176 Minder Gezondheidsproblemen Door Rookverbod Horeca
Transcript of 176 Minder Gezondheidsproblemen Door Rookverbod Horeca
diversen
142 1/2-2008 > zorg & financiering
Ouderenzorg is de afgelopen jaren sterk toegenomen
Sinds 2000 is de hoeveelheid ouderenzorg jaar-lijks met gemiddeld ruim vier procent gegroeid.Er is een duidelijke verschuiving van zorg metverblijf in een verpleeg- of verzorgingshuis naarzorg aan huis (extramurale zorg). De hoeveel-heid extramurale zorg is jaarlijks met gemiddeldbijna tien procent gestegen, die van verpleeg- enverzorgingshuiszorg met twee procent. Opval-lend is dat de hoeveelheid zorg sneller stijgt danhet aantal patiënten. De gemiddelde hoeveel-heid zorg per persoon neemt dus toe.
Verschillen in sterfte tussen allochtonen enautochtonen nemen af
In de afgelopen jaren is het sterfterisico forsgedaald. Dit komt vooral doordat er mindermensen sterven aan hart- en vaatziekten. Voorniet-westerse allochtonen was de daling van hetsterfterisico zelfs sterker dan voor autochtonen.Hierdoor zijn de verschillen naar herkomst afge-nomen. Toch zijn de verschillen in sterfterisicotussen allochtonen en autochtonen nog steedsgroot. Zo was de sterfte van niet-westerse all-ochtone zuigelingen in de periode 2002-2006nog een kwart tot een derde hoger dan die vanautochtone zuigelingen. Bij jonge kinderenbleef het verschil eveneens groot. Onder adoles-
centen en jongvolwassenen vallen vooral deAntilliaanse mannen op door hun relatief hogesterftecijfers.
Extra levensjaren van vrouwen zijn geengezonde levensjaren
De gemiddelde levensverwachting bij de geboor-te en bij 65 jaar is voor vrouwen hoger dan voormannen, maar vrouwen brengen deze extralevensjaren niet altijd door in goede gezond-heid. Het aantal jaren dat mannen en vrouwenin als goed ervaren gezondheid en zonderbeperkingen doorbrengen, blijkt nagenoeggelijk te zijn. De levensverwachting zonderchronische aandoeningen is voor mannen zelfshoger dan voor vrouwen.
Uitgaven aan zorg stijgen in 2006 met ruimvijf procent
In 2006 waren de uitgaven aan de gezondheids-en welzijnszorg 72,2 miljard euro. Per hoofd vande bevolking komt dat neer op 4.400 euro. Datis 5,3 procent meer dan in 2005. De stijging isvooral toe te schrijven aan meer zorg, toegeno-men loonkosten van de zorginstellingen, hogeretarieven van de vrijeberoepsbeoefenaren en eennieuw financieringssysteem bij huisartsen.Bron: CBS, 21 november 2007<
176 minder gezondheidsproblemen door rookverbod horeca
Onderzoek in verschillende Europese landentoont aan dat een rookverbod in de horeca leidttot een betere longfunctie, minder hart- en vaat-ziekten en minder luchtwegklachten. Dit blijktuit het Signaleringsrapport Beroepsziekten2007 van het Nederlands Centrum voorBeroepsziekten (NCvB), dat is gevestigd in hetAcademisch Medisch Centrum Amsterdam(AMC). Het onderstreept de noodzaak om sneluitvoering te geven aan het recente besluit van
de regering om de gehele horeca met ingangvan juli 2008 rookvrij te maken.
