Arepa artikel geleidingswaarde schademag
-
Upload
ronald-van-overbeek -
Category
Documents
-
view
226 -
download
3
description
Transcript of Arepa artikel geleidingswaarde schademag
17www.schademagazine.nl
❰ ReconditioneRing ❱
AREPA introduceert een aanvullende meetmethodiek op HCl-metingen:
Bij het onderzoek naar corrosieve afzettingen
van rook- en roetbestanddelen na een brand op
materiaaloppervlakken wordt al decennialang
vrijwel uitsluitend gebruik gemaakt van
onderzoek naar chloriden, beter bekend als de
HCl-meting. Reconditioneringsbedrijf AREPA
heeft de afgelopen tijd hard gewerkt aan de
ontwikkeling van een praktische aanvulling
op deze meetmethode, dat op termijn een
nieuwe standaard moet gaan vormen voor
de bepaling van corrosieve afzettingen bij
(brand)schadeonderzoek. Volgens Operationeel
Manager Paul van Beek is deze methode breder
toepasbaar en geeft de een beter totaalbeeld
van de corrosieve stoffen dan uitsluitend
de HCl-meting. “De kans dat hierdoor een
dreigende corrosie over het hoofd wordt gezien
wordt vrijwel gereduceerd.” In dit artikel
licht hij deze zijns inziens ‘revolutionaire
ontwikkeling’ toe, waarmee het gespecialiseerde
technisch reconditioneringsbedrijf de komende
tijd de markt volop zal gaan informeren.
“We zijn de eersten die deze aanvullende
meetmethodiek gaan toepassen na een
brandschade.”
geleidbaarheids-meting
Paul van Beek: “Meetmethode moet op termijn een nieuwe standaard gaan vormen voor de bepaling van corrosieve afzettingen bij (brand)schadeonderzoek.”
18 www.schademagazine.nl
Van Beek werkt inmiddels al 14 jaar
als Operationeel Manager bij AREPA
Reconditionering. In die functie is hij
verantwoordelijk voor de operationele gang
van zaken voor alle industriële schades
in binnen- en buitenland en voor de
ondersteuning van de vestigingmanagers in
Alkmaar, Amersfoort, Meppel, Rotterdam en
Son. “Eind jaren ’60 kwam het gebruik van
PVC als constructiemateriaal in een groot
aantal toepassingen in opkomst. Wanneer PVC
aan brand en verhitting wordt blootgesteld,
wordt gasvormig waterstofchloride (HCl)
gevormd, dat waterdamp in de lucht aantrekt,
waarbij een nevel van fijne druppels zoutzuur
ontstaat, welke zich voornamelijk op (relatief
koele) metalen oppervlakken afzet. Zoutzuur
bezit sterk corrosieve eigenschappen en tast
daarom gemakkelijk onbeschermde metalen
aan, onder andere ook roestvast staalsoorten
als RVS 304 en RVS 316. Ook de halfedele en
edele metalen koper en zilver, die uitgebreid
worden toegepast in de elektrotechniek en
de fijn elektronica worden gemakkelijk door
zoutzuur aangetast”, aldus Van Beek, volgens
wie daardoor bij brand snel handelen het
devies is. “Met behulp van een HCl-meting
kon je meten of er sprake was van een veilige
marge qua afzetting of niet en afhankelijk van
de uitkomst gericht actie ondernemen om de
gevolgschade tot een minimum te beperken.”
NadelenNaast de voordelen die de HCl-meting
ontegenzeggelijk heeft, kleven er volgens
Van Beek ook enkele nadelen aan deze
meetmethode. “De chloridemeting is beperkt.
Er wordt maar op één vervuiling gemeten,
namelijk chloorionen/zoutzuur. Het gevolg
is dat er van tijd tot tijd schade-onderzoekers
na een brand werden geconfronteerd met
voor hen onverklaarbare corrosieschade,
terwijl er bij de HCl-meting ter plaatse geen
chloriden werden aangetroffen. Bij een brand
kunnen naast chloriden namelijk ook andere
agressieve bestanddelen worden gevormd,
die eveneens aanleiding kunnen geven tot
het ontstaan van corrosieschade en andere
vormen van aantasting van onbeschermde
metalen objecten. Denk hierbij bijvoorbeeld
aan zwavelzuur (bij verbranding van o.a.
gevulkaniseerd rubber), salpeter- of blauwzuur
(bij verbranding van stikstofhoudende
kunststoffen) of azijn- en mierenzuur
(bij thermische ontleding van chemische
producten). Deze zuren werden bij de HCl-
meetmethode niet ontdekt met als gevolg
dat de noodzakelijke schade beperkende
maatregelen ten onrechte niet werden
getroffen.”
Dé aanvullende meetmethodeVoor (technisch) reconditioneringsspecialist
AREPA was deze omissie aanleiding om op
zoek te gaan naar een op de HCl-meting
aanvullende meetmethodiek, voor het
adequaat meten van corrosieve afzettingen
na brandschades. “We denken die gevonden
te hebben in een methodiek waarbij
het geleidingsvermogen wordt gemeten
van corrosieve stoffen die vrijkomen bij
calamiteiten en waarbij een verhoogde
uitkomst hiervan aanleiding geeft tot het direct
ondernemen van actie”, aldus Van Beek, die
dit onderbouwt met de volgende technische
verklaring.
