027 khwaja gharib nawaaz

63
Noorani Islamic Research Institute http://www.tangali.net Publicatie 027 Alhaaj Mohamed Juzoef Tangali Qadri Khwaja Sultan-ul-Hind Sayyedina Moïnuddin Hassan Ajmeri Sanjari Chishti

description

 

Transcript of 027 khwaja gharib nawaaz

Page 1: 027 khwaja gharib nawaaz

Noorani Islamic Research Institutehttp://www.tangali.net

Publicatie 027

Alhaaj Mohamed Juzoef Tangali Qadri

Khwaja Sultan-ul-HindSayyedina Moïnuddin Hassan

Ajmeri Sanjari Chishti

Page 2: 027 khwaja gharib nawaaz

....voor mijn zoon Mohammed Umar Moïnuddin die ik genoemd heb naar

deze heilige soefi

Copyright © M.J. TangaliAmsterdam, 14 april 2008

1e drukUitgever: Stichting Noorani Islamic Research Institute

E-mail: [email protected]: www.tangali.net

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaargemaakt door druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijzedan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uit-gever.

No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permissionfrom the publisher.

Page 3: 027 khwaja gharib nawaaz

1. Ajmeer in de oude tijd

Ajmeer, in Noord West India, was vroeger eenbekende Rajput bolwerk. Half verscholen tussende zandduinen en heuvels lag Ajmeer aan de voetvan de Irrawaddy, een betoverende stad met eengroot historische achtergrond. Ajmeer kwam in hetbezit van de ene op de andere dynastie. Koning JaiPal die nu en dan koning Vasudeva moedeloosmaakte, annexeerde uitgestrekte gebieden onderzijn heerschappij. Jai Pal was vastberaden om vanAjmeer zijn hoofdstad te maken. Hoewel Jai Palvermoedelijk de grondlegger van Ajmeer is werdpracht en praal gebracht door de vermaardePrithvi Raj. Deze man staat in de geschiedenisaangeschreven als een brave en moedige heerser.Er is gezegd, dat hij de dochter van zijn rivaal JaiChand van een open terrein had ontvoerd waarveel vooraanstaande mensen en prinsen van Raj-put verzameld waren om gekozen te kunnen wor-den tot echtgenoot van haar. Jai Chand had PrithviRaj niet uitgenodigd op de ceremoniële bijeen-komst. Jai Chand was de heerser van Kanauj en

Page 4: 027 khwaja gharib nawaaz

Prithvi Raj van Delhi en Ajmeer. In feite maakte Jaide zaak erger door Prithvi Raj te betitelen als eendom idool die als bewaker bij de poorten van zijnpaleis stond. Van de prinses werd verwacht dat zijeen bloemenslinger om de nek van de man vanhaar keuze zou leggen. Tot grote verbazing vaniedereen legde zij de slinger om Prithvi Raj heen.Prithvi Raj snelde met zijn witte paard naar haartoe en met een handomdraai zwaaide hij deprinses op zijn paard en verdween. Na dit voorvalbesloot Jai Chand onmiddellijk om India liever inhanden te geven van een islamitische veroveraardan aan zijn rivaal. Mahmoed van Ghazni maaktegebruik van deze turbulente situatie en veroverdehet land met zeventien aanvallen.

In die tijd was het Sahabuddin Ghauri, een anderekoning van Ghazni, die begon met het annexerenvan regio’s tot zijn eigen koninkrijk. Doch, PrithviRaj was meer dan louter een rokkenjager. Toen hetzo ver was verzamelde hij alle krijgsmachten bijelkaar en ging heel dapper naar de uitdagendeinvaller om hem te overwinnen en gevangen te

Page 5: 027 khwaja gharib nawaaz

nemen. Ghauri keerde dat jaar terug om zijn ver-loren eer en prestige te herstellen. Deze keer ont-moette Prithvi Raj hem in Thanesar. Er wordtgezegd, dat hij onder de hoeven van Ghauri’slegerpaarden werd vertrapt. Delhi viel nogmaalsin handen van moesliemsultans.

Het was in de regeertijd van Prithvi Raj, datAjmeer voor het eerst in de schijnwerpers werdgezet. Niet alleen wegens het feit dat hij zijn stadhad verfraaid met een sterk fort, mooie gebouwenen tempels, maar vooral toen op een zonnige mor-gen een vreemde derwisj (islamitische monnik)Ajmeer glorie en zegen had gebracht én voor allesultans en koningen een afgunst zou zijn. Aan hethoofd van ongeveer veertig leerlingen liep de oudeman door om zijn eindbestemming te bereiken diewas toegewezen door zowel de Heilige Profeetsallallaaho alaihi wa sallam alsmede door zijn spiritu-ele leermeester Hazrat Oesman van Harwan, diezelf tot de Chishti Orde behoorde. Hazrat OesmanHarwani, bekend als Haroenie, was ingewijd doorzijn meester Khwaja Abu Isaak van Syrië. Op zijn

Page 6: 027 khwaja gharib nawaaz

weg naar zijn eindbestemming passeerde KhwajaGharib Nawaaz veel wonderen verrichtend dedorpen en steden. Hij overtuigde veel hindoes diebekeerden tot de islam, de godsdienst van éénAllah. De hindoes bekeerden zich tot de islam metzijn velen. Op weg van Lahore naar Ajmeerbekeerden meer dan zevenhonderd mensen tot deislam. Toen Khwaja Gharib Nawaaz (een oudeman met ruw gesponnen kleren, sandalen en eenwandelstok in zijn hand en veertig gehoorzameleerlingen) de poorten van Ajmeer naderde, verza-melden de mensen zich langs de weg om te zienwat de oude moesliem in de stad was komen doen.Zij observeerden of hij geïnteresseerd was in hetfort van rode bakstenen of in hun met goud vergul-de tempels. Dit vroegen zij zich af, omdat in dejaren daarvoor moesliemsultans het land wareningestroomd om te plunderen als gretige boeven.Deze sultans kwamen meestal uit Ghazni, een stadin het zuidwesten van Afghanistan. Een van dezesultans, in het bijzonder, Mahmoed van Ghazni lieteen sterke indruk achter als iemand die meedogen-loos was, iemand die hun dierbare tempels vernie-

Page 7: 027 khwaja gharib nawaaz

tigde, smeed met hun goud en rijkdom,schreeuwend: “Er is geen god maar Goud.” DeRajputs waren beiden trots en erg heldhaftig in hetgevecht. Eerder strekte onder Jai Pal hun konink-rijk zich uit van het onbekende Peshawar tot aanAfghanistan. Dat was de tijd toen zij voor het eerstde groeiende macht van moesliems achter hetgrensgebied van hun land opmerkten. Na verloopvan tijd bundelden alle Rajputs hun macht samen.Jai Pal was niet meer in staat zich langer staande tehouden; hij was overmeesterd door Subuktagin,de vader van Mahmoed. Hij bracht Peshawar enKaboel onder de heerschappij van Ghazni. Jai Palhad afstand genomen van zijn domein tot aanIndia. Subuktagin’s zoon Mahmoed had opeenvol-gend Ajmeer veroverd. Uit schaamte pleegde JaiPal zelfmoord. Tijdens deze tweede confrontatieversloeg en vermoorde hij ook Jai Pal’s zoon. Hijkoos voor zichzelf een groot koninkrijk bestaandeuit delen die tegenwoordig West Pakistan wordtgenoemd.

Page 8: 027 khwaja gharib nawaaz

Tegelijkertijd met Mahmoed van Ghazni kwameen andere bekende heilige soefi, wiens tombe inLahore is, Hazrat Data Ganj Bakhs. Zijn echtenaam was Ali Hijwiri. Terwijl Mahmoed vanGhazni was gekomen om nieuw land te veroveren,kwam Data Ganj Bakhs met als doel nieuwe zielenvoor de islam te verwerven.

In Ajmeer wisselde de macht enige tijd tussenhindoes en moesliems. Prithvi Raj was nog steedsde koning van Ajmeer. Recentelijk had hij demoesliemaanvaller Sahabuddin Ghauri tijdens eengevecht in Triwardi verwoest. Daarna ging hij inAjmeer uitrusten. Prithvi Raj’s aanvankelijke over-winning, in welke hij Ghauri vrijwel snel versloeg,steeg naar het hoofd van de hindoes. Zij werdenerg arrogant.

Hoofdstuk 2De vermoeide reizigers stegen af van hun muil-ezels, paarden of kamelen, sloegen het stof af vanhun gewaad en positioneerden zichzelf bij dedichtbij zijnde camping. Nauwelijks hadden zij

Page 9: 027 khwaja gharib nawaaz

zich neergestreken of zij werden door Prithvi Raj’sstalknechten en tweederangs officieren met hardewoorden aangesproken: “Zien jullie niet dat dit derustplaats en caravanterrein is van de kamelen vande koning? Stap op en ga weg.” Khwaja GharibNawaaz verzekerde hun vriendelijk, dat er vol-doende plaats was voor zowel hen als de kamelen.“O! Neen”, zeiden zij: U kunt hier voor geenmoment stoppen, dit land behoort niet aan U,verdwijn, wij zeggen ga weg van hier.”

“Goed dan”, zei de heilige soefi strokend om nietmet die man in discussie te treden. Ieder anderplaats is net zo goed voor ons als een ander. Wijstonden op en lieten de kamelen achter. Beladenmet een heilige missie vertrokken zij verder hetland in richting Ana Sagar.

