Bekendmaking van professionele informatie › userfiles › userfiles...§3 Het publiek heeft...
Transcript of Bekendmaking van professionele informatie › userfiles › userfiles...§3 Het publiek heeft...
Bekendmaking van professionele
informatie
Workshop studiedag Kwaliteitswet
Dr. Sylvie Tack
UGent – UAntwerpen – Advocaat Sanalex
Inleiding
• Kwaliteitswet voorziet nieuwe waarborgen inzake
kwaliteit van de zorgverlening
• in het licht daarvan, bepalingen ivm bekendmaking
van professionele informatie
‣ Art. 31: recht voor beroepsbeoefenaar om professionele info
aan publiek bekend te maken (reclamevoering)
‣ Art. 42: plicht om bepaalde aspecten van praktijk aan FOD
Volksgezondheid mee te delen (praktijkregister)
1. Plicht om professionele info mee
te delen: het praktijkregister
• Art. 42 Kwaliteitswet stelt volgende:
§1 De gezondheidszorgbeoefenaar deelt aan het Directoraat-generaal
van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en
Leefmilieu mee:
1° een algemene omschrijving van de gezondheidszorg die hij verstrekt
2° of hij gezondheidszorg al dan niet verstrekt in het kader van een
samenwerking met andere gezondheidszorgbeoefenaars
3° de locatie waar hij bedoelde gezondheidszorg verstrekt.
Elke wijziging in de in het eerste lid bedoelde gegevens wordt onverwijld
meegedeeld.
Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing indien het Directoraat-
generaal Gezondheidszorg door een andere bron over de bedoelde
gegevens beschikt.
§2 De meegedeelde gegevens worden na gebeurlijke verificatie door
voornoemd DG opgenomen in een register van praktijken.
De gezondheidszorgbeoefenaar ontvangt een notificatie van de hem
betreffende gegevens die in het register van praktijken zijn opgenomen.
Indien het DG vaststelt dat de in toepassing van paragraaf 1 meegedeelde
gegevens niet of niet meer correct zijn, gaat hij over tot ambtshalve
aanpassing van de gegevens.
§3 Het publiek heeft toegang tot de in het register van praktijken opgenomen
gegevens. De gezondheidszorgbeoefenaar die de gezondheidszorg
waarvoor hij geregistreerd is niet meer substantieel uitoefent, kan vragen om
het publiek geen toegang meer te verlenen.
§4. De Koning kan nadere regels vaststellen voor de toepassing van dit
artikel.
• Artikel 43 Kwaliteitswet stelt het volgende:
De Koning kan, bij een besluit vastgelegd na overleg in de
Ministerraad, voor door Hem bepaalde
gezondheidszorgbeoefenaars, samenwerkingen tussen
gezondheidszorgbeoefenaars en/of gezondheidszorg,
bijkomende voorwaarden bepalen voor de opname in het in
artikel 42, §2 bedoelde register van praktijken.
• Krachtlijnen
‣ Infoplicht iedere beroepsbeoefenaar om aan FOD info mee te delen
▪ Wat doet men juist (algemene omschrijving GZ)
▪ Met wie doet men dat (alleen of met anderen?)
▪ Waar doet men dat (locatie)
‣ Doel:
▪ zicht krijgen op ‘wie doet wat waar’
▪ Transparantie krijgen omtrent de zorgpraktijken in België
▪ Opsporen clandestiene praktijken
▪ Mogelijk ook toekomstige koppeling aan RIZIV-nomenclatuur
‣ Nieuwe verplichting doet enkele vragen rijzen!
• (1) Inzake de mee te delen informatie
▪ ‘Algemene omschrijving van verstrekte gezondheidszorg’
– Wat wordt hiermee bedoeld? Hoever gaat dit? Is dit vermelden van
activiteit conform diploma’s? bijz. beroepstitels? Volgens Parl.
Werken (‘vb. oftalmologie’)
– Hoe zou dit voor verpleegkunde moeten worden ingevuld?
▪ ‘of men GZ al dan niet in samenwerking met anderen verstrekt’
– Wat wordt hiermee juist bedoeld? Doet men hier op formele
samenwerkingsverbanden (vb. maatschap, BV, enz.), groepspraktijk,
alleen als zelfstandige of bediende? Quid in ziekenhuis?
