 FREE CHURCH OF SCOTLAND EN FREE CHURCH OF SCOTLAND (CONTINUING) (FCS EN FCS-C) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie met de Free Church of Scotland te onderhouden zonder de Free

Church (continuing) los te laten, onder meer door bezoeken van de General Assemblies van de Free Church en de Free Church (continuing) in 2003 en vervolgens;

2 in samenwerking met deputaten van de Christelijke Gereformeerde Kerken te proberen meer inzicht te krijgen in de kwestie Free Church versus Free Church (continuing) om daarover aan de generale synode van 2005 rapport uit te brengen;

3 samenwerking met de Free Church te zoeken om de organisatie van regionale zendingsconferenties en contact tussen de theologische opleidingen te stimuleren;

4 over hulpverlening aan het project voor kerkplanting in Dundee, Schotland, desgevraagd te overleggen met de kerk te Haren via het Klein Platform;

5 in aansluiting bij de onder 2 genoemde rapportage de Free Church en/of de Free Church (continuing) uit te nodigen voor de generale synode van 2005.

Uitvoering: Samen met een afgevaardigde van de CGK is een bezoek gebracht aan de General Assemblies van de Free Church en van de Free Church (continuing) in 2003 De situatie heeft de aandacht van de sectie. Een definitief standpunt werd nog niet ingenomen.

7.3.13 REFORMED PRESBYTERIAN CHURCH OF CARDIFF-ELY (RPCC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie met de Reformed Presbyterian Church van Cardiff-Ely niet voort te

zetten en haar dat te melden; 2 de kerk te Amersfoort-Oost dit mee te delen en haar te verzoeken het contact met de

kerk te Ely voort te zetten en aanbieden hierover indien nodig contact te hebben via het Klein Platform.

Uitvoering:

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 52

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

1 correspondentie aangaande het besluit van GS Zuidhorn; 2 overleg met Amersfoort-Oost; 3 bezoek aan de Presbytery-vergaderingen in maart 2003 en maart 2004; 4 bezoek aan de kerk van Llandaff (die contact heeft met Polen) en de Ministers

Conference in Birmingham in mei 2004; 5 bemiddeling in partnerkerkrelatie tussen Chelmsford en Leek; 6 bezoek aan Klein Platform-vergadering in februari 2003, samengeroepen door

deputaten Zending, Hulpverlening en Training.

7.3.14 EVANGELICAL PRESBYTERIAN CHURCH OF ENGLAND AND WALES (EPCEW) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie met de EPCEW te onderhouden en die door bezoeken concreet

inhoud te geven; 2 in contacten met andere zusterkerken in het Verenigd Koninkrijk aandacht te vragen

voor de EPCEW; 3 via het Klein Platform contact te houden met de kerken in Nederland die gemeenten van

de EPCEW steunen. Uitvoering 1 correspondentie; we ontvangen elk kwartaal een kopie van de presbytery agenda en -

acta); 2 bezoek aan de presbytery van maart 2003; 3 informeel bezoek aan de kerken in mei/juni 2004.

7.3.15 NORWICH REFORMED CHURCH (NRC) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de bestaande contacten met de NRC te onderhouden en daarbij aansluiting van deze

kerk bij een bestaand kerkverband in het Verenigd Koninkrijk te stimuleren; 2 hierover met de kerk van Assen-Noord indien nodig contact te hebben via het Klein

Platform. Uitvoering 1 correspondentie aangaande het besluit van GS Zuidhorn; 2 overleg met de kerk van Assen-Noord. Andere zaken Ter kennisgeving: De sectie is momenteel bezig om een beeld te krijgen van de plek die de Presbyterian Church in America (PCA) inneemt in de orthodox gereformeerde wereld van Noord-Amerika en in de wereldwijde oecumene. De PCA is in Noord-Amerika veruit het grootste orthodox gereformeerd kerkverband (met meer dan 300.000 leden) en speelt een belangrijke rol in de North American Presbyterian and Reformed Council (NAPARC). De PCA is sterk op zending en evangelisatie gericht. Op ons zendingsterrein (bijv. Oekraine) en bij buitenlandse contacten (m.n. Spanje, Portugal, en Zuid Amerika) komen we regelmatig PCA-mensen, meestal verbonden aan de PCA-organisatie Mission To the World (MTV). De PCA en OPC hebben twee keer geprobeerd te fuseren, beide keren mislukte dat. Ze hebben wel een heel hartelijke relatie met elkaar. De PCA heeft tot nu toe geweigerd lid te worden van de ICRC; hun mensen zijn actief in de World Reformed Fellowship.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 53

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.9 Rapport sectie 4 (Afrika)

Samenstelling sectie: ds. H. ten Brinke, voorzitter mevr. C. Scheepstra secretaris; ds. J.P. Kruiger mevr. E. Urban Mevr. Urban is lid van de sectie sinds 26 november 2003 Zij nam de plaats in van H. Huberts.

7.4.1 WERKTERREIN De sectie draagt verantwoordelijkheid voor contacten in Afrika: Benin, Congo, Kenia, Nigeria, Uganda, Zimbabwe, Zuid-Afrika

7.4.2 VERGADERINGEN De sectie vergaderde in de periode juni 2002 tot augustus 2004 14 keer. ds. Th. Oosterhuis, regiocoördinator van DVN, woonde vergaderingen regelmatig bij. De opdracht van de GS 2002 om in samenwerking met de VGKSA te streven naar een zusterkerkrelatie met de Gereformeerde Kerke in Suid-Afrika (GKSA) vergde de meeste aandacht en tijd. Het voorstel voor de synode zal in het aanvullend rapport worden opgenomen.

7.4.3 REIZEN In 2003 is door Huberts en Oosterhuis (van DVN) een bezoek gebracht aan de Africa Evangelical Presbyterian Church (AEPC) (zusterkerk) en de Reformed Church of Eastern Africa (RCEA) in Kenia. Door het terugtreden van Huberts moest opnieuw energie worden gestoken in de relaties. De RCEA heeft aangegeven graag een zusterkerkrelatie te willen aangaan. In de komende tijd zullen hierover nadere gesprekken plaatsvinden. In 2005 is een bezoek gepland. Er waren geen rechtstreekse contacten met de Église Réformée Confessante au Benin (ERCB). Deze zijn overgelaten aan de assisterende kerken te Gouda en Waddinxveen. De vraag of een zusterkerkrelatie met de ERCB kan worden aangegaan zal aan de orde komen wanneer er een tweede gemeente zal zijn geïnstitueerd. Het kan zijn dat die situatie er zal zijn voordat de GS 2005 bijeenkomt. In dat geval is het mogelijk dat we in een aanvullend rapport terugkomen op de relatie met de ERCB. Met de Nongu u Kristu u Ken Sudan nen Tiv (NKST) in Nigeria verliepen de contacten moeizaam. Inmiddels is er het verzoek van de NKST om in november 2004 de General Assembly bij te wonen. In het aanvullend rapport zullen wij u daarover informeren. De GS 2002 heeft geen specifieke opdracht gegeven voor Uganda. Het is echter belangrijk dat we aan het kerkvergaderend werk van Christus in dat land aandacht geven. Hieronder volgt de volledige informatie over onze contacten.

7.4.4 ÉGLISE REFORMEE CONFESSANTE AU BENIN (ERCB ) Opdracht GS Zuidhorn 2002

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 54

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

de bestaande contacten met de ERCB en de assisterende kerken te Gouda en te Waddinxveen (GoWa) te onderhouden met het oog op het ontwikkelen van een zusterkerkrelatie met de ERCB. Uitvoering Er waren geen rechtstreekse contacten met ERCB; die zijn overgelaten aan de assisterende kerken (GoWa). Die contacten waren goed. Contacten met GoWa zijn onderhouden door het meelezen van jaarverslagen van GoWa/DVN, en door een jaarlijks gesprek met afgevaardigden van GoWa. Stand van zaken De ERCB telt tot nu toe één geïnstitueerde gemeente. Daarnaast zijn er acht gemeentegroepen onder leiding van voorgangers die niet als ambtsdrager bevestigd zijn. Deze voorgangers vormen samen een voorlopige kerkenraad.

7.4.5 ÉGLISE REFORMEE CONFESSANTE AU CONGO (ERCC) (ZUSTERKERK) Opdracht synode Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te onderhouden en daartoe, indien mogelijk, een bezoek te brengen

aan de nationale synode; 2 contact te houden met de assisterende kerk te Spakenburg-Zuid. Uitvoering De directe contacten met de ERCC worden onderhouden door de CongoCommissie van Spakenburg/DVN. Met deze commissie houdt sectie IV contact om belangrijke ontwikkelingen te bespreken. Jaarverslagen van de Congocommissie worden besproken tijdens een jaarlijkse ontmoeting. Stand van zaken De nationale synode van 2004 is afgelast. Een gesprek met de ERCC-vertegenwoordigers zal plaatsvinden tijdens onze synode 2005. Hier zal ook aan de orde komen hoe de relatie verder gestalte zal krijgen en wat de plannen voor de toekomst zijn.

7.4.6 AFRICA EVANGELICAL PRESBYTERIAN CHURCH (AEPC) (KENIA, ZUSTERKERK) Opdracht synode Zuidhorn 2002 het verzoek van de AEPC een zusterkerkrelatie aan te gaan, te aanvaarden; de zusterkerkrelatie met de AEPC inhoud te geven door correspondentie en bezoek; de AEPC te stimuleren zich aan te sluiten bij de ICRC. Uitvoering In 2003 is een bezoek gebracht aan de AEPC, ook aan de General Assembly. Tijdens het bezoek zijn de contacten versterkt. Stand van zaken Door personele wisselingen in sectie IV moet opnieuw energie worden gestoken in de relatie met de AEPC. Een bezoek is gepland in 2005. De AEPC zal een verzoek indienen om lid te worden van de ICRC.

7.4.7 REFORMED CHURCH OF EASTERN AFRICA (RCEA) (KENIA) Opdracht synode Zuidhorn 2002 1 de contacten met de RCEA uit te bouwen met het oog op het ontwikkelen van een

zusterkerkrelatie; 2 de RCEA te stimuleren zich aan te sluiten bij de ICRC.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 55

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Uitvoering In 2003 is een oriënterend bezoek gebracht aan de RCEA. Een vervolgbezoek zal nodig zijn om verder te spreken over een zusterkerkrelatie. Informeel contact heeft plaatsgevonden tijdens de IRTT-cursus 2004 in Nederland. Stand van zaken De RCEA heeft aangegeven graag een zusterkerkrelatie te willen aangaan. In de komende tijd zullen hierover nadere gesprekken moeten plaatsvinden.