Omstreeks de dageraad kwamen de kamelen vanPrithvi Raj zoals gewoonlijk naar hun rustplaats envielen neer. De volgende morgen toen de stal-knechten arriveerden om hen de stal uit te jagenweigerden de kamelen op te staan noch verroer-

Page 10: 027 khwaja gharib nawaaz

den zij zich een centimeter van hun plaats. Dehindoe stalknechten van de koning waren over-tuigd dat het iets te maken had met de derwisjendie hardhandig waren weggejaagd van de plaatswaar de kamelen zaten. Heel opgewonden engefrustreerd gingen zij naar Prithvi Raj om hemover de gebeurtenis te vertellen. Prithvi Raj wasniet al tevreden met de komst van de moesliems.Het was deels angst dat zij waarschijnlijk spionnenkonden zijn van Sahabuddin Ghauri en het landwaren komen verkennen. De angst was meren-deels vanwege de waarschuwing van zijn moederdat zijn heerschappij uit elkaar zal vallen met dekomst van de derwisjen in Ajmeer. Zij had ditgehoord toen zij de horoscoop liet maken bij degeboorte van Prithvi Raj. Wat het ook was, PrithviRaj was erg benieuwd te weten van de derwisj ofhet klopte wat zijn moeder hem had verteld. Hetleek ook te kloppen. Prithvi Raj tegen zijn eigenoordeel in of misschien op aandringen van zijnmoeder stuurde zijn knecht naar de derwisj omvergeving te vragen. Welwillend zei de heiligesoefi: “Akkoord, ga de kamelen zullen nu weer

Page 11: 027 khwaja gharib nawaaz

opstaan.” Toen de knechten teruggingen zagen zijdat de kamelen al waren opgestaan. Prithvi Raj’smannen kregen veel ontzag en bewondering voorde derwisj. Dit was het eerste wonder van deheilige in Ajmeer welke al gauw werd voortgezetmet meer ontzagwekkende en overtuigende won-deren.

Hoofdstuk 3Khwaja Saheb en zijn groep van veertig volge-lingen gingen zitten op het strand van een meer inAna Sagar. Deze stad was genoemd naar koningAna Dew die het meer gevormd had. Rondom hetmeer waren veel tempels verrezen. De grootstetempel lag in het midden omringt door de kleinetempels en was bestemd als gebedshuis van dekoninklijke familie. Deze tempels waren een bronvan inkomsten voor de koning. Honderdduizen-den hindoes kwamen overal uit India vandaangekomen om Ajmeer te bezoeken en giften teschenken ter ere van hun afgodsbeelden. Ookgaven zij grote gelddonaties en maakten er eenpelgrimsoord van. In de loop van de tijd werd dit

Page 12: 027 khwaja gharib nawaaz

meer in Ana Sagar, dicht bij Inderkot (waar tegen-woordig de tombe van de heilige soefi ligt), steedsmeer een heilige plaats voor de hindoes. De heiligesoefi vestigde zijn heilige zetel in het hart vanIndia’s grootste gebedsplaats. Een vooraanstaan-de mooie plaats met honderden zielen, een wareParadijs voor iedere moesliemmissionaris. Sterkernog, de heilige soefi en zijn groep beoogden hetbegerige, alleen hun zin van het verworven bezitwerd gewogen in verschillende waarden. Dehindoes van Ajmeer, meer in het algemeen dehindoes van India, waren van nature niet vroomen ook niet bewust van aanbidding. Conform demoesliemgedachtengoed waren zij ver weg vanhet Rechte Pad. Elke ochtend weergalmde eenbron van vreugde door het geluid van tallozetempelbellen en haastten hindoes zich naar hetmeer voor hun ceremoniële bad, mompelend enmonotone gezangen en bezwering van verschillen-de afgoden. Sommigen wilden overgaan tot tem-pel verering, anderen gingen buiging voor deopkomende zon, weer anderen bogen voor bomen,slangen en koeien. Meer dan duizenden jaren

Page 13: 027 khwaja gharib nawaaz

hebben deze mensen in India geleefd en ontplooi-den een gemakkelijk te begrijpen en levensvatbaarverwantschap met de krijgsmachten die hun voor-deel opleverde. De zon gaf hun licht, de koe melk,de bomen schaduw in de snikhete zon en de slangdie rond kronkelden in hun bossen en hun veldengaven bescherming. Uiteenlopende goden werdenop verschillende manieren aanbeden.

De heilige soefi had veel medelijden met dezemensen. Wanneer hij een wonder verrichtte deedhij dat niet met de bedoeling indruk op de mensente maken zoals andere ordinaire zwarte magischekunstenaars. Hij verrichtte wonderen om de men-sen uit te nodigen zich te oriënteren op de islam, degodsdienst van een Allah, de Schepper van zowelde mensen als het heelal. De heilige soefi die naarAjmeer was gekomen was niet moeilijk te begrij-pen voor de hindoes. Een moesliem derwisj of eenzwervende bedelmonnik die het leven vaarwelhad gezegd was de tegenhanger van de hindoerishies, sannyasien en sadhoes. In India waren veelvan dit soort mensen, maar vooral in de stad

Page 14: 027 khwaja gharib nawaaz

Ajmeer. Zij konden herkend worden aan hun langvloeiend gewaad, as gesmeerd op het voorhoofd,hun hoornachtig gevormde bedelaars kom, hunminnezangersinstrumenten en zelfs velen van henwaren besmeerd met as op hun lichaam. Zelfs inEuropa waren deze feiten over de hindoes onbe-kend. De mensen met zulk levenswijze werdenbroeders of kloostermonnik genoemd. Er was éénding gemeen tussen deze mensen en de moesliemderwisjen, en dat was het feit dat zij alle wereldseplezier vaarwel hadden gezegd. Zij verkondigdenonophoudelijk hun godsdienst en hun levenswijzeaan. Al spoedig, nadat de heilige soefi zijnzendingsgenootschap in Ajmeer had gevestigd,bekeerde hij twee bekende hindoes, namelijkSadhu Ram en Ajai Pal. Sadhu Ram kreeg eenislamitische naam Shadi Dev en de andere ‘Abd-ullah. Een andere bijzondere aanhanger kwam uitRaja’s knechten. Prithvi Raj was nogal kwaad ophem en wenste hem te verwijderen uit zijn krijgs-macht. Deze man kwam bij de heilige soefi klagen.Hij trachtte te pleiten voor zijn zaak tegen PrithviRaj, maar laatstgenoemde trok zich niets van aan

Page 15: 027 khwaja gharib nawaaz

en mopperde boos: “Deze man is hier gekomen omte praten over het bovennatuurlijke.” Hierop her-haalde de heilige soefi: “Prithvi Raj zal een krijgs-gevangene aanhouden tegen het leger van deislam.”

Prithvi Raj was erg boos en vreesde voor dezemysterieuze voorspelling. Hij wist, ondanks datSahabuddin Ghauri eens een nederlaag had gele-den door het toedoen van Khandev Roy en wasteruggedreven naar Khorasan net als zijn voorgan-ger Mahmoed van Ghazni, hij terug zou keren meteen andere krijgsmacht. Het was niet te voorspel-len wat er dan zou gebeuren. Al eerder hadden deofficieren van Rajput hun macht ingezet voor hetterugdringen van deze aanvallers. In de tussentijdgebeurde iets vreemds. Thuis aangekomen droom-de Sahabuddin Ghauri dat hij naast een heiligesoefi stond die tegen hem zei: “Het is bepaald doorAllah dat jij de koning van India gaat worden.Richt je aandacht op Zijn bedoeling, arresteerPrithvi Raj en straf hem.” Toen Ghauri zijn droomvertelde aan zijn kameraden adviseerden allen

Page 16: 027 khwaja gharib nawaaz

hem om in het geheim wraak nemen op PrithviRaj.

Prithvi Raj was erg bedroefd vanwege de aan-wezigheid van de heilige soefi wiens aanhangersverwezen naar de Gharib Nawaaz, de helper vande armen. Daardoor stuurde hij de heilige soefikeer op keer boodschap de stad te verlaten. Inantwoord daarop zei Gharib Nawaaz: “Ik ga, maarSahabuddin Ghauri zal komen om jou eruit tegooien.” Voordat de heilige soefi vertrok instrueer-de hij zijn volgelingen opmerkelijk bij elkaar teblijven in de buurt van Shadi Dev en Abdullah.Beiden werden gerespecteerd en gevreesd door dehindoes. Dev had twee of drie verschillende bete-kenissen in het Sanskriet. Het betekende reus, Jinn(wezens van vuur geschapen), bovennatuurlijkwezen en zelfs god. Dev was zo groot en sterk datPrithvi Raj hem als zijn speciale lijfwacht had aan-gesteld. Het was voor de mensen bijgelovig tedenken, dat hij als een buitengewone bescherm-engel werd gezien. Ajai Pal was een zwarte magiërdie door de mensen werd benaderd de heilige soefi

Page 17: 027 khwaja gharib nawaaz

te pakken nemen. Zij zeiden dat de heilige soefigewend was te vliegen op magische tapijten vanhertenhuid en dat zijn volgelingen op leeuwenzittend zouden komen. Hoe het gedaan zou wor-den, de kunst manipuleerde of creëerde de illusie,dat het uitbannen van de heilige soefi ertoe zouleiden dat Prithvi Raj zou neerknielen en GharibNawaaz zijn Allah, de Gever van kracht en vaar-digheid zou accepteren.

Bij het verlaten van Ajmeer liet hij alles in handenvan deze lokale volgelingen achter en bij sommigevan de meegekomen derwisjen. Hij verliet Ajmeermet zijn nieuwe missie en verkondigde: “DienAllah en Zijn apostel en gehoorzaam de aangewe-zen heerser.”