– Hoe zou dit voor verpleegkunde moeten worden ingevuld?
▪ ‘locatie’ waar GZ wordt verstrekt
– Wat wordt hiermee juist bedoeld? Privépraktijk vs.
Ziekenhuis/rusthuis? Gemeente/stad? Naam ziekenhuis? Quid indien
huisbezoeken/thuiszorg?
– Hoe zou dit voor verpleegkunde moeten worden ingevuld?
• (2) Plaats van opname/bewaring gegevens
‣ ‘Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing indien het
Directoraat-generaal Gezondheidszorg door een andere bron over
de bedoelde gegevens beschikt’ (‘only once’ principe).
‣Mogelijkheid tot koppeling gegevens met andere databank
‣ Verschillende opties:
▪ Koppeling met bestaande federale databank
gezondheidszorgberoepen
▪ Oprichting nieuwe databank door sector/beroepsvereniging die
gegevens voor FOD kan aanleveren
‣ Eerste optie: koppeling met bestaande federale databank
▪ Er bestaat reeds databank waar diverse gegevens over GZ-
beoefenaars worden bijgehouden: federale databank
gezondheidszorgberoepen (‘Kadaster’)
– Overzicht van zorgverleners met geregistreerd visum
– Overzicht aantal per beroepsgroep, leeftijd, regio’s, in- en
uitstroom
▪ Belangrijk om o.a. zorgaanbod voor komende jaren te plannen
(bepaling ‘knelpuntberoepen’ + knelpuntregio’s)
▪ Koppeling met RIZIV-gegevens
▪ Nadeel: enkel zicht op hoeveel mensen beroep mogen
uitoefenen, maar niet hoeveel dit ook werkelijk doen
‣ Raad van State adviseert om praktijkregister te koppelen
aan/integreren in reeds bestaande Kadaster (wordt ook reeds
door FOD Volksgezondheid bijgehouden)
▪ Wat vindt U daarvan? Zijn er bezwaren?
▪ Momenteel mogelijk niet voldoende budgettaire ruimte.
Quid indien hiervoor bijdrage zou gevraagd worden?
▪ Is het zinvol om ook het portfolio hieraan te koppelen en dit
ook door de FOD te laten bijhouden?
– Cfr. verplichting bijhouden portfolio met daarin
nodige bekwaamheidsvereisten is eigen taak van
beroepsbeoefenaar. Iedereen moet dus in beginsel
voor zz portfolio bijhouden (!)
‣ Tweede optie: oprichting databank vanuit de sector
▪ In Nederland: één Kwaliteitsregister
– waarin ≠ zaken worden bijgehouden (www.venvn.nl)
» Toelatingseisen (diploma, visum)
» Na 5 jaar: herregistratie (pas na 184 uur ‘deskundigen-bevordering’,
waaronder geaccrediteerde bij- en nascholing)
» Accreditatie
» Portfolio
– Voor publiek (patiënten, zorgverleners, enz.) beschikbaar
– Indirect soort ‘kwaliteitslabel’ dat publiekelijk bekend is
– Wordt voor verpleegkundigen bijgehouden door V&VN
(beroepsvereniging van verzorgenden en verpleegkundigen)
» Is het zinvol dat de beroepsverenigingen zelf het praktijkregister
zouden bijhouden? Of de scholen? Of beide? Of andere instanties?
» Met koppeling van portfolio gegevens of niet?
» Quid financiële bijdrage? (vb. 85 euro in Nl voor (her)registratie)
• (3) Verificatie
‣ Art. 42, §2: ‘gebeurlijke verificatie’ door DG mogelijk
▪ Advies GBA: best vermelden/verduidelijken
informatiebronnen die dienen voor samenstelling en verificatie
van register + vermelden regels inzake verificatieprocedure
▪ Wat zou dit concreet voor verpleegkunde kunnen betekenen?
– Welke bronnen kunnen hiervoor geraadpleegd worden
(Kadaster? Scholen en instituten? RIZIV-gegevens?
Andere?)
– Verificatieprocedure (wie is hiervoor bevoegd? Is er
recht op inzage door VPL? Is er mogelijkheid tot verzet
of bezwaar? Andere procedure waarborgen?)