7.4.8 NONGU U KRISTU U KEN SUDAN NEN TIV (NKST) (NIGERIA) Opdracht synode Zuidhorn 2002 1 de bestaande contacten te onderhouden met oog op het ontwikkelen van een

zusterkerkrelatie; 2 de NKST te blijven aanspreken op hun lidmaatschap van de REC en te stimuleren lid te

worden van de ICRC. Uitvoering De contacten met Nigeria verliepen moeizaam. Geen reactie op brieven en e-mail. Pas eind 2003 is er weer e-mail contact geweest, met een zekere Rev.Dr.M.K Antiev van de NKST, General Secretary. Hij heeft BBK uitgenodigd om in november 2004 de General Assembly bij te wonen.

7.4.9 PRESBYTERIAN CHURCH OF UGANDA (PCU) (UGANDA) Opdracht synode Zuidhorn 2002 Geen Uitvoering De contacten met de Presbyterian Church of Uganda lopen vooral via de kerk van Hilversum. Daarnaast is er een groeiende relatie tussen PCU en de BBK-sectie Afrika. De gemeente Hilversum heeft een goed en regelmatig contact met één van de drie presbyteries van de PCU, die van Kampala. Hilversum wil zich blijven beperken tot een relatie met die presbytery en daar goede inhoud aan geven. De gemeente Hilversum heeft in samenwerking met de twee Christelijke Gereformeerde zustergemeenten in die plaats hulp geboden bij de bouw van een basisschool. Stand van zaken Er vond een gesprek plaats tussen twee vertegenwoordigers van BBK en twee vertegenwoordigers van de Kampala presbytery. Dit was een goede ontmoeting, waar men zich in Christus verbonden voelde. Inmiddels is besloten de General Assembly van 2005 te bezoeken.

7.4.10 CHURCH OF CENTRAL AFRICA PRESBYTERIAN, HARARE SYNOD (CCAP), ZIMBABWE Opdracht synode Zuidhorn 2002 Geen Uitvoering Vanuit de CCAP in Zimbabwe wordt gevraagd om intensievere contacten met de GKV. Er zijn twee gesprekken geweest met een lid van de General Assembly. In beide gesprekken is

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 56

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

verzocht om een zusterkerkrelatie. Het ligt echter voor de hand dat een dergelijk verzoek eerst wordt gedaan aan onze zusterkerk in Zuid-Afrika, de VGKSA. Van BBK-zijde is daarop aangedrongen. Stand van zaken Tijdens het bezoek aan Zuid-Afrika is met de VGKSA gesproken over haar mogelijke relatie met de CCAP.

7.4.11 DIE VRIJE GEREFORMEERDE KERKE IN SUID-AFRICA (VGKSA) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie te onderhouden; 2 daarbij bijzondere aandacht te blijven geven aan de relatie met de GKSA. Uitvoering Een gesprek met deputaten BBK van de VGKSA (september 2004) over de stand van zaken binnen de GKV en binnen de VGKSA. Pogingen tot correspondentie en in september 2004 een gesprek over (een relatie met) de GKSA met de deputaten Kontak Binnenlandse Kerke van de VGKSA (zie verder bij GKSA). Stand van zaken In september 2004 is er een tripartiet overleg geweest tussen GKSA, VGKSA en GKV. De uitslag daarvan wordt meegenomen in een aanvullend rapport aan de GS Amersfoort. Gereformeerde Kerke in Suid-Africa (GKSA)

7.4.12 DIE GEREFORMEERDE KERKE IN SUID-AFRIKA (GKSA) Opdracht GS Zuidhorn 2002 in samenwerking met de VGKSA te streven naar een zusterkerkrelatie met de GKSA; het gesprek met de GKSA voort te zetten over hun relaties met kerkgemeenschappen waarmee de GKV en de VGKSA om principiële redenen momenteel geen banden onderhouden; eraan mee te werken dat de GKSA toegelaten worden tot de ICRC. Uitvoering De Nasionale Sinode 2003 van de GKSA is bezocht. Daar is het besluit van GS Zuidhorn t.a.v. de GKSA uitgelegd. In april 2003 was er een gesprek met een aantal deputaten Ekumenisiteit van de GKSA. We hebben een schriftelijke reactie gegeven op het besluit van de GKSA om het diakenambt open te stellen voor vrouwen. In september 2004 was er een tripartiet overleg tussen GKSA, VGKSA en GKV. Stand van zaken en voorstel Zie ons aanvullend rapport.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 57

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.9 Rapport sectie 5 (Spaans/Portugeessprekende landen)

Samenstelling sectie: ds. P.K. Meijer, voorzitter dhr. T.J. Karelse, secretaris ds.Th.J. Havinga drs. J.L. Joosse

7.5.1 VERGADERINGEN De sectie vergaderde zesmaal per jaar; vrijwel steeds in aanwezigheid van de regiocoördinator Brazilië van Zending, Hulpverlening en Training, de heer B.Bolt.

7.5.2 ALGEMEEN De contacten met de kerken in Brazilië stonden in het teken van het versterken van de onderlinge betrekkingen en het toewerken naar een driepartijen overleg tussen Igrejas Presbiteriana do Brasil (IPB), Igrejas Reformadas do Brasil (IRB) en de GKV. In 2002 vond in Nederland overleg plaats met de deputaten CRIE (BBK) van de IPB. Nog bestaande onduidelijkheden rond de oprichting van het IRB kerkverband en onze vermeende steun aan de Portugeestalige theologische internetopleiding FITRef konden worden besproken. Op de toen toegezegde uitwerking van een aantal standpunten heeft de CRIE van de IPB nog niet inhoudelijk gereageerd. In 2004 maakten GKV jongeren een samen met de IPB georganiseerde werkvakantie in Brazilië. De Drentse Zendingsdeputaten dragen 50% van de kosten van een enorm evangelisatieproject waarbinnen 15 zendelingen werken in Rio Grande do Sul. De tweejaarlijkse synode van de Igrejas Reformadas do Brasil (IRB) is bezocht in 2002 en in 2004. De IRB stemde tijdens haar synode in juli 2004 in met een driepartijen overleg. De komende maanden hopen wij dit overleg te voeren. Waar mogelijk zal de sectie aanvullend rapporteren in het begin van 2005. De sectie hield zich niet bezig met de Iglesia Presbiteriana Independiente de México (IPIM). In Portugal waren er contacten met de Igreja Crista Presbiteriana de Portugal (ICPdP). Met betrekking tot de Igreja Reformada em Portugal (IRP) zijn geen initiatieven ontplooid. De contacten met de Spaanse Iglesias Reformadas de Espaňa (IRE) kerken zijn hartelijk en krijgen gestalte in goede samenwerking met stichting Steun Broederschap Spanje (SBS), inclusief een gezamenlijk jaarlijks bezoek aan de synode. De kerk van Madrid is in 2002 toegetreden tot de IRE en doet daaraan hartelijk mee. De IRE kerken ontwikkelen zich in gereformeerd kerkelijk denken. De IRE vraagt het lidmaatschap aan van de ICRC aan en wordt daarin ondersteund door de GKV en de EPCEW in Engeland. Van het kleine kerkverband wordt momenteel veel gevergd door een ernstige kwestie binnen één van de lokale kerken. De contacten met de Iglesia Reformada en Venezuela (IRV) kerken zijn goed, mede door de doorgaande arbeid van ds. Keesenberg aan de theologische opleiding en door de financiële en personele steun bij de bouw van de kerk en de school van Valencia (ZHT/DVN). De binationale classis van de IRV kerken en zowel de Papiamentstalige als de Nederlandstalige gemeente van Curaçao wordt aan beide zijden sterk gewaardeerd.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 58

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.5.3 IGREJAS REFORMADAS DO BRASIL (IRB) (BRAZILIË) Opdracht GS Zuidhorn 2002 (na het besluit het verzoek van de IRB om een zusterkerkrelatie met blijdschap te aanvaarden) 1 de IRB mededeling te doen van dit besluit met toezending van de vigerende regels; 2 de zusterkerkrelatie te onderhouden conform de vigerende regels; 3 er bij de IRB op te blijven aandringen haar standpunt ten opzichte van de IPB duidelijk

vast te leggen; 4 de Igreja Reformada da Colonia Brasolandia te Unaí te berichten dat de relatie met haar

in het vervolg zal worden onderhouden via de IRB. Uitvoering Sectie V bezocht zowel de synode 2002 als de synode 2004 van de IRB. Tijdens de synode 2002 zijn, onder meer de besluiten van de synode Zuidhorn met betrekking tot de IRB besproken. Op de synode 2004 van de IRB heeft de BBK-delegatie de toezegging gekregen van de IRB dat men wel een gesprek wil samen met de GKV en de IPB. In brieven aan de IRB was daar als uitvloeisel van het besluiten van Zuidhorn op aangedrongen. Dit gesprek heeft nog niet plaatsgevonden omdat het contact tussen de IRB en de IPB maar moeizaam op gang komt, Binnen de IRB ziet niet iedereen een gesprek zitten, terwijl de IPB ook niet veel behoefte heeft aan gesprekken vanwege de kleine omvang van de IRB. Het lijkt erop dat wij de meest geïnteresseerde partij in het geheel zijn vanwege onze relatie met beide kerken. Op de synode van de IRB is door onze afgevaardigden ook gewezen op de Igrejas Evangelicas Reformadas do Brasil (IER) en is erop aangedrongen bij de IRB om contact te zoeken met de IER. Ook is de IRB geattendeerd op de mogelijkheid om lid te worden van de ICRC. De IRB heeft hier positief op gereageerd en zal stappen ondernemen richting GKV en CanRC i.v.m. de benodigde aanbeveling om lid te kunnen worden van genoemde organisatie.

7.5.4 IGREJA PRESBITERIANA DO BRASIL (IPB) (BRAZILIË) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 contacten te blijven onderhouden met de IPB en de ontwikkelingen binnen de IPB te

blijven volgen; 2 mee te werken aan een tripartiete gesprek met IPB en Igrejas Reformadas do Brasil. Uitvoering In juni 2002 bezocht een delegatie van de IPB Nederland geweest om de lucht te zuiveren nadat er problemen waren gerezen in de onderlinge verhoudingen. Dit bezoek resulteerde in een herstelde relatie tussen de IPB en de GKV. Sectie V heeft een aantal theologische notities opgesteld over onderwerpen van de leer en de praktijk in de GKV. Doel van deze notities was om te komen tot een gesprek met de IPB, eventueel samen met de IRB, over de onderwerpen uit de notities. Dat zijn de volgende onderwerpen: liturgie, erkenning van de roomse doop, kerkregering, theologisch onderwijs, pinksterbeweging, internationale contacten en viering Heilig Avondmaal. Deze notities zijn aangeboden aan de IPB en wachten op een bespreking tussen BBK en de CRIE. Op deze manier hopen we verder te komen inzake de vraag of we een zusterkerkrelatie moeten aangaan met de IPB of niet. Door leden van de sectie wordt geregeld de site van de IPB geraadpleegd om ontwikkelingen in de IPB te volgen. Ook krijgen we Brasil Presbiteriano toegestuurd, het landelijke orgaan van de IPB.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 59

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

In juli-augustus 2004 is er een jongerenreis gehouden in het kader van de contacten tussen de IPB en de GKV. Op uitnodiging is een groep van 25 jongeren uit Assen, Hardenberg, Middelburg en Zuidlaren enkele weken in Rio de Janeiro en São Paulo geweest. Doel van de reis was tweeledig: ontmoeting met presbyterianen en werken in en aan een weeshuis. De reis is naar volle tevredenheid van de deelnemers en de Braziliaanse gastheren verlopen. Er was veel contact met een zestal IPB-gemeenten in genoemde steden. Ook was er contact met de grote presbyteriaanse Mackenzie-universiteit in São Paulo. Als vervolg van deze uitwisseling ligt het in de bedoeling dat in 2006 een Braziliaans koor uit de IPB van Belo Horizonte een bezoek brengt aan Nederland. De sectie beraadt zich nog over het al dan niet voorstellen van een zusterkerkrelatie met de IPB. Het bespreken van de genoemde notities tijdens het voorgenomen driepartijenoverleg is daarbij belangrijk. Waar mogelijk zal de sectie aanvullend rapporteren in het begin van 2005.