Hoofdstuk 4De heilige soefi was van plan Ajmeer vijf keer tebezoeken, maar wie was de heilige soefi wat waszijn echte naam en waar vandaan en op wiensgezag kwam hij naar India? Voordat iets over zijn

Page 18: 027 khwaja gharib nawaaz

tweede bezoek wordt geschreven zullen wij ietsover zijn vroegere leven en achtergrond schrijven.De heilige soefi zijn echte naam is Khwaja Moïnud-din Hasan, beroemd gemaakt als Gharib Nawaazdoor zijn volgelingen. Hij stamde af van de familievan de heilige Profeet Mohammed sallallaaho alaihiwa sallam van zowel de vaders- als de moederzijde. Zijn vader was een nazaat van ImamHussain radi Allaho anho en zijn moeder was aan-verwant (tiende generatie) aan de heilige ProfeetMohammed sallallaaho alaihi wa sallam. GharibNawaaz’s overgrootvader Khwaja Sayed AhmedHusain, sinds hij weerzinwekkend gevonden werddoor Abbāsid kaliefen, migreerde van Samara inIrak naar Sanjer in Seistan. Gharib Nawaaz’s groot-vader, vader en hijzelf zijn daar geboren. Zijnvader Ghiyasuddin Hasan was een groot en wel-edelgeleerde en geletterde soefi van zijn tijd. Ditbetekent dat een groot deel van de Abbasid perio-de een vergevorderd karakter had in opleiding engeleerdheid. Er waren veel theologische institutenzoals Nizamiyyas die erkend waren door de Staat.In deze instituten werden meestal de Heilige

Page 19: 027 khwaja gharib nawaaz

Qur’aan, theologie, metafysica en oude dichtkunst(anders dan literatuur van verschillende landen)onderwezen. Hoe dan ook Gharib Nawaaz’s vaderwas misschien geschoold in Sanjer dichtbij Isfahan.Gharib Nawaaz’s moeder, heel interessant om teweten, was een nicht van Hazrat Sheikh Mohiy-yoeddien ‘Abdul Qadir radi Allaho anho van Jilan.De verschijning Gharib Nawaaz behoort tot eenzeer gezegende moederstam. Zijn geboortedatumligt tussen 523 en 537. Over het algemeen wordtaangenomen dat het geboortejaar 530 moet zijn.

Gharib Nawaaz kreeg liefde voor Allah door zijndichtkunst en godsdienstige drang van zijn Soefivader. Gharib Nawaaz kreeg een tamelijk vrijgroot deel van het bezit van zijn vader na diensoverlijden in Bagdad. De geschiedenis is niet zohelder op dit punt of hij daadwerkelijk overleed inBagdad of Sanjer. Kortom, het is een minderbelangrijk punt. Ghiyasuddin was een rijke man.Gharib Nawaaz was amper vijftien jaar oud toenzijn vader overleed. Na de dood van zijn vadervervolgde Gharib Nawaaz de werkzaamheden in

Page 20: 027 khwaja gharib nawaaz

de tuin en de windmolen die hij had geërfd. Opeen dag toen hij de planten in zijn tuin besproeidekwam een Majzoeb (volkomen in Allah’s liefdeopgegaan). Gharib Nawaaz ging snel naar hemtoe, pakte zijn handen vast en begeleide hem naareen koelere plek in de tuin. Als gastheer plukte hijeen vers en sappig tros druiven voor de Majzoeb.Deze derwisj, Ibrahim Qandoezi, was een vromeman. Onder de indruk van zijn verwelkoming ende hartstocht waarmee hij was ontvangen, nam hijeen stuk oliekoek kauwde erop en gaf het aanGharib Nawaaz. Khwaja nam het aan, zonder eni-ge vorm van aarzeling te tonen, en at het op. Dezehandeling was het keerpunt in zijn leven. Onmid-dellijk ervaarde hij een grote transformatie, ietsopzienbarends. Zelfs in de afgelopen 15 jaar hadhij nooit om de wereld gegeven. Niet dat hij eenongelukkig kind was, neen,zijn ouders hielden vanhem. Er werd gezegd dat de moeder hem, tijdensde zwangerschap, de Heilige Qur’aan hoordereciteren. Vanaf het moment dat zij zwanger wasvan dit kind veranderde de atmosfeer in haar huisen werd het een en al een gezegende gebeurtenis.

Page 21: 027 khwaja gharib nawaaz

Op de dag van zijn geboorte was het huis verlichtdoor een Goddelijk Licht. De moeder zag rondomhet jonge kind ontelbare engelen. Spoedig nadat deengelen waren vertrokken schrok zij even toen zijzag dat het pas geboren kind de lichaamshoudingvan een aanbidder aannam. Bang geworden doorde geheimzinnige ervaring nam zij meteen hetjonge kind in haar armen. Op dat momentkwamen nogmaals de hemelse figuren terug meteen vleugje wierookgeur en zoete parfums. Zijvroeg zich af wat dit allemaal betekende en wie diehemelse figuren waren toen een van hen naar haarkwam en zei: “Geachte mevrouw! Gefeliciteerdmet de geboorte van Moïnuddin. Wij zijn engel-bewaarders en zijn gekomen om u te feliciteren.”Daarna verdwenen zij weer. Zelfs als een hummelwas Moïnuddin anders dan zijn leeftijdgenoten.Telkens als een moeder met een kind thuis bij haarkwam en het kind huilde wees Moïnuddin met zijnvinger naar de moeder dat het kind honger had.Op drie á vierjarige leeftijd nodigde hij zijn vriend-jes uit en gaf hun eten. Op een dag toen hij voor Iedin kostuum gekleed was en met zijn vader naar de

Page 22: 027 khwaja gharib nawaaz

moskee ging zag hij een blind kind met gescheurdekleren. Moïnuddin kon het niet aanzien en drongerop aan zijn kleren met die van het blinde kind teruilen én mee te nemen naar de Iedgah.

Na het thuis voltooien van de Heilige Qur’aanstudie ging Moïnuddin naar een school in Sanjerwaar hij Hadith (overleveringen van de HeiligeProfeet sallallaaho alaihi wa sallam) en Fiqh (juris-prudentie) ging studeren. De transformatie na heteten van de oliekoek was zo plotseling en de inslagzo groot dat Khwaja spoedig het huis verliet, dewindmolen verkocht en de tuin aan zijn moederachterliet om zijn twee broers te onderhouden.

Dit was het normale leven van een derwisj, dat hijde rug keerde tegen de wereld op zoek naar Allah.Zijn zwerftochten brachten hem naar grote centrawaar kennis te vergaren waren zoals Bagdad,Samarkand en Bukhara. Zijn twee belangrijksteleermeesters waren Maulana Hisamuddin vanBukhara en Shair-ul-Islam Maulana Sharifuddin.

Page 23: 027 khwaja gharib nawaaz

Hoofdstuk 5In de tijd van Malik (beter bekent als Nasiruddinen later als Muizuddin) in Sanjer voerde hij hetbewind over Khorasan. De bewindvoering wasniet op feiten gebaseerd, overal heerste ontevre-denheid en wetteloosheid. In India maakte deGhazni dynastie zijn laatste met vergeefse pogingom aan de macht te komen. De Ghauri dynastiewas al ingegaan en zich gevestigd. Evenzo ge-vreesd door de Rajputs en zoals voorspeld doorKhwaja Moïnuddin Hasan. Zelfs de dagen vanKhorasan en Seistan onder Nasiruddin warengeteld. Het was de dag van de woestelingen dieopdoken als een grote bedreiging voor Azië. Zij

verschenen in het begin van de 11de eeuw van uithet Oosten en splitsten de macht van de kalief instukken. Bagdad werd machteloos en was daar-door niet in staat haar militaire macht op hetmoesliem keizerrijk uit te oefenen. De Omajjadenin Spanje, de Sjiiet Fatimids in Egypte en NoordAfrika, waren wel gevestigd zonder enige angstvoor de gevolgen van welke centrale macht danook. Noord Syrië en Boven Mesopotamië waren in

Page 24: 027 khwaja gharib nawaaz

verschillende delen opgesplitst elk onder bewind-voering van sommige bekrompen dynastieën. Degrondgebieden in het Zuiden en Oosten warenverdeeld onder de Ghaznavis en andere onbeken-de prinsen, die voortdurend met elkaar in gevechtwaren. Er heerste overal grote verwarring. Zelfssjiieten en soennieten begonnen elkaar in de harente vliegen. Gedurende deze staat van completeanarchie, vanuit de Kirghiz steppen van Turkistan,trad een bevelhebber Seljuk op in een nieuw tijd-perk. Deze Seljuks (woestelingen) gingen wonen inde regimenten van Bukhara. In de loop der tijdgingen zij net zo ver als Khorasan en na enige tijdstonden zij buiten de poorten van Bagdad onderTughril Beg.

Het moesliem keizerrijk was vóór de Tughlaqs inde greep van een groot bloedbad verwikkeld. Kho-rasan zelf was zwaar getroffen en Mashhad enNishapur waren ingestort. Een groot onheil kwamop de moesliems af vooral de heilige soefi mannenwerden onder zware kwelling en martelaarschapgezet. Een bekende heilige soefi Sheikh Najmud-

Page 25: 027 khwaja gharib nawaaz

din Kubra verloor zijn dierbare leven door toedoenvan de Tataars. Deze mongolen of Tataars haddende islam aanvaard en behoorden tot de soennietenstroming. Het komt door deze verwoeste regimen-ten dat Gharib Nawaaz, de derwisj, heen en weerging op zoek naar een mentor om van hem spiritu-ele kennis te leren. Dit gebeurde toen hij ongeveertwintig jaar oud was, voordat hij Ajmeer bezocht.