• (4) Ambtshalve aanpassing
‣ Art. 42, §2: Recht op aanpassing niet (meer) correcte
gegevens door DG zelf
▪ Quid betrokkenheid/rechten beroepsbeoefenaar? Moet
deze recht hebben op inspraak/verzet?
▪ Advies GBA: minstens verplichte info aan
beroepsbeoefenaar over ambtshalve wijziging (art. 13-14
AVG)
• (5) Sanctie?
‣ Art. 56, §1: Bij schending kwaliteitseisen kan minister een verbeterplan
voorleggen (termijn éénmalig hernieuwbaar).
‣ Art. 56, §2: Bij herhaling van schending, kan minister visus intrekken of
schorsen
‣ Art. 62: Koning kan nadere regels vaststellen voor informeren publiek ivm
actuele stand van zaken van het visum van zorgbeoefenaars
‣ Vragen
▪ Vindt U dit adequate sanctiemechanismen? Moeten er ook andere zaken
voorzien worden (vb. administratieve boete, enz.)?
▪ Indien publieke bekendmaking stavaza visum: hoe zou dit concreet
moeten georganiseerd worden?
▪ Opm: sinds 2014: Art. 8, §2 Wet Patiëntenrechten stelt: ‘De
beroepsbeoefenaar informeert de patiënt omtrent zijn vergunnings- of
registratiestatus’, is dit voldoende?
• (6) Publieke toegang
‣ Art. 42, §3: publieke toegang tot praktijkregister
▪ Nu reeds voorzien voor Kadaster
▪ Quid moet dit kosteloos zijn?
▪ Moet dit zonder enige toegangscontrole/motivering toegankelijk
zijn?
▪ Moeten alle aspecten van praktijkregister toegankelijk zijn?
‣ Zorgverlener die GZ ‘niet meer substantieel uitoefent’ kan vragen om
publiek geen toegang meer te verlenen tot zijn registratie
▪ Wat is ‘niet meer substantieel uitoefenen’?
– Hoe ziet U dit? Wat zou dit voor verpleegkundige inhouden?
– Vb. na bepaalde leeftijd? Indien beperkt
aanstellingspercentage?
▪ Moet dit gemotiveerd worden?
• (7) Nadere uitwerking bij KB
‣Mogelijk om bij KB nadere regels uit te werken
▪ inzake praktijkregister zelf
▪ Inzake voorwaarden voor opname beroepsbeoefenaar of
samenwerkingen tussen beroepsbeoefenaars en/of
gezondheidszorg
‣ Heeft u hier nog suggesties?
‣ Zijn er volgens u nog bijkomende voorwaarden nodig voor opname
van bepaalde beroepsbeoefenaars of samenwerkingsverbanden?
▪ Vb. bepaalde stukken/bewijzen voorleggen?
▪ Vb. enkel geformaliseerde samenwerkingsverbanden
▪ Vb. enkel samenwerkingsverbanden van meer dan x aantal
personen?
2. Recht om professionele info mee te
delen (reclamevoering)
• Recente evoluties
‣ HvJ 4 mei 2017 (Vanderborgt)
▪ Algemeen wettelijk reclameverbod tandartsen uit jaren ‘50
▪ Tandarts kreeg veroordeling, trok naar EHJ
▪ Kreeg gelijk: geen algemeen en absoluut reclameverbod toegelaten
▪ Online communicatie (vb. website): niet verboden, vorm en nadere
invulling kunnen desgevallend strikt worden afgebakend om te
waarborgen dat er geen afbreuk wordt gedaan aan vertrouwen van de
patiënt
▪ Andere reclamevormen (vb. flyer, reclame in lokale folder, enz.):
beperkingen op zich niet verboden, maar moeten geschikt zijn om
volksgezondheid en waardigheid van het zorgberoep te beschermen
en mogen niet verder gaan dan nodig om doel te bereiken
• Overgangsregeling: art. 64 Wet 30/10/2018
‣ Sinds 28/11/2018 van toepassing
‣ De beroepsbeoefenaar bedoeld in de WUG en niet-conventionele
praktijken, mag zijn praktijkvoering aan het publiek enkel bekend
maken onder volgende voorwaarden:
▪ De praktijkinformatie moet waarheidsgetrouw, objectief, relevant en
verifieerbaar zijn en moet wetenschappelijk onderbouwd zijn;
▪ De praktijkinformatie mag niet aanzetten tot overbodige onderzoeken of
behandelingen, noch mag ze de ronseling van patiënten tot doel hebben.