7.5.5 IGREJAS EVANGELICAS REFORMADAS DO BRASIL (IER) Opdracht GS Zuidhorn 2002 in contact blijven met de IER Uitvoering In de afgelopen periode zijn er geen directe contacten geweest met de IER.

7.5.6 IGLESIA PRESBITERIANA INDEPENDIENTE DE MÉXICO (IPIM) Opdracht GS Zuidhorn 2002 op de hoogte blijven van de contacten met de IPIM welke door de Canadian Reformed Churches en de Iglesia Reformada en Venezuela worden onderhouden Uitvoering Van de IPIM zijn geen ontwikkelingen te melden.

7.5.7 IGREJA REFORMADA DE PORTUGAL (IRP) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 contact te blijven houden met de Nederduitse Gereformeerde Kerk in Suid-Afrika en de

Igreja Cristã Presbiteriana de Portugal om de ontwikkelingen met betrekking tot de IRP te blijven volgen;

2 voorshands geen initiatieven te ontplooien met betrekking tot de IRP; 3 zo nodig, als zich relevante nieuwe ontwikkelingen voordoen, in coördinatie met de

Nederduitse Gereformeerde Kerk in Suid-Afrika en Igreja Cristã Presbiteriana de Portugal, een bezoek te brengen.

Uitvoering Er zijn geen nieuwe ontwikkelingen geweest m.b.t. de IRP. De schaarse informatie die ons bereikte, kwam van de ICPdP Met de NGKSA is geen contact geweest. Voorshands zullen geen nieuwe initiatieven worden ondernomen.

7.5.8 IGREJA CRISTÃ PRESBITERIANA DE PORTUGAL (ICPDP) Opdracht GS Zuidhorn 2002 3.1 de contacten met de ICPdP te Lissabon te blijven onderhouden en zo mogelijk uit te

bouwen;

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 60

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

4.1 de contacten tussen de ICPdP en de Igreja Reformada de Portugal te blijven stimuleren.

Uitvoering Om de contacten met de ICPdP zoveel mogelijk inhoud te geven is reeds in 2002 een groep jongeren (TMM) naar Lissabon geweest om de ICPdP te helpen met evangelisatiewerk. In de zomer van 2003 is een groep jongeren uit Spakenburg met hetzelfde doel daar naar toe geweest. De TMM groep richtte zich via mime op een breed publiek in de centrale parken van Lissabon. De Spakenburgse groep richtte zich vnl. op kinderen in een park nabij de kerk van Lissabon-Ourique. De contacten met de ICPdP lopen vnl. via ds. Tom Hudson (Presbyterian Church in America - PCA). Het laatste jaar minder intensief omdat hij een jaar verlof had en in de VS verkeerde. Wij richten ons voor de komende periode op het toewerken naar een zusterkerkrelatie en een verdere samenwerking van de ICPdP met de Spaanse IRE kerken.

7.5.9 IGLESIA CRISTIANA REFORMADA (ICR) (MADRID) Opdracht GS Zuidhorn 2002 de bestaande contacten met de ICR via de stichting Steun Broederschap Spanje (SBS) te blijven onderhouden via SBS, alsmede door contact tijdens de jaarlijkse synode van de Iglesias Reformadas de España en te blijven stimuleren dat deze kerk zich aansluit bij de Iglesias Reformadas de España. Uitvoering Met dankbaarheid kan worden gemeld dat de kerk van Madrid tijdens de synode 2003 toetrad tot het kerkverband van de IRE. De uitzonderingspositie van deze kerk is daarmee – ook voor SBS – vervallen. De aanvragen voor materiele hulp aan deze kerk lopen nu ook via de door de IRE synode vastgestelde verzoeken om projecthulp. Dat de ICR van harte functioneert in het kerkverband mag blijken uit de benoeming van ds. José de Segovia Barrón tot deputaat voor de betrekkingen met binnen- en buitenlandse kerken

7.5.10 IGLESIAS REFORMADAS DE ESPAÑA (IRE) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de bestaande contacten in overleg met de stichting Steun Broederschap Spanje (SBS)

te blijven onderhouden; 2 te stimuleren dat andere kerken in Spanje worden uitgenodigd om toe te treden tot het

kerkverband van de IRE met inachtneming van de vigerende kerkorde; 3 zich te laten informeren over behoefte en beschikbaarheid van gereformeerde

Spaanstalige literatuur. Uitvoering De IRE synode wordt jaarlijks bezocht door een officiële afvaardiging van SBS en van BBK. Nog altijd wordt onze aanwezigheid ervaren als bemoedigend en meedenkend. In 2002 leverde ds. J.J. Schreuder een bijdrage over “De betekenis van het ‘Calvinisme’ voor de groei en uitbreiding van de kerk in de moderne wereld”..Dit referaat was vooraf vanuit het Engels door ds. Cerni vertaald in het Spaans. Er wordt aandachtig geluisterd naar de afbakening van het onderwerp en de typering van onze tijd, naar ideeën over kerkgroei en naar de betekenis van de gereformeerde leer in deze context. Tijdens de bespreking komen fundamentele zaken aan de orde. De bijdrage van, eveneens, ds. Schreuder over de toelating van kinderen tot het avondmaal moest tijdens de synode 2003 worden doorgeschoven naar 2004, door een volle agenda.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 61

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Deze bijdrage is gevraagd door de IRE kerken en is wel erg actueel geworden omdat de praktijk van kinderen aan het avondmaal ook speelt in de in 2002 tot het kerkverband toegetreden kerk van Málaga.. De deputaten BBK van de IRE brachten in 2003 een tegenbezoek met als belangrijkste onderwerp een eigen theologische opleiding.voor predikanten en kerkelijk kader. (Eén predikant is inmiddels emeritus; een ander ’heeft de leeftijd’). De zeer gewaardeerde adviezen van IRTT hadden een structurerende invloed op de IRE plannen. Inmiddels is de vooral digitale opleiding van start gegaan met ruim twintig cursisten, waarvan enkele met een breed pakket voor de opleiding van predikanten. Bij de bevestiging van de predikant van Almuñecar in oktober 2003 was ds. Schreuder op uitnodiging aanwezig. Daarbij werd het in het Spaans vertaalde nieuwe formulier gebruikt. Van het kleine kerkverband wordt momenteel veel gevergd door een ernstige kwestie binnen een van de lokale kerken. Naar het zich laat aanzien opereren de kerken daarin schriftuurlijk en kerkrechtelijk juist. Mede door deze kwestie verloopt de communicatie over Spaanstalige literatuur stroef. De IRE heeft het lidmaatschap ICRC aangevraagd en wordt daarin gesteund door BBK en de EPCEW in Engeland. De sectie wil toewerken naar een zusterkerkrelatie met de IRE en stimuleert de onderlinge contacten tussen de IRE en de Portugese ICPdP. Het kerkverband bestaat nu uit zeven plaatselijke kerken Almuñécar (vanuit Málaga), Barcelona, Madrid, Málaga, Mataró, Tenerife (La Laguna) en Sevilla en een evangelisatiepost in Pineda.

7.5.11 IGLESIA REFORMADA EN VENEZUELA (IRV) Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 de zusterkerkrelatie met de IRV te blijven onderhouden; 2 de contacten tussen IRV en Curaçao te blijven volgen en stimuleren; 3 contacten van de IRV met personen of kerken van gereformeerde belijdenis in

Spaanssprekend Latijns-Amerika te stimuleren; 4 medewerking te verlenen aan het totstandkomen van een platform voor overleg over

vertaling van gereformeerde literatuur in het Spaans, m.n. literatuur die geschikt is voor kadervorming in de gemeente.

Uitvoering De contacten met de IRV kerken in Venezuela zijn goed, mede door de doorgaande arbeid van ds. Keesenberg aan de theologische opleiding en door de financiële en personele steun bij de bouw van de kerk en de school van Valencia (ZHT/DVN). De binationale classis van de IRV kerken en zowel de Papiamentstalige als de Nederlandstalige gemeente van Curaçao wordt aan beide zijden sterk gewaardeerd. In januari 2004 bracht br. Jan van Dijk mede namens BBK een bezoek aan de IRV waarbij aandacht besteed werd aan de ontwikkelingen in onze kerken en die in de IRV. Voor zover ons bekend zijn er nog geen nieuwe ontwikkelingen m.b.t. de CLIR, een organisatie van gereformeerde en presbyteriaanse kerken in Latijns Amerika. Het organiseren van een Latijns-Amerikaans congres is bij ons weten nog steeds in de pen.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 62

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.9 Rapport sectie 8 (Europa)

Samenstelling sectie: ds R. van Wijnen, voorzitter dhr. W. Kuipers, secretaris prof.dr. G. Kwakkel dhr. H.Olde.

7.6.1 ALGEMEEN Deputaten hebben in de regel, voorafgaande aan de Algemene Vergadering, vergaderd in Amersfoort. In de periode waarvoor de opdracht van de synode geldt, zijn de volgende in het oog lopende zaken aan de orde geweest: Er was contact met de Reformed Presbyterian Church of Central and Eastern Europe (RPCCEE) in Hongarije. Er was ook contact met kleine evangelisch gereformeerde groepen in Polen Ondersteuning van kleine gereformeerde kerken of kerkverband in Rusland vond plaats. Overleg werd gevoerd met de Bat Tsion Commissie over ontwikkelingen ten aanzien van de contacten met ds Ben Zvi in Israël. Een eerste ontmoeting met de kleine gemeente in Omsk kon plaatsvinden,. Ontwikkelingen in Duitsland werden gevolgd, evenals in Frankrijk.