Gedurende de hele tijd ontmoette hij in Bagdad degrote en meest bekende heilige soefi Qutub-e-Rabbani Haiqel-e-Noorani Mahboeb-e-SoebhaniGhaus-ul-Azam Hazrat Mohiyyoeddien ‘AbdulQadir radi Allaho anho van Jilan. De heilige soefimaakte een opmerking over Gharib Nawaaz ‘dezejongeman wordt een groot figuur van zijn tijd. Hijzal een bron van grote inspiratie, devotie en liefdevoor veel mensen zijn.” Deze is voorspelling isuitgekomen!

Hierna hoorden wij dat hij Irak had verlaten omnaar Arabië te gaan om daar een andere heiligesoefi Khwaja Sayed Oesman Haroun radi Allaho

Page 26: 027 khwaja gharib nawaaz

anho te ontmoeten. Hier verbleef hij twee tot driejaren onder de discipline van deze spirituele leider.Hij bleef de meester als een knecht van dienst zijnom gezegend te worden. Uiteindelijk voltooide hijde basistraining, liefde en nederigheid én werd hijgeaccepteerd als een moeried. Later werd hij aan-gewezen als de opvolger (moershid) en kwam hijin de positie om andere moerieds in te wijden in demystiek. Khwaja Oesman Harwani radi Allaho anhowas de elfde generatie van Hazrat Ali radi Allahoanho. Chishti was de mystieke Orde waartoe zijbehoorden.

Khwaja Gharib Nawaaz’s training onder leidingvan Khwaja Oesman Harwani, welke hem tenslot-te de spirituele beloning gaf om een grote leider teworden, was zonder twijfel een volkomen zwareopleiding over meditatie, gebeden en vasten. Hetvasten deed hij zonder eten acht dagen lang op eenlapje. Hij verbrak het vasten met een droge knap-perig brood en water. Wij weten intussen datKhwaja Gharib Nawaaz radi Allaho anho vanaf zijngeboorte een uitverkorene van Allah was om een

Page 27: 027 khwaja gharib nawaaz

Soefi grootmeester te worden. Ondanks dat hij eengeboren heilige was heeft hij extra devotie enzwaar werk verricht en afstand genomen van alleplezier van het leven, goede eten, goede kleding ensport wat hem tot een voorbeeld heeft gemaaktvoor alle mannen die hem willen volgen. Zijn reli-gieuze leraar Khwaja Oesman Harwani radi Allahoanho had dezelfde weg gevolgd toen hij zelf ookjong was. Aan zichzelf opgelegde strengheidzuivert de ziel en helpt het karakter en persoon-lijkheid van een man op te bouwen. Als je jezelfvan voedsel hebt onthouden dan weet alleen jij wathonger lijden betekent en heb je medelijden enbegrip voor de hongerige en behoeftige. Als je zoarm bent geworden dat je zelfs onvoldoendekleren hebt om je te beschermen tegen de kou zalje beter in staat zijn armoede te begrijpen. Hetleven van een derwisj is niet nutteloos en zelf-mishandeling. Het is een grote lering in dapper-heid en zelfdiscipline.

Hazrat Ali radi Allaho anho, de schoonzoon van deProfeet Mohammed sallallaaho alaihi wa sallam, was

Page 28: 027 khwaja gharib nawaaz

een prominente derwisj. Hij dwong zichzelf totstrikte toepassing van de islamitische wet. Na hetverbreken van het vasten gaven hij en Fatima radiAllaha anha vaak hun magere maaltijd aan bede-laren die aan de deur kwamen. Een man die zichvoortdurend onthoud van voedsel kan doorgaansniet de fysieke kracht opbrengen om de poortenvan het fort Khaiber met enkel een klap open tekrijgen. Hij had een bovenmenselijk prestatie alsresultaat van sommige grote bovennatuurlijkekrachten verworven door het ascetische leven vanbidders, meditatie en vasten. De heilige ProfeetMohammed sallallaaho alaihi wa sallam getuigde enbewees het ascetisme van Hazrat Ali. Als HazratAli heeft altijd heel diep geconcentreerd gebedenwaardoor hij onbewust werd voor de wereldsezaken. Toen een pijl uit zijn lichaam getrokkenmoest worden en de artsen hem daarvoor bewus-teloos wilden maken suggereerde de Profeet dat zijmoesten wachten tot Hazrat Ali in gebed en trancekwam. Hazrat Ali was en is de vader van allederwisjen. Het grote ascetisme van de islam is met

Page 29: 027 khwaja gharib nawaaz

hem begonnen en de spirituele kracht is van hemafgeleid.

Hoofdstuk 6Khwaja Moïnuddin Hasan Chishti ging van plaatsnaar plaats, stad naar stad met de intentie zijngezelschap uit te breiden en meer kennis op tedoen. Van Harwan ging hij naar Bagdad en ont-moette daar Sheikh Abu Najieb Suharwardi radiAllaho anho. Van Bagdad ging hij naar Syrië dat indie tijd werd geregeerd door NoeroeddinMahmoed, een grote heilige bekend als KhwajaQutubuddin Raki radi Allaho anho.

Khwaja Gharib Nawaaz zei: “Op een dag ging iknaar een stad dichtbij Syrië. Hier ontmoette ik eenheilige Ahad Mahmoed Al-Wahidi Ghaznavi. Hijleefde in een verlaten grot, zag er erg zwak uit,mager en steun zoekende zat hij op zijn gebeds-kleed. Naast hem stonden twee leeuwen. Ik durfdeniet dichterbij te komen. Toen de heilige mij zag zeihij: ‘Kom dichterbij en wees niet bang. Als je degedachte niet hebt iemand te pijnigen, zal hij jou

Page 30: 027 khwaja gharib nawaaz

ook niet pijn doen. Wat zijn leeuwen trouwens ombang voor te zijn? Iemand die Allah vreest zaldoor alles gevreesd worden’.” Toen vroeg hij mijwaar ik vandaan kwam. Ik vertelde hem dat ik uitBagdad kwam. Daarop verwelkomde hij mij enadviseerde mij om de derwisjen van dienst te zijnmet de bedoeling eerbied en zegen te verkrijgen.Later wierp Hazrat Ghaznavi licht over zijn levenen zei: “Ver weg van alle streven van de wereldben ik hierheen gekomen om in een grot te wonen.De afgelopen dertig jaren heb ik hier gehuild omde angst voor slechts één ding.” ‘Wat is datmeneer?’” Vroeg Khwaja Gharib Nawaaz. HazratGhaznavi zei: “Zodra ik bid denk ik huilend aanwat voor nut mijn gebeden hebben, als ik niet schikaan de minder belangrijke voorwaarden die daar-mee in verbinding staan. Ongetwijfeld, zodra éénvan deze voorwaarden is verwaarloosd is mijnmoeite voor niets geweest.” De morele les van zijnleven was: “Voldoe aan alle voorwaarden van hetgebed anders zijn ze ongetwijfeld waardeloos.”Het is aan mij te veronderstellen dat anders dan deprestatie van perfecte ceremonie, een staat van

Page 31: 027 khwaja gharib nawaaz

absolute schoonheid, het gezicht naar de juisterichting positioneren, het opvolgen van gebedenmet goede daden en ziel beheersen van allevormen van onzuiverheid was, wat hij impliceerdebij de heilige. Hier vandaan ging de zwervendederwisj naar Kirman. Het is van zijn eigen auto-biografie en reisverslag dat wij een beschrijvinghebben over zijn bezoeken aan verschillende plaat-sen en zijn ontmoetingen met andere derwisjen enheilige soefi’s van zijn tijd. Khwaja Gharib Nawaazging in gezelschap van Sheikh Ahaduddin radiAllaho anho van Kirman samen rondom Kirman.Hier ontmoetten zij een derwisj diepgezonken inbezinning. Khwaja Gharib Nawaaz zei: “Hemdichtbij genaderd te hebben bood ik mijn eerbieden groet aan. Ik observeerde dat zijn gezondheidzwak was en dat hij heel weinig sprak. De gedach-te kwam bij mij op hem te vragen naar zijn gezond-heid. Zoals verwacht kon hij mijn gedachten lezenen begon hij mij over zichzelf te vertellen: ‘O der-wisj, het gebeurde op een dag toen ik met enkelevrienden een begraafplaats bezocht en zij erg on-stuimig toneelspeelden, hard lachten en grapjes

Page 32: 027 khwaja gharib nawaaz

maakten over de dood. Plotseling hoorden wij eenstem uit het graf dat zei: ‘O onbewuste, hoe kan jelachen als iedereen op een dag in het graf terecht-komt en de engel van de dood als een vijand enonderkruiper in gezelschap slangen onder degrond naar je toe zal komen’.” Dit horende stondik onmiddellijk op, kuste de hand van mijn vrien-den en verliet hen vaarwel zeggende. Sindsdienheb ik mij in deze grot opgehouden en ben ik totop heden ontsteld over het voorval. De afgelopenveertig jaren heb ik niet gedurfd naar de hemel tekijken.