De praktijkinformatie vermeldt de bijzondere beroepstitel(s) waarover
de gezondheidsbeoefenaar beschikt. Deze bepaling sluit niet uit dat de
gezondheidszorgbeoefenaar ook kan informeren over bepaalde
opleidingen waarvoor geen bijzondere beroepstitel bestaat
‣ Vernietigingsberoepen bij GW Hof (door apothekers: verbod
commerciële info voor producten die niet tot monopolie behoren)
• Vanaf 1/7/2021: art. 31 voert gelijkaardig recht op verstrekken van
praktijkinformatie in voor alle beroepsbeoefenaars
‣ ‘De gezondheidszorgbeoefenaar mag praktijkinformatie aan het
publiek kenbaar maken’
▪ Ook verpleegkundigen
‣ Definitie praktijkinformatie
▪ Iedere vorm van mededeling die rechtstreeks en specifiek, ongeacht
de daartoe aangewende plaats, drager of aangewende technieken, tot
doel heeft een gezondheidszorgbeoefenaar te laten kennen of
informatie te verstrekken over de aard van zijn beroepspraktijk
▪ Ongeacht aangewende plaats, drager of technieken (dus ook website,
facebookpagina, flyer, enz.)
‣Maar steeds onder specifieke voorwaarden (zoals huidige regeling)
▪ (1) Waarheidsgetrouw, objectief, relevant en verifieerbaar en
wetenschappelijk onderbouwd
– Wat zou dit voor de verpleegkundige precies kunnen
betekenen?
– Concretisering door sector met richtlijnen zou handig zijn
» Vb. wat mag wel/niet op website?
» Hoe moet info er uit zien?
» Mag reclame op auto, in lokale folder, enz.?
▪ (2) Mag niet aanzetten tot overbodige onderzoeken of behandeling
▪ (3) Noch mag ze ronseling van patiënten tot doel hebben.
– Dit vormt grootste probleem: wat is ‘ronseling’?
– Hoe zien jullie dit?
– Louter werven van cliënteel?
» = essentie van reclame, kan in licht van HvJ niet verboden worden!
» Nochtans stelt MvT ‘klantenjagerij’ is niet toegelaten
– Ofwel werven met ‘listige’ streken?
» = al verboden (boek VI WER)
– Ofwel afwerven van cliënteel?
» Brussel 31/10/2016: louter afwerven van cliënteel is niet verboden en
vloeit voort uit vrijheid van handel en nijverheid. De praktijk krijgt een
onrechtmatig karakter omwille van het doel dat zij beoogt, zijnde de
desorganisatie en/of destabilisatie van de andere, en/of omwille van de
bijzondere omstandigheden waarin zij plaatsvindt, zoals het creëren
van verwarring, het misleiden door foutieve informatie, het in een slecht
daglicht plaatsen, enz.”
– Nood aan verduidelijking!
» Cfr. vernietigingsberoepen bij GW Hof!
▪ Vermelding beroepstitels en opleidingen?
– ‘Praktijkinfo vermeldt de bijzondere beroepstitel(s)
waarover de gezondheidszorgbeoefenaar beschikt’.
» Niet duidelijk of dit recht of plicht is (‘vermeldt’)
– Beroepsbeoefenaar ‘kan’ ook informeren over
bepaalde opleidingen waarvoor geen bijzondere
beroepstitel bestaat
» Quid controle?
Besluit
• Kwaliteitswet voorziet nieuwe rechten en plichten inzake
verstrekken van praktijkinfo
• Echter nog heel wat onduidelijke begrippen die best
nader uitgeklaard worden
• Nadenken over rol beroepsvereniging
‣ Bij uitwerking praktijkregister
‣ Bij verduidelijking reclameregels
• Inzake reclame: onduidelijk of bepalingen gaan stand
houden (cfr. vernietigingsberoep GW Hof)