7.6.2 REIZEN Tijdens een reis naar Hongarije en Oostenrijk (februari 2004) vond het eerste contact plaats met de RPCCEE. Deze kerk is ontstaan uit de werkzaamheden van ds. Rapp uit Amerika als reactie op de voortgaande liberalisering van de grote Hongaarse kerk. Het was een eerste kennismaking als antwoord op hun verzoek om een relatie aan te gaan. Met Fundament is er een gesprek geweest over dit bezoek. In Oostenrijk hebben we kennis genomen van de ontwikkelingen na het vertrek van ds. Widter. Naar aanleiding van dit bezoek is er een ontmoeting geweest met de SRRO (stichting Steun Reformatie Oostenrijk). Tijdens een reis naar Zweden (juni 2004) vond een eerste kennismaking plaats. Ook waren er reizen naar Polen en Rusland. Voor het eerst werd de kleine gemeente in Omsk bezocht, als lidkerk van de ERCUR.

7.6.3 DUITSLAND Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 zich op de hoogte te blijven houden van ontwikkelingen in Duitsland; 2 goede initiatieven te blijven ondersteunen; 3 stimulerend op te treden, zodat het komt tot een reformatorisch kerkverband in

Duitsland. Uitvoering Deputaten hebben onze kerken vertegenwoordigd bij de opening van de Akademie für Reformatorische Theologie te Marburg a/d Lahn. Prof. Dr. J. Douma heeft bij een van de jaarlijkse openingsplechtigheden een feestrede uitgesproken. Het is nog niet gekomen tot een kerkverband tussen de kerken die zich aansloten bij de ‘Rat der Bekennenden Evangelischen Gemeinden’. Deputaten blijven de ontwikkelingen in Duitsland nauwgezet volgen.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 63

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

De kerk te Kampen-Zuid heeft bij ZHT een aanvraag ingediend voor hulp bij het eventueel beroepen van een predikant voor ondersteuning van gemeenteopbouw in Duitsland. Deputaten blijven van mening, dat initiatieven, bijvoorbeeld om te komen tot een verband van reformatorische kerken, door de Duitse broeders en zusters zelf genomen dienen te worden. Vanuit Nederland dienen goede initiatieven, voor zover mogelijk, ondersteund te worden. Deputaten werken verder in de lijn van de opdracht van de GS Zuidhorn 2002/3

7.6.4 FRANKRIJK Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 zich op de hoogte te blijven stellen van de ontwikkelingen in de EREI o.a. via het

zogenaamd ‘Frans Beraad’ en open te staan voor nieuwe mogelijkheden om contact te oefenen met als doel ontwikkelingen binnen de EREI in gereformeerde richting te bevorderen;

2 met het comité ‘Steun Gardanne’ in overleg te treden over de invulling van de relatie tussen Gardanne en onze kerken in de toekomst.

Uitvoering 1 Sectie VIII heeft de ontwikkelingen in Frankrijk gevolgd door deel te nemen aan het

jaarlijkse ‘Frans Beraad’ en door kennis te nemen van het blad Nuance van de EREI. De volgende ontwikkelingen kunnen gemeld worden:

2 De zaak van ‘de vrouw in het ambt’ is uitgekristalliseerd; de eerste vrouwelijke predikant in de EREI is inmiddels officieel in het ambt bevestigd.

3 De EREI-gemeente in Parijs maakt een moeilijke tijd door; niet alleen blijft het ledental gering, er moet ook omgezien worden naar een nieuw gebouw.

4 Het comité ‘Steun Gardanne’ uit zich in positieve zin over de ontwikkelingen in de plaatselijke gemeente van Gardanne, die binnen het kerkverband van de EREI de status van geassocieerd lid heeft.

Deputaten willen ontwikkelingen blijven volgen via deelname aan Frans Beraad en Nuance. In de huidige situatie is voortzetting van het contact met de gemeente Gardanne via het comité ‘Steun Gardanne’ de meest voor de hand liggende optie.

7.6.5 ISRAËL Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 contact te houden met de kerk te Ommen inzake de relaties met gemeenten in Israël; 2 aan de volgende synode voorstel te doen met betrekking tot de relatie met de Bat Tsion

‘gemeente’ en mogelijke contacten met andere gemeenten in Israël. Uitvoering Sectie VIII heeft regelmatig contact gehad met de Bat Tsion Commissie (BTC) van de Gereformeerde Kerk van Ommen. Daardoor bleef de sectie op de hoogte van de ontwikkelingen en kon zij desgewenst meedenken met de BTC. Zowel in het najaar van 2003 als in september 2004 hebben twee leden van de BTC een werkbezoek gebracht in Israël. De resultaten van die bezoeken moeten nog verder besproken worden. Pas daarna kunnen deputaten BBK een voorstel met betrekking tot de relatie met de Bat Tsion ‘gemeente’ formuleren, zoals hun dat door de synode van Zuidhorn 2002 is opgedragen.

7.6.6 EVANGELISCH-REFORMIERTE KIRCHE WESTMINSTER BEKENNTNISSES (OOSTENRIJK) Opdracht GS Zuidhorn 2002

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 64

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

1 mee te werken aan een oplossing voor de moeiten die nu bestaan door de opgebroken relatie tussen de kerk te Venlo en de ERKWB te Neuhofen;

2 contacten te onderhouden met de Stichting Steun Reformatie Oostenrijk en de kerken te Venlo en Krimpen aan den IJssel over de verdere ontwikkeling van de ERKWB te Neuhofen en Rankweil en eventuele andere gemeenten in Oostenrijk.

Uitvoering Via SSRO en de kerk van Krimpen a/d IJssel en door middel van persoonlijk bezoek blijven deputaten op de hoogte van de ontwikkelingen ten aanzien van de jonge Evangelisch-Reformierte Kirche Westminster Bekenntnisses in Oostenrijk. Omdat de relatie tussen de kerk te Venlo en de ERKWB te Neuhofen niet kon worden hersteld, is er ruimte voor een andere Nederlandse gemeente om de relatie met Neuhofen te onderhouden. De gemeente van Neuhofen is na een moeilijke periode en na het afscheid van ds. Widter in een nieuwe fase gekomen. De contacten met de SSRO zijn verbeterd en aangehaald. In Neuhofen wordt gewerkt aan het beroepen van een nieuwe predikant. De gemeente in Rankweil (Pfarrer R. Mayer) maakt een positieve ontwikkeling door. De contacten met de SSRO en Krimpen zijn hartelijk. De samenwerking tussen Rankweil en Neuhofen blijft functioneren. Deputaten willen in samenwerking met de SSRO omzien naar een gemeente die contact onderhoudt met Neuhofen. Via de SSRO en Krimpen en door middel van persoonlijk bezoek willen ze op de hoogte blijven van de ontwikkelingen ten aanzien van de jonge Evangelisch-Reformierte Kirche Westminster Bekenntnisses in Oostenrijk. Deputaten zien het als taak de ontwikkeling van een gereformeerd kerkverband in Oostenrijk te bevorderen, waarmee op termijn contact kan worden onderhouden in de vorm van een zusterkerkrelatie.

7.6.7 OOST-EUROPA Opdracht GS Zuidhorn 2002 1 op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen binnen de gereformeerde kerken in Oost-

Europa; 2 contact te blijven houden met de kerk te Hattem en de stichting Fundament over hun

werk in Oost-Europa; 3 waar nodig direct in contact te treden met de kerken in Oost-Europa. Uitvoering Hongaarssprekende gebieden Van de Reformed Presbyterian Church of Central and Eastern Europe (RPCCEE), gecentreerd rond hun opleidingsinstituut in Miskolc, kwam in december 2000 een verzoek tot het aangaan van een zusterkerkrelatie. In overleg en afstemming met de Stichting Fundament vormen deputaten zich een beeld van de RPCCEE en hebben zij een bezoek gebracht aan Miskolc. De RPCCEE is een kleine groep gemeenten. Ze hebben nog geen kerkverband en geen erkenning van de overheid. Ze willen zich in leer en leven richten naar de gereformeerde belijdenisgeschriften. Onderzocht wordt of de beschuldiging grond heeft, dat uit hun ontstaansgeschiedenis en hun positiebepaling tegenover de Hongaars Gereformeerde Kerken (HRC) blijkt dat zij zich sektarisch opstellen. Gezien de al jarenlang bestaande contacten vanuit Nederland met kerken uit het verband van de HRC (contacten die met name de Stichting Fundament onderhoudt) wordt getracht een adequaat beeld te krijgen van het kerkelijk leven in Hongarije, om zo het verzoek van de RPCCEE goed te kunnen wegen.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 65

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Deputaten willen de kerkelijke situatie in Hongarije blijven volgen en daartoe contact onderhouden met de Stichting Fundament. Ook willen zij contact onderhouden met de RPCCEE, hen sympathetisch-kritisch volgen en onderzoeken of op termijn kan worden ingegaan op hun verzoek om een zusterkerkrelatie aan te gaan. Overige gebieden (Oekraïne, Wit-Rusland, Letland/Riga, Polen) Deputaten zijn de afgelopen periode voortdurend op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen in Oekraïne en Wit-Rusland. De kerk groeit langzaam in deze gebieden. Er is contact met de UC (Hattem-Noord) over deze relaties. Vooral voor Wit-Rusland geldt dat de godsdienstwetten als een dreiging voortdurend in de lucht hangen. Het geeft veel beperkingen in de uitvoering van de kerkelijke opdracht. Voor wat Letland betreft zijn er geen ontwikkelingen in de contact oefening te melden. Vanuit Polen is de vraag gekomen om contact bij de ontwikkeling van het gereformeerde leven in Legnica en Wroclaw. Inmiddels is een eerste bezoek aan Polen gebracht. Een vraag van de broeders in Polen is om met elkaar kennis te maken en na te gaan hoe we aan verder contact inhoud zouden kunnen geven. We hebben hier een aantal voorgangers ontmoet, hoofdzakelijk afkomstig vanuit de baptistenkerk, die het gereformeerde belijden willen aanvaarden. Deputaten houden contact met de UC met het oog op eventuele ontwikkelingen bij de contacten in Oekraïne en Wit-Rusland. Ze willen overleg met de kerken in Letland opnieuw activeren en verder werken aan de contacten met Polen.

7.6.8 EVANGELICAL-REFORMED CHURCHES UNION OF RUSSIA (RUSLAND) Opdracht GS Zuidhorn 2002 De zusterkerkrelatie met de Unie van Evangelisch Gereformeerde Kerken in Rusland te onderhouden. Stand van zaken De kerk in Oost Europa staat onder druk van de godsdienstwetten. De Oosters-Orthodoxe Kerk geniet ruime aandacht van de staat. Na de Wende zien we dat de staat geconfisqueerde bezittingen aan de orthodoxe kerk in veel gevallen terug geeft. Deze toenadering wil niet zeggen dat er ruimte komt voor andere kerken of religieuze bewegingen. Elke andere religieuze beweging, van welke aard dan ook, wordt gedoogd in zoverre dat de godsdienst zich slechts mag afspelen binnen de muren van de kerk. Elke activiteit naar buiten ten doel om de kerk uit te breiden is verboden. Voor de gereformeerde kerk in Rusland is dit een beperking van de ruimte om de missionaire taak uit te voeren. Gelukkig geeft God ons de mogelijkheid om nog met elkaar te communiceren en er voor elkaar te zijn. Uitvoering Deputaten hebben regelmatige correspondentie met de ERCUR, de Evangelisch Gereformeerde Kerk in Rusland. Om vorm en inhoud te geven aan de zusterkerkrelatie hebben deputaten in 2004 een bezoek gebracht aan Moskou, Tver en Omsk. Deze kerken behoren tot het verband van hun kerken. Deputaten stellen zich als doel op de hoogte te blijven van ontwikkelingen binnen de ERCUR en na te gaan wat we in deze relatie voor elkaar kunnen betekenen.