Khwaja Gharib Nawaaz vervolgde zijn reis vanKirman naar Tabriz op zoek naar meer kennis enop zoek naar meer soefi’s. Tabriz was bekend omde zetel van Khwaja Abu Saïd die een spirituelegids was van de bekende Jalaluddin van Tabrizradi Allaho anhoma. Hazrat Nizamuddin Awliyahradi Allaho anho, wiens tombe in Delhi (India) is endie behoorde tot de die leeftijdsgroep, zei dat deSheikh zo’n grote soefi was dat zeventig volgelin-gen zoals Jalaluddin radi Allaho anho hem graag

Page 33: 027 khwaja gharib nawaaz

van dienst waren. Hier vandaan ging Khwaja naarAstrabad en kwam in contact met een honderdzeventig jaar oude theoloog Sheikh Nasiruddin dieeen naaste relatie was van Sultan-ul-ArafienSheikh Bayazid Bustami en die het gezelschap wasvan Abu Said Abdul Khair en Sheikh Abdul HasanKhirkani radi Allaho anhoma.

Hoofdstuk 7In Bukhara ontmoette Khwaja Gharib Nawaaz eenderwisj die blind was geworden. Toen KhwajaSaheb aan de derwisj vroeg hoe dat gebeurd wasverklaarde de derwisj: “Toen ik de hoogste spiritu-ele gradatie had bereikt ontwikkelde ik een gene-genheid voor een andere dan Allah. Opdatmoment hoorde ik een stem zeggen: ‘O gij diebeweerde alleen mij lief te hebben, gij ziet andereoogmerken en dingen dan Ik’.” Ik was hierdoor zoverlegen en droevig dat ik tot Allah smeekte ommij gezichtsvermogen te ontnemen, omdat mijnogen afdwaalden naar een ander dan de enige‘Vriend’. Ik was amper klaar met dit gebed of ikverloor mijn gezichtsvermogen.”

Page 34: 027 khwaja gharib nawaaz

In Samarkand bezocht Khwaja het huis van AbulLaïs. In de buurt van dit huis was een moskee.Iemand maakte bezwaar over de richting van demoskee boog. Gharib Nawaaz bewees door be-oefening van zijn spirituele kracht dat de richtingvan de moskee naar de Kaaba goed was. GharibNawaaz bracht dag en nacht biddend twee jarendoor in Memona bij de tombe van Khwaja AbuSaeed Khair radi Allaho anho. Vol respect voor detombe van Sheikh Abul Ansari radi Allaho anhobracht hij zittend op een doekje lange tijd biddenddoor zonder de noodzaak aan frisse ceremoniëlebewassingen. Van hieruit maakte hij zijn gedenk-waardige bezoek aan India waarbij hij eerstMultan bereikte. De Heilige man bij wie hij inMultan verbleef gaf hem de instructie: “Degenedat berouw toont in naam van Allah en reist metdevote liefde doet dit om drie redenen: ‘zich bij-zonder schamen, om verdere zonden te voorko-men en om zich zelf te zuiveren van angst entirannie’.”

Page 35: 027 khwaja gharib nawaaz

In 561 Hijrah (1165 n. Chr.) ging Khwaja naarLahore en bracht daar twee weken door bij detombe van Sheikh Ali Hulweri radi Allaho anhobeter bekend als Data Ganj Bakhs. De plek waar hijzat te bidden is nog steeds behouden als heilig.Van Lahore keerde hij terug naar Ghazni (Balkh enKoh Hisar). Hier vandaan keerde hij weer terugnaar Astrabad en bereikte onderweg Ray. Hiervervoegde hij zich bij zijn meester de grote KhwajaOesman Haroeni radi Allaho anho. Alleen zo’ngrootmeester en spirituele gids kan zulke grotesoefi’s als Khwaja Gharib Nawaaz voortbrengen.Veel verbazingwekkende wonderen zijn aan hemtoegeschreven. Op een dag in Ray ging KhwajaOesman Haroun op zijn gebedskleed onder eenboom zitten en gaf de volgende instructie aan zijnvolgeling Khwaja Fakhruddin radi Allaho anho:“Breng wat sprokkelhout en bereid een maaltijd.”De volgeling zag enkele vuur aanbidders en vroeghun wat houtskool voor het aanmaken van vuur.De vuuraanbidders waren verontwaardigd en zei-den dat het vuur hun god was en niet kon wordengedeeld. Teruggekeerd bij zijn meester vertelde

Page 36: 027 khwaja gharib nawaaz

Khwaja Fakhruddin het verhaal. Intussen had demeester zijn gebed verricht en nadat hij zijn woe-zoe had gemaakt ging hij naar de vuuraanbidders.Daar ontmoette hij een oude man Yakhsha, die opeen ijzertroon zat, met een zeven jaar oud kind inzijn lapje verwikkeld en omringd door ontelbarevuuraanbidders die verdiept waren in aanbidding.Khwaja Oesman Haroun radi Allaho anho probeer-de deze mensen te bewijzen, dat vuur een ordinai-re schepping was die geblust kon worden metwater. Het was beter voor hen om de Schepper vanhet vuur te aanbidden. De vuuraanbidders zeiden:“Het is een belangrijke handeling in onze gods-dienst en is een bron van onze redding.” De mees-ter daagde hen uit om hun handen in het vuur testeken en zelf te ervaren of het vuur hen verbrand-de of ontzag. De man zei: “Het karakteristieke vanvuur is dat het verbrand en wie is degene die nietkan verbranden.” Khwaja Oesman radi Allaho anhoverklaarde, dat vuur net als elk ander onderwor-pen aan de Wil van Allah is onderworpen. En alsbewijs demonstreerde hij het door het zeven jaaroude kind in zijn arm vast te pakken en in het vuur

Page 37: 027 khwaja gharib nawaaz

te springen waarbij hij het volgende gebedreciteerde: “In de naam van Allah, de Genadevolle,de Barmhartige. O vuur wordt koel en wees veiligvoor Ibrahim.” De vuuraanbidders schrokken vanangst en verwachtten een hevig getier en huilbui-en. Na vier uren, welke een eeuwigheid leek voorde ooggetuigen, kwam de heilige Khwaja Oesmanmet het kind veilig en gezond te voorschijn. Deoude Yakhsha was opgelucht en verbaast en zeezeker immens. Hij vroeg de jongen hoe hij zichvoelde toen hij in het vuur was. De jongen zei: “Inaanwezigheid van de Sheikh leek het alsof ik eentuin bezocht.” Hierna bekeerden alle aanwezigenzich tot de Islam en geloofden alleen nog in Allah.Yakhsha werd vernoemd naar Abdullah en dejongen naar Ibrahim.

Hoofdstuk 8Na een periode van twee jaar van devotie en be-hulpzaamheid kreeg Sheikh Abdullah een gewaadvan dienstbaarheid en respect en werd zijn zoonvervolgens een soefi. In deze tijd ging KhwajaOesman Haroun van Bagdad naar Ray. In Bagdad

Page 38: 027 khwaja gharib nawaaz

ontmoette Gharib Nawaaz hem en werd ingewijdals zijn Moeried. Hij schreef zelf de details vandeze ceremonie: “Ik Moïnuddin Hasan van Sanjer,iemand die de ander het beste toewenst van allegelovigen, heb de eer Khwaja Oesman Haroun radiAllaho anho te ontmoeten in de moskee van KhwajaJunaid radi Allaho anho van Bagdad. Zijne Heilig-heid was omringd door verschillende soefi’s. Ophet moment dat ik mijn eerbied betuigde met mijnnederige buiging vroeg mijn mystieke leermeester,Zijne Heiligheid Khwaja Oesman Haroun, mijtwee keer neer te buigen. Verder instrueerde hijmij om met mijn gezicht naar de richting van deKaaba te staan en hoofdstuk 2 Al-Baqarah (de koe)uit de Heilige Qur’aan te reciteren. Dat deed ikook. Hij beviel mij eenentwintig keer zegeningenuitspreken voor de Heilige Profeet Mohammedsallallaaho alaihi wa sallam. Ik gehoorzaamde. Toenstond Khwaja Oesman Haroun op, hield mijn handvast, keek naar de hemel en zei: ‘kom, ik zal jouAllah laten bereiken’. Hierna nam hij de Miqraz(schaar) en zette het op het hoofd van zijn onwaar-dige vierhoekige hoed en een toga. Vervolgens

Page 39: 027 khwaja gharib nawaaz

vroeg hij mij te gaan zitten. Het is een gewoonte bijons dat een nieuweling, in deze Orde, godsdiensti-ge ceremonies als ascetisme in één dag en éénnacht moet volbrengen. Deze opdracht voltooideik. De volgende dag liet hij mij zittend hoofdstuk112 Al-Ikhlaas (de absolute Eenheid) uit de Heili-ge Qur’aan vierduizend keer reciteren. Nadat ikook die opdracht had voltooid vroeg hij mij naarde hemel te kijken waarop hij vroeg: ‘Hoe ver kunje zien?’ Ik antwoordde ‘tot de Grote Troon’. Daar-na moest ik omlaag kijken en hij vroeg mij: ‘Hoever kun je nu zien?’ Ik zei ‘tot aan het land van detegenvoeters’ (Antipode). Nogmaals moest ikhoofdstuk 112 uit de Heilige Qur’aan reciteren,maar nu duizend keer. Toen ik ook deze opdrachtvolbracht had vroeg hij mij wederom omhoog tekijken waarop hij vroeg hoe ver ik nu kon zien. Ikantwoordde ‘tot het Grote Geheim’. Hierna vroeghij mij mijn ogen te sluiten en weer te openen. Hijwees met twee vingers en vroeg: ‘Wat zie je nu?’ Ikantwoordde ‘achttienduizend werelden’.” Vervol-gens moest ik een baksteen optillen waaronder eenpaar dinars lagen. Deze moest ik onder de armen

Page 40: 027 khwaja gharib nawaaz

verdelen. Op aandringen van de meester bleef ikenige tijd in zijn gezelschap.