Directeur van het NCvB, Dick Spreeuwers: ‘Inlanden met een rookverbod in de horeca zijn depositieve effecten op de gezondheid snel zicht-baar. De longfunctie bij het horecapersoneelverbetert en luchtwegklachten nemen af. Daar-naast toont onderzoek in Italië aan dat het aan-tal ziekenhuisopnames wegens een hartinfarct
ZenF-0108-cyaan.qxd 8-2-08 15:23 Pagina 142
diversen
143zorg & financiering > 1/2-2008
in het jaar na invoering van het verbod aanzien-lijk afneemt. In Italië was dat elf procent.’Volgens het NCvB zijn deze onderzoeksresulta-ten, én de kankerverwekkende effecten van pas-sief roken, krachtige argumenten om het rook-verbod in de Nederlandse horeca snel in te voe-ren.In opdracht van het ministerie van Sociale Zakenen Werkgelegenheid brengt het NCvB jaarlijkshet Signaleringsrapport Beroepsziekten uit. Decijfers over gemelde beroepsziekten zijn geba-seerd op zo’n zesduizend meldingen van dearbodiensten en individuele bedrijfsartsen, dieverplicht zijn beroepsziekten te melden aan hetNCvB. Ook zijn literatuurgegevens en informa-tie van de peilstations voor arbeidsgebondenhuidaandoeningen en arbeidsgebonden long-aandoeningen geraadpleegd. Daarnaast wordenactuele maatschappelijke en wetenschappelijkeinzichten besproken.
Oude en nieuwe risico’s in werk
In het Signaleringsrapport bespreekt het NCvBde stand van zaken op het gebied van preventie,diagnostiek en behandeling van beroepsziekten.Een aantal onderwerpen moet volgens het cen-trum hogere prioriteit krijgen in het beleid vanoverheid, arbodiensten en bedrijven.Zo vraagt het NCvB in zijn net verschenen rap-port meer systematische aandacht voor klachtendie verband houden met het werk. Uit dossier-onderzoek blijkt dat bedrijfsartsen werk als oor-zaak van rugklachten en depressie onderschat-ten. Te vaak wordt uitgegaan van problemen inde privésfeer. Door werkfactoren te onderschat-ten worden kansen voor re-integratie en preven-tie gemist.Het centrum signaleert ook nieuwe arbeidsrisi-co’s door globalisering. Door het toenemendehandelsverkeer kunnen bijvoorbeeld gezond-heidsklachten ontstaan bij medewerkers diebetrokken zijn bij het ontsmetten van vliegtui-gen en het openen van zeecontainers uit Oost-
Azië. Nadelige effecten op het zenuwstelsel zijnte verwachten.In zijn algemeenheid stelt het NCvB dat mede-werkers in de schoonmaaksector een groot risi-co lopen op beroepsziekten. De fysieke belas-ting is vaak hoog evenals de blootstelling aanvuil, schoonmaakmiddelen en, in bepaaldegevallen, cytostatica. Vooral bij scheepsonder-houd en industriële reiniging zijn de risico’s opberoepsziekten door toxische stoffen groot.Het centrum stelt tevreden vast dat deze secto-ren zelf zich steeds meer bewust zijn van dezerisico’s en preventieve maatregelen nemen. Zohebben zij onlangs een ‘Handboek Vuil’ ontwik-keld waarin duidelijke richtlijnen staan over hoeom te gaan met toxische stoffen.
Stress bij militairen en brandweerpersoneel
In verband met de deelname van defensieperso-neel aan internationale missies wijst het NCvBop Brits en Amerikaans onderzoek dat aantoontdat militair personeel dat terugkomt uit conflict-gebieden, klachten vertoont van het geheugenen verminderde aandacht. Het aantal militairenmet verschijnselen van een posttraumatischestressstoornis is opvallend hoog. Dit ziekte-beeld kan optreden na een traumatische erva-ring en veroorzaakt klachten zoals angst, slaap-problemen, concentratieproblemen of bijvoor-beeld schrikachtigheid.Studies wijzen uit dat screening van militairenop psychische klachten voorafgaand aan een uit-zending weinig zinvol is. Opvang ter plekke ofachteraf lijkt effectiever. Deze bevindingen zijnvoor ons land van belang in verband met dedeelname aan internationale missies.