7.6.9 ZWEDEN Stand van zaken

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 66

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

In de afgelopen tijd was bij de sectie een verzoek om contact binnengekomen van Sebastian Rehnmann uit Göteborg. Het contact was dusdanig, dat het de sectie goed leek tot nadere kennismaking over te gaan. In juni 2004 is een bezoek gebracht. De sectie heeft een zeer positieve indruk van de Zweedse broeders en hun werk gekregen. Wij hebben mensen ontmoet met een vaste, solide overtuiging, grote inzet en overtuigt van de rijkdom van het reformatorisch belijden, reden waarom deputaten gaarne het contact willen voortzetten en daaraan op een adequate wijze inhoud te geven. Deputaten willen het contact voortzetten, via e-mail en regelmatige bezoeken, en de Zweedse broederschap, indien mogelijk, assisteren.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 67

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.9 Rapport sectie 6 (Voorlichting en publicatie)

Samenstelling sectie: ds. R. ter Beek, voorzitter mevr. C. Scheepstra, secretaresse dhr. P.G.B. de Vries (eindredacteur) ds. J.M. Batteau Opdracht GS Zuidhorn 2002 de publicatie van Lux Mundi te continueren. Uitvoering Sectie 6 heeft de jaargangen 21 (2002), 22 (2003) en 23 (2004) van Lux Mundi uitgegeven. Zr. Sue Wierenga-Tucker verzorgde veel vertaalwerk als redactrice Engelse taal. Het blad werd gedrukt in Nederland. De administratie en verzending zijn tot eind 2004 verzorgd door ds. en mevr. Klamer. Jaargang 21 besloeg 4 nummers met in totaal 94 bladzijden. In de loop van 2003 beëindigde br. Tjerk de Vries zijn zeer gewaardeerde en vrijwel onmisbare werk als eindredacteur. Er kon niet direct een opvolger gevonden worden. Dit zorgde voor aanzienlijke vertraging in de verschijning. Jaargang 22 besloeg 2 gecombineerde nummers met in totaal 68 bladzijden. Ook in jaargang 23 moest een maart-juni nummer (zeer vertraagd) en een september-december nummer worden uitgebracht, met in totaal zo’n 70 bladzijden. Medio 2004 trad br. Piet G.B. de Vries uit Venlo aan als eindredacteur. Hij bracht de productie weer op orde. Een brochure in het Engels over afscheidingen die sinds begin 2003 hier en daar in de kerken plaatsvinden, zal kort voor de generale synode onder buitenlandse relaties worden verspreid. Lux Mundi heeft als doelstellingen: (1) voorlichting in de Engelse taal aan kerkelijke contacten in het buitenland over het kerkelijk leven in Nederland; (2) uitwisseling van informatie en voorlichting in de Engelse taal tot opbouw van het kerkelijk leven wereldwijd. In de loop van 2003 is een nieuw communicatieplan opgezet, met als vraagpunt of bij handhaving van de doelstellingen Lux Mundi niet beter via internet kon worden verspreid. Na bespreking heeft de algemene vergadering als zijn voorkeur uitgesproken dat de huidige wijze van uitgeven van Lux Mundi voortgezet wordt. Internet-uitgave alleen is niet voldoende. In minder goed geoutilleerde landen gaat een Lux Mundi aflevering door vele handen. Ook instellingen die documentatie verzamelen stellen prijs op een hard copy. Daarom is gekozen voor handhaving van de huidige uitgave en parallelle publicatie van de inhoud op internet. Deze aanpak geeft ook ruimte om te kijken of op de duur het primaat bij de internet-editie kan komen te liggen. Voorstel publicatie van Lux Mundi in hard copy en op internet te continueren Gronden: 1 er is in het buitenland behoefte aan voorlichting over de ontwikkelingen in kerkelijk

Nederland; 2 er is waardering is voor Lux Mundi en het blad is dienstbaar aan de versterking van de

band tussen gereformeerde kerken in de wereld; 3 Internet-uitgave alleen is niet voldoende; in minder goed geoutilleerde landen gaat een

Lux Mundi aflevering door vele handen. Ook instellingen die documentatie verzamelen stellen prijs op een hard copy.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 68

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Opdracht GS Zuidhorn 2002 uitvoering te geven aan het volgende beleid: 1 via Tot aan de einden der aarde, een website en andere kanalen de kerken zo goed

mogelijk informeren over de betrekkingen met buitenlandse kerken; 2 na elke Generale Synode publicatie van een nieuwe Wereldwijd; 3 brochure The Reformed Churches in the Netherlands ook in andere talen uitgeven; 4 in overleg met de projectgroep die in opdracht van de Generale Synode zich op landelijk

niveau met de GKV-website bezighoudt, de publicaties van de Gereformeerde Kerken op Internet ook in het Engels uitbreiden;

5 de publicaties via de website op het Internet voort te zetten en uit te breiden. Uitvoering Er zijn over diverse zusterkerken in het buitenland artikelen geschreven voor Tot aan de einden der aarde, De Reformatie en de beide regionale kerkbladen. Er is voorlichting gegeven over kerken in het buitenland op De Verre Naastendag in 2004. De andere publicaties zijn niet ter hand genomen. Wereldwijd niet omdat er weer ruimte kwam voor buitenlandse kerken in het Handboek ten dienste van de Gereformeerde Kerken. Het was bovendien niet direct duidelijk welke veranderingen de BBK-website zou meebrengen voor de rest van het publicatiebeleid. Het secretariaat en br. Johannes hebben hard gewerkt aan het in de lucht brengen van een actuele BBK-site, onder de GkV-website. En sectie 6 heeft - mede op instigatie van deputaten public relations - een nieuw communicatieplan opgesteld. Dit plan is inmiddels aangenomen. Het zegt het volgende over middelen om de betrokkenheid van kerken en kerkleden bij het kerkelijk leven in het buitenland en bij het werk van deputaten betrekkingen buitenlandse kerken te betrekken. Dit is te realiseren door informatievoorziening aan de Gereformeerde Kerken en hun leden over het werk van deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken en over de zusterkerken en kerkelijke contacten buiten Nederland. Hoe? Door: 1 Het onderhouden van een website met actuele gegevens en punten voor de voorbede

over en van buitenlandse kerken en de Internationale Conferentie van Gereformeerde Kerken (wereldwijd) en met de berichten en artikelen van 2- 5;

2 naast actuele publicaties worden er ook via een web-archief ook oudere publicaties beschikbaar gehouden;

3 Minimaal twee maal per jaar aanbieden van een bericht aan de plaatselijke kerkbladen. Bij het aanbieden wordt gevraagd of er voor het werk van deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken wordt gecollecteerd, en als dat het geval is het bericht te plaatsen in het kerkblad dat voorafgaat aan de zondag van de collecte.

4 Minimaal een keer per jaar publiceren van een informatief artikel in Tot aan de einden der aarde;

5 Zo vaak mogelijk artikelen aanbieden aan de beide regionale kerkbladen en De Reformatie met voorlichting over actuele ontwikkelingen in buitenlandse kerken of onze contacten daarmee (bijv. n.a.v. een bezoek aan een synode van kerken in het buitenland);

6 Zo vaak als daar aanleiding toe is persberichten uitbrengen met nieuws met flankerend aanbod van interviews aan de christelijke en kerkelijke pers in Nederland;

7 Presentaties over het werk van deputaten of over gereformeerd kerkelijk leven in het buitenland, ondersteund met professioneel stand-materiaal, op bijv. gemeentevergaderingen en op gereformeerde manifestaties (bijv. van Bijbelstudiebond of op DVN-dag) door deputaten en eventuele bezoekers uit het buitenland;

Hoe de uitvoering precies zal worden geregeld, moet nog worden besproken en dit hangt mede af van de samenstelling van het deputaatschap na de synode van Amersfoort 2005. In

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 69

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

grote lijnen is er nu al het volgende van te zeggen. Voor de uitvoering zal een sectie Communicatie aan het werk gaan waarin iedere contactsectie een lid afvaardigt. Binnen deze sectie moet een ‘Werkgroep voorlichting Nederland’ voor de uitvoering van de middelen onder 1. gaan functioneren, en een ‘Redactie Lux Mundi’ voor de uitvoering van de middelen onder 2 en 3 De sectie Communicatie doet voor diverse taken een beroep op het secretariaat en trekt daarnaast vrijwilligers aan voor vertaalwerk en technische ondersteuning. Voorstel het bovenstaande beleid uit te voeren Gronden: 1 het is van groot belang dat broeders en zusters op de hoogte gebracht worden van

Christus’ kerkvergaderend werk, ook in het buitenland; 2 de informatie daarover dient zo toegankelijk mogelijk te zijn en te worden verspreid via

zoveel mogelijk verschillende kanalen: het geschreven woord (brochures, landelijke tijdschriften, plaatselijke kerkbladen, Internet), het gesproken woord en beeldmateriaal.

7.7.1 CONCEPT-COMMUNICATIEPLAN BBK Doelen 1 Het bevorderen van de betrokkenheid van kerken en kerkleden bij het kerkelijk leven in

het buitenland en bij het werk van deputaten betrekkingen buitenlandse kerken; 2 de contactoefening met buitenlandse kerken ondersteunen door betrouwbare

voorlichting over ontwikkelingen in de Gereformeerde Kerken in Nederland; 3 Het kerkelijk leven wereldwijd helpen opbouwen door uitwisselen en doorgeven van

nuttige informatie en voorlichting. Middelen Met deze doelen corresponderen de volgende middelen: 1 Informatievoorziening aan de Gereformeerde Kerken en hun leden over het werk van

deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken en over de zusterkerken en kerkelijke contacten buiten Nederland;

2 Voorlichting in de Engelse taal aan kerkelijke contacten in het buitenland over het kerkelijk leven in Nederland;

3 Uitwisseling van informatie en voorlichting in de Engelse taal tot opbouw van het kerkelijk leven wereldwijd.

Bij 1. a Het onderhouden van een website met actuele gegevens en punten voor de voorbede

over en van buitenlandse kerken en de Internationale Conferentie van Gereformeerde Kerken (wereldwijd) en met de berichten en artikelen van 2- 5; naast actuele publicaties worden er ook via een web-archief ook oudere publicaties beschikbaar gehouden.

b Minimaal twee maal per jaar aanbieden van een bericht aan de plaatselijke kerkbladen. Bij het aanbieden wordt gevraagd of er voor het werk van deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken wordt gecollecteerd, en als dat het geval is het bericht te plaatsen in het kerkblad dat voorafgaat aan de zondag van de collecte.

c Minimaal een keer per jaar publiceren van een informatief artikel in Tot aan de einden der aarde.

d Zo vaak mogelijk artikelen aanbieden aan de beide regionale kerkbladen en De Reformatie met voorlichting over actuele ontwikkelingen in buitenlandse kerken of onze contacten daarmee (bijv. n.a.v. een bezoek aan een synode van kerken in het buitenland).