“De oplossing ligt in een meetmethode die
de geleidbaarheid meet in de meeteenheid
Siemens, waarbij gebruik wordt gemaakt
van een eigenschap die alle corrosie en
metaalaantasting veroorzakende stoffen
gemeen hebben, namelijk hun vermogen om
in waterig milieu de elektrische stroom te
geleiden. Zuren en de daarvan afgeleide zouten
– gezamenlijk aangeduid als elektrolyten – zijn
samengesteld uit positief en negatief geladen
ionen. Opgelost in water splitsen zij zich in
deze ionen. Deze ionen kunnen zich in water
vrij bewegen en maken daardoor de oplossing
geleidend voor elektrische stroom. Omgekeerd
betekent dit, dat als een waterige oplossing
geleidend is voor een elektrische stroom,
daarin één of meer opgeloste elektrolyten
aanwezig zijn. Door meting van het
geleidingsvermogen van een waterige vloeistof
kan dus de aanwezigheid van elektrolyten
worden aangetoond.”
VoordelenWat is nu het grote voordeel van hun
aanvullende meetmethodiek ten opzichte van
bijvoorbeeld de HCl-meting? Van Beek: “In de
eerste plaats wordt hierdoor de kans vrijwel
tot nul gereduceerd dat de oorzaak van een
corrosieproces over het hoofd wordt gezien.
De aanvullende meetmethode is namelijk niet
‘stofspecifiek’, maar toepasbaar voor alle zuren
die een corroderende werking kunnen hebben.
Een verhoogd geleidingsvermogen geeft alleen
informatie over de kans op aantasting van
metalen, niet over welk(e) specifiek(e) ion(en)/
zu(u)r(en) daarvoor verantwoordelijk is (zijn).
Dat maakt overigens niet uit voor de aanpak
ervan. De (dreigende) corrosie moet zo snel
mogelijk een halt toegeroepen worden om de
gevolgschade zoveel mogelijk te beperken.
Een ander pluspunt volgens AREPA’s
Operationeel Manager is dat deze vorm van
meting ook beter aansluit bij de in de meeste
overige landen geldende normen: de zogeheten
Joint Industry Standards (JIS). Deze richtlijn
>>Kans dat een dreigende corrosie over het hoofd wordt gezienwordt vrijwel gereduceerd<<
19www.schademagazine.nl
schrijft voor aan welke (kwaliteits)voorwaarden
elektronica dient te voldoen als ze vanaf de
fabriek worden aangeleverd. “In Nederland
is de HCl-meting gemeengoed, maar in de
meeste andere landen niet en wordt deze dus
lang niet overal erkend, zoals bijvoorbeeld in
de VS. Op basis van onze metingen kunnen
wij opdrachtgevers en gebruikers voortaan
ook na een reconditionering garanderen dat
de elektronische apparatuur aan dezelfde
JIS-normen voldoen en dus kwalitatief gelijk
zijn als op het moment dat ze uit de fabriek
kwam. De geldende garanties blijven derhalve
in tact”, aldus Van Beek, die ook andere
voordelen noemt. “Grote voordelen zijn de
snelheid van de totale analyse en de mobiele
toepasbaarheid. Ter plaatse wordt onmiddellijk
een afdoende duidelijkheid verkregen omtrent
de mogelijkheid van het optreden van
aantasting van metalen, ook in een lichtere
vorm. Omdat de opgenomen meetvloeistof bij
de geleidbaarheidsmeting onveranderd blijft,
kan deze vervolgens te allen tijde voor analyse
aan een laboratorium worden aangeleverd
om de voor de geleiding verantwoordelijke
ionen en hun gehalte(n) via ionchromatografie
of een vergelijkbare methode vast te stellen.
Groot voordeel blijft, dat voorafgaande aan
de uitkomst daarvan, de mogelijkheid van het
optreden van aantasting reeds met een grote
mate van aannemelijkheid is vastgesteld en
hierop direct actie kan worden ondernomen
ter beperking van schade.”
Bedrijven met een missieDe komende maanden staat bij AREPA in het
teken van ‘een missie’. Van Beek licht toe: “In
Nederland is de HCl-meting decennialang
gemeengoed geweest. Wij zijn ons er dan ook
terdege van bewust dat het voor de markt
even wennen is dat er nu een aanvullende
meetmethode is. Wij hebben de nieuwe
meetmethodiek uitgebreid getest, onder
meer middels een pilot, en zijn overtuigd
van de voordelen ervan, zowel voor onze
opdrachtgevers als voor gedupeerden. Het is nu
aan ons om de markt daarvan te overtuigen.”
Met het oog daarop gaat de technische
reconditioneringsspecialist de komende
maanden schade-experts en andere
professionals werkzaam op schadeafdelingen
bij verzekeraars door middel van voorlichtings-
en demonstratiebijeenkomsten kennis
laten maken met de nieuwe meetmethode.
“Onbekend maakt onbemind. “The proof
of the pudding is in the eating”, benadrukt
Van Beek, die daarnaast aangeeft dat
AREPA bij brandschades vooralsnog beide
meetmethodieken zal gaan toepassen. Dat
biedt het voordeel dat de klant enerzijds de
zekerheid heeft van de uitkomsten van de voor
hem ‘vertrouwde’ HCl-meting, maar wij hem
tevens kunnen laten zien dat onze nieuwe,
revolutionaire manier van meten een beter
totaalbeeld van corrosieve stoffen geeft.” <