Aan Gharib Nawaaz, voordat hij de wereld inwerd gestuurd als een prominente soefi, werdende volgende geheimen onthuld: “Het vierhoekigehoofddeksel van onze Orde impliceert vier dingen.Ten eerste verstoting van de wereld, ten tweedezelfkastijding tot dat alleen Allah overblijft en nietsverder en ten derde verwerping van slaap en voed-sel voor zover het niet absoluut noodzakelijk is enals laatste verstoting van hartstocht.” Iemand dievolgens deze vier voorwaarden leeft is verhevenom het vierhoekige hoofddeksel te dragen. KhwajaGharib Nawaaz was op dat moment 52 jaar oud.Toen hij naar Bagdad vertrok volgde zijn meester,bevangen door de liefde voor zijn leerling, hem totBagdad en daar vandaan ging hij verder naar Foe-laaja en later naar Mekka. In Mekka bij het bezoekvan de Kaaba heeft zijn spirituele gids voor hemgebeden. Een stem werd gehoord die zei: “Wijhebben Moïnuddin geaccepteerd.” Het was eenbijzondere spirituele climax. Hij werd opgedragen

Page 41: 027 khwaja gharib nawaaz

zijn respect te tonen en te salueren. Gharib Nawaazzo nederig mogelijk meer overweldigend. Weder-om hoorde men de stem zeggen: “Vrede zij met Uen ook het Hoofd van de vrome der aarde en zee.”Hierop merkte Khwaja Oesman Haroun op: “Nuheb je daadwerkelijk de volmaaktheid bereikt.”

Hoofdstuk 9Gharib Nawaaz reisde van her naar der, altijd opzoek naar godsdienaren. Waar hij ook ging ver-bleef hij bij soefi’s van wie hij iets te leren. In Uchgenoot hij van het gezelschap van een wijsgeerwiens advies bij vertrek was: “O derwisj! Wat jeook krijgt, geef het weg in naam van Allah. Spaarnooit geld. Geef de armen eten zodat zij een vriendvan Allah kunnen worden.”

Van Uch ging hij naar Seistan en Damascus enkeerde vervolgens terug naar Bagdad. Weer ver-volgende vanuit Bagdad zowel de meester als zijnleerling Gharib Nawaaz hun reis. Gedurende tienjaar reisden zij van her naar der op zoek naargodvrezende mannen. De leerling, zoals altijd,

Page 42: 027 khwaja gharib nawaaz

droeg het beddengoed en de waterkan van zijnmeester op zijn hoofd. In Uch werd GharibNawaaz voorgesteld aan Qutub Saheb, een zoge-naamde heilige. Hij was pas vier jaar oud. Terwijlhij het kind onderwees en op een stuk lei leerdeschrijven zei een stem binnen in hem: “O Khwajawacht een tijdje. Qazi (rechter) Hamiduddin vanNagore zal komen, schrijf de voordracht met alskandidaat Qutub.”

In Seistan verbleven zij bij een derwisj, SadruddinMohammed Ahmed, in zijn kluizenaarshut.Sadruddin was een grootmoedige man en vannature goedgezind. Hij zou nooit iemand buitenhem om laten deelnemen aan het gezelschapzonder iets onveranderlijks van het onzichtbarevan hem gekregen te hebben. Hij zei altijd: “Bidvoor mijn wilskracht jegens het geloof, zodat ik hetmee kan nemen in mijn graf, ik heb veel bereikt.”Het graf was voor de heilige zijn dwanggedachte.Hij was in de greep van angst voor de dood,treurig gedurende zeven dagen hangende op eenlapje en stond in de open lucht met zijn ogen wijd

Page 43: 027 khwaja gharib nawaaz

open. Wij zouden ons moeten afvragen wat voorsoort heilige hij eigenlijk was. Nadat hij weer innatuurlijke houding was teruggekeerd zei hij: “Odierbaren, ik zal spoedig dood gaan. De engel vande dood is nabij. Hoe kan ik wellicht blij of vrolijkzijn wetende dat de Dag des Oordeels spoedig zalkomen. Hoe kan iemand onder zulke omstandig-heden blij zijn, zelfs met zijn werk. Toen zei hij: ‘Odierbaren, als je enig idee hebt van wat zich onderde grond afspeelt, wie de prooien zijn van deslangen en wie begrenst zijn tot de gevangenis vanhet graf, dan zul je smelten als boter onder dezon’.”

Op zijn vervolgreis naar Medina stopte hij bij eenmoskee in Damascus. Voor de moskee was eenbegraafplaats van ongeveer twaalfduizendprofeten. Het is befaamd als de plaats waar al jehartenwensen worden vervuld. Khwaja GharibNawaaz was in gezelschap van zijn leermeester entwee andere soefi Sheikhs Ahaduddin Kirmani enMohammed Arif. Zij discussieerden veel op religi-euze punten. Ten slotte kwamen zij op het onder-

Page 44: 027 khwaja gharib nawaaz

werp aan van derwisjen die wonderen verrichten.Als bewijs stak Hazrat Oesman Haroun radi Allahoanho zijn hand onder zijn gebedskleed en haaldeenkele dinars te voorschijn. Hij vroeg iemand watsnoepgoed mee te kopen en dat onder de armen teverdelen. Sheikh Ahaduddin Kirmani raakte eenstuk hout aan en veranderde het in goud. GharibNawaaz deed uit eerbied van zijn meester niets.Khwaja Oesman Haroun keerde zich, verrast doorde houding van zijn leerling, om en zei “je hebtniets gedaan?” Nadat Gharib Nawaaz toestem-ming kreeg om zijn spirituele krachten te tonennam hij vier Qurs (kleine korrels) uit zijn zak en gafhet aan een hongerige derwisj. Deze derwisj enSheikh Mohammed Arif merkten beiden gelijktij-dig op dat geen derwisj zijn zout waard was als hijgeen wonder kon verrichten.

In Sanjar ontmoette Gharib Nawaaz, tijdens zijnterugreis uit Bagdad, Sheikh Najmuddin Rubia(degene die later door de Tartaren werd gemar-teld). Hij verbleef tien weken bij hem. Opnieuwontmoette Gharib Nawaaz Hazrat Sheikh Abdul

Page 45: 027 khwaja gharib nawaaz

Qadir radi Allaho anho (Ghaus-e-Pak), maar dezekeer in Gail. Hij bleef in zijn gezelschap gedurendevijf en zeventig dagen. Ghaus-e-Pak, de grootstesoefi, bestookte hem met zegeningen. Het leek datGharib Nawaaz’s leven erop gericht was zijn heleleven door te brengen in het zoeken en ontvangenvan zegeningen van heilige soefi’s. Het leek er ookop dat hij ruimschoots deze had bereikt. Nuchtergezien, bij gratie van Allah, overgoot zijn spiritueleleermeester en beschermheilige hem met allekennis die hij bezat. Het is heel bijzonder tegeloven in de hemelse stem die Gharib Nawaazverklaarde tot het ‘Hoofd der Vromen op aarde enzee’ en het verheffen van hem tot Opper lid onderde heilige soefi’s.

In Bagdad besloot Khwaja Oesman Haroun radiAllaho anho enige tijd een afgezonderd leven teleiden. Hij vertelde Gharib Nawaaz dat hij enkeledag niet beschikbaar zou zijn en dat hij GharibNawaaz na zonsopgang zal ontmoeten. Dat zal hetmoment zijn waarop hij zal besluiten aan GharibNawaaz de geheimen van de mystiek en Goddelij-

Page 46: 027 khwaja gharib nawaaz

ke kennis te onthullen, zodat hij deze kennis aanzijn volgelingen en liefhebbers kan doorgeven.Gharib Nawaaz volgde de instructies van zijnmeester op en iedere ochtend na zonsopgang, opeen zelfde tijdstip, zat hij aan de voeten van zijnmeester met pen en papier de mystieke en God-delijke kennis op te schrijven. Hij schreef in totaalachttien hoofdstukken en noemde het boek Anis-ul-Arwāh. Hij voegde dit toe tot zijn spirituelegenealogie, bijgevolg door de volgende opdracht:“Hij is inderdaad een opvolger en een zoon vanzijn spirituele leider die zijn leerstellingenopschrijft en het toevoegt aan zijn genealogie.”Om verder de positie van zijn opvolger GharibNawaaz te versterken schonk Khwaja OesmanHarwani radi Allaho anho het spirituele gewaad vanSheikh Ahaduddin van Kirman en SheikhSahabuddin Suharwardi radi Allaho anhoma. Dezefeiten zijn opgetekend in Mirat-ul-Asrar Perzischemanuscripten die nu in de Brits Museum Biblio-theek zijn bewaard en van vitaal belang zijn voorzijn opvolgers.

Page 47: 027 khwaja gharib nawaaz

Door zijn meester nog eens tweeëntwintig dagenvan dienst te zijn tijdens zijn reizen gingen zij uitelkaar in Bagdad op twee en vijftig jarige leeftijd.Hij kreeg van zijn meester het eerbewijs van heili-ge relikwieën van de Heilige Profeet sallallaahoalaihi wa sallam die in het beheer zijn van deChishti Orde en van opvolger tot opvolger wordtovergedragen. Deze relikwieën zijn een stok, eengewaad, zandalen en een gebedskleed. Voordat demeester het overdroeg adviseerde hij: “Gij zult derelikwieën bewaren zoals wij dat hebben gedaan.Vertrouw ze uitsluitend toe aan een echte zoeker.Accepteer niets van wie dan ook. Leef ver van henen houd je afzijdig van het openbare leven. Vraagniet en wees niet veeleisend van de wereld.”Hierna omhelsde hij zijn spirituele zoon en kustehem op zijn voorhoofd en ogen en liet hem gaanmet de woorden: “Ik vertrouw je toe aan Allah.”