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 70

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

e Zo vaak als daar aanleiding toe is persberichten uitbrengen met nieuws met flankerend aanbod van interviews aan de christelijke en kerkelijke pers in Nederland.

f Presentaties over het werk van deputaten of over gereformeerd kerkelijk leven in het buitenland, ondersteund met professioneel stand-materiaal, op bijv. gemeentevergaderingen en op gereformeerde manifestaties (bijv. van Bijbelstudiebond of op DVN-dag) door deputaten en eventuele bezoekers uit het buitenland.

Bij 2 a Het (helpen) zorgen voor voorlichting en informatie in de Engelse taal (en zo mogelijk in

meer talen) over de Gereformeerde Kerken in Nederland via de GKv-website. b Vier keer per jaar (maart, juni, september, december) een nummer van Lux Mundi

uitgeven met voorlichting over ontwikkelingen en gebeurtenissen in de Gereformeerde Kerken in Nederland en verzenden aan alle bij de deputaten Betrekkingen Buitenlandse Kerken bekende deputaten en functionarissen van zusterkerken in het buitenland die zich bezig houden met contacten met andere kerken (deputaten buitenlandse betrekkingen, deputaten zending, deputaten voor de theologische opleiding, enz.) en iedereen die zich aanmeldt als abonnee. Voor buitenlandse contacten is een abonnement gratis. Voor abonnees uit Nederland is de prijs € 7,50 per jaar.

c Parallel verschijnt Lux Mundi vier maal per jaar op de website. Oude nummers blijven 4 jaar beschikbaar. Artikelen uit nog oudere nummers worden beschikbaar gehouden in een web-archief.

Bij 3 a In Lux Mundi en op de website worden ook artikelen uit de wereldwijde gereformeerde

en christelijke pers opgenomen met informatie en bezinning die van belang kan zijn voor de opbouw van het gereformeerde kerkelijke leven wereldwijd.

b Bezoekende buitenlandse contacten informeren over andere kerken. Uitvoering Algemeen 1 deputaten BBK stellen een sectie Communicatie in; 2 de sectie Communicatie is verantwoordelijk voor de uitvoering van dit communicatieplan

en kan voor de uitvoering een beroep doen op het kantoor / de secretaresse en de redactie van de BBK-website;

3 de sectie maakt afspraken met de secretaresse over de uitvoering van het communicatieplan;

4 de sectie vormt een ‘Werkgroep voorlichting Nederland’ voor de uitvoering van de middelen onder 1. (waarbij het aanbeveling verdient het secretariaat te vragen professioneel presentatie- en stand-materiaal tot stand te brengen) en een ‘Redactie Lux Mundi’ voor de uitvoering van de middelen onder 2 en 3 Deze redactie heeft de vrijheid een Engelse redacteur aan te trekken voor vertaalwerk en een eindredacteur voor de technische afwerking.

5 binnen deputaten BBK wijzen alle contactsecties iemand aan die de sectie vertegenwoordigt in de sectie Communicatie;

6 deze deputaat verzamelt de post- en emailadressen van de deputaten en commissies uit de kerken waar zijn of haar sectie contact mee onderhoudt, voor de ‘redactie Lux Mundi’; hij peilt ook voor welke kerkelijke besluiten (of rapporten) vertaling nuttig is;

7 deze deputaat stimuleert in zijn eigen sectie het schrijven van artikelen en persberichten over (bezoeken aan) de zusterkerken voor de website en zorgt ervoor dat die op de goede plek terecht komen;

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 71

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

8 deze deputaat brengt nieuws in en gebedspunten uit de kerken waar zijn of haar sectie contact mee onderhoudt, voor de ‘werkgroep voorlichting Nederland’;

9 deze deputaat zorgt ervoor dat de sectie Communicatie weet welke vertegenwoordigers van zusterkerken uit het buitenland in Nederland op bezoek zijn;

Toelichting 1 Na bespreking in sectie 7 en de AV is er nadrukkelijk voor gekozen om de huidige wijze

van uitgeven van Lux Mundi voort te zetten en daarnaast bij de verspreiding van informatie en voorlichting in Nederland en in het buitenland meer gebruik te maken van het internet. Het kost veel geld om het blad te produceren en te versturen. Er zijn weinig abonnees (controlled circulation): 63 in Europa (minus Nederland) en 252 buiten Europa en dan nog 162 in Nederland; totaal 477 (stand begin 2003). Waarschijnlijk hebben veel abonnees toegang tot het internet. Toch is internet-uitgave alleen niet voldoende. In minder goed geoutilleerde landen gaat een Lux Mundi aflevering door vele handen. Ook instellingen die documentatie verzamelen stellen prijs op een hard copy. Daarom is gekozen voor handhaving van de huidige uitgave en parallelle publicatie van de inhoud op internet, met als voordeel dat er makkelijk een archief is aan te leggen van al verschenen artikelen. Deze aanpak geeft ook ruimte om te kijken of op de duur het primaat bij de internet-editie kan komen te liggen.

2 Inventarisatie werkzaamheden voor bureau.

a behandelen aanvragen uit de kerken om voorlichting over het werk van deputaten of over gereformeerd kerkelijk leven in het buitenland en het regelen daarvan;

b aansturen van het tot stand komen van presentatie- en stand-materiaal en het beheren daarvan;

c kopij vanuit de sectie Communicatie voor de website doorsluizen naar de website-beheerder;

d toezien op het actualiseren en archiveren van op de website gepubliceerd materiaal; e verzenden van persberichten en artikelen naar de media waar ze voor bestemd zijn; f beheer van de abonnee-administratie voor Lux Mundi; g aansturen van de verzending van Lux Mundi; h communicatie en afstemming met deputaten public relations.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 72

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.9 Rapport synodeopdracht richtlijnen ‘afzonderlijke plaatselijke kerk’

Synode-opdracht De GS Zuidhorn 2002 gaf aan deputaten BBK in Acta 10.4, besluit 3e (zonder nadere gronden) de volgende opdracht: “richtlijnen op te stellen voor de contacten met ‘‘losse’’ plaatselijke kerken in het buitenland, die aan een kerk uit het kerkverband zijn toevertrouwd”. Waarom deze opdracht? Noch door deputaten BBK noch door de kerken was om zo’n richtlijn gevraagd. Waarschijnlijk heeft het synodebesluit inzake de kerk te Norwich de aanleiding gevormd voor de opdracht. In dat besluit staat vermeld dat de kerk te Assen-Noord met deze kerk een speciale relatie onderhoudt en dit doet in overleg met BBK. Maar de kerk te Norwich is geen lid van de EPCEW in Engeland en Wales, die officiëel zusterkerken van de GKV zijn. De vraag om deze richtlijn is gesteld vanuit de gezichtshoek van de kerk te Assen-Noord. Eerdere besluitvorming binnen BBK In het beleidsplan BBK wordt over de zusterkerkrelatie opgemerkt dat binnen deze relatie de betreffende buitenlandse kerk behandeld wordt als de ‘eigen’ kerk. En voor het beoefenen van de zusterkerkrelatie geldt o.m. de volgende regel: “5. De kerken stellen in principe de kansels voor elkaars predikanten open met inachtneming van de bepalingen voor het eigen kerkverband aanvaard”. Het was tegen de achtergrond van deze regel dat vanuit de vergadering van sectie VII d.d. 27-06-02 aan de AV d.d. 14-09-02 werd gerapporteerd over: “4.5 Kanselruil en avondmaalsgemeenschap. Vanuit de AV is gevraagd hierover een beleidsnotitie te maken. Sectie VII is van oordeel dat dit niet nodig is. Het voorgaan door predikanten uit zusterkerken is geregeld in de regels voor zusterkerkrelatie. En wat het avondmaal betreft spreekt het vanzelf dat leden uit zusterkerken na overleggen van een attest toegelaten kunnen worden. Bovendien kan een kerkenraad een ad hoc beslissing nemen inzake leden uit niet-zusterkerken, op grond van een met hen gevoerd gesprek. De plaatselijke kerk is hiervoor zelf verantwoordelijk en kan hierover haar eigen regels opstellen”. De AV stemde met deze conclusie in. Sectie VII heeft de zaak opnieuw overwogen maar is niet tot een andere conclusie gekomen. Op de AV van 08-02-03 werd een vereenvoudigde notitie besproken en aangenomen. Het was vergezeld van een concept voorstel aan de synode van 2005. Bij de opstelling van het rapport aan de synode is er van afgezien dit conceptvoorstel in de lijst van voorstellen op te nemen. In het rapport is onder 5.1.4 kort geformuleerd waarom geen generaal-synodale richtlijnen voorgesteld worden. Naar onze overtuiging moet dat voldoende zijn. Mocht de synode prijs stellen op expliciete besluitvorming in dezen dan kan onderstaand concept daarvoor dienen. Zwolle, 1 november 2004. Bijlage Concept-voorstel aan de synode:

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 73

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Materiaal: De opdracht van de GS Zuidhorn 2002 aan deputaten BBK, vermeld in Acta 10.4, besluit 3e (zonder nadere gronden): “richtlijnen op te stellen voor de contacten met ‘‘losse’’ plaatselijke kerken in het buitenland, die aan een kerk uit het kerkverband zijn toevertrouwd”. Besluit: Aan de opdracht om de onder 10.4 besluit 3e bedoelde richtlijnen op te stellen, niet te voldoen. Gronden: 1.1 Richtlijnen tot toelating aan het avondmaal van een lid uit een niet-zusterkerk zijn niet

nodig, omdat de kerkenraad zelf verantwoordelijk is voor de toelating van iemand die belijdenis van geloof van de gereformeerde religie heeft gedaan (art.60 K.O.).

1.2 Een lid van een niet-zusterkerk kan toegelaten worden tot het avondmaal op grond van een gesprek, waarbij het mondelinge getuigenis van vertrouwde kerkleden een rol kan spelen.

1.3 De kerkenraad zal, gelet op art. 60 K.O., slechts diegenen zal uitnodigen van wie hij ervan overtuigd is • dat ze in de christelijke gemeente waartoe ze behoren, zijn toegelaten tot het

avondmaal; • dat ze met ons overeenstemmen inzake de 'grondstukken' van de christelijke religie, • dat ze onberispelijk van levenswandel zijn; • dat ze met het oog op deelname aan het avondmaal bereid zijn zich te onderwerpen

aan opzicht en tucht. 2.1 Richtlijnen die toegang tot de kansel mogelijk maken voor een predikant uit een niet-

zusterkerk zijn strijdig met de regels voor zusterkerkrelatie. Binnen deze relatie wordt de betreffende buitenlandse kerk behandeld als de ‘eigen’ kerk. Voor het beoefenen van de zusterkerkrelatie geldt o.m. de volgende regel: “De kerken stellen in principe de kansels voor elkaars predikanten open met inachtneming van de bepalingen voor het eigen kerkverband aanvaard” (regel 5).