Hart- en vaatziekten
Ook de relatie tussen hart- en vaatziekten enwerk wordt steeds duidelijker. De combinatievan acute psychische en lichamelijke stress ver-oorzaakt bijvoorbeeld vaker hartinfarcten bij
ZenF-0108-cyaan.qxd 8-2-08 15:23 Pagina 143
diversen
144 1/2-2008 > zorg & financiering
brandweerlieden tijdens het alarm en bij brand-bestrijding. Bij reorganisaties in bedrijven enorganisaties waarbij sprake is van verlies vanwerk, is de kans op een hartinfarct of beroertemeer dan tweemaal zo hoog.
Preventie
Op het gebied van preventie vraagt het NCvBextra aandacht voor blootstelling aan cytostati-
ca. Niet alleen ziekenhuismedewerkers, maarook medewerkers in de thuiszorg, verpleegte-huizen, industriële wasserijen en diergenees-kundige praktijken komen bij de uitoefeningvan hun vak in aanraking met cytostatica. Vooralde gezondheidsrisico’s voor het nageslacht diedit met zich meebrengt, worden nog onvoldoen-de onderkend bij deze beroepsgroepen.Bron: AMC, 27 november 2007<
177 soa en hiv gestabiliseerd
Het percentage gevonden seksueel overdraag-bare aandoeningen (soa), waaronder hiv(humaan immunodeficiëntievirus), is in 2006gestabiliseerd ten opzichte van eerdere jaren.Deze trend lijkt zich in 2007 door te zetten. Intotaal werd bij dertien procent van alle bezoe-kers aan een van de soa-centra in Nederland eensoa vastgesteld. Ruim twintig procent van demannen die seks hebben met mannen (MSM)bleek een soa te hebben en van alle hiv-positieveMSM had 46 procent een soa. Zo blijkt uit dejaarlijkse rapportage van het Rijksinstituut voorVolksgezondheid en Milieu (RIVM) over soa enhiv in Nederland.
Chlamydia, gonorroe en syfilis
Net als voorgaande jaren was chlamydia demeest vastgestelde bacteriële soa. Het percenta-ge vrouwen met chlamydia steeg licht van 10,4in 2005 naar 10,8 in 2006. Bij zowel heterosek-suele mannen als MSM stabiliseerde dit percen-tage op tien.Het aantal positieve diagnoses voor gonorroe ensyfilis nam verder af in 2006. Deze infecties wer-den het meest vastgesteld bij MSM (10% posi-tief; versus 1 à 2% positief bij overige bezoekers-groepen).
Hiv
Het percentage positieve hiv-tests nam enigs-zins af voor MSM, van 4,5 in 2005 naar 3,1. Bijheteroseksuelen bleef dit percentage in 2006stabiel (0,2% bij heteroseksuele mannen en0,1% bij heteroseksuele vrouwen). Tot juni 2007waren ruim 13.000 personen met hiv in Neder-land geregistreerd bij de Stichting HIV Moni-toring. De meeste nieuwe infecties vinden plaatsonder MSM, maar ook migratie blijft eenbelangrijke factor, ondanks een dalend aandeelin de nieuw gerapporteerde hiv-infecties.
Risicogroepen
Het percentage bezoekers bij wie een soa werdgeregistreerd in 2006 lag relatief hoog bij (metname oudere) MSM, en hiv-geïnfecteerden. Ookmensen uit Suriname, Nederlandse Antillen enAruba hadden relatief vaker een positieve test-uitslag voor chlamydia, gonorroe en syfilis danautochtone Nederlanders; in totaal werd bij21 procent van deze allochtone groep een soagediagnosticeerd. Dit onderstreept dat preventiespecifiek gericht op verschillende hoogrisico-groepen essentieel blijft.Bron: RIVM, 26 november 2007<
ZenF-0108-cyaan.qxd 8-2-08 15:23 Pagina 144