Hoofdstuk 10Khwaja Gharib Nawaaz radi Allaho anho had hetgewaad van de Kalifaat ontvangen en vertrok.Even verbleef hij bij de begraafplaats totdat hij was

Page 48: 027 khwaja gharib nawaaz

opgevallen als een heilige soefi. Vergezeld doorFakharuddin, een volgeling van Khwaja OesmanHarwani, ging hij naar Uch en later naar Isfahanwaar hij de beschermheilige van QutubuddinBakhtiar, de grote Sheikh Mahmoed van Isfahan,ontmoette. Hier werd Qutub door hem ingewijdals zijn leerling en gaf hem zijn eigen gedragenkleren die de inwijding tot de Chishti Orde sym-boliseerde. Qutub was op dat moment veertienjaar oud. Hij vergezelde Khwaja Gharib Nawaazop zijn pelgrimstocht naar Mekka en ontmoettetijdens die reis een andere derwisj die zich de zoonvan Sheikh Mohammed Aslam Toesi noemde. Hijgaf hetzelfde waardevolle advies dat ook doorandere derwisjen worden gegeven: “Geef exclusie-ve devotie aan Allah en vermijd de wereld.”

Bij de Kaaba hoorde Khwaja Gharib Nawaaz, diep-gezonken in gebed, een stem zeggen: “O Moïnud-din! Wij zijn tevreden met u. Vraag wat u wenst enWij zullen u die schenken.” Hierop vroeg KhwajaGharib Nawaaz met nederigheid: “O Allah, ver-leen verlossing aan de volgelingen van Moïnud-

Page 49: 027 khwaja gharib nawaaz

din.” Hierop antwoordde Allah: “O Moïnuddin,uw wens is ingewilligd. Ik zal vergeving verlenenaan de volgelingen en aan een ieder die uw Ordebenadert tot de Dag des Oordeels.”

In Medina ontving Khwaja Gharib Nawaaz deGoddelijke opdracht: “O Moïnuddin! Gij bent dehelper van mijn godsdienst. Ik vertrouw aan gij hetland Hindoestaan (India). Ga naar Ajmeer enspreid daar de Waarheid.” Khwaja GharibNawaaz opgetogenheid kende geen grenzen, maarhij vroeg zich af waar de stad Ajmeer lag. Toen hijin slaap viel zag hij het gezegende gezicht van deHeilige Profeet Mohammed sallallaaho alaihi wasallam die hem de stad, de forten en de exactelocatie wees. Bij de afronding van dit alles gaf deProfeet sallallaaho alaihi wa sallam hem een granaat-appel.

Hoofdstuk 11Het kwam door het vooraanstaande en prominen-te mandaat van de Heilige Profeet Mohammedsallallaaho alaihi wa sallam, dat Gharib Nawaaz naar

Page 50: 027 khwaja gharib nawaaz

Ajmeer in India kwam. Gedurende zijn reisontving hij achtereenvolgens veertig nachten langbezoek van verschillende heilige soefi’s en deHeilige Profeet sallallaaho alaihi wa sallam die hembeviel Qutubuddin tot zijn Kalief te maken en hemhet gewaad te confereren. Ten slotte hoorde hijAllah een gelijksoortig bevel uitspreken: “OMoïnuddin! Draag aan Qutubuddin het gewaadvan de derwisjen over en maak hem tot uw Kalief,omdat hij onze vriend is en dat van de HeiligeProfeet sallallaaho alaihi wa sallam. Hij is de uitver-korene en wij rekenen hem tot onze vriend.”Gharib Nawaaz voerde de opdracht uit in de mos-kee van Abul Laïs in Samarkand in aanwezigheidvan Sheikh Sahabuddin, Sheikh Dawoed vanKirman, Sheikh Burhanuddin Mohammed Chishtien Sheikh Tajuddin Mohammed radi Allaho anhomavan Isfahan. Hij plaatste op het hoofd van Qutu-buddin de vierhoekige hoed. Dit gebeurde in hetjaar 586, Qutubuddin was pas zeventien jaar oud.

Eén van de bekende voorspellingen van GharibNawaaz maakte Sultan Shamsuddin Iltamash

Page 51: 027 khwaja gharib nawaaz

bezorgt. Baba Faried Ganj Shakar radi Allaho anhociteerde Qutub Saheb als volgt: “Op een dag inBagdad, terwijl Sheikh Moïnuddin, SheikhAhaduddin van Kirman en Sheikh SahabuddinUmar Suharwardi en hij zelf (Qutub) radi Allahoanhoma bij elkaar zaten, passeerde op gegevenogenblik Shamsuddin Iltamash met een kop in zijnhand. Hij toen amper twaalf jaar oud. De Sheikhshoorden Moïnuddin, bij het zien van deze jongen,zeggen dat zolang deze jongen niet de koning vanIndia is geworden hij niet zal doodgaan.” Als jeeen student bent van de Indiase geschiedenis zul jete weten komen hoe deze voorspelling de waar-heid werd.

Gharib Nawaaz Chishti ging van Bagdad naarHerat en daar vandaan in gezelschap van zijnKalief Qutub naar Sabzawar in Afghanistan. Waarhij ook naartoe ging en enige tijd verbleef zagen demensen zijn wonderen. De koning van Sabzawarwas een grote tiran. Toen Moïnuddin plaats namin de tuin om zijn gebeden te verrichten kwam dedienstbode van de koning Yadgar Mohammed

Page 52: 027 khwaja gharib nawaaz

naar hem toe en zei, dat Gharib Nawaaz uit de tuinmoest, omdat de koning in de tuin zou komen endaar voorbereidingen voor het koninklijk bezoekgetroffen moesten worden. Moïnuddin wasvermaakt te zien hoe ontsteld de dienstbode was.“Als je bang bent, ga daarginds onder de boomzitten en zie wat er gebeurd bij gratie van Allah.”De dienstbode spreidde een luxe karpet uit dichtbij de fontein en was niet van plan om met dederwisj verder te discussiëren. Toen de koningarriveerde en de derwisj daar zag zitten schoffeer-de hij zijn dienstbode, omdat hij Hazrat Moïnud-din daar had laten zitten. Op het moment dat dekoning in de ogen van de derwisj keek voelde hijzich volkomen machteloos. De dienstbode viel opzijn knieën en smeekte de derwisj om de koningweer bij bewustzijn te brengen. De derwisj deeddat door water van de fontein op de heerser tesprenkelen en het opzeggen van enkele gebeden.

Weer bij bewustzijn komende werd de tiran eenandere persoonlijkheid. Hij werd een toegewijdeMoeried van de derwisj, gaf al zijn criminele

Page 53: 027 khwaja gharib nawaaz

gedragingen op en verdeelde zijn rijkdom onderde armen. Hij volgde zelfs Gharib Nawaaz naar deShadman fort, waar hij na het voltooien van zijnberouw de instructies kreeg om dat domein temanagen. Gharib Nawaaz zelf verliet India. Vande Shadman fort ging Gharib Nawaaz naar Lahorevia Multan. Onderweg stopte hij bij Samana inPatiala. Wij hebben u al eerder verteld hoe PrithviRaj’s moeder twaalf jaar geleden hem door haarastrologische berekeningen had gewaarschuwd,dat een Fakir uitziende als Gharib Nawaaz uitein-delijk zijn afgang zou veroorzaken. Prithvi Rajstuurde spionnen het land in om de man te zoekendie uitzag als Gharib Nawaaz. Uiteindelijk werdGharib Nawaaz in Patiala gezien door de mannenvan Raj. De heilige weigerde te stoppen. Hij vertel-lende de spionnen dat hij een Goddelijk mandaathad gekregen en dus met zijn veertig Moerieds opweg was naar Ajmeer. Dit was in het jaar 587Hijrah(1191 n. Chr.).

Wij zijn begonnen dit verhaal te schrijven hoeKhwaja Moïnuddin Chishti radi Allaho anho in

Page 54: 027 khwaja gharib nawaaz

India was aangekomen en hoe hij door Prithvi Rajwerd gedwongen Ajmeer te verlaten. Voordat hijde stad verliet had hij de Raja (koning) gewaar-schuwd dat het slechts om enkele dagen ging wan-neer zijn troon door de komst van Ghauri omvergeworpen zal worden. Daarna vernamen wij,terwijl Gharib Nawaaz naar Ghazni ging, datGhauri onderweg was. Binnen enkele dagen gafSahabuddin Ghauri een meest vernietigende ne-derlaag aan Prithvi Raj, die een bijeenkomst hadgeorganiseerd met op z'n minst 150 Rajas(koningen), een strijdmacht van 300.000 man en3.000 olifanten. Jai Chand had zoals verwacht hemverraden door Ghauri uit te nodigen India aan tevallen. Het was een vreselijke oorlog aan de oeversvan Saraswati waar Prithvi Raj onder de voetenvan Ghauri's mannen werd vertrapt. Sommigegeschiedkundigen zijn van mening dat Prithvi Rajwas verslagen in Thanesar en naar Ghazni mee-genomen waar hij vervolgens overleed.