2.2 Inzake de toelating tot de kansel beslist de kerkenraad niet alleen, maar samen met het kerkverband (zie art.5 K.O.). Toch blijft de kerkenraad wel de eindverantwoordelijkheid houden (zie art.10 K.O.)

3.1 Op basis van de regels van zusterkerkrelatie moet gestimuleerd worden dat een ‘losse

kerk’ zich bij het gereformeerde kerkverband ter plaatse gaat aansluiten. 3.2 Door aanvullende regelgeving op dit punt kunnen de bestaande regels voor

zusterkerkrelatie ondergraven worden. 3.3 Indien een buitenlandse kerk gegronde redenen heeft zich vooralsnog niet bij een

kerkverband in eigen land aan te sluiten, kan van een rechtmatige uitzonderingssituatie sprake zijn die echter niet in nieuwe regelgeving is te ondervangen. Bovendien kan het voorkomen dat predikanten uit de Nederlandse partnerkerk wel toestemming krijgen in de buitenlandse kerk voor te gaan en het als zeer onbillijk wordt ervaren wanneer het omgekeerde in Nederland niet mogelijk is. In zo’n geval zal een gemeente haar eigen verantwoordelijkheid mogen nemen, onder verantwoording aan de classis. Het zal wel duidelijk moeten zijn dat het besluit in de eigen gemeente breed gedragen wordt.

3.4 Er is overeenkomst met het voorgaan van predikanten uit een kerk op het zendingsveld, met wie nog niet een officiële zusterkerkrelatie bestaat maar wel een speciale band. Ook in zo’n geval zal bij voorbeeld een zendende kerk, in eigen verantwoordelijkheid een beslissing nemen en hiervoor geen algemene regelgeving kunnen verlangen.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 74

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.9 Notitie zusterkerk (aangaan en omgaan)

7.9.1 INLEIDING Hoe zijn we er toe gekomen om opnieuw hierover een document op te stellen? Belangrijke aanleiding is het feit dat in en door de secties hierover het afgelopen jaar verschillende vragen zijn gesteld. De vragen hadden enerzijds betrekking op waarom, wanneer en hoe gaan we een nieuwe (zusterkerk)relatie aan en anderzijds, hoe geven we een optimale inhoud aan die relatie? De gedachtewisseling is vooral gevoerd in sectie II met af en toe terugkoppeling naar sectie VII, terwijl tijdens dit proces af en toe in de AV een vraag werd gesteld over dit onderwerp. (8.6 Hoe help je elkaar verder in relaties? ) Het resultaat van de discussies is bijgaande notitie. Belangrijke conclusies die kunnen worden getrokken: • het woord ‘zusterkerkrelatie’ is niet voor deze tweeërlei benadering vatbaar. Dit is een

kerkrechtelijke aanduiding voor een relatie tussen kerkverbanden die overeenstemming hebben bereikt over het aanvaarden van elkaars leden en het laten voorgaan van elkaars predikanten;

• naar aanleiding van allerlei vragen en de discussie hierover, is opnieuw aandacht gevraagd voor onze verhouding met andere kerken (van Christus) in deze wereld;

• het lezen en eventueel achter de hand hebben van deze notitie naast ons beleidsplan kan als ‘opfrisser’ dienen;

• na de ‘studie’ bij het opstellen van deze notitie wordt het niet nodig geacht wijzigingen in, of aanvullingen op het bestaande beleidsplan aan te brengen. Zaken die nodig zijn voor het aangaan van een zusterkerkrelatie en het inhoud geven hieraan, zijn voldoende geregeld. Van de secties wordt voldoende wijsheid en creativiteit verwacht om binnen de aangegeven kaders hun taak te vervullen.

Als belangrijke aanbeveling zou kunnen worden genoemd: het houden van periodieke (driejaarlijkse) internationale/regionale conferenties met op de agenda inhoudelijke onderwerpen waarmee we elkaar als kerken dienen. Om meer inhoud aan onze relaties te geven zou dit een goed alternatief kunnen zijn voor het bij elkaar op bezoek gaan.

7.9.2 ZUSTERKERK, WAAROM EN HOE Oecumenische uitgangspunten • Jezus Christus vergadert Zijn kerk door zijn Woord en Geest; • uit het gehele menselijke geslacht; • van het begin van de wereld tot het einde; • in eenheid van het ware geloof (d) (HC 21).

Dit betekent: a het gaat om relaties die Hij geeft, niet om relaties die wij leggen; b de relaties kunnen er over heel de wereld zijn; c de beoefening van relaties mag uiteindelijk niet afhankelijk zijn van kerkhistorie of

cultuur; d het aangaan en onderhouden van kerkelijke relaties is aan de norm van Christus’ woord

gebonden. Doel Gemeenschap oefenen met Christus’ kerk, wereldwijd.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 75

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Dit betekent: de kerken van Christus roepen elkaar op om de waarheid van God, dit is de bijbelse leer, te erkennen, toe te passen en te handhaven, onder de leiding van de Geest en in dagelijkse bekering samenleven tot eer van God.

7.9.3 BEGRIP ZUSTERKERK Zusterkerk betekent: erkenning van buitenlandse kerken als een kerk van Jezus Christus. Dit betekent eenheid in geloof, hoop en liefde. Dit is een principiële uitspraak.

7.9.4 HET AANGAAN VAN EEN ZUSTERKERKRELATIE De regel van BBK is dat slechts een relatie wordt aangegaan met een kerkverband en niet met ‘afzonderlijke plaatselijke kerken’ . De Gereformeerde Kerken in Nederland zullen eerst een zusterkerkrelatie met een verband van buitenlandse kerken aangaan nadat zij zich, met name door middel van deputaten, ervan vergewist hebben, dat deze kerken de gereformeerde belijdenis van het Woord van God niet slechts officieel hebben aanvaard, maar ook metterdaad tot gelding doen komen in hun kerkelijke praktijk van leer, Eredienst, kerkregering en tucht. Art. 47 KO zegt: “Op ondergeschikte punten van kerkordelijke en kerkelijke praktijk zullen buitenlandse kerken niet veroordeeld worden.”

7.9.5 INHOUD VAN DE ZUSTERKERKRELATIE Een zusterkerkrelatie met buitenlandse kerkverbanden houdt in: het naar gereformeerd belijden erkennen van elkaar als ware kerken van de Heer Jezus Christus en het dienovereenkomstig oefenen van kerkelijke gemeenschap. Dus: Binnen zo'n relatie wordt de betreffende buitenlandse kerk behandeld als de ‘eigen kerk’: • men accepteert elkaars attesten; • men laat elkaars predikanten op de preekstoel toe; • men geeft elkaar (desgevraagd) adviezen; bemoedigt elkaar en leeft met elkaar mee.

7.9.6 UITVOERING (VOLGENS BELEIDSPLAN) Elkaar dienen om als gereformeerde kerken samen bij de belijdenis van Gods Woord te blijven en elkaar te helpen, te bemoedigen en op te scherpen in het in Woord en Daad getui-gen zijn van de Heer Jezus Christus in deze wereld. De kerken zullen elkaar zoveel mogelijk bijstaan in de handhaving, verdediging en bevordering van de gereformeerde belijdenis naar de Schriften in leer, kerkregering, tucht en eredienst. De kerken zullen elkaar informeren over de besluiten van de meeste vergaderingen, indien mogelijk door toezending van de Acta ervan of anders tenminste door toezending van de voor de desbetreffende kerk relevante besluiten (waar mogelijk in vertaling). De kerken zullen elkaar informeren met betrekking tot het aangaan van zusterkerkrelatie met derden. De kerken zullen elkaars attestaties aanvaarden; zij zullen ook de leden van de desbetreffende kerken toelaten tot de sacramenten op vertoon van een genoegzaam kerkelijk attest. De kerken stellen in principe de kansels voor elkaars predikanten open met inachtneming van de bepalingen voor het eigen kerkverband aanvaard. In geval van wijzigingen van of aanvullingen op de belijdenis, kerkorde of liturgische formulieren, die inhoudelijk van confessionele aard zijn, zal op het voornemen hiertoe bij de zusterkerken bijzondere aandacht worden gevestigd, zodat zo veel mogelijk overleg voor de definitieve besluitvorming kan plaatsvinden.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 76

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

De kerken zullen elkaars afgevaardigden op hun meeste vergaderingen ontvangen en hen uitnodigen zitting te nemen als adviseurs, zoveel dit mogelijk is." Nader praktisch ingevuld: Ad a. 1 dit zou het beste kunnen door het houden van periodieke (driejaarlijkse)

internationale/regionale conferenties met op de agenda inhoudelijke onderwerpen waarmee we elkaar als kerken dienen;

2 onderlinge bemoediging: correspondentie en bij goede gelegenheden elkaar bezoeken (zie ook g.);

3 wijzen op en gebruik maken van mogelijkheden die er zijn er in de regio. Ad b., c., f. secties hebben dit als vast agendapunt; Ad d. zoveel mogelijk aansluiten bij bestaand gebruik van onze zusterkerk; Ad e. 1 standpunten van zusterkerken m.b.t. zaken die op onze synodetafel komen mee laten

wegen in oordeels- en besluitvorming; 2 sectie VII maakt een selectie van deze zaken; 3 elke sectie gaat na hoe zusterkerken uit hun gebied over deze zaken denken; (NB.

Hierbij uiteraard rekening houden met de context waarin deze kerken leven en wat hun geschiedenis is.)

4 indien we daartoe worden uitgenodigd, bij synodebezoek aan een zusterkerk dit in de instructie opnemen; (in de subbijlage 2 van ons beleidsplan is een en ander gedetailleerd uitgewerkt).

7.9.7 SCHRIFTGETROUWE KERKEN WERELDWIJD De eenheid van de kerk is in Christus gegeven; Het is ons echter niet in alle gevallen mogelijk daar ook organisatorisch vorm aan te geven. Onze inzet: We zijn niet actief, speurend. Dat is niet nodig – er komt veel op ons af; We zijn niet passief: we besteden aandacht aan wat op onze weg komt. Verschil in invulling en omgang In de huidige situatie is het voor ons niet doenlijk om bij een groeiend aantal kerkelijke relaties op gelijke wijze inhoud te geven aan elke individuele relatie. Dat hoeft ook niet: die kerken die ons dat vragen, zullen we zoveel mogelijk van dienst zijn. Soms heeft dit tot gevolg dat wij geen intensieve aandacht kunnen geven aan (potentiële) relaties die vanwege het bovenstaande principe het karakter van een zusterkerkrelatie kunnen krijgen. In andere gevallen kan het betekenen dat met bestaande zusterkerken, die onze ‘hulp’ minder nodig hebben, de relatie vooral formeel wordt onderhouden, terwijl we meer aandacht besteden aan ‘jonge’ kerken die onze aandacht vragen. Omdat we door allerlei contacten mogen ervaren dat er veel meer kerken zijn, wereldwijd, die we kunnen erkennen als een kerk(verband) van Jezus Christus vanwege de eenheid in geloof, hoop en liefde, moet dit feitelijk er toe leiden dat we die kerken erkennen als een zusterkerk. Dit is van belang in verband met het doel geformuleerd onder 1. 1 We zullen daarom alle kerken waarmee we in aanraking komen en die aangeven dat zij

met ons een zijn in belijden en dit met ons willen delen, erkennen als zusterkerk, als zij voldoen aan de regels die wij hiervoor hebben.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 77

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

2 Onze bestaande zusterkerken verwachten van ons dat onze zusterkerken in het buitenland ten opzichte van ons dezelfde rechten hebben als plaatselijke gemeenten binnen het verband van de Gereformeerde Kerken (vrijgem.) ten opzichte van elkaar hebben.