Nadat Sahabuddin Ghauri de steden Sarsti, Hansi,Samana en Kehram had veroverd keerde hij terug

Page 55: 027 khwaja gharib nawaaz

naar Ajmeer. Met enige weerstand benoemde hijhier vandaan de Prithvi Raj's zoon Gola als devolgende koning onder voorwaarden, dat hij hetbetalen van rijksmiddelen zou voortzetten. In-tussen had Ghauri bij dageraad Ajmeer bereikt ende oproep voor het avondgebed galmde rondomde stad. Ghauri was verrast om de Azaan inAjmeer te horen. Informerend hoe dat mogelijkwas werd hem duidelijk, dat een groep rond-reizende derwisjen zich in de stad hadden geves-tigd. Ghauri ging onmiddellijk naar de moskeewaar de gelovigen in de rij stonden. Hij sloot zichin de rij aan bij de mannen. Na het gebed keek hijnaar Gharib Nawaaz en riep dat hij de heilige manwas die hij in zijn droom had gezien. Ghauri vielonmiddellijk voor de voeten van de heilige enbarste uit in tranen zoals een kind dat doet. Voorzijn succes had hij een groot deel te danken aan deheilige. Na de overwinning had Ghauri het zodruk gekregen dat hij geen enkele dag had kunnenslapen.

Page 56: 027 khwaja gharib nawaaz

Sahabuddin Ghauri benoemde Qutubuddin, zijnTurkse slaaf, als de heerser van Delhi. Zelf vertrokhij naar Ghazni waar hij kort daarna overleed. NaQutubuddin kwam Iltamash, een twaalf jarige jon-gen die intussen volwassen was geworden, overwie Gharib Nawaaz had voorspeld dat zolang dejongen niet de koning van India was geworden, hijdeze wereld niet zou verlaten.

Hoofdstuk 12India was nu tijdelijk en spiritueel gedomineerddoor moesliem Sultans. Nadat dit doel was bereiktprobeerde Gharib Nawaaz spoedig naar Bagdad tegaan waar de residentie was van zijn mentor engids. Na enige poos in Bagdad te hebben verblevenging hij terug naar India. Onderweg verbleef hijenige tijd in Balkh. Wat was de heilige GharibNawaaz toch een reiziger! Eens toen hij een kleinstadje Kashba passeerde moest hij zijn vasten ver-breken bij zonsondergang. Hij was genoodzaakt ineen park te gaan die behoorde aan een beroemdefilosoof en hooggeleerde die soefi’s minachtte. Zijnnaam was Ziauddin en hij was een kleine school

Page 57: 027 khwaja gharib nawaaz

begonnen waar hij medicijnen en filosofie onder-wees. Gharib Nawaaz had met een pijl een vogelneergeschoten en aan een moeried gegeven om tebraden, terwijl hij zelf ging bidden.

Toen Ziauddin dit zag gebeuren ging hij naar dederwisj en zijn moeried. Hij ging naast het vuurzitten wachten tot dat Gharib Nawaaz zijn gebedhad verricht en hij zijn denkpatroon over de religiemet Gharib Nawaaz kon bespreken. Toen GharibNawaaz zijn gebed had beëindigd kwam hij bijhem zitten en gaf hem een been van de gebradenvogel. Zelf nam hij een deel van de rest. Ziauddinhad niet eerder dergelijke voedsel genuttigd enviel flauw. Gharib Nawaaz bracht hem tot bewust-zijn nadat hij hem een gekauwd stukje vlees hadtoegediend. Ziauddin werd daarna een overtuigdevolgeling van Gharib Nawaaz.

Gharib Nawaaz ging van Balkh naar Ghazni endaar vandaan vervolgens via Lahore naar Delhi enAjmeer. Dit was zijn vierde bezoek. Na dit korte

Page 58: 027 khwaja gharib nawaaz

verblijf vertrok hij naar Khorasan om zijn boek-werk af te ronden.

Enkele van zijn boeken zijn:1.Anis-ul-Arwāh (bevat spirituele dialogen van

zijn meester)2.Hadith-ul-Maurif (een uitzonderlijk boek)3. Risala Maujudia (een ander uitzonderlijk boek)4.Kanz-ul-Asrar (special geschreven als leidraad

voor Iltamash en bevat Qur’aan gerechtelijkebevelen en overleveringen van de Heilige Profeetsallallaaho alaihi wa sallam )

5.Kashf-ul-Asrar (een klein boek).

Gharib Nawaaz was geen eenvoudige derwisj. Hijhad zijn leven strikt gedisciplineerd in overeen-stemming met de leerstellingen van de HeiligeProfeet sallallaaho alaihi wa sallam zoals vasten,bidden en armenbelasting betalen. Gedurende ze-ventig jaar van zijn leven heeft hij gereisd op zoeknaar godvrezende mensen en de waarheid die hijvan hen kon leren. Zijn Moeried Qutub ging zelfszover in het vertellen van zijn grootheid, dat

Page 59: 027 khwaja gharib nawaaz

Gharib Nawaaz op gegeven ogenblik op eenbepaald niveau van spirituele verworvenheidAjmeer niet meer hoefde te verlaten, maar werdaangetroffen bij de Kaaba waar hij zijn Hadjbehoorlijk vervulde. Dit feit werd bevestigd doorHadji’s. Hazrat Moïnuddin deed smeekbede voorredding van zijn volgelingen. Ook was gehoorddat hij als volgt smeekbede deed: “O Allah, overalwaar pijn is uit liefde geef dat aan Uw dienaarMoïnuddin.” Khwaja Saheb's grootste kwaliteitwas het vrij veel zegenen van de mensen. Saha-buddin Ghauri en Iltamash, later bekend gewor-den als grote koningen en opperheer van India,was ook een vrome Moesliem die de Islam besten-digde in het land. Bij de gratie van Allah, het isdoor de gebeden van deze zwervende derwisj datzij hun doel bereikten. Hij was niet alleen dekoning der koningen en iemand die koningen be-noemde, maar hij hielp arme mensen door zijninvloed ruimschoots uit te oefenen.

Op een dag ging hij zelf naar Qutubuddin Aibak inverband met een arme boer zijn verzoek. “Waarom

Page 60: 027 khwaja gharib nawaaz

heeft Uwe Hoogheid zoveel moeite genomen omhierheen te komen? Slechts een woord van U wasvoldoende”, zei de koning. “Het zal wel waar zijn,maar U moet weten dat een gelovige dichter bij degratie van Allah is op momenten dat hij schande enarmoede leid. Toen deze boer bij mij kwam zag ikdat hij erg van streek was. Ik mediteerde en badvoor hem. Allah Ta’ala bepaalde dat het delen vaniemand zijn verdriet en zorg niets anders is daneen andere vorm van aanbidding van Allah. Daar-om heb ik deze reis ondernomen om de liefde vanAllah te krijgen.” Dat vertelde de Awliyah radiAllaho anho aan de koning. Onnodig te zeggen datde boer zijn petitie ontvankelijk werd verklaard.

In Delhi was een andere heilige man, namelijkSheikh Najmuddin Kubra. Gharib Nawaaz hadhem al eerder in Khorasan ontmoet, maar hij hadniet de moeite genomen om Gharib Nawaaz tebezoeken. Khwaja Saheb ging bij hem op bezoeken zei: “O Najmuddin Kubra! Wat is U overkomen,dat U trots bent op het zijn van een Sheikh-ul-Islamdie oude touwen breekt en oud bekenden

Page 61: 027 khwaja gharib nawaaz

vergeet.” De Sheikh viel meteen excuserend voorde voeten van Gharib Nawaaz en zei: “QutubSaheb heeft mij gedegradeerd in de hoogachtingvan mensen. Sinds Uw Moeried hierheen is geko-men heeft hij al mijn Noer (Licht) gestolen en is zelfhet sleutelfiguur geworden van alle mensen. Ikben een Sheikh alleen van naam en krijg geenaandacht.” Dit horende zei Gharib Nawaazvermaakt: “Goed, dan zal ik deze vlam van Uwhart meenemen naar Ajmeer.” Toen Gharib Nawaaz met zich Qutub Sahebmeenam werd Sultan Shamsuddin Iltamash ergverdrietig en van streek gebracht. Hij verzochtGharib Nawaaz om Delhi niet te beroven. Op hettweede gezicht toen hij zag hoe ontstelt de mensenwaren geworden door het voorgenomen vertrekvan Qutub Saheb zei hij: “Ik vertrouw deze stadaan U.”

Gedurende de laatste dagen van Gharib Nawaazin Ajmeer was de vertrouweling (Moeried) QutubSaheb voortdurende bij hem. Op 14 Jumadi-us-Thani 627 Hijrah zei Gharib Nawaaz vaarwel aan

Page 62: 027 khwaja gharib nawaaz

Qutub Saheb en de wereld. Khwaja Saheb maaktevan Qutub Saheb zijn succesvolle opvolger zoalshij zelf werd gemaakt door Hazrat KhwajaOesman Harwani radi Allaho anho. Zijn laatsteadvies aan Qutub Saheb was: “Ga waar je ook wiltleven, maar leef als een volmaakte man.”

Vlak voor het uitblazen van zijn laatste adem nahet avondgebed ging hij naar zijn kamer en deedde deur achter zich dicht. Gedurende de heleavond hoorde de menigte die zich om en bij zijnkamer hadden verzameld mysterieuze en mystie-ke geluiden uit de kamer komen. In de ochtendtoen het in de kamer stil was geworden maaktende mensen de deur open en vonden Khwaja Sahebdood met op zijn voorhoofd geschreven: “HazaHabiebAllah, Maat fie HabiebAllah (hij is geliefdbij Allah en hij stierf in liefde voor Allah).”

Page 63: 027 khwaja gharib nawaaz