3 Indien een relatie wordt aangegaan met ‘zusterkerken van zusterkerken’, kan die bestaande relatie tot aanbeveling strekken.

4 Volgens bestaande criteria moeten de secties beoordelen of ze een voorstel doen voor een zusterkerkrelatie.

5 Er zijn veel meer kerken van Christus dan de kerken met wie wij een kerkrechtelijk vastgelegde zusterkerkrelatie hebben. Ons netwerk hoeft niet te streven naar perfectie. Ook is een zusterkerkrelatie niet per se nodig om hulp te kunnen geven.

NB. Het hangt sterk af van de bevindingen en de capaciteit van de secties in welke mate inhoud kan/zal worden gegeven aan de relatie.

7.9.8 INCIDENTELE STEUN TER VERSTERKING VAN HET KERKVERBAND VAN EEN (POTENTIËLE)ZUSTERKERK BBK acht het tot een van haar taken om (potentiële) zusterkerken te ondersteunen in hun activiteiten die dienen om de onderlinge relatie en samenwerking te versterken. BBK zal hiervoor jaarlijks €. 10.000.- op de begroting opvoeren. Voor de besteding van deze budgetpost gelden de volgende richtlijnen: Het moet bestemd zijn voor versterking van de relaties en niet voor een hulpproject. Het moet gaan om een gift aan een relatie die armlastig is, maar tegelijk zelf ook actief en zijn verantwoordelijkheid verstaat. Het verdient aanbeveling hulp te geven bij een bijzondere gelegenheid, zoals een jubileum, of bij de start van een nieuwe organisatie. Het moet de wederkerigheid bevorderen, zowel nationaal als internationaal. De incidentele steun moet niet zijn voor projecten die verwachtingen wekken of precedenten scheppen. De besteding en bestemming zullen steeds gebeuren in overleg met ZHT. Een aantal van deze randvoorwaarden moet gelijktijdig vervuld worden. Met betrekking tot de voeding van het fonds als tot de besteding van de gelden moet maximale transparantie bestaan.

7.9.9 ZUSTERKERKRELATIE MET KERKEN IN EEN ZENDINGSSITUATIE Opdracht GS Zuidhorn: In overleg met de Indonesie Raad e.a. werken aan een zusterkerkrelatie met GGRI Papua en GGRI Kalbar. Uitvoering: Via de Indonesie Raad is door sectie I overleg gepleegd met de zendende instanties. Het lijkt nu zo dat de relatie tussen Drachten en Kalbar gaat veranderen. We wachten op hun rapportage. Wat betreft onze relatie met GGRI-Papua menen wij dat de nauwe contacten tussen GGRI-Papua en de zendende kerken Middelburg en Enschede-N op het materiele en personele vlak het nog niet toestaan om van BBK uit contacten te zoeken met deze zelfstandige kerken. I.v.m. de financiële en personele afhankelijkheidsrelatie is er zeker een verschil in het omgaan met zo’n pas geïnstitueerde kerk in vergelijking met een jarenlang bestaande kerk. Voorgesteld wordt om wel uit te spreken dat er sprake is van een zusterkerk, maar dat gezien de situatie de uitwerking anders is. Als voorbeeld kan dienen dat ook in Brazilië is wel een zusterkerkrelatie aangegaan ondanks de hulpverlening.

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 78

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

Voorstel: BBK voert als beleid, en vermeldt dat voorlopig in de nota 'Zusterkerken: aangaan en omgaan’: Een verband van geïnstitueerde kerken, voortgekomen uit zending van de GKv of uit zendingswerk van een zusterkerk, waarbij nog steeds de status aanwezig is: zendende kerk - zendingsveld, wordt beschouwd als een zusterkerk, maar de hulprelatie wordt onderhouden door de zendende kerken, zolang die zendende kerken er nog een hulprelatie mee hebben. Grond met betrekking tot de GGRI-P: De GS Zuidhorn gaf deputaten opdracht heen te werken naar een zusterkerkrelatie. Na de overdracht van de hulptaken naar ZHT is het gevaar van conflict tussen steun door BBK en steun door een zendende kerk verdwenen is. BBK verleent geen steun maar richt zich uitsluitend op de relatiebeoefening. 3 Recente meningsvorming heeft geleid tot de zienswijze dat kerken, voortgekomen uit eigen zendingswerk, zusterkerk worden op het moment dat ze kerkelijke zelfstandigheid bereikt.

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND 79

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

7.10 Lijst van gebruikte afkortingen

AEPC Africa Evangelical Presbyterian Church , Kenya AV Algemene Vergadering (BBK) BTC Bat Tsion Commissie (Ommen) CanRC Canadian Reformed Churches CCAP Church of Central Africa Presbyterian, Harare Synod, Zimbabwe CGK Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland CBK Deputaten Correspondentie Buitenlandse Kerken (CGK) CNI Church of North India CRC Christian Reformed Church (Noord-Amerika) CRCM Christian Reformed Church in Myanmar CRCP Christian Reformed Church of the Philippines CRIE Deputaten voor Buitenlandse Betrekkingen van de IPB DRC Dutch Reformed Church of Sri Lanka DVN De Verre Naasten DZD Drentse Zendings Deputaten EPC Evangelical Presbyterian Church in Ireland Ely Ely Presbyterian Church (Cardiff, Engeland) EPCEW Evangelical Presbyterian Church in England and Wales ERCB Eglise Réformée Confessante au Benin ERCC Eglise Réformée Confessante au Congo ERCS Evangelical Reformed Churches of Singapore ERCUR Evangelical Reformed Churches Union of Russia EREI Eglises Réformées Evangéliques Indépendantes (Frankrijk) ERKWB Evangelisch-Reformierte Kirche Westminster Bekenntnisses (Oostenrijk) ERQ Eglise Reformée de Québec EPCM Evangelical Presbyterian Churches of Myanmar FCCI Free Church of Central India FCS Free Church of Scotland FCS-c Free Church of Scotland / continuing FITref Portugeestalige theologische internetopleiding FRCA Free Reformed Churches of Australia FRCP Free Reformed Churches of the Philippines GA General Assembly (Algemene Vergadering) GGRC Gereja Gereja Reformasi Calvinis Indonesië GGRI-NTT Gereja Gereja Reformasi di Indonesia di Nusa Tenggara Timur GGRI-Kalbar Gereja Gereja Reformasi di Indonesia Kalimantan Barat GGRI-Papua Gereja Gereja Reformasi di Indonesia Papua GKSA Die Gereformeerde Kerke in Suid-Afrika GOR Gereformeerde Oecumenische Raad (voorheen GOS) = REC GPP Gereformeerde en Presbyteriaanse Contacten Pakistan GZB Gereformeerde Zendingsbond ( in de Ned. Herv. Kerk) HEF Himalayan Evangelical Fellowship HRC Hongaars Gereformeerde Kerken ICPdP Igreja Crista Presbiteriana de Portugal ICRC International Conference of Reformed Churches ICR Iglesia Christiana Reformada (Madrid) IER Igrejas Evangelicas Reformadas do Brasil IPB Igrejas Presbiteriana do Brasil IPIM Iglesia Presbiteriana Independiente de Mexico IRB Igrejas Reformadas do Brasil

ACTA GENERALE SYNODE AMERSFOORT-CENTRUM 2005 80

DEPUTATENRAPPORT BETREKKINGEN BUITENLANDSE KERKEN

GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND

81

IRE Iglesias Reformadas de Espagna, Spain IRTT Intercultural Reformed Theological Training IRP Igreja Reformada de Portugal IRV Iglesia Reformada en Venezuela KTS Korea Theological Seminary LRC Lanka Reformed Church, Sri Lanka MC Missions Committee International Conference of Reformed Churches MTV Missions To the World (PCA-organisatie) NAPARC North American Presbyterian and Reformed Council NGK Nederlands Gereformeerde Kerken NGKSA Nederduits Gereformeerde Kerk in Suid-Afrika NKST Nongu u Kristu u Ken Sudan nen Tiv, Nigeria NRC Norwich Reformed Church, Engeland OPC Orthodox Presbyterian Church, USA OZD Overijsselse Zendings Deputaten PAE Presbyterian Association in England PCA Presbyterian Church in America (Noord-Amerika) PCEA Presbyterian Church of Eastern Australia PCK Presbyterian Church of Korea (Kosin) PCU Presbyterian Church of Uganda PFCC Presbyterian Free Church Council, Kalimpong (Noord-Bengalen) PTS Presbyterian Theological Seminary (Dehra Dun, Noordwest-India) RCEA Reformed Church of Eastern Africa, Kenya RCJ Reformed Church of Japan RCNZ Reformed Churches of New Zealand RCUS Reformed Church in the United States REC Reformed Ecumenical Council (voorheen RES) = GOR RPCCEE Reformed Presbyterian Church of Central and Eastern Europe RPC Reformed Presbyterian Church in Noord Myanmar RPCI Reformed Presbyterian Church of Ireland RPCI Reformed Presbyterian Church of Northern India (voorheen RPCNI) RPCNEI Reformed Presbyterian Church of North East India RFCP Reformed Free Church of the Philippines RPCT Reformed Presbyterian Church of Taiwan (voormalige naam; nu TRPC) SBS Stichting Steun Broederschap Spanje SIRC South Indian Reformed Churches SSRO Stichting. Steun Reformatie Oostenrijk STT-Setia Sekolah Tinggi Teologi Setia (Jakarta) TRPC Taiwan Reformed Presbyterian Church (voorheen RPCT) TMM groep NL-jongeren voor evangelisatiehulp in Portugal UC Ukraïnecommissie Hattem-Noord URCM United Reformed Churches in Myanmar URCNA United Reformed Churches in North America VGKSA Die Vrije Gereformeerde Kerke in Suid-Africa WARC World Alliance of Reformed Churches WCC World Council of Churches (Wereldraad van Kerken) WRF World Reformed Fellowship ZHT Deputaatschap Zending Hulpverlening en Training ZAC Zendingsadviescommissie Middelburg